RUP HENDRIK HEYMANPLEIN TE SINT-NIKLAAS m.e.r-screening

40
RUP HENDRIK HEYMANPLEIN TE SINT-NIKLAAS m.e.r-screening mei 2012 OHPL1357

Transcript of RUP HENDRIK HEYMANPLEIN TE SINT-NIKLAAS m.e.r-screening

RUP HENDRIK HEYMANPLEINTE SINT-NIKLAAS

m.e.r-screeningmei 2012

OHPL1357

COLOFON

Projectm.e.r-screening RUP Hendrik Heymanplein

OpdrachtgeverStad Sint-Niklaas

Grote Markt 1 - 9100 Sint-Niklaas

Contactpersoon

Bart Van Lokeren

OpdrachtnemerInterwaas

Contactpersonen

Bart Casier

Vera De Martelaere

Georgie Wauters

Versie01008-RUP-MS-2M-d3

4 RUP Hendrik Heymanplein m.e.r.-screening - mei 2012

Inhoudsopgave

1. BESCHRIJVING PLAN EN AFBAKENING PLANGEBIED 91.1 Situering 91.2 AAnleiding en doelStellingen 91.3 nulAlternAtief 91.4 grAfiSch plAn 131.5 Mogelijke AlternAtieven 15

2. AFBAKENING VAN HET TOEPASSINGSGEBIED EN DE PLAN-MERPLICHT 162.1 definitie vAn plAn of progrAMMA 162.2 toepASSingSgebied 162.3 bepAling vAn de plicht tot opMAAk vAn een plAn-Mer 162.4 beoordeling of het plAn grenSoverSchrijdende of geweStgrenSoverSchrijdende AAnzienlijke Milieueffecten kAn hebben 17

3. GEVOELIGHEDEN VAN HET PLANGEBIED EN POTENTIËLE EFFECTEN VAN HET VOORGENOMEN PLAN OF PROGRAMMA 183.1 gezondheid en veiligheid vAn de MenS 193.2 ruiMtelijke ordening 203.3 fAunA, florA en de biodiverSiteit 243.4 energie- en grondStoffenvoorrAden 243.5 bodeM 273.6 wAter 273.7 AtMoSfeer en de kliMAtologiSche fActoren 293.8 geluid 313.9 licht 313.10 Stoffelijke goederen 333.11 cultureel erfgoed, incluSief ArchitectoniSch en ArcheologiSch erfgoed 333.12 lAndSchAp 343.13 Mobiliteit 373.14 de SAMenhAng tuSSen de genoeMde fActoren 39

5RUP Hendrik Heymanplein m.e.r.-screening - mei 2012

4. AFBAKENING VAN HET TOEPASSINGSGEBIED EN DE PLAN-MERPLICHT EN TOETSING OF PASSENDE BEOORDELING RELEVANT IS 40

5. VERZOEK TOT RAADPLEGING VAN DE ADVIESINSTANTIES 40

6 RUP Hendrik Heymanplein m.e.r.-screening - mei 2012

KaartenkAArt 1. Situering op topogrAfiSche kAArt 9kAArt 2. Situering op orthofoto 9kAArt 3. uittrekSel bpA buurt de cAStro 9kAArt 4. SchetS grAfiSch plAn 13kAArt 5. biologiSche wAArderingSkAArt, verSie 2 24kAArt 6. bodeMkAArt 27kAArt 7. vlAAMSe hydrogrAfiSche AtlAS 27kAArt 8. wAtertoetSkAArten 27kAArt 9. cultureel erfgoed 33kAArt 10. AtlAS vAn de buurt- en voetwegen 37kAArt 11. verkeerSAnAlySe 37

7RUP Hendrik Heymanplein m.e.r.-screening - mei 2012

Nieuwstr

aat

Dalstra

at

Parklaan

Kalkstraat

Ankerstraat

Knaptandstraat

Beek

Kongostraat

Hovenierstraat

Beekstraat

Kasteelstraat

Grote M

arkt

Bokkenhof

Apostelstraat

Hemela

erst

raat

Houtbriel

Kroonmolenstraat

Pastoor De MeerleerstraatKokkelbeekstraat

Hendrik Heymanplein

Mgr. Stillemansstraat

Walburgstraat

Moerlandstraat

Stat

ions

stra

at

Collegestraat

Broedersstraat

Parkstraat

Brouw

ershof

Grote Peperstraat

Sint - Jansplein

Onze - Lieve - Vrouwstraat

Grote

Mar

kt

Nieuwstraat

Beek

Beek

Grote Markt

Beek

Ankerstraat

Bokkenhof

Beek

Beek

Kongostraat

legende

gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplanHendrik Heymanplein

kaart 1:situering op topografische kaart

schaal:

locatie: 01008_RUP_PL_2.3datum: 2012

Intergemeentelijk samenwerkingsverbandLand van WaasLamstraat 113

9100 Sint-NiklaasT. 03/780.52.00 - F. 03/780.52.19

bron:

1:5.000

topografische kaart 1/10.000kleur, opname 1991-2005

plangebied

0 100 200 300 40050m

9RUP Hendrik Heymanplein m.e.r.-screening - mei 2012

1. BESCHRIJVING PLAN EN AFBAKENING PLANGEBIED

1.1 Situering

Kaart 1. situering op topografische kaart

Kaart 2. situering op orthofoto

Het studiegebied betreft het bibliotheekgebouw en het stadsarchief van Sint-Niklaas met de aanpalende publieke buitenruimte van het Hendrik Heymanplein. Het studiegebied bevindt zich in de compacte stadskern van Sint-Niklaas, net ten zuidwesten van de Grote Markt. Het Hendrik Heymanplein is een centrumparking die in het noorden en oosten wordt begrensd door de straat Hendrik Heymanplein. Het bibliotheekgebouw met stadsarchief bevindt zich ten noorden van het Hendrik Heymanplein. De straat Hendrik Heymanplein takt in het oosten aan op de belangrijke invalsweg Parklaan. Ten westen van het bibliotheekgebouw ligt De Castrodreef en parallel ten zuiden met het Hendrik Heymanplein loopt de Monseigneur Stillemansstraat.

1.2 AAnleiding en doelStellingen

Het stadsbestuur besliste om voor de realisatie van het nieuwe stadsarchief te kiezen voor de site Hendrik Heymanplein. Een nieuw stadsarchief is nodig omdat de huidige depotruimtes ontoereikend zijn voor het behoud van de archiefstukken op lange termijn. Daarnaast kent de huidige hoofdbibliotheek aan het Hendrik Heymanplein verschillende veiligheidsproblemen waardoor een grondige verbouwing zich opdringt. De koppeling van stadsarchief aan de hoofdbibliotheek van Sint-Niklaas biedt voordelen tot het gemeenschappelijk gebruik van bepaalde ruimten, tot eventueel zelfs het personeel. Een grondige verbouwing van het bestaande gebouw volstaat qua volume echter niet voor een volwaardige invulling met beide openbare instellingen. Er is daarom een substantiële uitbreiding nodig. De site Hendrik Heymanplein bevindt zich echter in het BPA ‘Buurt De Castro’, met een te krappe zone voor gemeenschapsvoorzieningen.

Het college van burgemeester en schepenen besliste in de zitting van 16 april 2012 om het bouwprogramma te reduceren. Hierdoor wordt wellicht teruggekomen op de eerder genomen beslissing tot uitbreiding van het bouwprogramma met de publieksdiensten van het ‘Huis van het Kind’ met een spelotheek en een opvoedingswinkel. Omdat in het uit te schrijven bestek varianten van een bouwprogramma van 6500m², 7000m² en 7500m² zullen worden opgenomen werd beslist dat de totale benodige vloeroppervlakte binnen het RUP moet worden beperkt tot 7500m².

1.3 nulAlternAtief

Kaart 3. uittreksel BPA Buurt De Castro

Het BPA Buurt De Castro 5° wijziging werd bij ministerieel besluit van 5 januari 1995 goedgekeurd. Het voorkomen van de bestaande bebouwing rondom het Hendrik Heymanplein vloeit grotendeels voort uit de bouwhoogtes die werden opgelegd in dit BPA. Ten noordoosten van het plein is er een strook voor gesloten bebouwing met als bestemming woonfunctie, handels- of bureelruimte, toonzalen, banken of horeca en een hoogte van 5 bouwlagen met een dakbouwlaag. Ten oosten van het plein is er een smalle strook voor gemengde functies (woonfunctie, handels- en bureelruimten, horeca en gebouwen van openbaar nut) met een gebouwenprofiel van 1 bouwlaag met zadeldak. Ten zuiden van het Hendrik Heymanplein is er opnieuw een strook voor gemengde functies, maar met een gebouwenprofiel van 3 bouwlagen en zadeldak. Ten zuidwesten is er een zone voor dienstverlening, voor de vestiging van grootwinkelbedrijven en/of kleine of middelgrote onderneming (huidige Carrefour), met een bouwhoogte van maximum 7m voor het hoofdge-bouw.

Ten noorden van het Hendrik Heymanplein bevindt zich een strook voor openbaar nut, waarbij het opvalt dat er een verplicht getrapte voorgevelbouwlijn werd ingetekend op het grafisch plan. Van deze bouwlijn mag worden afgeweken met een maximum van 2/4 van de totale gevelbreedte. Het gebouwenprofiel bestaat uit 4 bouwlagen met zadeldak. Ten opzichte van de strook voor berg- en werkplaatsen kan op de perceels-

legende

gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplanHendrik Heymanplein

kaart 2:situering op orthofoto

schaal:

locatie: 01008_RUP_PL_2.2datum: 2011

Intergemeentelijk samenwerkingsverbandLand van WaasLamstraat 113

9100 Sint-NiklaasT. 03/780.52.00 - F. 03/780.52.19

bron:

1:1.500

orthofoto's, middenschalig kl, provincie Oost-Vlaanderen,

opname 2009 (AGIV-product)

plangebied

legende

gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplanHendrik Heymanplein

kaart 3:situering BPA's - RUP's

schaal:

locatie: 01008_RUP_PL_10.2datum: 2011

Intergemeentelijk samenwerkingsverbandLand van WaasLamstraat 113

9100 Sint-NiklaasT. 03/780.52.00 - F. 03/780.52.19

bron: Stad Sint-Niklaas

1:1.500

BPA 'Buurt De Castro'

plangebied RUP Afbakeningkernwinkelgebied

Hendrik HeymanpleinHendrik Heymanplein

Grote Markt

23,6m 21,3m

14m

8m

6m

7,5m

H= max 15m

H= max 21m

H= max 4,5m

0 10 20 30 405m

RUP HENDRIK HEYMANPLEIN

voorontwerpGRAFISCH PLAN

schaal:

locatie: 01008_RUP_PL_01_d3datum: mei 2012

Intergemeentelijk samenwerkingsverbandLand van WaasLamstraat 113

9100 Sint-NiklaasT. 03/780.52.00 - F. 03/780.52.19

bron:

1:500

basis

GRB administratief perceel GRB gebouw

perimeter van het RUP "Hendrik Heymanplein"

art. 1: zone voor gemeenschapsvoorzieningen

grafisch plan - bestemmingen

overdruk: bouwhoogtebeperking van 4,5m

in zijn ontwerpversie gezien en voorlopig vastgesteld door de gemeenteraad van ....................

de secretaris

de secretaris

de secretaris

de voorzitter

de burgemeester

de voorzitter

het College van Burgemeester en Schepenen bevestigt dat onderhavig plan in zijn

ontwerpversie ter inzage van het publiek op het gemeentehuis werd neergelegd

van .................... tot ....................

gezien en definitief vastgesteld door de gemeenteraad van ....................

