Stad Nieuwpoort · 2009. 10. 22. · Juni 2009. 1. Inlichtingen en coördinaten van de...

18
baron ruzettelaan 35 | 8310 brugge | tel (050) 36 71 71 | fax (050) 35 68 49 | www.wvi.be 05278 Stad Nieuwpoort Verzoek tot raadpleging BPA Nieuwpoort Bad Juni 2009

Transcript of Stad Nieuwpoort · 2009. 10. 22. · Juni 2009. 1. Inlichtingen en coördinaten van de...

Page 1: Stad Nieuwpoort · 2009. 10. 22. · Juni 2009. 1. Inlichtingen en coördinaten van de initiatiefnemer ... werkt te worden. ... wing en verhardingen steeds toenemen. 2.5. Alternatieven

baro

n ru

zett

elaa

n 35

| 8

310

brug

ge |

tel

(05

0) 3

6 71

71

| fa

x (0

50)

35 6

8 49

| w

ww

.wvi

.be 05278

S t a d N i e u w p o o r tV e r z o e k t o t r a a d p l e g i n g

B P A N i e u w p o o r t B a d

J u n i 2 0 0 9

Page 2: Stad Nieuwpoort · 2009. 10. 22. · Juni 2009. 1. Inlichtingen en coördinaten van de initiatiefnemer ... werkt te worden. ... wing en verhardingen steeds toenemen. 2.5. Alternatieven

1. Inlichtingen en coördinaten van de initiatiefnemer ............................................................................................ 1

2. Beschrijving en verduidelijking van het voorgenomen plan en in voorkomend geval redelijke alternatieven voor het plan of onderdelen ervan ................................................................................................................................... 12.1. Beslissing tot opmaak .............................................................................................................................................. 12.2. Doelstelling .............................................................................................................................................................. 12.3. Situering van het plangebied ................................................................................................................................... 22.4. Nulalternatief ............................................................................................................................................................ 22.5. Alternatieven ............................................................................................................................................................ 32.6. Afbakening van het toepassingsgebied en de plan-merplicht ................................................................................. 3

3. Een beschrijving en een inschatting van de mogelijke aanzienlijke milieu-effecten van het voorgenomen plan of programma ............................................................................................................................................................. 33.1. De gezondheid en de veiligheid van de mens ......................................................................................................... 53.2. De ruimtelijke ordening ............................................................................................................................................ 53.3. Debiodiversiteit,defaunaendeflora ..................................................................................................................... 63.4. De energie- en grondstoffenvoorraden .................................................................................................................... 73.5. De bodem ................................................................................................................................................................ 73.6. Het water.................................................................................................................................................................. 83.7. De atmosfeer en de klimatologische factoren .........................................................................................................113.8. Het geluid ............................................................................................................................................................... 123.9. Het licht .................................................................................................................................................................. 123.10. De stoffelijke goederen .......................................................................................................................................... 123.11. Het cultureel erfgoed, met inbegrip van het architectonisch en archeologisch erfgoed ........................................ 133.12. Het landschap ........................................................................................................................................................ 133.13. De mobiliteit ........................................................................................................................................................... 133.14. De samenhang tussen de genoemde factoren ...................................................................................................... 15

4. Relevante gegevens met inbegrip van de redenen waarom de initiatiefnemer meent geen plan-mer te moe-ten opmaken overeenkomstig art. 4.2.6, §1, 5° van het DABM .................................................................................... 15

5. In voorkomend geval een beoordeling of het voorgenomen plan of programma grensoverschrijdende of gewestgrensoverschrijdende aanzienlijke milieueffecten kan hebben ...................................................................... 16

Page 3: Stad Nieuwpoort · 2009. 10. 22. · Juni 2009. 1. Inlichtingen en coördinaten van de initiatiefnemer ... werkt te worden. ... wing en verhardingen steeds toenemen. 2.5. Alternatieven

1w v i | J u n i ‘ 0 9 | v e r z o e k t o t r a a d p l e g i n g

1. Inlichtingen en coördinaten van de initiatiefnemer

Initiatiefnemer:Stad NieuwpoortMarktplein 78620 Nieuwpoortcontactpersoon: Vandevelde Marc [email protected]

Opdrachthouder:WviBaron Ruzettelaan 358310 Assebroekcontactpersoon:Nele Vanderstraeten: [email protected] van Ackere: [email protected] Mahieu: [email protected]

2. Beschrijving en verduidelij-king van het voorgenomen plan en in voorkomend geval redelijke alternatieven voor het plan of onderdelen ervan

In het BPA “Nieuwpoort-Bad” worden stedenbouw-kundige voorschriften opgesteld voor de reeds be-staande bebouwing langs de kustlijn. Het gebied is reeds bebouwd met o.a. hoogbouw en ondergrondse parkings.

2.1. Beslissing tot opmaakGelet op de aanwezige en steeds toenemende dyna-miek van de in hoofdzaak toeristisch recreatieve sec-tor en het gebrek aan een verordenend uitvoeringsin-strument dringt een BPA als instrument zich op.

2.2. DoelstellingHet BPA kadert binnen de beleidsopties van het voor-ontwerp GRS (GRS RGD p. 115 en BD p. 7,9). ‘Er dienen geïntegreerde acties en maatregelen uitge-werkt te worden. Dit onder meer door het opmaken van een ruimtelijk uitvoeringsplan voor Nieuwpoort- Bad, die volgende aspecten zal behandelen:

Afbakening concentratiezones voor hoogbouw met �

richtlijnen naar bouwhoogtes en diepte, dakuitbou-wen en gabarieten.Aandacht voor het publieke domein en de verkeers- �

leefbaarheid.Bij nieuwbouw dient de voorgevel gemoduleerd uit- �

gevoerd worden (max. 10 m.) om de kleinschalig-heid te accentueren’

De doelstellingen van het BPA “Nieuwpoort-Bad” zijn:Een stedenbouwkundig kader en actuele voor- �

schriften voor het bebouwingsweefsel.Het creëren van kwalitatieve publieke ruimte dat �

evenwicht dient te brengen in het dense bebou-wingsgrid.Het versterken van de doorwaadbaarheid van het �

plangebied.Het conserveren van het patrimonium door o.a.: �

de aangrenzende bebouwing hierop te doen �

afstemmen met duidelijke richtlijnen voor bouwmogelijkheden waar maximale invulling tot een ruimtelijk en samenhangend geheel kan evolueren. maximaal behoud na te streven �

De basisstructuur van het grid dragen d.m.v. het �

evenwicht tussen openheid en geslotenheid te bewaren.Het behoud en versterking van de toeristisch �

recreatieve voorzieningen (commerciële functies, diensten, hotel, bed- and breakfast, ...)

