Wat is de CARICOM - Republiek Suriname - Overheid - sr

61
Wat is de CARICOM? De Caribbean Community en Common Market (CARICOM) is een economische unie van landen, die vroeger de Commonwealth Caribbean uitmaakte. De voorgangers van de CARICOM waren de British West Indies Federation (1958-1962) en de Caribbean Free Trade Association ( CARIFTA) (1965-1973). De doelen van de CARICOM zijn de volgende: a) Economische samenwerking van de gehele CARICOM Single Market and Economy (CSME); b) Coördinatie van buitenlands beleid tussen de onafhankelijke leden; en c) Gemeenschappelijke diensten en samenwerking bij functionele aangelegenheden zoals gezondheid, onderwijs en cultuur, communicatieve en industriële relaties. Het Secretariaat van de CARICOM is gevestigd in Georgetown, Guyana. Wie zijn de leden van de CARICOM? Ofschoon de CARICOM begonnen is als een unie van Commonwealth Caribische landen, heeft de gemeenschap het lidmaatschap uitgebreid om gebieden buiten het engels sprekend Caribische gebied er bij te betrekken. Dit geeft de visie van de CARICOM weer als een breed-gebaseerde unie van landen die een geografische ruimte delen en die beïnvloed worden door gelijksoortige belangen in handel en economie. De lidstaten van de CARICOM zijn: Antigua & Barbuda, de Bahamas, Barbados, Belize, de Commonwealth van Dominica, Greneda, Guyana, Jamaica, Montserrat, St Kitts & Nevis, Saint Lucia, St. Vincent & de Grenadines, Suriname en Trinidad & Tobago. ( Haïti is voorlopig geaccepteerd in de Community en zal de volwaardige status verkrijgen als de toetreding voltooid is. De Bahamas is lid van de Caribbean Community maar niet van de Common Market en heeft de intentie niet aangegeven om te participeren in de CSME.) CARICOM maakt een onderscheid tussen (de meer ontwikkelde landen) More Developed Countries (MDCs) en (minder ontwikkelde) Less Developed Countries (LDCs). De MDCs zijn: Barbados, Guyana, Jamaica, Suriname en Trinidad & Tobago. De overgebleven gebieden worden beschouwd als Less Developed Countries (LDCs). Speciale bepalingen zijn opgenomen in de Treaty of Chaguaramas (Verdrag van Chaguaramas) voor de LDCs om hun economische ontwikkeling te faciliteren. Wat is de CARICOM Single Market and Economy (CSME)? De CSME is een plan voor het versterken van het proces van regionale integratie. De protocollen die de Treaty of Chaguaramas amenderen zullen een wettelijk raamwerk bieden voor het opzetten van de CSME. Nationale wetten, beleid en programma’s zullen geamendeerd moeten worden om beslissingen, genomen op regionaal niveau, te weerspiegelen. Het is echter belangrijk om op te merken dat de CSME voorziet in een economische unie, niet in een politieke. De CARICOM Single Market zal het mogelijk maken dat goederen, diensten, mensen en kapitaal van de CARICOM zich kunnen bewegen door de Caribbean Community zonder invoerrechten en andere restricties. Het zal een middel zijn om een enkel groot economisch gebied tot stand te brengen met een gemeenschappelijk economisch- en handelsbeleid. De CARICOM Single Economy zal het economisch, monetair en 1

Transcript of Wat is de CARICOM - Republiek Suriname - Overheid - sr

Page 1: Wat is de CARICOM - Republiek Suriname - Overheid - sr

Wat is de CARICOM?De Caribbean Community en Common Market (CARICOM) is een economische unie van landen, die vroeger de Commonwealth Caribbean uitmaakte. De voorgangers van de CARICOM waren de British West Indies Federation (1958-1962) en de Caribbean Free Trade Association ( CARIFTA) (1965-1973).

De doelen van de CARICOM zijn de volgende:

a) Economische samenwerking van de gehele CARICOM Single Market and Economy (CSME);

b) Coördinatie van buitenlands beleid tussen de onafhankelijke leden; en

c) Gemeenschappelijke diensten en samenwerking bij functionele aangelegenheden zoals gezondheid, onderwijs en cultuur, communicatieve en industriële relaties.

Het Secretariaat van de CARICOM is gevestigd in Georgetown, Guyana.

Wie zijn de leden van de CARICOM?Ofschoon de CARICOM begonnen is als een unie van Commonwealth Caribische landen, heeft de gemeenschap het lidmaatschap uitgebreid om gebieden buiten het engels sprekend Caribische gebied er bij te betrekken. Dit geeft de visie van de CARICOM weer als een breed-gebaseerde unie van landen die een geografische ruimte delen en die beïnvloed worden door gelijksoortige belangen in handel en economie.

De lidstaten van de CARICOM zijn: Antigua & Barbuda, de Bahamas, Barbados, Belize, de Commonwealth van Dominica, Greneda, Guyana, Jamaica, Montserrat, St Kitts & Nevis, Saint Lucia, St. Vincent & de

Grenadines, Suriname en Trinidad & Tobago. ( Haïti is voorlopig geaccepteerd in de Community en zal de volwaardige status verkrijgen als de toetreding voltooid is. De Bahamas is lid van de Caribbean Community maar niet van de Common Market en heeft de intentie niet aangegeven om te participeren in de CSME.)

CARICOM maakt een onderscheid tussen (de meer ontwikkelde landen) More Developed Countries (MDCs) en (minder ontwikkelde) Less Developed Countries (LDCs). De MDCs zijn: Barbados, Guyana, Jamaica, Suriname en Trinidad & Tobago. De overgebleven gebieden worden beschouwd als Less Developed Countries (LDCs). Speciale bepalingen zijn opgenomen in de Treaty of Chaguaramas (Verdrag van Chaguaramas) voor de LDCs om hun economische ontwikkeling te faciliteren.

Wat is de CARICOM Single Market and Economy (CSME)?De CSME is een plan voor het versterken van het proces van regionale integratie. De protocollen die de Treaty of Chaguaramas amenderen zullen een wettelijk raamwerk bieden voor het opzetten van de CSME. Nationale wetten, beleid en programma’s zullen geamendeerd moeten worden om beslissingen, genomen op regionaal niveau, te weerspiegelen. Het is echter belangrijk om op te merken dat de CSME voorziet in een economische unie, niet in een politieke.

De CARICOM Single Market zal het mogelijk maken dat goederen, diensten, mensen en kapitaal van de CARICOM zich kunnen bewegen door de Caribbean Community zonder invoerrechten en andere restricties. Het zal een middel zijn om een enkel groot economisch gebied tot stand te brengen met een gemeenschappelijk economisch- en handelsbeleid. De CARICOM Single Economy zal het economisch, monetair en

1

Page 2: Wat is de CARICOM - Republiek Suriname - Overheid - sr

fiscaal beleid en andere maatregelen van alle lidstaten harmoniseren. Het zal buitenlandse wisselkoersen en rentetarieven, beleid, belastingstelsels en relevante wetten coördineren.De CSME zal ook de economische en politieke kracht van de CARICOM doen toenemen en lidstaten in een levensvatbare positie plaatsen bij hemisferische en internationale onderhandelingen. Het zal kansen op werkgelegenheid, investeringen, productie en handel doen toenemen.

Wat is de Treaty of Chaguaramas?De Treaty of Chaguaramas is het document dat de Caribbean Community in 1973 heeft opgericht. Het bestaat uit twee determinerende delen: het voornaamste lichaam van het verdrag; en een bijlage welke de Caribbean Common Market instelt (de bepalingen ten aanzien van de handels en economische samenwerking).

a) Het Verdrag

Het verdrag zelf is onderverdeeld in vier delen, hieronder weergegeven.

Beginselen

De beginselen zetten uiteen het lidmaatschap en de doelen van de Community. Zij identificeren ook de LDCs en de MDCs en verplichten alle lidstaten de succesvolle implementatie van het verdrag en alle besluiten genomen door de Community te garanderen.

Organen van de Community

De belangrijkste organen van de Community zijn de Conference of Heads of Government (Conference) en de Common Market Council (Council). Het verdrag geeft weer zowel de functies en bevoegdheden als de stem procedures van deze organen en van de instellingen van de

Community. De instellingen zijn hoofdzakelijk permanente comités van ministers verantwoordelijk voor gebieden zoals gezondheid, onderwijs en buitenlandse zaken. Verbonden instellingen zijn de Caribbean Development Bank (CDB), de University of the West Indies (UWI) en andere regionale organisaties. De verantwoordelijkheden en functies van het Secretariaat en de Secretaris Generaal zijn ook vastgesteld.

Coördinatie en Functionele Coöperatie

Het verdrag stelt vast de intentie om buitenlands beleid in de regio te coördineren en om, zoveel mogelijk, gemeenschappelijke standpunten ten aanzien van belangrijke internationale kwesties aan te nemen. De regeling van geschillen wordt geïdentificeerd als een gebied waarover uitgewijd moet worden in de bijlage.

Algemene en Slot Bepalingen

Dit is het administratief centrum van het Verdrag, welke handelt over kwesties als legale rechten, privileges en immuniteiten van de Community. Het heeft ook bepalingen voor amendementen, ratificaties, terugtrekking, onderhandelings- en lidmaatschapsstatus. Er wordt geëist van de lidstaten dat ze zo snel als mogelijk alle besluiten welke voor hen legaal bindend zijn op nationaal niveau uit te voeren. Deze besluiten moeten van kracht zijn in de nationale wetgeving.

b) De Bijlage

De bijlage bij de Treaty of Chaguaramas is verdeeld in acht hoofd delen en een reeks van schema's. Dit is het belangrijkste gebied van het verdrag dat geamendeerd is door de protocollen om de creatie van de Single Market te faciliteren.

2

Page 3: Wat is de CARICOM - Republiek Suriname - Overheid - sr

Beginselen

Dit stelt vast het lidmaatschap en de doelen van de Common Market en verplicht leden om een succesvolle implementatie te verzekeren (alle leden van de Community, met uitzondering van de Bahamas, zijn lid van de Common Market). De doelen van de Common Market concentreren zich op de versterking en coördinatie van economische en handelsrelaties tussen lidstaten, voortgaande economische integratie en economische zelfstandigheid bij het omgaan met derden.

Een van de belangrijkste beginselen in de doelen van de Common Market is de rechtvaardige verdeling van de voordelen (baten), rekening houdend met de behoefte om te voorzien in speciale kansen voor de LDCs.

Organen van de Common Market

Deze zijn de Common Market Council (Council) en de Common Market Secretariat (welke ook het secretariaat is van de Community en waarnaar vaak wordt verwezen als het Secretariaat). Het verdrag geeft hun bevoegdheden en functies weer en ook de stem procedures van de Council en de procedures voor regeling van geschillen.

Handelsliberalisatie

Hieruit bestaat het overgrote deel van de bijlage en het richt zich op de regels die de handel binnen de Common Market zal beheersen. Het doel is om te werken naar een invoerrechten-vrije handel binnen de Common Market. In hoofdzaak, geeft dit deel de regels weer van oorsprong en beschouwt handelselementen zoals invoerrechten, exportaccijnzen, export belastingen, interne belasting, gedumpte en gesubsidieerde importen, kwantitatieve beperkingen op goederen,

overheidshulp, beperkte zaken activiteiten en speciale ontheffingen voor industrieën in problemen. De goederen omvat in de overeenkomst, de toegestane tarieven voor invoerrechten en de periode van geleidelijk invoeren die vereist is voordat landen de verwijdering van invoerrechten realiseren, worden genoemd in een reeks schema’s.

Gemeenschappelijke Beschermings Beleid

De Common External Tariff (CET) (gemeenschappelijk extern tarief) – het tarief van invoerrechten geheven op goederen van alle derde landen – is vastgesteld. Er is ook een overeenkomst binnen het verdrag, welke overheden verplicht de Schedule of Rates for the Common External Tariff (CET) aan te nemen, die de CARICOM belasting tarieven vaststelt. Het Schema zelf is omvat in een afzonderlijk document.

Vaststelling, Diensten en Beweging van Kapitaal

Het vermogen van nationals van een lidstaat om handel te drijven en diensten te verstrekken in het gebied van elke andere lidstaat wordt behandelt in dit deel. Barrières voor de oprichting en het functioneren van economische ondernemingen en de verstrekking van diensten worden beschouwd en lidstaten worden aangespoord om zulke restricties te verwijderen ofschoon ze niet verplicht worden om vrijheid van beweging in hun gebieden toe te staan. De Council is verplicht om naar manieren te zoeken waarop een schema geïntroduceerd kan worden voor de gereguleerde beweging van kapitaal binnen de Common Market, waarbij in het bijzonder aandacht wordt geschonken aan de ontwikkelingsbehoeften van de LDCs.

Coördinatie van Economisch Beleid en Ontwikkelingsplanning

3

Page 4: Wat is de CARICOM - Republiek Suriname - Overheid - sr

Samenwerking bij economisch beleid, statische diensten en internationale posities en presentaties worden voorgesteld. Er worden hier verscheidene plannen uitgewerkt: de harmonisatie van wetten en fiscale incentives voor de industrie; dubbele belasting regelingen; industriële programmering; de ontwikkeling van natuurlijke hulpbronnen; de marketing van agrarische producten en rationalisatie van agrarische productie; monetaire betalingen en wisselkoers beleid en algehele nationale ontwikkelingsplanning. Er is ook overeenkomst om samen te werken bij de promotie en ontwikkeling van de toerisme industrie.

Speciaal Regime voor de Minder Ontwikkelde Landen (LDCs)

Er is een raamwerk opgezet voor speciale bepalingen voor de LDCs. Gebieden waarover dit raamwerk gaat omvatten het volgende: invoerrechten, belastingen op opbrengsten en interne belastingen; oorspronkelijke regels; harmonisatie van fiscale incentives; overheidshulp; and regulering op openbare ondernemingen. In hoofdzaak, hebben de LDCs een grotere speelruimte (veiligheidsmarge) bij het nakomen van verplichtingen volgens het verdrag met het doel hun economische en industriële ontwikkeling te bevorderen. Bovendien, zijn de MDCs het over eens om gelegenheden te bieden voor het delen van hun technologische en onderzoeksfaciliteiten en om de stroom van investeringskapitaal naar de LDCs te bevorderen door zulke mechanismen als joint ventures. De schema’s bij de bijlage geven details over producten die inbegrepen zijn bij de overeenkomst alsook verschillende condities, welke van toepassing zijn op de LDCs en MDCs in termen van naleven van de verplichtingen. Additionele speciale regelingen zijn gemaakt voor Belize.

Algemene en Slot Bepalingen

Dit is het administratief centrum van de bijlage, welke gaat over kwesties als wettelijke rechten, privileges, en immuniteiten van de Common Market. Ook zijn bepalingen voor amendementen, terugtrekking, participatie in andere handels- en economische schikkingen, onderhandelingen en lidmaatschapsstatus opgenomen. Erkenning is ook gegeven aan de East Caribbean Common Market Agreement.

c) Schema’s

Er zijn elf schema’s die uitwijden over de handels- en economische regelingen weergegeven in de bijlage. De schema’s gaan over het volgende: producten die uitgesloten moeten worden van de bijlage; condities waaraan voldaan moet worden volgens de regels van de Common Market Origin (regels van oorsprong welke bepalen of van goederen gezegd kan worden dat ze hun oorsprong hebben binnen gebieden van de Common Market en of ze daarom vrij van invoerrechten verhandelt kunnen worden); speciale reserve lijsten en overgangsregelingen voor de opheffing van belastingen in de LDCs; de marketing en bescherming van specifieke producten; en speciale regelingen voor Belize. Gebieden van functionele samenwerking worden ook genoemd als een schema bij het Verdrag.

Wat zijn de Protocollen?

De protocollen zijn negen wettelijke documenten die uitwijden over de Treaty of Chaguaramas. In sommige gevallen, introduceren de protocollen geheel nieuwe elementen – zoals concurrentie beleid. In andere gevallen, worden gebieden die minder uitgebreid zijn behandelt – zoals de rechten van oprichting - in het origineel verdrag herzien en bijgewerkt. Samengenomen, vormen het originele verdrag en de negen protocollen het geamendeerd Verdrag van Chaguaramas.

4

Page 5: Wat is de CARICOM - Republiek Suriname - Overheid - sr

Hieronder is een lijst van de protocollen en de zaken die behandeld worden in elk:

Protocol I: De Organen en Institutionele Regelingen van de Community

Protocol II: Oprichting, Diensten en KapitaalProtocol III: Industriebeleid Protocol IV: HandelsbeleidProtocol V: AgrarischbeleidProtocol VI: TransportbeleidProtocol VII: Minder Bevoorrechte Landen,

Regio’s en SektorenProtocol VIII: Concurrentiebeleid, Consument

Bescherming, Dumpen en Subsidies.

Protocol IX: Regeling van Geschillen

Fact-o-File Implementatie

De protocollen zijn ontworpen om de implementatie van de CSME te faciliteren. Ze bieden een wettelijk raamwerk dat ondersteund moet worden door nationale wetten, beleid en programma’s. De Protocollen moeten ondertekend worden door de lidstaten, geratificeerd worden en voorlopig worden toegepast terwijl ratificatie van het geamendeerde verdrag plaatsvindt. Hoofden van overheden hebben de rol van de Inter-Governmental Task Force (IGTF) – het orgaan verantwoordelijk voor onderhandelen en ontwerpen van de protocollen -, uitgebreid om te behelzen de facilitering van de implementatie van de protocollen. We hebben updates van de status van elk protocol in de delen die volgen inbegrepen. (Hoofden van overheden zijn ook overeengekomen de afzonderlijke protocollen over de volgende zaken te ontwikkelen: inkoop van de overheid, elektronische handel, handel in goederen van de free zones en vrije circulatie. Tot nu toe hebben acht landen het geamendeerd Verdrag getekend.

Welke zijn een paar van de belangrijke termen die gebruikt worden in de protocollen?

Er zijn verschillende termen – veel van ze bekend bij handelsovereenkomsten – welke gebruikt worden in de protocollen. Hieronder zijn korte verklaringen van een paar van deze termen.

Lidstaten

Dit zijn staten die lid zijn van de CARICOM.

Nationale Behandeling

Het National Treatment beginsel vult het gunstigste nationale beginsel aan, welke van leden eist niet te discrimineren tussen landen. Volgens de GATT (1994) vereist het National Treatment beginsel dat een geïmporteerd product dat de grens is gepasseerd na het betalen van invoerrechten en andere kosten geen behandeling mag ondergaan dat ongunstiger is dan die toegepast op soortgelijke producten die in het land zelf geproduceerd zijn. Daar landen geen tarieven heffen op importen van diensten, vereist de oplegging van het national treatment beginsel dat landen hun nationale regels gelijk toepassen op zowel binnenlandse als buitenlandse leveranciers. Met andere woorden, dit beginsel kent lidstaten toe het privilege dat goederen en diensten behandeld worden (door het importerende land) alsof ze lokaal van oorsprong zijn.

De Community (gemeenschap)

Dit is de Caribbean Community (Caraibische gemeenschap). (De term wordt vaak gebruikt om te verwijzen naar de CARICOM – Caribbean Community en Common Market – ofschoon de

5

Page 6: Wat is de CARICOM - Republiek Suriname - Overheid - sr

Bahamas lid is van de Community maar niet van de Common Market.)

Third States (staten beschouwd als derden)

Dit zijn landen / staten die geen lid zijn van de CARICOM en daarom niet dezelfde privileges worden toegekend als de lidstaten –

bijvoorbeeld vrijstelling van de heffing van belastingen.

6

Page 7: Wat is de CARICOM - Republiek Suriname - Overheid - sr

Protocol I: De Organen en Institutionele Regelingen van de Gemeenschap

Protocol I gaat over de administratieve elementen van de Community, waarbij het in hoofdzaak twee delen van het origineel verdrag vervangt of amendeert – Organen van de Gemeenschap en Coördinatie en Functionele Samenwerking. Het behandelt de functies van de Conference of the Heads of Government (conferentie van de hoofden van staten), de Ministeriele raden, het secretariaat en de Secretaris Generaal.

Einddoelen en Operatiedoelen

Het algemeen doel van Protocol I is om de effectiviteit van de besluitvorming en implementatie processen van de Caribbean Community (de Community) te verhogen. Het tracht dit te doen door de organen en instellingen van de gemeenschap te herstructureren en hun functionele relaties te herdefiniëren. Een hoofddoel van het protocol is om de participatie van De CARICOM nationals (en de sociale partners in de regio) te versterken bij de regionale intergratie beweging.

Wat zijn de Hoogtepunten van Protocol I?

De hoogtepunten van Protocol I zijn de nieuwe administratieve structuur en de intentie om consultatie, coördinatie en implementatie assistentie in te stellen als kern elementen van een strategie om Community doelen te verwezenlijken.

Nieuwe Administratieve Structuur

De nieuwe administratieve structuur van de CARICOM geeft weer een meer geïntegreerde benadering met betrekking tot het management van de zaken van de Community. Individuele Permanente Commissies voor Gezondheid en Onderwijs zullen nu overgenomen worden door de

Council for Human and Social Development (COHSOD) (raad voor menselijke en sociale ontwikkeling) welke een breed gebied van gerelateerde vraagstukken zal omvatten. Hieronder is een samenvatting van de functies van de belangrijkste elementen in de nieuwe structuur.

