Toepassing in Limburg · CoE NEBER BlueGEN Brandstofcel – Toepassing in Limburg 4/35 1. Inleiding...

35
BlueGEN brandstofcel Center of Expertise NEBER Greenspread BlueGEN brandstofcel Toepassing in Limburg

Transcript of Toepassing in Limburg · CoE NEBER BlueGEN Brandstofcel – Toepassing in Limburg 4/35 1. Inleiding...

Page 1: Toepassing in Limburg · CoE NEBER BlueGEN Brandstofcel – Toepassing in Limburg 4/35 1. Inleiding In opdracht van Ceramic Fuel cells voert Green Spread gezamenlijk met Center of

BlueGEN brandstofcel

Center of Expertise NEBER

Greenspread

BlueGEN brandstofcel

Toepassing in Limburg

Page 2: Toepassing in Limburg · CoE NEBER BlueGEN Brandstofcel – Toepassing in Limburg 4/35 1. Inleiding In opdracht van Ceramic Fuel cells voert Green Spread gezamenlijk met Center of

auteurs rapport pagina

Greenspread

CoE NEBER BlueGEN Brandstofcel – Toepassing in Limburg 2/35

Oktober 2014

In opdracht van: Ceramic Fuel cells BV

Jan Willem Tolkamp

Auteurs: Koen Kooper MSc, Greenspread

Michael Fraats MSc, Greenspread

Philippe Weusten MSc, Center of Expertise NEBER

Wendy Broers MSc, Center of Expertise NEBER

Page 3: Toepassing in Limburg · CoE NEBER BlueGEN Brandstofcel – Toepassing in Limburg 4/35 1. Inleiding In opdracht van Ceramic Fuel cells voert Green Spread gezamenlijk met Center of

auteurs rapport pagina

Greenspread

CoE NEBER BlueGEN Brandstofcel – Toepassing in Limburg 3/35

Inhoudsopgave

1. Inleiding 4

2. Totaal Energiegebruik 5

2.1 Brongegevens 5

3. Energiegebruik per sector 9

3.1 Gebouwde Omgeving 9

3.2 Industrie en Energie 11

3.3 Transport 12

3.4 Landbouw 13

3.5 Sector Onbekend 13

4. Juridisch kader energiemarkt 14

4.1 Elektriciteitswet 14

4.2 Gaswet 14

4.3 Wet belastingen op milieugrondslag 14

4.4 Technische Codes elektriciteit 15

5. Stimuleringsmaatregelen duurzame energie 17

5.1 Elektriciteitsproductie achter de meter 17

5.2 Klein- en grootverbruikers 18

5.3 Leveringstarief elektriciteit 18

5.4 Salderen 18

5.5 Overige nationale stimuleringsmaatregelen 19

5.6 Provinciale subsidieregelingen 20

5.7 Lokale subsidieregelingen 20

6. Stakeholderanalyse 21

6.1 Nieuwe ontwikkelingen 21

6.2 Stakeholders 23

7. Toelichting businesscase 28

7.1 Achtergrond 28

7.2 Resultaten 30

7.3 Conclusies Businesscase 32

8. Conclusies en aanbevelingen 33

8.1 Conclusies 33

8.2 Aanbevelingen voor vervolg 35

Page 4: Toepassing in Limburg · CoE NEBER BlueGEN Brandstofcel – Toepassing in Limburg 4/35 1. Inleiding In opdracht van Ceramic Fuel cells voert Green Spread gezamenlijk met Center of

auteurs rapport pagina

Greenspread

CoE NEBER BlueGEN Brandstofcel – Toepassing in Limburg 4/35

1. Inleiding

In opdracht van Ceramic Fuel cells voert Green Spread gezamenlijk met Center of Expertise Neber

een kwalitatief onderzoek uit naar het toepassen van de BlueGEN brandstofcel in decentrale,

dynamische en duurzame energiesystemen in Limburg. De werkzaamheden bestaan uit het inzicht

verkrijgen in het functioneren van de Limburgse energiemarkt, en het inzichtelijk maken van de

voordelen van de gebruiker bij het toepassen van de BlueGEN Brandstofcel. De kennisvragen hebben

betrekking op: - Inzicht verkrijgen in het functioneren van de Limburgse energiemarkt op het gebied van

productie- en vraagsturing aan de aanbodzijde bij de toepassing van de BlueGEN

brandstofcel voor gebalanceerde warmte en electriciteitsproductie;

- Inzicht verkrijgen in de bijdrage van de BlueGEN brandstofcel in de verduurzaming van de

Limburgse energiemarkt.

De werkzaamheden richten zich op:

1. Huidige energiegebruik provincie Limburg

2. In kaart brengen van de wijze waarop de markt op commercieel, juridisch, economisch en

operationeel niveau functioneert en wat de mogelijke implicaties hiervan zijn op het gebruik

van de BlueGEN. De situatie wordt waar relevant toegespitst op de deelmarkt Limburg.

3. In kaart brengen van stakeholders en de relevantie, waarde, voor- en nadelen van de

toepassing van de BlueGEN.

4. Het opzetten van een integrale business case voor de BlueGEN in de Limburgse energiemarkt

en het koppelen van deze business case aan verdienmodellen.

Page 5: Toepassing in Limburg · CoE NEBER BlueGEN Brandstofcel – Toepassing in Limburg 4/35 1. Inleiding In opdracht van Ceramic Fuel cells voert Green Spread gezamenlijk met Center of

auteurs rapport pagina

Greenspread

CoE NEBER BlueGEN Brandstofcel – Toepassing in Limburg 5/35

2. Totaal Energiegebruik

2.1 Brongegevens

Om de nulmeting te bepalen is als eenduidige bron de klimaatmonitor gebruikt.

(klimaatmonitor.databank.nl). De gegevens van de klimaatmonitor zijn gebaseerd op meerdere

bronnen. Een belangrijke bron voor deze gegevens is Energie in beeld (energieinbeeld.nl) van de

samenwerkende netbeheerders (Liander, Enexis, Stedin, Endinet) en het Centraal Buro voor

Statistiek (CBS). Het jaar 2011 is als uitgangspunt genomen, omdat de gegevens van 2012 en later

nog niet compleet beschikbaar zijn. Alle gegevens zijn vertaald naar energiegebruik in Joules, om de

verschillende sectoren met elkaar te kunnen vergelijken.

Vanuit de klimaatmonitor zijn de fysieke eenheden overgenomen zoals m3 aardgas, kWh elektriciteit,

en liters benzine, diesel en LPG. Deze gegevens zijn omgerekend naar primair energiegebruik aan de

hand van onderstaande conversies:

1 kWh elektriciteit = 9,2 MJ1 primaire energie (op bovenwaarde)2

1 m3 aardgas = 35,17 MJ primaire energie (Bron: Energievademecum, 2010)

1 liter benzine = 35 MJ primaire energie

1 liter diesel = 52,7 MJ primaire energie

1 liter LPG = 26,7 MJ primaire energie

(Bron: Energiesurvivalgids, 2008)

1 1 MJ = 106 Joules 2 De opwekking van elektriciteit met behulp van bijvoorbeeld aardgas, kolen of olie vindt op dit moment in een

elektriciteitscentrale plaats met een relatief laag rendement. Tijdens het transport van de elektriciteit van de

centrale naar de gebruiker treden eveneens verliezen op. Totaal levert dit een rendement op van 39% op

bovenwaarde en 42% op onderwaarde (bron: NEN 5128-2004, http://www.cbs.nl/NR/rdonlyres/C6171FC2-

656F-4777-A4EC-1AF88FE66560/0/Notitie_EnergieCO2_effecten_elektriciteit_Sept_2012_FINAAL.pdf).

Page 6: Toepassing in Limburg · CoE NEBER BlueGEN Brandstofcel – Toepassing in Limburg 4/35 1. Inleiding In opdracht van Ceramic Fuel cells voert Green Spread gezamenlijk met Center of

auteurs rapport pagina

Greenspread

CoE NEBER BlueGEN Brandstofcel – Toepassing in Limburg 6/35

Om een beter inzicht te krijgen in de energiemarkt en de mogelijkheden van de BlueGEN daarin is het

nodig om een juist beeld te hebben van het huidige energiegebruik in de provincie verdeeld over de

verschillende sectoren: de Nulmeting.

Limburg in cijfers

Oppervlakte Limburg (01-2006): 2209 km2

Bodemgebruik (01-2006): Verkeersterrein 80 km2

Bebouwd Terrein 284 km2

Semi Bebouwd Terrein 41 km2

Recreatieterrein 67 km2

Agrarisch Terrein 1327 km2

Bos en Open Natuurlijk Terrein 352 km2

Water 59 km2

Hoofdstad Maastricht

Aantal gemeenten 33

Bevolking (01-2010) 1.122.701

inwoners

Bevolking naar leeftijd (01-2010) < 20 jaar: 235.915

20 tot 65 jaar: 684.078

65 jaar of ouder: 202.708

Tabel 1: Limburg in cijfers (bron: CBS)

In dit hoofdstuk zijn de gegevens voor Limburg als geheel opgenomen. De nulmeting is bepaald aan

de hand van het totale energiegebruik van Limburg ingedeeld in de volgende sectoren conform

sectoren in de Klimaatmonitor:

- Gebouwde Omgeving

- Transport

- Industrie en Energie

- Landbouw en Sector Onbekend

Page 7: Toepassing in Limburg · CoE NEBER BlueGEN Brandstofcel – Toepassing in Limburg 4/35 1. Inleiding In opdracht van Ceramic Fuel cells voert Green Spread gezamenlijk met Center of

auteurs rapport pagina

Greenspread

CoE NEBER BlueGEN Brandstofcel – Toepassing in Limburg 7/35

Het totale energiegebruik over 2011 in Limburg is 166,4 PJ3. Figuur 1 toont de procentuele verdeling

over de verschillende sectoren. Opvallend is dat het overgrote deel van de energie gebruikt wordt

door de gebouwde omgeving (Woningbouw plus Utiliteitsbouw).

Figuur 1: Energiegebruik Parkstad Limburg (2011)(op basis van gegevens klimaatmonitor)

Als we het energiegebruik vergelijken met het totale energiegebruik van Nederland (figuur 2) valt

vooral op dat op dat het aandeel van transport lager is dan het Nederlandse gemiddelde, terwijl

industrie en landbouw verhoudingsgewijs juist iets hoger uitvallen dan het landelijk gemiddelde.

