Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit...

154
Programmabegroting 2016 Vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van 9 november 2015

Transcript of Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit...

Page 1: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

Programmabegroting 2016 Vastgesteld in de openbare vergadering van de raad

van 9 november 2015

Page 2: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:
Page 3: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

Programmabegroting 2016

Page 4: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:
Page 5: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

Inhoudsopgave

1. Voorwoord ........................................................................................................................ 3

1.1 Voorstel, moties en besluit ........................................................................................................... 3

1.2 Leeswijzer ..................................................................................................................................29

1.3 Kerngegevens ............................................................................................................................32

1.4 De financiële positie nader toegelicht ........................................................................................36

2. Programma’s .................................................................................................................. 41

2.1 Dienstverlening en veiligheid .....................................................................................................41

2.2 Woon- en leefomgeving .............................................................................................................48

2.3 Stedelijke en economische ontwikkeling ....................................................................................55

2.4 Cultuur, sport en ontspanning ....................................................................................................62

2.5 Maatschappelijke ondersteuning ................................................................................................70

2.6 Financiële algemene dekkingsmiddelen ....................................................................................83

3. Paragrafen ...................................................................................................................... 87

Algemeen ..........................................................................................................................................87

3.1 Weerstandsvermogen en risicomanagement ............................................................................88

3.2 Onderhoud kapitaalgoederen .....................................................................................................93

3.3 Financiering ..............................................................................................................................100

3.4 Bedrijfsvoering ..........................................................................................................................102

3.5 Verbonden partijen ...................................................................................................................104

3.6 Grondbeleid ..............................................................................................................................107

3.7 Lokale heffingen .......................................................................................................................112

3.8 Handhaving ..............................................................................................................................118

3.9 Sociaal domein .........................................................................................................................120

4. Budgetautorisatie ........................................................................................................ 131

4.1 Algemene financiële beschouwingen .......................................................................................131

4.2 Dekkingsplan 2016 – 2019 .......................................................................................................147

Page 6: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:
Page 7: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

1. Voorwoord 3

1. Voorwoord

1.1 Voorstel, moties en besluit

Bijlagen 2015 Agendapunt: 4

13 oktober 2015

nr. 37/3

reg.nr. INTB-15-02253

Bijlagen: 2 Voorstel tot het vaststellen van de Programmabegroting

2016, inclusief bijbehorend bijlagenboek

raadsvoorstel en -besluit

Aan de gemeenteraad

Raadsvoorstel programmabegroting 2016

Voor u ligt de programmabegroting 2016, de tweede programmabegroting sinds het begin van deze

raadsperiode. Deze programmabegroting geeft inzicht in de financiële positie van de gemeente Olden-

zaal in de komende jaren en een toelichting op de uitvoering van de uitgangspunten die uw raad bij de

vaststelling van het coalitieakkoord 2014-2018 ‘Anders kijken, nieuwe kansen’ heeft vastgesteld.

De uitgaven en inkomsten van de gemeente zijn in evenwicht; de meerjarenbegroting is structureel slui-

tend voor de gehele planperiode 2016-2019. Ombuigingen zijn voor 2016 niet noodzakelijk en een verho-

ging van lasten voor de inwoners is niet aan de orde. Er is ruimte voor een aantal gewenste beleidsinten-

siveringen om de speerpunten uit het coalitieakkoord te kunnen realiseren.

Transformatie sociaal domein

Nu de overgang van de wettelijke taken en bijbehorende budgetten op gebied van sociaal domein een feit

is en een plek heeft gevonden in de opgave van de gemeente, is de volgende stap aan de orde: de trans-

formatie. De transformatie leidt er toe dat de Oldenzaalse inwoner in zijn kracht staat en minder gebruik

maakt van maatwerkvoorzieningen en meer van algemene voorzieningen De wijze waarop de inwoners

ondersteund worden.veranderd. Hoe dit in zijn werk gaat wordt steeds duidelijker nu de uitvoering van de

taken vorm krijgt. Met dat inzicht wordt ook duidelijker welke sturingsmogelijkheden er zijn.

Met behulp van de middelen die door uw raad zijn toegekend voor de voorbereidingen hebben wij de

transities, de overgang van de taken, op adequate wijze kunnen begeleiden. Het is het uitgangspunt om

deze nieuwe taken binnen de daarvoor beschikbaar gestelde budgetten uit te voeren. Het doorberekenen

van kosten en bijstellen van beleid zijn een continu proces dat nauwlettend gemonitord wordt.

Om de volgende stap te kunnen zetten in de transformatie is een investering noodzakelijk, in de vorm van

een transformatiebudget van in totaal € 750.000, te verdelen over enkele jaren. Hiermee willen we inves-

teren in de sociale structuur van Oldenzaal. In Oldenzaal versterken we de eigen kracht door allereerst

een beroep te doen op de zelfredzaamheid van inwoners en vervolgens de sociale omgeving te active-

ren. Uiteraard zijn als vangnet de algemene en individuele voorzieningen aanwezig.

Daarnaast stellen we voor een reserve sociaal domein voor deze periode van transformatie te formeren

vanuit de eventuele overschotten in de komende jaarschijven.

Sport is van groot belang voor de Oldenzaalse samenleving. Vitale sportverenigingen dragen bij aan de

gezondheid, maar ook de sociale binding tussen inwoners. Om deze vitaliteit niet verder onder druk te

zetten is ervoor gekozen om de laatste tariefsverhoging voortvloeiend uit het bestaande ombuigingsplan

niet door te voeren en te zoeken naar alternatieven. Een sportcomplex inclusief zwembad maakt op dit

moment onderdeel uit van het diverse aanbod aan sportvoorzieningen in Oldenzaal. De komende periode

zal onderzocht worden of en hoe het zwembad bijdraagt aan het aanbod.

Oldenzaal: levendige, energieke, bruisende stad

De binnenstad vervult een belangrijke rol in de levendigheid van onze stad. Diverse partners geven de

binnenstad nieuwe impulsen waardoor de reuring in de binnenstad toeneemt. De gemeente Oldenzaal

Page 8: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

4 1. Voorwoord

verbindt partijen en neemt daarin zijn verantwoordelijkheid. De ontwikkelingen rondom In den Vijfhoek,

De Tuinen en de Groote Markt vragen om aanpassingen van de openbare ruimte. Ook hiervoor zijn in-

vesteringen noodzakelijk. We stellen voor om hiervoor een budget van € 500.000 te reserveren. Naast de

inspanningen van de gemeente nemen ook ondernemers hun verantwoordelijkheid door te investeren.

Door de toenemende aantrekkelijkheid van de binnenstad verwachten we meer mobiliteit. Dit is onder-

meer aanleiding om het parkeerbeleid tegen het licht te houden en het Mobiliteits Beleidsplan te actuali-

seren.

Duurzaam en leefbaar

Het is noodzakelijk om bewustwording rondom het thema duurzaamheid in de samenleving te creëren.

Samen met partners is geïnvesteerd in de ontwikkeling van een visie op duurzaamheid en een actieplan.

Ondernemers, onderwijs, overheid en woningbouwvereniging voeren samen met inwoners de initiatieven

uit. De vier speerpunten zijn kennis & educatie, klimaat & leefbaarheid, afval & kringlopen en energie. In

2016 zetten we concrete stappen om van afval naar grondstof te komen, waarbij het uitgangspunt blijft

‘de vervuiler betaalt’. Als beheerder van de openbare ruimte zorgen we voor een groene, veilige en duur-

zame stad. Op een aantal plekken is de openbare ruimte aan reconstructie toe. In de programmabegro-

ting geven we concreet aan waar dit het geval is. Tot slot investeren we als gemeente in duurzame op-

lossingen.

Veranderende rol overheid

Onze rol als overheid blijft veranderen. Het lukt steeds beter om inwoners, bedrijven en maatschappelijke

organisaties ruimte te geven om initiatieven te nemen en verantwoordelijkheid te dragen. Waar nodig

ondersteunen wij die initiatieven door mee te denken, regelruimte te creëren of middelen aan te dragen.

Wij bieden onder meer inwoners de mogelijkheid om initiatieven voor ontwikkelingen in de openbare

ruimte aan te dragen. De lokale overheid treedt steeds vaker op als verbinder. Deze rol past steeds beter

bij onze organisatie. Er wordt komend jaar ingezet op een doorontwikkeling van onze organisatie om een

optimale bijdrage aan de Oldenzaalse samenleving te kunnen bieden. Samen werken we aan Oldenzaal

en samen zijn we Oldenzaal.

Financiën

Concluderend kunnen we zeggen dat we, ondanks een forse korting op de algemene uitkering op het

gebied van het sociaal domein, erin zijn geslaagd u een sluitende meerjarenbegroting aan te bieden.

Gelet op het uitgangspunt om het sociaal budget met bestaande budgetten te op dit beleidsterrein wordt

deze korting verwerkt binnen het sociaal domein. Dit vergt nog een forse inspanning. In de paragraaf

sociaal domein wordt hier bij stil gestaan. Teneinde ook een buffer in te bouwen voor het niet (tijdig) reali-

seren van dit uitgangspunt hebben we u bij de 2e bestuursrapportage 2015 ook een voorstel gedaan

hiervoor een reserve te gaan vormen.

Voor het overige doen we u, voor het eerst sinds jaren, geen aanvullende ombuigingsvoorstellen. Wel

worden er in de 2e bestuursrapportage 2015 op een tweetal onderdelen voorstellen gedaan ten aanzien

van fasering van bestaande ombuigingen. Tenslotte stellen we voor geen inflatiecorrectie ten aanzien van

de gemeentelijke heffingen door te voeren.

In de vergadering van het politiek forum van 27 oktober 2015 is besloten uw raad te adviseren tot be-

spreking en besluitvorming over te gaan.

Oldenzaal, 30 oktober 2015

Het college van burgemeester en wethouders,

de secretaris, de burgemeester,

K.N.H. Dekker T.J. Schouten

Page 9: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

1. Voorwoord 5

Page 10: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:
Page 11: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

1. Voorwoord 7

Page 12: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:
Page 13: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

1. Voorwoord 9

Page 14: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:
Page 15: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

1. Voorwoord 11

Page 16: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:
Page 17: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

1. Voorwoord 13

Page 18: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:
Page 19: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

1. Voorwoord 15

Page 20: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:
Page 21: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

1. Voorwoord 17

Page 22: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:
Page 23: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

1. Voorwoord 19

Page 24: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:
Page 25: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

1. Voorwoord 21

Page 26: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:
Page 27: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

1. Voorwoord 23

Page 28: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:
Page 29: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

1. Voorwoord 25

Page 30: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:
Page 31: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

1. Voorwoord 27

Page 32: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:
Page 33: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

1. Voorwoord 29

1.2 Leeswijzer

Deze leeswijzer maakt u wegwijs in de programmabegroting, als onderdeel van de planning en controlcy-

clus van de gemeente Oldenzaal. Deze cyclus ziet er op dit moment nog als volgt uit:

De verschillende documenten in de huidige P&C-cyclus, gebaseerd op de financiële verordening vastge-

steld door uw raad op 28 april 2015, betreffen:

Kaderbrief

In deze in juli door de raad te bespreken nota geeft het college een financiële doorkijk van het te ver-

wachten financieel perspectief op hoofdlijnen voor de komende planperiode op basis van bestaand be-

leid. Dit inzicht wordt gecompleteerd met structurele financiële gevolgen voortvloeiend uit de laatste jaar-

rekening, financiële circulaires van binnenlandse zaken en de 1e bestuursrapportage, alsmede aanvul-

lende beleidsvoornemens. Ten slotte zal een bijbehorend dekkingsplan c.q. plan van aanpak om te ko-

men tot een sluitende begroting de kaderbrief completeren. De gemeenteraad heeft dan de gelegenheid

aan de hand van de kaderbrief aan het college beleidsinhoudelijke en financiële kaders aan te geven wat

er in grote lijnen de komende jaren moet gebeuren in onze gemeente, een en ander mede gebaseerd op

het eerder vastgestelde collegeprogramma. In de eerstvolgende programmabegroting worden deze door

de raad aangeven kaders vervolgens nader uitgewerkt.

Programmabegroting

Via de vaststelling van de programmabegroting autoriseert u de op programmaniveau opgenomen bud-

getten en investeringen, alsmede de hieruit voortvloeiende structurele effecten en machtigt u ons college

tot aanwending van de genoemde budgetten voor het dienstjaar 2016. De genoemde budgetten in de

meerjarenbegroting 2017-2019 worden voor kennisgeving aangenomen met dien verstande dat uiteraard

het voornemen bestaat tot conforme vaststelling daarvan over te gaan zodra het betreffende dienstjaar

aan de orde is. Voortschrijdend inzicht kan uiteraard tot een herziening van dit voornemen leiden. De

vastgestelde programmabegroting dient jaarlijks vóór 15 november van het jaar voorafgaande aan dat

waarvoor de begroting dient, aan Gedeputeerde Staten te worden toegezonden.

Bestuursrapportages

Op 2 momenten in het jaar geven we u via de bestuursrapportage een actueel inzicht in de lopende ont-

wikkelingen. Tegelijk is er dan gelegenheid tot financiële bijstelling/actualisering van (bestaande) budget-

ten. In feite dient de bestuursrapportage daarom gezien te worden als begrotingswijziging. De rapporta-

ges concentreren zich dus op signaleren en toelichten van afwijkingen van vastgesteld (financieel) beleid.

Decembernota

Deze in december vast te stellen nota heeft als doel de mogelijkheid te bieden tot overheveling van inci-

dentele budgetten, welke nog niet zijn afgewikkeld, naar het volgende dienstjaar. Indien noodzakelijk kan

van de gelegenheid nog gebruik gemaakt worden voor een laatste actualisering van budgetten van het

Programma-

begroting

November

Bestuurs-

rapportage 1

Juli

Bestuurs-

rapportage 2

November

Decembernota

December

Kaderbrief

Juli

Programma-

rekening

Juli

Page 34: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

30 1. Voorwoord

dienstjaar. De voorkeur heeft het echter om deze actualiseringen op te nemen in de in november uit te

brengen 2e burap.

Programmarekening

Aan het eind van elk boekjaar wordt door het college verantwoording afgelegd over het gevoerde bestuur,

zowel beleidsinhoudelijk als financieel. Dit gebeurt via de programmarekening. Uiteraard wordt daar inge-

zoomd op de door de raad vastgestelde kaders en budgetten. De vastgestelde programmarekening dient

jaarlijks vóór 15 juli van het jaar, volgend op het begrotingsjaar, aan Gedeputeerde Staten te worden

toegezonden.

Inhoud P&C-documenten

De p&c-documenten kennen vervolgens een vergelijkbare inhoudelijke indeling. In alle documenten wordt

in meer of mindere mate, afhankelijk van de informatiebehoefte op dat moment, ingegaan op de volgende

onderdelen:

Inleiding met leeswijzer

In dit hoofdstuk wordt naast een algemene inleiding met leeswijzer tevens ingegaan op de kerngegevens

van de sociale en fysieke structuur van de gemeente.

Programma’s

De programma’s, zowel inhoud als aantal, is een autonome aangelegenheid van de gemeente. De pro-

grammastructuur is vorig jaar herzien op basis van de inhoudelijke beleidsmatige aandacht in de praktijk

alsmede de actuele decentralisatie van rijkstaken. Hiermee wordt naar onze opvatting meer recht gedaan

aan de huidige (clustering van) speerpunten van beleid. De nu voorliggende programmabegroting is op-

gebouwd conform de toen aangegeven 5 programma’s, en het overzicht financiële algemene dekkings-

middelen.

Per programma wordt telkens ingegaan op een drietal vragen, te weten:

1. Wat willen we bereiken?

2. Wat gaan we daarvoor doen?

3. Wat mag dat kosten.

Inleiding 1

4 Budgetautorisatie

5 Bijlagen

2 Dienstverlening en veiligheid

Woon- en leefomgeving

Stedelijke en economische ontwikkeling

Cultuur, sport en ontspanning

Maatschappelijke ondersteuning

Financiële algemene dekkingsmiddelen

3

We

ers

tan

dsve

rmog

en

On

de

rho

ud

ka

pita

alg

oe

de

ren

Fin

ancie

ring

Be

drijfs

vo

erin

g

Ve

rbo

nde

n p

artije

n

Gro

nd

be

leid

Lo

kale

he

ffing

en

Ha

nd

havin

g

So

cia

al d

om

ein

Page 35: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

1. Voorwoord 31

Per programma wordt dus weergegeven wat het programma kost. Daarbij wordt in enkele tabellen de

volgende informatie weergegeven:

Lasten en baten van de tot het betreffende programma behorende beleidsproducten.

Aanvaard beleid: hierin zijn de uitkomsten van het laatst door u besproken/vastgestelde p&c-

document als basis gebruikt.

Aanvullend beleid: hierin is opgenomen datgene dat in het voorliggende p&c-document aanvullend

wordt voorgesteld. Wordt in afzonderlijke bijlage veelal gespecificeerd.

Voorgestelde, tot het programma behorende, voorstellen nieuw beleid.

Gevolgen Burap 2: hierin zijn de uitkomsten opgenomen als gevolg van de tweede Burap van het

dienstjaar. Dit document wordt in dezelfde raadsvergadering behandeld als waarin de vaststelling van

de programmabegroting plaatsvindt. Eventuele wijzigingen in de tweede Burap als gevolg van de

raadsbehandeling kunnen eveneens leiden tot wijzigingen van de meerjarenbegroting.

Ombuigingen/dekkingsplan: hierin zijn voorstellen opgenomen die leiden tot de beoogde reëel slui-

tende (meerjaren)begroting (omdat dit jaar geen aanvullende ombuigingen worden voorgesteld, is

deze rubriek in deze begroting niet opgenomen).

Op basis van de richtlijnen van het BBV worden per programma voorts de mutaties ten aanzien van

reserves inzichtelijk gemaakt.

Overzicht van de tot het betreffende programma behorende incidentele baten en lasten.

In de bestaande informatiepyramide kennen we onder het niveau van programma’s, de beleidsproducten

van de gemeente. Deze zijn aan het begin van élk programma aangegeven.

Paragrafen

Via de systematiek van de paragrafen kunnen aandachtspunten, welke in de praktijk over meerdere pro-

gramma’s verdeeld zijn, toch specifiek aandacht worden gegeven. Op basis van het BBV zijn een zeven-

tal paragrafen voorgeschreven. In Oldenzaal kennen we daarnaast al meerdere jaren de paragraaf

Handhaving. Sinds het begrotingsjaar 2015 wordt voorts nog een paragraaf Sociaal domein opgenomen.

Hierin blijven we de komende jaren aandacht besteden aan de 3 decentralisaties.

Budgetautorisatie

Zoals eerder aangegeven, is een van de doelen van de p&c-cyclus dat u ons college autoriseert/machtigt

tot het doen van bepaalde handelingen. In dit hoofdstuk wordt in dat verband de benodigde informatie

verschaft: de actuele financiële positie wordt nader toegelicht. Er wordt onder andere ingegaan op de

gehanteerde begrotingsuitgangspunten, een totaaloverzicht van het verwachte meerjarenperspectief, een

analyse van de verschillen ten opzichte van het laatst vastgestelde p&c-document, eventuele structurele

gevolgen van de laatste bestuursrapportage, een totaal overzicht van incidentele baten en lasten, budget-

ten in één oogopslag c.q. de financiële begroting, aanvullende beleidsontwikkelingen met bijbehorende

toelichting en last but not least het dekkingsplan met indien nodig ombuigings- c.q. herprioriteringsvoor-

stellen. Kortom, alle financiële ontwikkelingen die in deze begroting worden vastgesteld hebben we hier

nogmaals voor u op een rij gezet.

Bijlagen

Afhankelijk van het p&c-document worden bijlagen toegevoegd. Bij de programmabegroting en de pro-

grammarekening is het gebruikelijk een afzonderlijk bijlagenboek toe te voegen gelet op het grote aantal

bijlagen.

Page 36: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

32 1. Voorwoord

1.3 Kerngegevens

1.3.1 Sociale structuur

Per 1 januari 2015

Werkelijke cijfers

Per 1 januari 2016

Prognose

Aantal inwoners 32.121 32.101

jonger dan 20 jaar 7.506 7.486

ouder dan 19 maar jonger dan 65 18.055 17.955

ouder dan 64 maar jonger dan 75 3.701 3.756

ouder dan 74 maar jonger dan 85 2.105 2.155

ouder dan 85 699 749

Huishoudens 14.302 14.382

Aantal periodieke uitkeringsgerechtigden:

Wwb 502 540

Ioaw 28 35

Ioaz 3 5

Aantal Wsw-geïndiceerden: 349 335

Leerlingen VO 4.152 4.215

Page 37: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

1. Voorwoord 33

1.3.2 Fysieke structuur

Per 1 januari 2015

Werkelijke cijfers

Per 1 januari 2016

Prognose

Oppervlakte gemeente 2.195 ha 2.195 ha

Land 2.155 ha 2.155 ha

binnenwater (opp. vijvers en waterlopen) 40 ha 40 ha

historische stadskern 8 ha 8 ha

Aantal woonruimten 14.357 14.437

Aantal aanwezige bedrijfsvestigingen 2.753 2.862

Lengte van wegen

30 km wegen 103 km 103 km

50 km wegen 48 km 48 km

gebiedsontsluitingswegen (80 km)

(in beheer bij Provincie)

12,7 km 12,7 km

120 km wegen

(in beheer bij Rijk)

8,2 km 8,2 km

Vrij liggende fiets- en wandelpaden 45 km 45 km

Spoorlijn 4,2 km 4,2 km

Oppervlakte industrieterrein ha 260 ha 260 ha

Aantal ha openbaar groen 218 ha 218 ha

waarvan waterhuishouding 18 ha. 18 ha.

Page 38: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

34 1. Voorwoord

1.3.3 Financiële structuur

Lasten en baten aanvaard beleid per programma

Page 39: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

1. Voorwoord 35

Lasten aanvaard beleid naar categorieniveau 2016 gemeente Oldenzaal x 1.000

Baten aanvaard beleid naar categorieniveau 2016 gemeente Oldenzaal x 1.000

Page 40: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

36 1. Voorwoord

1.4 De financiële positie nader toegelicht

1.4.1 Algemeen

Bij de behandeling van de Kaderbrief 2016 heeft u besloten in te stemmen met de daarin opgenomen

richtinggevende kaders. Tegelijk is kennis genomen van o.a. de begrotings-uitgangspunten 2016 en de

verwachte begrotingsuitkomsten voor de planperiode 2016-2019 op basis van extrapolatie van het be-

staande beleid van de programmabegroting 2015 alsmede de daarna nog vastgestelde decembernota

2014. Deze uitgangspunten en het bestaande beleid hebben de basis gevormd voor de cijfers opgeno-

men in deze Programmabegroting 2016. Uiteraard is bij de ramingen bestaand beleid ook rekening ge-

houden met de structurele gevolgen van de 1e Bestuursrapportage 2015.

De gehanteerde uitgangspunten hebben we nogmaals, ter definitieve vaststelling, opgenomen in deze

begroting. Deze uitgangspunten en de actualisering en de verfijningen van de kaders, doelstellingen en

hoofdlijnen van de ramingen van de kaderbrief 2016 hebben in de programmabegroting geleid tot bijstel-

lingen van de ramingen voor 2016 tot en met 2019. We hebben bij de opstelling van deze begroting 2016

tevens de actuele stand verwerkt van de algemene uitkering tot en met de meicirculaire alsmede de ont-

wikkelingen ten aanzien van de rente.

De structurele gevolgen van de 2e Bestuursrapportage 2015 zijn in het totaalresultaat van deze begroting

vanaf 2016 eveneens meegenomen en worden gedetailleerd toegelicht in de gelijktijdig met deze begro-

ting door uw raad te behandelen 2e Bestuursrapportage. In de kaderbrief hebben we geen voorstellen

gedaan voor aanvullend beleid anders dan die welke al waren opgenomen in de begroting 2015; we heb-

ben toen al aangegeven dat we naar verwachting bij de programmabegroting 2016 nog wel voorstellen

voor aanvullende beleidsontwikkelingen gaan doen. In hoofdstuk 4 geven we u een overzicht met toelich-

tingen van de voorstellen aanvullend beleid welke al waren opgenomen in de programmabegroting 2015

alsmede de nieuwe voorstellen voor aanvullend beleid/beleidsintensivering. De lasten en baten van die

voorstellen zijn per programma in de begrotingscijfers verwerkt. Deels, voor zover het incidentele zaken

betreft welke binnen de voorliggende planperiode worden afgerond, zal dekking van deze voorstellen

plaats kunnen vinden via een beschikking over de reserves deels binnen het verwachte begrotingsresul-

taat.

In hoofdstuk 4, toelichting aanvullend beleid en het dekkingsplan, geven wij u een gedetailleerd inzicht.

De uitkomsten van deze begroting leiden tot een structureel sluitende meerjarenbegroting 2016 – 2019,

voor de gehele planperiode. Met uitzondering van de ombuigingen/transformatie die we voorstellen op

het gebied van het Sociaal domein is hiervoor geen aanvullende ombuigingsronde noodzakelijk. Deze

voorgenomen ombuiging/transformatie is gebaseerd op het beleidsuitgangspunt dat op dit beleidsterrein

wordt gewerkt binnen de hiervoor beschikbaar gestelde middelen. Dit uitgangspunt is weliswaar bestaand

beleid maar zal, zoals ook eerder aangegeven, nog een forse inspanning vergen.

Het begrotingsresultaat geeft voorts geen aanleiding voorstellen te doen voor inflatiecorrectie op de al-

gemene heffingen.

Voor de goede orde merken we op dat eventuele financiële gevolgen die voortvloeien uit de september-

circulaire niet zijn verwerkt in deze begroting. Ter gelegenheid van de volgende bestuursrapportage en

de kaderbrief 2017 zullen we volop inzoomen op de definitieve en gedetailleerde gevolgen van deze cir-

culaire en de naar verwachting in december nog te ontvangen circulaire.

In de hierna volgende paragraaf treft u het totaaloverzicht voor 2016 tot en met 2019 aan, inclusief een

toelichting.

Page 41: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

1. Voorwoord 37

1.4.2 Totaaloverzicht programmabegroting 2016 -2019

Tabel 1 Programmabegroting 2016 – 2019

Bedragen x € 1.000

Onderdelen 2016 2017 2018 2019

Lasten aanvaard beleid N 83.230 N 81.456 N 80.260 N 79.526

Baten aanvaard beleid V 84.171 V 81.828 V 80.808 V 80.461

(A.) Saldo aanvaard beleid programma-

begroting 2016 V 941 V 372 V 548 V 935

(B.) Aanvullend beleid Progr.begr 2015 - - N 17 N 35

(C.) Meerjarige gevolgen 2e Burap N 291 N 26 N 30 N 26

(D.) Nieuw beleid N 1.733 N 917 N 566 N 640

Onttrekking reserve a.g.v. deze voor-

stellen nieuw beleid

V 1.348 V 697 V 273 V 272

(E.) Totaal programmabegroting 2016

t/m meicirculaire, ná bestemming

V 265 V 126 V 208 V 506

(A.) Regel A is het saldo van de lasten en baten aanvaard beleid zoals deze in de begrotingscijfers is

verwerkt op basis van de richtinggevende kaders verwoord in de Kaderbrief 2016. Voor de analyse

wordt verwezen naar hoofdstuk 1.4.3.

(B.) Regel B betreft het aanvullend beleid voor de komende planperiode welke al was opgenomen in de

programmabegroting 2015. Zie voor specificatie tabel 1. en 2. in hoofdstuk 4.1.5 van deze begro-

ting, alsmede de bijbehorende toelichting.

(C.) Regel C heeft betrekking op de meerjarige effecten van de 2e burap. De specificatie hiervan is op-

genomen in bijlage 6 van het bijlagenboek. Voor de toelichting op deze bijlage wordt verwezen

naar de tegelijk voorliggende 2e bestuursrapportage 2015.

(D.) Regel D betreft de voorstellen nieuw beleid (mede) op basis van ons collegeprogramma en de be-

schikkingen over reserves welke in dat verband worden gedaan. Zie voor specificatie tabel 3.1 en

3.2 in hoofdstuk 4.1.6 van deze begroting, alsmede de bijbehorende toelichting.

(E.) Regel E is het saldo van deze begroting waarbij rekening is gehouden met inkomsten uit de alge-

mene uitkering gebaseerd op de meicirculaire. Een belangrijke constatering is dat we op basis van

de informatie op deze laatst bekende circulaire (via een raadsinfobrief hebben we u hierover op 23

juni 2015 al eerder geïnformeerd) u een sluitende begroting voor de huidige planperiode kunnen

aanbieden.

Provincie

De Provincie als toezichthouder beoordeelt de begrotingen van de gemeenten. Hierbij wordt vooral geke-

ken naar de mate waarin de begroting structureel en reëel in evenwicht is. Met het begrip structureel

evenwicht wordt bedoeld dat in de begroting structurele lasten gedekt dienen te worden door structurele

baten. In dat verband is in hoofdstuk 4.1.2 een overzicht opgenomen van incidentele baten en lasten.

Hieruit is af te leiden dat de structurele lasten in elk geval per saldo niet met incidentele baten zijn gedekt.

Het reëel evenwicht houdt in dat onderzoek wordt gedaan naar de realiteit van de ramingen. Daarbij dient

de begroting/meerjarenraming uiteraard volledig te zijn.

In het toetsingskader dat de Provincie hierbij hanteert, is de eis dat de gemeenten de financiële ontwikke-

lingen meenemen tot en met de meicirculaire. Daarom presenteren wij u hier dus een saldo t/m de mei-

circulaire. Omdat de begroting structureel sluitend is voor de gehele planperiode 2016-2019 en de jaarre-

Page 42: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

38 1. Voorwoord

kening 2014 een overschot te zien gaf is er geen reden te twijfelen aan de repressieve status ten aanzien

van het financieel toezicht.

Belangrijke toetsingsaspecten en aandachtspunten voor de provincie betreffende het jaar 2016:

Het toegenomen belang van gemeenschappelijke regelingen;

De onzekerheden binnen het Sociaal Domein;

De toenemende druk op het onderhoud van kapitaalgoederen.

Bij het schrijven van de betreffende paragrafen in deze begroting hebben we hiermee rekening gehouden.

Behoedzaam

Ten tijde van het opmaken van deze begroting is ons niet bekend of uit de miljoenennota van dit jaar

consequenties voortvloeien die hun weerslag zullen hebben op de algemene uitkering uit het gemeente-

fonds. Mocht hier naar aanleiding van de septembercirculaire 2015 aanleiding toe bestaan, zullen wij bij

het eerstvolgende document in de p&c-cyclus alsnog voorstellen doen over de te treffen maatregelen.

1.4.3 Analyse programmabegroting 2015 (jaarschijf 2016) versus programmabegroting 2016

Onderstaande analyse hebben we opgesteld aan de hand van de cijfers die door uw raad vastgesteld

zijn/worden en die op een vergelijkbare wijze tot stand komen.

We geven een verklaring van de ontwikkeling (positief of negatief) van de programmabegroting 2016 ten

opzichte van 2015. Het betreft een verschillenanalyse op hoofdlijnen van de jaarschijven 2016 uit beide

begrotingen op rijkscategorieniveau.

In de programmabegroting 2015 was de raming voor het dienstjaar 2016 € 257.000 positief. Na alle actu-

aliseringen is het nu verwachte resultaat aanvaard beleid voor 2016 € 941.000 positief, zoals in voren-

staand overzicht valt te lezen. Dit is een positieve ontwikkeling van € 685.000. De verklaring hiervoor

wordt in onderstaande tabel op categorieniveau aangegeven.

Tabel 1

Lasten (- = nadeel)

00 Niet in te delen lasten (onvoorzien buitenbeheer) 21.622

10 Salarissen en soc.lasten -140.394

21 Rente langlopende geldleningen 291.743

22 Rente eigen financieringsmiddelen -147.391

23 Afschrijvingen -17.769

30 Personeel van derden -168.363

31 Energie 5.692

34 Overige goederen en diensten 233.186

42 Overige inkomensoverdrachten -248.743

60 Dotaties aan reserves 78.078

61 Kapitaallasten 183.146

Baten

20 Dividend, rente-/winstuitkering -47.000

22 Bespaarde rente 147.391

32 Huren en pachten 21.740

34 Overige goederen en diensten -136.594

40 Belastingopbrengsten 23.371

41 Overdrachten van het Rijk 296.742

42 Overige inkomensoverdrachten 64.454

60 Beschikkingen over reserves 98.370

63 Overige verrekeningen (boekwaarde grex) 127.310

Afrondingen -878

Totaal 685.713

Page 43: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

1. Voorwoord 39

1.4.4 Begrotingsuitgangspunten ramingen aanvaard beleid

Samenvatting uitgangspunten planperiode 2016 - 2019

De basis voor het ramen van het aanvaarde beleid voor de planperiode 2016-2019 zijn de in de raads-

vergadering van 10 november 2014 vastgestelde programmabegroting alsmede de daarna nog door de

raad vastgestelde decembernota d.d. 15 december 2014.

Verdere uitgangspunten voor de ramingen aanvaard beleid zijn:

Alleen de verwachte autonome volumeontwikkelingen meenemen conform de uitgangspunten ge-

noemd in deze notitie. Alle overige ontwikkelingen behoren, zoals gebruikelijk, tot aanvullend beleid

en kennen een afzonderlijk traject alvorens ze in de begrotingsstukken worden opgenomen;

In voorkomende gevallen dient voorgenomen aanvullend beleid (investerings- en activiteitenplan) van

de laatst vastgestelde programmabegroting, voor de aanstaande planperiode geactualiseerd te wor-

den op het loon- en prijspeil van de nu aan de orde zijnde begroting;

Overig aanvullend beleid beperken conform de aangegeven kaders in deze notitie;

Constante lonen en prijzen naar het peil van het jaar 2016 (= 1e jaarschijf);

Bij de subsidieramingen uitgaan van de percentages genoemd onder de nominale ontwikkelingen.

Eventuele volumeontwikkelingen behoren op dit onderdeel tot aanvullend beleid;

Voor het bepalen van de budgetten aanvaard beleid voorts rekening houden met de navolgende

(procentuele) ontwikkelingen:

Lastenontwikkeling Nom.ontw. Vol.ontw.

Lonen en sociale lasten 1,75% 1,5%

Goederen en diensten -2,30% 0%

Omslagrente 2,4%

Rente interne financiering (bespaarde rente) 2,4%

Batenontwikkeling

Nominale loon- en prijsontwikkelingen;

Autonome volumeontwikkelingen.

Eigen belastinggebied

Tarieven hanteren zoals deze zijn vastgesteld bij begroting 2015.

Rekening houden met de voor de planperiode verwachte autonome volumeontwikkelingen ten aan-

zien van het aantal inwoners, het aantal woonruimten, het aantal rioolaansluitingen, het aantal hon-

den, het aantal volle waarden OZB en het aantal vergunningen.

Rekening houden met 100% kostendekking ten aanzien van reinigingsheffing en rioolheffing (voor

beide netto na kwijtschelding) en marktgelden.

Kerngegevens

Per 1 januari Aantal woonruimten Aantal inwoners

2015 14.357 32.121

2016 14.437 32.101

2017 14.517 32.081

2018 14.592 32.061

2019 14.662 32.041

1.4.5 Sociaal Domein

Voor dit beleidsterrein geldt een uitgangspunt van budgettaire neutraliteit. Bij de meicirculaire is duidelijk

geworden dat we hiervoor minder geld gaan ontvangen de komende planperiode. Om toch binnen het

bestaande uitgangspunt te blijven zijn hier de komende jaren diverse beleidsbijstellingen/-aanpassingen

noodzakelijk. Bovendien is een eenmalig budget benodigd om de verdere transformatie vorm te kunnen

geven. In de paragraaf Sociaal domein wordt op deze materie uitgebreid ingegaan. We verwijzen voor

een verdere verdieping graag naar hoofdstuk 3.9.

Page 44: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:
Page 45: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

2. Programma’s 41

2. Programma’s

2.1 Dienstverlening en veiligheid

Onder dit programma vallen de volgende beleidsproducten:

a. Bestuur

b. Samenwerking, deelnemingen en verbonden partijen

c. Communicatie

d. Dienstverlening

e. Brandweerzorg

f. Openbare orde/veiligheid en rampenbestrijding

2.1.1 Visie en speerpunten

Er is sprake van een terugtrekkende overheid. Steeds meer wordt een beroep gedaan op de zelfred-

zaamheid van de inwoner. Het eigen initiatief van inwoners moet de ruimte krijgen. Om de inwoner hierbij

te ondersteunen wordt ingezet op minder en duidelijker regels en door het verder ontwikkelen van de digi-

talisering van de gemeentelijke diensten. De dienstverlening is klantvriendelijk en er wordt meegedacht

met de inwoners. Dat betekent dat ook voor gemeentelijke diensten, die uitbesteed zijn, de gemeente

Oldenzaal de ingang is voor de inwoners.

Via diverse kanalen wordt intensief contact onderhouden met inwoners, organisaties, bedrijven en andere

partners. Iemand die contact met de gemeente op neemt, heeft recht op juiste, volledige, integraal afge-

stemde en actuele informatie. De gemeente levert die informatie waar mogelijk proactief, op maat en

afgestemd op de situatie van de inwoner. De inwoner weet waar hij terecht kan voor informatie en via

welk kanaal. Daarbij is de werkwijze daar waar mogelijk inwoners een vast contactpersoon te geven:

bijvoorbeeld de ac-countmanager bedrijven. Het uitgangspunt is “zeggen wat je doet en doen wat je

zegt”. Daarnaast wordt het adagium ‘ja, mits…, in plaats van ‘nee, tenzij…’. gehanteerd. Om de kwaliteit

van de dienstverlening te verbeteren wordt er naar gestreefd actief gebruik te maken van de input van

inwoners. Dit betekent dat de inwoner klachten of meldingen en ideeën voor verbeteringen eenvoudig bij

de gemeente kwijt kan.

Belangrijk is de manier waarop er gecommuniceerd wordt. Informatie van de gemeente Oldenzaal moet

helder zijn. Geen jargon, moeilijke terminologie of onnodig veel informatie. Kort, bondig en aansluitend op

de belevingswereld van de ontvanger.

Samen met inwoners, organisaties en bedrijven wordt gezorgd voor een veilige gemeente. Veiligheid is

van wezenlijk belang voor de kwaliteit van ons bestaan. Thuis, op het werk en in de vrije tijd willen jong

en oud zich veilig voelen. De gemeente kan daaraan bijdragen. In crisissituaties wordt garant gestaan

voor optimale bevolkingszorg.

2.1.2 Doelen en acties 2016

a. Bestuur

Een overheid die verantwoordelijkheid en initiatief terug geeft aan de inwoners krijgt daarmee een veran-

derende, verleidende rol. Het blijft een betrokken rol, maar niet in alle opzichten op de voorgrond. Bedrij-

ven, maatschappelijke organisaties, groepen en individuele inwoners worden uitgenodigd om een actieve

rol te spelen op uiteenlopende domeinen. Het bestuur draagt deze visie uit en heeft hier een voorbeeld-

functie in.

Doel

Een transparante betrouwbare overheid met een bestuur dat inhoud geeft aan de terugtrekkende over-

heid.

Page 46: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

42 2. Programma’s

Acties

Doelstelling Stand van zaken Actie 2016

Terugtrekkende over-

heidsrol

Voor verzoeken in de fysieke leefomge-

ving is een ambtelijke werkgroep burger-

initiatieven in het leven geroepen.

De terugtrekkende rol wordt op diverse

beleids- en uitvoeringsterreinen vorm

gegeven. Dit is verwerkt in diverse pro-

gramma’s in deze begroting.

Het stimuleren en verleiden van anderen

om met initiatieven te komen blijft belang-

rijk. Door de welzijnsorganisaties is hier-

voor nadrukkelijke aandacht. Zij staan

voor de opgave om voor maatschappelij-

ke ondersteuning meer algemene voor-

zieningen te creëren.

b. Samenwerking, deelnemingen en verbonden partijen

Dit beleidsproduct bestaat uit de deelnemingen in nutsbedrijven en intergemeentelijke samenwerking. De

dividendopbrengsten van de deelnemingen in nutsbedrijven worden hier begroot. Evenals de lasten van

de intergemeentelijke samenwerking .Met de deelnemingen en verbonden partijen alsmede het aandeel-

houderschap wordt de volgende doelstelling nagestreefd. Door samenwerking met collega gemeenten

tegen zo laag mogelijke kosten en zo hoog mogelijke kwaliteit de producten voor de inwoners te realise-

ren.

Doel

Het aandeelhouderschap van de nutsbedrijven is een publieke taak, waarmee de lokale overheid

invloed heeft en houdt op de beschikbaarheid van deze nutsvoorzieningen voor de inwoners. Activi-

teiten die bij betreffende bedrijven uitstijgen boven deze publieke taak zijn in het verleden afgestoten.

Zo heeft de gemeente een aandeel in het netwerk van COGAS, maar niet meer in de commerciële

leveringsactiviteiten, zoals voorheen. Doel is er voor zorg dragen dat de continuïteit van deze nuts-

voorzieningen tegen zo laag mogelijke kosten voor de inwoners wordt gewaarborgd.

Binnen de intergemeentelijke samenwerking in Regio Twente, is Oldenzaal in staat om als onderdeel

van een sterke samenwerking, voordelen te behalen.

Momenteel vindt een heroriëntatie plaats op de bestuurlijke samenwerking in de regio Twente in 2

separate gemeenschappelijke regelingen. “Regio Twente” en “Twentebedrijf”. De besluitvorming hier-

over wordt nog in 2015 afgerond.

Samenwerking intensiveren in Netwerkstad alsmede op de diverse beleidsvelden in Noord-Oost

Twente.

Een van de samenwerkingsverbanden is de Regionale Uitvoeringsdienst ( RUD ). Op dit moment is

binnen de 14 Twentse gemeenten een netwerk RUD opgericht. Vanaf 2018 is de RUD in deze vorm

niet meer toegestaan. Er wordt een gemeenschappelijke regeling gevormd. Hiervoor zijn verschillen-

de vormen denkbaar. Insteek is om te komen tot een gemeenschappelijke regeling waarbij de uitvoe-

ring decentraal geregeld is.

Acties

Doelstelling Stand van zaken Actie 2016

Deelnemingen en ver-

bonden partijen en aan-

deelhouderschap

Per 1 september 2015 is de exploitatie

van werkplaats en het magazijn van de

buitendienst ondergebracht bij Twente

Milieu.

Strategische agenda van Twence wordt

eind 2015 bepaald.

Deelnemingen voortzetten en opbreng-

sten blijven monitoren op rendement.

Toezien op efficiënte bedrijfsvoering van

de ondernemingen waarop wij direct

invloed kunnen uitoefenen (Twente Mili-

eu, GBT, Twence en Cogas).

Page 47: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

2. Programma’s 43

Doelstelling Stand van zaken Actie 2016

Intergemeentelijke Sa-

menwerking

Het rapport “samenwerken doen we zelf”

is in alle gemeenten besproken. Als

afgeleide hiervan is een nieuwe gemeen-

schappelijke regeling Regio Twente vast-

gesteld en een gemeenschappelijke rege-

ling t.b.v. de bedrijfsvoeringsorganisatie

Twente Bedrijf.

Binnen Netwerkstad Twente wordt sa-

mengewerkt aan de uitvoering van de

gezamenlijke ontwikkelagenda. Projecten

zijn gefinancierd. Vervolg betreft strate-

gisch programmeren en complementaire

binnensteden.

Samenwerking in NOT-verband vindt met

name plaats op het gebied van recreatie

en toerisme, handhaving en onderwijs.

In 2016 worden de bedrijfsplannen voor

de Regio Twente en het Twentebedrijf

vastgesteld en wordt het Twentebedrijf

ingericht.

Uitvoering geven aan de nieuwe opzet

van een Twentse gemeenschappelijke

regeling (zonder mobiliteit)

Er wordt actief geparticipeerd in de uit-

voering van de Ontwikkelagenda Net-

werkstad Twente. Zeker gezien de bijdra-

ge van 2 miljoen euro voor de herontwik-

keling Bisschop Balderikstraat en de

“Spontane Binnensteden” (zie program-

ma 3).

Continueren van de samenwerking op de

genoemde gebieden en kansen worden

hierin benut.

c. Communicatie

Doelen

De toegankelijkheid van de gemeentelijke informatie in termen van begrijpelijkheid en schrijfstijl is

verbeterd ten opzichte van de nulmeting in 2014.

De herkenbaarheid van de gemeentelijke informatie is verbeterd door consequente toepassing van

de huisstijl.

De richtlijnen voor relatiebeheer zijn aangescherpt ten behoeve van een goed contact met inwoners,

ondernemers en partners in de stad.

Acties

Doelstelling Stand van zaken Acties 2016

Schrijfstijl en toeganke-

lijkheid communicatie

Nulmeting schrijfstijl en huisstijl is in 2014

verricht, resultaten zijn uitgewerkt in or-

ganisatie breed actieplan 2015. Gerichte

trainingsactiviteiten en diverse verbeter-

acties zijn in tweede helft van 2015 ge-

start.

Verbetertraject wordt vervolgd in 2016. In

2017 opnieuw steekproef uitvoeren om

resultaat te meten.

Richtlijnen relatiebeheer Richtlijnen relatiebeheer zijn in 2015

herijkt.

Uitvoeren van de diverse activiteiten op

het gebied relatiebeheer conform de

herijkte richtlijnen, evalueren van de acti-

viteiten en verbeteringen in de richtlijnen

doorvoeren.

Page 48: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

44 2. Programma’s

Doelstelling Stand van zaken Acties 2016

Website vernieuwen. Is

een belangrijke toegang

tot dienstverlening. Deze

moet passen bij de digi-

tale trends en wensen

van inwoners.

In 2015 is gestart met nieuwe website:

toptaken* als stap in de digitalisering van

de dienstverlening. In tweede helft 2015

zijn varianten geïnventariseerd en wordt

een start gemaakt met het project ver-

nieuwing website.

*Steeds meer gemeentelijke websites

gaan over op een toptaken indeling. Kern

daarvan is dat de behoefte van de be-

zoeker centraal staat en alleen die infor-

matie wordt aangeboden die noodzakelijk

is voor de dienstverlening of informatie

die veel bekeken wordt.

In 2016 realisatie en oplevering ver-

nieuwde website.

d. Dienstverlening

Doelen

De regeldruk voor de inwoner en het bedrijfsleven is verminderd. Er zijn minder regels en de regelge-

ving wordt vereenvoudigd. Burgerinitiatief wordt zo min mogelijk belemmerd door regels.

Voor alle gemeentelijke diensten geldt dat er 1 ingang is voor de Oldenzaalse inwoner. Andere orga-

nisaties waar mee samen wordt gewerkt, zoals het gemeentelijke belastingkantoor of de regionale

uitvoeringsdienst, zijn in feite de backoffice. In de contacten met inwoners wordt helder en duidelijk

gecommuniceerd. Het principe van accountmanagement wordt gehanteerd. Voor ondernemers is de

accountmanager bedrijven de centrale toegang en verbinder in de organisatie.

De dienstverlening is transparant, de bereikbaarheid is goed en de doorlooptijden vallen binnen de

servicenormen.

Dienstverlening wordt zoveel mogelijk via digitale kanalen afgehandeld. De inwoner moet het gemak

van het digitale kanaal gaan ervaren en ongeacht het kanaal dat de inwoner kiest hetzelfde antwoord

krijgen.

Oldenzaal kiest voor digitalisering, naast het feit dat de inwoner het gemak van het digitale kanaal

ervaart wordt meer op het digitale kanaal gestuurd.

De dienstverlening is meer gericht op afspraak in plaats van vrije inloop om de inwoner beter van

dienst te kunnen zijn en sneller te helpen.

De gemeentelijke website wordt ingestoken op dienstverlening. Diensten en producten (toptaken)

staan centraal.

Insteek is om de processen verder te digitaliseren.

Acties

Doelstelling Stand van zaken Acties 2016

Vermindering en versim-

peling regels

In het kader van vermindering regelge-

ving is de APV tegen het licht gehouden.

In beleid en uitvoering is de vermindering

en vereenvoudiging van regels een per-

manent aandachtspunt. Bij nieuwe regel-

geving is het streven “minder is beter”.

Aanpassing APV en opnieuw vaststellen

van uitvoeringsbeleid op het gebied van

de APV/bijzondere wetten.

1 ingang voor onze klant Deze doelstelling wordt nog niet in alle

gevallen gehaald.

De Accountmanager bedrijven is per 1

september 2015 gestart.

Bij de doorontwikkeling van de organisa-

tie wordt het uitgangspunt ‘1 ingang’

meegenomen.

Najaar 2016 wordt de bijdrage van Ac-

countmanager Bedrijven geëvalueerd.

Page 49: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

2. Programma’s 45

Doelstelling Stand van zaken Acties 2016

Digitale dienstverlening In het verlengde van de herziening van

de website naar Top taken, is een start

gemaakt met digitale afhandeling van de

meest voorkomende diensten

Informatie op de site wordt ingericht op

diensten en taken.

