STICHTING MANEGE SEURENHEIDErecreatieve voorop staat. Er zijn echter meer redenen: het paard kan men...

15
STICHTING MANEGE SEURENHEIDE EEN MANEGE MET EEN MISSIE HET VERLEDEN HET HEDEN DE MENSEN

Transcript of STICHTING MANEGE SEURENHEIDErecreatieve voorop staat. Er zijn echter meer redenen: het paard kan men...

Page 1: STICHTING MANEGE SEURENHEIDErecreatieve voorop staat. Er zijn echter meer redenen: het paard kan men als oefentoestel zien. Het rijden is een welkome afwisselingen bij het werken met

Stichting Manege Seurenheideeen Manege Met een MiSSiehet verleden • het heden • de MenSen

Page 2: STICHTING MANEGE SEURENHEIDErecreatieve voorop staat. Er zijn echter meer redenen: het paard kan men als oefentoestel zien. Het rijden is een welkome afwisselingen bij het werken met

helpt dat je om ook in je leven je evenwicht te vinden.' Jules Nabben

'Als je lichamelijk je evenwicht

moet zoeken op de rug van een paard,

Het is 40 jaar geleden dat de Stichting Recreatie en Natuurbehoud werd opgericht, met het bevorderen van paardrijden voor mindervaliden als doel. Naderhand is de naam omgedoopt in Stichting Manege Seurenheide maar de doelstelling is ge-handhaafd. En al die jaren is het met vallen en opstaan gelukt om een grote groep mindervaliden uit de wijde omtrek wekelijks te kunnen laten paardrijden. Dat is een bijzondere prestatie gelet op de vele tegenslagen waarmee we in al die jaren te maken hebben gehad. Maar door de vasthoudendheid van een groot aantal mensen en organisaties, van deze kant én van de andere kant van de Maas, is het gelukt om overeind te blijven. Sterker nog: onder de slogan “Houd de gehandicap-ten in het zadel” is het de laatste jaren gelukt om een onze positie te verstevigen. Dat geeft ons veel vertrouwen in de toekomst.

In dit magazine wordt de geschiedenis van Seurenheide beschreven aan de hand van een aantal interviews. Daaruit blijkt dat dit soort initiatieven alleen maar kunnen bestaan dankzij de inzet van een groot aantal personen waarbij ik in ieder geval wil verwijzen naar de jarenlange enthousiaste inzet van tientallen vrijwilli-gers. Tot die vrijwilligers behoren ook de bestuursleden waarvan een aantal al een groot aantal jaren zich geheel belangenloos inzet. Daarnaast heeft Seurenheide vele jaren financiële ondersteuning mogen ontvangen van het Bisdom Roermond, de Zusters van Onze Lieve Vrouw van Tegelen en een groot aantal service-clubs, particulieren en gemeentes. Wij zijn hen veel dank verschuldigd en we hopen ook de komende jaren op hun steun te mogen rekenen.

Tot slot stellen we met veel respect vast dat het bestaan van Seurenheide voor het grootste deel afhankelijk is geweest van de inzet van Ria en Toon Janssen. Hun tomeloze inzet en toewijding, tot op de dag van vandaag, is meer dan bewonde-renswaardig.

Namens het bestuur dank ik een ieder die heeft meegewerkt aan dit magazine, niet in de laatste plaats de redacteur Mirjam van Gogh.

Mei 2013Antoine WintelsVoorzitter Stichting Manege Seurenheide

Voorwoord

InhoudHoe het begon: Kasteel Well ......................................................4Interview: Toon en Ria Janssen ..................................................8Een nieuwe start. Een nieuwe locatie .........................................9De verzakelijking. De jaren ‘90 ....................................................13Een nieuw hoofd. Van vader op zoon ...........................................14Interview: Paul Janssen en Sanne van Mullekom .......................16‘Echt keileuk!’ Lessen voor mindervaliden .................................18Verhaal. Johan's maandagavond: rijles! ....................................21Equitherapie.Therapie met paarden ...........................................24Interview: Fleur Lankveld ............................................................25Ingezonden brieven .....................................................................26

2 3

Page 3: STICHTING MANEGE SEURENHEIDErecreatieve voorop staat. Er zijn echter meer redenen: het paard kan men als oefentoestel zien. Het rijden is een welkome afwisselingen bij het werken met

Manege Seurenheide in jaartallen

1972Jules Nabben trekt met dertig paarden in kasteel Well. Ditzelfde jaar treedt Toon Janssen, vader van de huidige beheerder, in dienst.

1981In optocht verhuizen familie Janssen en zo’n twintig paarden van kasteel Well naar manege Seurenheide aan ‘t Leuken.

2001Paul Janssen, de zoon van Toon Janssen, gaat de manege exploiteren. De manege wordt omgedoopt tot Ruitersportcentrum Seurenheide, waar ook de springstal van Paul onderdeel van wordt.

1973Stichting Recreatie en Natuur-behoud (later Stichting Manege Seurenheide) wordt opgericht. Een doel van de stichting is het bevorderen van paardrijden voor mindervaliden.

1976Oprichting van de werkgroep; zes betrokken ruiters die ondersteunen in de organisatie, promotie en geldinzameling.

1979Stichting Recreatie en Natuurbehoud neemt het beheer van de manege over van Jules Nabben. Het streven is om de bouw van een nieuwe manege te realiseren.

1997Er ontstaan problemen met de transportkosten voor de mindervalide ruiters. Een periode van zwaar financieel weer bereikt een hoogtepunt.

2008Sanne van Mullekom, de huidige partner van Paul, gaat onderdeel uitmaken van het bedrijf. Met vernieuwde energie komt de rijschool weer tot bloei.

1970 1975 1985 1995 2000 2005 20101980 1990

Er was eens een kasteel met daarin dertig Arabische paarden…

Het klinkt als een sprookje. Maar dit is het begin van manege Seurenheide. Het is 1972, het jaartal waarop geestelijke en oud-do-cent Jules Nabben na zijn pensionering zijn intrek neemt in kasteel Well. Hij komt niet

alleen. In zijn kielzog neemt paardenlief-hebber Nabben dertig Arabische paarden mee, waaronder de witte hengst Gashmir.

Nabben heeft een droom. Hij wil een plek hebben waar paardrijles gegeven wordt aan íedereen; jong en oud, valide en minderva-lide. En hij had nog een droom: een grote

stoeterij beginnen, met wel driehonderd paarden.

Kasteel Well is de plek waar Nabben probeert zijn dromen te verwezenlijken. Het beheer van het kasteel komt in zijn handen. Op dat moment wonen drie zusters en een groep moeilijk opvoedbare jongens

van het Regionaal Vormingscentrum van Noord-Limburg daar.

De jongens staan onder de strenge leiding van de zusters. Maar in de avonduurtjes mogen ze rijden op de paarden van Nabben. Iets waar Nabben groot voorstander van is. Hij is overtuigd dat het paardrijden goed is

voor de jongens, zowel fysiek als psychisch. Nabben zelf is op dat moment slecht ter been en bijna blind. Hij heeft een rechter-hand nodig. Iemand die zowel de paarden kan verzorgen als de rijlessen kan geven. Iemand die zijn dromen deelt. Op 8 augus-tus 1972 treedt een jongeman in dienst: Toon Janssen.

1972 Hoe het begon: Kasteel Well

De taken van Toon zijn omvangrijk. Hij verzorgt de paarden, geeft les aan kinderen en volwassenen en traint de jonge dieren. Zijn werkdag begint elke mor-gen om zeven uur, zeven dagen in de week.

Overdag zijn de lessen voor particulieren, die van-uit Nijmegen tot Venlo naar kasteel Well komen. Op dinsdagmorgen krijgt een vrouwengroepje uit het dorp les. Het elitegroepje. Zo noemen Toon en zijn vrouw Ria ze gekscherend, omdat ze na de les altijd een glaasje Amaretto drinken. Ondanks de bijnaam van deze dames, wordt er voor niemand verschil gemaakt. Iedereen wordt bij de voornaam genoemd: arm of rijk, arts of bouwvakker. In de avonduren krijgen de jongeren uit het vor-mingscentrum les. Hoewel de jongens vooral plezier hebben, krijgen ze ongemerkt een stukje opvoeding mee. Ze leren luisteren, zowel naar Toon als naar de

paarden. Als je een paard de verkeerde hulpen geeft of te brutaal bent, dan raakt het in verzet - zeker de Arabieren. Arabieren zitten vol temperament, maar zijn ook heel eerlijk. De voorbeelden zijn talloos van de brutale ruiters die in de hoek zijn gegooid. Maar zit er diezelfde middag een kind op zijn rug, dan is het dier zo mak als een lammetje.

