Prevail - WoerdenWoerden Molenvliet Geluidsonderzoek keersporen Opdrachtgever ProRail Joop de Zwaan...

17
Prevail mammmm | 0 ^ 15WK2IJÖ8 Gemeente Woerden t a v . De Raad Postbus 45 3440 AA WOERDEN Beh. Ambt: Streefdat.: Afschr.: B.V.O.: Q -ftL^Lfl to Datum 20 maart 2008 Behandeld door Ons kenmerk GJZ/979-2/20673518 Telefoonnummer Onderwerp Bestemmingsplan Landelijk Faxnummer gebied Woerden, Kamerik E-mai en Zegveld Suzanne Boers 030 235 82 81 030 235 92 24 [email protected] Infraprojecten GJZ Bezoekadres De Inktpot Moreelsepark 3 3511 EP Utrecht Postadres Postbus 2038 3500 GA Utrecht www.prorail.nl Geachte Raad, Het ontwerp-bestemmingsplan "Landelijk gebied Woerden, Kamerik, Zegveld" dat met ingang van 15 februari 2008 ter inzage is gelegd, geeft ons aanleiding onze zienswijze kenbaar te maken. Als onderdeel van het spoorproject Vleugel zal bij Woerden Molenvliet (spoorlijn Woerden-Alphen aan den Rijn) een keervoorziening worden gerealiseerd. In hoofdlijnen houdt het project in dat aan de noordzijde van het bestaande spoor een extra spoor, een onderhoudspad en een nieuwe spoorsloot worden gerealiseerd. De aanvang van de werkzaamheden is voorzien in september 2010. Over de keervoorziening is reeds veelvuldig overleg met de gemeente geweest en het ontwerp hiervan wordt in samenspraak met de gemeente opgesteld. Om ervoor te zorgen dat in de toekomst de keervoorziening past binnen het bestemmingsplan "Landelijk gebied Woerden, Kamerik, Zegveld" verzoeken wij u het voorontwerp in te passen in het bestemmingsplan. Het voorontwerp is weergegeven op bijgevoegde tekeningen met kenmerk RL121301- 240/BNS/221/01/0.2, versie 0.2, d.d. 13 maart 2008 en RL121301-240/BNS/221/02/0.2, versie 0.2, d.d. 13 maart 2008. Deze tekeningen treft u tevens digitaal aan op bijgevoegde CD-rom. Ten behoeve van de realisatie van de keervoorziening heeft reeds akoestisch onderzoek plaatsgevonden. Het concept rapport "Woerden Molenvliet, Geluidsonderzoek keersporen", met kenmerk R94033A1BPA, versie 0.1, d.d. 18 maart 2008, hebben wij bij deze brief gesloten. Uit het onderzoek blijkt dat er geen sprake is van een wijziging in het kader van de Wet geluidhinder. Er hoeven derhalve geen geluidmaatregelen getroffen te worden als gevolg van de keervoorziening. Tenslotte melden wij u dat de bouwhoogte ten aanzien van artikel 20 "V-R" (Verkeer - Railverkeer) dient te worden gemeten vanaf BS (bovenkant spoorstaaf). Wij verzoeken u artikel 2 van de voorschriften hierop aan te passen. Gemeente Woerden 08.003743 Registratiedatum: Behandelend afdeling Afgehandeld door/op: 25/03/2008 RAAD

Transcript of Prevail - WoerdenWoerden Molenvliet Geluidsonderzoek keersporen Opdrachtgever ProRail Joop de Zwaan...

  • Prevail mammmm | 0 ^ 15WK2IJÖ8

    Gemeente Woerden tav. De Raad Postbus 45 3440 AA WOERDEN

    Beh. Ambt:

    Streef dat.:

    Afschr.:

    B.V.O.: Q

    -ftL^Lfl to

    Datum 20 maart 2008 Behandeld door

    Ons kenmerk GJZ/979-2/20673518 Telefoonnummer

    Onderwerp Bestemmingsplan Landelijk Faxnummer

    gebied Woerden, Kamerik E-maii en Zegveld

    Suzanne Boers 030 235 82 81 030 235 92 24 [email protected]

    Infraprojecten

    GJZ

    Bezoekadres De Inktpot

    Moreelsepark 3

    3511 EP Utrecht

    Postadres Postbus 2038

    3500 GA Utrecht

    www.prorail.nl

    Geachte Raad,

    Het ontwerp-bestemmingsplan "Landelijk gebied Woerden, Kamerik, Zegveld" dat met ingang van 15 februari 2008 ter inzage is gelegd, geeft ons aanleiding onze zienswijze kenbaar te maken.