Een top 3 van diensten wordt gekozen en

gedigitaliseerd.

Er wordt een plan van aanpak geschre-

ven. De (financiële) consequenties wor-

den in beeld gebracht.

De digitale handtekening wordt inge-

voerd. Hierdoor wordt het proces van

vergunningsverlening van WABO en

APV voor 80% gedigitaliseerd.

Servicenormen Servicenormen zijn per 1 februari 2015

geactualiseerd.

Servicenormen worden per afdeling ge-

actualiseerd en indien mogelijk direct

aangescherpt. De servicenormen worden

gecommuniceerd op de site. Daarnaast

wordt gemeten of de servicenormen

gehaald worden.

Klanttevredenheid Klanttevredenheidsonderzoek (KTO) is in

tweede helft 2015 gedaan. (Vindt elke 2

jaar plaats)

Er is een tool aangeschaft (survey

monkey) voor dit KTO. Deze tool kan

ingezet worden voor het burgerpanel.

In 2016 vindt wederom een telefonisch

bereikbaarheidsonderzoek plaats.

Aandachtspunten uit het KTO worden

opgepakt door de organisatie.

e. Brandweerzorg

Doel

Een effectieve brandweer met goede responstijden bij uitruk, blussen van branden en het hulpverlenen bij

ongevallen.

Acties

Doelstelling Stand van zaken Acties 2016

Effectieve brandweer

Door de veiligheidsregio is een Brand-

weer beleidsplan opgesteld voor de peri-

ode 2016-2019.

Uitvoering geven aan het beleidsplan. De

nadruk voor de brandweer ligt daarin op

(brand)preventie.

f. Openbare orde/veiligheid & rampenbestrijding

Oldenzaal is een relatief veilige stad. De inzet is om dit te behouden. Ons veiligheidsbeleid 2013-2016 is

eind 2013 vastgesteld en wordt uitgevoerd samen met diverse partners. Op meerdere terreinen wordt

veel samengewerkt met de regiogemeenten. Dit heeft te maken met de organisatie van de politieorgani-

satie en de Veiligheidsregio. Daarnaast speelt ook de transitie van taken in het sociale domein een rol.

De komst van de nieuwe taken op het gebied van Jeugdzorg en Wmo betekent een nog integralere aan-

pak van veiligheid. Daarbij wordt actief de samenwerking gezocht met Veilig Thuis Twente.

De lokale prioriteiten zijn woninginbraken, geweld (incl. huiselijk geweld), (brom-)fietsendiefstal, be-

drijfscriminaliteit, alcohol en drugs en uitgaansoverlast/-geweld. Monitoring van deze doelstellingen ge-

schiedt door de jaarlijkse politiecijfers (gebiedsscan) en de veiligheidsmonitor.

Door diverse ongevallen is een tendens ontstaan waarbij steeds meer geëist wordt op het gebied van

veiligheid. Een gezonde balans tussen veiligheid, gezondheid en uitvoerbaarheid van een evenement is

noodzakelijk. De gemeente ziet hierop toe.

In de Veiligheidsregio Twente is de gemeente geconfronteerd met een nieuwe financieringssystematiek

die de verdeling van de bijdragen van de verschillende gemeenten bepaalt. Daarbij ontstaat voor Olden-

zaal een structureel nadeel van € 300.000. Voor de komende jaren is er een ingroeimodel uitgewerkt. Zie

voor een nadere toelichting hoofdstuk 4.1.6 aanvullend beleid.

Page 50: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

46 2. Programma’s

Doelen

Doel is het bevorderen van het integrale karakter van het veiligheidsbeleid en het goed borgen in de

bestaande beleidsprocessen om zo in samenwerking met alle verantwoordelijke partners een veilig

Oldenzaal te bewerkstelligen, waarin iedereen zich veilig voelt en graag woont, werkt en recreëert.

Optimale bevolkingszorg in crisissituaties onder regie van de veiligheidsregio.

Acties

Doel Stand van zaken Actie 2016

Integraal veiligheidsplan Integraal veiligheidsplan 2013-2016 is in

uitvoering.

Er is een monitor uitgevoerd welke de

basis is voor bijstelling van het integrale

veiligheidsplan in 2016. Ook in het licht

van de komst van de nieuwe taken vanuit

het sociaal domein.

Er ligt een regionale visie 'Aanpak huise-

lijk geweld en kindermishandeling in

Twente'.

De Drank en Horeca wet wordt geëvalu-

eerd. De eerste resultaten verwerken we.

Veiligheidsplan wordt geactualiseerd.

Daarbij hebben woninginbraken en fiet-

sendiefstallen prioriteit in 2016.

Zowel regionaal als lokaal uitvoering

geven aan de visie.

Implementatie

Optimale bevolkings-

zorg bij rampen/crises

Conform richtlijnen VRT werken aan

uitvoering en voorbereiding optimale

bevolkingszorg.

Bijdrage aan de regionale voorbereiding

van de crisisbeheersing (0,2 fte)

Nadere invulling geven aan lokale crisis-

beheersing.

Versterken coördinatie op crisisorganisa-

tie (opleiden, trainen, oefenen)

Inrichten gemeentelijke kolom crisisorga-

nisatie

2.1.3 Budget

De lasten en baten aanvaard

beleid per beleidsproduct

Bedragen x € 1.000

2014 2015 2016 2017 2018 2019

Bestuur 2.142 2.075 1.718 1.717 1.746 1.710

Samenwerking, deelne-

mingen en verbonden

partijen

224 190 180 180 180 180

Communicatie 552 588 664 604 604 604

Dienstverlening 950 1.334 1.323 1.383 1.368 1.368

Brandweerzorg 1.736 1.823 1.838 1.826 1.826 1.826

Openbare or-

de/Veiligheid en ram-

penbestrijding

731 1.000 936 935 935 936

Totaal lasten 6.335 7.010 6.659 6.645 6.659 6.624

Bestuur 0 0 0 0 0 0

Samenwerking, deelne-

mingen en verbonden

partijen

-1.231 -1.276 -1.199 -1.199 -1.199 -1.199

Communicatie 0 0 0 0 0 0

Dienstverlening -540 -515 -586 -586 -586 -586

Brandweerzorg -10 0 0 0 0 0

Openbare or- -20 -11 -11 -11 -11 -11

Page 51: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

2. Programma’s 47

De lasten en baten aanvaard

beleid per beleidsproduct

Bedragen x € 1.000

2014 2015 2016 2017 2018 2019

de/Veiligheid en ram-

penbestrijding

Totaal baten -1.801 -1.802 -1.796 -1.796 -1.796 -1.796

Nr. Pr. Nieuw beleid 2016 2017 2018 2019

13 1 Aangepaste verdeelsytematiek VRT 75 150 224 300

De voorstellen nieuw beleid worden toegelicht in hoofdstuk 4.1.6

Budget per programma

Bedragen x € 1.000

Realisatie Begroting +

Burap 1

Begroting Meerjarenbegroting

2014 2015 2016 2017 2018 2019

Lasten Aanvaard beleid 6.335 7.010 6.659 6.645 6.659 6.624

Aanvullend beleid

Nieuw beleid 75 150 224 300

Gevolgen Burap 2 14 8 8 8 8

Totaal lasten 6.335 7.024 6.742 6.803 6.891 6.932

Baten Aanvaard beleid -1.801 -1.802 -1.796 -1.796 -1.796 -1.796

Aanvullend beleid

Gevolgen Burap 2 -19

Totaal baten -1.801 -1.821 -1.796 -1.796 -1.796 -1.796

Saldo vóór bestemming 4.534 5.203 4.946 5.007 5.095 5.136

Dotaties aan reserves 30

Onttrekking reserves -11 -73 -60

Saldo na bestemming 4.553 5.130 4.886 5.007 5.095 5.136

Binnen bestaand beleid zijn de onderstaande posten incidenteel:

Omschrijving

Bedragen x € 1.000

2016 2017 2018 2019

Incidentele lasten:

Accountmanager bedrijfscontacten 60 0 0 0

Totaal incidentele lasten 60 0 0 0

Incidentele onttrekkingen aan reserves (baten):

Reserve ondernemersloket 60 0 0 0

Totaal incidentele onttrekkingen aan reserves 60 0 0 0

Page 52: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

48 2. Programma’s

2.2 Woon- en leefomgeving

Onder dit programma vallen de volgende beleidsproducten:

a. Beheer en onderhoud openbare ruimte

b. Verkeer

c. Betaald parkeren

d. Afval

e. Riolering

f. Milieu en Duurzaamheid

g. Begraafplaatsen

2.2.1 Visie en speerpunten

Oldenzaal loopt voorop op het gebied van duurzaamheid en leefbaarheid en behoort tot de top 25 van

duurzaamste gemeenten van Nederland. Een groene stad met zichtbare waterstromen zorgt voor welzijn

van mens, plant en dier. Gewerkt wordt aan: energiebesparing, energieopwekking, optimale afvalschei-

ding, hergebruik van materialen en het behouden van natuurwaarden voor mens, plant en dier. Deze

inzet verhoogt het welzijn van inwoners en draagt bij aan een beter milieu. Daarnaast wordt ingezet op

een groener Oldenzaal waar fietsers, voetgangers, het openbaar vervoer en duurzame mobiliteit ruim

baan krijgen. De overlast van de A1, het goederenvervoer per spoor en de ontwikkeling van het luchtha-

vengebied wordt waar mogelijk beperkt. De gemeente geeft vol enthousiasme het goede voorbeeld en

daagt inwoners en bedrijven uit om mee te doen. Er wordt geïnvesteerd in duurzame maatregelen die

zichzelf binnen een redelijke termijn terugver-dienen.

Oldenzaal heeft betrokken inwoners die willen meedenken, meebeslissen en meedoen. Zij ervaren de

leefomgeving als: ‘onze straat, onze buurt, onze wijk, onze stad’. De inwoners zijn bereid om verantwoor-

delijkheid te nemen waar het kan en worden ondersteund door de gemeente waar het moet.

2.2.2 Doelen en acties 2016

a. Beheer en onderhoud openbare ruimte

Doelen

Beheer en onderhoud openbare ruimte:

De gemeente zet in op duurzaam onderhoud. Om dit doel te realiseren worden de beheerplannen

verder uitgewerkt. Hierbij wordt nadrukkelijk gekozen voor duurzaam en natuurvriendelijk, doelmatig

en onderhoudsarm. Gelijktijdig wordt sterk ingezet op het voorkomen van gevaar, aansprakelijk-

heidstelling en kapitaalvernietiging. De openbare ruimte wordt slimmer ingericht. Binnen de openbare

ruimte ( op openbaar groen en op openbare verlichting) worden, naast de nog lopende ombuigingen,

structurele ombuigingen voor gesteld door zoveel mogelijk toepassing van duurzame oplossingen.

Openbaar groen:

De raad heeft besloten om structureel de onderhoudskosten in het openbaar groen te verlagen. Hier-

voor is een visiedocument opgesteld. Het visiedocument “anders denken anders doen in het open-

baar groen” is begin 2015 vastgesteld. Deze andere manier van kijken, ervaren en onderhouden van

het openbaar groen gaat vanaf 2016 langzaam maar duidelijk een ander beeld opleveren. De visie is

vertaald in een plan van aanpak voor beheerextensivering en omvorming naar groen met meer biodi-

versiteit. Hiervoor is een eenmalige investering benodigd van € 450.000.

Verder komen we in 2016 met een groenstructuurvisie en is toegezegd een lijst op te stellen met cri-

teria voor waardevolle en monumentale bomen.

Openbare verlichting:

Oldenzaal werkt hard aan energiebesparing. Ingezet wordt op de verduurzaming van de openbare

verlichting.

Page 53: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

2. Programma’s 49

Acties

Doelstelling Stand van zaken Actie 2016

Duurzaam en natuur-

vriendelijk onderhoud

geeft kans voor bezuini-

ging

Extensivering onderhoud openbaar

groen, binnenstad, invalswegen en groe-

ne loper op B niveau, overig groen op C

niveau.

Verlaging onderhoudsniveau en aanleg

bijenlinten (bio-divers groen) en mogelijk

omvorming bestaand openbaar groen.

Verduurzaming verlich-

ting

Vanaf eind 2013 worden led armaturen

toegepast en worden daarnaast bij alle

nieuwe projecten standaard gewerkt met

energiearme LED verlichting. Dit is voort-

varend opgepakt.

Er komt een voortgangsnotitie verlichting,

inclusief energiescan.

Speelbeleid als bijdrage

aan kindvriendelijke wijk

Speelbeleid is verouderd, nieuw beleid

wordt uitgewerkt

Nieuw speelbeleid interactief uitwerken

en per wijk een uitvoeringsplan opstellen.

Meer ruimte voor inwonerinitiatieven

bieden op het gebied van spelen en bele-

ving. Waar mogelijk wil de gemeente

hierbij faciliteren uitgangspunt is het bud-

get voor beheer, onderhoud en vervan-

ging van speeltoestellen.

b. Verkeer

Doelen

Verkeer:

Met alle volgende maatregelen zal een bijdrage geleverd worden aan de levendige stad. Duurzaam-

heid en verkeersveiligheid staan voorop. Stimuleren van fietsgebruik, goede en veilige bereikbaarheid

spelen een belangrijke rol. In het in 2012 vastgestelde Mobiliteitsbeleidsplan (MBP) liggen deze doe-

len vast. Voor het MBP zal een nieuw prioriteitenschema worden opgesteld voor de uit te voeren pro-

jecten in de komende jaren met daarbij een toelichting op de wel en niet uitgevoerde projecten. In

2016 zullen we voorstellen uitwerken voor de projecten die we in de jaren 2017 t/m 2019 willen aan-

pakken. In 2016 zullen de volgende projecten worden uitgevoerd. Aan de raad wordt daartoe een

kredietaanvraag voorgelegd. In hoofdstuk 4.1.6 worden deze projecten uitgebreid toegelicht.

Herinrichting aansluiting Prins Bernhardstraat – Spoorstraat in combinatie met aansluiting Lyce-

umstraat – Spoorstraat

In 2016 wordt begonnen met rioolvervanging in de Spoorstraat vanaf de Beatrixstraat tot en met

de kruising Lyceumstraat en Prins Hendrikstraat tot de ingang van de spoortunnel.

Herinrichting van de Wilhelminastraat gedeelte tussen de Beatrixstraat en de Ganzenmarkt inclu-

sief verbetering van de verkeersveiligheid en oversteekbaarheid op het kruispunt Wilhelmina-

straat – Beatrixstraat

In 2016 wordt het riool in de Wilhelminastraat vanaf de Ganzenmarkt tot en met de kruising Pros-

sinkhof vervangen. Deze verbetering aan het rioolstelsel draagt bij aan een verdere vermindering

van het risico tot wateroverlast in de Prossinkhof.

In 2015 zijn pogingen gedaan om een substantieel bedrag aan subsidie te verwerven, voor de geplande

fietssnelweg Oldenzaal–Enschede (F35), in het kader van de regeling Beter Benutten Het betreft hier het

gedeelte tussen de Schelmaatstraat en Hanzepoort. Deze aanvragen zijn beoordeeld door het ministerie

van Infrastructuur en milieu (I&M). De subsidie is toegekend aan projecten in de 3 grote Twentse steden

vanwege de verwachte effecten in relatie tot de kosten. In 2016 kan nogmaals een subsidie aanvraag

ingediend worden bij het ministerie (I&M) om eventueel een deel van het genoemde traject in aanmerking

te laten komen.

Page 54: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

50 2. Programma’s

c. Betaald parkeren

Doelen

De gemeente heeft een uitgebreid parkeerbeleid met het doel het parkeren te stroomlijnen, de parkeer-

druk te spreiden en duurzame mogelijkheden te bieden in de vorm van E-laadpalen. Bovendien genereert

betaalt parkeren inkomsten.

Actie

Doelstelling Stand van zaken Actie 2016

Parkeerregime optimali-

seren

In het tweede en derde kwartaal is onder-

zoek gedaan naar de dalende inkomsten.

Gekeken is naar verbetering van de in-

komsten en verlaging van de kosten.

Parkeertarieven worden niet per 1 januari

2016 gewijzigd. Er komt een integrale

nota parkeerbeleid waarin de uitkomsten

van het onderzoek meegenomen worden,

alsmede de huidige in- en uitgaven met

betrekking tot het betaald parkeren. In

januari 2016 zal de nota aan uw raad

worden aangeboden.

Pilot bewaakte en over-

dekte fietsenstalling

gerealiseerd in de bin-

nenstad en bij het sta-

tion in beginsel een

eenjarig experiment

De effecten op het fietsgebruik, service

aan centrumbezoekers, fietsdiefstal en

werkgelegenheidsaspecten zijn in 2015

geëvalueerd.

In 2016 volgt een verbetervoorstel op

basis van de evaluatie.

Bieden van duurzame

mogelijkheden door E-

laadpalen

Er zijn 9 nieuwe oplaadpunten geplaatst

naast de reeds bestaande paal op de

Ganzenmarkt. De gemeente vervult hier-

mee een voorbeeldfunctie in de regio. De

plaatsing van deze laadpalen is kosten-

neutraal voor de gemeente.

De behoefte van laadpalen is geprognos-

ticeerd op 80 in 2020. De laadpalen wor-

den gefaseerd geplaatst op basis van

gebruik en behoefte.

d. Afval

Doelen

Op 28 oktober 2013 heeft de gemeenteraad besloten de regionale ambitie “Afvalloos Twente” te onder-

schrijven. Daarbij wordt gestreefd om een hergebruikpercentage van 90% en nog slechts 50 kilogram

huishoudelijk restafval per inwoner per jaar in 2030 te bereiken.

Landelijk zijn deze doelstellingen onderschreven en verder aangescherpt. In het programma "Van Afval

Naar Grondstof" (VANG) heeft Staatssecretaris Mansveld de ambitie neergelegd voor een transitie naar

een circulaire economie. Hierin stelt ze de doelstelling om samen met gemeenten tot 75% recycling van

huishoudelijk afval te komen in 2020, met verdere groei daarna. Omgezet betekent dit percentage een

ambitie om te komen tot 100 kg restafval per inwoner per jaar.

In de programmabegroting 2015 zijn met betrekking tot afvalbeheer de volgende doelstellingen opgeno-

men:

1. Afvalstoffenheffing 10% lager ten opzichte van 2014;

2. Afvalscheidingspercentage >65%;

3. 20% minder fijn restafval ten opzichte van 2014.

Voorbereiden introductie diftar per 1-1-2017

Ter voorbereiding van het invoeren van diftar dient extra inzet gepleegd te worden op verschillende ter-

reinen, o.a. communicatie, beleidsontwikkeling en ICT. In hoofdstuk 4.1.6 aanvullend beleid staat een

uitgebreide beschrijving.

Page 55: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

2. Programma’s 51

Actie

Doelstelling Stand van zaken Actie 2016

Verlagen afvalstoffen-

heffing en verbeteren

afvalscheidings-

percentage

Afvalstoffenheffing ≥ 3 pers. huishouden

€ 275,28; afvalscheiding 63% en 212 kg

restafval/inwoner. Dit is nagenoeg verge-

lijkbaar met 2014.

Vervangen inpandige verzamelcontainers

voor restafval door ondergrondse contai-

ners in de openbare ruimte

Invoeren verpakkingencontainer

Voorbereiden introductie diftar per 1-1-

2017

e. Riolering en water

Doelen

De gemeentelijke ambities van integraal en duurzaam waterbeheer liggen vast in het Waterplan Olden-

zaal (2003) en zijn nog steeds actueel. Naast het duurzaam omgaan met hemelwater vormen het terug-

dringen van wateroverlast en het zichtbaar maken van waterstromen belangrijke doelen. Door het open-

leggen van waterstromen en het afkoppelen van hemelwater worden het gemengde riool en de waterzui-

vering ontlast. Daarmee wordt het risico op wateroverlast verminderd.

De gemeentelijke watertaken bestaan uit de zorg voor inzameling en transport van stedelijk afvalwater,

voor doelmatige inzameling en verwerking van hemelwater en voor het grondwaterbeheer.

Met het Bestuursakkoord Water (2011) zijn door rijk, provincies, waterschappen en gemeenten afspraken

gemaakt over het vergroten van de doelmatigheid binnen de (afval)waterketens. Het gaat om verlaging

van de kosten, verhogen van de kwaliteit en verminderen van de kwetsbaarheid. daarnaast wordt ingezet

op duurzaamheid en op vergroten van de dienstverlening.

Het vaststellen van een nieuw Oldenzaals Gemeentelijk Rioleringsplan 2016-2020 vormt een natuurlijk

moment om de ontwikkeling van de rioolheffing te beschouwen en zo mogelijk bij te stellen.

Acties

Doelstelling Stand van zaken Actie 2016

Realiseren van robuust

en duurzaam watersys-

teem en invulling geven

aan gemeentelijke wa-

tertaken. De lusten van

het water benutten,

maar eerst de lasten

aanpakken.

Oldenzaal voldoet aan wettelijke basisin-

spanning en werkt verder aan de Blauwe

aders en aan het afkoppelen.

Uitvoering volgens jaarlijkse Voortgangs-

notitie Verbreed Gemeentelijk Riolerings-

plan (december 2015 naar de raad)

Voorbereiding nieuw Gemeentelijk Riole-

ringsplan 2016-2020

f. Milieu en Duurzaamheid

Doelen

Oldenzaal loopt vooraan op het gebied van duurzaamheid en leefbaarheid en behoort tot de top 25 van

duurzaamste gemeenten van Nederland. Eind 2015 of begin 2016 wordt aan uw raad een voorstel voor-

gelegd voor het te voeren duurzaamheidsbeleid. Zowel bewoners, instellingen en bedrijven als ook de

ambtelijke organisatie zijn nauw bij de uitwerking van dit duurzaamheidsbeleid betrokken.

Borging duurzaamheid in organisatie

In 2014 is een proces opgestart om duurzaamheid succesvol in de organisatie en de samenleving te

borgen. Daartoe zijn verschillende werkgroepen intern en extern actief en zoals het er nu naar uitziet,

met hoopvolle perspectieven. Duurzaamheid moet worden verankerd in de diverse beleidsvelden. In

de Nota Duurzaamheid zal daarop nader worden ingegaan.

Extra budget voor duurzaamheid t.b.v. begeleiding werkgroepen en financiering acties

Duurzaamheid moet niet alleen een gemeentelijke ambitie zijn, maar die van de gehele Oldenzaalse

gemeenschap. Met het instellen van externe werkgroepen duurzaamheid is de afgelopen periode

hard gewerkt aan concrete projectvoorstellen voor Oldenzaal, waarmee op korte termijn resultaten

Page 56: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

52 2. Programma’s

kunnen worden geboekt. De energie en betrokkenheid van mensen buiten de gemeentelijke organi-

satie is nu hoog en moet worden vastgehouden. Om projecten van de externe werkgroep duurzaam-

heid goed van start te laten gaan en succesvol te kunnen vervolgen, wordt een Stichting Duurzaam

Oldenzaal opgericht. Deze Stichting heeft tot doel om projecten vanuit de samenleving op te pakken

die bijdragen aan de doelstellingen vanuit het coalitieakkoord op het gebied van duurzaamheid. De

oprichting van de stichting is een resultaat van het overleg met de externe werkgroep Duurzaamheid

en de werkgroep Kringlopen.

Acties

Doelstelling Stand van zaken Actie 2016

Stappen zetten om tot

de top 25 van duur-

zaamste gemeenten van

Nederland te behoren

Nota Duurzaamheid in 2015 gereed,

grote stappen gemaakt in proces integra-

tie duurzaamheid in eigen organisatie en

Oldenzaalse samenleving

Uitvoering plannen uit de Nota Duur-

zaamheid in samenwerking met Stichting

Duurzaamheid Oldenzaal

Quick Wins Duurzaam-

heid:

Een nader vast te stellen

energiebesparing en –

winning behalen met de

eigen gemeentelijke

gebouwen en openbare

verlichting op een wijze

dat de benodigde inves-

teringen binnen een

redelijke termijn van

korter dan ca. 10 jaar

kunnen worden terug

verdiend.

Onderzoek en besluitvorming tbv ener-

giebesparing en zo mogelijk –winning

gemeentelijke gebouwen gereed en uit-

voering gestart.

Uitvoering energiebesparing en mogelijk

–winning gemeentelijke gebouwen. Ener-

giebesparing openbare verlichting bij

renovatie waarmee per jaar 3% energie-

besparing kan worden gerealiseerd.

Dierenwelzijn

Op grond van landelijke wet- en regelgeving heeft de gemeente een aantal taken op het gebied van die-

renwelzijn.

Doelen

Vasthouden en daar waar nodig verbeteren van het welzijn van dieren, te onderscheiden gezel-

schapsdieren, hobby- en productiedieren en vrij en in het wild levende dieren.

Een diervriendelijke uitvoering van de gemeentelijke taken op het punt van dierenwelzijn, waarbij

communicatie met de burgers en de betrokken externe partijen op dit gebied een belangrijk aan-

dachtspunt is.

Acties

Doelstelling Stand van zaken Actie 2016

Een diervriendelijke

uitvoering van de ge-

meentelijke taak op het

punt van dierenwelzijn

Het vervoer van dieren in nood wordt

uitgevoerd door de Dierenambulance en

gefinancierd door de gemeente.

Er wordt een beleidsnota Dierenwelzijn

opgesteld. Dit plan is in 2016 gereed.

g. Lijkbezorging

Doel

De uitvoering van de wet op de lijkbezorging is een wettelijke taak. Hier biedt de gemeente Oldenzaal

voldoende mogelijkheden tot het doen begraven of het bijzetten van urnen voor bewoners van Oldenzaal.

Page 57: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

2. Programma’s 53

Acties

Doelstelling Stand van zaken Actie 2016

Het doel van de ge-

meente is om voldoende

mogelijkheid tot het

doen begraven en cre-

meren of het bijzetten

van urnen voor de be-

woners van Oldenzaal

ter beschikking te heb-

ben.

De laatste jaren hebben ontwikkelingen

rond de vestiging van een crematorium

wat in de wacht gestaan. Echter inmid-

dels is de verwachting dat verdere stap-

pen voor realisatie worden gezet

De raad zal in 2016 op de hoogte worden

gehouden over het vervolg project crema-

torium en wordt een plan opgesteld voor

de begraafplaatsen in Oldenzaal.

2.2.3 Budget

De lasten en baten aanvaard beleid

per beleidsproduct

Bedragen x € 1.000

2014 2015 2016 2017 2018 2019

Beheer en onderhoud openbare

ruimte

5.700 7.217 6.734 6.751 6.702 6.748

Verkeer 868 766 669 670 670 670

Betaald parkeren 341 415 364 364 364 356

Afval 3.492 3.707 3.590 3.592 3.592 3.493

Riolering 2.750 2.193 2.313 2.219 2.154 2.084

Milieu en Duurzaamheid 460 554 419 382 382 382

Lijkbezorging 427 314 363 365 366 366

Totaal lasten 14.038 15.166 14.452 14.343 14.230 14.099

Beheer en onderhoud openbare

ruimte

-874 -618 -585 -585 -585 -585

Verkeer -310 -13 -4 -4 -4 -4

Betaald parkeren -784 -749 -799 -798 -828 -828

Afval -3.912 -4.179 -4.158 -4.160 -4.160 -4.146

Riolering -2.461 -2.635 -2.678 -2.702 -2.735 -2.735

Milieu en Duurzaamheid -103 -38 -38 0 0 0

Lijkbezorging -258 -307 -307 -307 -307 -307

Totaal baten -8.702 -8.539 -8.569 -8.556 -8.619 -8.605

Nr. Pr. Nieuw beleid 2016 2017 2018 2019

12 2 Energieloket 20 20 20 20

18 2 Samenwerkingsinitiatieven duurzaamheid 50

20 2 Voorbereiden introductie diftar per 1-1-2017 150

24 2 Aanleg blauwe ader, incl herinrichting Wilhelmina-

straat 0

25 2 Herinrichting Pr. Bernhardstraat-Spoorstraat c.a. 0

26 2 Uitwerking visie openbaar groen 113 112 113 112

De voorstellen nieuw beleid worden toegelicht in hoofdstuk 4.1.6

Page 58: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

54 2. Programma’s

Budget per programma

Bedragen x € 1.000

Realisatie Begroting +

Burap 1

Begroting Meerjarenbegroting

2014 2015 2016 2017 2018 2019

Lasten Aanvaard beleid 14.038 15.166 14.452 14.343 14.230 14.099

Aanvullend beleid 106 221 273

Nieuw beleid 333 132 133 132

Gevolgen Burap 2 1.341 27 7 7 7

Totaal lasten 14.038 16.507 14.812 14.588 14.591 14.511

Baten Aanvaard beleid -8.702 -8.539 -8.569 -8.556 -8.619 -8.605

Aanvullend beleid -106 -221 -273

Gevolgen Burap 2 -17 60

Totaal baten -8.702 -8.556 -8.509 -8.662 -8.840 -8.878

Saldo vóór bestemming 5.336 7.951 6.303 5.926 5.751 5.633

Dotaties aan reserves 1.500 50 50 50 50 50

Onttrekking reserves -359 -453 -145 -105 -105 -105

Idem Nieuw beleid -313 -112 -113 -112

Idem Burap 2 -1.315 -19

Saldo na bestemming 6.477 7.548 5.895 5.871 5.696 5.578

Binnen bestaand beleid zijn de onderstaande posten incidenteel:

Omschrijving

Bedragen x € 1.000

2016 2017 2018 2019

Incidentele lasten:

Zwerfvuilbestrijding 38 0 0 0

Totaal incidentele lasten 38 0 0 0

Incidentele baten

Zwerfvuilbestrijding; dekking Verpakkingenakkoord 38 0 0 0

Totaal incidentele baten 38 0 0 0

Incidentele dotaties reserves (lasten):

Reserve sanering opslagterrein Loweg 50 50 50 50

Totaal incidentele dotaties aan reserves 50 50 50 50

Incidentele onttrekkingen aan reserves (baten):

Reserve onderhoud Led verlichting 8 8 8 8

Reserve speelvoorzieningen scholen 50 10 10 10

Reserve verrekening afvalstoffenheffing 86 86 86 86

Totaal incidentele onttrekkingen aan reserves 144 104 104 104

Page 59: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

2. Programma’s 55

2.3 Stedelijke en economische ontwikkeling

Onder dit programma vallen de volgende beleidsproducten:

a. Economie ontwikkeling

b. Geodesie

c. Ruimtelijke ordening

d. Stedelijke vernieuwing

e. Bouwen (Wabo)

f. Wonen

g. Grondexploitaties

h. Investeringen en projecten

2.3.1 Visie en speerpunten

Oldenzaal is een levendige, energieke en bruisende stad met een uniek en attractief winkelaanbod, ge-

zellige horeca, veel evenementen, recreatieve en culturele voorzieningen. De binnenstad nodigt uit tot

ontmoeten, vermaken, genieten, beleven en tot het ondernemen van een scala aan activiteiten.

Oldenzaal wordt gezien als een vernieuwende en innovatieve stad waar inwoners en bedrijven kansen

kunnen en mogen grijpen. Nieuwe initiatieven worden door de gemeente positief tegemoet getreden en

zo nodig ondersteund. Oldenzaal is aantrekkelijk voor jonge mensen en gezinnen die zorgen voor nieuwe

dynamiek. Daarom biedt de gemeente kindvriendelijke wijken.

In de gemeente wordt geïnvesteerd in de toekomst. Investeren in mensen en voorzieningen waarbij lange

termijn rendement gaat voor korte termijn gewin.

Binnenstad

Oldenzaal heeft een rijke historie die zichtbaar is in de compacte en gezellige binnenstad. De Groote

Markt is en blijft de huiskamer van onze mooie stad: een levendig en gezellig plein waar het goed toeven

is. Inwoners van Oldenzaal en bezoekers voelen zich hier thuis en komen graag terug.

De vastgestelde Structuurvisie, het Masterplan Binnenstad en de bestaande Detailhandel visie zijn uit-

gangspunt voor verdere ontwikkeling. De aandacht gaat in het bijzonder naar het deels leegstaande win-

kelcentrum In den Vijfhoek, de herinrichting van de Groote Markt en het op gang brengen van ontwikke-

lingen in de Stadstuinen. Het toevoegen van woonfuncties in de binnenstad wordt bevorderd. Dit draagt

bij aan de levendigheid.

Er is een projectwethouder binnenstad die ondersteund wordt door een procesmanager. Het Actiepro-

gramma Binnenstad Oldenzaal (ABO) is vastgesteld.

Er wordt blijvend geïnvesteerd in de aantrekkelijkheid van de openbare ruimte in de binnenstad:

herontwikkeling van de openbare ruimte rondom winkelcentrum In Den Vijfhoek.

herinrichting Groote Markt: de fysieke herinrichting en het terrassenbeleid;

het initiëren van ontwikkelingen in de Stadstuinen.

Wonen

Goed wonen voor iedereen betekent dat inwoners van Oldenzaal - bij voorkeur in de eigen wijk - een

wooncarrière kunnen doormaken van 0 tot 100 jaar. Er is voldoende goede woonruimte zowel op de

huur- als de koopmarkt voor jongeren, alleenstaanden, kleine en grote gezinnen, inwoners met beperkin-

gen en ouderen (al dan niet met zorg). Het accent bij woningbouwontwikkelingen ligt op Oldenzaal Cen-

traal, De Graven Es gebied 9 en kleinschalige inbreidingslocaties. Daarnaast wordt aandacht gegeven

aan planontwikkeling op locaties die verrommelen en niet passen in het straatbeeld. De gemeente is

daarbij geen ontwikkelaar, maar treedt op als regisseur, stimulator en ondersteuner.

Strategische ingrepen structuurvisie

Met de structuurvisie slaat de gemeente Oldenzaal een nieuwe weg in. De gemeente wil initiatiefnemers

en ondernemers meer ruimte geven hun plannen en dromen te verwezenlijken (van aanbodgericht ont-

wikkelen naar vraag gestuurd maatwerk). De gemeente biedt ruimte voor het tijdelijk inrichten en beheren

van gebouwen en gebieden en geeft verdere invulling aan het landelijk experiment “Een omgevingsplan

voor de hele gemeente”. De 4 strategische ingrepen zijn daarin richtinggevend:

Page 60: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

56 2. Programma’s

Vergroten van het stedelijk kerngebied

Ruimte maken voor de etalage van Oldenzaal

Ruimte voor gevestigde en nieuwe ondernemers

Vitale, onderscheidende en intieme wijken.

Stimuleren economie

Er is een structureel werkbudget voor Economische Zaken ingesteld van € 15.000 voor initiatieven ter

stimulering van de lokale economie. Hiermee wordt aangesloten op de ambities van de Economische

Motor Twente. Deze betreffen werkgelegenheid, arbeidsperspectief voor iedereen, welvaart, welzijn en

een sterkere binding tussen onderwijs en ondernemingen.

Met het budget worden, afhankelijk van de rol als gemeente, ontwikkelingen gefaciliteerd of marktpartijen

verleid tot initiatieven. Regelmatig betreft dit aansluiting bij spontane initiatieven.

2.3.2 Doelen en acties 2016

Het doel van het programma is er voor te zorgen dat door de stedelijke ontwikkeling en vernieuwing van

Oldenzaal een integrale bijdrage wordt geleverd aan de ambities van de stadsvisie 2025 en de Ontwik-

kelagenda Netwerkstad Twente. In de op 10 maart 2014 vastgestelde Structuurvisie Oldenzaal is vastge-

legd waar de komende 10 tot 15 jaar ruimtelijke ontwikkelingen zijn te verwachten, wat de ambitie van de

gemeente is en hoe de gemeente deze denkt te realiseren.

a. Economie ontwikkeling

Doelen

Bijdrage aan lokale economie: met de structurele bijdrage van € 15.000 wordt aansluiting gezocht bij

initiatieven ter stimulering van de lokale economie.

Bijdrage aan voldoende en diverse vestigingsmogelijkheden voor kennisindustrie en MKB in Twente

door ontwikkeling bedrijventerrein Jufferbeek.

Vergroting aantrekkelijkheid van de binnenstad en de mogelijkheden voor kwaliteitsverbetering door

het instellen van Het Actieprogramma Binnenstad Oldenzaal (ABO). Het ABO is bedoeld voor stimu-

lerende cofinanciering voor initiatieven die een structureel effect (bij voorkeur fysiek) leveren aan

thema’s als een levendige binnenstad, transformatieprocessen, minder leegstand, meer beleving in

de stad of de versterking van ons profiel. Voor deze regeling vragen we de gemeenteraad een budget

van € 500.000 beschikbaar te stellen en uitgangspunten op hoofdlijnen vast te stellen. Zie ook hoofd-

stuk 4.1.5 aanvullend beleid.

Acties

Doelstelling Stand van zaken Acties 2016

Bijdrage aan lokale

economie

Er is structureel werkbudget dat onder

meer voor het regionaal koopstromenon-

derzoek wordt ingezet. De resultaten

worden eind 2015 verwacht.

Er is een accountmanager bedrijven

aangesteld.

Evaluatie bedrijventerreinenvisie NT en

onderzoek versterking economisch vesti-

gingsklimaat.

Bijdrage aan voldoende

en diverse vestigings-

mogelijkheden voor

kennisindustrie en MKB

in Twente doorontwikke-

ling bedrijventerrein

Jufferbeek

Er zijn kavels voor 2 nieuwe bedrijven

uitgegeven.

Continuering actieve meerjarige inzet op

uitgifte kavels door promotie, acquisitie

en accountmanagement.

Vergroting aantrekkelijk-

heid binnenstad door het

Stimuleringsfonds Bin-

nenstad

Er is een Actieprogramma Binnenstad

Oldenzaal ingesteld.

Promotie en uitvoering van het Budget

actieprogramma binnenstad om zoveel

mogelijk acties in de binnenstad te gene-

reren (zowel proactief als faciliterend)

Page 61: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

2. Programma’s 57

b. Geodesie

Onder dit beleidsproduct vallen de lasten van landmeten en ons digitaal beheer van kadastrale informa-

tie. Hiermee wordt een bijdrage geleverd aan alle werkzaamheden op het gebied van ruimtelijke ontwik-

keling en beheer.

Doelen

Het actueel houden van al onze kadastrale informatie en het blijven voldoen aan de landelijke richtlij-

nen in het kader van de Basisregistratie Adressen & Gebouwen (BAG).

Per 1 januari blijven voldoen aan de landelijke wetgeving in het kader van de Basisregistratie Groot-

schalige Topografie (BGT).

Acties

Doelstelling Stand van zaken Acties 2016

BGT De BGT leidt tot een gedetailleerde digi-

tale kaart van Nederland. Overheden

moeten de BGT bijhouden, zodat de kaart

actueel blijft en voldoet aan de wettelijke

eisen betreffende de BGT.

Project is in uitvoering

Bijhouden, het kunnen inlezen en verwer-

ken van gedane mutaties van andere

bronhouders en leveren en terug levering

aan het SVB-BGT (stichting Samenwer-

kingsverband bronhouders).

Het verder opbouwen van onze BGT data

m.b.t. de 2e transitie BGT.

c. Ruimtelijke ordening

Doelen

Stimulering, facilitering en ondersteuning ontwikkelingen binnenstad: door te werken aan 1 omge-

vingsplan en de implementatie van de pilot spontane binnenstad te stimuleren, te faciliteren en te

ondersteunen wordt de binnenstad ontwikkeld.

Woningbouw op kleinschalige locaties en het toevoegen van woonfuncties in de binnenstad wordt

gestimuleerd vanuit ruimtelijke ordening door te ontwikkelen, te verleiden en ruimte te bieden aan

ontwikkelaars / bouwers (25 woningen per jaar).

Acties

Doelstelling Stand van zaken Acties 2016

Stimulering, facilitering

en ondersteuning ont-

wikkelingen binnenstad

Verkenningsdocument 1 omgevingsplan

stedelijk kerngebied gereed;

Evaluatie spontane binnensteden in het

kader van de Ontwikkelagenda Netwerk-

stad Twente.

Deelname met kleine projecten-

Boeskoolmarkt en met plan Nieuwstraat

in het kader van de Ontwikkelagenda

Netwerkstad Twente.

Uitwerking verkenningsdocument 1 om-

gevingsplan stedelijk kerngebied;

Ondersteunen initiatieven uit de samen-

leving en cofinanciering voor projecten

spontane binnenstad door actieprogram-

ma binnenstad.

Woningbouw kleinscha-

lige locaties en toevoe-

gen woonfuncties bin-

nenstad

Diverse locaties in voorbereiding (o.a.

Ganzenmarkt, Stadsbleek)

Oplevering 18 woningen Bisschopsmolen

Ontwikkelen, verleiden en ruimte bieden

aan ontwikkelaars en bouwers door plan-

ontwikkeling en -begeleiding

d. Stedelijke vernieuwing

Doelen

Door stedelijke vernieuwing en planontwikkeling worden diverse locaties die verrommelen aangepakt

(1 locatie per jaar).

Page 62: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

58 2. Programma’s

Acties

Doelstelling Stand van zaken Acties 2016

Planontwikkeling op

locaties die verromme-

len

Locatie voormalig hotel de Zon is ontwik-

keld tot het in 2015 opgeleverde woon-

complex De Bisschopsmolen

Planontwikkeling locatie garage Nieuw-

straat en Ootmarsumsestraat (De Glinde

Esch) loopt.

Verleiden en (tijdelijk) ruimte bieden aan

eigenaren/ontwikkelaars door planontwik-

keling door initiatiefnemers en planbege-

leiding door gemeente

e. Bouwen (Wabo)

Doelen

Oldenzaal is een vernieuwende en innovatieve stad waar inwoners en bedrijven kansen kunnen en

mogen grijpen.

Acties

Doelstelling Stand van zaken Acties 2016

Nieuwe initiatieven wor-

den door de gemeente

positief tegemoet getre-

den en zo nodig onder-

steund.

De nieuwe mindset is vastgelegd in

Structuurvisie Oldenzaal; coalitieakkoord

en het Verkenningsdocument 1 omge-

vingsplan.

De Werkgroep initiatieven openbare ruim-

te handelt in deze geest.

Bij toepassing regels nieuwe mindset

hanteren gericht op ruimte bieden aan

ontwikkelaars en bouwers

f. Wonen

Doelen

In de in 2015 vastgestelde Twentse woonvisie is goed wonen voor iedereen verankerd;

De starterslening wordt gecontinueerd gelet op de gewenste bijdrage aan bereikbare woonruimte;

Stimulering wonen voor ouderen en zorgbehoevenden door afronding van het programma woonservi-

cegebieden in 2015;

Woningbouw in Oldenzaal Centraal, De Graven Es en op kleine locaties zijn vertrekpunt bij de meer-

jarige woningbouwprogrammering, strategisch programmeren wonen en prestatieafspraken wonen

(75 woningen per jaar).

Acties

Doelstelling Stand van zaken Acties 2016

Goed wonen voor ieder-

een

Woonvisie Twente vastgesteld Uitwerking in woonafspraken met provin-

cie en WBO

Bereikbare woonruimte Evaluatie startersleningen heeft plaatsge-

vonden, er zijn gemiddeld 5 leningen per

kwartaal uitgegeven, budget startersle-

ning najaar 2015 op.

Continuering starterslening

Wonen ouderen / zorg-

behoevenden

Afronding programma woonservicegebie-

den 2010-2015

In 2016 wordt verantwoording over het

programma woonservicegebieden afge-

legd.

Woningbouw Oldenzaal

Centraal, Graven Es en

kleine locaties

Kaveluitgifte 1e fase Bisschop Balde-

rikstraat in voorbereiding (60 won.);

Continuering woningbouw De Graven Es,

gebied 9 (125 won.) en kleine locaties

Locaties opnemen in woningbouwpro-

grammering en woonafspraken met pro-

vincie

Page 63: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

2. Programma’s 59

g. Grondexploitaties

Doelen

Investeringen in de toekomst van Oldenzaal gericht op een duurzame stedelijke en economische

ontwikkeling worden vanuit een behoedzaam en transparant grondbeleid gecontinueerd;

Herontwikkeling van het gebied Bisschop Balderikstraat in het kader van het Masterplan Oldenzaal

Centraal tot een aantrekkelijk woon- en werkgebied.

Acties

Doelstelling Stand van zaken Acties 2016

Investeren in de toe-

komst

Een financieel gezond grondbedrijf Ontwikkeling en uitgifte grondexploitatie-

gebieden: m.n. woonlocaties De Graven

Es gebied 9 en Stationspark Oldenzaal

Centraal - Bisschop Balderikstraat en

werklocatie Jufferbeek-zuid.

Ontwikkeling Stations-

park Oldenzaal Cen-

traal: Bisschop Balde-

rikstraat

Er is een vigerend bestemmingsplan met

ongeveer 135 woningen. De voorberei-

ding 1e kaveluitgifte voor 60 woningen is

gestart.

Start kaveluitgifte en woningbouw 1e fase.

Ontwikkeling De Graven

Es, gebied 9 en overige

woningbouwlocaties

Er is voor ongeveer 160 woningen uit-

geefbare grond in vigerende bestem-

mingsplannen in deze gebieden.

De uitgifte kavels particuliere en project-

matige woningen wordt gecontinueerd.

Ontwikkeling Jufferbeek

zuid

Er is 18 ha uitgeefbare grond in Juffer-

beek-zuid

De kaveluitgifte wordt gecontinueerd.

h. Investeringen en projecten

Doelen

Blijvend investeren in de aantrekkelijkheid van de openbare ruimte in de binnenstad:

○ Herontwikkeling van de openbare ruimte rondom winkelcentrum In Den Vijfhoek.

○ Herinrichting Groote Markt: de fysieke herinrichting en het terrassenbeleid;

○ Het initiëren van ontwikkelingen in de Stadstuinen.

De planontwikkeling voor en realisering van wijkcentrum de Thij levert een bijdrage aan vitale wijken.

Vijfhoek

Begin 2014 heeft het college het initiatief genomen om een eerste stap te zetten in de ontwikkeling van

winkelcentrum In den Vijfhoek. Het college is met Unibail-Rodamco en WBO Wonen, de eigenaren van In

den Vijfhoek, in gesprek gegaan en heeft deze partijen bij elkaar gebracht. In gezamenlijkheid zijn twee

belangrijke uitgangspunten geformuleerd. Het eerste uitgangspunt is dat het winkelcentrum niet wordt

gesloopt maar een flinke revitalisering is gewenst Het tweede uitgangspunt is dat alle partijen erkennen

dat de revitalisering van groot belang is voor de totale binnenstad. De intentie is om in 2016 uitvoering te

geven aan de plannen voor revitalisering. De gemeente Oldenzaal neemt hierin haar verantwoordelijk-

heid.

Groote Markt

De gemeenteraad heeft begin 2014 reeds een voorbereidingskrediet van € 50.000 voor de herinrichting

van de Groote Markt beschikbaar gesteld. Sindsdien zijn plannen verder uitgewerkt, eigenaren of geïnte-

resseerden geïnformeerd en horecaondernemers intensief betrokken bij de uitwerking. In oktober 2015

hebt u een kredietvoorstel voor de herinrichting en de vaststelling van het terrassenbeleid (de Toolbox )

behandeld.

Het plangebied behelst de volledige herinrichting van de Groote Markt, evenals een deel van de Bis-

schopstraat en Grootestraat waarbij de Marktstraat meegenomen wordt in de integrale planvorming. In dit

gebied wordt het riool vervangen en werkzaamheden aan kabels- en leidingen verricht. Waarna een

nieuwe bestrating en inrichtingselementen het horecaplein weer toekomstbestendig maakt voor een lan-

ge periode. Daarbij wordt een kostenverhogende factor meegenomen, namelijk de wens van de horeca-

Page 64: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

60 2. Programma’s

ondernemers om een fasering toe te passen zodat de werkzaamheden zo min mogelijk overlast zullen

geven.

Stadstuinen

De gemeente zal de ontwikkelingen in de Stadstuinen op gang brengen om de cultuurhistorie van dit

gebied beleefbaar en openbaar toegankelijk te maken. In 2015 is de Herdenkingstuin gereed gekomen

waarmee een eerste aanzet voor De tuinen gezet is. Om het een vervolg te geven heeft de gemeente de

zogenaamde Tuin van Soer aangekocht. Dit is een belangrijke stap om de ontwikkeling in het gebied op

gang te brengen. Zie ook hoofdstuk 4.1.5 aanvullend beleid.

Acties

Doelstelling Stand van zaken Acties 2016

Blijvend investeren in

een aantrekkelijke

openbare ruimte:

Vijfhoek

Groote Markt

Stadstuinen

Eigenaren erkennen problematiek en zijn

bereid tot gezamenlijke planvorming

Uitwerking planvorming (deels in geza-

menlijkheid met ondernemers). Informatie

naar eigenaren, gebruikers en overige

geïnteresseerden. Wordt eind 2015 in

raadsvoorstel en 2e BURAP 2015 mee-

genomen.

De herdenkingstuin is gereed gekomen.

De tuin van Soer is aangekocht en er is

een bijdrage geleverd aan de ontwikke-

ling van de Bombazijn.

