Verhoging lage BTW tarief Business-seat: representatie of … · pagina 6 Mobiliteit en fiscaliteit...

12
nr. 83 december 2018 Verhoging lage BTW tarief Business-seat: representatie of reclame? EBITDA-multiples in de waarderingspraktijk Eindejaarstips 2018

Transcript of Verhoging lage BTW tarief Business-seat: representatie of … · pagina 6 Mobiliteit en fiscaliteit...

Page 1: Verhoging lage BTW tarief Business-seat: representatie of … · pagina 6 Mobiliteit en fiscaliteit Vervolg eindejaarstips 2018 pagina 8 Aangifte IB vóór mei, dan geen belastingrente

nr. 83 december 2018

Verhoging lage BTW tarief

Business-seat: representatie of reclame?

EBITDA-multiples in de waarderingspraktijk

Eindejaarstips 2018

Page 2: Verhoging lage BTW tarief Business-seat: representatie of … · pagina 6 Mobiliteit en fiscaliteit Vervolg eindejaarstips 2018 pagina 8 Aangifte IB vóór mei, dan geen belastingrente

PA G I N A 2

INHOUD

Signaal is een uitgave van Govers Accountants/Adviseurs,bestemd voor relaties en andere belangstellenden.

Redactie: Redactieadres:mr. Manfred Maas RB Govers Accountants/AdviseursPaul Mencke RA RV MBV Beemdstraat 25Thomas Neijzen MSc LLM RB Postbus 657drs. Paul Oprins RA 5600 AR Eindhovenmr. Henk de Ruyter Telefoon: (040) 250 45 04 Fax: (040) 250 45 99 E-mail: [email protected]

pagina 3 Lage BTW-tarief van 6% naar 9%pagina 4 Eindejaarstips 2018pagina 6 Mobiliteit en fiscaliteit Vervolg eindejaarstips 2018pagina 8 Aangifte IB vóór mei, dan geen belastingrente verschuldigd Vervolg eindejaarstips 2018pagina 9 EBITDA-multiples in de waarderingspraktijkpagina 10 Business-seats en fiscaliteit

Advies, eindredactie en productiebegeleiding:het Hoofdstation, EindhovenDrukwerk: ID LABEL BV, MolenaarsgraafIllustratie: Sandor Paulus

Overname van artikelen is toegestaan mits met schriftelijketoestemming en dan integraal en met bronvermelding.

AttentieSignaal wordt met de grootst mogelijke zorg samengesteld en beoogt zo recent mogelijke informatie te verschaffen. Veel zaken zijn echter uitermate complex en aan voortdurende aanpassingen onderhevig. Daardoor kan het voorkomen dat informatie uit deze uitgave niet meer aansluit op de actualiteit.

Wij kunnen geen verantwoordelijkheid aanvaarden voor hetgeen u naar aanleiding van de inhoud van deze publicatie zonder deskundig advies onderneemt. Voor nadere informatie kunt u altijd contact met ons opnemen. Voor vragen en/of opmerkingen over Signaal bezoekt u www.govers.nl.

Volg ons via http://twitter.com/#!/GoversAdviseurs

OnzekerhedenDe laatste facturen de deur uit. Kijken of er nog budget over is dat het beste dit jaar nog kan worden besteed. Voorzichtig de balans opmaken. U herkent het vast. De laatste weken van het jaar lopen we vaak nog de longen uit ons lijf voordat we vinden dat we het verdiend hebben gas terug te nemen.

Bij de meeste ondernemers gaat 2018 de boeken in als een prima jaar. De omzetten en de marges zijn goed, het producenten- en het consumentenvertrouwen zijn groot, de werkloosheid laag. De vooruitzichten voor opnieuw een jaar met economische voorspoed zijn gunstig, al schuiven hier en daar wat wolken voor de zon. Zo is onduidelijk wat de gevolgen van de handelsoorlog tussen de Verenigde Staten en China zullen zijn voor de wereldeconomie, waarvan wij als handelsland zo afhankelijk zijn.

Ook dichter bij huis zijn er onzekerheden. Zo wil onze regering het ‘excessief lenen in de eigen vennootschap’ ontmoedigen. Bent u een DGA die geld leent bij uw eigen bedrijf, dan ziet het ernaar uit dat u vanaf 1 januari 2022 belasting moet betalen over wat u meer leent dan een half miljoen. Dat bedrag zou dan als inkomen uit aanmerkelijk belang in box 2 worden belast. Voelt u daar niets voor? Geen paniek: u heeft nog drie jaar de tijd om uw schuld af te lossen tot het half miljoen of om samen met uw belastingadviseur een andere oplossing te bedenken.

2018 ligt achter ons. Wat 2019 ons brengt, is nog ongewis. Kortom: ook volgend jaar hebben we te maken met onzekerheden. Dát is zeker! Het enige waar we werkelijk grip op hebben, is het hier en nu. Mijn advies: maak er in ieder geval mooie feestdagen van.

Mr. Hans Evers RBVoorzitter van de maatschap Govers Accountants / Adviseurs

Page 3: Verhoging lage BTW tarief Business-seat: representatie of … · pagina 6 Mobiliteit en fiscaliteit Vervolg eindejaarstips 2018 pagina 8 Aangifte IB vóór mei, dan geen belastingrente

PA G I N A 3 S I G N A A L N R 8 3 D E C E M B E R 2 018

moment waarop u de factuur uitreikt, of – wanneer dat niet is gebeurd – het uiterste moment waarop die factuur uitgereikt had moeten zijn. Het uiterste moment waarop een factuur moet worden uitgereikt, is 15 dagen na de kalendermaand waarin u de levering of dienst heeft verricht.Prestaties verricht in november 2018 of eerder zijn nog belast tegen 6%. Immers de factuur moet dan uiterlijk 15 december zijn uitgereikt. December 2018 is wel een kritische maand: stuurt u de factuur nog in 2018, dan geldt het 6% tarief. Stuurt u de rekening later of helemaal niet, dan geldt 9%.

Let op: ook voor bedongen vooruitbetalingen dient u een factuur uit te reiken. Stuurt u voor leveringen of diensten die pas in 2019 plaats zullen vinden nog in 2018 een factuur voor een vooruitbetaling? Dan berekent u over het in rekening gebrachte bedrag nog 6% btw. Dat de klant dan pas in 2019 betaalt, maakt geen verschil.