Conference of Heads of Government (conferentie van de hoofden van overheden)

De Conference of Heads of Government (Conference) zal doorgaan met het bieden van beleidsrichtingen voor de CARICOM. De Conference zal de uiteindelijke autoriteit zijn voor het sluiten van verdragen namens de Community en voor het aangaan van relaties tussen de Community en internationale organisaties en tussen de Community en andere staten. Het zal ook de beslissende autoriteit zijn ten aanzien van kwesties gerelateerd aan de financiële aangelegenheden van de CARICOM. Verscheidene andere rechtspersonen zullen de Conference assisteren bij haar werk. In hoofdzaak zijn dit een Community Council of Ministers (raad van ministers van de gemeenschap), vier Ministerial Councils (ministeriele raden), drie nieuwe supplementaire rechtspersonen en een Bureau. Allen met uitzondering van de laatste zijn toevoegingen bij de organisatie structuur van de Community.

Community Council of Ministers (raad van ministers van de gemeenschap)

De Community Council of Ministers (Community Council) vervangt de Common Market Council en zal bestaan uit de ministers verantwoordelijk voor Caribbean Community Affairs en alle andere ministers aangewezen door de lidstaten. De Community Council zal het tweede

7

Page 8: Wat is de CARICOM - Republiek Suriname - Overheid - sr

hoogste orgaan zijn van de Community en het zal de strategische planning en coördinatie in de gebieden van economische integratie, functionele coöperatie en externe relaties van de Community ontwikkelen, beleidsbegeleiding van de Conference zal ook dienen als het voorbereidend lichaam voor vergaderingen van de Conference en zal programma voorstellen ingediend door de Ministeriele Raden coördineren en goedkeuren. Twee sleutel functies van de Community Council zijn om de efficiënte ontwikkeling en functionering van de CSME te verzekeren en alle aantijgingen van schending van verdragsverplichtingen in overweging te nemen (inclusief geschillen tussen organen van de Community).

Ministerial Councils (ministeriele raden)

De vier Ministerial Councils zijn: de Council for Trade and Economic Development (COTED) (raad voor handels –en economische ontwikkeling); de Council for Foreign and Community Relations (COFCOR) (de raad voor buitenlandse en gemeenschapsrelaties); de Council for Human and Social Development (COHSOD) (de raad voor menselijke en sociale ontwikkeling); en de Council for Finance and Planning (COFAP) (de raad voor financiën en planning). Deze raden vervangen de permanente commissies en bepaalde functies van de Common Market Council van het oorspronkelijk Verdrag.

COFAP zal de primaire verantwoordelijkheid hebben voor het coördineren van het economisch beleid en toezien op de financiële en monetaire integratie van de lidstaten. COTED zal verantwoordelijk zijn voor de bevordering van handels en economische ontwikkeling binnen de Community en, in het bijzonder zal het bevorderen en toezien op de ontwikkeling van de CSME. COFCOR zal toezicht houden op de relaties

tussen de Community en internationale organisaties en derden. Het zal proberen om relaties tussen de lidstaten van de CARICOM te onderhouden en zal werken met COTED om gecoördineerd beleid voor externe economische en handels relaties te bevorderen en ontwikkelen. COHSOD zal verantwoordelijk zijn voor de bevordering van de gezondheidszorg, onderwijs en woon en werkomstandigheden in de Community.

Fact-o-file

Enkele belangrijke afkortingen:

CARICOM Caribbean Community and Common Market

COFAP Council for Finance and PlanningCOFCOR Council for Foreign and Community

RelationsCOHSOD Council for Human and Social

DevelopmentCOTED Council for Trade and Economic

Development

Bureau

Het Bureau zal werken onder begeleiding van de Conference en hun taken kunnen omvatten: het initiëren van voorstellen voor ontwikkeling en goedkeuring door de Ministeriele Raden; het updaten van de consensus van de Lid Staten; het faciliteren van de implementatie van Community besluiten op regionale en lokale niveaus; en het bieden van begeleiding aan het Secretariaat ten aanzien van beleidskwesties.

Subsidiaire lichamen

De Legal Affairs Committee zal organen en lichamen van de Community voorzien van advies met betrekking tot verdragen, internationale legale kwesties, de harmonisatie van wetten binnen de

8

Page 9: Wat is de CARICOM - Republiek Suriname - Overheid - sr

Community en andere wettelijke zaken. Het Committee zal daarom een cruciale rol spelen bij het helpen van de Lidstaten en de Community om hun internationale en regionale handelsverplichtingen na te leven.

Het Budget Committee zal het ontwerp budget en het werk programma van de Community nakijken en zal aanbevelingen indienen bij de Community Council terwijl het Committee van Central Bank Governors aanbevelingen zal doen aan COFAP ten aanzien van monetaire coöperatie, betalingsregelingen, vrije beweging van kapitaal, integratievan kapitaal markten, monetaire unie en andere financiële zaken.

Secretariaat

Het Secretariaat van de Community zal het hoofd administratief orgaan van de Community blijven. In Protocol I zijn de functies van de Secretaris Generaal afzonderlijk en duidelijk gedefinieerd. De Secretaris Generaal zal dienen als de Chief Executive Officer van de Community met een nieuw mandaat om externe bronnen te identificeren en mobiliseren, besluiten van de Community in implementeerbare voorstellen uit te werken.

Consultatie en Besluitvorming

Consultatie, informatie en aansprakelijkheid zijn de sleutel elementen van Protocol I. De Commu-nity Council zal verantwoordelijk zijn voor het opzetten van een systeem van regionale en nationale consultaties om besluitvorming en implementatie te verbeteren. De consultaties zijn bedoeld om te verzekeren dat besluiten genomen door de organen en lichamen van de Community deskundig zijn en dat degenen waarop de besluiten invloed hebben enige inbreng hebben bij hun formulering. Het Secretariaat zal verantwoordelijk zijn voor het verzamelen, opslaan en verspreiden van informatie

naar lidstaten en voor het bieden van technische assistentie aan nationale autoriteiten om de implementatie van Community besluiten te faciliteren. Het zal ook verantwoordelijk zijn voor het uitvoeren van onderzoeksopdrachten naar feiten in lidstaten, als noodzakelijk. Van het Secretariaat zal verlangd worden dat het de organen van de Community informeert met betrekking tot de financiële besluiten en andere implicaties van alle besluiten die door hen genomen zullen worden.

Maatregelen voor het reguleren van stem procedures en het verzekeren dat lidstaten hun verdragsverplichtingen naleven, verschillen niet substantieel van die in het origineel verdrag maar er zijn strengere niveaus van aansprakelijkheid en er is een bepaalde bepaling voor speling bij de naleving. Over aangelegenheden van cruciaal belang voor het welzijn van elke lidstaat zal beslist worden door een bevestigende stem van alle lidstaten in plaats van de gekwalificeerde meerderheidsstemmen die normaal vereist zijn. Elke lidstaat wiens contributie aan het regulier budget van de Community meer dan twee jaar achterstallig is zal niet gerechtigd zijn om te stemmen bij zaken gerelateerd aan de CSME, tenzij besloten wordt dat verzuim om te betalen te wijten is aan condities buiten de macht van de staat. Tegelijkertijd, als de Conference toestemt, kan een lidstaat besluiten haar verplichtingen, voortkomende uit de beslissingen van de Com-munity, niet te honoreren als de fundamentele doelen van de Community niet aangetast worden.

Coördinatie en Implementatie

Protocol I schenkt bijzondere aandacht aan implementatie en aan het bieden van assistentie aan lidstaten die ze nodig zullen hebben bij het nakomen van hun verplichtingen. De Community Council zal regionale en nationale implementatie processen monitoren en evalueren en een regionaal technische assistentie dienst instellen. Het zal ook bronnen

9

Page 10: Wat is de CARICOM - Republiek Suriname - Overheid - sr

mobiliseren en toewijzen voor de implementatie van Community plannen en programma’s. Het Secretariaat zal de organen van de Community assisteren bij het ontwikkelen en implementeren van voorstellen en programma’s en het zal op verzoek technische assistentie bieden (hierboven naar verwezen) aan nationale autoriteiten. Het Secretariaat zal ook de activiteiten van donor instellingen / instanties (en internationale, regionale en nationale instituties) coördineren, die gerelateerd zijn aan Community doelen.

COFCOR zal maatregelen instellen om buitenlands beleid te coördineren met bijzondere aandacht voor het ontwikkelen van gemeenschappelijke Community standpunten met betrekking tot hemisferische en internationale kwesties. Het zal ook beleid van de Community met de staten in het breder Caraibisch gebied coördineren om gemeen-schappelijke standpunten te ontwikkelen met betrekking tot derden, groepen van staten en intergouvernementele organisaties. Binnen de Community structuur, zal er verwacht worden van Community organen dat ze samenwerken om de Community doelen te realiseren. Voorstellen ontwikkelt door Community organen zullen als nodig worden doorgegeven om hun invloed op andere organen vast te stellen voordat definitieve besluiten genomen worden.

Conclusies

Protocol I brengt de Treaty of Chaguaramas in overeenstemming met moderne handels en economische regelingen wereldwijd. Het vergroot coördinatie tussen organen en lichamen van de Community en stelt duidelijke rapportage lijnen in. Het stelt mechanismen in voor de conceptualisering, implementatie, monitorring en evaluatie van programma’s en probeert de Community actiever betrokken te maken bij interne en externe geldinzameling. Protocol I is een management instrument, waarbij het de Community een raamwerk biedt voor toegenomen efficiëntie door organisatorische verandering, consultatie en aansprakelijkheid. Deze nieuwe structuur wordt ondersteund door een verplichting aan een proces van consultatie, coördinatie en implementatie welke het een levensvatbaardere instelling zouden moeten maken op regionale en internationale niveaus.

Status van Protocol I

Alle veertien lidstaten hebben Protocol I getekend. Alle lidstaten hebben voorlopige toepassing toegezegd en negen hebben hun instrumenten van ratificatie ingeleverd.

10

Page 11: Wat is de CARICOM - Republiek Suriname - Overheid - sr

Protocol II: Instelling, Diensten en Kapitaal

Protocol II behandelt het recht van de Community nationals om diensten te bieden, bedrijven op te zetten en kapitaal te verplaatsen binnen de CARICOM. Het vervangt in hoofdzaak het onderdeel van instelling, diensten en verplaatsing van kapitaal van de Bijlage bij het Verdrag.

Einddoelen en Operatiedoelen

Er worden niet expliciet doelen gesteld in Protocol II. Er is echter een verbintenis aan regionale economische integratie en een expliciete erkenning dat de ongelimiteerde beweging van kapitaal, arbeid en technologie doorslaggevend zal zijn bij dit proces. Het uiteindelijk doel van Protocol II is de bevordering van efficiëntie bij de regionale productie van goederen en diensten om een internationale concurrentiepositie te verwerven, structurele diversificatie van productie en verbeterde levensstandaarden. Protocol II beoogt condities te vestigen welke toegang van CARICOM nationals tot collectieve bronnen van de regio faciliteren op een niet-discriminerende basis. (Discriminatie op gronden van nationaliteit alleen is verboden en de Community Council zal regels instellen om zulke discriminatie te verbieden. De speciale behoeften en omstandigheden van de LDCs zullen ook in beschouwing worden genomen).

Wat zijn de Hoogtepunten van Protocol II?

Protocol II biedt een raamwerk waarbinnen de verschillende raden van de CARICOM kunnen werken met nationale overheden om beleid te ontwikkelen met betrekking tot vrije beweging. COTED, COHSOD en COFAP spelen allemaal een sleutelrol.

Ofschoon instelling, diensten en kapitaal de sleutel elementen zij van het Protocol, zijn bepaalde overheidsgerelateerde activiteiten uitgesloten zijn. Dit zijn activiteiten uitgevoerd op een niet-concurrerende en niet-commerciele basis in gebieden zoals wisselkoersbeleid, sociale zekerheids- en pensioenplannen van de staat, nationale veiligheid of activiteiten die de financiële bronnen van de overheid betrekken.

Door het gehele Protocol zijn er drie belangrijke strategieën voor het vergroten van de beweging van goederen, diensten en kapitaal:

• het identificeren van bestaande beperkingen bij de oprichting, dienstenvoorziening en verplaatsing van kapitaal (en informeren van de relevante raden over hetzelfde)

• het verbieden van de oplegging van nieuwe beperking

• het verwijderen van bestaande beperkingen

Er wordt verlangd van overheden dat ze de relevante raden informeren over alle bestaande beperkingen.

Het Recht van Oprichting

Het recht van oprichting gaat in hoofdzaak over het recht om zaken te doen binnen de CARICOM en omvat:

• Het recht om elke niet-loon-verdienende activiteit van commerciële, industriële of ambachtelijke aard aan te gaan.

• Het recht om economische ondernemingen te creëren en te beheren.

Het recht van oprichting staat CARICOM nationals toe om zich naar elk deel van de

11

Page 12: Wat is de CARICOM - Republiek Suriname - Overheid - sr

Coomunity te verplaatsen en te beginnen met een van deze activiteiten – volgens voorwaarden niet ongunstiger dan die verleent aan nationals van het gastland (nationale behandeling). Protocol II stelt ook richtlijnen vast voor het bepalen wanneer een bedrijf of ander legale entiteit wordt beschouwd als in hoofdzaak het eigendom van of effectief beheerst door CARICOM nationals.

(“niet-loon-verdiende activiteiten” zijn activiteiten ondernomen door personen met een eigen onderneming. “Economische ondernemingen” omvatten commerciële entiteiten, in het bezit of beheerd door de CARICOM nationals, die goederen produceren of handel drijven in goederen of diensten bieden.)

Verwijdering van Beperkingen/Restricties

Het programma voor de verwijdering van beperkingen opgesteld door de raden van de CARICOM zullen het volgende doen:

• Het identificeren van activiteiten op welke het recht van oprichting niet van toepassing is

• De voorwaarden vaststellen volgens welke het recht van oprichting verkregen kan worden

• Het opstellen van de voorwaarden, fasen en tijdsbestekken voor de verwijdering van bestaande restricties.

COTED zal prioriteit geven aan die activiteiten die de productie of handel in goederen aanmoedigt, het aanbod van diensten faciliteert of vreemde valuta verdiensten genereert.

Special opmerking voor de private sector

Regels, voorschriften en procedures vormen vaak een struikelblok voor de private sector. U zult ontdekken dat de CARICOM speciale aandacht

heeft besteedt aan de manier waarop zaken worden uitgevoerd.

• Er zal van overheden verlangd worden dat ze die administratieve gebruiken en procedures, welke de CARICOM nationals verhinderen om het recht van oprichting ten uitvoer te brengen, verwijderen.

• Leidinggevende, technische en leidinggevend lagerpersoneel van economische ondernemingen opgericht volgens het recht van oprichting zullen in staat zijn om zich vrijelijk te verplaatsen (en beperkingen op toegang van hun wederhelften en directe familie moeten verwijdert worden)

• Instituten en afdelingen van dochterondernemingen zullen ook gebruik kunnen maken van het recht van oprichting.

• Nationale autoriteiten zullen aangemoedigd worden om informatie te delen zodat ze op de hoogte blijven van de maatregelen die in gebruik zijn in elk gebied.

Toegang tot grond, gebouwen en eigendommen zal gemakkelijker gemaakt worden voor CARICOM nationals zodra deze niet verkregen worden voor zuiver speculatieve doelen. Er zal ook aandacht besteedt worden aan alle potentiële bedreigingen voor de landbouw (landgebruik) of aan de economy in het algemeen van de desbetreffende lidstaat. Lidstaten zullen het eens worden over het type bescherming dat gegeven zal worden aan personen met financiële belangen in bedrijven.

Monopoliën

Volgens Protocol II – volgens bepaalde voorwaarden – kunnen monopoliën worden gevormd of toegestaan worden om door te gaan. Overheden kunnen bijvoorbeeld besluiten dat ze het nodig vinden om het recht van oprichting in een bepaalde

12

Page 13: Wat is de CARICOM - Republiek Suriname - Overheid - sr

industrie of sector uit te sluiten of te beperken om het algemeen belang te beschermen.

• Als een overheidsmonopolie wordt gevormd (of toegestaan wordt om door te gaan) moet de overheid verzekeren dat de monopolie niet discrimineert tussen nationals van verschillende CARICOM lidstaten. De regels van concurrentie vastgesteld voor economische ondernemingen van de Community zullen ook van toepassing zijn.

• Als de private sector monopolie is ingesteld, zijn overheden ook verplicht te verzekeren dat de nationale behandeling wordt toegepast op andere CARICOM nationals bij de uitvoering van de zaken.

Het Recht om Diensten te Verlenen

De ontwikkeling van de dienstensector is een hoofdkenmerk van verscheidene regionale en internationale handelsovereenkomsten.

Speciale Opmerking voor Dienstverleners

Volgens Protocol II, verwijst “diensten” naar diensten waarvoor men betaald wordt – maar niet door middel van lonen of salaris. Dit betekent dat als u een zelfstandige ondernemer bent, bent u een dienstverlener volgens het protocol. Volgens het Protocol kunt u op vier manieren diensten verlenen:

U kunt naar een ander land reizen om de dienst aan te bieden

• U kunt in uw land blijven en de consument (van het ander land) naar u toe laten komen

• U kunt eigenlijk een zaak opzetten in het ander land – recht van oprichting – om de dienst aan de consument daar aan te bieden.

Opheffing van Beperkingen

Bij het opheffen van beperkingen op het verlenen van diensten, zal COTED prioriteit geven aan diensten die direct invloed hebben op productiekosten of die welke handel in goederen en diensten die vreemde valuta verdiensten genereren faciliteren. Een aantal maatregelen die van toepassing zijn op de opheffing van beperkingen op het recht van oprichting (hierboven) zijn hier ook van toepassing:administratieve regels, voorschriften en procedures die de verlening van diensten kunnen hinderen, immigratie procedures voor directe familie en wederhelften en toegang tot grond, eigendom en gebouwen.

In toevoeging hierbij zullen discriminatoire beperkingen bij het bankieren, verzekeren en andere financiële diensten worden verwijderd. (Bepaalde financiële diensten mogen uiteindelijk worden uitgesloten van het Protocol.)

Certificatie en Accreditatie

Protocol II begint zich te richten op de vraag van gelijkwaardigheid in certificatie en accreditatie van dienstenprofessionals. Dit beïnvloedt acceptatie van certificatie binnen de CARICOM en daartoe het vermogen van CARICOM nationals om overal in de regio te werken. COHSOD zal gemeenschappelijk standaarden en maatregelen vaststellen voor accreditatie en erkenning van certificatie om dit proces te faciliteren. COHSOD zal ook maatregelen vaststellen voor het coördineren van de verschillende wettelijke en administratieve vereisten van de lidstaten om de verlening van diensten te faciliteren.

A) Het Recht om Kapitaal te Verplaatsen

13

Page 14: Wat is de CARICOM - Republiek Suriname - Overheid - sr

Het recht om kapitaal te verplaatsen volgens Protocol II omvat kapitaal, lopende transacties, gerelateerde betalingen en overmakingen. Dit houdt in:

• Aandelen en portefeuille investeringen• Korte termijn bank en krediet transacties• Betaling van rente op leningen en aflossingen• Dividend en ander inkomen op investeringen

na belasting• Repatriëring van opbrengsten van de verkoop

van bedrijfsmiddelen• Andere overmakingen en betalingen gerelateerd

aan investeringsstromen

De Verwijdering van Beperkingen

Het verwijderen van beperkingen op het verplaatsen van kapitaal en huidige transacties is in het bijzonder belangrijk bij het oprichten van de CSME. Lidstaten zijn overeengekomen om beperkingen te verwijderen op het verplaatsen van kapitaal betalingen en alle lopende betalingen, inclusief betalingen voor goederen en diensten en andere lopende overmakingen. Het programma voor de verwijdering van deze beperkingen zal worden ontwikkeld door COFAP in combinatie met de Committee of Central Bank Governors.

Autorisatie voor het faciliteren van de Verplaatsing van Kapitaal

Landen hebben toegestemd om de noodzakelijke autorisatie te verlenen voor de verplaatsing van kapitaal ofschoon leningen vereist voor staatsdoeleinden voorafgaande aangifte vereisen van de desbetreffende lidstaat waar de lening wordt uitgegeven of geplaatst. Bijzondere aandacht zal ook besteedt worden aan het coördineren van buitenlands wisselkoersbeleid zoals zij in verband staan met de verplaatsing van kapitaal tussen

CARICOM landen en andere landen. CAICOM landen zullen ook de relevante autoriteiten op de hoogte houden van elke ongebruikelijke verplaatsing van kapitaal naar en van andere landen.