Figuur 2: Energiegebruik Nederland (2011)(op basis van gegevens klimaatmonitor)

3 PJ: 1 Peta Joule = 109 Mega Joule = 1015 Joule

29%

26%

19%

14%

9%

3%

Energiegebruik Limburg [2011]

Woningbouw

Utiliteitsbouw

Transport

Industrie

Landbouw

Sector Onbekend

34%

20%

29%

9%

6%

2%

Energiegebruik Nederland [2011]

Woningbouw

Utiliteitsbouw

Transport

Industrie

Landbouw

Sector Onbekend

Page 8: Toepassing in Limburg · CoE NEBER BlueGEN Brandstofcel – Toepassing in Limburg 4/35 1. Inleiding In opdracht van Ceramic Fuel cells voert Green Spread gezamenlijk met Center of

auteurs rapport pagina

Greenspread

CoE NEBER BlueGEN Brandstofcel – Toepassing in Limburg 8/35

Het energiegebruik is behalve per sector ook onder te verdelen naar energiedrager. De 166,4 PJ die

in Limburg gebruikt wordt is op te splitsen in:

166,4 PJ = 2.115 miljoen m3 aardgas + 6.477 miljoen kWh elektriciteit + 320 miljoen liter benzine

+ 388 miljoen liter diesel +23 miljoen liter LPG.

Het energiegebruik in PJ primair per sector is weergegeven in tabel 2.

Energiegebruik Limburg

Jaar 2011 Totaal [PJ]

Woningbouw 47,710

Utiliteitsbouw 43,860

Transport 32,261

Industrie 22,774

Landbouw 15,550

Sector Onbekend

4,276

Totaal 166,431

Tabel 2: Energiegebruik in PJ primaire energie van de diverse sectoren (op basis van Klimaatmonitor)

In de volgende hoofdstukken wordt het energiegebruik per sector verder uitgesplitst.

Page 9: Toepassing in Limburg · CoE NEBER BlueGEN Brandstofcel – Toepassing in Limburg 4/35 1. Inleiding In opdracht van Ceramic Fuel cells voert Green Spread gezamenlijk met Center of

auteurs rapport pagina

Greenspread

CoE NEBER BlueGEN Brandstofcel – Toepassing in Limburg 9/35

3. Energiegebruik per sector

3.1 Gebouwde Omgeving

Binnen de gebouwde omgeving zullen de meeste toepassingsmogelijkheden zijn voor de BlueGEN.

Volgens de Klimaatmonitor is het totale energiegebruik van de gebouwde omgeving over 2011 in

Limburg 91,6 PJ. Onderstaande grafiek toont de procentuele verdeling over de verschillende

categorieën binnen de gebouwde omgeving. Onder commerciële dienstverleningen verstaan we alle

dienstverlening gericht op het maken van winst, zoals horeca, winkels en kantoren. Voorbeelden

van publieke dienstverlening zijn ziekenhuizen, scholen en sportcentra.

Figuur 3: Energiegebruik gebouwde omgeving Limburg (2011) (op basis van gegevens klimaatmonitor)

In onderstaande tabel is het energiegebruik van de gebouwde omgeving in Limburg weergegeven,

onderverdeeld in fysieke aantallen gas en elektriciteit en opgeteld in PetaJoules primair. Deze cijfers

zijn gebaseerd op een modelmatige verdeling van het Nederlandse totaal. Het betreft het standaard

jaargebruik van gas en elektriciteit van de gebouwde omgeving.

Totaal gebouwde omgeving

Limburg

Standaard

jaargebruik gas

[m3]

Elektriciteitsgebrui

k [kWh]

Energiegebruik [PJ

primair]

Woningbouw 894.930.084 1.758.797.750 47,710

Commerciële Dienstverlening 328.931.924 1.828.602.904 28,448

Publieke Dienstverlening 231.775.086 786.542.609 15,412

Totaal 1.455.637.094 4.373.943.263 91,570

Tabel 3: Energiegebruik gebouwde omgeving in Limburg over 2011 (bron: Klimaatmonitor)

52%

31%

17%

Energiegebruik Limburg [2011]

Woningbouw

Commerciële

Dienstverlening

Publieke Dienstverlening

Page 10: Toepassing in Limburg · CoE NEBER BlueGEN Brandstofcel – Toepassing in Limburg 4/35 1. Inleiding In opdracht van Ceramic Fuel cells voert Green Spread gezamenlijk met Center of

auteurs rapport pagina

Greenspread

CoE NEBER BlueGEN Brandstofcel – Toepassing in Limburg 10/35

Woningbouw Binnen de sector woningbouw zijn er twee interessante mogelijkheden waar de BlueGEN een rol zou

kunnen gaan spelen, namelijk de appartementen (oftewel meergezinswoningen) en de

aaneengesloten rijwoningen (eventueel in het bezit van woningcorporaties). De mogelijkheden voor

deze twee woningtypen zullen worden toegelicht met cijfers van het CBS in combinatie met cijfers

uit het rapport “Parkstad Limburg Energietransitie (PALET) Achtergronddocument 1, Koploper-en netwerkanalyse, Nulmeting, Energiebesparingspotentieel”, 26 februari 2014, CoE NEBER.

Appartementen Volgens het CBS (Statline) is de verdeling van de in totaal 507.645 woningen in Limburg als volgt:

74,2% eengezinswoningen, 23,6 % meergezinswoningen, 2,2% onbekend. Dit komt neer op een

totaal van ca 120.000 appartementen/ flatwoningen. Het gemiddelde verbruik van een appartement

in Limburg is volgens de klimaatmonitor gemiddeld 1.056 m3 gas en 2.194 kWh elektriciteit per jaar.

Het potentieel voor de BlueGEN in appartementen in Limburg is dan ook groot, als de vraag

gebundeld wordt. Een BlueGEN produceert per jaar 13.200 kWh4 per jaar. Dit betekent dat er

gemiddeld 6 appartementen voorzien kunnen worden van elektriciteit door één BlueGEN.

Rijwoningen Gemiddeld bestaat de woningvoorraad in Limburg uit ca. 40% rijwoningen (ca. 200.000 woningen).

Een tussenwoning verbruikt gemiddeld 1.583 m3 gas en 3.375 kWh elektriciteit, een hoekwoning

1.791 m3 gas en 3.547 kWh elektriciteit. Het gemiddelde rijtje van 8 woningen verbruikt dan in

totaal 13.080 m3 gas en 27.344 kWh. 2 BlueGEN’s zouden het Electra verbruik van deze

gemiddelde rij van 8 woningen kunnen opwekken.

Eigendom In Limburg zijn 58% koopwoningen en 42% huurwoningen. 28% van het totaal is in het bezit van

woningcorporaties. Woningcorporaties hebben vaak hele rijtjes in hun bezit en zouden dus een

mogelijk belangrijke doelgroep zijn. Ook appartementencomplexen met een vereniging van eigenaren

zijn een interessante doelgroep om te benaderen.

4 Bron: Ceramc Fuel cells BV

Page 11: Toepassing in Limburg · CoE NEBER BlueGEN Brandstofcel – Toepassing in Limburg 4/35 1. Inleiding In opdracht van Ceramic Fuel cells voert Green Spread gezamenlijk met Center of

auteurs rapport pagina

Greenspread

CoE NEBER BlueGEN Brandstofcel – Toepassing in Limburg 11/35

3.2 Industrie en Energie

Volgens de Klimaatmonitor is het totale energiegebruik van de sector industrie en energie over 2011

in Limburg 22,8 PJ. Onderstaande grafiek toont de procentuele verdeling over de verschillende

categorieën binnen de sector industrie en energie.

Figuur 4: Energiegebruik industrie en energie in Limburg (2011) (op basis van gegevens klimaatmonitor)

De absolute aantallen per categorie in industrie en energie zijn weergegeven in onderstaande tabel.

Het betreft het standaard jaarverbruik van gas en elektriciteit.

Totaal Industrie en Energie

Limburg

Standaardjaarverbru

ik gas [m3]

Elektriciteitsgebruik

[kWh]

Energiegebruik [PJ

Primair]

Industrie 195.259.377 1.526.394.774 20,957

Energieproductie en

delfstoffenwinning

1.062.821 6.915.993 0,101

Bouwnijverheid 23.345.786 96.961.438 1,716

Totaal 219.667.984 1.630.272.205 22,774

Tabel 4: Energiegebruik industrie en energie in Limburg (2011) (bron: Klimaatmonitor)

Vooral de grootverbruikers in de industrie betalen dusdanig weinig voor hun energie (zie tabel op

p.16) dat deze sector minder potentieel heeft voor de BlueGEN dan bijvoorbeeld de sector gebouwde

omgeving.

92%

0%

8%

Energiegebruik Industrie en Energie Limburg [2011]

Industrie

Energieproductie en

delfstoffenwinning

Bouwnijverheid

Page 12: Toepassing in Limburg · CoE NEBER BlueGEN Brandstofcel – Toepassing in Limburg 4/35 1. Inleiding In opdracht van Ceramic Fuel cells voert Green Spread gezamenlijk met Center of

auteurs rapport pagina

Greenspread

CoE NEBER BlueGEN Brandstofcel – Toepassing in Limburg 12/35

3.3 Transport

Volgens de Klimaatmonitor is het totale energiegebruik van de sector transport over 2011 in Limburg

32,3 PJ. Onderstaande grafiek toont de procentuele verdeling over de verschillende categorieën

binnen de sector transport. Het energiegebruik van het wegverkeer is verdeeld in energiegebruik van

snelwegen en niet-snelwegen.

Figuur 5: Energiegebruik Transport Limburg (2011) (op basis van gegevens klimaatmonitor)

De absolute aantallen per categorie in transport zijn weergegeven in onderstaande tabel. Deze cijfers

zijn gebaseerd op een modelmatige verdeling van het Nederlandse totaal. Het betreft het totale

gebruik van benzine, diesel en LPG.

Totaal Transport Limburg Benzinegebruik [liter]

Dieselgebruik [liter]

LPG-gebruik [liter]

Energiegebruik [PJ Primair]

Wegverkeer excl. snelwegen 207.936.342 171.299.889 13.655.305 16,670

Snelwegen 111.990.168 216.449.922 9.912.805 15,591

Totaal 319.926.510 387.749.811 23.568.110 32,261

Tabel 5: Energiegebruik transport in Limburg (2011) (bron: Klimaatmonitor)

52%

48%

Energiegebruik Transport Limburg [2011]

Wegverkeer excl.

snelwegen

Snelwegen

Page 13: Toepassing in Limburg · CoE NEBER BlueGEN Brandstofcel – Toepassing in Limburg 4/35 1. Inleiding In opdracht van Ceramic Fuel cells voert Green Spread gezamenlijk met Center of

auteurs rapport pagina

Greenspread

CoE NEBER BlueGEN Brandstofcel – Toepassing in Limburg 13/35

3.4 Landbouw

Voor de sector landbouw is in de klimaatmonitor geen verdere onderverdeling gemaakt. Het totale

energiegebruik van de landbouw over 2011 in Limburg is 15,6 PJ. Het betreft het standaard

jaarverbruik van gas en elektriciteit (Bron: Klimaatmonitor). In tabel 4 is de verdeling tussen gas en

elektriciteit te zien.