De TiendschuurDe dertig paarden staan gestald in de Tiendschuur (1609). Hier is ook de kleine binnenmanege van zes bij twintig meter. De dakleggers zijn zo laag, dat je tijdens het springen het hoofd moet intrekken om deze niet te stoten. De paarden staan aan weerskanten van de bak.

Ondanks de beperkte ruimte is er een barretje, met één tafel en een koelkast. Over het afrekenen wordt niet moeilijk gedaan. Aan het einde van de avond telt

Ria de lege flesjes en deelt dit door het aantal ruiters.

In de buitenbak van twintig bij veertig meter hebben de ruiters wat meer ruimte. Maar bij regen wordt de grond snel te drassig. Zonder morren kruipt iedereen dan weer samen in de Tiendschuur.

Groter groeien

De Tiendschuur

Elk jaar komen er veulens bij, zonder dat Nabben paarden verkoopt. Er ontstaat ruimtegebrek. Toon denkt graag in praktische oplossingen. Hij neemt hamer en zaag ter hand en zo verandert een glazen tuinhuis van vier bij zes meter in een nieuwe stal.

Niet alleen het aantal paarden groeit. Ook het aantal ruiters en de activiteiten nemen toe. Elke zondag zijn er buitenritten, in de zomer ruiterkampen en het hele jaar door wedstrijden.

Jules Nabben

Lees verder op pagina 64 5

Page 4: STICHTING MANEGE SEURENHEIDErecreatieve voorop staat. Er zijn echter meer redenen: het paard kan men als oefentoestel zien. Het rijden is een welkome afwisselingen bij het werken met

In 1976 zetten zes betrokken ruiters een werkgroep op. Zij nemen de organisatie van de activiteiten onder hun hoede. Ook regelen ze publiciteit, waardoor het aantal ruiters nog meer groeit. En tussendoor zamelen ze ook nog extra geld in. Bijvoorbeeld om voldoende tuigage te kopen. Al werden dergelijk te-korten net zo makkelijk praktisch verholpen; met een stuk touw om een halster heb je ook een hoofdstel.

(Krantenartikel: Gehandicapte kinderen rij-den paard bij wijze van recreatie en thera-pie, 30 augustus 1973) “In de buitenmanege van kasteel Well stappen bedaard een zestal paarden rond. Het is een zonnige zomermiddag, die de muren van het kasteel in een rijk geschakeerd licht zet en de schaduwen van de oude bomen traag doet tasten over het gras en het water van de gracht. (...) Een gehandicapte te paard is geen gehandicapte meer. Het is een kwestie van ontspanning in een ongedwongen sfeer als van balansvorming: het contact met het paard brengt het kind zelfvertrouwen bij en leert het losjes te zitten zonder hulpmidde-len en mee te bewegen met het paard. Er zijn kinderen bij die amper hun benen kunnen gebruiken, die niet zonder steun aan een tafel kunnen zitten, en die nu met geen ander houvast dan de teugels overeind blijven.”

(Krant: Meer mogelijkheden voor de gehan-dicapte ruiters, 2 juni 1981)“‘Het idee om met gehandicapten te gaan paardrijden is in feite gegroeid uit gedachten van de afdeling fysiotherapie van Maria Auxiliatrix’, aldus dokter De Beer [hoofd medi-sche dienst]. ‘Er zijn veel oogmerken om dit te gaan doen waarbij voor de ruiter zelf het recreatieve voorop staat. Er zijn echter meer redenen: het paard kan men als oefentoestel zien. Het rijden is een welkome afwisselingen bij het werken met oefentoestellen. En er komen nog enkele psychologische effecten om de hoe kijken. Zo is er de verantwoorde-lijkheid voor het paard; een gedachte die de gehandicapte meekrijgt. Verder is er nog een belangrijk ander aspect: de meeste rolstoelpatiënten moeten bijna altijd naar anderen letterlijk opkijken. Vanaf het paard krijgen zij een geheel andere blik op de wereld om hen heen. De gehandicapten zijn bij het paardrijden ook veel meer geneigd om te kijken wat ze allemaal kunnen. Er ontstaat een mentaliteit van ‘wat ik doen kan doe ik.’’”

Maart 1973: de eerste minder valide ruitersIn 1973 wordt de Stichting Recreatie en Natuurbe-houd opgericht, onder voorzitterschap van Nabben. Het doel van de stichting is het bevorderen van vormings-, welzijns- en ontwikkelingswerk. Iedereen moet in de gelegenheid gesteld worden om in contact te komen met de paardensport – validen én invaliden.

Het positieve effect van paardrijden wordt in deze periode al erkend. Niet alleen het fysieke effect, maar ook het psychische effect. De mindervalide ruiter leert op een positieve manier zich te concentreren en verantwoordelijkheid te nemen. Veelal met grote voldoening en trots als resultaat.Eén van de bestuursleden van de stichting, Wim Mar-tens, is directeur van Maria Auxiliatrix; een stichting uit Venlo waar jongeren met een lichamelijke handi-cap zitten. Het idee ontstaat om een aantal jongeren op kasteel Well te laten rijden. Op 13 maart 1973 komen de eerste acht minder-valide ruiters. In twee groepjes van vier, met een eigen fysiotherapeut en begeleider. Al snel groeit het aantal uit naar twintig ruiters.

Hulpmiddelen om het rijden te vergemakkelijken zijn er nog niet. Het zadel wordt vervangen door een de-ken en bij degenen die niet zelfstandig kunnen zitten, gaat iemand bij de gehandicapte achter op het paard zitten. De inzet van vrijwilligers is van essentieel belang. Aan weerskanten van het paard moet iemand meelopen. Vooral enthousiaste ruiters die zelf weke-lijks bij Toon paardrijden bieden hun diensten aan als vrijwilliger.

Ondertussen behaalt Ria haar instructeurspapieren en vanaf 1976 verzorgt ze samen met Toon de lessen. Ria neemt vooral de mindervalidelessen voor haar rekening. Nu ze met zijn tweeën zijn, hebben ze de ruimte om meer leerlingen te laten rijden. Ook kan er nu aangepast tuigage worden aangeschaft, waarmee de mindervalide ruiter meer ondersteuning krijgt.

6 7

Page 5: STICHTING MANEGE SEURENHEIDErecreatieve voorop staat. Er zijn echter meer redenen: het paard kan men als oefentoestel zien. Het rijden is een welkome afwisselingen bij het werken met

Toon en Ria Janssen zijn vanaf het prille begin de beheer-ders van de manege. Een taak die ze met ziel en zaligheid vervullen. Zelfs nu hun zoon Paul Seurenheide heeft over-genomen, zijn ze er nog dagelijks te vinden. Toon werkt volle dagen in de stallen en Ria draait mee in de kantine. Toon, een boerenzoon uit Ysselsteijn, werkte eerst op een fokkerij en gaf rijles. Ria had weinig met paarden. Toch hoefde het jonge echtpaar niet lang na te denken toen Toon de vraag kreeg om voor Nabben te komen werken.

Toon: Op het kasteel kon ik zelfstandig werken, dat was het belangrijkste. We waren enthousiast over het idee om de manege en fokkerij op te bouwen. Het is heel leuk om iets van het begin af aan mee te maken.

Ria: Het ging heel snel. Op 8 augustus is Toon begonnen en op 20 augustus werd Paul geboren. We hadden net een nieuwe woning in Ysselsteijn, maar in november zijn we naar Well verhuisd. Het heen en weer reizen was niet te

doen. Toon kwam naar huis om te eten, maar moest dan meteen weer terug om les te geven.

Toon: Het was hard werken. Alleen kon ik het ook niet aan. De ruiters hielpen altijd.

Ria: Als ik nu ruiters van dertig jaar terug vraag om te hel-pen, dan doen ze dat nog steeds. Ik had in het begin niks met paarden, maar dat gevoel dat je met zijn allen ergens aan werkt, die saamhorigheid, dat trok me erg aan.

Toon: En nu rijden de kinderen of kleinkinderen van de ruiters van toen hier. En altijd komen dan de verhalen van het kasteel terug.

