Visie, durf en vertrouwen - Oost Gelre · Visie, durf en vertrouwen Dat is wat nodig is om als...

41
Visie, durf en vertrouwen Dat is wat nodig is om als overheid samen te kunnen werken met inwoners. De overheid moet inwoners stimuleren om zelf met ideeën en plannen te komen, om deze vervolgens te ondersteunen met kennis en middelen. In dit boek staan vijftien voorbeelden van projecten die de Gemeente Oost Gelre in de afgelopen jaren samen met inwoners heeft uitgevoerd. De ervaringen van inwoners en gemeente geven weer wat nodig is om te komen van burgerparticipatie tot overheidsparticipatie. Lichtenvoorde - 1 mei 2015 Visie, durf en vertrouwen Van burgerparticipatie naar overheidsparticipatie Van burgerparticipatie naar overheidsparticipatie Visie, durf en vertrouwen

Transcript of Visie, durf en vertrouwen - Oost Gelre · Visie, durf en vertrouwen Dat is wat nodig is om als...

Visie, durf en vertrouwenDat is wat nodig is om als overheid samen te kunnen werken met inwoners. De overheid

moet inwoners stimuleren om zelf met ideeën en plannen te komen, om deze vervolgens te ondersteunen met kennis en middelen. In dit boek staan vijftien voorbeelden van

projecten die de Gemeente Oost Gelre in de afgelopen jaren samen met inwoners heeft uitgevoerd. De ervaringen van inwoners en gemeente geven weer wat nodig is om te

komen van burgerparticipatie tot overheidsparticipatie.

Lichtenvoorde - 1 mei 2015

Visie

, du

rf en

vertro

uw

en

Va

n b

urg

erp

artic

ipa

tie n

aa

r ove

rhe

idsp

articip

atie

Van burgerparticipatie naar overheidsparticipatie

Visie, durf en vertrouwen

Inhoudsopgave

JAN DIJKMANGemeentesecretaris gemeente Oost Gelre

HERMAN TER HAARVoorzitter Stichting Bloemencorso Lichtenvoorde

FREEK JANSENProjectmanager BMV Mariënvelde

TON VAN DE GIESSENInwoner van Lichtenvoorde

MARLOES NIJENHUIS EN JOLIEN WEEVERSInitiatiefnemers Sociaal Cultureel Centrum Den Diek

JEROEN LANKWARDENVoorzitter stichting Dierenpark de Halve Maan

MIRANDA SEVENICHBestuurslid Stichting Exploitatie Meekenesch

CAREL TEN HAVELid van de Bomenwacht

LINDA COMMANDEURInwoonster van Groenlo

HERMAN ROOKS EN JOS HOLWEGStichting Hamalandhal Lichtenvoorde en Stichting Kantine Hamalandhal

ANKE SITTER EN ARJAN HAGENSInitiatiefnemers BS22

HENNY BENNINKLid Vereniging voor Oudheidkunde Lichtenvoorde

ROB WOLTERINKLid corsogroep Veur-Mekare?!

ANGELA KRABBENBORGFERDINAND DOMHOFZieuwents Belang en Locatieraad Zieuwent

BENNIE TEMMING EN CLAUDIA WOSSINKRENATE DONDERWINKELKSH omni-vereniging en speeltuinvereniging ‘t Spölhöfke

HARRY BOS EN ESTER EVERINKBestuursleden Contactgroep Zwolle

BRAM ABBINK EN MARLOES DANIELSBewoners Karel Doormanstraat/Hartebroekseweg

ANNETTE KOENDERSWILLEKE VAN DER BURG Manager De Timp / Zozijn Kind & Jeugd en directeur Antoniusschool

2468

1012141618202224262830323436

In dit boek worden vijftien projecten beschreven waarbij inwoners en gemeente

in het kader van overheidsparticipatie samen hebben gewerkt. De ervaringen van inwoners

laten de veranderende werkwijze van de gemeente Oost Gelre zien. De leerpunten

die uit de projecten naar voren komen helpen de gemeente bij het doorontwikkelen van

hun nieuwe werkwijze. De gemeente wil de komende jaren inzetten op het stimuleren van

inwoners om zelf met ideeën en plannen te komen. De rol van de gemeente verandert

daarbij van ‘beleidmaker’ tot ‘ondersteuner’.

Van burgerparticipatie naar overheidsparticipatie!

1

In 1997 ging Jan Dijkman aan de slag als gemeentesecretaris bij de toenmalige gemeente

Lichtenvoorde. Na de gemeentelijke herindeling in 2005 heeft het college hem gevraagd aan

te blijven als gemeentesecretaris. Hij leidde de organisatie door de eerste roerige tijden

van wennen aan andere culturen en andere werkwijzen. Uiteindelijk mondde dit uit in een

grootschalig organisatieveranderingsproces. De laatste jaren heeft Jan zich met name ingezet

op het gebied van overheidsparticipatie. Achter de schermen was hij de grote aanjager om de

ambtelijke organisatie op een andere manier te laten samenwerken met de samenleving.

“Wij werken nu meervan buiten naar binnen”

JAN DIJKMANGEMEENTESECRETARIS GEMEENTE OOST GELRE

2

“Wij moeten meer gebruik maken van de kennis en de kracht van de samenleving”

De in Groningen geboren Jan Dijkman komt na diverse omzwervingen in 1997 in Lichtenvoorde terecht. Ruim 18 jaar werkt hij als gemeentesecretaris bij achtereenvolgens de gemeente Lichtenvoorde en de gemeente Oost Gelre. Een van de grote projecten waar hij bij betrokken is, is de gemeentelijke herindeling. “Het herindelingsproces zelf is het best te vergelijken met een verhuizing. De periode daarna is lastiger. Je krijgt te maken met verschillende culturen. Lichtenvoorde is een echte plattelandsgemeente, Groenlo is een vestingstad. Ieder had zo zijn eigen gewoontes en werkwijzen. Mijn rol was het creëren van vertrouwen in de leiding. Een proces dat in het teken stond van continue samenwerking en contact met de samenleving”, aldus Jan.

VERANDERTRAJECT

Een aantal jaren na de herindeling volgde een verander-traject. Jan vertelt: “Wij hebben gedaan wat de meeste organisaties doen: een bureau inhuren. Die schetsen op een flap wat het probleem is en de leidinggevenden zeggen dan tegen de medewerkers ‘jullie moeten ver-anderen’. Ruim 70% van de verandertrajecten mislukt. Bij ons mislukte het ook. Dus gingen wij ons afvragen ‘wat doen wij niet goed?’ Ik heb toen voorgesteld te kiezen voor de methode van de ‘waarderende benadering’. Wij zijn met de organisatie om tafel gaan zitten en hebben iedereen gevraagd: wat gaat er goed, waar word je blij van en wat zou je meer willen doen? Dit hebben wij eerst op een afdeling uitgeprobeerd en daarna in de rest van de organisatie uitgerold.”

BEZUINIGINGEN

Middenin het veranderingsproces kreeg de gemeente te maken met de landelijke crisis waardoor zij voor flinke bezuinigingen kwam te staan. “Ik heb de raad gevraagd niet meteen in fte’s te snijden, maar mij de kans te geven dit samen met de organisatie te realiseren. Ik heb alle medewerkers gevraagd om te kijken naar hun taken: wat is overbodig en kan vervallen. Alle interne vacatures die ontstonden zijn allemaal intern ingevuld omdat mensen

het aandurfden om wat anders te gaan doen. Op deze manier hebben wij de bezuiniging gehaald. Voordeel daarbij was dat de mensen zelfstandiger, ondernemender en tevredener waren. Mijn conclusie is dat een organisatieverandering alleen lukt als je mensen zelf keuzes laat maken en ze helpt als het niet lukt”, aldus Jan.

OVERHEIDSPARTICIPATIE

Na het realiseren van de bezuinigingen was het tijd voor een volgende stap: overheidsparticipatie. Jan vertelt: “Dat onderwerp sprak mij ontzettend aan. Ik heb mij daarin verdiept en heb overal in den lande lezingen gegeven over wat overheidsparticipatie inhoudt. Het is niet meer ‘de overheid bedenkt en de samenleving volgt’. De samen-leving wordt steeds mondiger. De inwoners bedenken de ideeën en de overheid ondersteunt daarbij. Binnen onze gemeente zijn afgelopen jaren al heel veel van dit soort projecten op deze manier opgepakt: het zwembad, de sporthal, Den Diek. Wij hebben een belangrijke drijfveer en dat is het betrekken van mensen bij de samenleving.”

LERENDEORGANISATIE

De gemeente ziet zichzelf als een lerende organisatie. “Wij werken nu veel meer van buiten naar binnen. Maar wij zijn er nog niet. Er zijn een aantal ambtenaren die in de afgelopen jaren de rol van procesbegeleider hebben uitgeprobeerd. Op dit moment leiden wij zo’n 20 mensen intern op om participatieprocessen te begeleiden. Wij moeten als gemeente meer gebruik maken van de kennis en de kracht van de samenleving. Ik denk dat wij nu ongeveer halverwege het proces zitten. Ik hoop voor de toekomst dat de contacten met de samenleving nog beter worden. Wij moeten de samenleving enthousiasmeren voor deze werkwijze. Uiteindelijk moet deze nieuwe manier van werken leiden tot betere voorzieningen en producten voor onze inwoners”, aldus Jan Dijkman.

3

“Uiteindelijk moet deze nieuwe manier van werken leiden tot betere voorzieningen en producten voor onze inwoners”

De Stichting Bloemencorso Lichtenvoorde klopte in het voorjaar van 2014 aan bij de gemeente

met het verzoek om een stuk grond voor het aanleggen van een Dahliatuin. Met deze Dahliatuin

wil de stichting inwoners en bezoekers meer informatie geven over het ontstaan en de betekenis

van het Bloemencorso. Bijzonder aan dit project is dat de stichting het onderhoud van de tuin

onder wil brengen bij Stichting De Lichtenvoorde/Perron 8 als dagbesteding voor hun cliënten.

Inmiddels is in samenspraak met de gemeente een geschikt stuk grond gevonden en zijn er

verregaande overleggen gaande om de Dahliatuin nog voor de zomer van 2015 aan te leggen.

“De gemeente was positief en we kregen alle steun vanuit de ambtelijke organisatie”

HERMAN TER HAARVOORZITTER STICHTING BLOEMENCORSO LICHTENVOORDE

4

5

“Het is een project waar uiteindelijk alle partijen beter van worden”

Het begon allemaal met een idee van Angelo Vos van de corsogroep ‘Vedut Nogal’. Herman ter Haar vertelt: “Angelo kwam bij ons bestuur met het idee om stuk tuin aan te bieden aan inwoners en bezoekers. Een wandel-tuin vol met dahlia’s, maar met als doel om mensen extra informatie te geven over het corso. Als bestuur waren we direct enthousiast. We hebben echter niet de financiële middelen om een stuk grond aan te kopen, dus gingen we vrij snel naar de gemeente om te vragen of zij een stuk grond beschikbaar hadden voor ons idee. De gemeente was positief en we kregen alle steun vanuit de ambtelijke organisatie.”

ZOEKTOCHTNAARGROND

De zoektocht naar een geschikt stuk grond leidde uiteindelijk tot een stuk grond aan de Richterslaan. “We wilden graag een stuk grond ergens langs de corsoroute zodat we de tuin onderdeel kunnen maken van de corso wandel- en fietsroute. De locatie aan de Richterslaan is wat dat betreft prima. Omdat de grond vrij laag ligt, hebben we onderzocht of het wel geschikt is voor het aanleggen van de Dahliatuin. Daarbij hebben we op verzoek van de gemeente ook gekeken naar de archeologische waarde. Daar hadden wij nog niet over nagedacht. Uit onderzoek blijkt dat de grond geschikt is en dat we het vanwege de archeologische waarde maar dertig centimeter mogen omzetten”, aldus Herman.

AANSLUITENBIJVISIE

Het idee voor de tuin is inmid-dels uitgewerkt in een ontwerp. Herman vervolgt: “We gaan dit ontwerp binnenkort bespreken met de gemeente. Het ontwerp moet aansluiten bij de visie die de gemeente heeft op Het Hof. Hierin staat onder meer dat de gemeente oude beken en grachten wil terugbrengen in het gebied. Wij hebben daar in ons ontwerp rekening mee gehouden. Wij willen graag langdurig gebruik maken van de locatie, dus kunnen we het beter in één keer goed doen. In de tuin komt wat ons betreft ook een kunstwerk te staan. Dit willen we laten ontwerpen door een kunstenaar en laten uitvoeren door de corsogroepen.”