Reikwijdte en detailleringsniveau van het voorgeno-men BPA.

Het voorgenomen BPA vormt een kader voor het �

aanvragen van een stedenbouwkundige vergun-ning.De kwaliteitseisen, worden gedetailleerd tot op �

perceelsniveau. Alle nieuw op te richten construc-ties dienen te voldoen aan de voorwaarden van het BPA.De voorschriften bevatten volgende items: �

Bepalen van voorschriften omtrent ruimtelijke �

kwaliteit (bouwhoogte, dakvolume bepalingen, uitbouwen, afwerking gevels, aantal bouwlagen, bouwdiepte, gevelbreedte, garages, inplantings-voorwaarden,... ).

Page 4: Stad Nieuwpoort · 2009. 10. 22. · Juni 2009. 1. Inlichtingen en coördinaten van de initiatiefnemer ... werkt te worden. ... wing en verhardingen steeds toenemen. 2.5. Alternatieven

2 v e r z o e k t o t r a a d p l e g i n g | J u n i ‘ 0 9 | w v i

Bepaling omtrent hoofdbestemming, nevenbe- �

stemming.Volume bepaling van de woongelegenheden. �

Specifiekevoorschriftent.a.v.hetwaardevol �

patrimonium. Specifiekevoorschriftenomtrentarchitectu- �

rale stijlen (neonormandische architectuur) en kwaliteiten.Bepalen inrichting van de niet-bebouwde ruim- �

tes, parkeervoorzieningen, wegen, pleinen, ...... �

2.3. Situering van het plangebiedOnderhavig plangebied BPA Nieuwpoort-Bad om- �

vat het zeefront van Nieuwpoort-Bad, met name het gebied begrepen tussen de gemeentegrens ten westen tot aan de IJzermonding ten oosten, begrepen tussen de Zeedijk en de Elisalaan. Deze zone van het plangebied karakteriseert zich door een aaneengesloten band van hoogbouw parallel met de Zeedijk. Het plangebied omvat eveneens een groene zuid-oostelijk uitloper. Namelijk een onderdeel van het Prins Mauritspark. Het plangebied wordt ruimtelijk begrensd door: �

De verkeersvrije Zeedijk in het noorden. �

Het Loodswezenplein en de Havengeul in het �

oosten. De rechteroever van de Havengeul wordt begrensd door het natuurgebied “De IJzermonding”.Het zuidelijke deel van het plangebied vormt �

een onderdeel van het Prins Mauritspark. Het Prins Mauritspark (Keunepark in de volksmond) herbergt verschillende sportfaciliteiten en vormt een groene buffer tussen de havengeul en de bebouwing langsheen de Albert I-laan.

De bebouwing parallel met de Zeedijk wordt �

begrensd door de Elisalaan, de Simli wijk en de Simli duinen. Het meest oostelijke gedeelte van dit gebied werd herschapen in een residentiële villawijk (1950-1960). Het meest westelijke gedeelte, (+- 30 ha) werd op het gewestplan vastgelegd als natuurgebied. ten westen grenst het gebied aan de gemeente �

Koksijde en is ruimtelijk begrensd door de Kinderlaan.

Het op te maken BPA heeft een oppervlakte van �

ongeveer 40ha 63a. Het plangebied zal waar-schijnlijk 13 zones worden opgedeeld, namelijk:

Zone 1: Zone voor hoogbouw t.h.v. Zeedijk �

Zone 2: Zone voor meergezinswoningen �

Zone 3: zone voor groepsbebouwing �

Zone 4: Zone voor projectbouw �

Zone 5: Gemeenschapsvoorzieningen �

Zone 6: Gemeenschapsvoorzieningen, nabe- �

stemming publiek domeinZone 7: Gemeenschapsvoorzieningen, nabe- �

stemming meergezinswoningenZone 8: Publiek domein �

Zone 9: zone gelijkvloerse uitbouwen t.h.v. de �

Zeedijk Zone 10: openbaar groen �

Zone 11: Veiligheidszone �

Zone 12: Openbare zone met groen karakter �

Kaart : situering plangebied, luchtfoto

Kaart : situering plangebied, topokaart

2.4. NulalternatiefHoewel het BPA Nieuwpoort-Bad (1982) niet werd �

goedgekeurd, werd dit plan steeds als uitgangs-houding gehanteerd. Door gebrek aan rechtsze-kerheid en standvastigheid ontstonden er verschil-lendebouwconflicten.Het BPA is bedoeld als voorafname van het ge- �

meentelijk structuurplanningsproces ten behoeve

Page 5: Stad Nieuwpoort · 2009. 10. 22. · Juni 2009. 1. Inlichtingen en coördinaten van de initiatiefnemer ... werkt te worden. ... wing en verhardingen steeds toenemen. 2.5. Alternatieven

3w v i | J u n i ‘ 0 9 | v e r z o e k t o t r a a d p l e g i n g

van dringende ruimtelijke problematieken, welke niet kunnen wachten op de afronding van het gemeentelijk structuurplanningsproces.Gezien de grote dynamiek waaronder het gebied �

schuil gaat is een duidelijk ruimtelijk kader oppor-tuun. Indien het BPA niet wordt opgemaakt zullen de problematieken en maximalisatie van bebou-wing en verhardingen steeds toenemen.

