SEIN Polikliniek | Heemstede Aanvraag omgevingsvergunning ......bouwen, integrale beoordeling...

SEIN Polikliniek | Heemstede

Aanvraag omgevingsvergunning bouwen, integrale beoordeling brandveiligheid

Status concept

Versie 001

Rapport B.2016.1563.01.R001

Datum 20 juli 2017


2

Colofon Opdrachtgever BAM Bouw & Techniek Regio Noord-West

Postbus 216 3980 CE BUNNIK

Contactpersoon de heer D. van Laar

020 410 84 10 [email protected]

Project BAM/SEIN Polikliniek Heemstede Betreft SEIN Polikliniek Heemstede - brandveiligheid Uw kenmerk - Rapport B.2016.1563.01.R001 Datum 20 juli 2017 Versie 001 Status concept Uitgevoerd door DGMR Bouw B.V.

Van Pallandtstraat 9-11 6814 GM Arnhem Postbus 153 6800 AD Arnhem

Informatie ing. T. (Teun) van Veldhuizen


Auteur A. (Arno) Bongers


Verantwoordelijk R.P.W. (Ronald) Oldengarm


Verwerkt door ABO/BRA


3

k:\

doc\b

\2016\1

56301\b

2016156301r0

01.d

ocx 2

0-0

7-2

017

Inhoud

1. Inleiding 5

2. Situatie 6 2.1 Algemeen 6 2.2 Gebruiksfuncties en bezettingen 7

3. Wettelijk toetsingskader 8 3.1 Toetsniveau 8

4. Beperking van uitbreiding van brand 9 4.1 Brandcompartimentering 9 4.2 Samengestelde constructies 9 4.3 Weerstand tegen brandoverslag 10

5. Veilig vluchten 12 5.1 Algemeen 12 5.2 Ontvluchtingsprincipe 12 5.3 Vluchten binnen een subbrandcompartiment 12 5.4 Vluchten buiten een subbrandcompartiment 13 5.5 Opvang- en doorstroomcapaciteit 15

6. Sterkte van de bouwconstructie bij brand 17 6.1 Eisen 17 6.2 Beoordeling eis vluchtroute 17 6.3 Beoordeling bezwijken constructie als gevolg van brand in een ander

compartiment 17 6.4 Beoordeling in stand houden van brandscheidingen 17

7. Materiaalgebruik 18 7.1 Materialen met een zijde grenzend aan de binnenlucht 18 7.2 Materialen met een zijde grenzend aan de buitenlucht 18 7.3 Daken (Bouwbesluit artikel 2.71) 19 7.4 Overige constructieonderdelen 19

8. Brandbeveiligingsinstallaties 20 8.1 Brandmeldinstallatie 20 8.2 Ontruimingsalarminstallatie 20 8.3 Noodverlichting 21 8.4 Vluchtrouteaanduiding 21 8.5 Brandslanghaspels en draagbare blustoestellen 21

9. Bereikbaarheid en bluswatervoorzieningen 22 9.1 Bereikbaarheid terrein 22 9.2 Opstelplaatsen blusvoertuigen 22 9.3 Bluswatervoorziening 22

10. Brandveilig gebruik en gebruiksmelding 23


4

11. Resumé 24

Bijlagen

Bijlage 1 Tekeningen brandveiligheid Bijlage 2 Grafische weergave brandoverslagmodel en rekenresultaten Bijlage 3 Berekening opvang- en doorstroomcapaciteit


5

k:\

doc\b

\2016\1

56301\b

2016156301r0

01.d

ocx 2

0-0

7-2

017

1. Inleiding

BAM Bouw & Techniek heeft DGMR Bouw B.V. gevraagd een brandveiligheidsonderzoek uit te voeren

voor nieuwbouw van de SEIN polikliniek in Heemstede. In dit rapport vindt u een omschrijving van het

onderzoek en de uitkomsten daarvan.

Het rapport kan gebruikt worden voor de aanvraag van een omgevingsvergunning voor de volgende

activiteiten:

a bouwen

b brandveilig gebruik

Het doel van het onderzoek is vast te stellen of de aanwezige brandveiligheidsvoorzieningen toereikend

zijn voor een brandveilig gebouw zoals is bedoeld in de regelgeving. Daartoe heeft DGMR de

brandveiligheid van het gebouw integraal beoordeeld, waarbij de volgende drie aspecten centraal

staan:

1 Bouwkunde

2 Installatietechniek

3 Organisatie (en gebruik)

Binnen dit kader behandelt dit rapport de volgende onderdelen:

Beperking van uitbreiding van brand, brandcompartimentering

Veilig vluchten

Constructieve veiligheid

Materiaalgebruik

Brandbeveiligingsinstallaties

Bereikbaarheid blusvoertuigen en bluswatervoorzieningen

Brandveilig gebruik


6

2. Situatie

2.1 Algemeen

De nieuwe SEIN Polikliniek wordt gerealiseerd ter plaatse van de huidige kapel op het Meer en Bosch

terrein in Heemstede. Aanwezige personen in het gebouw zijn zelfredzaam.

Het gebouw is L-vormig en heeft een begane grond en twee verdiepingen. Het gebouw is maximaal

11,6 meter hoog en heeft een totaal gebruiksoppervlak van circa 2.150 m2. In figuur 1 is de situatie van

het plan weergegeven en figuur 2 geeft een impressie van het gebouw weer.

figuur 1: nieuwe en huidige situatie van het plan

figuur 2: impressie van het gebouw

De beoordeling van de brandveiligheid heeft plaatsgevonden op basis van de tekeningen van 13 juli van

Studio WA.


7

k:\

doc\b

\2016\1

56301\b

2016156301r0

01.d

ocx 2

0-0

7-2

017

2.2 Gebruiksfuncties en bezettingen

De bouwvoorschriften waaraan moet worden getoetst, zijn afhankelijk van de gebruiksfunctie van het

gebouw en van het aantal personen waarvoor het gebouw is ontworpen.

Gebruiksfuncties

In tabel 1 is weergegeven welke gebruiksfuncties in het ontwerp aanwezig zijn.

tabel 1: gebruiksfuncties Ruimten Gebruiksfunctie

Spreek-/werkkamers, onderzoekruimten en dergelijke (geen

bedgebied)

(Andere) gezondheidszorgfunctie

Entreegebied begane grond (Andere) Bijeenkomstfunctie

Backoffice, werkkamers Kantoorfunctie

Verkeersruimte, toiletten, werkkasten en dergelijke Overige gebruiksfunctie

Keuken Industriefunctie

Gebruiksfuncties

De persoonsbezetting per bouwlaag is als volgt:

Tweede verdieping: maximaal 70 personen

Eerste verdieping: maximaal 94 personen

Begane grond: maximaal 191 personen

Uit bovenstaande opsomming blijkt dat de hoogste bezetting ter plaatse van de begane grond is waarbij

het centrale entreegebied de hoogste bezetting heeft.


8

3. Wettelijk toetsingskader

Als uitgangspunt voor het onderzoek heeft DGMR gehanteerd:

Het Bouwbesluit 20121

De Regeling Bouwbesluit2 2012

3.1 Toetsniveau

Wij hebben de brandveiligheidsaspecten niveau nieuwbouw gehanteerd.

1 Bouwbesluit 2012, Staatsblad 2011, 416 bijgewerkt met de laatste wijzigingen gepubliceerd in Staatsblad 2016 268. 2 Regeling Bouwbesluit 2012 zoals gepubliceerd in Staatscourant 2011, 23914, bijgewerkt tot de laatste wijzigingen gepubliceerd in de Staatscourant 2016, 71548.


9

k:\

doc\b

\2016\1

56301\b

2016156301r0

01.d

ocx 2

0-0

7-2

017

4. Beperking van uitbreiding van brand

4.1 Brandcompartimentering

4.1.1 Algemeen

Om te voorkomen dat een brand gedurende een zekere tijdsduur een te grote omvang kan aannemen en

zich oncontroleerbaar kan uitbreiden naar andere gebouwen of delen van gebouwen, is het noodzakelijk

dat een gebouw wordt ingedeeld in brandcompartimenten. Een brandcompartiment strekt zich niet uit

over meer dan één perceel.

Het Bouwbesluit staat een maximale compartimentsoppervlakte toe van 1.000 m2 (artikel 2.83, lid 1,

niveau nieuwbouw). Daarnaast moeten de volgende ruimten uitgevoerd worden als aparte

brandcompartimenten (artikel 2.83 lid 7, niveau nieuwbouw):

Technische ruimten waarin een of meer verbrandingstoestellen met een totale nominale belasting

van meer dan 130 kW worden opgesteld.

Technische ruimten met een oppervlakte van meer dan 50 m2.

Het gebouw is onderverdeeld in bouwkundige brandcompartimenten. Deze compartimentering vindt u in

bijlage 1. Brandcompartiment 2 is groter dan 1.000 m2. De overschrijding is beperkt, namelijk 29 m2. De

overschrijding zal geen afbreuk doen aan het beheersbaar houden van een brand in het

brandcompartiment.

4.1.2 WBDBO-eisen

De weerstand tegen branddoorslag en brandoverslag (WBDBO) tussen brandcompartimenten moet ten

minste 60 minuten bedragen volgens Bouwbesluitartikel 2.84, lid 1. De deuren in de

brandcompartimentscheidingen moeten 60 minuten brandwerend en zelfsluitend worden uitgevoerd

(artikel 6.26, lid 1).

Brandscheidingen worden uitgevoerd volgens de criteria zoals aangegeven in de NEN 6069:2011.

4.1.3 Doorvoeringen

In alle luchtkanalen moeten ter plaatse van brandwerende scheidingen brandkleppen geplaatst worden.

De doorvoeringen en sparingen van kanalen, leidingen en bekabeling moeten ter plaatse van

brandwerende scheidingen op een juiste manier brandwerend worden afgedicht. De brandkleppen en

afdichtingen moeten worden uitgevoerd zoals dat volgens de testrapporten en verwerkingsvoorschriften

is voorgeschreven.

4.2 Samengestelde constructies

Brandwerende scheidingsconstructies moeten voorzien zijn van een testrapport of verklaring van een

erkende Notified Body (NoBo) waaruit blijkt dat de constructie in zijn geheel conform geldende

regelgeving getest is en de vereiste brandwerendheid conform NEN 6069:2011 wordt behaald.

De brandwerende scheidingsconstructies moeten worden uitgevoerd zoals getest en zoals die is

opgenomen in het testrapport en de verwerkingsvoorschriften.