Ria: Het was ook een gevoel van vrijheid. Bij de buiten-ritten reden we écht buiten. Er waren geen ruiterroutes, dus we reden gewoon waar we wilden. Het was niet altijd veilig, maar het was wel echte vrijheid op het paard. We

hadden het gevoel dat de bossen van ons waren.

Toon: Het voelde ook of de manege van ons was. De dro-men van Nabben werden onze dromen. Je moet ook doen alsof het van jezelf is, want anders houd je het niet vol. We werkten tachtig tot honderd uur in de week.

Ria: Soms zou ik willen dat we per uur betaald waren. Maar zouden we daar gelukkiger van zijn geworden? Nu draaide alles om het doel, niet om het geld.

Toon: We hebben altijd met plezier gewerkt.

Ria: ‘s Avonds vielen we moe in bed. En als je ‘s ochtends de paarden hoorde, dan stond je vrolijk weer op. Het enige waar we misschien spijt van hebben, is dat we weinig samen hebben gedaan. Hoe vaak hebben we samen een buitenrit gemaakt? Tien keer?

De droom van Nabben komt uit. Op het kasteel is een manege ontstaan waar jong en oud, valide en mindervalide paardrijdt. De manege groeit. Sterker: hij groeit uit zijn voegen.

De doelstelling van de stichting is het bevorderen van rijlessen voor minder-valide ruiters. Hoewel hier op kasteel Well een start mee is gemaakt, zijn de ruimte en de middelen daar te beperkt om dit te kunnen uitbreiden. Een nieuwe manege op een nieuwe locatie moet hier verandering in aanbrengen.

“Op het kasteel kwamen alleen ruiters vanuit Maria Axiliatrix”, vertelt Ria. “Maar we wouden graag mindervalide ruiters uit heel Noord-Limburg laten paardrijden.” Met een grotere ruimte kan er ook beter gewerkt worden aan de integratie van valide en mindervalide rui-ters, doordat er dan goed gezamenlijke activiteiten georganiseerd kunnen wor-den. Ria: “We konden dan wedstrijden gaan organiseren voor valide én minder-valide ruiters. De valide ruiters hadden op het kasteel al een sterk clubgevoel. We hoopten dat dit op een nieuwe locatie voor de minder valide ruiters ook sterker zou worden.”Het plan om uit het kasteel weg te trek-ken is dus niet alleen een verplaatsing

naar een nieuwe locatie. Het is ook een verandering van bedrijfsvoering. Meer nog dan op het kasteel komt de minder-valide ruiter voorop te staan. Maar er is nog een verschil. De droom van Nabben om een grote stoeterij te hebben, wordt geen werkelijkheid meer. De nieuwe plek is enkel en alleen een manege. Omdat daarbij niet alle vijftig paarden nodig zijn, wordt een deel van de dieren verkocht.

De huidige manege Seurenheide komt er niet zonder slag of stoot. Tijdens een ja-renlang traject moeten twee problemen overwonnen worden: voldoende geld verzamelen én een stuk grond bemach-tigen. Dat de manege zich inzet voor de mindervalide ruiter helpt mee om voor-uitgang te boeken. Zowel bij donateurs als biij de gemeente zorgt het goede doel voor een wat coulante houding.

De beoogde locatie aan ’t Leuken heeft oorspronkelijk geen bouwbestemming. Jarenlange vasthoudendheid is nodig, maar uiteindelijk verschaft toenmalig burgemeester Meijer de juiste vergun-ning. Projectleider Mat Vestjens is er zeker van dat het goede doel, de gehan-dicapte ruiter, hierbij doorslaggevend is geweest. “Uiteindelijk wilde men geen nee zeggen tegen de idealen voor de mindervalide ruiter.”

Voor Vestjens zelf was het bouwproject ook extra waardevol omdat het gericht was op de mindervalide ruiter. “Daar deed je het voor”, vertelt hij. “Het ging om hun geluk. De erkenning die ze kregen als ze op het paard zaten: ik kán wat, ik kan paardrijden! Of de jongens en meisjes die op school niks konden onthouden, maar op de manege precies wisten hoe de paarden heetten. Ja, dat was de grootste voldoening.”

Het is niet toevallig dat Vestjens de lei-ding over de bouw krijgt. Hij werkt op dat moment als hoofd technische dienst bij Maria Axiliatrix en heeft dus niet alleen affiniteit met de gehandicaptenzorg, maar ook zicht op de bouwtechnische voorwaarden waar aan voldaan moeten worden.

Het ontwerp van de nieuwe manege staat helemaal in het teken van de gehandi-capte ruiter. “De valide ruiters moest zich maar aanpassen”, merkt Vestjens op. Met de ervaringen die op het kasteel was opgedaan en de kennis van Maria Auxiliatrix wordt er in kaart gebracht waar de manege aan moet voldoen: er mogen geen drempels zijn, er moet een opstapplateau zijn met lift, aangepast sanitair, er moet rekening gehouden worden met de draairichting en draai-

cirkel van rolstoelen, wat de geschikte hoogte is voor de opstap en de juiste hellingsgraad. Maar ook dat de bakrand laag genoeg is voor rolstoelers om er overheen naar de paarden te kunnen kijken.

De bouw wordt met grote belangstelling gevolg - ook door de valide ruiters. Zodra de eerste contouren verschijnen, komen ruiters al langs om te ervaren hoe ze straks in de nieuwe bak zullen rijden. Met al die ruimte moeten ze zich de koning te rijk voelen. In de Tiendschuur is de rijbak 12 bij 6 meter. Op de nieuwe locatie is deze 50 bij 25 meter.

Oud-ruiter Joop van Bruggen kan zich de opwinding nog herinneren. “Het was een fantastische tijd op het kasteel. Er was daar zoveel saamhorigheid en het was altijd gezellig. Maar het ging niet meer. De rijbak en de stallen waren echt te klein. Het was wel een vreemd gevoel om voor de laatste keer door de kasteelpoort te rijden. Maar iedereen keek erg uit naar de nieuwe locatie.”

In mei 1981 begint de bouw. Er wordt in een hoog tempo gewerkt. Op 16 juli 1981 zijn de stallen al klaar en kunnen de paarden naar hun nieuwe onderkomen.

Bouwen aan de toekomst voor de mindervalide ruiter

Interview Toon en Ria Janssen

8 9

Page 6: STICHTING MANEGE SEURENHEIDErecreatieve voorop staat. Er zijn echter meer redenen: het paard kan men als oefentoestel zien. Het rijden is een welkome afwisselingen bij het werken met

egaliseren van de grond

hoogste punt hal

plaatsen van de boxen

deu ren voorgevel van de stal

de zadelkamer

de stal

de spanten van de stal staan

vastnieten planken van de stal

laatste deel van de achterwand

eerste spanten van de foyerstallen in

de Tiendschuur

Paul in tractorhet terras is klaar

binnenbak en foyer

10 11

Page 7: STICHTING MANEGE SEURENHEIDErecreatieve voorop staat. Er zijn echter meer redenen: het paard kan men als oefentoestel zien. Het rijden is een welkome afwisselingen bij het werken met

Pragmatisch als altijd gaat de verhuizing gewoon te paard. Met een ponywagen voorop, met daarin zoon Paul, rijdt de stoet voor een laatste keer over de brug het kasteelterrein af, door het dorp en het bos, naar haar nieuwe locatie. Na een rit van een goed half uur, komen ze aan en kan elk paard plaatsnemen in zijn royale onderkomen.

De bouw is nog niet volledig afgerond. De kantine is bijvoorbeeld nog niet klaar. Twee boxen bieden uitkomst. De kopjes en flessen drinken staan tussen de strobalen opgesteld.

Drie maanden later wordt het nieuwe tijdperk in-geluid. Zaterdag 31 oktober en zondag 1 novem-ber 1981 is het grote openingsfeest. “Aan deze opening ging een eucharistieviering in de manege vooraf. (…) In zijn speech memo-reerde hij [voorzitter Martens] hoe met vallen en opstaan de manege voor in de eerste plaats de gehandicapten tot stand is gekomen. Burge-meester Meijer noemde de manege een project waar emancipatie van invalide en valide kan plaatsvinden en waar beiden met elkaar kunnen leren omgaan. (…) waarna hij met een bel het startsein gaf voor amazone Wilma Dings, die met een sprong over een hindernis de manege opende.” (Krant: Manege Seurenheide in Well officieel geopend)

Al gauw is de manege weer volop in bedrijf. De eensgezindheid die op het kasteel zo sterk was, is mee verhuisd. Neem de eerste kerstviering. Er is geen geld meer om dit te organiseren. Dus dragen de ruiters allemaal bij om toch een mooie, gezamenlijke kerst te hebben.