LEGENDE

Bart Casier

Directeur / Ruimtelijk Planner

Georgie Wauters Vera De Martelaere

Ruimtelijk PlannersGRB Agentschap voor

Geografische Informatie Vlaanderen

1:10.000

overdruk: bouwhoogtebeperking van 15m

overdruk: bouwhoogtebeperking van 21m

kaart 4:

13RUP Hendrik Heymanplein m.e.r.-screening - mei 2012

grens worden gebouwd met een maximum bouwhoogte van 4,5m. Een hogere bouwhoogte mag slechts aanvangen op een afstand gelijk aan de helft van de kroonlijsthoogte van het nieuw op te richten gebouw. In deze strook voor openbaar nut bevindt zich de huidige bibliotheek. De getrapte voorgevelbouwlijn van de bibliotheek beantwoordt volledig aan het grafisch plan van het BPA, omdat het bibliotheekgebouw dateert van voor de opmaak van het BPA (op basis van orthofoto). Enkel qua bouwhoogtes zijn er vooral aan de achterzijde van de bibliotheek afwijkingen ten opzichte van de later opgemaakte geldende stedenbouwkun-dige voorschriften voor de strook voor openbaar nut uit het BPA. Ten oosten van de strook voor openbaar nut van de bibliotheek bevindt zich een strook voor openbaar groen binnen het plangebied van het RUP. Ten zuiden van het plangebied geldt de BPA-bestemming strook voor wegen, parkings, esplanade.

1.4 grAfiSch plAn

1.4.1. Aanzet van grafisch plan en stedenbouwkundige voorschriftenKaart 4. schets grafisch plan

Een eerste aanzet tot grafisch plan bakent een blauwe zone voor gemeenschapsvoorzieningen af. Binnen deze zone kan de bestaande bibliotheek uitbreiden. De contour van het RUP werd aan de noord(oost)zijde afgebakend volgens de bestaande perceelsstructuur en aan de zuidzijde volgens de wegopdeling uit het GRB. Dit betekent dat de zuidelijke grens van het RUP de voorgevelbouwlijn van het bestaande Dexiagebouw op de hoek Hendrik Heymanplein-De Castrodreef volgt. Om zoveel mogelijk flexibiliteit toe te laten qua uitbreidingsmogelijkheden wordt er binnen deze zone enkel een V/T-index1 en een maximale bouwhoogte vastgelegd. De maximale bouwhoogte wordt aan de hand van drie overdrukken in deelzones vastgelegd. Deze bouwhoogtes staan aangeduid op het grafisch plan en corresponderen met de deelzones en bouwhoogtes zoals bepaald in de maximum gebouwenenveloppe. De deelzone van het baken werd bepaald door een afstand van 14m ten opzichte van de achterste perceelsgrens te behouden en de voorge-velbouwlijn van het bestaande ACV-gebouw door te trekken. De deelzone van het baken heeft een oppervlakte van 500m² gekregen, met een maximale bouwhoogte van 21m. De zone vanaf de achterste perceels-grens tot op 7,5m van de perceelsgrens kan worden ingevuld met bebouwing tot 4,5m hoogte, naar analogie met de BPA-voorschriften. In de derde deelzone kan worden gebouwd volgens de huidige bouwhoogte van het hoogtste gedeelte van het bibliotheekgebouw, zijnde 15m. Waar op het grafisch plan geen deelzone van toepassing is, kan er niet worden gebouwd, met uitzondering van ondergrondse parkeergarages en bovengrondse luifels en trappenpartijen.

De totale oppervlakte van de zone voor gemeenschapsvoorzieningen bedraagt 3368m².

De maximale V/T-index bedraagt 2,5 (indien rekening wordt gehouden met de maximale totale benodigde vloeroppervlakte van 7.500m²).

1 vloer-terrein index of V/T-index: deze index wordt berekend door de totale vloeroppervlakte (bebouwde en overdekte) te delen door de terreinoppervlakte.

14 RUP Hendrik Heymanplein m.e.r.-screening - mei 2012

1.4.2. Ruimtebalans

categorie van gebiedsaanduiding BPA (ha) RUP (ha) Saldo (ha)

1 wonen

2 bedrijvigheid

3 recreatie

4 landbouw

5 bos

6 overig groen

7 reservaat en natuur

8 lijninfrastructuur 0,11 0 - 0,11

9 gemeenschaps- en nutsvoorzieningen 0,23 0,34 + 0,11

10 ontginning en waterwinning

TOTALE OPPERVLAKTE PLANGEBIED 0,34 0,34 0

In totaal zorgt dit RUP dus voor:

• een afname van lijninfrastructuur

• een toename van gemeenschapsvoorzieningen en nutsvoorzieningen.

Dit RUP voorziet bijgevolg grotendeels in het omzetten van lijninfrastructuur naar gemeenschapsvoorzieningen en nutsvoorzieningen.

1.5 Mogelijke AlternAtieven

Een alternatief betreft het nulalternatief, waarbij in het plangebied de verschillende geldende BPA-bestemmingen van tel blijven. Dit betekent dat het nulalternatief de bestemming van ‘strook voor wegen, parkings, esplanade’ voor de strook voor openbaar nut blijvend zou hanteren. Door de te krappe strook voor openbaar nut zijn er volgens het geldende BPA geen uitbreidingsmogelijkheden mogelijk voor de reeds bestaande bibliotheek en stadsarchief.

Daarnaast zijn er nog verschillende alternatieven mogelijk voor de inplanting van de toekomstige bibliotheek en stadsarchief met de benodigde uitbreidingen. In een voorstudie voor het RUP Hendrik Heymanplein werden 6 verschillende alternatieven voor het gevraagde bouwprogramma uitgewerkt. De eerste 5 alternatieven vertrokken vanuit een uitbreiding aan het bestaande bibliotheekgebouw, terwijl het laatste alternatief een nieuwbouwlocatie voorop stelde. Deze alternatieven zijn volumestudies die louter het gevraagde bouwprogramma illustreren en geen uitspraken doen over de gewenste architectuur en/of sculpturaliteit van het toekomstige gebouw. Bovendien laten de verschillende alternatieven een onderlinge combinatie toe.

De alternatieven focusten zich hoofdzakelijk op het gevraagde bouwprogramma. Niettemin gaven alle alternatieven enkele summiere aanzetten voor de omgeving van het Hendrik Heymanplein:

• de buitenruimte voor de bibliotheek kan worden opgewaardeerd tot een stedelijk ‘belevenisplein’ waar de verblijfsfunctie voorop staat

• ten oosten van het Hendrik Heymanplein kan een nieuw woonblok van maximum 3 bouwlagen de rand van het plein kwalitatiever afwerken.

Op 6 mei 2011 vond er een overleg plaats met alle betrokken partners (bibliotheek, stadsarchief, stadsarchitect en Huis van het Kind) over de 6 verschillende alternatieven. Dit overleg had tot doel om de steden-bouwkundig relevante alternatieven af te toetsen aan de programmatorische eisen van de te voorziene gemeenschapsvoorzieningen.

Herlokalisatie met een nieuwbouw ter hoogte van de Carrefour wordt algemeen als de beste oplossing beschouwd. Een groot voordeel bij herlokalisatie is dat alle gemeenschapsvoorzieningen in het bestaande gebouw, parallel aan de oprichting van een nieuwbouw, kunnen blijven doorgaan (minimale hinder door werkzaamheden). Een nadeel is het gegeven dat er gesprekken moeten worden aangegaan met de op-stalrechthouder van het Carrefour gebouw.2

Uiteindelijk werden er twee alternatieven weerhouden die een uitbreiding van het bestaande bibliotheekgebouw betekenen aan de hand van:

• een baken

• een uitbreiding aan voor- en zuidoostelijke zijde van het bestaande gebouw.

De aanzet tot grafisch plan voor het RUP combineert beide bovenstaande alternatieven die een uitbreiding aan het bestaande bibliotheekgebouw voorop stellen, zodat er een zekere flexibiliteit in toekomstige uitbreiding mogelijk blijft.

2 Intussen werd er contact opgenomen met de opstalhouder Redevco. Deze firma is niet bereid om voortijdig een einde te stellen aan het erfpachtcontract. De firma ziet geen valabel alternatief (meer dan 3.000 m²) in de onmiddellijke omgeving op korte termijn. Dit betekent dat het erfpachtcontract verdergezet wordt tot 2019.

alternatief: baken

alternatief: zuidoostelijke uitbreiding

15RUP Hendrik Heymanplein m.e.r.-screening - mei 2012

1.5 Mogelijke AlternAtieven

Een alternatief betreft het nulalternatief, waarbij in het plangebied de verschillende geldende BPA-bestemmingen van tel blijven. Dit betekent dat het nulalternatief de bestemming van ‘strook voor wegen, parkings, esplanade’ voor de strook voor openbaar nut blijvend zou hanteren. Door de te krappe strook voor openbaar nut zijn er volgens het geldende BPA geen uitbreidingsmogelijkheden mogelijk voor de reeds bestaande bibliotheek en stadsarchief.

Daarnaast zijn er nog verschillende alternatieven mogelijk voor de inplanting van de toekomstige bibliotheek en stadsarchief met de benodigde uitbreidingen. In een voorstudie voor het RUP Hendrik Heymanplein werden 6 verschillende alternatieven voor het gevraagde bouwprogramma uitgewerkt. De eerste 5 alternatieven vertrokken vanuit een uitbreiding aan het bestaande bibliotheekgebouw, terwijl het laatste alternatief een nieuwbouwlocatie voorop stelde. Deze alternatieven zijn volumestudies die louter het gevraagde bouwprogramma illustreren en geen uitspraken doen over de gewenste architectuur en/of sculpturaliteit van het toekomstige gebouw. Bovendien laten de verschillende alternatieven een onderlinge combinatie toe.

