Studiopubliek in Vlaanderen

4
20 WEEKEND DE STANDAARD ZATERDAG 2, ZONDAG 3 FEBRUARI 2008 Toeval of niet, de dag dat we Herman Van de Velde en z’n moeder interviewen, zit Schellebelle in het ochtendnieuws op de radio. In het Oost-Vlaamse dorp aan de Schelde heeft de storm van de voorbije nacht een puntgevel naar beneden geblazen. Wind en regen, het zal de rest van de dag zo blij- ven. Schellebelle, of all places. Het was voor moeder Livine, die in het stedelijke Lier was opgegroeid, een kleine cultuur- schok. Maar keuze was er niet, de man van haar leven werk- te in het korsettenatelier dat zijn ouders na de eerste We- reldoorlog hadden opgericht. Vrouw volgt man, zo ging dat in die tijd, en dus kwam Livine in Schellebelle terecht, waar ze de eerste vrouw was die met een auto reed en de slager haar vreemd aankeek toen ze 250 gram filet américain be- stelde. Het dorp was wennen, de schoonouders ook, al wil ze dat niet met zoveel woorden gezegd hebben. Livine is mild voor anderen, maar tussen de regels hoor je dat het ‘altijd wer- ken, werken, werken’ van de schoonfamilie niet haar le- vensmotto was. Thuis zitten was echter ook niets voor haar. Dus stapte ze mee in het bedrijf en vormde samen met haar man de perfecte tandem: hij het ontwerpen, zij de relaties. Voor of na de vele uren ontwierpen ze samen vijf kinderen. Herman, die nu de zaak leidt, is nummer twee in de rij. We nemen beelden van moeder en zoon in het atelier waar de korsetten intussen vervangen zijn door modieuze en kleurrijke beha’s. Tussen de vele naaisters die met precisie en geduld van kantjes en reepjes een beha maken, zit de dochter van Herman. Wie in het bedrijf wil, moet van nul beginnen. De familie geeft geen cadeaus aan eigen volk. Kroost en kantoor combineren, de dubbele dagtaak be- stond al voor ze een naam kreeg. Er zat voor Livine niets anders op dan de kinderen op internaat te sturen. Herman herinnert zich nog het verdriet van de eerste jaren. ‘Ik zou het niet meer doen’, zegt Livine, ‘maar het kon in die tijd niet anders. De zaak ging voor.’ Het verdriet van Herman sleet met de jaren en wat overbleef was trots, trots voor die dynamische vrouw met stijl die samen met z’n vader een bedrijf runde. Een familiebedrijf, het heeft charmes, maar ook schaduw- kanten. Probeer werk en gezin maar eens te scheiden als het werk familie is. Of probeer maar eens groot te worden met vader of moeder als werkgever. Een eigen leven vraagt afstand. Herman zocht die afstand in Afrika, maar keerde na twee jaar tot grote vreugde van Livine terug naar Schel- lebelle om te worden wat ze van jongs af in hem gezien had, een bedrijfsleider. De zaak draait goed, denk ik als we in de stijlvol ingerichte villa van Herman zitten. Maar het is ooit anders geweest. Toen de Dolle Mina’s hun beha’s verbrandden, zagen ze in Schellebelle de productie krimpen. Het zal ongetwijfeld spanningen met zich meegebracht hebben ten huize Van de Velde, maar Livine is de perfecte zakenvrouw. Over moei- lijkheden praat je niet. Ook over emoties krijgt Li- vine weinig gezegd. De tra- nen zitten de woorden in de weg. Haar man en zussen krijgen haar binnenkant wel te zien, haar kinderen niet. Op professioneel vlak staat Herman op gelijke voet, op emotioneel vlak blijft hij haar kleine jongen die ze niet wil belasten met haar emoties. Zo was haar moeder, zo is zij. Phara de Aguirre schrijft elke week een voorbeschouwing bij de programmareeks ‘Mijn Moeder.’ Canvas, zondag 3 februari, 20.55 uur MIJN MOEDER PHARA DE AGUIRRE HERMAN VAN DE VELDE – LIVINE VAN DER WEE Probeer maar eens groot te worden met vader of moeder als werkgever De habitués weten perfect waar ze moeten gaan zitten om in beeld te komen. © vrt JAN BOSTEELS, FOTO’S MICHIEL HENDRYCKX Afgelopen dinsdagavond bij De Laatste Show. In de studio van Videohouse is plaats voor 115 toe- schouwers. Meestal komt er maar een tachtigtal opdagen, zoals van- avond. Productiemedewerkster Lien Vandereycken houdt zich sa- men met twee stagiairs bezig met de constante zoektocht naar pu- bliek. Onlangs hebben ze mensen gebeld die in de buurt van de stu- dio wonen om hen uit te nodigen voor een opname. Wie in de buurt woont, wordt namelijk niet ge- hinderd door de files die het an- dere mensen zo moeilijk maken om rond 17 uur, het uur van opna- me, aanwezig te zijn. Als er bij De Laatste Show onver- wacht te weinig publiek komt op- dagen, is er nog altijd een laatste redmiddel: de habitués. Opwar- mer en applausmeester Sven de Leijer monstert het publiek. Er zitten nogal wat nieuwkomers op de bankjes. Anderen zijn voor Sven, en misschien zelfs voor sommige kijkers, bekende gezich- ten. ‘Die meneer zit hier vier da- gen per week. En die zie ik vaker dan mijn eigen moeder’, grapt Sven tegen het publiek. Niet alle habitués komen elke dag, blijkt als we ze even voor de opname aanspreken. Gustaaf en Marcella Costers en Levin en Su- zanne Stels zijn er al bij van toen Bruno Wyndaele de show nog presenteerde. Sinds ze gepensio- neerd zijn, woont het clubje van vier geregeld de opnames van een studioprogramma bij. Wat trekt hen daarin aan? ‘We doen het vooral om onder de mensen te komen’, zegt Levin Stels. ‘Intussen kennen we hier al heel wat volk.’ Het plezier om je- zelf op tv te zien, speelt dat een rol? ‘In het begin deden we het daarvoor, maar die tijd is voorbij’, zegt Gustaaf. Bij het betreden van de studio blijkt nochtans dat de habitués maar al te goed weten waar ze moeten zitten om in beeld te komen. ‘In de familie zeg- gen ze weleens: “Als ik de tv aan- zet, zie ik jou” ‘, lacht Suzanne. Voor deze habitués volgt na de op- name van het programma nog het nagenieten thuis. ‘We nemen het programma op en bekijken het dan opnieuw. Dan kijken we hoe we eruitzien op tv’, zegt Marcella. Op tv komen: het is een hobby als een andere. Soms spelen Levin en Gustaaf ook een actievere rol op het scherm. Beide mannen zijn niet alleen bekend van praat- shows, ze figureren ook in fictie- series. De Laatste Show is trou- wens maar hun eerste program- ma vanavond. Straks trekken bei- de paren nog naar Phara. Om 17.30 uur in De Laatste Show, om 20.30 uur bij Phara: het lijkt wel de agenda van een minister, of van een BV die een nieuw plaatje heeft uitgebracht. Maar het is niet allemaal rozen- geur en maneschijn. Hoe hard ze ook proberen, deze trouwe stu- diokijkers raken nooit binnen bij grote shows als Debby en Nancy’s Happy Hour. ‘Ze vragen onze leeftijd als we ons willen inschrij- ven, ik denk dat we te oud zijn’, klaagt Gustaaf. ‘Ook bij VT4 han- Studiopub MENSELIJK DECOR: VAN GEACHT PUBLIEK Hebt u zich weleens afge- vraagd waar ze de mensen vin- den die als opvulpubliek die- nen bij de vele praatprogram- ma’s op tv? Mensen die op commando klappen of aan- dachtig meeluisteren, zijn niet altijd makkelijk te vinden.

