Pedagogisch werkplan
SKSG Poolster & SKSG Stadspark
Versie januari 2013
Inhoudsopgave
1. Inleiding
2. Pedagogisch beleidsplan SKSG
3. Onze visie
4. Beleid in ons dagelijkse werk
5. Ons team
6. Samenwerking met ouders
BIJLAGE: SKSG Stadspark
1.Inleiding
Welkom op SKSG Poolster! Voor u ligt het pedagogisch werkplan van kindercentrum (BSO) Poolster. U kunt hierin lezen hoe wij
op BSO Poolster werken en wat we willen uitstralen. Het pedagogisch werkplan is gebaseerd op het
pedagogisch beleidsplan en de protocollen van SKSG.
Pedagogisch beleidsplan ‘Het mooiste wat je kunt worden is jezelf’ is de titel van ons pedagogisch beleidsplan. In dit
beleidsplan staan de uitgangspunten voor onze dagelijkse omgang met de kinderen binnen onze
kindercentra en onze gastouderopvang. In het pedagogisch beleidsplan staat beschreven wat wij
doen en waarom we dat zo doen. Dit beleidsplan wordt aan u opgestuurd.
Pedagogisch werkplan In dit pedagogisch werkplan vertellen we, met in ons achterhoofd de pedagogische
uitgangspunten, wat onze specifieke visie is en hoe we werken. We beschrijven hoe we omgaan
met kinderen in de dagelijkse praktijk. Dit werkplan biedt dus inzicht in onze werkwijze en is een
praktische uitwerking van onze uitgangspunten.
Bijwerken Dit pedagogisch werkplan is niet voor ‘eeuwig’ vastgelegd. Omdat ons werk in ontwikkeling is, de
maatschappij verandert en inzichten in de loop van de tijd kunnen veranderen, houden wij ons
werkplan regelmatig up- to- date. Een keer per 3 jaar lopen we ons werkplan weer na en wordt de
inhoud eventueel aangepast. Naast onze medewerkers hebben ook ouders, die zitting hebben in de
oudercommissie, invloed op de inhoud van dit werkplan.
Mocht u vragen of opmerkingen hebben over onze werkwijze, ons pedagogisch beleidsplan of dit
werkplan, dan horen we dat graag! Wij hopen dat uw kind een supertijd heeft bij ons op de BSO en over 20 jaar nog met
enthousiasme aan ons terug denkt.
De locatiemanager en pedagogisch medewerkers van BSO Poolster
2. Pedagogisch beleidsplan SKSG In ons pedagogisch beleidsplan vertellen we wat wij doen en waarom we dat zo doen. We vatten
kort onze pedagogische uitgangspunten samen.
’n Veilig en vertrouwd gevoel.’ Kinderen kunnen zich alleen optimaal ontwikkelen als zij zich veilig en vertrouwd voelen.
Door o.a. herkenbaarheid in dagritme, inrichting van ruimten en duidelijke regels en vaste
rituelen geven we kinderen houvast en continuïteit.
‘Dat kan ik zelf!’ Kinderen hebben uitdagingen nodig om te kunnen groeien en leren. Om zelfredzaam en
zelfstandig te worden, leren we kinderen al vroeg op hun eigen niveau keuzes maken. Dat geeft
een goede basis voor later.
‘Iedereen is welkom’ Elk kind is van harte welkom en wij doen er alles aan om dit te laten merken. Wij vinden het
belangrijk dat kinderen leren omgaan met verschillen in onze samenleving en we denken dat je daar
niet vroeg genoeg mee kunt beginnen.
‘Samen spelen, samen delen’ Kinderen ontmoeten elkaar in het spel en de dagelijkse activiteiten. Op deze manier leren zij
spelenderwijs met elkaar omgaan. In dit contact, met andere kinderen en pedagogische
medewerkers, leren zijn zichzelf beter kennen en ook de ander. Dit vinden wij een belangrijke
meerwaarde en daar maken we dan ook dankbaar gebruik van.
‘Lekker spannend’ Uitdaging en spanning zijn belangrijk voor kinderen, mits binnen de grenzen van veiligheid en
vertrouwen. Wij nodigen kinderen uit om zelf op verkenning te gaan, zodat zij op zichzelf leren te
vertrouwen en zich daardoor verder kunnen ontwikkelen.
3. Visie van de Poolster
Motto: De Poolster, verrassend veelzijdig Kenmerkend voor de Poolster is de diversiteit. Naast de verschillende vormen bieden we
verschillende contracten: reguliere opvang, verlengde opvang, voorschoolse opvang, flexibele
opvang en huiswerkbegeleiding.
Voor het formuleren van onze visie gaan wij uit van het onderliggende
kindbeeld: kinderen hebben een positieve instelling en zijn van
nature krachtig; Ieder kind is uniek!
De pedagogisch medewerker respecteert de mogelijkheden en de eigenheid van ieder kind. Er
wordt gewerkt vanuit de vier basisdoelen bij ons bekend als REIS: Respect voor de autonomie van het
kind Emotionele ondersteuning
bieden Informatie en uitleg geven Structuur en continuïteit bieden
Groep en individu Opvang binnen een kindercentrum is anders dan thuis. Het bijzondere is dat de kinderen hier leren
binnen een groep samen te spelen en samen te leven. Om dit goed laten verlopen zijn er duidelijke
regels en afspraken gemaakt. Dit biedt de kinderen een stuk duidelijkheid (structuur) en draagt mee
aan een prettige sfeer binnen de groep.
Alle kinderen moeten plezier kunnen beleven aan het samenzijn. Ook al vinden we het belangrijk
dat kinderen leren delen, het hoeft niet altijd. Op de BSO is sprake van groepsopvang maar het
individuele kind wordt niet uit het oog verloren.
Zelfstandigheid en samen verantwoordelijk zijn Zelfstandigheid en verantwoordelijkheid worden geoefend door keuzes te maken, door zoveel
mogelijk zelf te doen en op te lossen. Met samen verantwoordelijk wordt bedoelt dat een keuze die
een kind maakt effect heeft op zijn omgeving en op andere mensen.
Een kind heeft respect voor zich zelf, de ander en zijn omgeving : Elk kind is uniek en mag er zijn. Iedereen leert rekening te houden met elkaar, naar elkaar te
luisteren en elkaar te horen. Kinderen leren op zichzelf te vertrouwen. Dit is terug te zien in houding
en gedrag van de medewerkers:
Houding
Wij zien ieder kind als een individu
Alle kinderen zijn welkom
Wij nemen onszelf het kind en de omgeving serieus
Wij helpen kinderen om zaken zelf te doen en in hun eigen kracht te geloven
Gedrag
Wij noemen alle kinderen bij hun naam
Wij begroeten kinderen en nemen afscheid
Wij luisteren naar wat een kind vertelt
Wij bieden activiteiten aan waarin het kind zich zelf kan leren kennen
Wij luisteren serieus naar de ouders/verzorgers
Wij helpen kinderen woorden te geven aan hun gevoelens.
Wij spreken elkaar aan op dit gedrag
Elk kind heeft de vrijheid om keuzes te maken: Wij vinden dat kinderen binnen de kaders aangegeven door volwassenen in staat moeten worden
gesteld om zelf keuzes te maken. Dit is terug te zien in houding en gedrag van de medewerkers:
Houding
Wij hebben respect voor de autonomie van een
kind. Wij bieden structuur en continuïteit
Wij geven grenzen en kaders aan
We leren kinderen omgaan met overwinningen en teleurstellingen
Gedrag
Luisteren naar kinderen
Informatie en duidelijke uitleg geven over wat je verwacht van het
kind Uitleggen waarom je de dingen doet die je doet
Uitleggen wat je gaat doen.
We begeleiden kinderen in het leren van verantwoordelijkheid nemen voor hun keuze
We laten kinderen zelfstandig dingen doen en hierbij mogen er ook fouten gemaakt
worden We hebben duidelijke afspraken (vast gelegd in protocol beroepshouding en
huisregels van het kindercentrum) en iedereen kent deze en weet wat hij/zij kan doen
Bevorderen van democratisch burgerschap Wij vinden dat kinderen moeten worden gestimuleerd een verantwoordelijk lid van de
samenleving te worden. Dit is terug te zien in houding en gedrag van de medewerkers:
Houding
Wij bevorderen organisatie van en deelname aan gezamenlijke activiteiten in de buurt en
wijk en andere instellingen.
