Download - Update 18; teenage troubles part 1

Transcript

De complete stamboom van familie de Bof en hun gerelateerden ^

De stamboom vanaf Joey en Cathelijns tak;

Het bovenste ook goed zien? Zoomen in met CNTRL + scroller van je muis!

- Zette Lizzy een punt achter de „relatie‟ die ze meende met Sander te hebben.

Het bleek dat Sander overal heel anders over dacht dan hij liet overkomen

- Vertelden Justin en Jim Abel en Emine over hun plannen een kindje derde te

adopteren.

- Had iedereen behalve Auke een brief ontvangen waarin stond dat ze waren

aangenomen voor vervolgonderwijs: hij had zijn brief later opgestuurd.

- Besloot Pepijn in een boze bui dat hij langs wilde gaan bij zijn opa en oma. Hij

ergerde zich dood aan Veerles vriendje Jordy en zijn kleffe gitaarspelen. Auke

kreeg hem weer enigszins rustig en naderhand zijn ze een balletje gaan trappen.

- Was Iris het weekend bij Tim waar ze met z‟n allen in een bootje naar het meer

gingen. Daisy en Bram groeiden op naar tieners en onverwacht kwam Largo

langs om de tweeling te feliciteren.

- Wilde Sander zijn excuses maken tegenover Lizzy en reed hij naar haar huis

om uitleg te geven over zijn gedrag en te zeggen dat hij niet verder wilde samen.

- Hadden Jordy en Veerle een gezellige zondagmiddag samen voor hun proef-

werkweek begon en de Cito-toets voor Pepijn, Kay, Amber en Pelle.

„Pak aan!‟ Riep Kay. Het wagentje dat hij vertegenwoordigde knalde tegen

dat van Amber. „Damn it,‟ siste hij. Waarom was hij ook alweer tegen haar aan het

racen?

Een tevreden glimlachje sierde Ambers gezicht. Kay gooide zich altijd vol lust in de

strijd. Haar kostte het een stuk minder moeite maar ze won toch altijd met gemak.

„Gewonnen,‟ zei ze dan ook deze keer weer met een triomfantelijk lachje. Ze wist dat

Kay niet echt boos was. Hij was een goede verliezer. „Kom, zal ik eerst even wat te

drinken gaan halen beneden? Of heb je geen dorst?‟

Kay haalde zijn schouders op. Beneden was het lekker rustig. Olivier zat nog op de

peuterspeelzaal en Emily was bij een vriendinnetje spelen. Dit was voor Amber de

perfecte gelegenheid om even te overleggen met haar vader.

Ze vonden hem in de woonkamer voor de televisie. Aan zijn boze geroep en het ge-

schreeuw te horen stond er een voetbalwedstrijd op. Amber legde haar vinger tegen

haar lippen en wenkte Kay haar te volgen.

„Godsamme, dit kunnen jullie toch niet menen?! Die had gewoon kunnen zitten!‟

Amber hield het niet meer en begon hard te lachen. Richard stond direct voor de

bank. Hij geneerde zich enigszins. „Kijk dan, wat een sneu stelletje! Het is toch ook de

reinste onzin tegenwoordig,‟ mompelde Richard, zijn gedrag van daarnet verklarend.

„Ja pa, hou maar op,‟ lachte Amber. „Het blijft grappig.‟

„Pffft. Jullie vrouwen snappen niets van voetbal. Jij snapt wel waar ik het over heb,

nietwaar Kay?‟ Probeerde Richard nog. Kay haalde zijn schouders op. Hij keek nooit

naar voetbal. Hij speelde het veel liever zelf. „Maargoed. Alweer iets bijgekomen van

school?‟ Informeerde Ambers vader terwijl hij de tv op pauze zette.

„Er viel niet per se wat bij te komen of zo,‟ vond Amber. „Zo moeilijk was het niet.‟

„Dan zal de Citoscore vast alleen maar meevallen, toch?‟ Richard glimlachte en

schudde met zijn hoofd. Zijn dunne, vlassige haar schudde mee. „Als jullie het niet erg

vinden…‟ Hij wees over zijn schouder naar de tv. „Ik wil graag weten wat de score is.‟

„Pap, ik wilde nog één ding vragen. Herinner je je die hometrainer nog waarover we

het hebben gehad?‟ De moed zonk Amber in de schoenen. Ze hoopte zo dat haar

vader haar idee niet zou afkeuren. „Emily en ik willen allebei dolgraag dat ding hebben

en het is voor mama ook handiger. Dan kan ze vaker thuis spinning doen in plaats

van in de sportschool en dat scheel tijd. En ik dacht… nou ja. We kunnen samen geld

neerleggen als cadeau voor Emily‟s verjaardag. Wil je dat?‟ Hakkelde Amber.

„Amber, dat vind ik nou nog eens wat je noemt een puik plan!‟ Richard knikte instem-

mend. „Heb je Emily daar al wat over verteld? Of wil je echt met z‟n drieën doen?‟

„Ja, nee, het is een cadeautje voor Emily. Ik wil niet dat zij er iets aan mee hoeft te

betalen. Desnoods betaal ik haar deel wel.‟

„We hebben het er vanavond nog over, oké? Emily moet toch naar ballet. Dan zijn

we nog even alleen met z‟n vieren. Kunnen we met mama overleggen.‟

„Oké!‟ Stemde Amber opgelucht en knikkend in. „Wij gaan even wat te drinken

pakken en weer naar boven. Kay moet me nog inmaken.‟ Amber grijnsde naar Kay.

Gewapend met twee milkshakes en een extra laptop begaven de twee zich weer

naar boven. Eenmaal daar startten ze de laptops op.