Totaal Landbouw Limburg

Standaardjaarverbruik gas [m3]

Elektriciteitsgebruik [kWh]

Energiegebruik [PJ Primair]

Fysieke Eenheden 368.621.753 280.109.896

Omgerekend naar PJ primair

12,964 2,586 15,550

Tabel 6: Energiegebruik landbouw in Limburg (2011) (bron: Klimaatmonitor)

3.5 Sector Onbekend

Vanwege verschillende redenen (met name de bedrijfsgevoeligheid bij branches met een zeer laag

aantal bedrijven) kan een deel van het energiegebruik niet aan een sector gekoppeld worden. Dit

energiegebruik is verzameld onder de titel Sector Onbekend. Deze benaming is overgenomen uit de

Klimaatmonitor. Het totale energiegebruik in de sector onbekend in Limburg is 4,3 PJ. Het betreft het

standaard jaarverbruik van gas en elektriciteit. (bron: Klimaatmonitor).

Totaal Sector

Onbekend Limburg

Standaardjaarverbruik

gas [m3]

Elektriciteitsgebruik

[kWh]

Energiegebruik

[PJ Primair]

Fysieke Eenheden 71.144.793 192.196.598

Omgerekend naar PJ primair

2,502 1,774 4,276

Tabel 7: Energiegebruik sector onbekend in Limburg (2011) (bron: Klimaatmonitor)

Page 14: Toepassing in Limburg · CoE NEBER BlueGEN Brandstofcel – Toepassing in Limburg 4/35 1. Inleiding In opdracht van Ceramic Fuel cells voert Green Spread gezamenlijk met Center of

auteurs rapport pagina

Greenspread

CoE NEBER BlueGEN Brandstofcel – Toepassing in Limburg 14/35

4. Juridisch kader energiemarkt

Een drietal wetten beschrijft het juridische kader van de energiemarkt in relatie tot de BlueGEN. Dit

zijn de elektriciteitswet, de gaswet en de wet belastingen op milieugrondslag. Aanvullend hierop

bestaat een aantal Technische Codes voor netbeheerders dat in deze context van belang is. Hieronder

staan de wetten in relatie tot de BlueGEN kort beschreven.

4.1 Elektriciteitswet

De elektriciteitswet definieert alle rollen en technische installaties voor opwekking, levering en het

transport van elektriciteit. Warmtekrachtkoppeling (WKK) wordt apart gedefinieerd in deze wet. De

brandstofceltechnologie van BlueGEN valt in deze categorie.

De elektriciteitswet beschrijft het juridische onderscheid dat gemaakt wordt tussen productie-

installaties van elektriciteit die invloeden op het openbare net en productie-installaties die enkel met

een directe lijn aan de aansluiting van de verbruiker zijn gekoppeld. In geval van de BlueGEN is deze

laatste situatie van toepassing. De elektriciteitswet beschrijft de rollen en verantwoordelijkheden

van de netbeheerder, die verder zijn uitgewerkt in de Technische Codes elektriciteit (paragraaf 1.4).

De wet beschrijft dat voor duurzaam geproduceerde elektriciteit Garanties van Oorsprong (GvO’s)

worden uitgegeven. Een onafhankelijke instantie coördineert de uitgifte van deze GvO’s. Voor

hoogrenderende (besparing op primaire energie van minstens 10% ten opzichte van gescheiden

productie van warmte en elektriciteit) warmtekrachtkoppeling worden aparte GvO’s uitgegeven. De

verwachting is dat een dergelijke regeling ook voor de BlueGEN van toepassing is. Gezien het feit dat

de BlueGEN, in tegenstelling tot de conventionele WKK, de productie van elektriciteit als

belangrijkste functie heeft, is het niet ondenkbaar dat de BlueGEN in de toekomst een andere

classificatie krijgt. Een mogelijkheid is bijvoorbeeld dat een BlueGEN die functioneert op groen gas in

de toekomst zal worden aangemerkt als een productiemiddel voor hernieuwbare elektriciteit, waarbij

de BlueGEN mogelijk voor GvO’s voor duurzaam geproduceerde elektriciteit in aanmerking zou

komen.

4.2 Gaswet

De Gaswet kent dezelfde opbouw als de Elektriciteitswet, met het verschil dat deze van toepassing

is op opwekking, levering en het transport van gas.

4.3 Wet belastingen op milieugrondslag

De wet belasting op milieugrondslagen beschrijft de belasting die wordt geheven op energie die

wordt geleverd aan een eindverbruiker. Vrijstelling van energiebelasting op elektriciteit bestaat voor

productie achter de meter met duurzame energiebronnen en elektriciteit opgewekt door middel van

warmtekrachtkoppeling. Eis aan de installatie voor warmtekrachtkoppeling is een totaal energetisch

Page 15: Toepassing in Limburg · CoE NEBER BlueGEN Brandstofcel – Toepassing in Limburg 4/35 1. Inleiding In opdracht van Ceramic Fuel cells voert Green Spread gezamenlijk met Center of

auteurs rapport pagina

Greenspread

CoE NEBER BlueGEN Brandstofcel – Toepassing in Limburg 15/35

rendement van minimaal 60%. De BlueGEN voldoet hier met circa 90% totaal rendement ruimschoots

aan. Op levering van gas aan eindverbruikers wordt ook energiebelasting in rekening gebracht. Hierbij

bestaat vrijstelling voor achter de meter ingevoed stortgas, rioolwaterzuiveringsgas en biogas.

4.4 Technische Codes elektriciteit

Een drietal Technische Codes opgesteld door de Autoriteit Consument en Markt (ACM) schrijft voor

hoe netbeheerders zich onderling en tegenover afnemers dienen te gedragen: 1) Netcode elektriciteit

2) Meetcode elektriciteit

3) Systeemcode elektriciteit

De relatie van BlueGEN met elk van deze codes is hieronder weergegeven.

Netcode De Netcode is van toepassing op alle activiteiten op gebied van in werking hebben van netten,

voorzien van een aansluiting op het net en transport over het net. Wetgeving schrijft eisen voor

omtrent het nominaal spanningsniveau en de frequentie. De BlueGEN voldoet aan de voorgeschreven

normering voor kleinverbruikersaansluitingen. Wetgeving verplicht tot het vooraf informeren van de

netbeheerder bij installatie van een productie-eenheid achter de aansluiting. Voor op

laagspanningsnet aangesloten productie-eenheden gelden aanvullende voorwaarden. Productie-

eenheden dienen te zijn uitgerust met een meetinrichting voor afgegeven stroom en een signalering

of de eenheid parallel is geschakeld met het openbare net.

Systeemcode De Systeemcode schrijft de verantwoordelijkheden van de netbeheerders voor zoals die moeten

worden gerespecteerd om het nationale elektriciteitstransport op een veilige en storingsvrije wijze te

laten plaatsvinden. De Systeemcode beschrijft waar aangeslotenen op het net de

verantwoordelijkheid voor het correct vooraf doorgeven van de geplande hoeveelheid te verbruiken

energie (programmaverantwoordelijkheid) kunnen neerleggen. Hiertoe is een aantal partijen door

landelijk netbeheerder TenneT gemachtigd.

Meetcode De Meetcode schrijft voor dat de periodieke vaststelling van profielcodes (verbruiksprofielen van

verschillende elektrische aansluitingen) een verantwoordelijkheid van netbeheerders is. De

profielcodes staan voor een gemiddeld verwacht gebruiksprofiel van individuele verbruikers,

verdeeld over een aantal categorieën. Op dit moment worden deze profielcodes door de

programmaverantwoordelijke gehanteerd om de verbruiksprofielen van kleinverbruikers vast te

stellen. Op basis van de profielcodes geeft de programmaverantwoordelijke dagelijks een

verwachting van het totale energieverbruik door, het Energieprogramma. Het verschil tussen het

Energieprogramma en de daadwerkelijk verbruikte elektriciteit vormt de onbalans.

Page 16: Toepassing in Limburg · CoE NEBER BlueGEN Brandstofcel – Toepassing in Limburg 4/35 1. Inleiding In opdracht van Ceramic Fuel cells voert Green Spread gezamenlijk met Center of

auteurs rapport pagina

Greenspread

CoE NEBER BlueGEN Brandstofcel – Toepassing in Limburg 16/35

De BlueGEN heeft bij een grootschalige inpassing mogelijk invloed op de accuratesse van de

profielcodes en daarmee op de onbalans van het net. De op handen zijnde wijzigingen in

meetinrichting dankzij de grootschalige uitrol van slimme meters maken op korte termijn

(streefmoment 2016) een overstap naar volledige kwartierbemetering mogelijk (project Pantheon:

Marktmodel Wholesale Elektriciteit), waardoor het concept profielcodes waarschijnlijk zal worden

afgeschaft. In dit scenario biedt de optionaliteit (mogelijkheid tot inregeling via internet) van de

BlueGEN de kans om een bijdrage te leveren aan het verminderen van de onbalans van het net,

wanneer actuele onbalansgegevens van het openbare net via internet beschikbaar worden gesteld. In

het pilot project ‘slimme stroom Ameland’ worden 45 BlueGEN’s geplaatst die via online

datacommunicatie lokale onbalans zullen gaan reduceren5.

5 Zie www.slimmestroomameland.nl

Page 17: Toepassing in Limburg · CoE NEBER BlueGEN Brandstofcel – Toepassing in Limburg 4/35 1. Inleiding In opdracht van Ceramic Fuel cells voert Green Spread gezamenlijk met Center of

auteurs rapport pagina

Greenspread

CoE NEBER BlueGEN Brandstofcel – Toepassing in Limburg 17/35

5. Stimuleringsmaatregelen duurzame energie

Voor duurzame energieproductie bestaat een groot aantal stimuleringsmaatregelen. In dit hoofdstuk

zijn deze maatregelen afzonderlijk beschreven.

5.1 Elektriciteitsproductie achter de meter

Voor elektriciteitsproductie met duurzame energiebronnen is een aantal stimuleringsmaatregelen van

toepassing. Bij deze duurzame elektriciteitsproductie wordt een belangrijk onderscheid gemaakt

tussen productie voor de meter en productie achter de meter. Opwekking van elektriciteit door

kleinschalige productiemiddelen zoals zonnepanelen, kleine windturbines en micro-WKK installaties

vindt in veel gevallen plaats achter de meter. Dit zal ook het geval zijn voor de

elektriciteitsopwekking met BlueGEN. Productie achter de meter betekent dat de elektriciteit wordt

opgewekt aan de kant van de aansluiting van de gebruiker. Een deel van deze opgewekte elektriciteit

wordt direct benut door de gebruiker, voor het overige wordt de energie teruggeleverd aan het net. De

direct gebruikte energie wordt niet door de elektriciteitsmeter geregistreerd. De terug geleverde

energie wordt, bij een moderne meter, apart geregistreerd. Wanneer op een bepaald moment de

energievraag groter is dan de opwekking, wordt aanvullend energie van het net geleverd aan de

gebruiker.