Wij bevorderen deelname aan verschillende sociale situaties, zoals bv kinderraden en
participatie, maar ook bezoek aan een zorgcentrum
Wij bevorderen het verantwoordelijkheid nemen voor het bespreken en oplossen van
sociale situaties
Wij bevorderen het rekening leren te houden met
verschillen Wij stimuleren het samenwerken
Gedrag
Wij spreken kinderen aan op hun gedrag
Wij geven zelf het goede voorbeeld in ons handelen en gedrag en zijn hierop aanspreekbaar
Wij geven kinderen informatie over alles wat er gebeurt en leggen uit waarom dit gebeurt
(woorden geven aan gevoelens)
Wij leren kinderen omgaan met conflicten, we leggen ze uit hoe te handelen in
conflicten en benoemen de dingen die gebeuren. Wij leren kinderen verantwoordelijkheid te nemen voor hun eigen gedrag. Wij leren de kinderen met elkaar samen te werken en rekening te houden met
anderen Wij informeren elkaar in het belang van het kind
4. Beleid in ons dagelijkse werk In een eerder hoofdstuk hebben we al de pedagogische uitgangspunten van SKSG beschreven. In
dit onderdeel lees je hoe we deze uitgangspunten in de praktijk brengen. Dit doen we aan de hand
van de 5 uitgangspunten.
’n Veilig en vertrouwd gevoel’ Wij menen dat kinderen zich veilig en vertrouwd gaan voelen wanneer er sprake is van vaste
rituelen, bekende gewoonten en gebruiken. Daarnaast natuurlijk wanneer kinderen met
regelmaat dezelfde kinderen en dezelfde medewerkers tegenkomen en de gelegenheid krijgen
daarmee een band op te bouwen. Het veilige en vertrouwde gevoel wat wij onze kinderen willen
bieden komt terug in de uitgangspunten van REIS.
Groepen BSO Poolster heeft op de hoofdlocatie aan de Huygensstraat 5 groepen
- Maangroep 20 kinderen 7-12 jaar 2 medewerkers
- Volle maangroep 20 kinderen 7-9 jaar 2 medewerkers
- Planetengroep 20 kinderen 4-7 jaar 2 medewerkers
- Stergroep 16 kinderen 3-6 jaar 3 medewerkers
- Zongroep 20 kinderen 4-7 jaar 2 medewerkers
- Plutogroep(speciaal) 10 kinderen 4-12 jaar 2 medewerkers
BSO Stadspark heeft op de dependance aan de Concourslaan 2 groepen
- NaSa 30 kinderen 4-8 jaar 3 medewerkers
- NaSa TOP 30kinderen 8-12 jaar 2 medewerkers
Op onze dependance BSO Stadspark hebben we een duidelijke visie met betrekking tot kinderen en
natuur. Daarom hebben we voor deze groepen een speciale bijlage toegevoegd in dit plan, waarin
hun specifieke visie uiteen wordt gezet.
Het aantal medewerkers dat op de groep werkt, is afhankelijk van het aantal kinderen en hun
leeftijd. We werken volgens het wettelijk vastgestelde leidster-kind ratio.
10 kinderen van 4 t/m 7 jaar 1 pedagogisch medewerker
10 kinderen van 8 t/m 12 jaar 1 pedagogisch medewerker
Kindercentrumbreed werken
Kinderen willen de wereld ontdekken en zijn op zoek naar nieuwe uitdagende activiteiten. Op die
ontwikkelingsbehoefte willen we graag inspelen. Daarom bieden we op een aantal dagen uitdagende
spel- en ontwikkelingsactiviteiten buiten hun eigen basisgroep. Wanneer de activiteit ten einde is gaan
de kinderen terug naar hun eigen basisgroep. Bij activiteiten waar meer dan dertig kinderen aanwezig
zijn wordt de kinderen van te voren verteld bij welke pedagogische medewerker en kinderen zij tijdens
de activiteit horen. Hierbij wordt de toegestane beroepskracht-kindratio in acht genomen.
Extra dagdelen
Wanneer een ouder structureel of incidenteel een extra dag(deel) opvang aanvraagt, kan het
voorkomen dat er op dat moment op de vaste basisgroep van het kind geen plaats is . In dat geval
wordt het kind tijdelijk voor de betreffende dag (deel), in een andere stamgroep geplaatst. Dit met
toestemming van de ouders, die geregeld wordt via het toestemmingformulier opvang in een 2e basis
groep .
Samenvoegen van groepen
Soms komt het voor dat we groepen samenvoegen, bijvoorbeeld aan het begin of eind van de dag,
tijdens vakanties en op dagen dat de bezetting laag is. De basisgroep wordt dan in zijn geheel
samengevoegd met een andere basisgroep.
Achterwacht Er is altijd een achterwacht geregeld, dit is in het gebouw een extra volwassene of iemand die
binnen 15 minuten aanwezig kan zijn.
Er zijn altijd minimaal 2 volwassenen, waarvan één PM-er, in het gebouw aanwezig. Mocht een
locatie zo klein zijn dat er gezien het kindaantal slechts een pedagogische medewerker noodzakelijk
is dan is geregeld dat een andere volwassene telefonisch bereikbaar is en binnen 15 minuten
aanwezig kan zijn in geval van een calamiteit. SKSG Poolster en NaSa Stadspark zijn achterwacht
voor elkaar.
Meldcode Huiselijk geweld en kindermishandeling
Op SKSG Poolster en NaSa Stadspark ) werken wij met de verplichte meldcode Huiselijk geweld en
kindermishandeling. .Het kunnen signaleren van kindermishandeling is een belangrijke competentie
waarover alle locatiemanager en pedagogisch medewerkers beschikken . Alle medewerkers op de
locaties zijn op de hoogte van de inhoud van de Meldcode. Deze Meldcode wordt jaarlijks met de
medewerkers besproken.
Ritme van de dag De kinderen komen ’s middags uit school. Dit kan zijn zelfstandig, lopend onder begeleiding of met
de taxi of eigen bus. Op de bus rijdt een vaste chauffeur die alle kinderen kent en werkt voor SKSG.
In de taxi is meestal een pedagogisch medewerker aanwezig.
De jongste kinderen hoofdlocatie Als de kinderen uit school komen, weten ze op welke groep ze worden verwacht, hun zogenaamde
stamgroep. In deze groepen worden gemiddeld per dag 20 kinderen geplaatst, soms zijn dat wat
meer kinderen maar dit heeft te maken met de flexibele plekken van sommige kinderen. Over de
drie groepen verdeeld worden niet meer dan 60 kinderen opgevangen.
Na het gezamenlijk drinken en eten zijn de kinderen vrij om te gaan spelen op de drie groepen, of buiten. Op elke basisgroep hangt een whiteboard met foto’s van de kinderen zij hangen zelf hun foto op, op
de plek waar ze gaan spelen. Zo houdt de medewerker die op de stamgroep achterblijft het overzicht.
De jongste kinderen NaSa Als de kinderen uit school komen zoeken ze een plekje aan tafel of buiten op het plein. We werken
hierbij met stamtafels. De stamtafel bestaat uit maximaal 10 kinderen en de kinderen zitten bij hun
eigen mentor. Na het gezamenlijk drinken en eten zijn de kinderen vrij om te gaan spelen. In onze
aanpak op NaSa richten we ons veel op buitenspelen dus zoveel mogelijk activiteiten vinden ook
buiten plaats, dat kan ook buiten eten zijn.
De oudste kinderen hoofdlocatie Voor de Maan en de Volle maangroep geldt dat de 40 kinderen verdeeld zijn over twee ruimten, zij
hebben een vaste stamgroep met mentor. Ook zij kunnen kiezen waar ze die dag willen zijn na het
gezamenlijke eet- en drinkmoment. Daarnaast kunnen de kinderen van deze groep deelnemen aan
de activiteiten die door de NSA worden georganiseerd.
