Download - portfolioemmademan.weebly.comportfolioemmademan.weebly.com/uploads/8/0/4/6/80463672/stage...  · Web viewIk merk dat ik daar steeds minder allergisch voor word, omdat ik hen heel

Transcript

Stagedossier Hoofdfase 2 - 14-15

Algemene gegevens

In de periode van 2 februari tot en met eind juni loop ik stage op Het Open Venster te Rotterdam. Het adres van de school is:Prot. Chr. Basisschool Het Open Venster

Catullusweg 11-13

3076 KB Rotterdam

Telefoon 010-4198722

De gymzaal zit niet aan de school vast. Op ongeveer 5 minuutjes loopafstand is de gymzaal waar de kinderen gymmen. Het eerste lesuur wanneer groep 3 gymt dan halen wij de kinderen op van school en wandelen wij in de rij naar de gymzaal. Dit gebeurd ook na de pauze met groep 7. Bij de overige lessen brengt en haalt de groepsleerkracht de kinderen. Er moet een drukke weg worden overgestoken om naar de gymzaal te gaan. Er zijn stoplichten die snel weer op rood springt. Niet altijd is het daarom haalbaar om met de rij in zijn geheel over te steken. Het adres van de gymzaal is:Spinozaweg 81

RotterdamHet is een mooie ruime zaal met

Mijn stagebegeleider is Tom v/d Heuvel; 06-21526476 email: [email protected]

Het rooster van de periode ziet er als volgt uit;

tijd

lesuur

groep

zaal

8.30-9.15

1

3

A

9.15-10.00

2

4

A

10.00-10.45

3

5

A

10.45-11.30

4

5/6

A

11.30-12.15

5

6

A

12.15-13.00

-

pauze

A

13.00-13.45

6

7

A

13.45-14.30

7

8

A

om 15.15 is de school afgelopen. Vanaf die tijd tot 16.30 is er naschoolse sport voor de kinderen om extra te kunnen bewegen. Hier ben ik ook vaak bij aanwezig.

Beschrijving stageschool

De school heeft als logo een vogel. Alle kleuren van de vogel vormen een mooi geheel, dat geldt ook voor onze leerlingen, leerkrachten en ouders. Iedereen komt met zijn of haar eigen talenten en mogelijkheden op school. Dit alles samen zorgt ervoor dat we een school hebben waar we met elkaar trots op mogen en kunnen zijn. Een vogel staat symbool voor groei, zoals een vogel uit het ei komt en uiteindelijk al vliegend het nest verlaat, zo willen we onze kinderen heel veel kennis en vaardigheden meegeven zodat ook zij met een goede basis het nest kunnen verlaten. Het open venster is een school met Het open venster maakt deel uit van stichting PCBO (Protestants-Christelijk Basis- en Orthopedagogisch Onderwijs te Rotterdam-Zuid). Hierbij krijgen de kinderen verhalen uit de bijbel voorgelezen.

De school vindt het heel belangrijk dat een kind zich veilig voelt binnen de school. Daardoor wordt er veel aandacht besteed aan regels binnen de school. Dit zie je ook terug in de gymles. Tijdens de gymles wordt er heel erg uitgegaan van positief labelen. Dit betekend dat een kind een beloning krijgt indien hij/zij zich goed gedraagt. De gymlessen zijn heel divers ingericht. Bijna alle activiteiten zijn zelfregulerend waardoor de kinderen een stukje zelfstandigheid leren. Tijdens de gymles wordt er minder gedaan met geloof. Wel wordt er strenger gelet op schelden en fair play. De school is een lekker fit school. Dat wil zeggen dat er meer aandacht besteed wordt aan gezond eten en sporten. De leerlingen krijgen daarom ook 3 keer per week gym behalve groep 5/6 want deze hebben een uur schoolzwemmen per week. Tijdens de gymles mogen de leerlingen een flesje water meenemen en hier af en toe een slokje van nemen. 1 keer per jaar wordt in het teken van lekker fit de euro fittest afgenomen. Ook wordt het BMI (Body Mass Index) gemeten. Al deze gegevens worden verwerkt in de zogenaamde fitmeter. Dit is een speciaal ontwikkeld computerprogramma met als doel de fitheid, deelname aan de activiteiten en de motorische vaardigheden van kinderen zichtbaar te maken. Na schooltijd is er ruimte voor buitenschoolse sport. Dit is van 15.15-16.30 hier kunnen kinderen extra bewegen. Daarnaast is er een sportklas opgesteld. Dit is een samengestelde klas van kinderen van groep 3 t/m 8 die talent hebben voor bewegen. Zij krijgen de mogelijkheid om extra te bewegen. Er is nu een programma in ontwikkeling voor Motorisch Remedial Teaching waarbij de leerlingen die motorisch minder vaardig zijn extra begeleiding krijgen in bewegen.

Instapdocument

Persoonlijk

Mijn persoonlijke leerdoel in deze stage is mijn onzekerheid. Deze onzekerheid toon ik niet zo zeer naar de leerlingen toe, maar in mijn zelf reflecties ben ik zeer kritisch en vind ik het lastig om waar te nemen wat nu mijn kracht is en wat er goed ging in een les. Door nadrukkelijk na elke les aan mij te vragen wat ik goed vond gaan zal ik wat zelfverzekerder gaan worden in het maken en beargumenteren van mijn keuzes. Ik verwacht dat dit een proces is was er in zal moeten slijten en daarom ook veel toegepast zal moeten worden.

Wat ik ook graag zou willen leren deze stage is om nog meer op maat te differentiren. Ik denk dat ik al aardig op weg ben door spellen zelf regulerend te maken, maar nu wil ik nog meer onderscheid maken tussen de betere bewegers en de minder vaardige bewegers om deze ook op hun niveau te kunnen laten bewegen, met name in spel situaties.

Tijdens deze en vorige stages is gebleken dat ik heel enthousiast ben. Dit heeft een positief effect op de leerlingen. Door mijn enthousiasme stimuleer ik de leerlingen om te bewegen.

Mijn kernkwaliteit is dus dat ik energiek en vrolijk ben. Deze kwaliteit kwam ook naar voren tijdens de stages van propedeuse en hoofdfase 1. Waar ik wel achter ben gekomen deze stage is dat de manier van organisatie ook een kwaliteit van mij is. Dit komt mede doordat ik heel veel zie gebeuren in de zaal en hier het overzicht van zie. Bewust maak ik daarom wel eens de keuze om niets van het storende gedrag te zeggen maar door midden van non-verbale communicatie dit te corrigeren. Waar ik nog iets meer lef voor moet gaan creren is het afwijken van mijn organisatie. Juist omdat ik dit altijd precies zo in mijn hoofd heb zitten hoe ik het wil. Dit ga ik proberen te verbeteren door in mijn volgende stage aan mijn stagebegeleider te vragen om bewust iets te laten gebeuren waardoor ik van mijn organisatie moet afwijken. Hierdoor zal ik een stuk weerbaarder zijn en werk ik dus aan mijn uitdaging. Mijn allergie is humeurige kinderen. Ik merk dat ik daar steeds minder allergisch voor word, omdat ik hen heel positief benader en zij daarom voor mij gaan werken. Waar ik nog wel naar toe wil is dat mijn leerlingen niet voor mij als docent werken, maar voor zichzelf. Ik verwacht dat dit een lang traject is en ik dit pas kan toepassen wanneer ik een goede band met de leerlingen heb.

In mijn volgende stage zal ik gerichter aan de slag gaan met mijn persoonlijke leerdoel; zelfverzekerd zijn. Mijn verwachting is dat dit een tijdje zal gaan duren. Dit wil ik bereiken door aan het eind van elke les gericht de positieve dingen te bespreken met mijn stagebegeleider en vervolgens pas mijn verbeterpunten. Zo hoop ik zelf was steviger in mijn schoenen te staan. Daarnaast zoals eerder genoemd wil ik af en toe bewust van mijn organisatie afwijken om nog weerbaarder te worden.

Het aller grootste leermoment uit de stage is dat ik mijzelf heb ontwikkeld tot een zelfverzekerde docente die organisatorisch heel sterk is.

Als ik nu naar mezelf kijk dan sta ik zelfverzekerd voor de groep. Daarnaast heb ik mijzelf zo ontwikkeld als docente dat ik de leerling consequent behandel. Dit doe ik door voor mijzelf de rust te nemen wanneer ik ga uitleggen. Zodra het nog niet stil is in de klas begin ik nog niet met praten. Als er iemand door mijn uitleg heen praat dan durf ik nu consequenties te nemen door een leerling erop aan te spreken of eventueel langs de kant te zetten. Daarnaast denk ik voorafgaand aan de les heel goed na over de organisatie en hoe ik daarin overzicht kan houden.

Stagedoelen:

De doelen van de stage van hoofdfase 2 heb ik bijna allemaal gehaald. Een aantal doelen zijn nog niet van toepassing geweest omdat de stageperiode hier te kort voor was. Stagedoelen die nog niet van toepassing zijn geweest zijn;

Lost conflicten adequaat op

Betrekt leerlingen bij de inrichting

Formuleert smart lesdoelen

Ontwerpt lessenseries op basis van bewegingsthemas

In de stage van Hoofdfase 2 zal ik specifiek aan de stagebegeleiders vragen om mij op deze punten te observeren.

Ook zijn er een aantal stagedoelen die ik nog niet voldoende heb gehaald. Stagedoelen die nog niet voldoende zijn;

Signaleert storend gedrag

Signaleert angst

De zaal is startklaar

In het begin van de stage signaleerde ik storend gedrag veelal alleen als ik aan het observeren was terwijl Nelleke de les gaf. Nu ben ik al zo ver dat ik tijdens de les storend gedrag signaleer en hier iets van zeg. Ik verwacht dat het een stukje ervaring is en tijd nodig heeft om deze competentie onder de knie te krijgen. Ook het signaleren van angst vind ik nog lastig. Tijdens de activiteiten ben ik nog heel erg bezig met de organisatie en het overzicht waardoor ik het lastig vind om angst te signaleren. Ook hierbij verwacht ik dat dit een kwestie van tijd en ervaring is. De zaal is in principe start klaar voordat leerlingen binnenkomen. Echter is het tempo van het opbouwen nog niet heel hoog. Hierin kan ik dus nog verbeteren.

Over het algemeen verwacht ik van mijzelf dat ik mij gedurende stage ontwikkel tot een docente die zelfverzekerd voor de klas staat en tijdens de les bezig is met iets leren aan de leerlingen waarin een goed pedagogisch klimaat een belangrijke rol speelt. Mijn focus komt dus meer te liggen op leertt in plaats van looptt en luktt. Tevens vind ik het belangrijk om mijn eigen visie gedurende stage te verbreden en ontwikkelen. Een ander doel is om kennis te maken met het leerlingvolgsysteem en hier wegwijs in te worden.

De stagedoelen van de HALO zijn:

zelfstandig lesgeven onder begeleiding.

zelfgekozen leerstofinhouden uit bestaande of zelf ontworpen planningsdocumenten

lesgeven in complexe situaties

om kunnen gaan met verschillen

Stagebegeleider:

Van mijn stagebegeleider verwacht ik dat hij/zij mij vrij laat om mijn eigen ding te kunnen doen. Zelf vind ik het niet prettig als ik les geef en het gaat even niet goed dat hij of zij dan in springt. Ik wil het graag zelf de kans krijgen om het zelf aan te passen.

Daarnaast verwacht ik van mijn stagebegeleider dat hij/zij mij de ruimte geeft om mijn eigen visie te ontwikkelen. Deze ontwikkeld zich ook wanneer ik zie hoe de stagebegeleider les geeft en zijn mening geeft over het vak. Daarom zou ik het fijn vinden om af en toe ook eens een les te kijken die hij les geeft. Verder vind ik het heel belangrijk dat wij eerlijk en open naar elkaar zijn. Wanneer ik een vraag heb over hoe ik iets aan moet pakken verwacht ik van mijn stagebegeleider dat hij bereid is om daar zijn visie op te uiten.