Figuur 6: Elektriciteitsproductie achter de meter

Page 18: Toepassing in Limburg · CoE NEBER BlueGEN Brandstofcel – Toepassing in Limburg 4/35 1. Inleiding In opdracht van Ceramic Fuel cells voert Green Spread gezamenlijk met Center of

auteurs rapport pagina

Greenspread

CoE NEBER BlueGEN Brandstofcel – Toepassing in Limburg 18/35

5.2 Klein- en grootverbruikers

Voor elektrische aansluitingen wordt onderscheid gemaakt tussen kleinverbruikers en

grootverbruikers. Het onderscheid is gebaseerd op aansluitcapaciteit, waarbij de grens ligt op 3x80A.

In de praktijk houdt dit in dat particulieren en MKB bedrijven met een verbruik tot 100.000 kWh in

vrijwel alle gevallen kleinverbruikers zijn. Daarom zal de markt voor de BlueGEN voornamelijk

kleinverbruikers betreffen.

5.3 Leveringstarief elektriciteit

Het leveringstarief van elektriciteit voor particulieren en bedrijven is opgebouwd uit een kale

stroomprijs, energiebelasting (EB) en een opslag duurzame energie (ODE) . De kale stroomprijs ligt

momenteel tussen 5 en 7 cent. De hoogte van energiebelasting en opslag duurzame energie is voor

2014 vastgesteld volgens tabel 6.

Elektriciteit Energiebelasting Opslag Duurzame Energie

0 - 10.000 kWh € 0,1185 € 0,0023

10.001 - 50.000 kWh € 0,0431 € 0,0027

50.001 - 10M kWh € 0,0115 € 0,0007

>10M kWh € 0,0005 € 0,000034

Tabel 8: Tarieven in 2014 voor energiebelasting en Opslag Duurzame Energie op elektriciteit

Gas Energiebelasting Opslag Duurzame Energie

0 - 170.000 m3 € 0,1894 € 0,0046

170.001 – 1.000.000 m3 € 0,0446 € 0,0017

1.000.000 – 10M m3 € 0,0163 € 0,0005

>10M m3 € 0,0117 € 0,0004

Tabel 9: Tarieven in 2014 voor energiebelasting en Opslag Duurzame Energie op gas

Over de kale energieprijs inclusief energiebelasting wordt BTW gerekend. Grootverbruikers zijn

daarnaast nog variabele transportkosten verschuldigd aan de netbeheerder. De kosten hiervan zijn

circa €0,01 per kWh. Voor terug geleverde elektriciteit worden geen transportkosten in rekening

gebracht.

5.4 Salderen

Achter de meter opgewekte elektriciteit die direct wordt verbruikt, wordt niet door de meter

geregistreerd. De waarde van deze opgewekte elektriciteit is zodoende de vermeden

elektriciteitsprijs die anders aan de leverancier zou worden betaald, opgebouwd uit het kale tarief

inclusief energiebelasting. In geval van grootverbruikers komen hier ook nog de vermeden

transportkosten bij.

Page 19: Toepassing in Limburg · CoE NEBER BlueGEN Brandstofcel – Toepassing in Limburg 4/35 1. Inleiding In opdracht van Ceramic Fuel cells voert Green Spread gezamenlijk met Center of

auteurs rapport pagina

Greenspread

CoE NEBER BlueGEN Brandstofcel – Toepassing in Limburg 19/35

Daarnaast bestaat op dit moment de regeling van salderen van opgewekte energie met duurzame

bronnen en installaties voor warmtekrachtkoppeling achter de meter. Dit houdt in dat terug

geleverde energie mag worden verrekend met energie die op een ander moment wordt verbruikt. Over

de op deze wijze gesaldeerde elektriciteit is dus ook geen energiebelasting verschuldigd. Voor

duurzaam opgewekte energie is salderen onbeperkt toegestaan. Voor elektriciteitsproductie met

micro- WKK is salderen toegestaan tot een maximum van 5.000 kWh. Naar verwachting zal dit

maximum van 5000 kWh ook gelden voor BlueGEN. De regelgeving op gebied van salderen zal in

2017 worden geëvalueerd en mogelijk worden aangepast, waarbij voor bestaande gevallen een

overgangsregeling wordt ingesteld.

5.5 Overige nationale stimuleringsmaatregelen

Energie Investering Aftrek (EIA) De brandstofcel is door de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) opgenomen in de

energielijst voor de Energie Investerings Aftrek (EIA). De Energie Investerings Aftrek is een fiscale

stimuleringsmaatregel waarbij een bedrijf 41,5% van de investeringskosten in een duurzame

energiemaatregelen mag aftrekken van de fiscale winst, bovenop standaard afschrijvingen. Dit houdt

in dat een ondernemer voor de vennootschapsbelasting netto circa 10% voordeel behaalt.

De Milieu Investerings Aftrek geeft tot 36% van het investeringsbedrag aftrek van de fiscale winst

Een brandstofcelsysteem dat ingezet kan worden voor noodstroomvoorziening komt voor in de

Milieulijst en daarmee in aanmerking voor MIA. MIA mag niet gecombineerd worden met EIA.

Aangezien de EIA een hogere aftrek geeft en de voorwaarde voor koppeling met een

noodstroomvoorziening niet geldt, is de EIA te verkiezen boven de MIA regeling.

Vamil Zowel EIA als MIA kan gecombineerd worden met Vamil. Vamil is een regeling voor willekeurige

afschrijving van een investering, wat verder fiscaal voordeel oplevert. Voor Vamil geldt dezelfde

Milieulijst als voor MIA. Een brandstofcelsysteem dat dienst kan doen als noodstroomvoorziening

komt derhalve in aanmerking voor Vamil.

Kleinschaligheids Investerings Aftrek (KIA) De kleinschaligheidsinvesteringsaftrek (KIA) mag in combinatie met EIA of MIA worden benut. Deze

investeringsaftrek geeft voor investeringen tot €300.000 de mogelijkheid tot het aftrekken van 28%

(tot €15.000) van de fiscale winst.

Garanties van Oorsprong Hoogrenderende warmtekrachtkoppelingsystemen (WKK’s) komen in aanmerking voor speciale

garanties van oorsprong afgegeven. De BlueGEN valt onder deze regeling. Aanvullend hierop zou de

door BlueGEN geproduceerde elektriciteit bij gebruik van groen gas in aanmerking komen voor

Garanties van Oorsprong voor duurzame elektriciteit. De waarde van de Garanties van oorsprong zit in

Page 20: Toepassing in Limburg · CoE NEBER BlueGEN Brandstofcel – Toepassing in Limburg 4/35 1. Inleiding In opdracht van Ceramic Fuel cells voert Green Spread gezamenlijk met Center of

auteurs rapport pagina

Greenspread

CoE NEBER BlueGEN Brandstofcel – Toepassing in Limburg 20/35

de bijdrage aan klimaatneutrale ambities van een bedrijf. Ook kunnen de GvO’s worden verhandeld. .

GvO’s voor duurzame elektriciteit hebben op dit moment waarde tussen € 0,10 en € 2 per MWh. De

waarde van GvO’s voor WKK is op dit moment nihil.

5.6 Provinciale subsidieregelingen

De provincie Limburg heeft enkele stimuleringsmaatregelen lopen op gebied van duurzame energie,

waarvan er één mogelijk geschikt is voor BlueGEN:

Limburgs Energie Fonds Het Limburgs Energie Fonds heeft de volgende kenmerken:

Het betreft een lening van €15k tot €1M voor duurzame energiemaatregelen;

Het betreft een financiering middels een achtergestelde lening van een deel van de

projectkosten tegen een marktconforme rente;

Het is bestemd voor een bewezen duurzame technologie;

Aanvragers kunnen onder andere zijn: ondernemers, projectontwikkelaars, sportcomplexen,

scholen en woningbouwcoöperaties.

Het dient nader uitgezocht te worden of de voorwaarden voor de financiering voldoende gunstig

zijn en of BlueGEN aan de voorwaarden van een bewezen duurzame technologie voldoet. Op dit

moment zijn de financieringsvoorwaarden echter nog niet gunstig genoeg.

5.7 Lokale subsidieregelingen

Voor wat betreft lokale subsidieregelingen biedt de volgende regeling mogelijkheden:

Voucherregeling Building Integrated High Tech Systems (BIHTS) Parkstad Limburg, bestaande uit de samenwerkende gemeenten Brunssum, Heerlen, Kerkrade,

Landgraaf, Nuth, Onderbanken, Simpelveld, Voerendaal, kent de Voucherregeling Building Integrated High Tech Systems (BIHTS). Dit is een subsidie voor MKB bedrijven om externe partijen in te

schakelen voor advies en ondersteuning bij innovaties. Vouchers zijn beschikbaar voor projecten van

€ 10.000,- , € 50.000,- en € 200.000,- . Mogelijk kan bij de verdere ontwikkeling voor optimale

inpassing van de BlueGEN in Limburg gebruikt gemaakt worden van deze subsidie.

Page 21: Toepassing in Limburg · CoE NEBER BlueGEN Brandstofcel – Toepassing in Limburg 4/35 1. Inleiding In opdracht van Ceramic Fuel cells voert Green Spread gezamenlijk met Center of

auteurs rapport pagina

Greenspread

CoE NEBER BlueGEN Brandstofcel – Toepassing in Limburg 21/35

6. Stakeholderanalyse

De elektriciteitsmarkt verandert snel. Dit levert voor verschillende stakeholders verschillende mogelijkheden, kansen en problemen. In het eerste deel van dit hoofdstuk worden vier belangrijke markttrends uiteengezet, om vervolgens de relevante stakeholders in kaart te brengen.

6.1 Nieuwe ontwikkelingen

Elektriciteitsmarkt sterk in beweging door lage vraag en hernieuwbaar uit Duitsland De vooruitzichten voor fossiele opwekking in Nederland zijn niet gunstig. De omstandigheden zijn

sterk gewijzigd sinds de liberalisering van de elektriciteitsmarkt in 1998. Het idee van Nederland als exportland van stroom is alweer achterhaald. Als gevolg van de economische situatie daalt de vraag

naar elektriciteit in plaats van dat hij stijgt zoals eerder werd voorzien. Ondertussen is er bijna 7000 MW aan nieuwe gascentrales bijgebouwd, en zijn drie kolencentrales (ruim 3400 MW) in aanbouw. Hierdoor is er overcapaciteit ontstaan.

Daarnaast nivelleert het prijsniveau over de dag heen. Van de gebruikelijke piekprijzen ‘s ochtends en ’s middags is steeds minder sprake. De rentabiliteit van centrales staat daardoor onder

druk omdat het ‘verdienmodel’ van centrales juist op de hoge piekprijzen is gebaseerd. Bovendien is de prijs van CO2- emissierechten laag en is gas duur ten opzichte van kolen, wat de situatie voor

gascentrales nog eens extra lastig maakt. Ook ontwikkelingen in het buitenland hebben effect in Nederland. In Duitsland heeft na de

kernramp in Fukushima de “Energiewende” sterk versneld. Kerncentrales worden gesloten en door

subsidies is het aandeel hernieuwbare elektriciteit er snel toegenomen. Op zon- en windrijke dagen in Duitsland zijn de effecten daarvan in Nederland te merken. Hoewel Nederland, Frankrijk, België en Duitsland de koppeling van markten hebben versterkt, is de goedkope Duitse stroom dominant. Waar tot 2011 sprake was van een gekoppelde prijs, met weinig prijsverschillen binnen dit hele gebied, is de groothandelsprijs van stroom in Duitsland aanzienlijk lager geworden. Door de winning van schaliegas in de Verenigde Staten is er een groot aanbod van goedkope steenkool uit de VS. Het effect van eventuele winning van schaliegas in Europa op de gasmarkt zal waarschijnlijk beperkt zijn en deze ontwikkelingen nauwelijks beïnvloeden. Het efficiënt gebruiken van gas zal steeds belangrijker worden.

