Siebelien Felix Marijke van der Heijden van levensbelang ...

3
CREATIVITEIT SPELEN MOET! Creatieve ruimte van levensbelang Zoals het kind met behulp van een teddybeer leert zijn angsten te hanteren wanneer hij ontdekt dat hij een aparte identiteit heeft los van zijn moeder, zo heeft de manager baat bij het vasthouden aan een sterke eigen visie om gevoelens en gedachten uit zijn innerlijke wereld om te kunnen zetten in van hem verwachte acties in de buitenwe- reld. Zowel bij het kind als bij de manager moet er een brug worden gelegd tussen een interne en een externe realiteit. Ruimte voor spel en verbeelding maakt verbindingen tus- sen beide werelden mogelijk. Spel en werkelijkheid Het is geen toeval dat psychoanalyticus Donald Winnicott de titel Playing and Reality gekozen heeft voor het boek waarin hij zijn gedachtegoed presenteert. Spelactiviteiten zijn van essentieel belang voor een gezonde, mentale groei van baby tot volwassene. Win- nicott laat zien dat het belangrijk is om tijd en ruimte te maken voor creativiteit en spel, ook op de werkplek in organisaties. Spel helpt je te verdragen dat je niet overal onmiddellijk een antwoord op hebt. Winnicotts denkbeelden worden veel gebruikt in de literatuur rond organisatiepsy- chodynamica waarbij de concepten holding environment, transitional space en transitional object een grote rol spelen. Holding environment Winnicotts gedachten over holding environ- ment zijn ontstaan tijdens zijn observaties van moeders met hun baby. Deze holding envi- ronment ziet hij als een psychische en fysieke ruimte waarin de baby beschermd is, zonder zich daarvan bewust te zijn. De relatie tussen moeder en kind doorloopt in deze ruimte drie stadia. In de eerste maanden zijn, vanuit het perspectief van de baby, moeder en kind één. De baby heeft constant aandacht nodig. Het vraagt veel inlevingsvermogen van de moe- der om een holding environment te creëren, waardoor het kind een vorm van zekerheid en basisvertrouwen ervaart. Winnicott nam bij de baby een langzaam dagend besef van een eigen Ik waar. In dit pro- ces zag hij dat de baby de ‘me-not me’ grens ontdekt, een ontdekking die gepaard gaat met agressie. Als de moeder aanwezig blijft ondanks deze agressie kan de baby het idee ontwikkelen van een Ander die onafhankelijk van zijn eigen angsten en wensen bestaat. Om dit te bewerkstelligen, moet de moeder good enough zijn, in staat om er op adequate wijze te zijn voor het kind. De good enough moeder reageert met haar fysieke en mentale beschik- baarheid op de noden van het kind. In het volgende stadium exploreert het kind de ‘me-not me’ grens verder. Tijdens deze ont- dekkingstocht vindt de baby een transitional object. Dit kan alles zijn, van een puntje van het laken tot de beer maar ook een melodie, een woord of een ritueel. De nabijheid van dit Siebelien Felix Marijke van der Heijden Tijdschrift voor Coaching september nr. 3 2009 ACHTERGROND 14

Transcript of Siebelien Felix Marijke van der Heijden van levensbelang ...

Page 1: Siebelien Felix Marijke van der Heijden van levensbelang ...

CREATIVITEIT

SPELEN MOET!

Creatieve ruimtevan levensbelang

Zoals het kind met behulp van een teddybeer leert zijn angsten te hanteren wanneer hij ontdekt dat hij een aparte identiteit heeft los van zijn moeder, zo heeft de manager baat bij het vasthouden aan een sterke eigen visie om gevoelens en gedachten uit zijn innerlijke wereld om te kunnen zetten in van hem verwachte acties in de buitenwe-reld. Zowel bij het kind als bij de manager moet er een brug worden gelegd tussen een interne en een externe realiteit. Ruimte voor spel en verbeelding maakt verbindingen tus-sen beide werelden mogelijk.