2.5. AlternatievenAangezien het gebied reeds volledig ontwikkeld is, werden er geen alternatieven overwogen.

2.6. Afbakening van het toepassings-gebied en de plan-merplicht

Fase 3: Bepaling van de plicht tot opmaak van een plan-mer

Bij plannen en programma’s die ‘van rechtswege’ onderworpen zijn aan de plan-MER-plicht is er geen voorafgaande toetsing vereist daar er op onweerleg-bare wijze wordt vermoed dat deze plannen en pro-gramma’s aanzienlijke milieueffecten kunnen hebben. Men onderscheidt twee groepen van plannen en pro-gramma’s:a) plannen en programma’s, of de wijziging ervan, die tegelijkertijd

e � en kader vormen voor de toekenning van een vergunning voor de in bijlagen I en II van het be-sluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004 opgesomde projectenniet het gebruik regelen van een klein gebied op �

lokaal niveau, noch een kleine wijziging inhoudenbetrekking hebben op landbouw, bosbouw, visserij, �

energie, industrie, vervoer, afvalstoffenbeheer, waterbeheer, telecommunicatie, toerisme en ruim-

telijke ordening of grondgebruik (artikel 4.2.3, §2, 1° D.A.B.M.);

b) plannen en programma’s of de wijziging ervan waar-voor, gelet op de mogelijke betekenisvolle effecten op speciale beschermingszones, een passende beoorde-ling vereist is (artikel 4.2.1, tweede lid D.A.B.M.).

Het BPA is niet van rechtswege onderworpen aan de plan-MER-plicht want het vormt niet het kader voor de toekenning van een vergunning voor een project opgesomd in bijlage I of II van het Besluit van de Vlaamse Regering van 10-12-2004, het regelt het ge-bruik van een relatief klein gebied op lokaal niveau (to-tale oppervlakte BPA ± 40ha 63a ) en het betreft een kleine wijziging, nl. het formuleren van voorschriften voor een reeds bijna volledig ontwikkeld gebied en het heeft betrekking op de ruimtelijke ordening. Binnen de contouren van het plangebied bevinden zich geen Vo-gelrichtlijn- of Habitatrichtlijngebieden. Het plangebied grenst aan het Vogelrichtlijn gebied Westkust en aan het Habitatrichtlijngebied. Het plangebied werd reeds grotendeels bebouwd. Het op te maken BPA creëert een ruimtelijk kader en concretiseert de verdere ont-wikkeling. Er kan gesteld worden dat het BPA geen bijkomstig effect, ten aanzien van deze geselecteerde gebieden, zal veroorzaken..

Conclusie: Het BPA valt onder de screeningsplicht.

3. Een beschrijving en een in-schatting van de mogelijke aanzienlijke milieu-effecten van het voorgenomen plan of programma

Hier wordt een overzicht gevraagd van de mogelijke aanzienlijke milieueffecten van het plan of programma op:

de gezondheid en veiligheid van de mens �

de ruimtelijke ordening �

de biodiversiteit �

defaunaenflora �

de energie- en grondstoffenvoorraden �

de bodem �

het water �

de atmosfeer �

de klimatologische factoren �

het geluid �

het licht �

de stoffelijke goederen �

het cultureel erfgoed, met inbegrip van het �

architectonisch en archeologisch erfgoedhet landschap �

de mobiliteit �

de samenhang tussen de genoemde factoren �

Er wordt gebruik gemaakt van een ingreepeffecten-schema. De effecten waarvan vermoed wordt dat zewaarschijnlijk significant zijnworden verdermeerin detail onderzocht. Op de effecten die vermoedelijk nietsignificantzijnwordenminderdiepingegaan.

Page 6: Stad Nieuwpoort · 2009. 10. 22. · Juni 2009. 1. Inlichtingen en coördinaten van de initiatiefnemer ... werkt te worden. ... wing en verhardingen steeds toenemen. 2.5. Alternatieven

4 v e r z o e k t o t r a a d p l e g i n g | J u n i ‘ 0 9 | w v i

Ingreepeffectenschema

Ingreep Omvang in ruimte en tijd Lucht Geluid en trillingen

Licht, warmte stralingen

bodem Water Geur landschap mobiliteit f a u n a enflora

Opp (m²) DuurAanlegfaseAanleg wegenis, nutsvoorzieningen, openbare ruimte, parkeergelegenheden

Tijdelijk N* N* N P/N* P/N* N N* N* N*

Bouw/verbouwen/slopen woongelegen-heden

0000 Tijdelijk N* N* N P/N* P/N* N N* N N*

ExploitatiefaseBijkomende mobiliteit Permanent N* N* N N N N N N* NAfvoer hemelwater Permanent N N N N* N* N N N NAfvoer afvalwater Permanent N N N N N* N N N NVerwarming woningen Permanent N* N N* N N N N N N

N:nietsignificanteffect–N*:waarschijnlijknietsignificanteffect,effectzeerbeperktinruimteenomvang,zeerlokaaleffect–S:(waarschijnlijk)significanteffect–T:tijdelijkeffect–P:permanenteffect–O:positiefeffect–V:verderonderzoeknoodzakelijkbijvergunningsaanvraag

Page 7: Stad Nieuwpoort · 2009. 10. 22. · Juni 2009. 1. Inlichtingen en coördinaten van de initiatiefnemer ... werkt te worden. ... wing en verhardingen steeds toenemen. 2.5. Alternatieven

5w v i | J u n i ‘ 0 9 | v e r z o e k t o t r a a d p l e g i n g

3.1. De gezondheid en de veiligheid van de mens

ReferentieHet plangebied is een gebied met voornamelijk een �

woonfunctie, veelal in functie van tweede verblij-ven en een parkzone. De bestemming werd reeds hoofdzakelijk gerealiseerd. De woonfunctie werd aangevuld met voorzieningen zoals handel, horeca, diensten, kantoren, parkeren ... .Er zijn geen Seveso- inrichtingen binnen het plan- �

gebied of binnen een perimeter van 2 km rond het plangebied aanwezig.

Kaart : gewestplan

EffectenHet BPA biedt niet het kader van het oprichten van SEVESO-bedrijven.

