Web viewBinnenin word je verrast door mooie muurschilderingen en ... De Inuit zijn de bewoners van...

10

Click here to load reader

Transcript of Web viewBinnenin word je verrast door mooie muurschilderingen en ... De Inuit zijn de bewoners van...

Page 1: Web viewBinnenin word je verrast door mooie muurschilderingen en ... De Inuit zijn de bewoners van het enorme polaire gebied langs de Noordpoolcirkel in Alaska,

De Aymara-indianen

Op een hoogte van 4470 meter in de Andes ligt een piepklein Chileens dorp. Het heet Parinacota en wordt bewoond door enkele tientallen Aymara-indianen. Het dorpje bestaat uit ongeveer tien huizen. Ze zijn gebouwd van grijze natuursteen met een dak van stro en een schoorsteen waaruit altijd rook komt. Dit is ook wel nodig omdat de temperatuur hier maar zelden boven het vriespunt komt. Het kerkje is in de 17e eeuw gebouwd van natuursteen en met witte kalk afgesmeerd. Van buiten ziet het er vervallen uit. Binnenin word je verrast door mooie muurschilderingen en door een paar doodshoofden die in een nis tentoongesteld zijn. Het zijn schedels van belangrijke leiders uit het verleden. In en rond het dorp ligt een aantal omheinde weiden met alpaca’s en lama’s. Ze grazen tussen de grassen en de struiken.

De Aymara’s houden die voor het vlees en de wol. Daarvan maken ze de typische poncho’s, mutsen, dekens en draagdoeken. Lama’s worden ook gebruikt om spullen op te vervoeren. Door de kou is akkerbouw hier niet mogelijk. Bovendien is de lucht te ijl voor zwaar werk op het land. Ver naar beneden ligt het dorp Putre. Hier is het iets warmer en wordt wel aan landbouw gedaan. De bewoners verbouwen aardappelen, maïs, tuinbonen en gerst. Aardappelen vormen het belangrijkste voedsel. Jammer genoeg zijn aardappelen maar een half jaar te bewaren en gevoelig voor vorst.

Daarom worden er ’s nachts vuurtjes gestookt op de velden om bevriezen te voorkomen. Gerst en bonen kunnen jarenlang bewaard blijven en zijn dus een goede aanvulling op aardappelen. In Putre maken de bewoners ook gebruik van een eenvoudig systeem van irrigatie. In het dorp lopen kanaaltjes waarmee smeltwater uit de bergen aangevoerd wordt voor de gewassen. De geultjes zijn smal en ondiep en hebben kleine opstaande walletjes.

Om het land te bevloeien, worden deze walletjes doorgestoken met een soort hak. In de geul legt men een steen waardoor het stromende water op het veld geleid wordt. De steen houdt niet al het water tegen, zodat verderop nog andere families van het irrigatiewater gebruik kunnen maken. Aymara’s kunnen zo overleven in barre, onvriendelijke klimaatomstandigheden.

Page 2: Web viewBinnenin word je verrast door mooie muurschilderingen en ... De Inuit zijn de bewoners van het enorme polaire gebied langs de Noordpoolcirkel in Alaska,

De Inuit (Eskimo’s)

De naam Eskimo is eigenlijk een verkeerde naam. Volgens sommigen betekent die naam ‘pelsjager’, volgens anderen ‘rauwvleeseter’. De naam Eskimo is hun gegeven door zuidelijker wonende Indianenstammen. Zelf noemen ze zich liever Inuk (enkelvoud) en Inuit (meervoud), wat ‘echte mensen’ betekent. De Inuit zijn de bewoners van het enorme polaire gebied langs de Noordpoolcirkel in Alaska, Noord-Canada en Groenland. Dat dit gebied niet echt uitnodigend is om er te wonen verraadt de naam Barren Grounds, zoals het woongebiedvan de Inuit in Noord-Canada wordt genoemd. Ze hebben zich uitstekend aangepast aan de schaarse hulpbronnen die de natuur hun biedt.