Ook vind ik het belangrijk dat mijn stagebegeleider mij opbouwende feedback geeft. Hiermee bedoel ik dat hij/zij niet meteen begint wat er allemaal niet goed ging maar ook juist benadrukt wat er wel goed ging.

Intakegesprek

Stagedossier Hoofdfase 2 - 2014-2015 Emma de Man 12006483 L3D

Het Open Venster, Rotterdam

[Geef de tekst op][Geef de tekst op][Geef de tekst op]

Stagedossier Hoofdfase 2 - 2014-2015 Emma de Man 12006483 L3D

Het Open Venster, Rotterdam

Op vrijdag 23 januari heb ik een intake gesprek gehouden met Tom. Hierbij heb ik mijn verwachtingen a.d.h.v. mijn instapdocument besproken. Ook de algemene stagedoelen heb ik besproken. Dit was een zeer prettig gesprek. Tijdens het gesprek heb ik de stagegids van de halo overhandigd, en meteen een stukje van de gymles meegekeken. Daarnaast heb ik de stageopdrachten besproken en gevraagd of ik toestemming aan de directeur moet vragen om lessen te mogen filmen. Ook de stage-uren heb ik besproken met daarbij ook niet lesgeef activiteiten. Tom heeft afgelopen jaar en het jaar daarvoor ook stagiaires van de HALO gehad dus hier was hij bekend mee. Ik heb het gesprek als zeer prettig ervaren, zeker ook omdat Tom mijn oude hockeytrainer is, dus ik hem al goed ken. Onze lesgeefmethode s zijn nagenoeg hetzelfde.

Pagina 6 | 43

66

Pagina 7 | 38

Uitgewerkt Activiteiten plan

Groep 3 t/m 8

Week

Datum

Rol

lesorganisatievorm

Bewegingsthemas/activiteiten

1

9-2-15

observator

Klassikale les

1

2

3

4

2

16-2-15

lesgever

Werken in groepen verschillende activiteiten

Steunspringen

Rawhide

Boefje

touwspringen

3

2-3-15

Lesgever/

begeleider

Outdoor valley

-

-

-

-

4

9-3-15

lesgever

Werken in groepen verschillende activiteiten

mikken

lummelspel

ringhockey

5

16-3-15

Lesgever

Kracht/conditiecircuit

Ongeveer 12 onderdelen

6

23-3-15

Lesgever

Werken in groepen verschillende activiteiten

Touwspringen op muziek

ringzwaaien

keeperspel

Vrije keuze lln

7

30-3-15

Lesgever

Werken in groepen verschillende activiteiten

verspringen

Turnen rollen/ over de kop gaan

Ontwerp nieuw spel

8

13-4-15

Lesgever

Klassikale groepjes les

Basketbal dribble

Basketbal lay-up

4-out motion

Spel 3-3

9

20-4-15

Lesgever

Werken in groepen verschillende activiteiten

acrogym

Volleybal/lijnbal

badminton

10

4-5-15

Lesgever

Werken in groepen verschillende activiteiten

hoogspringen

smashbal

badminton

11

11-5-15

lesgever

Werken in groepen verschillende activiteit

Kiwi doi poi maken

Rijden, glijden, balanceren

badminton

12

18-5-15

Lesgever

Werken in groepen verschillende activiteiten

Klimmen/klauteren

keeperspel

badminton

Groene spelen

13

1-6-15

Lesgever

Klassikale les

Stoei- trefspelen

kinbal

14

8-6-15

Lesgever

Klassikale les

slagbal

15

15-6-15

lesgever

Werken in groepen verschillende activiteiten

steunzwaaien

tikspel

Ontwerp nieuw spel

16

22-6-15

lesgever

Werken in groepen verschillende activiteiten

keeperspel

Turnen rollen/ over de kop gaan

Vrije keuze lln

17

29-6-15

Lesgever

Klassikale les

James-bond spel

18

Stagedossier Hoofdfase 2 - 2014-2015 Emma de Man 12006483 L3D

Het Open Venster, Rotterdam

Pagina 16 | 43

Week 1 Maandag 9 februari 2015:

feedback: n.v.t.Reflectie: Dit is de eerste les van de stageperiode. Tijdens deze les heb ik geobserveerd hoe de klassen zijn en wat het beweegniveau is. Mijn verwachting was dat het beweeg niveau niet heel hoog zou zijn, en dat de Nederlandse taal niet heel goed gesproken zou worden door merendeel. Dit viel mij echt heel erg mee. De leerlingen waren al zeer vaardig in het steunspringen. Ook waren ze heel zelfstandig tijdens de les. Wat mij op viel is dat groep 8 toch nog een beetje moeite heeft met snel stil zijn en klaar zitten, terwijl groep 3 dit super goed en snel deed. De omgang met de leerlingen vond ik heel leuk om te zien. Tijdens de uitleg moet het gewoon stil zijn maar tijdens de les maken de leerlingen veel dolletjes met Tom en andersom.

Week 2 maandag 16 februari 2015: 4 vakken

Ma-16feb-steunspringen, rawhide, boefje, touwspringen groep 3 t/m 8

feedback: Denk van te voren heel goed na over differentiatie. Welke functie kun je van te voren bedenken om het voor de betere bewegers moeilijker te maken en de minder vaardige beweger makkelijker. Wat ik heel goed vond gaan is dat je bij de wisselmomenten goed je rust pakt voordat je door wisselt. Ook als de leerlingen niet doen wat jij hebt gevraagd dan corrigeer je dit goed. Je zag ook meteen het effect ervan op de leerlingen. Reflectie: de lessen gingen voor mijn gevoel heel goed. In het begin van de dag was ik nog zoekende bij het spel boefje. Dit heb ik later gedifferentieerd door het gele en rode lintje toe te voegen aan het spel. Voor de volgende keer is het belangrijk dat ik van te voren nog beter na denk over hoe ik een spel zelfregulerend kan maken. Hiervoor kan ik het bord heel goed gebruiken om nog een keer op te schrijven wat je nou moest doen als je bijvoorbeeld getikt was. Zo kunnen de leerlingen zelf kijken wat zij moeten doen. Wat ik heel goed vond gaan over de hele dag is dat iedereen zelfstandig aan de slag kon gaan. Bij het steunspringen had ik heel veel verschillende niveaus gemaakt waardoor voor ieder wat te doen was. Opvallend bij rawhide was dat groep 3 en 4 het spel prima snapte, maar groep 8 niet.

Week 3 maandag 2 maart 2015: outdoor valley

feedback: op deze dag gaan de groepen 7 en 8 naar outdoor valley en ga ik mee als begeleider. Er is dan dus geen gymles.

Week 4 maandag 9 maart 2015: mikken, lummelspel, ringhockey

Ma-9mrt-mikken, lummelspel en ringhockey

feedback: instructie top: wachten op de aandacht, vb. met de leerlingen, indelen start snel en duidelijk. Tip: stem gebruik (harder), begin met moeilijke spel, benoem expliciet de veiligheid. Mikspel; visie gaat het om scoren? Hoe vaak komen de leerlingen nu tot scoren? Je telt tot 5 dat de leerlingen stil moeten zijn. Wat is voor jou het doel, wat zijn de consequenties?

Reflectie: Het grootste leermoment van de dag is dat ik de uitleg start met het moeilijkste spel. Dit in verband met de concentratie van de leerlingen. Later op de dag heb ik dit toegepast en ik merkte dat de leerlingen bij de start sneller aan het spelen waren. Ik heb mijzelf afgevraagd waarom ik tot 5 tel. Dit doe ik omdat ik de leerlingen zo structuur biedt om snel spulletjes op te ruimen en met hun mond dicht op de bank te gaan zitten. Na deze dag heb ik mijzelf als inzicht meegenomen dat ik mijzelf afvraag wat ik met de leerlingen doe die niet op tijd zitten. Deze leerlingen zet ik tijdens de uitleg even langs de kant.

Week 5 maandag 16 maart 2015: kracht / conditiecircuit

Ma-16mrt-kracht en conditie circuitkracht en conditie circuit puntenblad

feedback: De uitleg duurt 8.13 min. Voordat de leerlingen bezig zijn is het 13 min. verder. Tijdens de uitleg zitten de leerlingen aan de zijkant en kan niet iedereen het goed zien. Probeer de leerlingen centraal neer te zetten. Bij groep 3 en 4 geef je iedere leerling een nummer 1 en nummer 2 en wissel je na 1 min. van functie. Waarom heb je hiervoor gekozen. Doel voor volgende week; besteed aandacht aan de uitleg= positie van de groep, stemgebruik, wat vertel ik wel/niet, wie zit naast wie, lesbrieven uitleg.

Reflectie: Waar ik vandaar achter kwam is dat ik heel veel tijd verloren liet gaan in een les waarbij ik meer dan 10 onderdelen heb. Waar ik nog niet aan had gedacht was het weglaten van uitleg van onderdelen die de leerlingen al kennen. Nadat Tom een lesje had gegeven ben ik hier achter gekomen. De volgende lessen ging de opstart hierdoor al een stuk vlotter. Ook neem ik mee als heel de zaal vol staat waar ik de leerlingen neer ga zetten voor de uitleg. Volgende week ga ik mijn aandacht focussen op de uitleg wat ik ga benoemen etc.

Week 6 maandag 23 maart 2015: ringzwaaien touwspringen keeperspel

Ma-6mrt-ringzwaaien,touwspringen,keeperspel

feedback: bedenk voor jezelf wat je deze les wilt zien mbt activiteit, wisselen, technieken, opruimen, regelgeving. Dit bij elkaar is je instructie. Controleren, Constateren, Corrigeren, Controleren, Complimenteren. Visie Tom = streng maar daarna super positief, veel complimenten geven en namen noemen dan gaan de leerlingen je zien. Je deelt de leerlingen in op lengte. Wat zijn voor jou de voordelen en nadelen. Blijf differentiren, met name bij het touwspringen. Leg eventueel lesbrieven neer en bedenk waar de leerlingen nog meer mee uit de voeten kunnen.

Reflectie: In het begin van de dag koste het weer veel tijd om op te starten omdat ik ervoor koos de leerlingen in te delen op lengte. Later op de dag ging dit een stuk sneller en vlotter. Ook mijn aandacht over alle vakken verdeelde ik goed. Wat ik meeneem naar de volgende week is om nog meer op maat te differienteren en als ik merk dat het lukt en loopt dan door de gaan naar leertt . Volgende les ga ik werken aan; korte en duidelijke instructie, arrangement aanpassen aan beleving, probeer zo snel mogelijk tot leert het te komen.

Week 7 maandag 30 maart 2015: supermario

Ma-30mrt-supermario

feedback: Tijdens de uitleg heb je alle aandacht van de leerlingen. Bedenk voor jezelf een mogelijke opbouw van inleidende spelen om te komen tot het eindspel. Als je merkt dat de leerlingen heel druk zijn of niet doen wat jij van ze verwacht leg de les dan stil en benoem wat je wel wilt zien. Wees niet bang om dingen aan te passen zoals jij denkt dat goed is. Voor volgende week: letten op differentiatie (vb. een kleur hesje), durven arrangementen aan te passen.

Reflectie: Persoonlijk ging deze dag voor mijn gevoel iets minder goed. Bij groep 3 en 5 had ik niet goed nagedacht welke voorbereidende spelen vooraf gingen aan het komen tot supermario. Eigenlijk was heel de les voor alle groepen gelijk. Wat ik meeneem naar volgende week is om te durven arrangementen aan te passen en om per klas meer differentiatie te maken.