Groei zonnestroom vergt op termijn aanpassing elektriciteitsnet Er verschijnen steeds meer zonnepanelen in het straatbeeld. Doordat zonnestroom voor huishoudens inmiddels rendabel is geworden, is er een golf aan initiatieven ontstaan waarbij consumenten alleen of gezamenlijk zonnepanelen kunnen aanschaffen. Hoewel het aandeel in de elektriciteitsproductie met zonnepanelen met naar schatting 0,3% op dit moment nog beperkt is, kan het aandeel snel

toenemen als het huidige groeitempo (67% in 2011, 136 % in 2012) aanhoudt. In 2020 kan het om 3 tot 6 procent van de Nederlandse elektriciteitsproductie gaan. Er wordt tegen die tijd een opgesteld vermogen van 4 tot 8 GW verwacht. De aangekondigde minimumprijzen voor zonnepanelen uit China

Page 22: Toepassing in Limburg · CoE NEBER BlueGEN Brandstofcel – Toepassing in Limburg 4/35 1. Inleiding In opdracht van Ceramic Fuel cells voert Green Spread gezamenlijk met Center of

auteurs rapport pagina

Greenspread

CoE NEBER BlueGEN Brandstofcel – Toepassing in Limburg 22/35

in verband met vermeende dumping zullen hoogstens een beperkte vertraging van de groei van de capaciteit betekenen. Het energienet heeft tot 2020 nog voldoende capaciteit en flexibiliteit om de veranderingen en de groei van decentraal op te vangen. Na 2020 zijn grotere veranderingen nodig om de groei van decentraal duurzaam te faciliteren. De teveel geproduceerde elektriciteit kan mogelijk door verregaande integratie van de Europese netwerken worden getransporteerd naar andere gebieden. Met verschillende vormen van opslag kan de variabiliteit in het aanbod van zonnestroom op meerdere tijdschalen worden opgevangen, zowel bij de klant (zonnepaneel direct gekoppeld aan

accu, elektrische auto) als op grotere schaal (power-to-gas, pompaccumulatie). De opgave die er ligt is de meest kosteneffectieve combinatie van slimme netten, opslag, netverzwaring en flexibel conventioneel vermogen te vinden. Hierin kan de BlueGEN ook een belangrijke rol gaan spelen.

Noodzakelijke innovatie energiesysteem ook voordelig voor de consument De Duitse stroomoverschotten laten zien dat er een grotere capaciteit van verbindingen tussen landen nodig is om een teveel aan elektriciteit beter te kunnen transporteren over lange afstanden. Ook binnen Nederland is grotere flexibiliteit van de elektriciteitssystemen nodig. Vraag en aanbod zijn door een steeds groter aandeel hernieuwbare elektriciteit steeds meer wisselend en moeten beter op elkaar worden afgestemd. Dit kan door toepassing van slimme apparaten in combinatie met slimme netten, ook wel ‘smart grids’ genoemd. Dit biedt voordelen voor producenten bij het beperken van de verandering van hun elektriciteitsproductie en voor netbeheerders bij de balancering van het

net en het voorkomen van onnodige netverzwaring, maar ook voor de consument omdat het hem helpt bij het besparen van energie. Bij balancering van het net kan de BlueGEN een noodzakelijke functie vervullen. Om slimme elektriciteitssystemen tot een succes te maken is het cruciaal om alle partijen

te betrekken.

Kansen op meer werk in hernieuwbare energie De energietransitie is extra lastig in de huidige economische crisis omdat flinke investeringen nodig zijn en kapitaal moeilijker beschikbaar is. Publieke acceptatie kan een ander obstakel vormen. Aan de

andere kant zijn er kansen voor nieuwe energiegerelateerde bedrijven en innovatie met bijbehorende werkgelegenheid. Bij netwerkbedrijven gaat het om investeringen in uitbreiding van de verbindingen met buurlanden en de uitrol van slimme netten en systemen. Effecten treden niet alleen op in de energiesector zelf, maar kunnen ook indirecte werkgelegenheid opleveren in andere bedrijven zoals producenten van machines voor de fabricage van zonnepanelen. Met zijn hoogopgeleide bevolking zijn er kansen voor Nederland om innovatieve energietechnieken te ontwikkelen en aan de man te brengen in binnen- en buitenland. Tot en met 2020 levert de hernieuwbare energieproductie naar verwachting 100.000 tot 200.000 bruto arbeidsjaren werk op in Nederland. Ook grotere inzet van de BlueGEN zal leiden tot meer werk. Niet alleen moeten er meer geproduceerd worden, ook zullen installateurs opgeleid moeten worden zodat zij op een goede manier met de nieuwe techniek kunnen omgaan. Hierin liggen kansen op de arbeidsmarkt..

Page 23: Toepassing in Limburg · CoE NEBER BlueGEN Brandstofcel – Toepassing in Limburg 4/35 1. Inleiding In opdracht van Ceramic Fuel cells voert Green Spread gezamenlijk met Center of

auteurs rapport pagina

Greenspread

CoE NEBER BlueGEN Brandstofcel – Toepassing in Limburg 23/35

6.2 Stakeholders

De stakeholders in relatie tot de BlueGEN technologie kunnen worden onderverdeeld in een vijftal

groepen. In onderstaand overzicht worden de groepen benoemd en de relevantie van de BlueGEN per

groep beschreven:

- Gebruikers

- Installatiebedrijven

- Netbeheerder

- Energieleveranciers

- Overheid

Gebruikers Potentiële gebruikers van de BlueGEN zijn instanties of bedrijven met een verbruik tussen grofweg

10.000 en 50.000 kWh op jaarbasis. Voor kleinere verbruikers is de elektriciteitsproductie te hoog,

voor grotere verbruikers is de bijdrage van de BlueGEN te gering waardoor de hierboven beschreven

salderingsregeling minder interessant wordt. Binnen de doelgroep vallen bijvoorbeeld grote

particuliere verbruikers (bijvoorbeeld met elektrische auto en elektrische

verwarming(warmtepompen), MKB-bedrijven, VVE’s, scholen, buurthuizen, woningcorporaties en

sporthallen.

De BlueGEN levert warmte als bijproduct. In de meeste gevallen is dit niet voldoende en zal er voor

ruimteverwarming een aanvullend verwarmingssysteem nodig zijn. Voor gebruikers leidt de

mogelijkheid tot saldering met het eigen energieverbruik tot een mogelijk kosteneffectieve

investering. Hier dient wel te worden aangetekend dat het op de lange termijn bestaan blijven van de

salderingsregeling onzeker is. Ten opzichte van zon-PV is de gelijktijdigheid van opwek en verbruik

echter veel groter en zal er in verhouding veel minder gesaldeerd hoeven worden.

Indien de gebruiker een geijkte bruto productiemeter plaatst kan hij GVO’s aanvragen voor de met de

warmtekrachtinstallatie geproduceerd stroom. Deze kunnen verhandeld worden of gebruikt worden

voor vergroening van het eigen elektriciteitsverbruik.

MKB-bedrijven kunnen voor de investering gebruik maken van aanvullende stimuleringsmaatregelen

zoals EIA, VAMIL en KIA. Ook met de investeringsaftrek blijft de investering hoog, hetgeen mogelijk

een knelpunt is.

Page 24: Toepassing in Limburg · CoE NEBER BlueGEN Brandstofcel – Toepassing in Limburg 4/35 1. Inleiding In opdracht van Ceramic Fuel cells voert Green Spread gezamenlijk met Center of

auteurs rapport pagina

Greenspread

CoE NEBER BlueGEN Brandstofcel – Toepassing in Limburg 24/35

Uit de businesscase kan worden afgeleid welke waarde de BlueGEN kan hebben voor de

eindgebruikers.

Kansen Risico’s

- Gebruikmakend van huidige

stimuleringsmaatregelen kosteneffectief

- Indien regeling saldering ná 2017 komt te

vervallen wordt de toepassing van de

BlueGEN ten opzichte van andere vormen

van energie opwekking achter de meter

relatief interessanter.

- Onzekerheid regeling salderen na 2017. Bij

wegvallen saldering op jaarbasis kan de

businesscase minder positief uitpakken,

echter wél relatief beter dan overige

gebouwgebonden opwek

- Hoge investering.

Tabel 10: Kansen en risico’s gebruikers

De waarde van de BlueGEN voor de eindgebruiker wordt verder toegelicht in de businesscase (hoofdstuk 7). Voor de woningcorporaties als eindgebruiker geldt naast het potentiële financiële waarde van goedkopere energie bij bundeling van de energievraag van hun woningvoorraad, ook dat zij door het op grotere schaal inzetten van de BlueGEN hun energielabel kan verbeteren. In de ambities binnen het Energieakkoord (2013) is opgenomen dat de woningen in het bezit van de corporaties gemiddeld energielabel B hebben in 2020. Inzetten van de BlueGEN kan bijdragen aan deze ambitie. Volgens het rapport ‘Voorbeeldwoningen 2011 bestaande bouw’ van AgentschapNL kan de gemiddelde rijtjeswoning voor ongeveer € 8.500,- bouwkundig gerenoveerd worden naar Energielabel B (afhankelijk van de oorspronkelijke staat van de woning varieert dit bedrag tussen € 7.880,- en € 8.980,-). Met behulp van de BlueGEN kunnen ongeveer 4 woningen (met een totaal

gecombineerd elektriciteitsverbruik van maximaal 13.200 kWh per jaar) in een keer naar

Energielabel B6 gaan, voor € 21.000,- (tegenover gemiddeld 4 x 8.500 = € 34.000,- bij bouwkundige renovatie). Met name bij woningen waar een bouwkundige renovatie net gewenst is, vanwege een beschermd dorpsgezicht of omdat de woningen over 15 jaar gesloopt worden in verband met de krimp, is een investering in een BlueGEN een goede keuze. Ook bij gebouwen waarbij het niet

wenselijk is om zonnepanelen te plaatsen omdat de dakconstructie niet stevig genoeg is, of omdat het monumenten betreft, is de BlueGEN een zeer goed alternatief.

Installatiebedrijven Lokale installateurs in de provincie Limburg zullen worden ingezet voor plaatsing, montage van

leidingwerk voor gasaanvoer, warmteafgifte, elektrotechnische installatie en installatie van

monitoringsysteem. Dit zal circa 2 werkdagen per systeem in beslag nemen. Jaarlijks benodigd

onderhoud van de systemen zorgt daarbij voor een lange termijn werkgelegenheid voor

installatiebedrijven.

