Stageverslag (boekje) consumptief

1

Inhoudsopgave

1 Waarom werkoriëntatie? ...................................................................................................................................... 2

Doelstelling ......................................................................................................................................................... 2

Tijdsduur van de werkoriëntatie .......................................................................................................................... 2

Verzekering ......................................................................................................................................................... 2

Absentie .............................................................................................................................................................. 2

Begeleiding ......................................................................................................................................................... 2

2 Beoordeling .......................................................................................................................................................... 3

Organisatie van de stage ...................................................................................................................................... 3

Richtlijnen voor het stageverslag ........................................................................................................................ 3

Gedrag ................................................................................................................................................................. 4

3 Opdrachten vooraf aan de stage ........................................................................................................................... 6

3.1 Verwachtingen op de stageplek ......................................................................................................................... 6

3.2 Koppeling met het portfolio .............................................................................................................................. 7

4 Opdrachten tijdens de stage ................................................................................................................................. 8

4.1 Invulling van het stageverslag ........................................................................................................................... 8

4.2 Aanwezigheidsschema .................................................................................................................................... 10

4.3 Zelfbeoordeling van de leerling ...................................................................................................................... 11

4.4 Beoordeling stage ............................................................................................................................................ 13

4.5 Beoordeling stageverslag ................................................................................................................................ 14

5 Opdrachten na de stage ...................................................................................................................................... 15

Data: twee aaneengesloten weken maandag t/m vrijdag

Maandag 11 april t/m vrijdag 22 april 2016

Van der Meij College

Gravin Jacobastraat 1

1823 DS Alkmaar

tel.: 072 – 567 55 70

fax: 072 – 567 55 71

E-mail: info@vandermeijcollege.nl

2

1 Waarom werkoriëntatie? Je hebt nu bijna een jaar les gehad in je gekozen richting. Door middel van een oriëntatie

in een bedrijf word je in staat gesteld kennis te maken met diverse activiteiten in het

werkveld.Op school kun je veel leren, in de praktijk ga je weer hele andere dingen

ervaren.Juist in de praktijk zal blijken hoe je het geleerde toepast, welke houding je

aanneemt, of je initiatieven durft te nemen enz.

Doelstelling Het doel van de oriëntatieperiode is:

- Het oriënteren op de latere beroepsuitoefening.

- Het kennismaken en zo mogelijk enige ervaring opdoen met

beroepsspecifieke vaardigheden.

- Het oriënteren op de gewenste beroepshouding.

- Het oriënteren op een vervolgopleiding.

Tijdsduur van de werkoriëntatie De werkoriëntatie-periode is twee aaneengesloten weken.

In principe zijn je werktijden aangepast aan die van het bedrijf,

echter, per stagedag minimaal 6,5 uur en maximaal 7 uur (pauzes niet meegerekend).

Verzekering De werkoriëntatie is een leerperiode, je blijft leerling van de school.

Je ontvangt geen vergoeding voor je activiteiten en je bent via school verzekerd.

Absentie Kun je niet komen? Bel op, zodra het bedrijf waar je werkt “open” is en bel om 8.00 uur

naar de school.

Mensen bij het bedrijf kunnen geïrriteerd raken als je niet op tijd belt. Er zijn taken die

vervuld moeten worden. Wanneer dit niet gebeurt, ondervindt zowel het bedrijf als jij

schade. Een simpel telefoontje bij onverwachte afwezigheid laat zien dat je je

verantwoordelijk voelt voor je werk. Zo kan het bedrijf maatregelen nemen om je

afwezigheid op te vangen.

Bij ziekte of (gedeeltelijk) verzuim op de stagedagen worden deze uren/dagen

ingehaald op een later tijdstip. (inhalen doe je in je eigen tijd!) Afspraken bij de

dokter of de tandarts moeten buiten de stagetijd vallen.

Begeleiding Voor en tijdens de werkoriëntatie word je begeleid door je stagedocent.

Mochten zich problemen voordoen, neem dan contact op met deze docent zodat er tijdig

naar een oplossing gezocht kan worden.

