1
Versie vastgesteld door de directie op 30.03.2020 en goedgekeurd door de RvT 17.04.2020
2
3
Algemeen
Stichting de Basis is gevestigd in Doorn en kent daarnaast twee kleine regiolocaties in Nederland, van waaruit
gespecialiseerde maatschappelijk werkers opereren.
De statutaire doelstelling van de Basis is het verrichten van diensten op het gebied van traumazorg en welzijn in
brede zin. De stichting richt haar activiteiten op geüniformeerde of voormalig geüniformeerde
beroepsbeoefenaren met een publieke taak, die ingrijpende ervaringen hebben opgedaan tijdens de uitoefening
van hun beroep. Tevens begeleidt de Basis, op verzoek van het ministerie van Volksgezondheid Welzijn en Sport
(VWS), wettelijk erkende (burger-)slachtoffers van structureel geweld als gevolg van WOII, zowel uit Europa als
uit Azië (voormalig Nederlands-Indië).
De Basis is een netwerkorganisatie, die structureel samenwerkt met de BNMO (Bond voor Nederlandse Militaire
Oorlogs- en dienstslachtoffers), de partners binnen het LZV (Landelijk Zorgsysteem voor Veteranen), het ABP,
het Veteraneninstituut, het Veteranen Platform, Stichting WEP (Waardering en Erkenning Politie), Stichting Pelita,
KNGF Geleidehonden, Brandweer Nederland, Stichting WEB (Waardering en Erkenning Brandweer), het Vfonds,
het team Internationale Uitzendingen en het team Veilig en Gezond Werken van de Nationale Politie.
Enkele partners zijn gehuisvest in het Basis-gebouw in Doorn. Dit zijn het Veteraneninstituut, het
Veteranenplatform, de BNMO, het LZV-programmabureau en stichting WEP.
Er worden op jaarbasis subsidies toegekend door het ministerie van Defensie en het ministerie van VWS. Voor de
IPU (Team Uitzendingen) is een jaarcontract afgesloten en er zijn meerjaren dienstverleningsovereenkomsten
afgesloten met de BNMO en met Brandweer Nederland. Met de Nationale Politie en haar zorgverzekeraar CZ is
in 2019 een nieuwe jaarafspraak overeengekomen voor het 24/7 Loket en de ervaringsgroepen. De overige
dienstverlening komt doorgaans tot stand in de relatie opdrachtgever-opdrachtnemer na een offertetraject.
In 2019 heeft de Basis aan de hand van een jaarplan en per sector de volgende stappen gezet in de
implementatie van de meerjarenstrategie “Voorwaartse beweging 2017-2020”.
Aan het einde van 2018 heeft de Basis besloten om mee te gaan in een door het ministerie van Defensie
ingezette stap van samenvoegen van organisaties die allemaal een deel van de uitvoering van het
Veteranenbeleid als verantwoordelijkheid hebben. De bedoeling is dat een zestal (onderdelen van) organisaties
per 1 januari 2021 wordt samengevoegd in één grotere nieuwe organisatie. Begin 2019 is een projectorganisatie
met vertegenwoordiging vanuit alle zes organisaties gestart. Begin februari 2019 gaf de minister de formele aftrap
voor het transitieproces door haar opdracht tot samenvoeging en de daarbij behorende randvoorwaarden te
overhandigen aan de projectleider. Inmiddels beginnen de contouren voor de nieuwe organisatie zich af te
tekenen. Er is een naam (Nederlands Veteraneninstituut), een missie en een visie. Naast aan een fusie
gerelateerde onderwerpen als rechtsvorm, governance en bestuursmodel werken projectorganisatieleden en
medewerkers hard aan deelopdrachten als ‘cultuur en leiderschap’, ‘kwaliteit en veiligheid’ en
‘ICT/informatiemanagement’ voor de nieuwe organisatie. In 2020 wordt voorrang gegeven aan alle activiteiten en
acties die een harde deadline hebben en vóór de samenvoegingsdatum geregeld moeten zijn.
Gedurende het proces informeren en betrekken de projectorganisatieleden medewerkers en externe
belanghebbenden op basis van een communicatieplan.
4
Doelen en Resultaten 2019
Resultaten primaire processen
Van oudsher biedt de Basis haar dienstverlening aan de militaire doelgroep, veteranen, dienstslachtoffers en hun
partners. Direct achter het Veteranenloket verzorgt de Basis het gespecialiseerd maatschappelijk werk
(individueel-, systeem- en groepswerk), als eerste lijn van de zorgketen van het LZV.
Voor het ministerie van VWS voert de Basis de taak uit van zorg voor Oorlogs- en Gewelds Getroffenen met een
wetserkenning (Wbp 1940-1945, Wuv en Wubo). Sinds 2014 verzorgt de Basis ook het gespecialiseerd
maatschappelijk werk in het kader van de zorg voor de Indische en Molukse doelgroep (Wuv, Wubo en Wiv).
Voor Politie en Brandweer voeren de maatschappelijk werkers loketfuncties uit waar (ex) medewerkers en
partners terecht kunnen met vragen en een hulpvraag. Voor de Politie is die dienstverlening verder uitgebreid met
groepsbegeleiding.
De medewerkers in Doorn bieden dienstverlening in de vorm van trainingen, begeleidingsprogramma’s en
gastvrijheid voor ontmoeten, herdenken, vieren en vergaderen. Onder regie van het Veteranenplatform worden
gecertificeerde trainingen en workshops geboden voor nuldelijnshelpers, voor professionals en voor
coördinatoren van veteranenverenigingen. Ook biedt de Basis trainingen en voorlichting voor collegiale
ondersteuning en leidinggevenden, in de verschillende doelgroepen brandweer, politie en overige
opdrachtgevers.
In onderstaand overzicht staat een greep uit de resultaten per opdrachtgever en per dienstverlening
weergegeven; voor een aantal gegevens in vergelijking met 2018.
Dienstverlening Resultaat
Maatschappelijk werk
Post-actieve veteranen en
thuisfront in opdracht van het
ministerie van Defensie en in
samenwerking met de LZV keten
1.509 lopende dossiers (2018: 1.434)
10 groepen (2018: 7)
De norm ‘80% van de cliënten heeft binnen twee weken na aanmelding
een afspraak’ werd in alle kwartalen behaald.
De norm ‘80% van de cliënten waardeert de begeleiding door het MW
met minimaal een 7’ werd in twee kwartalen behaald.
De norm ‘75% van de cliënten heeft de doelen uit het plan van aanpak
grotendeels of geheel behaald’ werd in één kwartaal behaald. Dit komt
o.a. doordat cliënten klaar zijn bij de Basis, en een vervolgtraject elders
krijgen. In hun beleving hebben ze hun doel niet of niet helemaal
behaald, wat meetelt in de lage score.
(Ex)politieagenten en partners in
opdracht van de Nationale Politie:
24/7 Loket
70 informatie en advies vragen (2018: 47)
162 nieuwe individuele hulptrajecten gestart (2018: 123)
7 personen maakten gebruik van de time out voorziening (2018: 7)
Waardering voor telefonische contact gemiddeld 7,6 en waardering
voor begeleiding gemiddeld ook 7,6
Brandweermedewerkers in
opdracht van Brandweer
Nederland: Steunpunt Brandweer
10 informatie vragen (2018: 18)
13 nieuwe individuele hulpvragen gestart (2018: 18)
Caseload eind 2019 23 (2018: 26)
WO II slachtoffers in opdracht van
het ministerie van VWS
641 lopende dossiers (2018: 751)
6 groepen (2018: 3)
5
Dienstverlening Resultaat
Begeleidingsprogramma’s (al dan niet in combinatie met verblijf in Doorn)
BNMO aanbod aan leden 6.960 dagen (2018: 7.348)
Tevredenheid score uit evaluaties tussen 6,0 en 9,2.
Gemiddeld cijfer voor inhoud programma 8,1.
Gemiddeld cijfer voor begeleiding tijdens programma 8,4.
Hoogst gewaarde programma “Kijk in de spiegel met behulp van het
paard”.
Laagst gewaarde programma OPD Friesland.
Ervaringsgroepen Politie 4 groepen doorlopend uit 2018 en 3 nieuwe groepen (lopen door in
2020)
Evaluatie groepen 2019, aantal respondenten verdeeld over 4 groepen
is 18
- 87% beveelt de begeleiding aan bij collega’s
- 97% voelt zich veilig tot zeer veilig tijdens de bijeenkomsten
- 81% vindt de inhoud van de bijeenkomsten goed tot zeer goed
Trainingen (al dan niet in combinatie met verblijf in Doorn)1
Nuldelijns aanbod
Veteranenplatform
3 intakes (trainingsdagen) oude opzet
2 trainingsdagen nieuwe programma met electronic learning, met 12
deelnemers (loopt door in 2020) plus 2 dagen intakes plus 1
terugkomdag.
Overig nuldelijnsaanbod 16 trainingsdagen
1 dag intervisie
Landelijke eenheid Politie, team
internationale uitzendingen
93 verblijfsdagen vermenigvuldigd met aantal personen aanwezig 635
19 trainingsdagen uitgevoerd door de Basis
Hospitality
Evenementen 66 evenementen in het Atrium met gemiddeld 124 gasten (2018: 72
c.q. 92)
Algemeen Tevredenheid gasten Uitzendingen Politie met score ‘goed’ of ‘zeer
goed’: 91%
Tevredenheid over hospitality bij de Begeleidingsprogramma’s 8,3 voor
ontvangst; 8,6 voor maaltijden, voor service restaurant en voor hotel;
Het gebouw in Doorn is een gewilde en gezochte locatie voor grotere evenementen vanuit onze doelgroepen of
vanuit de organisaties waarmee we samenwerken. De informele en warme sfeer, de ligging, de gastvrije
ontvangst, de moderne voorzieningen en de concentratie van activiteiten voor geüniformeerden maken dat
bezoekers zich welkom en gewaardeerd voelen. Vaak betreft dit jaarlijks terugkerende bijeenkomsten zoals het
gala van de stichting Waardering Erkenning Politie (WEP), de contactdag van het Landelijk Zorgsysteem voor
Veteranen (LZV) en de eindejaar bijeenkomst van het Veteranen Platform. Daarnaast waren er eenmalige
evenementen en plechtigheden, waaraan opdrachtgever en de teams van de Basis samen vorm gaven.
Hoogtepunten daarvan waren de Teams Collegiale Opvang Bedankdag van WEP in juli en de ontvangst van
meer dan 100 WOII veteranen van het Veteraneninstituut in augustus.
1 De registratie van de op nuldelijnsondersteuning gerichte trainingsdagen is door personele wisselingen niet betrouwbaar
uitgevoerd. De getoonde aantallen betreffen een benadering.
6
Implementatie strategische doelen
De strategie voor 2017-2020 is uitgewerkt in drie hoofddoelstellingen en zes verbeterdoelen. Per jaar worden in
de jaarplannen van de sectoren de inspanningen en activiteiten gekoppeld aan deze doelen. Onderstaand zijn
enkele voorbeelden van de uitgevoerde activiteiten en resultaten genoemd.
Strategisch doel 1
De Basis draagt bij aan de verschuiving van curatief behandelen naar voorkómen van
gezondheidsschade:
Interventies ter voorkoming worden vaker ingezet / aangevraagd door opdrachtgevers.
'Positieve gezondheid' denken is een belangrijker leidend principe, ook in geval van chroniciteit.
Resultaten
Cliënten laten in toenemende mate agressie zien en ervaren problemen in de regulatie hiervan. In samenwerking
met VBMW (veteranen bedrijfsmaatschappelijk werk van Defensie) is hiervoor een nieuw groepsproduct Agressie
Regulatie Training (ART) ontwikkeld. Het doel is om terugval in gedrag na hulpverlening en/of behandeling te
voorkomen. Binnen het overige groepswerk is het aanbod geconcretiseerd en verbeterd en wordt o.a.
themagericht gewerkt aan sociaal maatschappelijke re-integratie. Verder zijn in samenwerking met LZV en
Veteranenloket nieuwe initiatieven ontwikkeld voor vrouwelijke veteranen en zijn we gestart met een pilot die
veteranen meer inzicht moeten geven in hun talenten en passies na afsluiting van hulpverlening/behandeling.