    Als onderdeel van het spoorproject Vleugel zal bij Woerden Molenvliet (spoorlijn Woerden-Alphen aan den Rijn) een keervoorziening worden gerealiseerd. In hoofdlijnen houdt het project in dat aan de noordzijde van het bestaande spoor een extra spoor, een onderhoudspad en een nieuwe spoorsloot worden gerealiseerd. De aanvang van de werkzaamheden is voorzien in september 2010. Over de keervoorziening is reeds veelvuldig overleg met de gemeente geweest en het ontwerp hiervan wordt in samenspraak met de gemeente opgesteld. Om ervoor te zorgen dat in de toekomst de keervoorziening past binnen het bestemmingsplan "Landelijk gebied Woerden, Kamerik, Zegveld" verzoeken wij u het voorontwerp in te passen in het bestemmingsplan. Het voorontwerp is weergegeven op bijgevoegde tekeningen met kenmerk RL121301-240/BNS/221/01/0.2, versie 0.2, d.d. 13 maart 2008 en RL121301-240/BNS/221/02/0.2, versie 0.2, d.d. 13 maart 2008. Deze tekeningen treft u tevens digitaal aan op bijgevoegde CD-rom.

    Ten behoeve van de realisatie van de keervoorziening heeft reeds akoestisch onderzoek plaatsgevonden. Het concept rapport "Woerden Molenvliet, Geluidsonderzoek keersporen", met kenmerk R94033A1BPA, versie 0.1, d.d. 18 maart 2008, hebben wij bij deze brief gesloten. Uit het onderzoek blijkt dat er geen sprake is van een wijziging in het kader van de Wet geluidhinder. Er hoeven derhalve geen geluidmaatregelen getroffen te worden als gevolg van de keervoorziening.

    Tenslotte melden wij u dat de bouwhoogte ten aanzien van artikel 20 "V-R" (Verkeer - Railverkeer) dient te worden gemeten vanaf BS (bovenkant spoorstaaf). Wij verzoeken u artikel 2 van de voorschriften hierop aan te passen.

    Gemeente Woerden 08.003743

    Registratiedatum: Behandelend afdeling Afgehandeld door/op:

    25/03/2008 RAAD

    mailto:[email protected]://www.prorail.nl

  • Proflail

    Wij vertrouwen erop u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd en zijn, indien gewenst, graag bereid tot nader overleg.

    -Q^CJ

    Met vriendelijke groet,

    S.H.J. Boers Procesleider planologie

    Bijlagen: - Voorontwerp tekeningen met kenmerk RL121301-240/BNS/221/01/0.2 en RL121301-

    240/BNS/221/02/0.2 - CD-rom

    Concept rapport Woerden Molenvliet, Geluidsonderzoek keersporen, met kenmerk R94033A1BPA, versie 0.1, d.d. 18 maart 2008

    Pagina 2/2

    Ons kenmerk GJZ/979-2 /20673518

  • Woerden Molenvliet

    Geluidsonderzoek keersporen

    Opdrachtgever ProRail Joop de Zwaan

    Movares Nederland B.V. Auteur Bert Paanakker

    Kenmerk \R94033A1BPA - Versie 0.1

    Utrecht, 18 februari 2008 concept

    2008, Movares Nederland B. V.

    Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand of openbaar gemaakt in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen, of enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van Movares Nederland B. V.

    file:///R94033A1BPA

  • Samenvatting

    Ten behoeve van Randstadspoor (RSS) worden ter hoogte van de locatie Woerden Molenvliet keersporen aangelegd. Ter plaatse wordt het aantal sporen uitgebreid en zal het gebruik wijzigen. Volgens de regels van de Wet geluidhinder (in dit geval met name het Besluit geluidhinder (Bgh)) dienen de geluidsconsequenties van dit soort wijzigingen te worden onderzocht. Hierbij wordt niet alleen de fysieke wijziging beoordeeld, maar ook de te verwachten wijzigingen in de frequenties (treinintensiteiten) en materieelsoorten.

    In opdracht van ProRail heeft Movares Nederland BV het bedoelde akoestisch onderzoek uitgevoerd. Hierbij zijn eerst de geluidsbelastingen van de huidige situatie en die van 1987 bepaald. De laagste van die twee geeft de referentie van het project.