In 1987 wordt de manege uitgebreid met een tweede stallencomplex. Ook dit is te danken aan de achterban, die certificaten kochten. Op één van de certificaatnummers werd een jaarling verloot, die nadien gewoon op de manege bleef staan.

De beheerders en de ruiters zetten samen de schouders eronder. Exemplarisch voor de inzet van de beheerders is dat Toon en Ria de eerste negen jaar in een keet naast de manege wonen. Pas in 1990 krijgen ze de bouwvergunning voor het woonhuis. Die negen jaar wordt er niet ge-mord: zolang de paarden en de ruiters het maar goed hebben.

In eerste instantie gaat het leven op de nieuwe locatie door zoals altijd. Maar de jaren negentig kenmerken zich door twee aspecten die hand in hand gaan: een financieel dieptepunt en een verzakelijking van de bedrijfsvoering.

De manege heeft altijd met weinig financiële middelen moeten rond komen. Doordat er met hart en ziel wordt gewerkt, en met de hulp van vrijwilligers, sponsors en giften lukt dit. Geregeld worden er inzamelingsacties gehouden, gratis diensten geleverd of paarden en tuigage geschonken. Maar dit kan niet verhelpen dat er een oplo-pend financieel gat is.

Een groot probleem zijn de transportkosten voor de mindervalide ruiters. Om het voor hen laagdrempelig te maken om naar de manege te komen, is er gratis vervoer. Eerst rijdt Ria zelf in een busje om de ruiters te halen. Maar met een groeiend aantal ruiters, die uit een gebied van Venlo tot aan Gennep komen, is dit niet meer werkbaar. Drie vrijwillige chauffeurs nemen haar taak over. Routes van driehonderd kilometer op een dag zijn niet ongewoon.

Vanaf 1995 wordt er overgestapt op taxibusjes. De ma-nege schiet de kosten voor. Maar na twee jaar trekt de gemeente de beloofde subsidie hiervoor in. Een groot financieel gat is het gevolg.

De manege kan het zich niet meer veroorloven om de transportkosten op zich te nemen en moet het bij de ruiters zelf neerleggen. Met een forse teruggang in het aantal mindervalide ruiters als resultaat.

Valide Mindervalide1989 141 103 1991 145 166 1993 130 150 2000 130 100 2013 185 40

“Alleen dankzij de valide ruiters en de sponsors kun-nen wij nog doorgaan. Maar die valide ruiters vormen aan de andere kant voor subsidieverleners vaak reden om geen subsidie te verstrekken. Zij zien ons als een commerciële manege, terwijl wij valide ruiters juist hard nodig hebben om inkomsten te genereren voor de gehandicapte ruiters.” Voorzitter Frans van Es

Een eerste verandering in de bedrijfsvoering is dat er sinds 1 januari 1990 naast een stichtingbestuur ook een dagelijks bestuur is. Het stichtingbestuur is eindver-antwoordelijke over zaken als personeel en het mate-riaal. Het dagelijks bestuur komt wekelijks samen en

geeft steun en advies over de dagelijkse leiding en de financiën. Dit ontlast vooral het beheerdersechtpaar Ria en Toon.

Maar de herverdeling van taken blijkt nog niet effec-tief genoeg om van de manege een financieel gezond bedrijf te maken. Zeker na 1997 is de noodzaak tot verandering zeer voelbaar. Een persoon waar manege Seurenheide veel aan te danken heeft, is toenmalige voorzitter van het stich-tingbestuur Frans van Es - een man met veel kennis en een enorme drijfkracht. Zijn overlijden in 1999 was in velerlei opzichten een groot verlies en benadrukt voor de overige bestuursleden dat de zaken anders aangepakt moeten worden: een scherper toezicht op de uitgaven en een structureel andere aanpak in het genereren van inkomsten. Als beste oplossing ziet het bestuur dat de manege verhuurd wordt aan iemand die er een commercieel goed lopend bedrijf van kan maken. Het voorstel wordt voorgelegd aan de zoon van Toon, Paul Janssen. Sinds 2001 is hij de exploitant en is er een voorzichtige start gemaakt aan een periode van financiële stabiliteit en groei.

De verzakelijkingDe jaren 90

de verhuizing

12 13

Page 8: STICHTING MANEGE SEURENHEIDErecreatieve voorop staat. Er zijn echter meer redenen: het paard kan men als oefentoestel zien. Het rijden is een welkome afwisselingen bij het werken met

Holly

In 2001 worden Paul en Justine officieel de huurder van Seurenheide. Maar al voor die tijd zetten ze zich in voor het bedrijf. Toon gaat in 1998 met pensioen en zet een stap terug. Veel keuzes in de bedrijfsvoering waren het gevolg van jarenlange tradities. Paul is zakelijker ingesteld dan zijn vader en bekijkt het bedrijf met strenge blik. Lopen alle paarden wel voldoende uren? Hoeveel kosten de brokken bij leverancier A? En is de ene hoefsmid niet goedkoper dan de andere?

Officiele overname

De stichting ziet in dat de manege als een commercieel bedrijf gerund moet worden. Omdat Paul en Justine goede kennis van zaken hebben, vraagt de stichting ze in 2000 of ze de exploitatie van Seurenheide op zich willen nemen. Het is geen eenvoudig besluit. Paul: “Je haalt je veel op je nek. Maar het grote voordeel is dat je dan voor jezelf werkt.” Ze stemmen toe. Naast de manege hebben ze ook de zorg voor de pensionstalling en Paul zijn eigen springstal. Vanaf nu zijn ze financieel verantwoor-delijk voor de paarden, de lessen en het personeel. De stichting blijft verant-woordelijk voor het grote onderhoud van de gebouwen en staat garant voor het in stand houden van de lessen voor de mindervaliden. Omdat de minderva-liden zelf moeten opdraaien voor hun transportkosten, wil de stichting dat ze minder contributie betalen. Ter com-pensatie krijgt Paul subsidie. Dit geld is ook voor de aanschaf van speciaal tuigage.

Donkere jaren

Aanvankelijk gaat alles voor de wind en werken Paul en Justine vol overgave. Maar in 2004 breken zowel privé als op het bedrijf vier donkere jaren aan. Op stal en in de kantine verdwijnt de gezellige sfeer. Klanten blijven weg. Wanneer Paul en zijn partner in 2008 uit elkaar gaan, wordt Seurenheide een eenmanszaak. Eén ding is voor Paul heel helder: de bezem moet door het bedrijf. Hij slankt de springstal af, zodat alle aandacht aan de manege gegeven kan worden. Mensen uit het team worden vervangen en de kantine komt weer in eigen beheer.

Sprong voorwaarts

Paul krijgt een nieuwe partner aan zijn zijde: Sanne van Mullekom. Samen werken ze aan een nieuw bedrijfs- en financieringsplan. Ze stellen zichzelf heldere doelen wat er per drie maan-den moet worden bereikt. Prioriteit is dat Seurenheide weer een leuke plek moet worden om naar toe te gaan. Paul en Sanne organiseren eve-nementen: kinderfeestjes, ponykam-pen, wedstrijden. Ook wordt de kantine onder handen genomen. En er wordt een vergadering met de ruiters georga-niseerd, om te horen wat er leeft. Deze en vele andere veranderingen werpen hun vruchten af. Oude ruiters komen terug en nieuwe komen er bij. In een jaar groeien ze van 100 naar 185 valide ruiters. Seurenheide straalt weer warmte uit.

Paul Janssen huurt samen met zijn vrouw Justine vanaf 2001 Seurenheide. Met een nieu-we naam “Ruitersportcentrum Seurenheide” en een nieuw beleid treedt hij in de voetsporen van zijn vader.

Een nieuw hoofdVan vader op zoon

14 15

Page 9: STICHTING MANEGE SEURENHEIDErecreatieve voorop staat. Er zijn echter meer redenen: het paard kan men als oefentoestel zien. Het rijden is een welkome afwisselingen bij het werken met

In zijn kindertijd was Seurenheide voor Paul zijn tweede huis. Nu staat hij aan het roer, samen met zijn partner Sanne.

Paul: “Ik was als kind bijna altijd op het kasteel. Voor schooltijd ging ik met pap mee om te helpen met voeren. En na school was ik er weer.