Bij de Brandweer gaan we starten met Intervisiebijeenkomsten, ondersteund door een gespecialiseerd
maatschappelijk werker, die een preventieve bijdrage leveren aan vroeg signalering en het voorkomen/verergeren
van klachten onder werknemers bij de Brandweer.
Bij de overige doelgroepen is uitbreiding van de dienstverlening gerealiseerd door een steunpunt voor
ambulancemedewerkers in te richten. Dit steunpunt draagt o.a. bij aan preventie, vroeg signalering van
ingrijpende ervaringen en biedt waar nodig laagdrempelige en adequate informatie en kortdurende hulpverlening.
In alle trainingen en groepsbegeleiding (ervaringsgroepen) zaten en zitten elementen van preventie met als
kerndoelen empowerment, zelfredzaamheid en eigen regie.
Strategisch doel 2
De Basis zet in op vernieuwing en op een integrale aanpak waardoor de impact van de gecombineerde
diensten groter is:
Maatschappelijk Werk, Training en Hospitality maken meer gebruik van innovatieve
toepassingen.
Medewerkers in de primaire processen werken vaker samen aan gecombineerde diensten
(binnen de Basis en netwerkbreed).
Resultaten
In 2019 zijn als een samenwerkingsproject van het Veteraneninstituut, het LZV programmabureau en de Basis de
verdere stappen gezet voor het inrichten het Veteranenportaal. Er is een koppeling tot stand gebracht tussen het
elektronische cliënten dossier van de Basis en de persoonlijke gezondheidsomgeving voor de cliënten. Alle
MW-ers zijn getraind en in een pilot setting aan de slag met minimaal twee veteranen.
De teams van AB&T en Maatschappelijk Werk hebben voortgebouwd op de ontwikkelde trainingen en de uitrol
van Nuldelijnsondersteuning 2.0 van het Veteranen Platform in de digitale leeromgeving waarmee we in 2018
startten. Voor de elektronische leeromgeving zetten we inmiddels ook digitale evaluatie in.
7
Voor de Brandweer is als nieuw aanbod methodiek en begeleiding voor intervisiebijeenkomsten ontwikkeld.
De Basis neemt voor de eerstelijnshulpverlening aan post-actieve veteranen binnen LZV-verband deel aan de
ontwikkeling van een nieuw evaluatie instrument ten behoeve van het meten van tevredenheid en uitkomsten
(Track en iTrack).
WO II maatschappelijk werkers zetten we sinds 2019 in bij behandelgroepen van Centrum ‘45, met als doel
ontwikkelen van gezamenlijk aanbod, specifiek gericht op oorlog gerelateerde problematiek in samenhang met
ouderdomsklachten.
In 2019 zetten we ook de eerste stappen op het gebied van wetenschappelijk onderzoek naar de werking en
effecten van het gespecialiseerd maatschappelijk werk. Binnen de mogelijkheden van LZV faciliteiten zijn we
begonnen met het maken van een onderzoeksvoorstel, waarmee we in 2020 een financiële toezegging hopen te
krijgen en het onderzoek daadwerkelijk te kunnen starten.
Het keukenteam van Hospitality heeft twee maal een kookworkshop verzorgd als onderdeel van een
begeleidingsprogramma BNMO.
Via de website is het nu mogelijk voor een particulier vanuit onze doelgroepen een kamer te reserveren. Deze
‘leisure’ marktgerichte dienstverlening is een nieuw fenomeen voor de Basis. Doel is om de hotelbezettingsgraad
te laten toenemen.
Strategisch doel 3
De Basis heeft een stabiele en gezonde bedrijfsvoering met een toegevoegde en erkende waarde voor de
hulpketens waarin zij opereert.
De organisatie is financieel gezonder en het business model is duidelijker.
De impact van de dienstverlening is groter, duidelijker en beter gecommuniceerd.
Resultaten
Tijdens de hele strategische planperiode en specifiek in 2019 zijn de inspanningen rondom verzuimbegeleiding
en sturing op beschikbare capaciteit geïntensiveerd. Deze hebben bijgedragen aan significante verlaging van het
verzuimpercentage en aan beheersing en voorspelbaarheid van in te zetten capaciteit.
Een belangrijke rol hierbij heeft de kwaliteit en tijdige beschikbaarheid van interne managementrapportages.
Controller en sectormanagers maken hiervan in toenemende mate gebruik om te signaleren en bij te sturen.
Besluiten rondom het openstellen van vacatures zijn onderbouwd en komen gecontroleerd tot stand. Monitoren
van het verloop van declarabele uren is eenvoudiger en betrouwbaarder geworden.
Ook de kwaliteit, volledigheid en tijdigheid van de externe rapportages is verbeterd. Daardoor bieden we
opdrachtgevers en financiers meer inzicht en krijgen zij meer vertrouwen in het functioneren van onze
bedrijfsvoering.
Naar aanleiding van de subsidie evaluatie 2011-2016 door het ministerie van Defensie zijn aanbevelingen ten
aanzien van het verbeteren van inzicht in onze doelmatigheid en doeltreffendheid genomen. Deelname aan het
nieuwe evaluatie instrument van het LZV is daar het meest sprekende voorbeeld van.
Ook de voorgenomen samenvoeging per 1 januari 2021, waarvoor in 2019 veel werkzaamheden zijn gestart, kan
worden geplaatst binnen het kader van dit strategisch doel. In de strategie erkenden we immers al dat verder
gaande samenwerking met externe partners nodig zou zijn om de bedrijfsvoering stabiel en gezond te krijgen.
8
Kwaliteit en continu verbeteren
De Basis biedt participerende medezeggenschap aan de ondernemingsraad (OR). In 2019 voerde de directeur-
bestuurder twaalf overlegvergaderingen, waarvan er twee als een artikel 24 (WOR) waren ingericht in
aanwezigheid van een delegatie van de Raad van Toezicht.
Cliënten en gasten betrekken we door middel van evaluaties en via de medezeggenschapsstructuren van bijv. het
LZV (Veteranenplatform) en de BNMO (verenigingsstructuur).
Voor de behandeling van in- en externe klachten of vermoedens van misstanden zijn procedures ingericht en
kenbaar gemaakt zodat zowel cliënten als medewerkers ervaren problemen kunnen uiten. Indien aan de orde,
worden deze in behandeling genomen door een klachtenfunctionaris, vertrouwenspersoon of klachtencommissie
Geschillen en Ongewenst Gedrag op het Werk (GOGW). Voordat deze stap wordt gezet, beoordeelt de
verantwoordelijke manager of de klacht door middel van informeel contact kan worden opgelost.
Van je fouten kun je leren, dat is de rationale achter strak ingerichte kwaliteitssystemen. De Basis stimuleert
klanten, gasten en medewerkers om het te laten weten als ze niet tevreden zijn.
Vanuit 2018 was begin 2019 nog één klacht in behandeling. In 2019 zijn door cliënten vier nieuwe klachten
ingediend. Drie klachten zijn informeel afgehandeld en één klacht is niet ontvankelijk verklaard. De
klachtenfunctionaris heeft één klacht onderzocht en daarover aan de directeur-bestuurder gerapporteerd.
Eén cliënt wendde zich tot de externe cliëntvertrouwenspersoon, waarna deze betrokkenen met raad heeft
bijgestaan.
De Basis beschikt voor medewerkers zowel over een interne als een externe vertrouwenspersoon. In de loop van
2019 heeft de interne vertrouwenspersoon te kennen gegeven haar taken in die rol te willen stoppen. Na interne
werving is een andere medewerker bereid gevonden de rol over te nemen.
Bij de interne vertrouwenspersoon en externe vertrouwenspersoon hebben zich in het verslagjaar geen
medewerkers gemeld.
Er is ook geen klacht ingediend bij de Commissie Geschillen en Ongewenst Gedrag.
In 2017 is de Basis gecertificeerd op de nieuwe ISO-norm 9001:2015. In 2019 is opnieuw een periodieke externe
audit uitgevoerd. De conclusie van de auditor is dat de organisatie nog steeds over een werkend
kwaliteitsmanagementsysteem beschikt om gecertificeerd te blijven op deze norm. Eén van de twee punten uit de
audit van 2018 is opgepakt en afgerond. Het andere punt kon nog niet worden afgerond en zal opnieuw een
verbeterinspanning vragen. Twee zogenaamde ‘nonconformities’ die met de veiligheid in het gebouw te maken
hebben zijn geconstateerd. Deze zijn meteen door de verantwoordelijke manager aangepakt.
Risico’s
De Basis voert beleid op het signaleren, waarderen en mitigeren van risico’s. Twee maal per jaar worden
strategische en operationele risico’s in beeld gebracht en gewaardeerd, en worden maatregelen afgesproken om
de risico’s en/of de impact ervan te verminderen en de kansen aan te grijpen. Belangrijke risico’s komen
bijvoorbeeld voort uit het vastgoedbeheer, beheersing van het ziekteverzuim en uit de uitdaging om voldoende
omzet te genereren om kostendekkend te opereren. De maatregelen hebben betrekking op het beheersen van de
verschillen tussen budget en realisatie (bedrijfsvoering, het realiseren van omzetgroei, en het werken aan
duurzame inzetbaarheid en terugdringen van het ziekteverzuim.
9
Organisatie, Bestuur en Toezicht
Algemene informatie
In figuur 2 is de organisatiestructuur van de Basis weergegeven. De sectoren worden aangestuurd door
managers, die samen met de directeur-bestuurder het MT vormen.
Figuur 2: Organigram de Basis 2019
Ten aanzien van de governance van de stichting is gekozen voor een statutair Raad van Bestuur – Raad van
Toezicht model, met één directeur-bestuurder, waarbij bestuur en intern toezicht gescheiden zijn.
Bestuurder en Raad van Toezicht gebruikten in het verslagjaar de richtlijnen van de Governancecode Zorg 2017
als leidraad en beoordelen periodiek en aan de hand van ontwikkelingen welke aanpassingen nodig zijn in de
structuren en het functioneren. Daar waar niet volledig aan de richtlijnen wordt voldaan wordt toegelicht wat de
achtergrond daarvan is en of een verbeteractie wordt ingezet. In 2019 zijn geen aanpassingen in bestaande
reglementen en werkwijzen nodig geweest.
Medewerkers en personele ontwikkelingen
In de begroting van 2019 was een formatie voorzien van 97,9 fte. In de realiteit is de bezetting voor de reguliere
werkzaamheden uitgekomen op 98,6 fte, waarvan 2,4 fte door middel van externe inhuur. Dat is in totaal een
afwijking van +0,7 fte. De belangrijkste oorzaak hiervan ligt bij Hospitality, waar in verband met langdurig verzuim
gebruik is gemaakt van externe inhuur.
Ten behoeve van de extra werkzaamheden rondom de samenvoeging zijn sommige medewerkers vrij gemaakt
van hun reguliere taken en daarin vervangen door extra aangetrokken medewerkers. Hiervoor is van het
ministerie van Defensie een separaat frictiekostenbudget toegekend. In 2019 betrof dit in totaal 3,85 fte.