De alternatieven focusten zich hoofdzakelijk op het gevraagde bouwprogramma. Niettemin gaven alle alternatieven enkele summiere aanzetten voor de omgeving van het Hendrik Heymanplein:

• de buitenruimte voor de bibliotheek kan worden opgewaardeerd tot een stedelijk ‘belevenisplein’ waar de verblijfsfunctie voorop staat

• ten oosten van het Hendrik Heymanplein kan een nieuw woonblok van maximum 3 bouwlagen de rand van het plein kwalitatiever afwerken.

Op 6 mei 2011 vond er een overleg plaats met alle betrokken partners (bibliotheek, stadsarchief, stadsarchitect en Huis van het Kind) over de 6 verschillende alternatieven. Dit overleg had tot doel om de steden-bouwkundig relevante alternatieven af te toetsen aan de programmatorische eisen van de te voorziene gemeenschapsvoorzieningen.

Herlokalisatie met een nieuwbouw ter hoogte van de Carrefour wordt algemeen als de beste oplossing beschouwd. Een groot voordeel bij herlokalisatie is dat alle gemeenschapsvoorzieningen in het bestaande gebouw, parallel aan de oprichting van een nieuwbouw, kunnen blijven doorgaan (minimale hinder door werkzaamheden). Een nadeel is het gegeven dat er gesprekken moeten worden aangegaan met de op-stalrechthouder van het Carrefour gebouw.2

Uiteindelijk werden er twee alternatieven weerhouden die een uitbreiding van het bestaande bibliotheekgebouw betekenen aan de hand van:

• een baken

• een uitbreiding aan voor- en zuidoostelijke zijde van het bestaande gebouw.

De aanzet tot grafisch plan voor het RUP combineert beide bovenstaande alternatieven die een uitbreiding aan het bestaande bibliotheekgebouw voorop stellen, zodat er een zekere flexibiliteit in toekomstige uitbreiding mogelijk blijft.

2 Intussen werd er contact opgenomen met de opstalhouder Redevco. Deze firma is niet bereid om voortijdig een einde te stellen aan het erfpachtcontract. De firma ziet geen valabel alternatief (meer dan 3.000 m²) in de onmiddellijke omgeving op korte termijn. Dit betekent dat het erfpachtcontract verdergezet wordt tot 2019.

16 RUP Hendrik Heymanplein m.e.r.-screening - mei 2012

2. AFBAKENING VAN HET TOEPASSINGSGEBIED EN DE PLAN-MERPLICHT

2.1 definitie vAn plAn of progrAMMA

Een plan of programma, of de wijziging ervan:

• wordt door een instantie op regionaal, provinciaal of lokaal niveau opgesteld en/of vastgesteld of wordt door een instantie opgesteld om middels een wetgevingsprocedure door het Vlaams Parlement of de Vlaamse Regering te worden vastgesteld

• is voorgeschreven op grond van decretale of van bestuursrechterlijke bepalingen.

De Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening schrijft de opmaak en de vaststelling van ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP’s) voor. Het RUP wordt opgemaakt op initiatief van de gemeente Sint-Niklaas. Een gemeen-telijk ruimtelijk uitvoeringsplan (RUP) wordt vastgesteld door de gemeenteraad en goedgekeurd door de Deputatie. Het RUP Hendrik Heymanplein valt bijgevolg onder de definitie van plan of programma.

Een plan of programma dat een betekenisvolle aantasting van de natuurlijke kenmerken van een speciale beschermingszone kan veroorzaken, dient te worden onderworpen aan een passende beoordeling wat betreft de betekenisvolle effecten voor de speciale beschermingszone.

2.2 toepASSingSgebied

Het betrokken plan of programma valt onder het toepassingsgebied van het D.A.B.M.

Het toepassingsgebied wordt in twee categorieën van plannen en programma’s opgesplitst:

• plannen of programma’s, of de wijziging ervan, die het kader vormen voor de toekenning van een vergunning voor een project;

• plannen of programma’s, of de wijziging ervan, waarvoor, gelet op de mogelijke betekenisvolle effecten op speciale beschermingszones, een passende beoordeling is vereist uit hoofde van artikel 36ter, §3, eerste lid van het decreet van 21 oktober 1997 betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu.

Het ruimtelijk uitvoeringsplan (RUP) vormt het kader op basis waarvan stedenbouwkundige vergunningen zullen worden toegekend, zodoende is aan deze voorwaarde voldaan.

2.3 bepAling vAn de plicht tot opMAAk vAn een plAn-Mer

Voor de plannen en programma’s die onder het toepassingsgebied van het D.A.B.M. vallen is de opmaak van een plan-MER verplicht wanneer:

• het plan of programma, of de wijziging ervan niet het gebruik bepaalt van een klein gebied op lokaal niveau, noch een kleine wijziging inhoudt en het plan of programma tegelijkertijd

○ Een kader vormt voor de toekenning van een vergunning voor de in bijlagen I en II van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004 opgesomde projecten

○ Een kader vormt voor de toekenning van een vergunning voor een project opgesomd in de bijlage bij Omzendbrief LNE 2011/1 - 22 juli 2011

17RUP Hendrik Heymanplein m.e.r.-screening - mei 2012

○ Betrekking heeft op landbouw, bosbouw, visserij, energie, industrie, vervoer, afvalstoffenbeheer, waterbeheer, telecommunicatie, toerisme en ruimtelijke ordening of grondgebruik (art. 4.2.3.§1°D.A.B.M.).

• het plan of programma, of de wijziging ervan niet het gebruik bepaalt van een klein gebied op lokaal niveau, noch een kleine wijziging inhoudt en de initiatiefnemer niet kan aantonen dat het plan of pro-gramma geen aanzienlijke milieueffecten kan hebben.

• het plan of programma, of de wijziging ervan het gebruik bepaalt van een klein gebied op lokaal niveau of een kleine wijziging inhoudt en de initiatiefnemer niet kan aantonen dat het plan of programma geen aanzienlijke milieueffecten kan hebben.

Voorliggend ruimtelijk uitvoeringsplan kan het kader vormen voor de toekenning van een vergunning voor een project opgesomd in de bijlage bij Omzendbrief LNE 2011/1 - 22 juli 2011 (nl. bijlage 10b stadsontwikkelingsprojecten, met inbegrip van de bouw van winkelcentra en parkeerterreinen), maar regelt ook een kleine wijziging in het gebruik van een klein gebied op lokaal niveau en is derhalve screeningsgerechtigd.

Het plangebied van voorliggend RUP is niet gelegen in een Vlaams Ecologisch Netwerk (VEN) of Integraal Verwevings- en Ondersteunend Netwerk (IVON). De dichtstbijgelegen VEN-gebieden zijn de GEN “Val-lei van de Durme” gelegen op meer dan 5,5km ten zuiden van het plangebied en de GENO “Vallei van de Durme” gelegen op meer dan 6km ten zuiden van het plangebied. Het plangebied is niet gelegen in een vogelrichtlijngebied of habitatrichtlijngebied. De dichtstbijzijnde gebieden bevinden zich op meer dan 5,5km in vogelvlucht en betreft de volgende gebieden:

• het habitatrichtlijngebied “Historische fortengordels van Antwerpen als vleermuizenhabitat” (gebiedscode BE2100045) gelegen ten oosten van het plangebied

• het habitatrichtlijngebied “Schelde- en Durme- estuarium van de Nederlandse grens tot Gent” (gebiedscode BE2300006) gelegen ten zuiden van het plangebied

• het vogelrichtlijngebied Durme en de middenloop van de Schelde (gebiedscode 3.5) eveneens gelegen ten zuiden van het plangebied.

De wijzigingen die dit RUP aanbrengt binnen het plangebied zijn dermate kleinschalig en lokaal dat er geen effecten te verwachten zijn op het GEN, noch op het habitatrichtlijngebied. De effecten op deze gebieden zijn niet in die mate negatief, waardoor er geen aanzienlijke milieueffecten worden verwacht. De procedure onderzoek tot m.e.r. wordt doorlopen om deze visie te motiveren.

Conclusie: De procedure onderzoek tot m.e.r. wordt doorlopen om aan te tonen dat het RUP geen aanzienlijke milieueffecten zal teweeg brengen.

2.4 beoordeling of het plAn grenSoverSchrijdende of geweStgrenSoverSchrijdende AAnzienlijke Milieueffecten kAn hebben

Er worden geen effecten verwacht die de gewestgrens of de landsgrens zullen overschrijden gezien het voorliggend plan een klein gebied betreft (0,34ha) en Sint-Niklaas op 12km afstand in vogelvlucht van de grens met Nederland ligt.

18 RUP Hendrik Heymanplein m.e.r.-screening - mei 2012

3. GEVOELIGHEDEN VAN HET PLANGEBIED EN POTENTIËLE EFFECTEN VAN HET VOORGENOMEN PLAN OF PROGRAMMA

Dit hoofdstuk beschrijft, analyseert op hoofdlijn en beoordeelt, waar nodig op basis van de beschikbare informatie en studies, de mogelijke effecten van de nieuwe projecten en ontwikkelingen die het RUP zal toelaten / verplichten ten opzichte van de huidige mogelijkheden volgens het BPA Buurt De Castro.

Volgende (MER)disciplines komen hierbij aan de orde:

• de gezondheid en veiligheid van de mens

• de ruimtelijke ordening

• de fauna, flora en biodiversiteit

• de energie- en grondstoffenvoorraden

• de bodem

• het water

• de atmosfeer

• de klimatologische factoren

• het geluid

• het licht

• de stoffelijke goederen

• het cultureel erfgoed, met inbegrip van het architectonisch en archeologisch erfgoed

• het landschap

• de mobiliteit

• de samenhang tussen de genoemde factoren.

Het accent ligt daarbij evident op deze disciplines waar mogelijk de meeste nadelige gevolgen van de nieuwe opties in het RUP ten opzichte van het bestaande BPA Buurt De Castro zich kunnen manifesteren (welke ook uitvoeriger worden besproken).

19RUP Hendrik Heymanplein m.e.r.-screening - mei 2012

3.1 gezondheid en veiligheid vAn de MenS

3.1.1. BeschrijvingHet plangebied RUP Hendrik Heymanplein bevindt zich in de compacte stadskern van Sint-Niklaas, net ten zuidwesten van de Grote Markt.

Het plangebied vormt geen aandachtsgebied. Aandachtsgebieden zijn gebieden die in het kader van de risico’s van zware ongevallen waarbij gevaarlijke stoffen betrokken zijn, bijzondere aandacht genieten.