Algemene Faciliterende Maatregelen

COFAP en COTED zullen verscheidene maatregelen instellen voor het faciliteren van de implementatie van Protocol II. Deze zullen ook heel veel helpen bij de ontwikkeling van de CSME. De maatregelen zullen onder andere:

• Marktinformatie en informatie systemen binnen de CARICOM vestigen

• Wettelijke en administratieve vereisten voor het regelen van partnerships, bedrijven en andere entiteiten harmoniseren.

• Wissel controles binnen de CARICOM afschaffen en de vrije convertibiliteit van valuta van lidstaten toestaan.

• Een geïntegreerde kapitaal markt vestigen.• Macro-economische performance en beleid

samen laten vallen door de coördinatie en harmonisatie van monetair en fiscaalbeleid (in het bijzonder beleid in verband met rentetarieven, wisselkoerstarieven, belastingstructuren en nationale begrotingstekorten).

• Het vestigen van, economische en efficiënte land, zee en luchttransport diensten door het gehele Caraibisch gebied.

• Efficiënte communicatie diensten instellen.

COFAP en COTED zullen regels vaststellen voor het implementeren van deze maatregelen.

Maatregelen Waarborgen

14

Page 15: Wat is de CARICOM - Republiek Suriname - Overheid - sr

Waarborgen voor maatregelen zijn vastgesteld om bepaalde belangen, die landen bijzonder belangrijk vinden, te beschermen. In deze gevallen zijn de bepalingen van Protocol II niet van toepassing.

Er worden verschillende algemene uitzonderingen gemaakt bij de bepalingen in Protocol II. Deze omvatten het recht van de regering om de publieke moraal te beschermen; de gezondheid en veiligheid van mens, dier of planten te beschermen; het handhaven van de openbare orde en veiligheid; individuele privacy beschermen; wettige verplichtingen naleven; en het voorkomen van frauduleuze praktijken. Veiligheidsbelangen zijn ook een primaire overweging. Hierbij zijn er ook twee grote gebieden waarin lidstaten uitzonderingen mogen maken: betalingsbalans; en moeilijkheden voortkomende uit de uitoefening van rechten volgens het Protocol.

Waarborging Betalingsbalans

Als een land serieuze betalingsbalans en externe financiële problemen ervaart (of kan verwachten deze problemen te ervaren) zal dat land toegestaan worden bepaalde restricties te handhaven. Deze mogen inhouden kwantitatieve restricties op importen of restricties in verband met vestiging, diensten of kapitaal. Daar de verwijdering van zulke beperkingen de kern is van het Protocol, zijn er bepaalde duidelijke richtlijnen voor deze waarborgen:

• Beperkingen / restricties moeten niet discrimineren tussen lidstaten ten gunste van andere staten.

• Beperkingen moeten proberen de schade aan commerciële, economische of financiële belangen van alle andere lidstaten te minimaliseren.

• Beperkingen moeten niet overschrijden wat noodzakelijk is voor het omgaan met de omstandigheden.

• Beperkingen moeten tijdelijk zijn en moeten niet langer duren dan achttien maanden (beperkingen moeten geleidelijk opgeheven worden als de omstandigheden die ze hebben doen ontstaan verbeteren).

• Beperkingen moeten niet worden toegepast om een bepaalde sector te beschermen ofschoon lidstaten prioriteit mogen geven aan activiteiten die essentieel zijn voor hun economische stabiliteit.

• Gepaste in kennis stelling van beperkingen moet gegeven worden aan COFAP en COTED binnen een precies vermelde tijd.

COFAP zal procedures vastellen voor consultatie met betrekking tot de verwijdering van beperkingen die ingesteld zijn om de betalingsbalans te waarborgen. De consultaties zullen ontworpen worden om de betalingsbalans situatie vast te stellen, de alternatieve correctieve maatregelen in beschouwing te nemen en de lidstaat te helpen om haar moeilijkheden te boven te komen.

Het Aanpakken van Problemen bij de Toepassing van Rechten

Een lidstaat kan beperkingen instellen op de rechten van oprichting, diensten en kapitaal als het economische problemen ervaart als resultaat van de toepassing van die rechten.Beperkingen kunnen alleen ingesteld worden als ze het volgende doen:

• Problemen oplossen in de getroffen gebieden van de economie.

• Economische problemen in een bepaalde regio lenigt.

15

Page 16: Wat is de CARICOM - Republiek Suriname - Overheid - sr

• De schade aan commerciële of economische belangen van elke lidstaat minimaliseert.

• De onredelijk toepassing van rechten in Protocol II , die de ontwikkeling van de CSME zou kunnen treffen, voorkomt.

Alle beperkingen moeten geleidelijk worden versoepelt als condities verbeteren.

Landen die deze beperkingen opleggen moeten de relevante CARICOM autoriteit (COFAP of COTED) van tevoren in kennis stellen, als dat niet mogelijk is, direct nadat de beperkingen zijn toegepast. De autoriteit zal bepalen of de beperkingen juist zijn en of ze gecontinueerd moeten worden. Landen moeten ook een plan indienen voor het verminderen van de problemen en de autoriteit zal beslissen over de geschiktheid / adequatie van het plan en de tijdsperiode tijdens welke de beperkingen zouden moeten doorgaan.

Verklaring van Afstand voor Verplichtingen

Er is een bepaling voor een algemeen afzien van de vereiste om rechten toe te kennen met betrekking tot oprichting, diensten en kapitaal. Een land zal de specifieke rechten waarvoor het de verklaring van afstand (ontheffing) zou willen ontvangen moeten identificeren en het zal de verklaring van afstand moeten aanvragen voordat het programma voor de verwijdering van beperkingen is ingesteld. Het land zal ook de omstandigheden die de verklaring van afstand rechtvaardigen moeten samenvatten en het tijdsbestek waarvoor de verklaring van afstand nodig is moeten specificeren.

Als de verklaring van afstand (ontheffing) eenmaal is toegekend door de Community Council,

zal het land niet toegestaan zijn iets te eisen van andere lidstaten met betrekking tot die specifieke rechten. Deze verklaringen (ontheffingen) zullen voor een maximum van vijf jaren worden toegekend, waarvan aan het eind het land de beperkingen moet opheffen en de Community Council moet informeren. (Beperkingen mogen ook verwijdert worden voordat de periode van de verklaring van afstand is verstreken).

Conclusies

Protocol II stelt richtlijnen vast voor de vrije beweging van handel, diensten en kapitaal binnen de CARICOM en is daarom een sleutel element in het oprichten van de CSME. Het zal CARICOM nationals grotere toegang tot bronnen en markten binnen de regio bieden en zal de CARICOM helpen om zichzelf de juiste plaats te geven bij internationale onderhandelingen in sleutelgebieden zoals handel in diensten. Het zal ook grotere integratie in de goederen en diensten sector mogelijk maken – met de mogelijkheid van groter succes bij het binnendringen van externe markten.

Status van Protocol II

• Alle lidstaten hebben Protocol II ondertekend en geratificeerd en Barbados en Guyana hebben hun instrumenten van ratificatie afgegeven.

16

Page 17: Wat is de CARICOM - Republiek Suriname - Overheid - sr

Protocol III: Industrie Beleid

Protocol III ontwikkelt een gedetailleerd plan for het coördineren van de industriële ontwikkeling in de Community. Het vervangt het onderdeel over coördinatie van economisch beleid en ontwikkelingsplanning in de bijlage van het Verdrag.

Einddoelen en operatiedoelen

Het einddoel van Protocol III is “de markt – geleide, internationaal concurrerende en duurzame productie van goederen en diensten voor de bevordering van de economische en sociale ontwikkeling van de regio. Dit betekent dat de CARICOM nu gaat naar een industrieel beleid gebaseerd op markt onderzoek en ontwikkeling, een analyse van internationale trends in de sector en een verbintenis tot lange termijn ontwikkeling – en die aandacht wordt ook gegeven aan milieu overwegingen. Om dit doel te bereiken, vat het Protocol een aantal operatiedoelen samen:

• Grens-overschrijdende tewerkstelling van natuurlijke hulpbronnen, menselijke hulpbronnen, kapitaal, technologie en leidinggevende capaciteiten voor de productie van goederen en diensten op een duurzame basis.

• Verstrengeling tussen economische sectoren en ondernemingen binnen en tussen lidstaten van de CSME.

• Regionale economische ondernemingen die in staat zijn om productieschalen te behalen die noodzakelijk zijn om succesvolle concurrentie te faciliteren op binnenlandse en extra-regionale markten.

• Een levensvatbare / te verwezenlijken micro en kleine economische ondernemerssector.

• Versterkte en gediversifieerde productie van goederen en diensten voor zowel export als binnenlandse markten.

• Samenwerking van de openbare en private sector om marktgeleide productie van goederen en diensten te stimuleren.

• Technologische ontwikkeling en aanpassing.• Coördinatie van macro-economisch beleid.• Harmonisatie van fiscale en andere incentives

(stimulansen).• Industriële productie op een milieu vriendelijk

basis.• Gebalanceerde economische en sociale

ontwikkeling in de CSME, rekening houdend met de behoeften van de achtergestelde landen, regio’s en sectoren.

• Stabiele industriële relaties.

De eind- en operatiedoelen van Protocol III zijn aanzienlijk groter dan elk willekeurig onderdeel van het origineel Verdrag.

Wat zijn de Hoogtepunten van Protocol III?

De coördinatie van economisch beleid in de regio is de belangrijkste drijfkracht van Protocol III, zoals het in de relevante onderdelen van het Verdrag is. Er is een substantiële hoeveelheid nieuw materiaal over specifieke sectoren, regelgeving en ondersteunende structuren maar het Protocol gaat in hoofdzaak over vier gebieden: implementatie, duurzame ontwikkeling in specifieke sectoren en infrastructuur voor lange termijn ontwikkeling. De meeste maatregelen zullen worden geïmplementeerd door COTED en COFAP.

A) Implementatie

17

Page 18: Wat is de CARICOM - Republiek Suriname - Overheid - sr

Daar dit een nieuw beleid is met verschillende erg duidelijke doelen, zijn een aantal strategieën voor implementatie ontwikkelt. Een paar hiervan worden hieronder genoemd:

• Coördinatie van nationaal industrie beleid van lidstaten.

• De vestiging en het behoud van een investeringsvriendelijk milieu.

• Diversificatie van producten en markten.• Organisatie en ontwikkeling van product en

factor markten.• Ontwikkeling van institutionele, legale,

technische, financiële, administratieve en andere ondersteuning voor micro en kleine ondernemingen.

• Productie integratie.

Speciale Opmerking voor de Private Sector over Product Integratie

Productie integratie zal speciale aandacht krijgen van COTED. Er zijn verschillende manieren om productie te integreren maar het protocol identificeert drie in het bijzonder die in hun pogingen inbegrepen zullen worden. Hier zijn een paar van de manieren waarvan gezegd kan worden dat u productie integreert, als u een economische onderneming leidt:

• Als een economische onderneming productie organiseert in meer dan een lidstaat (directe organisatie).

• Als verschillende economische ondernemingen die ondernemen in een of meer lidstaten samenwerken om inputs die nodig zijn in het productieproces, te produceren en gebruiken. (complementaire productie)

• Als verschillende economische ondernemingen samenwerken op gebieden zoals inkoop, marketing of onderzoek en ontwikkeling (samenwerking tussen economische ondernemingen).

Beleid zal ook worden ontworpen voor domeinen zoals export bevordering, financiering en technologie. Er zullen incentives (stimulansen) zijn voor het ontwikkelen van exportmarkten in niet-traditionele sectoren en COFAP zal verantwoordelijk zijn voor het bevorderen van kapitaal markten in de regio. COTED zal strategieën ontwikkelen voor het verzamelen en het effectief gebruik van markt informatie. Er zullen een aantal regelingen zijn voor efficiëntere productie alsook voor:

• Effectieve betalingsmechanismen• Vermijding van dubbele belasting• Geharmoniseerde wetgeving• Eliminatie van bureaucratische obstakels bij

investering• Verbeterde transport infrastructuur en

samenwerking• Verbeterde communicatiesystemen• Mechanismen voor oplossingen van geschillen.

B) Duurzame Ontwikkeling in specifieke Sectoren

Geïntegreerde planning voor het gebruik van beperkte bronnen is de sleutel voor duurzame ontwikkeling. Diensten, toerisme, micro en kleine ondernemingen en het milieu ontvangen allemaal speciale aandacht in Protocol III.

Diensten

De internationale trend naar liberalisatie in de handel in diensten wordt gereflecteerd door de specifieke aandacht gegeven aan de ontwikkeling van deze sector volgens Protocol III. Er zijn vier doelen:

• Om investering in diensten te vergroten.

18

Page 19: Wat is de CARICOM - Republiek Suriname - Overheid - sr

• Om de omvang, waarde en reikwijdte van handel in diensten binnen de Community en met andere staten te vergroten.

• Om slagvaardigheid in de concurrentiestrijd bij de manieren om diensten te leveren te verwerven.

• Om ondernemings- en infrastructurele ontwikkeling te verhogen, inclusief dat van micro en kleine diensten ondernemingen.

Er is al een lijst van prioriteiten ontwikkelt:

• Infrastructurele diensten – inclusief telecommunicatie, transport (weg, lucht, zee, rivier), statische datageneratie en financiële diensten.

• Capaciteit verhogende diensten zoals onderwijs en onderzoek en ontwikkeling.

• Diensten die het concurrentievermogen tussen de sectoren zullen vergroten.

• Grensoverschrijdende diensten die het concurrentievermogen van de sector verhogen.

• Informatica en andere kennisgebaseerde diensten.

Om de ontwikkeling van diensten te faciliteren, zullen de lidstaten verantwoordelijk zijn voor:

• het ontwerpen van programma’s voor de noodzakelijke ontwikkeling van de menselijke hulpbron.

• Het vestigen van een regime van incentives voor ontwikkeling en handel in de sector.

• Het toepassen van maatregelen om de vestiging van gepaste institutionele, administratieve en legale kaders te bevorderen om de sector te ondersteunen.

Toerisme

Ofschoon toerisme een diensten industrie is, is haar invloed groot genoeg om speciale aandacht te vragen. CARICOM zal voorstellen voor duurzaam toerisme ontwikkeling ontwerpen in samenwerking met internationale organisaties.

De voorstellen zullen met drie factoren rekening houden:

• De belangrijkheid van toerisme voor de economische ontwikkeling van de regio.

• De behoefte om de culturele en natuurlijke hulpbronnen van de regio te conserveren.

• De behoefte om een evenwicht te behouden tussen een gezonde ecologie en economische ontwikkeling.

Het duurzaam toerisme ontwikkelingsprogramma zal verschillende doelen hebben:

• Om het imago van de regio als een toeristenbestemming te vergroten.

• Om een gediversifieerd toerisme product van een consistente hoge kwaliteit te creëren.

• Om de marktbasis te vergroten.• Om onderwijsprogramma’s te ontwerpen voor

dienstverleners.• Om verbindingen met andere sectoren van de

economie te creëren.• Om de natuurlijke en culturele hulpbronnen

van de regio te conserveren. (door gepast management)

• Om gepaste infrastructuur en andere diensten te ontwikkelen om de industrie te ondersteunen (rekening houdend met de natuurlijke en sociale draagkracht van lidstaten).

Ontwikkeling van Micro en Kleine Economische Ondernemingen

19

Page 20: Wat is de CARICOM - Republiek Suriname - Overheid - sr

Protocol III heeft ook speciale voorzieningen voor micro en kleine ondernemingen, door het volgende:

• Het ontwikkelen van de capaciteit van nationale en regionale ondersteuningsin-stituten voor micro en kleine ondernemingen door ondernemingscentra en technische assistentie.

• Het verbeteren van de toegang tot trainings en onderwijskansen voor micro- en kleine ondernemers (en het verbeteren van de kwaliteit van de training).

• Het verbeteren van de toegang tot technische assistentie voor micro en kleine ondernemers.

• Het ondersteunen van financiële instituten die innovatieve en gepaste ondersteuning kunnen bieden om ondernemers in deze sector te ondersteunen.

• Het ondersteunen van innovatie binnen de sector.

• Het faciliteren van toegang tot handels – en technische informatie netwerken.

Speciale Opmerking over het Milieu

Protocol III suggereert dat het Industriebeleid geïmplementeerd moet worden op een manier die “ een verstandig en rationeel management van de hulpbronnen van de lidstaten garandeert”. Behoud, bescherming en verbetering van de kwaliteit van het milieu zijn de voornaamste doelen. Dit omvat een concentratie op de gezondheid van mensen, dieren en planten. Bijzondere aandacht zal geschonken worden aan de effecten van gevaarlijke materialen. Er zal rekening gehouden worden met de evenwichtige economische, sociale en algehele ontwikkeling van lidstaten en drie belangrijke beginselen zullen in werking worden gesteld: preventieve actie, rectificatie van milieuschade bij de bron en de “vervuiler betaalt”.

C) Infrastructuur voor Lange Termijn Ontwikkeling

In overeenstemming met de concentratie op duurzame ontwikkeling, zijn verschillende gebieden geïdentificeerd voor infrastructurele verandering. Deze gebieden zullen de Community helpen om op lange termijn de ontwikkeling te faciliteren, en ze behelzen: onderzoek en ontwikkeling, menselijke ontwikkeling, modernisatie van openbare autoriteiten en de regeling van standaarden. De ontwikkeling van een Community Investment Policy zal veel van het werk op dit gebied begeleiden.

Community Investment Policy

COTED, COFAP en COHSOD zullen een Community Investment Policy ontwikkelen met verschillende kenmerken:

• Gezond macro-economisch beleid.• Geharmoniseerd systeem van investerings

incentives.• Stabiele industriële relaties.• Gepaste financiële instituties en regelingen.• Ondersteunende wettelijke en sociale

infrastructuur.• Modernisatie van de rol van openbare

autoriteiten.

Export zal een belangrijk aandachtspunt zijn van het beleid en incentives zullen toegekend worden aan CARICOM nationals zonder enige discriminatie gebaseerd op nationaliteit. De industrie, agrarische en diensten sectoren zullen allemaal bijzondere vermelding ontvangen voor nationale incentives. Twee gebieden van bijzonder belang zullen zijn: a) de coördinatie van economisch beleid en officiële posities bij internationale vergaderingen; en b) de promotie van stabiele industriële relaties (inclusief effectieve mechanismen for collectief onderhandelen,

20

Page 21: Wat is de CARICOM - Republiek Suriname - Overheid - sr

tripartiete consultaties en vrije beweging van arbeid binnen de Community).

Er zal verwacht worden van landen dat ze een overeenkomst tussen elkaar ontwikkelen voor het vermijden van dubbele belasting zodat kapitaal vrijelijk verplaatst kan worden binnen de Community.

Onderzoek en Ontwikkeling

Onderzoek en ontwikkeling volgens Protocol III zijn bedoeld om gediversifieerde productie en verhoogd concurrentievermogen te ondersteunen. COTED zal naar partnerschappen zoeken met een aantal instituten om hun onderzoeks en ontwikkelingsactiviteiten aan te moedigen en om te helpen om kapitaalsbronnen te identificeren: openbare en private sector instituten; onderzoeksinstituten en tertiaire instituten. Samenwerking en informatie uitwisseling zullen de sleutelfactoren zijn in deze activiteiten – alsook de vrije beweging van onderzoekers binnen de Community. Intellectuele eigendomsrechten zullen ook speciale aandacht ontvangen.

Menselijke Ontwikkeling

COTED en COHSOD zullen samenwerken om een prestatiegerichte beroepsbevolking met meertalige vaardigheden en een cultuur van ondernemersschap te ontwikkelen.

Fact-o-FileIntellectuele Eigendomsrechten

Intellectuele eigendomsrechten zijn het brandpunt geweest van toegenomen aandacht op internationaal niveau. Individuele CARICOM lidstaten hebben al enige vooruitgang geboekt bij nationale wetgeving en de Community zou dit proces verder willen ontwikkelen. Een speciaal artikel van het Protocol richt zich op het volgende:

• Versterken van intellectuele eigendoms -wetten in individuele lidstaten.

• Vereenvoudigen van registratie procedures in individuele lidstaten.

• Het instellen van een regionale administratie voor patenten, handelsmerken en auteursrecht.

• Het verzekeren van het gebruik van beschermde werken en industriële eigendom ten gunste van lidstaten; de bescherming van Inheemse Caraibische culturen; en de bescherming van uitingen van folklore en andere aspecten van traditionele kennis en nationale erfenis (in het bijzonder dat van Inheemse populaties).

• Het doen toenemen van de verspreiding en gebruik van patent documentatie als een bron van technologische informatie.

• Het voorkomen van schending en misbruik van eigendomsrechten door houders van rechten welke onredelijk invloed kunnen hebben op de overdracht van technologie.

• Het aanmoedigen van lidstaten om deel te worden van internationale overeenkomsten en conventies over intellectuele eigendom.

Deze raden zullen er ook naar toe werken om trainingsinstituten te versterken (ook door overdracht van niet-traditionele trainingsmethoden) en de ontwikkeling van industrie gerichte curricula te ondersteunen. Gezondheid, onderwijs, sport en sociale zekerheid zullen bevordert worden als deel van het Community Industrie Beleid. Lidstaten zullen aangemoedigd worden om regelingen te ontwikkelen voor wederzijdse sociale zekerheidsregelingen zodat de beweging van geschoolde arbeidskrachten gemakkelijker kan plaatsvinden. De beweging van jonge mensen vormt ook deel van een plan om het bewustzijn van de Community te vergroten door educatieve en culturele uitwisseling.

