editie 3 | oktober 201018 | Asbest en Bouw
De eindcontrole na een asbestsanering moet
garanderen dat de ruimte of het gebied waar
de asbestsanering heeft plaatsgevonden daad-
werkelijk schoon is, voldoet aan wet- en regel-
geving en overeenkomt met de prestatie die
is afgesproken tussen opdrachtgever en op-
drachtnemer. De eindcontrole is daarmee de
laatste schakel in de asbestketen.
Door: ir. Ingmar Scheiberlich
Foto’s: Sanitas Inspecties & Analyses
Eindcontrole van asbestsaneringen
oktober 2010 | editie 3 Asbest en Bouw | 19
Serie asbest en bouw
In de vorige uitgave van Asbest en Bouw
hebben we aandacht besteed aan het
uitvoeren van een asbestsanering en de
verantwoordelijkheden van de opdrachtge-
ver hierbij. Bij de uitvoering gaat het om het
nastreven van de doelstelling die vooraf-
gaand aan de sanering is vastgesteld en
tussen opdrachtgever en opdrachtnemer is
afgesproken. Tevens speelt de emotie van de
omgeving een belangrijke rol bij asbestsane-
ringen en dan in het bijzonder de zorg-
vuldigheid in het communiceren hierover.
Hiervoor geldt dat voorkomen beter is dan
genezen.
Net als bij de voorbereiding, aanbesteding en
uitvoering van een asbestsanering, geldt ook
voor de eindcontrole dat het gaat om een
aanpak die op de situatie is afgestemd, want
per situatie verschillen de uitgangspunten en
de situatie.
In dit vierde en laatste artikel van deze
serie wordt vanuit het oogpunt van de
opdrachtgever, ingegaan op de eindcontrole
van asbestsaneringen. De eindcontrole is de
laatste schakel in de asbestketen en de uit
de eindcontrole komende documenten zijn
van groot belang voor het dossier van het
gebouw of object. Immers, in de toekomst
zal aangetoond moeten kunnen worden dat
het asbest van destijds is verwijderd en het
gebouw geheel schoon is.
Opdrachtgever van laboratoriumDe eindcontrole van asbestsaneringen die
vallen onder de risicoklassen 2 en 3 dient
door een laboratorium/inspectie-instelling
uitgevoerd te worden. De partij die deze
werkzaamheden uitvoert dient door de
Raad voor Accreditatie (RvA) geaccrediteerd
te zijn voor het uitvoeren van eindcontroles.
In de dagelijkse praktijk komt het veelal voor
dat de opdrachtgever (eigenaar van het as-
best) de eindcontrole na een asbestsanering
delegeert aan het asbestverwijderingsbedrijf.
Dit gebeurt veelal door middel van een
passage in een bestek of de overeenkomst
waarin de afspraken tussen opdrachtge-
ver en opdrachtnemer zijn opgenomen.
Het asbestverwijderingsbedrijf schakelt
vervolgens, als onderdeel van haar werk,
een geaccrediteerd laboratorium in die de
eindcontrole zal uitvoeren. Het delegeren
van de eindcontrole naar een asbestverwij-
deringsbedrijf gebeurt veelal met het idee
om als opdrachtgever ontzorgd te worden.
De opdrachtgever blijft daarbij wel verant-
woordelijk voor het eindresultaat.
Wij opteren ervoor dat de opdrachtgever
van de asbestsanering zelf opdracht geeft
aan een geaccrediteerd laboratorium voor
het uitvoeren van een eindcontrole. Tussen
de opdrachtgever en het laboratorium is er
dan sprake van een korte lijn ten aanzien
van de gemaakte afspraken alsmede voor
wat betreft de communicatie over het re-
sultaat van de eindcontrole. Hiermee wordt
bereikt dat het geaccrediteerd laboratorium
vanuit de opdrachtgever een duidelijke taak
en verantwoordelijkheid krijgt.
Selecteren en contracteren laboratoriumDe eerste stap voor een opdrachtgever ten
aanzien van het onderdeel eindcontrole in
de asbestketen is het selecteren en con-
tracteren van een laboratorium. In principe
zou ieder geaccrediteerd laboratorium in
staat moeten zijn een eindcontrole na een
asbestsanering uit te voeren. Onder andere
de factoren inzicht en ervaring zijn hierbij
van groot belang om de kwaliteit van het
eindresultaat te waarborgen. Deze factoren
zijn mede bepalend waarom een geaccredi-
teerd laboratorium door de opdrachtgever
wordt ingeschakeld.
