TARK02172 081207 kunst 12 1static.data.sites.1site1.nl.s3.amazonaws.com/288/files/3KjKO5X7I5W... ·...

1
CD - KLASSIEK De Lange - Liede- ren SDLCD0701 Stichting De Lange zet zich in voor de muzikale nalatenschap van de negentiende-eeuwse componisten- broertjes Daniël de Lange en Samu- el de Lange junior. De stichting is opgericht door cellist Jascha Al- brecht en pianiste Laura de Lange, een verre nazaat van de componis- ten. Onlangs werd een cd gepresen- teerd waarop liederen van de De Lange-broers verzameld werden. Liederen die voor een deel pas zeer recent werden teruggevonden in verschillende muziekverzamelin- gen en -bibliotheken. Voor deze in- teressante cd vroeg Laura de Lange de medewerking van de Belgische sopraan Ilse Eerens en de Neder- landse bariton Wiard Witholt. Zo ontstaat een mooie afwisseling van stemmingen en kleuren. Wat eigen- lijk in al deze liederen opvalt is hoe goed ze gemaakt zijn en hoe zorg- vuldig Samuel en Daniël de gedich- ten die ze wilden toonzetten uitko- zen. Grote dichters als Heine, Lenau en Goethe zitten er tussen. Veel Duitstalige liederen dus, maar ook enkele Franstalige. De liederen van de oudere broer Samuel klinken het meest substantieel. Witholt geeft zich bijvoorbeeld met hart en ziel over aan de Fünf Lieder op. 31. Zware kost, vooral in de climaxen van An den Tod, maar Witholt weert zich prachtig en kranig. Ee- rens overrompelt in Trois Poésies de Paul Bourget op. 51. Een mooie en welkome cd dus, die te bestellen is via www.stichtingdelange.nl. Peter van der Lint

Transcript of TARK02172 081207 kunst 12 1static.data.sites.1site1.nl.s3.amazonaws.com/288/files/3KjKO5X7I5W... ·...

Page 1: TARK02172 081207 kunst 12 1static.data.sites.1site1.nl.s3.amazonaws.com/288/files/3KjKO5X7I5W... · charach Songbook’. Dat smaakte ... en ’Painted For Memory’, afkomstig uit

13Trouw zaterdag 8 december 2007 deweekendGids | kunst12 deweekendGids | kunst Trouw zaterdag 8 december 2007

Rode doos moetVredenburg vijf jaardoen vergeten

De rode doos, de tijdelijke lo-catie van MuziekcentrumVredenburg, is donderdag-

avond in gebruik genomen. Winden harde slagregens zorgden in debouwput tussen de A2 en het Am-sterdam-Rijnkanaal voor een nogdesolatere aanblik. Het wegenstel-sel in dit snel veranderende land-schap bij Leidsche Rijn is voorals-nog een doolhof. Bezoekers werdgeadviseerd op de website naar delaatste routebeschrijvingen te kij-ken. En er zou duidelijke bewegwij-zering zijn. Niet dus.

Het was nog een hele toer om opde weg uit te komen waar de slinge-rende rij auto’s in de file stond,wachtend om het terrein op te kun-nen en te parkeren. Het leek onbe-gonnen werk, maar het lukte tochom iedereen vóór half negen in deconcertzetel te krijgen. Misschienhielp het dat men maar had afge-zien om parkeergeld (7 euro, te be-talen bij aankomst) te innen, zodatde doorstroom niet nog meer hin-der ondervond.

Ook je jas ’parkeren’ had nog eni-ge voeten in de aarde. Het was dui-delijk, het was allemaal op het nip-pertje gelukt om het eerste concert,een optreden van het Residentie Or-kest, gerealiseerd te krijgen. De ver-traging was opgelopen omdat de ge-meente Utrecht vergeten was eenmilieuvergunning voor de rodedoos aan te vragen. Maar eenmaalbinnen in de rode doos overvalt deruimte je. Sfeer is een groot woord,maar een ambiance is er zeker. De

stoelen van Vredenburg zijn mee-verhuisd en doen in deze mega-ruimte vertrouwd aan.

Ed de Haan, directeur ad interim,verwelkomde de bezoekers met eensaai praatje dat van stuntelighedenen clichés aan elkaar hing. Het eni-ge open doekje kreeg hij toen hijbeloofde wat aan de parkeerperike-len te zullen doen.