* Onder de Sector Staf vallen de disciplines ICT, P&O, Financiële Administratie, Beleid & Projecten en Kwaliteit
Organigram Stichting de Basis
Raad van Toezicht
Team Verenigings-
ondersteuning
Sector Maatschappelijk Werk
Directeur-bestuurder
Ondernemingsraad
Cliënten Medezeggenschap
Directiesecretariaat Controller
Sector Hospitality
Team Advies, Begeleiding &
Training
Sector Staf*
Team MW regio Midden-West
Team MW regio Noord-Oost
Team MW regio Zuid
Team Service Desk
Team HotelTeam
Restauratieve
DienstTeam Keuken
10
Verzuim
Het gemiddelde verzuim op jaarbasis was in 2019 5,67% (2018: 9,58%). In de sector zorg en welzijn bedroeg het
verzuim in de eerste drie kwartalen van 2019 volgens het CBS 5,3%.
In 2019 zijn de inspanningen om het verzuim binnen de organisatie te beïnvloeden, zowel ter voorkoming als ter
beperking van verzuim verder geïntensiveerd, vooral door de invoering van een andere visie op verzuim met
bijbehorende aanpak. Leidinggevenden en medewerkers gaan vaker en ook zonder concrete aanleiding met
elkaar in gesprek over hoe het gaat met een medewerker. Onderwerpen als functioneren, werkdruk, balans werk-
privé, persoonlijke ontwikkeling en loopbaanperspectief moeten daarbij als een vanzelfsprekendheid op tafel
kunnen liggen. Als het werk door een gezondheidsvraagstuk wordt beïnvloed zoeken leidinggevende en
medewerker samen naar een passende benadering, waarbij ziekmelden niet de enige oplossing hoeft te zijn.
Om de nieuwe aanpak te ondersteunen en de effecten te volgen hebben we een tweemaandelijks
leidinggevendenoverleg ingevoerd, waarin we behalve naar de ontwikkeling van het verzuim ook kijken naar
andere gemeenschappelijke aandachtspunten. In 2020 concentreren we ons daarbij bijv. op het leidinggeven in
een organisatie in transitie (de samenvoeging).
Ondernemingsraad
Het overleg met de Ondernemingsraad (OR) is in 2019 constructief verlopen. Drie zaken zijn daarin vanuit de
bestuurder expliciet te benoemen:
De samenstelling van de OR was in de jaren voor 2019 een aandachtspunt. Gelukkig is hierin in 2019
verandering gekomen. Vanaf januari 2019 is het gelukt om een complete bezetting van de OR te realiseren.
In de loop van het jaar is er nog een enkele wisseling geweest, maar die heeft niet tot langdurige
onderbezetting geleid.
Het meegaan in de samenvoeging van veteranenorganisaties heeft ook de OR intensief bezig gehouden.
De OR heeft daarbij in een vroeg stadium samenwerking met de andere betrokken
medezeggenschapsorganen gezocht. Dat maakte dat al vanaf de zomer van 2019 een gezamenlijk overleg
tussen OR’s, bestuurders en projectleiding kon worden ingericht.
Ondanks de extra druk op de OR voor de samenvoeging is het gewone OR-werk ook soepel doorgegaan.
Om de belasting beheersbaar te houden maken we in goed overleg steeds keuzes welke onderwerpen
vanuit de organisatie c.q. de bestuurder nog worden voorgelegd.
In 2019 zijn 11 advies- en instemmingsaanvragen aan de OR voorgelegd. De aanvragen, die de OR gedurende
het jaar in behandeling heeft genomen en inmiddels heeft afgerond, zijn:
Voor instemming
Aanpassing verzuimbeleid en verzuimprotocol
Benoeming plaatsvervangend lid commissie Geschillen en Ongewenst Gedrag op het Werk
Regeling vergoeding thuiswerken
Regeling vergoeding zakelijke reizen
Regeling vergoeding woon-werkverkeer
Integratie van de regeling tijdelijke contracten in het proces en beleid werving en selectie (aparte regeling
vervallen)
Algemene voorwaarden gebruik laptop, navigatieapparatuur en smartphone
Wijzigingen in contract met Arbodienst (als gevolg van wijziging verzuimbeleid)
Benoeming interne vertrouwenspersoon
11
Voor advies
Invoeren van een verklaring persoonsgegevens, gedragscode en thuiswerkplek
Herinrichting teams sector Hospitality
Verantwoordelijk voor Elkaar: sociaal beleid 2018-2020
Het sociaal beleidsplan “Verantwoordelijk voor elkaar” sluit aan op de missie, strategische doelen en
verbeterdoelen, en heeft tot doel een effectieve en efficiënte personele organisatie met gekwalificeerde en
gemotiveerde medewerkers te realiseren en in stand te houden. Resultaat- en klantgericht werken en flexibiliteit
zijn daarbij belangrijke waarden, naast de kernwaarden van de Basis: ‘open, actief, integer en zelfbewust’.
Duurzame inzetbaarheid, de lerende organisatie en leiderschapsontwikkeling zijn belangrijke richtingwijzers. Het
sociaal beleid werkt door in de verantwoordelijkheid van leidinggevenden in integraal management en
bedrijfsvoering. In 2019 hebben behalve de inspanningen op het gebied van verzuim ook andere sociale en
arbeidsvoorwaardelijke onderwerpen aandacht gekregen. Er is hard gewerkt aan het op orde brengen van het
functiehuis, dit loopt door in 2020. Ten behoeve van verdieping en verbreding van het onderwerp ‘ontwikkelen en
opleiden’ met daarbij een concrete uitwerking van het ontwikkelingsplan voor het gespecialiseerd maatschappelijk
werk is aan het team P&O een opleidingscoördinator toegevoegd. Deze medewerker heeft in 2019 samen met de
senior adviseur P&O en de sectormanager Maatschappelijk Werk een basis gelegd voor een plan dat vanaf 2020
wordt geïmplementeerd.
Bestuur en Management Team
Het hele jaar 2019 heeft Gerdy Schippers de functie van directeur-bestuurder vervuld. Mevrouw Schippers
bekleedde in het verslagjaar geen nevenfuncties die volgens de statuten of volgens de Governancecode
onverenigbaar zijn met de functie van directeur-bestuurder van de Basis. De te vermelden nevenfuncties die zij in
2019 bekleedde zijn:
Vicevoorzitter Raad van Toezicht en lid commissie Kwaliteit & Veiligheid Saffier Groep (verpleeg- en
ouderenzorg), Den Haag
Lid van de Raad van Toezicht van Transparant en Transparant Next (GGZ), Leiden
Lid van de commissie normstelling erkenningsregeling goede doelen
Voorzitter Stichting Voorzieningenfonds Oud Personeel KNCV, Den Haag
Over de bezoldiging van de directeur-bestuurder wordt in de jaarrekening verantwoording afgelegd.
De maximale hoogte van de bezoldiging is gebaseerd op de bepalingen in de Wet Normering Topinkomens 2 en
de specifieke uitwerking daarvan voor de zorgsector. Het salaris van de bestuurder van de Basis wordt gebruik
makend van de criteria in de ‘Regeling bezoldigingsmaxima topfunctionarissen zorg- en welzijnssector’ met acht
punten ingedeeld in Klasse II. Dit leidt voor 2019 tot een maximaal bruto salaris van €130.0002 per jaar, inclusief
belastbare onkostenvergoedingen en het werkgeversaandeel in pensioenopbouw.
Het salaris van mevrouw Schippers bleef binnen het maximum. Er werden geen belastbare
onkostenvergoedingen uitgekeerd. In totaal heeft mevrouw Schippers voor € 468 onkosten gedeclareerd in 2019
(€ 27 binnenlandse reiskosten, € 399 representatiekosten en € 42 kantoorkosten).
2 Zie publicatie in Staatscourant, d.d. 21 november 2018
12
Behalve de directeur-bestuurder maken de sectormanagers Maatschappelijk werk, Hospitality en Staf deel uit van
het Management Team. De controller, de teammanager AB&T en de senior adviseur P&O woonden de MT
vergaderingen bij als adviseur.
Het Management Team vergadert tweewekelijks in een formele setting. Indien nodig wordt extra overleg ingelast.
In 2019 kwam het Team 30 keer in vergadering bijeen, waaronder themagerichte ontmoetingen in het kader van
de samenvoeging en voor de uitwerking van het jaarplan 2020. MT leden nemen ook deel aan het eerder
genoemde leidinggevendenoverleg.
Raad van Toezicht
De Raad van Toezicht was in 2019 als volgt samengesteld:
Naam (Her)benoeming Functie en deelname aan commissies
De heer mr. A. Wolfsen 25-04-2018, 2e
termijn
Voorzitter
Voorzitter remuneratiecommissie
De heer drs. J.K. Jongkind RC 24-06-2016, 1e
termijn
Lid
Voorzitter Audit Comité
De heer A. Tieland 01-09-2016, 1e
termijn
Vicevoorzitter
Voorzitter Commissie Kwaliteit & Veiligheid
Mevrouw drs. X. van Praag 15-07-2018, 1e
termijn
Lid, Lid remuneratiecommissie en
Lid Commissie Kwaliteit & Veiligheid
Mevrouw drs. W.H. Zijlstra 01-01-2019, 1e
termijn
Lid
Lid Audit Comité
Bij zijn handelen en besluiten neemt de Raad de richtlijnen van de Zorgbrede Governancecode 2017 in acht.
Geen van de leden van de RvT bekleedde een nevenfunctie, die volgens de statuten of volgens de
Governancecode onverenigbaar is met de functie in de Raad van Toezicht van de Basis (zie bijlage voor de
hoofd- en nevenfuncties van de leden Raad van Toezicht).
De voorzitter en de leden van de Raad zijn als lid aangesloten bij de NVTZ. Voor de bepaling van de hoogte van
zijn honorering volgt de Raad de daaromtrent geformuleerde adviezen van de NVTZ. De honorering wordt
jaarlijks vastgesteld als procentuele afgeleide van de maximale bezoldiging van de bestuurder op basis van de
Wet Normering Topinkomens 2.
De Raad van Toezicht is in het jaar 2019 zes keer in vergadering bijeengekomen in aanwezigheid van de
directeur-bestuurder. Voorafgaand aan elke vergadering bereidde de Raad een en ander kort voor buiten
aanwezigheid van de directeur-bestuurder.
In juni heeft de gehele Raad van Toezicht samen met de directeur-bestuurder in het kader van scholing een
expertmeeting georganiseerd met als thema ‘toezien op een fusieproces’, die werd geleid door een externe
inhoudsdeskundige.
In september heeft de Raad een evaluatie bijeenkomst georganiseerd, deze keer met externe begeleiding van
een in governance gespecialiseerde adviseur. Voor de evaluatie is de directeur-bestuurder om inbreng gevraagd
en na de evaluatie zijn de uitkomsten ervan met de directeur-bestuurder gedeeld. In de evaluatie werd ruim
aandacht besteed aan de verantwoordelijkheden van de Raad in relatie tot de samenvoeging.
Een vertegenwoordiging van de Raad, waaronder éénmaal de voorzitter, heeft tweemaal een ‘artikel 24’
vergadering van de ondernemingsraad van de Stichting bijgewoond.
13
Naast de reguliere bijeenkomsten hadden de voorzitter en de Remuneratiecommissie op periodieke basis overleg
met de directeur-bestuurder voor advisering over lopende zaken, voor aangelegenheden die behoren bij de
werkgeversrol en ten behoeve van voorbereiding van de vergaderingen van de gehele Raad.
De voorzitter van het Audit Comité had incidenteel overleg met de controller voor advisering over financiële en
managementrapportages.
De Raad van Toezicht heeft het jaarverslag en de jaarrekening 2018 goedgekeurd op 19 april 2019. Tijdens de
vergadering heeft de externe accountant zijn bevindingen en adviezen naar aanleiding van de jaarcontrole met de
Raad besproken.
Het jaarplan en de begroting 2020 zijn besproken en goedgekeurd in de vergadering van 6 december 2019.
Ter invulling van representatieve taken bezochten leden van de Raad van Toezicht relevante bijeenkomsten,
waaronder de Nederlandse Veteranendag in juni.