    De ten behoeve van RSS aan te leggen keersporen bij Woerden Molenvliet zorgen er voor dat de geluidsbelastingen van de woningen binnen de zone van het spoor en binnen het invloedsgebied van de spooraanpassingen afnemen. De hogere verkeersintensiteiten worden gecompenseerd door het stillere materieel.

    Er is geen sprake van een "wijziging van een spoorweg" zoals bedoeld in de Wet geluidhinder. Er zijn dus geen geluidsmaatregelen nodig.

    RL121301 Kenmerk B&O-BP-080005607\R94033AlBPA - concept - Versie 0.1 -18 februari 2008

    Movares

    1/13

  • Inhoudsopgave

    Samenvatting 1

    Inleiding 3

    1 Wettelijk kader in het kort 4

    1.1 Geluidsbelasting 4 1.2 Wijziging van een spoorweg 5 1.3 Geluidsanering 6 1.4 Ontheffing en binnenniveaus 7 1.5 Wijze van afronden 7 1.6 Volkstuinen 7

    2 Uitgangspunten 8 2.1 Projectgrenzen en onderzoeksgebied 8 2.2 Intensiteiten en snelheden 8 2.3 Bovenbouw 9 2.4 Waarneempunten 9 2.5 Harde gebieden en reflecties 9

    3 Onderzoek en resultaten 10 3.1 Bepaling sanering en referentie 10 3.2 Toekomst met RSS keersporen 11 3.3 Conclusies 12

    Colofon 13

    Bijlage I Ligging waarneempunten

    RL121301 Kenmerk B&O-BP-080005607XR94033A1BPA - concept - Versie 0.1 -18 februari 2008

    Movares

    2/13

  • Inleiding

    Ten behoeve van Randstadspoor (RSS) worden ter hoogte van de locatie Woerden Molenvliet keersporen aangelegd. Ter plaatse wordt het aantal sporen uitgebreid en zal het gebruik wijzigen. Volgens de regels van de Wet geluidhinder (in dit geval het Besluit geluidhinder (Bgh)) dienen de geluidsconsequenties van dit soort wijzigingen te worden onderzocht. Hierbij wordt niet alleen de fysieke wijziging beoordeeld, maar ook de te verwachten wijzigingen in de frequenties (treinintensiteiten) en materieelsoorten. Zo nodig dienen maatregelen te worden getroffen om zo goed mogelijk aan het standstillbeginsel (geen toename geluid) tegemoet te komen.

    In opdracht van ProRail heeft Movares Nederland BV het bedoelde akoestisch onderzoek uitgevoerd. Hierbij is ook aandacht besteed aan eventuele saneringssituaties. Eerst wordt de referentie bepaald; de laagste geluidsbelasting van of de huidige situatie of die van 1987. Daarna worden de geluidseffecten van de veranderingen bepaald, zonodig aangevuld met onderzoek naar geluidsmaatregelen.

    In hoofdstuk 1 wordt kort ingegaan op de, voor het onderhavige project, belangrijkste aspecten van het Besluit geluidhinder. De gehanteerde uitgangspunten bij de berekeningen worden in hoofdstuk 2 besproken. Tot slot wordt het onderzoek en de resultaten besproken in hoofdstuk 3.

    RL121301 KenmerkB&O-BP-080005607\R94033AlBPA - concept - Versie 0.1 -18 februari 2008

    Movares

    3/13

  • Wettelijk kader in het kort

    Dit onderzoek wordt uitgevoerd in het kader van de Wet geluidhinder (Wgh). De geluidsberekeningen zijn uitgevoerd conform het Reken- en meetvoorschrift geluidhinder 2006. Het onderzoek richt zich op de vraag of er sprake is van een zogenaamde 'wijziging van een spoorweg'. Als dat het geval is dient de mogelijkheid en het effect van geluidsmaatregelen te worden onderzocht. Het onderzoek wordt uitgevoerd in de wettelijke zone. Deze geluidszone geeft het aandachtsgebied weer waarbinnen de Wgh van toepassing is. De geluidszone voor het te onderzoeken traject is 300 meter aan weerszijden van het spoor. In de volgende paragrafen wordt e.e.a. verder toegelicht.