Naar nu blijkt had Vredenburgnog een jaartje langer open kunnenblijven omdat de rechter verordon-neerde dat voor de sloop een mo-mumentenvergunning noodzake-lijk is. Waarschijnlijk gaat de sloop-hamer er pas komende zomer in.

Het concert zelf kende ook nog alwat hobbels. Neeme Järvi zat ziek inNew York en voor hem werd diri-gent Lawrence Renes uit Amerikaingevlogen. Pärt, Sjostakovitsj enBartók verdwenen van het pro-gramma en werden ingeruild voorWagner, Mendelssohn en Beetho-ven. Wel leuk om Renes weer eenste horen en zijn Wagner-ouvertureklonk overtuigend. Janine Jansenexcelleerde in Mendelssohns Viool-concert (prachtig slank begin!),maar werd bijna voortdurend bruutverstoord door luide werkzaamhe-den áán en discussies óver een wei-gerende rolstoellift. En omdat al diemensen met hun auto’s ook weerweg moesten, reed ik in de pauze al-vast het terrein af, om vervolgensvoor een dicht hek uit te komen.Ach ja, alle begin is moeilijk enmen krijgt in ieder geval ruim detijd om een en ander op te lossen.

de aanwinst Cees Straus

Tropenmuseum groeit uittot specialist Yogya-zilverMet de aankoop van een particulie-re collectie van maar liefst 130 voor-werpen is het Tropenmuseum inAmsterdam op slag hét toonaange-vende museum voor het beroemdeYogya-zilver geworden. De voorwer-pen die allemaal als tafelaccessoireshebben gediend (rookgerei, kleineserviezen, spiegels), werden in hetbegin van de 20ste eeuw in het toennog Nederlands-Oost-Indische Yogy-akarta gemaakt. In een buitenwijkvan deze stad weerklinkt nog altijdhet geklop van de zilversmeden.Aan het begin van de 20ste eeuwverkeerde de productie van het zil-verwerk artistiek gezien in een be-hoorlijke dip. Dat ging niet onge-zien voorbij aan de echtgenote vande gouverneur van Yogyakarta, A.M.van Giesseler Verschuir-Pownall. Zijgaf lokale zilversmeden opdrachtenvoor objecten die een algemene toe-

passing in het interieur kondenkrijgen. Ook stimuleerde ze bij dezilversmeden het gebruik van reli-gieuze motieven die aan het hin-doeïsme en boeddhisme waren ont-leend. De inrichting van het gouver-neurspaleis, waar zich dagelijks ve-le gasten ophielden, trok sterk deaandacht. Het gevolg was dat veel’blanda’s voortaan hun wensen bijde plaatselijke edelsmeden kenbaarmaakten. Veel van deze objectenzijn met de Indische repatriantenmee naar Nederland gekomen. Datheeft er toe geleid dat er in Neder-land een aantal belangrijke collec-ties worden beheerd. Het Tropen-museum, dat al eerder een exposi-tie samenstelde van het Indischezilver, heeft nu een van die verza-melingen aangeschaft. T/m 13 april’op zaal’ te zien, in de Lichthal ach-ter het bisjpalen-bos.

Driedelig chocolade servies, Yogya-zilver, gemaakt tussen 1933-1942.kritieken

Pappano laat Sibelius zingenals Puccini in een bontjasKlassiek

Koninklijk Concertgebouworkest olvAntonio Pappano, met Leif Ove Ands-nes (piano) op 6/12 in Concertgebouw,Amsterdam Uitzending Radio 4 op 9/12om 14.15 uur.

Naast zijn functie als chef van hetRoyal Opera House Covent Gardensinds 2002, is dirigent Antonio Pap-pano sinds 2005 ook artistiek direc-teur van het Orchestra dell’Accade-mia Nazionale di Santa Cecilia in Ro-me. Hoewel Pappano altijd met éénbeen op de symfonische bok en methet andere in de operabak heeft ge-staan, bouwde hij zijn faam vooralop als operadirigent.

Die Italiaans-dramatische insteekwas donderdag ook te horen toen

Pappano het Koninklijk Concertge-bouworkest gloedvol leidde in eenprogramma waarin de mediterranezon meestal ontbreekt.