De factor inzicht heeft vooral betrekking op
de aanpak van de eindcontrole. Dit onder-
deel wordt hierna beschreven. Ervaring komt
aan bod op het moment dat de moeilijk-
heidsgraad van het onderhavige asbestpro-
ject veel hoger ligt. Dit zijn de zogenaamde
uitdagingen bij asbestsaneringen. Daarnaast
zijn er nog andere criteria die gehanteerd
kunnen worden voor het selecteren van een
geschikte partij.
Omdat in dit artikel op de inhoud van de
eindcontrole wordt ingegaan, wordt het
beleidsmatige deel voor wat betreft het
inschakelen van een laboratorium bij op-
drachtgevers, die regelmatig gebruik maken
van laboratoria, buiten beschouwing gelaten.
‘De factoren inzicht en ervaring zijn van groot belang om de kwaliteit van het eindresultaat te waarborgen’
Meetplan Een van de criteria bij het selecteren en
contracteren van een geaccrediteerd labora-
torium is het opstellen van een meetplan c.q.
meetstrategie. Aan de gegadigden die mee-
doen aan de uitvraag van de opdrachtgever
wordt de benodigde informatie verstrekt en
wordt een aanbieding verwacht waarvan het
meetplan een onderdeel is. Door het opstel-
len van een meetplan in het offertestadium
wordt er al nagedacht over de situatie en
op welke wijze de eindcontrole aangepakt
dient te worden om de gevraagde kwaliteit
van het eindresultaat te kunnen waarborgen.
Tevens gaat het om de aandachtsgebieden
die men verwacht tegen te komen die een
mogelijk risico kunnen vormen. Een geaccre-
‘De opdrachtgever blijft wel verantwoordelijk voor het eindresultaat’
editie 3 | oktober 201020 | Asbest en Bouw
diteerd laboratorium kan door het opstellen
van het meetplan bij de voorbereiding al
haar toegevoegde waarde leveren. Zij wor-
den immers belast met een belangrijke taak.
Aandachtsgebieden Door het vragen van een meetplan wordt
door de opdrachtgever inzicht verkregen in
de zienswijze en aanpak van de eindcontrole.
Tevens komen de verschillen van inzicht en
ervaring tussen de partijen naar voren. Na
ontvangst en beoordeling van het meetplan
kan de opdrachtgever een afweging maken
en een besluit nemen ten aanzien van de
partij die hij wil inschakelen voor het uitvoe-
ren van de eindcontrole.
Met het opstellen van een meetplan in een
vroeg stadium (lees: bij de voorbereiding
van een asbestsanering), wordt op voorhand
duidelijk waar eventuele aandachtsgebie-
den liggen en wat het risico hiervan is. Na
het benoemen van de aandachtsgebieden
kunnen deze verder worden uitgewerkt.
De risico’s worden daardoor omgezet naar
zekerheden. Dit als gevolg van het op voor-
hand anticiperen hierop.
Moeilijkheidsgraad Indien er sprake is van een asbestsanering
met een bepaalde moeilijkheidsgraad dan is
het inschakelen van een laboratorium in het
voorbereidingstraject aan te bevelen. Op
deze wijze wordt de kennis en kunde ten
aanzien van de eindcontrole in een vroeg
stadium benut. De mogelijkheden en on-
mogelijkheden kunnen dan al op voorhand
worden beoordeeld en worden vastgesteld.
Verder wordt met het meetplan bereikt dat
de laborant bij een eindinspectie precies
weet wat hem of haar te wachten staat.
Immers, het denkwerk en de voorbereiding
hebben al plaatsgevonden wat ten goede
komt aan de kwaliteit van het eindresultaat.
Een asbestsanering met een hoge moeilijk-
heidsgraad wordt door een voornoemde
aanpak vereenvoudigd, omdat vanaf het
begin al wordt nagedacht over het vraagstuk
en de mogelijkheden en impact daarvan op
het eindresultaat. Ook zal het meetplan voor
het asbestverwijderingbedrijf van belang zijn.
Deze partij is dan geïnformeerd over de
wijze van de eindcontrole.
‘Het denkwerk en de voorbereiding hebben al plaatsgevonden wat ten goede komt aan de kwaliteit van het eindresultaat’
Proces eindcontroleAls het proces van het verwijderen van het
asbest in gang is gezet door het asbestver-
wijderingsbedrijf, dan zal deze op een be-
Geprepareerd filter na bemonstering. De naalden betreffen vezels die volgens richtlijnen worden geteld
oktober 2010 | editie 3 Asbest en Bouw | 21
paald moment een werkgebied of contain-
ment gereed hebben voor de eindcontrole.
Voordat de laborant van het geaccrediteerd
laboratorium zijn werkzaamheden gaat
uitvoeren, voert de DTA-er zelf een ‘eigen’
eindonderzoek uit met als doel om goed-
keuring te geven voor de eindcontrole.