„Ik zal wel kijken op die site die ik vanochtend al noemde,‟ bedacht Kay terwijl hij op

de leuning van de bank ging zitten. „Of wil je liever op Marktplaats kijken?‟

„Geen idee of de tweedehandse zoveel verschillen in prijs. Het leukst is een nieuwe,

maar dat is best prijzig… Ik neem Marktplaats wel voor m‟n rekening. Kijk jij dan op

die ander site?‟

„Hmm-hmm.‟

Kay keek over de rand van Richards laptop naar Amber. Haar benen bungelden in

de lucht op de maat van een liedje van Jacqueline Govaert. Lachend schudde hij zijn

hoofd. Als automatisch logde hij in op Facebook. In gedachten surfte hij wat over de

pagina‟s van wat van zijn vrienden. Zo te zien hadden zijn moeders daarstraks nog

iets gepost over naar het ziekenhuis gaan vanwege de zwangerschap. Hij glimlachte

en typte de site in voor de hometrainer. Hij wilde net de zoekterm „hometrainer‟ in-

typen toen er een schermpje omhoog floepte. Victoria Andersen wil je toevoegen op

Facebook stond er. Kay was zijn eigenlijke doel alweer vergeten en klikte het scherm-

pje aan. Victoria Andersen dus, dacht Kay en klikte op „accepteren‟.

„Kay,‟ klonk het vanaf de grond. Direct was Kay uit zijn gedachten gerukt. „Heb je al

wat gevonden?‟ Met een triomfantelijke blik keek Amber hem aan over de rand van

haar laptop.

„Ehrm, ik ben nog even aan het zoeken,‟ mompelde Kay en typte „hometrainer‟ in bij

de zoekmachine op de site. Er kwamen aardig wat resultaten tevoorschijn. „Ik heb…‟

„Wie is eigenlijk Victoria?‟ Onderbrak Amber hem prompt. „Die naam komt me

vaagjes ergens bekend voor.‟ Iets in haar stem verried dat ze geamuseerd was door

Kay‟s gedrag. „Ze zit niet bij ons op school, wel?‟

„Ik heb haar net toegevoegd!‟ Riep Kay lachend uit. „Hoe weet jij dat trouwens?‟

„Ik zie het toch als jij je aanmeld? Maar vertel op, je draait er omheen. Wie is dat

meisje ook alweer?‟ De nieuwsgierigheid droop van Ambers gezicht. Ze wiebelde

plagerig met haar wenkbrauwen.

„Ach, man.‟ Kay lachte. „Haal je maar niets in je hoofd. Ze is gewoon een meisje dat

ik ken van vakantie. Die ene keer Centreparks toen onze ouders allebei in hetzelfde

park geboekt hadden. Victoria was daar ook. Laatst kwam ik haar ergens tegen.‟

„Oh, nu herinner ik het me weer!‟ Riep Amber uit. „Maar je meent het? Waar dan?‟

„Het park.‟ Kay had de neiging een kussen naar Ambers hoofd te gooien. „Ben je dan

zo‟n leeghoofd? Ik heb je het laatst nog verteld.‟

„Oh ja,‟ mompelde Amber. Ze was zowat teleurgesteld. Nu deed ze er in elk geval

niet meer zo plagerig over, tot Kay‟s opluchting. „Maargoed. Laten we verder gaan

met zoeken. Weet jij trouwens al iets voor Kelsons verjaardag?‟

Kay slaakte een zucht. „Ik geloof dat ze op die leeftijd met alles blij zijn, maar ik wil

toch iets speciaals doen, weet je.‟

„We kunnen ook samen de stad in gaan?‟ Stelde Amber voor. „Ik moet voor Olivier

ook nog wat hebben. Plus het is een leuke afsluiting voor als de Cito-toets voorbij is.‟

Kay knikte instemmend. „Lijkt me gezellig. Ik overleg straks thuis wel even.‟

Thuisgekomen zette Kay Kelson op tafel. „Dus jij hebt je wel lief vermaakt

bij tante Naomi?‟ Probeerde hij een reactie uit te lokken. Kelson knikte alleen en

richtte vervolgens alle aandacht weer op zijn speelgoedkonijn. Hun ouders hadden

dat ding gekocht omdat het woordjes zei en ze hoopten dat het Kelson zou

stimuleren. Helaas kwam er nog amper een woord uit. Kay liet zich echter niet uit het

veld slaan. „Weet je wat? Wat denk je ervan als we de mama‟s eens gaan bellen?‟ Dat

leek een goed idee: Kelson keek meteen op. Hij zei dan wel weinig, hij begreep alles

wat je zei. De juffen op de peuterspeelzaal hadden na twee dagen al geadviseerd

naar de KNO-arts te gaan. Kay herinnerde zich nog goed hoe woest hij zich had ge-

maakt. Zijn broertje was heus niet doof of iets en al helemaal niet dom. Hij was ge-

woon later met praten, dat was alles. „Maar kijk eens aan,‟ zei Kay. „Wie staat daar?!‟

Kelson keek even opzij, verontwaardigd omdat Kay dat ook was. „Serren!‟ Gilde hij

enthousiast uit. Het speelkonijn was meteen vergeten.