FILOSOFIEGEMEENTE

Voor het beheer en onderhoud van de tuin heeft de stich-ting contact gezocht met de Stichting De Lichtenvoorde. “Vanuit Perron 8 is De Lichtenvoorde opzoek naar dag- en vrijetijdsbesteding voor hun cliënten. Wij hebben hen benaderd voor het onderhoud van de Dahliatuin en zij willen hier graag aan meewerken. De cliënten krijgen daarbij ondersteuning van de bloemencommissie. Het feit dat we actief samenwerking zoeken met Perron 8 maakt het voor de gemeente makkelijker om ons initiatief te steunen. Dit project sluit in alles goed aan op de filosofie van de gemeente: het zorgt voor een stukje dagbeste-ding, het heeft een toeristische meerwaarde en inwoners hebben er straks een mooie wandeltuin bij. Het is een project waar uiteindelijk alle partijen beter van worden”, aldus Herman.

Bernadet is pas kort bij het project betrokken, maar heeft er veel zin in: “Samen met collega’s inwoners faciliteren en een mooi burgerinitiatief tot realisatie helpen brengen, dat is voor mij een nieuwe uitdaging.” Het is nog wel even zoeken naar haar rol. “Maar dat blijkt voor het project geen belemmering te zijn. Het

loopt zoals gehoopt en daar schuif ik mooi bij aan.” Bernadet wil graag ervaring opdoen in overheidsparticipatie. “Creatief bezig zijn buiten de kaders van mijn eigen functie. Gezamenlijk gaan voor een creatie in al z’n facetten. Dat geeft energie!”Voor haar zijn de sleutelwoorden in alles wat we doen ‘relatiebeheer

en communicatie’. Dat heeft ze ook ervaren binnen het vernieuwingsnetwerk van de gemeente. “Dat blijkt bij allerlei processen telkens weer van essentieel belang, zowel met collega’s, bestuur als inwoners. Zoek elkaar op!” De betrokkenheid van Bernadet bij dit project is voortgekomen uit het

‘ontschotten’ van de afdeling ROB en de talenten- en vertrouwendag die ze binnen de afdeling gevolgd heeft. “Ik merk hieruit en ook uit het vernieuwingsnetwerk dat betrokken collega’s elkaar meer opzoeken. En dat werkt. Heel mooi.”

Bernadet Leusink: “Relatiebeheer en communicatie zijn sleutelwoorden”

De Mariënveldse gemeenschap heeft de handen ineengeslagen als het gaat om het aanpakken van

de krimp. Zij hebben een plan gemaakt voor de bouw van een Brede Maatschappelijke Voorziening.

Eén gebouw waar ontmoeten, zorg, sport en welzijn samenkomen. Bij de ontwikkeling van het plan

zijn ook de veranderingen in de AWBZ/WMO meegenomen. Dit heeft geleid tot het oprichten van een

totale zorgcorporatie. Dit is uniek voor de Achterhoek en Nederland. De plaatselijke, regionale en

landelijke politiek is enthousiast over deze pilot. De plannen voor de bouw van de BMV zijn eind 2014

goedgekeurd door de raad. In 2015 start de bouw.

“De gemeente is meer in kaders gaandenken in plaats van in wetgeving”

FREEK JANSENPROJECTMANAGER BMV MARIËNVELDE

6

De Brede Maatschappelijke Voorziening is in het leven geroepen uit noodzaak vertelt projectmanager Freek Jansen. “De huidige accommodaties zijn allemaal sterk verouderd en door de krimp dreigt er leegloop in de kleine kernen. Zonder voorzieningen moeten ouderen noodgedwongen verhuizen. Wij willen onze eigen jeugd behouden en ouderen vasthouden. Er zijn verschillende initiatieven geweest, maar die liepen allemaal op niets uit. Daarom heeft het bestuur van Mariënvelds Belang een stuurgroep gevormd. De drie initiatiefnemers hebben een plan opgesteld en zijn daarover in gesprek gegaan met in-woners en gemeente. Twee jaar later lag er een gedegen plan, dat in de gemeenteraad besproken kon worden. Een plan gemaakt en gedragen door de hele gemeenschap.”

ENERGIEENKENNIS

Het eerste gesprek met de gemeente was tijdens de Mariënveldse kermis. “ Wij hebben toenmalig burgemeester Henk Heijman onze ideeën voorgelegd. Veertien dagen later hadden we een afspraak met de gemeente. Tijdens dat gesprek hebben wij een grof plan met een duidelijke exploitatiebegroting voorgelegd. Dat plan is gaandeweg verder verfijnd. Je kon merken dat de gemeente die aanpak niet gewend was. Ze waren wel enthousiast, maar het vertrouwen in onze werkwijze moest groeien. Toch was de gemeente bereid om dit proces met ons in te gaan. Samen optrekken was de kracht voor commitment. De gemeente heeft er veel energie, arbeid, tijd en kennis in gestoken om samen een aantal beren van de weg te halen”, aldus Freek Jansen.

GEZAMENLIJKE

INFORMATIEAVOND

In het voorjaar van 2013 kreeg de stuurgroep van toenmalig wethouder Paul Wentink een extra vraag mee. Freek Jansen: “Hij vroeg ons of wij niet iets met de veranderingen in de Wet maatschappelijk ondersteuning (Wmo) konden gaan doen. Dat hebben we opgepakt en daarbij hebben wij ook weer alle medewerking van de gemeente gekregen. Mariënvelds Belang heeft een gezamenlijke informatie-avond georganiseerd over de veranderingen in de zorg. Er was veel woede over de plannen, er ging echt een schokgolf door de zaal. Onze ouderen willen graag blijven wonen en het feit is dat de school bij ons blijft groeien. Het was voor ons een mooie gelegenheid om te kijken wat we hier met zorg willen doen.”

SAMENNAARDENHAAG

Zo ontstond het idee voor de zorgcorporatie. “In onze ogen is een zorgcorporatie iets voor en door Mariënvelders van 0 tot 110. De jeugd wil dat ouders blijven wonen voor het oppassen en ouders krijgen daar mantelzorg voor terug. Met dit plan gingen wij naar de wethouder en die vond het geweldig. Zelfs vanuit Den Haag was er aandacht voor ons plan. We zijn samen met de gemeente naar het ministerie geweest om toestem-ming te krijgen om zo regelarm mogelijk zorg te mogen verlenen. Het proces heeft even geduurd, maar het is mooi om te zien hoe ambtenaren zijn meegegroeid. De gemeente is meer in kaders gaan denken in plaats van in wetgeving.”

“De gemeenteheeft er veel energie, arbeid,tijd en kennis ingestoken”

7Rieke is nog maar kort aan het project verbonden, maar ze vindt het leuk en interessant: “Ik werd gewaarschuwd dat het een forse klus was en dat hoef je mij maar één keer te zeggen. Het is iets nieuws, waar we nog geen ervaring mee hebben. Dat betekent dat ik er veel van ga leren en dat is boeiend voor mij.”

Dat het project al een tijdje onderweg was maakte het er ook niet makkelijker van: “Je hebt een verschillend vertrekpunt. Het is voor iedereen nieuw. Je moet dan de wederzijdse verwachtingen scherp maken. Dat was in het begin nog wat lastig, maar nu groeit het vertrouwen. Het blijft hun initiatief en wij willen daarin

helpen. Wij geven letterlijk de zorg uit handen en daar moet je goede afspraken over maken. Helderheid over rollen en verantwoordelijk-heden. We moeten niet helemaal loslaten, maar anders vastpak-ken.” Rieke vindt het mooi om te zien dat een idee van de inwoners van Mariënvelde wordt omgezet in een concreet plan dat binnenkort

gerealiseerd wordt. “Dit wordt zo breed gedragen dat bijna alle inwoners zijn opgestaan om als vrijwilliger aan de slag te gaan. Niet de gemeente bepaalt wat goed is, maar de inwoners zelf. Zo zou het altijd moeten zijn!”

Rieke Koers: “Niet loslaten, maar anders vastpakken”

Lichtenvoordenaar Ton van de Giessen bedacht een oplossing voor de hoge energiekosten van het

geprivatiseerde zwembad Meekenesch door gebruik te maken van de restwarmte van het tegenover-

gelegen bedrijf BIR/Waterstromen. Met het aanleggen van een pijpleiding wil hij de restwarmte

gebruiken voor de verwarming van het zwembad. Ton klopte aan bij de gemeente voor een financiële

bijdrage om het plan uit te werken. Inmiddels heeft hij op advies van de gemeente de Stichting

EnergieK opgericht, die het project gaat uitvoeren en exploiteren. Gebruikers van de energie

betalen hiervoor straks een vergoeding aan de stichting. Deze opbrengsten worden gebruikt om het

verenigings- en maatschappelijk leven te versterken en in stand te houden.

“Niet alleen het zwembad profiteerthiervan, maar de hele gemeenschap”

TON VAN DE GIESSENINWONER VAN LICHTENVOORDE

8

Het warmwater project loopt nog steeds. Philippe vind het leuk om mee te werken aan dit initiatief. Philippe: “Omdat het weer eens wat anders is dan mijn reguliere werk”. Eigenlijk is het voor hem zelf ook nog een zoektocht naar zijn eigen rol in de begeleiding van

burgerinitiatieven.“Ja, uiteindelijk weet ik niet of ik daar de juiste persoon voor ben, maar ik vind wel dat de gemeente medewer-kers moet hebben die burgers en bedrijven op deze manier kunnen bijstaan.” Philippe ondersteunt het idee dat de gemeente inwoners

stimuleert om met initiatieven te komen van harte, maar hij verbindt daar wel een belangrijke voorwaar-de aan. “Een burger met een goed idee moet zich gesteund voelen door de gemeente.”De voorbeelden daarvan ziet hij inmiddels om zich heen ontstaan.

“Ik zie dat dit langzamerhand meer wordt. De goede voorbeelden van de enkelen die nu bij de gemeente aankloppen geven anderen die nog twijfelen hopelijk de moed om deze stap ook te zetten.”

Philippe Kromjong: “Een burger moet zich gesteund voelen”

9

“Een goedevoorbereidingis het halve werk”

In zijn werkzame leven heeft Ton van de Giessen veel te maken gehad met warmte en koude techniek. Toen hij hoorde hoe hoog de energiekosten van zwembad Meekenesch zijn en wat dat betekent voor de groep vrijwilligers die het zwembad sinds anderhalf jaar runt, ging hij op zoek naar een oplossing. “Het zwembad is geprivatiseerd omdat de gemeente moest bezuinigen. Maar ondanks de privatisering betaalt de gemeente nog steeds mee aan de exploitatie. Als het de vrijwilligers niet lukt om het zwembad rendabel te maken, dan ligt de bal weer bij de gemeente. Mijn idee was om de energie-kosten te verlagen, zodat de kans van slagen groter wordt,” aldus Ton van de Giesen.

RESTWARMTEGEBRUIKEN

In zijn zoektocht naar een oplossing kwam Ton van de Giessen bij BIR/Waterstromen terecht. “Zo ongeveer de buurman van het zwembad. Zij produceren biogas uit het slib van onder andere de eigen waterzuivering. Dit biogas wordt gebruikt voor het opwekken van groene stroom en uit dat proces blijft restwarmte over, dat zij nu deels moeten vernietigen. Door beide bedrijven via een pijpleiding te verbinden kan de restwarmte worden gebruikt om het zwembad te verwarmen. Omdat er meer restwarmte beschikbaar is dan het zwembad nodig heeft, heb ik het plan uitgebreid met panden langs de aan te leggen pijpleiding zoals LTC de Kei, Longa’30, KBO Lichtenvoorde en een aantal kantoorgebouwen. Met dit plan ben ik toen naar de gemeente gestapt.”

VASTCONTACTPERSOON

Het eerste gesprek had hij met gemeentesecretaris Jan Dijkman. “Die was direct enthousiast. Hij heeft mij een vast contactpersoon toege-wezen. Dat werkte erg prettig, de communicatie met de gemeente werd daardoor veel makkelijker. Ik had al veel voorwerk gedaan en er heel veel vrije tijd ingestopt, maar op een gegeven moment moest ik kosten gaan maken. Toen heb ik opnieuw bij de gemeente aangeklopt en die zegden € 10.000 toe om het plan verder uit te kunnen werken. Inmiddels heb ik via de gemeente ook een stagiaire kunnen aannemen die alle benodigde technische berekeningen kan uitvoeren. Hij heeft een werkplek bij de gemeente, maar wordt gedetacheerd aan en begeleid door de Stichting EnergieK,”aldus Ton van de Giessen.

VOLLEMEDEWERKING

“Een goede voorbereiding is het halve werk”, volgens Ton van de Giessen. “Ik ben er van overtuigd dat als je iets van de gemeente wilt, dat je je huiswerk goed moet doen. Daarnaast moet je bereid zijn er zelf energie in te steken en het moet een voordeel opleveren voor de gemeente. Met dit project is niet alleen de continuïteit van het zwembad gewaarborgd, maar ook de andere gebouwen en het verenigings- en maatschappelijk leven profiteren mee. Ik heb altijd de volle medewerking gekregen van de gemeente. Ook hebben ze laten zien bereid te zijn om een stukje bureaucratie te laten vallen door geld beschikbaar te stellen. Dit project is een versterking geweest van hun visie op participatie.”