3.1.2. EffectbeoordelingOp 2km rondom het plangebied bevinden zich twee Seveso-bedrijven. Het betreft de lage drempelinrichtingen Anorel (Succes Produkten) en Fujifilm Hunt Chemicals Europe in Europark-Noord. De firma Anorel is een lagedrempel Seveso opslagmagazijn voor de opslag van (hoofdzakelijk) vaste producten. Op 2,3km ten zuiden van het plangebied bevindt zich de lage drempelinrichting Sita Recycling Services in Industriepark West te Sint-Niklaas en op 2,6km ten zuidoosten bevindt zich de lage drempelinrichting Addi-Tech in Industriepark Noord.

Om uit te sluiten dat er voor dit RUP een RVR nodig zou kunnen zijn zal er advies worden gevraagd aan de dienst VR.

3.1.3. ConclusieDe uitvoering van het RUP zal geen bijkomende risico’s voor de gezondheid en de veiligheid van de omwonenden opleveren.

20 RUP Hendrik Heymanplein m.e.r.-screening - mei 2012

3.2 ruiMtelijke ordening

3.2.1. BeschrijvingHet plangebied van het RUP Hendrik Heymanplein is gelegen binnen BPA Buurt De Castro 5° wijziging (bij ministrieel besluit van 5 januari 1995 goedgekeurd). De huidige bibliotheek bevindt zich in een trapsgewijze strook voor openbaar nut. Ten oosten van de strook voor openbaar nut bevindt zich een strook voor openbaar groen binnen het plangebied van het RUP. Ten zuiden van het plangebied geldt de BPA-bestemming strook voor wegen, parkings, esplanade.

Sint-Niklaas is volgens het ruimtelijk structuurplan Vlaanderen (RSV) een regionaal stedelijk gebied, waardoor er automatisch tevens de selectie als economisch knooppunt geldt.

In het provinciaal structuurplan (BVR 18 februari 2004) wordt de provincie ingedeeld in deelruimten. Het plangebied Hendrik Heymanplein is gelegen in het E17-netwerk. Als onderdeel van de Vlaamse Ruit moet dit netwerk de (stedelijke) dynamiek opvangen in het spanningsveld tussen Antwerpen en Gent. Hierdoor kan de verdere verstedelijking van de open-ruimtegebieden voorkomen worden.

Ook het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan (BD 22/06/2006) deelt Sint-Niklaas in verschillende deelruimten. Het plangebied “Hendrik Heymanplein” is gelegen in het deelgebied compacte stedelijke kern. De compacte stadskern is een compact geheel van dichte stedelijke bebouwing, met een sterke verweving van functies (wonen, kleinhandel, diensten en voorzieningen, bedrijvigheid, parken,…). Enerzijds richt het beleid zich op de verbetering van de stedelijke woonkwaliteit. Anderzijds streeft het ruimtelijk beleid een vernieuwde aantrekkingskracht na van de stadskern als kloppend hart van de gemeente en van de regio op het vlak van handel, horeca, dienstverlening en voorzieningen.

INFORMATIEF GEDEELTE GRSDe concentratie aan handels- en horecazaken aan de Grote Markt waaiert onder andere uit richting Hendrik Heymanplein. De stad Sint-Niklaas vormt een belangrijke concentratie aan toeristisch-recreatieve voor-zieningen met een culturele as van de bibliotheek aan het Hendrik Heymanplein, de academie, de stadsschouwburg, het museumtheater, het Mercatormuseum, de Zwijgershoek en de Salons voor Schone Kunsten.

Het Hendrik Heymanplein is een belangrijke parkeerlocatie, met 177 parkeerplaatsen, op het niveau van de stad. In de parkeernota wordt voorzien dat het aantal bestaande parkeerplaatsen behouden zal blijven. Deze parkeerplaatsen worden permanent beschikbaar gemaakt.

RICHTINGGEVEND GEDEELTE GRSGewenste ruimtelijke structuur van de compacte stedelijke kernHet kernwinkelgebied van Sint-Niklaas situeert zich in de omgeving van de Grote Markt en Stationsstraat. Het bestaat uit een dichte centrumbebouwing met kleinhandel, horecazaken, diensten en centrumvoor-zieningen. Het Hendrik Heymanplein maakt deel uit van het kernwinkelgebied Centrum Zuid. De kwaliteit van de inrichting van de openbare ruimte vormt een bijzonder aandachtspunt in het kernwinkelgebied. Het openbaar domein is hier immers hoofdzakelijk een verblijfsruimte. Het Hendrik Heymanplein kan worden aangepakt om de verblijfsfunctie en de relatie tot de nabije voorzieningen te verbeteren.

Naast de woonfunctie en de commerciële activiteiten heeft het centrumgebied van de stad eveneens een belangrijke culturele betekenis. Verspreid in het centrumgebied bevinden zich verschillende culturele locaties, waaronder de bibliotheek aan het Hendrik Heymanplein. Het centrumgebied wordt verder uitgebouwd tot de cultuurzone van Sint-Niklaas. Bedoeling is om een blijvende integratie te realiseren van een grote diversiteit aan culturele activiteiten in en nabij het centrum. De aandacht gaat uit naar een kwalitatieve ruimtelijke inrichting van de gebouwen en hun onmiddellijke omgeving, dat het publieke karakter ervan verduidelijkt en versterkt. Bij het overzicht van maatregelen en acties op de langere termijn staat de herinrichting van het Hendrik Heymanplein.

Gewenste ruimtelijk-economische structuur

21RUP Hendrik Heymanplein m.e.r.-screening - mei 2012

In het stedelijk gebied van Sint-Niklaas komt een belangrijke concentratie voor van openbare en commerciële voorzieningen. Het gaat hierbij onder meer om administratieve diensten, scholen, ziekenhuizen, cultu-rele voorzieningen, sport- en recreatieterreinen, jeugdvoorzieningen, kleinhandelsconcentraties en horeca.

Om de leefbaarheid van de stedelijke kern te garanderen en om tegelijkertijd ontwikkelingsperspectieven te bieden aan de aanwezige voorzieningen is een doordacht en doortastend ruimtelijk beleid essentieel. De ruimtelijke en functionele vernieuwing van het gebied vormt een belangrijke beleidsoptie. Voor de verdere ontwikkeling van de grootschalige regionale voorzieningen worden de volgende aandachtspunten naar voor geschoven.

• De mogelijkheden moeten onderzocht en toegepast worden om het ruimtegebruik binnen de bestaande perimeter te verbeteren. Voorbeelden hiervan zijn onder andere meervoudig ruimtegebruik (bv. gebruik van speelterreinen van een school door de buurt tijdens vakantieperiodes), een sterkere verweving van functies op probleemlocaties (bv. voorzien van woningen) en een efficiënter ruimtegebruik (bv. vertikale uitbreiding ipv. horizontale uitbreiding).

• Er wordt een kwalitatieve relatie vooropgesteld met het omliggende stadsweefsel. Deze kan uitgewerkt worden onder de vorm van overgangszones tussen de voorzieningen en het openbaar domein of door een kwalitatieve inrichting van het openbaar domein zelf. Hierdoor verhoogt de verblijfskwaliteit van de stad en de leesbaarheid van de stedelijke structuur.

• De goede bereikbaarheid van de voorzieningen moet gegarandeerd blijven, terwijl de verkeersleefbaarheid van de woonomgeving moet gerespecteerd worden. Voorzieningen moeten getroffen worden voor een vlotte bereikbaarheid met het openbaar vervoer, de fiets of te voet.

• De voorzieningen moeten een hoge beeldkwaliteit bezitten, omdat ze mee het beeld en het imago uitdragen van de stad als kwalitatieve woon- en werkomgeving en als dynamisch dienstverlenend cen-trum in het Waasland. Dit veronderstelt een zorg voor de inplanting van gebouwen, voor de kwaliteit van de architectuur en voor de inrichting van de buitenruimtes.

Gewenste ruimtelijke lijninfrastructuurIn het kader van de mobiliteitsplanning in Sint-Niklaas werd een parkeerbeleid uitgewerkt om de parkeerdruk in de stadskern te verminderen. De parkeernota van 2001 beschrijft twee principes voor het parkeer-beleid:

• het invoeren van een parkeerbeperking in een aantal straten en pleinen (betalend, blauwe zone, bewonersparkeren)

• de aanleg van parkeervoorzieningen.

De parkeervoorzieningen worden met elkaar verbonden door een parkeerroute, zodat een optimale bezetting van de parkings mogelijk wordt. De parkings moeten een dubbel gebruik kennen: overdag woonwerk en diensten, ’s avonds en in het weekend recreatief-cultureel. De parking moet tevens een kwalitatieve invulling krijgen, die de relatie legt met het nabije stedelijk weefsel. Dit kan gebeuren in het kader van een heraanleg van het Hendrik Heymanplein.

BINDEND GEDEELTE GRSSelecties ruimtelijk-economische structuurOp het vlak van de structuur van de voorzieningen worden de volgende structuurbepalende elementen geselecteerd: de gemengde woonstad als concentratie van diverse diensten en voorzieningen (administratieve diensten, scholen, ziekenhuizen, socio-culturele instellingen, kleinhandel en dienstverlening, horeca, bedrijvigheid, enz.), verweven met de stedelijke woonstructuur.

Acties en maatregelen ruimtelijk-economische structuurHet stadsbestuur neemt maatregelen om de gemengde woonstad verder uit te bouwen tot het centraal dienstverlenend knooppunt in de gemeente en in het Waasland, met respect voor de stedelijke woonomgeving. De volgende acties moeten toelaten om een blijvende inpassing te garanderen van de verschillende voorzieningen in een leefbaar stadscentrum:

22 RUP Hendrik Heymanplein m.e.r.-screening - mei 2012

• de opmaak van een streefbeeld voor de stedelijke corridor (met ontwikkelingsperspectieven voor de randbebouwing);

• de opmaak van een actieplan voor de inpassing van de regionale voorzieningen in de gemengde woonstad, met de uitwerking van strategische projecten voor de voorzieningencampussen (Hofstraat, Hospitaalstraat, Ankerstraat, Dalstraat, Breedstraat, Parklaan);

• de afbakening van het kernwinkelgebied;

• de opmaak van een horecabeleidsplan;

• de opmaak van een ruimtelijk beleidsplan voor de centrale cultuurzone.

Acties en maatregelen lijninfrastructuurHet stadsbestuur zorgt voor een verkeersveilige, verkeersleefbare en kwalitatieve herinrichting van het stedelijk plein Hendrik Heymanplein.

3.2.2. EffectbeoordelingHet RUP Hendrik Heymanplein laat uitbreidingsmogelijkheden voor de bibliotheek en het stadsarchief toe..