Serena kwam lachend de keuken ingelopen en tilde Kelson van de tafel. „Wat zei je

daar?!‟ Met een grijns van oor tot oor keek ze Kay aan. „Wat ben jij een grote jongen!‟

Kelson glunderde. Hij vond het echt niet erg om in de schijnwerpers te staan. Kay

gaf hem een aai over zijn bol. „Zeg nou eens Kay, dat is toch wel de meest makkelijke

naam ooit om te zeggen, hmm?‟ Grapte hij. „Het komt wel goed met jou.‟

Serena gaf Kay een kus op zijn wang. „Dat denk ik ook. – Hoe is school gegaan?‟

Kay lachte. „Mam! Daar heb je vanmiddag toch al over gebeld.‟ Hij begreep dat zijn

moeder graag belangstelling wilde tonen maar het was meer dan alleen dat. „Het is

goed gegaan. Het enige moeilijke was één van de vijf gedeelten van aardrijkskunde.

Voor de rest ging alles van een leien dakje.‟

„Dat is mooi.‟ Serena gaf hem opnieuw een kus op zijn wang. „Sorry voor al het ge-

vraag. Ik wil gewoon… gewoon. Ik wil er niets aan missen.‟ Serena voelde dat er

tranen in haar ogen stonden. „Kijk mij nou.‟ Lachend ging ze met Kelson op het aan-

recht zitten. „Sorry als ik een beetje emotioneel overkom.‟

Het maakte Kay niet uit. Hij wist waardoor het kwam. „Dat geeft toch niet, mam. Ik

weet waarom het is en sowieso – je bedoelt het goed.‟

Serena keek met een glimlach op Kay neer. „Wat ben je het toch gemakkelijk, Kay.‟

„Aangezien ik zo gemakkelijk ben mag ik vast wel met Amber de stad in vrijdag?‟

Bij het horen van Ambers naam duwde Kelson direct de fles aan de kant. Zelf ging

hij erg veel om met Olivier, Ambers broertje. Serena zette hem met fles en al op de

grond, maar Kelson bleef zijn broer afwachtend aankijken.

„Na schooltijd, bedoel je?‟ Vroeg Serena ter verduidelijking – natuurlijk wist ze dat hij

dat bedoelde. „Laat me denken… Vrijdag… is goed. Als je me één ding beloofd.‟

Kay keek zijn moeder even met een frons aan. „Wat moet ik je dan beloven, mam?‟

„Dat je wat spullen meeneemt voor Kelsons verjaardag. Ik wil er niet een al te groot

feest van maken, maar…‟ Ze haalde haar schouders op. „Zijn eerste verjaardag hier.‟

Kay was meteen enthousiast. Als er één iemand te paaien was voor het bijwonen

van een feestje was hij het wel. Er een organiseren was nog stukken beter! Verrukt

tilde hij Kelson van de grond en zwiepte hem in de rondte. „Weet je wie er een feestje

gaat krijgen? Jij!‟ Riep Kay uit. „Met taart en slingers aan toe! En dan vragen we

Olivier ook of hij langs wil komen. En natuurlijk tante Naomi en ome Victor.‟ Kay zag

het al helemaal zitten. „Kun je fijn met Mira spelen! Dan ben je net zo groot als zij!‟

Kelson keek met grote ogen naar zijn broer en Serena moest lachen. „Al is hij alweer

iets vooruit gegaan met praten… Dat begrijpt hij denk ik niet. Nog niet.‟

„Nog niet, inderdaad.‟ Kay‟s stem sloeg over van enthousiasme. „Tot het zo feest is!‟

Met een zucht van verveling liet Emma zich weer op haar stoel ploffen. Zo

te horen waren haar ouders als enigen nog op. Kleine kans dat ze nu al naar boven

kwamen. Des te minder kans dat ze betrapt werd op nog op zijn.

Zo te zien had Kay in de tussentijd alweer een heel verhaal getypt. Emma begon te

lezen. „Hmm, een feestje dus?‟ Mompelde ze tegen niemand minder dan zichzelf. Erg

veel zin had ze er niet in. Het was altijd lachen met Kay in de buurt maar niet wanneer

de rest van de familie ook kwam. Aangezien het Kelsons verjaardag was zou dat dus

het geval zijn. Waarschijnlijk zou Pepijn erbij zijn, maar dan nog had Emma geen zin.

“Ik weet niet of ik wel mag gaan. Zal morgen ff vragen. Ouders denken dak slaap,”

antwoordde ze daarom maar. Nu moest ze gauw uitloggen, wist ze. Anders bleef Kay

erover doorgaan. Ze had er geen zin in en wilde onderhand weleens naar bed.

Het licht had ze net uitgedaan toen ze hoorde dat haar raam omhoog geschoven

werd. Emma moest zich hard inhouden geen gilletje te slaken. „Wat de hell?!‟ Riep ze.

Er verschenen twee handen om het raamkozijn. Wat was dit in godsnaam? Er ging

iemand inbreken. Ze moest vluchten, gillen, iemand halen. Emma stond als aan de

grond genageld. Ze wist het wel maar het drong niet tot haar door.

„Rustig blijven,‟ fluisterde ze. „Doe iets. Je kunt het…‟ Langzaam kwam ze weer bij

positieven. De alarmbellen stopten met rinkelen. In drie passen stond Emma bij de

lamp en was het grote licht aan. Ze begon te koken van woede. Welke malloot haalde

het in zijn bolle kop om op dit uur in te breken in hun huis?! Woedend rukte ze de lade

van haar bureau open en viste er een zaklamp uit. „Maak dat je wegkomt, idioot!‟ Riep

ze. „Ik ben gewapend!‟ Al haar angst was verdwenen. De adrenaline gierde nog

steeds door haar lichaam, maar nu van woede.

Het volgende moment zag ze lichtbruin haar boven het kozijn uitsteken. Langzaam

liet ze haar arm zakken. „What. The. Fuck…‟ Zei ze langzaam.