Fiscus let op kunstgrepenLaat u niet in de verleiding brengen om, omwille van een incidenteel voordeel van 3%, het tarief te gaan manipuleren. Uiteraard zijn er ondernemingen waarvoor het vooruit facture-ren van voorschotten of termijnbetalingen gebruikelijk is. Daar is niets mis mee. Gaat u echter afwijken van uw gebruikelijke (algemene) voorwaarden, enkel om het tarief te beïnvloeden, dan loopt u kans op een naheffing wegens misbruik van recht.

Met bovenstaande verhandeling heb ik uiteraard niet alle denkbare vragen beantwoord. Heeft u behoefte aan een na-dere toelichting dan kunt u altijd contact met mij opnemen.

Mr. Anton Peeters

Per 1 januari 2019 gaat het verlaagde btw-tarief van 6% naar 9%. De

consument betaalt vanaf dat moment meer voor levensmiddelen, boeken, de

kapper. Verder schilder- en stukadoorswerk voor woningen die ouder dan

twee jaar zijn. Ook een kaartje voor een concert of voetbalwedstrijd wordt

duurder. De complete lijst van goederen en diensten die onder het verlaagde

tarief vallen vindt u in Tabel 1 bij de Wet omzetbelasting 1968.

Het lijkt zo simpel: ondernemers rekenen vanaf 1 januari 9% btw en melden dit op de factuur. Klaar. De praktijk is echter wat weerbarstiger. Wanneer mag u nog 6% berekenen en wanneer moet het 9% zijn? Wat als een muziekliefhebber zijn kaartje al in 2018 betaald heeft voor een concert dat in 2019 gegeven wordt? Moet hij alsnog 3% bijbetalen?

Wanneer 6% en wanneer 9%?Beslissend is het moment waarop de ondernemer volgens de wet de btw verschuldigd wordt. Dat moment is voor een levering of dienst aan een particulier (B2C) anders dan bij prestaties aan andere ondernemers (B2B).

Levering of dienst aan particulierVerricht u de leveringen of diensten nog in 2018, dan geldt het 6% tarief. Ook al stuurt u de rekening pas in 2019, het tarief blijft 6%. Als de prestatie pas in 2019 plaatsvindt, dan geldt het 6% tarief als de particulier in 2018 al vooruitbetaald heeft. Als de particulier een deel vooruitbetaalt, geldt voor dat deel het btw-tarief van 6%. Dit moet u wel goed vastleggen, zodat er geen twijfel over bestaat waarvoor de particulier precies betaald heeft.

Levering of dienst aan andere ondernemerVoor prestaties aan andere ondernemers is beslissend het

Lage btw-tarief van 6% naar 9%

Beslissend is het moment waarop de ondernemer volgens de wet de btw verschuldigd is.

Wie vóór 1 januari een kaartje vooruitbetaalt voor een concert in 2019, betaalt nog 6% btw.

De btw op levensmiddelen gaat per 1 januari naar 9%.

FISCAAL

Page 4: Verhoging lage BTW tarief Business-seat: representatie of … · pagina 6 Mobiliteit en fiscaliteit Vervolg eindejaarstips 2018 pagina 8 Aangifte IB vóór mei, dan geen belastingrente

PA G I N A 4

ACCOUNTANCY

Verrekenbeding huwelijkse voorwaardenBij huwelijkse voorwaarden met een verrekenbeding moet u eigenlijk jaarlijks een onderlinge afrekening opmaken. In de praktijk blijft dit vaak achterwege. Verzuimt u dit voor enkele jaren, dan kan dat vervelende gevolgen hebben bij onverhoopte echtscheiding. Bij een goede relatie kunt u dit verzuim nog rechtzetten via een vaststellingsovereenkomst.

2. Ondernemer/DGA

Zorg tijdig voor herinvesterenAls u een bedrijfsmiddel met winst verkoopt, kunt u belas-tingheffing uitstellen door een herinvesteringsreserve (HIR) te vormen. De HIR moet u benutten voor nieuwe investeringen. Deze dienen uiterlijk aan het einde van het derde jaar na het jaar van vorming van de HIR te zijn gedaan. Als u nog een in 2015 gevormde HIR hebt, kan het daarom zinvol zijn om voor 2019 geplande investeringen te vervroegen naar 2018.

Gebruik uw algemene heffingskortingDe ‘minstverdienende partner’ heeft recht op uitbetaling van de algemene heffingskorting, mits de andere partner voldoen-de belasting betaalt. Tot 2009 kreeg de minstverdienende partner 100% van de algemene heffingskorting uitbetaald. Sindsdien wordt dit bedrag in 15 jaar afgebouwd voor mensen die op of na 1 januari 1963 geboren zijn. Dit betekent dat de algemene heffingskorting in 2018 maximaal € 2.265 bedraagt, maar dat de minstverdienende partner die op of na 1 januari 1963 geboren is hiervan maximaal € 755 uitbetaald krijgt. Een verschil van € 1.510.

In de praktijk komt het regelmatig voor dat de (fiscale) partner van een DGA geen of weinig inkomen heeft. Het is fiscaal interessant om inkomen te creëren voor de minstverdienende partner, zodat deze zelf genoeg belasting betaalt om zelfstan-dig recht te hebben op 100% van de algemene heffingskor-ting. Dit geeft een belastingvoordeel van € 2.265 -/- € 755 = € 1.510, en dit voordeel zal in de loop der jaren toenemen door de verdere afbouw. Bij een DGA kan dit onder andere worden bereikt door vrij toe te rekenen inkomensbestanddelen, zoals dividend, toe te reke-nen aan de minstverdienende partner. Let er wel op dat bij een dividenduitkering moet worden voldaan aan de uitkeringstest.

Is de geldlening van of aan uw bv wel zakelijk?De leningsovereenkomsten die u sluit met uw bv moeten zake-lijk zijn. Wanneer een lening onzakelijk is kunt u een eventuele afwaardering niet ten laste van uw inkomen in box 1 brengen. De bv kan omgekeerd een afwaardering evenmin ten laste van haar winst brengen.