In oktober 2013 zagen Marloes Nijenhuis en Jolien Weevers een oproep van de gemeente om

plannen in te dienen voor het behoud van Sociaal Cultureel Centrum Den Diek. Hun idee was

om het niet commercieel te gaan runnen, maar vanuit de inwoners. Het behouden van de functie

van het sociaal cultureel centrum stond voorop. Daarnaast wilden zij een ontmoetingsplek

creëren voor mensen die moeite hebben met het vinden van werk of zich in een kwetsbare

situatie bevinden. Nadat de gemeente de plannen had goedgekeurd volgde een intensieve

verbouwing. In februari 2015 openden de deuren van het vernieuwde Den Diek.

“De gemeente heeft wel moeten leren dingen meer los te laten”

MARLOES NIJENHUIS EN JOLIEN WEEVERSINITIATIEFNEMERS SOCIAAL CULTUREEL CENTRUM DEN DIEK

10

Marloes Nijenhuis en Jolien Weevers werken allebei in de zorg en wilden graag iets doen voor de inwoners van Lichtenvoorde. “De gemeente had al gesprekken gevoerd met meerdere partijen, maar niemand wilde het beheer en de exploitatie op zich nemen. Daarin waren wij de enige. Wij hadden onze ideeën verder uitgewerkt in een collage, maar die durfden wij tijdens het gesprek niet meteen te laten zien. Door de open houding van de ge-meente kwam een goed gesprek op gang en durfden we de collage alsnog op tafel te leggen”, aldus Jolien. Marloes vult haar aan: “Dat waren ze niet gewend, maar daardoor zag de gemeente wel dat ons plan meer was dan alleen enthousiasme.”

ANDERSWERKEN

Er volgde een periode waarin de plannen voor Den Diek verder werden uitgewerkt. “Ook in die fase hebben we veel steun gehad van de ambtelijke organisatie. Wij wilden anders werken. Geen beheerder, maar de verant-woording neerleggen bij de gebruikers. Een zelfsturend cultureel centrum. Vooral voor bestaande gebruikers was dat een omslag. Zij gingen van ‘bediend worden’ naar ‘zelf doen’. Ook wilden wij mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt een plek bieden”, aldus Marloes. Jolien gaat verder: “Ons idee om het cultureel centrum vanuit de inwoners te organiseren in plaats van het commercieel op te zetten, sloot mooi aan bij andere ontwikkelingen zoals de privatisering van de sporthal en het zwembad. De burger aan zet.”

LERENLOSLATEN

Nadat de plannen helemaal waren uitgewerkt stelde de gemeente geld beschikbaar voor de verbouwing van Den Diek. “De uitstraling van het gebouw was gedateerd en er was sprake van achterstallig onderhoud. De gemeente heeft hiervoor geld beschik-baar gesteld. Onze prioriteiten lagen echter soms anders dan die van de gemeente. Zo wilden zij het dak van de berging opknappen, terwijl wij liever een automatische schuifdeur wilden zodat ook mensen met een rolstoel naar binnen kunnen”, aldus Jolien. “Alles ging echter in goed overleg. Wij hadden een vast contactpersoon, kregen aan alle kanten hulp en hadden maandelijks overleg over de voortgang. Maar de gemeente heeft wel moeten leren om meer dingen los te laten.”

VOORENDOORINWONERS

De exploitatie van Den Diek is onder gebracht in een stichting. Marloes: “Wij regelen alleen de inkoop, de schoonmaak en de wettelijk verplichte dingen. De rest is aan de gebruikers. Den Diek is echt voor en door de inwoners.” Jolien vervolgt: “Wij hoeven Den Diek niet op de kaart te zetten, dat moeten de gebruikers doen. Wat wij ervoor terug krijgen? Wij genieten ervan als het hier bruist. Wij zijn blij dat wij van de gemeente de kans hebben gekregen om onze plannen te verwezenlijken. Het beeld over de gemeente is over het algemeen vrij negatief, maar wij hebben dat absoluut niet zo ervaren. Wij hebben echt samen gewerkt.”

Als Saskia terugkijkt op het project Den Diek komt vooral het enthou-siasme waarmee beide initiatief-neemsters - Marloes en Jolien - hun ideeën vormgaven naar boven. André, die later aansloot, doet daar niet voor onder: “We hadden een hele prettige samenwerking. De sfeer was open en goed”.Saskia ondervond dat haar onder-

steuning werd gewaardeerd. “Ook over zaken waarin we van mening verschilden, werd gewoon gecommuniceerd zonder dat frictie of irritatie ontstond. Je bent gewend om dingen vanuit je vak-gebied te bekijken. Maar je merkt dat anderen daar weer een andere beleving bij hebben. Dat maakt dat je zelf ook breder moet kijken.”Ze

had vooral een ondersteunende rol. “Die rol paste me achteraf prima, ik zie mezelf ook niet echt als trekker. Ik vind het een leuke afwisseling van mijn dagelijkse werk.”

Voor inwoners is het belangrijk om te weten dat er serieus met hun idee wordt omgegaan en dat

de gemeente daarin faciliteert. “Participatie slaagt als je de juiste mensen erachter hebt zitten en dat zij voldoende gemotiveerd zijn, want het is toch hun vrije tijd die zij inzetten en dat moet je zo goed mogelijk faciliteren. Je kan parti-cipatie niet afdwingen, het moet echt van de mensen zelf komen.”

Saskia Sales: “Participatie moet van de mensen zelf komen”

“Wij hebbenecht samen gewerkt”

11

Het dierenpark op de Halve Maan werd jarenlang gerund door een vrijwilliger van de GPKV.

Toen deze aangaf ermee te willen stoppen, hing het dierenpark sluiting boven het hoofd. Zonder

verzorger, kan het dierenpark niet blijven voortbestaan liet de gemeente weten. Daarop plaatste

Grollenaar Patrick Pos een oproep voor vrijwilligers. Ruim 30 mensen meldden zich en hieruit

werd een bestuur gekozen. Het bestuur klopte aan bij de gemeente voor een nieuwe stal. De

gemeente zag de noodzaak, alleen lag er nog een oude visie die nieuwbouw in de weg stond.

Gezamenlijk werd een nieuwe visie opgesteld, waarna de stal gebouwd kon worden.

“Langzaam maar zeker hebben wij hetvertrouwen van de gemeente gekregen”

JEROEN LANKWARDENVOORZITTER STICHTING DIERENPARK DE HALVE MAAN

12

Het bouwen van een nieuwe stal had meer voeten in aarde dan het bestuur en de vrijwilligers van het dieren-park van te voren hadden kunnen vermoeden. Jeroen Lankwarden vertelt: “In de gesprekken met verschillende ambtenaren werd al vrij snel duidelijk dat er wat moest gebeuren. De gemeente gaf aan dat er ook een potje met geld voor beschikbaar was. Na ruim een half jaar bleek echter dat we niet verder konden met onze plannen omdat er in 2008 een visie was goedgekeurd die onze plannen dwarsboomde. Deze visie moest eerst van tafel worden geveegd, voordat we konden beginnen met de bouw van de nieuwe stal.”

NIEUWEVISIE

Als bestuur zijn wij aangeschoven bij de bestaande klankbordgroep die de visie in 2008 opstelde. Ook de organisatie van de Slag om Grolle en de gemeente werden erbij betrokken. “In dat gebied zijn verschillende organisaties actief en die hebben allemaal verschillende belangen. Daarbij komt dat Groenlo zich wil profileren als vestingstad, dus daar wilden wij ook rekening mee houden. Uiteindelijk hebben we gezamenlijk een nieuwe visie opgesteld. Nadat deze was vastgesteld door de gemeenteraad konden we aan de slag met onze nieuwe stal. Van de gemeente krijgen we daarnaast een jaarlijks budget om de dieren te kunnen verzorgen”, aldus Jeroen.

PROCESKOSTTIJD

In het begin verliep de samen-werking met de gemeente wat stroef, maar over het algemeen is de stichting positief. Jeroen vertelt: “In het begin kregen wij het gevoel dat de gemeente zo iets had van ‘ze willen wel van alles, maar wat kunnen ze eigenlijk’. Maar zo’n proces kost tijd en gaandeweg werd het beter. De gemeente is altijd bereid om mee te denken en wij krijgen de vrije hand. Langzaam maar zeker hebben wij het vertrouwen van de gemeente gekregen dat als wij iets doen, we het dan ook goed doen. Natuurlijk zijn er altijd dingen die je graag sneller zou willen en meer geld is soms ook makkelijk, maar wij zijn erg tevreden.”

VOORDELENSAMENWERKING

Dat de samenwerking voor beide kanten voordelen heeft is ook duidelijk. “Onze vrijwilligers verzorgen niet alleen de dieren, maar ook het park er rondom heen. We harken de paden, halen onkruid weg en ruimen zwerfafval op. Daarmee nemen we de gemeente werk uit handen. Wat wij zelf kunnen, doen wij zelf. In overleg met de gemeente zijn wij nu bezig om de weides opnieuw in te richten. Wij zaaien het gras in en zij betalen het graszaad. Degemeente neemt ook contact met ons op als er iets speelt. Zo waren ze laatst aan de gracht bezig, vlakbij ons hek. Toen belden ze of wij langs wilden komen om te overleg-gen”, aldus Jeroen.

“In het begin verliep de samenwerking met de gemeente wat stroef”

13“De stichting liep tegen de onmogelijkheden aan vanuit het bestemmingsplan”, kijkt Peter terug. “Ook de samenwerking met de gemeente verliep moeizaam. Er was onvoldoende aandacht voor hun probleem. Als je toch samen de neuzen dezelfde kant op krijgt, dan is dan erg leuk om te doen. Het enthousiasme van de stichting

werkte heel aanstekelijk.” Volgens Peter verliep het project zoals hij had gehoopt: “Er was wederzijds respect. Ze hadden in het begin nog moeite met de verantwoorde-lijkheid, zoals het ondertekenen van de gebruiksovereenkomst.” Voor hem was vooral de grote winst dat het lukte om collega’s vrijer mee te laten denken. “Vanuit

onze vakkennis hebben we snel een oordeel klaar. Laat dat een burgerinitiatief niet vertragen. Er is vaak al goed over nagedacht. Ga in gesprek en kom achter de uitgangspunten van het initiatief. Dan merk je dat twee meer weten dan één.” De rol van inwoners wordt steeds belangrijker. “Toch zullen we als gemeente wel een

visie moeten blijven ontwikkelen”, meent Peter. ”Je kunt niet op elk burgerinitiatief positief reageren. Een heldere visie kan ons helpen initiatieven te sturen of bij te sturen. Daarmee creëer je ook duidelijkheid wat je van de ambte-lijke organisatie mag verwachten.”

Peter Ballast: “Probeer voorbij de onmogelijkheden te denken”

In het kader van de bezuinigingen besloot de gemeenteraad in 2011 zwembad Meekenesch te

sluiten. Inwoners werden opgeroepen plannen in te dienen voor het behoud van het zwembad.

Onder de vijf ingediende plannen zat ook het plan van zwem- en poloclub LIVO en de KNZB. De

gemeente beoordeelde dit plan als het meest kansrijk. In januari 2012 werd de Stichting Exploitatie

Meekenesch opgericht. Met hulp van de gemeente ging de stichting aan de slag om het plan

verder uit te werken. Een half jaar later was er groen licht vanuit de gemeenteraad. Sinds 1 januari

2013 runt de stichting het zwembad.

“Er is altijd sprake geweest van eenpositieve insteek van de gemeente”

MIRANDA SEVENICHBESTUURSLID STICHTING EXPLOITATIE MEEKENESCH

14

Bestuurslid Miranda Sevenich is heel positief over het verloop van het privatiseringsproces van het zwembad. “Er is altijd sprake geweest van een positieve insteek van de gemeente. Zij wilden ook dat dit project zou slagen. In het begin was het over en weer aftasten. Je probeert tijdens gesprekken allebei de randjes op te zoeken van wat wel en niet mogelijk is. Wat erg prettig was dat wij een vast contactpersoon hadden. Wij konden altijd afspreken in de avonduren. Dat geeft wel aan hoe de betrokken ambtenaar zich verplaatste in ons. Soms wilden wij wel dat iets sneller zou gaan, maar er was ook begrip van onze kant als dat niet kon.”