21

Page 22: Wat is de CARICOM - Republiek Suriname - Overheid - sr

Modernisatie van Openbare Autoriteiten

Het milieu waarbinnen zaken worden uitgevoerd speelt een cruciale rol bij succesvolle handel en COTED zal modernisatie van overheidsbureau-cratieën bevorderen met verschillende doelen:

• Om samenwerking tussen openbare sector bestuur, industrie en andere belanghebbenden te bevorderen om oplossingen te ontwikkelen voor uitdagingen op de wereldmarkt.

• Om regulatorische kaders voor economische ondernemingen op nationale en regionale niveaus te verbeteren en om administratieve obstakels voor economische activiteit te verwijderen.

• Om rendabiliteit bij de levering van diensten aan het publiek aan te moedigen.

• Om adequate regelingen voor te stellen voor het omgaan met veranderingen in het zaken milieu en alle toekomstige uitdagingen voor de industrie.

Standaarden en Technische Voorschriften

COTED zal een standaardisatie programma ontwikkelen met vier doelen in gedachten:

• Om handel te faciliteren.• Om efficiëntie in de productie en levering van

goederen en diensten te verbeteren.

• Om de kwaliteit van goederen te verbeteren.• Om consumenten en het milieu te beschermen.

Harmonisatie, transparantie en samenwerking zullen het parool zijn bij het verzekeren dat standaarden en voorschriften volledig ontwikkelt, nageleefd en erkent worden door de gehele regio. Een regionale standaardisatie organisatie zal gecreëerd worden om lidstaten te helpen om hun verplichtingen op dit gebied na te komen.

Conclusies

Protocol III presenteert een lang - termijn plan voor industriële ontwikkeling in de Community, die elementen van het origineel Verdrag incorporeert (bijvoorbeeld: incentives voor bepaalde sectoren) en nieuwe sleutel gebieden die een deel zijn van belangrijke internationale overeenkomsten (bijvoorbeeld: intellectuele eigendomsrechten). Door haar nadruk op infrastructuur en geïntegreerde, milieuvriendelijk management, zal de Community Industrial Policy helpen om de basis te ontwikkelen waarop industriële groei in de regio kan worden gecultiveerd op een duurzame basis.

Status van Protocol III

Dertien lidstaten hebben het Protocol ondertekend en twaalf hebben een tijdelijke aanvraag aangegeven. Guyana heeft haar instrument van ratificatie gedeponeerd.

22

Page 23: Wat is de CARICOM - Republiek Suriname - Overheid - sr

Protocol IV: Handelsbeleid

Protocol IV bepaalt hoe handel in goederen zal worden uitgevoerd in de CSME. Het gaat over alle belangrijke gebieden van handel behandeld in het oud Verdrag: regels van oorsprong; de Common External Tariff (CET) (het gemeen-schappelijk extern tarief); en schema’s van goederen.

Einddoelen en Operatiedoelen

Het einddoel van het handelsbeleid is de duurzame groei van binnen de Community en internationale handel en de wederzijdse gunstige uitwisseling van goederen en diensten tussen lidstaten en tussen de Community en andere staten.Het beleid vat vier operatiedoelen samen:• Om de nationale markten van alle lidstaten van

de Community volledig te integreren tot een enkel verenigd en open marktgebied.

• Om het marktgebied van de Community te verbreden.

• Om de export van internationaal concurrerende goederen die hun oorsprong hebben binnen de Community actief te bevorderen.

• Om de gunstigste handelsvoorwaarden voor Community goederen geëxporteerd naar andere landen en groepen van landen te verzekeren.

Deze doelen zullen helpen om de CSME te consolideren as een levensvatbare economische eenheid en concurrerende handelspartner in de internationale wereld. Volledige integratie echter, zal nauwe samenwerking vereisen en het Beleid stelt dat de Community samen zal moeten werken om het volgende te doen:• gemeenschappelijk instrumenten, diensten en

gezamenlijke maatregelen (regels, activiteiten, bestuur) in te stellen voor handel binnen de

CSME en tussen de CSME en andere staten.

• Gemeenschappelijke onderhandelingsstra-tegieen aanwenden bij het ontwikkelen van handelsovereenkomsten.

• Deelnemen in internationale en regionale organisaties die onderhandelen, systemen instellen en toepassen die internationale en regionale handel beheersen.

• Het nastreven van gezamenlijke vertegenwoordiging op vergaderingen van die organisaties, als nodig.

• Het verbieden van oplegging van nieuwe beperkingen op importen en exporten van producten van Community oorsprong door lidstaten.

• Alle bestaande beperkingen (hierboven) elimineren behalve die specifiek toegestaan door het Verdrag.

Wat zijn de Hoogtepunten van Protocol IV?

Protocol IV richt zich op de liberalisatie van handel in goederen binnen de Community en de ontwikkeling van een verenigd economisch gebied. Het doet dit door richtlijnen voor de verwijdering van beperkingen op de handel, voor het vaststellen van de Community oorsprong van goederen en voor het coördineren van de implementatie van het Handelsbeleid.

Gezamenlijke externe onderhandelingen zal de belangrijkste manier van opereren zijn. Bilaterale overeenkomsten (alleen tussen twee landen) kunnen nagestreefd worden, maar het CARICOM Secretariaat moet bevestigen dat deze overeenkomsten niet ten nadele zijn van enige andere CARICOM lidstaat. Er zal verwacht worden

23

Page 24: Wat is de CARICOM - Republiek Suriname - Overheid - sr

van landen dat ze het Protocol honoreren als hun primair kader voor het handel drijven binnen de CSME en met andere staten. Als landen wensen te onderhandelen over overeenkomsten die gaan over tarief concessies, moeten ze eerst COTED goedkeuring proberen te verkrijgen. (Belize zal worden toegestaan om overeenkomsten aan te gaan met aangrenzende economische groepen als voldaan wordt aan de volgende vereisten: a) deze overeenkomsten behandelen andere staten niet gunstiger dan lidstaten van de Community; en b) er zijn waarborgen ingesteld om te voorkomen dat handel uitwijkt naar de rest van de CARICOM door Belize.)Er zijn vijf primaire aandachtsgebieden in Protocol IV: de coördinerende rol van COTED; Community regels van oorsprong; verwijdering van beperkingen op handel in goederen; vrije doorvoer; en waarborgen.

A) De Coördinerende Rol van COTED

Het Beleid gaat door met te functioneren volgens de CET welke van toepassing is op alle goederen afkomstig van buiten de Community. COTED is de enige autoriteit die de toepassing van de CET kan wijzigen of uitstellen. COTED kan de CET onder bepaalde omstandigheden uitstellen of verminderen:• Als een product niet geproduceerd wordt in de

Community.• Als de hoeveelheid van het product dat

geproduceerd wordt in de Community niet voldoet aan de vraag van de Community.

• Als de kwaliteit van het geproduceerde product in de Community beneden de Community standaard is of beneden een standaard geautoriseerd door COTED.

De Secretaris Generaal kan de CET schorsen namens COTED als COTED geen zitting

houdt. Zo een schorsing moet gerapporteerd worden aan COTED bij hun volgende vergadering. Lidstaten zullen een Competente Autoriteit moeten benoemen (gewoonlijk een minister van de overheid). Voor het bestuur moeten de CET en COTED in kennis worden gesteld over die benoeming. COTED tracht de CET eensluidend toe te passen binnen de gehele Community. Het zal de CET regelmatig herzien om discretionaire toepassing te verminderen en om de invloed vast te stellen op productie en handel.

COTED zal ook verantwoordelijk zijn voor het bevorderen van de export van goederen en diensten. Het zal speciale aandacht schenken aan verschillende gebieden die in het bijzonder belangrijk zijn voor de private sector:• Handels informatiesystemen en diensten.• handels faciliteringsprogramma’s (die

marktonderzoek en handelsmissies zullen omvatten).

• Deelname in internationale handelspromotie fora zoals beurzen en tentoonstellingen.

Community Regels van Oorsprong

Deze regels bepalen of goederen recht hebben op invoerrechtenvrije toegang binnen de Community. Goederen moeten voldoen aan twee criteria om dit recht te hebben:• Ze moeten helemaal geproduceerd zijn binnen

de Community; of• Ze moeten geproduceerd zijn binnen de

Community, helemaal of gedeeltelijk van materialen geïmporteerd van buiten de Community of van materialen van onbepaalde origine, door een proces van substantiële transformatie.

Substantiële transformatie betekent in hoofdzaak dat de goederen zodanig bewerkt moeten zijn dat er niet meer van ze gezegd kan worden dat ze komen uit het land (buiten de Community) waar de

24

Page 25: Wat is de CARICOM - Republiek Suriname - Overheid - sr

grondstoffen vandaan kwamen. Substantiële transformatie vindt plaats als het eindproduct nu geclassificeerd wordt onder een andere tarief koers dan die van de ene onder welke de grondstoffen worden geclassificeerd of als de goederen aan andere specifieke condities voldoen gesteld in Schedule I van Protocol IV. ( Deze Schedule is nog niet afgemaakt maar wordt naar verwezen als “the List” (de lijst). Zie de bijlage aan het eind van dit document voor informatie over the Schedules (de Schema’s))

CARICOM erkent dat goederen verplaatst kunnen worden van een land naar een ander land binnen de Community zonder enige substantiële verandering in samenstelling. Als goederen gestuurd worden van een lidstaat naar een andere voor reparatie, renovatie of verbetering kunnen ze behandeld worden als goederen van Community oorsprong wanneer ze weer geïmporteerd worden naar het eerste land. Bepaalde condities zijn van toepassing:• Als het werk op de goederen plaats heeft

gevonden in een meer ontwikkeld land (MDC), moet de waarde van de materialen gebruikt in het werk, van buiten de Community (of van onbepaalde oorsprong) niet 65% van de kosten van het werk overschrijden.

• Als het werk op de goederen plaats heeft gevonden in een minder ontwikkeld land (LDC), moet de waarde van de materialen gebruikt in het werk, van buiten de Community (of van onbepaalde oorsprong) niet 80% van de kosten van het werk overschrijden.

Speciale Opmerking voor de Private Sector over de Rules of Origin (Regels van Oorsprong)

Als u een CARICOM fabrikant bent en als u niet in staat bent om u te verzekeren van adequate voorraden van regionale materialen vanwege redenen buiten uw macht, kunt u de Competente Autoriteit in uw land in kennis stellen. De Competente Autoriteit zal een onderzoek instellen om uw bewering te beoordelen. Als de bewering gerechtvaardigd blijkt, kan de autoriteit een aanvraag indienen bij de Secretaris Generaal voor een certificaat dat u zal toestaan om materialen te gebruiken van buiten de Community. De Secretaris Generaal moet ook een onderzoek verrichten om er zeker van te zijn dat andere lidstaten niet instaat zijn tegemoet te komen aan uw behoeften. Als het certificaat wordt toegekend, zult u instaat zijn uw goederen te krijgen als goederen van Community oorsprong, samen met alle voorwaarden die gelden voor deze.

Lidstaten zijn ook vrij om alle importen verzonden van andere lidstaten te behandelen als goederen van Community oorsprong wanneer er geen discriminatie is tegen gelijksoortige goederen van alle delen van de Community en als COTED eenmaal geïnformeerd is en de aanbevelingen heeft gegeven die het noodzakelijk acht.

Landen zijn overeengekomen om wetgeving met betrekking tot invoerrechten te harmoniseren en samen te werken bij invoerrechten procedures.

B) Verwijdering van Beperkingen op Handel in Goederen

De eerste voorwaarde die in werking is volgens Protocol IV is dat lidstaten een regime zullen vestigen en behouden voor de vrije beweging van goederen en diensten binnen de CSME. Lidstaten moeten daarom beleid elimineren dat concurrentie verstoort, de vrije beweging van goederen beperkt of voordelen ontzegt aan landen die er recht op hebben volgens het Verdrag. (Vrije beweging van diensten wordt apart behandeld bij Protocol II.) Lidstaten zijn overeengekomen om

25

Page 26: Wat is de CARICOM - Republiek Suriname - Overheid - sr

geen nieuwe beperkingen op te leggen op importen of exporten van Community origine tenzij ze specifiek toegestaan zijn volgens het Verdrag. Hieronder zijn hoogtepunten over wat de lidstaten in principe overeengekomen zijn:• Geen invoerrechten zullen geheven worden op

goederen van Community origine.• Geen uitvoerrechten zullen worden geheven op

goederen van Community origine die verhandeld worden binnen de Community.

• Lidstaten kunnen weigeren om Community origine behandeling toe te kennen op goederen die exportkorting ontvangen.

• Elke lidstaat die van plan is om een exportkorting toe te passen moet COTED in kennis stellen en de omstandigheden specificeren welke de toepassing rechtvaardigen.

• COTED zal de juistheid van alle exportkortingen bepalen en zal de exportkortingen programma’s van alle lidstaten jaarlijks beoordelen.

• Lidstaten zullen geen fiscale kosten toepassen op goederen van Community origine die meer zijn dan die toegepast op binnenlandse producten of op goederen welke ze niet lokaal of in substantiële hoeveelheden produceren (Het streven is om landen te weerhouden van het beschermen van binnenlandse markten door fiscale kosten.)

• Elke lidstaat die fiscale kosten toepast op goederen van Community origine welke niet identiek zijn met kosten op binnenlandse producten moet COTED in kennis stellen.

• Geen kwantitatieve beperkingen zullen worden geheven op importen of exporten van goederen van Community origine tenzij specifiek toegestaan door het Verdrag (kwantitatieve beperkingen omvatten quota’ s en importvergunningen).

• Overheden zullen niet assisteren bij de export van goederen naar elk ander deel van de Community (de formulieren van assistentie die niet toegestaan zijn worden genoemd in Schedule V – zie Bijlage I).

• Overheden zullen geen enkele assistentie bieden (bijvoorbeeld: productie subsidies) die het verwachte effect van de opheffing van belastingen en beperkingen tenietdoen.

Lidstaten zullen niet toestaan dat openbare ondernemingen betrokken zijn bij activiteiten die bescherming geven aan binnenlandse productie inconsistent met het Verdrag of die discrimineren bij handel op grond van territoriale origine.

Fact-o-FileExport KortingenExport kortingen zijn regelingen voor restitutie of kwijtschelding (geheel of gedeeltelijk) van invoerrechten op materialen die gebruikt worden bij de productie van goederen voor de export. Kortingen maken de lokale productiekosten (met gebruik van geïmporteerde materialen) goedkoper dan de productiekosten in landen waar zulke kortingen niet bestaan. Fabrikanten die kortingen ontvangen kunnen daardoor instaat zijn om goedkopere prijzen te vragen voor hun exporten – waarbij hen een oneerlijk voordeel wordt gegeven.

Fact-o-FileOpenbare OndernemingenOpenbare ondernemingen zijn centrale, regionale of lokale overheidsautoriteiten, openbare ondernemingen of alle andere organisaties waardoor een lidstaat (bij de wet of in de praktijk) importen of exporten significant beheerst of beïnvloedt binnen de Community.

C) Vrijheid van Doorvoer

Landen zijn overeengekomen om vrije doorvoer toe te kennen binnen de Community aan goederen en schepen en voertuigen die deze goederen vervoeren.

26

Page 27: Wat is de CARICOM - Republiek Suriname - Overheid - sr

Dit is van toepassing op doortocht door of over de grens van een lidstaat waar de doortocht alleen maar een deel van de reis is welke begint en eindigt buiten die grens. Protocol IV doet verschillende suggesties om efficiënte beweging te faciliteren:• Lidstaten moeten verzekeren dat er geen

onnodig oponthoud of beperkingen zijn en dat de enige toepasbare kosten die zijn voor transport, afhandeling en geboden diensten.

• Lidstaten zullen niet discrimineren op grond van de vlag van schepen, plaats van oorsprong, vertrek, binnenkomst, vertrek of bestemming of elke omstandigheid in verband met eigendomsrecht van goederen, schepen of voertuigen.

• Lidstaten zullen niet discrimineren naar andere lidstaten met betrekking tot regelgeving, formaliteiten, vergoedingen en andere kosten voor diensten in verband met doorvoer.

Waarborgen

Ondanks het algeheel streven naar handelsliberalisatie binnen de CSME, erkent de CARICOM dat bepaalde omstandigheden zullen vereisen dat vrijstellingen verleend worden aan landen. Hieronder zijn een paar gevallen waarbij landen handelsbeperkingen kunnen opleggen:

• Als de import van een product een substantiële afname in lokale vraag naar gelijksoortige of direct competitieve producten creëert en de afname in vraag direct in verband te brengen is met een toename van importen verzonden van een andere lidstaat.

• Als COTED vaststelt dat geen oplossing mogelijk is geweest bij een bewering van oneerlijke maatregelen of praktijken in de openbare ondernemingen van een lidstaat (het

Protocol maakt bepalingen voor een langdurig en gedetailleerd proces van consultatie).

• Als de beperkingen noodzakelijk zijn voor het omgaan met kwesties als zekerheids-belangen, openbare moraal, misdaad, gezondheid, intellectuele eigendom, kinder- en gevangenisarbeid, cruciale voedsel tekorten, het milieu, nationale erfenis, douane procedures of monopoliën (de beperkingen moeten niet willekeurig of discriminatoir zijn en ze moeten geen vermomde beperking op handel zijn).

COTED moet geïnformeerd worden over alle beperkingen.

Conclusies

Het handelsliberalisatie regime samengevat in Protocol IV maakt de weg gereed voor integratie volgens de CSME. Het handelsbeleid biedt toegang tot CARICOM markten voor CARICOM goederen en houdt enige rekening met de speciale omstandigheden van de LDC’s. (Protocol VII biedt een speciaal regime voor landen, regio’s en sectoren die ontwricht kunnen zijn geraakt door de werking van de CSME.) De nadruk van het beleid op het harmoniseren van procedures en het ontwikkelen van gezamenlijke standpunten voor presentatie bij internationale onderhandelingen zal ook helpen om te verzekeren dat CARICOM – als een eenheid – instaat is om handelsvoorwaarden te verzekeren die gunstig zullen zijn voor de regio. Handelsbeleid brengt CARICOM een stap dichter bij het worden van een handelsblok bij het onderhandelen met andere staten.

Status van Protocol IV

Dertien lidstaten hebben het Protocol getekend en hebben voorlopige toepassing toegezegd. Guyana heeft haar ratificatie instrument gedeponeerd.

27

Page 28: Wat is de CARICOM - Republiek Suriname - Overheid - sr

28

Page 29: Wat is de CARICOM - Republiek Suriname - Overheid - sr

Protocol V: Agrarisch Beleid

Protocol V is het Agrarische Beleid van de Community. Het vervangt Artikelen 48 en 49 van de bijlage van het Verdrag – Coördinatie van Economisch Beleid en Ontwikkelingsplanning. Het beleid schets een gedetailleerdere benadering voor ontwikkeling en transformatie van de agrarische sector.

Einddoelen en Operatiedoelen

Het overkoepelende einddoel van het agrarisch beleid is een fundamentele transformatie van de agrarische sector door de agrarische productie te diversifiëren, de agro-industriële ontwikkeling te intensiveren, agri-business uit te breiden, en over het algemeen de agrarische productie uit te voeren op een marktgeoriënteerd, internationaal concurrerende en milieu vriendelijke basis. Om dit te doen, identificeert het Beleid verschillende operatiedoelen:

• Om inkomens- en werkgelegenheidskansen, voedselzekerheid en armoedebestrijding te verbeteren.

• Om efficiëntie te versterken in de cultivering en productie van traditionele en niet-traditionele primaire agrarische producten.

• Om de productie en diversificatie van verwerkte agrarische producten te vermeerderen.

• Om het wereldmarkt aandeel voor primaire en verwerkte agrarische producten van de Community te vergroten.

• Om efficiënt de natuurlijk hulpbronnen (inclusief bossen en levende hulpbronnen van de exclusieve economische zone)van de regio te beheren en duurzaam te exploiteren.

Het Protocol zet ook richtlijnen uit voor implementatie van het beleid en heeft hele

specifieke bepalingen voor management van natuurlijke hulpbronnen, ontwikkeling van de menselijke hulpbron en het gebruik van onderzoek en technologie. Protocol V brengt significante veranderingen aan bij marketing -regelingen waarnaar verwezen wordt in het origineel Verdrag. Waar voorheen de Community alleen een verplichting aanging voor de marketing en handelsprocedures die specifieke producten beïnvloeden zoals ongeraffineerde rietsuiker, groenten, peulvruchten, pluimvee, varkenvlees en oliën en vetten, gaat het huidig beleid over marketing- strategieën die handel in agrarische producten zou moeten regelen. Protocol V schenkt ook bijzondere aandacht aan bosbouw en visserij.

Wat zijn de Hoogtepunten van Protocol V?