Gezamenlijk werken aan een plan en de

uitvoering voor een toekomstbestendig

winkelcentrum In Den Vijfhoek en omge-

ving

Uitvoering van de herinrichting, waar-

schijnlijk in winter ‘15/’16 en winter

‘16/’17. Speciale aandacht zal er zijn voor

duurzaamheid.

Uitwerking van een plan van aanpak om

te komen tot verschillende acties die tot

een integrale aanpak van het gebied

komen.

Verlengde Groene Loper

Oldenzaal Centraal

Het plan wordt uitgevoerd. Afronding herinrichting Watertorenstraat

en Helmichstraat

Vitale wijken Planvorming is gestagneerd door over-

nametraject supermarkt

Inrichting Wijkcentrum de Thij

2.3.3 Budget

De lasten en baten aanvaard beleid

per beleidsproduct

Bedragen x € 1.000

2014 2015 2016 2017 2018 2019

Economie ontwikkeling 242 255 254 254 254 254

Geodesie 242 339 261 262 262 262

Ruimtelijke ordening 915 1.147 813 814 814 814

Stedelijke vernieuwing 7 5 6 6 6 6

Bouwen (Wabo) 2.351 2.434 2.448 2.431 2.439 2.439

Wonen 83 55 80 79 80 79

Grond exploitaties incl Oldenzaal

Centr

10.634 1.616 397 397 397 397

Investeringen en Projecten 56 412 426 426 426 426

Totaal lasten 14.530 6.263 4.685 4.669 4.678 4.677

Economie ontwikkeling -37 -50 -50 -50 -50 -50

Geodesie 0 -20 -20 -21 -21 -20

Ruimtelijke ordening -420 -20 -39 -39 -39 -39

Stedelijke vernieuwing 0 0 0 0 0 0

Bouwen (Wabo) -725 -819 -819 -819 -819 -819

Page 65: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

2. Programma’s 61

De lasten en baten aanvaard beleid

per beleidsproduct

Bedragen x € 1.000

2014 2015 2016 2017 2018 2019

Wonen -644 0 0 0 0 0

Grond exploitaties incl Oldenzaal

Centr

-11.278 -1.616 -397 -397 -397 -397

Investeringen en Projecten -861 -412 -413 -413 -413 -413

Totaal baten -13.965 -2.937 -1.738 -1.739 -1.739 -1.738

Nr. Pr. Nieuw beleid 2016 2017 2018 2019

19 3 Voorbereidingskrediet De Tuinen 50

23 3 Actieprogramma binnenstad 500

De voorstellen nieuw beleid worden toegelicht in hoofdstuk 4.1.6

Budget per programma

Bedragen x € 1.000

Realisatie Begroting +

Burap 1

Begroting Meerjarenbegroting

2014 2015 2016 2017 2018 2019

Lasten Aanvaard beleid 14.530 6.263 4.685 4.669 4.678 4.677

Aanvullend beleid

Nieuw beleid 550

Gevolgen Burap 2 21

Totaal lasten 14.530 6.284 5.235 4.669 4.678 4.677

Baten Aanvaard beleid -13.965 -2.937 -1.738 -1.739 -1.739 -1.738

Aanvullend beleid

Gevolgen Burap 2 300

Totaal baten -13.965 -2.637 -1.738 -1.739 -1.739 -1.738

Saldo vóór bestemming 565 3.647 3.497 2.930 2.939 2.939

Dotaties aan reserves 6.127 68

Onttrekking reserves -4.904 -253

Idem Nieuw beleid -550

Saldo na bestemming 1.788 3.462 2.947 2.930 2.939 2.939

Page 66: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

62 2. Programma’s

2.4 Cultuur, sport en ontspanning

Onder dit programma vallen de volgende beleidsproducten:

a. Bibliotheek

b. Cultuur (en evenementen)

c. Sport

d. Historisch Oldenzaal

e. Toerisme, recreatie en stadspromotie

2.4.1 Visie en speerpunten

Samen ontspannen

De rijke historie en de kleinschalige sfeervolle binnenstad vormen belangrijke elementen voor prettig wo-

nen, verblijven en recreëren. Daarnaast zijn cultuuruitingen en aanwezigheid van culturele beleving van

belang voor het sociaal economisch vestigingsklimaat. Het verenigingsleven met al haar vrijwilligers,

vormt het cement van de Oldenzaalse samenleving. Inwoners kennen elkaar uit de straat, de buurt, de

wijk en de stad en van de sport-, cultuur- of buurtvereniging. Het verenigingsleven is een verrijking voor

het individu en bevordert de maatschappelijke integratie en samenhang.

Vitale partners en maatschappelijke betrokkenheid

De doelstellingen van dit programma worden gerealiseerd samen met culturele, sportieve, recreatieve

partners in de stad. Hun rol in de samenleving is fundamenteel. Hoe vitaler die verenigingen en instellin-

gen zijn hoe groter de bijdrage kan zijn aan de maatschappelijke opgave waar we met z’n allen voor

staan. Een vitale vereniging of instelling is financieel gezond, heeft z’n bestuurlijke organisatie op orde,

heeft voldoende leden, heeft de beschikking over een aantrekkelijke accommodatie en kan bogen op een

stevig (vrijwilligers) kader.

Een vitale organisatie zal vanuit haar eigen verantwoordelijkheid, realistisch en toekomstgericht activitei-

ten ontplooien voor zowel haar leden als haar omgeving en is daarmee in staat naast haar sportieve,

culturele of recreatieve functie vooral een maatschappelijke rol vervullen.

Cultuur

Cultuureducatie en cultuurparticipatie zijn twee belangrijke pijlers binnen het cultuurbeleid van de ge-

meente Oldenzaal. Daarmee wordt ingezet op de basis voor actief inwonerschap in Oldenzaal. Op

16 december 2013 heeft de gemeenteraad de Beleidsnota ‘Cultuureducatie en participatie 2013 – 2017

vastgesteld. Cultuureducatie is de basis, het fundament voor cultuurparticipatie. Cultuurparticpatie legt

verbindingen tussen verschillende beleidsterreinen en is een sterk middel om de maatschappelijke deel-

name en gemeenschapsvorming te bevorderen. Daarnaast heeft cultuur een economische waarde.

Sport

Sport is van groot belang voor de Oldenzaalse samenleving. Zo is sport onder meer een middel om de

gezondheid van inwoners te verbeteren, ontwikkelen sporters zelfwaardering door lichamelijke prestaties

en leren zij omgaan met winnen en verliezen. Tevens biedt sport een ontmoetingsplek voor inwoners van

alle leeftijden en uit verschillende lagen van de bevolking.

Sport bevordert de sociale binding tussen de inwoners van Oldenzaal. Sportverenigingen worden uitge-

daagd om een belangrijke rol te spelen bij het vervullen van de maatschappelijke opgave die hoort bij de

Participatiewet, de Wmo 2015 en de nieuwe Jeugdwet.

Historisch Oldenzaal

Oldenzaal kent een rijke cultuurhistorie. Dit erfgoed is niet alleen van belang voor het historisch besef en

de gezamenlijke identiteit, maar draagt ook bij aan de uitstraling van de stad. Om de waarde van de cul-

tuurhistorie en het immateriële erfgoed vast te leggen heeft de raad in maart 2014 de Kadernota Cultureel

Erfgoed 2014 - 2018 ‘Terug naar de Toekomst' vastgesteld. Het hoofddoel is het culturele erfgoed te

koesteren en te bewaren en het op een eigentijdse manier en met oog voor toekomstige ontwikkelingen

zichtbaar en toegankelijk te maken en te houden.

Page 67: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

2. Programma’s 63

Recreatie, toerisme en stadspromotie

Om de lokale economie en werkgelegenheid te stimuleren wordt Oldenzaal gepromoot als toeristische

bestemming. Daartoe is een visie op de promotie van Oldenzaal ontwikkelt; het strategische marketing-

plan. Gezamenlijk met partners wordt ingezet op een creatieve, inspirerende en ondernemende aanpak

om de stad en haar buitengebied te promoten, door bijvoorbeeld het faciliteren van digitale bebording.

Het Twentse recreatieve product wordt hieraan verbonden. Daarnaast wordt samen gewerkt op lokaal en

regionaal niveau.

2.4.2 Doelen en acties 2016

a. Bibliotheekvoorziening

Doelen

Kerndoel is het behoud van een vitale bibliotheekvoorziening in onze stad, die tevens fungeert als laag-

drempelige ontmoetingsplek. De nieuwe bibliotheekwet (Wet stelsel openbare bibliotheekvoorzieningen)

is op 1 januari 2015 in werking getreden. Kern van de nieuwe bibliotheekwet is dat bibliotheken voor een

ieder bereikbaar zijn en met hun tijd meegaan. Naast de lokale (fysieke) bibliotheken komt er een lande-

lijke digitale bibliotheek. Belangrijk aspect van het wetsvoorstel is de maatschappelijke functie van de

bibliotheek. Verbinding leggen met maatschappelijke domeinen als onderwijs, media, erfgoed, cultuur-

educatie of volwasseneneducatie, is hierbij belangrijk. De uitgangspunten van de nieuwe wet en de lokale

vertaling ervan nemen we mee bij de visieontwikkeling op de functie van de bibliotheek in samenhang

met de ontwikkelingen binnen het sociale domein en de samenwerking tussen- en huisvesting van ver-

schillende maatschappelijke partners in deze stad.

Acties

Doelstelling Stand van zaken Acties 2016

Behoud van een vitale

en laagdrempelige bibli-

otheekvoorziening in

Oldenzaal.

Oldenzaal heeft een goed functionerende

bibliotheek. De door ons opgelegde be-

zuinigingstaakstelling heeft geleid tot een

nieuw beleidsplan van de bibliotheek.

Gesprekken met de Bibliotheek over

ruimte, eventuele samenwerkingspart-

ners, en de herijking van de bibliotheek-

functies lopen.

De maatschappelijke ontwikkelingen

(transities), de verdergaande digitalise-

ring en de ophanden zijnde nieuwe biblio-

theekwet maken herijking van de biblio-

theekvoorziening noodzakelijk. Daar is in

2015 een start mee gemaakt.

Voorlopig kan de bibliotheek in ieder

geval nog gebruik blijven maken van (een

deel van) het huidige gebouw.

De Bibliotheek gaat in 2016 minder m2

huren in het huidige pand. Gezien de

mogelijke verhuizing naar In den Vijfhoek

wordt inzichtelijk gemaakt wat de financi-

ele consequenties zijn. In het jaar 2016

worden hiervoor voorstellen gedaan.

b. Cultuur (en evenementen)

Doelen

De focus bij cultuureducatie ligt op het basisonderwijs. Het doel is om alle kinderen tussen de 4 en 12

jaar kennis te laten maken met kunst en cultuur.

Met cultuurparticipatie wordt ingezet op het bevorderen van de deelname van inwoners aan cultuur in

de vrije tijd, waarbij versterking van de culturele infrastructuur (waaronder het verenigingsleven), de

waarde van cultureel erfgoed en de inzet op cultureel ondernemerschap belangrijke items zijn voor

deze beleidsperiode.

Page 68: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

64 2. Programma’s

Het Cultuurarrangement ( periode 2013 tot en met 2016) van de provincie in samenhang met deel-

name aan de regeling cultuurmakelaar is de kans om het lokale cultuurparticipatiebeleid nader vorm

te geven. Hierdoor kan in Oldenzaal een stevige culturele infrastructuur opgebouwd worden, waarvan

alle inwoners kunnen profiteren.

Het centrale thema van het Oldenzaalse arrangement is ‘Het culturele DNA van Oldenzaal. Cultuur

als bindende kracht in de samenleving’. Het doel daarbij is meer inwoners te laten deelnemen aan

culturele activiteiten in hun vrije tijd. Vanuit dit centrale doel zijn de volgende speerpunten voor cul-

tuurparticipatie geformuleerd:

○ Amateurkunstsector, museale instellingen en erfgoedorganisaties toekomstbestendiger

○ Het culturele DNA van Oldenzaal verbinden met het sociaal-maatschappelijke domein

○ Cultuurhistorisch erfgoed verbinden met recreatie en toerisme.

Het behouden van (culturele) evenementen voor de stad.

Cultuur wordt gerichter ingezet als bindmiddel voor de sociaal-maatschappelijke opgave.

Aandacht voor nader beleid gericht op Kunst in de Openbare Ruimte (KOR)

Acties

Doelstelling Stand van zaken Acties 2016

Verankering van cul-

tuureducatie in het ba-

sisonderwijs

Op 16 december 2013 heeft de gemeen-

teraad de Beleidsnota ‘Cultuureducatie

en participatie 2013 – 2017 vastgesteld.

Deelname aan provinciale programma

‘Cultuur aan de basis’ t/m schooljaar

2016-2017:

Voortzetting van culturele activiteiten

programma

Structurele afspraken vastgelegd met

basisonderwijs

Lokale website gerealiseerd

Aanstelling bovenschoolse cultuurco-

ordinator

Verbetering van de lokale organisatie-

structuur voor cultuureducatie zowel

binnen het onderwijs als in afstemming

met culturele instellingen.

Ceppo (Cultuur Educatie Platform

Primair onderwijs Oldenzaal) omvor-

men tot zelfstandige stichting.

Evaluatie bovenschoolse cultuurcoördina-

tor en afspraken maken met onderwijs

over voortzetting ervan

Bevorderen deelname

van inwoners aan cul-

tuur in de vrije tijd (cul-

tuurparticipatie)

Deelname aan de provinciale regelingen

‘Cultuurarrangement 2013 - 2016’ en

‘Cultuurmakelaar’

Ondersteuningsmogelijkheden aan cultu-

rele initiatieven (Subsidieregeling Cul-

tuurparticipatie)

Actieve rol van de cultuurmakelaar

Voortzetting geven aan de uitvoering van

het cultuurarrangement met het thema

‘het culturele DNA van Oldenzaal’

Bevorderen (culturele)

evenementen

In 2015 was het lustrumjaar voor het

bevrijdingsfeest. Dit is gefaciliteerd met

een extra bedrag.

Er is een beleidsregel vastgesteld waar-

door meer culturele activiteiten kunnen

plaatsvinden in de Palthetuin en Herden-

kingstuin.

Stimuleren, faciliteren en ondersteunen

van evenementen door o.a. verlening van

subsidies.

Beoordelen van economische effecten

ten aanzien van culturele evenementen.

Cultuur als bindmiddel

voor onze sociaal maat-

schappelijke opgave

Het inzetten van cultuur als bindmiddel

voor de sociaal maatschappelijke opgave

is een speerpunt voor het landelijk cul-

tuurbeleid 2017-2020.

In Oldenzaal is hier al aandacht voor

vanuit ons Cultureel Arrangement. Een

voorbeeld uit 2015 is het project ‘Veld-

tocht de T(h)ijd draait door’

Onderzoek naar de mogelijkheden om

cultuur in Oldenzaal op dit aspect structu-

reler en nadrukkelijker in te zetten.

Waar mogelijk aanhaken op bestaande

ontwikkelingen en projecten op het soci-

aal-maatschappelijk domein.

Page 69: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

2. Programma’s 65

Doelstelling Stand van zaken Acties 2016

Beleidsontwikkeling

inzet op Kunst in de

Openbare Ruimte (KOR)

Oldenzaal voert geen actief beleid op dit

onderdeel. Er zijn geen noemenswaardi-

ge middelen beschikbaar. Ad hoc wordt

er ingezet op onderhoud en beveiliging

(diefstal) van de collectie

Verkenning beleidsuitgangspunten m.b.t.

KOR, met aandacht voor:

Belang van KOR

Beheer en onderhoud (ook vanuit

veiligheid) huidige collectie

Willen we alle bestaande objecten

behouden?

Eventuele nieuwe aankopen

Kostenaspecten

c. Sport

Doelen

Vergroten van de rol van de sportverenigingen in de maatschappelijke opgaven die het gevolg zijn

van de transities in het sociale domein.

Borgen en verbeteren van de vitaliteit van de sportverenigingen.

BuurtBeweegCoaches zijn een belangrijke factor bij het vergroten van de vitaliteit en de maatschap-

pelijke rol van verenigingen.

Oldenzaal kent kwalitatief goede sportvoorzieningen en -accommodaties. Hier wordt veel belang aan

gehecht. In samenspraak met de Oldenzaalse sportverenigingen wordt gekeken naar de mogelijkhe-

den om gezamenlijk te investeren in die voorzieningen die (op korte termijn) aan vervanging toe zijn.

Samen met de Oldenzaalse sportverenigingen wordt onderzocht of privatisering van het onderhoud of

privatisering van onderdelen van sportaccommodaties mogelijk is.

Vanaf 2016 wordt het sportcluster Vondersweijde door de gemeente anders georganiseerd. Hiervoor

zet de gemeente een bedrijfsplan op waarbij een BV wordt opgericht waarbij de gemeente wel eige-

naar is maar het bestuur van de BV op afstand wordt gezet. De BV gaat de exploitatie van het sport-

cluster ter hand nemen en zal ook commerciële activiteiten ontplooien om de verliezen op de exploi-

tatie van het maatschappelijk pakket zo laag mogelijk te houden. De gemeente dient een exploitatie

bijdrage te betalen voor het maatschappelijk pakket.

De raad heeft besloten de 3e trance van de tariefsverhoging niet door te voeren. Er wordt gewerkt

aan alternatieven om tot kostenbesparingen te komen. De effectuering van maatregelen worden mo-

gelijk al vanaf 2016 verwacht.

Acties

Doelstelling Stand van zaken Acties 2016

Maatschappelijke be-

trokkenheid

Vele verenigingen leggen al jaren een

maatschappelijke betrokkenheid aan de

dag die verder reikt dan de aandacht voor

hun sport.

De buurtbeweegcoach Actief Betrokken

Club is verantwoordelijk voor het aanleve-

ren van rapportages en overzichten

waaruit de maatschappelijke betrokken-

heid van de sportverenigingen blijkt.

Vitaliteit verenigingen Leden aantallen lopen terug . De derde

tranche van de tariefsverhoging is niet

ingevoerd.

De Vrijwilligerscentrale (BBC) probeert

via een quickscan de vitaliteit van alle

Oldenzaalse sportverenigingen in beeld

te krijgen. Daarbij wordt gebruik gemaakt

van landelijke onderzoekmethodes, zodat

de vitaliteit regionaal vergeleken kan

worden.

Uitbreiding activiteiten

buurtbeweegcoaches

Medio 2015 zijn er 2,6 fte buurt beweeg

coaches actief. Voor 4 fte liggen de plan-

nen klaar. De verwachting is dat spoedig

de volledige 6,6 fte is ingevuld.

De regeling ‘Buurtsportcoaches’ van

VWS loopt t/m 2016; begin 2017 moet er

een verantwoording ingediend worden.

Per project wordt een voortgangsrappor-

tage bijgehouden die gezamenlijk met de

eindrapportages in 2016 of 2017 bepalen

of en zo ja op welke manier het project

een structureel vervolg krijgt.

Page 70: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

66 2. Programma’s

Doelstelling Stand van zaken Acties 2016

Kwaliteit sportvoorzie-

ningen

Er zijn in Oldenzaal voldoende sportvoor-

zieningen van een voldoende kwaliteit. Er is een onderzoek gestart naar de sa-

menwerking van vv Oldenzaal en ZVV de

Esch om gezamenlijk van één sportcom-

plex gebruik te kunnen maken. Sport-

complex de Westerik is hiervoor de aan-

gewezen locatie.

Beheer sportvoorzienin-

gen

Privatiseringsgedachte staat op de agen-

da maar moet verder worden uitgewerkt.

In 2015 is mogelijk al een privatiseringspi-

lot gestart bij Quick ’20 waarbij de vereni-

ging voor eigen rekening veld 2 van

kunstgras voorziet

Ontwikkelingen op de voet volgen en

waar mogelijk initiëren. Gesprekken hier-

over met sportverenigingen vervolgen.

d. Historisch Oldenzaal

Doelen

In maart 2014 heeft de raad Kadernota Cultureel Erfgoed 2014 - 2018 ‘Terug naar de Toekomst'

vastgesteld. Het hoofddoel is het culturele erfgoed te koesteren en te bewaren en het op een eigen-

tijdse manier en met oog voor toekomstige ontwikkelingen zichtbaar en toegankelijk maken.

Voortvloeiend uit de Kadernota Cultureel Erfgoed is de wens om beleid ten aanzien van de monu-

menten te ontwikkelen.

Het faciliteren en stimuleren van een museale ontwikkeling bij het Palthehuis ten einde de kwaliteit en

aantrekkelijkheid te vergroten.

Acties

Doelstelling Stand van zaken Acties 2016

Cultureel erfgoed zicht-

baar en toegankelijk

maken en inzetten op de

waarde ervan

Het interne Vakberaad Cultureel Erfgoed

is gestart om (integraal) uitvoering te

geven aan de speerpunten van cultureel

erfgoedbeleid.

In 2015 is de Cultuurhistorische Waar-

denkaart opgesteld om een kader te

bieden van o.a. omgevingsvergunningen

en als bouwsteen voor bestemmings-

plannen. Daarnaast is gestart met het

strategisch actieplan erfgoed Oldenzaal,

gericht op de bewustwording van het

belang van erfgoed.

Doorlopend zichtbaar maken van het

cultureel erfgoed (samenhang met cultu-

reel arrangement) en bevorderen be-

wustwording belang cultureel erfgoed.

Opstarten van het proces om te komen

tot monumentenbeleid.

Museale ontwikkeling

Palthehuis.

Het Palthehuis staat aan de vooravond

van een flinke verandering. Zij wil een

ommezwaai maken naar een meer aan-

trekkelijk en attractief museum midden in

de samenleving.

Het proces van visievorming en samen-

werking met andere historische museale

partners verloopt langzaam.

De urgentie tot verandering wordt steeds

groter. Palthehuis is bezig met focus op

de visievorming. Waar mogelijk en ge-

wenst kunnen wij het proces van visie-

vorming bij het Palthe-huis ondersteunen

(zowel vanuit Cultuurarrangement als via

subsidie-afspraken).

e. Toerisme, recreatie en stadspromotie

Doelen

Oldenzaal heeft ten aanzien van toerisme en recreatie de ambitie om het aantal bezoekers te vergro-

ten en hun verblijfsduur te verlengen, de lokale economie en werkgelegenheid te stimuleren, sei-

zoensverbreding te realiseren en nieuwe doelgroepen te bereiken. De aandachtsgebieden hierbij zijn

de Binnenstad en het Hulsbeek.

Page 71: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

2. Programma’s 67

De stadspromotie is gericht op een toename van het aantal bezoekers, de totale bestedingen, het

aantal overnachtingen en een positieve waardering van de stad en omgeving als toeristische

(dag)bestemming.

De gemeenten Dinkelland, Losser, Oldenzaal en Tubbergen werken op gebied recreatie & toerisme

intensief samen. Doel is om het verblijfstoerisme in Noordoost Twente te versterken door middel van

kwaliteitsverbetering, productvernieuwing en differentiatie in het verblijfsrecreatief aanbod. Gezocht

wordt naar een manier om beter aangehaakt te kunnen zijn bij de Gebiedsvisie om adequaat te kun-

nen faciliteren en of ondersteunen op voorkomende ontwikkelingen.

Acties

Doelstelling Stand van zaken Acties 2016

Bevorderen recreatie

en toerisme

De VVV Tourist Info ontvangt subsidie

voor informatieverschaffing en toeristi-

sche marketing van Oldenzaal (conform

strategisch – en operationeel marketing-

plan). De uitvoering wordt opgepakt in

nauwe samenwerking met (binnenstads)

ondernemers.

In verband met het vertrek van de ANWB

en daarmee gepaarde derving van in-

komsten heeft de VVV andere huisves-

ting gezocht (en daarmee samenwerking

met een Boekhandel).

Voortgang uitvoering marketingplan.

Coördinatie vindt plaats door de VVV.

Actieve deelname door Stichting Onder-

nemersfonds Binnenstad Oldenzaal,

Stadstheater De Bond, Meubelstad on-

dernemers, Hulsbeek.

Twents Bureau voor

Toerisme (TBT)

De regio beëindigd per 1 januari 2016 de

subsidierelatie met het TBT.

In regioverband wordt naar een nieuwe

vorm gezocht voor promotie van Twente.

Bevorderen aantrekke-

lijkheid van de stad en

omgeving

In 2013 is de reclamebelasting ingevoerd

en de Stichting Ondernemersfonds Bin-

nenstad Oldenzaal opgericht. De VVV

heeft hierin een coördinerende functie

gekregen. De stichting heeft met de ge-

meente Oldenzaal een convenant geslo-

ten.

Streven naar goede afstemming en sa-

menwerking. Voortzetting uitvoering con-

venant.

Versterking toerisme

Noordoost Twente

NOT gemeenten overleggen over moge-

lijkheden om het toerisme te bevorderen.

Provincie is ook betrokken.

In 2015 is onderzoek gedaan naar vitali-

teit van de verblijfssector. Samen met de

ondernemers wordt daar in 2016 uitvoe-

ring aan gegeven.

Afhankelijk van de toeristische onderne-

mers zal in 2016 verder vorm worden

gegeven aan een vrijetijdscoördinator

binnen NOT.

Gebiedsontwikkeling

Noordoost Twente

Deelname aan projecten van de gebieds-

visie zijn incidenteel opgepakt.

Zoektocht naar structurele aanhaking bij

de Gebiedsvisie NOT.

2.4.3 Budget

De lasten en baten aanvaard beleid

per beleidsproduct

Bedragen x € 1.000

2014 2015 2016 2017 2018 2019

Bibliotheek 830 779 659 658 642 642

Cultuur (en evenementen) 1.206 1.248 1.133 1.071 1.070 1.069

Sport 3.113 3.036 3.144 3.108 3.029 2.987

Historisch Oldenzaal 280 521 271 272 271 272

Toerisme, recreatie en stadspro-

motie

497 556 500 500 500 500

Totaal lasten 5.926 6.140 5.707 5.609 5.512 5.470

Bibliotheek -163 -165 -165 -165 -165 -165

Page 72: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

68 2. Programma’s

De lasten en baten aanvaard beleid

per beleidsproduct

Bedragen x € 1.000

2014 2015 2016 2017 2018 2019

Cultuur (en evenementen) -236 -262 -268 -228 -228 -228

Sport -502 -613 -632 -643 -652 -653

Historisch Oldenzaal 0 0 0 0 0 0

Toerisme, recreatie en stadspro-

motie

-76 -70 -70 -70 -70 -70

Totaal baten -977 -1.110 -1.135 -1.106 -1.115 -1.116

Nr. Pr. Nieuw beleid 2016 2017 2018 2019

14 4 Continuering starterslening per 1-1-2016 10 10 10 10

21 4 Exploitatie Vondersweijde 160 160 160 160

15 4 Huurderving gebouw bibliotheek 80

De voorstellen nieuw beleid worden toegelicht in hoofdstuk 4.1.6

Budget per programma

Bedragen x € 1.000

Realisatie Begroting +

Burap 1

Begroting Meerjarenbegroting

2014 2015 2016 2017 2018 2019

Lasten Aanvaard beleid 5.926 6.140 5.707 5.609 5.512 5.470

Aanvullend beleid 26 44

Nieuw beleid 170 170 170 170

Gevolgen Burap 2 1.332 -1 -1 3 -1

Totaal lasten 5.926 7.472 5.876 5.778 5.711 5.683

Baten Aanvaard beleid -977 -1.110 -1.135 -1.106 -1.115 -1.116

Aanvullend beleid -9 -9

Nieuw beleid 80

Gevolgen Burap 2 -495 105 -5 -5 -5

Totaal baten -977 -1.605 -950 -1.111 -1.129 -1.130

Saldo vóór bestemming 4.949 5.867 4.926 4.667 4.582 4.553

Dotaties aan reserves 52

Onttrekking reserves -462 -350 -42 -26 -26 -26

Idem Nieuw beleid -160 -160 160 -160

Idem Burap 2 -310

Saldo na bestemming 4.539 5.207 4.724 4.481 4.396 4.367

Binnen bestaand beleid zijn de onderstaande posten incidenteel:

Omschrijving

Bedragen x € 1.000

2016 2017 2018 2019

Incidentele lasten:

Deelname prov. regeling “Cultuur aan de basis” 17 0 0 0

Cultuurarrangement/makelaar 45 0 0 0

Totaal incidentele lasten 62 0 0 0

Incidentele baten

Page 73: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

2. Programma’s 69

Omschrijving

Bedragen x € 1.000

2016 2017 2018 2019

Deelname prov. regeling “Cultuur aan de basis” 10 0 0 0

Cultuurarrangement/makelaar 30 0 0 0

Totaal incidentele baten 40 0 0 0

Incidentele onttrekkingen aan reserves (baten):

Reserve Ontwikkelingsfonds 15 0 0 0

Totaal incidentele onttrekkingen aan reserves 15 0 0 0

Page 74: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

70 2. Programma’s

2.5 Maatschappelijke ondersteuning

Onder dit programma vallen de volgende beleidsproducten:

a. Onderwijs

b. Bijstandverlening

c. Armoedebeleid

d. Werken

e. WMO en welzijn

f. Jeugd en gezin

g. Gezondheidszorg

2.5.1 Visie en speerpunten

Met ingang van 1 januari 2015 heeft de gemeente de volledige verantwoordelijkheid over de uitvoering

van nieuwe taken in het sociale domein. Het is het vaste voornemen dat de inwoners van Oldenzaal geen

nadelige gevolgen ondervinden van de decentralisaties. In samenwerking met inwoners, bedrijfsleven en

maatschappelijke instanties, worden de kansen die de transities bieden, benut.

De transitie is een feit en de eerste stappen voor de transformatie van het sociale domein zijn gezet. In

2016 wordt volop ingezet op de transformatie. Duidelijk is dat in 2017 de rijksbudgetten dusdanig gekort

zijn dat de transformatie alternatieven moet gaan bieden.

De visie is dat iedereen naar vermogen meedoet en bijdraagt aan de samenleving. Dit wordt bereikt, on-

danks beperkte financiële middelen, door de eigen kracht van de Oldenzaalse samenleving te stimuleren

en een optimaal rendement te halen uit de (inzet van de) beschikbare maatschappelijke middelen.

Het realiseren van deze ambitie vraagt om verandering van de bestaande verantwoordelijkheden en

werkwijzen. De samenwerking en afstemming tussen de gemeente, inwoners, professionals, instellingen

en werkgevers wordt versterkt. Het accent ligt daarbij op het optimaal benutten en uitbreiden van verbin-

dingen tussen de verschillende levensdomeinen.

De regie van de gemeente moet uitdagen tot en ruimte bieden aan de Oldenzaalse samenleving voor

nieuwe oplossingen voor ondersteuning, activiteiten en voorzieningen; ontwikkelingen die bijdragen aan

de doelstellingen en beoogde resultaten in dit programma.

De gebundelde budgetten van het Rijk worden daarvoor zo efficiënt en effectief mogelijk ingezet. Het

Maatschappelijk Plein ontwikkelt zich tot de centrale dienstverlenende voorziening tot maatschappelijke

ondersteuning en zorg op maat in Oldenzaal. De daarvoor al ingezette, bij de transformatiedoelstellingen

passende, werkmethode wordt verder ontwikkeld.

Met een eenmalige investering uit onze reserves wordt ruimte gecreëerd om het transformatieproces te

stimuleren. Op deze wijze kan invulling worden gegeven aan de door het rijk opgelegde taakstelling op

het sociale domein.

2.5.2 Doelen en acties 2016

Transformatieagenda

Voor de transformatieopgave is in 2016 een aantal doelen en acties te benoemen welke overstijgend zijn

voor alle afzonderlijk benoemde beleidsproducten in dit programma. In onderstaande tabel worden een

aantal hoofditems met bijhorende doorlopende acties/ cq lijnen waarmee doestelling bereikt wordt en

resultaten benoemd die bijdragen aan de twee hoofdoelstellingen van dit programma, te weten:

Stimuleren van de eigen kracht van onze Oldenzaalse samenleving;

Optimaal rendement halen uit de (inzet van de) beschikbare maatschappelijke middelen.

Per beleidsonderdeel wordt vervolgens daarop ingezoomd en ook beknopt de huidige stand van zaken

weergegeven.

Page 75: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

2. Programma’s 71

Acties

Doelstelling Stand van zaken Acties 2016

Vergroten en benutten

van eigen regie van

inwoners, werkgevers

en professionals

Realiseren van “gekantelde” werkme-

thode binnen het brede sociale do-

mein;

Ondersteuning op alle leefgebieden

wordt gebaseerd op integrale onder-

steuningsplannen / familiegroepsplan

opgesteld met betrokkenen;

Intensiveren van contact met inwoners

van Oldenzaal door college door mid-

del van wijkwethouders;

Oriëntatie op ICT mogelijkheden t.b.v.

een digitaal dossier voor onze klanten;

Stimuleren en creëren van (re-

gel)ruimte voor de actieve en verant-

woordelijke inwoner en inwoner- en

wijkparticipatie heeft prioriteit; goede

initiatieven kunnen rekenen op onder-

steuning; financieel of anderszins.

Stimuleren van werkgelegenheid in

samenwerking met Oldenzaalse on-

dernemers en organisaties als onze

belangrijkste partners.

Een samenleving waarin iedereen

participeert naar vermogen;

De eigen regie en zelf-redzaamheid

van inwoners, werkgevers, onder-

nemers en professionals is optimaal

benut; met specifiek aandacht voor

gezinnen, mantelzorgers en vrijwil-

ligers;

Inwoners krijgen, voelen en nemen

verantwoordelijkheid voor zichzelf en

anderen;

Adequate algemene voorzieningen

waarmee maatschappelijke en ge-

zondheidsproblematiek wordt opge-

lost.

Stimuleren van maat-

schappelijk initiatief,

transformatie en inno-

vatie

In de praktijk, in nauwe samenwerking

met inwoners, wijken, verenigingen,

huisartsen en maatschappelijke part-

ners de met de transformatie beoogde

cultuuromslag realiseren

Aanjagen en ondersteunen van Pilots

Cultuurverandering intern: minder

denken in termen van wat mag maar

meer op basis van wat kan

Met een fonds vanuit autonome inci-

dentele financiële middelen, wordt

ruimte gecreëerd om, als tegenhanger

van de structurele bezuinigingslast en

als stimulans voor inwoners, vereni-

gingen en sociale partners, het trans-

formatieproces te faciliteren.

Innovatie van voorzieningen ( alge-

meen en maatwerk) met verbindingen

tussen werk, onderwijs, welzijn, parti-

cipatie en zorg;

Initiatieven vanuit samenleving en

maatschappelijke partners hebben ge-

leid tot concrete samenwerking en sa-

menhang rond activiteiten van welzijn,

gezondheid en sport in verschillende

wijken evenals op Oldenzaalse schaal.

Behalen van optimaal rendement uit

de inzet van maatschappelijke midde-

len;

Page 76: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

72 2. Programma’s

Doelstelling Stand van zaken Acties 2016

Door ontwikkelen van

infrastructuur van alge-

mene voorzieningen die

bijdraagt aan preventie

en sociale samenhang

Versterken van preventie; de alge-

meen toegankelijke welzijnsvoorzie-

ningen, het vrijwilligerswerk, de man-

telzorg en het inwonerinitiatief spelen

een prominente rol bij het signaleren

van vraagstukken en benutten van

kansen in de samenleving;

Versterken van samenwerking in het

brede maatschappelijke veld; inzet op

versterking van de Publieke Gezond-

heidzorg die mogelijkheden van men-

sen versterken en perspectief bieden;

dit in goede afstemming met het

Maatschappelijk Plein zodat, als nodig,

met adequate ondersteuning en zorg

wordt aangesloten;

Realiseren van integrale voorzieningen

door een doelgericht en samenhan-

gend aanbod; waar nodig gebaseerd

op een integraal plan.

Ondersteuning en zorg zo licht als het

kan en zo zwaar als nodig;

Optimaal rendement geborgd door

regie en verantwoordelijkheid van di-

rect betrokkenen;

Realiseren van een integrale aanpak,

uitvoering en financiering.

Een infrastructuur van algemene voor-

zieningen die bijdraagt aan preventie,

sociale samenhang en ondersteuning;

Realiseren van samen-

hang in beleid en uitvoe-

ring in het sociale do-

mein t.b.v. een integrale

aanpak voor de uitvoe-

ring van de Wmo, Parti-

cipatiewet, Armoedebe-

leid, Jeugdwet en (Pas-

send) Onderwijs

Door ontwikkelen van het Maatschap-

pelijk Plein tot dé centrale voorziening

voor toegang tot maatwerkvoorzienin-

gen (zorg en ondersteuning) voor Ol-

denzaalse inwoners/gezinnen:

o Keuzes welke taken gemeente uit-

voert en welke taken worden uitbe-

steed;

o Werkproces met betrekking tot toe-

gang afstemmen met 0e en 1e lijn.

Versterken van de regierol, integrale

sturing en coördinatie

Inzetten op ontschottend samenwer-

ken vanuit beleidsterreinen, uitvoe-

ringsafdelingen en integrale afweging

bij inzet van financiële middelen.

Vanuit het perspectief van

klant/inwoner is er een doorlopend

proces in ondersteuning, communica-

tie en informatieoverdracht gereali-

seerd;

Het MP is toegang voor maatwerk-

voorzieningen; met goede verbindin-

gen met zorg- en signaleringsnetwer-

ken, 0de en 1ste lijn instellingen,

werkgevers en (passend) onderwijs;

De uitvoeringskosten

van de nieuwe taken

blijven binnen het toe-

gekende rijksbudget

integrale uitkering soci-

aal domein

Er is een monitor ontwikkeld voor de

transities

Gestart is met het sturen op outcome :

resultaten en effecten

De gebundelde budgetten die we van het

Rijk krijgen worden zo efficiënt en effec-

tief mogelijk ingezet Gestuurd wordt op

outcome: resultaten en effecten. Hier

voor is een monitor ontwikkeld.

a. Onderwijs

Doelen

Ieder kind heeft recht op goed en passend onderwijs, in adequate huisvesting, en indien noodzakelijk

vervoer naar school. Net als bij de nieuwe wetgeving in het sociale domein, staan ook in het (passend)

onderwijs meedoen en zelfredzaamheid centraal. Er wordt gewerkt aan een samenhangend aanbod van

ondersteuning voor kinderen en jongeren op en rondom school vanuit het onderwijs, het maatschappelijk

plein, de gemeentelijke zorgnetwerkstructuur 0 – 100 jaar en het brede welzijnsveld. Hierbij is het doel

niemand buiten de boot te laten vallen.

Streven is om, in nauwe samenwerking met het onderwijs en de andere partners alle kinderen optimale

mogelijkheden te bieden op school en na afronding van de schoolperiode. In de Lokale Educatieve

Agenda worden hierover afspraken gemaakt.

Page 77: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

2. Programma’s 73

Uiteindelijk doel is dat alle leerlingen een startkwalificatie behalen en plek vinden op de arbeidsmarkt. Is

dit laatste niet mogelijk dan wordt gestreefd naar een zinvolle dagbesteding.

De komende tijd zal extra aandacht uitgaan naar het groeiende aantal vluchtelingen(kinderen) dat naar

verwachting geplaatst zal worden in Oldenzaal. Dit kan gevolgen hebben voor het te voeren onderwijsbe-

leid. Dit thema wordt verder behandeld in paragraaf Wmo en Welzijn verderop in dit hoofdstuk.

Acties

Doelstelling Stand van zaken Acties 2016

Samenwerking gemeen-

te met (onderwijs) part-

ners worden vastgelegd

in een nieuwe LEA

De huidige LEA loopt medio 2016 af. De

nieuwe LEA is in voorbereiding en wordt

samen met de (onderwijs) partners ont-

wikkeld.

Een aantal onderwerpen worden (sub)

regionaal uitgewerkt.

Een aantal thema’s van de LEA worden

nader uitgewerkt in separate trajecten

(zie hieronder).

Het rijk herijkt de specifieke uitkering

Onderwijs Achterstanden Beleid (OAB).

Wijziging per 1 januari 2017.

Medio 2016 wordt de LEA vastgesteld

(convenant) en ingevoerd in het school-

jaar 2016 – 2017. Aandachtspunten hier-

bij zijn:

realiseren ouderbetrokkenheid in de

vorm van pedagogisch partnerschap

deelname percentage VVE naar 100%

voor doelgroep;

de verbinding van de gemeentelijke

zorgstructuur en het Maatschappelijk

Plein met Passend Onderwijs;

doorlopende leer- en zorglijnen;

aansluiting onderwijs arbeidsmarkt;

onderwijshuisvesting;

leerlingenvervoer;

samenwerking met de wijk (bijvoor-

beeld in de vorm van de brede school).

Consequenties Financiering OAB worden

doorgevoerd in de LEA.

Terugdringen voortijdig

schoolverlaten naar max

30 leerlingen in 2016.

Aandachtspunten daar-

bij: gevolgen invoering

Passend Onderwijs en

imago ROC, VSO en

Praktijkonderwijs.

Vanaf 2010 afname van aantal voortijdig

schoolverlaters. In 2013 -2014 lag het

aantal op 40.

Voortijdige schoolverlaters ondersteunen

in terugkeer naar een opleiding, werk of

zinvolle dagbesteding.

Samenwerken van de leerplichtambte-

naar/RMC medewerker met ketenpart-

ners in netwerken. Streven naar maxi-

maal 30 vroegtijdig schoolverlaters.

Beheersbaarheid van

adequate onderwijshuis-

vesting voor de leer-

lingen in Oldenzaal voor

de lange termijn

Het Integraal Huisvestings Plan ( IHP)

biedt een handvat voor strategische keu-

zes. Het huidige (IHP) 2009 – 2013 is

gedateerd. Het proces is gestart om een

nieuw IHP te maken.

Scholencomplex de Essen zal juridisch

overgedragen worden aan schoolbestu-

ren.

In overleg met de schoolbesturen wordt

er gewerkt aan een nieuw onderwijshuis-

vestingsplan (IHP) dat medio juni 2016

zal worden vastgesteld. Het betreft een

visie voor de komende 10 jaar.

Uitvoeren groot onderhoud scholencom-

plex de Essen t.b.v. overdracht van de

gemeente naar de scholen.

Adequaat leerlingenver-

voer maakt voor een

deel van de Oldenzaalse

kinderen deelname aan

onderwijs mogelijk.

Nieuwe verordening 2015 impliceert het

bevorderen van de zelfredzaamheid van

leerlingen. Deze wordt nu ingevoerd.

In 2016 wordt gestart met een pi-

lot/project Zelfstandig (leren) reizen van

kinderen naar school om de leerlingen te

stimuleren om zelfstandig te reizen. Doel

pilots:

25 leerlingen kunnen na deelname aan

de pilot zelfstandig reizen in het OV in

het schooljaar 2015-2016.

Page 78: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

74 2. Programma’s

b. Bijstandsverlening

Doelen

Beheersen van de uitgaven op het product wet Bundeling Uitkeringen Inkomensvoorzieningen aan Ge-

meenten (BUIG)

Acties Doelstelling Stand van zaken Acties 2016

Beheersen van de uit-

gaven op het product

BUIG

Actief handhaven op doelmatigheid en

rechtmatigheid.

Invullen van de poortwachtersfunctie: bij

de aanvraag van een uitkering ligt de

focus op werk boven uitkering.

Voortzetting van handhavingsbeleid.

Een budgetneutrale uitvoering van nieu-

we vorm van loonkostensubsidie, die

betaald gaat worden uit de BUIG.

Alleenstaande ouders in de bijstand

ontvangen vanaf 2015 een lagere uitke-

ring, te weten de norm alleenstaande.

Voor die verlaging worden ze gecompen-

seerd door de Belastingdienst/Toeslagen.

Dit heeft een uitname van het I-deel tot

gevolg.

c. Armoedebeleid

Doelen

Wij willen bereiken dat in Oldenzaal zo min mogelijk mensen in armoede leven en zo min mogelijk Het

streven is dat in Oldenzaal zo min mogelijk mensen in armoede leven en zo min mogelijk kinderen in

armoede opgroeien. Ondersteuning wordt op een dusdanige wijze geboden dat inwoners zelf hun ar-

moedesituatie kunnen verbeteren. Ingezet wordt op de vangnet functie (inkomensondersteunende pro-

ducten en regelingen) opdat economische en maatschappelijke participatie mogelijk blijft. Deze twee

pijlers zijn communicerende vaten: het één is niet succesvol zonder het ander. In samenwerking met het

Maatschappelijk Plein wordt ingezet op versterken van de zelfredzaamheid

De gemeente is verantwoordelijk voor ondersteuning aan chronisch zieken en gehandicapten. Sinds

2015 biedt Oldenzaal een uitgebreide collectieve zorgverzekering aan de doelgroep met een inkomen tot

130% van het minimum. De doelstelling is meervoudig: Vanuit preventief oogpunt wordt daarmee ook het

mijden van zorg en het ontstaan van (zorg)schulden voorkomen. Het gezond(er) blijven inclusief mee

(blijven) doen aan de samenleving wordt hiermee juist gestimuleerd.

Acties

Doelstelling Stand van zaken Acties 2016

In Oldenzaal leven zo

min mogelijk mensen in

armoede en groeien zo

min mogelijk kinderen

op in armoede

Er is ingezet op bijzondere bijstand en

schulddienstverlening

extra subsidie is naar de volgende

organisaties gegaan: voedselbank,

kledingbank, Stichting Leer-

geld/Jeugdsportfonds

De stadsbank is een project gestart

waarin de Ladder van Zelfredzaamheid

wordt ingezet

Per 1 september 2015 is de Coördinator

armoedepreventie gestart. Vooralsnog op

projectbasis tot en met 31 december

2017.

inzetten op een vangnet functie; inko-

mensondersteunende producten en

regelingen

inkomensondersteuning, zoals extra

middelen voor kinderen in armoede

inzet op projecten gericht op zelfred-

zaamheid, arbeidsparticipatie en/of

maatschappelijke participatie.

Gedurende het jaar 2016 wordt gemoni-

tord hoe de coördinator bijdraagt aan de

integrale aanpak ook op het gebied van

armoede beleid.

Page 79: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

2. Programma’s 75

Doelstelling Stand van zaken Acties 2016

Het gezond(er) blijven

en mee (blijven) doen

aan de samenleving van

chronisch zieken en

gehandicapten

Er is een uitgebreide collectieve zorgver-

zekering ten behoeve van de doelgroep

met een inkomen tot 130% van het mini-

mum.

Kwetsbare groep inwoners (met chroni-

sche ziekte of beperking) ondersteunen

met een betaalbaar en passend verzeke-

ringspakket.

d. Werken

Doelen

De ambitie in het Sociaal Domein is dat iedereen naar vermogen meedoet en bijdraagt aan de samenle-

ving. Het Maatschappelijk Plein ondersteunt en begeleidt mensen in dit kader bij het vinden van werk of

wanneer dat niet mogelijk is bij het vinden van activiteiten die bijdragen aan hun participatie.

Acties

Doelstelling Stand van zaken Acties 2016

Versterken van de sa-

menwerking met werk-

gevers in Oldenzaal om

meer arbeidsplekken te

realiseren voor de doel-

groep met een afstand

tot de arbeidsmarkt.

In 2014 is een reserve arbeidsplaat-

senregeling ingesteld. Deze regeling is

van kracht t/m 2016.

In 2015 is de werkgeversvereniging

“Oldenzaal aan de slag!” opgericht.

In 2016 wordt de arbeidsplaatsenregeling

geëvalueerd op het effect ervan voor de

doelgroep van personen met een afstand

tot de arbeidsmarkt.

“Oldenzaal aan de slag!” plaatst mensen

met een afstand tot de arbeidsmarkt in

reguliere functie, het invullen van garan-

tiebanen en het creëren van werkerva-

ringsplaatsen.

In 2016 wordt SROI-beleid ontwikkeld.

Regionaal wordt dit afgestemd.

Versterken van de sa-

menwerking op regio-

naal niveau met betrek-

king tot arbeidsmarkt.

In de arbeidsmarktregio wordt intensief

samengewerkt op beleids- en uitvoerend

niveau.

Uitvoering geven aan de samenwer-

king in het Werkbedrijf met de 14 ge-

meenten, Uwv en werkgevers- en

werknemersorganisaties.

Uitvoering geven aan regionale werk-

geversdienstverlening.

Samenwerking en afstemming van

beleid voor de uitvoering van de Parti-

cipatiewet.

Page 80: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

76 2. Programma’s

Doelstelling Stand van zaken Acties 2016

Iedereen participeert

actief naar vermogen in

de samenleving. Het

Maatschappelijk Plein

ondersteunt en begeleidt

daarbij.

De Participatiewet biedt een aantal

nieuwe instrumenten waaronder de nieu-

we loonkostensubsidie, de garantiebanen

en loonwaardemetingen. In 2015 zijn de

eerste ervaringen opgedaan met deze

nieuwe instrumenten en worden de admi-

nistratieve processen ingericht.

Het UWV bepaalt wie in aanmerking komt

voor een garantiebaan en houdt een

doelgroepenregister bij.

Met ingang van 2015 valt iedereen met

arbeidsvermogen onder de doelgroep van

de gemeente, waaronder schoolverlaters

van Voortgezet Speciaal Onderwijs

(VSO) en Praktijkonderwijs (PRO).