VEILIGHEIDWAARBORGEN

Een belangrijk onderdeel van de plannen van de stichting was het runnen van het zwembad met voor-namelijk vrijwilligers. Miranda Sevenich: “Wij hebben eerst binnen ZPC LIVO gepolst en dat leverde al flink wat vrijwilligers op. Maar we wilden graag een breed draag-vlak in Lichtenvoorde. Na een ochtend flyeren op de markt hadden we genoeg aanmeldingen om verder te kunnen. Een groot deel van onze vrijwilligers heeft een cursus EHBO, BHV en reddend zwemmen gevolgd. Zo kunnen we de veiligheid van onze bezoekers waarborgen. Dat was ook een belangrijk punt voor de gemeente. Voor de overname heeft de gemeente het achterstallige onder-houd uitgevoerd en zo konden we per 1 januari 2013 aan de slag.”

KORTELIJNEN

Met twee betaalde krachten en 70 vrijwilligers zorgt de stichting voor een goed lopend zwembad dat meer geopend is. Miranda Sevenich: “De wijze waarop de gemeente ons serieus heeft genomen en gesteund heeft is heel positief. Alhoewel we heel erg tevreden zijn met hoe het nu loopt, hebben wij de gemeente wel nodig. Ook de komende acht jaar krijgen wij zo’n € 145.000 per jaar voor onderhoud en exploitatie. Gedurende het proces is de gemeente haar afspraken heel goed nagekomen. Ook nu hebben wij nog steeds goed contact met de gemeente. Ieder half jaar gaan wij samen om tafel om de voortgang te bespreken. Ook tussentijds weten wij elkaar te vinden. De lijnen zijn kort.”

STUKJEWAARDERING

Dat de privatisering succesvol is verlopen is ook anderen opgevallen. “Eind 2013 hebben wij de ‘Meer dan handen’ vrijwilligersprijs van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport gekregen. Dat zien wij als een stukje waardering. Als bestuur vinden wij het heel vanzelfsprekend wat we doen. Maar als je zo’n prijs krijgt uit handen van Staatssecretaris Van Rijn, dan realiseer je je wel dat het helemaal niet zo vanzelfsprekend is. Dat dit in Nederland wordt gezien als een voorbeeldproject blijkt wel uit de vele gemeentes die al op bezoek zijn geweest om te kijken hoe wij het hier doen. Waar de vraag ook binnen-komt, bij dit soort verzoeken trekken wij altijd samen op”, aldus Miranda Sevenich.

Fors bezuinigen en toch een zwembad overeind houden. Rudy Peper zag vooral uitdaging in het pionieren naar een oplossing. “Er lag geen blauwdruk, we moesten het samen bedenken. Met steeds weer beslismomenten van gaan we door of niet. Dealen met tegen-strijdige belangen. Dat was lastig, maar tegelijk ook vernieuwend en

dat maakte het leuk om te doen.”Wat hielp was dat het vertrekpunt helder was. “De kaders waren helder en dat helpt alle partijen. Er was grote waardering voor elkaar, het enthousiasme was aanstekelijk. Maar we waren ook realistisch in onze verwachtingen. Op die manier hebben we ons doel bereikt, misschien wel tegen de

verwachtingen in. Want ik geef het je te doen, een half miljoen besparen en een zwembad runnen met vrijwilligers en een beroeps-kracht.”

Rudy heeft veel plezier beleeft aan deze werkwijze, maar vraagt zich af of deze vorm van participatie een blijvertje is. “Het is vaak een

golfbeweging. Ik denk dat er ook weer een situatie komt waarin inwoners die rol minder oppakken en de overheid meer aan zet is. Maar ik heb wel genoten van dit project en de goede contacten die we nog steeds hebben.”

Rudy Peper: “We hebben bereikt wat veel mensen voor onmogelijk hielden”

“Gedurende het proces is de gemeente haar afsprakenheel goed nagekomen”

15

In het najaar van 2013 plaatste de gemeente een oproep onder inwoners voor het vormen van

een Bomenwacht. Het doel van de oprichting van de Bomenwacht is om de kwaliteit van bomen

én het boombestand in de gemeente Oost Gelre te verbeteren. Ook moet de Bomenwacht zorgen

voor meer betrokkenheid van inwoners bij het openbaar groen en met name bij bomen. Uit de

binnengekomen aanmeldingen is een Bomenwacht geformeerd. Inmiddels zijn de eerste projecten

uitgevoerd en voorziet de Bomenwacht het college met enige regelmaat gevraagd en ongevraagd

van advies over bomen en openbaar groen.

“Het is niet alleen de burger aan zet, maar ook de gemeente aan zet”

CAREL TEN HAVELID VAN DE BOMENWACHT

16

Het idee om een Bomenwacht te vormen maakt onderdeel uit van het bomenplan van de gemeente. In het dagelijks leven is Carel ten Have boomverzorger en vanuit zijn professie werd hij door de gemeente gevraagd om mee te denken. Carel vertelt: “In eerste instantie hebben wij met vier man om tafel gezeten om te brainstormen over de oprichting van een Bomenwacht. Dit leidde uit-eindelijk tot een oproep in de huis-aan-huis bladen. Naar aanleiding daarvan heeft de gemeente een bijeenkomst georganiseerd. Daar waren ongeveer 30 mensen bij aan-wezig. Vanuit deze groep belangstellenden is uiteindelijk de Bomenwacht ontstaan. Wij werken met een kerngroep en een klankbordgroep.”

FACILITERENDEROL

De gemeente ondersteunt de Bomenwacht zowel met menskracht als met financiële middelen. “De Bomenwacht komt iedere twee maanden bij elkaar. De gemeente faciliteert ons onder meer door vergaderruimte beschik-baar te stellen. Ook krijgen wij ambtelijke ondersteuning van de afdeling ROB. Als Bomenwacht mogen wij mee-denken over de inventarisatie van bijzondere bomen. Ook worden wij om advies gevraagd als de gemeente nieuw beleid wil maken op het gebied van bomen. Daar-naast ondersteunen wij de gemeente bij de boomfeestdag en projecten, zoals de aanplant van de Vlinderbrug. Vanuit de Bomenwacht hebben wij hiervoor een ontwerp gemaakt en samen met een aantal vrijwilligers de aanplant verzorgd”, aldus Carel.

MEERWAARDELANDSCHAP

Een ander project waarbij de Bomenwacht zeer nauw heeft samengewerkt met de gemeente is het project ‘Mot Kun’n. Carel zegt hierover: “Anton Stortelder heeft bij de gemeente een voorstel ingediend om meer solitaire bomen aan te planten in het buitengebied. Ons landschap is in de afgelopen decennia veranderd als gevolg van de schaalvergroting in de landbouw. Deze schaalvergroting zorgde er voor dat houtwallen en oude bomen verdwenen. Afgelopen januari werd de eerste boom geplant. In totaal worden er zo’n 200 bomen geplant op plekken die meerwaarde hebben voor het landschap, maar waarvan de boer geen last heeft bij het bewerken van zijn land.”

GELIJKOPTREKKEN

De Bomenwacht is tevreden over de ondersteuning die zij krijgen, maar is ook kritisch. “De gemeente vraagt burgers om mee te doen en verantwoordelijkheid te nemen. Dat schept verwachtingen. Er moet wel sprake zijn van gelijkwaardigheid en open communicatie. In de praktijk pakt dat wel eens anders uit. Dan lees je in de krant dat ergens bomen worden gekapt zonder dat wij dat weten. Het is niet alleen de burger aan zet, maar ook de gemeente aan zet. Burgers en gemeente moeten meer gelijk optrekken. Dat betekent meer in het voor-traject betrokken worden en duidelijk aangeven wat de speelruimte is. Niet denken in ‘zij’ en ‘wij’. De gemeente zijn wij met elkaar,”, aldus Carel.

“Burgers engemeente moeten nog meer gelijk optrekken”

17Wat André vooral aansprak was dat hij met de initiatiefnemers een passie deelde. “We waren geestes-genoten van elkaar, mensen die er energie in willen steken.” Dat be-tekende niet dat het van een leien dakje ging: “We begonnen zonder idee of strategie, het was los zand. Er werd zwaar geleund op mijn

vakmanschap. Maar inmiddels kom ik steeds meer in mijn rol als verbindende factor.”

Wat hem opvalt is dat de groep hem als één van hen ziet en minder als iemand namens de gemeente. “Soms mopperen ze op de gemeente, maar niet op mij.

Ik voel veel vertrouwen van de groep, best een bijzondere situatie als je er goed over nadenkt. Maar ook leuk werken.” André is in zijn element als hij inwoners op deze manier samen kan brengen en stimuleren om actie te onder-nemen. Maar hij is ook benieuwd of de passie en betrokkenheid

blijft als hij steeds meer in zijn faciliterende rol kruipt. “We hebben al mooie projecten gedraaid, maar ze moeten nu ook zelf voor focus en nieuwe energie zorgen en minder op mij leunen. Natuurlijk zal ik ze daar bij helpen, we hebben immers een gedeelde passie.”

André te Brake: “We hebben een gedeelde passie”

Het project ‘Pluk de Stad’ is een landelijk initiatief dat in kaart brengt waar en wanneer je eten kunt

plukken en hoe je het klaar maakt. Het gaat daarbij om groente, fruit en kruiden in de openbaar

ruimte. Linda Commandeur keek op de kaart en zag dat er in Oost Nederland nog geen deelnemers

waren. Zij nam het initiatief om de plukplekken in Groenlo in beeld te brengen en vroeg de gemeente

om een lijst met beplantingssoorten van het openbaar groen. Het één leidde tot het ander en dit

voorjaar wordt in Groenlo een ‘Pluk de Stadstuin’ gerealiseerd.

“Je merkt dat de gemeente ondertussengewend is aan de wisselwerking”

LINDA COMMANDEURINWOONSTER VAN GROENLO

18

Een ontmoeting met de de bedenkster van de website ‘Pluk de Stad’ leidde tot een bijzonder burgerinitiatief. Linda vertelt: “Het idee sprak mij ontzettend aan, dus ging ik naar de gemeente met de vraag of zij aan konden geven of en waar in Groenlo eetbaar groen in de openbare ruimte staat. Met die lijst ben ik aan de slag gegaan. Bij BS22 gaven mensen aan dat zij ook graag wilden meedenken en meedoen. Dit heeft onder meer geleid tot het idee om aandacht te besteden aan bijen, bijvoorbeeld door het maken van bijenhotels in samenwerking met ouderen, werkzoekenden of cliënten van De Lichtenvoorde.”

VLIEGWIELEFFECT

Alhoewel er nog bijna geen locaties aan de website zijn toegevoegd, werkt het project als een soort vliegwiel. “Op een gegeven moment kwam een inwoonster bij BS22 met een plan om een verwilderde gemeentetuin opnieuw in te richten. Na een enquête in de buurt is in samenspraak met de gemeente een plan gemaakt. De buurt heeft de tuin opnieuw ingericht en er is ook eetbaar groen aangeplant. Vorig jaar oktober werd ik benaderd door de gemeente. Of ik interesse had in een stuk grond langs de gracht met wat oude fruitbomen. Toen is het idee voor Pluk de Stadstuin ontstaan, waar nu een hele groep meebouwers bij betrokken is”, aldus Linda.

MEERERVARING

Linda is al vaker betrokken geweest bij burgerinitiatieven en merkt dat de gemeente meer ervaring heeft op dit vlak. Linda vertelt: “Je merkt dat de gemeente ondertussen gewend is aan de wisselwerking. Ik doe dit project samen met een aantal andere partijen zoals de Burgergroep Stad Groenlo, de Bomenwacht en Mooi Groenlo. Toen wij bij de gemeente kwamen met de vraag wat er mogelijk was op die plek kregen wij als antwoord ‘geef maar aan wat jullie willen, dan gaan wij samen kijken hoe wij dat voor elkaar kunnen krijgen’. Het verloopt alle-maal wat soepeler omdat ze kennis uit eerdere projecten meenemen.”

AANDACHTSPUNTEN

Naast een positieve houding over de veranderde manier van werken van de gemeente, zijn er volgens Linda ook aandachtspunten. “De gemeente doet een groot beroep op vrijwilligers. In de praktijk zijn dat veelal dezelfde mensen. Als je er als gemeente voor kiest om met inwoners samen te werken om kosten te besparen, dan kun je niet zeggen ‘doe het allemaal maar zelf ’. De initiatieven komen uit de mensen zelf, dus daar zit veel kracht en energie. Je kunt echt wel iets opzetten met vrijwilligers, maar dat kun je niet handhaven. Het is een gemeentebrede uitdaging om dit werkbaar te houden. Wij moeten met elkaar in gesprek blijven en niet over maar met elkaar praten.”

Het kleine en bijzondere aan dit project was voor Chris reden Pluk Stad Groenlo te ondersteu-nen. Uniek is dat de voortgang helemaal bij de initiatiefnemers ligt. “Ik sta er tussen in en leg de lijntjes met de gemeente, de rollen zijn duidelijk. Het vertrouwen naar elkaar is prima en er haken vanverschillende kanten mensen aan.”