Het belangrijkste hoogtepunt van Protocol V is haar aandacht aan het ontwikkelen van een infrastructuur voor het succesvol management en marketing van de agrarische productie. Behalve aanbevelingen met betrekking tot het ontwikkelen van haven faciliteiten, drainage, irrigatie en toegangswegen, zijn er ook bepalingen voor andere minder concrete maatregelen om de ontwikkeling van de sector te faciliteren. De belangrijkste zijn: onderwijs, beleidsontwikkeling, marketing strategie, en informatie en hulpbronnen management.

A) Ontwikkeling van de Menselijk Hulpbron

Bepalingen voor onderwijs en training nemen verschillende vormen aan in het agrarisch beleid. Op het niveau van openbaar onderwijs is er een

29

Page 30: Wat is de CARICOM - Republiek Suriname - Overheid - sr

poging om het algemeen bewustzijn van de sociale en economische importantie van landbouw te vergroten – in het bijzonder onder de jeugd.

In termen van training kenmerkend voor agrarische productie, is er een verplichting om de vraag en juistheid van bestaande maatregelen te monitoren en te evalueren. Effectieve verzorging van praktijk training voor boeren, bosbouwers en vissers zal een prioriteit worden en ondersteuning zal gegeven worden om regionale trainingsinstituten en nationale besturen te versterken. De Community zal samenwerken met onderwijs en trainingsinstituten alsook met regionale en internationale organisaties om geharmoniseerde agrarische syllabi te ontwikkelen, trainingsmateriaal en case studies over belangrijke gebieden bij het boerenbedrijf, de visserij en de bosbouw. Technologie voor afstandsonderwijs zal gebruikt worden waar toepasselijk.

B) Beleidsontwikkeling

De Community erkent de belangrijke rol van globalisatie en liberalisatie in de agrarische sector en heeft zich verbonden om beleidsanalyses uit te voeren. Hieronder zijn een paar van de sleutelgebieden van de brandpunten van beleidsontwikkeling:

• Gebruik van land en zee ruimte.• Landbewerkingssystemen.• Agrarische financieringssystemen (inclusief

verzekering) met bijzondere aandacht voor de behoeften van ambachtelijke vissers, kleine boeren, bosbouwers en agro-verwerkers.

• Rurale ondernemingsontwikkeling.

Bovendien zal de Community trachten om een beleidsmilieu te ontwikkelen die investering in de agrarische sector zal aantrekken.

COTED zal verantwoordelijk zijn voor het verbeteren van de capaciteit van lidstaten om beleidsanalyses uit te voeren en om agrarische handelsanalyses en onderhandelingen aan te gaan. Het zal samenwerking tussen lidstaten en regionale organisaties, op de gebieden van beleidsformulering en implementatie van regionaal agrarisch beleid, bevorderen. COTED zal ook een regime instellen voor het beschermen van regionale agrarische productie van dumpen, subsidiering en andere onrechtvaardige handelspraktijken.

C) Marketing Strategie

De marketing strategie van het Agrarisch Beleid zal bijzondere aandacht besteden aan vier gebieden:

• Markt informatie, markt geheime informatie en planning.

• Verbeterde naoogst technologie.• Risico verzekering• efficiënte distributie diensten.

De strategie zal ook bevorderen, verschillende maatregelen voor het genereren van de markt -vraag voor agrarische producten van de Community, inclusief:

• Het vestigen van een regionaal markt informatie systeem.

• De verbetering van productie en marktinformatie systemen van lidstaten.

• De instelling van institutionele mechanismen (zoals producenten associaties en joint venture marketing ondernemingen) om te beantwoorden aan bestaande en veranderende markt condities.

• De adoptie van regionale standaarden en specificaties.

• De verbetering van productiviteit en voedsel kwaliteit.

30

Page 31: Wat is de CARICOM - Republiek Suriname - Overheid - sr

• De identificatie van alternatieve lage kosten grondstoffen.

• De ontwikkeling van niche marketing.• De ontwikkeling van verbindingen ontwikkelt

tussen de landbouw en andere sektoren.

D) Hulpbronnen Management

Management van de natuurlijke hulpbronnen is een sleutelelement van het nieuw agrarisch beleid. Grond, lucht en waterbronnen worden allemaal in beschouwing genomen. Het Beleid bevordert de duurzame ontwikkeling, management en behoud van de hulpbronnen visserij en bos. Bij visserij, moedigt het de ontwikkeling van programma’s voor aqua cultuur en de oprichting van beschermde aquatische woongebieden. De Community zal op verschillende gebieden samenwerken met lidstaten:

• Management van verspreide en erg zwervende / migratore visvoorraden.

• Doorgaande surveillance van exclusieve economische zones.

• Afbakening van maritieme grenzen.• Het veiligstellen van het maritiem milieu van

lidstaten voor vervuilers en gevaarlijke afvalstoffen.

De Community zal ook verschillende strategieën voor de duurzame ontwikkeling van de bosbouw industrie faciliteren:

• Integratie van bosbouw ontwikkeling in rurale gemeenschappen.

• Ontwikkeling van institutionele capaciteiten van lidstaten om bosmanagement systemen te ontwerpen en te implementeren.

• Ontwikkeling van onderzoek en de menselijke hulpbron.

• Harmonisatie van standaarden.

• Incentives om binnenlandse, regionale en buitenlandse investering in de sector te stimuleren.

• Ontwikkeling van nationale bos inventarissen.

Een belangrijke toevoeging bij de strategie voor management van de hulpbronnen is het behoud van biologische diversiteit en het duurzaam gebruik van biologische hulpbronnen – in het bijzonder die van belangrijke medicinale en traditionele waarde. Daarbij suggereert het Beleid het ontwikkelen van effectieve regionale vertegenwoordiging op internationale fora en het assisteren van lidstaten bij het nakomen van hun verplichtingen volgens de United Nations Convention on the Law of the Sea.

31

Page 32: Wat is de CARICOM - Republiek Suriname - Overheid - sr

Protocol V: Agrarisch Beleid.

De focus op het milieu houdt de trends in internationale overeenkomsten bij en houdt ook rekening met lokale en regionale belangen in verband met de kwestie van duurzame ontwikkeling.

E) Informatie Management

Beleids- en programmaontwikkeling in de regio worden aanzienlijk gehinderd door een gebrek aan of onvolkomenheid van data. Volgens Protocol V, zal COTED verantwoordelijk zijn voor het verbeteren van de verzameling, analyse en verspreiding van empirische data en andere relevante informatie in de agrarische sector.

Protocol V legt ook significante nadruk op onderzoek en ontwikkeling op het gebied van technologie en verwacht van de private sector dat ze een vitale rol spelen hierbij. Er zal van de private sector verwacht worden dat ze assisteren bij de ontwikkeling, overname en overdracht van gepaste technologieën en de ontwikkeling van producenten associaties.

Bescherming van kennis is ook van belang in dit Protocol. Volgens het Protocol, is de Community van plan samen te werken met lidstaten en relevante organisaties om lokale kennis over de waarde en gebruik van de biodiversiteit van de regio te beschermen, te ontwikkelen en te vercommercialiseren, maar is er op gebrand om dat te doen op manieren die ten voordele zijn voor de populaties van de regio – in het bijzonder de Inheemse Volkeren van de regio.

F) Implementatie

Regionale instituten en instellingen zullen een belangrijke rol spelen bij de implementatie van Protocol V. Hieronder zijn een paar voorbeelden van deze regionale lichamen en de gebieden waarin ze een leidende verantwoordelijkheid zullen hebben:

• Caribbean Agricultural and Research Development Institute (CARDI); Marketing; Informatie Management.

• University of the West Indies (UWI); Ontwikkeling van de Menselijk Hulpbron.

• University of Guyana; Ontwikkeling van de Bosbouw.

• CARICOM Fisheries Resource Assessment and Management Programme (CFRAMP); Ontwikkeling van de Visserij.

• CARICOM Secretariat; Ondersteuning van het Agrarisch beleid.

Conclusies

Protocol V wijdt uit over relevante onderdelen van het origineel Verdrag van Chaguaramas om een Agrarisch beleid te produceren welke afwijkt van een meer algemeen belang van ontwikkeling, import substitutie en samenwerking naar een specifiekere focus op planning voor duurzame ontwikkeling, diversificatie en competitiviteit. In het proces heeft de Community een kader geboden voor het behandelen van belangrijke infrastructurele kwesties, die heroriëntatie kunnen ondersteunen en de risico’s, over het algemeen geassocieerd met de sector, kunnen verminderen.

Status van Protocol V

32

Page 33: Wat is de CARICOM - Republiek Suriname - Overheid - sr

Dertien lidstaten hebben het Protocol ondertekend en hebben voorlopige toepassing toegezegd. Guyana heeft haar instrument van ratificatie gedeponeerd.

33

Page 34: Wat is de CARICOM - Republiek Suriname - Overheid - sr

Protocol VI: Transport Beleid

Protocol VI vergroot de reikwijdte van het Verdrag om een Transport Beleid voor de Community mede op te nemen. Het Protocol zal de verplaatsing van goederen en mensen binnen de Community en tussen de Community en andere staten faciliteren.

Einddoelen en Operatiedoelen

Het einddoel van het Beleid is om adequate, veilige en internationaal concurrerende transport diensten voor de ontwikkeling en consolidatie van de CSME, te bieden.

De operatiedoelen zijn:

• Om efficiënte, betrouwbare, betaalbare transportdiensten te organiseren door de gehele CARICOM.

• Om lucht en maritieme transport vaardigheden te ontwikkelen en uit te breiden.

• Om collectieve regelingen voor de voorziening van deze diensten te bevorderen.

• Om efficiënte en internationaal concurrerende aanvullende transportdiensten te ontwikkelen.

• Om menselijke hulpbronnen te ontwikkelen voor te werkstelling in alle gebieden en op alle niveaus van de sector.

• Om standaarden te implementeren voor de ontwikkeling van veilige weg, rivier, zee en luchttransport diensten.

COTED zal het belangrijkste lichaam zijn verantwoordelijk voor de coördinatie en implementatie van het Beleid. Het belangrijkste aandachtspunt zal zijn het verzekeren van uniformiteit van standaarden en procedures, die

een evenwichtige en duurzame ondersteuning voor de sector verzekeren en een enkele markt creëren voor transportdiensten. Hieronder zijn een paar van de doelen:

• De coördinatie van het nationale transport beleid van lidstaten.

• De implementatie van uniforme regelgeving en procedures op gebieden zoals functionering, veiligheid, verstrekking van vergunningen en certificatie.

• De ontwikkeling van institutionele, legale, technische, financiële en administratieve ondersteuning voor de sector.

• De facilitering van investering in de sector – in het bijzonder door joint ventures en andere programma’s voor de ontwikkeling van de menselijke hulpbron.

• De verwerving en overdracht van technologie.• De verwijdering van obstakels bij de bepaling

van transportdiensten door CARICOM nationals binnen de Community.

Lidstaten moeten COTED in kennis stellen van alle legislatieve, regulatorische of administratieve maatregelen die de voorziening van transportdiensten beïnvloeden, die niet conformeren aan uniforme standaarden of aanbevolen praktijken. Als lidstaten vinden dat ze ongunstig beïnvloed zijn geworden door deze maatregelen, kunnen ze hun geschillen opgelost hebben volgens de richtlijnen beschreven in Protocol IX.

Wat zijn de Hoogtepunten van Protocol VI?

Protocol VI biedt een basis raamwerk voor het begeleiden van de ontwikkeling van transportsystemen in de regio. Het richt zich op

34

Page 35: Wat is de CARICOM - Republiek Suriname - Overheid - sr

lucht en zeetransport, als diensten nodig voor de verplaatsing van goederen en arbeid binnen de Community. Dit is ook cruciaal voor de toerisme sector. Als een voorbereidend raamwerk, vat het Beleid de belangrijkste gebieden van samenwerking samen, die verder ontwikkeld kunnen worden naarmate de sector meer op dreef raakt.

A) Lucht Transport Diensten

Protocol VI beveelt aan dat landen samen zouden moeten werken bij het onderhandelen over overeenkomsten voor de bepaling van luchtdiensten binnen de CARICOM. Ze worden ook aangemoedigd om samen te werken bij de bepaling van internationale lucht transport diensten. In het belang van de veiligheid, zekerheid en bestuur van luchtreizen zijn lidstaten overeengekomen om te verzekeren dat carriers financieel levensvatbaar en technisch gekwalificeerd zijn.

Lidstaten zullen ook moeten samenwerken op verschillende andere gebieden, inclusief:

• Vliegtuig registratie• Inkoop van uitrusting en voorraden• Management van inventarissen, tussen lijn en

inter-modale operaties• Reserveringen• Verzekering• (Ver)huur• Vergunningen en certificatie alsook

gelijkwaardigheid voor luchtvaart personeel.

Deze moeten allen natuurlijk in overeenstemming zijn met toepasbare standaarden binnen de industrie. Effectieve en veelomvattende onderzoeken in vliegtuigongelukken en incidenten zullen worden uitgevoerd om de technische condities voor de veilige verzorging van luchttransport diensten te verhogen. Lidstaten hebben toegestemd

om de noodzakelijke uitrusting, faciliteiten en personeel beschikbaar te maken voor zulke onderzoeken (en voor zoek en reddingsoperaties).

B) Maritieme Transport Diensten

Protocol VI schenkt bijzondere aandacht aan het vergroten van de maritieme veiligheid, infrastructuur en training en aan bescherming van het maritieme milieu. Maritiem ongeval onderzoek, maritiem verkeer, harmonisatie van systemen en vermindering van maritieme transportkosten worden ook belicht.

Er zal verlangd worden van lidstaten dat ze de ontwikkeling van maritieme transport diensten op de volgende manieren bevorderen:

• De veiligheid te verzekeren van zeeschepen die functioneren binnen hun havens en van schepen op hun nationale registratie welke misschien werken in andere delen van de wereld.

• Het vestigen en verbeteren van havenfaciliteiten en gerelateerde diensten om maritieme transportkosten te verminderen.

• Het vestigen van effectieve maritieme besturen voor de regulering van de scheepvaart.

• Het implementeren van relevante internationale maritieme instrumenten gerelateerd aan de veiligheid van scheepvaart en de voorkoming van vervuiling door schepen.

COTED zal ook verantwoordelijk zijn voor het bevorderen en coördineren van de ontwikkeling van maritieme transport diensten.

Hieronder zijn een paar van de geïdentificeerde mechanismen om dit te doen:

• Het instellen van een regime van incentives voor scheepvaart ondernemingen.

35

Page 36: Wat is de CARICOM - Republiek Suriname - Overheid - sr

• Instelling, verbetering en rationalisatie van haven faciliteiten (in het bijzonder als reactie op de vraag van containerverscheping, koeling en opslag van agrarische producten; zee en cruise toerisme; en andere speciale toegewijde diensten).

• Instelling en verbetering van kleine scheepsondernemingen.

• Promotie van joint ventures tussen regionale en internationale partners om de overdracht van technologie te faciliteren en de participatie van lidstaten in internationale scheepvaart te vergroten.

• Organisatie en harmonisatie van trainingsprogramma’s.

• Versterken van trainingsinstituten en toegang tot training en ontwikkeling in de scheepvaart industrie.

• Ontwikkeling van ambachtelijke diensten zoals zeeverzekering, vracht expeditie en overscheping.

Speciale Opmerking over het Zeemilieu

Protocol VI streeft naar samenwerking van lidstaten om internationale erkenning te verkrijgen van de Caribbean Sea als een Speciaal Gebied dat bescherming nodig heeft tegen de potentiële schadelijke effecten van de doorvoer van kernafval

en ander gevaarlijk afval, dumpen, vervuiling door olie of door andere stoffen vervoerd over zee of afval gegenereerd door het uitvoeren van schipoperaties.

Conclusies

Protocol VI biedt de beginselen voor de ontwikkeling van lucht en maritiem transport en vat de gebieden samen waar lidstaten zullen moeten samenwerken om betrouwbare, efficiënte en rendabele diensten te verzekeren. De implementatie van het protocol zal resulteren in de progressieve liberalisatie van regionaal transport en zal dienstverleners toestaan om flexibeler te reageren op de vraag van de consument. Ofschoon het het minst gedetailleerde Protocol is en verdere uitwerking zal vereisen, zijn de effecten van het Transport Beleid potentieel ver strekkend met implicaties voor de verplaatsing van arbeid, goederen en diensten en de ontwikkeling van de toerisme sector.

Status van Protocol VI

Twaalf lidstaten hebben het Protocol ondertekend en voorlopige toepassing toegezegd. Guyana heeft haar instrument van ratificatie gedeponeerd.

36

Page 37: Wat is de CARICOM - Republiek Suriname - Overheid - sr

Protocol VII: Minder Bevoorrechte Landen, Regio’s en Sectoren

Protocol VII is het instrument dat de ontwikkeling van landen, regio’s en sectoren, die nadeel ondervinden bij het functioneren van de CSME, probeert te ondersteunen. Het probeert ook hun vooruitzichten voor toegenomen competitiviteit te vergroten. Protocol VII vervangt het Speciale Regime voor de minder Ontwikkelde Landen (LDC’s) in het origineel Verdrag van Chaguaramas en gebruikt de volgende definities voor “disadvantage” (minder bevoorrecht):

Minder Bevoorrechte Landen

• Lidstaten geïdentificeerd als Minder Ontwikkelde Landen (LDCs) in de Treaty of Chaguaramas.

• Lidstaten die tijdelijke of overgangsonder-steuning behoeven vanwege natuurrampen die hun hulpbronnen schade toebrengen, vanwege de nadelige invloed van de CSME op hun economieën, vanwege tijdelijke lage niveaus van economische ontwikkeling of hoge schulden (aangewezen Highly-Debted Poor Countries door intergouvernementele organisaties).

Minder Bevoorrechte Regio’s

• Regio’s binnen lidstaten die ontregeling ervaren ten gevolge van de CSME.

• Regio’s binnen lidstaten die tijdelijke of overgangsondersteuning behoeven vanwege natuurrampen die hun hulpbronnen schade toebrengen of tijdelijke lage niveaus van economische ontwikkeling ervaren.

Minder Bevoorrechte Sectoren

• Economische sectoren binnen lidstaten waarin economische ondernemingen ontregeling ervaren als gevolg van de CSME.

• Economische sectoren binnen lidstaten die tijdelijke of overgangsondersteuning behoeven vanwege sociale of economische wanorde als gevolg van verliezen in de sector door een natuurramp.

Op de 21ste Vergadering van de Regerings –hoofden in Canouan, St Vincent en de Grenadines, in juli 2000 werden de volgende landen aangewezen als minder bevoorrechte landen: Antigua & Barbuda, Dominica, Grenada, Monsterrat, St. Kitts & Nevis, Saint Lucia en St. Vincent & the Grenadines (landen van de OECS); Belize; en Guyana.

Einddoelen en Operatiedoelen

Het einddoel van Protocol VII is het volgende:

• Om de minder bevoorrechte landen, regio’s en sectoren te assisteren om economisch levensvatbaar en concurrerend te worden door gepaste interventies van een overgangs- of tijdelijke aard.

Er zijn een aantal strategieën om dit doel te bereiken, inclusief:

• Technische en financiële assistentie om economische ontregeling als gevolg van de CSME aan te pakken.

• Speciale maatregelen om investeringen en industrieën aan te trekken.

• Tijdelijke of overgangs regelingen om nadelige economische of sociale invloed van de CSME te verbeteren of tot stilstand te brengen.

37

Page 38: Wat is de CARICOM - Republiek Suriname - Overheid - sr

• Speciale maatregelen om industrieën te assisteren om efficiënt en concurrerend te worden.

• Assistentie bij het verwerven van structurele diversificatie en infrastructurele ontwikkeling.

• Assistentie aan economische ondernemingen benadeelt door de verwijdering van inter-regionale barrières.

• Het monitoren van de implementatie van Verdrags verplichtingen en verplichtingen volgens andere internationale handels overeenkomsten.

• Herziening van de programma’s en ondersteunende maatregelen.

Wat zijn de Hoogtepunten van Protocol VII?

Protocol VII vat samen beleid en maatregelen om lidstaten te helpen om concurrerender te worden binnen de CARICOM. Het tracht nadelen te verminderen en probeert landen te helpen om handel aan te gaan op een meer gelijkwaardige basis. Het doet dit op twee manieren: door beschermende maatregelen en door industrieondersteunende maatregelen.

Volgens de beschermende maatregelen, worden landen in een onvoordelige situatie (zoals gedefinieerd door het Protocol) ontheven van bepaalde Verdrags verplichtingen voor beperkte perioden. Volgens de industrieondersteunende maatregelen, worden er pogingen gedaan om kapitaal en technologie te delen en om de infrastructuur nodig voor industrie te ontwikkelen.

A) Beschermende Maatregelen

Een hoofddoel van de CSME is toegenomen handelsliberalisatie binnen de CARICOM. Invoerrechtenvrije toegang tot goederen en vrije

beweging van mensen, geld en diensten zal een belangrijk deel van dit proces zijn. (zie Protocollen II en IV.) Door de beschermende maatregelen in Protocol VII, staat CARICOM bepaalde landen en bepaalde industrieën toe om “tijd te winnen” voordat ze Verdrags verplichtingen nakomen.