Natuurlijk bedacht Sibelius de eer-ste noten van zijn Tweede symfonietijdens een verblijf in Italië, maar decomponist was blij toen hij weer inFinland terug was. Zijn Tweede heeftde vorm van een ijskristal, waarinhet kleine drietonige motief uit hetbegin langzaam aangroeit en steedsin andere vormen terugkeert. Pasaan het eind breekt de zon door enlaat Sibelius een glorieus licht schij-nen op zijn besneeuwde vlakte.

Met ConcertgebouworkestchefMariss Jansons zette het orkest nogniet zo lang geleden een adembene-mende Tweede op cd (RCO Live05005), waarin dat noordelijke in-

derdaad de boventoon voert. Pappa-no leek hetzelfde orkest donderdagmee terug te nemen naar Sibelius’dagen in het Italiaanse Rapallo.

Deze Sibelius werd stuwend opge-zet, met de grote gebaren die Pappa-no ook in de operabak gebruikt omhet drama en de karakters van depersonages te profileren. Zo klonkSibelius in het afgeladen Amster-damse Concertgebouw als the best ofboth worlds: monumentaal en tegelij-kertijd vurig, transparant maar ookronkend en breed zingend (de fagot-ten in het tweede deel! de heroïschemelodie aan het slot!) – een Puccinimet bontjas, door een span slede-honden voortgetrokken.

In het Tweede pianoconcert vanRachmaninov legde Pappano juist denadruk op de donkere kleuren van

celli en contrabassen en liet hij in heteerste deel het drama uit de strijkerskomen. Het tweede deel was mooi in-getogen, maar in het slotdeel verloorhij voor korte momenten de coördi-natie en balans met de solist.

Leif Ove Andsnes was niet de typi-sche Rachmaninov-pianist. Met zijn

verfijnde geluid raakte hij soms ver-drukt in de weelderige Russische or-kestboezem – of was Pappano te en-thousiast? Maar als Andsnes aan deorkestrale zwaartekracht ontsnapte,zoals in het tweede en het laatstedeel, dan klonk zijn partij ingetogenweemoedig. En prachtig meerstem-

mig: Andsnes wist zelfs in de dicht-ste passages nog tussenstemmen telaten zingen. Enthousiast applaus alna het eerste deel (door de snelle op-eenvolging van de delen kregen devele vroegklappers in Sibelius geenkans), na afloop vielen pianist en di-rigent elkaar in de armen.

Zingen en dansen deed het ook in’Concert Românesc’, een vroeg werkvan Ligeti waarin hij dicht tegen devolksmuziek van landgenoot BélaBartók aan schuurt. Mooie hoornpar-tij in het tweede deel, met een echo-hoorn op de gangen van het Concert-gebouw. Tussendoor een hobbelig zi-geunerdansje met een hitsige solovi-ool. Ook weer meesterlijk gespeelddoor het KCO en con amore gediri-geerd door Pappano.

Anthony Fiumara

cd | dvd parlando Peter van der Lint

Schitterende dialoog

Aboriginal en westerse kunst hebben veelraakvlakken. Dat valt te constateren op deexpositie ’Schittering’ in het Utrechtse AAMU.

Emily Kame Kngwarreye

CD - POP

Trijntje Ooster-huis - Who’llspeak for love

Blue Note/EMI

Vorig jaar verkocht Trijntje Ooster-huis 140.000 exemplaren van het al-bum ’The Look of Love: Burt Ba-charach Songbook’. Dat smaaktenaar meer, en waarom niet meteen.„Burt Bacharach wordt ook steedsouder. Ik moet het gewoon nudoen”, zei Oosterhuis. Bacharachwerkte graag mee aan Songbook II.Samen met Tim Rice schreef hijvoor Oosterhuis de ballad ’Who’llspeak for love’ en op drie nummersspeelt hij piano. Arrangementenstaan op naam van Patrick Willi-ams, die met Bacharach samen-werkte op Dionne Warwick-opna-men als ’Walk On By’. Naast klassie-kers als ’What The World NeedsNow’ brengt Oosterhuis recenterestukken als ’God Give Me Strength’en ’Painted For Memory’, afkomstiguit Bacharachs samenwerking metElvis Costello. Geen echt verrassen-de uitvoeringen van het MetropoleOrkest, onder leiding van VinceMendoza, wel klinkt alles fris enzeer verzorgd. Alleen ’RaindropsKeep Falling On My Head’ is te traagen bedachtzaam. De klankkleur vanOosterhuis’ stem is het mooist in in-getogener stukken en verliest watglans in de krachtiger passages.Neemt niet weg dat ze het werk vanBacharach moeiteloos aankan. Waser bij de eersteling rumoer rond definanciële betrokkenheid van Radio2, ook nu wordt de zender bedanktvoor de ’toewijding’. Maar dat hetalbum gedraaid wordt, heeft vooralmet muzikale kwaliteit van doen.