Week 8 maandag 13 april 2015: Basketbal

Ma-13apr-basketbal

feedback: je organisatie is een klassikale groepjes les. Goede organisatie, maar denk altijd aan differentiatie. Geef een voorbeeld hoe je het makkelijker/moeilijker kunt maken. Wees transparant, wat verwacht je, houd je aan je eigen afspraak. Indelen doe je in 3 groepen, je hebt 3 banken = tijdwinst. Bij groep 7 loopt het spel 10 bal niet. Je kunt dan twee dingen doen; 1 stil leggen en opnieuw opstarten en 2 niveau aanpassen bijvoorbeeld opbouwend teambal. Voor volgende week; durf wederom arrangementen aan te passen en wees consequent naar de leerlingen.

Reflectie: Vandaag had ik een klassikale groepjes les. Allereerst vond ik het heel moeilijk om gepaste activiteiten te verzinnen om te komen tot mijn doel. Uiteindelijk heb ik voor deze activiteiten gekozen. Ik vond het heel lastig om een arrangement aan te passen als ik merkte dat iets niet loopt. Dit was vorige week ook een verbeterpunt uit mijn les. Daarnaast merkte ik vandaag met name in de ochtend dat ik niet consequent naar de leerlingen ben. Ik heb de regel binnen 5 tellen met de mond dicht op de bank zitten ingesteld en kom niet elke keer consequent na als iemand te laat is of door mij heen praat. Hierdoor vinden leerlingen het vervelend als ik dat bij een aantal van hen wel corrigeer. Deze twee leermomenten neem ik mee naar volgende week.

Week 9 maandag 20 april 2015: Badminton, Acrogym, Lijnvolleybal

Ma-20apr-badminton,acrogym,lijnvolleybal

feedback: instructie; acrogym heel duidelijk kort en bondig uitgelegd. Controleer of iedereen oplet i.v.m. de veiligheid. Lijnbal, goed de groep erbij betrokken met meetellen etc. let er wel op dat je ook de regels van het vastpakken van het net benoemd. Badminton; heel duidelijk uitgelegd d.m.v. beeldspraak, let er weer op dat je ook een makkelijkere en een moeilijkere situatie voor de leerlingen geeft. De instructie is vandaag over het algemeen duidelijk, zet voor jezelf de puntjes op de i. Let op je stemgebruik, soms praat je hard en soms zacht. Wees voorspelbaal voor de leerlingen.

Reflectie:

Vanaf deze les ben ik gestart met het filmen van mijn competentietoets racketspel. Wat ik lastig vond tijdens de activiteiten is om het overzicht te houden over de hele zaal. Dit kwam omdat ik zo gefocust was op het badminton dat ik minder oog had voor de rest van de zaal. Hier kan ik nog aan werken volgende week. Verder vond ik de wisselmomenten vandaag een beetje chaotisch. Volgende week ga ik erop letten dat ik zelf heel strak en streng ben ik de uitleg en tijdens wisselmomenten en dat ik daarna de leerlingen een stukje vrijer laat.

Week 10 maandag 11 mei 2015: Badminton, Hoogspringen, Smashbal

Ma-11mei-badminton,hoogspringen,smashbal

feedback: je instructie gaat een stuk beter, je was nu 2,0 bezig met vertellen en voordoen en binnen 3,28 min waren de leerlingen aan het spelen. Tip: gebruik verbale complimenten voor de andere vakken, het horen van je stem is al voldoende en bevorderd de sfeer. De lvbf is te ambitieus. Stuk voor stuk zijn het goede vakken alleen niet in combinatie met elkaar. Volgende week: stemgebruik + aanwezigheid in de les, activiteiten kiezen die zelfgestuurd kunnen spelen.

Reflectie: vandaag gingen de lessen beter dan vorige week. Wat mij wel opviel is dat de leerlingen over het algemeen in elk van sturing van mij als docent nodig hadden. Voor volgende week ga ik hier beter over na denken door activiteiten zo in te richten dat leerlingen zelfstandig aan de slag kunnen. Daarnaast ga ik erop letten dat ik mij hoorbaar maak in de zaal als ik bij een andere activiteit sta.

Week 11 maandag 18 mei 2015: Boefje, Mikspel, Badminton

Ma-18mei-badminton,boefje,mikspel

feedback: de les wordt steeds meer gedifferentieerd op niveau. Groep 7, de kids zijn heel druk en je start de les opnieuw op om ze rustig te krijgen dit was super. We startte deze les met een suikerquiz. Voor mij is het zo dat kennis over voeding ook onder lichamelijke opvoeding valt. Vandaar de suikerquiz. De les loopt heel goed voor de leerlingen die mee doen. Probeer te blijven scannen en sturen naar de leerlingen die niet actief meedoen zodat ook zij iets gaan leren. Op de juiste momenten heb je op stilte gewacht. Dit gaat veel beter dan aan het begin van de stage.

Reflectie: voor mijn gevoeld gingen deze lessen heel goed. Dit gaf mij vertrouwen naar de eerst komende les, want dit is mijn beoordelings-les. Waar ik in mijn beoordelings-les nog meer op ga letten is het corrigeren van ongewenst gedrag en het complimenteren van gewenst gedrag. De consequentheid in mijn doen en laten gaat ook steeds beter. Voor de voorbereiding op mijn afsluit les ga ik proberen mijn uitleg helemaal compleet te maken.

Week 12 maandag 1 juni 2015: Duo jagerbal, Mono Korfbal, Boefje

Ma-1juni-duojagerbal,monokorfbal,boefje

feedback: instructie; goed de orde herpakt door even stil te leggen. Je geeft duidelijke plaatjes. Geef nog iets mee over techniek in je uitleg. Regelgeving bij duo jagerbal, wat is het voordeel van alles is af ? jongens schieten de bal niet weg. Leerpunt van vandaar bij mikspel; probeer de leerlingen per tweetal van de bank te halen en op te starten.

Reflectie: Vandaag is mijn beoordelings-les. De les had ik goed in mijn hoofd zitten. Wat vandaag heel goed ging was mijn gestructureerde uitleg. De leerlingen hadden alle aandacht voor mij en ik was consequent en rechtvaardig naar de leerlingen toe. Hierdoor was er veel orde en structuur in de les. De wisselmomenten gingen strak en ik kon de leerlingen wat meegeven (een leerpuntje). Waar ik een volgende keer nog in kan verbeteren is dat ik tijdens de centrale uitleg misschien nog iets meer over technieken kan vertellen en dat ik vooraf kan nadenken over regelgeving bij spellen zodat bepaalde handelingen niet gedaan zullen worden. Ik vond het heel goed en gestructureerd voor de kinderen dat zij op het bord terug konden lezen waar welke kleur hesje voor stond.

Week 13 maandag 8 juni 2015: Afgooispel, Overhurken, Blokjesvoetbal

feedback: instructie is duidelijk, maak het plaatje bij paaltjesvoetbal niet te lang. Visie denk aan een alternatieve zaalindeling waarbij je een langere aanloop hebt bij het ophurken/overhurken. Je hebt hierbij nog steeds het overzicht maar er komen minder voetballen in andere veldjes. Je bent tijdens de uitleg streng maar rechtvaardig. Tip probleem bij plankspringen is dat de plank verschuift, leg blokjes voor de plank zodat deze niet meer verschuift. Wees bij het kastspringen extra duidelijk in wat je wilt zien. Het kastspringen is je leervak, verdeel je aandacht meer hierover ongeveer 25%,25%,50%.

Reflectie: Wat ik sterk vond aan de lessen van vandaag is dat ik ze heel erg had gedifferentieerd. Hierdoor liep alles als een trein. Bij groep 7/8 had ik bij king of the hill nog kunnen toepassen dat er nog meer tikkers zijn. Wat ik lastig vond is dat ik netjes op het bord had opgeschreven waar welke kleur hesje voor stond maar dat niet alle leerlingen een hesje pakte of het bord goed lazen. Wat ik meeneem naar de volgende les is mijn aandacht op mijn hoofdvak richten want dit is het vak waar ik wil dat ze het meeste leren.

Week 14 maandag 15 juni 2015: Expeditie Robbinson

(les gemaakt door Tom)feedback: deze les is gemaakt door Tom. Hij gaf daarom ook een voorbeeld van hoe hij de les zal vormgeven. We hebben het hierbij veel gehad over visie (inhalen van leerlingen, het combineren van deelgebieden zoals balanceren etc.). dit was een heel interessant vakinhoudelijk gesprek.

Reflectie: mijn leermoment van vandaag is dat ik de leerlingen zo positioneer zodat ze alles goed kunnen zien. Ik heb nu zelf alles verteld maar ter ondersteuning had ik ook een plaatje kunnen geven. Het consequent optreden tijdens mijn uitleg gaat al steeds beter maar ik denk dat ik hierin nog strenger kan worden.

Week 15 maandag 22 juni 2015: James Bond Spel

feedback: dit was de laatste les van de stage en hebben Tom en ik samen les gegeven en lekker meegedaan met de kids. De kids vonden dit heel erg leuk. Reflectie:-Week 16 maandag 29 juni 2015: WK beachvolley

feedback: -Reflectie: Op deze dag gingen wij met de groepen 5, 6 en 5/6 naar het WK beachvolleybal kijken. Hierdoor waren er geen gymlessen.

Niet lesgeefactiviteiten

Hoewel de opleiding het leren lesgeven als belangrijkste component van het vak beschouwt , worden er ook andere zaken verwacht van de leraar LO. Participeren in een vaksectie, organiseren van sport- maar ook andere activiteiten, surveilleren, werken aan vakwerkplanontwikkeling etc. Wij verwachten dat jullie minimaal 1 uur per week, in overleg met je stagebegeleider aan de slag met dit soort taken. Hieronder geef je een opsomming van de taken die je op je hebt genomen.

activiteit

Aantal uren

Begeleiden outdoor valley

7

Naschoolse gym

18

WK volleybal

7

Overzicht aantal lesgebonden uren

week

Datum

Aantal uren

1

9-2-15

7

2

16-2-15

7

3

2-3-15

-

4

9-3-15

7

5

16-3-15

7

6

23-3-15

7

7

30-3-15

7

8

13-4-15

7

9

20-4-15

7

10

4-5-15

7

11

11-5-15

7

12

18-5-15

7

13

1-6-15

7

14

8-6-15

7

15

15-6-15

7

16

22-6-15

7

17

29-6-15

-

totaal

105

Omschrijving van de taken

totaal aantal gelopen uren: 32handtekening Tom v/d Heuvel:

.

Reflectie 1: IK

Ik kijk met een opgeheven hoofd terug op mijn stage periode. Tot nu toe heb ik deze stageperiode de meeste stappen gemaakt. Ik heb een zeer goed gevoel gehad bij mijn stage. Elke maandag ging ik met plezier naar mijn stage. Ook de klik met de andere docenten was zeer goed aanwezig. Als ik naar mijzelf kijk dan ben ik erg gegroeid in deze stageperiode. In deze stage is het grootste leerpunt wat ik meeneem het durven afstappen van mijn lesvoorbereiding. Dit kwam naar voren tijdens mijn V.O. stage in hoofdfase 2. Ik vond het heel moeilijk om van mijn lesvoorbereiding af te stappen en te anticiperen op datgene wat er op dat moment plaats vindt. Tijdens mijn stage ben ik hiermee aan de slag gegaan en heb ik hier zeker stappen in gemaakt. Ik durf nu stukjes van mijn lesvoorbereiding los te laten, maar dit kan nog meer worden. Dit hangt samen met het leerdoel wat ik voor mijzelf had opgesteld; zekerder worden van mijn keuzes die ik maak. Na afloop van elke les heb ik mijzelf afgevraagd wat er goed ging tijdens de les en werd ik zo bewust van mijn eigen kwaliteiten.

Tijdens deze en vorige stages is gebleken dat ik heel enthousiast ben. Dit heeft een positief effect op de leerlingen. Tijdens mijn stage beoordeling werd ook feedback aan kinderen gevraagd en deze gaven ook aan dat de juf altijd vrolijk is. Door mijn enthousiasme stimuleer ik de leerlingen om te bewegen.