EINDEJAARSTIPS 2018

1. Alle belastingplichtigen

Betaal belastingaanslagen vóór 1 januari 2019Als u openstaande belastingaanslagen nog dit jaar betaalt, dan verlaagt u daarmee uw vermogen in box 3 per 1 januari 2019. Openstaande belastingschulden worden namelijk niet als een schuld in box 3 aangemerkt, met uitzondering van nog te betalen erfbelasting.

Belastingvrij schenkenUw vermogen zal op een gegeven moment overgaan naar de volgende generatie. Schenken bij leven pakt vaak voordeliger uit dan een erfenis nalaten. Zeker als u gebruik maakt van de vrijstellingen in de schenkbelasting. Dit jaar mag u aan uw kinderen belastingvrij een bedrag schenken van € 5.363. AIs uw kind tussen de 18 en 40 jaar is, kunt u eenmalig een belastingvrij bedrag schenken van € 25.731. Dit kan ook als uw kind zelf ouder is dan 40 jaar, maar zijn of haar partner die leeftijd nog niet heeft bereikt. Deze eenmalig verhoogde vrijstelling voor kinderen van 18 tot 40 jaar kan nog verhoogd worden tot € 53.602 als uw kind het geld gebruikt om een dure studie te betalen.

Het plafond van € 53.602 wordt zelfs verhoogd tot € 100.800, mits het bedrag wordt gebruikt voor de eigen woning of voor de aflossing van een eigenwoningschuld. De ontvanger moet tussen de 18 en 40 jaar oud zijn. Het is niet vereist dat de ontvanger een kind is van de schenker. Let erop dat de verhoogde vrijstelling niet of niet volledig kan worden benut als in het verleden bij schenkingen door ouders aan kinderen al gebruik is gemaakt van een verhoogde vrijstelling. De verhoogde vrijstelling van € 100.800 kan ook in delen (in 2017, 2018 en 2019) worden geschonken, mits op het moment van schenken aan de voorwaarden wordt voldaan.

Onze eindejaarstips zijn verdeeld in drie categorieën. De eerste categorie

betreft tips voor alle belastingplichtigen. Daar beginnen we mee. De tweede

categorie omvat de tips voor de ondernemer/DGA. U leest deze deels hier-

onder, deels op pagina 6. We eindigen met tips voor de woningeigenaar

op pagina 7 en 8.

Belastingvrij schenken kan uiteraard op elk moment van het jaar.

Page 5: Verhoging lage BTW tarief Business-seat: representatie of … · pagina 6 Mobiliteit en fiscaliteit Vervolg eindejaarstips 2018 pagina 8 Aangifte IB vóór mei, dan geen belastingrente

PA G I N A 5 S I G N A A L N R 8 3 D E C E M B E R 2 018

Een lening is doorgaans zakelijk als ook een onafhankelijke derde een dergelijke lening onder dezelfde (zakelijke) voor-waarden en omstandigheden zou aangaan of verstrekken. Of een leningsovereenkomst zakelijk is, zal van geval tot geval beoordeeld moeten worden en is geheel afhankelijk van de individuele feiten en omstandigheden. Een aantal aandachts-punten dat in ieder geval van belang is: schriftelijke vastleg-ging van de leningsovereenkomst met daarin een verplichting tot terugbetaling (vaak via periodieke aflossingen), zakelijke afspraken over de gevolgen wanneer u of de bv zich niet aan de afspraken houdt of kan houden, zekerheden en uiteraard een zakelijke rente.

Overleg met uw relatiebeheerder of er in uw situatie mogelijk sprake is van een onzakelijke lening.

Voorkom desinvesteringsbijtellingOverweegt u een bedrijfsmiddel te verkopen waarvoor u in het verleden investeringsaftrek heeft genoten? Let dan op de termijn waarbinnen u nog tegen een desinvesteringsbijtelling kunt aanlopen. Deze bijtelling is verschuldigd als u het betref-fende bedrijfsmiddel verkoopt binnen vijf jaar na aanvang van het kalenderjaar waarin het bedrijfsmiddel was aangeschaft. Als het bedrijfsmiddel in 2014 is aangeschaft kunt u dus beter tot begin 2019 wachten met vervreemding.

Benut de werkkostenregeling optimaalMaak in 2018 nog gebruik van de mogelijkheden in de werk-kostenregeling.• Beoordeel uw nog resterende vrije ruimte (1,2% van de

totale fiscale loonsom). Het is niet mogelijk om de vrije ruimte die in 2018 over is, door te schuiven naar 2019. Maar als u vrije ruimte over heeft, kunt u wel uw werkne-mers dit jaar nog een aantal vergoedingen of verstrekkingen onbelast geven. Houd hierbij rekening met het gebruikelijkheidscriterium. Dit is een lastig criterium dat inhoudt dat uw vergoedingen en verstrekkingen niet in de vrije ruimte kunnen worden ondergebracht als dit onderbrengen op zichzelf ongebrui-kelijk is en/of de omvang van de vergoeding/verstrekking ongebruikelijk is. Ongebruikelijk betekent in dit verband: een afwijking van 30% of meer.

• Maak gebruik van de doelmatigheidsmarge van € 2.400 per persoon per jaar. Tot dit bedrag beschouwt de Belas-tingdienst de vergoedingen/verstrekkingen normaliter als gebruikelijk.

• Maak gebruik van de collectieve vrije ruimte binnen de con-cernregeling. Houd er rekening mee dat de concernregeling alleen geldt voor bv’s, nv’s en stichtingen en dat een belang van minimaal 95% vereist is.

Teruggaaf btw oninbare vorderingenAls u btw heeft afgedragen over omzet die u niet (meer) van uw debiteur kunt innen, dan kunt u die btw terugvragen bij de Belastingdienst. Dit kan één jaar nadat de factuur opeisbaar is geworden. De btw van facturen die in het eerste kwartaal 2018 opeisbaar zijn geworden kan dus, als de factuur niet is betaald, in het eerste kwartaal van 2019 worden terugge-vraagd. Dat hoeft niet (meer) via een apart schriftelijk verzoek, maar mag gewoon in de aangifte en wel als negatieve omzet.Omgekeerd geldt voor de afnemer van de levering/dienst dat hij de btw moet terugbetalen op het moment dat vaststaat dat hij de facturen waarop deze btw betrekking had niet (geheel) zal betalen.Dat betekent ook dat de btw met betrekking tot alle factu-ren die vóór 1 januari 2018 opeisbaar werden en die op 1 januari 2019 nog niet zijn betaald, per 1 januari 2019 verschuldigd wordt en aan de Belastingdienst moet worden terugbetaald!

