Relaxatiesessie met Peter...
Transcript of Relaxatiesessie met Peter...
De Standaard/DS2 02/03/2015, bladzijden 6 & 7All rights reserved. Gebruik and reproductie enkel mits toelating van de uitgever via De Standaard/DS2De Standaard/DS2 02/03/2015, bladzijden 6 & 7All rights reserved. Gebruik and reproductie enkel mits toelating van de uitgever via De Standaard/DS2
I n n o v a t i n g D i g i t a l C o n t e n t
Schrijver, theatermaker, dromenvanger? In zijn ‘premièreweek’ dook PeterVerhelst in vele gedaanten op. Ook in zijn installaties ontvouwt zich zijnuniversum: beeldend, verstild en vol van symboliek. GEERT VAN DER SPEETEN
tot een absoluut minimum, niet meer daneen poëtische voorzet. Deze geestelijkemassageoefening, dit universum met spirituele trekjes: het is ook dwingend. Verhelstverwacht dat je binnenstapt als een believer.
Vuur, water, olie
‘Het is een uitnodiging tot een moment vaninkeer’, zegt hij. ‘Waar oude en versleten rituelen plaatsmaken voor nieuwe, reagerenmensen uiteenlopend. In Brugge kwamenbezoekers nietsvermoedend de ruimtein. De verhalen creëerden een onverwachteintimiteit. Herkenning ook: materialen alsvuur, water en olie lijken ons terug te voeren naar iets dat we al eeuwenlang kennen.’In de Minard is de ruimte te krap en te theatraal bepaald om de installatie te latenopenbloeien. Peter Verhelst XL moet noggroeien. De auteur droomt van een set vanzeven werken, die ook los van elkaar kunnen staan.
‘Peter Verhelst XL’. In de Minard in Gent,11>21/3 op dagen waarop ‘Hotel Malaria’speelt. ¨¨¨èè
herhaling van de zinnen wijst op gekoesterde hoop. Een letterkapster vult intussen derij woorden aan.Drie van de installaties waren eerder te zienin Brugge: een vorm van theater en kunstdie in de openbare ruimte binnengemokkeld werd. Eerder werkte Verhelst al samenmet Johan Tahon en letterkapster MaudVanhauwaert in Watou.
Is Peter Verhelst, behalve dichter en theatermaker, ook beeldend kunstenaar? Hijwas altijd al een alleskunner en grensverkenner. Tekst en beeld licht hij graag uithun vertrouwde context, in een totaalervaring waarin taal fysiek wordt. Hij deed datal met Het sprookjesbordeel (2002), een ‘behandeling’ waarbij bezoekers erotische teksten ingemasseerd kregen.Op de opwinding van toen, is nu vooral stilte gevolgd. Het parcours nodigt uit tot vertragen en intensief kijken. Tekst is herleid
Een stilteplek creëren in het theater, het is niet iedereen gegeven. In de oude bonbonnièrevan de Minard, waar ook zijnjongste voorstelling speelt, lokt
Peter Verhelst het publiek binnen in eenruimte waar kaarsen branden en trage rituelen zich voltrekken. Vier installaties, metopgloeiende woordbeelden en fluisterendeassistentes in de hoofdrol, vinden hier eentheatrale bedding.Een vrouw in het zwart begiet een berglandschap met kaarsvet en nodigt de bezoeker uit om de hoopjes groter te maken. Ineen andere hoek hangen stenen sculpturenaan touwtjes en staan vuurschalen op degrond. Je mag een wens opschrijven en verbranden. Uit de stenen druppelen intussentranen, die zich vermengen met de restanten van het papier. Het askleurige mengseldient op zijn beurt om de sculpturen meein te smeren.Elders buigt een beeld van Johan Tahonzich voorover in een waterbassin. Daarbijvloeit een stroom van tranen en klinkt hetgefluisterde gedicht ‘Tegen het vergeten’.Het monumentaalste werk is een lichtgevende muur, met het opschrift ‘Nooit komteen einde aan ons verlangen’. De eindeloze
NTGENT COMBINEERT VOORSTELLING MET INSTALLATIES VAN PETER VERHELST
‘Het is een uitnodigingtot een moment vaninkeer’
Een vrouw in het zwart begiet een berglandschap met kaarsvet: een van de trage rituelen in ‘Peter Verhelst XL’. © Kurt Van Der Elst
Platonischeplaatjes
THEATER ¨¨¨èèHotel malaria. NTGent & PeterVerhelst. Gezien in de Minard, 25/2.Nog 11> 21/3 in Gent, daarna inKortrijk en Brussel.