Bovenstaande voorwaarde geldt voor de gehele scheiding en dus ook als de scheiding bestaat uit

verschillende elementen (samenstel van gesloten wanden, deuren, puien, ramen, drukschotten,

doorvoeringen en dergelijke). De samengestelde scheiding moet als geheel voldoen aan de eisen.


10

Als er geen testrapport of verklaring beschikbaar is, of als blijkt dat de scheidingsconstructie afwijkt

van het testrapport of de verklaring, moet er alsnog een test worden uitgevoerd van de gewenste

constructie om te bepalen of voldaan wordt aan de eisen. Ook kan men de scheidingsconstructie ter

beoordeling voorleggen aan een NoBo, waarna wellicht een goedkeuring kan worden gekregen.

Voor brandwerende ramen, puien en deuren die na 31 oktober 2019 worden geplaatst/geleverd, is

CE-markering verplicht voor het aspect brandwerendheid. Voor deze elementen gelden vanaf dat

moment strengere eisen en zijn afwijkingen ten opzichte van het CE-keur (gebaseerd op testrapporten)

niet meer toegestaan.

4.3 Weerstand tegen brandoverslag

4.3.1 Rekenmethodiek

Brandoverslag tussen brandcompartimenten draagt bij aan de uitbreiding van brand. Om dit tegen te

gaan stelt het Bouwbesluit eisen aan de WBDBO (artikel 2.84, lid 1). Deze WBDBO moet bepaald worden

volgens NEN 6068:2016, ‘Bepaling van de weerstand tegen branddoorslag en brandoverslag tussen

ruimten’.

De weerstand tegen branddoorslag (WBD) wordt gerealiseerd door de toepassing van brandwerende

constructies tussen besloten ruimten.

De weerstand tegen brandoverslag (WBO) moet bepaald worden tussen gevelopeningen van

verschillende brandcompartimenten. Bij bebouwing op het eigen perceel of op belendende percelen kan

de WBO worden gerealiseerd door de gevel brandwerend uit te voeren en/of door afstand.

Met berekeningen volgens NEN 6068 kan bepaald worden of de (horizontale of verticale) afstand groot

genoeg is om te voldoen aan de vereiste WBO.

In het ontwerp komt een aantal brandoverslagsituaties voor. Om te onderzoeken of de aanwezige

WBO voldoende is, heeft DGMR de maatgevende warmtestralingsflux ter plaatse van de gevelopeningen

van het belaste brandcompartiment berekend. Als de warmtestralingsflux lager is dan 15 kW/m2, is de

WBO ten minste gelijk aan de in de berekening aangehouden referentievuurbelasting in kg vurenhout

per m2. Ofwel, brandoverslag treedt op als de stralingsflux op de belaste gevel meer dan 15 kW/m2

bedraagt.

Voor de modellering van het gebouw en het berekenen van de maatgevende warmtestralingsflux

conform NEN 6068 hebben wij gebruikgemaakt van het computerprogramma Pintegraal, versie V6.1.

Voor de brandoverslagberekeningen heeft DGMR de volgende uitgangspunten gebruikt:

Er geldt een WBDBO-eis van 60 minuten; daarom is gerekend met een referentievuurbelasting van

60 kg vurenhout/m2.

Wij hebben gerekend met het gereduceerde brandoverslagmodel, omdat de hoogste vloer van een

gebruiksgebied niet hoger dan 20 m boven meetniveau ligt.

Brandcompartimenten 1 en 2 lopen door over meerdere bouwlagen. In overeenstemming met

paragraaf 6.3.3. van NEN 6068 zijn deze brandcompartimenten gemodelleerd als meerdere

brandruimten die gelijktijdig in brand staan.

De buitenzijde van de gevels moet ten minste voor 95% voldoen aan brandklasse B (conform

NEN-EN 13501-1) om branduitbreiding via het geveloppervlak te voorkomen.

Onder een opening wordt verstaan: ‘onderdelen van gevels en daken met een brandwerendheid van

minder dan 5 minuten’ (paragraaf 6.4.3 uit NEN 6068).


11

k:\

doc\b

\2016\1

56301\b

2016156301r0

01.d

ocx 2

0-0

7-2

017

Onder dichte delen wordt verstaan: ‘onderdelen met een voldoende brandwerendheid in de richting

waarin de brandoverslag wordt beschouwd. De brandwerendheid is voldoende als deze gelijk is aan

ten minste 30 minuten.

4.3.2 Resultaten berekeningen

De volgende brandoverslagsituaties maatgevende situaties zijn berekend:

1 Verticale brandoverslag brandcompartiment 2 naar brandcompartiment 3 (techniekruimte op de

tweede verdieping).

2 Horizontale brandoverslag tussen brandcompartiment 1 en 2 op de begane grond ter plaatse van

twee inwendige hoeken.

3 Horizontale brandoverslag tussen brandcompartiment 1 en 2 op de eerste verdieping ter plaatse van

twee inwendige hoeken.

4 Horizontale brandoverslag vanuit het gebouw naar een spiegel-symmetrisch gelegen gebouw ten

opzichte van de perceelsgrens*.

*DGMR heeft bepaald of een brand kan overslaan naar aangrenzende percelen. Bij het bepalen van de weerstand tegen

brandoverslag van een brandcompartiment naar een gebouw op een aangrenzend perceel wordt op het andere perceel

uitgegaan van een identiek maar gespiegeld gebouw (Bouwbesluitartikel 2.84 lid 8). Spiegeling vindt plaats ten opzichte

van de perceelsgrens.

Omdat het gebouw meer dan 20 meter van de perceelsgrenzen gelegen is en minimaal 15 meter van een aangrenzend

gebouw op hetzelfde perceel, zal gezien deze grote afstand er geen brandoverslag optreden. Aan deze trajecten is

daarom niet gerekend.

In bijlage 2 vindt u screenshots van het brandoverslagmodel en de resultaten van de berekeningen. In

de onderstaande tabel vindt u een samenvatting van de resultaten.

tabel 2: rekenresultaten Situatie WBDBO-eis

[min] Maximale stralingsflux

[kW/m2] Voorzieningen nodig Maximale stralingsflux [kW/m2] na

voorzieningen

1 60 3.3 kW/m2 Nee N.v.t.

2 60 >15.0 kW/m2 Ja <15 kW/m2

3 60 >15.0 kW/m2 Ja <15 kW/m2

Uit de brandoverslagberekeningen, berekend zonder voorzieningen, blijkt dat de stralingsflux op een

aantal locaties hoger is dan 15 kW/m2. Er treedt brandoverslag op ter plaatse van de inwendige hoeken

van het gebouw, waar de twee brandcompartimenten elkaar grenzen. Dit geldt alleen niet ter plaatse

van de inwendige hoek op de begane grond nabij de technische ruimte. Om brandoverslag te voorkomen

moeten er brandwerende voorzieningen worden getroffen in de gevels. Deze hebben wij aangegeven in

bijlage 1. De richting van de brandwerendheid is daarbij ook aangegeven.

Daar waar brandwerendheidseisen worden gesteld aan de geveldelen, geldt dat deze gevels 30 minuten

stand moeten houden. Dit kan consequenties hebben voor de uitvoering van de draagconstructie.

In het ontwerp komt een situatie voor waarvan wij nog voor het uitvoeren van berekeningen kunnen

stellen dat hier aanvullende voorzieningen nodig zijn om brandoverslag te voorkomen. Het betreft de

situatie brandoverslag vanuit het dak van brandcompartiment 1 op de eerste verdieping naar de

opgaande gevels van brandcompartiment op de tweede verdieping. Om brandoverslag te voorkomen,

adviseert DGMR de delen rondom de opgaande gevels over een diepte van 10 meter, als 30 minuten

brandwerend te beschouwen.


12

5. Veilig vluchten

5.1 Algemeen

Het Bouwbesluit stelt eisen aan de ontvluchting van een gebouw met het doel dat aanwezigen tijdig en

veilig het gebouw kunnen verlaten. Dit wordt bereikt door een vluchtconcept waarin men geen lange

afstanden door de rook hoeft af te leggen, onafhankelijke vluchtroutes bestaan, en de capaciteit en

bescherming van die vluchtroutes is afgestemd op de bezetting.

Het onderwerp veilig vluchten lichten wij in de volgende paragrafen toe, onderscheid makend in:

Algemene omschrijving van het ontvluchtingsprincipe.

Vluchten binnen subbrandcompartimenten.

Vluchten buiten subbrandcompartimenten.

Toetsing van opvang- en doorstroomcapaciteit van vluchtroutes.

5.2 Ontvluchtingsprincipe

Vanuit de tweede verdieping kan middels één trappenhuis gevlucht worden naar de begane grond.

Na het bereiken van de begane grond, kan er in twee (onafhankelijke) richtingen naar buiten

gevlucht worden.

Vanuit de eerste verdieping kan er middels twee trappenhuizen gevlucht worden naar de begane

grond. Na het bereiken van de begane grond kan er naar buiten gevlucht worden.

Personen op de begane grond kunnen rechtstreeks naar buiten vluchten.

Het vluchtprincipe op elke bouwlaag vindt u in bijlage 1.

5.3 Vluchten binnen een subbrandcompartiment

5.3.1 Algemeen

Brandcompartimenten worden altijd ingedeeld in een of meer subbrandcompartimenten of

verkeersruimten waardoor een beschermde vluchtroute voert. In beginsel is de grens van een

brandcompartiment ook de grens van een subbrandcompartiment. Het kan nodig zijn om meerdere

subbrandcompartimenten te realiseren. Dit is afhankelijk van de mogelijkheden voor ontvluchting en de

eventuele beperking hiervan door te lange loopafstanden.

5.3.2 Loopafstanden

Om het risico te beperken dat aanwezigen te lang door de rook moeten lopen, worden er eisen gesteld

aan de maximale loopafstand in een subbrandcompartiment. Daarbij wordt onderscheid gemaakt tussen

de loopafstand in ingedeeld gebied (de werkelijke loopafstand, met inachtneming van aanwezige

obstakels) en de loopafstand in niet-ingedeeld gebied, ook wel de gecorrigeerde loopafstand genoemd

(loopafstand in de vrije ruimte, zonder inachtneming van obstakels). Voor de aanwezige bezetting geldt

een maximale loopafstand van 30 meter voor ingedeeld gebied en een maximale loopafstand voor

niet-ingedeeld gebied.

Zie bijlage 1 voor de verdeling van het gebouw in (sub)brandcompartimenten. Op grond van de

gewenste bezetting geldt in alle subbrandcompartimenten een bezetting waarbij het vloeroppervlak per

persoon kleiner is dan 12 m2. Dat betekent dat in alle subbrandcompartimenten een maximale

loopafstand van 30 meter aanwezig mag zijn. Met indeling wordt overal voldaan aan de eisen voor

loopafstanden binnen een subbrandcompartiment. Een nadere indeling in meerdere

subbrandcompartimenten is daarom niet nodig.