Benut energie- en milieu-investeringsaftrekAls u energiezuinige en/of milieuvriendelijke investeringen doet, heeft u naast de kleinschaligheidsinvesteringsaftrek (KIA) mogelijk ook recht op energie-investeringsaftrek (EIA) of milieu-investeringsaftrek (MIA). De EIA bedraagt in 2018 54,5%, In 2019 wordt dit verlaagd naar 45%. De MIA bedraagt, af-hankelijk van het bedrijfsmiddel 13,5%, 27% of 36% (2018). Investeringen onder € 2.500 komen niet in aanmerking voor de EIA of MIA.

Een bedrijfsmiddel komt in aanmerking voor EIA of MIA als het is opgenomen in de energielijst of de milieulijst. Deze worden jaarlijks opnieuw vastgesteld. U kunt deze lijsten raadplegen op RVO.nl

Page 6: Verhoging lage BTW tarief Business-seat: representatie of … · pagina 6 Mobiliteit en fiscaliteit Vervolg eindejaarstips 2018 pagina 8 Aangifte IB vóór mei, dan geen belastingrente

PA G I N A 6

FISCAAL

We kennen verschillende vormen van mobiliteit. Denk daarbij onder andere

aan de fiets, auto en motor. Zij worden fiscaal verschillend behandeld. In

deze bijdrage gaan we in op een aantal facetten van deze mobiliteit en hun

fiscale uitwerking.

Auto van de zaak

BijtellingHebt u een auto van de zaak en rijdt u daarmee per jaar meer dan 500 km privé, dan krijgt u daarvoor fiscale bijtelling. Deze bestaat uit een percentage van de catalogusprijs (incl. BPM) en omzetbelasting. De hoogte van de bijtelling is afhan-kelijk van de datum eerste toelating (DET) van de auto en de CO2-uitstoot. Bij een DET in 2018 kennen we twee percen-tages. Te weten 4% voor nul-emissie auto’s en 22% voor alle overige auto’s. Bij auto’s van 15 jaar of ouder (‘Young-timers’) mag een bijtelling van 35% van de dagwaarde van de auto worden toegepast. Bij werknemers wordt de bijtelling verwerkt als loon. Bij een ondernemer die de auto tot zijn ondernemingsvermogen heeft gerekend, wordt de bijtelling verwerkt in de winst uit onderne-ming. Alle kosten van de auto zijn dan wel aftrekbaar van de winst uit onderneming. De bijtelling geldt zoals gezegd niet als u met de auto minder dan 500 km per jaar privé rijdt. Om dat aan te tonen moet een sluitende rittenadministratie worden bij-gehouden. Vanaf 2019 geldt de zgn. ‘Tesla-taks’. Nul-emissie auto’s hebben dan tot € 50.000 een bijtellingspercentage van 4% en daarboven wordt het bijtellingspercentage 22%. Om te profiteren van de regels van 2018 dient de registratie van de auto vóór 2019 plaatsgevonden te hebben.

Omzetbelasting Gebruikt u uw auto ook privé, dan moet u de aftrek van btw over de autokosten aan het eind van het jaar corrigeren in de aangifte omzetbelasting. De zogeheten correctie btw privé-gebruik auto. Voor de berekening van de correctie is het van belang of er sprake is van een sluitende rittenadministratie. Is die aanwezig, dan kunt u de correctie berekenen op grond van het werkelijk gebruik: de verhouding privé en zakelijke kilometers. Let hierbij wel op dat de woon/werk-kilometers voor de omzetbelasting als privékilometers worden aange-merkt. Is geen sluitende rittenadministratie aanwezig, dan bedraagt de correctie 2,7% van de cataloguswaarde in de eerste vijf jaren of 1,5% in overige gevallen.

EINDEJAARSTIPS 2018

Benut energie- en milieu-investeringsaftrek (vervolg van pagina 5) Voor de KIA hoeft een bedrijfsmiddel niet nieuw te zijn. Voor de EIA en de MIA is dat wel het geval. Let erop dat u voor de EIA en de MIA de investering binnen drie maanden na het aangaan van de verplichting digitaal via het eLoket op MijnRVO.nl moet aanmelden.

Is er een voorziening mogelijk?De komende jaren daalt het tarief in de vennootschapsbelas-ting. In de inkomstenbelasting wordt het aantal tariefschijven op termijn teruggebracht naar twee met een toptarief van 49,5%. Het kan daarom aantrekkelijk zijn om lasten naar vo-ren te halen, bijvoorbeeld door het vormen van een voorzie-ning. Als u redelijk zeker bent dat u in 2019 of latere jaren grote uitgaven moet doen, dan kunt u mogelijk nu de winst over 2018 verlagen door een voorziening te vormen. U mag een voorziening alleen vormen voor toekomstige uit-

gaven die hun oorsprong vinden in feiten en omstandigheden die zich hebben voorgedaan in 2018 of eerder. Bovendien moeten de feiten en omstandigheden zijn toe te rekenen aan dat jaar.

Voorkom verliesverdampingHeeft uw onderneming nog verrekenbare verliezen uit het verleden, dan kunt u deze verliezen misschien compenseren met winst uit 2018. Verliezen moeten tijdig worden verrekend anders verdampen ze. Een verlies kan worden verrekend met de winsten van de vorige drie jaren. In de vennootschaps-belasting kan een verlies maximaal één jaar terug worden verrekend. Zowel in (box 1 van) de inkomsten- als de vennoot-schapsbelasting kan een verlies in de komende negen jaren voorwaarts worden verrekend. Deze voorwaartse verliesver-rekening wordt in de vennootschapsbelasting vanaf 2019 beperkt tot maximaal zes jaar. Dit geldt ook voor box 2 in de inkomstenbelasting.