description

Wie zijn de mensen die de bankjes vullen van De Laatste Show en andere tv-programma's? Met een uit Nederland overgewaaide term worden ze weinig respectvol als 'klapvee' betiteld.

Transcript of Studiopubliek in Vlaanderen

Page 1: Studiopubliek in Vlaanderen

20 WEEKEND DE STANDAARDZATERDAG 2, ZONDAG 3 FEBRUARI 2008

Toeval of niet, de dag dat we Herman Van de Velde en z’nmoeder interviewen, zit Schellebelle in het ochtendnieuwsop de radio. In het Oost-Vlaamse dorp aan de Schelde heeftde storm van de voorbije nacht een puntgevel naar benedengeblazen. Wind en regen, het zal de rest van de dag zo blij-ven. Schellebelle, of all places. Het was voor moeder Livine, diein het stedelijke Lier was opgegroeid, een kleine cultuur-schok. Maar keuze was er niet, de man van haar leven werk-te in het korsettenatelier dat zijn ouders na de eerste We-reldoorlog hadden opgericht. Vrouw volgt man, zo ging datin die tijd, en dus kwam Livine in Schellebelle terecht, waarze de eerste vrouw was die met een auto reed en de slagerhaar vreemd aankeek toen ze 250 gram filet américain be-stelde. Het dorp was wennen, de schoonouders ook, al wil ze datniet met zoveel woorden gezegd hebben. Livine is mild vooranderen, maar tussen de regels hoor je dat het ‘altijd wer-ken, werken, werken’ van de schoonfamilie niet haar le-vensmotto was. Thuis zitten was echter ook niets voor haar.Dus stapte ze mee in het bedrijf en vormde samen met haarman de perfecte tandem: hij het ontwerpen, zij de relaties.Voor of na de vele uren ontwierpen ze samen vijf kinderen.Herman, die nu de zaak leidt, is nummer twee in de rij. We nemen beelden van moeder en zoon in het atelier waarde korsetten intussen vervangen zijn door modieuze enkleurrijke beha’s. Tussen de vele naaisters die met precisieen geduld van kantjes en reepjes een beha maken, zit dedochter van Herman. Wie in het bedrijf wil, moet van nulbeginnen. De familie geeft geen cadeaus aan eigen volk. Kroost en kantoor combineren, de dubbele dagtaak be-stond al voor ze een naam kreeg. Er zat voor Livine nietsanders op dan de kinderen op internaat te sturen. Hermanherinnert zich nog het verdriet van de eerste jaren. ‘Ik zouhet niet meer doen’, zegt Livine, ‘maar het kon in die tijdniet anders. De zaak ging voor.’ Het verdriet van Hermansleet met de jaren en wat overbleef was trots, trots voor diedynamische vrouw met stijl die samen met z’n vader eenbedrijf runde. Een familiebedrijf, het heeft charmes, maar ook schaduw-kanten. Probeer werk en gezin maar eens te scheiden alshet werk familie is. Of probeer maar eens groot te wordenmet vader of moeder als werkgever. Een eigen leven vraagtafstand. Herman zocht die afstand in Afrika, maar keerdena twee jaar tot grote vreugde van Livine terug naar Schel-lebelle om te worden wat ze van jongs af in hem gezien had,een bedrijfsleider. De zaak draait goed, denk ik als we in de stijlvol ingerichtevilla van Herman zitten. Maar het is ooit anders geweest.Toen de Dolle Mina’s hun beha’s verbrandden, zagen ze inSchellebelle de productie krimpen. Het zal ongetwijfeldspanningen met zich meegebracht hebben ten huize Van deVelde, maar Livine is de perfecte zakenvrouw. Over moei-lijkheden praat je niet. Ook over emoties krijgt Li-vine weinig gezegd. De tra-nen zitten de woorden in deweg. Haar man en zussenkrijgen haar binnenkantwel te zien, haar kinderen niet. Op professioneel vlak staatHerman op gelijke voet, op emotioneel vlak blijft hij haarkleine jongen die ze niet wil belasten met haar emoties. Zowas haar moeder, zo is zij.