Ik was tien toen we gingen verhuizen naar ‘t Leuken. Ik hielp toen al volop mee in de stal. Ik moest mezelf dwingen om binnen te zitten en huiswerk te maken. Ik wou in de stallen zijn, ik wou werken.

Vanaf mijn twaalfde ben ik dressuur gaan rijden. Ik trainde elke avond met pap. Op mijn twintigste reed

ik de NKB-Kampioenschappen. Bij het ene jurylid werd ik eerste en bij een andere dertiende. Toen had ik er echt genoeg van. Ik ben rigoureus met dressuur gestopt.

In 1992 kwam ik Marco Zeekaf tegen. Op zijn paard Faline ben ik gaan springen. Een belangrijk moment in mijn carrière. Drie jaar later heb ik mijn eigen springstal opgezet. Weer drie jaar later werd ik op Fali-ne NKB-ZZ kampioen

De werkdrift van mijn ouders heb ik ook. Maar zij heb-ben zo hard gewerkt, voor zo weinig opbrengst. Dat had ik niet gekund. Ik ben heel fanatiek, maar ook presta-tiegericht. Ik wil beter kunnen worden.

In 2008 besefte ik dan ook dat het roer rigoureus om moest. De klad was in het bedrijf gekomen en moest worden opgeschoond. Alle neuzen moesten weer dezelfde kant op. Zodat iedereen zich fanatiek en met hart voor de zaak zou inzetten.

Samen met Sanne hebben we de positieve flow terug-gebracht. Persoonlijk leg ik de focus nu vooral op de springstal. Dat kan ook, want de manege loopt. Er is rust in het bedrijf. Seurenheide is nu een warme, gezel-lige en veilige plek.

Sanne: “Begin 2008 kwam ik na twaalf jaar voor het eerst weer op Seurenheide. Als meisje had ik er gereden. Nu kwam ik om te praten over een afstudeer-

Interview Paul Janssen en Sanne van Mullekom

'Het hele team is eigenlijk een grote

familie'

opdracht. Het bedrijf had het moeilijk en ik wilde het helpen revalideren.

Paul stond er meteen voor open om een nieuw bedrijfs-plan op te zetten. Samen met nog een vriendin hebben we ontzettend hard aan de plannen gewerkt. Al snel werd de sfeer beter en binnen een jaar waren er zo’n honderd nieuwe ruiters bij. Fantastisch, ja.

In 2008 was het op de manege koud, letterlijk en fi-guurlijk. De paarden stonden er goed bij, maar er was te weinig binding met de ruiters. In dit vak moet je van paarden houden, maar vooral ook een mensen-mens zijn. Het gaat dan ook om kleine dingen, dat je elkaar bijvoorbeeld groet als er iemand binnen komt.

Samen met Paul en de kinderen leef ik op de mane-ge. Ik zie het niet als werken. De administratie, dat is werken. Maar de rest is gewoon hobby. We hebben hier 4,5 hectare paradijs, met allemaal leuke mensen die naar ons toe komen. Er is altijd gezelligheid. We hebben de dieren, de natuur. Wat wil je nog meer? We maken wel veel uren, maar hier krijg ik juist energie van.

Als kind hielp ik wel eens als vrijwilliger bij de min-dervaliden. Zakelijk gezien zijn die lessen niet renda-bel. Maar ik ben heel dankbaar dat we het aan kunnen bieden. Ik word er altijd blij van om ze op het paard te zien. En als ik de jeugd zie die vrijwilliger zijn - echt kei-lief. Dat is ook zo goed voor hun ontwikkeling.

Ik ben enorm trots op het bedrijf. We hebben het met zijn allen weer op de kaart gezet.De gezelligheid is terug. En het is een echt familiebedrijf. Ria en Toon zijn onmisbaar in de kantine en op stal. Mijn ouders helpen ook heel veel. Het hele team is eigenlijk één grote familie.

We hebben veel met Ria en Toon gepraat over vroeger. Tegenwoordig is alles sneller en drukker. Het vereni-gingsgevoel is anders. Het gevoel van vroeger, toen ze tot diep in de nacht aan de bar hingen, dat krijg je niet meer terug. Wij richten ons op kwaliteit, op het oplei-den van paarden en ruiters. En daarin zijn we nog lang niet uitgegroeid!”

PaulSanne

16 17

Page 10: STICHTING MANEGE SEURENHEIDErecreatieve voorop staat. Er zijn echter meer redenen: het paard kan men als oefentoestel zien. Het rijden is een welkome afwisselingen bij het werken met

Sinds haar oprichting heeft manege Seu-renheide als doelstelling om lessen te verzorgen voor mindervalide ruiters. In 1973 begon het met acht mindervaliden. In de jaren tachtig groeide dit aantal naar ruim honderdzestig. Nu rijden er ruim veertig mindervalide ruiters, verdeeld over elf groepen. In de lessen zitten zowel ruiters met een geestelijke als met een lichamelijke beperking door elkaar heen. De groepsindeling wordt niet ge-maakt op basis van de handicap, maar op basis van het rijniveau. Daarnaast zijn er nog zeven ruiters met een licht verstan-delijke of een lichamelijke beperking die meerijden in de valide lesgroepen.

Dat paardrijden therapeutische effecten kan hebben, is mooi meegenomen. Maar dit is niet het doel van de lessen. Net als bij de valide lessen is het doel het leren paardrijden. Een verschil met de regu-liere lessen is dat het sociale aspect van groter belang is.

“In de valide groepen kom je de gedre-venheid van een sportbeoefenaar tegen”, legt instructrice José van de Kruis uit. “In de mindervalide lessen is het meer ontspannen. Voor veel ruiters is het echt een uitje. Het leerelement en het plezier moeten beiden aanwezig zijn.”

De lessen hebben een vaste structuur. De meeste ruiters rijden wekelijks op hetzelfde paard en indien nodig loopt een vaste vrijwilliger langs het paard mee. Deze helderheid geeft rust. Bovendien raken de ruiters vaak bijzonder gehecht aan hun paard en begeleider. En dat zorgt soms voor problemen, vertelt José.

“Als het vooraf bekend is dat een vrijwil-liger er niet is of dat een paard niet in de les kan meelopen, dan proberen we de ruiter daar ruim van te voren op voor te bereiden. Want anders kan het gebeuren dat je hem met geen mogelijkheid op een ander paard krijgt.”

José: “Leren gaat soms langzaam. Maar als ze een stap gezet hebben, dan glun-deren ze van oor tot oor. Ja, dat is echt keileuk!”

De VrijwilligerFred Helmer, begeleider mindervaliden.

Waarom ben je vrijwilliger geworden?‘Rond 2000 ging ik met een bevriend echtpaar mee naar Seurenheide. Hun kind kreeg privéles en ik ging als bege-leider mee lopen. Ik werd steeds vaker gevraagd om een handje te helpen, en ben dus gebleven.’

Hoe is het om vrijwilliger te zijn?‘Het is heilig. Het is verslavend. Je weet dat de mindervalide op je staat te wach-ten en dat hij van slag is als je niet kunt komen. Ik ga nooit met slechte zin naar de manege.’

Wat is je rol als vrijwilliger?‘Je hebt een vaste ruiter met wie je meel-oopt. Ze hebben een grote drang naar een stukje vertrouwdheid. Als vrijwilliger voel ik me verantwoordelijk voor ze. Je moet goed opletten dat er tijdens de les niks kan gebeuren, dat het paard ner-gens van schrikt.’

Hoe ervaren de mindervalide ruiters de lessen?‘Ze genieten van de aandacht die ze hier krijgen. Op het paard krijgen ze ook een rust over zich heen. Ik heb nog nooit iemand met tegenzin op het paard zien zitten.’

De vrijwilliger Mia Litjens, begeleider mindervaliden.

Waarom ben je vrijwilliger geworden?Zo’n twintig jaar geleden werd ik meege-vraagd door een kennis. De eerste keer

‘Echt keileuk!’ Lessen voor mindervaliden

moest ik nog aan de paarden wennen. Maar de tweede keer liep ik al naast een paard mee en ben ik gebleven. Het is prachtig werk.

Hoe vaak werk je als vrijwilliger?Ik kom één keer in de week en laat me door niks en niemand tegen houden. De ruiters rekenen op je.

Wat vindt je het mooiste aan het werk?De waardering die je van de gehandicap-ten krijgt. Het is heerlijk om te merken dat ze op het paard losser worden, vrijer. Wij geven ze de gelegenheid om te kun-nen rijden. Zonder vrijwilligers kan dat niet.