Mijn kernkwaliteit is dus dat ik energiek en vrolijk ben. Deze kwaliteit kwam ook naar voren tijdens de stages van propedeuse en hoofdfase 1. Waar ik wel achter ben gekomen deze stage is dat de manier van organisatie ook een kwaliteit van mij is. Dit komt mede doordat ik heel veel zie gebeuren in de zaal en hier het overzicht van zie. Bewust maak ik daarom wel eens de keuze om niets van het storende gedrag te zeggen maar door midden van non-verbale communicatie dit te corrigeren. Mijn allergie is humeurige kinderen. Ik merk dat ik daar steeds minder allergisch voor word, omdat ik hen heel positief benader en zij daarom voor mij gaan werken. Waar ik nog wel naar toe wil is dat mijn leerlingen niet voor mij als docent werken, maar voor zichzelf. Ik verwacht dat dit een lang traject is en ik dit pas kan toepassen wanneer ik een goede band met de leerlingen heb.

Het feedback wat mij het meest is bijgebleven was de eerste stagedag. Ik gaf hier een les met verschillende spelvormen. Per leerjaar had ik hierin differentiatie aangebracht. Het feedback wat Tom mij toen gaf was om het spel nog meer zelfregulerend te maken zodat jij als docent aandacht hebt voor individuele verschillen. Sindsdien ben ik mijzelf hier bewust van geworden.

In mijn eindstage zal ik verder aan de slag gaan met mijn persoonlijke leerdoel; het durven afstappen van mijn lesvoorbereiding en anticiperen op datgene wat er gebeurd. In deze stage ben ik hier al een eind mee gekomen maar ik ben nog niet waar ik wil zijn. Als een klas bijvoorbeeld super druk binnen komt en er niet gewerkt kan worden middels de lesvoorbereiding dan deed ik eerst een ander spelletje om de energie kwijt te kunnen en daarna alsnog verder met de lesvoorbereiding. In mijn eindstage wil ik ernaartoe dat ik een aantal lessen mijn voorbereiding volledig los durf te laten.

Het aller grootste leermoment uit de stage is dat ik mijzelf zo heb ontwikkeld dat ik spellen zelfregulerend heb gemaakt zodat ik rond kan lopen en leerlingen echt iets bij kan leren. Dit alles in een strak georganiseerde les. De leerlingen zien mij echt als een docent en ik ben voor mijn gevoel klaar voor de volgende stap om zelfstandig mijn eigen lessen te ontwerpen.

2: Stagebegeleider

Van mijn stagebegeleider verwacht ik dat hij/zij mij vrij laat om mijn eigen ding te kunnen doen. Zelf vind ik het niet prettig als ik les geef en het gaat even niet goed dat hij of zij dan in springt. Ik wil het graag zelf de kans krijgen om het zelf aan te passen.

Daarnaast verwacht ik van mijn stagebegeleider dat hij/zij mij de ruimte geeft om mijn eigen visie te ontwikkelen. Deze ontwikkeld zich ook wanneer ik zie hoe de stagebegeleider les geeft en zijn mening geeft over het vak. Daarom zou ik het fijn vinden om af en toe ook eens een les te kijken die hij les geeft. Verder vind ik het heel belangrijk dat wij eerlijk en open naar elkaar zijn. Wanneer ik een vraag heb over hoe ik iets aan moet pakken verwacht ik van mijn stagebegeleider dat hij bereid is om daar zijn visie op te uiten.

Ook vind ik het belangrijk dat mijn stagebegeleider mij opbouwende feedback geeft. Hiermee bedoel ik dat hij/zij niet meteen begint wat er allemaal niet goed ging maar ook juist benadrukt wat er wel goed ging.

Mijn verwachtingen t.a.v. mijn stagebegeleider zijn geheel uitgekomen. Naast het geven van feedback voerde wij samen vaak inhoudelijke gesprekken over het vak L.O. Dit deed mij heel goed en gaf mij een vertrouwd gevoel. Tom kende ik al als mijn voormalige hockey trainer. Samen delen wij op grotendeels van alle gebieden dezelfde visie. Hierdoor verliepen de vakinhoudelijke gesprekken heel soepel. Ik vond het heel fijn dat Tom mij betrok in alles waar hij zelf als gymleraar mee te maken heeft. Zo mocht ik mee naar outdoor valley en het wk volleybal en zaten wij elke pauze in de docentenkamer en voerde wij gesprekken met collega docenten.

Eigenlijk heb ik niet echt een punt in de begeleiding die ik anders zou willen zien. Elke les bespraken wij de les uitgebreid voor en gaf Tom ook af en toe les. Dit vond ik echt heel fijn omdat je zo ook een andere visie ontwikkeld op dezelfde les en daaruit zelf mijn keuzes kan maken waarom ik iets wel of niet zal toepassen.

Wat voor mij echt een eyeopener was is de manier van omgang met de leerlingen. Vooraf was ik om eerlijk te zijn een klein beetje bevooroordeeld over het type leerling wat op deze school zit. Het is een school met veel stedelijke kenmerken. Tijdens de uitleg is Tom heel streng naar de leerlingen toe, maar tijdens de activiteiten maakt hij heel veel grapjes met de leerlingen en staan ze eigenlijk gelijk aan elkaar. Dit heeft echt mijn ogen geopend omdat ik dacht dat je heel de les door streng moet zijn voor dit type leerling. Tom heeft mij laten zien dat deze manier van lesgeven structuur biedt aan de leerlingen maar dat de leerlingen wel plezier ervaren.

Wat ik echt heel fijn vond is dat ik heel vrij was om te doen wat ik wilde zolang ik het maar kon verantwoorden. Zelf mocht ik de periode planning ontwerpen. Zo kon ik leren om als een mede collega te werken in een vaksectie met een planning. Dit van ik heel fijn omdat ik hier later ook zeker mee te maken ga krijgen en er nu dus al wat vanaf weet.

4: Halo-stagebegeleider

Het bezoek van de HALO-stagebegeleider heeft een positief effect gehad op mij. Van te voren hebben wij contact gehad over het stagebezoek. Wat ik fijn vond is dat wij van tevoren mondeling hadden doorgesproken wat er van mij wordt verwacht tijdens de beoordeling. Het effect dat de stagebegeleider op mij heeft gehad is dat ik mijzelf er bewust van ben geworden wat ik in een les doe. Alle keuzes die ik heb gemaakt, de manier van opstarten alles wat ik als docent in een les doe hebben wij uitgebreid gevalueerd. Ik vind het heel goed om dit te weten, omdat je er zo bewust van bent wat voor effect dit kan hebben op de leerlingen. Wij hebben het met name gehad over de omgang met de leerlingen en het gedag hiervan. Wat op mij een positieve indruk heeft gemaakt is dat Esther aan een leerling had gevraagd wat hij van de juf vindt. Het antwoord hierop was; de juf is altijd heel lief vrolijk en vriendelijk en ik vind het leuk dat de juf vaak mee doet.

Het bezoek heeft ook een positief effect gehad op mijn lesgeven. De positieve en ook de verbeterpunten van mij als lesgever zijn besproken. Zo moet ik nog meer uit de organisatie durven stappen en iets compleet anders aanpakken.

Tijdens het stagebezoek was ik heel kalm, eigenlijk als normaal.

5: ROS-bijeenkomsten

Tijdens dit stageblok hebben wij tijdens de ROS-bijeenkomsten gereflecteerd op stagegebeurtenissen. De opdracht die wij steeds kregen om een situatie uit de stage te filmen en deze te laten zien tijdens de ROS-bijeenkomst. Hierbij moeten wij een vraag stellen. De medestudenten kijken het filmpje en vragenderwijs komen zij met een antwoord op de vraag. Hierbij voorkom je situaties waarin iemand zegt: ja, maar ik zou het zo doen. Dit vond ik heel goed. In het begin was het lastig om alles met een vraag aan elkaar te stellen. Ook is het lastig, want je mag niet reageren op de vragen.

Een aantal keer heb ik mijn eigen video beelden laten zien tijdens de ROS lessen. In eerste instantie voelde ik mij heel kwetsbaar om dit te laten zien, omdat in mijn ogen ik totaal geen goede les draaide. Dit gaf mij een heel onzeker gevoel, maar hieruit kwam naar voren dat ik juist heel erg goed ben in de organisatie en dat ik de leerlingen juist meer moet laten bewegen. Dit was voor mij echt een Eye opener en heeft mijn zelfbeeld zeker positief doen veranderen.

Zelf denk ik ook actief mee tijdens de ROS-bijeenkomst. Door mijn ervaringen te delen met mijn studiegenoten kunnen zij hier ook puntjes uit mee nemen voor in hun eigen stage. Wanneer ik een inbreng geef aan een medestudent dan vertaal ik de situatie eerst naar mijn eigen stage hoe ik het zou aanpakken.

6: Visie op LO van de stageschool

Visie van de stageschool:

Het Open Venster is een lekker fit school. Tom is hier heel actief mee bezig. Zo legt hij tijdens activiteiten uit welke spieren je gebruikt of maakt hij een transfer naar de echte sport. Ook mogen de leerlingen water drinken tijdens de les omdat dit heel belangrijk is. Middels bewegen probeert Tom het aspect van gezondheid belangrijk te maken. Plezier staat ook hoog bovenaan binnen de gymlessen. Zo mogen de leerlingen soms zelf kiezen wat ze willen doen in de les. Ook worden er regelmatig clinics gegeven van sportverenigingen. Elke maandag en dinsdagmiddag is er naschoolse sport. Hier kunnen kinderen na schooltijd extra sporten. Op woensdagmiddag is er om de week MRT en een sportklas. Tijdens de les zelf staan de leerlingen gelijk aan de docent, maar tijdens de uitleg worden de kinderen strak en kort gehouden.

5

Mijn eigen visie sluit heel goed aan bij de visie van de school. Persoonlijk zie ik mijzelf in de toekomst ook lesgeven op een lekkerfit school. Eigenlijk zie ik dit als een goed voorbeeld van een school waar ik zou willen werken. Voor elke leerling is er wel iets wat bij hun past wat ze buiten schooltijd kunnen doen. Ook het op maat differentiren sluit heel goed bij mijn visie aan. Ik raad alle medestudenten zeker aan om ook op deze stageschool stage te lopen

Pagina 5 | 42

Competentie formulieren

Bij de Hoofdfase 2 stage worden de formulieren 2 keer ingevuld. De eerste keer halverwege de stage en de 2e keer aan het eind. Het is ook goed om als student het formulier in te vullen en om de bevindingen te bespreken met de stagebegeleider en de coach.