Hotel Malaria, zo heet de jongsteregie van Peter Verhelst bijNTGent. Dat hotel is geen opvangtehuis in een ver land, maar ons eigen lichaam. Binnenin woekert, zoleert een late monoloog van BertLuppes, een even stil als onstilbaarverlangen naar de overgave aan eenander. Liefde is er een veel te goedkoop woord voor. Bij Verhelst gaathet naar gewoonte om een besmetting, een alles verterende haard vanlijfelijke emotie. Zijn theater wil ervonken van doorgeven aan weerandere vreemden.In Hotel Malaria wordt die haardontstoken tussen een oudere manen een jonge vrouw. Hij hakt hout,gekromd, kop in kap. Zij slaat hemgade, kaarsrecht op een kruk, bloterug naar de zaal. Ze kennen elkaarniet, maar net daarom benaderdezij hem vol berekening. Met brieven op de mat. Een ontmoeting aanhet water. En uiteindelijk een contract. Liefde is er een veel te goedkoop woord voor. Het is een duetop leven en dood.Voor zoveel diep gevoel verkiestVerhelst juist de klinische aanpak.Zijn theater vreest de smet van onzuivere handelingen als opstaanvan een stoel, de schoenen uitdoenof op de grond gaan liggen. Het gebeurt allemaal als een extreme vertraging van hoe een zwaan zich losmaakt van het water of weer teraarde zeilt. Je ziet spieren spannen,bewegingen in één traag doorgaande lijn, gracieus modellenwerk.Continu dreigt de sierlijkheid ervante stollen in simpele sier. In platonische plaatjes.Afstandelijke esthetiek en zintuigelijke nabijheid: het is een heel eigen combinatie, maar ook eenmoeilijk te bespelen balans. Elkezucht van Bert Luppes en Lien Wildemeersch wordt op je oorschelpneergelegd, maar je blijft hun gestileerde duet aankijken als een programma, als een heilig plan. HotelMalaria wil het leven doen lillen,maar mummificeert zijn woordenen beelden tot prachtige preparaten. Het geeft geen vonken, wel eenvergulde gloed.
WOUTER HILLAERT
Relaxatiesessiemet Peter Verhelst
D6 cultuur&media DE STANDAARDMAANDAG 2 MAART 2015
OPERA¨¨¨¨èJakob Lenz. Gezien op 27/02 inDe Munt, Brussel. Nog tot 7/3.
‘Sla mij!’ De mentaal ingestorteJakob Lenz zingt het niet smekend, maar gebiedend. Op het toneel van De Munt wordt zijnvoorhoofd liefdevol afgewist,maar in de orkestbak mept eenslagwerker keihard op het trommelvel. Au!Jakob Lenz vertelt het verhaalvan de schizofrene sturmunddranger die rust hoopt te vindenbij de hervormingsgezinde dominee Oberlin in de Vogezen.Lenz’ ziektegeschiedenis werdwereldberoemd dankzij GeorgBüchner, die er in 1836 een novelle over schreef. Sindsdienstaat Lenz symbool voor elkemens die in zichzelf verlorenloopt.De woekerende partituur dieWolfgang Rihm voor zijn succesvolle kameropera bedacht, barstvan de subtiliteiten. Slagwerkspeelt er een hoofdrol in, metruig aanzwellende klappen,
overluide optaters en hamertikken op een stalen aambeeld. Hetelfkoppige orkestje produceerteen virtuoos spervuur aan geluiden. Nu eens knauwen de cello'sop een drieklank, dan weer flitsteen triller uit het klavecimbel ofslaan kopersirenes aan het loeien. Per maat lijkt Rihm de muziek een nieuwe richting in testuren. Wie goed oplet, hoortSchubert tussen de kieren wanneer Lenz op wandel wil. Als hijaan zelftwijfel ten prooi valt,vangt een Bachkoraal hem op.Het snelle schakelen tussen gemoedstoestanden typeert ook departij van Lenz zelf. Die rol lijktop het lijf geschreven van bariton Georg Nigl, die woest brullend of fluisterend met wijdopengesperde ogen alle neurosesvan zijn karakter afpelt. De inzetis hoog: Nigl speelt zijn Lenz metzoveel opgekropte energie dat jeer bang van wordt.Minstens zo benauwend is de enscenering. Regisseuse AndreaBreth vangt het drama in nachtmerrieachtige scènes zondernooduitgang. Binnendeurs dooltLenz door groezelig groene ka
mers vol leeggeroofde boekenkasten. Daarbuiten doemt devrije natuur: een zwartglimmend spiegelpaleis vol rotsblokken. Hoe dieper in de voorstelling, hoe enger de koortsdroom.Zijn zielenherder Oberlin muteert in een manmoeder, zijn rivaliserende dichtersvriend Kaufmann trekt de doktersschortaan.Deze productie ging eerder dit
seizoen in Stuttgart in premièreen werd in Duitsland met eensterrenregen overladen. ‘Eenaangrijpende mensenstudie’,‘nachtmerriemooie beelden’, ‘eenavond die de kijker een punchverkoopt’. Klopt allemaal, entoch wringt er iets. Je zou overdeze enscenering kunnen zeggendat ze zich te veel focust op haarhoofdpersonage. Breth beantwoordt de mentale breakdownvan Lenz met scènebeelden diekeer op keer zijn waanzin bevestigen. Maar wat heeft die psychose ons te vertellen als daar nietook iets levensecht tegenoverstaat?Op zichzelf is de dolheid vanLenz niet meer dan een bozedroom. Zijn verlies aan houvastis maar pijnlijk als ze wordt bekeken door de ogen van een buitenstaander. Pas in de slotscènekomt de onmacht van Lenz enzijn vrienden in beeld. Hoe langkun je iemand verzorgen en wijsmaken dat er nog hoop is? Tot jehem een dwangbuis omgordt omdaarna stilletjes weg te sluipen?Dat is pas een dilemma.