14
Verklaring van verschillen jaarrekening 2019 ten opzichte van jaarrekening 2018
Significante verschillen tussen de jaarrekeningen 2019 en 2018 in de balans en in de staat van baten en lasten
(pagina 20 en 21) worden in deze paragraaf toegelicht.
Activa
De Materiële activa ultimo 2019 zijn € 0,5 miljoen lager dan ultimo 2018. Dit is het gevolg van de geboekte
reguliere afschrijvingen van ca. € 0,5 miljoen. Er is beperkt geïnvesteerd. Ter verbetering van de
vergaderfaciliteiten zijn de koffie- en thee voorzieningen gemoderniseerd in de vorm van twee pantry’s met een
luxer en gevarieerder aanbod.
De stand van de Liquide middelen is met € 0,1 miljoen gestegen naar een niveau van € 2,0 miljoen. In het
kasstroomoverzicht is zichtbaar gemaakt hoe de wijziging in de liquide middelen tot stand is gekomen. Met name
het in één bedrag ontvangen voorschot ter dekking van de frictiekosten voor de samenvoeging (€ 0,5 miljoen)
heeft hier aan bijgedragen. De frictiekosten zelf ontstaan verspreid over de periode 2019-2021.
Passiva
Er is sprake van een toevoeging aan de Egalisatiereserve van VWS van ca. € 50.000. In de Algemene Reserve
zal het tekort over 2019 worden verwerkt. Ten opzichte van 2018 zijn de totale reserves met ca. € 50.000
gedaald.
De Schulden op lange termijn dalen per saldo met bijna € 0,9 miljoen. Hieronder valt het bedrag dat aan het
ministerie van VWS is verschuldigd inzake de afrekening van de subsidievaststelling over de jaren 2013-2017.
Er zijn met het ministerie van VWS terugbetalingsafspraken vastgelegd waardoor de totale schuld kan worden
gesplitst in het gedeelte dat na 2020 wordt terugbetaald (lange termijn) en het gedeelte dat in 2020 wordt
terugbetaald (korte termijn). De terugbetaling van ontvangen subsidie over de jaren 2013-2015 is in 2017
opgestart. Daarnaast daalt de schuld aan Triodos bank inzake de hypothecaire kredietovereenkomsten door
vermindering met de jaarlijkse aflossingsverplichtingen met een bedrag van € 0,5 miljoen.
De Schulden op korte termijn stijgen met een bedrag van € 0,6 miljoen tot een niveau van € 4,6 miljoen. Hierin
is o.a. de aflossingsverplichting op de langlopende leningen voor 2020 opgenomen, € 2,5 miljoen. Uit een nog te
innen vordering als gevolg van de verkoop van het oude Basisgebouw in 2016 zal in 2020 naar verwachting een
extra aflossing van € 1,7 miljoen op het hypothecaire krediet plaats vinden.
Baten
In totaal zijn de gerealiseerde baten in 2019 € 0,3 miljoen hoger ten opzichte van de realisatie 2018.
De Netto omzet bestaat uit opbrengsten voor uitgevoerde trainingen en begeleidingsprogramma’s, gerealiseerde
uren gespecialiseerd maatschappelijk werk en verstrekking van Hospitality diensten in het ontmoetingscentrum.
In totaal is in 2019 een omzet van € 9,1 miljoen gerealiseerd ten opzichte van € 8,9 miljoen in 2017.
Het verschil is in de categorie maatschappelijk werk ontstaan. Zowel aan de doelgroep post-actieve veteranen als
aan de doelgroep politiemensen is meer hulpverlening verstrekt.
Binnen het totaal van de Netto omzet kan nog worden toegelicht dat in de categorie Trainingen en
begeleidingsdagen de programma’s voor BNMO leden als gevolg van een lager aantal contractdagen € 0,2
miljoen lager is uitgekomen dan in 2018. Deze daling is gepland en volgt de afname van de financiering van het
vfonds aan de BNMO. Een hogere omzet voor Hospitality dienstverlening aan andere opdrachtgevers dan de
BNMO compenseert deze daling met een bedrag van € 0,2 miljoen ruimschoots.
15
De Overige bedrijfsopbrengsten (Verenigingsondersteuning voor de BNMO, verhuur gebouwen en overige) zijn
ca. € 0,1 miljoen hoger dan 2018 omdat hier de dekking van frictiekosten voor de samenvoeging onder zijn
verantwoord.
Lasten
Ten opzichte van 2018 zijn de totale lasten met € 0,3 miljoen gestegen, wat voornamelijk wordt verklaard door
hogere Personele kosten. De reguliere formatie is niet significant gewijzigd, de stijging is ontstaan uit cao
aanpassingen, extra inhuur, en als gevolg van extra personele kosten voor de samenvoeging (frictiekosten).
De Overige bedrijfskosten zijn € 0,2 miljoen gedaald. In 2018 heeft een drietal ICT-projecten waarmee nieuwe
software-applicaties in gebruik zijn genomen tot hogere kosten geleid, daar waar deze post nu weer stabiel is.
Daarnaast werd in 2018 een voorziening opgenomen voor verwachte extra kosten als gevolg van het besluit tot
samenvoeging met andere organisaties per 1 januari 2021.
De Afschrijvingen op materiële vaste activa zijn nagenoeg gelijk aan 2018.
Financiële baten en lasten
Onder de Financiële baten zijn de inkomsten opgenomen die de Basis ontving uit hoofde van de vordering op de
koper van het oude centrumgebouw.
In 2019 zijn onder de post Financiële lasten de rentekosten op hypothecaire leningen met Triodos bank en met
het vfonds enigszins gedaald door de afname van de schulden door aflossingen.
Verklaring van verschillen jaarrekening 2019 ten opzichte van begroting 2019
Significante verschillen tussen de jaarrekening 2019 en de begroting 2019 in de staat van baten en lasten (pagina
21) worden in deze paragraaf toegelicht.
Baten
In totaal zijn de gerealiseerde baten in 2019 ten opzichte van de begroting ca. € 0,4 miljoen hoger.
De Netto omzet, bestaande uit opbrengsten voor uitgevoerde trainingen en begeleidingsprogramma’s,
gerealiseerde uren gespecialiseerd maatschappelijk werk en verstrekking van Hospitality diensten in het
ontmoetingscentrum is € 0,2 miljoen hoger, evenals de Overige bedrijfsopbrengsten
(Verenigingsondersteuning voor de BNMO, verhuur gebouwen en overige). In de netto omzet zijn zowel de
inkomsten voor het maatschappelijk werk als die voor Hospitality hoger dan begroot. Onder de laatste categorie is
de vergoeding voor gemaakte frictiekosten voor de samenvoeging opgenomen.
Lasten
Ten opzichte van de begroting zijn de totale lasten ca. € 0,1 miljoen hoger. In de categorie Lonen en salarissen
is een overbesteding van € 0,2 miljoen ontstaan doordat de cao verhogingen hoger zijn dan verwacht en doordat
de frictiekosten vooral uit personele kosten bestaan. De Overige bedrijfskosten zijn € 0,1 miljoen lager. Enkele
begrote posten in het ICT-budget ten behoeve van aanpassingen in softwareapplicaties zijn niet gerealiseerd.
De Afschrijvingen op materiële vaste activa wijken nauwelijks af van de begroting.
Financiële baten en lasten
Per saldo is hier een positief resultaat ontstaan ten opzichte van de begroting. Doordat de betaling van het restant
van de koopsom voor het oude gebouw is uitgesteld loopt de vergoeding die daarvoor wordt ontvangen langer
door dan was begroot.
16
Vooruitblik op 2020
Het jaar 2020 staat in het teken van drie vormen van ‘Voorwaartse Beweging’, de titel van onze
meerjarenstrategie 2017-2020.
Voorwaartse Beweging 1: de strategie 2017-2020 doorzetten en de doelen realiseren
Voorwaartse Beweging 2: de organisatie zo gezond mogelijk maken en houden
Voorwaartse Beweging 3: de organisatie klaar maken voor overdracht op 1 januari 2021
Deze drie vormen hebben alles te maken met het voornemen van de Basis om de organisatie vanaf 1 januari
2021 samen te voegen met vijf andere (onderdelen van) organisaties, die gezamenlijk verantwoordelijk zijn voor
de uitvoering van het Veteranenbeleid in Nederland3. Tijdens de transitie lopen de dagelijkse werkzaamheden
door en willen we de kwaliteit van onze dienstverlening in stand houden zodat onze opdrachtgevers, cliënten en
gasten geen hinder ervaren van de samenvoeging.
Dat vraagt om een grote inzet vanuit de volle breedte van de organisatie en we kiezen ervoor dat langs
bovengenoemde drie lijnen te doen.
In 2017 ontwikkelden we onze meerjarenstrategie en concentreerden we onze aanpak op de drie doelstellingen
die eerder in het hoofdstuk ‘Doelen en resultaten 2019’ zijn genoemd. Het maken van een nieuwe strategie voor
een organisatie die ophoudt te bestaan is weinig zinvol. Daarom bouwen we in 2020 voort op de strategie die
formeel eind 2019 werd afgerond. Op het vlak van de bedrijfsvoering, richten we ons op het ‘zo gezond mogelijk’
overdragen van de Basis aan de nieuwe organisatie die vanaf 1 januari 2021 ontstaat. Door middel van de
uitvoering van ons sociaal beleid en de samenwerking tussen medewerkers en hun leidinggevenden brengen we
een gezond menselijk kapitaal in. Onze medewerkers en leidinggevenden zijn betrokken, deskundig en handelen
professioneel met veel oog voor wat onze doelgroepen vragen. Interne processen zijn op orde, verantwoording
naar opdrachtgevers toe incluis. Het gebouw en het terrein hebben we als goede rentmeesters beheerd.
Ondertussen dragen we actief en intensief bij aan het samenvoegingsproces. Op alle niveaus, van Raad van
Toezicht tot aan medewerkers in het operationele proces wordt meegedacht en wordt de samenwerking gezocht
met de vijf andere organisaties. Via deelname aan werkgroepen, themasessies en via zitting in de project- en
besluitvormingsstructuur van het samenvoegingsproces. Een kernteam coördineert, faciliteert en vormt de
schakel tussen de Basis organisatie en de projectstructuur.
Met deze intensieve aanpak vanuit de Basis willen we bereiken dat onze cliënten, gasten, opdrachtgevers en
medewerkers ‘warm’ worden overgedragen. Als het kan en bijdraagt aan de integratie van processen en
activiteiten zetten we ook in 2020 al stappen in meer samenwerking met de andere organisaties.
Anders gezegd: als in 2020 vraagstukken voor liggen die we nog als zelfstandige organisatie moeten oppakken
kijken we eerst of er een oplossing is die ook past bij de situatie na de samenvoeging.
Na de balansdatum is de situatie rondom het Coronavirus ontstaan. Ook bij de Basis merken we de gevolgen,
zowel bij onze cliënten en gasten als bij de medewerkers en hun naasten. De bedrijfsvoering ligt voor een deel
stil, de activiteiten in het gebouw in Doorn zijn vanaf begin maart stop gezet. Voor een ander deel gaat onze
dienstverlening wel door, op alternatieve wijze. Dit betreft vooral de eerstelijnshulpverlening aan veteranen, WOII
burgerslachtoffers, politie, brandweer en ambulancemedewerkers. Maatschappelijk werkers wijken uit naar
telefonische contacten en beeldbellen. Alleen in een crisissituatie wordt een huisbezoek afgelegd. Er is continue
3 Behalve de Basis betreft dit het Veteraneninstituut, stichting Nationale Landelijke Veteranendag, het team Zorgcoördinatie
Veteranenloket van APG, het programmabureau van het Landelijke Zorgsysteem Veteranen en de coördinatie van de
nuldelijnsondersteuning van het Veteranen Platform.
