Reisverslag van onze orchideeënjager...
Transcript of Reisverslag van onze orchideeënjager...
denk aan het milieu voordat u deze pdf afdrukt
Peru
tekst & fotografie hendrik verstraete
Reisverslag van onze orchideeënjager
Wie Peru zegt denkt onmiddellijk aan Machu Picchu, het Titicacameer of de Nazcalijnen. Toeristische trekpleisters bezuiden Lima. Onze reis situeert zich in het oosten en noorden van het land, ver van toerisme en beschaving.
Peru heeft 3 verschillende geografische zones. In het
westen ligt overwegend woestijn, gekend als La costa,
met steden als Piura, Chiclayo en Tacna. De hoofdstad
Lima ligt aan de kust en telt meer dan 12 miljoen in-
woners. In het midden ligt het Andes gebergte of La
siërra, de op één na hoogste bergketen. De hoogste
berg van Peru is de Nevado Huascaran (6768 meter).
La selva, de derde zone in het oosten, is het Amazo-
ne woud. Hier wonen overwegend indianen. 13% van
het Amazone woud ligt in Peru. Onder de 1800 meter
is het er erg warm met veel neerslag. Boven de 1800
meter beginnen de nevelwouden en heerst een sub-
tropisch klimaat. Het is vooral in het nevelwoud dat er
veel orchideeën te vinden zijn.
In november 2019 reisde ik samen met mijn vriend
Guido Deburghgraeve naar Peru. Na een lange vlieg-
reis werden we ontvangen door Manolo Arias, eige-
naar van Peruflora. Het belangrijkste orchideeënbedrijf
van Peru met vestigingen in Oxapampa, Llanca, San
Ramon and Santa Clara. De komende twee weken
werd Manolo’s huis het ‘basecamp’ voor onze expedi-
ties in verschillende nevelwouden.
Na een korte pauze en ken-
nismaking met Manolo’s
familie trokken we naar de
kwekerij van Santa Clara.
Op dit bedrijf staat het lab
waar alle orchideeën ver-
meerderd worden. Op de
kwekerij worden hoofdza-
kelijk Cattleya hybriden ge-
teeld. Deze soorten zijn po-
pulair bij de lokale bevolking.
Terug in Manolo’s huis ontmoeten we Saul Ruiz Perez,
Manolo’s rechter hand en ervaren berggids.
We maken ons klaar voor een eerste trip naar het oos-
ten van de Andes. ’s Avonds stappen we op één van de
nachtbussen naar Oxapampa. Grote busterminals lig-
gen verspreid over de stad en ogen als moderne lucht-
havens. Hier zie je honderden luxe dubbeldek bussen
komen en gaan. Ze beschikken over alle comfort en
hebben 2 chauffeurs en een hostess aan boord. Best
te vergelijken met business klas op een lijnvliegtuig.
Na de drukte van de stad met haar grijze aanblik en
vervuilde lucht ontwaken we in een overweldigend
groen landschap met hoge kliffen en wild kolkende ri-
vieren. Na een rit van 13 uren stappen we uit in het af-
gelegen stadje Oxapampa. Een vaste chauffeur staat
ons al op te wachten met pick-up truck. We gaan eerst
naar het centrum om wat aan te sterken en genie-
ten van een opvallende architectuur. Gevels, huizen en
tuinen doen ons denken aan Duitse middeleeuwse
dorpjes. Saul verteld ons dat een Duitse groep immi-
greerde in de 19e eeuw en hier een nieuw leven op-
bouwden. Daarbij zijn veel van hun tradities gebleven.
Zo brouwen ze hier hun eigen bier en kan je er rook-
worst krijgen.
Een groot deel van de dag werd gespendeerd op de
kwekerij, gelegen iets buiten Oxapampa. Het heeft
een gematigd klimaat en je vind er zo’n 1000 soorten
orchideeën. Anguloa, Cyrtochilum, Huntleya, Lycaste,
Maxillaria, Otoglossum, Pescatorea, Phragmipedium
om er maar enkele te noemen.
De planten zijn erg goed verzorgd en juweeltjes als
Huntley vargasii, Odontoglossum deburghgraevea-
num, Phragmipedium Suzanne Decker (P. kovachii x
P. Cape Sunset) en een Schlimmia sp. springen er tus-
senuit.