„Je zou me ook gewoon even kunnen helpen,‟ zei Pepijn geërgerd terwijl hij het

gordijn aan de kant sloeg. „Jezus wat een kutraam, zeg.‟ Met veel pijn en moeite

manoeuvreerde hij zijn hoofd haar kamer binnen. Uitgeput viel hij op het bed. „Hèhè.‟

Emma stond nog steeds perplex. Ze was helemaal van slag en kon het zich nog

steeds amper beseffen. Voor hetzelfde geld was het een inbreker geweest. Maar nee,

het was gewoon haar vriendje. „Wat ben jij een idioot!‟ Siste ze. „Ik schrok me kapot!

Ik dacht dat je een inbreker was ofzo! Kon je niet gewoon even bellen, sms‟en, wat…‟

Pepijn keek met grote ogen naar Emma. „Emma…‟ Begon hij dreigend. Hij moest

moeite doen zelf niet ook woedend te worden. „Stop met schreeuwen. Als je zo door-

gaat komen je ouders nog naar boven. Als ze je nog niet hebben gehoord, tenminste.‟

Emma slaakte een diepe zucht en haalde een hand door haar haar. „Pffft,‟ deed ze.

„Sorry dat ik je liet schrikken,‟ mompelde Pepijn oprecht. „Ik wilde je alleen verassen.‟

„Nou, dat is je dan gelukt!‟ Emma kon het nog steeds niet beseffen. Dit ging toch

helemaal nergens over? „Wat kom je eigenlijk doen?‟ Merkte ze snibbig op.

„Ik kwam je verassen, zoals ik al zei,‟ begon Pepijn weer. „Ik kwam je even een kusje

geven.‟ Nonchalant haalde hij zijn schouders op, alsof het de normaalste zaak van de

wereld was. „Voor het slapen gaan…‟ Langzaam stak hij zijn arm uit naar de zaklamp.

Hij zag Emma er best voor aan dat ze hem alsnog een klap verkocht als hij wat ver-

keerd zei nu. „Kom, de batterij gaat leeg.‟

Emma daarentegen deed alsof haar neus bloedde en gaf de zaklamp niet. „Een kus-

je?‟ Herhaalde ze spottend. „Weet je waar jij een kusje op kunt geven? Op m‟n kont!‟

Pepijn perste zijn lippen op elkaar. Hij was normaal niet van dat soort flauwe grapjes.

Toch schoot hij in de lach. „Nou, toch maar niet. Kom, Em, ik bedoelde het niet zo. Dat

snap jij toch ook wel? Hoeveel keer moet ik nog sorry zeggen? Please, Em, please…‟

„Oké!‟ Emma knipte de zaklamp uit en legde hem weg. „Hou op met smeken, idioot.‟

Pepijn hield zijn mond en begon te grijnzen. „Goed zo, dus je hebt het begrepen.‟

Emma keek hem met opgetrokken wenkbrauwen aan. „Als je nog een kusje wilt…‟

begon ze plagerig. Er speelde onderhand toch wel iets van een lachje om haar lippen.

„Als ik nog een kusje wil?‟ Pepijns ogen glinsterden van ontdeugt. „Ik heb nog nooit

een kusje van je gehad.‟ Hij trok een pruillip. „Niet dat ik me herinneren kan, althans.‟

Emma fronste haar wenkbrauwen. Ineens leek ze weer een stuk serieuzer. „Pepijn,

je kunt niet hier blijven. Weet je al wel hoe laat het is? Morgen hebben we weer Cito.‟

„Pff,‟ deed Pepijn. „Doe niet zo dom. Normaal zeg je toch ook nooit dat soort dingen?‟

„Pepijn,‟ verzuchtte Emma. Onder het praten deed ze steeds een stapje dichterbij de

slaapkamerdeur. Ze wilde hem er echt uit hebben. „Schiet op, ik wil slapen.‟

„Eerst een kusje.‟ Opnieuw trok Pepijn een pruillip. „Ik ben nu toch lief?‟

Emma keek hem aan. Wie vroeg er nou om een kus? Pepijn was echt gestoord.

Pepijn dacht er het minste van en wilde al verdwijnen door de slaapkamerdeur. Tot

Emma‟s haar hand tegen zijn bovenarm legde en hem tegenhield. Hij dacht dat ze

hem voor de gek hield en lachte. Zij daarentegen had haar ogen al gesloten en het

volgende moment voelde hij haar lippen op de zijne. Abrupt stopte hij met ademen.

Muisstil stond hij daar. Dit had hij niet verwacht. Eerder vanavond had hij haar perplex

doen staan. Nou, nu had ze hem terugbetaald, hoor. Nu stonden ze quitte. De sec-

onden kropen voorbij en hun lippen bleven op elkaar gedrukt.

Pepijn bestudeerde Emma‟s gezicht. Ze had een soort lichte frons op haar gezicht.

Het zag er geconcentreerd uit. Zo had hij haar nog nooit gezien. Hij kreeg het er warm

en koud tegelijk van, wist niet wat hij nu denken moest. Daar stond hij, tegen de deur

gedrukt. Nu sloot hij zijn ogen ook, voelde zich een moment stom omdat hij ze de hele

tijd open had gehouden. Gelukkig kon Emma dat niet zien.

Wegens ademnood ademde langzaam in door zijn neus. Het leek op een betovering

die verbroken werd, want Emma deed een stap terug en opende haar ogen weer.

„Nu moet je gaan,‟ zei ze gedecideerd. „Ik wil niet dat ik gezeik krijg door jou. Jij komt

hier, bezorgd me zelfs een halve hartaanval. Zoek het maar uit. Het is jouw probleem.‟

„Maar…‟ Pepijn trok een verongelijkt gezicht. „Hoe wil je dan in godsnaam dat ik ga?