17
afstemming met ketenpartners hoe de gezamenlijke hulp en zorg kan doorgaan. De bedrijfsvoering van de Basis
wordt geraakt en dat zal leiden tot omzetverlies terwijl kosten wel doorlopen. In de begroting zoals die hieronder
is weergegeven zijn de effecten nog niet verwerkt; dit betreft de regulier opgestelde begroting. De uiteindelijke
schade hangt af van het aantal maanden dat het regime rondom ‘social distancing’ ons weerhoudt om onze
activiteiten weer op normale wijze uit te voeren. Afhankelijk van de intensiteit waarmee het maatschappelijk werk
wel kan worden voortgezet verwachten we een omzetverlies van 30 tot 45% per maand, in de periode dat de
situatie duurt. Om het risico op omzetverlies en het effect op de liquiditeit te beperken nemen we maatregelen.
We overleggen met onze grootste opdrachtgevers over coulance ten aanzien van toegekende subsidies in relatie
tot de verwachte productiviteit en over tijdige bevoorschotting. Ook zullen we gebruik maken van de tijdelijke
Noodmaatregel Overbrugging voor Behoud van Werkgelegenheid, er van uitgaande dat we daarvoor in
aanmerking komen. Met de uitkomst van die maatregelen borgen we de continuïteit van de bedrijfsvoering.
De verwachte baten en lasten in de reguliere begroting komen in 2020 niet sluitend op elkaar uit. Naar
verwachting ontstaat een tekort van € 359.000. Als dit tekort in de uitvoering daadwerkelijk ontstaat zal het ten
laste van de algemene reserve binnen het eigen vermogen worden gebracht. Deze reserve dient als
weerstandsvermogen en bedraagt in de jaarverantwoording over 2019 afgerond € 2.873.400. In de baten en
lasten voor 2020 is rekening gehouden met een frictiekostenbudget ten behoeve van de samenvoeging.
Tabel 14: Totaal Begroting 2020 Jaarrekening 2019 Begroting 2019
Opbrengsten
Trainingen en programma’s € 813.000 € 745.478 € 778.000
Hospitality € 1.926.000 € 1.936.371 € 1.831.000
Maatschappelijk werk € 6.327.000 € 6.381.486 € 6.231.000
Overige opbrengsten € 518.000 € 684.730 € 509.000
Subsidie frictiekosten samenvoeging € 500.000 €115.100
Totaal opbrengsten € 10.084.000 € 9.863.165 € 9.349.000
Kosten
Salariskosten € 6.509.000 € 6.006.420 € 6.271.000
Personeelskosten € 683.000 € 994.184 € 724.000
Huisvestingskosten € 1.544.000 € 1.562.215 € 1.566.000
Voedings- & programmakosten € 302.000 € 326.371 € 294.000
Algemene kosten € 905.000 € 906.443 € 891.000
Frictiekosten samenvoeging € 500.000 €115.100
Totaal kosten € 10.443.000 € 9.910.733 € 9.746.000
Resultaat -/- € 359.000 -/- € 47.568 -/- € 397.000
4 Deze opstelling is omwille van gedetailleerder inzicht in de opbrengsten- en kosten categorieën op een andere wijze ingedeeld
dan de staat van baten en lasten in de jaarrekening.
18
19
Pagina
1. Jaarrekening 2019
1.1 Balans per 31 december 2019 20
1.2 Staat van baten en lasten (incl. resultaatbestemming) 21
1.3 Kasstroomoverzicht 2019 22
1.4 Grondslagen voor waardering en resultaatbepaling 24
1.5 Toelichting op de balans 25
1.6 Toelichting op de staat van baten en lasten 32
1.7 Overige toelichtingen 35
- Vaststelling en goedkeuring jaarrekening
- Resultaatbestemming (verplaatst naar 1.2)
- Gebeurtenissen na balansdatum
- Ondertekening door bestuurders en toezichthouders
2. Overige gegevens
2.1 Overzicht baten en lasten samenvoeging 37
Controleverklaring 39
20
Ref. 31-12-2019 31-12-2018
€ €
ACTIVA
Vaste activa 1
Materiële vaste activa
- Bedrijfsgebouwen en terreinen 14.325.219 14.681.281
- Machines en installaties -- --
- Andere vaste bedrijfsmiddelen,
technische en administratieve uitrusting
664.755
_________
788.142
_________
14.989.974 15.469.423
Financiële vaste activa
- Leningen 2 -- --
Vlottende activa
Voorraden 3 14.057 13.874
Vorderingen en overlopende activa 3 2.259.973 5 2.246.408
Liquide middelen
2.046.979
_________
2 1.921.643
_________
4.321.009 2 4.181.925
Totaal activa 19.310.983
=========
2 19.651.348
=========
Ref. 31-12- 19 3 31-12- 18
€ €
PASSIVA
Eigen vermogen 4
Kapitaal 91 91
Herwaarderingsreserve terrein 160.000 1 160.000
Egalisatiereserves 87.184 3 37.511
Algemene reserve
2.823.701
_________
2 2.920.942
_________
3.070.976 2 3.118.544
Voorzieningen 5 930.034 6 903.232
Schulden op lange termijn 6 10.726.156 11.607.849
Schulden op korte termijn 7
Kortlopende schulden en overlopende passiva
4.583.817
_________
4.021.723
_________
4.583.817 4.021.723
_________ _________
Totaal passiva 19.310.983
=========
2 19.651.348
=========
21
Ref. Gerealiseerd
2019
Begroot
2019
Gerealiseerd
2018
€ € €
Netto omzet 8 9.070.868 8.840.000 8.919.111
Overige bedrijfsopbrengsten 9 660.778 509.000 516.727
_____________ _____________ _____________
Totale baten 9.731.646 9.349.000 9.435.838
Personeelskosten 10 7.262.981 7.051.700 6.834.681
Afschrijvingen materiële vaste
activa
553.464 553.000 520.368
Overige bedrijfskosten 11 1.741.397 1.822.300 1.913.488
_____________ _____________ _____________
Totale lasten 9.557.842 9.427.000 9.268.538
Resultaat voor financiële baten
en lasten
173.804 - 78.000 167.301
Financiële baten 12 131.519 0 176.015
Financiële lasten 13 352.891 319.000 367.500
____________ ____________ ____________
Totale financiële baten en lasten -221.371 -319.000 -191.485
Resultaat -47.567
===========
-397.000
===========
-24.184
===========
Resultaatbestemming 2019
Ten gunste van egalisatiereserve VWS,
correctie afrekening 2018 verwerkt in 2019 € 32.373
Ten gunste van egalisatiereserve VWS € 17.300
Ten laste van algemene reserve - /- € 97.240
--------------
-/- € 47.567
========
22
2019 2018
€ € € €
Resultaat boekjaar -47.567 -24.184
Aanpassingen voor:
- Afschrijvingen en bijzondere
waardeverminderingen
553.464 520.368
- Mutatie egalisatiereserve -- --
- Mutatie voorzieningen 26.802 318.059
580.266 838.427
Veranderingen in werkkapitaal:
- Vorderingen/schulden uit hoofde van
subsidies
379.900 --
- Voorraden/vorderingen -13.748 -45.297
- Kortlopende schulden (excl.
schulden aan kredietinstellingen)
183.594
-520.495
549.746
____________
-565.792
__________
Totaal kasstroom uit operationele
activiteiten
1.082.445 248.451
Kasstroom uit investeringsactiviteiten
Investeringen in materiële vaste activa -74.015 -125.953
Desinvesteringen materiële vaste activa -- --
__________ __________
Totaal kasstroom uit
investeringsactiviteiten
-74.015 -125.953
Kasstroom uit
financieringsactiviteiten
Schulden uit hoofde van subsidies -- 305.910
Aflossing langlopende schulden -883.093 -784.010
__________ __________
Totaal kasstroom uit financierings-
activiteiten
-883.093
____________
-478.100
__________
Mutatie geldmiddelen
(inclusief kortlopende schulden aan
kredietinstellingen)
125.337
===========
-355.602
==========
23
De jaarrekening is opgesteld op basis van de Richtlijnen voor de Jaarrekening (RJ) 640.
Gegevens rechtspersoon
Stichting de Basis is een stichting ingeschreven bij de Kamer van Koophandel onder nummer 30211270 en is
gevestigd in Doorn.
De stichting heeft tot doel:
1. Het verrichten van diensten op gebied van traumazorg en welzijn in de brede zin, ten behoeve van:
a. geüniformeerde beroepsbeoefenaren of voormalig geüniformeerde beroepsbeoefenaren met een publieke
taak, die ingrijpende ervaringen hebben opgedaan tijdens de uitoefening van hun beroep, zoals militairen,
politie-, brandweer-, spoorweg- en ambulancepersoneel.
b. personen van wie, gegeven hun persoonlijke omstandigheden en achtergronden enerzijds en het doel van
de stichting anderzijds, verondersteld kan worden dat zij, met de kennis en activiteiten van de stichting, in
medisch psychisch of sociaal maatschappelijk opzicht baat zullen hebben bij dienstverlening door de
stichting aan hen.
2. Het verlenen van ondersteuning aan organisaties waarmee de stichting een samenwerkingsovereenkomst
heeft afgesloten, ter realisering van de doelstellingen, inhoudelijk nader vast te leggen in tussen de stichting
en van toepassing zijnde organisaties op te stellen en evalueren jaarafspraken.
3. Het bundelen, ontwikkelen en operationeel maken van kennis op het terrein van hulpverlening aan de
behandeling van de in sub 1 genoemde doelgroepen van de stichting en het ontwikkelen van nationale en
internationale allianties dienaangaande, ten behoeve van de verdere ontwikkeling van het dienstenaanbod
aan de genoemde doelgroepen.
4. Het in stand houden en verhuren van de haar in eigendom toebehorende terreinen met gebouwen en
opstallen. De verhuur kan geschieden aan:
a. organisaties en rechtspersonen die de belangen behartigen van de in sub 1 genoemde doelgroepen van de
stichting;
b. de op het terrein werkzame AWBZ-instelling;
c. aanverwante organisaties;
d. anderen.
Grondslagen voor waardering van activa en passiva
Algemeen
De jaarrekening is opgesteld in €. De waardering van activa en passiva en de bepaling van het resultaat vinden
plaats op basis van historische kosten. Tenzij bij de desbetreffende grondslag voor de specifieke balanspost
anders wordt vermeld, worden de activa en passiva opgenomen tegen nominale waarde.
Materiële vaste activa
De materiële vaste activa, met uitzondering van de terreinen, worden gewaardeerd tegen verkrijgings- of
vervaardigingsprijs onder aftrek van cumulatieve afschrijvingen en cumulatieve bijzondere
waardeverminderingen. De afschrijvingen op de materiële vaste activa zijn gebaseerd op de verwachte
economische levensduur. De bedrijfsgebouwen en -terreinen worden met ingang van 31 december 2014
24
gewaardeerd op actuele waarde onder aftrek van cumulatieve afschrijvingen. De afschrijvingen op de materiële
vaste activa zijn gebaseerd op de verwachte economische levensduur.
Kosten inzake gepland herstel en groot onderhoud worden ten laste van de voorziening groot onderhoud
gebracht. Niet gepland uitgevoerd herstel komt ten laste van de exploitatie van het betreffende jaar.
Voorraden
Waardering vindt plaats tegen FIFO (First in-First out) eventueel onder aftrek van een voorziening voor incourante
voorraden.
Vorderingen
De vorderingen, overlopende activa en overige activa worden bij eerste verwerking opgenomen tegen reële
waarde en vervolgens gewaardeerd tegen de geamortiseerde kostprijs. De reële waarde is gelijk aan de nominale
waarde. Noodzakelijke geachte voorzieningen voor mogelijke verliezen als gevolg van oninbaarheid worden in
mindering gebracht. Deze voorzieningen worden bepaald op basis van individuele beoordeling van de
vorderingen.
Liquide middelen
De liquide middelen worden tegen nominale waarde opgenomen.