Hans Nauta

CD - JAZZ

Benjamin Her-man - Campert

DOX 040

Bekwame improvisatoren gaangraag voor het samenbrengen van li-teratuur, poëzie of film met muziek,waarbij sfeer en verhaal appellerenaan het karakter van de uitvoerderen de persoonlijke fantasie van deluisteraar. Geen wonder dat eenschrijver als Remco Campert vanjazz houdt en dat altsaxofonist Ben-jamin Herman graag een plekje inzijn volle agenda vrijmaakt om mu-ziek te maken bij de documentaire’Tijd duurt één mens lang’, over le-ven, werk, lief en leed van de Vijfti-ger. In zijn daaruit voortvloeiende cdlaat een van ’s lands beste altistenCampert spreken dóór en ín de mu-ziek (Backdrop 2), eindigend met eenletterlijk samenspel tussen musicien dichter in ’Lamento’. Niet alleenhiermee loopt een initiële vergelij-king spaak met de muziek die MilesD av i s ’ concipieerde bij de film ’As-censeur pour l’échafaud’: hier liggengeen filmbeelden aan de basis, maarde organische groei van muzikalepoëzie. Een boeiende vertelling metzich gaandeweg steeds verder ont-wikkelende thema’s, waarin hetfragmentarische karakter van eenuit afwisselende scenes opgebouwdesoundtrack plaatsmaakt voor eendiffuus, maar perfect afgerond to-taalbeeld. Met: Benjamin Herman,altsax; Gideon van Gelder, piano;Sean Fasciani, contrabas; JoostKroon, drums. Concert, documentai-re en voordracht van Campert zelf op19 december in het Bimhuis te Am-sterdam.

Armand Serpenti

CD - KLASSIEK

De Lange - Liede-ren

SDLCD0701

Stichting De Lange zet zich in voorde muzikale nalatenschap van denegentiende-eeuwse componisten-broertjes Daniël de Lange en Samu-el de Lange junior. De stichting isopgericht door cellist Jascha Al-brecht en pianiste Laura de Lange,een verre nazaat van de componis-ten. Onlangs werd een cd gepresen-teerd waarop liederen van de DeLange-broers verzameld werden.Liederen die voor een deel pas zeerrecent werden teruggevonden inverschillende muziekverzamelin-gen en -bibliotheken. Voor deze in-teressante cd vroeg Laura de Langede medewerking van de Belgischesopraan Ilse Eerens en de Neder-landse bariton Wiard Witholt. Zoontstaat een mooie afwisseling vanstemmingen en kleuren. Wat eigen-lijk in al deze liederen opvalt is hoegoed ze gemaakt zijn en hoe zorg-vuldig Samuel en Daniël de gedich-ten die ze wilden toonzetten uitko-zen. Grote dichters als Heine, Lenauen Goethe zitten er tussen. VeelDuitstalige liederen dus, maar ookenkele Franstalige. De liederen vande oudere broer Samuel klinken hetmeest substantieel. Witholt geeftzich bijvoorbeeld met hart en zielover aan de Fünf Lieder op. 31.Zware kost, vooral in de climaxenvan ’An den Tod’, maar Witholtweert zich prachtig en kranig. Ee-rens overrompelt in Trois Poésies dePaul Bourget op. 51. Een mooie enwelkome cd dus, die te bestellen isvia www.stichtingdelange.nl.