Import Beperkingen

Minder bevoorrechte landen zullen toegestaan worden om CARICOM importen te beperken onder speciale omstandigheden:

• Als een bepaalde industrie of sector van een industrie in ernstige moeilijkheden geraakt omdat CARICOM importen de lokale vraag naar een lokaal product verminderen.

In dit geval kan het minder bevoorrecht land de importen van de goederen beperken voor een periode tot drie jaren. Het land moet COTED in kennis stellen - en COTED kan de maatregelen voor een periode van meer dan drie jaren autoriseren.

Landen die niet beschouwd worden als minder bevoorrecht kunnen de beschermingsmaatregelen implementeren tegen minder bevoorrechte landen onder maar een (1) conditie:

• Als de importen van het minder bevoorrecht land groter zijn dan 20 procent van de markt van het importerende land.

In het geval van openbare ondernemingen, kunnen minder bevoorrechte landen goedkeuring proberen te verkrijgen van COTED om belastingen en andere kosten alsook kwantitatieve beperkingen te heffen om binnenlandse productie te ondersteunen. (Zie de Fact-o-File over “openbare ondernemingen” in Protocol IV voor een definitie.)

38

Page 39: Wat is de CARICOM - Republiek Suriname - Overheid - sr

Beperkingen op de Dienstensector

Protocol II (Vestiging, Diensten, Kapitaal) streeft ernaar om de handel te liberaliseren in de dienstensector. Er wordt van elke lidstaat verwacht dat ze nationale behandeling toekennen aan de diensten geboden door andere lidstaten. Protocol II houdt enige rekening met minder bevoorrechte landen en Protocol VII gaat een stap verder.

Volgens Protocol II zal COTED het volgende doen:

• Een lijst van diensten samenstellen die ontheven worden van nationale behandeling voor een beperkte periode.

• Een strategie ontwikkelen voor het verwijderen van beperkingen op de diensten die niet genoteerd zijn.

Deze beperkingen kunnen alleen worden toegepast als er doorgegaan wordt om aan lidstaten tenminste dezelfde behandeling toe te kennen als aan landen buiten de CARICOM, die de General Agreement on Trade in Services (GATS) van de World Trade Organization (WTO) hebben ondertekend.

Beperkingen op het Recht van Oprichting /Vestiging

Protocol II stelt ook beleid op over het recht van oprichting – het vermogen op zaken op te zetten of uit te voeren in een ander CARICOM gebied. Hier weer, stelt het Protocol voor dat er speciaal rekening wordt gehouden met minder bevoorrechte landen en Protocol VII maakt deze regeling explicieter. COTED zal het volgende doen:

• Een lijst samenstellen van economische activiteiten die ontheven worden van het recht van oprichting voor een beperkte periode.

• Een strategie ontwikkelen voor het verwijderen van beperkingen op die activiteiten die niet genoteerd zijn.

Deze beperkingen kunnen alleen worden toegepast als er doorgegaan wordt met het toekennen van dezelfde behandeling die wordt toegekend aan landen buiten de CARICOM. (third states = andere landen buiten de CARICOM.)

Ondersteuning voor Gevoelige Industrieën

Gevoelige industrieën zijn die welke beschouwd worden als kwetsbaar en die ook voldoen aan twee andere criteria: • Significante bijdragen aan (onder andere):

Bruto Nationaal Product, werkgelegenheid of vreemde valuta verdiensten.

• Aangewezen als “vitaal” binnen het nationaal industriebeleid van het betrokken land.

Als een gevoelige industrie waarschijnlijk nadelen zal ondervinden van de werking van de CSME, kan COTED de lidstaat waar de industrie gelokaliseerd is autoriseren om Community behandeling op te schorten (invoerrechtenvrij en andere onbeperkte toegang) op producten van die industrie van andere lidstaten. Dit betekent echter niet dat de lidstaat die de opschorting instelt niet zelf onderworpen wordt aan beperkingen van andere lidstaten.

Speciaal Regime voor Minder Ontwikkelde Landen (LDCs)

De landen die waren aangewezen als LDCs volgens het origineel Verdrag van Chaguaramas – Antigua & Barbuda, Belize, Dominica, Grenada, Montserrat, St. Kitts & Nevis, St.

39

Page 40: Wat is de CARICOM - Republiek Suriname - Overheid - sr

Lucia en St. Vincent & the Grenadines – ontvangen nog steeds een speciale behandeling volgens Protocol VII. (Er wordt ook speciaal rekening met ze gehouden in elk van de andere Protocollen.)

• COTED kan een LDC toestaan om invoerrechten te heffen op CARICOM goederen als het land waarschijnlijk een verlies aan opbrengsten zal lijden (of al geleden heeft) als gevolg van de import van CARICOM goederen.

• Er kan speciaal rekening gehouden worden met een LDC bij het nakomen van de criteria van de Regel van Oorsprong – dit is in het bijzonder van toepassing op de “substantiële transformatie” criteria bij het bepalen van Community oorsprong. (zie Protocol IV.)

• Om de ontwikkeling van een industrie binnen LDCs te bevorderen, mag COTED opschorting van Community origine behandeling van importen geproduceerd in een (1) of meer LDCs autoriseren.

Maatregelen voor het bevorderen van industriële ontwikkeling moeten een geleidelijke wegwerkings periode omvatten en de beslissing om de opschorting van Community oorsprong behandeling te implementeren, moet ondersteund worden door alle LDCs en tenminste twee van de Meer Ontwikkelde Landen (MDCs).

Fact-o-FileSpeciale Bepalingen voor Belize en Guyana

Het is Belize toegestaan om invoerrechten of kwantitatieve beperkingen te heffen op bier en sigaretten geproduceerd in de Community tot 31 december 2000. Het zal Guyana toegestaan

worden om kwantitatieve beperkingen te houden op de import van tarwe meel.

B) Industrie Ondersteunende Maatregelen

Industrie ondersteunende maatregelen volgens Protocol VII bieden toegang tot de hulpbronnen die zullen helpen om de minder bevoorrechte landen, regio’s en sectoren, concurrerender te maken. Lidstaten zullen toegang verschaffen tot technologische en onderzoeksfaciliteiten voor nationals van minder bevoorrechte landen en er zal nauwere samenwerking zijn tussen onderzoeksinstituten in minder bevoorrechte landen en die in andere lidstaten. COTED zal ook de ontwikkeling van infrastructuur en nieuwe industrieën faciliteren om economische activiteit te stimuleren.

Technische en Financiële Assistentie

Technische en financiële assistentie vormt een belangrijk onderdeel van Protocol VII. Deze assistentie is ontworpen om landen, regio’s en sectoren te helpen om actief te participeren in de CSME en om internationale handelsovereenkomsten uit te voeren. De assistentie zou landen moeten helpen om hun capaciteit om efficiënt te presteren als gelijkwaardige partners binnen de CARICOM en met andere staten, te ontwikkelen.

COTED zal de verantwoordelijkheid hebben om de behoefte aan assistentie te evalueren en programma’s en projecten te faciliteren. COTED kan deze evaluaties op eigen initiatief uitvoeren of op verzoek van lidstaten die vragen om assistentie. Assistentie kan op verschillende gebieden gegeven worden en kan verschillende vormen aannemen:

40

Page 41: Wat is de CARICOM - Republiek Suriname - Overheid - sr

• Leningen of toegang tot lage-kosten financiering.

• Voorbereiding van project voorstellen voor financiering.

• Toegang tot technologie.• Verbetering van het ontwerp of de kwaliteit

van het product.• Fabrieksontwerp en markt ontwikkeling.• Het oprichten of verbeteren van nationale

standaardisatie lichamen.• Bevorderen van diversificatie programma’s.• Het instellen van instituties of centra voor

training of herscholing van werknemers.• Verplichtingen nakomen bij handels

gerelateerde overeenkomsten.• Eisen stellen of verdedigen met betrekking tot

de WTO overeenkomst en andere handelsovereenkomsten.

• Het voorbereiden op oplossing van geschillen met betrekking tot handelsovereenkomsten.

• Het formuleren van een wettig beleids kader voor het vestigen van rechtvaardige handel en concurrerende activiteiten.

• Wetgeving voorbereiden.

Minder bevoorrechte landen, regio’s en sectoren kunnen simultaan technische assistentie ontvangen volgens Protocol VII en andere technische assistentie programma’s.

Het Ontwikkelingsfonds

Protocol VII stelt ook een Ontwikkelingsfonds (het Fonds) in om financiële en technische assistentie te bieden zoals hierboven beschreven. Het fonds zal beschikbaar zijn voor minder bevoorrechte landen, regio’s en sectoren en haar middelen zullen komen uit de volgende gebieden:

• Contributies van lidstaten.

• Financiering van gouvernementele, niet-gouvernementele of private sector entiteiten (van binnen en buiten de CARICOM) door subsidiering, toelagen, investeringen en leningen.

• Inkomen verdiend op activa.• Middelen van elke andere bron goedgekeurd

door de Community Council.

De Council for Finance and Planning (COFAP) zal aanbevelingen doen aan de Community Council over het volgende:kapitalisatie van het fonds; contributies van lidstaten; beginselen en richtlijnen voor het onderhandelen bij leningen; investeringspromotie; criteria voor assistentie; wettige en operationele procedures; en management van het fonds.

Lidstaten zijn overeengekomen om nationale wetgeving vast te stellen om het fonds ten uitvoer te brengen als de Community Council eenmaal haar structuur en operationele procedures heeft ingesteld.

Promotie van Investering

COFAP zal ook verantwoordelijk zijn voor het bevorderen van investering in minder bevoorrechte landen. Het zal dit doen door het volgende te faciliteren:

• Joint ventures (binnen CARICOM en met andere staten).

• Economische diversificatie.• Onderzoek en ontwikkeling (inclusief

technologische ontwikkeling)• Kapitaalstromen van andere lidstaten

(bijvoorbeeld: door dubbele belasting overeenkomsten).

Conclusies

41

Page 42: Wat is de CARICOM - Republiek Suriname - Overheid - sr

Door haar beschermings en industrie ondersteunende maatregelen, probeert Protocol VII alle negatieve effecten van de CSME in bepaalde landen, regio’s en sectoren binnen de CARICOM, te minimaliseren. Alle maatregelen zullen tijd-specifiek zijn en zullen periodiek herzien worden om te garanderen dat ze nog steeds gepast en effectief zijn. Op de lange termijn, zal van alle lidstaten verwacht worden dat

hun verplichtingen volgens het Verdrag van Chaguaramas en haar amendementen, nakomen

Status van Protocol VII

Dertien lidstaten hebben het protocol ondertekend en voorlopige toepassing toegezegd. Guyana heeft haar instrument van ratificatie gedeponeerd.

42

Page 43: Wat is de CARICOM - Republiek Suriname - Overheid - sr

Protocol VIII: Concurrentie Beleid, Consumenten Bescherming, Dumpen en Subsidies

Protocol VIII is de Community Competition Policy (het concurrentie beleid van de Community). Het stelt duidelijk richtlijnen vast voor het beschermen van leden van de Community (lidstaten, bedrijven en individuele consumenten) tegen onrechtvaardige handelspraktijken en anti-concurrerende activiteiten. Het is een lang wettig document dat regels en voorschriften samenvat voor handel binnen de CSME en de typen beschikbare hulp voor degenen die onrechtvaardig zijn behandelt. Protocol VIII is het document die het duidelijkst voorschrijft hoe zaken uitgevoerd moeten worden binnen de CSME.

Einddoelen en Operatiedoelen

Het einddoel van het concurrentiebeleid is om condities voor eerlijke concurrentie te bevorderen en te behouden, om participatie van Community nationals in alle markten te faciliteren en om het belang van consumenten te bevorderen en beschermen. Het beleid vat zes operatiedoelen samen:

• Het verzekeren dat de voordelen verwacht van de oprichting van de CSME niet ondermijnd worden door anti-concurrerend handels gedrag.

• Om anti-concurrerend handelsgedrag, dat concurrentie voorkomt, beperkt of verstoord, of misbruik van een dominante positie op de markt vestigt, te verbieden.

• Om consumenten te beschermen en de keus van consumenten te faciliteren.

• Om condities te creëren en een milieu te behouden dat duurzame technologische ontwikkeling ondersteund.

• Om schade te voorkomen aan markten binnen de CSME door onrechtvaardige handelspraktijken.

• Om effectieve oplossingen te bieden aan partijen of personen die benadeelt zijn of waarschijnlijk benadeelt zullen worden door onrechtvaardige handelspraktijken of anti-concurrerend handelsgedrag.

Zowel de Community als individuele lidstaten zullen verantwoordelijk zijn voor het verzekeren van de implementatie van het beleid. De community zal institutionele maatregelen instellen voor het verbieden en afstraffen van onrechtvaardige handelspraktijken en anti-concurrerend handelsgedrag. Het zal ook informatiesystemen ontwikkelen die bedrijven en consumenten op de hoogte zullen houden van de werking van markten binnen de CSME.

Lidstaten zullen hun concurrentie wetten harmoniseren en maatregelen instellen voor hun uitvoering. De concurrentie autoriteiten in elk gebied zullen samenwerken om procedures te coördineren en informatie uit te wisselen. Landen zullen ook implementatie van het beleid faciliteren door het volgende:

• Bieden van maatregelen voor vergoeding voor gekwetste consumenten.

• Informatie verspreiden om consumenten keus te faciliteren.

• Verzekeren van toegang voor nationals van andere lidstaten tot uitvoeringsautoriteiten, inclusief de gerechtshoven, op een onpartijdige, transparante en niet-discriminatoire basis

43

Page 44: Wat is de CARICOM - Republiek Suriname - Overheid - sr

Er zal van landen verlangd worden dat ze COTED in kennis stellen van alle afspraken (wettig, institutioneel of administratief) die de regels van concurrentie, samengevat in het Protocol, significant kunnen beïnvloeden. Deze afspraken zullen uiteindelijk worden beëindigd.

Protocol VIII is ontworpen om te garanderen dat alle lidstaten volledig profijt hebben van de creatie van de CSME. (Het Protocol is niet bedoeld om collectieve onderhandelingen of andere activiteiten, die termen en condities van werkgelegenheid of professionele standaarden voor de bescherming van het publiek regelen, te beïnvloeden.)

Wat zijn de Hoogtepunten van Protocol VIII?

Het Concurrentiebeleid geeft aan drie belangrijke gebieden van belang en de rol van de competition Commission verantwoordelijk voor de uitvoering van de regels van concurrentie in die gebieden.

A) Restrictieve Handelspraktijken

Restrictieve handelspraktijken zijn die praktijken die onrechtvaardige concurrentie bevorderen. Landen zijn overeengekomen om verscheidene algemene praktijken te verbieden:

• Overeenkomsten, besluiten en activiteiten van ondernemingen die waarschijnlijk concurrentie binnen de Community zullen tegenhouden, beperken of ontregelen.

• Handelingen waarbij een onderneming zijn dominante positie binnen de Community misbruikt.

• Andere anti-concurrentie handelsgedrag door ondernemingen die de voordelen verwacht van de creatie van de CSME frustreren.

Er zijn verschillende typen van activiteiten die landen kunnen verhinderen om te profijt te hebben van de voordelen verwacht van de creatie van de CSME. Deze behelzen prijsovereenkomsten, het toekennen van concessies en het beheer van de markt. Hier zijn een paar voorbeelden:

• het direct of indirect vaststellen van inkoop en verkoop prijzen.

• Beperking of beheersing van productie, markten, investeringen of technische ontwikkeling.

• Kunstmatig opdelen van een markt of beperking van voorraadbronnen.

• Toepassing van ongelijke condities op partijen die gelijksoortige overeenkomsten aangaan bij commerciële transacties (waarbij ze geplaatst worden voor een concurrerend nadeel).

• Het eindresultaat van een contract onderwerpen aan de acceptatie door de andere partij bij het contract van additionele verplichtingen, die door hun aard of volgens commerciële uitoefening, geen verband hebben met het onderwerp van het contract.

• Ongeautoriseerde ontzegging van toegang tot netwerken of essentiële infrastructuur.

• Uitbuitende prijzen.• Prijs discriminatie.• Loyaliteitskortingen of concessies.• Uitsluitende verticale beperkingen.

Opmerking voor de Private Sector over Anti-Concurrerende Handelspraktijken

Als u een bedrijf heeft binnen de CSME, en u bent betrokken bij een van de activiteiten hierboven genoemd, is hier een checklist van condities om u te helpen bepalen of uw activiteiten wel of niet onrechtvaardige handelsgedrag vormen. Uw activiteiten zullen binnen de regels zijn als:

44

Page 45: Wat is de CARICOM - Republiek Suriname - Overheid - sr

a) Als ze bijdragen aan de verbetering van productie of distributie van goederen en diensten.

b) Ze bijdragen tot de bevordering van technische of economische vooruitgang, terwijl ze consumenten een redelijk deel van de resulterende voordelen toestaan.

c) De beperkingen die ze opleggen aan andere ondernemingen onontbeerlijk zijn voor het bereiken van doelen a) en b).

d) Zij uw onderneming niet toestaan om concurrentie te elimineren voor wat betreft een substantieel deel van de markt voor goederen en diensten.

Misbruik van Dominante Posities op de Markt

Misbruik van een dominante positie op de markt komt te staan onder bijzonder nauwkeurig onderzoek in Protocol VIII. Een onderneming heeft een dominante positie op de markt als het een plaats bezet van economische macht, welke het instaat zou stellen om op die markt te opereren zonder enige wezenlijke beperkingen van concurrenten of potentiële concurrenten. Bedrijven zijn onderling met elkaar verbonden als een een dochteronderneming is van de ander of als ze beide dochterondernemingen zijn van hetzelfde bedrijf.

Als een bedrijf haar dominante positie gebruikt om concurrentie op de markt te verhinderen, te beperken of te ontregelen, wordt gezegd dat het haat dominante positie misbruikt. Hier zijn een paar van de activiteiten, die gekwalificeerd worden als misbruik van een dominante positie op de markt:

• Het beperken van toegang aan elke onderneming tot de markt.

• het verhinderen of ontmoedigen van elke onderneming om concurrentie aan te gaan op de markt.

• Het elimineren of verwijderen van elke onderneming van een markt.

• Het direct of indirect opleggen van onrechtvaardige inkoop of verkoopprijzen of andere beperkende praktijken.

• Het beperken van de productie van goederen of diensten voor een markt ten nadele van de consument.

• Het eindresultaat van een overeenkomst laten afhangen van acceptatie door de andere partij van verplichtingen welke door hun aard of volgens commercieel gebruik geen verband hebben met het onderwerp van de overeenkomst.

• Het betrokken raken bij elk zakelijk gedrag dat resulteert in de exploitatie van klanten of leveranciers (en de verwachte voordelen van de CSME frustreren).

Er zijn verschillende factoren die meespelen bij het vaststellen of een onderneming haar dominante positie heeft misbruikt: de relevante markt (in termen van product en geografische context); het concentratieniveau voor en na de activiteit die onderzocht wordt (jaarlijkse omvang van de verkoop, waarde van activa en transactie waarde); het concurrentieniveau tussen de participanten (aantal concurrenten, productiecapaciteit en vraag naar het product); barrières bij de toegang van concurrenten; en de geschiedenis van concurrentie en rivaliteit tussen participanten in de activiteitensector.

Opmerking voor de Private Sector over Misbruik van een Dominante Positie

Als u een bedrijf heeft dat een dominante positie heeft, zullen bepaalde activiteiten niet als misbruik van uw positie worden beschouwd als:

• Het gedrag uitsluitend gericht was op het verbeteren van de productie, voorziening of distributie van goederen of diensten of het

45

Page 46: Wat is de CARICOM - Republiek Suriname - Overheid - sr

bevorderen van technische of economische vooruitgang en als resultaat consumenten er profijt van hebben gehad.

• Uw onderneming redelijkerwijs een recht uitvoert of probeert uit te voeren waarop het aanspraak maakt via auteursrecht, patent, geregistreerd handelsmerk of ontwerp.

• Het effect of waarschijnlijk effect op de markt, het resultaat is van de superieur concurrerend prestatie van uw bedrijf.

Onderzoeken naar Anti-concurrerend Handelsgedrag

De Competition Commission kan beschuldigingen van anti-concurrerend handelsgedrag onderzoeken als aangevraagd door een lidstaat of door COTED. De commissie zal eerst nagaan of een onderzoek noodzakelijk is. Als het besluit om door te gaan, dan zal het lidstaten, de betrokken ondernemingen, en COTED in kennis stellen. Als de Commission vindt dat een onderneming zich schuldig heeft gemaakt aan anti-concurrerend handelsgedrag, zal de betrokken onderneming een gelegenheid worden geboden om haar belang te verdedigen. Er zal van de onderneming verlangd worden dat zij actie zal ondernemen om de effecten van het anti-concurrerend handelsgedrag te verwijderen. Als het dit niet doet binnen een gespecificeerde tijd, kan de commissie een rechterlijk bevel aanvragen.