Zelf leert Chris van elk moment dat hij met het project bezig is. “Het is leuk hoe je met een goed verhaal een grotere groep kunt aanspreken. Ik leerde een techniek om een gezamenlijke droom op te stellen. Mensen raken enthousiast en het gezamenlijk belang verbindt.” Hij ziet dat steeds meer collega’s burgerinitiatieven belangrijk

vinden. “Je hebt elkaar nodig om een resultaat te halen, maar dat gaat niet vanzelf. Je moet mensen het gevoel geven dat er iets met hun mening wordt gedaan. Zo win je vertrouwen en dat vertaalt zich in enthousiasme en daadkracht.”Participatie gaat niet vanzelf, weet Chris. “Soms moet je aansporen of een duwtje geven. Af en toe heb

ik het idee dat we nog niet genoeg weten wat er echt speelt. Wie weet borrelt er op dit moment een mooi initiatief dat net dat ene zetje kan gebruiken.”

Chris Frencken: “Juist kleine dingen maken een stad mooier”

19

“Het is eengemeentebrede uitdaging om dit werkbaar te houden”

Toen de gebruikers van de Hamalandhal hoorden van de gemeentelijke plannen om het beheer

van de sporthal over te dragen aan een private partij, besloten zij de koppen bij elkaar te steken.

De gemeente stopte de aanbesteding en ging in gesprek met de vijf partijen. Vanaf dat moment

ging het snel. De partijen maakten een bedrijfsplan en niet lang daarna werd er een intentie-

verklaring ondertekend. Inmiddels wordt de nieuwe sporthal al weer ruim twee jaar beheerd

door de gebruikers.

“Nadat wij ons gemeld hadden, hebben ze de aanbesteding stilgelegd”

HERMAN ROOKS EN JOS HOLWEGSTICHTING HAMALANDHAL LICHTENVOORDE EN STICHTING KANTINE HAMALANDHAL

20

De vijf gebruikers van de sporthal - gymvereniging Spirit, zaalvoetbalvereniging LZV, badmintonclub LBC, handbalvereniging ERIX en volleybalvereniging Longa ’59 - en een aantal andere sportclubs hadden al eens eerder om tafel gezeten. Herman Rooks vertelt: “Jaren geleden hebben wij al eens gesproken over een gezamenlijke businessclub. Wij kwamen al snel tot de conclusie dat dat niet wat werd. Wij hebben toen afgesproken dat als de plannen voor de sporthal concreet zouden worden, dat we dan samen op wilden trekken. Toen we hoorden van de plannen van de gemeente, maakten wij ons vooral zorgen of de privatisering voor ons niet nadelig uit zou vallen. Nadat wij ons gemeld hadden, heeft de gemeente de aanbesteding meteen stilgelegd.”

ZEGGENSCHAP

De belangrijkste reden om aan te kloppen bij de gemeente was zeggenschap. Jos Holweg: “Wij waren bang voor een te commerciële opzet. Wij vinden het belangrijk dat bezoekers welkom worden geheten en dat je een kop koffie kunt krijgen. Niet dat de kantine pas open gaat als er voldoende aanloop is, zoals eerder het geval was. Om het beheer te bekostigen worden ook activiteiten zoals een vlooienmarkt en een politietoernooi georganiseerd. Ook verhuren wij ruimtes voor cursussen en vergaderin-gen. De afspraak is dat gebruikers maximaal twee keer per jaar uit de door hun gebruikte ruimte hoeven voor dit soort activiteiten. Het voordeel is dat wij sport altijd voor-rang geven op commerciële activiteiten.”

SAMENWERKING

Over de samenwerking met de gemeente zijn de heren tevreden. Herman: “De gesprekken met de gemeente verliepen goed. Toen wij instapten was de bouw al in volle gang, maar wij hebben nog wel een aantal wijzigingen aan kunnen brengen. Zo wilden wij geen beheerdershok, maar een kantoor. Ook hebben wij meerdere kleine ruimtes samengevoegd tot vergaderzaal.” Jos vult aan: “Ook de gesprekken met de buurt hebben wij overgenomen van de gemeente. Wij merkten dat daar beloftes werden gedaan, waarvan wij al wisten dat dat niet haalbaar was voor ons. Het heeft ons wel tijd gekost voordat wij voor een aantal zaken een goede oplossing hadden gevonden met de buurt.”

AANDACHTSPUNTEN

Het contact met de gemeente is nog steeds goed, maar een aantal aandachtspunten hebben de heren wel. Jos: “Vooral het traject rond de begroting duurde lang. Dat kwam met name omdat de gemeente er moeite mee had dat wij de kantine in een andere stichting onder hebben gebracht. Dit doen we om het risico te spreiden. Als de kantine niet loopt, dan gaat dat nooit ten koste van het beheer.” Herman vult aan: “De gemeente moet partijen nog eerder betrekken, zodat ze ook mee kunnen denken over de uitvoering. Daarnaast moet de coördinator er eerder tussenuit. Deze bleef te lang tussen ons en de buurt staan. Laat partijen het samen oplossen.”

21

“Laat partijenhet samen oplossen”

Toen de gemeente op het punt stond de aanbesteding voor het beheer van de Hamalandhal in de markt te zetten meldden zich de vijf verenigingen, weet Paul nog. “Een hele nieuwe variant, maar wel één die aansprak. We hebben het wel als een zakelijke deal aan-gevlogen, maar je merkt al gauw dat het veel meer is dan dat.”

Paul doelt dan vooral op de grote betrokkenheid van de verenigingen. “Hun leden sporten daar zelf en dat voegt een enorme dimensie toe. Ze steken er veel tijd in en ik heb veel respect voor alle vrij-willigers. Het gebouw is van ons, het beheer ligt bij hen. Maar juist door hun grote betrokkenheid is de samenwerking met de gemeente

meer dan alleen maar zakelijk. Wij stellen ons anders op ten aanzien van vragen of verzoeken, juist omdat ze die maatschappe-lijke meerwaarde aan het gebouw geven.”

Ook naar de toekomst ziet Paul die meerwaarde. “Als het onderwijs krimpt en verenigingen kleiner

worden moet de hal wel gebruikt worden. Ik zie ook kansen in het sociale domein, in dagbesteding voor ouderen. Omdat de vijf ver-enigingen met hun leden midden in de maatschappij staan zal dat zeker een grote plus zijn.”

Paul Overkemping: “Het is veel meer dan een zakelijke deal”

BS22 is een waarmaakplek. Inwoners kunnen in het pand aan de Beltrumsestraat 22 terecht met

ideeën om Groenlo en omgeving beter te maken. Het gaat bij BS22 om het verbinden van ideeën en

het zoeken naar andere manieren van samenwerking. Om hun eigen idee waar te maken grepen de

initiatiefnemers het aanbod van de gemeente met beide handen aan. Deze stelde hen namelijk een

leegstaand winkelpand in het centrum van Groenlo ter beschikking. De inrichting werd in co-creatie

neergezet. In oktober 2013 gingen de deuren van BS22 open en inmiddels zijn al zo’n 45 projecten

succesvol opgepakt of uitgevoerd.

“Wij kregen carte blanche om het naar eigen inzicht op te zetten”

ANKE SITTER EN ARJAN HAGENSINITIATIEFNEMERS BS22

22

Vertel jouw droom en laat anderen je helpen om die droom waar te maken.’ Dat is de achterliggende gedachte die Linda Commandeur, Anke Sitter en Arjan Hagens met elkaar delen. Anke vertelt: “We hadden alle drie vergelijk-bare ideeën hoe je door anders samen te werken Groenlo mooier en bruisender kunt maken. De gemeente wilde graag meewerken aan ons idee en huurde het pand voor ons. Verder kregen wij carte blanche om het naar eigen inzicht op te zetten. Met een groep vrijwilligers hebben wij het pand opgeknapt en ingericht. Wij kregen daarbij ook veel gesponsord door bedrijven. Niet zo zeer in geld, maar meer in ‘handjes’ en materiaal.”

KENNISMAKELAARS

BS22 heeft als doel Groenlo en omgeving mooier en leefbaarder te maken. Arjan vertelt: “Iedereen met een idee dat bijdraagt aan ons doel kan bij ons terecht. Wij zijn kennismakelaars: wij nemen ideeën niet over, maar onder-steunen bij de uitvoering. Wij brengen mensen in contact met ons netwerk of de gemeente. Als een idee niet reëel is dan zeggen wij dat ook. Voorbeelden van projecten die al zijn uitgevoerd zijn onder meer het repair café, het zwerf-vuil bootcamp, het ADHD café en het kinderspeelplein aan de Karel Doormanstraat. Maar ook de initiatiefnemers van de winkel Grolse Meisjes en de groep die fietspaden en fietsroutes rond Groenlo met elkaar wil verbinden klopten bij ons aan.”

TOEGEVOEGDEWAARDE

Naast verbinden van ideeën en begeleiden van projecten werkt BS22 ook als een springplank naar werk. Anke vertelt: “Een aantal vrijwilligers hebben hier een nieuw netwerk opgebouwd waardoor zij een tijdelijke of vaste baan hebben gevonden. Daarnaast brengt elk nieuw project nieuwe vrijwilligers in beweging. De gemeente heeft heel lang geen goed beeld gehad van wat wij precies deden. Maar nu ontstaat bij de gemeente langzaam maar zeker het besef wat de toegevoegde waarde van BS22 voor de gemeenschap is. Dat de gemeente trots is op ons initiatief, blijkt wel uit het feit dat wij bij het bezoek van de provincie als voorbeeld werden getoond. Landelijk kreeg BS22 in verschillende publicaties aandacht.”

VERSCHILLENDEHOKJES

De nieuwe vorm van samenwerking is ook voor de gemeente een leerproces. “De gemeente begrijpt dat wij laagdrempelig moeten blijven. Wij merken dat de gemeente met ons meedenkt en breder kijkt. Een punt waar wij tegenaan liepen was de financiering van een stukje coördinatie. Met het oog op de continuïteit kunnen wij het niet meer alleen met vrijwilligers. In de praktijk bleek dit echter lastig. Het budget van de gemeente is in verschillende hokjes ondergebracht, terwijl onze projec-ten dwars door alle beleidsvelden gaan. Maar na een jaar wikken en wegen is de kogel nu door de kerk en daar zijn wij erg blij mee. Er kan nog zoveel meer gecreëerd worden voor de gemeenschap”, aldus Arjan.

Na de start van het Programma Stad Groenlo werd het Henk al snel duidelijk dat participatie niet alleen voor infrastructurele werken was. “Ook de zachte kant, initiatie-ven van inwoners en verenigingen, moesten hun plek krijgen.” Hij kan het verklaren: “Het project moest gaandeweg vorm krijgen.

Het was een experiment dat uit-eindelijk zijn bestaansrecht heeft bewezen. Experimenten zijn altijd lastig. Vaak past het niet binnen bestaande kaders. Dat vraagt elasticiteit van alle kanten. Ik heb er van geleerd, vooral hoe je een ‘fit’ krijgt met de organisatie.”

Henk is er van overtuigd dat parti-cipatie niet werkt door het over de schutting te gooien. “Je moet het proces wel begeleiden en coör-dineren. Het gaat er steeds meer om samenwerking te zoeken met inwoners. Het gaat om maatwerk.” Henk is blij met de nieuwe ont-wikkelingen. “Ik ben nu veel meer

bezig met projecten die er voor de inwoners toe doen. Snel reageren op dingen die in de samenleving spelen is dan van groot belang. En je voelt steeds meer spanning met de interne procedures. Ook knelt de rol en taakopvatting van de gemeenteraad als het gaat om wie wat bepaalt.”

Henk Reinbergen: “Over de schutting gooien werkt niet”

“Er kan nog zoveel meer gecreëerd worden voor de gemeenschap”

23

Op 5 mei 2009 en 2012 is een tweetal onthullingen geweest ter nagedachtenis aan Willem en Dina

Geurink. Gedurende de Tweede Wereldoorlog hebben zij diverse onderduikers onderdak geboden

op hun boerderij aan de Derde Broekdijk. Een van die onderduikers is de inmiddels overleden heer

Jonny Levy. Uit dankbaarheid voor hun hulp heeft hij bij de gemeente gevraagd om een straatnaam

naar hen te vernoemen. De gemeente heeft hiermee ingestemd en zo werd de Willem Geurinkstraat

een feit. Later volgde een plaquette ter nagedachtenis aan het echtpaar bij de onderduikersbrug

nabij het Flierbeek.