    1.1 Geluidsbelasting

    De geluidsbelasting wordt in de Wgh als volgt gedefinieerd: De geluidsbelasting in dB; geluidsbelasting in Lden op een plaats en vanwege een bron over alle perioden van 07.00 - 19.00 uur, van 19.00 - 23.00 uur en van 23.00 -07.00 uur van eenjaar als omschreven in bijlage I, onderdeel 1, van richtlijn nr. 2002/49EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 25 juni 2002 inzake de evaluatie en de beheersing van omgevingslawaai (PbEG L 189). Het betreft de Europees geharmoniseerde dosismaat. Het verschil tussen de oude dosismaat LAeq en de vanaf 1 januari 2007 van kracht zijnde nieuwe dosismaat Lden, is de manier waarop de geluidsniveaus van de verschillende etmaalperioden (dag, avond en nacht) worden samengevoegd tot één getal. De etmaalwaarde van het equivalente geluidsniveau LAeq uitgedrukt in dB(A) is gedefinieerd als de hoogste van de drie volgende waarden: • het equivalente geluidsniveau van 07.00-19.00 uur; de dagwaarde; • het equivalente geluidsniveau van 19.00-23.00 uur vermeerderd met 5 dB(A); de

    avondwaarde; • het equivalente geluidsniveau van 23.00-07.00 uur vermeerderd met 10 dB(A);

    de nachtwaarde. De geluidbelasting Lden uitgedrukt in dB, is gelijk aan het gewogen gemiddelde van de drie volgende waarden;

    Lday het A-gewogen gemiddelde geluidsniveau over de dagperiode (07.00 -19.00 uur); Levening het A-gewogen gemiddelde geluidsniveau over de avondperiode (19.00 - 23.00 uur) vermeerderd met 5 dB; Lnight het A-gewogen gemiddelde geluidsniveau over de nachtperiode (23.00 - 07.00 uur) vermeerderd met 10 dB.

    Een geluidsbelasting wordt berekend op een bepaalde plaats en betreft het energetisch gemiddelde geluidsniveau van alle treinpassages.

    De gewijzigde wetgeving per 1 januari 2007 waarbij de Lden de nieuwe dosismaat is geworden, verandert niet de wijze waarop wordt bepaald of er sprake is van een zogenaamde saneringssituaties. Een saneringssituatie wordt bepaald aan de hand van

    RL121301 KenmerkB&O-BP-080005607\R94033AlBPA - concept - Versie 0.1 -18 februari 2008

    Móvarës

    4/13

  • de etmaalwaarde (LAeq in dB(A)) ten tijde van de inwerkingtreding van het Besluit geluidhinder spoorwegen (Bgs), juli 1987.

    1.2 Wijziging van een spoorweg

    Het wettelijk kader voor spoorweglawaai is vanaf 1 januari 2007 vastgelegd in de Wet geluidhinder en in het Besluit geluidhinder. Indien er veranderingen aan het spoor plaats vinden, dient te worden onderzocht of er sprake is van een zogenaamde 'wijziging van een spoorweg'. In artikel 1 van de Wet geluidhinder is de volgende definitie opgenomen: wijziging van een spoorweg: wijziging met betrekking tot een aanwezige spoorweg, die verandering brengt in de omstandigheden welke ingevolge de regels die gelden bij de vaststelling van de geluidsbelasting vanwege die spoorweg in acht genomen moeten worden en waarvan uit akoestisch onderzoek blijkt dat de berekende geluidsbelasting vanwege de spoorweg in het toekomstig maatgevende jaar zonder het treffen van maatregelen hoger zal zijn dan 63 dB of, indien die berekende geluidsbelasting vanwege de spoorweg in het toekomstig maatgevende jaar 63 dB of lager zal zijn maar hoger dan een bij algemene maatregel van bestuur aangegeven geluidsbelasting, uit het onderzoek blijkt dat de geluidsbelasting vanwege de spoorweg in het toekomstig maatgevende jaar zonder het treffen van maatregelen ten opzichte van de geluidsbelasting voorafgaand aan de wijziging zal toenemen met ten minste 3 dB;

    Dit houdt in dat in principe voor elke verandering aan het spoor of spoorgebruik een geluidsonderzoek nodig is. Om niet voor elke kleine wijziging geluidsonderzoek te hoeven uitvoeren is in lid 4 van artikel lb Wgh bij welke afzonderlijke verandering aan het spoor zo'n onderzoek niet nodig is (dus geen 'wijziging van een spoorweg'

    jsh In afwijking van artikel 1 wordt onder wijziging van een spoorweg in deze wet en de daarop berustende bepalingen niet verstaan de afzonderlijke omstandigheid die bestaat uit: a) een wijziging in de intensiteit, de verkeerssnelheid of een combinatie van beiden