In 2015 is de invulling van nieuw beschut

uitgewerkt. Een aantal zaken zijn hier

regionaal voor uitgewerkt en lokaal ver-

taald.

Het Maatschappelijk Plein ondersteunt

klanten op eigen mogelijkheden (eigen

kracht) en het benutten van persoonlij-

ke of maatschappelijke perspectieven.

Toepassen van het nieuwe instrument

loonkostensubsidie.

Er wordt onderzoek gedaan naar de

mogelijkheden van detachering als re-

integratie-instrument.

-Inwoners uit Oldenzaal die ingeschre-

ven staan in het doelgroepenregister

worden door het Maatschappelijk Plein

in samenwerking met de werkgevers-

vereniging Oldenzaal aan de slag! ge-

plaatst op een garantiebaan.

In samenwerking met onderwijs wordt

een sluitend netwerk onderwijs –

arbeidsmarkt gerealiseerd voor VSO/

PRO schoolverlaters.

-Voor de doelgroep nieuw beschut

worden in samenwerking met werkge-

vers en maatschappelijke organisaties

een aanbod van passend werk en be-

geleiding gegenereerd. Dit aanbod

wordt ontwikkeld in samenspraak met

Wmo-begeleiding.

De gemeentelijke bijdra-

ge aan de uitvoering van

de Wsw blijft ondanks

aflopende rijksbudgetten

gelijk

Sinds 1 januari 2015 hebben alle SW-

medewerkers een arbeidsovereenkomst

met de Stichting Werkprojecten Olden-

zaal. Het Maatschappelijk Plein en de

afdeling WIZ zijn verantwoordelijk voor de

uitvoering van de Wsw en de regie daar-

op.

Met de invoering van de Participatiewet is

vanaf 1 januari 2015 instroom in de Wsw

niet meer mogelijk.

In 2015 is samen met de SW-bedrijven in

Twente een aanvraag ingediend voor de

sectorgelden WSW (landelijk 30 miljoen).

De gemeente Oldenzaal heeft € 110.000

subsidie aangevraagd voor scholing van

begeleidend personeel en methodiekont-

wikkeling.

Realiseren van doorontwikkeling en

doorstroming van de Sw-doelgroep in

de beschutte werkomgeving door

daarover concrete afspraken te maken

met Larcom en de samenwerking met

Larcom te optimaliseren.

In 2016 loopt het proces voor de ophef-

fing van de GR Werkvoorzieningschap

Oost Twente en de ontmanteling van

Top Craft nog door.

e. Wmo en welzijn

Doelen

De gemeente heeft per 1-1-2015 op basis van de nieuwe Wet Maatschappelijke Ondersteuning de taak

om er voor te zorgen dat inwoners zo lang mogelijk in de eigen leefomgeving kunnen blijven wonen en

meedoen aan de samenleving. Dit is geen gemakkelijke opgave in tijden waarin budgetten fors krimpen.

Het invullen van deze taken betekent dan ook dat wij een beroep doen op solidariteit, saamhorigheid en

creativiteit; zowel van de inwoners, als van verenigingen met vrijwilligers en organisaties. Zij vormen het

fundament van de maatschappelijke ondersteuning. Wanneer er toch meer nodig is om zelfstandig te

Page 81: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

2. Programma’s 77

blijven wonen of mee te doen blijft de gemeente beschikbaar. Medewerkers kijken samen met de cliënt

en zijn omgeving naar wat er aanvullend op de eigen mogelijkheden en vaardigheden nodig is. En soms

is dit (ook) de inzet van een maatwerkvoorziening. Maar ook met deze meer gespecialiseerde zorg wordt

de samenwerking gezocht. Ook aan de zorginstellingen wordt gevraagd nog meer te kijken naar het in de

kracht zetten van de inwoners. Gezamenlijk staan we voor een flinke opgave en hebben we elkaar nodig

om dit tot een succes te maken.

Acties

Doelstelling Stand van zaken Acties 2016

Een krachtige infrastruc-

tuur van algemene voor-

zieningen die werken

aan preventie, sociale

samenhang en aan

ondersteuning, voorlig-

gend aan de wettelijke

maatwerkvoorzieningen.

Aan het welzijnswerk is gevraagd een

krachtige infrastructuur te ontwikkelen.

Kaders zijn gesteld in het beleidskader

maatschappelijke ondersteuning en de

welzijnsvisie.

De stichtingen Impuls, Carint (AMW)

en het Steunpunt Informele Zorg vor-

men het Netwerk Welzijn Oldenzaal

(NWO).

Het NWO is bezig met een gezamen-

lijk werkplan voor 2016. Stichting Im-

puls en de Werkwijzer voert het project

Service in de Stad uit.

Werkplan NWO wordt uitgevoerd.

Inzet op:

cliëntondersteuning;

ondersteunen vrijwilligers;

werk/vrijwillige inzet;

versterken mantelzorgondersteuning;

stimuleren/activeren en ondersteunen

van initiatieven van burgers;

pilots waarin onder meer Wmo, partici-

patie, sport met elkaar worden verbon-

den.

Er wordt een vervolg gegeven aan de in

2015 gevoerde bestuurlijke overleggen

over gewenste organisatorische verbin-

dingen tussen de welzijnsorganisaties

Afspraken maken met de welzijnsorgani-

saties met betrekking tot dien-

sten/ondersteuning aan huis.

Bevorderen van (de

ondersteuning) van

mantelzorg en vrijwil-

ligers

Uitvoering nota’s informele zorg en

Vrijwilligersbeleid is gestart.

Het Project voor versterken mantel-

zorgondersteuning is door NWO ge-

start.

Aanvraag voor aanvullend project

“Versterken respijtzorg is in voorberei-

ding.”

Verdere uitvoering nota’s informele zorg

en vrijwilligersbeleid.

Uitvoering projectplannen versterken

mantelzorgondersteuning. In 2016 wordt

nadrukkelijk ingezet op respijtzorg.

Realiseren van samen-

hang tussen de domei-

nen van de algemene

Wmo-voorzieningen,

maatwerkvoorzieningen

en de Zorgverzekering.

Het project ‘In voor zorg’ is in ontwikke-

ling. Het project zet in op transformatie;

een afstemming tussen de verschillende

domeinen en een verschuiving van for-

mele zorg naar burgerkracht.

Het Maatschappelijk Plein, NWO en de

zorgpartners zijn in gesprek over inhou-

delijke samenwerking t.b.v. bijdrage aan

realisatie van de beoogde transformatie.

Implementatie en uitvoering van de sa-

menwerking tussen de verschillende

partners

Een werkgroep buigt zich over de sa-

menwerking tussen MP, NWO, Zorg-en

netwerkstructuur. De link wordt gelegd

met de in Oldenzaal operationele net-

werkstructuur.

Bieden van (onafhanke-

lijke) cliëntondersteuning

Het NWO is een project gestart om de

cliëntondersteuning vorm te geven.

Het project:

regelt de (onafhankelijke) ondersteu-

ning van cliënten bij het vinden van de

juiste ondersteuning;

voorziet in extra welzijnscapaciteit en

aanpak om het meedoen van mensen

met een beperking (breed) in onze

samenleving te ondersteunen;

De uitvoering van het project heeft een

looptijd t/m 2016.

In 2016 wordt het project geëvalueerd en

gekeken naar een definitieve oplossing.

Page 82: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

78 2. Programma’s

Doelstelling Stand van zaken Acties 2016

Burgerparticipatie De gemeente onderhoudt contact met

inwoners en betrekt op diverse manieren

inwoners bij de beleidsontwikkelings- en

uitvoeringsprocessen.

Het college heeft besloten de rol van de

wijkwethouders te verbreden en aan elke

wijk een portefeuillehouder te koppelen.

Wijkwethouders vervullen een ambas-

sadeursfunctie voor burgerinitiatieven

Per wijk is een budget beschikbaar

gesteld voor burgerinitiatieven.

Gestart wordt met de (integrale) advies-

commissie participatie. Deze vernieuwde

adviescommissie sluit aan op de integrale

insteek van de transformatie.

De commissie vervangt de bestaande

commissies en heeft tot taak gevraagd en

ongevraagd advies te geven over het

beleid op het sociale domein.

Daarnaast wordt gewerkt met platforms

voor Sport, Kunst, Cultuur en MKB.

Ook wordt gestimuleerd om nieuwe plat-

forms te ontwikkelen.

In 2016 zal de ingezette manier van wer-

ken met wijkwethouders en wijkbudgetten

verder vorm en inhoud krijgen en worden

geëvalueerd.

Integratiebeleid wordt

geupdate en versterkt

Het onderzoek naar de mogelijkheid tot

het opzetten van een Seniorenkring t.b.v.

een laagdrempelig en interactief partici-

patie instrument gericht op de leefomge-

ving loopt.

De Wet Taaleis in de Participatiewet

wordt op 1 januari 2016 ingevoerd. Van

bijstandsgerechtigden wordt verlangt dat

zij actief werken aan taalvaardigheid.

Beleid is opgesteld.

Op basis van de resultaten van het on-

derzoek wordt een keuze voor een Senio-

renkring inclusief vorm en kaders ge-

maakt.

Plan voor de implementatie Wet Taaleis

wordt uitgevoerd.

Bieden van adequate

ondersteuning bij de

integratie van migranten

en opvang vluchtelin-

gen.

Gemeenten krijgen jaarlijks een taakstel-

ling voor de opvang van vluchtelingen.

Deze taakstelling loopt sterk op. Door het

toenemend aantal vluchtelingen maar ook

door de overige (nieuwe) migranten in

Oldenzaal zal door onderwijs- en taalach-

terstand en culturele verschillen extra

druk op de beschikbare voorzieningen in

alle leefgebieden ontstaan.

In 2016 een onderzoek laten uitvoeren

naar de geschiktheid en toepasbaarheid

van de beschikbare voorzieningen op de

leefgebieden Onderwijs, Zorg, Welzijn en

Participatie voor het toenemend aantal

migranten (inclusief vluchtelingen) in

Oldenzaal. Het onderzoek moet resulte-

ren in concrete aanbevelingen en een

plan van aanpak voor een (aanéén-

)sluitend netwerk van voorzieningen voor

migranten in Oldenzaal. Daarbij worden

verbindingen gelegd met het programma

Oldenzaal vitaal.

Page 83: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

2. Programma’s 79

Doelstelling Stand van zaken Acties 2016

Zorgen voor gepast

vervoer voor burgers

met een mobiliteits-

vraagstuk.

In 2015 is begonnen met het opstellen

van een regionale visienotitie met drie

speerpunten:

1. Mensen doen mee naar vermogen;

2. Inzetten op eigen kracht;

3. Het vervoer beter en goedkoper orga-

niseren.

Contracten met de uitvoerders van Regio-

taxi voor alle 14 gemeenten lopen af op 1

juli 2016 en worden geëvalueerd.

Proces wordt gestart om, in het perspec-

tief van uitgangspunten van de beoogde

transformatie, de volgende resultaten te

bereiken:

1. Het vervoer van de doelgroep integre-

ren in de maatwerkaanpak.

2. Door middel van ondersteuning/ vrijwil-

lige hulp (training, app, meereizend

maatje) de claim op maatwerkvoorzie-

ningen beperkt.

3. Waar nodig ondersteuning regelen,

dan wel maatwerkvoorzieningen ver-

strekken die WMO-cliënten helpen om

invulling te geven aan hun mobiliteits-

behoefte.

f. Jeugd en Gezin

Doelen

Per 1 januari 2015 is de overdracht van jeugdzorgtaken in het kader van de nieuwe Jeugdwet een feit en

de beoogde transformatie in de jeugdzorg de grote uitdaging. De visie en werkwijze van waaruit de ver-

antwoordelijkheid voor de jeugdzorg wordt vormgegeven door het Maatschappelijk Plein doet een groot

beroep op de samenwerking met en versterking van het preventieve lokale jeugdbeleid, publieke ge-

zondheidszorg, het (passend) onderwijs en werk/arbeidsmarkt. Het Maatschappelijk Plein is een be-

trouwbare en bereikbare partner, voor gezinnen, huis-en jeugdartsen, medisch specialisten en overige

vragen naar ondersteuning, bij het opvoeden en het opgroeien van de Oldenzaalse jeugd.

Parallel aan de transitie van de jeugdzorg loopt het ontwikkelingsproces van het Passend Onderwijs. Een

goede afstemming tussen gemeentelijke verantwoordelijkheden en onderwijstaken is een belangrijke

opdracht. (Zie ook beleidsproduct onderwijs). Het sturen op kwaliteit is één van de belangrijkste opgaven

in het nieuwe jeugdstelsel. Kwaliteit behelst de aspecten effectiviteit, efficiency en veiligheid van het stel-

sel. De in de Jeugdwet opgenomen kwaliteitsregels voor jeugdhulpaanbieders en gecertificeerde instel-

lingen zijn gehanteerd bij de inkoop en uitvoering van zorg.

Acties

Doelstelling Stand van zaken Acties 2016

Realiseren van advies,

informatie en onder-

steuning bij opvoeden

en opgroeien.

LOES rendeert in een toename aantal

bezoekers van de website met 25%

(2013-2014)

Blijven investeren op de regionale sa-

menwerking en promotie LOES.

Bevorderen van de

gezondheid en vitaliteit

van de jeugdige inwo-

ners

De GGD/JGZ levert maatwerkproducten die zijn afgestemd op het lokaal jeugd-, onderwijs-, en gezondheidsbeleid.

Actualisatie aanbod a.d.h.v. regionaal en

lokaal uitvoeringsplan GGD Regio Twen-

te.

Samenwerkingsverband CJG (loc.

Hooge Lucht) handhaven.

Implementatie en evaluatie uitvoe-

ringsplannen t.b.v. afspraken 2016.

Versterken van regie en

verantwoordelijkheid van

de ouders, jongere en

eigen netwerk.

Er is door het opstellen van een geza-

menlijke agenda gewerkt aan de verbre-

ding samenhang Welzijn; aansluiten op

de fusie tussen Impuls en SWO)

(zie WMO en Welzijn).

Sturen op een gezamenlijk werkplan

van gefuseerde welzijnsorganisaties

en verenigingen.

Organiseren van sociale cohesie en

maatschappelijke deelname in praktijk.

Focus op wensen en mogelijkheden

van ouders, verenigingen, wijken etc.

Page 84: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

80 2. Programma’s

Doelstelling Stand van zaken Acties 2016

Realiseren van een

brede toegang en laag-

drempelige (professio-

nele) ondersteuning

voor jeugdigen en ge-

zinnen.

Per 1 januari 2015 is het team Jeugd en

Zorg operationeel binnen het Maatschap-

pelijk Plein.

Gestart is met een effectenmonitor.

Op basis van effectenmonitor worden in

de 2de helft van 2016 keuzen gemaakt

over doorontwikkeling van onze werkwij-

ze in 2017.

Effectieve en efficiënte

inzet van beperkte mid-

delen.

1ste

lijns voorzieningen bieden effectie-

ve vormen van opvoedingsondersteu-

ning.

Regionale aanbestedingen middels

raamovereenkomsten met gecontrac-

teerde zorgaanbieders lopen na evalu-

atie op hoofdlijnen door in 2016.

Harde en actuele beleidsinformatie is

nog zeer beperkt beschikbaar.

Ingezet is op het verzamelen van ei-

gen informatie over de omvang en kos-

ten van de geleverde voorzieningen.

Landelijk (CBS), regionaal, lokaal

wordt ingezet op opbouw van beleids-

en sturingsinformatie.

Terugdringen vraag naar jeugdzorgpro-

ducten d.m.v. extra investering vanuit de

doeluitkering op 1ste lijnsvoorzieningen -

Uitbouwen van constructieve en duurza-

me werkrelaties met aanbieders.

Ontwikkelen set prestatie-indicatoren

voor adequate beleidsinformatie

“Samen14” heeft lead in opbouw regi-

onale gegevens set voor beleidsinfor-

matie

Ontwikkelen lokale monitor cliënttevre-

denheid

Voldoen aan de kwali-

teitsnorm van verant-

woorde ondersteuning

en hulp voor jongeren

en gezinnen.

Kwaliteitsniveau van uitvoering zorg

door het Team jeugd en Zorg is ge-

borgd middels afspraken met betrok-

ken partners.

PGB: Er is nog maar beperkt inzicht in

kwaliteitseisen en tarieven.

De vormgeving van resultaat-

afspraken behoeft nog verdieping.

Ontwikkeling van kwaliteitsmonitor waarin

de regio de lead heeft.

Monitoren van de kwaliteit van door ons

geboden ondersteuning door het Maat-

schappelijke Plein.

Samenwerking met

zorgpartners is ade-

quaat en vastgelegd

Er zijn samenwerkingsafspraken m.b.t.:

Huisartsen;

Kinder- en Jeugdbescher-

ming,Jeugdreclassering;

Afspraken met OZJT / Veilig Thuis

Twente (o.a. Crisisinterventie);

Keten Veiligheid (politie /justitie/

Jeugdzorgplus;

Regiovisie Huiselijk Geweld en Kin-

dermishandeling Twente.

Update van samenwerkingsprotocollen

en werkafspraken op basis van evaluaties

2015

Realiseren van advies,

informatie en onder-

steuning bij opvoeden

en opgroeien.

LOES rendeert in een toename aantal

bezoekers van de website met 25%

(2013-2014)

Blijven investeren op de regionale sa-

menwerking en promotie LOES.

g. Gezondheidszorg

Doelen

In 2013 is het nieuwe gezondheidsbeleid “Vitale coalities, betere gezondheid, meer participatie” voor de

periode 2013-2017 vastgesteld. Primaire doelstelling is het bevorderen van de gezondheid, vitaliteit en

participatie van de Oldenzaalse inwoner. Dit maakt de verbinding van het thema gezondheids-

zorg/Publieke Gezondheid binnen het sociale domein nog relevanter dan voorheen. In dat perspectief

wordt ook de inbreng van de Individuele Gezondheidszorg (bijv. huisartsen), de Openbare Gezondheids-

zorg (bijv. schakelwijkverpleegkundigen) en de GGD Twente meegenomen.

Page 85: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

2. Programma’s 81

Acties

Doelstelling Stand van zaken Acties 2016

Het bevorderen van de

gezondheid en vitaliteit

van de Oldenzaalse

burger

Samenwerking met huisartsen wordt

geïntensiveerd.

In samenwerking met Menzis wordt het

Project Oldenzaal Vitaal opgestart.

Mogelijkheden om landelijke stimule-

ringsfondsen te benutten worden on-

derzocht.

Opbouw programma Vitale Coalities

Uitvoering Project Oldenzaal Vitaal

Verminderen gezond-

heidsachterstanden in

wijken

Er is een plan opgesteld voor de integrale

inzet van de GIDS gelden binnen de

pilots werk participatie, zorg en welzijn.

Ook in 2016 inzet GIDS-middelen binnen

de integrale aanpak programma Vitale

Coalities

Het bevorderen van de

gezondheid en vitaliteit

van de Oldenzaalse

burgers

Met de GGD en de 14 gemeenten zijn,

aan de hand van een koersdocument, bij

de transformatie passende (product)-

afspraken (basispakket enz.) voor 2016

e.v. vastgelegd.

Vorm geven aan de nieuwe samenwer-

king met de GGD

2.5.3 Budget

De lasten en baten aanvaard beleid

per beleidsproduct

Bedragen x € 1.000

2014 2015 2016 2017 2018 2019

Onderwijs 4.722 4.142 4.103 4.032 3.967 3.906

Bijstandverlening 9.171 8.189 9.472 9.473 9.472 9.472

Armoedebeleid 1.452 2.170 1.912 1.921 1.919 1.919

Werken 13.447 13.494 11.781 11.462 11.217 10.984

WMO en Welzijn 10.119 14.636 13.828 13.353 13.171 13.171

Jeugd en Gezin 1.045 8.806 8.284 8.064 8.039 8.039

Gezondheidszorg 1.016 1.085 980 980 980 980

Totaal lasten 40.972 52.522 50.360 49.285 48.765 48.471

Onderwijs -429 -421 -466 -466 -466 -466

Bijstandverlening -8.110 -7.184 -8.184 -8.183 -8.183 -8.184

Armoedebeleid -35 0 0 0 0 0

Werken -10.474 -1.195 -1.239 -1.328 -1.391 -1.351

WMO en Welzijn -1.412 -1.293 -1.313 -1.273 -1.273 -1.273

Jeugd en Gezin -45 -40 -41 -41 -41 -41

Gezondheidszorg -6 0 0 0 0 0

Totaal baten -20.511 -10.133 -11.243 -11.291 -11.354 -11.315

Nr. Pr. Nieuw beleid 2016 2017 2018 2019

11 5 Renovatie scholencomplex De Essen 0 40 39 38

16 5 Voorstel Participatiebudget personeelslasten 200

17 5 Transformatiebudget voor sociale domein 325 425

De voorstellen nieuw beleid worden toegelicht in hoofdstuk 4.1.6

Budget per programma

Bedragen x € 1.000

Realisatie Begroting +

Burap 1

Begroting Meerjarenbegroting

2014 2015 2016 2017 2018 2019

Lasten Aanvaard beleid 40.972 52.522 50.360 49.285 48.765 48.471

Aanvullend beleid

Page 86: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

82 2. Programma’s

Budget per programma

Bedragen x € 1.000

Realisatie Begroting +

Burap 1

Begroting Meerjarenbegroting

2014 2015 2016 2017 2018 2019

Nieuw beleid 525 465 39 38

Gevolgen Burap 2 28 59 77 95 95

Totaal lasten 40.972 52.550 50.944 49.827 48.899 48.604

Baten Aanvaard beleid -20.511 -10.133 -11.243 -11.291 -11.354 -11.315

Aanvullend beleid

Gevolgen Burap 2 3 3 3 3 3

Totaal baten -20.511 -10.130 -11.240 -11.288 -11.351 -11.312

Saldo vóór bestemming 20.461 42.420 39.704 38.539 37.548 37.292

Dotaties aan reserves 281 80 68 65 63 63

Idem Burap 2 200

Onttrekking reserves -618 -750 -148 -146 -124 -124

Idem Nieuw beleid -325 -425

Onttrekking Burap 2 -82

Saldo na bestemming 20.124 41.868 39.299 38.033 37.487 37.231

Binnen bestaand beleid zijn de onderstaande posten incidenteel:

Omschrijving

Bedragen x € 1.000

2016 2017 2018 2019

Incidentele lasten:

Maatschappelijke begeleiding Stg. Palet 100 0 0 0

Ondersteuning werkgeversvereniging 19 19 0 0

Huishoudelijke hulp toelage 409 0 0 0

Totaal incidentele lasten 528 19 0 0

Incidentele baten

Maatschappelijke begeleiding Stg. Palet 40 0 0 0

Huishoudelijke hulp toelage 409 0 0 0

Incidentele baten 449 0 0 0

Incidentele dotaties reserves (lasten):

Reserve speelvoorzieningen bij scholen 35 35 35 35

Totaal incidentele dotaties aan reserves 35 35 35 35

Incidentele onttrekkingen aan reserves (baten):

Reserve sociaal fonds 19 19 0 0

Incidentele onttrekkingen reserves 19 19 0 0

Page 87: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

2. Programma’s 83

2.6 Financiële algemene dekkingsmiddelen

Onder dit programma vallen de volgende producten:

a. Geldleningen en uitzettingen < 1jaar

b. Beleggingenbeheer

c. Geldleningen en uitzettingen

d. Algemene uitkering

e. Algemene dekkingsmiddelen

f. Lokale heffingen

2.6.1 Algemeen

Dit onderdeel behoort formeel gezien niet tot de programma’s. In dit programma onderdeel wordt inzicht

verschaft in de baten en lasten die niet als zodanig in de verschillende programma’s zijn opgenomen.

Ook worden hier nieuwe beleidsvoornemens en heroverwegingen opgenomen die (vooralsnog) niet

rechtstreeks aan een concreet programma toebedeeld kunnen worden. Daarvoor worden dezelfde tabel-

len gebruikt die u ook aantreft in de verschillende programma’s. Als algemene doelstelling met betrekking

tot de financiële positie van de gemeente kunnen we noemen het jaarlijkse streven naar een structureel

en reëel evenwicht van onze (meerjarige) begroting.

2.6.2 Budget

De lasten en baten aanvaard beleid

per beleidsproduct

Bedragen x € 1.000

2014 2015 2016 2017 2018 2019

Geldleningen en uitzettingen <1 Jaar 20 0 0 0 0 0

Beleggingenbeheer 3 3 2 3 3 2

Geldleningen en uitzettingen 0 0 0 0 0 0

Algemene uitkering 0 0 0 0 0 0

Algemene dekkingsmiddelen 1.998 875 860 400 -87 -317

Lokale heffingen 630 434 387 387 387 387

Totaal lasten 2.651 1.312 1.249 790 303 72

Geldleningen en uitzettingen <1 Jaar -5 0 0 0 0 0

Beleggingenbeheer -199 -132 -148 -159 -159 -158

Geldleningen en uitzettingen -1.803 -1.534 -1.309 -1.256 -1.175 -1.158

Algemene uitkering -32.382 -51.624 -50.097 -48.206 -47.129 -46.819

Algemene dekkingsmiddelen -106 -507 -472 -241 -241 -241

Lokale heffingen -6.698 -7.018 -7.133 -7.160 -7.210 -7.260

Totaal baten -41.193 -60.815 -59.159 -57.022 -55.914 -55.636

Nr. Pr. Nieuw beleid 2016 2017 2018 2019

geen

De voorstellen nieuw beleid worden toegelicht in hoofdstuk 4.1.6

Page 88: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

84 2. Programma’s

Budget per programma

Bedragen x € 1.000

Realisatie Begroting +

Burap 1

Begroting Meerjarenbegroting

2014 2015 2016 2017 2018 2019

Lasten Aanvaard beleid 2.651 1.312 1.249 790 303 72

Aanvullend beleid

Nieuw beleid

Gevolgen Burap 2 59 43 -69 -87 -87

Totaal lasten 2.651 1.371 1.292 721 216 -15

Baten Aanvaard beleid -41.193 -60.815 -59.159 -57.022 -55.914 -55.636

Aanvullend beleid

Gevolgen Burap 2 1.072 6 6 6 6

Totaal baten -41.193 -59.743 -59.153 -57.016 -55.908 -55.630

Saldo vóór bestemming -38.542 -58.372 -57.861 -56.295 -55.692 -55.645

Dotaties aan reserves 687 811

Onttrekking reserves -1.846 -2.015 -136 -41 -16

Saldo na bestemming -39.701 -59.576 -57.997 -56.336 -55.708 -55.645

Binnen bestaand beleid zijn de onderstaande posten incidenteel:

Omschrijving

Bedragen x € 1.000

2016 2017 2018 2019

Incidentele onttrekkingen aan reserves (baten):

Reserve ter dekking ICT naar Hengelo 66 41 16 0

Algemene reserve 70 0 0 0

Totaal incidentele onttrekkingen aan reserves 136 41 16 0

Page 89: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

2. Programma’s 85

2.6.3 Resultaatbestemming

Bedragen x € 1.000

Realisatie Begroting +

burap 1

Begroting Meerjarenbegroting

2014 2015 2016 2017 2018 2019

Lasten Aanvaard beleid 84.452 88.413 83.112 81.341 80.147 79.413

Aanvullend beleid 106 247 317

Nieuw beleid 1.653 917 566 640

Gevolgen Burap 2 2.795 136 22 26 22

Totaal lasten 84.452 91.208 84.901 82.386 80.986 80.392

Baten Aanvaard beleid -87.149 -85.336 -83.640 -81.510 -80.537 -80.206

Aanvullend beleid -106 -230 -282

Nieuw beleid 80

Gevolgen Burap 2 844 174 4 4 4

Totaal baten -87.149 -84.492 -83.386 -81.612 -80.763 -80.484

Saldo vóór bestemming -2.697 6.716 1.515 774 223 -92

Dotaties aan reserves 8.677 1.009 118 115 113 113

Idem Burap 2 200

Onttrekking reserves -8.200 -3.894 -531 -318 -271 -255

Idem aanvullend beleid

Idem Nieuw beleid -1.348 -697 -273 -272

Idem Burap 2 -1.707 -19

Saldo na bestemming -2.220 2.324 -265 -126 -208 -506

Overzicht algemene dekkingsmiddelen 2016 2017 2018 2019

Dividend 146 156 155 156

Overige algemene dekkingsmiddelen (incl. bespaarde rente)

771 947 1.353 1.566

Lokale middelen waarvan de besteding niet gebonden is

6.746 6.773 6.823 6.873

Gemeentefonds 50.097 48.206 47.129 46.819

Totaal 57.760 56.082 55.460 55.414

Page 90: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:
Page 91: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

3. Paragrafen 87

3. Paragrafen

Algemeen

Als gevolg van het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) dienen in de begroting, naast de diverse

programma’s, in afzonderlijke paragrafen de beleidslijnen vastgelegd te worden met betrekking tot rele-

vante beheersmatige aspecten. Doel van de paragrafen is dat onderwerpen die versnipperd in de begro-

ting staan worden gebundeld in een kort overzicht, waardoor uw raad voldoende inzicht ten aanzien van

het betreffende onderwerp kan krijgen. De paragrafen geven een dwarsdoorsnede van de begroting. Met

de paragrafen is telkens een groot financieel belang gediend. Ze geven daardoor extra informatie voor de

beoordeling van de financiële positie op de korte en langere termijn.

In titel 2.3 van het BBV wordt per verplichte paragraaf aangegeven welke informatie de betreffende para-

graaf minimaal dient te bevatten. In de verordening ex art. 212 gemeentewet is dit nog weer nader uitge-

werkt. Naast de verplichte paragrafen kennen we al jaren een facultatieve paragraaf, te weten integrale

handhaving. Gelet op het belang van de 3 decentralisaties hebben we nog een extra paragraaf opgeno-

men, te weten: Sociaal domein. In deze paragraaf gaan we de komende jaren nadere informatie opne-

men over de invoering en de gevolgen, inhoudelijke en financieel, van de decentralisaties.

De wijze waarop invulling wordt gegeven aan de paragrafen kan verschillen. Indien er voor een onder-

werp een actuele notitie bestaat kan in de betreffende paragraaf worden volstaan met een korte bericht-

geving van de stand van zaken. Indien deze actuele notitie ontbreekt wordt een uitvoeriger paragraaf

gemaakt; de paragraaf vervult dan nadrukkelijker een rol in de kaderstelling. Het streven is er op gericht

op termijn voor elke paragraaf over een beleidsnotitie te beschikken, welke vervolgens met een bepaalde

frequentie geactualiseerd gaat worden. In de jaarlijkse paragrafen van de programmabegroting kan dan

volstaan worden met een verwijzing naar de laatst vastgestelde beleidsnotitie en behoefd slechts inge-

gaan te worden op de actuele stand van zaken en de verwachtingen voor de korte termijn gebaseerd op

de vastgestelde beleidslijn.

Voor de goede orde merken wij voorts op dat we op basis van de dit voorjaar vastgestelde Financiële

verordening ex artikel 212 van de Gemeentewet, voor het eerst enkele financiële kengetallen hebben

opgenomen in de paragraaf Weerstandsvermogen en risicomanagement.

De Oldenzaalse paragrafenstructuur bestaat uit:

Weerstandsvermogen en risicomanagement

Onderhoud kapitaalgoederen

Financiering

Bedrijfsvoering

Verbonden partijen

Grondbeleid

Lokale heffingen

Handhaving

Sociaal domein

Page 92: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

88 3. Paragrafen

3.1 Weerstandsvermogen en risicomanagement

3.1.1 Inleiding

Bij het weerstandsvermogen gaat het om de relatie tussen weerstandscapaciteit en alle risico’s waarvoor

geen maatregelen zijn getroffen. Het gaat dus om de mate waarin de gemeente in staat is middelen vrij te

maken om substantiële tegenvallers op te vangen, zonder dat dit betekent dat direct het beleid gewijzigd

moet worden. In de programmabegroting 2016 wordt gewerkt met een beschrijving van de risico’s en een

koppeling met de beschikbare reserves (weerstandscapaciteit). Daarin zijn niet betrokken de verzekerde

risico’s en de risico’s waarvoor een voorziening in het leven is geroepen. Bij het gemeentelijk grondbedrijf

vindt de risicoberekening in verband met het complexe vakgebied separaat plaats.

Deze paragraaf heeft vooral als doel heeft om ingeschatte risico’s zo goed mogelijk te kwantificeren en

een relatie te leggen tot de beschikbare weerstandscapaciteit. Op basis hiervan kan een uitspraak wor-

den gedaan in hoeverre de Gemeente Oldenzaal in staat is substantiële financiële tegenvallers op te

vangen. Dat betekent niet dat er verder geen risico’s zijn. We staan daarnaast stil bij niet financieel kwan-

tificeerbare risico’s en waar mogelijk nemen we maatregelen om de risico’s zoveel mogelijk te beperken.

3.1.2 Incidentele componenten weerstandscapaciteit

Van de reserves, waarmee invulling wordt gegeven aan de incidentele component van het weerstands-

vermogen, kan op basis van de huidige informatie het volgende overzicht worden gemaakt:

Omschrijving/Jaren

Bedragen x € 1.000

1-1-2014 1-1-2015 1-1-2016 1-1-2017 1-1-2018

Algemene reserve Algemene dienst 14.297 14.270 15.615 15.545 15.545

Algemene reserve Grondexploitatie 3.032 3.054 3.054 3.054 3.054

Rekeningresultaat 2014 2.220

Bestemmingsreserves Algemene dienst 17.306 16.181 14.602 14.260 14. 057

Bestemmingsreserves Grondexploitatie 9.247 10.352 10.401 10.401 10.401

Totaal reserves 43.882 46.077 43.672 43.260 43.057

De stand per 1-1-2015 sluit aan bij de stand van de reserves per 31-12-2014, conform de Jaarrekening

2014. In de Jaarrekening 2014 wordt voorgesteld het rekeningresultaat 2014 toe te voegen aan deze

reserve.

3.1.3 Omvang algemene reserve

De algemene reserve wordt gevormd door vermogensbestanddelen die nog geen bestemming hebben

gekregen en in bedrijfseconomisch opzicht vrij aanwendbaar zijn. Daarom vormt de algemene reserve

ook de buffer van de gemeente en is in die zin ook een belangrijk onderdeel van de gemeentelijke weer-

standscapaciteit. In de door uw raad vastgestelde beleidsnotitie reserves is de minimumomvang van de

algemene reserve bepaald op 6,6% van de begrotingsomvang. De begrotingsomvang 2016 (lasten aan-

vaard beleid vóór bestemming) bedraagt afgerond € 83,2 mln. Op basis van genoemde handelwijze bete-

kent dit dat de minimumomvang van de algemene reserve thans vastgesteld dient te worden op afgerond

€ 5,50 mln. Deze minimale omvang is overigens niet gerelateerd aan de omvang van de risico’s.

Bij de totstandkoming van de Programmabegroting 2015 was sprake van grote onzekerheden en risico’s

in het Sociale Domein. De risico’s binnen deze nieuwe taken zijn op verschillende redenen relatief groter

dan in de rest van onze exploitatiebegroting. Zo moesten we aannames doen ten aanzien van aantallen

cliënten, zijn alle processen nieuw, was de ondersteuning nieuw ingericht en waren we relatief onbekend

met deze nieuwe taken. Daarnaast gold voor de Participatiewet, waaruit ook ons oude bestand WSW’ers

wordt gedekt, dat er risico’s waren dat de door ons nagestreefde uitstroom niet gerealiseerd wordt.

Ten gevolge hiervan werd dan ook ter gelegenheid van de programmabegroting 2015 besloten het per-

centage van 6,6% tijdelijk te verhogen naar 7,7%. Hierdoor stijgt het voor risico’s beschikbare deel van de

Page 93: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

3. Paragrafen 89

Algemene Reserve van € 5,50 mln. naar € 6,42 mln. Dit doet meer recht aan de onevenredig grotere

risico’s binnen het Sociaal Domein op dit moment, dan blijkt uit onze normale systematiek. Vooralsnog

stellen we voor deze maatregel te continueren.

3.1.4 Resultaten

Om een uitspraak te kunnen doen over de hoogte van de aan te houden reserves (de benodigde weer-

standscapaciteit) zijn de risico’s geselecteerd, die opgenomen worden in deze paragraaf. De inventarisa-

tie en bepaling van risico’s heeft plaatsgevonden in samenspraak met de afdelingshoofden door het hou-

den van interviews en bespreking in het management team.

De geselecteerde risico’s zijn het uitgangspunt geweest. Van alle risico’s is de volgende informatie ver-

zameld en vastgesteld:

vaststellen van het risicoprofiel;

een inschatting van de kans van optreden;

een inschatting van de financiële gevolgen.

Op basis van de informatie uit de inventarisatie zijn de risico’s gekwantificeerd. Hierdoor is een uitspraak

gedaan over de gewenste omvang van de algemene reserve die benodigd is ter dekking van de financi-

ele gevolgen van de risico’s.

In de onderstaande tabel is de omvang van de ingeschatte risico’s weergegeven.

Bij kans wordt een inschatting gemaakt van hoe vaak zich dit risico zou kunnen voordoen. Een score van

1 betekent jaarlijks, een score van 0,5 betekent eens per twee jaar. Een score van 0,3 betekent dan 3

keer per 10 jaar en bij een score van 0,8 is de kans groter dan eens per 2 jaar, maar niet jaarlijks. Bij

impact wordt een inschatting gemaakt van de financiële impact die het risico met zich mee brengt als het

zich voordoet.

Kans Impact Risico

Hoog aantal / jaar Schatting € €

Onvoorspelbaarheid aantallen cliënten en typen zorg WMO & Jeugd 0,8 1.000.000 800.000

Onvoorspelbaarheid inkomsten van het Rijk 0,8 750.000 600.000

Middel

Meer cliënten vanuit het gedwongen kader c.q. rechtstreeks door-

verwezen dan verwacht 0,8 500.000 400.000

Doelstellingen uitvoering Participatiewet (PW) blijken niet haalbaar 0,5 500.000 250.000

Vondersweijde 0,8 500.000 400.000

Vastgoedportefeuille leegstand en huurderving 0,2 200.000 40.000

Faillissementen van aannemers en leveranciers 0,3 100.000 33.333

Wet vennootschapsbelastingen (2016) 1,0 500.000 500.000

Legesinkomsten 0,3 100.000 33.333

Wijzigingen BBV (2016) 1,0 300.000 300.000

Verbonden partijen 0,1 100.000 10.000

Gladheidbestrijding 0,3 60.000 20.000

Extreme weeromstandigheden 0,2 250.000 50.000

Evenementen 0,1 500.000 33.333

TOTAAL 3.470.000

Op basis van de output in deze fase kan een gefundeerde keuze gemaakt worden betreffende de aan te

houden reserves in relatie tot de geïdentificeerde risico’s uit het risicoprofiel. Hierbij dient een koppeling

te worden gelegd met de beschikbare, vrij aanwendbare reserves. Het gemeenschappelijke risicoprofiel

van de gemeente Oldenzaal kan worden aangeduid als gemiddeld. Op grond van bovenstaande tabel

zou de totaal gewenste weerstandscapaciteit voor het concern rond de € 3,5 mln. moeten bedragen.

Page 94: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

90 3. Paragrafen

Grondexploitaties

Om risico’s bij de grondexploitatie in beeld te brengen worden alle plannen nagelopen en worden de risi-

co’s zoveel mogelijk gekwantificeerd. Omdat niet alle risico’s zich voordoen wordt slechts een deel, reke-

ning houdend met de kans hierop, meegenomen in de risicoparagraaf.

Het risico is afhankelijk van de omvang van de onderhanden werken (1 tot 2%) en het risico dat in de

plannen wordt gelopen (15 tot 30%). Onder andere de volgende aspecten worden hierbij betrokken: te-

korten reconstructie- en saneringsplannen, bodem- en grondwatersaneringen, nog op te nemen inrich-

tingskosten buiten de exploitatie, ontwikkelingen nieuwe uitleggebieden en nieuwe wetgeving en prijs- en

afzetrisico’s.

Op basis hiervan kan de ondergrens en de bovengrens worden bepaald conform de door de raad vastge-

stelde methode.

Ondergrens Omvang Percentage Saldo tbv reserve

Onderhanden werk 120.654.000 1% 1.207.000

Risicoparagraaf 8.844.000 15% 1.326.000

Totaal 2.533.000

De maximale omvang van de algemene bedrijfsreserve bedraagt 2% van het volume onderhanden wer-

ken, vermeerderd met 30% van de omvang van de risicoparagraaf. In onderstaande tabel wordt de dan

geldende omvang vermeld:

Bovengrens Omvang Percentage Saldo tbv reserve

Onderhanden werk 120.654.000 2% 2.413.000

Risicoparagraaf 8.844.000 30% 2.653.000

Totaal 5.066.000

Het weerstandsvermogen voor de gemeente Oldenzaal dient dus op basis van de beschreven risico’s

een ondergrens te kennen van afgerond € 6 mln. (€ 3,5 concern en € 2,5 grondbedrijf) en een boven-

grens van € 8,6 mln. (€ 3,5 concern en € 5,1 grondbedrijf).

De stand van de algemene reserve grondbedrijf bedraagt eind 2015 naar verwachting € 3 mln. De stand

van de algemene reserve voor het concern bedraagt per eind 2015 naar verwachting € 15 mln. Daarmee

bevinden beide reserves bij elkaar opgeteld zich boven de bovengrens. De omvang van deze reserves is

dus voldoende voor afdekking van de mogelijke risico’s. Ook als daarbij rekening wordt gehouden met de

claims die op de algemene reserve worden gelegd als gevolg van de 2e burap 2015 en de voorstellen

voor nieuw beleid in deze begroting.

Oldenzaal onderkent dat Europa - en dus Nederland – een groot vluchtelingenprobleem kent. De Ge-

meente Oldenzaal denkt momenteel na wat onze gemeente kan doen om bij te dragen aan oplossingen

voor dit probleem in Nederland. De kans is groot dat ook in Oldenzaal op enige wijze vluchtelingen opge-

nomen gaan worden in onze samenleving. Dat zal gepaard gaan met een toenemende druk op onze

voorzieningen. Hoewel nog niet te kwantificeren, is het van belang rekening te houden met dit risico. Het

weerstandsvermogen van de Gemeente Oldenzaal is stevig en de inschatting is dat we de risico’s kun-

nen dragen. Er wordt voorts vanuit gegaan dat het Rijk kosten die gepaard gaan met het opvangen van

vluchtelingen in ieder geval deels zal vergoeden.

In het bijlagenboek, bijlage 11, wordt gedetailleerd ingezoomd op de genoemde risico’s.

Page 95: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

3. Paragrafen 91

Verplichte kengetallen BBV:

Met ingang van de Programmabegroting 2016 dienen gemeenten, cfm. de aanpassing van het Besluit

Begroting en Verantwoording provincies en gemeenten (BBV), een aantal verplichte kengetallen op te

nemen in de begroting. In de dit voorjaar door u vastgestelde financiële verordening is hierover eveneens

een artikel opgenomen Deze kengetallen maken het gemakkelijker om inzicht te krijgen in de financiële

positie van een gemeente en omdat de definities zijn vastgelegd in het BBV zijn deze ook tussen ge-

meenten vergelijkbaar.

Normering van het in Oldenzaal gewenste niveau van onderstaande kengetallen is nog een aandachts-

punt.

Kengetallen 2014 (t-2) 2015 (t-1) 2016 (t)

Netto schuldquote 70 64 62

Netto schuld per inwoner 1.796 1.735 1.585

Netto schuldquote gecorrigeerd voor alle verstrekte

leningen

84 77 76

Solvabiliteitsrisico 36 37 36

Enkele kengetallen zijn niet in bovenstaande tabel te vatten, te weten:

Structurele exploitatieruimte 2016 2017 2018 2019

Exploitatieruimte (zie ook hfdst. 4.1.2) 813 312 513 916

Grondexploitatie: in de begrotingsperiode neemt naar verwachting de boekwaarde binnen de grondex-

ploitatie toe met circa € 5 mln. Dit betreft € 4 mln. voor bouwgrond in exploitatie en € 1 mln. voor de ove-

rige voorraad.

Belastingcapaciteit: hiervoor verwijzen we naar de informatie welke hierover is opgenomen in de para-

graaf Lokale heffingen, hoofdstuk 3.7.

Toelichting per kengetal uit de BBV:

Netto schuldquote & Netto schuldquote gecorrigeerd voor alle verstrekte leningen:

Hoe hoger de schuld, hoe hoger de netto schuldquote. De netto schuldquote weerspiegelt het niveau

van de schuldenlast van de medeoverheid ten opzichte van de eigen middelen en geeft een indicatie

van de druk van de rentelasten en de aflossingen op de exploitatie. Een hoge netto schuldquote hoeft

op zichzelf geen probleem te zijn. Of dat het geval is valt niet direct af te leiden uit de netto schuld-

quote zelf, maar hangt af van meerdere factoren. Zo kan een hoge schuld worden veroorzaakt door-

dat er leningen zijn afgesloten en die gelden vervolgens worden doorgeleend aan bijvoorbeeld wo-

ningbouwcorporaties die op hun beurt weer jaarlijks aflossen. In dat geval hoeft een hoge schuld

geen probleem te zijn. Om inzicht te verkrijgen in hoeverre er sprake is van doorlenen wordt de netto

schuldquote zowel in- als exclusief doorgeleende gelden weergegeven (netto schuldquote gecorri-

geerd voor alle verstrekte leningen).

Normaal ligt de netto schuldquote van een gemeente tussen de 0% en 90%. Een netto schuldquote

tussen 100% en 130% wordt als hoog ervaren en moet niet verder stijgen. Boven de 130% zal er

werk van gemaakt moeten worden om de schuld te verlagen.

Solvabiliteitsrisico:

Dit kengetal geeft inzicht in de mate waarin de gemeente in staat is aan haar financiële verplichtingen

te voldoen. Indien er sprake is van een forse schuld én veel eigen vermogen (het totaal van de alge-

mene en de bestemmingsreserves), hoeft een hoge schuld geen probleem te zijn voor de financiële

positie. Daar is bijvoorbeeld sprake van indien een lening is aangegaan omdat het eigen vermogen

niet liquide is (omdat het vast zit in bijvoorbeeld een gemeentehuis of dat er andere investeringen

mee zijn gefinancierd). Hoe hoger de solvabiliteitsratio, hoe groter de weerbaarheid van de gemeen-

te. De mate van weerbaarheid geeft in combinatie met de andere kengetallen een indicatie over de fi-

nanciële positie van een gemeente. De solvabiliteitsratio drukt immers het eigen vermogen uit als

percentage van het totale vermogen en geeft daarmee inzicht in de mate waarin de gemeente in staat

is aan haar financiële verplichtingen te voldoen.

Page 96: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

92 3. Paragrafen

Grondexploitatie:

De afgelopen jaren is gebleken dat grondexploitatie een forse impact kan hebben op de financiële

positie van een gemeente. Indien gemeenten leningen hebben afgesloten om grond te kopen voor

een (toekomstige) woningbouwproject hebben zij een schuld. Bij de beoordeling van een dergelijke

schuld is het van belang om te weten of deze schuld kan worden afgelost wanneer het project wordt

uitgevoerd. Van de opbrengst van de woningen kan immers de schuld worden afgelost. Het kengetal

grondexploitatie geeft aan hoe groot de grondpositie (de waarde van de grond) is ten opzichte van de

totale (geraamde) baten. Wanneer de grond tegen de prijs van landbouwgrond is aangekocht, loopt

een gemeente relatief gering risico. Het is dus belangrijk om te kunnen beoordelen of er een reële

verwachting is of grondexploitatie kan bijdragen aan de verlaging van de schuld. Staat de grond te-

gen een te hoge waarde op de balans en moet die worden afgewaardeerd dan leidt dit tot een lager

eigen vermogen en dus een lagere solvabiliteitsratio.

Belastingcapaciteit:

De OZB zijn voor gemeenten de belangrijkste eigen belastinginkomsten. De belastingcapaciteit geeft

inzicht in de mate waarin bij het voordoen van een financiële tegenvaller in het volgende begrotings-

jaar kan worden opgevangen of ruimte is voor nieuw beleid. Om deze ruimte weer te kunnen geven is

een ijkpunt nodig. Op voorstel van de stuurgroep die naar aanleiding van het advies door de Com-

missie vernieuwing BBV is ingesteld is ervoor gekozen om de belastingcapaciteit te relateren aan

landelijk gemiddelde tarieven. In de eerste plaats is voor een landelijk gemiddelde gekozen omdat

over het algemeen geen maximum is gesteld aan belastingentarieven, zoals bij de OZB en parkeer-

belasting. Daarnaast geeft een gemiddelde meer inzicht in de betekenis van de belastingcapaciteit

voor de financiële positie dan wanneer het gerelateerd wordt aan een maximaal te heffen tarief en

worden deze gemiddelden ook onderling gemeenten gebruikt om lasten te vergelijken. Ook is er van-

uit de praktijk behoefte bij gemeenten en andere belanghebbende om inzicht te hebben in de lokale

tarieven van omliggende gemeenten. De hoogte van belastingtarieven komen dus niet in een vacuüm

tot stand; er wordt daarbij rekenschap gegeven hoe de “eigen” lastendruk (via tarifering) zich ver-

houdt tot het landelijke gemiddelde. Zo publiceert het Coelo de “Atlas van de Lokale Lasten”, een

macro- en micro-overzicht van opbrengsten van de hoogte en ontwikkeling van tarieven, heffingen en

woonlasten dat mede daarvoor wordt gebruikt. Ook wordt voortaan in de meicirculaire van het ge-

meentefonds een overzicht opgenomen met de (ontwikkeling van de) gemiddelde lastendruk van de

woonlasten van een meerpersoonshuishouden.