ConclusieEr zijn geen Seveso bedrijven binnen of in de buurt �

van het plangebied gelegen. Met andere woorden zijn er geen risico’s waaraan mensen in de omge-ving van Seveso-inrichtingen kunnen blootgesteld

worden ten gevolge van de aanwezigheid van ge-vaarlijke stoffen in die inrichtingen.De uitvoering van het BPA zal geen bijkomende ri- �

sico’s voor de gezondheid en de veiligheid van de omwonenden opleveren.

3.2. De ruimtelijke ordening

ReferentieNieuwpoort maakt deel uit van het arrondis- �

sement Veurne en werd bij de fusie van ste-den en gemeenten in 1970 uitgebreid met de deelgemeenten Ramskapelle en Sint-Joris. De deelgemeente Nieuwpoort bestaat uit 2 delen, Nieuwpoort-Bad en Nieuwpoort-Stad. Deze 2 delen zijn op 3 km van elkaar verwijderd. Onderhavig plangebied BPA Nieuwpoort-Bad om- �

vat het zeefront van Nieuwpoort-Bad, met name het gebied begrepen tussen de gemeentegrens ten westen tot aan de IJzermonding ten oosten, begre-pen tussen de Zeedijk en de Elisalaan. Deze zone van het plangebied karakteriseert zich �

door een aaneengesloten band van hoogbouw pa-rallel met de Zeedijk. Het plangebied omvat even-eens een groene zuidoostelijke uitloper. Namelijk een onderdeel van het Prins Mauritspark. Historische kaarten en afbeeldingen verwijzen naar �

de mondaine ontwikkeling onder invloed van Ben-jamin Crombez. Het schaakbordschema is min of meer teruggaand naar het plan van aanleg, ont-werp van Thielens (1867). In tegenstelling tot de oorspronkelijke ontwikkeling �

kenmerkt het hedendaagse gebied zich door een drievoudige hoogbouwstrook, parallel met de Zee-dijk. Verschillende nieuwbouwprojecten transfor-meerden deze urbanisatie tot een dens patroon.

Verschillende percelen werden door de hoge ver- �

koopsprijzen en de toenemende tendens voor twee-de verblijven ontwikkeld tot overgeproportioneerde gebouwen. Dit leidt niet enkel tot bouwconflictenmaar eveneens tot het verdrijven van de autoch-tone bevolking met de gerelateerde tewerkstelling en voorzieningen. De effecten hiervan in de neder-zettingsstructuur zijn eveneens te merken door het samenvoegen van percelen, het verdwijnen van het oorspronkelijke waardevol patrimonium, het verdwijnen van de private tuinen, een te kort aan parkeerplaatsen, een toenemende verstening en een spookdorpeffect in het laagseizoen.Het BPA kadert binnen de beleidsopties van het �

voorontwerp GRS en staat onderaan de hiërarchie. Het BPA heeft enkel betrekking op (een deel van) het grondgebied van Nieuwpoort.

ConclusieHet BPA tracht een ruimtelijk kader te scheppen voor een kwalitatieve ontwikkeling van het plangebied. Een maximaal behoud van de structuur van de urbanisatie (incl. waardevol patrimonium) en voorzieningen i.f.v. een maximale leefbaarheid van de site. Dit d.m.v. een verfijning van de huidige bestemmings- en bebou-wingsmogelijkheden. Enkele niet bebouwde ruimtes worden bestemd als pleingeheel, dit i.f.v. kwalitatieve open ruimtes binnen het dense bebouwingsgrid. Eveneens worden voor-schriften opgenomen betreffende groenvoorzieningen i.f.v. de beeld- en leefkwaliteit.Het BPA zal geen negatief effect hebben op de ruim-telijke ordening.

Page 8: Stad Nieuwpoort · 2009. 10. 22. · Juni 2009. 1. Inlichtingen en coördinaten van de initiatiefnemer ... werkt te worden. ... wing en verhardingen steeds toenemen. 2.5. Alternatieven

6 v e r z o e k t o t r a a d p l e g i n g | J u n i ‘ 0 9 | w v i

3.3. De biodiversiteit, de fauna en de flora

ReferentieBinnen het plangebied van onderhavig BPA zijn er en-kele biologisch waardevolle gebieden gelegen. Deze situeren zich in het oostelijke deel van het plangebied, namelijk in het Prins Mauritspark met daarin een loof-houtaanplant (n), gemengd loofhout (gml) en esdoorn (acer).Grenzend aan het plangebied zijn er enkele biologisch zeer waardevolle gebieden gelegen. De noordelijke zijde van het plangebied grenst aan de biologisch zeer waardevolle duinzone met zeereepduin (dd), struweel-opslag (sz-) en populier (pop). Achter deze zone ligt de waardevolle strandzone met kunstwerken (dla).

Kaart : biologische waarderingskaart

De zuidelijke zijde van het plangebied grenst aan de biologisch zeer waardevolle Simliduinen met duin-doornstruweel (sd), kalkrijkduingrasland (hd) en zee-reepduin (dd-).Ten westen van het plangebied is eveneens een duin-gebied geselecteerd als biologisch zeer waardevol met duindoornstruweel (sd) en kalkrijk duingrasland (hd).Ten oosten van het plangebied wordt de begrenzing, meer bepaald de oever van de Havengeul gecatalo-giseerd als biologisch zeer waardevol slik of spuikom (ds).Het plangebied grenst aan Habitat- en Vogelrichtlijn-gebieden en VEN gebieden. Ten zuiden van het plan-gebied zijn de Simliduinen gelegen. Deze gebieden werden als habitat- en vogelrichtlijngebied Westkust geselecteerd.

Ten noorden van het plangebied ligt de IJzermonding waarvan delen ingekleurd zijn als habitat- en vogel-richtlijngebieden en VEN gebied Middenkust.

Beschrijving effectDe biologisch waardevolle gebieden gelegen in �

het Prins Mauritspark worden opgenomen in de openbare zone met groen karakter. Deze gebie-den zijn in het gewestplan gelegen in een zone voor gemeenschapsvoorzieningen en openbaar nut. Het behoud van het groen en de biologische waarde wordt in de bestemming van het gewest-plannietgewaarborgd.HetBPAverfijntdezebestemming en tracht het groene aspect van het gebied te bewaken.De zones die grenzen aan de Simli-duinen zijn �

reeds bebouwde zones.