Wat zijn je taken?Het is mijn taak om voor ze te zorgen. Dat ze bijvoorbeeld warm op het paard zitten. Als iemand zijn wanten kapot zijn, dan neem ik ze mee naar huis om te maken. En ik luister naar wat ze te vertellen

hebben, ik geef ze aandacht. We zeggen vaak dat ze iets goed doen. Je ziet ze dan vrijer worden op het paard. Dat is toch de grootste waardering.

Hoewel de mindervalide lessen in princi-pe hetzelfde doel hebben als de reguliere lessen - leren paardrijden - zijn er toch een paar verschillen. Zo speelt het socia-le aspect een grote rol. Ook zijn er vrijwil-ligers nodig om de lessen te begeleiden. Bij een deel van de ruiters loopt een vaste begeleider naast het paard mee. En an-dere vrijwilligers zijn aanwezig om waar nodig een helpende hand toe te steken.

Een heel praktische bijkomstigheid is dat er speciale hulpmiddelen nodig zijn. Aan de rand van de bak is een verhoogde opstapplaats, voor de ruiters die moei-lijk vanaf de grond op het paard kunnen klimmen. De ruiters met een zwaardere fysieke handicap worden met een tillift op het paard geholpen.

Een aantal aangepaste attributen bieden de ruiters extra ondersteuning:• Het Westernpad, een deken met een

singel en twee beugels om je aan vast te houden.

• Het Dr. Phelps zadel, een zacht zadel met een extra hoge ruggensteun.

• Het Ariane de Ranitz zadel, een deken waarop met klittenband op verschil-lende plaatsen steunpunten kunnen worden aangebracht.

• De éénhandsteugel, zo ontworpen dat hij met één hand goed vast te houden is.

• De begeleidersteugel, een extra lijn waarmee de begeleider het paard leidt.

• De kleurtjesteugel, waarbij de kleurtjes aangeven waar hij vastgehouden moet worden.

• Letterborden, in de rijbakken hangen speciale letterborden met plaatjes.

Naast de lessen worden er door de stichting nog andere activiteiten geor-ganiseerd. Elk jaar is er een feestelijke

dag uit met alle vrijwilligers. Er is een koetsentocht, waarbij de mindervaliden een dag op pad gaan met een stoet van koetsen. Tijdens de feestweek geven alle lesgroepen demonstraties voor publiek en worden de lessen extra feestelijk ge-maakt met spelletjes en lekkers.

Het hoogtepunt van de activiteiten is de lampionnentocht. Op een avond in oktober, wanneer het donker wordt, maken alle mindervalide ruiters samen met de jeugdruiters een rit rondom het erf. De route is afgezet met 1500 potten met waxinelichtjes en zo’n vierduizend lampionnen. Deze sprookjesachtige tocht eindigt in de hal, waar pannenkoeken en warme wafels staan te wachten.

Fred Helme r

Mia Litjens Western pad

Dr Phelpszadel Ariane de Ranitzzadel

18 19

Page 11: STICHTING MANEGE SEURENHEIDErecreatieve voorop staat. Er zijn echter meer redenen: het paard kan men als oefentoestel zien. Het rijden is een welkome afwisselingen bij het werken met

Hoe lang rijd je al paard?Al twaalf jaar. Ik rij puur voor de ontspanning, om de alledaagse stress kwijt te raken. En ook voor het verzorgen van de dieren, want dat is heel leuk.

Kan je de eerste keer nog herinneren?De eerste keer dat ik op een paard zat, was heel apart. Maar je went er snel aan. Ik vind nu de galop het leukste, want dat gaat lekker snel.

Ga je graag naar de manege?Zeker. Vooral als we buiten rijden. Dat is pas echt ontspannen, dan kan je even nergens aan den-ken. En het is hier gezellig. Ik ben twee weken niet geweest omdat ik last had van mijn been. Ik miste het toen niet heel erg, maar de anderen hebben mij wel gemist en dat is fijn.

Rijd je altijd op hetzelfde paard?Nee, want ik heb ruime ervaring en controle over alle paarden.

Hoe lang rijd je al paard?Dat weet ik niet zo goed, maar al best wel lang. Misschien al wel zeven jaar.

Waarom rijd je paard?Het is een leuke sport. Ik blijf zo in beweging. Ik heb last van mijn rug en benen. Op het paard ontspannen de spieren. Galopperen vind ik het mooiste, zo lekker veel beweging. En buitenritten vind ik ook heel erg leuk. Dat is ook leuk voor het paard.

Rijd je altijd op hetzelfde paard?Ja, omdat ik last heb van mijn benen kan ik alleen maar op een smal paard. Met het opstap-pen ben ik soms wel angstig. Dat kost me veel kracht. Maar als het dan weer gelukt is, dan ben ik wel trots.

Hoe lang rijd je al paard?Ik rij al heel lang. Al wel tien jaar. Of wel meer dan tien jaar.

Wat vind je het leukste?Het leukste vind ik het rijden zelf. De eerste keer was het wel wennen. Maar het ging toch goed en dat was heel leuk.

Leer je veel van de lessen?Ik leer heel veel. Ik ben nu alleen wel een beetje bang om in galop te gaan. Eerst ging ik wel in ga-lop. Ik ga het over een tijdje wel weer proberen.

Rijd je altijd op hetzelfde paard?Ik rijd altijd op hetzelfde paard. Dat vind ik fijn. En ik vind het ook heel erg leuk met José [in-structrice] in de lessen. Ja, eigenlijk is alles heel erg leuk.

Jasper Holtackers Susan Litjens Martijn SeureJohan’s maandagavond: rijles!Johan kijkt uit het raam van het taxi-busje. Als het mooi weer is rijden ze altijd buiten. Maar vanavond zullen ze vast en zeker in de binnenbak les krij-gen. Wanneer de taxi het terrein van de manege opdraait, hoort Johan het ijs onder de wielen kraken. Over een paar dagen is het kerstmis. Kerstmis is leuk, denkt Johan. Maar hij kan dan twee weken niet naar Seurenheide komen. En dat is niet leuk.‘Hé, wordt eens wakker!’ Lachend stoot Kevin tegen Johan zijn arm. ‘Uitstap-pen slaapkop, dromen doe je maar in je bed!’ ‘Ja, ja, ja’, mompelt Johan. Hij had helemaal niet gemerkt dat de taxi al stil stond.

In de stal loopt Johan recht naar de box van Salvador. Het dier steekt zijn bruine snuit door de tralies. Neus aan neus voelt Johan de warme adem over zijn gezicht. ‘Hallo’, fluistert hij. ‘Ben je blij mij te zien?’ Salvador is al opgezadeld. Dat heeft Dirk gedaan. Dirk is er altijd en loopt tijdens de les met Johan mee. Als Johan heel vroeg is, zitten Dirk en de andere vrijwilligers nog in de kanti-

ne te kletsen en koffie te drinken. Maar nu zijn ze druk bezig met zadelen. Dirk komt lachend naar Johan toe. ‘Zo jon-gen, ben je er klaar voor? Neem je Sal-vador zelf mee naar de bak? Toe maar, pak hem maar.’ Terwijl het dier met grote, rustige stappen achter Johan aan loopt, knijpt Dirk hem zachtjes in de schouder. ‘Zie je wel dat je het zelf kan.’ Johan knikt, terwijl de glimlach op zijn gezicht groter en groter wordt.

‘Opstappen!’, schalt de vrolijke stem van Karin door de bak. Dirk geeft Johan een zetje en dan zit hij hoog op de rug van het paard. ‘Kevin gaat voorop’, roept Karin. Kevin rijdt zonder begelei-der. Kevin kan ook al galopperen. Jo-han heeft ook wel eens gegaloppeerd, maar dat was eng. Volgens Dirk is dat niet erg. Dirk zei dat ze het later wel weer eens zouden proberen. Draven durft Johan wel. Tenminste, als Dirk naast Salvador mee rent.

‘Opletten Kevin’, roept Karin. ‘We gaan van Citroen naar Aap.’ Bij het bordje met de citroen stuurt Kevin zijn paard in een rechte lijn naar de overkant. De anderen volgen. Salvador loopt een beetje langzaam. ‘Drijf hem maar aan’, adviseert Dirk. Zachtjes schopt

Johan met zijn benen tegen de buik van het paard. Ja, hij begint sneller te lopen! Enthousiast schopt Johan nog wat harder. Ook zijn armen beginnen mee te doen. Dirk legt een hand op zijn been. Maar Karin had het al gezien. ‘Rustig aan jij! En houd je handen aan het stuur.’