Voor de gemeenten wordt de belastingcapaciteit gerelateerd aan de hoogte van de gemiddelde woonlas-

ten (OZB, rioolheffing en reinigings-heffing). Naast de OZB wordt tevens gekeken naar de riool- en afval-

stof-fenheffing omdat de heffing niet kostendekkend hoeft te zijn, maar ook lager mag worden vastgesteld

(er is dan sprake van belastingcapaciteit die niet benut wordt).

De mate waarbij een tegenvaller kan worden bijgestuurd, wordt ook wel de wendbaarheid van de begro-

ting genoemd. Wanneer een gemeente of provincie te maken heeft met een hoge schuld en de structure-

le lasten hoger zijn dan de structurele baten en de woonlasten of opcenten al relatief hoog zijn, dan is er

minder ruimte om te kunnen bijsturen.

Page 97: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

3. Paragrafen 93

3.2 Onderhoud kapitaalgoederen

3.2.1 Algemeen

De gemeente Oldenzaal is de beheerder van de openbare ruimte en heeft een belangrijke rol in de reali-

sering en instandhouding daarvan. Conform de BBV bevat deze paragraaf de kapitaalgoederen wegen,

riolering, water, groen en gebouwen. Het overzicht is uitgebreid met civiele kunstwerken, verkeersregel-

installaties, speelvoorzieningen en sportvoorzieningen. Per kapitaalgoed is het volgende aangegeven: het

beleidskader inclusief ambitieniveau, hoe het beheer en onderhoud wordt uitgevoerd en wat het onder-

houdsniveau is. Ten slotte zijn de beschikbare middelen in de begroting weergegeven.

De keuzes die de komende jaren gemaakt moeten worden om de gemeentelijke begroting evenwichtig te

houden hebben ook gevolgen voor het onderhoud van de openbare ruimte. Er wordt van uitgegaan dat

de inzet van middelen in de openbare ruimte zodanig gekozen wordt dat er geen sprake is van kapitaal-

vernietiging. Wel kan dit inhouden dat als een onderdeel in de openbare ruimte op termijn in zijn geheel

vervangen moet worden er dan de keuze gemaakt kan worden deze vervanging enige jaren uit te stellen.

Het betreffende onderdeel wordt dan gedurende die periode op een lager niveau beheerd en onderhou-

den maar zodanig dat in ieder geval de veiligheid gewaarborgd is.

Om hierbij een beeld te schetsen moet men denken aan geoormerkte wegvakken die op termijn in zijn

geheel met fundatie en onderliggende riolering vervangen moeten worden, gebouwen die op termijn op

de nominatie staan om gesloopt te worden en stukken openbaar groen die op termijn geheel heringericht

worden.

In 2015 zijn alle gemeentelijke arealen in Oldenzaal geüpdatet vanwege de hernieuwde inventarisatie in

relatie tot de Transitie Basisgrootschalige Topgrafie. Tijdens deze transitie zijn alle arealen in Oldenzaal

opnieuw bepaald en op elkaar aangesloten. Op het moment van het actualiseren van de diverse beleids-

en beheerplannen was dit nog niet afgerond. Dit kan (theoretische) verschuivingen in de actualisatie van

de arealen veroorzaken.

Integraal beheer en onderhoud

Jaarlijks wordt door de afdeling Stadswerken met zorg de onderhoudsplannen voor de openbare ruimte

ingepland en voorbereid. Hierbij wordt gezorgd voor zoveel mogelijk synergie door onderhoudsmaatrege-

len te combineren en af te stemmen op ruimtelijke, autonome en maatschappelijke ontwikkelingen. Dit

gebeurt met de beschikbare financiële middelen. Daarnaast wordt goed gekeken naar de mogelijkheden

van subsidies.

Stadswerken beschikt over veel kennis en ervaring op het gebied van integraal onderhoud van de open-

bare ruimte. De kwaliteit wordt jaarlijks in de gaten gehouden en regelmatig onafhankelijk getoetst. De

toets resultaten worden ingevoerd in de beheerapplicaties zodat altijd alle gegevens centraal en up to

date beschikbaar zijn. De beheerdata zijn gekoppeld aan het kaartmateriaal zodat de gegevens ook goed

op tekening gepresenteerd kunnen worden.

De afdeling Stadswerken stelt onderhoudsplannen op voor de korte en middellange termijn en gaat ver-

volgens in overleg met de afdeling Beleid en Ontwikkeling voor een optimale afstemming. De jaarlijks

hieruit voortvloeiende onderhoudswerken worden voorbereid en uitgevoerd.

3.2.2 Wegen

Beleid

De gemeenteraad heeft in 2009 het beleidsplan wegbeheer “Beheren is vooruitzien” vastgesteld. Daarbij

is de keuze gemaakt voor uitvoering van scenario 1; dat wil zeggen opheffen achterstallig onderhoud en

vervolgens handhaven van ten minste het kwaliteitsniveau R-: dit is een niveau lager dan basiskwaliteit

maar nog voldoende om veilige wegen in stand te houden en kapitaalvernietiging te voorkomen. Inmid-

dels is de normering van het CROW aangepast op de normering van onderhoud objecten openbare ruim-

te. Niveau R- komt hierbij redelijk overeen met (beeld)kwaliteit C, op een schaal van A+ tot en met E.

Niveau C houdt in dat onderhoud op het meest optimale moment wordt uitgevoerd. . De oorspronkelijke

looptijd van het beleidsplan liep tot en met 2013. In de afgelopen periode waren de beleidsvoornemens

Page 98: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

94 3. Paragrafen

uit het plan nog niet allemaal uitgevoerd zodat actualisatie van het beleidsplan nog niet aan de orde was.

In 2015 zijn alle wegen door een extern bureau geïnspecteerd, ook zijn de meeste urgente projecten

opgeleverd. In de periode 2015/2016 zal een nieuw beleidsplan wegbeheer worden opgesteld. In dit

nieuwe beleidsplan zullen ook de kaders voor het onderhoud opnieuw benoemd en vastgesteld worden

waarop dan de beheersplannen gestoeld worden. Uitgangspunt van de normering is een normaal onder-

houden wegennet waarin jaarlijks een deel van het areaal aan onderhoud toe zal zijn.

Beheer

De gegevens van de wegen zijn opgenomen in het wegbeheerprogramma DG Dialog. In 2015 zijn alle

wegen geïnspecteerd (2-jarige cyclus). Ook is een uitvoeringsprogramma opgesteld met een doorkijk

voor de komende 4 jaar. Resumerend kan worden gesteld dat de extra investeringen in het onderhoud

van het asfalt, zowel structureel als eenmalig, in de afgelopen jaren heeft geresulteerd in een forse afna-

me van het achterstallig onderhoud van dit type weg. In de begroting van 2015 is hierop al geanticipeerd

door een bezuiniging van € 100.000 per jaar door te voeren. Bij deze ombuiging is er rekening mee ge-

houden dat veel onderhoudsmaatregelen kunnen worden gedekt uit een combinatie van rioleringsgelden

en/of subsidies. Mede door de investeringspush in het asfalt is de aandacht voor de elementenverharding

wat minder geweest. Bij de huidige inspecties blijkt dat we hier te maken hebben met een achteruitgang

in kwaliteit. Enerzijds omdat slechts klein onderhoud wordt gepleegd aan elementenverhardingen als het

echt noodzakelijk is. Anderzijds doordat vanwege de diverse projecten van de afgelopen tijd omleidings-

routes zijn ingesteld.

Middelen

Vanaf 2016 is jaarlijks € 438.000 beschikbaar voor asfaltonderhoud. In dit bedrag is bovengenoemde

ombuiging reeds verwerkt. In 2015 zijn alle wegen geïnspecteerd. Op basis van de nieuwe gegevens zal

de raad separaat worden geïnformeerd over het onderhoudsniveau en de daarbij behorende middelen

voor de jaren 2017 en verder. Op basis van bestaand beleid is het huidige budget toereikend voor het

onderhoud aan de asfalt wegen. In 2011 is door de gemeenteraad € 1.000.000 beschikbaar gesteld voor

opheffen achterstallig onderhoud. Op dit moment is € 125.000 hiervan niet besteed. Oorzaak hiervoor is

dat diverse andere dekkingsmiddelen konden worden ingezet bij de reconstructie werkzaamheden. Voor-

beelden hiervan zijn: revitalisering Eekte Hazewinkel, cofinanciering GRP zoals Hengelosestraat en

Berkstraat.

Het huidige budget in de begroting is toereikend om het hierboven genoemde beheer uit te voeren.

3.2.3 Openbare verlichting

Beleid

In december 2013 heeft uw gemeenteraad het beleidsplan openbare verlichting (2013-2017) vastgesteld.

Het beheerplan is vastgesteld door het college van burgemeester en wethouders. De belangrijkste be-

leidsuitgangspunten zijn:

Gewenste onderhoudsniveau

Onderhoudsniveau basis geldt voor de hele stad met uitzondering van winkelcentra/ busstation en groene

loper, daar geldt niveau A i.v.m. representatieve uitstraling (conform CROW).

Verlichtingsniveaus

Huidige verlichtingsniveaus geven geen problemen. Bij nieuw aanleg en bij reconstructies wordt aange-

sloten bij de aanbevelingen van de Nederlandse Stichting voor verlichtingskunde.

Vervanging

In het beleidsplan wordt ook aangegeven op basis van welke prioriteiten masten en/of armaturen wor-

den vervangen.

1. Extreem verouderde lichtmasten (>50 jaar), armaturen waarvan de lampen niet meer leverbaar zijn

2. Lichtmasten en armaturen die niet duurzaam zijn en of ouder zijn dan 40 respectievelijk 20 jaar;

3. Niet- energiezuinige armaturen.

Page 99: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

3. Paragrafen 95

Beheer

De gemeente bezit een actueel overzicht van alle beheerobjecten. Deze gegevens zijn vastgelegd in het

beheersysteem DG Dialog. Een externe partij verzorgt via een prestatieafspraak dat altijd minimaal 98%

van de openbare verlichting brandt en dat storingsmeldingen binnen vastgestelde tijdsnormen worden

opgelost. In 2015 loopt het huidige onderhoudscontract af. Voor de periode 2016-2019 vindt een nieuwe

aanbesteding plaats.

Naast de dagelijkse zorg voor het branden van de openbare verlichting, wordt sinds 2 jaar in woonwijken

openbare verlichting stelselmatig vervangen. Een lamp gaat maar een beperkte tijd mee en als een groot

deel van de lampen aan vervanging toe is kan sinds kort de PL lamp worden vervangen door een LED

variantVoorheen moest de hele armatuur worden vervangen. Hiermee is een flinke stap in de verduurza-

ming van de openbare verlichting gezet. Enerzijds doordat het energieverbruik met 2/3 omlaag gaat, van

ca. 24 watt naar 8 watt, daarnaast gaat een LED lamp ook veel langer mee zodat deze veel minder vaak

behoeft te worden vervangen. Een LED lamp gaat ca. 20 jaar mee in plaats van standaard 3 of 6 jaar

voor PL lampen. Uiterlijk begin 2016 zal de raad worden geïnformeerd via een voortgangsnotitie Openba-

re Verlichting.

Middelen

Het beheer en onderhoud van de openbare verlichtingsmiddelen wordt gedekt uit de posten:

Onderhoud € 150.000

Energie € 131.000

Sanering € 133.000

In deze verdeling is de ombuiging van € 50.000 voor 2016 reeds opgenomen, te weten:

Onderhoud € 10.000

Energie € 20.000

Sanering € 20.000

Het huidige budget in de begroting is toereikend om het hierboven genoemde beheer uit te voeren.

3.2.4 Verkeersregelinstallaties

Beleid

In december 2013 heeft de gemeenteraad het beleidsplan openbare verlichting (2013-2017) vastgesteld

hierin is het onderdeel verkeersregelinstallaties opgenomen. De VRI’s zijn aangesloten op het lichtmas-

tennetwerk.

De gemeente hanteert bij het ontwerp, beheer en onderhoud van de verkeersregelinstallaties de richtlij-

nen van het CROW (CROW-Publicatie 213 'Handboek verkeerslichtenregelingen’). Hiermee wordt uni-

formiteit in het ontwerp en het voldoende functioneren van de verkeersregelinstallaties en daarmee de

verkeersveiligheid geborgd.

Beheer

Het onderhoud van de verkeersregelinstallaties is bij twee onderhoudsbedrijven ondergebracht. De ge-

meente heeft een regierol. Dit vraagt voldoende inzicht in de werking en functionaliteit van verkeersregel-

installaties, zoals storingen en onderhoudsrondes. De afdeling Stadswerken heeft hiertoe een informatie-

systeem ingericht en stuurt waar nodig tijdig bij, op basis van deze verkregen informatie.

Weggebruikers kunnen een storing melden via het Meldpunt Openbare Ruimte van de gemeente Olden-

zaal of via het digitaal loket van de gemeente.

Met behulp van de beheerapplicatie worden de storingen uitgelezen. Voor het oplossen van (urgente)

storingen in de automaatschakelkast wordt een externe onderhoudsdienst ingeschakeld. Er is in het ver-

leden voor gekozen om met deze onderhoudsdienst geen contract aan te gaan, maar deze situationeel in

te schakelen. Dit vanuit kostenoverwegingen. Dit levert in de huidige praktijk geen problemen op.

Innovaties die de beheerbaarheid van verkeersregelinstallaties bevorderen zijn een aandachtspunt,

Page 100: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

96 3. Paragrafen

indien zij kunnen leiden tot kostenbesparingen, duurzaamheid en/of een betere doorstroming van het

verkeer. Te denken valt hier bijvoorbeeld aan het energiezuiniger of fietsvriendelijker maken van ver-

keersregelinstallaties.

In de praktijk leveren de deels oudere VRI’s geen problemen op.

Middelen

Het huidige budget in de begroting is toereikend om het hierboven genoemde beheer uit te voeren. Indien

oudere verkeersregelinstallaties door een storing uitvallen, waar reparatie geen oplossing meer biedt en

vervanging van de betreffende verkeersregelinstallatie noodzakelijk is, zal een beroep worden gedaan op

aanvullende financiële middelen via de bestuursrapportages.

3.2.5 Civieltechnische kunstwerken

Beleid

Op 4 februari 2010 heeft de gemeenteraad het beleid voor het beheer van de kunstwerken vastgesteld

(Planperiode 2010-2020). In het plan is beschreven hoe de kunstwerken planmatig in stand moeten wor-

den gehouden. Daarbij heeft de raad ervoor gekozen kunstwerken te beheren volgens het scenario heel

en veilig.

Beheer

De inspectie van kunstwerken is uitbesteed aan een extern bureau, zij beheren ook de inspectie gege-

vens via het programma iASSET. Begin 2015 heeft er een nieuwe inspectieronde plaats gevonden waar-

na het uitvoeringsprogramma voor 2015 is opgesteld. De staat van de civieltechnische kunstwerken is

redelijk tot goed. Op korte termijn vergen 2 kunstwerken (betonnen duikers) nader onderzoek vanwege

roest op de wapening. Voor de rest is (op termijn) klein onderhoud noodzakelijk. In Oldenzaal beheren we

94 civieltechnische kunstwerken te verdelen over de groepen: houten bruggen, betonnen bruggen, stalen

bruggen, duikers, tunnels, keerwanden & muren en overige. Vorig jaar hebben we een melding over ge-

luidslekken gehad in de geluidswand langs de N342 ter hoogte van de Alleeweg. Op dit moment vindt er

nog overleg plaats met de provincie over het eigendom van deze geluidswal. Indien deze van de ge-

meente is zal moeten worden bekeken of reparatie van deze wand binnen het huidige budget kan worden

uitgevoerd. De groene loper is vanzelfsprekend in het overzicht opgenomen. Doordat dit kunstwerk pas

kortgeleden is aangelegd is nog nauwelijks onderhoud noodzakelijk.

Middelen

Vanaf 2012 is er voor het beheer van civieltechnische kunstwerken € 86.000 beschikbaar. Dit bedrag is

gebruikt om de kunstwerken die het meest toe waren aan onderhoud te repareren. Oldenzaal ligt op een

stuwwal en dat brengt met zich mee dat in nieuwe woongebieden veel muurtjes voorkomen om hoogte-

verschillen op te vangen. Het huidige budget in de begroting is toereikend om het hierboven genoemde

beheer uit te voeren.

3.2.6 Openbaar groen

Beleid

Begin 2015 heeft de gemeenteraad het visiedocument op het openbaar groen “anders kijken anders doen

in het openbaar groen” vastgesteld. Planperiode 2015-2025. In het visiedocument is beschreven hoe het

openbaar groen onderhouden moet worden de komende jaren. Het beeld dat ons binnen nu en 10 jaar

voor ogen staat is dat de groenstructuur duurzaam versterkt is en dat het beeld extensiever wordt. Er zal

sprake zijn van groen met meer biodiversiteit, meer beleving en meer planten en diersoorten. De biodi-

versiteit en duurzaamheid zijn uitgangspunten voor het toekomstig beheer en ontwerp van de groene

ruimte.

Beheer

Het kwaliteitsniveau is via de begroting in voorgaande jaren reeds voor langere tijd vastgelegd. Voor de

hele stad gold tot voor kort het onderhoudsniveau Basis (B) conform de CROW-systematiek. Inmiddels is

besloten om structureel de onderhoudskosten in het openbaar groen te verlagen. Hiervoor is een visiedo-

Page 101: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

3. Paragrafen 97

cument opgesteld. De visie is vertaald in een plan van aanpak. Er is gebruik gemaakt van de hierboven

genoemde CROW-systematiek. Gekozen is voor een zonering waarbij sprake is van een gedifferentieerd

beheer. De binnenstad, winkelcentra en de groene loper en het parkmanagementgedeelte van het bedrij-

venterrein wordt in de nieuwe visie onderhouden op de niveaus A/B. In de overige wijken en op een deel

van het bedrijventerrein gaat het onderhoud naar niveau C. Het is de bedoeling om de basis te leggen

voor het beeld, beheer en de omvorming voor het openbaar groen in de komende 10 jaar. Tevens is het

de bedoeling om vanuit de visie uitgangspunten zoals biodiversiteit, duurzaamheid en participatie meer

vorm te gaan geven.

Middelen

De jaarlijks beschikbare middelen voor beheer van de openbare ruimte worden in de periode 2015-2018

structureel omgebogen. De te realiseren ombuiging op openbare groen en wegenonderhoud loopt op

van € 100.000 in 2015 tot € 300.000 in 2018. De fysieke uitstraling van het totale beeld in het openbaar

groen zal van een andere orde zijn dan tot nu toe het geval is geweest. Het nieuwe onderhoud is afge-

stemd op de beschikbare middelen.

3.2.7 Speelvoorzieningen

Beleid

Tot op heden is er met betrekking tot het onderhoud en met name voor vervanging geen duidelijk en hel-

der beleidsplan geweest. Wel is er een beheersplan actueel. Vanuit dit beheersplan worden jaarlijks de

inspecties en onderhoudsactiviteiten uitgevoerd. Maar er zijn niet voldoende middelen om op termijn de

huidige speelvoorzieningen in dezelfde huidige uitvoering te vervangen. De speeltoestellen moeten vol-

doen aan de warenwetbesluit attractie- en speeltoestellen. Inmiddels is in concept een nieuw beleidsplan

spelen 2015 gereed. In de tweede helft van 2015 of in 2016 zal deze in de gemeenteraad behandeld

kunnen worden om het daarna vast te stellen. Vanaf 2016 kan dan vervolgens gewerkt worden conform

het nieuwe beleidsplan.

Beheer

Om het veilig gebruik van speeltoestellen te garanderen is onderhoud nodig. Minimaal eens per jaar wor-

den de speeltoestellen geïnspecteerd en de bevindingen worden vastgelegd in inspectierapporten.

De data en de logboeken zijn actueel en betrouwbaar. De controles en herstelwerkzaamheden worden in

eigen beheer door de gemeente uitgevoerd. Het serviceniveau en de aansprakelijkheid is daarmee goed

geborgd.

Middelen

In het beleidsplan zal vooral aandacht komen voor de vervanging, participatie en fysieke invulling van

speelvoorzieningen. Daardoor kunnen de budgetten beter afgestemd worden. Omdat het nieuwe speel-

beleid interactief ingevuld wordt en we burgerinitiatieven die kansrijk zijn zo goed mogelijk willen facilite-

ren, bestaat er de mogelijkheid dat het bestaande budget voor beheer, onderhoud en vervanging van

speeltoestellen hiervoor niet toereikend is. Speelvoorzieningen beschikbaar hebben is echter geen wette-

lijke taak van de gemeente.

Voor de speelvoorzieningen op openbare schoolspeelplaatsen (die dus ook buiten de schooltijden zijn

opengesteld voor gebruik door de buurt) zijn afspraken gemaakt met de scholen. De scholen delen mee

in de kosten (afschrijving, inspectie en onderhoud) voor 50%.

3.2.8 Riolering

Beleid

Op 26 april 2011 heeft de gemeenteraad het verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan 2011-2015 (vGRP)

vastgesteld. Jaarlijks wordt een voortgangsnotitie opgesteld. Hierin zijn de zorgplichten voor hemel- ,

grond- en afvalwater opgenomen. Naast een beschrijving van de huidige situatie is per zorgplicht om-

schreven welke doelen onze gemeente zich heeft gesteld en door middel van welke strategie en maatre-

gelen de gestelde doelen worden verwezenlijkt. Via jaarlijkse voortgangsnotities wordt het bestuur op de

Page 102: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

98 3. Paragrafen

hoogte gehouden van actualiteiten binnen de rioleringszorg. Daarnaast blijft actueel, het daar waar moge-

lijk realiseren van blauwe aders om zo veel mogelijk hemelwater af te koppelen.

Beheer

Het aspect beheer vormt een belangrijk onderdeel van het vGRP. De afgelopen jaren is een inhaalslag

gemaakt met het reinigen en inspecteren van de riolering. In 2015 is gestart met het opstellen van een

nieuw verbeterd gemeentelijk rioleringsplan. Dit plan zal eind 2015 aan de raad worden voorgelegd.

Middelen

Structurele lasten voor de uitvoering van het vGRP zijn opgenomen in de meerjarenbegroting en worden

gedekt uit het rioolrecht. Het investeringsplan is geactualiseerd, waarbij nieuwe inzichten zijn verwerkt en

verschuivingen hebben plaatsgevonden tussen projecten. Ook na deze actualisatie past het investerings-

plan binnen het investeringsvolume zoals in het vGRP is vastgesteld.

3.2.9 Schoolgebouwen

Beleid

Naar aanleiding van de wetswijziging begin dit jaar is de gemeentelijke zorgplicht voor onderhoud en

aanpassingen van schoolgebouwen voor primair, speciaal en voortgezet onderwijs komen te vervallen.

De gemeente heeft slechts een zorgplicht voor: (vervangende) nieuwbouw, uitbreiding, medegebruik,

ingebruikgeving, terrein, eerste inrichting en schade/constructiefouten tenzij een gevolg van nalatigheid.

Tevens is er als gevolg van bovenstaande wetswijziging geen voorziening onderwijshuisvesting meer.

Deze activiteiten worden vanaf 1 januari 2015 gerekend tot de materiele instandhouding. Van belang is

dit voor de Nutsschool in Oldenzaal omdat deze school een eigen gymzaal heeft die niet door de ge-

meente in stand wordt gehouden. De school moet een aanvraag indienen voor onderhoud en aanpassing

om voor een vergoeding in aanmerking te komen. De gemeente houdt ten aanzien van de gymzalen wel

haar zorgplicht en ook voor gymzalen die in eigendom zijn van een schoolbestuur geldt deze zorgplicht.

Jaarlijks worden de aanvragen onderwijshuisvesting van de schoolbesturen geïnventariseerd en beoor-

deeld. De uitkomsten daarvan kunnen soms leiden tot verstrekkende gevolgen bijvoorbeeld de noodzaak

om te verhuizen naar een ander gebouw of zelfs opheffen van een vestiging. Maar uitkomsten in het ver-

leden hebben ook geleid tot een efficiënte verdeling van bestaande gebouwen.

Beheer

Aangezien de onderhoudsverplichting is komen te vervallen laat de gemeente de schoolgebouwen ook

niet meer jaarlijks inspecteren.

Voor basisschool De Essen wordt een afzonderlijk traject gevolgd. In dit gebouw zijn twee onderwijsin-

stellingen actief. Behalve voor het buitenonderhoud is de gemeente voor deze school ook verantwoorde-

lijk voor het onderhoud binnen. Er is met betrokken schoolbesturen overeenstemming bereikt over een

juridische overdracht. Hiermee vervalt de zorgplicht voor de gemeente. De schoolbesturen stellen als eis

dat er voorafgaand aan de overdracht een renovatie plaatsvindt. Uw raad wordt gevraagd de hiervoor

benodigde € 1,6 mln beschikbaar te stellen. Het voorstel hiervoor is opgenomen in hoofdstuk 4.1.6 Nieuw

beleid.

Middelen

De voorziening voor onderhoud schoolgebouwen is per 1 januari 2015 nog niet komen te vervallen. Dit in

verband met de nog af te ronden overdracht van scholencomplex De Essen.

Zoals gebruikelijk dient er voor eventueel benodigde nieuwbouw of verbouw een afzonderlijk krediet te

worden aangevraagd.

Page 103: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

3. Paragrafen 99

3.2.10 Overige gebouwen

Beleid

Het beheer en onderhoud van de gebouwen, niet zijnde schoolgebouwen, worden afgestemd op de situa-

tie van het gebouw. Het huidige beleid voor beheer en onderhoud is gericht op een eeuwigdurende in-

standhouding van het vastgoedbezit van de gemeente. De gemeente heeft verplichtingen als eigenaar,

verhuurder of exploitant. Gebouwen moeten veilig te gebruiken zijn en voldoen aan de wettelijke vereis-

ten. De gemeente gaat efficiënt met haar vastgoedbezit om en ziet vastgoedeigendom niet als een doel

op zich. Door te zoeken naar optimalisatie in het gebruik wordt verwacht dat er de komende jaren ge-

bouwen worden afgestoten. Begin dit jaar zijn de uitgangspunten voor het gemeentelijk vastgoedbeleid

vastgesteld. De uitwerking daarvan wordt eind 2015/begin 2016 aan uw raad voorgelegd.

Beheer

Al deze gebouwen worden jaarlijks door onze bouwkundige medewerkers geïnspecteerd. Indien nodig

wordt daarbij externe expertise ingehuurd. De onderhoudsgegevens worden ingevoerd in het bouwkundig

beheersprogramma Keur-It. Hieruit wordt een export gegenereerd naar Excel. Uitgangspunt bij het on-

derhoud van onze gebouwen is ‘sober en doelmatig’. Tijdens de jaarlijkse inspectie wordt de noodzaak

van het geplande onderhoud beoordeeld. Daar waar mogelijk worden werkzaamheden doorgeschoven

naar volgende jaarschijven. Bewaakt wordt wel dat er geen kapitaalvernietiging optreed door te laat pre-

ventief onderhoud. Vervanging van (installatie-)onderdelen vindt pas plaats als deze niet meer functione-

ren. In de uitgangspunten van het gemeentelijk vastgoedbeleid is verwoord dat er bij vervanging wordt

gekozen voor de meest duurzame en energiezuinige oplossing mits er sprake is van een reële terugver-

dientijd.

Middelen

Met bovengenoemde uitgangspunten voor beheer wordt de Voorziening Gebouwenbeheerplan Overige

Gebouwen met de in deze programmabegroting geraamde dotaties voor de komende 10 jaar voldoende

gevoed.

3.2.11 Vervangingsinvesteringen sportaccommodaties

Beleid

De gemeente draagt er zorg voor voldoende en kwalitatief hoogwaardige binnen- en buitensportaccom-

modaties beschikbaar zijn en blijven. Dit omvat naast beheer ook de verdere ontwikkeling en verbetering

van accommodaties. Voor het onderhoudsniveau wordt aansluiting gezocht bij de onderhoudscriteria

zoals deze door NOC*NSF in samenwerking met de sportbonden zijn geformuleerd.

Beheer

Voor het uit te voeren beheer en onderhoud is het “Sportbeheerplan 2013” maatgevend. De sportvelden

worden eenmaal per drie jaar door een externe organisatie beoordeeld. In de tussenliggende jaren wordt

er een schouw (quickscan) uitgevoerd. Een dergelijke scan heeft in 2015 plaatsgevonden. Hierbij wordt

aandacht besteed aan geplande (vervangings)investeringen in de nabije toekomst. Bij voldoende techni-

sche kwaliteit kunnen deze naar een later tijdstip worden geschoven.

Middelen

In het jaar voorafgaande aan de investering zal worden beoordeeld of de technische levensduur langer is

dan de economische levensduur en afhankelijk daarvan kan de vervangingsinvestering eventueel worden

uitgesteld.

Page 104: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

100 3. Paragrafen

3.3 Financiering

3.3.1 Algemeen

De beleidsuitgangspunten van de Wet financiering decentrale overheden (Wet fido) en de Regeling uit-

zettingen en derivaten decentrale overheid (Ruddo) zijn vastgelegd in het Treasurystatuut Oldenzaal

2010 dat door ons college is vastgesteld op 9 maart 2010 en door middel van een raadsinfobrief van 11

maart 2010 aan uw raad ter kennisneming is gezonden. De uitvoering van het beleid vindt plaats op amb-

telijk niveau met als voordeel dat er slagvaardiger kan worden opgetreden.

Het Treasurystatuut moet worden geactualiseerd. Met ingang van 14 december 2013 is namelijk de Wet

fido gewijzigd om het verplicht schatkistbankieren voor decentrale overheden te kunnen invoeren. Daar-

naast is met ingang van 30 december 2014 de Ruddo aangepast, waarbij de richtlijnen voor het inzetten

van derivaten zijn aangescherpt. Verder moeten als gevolg van de nieuwe afdeling Bedrijfsvoering de

functiebenamingen in het Treasurystatuut worden aangepast. Naar verwachting zal deze actualisatie nog

eind 2015 worden aangeboden.

3.3.2 Kasgeldlimiet

De kasgeldlimiet geeft het maximale bedrag aan dat met kortlopende middelen mag worden gefinancierd.

Deze limiet wordt elk kwartaal getoetst en mag in beginsel niet worden overschreden. Wanneer de limiet

voor het derde achtereenvolgende kwartaal wel wordt overschreden moet de provincie Overijssel daar-

van op de hoogte worden gesteld. Tevens moet een plan om binnen de limiet te blijven ter goedkeuring

voorgelegd worden. De limiet voor 2016 bedraagt 8,5% van de lasten van de begroting bij aanvang van

het jaar, 8,5% van afgerond € 83,2 miljoen is € 7,1 miljoen.

3.3.3 Renterisiconorm

Het doel van de renterisiconorm is het beheersen van de renterisico’s bij herfinanciering en/of renteher-

ziening. Elke gemeente loopt een financieel risico wanneer de rente onverwacht stijgt. Door te zorgen

voor voldoende spreiding in de rentetypische looptijden van de leningenportefeuille en/of door te kiezen

voor een annuïtaire- of lineaire aflossingsvorm kunnen de effecten van een renteverandering worden

afgevlakt. De renterisiconorm voor 2016 bedraagt 20% van het totaal van de lasten op de begroting, 20%

van afgerond € 83,2 miljoen is € 16,6 miljoen. Gelet op de opbouw van onze leningenportefeuille zal de

renterisiconorm in 2016 niet worden overschreden.

3.3.4 Financieringsbehoefte

De financieringsbehoefte is onder meer afhankelijk van het tijdstip waarop investeringen tot uitvoering

komen. Daarnaast is ook herfinanciering van de leningenportefeuille bepalend voor de liquiditeitspositie.

Dit kan er toe leiden dat de kasgeldlimiet over meerdere kwartalen wordt overschreden en er langlopende

financiering moet worden aangetrokken. Ons streven is er echter op gericht om binnen de kasgeldlimiet

in de financieringsbehoefte te voorzien door het aantrekken van kortlopende leningen. De ervaring leert

namelijk dat de rente op kortlopende leningen nagenoeg altijd lager is dan op langlopende geldleningen

waardoor (tijdelijk) een rentevoordeel kan worden behaald. De verwachting is dat we in 2016 binnen de

kasgeldlimiet kunnen blijven en we ons niet op de kapitaalmarkt zullen begeven.

3.3.5 Liquiditeitenplanning

De liquiditeitenplanning voor de geldstromen binnen onze gemeente is geoptimaliseerd. Met een degelij-

ke planning kan intern een betere afstemming plaatsvinden over betalingsactiviteiten en de effecten

daarvan op de gemeentelijke financiering. In het verlengde daarvan vormt de planning een basis voor

meer onderbouwde financieringsactiviteiten.

3.3.6 Rentevisie

De rentevisie wordt gebaseerd op de rentevisie van enkele financiële instellingen, waaronder die van

onze huisbankier. Maandelijks beslist de Europese Centrale Bank over de officiële rentetarieven in het

eurogebied. Het belangrijkste tarief, de herfinancieringsrente die de basis vormt voor de tarieven op de

geldmarkt, is in september 2014 verlaagd naar het historisch lage niveau van 0,05 procent en sindsdien

Page 105: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

3. Paragrafen 101

niet meer gewijzigd. De depositorente staat op 0,2 procent negatief, wat betekent dat banken dat percen-

tage aan rente moeten betalen om tegoeden bij de ECB onder te brengen.

De ECB zal een ruim monetair beleid blijven voeren. Het is de bedoeling dat de aankopen in het kader

van het uitgebreide programma voor de aankoop van activa (van €60 miljard per maand) zullen blijven

plaatsvinden tot eind september 2016. De effecten van deze maatregelen werken door in de economie en

zullen verder bijdragen aan een verbetering van de economische vooruitzichten. De lange rentetarieven

zullen onder invloed van het gematigde economisch herstel naar verwachting wat gaan oplopen.

Afstemming van het te voeren financieringsbeleid kan betekenen dat er (zo mogelijk) gewacht wordt met

het aantrekken van een langlopende geldlening wanneer een rentedaling wordt verwacht of dat een le-

ning wordt aangetrokken op het moment dat de rente erg laag is. Nu de kapitaalmarktrente zich op een

laag peil beweegt, is ons beleid erop gericht om bij het aantrekken van nieuwe leningen, leningen met

een looptijd van 10 jaar of langer aan te trekken waardoor de fluctuaties van de omslagrente - zoals ge-

wenst- beperkt zullen blijven.

Wij realiseren ons dat deze rentevisie als gevolg van de toch wel onzekere economische situatie kan zijn

achterhaald op het moment dat uw raad de programmabegroting vaststelt.

3.3.7 Leningenportefeuille

De huidige leningenportefeuille bestaat uit negen leningen met een restant schuld per 1 januari 2016 van

€ 44,1 miljoen. De gemiddelde rente van deze leningen bedraagt per 1 januari 2016 2,68% (1 januari

2015 2,72%). Vervroegde aflossing van deze leningen is niet mogelijk en de rente staat gedurende de

gehele looptijd vast.

3.3.8 Uitzettingen

Door een maatregel uit het Begrotingsakkoord 2013 zijn decentrale overheden met ingang van 2014 ver-

plicht tot schatkistbankieren. Dit houdt in dat tegoeden moeten worden aangehouden in de Nederlandse

schatkist waardoor de financieringsbehoefte van de Nederlandse staat vermindert en de staatsschuld zal

dalen. Het is decentrale overheden wel toegestaan om overtollige middelen uit te zetten bij andere over-

heden met dien verstande dat er geen toezichtrelatie mag bestaan tussen de betrokken overheden. Uit-

gangspunt is dat uitzettingen een prudent karakter moeten hebben en niet zijn gericht op het genereren

van inkomsten door het lopen van een overmatig risico. Het komende jaar zal er door de gemeente Ol-

denzaal naar verwachting geen geld voor een langere tijd worden uitgezet.

Omdat het verstrekken van leningen niet tot de kerntaken van de gemeente behoort, is in het Treasu-

rystatuut de bepaling opgenomen dat de gemeente zelf geen leningen verstrekt. Het verstrekken van

garanties evenals het aangaan van financiële participaties wordt uitsluitend gedaan uit hoofde van de

publieke taak. Bij het verstrekken van garanties en het aangaan van financiële participaties uit hoofde van

de publieke taak, bedingt het college indien mogelijk zekerheden. Ter beperking van het financieel risico

wordt geen garantie verstrekt indien een beroep kan worden gedaan op een voorziening in de vorm van

een (nationaal) waarborgfonds.

3.3.9 Relatiebeheer

De BNG Bank in Den Haag is onze huisbankier. De huidige overeenkomst Bancaire dienstverlening met

de BNG Bank is destijds afgesloten voor de jaren 2011 t/m 2015. Er is gezamenlijk met de gemeenten

Enschede, Hengelo, Losser en het Gemeentelijk Belastingkantoor Twente een aanbestedingstraject op-

gestart dat moet resulteren in een nieuwe overeenkomst voor de jaren 2016 t/m 2019. Ten behoeve van

het schatkistbankieren is ook bij het Ministerie van Financiën een rekening-courant geopend. Het contan-

te betalingsverkeer, zoals de parkeergelden en de leges Publiekszaken, wordt door RJ Geld- en Waarde-

vervoer uit Enschede verwerkt.

Page 106: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

102 3. Paragrafen

3.4 Bedrijfsvoering

3.4.1 Algemeen

De op dit begrotingsonderdeel van toepassing zijnde, door de raad vastgestelde, beleidsnotities betref-

fen:

Aanvullende uitgangspunten intergemeentelijke samenwerking, vastgesteld d.d. 27 november 2013;

Strategische visie op informatie gemeente Oldenzaal, vastgesteld d.d. 7 juli 2005;

Verordeningen 212, 213 en 213a gemeentewet, vastgesteld d.d. respectievelijk 28 april 2015, 13

november 2003 en 29 januari 2004;

Regeling raadpleging archiefbescheiden, vastgesteld d.d. 22 oktober 1985.

In de aanbiedingsbrief hebben we u geschetst voor welke opgave we ons gesteld zien. De drie transities

binnen het sociale domein alsmede de rijksbezuinigingen vragen veel van onze organisatie. Om deze

uitdagingen met elkaar te kunnen oppakken zal de organisatie zich nog sneller dan voorheen moeten

doorontwikkelen.

De gemeente Oldenzaal heeft de afgelopen jaren al veel in kwaliteit van de organisatie

gestoken. Kijkende naar de genoemde maatschappelijke ontwikkelingen, met name het veranderende en

verzwarende takenpakket van de gemeentelijke overheid is het wel noodzakelijk om nog stevig door te

gaan met de professionalisering van de gemeentelijke organisatie. Temeer omdat er steeds meer een

beroep gedaan wordt op meer taken met minder mensen. Het afgelopen jaar is de nieuwe afdeling Be-

drijfsvoering van start gegaan en zijn de werkzaamheden rondom de transities gepositioneerd binnen de

tijdelijke afdeling Maatschappelijk Plein. Het is niet uitgesloten dat de discussie rondom de positionering

en reikwijdte van de front, mid en back-office en daarbinnen het ademen van de beleidsvoorbereidende

werkzaamheden, met de uitvoerende werkzaamheden tot een organisatie-aanpassing zullen leiden.

3.4.2 Samenwerking in de regio

Omtrent intergemeentelijke samenwerking wordt in 2016, evenals in 2015 de prioriteit gelegd bij de drie

transities, de bestuurlijke doelen die gesteld zijn in de Programmabegroting en de professionalisering van

de organisatie. Waar samenwerking aan de orde is kunnen per onderdeel geschikte samenwerkingspart-

ners binnen de regio Twente worden gezocht. De inzet van het beleid op het gebied van samenwerking

wordt voortgezet en bestaande samenwerkingsverbanden worden behouden.

3.4.3 Van transitie naar transformatie in het sociale domein

Per 1 januari 2015 is de transitie binnen het sociaal domein een feit; de Jeugdwet, de nieuwe WMO en de

Participatiewet zijn in werking getreden. De organisatie heeft de nodige inspanningen moeten leveren om

het primaire proces goed te laten draaien. Vervolgens zijn al de eerste stappen gezet om te transforme-

ren:

De ingezette werkwijze vanuit jeugd (de pilot CJG 2.0) die uitgaat van de eigen kracht van cliënten en

de daarbij ondersteunende rol van de professional, verbreden naar werk, inkomen en zorg;

De integrale aanpak van de klantvraag;

De randvoorwaarden creëren in processen, systemen en middelen om deze integrale aanpak moge-

lijk te maken.

Voor 2016 ligt de nadruk op het meten van de eerste effecten van de gekozen werkwijze. Outcome van

deze metingen levert aanknopingspunten voor de verdere ontwikkelingen in het sociaal domein. Tevens

wordt op basis van deze uitkomsten een definitieve keuze gemaakt over de positionering van het Maat-

schappelijk Plein. Meer specifiek moet ook een keuze gemaakt worden over de rol van team Jeugd. Wel-

ke ondersteuning leveren we zelf en wat besteden we uit?

In 2016 wordt verder ingezet op het versterken van de samenwerking met de 0e en 1

e lijns voorzieningen

en het brede welzijnsveld, onder andere door te komen tot een gezamenlijk werkproces voor de ont-

vangst van de klantvraag. Tot slot zal er, met het oog op de integrale aanpak, voldoende aandacht moe-

ten zijn voor de interne afstemming binnen de verschillende thema’s en de meest effectieve inzet van de

financiën. De mogelijkheden voor een ontschotting van budgetten binnen het sociaal domein worden

onderzocht.

Page 107: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

3. Paragrafen 103

3.4.4 Thema’s Bedrijfsvoering

De volgende thema’s worden in 2016 in gang gezet:

Personeel en organisatie

Digitalisering is ook op het gebied van P&O een thema. Steeds meer worden de papieren processen

vervangen door digitale processen. In 2015 zijn stappen gemaakt met de invoering van E-hrm; o.a. ziek-

teverzuim, verlof en declaraties. In 2016 wordt E-hrm verder geïmplementeerd. Daarnaast krijgt in 2016

strategische personeelsplanning nadrukkelijk de aandacht, waarbij gekeken wordt naar flexibiliteit (i.v.m.

veranderende taken, nieuwe ontwikkelingen) en continuïteit (i.v.m. uitstroom van personeel door de pen-

sioengerechtigde leeftijd).

Juridische zaken

Nieuwe wet- en regelgeving is een continu proces dat gevolgd wordt. Wijzigingen waar in 2016 onder

andere aandacht aan zal worden geschonken zijn de wijzigingen in de Wet bescherming persoonsgege-

vens in samenhang met de Europese concept-verordening bescherming persoonsgegevens en aan de

juridische aspecten van samenwerkingsverbanden.

Informatiemanagement

De ontwikkelingen van opstellen en regie houden op informatiebeleid en ondersteuning op het gebied van

sociaal domein en publieke dienstverlening blijven ook in 2016 onverkort doorgaan.

Op het gebied van procedures en afspraken worden diverse zaken verder uitgediept. Zo zal onder andere

de rolverdeling tussen team Informatie, de functioneel beheerders en ICT Hengelo nader worden uitge-

werkt. De planning is dat zaakgericht werken in 2016 breed wordt weggezet. Ook wordt er gewerkt aan

de invoering van de digitale handtekening. Tenslotte wordt er in 2016 nadrukkelijker gekeken naar ma-

nagementinformatie.

Financiën/planning & control

Op 1 juli 2015 heeft het Ministerie van BZK de brochure Hoofdlijnen vernieuwing Besluit Begroting en

Verantwoording gepubliceerd met de voornemens tot verwerking van de adviezen en de consequenties

voor het BBV. Deze brochure richt zich op de consequenties van voorgenomen wijzigingen in het BBV

voor gemeenten. Verwachting is dat deze adviezen met ingang van 2017 worden geïmplementeerd. Dit

houdt in dat we in 2016 de gevolgen voor Oldenzaal in kaart gaan brengen en stappen zetten voor het

implementeren hiervan.

Daarnaast is in 2015 meer inzicht ontstaan in de consequenties van de invoering van de vennootschaps-

belasting voor de gemeente Oldenzaal. Het laatste kwartaal 2015 en 2016 zullen stappen gezet worden

voor implementatie en verdere optimalisatie van deze nieuwe wetgeving.

We hebben een screening van de verschillende reserves in voorbereiding en gaan u over de uitkomst

hiervan rapporteren ter gelegenheid van de 1e bestuursrapportage 2016, samen met een nieuw op te

stellen nota Reserves en Voorzieningen. In deze nota wordt beschreven aan welke voorwaarden een te

vormen reserve of voorziening dient te voldoen.

Ook zal in 2016 gewerkt worden aan een verdere optimalisatie van de P&C-cyclus door de huidige werk-

processen onder de loep te nemen en aan te passen waar nodig.

Page 108: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

104 3. Paragrafen

3.5 Verbonden partijen

3.5.1 Algemeen

De op dit begrotingsonderdeel van toepassing zijnde, door de raad vastgestelde, beleidsnotities:

Intergemeentelijk samenwerking binnen de Regio Twente, vastgesteld 2 maart 2007;

Beleidskader Verbonden Partijen 2012, vastgesteld 5 maart 2012.

Artikel 1 van het BBV geeft als definitie: “een verbonden partij is een privaatrechtelijke of publiekrechtelij-

ke organisatie waarin de gemeente een bestuurlijk én een financieel belang heeft”.

Een financieel belang is een aan de verbonden partij ter beschikking gesteld bedrag dat niet verhaalbaar

is indien de partij failliet gaat onderscheidenlijk het bedrag waarvoor aansprakelijkheid bestaat indien de

partij haar verplichtingen niet nakomt. Bestuurlijk belang is zeggenschap, hetzij uit hoofde van vertegen-

woordiging in het bestuur hetzij uit hoofde van stemrecht. Diverse gemeentelijke doelstellingen worden

niet alleen door de gemeentelijke organisatie zelf, maar ook door of in samenwerking met anderen gerea-

liseerd. De relatie van de gemeente met deze verbonden partijen kan sterk verschillen.

Het belang dat de raad heeft bij inzicht in de verbonden partijen is tweeledig.

De verbonden partijen voeren vaak een taak uit die de gemeente ook zelf kan doen. De werkzaam-

heden zijn als het ware gemandateerd/gedelegeerd aan de verbonden partij. De gemeente blijft wel

de verantwoordelijkheid houden voor het realiseren van de beoogde doelstellingen uit de program-

ma‟s. Dus de kaderstellende en controlerende taak van de raad blijft overeind. De doelstellingen van

de verbonden partij dienen dus - blijvend - overeen te stemmen met die van de gemeente en gecon-

troleerd dient te worden in hoeverre dit gerealiseerd wordt.

De budgettaire consequenties ten behoeve van de verbonden partijen dienen geautoriseerd te wor-

den, waarbij tevens aandacht dient te zijn voor de financiële risico’s in dat verband.

Naast de verbonden partijen heeft de gemeente Oldenzaal ook deelnemingen. Een deelneming is een

participatie in een naamloze of besloten vennootschap, waarin de gemeente Oldenzaal aandelen heeft.

Onderstaand vindt u een overzicht van de verbonden partijen en de deelnemingen. Indien er sprake is

van belangrijke wijzigingen in de relatie met de verbonden partij is dit terug te vinden in een toelichting op

de ontwikkelingen bij het betreffende programma in hoofdstuk 2. De overige kenmerken en verwachtin-

gen per verbonden partij zijn in bijlage 9 van het Bijlagenboek opgenomen.

3.5.2 De verbonden partijen in overzicht

Naam

regeling

Bestuurlijke

inbreng

Aantal

deelne-

ne-

mers

Bijdrage

Oldenzaal

2016

Bijdrage

Oldenzaal

2017

Bijdrage

Oldenzaal

2018

Bijdrage

Oldenzaal

2019

Regio

Twente

2 zetels in alge-

meen bestuur 14 € 1.280.937 € 1.280.937 € 1.280.937 € 1.280.937

Regionale

Uitvoe-

ringsdienst

1 zetel in be-

stuur 15 € 81.851 € 81.851 € 90.739 € 90.739

WOT 2 zetels in alge-

meen bestuur,

evenals 1 com-

missaris voor

TopCraft b.v.

