UITWERKINGEN Examen Coördinerend Deskundige ......Het totaal aantal 226desintegraties voor 22,34...
Transcript of UITWERKINGEN Examen Coördinerend Deskundige ......Het totaal aantal 226desintegraties voor 22,34...
Embargo 11 december 2017
1
UITWERKINGEN
Examen Coördinerend Deskundige Stralingsbescherming
Nuclear Research and consultancy Group NRG
Technische Universiteit Delft TUD
Boerhaave Nascholing/LUMC BN/LUMC
Rijksuniversiteit Groningen RUG
Radboudumc RUMC
TU Eindhoven TU/e
Examendatum: 11 december 2017
Embargo 11 december 2017
2
Vraagstuk 1 Radium Girls
Vraag 1.1
Maak een schatting van de activiteit 226Ra die nu nog op de wijzers van deze
wekker aanwezig is. U mag er vanuit gaan dat het gemeten dosistempo alleen
door 226Ra (inclusief dochters) wordt veroorzaakt.
De vormgeving van de meting is zo, dat de puntbronbenadering mag worden
toegepast.
Vraag 1.2
Neem aan dat Casie iedere werkweek 1/104-e deel van de totale activiteit heeft
binnengekregen. Bereken dan de effectieve volgdosis voor 1 werkweek van Casie,
alsof de inname in die ene werkweek de enige inname zou zijn.
E(50) = A × e(50)
Atotaal = 603,7 µCi
Per week 603,7·10–6 (Ci) : 104 (weken) × 37·109 (Bq/Ci) = 214,8·103 Bq
E(50) (Sv) = 214,8·103 (Bq) × 2,8·10-7 (Sv/Bq) = 0,060 Sv
Vraag 1.3
Stel dat er 603,7 µCi 226Ra in evenwicht met al de dochters is opgelost in een
goed gesloten bak met 70 liter water. Bepaal voor deze bak water de
geabsorbeerde dosis in Gy voor één jaar. U hoeft in deze berekening alleen de
energie van de alfastraling mee te nemen.
Op jaarbasis 603,7 µCi = 22,34 MBq
Afname van de activiteit door tussentijds verval van 226Ra, T½ = 1600 jaar, hoeft
niet meegerekend te worden.
Het totaal aantal desintegraties voor 22,34 MBq 226Ra in 1 jaar =
22,34·106(desintegraties/s)×3600(s/uur)×24(uur/dag)×365,25(dagen/jaar) =
7,05·1014 desintegraties/jaar
Embargo 11 december 2017
3
De totale -energie per desintegratie =
4,784 + 5,490 + 6,003 + 7,687 + 5,297 MeV = 29,26 MeV/desintegratie
7,05·1014 desintegraties/jaar × 29,26 MeV/desintegratie = 2,06·1016 MeV
2,06·1016 MeV × 1,6·10-13 J/MeV : 70 kg = 47,1 J/kg = 47,1 Gy
Vraag 1.4
Pas de berekening van 1.3 aan voor de situatie dat de bak water van 70 liter niet
meer goed gesloten is en dat er 2/3 van het gevormde radon direct ontsnapt.
Het totaal aantal desintegraties voor 22,34 MBq 226Ra in 1 jaar blijft onveranderd
gelijk aan 7,05·1014 desintegraties/jaar
De totale -energie per desintegratie =
4,784 + 1/3 × (5,490 + 6,003 + 7,687 + 5,297) MeV = 4,784 + 8,159 =
12,94 MeV/desintegratie
7,05·1014 desintegraties/jaar × 12,94 MeV/desintegratie = 9,12·1015 MeV
9,12·1015 MeV × 1,6·10-13 J/MeV : 70 kg = 20,9 J/kg = 20,9 Gy
Puntenwaardering:
Vraagstuk 1
Vraag Punten
1.1 3
1.2 4
1.3 5
1.4 3
Totaal 15
Embargo 11 december 2017
4
Vraagstuk 2. Productie van 18F
Vraag 2.1
Bereken de activiteit van het aangemaakte 18F indien het target met het 18O verrijkt water 120 minuten bestraald is.
Vraag 2.2
Bereken hoe lang de bestraling ten minste moet duren totdat minimaal 95% van
de verzadigingsactiviteit is bereikt.