Tussenrapportage/Toetsing

COMPETENTIEONTWIKKELING HF 2

Pagina 26 | 43

Inhoud

Rapportage / Beoordeling

interpersoonlijke en pedagogische Competentie

organisatorische competentie

vakinhoudelijke competentie

competentie samenwerken collegas

competentie samenwerken omgeving school

competentie professionele Ontwikkeling

Tussenrapportage HF 2

Student Emma de Man

School (locatie) PCBO het Open Venster

Klas L3D

Plaats Rotterdam

Begeleider Tom v/d Heuvel

Adres Catullusweg 11-13

Halo docent Esther van Rijn

Datum 18-5-15

Handelen in de beroepspraktijk

Eindoordeel observatie (stageschool in samenspraak met de opleiding):

onvoldoende

voldoende

goed

Toelichting:

Eindoordeel stageverslag (Halo):

onvoldoende

voldoende

goed

Toelichting:

Eindoordeel reflectieve houding (stageschool in samenspraak met de opleiding)

onvoldoende

voldoende

goed

Toelichting:

Behalen van de uren norm (108 lessen PO / 90 lessen VO) (stageschool)

onvoldoende

voldoende

Toelichting:

De stagepunten zijn behaald als alle bovengenoemde onderdelen met een voldoende of goed zijn beoordeeld

Interpersoonlijke en pedagogische competentie

Student Emma de Man

School PCBO het Open Venster

Datum 18-05-15

Begeleider Tom v/d Heuvel

Klas

Leerlingen 24

Opdracht badminton, mikspel, boefje

Gedragsindicatoren t.a.v. interpersoonlijke / pedagogische verantwoordelijkheid

De mate waarin het gedrag herkend wordt (zwart is de norm)

n.v.t.

soms

geregeld

vaak

altijd

Toelichting waarneming

Afspraken/regels

Houdt zich aan de schoolregels

X

Bespreekt regels met ll. en maakt afspraken

X

Controleert gemaakte afspraken/regels

X

Signaleert storend gedrag

X

Spreekt leerlingen aan op hun gedrag

X

Lost conflicten adequaat op

X

Waarderen/ stimuleren

Gaat uit van het positieve

X

Waardeert positief gedrag (complimenteert)

X

Spreekt met respect over anderen

X

Stimuleert de ll. de uitdaging op eigen niveau aan te gaan

X

Stimuleert positieve interactie

X

Verdeelt de aandacht over alle leerlingen

X

Omgang met leerlingen

Groet de leerlingen

X

Luistert naar leerlingen

X

Houdt rekening met de eigenheid van leerlingen

X

Signaleert angst

X

Biedt steun bij angst

X

Sluit aan bij de belevingswereld van leerlingen

X

Kan de aandacht van leerlingen vasthouden

X

Toelichting: Kan de leerlingen aanspreken en een positieve wending geven.

Organisatorische competentie

Student Emma de Man

School PCBO het Open Venster

Datum 18-05-15

Begeleider Tom v/d Heuvel

Klas

Leerlingen 24

Opdracht badminton, mikspel, boefje

Gedragsindicatoren t.a.v. organisatorische verantwoordelijkheid

De mate waarin het gedrag herkend wordt (zwart is de norm)

n.v.t.

soms

geregeld

vaak

altijd

Toelichting waarneming

Voorbereiding

De zaal/docent is startklaar

X

Betrekt leerlingen bij de inrichting

X

Opstart

Organiseert een inleidende activiteit

X

Groepeert leerlingen a.d.h.v. het gekozen lesdoel

X

Geeft in logische volgorde uitleg

X

Start de les vlot op (beperkte startinfo)

X

Tijdens de les

Verdeelt de tijd evenwichtig

X

Controleert de organisatie en past aan waar nodig

X

Regelt gestructureerde overgangen

X

Regelt met ll. de arrangement veranderingen

X

Regelt met ll. het opruimen

X

Afsluiting van de les

Organiseert een afsluitende activiteit

X

Algemeen oordeel ontwikkeling competentie:

onvoldoende

voldoende

goed

Toelichting:

Vakinhoudelijke competentie

Student Emma de Man

School PCBO het Open Venster

Datum 18-05-15

Begeleider Tom v/d Heuvel

Klas

Leerlingen 24

Opdracht Badminton, mikspel, boefje

Gedragsindicatoren t.a.v. vakinhoudelijk verantwoordelijkheid

De mate waarin het gedrag herkend wordt (zwart is de norm)

n.v.t.

soms

geregeld

vaak

altijd

Toelichting waarneming

Plannen /voorbereiden

Kan inhoudelijke keuzes legitimeren

X

Werkt vanuit het bestaande vakwerkplan

X

Ontwerpt een contextgericht vakwerkplan

X

Onderzoekt de beginsituatie

X

Ontwerpt lessenseries op basis van bewegingsthemas

X

Maakt een schematisch activiteitenplan/periodeplan

X

Houdt rekening met verschillen in niveau

X

Sluit aan bij de verschillende deelnamemotieven

X

Introduceert in deelnamemotieven

X

Formuleert smart leerdoelen

X

Formuleert smart lesdoelen

X

Werkt de lessen op een HALO LVB uit

X

Begeleiden/uitvoeren

Legt de bedoeling op het niveau van de ll. bondig uit

X

Geeft of laat een voorbeeld geven

X

Zet de leerlingen vlot aan het werk

X

Controleert of de opdracht wordt uitgevoerd

X

Verleent hulp waar nodig

X

Schakelt ll. als hulpverlener of in andere rollen in

X

Waarborgt de veiligheid

X

Observeert de bewegingsuitvoering

X

Observeert de wijze van samenwerken

X

Observeert de beleving van ll. tijdens de les

X

Geeft toepasbare aanwijzingen

X

Registreert de vorderingen van ll op gebied van bewegen

X

Registreert de vorderingen op het gebied van samenwerken

X

Evalueren

Geeft aan welke doelen wel en welke niet zijn behaald

X

Analyseert doelen, die al dan niet zijn gehaald

X

Weet de analyse toe te passen op vervolglessen

X

Kan de lessfeer analyseren

X

Weet de analyse toe te passen op vervolglessen

X

Kan feedback ontvangen en geven

X

Kan reflecteren

X

Verandert op basis van feedback en reflectie

X

Werkt aan persoonlijke leerdoelen

X

Competentie samenwerken collegas

Student Emma de Man

School PCBO het Open Venster

Datum 18-05-15

Begeleider Tom v/d Heuvel

Klas

Leerlingen 24

Opdracht badminton, mikspel, boefje

Gedragsindicatoren t.a.v. de verantwoordelijkheid om samen te werken met collegas

De mate waarin het gedrag herkend wordt (zwart is de norm)

n.v.t.

soms

geregeld

vaak

altijd

Toelichting waarneming

Verzamelt, deelt informatie

X

Neemt actief deel aan overlegsituaties

X

Luistert naar anderen

X

Neemt actief sectietaken op zich

X

Deelt zijn visie binnen de sectie

X

Positioneert het vak LO binnen de sectie/school

X

Initieert met de sectie een naschools beweegaanbod

X

Algemeen oordeel ontwikkeling competentie:

onvoldoende

voldoende

goed

Toelichting:

Competentie samenwerken omgeving school

Student Emma de Man

School PCBO het Open Venster

Datum 18-05-15

Begeleider Tom v/d Heuvel

Klas

Leerlingen 24

Opdracht badminton, mikspel, boefje

Gedragsindicatoren t.a.v. de verantwoordelijkheid om samen te werken met de omgeving

De mate waarin het gedrag herkend wordt (zwart is de norm)

n.v.t.

soms

geregeld

vaak

altijd

Toelichting waarneming

Onderhoudt contacten met externe instellingen

X

Is op de hoogte van de beweeginfrastructuur in de buurt

X

Onderhoudt contacten met sportaanbieders in de buurt

X

Verantwoord zijn handelen naar school en ouders

X

Draagt zorg voor participatie aan het buitenschools beweegaanbod

X

Algemeen oordeel ontwikkeling competentie:

onvoldoende

voldoende

goed

Toelichting:

Competentie professionele Ontwikkeling

Student Emma de Man

School PCBO het Open Venster

Datum 18-05-15

Begeleider Tom v/d Heuvel

Klas

Leerlingen 24

Opdracht badminton, mikspel, boefje

Beroepsstandaard persoonlijke professionele ontwikkeling

De mate waarin het gedrag herkend wordt (zwart is de norm)

n.v.t

soms

geregeld

vaak

altijd

Toelichting waarneming

Reflecteert op alle lesgeef gerelateerde aspecten

X

Reflecteert op de ontwikkeling van de overige competenties

X

Maakt gebruik van feedback van studenten, collegas

X

Stelt professionele ontwikkelingsvragen aan collegas, coaches

X

Zoekt naar legitimering en verantwoording van zijn handelen

X

Past zijn handelen op basis van reflectie, onderzoek en feedback aan

X

Algemeen oordeel ontwikkeling competentie:

onvoldoende

voldoende

goed

Toelichting:

Handtekening stagebegeleiderHandtekening Halo docent

Eindbeoordeling HF 2

Interpersoonlijke en pedagogische competentie

Organisatorische competentie

Vakinhoudelijke competentie

Competentie samenwerken collegas

Competentie samenwerken omgeving school

Competentie professionele Ontwikkeling

Handtekening stagebegeleider Handtekening Halo docent

Adobe Acrobat

Document

Student: Emma de Man Datum: 16-2-15 Lesduur: 45min. School: Het open venster Begeleider: Tom v/d Heuvel Klas / groep: 3/4 5/6 7/8 Aantal leerlingen : 28

Opdracht: een les in 4 vakken met de leerlijnen steunspringen, rawhide, overloopspel en touwspringen Bronnen: basisdocument, lessen cluster a,b,c

Beginsituatie Doelen

Bew

egin

gsvaard

igh

ede

n

De lln kunnen; steunspringen 3/4: Met een eenbenige afzet over een toversnoer heen springen waarbij de armen (licht) gebogen zijn. 5/6: Na een tweebenige afzet over het toversnoer springen waarbij de armen (licht) gebogen zijn. 7/8: Na een tweebenige afzet over het toversnoer springen tussen twee kasten door waarbij de armen gestrekt zijn. Rawhide 3/4: Een basis tikspel spelen met n of meerdere tikkers. 5/6: Een complexer tikspel spelen waardoor de tikkers niet over de bank mogen springen om te tikken. 7/8: Een complexer tikspel spelen waardoor de tikkers elkaar afwisselen om te tikken door te zitten op de bank waarbij er een slootje tussen de banken is. Touwspringen 3/4: Springen over het touw in een 2-1 ritme waarbij het touw door 2 personen wordt gedraaid. 5/6: Zelfstandig touwspringen in een 2-1 ritme. 7/8: Zelfstandig touwspringen in een 1-1 ritme. Overloopspel boefje 3/4: Individueel naar de overkant rennen door het midden van het speelveld. 5/6: Individueel naar de overkant rennen aan de zijkant van het speelveld. 7/8: Samen werken met elkaar naar de overkant rennen aan de zijkant van het speelveld.

De lln kunnen; steunspringen 3/4: Na een tweebenige afzet over het toversnoer springen waarbij de armen (licht) gebogen zijn. 5/6: Na een tweebenige afzet over het toversnoer springen tussen twee kasten door waarbij de armen gestrekt zijn. 7/8: Na een tweebenige afzet op de plank ophurken op de kast. Rawhide 3/4: Een complexer tikspel spelen waardoor de tikkers niet over de bank mogen springen om te tikken. 5/6: Een complexer tikspel spelen waardoor de tikkers elkaar afwisselen om te tikken door te zitten op de bank waarbij er een slootje tussen de banken is. 7/8: Een complexer tikspel spelen waardoor de tikkers elkaar afwisselen om te tikken door te zitten op de bank waarbij er een gn slootje tussen de banken is. Touwspringen 3/4: Zelfstandig touwspringen in een 2-1 ritme. 5/6: Zelfstandig touwspringen in een 1-1 ritme. 7/8: Zelfstandig touwspringen in een 1-1 ritme met eventueel een kruisslag, huppel, 2x draaien, samen springen etc. Overloopspel boefje 3/4: Individueel naar de overkant rennen aan de zijkant van het speelveld. 5/6: Samen werken met elkaar naar de overkant rennen aan de zijkant van het speelveld. 7/8: Samen werken met elkaar naar de overkant rennen aan de zijkant van het speelveld.

Ken

nis

en inzic

ht

De lln weten/kunnen; Steunspringen Dat zij met 1 been af moeten zetten op de plank Rawhide Hoe een basis tikspel werkt met n of meerdere tikkers. Touwspringen Dat eerst het touw komt en je er daarna pas over springt. Overloopspel boefje dat je langs de tikker naar de overkant rent.

De lln weten/kunnen; Steunspringen Dat zij met twee benen af moeten zetten op de plank. Dat de armen geheel gestrekt moeten zijn. Rawhide Dat de tikkers goed moeten samenwerken om iedereen te kunnen tikken. Dat je goed naar het spelgedrag van de tikkers moet kijken voordat je gaat rennen. Touwspringen Dat je vanuit je polsen het touw moet draaien Overloopspel boefje dat je via de zijkant naar de overkant moet rennen en daarbij moet samenwerken.