Spel en werkelijkheidHet is geen toeval dat psychoanalyticus Donald Winnicott de titel Playing and Reality gekozen heeft voor het boek waarin hij zijn gedachtegoed presenteert. Spelactiviteiten zijn van essentieel belang voor een gezonde, mentale groei van baby tot volwassene. Win-nicott laat zien dat het belangrijk is om tijd en ruimte te maken voor creativiteit en spel, ook op de werkplek in organisaties. Spel helpt je te verdragen dat je niet overal onmiddellijk een antwoord op hebt. Winnicotts denkbeelden worden veel gebruikt in de literatuur rond organisatiepsy-chodynamica waarbij de concepten holding environment, transitional space en transitional object een grote rol spelen.

Holding environmentWinnicotts gedachten over holding environ-ment zijn ontstaan tijdens zijn observaties van moeders met hun baby. Deze holding envi-ronment ziet hij als een psychische en fysieke ruimte waarin de baby beschermd is, zonder zich daarvan bewust te zijn. De relatie tussen moeder en kind doorloopt in deze ruimte drie

stadia. In de eerste maanden zijn, vanuit het perspectief van de baby, moeder en kind één. De baby heeft constant aandacht nodig. Het vraagt veel inlevingsvermogen van de moe-der om een holding environment te creëren, waardoor het kind een vorm van zekerheid en basisvertrouwen ervaart.Winnicott nam bij de baby een langzaam dagend besef van een eigen Ik waar. In dit pro-ces zag hij dat de baby de ‘me-not me’ grens ontdekt, een ontdekking die gepaard gaat met agressie. Als de moeder aanwezig blijft ondanks deze agressie kan de baby het idee ontwikkelen van een Ander die onafhankelijk van zijn eigen angsten en wensen bestaat. Om dit te bewerkstelligen, moet de moeder good enough zijn, in staat om er op adequate wijze te zijn voor het kind. De good enough moeder reageert met haar fysieke en mentale beschik-baarheid op de noden van het kind.In het volgende stadium exploreert het kind de ‘me-not me’ grens verder. Tijdens deze ont-dekkingstocht vindt de baby een transitional object. Dit kan alles zijn, van een puntje van het laken tot de beer maar ook een melodie, een woord of een ritueel. De nabijheid van dit

Siebelien Felix

Marijke van der Heijden

Tijdschrift voor Coaching september nr. 3 2009

AC

HTE

RG

RO

ND

14

CREATIVITEIT_09_09.indd 14 15-09-2009 13:39:16

Page 2: Siebelien Felix Marijke van der Heijden van levensbelang ...

Creatieve ruimtevan levensbelang

object kan een voorwaarde zijn om in slaap te kunnen vallen of tot rust te komen. Dit object verbindt het kind met de subjectieve ervaring maar het blijft tegelijkertijd een voorwerp in de objectieve wereld. Hier ontstaat een nieuwe ruimte die noch objectief noch vol-ledig subjectief is (transitional space).

De holding environment begint bij de moeder-kind relatie maar deze beschermende om-geving blijft van belang voor contacten met anderen. De holding environment beschermt het kind tegen de dubbelzinnigheid van de subject-object grens en beschermt de volwas-sene tegen teveel stress, conflicterende eisen en andere dreigingen uit de buitenwereld. Het creëren van een holding environment is een vorm van management.

Transitional objectsHet transitional object, waarvan het kind gebruik maakt tijdens de ontwikkeling van volledige afhankelijkheid naar een stadium van relatieve afhankelijkheid, wordt door het kind zelf gecreëerd mits er sprake is van een good enough moeder die een holding environ-ment biedt.

Ook in organisaties zijn transitional objects zoals het steeds weer benadrukken van bepaalde historische feiten waaraan men buitenproportioneel waarde toekent of een principe dat hardnekkig verdedigd wordt. In een proces van organisatieverandering kan een aanval op deze transitional objects als zeer intimiderend worden ervaren. Het geeft aan waarom gewenste verandering moeilijk is en weerstand oproept. Pas wanneer men bereid is door middel van spel met andere ogen te kijken naar deze organisational objects wordt

veelal besloten niet-functionele, voormalige standpunten te herzien. Onderzoek naar deze organisational objects heeft vaak zijn nut afgeworpen in een begeleidingstraject van een bedrijf.