Nevelslierten in het woud maken dit landschap mysterieus
Op bezoek bij Manolo
Berggids Saul Ruiz Perez met Guido
Huntleya vargasii
Odontoglossum deburghgraeveanum
Phragmipedium Suzanne Decker (P. kovachii x P. Cape Sunset)
Epidendrum syringothyrsus
In de late middag verlaten we de kwekerij en zetten
we onze reis verder naar Satipo, een klein stadje ver
van de beschaving. De weg is onverhard en slingert
door jungles, bergen, beekjes en watervallen. Soms
moeten we stoppen voor een omgevallen boom die
de weg verspert. In de duisternis vervolgen we ons
pad en komen uiteindelijk aan in Satipo. Saul kent hier
een goed hotelletje.
De volgende ochtend begint het echte werk. We rij-
den met onze 4x4 een vallei in waarvan niemand weet
waar de aardeweg naartoe loopt. De weg wordt als
maar smaller in een dicht begroeide vegetatie en vaak
rijden we door riviertjes die de weg oversteken. Onder-
weg vinden we al gauw de eerste orchideeën in bloei.
Sobralia rosea en Sobralia dichotoma zijn bij de eerste
ontdekten. Wat later vinden we prachtige planten van
Anguloa virginalis. Deze orchideeën doen denken aan
tulpen en worden daarom ‘tulporchidee’ genoemd.
Het terrein is ruw met grote rotsblokken overgroeid
met planten. Een misstap en je sukkelt met je voet
een halve meter naar beneden. Mijn gedacht is nog
niet koud en Ik schiet met m’n been door een over-
groeid gat. In mijn val schuur ik mijn hand langs een
scherpe rots met als resultaat een bloedende duim en
enkele blauwe plekken. Na wat oplapwerk kunnen we
weer verder.
De vallei wordt als maar indrukwekkender met hoge
wanden vol begroeiing. Her en der zien we waterval-
len, sommige honderden meters hoog. De toppen van
de bergen zitten gehuld in de wolken en het is er erg
vochtig. Wat later begint het te regenen. We stoppen
aan een rivier en zien de ravage van een ingezakte
bergwand. Vele bomen zijn meegesleurd en liggen als
mikado-stokje in de rivier. Om er te geraken moeten
we te voet door een wild kolkende rivier. De omgeval-
len bomen zijn nog steeds begroeit met orchideeën
en verschillende soorten zijn in bloei. Ik ontdek een Xy-
lobium, verschillende Epidendrum, Maxillaria en een
bijzondere Pleurothallis die geen van ons kan determi-
neren. Na een lange dag keren we terug naar Satipo.
We hebben zoveel indrukken opgedaan dat we beslui-
ten morgen terug te keren.
De volgende dag dringen we nog dieper in de vallei en
begint het pad te stijgen, we gaan boven de grens van
3000 meter. Hier vinden we tal van andere orchidee-
en: Cyrtochilum gargantua, Odontoglossum juninense,
Onverharde wegen brengen ons steeds dieper de jungle in Anguloa virginalis
Cyrtochilum gargantua
Odontoglossum juninense
Maxillaria op een omgevallen boomstronk
Ingezakte bergwanden kom je hier wel vaker tegenOp weg naar Satipo Sobralia dichotoma
Fernandezia soorten en een prachtige Cochlioda die
veel weg heeft van C. noezliana. Op de terugweg stop-
pen we aan een indrukwekkend schouwspel. Op één
bergwand tellen we 12 watervallen. Het is adembe-
nemend om al dat geruis te aanhoren en te zien. De
climax moest dan nog komen. Op amper 1 meter van
ons komt een kolibrie zitten op een tak zoekent naar
nectar. De bloemen hangen er om uit te kiezen. De
vleugels bewegen zo snel dat je ze niet meer kan zien.
Even wordt een bloem aangeraakt en weg is hij. Guido
en ik kijken elkaar aan, zonder woorden beseffen we
wat een unieke ervaring we zojuist hebben meege-
maakt. Kan de natuur nog mooier zijn?