Ik kan toch niet de trap af gaan, doodleuk naar de voordeur wandelen en zeggen:

“nou, ik heb boven zitten zoenen met Emma, maar nu ga ik weer!”. Je ouders zien me

komen! Ik ga ook niet vanaf deze verdieping naar beneden springen. Dat raam...‟

„Dit heb je van tevoren allemaal uitgedacht, hè?‟ Verzuchtte Emma. „Oké.‟

Pepijn slaakte een zucht, wilde wel uitleggen dat hij heus niet was gekomen om… bij

haar te blijven slapen of zoiets. Alsof ze dat zou geloven. Wat nog stommer zou zijn,

was als hij de waarheid vertelde. Eigenlijk had hij hier op voorhand helemaal niet over

na had gedacht. Ze zou het toch niet te weten komen, dacht hij tevreden.

Klappertandend van vermoeidheid liet Emma zich op bed vallen. Twijfelachtig bleef

Pepijn staan. Emma slaakte een zucht en trok hem op het bed. „Als ik vannacht

ineens ga bijten moet je niet gek opkijken, hè,‟ merkte ze cynisch op waardoor Pepijn

glimlachte. Zo bleven ze op het dekbed liggen, tegen elkaar aan. Hun ademhalings-

ritmes verstrengelden zich en algauw sliepen ze allebei.

Versuft liep Sarah van de eetkamer door de woonkamer naar de keuken.

Nergens was Pepijn te bekennen. Boven was hij nergens te vinden. Hij kon toch niet

al weg zijn? Radeloos vroeg ze zich af of Pepijn niet misschien de badkamer van haar

en Wietse had gepakt omdat het boven druk was. Maar nee, dat zou nergens op

slaan: Veerle en Stan waren allang gedoucht. Anders had ze hem zeker boven wel

horen bekvechten. „Misschien buiten dan…‟ Mompelde ze in zichzelf. Glurend door

het keukenraam werd ze opgeschrikt van Veerle die achter haar opdoemde.

„Waar heb jij nou last van?‟ Veerle merkte meteen op dat er wat was. Haar moeder

leek veel te onrustig. „Moet ik anders even helpen met de drieling uit bed te halen?‟

„Je begrijpt het niet.‟ Sarah schudde haar hoofd en liep naar haar oudste dochter

toe. „Het is Pepijn. Ik kan hem nergens vinden. Weet je zeker dat je hem niet hebt ge-

zien daarstraks?‟ Onderzoekend en nerveus schoten Sarahs ogen van links naar

rechts over Veerles gezicht. Ze wist dat Veerle wel de laatste persoon was in dit huis-

houden die iets achter zou houden. Toch wilde ze het zeker weten.

„Pepijn?‟ Herhaalde Veerle. „Nou, nee. Ik heb hem vanochtend niet gezien. Gister-

avond heb ik hem wel de trap op horen komen. Ik geloof dat hij ruzie had met pa of-

zo. Ik weet het niet zo goed meer. Ik sliep eigenlijk al.‟

„Weet je wel zeker dat je hem gehoord hebt?‟

„Mam, natuurlijk. Ik werd wakker omdat ik ze ruzie hoorde maken op de gang. Geen

idee waarover, maar…‟ Ineens viel Veerle stil. Het voelde alsof iets in haar maag zich

omdraaide. „Denk je… dat hij vannacht niet thuis is gebleven? Dat hij wegging soms?‟

Sarah wendde haar blik af. „Dit kan toch niet waar zijn...‟ Fluisterde ze zacht. „Mis-

schien is hij wel gewoon weggegaan omdat hij boos op papa was. Papa zei gister-

avond wel iets over dat hij Pepijn naar bed had gestuurd, maar hij had geen aanval.‟

„Mam,‟ zei Veerle zacht. „Als we oma nou bellen? Wellicht is hij daar. Kan toch?‟

„Is Pepijn alweer bij opa en oma?‟ Raadde Stan zonder dat hij een naam gehoord

had. „Waarom nu weer? Wat moet hij toch daar?‟

Sarah draaide zich weg van het aanrecht. „Dus jij hebt hem ook niet gezien van-

ochtend? Oké, dan ga ik nu eerst naar Joey en Cathelijn bellen…‟

„Probeer eerst zijn mobiel eens. Voor hetzelfde geld is hij… weet ik het. Hier ergens.‟

Veerle knikte instemmend en haalde haar mobieltje tevoorschijn. Gespannen wacht-

ten ze af, maar de voicemail schakelde direct over naar de voicemail. „Zijn mobiel

staat uit,‟ concludeerde Veerle. „Of de batterij is weer eens leeg, of…‟

Een paar tellen liet Sarah haar hand boven het telefoontoestel zweven. Ze durfde

niet te bellen. Stel nu dat Pepijn daar ook niet was? Hij moest wel boos zijn. Het kon

niet anders. Er was niets anders wat haar te binnen schoot.