Ook in het bedrijf zal er iemand zijn die je begeleidt en bij wie je terecht kunt met je

vragen. Vraag bij het kennismakingsgesprek wie dat zal zijn.

3

2 Beoordeling Achter in dit boekje vind je een aantal vragen. Maak al deze vragen en verwerk ze in je

verslag. In dit verslag moet nauwkeurig worden omschreven wat je hebt gedaan en hoe

je dit hebt ervaren. Tevens wordt aan het eind van elke stagedag het

aanwezigheids-schema ingevuld door de stagebegeleider van het bedrijf. Deze

zal aan het eind van de stageperiode de beoordelingslijst samen met jou invullen. De

getekende beoordelingslijst en het aanwezigheidsschema voeg je toe aan je

stageverslag.

Je wordt tijdens de stage door één van je docenten bezocht.

Organisatie van de stage Je loopt stage bij een bedrijf waar je belangstelling naar uit gaat en waar je van plan

bent in de toekomst verder in door te leren.

Richtlijnen voor het stageverslag Het maken van een stageverslag moedigt je aan om niet alleen praktisch

bezig te zijn, maar ook mensen en werksituaties te observeren.

Verder word je geleerd om informatie op een geordende manier in

hoofdstukken en paragrafen op te schrijven.

Algemeen:

- Schrijf je verslag zó, dat iemand die het bedrijf niet kent, begrijpt wat er staat.

Verklaar dus vooral zgn. vaktermen en probeer alles in de juiste volgorde te

vertellen. Schrijf in de verhalende vorm.

- Schrijf/typ duidelijk en zo mogelijk zonder fouten.

- Nummer de bladzijden.

- Houd links en rechts rekening met de kantlijn.

- Het verslag moet minstens drie blz. eigen tekst bevatten, dat wil zeggen, niet

overgeschreven uit folders en dergelijke.

- Maak een leuke, goed verzorgde omslag, waarop de naam van het bedrijf voorkomt.

Zet rechts onderaan op de omslag je naam en je klas.

Indeling van het verslag:

- Maak een inhoudsopgave, zet alle onderdelen en blz.-nummers netjes onder elkaar.

- Maak een inleiding. Als je stage gaat lopen stel je je daar natuurlijk het één en

ander bij voor. Met andere woorden, wat zijn jouw verwachtingen van de stage? Je

moet daarbij denken aan het volgende:

o Werkzaamheden die je hoopt te kunnen doen.

o Zaken waar je tegen op ziet, geef ook aan waarom.

o Het verschil tussen een dag naar school gaan en een dag stage lopen.

Het verslag, je kunt de volgende punten beschrijven:

o De antwoorden van alle vragen van die op blz. 8 staan verwerk je per

onderdeel in je verslag

o De taken die je hebt uitgevoerd.

o De werkzaamheden die goed verlopen zijn.

o De werkzaamheden die minder goed verlopen zijn en waarom.

o De samenwerking met collega’s.

o Zaken die helemaal nieuw voor je waren en wat je daar van vond.

- Verlevendig je verslag met tekeningen, plakwerk, folders, foto’s en dergelijke.

4

- Opdrachten: Blz 8. Werk de opdrachten zo uit, dat zij specifiek zijn voor het

bedrijf/de instelling. Schrijf zowel de opdracht (soms vraag) als het antwoord op.

Deze opdrachten horen duidelijk bij jouw stage, speciaal gericht op de verschillende

taken die jij in dit bedrijf/deze instelling kunt doen. Beschrijf deze taken zo uitgebreid

mogelijk in je verslag.

- Slotwoord, dit is het laatste gedeelte van je verslag, waarin je terugkijkt op de

stage. In dit hoofdstuk probeer je zo kort mogelijk aan te geven, hoe in jouw ogen de

stage is verlopen.

Schenk hierbij aandacht aan de volgende punten:

o Jouw eigen ervaringen, wat vond je moeilijk? Wat vond je leuk?

o Overeenkomsten en verschillen tussen les op school en stage.

o Welke verwachtingen had het bedrijf van jou? (manier van praten, je werk,

gedrag enz.)