TOM JANSSENS
Dichter op drift
Georg Nigl als Lenz en Henry Waddington als Oberlin. © Bernd Uhlig
Hoe dieperin de voorstelling,hoe engerde koortsdroom
EXPO¨¨¨èèGao XinjiangMuseum van Elsene, tot31/5. Grote formaten inKoninklijke Musea voor SchoneKunsten, Brussel.
Gao wie? Algemene verbazingin 2000, toen de Nobelprijs voorLiteratuur voor het eerst naareen Chinese schrijver ging. GaoXinjiang, een politiek vluchteling die eind jaren tachtig eenveilige haven vond in Parijs,bleek zelfs bij ingewijden nietmeteen een klinkende naam.Zijn bekendste werk is De bergvan de ziel, een verslag van eenlouterende tocht naar de versteuithoeken van de Chinese Volksrepubliek. Verder had Gao vooraltheaterwerk op zijn naam, in detraditie van Beckett en Ionesco.Na 2000 publiceerde hij nogtwee dichtbundels, maakte hijeen opera en draaide drie films.Maar eerst was er de schilderkunst. In de beste Chinese traditie zag Gao schrijven en schilderen altijd als één geheel. Elk boekis een landschap, elk schilderijeen schriftuur. De ijle, spirituelelandschappen die hij met OostIndische inkt oproept, sluiten direct aan bij zijn literaire thema’s:de zoektocht naar identiteit ennaar de kern.Het Museum van Elsene brengtdeze lente een overzicht bijeenvan de voorbije veertig jaar. Voorde recente grote formaten moetje naar de Musea voor SchoneKunsten.De kunst van Gao, intussen 75,wil vooral tijdloos zijn. Ze flirtmet een traditie van eeuwen enpendelt tussen figuratie en abstractie.
Kortstondig visioen
Met een opmerkelijke sensualiteit en groot vakmanschapbrengt Gao vele tinten grijs ophet rijstpapier aan. Zoals in Ladanse des ombres: geen forsecontrasten, wel zachte schakeringen die in elkaar vloeien.Een vaak terugkerend motief isdat van de eenzame figuur in hetlandschap. Maar ook het ‘vormeloze schilderen’, zoals Gao het
omschrijft, duikt geregeldop. Het uit zich in beelden vanwind, vlammen, een ijzige nacht.Veel is sfeer en decor, ‘een kortstondig visioen dat vastgelegdwordt.’ Het thema dissidentie isnooit rechtstreeks aanwezig.Kunst is voor Gao het terrein vanhet persoonlijke. Politiek hoortthuis in het collectieve domein.‘Gao is een typische balling’, zegtMichel Draguet, die de tentoonstelling samenstelde. ‘Chinese
kunstenaars zoals Ai Weiwei gebruiken hun kunst vandaag alshefboom en vitrine om te protesteren tegen het systeem. Bij Gaodraait alles om menselijke waardigheid. Zijn kunst is naar binnen gekeerd en meditatief. InGao’s schilderijen openbaart dewereld zich als chaos. Maar water ook in doorzindert, het is zijnovertuiging dat we die chaos zelfeen stukje kunnen organiseren.’GEERT VAN DER SPEETEN
Mediteren in inkt
Een vaak terugkerend motief is dat van de eenzame figuur in het landschap. © Gao Xingjiang
Met een opmerkelijke sensualiteiten groot vakmanschap brengt Gaovele tinten grijsop het rijstpapieraan
DE STANDAARDMAANDAG 2 MAART 2015 D7