Het gemeentelijk RUP geeft uitvoering aan het GRS en is een gedeeltelijke herziening van het BPA Buurt De Castro.

Het RUP Hendrik Heymanplein versterkt de culturele as van de bibliotheek aan het Hendrik Heymanplein, de academie, de stadsschouwburg, het museumtheater, het Mercatormuseum, de Zwijgershoek en de Salons voor Schone Kunsten.

Het RUP komt eveneens tegemoet aan verschillende aandachtspunten die voor grootschalige regionale voorzieningen naar voren worden geschoven in het GRS:

• er wordt een meervoudig ruimtegebruik nagestreefd voor de verschillende functies van bibliotheek, stadsarchief en ‘Huis van het Kind’

• de toekomstige nieuwbouw kan aanleiding geven tot een kwalitatieve inrichting van het openbaar domein van het Hendrik Heymanplein op zich

• de bestaande goede bereikbaarheid van de locatie wordt behouden

• de toekomstige nieuwbouw zal door een zorgzame inplanting en kwaliteitsvolle architectuur een hoge beeldkwaliteit moeten bezitten.

De contour van het RUP Hendrik Heymanplein werd beperkt in oppervlakte waardoor een kwaliteitsvolle herinrichting van het Hendrik Heymanplein met voldoende parkeerplaatsen niet wordt gehypothekeerd.

3.2.3. ConclusieHet RUP veroorzaakt geen betekenisvolle negatieve effecten voor de discipline ruimtelijke ordening.

legende

gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplanHendrik Heymanplein

kaart 5:biologische waarderingskaart

schaal:

locatie: 01008_RUP_PL_6.1datum: 2011

Intergemeentelijk samenwerkingsverbandLand van WaasLamstraat 113

9100 Sint-NiklaasT. 03/780.52.00 - F. 03/780.52.19

bron: BWK, versie 2, toestand 25/07/2007 (AGIV)

topokaart z/w

1:5.000

plangebied

biologisch minder waardevol

complex van biologisch minder waardevolle en waardevolle elementen

complex van biologisch minder waardevolle, waardevolle en zeer waardevolle elementen

complex van biologisch minder waardevolle en zeer waardevolle elementen

biologisch waardevol

complex van biologisch waardevolle en zeer waardevolle elementen

biologisch zeer waardevol

belangrijke faunistische waarde

24 RUP Hendrik Heymanplein m.e.r.-screening - mei 2012

3.3 fAunA, florA en de biodiverSiteit

Kaart 5. biologische waarderingskaart, versie 2

3.3.1. BeschrijvingVolgens de biologische waarderingskaart, versie 2, is het plangebied niet in biologisch waardevol gebied gelegen. De dichtst nabijgelegen percelen met biologische waarde betreffen:

• op iets meer dan 200m ten oosten van het plangebied een biologisch waardevolle zone, met name het stadspark ter hoogte van het vroegere domein van het Kasteel Walburg

• op 370m ten zuiden van het plangebied een achterhaalde biologisch waardevolle zone ten westen van de Gerda-voetbalvelden (toekomstige ontwikkeling van het OCMW in het kader van het zorgstrate-gisch beleidsplan).

Er bevinden zich geen habitat- of vogelrichtlijngebieden of VEN-gebieden in een straal van 5,5km ten opzichte van het plangebied RUP Hendrik Heymanplein.

3.3.2. EffectbeoordelingDe ontwikkeling van het plangebied heeft bijgevolg geen gevolgen voor de fauna, flora en biodiversiteit.

3.3.3. ConclusieDeze discipline is niet relevant voor dit RUP zodat het geen betekenisvolle negatieve effecten voor de fauna, flora en de biodiversiteit veroorzaakt.

3.4 energie- en grondStoffenvoorrAden

3.4.1. BeschrijvingIn de omgeving van het plangebied liggen geen ontginningsgebieden.

3.4.2. EffectbeoordelingDe ontwikkeling van het plangebied heeft bijgevolg geen gevolgen voor de verdere exploitatie van enige ontginningsgebieden.

3.4.3. ConclusieDeze discipline is niet relevant voor dit RUP zodat het geen betekenisvolle negatieve effecten voor de energie- en grondstoffenvoorraden veroorzaakt.

26551

19947

1644315914

15068

33472

22405

20499 1775234579

1453710424

legende

gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplanRUP Hendrik Heymanplein

kaart 6:bodemkaart

schaal:

locatie: 01008_RUP_PL_005datum: december 2011

Intergemeentelijk samenwerkingsverbandLand van WaasLamstraat 113

9100 Sint-NiklaasT. 03/780.52.00 - F. 03/780.52.19

bron:

1:2.500

Vectoriële versie van de Bodemkaart, AGIV, IWT,

Laboratorium voor Bodemkunde van de UG

contour van het RUP

antropogeen

OBO (oriënterend bodemonderzoek)

BBO (beschrijvend bodemonderzoek)

BSP (bodemsaneringsproject)

MOLENBEEK

legende

gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplanHendrik Heymanplein

kaart 7:Vlaamse hydrografische atlas

schaal:

locatie: 01008_RUP_PL_4.1datum: 2011

Intergemeentelijk samenwerkingsverbandLand van WaasLamstraat 113

9100 Sint-NiklaasT. 03/780.52.00 - F. 03/780.52.19

bron:

1:10.000

provincie Oost-Vlaanderen, orthofoto opname 2009 (AGIV-product)(VMM) / afd. Operationeel Waterbeheer

plangebied

Bevaarbaar

1ste categorie

2de categorie

3de categorie

niet geklasseerd

27RUP Hendrik Heymanplein m.e.r.-screening - mei 2012

3.5 bodeM

Kaart 6. bodemkaart

3.5.1. BeschrijvingIn het plangebied zijn geen specifieke bodemstructuren terug te vinden (code bebouwde zone) en de ondergrond is ingekleurd als antropogeen.

Binnen het plangebied bevindt zich volgens de beschikbare OVAM-gegevens geen dossier van oriënterend of beschrijvend bodemonderzoek.

3.5.2. EffectbeoordelingEr zal, na realisatie van het RUP, een vergelijkbare tot lichte vermeerdering van de ruimte-inname zijn (door omzetting van verharde naar bebouwde oppervlakte) in vergelijking met de huidige toestand. De effecten op de huidige bodemtoestand blijven nihil.

3.5.3. ConclusieHet RUP veroorzaakt geen betekenisvolle negatieve effecten voor de discipline bodem.

3.6 wAter

Kaart 7. vlaamse hydrografische atlas

3.6.1. BeschrijvingBinnen het plangebied lopen er geen geklasseerde waterlopen die werden opgenomen in de Vlaamse hydrografische atlas. De dichtstbijzijnde waterweg is de zuidelijk gelegen waterloop van categorie 3, met name de Molenbeek. Deze waterloop is echter opgenomen in het rioleringsstelsel van de stad en bijgevolg volledig ingebuisd.

WATERTOETSKAARTEN:Kaart 8. watertoetskaarten

Het RUP is niet gelegen in of in de buurt van een “effectief of mogelijks overstromingsgevoelig gebied”.

3.6.2. EffectbeoordelingBinnen het plangebied zal er een toename zijn t.o.v. de reeds bestaande bebouwing. Door deze toename zullen er wellicht extra maatregelen moeten worden genomen voor de lozing van het afvalwater.

De gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater is evenwel van toepassing binnen het plangebied. Ondertussen heeft de stad Sint-Niklaas een eigen gemeentelijke stedenbouwkundige verordening inzake richtlijnen regenwaterafvoer bij nieuwbouw en verbouwingswerken (09/02/2011).

legende

gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplanRUP Hendrik Heymanplein

kaart 8:watertoetskaarten

schaal:

locatie: 01008_RUP_PL_4.2datum: december 2011

Intergemeentelijk samenwerkingsverbandLand van WaasLamstraat 113

9100 Sint-NiklaasT. 03/780.52.00 - F. 03/780.52.19

bron:

1:10.000

overstromingsgevoelige gebieden erosiegevoelige gebieden

grondwaterstromingsgevoelige gebieden infiltratiegevoelige gebieden

Watertoets - erosiegevoelige gebieden

Niet erosiegevoelig

Erosiegevoelig

Watertoets - grondwaterstromingsgevoelige gebieden

Geen informatie beschikbaar

Zeer gevoelig voor grondwaterstroming (type 1)

Matig gevoelig voor grondwaterstroming (type 2)

Weinig gevoelig voor grondwaterstroming (type 3)

Watertoets - infiltratiegevoelige bodems

Niet infiltratiegevoelig

Infiltratiegevoelig

Vlaamse MilieumaatschappijAGIV

Watertoets - overstromingsgevoelige gebieden

Effectief overstromingsgevoelig

Mogelijk overstromingsgevoelig

plangebied

Niet overstromingsgevoelig

29RUP Hendrik Heymanplein m.e.r.-screening - mei 2012

Binnen het plangebied bedraagt de huidige bebouwde vloeroppervlakte 1129m². Het RUP laat een toekomstige maximale bebouwde oppervlakte van 2900m² toe, wat een vermeerdering van 1771m² betekent.

Het plangebied is niet gelegen in grondwaterstromingsgevoelige gebieden. Bovendien bevat de huidige toestand van het bibliotheekgebouw een twee verdiepingen tellende ondergrondse constructie.

Het plangebied is volledig in infiltratiegevoelig gebied gelegen. Infiltratie van hemelwater naar het grondwater is belangrijk omdat daardoor de oppervlakkige afstroming en dus ook de kans op wateroverlast afneemt.

Het plangebied van het RUP ligt volledig in centraal gebied volgens het zoneringsplan. H. Heymanplein beschikt nog niet over een gescheiden rioleringsstelsel. De bibliotheek en de aanpalende gebouwen wateren af naar de gemengde riolering in Hoveniersstraat. Het voorliggende parkeerplein watert via de onbebouwde doorgang naast de Carrefour af naar Stillemansstraat. Deze straten zullen in de toekomst moeten worden voorzien van een gescheiden rioleringsstelsel.

De volgende milderende maatregelen zullen worden genomen ten gevolge van de richtlijnen regenwaterafvoer bij nieuwbouw en verbouwingswerken (09/02/2011):

• voor daken tussen 300m² en 1000m² moet regenwaterhergebruik maximaal worden toegepast

• op een hemelwaterput moet een operationele pompinstallatie worden aangesloten waarbij minstens alle toiletten op het gelijkvloers en de eerste verdieping en 1 aftappunt dienen te worden aangesloten op het regenwatercircuit

• indien de verharde oppervlakte (dakoppervlakte + verharde grondoppervlakte) minimum 1000 m² bedraagt, moet het af te voeren regenwater ter plaatse gebufferd of geïnfiltreerd te worden alvorens het wordt geloosd op het openbaar domein

• er moet altijd een 100% gescheiden stelsel worden aangelegd tot aan de rooilijn.