ContainmentWanneer de moeder in staat is de geprojec-teerde angsten van het kind op te nemen en op een hanteerbare wijze terug te geven wanneer het kind daar aan toe is, spreekt men behalve van een holding environment ook wel van containment. Containment is afkomstig

van het Latijnse woord continere, dat onder andere verankeren, vasthouden en verbinden betekent. Zo wordt de moeder beschreven als container, maar iedereen die over een hoge graad van empathie beschikt kan functione-ren als container. Zo kan ook een coach voor containment zorgen door de problemen van de cliënt aan te horen en op een andere, creatieve manier terug te geven. Een manager kan zijn mede-werkers containment bieden door sensitief te reageren op emoties en niet-rationele proces-sen in het bedrijf.

Transitional spaceDe realiteit die zich ontvouwt als het kind het transitional object niet meer nodig heeft om onderscheid te maken tussen Ik en de Ander is onderdeel van de belevingswereld van het individu op de grens van de overgang van de innerlijke belevingswereld en de externe wer-

Tijdschrift voor Coaching september nr. 3 2009 15

kelijkheid (transitional space). Deze ontwikke-ling leidt tot het gebruik van illusie, symbolen en van objecten later in het leven.

Deze transitional space is een ervaringsgebied, een potentiële ruimte tussen het individu en zijn omgeving. In de organisatiecontext verwijst deze ruimte naar een situatie waar verleden en toekomst samen aanwezig zijn in het hier-en-nu. Het behelst een tijdelijke, virtuele wereld waarin fantaseren en spel cen-traal staan. De manager of de coach kunnen voorwaarden scheppen voor het ontstaan van

een transitionele ruimte.

Organisation in the mindIn een groeiend aantal organisaties wordt tegenwoordig gebruik gemaakt van Organi-sation in the mind, een benadering, ontwikkeld door het Grubb Institute en het Tavistock Institute in Londen die een transitional space biedt waar veronderstellingen, gedragspatro-nen en het verschil tussen de innerlijke en de externe realiteit op creatieve wijze worden onderzocht. Elke medewerker heeft een eigen beeld van de organisatie, mede gekleurd door eigen er-varingen. Ieder mens neemt op verschillende wijze waar hoe activiteiten en relaties in een bedrijf georganiseerd, gestructureerd en met elkaar verbonden zijn. Onbewuste, onzichtbare processen kunnen worden bestudeerd door te kijken naar de uitingen ervan. Organisation in the mind biedt

Creativity is always linked with the happy moment when all conscious control can be forgotten

Anton Ehrenzweig

CREATIVITEIT_09_09.indd 15 15-09-2009 13:39:16

Page 3: Siebelien Felix Marijke van der Heijden van levensbelang ...

Tijdschrift voor Coaching september nr. 3 200916

mensen de mogelijkheid organisatiedyna-miek, dilemma’s, spanningen en emoties zichtbaar en inzichtelijk te maken en daardoor beter te begrijpen. Zo verwerven mensen inzicht in zich steeds herhalende, hardnekkige en niet-effectieve patronen maar ook in posi-tieve en vruchtbare keuzes die zijn gemaakt.

ConclusieVoor ontwikkeling op het gebied van bege-leiding van organisaties geldt dat je het kind niet met het badwater moet weggooien. De systeem-psychodynamische aanpak, met vooral aandacht onbewuste processen is een waardevolle aanvulling op het bestaande gamma aan organisatieconsultancy. Managers ervaren de noodzaak om ontvanke-lijker te worden voor emoties en niet-rationele processen. Ze worden bewuster dat mensen van invloed zijn op de ontwikkeling van de identiteit van de organisatie en vice versa. Om een adequate holding environment te vormen, dient de organisatie te voorzien in creatieve ruimte.