Phara de Aguirre schrijft elke week een voorbeschouwing bij deprogrammareeks ‘Mijn Moeder.’Canvas, zondag 3 februari, 20.55 uur

MIJN MOEDERPHARA DE AGUIRRE

HERMAN VAN DE VELDE –LIVINE VAN DER WEE

Probeer maar eens grootte worden met vader ofmoeder als werkgever

De habitués weten perfect waar ze moeten gaan zitten om in beeldte komen.

© vrt

JAN BOSTEELS,FOTO’S MICHIEL HENDRYCKXAfgelopen dinsdagavond bij

De Laatste Show. In de studio vanVideohouse is plaats voor 115 toe-schouwers. Meestal komt er maareen tachtigtal opdagen, zoals van-avond. ProductiemedewerksterLien Vandereycken houdt zich sa-men met twee stagiairs bezig metde constante zoektocht naar pu-bliek. Onlangs hebben ze mensengebeld die in de buurt van de stu-dio wonen om hen uit te nodigenvoor een opname. Wie in de buurtwoont, wordt namelijk niet ge-hinderd door de files die het an-dere mensen zo moeilijk makenom rond 17 uur, het uur van opna-me, aanwezig te zijn. Als er bij De Laatste Show onver-wacht te weinig publiek komt op-dagen, is er nog altijd een laatsteredmiddel: de habitués. Opwar-mer en applausmeester Sven deLeijer monstert het publiek. Erzitten nogal wat nieuwkomers opde bankjes. Anderen zijn voorSven, en misschien zelfs voorsommige kijkers, bekende gezich-ten. ‘Die meneer zit hier vier da-gen per week. En die zie ik vakerdan mijn eigen moeder’, graptSven tegen het publiek.Niet alle habitués komen elkedag, blijkt als we ze even voor de

opname aanspreken. Gustaaf enMarcella Costers en Levin en Su-zanne Stels zijn er al bij van toenBruno Wyndaele de show nogpresenteerde. Sinds ze gepensio-neerd zijn, woont het clubje vanvier geregeld de opnames van eenstudioprogramma bij. Wat trekthen daarin aan?‘We doen het vooral om onder demensen te komen’, zegt LevinStels. ‘Intussen kennen we hier alheel wat volk.’ Het plezier om je-zelf op tv te zien, speelt dat eenrol? ‘In het begin deden we hetdaarvoor, maar die tijd is voorbij’,zegt Gustaaf. Bij het betreden vande studio blijkt nochtans dat dehabitués maar al te goed wetenwaar ze moeten zitten om inbeeld te komen. ‘In de familie zeg-gen ze weleens: “Als ik de tv aan-zet, zie ik jou” ‘, lacht Suzanne. Voor deze habitués volgt na de op-name van het programma nog hetnagenieten thuis. ‘We nemen hetprogramma op en bekijken hetdan opnieuw. Dan kijken we hoewe eruitzien op tv’, zegt Marcella.Op tv komen: het is een hobby alseen andere. Soms spelen Levin enGustaaf ook een actievere rol ophet scherm. Beide mannen zijnniet alleen bekend van praat-shows, ze figureren ook in fictie-series. De Laatste Show is trou-

wens maar hun eerste program-ma vanavond. Straks trekken bei-de paren nog naar Phara. Om17.30 uur in De Laatste Show, om20.30 uur bij Phara: het lijkt welde agenda van een minister, ofvan een BV die een nieuw plaatjeheeft uitgebracht.Maar het is niet allemaal rozen-geur en maneschijn. Hoe hard zeook proberen, deze trouwe stu-diokijkers raken nooit binnen bijgrote shows als Debby en Nancy’sHappy Hour. ‘Ze vragen onzeleeftijd als we ons willen inschrij-ven, ik denk dat we te oud zijn’,klaagt Gustaaf. ‘Ook bij VT4 han-

StudiopubMENSELIJK DECOR: VAN GEACHT PUBLIEK

Hebt u zich weleens afge-vraagd waar ze de mensen vin-den die als opvulpubliek die-nen bij de vele praatprogram-ma’s op tv? Mensen die opcommando klappen of aan-dachtig meeluisteren, zijn nietaltijd makkelijk te vinden.