Rege

lvaard

igh

ede

n

De lln kunnen; Steunspringen Met 2 benen afzetten op de plank. Rawhide Tikker tikt zachtjes, dus niet duwen. Touwspringen Op hun eigen plek springen i.v.m. veiligheid Overloopspel boefje Via het parcours naar de overkant.

De lln kunnen; Steunspringen Actief steunen, landen in balans. Rawhide Tikker gaat zitten om te wisselen van functie Tikker mag niet over de bank heen springen. Touwspringen Op hun eigen plek springen i.v.m. veiligheid Overloopspel boefje Maximaal 1 pittenzakje tegelijk Rood lintje = tussen poortje starten Geel lintje = tussen poortje starten en tussen poortje eindigen

Pe

da

gog

isch

klim

aa

t De leerlingen: kennen de juf niet en vinden het spannend.

De leerlingen: Leerlingen zijn stil als de juf praat. Kunnen op teken van de docent rustig door wisselen.

Tijd Bewegingsactiviteiten Arrangementen / organisatie Aandachtspunten 8 min 8 Min

Kernactiviteit1; steunspringen vereenvoudiging:

hazensprongen over de bank

kruiwagen loop uitbouw:

ophurken op lengte kast

overhurken breedte kast

zelf een arrangement maken voor steunen

Kernactiviteit 2; Overloopspel boefje Vereenvoudiging:

tikker met een handicap uitbouw:

rood lintje tussen palen starten

geel lintje tussen palen starten en finishen

Totale zaalorganisatie:

Wisselen: Steunspringen overloopspel | overloopspel rawhide | rawhide touwspringen | Touwspringen steunspringen

Kernactiviteit1; Steunspringen Diverse arrangementen staan uitgezet, leerlingen mogen zelf kiezen waar zij gaan oefenen. Aandachtspunten

- armen gestrekt op schouderbreedte - actief steunen

Kernactiviteit 2; Overloopspel boefje De boeven spelen een overloopspel tegen de politie. Als je getikt bent dan heeft de politie een punt en gaat er een dopje op de stok. Lukt het om je pittenzakje naar de overkant te brengen dan hebben de boeven een punt. Probeer met de boeven samen te werken. Welk team heeft als eerst alle pittenzakjes naar de schatkist gebracht de politie of de boeven ? Aandachtspunten:

- daag de tikker uit om naar de overkant te lopen zodat je teamgenoot veilig aan de overkant komt (samenwerken)

- heb je 2x een pittenzakje gebracht zonder getikt te worden rood lintje = in het midden starten.

- Heb je met een rood lintje 2x een pittenzakje gebracht zonder getikt te worden geel lintje = in het midden starten en eindigen.

Tijd Bewegingsactiviteiten Arrangementen / organisatie Aandachtspunten 8 Min 8 min 3 min

Kernactiviteit 3; Rawhide Vereenvoudiging:

geheime poort voor de tikker

groen hesje loper mag ook door geheime poort

Uitbouw:

tikker mag niet door de geheime poort

oranje hesje alleen maar met de klok mee rennen

kernactiviteit 4; touwspringen vereenvoudiging:

springen over een heen en weer zwaaiend touw

springen in een groot touw dat wordt gedraaid door 2 draaiers.

Ritme 2-1 springen Uitbouw:

inspringen in een groot touw

kruisslag

2x draaien 1x springen

Samen springen in 1 touw Afsluitende activiteit ZAP

Kernactiviteit 3; Rawhide Er zijn 2 tikkers die proberen om alle kinderen te tikken. 1 van de twee tikkers zit op de bank. De tikkers wisselen van functie door op de bank te gaan zitten. Ben je getikt? Zitten op de bank waarbij 2 is te veel. Aandachtspunten:

- Tikkers goed kijken waar de lopers naar toe rennen en samenwerken.

- Lopers tikker uitdagen/uitlokken en eventueel een passeerbeweging maken.

kernactiviteit 4; touwspringen Iedere leerling heeft een eigen plekje aangegeven met tape. Hierin dient hij/zijn te springen. Iedereen springt op zijn/haar eigen niveau. Aandachtspunten:

- Draaien vanuit de polsen - Leerlingen springen in een 1-1 ritme

Afsluitende activiteit ZAP De lln staan in een kring. De docent staat in het midden en zapt om de beurt een leerling weg deze moet bukken ben je te laat of is er een valse zap dan ben je af.

Adobe Acrobat

Document

Student: Emma de Man Datum: 9-3-15 Lesduur: 45min. School: Het open venster Begeleider: Tom v/d Heuvel Klas / groep: 3/4 5/6 7/8 Aantal leerlingen : 28

Opdracht: een les in 3 vakken; mikken, lummelspel en ringhockey Bronnen: basisdocument, lessen cluster b

Beginsituatie Doelen

Bew

egin

gsvaard

igh

ede

n

De lln. kunnen; Mikken 3/4: Een bal gooien vanaf een turnmatje in de kast om een punt te scoren, terwijl de andere partij zo snel mogelijk de pittenzakjes in de andere korf legt. 5/6: Een bal gooien vanuit een vaste positie in de buurt van de korf om een punt te scoren, terwijl de andere partij zo snel mogelijk de pittenzakjes in de andere korf legt. 7/8: Rustig en gericht mikken van de bal vanuit een vaste positie om deze zo precies mogelijk in de korf te krijgen en zo veel mogelijk punten te scoren, terwijl de andere partij zo snel mogelijk de pittenzakjes in de andere korf legt. ringhockey 3/4: Met een stok een stilstaand voorwerp raken. 5/6: diverse voorwerpen van verschillende voorwerpen omspelen door de stok van achter naar voren te bewegen. 7/8: diverse voorwerpen van verschillende voorwerpen omspelen door de stok van achter naar voren te bewegen terwijl de tegenstander (1-1) dit probeert te voorkomen. lummelspel 3/4: Een bal met twee handen naar een andere persoon gooien. Een bal wegtikken met een hand door de tegenstander op de mat te passeren. 7/8: blokjesvoetbal

De lln. kunnen; Mikken 3/4: Een bal gooien vanaf een turnmatje in of tegen de korf om een punt te scoren, terwijl de andere partij zo snel mogelijk de pittenzakjes in de andere korf legt. 5/6: Rustig en gericht mikken van de bal vanuit een vaste positie om deze zo precies mogelijk in de korf te krijgen en zo veel mogelijk punten te scoren, terwijl de andere partij zo snel mogelijk de pittenzakjes in de andere korf legt. 7/8: Na een korte concentratie een bal gericht mikken vanuit verschillende posities om deze zo precies mogelijk in de korf te krijgen en zo veel mogelijk punten te scoren, terwijl de andere partij zo snel mogelijk de pittenzakjes in de andere korf legt.. ringhockey 3/4: diverse voorwerpen van verschillende voorwerpen omspelen door de stok van achter naar voren te bewegen. 5/6: diverse voorwerpen van verschillende voorwerpen omspelen door de stok van achter naar voren te bewegen terwijl de tegenstander (1-1) dit probeert te voorkomen. 7/8: diverse voorwerpen van verschillende voorwerpen omspelen door de stok van achter naar voren te bewegen terwijl de tegenstanders (4-4) dit proberen te voorkomen. lummelspel 3/4: Onder druk een bal met twee handen naar een andere persoon gooien. Een bal wegtikken met een hand door de tegenstander voor de mat te passeren. 7/8: blokjesvoetbal

Ken

nis

en inzic

ht

De lln weten/kunnen; Mikken Inschatten hoe hoog ze moeten gooien om de bal in de korf te krijgen. Ringhockey dat je rechter hand onder is en je linker hand boven. Lummelspel Dat je naar het matje wat vrij is toe moet lopen om 2 aanspeelmogelijkheden te hebben.

De lln weten/kunnen; Mikken Dat ze dichtbij de korf moeten staan en over de bal heen moeten kijken om in de korf te scoren. Ringhockey Dat je moet nawijzen met de stok om gericht te mikken. Lummelspel Dat je als lopers samen moet werken en snel moet spelen om te winnen van de lummel

Rege

lvaard

igh

ede

n

De lln kunnen; Mikken Ringhockey Stok over de grond bewegen Lummelspel

De lln kunnen; Mikken Tijd stopt wanneer pittenzakjes op zijn Mikken in de korf of kast = 1 punt Ringhockey Stok niet hoger dan de knie Lummelspel 5x overspelen voor gooiers is 1 punt 1x aanraken/onderscheppen een punt voor lummel. Na 1 min wisselen van functie

Pe

da

gog

isch

klim

aa

t De leerlingen: Leerlingen zijn stil als de juf praat.

De leerlingen: Kunnen op teken van de docent rustig door wisselen.

Tijd Bewegingsactiviteiten Arrangementen / organisatie Aandachtspunten 10 min 10 Min 10 min

Kernactiviteit1; Mikken Vereenvoudiging

Andere bal

Korf vergroten

Korf verlagen

Korf tegen de muur

Kast en bank dichterbij korf Uitbouw:

Korf hoger

Kast naar achteren Kernactiviteit 2; Ringhockey Vereenvoudiging

Ieder kind eigen miksituatie

Meerdere mikpunten groot / klein Uitbouw

Tegen elkaar spelen

Kernactiviteit 3; Lummelspel Vereenvoudiging

4 tegen 1 Uitbouw:

4 tegen 2

Totale zaalorganisatie:

Wisselen: mikken ringhockey| ringhockey lummelspel | lummelspel mikken

Kernactiviteit1; Mikken -4 partijen (van 2 spelers); 2 mikpartijen, 1 ren(TIJD)partij en 1 telpartij. -Mikpartijen proberen zoveel mogelijk punten te scoren in de tijd van de renpartij. -Renpartij; lopers brengen om de beurt zsm pittenzakjes naar de korf. (= meteen deTIJD) -Telpartij houdt telling mikkers bij op hun vingers. -1 pittenzakje per keer meenemen. -Elke mikker heeft eigen bal. -Telpartij controleert of 1 pittenzakje per keer wordt meegenomen. Kernactiviteit 2; Ringhockey De zandloper loopt 1 min. de kinderen moeten proberen met elkaar zo veel mogelijk pionnen om te schieten. Hoeveel pionnen krijgen de kinderen om?

- Stok niet hoger dan de knie - Rechter hand is onder

Kernactiviteit 3; Lummelspel Wanneer de gooiers 5x overgegooid hebben dan hebben zij een punt. De lummel heeft 1 punt wanneer hij/zij heeft onderschept/aangeraakt. Welk team heeft na 1 minuut de meeste punten ? Aandachtspunten

- Altijd 2 aanspeelmogelijkheden - Vrije mat opzoeken

Tijd Bewegingsactiviteiten Arrangementen / organisatie Aandachtspunten 5 min

Afsluitende activiteit Iemand is hem niemand is hem

Afsluitende activiteit Iemand is hem niemand is hem Iedereen speelt voor zich ben je afgegooid dan mag je er weer in wanneer degene die jou heeft afgegooid af is.

Student: Emma de Man Datum: 16-3-15 Lesduur: 45min. School: Het open venster Begeleider: Tom v/d Heuvel Klas / groep: 3/4 5/6 7/8 Aantal leerlingen : 30

Opdracht: Het maken van een les waarbij kracht en conditie centraal staan en de docent niet mag praten. Bronnen: basisdocument, lessen cluster a & c

Beginsituatie Doelen

Bew

egin

gsvaard

igh

ede

n

De lln kunnen; Groep 3/4 Individueel diverse vaardigheden uitvoeren waarbij kracht en uithoudingsvermogen centraal staan. Groep 5/6 In een circuit vorm, op tijd, diverse vaardigheden uitvoeren waarbij kracht en uithoudingsvermogen centraal staan. Groep 7/8 In een tweetal circuit vorm, op tijd, diverse vaardigheden uitvoeren waarbij kracht en uithoudingsvermogen centraal staan en de scores worden genoteerd.