13

k:\

doc\b

\2016\1

56301\b

2016156301r0

01.d

ocx 2

0-0

7-2

017

5.3.3 Draairichting vluchtdeuren

Volgens Bouwbesluitartikel 6.25, lid 3, mag een deur niet tegen de vluchtrichting in draaien als meer

dan 37 personen op deze deur zijn aangewezen.

Daar waar de deuren tegen de vluchtrichting in draaien, zijn er ook minder dan 37 personen op de

deuren aangewezen. Aanvullend wordt opgemerkt wordt dat er op tweede verdieping 70 personen

aanwezig zijn, maar dat het vluchttrappenhuis over twee toegangsdeuren beschikt. Derhalve is er op

elke deur maximaal 35 op aangewezen. De draairichtingen van de deuren zoals weergegeven op de

tekeningen van de architect zijn akkoord.

5.4 Vluchten buiten een subbrandcompartiment

5.4.1 Algemeen

De eisen in het Bouwbesluit 2012 zijn gebaseerd op het uitgangspunt dat ten minste één vluchtroute

over de gehele lengte veilig moet zijn. Als dit bovendien de enige vluchtroute is, dan gelden zwaardere

eisen aan de materialisering en brandwerendheid vanuit aangrenzende ruimten. Als er sprake is van

twee of meer onafhankelijke vluchtroutes (minimaal 30 minuten brandwerend van elkaar gescheiden),

dan mag het beschermingsniveau lager zijn.

In deze paragraaf beoordelen wij de onafhankelijkheid van de vluchtroutes, en of deze vluchtroutes qua

afmeting en uitvoering voldoen aan de minimale eisen.

5.4.2 Onafhankelijkheid

Als vluchtroutes, buiten het subbrandcompartiment waar ze zijn begonnen, door verschillende ruimtes

voeren, bedraagt de WBDBO-eis tussen die vluchtroutes 30 minuten (Bouwbesluitartikel 2.107, lid 2).

Op de tweede verdieping kan er slechts naar trappenhuis 1 gevlucht worden. Na het bereiken van de

begane grond kan er vervolgens wel weer in verschillende onafhankelijke richtingen gevlucht worden

die 30 minuten brandwerend van elkaar afgescheiden zijn. Op dit trappenhuis 1 zijn 70 personen

aangewezen. Doordat het trappenhuis als extra beschermde vluchtroute wordt uitgevoerd, de

loopafstand in het trappenhuis minder dan 30 meter is en er op de begane grond er in twee richtingen

gevlucht kan worden, wordt er voldaan aan het Bouwbesluit.

Vanuit elk subbrandcompartiment op de eerste verdieping kan direct een vluchttrappenhuis in worden

gevlucht of kan een vluchttrappenhuis worden bereikt via een ander (sub)brandcompartiment. Doordat

de vluchtroutes brandwerend van elkaar zijn afgescheiden en niet meer samenvallen in

één brandcompartiment, wordt er voldaan aan artikel 2.106 die betrekking heeft op een onafhankelijke

tweede vluchtroute. Doordat er vanuit de begane grond er ook rechtstreeks naar buiten gevlucht kan

worden, wordt ook daar aan deze eis voldaan.

5.4.3 Vluchttrappenhuizen

Er zijn twee vluchttrappenhuizen aanwezig. In beide trappenhuizen kan minder dan 8 m hoogteverschil

worden overbrugd. De vluchtroutes in de trappenhuizen hoeven derhalve op grond van

Bouwbesluitartikel 2.104, lid 7 niet als extra beschermd uitgevoerd. Echter, voor trappenhuis 1 geldt

dat op grond 2.104 lid 5 dit trappenhuis wel als extra beschermde vluchtroute uitgevoerd worden omdat

personen op de tweede verdieping alleen gebruik kunnen maken van trappenhuis 1 voor ontvluchting

vanuit die verdieping (zie vorige subparagraaf).

Vanuit omliggende ruimten geldt een WBDBO-eis van 60 minuten naar trappenhuis 1. Bovendien gelden

strengere materiaaleisen (zie hoofdstuk materiaaleisen).


14

Trappen moeten qua afmetingen ten minste voldoen aan de volgende eigenschappen:

tabel 3: overzicht eigenschappen trap Eigenschappen Afmetingen

Minimale breedte van de trap 0.8 m

Minimale vrije hoogte boven een trap 2.1 m

Minimale aantrede ter plaatse van klimlijn 0.185 m

Maximale hoogte van een optrede 0.21 m

Minimaal bordes ter plaatse van bovenste trede 0.8 x 0.8 m

Dit zijn de minimale eisen. Daarnaast gelden aanvullende eisen met als doel voldoende opvang- en

doorstroomcapaciteit te realiseren (zie verder de paragraaf opvang- en doorstroomcapaciteit).

De trappenhuizen voldoen aan de gestelde afmetingen.

5.4.4 Afmetingen vluchtroute

Een vluchtroute moet een vrije doorgang hebben met een breedte van ten minste 0.85 m en een vrije

hoogte van ten minste 2.3 m (Bouwbesluitartikel 2.107, lid 8). Dit geldt niet voor het deel van de

vluchtroute dat over een trap voert. In het plan wordt aan de minimale waarden voldaan.

5.4.5 Uitvoering vluchtdeuren

Eisen aan deurbeslag hebben als doel het vluchten in het gebouw soepel te laten verlopen en te

voorkomen dat er wachttijden ontstaan bij deuren die geopend moeten worden. Bij een groter aantal

personen is de kans op gedrang groter, waardoor een vluchtdeur sneller geopend moet kunnen worden.

Een vluchtroute leidt naar het aansluitende terrein en van daar naar de openbare weg. Aan deze eis

wordt voldaan. Hierbij mogen geen deuren worden gepasseerd die met een sleutel of ander los

voorwerp moeten worden geopend.

De situatie kan zich voordoen dat vluchtdeuren normaliter gesloten of vergrendeld zijn. Bij brand of een

andere calamiteit moeten deze vluchtdeuren worden ontgrendeld. Als deuren door een beperkt aantal

personen gebruikt worden (< 100 personen), kunnen bij deze deuren groene drukknoppen met breekglas

en het opschrift ‘Deurontgrendeling - alleen bij brand gebruiken’ worden aangebracht. Ook een

draaiknopcilinder is in deze situatie toegestaan.

Het Bouwbesluit stelt aanvullende eisen aan de uitvoering van het beslag op deuren waarop meer dan

100 personen zijn aangewezen (artikel 6.25, lid 6). Deze deuren moeten geopend kunnen worden door

een lichte druk tegen de deur of met behulp van een horizontale paniekbalk conform NEN-EN 1125.

In bouwdelen waar geen personen aanwezig zijn of waar niet doorheen hoeft te worden gevlucht als het

gebouw gedeeltelijk in gebruik is, mogen de deuren mechanisch of elektrisch worden afgesloten.

Op de deuren van de trappenhuizen, uitkomende op de begane grond, zijn meer dan 100 personen

aangewezen. Naar mening van DGMR is het niet noodzakelijk om paniekbeslag aan te brengen, omdat

verwacht kan worden dat deze personen door de voorliggende trap gedoseerd de deur zullen bereiken.

Het risico dat de betreffende deuren niet tijdig geopend kunnen worden, is daarmee nihil. Met

goedkeuring van het bevoegd gezag kan hier volstaan worden met een draaiknopcilinder, klink of groene

drukknop.


15

k:\

doc\b

\2016\1

56301\b

2016156301r0

01.d

ocx 2

0-0

7-2

017

5.5 Opvang- en doorstroomcapaciteit

5.5.1 Algemeen

De bouwregelgeving stelt eisen aan de opvang- en doorstroomcapaciteit van vluchtroutes. Deze eisen

worden gesteld om te garanderen dat de in een gebouw aanwezige personen bij een calamiteit op een

veilige manier het subbrandcompartiment en het gebouw kunnen verlaten en het aansluitende terrein

kunnen bereiken.

De opvangcapaciteit is de hoeveelheid personen die bij calamiteiten tijdelijk kan worden opgevangen in

een ruimte die brandwerend is afgescheiden van de ruimte waar brand heerst. Vervolgens moet er

voldoende doorstroomcapaciteit aanwezig zijn om wacht- en ontruimingstijden beperkt te houden.

5.5.2 Gehanteerde methode

Artikel 2.108 wijst de Regeling Bouwbesluit 2012 aan als document waarin voorschriften zijn opgenomen

voor de capaciteit van vluchtroutes gelegen buiten een subbrandcompartiment. Deze voorschriften zijn

opgenomen in paragraaf 2.1 van de MR 2012.

De berekening is aan de hand van EVAC uitgevoerd. Deze door DGMR ontwikkelde tool berekent per

tijdstap van 30 seconden de plaats van de aanwezigen in het gebouw (in het bedreigde compartiment,

in het trappenhuis of buiten). Hieruit volgt de tijd dat men buiten een trappenhuis staat en de totale

ontruimingstijd van een trappenhuis.

5.5.3 Toetscriteria

De maximaal toelaatbare totale ontruimingstijd voor de trappenhuizen bedraagt overeenkomstig

artikel 2.1, lid 1c van de Regeling Bouwbesluit, standaard 15 minuten.

Artikel 2.1, lid 2 en 3 van de Regeling Bouwbesluit stelt ook eisen aan de maximale wachttijden voor

een trappenhuis:

In het direct door brand bedreigde subbrandcompartiment (de brandruimte) bedraagt de maximale

wachttijd 1 minuut.

De opvangruimte voor het trappenhuis bevindt zich op dezelfde bouwlaag als de brandruimte

(‘beïnvloed gebied’), maar is gescheiden van de brandruimte met minimaal een 20 minuten

brandwerende scheiding, beoordeeld op afdichting (E20). De maximale wachttijd is dan

3:30 minuten.

De opvangruimte voor het trappenhuis bevindt zich op dezelfde bouwlaag als de brandruimte

(‘beïnvloed gebied’), maar is gescheiden van de brandruimte met minimaal een 30 minuten

brandwerende scheiding (B30). De maximale wachttijd is dan 6 minuten.

De opvangruimte voor het trappenhuis bevindt zich op een andere bouwlaag en wordt niet beïnvloed

door de brandruimte. Er is dan geen eis voor de maximale wachttijd.

5.5.4 Uitgangspunten

De benodigde ontruimingstijd berekenen wij op basis van de uitgangspunten van de

Regeling Bouwbesluit 2012 artikel 2.1, lid 4.