“Toen we de benodigde gegevens hadden aangeleverd was het een hamerstuk”

HENNY BENNINKLID VERENIGING VOOR OUDHEIDKUNDE LICHTENVOORDE

24

Joseph vond het vanzelfsprekend om aan het initiatief van de heer Levy tegemoet te komen: “Participatie is een goede ontwik-keling die we als overheid moeten toejuichen. Door ons daarin posi-tief op te stellen valt er veel winst te behalen voor zowel de burger als de overheid. Voorwaarde is wel, dat er goed naar elkaar

wordt geluisterd.” Goed overleg en open staan voor elkaars inbreng, was voor Joseph de basis voor het slagen van het project. ”Als iemand ergens enthousiast voor is, kan hij moeilijkheden en tegenslagen doorstaan en overwinnen.”. Daarin kon hij ook rekenen op zijn collega’s Mirjam Peters (communicatie) en John

Berentsen (Ruimtelijke ont-wikkeling en beheer). “De samenwerking met Mirjam en John was zeer waardevol”.

Op 5 mei 2009 is de Willem Geurinkstraat onthuld en de heer Levy was getuige van die gedenkwaardige dag. De onthulling van de plaquette op

de onderduikersbrug op 5 mei 2012 kon hij niet bijwonen, aldus Joseph. “Hij was te ziek, maar de videobeelden daarvan heeft hij wel gezien. Op 5 mei 2013 is de heer Levy in Deventer begraven en is een markant persoon van ons heengegaan. Maar zijn missie was geslaagd en zijn hartenwens is in vervulling gegaan.”

Joseph Tetelepta: “Goed naar elkaar luisteren is belangrijk”

Oud-Lichtenvoordenaar Henny Bennink heeft Jonny Levy goed gekend en hem geholpen bij zijn initiatief om een straat vernoemd te krijgen naar het echtpaar Geurink. Henny vertelt: “De oorsprong van dit verhaal begint eigenlijk al in 1997. Toen hoorden wij als Vereniging voor Oudheidkunde dat de oude boerderij van de familie Geurink gesloopt werd. Bij de boerderij zat ook een onderaardse kelder die tijdens de oorlog diende als onderduikershol. Als vereniging hebben wij via de ge-meente geprobeerd om dit onderduikershol te behouden, maar wij kregen helaas geen subsidie voor de exploitatie. Dat is ook ongeveer het moment geweest dat ik in contact ben gekomen met Jonny Levy.”

DEVENTERKOEK

Tijdens de gesprekken met Jonny Levy wordt duidelijk hoeveel waardering hij heeft voor wat Willem en Dina Geurink voor hem hebben gedaan. “Jonny Levy kwam van oorsprong uit Varsseveld en heeft samen met zijn broers Leon en Helmut lange tijd bij de familie Geurink onder-gedoken gezeten. Op een gegeven moment opperde hij het idee om - als teken van dank - een straatnaam naar hen te vernoemen. Met een doos Deventerkoek onder zijn arm is hij toen op gesprek gegaan bij de gemeente. Wij zijn daarna ook nog een keer samen geweest. Nadat we de benodigde gegevens hadden aangeleverd bij de gemeente was het een hamerstuk,” aldus Henny Bennink.

MEEWERKEND

Over het verloop van het proces is Henny Bennink erg positief. “Zowel Jonny Levy als ik hebben de gesprekken met de gemeente als erg plezierig ervaren. De houding van de betrokken ambtenaren was uitermate vriendelijk en meewerkend. Op 5 mei 2009 mocht Jonny de straatnaam onthullen. Hij was blij met de erkenning, maar ook lichtelijk teleurgesteld toen bleek dat de straat alleen naar Willem Geurink was vernoemd. Jonny was erg aan Dina gehecht en zag.haar als zijn tweede moeder. Wij hebben bij de gemeente nog geprobeerd om ook een straat naar haar vernoemd te krijgen. Maar dat verzoek werd heel gedecideerd, maar vriendelijk afgewimpeld door de gemeente,” aldus Henny.

DANKBAAR

Omdat het hem niet losliet dat Dina niet was vernoemd, stapte Jonny Levy opnieuw naar de gemeente. Henny vertelt: “Dit keer met de vraag of er een plaquette kon komen bij de brug in het Flierbeek vlakbij de plek waar de boerderij ooit heeft gestaan. Dit was een langduriger traject. Maar als je in de 80 bent dan denk je ‘misschien ben ik er morgen niet meer’, dus Jonny werd ongeduldig. Ik ben toen zelf naar de gemeente geweest om er vaart achter te zetten. Drie jaar na de straatnaamgeving kreeg Dina ook haar verdiende erkenning. Jonny Levy was te ziek om er bij te kunnen zijn, maar hij was een erg dank-bare man.”

“De houdingvan de betrokken ambtenaren was uitermate vriendelijk enmeewerkend.”

25

In hun zoektocht naar nieuwe vrijwilligers kwam Corsogroep Veur-Mekare?! op het idee om cliënten

van Stichting De Lichtenvoorde te betrekken bij het plakweekend. Zij zochten contact met Perron 8

van De Lichtenvoorde en die wilden graag meewerken. De gemeente pikte het initiatief op en zag het

als een mooi voorbeeld in het kader van de veranderingen in de zorg en de participatiesamenleving.

Met steun van de gemeente is het project verder uitgebouwd tot voorbeeldproject voor andere

verenigingen. Gaandeweg het project zijn meerdere corsogroepen gaan werken met nieuwe

vrijwilligers. Ook bij andere verenigingen ontstaan langzaam maar zeker soortgelijke initiatieven.

“Zonder de gedragenheid van de gemeente waren wij niet zover gekomen”

ROB WOLTERINK LID CORSOGROEP VEUR-MEKARE?!

26

Zoals bij zoveel verenigingen het geval is, was er ook bij corsogroep Veur-Mekare?! een tekort aan vrijwilligers. Rob Wolterink: “Vrijwilligers worden steeds spaarzamer, dus vraagt om een andere kijk op de maatschappij. Er zijn veel cliënten met de nodige kwaliteiten die benut kunnen worden. Samen met mijn buurman ontstond toen het idee om mensen met een ondersteuningsbehoefte een verenigingsleven te bieden. Zij willen ook graag ergens bij horen. Met dit idee zijn we naar Marloes Nijenhuis van Perron 8 gestapt. Zij was direct enthousiast en heeft met name in de uitvoering heel veel gedaan. Zij heeft echt een brug geslagen tussen de cliënten en de vrijwilligers van onze groep die hen begeleiden.”

HOMOSAPIENS

De gemeente zag de aanpak als een voorbeeld voor anderen en vroeg hen om er een pilot van te maken. “Carry de Vries en toenmalig wethouder Paul Wentink hebben dit project omarmd en daar zijn wij hen heel dankbaar voor. De gemeente vroeg ons vast te leggen wat onze ervaringen waren, welke voorwaarden de gemeente moet creëren, wat vrijwilligers zelf moeten doen en wat andere verenigingen of het bedrijfsleven ervan kunnen leren. Ook de Stichting Bloemencorso Lichtenvoorde en vijf andere corsoverenigingen sloten zich bij ons aan. Dit mondde uit in de handleiding Homo Sapiens, die op hu-moristische manier laat zien dat alle mensen anders zijn, maar dat iedereen zijn eigen kwaliteiten heeft,” aldus Rob.

APPELTJESVANORANJE

De corsogroep is blij met alle steun die zij van de gemeen-te hebben gekregen. Rob: “Zonder de gedragenheid van de gemeente waren wij niet zover gekomen. Wij hebben heel veel om tafel gezeten. De gemeente heeft met ons meegedacht en sturing gegeven aan de randvoorwoorden. Denk daarbij aan financiën, verzekeringen en opleidingsbehoeftes. Er is vanuit de ge-meente heel veel energie ingestopt, ook in het naar buiten toe uitdragen van het project. Wij hebben veel aandacht gehad vanuit omliggende gemeenten, maar ook uit den lande. Ook waren wij genomineerd voor de Appeltjes van Oranje, waar we bij de laatste 36 zijn geëindigd. Wij waren het enige burgerinitiatief dat was genomineerd.”

TOEKOMSTBESTENDIGEVERENIGING

Het project heeft de corsogroep meer opgeleverd dan alleen nieuwe vrijwilligers. “Naast de positieve aandacht voor onze club heeft De Lichtenvoorde ons ruimte op hun terrein beschikbaar gesteld als bouwlocatie voor onze corsowagen. Daarnaast hebben wij een financiële bijdrage ontvangen van de Rabobank. Maar het belang-rijkste van alles is dat wij er twintig nieuwe vrijwilligers bij hebben. De reacties vanuit de andere leden zijn heel positief. Het brengt een heleboel gezelligheid mee. Ze hebben veel humor, zijn niet veeleisend en wij kunnen samen met hen bouwen aan een toekomstbestendige vereniging. Voor ons is het project nu afgerond. Het is nu aan anderen om het op te pakken”, aldus Rob

27

“De gemeente vroeg ons om vast te leggen wat onze ervaringen waren”

Carry vind het super om al die trotse nieuwe vrijwilligers te zien werken op het land en aan de wagens. “En trots op de manier waarop zij zich in de pers hebben gepresenteerd! Kortom: het project had direct resultaat en krijgt ook een mooi vervolg. Veel meer dan de oorspronkelijke groep mensen is enthousiast

geraakt.” Carry vond het een super enthousiaste club mensen die hun verantwoordelijkheid meer dan namen. Het uitgangs-punt was: een nieuwe vorm van dagbesteding door op de landjes te werken en nieuwe vrijwilligers voor de corsoverenigingen. Toch bleek dat achteraf niet de voornaamste winst. “De echte

winst zat er in dat - naast de nieuwe vrijwilligers die het de corsoverenigingen opleverde - vooral deze nieuwe vrijwilligers er een netwerk bijkregen. Als ‘gewone’ nieuwe vrijwilliger in de groepen werden opgenomen.” Volgens Carry komen meer in-woners met eigen ideeën. “Zij vragen alleen voor onderdelen

waar zij zelf niet uitkomen onder-steuning. Wij kunnen de ideeën in een breder kader plaatsen, waardoor we meer linken tussen de uitwer-king van de ideeën kunnen leggen. De Achterhoek is geen krimpregio, maar een regio waar het bruist van initiatieven! Waar inwoners zelf vorm geven aan hoe zij willen dat hun gemeenschap vorm krijgt.”

Carry de Vries: “De winst bleek groter dan gedacht”

Op 14 september 2014 vierde Zieuwents Belang haar 100-jarig bestaan. Op die dag werd ook de

opening van de nieuwe dorpskern gevierd. In 2010 stapte het bestuur naar de gemeente met een

plan om de kern opnieuw in te richten. Na een eerdere poging in 2007 kregen zij dit keer groen licht

van de gemeente. Daarmee waren zij de eerste groep inwoners die in het kader van ‘De burger aan

zet’ aan de slag ging. Het was een omvangrijk project waarbij niet alleen de dorpskern opnieuw werd

ingericht, maar ook de tuin van de pastorie werd verbonden met de Kerkepaden.

“Je kunt echt zien dat de gemeente een kanteling doormaakt”

ANGELA KRABBENBORG ZIEUWENTS BELANG

FERDINAND DOMHOF LOCATIERAAD ZIEUWENT

28

Het motto van het college dat in 2010 aan trad was: ‘De burger aan zet’. Toen Zieuwents Belang dat hoorde, stonden ze direct op de stoep. Angela Krabbenborg: “In 2007 was er volgens de gemeente geen technische noodzaak om de kern opnieuw in te richten. Bij de provincie kregen we vervolgens geen subsidie omdat de gemeente niet meedeed. Dus toen wij hoorden dat er nu wel ruimte was, hebben wij meteen een afspraak gemaakt. Wij hebben tegen de gemeente gezegd ‘wij hebben nog wat van jullie tegoed”. Wij kregen een procesbegeleider toegewezen. Die heeft ons geholpen om met nieuwe ogen naar onze plannen te kijken en ons in contact gebracht met een landschapsarchitect.”

KEUKENTAFELGESPREKKEN

Nadat alle pluspunten en minpunten in kaart waren gebracht, maakte de landschapsarchitect drie schetsen. Ferdinand Domhof: “De mooiste schets lag ook het meest gevoelig. Daarbij werd de weg verlegd over het toen-malige kerkhof. Wij waren bang dat wij daar geen draag-vlak voor zouden krijgen. Op advies van onze proces-begeleider zijn wij toen keukentafelgesprekken gaan voeren. Ook is het besproken in de locatieraad van de parochie. Van daaruit ontstond toen het idee om alles op te graven en opnieuw te begraven en een herdenkings-monument te plaatsen. Tijdens een informatieavond hebben wij ons plan gepresenteerd. Van de 110 aanwezigen waren er drie tegen. Deze hebben wij apart benaderd en kunnen overtuigen om in te stemmen.”