De installatie van het brandstofcelsysteem vereist specialistische kennis en ervaring op gebied van

montage van leidingwerk en elektrotechnische installatie. Hoewel de installatie van de BlueGEN

relatief eenvoudig is - in complexiteit vergelijkbaar met de plaatsing van een CV-installatie – is het

van belang dat lokale installateurs voldoende opleiding op dit gebied krijgen. Ceramic Fuel Cells

biedt een interne training aan; daarmee is dit risico reeds opgevangen.

6 Bron: Ceramic Fuel cells

Page 25: Toepassing in Limburg · CoE NEBER BlueGEN Brandstofcel – Toepassing in Limburg 4/35 1. Inleiding In opdracht van Ceramic Fuel cells voert Green Spread gezamenlijk met Center of

auteurs rapport pagina

Greenspread

CoE NEBER BlueGEN Brandstofcel – Toepassing in Limburg 25/35

Kansen Risico’s

- Directe en lange termijn werkgelegenheid. - Ongetrainde installateurs, conservatieve

warmte-gerelateerde markt

Tabel 11: Kansen en risico’s installatiebedrijven

Netbeheerder De regionale netbeheerder in Limburg is een belangrijke stakeholder bij grootschalige inpassing van

de BlueGEN. Het belang voor de netbeheerder is tweeledig. Enerzijds dient de netbeheerder rekening

te houden met op momenten mogelijk grootschalige teruglevering door de BlueGEN. De consequentie

hiervan is dat er tijdelijk kortstondige pieken kunnen ontstaan in het (gezamenlijk) terugleveren op

momenten van weinig of laag verbruik. De netbelasting neemt hierdoor toe wat tot technische

complicaties kan leiden. Bovendien geldt dat bij grootschalige toepassing van de BlueGEN achter

zogenaamde profielbemeten aansluitingen, energiebedrijven met onbedoeld hoge kosten

geconfronteerd kunnen worden in het handhaven van de balans tussen productie en afname. Dit

laatste is te ondervangen door de profielbemeten aansluitingen om te zetten naar kwartierbemeten

aansluitingen. Dit kan gerealiseerd worden middels de reeds in gang gezette uitrol van de slimme

meter. In dat geval biedt de BlueGEN via de mogelijkheid tot inregeling via internet juist kansen voor

de netbeheerders om onbalans van het net te verminderen. De eerste stappen hiertoe worden al

gezet in het project ‘Slimme stroom Ameland’.

Kansen Risico’s

- Door slimme en met de netbeheerder

gecoördineerde inzet van de BlueGEN kan

het technisch beheer (loadmanagement)

van het net geoptimaliseerd worden, wat

leidt tot lagere CAPEX en OPEX bij de

netbeheerder.

- Indien bij grootschalige uitrol een dergelijke

coördinatie en afstemming niet plaatsvindt,

kan dit tot complicaties leiden bij het

technisch beheer van het elektriciteitsnet

(piekbelastingen)

Tabel 12: Kansen en risico’s netbeheerder

De waarde van BlueGEN voor de netbeheerder zit in drie aspecten, te weten

1) het Beter managen van de (technische) netbelasting 2) Vermindering uitgaven aan netverzwaring; 3) Reductie netverliezen door lokaal opwekken en lokaal verbruiken.

Posten 1 en 2 zijn alleen van toepassing bij installatie van een groot aantal BlueGENs. Het vergt een

breder en meer diepgaand onderzoek mét de regionale netbeheerder Enexis om kwantificering van

posten 1 en 2 inzichtelijk te krijgen.

Page 26: Toepassing in Limburg · CoE NEBER BlueGEN Brandstofcel – Toepassing in Limburg 4/35 1. Inleiding In opdracht van Ceramic Fuel cells voert Green Spread gezamenlijk met Center of

auteurs rapport pagina

Greenspread

CoE NEBER BlueGEN Brandstofcel – Toepassing in Limburg 26/35

Uitgaande van een recent onderzoek, uitgevoerd door ECN7 kan voor post 2 echter een grove

schatting gemaakt worden. In haar onderzoek stelt ECN dat Netbeheerders tezamen 50-70 Miljard

euro moeten uitgeven tot en met 2050 om meer piekbelasting in hun netten te kunnen opvangen.

Omgerekend naar Enexis en haar verzorgingsgebied Limburg omvat dit voor Enexis een bedrag van

circa 4 Miljard euro voor regio Limburg. (circa 8 miljoen aansluitingen Nederland totaal tegenover

circa 600.000 aansluitingen in Limburg) Ervan uitgaande dat Limburg in 2050 voor alle huishoudens

volledig energieneutraal wenst te zijn met behulp van zon-pv en wind, dan is daarvoor circa 720

MWh wind (75% van verbruik) voor nodig en 508 MWh zon-pv (25% van verbruik). Uitgaande van

30% regelbaar vermogen om piekbelastingen te voorkomen zouden er circa 250.000 BlueGEN’s

geïnstalleerd moeten worden, wat uitgaande van een subsidiebedrag van € 3.500 per BlueGEN een

subsidiebedrag van 875 Miljoen euro vertegenwoordigt, 21% van de benodigde netinvestering die

daarmee vermeden wordt.

Voor wat betreft netverliezen bedragen de vermeden kosten dankzij lokale opwekking circa 1,3% van de waarde van de opgewekte elektriciteit, uitgaande van de kale elektriciteitsprijs. Dit bedraagt per

BlueGEN circa € 8,- op jaarbasis.

Energieleveranciers Voor de energieleveranciers heeft de introductie van de BlueGEN, net als andere lokale

elektriciteitsproductie-eenheden waarbij een groot deel van de elektriciteit door de afnemer zelf

wordt geproduceerd, gevolg voor de marge. De hoeveelheid netto door de leverancier geleverde

elektriciteit wordt immers verminderd. In de markt is nu al waarneembaar dat leveranciers in reactie

hierop hun inkomsten halen uit een hoger vastrecht in plaats van marge per geleverde eenheid.

De BlueGEN kan gevolgen hebben voor de waarde van de door leveranciers geproduceerde

elektriciteit. De BlueGEN produceert elektriciteit met een hogere efficiëntie dan de gemiddelde

bestaande gascentrale en kent minder transportverliezen. Ook biedt de optionaliteit van BlueGEN een

mogelijk goede aanvulling op intermitterende duurzame energiebronnen, wat de waarde van de

grootschalige fossiele opwek als base load verder verminderd. Anderzijds zal in geval van de

BlueGEN de gaslevering naar de kleinverbruikers toenemen, wat voor de leveranciers een

inkomstenbron vormt.

Kansen Risico’s

- Lange termijn zekerheid in afzetmarkt gas.

- Ontwikkeling en exploitatie van nieuwe

verdienmodellen (VPP’s, ESCO’s)

- Verminderde marge door minder levering

elektriciteit. Omgang met overschot op

groothandelsmarkten.

Tabel 13: Kansen en risico’s energieleveranciers

Waarde van BlueGEN voor de leverancier zit in de lange termijn zekerstelling in de afzet van gas. Dit

kan voordeel bieden bij de inkoop. Het vergt meer onderzoek en aannames over omvang van de uitrol

van de BlueGEN om dit voordeel te kwantificeren.

7 “Net voor de toekomst”, Netbeheer Nederland, februari 2011

Page 27: Toepassing in Limburg · CoE NEBER BlueGEN Brandstofcel – Toepassing in Limburg 4/35 1. Inleiding In opdracht van Ceramic Fuel cells voert Green Spread gezamenlijk met Center of

auteurs rapport pagina

Greenspread

CoE NEBER BlueGEN Brandstofcel – Toepassing in Limburg 27/35

Wat betreft de marge op verkoop heeft de BlueGEN per saldo een negatief resultaat voor de

leverancier. Terwijl de winst op verkoop van gas (circa € 0,02 per m3) omhoog gaat vanwege een

hogere gasbehoefte, gaat de winst op verkoop van elektriciteit (circa € 0,01 per kWh) juist omlaag.

Uitgaande van de situatie voor een individuele BlueGEN installatie gaat dit om een inkomstenderving

voor de leverancier van circa € 80 per jaar. Dit is echter in een kans om te zetten door in plaats van

marge te rekenen over volumes (gaslevering en elektriciteitlevering) een vergoeding te vragen voor

de geleverde diensten. (verstroming, verhandeling, optimalisatie). Een nieuw, dienstverlenend

businessmodel biedt daartoe uitkomsten.

Overheid Voor de overheid biedt de BlueGEN de mogelijkheid om de energie-efficiëntie te vergroten vanwege

efficiënt gebruik van restwarmte en verminderde transportverliezen. Dit draagt bij aan de nationale

en Europese klimaat- en CO2-doelstellingen. Het bestaan van een aantal stimuleringsmaatregelen

voor (kleinschalige) warmtekrachtkoppelingssystemen laat zien dat de overheid deze technologie

beschouwt als een geschikte vorm om bij te dragen aan haar doelstellingen. In de aanwezigheid van

meerdere subsidiemaatregelen schuilt tegelijkertijd een gevaar tot ondoorzichtigheid, hetgeen

mogelijke negatieve gevolgen heeft voor de overheidsinkomsten en een gezonde markt.

Kansen Risico’s

- Bijdrage aan Europese en nationale klimaat-

en CO2-doelstellingen.

- Combinatie van verschillende

subsidieregelingen zorgen mogelijk voor

ondoorzichtigheid.

Tabel 14: Kansen en risico’s overheid

De waarde van de BlueGEN voor de overheid zit voornamelijk in het realiseren van

klimaatdoelstellingen en in het creëren van werkgelegenheid bij grootschalige installaties. Een

financiële waarde koppelen aan de maatschappelijke kosten van CO2-uitstoot is niet makkelijk. De

huidige prijs van ongeveer € 7,- per ton CO2 van het Europese ETS emissiehandelssysteem8, is niet

bruikbaar omdat dit systeem op dit moment niet goed functioneert en geen goede afspiegeling geeft

van de maatschappelijke kosten van CO2-uitstoot.

Conform een rapport9 in opdracht van de Europese Comissie, heeft Één ton vermeden CO2-uitstoot

een maatschappelijke waarde van € 50. ,-. In 2012 werd in Limburg in totaal ongeveer 11 miljoen

ton CO2 uitgestoten. Dit vertegenwoordigd een bedrag van € 550 miljoen per jaar aan

maatschappelijke kosten voor de provincie Limburg. De BlueGEN kan ingezet worden om de onbalans

van het net te verminderen als er meer en meer duurzame energie opgewekt gaat worden in de

provincie. Uitgaande van 30% regelbaar vermogen om piekbelastingen te voorkomen zouden er circa

250.000 BlueGEN’s geïnstalleerd moeten worden. Dit levert een CO2 reductie op van 1 miljoen ton

per jaar. Dit is een reductie van 9% van de totale uitstoot van Limburg per jaar. De maatschappelijke

baten van deze vermeden CO2 zijn 50 miljoen.