Voorzieningen
Onder voorzieningen worden opgenomen:
- Een voorziening voor jubilea van personeelsleden. De jubilea zijn 12,5-jarig, 25-jarig en 40-jarig
dienstverband en pensionering. De voorziening is bepaald rekening houdend met de kans op continuering
van het dienstverband van de werknemers.
- Een voorziening voor de reorganisatiekosten. De voorziening is bepaald op de totale verwachte uitgaven aan
salariskosten en begeleidingskosten van werk naar werk en kosten van afkoopsommen.
- Een voorziening in verband met het besluit tot samenvoeging van organisaties per 1 januari 2021. Gezien het
besluit tot samenvoeging is voor een deel van de extra kosten een voorziening getroffen.
- Een voorziening voor groot onderhoud. Voor het groot onderhoud aan het gebouw wordt jaarlijks aan de
voorziening gedoteerd. De werkelijke uitgaven aan groot onderhoud komen ten laste van de voorziening.
Schulden
De schulden op lange en korte termijn worden bij eerste verwerking opgenomen tegen reële waarde en
vervolgens gewaardeerd tegen de geamortiseerde kostprijs.
Grondslagen voor de bepaling van het resultaat
Algemeen
Het resultaat wordt bepaald als het verschil tussen de baten en de lasten over het verslagjaar, met inachtneming
van de hiervoor reeds vermelde waarderingsgrondslagen. De baten en lasten worden toegerekend aan de
periode waarop deze betrekking hebben. Verliezen worden verantwoord als deze voorzienbaar zijn; baten worden
verantwoord als deze gerealiseerd zijn.
25
Pensioenen
De stichting heeft voor haar werknemers een toegezegde pensioenregeling. Hiervoor in aanmerking komende
werknemers hebben op de pensioengerechtigde leeftijd recht op een pensioen dat is gebaseerd op het gemiddeld
verdiende loon berekend over de jaren dat de werknemer pensioen heeft opgebouwd bij de stichting. De
verplichtingen, die voortvloeien uit deze rechten van haar personeel, zijn ondergebracht bij het
bedrijfspensioenfonds Zorg en Welzijn (PFZW). De stichting betaalt hiervoor premies waarvan de helft door de
werkgever wordt betaald en de helft door de werknemer.
De pensioenrechten worden jaarlijks geïndexeerd, indien en voor zover de dekkingsgraad van het pensioenfonds
dit toelaat.
Per 1 januari 2015 gelden nieuwe regels voor pensioenfondsen. Daarbij behoort ook een nieuwe berekening van
de dekkingsgraad. De ‘nieuwe’ dekkingsgraad is het gemiddelde van de laatste twaalf dekkingsgraden. Door een
gemiddelde te gebruiken, zal de dekkingsgraad nu minder sterk schommelen. De dekkingsgraad van het fonds
ultimo februari 2020 90,4 (bron: www.pfzw.nl). Het vereiste niveau van de dekkingsgraad is 124,4% (bron:
www.pfzw.nl). In het bijgewerkte herstelplan van maart 2019 laat PFZW zien dat de beleidsdekkingsgraad eind
2027 weer op het vereiste niveau kan zijn. Dit is binnen de wettelijke hersteltermijn van 10 jaar. De stichting heeft
geen verplichting tot het voldoen van aanvullende bijdragen in geval van een tekort bij het pensioenfonds, anders
dan het effect van hogere toekomstige premies. De stichting heeft daarom alleen de verschuldigde premies tot en
met het einde van het boekjaar in de jaarrekening verantwoord.
Kasstroomoverzicht
Het kasstroomoverzicht is opgesteld volgens de indirecte methode. De geldmiddelen bestaan uit liquide
middelen.
26
ACTIVA
1. Materiële vaste activa
De post materiële vaste activa is als volgt gespecificeerd:
Bedrijfsgebouwen
en terreinen
Machines en
installaties
Overige vaste
bedrijfsmiddelen
Totaal
1 januari 2019
Aanschafwaarde 16.156.272 -- 2.030.852 18.187.124
Cumulatieve
afschrijvingen
1.474.991 -- 1.242.710 2.717.701
Onderhanden werk -- -- --
__________ __________ ____________ __________
Boekwaarden 14.681.281 -- 788.142 15.469.423
========== ========= =========== =========
Mutaties
Aanschafwaarde -- -- -- --
Investeringen -- -- 74.015 74.015
Ingebruikname -- -- -- --
Onderhanden werk -- -- -- --
Desinvesteringen -- -- -- --
__________ __________ ___________ __________
-- -- 74.015 74.015
Afschrijvingen
Desinvesteringen -- -- -- --
Afschrijvingen 5 356.062 -- 197.402 553.464
__________ __________ ____________ __________
-356.062 -- -197.402 -553.464
Saldo mutaties -356.062 -- -123.387 -479.449
_________ __________ ____________ _________
31 december 2019
Aanschafwaarde 16.156.272 -- 2.104.867 18.261.139
Cumulatieve
afschrijvingen
1.831.053 -- 1.440.112 3.271.165
Onderhanden werk -- -- -- --
__________ __________ ____________ __________
Boekwaarden 14.325.219 -- 664.755 14.989.974
========== ========== =========== =========
5 De bedrijfsgebouwen worden afgeschreven op basis van annuïteit. De afschrijvingsduur is 30 jaar en de rente is tot 1-6-2016
5% en vanaf 1-6-2016 3,3%. Machines en installaties en overige bedrijfsmiddelen worden lineair afgeschreven op basis van de aanschafwaarde. De percentages variëren van 10%% tot 33 1/3%.
27
De verwachting is dat het pand bij de samenvoeging over zal gaan tegen de reële waarde. In de maanden na het
uitbrengen van de jaarrekening zal meer duidelijkheid ontstaan over de taxatiewaarde van het huidige
bedrijfsgebouw- en terreinen. De verwachting is dat deze taxatiewaarde aanzienlijk lager zal uitvallen dan de
boekwaarde van het pand per taxatiedatum. Aangezien het verschil tussen de boekwaarde en taxatiewaarde per
de datum van deze jaarrekening nog niet kan worden gekwantificeerd is in de jaarrekening vooralsnog geen
bijzondere waardevermindering verwerkt.
2. Financiële vaste activa
Balans
31-12-2019
Balans
31-12-2018
Vorderingen 1.665.000 1.665.000
Af: naar vorderingen en overlopende activa < ( 1 jaar) -1.665.000 -1.665.000
___________ ___________
-- --
========== ==========
Dit betreft het voldoen van de laatste termijn inzake de verkoop van het terrein met het oude gebouw. Het bedrag
moet uiterlijk 30 maanden na overdracht van het onroerend goed, te weten 3 februari 2019, worden betaald of
zoveel eerder als het onherroepelijk worden van de door koper aan te vragen omgevingsvergunning voor de
beoogde (her)ontwikkeling van het verkochte. Inmiddels is extra uitstel verleend tot 30 april 2020 in verband met
opgelopen vertraging in het proces om te komen tot een nieuw bestemmingsplan en toekenning van genoemde
vergunning. Als zekerheid is door de verkoper een hypotheekrecht gevestigd. In de leveringsakte is tevens een
terugleverclausule en boetebeding opgenomen ingeval van non-betaling. In 2017 is de langlopende vordering
verplaatst naar vorderingen die binnen 1 jaar opeisbaar zijn
De vergoeding voor de vordering bedraagt een overeengekomen gedeelte van de verhuur van het oude pand aan
een zorginstelling zolang de vordering niet voldaan is. Voor 2019 was dit per maand €14.583 tot en met
september 2019. Deze bate is opgenomen onder de financiële baten.
3. Voorraden/ vorderingen en overlopende activa
De vorderingen en de voorraden bedragen:
Voorraden/vorderingen en overlopende activa Balans
31-12-2019
Balans
31-12-2018
Voorraden 14.057 13.874
Vorderingen en overlopende activa 2.259.973 2.246.408
___________ ___________
Totaal 2.274.030 2.260.282
========== ==========
28
Voorraden
De specificatie is als volgt:
Balans
31-12-2019
Balans
31-12-2018
Gereed product en handelsgoederen 14.057 13.874
___________ ___________
Totaal voorraden 14.057 13.874
========== ==========
Vorderingen en overlopende activa
De specificatie is als volgt:
Balans
31-12-2019
Balans
31-12-2018
Vorderingen op debiteuren 438.356 403.143
Vorderingen verkoop terrein en oude gebouw 1.665.000 1.665.000
Vorderingen inzake pensioenen 0 8.790
Overige vorderingen en overlopende activa 156.617 169.475
___________ ___________
Totaal 2.259.973 2.246.408
========== ==========
PASSIVA
4. Eigen vermogen
Het eigen vermogen is als volgt gesplitst:
Balans
01-01-2019
Bij Af Balans
31-12-2019
Kapitaal 91 -- -- 91
Herwaarderingsreserve terrein 160.000 -- -- 160.000
Egalisatiereserve Defensie 4.011 -- -- 4.011
Egalisatiereserve VWS 33.500 49.673 -- 83.173
Algemene reserve 2.920.942 -- 97.241 2.823.701
___________ ____________ __________ ___________
Totaal 3.118.544 49.673 97.240 3.070.976
=========== =========== ========== ===========
De egalisatiereserve betreft een egalisatiereserve voortvloeiend uit de subsidierelatie met het Ministerie van
Defensie. De egalisatiereserve VWS betreft een egalisatiereserve voortvloeiend uit de subsidierelatie met het
29
Ministerie van VWS. Voor beide egalisatiereserves geldt een maximum van 10% van het subsidiebedrag. De
mutatie in de algemene reserve bestaat uit het resultaat over 2019 minus de mutatie in de egalisatiereserves.
5. Voorzieningen
De voorzieningen zijn als volgt gesplitst:
Balans
01-01-2019
Bij Af Balans
31-12-2019
Reorganisatievoorziening 2.866 -- 2.866 --
Jubileumvoorziening 58.096 1.324 -- 59.420
Voorziening groot onderhoud 592.270 159.429 84.085 667.614
Voorziening i.v.m. besluit tot
samenvoeging
250.000 -- 47.000 203.000
____________ ____________ __________ ____________
Totaal voorzieningen 903.232 160.753 133.951 930.034
=========== =========== ========== ===========
Toelichting
De jubileumvoorziening betreft een voorziening voorvloeiend uit de cao.
Er is een principebesluit genomen dat Stichting de Basis gaat meedoen in een juridische fusie met de Stichting
Veteraneninstituut en de Stichting Nederlandse Veteranendag (NLVD). Bij deze samenvoeging zijn eveneens
betrokken het programmabureau Landelijk Zorgsysteem voor Veteranen (onderdeel van het Ministerie van
Defensie), het team Zorgcoördinatie (onderdeel van APG) en de coördinatie van de uitvoering van de
nuldelijnsondersteuning (onderdeel het Veteranen Platform). De samenvoeging komt tot stand onder
projectleiding van het Ministerie van Defensie.
De voorziening i.v.m. het besluit tot samenvoeging betreft de extra kosten, die als gevolg van het besluit om
samen te voegen moeten worden gemaakt. Daartoe is een plan van aanpak met een begroting van frictiekosten
opgesteld door het Ministerie van Defensie. Een deel van deze kosten moet worden gedekt door de bestaande
organisaties, zoals vastgelegd is in een ministeriële opdracht. De Basis draagt € 250.000 bij uit eigen middelen.