Dit betekent voor de opvangcapaciteit:

personen per m2 vrij vloeroppervlak voor een vloer of een hellingbaan.

0.9 personen per meter breedte van die trede, als de trap minimaal 1.1 meter breed is en de

breedte van het tredevlak groter is dan 0.17 meter.

0.5 personen per trede als de trap minder breed is dan 1.1 meter.


16

De doorstroomcapaciteit wordt gerelateerd aan de vereiste deuren trapbreedte:

a 45 personen per minuut per meter breedte van een trap voor het overbruggen van een

hoogteverschil van meer dan één meter en 90 personen per meter vrije breedte bij een

hoogteverschil van ten hoogste één meter.

b 90 personen per minuut per meter vrije breedte van een ruimte.

c 90 personen per minuut per meter vrije breedte van een doorgang, als zich in de doorgang een

dubbele deur of vergelijkbaar beweegbaar constructieonderdeel bevindt met een openingshoek van

minder dan 135 graden.

d 110 personen per minuut per meter vrije breedte van een doorgang, als zich in de doorgang een

enkele deur of vergelijkbaar beweegbaar constructieonderdeel bevindt met een openingshoek van

minder dan 135 graden.

e 135 personen per minuut per meter vrije breedte van een andere doorgang.

Wij hebben als uitgangspunt gehanteerd dat de personen zich gelijkmatig verdelen over de aanwezige

vluchttrappenhuizen 1 en 2.

Voor de persoonsbezetting is het volgende aangehouden:

Op de tweede verdieping zijn er maximaal 70 personen aanwezig

Op de eerste verdieping zijn er maximaal 94 personen aanwezig

Op de begane grond zijn er maximaal 191 personen aanwezig

Wij gaan uit van een 100% bezetting.

5.5.5 Ontruimingsscenario’s

Wij hebben twee scenario’s doorgerekend.

Scenario 1

Scenario 1 betreft een brand op de tweede verdieping. Deze hebben wij doorgerekend omdat personen

op de tweede verdieping in dit scenario naar trappenhuis 1 kunnen vluchten.

Scenario 2

Brandscenario 2 betreft een brand op de eerste verdieping in trappenhuis 2. Personen op de eerste en

tweede verdieping moeten dan allen vluchten via trappenhuis 1.

5.5.6 Rekenresultaten

De berekeningen hebben wij opgenomen in bijlage 3. Voor de scenario’s blijkt dat er wordt voldaan aan

de maximale ontruimingstijd van 15 minuten. Ook kunnen wij concluderen dat de optredende wachttijd

voor de trappenhuizen minder dan 1 minuut, en de wachttijd in beïnvloede gebieden minder dan

6 minuten bedraagt. Er wordt daarmee voldaan aan de toetscriteria uit de MR 2012.

Op de begane grond kunnen personen zonder gebruik te maken van de trappenhuizen naar buiten

vluchten. Toch is er voor scenario 1 er vanuit gegaan dat een deel van de personen ook via begane

grond vloer van trappenhuis 2 naar buiten vluchten. De aanwezige vluchtdeuren hebben een capaciteit

van maximaal 100 personen per deur. De is ruimschoots voldoende voor de aanwezige 191 personen op

de begane grond.


17

k:\

doc\b

\2016\1

56301\b

2016156301r0

01.d

ocx 2

0-0

7-2

017

6. Sterkte van de bouwconstructie bij brand

6.1 Eisen

Het Bouwbesluit stelt voor de volgende onderdelen eisen aan de sterkte van de bouwconstructie:

Een vloer, trap of hellingbaan, waarover of waaronder een vluchtroute voert, moet 30 minuten in

stand blijven bij brand in een subbrandcompartiment waarin die vluchtroute niet ligt.

Voor het bezwijken van een bouwconstructie als gevolg van een brand in een ander

brandcompartiment wanneer de hoogste verblijfgebiedsvloer hoger ligt dan 5 meter.

Het in stand houden van brandscheidingen. Naast het vereiste van intact houden van een

bouwconstructie in een ander brandcompartiment en het intact houden van een vluchtroute, gelden

er eisen voor het in stand houden van brandwerende scheidingsconstructies. Volgens artikel 7.1.1

van NEN 6068 is de brandwerendheid van een constructieonderdeel ten hoogste gelijk aan de

brandwerendheid met betrekking tot bezwijken van de onlosmakelijk met het constructieonderdeel

verbonden bouwconstructie.

6.2 Beoordeling eis vluchtroute

Deze eis is relevant voor trappenhuis 2 omdat deze 20 minuten brandwerend omhuld is. Er dienen

voorzieningen getroffen te worden dat de bouwconstructie van dit trappenhuis minimaal 30 minuten in

stand blijft. Dit kan gerealiseerd worden door in plaats van het trappenhuis 20 minuten brandwerend te

omhullen deze 30 minuten brandwerend te omhullen. Voor de overige delen in het plan wordt vanuit

subbrandcompartimenten waarin personen kunnen verblijven, direct of via verschillende onafhankelijke

vluchtroutes naar buiten gevlucht. Aanvullende eisen zijn daarom daar niet noodzakelijk.

6.3 Beoordeling bezwijken constructie als gevolg van brand in een ander compartiment

De hoogstgelegen gebruiksgebiedsvloer ligt op een hoogte van meer dan 5 meter boven meetniveau

(7.200+P). Volgens artikel 2.10, lid 4 moet een bouwconstructie in een niet in brand staand

brandcompartiment minimaal 90 minuten intact blijven, bij een brand in een ander brandcompartiment

(nieuwbouweisen). Er is gekozen om geen gebruik te maken van de reductiemogelijkheid van

30 minuten (aantonen dat met een permanente vuurbelasting < 500 MJ/m2 er gereduceerd kan worden).

6.4 Beoordeling in stand houden van brandscheidingen

De bouwconstructies die zorgdragen voor het in stand houden van een brandwerende

scheidingsconstructie moeten daarmee ook een brandwerendheid op bezwijken bezitten die minimaal

gelijk is aan de waarde brandwerendheid van die constructie. Zie bijlage 1 voor de posities en de

waarde van de brandwerendheid van de scheidingen.

Er dient er op gelet te worden dat de draagconstructie van het brandwerende dak tevens een

brandwerendheid op bezwijken dient te hebben van 30 minuten.


18

7. Materiaalgebruik

Een gebouw moet zodanig ontworpen zijn dat brand en rook zich niet snel kunnen ontwikkelen. Dit

wordt bereikt door te voldoen aan de prestatievoorschriften voor de brandvoortplanting en

rookproductie van constructieonderdelen. In de volgende paragrafen worden de voorschriften voor de

verschillende gebruiksfuncties toegelicht.

7.1 Materialen met een zijde grenzend aan de binnenlucht

Het Bouwbesluit 2012 geeft voorschriften voor constructiematerialen die met een zijde aan de

binnenlucht grenzen. Welk voorschrift van toepassing is, is afhankelijk van de status van de ruimte.

Hoe hoger het beoogde veiligheidsniveau van een ruimte, bijvoorbeeld een extra beschermde

vluchtroute, hoe hoger de eisen die worden gesteld aan het constructiemateriaal in die ruimte.

tabel 4: materialen met een zijde grenzend aan de binnenzijde Brandklasse Rookklasse

Binnenzijde grenzend aan (zoals plafonds, wanden, etc.) NEN-EN 13501-1 NEN-EN 13501-1

Extra beschermde vluchtroute B S2

Overige ruimten D s2

Bovenzijde grenzend aan (bovenkant vloer of trede) NEN-EN 13501-1 NEN-EN 13501-1

Extra beschermde vluchtroute Cfl s1fl

Overige ruimten Dfl s1fl

Er mag afgeweken worden van de prestatie-eis voor maximaal 5% van de totale oppervlakte van de

constructieonderdelen in elke afzonderlijke ruimte (bijvoorbeeld voor plinten en armaturen).

Gevaar tot druppelvorming (Bouwbesluit artikel 7.15)

Aankleding in een besloten ruimte mag bij brand geen druppelvorming geven boven een gedeelte van

een vloer bestemd voor gebruik door personen.

7.2 Materialen met een zijde grenzend aan de buitenlucht

Ook materialen in de gevels en op daken moeten voldoen aan een bepaalde brandklasse

(Bouwbesluit, § 2.9.1). Deze eisen zijn, naast de status van de ruimte (extra beschermde/beschermde

vluchtroute of overige ruimte), afhankelijk van de hoogte en gebruiksfunctie van het gebouw.

tabel 5: materialisatie met een zijde grenzend aan de buitenlucht Brandklasse Brandklasse indien risico brand-

overslag volgens NEN 6068:2008

Hoogte boven meetniveau NEN-EN 13501-1 NEN-EN 13501-1

0 tot 2.5 m B B

2.5 tot 13 meter D B

Uit bovenstaande tabel volgt dat de gevel aan brandvoortplantingsklasse B moet voldoen. Wanneer de

gevel opgebouwd wordt uit onbrandbare materialen, dan zal er zonder meer aan de eisen voldaan

worden. Uit de detailtekening blijkt dat de gevel aan de buitenzijde uit metselwerk bestaat. Er wordt

daarmee voldaan aan de eis. De eis voor kozijnen, deuren, ramen of hieraan gelijk te stellen

constructieonderdelen wijkt af van het bovenstaande. Deze moeten voldoen aan klasse D (NEN-EN

13501-1).

Er mag afgeweken worden van de prestatie-eis voor maximaal 5% van de totale oppervlakte van de

constructieonderdelen in elke afzonderlijke ruimte (bijvoorbeeld voor plinten en armaturen).


19

k:\

doc\b

\2016\1

56301\b

2016156301r0

01.d

ocx 2

0-0

7-2

017

7.3 Daken

Het Bouwbesluit schrijft voor dat de bovenzijde van een dak van een bouwwerk niet brandgevaarlijk

mag zijn, zoals gedefinieerd in NEN 6063.

7.4 Overige constructieonderdelen

Voor bepaalde onderdelen in het gebouw worden eisen gesteld aan de onbrandbaarheid. Het gaat om de

volgende onderdelen in dit ontwerp:

Schachten (Bouwbesluitartikel 2.58)

Voor een nieuw te bouwen gebouw geldt dat materialen waarvan de schachtwanden zijn opgebouwd,

aan de binnenzijde moeten voldoen aan brandklasse A2 (bepaald volgens NEN-EN 13501-1) over een

dikte van minimaal 0.01 m, gemeten loodrecht op de binnenzijde.

Rookgasafvoer (Bouwbesluitartikel 2.59)

Een voorziening voor de afvoer van rookgas is volgens de NEN 6062 brandveilig.