Mobiliteit en fiscaliteit

Vanaf 2019 geldt de zgn. ‘Tesla-taks’. Nul-emissie auto’s hebben dan tot € 50.000 een bijtellingspercentage van 4% en 22% boven € 50.000.

Page 7: Verhoging lage BTW tarief Business-seat: representatie of … · pagina 6 Mobiliteit en fiscaliteit Vervolg eindejaarstips 2018 pagina 8 Aangifte IB vóór mei, dan geen belastingrente

PA G I N A 7 S I G N A A L N R 8 3 D E C E M B E R 2 018

teloos worden verstrekt. Hiervoor geldt een nihilwaardering. Vervolgens kan de lening in stukjes worden kwijtgescholden, zodat de ‘fiets’ ook slechts geleidelijk de vrije ruimte in beslag neemt. U kunt de werknemer ook terug laten betalen door de vrije kilometervergoeding van € 0,19 te gebruiken als aflos-sing van de schuld. Gewoon aflossen kan natuurlijk ook. Een ter beschikking gestelde fiets blijft eigendom van de onderneming. Als deze alleen zakelijk wordt gebruikt, hoeft geen bijtelling plaats te vinden. Is er ook privé gebruik dan moet u de waarde in het economisch verkeer van dit gebruik als loon verwerken. Deze waarde is het aantal privékilometers vermenigvuldigd met de kilometerprijs. In 2020 wordt een (elektrische) fiets van de zaak (inclusief de speed pedelecs) aantrekkelijker gemaakt. Wordt de fiets ook voor privé gebruikt dan geldt een bijtelling (loonwaarde) van 7% van de adviesprijs. De fiets blijft eigendom van de werkgever.

Het bovenstaande is geen uitputtend verhaal over mobiliteit en fiscaliteit. Er bestaan namelijk veel uitzonderingen en specifie-ke regels met betrekking tot mobiliteit. Voor vragen kunt u dan ook terecht bij ondergetekende of uw relatiebeheerder.

Patrick van Hoof

Verklaring geen privégebruikAls een werknemer met de auto van de zaak per kalenderjaar niet meer dan 500 privékilometers gaat rijden, dan kan hij met een speciaal formulier een ‘verklaring geen privégebruik auto’ aanvragen. Als de werkgever een kopie van de verklaring heeft, laat hij de bijtelling voor het privégebruik van de auto vanaf dat moment achterwege.

Motor van de zaak

De bijtelling voor de motor van de zaak wordt anders bere-kend dan de bijtelling van de auto van de zaak. Alle kosten komen in aftrek. De waarde van het privégebruik wordt bere-kend aan de hand van de werkelijk afgelegde privékilometers. Voor de berekening van de kosten van de motor per kilometer worden de totale kosten van de motor gedeeld door het totaal in dat jaar gereden aantal kilometers. Vervolgens wordt de bijtelling bepaald door dit kilometerbedrag te vermenigvuldi-gen met de gereden privékilometers. De omzetbelasting op de kosten voor de motor kunt u naar rato van het zakelijke en privégebruik verrekenen. Omdat de motor van de zaak gezien wordt als een bedrijfsmiddel bestaat er bij de investering recht op de kleinschaligheidsinvesteringsaftrek.

Fiets van de zaak

WerkkostenregelingDe fietsregeling, zoals deze voor de inwerkingtreding van de werkkostenregeling werd gebruikt, kan nog steeds worden toegepast. Dit betekent dat werknemers loon, vakantiegeld, een dertiende maand of verlofdagen in kunnen leveren en daarvoor in de plaats een fiets van de werkgever kunnen krij-

gen. De volledige (factuur)waarde van de fiets wordt ten laste van de vrije ruimte gebracht. Over een hierdoor ontstane overschrijding van de vrije ruimte is de werkgever dan de bekende 80% eindheffing verschuldigd.

Renteloze leningOver een door de werkgever aan een werknemer verstrekte lening moet een zakelijke rente in rekening worden gebracht. Een lening voor aanschaf van een (elektrische) fiets mag ren-

Verwerk privégebruik in de laatste btw-aangifteAls u als btw-ondernemer zaken van de onderneming in privé gebruikt, dan moet u hiervoor jaarlijks btw corrigeren. Het privégebruik moet worden verwerkt in de laatste btw-tijdvak van het jaar. Veel voorkomende posten met een correctie privégebruik zijn:• eigen woning;• energiekosten;• auto.

3. Woningeigenaar

Betaal hypotheekrente vooruit Betaalt u belasting in box 3, dan kan het verstandig zijn om alvast de hypotheekrente van volgend jaar vooruit te betalen. Hiermee vermindert u de belasting die u moet betalen over uw vermogen (box 3). Ook als u volgend jaar in een lager belas-

tingtarief valt, kan het verstandig zijn om dit jaar alvast hypo-theekrente vooruit te betalen. Het maximale tarief waartegen u de hypotheekrente kunt aftrekken daalt immers van 49,5% (in 2018) naar 49% (in 2019). U hebt dan nu wat extra renteaf-trek tegen een hoger tarief. Vanaf 2020 wordt het voordeel op de renteaftrek versneld afgebouwd met 3-procentpunten per jaar, totdat uiteindelijk (in 2023) een aftrektarief is bereikt van 37,05%; ’het ‘lage’ tarief van de nieuw in te voeren vlaktaks.Vooruitbetalen kan alleen als u de spelregels in acht neemt. Zo moet de rente die u in 2018 vooruitbetaalt betrekking hebben op de eerste zes maanden van 2019.

Betaalt u voor meer maanden vooruit, dan is de vooruitbe-taalde rente niet aftrekbaar in 2018. Deze rente wordt dan evenredig verdeeld over de kalendermaanden waarop de rentebetaling betrekking heeft. Overleg ook met de hypotheek-verstrekker of vooruitbetaling van rente wel mogelijk is.

Vanaf 2020 is een (elektrische) fiets aantrekkelijker.