Het stageverslag wordt vóór 20 mei 2016 bij je mentor ingeleverd.

Gedrag Opleiding en bekwaamheid zijn in het bedrijfsleven natuurlijk heel belangrijk.

Het wordt altijd erg op prijs gesteld wanneer je aardigheid in je werk hebt en

dit laat merken door een goede/positieve instelling.

Er wordt verwacht dat je op tijd bent, de regels van het bedrijf in acht neemt

en de instructies volgt die bij je werk horen.

Bijna iedereen is zenuwachtig als hij/zij voor het eerst naar het werk gaat.

Het is toch altijd min of meer een verrassing wat er precies gedaan moet

worden, waar je alles kunt vinden en niet in het minst of je het werk wel leuk

gaat vinden.

Je zult merken dat mensen je wel willen helpen, vooral de begeleider van het

bedrijf. Hij/zij wil zeker goed werk zien en dat is pas mogelijk als je je werk

een beetje kent.

De meeste nieuwelingen zijn bang vragen te stellen, toch moet je dat doen.

Je toont belangstelling en je voorkomt fouten. Van vragen stellen leer je !!!!

Zorg er wel voor dat je juiste moment kiest om vragen te stellen.

Stagedagen zijn schooldagen!!

Deze dagen worden niet op school doorgebracht maar op het stageadres.

1. De eerste indruk

Zorg dat je er verzorgd uitziet!

- Schoon, gekamd haar.

- Lang haar vast zetten of een staart maken.

- Schone handen en nagels, geen nagellak.

- Geen kauwgom in je mond. Geen piercings in gezicht dragen. Geen petje op.

2. Kleding en schoeisel

Als het goed is heb je afspraken gemaakt met het stagebedrijf welke kleding je kunt

dragen.

- Zorg dat je kleding in ieder geval schoon en niet kapot is.

- Draag schoenen die passen bij het werk dat je gaat doen.

- Bij slecht weer kun je je omkleden, zoals ook de meeste van je collega’s zullen doen.

3. Lichaamshouding

- Sta, loop en zit rechtop.

- Zorg voor voldoende nachtrust zodat je je fit voelt.

4. Instelling en houding ten opzichte van je werk

- Wees beleefd.

5

- Groet bij aankomst en vertrek

- Spreek met twee woorden. - Noem collega’s alleen bij de voornaam als zij er zelf om vragen.

- Bedank iemand die je een dienst bewijst.

5. Wees stipt

- Kom op tijd en vertrek niet te vroeg.

- Laat je werk niet zo maar in de steek, maak af waar je mee bezig bent.

- Houd je aan de gemaakte afspraken.

6. Toon initiatief

- Doe karweitjes zoals rechtzetten, opruimen enz. uit jezelf.

- Vraag of je bepaalde werkzaamheden mag zien, doen of leren.

7. Wees eerlijk

- Als je iets bent vergeten, of een fout hebt gemaakt, draai er dan niet omheen

maar zeg het en bied je verontschuldigingen aan. Een fout kan iedereen over-

komen.

- Als je iets breekt, zeg het dan ook direct.

8. Afscheid

Vergeet niet de laatste stagedag je stagebegeleider heel hartelijk te bedanken voor

alles wat hij/zij voor jou heeft gedaan.

Breng ook onze dank over namens de school.

Tot slot

Ook al ga je later werken in een ander bedrijf dan waar je nu stage loopt, leerzaam is het

altijd. Vaak is de eerste dag het moeilijkst. Maar je zult merken dat naarmate de periode

verloopt alles makkelijker gaat.

MAAK VAN DEZE STAGE EEN LEERZAME PERIODE.

6

3 Opdrachten vooraf aan de stage

3.1 Verwachtingen op de stageplek Voordat je aan je Stageperiode begint, moet je deze bladzijde invullen. Je hebt natuurlijk

een bepaald idee in je hoofd van hoe het werk zal zijn op het bedrijf waar je een

bepaalde periode gaat “werken”. Die verwachtingen kun je in de onderstaande lijst

invullen. Als de stageperiode is afgelopen kijken we of dit klopte met je verwachtingen.