BETERLERENKIJKEN

Tijdens een uitje van college en gemeenteraad heeft Zieuwents Belang hen letterlijk laten zien wat er mis was. Angela: “Wij hadden een helikopter ge-regeld die een rondvlucht heeft gemaakt boven de kern. Zo was duidelijk te zien dat er geen samenhang was. Daarna hebben wij onze plannen meegegeven. In september 2011 kregen wij groen licht van de raad.” Ferdinand: “Wij hebben veel geleerd van onze proces-begeleider. Hij heeft ons geleerd beter naar ons dorp te kijken en hoe je mensen het beste kunt benaderen. Hij heeft ons onze gang laten gaan. Binnen de gemeente was een aantal mensen die moeite hadden met het feit dat wij alles zelf deden. Zelfs de aanbesteding.”

OPENENEERLIJK

In 2013 won Zieuwent de Dorpsvernieuwingsprijs voor de herinrichting van de dorpskern. Ferdinand: “Door dit proces zijn wij beter met de gemeente in overleg gekomen. In het verleden maakte de gemeente de plannen, nu doen wij dat samen. De gemeente heeft ons goed ondersteund.” Angela vult aan: “Je kunt echt zien dat de gemeente een kanteling doormaakt. Het is belangrijk om open en eerlijk te communiceren en elkaar aan te spreken als er wat is. Je moet met elkaar de verantwoor-delijkheid oppakken. Dit was voor de gemeente het eerste project. Wij hebben hun vertrouwen gekregen en waar-gemaakt. Het winnen van de Dorpsvernieuwingsprijs is niet alleen voor ons een mooie erkenning, maar ook voor de gemeente.”

29

“Wij hebbenhun vertrouwengekregen en waargemaakt”

Volgens Vincent heeft Zieuwent het speerpunt ‘De burger aan zet’ opgepakt en een initiatief omgezet naar samenwerking. “Zieuwent heeft op eigen initiatief een dorpsplan gemaakt. Ze hebben de politiek benaderd voor draagvlak en financiering. Én op het juiste moment aan de gemeente een participatieleider

gevraagd. Een project dat niet bedacht is door de gemeente vinden we eng”, meent Vincent. Er komen veel vragen. “Natuurlijk is burgerparticipatie geen vrijbrief. Kaders zijn belangrijk. Transparant discussiëren schept duidelijkheid voor iedereen. Dan blijkt vaak dat we vasthouden aan regels omdat we vinden dat het moet, terwijl de

ideeën uiteindelijk nooit zo ver uit elkaar liggen.”“Iedereen heeft zijn wensen en kaders ingebracht en uitdragen. Elkaar respecteren, goed luisteren en zoeken naar juiste oplossingen maakte het mogelijk dat er een breed gedragen ontwerp kwam, bedacht door én voor Zieuwent. Een prijswinnend proces, met

alleen maar winnaars.” De les voor Vincent: “We vinden het lastig om los te laten. We willen aan zet blijven. Een proces zal nooit vlekkeloos verlopen. Problemen zijn er altijd. Zorg dat die bij hun eigenaar blijven of komen. Denk niet: ‘Ik neem het maar over’. Help met oplossen, ook al duurt het dan wat langer.”

Vincent Lette: “Neem het niet over, help met oplossen”

In Harreveld heeft omnivereniging KSH een multicourt ingericht. Hier zijn diverse veldjes ingericht

en toestellen geplaatst voor de jeugd van Harreveld. De vereniging klopte met hun plan aan bij

de gemeente. Naast een bijdrage voor de realisatie, kreeg de vereniging ook het verzoek van de

gemeente om het bestuur van speeltuinvereniging ’t Spölhöfke bij het project te betrekken. Zo

ontstond een samenwerking waarbij de speeltuin werd verplaatst. In juni 2011 werden de nieuwe

speeltuin en het multicourt in gebruik genomen. Samen vormen ze een prachtig geheel, waar

naast de Harreveldse jeugd ook de naastgelegen lagere school gebruik van maakt.

“Kom je met een kant en klaar plan,dan kan er veel”

BENNIE TEMMING EN CLAUDIA WOSSINK KSH OMNI-VERENIGING

RENATE DONDERWINKEL SPEELTUINVERENIGING ‘T SPÖLHÖFKE

30

Naast een kleine speeltuin, was er in Harreveld voor de jeugd niets te doen. Voor het bestuur van KSH was dat een reden om op zoek te gaan naar een oplos-sing. Bennie Temming: “Direct naast het voetbalveld lag een braakliggend terrein. Ons idee was om daar een sportkooi neer te zetten. Wij hadden het plan al helemaal uitgewerkt, inclusief offertes en vrijwilligers om het aan te leggen. Daarmee zijn wij naar de gemeente gestapt. Na een uur hadden wij de toezegging op zak. De enige ‘maar’ was dat het moest passen in het bestemmingsplan. ’s Middags kregen wij telefoon dat ook dat akkoord was, wij kregen zelfs nog een extra financiële bijdrage.”

ALLESBIJELKAAR

Voor speeltuinvereniging ’t Spölhöfke pakte het plan van KSH ook goed uit. Renate Donderwinkel: “Onze speeltuin lag midden tussen de woningen en voldeed niet meer aan de voorwaarden. Wij waren al jaren op zoek naar een betere locatie en waren daarvoor ook al vaker bij de gemeente geweest. De gemeente kon ons toen echter niet verder helpen. Wij zijn blij dat de gemeente KSH heeft gevraagd om ons bij hun plannen te betrekken. Nu ligt de speeltuin naast het multicourt, vlakbij de school en de sportverenigingen. Het is niet dat wij nu meer ruimte hebben, maar het is anders ingedeeld. De meer-waarde zit in het feit dat het nu allemaal bij elkaar ligt.”

WEERSTANDWEGNEMEN

Om de buurt te informeren over de plannen werden informatie-bijeenkomsten georganiseerd. Claudia Wossink: “In het begin was er wel wat weerstand uit de buurt. Dit had met name te maken met angst voor overlast en de afstand tot de nieuwbouw. Daarnaast liep er een Kerkepad heel dicht langs een woning. In overleg met de stichting Kerkepaden hebben wij ons plan aangepast zodat het pad verlegd kon worden. De uiteindelijke situatie is nu voor iedereen beter.” Renate Donderwinkel vult haar aan: “Uiteindelijk zag iedereen in dat wij het allemaal deden met het belang van de Harreveldse jeugd voor ogen. Het is heel open en toegankelijk geworden. Van jong tot oud, iedereen maakt er gebruik van.”

UITGEWERKTPLAN

De plannen zijn in eigen beheer en met vrijwilligers uitgevoerd. “De gemeente heeft ons gefaciliteerd met geld en middelen. Wij zijn erg tevreden over de samen-werking. Wij waren wel verbaasd dat de gemeente geld klaar heeft liggen, ze zouden actiever kunnen communiceren dat er financiële ruimte is voor initiatieven vanuit inwoners”, aldus Bennie Temming. Claudia Wossink vult hem aan: “Kom je met een kant en klaar plan, dan kan er veel. Heb je geen plan, dan wordt het lastig. Onze ervaring is dat je in overleg moet gaan met de gemeente. Wij waren op het juiste moment bij de juiste persoon. Ons verzoek is perfect en snel afgehandeld.”

Het multicourt is met relatief weinig inzet vanuit de gemeente gerealiseerd. Marieke: “Je kunt zo’n project heel goed aan inwoners overlaten. Wij moeten er zijn als ze ons nodig hebben. Dat we elkaar daarin vinden getuigt van wederzijds vertrouwen, dat is heel belangrijk.”

Hoewel Marieke alle eer aan de initiatiefnemers geeft, was haar rol wel belangrijk. “In eerste instantie komen ze voor geld en dat we het ruimtelijk regelen. Maar op belang-rijke momenten hebben we het project een duwtje kunnen geven. Bijvoorbeeld toen de speeltuin-vereniging wilde aansluiten of toen de buurt toch wat kanttekeningen

plaatste. Op die momenten kon ik mijn vakmanschap en die van mijn collega’s inbrengen. Maar met in het achterhoofd dat het wel een project van de inwoners blijft.”

Marieke heeft zelf ook geleerd van het project. “Het is belangrijk om je in de geschiedenis van zo’n project te verdiepen. Dat helpt om

kansen en valkuilen te herkennen. Maar wat me vooral bijblijft is dat wij het nooit zo bedacht zouden hebben. Er zit heel veel organisatiekracht en ideeën bij inwoners. Hen de ruimte geven en daar bij aansluiten vind ik mooi om te doen.”

Marieke van Driel: “Wij zouden het nooit zo bedacht hebben”

“Na een uur hadden wijde toezegging op zak”

31

Binnen de buurtschappen Zwolle en Holterhoek was er behoefte aan een plek waar ouderen gezellig

samen konden komen om koffie te drinken. De Contactgroep Zwolle heeft geïnventariseerd hoe groot

de groep was en wat er nodig was om een ouderensoos op te zetten. Met het oog op het behoud

van de school, viel het oog al snel op de multifunctionele ruimte van de St. Ludgerusschool in Zwolle.

Het bestuur klopte aan bij de gemeente voor een bijdrage in de inrichtingskosten en niet lang

daarna is de ouderensoos van start gegaan. Elke vrijdagmiddag komen zo’n 25 tot 30 senioren

naar de ouderensoos.

“De gemeente vraagt ons tegenwoordig ook vaker om onze mening”

HARRY BOS EN ESTER EVERINKBESTUURSLEDEN CONTACTGROEP ZWOLLE

32

De vraag kwam vanuit de bewoners van de buurt-schappen zelf. Harry Bos vertelt: “Naar aanleiding daarvan hebben we een oproep gedaan om geïnte-resseerde ouderen wekelijks een leuke middag te bieden, door samen spelletjes te doen of activiteiten te onder-nemen. Er hebben zich tien vrijwilligers en 25 deelnemers gemeld. Dat was boven verwachting.” Ester Everink vult hem aan: “Als contactgroep hebben we één keer per jaar overleg met de andere kleine kernen van Oost Gelre. In dat verband zijn we op bezoek geweest bij de ouderen-soos in Harreveld. Toen we dat zagen dachten we ‘dat moet ook bij ons kunnen’. We hebben ons idee uitgewerkt in een plan en zijn naar de gemeente gestapt.”

BINNENENKELEMAANDEN

Het plan voor de ouderensoos en het vervangen van een oude schuifwand in school werden enthousiast ontvangen bij de gemeente. Harry Bos: “We hebben ons plan toegelicht en toen we weer buiten stonden hadden we al een financiële toezegging op zak. We waren verbaasd dat het zo snel ging.” Ester Everink vervolgt: “Er was nog wel een kleine maar, de raad moest het plan nog goed-keuren. Toen ook dat geregeld was konden we snel aan de slag. Binnen enkele maanden was het rond. Voordeel was natuurlijk dat we voor de twee projecten al financiële toezeggingen hadden van het Rabobank-coöperatiefonds, de contactgroepen en het schoolbestuur.”

ANDEREHOUDING

De Contactgroep Zwolle vindt dat de houding van de gemeente sterk is veranderd. “Wij vallen vanaf 2005 onder de gemeente Oost Gelre. Direct na de herindeling hebben wij samen met de andere kleine kernen een brief opgesteld. In die brief hebben wij gevraagd om structureel overleg met de gemeente. Maar ook om meer financiële ruimte, zodat je niet voor elk potje verf aan moet kloppen”, aldus Harry Bos. “In het verleden strandde een plan nog wel eens, omdat er geen rekening mee was gehouden in de gemeentebegroting. Maar het vorige en ook het huidige college hebben geld beschikbaar gesteld voor het uitvoeren van projecten uit de dorpsplannen”, aldus Ester Everink.

JAARLIJKSWERKBEZOEK

Ook voor de gemeente zelf heeft het overleg met de kleine kernen voordelen vindt Harry Bos. “De meeste dingen die spelen - zoals nu de aanleg van glasvezel - spelen in meerdere kernen. Wij hebben met de andere kleine kernen afgesproken dat we hierin samen optrek-ken. Als er ingesproken moet worden in de gemeente-raad, is er altijd een van ons die namens de kleine kernen inspreekt”, aldus Harry Bos. “Wat ook erg prettig is, is dat de wethouder ieder jaar op werkbezoek komt”, vertelt Ester Everink. “Een mooi moment om informeel te polsen hoe dingen vallen. De gemeente vraagt ons tegenwoordig ook vaker om onze mening. Bijvoorbeeld over zaken als krimp.”

“Het leuke aan de ouderensoos van Zwolle was dat de initiatief-nemers ons vroegen om met hen mee te denken. Niet alleen qua geld maar ook wat er zoal aan activiteiten gedaan kan worden.” Dat maakte het voor Diana een mooi project. De gemeente kon volgens Diana prima in haar faciliterende rol blijven.