    in het toekomstig maatgevende jaar van door Onze Minister te bepalen categorieën spoorvoertuigen op een bepaald spoorweggedeelte of een combinatie van spoorweggedeelten als gevolg waarvan de geluidemissie van de betreffende spoorgedeelten of de combinatie daarvan onafgerond niet meer dan 1,0 dB toeneemt ten opzichte van de gemiddelde geluidemissie van de driejaren voorafgaand aan de wijziging;

    b) een horizontale verplaatsing van de spoorstaven over een afstand kleiner dan twee meter;

    c) een verticale verplaatsing van de spoorstaven over een afstand kleiner dan één meter, dan wel

    d) het ter vervanging aanbrengen van een baanconstructie, die, bepaald met inachtneming van de door Onze Minister op grond van artikel 107 gestelde regels, niet meer geluid emitteert dan de te vervangen constructie.

    Aangezien in het onderhavige project er meerdere aspecten wijzigen is het onderzoek noodzakelijk.

    RL12130I KenmerkB&O-BP-080005607\R94033AlBPA - concept - Versie 0.1 -18 februari 2008

    Movares

    5/13

  • Om te beoordelen of er sprake is van een toename van de geluidsbelasting dient de toekomstige situatie te worden vergeleken met de huidige referentiewaarde. Deze referentie is de laagste geluidsbelasting van óf de huidige (de meest recente gegevens betreffen het jaar 2005 uit ASWIN 2007) óf de belasting toen het Bgs in werking trad (1987). Indien er na 1987 een hogere waarde is verleend (bijvoorbeeld ten behoeve van nieuwbouw van woningen) wordt de referentie de laagste van de huidige óf de verleende hogere waarde. Die woningen dienen dan wel te zijn gerealiseerd dan wel moet de bouwvergunning er voor zijn verleend (de categorie woningen in aanbouw). Geluidsniveaus tot de zogenaamde voorkeursgrenswaarde zijn steeds acceptabel. De voorkeursgrenswaarde, uitgedrukt in de vanaf 1 januari 2007 van toepassing zijnde dosismaat Lden, voor woningen is 55 dB, voor scholen 53 dB.

    1.3 Geluidsanering

    Bij hoge geluidsbelastingen kan er sprake zijn van een zogenaamde saneringssituatie. Dit is het geval indien op 1 juli 1987 de gevels van aanwezige woningen en de grens van geluidsgevoelige terreinen een hogere geluidsbelasting (uitgedrukt in de toen geldende dosismaat LAeq) ontvingen dan 65 dB(A) en voor geluidsgevoelige gebouwen (scholen, ziekenhuizen e.d.) een hogere geluidsbelasting dan 60 dB(A).

    Indien er sprake is van én een wijziging van een spoorweg én een saneringssituatie dient, gekoppeld aan het project, die sanering te worden 'meegenomen'. Het betreft dan namelijk een situatie die valt onder de gekoppelde sanering zoals bedoeld in artikel 4.7 van het Besluit geluidhinder: Bgh, art. 4.7 lid 1: Tot een wijziging van een spoorweg met betrekking waartoe een melding moet worden gedaan als bedoeld in artikel 4.17, eerste lid, wordt niet overgegaan dan nadat Onze Minister met betrekking tot de in die bepaling bedoelde woningen, andere geluidsgevoelige gebouwen of geluidsgevoelige terreinen binnen de zone van die spoorweg uitvoering heeft gegeven aan artikel 4.23, tweede en derde lid.

    In genoemd artikel 4.17 Bgh is beschreven dat B&W van de betrokken gemeente de saneringsgevallen voor 1 januari 2007 moet hebben aangemeld (de zogenaamde Eindmelding). De verwijzing naar artikel 4.23 houdt in dat de Minister van VROM eerst het saneringsprogramma en de daarbij behorende hogere waarden moet vaststellen.

    Die sanering wordt bekostigd door VROM. Eventuele projectmaatregelen op het gebied van geluid blijven ten laste komen van het project. Een uitzondering op het voorgaande met betrekking tot de financiering van de sanering geldt voor de Rail-21 projecten waarvoor tussen VROM en V&W afspraken zijn gemaakt. Voor die gevallen geldt dat de financiering via het Infrafonds loopt. De betrokken projecten zijn opgenomen op een lijst die bij die afspraken hoort. De onderhavige situatie is NIET opgenomen in de lijst van Nadere afspraken geluidsanering bij spoorwerkzaamheden, versie 30 juli 2003. Eventuele saneringsmaatregelen komen hier dus ten laste van VROM.