Peter van der Lint

CD - KLASSIEK

Haydn - Kwartet-ten

Channel Classics

Als voorbode van een groots opge-zet project in 2009 rond de bijna ze-ventig strijkkwartetten van FranzJoseph Haydn, lanceerde het Am-sterdam String Quartet een eerstecd met de drie kwartetten uit opus76. Het ligt in de bedoeling van hetviertal over zo’n twee jaar allekwartetten te spelen, ingekaderd ineen reeks lezingen, masterclassesen uitwisselingen aan verschillendeinstituten. De strijkkwartetten-pro-ductie heeft Haydn zo’n veertig jaarbeziggehouden, van 1762 tot 1803aan toe, toen een laatste kwartetonvoltooid bleef liggen. Genoeg ma-teriaal om uit te putten dus, en stee-vast van zeer hoge kwaliteit. Char-les Burney had het al over de fris-heid, inventieve kracht en goedesmaak die uit de kwartetten op. 76sprak. Het Amsterdam String Quar-tet speelt deze werken onberispe-lijk en vol ingehouden vreugde, pre-cies met de ’touch’ die ze behoeven.Daarbij maken ze gebruik van 18de-eeuws instrumentarium of tijdsge-trouwe kopieën. Hoorbaar sche-mert door, dat de spelers zich al ja-ren in de oude muziekpraktijk heb-ben vastgebeten. Met een van de’zonnekwartetten’ opent de cd be-zadigd en in alle rust. Het werd al in1774 in Amsterdam uitgegeven meteen gegraveerde zon op de cover.Mooi dat het Amsterdam StringQuartet zo fervent de relatie tussenHaydn en Amsterdam beklinkt doorhem in zijn 200ste sterfjaar ruim-schoots in het zonnetje te zetten.

Kees Arntzen

Henny de Lange

Naar didgeridoos en boeme-rangs zoek je tevergeefs in deexpositiezalen van het Abori-

ginal Art Museum (AAMU) inUtrecht. Ze zijn er wel, maar alleenin de museumwinkel. Bij de buiten-wereld roept de naam van het muse-um regelmatig misverstanden op.Men verwacht een volkenkundigmuseum, zegt conservator GeorgesPetitjean. „Maar we zijn een muse-um voor hedendaagse kunst. Alleenzijn de kunstenaars die hier expose-ren niet zo bekend als westerse kun-stenaars, althans niet in Nederland.In Australië behoren ze tot de topvan de kunstwereld.”

Zes jaar geleden werd het AAMUgeopend op initiatief van een aantalparticuliere verzamelaars, dat hier-mee de belangstelling voor heden-daagse Aboriginal kunst in Europawilde aanwakkeren. In Europa be-stond zo’n museum ook nog niet. Al-leen de Australiërs zelf, Amerikanenen Japanners waren geïnteresseerdin de kunst van de inheemse bevol-king van Australië. Sindsdien is daarwel verandering in gekomen. Dat isniet alleen op het conto van hetAAMU te schrijven. Wat ook zekerbijgedragen heeft is dat de Aborigi-nal kunstenares Emily Kame Kng-warreye in 1997 postuum Australiëvertegenwoordigde op de Biënnalevan Venetië. Kngwarreye’s schilde-rijen, die ze met name de laatste ja-ren van haar leven in groten getaleheeft geproduceerd, zijn tegenwoor-dig heel veel geld waard. In de en-treehal van het AAMU hangt ook eenwerk van haar, een zogenaamde dot-painting dat met zijn duizenden stip-pels zindert van energie. Op bezoe-kers heeft het een enorme aantrek-kingskracht, vertelt Petitjean.

Ook om de loop erin te houden, wilhet AAMU zich de komende tijd na-drukkelijker presenteren als muse-um voor hedendaagse kunst. Pe-titjean: „Je kunt niet blijven uitleg-gen wat Aboriginal kunst is, wantdan word je een stoffig museum. Ook

moeten we meer diversiteit biedendan alleen dotpaintings. Daarom heb-ben we besloten ons te richten opeen dialoog met westerse kunste-naars. Als bezoekers Aboriginalkunst naast andere hedendaagsekunst zien en kunnen vergelijken,krijgen ze er ook meer vat op.”