De Commissie kan ook op eigen initiatief een voorlopig oordeel vellen over het handelsgedrag. Als het dit doet, zal het COTED en de staten in wiens jurisdictie de onderneming opereert, informeren over het resultaat van de beoordeling. De Commissie en de Staats partijen zullen beslissen als er verder onderzoek verricht zal worden in de zaak en wie het onderzoek zou moeten verrichten. Als beiden besluiten dat de lidstaat het

onderzoek moet verrichten, zal de Commissie zich terugtrekken. Als er een verschil van mening is, zal de Commissie zich ook terugtrekken maar het zal de zaak doorverwijzen naar COTED en mogelijk naar de Caribbean Court of Justice als het verschil van mening blijft bestaan.

Fact-o-FileThe Caribbean Court of Justice

De Caribbean Court of Justice (CCJ) is het voorgestelde regionaal juridisch tribunaal. Eenmaal opgericht, zal het CCJ zowel een hof van appel zijn, als een originele rechtspraak uitoefenen – het zal de Judicial Committee van de Privy Council vervangen en het zal originele jurisdictie hebben met betrekking tot de interpretatie en toepassing van het Verdrag dat de Caribbean Community instelt. ( het Verdrag van Chaguaramas)

Landen zijn overeengekomen dat hun instituten van de openbare sector samen zullen werken en de regels van concurrentie zullen naleven. Hier is wat van de instituten van de openbare sector verlangd wordt:

• Samenwerken bij het uitwisselen van informatie met het oog op het opsporen en afstraffen van anti-concurrerend handelsgedrag (er wordt rekening gehouden met de bescherming van bepaalde typen van confidentiële informatie).

• Het onderzoeken van beschuldigingen van zulk gedrag.

• Lidstaten in kennis stellen van elke actie genomen om de regels van concurrentie toe te passen als die handeling ze waarschijnlijk zal beïnvloeden.

COTED zal regels en beleid voor concurrentie samenstellen en kan speciale regels voor specifieke sectoren van de Community ontwikkelen.

46

Page 47: Wat is de CARICOM - Republiek Suriname - Overheid - sr

A) Dumpen en Subsidies

Het dumpen en subsidies zijn twee gebieden van bijzonder belang volgens Protocol VIII. Èèn overspoelt de markt met goederen, die onbillijk concurrerend zijn in prijs terwijl de andere het toestaat dat goederen geproduceerd worden voor goedkopere tarieven dan die van de concurrent.

Dumpen

Een product wordt gedumpt als het wordt geïntroduceerd in de handel van een ander land tegen minder dan de normale waarde. Het Protocol geeft richtlijnen voor het vaststellen van wat de normale waarde van een product kan zijn. Als er een schade dreiging of echte schade is aan een binnenlandse markt, kan de zaak onderzocht worden door de bevoegde autoriteit in het land. Als de onderzoeken uitwijzen dat er bewijs is dat gedumpte goederen het land zijn binnengekomen en dat ze een gevaar vormen voor de lokale industrie, kan de nationale autoriteit een formeel verzoek doen voor consultaties met het exporterende land. (COTED zal ook in kennis moeten worden gesteld.)

Als de consultaties niet bevredigend zijn, kan het land dat de aantijging over het dumpen heeft gemaakt, voorlopige maatregelen treffen tegen het exporterend land. Deze kunnen de vorm hebben van voorlopige belastingen of obligaties (contanten, waarborgsom of schuldbrief) niet meer dan het geschatte bedrag van het gedumpte. Een land mag ook waardebepaling van goederen van het exporterend land achterhouden. Het Protocol zet tijdlijnen en condities uit voor het toepassen van voorlopige maatregelen.

Bij het bepalen of er schade is, zullen autoriteiten de omvang van de gedumpte producten bekijken en hun effect op lokale prijzen voor gelijksoortige

producten alsook hun effect op lokale producenten van gelijksoortige producten.

Fact-o-FileVooronderzoeken naar Dumping

Een verzoek aan nationale autoriteiten om onderzoeken te verrichten naar dumping kan gedaan worden door de industrie die de aantijgingen doet, door een associatie namens hun of door werknemers of producenten van de “gelijksoortige” lokale producten die bedreigd worden door de importen. Als het verzoek ondersteund wordt door binnenlandse producenten die meer dan 50% van de totale productie van de goederen in kwestie (gelijksoortige goederen) vertegenwoordigen, dan zullen de autoriteiten het beschouwen als een verzoek gedaan namens de industrie. De autoriteiten zullen echter geen enkel verzoek bekijken dat ondersteund wordt door producenten die totaal minder dan 25% van de totale lokale productie van gelijksoortige producten uitmaken.

Onderzoeken zullen stopgezet worden als de marge van dumping minder dan 2% is en het volume van gedumpte producten van een bepaald land minder dan 3% van de importen van het soortgelijke product is in het importerende land. (Als de beschuldigingen gedaan zijn tegen een groep van landen, die collectief verantwoordelijk zijn voor meer dan 7% van de importen, ofschoon ze individueel verantwoordelijk zijn voor minder dan 3% dan kunnen de onderzoeken doorgaan.)

COTED kan een anti-dumping actie autoriseren als de partijen die vermoedelijk dumpen weigeren om mee te werken met onderzoeken of als er een ernstige bedreiging of schade is (of als ernstige schade al veroorzaakt is). Anti-dumping actie zal gebaseerd zijn op de berekende grens van dumping en de actie kan worden toegepast met gebruik van de volgende richtlijnen:

47

Page 48: Wat is de CARICOM - Republiek Suriname - Overheid - sr

• Er moet bewijs zijn van dumpen en schade veroorzaakt door het dumpen.

• Als er bewijs is dat er schade veroorzaakt is, dan kan een lidstaat anti-dumping belastingen heffen, (definitieve belastingen) terugwerkend, om de periode gedurende welke voorlopige belastingen werden geheven mee te rekenen.

• Als de definitieve belastingen lager zijn dan de voorlopige, mag het verschil terug betaald worden of de belastingen mogen herberekend worden (als de definitieve belastingen hoger zijn, zal er geen verschil worden ontvangen).

• Lidstaten die de anti-dumping maatregelen opleggen moeten niet discrimineren tussen de bronnen van alle gedumpte importen gebaseerd op land van oorsprong of nationaliteit van exporteurs.

• Als wordt ontdekt dat schade niet was veroorzaakt door dumpen en toegepaste voorlopige maatregelen importen negatief beïnvloedt hebben, dan kan er verlangd worden van de lidstaat, die de voorlopige maatregelen toepast, dat de maatregelen ingetrokken worden en er compensatie betaalt wordt.

• Een exporteur wiens exporten onderworpen worden aan anti-dumping belastingen kan de lidstaat die de belastingen heft vragen de toepassing van de belastingen te herzien. (Als de exporteur niet tevreden en vindt dat de toepassing geen gepaste considerans is gegeven binnen een gespecificeerd tijdsbestek dan kan de zaak verwezen worden naar COTED.)

• Een lidstaat kan een vrijwillige prijsgarantie accepteren van een exporteur waarvan gedacht wordt dat hij dumpt (en er zal van de staat verlangd worden alle onderzoeken op te schorten en voorlopige maatregelen tegen de exporteur in te trekken.)

Subsidies

Subsidies zijn financiële bijdragen door overheden of andere openbare lichamen binnen het gebied van een lidstaat, die in verschillende categorieën zijn onder te verdelen:

• Overheidsactiviteiten die directe overmakingen van fondsen impliceren (bijvoorbeeld: subsidies, leningen, en toevoeging van aandelen) of potentiële directe overmaking van fondsen of wettelijke verplichtingen (bijvoorbeeld: leninggaranties).

• Overheidsopbrengsten die normaal betaald moeten worden die voorbij zijn of niet geïnd zijn (bijvoorbeeld: fiscale incentives zoals belastingkredieten).

• Overheidsinkopen van goederen of voorziening van goederen en diensten anders dan algemene infrastructuur.

• Overheidsbetalingen aan een financieringsmechanisme, of het toevertrouwen van bovengenoemde activiteiten (normaal uitgevoerd door de overheid) aan een privé lichaam.

• Vormen van inkomen of prijsondersteuning die voordeel bieden.

Lidstaten van de Community kunnen actie ondernemen tegen andere lidstaten die profiteren van subsidies bij de volgende omstandigheden:

• Als de subsidie verboden is.• Als de subsidie schade veroorzaakt aan een

binnenlandse industrie.• Als de subsidie resulteert in opheffing of

verslechtering van voordelen direct of indirect toekomende aan elke lidstaat.

• Als de subsidie de belangen van elke lidstaat ernstig benadeelt.

48

Page 49: Wat is de CARICOM - Republiek Suriname - Overheid - sr

• Als de schade veroorzaakt aan een binnenlandse industrie (door een subsidie) moeilijk te herstellen zou zijn.

Verboden Subsidies

Een subsidie is verboden als het afhangt van:

• Export prestatie (bij wet of feitelijk, hetzij alleen of als een van verscheidene andere condities); of

• Het gebruik van binnenlandse boven geïmporteerde goederen (hetzij alleen of als een van verscheidene andere condities).

De vormen van overheidsassistentie genoemd in schedule V van Protocol IV worden ook gerekend tot verboden subsidies. (Agrarische subsidies zijn niet verboden. Zie de aantekening hieronder.)

In alle gevallen echter moet de subsidie specifiek voor een onderneming of industrie zijn (of groep van ondernemingen of industrieën) binnen de jurisdictie van de lidstaat. Het Protocol zet richtlijnen uit voor het bepalen of een subsidie specifiek is:

• Als de toekennende autoriteit of de relevante wetgeving expliciet de toegang tot een subsidie beperkt tot bepaalde ondernemingen.

• Als een subsidie beperkt is tot bepaalde ondernemingen binnen een aangewezen geografische regio binnen de jurisdictie van een lidstaat.

Als de toekennende autoriteit of relevante wetgeving duidelijke criteria voor subsidies beschrijft en geschiktheid is automatisch (en er wordt strikt gehouden aan de criteria) dan is de subsidie niet specifiek. Verscheidene andere factoren kunnen echter in beschouwing worden genomen bij het bepalen of een subsidie specifiek is. Deze omvatten: overheersend gebruik van bepaalde

ondernemingen, de manier waarop discretie wordt uitgeoefend door de toekennende autoriteit en het gebruik van een subsidie programma door een beperkt aantal van bepaalde ondernemingen.

B) Het onderzoeken van Subsidies

Protocol VIII stelt drie gebieden vast voor onderzoek van subsidies door lidstaten die denken dat de regels van concurrentie zijn geschonden: verboden subsidies; subsidies die schade veroorzaken; opheffing, beschadiging of ernstig nadeel; en subsidies die nadelige effecten veroorzaken.

Verboden Subsidies

Als een binnenlandse industrie gelooft dat een ander lidstaat een verboden subsidie heeft toegekend of gehandhaafd, kan het zich wenden tot de competente autoriteit (gewoonlijk een minister van een overheid) in zijn land voor een te plegen onderzoek. De autoriteit zal de aanvraag onderzoeken en bepalen of het een vooronderzoek moet uitvoeren. Het onderzoek zal openbaar bekendgemaakt worden en als de resultaten het bestaan van een verboden subsidie uitwijzen, zullen de betrokken lidstaten en geïnteresseerde partijen uitgenodigd worden om hun belangen te verdedigen.

Als een lidstaat gelooft dat een andere een verboden subsidie heeft toegekend of heeft gehandhaafd, kan het consultaties met die lidstaat aanvragen en COTED in kennis stellen van dat verzoek. Als de consultaties niet succesvol zijn, kan aan COTED gevraagd worden om te interveniëren om het bestaan van de subsidie vast te stellen. (Terwijl dit onderzoek gaande is, kan de lidstaat die de aantijgingen doet voorlopige maatregelen instellen om verdere schade aan hun lokale industrie tegen te houden. Als COTED vast stelt dat er geen verboden subsidie bestaat, zullen de voorlopige

49

Page 50: Wat is de CARICOM - Republiek Suriname - Overheid - sr

maatregelen ingetrokken worden en regelingen getroffen worden voor compensatie.)

Als de lidstaten geen wederzijds overeen-gekomen oplossing bereiken, volgend op de resultaten van het onderzoek van COTED, zal COTED de aanbevelingen van haar rapport toepassen. Als er een verboden subsidie in werking is, kan COTED de getroffen lidstaat autoriseren om tegenmaatregelen toe te passen op de importen die voordeel hebben van de subsidie of het mag de overtreder bevelen om de subsidie in te trekken binnen een specifiek tijdsbestek. ( In het geval van subsidies die afhankelijk zijn van export prestaties, zullen lidstaten met een BNP per hoofd van minder dan US$1.000, - worden toegestaan om zulke subsidies te behouden. Andere lidstaten zullen worden toegestaan om de subsidies te behouden tot 1 januari 2003. In geval van subsidies afhankelijk van het gebruik van binnenlandse boven geïmporteerde producten, zullen lidstaten met een BNP van minder dan US$ 1.000, - worden toegestaan om zulke subsidies te behouden tot 1 januari 2003.)

Subsidies die Nadeel, Opheffing, Beschadiging of Ernstige Afbreuk Veroorzaken

Als er bewijs is dat een subsidie nadeel, opheffing, beschadiging of ernstige afbreuk heeft veroorzaakt, kan een lidstaat ook actie ondernemen. Ernstige afbreuk aan de belangen van een lidstaat komt voor:

• Als de subsidie de importen van soortgelijke producten van de getroffen lidstaat verdringt of belemmert, die exporteert naar de lidstaat die de subsidie heeft geïntroduceerd.

• Als de subsidie de exporten van soortgelijke producten verdingt of belemmert van de getroffen exporterende lidstaat naar de markt van een derde lidstaat.

• Als de subsidie significante prijs onderdrukking, prijs depressie of ondergraving van verloren verkoop veroorzaakt (van een soortgelijk product in een andere lidstaat op dezelfde markt).

• Als de subsidie een toename in het CSME marktaandeel veroorzaakt van de lidstaat die het geïntroduceerd heeft.

• Als de totale geschatte waarde van de subsidiering van een product 5% overschrijdt.

• Als een subsidie bedrijfsverliezen dekt erkent door een industrie. (anders dan maatregelen voor een keer ontworpen om tijd te bieden voor de ontwikkeling van lange-termijn oplossingen en om acute sociale problemen te vermijden).

• Als een subsidie ontworpen is als directe kwijtschelding van schuld (bijvoorbeeld: kwijtschelding van schuld bij de overheid en toekenning om terugbetaling van een schuld te dekken).

Een binnenlandse industrie kan zich wenden tot haar nationale autoriteit om voorbereidende onderzoeken uit te voeren, als het gelooft dat subsidies die schade, opheffing, beschadiging of ernstig nadeel veroorzaken bestaan. Zoals het geval is bij vooronderzoek naar dumpen (hierboven), zullen de autoriteiten van mening zijn dat het verzoek gedaan is namens de industrie als de aanvraag ondersteund wordt door binnenlandse producenten die meer dan 50% (maar niet minder dan 25%) van de totale productie van soortgelijk producten vertegenwoordigen. Als een lidstaat gelooft dat de subsidie, hierboven naar verwezen, bestaat, kan het consultatie aanvragen met de lidstaat waarvan gedacht wordt dat die de subsidie verleent en moet COTED in kennis gesteld worden. Als consultaties mislukken, kan er aan COTED gevraagd worden om onderzoeken te plegen en de lidstaat die de aantijgingen doet kan voorlopige maatregelen instellen. Als COTED

50

Page 51: Wat is de CARICOM - Republiek Suriname - Overheid - sr

ontdekt dat de regels van concurrentie zijn geschonden en dat geen wederzijdse acceptabele oplossing is gevonden, zal het de overtredende lidstaat vragen om de effecten van de subsidie te herstellen. Als de lidstaat dit niet opvolgt, kan COTED de getroffen lidstaat autoriseren om tegenmaatregelen op te leggen tegen een tarief gelijkwaardig aan het bedrag van subsidiering (met tijdbestekken en condities aan verbonden).

Subsidies die een nadelig / ongunstig effect veroorzaken

Er zijn bepaalde specifieke subsidies die zijn toegestaan volgens Protocol VIII. Deze omvatten: subsidies toegekend voor onderzoeksactiviteiten; subsidies toegekend om minder bevoorrechte regio’s binnen het gebied van een lidstaat te assisteren; subsidies toegekend om entiteiten te assisteren bij de aanpassing van bestaande faciliteiten om te voldoen aan nieuwe milieuvereisten; en subsidies toegekend om bedrijven te helpen bij het uitvoeren van training en herscholing van werknemers. In elk geval, zijn specifieke conditiesvan toepassing.

Ondanks het feit dat deze bijzondere subsidies toegestaan zijn, zijn industrieën en lidstaten in staat om alle nadelige effecten op hun belangen te onderzoeken. Aanvragen voor onderzoek kunnen gedaan worden door binnenlandse industrieën aan nationale autoriteiten kunnen consultaties aanvragen. Als COTED betrokken raakt na mislukken van consultaties, en als het vaststelt dat de gesubsidieerde importen ernstige nadelige effecten hebben veroorzaakt op de binnenlandse industrie van een lidstaat, zal het de overtredende lidstaat aanbevelen om het programma van subsidie te wijzigen. Als de overtredende lidstaat dit niet opvolgt, zal COTED de getroffen lidstaat autoriseren om equivalente belastingen te heffen in

vergelijkbaar met de aard en mate van de negatieve effecten.

Als COTED vast stelt dat geen ernstige nadelige effecten zijn veroorzaakt door de subsidies, dan moeten alle genomen voorlopige maatregelen worden ingetrokken en er zal compensatie worden geautoriseerd.

Fact-o-FileVoorlopige Maatregelen

Voorlopige maatregelen kunnen alleen worden toegepast onder de volgende omstandigheden:

• Een vooronderzoek is gepleegd (en publieke kennisgeving is gedaan met voldoende gelegenheden geboden aan belanghebbende personen om informatie en commentaar in te dienen).

• Er is een bevestigende eerste vaststelling geweest van een schending van de regels van concurrentie.

• Consultaties zijn aangevraagd of ondernomen, COTED is in kennis gesteld en heeft onderzoeken gepleegd en de relevante autoriteiten hebben bepaald dat de voorlopige maatregelen noodzakelijk zijn om schade te voorkomen gedurende het onderzoek.

Voorlopige maatregelen kunnen de vorm hebben van equivalente belastingen, gegarandeerd door contante deposito’s of schuldbrief gelijk aan het bedrag van het voorlopig berekend bedrag van subsidiering. Ze zullen niet worden toegepast voor een periode langer dan 120 dagen, maar die periode kan worden verlengd als het onderzoek van COTED buiten die periode doorgaat. (De maatregelen kunnen niet eerder dan 60 dagen nadat het onderzoek is begonnen, worden toegepast.) Een lidstaat kan vrijwillig aanbieden om zich terug te trekken of het bedrag van subsidie te beperken, of een exporteur die profijt heeft van een subsidie kan toestemmen om de prijs van de

51

Page 52: Wat is de CARICOM - Republiek Suriname - Overheid - sr

goederen in kwestie te verhogen zodat de negatieve effecten geëlimineerd worden. In geval van een gegarandeerde prijsverhoging, moet de lidstaat die de garantie accepteert COTED in kennis stellen en alle voorlopige maatregelen verwijderen. Als onderzoeken schending van regels van concurrentie uitwijzen, dan kan een lidstaat equivalente terugwerkende maatregelen opleggen om te verantwoorden de periode waarin de voorlopige maatregelen waren ingesteld. Als de equivalente maatregelen lager zijn dan de voorlopige belastingen, dan zal een terugbetaling worden toegepast. COTED zal alle equivalente maatregelen herzien en monitoren.

Fact-o-FileAgrarische Subsidies

Agrarische subsidie is elke vorm van binnenlandse ondersteuning (Financieel of anders) geboden door de overheid of elke openbaar instituut ten gunste van de producenten van een specifiek agrarisch product of de gehele agrarische sector. Protocol VIII erkent en staat toe het feit dat landen binnen de Community subsidies zullen toekennen om agrarische en rurale ontwikkelen aan te moedigen, om investeringen in de landbouw te bevorderen en om producenten met lage inkomens en weinig middelen te helpen. Het Protocol stelt richtlijnen in om ontregeling in de productie of inter-regionale handel van producten die agrarische subsidies ontvangen te voorkomen

C) Consumenten Bescherming

Volgens Protocol VIII, wordt een consument gedefinieerd als een persoon aan wie goederen of diensten worden geleverd of geleverd zullen worden gedurende het zaken doen (tenzij de goederen of diensten ontvangen zijn gedurende het uitvoeren van eigen zaken).

Lidstaten zijn overeengekomen om belangen van consumenten te bevorderen en hebben verschillende aandachtsgebieden geïdentificeerd:

• Productie en voorziening van goederen en diensten om de bescherming van het leven, de gezondheid en veiligheid van consumenten, te garanderen.

• Naleving van voorschriften, standaarden, codes en vergunningsvereisten van goederen en diensten geproduceerd en geleverd binnen de CSME.