De oudste kinderen NaSaTOP De NaSaTOP werkt met het TOP-(“Tijd voor Ontspanning en Plezier”) programma. Zodra kinderen
ouder worden willen ze steeds vaker zelf beslissingen nemen en hun eigen keuzes maken. We zitten
met de oudste kinderen aan de Concourslaan omdat dit voor de kinderen in deze leeftijd veel meer
uitdaging geeft. Het is de bedoeling dat de kinderen die naar NaSaTOP gaan zelfstandig komen. Het
kan zijn dat het kind deze training al op de hoofdlocatie gehad heeft, anders worden ze nog begeleid
vanuit de medewerkers van de NaSaTOP groep. Kinderen worden binnen het TOP-programma,
spelenderwijs vertrouwd gemaakt met afspraken maken, nakomen, plannen, verantwoordelijkheid
dragen en zelfstandig onderzoeken. Als kinderen meer zelfstandigheid en verantwoordelijkheid krijgen
wordt hiervoor samen met hun ouders en mentor een contract opgesteld.
Kindercentrumbreed plaatsen Bij BSO Poolster wordt kindercentrumbreed geplaatst, dit geeft afdeling bemiddeling ruimte om
tegemoet te komen aan wensen van ouders. Ons geeft het de ruimte om te bepalen in welke groep
wij kinderen plaatsen. Om dit goed vorm te geven werken de groepen nauw samen, hetgeen de
onderlinge band verstevigd.
Inrichting en sfeer van de stamgroepen Alle BSO-groepen beschikken over een ruimte die we aantrekkelijk en gezellig hebben ingericht
zodat kinderen er zich na schooltijd, in vakanties en op margedagen, vertrouwt en thuis voelen. Juist
na een drukke schooldag hebben sommige kinderen er behoefte aan om even rustig te spelen,
anderen om zich uit te leven. Met deze behoefte is rekening gehouden bij de inrichting. De ruimtes
zijn ingedeeld in hoeken, een poppenhoek, bouwhoek en zithoek zijn vaste onderdelen op de jongste
groepen. Daarnaast is er in elke ruimte sprake van een bepaald thema, dat kan een atelier zijn, een
theaterthema, winkel of iets anders.
De Maangroep beschikt over een ruimte met een speelzolder, multifunctionele hoeken en een
computerhoek. De groepen hebben allen een eigen ingang en hal die vanuit de binnenspeelplaats
(plein) toegankelijk is. In de hal is plaats voor de jassen, laarzen en tassen. Naast de groepen aan de Huygensstraat maken we ook voor bepaalde activiteiten gebruik van de
ruimte van de school de Starter namelijk het Sciencelokaal. Hier kunnen kinderen onder
begeleiding van een pedagogisch medewerker naar toe.
Mentorschap Alle kinderen hebben een mentor. De mentor volgt het kind, doet de jaarlijkse observatie en is
aanspreekpunt voor ouders indien zich bijzonderheden voordoen. Het is voor de ouders goed om te
weten wie de mentor van hun kind is, dit zullen wij aan u doorgeven. Verder is de mentor vooral
diegene die alle extra gesprekken voert en de bijzonderheden bijhoudt, alle pedagogische
medewerkers zijn verantwoordelijk voor alle kinderen. Bij de BSO speelt de mentor door de dag
heen ook een rol. Hierdoor ontstaat er binnen de grote groep een kleinere, intiemere groep
waarbinnen ieder kind de aandacht en ruimte krijgt die het nodig heeft.
Aangesloten scholen BSO Poolster verzorgt de buitenschoolse opvang voor de volgende scholen: De Starter, De
Triangel en De Tamarisk. Tussen de scholen en de BSO bestaat een goede samenwerking,
regelmatig wordt bij het ophalen even kort overleg gepleegd als er bijzonderheden zijn.
Kennismakingsgesprek Als er een kind op de BSO opgevangen gaat worden, vindt er eerst een kennismakingsgesprek
plaats tussen de ouders en de pedagogisch medewerker. Hierin komen de dagelijkse gang van
zaken, regels en afspraken ten aanzien van ziek zijn en afbellen en dergelijke aan de orde. De
ouder geeft noodzakelijke informatie over het kind, dit gebeurt aan de hand van een vragenlijst. Er
vindt een rondleiding plaats door het gebouw, waarbij wordt kennisgemaakt met de groep, de
leiding en de kinderen.
Wennen op de BSO groepen De eerste dagen zal er extra aandacht worden besteed aan het 'nieuwe' kind, zodat het rustig kan
wennen. De ouders komen niet mee de eerste dag, maar komen het kind wel vaak wat eerder
ophalen. Bij het ophalen is er tijd voor de overdracht. Er wordt getracht een sfeer van openheid te
creëren waarin alles met betrekking tot de kinderen, de opvang, de leiding en begeleiding
bespreekbaar is.
Ouders kunnen ons altijd bellen om te vragen hoe het met het kind gaat. Net zo goed vragen wij
ouders om voor ons bereikbaar te zijn, indien wij vragen hebben rondom uw kind o.i.d.
Overgaan van de ene naar de andere groep Doordat de groepen op het hoofdgebouw ingedeeld zijn naar leeftijd krijgen de jonge kinderen te
maken met een verhuizing. Tussen hun 7e en 8
e jaar gaan de kinderen over naar de Maangroep.
Hier leren de kinderen om te gaan met de zelfstandigheid waarmee ze werken op de NaSa
Topgroep. De ontwikkeling van het kind bepaalt het tijdstip, maar doorstroming is ook afhankelijk van
de beschikbare dagdelen in de NaSa Topgroep. Als kinderen echt aan een nieuwe uitdaging toe zijn
en zelfstandig kunnen komen, is er de mogelijkheid om naar de NaSa Top groep in het Stadspark te
gaan.
Externe contacten Als de kinderen van het kinderdagverblijf komen kunnen medewerkers om informatie vragen bij het
kinderdagverblijf indien gewenst, ook kunnen ze gebruik maken van het peuterkleuter
overdrachtsformulier van de kinderdagverblijven.
De BSO heeft ook contact met de scholen, samen met de Starter hebben we een zorgformulier
ontwikkeld, als er kinderen zijn waar zowel de BSO als school zich zorgen over maken dan is voor
het welzijn van het kind om een gezamenlijke benadering aan te bieden. Als ouder kunt u aangeven
als u dit niet wenst.
Sinds 2010 heeft SKSG ook een samenwerking met Centrum Jeugd en Gezin, dit vergroot een
goede afstemming rond zorg van kinderen. Als SKSG hebben we een maatschappelijke
verantwoording ten aanzien van de kinderen die we onder onze hoede hebben, wij hebben een
signalerende functie en nemen deze ook serieus. Contacten vinden altijd plaats met toestemming
van de ouders, hier wordt alleen een uitzondering in gemaakt als een het welzijn van het kind
belangrijker is dan het recht op privacy.
Hoe volgen wij het kind in de groep? Individuele kindobservatie: De ontwikkeling van elk kind wordt regelmatig in een groepsbespreking aan de orde gesteld. Een
keer per jaar wordt elk kind geobserveerd. De pedagogisch medewerkers observeren met een
instrument (‘Klein kapitaal’) wat speciaal voor de kinderopvang is ontwikkeld. De pedagogische
medewerker die de mentor is van uw kind kijkt naar de volgende aspecten om het welbevinden van
het kind te kunnen onderzoeken: Het kind zelf, de relatie van het kind met de leidster en de relatie
van het kind met de andere kinderen. Het verslag van deze observatie wordt in het kinddossier bewaard. De resultaten worden in de tien-
minuten gesprekken met ouders besproken. U kunt zich eenmaal per jaar hiervoor opgeven.
Groepsobservatie: Een van de meest bijzondere en waardevolle kenmerken van een kindercentrum is dat de opvang
plaats vindt in groepen zodat een kind andere kinderen en volwassenen kan ontmoeten. Elk jaar
observeren de pedagogisch medewerkers het welbevinden van de groep als geheel. Ook deze
observaties worden met het ‘Klein kapitaal’ – instrument gedaan. De pedagogisch medewerkers
onderzoeken de sfeer van de groep, het spelen, de activiteiten, het gebruik van de ruimte, de relatie
van de kinderen onderling en hun betrokkenheid op elkaar, de structuur en de regels.