Aanwezige rookgasafvoeren moeten hieraan voldoen.


20

8. Brandbeveiligingsinstallaties

8.1 Brandmeldinstallatie

Niet-automatische bewaking

Het gebouw moet op grond van het Bouwbesluit worden voorzien van een brandmeldinstallatie als

bedoeld in NEN 2535. De eis tot aanwezigheid en omvang is afhankelijk van de gebruiksfunctie, de

gebruiksoppervlakte en de hoogste vloer van de gebruiksfunctie. Dezelfde voorwaarden zijn relevant

voor het al dan niet doormelden naar de gemeentelijke meldkamer van de brandweer en de eis ten

aanzien van de aanwezigheid van een inspectiecertificaat.

Voor dit gebouw geldt dat deze voorzien moet zijn van een brandmeldinstallatie met niet-automatische

bewaking zonder doormelding.

Ruimtebewaking

Op grond van Bouwbesluit 6.20 lid 5 dient een deel van het gebouw voorzien te worden van een

brandmeldinstallatie met ruimtebewaking. Dit is nodig omdat er vanuit een aantal ruimten op de eerste

verdieping en tweede verdieping slechts in één richting gevlucht kan worden en waarbij tevens de

loopafstand tussen de uitgang van een verblijfsruimte en het punt van waaruit in meer dan één richting

kan worden gevlucht meer dan 10 m is. Op de tekeningen in bijlage 1 is aangegeven welke ruimten

voorzien moeten worden van rookmelders.

Beheer en certificering

Voor deze installatie dient een uitgangpuntendocument opgesteld te worden. Een inspectiecertificaat is

niet benodigd. De installatie moet worden beheerd en onderhouden volgens de NEN 2654-1:2002. De

brandmeldinstallatie moet aangelegd zijn volgens de NEN 2535.

8.2 Ontruimingsalarminstallatie

Luid alarm type B-installatie

Wanneer een brandmeldinstallatie vereist is, moet er ook voorzien worden in een ontruimingsalarm-

installatie. Er is een luid alarm type B-installatie noodzakelijk. Voor deze installatie dient een

uitgangpuntendocument opgesteld te worden.

Beheer en certificering

Als de ontruimingsalarminstallatie wordt aangelegd volgens de NEN 2575:2012 wordt er voldaan aan de

eisen in Bouwbesluitartikel 6.23, lid 1. De NEN 2575:2012 bestaat uit vijf delen:

NEN 2575-1: Algemeen

NEN 2575-2: Luidalarminstallatie Type A

NEN 2575-3: Luidalarminstallatie Type B

NEN 2575-4: Stilalarminstallatie, draadloos

NEN 2575-5: Stilalarminstallatie met attentiepanelen

Voor dit project zijn deel 1: Algemeen en deel 3: Luidalarminstallatie Type B van toepassing.

De ontruimingalarminstallatie hoeft niet te beschikken over een inspectiecertificaat. Het beheer en de

controle van de ontruimingsalarminstallatie moeten voldoen aan de NEN 2654-2:2004, onderdeel 5.3

(met uitzondering van onderdeel 5.3.5), en de onderdelen 5.4, 5.5.3 en 5.6.


21

k:\

doc\b

\2016\1

56301\b

2016156301r0

01.d

ocx 2

0-0

7-2

017

8.3 Noodverlichting

Volgens Bouwbesluitartikel 6.3 moet noodverlichting aanwezig zijn in:

Verblijfsruimten voor meer dan 75 personen en besloten ruimten waardoor vluchtroutes uit die

verblijfsruimten voeren.

(Extra) beschermde vluchtroutes.

In bijlage 1 hebben wij aangegeven welke ruimten in dit project voorzien worden van noodverlichting.

Deze noodverlichting moet binnen 15 seconden na stroomuitval, gedurende ten minste 60 minuten een

verlichtingssterkte op vloer- of tredeniveau geven van minimaal 1 lux (artikel 6.3).

8.4 Vluchtrouteaanduiding

In het gebouw moet vluchtrouteaanduiding aanwezig zijn in de volgende ruimten

(Bouwbesluitartikel 6.24, lid 1):

Ruimten waardoor een verkeersroute voert.

Ruimten bestemd voor meer dan 50 personen.

De vluchtrouteaanduiding moet voldoen aan de voorwaarden in NEN 3011:2015. In deze norm is zowel

de uitvoering van het pictogram voorgeschreven als de zichtbaarheidseisen.

Bij stroomuitval moet, overeenkomstig Bouwbesluitartikel 6.24, lid 4, binnen 15 seconden en

gedurende 60 minuten voldaan worden aan de zichtbaarheidseisen in NEN 3011. Hiervoor is een

noodstroomvoorziening noodzakelijk (bijvoorbeeld een accu in het armatuur of een centrale

noodstroomvoorziening).

8.5 Brandslanghaspels en draagbare blustoestellen

8.5.1 Brandslanghaspels

De brandslanghaspels en de bijbehorende installaties moeten voldoen aan de eisen zoals aangegeven in

de onderstaande tabel.

tabel 6: eisen brandslanghaspels en bijbehorende installaties Omschrijving Eis

Minimale druk 100 KPa (1 bar) 1)

Minimale opbrengst 1.3 m3/uur 1)

Gelijktijdigheid 2 haspels 1)

Watervoorziening Drinkwaterleidingnet

Lengte brandslanghaspel Maximaal 30 meter

1) Opbrengst en druk gemeten op het mondstuk.

DGMR heeft een voorstel gegeven voor de projectering van de brandslanghaspels. De positie van de

brandslanghaspels hebben wij aangegeven in bijlage 1. De brandslanghaspels hebben met deze

projectering voldoende dekking. Deze dekking is ook voldoende als deze uitgevoerd is met een lengte

van 30 meter per haspel.

8.5.2 Blustoestellen

In ruimten waar water geen geschikt blusmiddel is, moet er voorzien worden in een voor het aanwezige

risico geschikt blustoestel (artikel 6.31, lid 1, toelichting). DGMR adviseert aanvullende blustoestellen

aan te brengen in ruimten waar blussing met water niet gewenst is, zoals een keuken of serverruimte.

Blustoestellen moeten adequaat beheerd, onderhouden en gecontroleerd worden (Bouwbesluitartikel 1.16). Ten minste eenmaal per twee jaar moeten de blustoestellen worden onderhouden en gecontroleerd op de goede werking overeenkomstig NEN 2559 (Bouwbesluitartikel 6.31, lid 4).


22

9. Bereikbaarheid en bluswatervoorzieningen

9.1 Bereikbaarheid terrein

Voor het gehele terrein gelden eisen aan de bereikbaarheid voor hulpdiensten (Bouwbesluitartikel 6.36

en 6.37). De rij- en toegangswegen moeten daarom voldoen aan minimale afmetingen zoals

voorgeschreven in artikel 6.37, lid 3. De vrije hoogte boven deze wegen moet minimaal 4.2 m bedragen,

de breedte minimaal 4.5 m waarvan 3.25 m verhard. De weg moet geschikt zijn voor motorvoertuigen

met een massa van ten minste 14.600 kg en beschikken over een doeltreffende afwatering.

Hekwerken die een rij- en toegangsweg afsluiten, moeten door hulpdiensten snel en gemakkelijk

geopend kunnen worden of kunnen worden ontsloten met een systeem dat in overleg met de brandweer

is bepaald.

Het terrein waarop het gebouw gesitueerd is, is goed bereikbaar vanaf de openbare wegen. De wegen

voldoen aan de minimale afmetingen. In het gebouw zijn mensen aanwezig, wat betekent dat het

gebouw moet beschikken over een brandweeringang. Op de begane grondtekening in bijlage 1 is een

voorstel gegeven voor de brandweeringang.

9.2 Opstelplaatsen blusvoertuigen

De opstelplaatsen dienen te liggen op maximaal 40 m afstand van de brandweeringang. Ter plaatse van

dit gebouw is de opstelplaats op 30 meter afstand gelegen van de brandweeringang. Zie hiervoor

bijlage 1, de situatietekening. Er wordt voldaan aan de eis uit Bouwbesluitartikel 6.38, lid 3.

Eventuele hekwerken die een opstelplaats afsluiten, kunnen door hulpdiensten snel en gemakkelijk

worden geopend met een systeem dat in overleg met de brandweer is bepaald.

De afmetingen van een opstelplaats voor een blusvoertuig bedragen: l x b = 10 x 4.5 m1.

9.3 Bluswatervoorziening

Een bouwwerk moet een toereikende bluswatervoorziening hebben. Dit geldt niet als de aard, de ligging

of het gebruik van het bouwwerk dat naar het oordeel van het bevoegd gezag niet vereist.

De bluswatervoorziening moet onbeperkt toegankelijk zijn.

De afstand tussen een bluswatervoorziening en een brandweeringang mag niet meer dan 40 m zijn.

DGMR adviseert rekening houdend met de aangegeven opstelplaats, binnen een straal van 15 meter

vanuit de opstelplaats een brandhydrant te plaatsen. Op deze wijze is de hydrant tevens binnen een

afstand van 40 meter vanaf de brandweeringang bereikbaar.

Het gebouw is voorzien van een brandmeldinstallatie zonder doormelding. Daarom zijn aanvullende

voorzieningen ter plaatse van de brandweeringang (zoals sleutelkluis of sleutelbuis en flitslicht) niet

noodzakelijk.


23

k:\

doc\b

\2016\1

56301\b

2016156301r0

01.d

ocx 2

0-0

7-2

017

10. Brandveilig gebruik en gebruiksmelding

Een melding brandveilig gebruik volgens Bouwbesluitartikel 1.18 is voor dit gebouw verplicht, omdat er

meer dan 50 personen tegelijk aanwezig zijn in het bouwwerk.

De wijze waarop het gebouw gebruikt gaat worden, hebben wij voor een groot deel vastgelegd in deze

rapportage. Zo hebben we bijvoorbeeld de uitgangspunten ten aanzien van de bezetting vastgelegd, de

minimale breedte van de aanwezige vluchtroutes aangegeven en voorschriften gegeven voor het

materiaalgebruik van inrichtingen. Het werkelijke gebruik van het gebouw moet passen binnen deze

uitgangspunten en voorschriften, en mag het geboden veiligheidsniveau niet negatief beïnvloeden.

Al deze zaken moeten daarom in de melding brandveilig gebruik vastgelegd worden.

Het gebouw is voorzien van een ontruimingsalarminstallatie. Daarom moet er volgens

Bouwbesluitartikel 6.23, lid 6, een ontruimingsplan worden opgesteld voor de veilige evacuatie van de

in het bouwwerk aanwezige personen. DGMR adviseert om het ontruimingsplan op te stellen op basis

van de NEN 8112, ‘Leidraad voor ontruimingsplannen voor gebouwen’.