• Instelling van zulke voorschriften, standaarden, codes en vergunningsvereisten daar waar ze nog niet bestaan.

• Ethisch gedrag van degenen die betrokken zijn bij de productie en distributie van goederen en diensten aan consumenten.

• Eerlijke en effectieve concurrentie om consumenten een grotere keus te bieden in goederen en diensten tegen de laagste kosten (en de gerelateerde faciliterende maatregel om nationale behandeling te garanderen voor leveranciers van goederen en diensten door nationals of andere lidstaten).

• Het bieden van adequate informatie aan consumenten om geïnformeerde keuzen te faciliteren.

• Het bieden van adequate informatie en educatieve programma’s voor consumenten en leveranciers.

• Ontwikkeling van onafhankelijke consumentenorganisaties.

• Het bieden van adequate en effectieve vergoeding voor consumenten.

Lidstaten zijn overeengekomen om geharmoniseerde wetgeving in te stellen om consumenten belangen te beschermen. Deze wetgeving zal verschillende probleemgebieden behandelen, inclusief:

52

Page 53: Wat is de CARICOM - Republiek Suriname - Overheid - sr

• Fundamentele voorwaarden van contracten voor de levering van goederen of diensten.

• “Exorbitante voorwaarden” in contracten voor de verkoop en levering van goederen en diensten.

• Onrechtvaardige handelspraktijken (in het bijzonder die gerelateerd aan misleidend, listig of frauduleus gedrag).

• Productie en levering van schadelijke en defecte goederen (inclusief maatregelen om de defecte goederen van de markt te verwijderen)

• Voorschriften, standaarden, codes en vergunningsvereisten.

• Labelen en monitoren van leveranties van goederen die waarschijnlijk schade aan het milieu zullen berokkenen.

• Aansprakelijkheid voor defecten in goederen en schendingen van product- en consument veiligheidsstandaarden die verlies of schade veroorzaken aan consumenten.

• Sancties voor aansprakelijkheid en de voorziening van burger en criminele bescherming voor degenen die beschuldigd zijn van aansprakelijkheid.

Het Protocol stelt ook doelen vast voor de Competition Commission bij het ondersteunen van consumenten educatie en welzijn. De Commissie zal het volgende doen:

• De uitwerking, publicatie en overname van eerlijke contract voorwaarden tussen consumenten en leveranciers bevorderen.

• Maatregelen treffen om te garanderen dat lidstaten onrechtvaardige handelspraktijken ontmoedigen en elimineren (inclusief misleidend en listig gedrag, onware advertentie, verleidende advertentie, verkoop door verwijzing en piramide verkoop).

• Het bevorderen van product veilige standaarden als deel van een programma voor consumenten educatie.

• Herziening van commerciële activiteiten in lidstaten met het oog op het identificeren van activiteiten die de belangen van consumenten negatief kunnen beïnvloeden.

• Consumenten voorlichten en begeleiden over het algemeen in de praktische oplossing van hun problemen en het beste gebruik van hun inkomen en krediet.

• Beraadslagen met consumenten organisaties van lidstaten en advies en informatie aanbieden (wanneer gevraagd of gepast).

• Het instellen van coördinatie met overheids instellingen en departementen voor de effectieve educatie en begeleiding van consumenten.

• Onderzoek uitvoeren en informatie verzamelen en samenstellen over zaken die invloed hebben op de belangen van consumenten.

• Wetgeving voor bescherming van consumenten binnen de Community samenstellen, evalueren en publiceren; en aanbevelingen doen aan COTED voor verdere wetgeving.

• De instelling van kwaliteitsstandaarden voor consumentenproducten bevorderen.

• De uitvoering van wetgeving die de belangen van de consumenten beïnvloeden, bevorderen en monitoren (inclusief, maar niet beperkt tot, wetgeving gerelateerd aan gewichten en afmetingen, voedsel en drug vervalsing en de beheersing van controle op prijzen en standaarden).

• Aanbevelingen doen aan COTED voor de bekrachtiging van wetgeving om effectieve uitvoering van consumenten rechten te garanderen.

D) De Competition Commission (de concurrentie commissie)

53

Page 54: Wat is de CARICOM - Republiek Suriname - Overheid - sr

De Competition Commission zal samengesteld worden uit zeven leden benoemd door de Regional Judicial and Legal Services Commission (de regionale juridische en wettelijke diensten commissie). Leden zullen personen zijn met deskundigheid of ervaring in handel, financiën, economie, recht, concurrentiebeleid en uitvoering, internationale handel en gerelateerde gebieden. Leden zullen de Commissie vijf jaar dienen (met de mogelijkheid van één jaar verlenging). De rol van de Commissie is tweeledig:

• Om de regels van concurrentie ten uitvoer te brengen, met betrekking tot anti-concurrentie grensoverschrijdend handelsgedrag.

• Om concurrentie binnen de Community te bevorderen en implementatie van de Community Competition Policy te coördineren.

De Commissie zal verschillende plichten vervullen:

• Anti-concurrerende praktijken van ondernemingen die opereren in de CSME monitoren en bij grensoverschrijdende geschillen onderzoek instellen en bemiddelen.

• De Community Competition Policy in het oog houden en COTED adviseren en aanbevelingen doen om de effectiviteit te verbeteren.

• De instelling van instituten en de ontwikkeling en implementatie van geharmoniseerde concurrentie wetten en activiteiten door lidstaten bevorderen om uniformiteit in de administratie van toepasbare regels te verkrijgen.

• De vooruitgang geboekt door lidstaten bij de implementatie van het wettig en institutioneel kader voor uitvoering herzien.

• Samenwerken met competente autoriteiten in lidstaten.

• Ondersteuning bieden aan lidstaten bij het bevorderen en beschermen van het welzijn van consumenten.

• De uitwisseling van relevante informatie en expertise faciliteren.

• Het ontwikkelen en verspreiden van informatie over concurrentiebeleid, inclusief consumenten beschermingsbeleid.

• Eigen procedureregels vaststellen.• Elke andere functie, waarover overlegd is door

elk competent lichaam van de Community, uitvoeren.

De Commissie zal instaat zijn om op te vragen, documenten of elk ander bewijs noodzakelijk voor het uitvoeren van hun onderzoek. De Commissie zal stappen ondernemen om anti-concurrerend handelsgedrag te verbieden of af te straffen en het kan het volgende doen:

• Opdracht geven tot beëindiging of opheffing van elke overeenkomst die anti-concurrerend handelsgedrag toestaat.

• De onderneming opdragen om haar anti-concurrerende handelsactiviteiten stop te zetten en stappen te ondernemen om alle effecten van misbruik van haar dominante positie op de markt, te herstellen.

• Opdragen tot betaling van compensatie aan getroffen personen.

• Opdragen tot betaling van boeten voor het schenden van de regels van concurrentie.

Conclusies

Protocol VIII is de uitgebreidste van de protocollen en stelt duidelijk richtlijnen vast voor het beschermen van individuele consumenten, industrieën en lidstaten getroffen door

54

Page 55: Wat is de CARICOM - Republiek Suriname - Overheid - sr

onrechtvaardige handel binnen de CSME. De regels van concurrentie werken om te verzekeren dat de voordelen die resulteren uit handel binnen een verenigd Caraibische ruimte niet toegepast worden door discriminatoire activiteiten en het Protocol moet daarom toegenomen vertrouwen in de werking van de CSME faciliteren.

Status van Protocol VIII

Elf lidstaten hebben het Protocol ondertekend en één heeft voorlopige toepassing toegezegd. Guyana heeft haar instrument van ratificatie gedeponeerd.

55

Page 56: Wat is de CARICOM - Republiek Suriname - Overheid - sr

Protocol IX: Oplossing van Geschillen

Protocol IX is het raamwerk voor het oplossen van verdragsgeschillen binnen de Community. Het schrijft voor de mechanismen voor het indienen van klachten, het houden van consultaties en het nemen van actie wanneer noodzakelijk.

Einddoelen en Operatiedoelen

Het einddoel van Protocol IX is om te voorzien in een efficiënt, betrouwbaar en gezaghebbend systeem van geschil oplossing binnen de CARICOM (en de CSME), die de stabiliteit van de gemeenschap zal versterken en het bereiken van de doelen van de Treaty of Chaguaramas zal faciliteren. Het Protocol voorziet in regels voor lidstaten op drie gebieden:

• Waar er een geschil is over de interpretatie of toepassing van het Verdrag.

• Waar er aantijgingen zijn dat een maatregel (voorgesteld of reeds bestaand) genomen door een andere lidstaat inconsistent is (of zou zijn) met de doelen van de Community.

• Waar er aantijgingen zijn dat de verwachte voordelen van de instelling en werking van de CSME tenietgedaan of geschaad zullen worden.

Wat zijn de Hoogtepunten van Protocol IX?

Volgens Protocol IX is het landen toegestaan om verschillende wegen te bewandelen om hun geschillen op te lossen: goede diensten, onderhandeling, bemiddeling, verzoening, arbitrage en toekenning. Als landen het eens zijn over een bepaalde weg (of manier van oplossing) en deze manier mislukt, zijn ze vrij om één van de andere genoemde wegen te

verkennen, als hun bijzondere overeenkomsten dat toelaten.

Landen zijn overeengekomen om hun geschillen zo snel als mogelijk op te lossen – vooral als bepaalde wegen reeds gefaald hebben. Ze zijn ook overeengekomen om arbitrage en andere geschiloplossende mechanismen na te streven bij het oplossen van internationale commerciële, investerings en intellectuele eigendoms-geschillen.

De belangrijkste oplossingsmechanismen voor gebruik binnen de Community zijn hieronder weergegeven.

A) Goede Diensten, Bemiddeling en Onderhandeling

“Goede diensten” verwijst naar het proces waarbij de Secretaris Generaal van de Community kan interveniëren om een geschil op te lossen. De Secretaris Generaal kan gevraagd worden door de Conference of Heads of Government of elk ander orgaan van de Community om te interveniëren om geschillen op te lossen tussen de competente autoriteiten (gewoonlijk nationale ministers van de overheid) en private sector entiteiten.

De Secretaris-generaal (of iemand van een goedgekeurde lijst onder het Protocol) kan ook benoemd worden als bemiddelaar. “Goede diensten” en bemiddeling kunnen in twee gevallen gebruikt worden:

• Waar er aantijgingen zijn dat een maatregel (voorgesteld of reeds bestaand) genomen door een andere lidstaat inconsistent is (of zou zijn) met de doelen van de Community.

• Waar er aantijgingen zijn dat de verwachte voordelen van de instelling en werking van de

56

Page 57: Wat is de CARICOM - Republiek Suriname - Overheid - sr

CSME tenietgedaan of geschaad zullen worden.

(Als landen eenmaal gekozen hebben voor één van deze methoden van geschiloplossing, zal het ze niet toegestaan worden om andere wegen te bewandelen terwijl er nog over de zaak beslist moet worden)

Als een lidstaat gelooft dat haar voordelen haar ontzegt worden of dat de doelen van het Verdrag worden gecompromitteerd door handelingen van een andere staat in de Community, kan het vragen om consultaties. (Het streven zou zijn om de feiten vast te stellen en te onderhandelen naar een oplossing.) Het land moet haar zaak duidelijk formuleren in een schriftelijke verklaring naar de tweede staat en COTED in kennis stellen dat het heeft gevraagd om consultaties. De tweede staat moet direct op het verzoek antwoorden. Als een andere lidstaat meent dat het substantieel of materieel belang heeft in de zaak, kan het een formeel verzoek doen om ook deel te nemen aan de consultaties. (Het Protocol heeft speciale bepalingen voor snelle consultaties in zaken waar het gaat om agrarische artikelen)

Landen die betrokken zijn in geschillen moeten als vereist voldoende informatie verschaffen en moeten de confidentialiteit respecteren of de particuliere aard van elke informatie die wordt uitgewisseld. Landen zijn ook overeengekomen om elke oplossingsmethode te vermijden die de belangen van andere staten negatief kan beïnvloeden.

Onderzoeken

Als de consultaties falen om een oplossing te bieden, kan de lidstaat die de consultaties aanvroeg COTED vragen om een onderzoek in te stellen om de geldigheid van de aantijgingen vast te stellen. Alle lidstaten zullen toegang hebben tot de resultaten van het onderzoek. Als COTED ontdekt dat de aantijgingen valide zijn en dat geen

wederzijds overeengekomen oplossing mogelijk is geweest, dan kan het de lidstaat die de aantijgingen doet autoriseren om maatregelen te treffen om haar belangen veilig te stellen. Het kan ook sancties door andere lidstaten autoriseren.

Als het land dat naar een onderzoek vraagt gelooft dat de zaak dringend is, kan het COTED vragen om tussentijdse maatregelen te autoriseren terwijl het onderzoek wordt uitgevoerd.

B) Verzoening

Elke lidstaat zal twee bemiddelaars nomineren om benoemd te worden voor de lijst van bemiddelaars gehouden door de Secretaris Generaal. Ze zullen geselecteerd worden op basis van hun reputatie van eerlijkheid, competentie en integriteit. Het zittingstermijn van een bemiddelaar zal vijf jaar zijn. Als landen die betrokken zijn bij een geschil kiezen voor verzoening, dan zal een Verzoeningscommissie worden ingesteld.

Elk van de staten bij een geschil mogen met de handelingen beginnen voor de verzoening. Die staat moet een bemiddelaar van de lijst benoemen en de andere staat in kennisstellen. De andere staat zal dan haar eigen benoeming verrichten en samen zullen ze beslissen over het derde lid van de Commissie, die als voorzitter zal dienen. (Staten mogen bemiddelaars kiezen van hun eigen nationaliteit tenzij er een ander besluit is genomen.)

Als twee of meer landen besluiten dat ze belang hebben bij het geschil, kunnen ze samen één bemiddelaar benoemen. In alle gevallen, als de benoemingen niet volgens de procedure gedaan zijn, kan het de Secretaris Generaal gevraagd worden om de benoeming te doen.

De verzoeningscommissie zal beslissingen nemen bij meerderheidsstemmen. Hun streven zal zijn om

57

Page 58: Wat is de CARICOM - Republiek Suriname - Overheid - sr

partijen te helpen om een minnelijke schikking te bereiken maar haar aanbevelingen zullen niet bindend zijn. Het verzoeningsproces zal eindigen op één van de volgende manieren:

• Wanneer een oplossing bereikt is.• Wanneer partijen de aanbevelingen van de

commissie hebben geaccepteerd.• Wanneer één partij de aanbevelingen van de

commissie heeft afgewezen.• Wanneer er een maand verstreken is (nadat het

rapport van de commissie rondgestuurd is naar de partijen).

De betrokken landen bij het geschil zullen de kosten van honorarium en uitgaven van de commissie dekken.

C)Arbitrage

Arbitrage kan worden toegepast onder de volgende omstandigheden:

• Waar er aantijgingen zijn dat een maatregel (voorgesteld of reeds bestaand) genomen door een andere lidstaat inconsistent is (of zou zijn) met de doelen van de Community.

• Waar er aantijgingen zijn dat de verwachte voordelen van de instelling en werking van de CSME tenietgedaan of geschaad zullen worden.

De lidstaat die de aantijgingen maakt zal de zaak naar COTED verwijzen die het dan zal verwijzen naar een Arbitral Tribunal (arbitrair tribunaal). Zoals in het geval van verzoening zal er een goedgekeurde lijst zijn van bemiddelaars. Deze bemiddelaars zullen geselecteerd worden op grond van hun deskundigheid op de gebieden van recht, internationale handel of andere zaken waarover het Verdrag handelt, of geschil-regelingen bij

internationale handelsovereen-komsten. De bemiddelaars zullen echter door de Secretaris Generaal worden gekozen en niet door lidstaten. Ze zullen niet geassocieerd worden met of instructies ontvangen van een lidstaat. Ze zullen gekozen worden op basis van objectiviteit, betrouwbaarheid en een gezond beoordelings-vermogen. Ze moeten ook voldoen aan de vereisten van de Code of Judicial Conduct ingesteld door de Community’s Legal Affairs Committee. Het termijn van elke bemiddelaar zal vijf jaren zijn.

Elk van de betrokken lidstaten bij het dispuut zal een bemiddelaar benoemen van de lijst. De twee bemiddelaars zullen dan een derde benoemen van de lijst die zal dienen als voorzitter. Zover als mogelijk, moet geen van bemiddelaars de nationaliteit hebben van een van de landen die betrokken zijn bij het dispuut. De Secretaris Generaal kan bijspringen om als noodzakelijk een bemiddelaar te benoemen. Als er meer dan twee landen betrokken zijn, zullen ze onderling beslissen over twee bemiddelaars. Als dit mislukt, zal de Secretaris Generaal een enkele bemiddelaar benoemen. Een land dat geen deel uitmaakt van het geschil, kan een schriftelijk verzoek doen om hoorzittingen bij te wonen, of suggesties doen aan het Tribunaal en suggesties ontvangen van betrokkenen.

De hoorzittingen, beraadslagingen en het eerste rapport zullen allemaal confidentieel zijn. Zo ook alle schriftelijke suggesties en mededelingen. Het besluit van het Tribunaal zal bepalend en bindend zijn voor lidstaten. De Secretaris Generaal zal het Tribunaal voorzien van alle nodige administratieve ondersteuning en assistentie en de onkosten van het Tribunaal (en alle deskundigen aangetrokken door het Tribunaal) zullen gelijkelijk gedragen worden door de betrokken lidstaten.

D) Rechterlijke oplossing

58

Page 59: Wat is de CARICOM - Republiek Suriname - Overheid - sr

Terwijl elk van de drie manieren van de oplossing van geschillen gaan over de doelen van de Community en de voordelen van de CSME, kunnen geschillen over de interpretatie en toepassing van het Verdrag van Chaguaramas alleen worden opgelost door de Caribbean Court of Justice (CCJ) (of the Court). (Zie opmerking onder Protocol VIII.) Het hof heeft jurisdictie op vier gebieden:

• Geschillen tussen lidstaten die partij zijn bij Protocol IX.

• Geschillen tussen a) lidstaten die partij zijn bij Protocol IX; en b) lidstaten en de Community.

• Verwijzingen van Nationale gerechtshoven van lidstaten die partij zijn bij Protocol IX.

• Aanvragen van individuen en private entiteiten.

Het Hof zal ook exclusieve jurisdictie hebben om adviserende meningen te geven over de interpretatie en toepassing van het Verdrag. Deze meningen kunnen alleen aangevraagd worden door lidstaten betrokken bij het dispuut of door de Community. Een hof of tribunaal in een van de betrokken landen bij het dispuut kan vragen over de interpretatie en toepassing van het Verdrag verwijzen naar de Court voordat het een eigen oordeel velt bij een kwestie.

De Court zal de autoriteit hebben om te beslissen over elke tussentijdse maatregel toegepast om de belangen van een partij bij het dispuut te beschermen. De vonnissen van de Court zijn bindend en moeten direct uitgevoerd worden. Vonnissen kunnen herzien worden als er nieuwe bepalende factoren aan het licht komen, die onbekend waren bij de Court in de tijd van het oorspronkelijk vonnis. Dit is alleen toegestaan als de omissie niet te

wijten was aan nalatigheid van de partij die de herziening aanvraagt. De aanvraag voor herziening moet gedaan worden binnen zes maanden van de ontdekking van het nieuwe feit – en niet langer dan vijf jaren van de datum van het vonnis.

Opmerking voor individuen en de private sector

Er zijn speciale bepalingen voor private entiteiten. Als u een national van een land bent, die partij is bij Protocol IX, kunt u een zaak aanhangig maken onder bepaalde voorwaarden (aan alle voorwaarden moet worden voldaan):

• Als het Hof beslist dat volgens het Verdrag van Chaguaramas een recht of voordeel waarop uw land aanspraak maakt bedoeld was om individuen als u (of ondernemingen als de uwe) direct te voordele te komen.

• Als u heeft bewezen dat u benadeelt bent geworden in termen van genot van dat recht of voordeel.

• Als uw overheid (die recht heeft om de eis te stellen) het heeft nagelaten of heeft afgezien ervan om de eis te stellen of heeft toegestemd dat u in plaats daarvan de eis kunt stellen (in plaats van de overheid).

• Als het Hof besluit dat het belang van rechtvaardigheid vereist dat u toegestaan wordt om de eis te stellen.

Conclusies

Een duidelijk en effectief oplossingsmechanisme voor geschillen is essentieel bij het ontwikkelen van vertrouwen in de CSME. Protocol IX voorziet in een mechanisme, dat streeft naar transparantie in selectie, onderzoek, rapportage en implementatie. Protocol IX creëert een milieu waarin lidstaten zaken kunnen doen in de wetenschap dat hun

59

Page 60: Wat is de CARICOM - Republiek Suriname - Overheid - sr

rechten en verplichtingen gerespecteerd zullen worden volgens het Verdrag.

Status van Protocol IX

Elf lidstaten hebben het protocol ondertekend en een heeft voorlopige toepassing toegezegd. Guyana heeft haar instrument van ratificatie gedeponeerd.

60

Page 61: Wat is de CARICOM - Republiek Suriname - Overheid - sr

Copyright© 2002 CEDA

61