Page 8: Verhoging lage BTW tarief Business-seat: representatie of … · pagina 6 Mobiliteit en fiscaliteit Vervolg eindejaarstips 2018 pagina 8 Aangifte IB vóór mei, dan geen belastingrente

PA G I N A 8

FISCAAL

EINDEJAARSTIPS 2018

Los een kleine hypotheekschuld afHeeft u nog maar een lage hypotheekschuld, dan kan het verstandig zijn om de hypotheek af te lossen. Dit is vaak het geval als de aftrekbare hypotheekrente minder is dan het eigenwoningforfait dat u moet betalen en u ruim vermogen in box 3 heeft. Een en ander is echter ook afhankelijk van het rendement dat u behaalt op box 3-vermogen en de mogelijkheid om een bestaande hypotheek boetevrij af te lossen. Let er echter op dat vanaf 2019 de zogeheten ‘Hillen-aftrek’ geleidelijk (lees: in 30 jaar) wordt afgeschaft. Dat betekent dat het fiscale voordeel van geen of een geringe eigen woningschuld steeds kleiner wordt.

Wilt u weten of aflossen voor u een goede optie is, neem dan contact op met uw relatiebeheerder.

Mr. Manfred Maas RB

Sinds 1 januari 2013 kennen we de belastingrenteregeling. Deze is van

kracht voor onder meer de inkomsten- en de vennootschapsbelasting. Het

Belastingplan 2019 wil de regeling veranderen. Het belangrijkste voorstel is

om geen rente meer te berekenen over aanslagen inkomstenbelasting als de

aangifte vóór 1 mei na afloop van het kalenderjaar wordt ingediend en de

aanslag overeenkomstig is. Een korte toelichting.

de Belastingdienst moet afwijken van de aangifte. Over het bedrag waarvoor een voorlopige aanslag is betaald, is geen belastingrente verschuldigd.

Aangiftetermijn IB verschoven naar 1 meiIn 2014 is de aangiftetermijn voor aangifte inkomstenbelasting verschoven van 1 april naar 1 mei. Maar wie sindsdien in de maand april aangifte deed, liep toch kans rente te moeten be-talen. Foutje. De Belastingdienst heeft daarom in die gevallen over de belastingjaren 2014 tot en met 2017 geen belasting-rente in rekening gebracht. In het Belastingplan 2019 is voorgesteld om over de op-gelegde aanslagen, die conform de aangifte én binnen de termijn (dus vóór 1 mei) zijn ingediend, géén belastingrente te berekenen.

Luuk Attema MSc RB

De belastingrenteregeling is in 2013 ingevoerd om het ‘spa-ren’ bij de Belastingdienst te voorkomen. Reden: voor 2013 betaalde een groep ondernemers en particulieren bewust teveel belasting. Waarom? Omdat de Belastingdienst op dit teveel betaalde geld riante rentes tot 6% vergoedde. De belastingrenteregeling maakte hier in 2013 een einde aan. Sindsdien wordt enkel nog rente vergoed aan particulieren in uitzonderlijke situaties. Bijvoorbeeld wanneer de teruggaaf van inkomstenbelasting langer dan 13 weken op zich laat wachten na het indienen van de aangifte.

Rente betalen bij late aanslagenBelastingrente wordt in rekening gebracht wanneer, door toedoen van de belastingplichtige, de belastingaanslag te laat wordt opgelegd. Dit is onder andere het geval wan-neer de aangifte buiten de aangiftetermijn wordt gedaan of wanneer de aangifte binnen de termijn wordt gedaan maar

Aangifte IB vóór mei, dan voortaan geen belastingrente schuldig

Page 9: Verhoging lage BTW tarief Business-seat: representatie of … · pagina 6 Mobiliteit en fiscaliteit Vervolg eindejaarstips 2018 pagina 8 Aangifte IB vóór mei, dan geen belastingrente

PA G I N A 9 S I G N A A L N R 8 3 D E C E M B E R 2 018

ACCOUNTANCY

Naast de DCF-methode bestaat er in de praktijk ook be-hoefte aan eenvoudige vuistregels. Hoewel deze eenvoudige vuistregels nooit een serieus alternatief kunnen zijn voor een volwaardige waardering, is de behoefte eraan te sterk om deze te negeren. Deze vuistregels zijn er in de vorm van multi-ples. Hierbij wordt een eerste ruwe indicatie van de mogelijke waarde uitgedrukt in een multiple (een vermenigvuldigingsfac-tor) die toegepast wordt op een bepaalde grootheid. Die mul-tiples kunnen betrekking hebben op operationele kengetallen (bijvoorbeeld het aantal betalende klanten) en op financiële kengetallen (bijvoorbeeld de omzet).Een van de meest gebruikte multiples is gebaseerd op de EBITDA (earnings before interest, depreciation and amortiza-tion, ofwel de winst vóór afschrijvingen, rente en belastingen). Het winstbegrip EBITDA wordt als een relevant uitgangspunt beschouwd omdat, van de diverse winstbegrippen, de EBITDA nog het meest in de buurt komt van de cash flow uit de be-drijfsactiviteiten.

Brookz overnamebarometerTwee keer per jaar wordt er door Brookz, platform voor bedrijfsovername, onderzoek gedaan onder een groot aantal (momenteel 265) overname advieskantoren, die naar verluidt tezamen verantwoordelijk zijn voor ruim 90% van de transac-ties in de MKB-markt (bedrijven met 0,5 tot 25 miljoen euro omzet). Dat onderzoek resulteert in een halfjaarlijkse over-namebarometer die gepubliceerd wordt op brookz.nl.

Een vast bestanddeel van de overnamebarometer is het overzicht met gemiddelde EBITDA-multiples per sector van de gerealiseerde transacties in het betreffende halfjaar. De gemid-delde EBITDA multiple per sector in het eerste halfjaar 2018 ziet er als volgt uit:

EBITDA-multiples in de waarderingspraktijkIn de theorie van waardering van ondernemingen is het primaire uitgangspunt

dat de waarde van een onderneming gebaseerd is op de toekomstige (ver-

wachte) geldstromen. Die toekomstige geldstromen moeten contant gemaakt

worden naar het moment van waarderen, tegen een vermogenskostenvoet

die de risico’s in de toekomstige geldstromen weerspiegelt. Dit uitgangspunt

van de zogeheten discounted cash flow (DCF) methode is inmiddels ook diep

geworteld in de praktijk van de waardering van ondernemingen.