Nog een dag later gaat de rit naar San Ramon. De der-
de kwekerij van Peruflora. Ze ligt in een vallei waar het
opvallend warmer is.
Als we uitstappen is het er 32°C en na het koele nevel-
woud is dit toch even aanpassen. Hier ontdekken we
prachtige planten van Encyclia randii, Arundina gra-
minifolia ‘alba’, Coryanthes maculata en Platycerium
grande. Die laatste is beter bekend als de ‘hertshoren-
varen’.
Na een lunch gaat de reis verder naar Llanca, de vier-
de kwekerij. Deze is dan weer gelegen op 2800 meter
Cochlioda sp.
Een adembenemend zicht: twaalf watervallen storten zich door de jungle naar beneden
Kwekerij in San Ramon Encyclia randii
hoogte en heeft een koel microklimaat. We zijn er te
gast bij de kweker thuis die ons trakteert op koek en
koffie. De kassen zitten volgestouwd met zeldzame or-
chideeën en het duurt dan ook tot de duisternis valt
alvorens we doorrijden naar Tarma. Hier vinden we
een comfortabel hotel voor de nacht.
Vanuit Tarma gaat de reis terug naar Lima. Met een
taxi rijden we over een col van 4840 meter hoog. Het
landschap is adembenemend met in de verte berg-
toppen in de sneeuw. We ‘snijden’ letterlijk door de
Andes. Indrukwekkende mijnbouw bedrijven verzet-
ten er hele bergen en het landschap veranderd dras-
tisch. We zien honderden vrachtwagens met ertsen
de bergpas op en afrijden. De taxichauffeur moet met
al zijn behendigheid zich een weg banen langs de 40
tonners. Zij rijden 30 km/h, wij 3 maal harder. Na de
live versie te hebben overleeft van Grand Theft Auto
kunnen we bij Manolo thuis ons verhaal kwijt over
onze ontdekkingen. We gaan vroeg slapen want de
volgende ochtend begint om 2 uur!
In de tweede week van onze reis trekken we naar het
noorden van Peru, meer bepaald naar Jaén. Een wei-
nig bekend stadje waar we op een afgelegen militair
vliegveld landen met een in der haast opgetrokken
gebouwtje voor de civiele passagiers. Ook hier wor-
den we opgewacht door een chauffeur die met ons
naar Cutervo rijdt. De weg ernaar toe is mooi met een
sterk heuvelend landschap en een mix van bossen,
landbouwgebieden en kleine dorpen. We stoppen
regelmatig om korte wandelingen te maken. We vin-
den bomen beladen met epifieten waaronder varens,
mossen, bromeleaceae en veel orchideeën. Op een
steile helling vinden we een Odontoglossum waarvan
we een sterk vermoeden hebben dat het een nieuwe
soort kan zijn. De plant heeft verschillende bloemtak-
ken maar staat nog in knop. We leggen de plant vast
op de gevoelige plaat en markeren de plaats. Saul is
vast beraden naar deze plant terug te komen.
Arundina graminifolia ‘alba’
Aankomst bij de kwekerij in Llanca
Hendrik bij een Platycerium grande Bij de kweker thuis Boomtakken bezaaid met prachtige epifieten
Coryanthes maculata
Het transport van ertsen via de bergpassen
Bergpas over het onmetelijk grote Andesgebergte
De volgende dag gaat de reis verder en rijden we naar
Huambos. Dit dorp heeft charme en we besluiten hier
enkele dagen te verblijven. We vinden een klein maar
gezellig hostel. De huisbaas heeft op een binnenplein-
tje een orchideeën collectie. Het valt hem op dat ik
een oog hebben voor zijn planten en met veel pas-
sie verteld hij over zijn orchideeën. Op de lokale markt
verkopen boeren hun zelf gekweekte groenten en
fruit. Zo hebben ze hier zwarte maïs, blauwe aardap-
pelen, heerlijk zoete mango’s en kleine banaantjes. We
drinken op een bankje op de markt een vers geperst
glas sinaasappelsap, genieten van de zon en het stres-
sloze leven dat zich hier afspeelt.