    RL121301 KenmerkB&O-BP-080005607\R94033AlBPA - concept- Versie 0.1 - 18februari2008

    Mo va res

    6/13

  • 1.4 Ontheffing en binnenniveaus

    Ontheffing Ook hier is er weer verschil tussen de situatie met of zonder sanering. Indien er geen sanering is en er is wel sprake van een 'wijziging van een spoorweg' en er zijn geen maatregelen mogelijk de toename weg te nemen, moet een hogere waarde procedure worden gevolgd. Hierbij kan, onder voorwaarden, een zogenaamde ontheffing worden verleend. Is er sprake van een sanering en het lukt niet om het niveau terug te dringen tot 55 dB of lager, dient eveneens een hogere waarde te worden verleend.

    Binnenniveaus Indien bij een 'wijziging van een spoorweg' er voor woningen een hogere waarde dan 55 dB wordt vastgesteld dan geldt er voor het binnenniveau een grenswaarde van 35 dB. Indien het een saneringssituatie betreft waarbij ook de toekomstige belasting boven de 63 dB blijft, is een onderzoek nodig om te bezien of het binnenniveau de 43 dB overschrijdt. Is dat het geval dan dienen maatregelen te worden getroffen om het niveau terug te brengen tot de streefwaarde, 38 dB. Voor andere geluidsgevoelige gebouwen gelden ook binnenniveaus, afhankelijk van de aard van de binnenruimtes.

    1.5 Wijze van afronden

    De berekende geluidsbelastingen dienen (conform de Wgh) te worden afgerond naar het dichtst bijgelegen hele getal waarbij 0.5 wordt afgerond naar het dichtst bijgelegen hele even getal. Deze wijze van afronden geldt ook bij verschillen tussen twee geluidsbelastingen. Het verschil wordt echter bepaald uit de niet afgeronde waarden. Bijvoorbeeld: een toename van 60.40 naar 62.90 is 2.5 dB, maar afgerond 2 dB.

    1.6 Volkstuinen

    De geluidseffecten worden bepaald voor in de zone gelegen geluidsgevoelige bestemmingen, in dit geval woningen. Het aanwezige volkstuincomplex wordt niet als geluidsgevoelige bestemming aangemerkt (zie ook jurisprudentie: ABRS, 18 februari 1997, nr. E03-95.1295 (Watergraafsmeer)).

    RL121301 KenmerkB&O-BP-080005607\R94033AlBPA - concept- Versie 0.1 -18februari2008

    Mo va res

    7/13

  • Uitgangspunten

    2.1 Projectgrenzen en onderzoeksgebied

    Het project vormt een onderdeel van de lijn Woerden - Leiden, trajectnummmer 520. Voor de projectgrenzen (waar binnen conform het Bgh onderzoek moet worden uitgevoerd) worden de volgende kilometerstanden gehanteerd: van km 1.150 tot km 2.200. Om de effecten op grotere afstand en de effecten van maatregelen goed in beeld te brengen is voor de modellering van het akoestisch onderzoek uitgegaan van een veel groter deel van het traject. In het Bgh wordt ook de breedte van het onderzoeksgebied, de zogenaamde zone, aangegeven. Voor het onderhavige traject is dit 300 meter. Het onderzoek heeft zich gericht op alle nabij gelegen woningen. Voor de verafgelegen woningen is alleen de eerstelijns bebouwing beoordeeld.

    2.2 Intensiteiten en snelheden

    De gehanteerde gegevens zijn afkomstig uit het zogenaamde Akoestisch Spoorboekje (ASWIN 2007). Hierbij is gebruik gemaakt van de daarin opgenomen emissiegegevens voor de jaren 1987 en de meest recente realisatiecijfers 2005. De gegeven waarden betreffen het aantal bakken per uur voor twee richting samen.

    Intensiteiten voor het jaar 1987 KmTot Dagdeel 1 MAT64

    16500 16500 16500

    1 Dag 2 Avond 3 Nacht

    13.50 10.10 2.80

    Intensiteiten voor het jaar 2005 KmTot Dagdeel 1 MAT64 2ICR/ICM 8IRM/DDM

    16500 16500 16500

    1 Dag 2 Avond 3 Nacht

    19.07 13.54

    3.39

    0.07 0.00 0.00

    0.05 0.00 0.00

    Voor de toekomstige situatie kunnen de gegevens van AS WIN (prognose 2010 / 2015) niet worden gebruikt. Rekening moet worden gehouden met de prognoses voor het jaar 10 jaar na de realisatie van het project, 2020. Enerzijds betreft het de intensiteit van het doorgaande treinverkeer, anderzijds de intensiteit van de aldaar kerende treinen in verband met Randstadspoor. In onderstaande tabel zijn deze intensiteiten opgenomen zoals opgegeven door ProRail.