De lln kunnen; Groep 3/4 In een tweetal een circuit vorm, op tijd, diverse vaardigheden uitvoeren waarbij kracht en uithoudingsvermogen centraal staan. Groep 5/6 In een tweetal circuit vorm, op tijd, diverse vaardigheden uitvoeren waarbij kracht en uithoudingsvermogen centraal staan en de scores worden genoteerd. Groep 7/8 In een tweetal circuit vorm, op tijd, diverse vaardigheden zo vaak mogelijk uitvoeren waarbij kracht en uithoudingsvermogen centraal staan en de scores worden genoteerd.

Ken

nis

en inzic

ht

De lln weten/kunnen; Groep 3/4 Dat je mag starten als de docent dat zegt. Groep 5/6 Dat het start/stop signaal de muziek is. Groep 7/8 Dat je elkaar moet aanmoedigen als je coach bent.

De lln weten/kunnen; Groep 3/4 Dat het start/stop signaal de muziek is. Groep 5/6 Dat je elkaar moet aanmoedigen als je coach bent. Groep 7/8 Dat je elkaar tips moet geven als je coach bent.

Rege

lvaard

igh

ede

n

De lln kunnen; Groep 3/4 Als je niet aan de beurt bent dan wacht je netjes op je beurt. Groep 5/6 Niet zomaar een ander veldje inrennen als je bal wegrolt. Dan roep je Bal Over Groep 7/8 Opgeven is geen optie, je blijft altijd in beweging tot de muziek stopt.

De lln kunnen; Groep 3/4 Niet zomaar een ander veldje inrennen als je bal wegrolt. Dan roep je Bal Over Groep 5/6 Opgeven is geen optie, je blijft altijd in beweging tot de muziek stopt. Groep 7/8 Als je coach bent dan moedig je de ander aan en geef je tips.

Pe

da

gog

isch

klim

aa

t De leerlingen: Leerlingen zijn stil als de juf praat. Leerlingen zijn enthousiast en willen graag bewegen.

De leerlingen: Kunnen op teken van de muziek rustig door wisselen. Kunnen eerlijk de punten tellen en notuleren. Hebben doorzettingsvermogen en gaan altijd door tot de muziek stopt.

Tijd Bewegingsactiviteiten Arrangementen / organisatie Aandachtspunten

2 min 2 min 2 Min 2 min 2 min

Kernactiviteit1; Zwaaien over de sloot Vereenvoudiging:

2 touwen zwaaien Uitbouw:

Over een toversnoer heen zwaaien

Zwaaien met gestrekte armen Kernactiviteit 2; squatten Vereenvoudiging:

Bank verhogen Uitbouw:

Na de squat in de lucht springen

Kernactiviteit 3; handstand Vereenvoudiging

Voorligsteun

Op handen en knien staan Uitbouw:

Opdrukken + omhoog lopen Kernactiviteit 4; Bal tegen de muur gooien Vereenvoudiging:

Andere bal (groter)

Via een stuit gooien Uitbouw:

Zwaardere bal

Kleinere bal Kernactiviteit 5;

Totale zaalorganisatie:

Doordraaien: 1 2 | 2 3 | 3 4 | 4 5 | 5 6 |

6 7 | 7 8 | 8 9 | 9 10 | 10 11 | 11 12 |

12 1 |

Kernactiviteit1; Zwaaien over de sloot De leerlingen zwaaien over de sloot met de touwen. 1x heen en weer zwaaien = 1 punt Kernactiviteit 2; squatten squatten tot zit op de bank. 1x zitten en weer staan = 1 punt Let op! Knien wijzen naar buiten Kernactiviteit 3; handstand op handen en voeten buikwaarts tegen de muur op lopen. 1x met de buik tegen de muur en weer terug = 1 punt. Let op! Actief steunen, handen op schouderbreedte. Kernactiviteit 4; Bal tegen de muur gooien De leerlingen gooien de bal tegen de muur met 2 handen tegelijk en vangen deze weer. Let op, gooien vanaf het matje, ellebogen wijzen naar buiten. 1x bal gooien en weer vangen = 1 punt. Kernactiviteit 5; Knien naar elle boog

2 min 2 min 2 min

Knien naar elle boog Vereenvoudiging:

Knien niet helemaal je ellebogen aanraken

Uitbouw:

Met gestrekte armen hangen aan de ringen

Hangen met je benen gestrekt voor je dus niet helemaal terug naar de grond zakken.

Kernactiviteit 6; Steps op de bank Vereenvoudiging:

Bank verlagen door matjes i.p.v. bank Uitbouw:

2 benige afzet op het blok i.p.v. op de bank stappen.

Kernactiviteit 7; parkoers vereenvoudiging:

Kast verlagen uitbouw:

Kast verhogen

2 benige afzet over het blok Kernactiviteit 8; Bergbeklimmen

Leerlingen hangen aan de ringen en brengen de knien tegen de elleboog, let op! Niet de elleboog naar de knien toe. 1x knien elleboog aantikken en weer op de grond = 1 punt. Kernactiviteit 6; Steps op de bank De leerlingen stappen op en af de bank. 1x op en af stappen = 1 punt.

- Neem je armen mee! Kernactiviteit 7; parkoers de leerlingen leggen een parkoers zo vaak mogelijk af. Let op! Bij de bank en kast actief steunen ( handplaatsing, armen gestrekt). 1x het hele parkoers afgelegd = 1 punt. Kernactiviteit 8; bergbeklimmen

2 min 2 min 2 min 2 min

Vereenvoudiging:

Wandrek minder schuin

Touw als hulpmiddel vastmaken Uitbouw:

Wandrek schuiner zetten Kernactiviteit 9; Duikelen v.o. en a.o. aan de rekstok Vereenvoudiging:

Duikelen v.o. om de rekstok. Uitbouw:

Borstwaardsom Kernactiviteit 10; Bal tegen de muur Vereenvoudiging:

Lijn lager voor aantikken

Dichter bij de muur liggen Uitbouw:

Lijn hoger maken voor aantikken

Verder van de muur liggen Kernactiviteit 11; Touwspringen Vereenvoudiging:

Springen in een 2-1 ritme

Uitbouw:

Kruisslag

Sneller springen Kernactiviteit 12; Heen en weer rennen Vereenvoudiging:

de leerlingen klimmen op een berg en weer naar beneden. 1x op de berg klimmen en weer naar beneden = 1 punt. Kernactiviteit 9; Duikelen v.o. en a.o. aan de rekstok De leerlingen duikelen v.o. of a.o. aan de rekstok (leerlingen mogen zelf kiezen afhankelijk van niveau.) Let op! Kin is op de borst. 1x duikelen v.o. of a.o. = 1 punt. Kernactiviteit 10; Bal tegen de muur De leerlingen liggen op hun buik met hun armen gestrekt voor hun. Met de bal tikken zij de lijn op de muur aan en daarna de grond. 1x de lijn aantikken en daarna naar de grond = 1 punt. Kernactiviteit 11; Touwspringen De leerlingen springen touw in een 1-1 ritme waarbij vanuit de polsen gedraaid wordt. 1x over het touw springen = 1 punt. Kernactiviteit 12; Heen en weer rennen De leerlingen rennen heen en weer en brengen de pittenzakjes over.

5 min

Afstand kleiner maken Uitbouw:

Afstand groter maken Afsluitende activiteit Iemand is hem niemand is hem Vereenvoudiging:

Je mag lopen/ rennen met de bal

Veld kleiner maken

Uitbouw:

Niet lopen met de bal

Ieder pittenzakje naar de overkant = 1 punt. Afsluitende activiteit Iemand is hem niemand is hem Iedereen speelt voor zich ben je afgegooid dan mag je er weer in wanneer degene die jou heeft afgegooid af is.

Onderdeel

Hoe punten behalen in 60

sec?

Score

leerling 1

Score

leerling 2

1 touwzwaaien 1x heen en weer zwaaien = 1

punt.

2 squatten

1x bank aanraken met billen = 1

punt.

3 handstand 1x op handen staan met buik

tegen de muur = 1 punt.

4 Bal tegen de

muur gooien

1x de bal tegen de muur

aangooien en ook weer vangen

= 1 punt.

5 Knien naar

elle boog

1x met je knien je elle boog

aantikken = 1 punt.

6 Steps op de

bank

1x op en af de bank/blok = 1

punt.

7 parkoers 1x parkoers afgelegd = 1 punt.

8 bergbeklimmen 1x omhoog klimmen + lintje

aantikken = 1 punt.

9 Duikelen aan

rekstok

1x duikelen v.o. of a.o. = 1 punt.

10 Bal tegen muur 1x bal tegen de muur tikken = 1

punt.

11 Touwtje

springen

1x springen over het touw = 1

punt.

12 Heen en weer

rennen

1x alle pittenzakjes

overbrengen = 1 punt.

totaal

Kracht en conditie circuit Het Open Venster

Namen:..

Groep:

Onderdeel

Hoe punten behalen in 60 sec? Score

leerling 1

Score

leerling 2

1 touwzwaaien 1x heen en weer zwaaien = 1 punt.

2 squatten

1x bank aanraken met billen = 1

punt.

3 handstand 1x op handen staan met buik tegen

de muur = 1 punt.

4 Bal tegen de

muur gooien

1x de bal tegen de muur aangooien

en ook weer vangen = 1 punt.

5 Knien naar elle

boog

1x met je knien je elle boog

aantikken = 1 punt.

6 Steps op de bank 1x op en af de bank/blok = 1 punt.

7 parkoers 1x parkoers afgelegd = 1 punt.

8 bergbeklimmen 1x omhoog klimmen + lintje

aantikken = 1 punt.

9 Duikelen aan

rekstok

1x duikelen v.o. of a.o. = 1 punt.

10 Bal tegen muur 1x bal tegen de muur tikken = 1

punt.

11 Touwtje

springen

1x springen over het touw = 1

punt.

12 Heen en weer

rennen

1x alle pittenzakjes overbrengen =

1 punt.

totaal

Student: Emma de Man Datum: 23-3-15 Lesduur: 45min. School: Het open venster Begeleider: Tom v/d Heuvel Klas / groep: 3/4 5/6 7/8 Aantal leerlingen : 30

Opdracht: Het maken van een les in 4 vakken; ringzwaaien, touwspringen op muziek, keeperspel en vrije keuze door leerlingen. Bronnen: basisdocument, lessen cluster a & c

Beginsituatie Doelen

Bew

egin

gsvaard

igh

ede

n

De lln kunnen;

De lln kunnen;

Ken

nis

en inzic

ht

De lln weten/kunnen;

De lln weten/kunnen;

Rege

lvaard

igh

ede

n

De lln kunnen;

De lln kunnen;

Pe

da

gog

isch

klim

aa

t De leerlingen:

De leerlingen:

8 min 8 min 8 Min

Kernactiviteit1; Ringzwaaien Vereenvoudiging:

2 stappen zetten

Slootje maken Uitbouw:

Halve draai

Kernactiviteit 2; Keeperspel Vereenvoudiging:

Afzetten vanaf een bank Uitbouw:

Over de mat heen schieten

Via de muur scoren

Kernactiviteit 3; touwspringen Vereenvoudiging

2-1 ritme

Kiwi doi poi

Uitbouw:

Kruisslag

Dubbel draaien

Samen in 1 touw

Totale zaalorganisatie: Leerlingen indelen op lengte (30 sec. de tijd om van groot naar groter te staan).

Doorwisselen: touwspringen ringzwaaien | ringzwaaien vrije keuze | vrije keuze keeperspel | keeperspel touwspringen |

Kernactiviteit1; Ringzwaaien De leerlingen zwaaien 5 zwaaien aan de ringen op teken van de docent (iedere lln krijgt een nummer). Ben je niet aan de beurt dan zit je op de bank.