Kaart: VEN- gebieden, vogelrichtlijngebieden

Page 9: Stad Nieuwpoort · 2009. 10. 22. · Juni 2009. 1. Inlichtingen en coördinaten van de initiatiefnemer ... werkt te worden. ... wing en verhardingen steeds toenemen. 2.5. Alternatieven

7w v i | J u n i ‘ 0 9 | v e r z o e k t o t r a a d p l e g i n g

Het tijdelijk bemalen bij het aanleggen van grote �

ondergrondse constructies zoals appartements-blokken en ondergrondse parkings kan een effect hebben op natuurgebieden. Dit dient geëvalueerd te worden bij de concrete planning van deze wer-ken zodat bij de uitvoering milderende maatregelen kunnen genomen worden (vb. retourbemaling). De huidige situatie (woongebied volgens het gewest-plan) laat ook de aanleg van ondergrondse par-keergarages toe.

ConclusieIn het plangebied bevinden zich geen waardevolle faunaoffloradiedreigtverlorentegaan.Deoptema-ken voorschriften zullen t.a.v. de habitat- en vogelricht-lijngebieden en VEN gebieden geen bijkomend effect creëren.

3.4. De energie- en grondstoffen-voorraden

ReferentieIn de omgeving van het plangebied liggen geen ont-ginningsgebieden.

ConclusieGeen aanzienlijk effect.

3.5. De bodemReferentie

Bodemkaart: Het plangebied heeft voornamelijk �

een antropogene ondergrond. Ten westen en ten zuiden van het plangebied bevinden zich hoge kustduingronden.

Kaart : bodemkaart

Kaart : Landbouwtyperingskaart

Page 10: Stad Nieuwpoort · 2009. 10. 22. · Juni 2009. 1. Inlichtingen en coördinaten van de initiatiefnemer ... werkt te worden. ... wing en verhardingen steeds toenemen. 2.5. Alternatieven

8 v e r z o e k t o t r a a d p l e g i n g | J u n i ‘ 0 9 | w v i

Kaart : Erosiegevoeligheid

Kaart : Gewenste Agrarische Structuur

Landbouwtyperings-kaart: zeer lage waardering �

niet- agrarische gebieden.GAS-kaart: Het plangebied behoort niet tot de ge- �

wenste agrarische structuurVolgens de erosiekaarten ligt het plangebied niet in �

een erosiegevoelig gebied VLAREBO-activiteiten: Waarschijnlijk zijn er op �

Zeedijk nr 30 activiteiten van rubriek 17.3.4.2°b, brandstoftanks (momenteel ARAB 1ste klasse ver-gunning).In het studiegebied zijn geen bedrijven of activitei- �

ten gevestigd onderworpen aan de milieuvergun-ningsplicht klasse 1 en waarvoor OVAM adviesbe-voegdheid heeft.Er zijn bij de gemeentediensten geen gegevens be- �

kend over gronden binnen het plangebied die zijn opgenomen in het register van verontreinigde gron-den of het Gronden- en Informatieregister.

ConclusieEr zullen geen ambachtelijke bedrijven (met even- �

tuele nieuwe VLAREBO-activiteiten) toegelaten worden. Geen aanzienlijke effecten. �

3.6. Het water

ReferentieDoor het plangebied stroomt geen waterloop. �

Ten oosten van het plangebied is de bevaarbare �

waterloop ‘Havengeul’ gelegen of de monding van de IJzer.Ten noorden van het plangebied is de Noordzee �

gelegen.Het plangebied behoort tot het bekken van de IJzer �

en het deelbekken Langgeleed-Beverdijkvaart. Op 30 januari 2009 hechtte de Vlaamse Regering haar

Page 11: Stad Nieuwpoort · 2009. 10. 22. · Juni 2009. 1. Inlichtingen en coördinaten van de initiatiefnemer ... werkt te worden. ... wing en verhardingen steeds toenemen. 2.5. Alternatieven

9w v i | J u n i ‘ 0 9 | v e r z o e k t o t r a a d p l e g i n g

definitievegoedkeuringaanhetbekkenbeheerplanmaar het deelbekkenbeheerplan is momenteel nog nietdefinitiefvastgesteld.Binnen het plangebied bevinden zich geen water- �

wingebieden en beschermingszones type I, II of III, afgebakend volgens het Besluit van de Vlaamse Regering van 27-03-1985 houdende nadere rege-len voor de afbakening van waterwingebieden en de beschermingszones.Het plangebied ligt niet in een oppervlaktewaterwin- �

gebied. In het plangebied liggen geen waterlopen die moeten voldoen aan de waterkwaliteitsnormen voor water bestemd voor waterproductie. De IJzer moet t.h.v het plangebied voldoen aan viswater-kwaliteit.Er zijn geen waterkwaliteitsgegevens beschikbaar �

over de waterlopen in de onmiddellijke omgeving. In de wijdere omgeving van het plangebied is er een meetpunt van de VMM in de IJzermonding t.h.v. de Watersportlaan (122), in 2007 werd een prati index van 1.3 bepaald of aanvaardbare kwaliteit. Er zijn geen meetpunten van de biologische waterkwaliteit relevant voor het plangebied. De bacteriologische kwaliteit van het zeewater t.h.v. het plangebied wordt gemeten en was steeds conform de impera-tieve waarde volgens de zwemwaterrichtlijn.

Watertoetskaarten:Het BPA is niet gelegen in een ‘overstromingsge- �

voelig gebied’.Het plangebied is integraal gelegen in type 1: Zeer �

gevoelig voor grondwaterstroming.Het plangebied is hoofdzakelijk gecategoriseerd als �

infiltratiegevoeliggebied.Het plangebied behoort niet tot het winterbed van �

een grote rivier.