3.6.3. ConclusieHet RUP veroorzaakt geen betekenisvolle negatieve effecten voor de discipline water, mits het nemen van voldoende milderende maatregelen wat betreft afwatering van zowel het hemel- als afvalwater.

3.7 AtMoSfeer en de kliMAtologiSche fActoren

3.7.1. BeschrijvingOp basis van interpolatiekaarten kan een benadering worden gegeven van de luchtkwaliteit in Vlaanderen. Hierbij wordt enkel gefocust op de concentraties van stikstofdioxide (NO2) en fijn stof (PM10) omdat het naleven van de Europese grenswaarden voor deze polluenten het meest kritisch is in Vlaanderen.

Het plangebied ligt op de grens van twee roostercellen van de interpolatiekaart:

• er zijn voor het oostelijk gedeelte van het plangebied 38,67 overschrijdingen van 50 µg/m3 daggemiddelde concentratie van PM10 (omdat deze waarde op een jaar meer dan 35x wordt overschreden is er een normoverschrijding van het PM10 daggemiddelde)

• er zijn voor het westelijk gedeelte van het plangebied 33,33 overschrijdingen van 50 µg/m3 daggemiddelde concentratie van PM10 (omdat deze waarde op een jaar minder dan 35x wordt overschreden is

30 RUP Hendrik Heymanplein m.e.r.-screening - mei 2012

er geen normoverschrijding van het PM10 daggemiddelde).

Het plangebied is volledig gelegen in een roostercel van de interpolatiekaart met een jaargemiddelde concentratie van PM10 van 32,7. Omdat de jaargemiddelde concentratie onder 40 µg/m3 blijft wordt de norm niet overschreden.

Het plangebied ligt op de grens van twee roostercellen van de interpolatiekaart:

• er is voor het oostelijk gedeelte van het plangebied een jaargemiddelde concentratie van NO2 van 30,67 (omdat de jaargemiddelde concentratie onder 40 µg/m3 blijft wordt de norm niet overschreden)

• er is voor het westelijk gedeelte van het plangebied een jaargemiddelde concentratie van NO2 van 25,20 (omdat de jaargemiddelde concentratie onder 40 µg/m3 blijft wordt de norm niet overschreden)

De totale index (gemiddelde 2007-2009) toont de hoogste index per roostercel van de 3 vorige lagen. Het plangebied bevindt zich aldus voor het oostelijk gedeelte in een roostercel met een rode kleur en een totale index van 8 en voor het westelijk gedeelte in een roostercel met een oranje kleur en een totale index van 7.

3.7.2. EffectbeoordelingIn het gemeentelijk milieubeleidsplan Sint-Niklaas 2006-2010 staat bij knelpunten dat er te weinig aandacht is voor hinder als gevolg van eigen activiteiten.

Sint-Niklaas wil zich profileren als een bruisende maar tegelijkertijd leefbare en zorgzame stad. Een goede aanpak om hinder te voorkomen en te bestrijden is hierin essentieel. Dit vereist een vlotte samenwerking tussen alle stadsdiensten, inclusief de politiediensten. Om de luchtvervuiling te verminderen zal mobiliteit minder op de auto worden gericht, wordt gewerkt aan een rationeel energiegebruik en wordt stapsgewijs overgeschakeld op meer milieuvriendelijke materialen en procédés waar dit mogelijk is. Verbranding in openlucht wordt kordaat aan banden gelegd, en verbranding van afval in zogenaamde ‘allesbranders’ dient ontmoedigd door informatie en sensibilisatie.

Werken door of in opdracht van de gemeente dienen plaats te vinden met minimale hinder voor de burgers en bedrijven. Bij wegen- of infrastructuurwerken zal steeds worden getracht aanvaardbare alternatieven aan te bieden en de uitvoeringstermijnen zo kort mogelijk te houden.

Bij de sloop van een gedeelte van de bestaande gebouwen en bij de toekomstige nieuwbouw en de heraanleg van de buitenruimte (wegenis, nutsvoorzieningen, pleinen,…) zal er tijdelijke stofhinder optreden.

Door de verwarming en het energieverbruik binnen een uitgebreid bouwvolume ten opzichte van de bestaande toestand zal er blijvend lokale luchtverontreiniging optreden. Ook het aantal wagens van de bezoekers van de gemeenschapsvoorzieningen zullen na realisatie van het RUP een beperkte impact op de lokale luchtkwaliteit behouden.

Als milderende maatregelen kunnen de huidige EPB-regelgeving en de promotie van duurzame technieken inzake verwarming worden aangehaald. Voor de verwarming en de voorziening van warm water in het nieuwe bouwproject zal er dan ook best gebruik worden gemaakt van energiezuinige condensatieketels om het effect op de luchtkwaliteit zo klein mogelijk te houden. Bovendien besliste het schepencollege on-langs dat alle nieuwbouwprojecten volgens het concept van passiefbouw moeten worden gerealiseerd en alle renovatieprojecten volgens het nulenergieconcept (waaronder meer gecontroleerde ventilatie). In de gemeentelijke budgetramingen voor dit bouwproject werd dan ook rekening gehouden met het realiseren van een duurzaam (maar niet passief) gebouw.

3.7.3. ConclusieDe realisatie van het RUP brengt geen aanzienlijke effecten met zich mee op het vlak van atmosfeer en klimatologische factoren.

31RUP Hendrik Heymanplein m.e.r.-screening - mei 2012

3.8 geluid

3.8.1. BeschrijvingIn een peiling van het NIS uit 2001 naar de tevredenheid over de rust in de woonomgeving verklaarde niet minder dan 26,1 % van de huishoudens in Sint-Niklaas ‘last te hebben van lawaai of geluidshinder in de buurt’. Min of meer permanente geluidshinder wordt veroorzaakt in grote delen van de gemeente door het zeer drukke en nog steeds groeiend verkeer op de autoweg E17, de gewestwegen en het lokale wegennet. Vergeleken met het wegverkeer zorgen de spoorwegen Gent-Antwerpen en Sint-Niklaas - Mechelen slechts voor een beperkte bijkomende geluidslast. Industriële activiteiten, bouwwerven, horecazaken, uitgaans-gelegenheden, elektronisch versterkte muziek tijdens bepaalde evenementen, burenlawaai… geven dan weer aanleiding tot punctuele of periodiek weerkerende geluidshinder.

Wellicht kent het plangebied van het RUP enige geluidshinder van de motorvoertuigen op de stadsring.

3.8.2. EffectbeoordelingTer realisatie van het RUP kan volgende tijdelijke geluidshinder optreden:

• de aanleg van de gemeenschappelijke buitenruimten (pleinen, wegenis, nutsvoorzieningen, ed.)

• de oprichting van het nieuwe bouwproject.

Op de lange termijn zal er het blijvende geluid van de voertuigbewegingen van de bezoekers zijn.

3.8.3. ConclusieDe realisatie van het RUP brengt geen aanzienlijke effecten met zich mee op het vlak van geluid.

3.9 licht

3.9.1. BeschrijvingBinnen het plangebied is er buiten de gangbare openbare straatverlichting geen extra buitenverlichting gekend.

3.9.2. EffectbeoordelingBij de realisatie van het RUP is het waarschijnlijk dat er binnen het plangebied bijkomende buitenverlichting op het plein wordt aangebracht. Voorliggend RUP vormt echter niet het kader voor projecten die veel verlichting met zich meebrengen zoals sportvelden, serrebedrijven en winkels met lichtreclame of verlichtte buitenterreinen. Tot slot kan bij eventuele nieuwe buitenverlichting worden gekozen voor goede lichtar-maturen met afschermingen die zoveel mogelijk de lichtverstrooiing naar boven toe vermijden, waardoor het effect minimaal zal zijn.

3.9.3. ConclusieHet RUP veroorzaakt geen negatieve effecten voor de discipline licht.

Woning

Woning Woning

Woning

RijhuisRijhuis Rijhuizen

Rijhuizen

Rijhuizen

RijhuizenRijhuizen

Rijhuizen

Rijhuizen

RijhuizenRijhuizen

Enkelhuis

Dubbelhuis

Burgerhuis

Burgerhuis

Enkelhuizen

Rijhuis XIX

Rijhuis 1931

Dubbelhuis 1906

Dubbelhuis ca. 1900

"Ecce-homo" kapel 1757

Landhuis, heden herberg

Empire getint herenhuis

Burgerhuis met winkelpui

Burgerhuis met winkelpui

Dubbelhuis met winkelpui

XVIII herenhuis met poortgebouw"Exaerdekenshof" of "Castrohof"

Diephuis, herberg "De Fruitmarkt"

Lijstgevel van gebouw met winkelpui

Enkelhuis eclectische stijl ANNO/1896

Postgebouw, hoekgebouw neorenaissance 1902

Woning naar ontwerp van Leander Waterschoot

Rijhuis 1933 naar ontwerp van J. Van Coillie

Enkelhuis 1932 naar ontwerp van A. Waterschoot

Enkelhuis 1930 naar ontwerp van A. Waterschoot

Enkelhuis 1932 naar ontwerp van A. Waterschoot

Breedhuis 1932 naar ontwerp van A. Waterschoot

"Ciperage", gevangenisgebouw, renaissancestijl

Enkelhuis 1931 naar ontwerp van A. Waterschoot

"Prochiehuis", barokstijl 1663-1664, Jan Laureys

Burgerhuizen met lijstgevels uit XIX en winkelpuien

Burgerhuizen met lijstgevels uit XIX en winkelpuien

Burgerhuizen met lijstgevels uit XIX en winkelpuien

Burgerhuizen met lijstgevels uit XIX en winkelpuien

Burgerhuizen met lijstgevels uit XIX en winkelpuien

Burgerhuizen met lijstgevels uit XIX en winkelpuien

Woning naar ontwerp van August en Leander Waterschoot

Decanale kerk van Sint-Nikolaas, gotische kruisbasiliek

Enkelhuis Art Decostijl, 1929, naar ontwerp van F. Staes

legende

gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplanHendrik Heymanplein

kaart 9:cultureel erfgoed

schaal:

locatie: 01008_RUP_PL_5.2datum: 2011

Intergemeentelijk samenwerkingsverbandLand van WaasLamstraat 113

9100 Sint-NiklaasT. 03/780.52.00 - F. 03/780.52.19

bron: MVG-LIN-AROHM-Monumenten en

Landschappen, topokaart z/w

1:2.500

plangebied

bouwkundig erfgoed

lokale archeologische advieskaart

bouwkundig erfgoed

zone A - meldingsplicht

zone D - steeds arch. ONDERZOEK in planningsfase

zone E - steeds arch. VOORONDERZOEK in planningsfase

zone F - steeds arch. ADVIES in planningsfase

zone G - advies bij ruimtelijke ontwikkeling >= 250 m²

zone J - steeds arch. ADVIES in planningsfase

33RUP Hendrik Heymanplein m.e.r.-screening - mei 2012

3.10 Stoffelijke goederen

3.10.1. BeschrijvingHet volledige plangebied van RUP Hendrik Heymanplein is in eigendom van de stad Sint-Niklaas.

3.10.2. EffectbeoordelingVoor de realisatie van het RUP dient er geen onteigeningsplan te worden opgemaakt.

3.10.3. ConclusieAangezien voor de verwezenlijking van het RUP Hendrik Heymanplein geen onteigeningsprocedure tot verwerving van gronden wordt ingezet, heeft dit RUP geen betekenisvolle negatieve effecten voor de discipline stoffelijke goederen.