Vervolgobservatie: Wanneer wij goed kijken naar de kinderen en naar hun spel, dan valt ons soms op dat een kind zich
anders ontwikkeld dan verwacht. Dat hoeft echt niet zorgwekkend te zijn, maar het is voor ons wel
een teken dat wij wat vaker en meer gestructureerd naar het kind gaan kijken. Het kan zijn dat we
besluiten om het kind een extra te observeren. Natuurlijk leggen wij onze eventuele zorg en onze
vragen ook aan de ouders voor.
Pedagogisch werkbegeleider en orthopedagoog Soms hebben de pedagogisch medewerkers behoefte aan extra ondersteuning ten aanzien van de
begeleiding van een kind en/of de groep. We kunnen de pedagogisch werkbegeleiders, die aan
SKSG verbonden zijn, of een orthopedagoog raadplegen. Indien we de pedagogisch werkbegeleider
of orthopedagoog inschakelen voor een algemeen groepsprobleem wordt u via het white board
geïnformeerd, gaat het gericht om uw kind dan wordt dit altijd van te voren met u besproken en
vragen wij uw toestemming.
‘Dat kan ik zelf!’ Kinderen ontmoeten elkaar in het spel en bij de dagelijkse activiteiten. Zo leren zij spelenderwijs met
elkaar omgaan. In het contact met andere kinderen en pedagogisch medewerkers leren zij niet alleen
de ander, maar ook zichzelf beter kennen. In het spel en de dagelijkse activiteiten vinden kinderen
aan de ene kant herkenning en vertrouwdheid maar ook spanning en uitdaging. Wij nodigen kinderen
uit zelf op verkenning te gaan zodat zij leren op zichzelf te vertrouwen en zich daardoor weer verder
kunnen ontwikkelen.
Activiteitenaanbod De pedagogisch medewerkers bieden elke dag een of meerdere activiteiten aan. Voorbeelden hiervan zijn kleine activiteiten zoals een boekje lezen of een spelletje doen maar ook
werken we regelmatig met een thema. Door het gevarieerde aanbod zorgen we ervoor dat de verschillende ontwikkelingsgebieden, binnen
SKSG noemen we dit de knap’s, worden gestimuleerd. De knapmethode is afgeleid van de visie van
Howard Gardner en gaat over meervoudige intelligentie. Kort samengevat is het eigenlijk een manier
van anders leren en ontwikkelen: ‘hoe ben jij knap?’. In onze activiteiten komen deze knap’s steeds
terug. We onderscheiden 8 knap’s namelijk beeldknap, muziekknap, rekenknap, zelfknap,
beweegknap, natuurknap, woordknap en mensknap.
Activiteiten aanbod in de vakanties Het aanbod is op roostervrije dagen en in de vakanties breder dan op gewone schooldagen. In
vakantieweken wordt er met een thema gewerkt. Er wordt van te voren een activiteitenprogramma
bekend gemaakt, dit hangt tijdig op de whiteboards. Meestal is er een aanbod gericht op de oudere
en jongere kinderen, zodat we aan kunnen sluiten op wensen en behoeften van de kinderen. We
nodigen kinderen uit mee te denken over het aanbod en de thema’s.
Buitenspelen Wij stimuleren het buiten spelen in onze prachtige buitenruimte. De buitenruimte is ingericht met veel
uitdagende “speelelementen” waar de kinderen hun grenzen kunnen verleggen. Zo is er een
avonturenbaan, schommel en zandbak. Daarnaast is er een groot plein waar gezamenlijke
activiteiten ondernomen kunnen worden zoals voetbal, basketbal, etc. We hebben naast de vaste
speelelementen genoeg buitenspeelgoed zoals fietsen, springtouwen, etc. om het buitenspelgenot te
verrijken. De kinderen kunnen hier naar hartenlust fietsen, rennen en voetballen.
Vensterschool Stadspark BSO de Poolster maakt deel uit van Vensterschool Stadspark. De partners van de Vensterschool zijn:
openbare basisschool de Starter, buurthuis Stadspark, de Van Lieflandschool, openbare bibliotheek
Zuid, peuterspeelzaal Tante Toosje, enkele andere gemeentelijke instellingen zoals de GGD en
kindercentrum de Poolster. De samenwerking binnen de Vensterschool is intensief, vaak ontstaan
nieuwe impulsen vanuit deze samenwerking.
Binnen het buurthuis Stadspark worden de naschoolse activiteiten (NSA) georganiseerd. De
pedagogisch medewerkers van de Poolster nemen deel aan het NSA overleg om tot een gevarieerd
en aantrekkelijk aanbod te komen.
De kinderen van de BSO kunnen deelnemen aan NSA activiteiten die door de Vensterschool
worden georganiseerd. Per kwartaal verschijnt er een activiteitenkalender met het aanbod. De
dagen dat uw kind gebruik maakt van de opvang mogen zij kosteloos deel nemen aan deze
activiteiten. Er zijn gevarieerde activiteiten zoals; Kinderatelier, kinderkookcafé, tienerclub, etc.
Ouders en pedagogisch medewerkers kunnen kinderen voor een activiteit opgeven.
Via de kinderraad van de Maangroep hebben de kinderen invloed op het samenstellen
van de activiteitenladder van Vensterschool Stadspark.
Zelfstandigheid en samen verantwoordelijk zijn Zelfstandigheid en verantwoordelijkheid worden geoefend door keuzes te maken, door zoveel
mogelijk zelf te doen en op te lossen. We leren de kinderen op speelse wijze in de omgang met
elkaar dat we samen verantwoordelijk zijn voor elkaar, voor de sfeer, voor de ruimte waar we zijn en
voor het materiaal waarmee we spelen. We leren dit door bijvoorbeeld samen op te ruimen, zuinig op
de spullen te zijn en te wachten met eten tot iedereen een broodje heeft.
Junior groep De Stergroep is speciaal voor kinderen van 3 tot 6 jaar die ons Kinderdagverblijf of Buitenschoolse
opvang al gebruiken of willen gaan gebruiken. In deze fase van hun leven maken kinderen grote ontwikkelingen door, ze gaan bijna naar school of
zitten er net op. Of ze gaan voor het eerst naar de buitenschoolse opvang en nemen afscheid van
het kinderdagverblijf. Deze kinderen hebben veel indrukken te verwerken, het is daarom belangrijk
dat zij de mogelijkheid krijgen om sociaal gedrag te ontwikkelen wat bij hun leeftijd past. In een
omgeving met kinderen die in dezelfde of meest naaste ontwikkelingsfase zitten.
TOP De Maangroep werkt met het TOP (“Tijd voor Ontspanning en Plezier”) programma. Zodra kinderen
ouder worden willen ze steeds vaker zelf beslissingen nemen en hun eigen keuzes maken. Kinderen
worden binnen het TOP-programma, spelenderwijs vertrouwd gemaakt met afspraken maken,
nakomen, plannen, verantwoordelijkheid dragen en zelfstandig onderzoeken. Als kinderen meer
zelfstandigheid en verantwoordelijkheid krijgen wordt hiervoor samen met hun ouders en mentor een
contract opgesteld. Als kinderen er echt aan toe zijn om heel zelfstandig van alles te doen kunnen ze
over naar de TOP groep Nasa in het stadspark.
Kinderraad Er wordt geprobeerd om de kinderen te laten meedenken en meepraten via een
kinderraad. De pedagogisch medewerkers maken gebruik van de ideeën die aangedragen
worden.
Computer/video/tv gebruik Op de BSO zijn een aantal computers. Vooral de oudere kinderen willen hier graag mee werken.
Wij stimuleren echter het buiten en vrij spelen bij de kinderen. Op school en thuis is er ook vaak
de mogelijkheid om met computers om te gaan. Wij kijken zelden tv. Echter bij slecht weer, lange
dagen of gewoon omdat het leuk is, wordt er wel eens een video of DVD gekeken.