Het uitgangspunt en wettelijke kader voor
de eindinspectie is de NEN 2990. In de
afspraken tussen de opdrachtgever en het
asbestverwijderingsbedrijf, kan opgenomen
zijn dat de te leveren prestatie verder gaat
dan de NEN 2990. Het meetplan dat vooraf
is opgesteld door het laboratorium is de
basis voor de eindcontrole van het onderha-
vige project/werk.
De opdracht van het laboratorium is om
te controleren en vast te stellen of het
asbestverwijderingsbedrijf heeft voldaan aan
Zijn alle bronnen (die men van plan was •
te verwijderen) ook weg?
Is het werkgebied vrij van visueel waar-•
neembare bronnen en restanten asbest-
houdend materiaal en stof?
Is de concentratie asbest in de lucht lager •
dan de norm (actief gemeten)?
Voor de eindcontrole is het van belang dat
de laborant voldoende tijd krijgt om de
eindcontrole uit te voeren. In de praktijk kan
het ook voorkomen dat de sanering wordt
afgekeurd. Het is dan aan het asbestverwij-
deringsbedrijf om de onderdelen waarop de
afkeur betrekking heeft op te lossen. Daarna
zal het laboratorium het werkgebied opnieuw
inspecteren en een luchtmeting uitvoeren.
Het uiteindelijke resultaat na een eindcontro-
le, positief of negatief (afkeur), wordt verwerkt
in een certificaat/analyserapport.
hetgeen is overeengekomen. Dat is echter
alleen het geval indien dit ook is overeen-
gekomen met de betrokken partijen. In
veel voorkomende gevallen controleert de
inspectie-instelling dus niet of is voldaan aan
de opleveringseisen waaraan het asbestver-
wijderingsbedrijf dient te voldoen zoals is
overeengekomen tussen opdrachtgever en
opdrachtnemer, maar controleert uitsluitend
op conformiteit met de norm. Wij merken
op dat er situaties zijn waarbij de NEN 2990
niet altijd voldoende is voor de eindcontrole.
In praktijk kan het namelijk voorkomen dat
de opleveringseisen strenger geformuleerd
dienen te worden dan de norm.
De laborant voert, na goedkeuring door de
DTA-er, een inspectie uit, die op hoofdlijnen
bestaat uit de volgende onderdelen:
Serie asbest en bouw
‘Het controleren van de informatie op het certificaat is een belangrijke taak van de opdrachtgever’
Nemen van luchtmonsters waarbij filterkop met
specifiek filter schuin op hoogte boven de grond
wordt geplaatst
editie 3 | oktober 201024 | Asbest en Bouw
Ir. Ingmar Scheiberlich is Projectmanager
bij AT Osborne
Afmelden werkzaamhedenNa de controle verwerkt de laborant
de bevindingen van de visuele inspectie
alsmede de analyseresultaten van de lucht-
metingen in een certificaat/analyserapport.
De opdrachtgever ontvangt het origineel
van de certificaten. Niet geheel onbelangrijk
is het nalopen/controleren van de informa-
tie die op het certificaat is vermeld. Deze
informatie dient volledig te corresponderen
met de documenten die ten grondslag lig-
gen aan de uitgevoerde asbestsanering. Dit
is een belangrijke taak van de opdrachtge-
ver. De opdrachtgever dient er vervolgens
voor zorg te dragen dat een kopie van de
eindcontroledocumenten aan de gemeente
(vergunningverlener) wordt verstrekt.
DossieropbouwNiet in de laatste plaats is de dossiervor-
ming en het bewaren hiervan, van groot
belang voor de toekomst van het gebouw of
object dat is gesaneerd. Zo kunnen degenen
die in de (nabije) toekomst te maken krijgen
met het gebouw om daar werkzaamheden
in of aan uit te voeren, nagaan wat er aan
asbest heeft gezeten, wat er is verwijderd, en
dat hiervoor een eindcontrole is uitgevoerd.
Na completering en afronding van het
dossier kan het onderwerp asbest worden
afgesloten en zijn alle benodigde stappen
door de opdrachtgever doorlopen. Hierbij
gaan we ervan uit dat er geen asbesthou-
dende toepassingen zijn achtergebleven en
dat het eindresultaat voldoet aan hetgeen in
de voorbereiding is gedefinieerd, voldoet aan
de te leveren prestatie door het asbestver-
wijderingbedrijf en dat het geaccrediteerde
laboratorium het eindresultaat heeft beoor-
deeld en heeft vrijgegeven.
Opstelling van een fasecontract microscoop in het mobiel laboratorium
Top Related