8 Bron: Nationale Energieverkenning 2014, ECN/PBL 9“Subsidies and costs of EU energy” Ecofys, 10 oktober 2014

Page 28: Toepassing in Limburg · CoE NEBER BlueGEN Brandstofcel – Toepassing in Limburg 4/35 1. Inleiding In opdracht van Ceramic Fuel cells voert Green Spread gezamenlijk met Center of

auteurs rapport pagina

Greenspread

CoE NEBER BlueGEN Brandstofcel – Toepassing in Limburg 28/35

7. Toelichting businesscase

7.1 Achtergrond

De BlueGEN brandstofcel wordt gevoed door aardgas uit de bestaande aansluiting van een gebruiker.

Hierbij levert het systeem naast elektriciteit ook restwarmte. De BlueGEN kan, onderhoud buiten

beschouwing gelaten, continu in bedrijf worden gehouden. Daarom wordt gerekend met een jaarlijks

maximaal aantal van 8.000 vollasturen. Aangezien de BlueGEN bij grootschalige toepassing ingezet

zal worden om vraag en aanbod te balanceren, wordt als uitgangspunt gehanteerd dat het systeem

90% (vollastfactor) van het maximale aantal van 8.000 vollasturen produceert.

Opbrengsten uit de BlueGEN bestaan naast elektriciteit ook uit vermeden stookkosten dankzij de

restwarmte. Uitgangspunt is dat alle geproduceerde elektriciteit direct door de gebruiker kan worden

gebruikt, dan wel de volledige waarde van de geproduceerde elektriciteit kan worden gesaldeerd met

het eigen verbruik. Vanwege de balanceringsvoordelen wordt een extra VPP (Virtual Power Plant)

voordeel per geproduceerde kWh in de business case meegenomen. Het wordt aangenomen dat de

door de BlueGEN geproduceerde warmte volledig wordt benut.

Vaste Kosten bestaan uit een eenmalige investering in het systeem en een jaarlijks onderhoud. De

business case is op MKB ondernemers toegespitst. Het gebruik van de EIA, KIA en Vamil regelingen

om de netto (investerings-)kosten te verlagen, is in de business case meegenomen. rekenvoorbeeld

enkel voor ondernemingen bedoeld. Tabel 15 laat alle aannames zien.

Page 29: Toepassing in Limburg · CoE NEBER BlueGEN Brandstofcel – Toepassing in Limburg 4/35 1. Inleiding In opdracht van Ceramic Fuel cells voert Green Spread gezamenlijk met Center of

auteurs rapport pagina

Greenspread

CoE NEBER BlueGEN Brandstofcel – Toepassing in Limburg 29/35

UITGANGSPUNTEN BASE CASE

Investering € 21.000

Beheer en onderhoud 1,75% Per jaar

Vermogen (nominaal) 1,65 kW

Levensduur 20 Jaar

Vollasturen 8.000 Per jaar

Vollastfactor 90%

Elektriciteitsvraag verbruiker 13.200 kWh

Gasverbruik BlueGen 2.301 M3

Elektriciteitsproductie BlueGen 11.880 kWh per jaar

Warmteproductie(equivalent m3 aardgas) 485 M3

Gasprijs € 0,33 Per m3

Prijs per kWh € 0,168

VPP voordeel € 0,001 Per kWh

Inflatie 2% Per jaar

Index marktprijs elektriciteit 3% Per jaar

Index marktprijs gas 3% Per jaar

VPb 20%

EIA 41,5%

KIA 36%

Tabel 15: Uitgangspunten Base Case BlueGEN (alle bedragen excl. BTW)

Page 30: Toepassing in Limburg · CoE NEBER BlueGEN Brandstofcel – Toepassing in Limburg 4/35 1. Inleiding In opdracht van Ceramic Fuel cells voert Green Spread gezamenlijk met Center of

auteurs rapport pagina

Greenspread

CoE NEBER BlueGEN Brandstofcel – Toepassing in Limburg 30/35

7.2 Resultaten

Als uitgangspunt wordt gehanteerd dat voor rendabele exploitatie van de BlueGEN minimaal een Als

uitgangspunt wordt gehanteerd dat voor rendabele exploitatie van de BlueGEN minimaal een

investeringsrendement van 6% te worden behaald, wat wordt geacht maatschappelijk verantwoord

te zijn in relatie tot. verkregen subsidies en fiscale voordelen. Op basis van bovenstaande

uitgangspunten komt het rendement op een negatieve waarde van 1.43%. Dit betekent dat de

investering in 18 jaar wordt terugverdiend, maar niet rendabel is rekening houdend met de

rendementseis van 6%. Er dient in dit geval een investeringssubsidie te worden verstrekt van €

7.000 per BlueGEN om de investering rendabel te krijgen.

Aangezien er onzekerheden zitten in bovenstaande aannames, is een aantal alternatieve scenario’s

doorgerekend. De hierbij gebruikte variabelen zijn in tabel 2 weergegeven. Mogelijke verlaging in de

investering is mogelijk wanneer de BlueGEN op grootschalige basis wordt uitgerold. Van de overige

drie variabelen VPP voordeel en indexatie elektriciteit- en gasprijs is onzeker hoe deze zullen

uitpakken gedurende de exploitatie.

Variabelen minimum maximum

Investering € 10.500 € 21.000

VPP voordeel € 0.001 € 0.004 Per kWh

Index marktprijs elektriciteit -10% 10% Per jaar

Index marktprijs gas -10% 10% Per jaar

Tabel 16: Variabelen rendementsberekening BlueGEN

Voor een aantal combinaties van waarden voor deze variabelen zijn scenario’s doorgerekend, zoals

weergegeven in tabel 3. Per scenario is aangegeven wat het investeringsrendement is en, indien van

toepassing, hoeveel subsidie benodigd is om aan de minimale rendementseis van 6% te komen.

Het gebruikte VPP voordeel is gebaseerd op gemiddelde risico opslagen die door leveranciers

gehanteerd worden bij het leveren van elektriciteit aan eindgebruikers. Omdat de BlueGEN de

onbalans reduceert gaat deze risico-opslag omlaag.

De bandbreedte voor indexatie van elektriciteit- en gasprijs is vastgesteld op basis van

marktprijsontwikkelingen, over afgelopen 2 jaar.

Page 31: Toepassing in Limburg · CoE NEBER BlueGEN Brandstofcel – Toepassing in Limburg 4/35 1. Inleiding In opdracht van Ceramic Fuel cells voert Green Spread gezamenlijk met Center of

Tabel 15: Scenario’s investeringsrendement BlueGEN

1. Base

Case

2. E en

G prijs

stijgen

beide

sterk

3. E en

G prijs

dalen

beide

sterk

4. E

prijs

stijgt

sterk,

G blijft

gelijk

5. E prijs

blijft

gelijk, G

stijgt

sterk

(WORST

CASE)

6. E en

G prijs

blijven

gelijk

7. E en

G prijs

stijgen

beide

met 5%

8.

Investerin

g zakt met

25%

9.

Investerin

g zakt met

50%

10. VPP

naar

0,4

cent

per

kWh

11.

Combinati

e scenario

4 en 8

12.

Combinati

e scenario

7 en 8

13.

Combinati

e scenario

4,8 en 10

(BEST

CASE)

Invoerparameters:

Investeringsbedrag 21,000 21,000 21,000 21,000 21,000 21,000 21,000 15,750 10,500 21,000 15,750 15,750 15,750

VPP 0.0010 0.0010 0.0010 0.0010 0.0010 0.0010 0.0010 0.0010 0.0010 0.0040 0.0010 0.0010 0.0040

Indexatie

Elektriciteitsprijs

3.00% 10.00% -10.00% 10.00% 0.00% 0.00% 5.00% 3.00% 3.00% 3.00% 10.00% 5.00% 10.00%

Indexatie Gasprijs 3.00% 10.00% -10.00% 0.00% 10.00% 0.00% 5.00% 3.00% 3.00% 3.00% 0.00% 5.00% 0.00%

Resultaat:

Projectrendement

(IRR)

1.43% 8.79% -10.00% 12.41% -10.00% -2.64% 3.74% 5.24% 10.63% 1.83% 15.88% 7.29% 16.17%

Benodigde subsidie

voor rendement van

minimaal 6%

€ 7,000 € 0 €

18,000

€ 0 €

17,000

10,000

€ 4,000 € 1,000 € 0 € 6,000 € 0 € 0 € 0

Page 32: Toepassing in Limburg · CoE NEBER BlueGEN Brandstofcel – Toepassing in Limburg 4/35 1. Inleiding In opdracht van Ceramic Fuel cells voert Green Spread gezamenlijk met Center of

auteurs rapport pagina

Greenspread

CoE NEBER BlueGEN Brandstofcel – Toepassing in Limburg 32/35

Zoals te zien in tabel 3 lopen de uitkomsten sterk uiteen. De uitkomst is sterk afhankelijk van

investeringsbedrag en indexatie elektriciteit- en gasprijs. De afhankelijkheid van VPP voordeel is

gering. Wanneer alleen de elektriciteitsprijs stijgt of wanneer elektriciteit- en gasprijs beiden

evenredig sterk stijgen heeft dit een gunstige invloed op het rendement. Ook een daling van de

investering heeft uiteraard een gunstige invloed op het rendement, waarbij een daling van de

investering tussen 25-50% ten opzichte van het base case scenario voldoende is voor het behalen

van de rendementseis van 6%.

7.3 Conclusies Businesscase

Op basis van aannames in het base case scenario wordt de rendementseis van 6% niet behaald. Een

subsidiebedrag van € 7.000 per BlueGEN systeem is nodig om aan de rendementseis te voldoen.

Het doorrekenen van diverse scenario’s laat zien dat de aanname van een stijgende elektriciteitsprijs,

al dan niet in combinatie met een evenredig sterk stijgende gasprijs, het rendement gunstig

beïnvloedt. Hetzelfde geldt uiteraard voor een verlaging van het investeringsbedrag. Op basis van de

doorgerekende scenario’s dient bepaald te worden wat het benodigde subsidiebedrag is om de

beoogde klanten voor de aanschaf van een BlueGEN systeem over de streep te trekken, rekening

houdend met de onzekerheden in de exploitatie.

Een belangrijke aanname in het gebruikte model is de instandhouding van de salderingsregeling.

Deze regeling is van belang voor de waarde van de opgewekte elektriciteit, tenzij vraag en aanbod op

individueel niveau zodanig op elkaar afgesteld kunnen worden dat alle opgewekte elektriciteit direct

wordt verbruikt. Regeling van de BlueGEN kan op grotere (regionale) schaal balancering mogelijk

maken. Op individueel niveau is dit echter niet de verwachting. Het in stand blijven van de

salderingsregeling is daarom van groot belang voor de business case van BlueGEN. Op dit moment is

de regeling tot en met 2020 gegarandeerd. Daarna zal een overgangsregeling worden ingevoerd,

waarvan de invulling nog volledig ongewis is.