- Duimen om de ringen heen - Zo recht als een plank - Heupen naar het plafond - Onder ophangpunt; stap - stap

Kernactiviteit 2; Keeperspel Leerlingen springen met 2 benen in de trampoline en maken een sprongschot op het goal. Heb je gescoord dan word je keeper.

- 2 benen afzetten in de trampoline - In balans landen - Vingers om de bal heen

Kernactiviteit 3; touwspringen leerlingen springen touw in een 1-1 ritme.

- Vanuit de polsen draaien - Op de eigen plek blijven

8 min 5 min

Kernactiviteit 4; Vrije keuze Afsluitende activiteit Harry Potter tikkertje Vereenvoudiging:

Je mag lopen/ rennen met de bal

Veld kleiner maken

Uitbouw:

Niet lopen met de bal

Kernactiviteit 4; Vrije keuze De leerlingen kiezen zelf wat ze willen doen, keuze uit

- Jongleren - Chinese bordjes - Diabolo - Loop fietsje.

Afsluitende activiteit Harry Potter Tikkertje Iedereen speelt voor zich ben je afgegooid dan mag je er weer in wanneer degene die jou heeft afgegooid af is.

Tijd Bewegingsactiviteiten Arrangementen / organisatie Aandachtspunten

Het Spel Aangepast Sportspel 16-11-2010 Haagse Hogeschool Esmee den Adel 07017170 L4B Minorgroep 2 Robin Brant 07012160 L4B Minorgroep 2 Eva Fahner 07055250 L4B Minorgroep 2 Kimberley Jongste 07012209 L4B Minorgroep 2 Mayonne Roos 07007892 L4A Minorgroep 1 Martin Visser 07012365 L4A Minorgroep 1

2

Arrangement

Up Legenda

Bowser + zijn vaste afgooi-plaats

Bowser die ballen bij de andere bowsers terug brengt.

Luigi

Mario

Bal voor de Bowsers

Bal voor de Marios en Luigis

Korf (daar gaan de gevangen ballen van de Bowsers in)

5 cm mat

Dikke mat (3o cm)

turnblok

Korf + Up (extra pijp + up om weer groot te worden

bank

kast

Recht van aanval

Up

Up

Up

3

Bedoeling van het spel Aanvallende partij Door middel van met elkaar overspelen tot een doelpunt komen in de pijp (midden van de zaal). Verdedigende partij Door de bal van de aanvallende partij te onderscheppen een doelpunt voorkomen. Bowsers Door degene met de bal af te gooien een doelpunt voorkomen (zij werken samen met de verdedigende partij). Aanvullende regelgeving

Er wordt door de veldpartijen gelummeld.

De 3e partij (bowsers) zijn de afgooiers. Zij staan op een vaste plaats.

Voor een scoringspoging moet er recht van aanval (RvA) worden gehaald door iemand aan te spelen achter de RvA lijn.

Lummelend naar de pijp toe gaan. n persoon probeert met de bal in de pijp te springen.

Alleen de persoon die op het kleine matje voor de banken wordt aangespeeld mag in de pijp.

Er mag maar n persoon in het scoringsgebied zijn. Deze persoon kan alleen door de Bowsers afgegooid worden.

Wanneer je met bal in de pijp bent krijg je 10 punten.

Wanneer je met de bal in n van de korven scoort krijg je 2 punten.

Als je in de korf wilt scoren, moet dit aan de tegenovergestelde kant ten opzichte van het recht van aanval gebied.

Er is 1 bowser die de ballen terugspeelt naar de bowsers (en in het veld mag komen).

Ben je geraakt door een Bowser moet je de bal neerleggen en dan word je klein op je hurken/knien lopen. Je kunt groot worden door een up te halen.

Ben je klein en word je nogmaals geraakt moet je in het recht van aanval vak (gevangenis) aangespeeld worden om weer mee te mogen doen.

Vang je de bal van een Bowser als je klein bent, dan wordt je weer groot.

Vang je de bal van een Bowser als je groot bent, dan mag je de bal in de korf onder de matten leggen (deze bal doet niet meer mee minder bedreiging). Wordt er vervolgens weer gescoord, dan doen alle ballen in de korven weer mee met het spel. Leerdoelen (hele zaal)

Als aanvaller doormiddel van samenspel, het openen van aan/afspeellijnen en het ontwijken van de ballen tot scoren komen in een van de pijpen.

Als verdediger de bal onderscheppen doormiddel van aan/afspeellijnen af te schermen en te sluiten om zo in balbezit te komen.

4

Methodische lijn met hierbij de tussendoelen per stap

Lummelspel met recht van aanval halen en in de pijp scoren. o Doormiddel van een hoge handelingssnelheid samenspelen en dus open af en

aanspeellijnen creren om tot scoren te komen. o In balbezit komen doormiddel van de af en aanspeellijnen te sluiten om zo het

scoren te voorkomen.

Lummelspel met recht van aanval halen en in de pijp scoren en de bowsers worden ingezet. o In het samenspel te gelijkertijd ballen ontwijken van de bowsers. o Als bowsers slim afgooien, de spelers afgooien die in balbezit zijn.

Lummelspel met recht van aanval halen en in de pijp scoren en de bowsers worden ingezet. Wordt je geraakt, dan word je klein. Als je een up haalt word je weer groot.

o De manier van vrijkomen toepassen als veldspeler.

Lummelspel met recht van aanval halen en in de pijp scoren en de bowsers worden ingezet. Wordt je geraakt, dan word je klein. Als je een up haalt word je weer groot. De extra pijpen (korven) worden ingezet.

o Als balbezittende partij slimme en zinvolle ballen spelen dit doormiddel van goed positie kiezen bij de verschillende scoringsplaatsen, de ruimte zoeken om de bal aangespeeld te krijgen, de juiste/vrijstaande leerling aanspelen.

Lummelspel met recht van aanval halen en in de pijp scoren en de bowsers worden ingezet. Wordt je geraakt, dan word je klein. Als je een up haalt word je weer groot. De extra pijpen (korven) worden ingezet. Wanneer je 2x afgegooid wordt (dus als je klein bent en dan nog een keer afgegooid wordt), ga je naar het RvA-vak en moet je eerst aangespeeld worden om weer mee te mogen doen.

o Ook tot scoren komen in een relatief ondertal of overtal. o De leerlingen die opgesloten staan weten te bevrijden doormiddel van samenspel.

Mogelijke uitbouw

Meer ballen in het spel voor de bowsers of meer bowsers langs de kanten.

Makkelijker of moeilijker maken voor de bowsers doormiddel van andere ballen, raakvlakken afspreken, afstanden vergroten of verkleinen tot de veldspelers.

Verschillend materiaal gebruiken. Andere ballen voor de veldspelers om het samenspel moeilijker te maken.

Nadat er recht van aanval is gehaald aan de ene kant kan er alleen maar gescoord worden in de pijp aan de andere zijde (korven) of de grote pijp.

Student: Emma de Man Datum: 13-4-15 Lesduur: 45min. School: Het open venster Begeleider: Tom v/d Heuvel Klas / groep: 3/4 5/6 7/8 Aantal leerlingen : 30

Opdracht: Het maken van een klassikale groepjes les basketbal Bronnen: boek basketbal BO en VO Dick de Liefde Beginsituatie Doelen

Bew

egin

gsvaard

igh

ede

n

De lln kunnen; Groep 3/4: Individueel dribbelen op hun plek waarbij de bal met twee handen wordt gestuiterd. Groep 5/6: Individueel dribbelen op de plek waarbij de hand met 1 voorkeurshand wordt gestuiterd. Groep 7/8: Individueel dribbelen in looppas waarbij de hand met 1 voorkeurshand wordt gestuiterd.

De lln kunnen; Groep 3/4: Individueel dribbelen op de plek waarbij de hand met 1 voorkeurshand wordt gestuiterd. Groep 5/6: Individueel dribbelen in looppas waarbij de hand met 1 voorkeurshand wordt gestuiterd. Groep 7/8: Dribbelen in looppas waarbij de hand met 1 voorkeurshand wordt gestuiterd en er over de bal heen wordt gekeken.

Ken

nis

en inzic

ht

De lln weten/kunnen; Dat je moet stuiten met je hand die je het fijnst vindt.

De lln weten/kunnen; Dat je over de bal heen moet kijken

Rege

lvaard

igh

ede

n

De lln kunnen; Niet lopen met de bal maar dribbelen

De lln kunnen; Zelfstandig werken

Pe

da

gog

isch

klim

aa

t De leerlingen: Praten door de juf heen

De leerlingen: Zijn stil als de docent praat

5 min 8 min 15 Min

Kernactiviteit 1; (groep 3,4,5) Balbehendigheid Vereenvoudiging;

Bal door iemand aangooien

Zachte bal (groter) Uitbouw;

Dribbelen in looppas

Dribbelen met niet voorkeurshand Kernactiviteit 2; (groep 3,4,5) Estafette

Vereenvoudiging;

2x dribbelen, bal vangen, 2 passen lopen, 2x dribbelen, etc.

Uitbouw;

Opdracht tussendoor pivot turn

Bal doorpassen (chestpass of bouncepass) i.p.v. doorgeven

kernactiviteit 3; (groep 3,4,5) tienbal vereenvoudiging;

Iedereen een vaste positie geven

5x overspelen is een punt

Andere bal, vak kleiner/groter maken

uitbouw;

Bal mag niet meer terug naar de gene die de bal naar jou passte

Totale zaalorganisatie: Iedere lln 1 bal, vrij door de zaal

6 teams van 4 a 5

Kernactiviteit 1; (groep 3,4,5) Balbehendigheid Iedereen heeft 1 bal en staat op een plekje in de zaal; monkey see monkey do.

- Bal gooien vangen - Bal gooien stuit vangen - Bal gooien grond tikken stuit

vangen - Bal gooien rondje draaien bal

vangen - Dribbelen 2 handen - Dribbelen 1 hand - Bal door de benen

Kernactiviteit 2; (groep 3,4,5) Estafette 6 teams van 4, dribbelen om de pylon daarna bal passen. Ben je klaar zitten op de grond.

- Over de bal heen kijken - Lichte schrede stand, door de knien

zakken - Bal schuin voor je

kernactiviteit 3; (groep 3,4,5) tienbal elk veldje 4-4. Per team proberen om 10x over te spelen. 10x overspelen is een punt.

- Man to man verdedigen - In-uit bewegen zonder bal - Split vision (over de bal kijken) - Snel passen

8 min 8 min 10 min

kernactiviteit 4; (groep 6,7,8) vakbal vereenvoudiging;

Veld groter/kleiner

Neutrale speler (overtal)

Vrije zone, zonder verdediger uitbouw;

Eerst min. 1x samenspelen binnen het vak voordat je naar het andere vak mag spelen.

kernactiviteit 5; (groep 6,7,8) centerbasketbal vereenvoudiging;

Neutrale speler overtal

Vrije zones (zonder druk)

Veld groter/kleiner uitbouw;

Zone/lijn kleiner maken om te scoren

1-1 actie om te scoren in basket

kernactiviteit 6; (groep 6,7,8) bucketbal vereenvoudiging;

Neutrale speler overtal

Vrije zones (zonder druk)

Veld groter/kleiner uitbouw;

1-1 actie om te scoren in basket

Zaal in 3 vakken zelfde teams als tienbal

kernactiviteit 4; (groep 6,7,8) vakbal ieder team heeft zijn eigen vak (4-4). Probeer een medeleerling uit het andere vak aan te spelen.

- Man to man verdedigen - In-uit bewegen zonder bal - Split vision (over de bal kijken) - Snel passen

kernactiviteit 5; (groep 6,7,8) centerbasketbal teams vallen om de beurt aan (4-4). Probeer met je team de bal achter de lijn te drukken. Lukt dat dan heeft het team 2 pogingen om ongehinderd te scoren in de basket.

- Man