    RL121301 KenmerkB&O-BP-080005607\R94033AlBPA - concept - Versie 0.1 - 18februari 2008

    Movares

    8/13

  • Intensiteiten voor het jaar 2020 KmTot Dagdeel 8IRM/DDM 2200 2200 2200

    16500 16500 16500

    1 Dag 2 Avond 3 Nacht

    1 Dag 2 Avond 3 Nacht

    67.20 60.00 21.40 22.40 20.00 7.00

    De intensiteiten tot km 2.200 betreft de som van het doorgaande en het kerende materieel, de intensiteiten tussen km 2.200 en 16.500 betreft het doorgaande treinverkeer.

    De in ASWIN opgenomen snelheden voor de diverse categorieën zijn voor de verschillende peiljaren ingevoerd in het rekenmodel. Voor het kerend materieel is het snelheidsverloop naar de snelheid op de keersporen (40 km/uur) iets geleidelijker gemaakt.

    2.3 Bovenbouw

    Ook de bovenbouwgegevens (soort dwarsliggers, overwegen en dergelijke) zijn overgenomen uit ASWIN en zijn ter plaatse gecontroleerd. In 1987 is er vooral voegloos spoor op houten dwarsliggers aanwezig, terwijl in 2005 een belangrijk deel gewijzigd is in voegloos spoor op betonnen dwarsliggers. Voor al het in dit project nieuw aan te leggen spoor is uitgegaan van de stilste variant; voegloos spoor op betonnen dwarsliggers.

    2.4 Waarneempunten

    Op alle nabij gelegen woningen zijn waarneempunten gekozen. Voor de woningen op veel grotere afstand zijn drie waarneempunten op de eerstelijns bebouwing gekozen. De gehanteerde waarneemhoogten zijn in het veld gecontroleerd.

    2.5 Harde gebieden en reflecties

    De akoestisch harde (reflecterende) bodemoppervlakken, zoals wegen en water, zijn, voor zover relevant, gedetailleerd ingevoerd. Voor de reflecties tegen gebouwen en dergelijke is met één reflectie gerekend.

    RL121301 KenmerkB&O-BP-080005607\R94033AlBPA - concept - Versie 0.1 - 18februari 2008

    Movares

    9/13

  • Onderzoek en resultaten

    3.1 Bepaling sanering en referentie

    In paragraaf 2.2 zijn de gehanteerde intensiteiten gegeven. Met deze gegevens is bepaald wat de geluidsbelastingen in 1987 zijn uitgedrukt in de etmaalwaarde (dB(A)) ter bepaling van saneringssituaties. Daarnaast zijn de geluidsbelastingen bepaald in Lden (dB) voor de jaren 1987 en 2005. De laagste hiervan is de referentie In onderstaande tabel worden deze waarden gegeven. De betrokken waarneempunten zijn in de figuur van Bijlage I opgenomen.

    Bepaling saneringssituaties en de referentie Wnp Adres Nr.

    1

    1

    2

    2

    3

    3

    4

    4

    5

    5

    6

    6

    7

    7

    8

    8

    9

    9

    9

    10

    10

    10

    11

    11

    Waardsedijk

    Waardsedijk

    Waardsedijk

    Waardsedijk

    Waardsedijk

    Waardsedijk

    Waardsedijk

    Waardsedijk

    Waardsedijk

    Waardsedijk

    Waardsedijk

    Waardsedijk

    Waardsedijk

    Waardsedijk

    Waardsedijk

    Waardsedijk

    Dwergroosweide

    Dwergroosweide

    Dwergroosweide

    Dwergroosweide

    Dwergroosweide

    Dwergroosweide

    Dwergroosweide

    Dwergroosweide

    45

    45

    43

    43

    48

    48

    41

    41

    46

    46

    44

    44

    42

    42

    40

    40

    div.

    div.

    div.

    div.

    div.

    div.

    div.

    div.

    ui 1,5 5

    1,5

    5

    1,5

    5

    1,5

    5

    1,5

    5

    1,5

    5

    1,5

    5

    1,5

    5

    1,5

    5

    7,5

    1,5

    5

    7,5

    1,5

    5

    U B A

    62,58

    64,83

    56,85

    60,71

    55,22

    57,12

    52,86

    55,84

    50,17

    52,19

    48,92

    52,06

    48,00

    52,23

    49,40

    51,95

    46,22

    47,45

    47,72

    45,98

    46,94

    47,21

    45,63

    46,46

    U ö

    60,84

    63,09

    55.11

    58,97

    53,48

    55,38

    51,12

    54,10

    48.43

    50,45

    47,18

    50,32

    46,26

    50,49

    47.66

    50,^1

    44,-I.S

    45,!)H

    44,1M

    45,^1

    45.A-

    43,.S'J

    44 ,7!