De geringe bijdrage van een VPP constructie (waarbij er kosten bespaard worden op de levering, dan

wel extra verdiend wordt met vraag gestuurd aanbod) kan toenemen als tevens rekening wordt

gehouden met vermeden kosten aan de zijde van de netbeheerder inzake het beheer van het

distributienet. Vooralsnog is daarover géén informatie beschikbaar, noch is de netbeheerder in staat

dit op korte termijn inzichtelijk te maken. Verder onderzoek hiernaar is gewenst. Vermeden kosten

aan de zijde van de netbeheerder bestaan in: verkleinen netverliezen, loadmanagement van het net,

vermeden investeringen in netverzwaring.

Page 33: Toepassing in Limburg · CoE NEBER BlueGEN Brandstofcel – Toepassing in Limburg 4/35 1. Inleiding In opdracht van Ceramic Fuel cells voert Green Spread gezamenlijk met Center of

auteurs rapport pagina

Greenspread

CoE NEBER BlueGEN Brandstofcel – Toepassing in Limburg 33/35

8. Conclusies en aanbevelingen

8.1 Conclusies

a) Voldoende marktpotentie in Limburg voor inzet BlueGEN

Uit het onderzoek komt naar voren dat in de provincie Limburg in totaal 166 PJ per jaar aan energie

gebruikt. De voor de BlueGEN meest relevante sector, de gebouwde omgeving gebruikt jaarlijks 91,6

PJ (ongeveer 54% van het totaal). Grootschalige inzet van de BlueGEN in deze sector zou op termijn

een grote energiebesparing opleveren. Met 60% elektrische efficiëntie wekt de BlueGEN veel

efficiënter stroom op dan de huidige stroommix in Nederland, die rond de 39% elektrische efficiëntie

uitkomt. Bovendien worden met de lokale opwek transportverliezen vermeden, welke als vermeden

opwek en dus vermeden uitstoot van CO2 gezien kan worden. Gecombineerd met de regelbaarheid

van de BlueGEN (en dus ondersteuning in het beheersen van piekbelasting) levert de BlueGEN een

aanzienlijke meerwaarde aan de verduurzaming van Limburg, waarbij de afzetmogelijkheden meer

dan voldoende zijn.

In de woningbouw is de BlueGEN met name interessant voor appartementen/ flat woningen en

rijwoningen. Er zijn ca. 120.000 appartementen in Limburg. 20.000 BlueGEN’s kunnen het

elektriciteitsgebruik voor deze appartementen opwekken. Er zijn ca. 200.000 rijwoningen in Limburg,

De elektriciteitsvraag van deze woningen kan met 50.000 BlueGEN’s worden opgewekt. Met de

BlueGEN brandstofcel kan het Energielabel gemiddeld naar label B opgewaardeerd worden10. Per

rijwoning is dit een investering (op dit moment) van €5.250,- per rijwoning. Een opwaardering naar

energielabel B met bouwkundige maatregelen is gemiddeld voor een rijwoning €8.500,-.

b) Traditioneel verdienmodel vergt extra steun

Om de waarde van BlueGEN voor de eindgebruiker, een belangrijke stakeholder in de marktanalyse,

in kaart te brengen is voor een individueel BlueGEN systeem een business case voor 20 jaar

exploitatie doorgerekend. Op basis van aannames in een base case scenario wordt een rendement

van 1,43% bereikt. Dit is te laag voor rendabele exploitatie, waarvoor een minimum rendementseis

van 6% wordt aangenomen. Bij de huidige kostprijs is een subsidiebedrag van € 7.000 per BlueGEN

systeem nodig om aan de rendementseis van 6% te voldoen. De aanname van een stijgende

elektriciteitsprijs, al dan niet in combinatie met een evenredig sterk stijgende gasprijs, beïnvloedt het

rendement gunstig. Hetzelfde geldt uiteraard voor een verlaging van het investeringsbedrag.

Rekening houdend met alle variabelen is het derhalve rechtvaardig te concluderen dat voor een

verdere uitrol van de BlueGEN in Limburg volgens het standaard verdienmodel (aanschaf BlueGEN

door gebouwbeheerder en standaard teruglevering van elektriciteit aan het net) een subsidiebedrag

noodzakelijk is.

10 Bron: Ceramic Fuel cells

Page 34: Toepassing in Limburg · CoE NEBER BlueGEN Brandstofcel – Toepassing in Limburg 4/35 1. Inleiding In opdracht van Ceramic Fuel cells voert Green Spread gezamenlijk met Center of

auteurs rapport pagina

Greenspread

CoE NEBER BlueGEN Brandstofcel – Toepassing in Limburg 34/35

c) Een breder perspectief biedt kansen

Bekijkt men echter de gunstige effecten van een grootschalige uitrol van de BlueGEN over meerdere

stakeholders tezamen, dan blijkt dat de belangen voor alle stakeholders met een dergelijke uitrol niet

enkel ingevuld, maar zelfs overtroffen kunnen worden. Met een grootschalige uitrol (circa 250.000

units wordt immers bereikt dat:

- Een energie(leverings-)bedrijf volgens een nieuw ESCO-achtig business model een positief

verdienmodel kan ontwikkelen in het gezamenlijk beheren van de units.(inkomsten op basis

van faciliteren, niet leveren.)

- De gebouweigenaar structureel lagere energiekosten kan bewerkstelligen en zich deels kan

beschermen tegen stijgende energieprijzen. Een rendement van minimaal 6% (op

geïnvesteerd vermogen gedurende looptijd afschrijving) is daarbij het uitgangspunt.

- Netbeheerders ondersteund worden in het beheersen van het transportnet, vermijden van

netverliezen én vermijden van investeringen die t/m 2050 voor Limburg zouden kunnen

oplopen tot 4 miljard euro!! Aangenomen wordt hier dat met een uitrol van 250.000

BlueGEN’s in Limburg deze investering volledig vermeden kan worden.

- Met de inzet van 250.000 BlueGEN’s de provincie Limburg 50 miljoen euro aan

maatschappelijke kosten kan vermijden door vermeden CO2 uitstoot. Dit is een reductie van

9% van de totale uitstoot CO2 van Limburg per jaar

Wegens de scope (tijd, budget, capaciteit) van dit onderzoek laten de effecten zich maar tot op

zekere hoogte en met een bepaalde zekerheid kwantificeren. Voor de base case berekening

(traditioneel verdienmodel) zijn het vooral de aannames over de ontwikkeling van de energieprijs en

investering. Voor de kosten van CO2 reductie zijn we uitgegaan van het onlangs verschenen rapport

van de Europese Unie11. De vermeden investeringen in netuitbreiding zijn gebaseerd op aannames en

onderzoeken van Energie Centrum Nederland.

Desalniettemin is gebleken dat, vanuit een gezamenlijk stakeholders perspectief, de voordelen

significant kunnen zijn en meer dan voldoende aanleiding geven voor het verder onderzoeken van de

werkelijk te behalen voordelen en de wijze waarop deze met alle stakeholders tezamen bereikt

kunnen worden.

11 “Subsidies and costs of EU energy” Ecofys, 10 oktober 2014

Page 35: Toepassing in Limburg · CoE NEBER BlueGEN Brandstofcel – Toepassing in Limburg 4/35 1. Inleiding In opdracht van Ceramic Fuel cells voert Green Spread gezamenlijk met Center of

auteurs rapport pagina

Greenspread

CoE NEBER BlueGEN Brandstofcel – Toepassing in Limburg 35/35

8.2 Aanbevelingen voor vervolg

Naar aanleiding van dit rapport kunnen we concluderen dat verder onderzoek zeker gewenst is. Een

eventueel toekomstig project in samenwerking met de netbeheerders (Enexis en Stedin) en

eventueel een woningcorporatie als eindgebruiker kan verdere aanknopingspunten bieden voor de

toekomst. Uitgangspunt in een dergelijk onderzoek is de aanname om grote aantallen BlueGENs te

installeren in het netgebied. De precieze economische waarde voor de verschillende

stakeholders is binnen dit rapport moeilijk adequaat te kwantificeren. Het vergt een groter, breder,

meer diepgaand onderzoek in samenwerking mét deze stakeholders om dat inzichtelijk te krijgen.

Het onderzoek heeft aangetoond dat, alle voordelen van alle stakeholders bij elkaar nemend

(kwalitatief en waar mogelijk kwantitatief) er een positieve business case kan ontstaan, die bijdraagt

aan de economische bedrijvigheid in de regio én aan het behalen van duurzaamheidsdoelstellingen

van Limburg.

Een aantal effecten en mogelijke resultaten zijn echter nog onvoldoende concreet en dienen verder

uitgewerkt te worden. Tevens is nog onduidelijk hoe een samenwerking tussen stakeholders vorm

gegeven dient te worden zodat alle voordelen behaald worden. Wél is duidelijk geworden dát moet

worden samengewerkt.

Rekening houdende met de kansen en bedreigingen van alle betrokken stakeholders lijkt een

samenwerking in de vorm van een energiedienstenbedrijf een kansrijke. Het energiedienstenbedrijf

kan bijvoorbeeld de investering voor haar rekening nemen, de inzet en optimalisatie van de

BlueGEN’s bepalen en alle financieel administratieve afhandelingen tussen partijen faciliteren. Om

de doelstelling en belangen van alle stakeholders zeker te stellen is een publiek-private

samenwerking (via het energiedienstenbedrijf) een mogelijke oplossing. Het verdienmodel moet

daarbij coöperatief zijn, hetgeen inhoudt dat de te genereren voordelen evenredig over de

stakeholders worden verdeeld.

Op basis van deze conclusies en aanbevelingen stellen wij een vervolgonderzoek voor waarbij:

- De nu in dit onderzoek onvoldoende geconcretiseerde (benaderde) voordelen nader

onderzocht en geconcretiseerd worden.

- Een verdienmodel wordt ontwikkeld, rekening houdend met de belangen en mogelijke rollen

van betrokken stakeholders.

- Verschillende coöperatieve samenwerkingsvormen tussen stakeholders nader onderzocht

worden.

Mogelijke uitgangspunten voor inrichting:

- Meerdere stakeholders betrekken in het onderzoek, waaronder in ieder geval de

netbeheerder, onderzoeksinstituten, provincie, vertegenwoordigers uit de installatiebranche

en gebouweigenaren.

- E.e.a. kan onder leiding van het huidige projectteam (NEBER, Greenspread) opgezet en

gecoördineerd worden.

- Het oprichten van een aparte entiteit, toekomstig functionerend als energiedienstenbedrijf,

behoort tot de mogelijkheden. Deelname in deze entiteit door verschillende stakeholders is

mogelijk.

Om een dergelijk project gedeeltelijk te bekostigen zou een X-PLUS BIHTS voucher van €

200.000,- (50% cofinanciering) een mogelijkheid zijn.