De naam ‘rauwvleeseter’ past daar eigenlijk wel goed bij. Want brandstofom vlees of vis te braden of te koken hebben de Inuit nauwelijks.De traditionele Inuit zijn nomaden. Ze trekken rond door hun woongebied op zoek naar het geschikte voedsel. Tijdens de korte zomer jagen sommige groepen op de kariboe, een soort rendier. Om de kuddes kariboes tekunnen volgen moet hun huis snel af te breken zijn. Daarom leven ze in een soort tenten gemaakt van drijfhout, beenderen en huiden. Andere groepen gaan in de zomer de zee op in eenpersoonsboten, kajaks, die gebouwd zijn van (walvis)beenderen, drijfhout en zeehondenvellen. Ze jagen met harpoenen op zeehonden of vangen vis met vislijnen en netten. Tijdens de lange, donkere en ijskoude winter kunnen zeehonden alleen gevangen worden bij een ademgat in het ijs. Zo’n gat met een middellijn van zo’n halve meter blijft ijsvrij omdat eenzeehond regelmatig boven water moet komen om adem te halen. Jagers moeten soms urenlang geduldig maar geconcentreerd bij zo’n gat staan te wachten, om dan in een fractie van een seconde te kunnen toesteken meteen harpoen.

Andere dieren waar op gejaagd wordt zijn ijsberen, poolvossen en poolhazen. De bekende iglo’s of sneeuwhutten zijn meestal tijdelijke woonplaatsen bijvoorbeeld tijdens dagenlange jachtexpedities. Het zijn unieke staaltjes van bouwkunst, omdat ze zonder geraamte alleen met ijsblokken worden opgebouwd. Ze bestaan uit een koepelvormig woonverblijf en een tunnel die de toegang vormt. In de winter kunnen de Inuit gebruikmaken van hun ‘snelweg’: de ijsvlakte. Met hun hondensleeën, getrokken door 10 tot 15 poolhonden, kunnen ze op een dag grote afstanden afleggen, tot wel 80 kilometer.

Page 3: Web viewBinnenin word je verrast door mooie muurschilderingen en ... De Inuit zijn de bewoners van het enorme polaire gebied langs de Noordpoolcirkel in Alaska,

De kleding van de Inuit moet bescherming bieden tegen extreme kou, vocht en snijdende wind. Daarom dragen ze warme, waterdichte kleren van bont of leer. Het bekendst is de anorak, een ruim waterdicht jack met capuchon en zonder voorsluiting dat over het hoofd wordt aangetrokken. Daaronder dragen ze ondergoed van de huid van zeevogels met de veren aan de binnenkant tegen de huid. Ook laarzen, mutsen, broeken en wanten zijn gemaakt van leer en ijsberen- of zeehondenbont. Om de huiden zacht te maken, kauwen devrouwen hierop met hun voortanden. Veel oudere vrouwen hebben dan ook afgesleten tanden.

Page 4: Web viewBinnenin word je verrast door mooie muurschilderingen en ... De Inuit zijn de bewoners van het enorme polaire gebied langs de Noordpoolcirkel in Alaska,

De San (Bosjesmannen)

De naam Kalahari betekent ‘grote dorst’. Dat is een zeer typerende naam want de Kalahari is een enorme woestijn in het zuidelijk deel van Afrika. De totale oppervlakte is ongeveer dertien keer Nederland. Grote delen bestaan uit kurkdroge zandduinen, maar aan de randen, waar wat meer neerslag valt, gaan die over in steppen of struikachtige vegetaties. De Kalahari is een van de dunst bevolkte gebieden ter wereld, maar toch leven ook hier al duizenden jaren mensen: de Bosjesmannen. Eigenlijk hebben de Bosjesmannen een hekel aan die naam. Ze noemen zichzelf San.