JA NEE

1 Op het werk moet je natuurlijk alle

vervelende werkjes doen.

2 De medewerkers van het bedrijf

zullen wel aardig en behulpzaam

voor mij zijn.

3 Op het werk krijg je veel afwisselend

werk te doen.

4 Het werk zal veel te moeilijk voor

mij zijn.

5 Ik leer tijdens de stageperiode veel

nieuwe dingen.

6 Ik kan aan iedereen iets vragen als

ik dat wil.

7 Ik denk dat mijn begeleider in het

bedrijf veel tijd voor mij heeft.

8 De hele dag zal ik hard moeten

werken.

9 Ik geloof dat ik gemakkelijk en snel

contact met iedereen zal hebben.

10 Ik denk dat het bedrijf het niet erg

zal vinden wanneer ik een keertje te

laat kom.

11 Elke dag werken in het bedrijfsleven

zal erg moeilijk voor mij zijn.

12 Ik ga na het behalen van mijn

diploma zeker werken in deze

bedrijfstak.

Datum: ______________________________________

7

3.2 Koppeling met het portfolio Ik zal mijzelf op het stagebedrijf presenteren aan de hand van mijn portfolio. Dit doe ik,

omdat mijn stagegever een idee heeft wie ik ben en wat ik graag wil bereiken. Voor mij

is het dus belangrijk om voordat ik aan mijn stage begin hierover al na te denken.

De volgende leerlijnen denk ik in te zetten op mijn stage:

Leerlijn Werk / activiteit)

(hierin kan ik het terugzien)

Bewijsstuk

(Zo ga ik het vastleggen in

mijn portfolio

Dienstverlenend handelen Serveren voor gasten -Feedbackformulier van de

gasten

-foto van de activiteit

-starr verslag enz.

Zelfstandig werken

Samenwerken en

overleggen

Plannen en organiseren

Presenteren

Doorzettingsvermogen

Initiatief nemen

Flexibiliteit

Omgaan met druk en

tegenslag

Dienstverlenend handelen

Inlevering vermogen

8

4 Opdrachten tijdens de stage

4.1 Invulling van het stageverslag Met onderstaande opdrachten maak je het verslag compleet. Uiteindelijk maak je van je

stage een presentatie in PowerPoint (of ander presentatie programma). Tijdens de

mentor les zal je namelijk nog een presentatie geven over je stage.

A Oriëntatie op het bedrijf

1 Wat is de naam van jouw bedrijf?

2 Tot welke branche behoort jouw stagebedrijf?

3 Hoeveel personen werken er in dit bedrijf? Wat is hun functie?

4 Zijn er afspraken voor wat betreft kleding, werktijden, pauzes, roken enz.?

5 Zijn er concurrerende bedrijven in de buurt van jouw stagebedrijf en zo ja,

welke?

6 Komen de meeste bezoekers uit de buurt van het bedrijf of ook uit andere

plaatsen?

B Ligging van het bedrijf

1 Maak een plattegrond van een deel van de omgeving van het stagebedrijf.

Geef daarop aan waar de parkeergelegenheid voor de klanten is.

2 Ligt het bedrijf in een woongebied, uitgaansgebied, stadscentrum?

Leg uit.

C Werkzaamheden tijden jouw stage

1 Hoe ziet jouw dagindeling eruit?

2 Wat zijn de meest voorkomende werkzaamheden?

3 Wat vind jij het leukste werk? En wat het minst leuke?

4 Wat vind jij het moeilijkst? En wat ging jou makkelijk af?

5 Wat heb jij geleerd tijdens je stage? Wat was het leerzaamste?

6 Als je in een restaurant werkt, vergelijk deze met het schoolrestaurant. Welke

verschillen kan je noemen?