3.11 cultureel erfgoed, incluSief ArchitectoniSch en ArcheologiSch erfgoed

Kaart 9. cultureel erfgoed

3.11.1. BeschrijvingBinnen het plangebied bevindt zich geen beschermd monument, noch een gebouw dat is opgenomen in de inventaris van het bouwkundig erfgoed. Het plangebied is ook niet gelegen in een beschermd stadsgezicht.

Ten westen van de bibliotheek bevindt zich evenwel het Castrohof, een beschermd monument sinds 8 september 1971. Het Castrohof is eveneens opgenomen in de inventaris van het bouwkundig erfgoed met de onderstaande beschrijving:

Nummers 3-11. Zogenaamd ‘Exaerdekenshof’ of ‘Castrohof’, naar de bouwer (1626, Jan van Exaerde) en de belangrijkste eigenaar en verbouwer (1663-1682, Don Francisco Cristobal Sanchez de Castro y Toledo de Hertoghe). Alleenstaand gebouw heden omringd door niet gemtegreerde nieuwbouw. Traditionele verankerde bak- en zandsteenarchitectuur van zeven traveeën en twee bouwlagen onder schilddak (leien) met drie dakkapellen. Rechthoekige deur met tussendorpel op imposten; getralied bolkozijn als bovenlicht. Getraliede en eertijds beluikte kruiskozijnen. Onder de brede overstek van het dak gaan de steigergaten schuil.

Links, haaks aanbouwsel van dezelfde hoogte en dezelfde stijl, onder afzonderlijk schilddak. Tegen de achtergevel vertrek van één bouwlaag onder lessenaarsdak. Behouden korfboogdeurtje met kwarthol beloop, diamantkopsluitsteen en imposten, en gekorniste waterlijst. Voorts enkele kleinere aanbouwseltjes uit latere tijden.

Interieur met verschillende monumentale schouwen, onder meer in gotische-, Lodewijk XV- en empirestijl. Tevens belangrijke plafonds in stucwerk en nog grotendeels achter het behangpapier schuilgaande fresco’s.

34 RUP Hendrik Heymanplein m.e.r.-screening - mei 2012

Uit de Centrale Archeologische Inventaris blijkt dat er geen archeologische vindplaatsen gekend zijn binnen het plangebied van het RUP. In de onmiddellijke omgeving ten westen van het plangebied is de volgende archeologische site gekend (inventarisnr. 32627): bij rioleringswerken voor het Castrohof heeft men 17de eeuwse grondsporen van bewoning gevonden in een afvallaag waarin naast gebruiksaardewerk ook majo-lica, steengoed, glaswerk, leder en brons werd gevonden.

De Centrale Archeologische Inventaris is een inventaris van tot nog toe gekende archeologische vindplaatsen. Vanwege het specifieke karakter van het archeologisch erfgoed dat voor ons verborgen zit in de on-dergrond, is het onmogelijk om op basis van de Centrale Archeologische Inventaris uitspraken te doen over de aan- of afwezigheid van archeologische sporen. De aan- of afwezigheid van archeologische sporen dient met verder onderzoek vastgesteld te worden.

3.11.2. EffectbeoordelingBinnen het plangebied van het RUP zijn er beperkte grondwerken mogelijk voor bijvoorbeeld (paal)funderingen van bestaande en nieuw te realiseren bebouwing waardoor de ondergrond kan worden geroerd.

Het RUP doet geen afbreuk aan de verplichtingen voortvloeiend uit de wetgeving met betrekking tot de bescherming van archeologisch erfgoed. In elk geval zal, indien de archeologische diensten aangeven dat dit belangrijk is, voor de aanvang van grondwerken in het plangebied een prospectief onderzoek kunnen gebeuren. Hierbij wordt ervan uitgegaan dat het zorgplichtprincipe van de eigenaar en de gebruiker, zoals omschreven in het archeologiedecreet, wordt toegepast.

3.11.3. ConclusieHet RUP veroorzaakt geen betekenisvolle negatieve effecten voor de discipline van het cultureel erfgoed, inclusief architectonisch en archeologisch erfgoed.

3.12 lAndSchAp

3.12.1. BeschrijvingDe landschapsatlas geeft een beeld van de relicten van traditionele landschappen in Vlaanderen. Hierbij wordt een onderscheid gemaakt tussen puntrelicten, lijnrelicten, relictzones en ankerplaatsen. Relictzones zijn gebieden met een grote dichtheid aan punt- of lijnrelicten en ankerplaatsen, waarin de samenhang belangrijk is voor de gehele landschappelijke waardering. Een ankerplaats is een gebied dat behoort tot de meest waardevolle landschappelijke plaatsen.

In het plangebied zijn geen ankerplaatsen, puntrelicten, lijnrelicten of relictzones terug te vinden.

3.12.2. EffectbeoordelingDe ontwikkeling van het plangebied heeft bijgevolg geen gevolgen voor het landschap.

3.12.3. ConclusieDeze discipline is niet relevant voor dit RUP zodat het geen betekenisvolle negatieve effecten voor het landschap veroorzaakt.

nr.9999

nr.88

nr.4

nr.87

nr.47

nr.3

nr.9999

nr.9999

legende

gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplanHendrik Heymanplein

kaart 10:atlas buurtwegen

schaal:

locatie: 01008_RUP_PL_9.2datum: 2011

Intergemeentelijk samenwerkingsverbandLand van WaasLamstraat 113

9100 Sint-NiklaasT. 03/780.52.00 - F. 03/780.52.19

bron: Stad Sint-Niklaas

1:2.500

plangebied

gewijzigde aslijnen

buurtweg

voetweg

hoofdroute

Nieuwstr

aat

Kokkelbeekstraat

Hendrik Heymanplein

Mgr. Stillemansstraat

Grote Markt

Hovenierstraat

De Castrodreef

Parklaan

Baron Dhanisstraat

Grote Peperstraat

Kokkelbeekstraat

Hendrik Heymanplein

Nieuwstr

aat

Grote M

arkt

legende

gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplanHendrik Heymanplein

kaart :

verkeersanalyse

schaal:

locatie: 01008_RUP_PL_1.3datum: 2011

Intergemeentelijk samenwerkingsverbandLand van WaasLamstraat 113

9100 Sint-NiklaasT. 03/780.52.00 - F. 03/780.52.19

bron: GRB 2010

1:2.000

bushalte

parkingdoorgaand verkeer

fietsverkeer

parkeerbeweging

bestemmingsverkeer

voetgangersverkeer

éénrichtingsverkeertoegang parking

toegang gebouw

private parking ondergronds

private parking gelijkgronds

private parking bovengronds

openbare parking halfondergronds

openbare parking gelijkgronds

fietsenstalling

kaart 11:

37RUP Hendrik Heymanplein m.e.r.-screening - mei 2012

3.13 Mobiliteit

3.13.1. BeschrijvingKaart 10. atlas van de buurt- en voetwegen

Kaart 11. verkeersanalyse

Er is geen enkele buurt- of voetweg die doorheen het plangebied loopt of paalt aan het plangebied.

VERKEERSANALYSERondom het plein is de straat Hendrik Heymanplein duidelijk de best uitgerust weg met langse parkeerplaatsen, vrijliggende voet- en fietspaden. Voorbij het plein zijn de fietspaden echter nog niet doorgetrokken. Centraal in de langse richting is het parkeerplein bereikbaar vanaf de straat Hendrik Heymanplein, naast een zuidoostelijke in- en uitrit. Langs de straat Hendrik Heymanplein zijn er ook bushaltes in beide richtingen in de nabijheid van het bibliotheekgebouw. De semi-publieke parking van de sociale diensten is via een onderdoorgang met slagboom bereikbaar. De semi-publieke parking van ING heeft een toerit ten oosten van de bibliotheek met eveneens een slagboomsysteem. Het appartementsblok op de hoek met de Grote Markt heeft een toerit naar een ondergrondse parking.

Het bibliotheekgebouw is te voet vanuit alle richtingen te bereiken, maar met de fiets moet men eerst richting de centrale inkom van het gebouw rijden, om de kleine reliëfverschillen te kunnen overbruggen. In de nabijheid van het bibliotheekgebouw zijn er 6 verschillende fietsenstallingen, waarvan 3 stallingen overdekt en/of afsluitbaar zijn en ten dienste staan van het personeel van zowel de bibliotheek, het stadsarchief als de aanwezige sociale diensten.

MOBILITEITSPLANHet mobiliteitsplan van Sint-Niklaas werd voorlopig conform verklaard door de provinciale auditcommissie van 17 december 2001. Op heden is het mobiliteitsplan in herziening.

Het Hendrik Heymanplein is een site die is geselecteerd als centrumparking. Dit type parking is omwille van de goede ontsluiting en combinatie met andere vervoersmodi (bus, voetgangersgebied) gericht op het kort- en middellang parkeren (korter dan 4 uur). Een parkeerroute met dynamische parkeergeleiding verbindt de verschillende locaties zodat voor elke locatie kan worden gestreefd naar een optimale bezetting (100%). Samen met de toename van het aantal parkeerplaatsen voor het kort- en middellang parkeren en de verhoging van het parkeertarief op de straten, wordt hierdoor een groter aantal parkeerbewegingen gerealiseerd. Een parking moet met andere woorden op één dag door meerdere wagens worden ingenomen. Indien parkeerbewegingen toenemen is dit heel gunstig voor het goed functioneren en verder ontwik-kelen van de Sint-Niklase binnenstad en de toeristische, handels- en horeca-activiteiten in het bijzonder.

Vanuit een tabel in het mobiliteitsplan kan voor het Hendrik Heymanplein de volgende verkeersplanologische aspecten worden gedestilleerd:

• de bereikbaarheid te voet is goed

• per auto is de bereikbaarheid het best vanuit het zuiden, gevolgd door het westen

• de multimodaliteit is matig

• de verkeerskundige beperkingen zijn matig.