„Met Iris de Bof,‟ klonk het slaperig. „Met wie spreek ik?‟

„Iris, met Sarah. Sorry dat ik zo vroeg bel, maar… Heeft Pepijn toevallig vannacht bij

jullie geslapen? Niemand van ons heeft hem nog gezien nadat Wietse gisteren...‟

„O,‟ onderbrak Iris haar tante. „Ik snap het al. Wacht even, Sarah. Dat moet ik even

navragen hier. Ik denk dat hij misschien bij Auke op z‟n kamer slaapt. Momentje...‟

„… M‟n ouders zeiden dat ze een feest voor Kay geven.‟ Er klonk ergernis

door in Pepijn zijn stem. „Ik ben mag ook komen. Ik zat al echt te wachten op zo‟n…‟

„Pepijn,‟ verzuchtte Emma, eveneens geërgerd. „Dit is niet het moment om te zeuren

over feestjes waar we geen van beiden zin in hebben.‟ Ze vond het afschuwelijk dat

Pepijn zoveel praatjes had op de vroege ochtend. „We hebben geen tijd. Je had allang

weg moeten zijn. Als we hier problemen mee krijgen…‟ Mopperde ze snibbig terwijl ze

het bed in één beweging fatsoeneerde. Ze wilde iets zeggen over dat hij nu geen

grote mond meer had en draaide zich om. Pepijn stond met grote ogen naar de deur

te kijken. Emma volgde angstig zijn blik. Daar stond Mira van de één naar de ander te

kijken. Naïef en vrolijk als een kind van vijf maar zijn kan glimlachte ze naar Pepijn.

„Hoi Pepijn!‟ Groette ze vriendelijk en beleefd voor ze zich op haar zus richtte.

„Ontbijt je ook mee? Mama vroeg me net of ik Emma wilde roepen. Het eten is klaar.‟

Emma wisselde een korte wanhopige blik met Pepijn. Nu hadden ze een probleem.

„Je zus komt er zo aan. Ga maar vast terug naar beneden,‟ antwoordde Pepijn.

Mira deed wat haar gezegd werd en huppelde vrolijk de kamer uit. „Oké!‟ Riep ze na.

Met een zucht deed Pepijn de deur achter haar dicht. „Dat scheelde echt niets.‟

Tot de deur tegen zijn kont knalde omdat iemand hem opendeed. Pelle stak zijn hoofd

om de hoek. „Oeps! Sorry, Em. Ik…‟ Pelle staakte zijn excuses abrupt bij het zien van

Pepijn. Zijn ogen werden groot. Vlug duwde hij de deur met zijn voet dicht. „Heeft hij

hier vannacht geslapen?‟ Wilde Pelle recht op de man af weten van zijn zus.

„Hallo, ik ben er gewoon bij hoor,‟ merkte Pepijn verontwaardigd op. Iets in hem be-

gon te borrelen. Hij had er een afgrijselijke hekel aan als er over hem werd gepraat

alsof hij er niet bij was. „We waren ons aan het aankleden. Dus als je even weggaat…‟

„Pelle, hij heeft gelijk. Eruit. Pa en ma mogen het niet weten. Ik heb geen zin in ge-

zeik. Als jij je bek opentrekt dan zul je het bezuren, begrepen?!‟ Siste Emma nijdig.

Pelle besloot maar om verder niet in onderhandeling te gaan, want hij wist hoe

Emma ineens kon veranderen als Pepijn in de buurt was. Direct draaide hij zich om

om de kamer te verlaten. Daarbij botste hij zowat tegen zijn vader op.

„Emma, kom je nu eindelijk beneden? We zitten allemaal te…‟ Victor kreeg ineens in

de gaten dat zijn dochter niet alleen in haar slaapkamer was. „En wat is dit nu weer?!‟

Riep hij uit. „Ik hoop voor je dat ik het niet goed heb gezien omdat ik mijn bril niet op

heb. Maar ik… Weten zijn ouders weleens dat hij hier is?‟ Victor schudde zijn hoofd,

wist niet wat hij moest zeggen toen het stil bleef. „Mijn God, Emma. Dit meen je toch

niet, hè?‟

„Urgh!‟ Deed Emma. „Eerst komen er twee van die halve garen mijn kamer in en dan

begint er ook nog zo‟n vaderfiguur te zeiken! Alsjeblieft zeg! Donder allemaal nu op!‟

Pelle bleef even staan bij het horen van die beledigingen. Het deed hem pijn dat zijn

zusje hem voor alles en nog wat uitmaakte en hun vader en Mira erbij. Ze hadden al

van klein af aan goed met elkaar overweg gekund en hij begreep haar niet.

Wie het nog meer niet begreep, was hun vader. „Ik zou maar héél gauw je excuses

maken, jongedame! Wat denk je wel niet?! Als Pepijn hier al mocht blijven slapen heb

je dat eerst te overleggen met mij en je moeder én de ouders van Pepijn. En daarbij

nog iets. Je bent veel te jong om het bed te delen met een jongen, verdomme!‟

„Jezus!‟ Riep Emma uit. „Sorry hoor, maar dit is zo onredelijk! Er is niets gebeurd! En

al was dat wel zo. Alsof ik toelaat dat jij je daarmee bemoeit! Het is mijn leven, hoor!‟

Pepijn wist niet waar hij kijken moest. Hij moest grote moeite doen niet tegen Victor

in te gaan. Uiteindelijk hield hij het niet meer. „Victor, ik wil het graag uitleggen...‟

„Uit jouw grote mond hoef ik al helemaal niets te horen. Dit is de laatste keer dat ik je

in mijn huis zie,‟ zei Victor koeltjes. „Het enige dat ik nog van je eis is dat je direct je

ouders belt. Want nu is het echt klaar. Zorg dat je je aankleed en binnen vijf minuten

aan tafel zit, Emma. Het laatste woord hierover is nog niet gesproken. Het moet maar

eens afgelopen zijn met die flauwekul in dit huishouden!‟

„Sarah? Met mij, met Joey. Iris vertelde waarom je belt. Maar ik moet je

teleurstellen. Pepijn is hier niet en heeft hier ook niet geslapen…‟

Sarah was er stil van. Dit kon niet waar wezen. Wat was er allemaal door Pepijns

kop gegaan gisteravond? Als hij maar niets stoms had gedaan… Wie weet wat er

allemaal door zijn koppie heen was gegaan. „Dank je wel,‟ wist ze uit te brengen.