“De samenwerking was goed, regelmatig even mailen of bellen. Werkbezoeken verhelderden het beeld. Dat zorgde ook voor een groter draagvlak en daardoor meer vertrouwen. Feitelijk konden wij ons beperken tot subsidieverstrek-king en Wmo-adviezen”. Dianaziet in de huidige participatie-samenleving een nieuwe rol voor

inwoners, gemeente en ambtenaren. “Initiatieven komen uit de ge-meenschap, zodat het draagvlak onder de bevolking zo groot mogelijk wordt. Maar het blijft wel de kunst om meer ruimte aan de initiatiefnemers te geven voor het veranderen van meningen op grond van nieuwe inzichten. Juist bij grotere, langdurige projecten

kan dit voorkomen. Zorgvuldigheid gaat dan voor snelheid. Ieders rol en zeker die van de overheid moet op elk moment helder zijn. De initiatiefnemer moet ook weten welke invloed hij daar op uit kan oefenen. Draagvlak krijg je volgens mij door initiatiefnemers zelf zo vaak mogelijk te laten spreken, beslissen en beoordelen.”

Diana Buttner: “Initiatiefnemers zelf laten spreken, beslissen en beoordelen”

“We waren verbaasddat het zo snel ging”

33

De bewoners van de Karel Doormanstraat/ Hartebroekseweg wilden graag de speeltuin bij hen

in de straat opknappen. Via BS22 hoorden zij dat ze een burgerinitiatief in konden dienen bij de

gemeenteraad als ze voldoende handtekeningen verzamelden. Er werd een plan gemaakt, de

benodigde handtekeningen werden verzameld en daarmee toog de buurt naar de gemeenteraad.

Het plan werd daar enthousiast ontvangen. De gemeente stelde € 3000 beschikbaar om de speeltuin

op te knappen. Niet genoeg om de gewenste plannen uit te voeren, maar de buurt besluit om toch

te beginnen met opknappen.

“Wij nemen hen veel werk uit handen, daar mag best meer tegenover staan”

BRAM ABBINK EN MARLOES DANIELSBEWONERS KAREL DOORMANSTRAAT/HARTEBROEKSEWEG

34

De buurt is in de afgelopen jaren behoorlijk vernieuwd en er wonen veel jonge kinderen. Bram Abbink vertelt: “Het speeltuintje dateert al uit de jaren ’90 en was in slechte staat. Een oud schelpenpad, veel prikkel-bosjes en speeltoestellen die een opknapbeurt konden gebruiken. Dus toen we hoorden van de mogelijkheid om een burgerinitiatief in te dienen bij de gemeente zijn we als buurt om tafel gaan zitten en hebben wij plannen gemaakt.” Marloes Daniels vult hem aan: “ Wij hadden twee plannen uitgewerkt. Waarvan één hoog vrij hoog in de boom, waarbij wij alle toestellen wilden vervangen. Het andere plan was wat meer low budget. Maar met het geld van de gemeente, kwamen wij niet verder dan opknappen.”

BEHEERENONDERHOUD

De buurt was teleurgesteld over het bedrag dat zij kregen. Bram: “Onze plannen werden in de gemeenteraad zo enthousiast ontvangen, dat de verwachtingen hoog lagen. Toch zijn we zo snel mogelijk begonnen. Wij hebben het oude schelpenpad vervangen door een tegelpad en drie picknickbanken gemaakt en geplaatst. De gemeente heeft ervoor gezorgd dat de prikkelbosjes werden afgevoerd. Het opnieuw aanplanten van groen liet op zich wachten, maar volgt binnenkort.” Marloes: “Ook het beheer van de speelplek doen wij zoveel mogelijk zelf. Het geld is nog niet allemaal uitgegeven, maar de gemeente houdt ons erg strak op dat punt. Wij nemen de gemeente veel werk uit handen, daar mag best iets meer tegenover staan.”

SAAMHORIGHEIDVERBETEREN

De buurt stond eerder bekend als probleembuurt. Marloes: “Als buurt willen wij van dat oude imago af. Wij doen erg ons best om de buurt en de saamhorigheid te verbeteren. Zo hebben wij afgelopen carnaval de prijs voor de mooist versierde straat gewonnen. Wij gaan zeker door met dit soort initiatieven.” Bram vervolgt: “Er zijn zeker zo’n 20 kleine kinderen die gebruik maken van deze speeltuin. En ook de peuter-speelzaal komt hier nu vaak. Dat was enkele jaren terug nog ondenkbaar. Daar zijn we hier heel blij mee.”

VINGERINDEPAP

De buurt heeft een aantal punten waarop de gemeente zich nog kan verbeteren. Bram: “In het begin liepen sommige dingen langs elkaar heen. In het plan was vastgelegd wat we wilden aanpakken. De gemeente hield een stevige vinger in de pap en bepaalde zo bewust of onbewust waar op welk moment aan werd gewerkt. Maar dit voelt als onze buurt en wij hadden graag zelf keuzes willen maken en de regie willen nemen. De gemeente mag zich wel wat flexibeler opstellen.” Marloes zegt: “Soms missen we de waardering. We hopen dat de gemeente zich vaker in de buurt laat zien en misschien zelfs mee komt helpen als we weer aan de slag gaan. Onze plannen zijn nog niet klaar, dus wij gaan de komende jaren gewoon door.”

35

“De gemeentemag zich welwat flexibeleropstellen”

Gerard is vooral betrokken bij de uitvoering van werkzaamheden in de openbare ruimte en minder bij de overleggen daarover. Hij vond het leuk om op deze manier zijn steentje bij te dragen aan een leefbare buurt. “Het is een hele andere manier van werken. De mensen zijn positief en staan er ook achter. Doordat ik er zelf

ook zo in sta was er al heel snel wederzijds vertrouwen.”Zijn rol was vooral het regelen van materialen en hierin adviseren. Immers niet alles kan zomaar. “Het was wel even wennen van beide kanten. Je moet toch samen afspraken maken over wat wel en niet kan. Maar als je er samen uit bent, dan moet je de dingen

ook goed en praktisch regelen. Volgens mij ging dat goed. De initiatiefnemers hebben een aantal verbeterpunten voor ons. Het is goed om hier aandacht voor te hebben en in gesprek te blijven.”De wijk is er zichtbaar van opgeknapt en Gerard loopt er met plezier doorheen. “Als ik in de buurt ben spreken de mensen je

toch makkelijker aan en denken ze mee over allerhande zaken. Ik denk en hoop dat de rol van bewoners in hun wijk steeds verder zal gaan. Dat ze meer verantwoordelijkheid voor hun wijk of straat nemen. En op dezelfde manier zie ik mijn rol steeds meer die van aanspreekpunt en adviseur worden. “

Gerard ten Hoopen: “Het is even wennen, maar de mensen zijn positief”

Op 5 september 2012 werd in Lievelde een nieuw plein geopend: het Timptoniusplein. Een initiatief

van de Antoniusschool en Kindercentrum De Timp. De school had een te klein schoolplein en De Timp

te weinig buitenruimte. Beide locaties liggen naast elkaar en zo ontstond het idee om een stuk weg af

te zetten. In 2007 ging Annette Koenders voor het eerst naar de gemeente met dit idee. Daarna werd

het plan samen met school verder uitgewerkt. Op een gegeven moment nam de gemeente contact met

hen op omdat hun plannen meegenomen konden worden in de herstructurering van de kern Lievelde.

“Toen ze de straten wilden herstructureren heeft de gemeente ons plan omarmd”

ANNETTE KOENDERS MANAGER DE TIMP / ZOZIJN KIND & JEUGD

WILLEKE VAN DER BURG DIRECTEUR ANTONIUSSCHOOL

36

De weg naar de achterliggende woonwijk vormde letterlijk en figuurlijk een barrière tussen de school en het kindercentrum. Annette Koenders: “Ik ben in 2007 bij De Timp begonnen en na een paar maanden ontstond al het idee om beide locaties met elkaar te verbinden. Ik ben bij toenmalig wethouder Henk Gerrits geweest om dit idee te bespreken. Wij vonden elkaar direct op visie, de uitwerking kwam pas later. Toen de gemeente plannen had om de straten van Lievelde te herstructureren kwamen ze bij ons en hebben ze ons plan omarmd. Naast het creëren van een gezamenlijk schoolplein is ook onze wens om meer parkeerplaatsen aan te leggen meegenomen.”

HINDERNISSEN

Voordat het plan om de pleinen samen te voegen kon worden uitgevoerd moesten nog wel een aantal hinder-nissen genomen worden. Willeke van der Burg: “Ik ben in 2010 in dit proces gestapt en heb gemerkt dat de gemeente erg bereidwillig was. Ook hebben we veel steun gehad van Lievelds Belang. In de buurt was in eerste instantie sprake van weerstand tegen het plan omdat er een stuk van de weg afgesloten moest worden. Daardoor werd de bereikbaarheid van een aantal huizen en bedrijven lastig. Samen met de gemeente hebben wij een aantal keer om tafel gezeten met de buurt. Uiteindelijk opperde de gemeente het idee om de weg alleen tijdens schooltijden af te sluiten.”

WIN-WINSITUATIE

Beide dames zijn tevreden over de samenwerking met de gemeente. Annette: “De gemeente was van begin af aan enthousiast over onze plannen. Ook de samenwerking verliep heel erg goed. In het proces met de buurt heeft de gemeente ons geholpen om de kou uit de lucht te halen. Met deze oplossing is een win-winsituatie ontstaan voor ons en de buurt. Willeke vervolgt: “Omdat ons plan onderdeel was van de herstructurering is het volledig door de gemeente gefinancierd. Dit hadden wij zelf nooit kunnen bekostigen. Het mooie is dat het plein niet alleen onder schooltijd wordt gebruikt, maar ook na schooltijd en in het weekend.”

ERBIJHOREN

Naast een oplossing voor het ruimtegebrek op beide locaties, speelde ook de wens om meer samen te werken een rol in dit proces. Willeke: “De aansluiting tussen de kinderen is duidelijk zichtbaar. Kinderen gaan met elkaar om alsof het klasgenoten zijn. Dat er kinderen zijn met een beperking wordt door de kinderen van onze school heel normaal gevonden.” Annette vult aan: “De kinderen met een beperking voelen zich juist geaccepteerd. Werden ze eerder op straat nog wel eens nagekeken of aangestaard, horen ze er nu helemaal bij. Een prachtige opstap naar het passend onderwijs. Bovendien sluit het goed aan bij de visie van de gemeente op het gebied van zorg en onderwijs.”

“Samen met degemeente hebben wij een aantal keer om tafel gezeten met de buurt”

37Dennis vind het mooi als vanuit meerdere vakgebieden ideeën bij elkaar komen tot één gezamenlijk ontwerp, waarbij de gebruikers centraal staan. Er waren vraag-tekens bij het ontwerp. “Tijdens de uitvoering van één van de werk-delen in Lievelde is besloten om met de school aan tafel te gaan zitten en met Buro Niche voor

het ‘natuurlijk spelen’. Vanaf dat moment begon het nieuwe school-plein pas echt door te dringen, met als gevolg een zeer goede samenwerking. Er was vertrouwen in elkaar en ook veel vertrouwen in de jongens van de aannemer.”Het project heeft indruk op Dennis gemaakt. “Tijdens het werken met de scholen, waarvan één school

met kinderen met een beperking, kom je zaken tegen waardoor je beseft dat alles niet altijd vanzelf-sprekend is.” Hij is voorstander van participatie en vindt dat Oost Gelre voorop loopt: “Betrek inwoners vanaf het begin bij het ontwerp. Communicatie vanuit de gemeente is erg belangrijk, evenals het besef van de rol die

iedereen daarbij heeft. Participatie wil niet zeggen stil zitten, maar juist aanpakken! De rol van de naaste collega’s blijft belangrijk om hun zeggenschap te hebben in het ontwerp. Maar stel je niet te star op en houd alle mogelijkheden tegen het licht.”

Dennis te Nijenhuis: “Het is niet altijd vanzelfsprekend”

38

39

“Wij moeten meer

gebruik maken

van de kennis en

de kracht van de

samenleving”

Ja n Dijkman

Colofon

UITGEVERGemeente Oost Gelre

TEKSTENBuro Pinq

FOTOGRAFIEJurgen Pillen Fotografie

GRAFISCHE VORMGEVINGRob van der Loos Ontwerper

DRUKWERKDrukkerij Westerlaan

Mei 2015

Niets uit deze uitgave mag zonder voorafgaande

schriftelijke toestemming van de uitgever worden

openbaar gemaakt of verveelvoudigd.

Dit boek is gemaakt in opdracht van de Gemeente Oost Gelre ter gelegenheid

van het afscheid van gemeentesecretaris Jan Dijkman op 1 mei 2015. Het is tot

stand gekomen met medewerking van bestuursleden, vrijwilligers en inwoners

die betrokken waren of zijn bij een van de vele projecten die in de afgelopen jaren zijn uitgevoerd. Onze dank gaat uit naar

iedereen die hier geheel belangeloos aan mee heeft gewerkt.

40