1 – e–ln(2)·t/109,7 = 0,95
e–ln(2)·t/109,7 = 0,05
–ln(2)·t/109,7 = ln(0,05)
t = 109,7 (min)·ln(0,05)/(–ln(2)) = 474 min = 7,9 uur
alternatief:
1 – e–ln(2)·(t/T1/2
) = 0,95
e–ln(2)·(t/T1/2
) = 0,05
–ln(2)·t/T1/2 = ln(0,05)
t = –ln(0,05)/ln(2) × T1/2 = 4,32 T1/2 is 4,3 halveringstijden. (in de praktijk wordt
niet meer dan 2 halveringstijden bestraald)
Vraag 2.3
Bereken de lengte van de 18F-bolus en beredeneer waarom de bolus in de beschreven situatie niet beschouwd mag worden als een puntbron.
Embargo 11 december 2017
5
Gegeven: het bronvolume is 4,0 mL, de binnendiameter van de transportleiding is 1,0 mm, dus de straal is 0,05 cm.
De lengte L van de bolus bedraagt: L = volume/·r2 = 4,0 /·(0,050)2 = 509 cm
= 5,1 m
De bron mag niet als puntbron beschouwd worden omdat de afstand tot de bron veel kleiner is dan 5x de grootste dimensie van de bron, namelijk 1 m ten
opzichte van 5×5,1 m = 25 m.
Vraag 2.4
Bereken het omgevingsdosisequivalenttempo dat de operator op de monitor
afleest uitgaande van de bij vraag 2.1 berekende 18F activiteit.
De formule voor het stralingstempo van een afgeschermde lijnbron wordt
gegeven door:
Aflezen van µbeton uit bijlage 2: (µ/ρ)beton (E = 0,5 MeV) = 0,0892 (cm2/g), µbeton
= (µ/ρ)beton x ρbeton = 0,0892 (cm2/g) x 2,35 (g/cm3) = 0,210 cm-1,
µbeton d = 0,21 (cm-1) · 25,0 (cm) = 5,24
Berekening van de opbouwfactor met behulp van bijlage 3:
B (E = 0,5 MeV en µd = 5,0) = 12,2
B (E = 0,5 MeV en µd = 6,0) = 15,9
via interpolatie volgt B (E = 0,5 MeV en µd = 5,2) = 13,1
i a d o θ.
a (θ) is 5,1/1, 5 = 4,08 θ = 76, 0 dit is omgerekend naar radialen 1,33 rad
Berekening omgevingsdosisequivalenttempo:
Omdat radialen verhoudingsgetallen zijn vallen deze weg bij de eenheden.
Embargo 11 december 2017
6
Met 0,5 TBq wordt het antwoord: 0,455 mSv/h = 0,46 mSv/h.
Puntenwaardering:
Vraagstuk 2
Vraag Punten
2.1 3
2.2 3
2.3 3
2.4 5
Totaal 14
Embargo 11 december 2017
7
Vraagstuk 3. Abou op reis
Vraag 3.1
Toon door berekening aan dat de effectieve dosis van Abou ten gevolge van één
enkele opname door de bagagescanner enkele µSv bedraagt. U mag hierbij de
afschermende werking van de lopende band en de koffer verwaarlozen. Voor de
berekening van de effectieve dosis mag de blootstelling ter hoogte van de
lopende band als uitgangspunt worden gebruikt.
aflezen bijlage, blz. 10 bij 150 kV: Ka = 18,3 mGy per mA min op 1 m
belichting = 0,2 (mA) × 20×10-3 s / 60 (s/min) = 6,7×10-5 mA min
afstand = 63,5 cm = 0,635 m
kerma = 18,3 (mGy per mA min) × 6,7×10-5 (mA min) × (1 m /
0,635 m)2
= 3,0×103 mGy = 3,0 µGy
aflezen bijlage, blz. 11 bij 100 keV: E(AP) / Ka = 1,4 Sv/Gy
E(AP) = 3,0 (µGy) × 1,4 (Sv/Gy) = 4,2
µSv/opname.