„Zal ik niet naar jullie toekomen?! Ik… Wie hebben jullie allemaal al gebeld?‟

„Alleen jullie nog maar. Jullie waren de eersten die me te binnenschoten. Ik zal

Naomi zo wel proberen. Dank je wel,‟ zei Sarah met trillende stem en hing op.

„Wat een toeval dat we elkaar net tegen het lijf lopen,‟ glimlachte Serena.

Wietse maakte voor hen de voordeur open en ging haar voor in de gang. „Ja, dat is

inderdaad wat je noemt toeval. Sorry, ik ben niet zo spraakzaam nu. Net de hele

nacht gewerkt, zoals je weet…‟ Verontschuldigde hij zich met een gaap tussendoor.

„Het geeft niet, Wietse,‟ lachte Serena. „Dat maakt deze dag er heus niet minder

mooi op. Of niet Kelson?‟ Ze drukte een kus op zijn wangetje. „Het is zulk lekker weer.

Het is jammer dat mama niet met je naar het park kan. Mama moet werken. Maar nu

kun je lekker met je nichtjes en neefje spelen. Als je je tante Sarah lief aankijkt neemt

zij je misschien wel mee naar het park,‟ babbelde Serena er goedgehumeurd op los.

In de keuken gekomen sloeg haar humeur echter om. Bij binnenkomst merkte niet al-

leen zij maar ook Wietse en zelfs Kelson dat de sfeer in de kamer apart was.

Sarah draaide zich om naar Wietse. De strepen stonden op haar gezicht van de uit-

gelopen mascara. „Wietse!‟ Snikte ze. „Ik weet het niet meer. Ik weet het niet meer.‟

„Lieverd!‟ Wietse was compleet van zijn stuk gebracht. „Wat is er?!‟

Door het huilen kon Sarah niet meer uit haar woorden komen. Nu Wietse thuis was

van zijn nachtdienst liet ze ineens alle spanning eruit.

„Maar lieverd, wat is er dan toch gebeurd?‟ Moedeloos keek Wietse zijn twee oudste

kinderen aan. Veerle opende haar mond maar kon niets uitbrengen. Ze had zelf de

tranen in haar ogen staan. Stan maakte een soort van hopeloos gebaar.

„Pepijn. Hij is eh… Hij is vannacht niet thuis gebleven. Denken we. We weten het

niet zeker. Het is eh…‟ Hakkelde Stan. „We weten niet waar hij is. Niet hier tenminste.‟

Wietse keek even naar Serena. Zij stond nog steeds met haar mond vol tanden. Ze

had haar schoonzus nog nooit in tranen gezien. Wietse wendde zich weer tot zijn

vrouw. „Saartje, waarom heb je me niet gebeld? Dan was ik meteen gekomen.‟

„We… we weten het pas sinds vanochtend,‟ snotterde Sarah. „Hij is niet bij je ouders,

niet bij Justin en Jim… Ik weet het niet. Ik ben zo bang, Wietse. Straks heeft hij iets

gevaarlijks gedaan. Stel je voor dat hij…‟ Opnieuw begon ze te huilen.

„Liefje, zoiets mag je niet denken. Dat mag je nooit denken, hoor je me?‟ Fluisterde

Wietse. Op zijn werk had hij zo vaak met dit soort situaties moeten dealen. Hij had er

absoluut het geduld voor en wilde uren met Sims praten die in de rats zaten. Maar nu

het zijn eigen zoon betrof was het een heel ander verhaal. „Heb je zijn mobiel al ge-

probeerd? We kunnen andere vrienden bellen… Je weet het niet.‟ Hij ademde diep in.

„Denk even diep na, schat. Wat hebben we nog te bellen? Waar kunnen we nog zoek-

en?‟

Veerle voelde zich hol vanbinnen. Wist ze maar iets waarmee ze haar ouders zou

kunnen helpen. Een vriend of vriendin, familielid… wie hadden ze over het hoofd ge-

zien met het bellen? De arm van haar vader voelde ze amper. Ze kon alleen maar

denken aan alle dramatische situaties waarin Pepijn nu zou kunnen verkeren.

„Ik denk dat hij boos op me is,‟ zei Wietse zacht. „Vannacht heb ik hem naar bed ge-

stuurd toen ik naar m‟n werk ging. Hij was nogal kwaad. Wie weet is hij juist daarna…‟

Serena zette Kelson op de grond. „Ga jij maar even bij je neefje en nichtjes spelen,‟

zei ze zacht. Kelson liet zich op zijn billetjes vallen. Hij wist heel goed dat hij mocht

gaan, maar was te nieuwsgierig. Hij had zijn pleegmoeder nog nooit zo meegemaakt.

„Stan,‟ zei Serena zacht en liep naar haar neefje toe. Hij was op het aanrecht gaan

zitten en keek verslagen naar zijn Allstars. „Ik geloof dat we iedereen al gehad heb-

ben. Waar kan hij nog zitten?‟ Hij slaakte een diepe zucht. „We liggen vaak met elkaar

overhoop en zo, maar het blijft mijn broertje. Het is af en toe echt klote dat er alle-

maal problemen zijn, weet je...‟

Serena ging met één bil op het aanrecht zitten en wreef over Stans rug. „Hij komt wel

terecht. Wat Pepijn ook heeft gedaan, hij blijft nooit dagenlang boos, toch? Ik geloof

niet dat hij echt iets fataals heeft gedaan. Misschien gaat hij zo ook wel gewoon naar

school. Dan komt hij vanzelfw el weer boven water. Het komt goed, echt waar, Stan.‟

Kelson had het opgegeven. De grote Sims hadden al hun aandacht voor hem ver-

loren. Daarom was er niemand minder dan de drieling getuige van zijn eerste zin.