24

11. Resumé

In opdracht van BAM Bouw & Techniek heeft DGMR een beoordeling brandveiligheid uitgevoerd voor de

nieuwbouw van SEIN Polikliniek in Heemstede.

Vastgesteld is dat het gebouw, met inachtneming van de in deze rapportage omschreven voorzieningen,

kan voldoen aan alle relevante eisen uit het Bouwbesluit.

R.P.W. (Ronald) Oldengarm DGMR Bouw B.V.


Bijlage 1

Titel Tekeningen brandveiligheid

gang0.2

Opp:9,61 m²

wachtruimte0.4Opp:38,95 m²

MFR0.4Opp:154,45 m²

gang0.3

Opp:45,14 m²

receptie0.5

Opp:26,93 m²

gang0.6

Opp:28,79 m²

trappenhuis0.7Opp:12,29 m²

gang0.8Opp:20,24 m²

wk0.9Opp:2,96 m²

TR0.10Opp:1,59 m²

keuken0.11

Opp:15,59 m²

keuken vuil0.12Opp:9,62 m²

opslag0.13a

Opp:10,05 m²

techniek0.14

Opp:18,92 m²


gang0.16

Opp:56,17 m²

toilet0.17a

Opp:4,40 m²

toilet0.17bOpp:1,14 m²

toilet0.17cOpp:1,14 m²

MIVA toilet0.18Opp:3,96 m² spreekkamer

0.18Opp:11,50 m²

opslag0.19Opp:8,44 m²

spreek- werkkamer0.20Opp:15,34 m²

spreek- werkkamer0.21

Opp:15,09 m²


Opp:15,09 m²










Opp:13,76 m²


Opp:13,62 m²




toilet h.0.36aOpp:4,38 m²

toilet0.36bOpp:1,14 m²


toilet d.0.37aOpp:4,39 m²toilet

0.37bOpp:1,14 m²



gang0.39

Opp:3,78 m²

copy0.40

Opp:1,72 m²

backoffice0.41Opp:14,90 m²



onderzoeksruimte0.44Opp:16,41 m²



onderzoeksruimte0.47Opp:16,43 m²


entree0.1

Opp:9,64 m²

containerruimte0.13b

Opp:8,23 m²

A B C D E F G H J K L M

1

2

3

4

5

6

7

8

9

10

123456789

10

11121314151617181920

20

x1

80

x200

123456789

10

11121314151617181920

20

x1

80

x200

zone lockerszone lockers

brandcompartiment 1

brandcompartiment 2

brandcompartiment 3

trap 2

trap 1

brandcompartiment 2

van buiten naar binnen 30minuten brandwerend

plot

datu

m:

dond

erda

g20

juli

2017

12:1

6:37

bestandsnaam: K:\PRJ\B\2016\156300 SEIN Polikliniek Heemstede\01 - Onderhanden werk\BA rapport brandveiligheid\DO-00 overzichtstekening begane grond (1).dwg

RENVOOI

60 minuten brandwerend, openingen zelfsluitend

30 minuten brandwerend, openingen zelfsluitend

vluchtprincipe

extra beschermde vluchtroute

ruimte voorzien van noodverlichting

brandslanghaspel

alle vluchtdeuren zijn met een klink of draaiknopcilinder teopenen.

30 minuten brandwerend dak

ruimte voorzien van ruimtebewaking

brandweeringang

20 minuten brandwerend (uitsluitend vlamdichtheid),openingen zelfsluitend

gang1.2

Opp:19,58 m²


trappenhuis1.7

Opp:12,25 m²

wk1.9Opp:2,96 m²

TR1.10Opp:1,59 m²


toilet1.17aOpp:4,40 m²

toilet1.17c

Opp:1,14 m²

MIVA toilet1.18

Opp:4,06 m²


toilet h.1.36aOpp:4,38 m²

toilet1.36b

Opp:1,14 m²


toilet d.1.37aOpp:4,39 m²toilet

1.37bOpp:1,14 m²


gang1.38

Opp:11,77 m²

gang1.3

Opp:21,47 m²




werkkamer1.11Opp:13,50 m²




overlegruimte1.14Opp:21,30 m²




testkamer1.20Opp:15,28 m²



speltherapie1.23Opp:34,94 m²


secr1.25Opp:14,92 m²

opslag1.26

Opp:7,23 m²

testkamer1.27

Opp:14,91 m²


Opp:14,91 m²


Opp:14,91 m²


werkkamer1.30

Opp:13,29 m²

werkkamer1.31

Opp:13,60 m²




werkkamer1.39

Opp:13,58 m²

werkkamer1.40

Opp:14,73 m²

werkkamer1.41

Opp:14,73 m²



EEG registratie1.44Opp:39,61 m²EEG voorbereiding

1.44Opp:13,07 m²


applicatiebeheer1.46Opp:8,54 m²

MIVA toilet1.47Opp:7,79 m²

A B C D E F G H K L M

1

2

3

4

5

6

7

8

9

10

20 x 180 x 200

20 x 180 x 200

123456789

10

11121314151617181920

20

x1

80

x200

balustrade glas

zone lockers

lockers

lockers

brandcompartiment 1

brandcompartiment 2

trap 2

trap 1



plot

datu

m:

dins

dag

18ju

li20

1710

:32:

20

bestandsnaam: K:\PRJ\B\2016\156300 SEIN Polikliniek Heemstede\01 - Onderhanden werk\BA rapport brandveiligheid\DO-01 overzichtstekening eerste verdieping (1).dwg


wk2.9Opp:2,96 m²

TR2.10

Opp:1,59 m²

toilet2.17aOpp:4,40 m²


toilet2.17c

Opp:1,14 m²

MIVA toilet2.18Opp:4,06 m²






gang2.6Opp:9,70 m²

werkkamer2.11

Opp:57,79 m²


open werkplekken2.13

Opp:43,58 m²




bibliotheek2.21Opp:13,89 m²

werkplek2.19Opp:3,09 m²

werkplek2.20Opp:3,10 m²

koffie corner2.22Opp:8,79 m²


Techniek2.24Opp:41,99 m²

SER2.25

Opp:8,47 m²

A B C D E F G H J K L M

1

2

3

4

5

6

7

8

9

10

20 x 180 x 200

patc

hk.

Afs

ch

ot

16

mm

/m1

Afs

ch

ot

16

mm

/m1

Afs

ch

ot

16

mm

/m1

Afs

ch

ot

16

mm

/m1

Afs

ch

ot

16

mm

/m1

Afs

ch

ot

16

mm

/m1

Afs

ch

ot

16

mm

/m1

Afs

ch

ot

16

mm

/m1

Afs

ch

ot

16

mm

/m1

valbeveiliging

HWApluvia

noodoverlaat

200x80

HWApluvia

HWA

pluvia

brandcompartiment 2

brandcompartiment 3

trap 1

plot

datu

m:

dins

dag

18ju

li20

1710

:32:

48

bestandsnaam: K:\PRJ\B\2016\156300 SEIN Polikliniek Heemstede\01 - Onderhanden werk\BA rapport brandveiligheid\DO-02 overzichtstekening tweede verdieping (1).dwg


k:\d

oc\b

\2016\1

56301\b

2016156301r0

01.d

ocx 2

0-0

7-2

017

Bijlage 2

Titel Grafische weergave brandoverslagmodel en rekenresultaten


Brandoverslagmodel zonder vlammen

Brandcompartiment 1, met vlammen


k:\d

oc\b

\2016\1

56301\b

2016156301r0

01.d

ocx 2

0-0

7-2

017




Resultaten en invoergegevens brandoverslagberekeningen conform NEN 6068 (Pintegraal)

Projectnr : B20161563

Project : Sein

Variant : Brandoverslag

Bestand : \\DGMR.LOCAL\PRJDATA\DATA-AH\PRJ\B\2016\156300 SEIN Polikliniek Heemstede\01 - Onderhanden werk\brandoverslag\model.NPR

Bestandsdatum : 17-7-2017 16:47:50

Print datum : 17-7-2017 16:48:08

Brandoverslag : 1

Pintegraal versie : V6.1m_standaard © PeutzData 2001, 2017

Licentie : DGMR

BRANDSCENARIO"S

Naam Brand Opening Positie CommentaarRechts Omhoog Terug Hoek kW/m2Versie

1 2 to_5 Linksmidden Intensiteit te hoog!0,00 0,00 0,00 0,0 18,06068_2016

2 2 to_11 Middenmidden Intensiteit te hoog!0,00 0,00 0,00 0,0 17,96068_2016

3 2 O12 Linksboven Ok0,00 0,00 0,00 0,0 15,06068_2016

4 2 O12 Linksmidden Ok0,00 0,00 0,00 0,0 14,56068_2016

5 2 O12 Linksonder Ok0,00 0,00 0,00 0,0 13,56068_2016

6 2 O29 Linksboven Ok0,00 0,00 0,00 0,0 12,16068_2016

7 2 O29 Linksmidden Ok0,00 0,00 0,00 0,0 13,56068_2016

8 2 O29 Linksonder Ok0,00 0,00 0,00 0,0 14,56068_2016

0 1 to_16 Linksboven Ok0,00 0,00 0,00 0,0 15,06068_2016

1 1 to_16 Linksmidden Ok0,00 0,00 0,00 0,0 15,06068_2016

2 1 to_16 Linksonder Ok0,00 0,00 0,00 0,0 15,06068_2016

3 1 to_16 Middenmidden Ok0,00 0,00 0,00 0,0 12,16068_2016

4 1 to_16 Rechtsmidden Ok0,00 0,00 0,00 0,0 9,86068_2016

5 1 to_10 Linksboven Ok0,00 0,00 0,00 0,0 12,36068_2016


7 1 to_10 Linksonder Ok0,00 0,00 0,00 0,0 10,26068_2016




11 1 to_7 Middenboven Ok0,00 0,00 0,00 0,0 4,96068_2016


13 1 to_7 Middenonder Ok0,00 0,00 0,00 0,0 4,26068_2016





18 1 to_19 Middenonder Ok0,00 0,00 0,00 0,0 4,96068_2016



2 2 O46 Middenboven Ok0,00 1,80 0,00 0,0 3,36068_2016

1 2 O28 Rechtsboven Ok0,00 0,00 0,00 0,0 4,96068_2016

2 2 O28 Rechtsmidden Ok0,00 0,00 0,00 0,0 5,26068_2016

3 2 O28 Rechtsonder Ok0,00 0,00 0,00 0,0 3,06068_2016



Project : Sein



Bestandsdatum : 17-7-2017 16:47:50

Print datum : 17-7-2017 16:48:08

Brandoverslag : 2


Licentie : DGMR

BRANDRUIMTEN

Naam Breed Diep Hoog Gereduceerd Nivo Industriemodel WBDBO Plafond Samen Blok

b1 21,59 10,86 3,33 Ja 0,00 60 0,27 1 G1_33 G1_32 G1_31 G1_30 G1_29 G1_28 G1_27 tg_0 G1_37 G1_36 G1_35 G1_34

b2 18,05 25,24 3,33 Ja 0,00 60 0,27 2 G1_38 tg_1 G1_58 G1_57 G1_56 G1_55 G1_54 G1_53 G1_52 tg_4 G1_40 G1_39

b1-2 25,19 7,18 3,33 Ja 3,60 60 0,27 1 G1_1 tg_2 G1_13 G1_12 G1_11 G1_10 G1_9 G1_8 G1_7 G1_6 G1_5 G1_4 G1_3 G1_2

b2-2 18,05 7,18 3,33 Ja 3,60 60 0,27 2 G1_25 G1_24 G1_23 G1_22 G1_21 G1_20 G1_19 G1_18 G1_17 G1_16 G1_15 G1_14 tg_3 G1_