Kaart: Verziltingskaart

Kaart : grondwaterstromingsgevoelige gebieden

Page 12: Stad Nieuwpoort · 2009. 10. 22. · Juni 2009. 1. Inlichtingen en coördinaten van de initiatiefnemer ... werkt te worden. ... wing en verhardingen steeds toenemen. 2.5. Alternatieven

10 v e r z o e k t o t r a a d p l e g i n g | J u n i ‘ 0 9 | w v i

Kaart : infiltratiegevoelige gebieden

Kaart: : overstromingsgevoelige ge-bieden

Page 13: Stad Nieuwpoort · 2009. 10. 22. · Juni 2009. 1. Inlichtingen en coördinaten van de initiatiefnemer ... werkt te worden. ... wing en verhardingen steeds toenemen. 2.5. Alternatieven

11w v i | J u n i ‘ 0 9 | v e r z o e k t o t r a a d p l e g i n g

VerziltingskaartHet plangebied grenst ten westen aan de Noordzee �

en ten oosten aan de IJzermonding en ligt daardoor in verzilt gebied

ZoneringsplanHet volledige gebied is centraal gebied behalve �

het loodswezen dat individueel te optimaliseren is en een stukje van het Prins Mauritspark dat col-lectief te optimaliseren is.Alle afvalwater en regenwater wordt gemengd �

afgevoerdnaardecollectorvandenvAquafinmeteen overstort in de havengeul (t.h.v. de Lom-bardsijdestraat).

Beschrijving effectEr zal afvalwater geloosd worden, afkomstig van de �

woningen, door verharding van oppervlaktes zal er enerzijds minder water in de bodem sijpelen, wat aanleiding geeft tot verdroging en anderzijds zal het hemelwater versneld afgevoerd worden, wat aan-leiding geeft tot een belasting van de ontvangende waterlopen.Binnen het plangebied zijn reeds een groot aan- �

tal ondergrondse parkeerconstructies aanwezig. Gezien de dynamiek en recreatieve karakter als badstad en de nood aan parkeerruimte worden bij-komstige parkeerruimtes toegelaten, In de huidige situatie is de aanleg van ondergrondse garages ook mogelijk.

Milderende maatregelenDe gewestelijke stedenbouwkundige verordening �

inzakehemelwaterputten,buffer-eninfiltratievoor-zieningen en de gescheiden afvoer van afvalwater en hemelwater legt op dat het opgevangen he-melwater in eerste instantie nuttig moet toegepast

worden (hemelwaterput) en indien dit niet kan, ter plaatsegeïnfiltreerdofalslaatstekeuzegebufferden vertraagd afgevoerd.Nieuwe riolen worden gescheiden aangelegd reke- �

ning houdend met het ontwerp via modellering van het gemeentelijk rioolstelsel dat in 2008 uitgevoerd werd.De bijkomende hoeveelheid verharding dient gere- �

lativeerd te worden gezien de huidige bezettings- en verhardingspercentages en mogelijkheden. Daarom worden er streefcijfers opgegeven voor de maximale bebouwing van de percelen en er worden voorschriften opgenomen omtrent een minimale groene inrichting van de onbebouwde ruimte.Bij de bouw van ondergrondse constructies met een �

diepte van meer dan 3m of een horizontale lengte van meer dan 50m, zoals ondergrondse parkings, in gebied dat zeer gevoelig is voor grondwaterstro-ming dient advies gevraagd te worden bij de be-voegde instantie.Het BPA is geen kader voor bedrijven. �

ConclusieGeen aanzienlijke effecten, mits het nemen van milde-rende maatregelen.

3.7. De atmosfeer en de klimatologi-sche factoren

Beschrijving effectTijdelijke stofhinder bij de heraanleg van het open- �

baar domein (gebouwen, wegenis, nutsvoorzienin-gen, parkings, ed.)Tijdelijke stofhinder bij de eventuele verbouwing, �

renovatie of herbouw van woongelegenheden.Luchtverontreiniging door verwarming van woonge- �

legenheden.Luchtverontreiniging door de wagens van de bewo- �

ners, dagjestoeristen en verblijfstoerisme.

Milderende maatregelenEPB-regelgeving �

Wettelijke voorschriften onderhoud stookolie- en �

mazoutketels.Het gebied is reeds volledig volgebouwd. Heraan- �

leg en bouwwerken zullen gespreid in de tijd gebeu-ren en het aantal bijkomende woongelegenheden zal beperkt blijven.Het creëren van meer parkeergelegenheden en �

een betere doorstroming zou moeten leiden tot minder stilstaand verkeer en minder luchtverontrei-niging.

ConclusieDit effect is eerder kleinschalig.

Page 14: Stad Nieuwpoort · 2009. 10. 22. · Juni 2009. 1. Inlichtingen en coördinaten van de initiatiefnemer ... werkt te worden. ... wing en verhardingen steeds toenemen. 2.5. Alternatieven

12 v e r z o e k t o t r a a d p l e g i n g | J u n i ‘ 0 9 | w v i

3.8. Het geluid

Beschrijving effectTijdelijke geluidshinder bij de heraanleg van het �

openbaar domein (gebouwen, wegenis, nutsvoor-zieningen, parkings ed.).Tijdelijke geluidshinder bij de eventuele verbou- �

wing, renovatie of herbouw van de woningen.Lawaaihinder door de wagens van de bewoners, �

dagjestoeristen en verblijfstoerisme.

Milderende maatregelenHet gebied is reeds volledig volgebouwd. Heraan- �

leg en bouwwerken zullen gespreid in de tijd gebeu-ren en het aantal bijkomende woongelegenheden zal beperkt blijven.Meer ondergronds parkeren heeft een positief ef- �

fect op de lawaaihinder.

ConclusieDit effect is eerder kleinschalig.

Kaart : ankerplaatsen en relictzones

3.9. Het licht

Beschrijving effectlichthinder door straatverlichting �

lichthinder door verlichting woongelegenheden �

Milderende maatregelenKeuze goede armaturen �

Het RUP vormt niet het kader voor projecten die �

veel verlichting met zich meebrengen zoals sport-velden, serrebedrijven en winkels met lichtreclame en verlichte terreinen.