Siebelien Felix en Marijke van der Heijden werken

vanuit een systeem-psychodynamische benade-

ring bij de ondersteuning van leidinggevenden

en medewerkers om optimaal te functioneren in

complexe omgevingen. Spel en creativiteit kunnen

onderdeel uitmaken van deze trajecten. Marijke

van der Heijden is tevens kunsthistoricus en Siebe-

lien Felix heeft Engelse Taal en Letterkunde als ach-

tergrond. Zij hebben beiden de postacademische

leergang Counselling, Coaching en Consulting van

de Utrechtse School voor Bestuurs- en Organisatie-

wetenschap als master afgerond.

www.zoomconsulting.nl

LiteratuurOrganization in the Mind: Psychoanalysis, Group

Relations and Organizational Consultancy. David Arm-

strong. Karnack books, 2005. ISBN 978 18 557 5397 6

Organisation in the mind. Model voor leiderschap en

organisatie bij de overheid. Een proeve. Martha Mens.

Ministerie van LNV 2002

Experiences in Groups and other papers. Wilfred R. Bion.

Routledge,1968. ISBN 978 04 150 4020 4

Art, Creativity, Living. Lesley Caldwell (ed.). Karnac

books, 2000. ISBN 978 18 557 5253 5

The Hidden Order of Art. A study in the Psychology of

Artistic Imagination. Anton Ehrenzweig. University of

California Press, 1967. ISBN 0 520 03845 2

Art, Creativity and the Potential Space, in Psychoana-

lytic Aesthetics: the British School, hoofdstuk 6. Nicola

Glover. www.human-nature.com/free-associations/

glover 2005

The value of illusion in Emotional Life and the Politics of

Welfare, hoofdstuk 8. Paul Hoggett. Palgrave Macmil-

lan, 2006. ISBN 978 14 039 9681 7

The suppressed Madness of Sane Men. Forty-four years

of exploring psychoanalysis. Marion Milner. Tavistock

Publications, 1987. ISBN 0 203 01374 3

Playing and Reality. Donald W. Winnicott. Tavistock

Publications, 1971. ISBN 0 415 03689 5

Organiseren en veranderen. René Bouwen, Karel De

Witte, J. Berboven (ed.) Garant, 1996. ISBN 90 535 051 99

Het psychodynamisch perspectief op organisaties:

modetrend of zinvolle aanvulling op het denken over

organisaties? Silvia Prins. Centrum voor Organisatie- en

Personeelspsychologie, 1999 – 2001, 2008.

Over Donald Winnicott

Donald Woods Winnicott (1896-1971) was een Engelse kinderarts, psychiater en psycho-analyticus. Hij rondde zijn medische studies af in 1920, waarna hij in 1923 als arts in het Paddington Green Children’s Hospital in London begon aan een carrière van 40 jaar als psychiater en psychoanalyticus. Winnicotts bekendheid nam toe juist op het moment dat de aanhangers van Anna Freud en die van Melanie Klein elkaar bestrijdden om het recht de ware intellectuele erfgenamen van Sigmund Freud genoemd te worden. Te-gen het einde van de WO II kristalliseerden zich uit deze discussie drie min of meer collegiale groepen in de psychoanalyse: Freudianen, Klei-nianen en de zogenaamde Middengroep, later de Onafhankelijke Groep genoemd. Tot deze laatste behoorde Winnicott evenals Ronald Fairbairn, Michael Balint, Masud Khan, John Bowlby en Margaret Little.Tijdens de behandeling van psychisch beschadigde kinderen en hun moeders deed Winnicott ervaringen op waarop hij zijn in-vloedrijke concepten bouwde, zoals de holding environment en het transitional object. Zijn theorieën leggen de nadruk op empathie, verbeelding en met de woorden van filosoof Martha Nussbaum: “the highly particular transactions that constitute love between two imperfect people.”

Coachen leer je bij de Alba-academie

Erkende post-HBO opleiding tot Coach

Vervolgopleiding Dieper Coachen

De Alba-academie is CEDEO-erkend met een hoge tevredenheidsscore van 96%.

Intensieve workshops en trainingen

Alba-academieVOOR LEIDERSCHAP & COACHING

CREATIVITEIT_09_09.indd 16 15-09-2009 13:39:17