26b2-2



Project : Sein



Bestandsdatum : 17-7-2017 16:47:50

Print datum : 17-7-2017 16:48:08

Brandoverslag : 3


Licentie : DGMR

GEVELS

Naam LO_x LO_y RO_x RO_y Hoogte Hoek Omhoog Wanddikte

G1_1 27,15 2,06 1,96 2,06 3,60 90,00 3,60 ,000

G1_2 27,15 -2,32 27,15 2,06 3,60 90,00 3,60 ,000

G1_3 30,89 -2,32 27,15 -2,32 3,60 90,00 3,60 ,000

G1_4 30,89 2,06 30,89 -2,32 3,60 90,00 3,60 ,000

G1_5 38,00 2,06 30,89 2,06 3,60 90,00 3,60 ,000

G1_6 38,00 -15,97 38,00 2,06 3,60 90,00 3,60 ,000

G1_7 12,81 -15,97 38,00 -15,97 3,60 90,00 3,60 ,000

G1_8 12,81 -11,66 12,81 -15,97 3,60 90,00 3,60 ,000

G1_9 16,41 -11,66 12,81 -11,66 3,60 90,00 3,60 ,000

G1_10 16,41 -4,40 16,41 -11,66 3,60 90,00 3,60 ,000

G1_11 12,81 -4,40 16,41 -4,40 3,60 90,00 3,60 ,000

G1_12 12,81 -5,11 12,81 -4,40 3,60 90,00 3,60 ,000

G1_13 1,96 -5,11 12,81 -5,11 3,60 90,00 3,60 ,000

G1_14 16,33 -11,62 16,33 -4,46 3,60 90,00 3,60 ,000

G1_15 12,76 -11,62 16,33 -11,62 3,60 90,00 3,60 ,000

G1_16 12,76 -16,04 12,76 -11,62 3,60 90,00 3,60 ,000

G1_17 16,35 -16,04 12,76 -16,04 3,60 90,00 3,60 ,000

G1_18 16,35 -17,46 16,35 -16,04 3,60 90,00 3,60 ,000

G1_19 15,47 -17,46 16,35 -17,46 3,60 90,00 3,60 ,000

G1_20 15,47 -23,20 15,47 -17,46 3,60 90,00 3,60 ,000

G1_21 16,41 -23,20 15,47 -23,20 3,60 90,00 3,60 ,000

G1_22 16,41 -30,37 16,41 -23,20 3,60 90,00 3,60 ,000

G1_23 -1,64 -30,37 16,41 -30,37 3,60 90,00 3,60 ,000

G1_24 -1,64 -5,14 -1,64 -30,37 3,60 90,00 3,60 ,000

G1_25 12,83 -5,14 -1,64 -5,14 3,60 90,00 3,60 ,000

G1_26 12,83 -4,46 12,83 -5,14 3,60 90,00 3,60 ,000

G1_27 27,15 2,06 1,96 2,06 3,60 90,00 ,00 ,000

G1_28 27,15 -2,32 27,15 2,06 3,60 90,00 ,00 ,000

G1_29 30,89 -2,32 27,15 -2,32 3,60 90,00 ,00 ,000

G1_30 30,89 2,06 30,89 -2,32 3,60 90,00 ,00 ,000

G1_31 38,00 2,06 30,89 2,06 3,60 90,00 ,00 ,000

G1_32 38,00 -15,97 38,00 2,06 3,60 90,00 ,00 ,000

G1_33 16,41 -15,97 38,00 -15,97 3,60 90,00 ,00 ,000



Project : Sein



Bestandsdatum : 17-7-2017 16:47:50

Print datum : 17-7-2017 16:48:08

Brandoverslag : 4


Licentie : DGMR

GEVELS

Naam LO_x LO_y RO_x RO_y Hoogte Hoek Omhoog Wanddikte

G1_34 16,41 -5,12 16,41 -15,97 3,60 90,00 ,00 ,000

G1_35 5,57 -5,12 16,41 -5,12 3,60 90,00 ,00 ,000

G1_36 5,57 -3,57 5,57 -5,12 3,60 90,00 ,00 ,000

G1_37 1,96 -3,57 5,57 -3,57 3,60 90,00 ,00 ,000

G1_38 ,75 -5,14 -1,64 -5,14 3,60 90,00 ,00 ,000

G1_39 ,75 -7,47 ,75 -5,14 3,60 90,00 ,00 ,000

G1_40 5,60 -7,47 ,75 -7,47 3,60 90,00 ,00 ,000

G1_52 16,35 -5,19 5,60 -5,19 3,60 90,00 ,00 ,000

G1_53 16,35 -17,46 16,35 -5,19 3,60 90,00 ,00 ,000

G1_54 15,47 -17,46 16,35 -17,46 3,60 90,00 ,00 ,000

G1_55 15,47 -23,20 15,47 -17,46 3,60 90,00 ,00 ,000

G1_56 16,41 -23,20 15,47 -23,20 3,60 90,00 ,00 ,000

G1_57 16,41 -30,37 16,41 -23,20 3,60 90,00 ,00 ,000

G1_58 -1,64 -30,37 16,41 -30,37 3,60 90,00 ,00 ,000

tg_0 1,96 2,06 1,96 -3,57 3,60 90,00 ,00 ,000

tg_1 -1,64 -5,14 -1,64 -30,37 3,60 90,00 ,00 ,000

tg_2 1,96 2,06 1,96 -5,11 3,60 90,00 3,60 ,000

tg_3 16,33 -4,46 12,83 -4,46 3,60 90,00 3,60 ,000

tg_4 5,60 -5,19 5,60 -7,47 3,60 90,00 ,00 ,000



Project : Sein



Bestandsdatum : 17-7-2017 16:47:50

Print datum : 17-7-2017 16:48:08

Brandoverslag : 5


Licentie : DGMR

OPENINGEN

Naam Rechts Omhoog Breedte Hoogte Brandwerend Balkon/Overstek Opgaand/type Gevel(s) Brandruimte