Hierbij moet aangetekend worden dat het om de waarde van de onderneming gaat, de zogeheten enterprise value. Om te komen tot de waarde van de aandelen moet de onderne-mingswaarde nog verminderd worden met het bedrag van de rentedragende schulden. Uit het overzicht blijken behoorlijke verschillen: IT & Online ondernemingen worden bijvoorbeeld hoger gewaardeerd dan de fysieke detailhandel.Een interessante observatie in het onderzoek heeft betrekking op de omvang van de onderneming: hoe hoger de EBITDA (in euro’s), hoe hoger de gerealiseerde multiple. De conclusie is dat er ruim 10% verschil is in de multiple tussen kleine en mid-delgrote ondernemingen.

Gemiddelde EBITDA multiple in relatie tot bedrijfsomvang

5,25,15,04,94,84,74,64,54,4

250.000 500.000 1.000.000 2.000.000 5.000.000

Bedrijfsomvang uitgedrukt in genormaliseerde EBITDA

In de waarderingspraktijk is het gebruik van multiples niet onomstreden, ze zijn immers niet gebaseerd op theoretisch onderzoek. Daar staat tegenover dat er ook multiples zijn die ontleend zijn aan daadwerkelijke en recente transacties. Daarmee kan het belang van dergelijke multiples niet ontkend worden.

Paul Mencke RA RV MBV

Sector H2-’17 Correctie H1-’18IT & Online 6,1 0,1 6,2Gezondheidszorg & Farmacie 6 0 6Groothandel 5,65 0 5,65Agri & Food 5,5 0,05 5,55Industrie & Productie 5,25 0,05 5,3Zakelijke dienstverlening 4,95 0,05 5Media, Reclame & Communicatie 4,65 0 4,65Bouw & Installatietechniek 4,05 0,05 4,1Horeca, Toerisme & Recreatie 4 0 4Automotive, Transport & Logistiek 3,75 0,05 3,8Detailhandel 3,65 0 3,65

EBIT

DA

mul

tiple

Page 10: Verhoging lage BTW tarief Business-seat: representatie of … · pagina 6 Mobiliteit en fiscaliteit Vervolg eindejaarstips 2018 pagina 8 Aangifte IB vóór mei, dan geen belastingrente

PA G I N A 10

FISCAAL

Veel ondernemers hebben business seats of een skybox bij hun favoriete

(sport)evenement. Met behulp van deze investering maakt de ondernemer

reclame voor zijn/haar bedrijf. Daarnaast worden (zaken)relaties meegeno-

men naar de wedstrijd. Maar wat zijn nu de fiscale gevolgen? Mogen deze

kosten (geheel) in aftrek worden gebracht? En heeft de ondernemer recht op

btw-aftrek? Wij zetten de belangrijkste fiscale spelregels op een rijtje.

Vennootschapsbelasting/inkomstenbelastingAls ondernemer heeft u het recht om alle kosten die voor de zakelijke belangen van uw onderneming maakt in aftrek te brengen. Deze zogenoemde zakelijke kosten zijn binnen rede-lijke grenzen nodig voor de uitoefening van uw onderneming. Sommige kosten hebben echter zowel een zakelijk als een persoonlijk karakter. Van deze ‘gemengde’ kosten is slechts het zakelijke deel aftrekbaar.

In de wet is opgenomen dat bepaalde gemengde kosten tot een bedrag van € 4.500 niet voor aftrek van de winst in aan-merking komen. Het gaat dan om de volgende kosten:• voedsel, drank en genotmiddelen;

• representatie, daartoe behoren ook recepties, feestelijke bijeenkomsten en vermaak;

• congressen, seminars, symposia, excursies, studiereizen en dergelijke.

Als u geen uitgebreide administratie wilt bijhouden van de gemengde kosten, kunt u ervoor kiezen om 73,5% (voor de inkomstenbelasting is dit percentage 80%) van alle gemengde kosten in aftrek te brengen.

Business seats: representatie- of reclamekosten?Van diversen kostenposten is het niet duidelijk of het gemeng-de kosten zijn. Hoort iets bij reclamekosten (geheel aftrekbaar) of juist bij representatiekosten (73,5%/80% aftrekbaar)? Het doel waarmee de ondernemer de kosten heeft gemaakt, speelt hier een belangrijke rol. Zijn de kosten uitsluitend gericht op algemene naamsbekend-heid met een onpersoonlijk karakter en is het enige doel dus directe verkoopbevordering, dan mag u ervan uitgaan dat sprake is van reclamekosten. Als de kosten zijn gericht op het opbouwen en onderhouden van een goede relatie met de genieter, en daarnaast op algemene verkoopbevordering, dan is mogelijk sprake van een relatiegeschenk (en dus representa-tiekosten).

Business seats en fiscaliteit: wat zijn de (on)mogelijkheden?

Business seat: representatie of reclame?

Page 11: Verhoging lage BTW tarief Business-seat: representatie of … · pagina 6 Mobiliteit en fiscaliteit Vervolg eindejaarstips 2018 pagina 8 Aangifte IB vóór mei, dan geen belastingrente

PA G I N A 11 S I G N A A L N R 8 3 D E C E M B E R 2 018

Dit onderscheid is van belang voor de aftrekbaarheid van kosten voor business seats. Zijn de business seats aangeschaft om de naamsbekendheid van de onderneming te vergroten, dan zijn de kosten (zijnde reclamekosten) mogelijk 100% aftrekbaar. Hebben de kosten een meer persoonlijk karakter (persoonlijke relatie opbouwen met de klant), dan is de kans echter groot dat de regels van gemengde kosten van toepas-sing zijn. Wanneer een aantoonbaar privé-element van de ondernemer of DGA aanwezig is, dan zullen de kosten al snel als represen-tatiekosten worden aangemerkt. Het onderscheid tussen deze kostenposten is echter vaak arbitrair en afhankelijk van de specifieke feiten en omstandig-heden. Een en ander vergt dus een individuele beoordeling.

LoonbelastingAls een werknemer (al dan niet de DGA) het (sport)evenement bezoekt, dan verkrijgt deze werknemer een voordeel uit zijn/haar dienstbetrekking. Voor deze werknemer kwalificeert de bevoordeling als loon (in natura).