In een restaurantje op het marktplein hebben we een
gezellige babbel met de eigenaar die ons enkele nut-
tige tips geeft over de bossen in de omgeving. Zo ont-
dekken we een bergpad naar het Paigabamba woud.
Een vrij goed bewaard bos met een ideaal biotoop
voor koele orchidee soorten. Het wordt ons rap duide-
lijk dat dit woud veel te bieden heeft. Overal waar we
kijken zien we orchideeën, sommige soorten massaal
in bloei.
Het bos is bijzonder rijk aan Cyrtochilum soorten waar-
onder de zeer zeldzame C. lamelligerum, C. flavostel-
lulare en C. ruizii. Die laatste werd naar onze berggids
genoemd, Saul Ruiz. We vinden ook honderden plan-
ten van Cyrtochilum macranthum. Een prachtige soort
die bij verzamelaars zeer geliefd is voor zijn grote ron-
de bloemen op bloemstelen van 2 tot soms 3 meter
lengte. Het valt ons op dat de ene Cyrtochilum in over-
De eerste huizen van Huambos Typisch Peruviaans straatje Cyrtochylum ruizii Pleurothallis
Tussenin de weelderige plantengroei valt nog véél te ontdekken Uitgestrekt landschap rond Huambos
Ondoordringbare valleien met watervallen Saul schuilt voor de regen met zijn ‘Peruviaanse paraplu’
vloed voorkomt terwijl andere soorten bijzonder zeld-
zaam zijn. Het is nog niet onderzocht waarom dit zo is.
Behalve Cyrtochilum vinden we verschillende soorten
Epidendrum, Fernandezia, Oncidium heteranthum
vormen, prachtige Telipogon soorten en enkele grote
Pleurothallis planten. We wandelden de hele dag tot
ons voeten pijn deden, ons water en rantsoen op wa-
ren en de brandende zon ons net geen zonnesteek
had bezorgd. Toch waren we door het dolle heen om-
dat er in dit bos nog zoveel orchideeën zijn.
De volgende dag verkennen we de regio met de wa-
gen. Op een heuvelrug vinden we duizenden Tilland-
sia’s. Ze groeien op de grond, kurk droog, in volle zon
en met een stevige wind. Verassend groeien hier ook
orchideeën waaronder enkele Pleurothallis, Stelis, Ze-
lenkoa onusta en Lycaste soorten. Eén opmerkelijke
orchidee vinden we in bloei onder een pluk gras. Het
is Masdevallia atahualpa, genoemd naar de laatste ko-
ning van de Inca’s. De plant heeft vettige, verkleurde
bladere en draagt weinig aangenaam geurende bloe-
men. Zo vonden we elke dag een bijzondere orchidee.
Het is mij duidelijk, in Peru valt er nog veel te ontdekken.
Die avond zitten we in ons vast restaurantje op het
marktplein van Huambos naar een voetbalmatch te
kijken. Het hele dorp komt meekijken want het is Co-
lombia versus Peru. De spanning is te snijden en bij
elke bijna goal veert het publiek op en worden de ha-
ren uit het hoofd getrokken. Uiteindelijk moeten de
Peruvianen hun meerdere herkennen. In de 93ste mi-
nuut scoort Colombia de enige goal.
Hier eindigt ons veldwerk en beginnen we aan de te-
rugreis. ’s Morgens nemen we de lokale bus voor een
vier uur durende rit naar Chiclayo. De rit was won-
dermooi over een col van meer dan 3000 meter met
prachtige vergezichten over het Andes gebergte. Aan-
gekomen in Chiclayo hebben we nog tijd om het mu-
seo Tumbas Reales de Sipan te bezoeken. Het is gele-
gen in Lambayeque, iets buiten de stad en herbergt
schitterende pre-Columbiaans kunst voorwerpen
waaronder vele sierraden, kledingstukken en een in-
tact graf van de koning. Een schitterende afsluiter van
een onvergetelijke reis.
Telipogon sp.
Masdevallia ajathualpa De kathedraal van Chiclayo
Het betere ‘veldwerk’
Fernandezia sp. met bromeleaceae
Lauwstraat 749051 Sint-Denijs-Westrem (b)
T +32 (0)9 221 15 [email protected]
www.orchideeen-petrens.be