Vraag 3.2
Bereken het gemiddelde omgevingsdosisequivalenttempo (in µSv/h) op 10 cm
van de bovenkant aan de buitenzijde (A, figuur 1) van de bagagetunnel. U mag
hierbij de afschermende werking van lopende band, bagage en tunnelwand
verwaarlozen.
aflezen bijlage, blz. 11 bij 100 keV: H*(10) / Ka = 1,65 Sv/Gy
H*(10) = 3,0 (µGy) × 1,65 (Sv/Gy) = 5,0 µSv/opname op 63,5 cm
aantal opnames per uur = 10 (per min) × 60 (min/h) = 600 per uur
afstand = 63,5 (cm) + 47 (cm) + 10 (cm) = 120,5 cm
H*(10) = 600 (per uur) × 5,0 (µSv) × (63,5 cm / 120,5 cm)2
= 8,3×102 µSv/h.
Vraag 3.3
Aan de bovenzijde van de tunnelwand (B, figuur 1) wordt loodafscherming
aangebracht. Bereken de minimaal benodigde dikte van de loodafscherming om
Embargo 11 december 2017
8
aan de wettelijke eis voor lekstraling voor inherent veilige toestellen te voldoen.
Rond het resultaat af op 0,5 mm.
limiet = 1 µSv/h
benodigde transmissie = 1 (µSv/h) / 8,3×102 (µSv/h) = 0,0012
aflezen bijlage, blz. 10 bij 150 kV en 0,0012 × 18,3 (mGy) = 0,022 mGy
0,17 cm = 1,7 mm lood
2,0 mm lood na afronden.
Vraag 3.4a
Bereken de maximaal mogelijke effectieve jaardosis van de beveiligingsbeambte
ten gevolge van strooistraling. U mag er hierbij van uitgaan dat het verstrooiend
oppervlak gelijk is aan het oppervlak van een koffer met maximaal toegestane
afmetingen ter hoogte van punt C (figuur 1), en dat de verstrooihoek 90° is.
primaire kerma Ka,primair = 3,0 µGy per opname
aantal opnames per jaar = 600 (per uur) × 2000 (h/j) = 1,2×106 per jaar
verstrooiend oppervlak = 55 (cm) × 35 (cm) = 1925 cm2
lineair interpoleren bij 90° in tabel van bijlage, blz. 12
verstrooiingscoëfficient = (0,05% + 0,14%) / 2 = 0,095%
= 0,00095 per 400 cm2 op 1 m
strooistraling Ka,strooi = 3,0 µGy × 1,2×106 (j-1) × 0,00095 ×
(1925 cm2 / 400 cm2) × (1 m / 1,5 m)2
= 7,3×103 µGy/j = 7,3 mGy/j
E(AP) = 7,3 (mGy/j) × 1,3 (Sv/Gy) = 9,5 mSv/j.
NB Beargumenteerd afwijken van lineair interpoleren is toegestaan.
Vraag 3.4b
Noem ten minste één praktisch uitvoerbare maatregel waardoor de
stralingsbelasting van beveiligingsbeambten zou kunnen worden verlaagd.
breng flexibele loodslabben aan in de opening van de bagagetunnel
breng een doorzichtig loodglasscherm aan – een dikte van 1 à 2 mm lood-
equivalent moet voldoende zijn (zie vraag 3.3)
het uitsluitend, zonder argumenten noemen van een persoonlijk
beschermingsmiddel wordt niet goedgerekend omdat dit niet praktisch
uitvoerbaar is en niet bij de arbeidshygiënische strategie aansluit.
Embargo 11 december 2017
9
Puntenwaardering:
Vraagstuk 3
Vraag Punten
3.1 4
3.2 3
3.3 4
3.4a 5
3.4b 1
Totaal 17
Embargo 11 december 2017
10
Vraagstuk 4. Analyse vloeibaar radioactief afval Vraag 4.1a Waarom geeft alleen 32P een bijdrage in region C-B (het energiegebied tussen
167 en 1711 keV)?
32P is i c id i a a da maxima β-energie boven 167 keV
heeft en zodoende een bijdrage levert aan het spectrum in het energiegebied
tussen 167 en 1711 keV (region C-B).
Vraag 4.1b Bereken het rendement (cpm/dpm) voor 32P in region C-B.
Uit de telsnelheid in region C is de activiteit te bepalen, maar eerst moet het
detectierendement in dit energiegebied bekend zijn. Gegeven is het totale
rendement in region C voor 32P: 0,95 cpm/dpm. Uit de meting van het zuivere 32P-monster kan de activiteit hiervan worden berekend.