Page 2: Studiopubliek in Vlaanderen

21WEEKENDDE STANDAARDZATERDAG 2, ZONDAG 3 FEBRUARI 2008

x x

teren ze een leeftijdsgrens. Zewillen dat er alleen jong publiekin beeld komt.’Soms worden de vier zelfs te elf-der ure nog afgebeld, zoals diekeer toen Sven Nys twee bussensupporters had meegebrachtnaar De Laatste Show. ‘We ken-nen hem nochtans: hij woont bijons in de buurt’, zucht Suzanne.Ook Erik Vanhaecht is een trouwebezoeker van televisie-opnames:maandag en dinsdag zijn z’n DeLaatste Show-dagen. Met zijngrijzende haren is hij niet overaleven welkom. ‘Bij De LaatsteShow valt de vleeskeuring nog

goed mee’, zegt hij. ‘Bij Het Swing-paleis en De Notenclub werdenvan tevoren briefjes uitgedeeld.De mensen die er een kregen,mochten het eerst binnen. De restmoest achteraan staan.’Erik geeft de voorkeur aan humo-ristische programma’s. ‘Die zijnvaak leuker in de studio dan op tv,omdat je er meer bij betrokkenbent. Ook bij De Laatste Show isdat het geval. Wat je straks op tvziet, is een bondige samenvattingvan wat wij hier vandaag beleefdhebben.’Van een opname van anderhalfuur komt inderdaad maar drie

kwartier op tv. Niet alleen de ver-sprekingen van Frieda, de herne-mingen voor de camera en detwee extra takes van de eindsongzitten er niet meer in. Er sneuveltook weleens een goede grap ofeen hele flard gesprek. ‘Live is hetveel leuker om mee te maken’,vindt Erik. ‘Soms vallen er film-pjes weg. Jammer, want daar istoch een hele dag aan gewerkt.’De camerajongens en -meisjes ne-men plaats achter hun toestel, op-warmer Sven De Leijer legt evenuit waar we aan toe zijn. ‘Julliezitten achter Frieda en jullie zijnallemaal zot van Frieda.’

Behalve aandachtig enthousiastin beeld zitten – geen eenvoudigeopgave, met al die camera’s op jegericht – heeft het studiopublieknog een veel belangrijker functie:applaudisseren. Dat heeft nietnoodzakelijk met spontaniteit temaken. Het is veel simpeler dandat: als Sven applaudisseert, ap-plaudisseert iedereen. En als hijzijn handen langzaam laat zak-ken, is het afgelopen. Er wordt ge-oefend. ‘Dat is al een goed ap-plaus voor in De Zevende Dag,maar hier verwachten we wel watmeer,’ grapt Sven, wellicht nietvoor de eerste keer.

liek gezochtTOT BETAALD KLAPVEE

‘De Laatste Show is maar ons eerste programma vanavond. Straks trekken we nog naar Phara.’

I N D E FA M I L I E Z EG G E N Z EW E L E E N S : ‘A LS I K D E T V

A A N Z E T, Z I E I K J O U ’

Page 3: Studiopubliek in Vlaanderen

22 WEEKEND DE STANDAARDZATERDAG 2, ZONDAG 3 FEBRUARI 2008

OB

3451

2

10 weken lang op

Hilde De Baerdemaeker in gesprek met spraakmakende Vlaamse architecten. Een bezoek aan 10 toonaangevende woningen.