ConclusieGeen aanzienlijk effect

3.10. De stoffelijke goederen

ReferentieHet plangebied is grotendeels reeds ingenomen �

door zijn bestemmingsmogelijkheden. Enkele be-stemmingszoneswordenverfijndenenkelekrijgeneen nabestemming.Een klein deel van het plangebied is braakliggend �

(verspreide sporadische percelen)

ConclusieEr wordt geen enkele woning onteigend, geen aan-zienlijk effect.

Page 15: Stad Nieuwpoort · 2009. 10. 22. · Juni 2009. 1. Inlichtingen en coördinaten van de initiatiefnemer ... werkt te worden. ... wing en verhardingen steeds toenemen. 2.5. Alternatieven

13w v i | J u n i ‘ 0 9 | v e r z o e k t o t r a a d p l e g i n g

3.11. Het cultureel erfgoed, met inbe-grip van het architectonisch en archeologisch erfgoed

ReferentieBinnen het plangebied zijn beschermde monumen- �

ten gelegen, namelijk:Monument ‘Villa Hurlebise’, �

Monument ‘White Residence’ �

Demarcatiepaal nr. 9 (voorlopig beschermd). �

Binnen het plangebied is een beschermd stadsge- �

zicht gelegen, namelijk de voormalige “Villa Crom-bez”. In de omgeving van het plangebied zijn volgende �

beschermde landschappen gelegen:ten oosten “De IJzermonding en omgeving” �

ten zuiden “Het duinengebied ten westen van �

Nieuwpoort-Bad” (Simli- duinen)

Beschrijving effectEr worden voorschriften opgenomen om deze mo-numenten (eveneens het waardevolle patrimonium) maximaal te behouden en om de aangrenzende be-bouwing te integreren t.a.v. het gabariet.Ten aanzien van de aangrenzende beschermde land-schappen zal er geen bijkomend effect, gezien de hui-dige bestemming en inrichting gegenereerd worden.

ConclusieGeen aanzienlijke effecten

3.12. Het landschap

ReferentieIn het plangebied zijn geen ankerplaatsen gelegen. �

Het plangebied grenst oostelijk aan de ankerplaats IJzermonding St. Laureinsduinen.In het plangebied zijn geen relictzones gelegen �

maar het plangebied grenst oostelijk wel aan de re-lictzone IJzermonding en zuidelijk aan de relictzone Duinen Westkust.

Beschrijving effectTen aanzien van het aangrenzende landschap zal er geen bijkomend effect ontwikkeld worden. Vanuit het plangebied wordt er getracht de link met deze gebie-den, door middel van afstemming pleingehelen, inrich-ting en vista’s een ruimtelijke link te creëren. Het doel is voornamelijk de bewustmaking van de verschillende aanwezige en waardevolle landschappen.

ConclusieGeen aanzienlijke effecten

3.13. De mobiliteit

ReferentieBestaande ontsluitingswegen �

Het plangebied wordt, parallel met de zeedijk, ontslo-ten door:

De Albert I-laan ten noorden, �

de Elisalaan ten zuiden �

De dwarse ontsluitingsdoorsteken worden beperkt tot vijf doorgangen, namelijk (van oost naar west):

Dienstweg Havengeul �

Albert I-Laan �

Lefebvrestraat �

t.h.v. Sint Bernardusplein �

Kinderlaan �

Door het verschuiven van de tramlijn naar de Elisa-laan kon het karakter van de Albert I Laan aangepast worden. De Albert I Laan werd ter hoogte van het plan-gebiedheringericht.Hetnieuwewegprofiel richtzichnaar een verblijfsfunctie waar éénrichtings verkeer kan ten behoeve van de plaatselijke ontsluiting. De Elisalaan neemt het doorgaand verkeer richting Nieuwpoort-Stad voor zijn rekening. De kusttram heeft inditwegprofieleenapartetrambaanwaardoordefre-quentie van de tram optimaal kan fungeren. In afwach-ting tot een dubbele rijrichting in de Elisalaan dient de Albert I Laan nog steeds het doorgaand verkeer te verwerken. De huidige inrichting van deze weg kan in piekmomenten deze stroom niet verwerken. Door deze druk verschuift deze problematiek zich parallel naar de Franslaan, gelegen tussen de Albert I Laan en de Elisalaan. Deze ontwikkeling is nefast voor de leefbaarheid en veiligheid, een herinrichting van de Elisalaan is gezien deze ontwikkeling opportuun.

Page 16: Stad Nieuwpoort · 2009. 10. 22. · Juni 2009. 1. Inlichtingen en coördinaten van de initiatiefnemer ... werkt te worden. ... wing en verhardingen steeds toenemen. 2.5. Alternatieven

14 v e r z o e k t o t r a a d p l e g i n g | J u n i ‘ 0 9 | w v i

De Zeedijk en de promenade parallel met de haven-geul zijn verkeersvrij en gericht op het recreatieve aspect. De promenade sluit aan op het Loodswezen-plein. De promenade realiseert een verbinding tussen Nieuwpoort-Bad naar Nieuwpoort-Stad. De inrichting van deze recreatieve verbinding raakt het Loodswe-zenplein. t.h.v. het Loodswezenplein werd reeds, in het verlengde van de promenade, een strook tot aan het staketsel verkeersvrij gemaakt. De gemeente heeft reeds plannen om de aanleg van de promenade te vervolledigen tot aan het staketsel.Een deel van het Loodswezenplein werd ingericht als private parking (zowel ondergronds als bovengronds), het overige deel van het plein ligt er momenteel ver-

Kaart: overzicht mobiliteit

waarloosd bij en functioneert als extra parkeerruimte. Ook voor de herinrichting van het Loodswezenplein worden door de gemeente reeds plannen gemaakt.

Zoals eerder vermeld werden de doorsteken van Albert I Laan naar de Elisalaan beperkt tot vijf ontsluitingen. De overige dwarse assen werden door de verschuiving van de tramlijn gebarikadeerd. De straten functioneren momenteel als parkeerstroken. Voetgangersontslui-ting is wel mogelijk maar onvoldoende herkenbaar en onaantrekkelijk vanuit het plangebied.