Nu mag Johan kiezen wat voor figuur ze gaan rijden. ‘Van Molen naar Fiets!’ Karin lacht. ‘Dat is dus gewoon recht-door, grapjas! Oké, daar gaan we, van Molen naar Fiets. Maar de volgende keer mag je een moeilijkere uitkiezen.’ Nadat ze weer een rondje gelopen heb-ben, moeten ze bij Koe een slangenvol-te met drie bogen maken. Maar Kevin stapt rustig door. ‘Wat gingen we ook alweer doen’, vraagt Karin. Het blijft even stil. Dan weet Kevin het weer. ‘Een slangenvolte!’ ‘Goed zo, en met hoeveel bogen?’ Nu weet Johan het antwoord. ‘Drie!’ Hard lachend slaan ze bij Koe af. ‘Ik wist het nog wel hoor.’

Tot slot gaan ze draven. Eerst draven degenen zonder begeleider een paar rondjes. Johan en Dirk wachten in de binnenbak. En dan mogen zij. Johan drijft Salavador aan en Dirk rent mee. Johan vindt het toch wat spannend en

vergeet goed te gaan zitten. Gelukkig helpt Dirk. ‘Staan, zitten, staan, zitten, staan, zitten. En houd je hakken om-laag, zodat je grote teen omhoog kijkt. Goed zo!’

De les is weer voorbij. Rustig stappen de paarden uit, de teugels lang. Dirk geeft het touw aan Johan, zodat hij helemaal alleen rijdt. Trots kijkt Johan om zich heen. ‘Kijk, ik rijd helemaal zelf. Knap hè.’

(De namen zijn gefingeerd.)

“Johan drijft Salvador aan en Dirk rent mee. Johan vindt het toch wat spannend en vergeet goed te gaan zitten. Gelukkig helpt Dirk. ‘Staan, zit-ten, staan, zitten, staan, zitten. En houd je hakken omlaag, zodat je grote teen omhoog kijkt. Goed zo!’”

20 21

Page 12: STICHTING MANEGE SEURENHEIDErecreatieve voorop staat. Er zijn echter meer redenen: het paard kan men als oefentoestel zien. Het rijden is een welkome afwisselingen bij het werken met

De nieuwste ontwikkeling van manege Seuren-heide is dat er equitherapie wordt aangeboden. Zowel op als naast het paard wordt er geprobeerd de levenskwaliteit van de cliënt te verbeteren. Dit gebeurt niet door het aanleren van nieuwe vaar-digheden, maar door het positief stimuleren van iemands ontwikkeling.

Equitherapie is geschikt voor iedereen vanaf vier jaar met fysieke of psychische problemen, zoals concentratieproblemen, leerproblemen, autisme, hechtingsproblematieken, angststoornissen, pro-blemen in zintuiglijke waarneming, en motorische problematieken.

Voor equitherapie wordt er van een aantal eigen-schappen van het paard gebruik gemaakt:

• De beweging. Alle drie de gangen hebben een eigen doorwerking op het fysiek van de cliënt.

• Sociale contact. Als kuddedier kan een paard ook naar de mens toe goed sociaal contact maken. Hierbij is het paard gevoelig voor klei-ne signalen en reageert het zonder verborgen agenda.

- Acceptatie. Een paard heeft geen vooroordelen. Het accepteert iedereen zoals het is en reageert alleen op de manier waarop er contact wordt gemaakt.

- Aantrekkingskracht. Met zijn warmte, geur en het gevoel van zijn vacht nodigt het dier uit om contact te maken.

Equitherapie vindt in eerste instantie plaats in individuele sessies. Contact maken met het paard is een belangrijk onderdeel. Daarnaast worden er een aantal oefeningen gedaan, die zijn toegespitst op de specifieke wensen van de cliënt .

“Een mens heeft meteen oordelen. Een paard niet, die reageert puur op de manier waarop er contact wordt gemaakt.”

(Fleur Lankveld)

EquitherapieTherapie met paarden Fleur Lankveld (26) is al achttien jaar op manege Seu-

renheide te vinden. Toen ze acht was nam ze er haar eerste paardrijles. Twee jaar later werd ze vrijwilli-ger en hielp ze mee in de lessen voor mindervaliden. Inmiddels is Fleur instructrice bij zowel de valide als mindervalide ruiters. Bovendien is ze bijna gediplo-meerd equitherapeut en zullen haar werkzaamheden op Seurenheide uitgebouwd worden.

Equitherapie is in Nederland niet erg bekend. Hoe ben je ertoe gekomen om deze opleiding te gaan doen?‘Ik was altijd al geïnteresseerd in de gehandicaptenzorg. Dit werd groter toen ik vrijwilliger werd op de manege. Na de middelbare school ben ik orthopedagogiek gaan studeren, gericht op lichamelijke en verstandelijke handicaps. Helaas was het niet makkelijk om na mijn afstuderen een baan te vinden. Ik werkte inmiddels al op Seurenheide als instructrice. Hier vertelde Sanne mij over de opleiding equitherapie. Ik vond het meteen interessant klinken! Ik ben me er in gaan verdiepen en in 2011 ben ik met de opleiding gestart.’

Kan je je kennis op manege Seurenheide meteen in de praktijk brengen?‘In het eerste jaar moest ik voor de opleiding een prak-tijkproject opzetten. Dit heb ik inderdaad op Seurenheide mogen doen. Ik ben een eigen bedrijf aan het opstarten, Equitherapie Lankveld, waarmee ik de therapie aanbied op Seurenheide. Momenteel gebruik ik bij drie cliënten

onderdelen van equitherapie. Maar als ik straks ben afgestudeerd hoop ik dit natuurlijk uit te breiden.’

Hoe gaat de therapie gemiddeld in zijn werk?Het begint altijd met een intake; een gesprek waarbij je in kaart brengt wat iemand zijn beperkingen zijn, wat iemand juist wel kan en waar hij met de therapie aan wil werken. Vervolgens beginnen we met tien individuele sessies. Dit is heel belangrijk om het vertrouwen te kun-nen opbouwen en om met volledige concentratie naar de cliënt te kunnen kijken. Na die tien sessies bekijken we gezamenlijk hoe we verder gaan. Soms heeft iemand dan al voldoende resultaat behaald. Soms gaan we door met individuele sessies en soms gaat iemand door naar een groep. Een groep bestaat uit maximaal vier cliënten. Het liefst plaats ik mensen bij elkaar die verschillende beperkingen hebben, zodat ze van elkaar kunnen leren. Als je bijvoorbeeld iemand met ADHD en iemand met het syndroom van Down samen op één paard laat zitten, dan leren ze op een speelse manier samenwerken.’

Is het belangrijk dat het op een speelse manier gaat?‘Met equitherapie probeer ik altijd een positieve bena-dering te hebben. Het gaat niet om wat iemand niet kan, maar om hoe je positieve gedragingen kan aanleren. Vaak hoef je dit niet letterlijk te benoemen. Neem bij-voorbeeld iemand die concentratieproblemen heeft. Die laat ik dan langzaam een paar rondjes op de rug van het paard draaien. Hij móet zich dan wel concentreren, zon-

der dat ik het letterlijk zeg.’

Is elk paard geschikt om voor equitherapie te gebrui-ken?‘Het is belangrijk dat een paard in balans is, zowel fysiek als mentaal. Ze moeten een gelijkmatige gang hebben en koel in de kop zijn. Een jong paard is dan ook niet geschikt. Ik gebruik nu twee paarden, de kleine Holly en de grote Nashville. Ik heb nog nooit problemen met ze gehad. Ze lijken te voelen dat ze tijdens de thera-pie extra voorzichtig moeten zijn.’

Zijn de ervaringen met equitherapie altijd positief?‘Ik heb altijd resultaat gezien. Maar soms kan iemand bepaalde vaardigheden wel toepassen binnen de gecon-troleerde situatie van de sessies, maar lukt het in het alledaagse leven niet. Het resultaat is er dan wel, maar komt niet altijd tot uiting in een onveilige situatie.’