3 € 23.000 € 0 € 0 € 0

Stadsbank

Oost-

Nederland

1 zetel in alge-

meen bestuur en

1 zetel in dage-

lijks bestuur

22 € 255.000 € 255.000 € 255.000 € 255.000

Page 109: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

3. Paragrafen 105

Naam

regeling

Bestuurlijke

inbreng

Aantal

deelne-

ne-

mers

Bijdrage

Oldenzaal

2016

Bijdrage

Oldenzaal

2017

Bijdrage

Oldenzaal

2018

Bijdrage

Oldenzaal

2019

Openbaar

Lichaam

Crematori-

um Twente

1 zetel in alge-

meen bestuur en

1 zetel in dage-

lijks bestuur

13 € 0 € 0 € 0 € 0

Veilig-

heidsregio

Twente

1 zetel in alge-

meen bestuur 14

€ 1.661.576

Nieuw beleid:

+ € 75.000

€ 1.649.576

Nieuw beleid:

+ € 150.000

€ 1.649.576

Nieuw beleid:

+ € 224.000

€ 1.649.576

Nieuw beleid:

+ € 300.000

Gemeen-

telijk Be-

lastingkan-

toor

1 zetel in alge-

meen bestuur. 7

€ 525.358

€ 525.358

€ 525.358

€ 525.358

Page 110: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

106 3. Paragrafen

3.5.3 Deelnemingen

Tot de verbonden partijen behoren ook deelnemingen in:

BNG

Twence

Twente Milieu

Cogas

Vitens

Enexis Holding NV

Diverse “tijdelijke” deelnemingen in BVs als gevolg van de verkoop aandelen Essent aan RWE:

Vordering op Enexis BV

Verkoop Vennootschap BV

Publiek Belang Elektriciteitsproductie BV

Essent Milieu Holding BV

Claim Staat Vennootschap BV

Extra zekerheid Vennootschap BV

Page 111: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

3. Paragrafen 107

3.6 Grondbeleid

3.6.1 Algemeen

Grondbeleid is ondersteunend aan ruimtelijk beleid van de gemeente. De beleidsvelden volkshuisvesting,

economie en dergelijke geven met de structuurvisie en onderliggende beleidsnota’s (Woonvisie, Bedrij-

venterreinenvisie, ed.) uitsluitsel op de vraag wat, waar, en wanneer de ruimtelijke ingrepen ongeveer

gaan plaatsvinden. De Nota Grondbeleid en de in te zetten instrumenten moeten het mogelijk maken om

deze ruimtelijke doelstellingen waar mogelijk te faciliteren. In het jaar 2012 is een nieuwe nota grondbe-

leid vastgesteld, waarbij de wijzigingen ten gevolge van de nieuwe wet ruimtelijke ordening zijn meege-

nomen. De gemeente Oldenzaal geeft met de nota Grondbeleid aan welke positie zij op de grondmarkt

inneemt en wil gaan innemen om de gemeentelijke beleidsdoelen te kunnen realiseren. In de nota zijn

alle aspecten van het grondbeleid in onderlinge samenhang vastgelegd, wat zowel de doelmatigheid als

doeltreffendheid van het grondbeleid ten goede komt. Door het vastleggen van beleidsmatige uitgangs-

punten neemt de transparantie, intern en extern, verder toe.

3.6.2 Netwerkstad

Oldenzaal heeft zich in het jaar 2006 aangesloten bij Netwerkstad. Voor het grondbeleid in Oldenzaal

betreft dat een verdere verkenning van mogelijkheden tot samenwerking waarbij rekening wordt gehou-

den met de autonomie van de gemeente, ook op financieel beleid. Afstemming c.q. informatie-

uitwisseling heeft plaatsgevonden voor grondprijsmethodieken, visie op en programmering van bedrijven-

terreinen en, gezamenlijke prestatieafspraken en programmering woningbouw met de provincie en uit-

wisseling van kennis m.b.t. (financiële) posities grondbedrijven netwerkstad. Ook voor het komende jaar

zal deze verkenning worden gecontinueerd, geïntensiveerd en uitgebreid.

3.6.3 Actief en passief grondbeleid

De nieuwe Wet ruimtelijke ordening geeft aan dat gemeenten betere mogelijkheden tot kostenverhaal

hebben dan onder de oude wet mogelijk was. Ten opzichte van actieve grondpolitiek zijn er wettelijke

beperkingen aan kostenverhaal door toetsing aan:

ministeriële regeling kostensoorten;

beginselen van profijt, toerekenbaarheid en proportionaliteit;

financiële draagkracht m.b.t. te ontwikkelen locaties.

Bij actieve grondpolitiek loopt de gemeente het exploitatierisico maar heeft maximaal invloed op de plan-

ontwikkeling. Bij passieve grondpolitiek loopt de gemeente het risico van beperkter kostenverhaal, minder

vrijheid bij ontwikkeling en tussentijdse planaanpassing, het risico geen of onvoldoende kosten te kunnen

verhalen bij stagnatie van de ontwikkeling en de waardestijging van de grond komt niet meer ten gunste

van de gemeenschap.

Voorzichtig actief grondbeleid met een goede risicobeheersing en afdekking blijft om vorenstaande rede-

nen de voorkeur hebben vanuit ruimtelijk en financieel perspectief.

Bij actief grondbeleid verwerft de gemeente de gronden. Dit gebeurt bij voorkeur via minnelijke verwer-

ving. De gemeente kent daarnaast nog de volgende instrumenten: de Wet voorkeursrecht gemeenten en

de onteigening. Het verkopen van gronden gebeurt tegen marktconforme prijzen.

Bij passief grondbeleid speelt het kostenverhaal. Sinds de invoering van de wet ruimtelijke ordening in juli

2008 is het wettelijk verplicht de publiekrechtelijke kosten te verhalen. Gemeentelijk heeft het de voorkeur

om dit via privaatrechtelijke weg te regelen. Indien dit echter niet lukt dan zal de gemeente de publiek-

rechtelijke kosten maximaal proberen te verhalen via het exploitatieplan.

3.6.4 Erfpacht

In de nota grondbeleid is aangegeven dat grondverkoop de voorkeur heeft maar dat uitgifte in erfpacht

onder voorwaarden plaats kan vinden indien de meerwaarde voor de gemeente aangetoond wordt. In

2014 is besloten een kavel op het bedrijventerrein in erfpacht uit te geven. In het najaar van 2015 wordt

de nota erfpacht verwacht waarin het beleid omtrent erfpacht nader vorm wordt gegeven.

Page 112: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

108 3. Paragrafen

3.6.5 Financieel beleid

Risicoparagraaf

Om de risico’s in beeld te brengen worden alle plannen nagelopen en worden de risico’s zoveel mogelijk

gekwantificeerd. Omdat niet alle risico’s zich voordoen wordt slechts een deel, rekening houdend met de

kans hierop, meegenomen in de risicoparagraaf. Onder andere de volgende aspecten worden hierbij

betrokken: tekorten reconstructie- en saneringsplannen, bodem- en grondwatersaneringen, nog op te

nemen inrichtingskosten buiten de exploitatie, ontwikkelingen nieuwe uitleggebieden, nieuwe wetgeving

en prijs-/ afzetrisico’s en fiscale risico’s.

De algemene reserve grondexploitaties vormt het weerstandsvermogen om al deze risico’s te kunnen

opvangen. De omvang van deze reserve wordt begrensd door het volume onderhanden werk en de om-

vang van de risicoparagraaf. De omvang moet minimaal 1% van het volume van onderhanden werken,

aangevuld met 15% van de omvang van de risicoparagraaf van het Grondbedrijf bedragen. Maximaal

mag de reserve 2% van het volume onderhanden werk, vermeerderd met 30% van de risicoparagraaf

bedragen. Het is echter alleen mogelijk de schommelende vraag en aanbod van vermogen te beheersen

als beiden in het Grondbedrijf gemonitord worden.

Resultaatneming

Indien een grondexploitatie afgesloten wordt met een positief resultaat, wordt dit uiteindelijke ten gunste

van de algemene reserve grondbedrijf gebracht. Dit gebeurt volgens de percentage of completion (poc)

methode, dus na rato van de verkopen wordt de als gerealiseerd aangemerkte winst genomen. Indien

voor een project geen sluitende grondexploitatie wordt voorzien, wordt in beginsel dit tekort direct afge-

dekt uit de algemene reserve grondexploitaties. Ook als zich tijdens de exploitatie een ongedekt tekort

aandient wordt dit direct gedekt uit de algemene reserve grondexploitatie. Voor (deel-) plannen binnen

het Masterplan Oldenzaal Centraal geldt dezelfde handelswijze, alleen worden tekorten daar gedekt uit

de speciale bestemmingsreserve voor Oldenzaal Centraal.

Voor het schematische voorstelling van de geldstromen binnen het grondbedrijf wordt verwezen naar de

nota grondbeleid hoofdstuk 5.5. Dit overzicht wordt ook wel het cascademodel genoemd.

Waarderingsgrondslag

Het waarderen van verworven gronden op de balans gebeurt tegen de waarde bij huidige bestemming.

Hogere aankoopkosten c.a. worden gedekt uit de strategische reserve dan wel de bestemmingsreserve

Oldenzaal Centraal. De boekwaarde blijft op dit niveau tot circa 1 a 2 jaar voor exploitatiefase als de initi-

ele aanloopkosten voor de ontwikkeling worden gemaakt. De jaarlijkse rentekosten over de boekwaarde

van deze gronden zijn tot het moment van verwachte exploitatie afgedekt binnen de reserve strategische

voorraad c.q. reserve Oldenzaal Centraal.

De reserve strategische voorraad dekt het risico af over de voorraad grond die nog niet in exploitatie

(productie) is genomen. Het gewenste volume van de reserve strategische voorraad wordt mede vastge-

steld met het oog op de toekomstige ontwikkeling van Oldenzaal. Met name realisering van woongebie-

den en de mogelijkheden voor bedrijfsvestiging. De reserve strategische voorraad is van cruciaal belang

om de door de gemeente Oldenzaal voorgestane voorzichtig actieve grondpolitiek in de praktijk ook

daadwerkelijk gestalte te geven. Zij staat borg voor continuïteit en consistentie in het proces en geeft

maximale politieke beleidsvrijheid voor de toekomstige ruimtelijke ontwikkeling van de stad.

Plan Oldenzaal Centraal (OC)

Doelstelling OC (reserve & plan): herinrichting stationsomgeving c.a. aan beide zijden van het spoor. Het

is een omvangrijk stadsvernieuwingsproject met een substantieel financieel tekort, voor alleen al de ge-

biedsontwikkeling. Voor dit project is daarom in 2006 een aparte bestemmingsreserve in het leven geroe-

pen om realisatie op termijn mogelijk te kunnen maken. Echter sparen blijft noodzakelijk voor de uitvoe-

ring op termijn.

Het plan OC gaat het draagvlak van het grondbedrijf te boven. Vanuit het grondbedrijf wordt vanuit het

bedrijfsresultaat maximaal € 2 miljoen per jaar toegevoegd aan deze reserve indien en voor zover dit

resultaat dat toestaat. Vanuit de “algemene dienst” worden ook bijdrages verwacht. Met nieuwe deelge-

bieden wordt niet eerder begonnen voordat het tekort is afgedekt. Wel kunnen vooraf besluiten worden

genomen voor het strategisch verwerven van gronden/panden. Om ongebreidelde reservevorming te

voorkomen is, op aangeven van de raad, een plafond ingebouwd van € 8 miljoen. Beschikkingen over

Page 113: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

3. Paragrafen 109

deze reserve verlopen gewoonlijk via kredietbesluiten van de Raad. Exploitatietekorten worden direct ten

laste van deze reserve gebracht zodra zij voorzienbaar en kwantificeerbaar zijn.

Huidige financiële situatie

Momenteel verkeren de gemeentelijke grondbedrijven in Nederland in een moeilijke periode. Diverse

gemeenten verkeren in problemen door tekorten op grondexploitaties onder andere vanwege grote

grondvoorraden welke vaak gewaardeerd zijn op een waarde hoger dan die bij huidige bestemming (ver-

wachtingswaarde) en te optimistische planningen. Gemeenten zijn in de problemen gekomen omdat de

reservepositie onvoldoende is om verplichte afwaarderingen op grond van de regelgeving te effectueren

en om andere exploitatierisico’s, die nu manifest zijn geworden, af te kunnen dekken

Oldenzaalse situatie grondexploitatie

De financiële crisis en de recessie op de woningmarkt hebben ook hun invloed gehad op de huidige

grondexploitaties in Oldenzaal. In de huidige exploitaties (situatie eind 2014) is de genoemde invloed

verwerkt en wordt uitgegaan van op dit moment reële uitgifteprognoses. Deze planning is als voorzichtig

te bestempelen en passend binnen de met de provincie opgestelde prestatieafspraken. De negatieve

financiële invloeden zijn in de resultaten verwerkt

Zoals hiervoor al is aangegeven worden gronden in voorraad gewaardeerd tegen waarde bij huidige be-

stemming. Indien de verwachte planvorming niet doorgaat zal dan de opbrengst vergelijkbaar zijn met de

boekwaarde. Als bij het maken of herzien van een exploitatieopzet blijkt dat deze verliesgevend is wordt

het tekort direct afgedekt in de exploitatie ten laste van de algemene reserve grondexploitatie, dan wel de

reserve Oldenzaal Centraal. De exploitatie is dan budgettair neutraal. De indexering van opbrengsten en

kosten wordt niet toegepast. Het rentepercentage dat wordt gehanteerd is een percentage dat wordt in-

geschat voor een periode van 5 tot 10 jaar. Dit percentage bedraagt op dit moment ongeveer 4,5%.

Het positieve weerstandsvermogen is voldoende volgens de voor dit doel al jaren geldende opgestelde

risicotoets. In Oldenzaal bestaat het weerstandsvermogen grondexploitaties uit de algemene reserve van

het grondbedrijf. Het financiële beleid van de gemeente kan in dit kader worden getypeerd als behou-

dend, waarbij het voorzichtigheidsprincipe uitgangspunt is.

Meerjarenperspectief reserves grondbedrijf

Reservepositie: Voor de begroting 2016 tot en met 2019 zijn de resultaten zo goed mogelijk ingeschat.

Als basis zijn hiervoor de herzieningen, zoals opgenomen in de rekening 2014, gebruikt. Daarbij dienen

conform de BBV-voorschriften de verliezen genomen te worden als deze zich aandienen en winsten ge-

nomen te worden nadat deze zijn gerealiseerd. Uit de renderende complexen wordt een resultaat ver-

wacht van € 1,5 mln. per jaar gemiddeld. Het genoemde resultaat is exclusief de eventueel zich nog ma-

nifesterende verliezen. Voorlopig zijn deze becijferd op gemiddeld € 0,3 mln per jaar op basis van erva-

ringscijfers. Het restant van het resultaat ad € 1,2 mln per jaar wordt toegevoegd aan de reserve Olden-

zaal Centraal. De verliesgevende complexen van Oldenzaal Centraal worden gedekt uit deze reserve.

Bij de bepaling van het resultaat zijn de gevolgen van de kredietcrisis en de stagnatie op de onroerend-

goedmarkt zo goed mogelijk ingeschat en meegenomen. De gevolgen van de marktsituatie en de invloed

op de omvang van het resultaat is echter niet bekend en maakt daarmee het berekende resultaat risico-

voller. De constatering is dat de algemene reserve in deze periode zich begeeft op een marge van € 5 ton

boven de ondergrens van circa € 2,5 mln. Bijstortingen vanuit de algemene dienst wordt vooralsnog niet

verondersteld. Hierbij is ervan uitgegaan dat de reserve strategische voorraad niet hoeft te worden opge-

hoogd in deze periode.

De toevoeging aan de reserve Oldenzaal Centraal bedraagt in deze periode circa € 4,6 mln. (plafond € 8

mln. wordt niet bereikt). De bijbehorende onttrekkingen worden globaal ingeschat op € 4 miljoen. De in-

stelling van de reserve Oldenzaal Centraal is alleen bedoeld voor de gebiedsontwikkeling en is exclusief

het aandeel van de gemeente Oldenzaal in de investering in de hoofdinfrastructuur. De middelen uit deze

reserve ten behoeve van het project de groene loper van € 1,5 miljoen zullen ter zijner tijd weer aange-

vuld moeten worden.

In deze planperiode wordt een ongeveer gelijkblijvende omvang van de reserve OC verwacht.

Voor het uitgeven van gronden in erfpacht is een risicoreserve ingesteld waarin het verschil tussen de

pachtopbrengst en de kosten wordt gestort. Dit ter afdekking van mogelijke risico’s in de toekomst.

Page 114: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

110 3. Paragrafen

Relatie Grondexploitaties met Concern

De grondexploitaties hebben een afgescheiden stuk van het vermogen van het concern. Over de boek-

waarde wordt rente vergoed aan het concern, over de reserves wordt geen rente verrekend.

Binnen het grondbedrijf vindt verevening van kosten tussen de exploitaties plaats. Nadat de reserves van

het Grondbedrijf op niveau zijn wordt een eventueel overschot van de algemene reserve van het Grond-

bedrijf overgeheveld naar de algemene reserves van het concern. Indien de algemene reserve Grondbe-

drijf beneden de ondergrens komt is het concern gehouden om (conform cascademodel, zie nota grond-

beleid) bij te storten.

Nieuwe ontwikkelingen in de landelijke regelgeving

De landelijke overheid heeft op aandringen van de Europese commissie de vennootschapsbelasting ook

ingevoerd voor overheden voor zover zij een onderneming drijven.

De administratieve voorschriften voor de overheid (BBV) worden als gevolg hiervan met ingang van 2016

waarschijnlijk gewijzigd. Het voornemen hiertoe is in juli 2015 gepresenteerd.

Vennootschapsbelasting (VpB)

De gemeente krijgt een vennootschapsbelastingplicht in principe voor activiteiten waarin zij deelneemt

aan het economisch verkeer en waarbij zij zich als fiscale onderneming opstelt. Over de fiscale winst zal

20 tot 25% belasting moeten worden afgedragen. Het leveren van bouwgrond (activiteit grondbedrijf)

wordt VpB-plichtig. Hoe de winst moet worden bepaald is ingewikkeld van aard en hiervoor is door het

Rijk een overleggroep ingesteld welke bestaat uit het ministerie, de belastingdienst, de VNG en de ver-

eniging van grondbedrijven en enkele grote gemeenten. De bedoeling is dat deze overleggroep de invoe-

ring van de VpB gaat voorbereiden/begeleiden. In juli dit jaar is een eerste notitie ter consultatie versche-

nen. Men verwacht uiterlijk 1 november een gezamenlijke handreiking voor de grondbedrijven gereed te

hebben. Op dit moment zijn de consequenties voor de gemeente Oldenzaal nog niet in te schatten. In de

begroting 2016 wordt de invoering van de VpB voor de gehele gemeente opgenomen onder de risicopa-

ragraaf.

Voornemen wijziging BBV voorschriften (Besluit Begroting en Verantwoording) rondom grondexploitaties.

Gezien de forse afboekingen op grondexploitaties in diverse gemeenten heeft de commissie BBV de

verslaggevingsregels kritisch onder de loep genomen en het voornemen tot herziening hiervan in juli

2015 gepresenteerd. Deze zijn ter consultatie voorgelegd aan de VNG en de IPO. Enkele punten zijn de

beperking van de voortschrijdende maximale termijn van grondexploitaties tot 10 jaar, een nauwere en

verplichte aansluiting op kostenverhaal voor grondexploitatie volgens de Wro/Bro ook ter aansluiting fis-

cale toerekening VpB, rentekosten alleen toerekenbaar op werkelijke rentekosten vreemd vermogen,

alleen nog gronden in exploitatie en strategische voorraad. Aan deze laatste mogen geen kosten meer

toegerekend worden. Na consultatie zal de commissie BBV uiteindelijk bepalen welke wijzigingen door-

gaan.

Als overgangsbepaling is opgenomen dat de voorgestelde wijzigingen geen effect mogen hebben op de

waardering van de grondexploitaties en de vermogenspositie van de gemeente ultimo 2015.

Page 115: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

3. Paragrafen 111

Voortgangsrapportage grote complexen cijfers/bedragen rekening 2014

Uitsluitend op basis van financiële uitgangspunten.

Programma Schatting

Realisatie

Uitgifte % van de

Grote projecten Boekwaarde NCW Looptijd Woningen Industrie % totale

€ € (schatting) aantal m² verkoop (circa) exploitatie

Industrie Enschede-

Eektestr.

Hinmanweg -572.030 107.995 2000-2019 57% 58%

cpl 102

Hazewinkel ZW

cpl 106 -111.669 - 1998 - 2022 191.155 100% 99%

Jufferbeek Zuid

cpl 107 11.682.425 1.759.742 2002-2024 209.797 10% 51%

Hazewinkel NW

cpl 108 1.003.003 196.214 2000 - 2022 275.007 92% 97%

Ganzenmarkt eo

cpl 122 -533.375 n.v.t. 80%

Kastanjestraat

cpl. 124 13.431 - 2011-2017 9 100% 95%

Herinr.

vm pompstation

Berkstr. eo -116.110 122.844 2000-2019 76% 84%

cpl. 125

Ada Kokstraat (Quick) ±

cpl 128 ** 200.893 101.158 2007-2019 30 75% 83%

Omgeving

Hogenkampweg

cpl 161 347.456 2.248.691 2000-2021 0% 28%

Ootmarsumsedijk 7.308 49.099 2000-2019 2 58% 60%

cpl 178

Saasvelderlaan ±

cpl 179 1.244.640 275.613 2000-2026 18 19% 40%

de Thij

cpl 181 ** -300.354 57.318 2014-2020 n.v.t. 47%

De Graven Es,

3e fase omslagkst.

cpl 202 -2.186.901 535.264 2000-2021 300 nvt 70%

De Graven Es,

geb. 9

cpl 209 ** PM - 2003-2021 300 66% 67%

Oldenzaal Centraal

B. Balderikstraat 224.272 - 2013-2022 132 0% 47%

cpl. 320

Project loopt volgens bestuurlijk vastgesteld plan i.c. (herziene) grondexploitatieopzet en stedenbouwkundig plan.

Project loopt volgens bestuurlijk vastgesteld plan i.c. (herziene) exploitatieopzet en stedenbouwkundig plan

maar behoeft bijzondere aandacht a.g.v. invloed economische crisis m.n. op stagnatie uitgifte, situatie woningmarkt c.q. bedrijventerrein.

Project wijkt af van bestuurlijk vastgesteld plan op in ieder geval één van de volgende onderdelen:

- kosten/opbrengsten : afwijking > € 250.000,- en/of >10%

- plansaldo : afwijking > € 250.000,- en/of > 10%

- programma : afwijking > 5%

Page 116: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

112 3. Paragrafen

3.7 Lokale heffingen

3.7.1 Algemeen

Lokale heffingen hebben tot doel dat de gemeente door het verwerven van eigen middelen dekking vindt

van haar uitgaven in het kader van de uitvoering van de gemeentelijke taken. De invoering, wijziging of

intrekking van lokale heffingen dient door middel van een door de gemeenteraad vast te stellen verorde-

ning te geschieden. De vaststelling van de tarieven door de gemeenteraad vindt plaats in het najaar van

2015.

De lokale heffingen bestaan uit de gemeentelijke belastingen, rechten en retributies. Deze vormen een

belangrijke inkomstenbron voor de gemeente, welke vooral door de burgers dienen te worden opge-

bracht. Lokale belastingen worden onderscheiden in heffingen waarvan de besteding gebonden dan wel

ongebonden is. Ongebonden lokale heffingen (OZB, hondenbelasting en precariobelasting) worden tot de

algemene dekkingsmiddelen gerekend, omdat zij niet aan een inhoudelijk begrotingsprogramma zijn ge-

relateerd. De besteding is niet gebonden aan een bepaalde taak. Gebonden heffingen, zoals de afvalstof-

fen- en rioolheffing, worden verantwoord op het betreffende programma en worden niet tot de algemene

dekkingsmiddelen gerekend.

Voor het betalen van rechten en retributies verricht de gemeente diensten. De kosten van de gemeente-

lijke dienstverlening worden doorberekend in de tarieven. Het beleid is er op gericht deze kosten zoveel

mogelijk te beperken en daar waar mogelijk rechtvaardiger te verdelen. Hierdoor wordt een evenwichtige

lastenverdeling bereikt.

Volgens het Besluit Begroting en Verantwoording dient de paragraaf betreffende de lokale heffingen ten-

minste te bevatten:

a. de geraamde inkomsten

b. het beleid ten aanzien van de lokale heffingen

c. een overzicht op hoofdlijnen van de diverse heffingen

d. een aanduiding van de lokale lastendruk

e. een beschrijving van het kwijtscheldingsbeleid.

3.7.2 Baten

In onderstaand overzicht zijn de baten voor 2016 vermeld, rekening houdend met de tariefsaanpassin-

gen, zoals die door u zijn vastgesteld bij de behandeling van de Perspectiefnota 2016. Ter vergelijking

zijn de baten voor 2015 vermeld.

Baten 2015 2016

onroerende-zaakbelastingen

Woningen Eigenaren 3.437.669 3.466.423

niet-woningen Eigenaren 1.866.141 1.900.280

Gebruikers 1.282.946 1.350.747

afvalstoffenheffing (netto 100% kostendekking)

netto 100% kostendekking 3.470.761 3.477.360

rioolheffing (netto 100% kostendekking)

netto 100% kostendekking 2.634.166 2.677.663

3.7.3 Beleid

Het beleid dat op dit begrotingsonderdeel van toepassing is, wordt verwerkt in de belastingverordeningen.

In deze paragraaf wordt achtereenvolgens inzicht gegeven in actuele ontwikkelingen, de achtergronden

en uitgangspunten van de diverse heffingen, de kwijtscheldingsmogelijkheden, de tarieven van de drie

belangrijkste heffingen, de baten van de drie belangrijkste heffingen, de lokale belastingdruk en de belas-

tingcapaciteit van alle lokale heffingen die de gemeente Oldenzaal op dit moment kent. De drie belang-

Page 117: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

3. Paragrafen 113

rijkste gemeentelijke heffingen zijn de onroerende-zaakbelastingen (OZB), de afvalstoffenheffing en de

rioolheffing. Andere heffingen die de gemeente Oldenzaal kent zijn: hondenbelasting, toeristenbelasting,

precariobelasting, parkeerbelastingen, leges (paspoorten, omgevingsvergunningen en dergelijke), markt-

gelden, begraafplaatsrechten, reclamebelasting en reinigingsrechten.

OZB

De onroerende-zaakbelastingen (OZB) is verreweg de belangrijkste gemeentelijke belasting. De baten

behoren tot de algemene dekkingsmiddelen en mogen vrij worden besteed. Er zijn twee soorten OZB:

een gebruikersbelasting (uitsluitend voor niet-woningen) en een eigenarenbelasting (voor woningen en

niet-woningen). De OZB wordt berekend naar een percentage van de waarde van de onroerende zaak

zoals die is vastgesteld op grond van de Wet waardering onroerende zaken (Wet WOZ).

Woz-waarde woningen openbaar

De WOZ-waarde is nu in beginsel niet openbaar. Tot nu is het slechts in beperkte mate mogelijk om de

WOZ-waarde van andere woningen of panden op te vragen. Dit kan wanneer de aanvrager een gerecht-

vaardigd belang heeft. De eerder uitgesproken verwachting dat in de loop van 2015 de WOZ-waarde van

alle woningen openbaar zou worden, is niet uitgekomen. De staatssecretaris van Financiën heeft op 27

mei 2015 samen met de minister van BZK bestuurlijk overleg gevoerd over de uitvoering van de Wet

WOZ met de VNG, de Unie van Waterschappen, de Waarderingskamer en de Belastingdienst. Van dit

overleg is nu een besluitenlijst vrijgegeven. Hieruit blijkt onder meer dat de openbaarmaking van de

WOZ-waarde van woningen niet voor 1 oktober 2016 zal plaatsvinden. Een definitief besluit wordt pas na

de zomer 2015 genomen. De verwachting is dat er dan meer duidelijkheid bestaat over de voortgang en

planning van het aansluiten van gemeenten op de landelijke voorziening WOZ en of een substantiële

vulling (circa 70% van de objecten) op 1 oktober 2016 haalbaar is.

Macronorm OZB

Hiermee wordt de grens bedoeld van de jaarlijkse stijging van de totale opbrengst OZB voor alle gemeen-

ten bij elkaar. Ter voorkoming van een onevenredige stijging van de collectieve lastendruk is een macro-

norm ingesteld. Het schrappen van de limitering van de OZB mag niet leiden tot een onevenredige stij-

ging van de collectieve lastendruk. Op basis van de macronorm moet een onevenredige stijging van de

collectievelastendruk worden voorkomen en zo nodig gecorrigeerd. De macronorm is een landelijke norm

en niet een norm voor individuele gemeenten. Met de areaalontwikkeling wordt dan ook niet op individue-

le basis rekening gehouden. Deze wordt landelijk benaderd en wel doordat de economische groei wordt

meegenomen in de macronorm.

De lokale lastendruk hangt echter niet alleen af van de stijging van de OZB-opbrengst. In het Bestuurlijk

Overleg Financiële Verhoudingen (BOFV) van 22 mei 2014 heeft de VNG daarom met minister Plasterk

afgesproken samen op zoek te gaan naar een nieuwe indicator voor het vervangen van de huidige ma-

cronorm OZB. In de meicirculaire 2015 is aangegeven dat de besluitvorming over de vaststelling van de

macronorm OZB voor het jaar 2016 en de overschrijding van de macronorm in 2015 uitgesteld zou wor-

den tot het Bestuurlijk overleg financiële verhoudingen (Bofv) in het najaar van 2015. Achtergrond daar-

van was het lopende onderzoek naar de verruiming van het belastinggebied van gemeenten in het kader

van een herziening van het belastingstelsel.

Vanwege op dit moment onvoldoende politiek draagvlak is vooralsnog afgezien van het voornemen tot

een dergelijke verruiming. Met het oog op de begrotingsvoorbereiding 2016 van gemeenten is daarom in

het Bofv van 14 september 2015 afgesproken de macronormsystematiek te continueren voor 2016. Tege-

lijkertijd is vastgesteld dat de overschrijding van de macronorm 2015 (€ 43,5 miljoen ofwel 1,17%) in min-

dering wordt gebracht op de macroruimte in 2016. De macronorm 2016 van 2,7% wordt gecorrigeerd met

€ 43,5 miljoen. Dit houdt in dat de maximale macro-opbrengststijging € 60,9 miljoen bedraagt ofwel een

macronorm van 1,57% voor 2016.

Tariefsbepaling 2016

Op 1 januari 2016 begint een nieuw WOZ-tijdvak met waardepeildatum 1 januari 2015. Op dit moment

verloopt de herwaardering van de onroerende zaken volgens planning. Het is echter nog niet mogelijk

met enige nauwkeurigheid uitspraken te doen over de marktontwikkeling in Oldenzaal. Uiterlijk bij het

Page 118: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

114 3. Paragrafen

vaststellen van de Verordening onroerende-zaakbelastingen 2016 stellen wij u van de hiervoor genoem-

de marktontwikkeling op de hoogte.

Afvalstoffenheffing

Het tarief bij de afvalstoffenheffing hangt nu en in 2016 af van het aantal bewoners van een perceel. Met

ingang van 2017 wordt DIFTAR ingevoerd. De baten behoren niet tot de algemene middelen, maar moe-

ten worden gebruikt om de kosten te dekken van de afvalinzameling en de afvalverwerking. De baten

mogen maximaal 100% kostendekkend (netto na kwijtschelding) zijn. In 2012 was het (ongewogen) ge-

middelde tarief € 285,84. Door verlaging van de verwerkingskosten en het instellen van een Verrekenre-

serve Afvalstoffenheffing is het (ongewogen) gemiddelde tarief in 2013 verlaagd met € 33,93 naar

€ 251,91 en voor 2014 berekend op € 249,68. Voor 2015 is het tarief bij ongewijzigd beleid berekend op

€ 261,44. Dit zou een eenmalige piek betekenen in de afvalstoffenheffing omdat we verwachten dat vanaf

2016, als gevolg van diverse maatregelen (zie ook programma 2), het tarief zal gaan dalen. Teneinde het

tarief voor 2015 niet te laten stijgen ten opzichte van 2014, en daarmee de incidentele piek voor 2015 te

vermijden, is in 2015 besloten tot een eenmalige extra onttrekking van de reserve afvalstoffenheffing van

afgerond € 50.000. De doorwerking van de in programma 2 genoemde maatregelen heeft voor het begro-

tingsjaar 2016 geresulteerd in een (ongewogen) gemiddeld tarief van € 251,61.

Rioolheffing

Oldenzaal kent een eigenaren- en een gebruikersdeel. De baten van de rioolheffing mogen alleen worden

benut voor het beheren en het in stand houden van het gemeentelijk rioolstelsel in de brede zin van het

woord. De baten mogen maximaal 100% kostendekkend (netto na kwijtschelding) zijn. In overeenstem-

ming met de sinds vorig jaar gehanteerde systematiek zijn de ramingen in de ontwerpbegroting geba-

seerd op die 100% kostendekking (netto na kwijtschelding). Voor wat betreft het tarief is er in 2016 een

noodzakelijke verhoging doorgevoerd van € 86,76 in 2015 tot € 89,28 in 2016.

Hondenbelasting

In beginsel is de hondenbelasting een algemene belasting, waarvan de baten ten gunste komen aan de

algemene middelen. Het staat de gemeente echter vrij aan de hondenbelasting het karakter van een be-

stemmingsbelasting te geven, bijvoorbeeld ter bekostiging van hondenuitlaatplaatsen, verwijdering van

hondenpoep en dergelijke. Zowel aan de baten als aan de tarieven is geen limiet gesteld. De tarieven

voor 2016 zijn conform de vastgestelde tarieven voor 2015. De daaruit voortvloeiende baten zijn verwerkt

in het dekkingsplan.

Toeristenbelasting

De toeristenbelasting moet worden gezien als een tegemoetkoming in de lasten voor voorzieningen die

(mede) in het belang van het toerisme worden getroffen. De baten komen ten goede aan de algemene

middelen van de gemeente. Uit deze middelen worden ook voorzieningen betaald die in het belang zijn

van het toerisme. Evenals bij de hondenbelasting is zowel aan de baten als aan de tarieven geen limiet

gesteld.

De recreatieve sector is gebaat bij vroegtijdige duidelijkheid over tarieven in verband met mailingen en

dergelijke. Om deze reden hebben wij in het raadsvoorstel belastingtarieven 2015 voorgesteld om de

tariefsaanpassing telkens met een jaar vertraging door te voeren, zodat de verblijfsbieder een jaar voor

aanvang van het belastingjaar kennis heeft van het tarief. Het tarief 2016 wordt € 0,71 per persoon per

overnachting. De daaruit voortvloeiende baten zijn verwerkt in het dekkingsplan.

De grondslag voor de toeristenbelasting is het aantal overnachtingen. Het vaststellen van het aantal

overnachtingen op vaste jaar- en seizoenplaatsen is arbeidsintensief voor de verblijfsbieder en voor de

gemeente als belastingheffer ook in verband met de controle op de aangiftes. Daarom zijn er in de veror-

dening Toeristenbelasting forfaitaire bepalingen opgenomen, waarbij per soort plaats wordt uitgegaan

van een gemiddeld aantal overnachtingen. Wanneer een gemeente echter in de verordening toeristenbe-

lasting een forfaitaire berekeningswijze van de heffingsgrondslag voor (vaste) jaar- en seizoenplaatshou-

ders heeft opgenomen dient deze te voldoen aan een viertal voorwaarden:

1. De forfaitaire heffingsgrondslag dient te worden onderbouwd met een onderzoek waaruit blijkt hoe

zich het gemiddeld aantal overnachtingen per persoon en het gemiddeld aantal verblijfhoudende per-

Page 119: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

3. Paragrafen 115

sonen per kampeermiddel of vakantieonderkomen op een vaste jaar- of seizoenplaats, zich verhou-

den.

2. Het onderzoek dient binnen de lokale omstandigheden (lees; gemeentegrenzen) te worden verricht.

3. De forfaitaire heffingsgrondslag (het forfait) mag niet meer dan maximaal 25% afwijken van de lokale

werkelijkheid.

4. Een forfait moet regelmatig worden onderzocht.

De in de verordening opgenomen forfaits zijn niet gebaseerd op recente onderzoeksgegevens. Het GBT

heeft voor de deelnemers, die toeristenbelasting heffen, een onderzoek opgestart om de forfaits opnieuw

te onderbouwen. Dit onderzoek is inmiddels afgerond en zal in het raadsvoorstel belastingtarieven 2016

nader worden toegelicht.

Precariobelasting

Een precariobelasting kan worden geheven voor het hebben van voorwerpen onder, op of boven ge-

meentegrond, die bestemd is voor de openbare dienst. Evenals bij beide voorgaande belastingen is zo-

wel aan de baten als aan de tarieven geen limiet gesteld. De tarieven voor 2016 zijn conform de tarieven

voor 2015. De baten zijn verwerkt in het dekkingsplan.

Parkeerbelastingen

De Gemeentewet maakt het mogelijk om twee parkeerbelastingen te heffen, namelijk voor het parkeren

van een voertuig en een belasting voor een van gemeentewege verleende vergunning. Als de parkeerder

niet heeft betaald bij de parkeerapparatuur, kan de belasting worden nageheven met een kostenopslag

(de zogenaamde naheffingsaanslag parkeerbelastingen). Evenals bij het drietal voorgaande belastingen

is zowel aan de baten als aan de tarieven geen limiet gesteld. Wel geldt voor de kosten van de nahef-

fingsaanslag een maximum. Dit maximum is voor 2016 vastgesteld op € 60.

Leges, marktgelden, begraafplaatsrechten, reinigingsrechten

Op grond van de Gemeentewet kunnen rechten worden geheven voor het gebruik van gemeentebezittin-

gen of van werken die voor de openbare dienst bestemd zijn, evenals werken of inrichtingen die bij de

gemeente in beheer of onderhoud zijn, en voor het genot van door of vanwege het gemeentebestuur

verstrekte diensten. De heffing van leges geschiedt op grond van het genot van door of vanwege de ge-

meente verstrekte diensten. De overige rechten worden geheven op grond van het gebruik van gemeen-

telijke bezittingen en dergelijke. Evenals bij de afvalstoffenheffing en de rioolheffing mogen de hier be-

doelde rechten (per verordening) maximaal 100% kostendekkend zijn. Daarnaast zijn door het rijk in be-

paalde gevallen maximale tarieven vastgesteld zoals voor een paspoort.

Leges

De tarieven zijn -voor zover geen maximumtarief is bepaald- niet verhoogd.

Marktgelden

De tarieven voor de marktgelden zijn ten opzichte van de begroting 2015 niet verhoogd.

Begraafplaatsrechten

Evenals in de meerjarenbegroting 2014-2017, de meerjarenbegroting 2015-2018, is in de meerjarenbe-

groting 2016-2019 uitgegaan van handhaving van de tarieven op het niveau van 2006.

Reinigingsrechten

Sinds de realisatie van het afvalbrengpunt aan de Lubeckstraat is het mogelijk kostendekkende tarieven

bij de burgers (niet in het bezit van een afvalpas) in rekening te brengen. De in de begroting opgenomen

raming is gebaseerd op deze kostendekkende tarieven.

3.7.4 Kwijtscheldingsmogelijkheden

De mogelijkheid voor gemeenten om kwijtschelding van belastingen te verlenen is o.a. geregeld in de

Gemeentewet. Het gemeentelijk beleid kan per belasting verschillen. In een aantal specifieke Oldenzaal-

se belastingverordeningen is bepaald dat geen kwijtschelding wordt verleend. De gemeente moet bij het

Page 120: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

116 3. Paragrafen

vaststellen van kwijtschelding landelijke regels toepassen. Binnen deze mogelijkheden zijn de volgende

eigen beleidskeuzes gemaakt:

a. Kwijtschelding kan worden verleend voor de afvalstoffenheffing, rioolheffing en ozb voor gebruikers;

b. Bij de normkosten van bestaan wordt uitgegaan van 100% van de bijstandsnorm;

c. Ondernemers voor de privébelastingen zijn gelijkgesteld met particulieren;

d. Kosten voor kinderopvang worden in aanmerking genomen als uitgaven bij de berekening van de

betalingscapaciteit en;

e. Bij de normkosten van bestaan voor AOW’ers wordt uitgegaan van 100% van de netto AOW-norm.

3.7.5 Tarieven

Hieronder treft u de tarieven per heffing voor 2016 aan. Bij de diverse heffingen is vermeld waarop de

nieuwe tarieven gebaseerd zijn.

Tarieven 2015 2016

onroerende-zaakbelastingen (excl. waardemutaties)

Woningen eigenaren 0,11938% 0,12322%

niet-woningen eigenaren 0,23117% 0,24934%

gebruikers 0,18462% 0,19914%

afvalstoffenheffing (netto 100% kostendekking)

Eenpersoonshuishouden € 215,88 € 219,48

Tweepersoonshuishouden € 253,08 € 256,68

drie- of meerpersoonshuishouden € 275,28 € 278,88

rioolheffing (netto 100% kostendekking)

Eigenarendeel € 86,76 € 89,28

Gebruikersdeel € 86,76 € 89,28

Met betrekking tot de tarieven voor de onroerende-zaakbelastingen moeten de volgende opmerkingen

worden geplaatst. Zoals hiervoor al is vermeld is bij de tarieven voor de onroerende-zaakbelastingen

geen rekening gehouden met de herwaardering van de onroerende zaken door het GBT.

3.7.6 Lokale belastingdruk

Sinds 1997 geeft het COELO (Centrum voor Onderzoek van de Economie van de Lagere Overheden)

een atlas van de lokale lasten uit. In die atlas worden de woonlasten in alle Nederlandse gemeenten met

elkaar vergeleken. In 2015 heeft Oldenzaal rangnummer 124 (rangnummer 1 heeft de laagste woonlas-

ten, rangnummer 407 heeft de hoogste woonlasten). In 2014 was het rangnummer 130. De gemiddelde

woonlasten voor een meerpersoonshuishouding bedragen € 716. In Oldenzaal is dit € 690 (€ 680).

3.7.7 Belastingcapaciteit

Per heffing treft u hieronder de (onbenutte) belastingcapaciteit over 2015 / 2016 aan. Bij de achtergron-

den en de uitgangspunten, die hiervoor al zijn vermeld, staat wat de eventuele limieten zijn.

a. Onroerende zaakbelastingen: de opbrengsten en tarieven zijn niet meer gelimiteerd. De enige beper-

king hierin is de macro-norm OZB. Deze norm geeft aan in hoeverre de totale OZB-opbrengsten van

alle gemeenten gezamenlijk in een jaar mogen stijgen. De macro-norm is niet in wetgeving vastge-

legd, maar is een bestuurlijke afspraak tussen het Rijk en de VNG. De afspraak is dat bij overschrij-

ding van de macro-norm het volume van het gemeentefonds kan worden verlaagd. Voor 2016 is de

macro-norm bepaald op 1,57%.

b. Afvalstoffenheffing: met ingang van 2011 is er door het netto kostendekkend maken geen extra belas-

tingcapaciteit meer.

c. Rioolheffing: met ingang van 2011 is er door het netto kostendekkend maken geen extra belastingca-

paciteit meer over.

d. Hondenbelasting, toeristenbelasting, precariobelasting, parkeerbelastingen en reclamebelasting: de

opbrengsten en tarieven zijn niet gelimiteerd.

Page 121: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

3. Paragrafen 117

e. Leges: na verdere optimalisering van de kostentoerekening kunnen bepaalde tarieven in de toekomst

gewijzigd worden.

f. Marktgelden: met ingang van 2011 is er door het netto kostendekkend maken geen extra belasting-

capaciteit meer over.

g. Begraafplaatsrechten: p.m.

h. Beschrijving niet geheven belastingen:

Met ingang van 1 januari 1995 kent de Gemeentewet belastingen op roerende woon- en bedrijfs-

ruimten (roerende-ruimtebelastingen: hierna RRB. De RRB zijn sterk verwant aan de OZB en de

heffingsmaatstaf 'waarde in het economische verkeer' van die belastingen. De Gemeentewet

verklaart voor de RRB een belangrijk aantal artikelen voor de OZB en de Wet WOZ van overeen-

komstige toepassing. De Gemeentewet bepaalt tevens dat het tarief voor de RRB gelijk is aan

dat van de OZB. Een gemeente is niet verplicht tot de invoering van RRB. In de Gemeentewet

wordt immers gesproken van 'kunnen worden geheven'. De RRB kunnen niet worden geheven

als de gemeente geen OZB heft.

De baatbelasting kan na een aantal recente arresten van de Hoge Raad alleen nog worden toe-

gepast om geheel of gedeeltelijk de kosten te verhalen van rioolaanleg in het buitengebied of de

verharding van zandwegen. Baatbelasting kan alleen worden geheven van eigenaren van gebate

objecten.

De woonforensenbelasting wordt vooral in toeristengemeenten geheven. De woonforensenbelas-

ting wordt geheven van die mensen, die niet in de gemeente wonen, maar er 'voor zich of voor

hun gezin een gemeubileerde woning beschikbaar houden'. Het gaat om meer dan 90 dagen

verblijf kunnen houden.

De Wet op de bedrijveninvesteringszones (hierna BIZ) is op 1 januari 2015 in werking getreden

en is een vervolg op de Experimentenwet BI-zones die 1 januari 2009 in werking trad. De BIZ is

een instrument op het stimuleren van het ondernemingsklimaat op bedrijventerreinen en in win-

kelgebieden. De BIZ-bijdrage is een bestemmingsheffing die strekt ter bestrijding van de kosten

die verbonden zijn aan activiteiten in de openbare ruimte en op het internet, die zijn gericht op het

bevorderen van de leefbaarheid of de veiligheid in een deel van de gemeente of de ruimtelijke

kwaliteit of de economische ontwikkeling van een deel van de gemeente.

Een BIZ moet goed worden voorbereid en om die reden kunnen nieuwe initiatieven om tot een

Bedrijfsinvesteringzone te komen nu wel worden opgestart, maar kan de BIZ daadwerkelijk eerst

met ingang van 1 januari 2017 worden ingesteld. Omdat in het centrum al een reclamebelasting

wordt geheven, ligt het niet in de rede dat vanuit de Binnenstad een verzoek wordt ingediend om

een BI-zone in te voeren. Ook van bedrijventerreinen zijn geen initiatieven bekend.

Page 122: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

118 3. Paragrafen

3.8 Handhaving

3.8.1 Missie

We streven naar een veilig en leefbaar Oldenzaal, waarin vertrouwen is in de overheid, de overheid

handhaaft waar nodig en er alles aan doet om de veiligheid te waarborgen en ernstige calamiteiten te

voorkomen.

3.8.2 Wabo en Bijzondere wetten

In de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo), hoofdstuk 7 van het Besluit omgevingsrecht

(Bor) en hoofdstuk 10 van de Ministeriele regeling omgevingsrecht (Mor) zijn de kwaliteitseisen voor

handhaving opgenomen. Hierin wordt voorgeschreven dat het handhavingsbeleid jaarlijks in een handha-

vingsuitvoeringsprogramma (HUP) moet worden uitgewerkt. Daarin staat waaraan de beschikbare capa-

citeit wordt besteed. Deze verdeling is gebaseerd op wettelijke vereisten, het lokale handhavingsbeleid

en de risicoanalyse die jaarlijks wordt uitgevoerd.

De capaciteit voor handhaving binnen de gemeente Oldenzaal is onder te verdelen in handhaving Wabo

(milieu en bouwen & ruimtelijke ordening) en handhaving openbare ruimte (APV en bijzondere wetten).

In 2015 is een nieuw handhavingsbeleid Fysieke Leefomgeving, het Preventie- en Handhavingsplan Al-

cohol en de APV 2015 vastgesteld. Dit nieuwe beleid zal worden door vertaald in het HUP 2016.

De werkzaamheden op het gebied van toezicht en handhaving milieu worden in 2016 uitgevoerd onder

regie van de Regionale Uitvoeringsdienst Twente (RUD Twente). In de praktijk betekent dit dat de gene-

rieke taken door eigen medewerkers worden uitgevoerd, maar wel binnen de kaders van het RUD (denk

aan kwaliteitseisen, processen). De juridische handhaving wordt door de eigen medewerkers uitgevoerd.

Overige specialismen worden nu ingekocht bij het RUD. Dit betreft voornamelijk geluidsonderzoeken en

sloop asbest.

Op het gebied van ‘boa’s domein I’ wordt in 2016 op meerdere gebieden samengewerkt. De Twentse

gemeenten werken samen op gebied van permanente her- en bijscholing (Convenant Twentse gemeen-

ten). Daarnaast werken we samen met de gemeenten Tubbergen en Dinkelland (Noaberkracht) op ge-

bied van horeca en openbare ruimte.