bouwmeesters

Het De Zevende Dag-arrangement

Hoe moeilijk is het om op eenzondagochtend mensen naar deReyerslaan te krijgen? RedactriceJenny Willems houdt zich al twin-tig jaar deeltijds bezig met pu-bliekswerving voor De ZevendeDag. ‘De enige moeilijke periodeszijn januari en begin september.Januari vanwege de vele feestenen recepties. Voor ons geen pro-bleem, want wij kunnen dan te-rugvallen op onze habitués.’De Zevende Dag heeft ook een an-der geheim wapen: een gesubsidi-eerd arrangement, waarbij hetstudiopubliek achteraf getrak-teerd wordt op een wijkwande-ling van de gidsenverenigingBrukselbinnenstebuiten. Afgelo-pen zondag was de studio volle-dig gevuld met mensen die voordeze formule waren ingeschre-ven.Jo de Clercq, beter bekend als Jomet de Banjo, is de meest ervarenpublieksopwarmer en applaus-meester van het land. Waaromhebben zoveel programma’s perse een studiopubliek nodig? ‘Alsregisseurs me die vraag stellen,pleit ik altijd voor publiek. Ik zalu zeggen waarom. Met een pu-bliek in de studio krijg je een tem-peratuur van actie en reactie tus-sen presentatoren en geïnter-viewde, iets wat je niet hebt bijkoud camerawerk. In De Zevende

Dag gedragen ministers zich an-ders. Ze willen scoren tegenoverhun directe kijkers, die rondomhen zitten. De spanning is groteromdat het publiek in de studioluistert en reageert. Bij de opwar-ming laat ik ook voelen dat wewillen dat mensen reageren. AlsBen Crabbé in Blokken een mopjetapt ook: het is ontzettend be-langrijk dat mensen snel reage-ren op woordspelingen – en Benkan zo ongelukkig kijken als delach te laat komt. Die interactie isde magic van Blokken.’Hoeveel mensen heb je nodig omdat warme effect te bereiken?‘Minstens vijftig. Anders klinkthet als decor, plastic. Dan zittende mensen te ver van elkaar enontstaat er geen groepsgevoel.Het is zoals een café dat vol zit,

dat is leuk. Als er te veel volk komtopdagen voor een opname, ben ikblij: Yes! De kijker voelt het trou-wens als een programma niet vol-loopt, dan scheelt er iets. Zo ont-staat een sneeuwbaleffect, wantdan krijgen ze ook geen zin omnaar de studio te komen. Weet u,soms heeft men te weinig oogvoor het studiopubliek. Je moetze verzorgen, dan komen ze terug.In Nederland spreekt men bot-weg over klapvee. Maar als jemensen zo gaat behandelen, dankomen ze maar één keer.’

De Phara-affaire

Ook bij het jonge Canvas-pro-gramma Phara laat het tekort aanstudiopubliek zich voelen. Eind-redactrice Greet Nagels vertelt:‘Onze publiekstribunes zijn wat

groot uitgevallen. Soms komen erte weinig mensen opdagen, maargewoonlijk zitten we wel rond devijftig. Het is moeilijk om mensennaar de VRT-gebouwen te lokken.We verzorgen het publiek andersgoed, met gratis drankjes, hapjesen een dj, maar toch. Ons pro-gramma wordt gekenmerkt dooreen steedse sfeer en zou volgensmij meer publiek lokken als wemidden in de stad konden opne-men, waar een geïnteresseerd pu-bliek spontaan zou binnenlopen.’ Bij gebrek daaraan doet het pro-gramma een beroep op een externbureau, Kimcasting, dat tegen be-taling publiek levert. Waar rekru-teren zij hun mensen? Kim De-schacht vertelt: ‘Wij casten in deeerste plaats modellen en ac-teurs, maar beschikken ook over

een bestand van 4.000 personendie worden ingezet als figurantenvoor film, televisie en publiciteit.Als zij via ons een goedbetaaldeshoot of figuratie achter de rughebben, vragen we hen weleensom iets voor ons terug te doen:voor geen of zeer weinig geld inhet publiek van een programmazitten. Voor Phara bel ik mensenmet een verstandige uitstraling,die rustig en geïnteresseerd ophun stoel kunnen zitten, voor HetSwingpaleis natuurlijk een heelander type.’Mensen die via het castingbureauworden ingeschakeld om naarPhara te komen, krijgen een ver-goeding van 10 euro, al ziet Kimdat niet zo. ‘Publiek wordt nietbetaald, daarom is het zo moeilijkte vinden. Wat wij doen, is een

‘Met publiek in de studio krijg je een wisselwerking tussen presentator en gast die je met koud camerawerk nooit hebt.’