„Pepijn is kwijt!‟

Met een schuin hoofd keek Yara haar neefje aan. Ze kon zo goed met hem als ze met

haar eigen broertje en zusje kon, maar was niet zo hyper als normaal toen ze hem

zag. „Daarom mama verdrieterig?‟ Vroeg ze verbaast. „Pep weg…‟

Kelson knikte ernstig en liep door naar de tekentafel, waar ook Wende en Marijn

waren. „Hé, hé!‟ Deed hij met een ernstige frons en wees naar de deur. „Pepijn kwijt!‟

Wat Kelson had gezien, hadden geen van de drie nog gezien. Door het raam in de

eetkamer liepen Victor en Pepijn naast elkaar. Door al het oppassen over en weer

hadden Victor en Naomi een sleutel van Wietse en Sarahs huis en andersom.

In de keuken was iedereen zo in de ban van Pepijns zoekactie dat ze het eerst niet

hoorden. Pas toen Victor in de keuken zijn hand van Pepijns schouder af haalde en

zijn keel schraapte spitste Veerle als eerste haar oren.

„Wietse, Sarah,‟ zei Victor met een ernstige klank in zijn stem. „Ik geloof dat ik hier

iemand heb die jullie dachten kwijt te zijn.‟ De blik die hij omlaag wierp naar het

vriendje van haar op één na jongste dochter was streng en dominant. „Hij heeft wat uit

te leggen aan jullie. Het spijt me verschrikkelijk – Naomi noch ik wist ergens van.‟

De drieling in de kamer waren helemaal opgewonden door de terugkeer van Pepijn

zoals ze dat altijd waren als ze hem even niet hadden gezien. Alleen Kelson leek te

beseffen wat er echt aan de hand was. Met een ernstig gezicht keek hij toe hoe zijn

oom en tante op Pepijn afstapten en hem tegen zich aandrukten, hem van zich af

hielden, hem door elkaar schudden om vervolgens weer hetzelfde te doen.

Zenuwachtig gooide Cathelijn nog een lading was in de droogtrommel. Ze

wenste dat ze geen nachtdienst had gehad, zodat ze nu aan het werk was. Dan had

ze tenminste afleiding. Ook zou ze dan niet alleen zijn geweest. De vierling was

allang naar school en Joey was gaan werken onder de voorwaarde dat ze hem gelijk

zou inlichten als ze meer wist.

Telkens dacht ze eraan waar haar kleinzoon in godsnaam kon zitten en het enige

wat ze kon doen was hopen dat hij zichzelf niet in de nesten had gewerkt. Het was al

zo vaak misgegaan en de ene keer leek het minder erg dan de andere keer, maar

met Pepijn wist je het maar nooit. Ze was misselijk van bezorgdheid.

Amper was ze met haar gedachten nog bij de was. Afwezig tilde ze de mand met de

laatste was op de droogtrommel en gooide de kledingstukken zonder al te veel haast.

Halverwege bedacht ze zich dat sommige kledingstukken binnenstebuiten moesten.

Plotseling voelde ze iets in een spijkerbroek van Auke zitten en viste het eruit. Het

was een propje papier.

„Wat is dit nu weer, Auke?‟ Mompelde ze tegen niemand in het bijzonder. Vroeger

was het altijd al zo geweest dat er bij Auke het meeste spul in de broekzakken zat.

Met een zucht wilde ze het propje ontvouwen toen de telefoon ging. Op het display

van haar mobieltje zag ze dat het haar man zijn 06 was.

„Joey,‟ fluisterde ze meer dan dat ze zei. „Wat zeg je?! Hij is terecht?!‟ De gevoelens

die door Cathelijn heen schoten waren haast onbeschrijflijk. „O mijn God! Is hij

ongedeerd?!‟ Voorzichtig verscheen er een glimlach op haar gezicht nadat ze het

antwoord had gehoord. „Jeetje,‟ zei ze zacht. Nieuwsgierig luisterde ze naar de rest

van het verhaal dat haar man vertelde over hun kleinzoon. Hij had bij Naomi ge-

slapen, Victor was hem komen brengen, zijn ouders waren boos en verdrietig

tegelijk… „Jeetje,‟ zei ze nogmaals met een zucht. „Ik denk dat ik straks nog even

langsga. Ik heb toch de rest van de dag niets te doen. – Goed, dag schat. Tot straks!‟

Het was waar. Pepijn was terecht. Cathelijn had deze hele dag vrij en eigenlijk had ze

toch niet de puf om te gaan slapen tot ze langs was geweest bij haar oudste zoon.

In gedachten had ze onder het bellen het propje gladgestreken tegen haar boven-

been. Het bleek een gelinieerd blaadje met tekeningetjes erop. Het leek op iets wat

Cathelijn zelf vroeger vaak had gedaan op school wanneer ze zich verveelde. Maar

ook stond er een klein tekstje onder. Het waren maar vier, vijf zinnetjes. Toch wist

Cathelijn gelijk waar dit over ging toen ze de inhoud begreep. Opnieuw speelde er

een glimlach om haar lippen.

„O, Auke toch…‟ Cathelijn vouwde het blaadje op en stak het zorgvuldig in haar

broekzak alvorens ze verder ging met de was.

Dit is de update voor nu! Er is een

ietsie pietsie iets van een cliffhanger

(Sorry, Marieke! (A)) En ik weet het,

jullie zullen vast klagen omdat het

gedeelte met Largo nog niet aan

bod is geweest. Dat is voor de

andere keer!

Xx Ilse