6. Schulden op lange termijn
De stand en het verloop van de schulden op lange termijn zijn als volgt:
Balans
01-01-2019
Bij Af
Bestedingen
Aflossingen
Af
Vrijval
Balans
31-12-2019
Hypothecaire lening Triodos 6.855.166 -- 501.689 -- 6.353.477
Achtergestelde lening vfonds 6.000.000 -- -- -- 6.000.000
Ministerie van VWS 1.300.683 -- 381.404 -- 919.279
Totaal Schulden op __________ __________ __________ __________ __________
Lange termijn 14.155.849 0 883.093 0 13.272.756
Aflossingsverplichtingen 2.548.000 2.546.600
Schulden op lange termijn 11.607.849 10.726.156
========= ==========
30
Toelichting
Per 31 december zijn er vier hypothecaire leningen bij de Triodos Bank, lening a t/m d. De oorspronkelijke
hoofdsom van deze hypothecaire leningen bedraagt in totaal € 9.500.000 (lening a € 5.000.000, lening b
€ 1.500.000, lening c € 1.500.000 en lening d € 1.500.000). De leningen hebben een looptijd van 30 jaar.
De rente varieert van 2,53% tot 4,33% per jaar.
Bij de leningen b, c en d worden de aflossing en rente annuïtair bepaald. De annuïteit bedraagt € 61.000 per
kwartaal. In aanvulling op de aflossingscomponent in de annuïteit wordt in de eerste vijf jaar € 100.000 per
kwartaal afgelost totdat de resterende lening € 5.400.000 bedraagt.
Als zekerheden heeft de Triodos Bank het eerste recht van hypotheek op het nieuwe gebouw van de Basis en is
er (stille) verpanding van de inventaris.
Onder de aflossingsverplichtingen is tevens het te ontvangen bedrag ad € 1.665.000 inzake de schuldig gebleven
koopsom bij de verkoop van het terrein en oude gebouw hetgeen naar verwachting medio 2020 ontvangen zal
worden. Voorlopig wordt uitgegaan van een extra aflossing conform afspraak met de Triodosbank.
De lening met het vfonds is achtergesteld op de lening van de Triodos Bank. De omvang van de lening bedraagt
€ 6.000.000. Op deze lening is een tweede recht van hypotheek gevestigd op het nieuwe gebouw van de Basis.
Aflossing zal geschieden vanaf 1-8-2021 in 120 maandelijkse termijnen van € 50.000. De rente bedraagt 2,53%
per jaar.
In 2017 heeft het Ministerie van VWS de subsidies over 2013, 2014, 2015 en 2016 definitief vastgesteld. Het
terug te betalen deel wordt in vijf jaar terugbetaald. Ook voor de terug te betalen subsidie 2016 en 2017 is een
aflossingsschema van vijf jaar overeengekomen.
7. Schulden op korte termijn
De schulden op korte termijn betreffen:
Balans
31-12-2019
Balans
31-12-2018
Crediteuren 228.661 179.041
Aflossingsverplichtingen langlopende leningen 2.546.600 2.548.000
Belastingen en sociale premies 464.386 339.980
Schulden ter zake pensioenen 3.434 --
Vooruit ontvangen subsidie Ministerie van Defensie, frictiekosten 379.900 --
Overige schulden 817.162 738.570
Overlopende passiva 143.674 216.132
__________ __________
Totaal Schulden op korte termijn 4.583.817 4.021.723
========= ==========
31
Niet in de balans opgenomen activa en verplichtingen
Leaseverplichtingen auto’s
De jaarlijkse leaseverplichting voor de auto's van werknemers is per einde 2019 € 31.700. De leasecontracten
worden telkens aangegaan voor een periode van vier jaar. De gemiddelde nog uitstaande termijn per einde 2019
bedraagt 12 maanden.
Convenant omwonenden Doorn
In 2011 is met de Vereniging Leefbaar Doorn, omwonenden en de gemeente Utrechtse Heuvelrug een convenant
ondertekend, waarin afspraken over de bestemming en het gebruik van het terrein van stichting de Basis voor 15
jaar zijn gemaakt. De afspraken gelden tot 10 maart 2026, waarna in overleg wordt getreden met de intentie om
te verlengen of te hernieuwen voor een periode van tien jaar. Hierbij dient te worden aangetekend dat een nieuw
bestemmingsplan het Convenant zal vervangen. De procedure voor wijziging van het bestemmingsplan loopt in
verband met het plan voor nieuwbouw door projectontwikkelaar IDBB.
32
Baten
8. Netto omzet
Rekening
2019
Begroting
2019
Rekening
2018
Programma opbrengsten 2.681.714 2.609.000 2.669.106
Opbrengsten maatschappelijk werk 6.389.154 6.231.000 6.250.005
_____________ _____________ ____________
Totaal 9.070.868 8.840.000 8.919.111
============ ============ ===========
De programma opbrengsten bestaan uit:
Trainingen en begeleidingsprogramma’s 745.478 948.000 710.691
Hospitality 1.936.236 1.661.000 1.958.415
_____________ _____________ ____________
Totaal 2.681.714 2.609.000 2.669.106
============ ============ ===========
9. Overige bedrijfsopbrengsten
Rekening
2019
Begroting
2019
Rekening
2018
Opbrengsten ondersteuning verenigingen 189.464 179.000 170.641
Huuropbrengsten verhuur gebouwen 293.819 294.000 276.689
Overige opbrengsten
Subsidie inzake frictiekosten 2019*
62.395
115.100
36.000
0
69.397
0
_____________ _____________ ____________
Totaal 660.778 509.000 516.727
============ ============ ===========
* voor specificatie samenvoeging zie 2.1 Overige Gegevens
33
Lasten
10. Personele kosten
Rekening
2019
Begroting
2019
Rekening
2018
Lonen en salarissen 4.885.416 5.016.000 4.736.593
Sociale lasten 802.816 815.000 726.136
Pensioenpremies 423.788 440.000 409.931
Overige personeelslasten 688.868 666.300 622.807
Personeel niet in loondienst
Frictiekosten
354.493
107.600
114.400 339.214
__________ _________ __________
Totale personele kosten 7.262.981 6.972.700 6.834.681
========== ========== ==========
Werknemers
Het gemiddelde aantal werknemers over 2019 bedraagt 99,8 fte (2018: 95.01 fte), exclusief uitzendkrachten en
exclusief inzet t.b.v. de samenvoeging.
Toelichting personele kosten
Topfunctionarissen Beloning
€
Belastbare
kostenver-
goedingen
€
Pensioen-
voorziening
€
2019
Mw. G.T.M. Schippers, directeur-bestuurder (geheel 2019) 118.624 -- 11.182
Dhr. A. Wolfsen, voorzitter Raad van Toezicht (geheel 2019) 9.900 -- --
Dhr. J.K. Jongkind, lid Raad van Toezicht (geheel 2019) 6.600
Dhr. A. Tieland, lid Raad van Toezicht (geheel 2019) 6.600 -- --
Mw. S. Van Praag, lid Raad van Toezicht (geheel 2019) 6.600 -- --
Mw. W.H. Zijlstra, lid Raad van Toezicht (geheel 2019) 6.600 -- --
(De beloningen van de Raad van Toezicht zijn vermeld
exclusief BTW)
2018
Mw. G.T.M. Schippers, directeur-bestuurder (geheel 2018) 113.760 -- 11.240
Dhr. A. Wolfsen, voorzitter Raad van Toezicht (geheel 2018) 9.900 -- --
Mw. A.L.C. Roelofs, lid Raad van Toezicht (geheel 2018) 6.600 -- --
Dhr. M.J.L. Goossen, lid Raad van Toezicht (geheel 2018) 3.575 -- --
Dhr. J.K. Jongkind, lid Raad van Toezicht (geheel 2018) 6.600 -- --
Dhr. A. Tieland, lid Raad van Toezicht (geheel 2018) 6.600 -- --
Mw. S. van Praag, lid Raad van Toezicht (vanaf 16-07-2018) 3.300 -- --
34
11. Overige bedrijfskosten
Rekening
2019
Begroting
2019
Rekening
2018
Huisvestingskosten 720.811 760.000 698.208
Voeding & Programmakosten 324.450 294.200 293.560
Algemene & Kantoorkosten
Frictiekosten6
688.636
7.500
768.100 671.720
250.000
__________ _________ __________
Totaal 1.741.397 1.822.300 1.913.488
========== ========== ==========
12. Financiële baten
Rekening
2019
Begroting
2019
Rekening
2018
Rente opbrengsten 131.519 0 176.015
__________ _________ __________
Totaal 131.519 0 176.015
========== ========== ==========
13. Financiële lasten
Rekening
2019
Begroting
2019
Rekening
2018
Rente kosten 352.891 319.000 367.500
__________ _________ __________
Totaal 352.891 319.000 367.500
========== ========== ==========
6 Onder de Frictiekosten van 2018 is de dotatie inzake de getroffen voorziening uit eigen middelen inzake de frictiekosten
ad € 250.000 opgenomen, zie ook onderdeel 2. Overige gegevens
35
Gegevens rechtspersoon
Stichting de Basis is een stichting ingeschreven bij de Kamer van Koophandel onder nummer 30211270 en is
gevestigd in Doorn.
Vaststelling en goedkeuring jaarrekening
De jaarrekening is vastgesteld door de directie op 30 maart 2020 en op 17 april 2020 goedgekeurd door de Raad
van Toezicht.
Resultaatbestemming
Conform de statuten wordt door de Raad van Toezicht voorgesteld om het resultaat toe te voegen aan de
algemene reserve.
Gebeurtenissen na balansdatum
Coronacrisis
Ten tijde van het opstellen en afronden van de jaarrekening ondervindt heel Nederland, dus ook stichting de
Basis, de gevolgen van de Coronacrisis. De activiteiten van de stichting in 2020 zullen voor een nog onzekere
periode geheel of gedeeltelijk beïnvloed worden door de getroffen overheidsmaatregelen om fysieke sociale
omgang te vermijden. Directie en management houden actief zicht op de nadelige materiële gevolgen en nemen
maatregelen om deze zo beperkt mogelijk te houden. Waar aan de orde zal van de tegemoetkomende
overheidsmaatregelen gebruik worden gemaakt. Op basis van impactscenario’s en daaruit voortvloeiende
liquiditeitsberekeningen tot en met einde 2020 is tot nu toe geen aanleiding om aan te nemen dat de continuïteit
van de organisatie in gevaar komt.
36
Ondertekening door bestuurder en toezichthouders
Schippers, G.T.M.
Wolfsen, A.
Van Praag, S.
Jongkind, J.K.
Zijlstra, W.H.
Tieland, A.
37
2.1 Overzicht baten en lasten samenvoeging
Er is een principe besluit genomen dat Stichting de Basis gaat meedoen in de samenvoeging van de volgende
organisaties: Stichting het Veteraneninstituut en Stichting de Nederlandse Veteranendag (NLVD). Bij deze
samenvoeging zijn eveneens betrokken het programmabureau Landelijk Zorgsysteem voor Veteranen
(onderdeel van het ministerie van Defensie), het team zorgcoördinatie van APG en de coördinatie van de
uitvoering van de nuldelijnsondersteuning van het Veteranen Platform. De samenvoeging komt tot stand onder
leiding van het ministerie van Defensie.
Enerzijds is er een subsidie toegekend en anderzijds wordt er een bijdrage vanuit de Basis geleverd inzake
frictiekosten, hiervoor is een voorziening gevormd in 2018.
Werkelijk in €
Toegekende subsidie frictiekosten 2019-2021 495.000
Frictiekosten 2019 waarvoor subsidie door
ministerie van Defensie verstrekt is:
Salarissen en personeelskosten 107.600
Algemene en kantoorkosten 7.500
Totale frictiekosten 2019 (begroot € 166.000) 115.100
Saldo opgenomen in balans 31 december 2019 onder de
post (7) overige schulden en overlopende passiva 379.900
Voor de samenvoeging heeft het ministerie van Defensie een voorlopige subsidie toegekend voor 2019 tot en met
2021 van € 495.000.
De subsidieopbrengsten (zie toelichting post 9) worden verantwoord naar rato van de gemaakte kosten. In 2019
is het gehele subsidiebedrag voor de periode 2019 tot en met 2021 ontvangen.