Wat is je toekomstdroom?‘Uiteindelijk hoop ik fulltime equitherapeut te zijn. Op Seurenheide komt een aparte, afgesloten ruimte voor de sessies. De therapie vraagt om privacy, om in rust vertrouwen te kunnen opbouwen. En dat is in de gewone manegebak niet altijd goed mogelijk. Als de nieuwe bak er straks is hebben we alle ruimte om te groeien.’

Fleur Lankveld - interview

22 23

Page 13: STICHTING MANEGE SEURENHEIDErecreatieve voorop staat. Er zijn echter meer redenen: het paard kan men als oefentoestel zien. Het rijden is een welkome afwisselingen bij het werken met

Als ik aan manege Seurenheide denk, dan denk ik aan... Tja waar denk ik dan aan. Eigenlijk denk ik dan aan lekker een uurtje paard-rijden, even bijkletsen, eigenlijk niets speciaal.

Zo’n 33 jaar geleden was het zover. Ik mocht op paardrijles.Via kennissen kwamen we bij Seurenheide, dat toen nog gevestigd was in het kasteel van Well. Van longelessen en beginnerslessen hadden ze nog nooit gehoord. Nee, hup, gewoon met de les mee en rijden. Een echte buitenbak hadden we niet, maar er werd in een soort wei gereden waar ook nog bomen in stonden. De binnenbak was erg klein, s ’winters erg koud en als het regende ook nat.

In de loop der jaren heb ik natuurlijk heel wat mensen en paarden zien komen en gaan en veel meegemaakt. Maar één ding is hetzelf-de gebleven al die 33 jaar. Namelijk dat ik nog steeds uitkijk naar dat uurtje paardrijden in de week.

Bianca Sweyen

Al bijna twintig jaar ga ik met veel plezier iedere dinsdag-

morgen naar de manege om te helpen met het begeleiden

van de gehandicapten. Als het weer het toelaat dan gaan

we naar buiten om een bosrit te maken. Genieten is dan

het toverwoord voor iedereen.

In onze groep is er niemand van de gehandicapten die kan

praten. Toch hebben we in de loop van de jaren geleerd

om met elkaar te communiceren. De vrijwilligers kletsen

gezellig en aan de gezichtsuitdrukking kun je zien dat ze

ons begrijpen.

Bij de jaarlijkse koetsen- en lampionnentocht ben ik ook

altijd van de partij. Ik wil dan graag een helpende hand

zijn op plekken waar dit nodig is. Op manage Seurenhei-

de voel ik me thuis. Ik kom hier jaren met veel plezier

naar toe en hoop dit nog lang te mogen doen.

Seurenheide, gefeliciteerd met jullie veertig jaar gastvrij-

heid voor iedereen. Proficiat.

Bertha Wolters

Vroeger dacht ik dat paardrijden voor ……. was. Inmiddels weet ik beter. Ongeveer vier jaar geleden kwam ik in de ziektewet. Doordat ik me ging vervelen en thuis lastig werd, heeft mijn vrouw mij gevraagd of ik geen vrijwilliger wilde worden op de manege. Na een dagje proefdraaien was ik om.

Zo ben ik mensen met een beperking gaan begeleiden op het paard. Langzaam kwam ook de verleiding om zelf te gaan rijden. En nu rijd ik ook paard.

Mijn mooiste herinnering kwam door een foutje van onze instructrice Sanne, die een verkeerde afslag nam. Hierdoor kwamen we nogal laat terug (in het pikkedonker!). Ik hoop op nog meer van die leuke span-nende ritjes, op het gezellig samen zijn met het personeel en andere ruiters en vrijwilligers!

Met vriendelijke groetjes leon litjens

Hallo Ik ben Luuk Wagenaar uit Meerlo en ben 20 jaar. Ik rij

al zeker 15 jaar paard bij Manege Seurenheide, en als ik aan

al die jaren terug denk heb ik vele leuke en leerzame uurtjes

doorgebracht. Betrokken en gezelligheid van alle lieve men-

sen, leidsters en zeker alle VRIJWILLIGERS (zonder hen lukt

het allemaal niet) is super. Het meemaken van de koetsen-

tocht met picknick , de lampionnen tocht met pannenkoeken,

allemaal SUPER georganiseerd.

De gewonnen bekers waar ik trots op ben.

Wat mij het meeste is bijgebleven is het overlijden van Loco,

en Sanne die belde om afscheid te nemen voordat Loco zou

inslapen. Ik kreeg een stukje haar van zijn manen, en zijn

naamplaatje mee.

Ik rij nu al jaren op Hamlet met mijn “eigen” zadel wat onge-

veer vier jaar geleden is aangeschaft vanuit de Stichting. Nu

kan ik echt alleen op Hamlet zitten en rij ik echt alleen paard.

Hiervoor HEEL ERG BEDANKT.

Brieven

Op zes jarige leeftijd ben ik begonnen met paardrijden bij RSC Seu-

renheide. Na de eerste keer wist ik het zeker, ik wilde paardrijden! Ik

had het zo naar mijn zin op de manege, dat ik er ook te vinden was

tijdens de mindervalide lessen om te helpen. En nee, dan was ik er

geen kwartier voor en na de les, maar een paar uur!

Toen ik in februari 2011 overbruggingstijd tussen twee opleidingen

had, werd ik gevraagd om op Seurenheide te komen werken. Dit vond

ik zo ontzettend leuk, dat het niet bleef bij het geplande half jaar.

Inmiddels ben ik ruim twee jaar in dienst bij Paul en Sanne. De dagen

en weken vliegen voorbij en met alle toekomstplannen als uitzicht,

kijk ik met zeer goede moed naar de toekomst en naar Seurenheide.

Een top bedrijf, in mijn herinnering en in mijn toekomst!

Esmée Holtermans 24 25

Page 14: STICHTING MANEGE SEURENHEIDErecreatieve voorop staat. Er zijn echter meer redenen: het paard kan men als oefentoestel zien. Het rijden is een welkome afwisselingen bij het werken met

Veertig jaar Seurenheide. Als men aan het begin staat van een periode van veertig jaar, dan lijkt dat een hele tijd. Maar als men terugkijkt is het voorbij gevlogen. Zelf ben ik sinds 1992 als bestuurlid van de stichting bij Seurenheide betrokken. Ik kan dus met recht zeggen dat ik de ontwikkelingen van de manege voor de helft van haar bestaan van dichtbij heb meegemaakt.

Seurenheide heeft moeilijke perioden gekend. Maar altijd was er de inzet om te werken aan een nieuwe toekomst. Om te werken aan de speciale opdracht: het mogelijk maken van paardrijden voor mindervaliden. Toen we in 2000 de vierde FNRS-ster kregen, was dat iets om zeer trots op te zijn. We hadden niet voor niets met zijn allen zo hard gewerkt aan de verbetering van de kwaliteit van de manege.

Zonder de vrijwilligers had Seurenheide nooit zo ver kunnen komen. De voorbeelden van hun betrokkenheid zijn legio, evenals de blijken van medeleven van de ruiters en ouders van de ruiters. Neem de obligatieleningen in de vroege jaren negentig, waarmee we onder betrokkenen ruim 30.000,- gulden ophaalden. Meer dan de helft van de uitgekeerde obligaties werd teruggeschonken aan de stichting!

De grote kracht van manege Seuren-heide is dat het aanvoelt als een grote familie. Als ik aanwezig ben op een open dag en daar de mindervalide ruiters tesamen met de vrijwilligers zie rijden, dan schieten de tranen me in de ogen. Dit is waar we het allemaal voor doen!

Slotwoord

Nard KoningsBestuurslid

Colofon Redactie, tekst en beeld:

Mirjam van Gogh Deze uitgave was niet mogelijk geweest zonder de

belangeloze medewerking van:

ImagroConcept & Vormgeving Weemen Drukwerk & CommunicatieDrukwerk Jos JanssenFoto’s op cover en pagina 8, 17, 18 (rijles), 19 (rijles), 22 (onderste) Mirjam van Gogh Foto’s op pagina 14, 18 (portret), 19 (portret), 20, 23

De overige foto’s zijn afkomstig uit het archief van RSC Seurenheide.

Met dank aan alle geïnterviewden.

Speciale dank gaat uit naar:

Ria JanssenSanne van MullekomJan de VaanNard KoningsHans Snijders

26 27

Page 15: STICHTING MANEGE SEURENHEIDErecreatieve voorop staat. Er zijn echter meer redenen: het paard kan men als oefentoestel zien. Het rijden is een welkome afwisselingen bij het werken met

Stichting Manege Seurenheide | www.seurenheide.nl | [email protected]