7 Doe dit ook als je in een bakkerij of keuken werkt.

8

D 6 p’s van het bedrijf

Bij onderdeel B heb je de eerste ‘p’(plaats) al beschreven. Verwerk ook de andere 5

p’s. Gebruik hiervoor de theorie uit je bronnenboek of van HTRV.nl

1 Personeel; wordt er bijvoorbeeld gebruik gemaakt van tafelbereidingen?

Hoe is het personeel geschoold?

2 Promotie; hoe worden de gasten naar het bedrijf gelokt?

3 Prijs; hoe zijn de prijzen van de menukaart tot stand gekomen? Maken ze

ook gebruik van kostprijs berekeningen?

4 Product; Welk soort producten bieden ze aan? Luxe of toegankelijk?

Welke diensten?

5 Presentatie; hoe staat het bedrijf bekend? Luxe bedrijf? Toegankelijk of

anders?

9

E Interview

1 Maak 10 vragen en neem met deze vragen een interview af bij je

leidinggevende.

Verwerk de antwoorden van bovenstaande vragen in je verslag per onderdeel A, B, C, D

en E. Het verslag dat je maakt stop je in dit mapje, voor de pagina’s die er nu al inzitten.

Uiteindelijk lever je dus het verslag en de inhoud van dit mapje in bij je mentor voor 20

mei 2016.

10

4.2 Aanwezigheidsschema 11 t/m 22 april 2016

Laat dit elke dag invullen door je stagebegeleider en uiteindelijk ondertekenen.

Week 15

Datum

aankomsttijd

vertrektijd

afwezig

opmerkingen

11 april

12 april

13 april

14 april

15 april

Week 16

Datum

aankomsttijd

vertrektijd

afwezig

opmerkingen

18 april

19 april

20 april

21 april

22 april

Handtekening stagebedrijf: ………………………………..

Handtekening leerling: …………………………………….

11

4.3 Zelfbeoordeling van de leerling

1. Uitvoering en houding ten opzichte van het werk.

1.1 Het opgedragen werk voer ik

0 goed

0 redelijk goed

0 matig

0 ______________________ uit.

1.2 Wat betreft de uitvoering van het opgedragen werk:

0 werk ik redelijk zelfstandig

0 heb ik veel begeleiding nodig

0 kan ik het opgedragen werk niet aan

0 __________________________________________

1.3 De werkzaamheden verricht ik

0 met veel plezier

0 met plezier

0 met weinig plezier

0 __________________________________________

1.4 Ik toon

0 veel initiatief

0 soms initiatief

0 weinig initiatief

0 __________________________________________

1.5 Mijn werktempo is

0 vlug

0 normaal

0 langzaam

0 __________________________________________

1.6 Ik was

0 keurig op tijd

0 soms te laat

0 vaak te laat

0 ___________________________________________

1.7 Mijn uiterlijke verzorging

0 is voldoende

0 is redelijk

0 is niet voldoende

0 ___________________________________________

1.8 Ik heb

0 niet verzuimd

0 weinig verzuimd

0 vaak verzuimd

0 ___________________________________________

1.9 Opmerkingen over de uitvoering van en de houding ten opzichte van het werk:

12

2. Persoonlijk functioneren en omgang met anderen.

2.1 Wat mijn persoonlijk functioneren betreft:

0 ik functioneerde van het begin af aan goed

0 ik ben langzaam aan beter gaan functioneren

0 ik ben nauwelijks beter gaan functioneren

0 ___________________________________________

2.2 Instructies worden door mij in het algemeen:

0 goed begrepen

0 door het stellen van vragen goed begrepen

0 niet goed begrepen

0 ____________________________________________

2.3 Ik vind

0 dit werk interessant

0 dit werk soms interessant

0 dit werk helemaal niet interessant

0 _____________________________________________

2.4 Met betrekking tot leidinggevend personeel

0 weet ik mijn houding te bepalen

0 weet ik niet of nauwelijks mijn houding te bepalen

0 ______________________________________________

2.5 Met betrekking tot collega’s/medewerkers

0 weet ik mijn houding te bepalen

0 weet ik niet of nauwelijks mijn houding te bepalen

0 ______________________________________________

2.6 Met betrekking tot klanten/leerlingen

0 weet ik mijn houding te bepalen

0 weet ik niet of nauwelijks mijn houding te bepalen

0 ______________________________________________

2.7 Opmerkingen over mijn persoonlijk functioneren en de omgang met anderen:

_______________________________________________________________________

13

4.4 Beoordeling stage

DOOR CONTACTPERSOON EN/OF STAGEBEGELEIDER

Naam stagiair(e) : ----------------------------------------

Naam bedrijf/instelling : ----------------------------------------

Naam contactpersoon : ----------------------------------------

Score 0 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10

a)