Toch stond de Nederlandse kunste-nares Maria Roosen vreemd te kij-ken, toen ze werd benaderd door Pe-titjean met de vraag of ze wilde mee-doen aan een tentoonstelling in hetAAMU. Ze zag in eerste instantiegeen enkel aanknopingspunt, wistweinig van Aboriginal kunst, kendehet museum ook niet en wilde eerstkomen kijken. Daar werd ze niet al-leen aangenaam verrast door dekwaliteit van de getoonde kunst. Zezag ook raakvlakken tussen haarwerk en dat van Aboriginal kunste-naars. Petitjean had Roosen bena-derd vanwege de manier waarop zebepaalde aspecten van het land-schap verbeeldt en de materialenwaarmee ze werkt. Vooral in haar in-stallatie ’Gewassen bomen’ van ber-kenstammen met zwammen vanhandgeblazen glas, zag hij overeen-komsten met de boombastbeschilde-ringen van Aboriginals en de gedeco-reerde wetpalen, die verwijzen naarvoorouderlijke krachten en gebruiktworden bij speciale ceremonies enals teken van verzoening.

’Schittering’ is het thema van deexpositie die Petitjean heeft samen-gesteld van het werk van vier Abori-ginal kunstenaars en de ’Gewassenbomen’ van Maria Roosen. In de Abo-riginal kunst bestaan s h i m m e r, rarrken glitter naast elkaar als vormen vanschittering. Bij shimmer beweegt hetbeeld ogenschijnlijk. De gestippeldewoestijnschilderijen van Emily Ka-me Kngwarreye tonen deze shim-mer. Rarrk is een vorm van schitte-ring die wordt verkregen door kruis-arceringen op boombast te schilde-ren, zoals John Mawurndjul doet inzijn boombastschilderijen. Schitte-ring als glitter wordt als middel ge-bruikt in het werk van de jonge, au-tochtone Australische kunstenaar

Christian Thompson. Met zijn foto’sen performances stelt hij de kunst-wereld vol glitter en glamour enzichzelf ter discussie. Te midden vanal deze schitteringen liggen de ber-kenstammen met glinsterendezwammen van Maria Roosen.

Alleen al voor het oog vormen degedecoreerde boomstammen vanRoosen een mooi geheel met de tra-ditionele wetpalen die onlangs aanhet AAMU werden geschonken alsherinnering aan het feit dat Neder-landers in 1606 voor het eerst voetaan land zetten in Australië. Maarook de symboliek erachter maakt de-ze combinatie spannend, vindt Pe-titjean. De glinsterende decoratiesop de wetpalen, die verwijzen naarde schittering van de zon op de zee,hebben iets magisch. Ze stralen ener-gie uit. Dat geldt eveneens voor de to-verachtige glitterzwammen vanRoosen, waarin je ook parasietenkunt zien die hun energie halen uitde levenssappen van de boom. In bre-dere zin kunnen de door mensen-

handen gemaakte zwammen ookeen verwijzing zijn naar de roof-bouw die mensen plegen op het landen de natuur. Die betrokkenheid bijhet landschap en (het ontstaan van)de wereld vind je ook terug in dekunst van Aboriginals.

Roosen: „Vooraf had ik mijn beden-kingen, maar het is frappant hoeveelraakvlakken er zijn, zoals het ge-bruik van echte boomstammen, desimpelheid en directheid van mate-riaal en vormen, en het toverachtigeen magische. En wat ik ook boeiendvind is dat ik door deze expositie metandere ogen naar mijn eigen werk gakijken. Je gaat het in een veel brederecontext zien.”

Petitjean hoopt dat de aanwezig-heid van Maria Roosen in het AAMUals een breekijzer zal werken enmeer Nederlandse kunstenaars kanverleiden tot een expositie. „Wa n tdeze tentoonstelling reikt natuurlijkverder dan het fenomeen schitteringin de kunst. Waar het uiteindelijkom draait is de vraag of je nog wel on-derscheid in de hedendaagse kunstkunt maken tussen westers en niet-westers. Persoonlijk vraag ik me af ofdat onderscheid niet is achter-haald.”

Maria Roosen

’Schittering’

’Schittering, een wereld van shim-mer, rarrk en glitter’, t/m 23 maartin het Aboriginal Art Museum, Ou-degracht 176, Utrecht. In de muse-umwinkel is de catalogus ’Schitte-ring’ te koop voor €17,95.w w w. a a m u . n l

Maria Roosen

Andsnes: ingeto-gen en weemoe-dig. FOTO SIMON FOW-LER

Wiard Witholt
Text Box
DAGBLAD TROUW 8-12-2007