Huiswerk begeleiding Op de Huygensstraat kunnen kinderen onder begeleiding huiswerk maken of extra taal/reken
oefeningen krijgen. Dit wordt georganiseerd door huiswerk begeleidingsinstituut Bert Bouma.
Betaling wordt via afdeling relatiebeheer geregeld. Meer informatie kunt u krijgen via Bert Bouma,
telefoon 050-5277450.
Voeding Onder gezonde voeding verstaan we een gevarieerde voeding met weinig toegevoegde suikers,
kunstmatige kleurstoffen en vet. Alle kinderen krijgen elke dag fruit. Het assortiment van het fruit
hangt af van het seizoen. Op de lange dagen is er een broodmaaltijd. Soms wordt er iets bijzonders
klaargemaakt, bijvoorbeeld pannenkoeken of soep. We hebben zowel hartig als zoet beleg. We stimuleren de kinderen verschillende smaken te proberen en variatie in hun keuzes aan te
brengen. Bij de broodmaaltijd wordt halfvolle melk, of karnemelk gedronken. Wij houden rekening met diëten, bijvoorbeeld in verband met allergie of religie.
Trakteren Bij feestelijke gelegenheden horen
natuurlijk traktaties. Bij gezonde voeding
horen “gezonde” traktaties. De pedagogisch
medewerkers hebben hiermee inmiddels
een aardige ervaring opgedaan, zij zijn
daarom een prima vraagbaak voor leuke en
gezonde ideeën, maar ook het
voorlichtingsbureau voor de voeding geeft
suggesties.
Vieringen en rituelen Aan belangrijke gebeurtenissen zoals
verjaardag of afscheid nemen besteden
we aandacht. De groepen hebben hier hun eigen terugkerende rituele voor. Daarnaast vieren we belangrijke feestdagen als Pasen, Sint Maarten, Sinterklaas en Kerst. De
algemene feesten zijn een goede aanleiding om de groepsruimtes gezellig aan te kleden. Ook als er
ernstige dingen gebeuren zoals een overlijden, besteden we hier aandacht aan en bieden we de
kinderen een mogelijkheid om zich te uiten.
‘Iedereen is welkom’
Waarden en normen Vanuit waarden en normen bekijken en beoordelen wij de wereld om ons heen. In onze visie kunt u
lezen wat op de Poolster uitgangswaarden zijn.
Eigenheid en verschillen Ieder kind is welkom en ieder kind is uniek. Pedagogisch medewerkers, ouders en kinderen
beïnvloeden en leren van elkaar en kunnen daardoor elkaar op een positieve manier aanvullen.
Hierbij willen we niet vergeten dat we te maken kunnen hebben met verschillende culturen, die andere
meningen, opvoedingsnormen en waarden met zich mee kunnen brengen. Op de Poolster is respect
en ruimte voor elkaars eigenheid, cultuur en opvatting. Juist als kinderen groter worden merken ze
verschillen op en stellen vragen. Op de BSO kunnen deze verschillen in gesprekken met de kinderen
aan de orde komen.
Pesten Iedereen is welkom en ieder kind/mens is uniek. Hieruit volgt dat pesten op de BSO niet toegestaan
wordt. Om pesten via internet te voorkomen is er een computer protocol; hierin worden gedragsregels
beschreven waaraan kinderen zich dienen te houden. De gedragsregels hangen naast de computers
en worden regelmatig met de kinderen besproken. Verder werkt SKSG vaak samen met de scholen
en wordt er een pestprotocol gehanteerd.
Beleid Seksualiteit Uitgangspunt binnen onze locatie is dat kinderen de ruimte krijgen om zich op alle gebieden te
ontwikkelen dus ook op het terrein van de seksuele ontwikkeling. Wij bieden daarom de ruimte aan kinderen om in hun eigen tempo, zodra ze eraan toe zijn, hun
eigen seksualiteit te ontdekken. Dit betekent dat we vragen waar kinderen mee komen niet uit de weg gaan. De vraag van een kind
hoe een baby uit de buik komt krijgt van ons een antwoord, uiteraard aangepast aan de leeftijd van
het kind. Kinderen die in het toilet richting elkaar lichaamsdelen benoemen, laten we hun gang gaan
mits het op een respectvolle manier gebeurt. Het onderwerp verliefdheid en vriendschappen krijgt bij
ons de ruimte die het nodig heeft. Het zijn situaties die elke dag zouden kunnen voorkomen omdat
kinderen nieuwsgierig en leergierig zijn. Juist in een vertrouwde, veilige omgeving zoals de
Kinderopvang, zullen zij vragen stellen of willen vertellen wat heb bezighoudt.
Net zoals bij alle andere ontwikkelingsgebieden ziet SKSG het als haar taak kinderen hierin op een
respectvolle manier te begeleiden. Met als achterliggende gedachte een positief beeld over
seksualiteit bij kinderen te ontwikkelen, daarnaast is de seksuele ontwikkeling van een kind niet los
te koppelen van alle andere ontwikkelingsgebieden.
BSO speciaal, de Plutogroep Sommige kinderen hebben een extra steuntje nodig. Dit kan noodzakelijk zijn als er sprake van een
ontwikkelingsstoornis, een verstandelijke beperking of een andere beperking. Is het niet mogelijk om
mee te draaien in een reguliere BSO groep, dan is het kind welkom in de Pluto BSO speciaal groep. In Pluto BSO speciaal groep worden kinderen van 4 t/m 12 jaar met een beperking, die een speciale
basisschool bezoeken, opgevangen. Het gaat om kinderen met een beperking in de
zelfredzaamheid, taal/ spraak of sociale ontwikkeling. De extra aandacht en begeleiding die
noodzakelijk is, wordt gegeven door twee pedagogische medewerkers. Ze zijn bijgeschoold om goed
te kunnen omgaan met kinderen met een verstandelijke handicap. Is er sprake van vrij of ziekte dan
zijn er medewerkers binnen de Poolster, die graag willen invallen op de Plutogroep. Hierdoor werken
we altijd met bekende mensen.
De voorwaarden voor toelating tot de BSO speciaal
zijn: Het kind heeft een beperking.
Vanwege de beperking is deelname aan de reguliere opvang niet
mogelijk. Het kind kan meedraaien in een groep van 10 kinderen.
De ouders beschikken over een PGB (persoonsgebonden
budget) De ouders kunnen het vervoer naar huis zelf regelen. Als uw kind aan deze voorwaarden voldoet, volgt een intake gesprek met de locatiemanager.
Na drie maanden volgt een evaluatie gesprek waarin gekeken wordt of de plaatsing definitief
wordt. Kinderen van de Van Lieflandschool, locatie Paterwoldseweg, worden lopend opgehaald door
de pedagogisch medewerkers. Kinderen van andere scholen komen met leerlingenvervoer naar
de BSO.
Verder sluit de opvang aan bij de reguliere BSO opvang, beiden hebben dezelfde doelstelling. Wel
vraagt de Pluto groep meer aandacht voor structuur en regelmaat. Waar mogelijk werken we samen
met de andere groepen, hierbij kijken we goed naar wat de kinderen aankunnen.
‘Samen spelen, samen delen’
Omgaan met conflicten Kinderen van alle leeftijden hebben wel eens conflicten. Het streven is dat kinderen in eerste instantie
hun conflicten zelf oplossen. Hierbij wordt wel gekeken naar de leeftijd, de kinderen waar tussen het
conflict heerst en de aard van het conflict. Dit gebeurt door positief gedrag te benoemen van
kinderen, kinderen leren te kijken naar het andere kind en leren conflicten met woorden op te lossen.
In alle gevallen houdt de pedagogisch medewerker een oogje in het zeil en als blijkt dat de kinderen
een situatie niet zelf kunnen hanteren dan neemt de pedagogisch medewerker het initiatief om de
kinderen te helpen bij het vinden van een oplossing. Op deze manier waarborgt de pedagogisch
medewerker de emotionele veiligheid van het kind.