‘WE NEMENHETPROGRAMMA OP EN BEKIJKENTHUIS HOEWE ERUITZIENOP TV’

Je hebt een publiek van minstens vijftig mensen nodig, anders ontstaat ergeen groepsgevoel.

Page 4: Studiopubliek in Vlaanderen

23WEEKENDDE STANDAARDZATERDAG 2, ZONDAG 3 FEBRUARI 2008

Volgende week komt de film John Rambo inroulatie. De intussen 61-jarige Rambo, werk-zaam als smidje smee in Thailand, krijgt bezoekvan christelijke missionarissen. Ze willen stie-kem de Birmese grens over en vragen Ramboom hen te gidsen. Nadien verneemt hij dat zegevangengenomen werden. Slechts één man

kan hen redden uit de klauwen van de wrede militairen.John Rambo. Enzovoort.Even ieders kennis opfrissen. Dit is de vierde Rambofilm.In First Blood (1982) wordt de Vietnamveteraan Rambodoor een sherrif op stang gejaagd tot zijn stoppen door-slaan. Rambo vlucht de bossen in en past op zijn belagerszijn jungletechnieken uit Zuid-Oost-Azië toe. In Rambo II(1985) gaat hij terug naar Vietnam, om er achtergeblevenAmerikaanse krijgsgevangenen te bevrijden. Rambo III isopgedragen aan ‘the gallant people of Afghanistan’. Metdat ‘dappere volk’ zijn de moedjahedien bedoeld, die onslater de taliban schonken. Samen met deze moslimrebellenbestrijdt Rambo de buitenlandse bezetter. Dat was in 1988.Hoog tijd dat die film nog eens op tv komt.Nu is er dus John Rambo. Vijand en locatie zijn, politiekgezien, goed gekozen. Een onsmakelijke junta die zichzelfde SLORK noemt, dat is erom vragen. Het loont de moeite om de trailer op internet alvast te be-kijken. Rambo deel vier is, u weze gewaarschuwd, geweld-dadig, goor en regenachtig. Zoals een echte oorlog, maardan verpakt als entertainment. Het bijzondere is dat je nadien het gevoel hebt dat je de helefilm gezien hebt. De trailer balt het verhaal samen in eenpaar minuten, ontdaan van ballast zoals dialogen en con-texten. Toch begrijp je moeiteloos waar het om draait.Dat komt doordat Rambo IV gebouwd is op de ‘monomy-the’. Alle scenaristen kennen de monomythe. Alle filmkij-kers ook. De monomythe is een volgorde van vaste verwik-kelingen die het grondplan vormen van alle succesvolleavonturen- en actiefilms. Ik zal u niet vervelen door dat schema van a tot z te ontvou-wen. Laat ik volstaan met aan te geven hoe een avontuurtypisch begint. (1) Een gebeurtenis haalt de hoofdpersoonuit zijn gewone doen – dit is ‘de oproep tot avontuur’. (2) Deheld stribbelt tegen. (3) Iemand met morele autoriteit geeftduiding. (4) Een schokkend voorval duwt de held over dedrempel. (5) Het avontuur schiet in gang. De taak van scenaristen is om met dit schema te spelen enhet tegelijk intact te laten. In het bijzonder in cowboy-, oor-logs- en sciencefictionfilms kun je er, als kijker, een spelle-tje van maken om de herkenningspunten af te vinken. Demorele autoriteit (3) bijvoorbeeld, wordt in de eerste StarWars ingevuld door Obi Wan Kenobi, in The Matrix doorMorpheus, in Alien door de boordcomputer Mother. Laten we nu hoog spel spelen. Als Rambo IV berust op demonomythe, moet het doenbaar zijn over de film bewerin-gen te doen zonder hem gezien te hebben.Voorspelling 1: Rambo zal pijn lijden. De monomytheschrijft voor dat de held in de loop van het avontuur fysiekop de proef wordt gesteld, en mogelijks zwaar gewondraakt. In First blood herstelt Rambo zichzelf met naald endraad. In Rambo II wordt hij elektrisch gefolterd. In Ram-bo III schroeit hij eigenhandig een blessure dicht. We mo-gen iets soortgelijks verwachten in Rambo IV.Voorspelling 2: Rambo zal beschikking krijgen over eenwonderwapen. Dat overkomt helden altijd. Dat kan gaanvan een toverspreuk, een magisch zwaard, een puike sixs-hooter, tot een hitech gadget. In Rambo II was het een boogmet exploderende pijlen. Voorspelling 3: een held, zelfs een eenzaat als Rambo, heeftrecht op een helper. In de trailer is daar geen spoor van tebekennen. Toch durf ik te beweren dat Rambo zal kunnenrekenen op een medestander.De monomythe werkt. Maar waar komt ze vandaan? Waar-om is het publiek dol op verhalen over iemand die bereid iste lijden om zijn volk naar verlossing te leiden? Dat klinktheel messiaans, maar de monomythe is ouder dan hetchristendom. Ze schraagt ook legenden en mythen van ou-de volkeren in andere uithoeken van de wereld. Wellicht isde monomythe het bezinksel van duizenden jaren vertel-lingen rond het kampvuur. Entertainers gooiden aangedik-te verhalen over voorvaderen in de groep. Ze behielden watwerkte, gooiden weg wat niet aansloeg. Daaruit kristalli-seerde zich de monomythe, tegelijk een cataloog van eigen-schappen die de stam ten goede komen. Twijfels overwin-nen. Pijn kunnen lijden. Autoriteit aanvaarden. Beslissin-gen durven nemen. We mogen Rambo gerust een militaris-tische, gestoorde zak vinden. Maar de waarheid en krachtvan de monomythe zijn onmiskenbaar.