De San dus zijn tamelijk kleine mensen, ongeveer 1,50 meter, met een bruine huid, die vooral in de droge tijd vol plooien zit. Ze hebben kroeshaar dat dun en zwart is en in kleine bosjes bij elkaar groeit. Waarschijnlijk zijn de San in het verleden door sterkere volkeren verdreven naar de mensvijandige, onherbergzame Kalahariwoestijn. Daar leven ze van de schaarse bronnen die de natuur hun biedt. Ze vangen hagedissen, slangen, insecten en dergelijke en zoeken wortels, bladeren, bessen, vruchten en zaden van planten. Ze jagen ook wel op groter wild, bijvoorbeeld op antilopen. Dat doen ze met pijl en boog en soms ook speren. De pijlpunten zijn van steen en meestal gedoopt in een sterk gif dat van een larve gemaakt wordt. Bij de jacht op de zeer snelle antilopen kunnen ze enorme afstanden afleggen: ze volgen deze dieren soms dagenlang, tot er zich een geschikt moment voordoet om ze in de open vlakte tegen de wind in te kunnen benaderen en te kunnen schieten. Bij de jacht maken de San gebruik van gebarentaal, omdat ieder onbekend geluid de jachtdieren doet wegvluchten. Bij die gebaren worden de meest opvallende kenmerken van deverschillende dieren nagebootst. Tijdens die dagenlange achtervolgingen hebben San soms zelf niet genoeg voedsel meer; ze eten dan een cactusplant, de hoodia, die hun hongergevoel tijdelijk onderdrukt.

Van de gejaagde dieren wordt letterlijk alles gebruikt: het vlees levert voedsel dat ze drogen om het langer houdbaar te maken. Van de botten maken ze gebruiksvoorwerpen, de huid dient voor het maken van kleren. Door de groteafstanden die ze afleggen, zijn hun voetzolen zo hard als leer. Schoenen hebben ze dus niet nodig, al dragen vrouwen wel eens een soort leren sandalen. Hun gebruiksvoorwerpen maken ze van hout, botten of gras.Omdat water en voedsel schaars zijn, leiden de San een rondtrekkend bestaan: het zijn nomaden. Daardoor hebben ze ook geen dorpen nodig om in te leven. Sterke, duurzame hutten bouwen is zinloos als je ieder moment weer verder moet trekken. Daarom bouwen ze alleen kleine halfronde koepels van takken,

Page 5: Web viewBinnenin word je verrast door mooie muurschilderingen en ... De Inuit zijn de bewoners van het enorme polaire gebied langs de Noordpoolcirkel in Alaska,

bladeren en gras. Die bieden enige beschutting tegen de verzengend hete zon of tegen zware zandstormen. Soms steken ze alleen maar enkele stokjes in de grond om af te bakenen waar ze ‘wonen’. Niemand zal het in zijn hoofdhalen om hun bezittingen die daartussen liggen te stelen!

De San leven in kleine groepen van enkele gezinnen, waarbij iedere groep over een eigen grondgebied beschikt. Andere groepen kennen en respecteren de grenzen daarvan. Door de schaarste aan voedsel is zo’n grondgebied vaak tientallen vierkante kilometers groot. In het begin van de twintigste eeuw was het aantal Bosjesmannen door uitroeiingoorlogen, hongersnoden en ziekten tot ongeveer 3000 afgenomen. Daarna zijn ze door de toewijzing van beschermde reservaten voor uitsterven behoed.