Belonen en corrigeren Belonen of een complimentje maken stimuleert een kind om meer zelfvertrouwen te krijgen en is goed
voor de eigenwaarde. Ook draagt dit bij aan een prettige sfeer op de groep. Binnen de BSO zijn de
kringgesprekken belangrijke momenten om gewenst gedrag te benoemen. Kinderen worden
uitgenodigd om hun mening te uiten en mee te denken om de sfeer onderling en in groepsverband te
optimaliseren. Het uitpraten en goedmaken vinden we belangrijk, hiermee wordt een correctie
afgesloten. Wanneer een kind regelmatig negatieve aandacht vraagt, proberen we te achterhalen wat
hiervan de oorzaak kan zijn. Uitwisseling met de ouders is hiervan een onderdeel.
Relaties tussen kinderen Tussen kinderen ontstaan vaak vriendschappen, die soms ook heel diep kunnen gaan. Soms hebben
kinderen ook moeite met anderen. Dit wordt zoveel mogelijk gerespecteerd, zolang het de sfeer in de
groep niet verstoort. Geen enkel kind mag zich buitengesloten voelen in de groep.
‘Lekker spannend’ Kinderen moeten op gewone schooldagen al veel presteren. Wij vinden het belangrijk dat een kind
zich na schooltijd kan ontspannen. We maken ons aanbod zo spannend en aantrekkelijk mogelijk, de
keuze is aan het kind om mee te doen aan een activiteit.
Bescherming en loslaten. De ervaring die je op doet als mens , geeft jou
een persoonlijke les over wat je wel en niet
kan doen. Als pedagogisch medewerker willen
wij de kinderen sturen en begeleiden om
hierin hun weg te vinden. Bij een natuur BSO,
zoals onze dependance in het Stadspark, is
het van belang, dat een kind juist de kans
krijgt om zichzelf te ontwikkelen in een
natuurlijke omgeving en zich open te stellen
voor de omgeving waar hij in leeft
en speelt. Door het kind in zijn mening en ervaring los te laten, en te waarderen wat een kind
ervaart bieden wij een vertrouwde en open leef en leeromgeving. Dit kan worden gezien in het
stimuleren van het leren en ontdekken van nieuwe dingen en hiervoor als pedagogisch werker ook
open voor te staan. Voor het, omgaan met de natuurlijke omgeving, veiligheid en bescherming te bieden hierin, zijn
er duidelijke huisregels die hiervoor worden gehanteerd. Deze zijn verschillend per leeftijd en
worden ook actief besproken met de kinderen. De communicatie met de kinderen is dan ook
actief aanwezig.
Uitdaging en veiligheid De begrippen uitdaging en veiligheid gaan hand in hand bij een natuur BSO. Om gebruik te maken
van een omgeving met waar veel te verkennen is, moeten er ook grenzen en duidelijke afspraken
aanwezig zijn. Duidelijke afspraken zijn van belang als het gaat om de balans tussen uitdaging en
veiligheid. In het onderzoeken van deze uitdagingen zijn er dan ook actief gehanteerde afspraken
over hoe er gespeeld wordt in de omgeving van de Natuur BSO. Deze afspraken kunnen worden
terug gevonden in de huisregels. Verschillen per leeftijd.
4-5 jarigen
Veiligheid en vertrouwen. Positieve benadering aangeven wat ze wel moeten doen,
sturend. Aanmoedigend.
6-7 jarigen
vertrouwen, zelfstandigheid, herkenning.
7+
Positie en structuur in de groep.
Uitstapjesbeleid Het is leuk en uitdagend om af en toe een uitstapje te maken met de kinderen. In het
kennismakingsgesprek worden ouders gevraagd of hun kind mee mag met een uitstapje
buiten het kindercentrum. Soms plannen we een groter uitstapje. Ouders worden hier van tevoren over geïnformeerd, vaak
moeten ze hun kind opgeven en soms wordt er een financiële bijdrage gevraagd. Wil men liever niet
dat een kind meegaat dan wordt het in een andere groep opgevangen.
Er is een uitstapjesbeleid waarin omschreven staat waaraan we moeten voldoen als we een
uitstapje maken. Ook de algemeen geldende veiligheidsvoorschriften zijn hierin omschreven.
Zomerkamp Ieder jaar gaat de BSO op zomerkamp. We verblijven dan enkele dagen in een kampeerboerderij
ergens in het Noorden van Nederland. Het doel van een zomerkamp is te vergelijken met een
gewone vakantie: er samen op uit, gezamenlijk iets beleven, elkaar de hele dag meemaken, zodat de
onderlinge band versterkt wordt.
Risico inventarisatie gezondheid en GGD Jaarlijks voeren we een zogenaamde risico-inventarisatie uit en brengen hiermee de veiligheid van
het hele kindercentrum in kaart en treffen we adequate maatregelen als dat nodig is. De inventarisatie
wordt uitgevoerd door een aantal hiervoor getrainde pedagogisch medewerker onder leiding van de
taakspecialist kwaliteit.
Calamiteitenplan De Poolster heeft een calamiteitenplan wat regelmatig aangescherpt wordt. Er zijn volgens wettelijke
eisen pedagogisch medewerkers opgeleidt tot BHV-er (bedrijfshulpverlener). Jaarlijks volgen zij een
herhalingscursus. In het voorjaar oefenen we met alle kinderen een ontruiming, de resultaten worden
in de teams besproken. In de BSO groepen wordt dit ook met de kinderen besproken.
Ongelukken Ondanks alle voorzorgsmaatregelen en risico inventariseringen kan het toch voorkomen dat er een
ongelukje gebeurd. Wij nemen dan altijd contact op met de ouders en afhankelijk van de situatie
gaan we naar de dichtstbijzijnde huisartsenpost, het ziekenhuis of wachten we op de ouders. Veel pedagogisch medewerkers hebben een kinder-EHBO diploma en houden hun diploma
door herhalingslessen actueel. Daarnaast zijn er pedagogisch medewerkers die een
opleiding voor bedrijfshulpverlening (BHV) gevolgd hebben. Hiermee voldoen we aan de
wettelijk gestelde eisen.
Medische gegevens Wij houden in een map de algemene en specifieke medische gegevens van de kinderen bij. Daar
horen bijvoorbeeld ook de afspraken over medicijnen bij en of uw kind ingeënt wordt volgens het
vaccinatieschema. Mocht er een ongelukje op het kindercentrum gebeuren dan hebben we altijd de
gegevens van de kinderen bij de hand. Wilt u er mede zorg voor dragen dat we altijd recente
gegevens en telefoonnummers hebben?
En als kinderen ziek worden? Zieke kinderen hebben over het algemeen rust nodig, of ze nu koorts hebben of niet. Zij voelen zich
over het algemeen lekkerder thuis in hun eigen omgeving dan in een drukke groep. Afhankelijk hoe
het kind zich voelt (heeft het absoluut rust nodig of vermaakt het zich nog wel goed?) spreekt de
groepsleiding met de ouders af hoe te handelen. Wij kunnen de GGD raadplegen als het gaat om
onbekende of besmettelijke ziektes. Om u te attenderen op een besmettelijke ziekte wordt dit vermeld
op de deuren of het whiteboard.
Hoofdluis We treffen maatregelen om het voorkomen van haarluis zoveel mogelijk te beperken. Zo hebben alle
kinderen een speciale cape om hun jas in op te bergen. Indien er toch sprake is van haarluis wordt u
via het white board geïnformeerd. Wij vragen u als ouders om mee te helpen om verspreiding zo
snel mogelijk te beperken.
Indien sprake is van veelvuldig voorkomen van haarluis hebben wij in samenwerking
met de oudercommissie een stappenplan opgesteld.
Hoe houden we het kindercentrum schoon? De gebouwen van de Poolster worden dagelijks schoongemaakt door een schoonmaakbedrijf. Dit
bedrijf houdt de opvangruimtes, de gangen, de slaapkamers en de toiletten schoon. Daarnaast
draagt de leiding zorg voor het schoonhouden van speelgoed, aankleedtafels, kasten en meubilair
(tafels, stoelen, etc.). We werken volgens het vastgestelde protocol. Er wordt een schoonmaaklijst bijgehouden, zodat we
kunnen controleren of we voldoen aan de gestelde eisen.