3.8.3 Handhaven Leerplicht/RMC

De gemeente Oldenzaal streeft naar een integrale vormgeving van het jeugdbeleid, waarvan de leer-

plicht/RMC functie een onderdeel is. Centraal in de visie van de gemeente staat, dat door vroegtijdig sig-

naleren en ingrijpen bij schoolverzuim, schooluitval of zorgmeldingen grote(re) en zwaardere problemen

zijn te voorkomen. Maatschappelijke zorg staat voorop. Als het niet anders kan, wordt er proces-verbaal

opgemaakt, nadat er eerst een waarschuwing is gegeven. In Oldenzaal wordt het toezicht op de naleving

van de leerplicht uitgevoerd door één leerplichtambtenaar. Voor de uitvoering is een instructie vastge-

steld. Elk schooljaar wordt een jaarverslag leerplicht/RMC opgesteld.

Vooruitblik Het Nieuwe Toezicht 2017

Op Rijksniveau is met de kinderopvangbranche Het Nieuwe Toezicht in ontwikkeling. Dat nieuwe toezicht

richt zich met name op heldere doelen met betrekking tot het pedagogisch beleid. Daarnaast zal in wet-

geving worden vastgelegd aan welke competenties (o.m. op sociaal- persoonlijk niveau) door de kinder-

opvang aan gewerkt moet gaan worden.

De kwaliteit van de kinderopvang zal verder een impuls moeten gaan krijgen. Dit kan zich uiten in de

beroepskwalificaties van de medewerkers kinderopvang.

De uitwerking van de pedagogische doelbepalingen geven niet alleen houvast aan de instelling. Ze die-

nen ook als leidraad voor de observaties en het kwaliteitsoordeel van de toezichthouder en het gesprek

dat de toezichthouder hierover met de instelling voert. Zo zal de toezichthouder het beleidsplan beoorde-

Page 123: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

3. Paragrafen 119

len, een gesprek aangaan met de instelling over het plan en de pedagogische praktijk observeren en

beoordelen aan de hand van een openbaar en gedragen observatie-instrument.

Parallel aan het bovenstaande traject ontwikkelen de VNG en GGD GHOR Nederland een nieuw toe-

zichtkader en een nieuwe werkwijze voor de toezichthouders en handhavers. Het gesprek tussen toe-

zichthouder en instelling over de kwaliteit van de opvang staat hierin centraal. Bij Het Nieuwe Toezicht

hoort ook het ontwikkelen van een valide en betrouwbaar instrumentarium voor oordeelsvorming door de

toezichthouder en de implementatie daarvan.

3.8.4 Handhaven Kinderopvang

Indien een ondernemer/houder niet (meer) aan de kwaliteitseisen voldoet wordt een handhavingstraject

gestart. De wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen en de Algemene wet bestuursrecht

voorzien in ruime mate in het opleggen van sancties, zoals een aanwijzing, een verbod tot (verdere) ex-

ploitatie, opleggen van een dwangsom of bestuurlijke boete en toepassing van het strafrecht.

Samen met de 14 Twentse gemeenten is het “Handhavingsbeleid Kinderopvang Regio Twente” ontwik-

keld. Hiermee is de gemeente beter in staat doeltreffend op te treden.

3.8.5 Handhaven Sociale zekerheid

Handhaving is een wezenlijk onderdeel van de uitvoering van de sociale zekerheidswetten. Het handha-

vingsbeleid is vastgelegd in een handhavingsplan. Voor de diverse wetten zijn afzonderlijke verificatie-

plannen vastgesteld. Handhaving dan wel fraudebestrijding vindt via diverse instrumenten plaats zoals:

bestandsvergelijking, schriftelijke controles, periodieke verklaringen, status-en mutatieformulieren, sig-

naal- en themaonderzoeken. Naast repressieve fraudebestrijding wordt meer ingezet op preventie. De

gemeente Oldenzaal heeft op het terrein van handhaving een convenant gesloten met Sociale Recherche

Twente. Ook neemt de gemeente Oldenzaal via het Regionaal Coördinatiepunt Fraudebestrijding (RCF)

deel aan een landelijk dekkend netwerk van interventieteams vooral gericht op de aanpak van zwart

werk, illegale arbeid en fiscale en sociale zekerheidsfraude.

Page 124: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

120 3. Paragrafen

3.9 Sociaal domein

3.9.1 Inleiding

Met ingang van 1 januari 2015 heeft de gemeente de volledige verantwoordelijkheid over de uitvoering

van nieuwe taken in het sociale domein. Hiermee zijn aanzienlijke bedragen gemoeid die via de Integra-

tie-uitkering Sociaal Domein naar de gemeenten komen. In deze notitie geven we een doorkijk van de

inkomsten en uitgaven op het gebied van Wmo, Participatie en Jeugdzorg op basis van de informatie die

t/m 15 augustus 2015 in ons bezit was.

Voor de WMO, het Participatiebudget, Jeugd en de BUIG zijn door het Rijk nieuwe verdeelmodellen op-

gesteld, die vanaf 2016 geleidelijk worden ingevoerd. De nieuwe verdeelmodellen hebben gevolgen voor

de lokale budgetten. We gaan ervan uit dat de inkomstenkant van de jaarschijf 2016 niet of nauwelijks

nog zal veranderen. De daadwerkelijke uitgaven op het domein voor het eerste half jaar 2015 kunnen nog

niet inzichtelijk gemaakt worden (o.a. door privacy discussie in de jeugd). Daarom hebben we, op basis

van zichtbare trends in de praktijk, op de verschillende domeinen aannames gedaan om tot een lasten-

begroting te komen.

In de Programmabegroting 2013 is reeds als uitgangspunt vastgesteld dat we in Oldenzaal de nieuwe

taken zullen uitvoeren binnen de daarvoor beschikbaar gestelde middelen. Kortingen van het Rijk zullen

we, gelet op dit vastgestelde uitgangspunt, dus rechtstreeks binnen de budgetten doorvoeren. De tabel

Baten Sociaal Domein laat zien dat de kortingen voor 2017 e.v. fors zijn. De transformatie in het Sociale

domein moet alternatieven gaan bieden; zodat de uitgaven, voor de nieuwe taken, binnen het budget

blijven. Dit betekent dat de komende jaren de investering op de transformatie fors zal moeten zijn.

3.9.2 Deelfonds Sociaal Domein

Het deelfonds Sociaal Domein wordt in de vorm van een Integratie-uitkering Sociaal Domein aan de ge-

meente Oldenzaal uitgekeerd. Deze wordt gecreëerd vanuit diverse geldstromen:

het Participatiebudget;

middelen voor de maatschappelijke ondersteuning (Wmo) 2015;in

middelen voor de uitvoering van de Jeugdwet.

Het kabinet heeft ervoor gekozen om de huidige middelen voor het Inkomensdeel van de WWB: de Bun-

deling Uitkeringen Inkomensvoorzieningen Gemeenten (BUIG) , die nu als specifieke uitkering wordt ver-

strekt, nog niet toe te voegen. Tevens maakt de bestaande Integratie-Uitkering WMO geen onderdeel uit

van het deelfonds Sociaal Domein. De budgetten voor de BUIG en voor huishoudelijke ondersteuning

(deel van de integratie Uitkering WMO oud) zijn wel toegevoegd aan paragraaf Sociaal domein, hoofd-

stuk 3.9.

Het Rijk kiest dus voor een Integratie-uitkering Sociaal Domein. Kern hiervan is dat de gemeenten de

komende twee jaar gehouden zijn aan de bestedingsvoorwaarden van het Rijk. Deze zijn echter van tijde-

lijke aard en worden – naar verwachting – na drie jaar verwijderd, waarna het fonds gaat meelopen in de

reguliere periodieke onderhoudssystematiek van het gemeentefonds.

In de decembercirculaire van 2013 werden de bestedingsvoorwaarden uitgebreid genoemd. We geven

hier een korte samenvatting:

De middelen in het deelfonds zijn geoormerkt via een apart begrotingsartikel in het gemeentefonds en

kunnen alleen vrij worden besteed aan de onderscheiden doelen van het sociaal fonds. Herschikking

naar andere doelen is niet toegestaan.

Het financiële risico ligt bij de gemeenten.

Op gemeentelijk niveau vindt verantwoording plaats over de besteding van de middelen uit het deel-

fonds aan de gemeenteraad. Er vindt geen aparte verantwoording plaats aan het Rijk over de beste-

ding van de budgetten in het sociale domein.

Gemeenten zullen via de bestaande Informatie voor derden (Iv3) jaarlijks aan het Rijk informatie ver-

strekken over de besteding van de middelen. Ook wordt via de goedkeurende controleverklaring van

de accountant van de gemeente informatie verstrekt aan het Rijk. Het Rijk heeft zo zicht op alle be-

stedingen van de gemeente.

Page 125: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

3. Paragrafen 121

Onderbesteding binnen het deelfonds kan aanleiding zijn voor nader onderzoek door het Rijk, waarbij

dan ook gekeken wordt naar de prestaties van gemeenten. In het uiterste geval kan de uitbetaling

van het deelfonds worden opgeschort.

3.9.3 Baten Sociaal Domein

In onderstaand overzicht zijn de totalen baten opgenomen die betrekking hebben op de transities in het

Sociaal Domein.

A Integratie-uitkering Sociaal Domein IU-SD

In deze toelichting treft u een zo actueel mogelijke uiteenzetting van de stand van zaken aan.

A1 Stroom Participatiewet

In het Participatiebudget zijn de middelen opgenomen voor re-integratie en activering van de “oude”

doelgroep Wwb, de nieuwe doelgroepen van de Participatiewet en de middelen voor de uitvoering van de

Wsw. De toekenning van deze middelen door het Rijk gaat voor ieder van deze onderdelen volgens een

verschillende verdeelsleutel.

De middelen voor re-integratie en activering van de “oude” doelgroep Wwb worden voor 50% toegekend

op basis van het verdeelmodel 2014 en voor 50% op basis van een compilatie van verschillende verdeel-

kenmerken, waaronder de relatieve samenstelling van de bevolking Wwb en het opnamevermogen van

de regionale arbeidsmarkt. De middelen voor de “oude” doelgroep Wwb nemen binnen het Participatie-

budget de komende jaren flink af. De middelen voor de nieuwe doelgroep (mensen met een arbeidsbe-

perking) worden verstrekt op basis van historische gegevens.

De middelen voor uitvoering van de Wsw worden verdeeld op basis van het aandeel van de gemeente in

het landelijk aantal SW-ers, waarbij per gemeente wordt ingeschat wat de uitstroom in een jaar is (blijf-

kans). De middelen voor de Wsw nemen volgens de Meicirculaire flink af.

A2 Stroom Jeugdzorg

In de meicirculaire is een nieuw bedrag gepresenteerd voor Oldenzaal. In de meicirculaire 2015 is een

meerjarig perspectief geschetst tot en met 2019. Naast dat verandering van het macrobudget Jeugdwet

(o.a. door de oplopende taakstelling in 2016 en 2017) van invloed is op deze budgetten, worden vanaf

2016 de middelen voor jeugdhulp met behulp van objectieve (gemeentelijke)structuurkenmerken ver-

BATEN 2016 2017 2018 2019

A Integratie-uitkering Sociaal Domein IU-SD

Stroom Participatiewet € 8.123.649 € 7.579.300 € 7.101.257 € 6.747.424

Stroom Jeugdzorg € 6.821.489 € 6.789.686 € 6.856.178 € 6.874.085

Stroom WMO-nieuw € 5.494.310 € 4.890.809 € 4.448.717 € 4.394.002

Subtotaal Integratie-uitkering Sociaal Domein € 20.439.448 € 19.259.795 € 18.406.152 € 18.015.511

B In begroting Oldenzaal gekoppelde bedragen IU-SD € 1.079.000 € 1.079.000 € 1.079.000 € 1.079.000

TOTAAL IU-SD + bedragen in begroting gekoppeld € 21.518.448 € 20.338.795 € 19.485.152 € 19.094.511

C Opbrengst detachering WSW € 1.221.418 € 1.310.249 € 1.373.271 € 1.333.751

D Eigen bijdrage WMO-n € 250.000 € 250.000 € 250.000 € 250.000

E Integratie-uitkering WMO (oud) IU-WMO(oud)

IU WMO oud € 2.501.071 € 2.590.456 € 2.590.456 € 2.590.456

Eigen bijdrage WMO oud € 600.270 € 600.270 € 600.270 € 600.270

In begroting Oldenzaal gekoppelde bedragen IU-WMO(oud) € 228.681 € 228.681 € 228.681 € 228.681

TOTAAL IU-WMO(oud) + bedragen in begroting gekoppeld € 3.330.022 € 3.419.407 € 3.419.407 € 3.419.407

F Rijksbijdrage BUIG € 7.886.959 € 7.886.959 € 7.886.959 € 7.886.959

TOTAAL OVERZICHT BATEN OLDENZAAL SOCIAAL DOMEIN € 34.206.847 € 33.205.410 € 32.414.789 € 31.984.628

Page 126: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

122 3. Paragrafen

deeld. In 2016 levert dit nog een korting op van € 200.000. In 2018 en 2019 laat het budget een licht

voordeel zien.

Door het objectieve verdeelmodel worden gemeenten in staat gesteld het voorzieningenniveau te realise-

ren zonder dat dit invloed heeft op hun uitkering. Het objectief verdeelmodel wordt vanaf het jaar 2016

ingevoerd. Een aantal belangrijke criteria zijn:

aantal inwoners jonger dan 18 jaar;

aantal eenouderhuishoudens en armoede;

aantal jeugdigen in gezinnen met armoederisico;

aantal gezinnen die bijstand ontvangen;

aantal uitkeringsontvangers (exclusief bijstandsontvangers)psychische gezondheid ouders.

A3 Stroom WMO-nieuw Meicirculaire:

Uit de meicirculaire 2015 is gebleken dat we ten aanzien van de maatwerkvoorzieningen een forse afna-

me van het budget kunnen verwachten vanaf 2016. Dit heeft onder andere te maken met een nieuw ver-

deelmodel wat ongunstig uitkomt voor de gemeente Oldenzaal. Voor 2015 waren de budgetten nog ge-

baseerd op historische uitgaven in de AWBZ. Maatstaven in het verdeelmodel Wmo zijn onder andere:

het aantal mensen van 65 jaar en ouder;

het aantal éénpersoonshuishoudens;

het aantal uitkeringsontvangers zonder bijstand;

het aantal mensen met een Wajong uitkering;

huishoudens lage inkomens bovendrempel;

medicijngebruik;

stedelijkheid.

In veel gevallen wordt de afwijking tussen historisch budget en verdeelmodel veroorzaakt doordat in spe-

cifieke regio’s hogere prijzen per indicatie gelden of een actiever indicatiebeleid (wat onder andere ver-

oorzaakt kan worden door de aanwezigheid van instellingen). Dit geldt onder andere voor Twente c.q.

Oldenzaal. Door middel van het herindiceren van mensen met een indicatie voor een maatwerkvoorzie-

ning wordt hier opnieuw naar gekeken.

De restantdaling in het budget is onder andere veroorzaakt door het effect van de lagere AWBZ-realisatie

2014. Eerder werd 2013 als basisjaar genomen. Daarnaast is er sprake van een uitname in verband met

Wlz-indiceerbaren (Wet langdurige zorg) en een teruglopende verzachtende maatregel van het rijk.

B In begroting Oldenzaal gekoppelde bedragen IU-SD

De nieuwe uitvoeringsorganisatie van de Wsw heeft als doel om de financiële risico’s te beperken door

ondanks het afnemende rijksbudget de Wsw de komende jaren uit te voeren binnen de bestaande finan-

ciële kaders. Dit betekent een bijdrage van 1,1 miljoen, uit de algemene middelen bovenop de Rijksbij-

drage om de bestaande doelgroep Wsw te bekostigen.

C Detacheringsopbrengsten Wsw

Naast de rijksbijdrage heeft de gemeente ook inkomsten uit de Wsw in de vorm van detacheringsvergoe-

dingen. Er zijn aannames gedaan voor het aantal personen dat gedetacheerd wordt en de hoogte van de

detacheringsvergoeding. Door meer Sw-ers te detacheren bij werkgevers wordt enerzijds meer opbreng-

sten gegenereerd, maar anderzijds hoeft dan ook minder gebruik te worden gemaakt van relatief dure

beschutte werkplekken. Voor 2016 hebben wij de aannames met betrekking tot de hoogte van de deta-

cheringsvergoeding naar beneden bijgesteld. Uit de cijfers over het eerste half jaar 2015 blijkt dat de ver-

goeding lager ligt dan eerder geraamd. Er worden echter meer personen gedetacheerd, zodat de op-

brengsten van de detacheringen iets hoger geraamd zijn.

D Eigen bijdrage WMO-n

Onder de eigen bijdrage wordt verstaan de bijdrage die de gemeente aan cliënten mag opleggen voor het

gebruik van Wmo-maatwerkvoorzieningen.

Page 127: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

3. Paragrafen 123

Hiervoor zijn bedragen geraamd, met als basis een eerdere regionale “rondrekening”. Op dit moment is

er nog niet voldoende inzicht in de eigen bijdragen om in te kunnen schatten of dit gerealiseerd gaat wor-

den. Hierover wordt overigens wel afstemming gezocht met het CAK, die de eigen bijdragen int.

E Integratie-uitkering WMO (oud) IU-WMO (oud)

Naast de integratie-uitkering WMO-nieuw (A3) ontvangen we voor de oude WMO-taken middelen van het

Rijk via de bestaande Integratie-Uitkering WMO. In deze paragraaf wordt alleen het bedrag voor de huis-

houdelijke ondersteuning opgenomen. Dus niet voor regiotaxi, woonvoorzieningen en dergelijke. Overi-

gens ook niet de HHT (huishoudelijke hulp toelage). Dit bedrag daalt met ruim 2 ton. Maar door invoering

van de nieuwe aanpak Huishoudelijk Ondersteuning is de verwachting dat dit opgevangen kan worden.

Evenals in het verleden worden naast de rijksmiddelen ook nog eigen middelen (€ 228.000) ingezet.

F BUIG

In de BUIG zijn de middelen opgenomen voor de te verstrekken uitkeringen door de gemeente in het

kader van onder andere de bijstand. De hoogte van het budget dat gemeenten krijgen voor het verstrek-

ken van bijstandsuitkeringen wordt met ingang van 20105 vastgesteld met een nieuw verdeelmodel. Dit

model houdt rekening met alle objectieve kenmerken van de huishoudens in een gemeente die van be-

lang zijn voor de kans dat een huishouden een bijstandsuitkering ontvangt, zoals de gezinssamenstelling,

leeftijd, opleiding en het wel of niet hebben van gezinsleden met een arbeidsbeperking. Ook wordt speci-

fieke informatie over de regionale arbeidsmarkt betrokken bij het vaststellen van het budget. Vooralsnog

lijkt het budget voor Oldenzaal weinig beïnvloed zijn door het objectieve model.

Het uitgangspunt van de Participatiewet is dat de doelgroep arbeidsbeperkten naar vermogen aan het

werk gaat bij reguliere werkgevers. Aan de BUIG worden middelen toegevoegd waarmee loonkostensub-

sidies worden verstrekt aan werkgevers voor het niet productieve deel. Dit bedrag per arbeidsgehandi-

capten ligt lager dan de kosten voor het verstrekken van een uitkering. Het toegevoegde bedrag voor de

arbeidsgehandicapte is dus onvoldoende om een uitkering te verstrekken.

3.9.4 Lasten Sociaal Domein

Om een goede inschatting te maken van de financiële consequenties van de 3 Transities, is ook inzicht in

de lastenkant noodzakelijk. Deze bestaan deels uit bestaande taken en deels uit nieuwe, maar allemaal

binnen de doelen van de Integratie-uitkering Sociaal Domein, Integratie-Uitkering WMO-oud en de BUIG.

Per transitie geven wij met de nodige aannames inzicht in de lastenkant. Dit betreft informatie t/m 15 au-

gustus 2015.

We zullen hieronder uiteenzetten op welke wijze de begroting tot stand is gekomen en welke aannames

zijn gemaakt. Ook zullen we een beschrijving geven van de risico’s.

Page 128: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

124 3. Paragrafen

G Lasten Participatiewet

Een deel van de lasten betreft de inkoop van participatietrajecten. Deze worden gefinancierd uit het Parti-

cipatiebudget. Het betreft o.a. scholing, jobcoaching, diagnosestellingen, loonwaardebepalingen en ac-

countmanagement. Door het inkopen van participatietrajecten wordt beoogd om uitkeringsgerechtigden

uit te laten stromen naar betaald werk. Behalve maatschappelijk rendement levert dit een besparing op in

de BUIG. De uitgaven binnen dit deel van het budget zijn goed beheersbaar.

De lasten van de Wsw bestaan uit:

Inkoop beschutte werkplekken bij Larcom. De organisatie en uitvoering van de beschutte werkplek-

ken wordt ingekocht bij Larcom. Door middel van een aanbesteding is daarvoor een scherpe prijs be-

dongen die is vastgelegd voor een periode van drie jaren (t/m 2017).

Salariskosten van de SW-ers. Deze kosten zijn niet of nauwelijks te beïnvloeden omdat die zijn vast-

gelegd in de CAO. In de begroting is geen rekening gehouden met eventuele wijzigingen als gevolg

van CAO-onderhandelingen.

Uitvoeringskosten als gevolg van inzet van personeel. Door Top Craft te ontmantelen en een lokale

uitvoeringsorganisatie in te richten zijn de uitvoeringskosten beter beheersbaar geworden. Bovendien

wordt personeel door het Maatschappelijk Plein efficiënter ingezet binnen het brede Sociale Domein.

Het Maatschappelijk Plein begeleidt de Sw-ers intensief in hun ontwikkeling. In 2015 zien wij de eer-

ste resultaten hiervan. Meer Sw-ers zijn naar buiten gedetacheerd dan geraamd. Door meer Wsw-ers

te detacheren nemen de kosten van de uitvoering af. Er worden meer opbrengsten gegenereerd en

er wordt minder gebruik gemaakt van de relatief dure beschutte werkplekken.

Risico’s

De VNG en de bonden zijn in onderhandeling over een nieuwe CAO voor de Wsw. Dit kan tot gevolg

hebben dat de salariskosten van de Sw-ers gaan stijgen.

In de begroting van de Wsw is een ambitie opgenomen om meer Sw-ers te detacheren bij werkge-

vers en de gemiddelde detacheringsvergoeding te laten stijgen. Hierbij is het Maatschappelijk Plein

echter afhankelijk van de bereidheid van werkgevers. In 2015 lagen de detacheringsvergoedingen la-

ger dan geraamd.

Het Rijk gaat er bij de berekening van het budget van uit dat het aantal Sw-ers de komende jaren

afneemt met gemiddeld 5% per jaar. Wanneer het aantal Sw-ers in werkelijkheid minder snel afneemt

dan het Rijk voorspelt dan loopt het tekort voor de gemeente verder op.

G LASTEN Participatiewet 2016 2017 2018 2019

Inkoop participatietraject(en) € 853.000 € 866.000 € 961.000 € 1.004.000

Subtotaal Inkoop participatietrajecten € 853.000 € 866.000 € 961.000 € 1.004.000

Inkoop beschut (incl huur)

Larcom € 410.632 € 395.540 € 365.330 € 359.730

Subtotaal Inkoop beschut € 410.632 € 395.540 € 365.330 € 359.730

Salarissen WSW'ers

Stichting Werk Projecten Oldenzaal € 8.079.431 € 7.851.787 € 7.570.998 € 7.310.450

Begeleid werken € 75.000 € 75.000 € 75.000 € 75.000

Overige schappen € 225.536 € 148.736 € 148.736 € 148.736

Subtotaal Salarissen WSW'ers € 8.379.967 € 8.075.523 € 7.794.734 € 7.534.186

Overige uitgaven participatiewet

Inhuur klantmanagers € 160.279 € 160.279 € 160.279 € 160.279

Inkoop administratie en ondersteuning € 333.566 € 321.341 € 311.815 € 301.790

Subtotaal Overige uitgaven participatiewet € 493.845 € 481.620 € 472.094 € 462.069

Ambtelijke inzet PW

2,5 FTE eigen personeel € 194.916 € 194.916 € 194.916 € 194.916

0,5 Senior medewerker € 43.460 € 43.460 € 43.460 € 43.460

Subtotaal Ambtelijke inzet PW € 238.376 € 238.376 € 238.376 € 238.376

Totaal Participatiewet € 10.375.820 € 10.057.059 € 9.831.534 € 9.598.361

Page 129: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

3. Paragrafen 125

In het Participatiebudget wordt door het Rijk in toenemende mate budget beschikbaar gesteld voor

begeleiding van de nieuwe doelgroep van de Participatiewet, te weten mensen met een arbeidsbe-

perking (voorheen Wajong). Het beschikbare rijksbudget voor de begeleiding van de “oude” doel-

groep Wwb neemt echter snel af, waardoor het Maatschappelijk Plein minder middelen ter beschik-

king heeft voor de re-integratie van deze uitkeringsgerechtigden. Dit kan leiden tot minder uitstroom

naar werk en daarmee tot hogere uitgaven binnen de BUIG.

Lasten BUIG

In de BUIG zijn per 1 januari 2015 de middelen opgenomen voor loonkostensubsidies waarmee werkge-

vers gecompenseerd kunnen worden bij het in dienst nemen van personen uit de doelgroep van de Parti-

cipatiewet die vanwege een beperking niet in staat zijn 100% van het Wettelijk Minimumloon te verdie-

nen. De uitgaven binnen de BUIG zijn te beïnvloeden door uitkeringsgerechtigden actief te begeleiden

naar betaald werk.

Risico’s:

De instroom van nieuwe uitkeringsgerechtigden a.g.v. ontwikkelingen op de regionale en landelijke

arbeidsmarkt;

Toename aantal vluchtelingen 2016;

Te lage arbeidsparticipatie van arbeidsbeperkten.

H Lasten Jeugdzorg

De lasten voor jeugdzorg kunnen worden onderverdeeld in een drietal posten, te weten:

Specialistische jeugdzorg;

Licht verstandelijke beperking;

Geestelijke gezondheidszorg Jeugd.

Het bepalen van de lastenkant voor de jeugdzorg ligt gecompliceerd. Het ontbreekt aan een eenduidig

beeld waaruit de aantallen en tarieven bepaald kunnen worden om als basis te dienen voor een begro-

ting.

Aan een voorziening voor beleidsinformatie (landelijk, regionaal en lokaal ) wordt gewerkt. Eerste “harde”

resultaten komen in het vierde kwartaal van 2015 beschikbaar. De ramingen blijven gebaseerd op histori-

sche cijfers.

H1 Specialistische Jeugdzorg

In de lasten van de specialistische jeugdzorg worden de lasten opgenomen voor spoedzorg, ambulante

zorg, pleegzorg, gezinshuizen, 24-uurs verblijven, jeugdzorg +, jeugdvoogdij en jeugdreclassering. De

verwachting is dat de uitgaven binnen dit deel van het budget redelijk tot goed beheersbaar zijn.

Op basis van praktijkervaringen wordt de investering in het team Jeugd in 2016 doorgezet. Een deel van

het budget wordt ingezet voor “productie” binnen het Maatschappelijk plein (toegang/laagdrempelige

zorg). Dit betekent dat van de rijksbijdrage van € 6,8 miljoen voor de formatie op het maatschappelijk

plein € 750.000 wordt aangewend. Verwachting is dat de inzet binnen het Maatschappelijk Plein tot een

structurele verlaging van uitgaven zal gaan zorgen.

Aanvullend hierop wordt in 2016, passend bij het perspectief van de transformatie , geïnvesteerd in de

versterking van het 1ste lijns aanbod. De beoogde investering dient inhoudelijk sturing te geven aan de

beoogde transformatie in de 1ste lijn en tegelijkertijd bij te dragen aan het terugdringen van het appél op

de jeugdhulpvoorzieningen.

M Wet BUIG 2016 2017 2018 2019

Periodieke uitkeringen € 7.892.424 € 7.892.424 € 7.892.424 € 7.892.424

Totaal BUIG € 7.892.424 € 7.892.424 € 7.892.424 € 7.892.424

H LASTEN jeugdzorg 2016 2017 2018 2019

Inkoop Samen14 JZ

Specialistische Jeugdzorg € 2.023.924 € 1.949.212 € 1.940.712 € 1.940.712

Licht Verstandelijke Beperking € 2.490.360 € 2.398.430 € 2.387.971 € 2.387.971

Geestelijke Gezondheidszorg € 1.438.117 € 1.385.030 € 1.378.990 € 1.378.990

Totaal Jeugdzorg € 5.952.401 € 5.732.673 € 5.707.673 € 5.707.673

Page 130: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

126 3. Paragrafen

H2 Licht Verstandelijke Beperking

De uitgaven voor jeugdigen met een licht verstandelijke beperking zijn naar verwachting moeilijker te

sturen. Het betreft een doelgroep met duurzame problematiek, die weinig beïnvloedbaar is.

H3 geestelijke Gezondheidszorg

Het betreffen hier de lasten voor spoedzorg, ambulante hulp, 24-uurs verblijven, diagnostiek en consulta-

tie. In 2016 worden met huisartsen concrete afspraken gemaakt zodat uiteindelijk het budget beter be-

heersbaar wordt.

Risico’s

De financiële risico’s die voortkomen uit de uitvoering van de jeugdhulp voor de komende jaren zijn struc-

tureel van aard en in te onder te verdelen in:

financiële risico’s die voortkomen uit de prijsstelling van zorgtrajecten;

financiële risico’s die voortkomen uit de toename in instroom van cliënten;

de precieze aantallen cliënten die een beroep (kunnen) doen op het overgangsrecht, de duur van dat

recht in 2015 (aantal dagen) en de structurele zorglasten daarvan voor 2016 zijn nog niet duidelijk.

I Lasten WMO

Lasten

De inkomsten aan de Wmo kant gaan omlaag. Daarnaast is gebleken dat mensen ons Maatschappelijk

Plein goed weten te vinden. Maandelijks is bij de Wmo sprake van een toenemend aantal klanten dat

(ondanks de gekantelde werkwijze) in aanmerking komt voor een maatwerkvoorziening. Mogelijk is dit

ook het gevolg van het feit dat mensen langer thuis blijven wonen. De tariefontwikkeling voor de maat-

werkvoorziening is onzeker. Deels zijn wij daar afhankelijk van de gezamenlijk inkoop van Samen 14.

Kortom we hebben te maken met dalende budgetten en stijgende uitgaven. Er worden daarom de vol-

gende maatregelen voorgesteld:

Het meer inzetten van algemene voorzieningen aan de voorkant. Vanuit de samenwerkende welzijns-

instellingen (Netwerk Welzijn Oldenzaal) moet samen met onze burgers met ondersteuningsvragen

nog meer gezocht worden naar oplossingen vanuit de eigen kracht, algemene voorzieningen e.d. Er

wordt aangenomen dat we hiermee de nieuwe instroom ten aanzien van de maatwerkvoorzieningen

kunnen verminderen.

I LASTEN WMO 2016 2017 2018 2019

Inkoop Samen14 WMO

Persoonlijke verzorging € 46.351 € 46.351 € 46.351 € 46.351

Begeleiding € 1.625.501 € 1.525.501 € 1.345.501 € 1.345.501

PGB € 1.653.404 € 1.653.404 € 1.653.404 € 1.653.404

Dagbesteding € 1.698.677 € 1.669.635 € 1.669.635 € 1.669.635

Vervoer (gekoppeld aan dagbesteding) € 167.082 € 167.082 € 167.082 € 167.082

Subtotaal Inkoop Samen14 WMO € 5.191.015 € 5.061.973 € 4.881.973 € 4.881.973

Inkoop / Subsidies Oldenzaal

Investering Algemene voorzieningen € 136.643 € 136.643 € 136.643 € 136.643

Onafhankelijke cliëntondersteuning via welzijn/vrijwilligers € 100.000 € 100.000 € 100.000 € 100.000

Ondersteuning mantelzorg € 188.455 € 188.455 € 188.455 € 188.455

Uitgaven door afschaffing Wtcg/CER € 595.177 € 595.177 € 595.177 € 595.177

Subtotaal Inkoop / Subsidies Oldenzaal € 1.020.275 € 1.020.275 € 1.020.275 € 1.020.275

WMO-oud (HH)

Huishoudelijke ondersteuning (Plus- en Basispakket) € 2.359.096 € 2.359.096 € 2.359.096 € 2.359.096

Subtotaal WMO-oud € 2.359.096 € 2.359.096 € 2.359.096 € 2.359.096

Overige uitgaven WMO

Overige uitgaven WMO € 57.044 € 57.044 € 57.044 € 57.044

Subtotaal Overige uitgaven WMO € 57.044 € 57.044 € 57.044 € 57.044

Totaal WMO excl bijdrage Maatschappelijk Plein,

Bedrijfsvoering en OZJT€ 8.627.430 € 8.498.388 € 8.318.388 € 8.318.388

Page 131: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

3. Paragrafen 127

Tevens wordt er onder andere geïnvesteerd in een aantal pilots in onze wijken. Door het verbinden

van welzijn, zorg, verenigingen en participatie worden alternatieven ontwikkeld voor geïndiceerde

maatwerkvoorzieningen.

De klanten die nu vallen onder het overgangsrecht van de Wmo zullen binnenkort geherindiceerd

worden. Wij nemen aan dat dit zal leiden tot een besparing, gelijkelijk verdeeld tussen Zorg in Natura

(ZIN) en PGB. Dit omdat de gemeente beter op de hoogte is van de algemene voorzieningen, werkt

vanuit de eigen kracht gedachte en een PGB soms een oplossing kan bieden in plaats van de duur-

dere ZIN.

Risico’s:

Mensen zullen langer thuis blijven wonen en daardoor langer een ondersteuningsbehoefte houden en

problematieken kunnen daarmee zwaarder worden. Ondanks onze insteek van de inzet aan de voor-

kant en het versterken van de algemene voorzieningen is niet op voorhand aan te geven of dit altijd

een oplossing kan zijn. Bij een doelgroep met zwaardere problematiek zal dit lastiger zijn.

Er zal sterk ingezet moeten worden op de transformatie. Onder andere door het voortvarend ontwik-

kelen van de pilots en het versterken van de algemene voorzieningen. De vraag hierbij is of het

noodzakelijke tempo van de transformatie gevolgd kan worden door de uitvoeringsorganisaties.

WTCG

Specifiek ten aanzien van de middelen in verband met de afschaffing van de landelijke regelingen Com-

pensatie Eigen Risico (CER) en de Wet Tegemoetkoming Chronisch zieken en Gehandicapten (Wtcg)

geldt het volgende. Het Rijk heeft een gedeelte van deze middelen overgeheveld naar de gemeenten.

Voor Oldenzaal is dat jaarlijks € 595.177. De gemeente Oldenzaal heeft, samen met alle Twentse ge-

meenten, deze middelen aangewend voor een uitgebreide collectieve ziektekostenverzekering ten be-

hoeve van chronisch zieken met een inkomen tot 130% van het sociaal minimum. De uitgaven over 2015

voor dit product worden geschat op € 400.000.

Voor 2016 wordt een toename van het aantal deelnemers aan de collectieve verzekering voorzien:

de doelgroep voormalige Wtcg’ers: deze doelgroep wordt eind dit jaar gewezen op deze mogelijkheid

de huidige minima die nog geen gebruik maken van de collectieve verzekering, maar wel hoge ziek-

tekosten hebben, zullen eind dit jaar alsnog over te stappen naar deze verzekering gelet op de grote

voordelen.

Indachtig de opmerking van de raad dat de middelen beschikbaar moeten blijven voor de doelgroep,

wordt voorgesteld de over 2015 resterende middelen over te hevelen naar 2016. Hiermee verwachten wij

in ieder geval ook in 2016 de doelgroep chronisch zieken met een inkomen tot 130% van het sociaal mi-

nimum een passende voorziening te kunnen bieden. Mocht in 2016 blijken dat er structureel meer geld

nodig is, dan leidt dit tot een beleidsmatige heroverweging.

J Maatschappelijk Plein / WIZ

Vanuit het implementatieplan Personeel & Organisatie dat een onderdeel was van het Project Transitie

Bedrijfsvoering is een toelichting gegeven op de personele effecten van de taken die in het kader van de

Transities bij de gemeente zijn belegd. In het implementatieplan is onderscheid gemaakt tussen persone-

le projectkosten en personele kosten primaire proces. De lasten opgenomen in tabel J richten zich op de

J LASTEN Maatschappelijk Plein 2016 2017 2018 2019

MP_Teamleider Jeugd € 81.938 € 81.938 € 81.938 € 81.938

MP_Klantmanager WMO € 75.000 € 75.000 € 75.000 € 75.000

MP_Stichting Mee € 86.000 € 86.000 € 86.000 € 86.000

MP_extra inkoop medische expertise maatschappelijk plein € 46.058 € 46.058 € 46.058 € 46.058

MP_Formatie team Jeugd & Gezin 5) € 750.000 € 750.000 € 750.000 € 750.000

WIZ_Accountmanager zorgrelaties € 71.834 € 71.834 € 71.834 € 71.834

MP_Inkomensconsulent € 28.454 € 28.454 € 28.454 € 28.454

MP_Baliemedewerker € 45.734 € 45.734 € 45.734 € 45.734

WIZ_Juridisch medewerker € 32.238 € 32.238 € 32.238 € 32.238

WIZ_Administratief medewerker € 21.748 € 21.748 € 21.748 € 21.748

Totaal Maatschappelijk Plein / WIZ € 1.239.004 € 1.239.004 € 1.239.004 € 1.239.004

Page 132: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

128 3. Paragrafen

personele kosten van het primaire proces van het Maatschappelijk Plein en de afdeling Werk, Inkomen

en Zorg.

Het Maatschappelijk Plein heeft de vorm van een tijdelijke projectorganisatie gekregen.

In de tabel zijn de lasten opgenomen voor de benodigde extra capaciteit die is geraamd voor het Maat-

schappelijk Plein en de afdeling Werk, Inkomen en Zorg in de jaren 2016 – 2019. In 2015 zijn de functies

binnen het Maatschappelijk Plein vooral ingevuld op basis van inhuur. Dit zal ook voor 2016 het geval

zijn. Dit biedt de flexibiliteit om in 2016 een definitieve keuze te maken over de organisatorische inrichting

van het Maatschappelijk Plein. De invulling heeft in 2015 binnen het daarvoor begrote budget plaatsge-

vonden. De dekking voor formatie team jeugd: totaal is € 900.000 geraamd. Hiervan wordt € 150.000

gedekt uit reguliere budgetten en is daarom niet in dit overzicht opgenomen.

K Bedrijfsvoering

Voor een volledig beeld van de lasten die gepaard gaan met de transities in het sociaal domein dient ook

gekeken te worden naar de bedrijfsvoeringkosten. Voor het berekenen van de bedrijfsvoeringkosten ne-

men we alleen die kosten mee die worden veroorzaakt door een structurele toename van de formatie als

gevolg van de drie transities. De bedrijfsvoeringkosten bestaan uit drie onderdelen, de lasten ICT, huis-

vesting en overige overhead.

Onder de ICT lasten vallen de koppelingen, onderhoud software en verbinding, licenties en de werkplek-

ken. Voor wat betreft huisvesting zijn de variabele kosten meegenomen door een gecalculeerde meer-

verbruik van o.a. kopieerkosten, koffie e.d. Daarnaast is er vanaf 2017 structureel een bedrag van

€ 75.000 opgenomen voor de huur huisvesting Maatschappelijk Plein.

Naast ICT en Huisvesting worden ook overheadkosten doorberekend aan de 3 transities. Dit betreft een

opslag voor de uren die door de afdeling bedrijfsvoering worden gemaakt en doorberekend worden naar

drie transities. Te denken valt hierbij aan uren financieel advies, verwerking facturen door administratie,

advies van P&O, beleidsadviezen etc.

L OZJT

K Bedrijfsvoering 2016 2017 2018 2019

Systemen en koppelingen € 109.424 € 109.424 € 109.424 € 109.424

Huisvesting € 4.885 € 78.160 € 78.160 € 78.160

overige overhead € 41.034 € 41.034 € 41.034 € 41.034

Totaal Bedrijfsvoering € 155.343 € 228.618 € 228.618 € 228.618

L OZJT 2016 2017 2018 2019

Bijdrage WMO € 35.000 € 35.000 € 35.000 € 35.000

Bijdrage jeugd € 35.000 € 35.000 € 35.000 € 35.000

Totaal OZJT € 70.000 € 70.000 € 70.000 € 70.000

Page 133: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

3. Paragrafen 129

M Saldo Baten / Lasten

N Saldo Baten en Lasten

Voor de komende jaren is de begroting op het sociale domein sluitend. Voor 2016 worden een aantal

maatregelen/aannames genoemd om de kosten beheersbaar te houden. Naast deze aannames die on-

der de drie domeinen genoemd zijn wordt uit gegaan van het “slagen” van de transformatie.(zie “Trans-

formatiebudget voor sociaal domein”) bovendien wordt er voor de jaren 2016 en 2017 een reserve Soci-

aal Domein in het leven geroepen (zie “Reserve Sociaal Domein”).

In de meerjarenbegroting is deze terug te vinden onder realisatie transformatie. Dit betekent dat in 2016

is uitgegaan van een inverdieneffect van de transformatie van 1% oplopend naar 9% in 2019. De realisa-

tie van de transformatie vertaalt zich in een verwachte lastenverlaging, met name op de onderdelen spe-

cialistische jeugdzorg, de geestelijke gezondheidszorg, de persoonlijke begeleiding, PGB en dagbeste-

ding. Er zal hier een verschuiving plaats vinden van minder dure (individuele) maatwerkvoorzieningen

naar meer voorliggende collectieve voorzieningen.

Transformatiebudget voor sociaal domein

De transitie is een feit en de eerste stappen voor de transformatie van het sociale domein zijn gezet. Op

de transformatie zullen wij de komende jaren flink moeten investeren. Zodat de transformatie alternatie-

ven biedt voor een deel van de huidige duurdere maatwerk/ voorzieningen. Hierdoor is het mogelijk om

de taakstelling op het sociale domein te realiseren. In 2015 is gebleken dat transformeren zowel bij de

gemeente als bij onze partners een investering vraagt . Daarnaast blijkt dat projecten een lange aanloop-

fase kennen. De transformatie leidt er toe dat de Oldenzaalse burger in zijn kracht staat en minder ge-

bruik maakt van maat-werkvoorzieningen en meer van algemene voorzieningen.

Het transformatiebudget wordt ingezet voor een tweetal hoofdactiviteiten:

Inzet op projecten

Inzet op regievoering en monitoring

BATEN 2016 2017 2018 2019

A Integratie-uitkering Sociaal Domein € 20.439.448 € 19.259.795 € 18.406.152 € 18.015.511

B begr. Oldenzaal gekoppeld IU-SD € 1.079.000 € 1.079.000 € 1.079.000 € 1.079.000

C Opbrengst detachering WSW € 1.221.418 € 1.310.249 € 1.373.271 € 1.333.751

D Eigen bijdrage WMO-n € 250.000 € 250.000 € 250.000 € 250.000

E IU-WMO(oud) + bedragen in begroting gekoppeld € 3.330.022 € 3.419.407 € 3.419.407 € 3.419.407

F Rijksbijdrage BUIG € 7.886.959 € 7.886.959 € 7.886.959 € 7.886.959

TOTAAL BATEN SD € 34.206.847 € 33.205.410 € 32.414.789 € 31.984.628

LASTEN 2016 2017 2018 2019

G Totaal Participatiewet € 10.375.820 € 10.057.059 € 9.831.534 € 9.598.361

H Totaal Jeugdzorg € 5.952.401 € 5.732.673 € 5.707.673 € 5.707.673

I Totaal WMO € 8.627.430 € 8.498.388 € 8.318.388 € 8.318.388

J Totaal Maatschappelijk Plein / WIZ € 1.239.004 € 1.239.004 € 1.239.004 € 1.239.004

K Totaal Bedrijfsvoering € 155.343 € 228.618 € 228.618 € 228.618

L Totaal OZJT € 70.000 € 70.000 € 70.000 € 70.000

M Totaal BUIG € 7.886.849 € 7.886.849 € 7.886.849 € 7.886.849

TOTALE LASTEN SD € 34.306.847 € 33.712.591 € 33.282.066 € 33.048.893

SALDO BATEN / LASTEN SD € -100.000 € -507.181 € -867.277 € -1.064.265

N Te realisering Transformatie € 100.000 € 507.181 € 867.277 € 1.064.265

SALDO BATEN / LASTEN SD INCL TRANSFORMATIE € 0 € 0 € 0 € 0

Page 134: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

130 3. Paragrafen

Inzet op projecten:

Projecten gericht op het in de kracht zetten van personen en het activeren van hun netwerken

Projecten gericht op versterking van de algemene voorzieningen

Projecten waar de verbindingen worden gelegd tussen de verschillende deelgebieden binnen het

sociale domein om te komen tot goedkopere maatwerk voorzieningen.

Middelen zijn aan te wenden ten behoeve van:

Het initiëren/aanjagen/ ondersteunen/ van de projecten/projectactiviteiten

Aanloop-/ontwikkelkosten

Inzet middelen in 2016: € 200.000

Inzet middelen in 2017: € 300.000

Inzet op regievoering en effectmeting

In 2015 is begonnen met het stimuleren en ontwikkelen van de eerste pilots. Duidelijk is geworden dat

partijen/ partners een actieve rol van de gemeente verwachten; qua sturing, stimulering en facilitering.

Van belang is het beleggen van regie en sturing en meting van effecten van pilots en activiteiten bij de

gemeente. De ruimte binnen de ambtelijke organisatie is te beperkt om hier vol op in te zetten, terwijl dit

gezien de transformatie wel nodig is.

Middelen zijn aan te wenden voor tijdelijke extra ambtelijke inzet c.q. inhuur derden.

Inzet middelen in 2016: € 125.000

Inzet middelen in 2017: € 125.000

De raad wordt meegenomen in de besteding van het transformatiebudget in de driemaandelijkse voorlich-

tingen over de ontwikkelingen in het sociale domein.

In het jaar 2016 zullen de eerste resultaten van de transformatie meetbaar worden. Duidelijk wordt dan of

de ambitie om de inwoners van Oldenzaal geen nadelige gevolgen te laten ondervinden van de transitie

in het sociale domein realistisch is.

Reserve Sociaal Domein.

De reserve Sociaal Domein wordt gebruikt voor de jaren 2016 en 2017, de transformatie periode van de 3

decentralisaties. De reserve wordt ingezet voor de dekking van incidentele kosten voortvloeiend uit de

realisering van de doelstellingen en acties uit de programmabegroting voor de jaarschijven 2016 en 2017.

De dotatie vindt plaats vanuit de niet benutte ruimte binnen de begrotingsposten die als Sociaal Domein

worden gedefinieerd. Dit betreft in ieder geval de posten die onderdeel uitmaken van de paragraaf Soci-

aal domein, hoofdstuk 3.9, aangevuld met begrotingsposten die te maken hebben met de transformatie.

Overigens komen tekorten ook ten laste van de reserve Sociaal Domein.

Page 135: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

4. Budgetautorisatie 131

4. Budgetautorisatie

4.1 Algemene financiële beschouwingen

De financiële positie kan beoordeeld worden vanuit 2 verschillende perspectieven.

de budgettaire positie

de vermogens- en financieringspositie

De budgettaire positie blijkt vooral uit de meerjarige presentatie van de financiële resultaten van 2016 tot

en met 2019. Teneinde op dit gebied nog meer inzicht te verstrekken presenteren we u in dit hoofdstuk

ook een overzicht van incidentele baten en lasten. Deze lijst geeft een goed inzicht in het materieel

evenwicht van de Oldenzaalse begrotingspositie. Anders gezegd worden de structurele meerjarige lasten

door de structurele inkomsten gedekt, zonder dat daarbij (meerjarige) taakstellingen worden gehanteerd

ter dekking.

De vermogens- en financieringspositie wordt weergegeven in de inmiddels bekende financierings- en

investeringsstaat. Deze wettelijk voorgeschreven staat is gebaseerd op de door u vastgestelde notities

voor afschrijvingen, voorzieningen en reserves.

4.1.1 De budgettaire positie

In de Kaderbrief 2016 hebben we u, bij ongewijzigd beleid, een positief financieel perspectief (zie tabel

blz. 2 kaderbrief) geschetst voor de komende planperiode tot en met 2019. Zoals u bekend, zijn de ra-

mingen in de kaderbrief gebaseerd op hoofdlijnen. De ramingen in de nu voorliggende begroting zijn veel

verder verfijnd en gebaseerd op de meest actueel bekende informatie. Bovendien heeft de 2e bestuurs-

rapportage 2015 ook meerjarige effecten waarmee nu rekening is gehouden. Tenslotte doen we u in deze

begroting voorstellen voor nieuw beleid met budgettaire gevolgen. Dit heeft al met al geleid tot een aan-

passing van het financiële perspectief voor de komende planperiode ten opzichte van de kaderbrief 2016.

In de onderstaande tabel ziet u dan de verdeling van de verschillende onderdelen van de programmabe-

groting 2016.