R(C) ε(C) A A
cpm cpm/dpm dpm Bq 32P 11576 0,95 12185 203
Uit de meetresultaten van het zuivere 32P-monster kan worden bepaald hoeveel
van het spectrum wordt gemeten in het gebied boven 167 keV, dit is region C –
region B.
R(C-B) ε(C-B)
Cpm cpm/dpm 32P 11576 - 3524 = 8052 8052/12185 = 0,66
Alternatief:
rendement region C-B is een fractie van rendement C:
Vraag 4.2 Bereken de relatieve statistische onnauwkeurigheid in de berekening van de
activiteit van 32P op basis van 1 sigma.
Embargo 11 december 2017
11
We gebruiken (10.9) uit Bos voor de berekening van de sigma van region C en B
uit de kalibratie meting van 32P (figuur 2):
De sigma van het teltempo van 32P volgt uit Bos (10.11):
De sigma voor de activiteit kan worden berekend met behulp van het rendement
voor 32P:
De relatieve onnauwkeurigheid wordt hiermee:
Alternatief:
De sigma van het teltempo van 32P volgt uit Bos (10.11):
De sigma voor de activiteit kan worden berekend met behulp van het rendement
voor 32P:
Embargo 11 december 2017
12
Vraag 4.3 Bereken de 32P-activiteit in het 10-liter-vat.
De telsnelheid in region C-B van het afvalmonster is:
639540 (cpm) – 272400 (cpm)= 367140 cpm
De 32P-activiteit in het afvalmonster is 367140 (cpm) / 0,66 (cpm/dpm) =
5,56·105 (dpm) = 9,26 kBq 32P in 10 mL
De 32P-activiteit in het 10-liter-vat dat voor 90% gevuld is, is 9.000 [ml] / 10
[ml] × 9,26 [kBq] = 8,33·106 Bq = 8,3 MBq 32P
(Alternatief met alleen C-B:
RC-B = 6119 cps; Amonster = RC-B / εC-B = 6119 (cps) / 0,66 (cps/Bq) = 9,26 kBq )
Vraag 4.4
Bereken de 35S-activiteit in het 10-liter-vat.
35S wordt gemeten in region C, maar ook het spectrum van 32P wordt in deze
region gemeten. Eerst wordt berekend hoe groot de bijdrage van 32P is.
Het rendement voor 32P in region C is:0,95 [cpm/dpm]. Uit 4.3 volgt dat de
activiteit van 32P in het afvalmonster 9,26 kBq is. Dit komt overeen met 556273
dpm. De telsnelheid in region C ten gevolge van 32P is dan: 0,95 (cpm/dpm) ×
556273 (dpm 32P) = 528459 cpm
Het afvalmonster levert in region C: 639540 cpm, dit is dan 528459 cpm door 32P
en 639540 (cpm) - 528459 (cpm) = 111081 cpm door 35S
Het rendement voor 35S in region C is: 0,90 cpm/dpm
De 35S -activiteit in het afvalmonster is dan 111081 (cpm) / 0,90 (cpm/dpm) =
123·103 (dpm) = 2,0·103 Bq 35S
De 35S-activiteit in het 10-liter-vat (90% gevuld) is 9.000 (ml) / 10 (ml) ×
2,0·103 (Bq) = 1,9·106 (Bq) = 1,9 MBq 35S
Embargo 11 december 2017
13
Vraag 4.5
Bereken de fractie van het afgeleide toetsingsniveau voor lozingen in water als
(WSN) gevolg van lozing van de inhoud van het 10-liter-vat.
De maximale emissie in water is
[maximaal mogelijke lozing per jaar/Reing]P-32 +[maximaal mogelijke lozing per
jaar/Reing]S-35 =
[AP-32 x CRP-32 / ReP-32] + [AS-35 x CRS-35 / ReS-35] =
[8,3·106 Bq x 0,1 / 4,2·108 ] + [ 1,9·106 x 1 / 7,1·109 ]= 0,00224 Re per lozing.
Op jaarbasis: 10 lozingen per jaar = 0,0224 Re
Afgeleide toetsingsniveau = 100 Re
Fractie van het afgeleide toetsingsniveau = 0,0224/100 = 0,00022
Puntenwaardering:
Vraagstuk 4
Vraag Punten
4.1a 2
4.1b 3
4.2 3
4.3 3
4.4 3
4.5 3
Totaal 17