Zinsdelen
-
Upload
ingrid-mouthaan -
Category
Education
-
view
2.436 -
download
0
description
Transcript of Zinsdelen
![Page 1: Zinsdelen](https://reader036.fdocuments.nl/reader036/viewer/2022082700/54c3547d4a795902738b457a/html5/thumbnails/1.jpg)
Zinsontleding
3F Student toont een betrekkelijk grote
beheersing van grammatica
![Page 2: Zinsdelen](https://reader036.fdocuments.nl/reader036/viewer/2022082700/54c3547d4a795902738b457a/html5/thumbnails/2.jpg)
• Zinsontleding of redekundig ontleden is het ontleden van zinnen in zinsdelen.
• Het gaat altijd volgens een vast stappenplan.
![Page 3: Zinsdelen](https://reader036.fdocuments.nl/reader036/viewer/2022082700/54c3547d4a795902738b457a/html5/thumbnails/3.jpg)
1. Persoonsvorm
De persoonsvorm• is altijd een werkwoord;• geeft de tijd in de zin aan;• is onderdeel van het gezegde.
Hoe?• De zin in een andere tijd zetten.• De zin vragend maken.
![Page 4: Zinsdelen](https://reader036.fdocuments.nl/reader036/viewer/2022082700/54c3547d4a795902738b457a/html5/thumbnails/4.jpg)
2. Zinsdelen
Een zin bestaat uit zindelen en die hebben ieder een functie.
Hoe?1. Zet de persoonsvorm tussen streepjes.2. Verander de volgorde van de zin.3. Welke stukjes blijven bij elkaar?
![Page 5: Zinsdelen](https://reader036.fdocuments.nl/reader036/viewer/2022082700/54c3547d4a795902738b457a/html5/thumbnails/5.jpg)
3. Onderwerp
• Het onderwerp en de persoonsvorm horen bij elkaar.
• Verandert het getal van het onderwerp, dan verandert ook de persoonsvorm.
• Het onderwerp doet of is iets.
Hoe?• Stel de vraag: wie of wat + persoonsvorm?
![Page 6: Zinsdelen](https://reader036.fdocuments.nl/reader036/viewer/2022082700/54c3547d4a795902738b457a/html5/thumbnails/6.jpg)
4. Werkwoordelijk gezegde
Werkwoordelijk gezegde• geeft een handeling aan;• is samen met het onderwerp een begrijpelijke
korte zin.
Hoe?• Bestaat uit alle werkwoorden in de zin.
![Page 7: Zinsdelen](https://reader036.fdocuments.nl/reader036/viewer/2022082700/54c3547d4a795902738b457a/html5/thumbnails/7.jpg)
5. Naamwoordelijk gezegde
Drie voorwaarden:1. In de korte zin staat een koppelwerkwoord. Zijn,
worden, blijven, blijken, lijken, schijnen, heten, dunken, voorkomen
2. In de zin staat een naamwoord: een zelfstandig of bijvoeglijk naamwoord
3. Het naamwoord zegt iets over het onderwerp.
Hoe?Doorloop de drie voorwaarden
![Page 8: Zinsdelen](https://reader036.fdocuments.nl/reader036/viewer/2022082700/54c3547d4a795902738b457a/html5/thumbnails/8.jpg)
6. Lijdend voorwerp
Een lijdend voorwerp:• is het zinsdeel dat de handeling ondergaat.• begint niet met een voorzetsel• Komt niet in iedere zin komt voor.
Hoe?• Stel de vraag: wie of wat + onderwerp
+gezegde
![Page 9: Zinsdelen](https://reader036.fdocuments.nl/reader036/viewer/2022082700/54c3547d4a795902738b457a/html5/thumbnails/9.jpg)
7. Meewerkend voorwerp
• Het meewerkend voorwerp werkt mee en is meestal een mens of ander levend wezen
• Je kunt er aan of voor voorzetten of weghalen.
Hoe?• Stel de vraag: Aan wie of voor wie + de rest
van de zin?
![Page 10: Zinsdelen](https://reader036.fdocuments.nl/reader036/viewer/2022082700/54c3547d4a795902738b457a/html5/thumbnails/10.jpg)
8. Voorzetselvoorwerp
Twee voorwaarden:1. Het voorzetsel kun je niet vervangen door een ander
voorzetsel.2. Het voorzetsel vormt een vaste verbinding met het
gezegde van de zin.
Hoe?Doorloop de twee voorwaarden
• Als een voorzetsel een plaats aanduidt, is er geen sprake van een voorzetselvoorwerp.
![Page 11: Zinsdelen](https://reader036.fdocuments.nl/reader036/viewer/2022082700/54c3547d4a795902738b457a/html5/thumbnails/11.jpg)
9. Bijwoordelijke bepaling
• Geeft vaak informatie over de plaats, tijd of reden
Hoe?• De zinsdelen die over zijn.
![Page 12: Zinsdelen](https://reader036.fdocuments.nl/reader036/viewer/2022082700/54c3547d4a795902738b457a/html5/thumbnails/12.jpg)
10. Bijvoeglijke bepaling
De bijvoeglijke bepaling• is altijd een deel van een zinsdeel;• vertelt iets over een zelfstandig naamwoord en
hoort daar ook bij.
Hoe?Zoek de zelfstandige naamwoorden en stel de
vraag: welke of wat voor+ zelfstandig naamwoord
![Page 13: Zinsdelen](https://reader036.fdocuments.nl/reader036/viewer/2022082700/54c3547d4a795902738b457a/html5/thumbnails/13.jpg)
11. Bijstelling
De bijstelling• is een bepaling die na het zelfstandig
naamwoord komt;• staat altijd tussen komma’s.
Hoe?Kijk of het voldoet aan bovenstaande kenmerk