5.Ons team
Locatiemanager De locatiemanager is de leidinggevende van BSO Poolster Zij geeft leiding aan het team van
pedagogisch medewerkers en locatiehulpen. De locatiemanager heeft de eindverantwoordelijkheid
over de dagelijkse gang van zaken en begeleidt haar medewerkers in het uitoefenen van hun
functies.
Hoe weet u wie wanneer werkt Op de groep of in de hal naast de groepen zijn whiteboards opgehangen, hierop leest u wie er
die dag werkt. Samen met de oudercommissie hebben we besproken hoe we ouders zo goed
mogelijk kunnen informeren en jaarlijks evalueren wij dit punt. Mocht een vaste medewerker
langdurig afwezig zijn dan wordt u persoonlijk via een brief geïnformeerd.
Pedagogisch medewerkers Alle pedagogisch medewerkers hebben minimaal een (kindgerichte) mbo-opleiding afgerond. Zij
hebben de verantwoordelijkheid voor de kinderen die aan hun zorg zijn toevertrouwd. De
pedagogisch medewerkers observeren, begeleiden en verzorgen naar de individuele behoefte van de
kinderen. De pedagogisch medewerkers van BSO speciaal hebben aanvullende cursussen gevolgd.
Via SKSG zijn er cursussen te volgen, daarnaast beschikt Poolster over een eigen budget voor
deskundigheidsbevordering.
Stagiaires en locatiehulpen SKSG is een erkend leerbedrijf. Wij vinden het belangrijk om aankomende pedagogisch
medewerkers bij ons ervaring te laten opdoen. Onze stagiaires zullen gaandeweg hun stage
steeds vaker taken van de pedagogisch medewerker gaan overnemen. Ze stellen zich aan het
begin van de stage via een brief met foto op het white bord voor. Er werkt op de Poolster sinds
2009 een locatiehulp die op verschillende groepen ondersteuning biedt.
Flexpoolmedewerkers Vaste gezichten op een groep is zowel voor kinderen, ouders en pedagogisch medewerkers
belangrijk. Het biedt duidelijkheid en veiligheid. Om vrije dagen of ziekte te vervangen werken er vaste
invalkrachten op de Poolster, zij zin bekend met de werkwijze van Poolster. Daarnaast is er binnen
SKSG een pool van pedagogisch medewerkers die op verschillende locaties werkzaam zijn. Deze
medewerkers worden door de Flexpool unitgericht ingezet.
Pedagogen en orthopedagoog Soms hebben de pedagogisch medewerkers behoefte aan extra ondersteuning ten aanzien van de
begeleiding van een kind en/of de groep. We kunnen dan de pedagogen of een orthopedagoog
raadplegen die allen verbonden zijn aan SKSG. De pedagogen zijn geschoold in het opnemen en
analyseren van interactie en communicatie tussen medewerkers en kinderen. Zij kunnen tijdens hun
werkzaamheden gebruik maken van video- opnames. De beelden worden gebruikt om de
pedagogisch medewerkers te ondersteunen bij hun werkontwikkeling. Dit wordt altijd van te voren
met u besproken.
VIO
Daarnaast kunnen er op ons kindercentrum ook videobeelden gemaakt worden door een video-
interactie ondersteuner (VIO). Deze beelden worden tevens benut om onze medewerkers te
ondersteunen bij hun werkontwikkeling. We bekijken met elkaar hoe we beter kunnen aansluiten op
de behoeften van het kind.
6.Samenwerking met ouders en oudervertegenwoordiging
Visie op oudercontacten Wij vinden goed contact tussen ouders en pedagogisch medewerkers belangrijk. Ons doel is om in
een prettige sfeer en met een open houding elkaar aan te vullen in onze gezamenlijke zorg voor de
kinderen. Goede afstemming is van groot belang. Hierin is een respectvolle, open communicatie
met de ouders onmisbaar. Daarom is het essentieel dat er informatie wordt uitgewisseld over het
kind tussen ouders en pedagogisch medewerkers.
Overdracht tussen ouders en pedagogisch medewerkers Het begeleiden van het kind is een gezamenlijke taak. De overdacht biedt de mogelijkheid om
informatie uit te wisselen en af te stemmen. Om de gezamenlijke zorg voor ieder kind te waarborgen
is het delen van informatie over belangrijke zaken in het leven van het kind van wezenlijk belang. Zo
kunnen we goed inspelen op het gedrag en de gevoelens van ieder kind. Aan de andere kant willen
wij ook graag de ouder vertellen over belevenissen van het kind op ons kindercentrum. Indien
gewenst kunt u een afspraak maken met de mentor van uw kind.
Informatiebakjes De kinderen krijgen bij de BSO een bakje/vakje of postzak waarin ze hun spullen kunnen bewaren.
Hierin wordt de post voor ouders gelegd. Wij vragen u regelmatig in het bakje/vakje of postzak van uw
kind te kijken. Op de white boarden staat aangeven, wanneer er post voor u is. Bij BSO Stadspark
hangt er ook info op de deur en ligt het op een tafeltje, u moet zelf ook even goed kijken als u de
kinderen komt halen!!
Gesprekken Er zijn diverse mogelijkheden om met ouders in gesprek te komen. We noemen er een aantal:
- kennismakingsgesprek
in dit gesprek maken ouders kennis met het kindercentrum en de pedagogisch
medewerker, daarna volgt een kennismaking met de groepsleiding
- overgangsgesprek
bij een nieuwe overgang van de ene groep naar de andere groep, van kindercentrum naar
buitenschoolse opvang of van buitenschoolse opvang naar basisschool vindt een gesprek
plaats tussen ouders en leiding
- gesprek n.a.v. observatie
1 x per jaar vindt er een individuele observatie plaats, de uitkomsten worden daarna
met de ouders besproken
- afsluitend gesprek
als het kind het kindercentrum verlaat wordt in een exit- gesprek het verblijf van het
kind geëvalueerd.
Nieuwsbrieven en kwartaalberichten De nieuwsbrief van BSO Poolster komt minimaal twee keer per jaar uit. Hierin staan, naast
algemene informatie over de Poolster, ook bijzonderheden beschreven wat er speelt of nog gaat
gebeuren. Ouders ontvangen daarnaast vier keer per jaar een kwartaalbericht van SKSG waarin verschillende
zaken aan bod komen. Deze berichten worden uitgedeeld in de bakjes van de kinderen.
Oudercommissie en ouderavonden BSO Poolster heeft een oudercommissie (OC) die de belangen behartigt van ouders op locatieniveau.
De OC heeft een adviserende rol en vergadert ongeveer zes maal per jaar. De oudercommissie van
BSO Poolster is gecombineerd met de oudercommissie van het kinderdagverblijf. We streven ernaar
dat elke groep door een ouder vertegenwoordigd is.
Ouderavonden worden in samenspraak met de oudercommissie georganiseerd. Alle ouders
ontvangen hierover informatie en een uitnodiging. De oudercommissie verspreidt twee maal per jaar
een nieuwsbrief onder de ouders. Deze nieuwsbrief noemen wij het OC’tje. Voor de herkenbaarheid
wordt alle informatie vanuit de oudercommissie op lichtpaars papier afgedrukt.
Klachtenregeling Het kan voorkomen dat ouders een klacht hebben. Wij vragen ouders om dit allereerst met de
desbetreffende persoon of diens leidinggevende te bespreken. Dit neemt niet weg dat u zich
rechtstreeks kan wenden tot de S.K.K. (Stichting Klachten Kinderopvang). Onze interne
klachtenprocedure schrijft voor dat er altijd een klachtformulier ingevuld wordt en dat de klacht in
behandeling wordt genomen. Leidt dit niet tot een bevredigende oplossing dan staat de externe
klachtenprocedure open. Beide procedures staan op onze website.
Een oudercommissie kan ook een klacht indienen bij de landelijke Klachtenkamer. De
klachtenregeling heeft betrekking op geschillen tussen ondernemer en oudercommissie in zake de
bevoegdheden van de oudercommissie.