WerkkostenregelingIn dit kader spelen de gevolgen voor de werkkostenregeling (WKR) een belangrijke rol. Deze kosten – voor zover toere-kenbaar aan werknemers die gebruik maken van de business seats – vullen in beginsel de vrije ruimte van uw onderneming. Maar als het (sport)evenement kwalificeert als een meer dan bijkomstig zakelijk evenement dan kan een gerichte vrijstelling van toepassing zijn. Bijvoorbeeld als de werknemer verplicht is om deze bezoekjes te combineren met zakelijke relaties, waar-mee het zakelijke karakter van de uitgave wordt benadrukt.

Correctie vennootschapsbelasting én heffing loonbelasting: dubbele heffing?Op basis van de bovenstaande afwegingen kan worden vastgesteld of sprake is van een correctie in de vennootschaps-belasting/inkomstenbelasting enerzijds en of sprake is van loonkosten anderzijds. Als de kosten kwalificeren als represen-tatiekosten (gemengde kosten, beperkt aftrekbaar) en loonkos-ten dan speelt de vraag of deze ‘economisch dubbele’ heffing doorgang kan vinden. In dit licht hanteert de Belastingdienst het volgende schema:

Loon- Wijze WKR- Overschrijding VPB-kosten? LB-heffing kwalificatie vrije ruimte? correctie?Ja Individueel - - Nee belastJa Eindheffings- Gerichte - Ja bestanddeel vrijstellingJa Eindheffings- Nihil- - Ja bestanddeel waarderingJa Eindheffings- Vrije ruimte Nee Ja bestanddeelJa Eindheffings- Vrije ruimte Ja Nee bestanddeel

OmzetbelastingTenslotte wijzen wij op mogelijke btw-correcties van business seats. De Hoge Raad heeft recent een uitspraak gedaan over het recht op btw-aftrek bij de terbeschikkingstelling van business seats aan werknemers en/of zakenrelaties. Het arrest geeft meer duidelijkheid over hoe in de praktijk om te gaan met het (gratis) bijwonen van een sportwedstrijd of een ander recreatief evenement. Hierbij speelt de BUA (Besluit Uitsluiting

Aftrek in de omzetbelasting) een belangrijke rol. Onderstaand de zienswijze van de Hoge Raad.

Business seats aan werknemersEr is sprake van een personeelsvoorziening in het kader van het BUA, als de uitgaven voor de zitplaatsen zijn gedaan voor ontspanning en/of persoonlijke doeleinden van de werkne-mers. Hiervan is volgens de Hoge Raad in beginsel steeds sprake. Het BUA is dus van toepassing. Op grond van de BUA-berekening per werknemer volgt dan meestal een beper-king in het recht op btw-aftrek.

Er kunnen zich echter gevallen voordoen waarin een werkge-ver haar personeelsleden wedstrijden laat bijwonen – bijvoor-beeld verplicht in het gezelschap van zakenrelaties – omdat het bedrijfsbelang dit vereist. In die gevallen kan niet worden gezegd dat de uitgaven voor de zitplaatsen zijn gedaan voor ontspanning en/of persoonlijke doeleinden van de werkne-mers. Het persoonlijke voordeel voor de werknemers is dan bijkomstig ten opzichte van de behoefte van de onderneming. Beslissend is dus met welk doel de onderneming haar perso-neel het evenement laat bijwonen.

Als uw onderneming personeelsleden naar (sport)evenementen stuurt om zakenrelaties te vergezellen en het bedrijfsbelang dit vereist, dan is een BUA-correctie niet nodig en bestaat er dus een volledig recht op btw-aftrek. Hierbij is het essentieel om het zakelijke doel aannemelijk te maken. De bewijslast ligt in beginsel bij de ondernemer.

Business seats aan zakenrelatiesOp grond van het BUA wordt het recht op btw-aftrek op rela-tiegeschenken of andere giften uitgesloten, als de aanwezige relatie de btw zelf niet in aftrek kan brengen. Volgens de Hoge Raad is het aan de inspecteur om aannemelijk te maken dat de betreffende zakenrelatie de btw op de business seats niet in aftrek kan brengen. Wel moet de ondernemer de vastgelegde gegevens (bijvoorbeeld een aanwezigheidslijst) verstrekken van de personen aan wie hij de zitplaatsen ter beschikking heeft gesteld. Het is dan aan de Belastingdienst om aanneme-lijk te maken dat de zakenrelatie de btw niet (geheel) in aftrek kon brengen. Met behulp van de benodigde documentatie en de bewijslastverdeling zien wij ook hier mogelijkheden om het volledige recht op btw-aftrek te behouden.

Uit het bovenstaande blijkt dat een goede vastlegging van het gebruik van business seats en skyboxen het verschil kan maken voor de btw-aftrek op de uitgaven daarvoor. Wij raden u dan ook aan om voor elke wedstrijd ’de business seats opstelling’ vast te leggen (aanwezigheidslijst), de zakelijke achtergrond toe te lichten en dit in de bedrijfsadministratie op te nemen.

Thomas Neijzen MSc LLM RB

Page 12: Verhoging lage BTW tarief Business-seat: representatie of … · pagina 6 Mobiliteit en fiscaliteit Vervolg eindejaarstips 2018 pagina 8 Aangifte IB vóór mei, dan geen belastingrente

Govers’ team van financieel specialisten heeft tientallen jaren ervaring met de dagelijkse praktijk van bedrijven,beoefenaren van vrije beroepen, non-profitorganisaties en (semi-)overheidsinstellingen. Door Govers’ brede dienstenpakket en de persoonlijke benadering op het totale belastingtechnische en financieel-administratieve vlak, haalt de cliënt het maximale rendement uit zijn organisatie.

• Accountancy• Administratieve dienstverlening• Belastingadvies• Bedrijfskundige advisering• Corporate finance• Mediation

Govers Accountants/Adviseurs is lid van UHY. UHY is een wereldwijd netwerk van zelfstandige accountants- en advieskantoren, met teams in 325 kantoren in 95 landen. Voor meer informatie bezoekt u: www.uhy.com.

Govers Accountants/AdviseursBeemdstraat 255653 MA EindhovenTelefoon: (040) 2 504 504Fax: (040) 2 504 599E-mail: [email protected]: http://twitter.com/#!/GoversAdviseurs