Bedragen x € 1.000

2016 2017 2018 2019

Aanvaard beleid (excl. mutaties reserves) V 528 V 169 N 390 V 793

Aanvullend beleid - - N 17 N 35

Meerjarige gevolgen 2e Burap 2015 N 310 N 26 N 30 N 26

Nieuw beleid N 1.733 N 917 N 566 N 640

Saldo voor bestemming N 1.515 N 774 N 223 V 92

Dotaties reserve N 118 N 115 N 113 N 113

Onttrekkingen reserves V 531 V 318 V 271 V 255

Onttrekking reserves a.g.v. 2e Burap 2015 V 19 - - -

Onttrekking reserves a.g.v. Nieuw beleid V 1.348 V 697 V 273 V 272

Saldo na bestemming V 265 V 126 V 208 V 506

4.1.2 Incidentele baten en lasten

Met dit overzicht, gebaseerd op bestaand beleid, wordt beoogd om inzicht te geven in de aard van de

baten en lasten. Door een indicatie te geven van de incidentele baten en lasten wordt informatie gegeven

die relevant is voor het beoordelen van de financiële positie van de gemeente en de meerjarenramingen.

Onder incidenteel wordt verstaan baten en lasten die zich eenmalig voordoen. Daarmee is onder eenma-

lig verstaan dat de betreffende baten of lasten niet doorlopen na de voorlaatste jaarschijf van de begro-

ting, zijnde 2018.

Page 136: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

132 4. Budgetautorisatie

Omschrijving

Bedragen x € 1.000

Progr. 2016 2017 2018 2019

Incidentele lasten:

Accountmanager bedrijfscontacten 1 60 0 0 0

Zwerfvuilbestrijding 2 38 0 0 0

Deelname prov. regeling “Cultuur aan de basis” 4 17 0 0 0

Cultuurarrangement/makelaar 4 45 0 0 0

Maatschappelijke begeleiding Stg. Palet 5 100 0 0 0

Ondersteuning werkgeversvereniging 5 19 19 0 0

Huishoudelijke hulp toelage 5 409 0 0 0

Sub-totaal incidentele lasten excl. reserves 688 19 0 0

Incidentele baten

Zwerfvuilbestrijding; dekking Verpakkingenak-

koord

2 38 0 0 0

Deelname prov. regeling “Cultuur aan de basis” 4 10 0 0 0

Cultuurarrangement/makelaar 4 30 0 0 0

Maatschappelijke begeleiding Stg. Palet 5 40 0 0 0

Huishoudelijke hulp toelage 5 409 0 0 0

Sub- totaal incidentele baten excl. reserves 527 0 0 0

+Sub- totaal incidentele lasten en baten excl.

Reserves

161 19 0 0

Incidentele dotaties reserves (lasten):

Reserve speelvoorzieningen bij scholen 35 35 35 35

Reserve sanering opslagterrein Loweg 50 50 50 50

Sub-totaal incidentele dotaties reserves 85 85 85 85

Incidentele onttrekkingen aan reserves (ba-

ten):

Reserve sociaal fonds 19 19 0 0

Reserve onderhoud Led verlichting 8 8 8 8

Reserve ter dekking ICT naar Hengelo 66 41 16 0

Reserve speelvoorzieningen scholen 50 10 10 10

Reserve verrekening afvalstoffenheffing 86 86 86 86

Reserve Ontwikkelingsfonds 15 0 0 0

Algemene reserve 70 0 0 0

Reserve ondernemersloket 60 0 0 0

Sub-totaal incidentele onttrekkingen reserves 374 164 120 104

Sub-totaal reserves -289 -79 -35 -19

Saldo -128 -60 -35 -19

Page 137: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

4. Budgetautorisatie 133

Uit vorenstaand overzicht blijkt dat we meer incidentele baten hebben dan incidentele lasten. Dit wordt

veroorzaakt door het saldo op dotaties/beschikkingen reserves.

In onderstaand overzicht staan de baten en lasten aanvaard beleid, exclusief aanvullend beleid uit hoofd-

stuk 4.1.5. Hieruit blijkt dat er per saldo sprake is van een overschot aan structurele baten ten opzichte

van structurele lasten en per saldo ook van hogere incidentele baten dan incidentele lasten. In totaliteit

resulterend in het saldo aanvaard beleid zoals opgenomen in de tabel in hoofdstuk 1.4.2.

Bedragen x € 1.000

2016 2017 2018 2019

Resultaat structurele baten en lasten V 813 V 312 V 513 V 916

Resultaat incidentele baten en lasten V 128 V 60 V 35 V 19

Totaal begrotingsresultaat aanvaard beleid V 941 V 372 V 548 V 935

Uit vorenstaand overzicht blijkt enerzijds dat het resultaat van de incidentele baten en lasten een positie-

ve invloed hebben op het uiteindelijke resultaat. Anderzijds wordt ook duidelijk dat het saldo van de struc-

turele baten en lasten zodanig is dat het aanwezige saldo van incidentele baten en lasten ruim binnen dit

structurele overschot valt. Dit impliceert dat er sprake is van het (meer dan) materieel in evenwicht (struc-

turele lasten worden gedekt door structurele baten) zijn van de begroting voor de planperiode 2016-2019.

Voor de volledigheid staan in onderstaand overzicht de structurele dotaties en onttrekkingen aan de re-

serves vermeld.

Omschrijving

Bedragen x € 1.000

2016 2017 2018 2019

Structurele dotaties reserves (lasten):

Dekkingsreserve kap.lasten bouw Windroos 33 30 28 28

Structurele onttrekkingen aan reserves (ba-

ten):

Dekkingsreserve kap.lasten bouw Windroos 129 127 124 124

Dekkingsreserves Bully veld 1 28 27 26 26

4.1.3 De vermogens- en financieringspositie

Bij de beoordeling van de financiële positie van de gemeente dient ook de omvang te worden betrokken

van de gemeentelijke weerstandscapaciteit. Het gaat hierbij om vrij aanwendbare middelen voor het op-

vangen van niet-structurele tegenvallers. De weerstandscapaciteit van de gemeente dient dus als buffer

voor het opvangen van gemeentelijke risico’s. In de geactualiseerde paragraaf Weerstandsvermogen

wordt uitvoerig ingegaan op de risico’s in relatie met de omvang van onze weerstandscapaciteit.

Het belangrijkste onderdeel van de weerstandscapaciteit wordt gevormd door de vrij aanwendbare reser-

ves. De algemene reserve is hierbij de belangrijkste. De stand van de algemene reserve per 1 januari

2016 is naar verwachting bijna € 16 mln. Daarbij is, conform uw besluitvorming, rekening gehouden met

toevoeging van het rekeningsaldo 2014.

De minimale omvang van deze reserve in verband met de weerstandscapaciteit dient op basis van eigen

regels 6,6% van de omvang van de exploitatie te bedragen. Doordat ingaande 2015 de budgetten die

betrekking hebben op de transities zijn overgeheveld naar de gemeente neemt tegelijk ook de minimale

omvang van de reserve toe. Op basis van de totale omvang van de exploitatie dient de minimale omvang

van de algemene reserve ongeveer € 5,5 mln. te bedragen. Omdat ter gelegenheid van de programma-

begroting 2015 bovendien is besloten het percentage van 6,6% tijdelijk te verhogen naar 7,7%, en deze

Page 138: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

134 4. Budgetautorisatie

maatregel vooralsnog wordt gecontinueerd, stijgt het voor risico’s beschikbare/benodigde deel van de

Algemene Reserve van € 5,50 mln. naar € 6,42 mln. Dit doet voor dit moment meer recht aan de oneven-

redig grotere risico’s binnen het Sociaal Domein.

In bovengenoemde stand van de algemene reserve per 1 januari 2016 wordt ruimschoots voldaan aan

deze beoogde minimale omvang. Daarmee kan de conclusie getrokken worden dat de omvang van de

algemene reserve per 1 januari 2016 voldoende buffer heeft om onverwachte tegenvallers te kunnen

opvangen. In de paragraaf Weerstandsvermogen is op deze materie uitvoerig ingegaan.

De navolgende investerings- en financieringsstaat geeft u nader inzicht in de relatie tussen de boekwaar-

de van onze investeringen en de financiering hiervan met respectievelijk eigen en vreemd vermogen.

Onderstaande tabel is conform de voorliggende ontwerpbegroting 2016 opgezet:

Investerings- en financieringsstaat begroting 2016

Bedragen x € 1.000

Omschrijving

Stand

1-1-2016

Begrotingsjaar

Stand

31-12-2016 Vermeerde-

ringen

Verminde-

ringen

Investeringsstaat:

a. bestaand beleid (incl. grondbedrijf) 113.569 4.378 109.191

b. vervangingsinvesteringen 533 533

c. aanvullend beleid 6.075 3.130 2.945

Totale boekwaarde investeringen 113.569 6.608 7.508 112.669

Financieringsstaat:

a. Stand van de reserves 43.673 118 531 43.260

b. Stand van de voorzieningen 11.934 75 272 11.737

c. Saldi van de externe financieringsmiddelen

­ vaste geldleningen 44.112 6.920 37.192

­ Europese en Nederl. Overheidslichamen 1.533 1.533

­ vlottende middelen (max. kasgeldnorm) 7.075 7.075

Totaal beschikbare financieringsmiddelen 108.327 193 7.723 100.797

Page 139: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

4. Budgetautorisatie 135

4.1.4 Budgetten in één oogopslag

Pr. Lasten * Rekening

2014

Begroting

2015 + 1e

Burap

Begroting

2016

Meerjarenbegroting

2017 2018 2019

1 Dienstverlening en A 6.335 7.010 6.659 6.645 6.659 6.624

Veiligheid B

N 75 150 224 300

G 14 8 8 8 8

2 Woon- en A 14.038 15.166 14.452 14.343 14.230 14.099

Leefomgeving B 106 221 273

N 333 132 133 132

G 1.341 27 7 7 7

3 Stedelijke- en A 14.530 6.263 4.685 4.669 4.678 4.677

economische B

ontwikkeling N 550

G 21

4 Cultuur, sport en A 5.926 6.140 5.707 5.609 5.512 5.470

ontspanning B 26 44

N 170 170 170 170

G 1.332 -1 -1 3 -1

5 Maatschappeijke A 40.972 52.522 50.360 49.285 48.765 48.471

ondersteuning B

N 525 465 39 38

G 28 59 77 95 95

6 Financiering A 2.651 1.312 1.249 790 303 72

en algemene B

dekkingsmiddelen N

G 59 43 -69 -87 -87

Totale lasten 84.452 91.208 84.901 82.386 80.986 80.392

*A= Aanvaard beleid incl. 1e Burap, B= Aanvullend beleid, N = Nieuw beleid; G = Gevolgen 2

e Burap 2015

Page 140: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

136 4. Budgetautorisatie

Pr. Baten * Rekening

2014

Begroting

2015 + 1e

Burap

Begroting

2016

Meerjarenbegroting

2017 2018 2019

1 Dienstverlening en A -1.801 -1.802 -1.796 -1.796 -1.796 -1.796

Veiligheid B

G -19

2 Woon- en A -8.702 -8.539 -8.569 -8.556 -8.619 -8.605

Leefomgeving B -106 -221 -273

G -17 60

3 Stedelijke- en A -13.965 -2.937 -1.738 -1.739 -1.739 -1.738

economische B

G 300

4 Cultuur, sport en A -977 -1.110 -1.135 -1.106 -1.115 -1.116

ontspanning B -9 -9

N 80

G -495 105 -5 -5 -5

5 Maatschappeijke A -20.511 -10.133 -11.243 -11.291 -11.354 -11.315

ondersteuning B

G 3 3 3 3 3

6 Financiering A -41.193 -60.815 -59.159 -57.022 -55.914 -55.636

en algemene B

G 1.072 6 6 6 6

Totale baten -87.149 -84.492 -83.386 -81.612 -80.763 -80.484

Saldo voor bestemming -2.697 6.716 1.515 774 223 -92

Dotaties aan reserves 8.677 1.209 118 115 113 113

Onttrekking aan reserve -8.200 -5.601 -1.898 -1.015 -544 -527

Saldo na bestemming -2.220 2.324 -265 -126 -208 -506

*A= Aanvaard beleid incl. 1

e Burap, B= Aanvullend beleid, N = Nieuw beleid; G = Gevolgen 2

e Burap 2015

Page 141: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

4. Budgetautorisatie 137

4.1.5 Aanvullend beleid

Voorgesteld aanvullend beleid

Tabel 1: Aanvullend beleid/-budget uit programmabegroting 2015, met startjaar 2016 e.v.

Nr. Omschrijving Progr. Investering Bijdrage Netto

inv.

Startjaar lasten

baten

voordeel

nadeel

2016 2017 2018 2019

Voorstellen afkomstig uit de Programmabegroting 2015/gebaseerd op uitvoering sportbeheersplan

1 Tennis Berghuizen V 1, 2, 3, 4 4 59.134 59.134 2017 Lasten Nadeel -- -- 5.730 5.730

2 Quick Tennis V 9 t/m V12 4 80.635 80.635 2017 Lasten Nadeel -- -- 7.813 7.813

3 Quick ’20 P1; pupillenveld 4 62.563 62.563 2017 Lasten Nadeel -- -- 6.060 6.060

3 Quick ’20 P1; pupillenveld (bij-

drage 100%)

4 2017 Baten Voordeel -- -- 6.060 6.060

4 Zvv De Esch T 3, V-G 4 70.595 70.595 2017 Lasten Nadeel -- -- 6.841 6.841

4 AP 7.9 Zvv De Esch T 3, V-G

(bijdrage 50%)

4 2017 Baten Voordeel -- -- 3.420 3.420

5 Bully, vervanging veld 2 en 3 4 160.000 160.000 2018 Lasten Nadeel -- -- -- 18.187

Subtotaal herziene sportbe-

heersplan

432.927 0 432.927 -- -- 16.964 35.151

Page 142: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

138 4. Budgetautorisatie

Tabel 2: Voorstellen uit Verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan (vGRP) vastgesteld in december 2014 (dekking via rioolrecht). Verbreed GRP wordt in 2015 geactualiseerd.

Nr. Omschrijving Progr. Investering Bijdrage Netto

inv.

Startjaar lasten

baten

voordeel

nadeel

2016 2017 2018 2019

6 Kredieten t.b.v. uitvoering in

2016 vGRP

2 1.760.040 1.760.040 2016 Lasten Nadeel -- 106.230 106.230 106.230

7 Kredieten t.b.v. uitvoering in

2017 vGRP

2 1.811.240 1.811.240 2017 Lasten Nadeel -- -- 114.435 114.435

8 Kredieten t.b.v. uitvoering in

2018 vGRP

2 1.025.440 1.025.440 2018 Lasten Nadeel -- -- -- 52.441

9 Baten rioolrecht 2 n.v.t. n.v.t. div. Baten Voordeel -- 106.230 220.665 273.106

Subtotaal Vgrp 4.596.720 4.596.720 -- -- -- -- -- -- --

Totaal aanvullend beleid 5.029.647 5.029.647 -- -- 16.964 35.151

Page 143: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

4. Budgetautorisatie 139

4.1.6 Nieuw beleid

Tabel 3.1: Nieuwe voorstellen vanaf de Programmabegroting 2016, met startjaar 2016 e.v.

Nr. Omschrijving Progr. Investering Bijdrage Netto inv. Start-

jaar

Struct

/ Incid

lasten

baten

voordeel

nadeel

2016 2017 2018 2019

10 Renovatie oefenveld

Berghuizen

4 19.792 19.792 2019 S Lasten Nadeel 0

10 Renovatie oefenveld

Berghuizen

AP 7.9: 50% vervangings-

investering

4 2019 S Baten Voordeel 0

11 Renovatie scholencom-

plex De Essen

5 1.625.000 1.090.000 535.000 2016 S Lasten Nadeel 0 39.590 38.948 38.306

12 Energieloket 2 2016 S Lasten Nadeel 20.000 20.000 20.000 20.000

13 Aangepaste verdeelsyte-

matiek VRT

1 2016 S Lasten Nadeel 75.000 150.000 224.000 300.000

14 Continuering startersle-

ning per 1-1-2016

4 2016 S Lasten Nadeel 10.000 10.000 10.000 10.000

15 Huurderving gebouw

bibliotheek

4 2016 S Baten Nadeel 80.000

16 Voorstel Participatiebud-

get personeelslasten

5 2016 I Lasten Nadeel 200.000

17 Transformatiebudget voor

sociale domein

5 2016 I Lasten Nadeel 325.000 425.000

18 Samenwerkingsinitiatieven

duurzaamheid

2 2016 I Lasten Nadeel 50.000

19 Voorbereidingskrediet De

Tuinen

3 50.000 50.000 2016 I Lasten Nadeel 50.000

20 Voorbereiden introductie

diftar per 1-1-2017

2 150.000 150.000 2016 I Lasten Nadeel 150.000

21 Exploitatie Vondersweijde 4 2016 I Lasten Nadeel 160.000 160.000 160.000 160.000

22 Onttrekking reserve a.g.v.

nieuw beleid beleid

980 2016 I Baten Voordeel -735.000 -585.000 -160.000 -160.000

Subtotaal tabel 3.1 1.84.792 1.090.000 1.394.792 385.000 219.590 292.948 368.306

Page 144: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

140 4. Budgetautorisatie

tabel 3.2 Nieuwe nog te autoriseren voorstellen nieuw beleid na vaststelling Programmabegroting 2016, met startjaar 2016 e.v.

Nr. Omschrijving Progr. Investering Bijdrage Netto inv. Start-

jaar

Struct/

Incid

lasten

baten

voordeel

nadeel

2016 2017 2018 2019

23 Actieprogramma binnen-

stad

3 2016 I Lasten Nadeel 500.000

24 Aanleg blauwe ader inclu-

sief herinrichting Wilhel-

minastraat tot en met de

kruising Prins Beatrix-

straat

2 540.000 540.000 0 2016 I Lasten Neutraal 0

25 Herinrichting aansluiting

Prins Bernardstraat -

Spoorstraat, in combinatie

met aansluiting Lyceum-

straat – Spoorstraat

2 1.500.000 1.500.000 0 2016 I Lasten Neutraal 0

26 Uitwerking visie openbaar

groen

2 450.000

450.000 2016 I Lasten Nadeel 113.000 112.000 113.000 112.000

27 Onttrekking reserve a.g.v.

aanvullend beleid

980 2016 I Baten Voordeel -613.000 -112.000 -113.000 -112.000

Subtotaal tabel 3.2 2.490.000 2.040.000 450.000 0 0 0 0

Totaal nieuw beleid 4.334.792 3.130.000 1.204.792

385.000

219.590

292.948

368.306

Page 145: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:
Page 146: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

142 4. Budgetautorisatie

Toelichting aanvullend beleid/nieuw beleid

Algemene opmerkingen bij de vervangingsinvesteringen Sport

In het jaar voorafgaande aan de investering zal worden beoordeeld of de technische levensduur langer is

dan de economische levensduur en afhankelijk daarvan kan de vervangingsinvestering eventueel worden

uitgesteld.

Tabel 1: Aanvullend beleid/-budget uit programmabegroting 2015, vanaf 2016

1 t/m 5. Herziene sportbeheersplan

Het sportbeheersplan is geactualiseerd op basis van keuringen die zijn gedaan van de sportvelden. Ten

aanzien van de vervangingsinvesteringen Sport kan tenslotte worden opgemerkt dat telkens in het jaar

voorafgaande aan de investering zal worden beoordeeld of de technische levensduur langer is dan de

economische levensduur en afhankelijk daarvan kan de vervangingsinvestering eventueel worden uitge-

steld.

Tabel 2: Voorstellen uit de Voortgangsnotitie Verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan (vGRP)

6 t/m 9. Beleidsvoorstellen van GRP voortvloeiend uit Verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan

In het door u vastgestelde verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan 2011-2015 (vGRP) is een uitvoe-

ringsplan opgenomen met een daarbij behorend kostendekkingsplan. De voorgenomen investeringen

worden gedekt uit het rioolrecht en hebben voor de begroting dus een budgettair neutraal karakter. In de

Voortgangsnotitie vGRP wordt u jaarlijks op de hoogte gehouden van de ontwikkelingen in het lopende

jaar. De uitvoering van rioleringswerkzaamheden gebeurt zoveel mogelijk in samenhang met andere

werkzaamheden als wegenonderhoud, verkeerskundige maatregelen of herinrichting. Het totaal van de

investeringen is nagenoeg gelijk aan die uit het vGRP. De actualisatie past binnen de investeringsplan-

ning van het vGRP 2011-2015 zoals deze in de Raad is vastgesteld. Voor 2019 zijn nog geen investerin-

gen opgenomen, omdat het vGRP eind 2015 wordt geactualiseerd. Deze actualisatie zal in de meerjaren-

raming 2017 -2020 worden meegenomen. Voor de financiële positie van de voorliggende planperiode

heeft dit geen gevolgen omdat de lasten voortvloeiend uit investeringen 2019 pas worden opgenomen

vanaf 2020.

Tabel 3.1: Nieuwe voorstellen nieuw beleid vanaf de Programmabegroting 2016, met startjaar 2016

e.v.

10. Renovatie oefenveld Berghuizen

Als gevolg van de uitbreiding van de planperiode met het dienstjaar 2019 worden activiteiten afkomstig uit

het herziene sportbeheersplan voorzien in dat kalenderjaar toegevoegd aan het overzicht aanvullend

beleid. In dit geval betreft dit alleen de renovatie van het oefenveld van FC Berghuizen. De hieruit voort-

vloeiende lasten komen gelet op het gehanteerde afschrijvingsbeleid eerst met ingang van 2020 ten laste

van de exploitatie.

11. Renovatie scholencomplex de Essen

Met ingang van 1 januari 2015 is als gevolg van een wetswijziging in de onderwijshuisvesting het volledi-

ge budget voor buitenonderhoud en aanpassing van schoolgebouwen in het primair en speciaal onder-

wijs overgeheveld van gemeenten naar schoolbesturen. Dit betekent dat de gemeente in principe geen

zorg meer heeft voor onderhoud en aanpassing van schoolgebouwen. De gemeente Oldenzaal is nog

juridisch eigenaar van het scholencomplex de Essen.

De schoolbesturen zijn bereid tot juridische overdracht van dit scholencomplex maar hiervoor moeten

eerst de noodzakelijke renovatie/onderhoudswerkzaamheden en knelpunten zijn uitgevoerd c.q. zijn op-

gelost. Hiervoor is krediet benodigd van € 1.625.000, hiervan kan € 1.090.000 ten laste gebracht worden

van de voorziening gebouwenbeheersplan scholen. Het restant ad € 535.000 wordt in 20 jaar lineair af-

geschreven.

Page 147: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

4. Budgetautorisatie 143

12. Energieloket

Per 1 januari 2016 zijn er in principe voor het energieloket geen middelen meer beschikbaar van de pro-

vincie en zijn er geen eigen middelen meer gereserveerd in de programmabegroting. Het is voor de indi-

viduele burger en ondernemer belangrijk om een ingang te hebben bij de gemeente voor nadere informa-

tie en adviezen. Dit heeft ook veel goede resultaten opgeleverd en veel bewoners hebben daarop maat-

regelen genomen zoals isolatie en zonnepanelen. We zijn in het kader van het duurzaamheidsproces wel

bezig om geleidelijk hieraan een andere vorm te geven, via de Stichting Duurzaam Oldenzaal en een

betere verankering van duurzaamheid in onze eigen organisatie, maar dat kost tijd en dat geld blijft er wel

de eerstkomende jaren om nodig. De provincie zal naar verwachting weer eenzelfde bijdrage leveren.

Daarvan uitgaande stellen we voor ook de bijdrage van de gemeente ter grootte van € 20.000 per jaar te

continueren.

13. Aangepaste verdeelsystematiek VRT

In het Algemeen Bestuur van de Veiligheidsregio Twente is op 29 juni 2015 een nieuwe financieringssys-

tematiek vastgesteld, die de verdeling van de bijdragen van de verschillende gemeenten bepaalt. Daarbij

ontstaat er voor Oldenzaal een structureel nadeel van € 300.000. In aanloop naar de besluitvorming is

vanuit Oldenzaal, Borne, Haaksbergen en Tubbergen fel verzet gepleegd tegen dit besluit. De Raad van

Oldenzaal heeft in een motie besloten dat alle mogelijk middelen door het College kunnen worden inge-

zet om zich tegen dit besluit te verzetten. Het College heeft het bij meerderheid genomen besluit van het

AB VRT dan ook aanhangig gemaakt bij de Provincie Overijssel in een geschillenprocedure in het kader

van art. 28 Wgr. Uit behoedzaamheid dienen we in de begroting wel rekening te houden met dit besluit.

We houden er rekening mee dat dit gaat leiden tot een structureel hogere en verplichte bijdrage aan de

VRT. Voor de komende jaren is er een ingroeimodel uitgewerkt. Nadere details dienen nog uitgewerkt te

worden ten aanzien van de ijk datum van het nieuwe CEBEON-verdeelmodel. Voorlopig houden we re-

kening met de hier genoemde bedragen.

14. Continuering starterslening per 1-1-2016

Het college heeft in april 2015 besloten de startersleningen te continueren en de raad via een raadsinfo-

brief geïnformeerd. De gemeente verstrekt nieuwe leningen zolang er nog gemeentelijk en provinciaal

budget beschikbaar is. De rijksbijdrage voor startersleningen is gestopt per 1 mei 2015. Leningen worden

nu gefinancierd door gemeente en provincie. Verwacht wordt dat het budget eind dit jaar op is. Er is

nieuw budget voor nodig om de leningen in 2016 te kunnen continueren.

Sinds medio 2013 hebben 45 starters in Oldenzaal gebruik gemaakt van de regeling. De starterslening

vergroot de kansen op de woningmarkt van starters en heeft een positief effect op de totale woningmarkt.

De provincie besluit dit najaar of zij de cofinanciering van de starterslening in 2016 wil continueren. Mocht

de provincie geen aanvullend budget beschikbaar stellen, dan stopt Oldenzaal met de starterslening en is

geen aanvullend budget nodig.

15. Huurderving gebouw bibliotheek

Zowel een verhuizing als geen verhuizing van de bibliotheekactiviteit kan kosten met zich meebrengen.

Te denken valt aan het verhuren van minder m2 in het huidige gebouw en aan de verbouwing van het

huidige of nieuwe pand, huidig pand.

Op basis van het laatst bekende scenario, d.w.z. de oorspronkelijke aframing van de subsidie ter grootte

van € 250.000 handhaven maar tegelijk een lagere huuropbrengst voor de gemeente door minder afna-

me m2 accepteren, levert voor de gemeente een incidenteel nadeel voor 2016 op van € 80.000. Naar

verwachting wordt in 2016 een definitieve oplossing gerealiseerd, vanwege een mogelijke verhuizing naar

In den Vijfhoek.

16. Participatiebudget personeelslasten

In het Participatiebudget zijn de rijksmiddelen opgenomen voor de bekostiging van de Wsw en de re-

integratie en activering van de doelgroep van de Participatiewet. De middelen in het Participatiebudget

zijn deels al bestemd voor verschillende uitgaven, waaronder een bedrag van € 200.000,- voor de uren

van ambtelijke inzet. Het besluit om uren van ambtelijke inzet ten laste te brengen van het Participatie-

budget is in het verleden genomen vanwege een taakstelling op de gemeentelijke organisatie. Zodoende

is € 200.000,- uit het Participatiebudget ingezet voor kosten van personeel. Vanwege het tekort aan mid-

Page 148: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

144 4. Budgetautorisatie

delen in 2015 en de komende jaren, wordt voorgesteld om het Participatiebudget incidenteel te verhogen

met € 200.000 in 2016.

17. Transformatiebudget voor sociale domein

De transitie is een feit en de eerste stappen voor de transformatie van het sociale domein zijn gezet. Op

de transformatie zullen wij de komende jaren flink moeten investeren, zodat de transformatie alternatie-

ven biedt voor een deel van de huidige duurdere maatwerkvoorzieningen. Hierdoor is het mogelijk om de

taakstelling op het sociale domein te realiseren. In 2015 is gebleken dat transformeren zowel bij de ge-

meente als bij onze partners een investering vraagt in capaciteit van de organisatie. Voor de benodigde

transformatie is het nodig innovatief te denken en te handelen. Dit is niet eenvoudig. Veranderen kost

meer tijd dan van te voren ingeschat. Daardoor kennen projecten een langere aanloopfase.

De transformatie leidt er toe dat de Oldenzaalse burger in zijn kracht staat en minder gebruik maakt van

maatwerkvoorzieningen en meer van algemene voorzieningen.

Het transformatiebudget wordt ingezet voor een tweetal hoofdactiviteiten:

Inzet op projecten

Inzet op regievoering en monitoring

Projecten:

Projecten gericht op het in de kracht zetten van personen en het activeren van hun netwerken;

Projecten gericht op versterking van de algemene voorzieningen;

Projecten waar de verbindingen worden gelegd tussen de verschillende deelgebieden binnen het

sociale domein om te komen tot goedkopere maatwerk voorzieningen.

Middelen zijn aan te wenden:

Initiëren/aanjagen/ ondersteunen/ van de projecten/projectactiviteiten

Aanloop-/ontwikkelkosten

Inzet middelen in 2016: € 200.000

Inzet middelen in 2017: € 300.000

Inzet op regievoering en effectmeting

In 2015 is begonnen met het stimuleren en ontwikkelen van de eerste pilots. Duidelijk is geworden dat

partijen/ partners een actieve rol van de gemeente verwachten; qua sturing, stimulering en facilitering.

Van belang is het beleggen van de regie en sturing en meting van effecten van pilots en activiteiten bij de

gemeente. De ruimte binnen te ambtelijke organisatie is te beperkt om hier vol op in te zetten, terwijl dit

gezien de transitie wel nodig is.

Middelen zijn aan te wenden voor tijdelijke extra ambtelijke inzet c.q. inhuur derden.

Inzet middelen in 2016: € 125.000

Inzet middelen in 2017: € 125.000

Naar de raad wordt verantwoording afgelegd over de besteding van het transformatiebudget in de drie-

maandelijkse voorlichtingen over de ontwikkelingen in het sociale domein.

18. Samenwerkingsinitiatieven duurzaamheid

Het bedrag van € 50.000 is nodig voor de samenwerkingsinitiatieven op het gebied van Duurzaamheid in

de samenleving. Voor dit bedrag wordt uitvoering gegeven aan onder meer educatie, bewustwording in

de vorm van bijvoorbeeld een milieubarometer en projecten op het gebied van duurzaamheid die door de

samenleving worden geïnitieerd. Dit wordt onder andere samen opgepakt met de onderwijsinstellingen,

WBO, ondernemers, instellingen en de industriële Kring Twente.

19. Voorbereidingskrediet De Tuinen

Om herontwikkeling van het gebied De Tuinen (o.a. Tuin van Soer) op gang te brengen zal in een nog op

te stellen plan van aanpak beschreven worden welke acties daarvoor nodig zijn. Hierin zal o.a. duidelijk

worden wat er nodig is aan onderzoeken, welke externe werkgroepen nodig zijn en welke interactieve

benadering gekozen wordt.

Page 149: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

4. Budgetautorisatie 145

20. Voorbereiden introductie diftar per 1-1-2017

Ter voorbereiding van het invoeren van diftar dient het flankerend beleid verder te worden uitgewerkt,

waarvoor door Twente Milieu beleidsondersteuning moet worden geleverd. Daarnaast moet in 2016 de

communicatie worden opgestart. Ook van het GBT wordt extra inzet gevraagd, voor het opzetten en in-

richten van dataverkeer, het proefdraaien, het doorrekenen van scenario’s en het aanpassen van de ver-

ordening. De externe voorbereidingskosten van diftar worden geschat op € 150.000. Dekking van dit be-

drag kan gevonden worden in de Reserve afvalstoffenheffing.

21. Exploitatie Vondersweijde

Per 1 januari 2016 lopen de overeenkomsten met de huidige exploitant van sportcentrum Vondersweijde

af. Besloten is om de exploitatie vanaf dat moment in eigen beheer te nemen en deze onder te brengen

in een BV. Voor het uitvoeren van de maatschappelijke activiteiten zal de BV een exploitatiebijdrage van

de gemeente ontvangen. De hoogte van die exploitatiebijdrage wordt bepaald na gereedkomen van het

bedrijfsplan. Het bedrijfsplan wordt naar verwachting in oktober 2015 voorgelegd.

Om per 1 januari 2016 te kunnen functioneren heeft de BV een startkapitaal nodig van € 600.000,--. Hier-

bij is er van uitgegaan dat de BV het sportcentrum volledig opnieuw zal moeten inrichten qua ICT voor-

zieningen (software en hardware) en inventaris. Dit gelet op het geschil met de huidige exploitant waarbij

de verwachting is dat de huidige inventaris niet kan worden overgenomen. Het benodigde startkapitaal

wordt als een lening verstrekt. Voorgesteld wordt om gedurende 4 jaar een exploitatiebijdrage beschik-

baar te stellen van € 160.000. Dit om het verwachte exploitatietekort op te vangen als gevolg van de te-

rugbetalingsverplichting van de lening.

22./27. Onttrekking reserves

De kosten voortvloeiend uit de voorstellen nieuw beleid/activiteiten genoemd onder 17 t/m 21, 23 en 26

worden gedekt met behulp van reserves. De voorbereidingskosten van de introductie Diftar (20) ad

€ 150.000 stellen we u voor te dekken ten laste van de bestaande bestemmingsreserve afvalstoffenhef-

fing. Voor de overige kosten stellen we u voor om hiervoor een beschikking te doen ten laste van de al-

gemene reserve ad € 2.440.000 en vervolgens voor de kosten die zich over meerdere jaren in deze plan-

periode voordoen, inclusief de uitwerking van de visie openbaar groen, een dekkingsreserve in te stellen.

Tabel 3.2 Nieuwe nog te autoriseren voorstellen nieuw beleid na vaststelling Programmabegroting

2016, met startjaar 2016 e.v.

In de financiële verordening 212 artikel 5 lid 2 is opgenomen dat bij het opstellen van de programmabe-

groting het college aan de raad zal adviseren welke nieuwe investeringen op een later tijdstip dan vast-

stelling programmabegroting een afzonderlijk en inhoudelijk nader uitgewerkt raadsvoorstel behoeven. In

onderstaande gevallen wordt voorgesteld kennis te nemen van deze investeringen waarvan de autorisa-

tie door de raad plaatsvind bij de inhoudelijke behandeling in de raad.

23. Actieprogramma Binnenstad

Een subsidieregeling om ruimte te creëren voor stimulerende cofinanciering voor initiatieven en ideeën

om de aantrekkelijkheid en leefbaarheid te bevorderen. De inhoudelijke criteria worden nog dit jaar aan

de gemeenteraad aangeboden ter besluitvorming

24. Herinrichting van de Wilhelminastraat gedeelte tussen de Beatrixstraat en de Ganzenmarkt inclusief

verbetering van de verkeersveiligheid en oversteekbaarheid op het kruispunt Wilhelminastraat – Beatrix-

straat.

Het voornemens is in 2016 het riool in de Wilhelminastraat vanaf de Ganzenmarkt tot en met de kruising

Prossinkhof te vervangen. Hiervoor moet een groot deel van de verharding opgebroken worden en op-

nieuw weer aangebracht worden. Deze verbetering aan het rioolstelsel draagt ook bij aan een verdere

vermindering van het risico tot wateroverlast in de Prossinkhof. Dit is een mooi moment (werk met werk

maken) om het wegprofiel aan te passen aan de huidige inzichten rond verkeer in en naar de binnenstad.

De totale werkzaamheden zijn op basis van resultaten uit voorgaande soortgelijke werken (waarin we een

financieel voordeel hadden) geraamd op € 540.000. In dit bedrag is er rekening mee gehouden dat het

werk onder gunstige marktomstandigheden kan worden aanbesteed (met een aanbestedingsvoordeel is

Page 150: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

146 4. Budgetautorisatie

gerekend). Het project wordt uitgevoerd in 2016. Voorgesteld wordt de raad te verzoeken een krediet

beschikbaar te stellen van € 540.000. Dekking wordt als volgt geregeld:

€ 300.000 vanuit het Gemeentelijk Rioleringsplan (GRP),

€ 90.000 vanuit diverse structurele budgetten (groen-, wegonderhoud en openbare verlichting naar

rato van het aandeel),

€ 150.000 reserve stadsuitleg (nr. 01104).

Voor onder andere het aspect “duurzaam veilig” wordt nog een aanvraag bij de provincie (voorheen Re-

gio Twente) gedaan. Indien deze subsidie wordt toegekend zal dit achteraf worden verrekend met de post

reserve stadsuitleg.

25. Herinrichting aansluiting Prins Bernhardstraat – Spoorstraat in combinatie met aansluiting Lyceum-

straat – Spoorstraat.

De vervanging van de riolering aan de Prins Bernardstraat en de Spoorstraat staat gepland voor 2016/

2017. Dit is opgenomen in het GRP en het krediet hiervoor is reeds beschikbaar gesteld door de raad. De

huidige schadebeelden vragen op korte termijn om maatregelen.

De huidige verkeersregelinstallatie (VRI) op het kruispunt Spoorstraat/ Prins Bernardstraat is ook aan

vervanging toe. Wanneer de riolering moet worden vervangen ontstaat ook de kans om kritisch te kijken

naar de inrichting en veiligheid van het kruispunt Spoorstraat/Prins Bernardstraat/Lyceumstraat. Tijdelijk

zal dit flinke verkeersbelemmering betekenen, maar tevens ook een uitgelezen kans om dit tracé volgens

de huidige verkeersinzichten in te richten. Met name ook het verdwijnen van het oorlogsmonument biedt

mogelijkheden de verkeersafwikkeling hier te optimaliseren. Ook zal hierbij goed gekeken worden naar

het sluipverkeer op dit tracé en de doorstroming in en om Oldenzaal. Hiervoor zijn naast de middelen

voor rioolvervanging gereserveerd in het vGRP aanvullende middelen noodzakelijk. Gezien de belangrij-

ke functie voor verkeersafwikkeling openbaar vervoer en scholieren liggen hier ook zeker subsidiemoge-

lijkheden in het verschiet bij verbetering van de verkeerssituatie. Kortom een goede mogelijkheid om de

infrastructuur in Oldenzaal verder te optimaliseren.

Complete vervanging van de riolering, de relining van het deel tot aan de Antoniuskerk, vervanging van

de huisaansluitingen en aanleg van een stuk blauwe ader en de aanpassing van het kruispunt is op dit

moment geraamd op € 1,5 miljoen. De riolering ligt voor een groot deel midden onder de weg op een

diepte van circa 2 meter, gevolg is dat vrijwel de gehele wegconstructie verwijderd dient te worden. De

voorgestelde investering vanuit het Gemeentelijk RioleringsPlan (vGRP) kan als cofinanciering worden

ingezet om bij de Provincie Overijssel (voorheen Regio Twente) een aanvraag in te dienen voor een fi-

nanciële bijdrage aan de reconstructie van de kruising. Een definitief voorstel zal door het college nog

aan uw raad worden aangeboden. Ervan uitgaande dat we € 400.000 subsidie ontvangen, zou de rest

van de reconstructie gefinancierd kunnen worden zoals hieronder is aangegeven. Er is € 300.000 toege-

zegd. Daar komt € 100.000 bij als bij het definitieve plan gekozen wordt voor een VRI. Dat zal naar alle

waarschijnlijkheid ook gebeuren en anders zal in het ontwerp een bezuiniging moeten worden doorge-

voerd. Voor dat tot uitvoering van het project wordt overgegaan, zal de raad middels een voorstel hierbij

opnieuw worden betrokken.

1. Structurele dekkingsmiddelen onderhoud 2016 € 50.000;

2. Structurele dekkingsmiddelen onderhoud 2017 € 50.000;

3. Riolering vanuit het GRP € 1.000.000;

4. Bijdrage Provincie Overijssel € 400.000.

26. Uitwerking visie openbaar groen

Onlangs is door de raad de visie openbaar groen 2015 – 2025 vastgesteld. Hierbij is onder andere afge-

sproken dat u nog een voorstel ontvangt over de actieve omvorming van openbaar groen die zal leiden

tot beheerextensivering (optie 2). We stellen in dit verband voor ten laste van de algemene reserve een

bedrag van in totaliteit € 450.000 beschikbaar te stellen voor beheersextensivering en omvorming. Omdat

de uitvoering in fases zal plaats vinden is het voorstel dit bedrag evenredig over de 4 jaren van de plan-

periode te verdelen.

Page 151: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

4. Budgetautorisatie 147

4.2 Dekkingsplan 2016 – 2019

4.2.1 Heroverwegingen/Dekkingsplan

Dit hoofdstuk vormt jaarlijks het sluitstuk van de begroting. In hoofdstuk 1 van deze begroting hebben we

u op hoofdlijnen al aangegeven op welke wijze het uiteindelijk positieve begrotingsresultaat voor de gehe-

le planperiode tot stand is gekomen. In dit hoofdstuk gaan we in op de extra inkomsten en ombuigingen

die noodzakelijk zijn teneinde u een sluitende begroting te kunnen aanbieden.

Belastingmaatregelen

Zoals u kunt lezen in het totaaloverzicht in hoofdstuk 1 wordt voor het sluitend maken van de begroting

voor de huidige planperiode, in tegenstelling met de gebruikelijke handelwijze, geen rekening gehouden

met inflatiecorrectie bij diverse belastingen en tarieven. Het begrotingsresultaat geeft ons een prima mo-

gelijkheid voor dit “gebaar” aan de samenleving. Overigens is de prijsinflatie gebruikt voor de ramingen

voor overige goederen en diensten waar de uitgavenramingen voor een belangrijk deel op gebaseerd zijn

ook negatief.

Voor wat betreft de opbrengsten afvalstoffenheffing en rioolheffing, is conform bestaand beleid, uitgegaan

van 100% kostendekking en daarmee budgettaire neutraliteit. De gedetailleerde uitwerking en de gevol-

gen die dit heeft voor de tarieven wordt in de paragraaf Lokale heffingen behandeld. De negatieve prijsin-

flatie heeft hier gezorgd voor een demping van de tariefontwikkelingen.

De sporttarieven en inkomsten wegens huren en pachten betreffen privaatrechtelijke tarieven en zijn

deels gebaseerd op overeenkomsten met verschillende looptijden waarvan nu niet direct concreet is aan

te geven wat de meeropbrengst voor enig jaar zal zijn. Het conformeren aan bovenstaande handelwijze

voor de algemene heffingen betekent dat er ook geen aanleiding is tot het aanpassen van deze tarieven.

Ombuigingen

Het begrotingsresultaat geeft, conform de uitgesproken verwachting ter gelegenheid van de Kaderbrief

2016, geen aanleiding voor een aanvullend ombuigingsplan. Wel is bij een tweetal bestaande ombuigin-

gen sprake van enige fasering. In de 2e bestuursrapportage 2015 wordt hier verder op ingegaan.

Het volgens de begrotingsuitgangspunten gehanteerde renteomslagpercentage bedraagt 2,4%. Op

basis daarvan zijn de kapitaallasten doorberekend naar de producten/kostendragers. Een recente

herberekening met meest actuele basisinfo heeft geleerd dat dit percentage bijgesteld kan worden tot

2,1%. Dit heeft een positieve correctie tot gevolg ad € 380.000 voor 2016. Voor de jaren daarna is uit

voorzichtigheid slechts een voordeel meegenomen ad € 150.000;

De budgetten aanvaard beleid ten aanzien van sociaal domein zijn, zoals ook reeds aangegeven in

de paragraaf Sociaal domein, gebaseerd op het uitgangspunt dat de betreffende taken worden uitge-

voerd binnen de daarvoor beschikbaar gestelde middelen. Het is duidelijk dat hiervoor (deels) ingrij-

pende maatregelen noodzakelijk zijn. Teneinde een en ander goed inzichtelijk te krijgen en de ge-

wenste transformatie te doen slagen is hiervoor in aanvullend beleid ook een transformatiebudget

voorgesteld van in totaliteit € 750.000.

Algemene reserve

Ook in deze begroting hebben we weer mogelijkheden gecreëerd voor aanvullend beleid c.q. nieuw be-

leid zoals u in de vorige paragraaf hebt kunnen lezen. Meerdere van deze voorstellen worden gedekt met

behulp van een beschikking over de algemene reserve. Conform het vorig jaar ingezette beleid zijn we

bereid op korte termijn incidentele investeringen te doen, of afschrijvingen te accepteren, als dit er mede

toe kan leiden dat we op de langere termijn voordelen realiseren. Uiteraard heeft dit gevolgen voor de

omvang van de algemene reserve. Zoals in de paragraaf Weerstandsvermogen reeds is geschreven kent

de algemene reserve per 1 januari 2015 een omvang van ruim € 15 mln. Op basis van de voorstellen die

u worden gedaan bij de 2e bestuursrapportage 2015 wordt voor dit jaar een negatief resultaat verwacht

van uiteindelijk afgerond € 2,2 mln. Dit zal uiteindelijk ten laste komen van de algemene reserve. In deze

begroting worden u voorstellen voor nieuw beleid gedaan welke tot een bedrag van afgerond € 2,5 mln

ten laste komen van de algemene reserve. Hoewel dit een forse claim legt op onze reservepositie kan de

algemene reserve dit dragen. Ook de minimale omvang van deze reserve, zoals verwoord in de para-

graaf Weerstandsvermogen, komt met deze claims niet in gevaar. De uit deze voorgenomen beschikkin-

Page 152: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

148 4. Budgetautorisatie

gen voortvloeiende structurele rentegevolgen nemen we jaarlijks mee, op basis van de werkelijke stand

van de totale reserves per 1 januari, bij de eerstvolgende actualisering.

In onderstaande tabel treft u een specificatie aan van de dotaties en beschikkingen over de algemene- en

bestemmingsreserves. Hierbij is onderscheid gemaakt tussen aanvaard beleid, 2e bestuursrapportage en

programmabegroting/nieuw beleid.

2015 2016 2017 2018 2019

1. Aanvaard beleid

Lasten Reserve ter dekking ICT naar HGL 399 0 0 0

Reserve speelvoorziening scholen 35.000 35.000 35.000 35.000

Reserve sanering opslag terrein Loweg 50.000 50.000 50.000 50.000

Dekkingsreserve Kap.lstn. Nieuwbouw Windroos 32.960 30.361 27.764 27.764

Totaal Lasten 118.359 115.361 112.764 112.764

Baten Reserve onderhoud Led verlichting -8.300 -8.300 -8.300 -8.300

Reserve Sociaal Fonds -18.550 -18.550 0 0

Reserve Ontwikkelfonds -15.000 0 0 0

Reserve verrekening afvalstoffenheffing -86.400 -86.400 -86.400 -86.400

Dekkingreserve toplaag Bully veld 1 -21.099 -21.099 -21.099 -21.099

Dekkingsreserve Kap.lstn. Nieuwbouw Windroos -129.204 -126.569 -123.934 -123.934

Algemene Reserve -70.000 0 0 0

Dekkingsreserve onderlaag Bully veld1 -1.204 -1.204 -1.204 -1.204

Reserve ondernemersloket -60.000 0 0 0

Reserve ter dekking ICT naar HGL -66.189 -41.203 -15.916 0

Dekkingsreserve rente Bully veld1 -5.265 -4.663 -4.061 -3.458

Reserve speelvoorziening scholen -50.000 -10.000 -10.000 -10.000

Totaal Baten -531.211 -317.988 -270.914 -254.395

-412.852 -202.627 -158.150 -141.631

2. 2e bestuursrapportage 2015

Lasten Vorming reserve Sociaal Domein 200.000 pm pm pm pm

Totaal Lasten 200.000

Baten Reserve Stimulering duurzaamheid -10.000

Reserve investering maatschappelijk nut -1.250.000

Reserve afvalstoffenheffing -40.000

Reserve afvalstoffenheffing -19.242

Reserve baggerplan -15.000

Reserve oud Oldenzaal -310.000

Reserve maatschappelijke participatie -41.546

Reserve Sociaal fonds -40.000

Algemene reserve -2.201.951

Totaal Baten -3.908.497 -19.242

-3.708.497 -19.242

3. Programmabegroting 2016

Lasten Reserve transformatiebudget soc.domein 750.000

Vorming reserve exploitatie Vondersweijde 640.000

Vorming reserve uitwerking visie openbaar groen 450.000

Totaal Lasten 1.840.000

Baten Reserve transformatiebudget soc.domein -325.000 -425.000

Reserve exploitatie Vondersweijde -160.000 -160.000 -160.000 -160.000

Reserve uitwerking visie openbaar groen -113.000 -112.000 -113.000 -112.000

Reserve afvalstoffenheffing -150.000

Algemene reserve -2.440.000

Totaal Baten -3.188.000 -697.000 -273.000 -272.000

-1.348.000 -697.000 -273.000 -272.000

Totaal saldo -3.708.497 -1.780.094 -899.627 -431.150 -413.631

Subsaldo

Overzicht mutaties reserves verwerkt in 2e burap 2015 en

begroting 2016 - 2019

Subsaldo

Subsaldo

Page 153: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:
Page 154: Programmabegroting 2016 - Oldenzaal...1. Voorwoord 3 1. Voorwoord 1.1 Voorstel, moties en besluit Bijlagen 2015 Agendapunt: 4 13 oktober 2015 nr. 37/3 reg.nr. INTB-15-02253 Bijlagen:

150 4. Budgetautorisatie