Voor de ruimtelijke aspecten wordt de externe impact meegenomen:

38 RUP Hendrik Heymanplein m.e.r.-screening - mei 2012

• stedenbouwkundige beperkingen zijn niet van toepassing

• er is een matige synergie met toekomstige ontwikkelingen.

Voor de marktwaarde werden de baten meegenomen, maar zijn de kosten en fasering van geen tel:

• de parkeertarieven zijn matig

• het meervoudig gebruik is eveneens matig.

Qua parkeerlocatie voorziet het mobiliteitsplan op het Hendrik Heymanplein 177 plaatsen voor kort parkeren, middellang parkeren en lang parkeren. De in- en uitrit wordt voorzien via Parklaan en Moleken/Driegaai-enstraat. Qua ondersteunende en organisatorische parkeermaatregelen zou 1 euro/uur moeten worden betaald voor een maximale parkeertijd van 4uur. Ondertussen gaf de stad Sint-Niklaas een parkeerwijzer uit in april 2009 waaruit blijkt dat er voor het Hendrik Heymanplein betalend parkeren geldt van maandag tot zaterdag van 9 tot 18 uur, waarbij 0,50 EUR voor ½ uur, 1 EUR voor 1 uur (maximum 2 uur) moet worden betaald.

De straat Hendrik Heymanplein is een lokale weg type I. De hoofdfunctie van de weg is verbinden op lokaal niveau. Ontsluiten is een aanvullende functie. Lokale verbindingswegen verbinden kernen onderling, met een centrum of (klein)stedelijk gebied. Ze vormen tevens de verbinding van de hoofddorpen met het stedelijk gebied waar zij voor een aantal voorzieningen op aangewezen zijn. De kwaliteit van doorstroming moet in evenwicht zijn met de verkeersleefbaarheid. Toegang geven moet niet worden afgebouwd. De verbindingsweg heeft tevens een belangrijke functie als openbaarvervoeras. Op de verbindingsweg primeert de doorstroming van regionaal verbindende openbaarvervoerlijnen met hoge frequentie. De invalswegen worden geselecteerd als lokale verbindingsweg.

Het Hendrik Heymanplein is gelegen langs een non-stop fietsroute. Een non-stop hoofdroute is een snelweg voor fietsverkeer waar vlot, snel en veilig fietsen aan de basis liggen van de kwaliteitsstandaard: veilig, conflictvrij, voorrang op de zeldzame kruispunten en ongelijkvloerse kruisingen met verkeerswegen. Naast een lokale weg type I, zoals het Hendrik Heymanplein, worden meestal vrijliggende of aanliggende fiets-paden en gelijkvloerse oversteekbeveiliging voorzien. Binnen de kernstad moet bij de uitbouw van fietspaden rekening worden gehouden met:

• een integrale aanpak, zoals het autoluw maken van een gebied

• de oversteekbaarheid verbeteren op de kruispunten.

De fiets moet worden beschouwd als onderdeel van een vervoersketen, waardoor fietsstalplaatsen noodzakelijk zijn. Voor het Hendrik Heymanplein betekent dit dat de overstap naar bus of langparkeerplaats goed geregeld moet zijn. Aandachtspunten voor fietsenstallingen zijn:

• diefstalpreventie met degelijke beugelstallingen en zelfs met fietskluizen

• de voornaamste bushalten aan de rand van de zone met stadstarief moeten uitgerust zijn met stallingen.

Het ontwikkelen van een netwerk heeft maar zin binnen een stedenbouwkundige context. Ieder belangrijk stedenbouwkundig project moet als kans worden aangegrepen om het mobiliteitsbeleid te ondersteunen. Door strategische projecten binnen de stadskern te voorzien kan worden teruggevallen op de reeds aanwezige vervoersvoorzieningen.

Volgende buslijnen passeren langs het Hendrik Heymanplein:

• buslijn 1: Clementwijk – Station – Markt – Tereken – Koopcentrum (2x per uur)

39RUP Hendrik Heymanplein m.e.r.-screening - mei 2012

• buslijn 3: Belsele Hoge Bokstraat – Valk – Markt – Station – Ster –Nieuwkerken (2x per uur).

3.13.2. EffectbeoordelingHet plangebied is goed bereikbaar voor het gemotoriseerd verkeer, maar eveneens met de fiets en het openbaar vervoer. Het behoud van een goede bereikbaarheid met verschillende vervoersmodi staat voorop.

Binnen het plangebied blijft de bestaande locatie voor de bibliotheek en het stadsarchief behouden. Enkel de functie van ‘Huis van het Kind’ is een eventuele bijkomende functie ten opzichte van de huidige toestand. Door de realisatie van het RUP zal er echter geen noemenswaardige toename van verkeersstromen of parkeerbehoefte ontstaan. In het bouwprogramma wordt de huidige oppervlakte aan fietsenberging voor het personeel als voldoende beschouwd, wat neerkomt op een behoefte van 35 overdekte fietsenstallingen. Daarnaast is er een behoefte aan 80 fietsenstallingen voor bezoekers waarvan minstens 50% overdekte plaatsen worden voorop gesteld. Binnen het plangebied van het RUP is er nood aan 1 autostaanplaats voor het dienstvoertuig van de bibliotheek. Voor auto’s van het personeel worden geen eigen parkeerplaatsen binnen het RUP voorzien (op heden is dit ook niet het geval).

Het RUP verhindert geen kwaliteitsvolle herinrichting van het Hendrik Heymanplein met voldoende parkeergelegenheden. Bij de herinrichting van het Hendrik Heymanplein moet nader worden onderzocht of het hoge aantal parkeerplaatsen noodzakelijk is en of er niet meer aan meervoudig parkeergebruik kan worden gedaan. Op heden zijn er geen knelpunten of ongewenste mobiliteitseffecten in de straat of plein Hendrik Heymanplein gekend. De straat Hendrik Heymanplein zorgt evenwel voor een functionele splitsing van de sociale diensten en het bibliotheekgebouw ten opzichte van het Hendrik Heymanplein zelf. Zijn er moge-lijkheden om de verkeerscirculatie in dit gebied te wijzigen in het voordeel van een autoluwer karakter van het Hendrik Heymanplein? De buitenruimte voor de bibliotheek kan in de toekomst worden opgewaardeerd tot een stedelijk ‘belevenisplein’ waar de verblijfsfunctie voorop staat indien het parkeren ondergronds wordt voorzien.

Ter stimulering van meer duurzame vervoerswijzen kunnen in de stedenbouwkundige voorschriften minimale normen voor fietsstalplaatsen worden opgenomen, waarbij (waar mogelijk overdekte) fietsstalplaatsen op goed toegankelijke locaties en dichtbij de toegang van het bibliotheekgebouw moeten worden voorzien.

3.13.3. ConclusieHet RUP veroorzaakt geen betekenisvolle negatieve effecten voor de discipline mobiliteit.

3.14 de SAMenhAng tuSSen de genoeMde fActoren

De samenhang tussen de genoemde disciplines is niet in die mate relevant dat ze een aparte beschrijving en beoordeling behoeft ten opzichte van de hoger genoemde effecten. De cumulatieve effecten van de genoemde disciplines zijn immers klein tot onbestaande.

40 RUP Hendrik Heymanplein m.e.r.-screening - mei 2012

4. AFBAKENING VAN HET TOEPASSINGSGEBIED EN DE PLAN-MERPLICHT EN TOETSING OF PASSENDE BEOORDELING RELEVANT IS

Het betreffende gemeentelijk RUP Henrik Heymanplein wordt door een instantie op lokaal niveau opgesteld en valt bijgevolg onder de definitie van plan of programma volgens het D.A.B.M.

Een plan of programma dat een betekenisvolle aantasting van de natuurlijke kenmerken van een speciale beschermingszone kan veroorzaken, dient te worden onderworpen aan een passende beoordeling wat betreft de betekenisvolle effecten voor de speciale beschermingszone.

Voorliggend ruimtelijk uitvoeringsplan kan het kader vormen voor de toekenning van een vergunning voor een project opgesomd in de bijlage bij Omzendbrief LNE 2011/1 - 22 juli 2011 (nl. bijlage 10b stadsontwik-kelingsprojecten, met inbegrip van de bouw van winkelcentra en parkeerterreinen), maar regelt ook een kleine wijziging in het gebruik van een klein gebied op lokaal niveau en is derhalve screeningsgerechtigd.

Het plangebied van voorliggend RUP is niet gelegen in een Vlaams Ecologisch Netwerk (VEN) of Integraal Verwevings- en Ondersteunend Netwerk (IVON). De dichtstbijgelegen VEN-gebieden zijn de GEN “Val-lei van de Durme” gelegen op meer dan 5,5km ten zuiden van het plangebied en de GENO “Vallei van de Durme” gelegen op meer dan 6km ten zuiden van het plangebied. Het plangebied is niet gelegen in een vogelrichtlijngebied of habitatrichtlijngebied. De dichtstbijzijnde gebieden bevinden zich op meer dan 5,5km in vogelvlucht en betreft de volgende gebieden:

• het habitatrichtlijngebied “Historische fortengordels van Antwerpen als vleermuizenhabitat” (gebiedscode BE2100045) gelegen ten oosten van het plangebied

• het habitatrichtlijngebied “Schelde- en Durme- estuarium van de Nederlandse grens tot Gent” (gebiedscode BE2300006) gelegen ten zuiden van het plangebied

• het vogelrichtlijngebied Durme en de middenloop van de Schelde (gebiedscode 3.5) eveneens gelegen ten zuiden van het plangebied.

De wijzigingen die dit RUP aanbrengt binnen het plangebied zijn dermate kleinschalig en lokaal dat er geen effecten te verwachten zijn op het GEN, noch op het habitatrichtlijngebied. De effecten op deze gebie-den zijn niet in die mate negatief, waardoor er geen aanzienlijke milieueffecten worden verwacht. De procedure onderzoek tot m.e.r. wordt doorlopen om deze visie te motiveren.

CONCLUSIE: HET RUP HENDRIK HEYMANPLEIN VALT ONDER DE SCREENINGSPLICHT. DE OPMAAK VAN EEN PLAN-MER IS NIET NOODZAKELIJK.

5. VERZOEK TOT RAADPLEGING VAN DE ADVIESINSTANTIES

Dit is een verzoek tot raadpleging van de verschillende, relevante adviesinstanties om uiterlijk binnen 30 dagen na ontvangst van het verzoek tot raadpleging het advies over te maken door betekening of tegen ontvangstbewijs van de initiatiefnemer