Om de twee weken peilt Filip Huysegems naar de diepere beteke-nis van trends, reclame, kledinghypes, popsongs, tv-verschijnse-len en überkitsch.

- ONLINEwww.standaard.be/rambo

DOKTER PULPFILIP HUYSEGEMS

RAMBO VIER

deel van onze fee afstaan aan demensen. Het dient vooral om debenzine terug te betalen en het iseen manier om hen te bedankenomdat we zo goed op hen kunnenrekenen.’Bij Phara zit men een beetje ver-veeld met het feit dat de figuran-ten van Kimcasting een vergoe-ding krijgen en het eigen publiekniet. ‘We hebben het ook nogmaar pas gehoord. Voorlopig heb-ben we besloten het zo te laten’,zegt Nagels. ‘We hebben niet ge-noeg mankracht om zelf actiefnaar publiek te zoeken.’Jo de Clercq vindt het geen goedeevolutie. ‘Betaald publiek, daarheb ik moeite mee. Ik ben ervanovertuigd dat er voor elk pro-gramma potentieel genoeg stu-diopubliek te vinden is. Alleen

moet je de juiste kanalen aanbo-ren. Publieksregie is een vakapart geworden. Je moet er werkvan maken. Voor een programmaals Phara denk ik aan leden vanpolitieke partijen, jeugdafdelin-gen, noem maar op. Het lijkt menuttiger om mensen te betalenom publiek te vinden dan om fi-guranten te betalen. Anders blijfje bezig.’Vast studiopubliek dat denkt als-nog een centje mee te pikken doorzich via Kimcasting aan te mel-den, komt van een koude kermisthuis. Kim Deschacht: ‘Het zijnalleen de mensen die al langer bijons ingeschreven zijn, die wehiervoor inschakelen. Mensendie zich zelf bij een productie aan-melden, weten van tevoren dat zegeen vergoeding ontvangen.’