b)

c)

d)

e)

f)

g)

h)

i)

j)

Wilt u in het scoreveld aankruisen welk cijfer u geeft voor de bij het scoreveld behorende

onderstaande vragen ?

a) De stagiair(e) voert opgedragen werk goed en netjes uit.

b) De stagiair(e) voert de taken zelfstandig uit.

c) De stagiair(e) verricht de werkzaamheden met plezier.

d) De stagiaire toont initiatief.

e) Het werktempo is voldoende.

f) De stagiair(e) komt steeds op tijd. (max. cijfer een 8)

g) De stagiair(e) toonde interesse voor het werk.

h) De stagiair(e) weet zijn/haar houding te bepalen met betrekking tot het

leidinggevend personeel/collega’s/klanten.

i) De uiterlijke verzorging van de stagiair(e)is in overeenstemming met de

werkzaamheden.

j) Het taalgebruik van de stagiair (e)is correct.

Suggesties, op of aanmerkingen over de gang van zaken met betrekking tot het

stagegebeuren kunt u op de achterkant van dit formulier kwijt.

Hartelijk dank voor uw medewerking. Wij hopen dat u volgend jaar weer een stageplaats

beschikbaar wilt stellen.

Namens school: Namens bedrijf:

stagebegeleider:

………………………………………… …………………………………………..

14

4.5 Beoordeling stageverslag DOOR DE MENTOR CIJFER

Naam stagiair(e) : ----------------------------------------

Klas : ----------------------------------------

Elke dag dat je verslag te laat wordt ingeleverd (20 mei 2016) gaat er een punt af.

Lever het verslag in bij je mentor!

a) Kaft en verzorging van de omslag

b) Is het verslag in verhalende vorm gedaan

c) Is er sprake van een logische indeling?

d) Hoe is de algemene verzorging? (taalfouten, kantlijnen, plattegronden, interview)

e) Is er gebruik gemaakt van illustraties en ondersteunen zij de tekst?

f) Is er goed nagedacht een passend slotwoord te formuleren?

g) Is er ook sprake van eigen inbreng?

h) Wat is het gewicht van het verslag wat betreft zijn inhoud?

Score 0 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10

a) 1x 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0

b) 1x 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0

c) 1x 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0

d) 1x 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0

e) 1x 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0

f) 1x 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0

g) 1x 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0

h) 3x 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0

Eindcijferberekening stageverslag is het gewogen gemiddelde van de onderdelen a t/m h,

waarbij aangetekend dat h 3 x meetelt.

15

5 Opdrachten na de stage

Al eerder is benoemd dat er van de stage een PowerPoint presentatie gemaakt moet

worden. Dit heeft meerdere doelen:

- Andere leerlingen informeren over je stage

- Andere leerlingen informeren over de werkzaamheden van jou stage

- Beeld van het beroep om richting te geven aan je eigen loopbaan

- Van hetzelfde beroep de verschillen in bedrijven herkennen

Waaraan moet de PowerPoint presentatie voldoen:

- Minimaal 6 slides

- Ondersteund door foto’s

- Beoordeling van de stage wordt benoemd

- Werkzaamheden in het bedrijf worden benoemd

- Koppeling gemaakt met het beroep en vervolgopleidingen

- Zijn je verwachtingen uitgekomen? (zie hoofdstuk 3)

Zorg dat je een hand-out van je presentatie in je portfolio stopt. Vraag je

mentor om deze voor jou te printen.