Parkeren �

Door de hoge bebouwingsconcentratie (verblijfsrecre-atie) en het recreatieve aspect (dagrecreatie) ontstaat er een enorme druk op de parkeervoorzieningen. Het gebied wordt overheerst door parkeerplaatsen. In ieder straatbeeld zijn parkeerplaatsen dominant aan-wezig. De hiërarchie en leesbaarheid van deze wegen is hierdoor niet duidelijk. Enkel de Zeedijk is verkeersvrij en ook parkeervrij. Toch zijn er enkele zones op de Zeedijk die niet ge-vrijwaard bleven onder deze druk, meerbepaald tus-sen het Hendrikaplein en het Loodswezenplein. Het Leopoldplein grenzend aan de zeedijk werd eveneens gedeeltelijk bestemd als parking.In piekmomenten is er een gebrek aan parkeerplaat-sen. Door het gebrek aan ruimte en mogelijkheden voor grootschalige randparkings wenst de gemeente ondergrondse parkings toe te laten onder het straat-profiel.Reeds verschillende ondergrondse parkings werden gerealiseerd, soms in combinatie met bovengronds. Door de parkeerdruk is er onvoldoende vrije ruimte voor straatgroen. Deze bovengrondse parkeerplaat-sen en grote verhardingsoppervlaktes zijn onaantrek-kelijk en nefast voor de verblijfskwaliteit van deze pu-blieke ruimtes.

Trage wegen �

Er zijn geen trage wegen conform de ‘Atlas der buurt-wegen’ gelegen binnen het plangebied. Wel zijn er verschillende verkeersvrije zones (zoals de Zeedijk, promenade,..) In de voorschriften zal er gestreefd wor-den naar maximale vrije ruimtes en verbindingen voor de trage weggebruiker.In de nabijheid van het plangebied is er geen functio-neelfietsroutegelegen.

Page 17: Stad Nieuwpoort · 2009. 10. 22. · Juni 2009. 1. Inlichtingen en coördinaten van de initiatiefnemer ... werkt te worden. ... wing en verhardingen steeds toenemen. 2.5. Alternatieven

15w v i | J u n i ‘ 0 9 | v e r z o e k t o t r a a d p l e g i n g

Beschrijving effect

Het gebied ligt momenteel in woonzone. Het plan brengt geen bijkomende bebouwingsmogelijkheden mee. Het BPA is erop gericht nadere voorschriften toe te voegen aan de bestaande bebouwingszones. Het gebied is reeds bijna volledig ingevuld en de enkele vrijliggende percelen zijn reeds bestemd als woonzo-ne. Er wordt dan ook geen bijkomende verkeersgene-ratie veroorzaakt ten gevolge van het toepassen van het BPA.In het BPA worden een aantal straten en pleinen aan-geduid waar ondergrondse parkings kunnen gereali-seerd worden. Het toepassen van BPA wijzigt niet de mogelijkheden voor ondergrondse parkings onder het openbaar domein. Sommige ondergrondse parkeer-voorzieningen zijn recent gerealiseerd.

Milderende maatregelenOndergrondse parkeerruimtes zijn toegelaten. �

Opsplitsing van de typologie van de wegenis in de �

voorschriften.I.f.v. sluipverkeer worden de doodlopende straten �

behouden en dienen deze ingericht te worden als trage wegen.Clusteren van parkeerplaatsen en afwerking door �

middel van groenstructuren.Er zijn geen bijkomende garage ingangen t.h.v. de �

Albert I Laan toegelaten. Dit om de doorstroming en verkeersveiligheid niet bijkomstig te belasten.

ConclusieHet BPA veroorzaakt geen mobiliteitseffecten ten op-zichte van de referentiesituatie.

3.14. De samenhang tussen de ge-noemde factoren

ConclusieGeen aanzienlijk effect

4. Relevante gegevens met in-begrip van de redenen waar-om de initiatiefnemer meent geen plan-mer te moeten op-maken overeenkomstig art. 4.2.6, §1, 5° van het DABM

Het betreft het opstellen van stedenbouwkundige voor-schriften voor de reeds bestaande bebouwing.Er zullen geen bijkomende risico’s zijn voor de ge-zondheid en de veiligheid van de omwonenden, geen negatieve effecten op de ruimtelijke ordening, geen gevolgen voor de energie- en grondstoffenvoorraden, de bodem, de stoffelijke goederen en het landschap.Er worden voorschriften opgenomen om de be-schermde monumenten maximaal te behouden en om de aangrenzenden bebouwing te integreren t.a.v. het gabariet.De voorschriften zullen geen bijkomende effecten cre-eren t.a.v. de habitat- en vogelrichtlijnen en VEN ge-bieden buiten het plangebied.Er wordt geen verhoogde mobiliteit verwacht omdat het gebied nu reeds volgebouwd is. De verbeterde door-stroming en meer (ondergrondse) parkeergelegenhe-den zouden de luchtverontreiniging en lawaaihinder door wagens moeten verminderen. Bij de aanleg van de infrastructuur en de bouw van woongelegenheden kan er wel tijdelijk lokaal lawaaihinder en stofhinder optreden.De verhoogde afvoer van water naar de waterlopen en deverminderdeinfiltratievanhemelwaterindebodemzijn permanente effecten, die echter gemilderd worden door de gewestelijke stedenbouwkundige verordening en de voorschriften van het BPA die maximale normen opleggen betreffende de te bebouwen oppervlaktes.Er kan dus gesteld worden dat er geen aanzienlijke effecten, moeten verwacht worden.

Page 18: Stad Nieuwpoort · 2009. 10. 22. · Juni 2009. 1. Inlichtingen en coördinaten van de initiatiefnemer ... werkt te worden. ... wing en verhardingen steeds toenemen. 2.5. Alternatieven

16 v e r z o e k t o t r a a d p l e g i n g | J u n i ‘ 0 9 | w v i

5. In voorkomend geval een beoordeling of het voorge-nomen plan of programma grensoverschrijdende of gewestgrensoverschrijdende aanzienlijke milieueffecten kan hebben

Het plangebied heeft een totale oppervlakte van ± 40 ha 63 a en ligt in Nieuwpoort in het midden van de Belgische kustlijn. Er worden geen effecten verwacht die de gewestgrens of de landsgrens zullen overschrij-den.