Het verschil tussen de ontvangen subsidievoorschotten en de tot en met 2019 gemaakte werkelijke kosten
worden als overlopende passiva in de balans opgenomen: zie toelichting post 7 Overige schulden en overlopende
passiva.
Voorziening frictiekosten Werkelijk in €
Stand 1-1-2019 250.000
Salariskosten 2019 ten laste van
Voorziening frictiekosten (begroot € 88.400) 47.000
Stand 31-12-2019 203.000
De voorziening i.v.m. het besluit tot samenvoeging betreft de extra kosten, die als gevolg van het besluit om aan
te sluiten bij de samenvoeging van organisaties moeten worden gemaakt.
38
Daartoe is een plan van aanpak met een begroting van frictiekosten opgesteld door het ministerie van
Defensie. Een deel van deze kosten moet worden gedekt door de bestaande organisaties, zoals vastgelegd
is in een ministeriële opdracht.
Doordat diverse onderdelen van het samenvoegingstraject later zijn opgestart dan vooraf ingeschat, is voor
2019 minder besteed dan begroot. Dit zal naar verwachting ingelopen worden in het vervolg van het proces.
39
CONTROLEVERKLARING VAN DE ONAFHANKELIJKE ACCOUNTANT
Aan: de Raad van Toezicht en Bestuur van Stichting de Basis
A. Verklaring over de in het jaarverslag opgenomen jaarrekening 2019 Ons oordeel
Wij hebben de jaarrekening 2019 van Stichting de Basis te Doorn gecontroleerd.
Naar ons oordeel geeft de in dit jaarverslag opgenomen jaarrekening een getrouw beeld van de grootte en de samenstelling van het vermogen van Stichting de Basis op 31 december 2019 en van het resultaat over 2019 in overeenstemming met de in Nederland geldende Richtlijn voor de Jaarverslaggeving 640 Organisaties- zonder-winststreven (RJ 640) en de bepalingen van en krachtens de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector (WNT).
De jaarrekening bestaat uit: 1. de balans per 31 december 2019; 2. de staat van baten en lasten over 2019; 3. het kasstroomoverzicht 2019; en 4. de toelichting met een overzicht van de gehanteerde grondslagen voor financiële
verslaggeving en overige toelichtingen.
De basis voor ons oordeel
Wij hebben onze controle uitgevoerd volgens het Nederlands recht, waaronder ook de Nederlandse controlestandaarden en het Controleprotocol WNT vallen. Onze verantwoordelijkheden op grond hiervan zijn beschreven in de sectie 'Onze verantwoordelijkheden voor de controle van de jaarrekening'.
Wij zijn onafhankelijk van Stichting de Basis zoals vereist in de Verordening inzake de onafhankelijkheid van accountants bij assurance-opdrachten (ViO) en andere voor de opdracht relevante onafhankelijkheidsregels in Nederland. Verder hebben wij voldaan aan de Verordening gedrags- en beroepsregels accountants (VGBA).
Wij vinden dat de door ons verkregen controle-informatie voldoende en geschikt is als basis voor ons oordeel.
Geen controlewerkzaamheden verricht ten aanzien van klassenindeling bezoldigingsmaximum
In overeenstemming met het Controleprotocol WNT hebben wij het bezoldigingsmaximum WNT, zoals bepaald en verantwoord door de stichting, als uitgangspunt gehanteerd voor onze controle en hebben wij geen werkzaamheden verricht op de totstandkoming van dit bezoldigingsmaximum.
Pagina 2
B. Verklaring over de in het jaarverslag opgenomen andere informatie
Naast de jaarrekening en onze controleverklaring daarbij, omvat het jaarverslag andere informatie, die bestaat uit:
• het bestuursverslag;
• de overige gegevens.
Op grond van onderstaande werkzaamheden zijn wij van mening dat de andere informatie:
• met de jaarrekening verenigbaar is en geen materiële afwijkingen bevat;
• alle informatie bevat die op grond van RJ 640 is vereist.
Wij hebben de andere informatie gelezen en hebben op basis van onze kennis en ons begrip, verkregen vanuit de jaarrekeningcontrole of anderszins, overwogen of de andere informatie materiële afwijkingen bevat. Wij merken hierbij op dat onder de overige gegevens tevens het overzicht is opgenomen van de in 2019 gedane uitgaven in het kader van ‘Governance uitvoering veteranenbeleid’.
Met onze werkzaamheden hebben wij voldaan aan de vereisten in RJ 640 en de Nederlandse standaard 720 (De verantwoordelijkheden van de accountant met betrekking tot andere informatie. Deze werkzaamheden hebben niet dezelfde diepgang als onze controlewerkzaamheden bij de jaarrekening.
Het bestuur is verantwoordelijk voor het opstellen van het bestuursverslag en de overige gegevens in overeenstemming met RJ 640.
C. Beschrijving van verantwoordelijkheden met betrekking tot de jaarrekening
Verantwoordelijkheden van directie en Raad van Toezicht voor de jaarrekening
De directie is verantwoordelijk voor het opmaken en getrouw weergeven van de jaarrekening in overeenstemming met RJ 640 en de bepalingen van en krachtens de WNT. In dit kader is het bestuur verantwoordelijk voor een zodanige interne beheersing die het bestuur noodzakelijk acht om het opmaken van de jaarrekening mogelijk te maken zonder afwijkingen van materieel belang als gevolg van fouten of fraude.
Pagina 3
Bij het opmaken van de jaarrekening moet het bestuur afwegen of de stichting in staat is om haar werkzaamheden in continuïteit voort te zetten. Op grond van genoemd verslaggevingsstelsel moet het bestuur de jaarrekening opmaken op basis van de continuïteitsveronderstelling, tenzij het bestuur het voornemen heeft om de stichting te liquideren of de bedrijfsactiviteiten te beëindigen of als beëindiging het enige realistische alternatief is.
Het bestuur moet gebeurtenissen en omstandigheden waardoor gerede twijfel zou kunnen bestaan of de stichting haar bedrijfsactiviteiten in continuïteit kan voortzetten, toelichten in de jaarrekening.
Onze verantwoordelijkheden voor de controle van de jaarrekening
Onze verantwoordelijkheid is het zodanig plannen en uitvoeren van een controleopdracht dat wij daarmee voldoende en geschikte controle-informatie verkrijgen voor het door ons af te geven oordeel.
Onze controle is uitgevoerd met een hoge mate maar geen absolute mate van zekerheid, waardoor het mogelijk is dat wij tijdens onze controle niet alle materiële fouten en fraude ontdekken.
Afwijkingen kunnen ontstaan als gevolg van fraude of fouten en zijn materieel indien redelijkerwijs kan worden verwacht dat deze, afzonderlijk of gezamenlijk, van invloed kunnen zijn op de economische beslissingen die gebruikers op basis van deze jaarrekening nemen. De materialiteit beïnvloedt de aard, timing en omvang van onze controlewerkzaamheden en de evaluatie van het effect van onderkende afwijkingen op ons oordeel.
Wij hebben deze accountantscontrole professioneel kritisch uitgevoerd en hebben waar relevant professionele oordeelsvorming toegepast in overeenstemming met de Nederlandse controlestandaarden, ethische voorschriften en de onafhankelijkheidseisen. Onze controle bestond onder andere uit:
• het identificeren en inschatten van de risico’s dat de jaarrekening afwijkingen van materieel belang bevat als gevolg van fouten of fraude, het in reactie op deze risico’s bepalen en uitvoeren van controlewerkzaamheden en het verkrijgen van controle-informatie die voldoende en geschikt is als basis voor ons oordeel. Bij fraude is het risico dat een afwijking van materieel belang niet ontdekt wordt groter dan bij fouten. Bij fraude kan sprake zijn van samenspanning, valsheid in geschrifte, het opzettelijk nalaten transacties vast te leggen, het opzettelijk verkeerd voorstellen van zaken of het doorbreken van de interne beheersing;
• het verkrijgen van inzicht in de interne beheersing die relevant is voor de controle met als doel controlewerkzaamheden te selecteren die passend zijn in de omstandigheden. Deze werkzaamheden hebben niet als doel om een oordeel uit te spreken over de effectiviteit van de interne beheersing van de entiteit;
Pagina 4
• het evalueren van de geschiktheid van de gebruikte grondslagen voor financiële verslaggeving en het evalueren van de redelijkheid van schattingen door het bestuur en de toelichtingen die daarover in de jaarrekening staan;
• het vaststellen dat de door het bestuur gehanteerde continuïteitsveronderstelling aanvaardbaar is. Tevens het op basis van de verkregen controle-informatie vaststellen of er gebeurtenissen en omstandigheden zijn waardoor gerede twijfel zou kunnen bestaan of de stichting haar bedrijfsactiviteiten in continuïteit kan voortzetten. Als wij concluderen dat er een onzekerheid van materieel belang bestaat, zijn wij verplicht om aandacht in onze controleverklaring te vestigen op de relevante gerelateerde toelichtingen in de jaarrekening. Als de toelichtingen inadequaat zijn, moeten wij onze verklaring aanpassen. Onze conclusies zijn gebaseerd op de controle-informatie die verkregen is tot de datum van onze controleverklaring. Toekomstige gebeurtenissen of omstandigheden kunnen er echter toe leiden dat een onderneming haar continuïteit niet langer kan handhaven;
• het evalueren van de presentatie, structuur en inhoud van de jaarrekening en de daarin opgenomen toelichtingen; en
• het evalueren of de jaarrekening een getrouw beeld geeft van de onderliggende transacties en gebeurtenissen.
Wij communiceren met de Raad van Toezicht onder andere over de geplande reikwijdte en timing van de controle en over de significante bevindingen die uit onze controle naar voren zijn gekomen, waaronder eventuele significante tekortkomingen in de interne beheersing.
Baarn, 17 april 2020
Meerwijk Stanton Groep B.V.
w.g. Drs. M.J. Freriks RA
40
Hoofd- en nevenfuncties leden Raad van Toezicht de Basis
Aleid Wolfsen
Voorzitter Autoriteit Persoonsgegevens
Voorzitter Raad van Toezicht St. Bartholomeus Gasthuis
Voorzitter Raad van Toezicht muziekrechtenorganisatie Sena
Voorzitter Raad van Commissarissen drinkwaterbedrijf Oasen N.V.
Lid Raad van Arbitrage voor de Bouw
Lid Raad van Advies College voor de Rechten van de Mens (q.q.-functie)
Lid Raad van Toezicht Stichting Operamakers
Voorzitter Raad van Toezicht en Advies Instituut Asbestslachtoffers
Jürgen Jongkind
Directeur Financiën en Bestuursadvisering Rijksvastgoedbedrijf
Ton Tieland
Eigenaar van Dubbel E Acteerservice b.v. en Eduact b.v.
Lid van het bestuur van de Stichting Ziektekostenverzekering Krijgsmacht (ziektekostenverzekering voor
militairen)
Voorzitter Centrale Advies Commissie Draaginsigne Gewonden
Lid van het bestuur van de Stichting Zorgzaam (ziektekostenverzekering voor mensen met een relatie met
Defensie zoals burgermedewerkers, ex militairen en gezinsleden van militairen)
Voorzitter van de Cliëntenraad van het Academisch Medisch Centrum in Amsterdam
Voorzitter Veteranen en oudgedienden van de Militaire Luchtvaart (MILu)
Xandra van Praag
Zelfstandig consultant en verandermanager X-spartise
Lid Raad van Toezicht Zonnehuisgroep IJssel en Vechtstreek
Lid Raad van Commissarissen Rabobank Randmeren
Branche ambassadeur Nieuw Toezicht ‘eerstelijnszorg’, NVTZ
Directeur Huisartsopleiding Nederland
Ine Zijlstra-van de Pasch
Eigenaar Ine Zijlstra Interimmanagement & Advies
Lid Raad van Toezicht Stichting Meander Omnium
Lid Raad van Toezicht Stichting Big Move.
Top Related