Page 6: Web viewBinnenin word je verrast door mooie muurschilderingen en ... De Inuit zijn de bewoners van het enorme polaire gebied langs de Noordpoolcirkel in Alaska,

De Fayu (Papoea’s)

Nieuw Guinea is na Groenland het grootste eiland ter wereld. Het midden van het eiland bestaat uit een zeer hoog gebergte met toppen van boven de 5000 meter. De rest van het land bestaat helemaal uit tropisch regenwoud. Daarin leven bijna duizend verschillende Papoea-stammen, ieder met hun eigen taal en levenswijze. In 1978 ontdekte de Duitse ontdekkingsreiziger Kuegler een stam, de Fayu, die nog nooit contact met blanken gehad had. Hun levenswijze en tradities waren sinds het stenen tijdperk nauwelijks veranderd. Kuegler gaat met zijn gezin bij deze mensen wonen. Zijn dochter Sabine woont daar van haar vijfde tot haar zeventiende jaar en beschrijft haar ongelooflijke levensverhaal in het boek Dochter van de jungle. Ze vertelt daarin onder andere de volgende bijzonderheden over het leven van de Papoea’s.

‘We hadden nog nooit zulke vreemde mensen gezien. Ze hadden een donkere huid, met kroezend zwart haar en ze waren groter dan de andere stammen die we tot nu toe hadden leren kennen. De mannen waren helemaal naakt; de vrouwen hadden alleen en stukje boomschors tussen hun benen. De mannen droegen zwarte veren op hun hoofd en hadden botten door hun neus gestoken en aan hun voorhoofd vastgemaakt. Er bungelden dode dierenkoppen en botten aan hun lichaam.

Fayu leven van alles wat het oerwoud biedt. En dat is meer dan voldoende: het belangrijkst is de sago; dat is een soort zetmeel, dat gemaakt wordt van het merg uit de stam van de sagopalm. Daarnaast zoeken ze in hetoerwoud allerlei vruchten, zaden, wortels en planten. Het lekkerst zijn de donkergroene vruchten van de kwa, de broodvruchtboom. Die smaakt naar een mengeling van brood en aardappelen. Maar ook kevers, larven en insecten worden als lekkernij gezien. Het tropisch regenwoud levert natuurlijk ook jachtdieren. De Fayu jagen daarop met pijl en boog en met een stenen bijl; de bogen zijn sterk en minstens net zo groot als hun eigenlengte. Ze jagen op slangen, krokodillen, wilde zwijnen, kikkers en vogels. De bekendste vogel is de kasuaris, een loopvogel die eruitziet als een kleine struisvogel. Dieren vormen niet alleen een belangrijke voedselbron,maar leveren ook materiaal voor botmessen, sieraden (bijvoorbeeld veren), pijl- en speerpunten en allerlei gereedschap. Bij de jacht wordt gebruikgemaakt van jachtdingo’s. Die lijken op honden die echter nooit blaffen, maar wel huilen. Dat komt omdat het geen honden zijn, maar Aziatische wolven.

Page 7: Web viewBinnenin word je verrast door mooie muurschilderingen en ... De Inuit zijn de bewoners van het enorme polaire gebied langs de Noordpoolcirkel in Alaska,

Wie een goed getrainde dingo heeft, bezit ook vlees, want de dingo’s sporen de jachtdieren in het oerwoud op. Een Fayu-dorp bestaat maar uit een tiental huizen. Vanwege het overstromingsgevaar van de rivieren zijn die gebouwd op palen; de wanden zijn meestal van bamboestokken die door lianen met elkaar verbonden zijn. Het dak bestaat uit een kunstig vlechtwerk van palmbladeren dat zo perfect waterdicht is dat er bij de bijna dagelijkse tropische stortbuien geen druppel doorheen komt.

De Fayu zijn nog jagers en verzamelaars. Andere Papoeavolkeren doen al aan een eenvoudige vorm van akkerbouw. Ze branden een stuk van het oerwoud plat en verbouwen daar gewassen als zoete aardappelen, yams en maïs. Maar door de grote hoeveelheid neerslag spoelen de voedingsstoffen snel weg uit de bodem. Die is na enkele jaren al zo onvruchtbaar geworden dat ze ergens anders een nieuw stuk oerwoud moeten platbranden. De verlaten akker krijgt enkele tientallen jaren rust, zodat de vruchtbaarheid zich kan herstellen.