Privacy reglement en publicatie van beeldmateriaal Informatie over het kind en zijn thuissituatie blijft binnen het kindercentrum en mag alleen worden
uitgewisseld tussen medewerkers onderling als dat in het belang van het kind is. Regels en
afspraken rondom privacy gevoelige gegevens zijn vastgelegd in het privacyreglement. Wanneer het
kind naar de basisschool vertrekt, wordt een overdrachtsformulier voor de school ingevuld. Dit
formulier kan opgestuurd worden naar school.
Tijdens het kennismakingsgesprek geeft u wel of geen toestemming voor het publiceren van foto’s
van uw kind. We maken hierbij onderscheid tussen de toestemming voor het publiceren van foto’s
binnen het kindercentrum en toestemming voor publicatie van foto’s voor extern gebruik,
bijvoorbeeld op onze website. Dit wordt geregistreerd op het intake formulier.
Protocollen Onze protocollen liggen ter inzage op het kindercentrum. U kunt de locatiemanager te allen tijde
om een exemplaar vragen.
BIJLAGE: SKSG Stadspark
De specifieke SKSG Stadspark visie Dankzij de unieke ligging van SKSG Stadspark kunnen we met recht stellen dat het een bijzondere
plek is voor kinderen en ouders. De subvisie is hier, samen met de visie van de SKSG, om de natuur
dichter bij de kinderen te brengen, en de kinderen dichter bij de natuur. De locatie bevindt zich dan
ook in het Stadspark en biedt een natuurlijke en avontuurlijke omgeving.
De omgeving wordt gezien als de speelruimte voor de kinderen. Daarnaast is er een
binnenspeelruimte, maar deze wordt ook zoveel mogelijk gebruikt in combinatie met de omgeving
om de BSO heen. In de volgende punten kan er overzichtelijk terug worden gezien op wat voor manier de BSO
dagelijks wordt geïnspireerd door de natuur. We hebben drie groepen op deze BSO: NaSa, NaSa + en NaSa TOP. NaSa is de afkorting van
Natuur Samen.
Waarom natuurbeleving Een kind heeft recht op natuurbeleving. En de beleving van de natuur in groepsverband. Deze biedt
ons uitdaging als individu en groep om grenzen van onszelf en elkaar te ontdekken.
Groepsprocessen worden hierdoor gestimuleerd, en worden actief gestuurd door de pedagogische
medewerkers. Met de vinger op de vertrouwensrelatie met elkaar als groep.
Terug gevonden in de naam: Natuur samen. Het samen omgaan met de omgeving om ons heen. Dat vergt het vertrouwen in
elkaar. Het opbouwen van de vertrouwensrelatie is van groot belang. Door veel samen te werken,
elkaar bij te staan, het samen erkennen van een gedeelde verantwoordelijkheid van een bepaald
doel. Bijvoorbeeld het zorgen voor een nette omgeving. Het samen actief betrokken zijn in de
omgeving waarin je werkt en speelt. Iedereen heeft zijn rol hierin en is net zo belangrijk.
Buitenruimte Buitenspelen is bij SKSG Stadspark heel bijzonder en tegelijkertijd heel gewoon. De kindern gaan
zoveel mogelijk naar buiten, ongeacht het weer. Het buiten zijn en spelen is een van de
belangrijkste kenmerken van SKSG Stadspark. De kinderen spelen, eten en drinken zoveel mogelijk
buiten.
De kinderen genieten buiten alle bewegingsvrijheid. Voor de oudere kinderen is er plek om te
voetballen. Er is veel water rondom de locatie aanwezig. Door de duidelijke afspraken die worden
gemaakt zijn ouders en kinderen op de hoogte van wat er wel en niet kan. Uiteraard zorgen de
pedagogisch medewerkers voor toezicht en veiligheid.
Huisregels De zelfstandigheid en eigen ontwikkeling van het kind staat voorop. Dit kan ook worden teruggezien
in de huisregels. De kinderen die opgevangen worden bij de BSO Stadspark zullen hier doormiddel
van de locatie, de aangeboden activiteiten en de begeleiding van de pedagogisch medewerkers de
natuur bewust meekrijgen. De huisregels zijn hier een groot onderdeel van.
Leven in en met de natuur De omgeving van de BSO Stadspark is één en al samen komen met de omgeving. Hierbij vind heel
veel onderzoek plaats! Hierdoor leren de kinderen veel over hun omgeving door, waarnemen, voelen,
en door te luisteren. Waarnemen is hier een groot onderdeel van. De BSO Stadspark zorgt voor de
natuurknap gerichte middelen zodat dit actief kan plaats vinden. Een populair middel zijn
onderzoeksdoosjes om de verschillende waarnemingen in te verwerken. Door het gebruik van de
doosjes kan de natuur echter wel verstoord raken. Wij willen echter de natuur wel als inspiratie bron
kunnen gebruiken en als leeraspect om de kinderen te kunnen begeleiden om te leven in de natuur.
Bij de onderzoeken hanteren wij daarom ook bepaalde regels.
- Als er met insecten wordt gewerkt , moeten de doosjes wel worden ingericht met wat blaadjes/stokjes zodat de insecten wel met respect worden behandeld.
- Na het gebruik van een doosje, moet het doosje wel geleegd worden. Er moet bewust
worden stilgestaan dat er met levende beestjes gewerkt wordt. Diertjes na onderzoek vrij.
- Boomklimmen mag aan de hand van leeftijd. En onder toezicht van de pedagogische
medewerker voor de jongste kinderen.
- Bloemen plukken mag, hierbij wel met respect voor het groeiproces van planten. Dit houdt in
dat bloemen die in grote getallen groeien wel in kleine getallen geplukt mogen worden. De
bloemen en planten die in kleine getallen groeien zullen ook meer moeite hebben om zich
vervolgens weer verder te produceren en zullen ook minder snel of niet terug komen. De
natuur moet moeite doen om bloemen en planten te laten groeien, hiervoor wordt liefde en
respect gecreëerd door dit te reflecteren. De pedagogische medewerkers nemen het
groeiproces mee om voorbeeld te geven over het belang en de moeite van een groeiproces
Samen in één gebouw BSO Stadspark is gehuisvest in het scoutinggebouw, dit betekent dat er meerdere gebruikers zijn en
dat we elkaar ook kunnen tegen komen. De scouting maakt in principe vooral het weekend gebruik
van het gebouw, daarom worden onze ruimten vrijdag ook zoveel mogelijk leeg geruimd. Ook heeft
het gebouw een beheerder die meestal ’s morgens zijn werkzaamheden uitvoert. Woensdag en
vrijdag is er soos voor verstandelijk gehandicapten. De kinderen en de andere gebruikers zullen
elkaar tegen komen, alles gaat onder begeleiding en is in feite een afspiegeling van hoe het ook in de
maatschappij gaat.
Voeding Onder gezonde voeding verstaan we een gevarieerde voeding met weinig toegevoegde suikers,
kunstmatige kleurstoffen en vet. Alle kinderen krijgen elke dag fruit. Het assortiment van het fruit
hangt af van het seizoen. Op de lange dagen is er een broodmaaltijd. Soms wordt er iets bijzonders
klaargemaakt, bijvoorbeeld pannenkoeken of soep. We hebben zowel hartig als zoet beleg. We
stimuleren de kinderen verschillende smaken te proberen en variatie in hun keuzes aan te brengen.
Bij de broodmaaltijd wordt halfvolle melk, of karnemelk gedronken. Het eetmoment is belangrijk voor
verschillende aspecten. Het sociale aspect, de eigen ontwikkeling, maar ook hanteren wij een
bepaalde keuze in voeding. Dit kan doormiddel van een activiteit met als doel natuurknap. Dagelijks
wordt dit teruggezien doordat er seizoensgerichte keuzes gemaakt in de voeding. Het beleg
waarvoor wordt gekozen zijn natuurlijke producten. Er wordt bijv. wel vlees aangeboden maar geen
smeerworst. Aan de hand van de ingrediënten wordt gekozen of dit past bij een natuurlijke selectie
van producten. Wij houden rekening met diëten, bijvoorbeeld in verband met allergie of religie.
Top Related