to_1 ,90 4,46 1,80 1,79 ,00 ,00 Opgaand G1_24 b2-2

to_0 ,92 ,86 1,80 1,79 ,00 ,00 Opgaand G1_31 b1

O1 4,52 ,86 1,80 1,79 ,00 ,00 Opgaand G1_31 b1

to_2 ,85 ,86 1,80 1,79 ,00 ,00 Opgaand G1_27 b1

O2 4,45 ,86 1,80 1,79 ,00 ,00 Opgaand G1_27 b1

O3 8,05 ,86 1,80 1,79 ,00 ,00 Opgaand G1_27 b1

O4 11,65 ,86 1,80 1,79 ,00 ,00 Opgaand G1_27 b1

O5 15,25 ,86 1,80 1,79 ,00 ,00 Opgaand G1_27 b1

O6 18,85 ,86 1,80 1,79 ,00 ,00 Opgaand G1_27 b1

O7 22,45 ,86 1,80 1,79 ,00 ,00 Opgaand G1_27 b1

to_4 ,90 ,86 1,80 1,79 ,00 ,00 Opgaand G1_32 b1

O8 4,50 ,86 1,80 1,79 ,00 ,00 Opgaand G1_32 b1

O9 8,10 ,86 1,80 1,79 ,00 ,00 Opgaand G1_32 b1

O10 11,70 ,86 1,80 1,79 ,00 ,00 Opgaand G1_32 b1

O11 15,30 ,86 1,80 1,79 ,00 ,00 Opgaand G1_32 b1

to_5 ,90 2,65 1,80 ,00 1,79 ,00 Opgaand G1_33 b1

O12 4,50 ,86 1,80 1,79 ,00 ,00 Opgaand G1_33 b1

O13 8,10 ,86 1,80 1,79 ,00 ,00 Opgaand G1_33 b1

O14 11,70 ,86 1,80 1,79 ,00 ,00 Opgaand G1_33 b1

O15 15,30 ,86 1,80 1,79 ,00 ,00 Opgaand G1_33 b1

O16 18,90 ,86 1,80 1,79 ,00 ,00 Opgaand G1_33 b1

to_6 ,48 ,00 2,67 3,00 ,00 ,00 Opgaand G1_57 b2

O17 4,08 ,00 2,67 3,00 ,00 ,00 Opgaand G1_57 b2

to_7 ,60 ,00 4,60 3,33 ,00 ,00 Opgaand G1_55 b2

to_8 ,40 ,00 2,67 3,00 ,00 ,00 Opgaand G1_58 b2

O18 4,00 ,00 2,67 3,00 ,00 ,00 Opgaand G1_58 b2

O19 7,60 ,00 2,67 3,00 ,00 ,00 Opgaand G1_58 b2

O20 11,20 ,00 2,67 3,00 ,00 ,00 Opgaand G1_58 b2

O21 14,80 ,00 2,67 3,00 ,00 ,00 Opgaand G1_58 b2

to_3 ,90 ,86 1,80 1,79 ,00 ,00 Opgaand tg_1 b2

O22 4,50 ,86 1,80 1,79 ,00 ,00 Opgaand tg_1 b2

O23 8,10 ,86 1,80 1,79 ,00 ,00 Opgaand tg_1 b2

O24 11,25 ,86 2,70 1,79 ,00 ,00 Opgaand tg_1 b2



Project : Sein



Bestandsdatum : 17-7-2017 16:47:50

Print datum : 17-7-2017 16:48:08

Brandoverslag : 6


Licentie : DGMR

OPENINGEN


O25 14,85 ,86 2,70 1,79 ,00 ,00 Opgaand tg_1 b2

O26 18,45 ,86 2,70 1,79 ,00 ,00 Opgaand tg_1 b2

O27 22,05 ,86 2,70 1,79 ,00 ,00 Opgaand tg_1 b2

to_9 ,92 ,86 1,80 1,79 ,00 ,00 Opgaand tg_0 b1

O28 4,52 ,00 ,95 2,60 ,00 ,00 Opgaand tg_0 b1

to_10 ,50 ,86 ,95 1,79 ,00 ,00 Opgaand G1_38 b2

to_11 4,50 6,25 1,80 ,00 1,79 ,00 Opgaand G1_7 b1-2

O29 8,10 4,46 1,80 1,79 ,00 ,00 Opgaand G1_7 b1-2

O30 11,70 4,46 1,80 1,79 ,00 ,00 Opgaand G1_7 b1-2

O31 15,30 4,46 1,80 1,79 ,00 ,00 Opgaand G1_7 b1-2

O32 18,90 4,46 1,80 1,79 ,00 ,00 Opgaand G1_7 b1-2

O33 22,50 4,46 1,80 1,79 ,00 ,00 Opgaand G1_7 b1-2

to_12 ,90 4,46 1,80 1,79 ,00 ,00 Opgaand G1_6 b1-2

O34 4,50 4,46 1,80 1,79 ,00 ,00 Opgaand G1_6 b1-2

O35 8,10 4,46 1,80 1,79 ,00 ,00 Opgaand G1_6 b1-2

O36 11,70 4,46 1,80 1,79 ,00 ,00 Opgaand G1_6 b1-2

O37 15,30 4,18 1,80 1,79 ,00 ,00 Opgaand G1_6 b1-2

to_13 ,92 4,46 1,80 1,79 ,00 ,00 Opgaand G1_5 b1-2

O38 4,52 4,46 1,80 1,79 ,00 ,00 Opgaand G1_5 b1-2

to_14 ,85 4,46 1,80 1,79 ,00 ,00 Opgaand G1_1 b1-2

O39 4,45 4,46 1,80 1,79 ,00 ,00 Opgaand G1_1 b1-2

O40 8,05 4,46 1,80 1,79 ,00 ,00 Opgaand G1_1 b1-2

O41 11,65 4,46 1,80 1,79 ,00 ,00 Opgaand G1_1 b1-2

O42 15,25 4,46 1,80 1,79 ,00 ,00 Opgaand G1_1 b1-2

O43 18,85 4,46 1,80 1,79 ,00 ,00 Opgaand G1_1 b1-2

O44 22,45 4,46 1,80 1,79 ,00 ,00 Opgaand G1_1 b1-2

to_15 ,92 4,46 1,80 1,79 ,00 ,00 Opgaand tg_2 b1-2

O45 4,52 4,46 1,80 1,79 ,00 ,00 Opgaand tg_2 b1-2

O46 4,50 4,46 1,80 1,79 ,00 ,00 Opgaand G1_24 b2-2

O47 8,10 4,46 1,80 1,79 ,00 ,00 Opgaand G1_24 b2-2

O49 15,30 4,46 1,80 1,79 ,00 ,00 Opgaand G1_24 b2-2

O50 18,90 4,46 1,80 1,79 ,00 ,00 Opgaand G1_24 b2-2

O51 22,50 4,46 1,80 1,79 ,00 ,00 Opgaand G1_24 b2-2



Project : Sein



Bestandsdatum : 17-7-2017 16:47:50

Print datum : 17-7-2017 16:48:08

Brandoverslag : 7


Licentie : DGMR

OPENINGEN


O52 11,26 4,46 2,67 1,79 ,00 ,00 Opgaand G1_24 b2-2

to_16 12,58 6,25 ,95 ,00 1,79 ,00 Opgaand G1_25 b2-2

to_17 ,91 4,46 1,80 1,79 ,00 ,00 Opgaand G1_23 b2-2

O53 4,51 4,46 1,80 1,79 ,00 ,00 Opgaand G1_23 b2-2

O54 8,11 4,46 1,80 1,79 ,00 ,00 Opgaand G1_23 b2-2

O55 11,71 4,46 1,80 1,79 ,00 ,00 Opgaand G1_23 b2-2

O56 15,31 4,46 1,80 1,79 ,00 ,00 Opgaand G1_23 b2-2

to_18 ,91 4,46 1,80 1,79 ,00 ,00 Opgaand G1_22 b2-2

O57 4,51 4,46 1,80 1,79 ,00 ,00 Opgaand G1_22 b2-2

to_19 ,60 3,60 4,60 3,33 ,00 ,00 Opgaand G1_20 b2-2

Figuren rekenmodel brandoverslag NEN 6068


Print datum : 17-7-2017 16:48:08

Pintegraal versie : V6.1m_standaard © PeutzData 2001, 2017Licentie : DGMR Brandoverslag : 8


Bijlage 3

Titel Berekening opvang- en doorstroomcapaciteit

Berekening opvang- en doorstroomcapaciteitEVAC

PROJECTGEGEVENS

Projectomschrijving : Polikliniek Sein

Projectnummer : B20161563

Omschrijving bouwwerk : Polikliniek

Adres : Achterweg 5

2103 SW Heemstede

Gecreëerd door : abo

Gecreëerd op : 28-6-2017 14:16:11

Laatst gewijzigd door : abo

Laatst gewijzigd op : 20-7-2017 12:25:08

Reden wijziging :

Rekenmethode : Ministeriële Regeling 2012

GEBOUWDEFINITIE

Aantal trappenhuizen : 2

Aantal bouwlagen : 3

Gebouw Trappenhuis 1 Trappenhuis 2

Hoogteverschil trap [m] > 1 > 1

Toets max. ontruimingstijd [min.] 15:00 15:00

Verdieping 2

Deurbreedte [m] 2 0,9

Bijeenkomstfunctie [-] Nee Nee

Enkele/dubbele deur [-] Enkel Enkel

Openingshoek [grd] < 135 < 135

Oppervlakte bovenbordes [m2] 5,5 3

Oppervlakte middenbordes [m2] 2,65 3

Trapbreedte [m] 1,1 1,1

Trapbreedte >=0.17m [m] 1,1 1,1

Aantal traptreden [-] 20 20

Scheidingstype [-] B30 E20

Doorstroomcapaciteit deur [Pers./min.] 220 99

Opvangcapaciteit bovenbordes [Personen] 22 12

Opvangcap. middenbordes + trap [Personen] 30 31

Doorstroomcapaciteit trap [Pers./min.] 49 49

Verdieping 1

Deurbreedte [m] 2 1

Bijeenkomstfunctie [-] Nee Nee



Oppervlakte bovenbordes [m2] 5,5 8,7

Oppervlakte middenbordes [m2] 2,65 2

Trapbreedte [m] 1,1 1,1

Trapbreedte >=0.17m [m] 1,1 1,1

Aantal traptreden [-] 20 20

Scheidingstype [-] B30 B30


20 jul 2017 - 12:25 blz. 1EVAC Y1.01


Opvangcapaciteit bovenbordes [Personen] 22 34

Opvangcap. middenbordes + trap [Personen] 30 27

Doorstroomcapaciteit trap [Pers./min.] 49 49

Begane grond

Deurbreedte [m] 1 1



Oppervlakte vloer trappenhuis [m2] 5,5 9,45

Deurbreedte uitgang [m] 1,8 1,3

Enkele/dubbele deur uitgang [-] Enkel Enkel

Openingshoek deur uitgang [grd] < 135 < 135

Scheidingstype [-] B30 B30

Doorstroomcap. deur uitgang [Pers./min.] 110 110

Opvangcap. vloer trappenhuis [Personen] 22 37


20 jul 2017 - 12:25 blz. 2EVAC Y1.01


SCENARIOS EN RESULTATEN

Scenario: Scenario 1: brand 2e verdieping

Omschrijving :Scenario 1 betreft een brand op de tweede verdieping. Personen op de tweede verdieping vluchten in dit scenario allen naartrappenhuis 1 en bevinden zich in bedreigd gebied.

Gefaseerde ontruiming : Nee

Locatie brand : brand 2e verdieping

Totaal aantal personen : 184

Verdeling personen over trappenhuizen:


Aantal personen [-] 120 64

Gefaseerd Nee Nee

Verdieping 2


Status opvangruimte Bedreigd n.v.t.

Totaal: 70 personen

Verdieping 1


Status opvangruimte Beïnvloed Beïnvloed

Totaal: 94 personen

Begane grond


Status opvangruimte Beïnvloed Beïnvloed

Totaal: 20 personen

Resultaten:

Trappenhuis Verdieping Status opvangruimte Max. toegestane wachttijd Berekende wachttijd Voldoet?

[mm:ss] [mm:ss]

Trappenhuis 1 Begane grond Beïnvloed - B30 06:00 0:00 Ja

Trappenhuis 1 Verdieping 1 Beïnvloed - B30 06:00 1:00 Ja

Trappenhuis 1 Verdieping 2 Direct bedreigd 01:00 1:00 Ja



20 jul 2017 - 12:25 blz. 3EVAC Y1.01


Scenario: Scenario 2: brand 1e verdieping in trap 2

Omschrijving :Brandscenario 2 betreft een brand op de eerste verdieping in trappenhuis 2. Personen op de eerste en tweede verdiepingmoeten dan allen vluchten via trappenhuis 1.

Gefaseerde ontruiming : Nee

Locatie brand : brand 1e verdieping in trap 2

Totaal aantal personen : 164

Verdeling personen over trappenhuizen:



Gefaseerd Nee Nee

Verdieping 2


Status opvangruimte Beïnvloed n.v.t.

Totaal: 70 personen

Verdieping 1


Status opvangruimte Beïnvloed Bedreigd

Totaal: 94 personen

Begane grond


Status opvangruimte Beïnvloed Bedreigd

Totaal: 0 personen

Resultaten:

Trappenhuis Verdieping Status opvangruimte Max. toegestane wachttijd Berekende wachttijd Voldoet?

[mm:ss] [mm:ss]




Trappenhuis 2 Begane grond Direct bedreigd 01:00 0:00 Ja

Trappenhuis 2 Verdieping 1 Direct bedreigd 01:00 0:00 Ja

20 jul 2017 - 12:25 blz. 4EVAC Y1.01

SEIN Polikliniek | Heemstede Aanvraag omgevingsvergunning ......bouwen, integrale beoordeling...

Documents

Transcript of SEIN Polikliniek | Heemstede Aanvraag omgevingsvergunning ......bouwen, integrale beoordeling...