    UD

    61,06

    63,18

    55,40

    59,21

    53,73

    55,58

    51,31

    54,25

    48,60

    50,56

    47,32

    50,46

    46,30

    50,59

    47,76 .ït). il

    •11.10

    4ï ."ö

    45.S1

    •11.14

    n,0"l

    4V2-J

    4 !.S2

    44. "fi

    De hoogste belasting voor 1987 uitgedrukt in de etmaalwaarde is (afgerond) 65 dB(A), op de eerste verdieping van Waardsedijk 45 (waarneempunt 1). Er is daarmee geen overschrijding van 65 dB(A) en dus geen saneringssituatie.

    RL121301 KenmerkB&O-BP-080005607\R94033AIBPA - concept- Versie 0.1 -18februari2008

    Movares

    10/13

  • De berekende geluidsbelastingen voor 1987 en 2005 liggen dicht bij elkaar in de buurt. De toegenomen intensiteit voor 2005 ten opzichte van 1987 wordt gecompenseerd door de aanwezigheid (voor een belangrijk deel van het onderzoeksgebied) van een stillere bovenbouw; de houten dwarsliggers zijn vervangen door betonnen dwarsliggers. Voor de meeste waarneempunten is de belasting van 1987 de laagste en daarmee de referentie, voor de waarneempunten 9, 10 en 11 is 2005 de referentie. Er zijn na 1 juli 1987 in het onderzoeksgebied geen hogere waarden vastgesteld zodat hier verder geen rekening mee is gehouden.

    3.2 Toekomst met RSS keersporen

    Het model is aangepast aan de toekomstige situatie; de keersporen zijn ingevoerd en de eerder aangegeven intensiteiten zijn aan de sporen toegekend. In de onderstaande tabel is de referentie en de toekomstige geluidsbelasting opgenomen. Daarnaast is het verschil tussen deze waarden te zien.

    Benaline geluidseffect oroiect Wnp Adres Huis- Hoogte Referentie 2020 Verschil Nr. nummer Ldcn

    [m] [dB! [dB! IdBl 1

    1

    2

    2

    3

    3

    4

    4

    5

    5

    6

    6

    7

    7

    8

    8

    9

    9

    9

    10

    10

    10

    11

    11

    Waardsedijk

    Waardsedijk

    Waardsedijk

    Waardsedijk

    Waardsedijk

    Waardsedijk

    Waardsedijk

    Waardsedijk

    Waardsedijk

    Waardsedijk

    Waardsedijk

    Waardsedijk

    Waardsedijk

    Waardsedijk

    Waardsedijk

    Waardsedijk

    Dwergroosweide

    Dwergroosweide

    Dwergroosweide

    Dwergroosweide

    Dwergroosweide

    Dwergroosweide

    Dwergroosweide

    Dwergroosweide

    45

    45

    43

    43

    48

    48

    41

    41

    46

    46

    44

    44

    42

    42

    40

    40

    div.

    div.

    div.

    div.

    div.

    div.

    div.

    div.

    1,5

    5

    1,5

    5

    1,5

    5

    1,5

    5

    1,5

    5

    1,5

    5

    1,5

    5

    1,5

    5

    1,5 5

    7,5

    1,5

    5

    7,5

    1,5

    5

    60,84

    63,09

    55,11

    58,97

    53,48

    55,38

    51,12

    54,10

    48,43

    50,45

    47,18

    50,32

    46,26

    50,49

    47,66

    50,21

    44,40

    45,55

    45,81

    44,14

    45,03

    45,29

    43,82

    44,56

    58,48

    61,30

    53,46

    57,38

    51,33

    53,43

    49,31

    52,70

    46,84

    49,15

    45,75

    49,33

    45,30

    50,06

    47,47

    50,33

    41,96 43,55

    43,81

    41,39

    42,72

    43,02

    40,93

    42,16

    -2,36

    -1,79

    -1,65

    -1,59

    -2,15

    -1,95

    -1,81

    -1,40

    -1,59

    -1,30

    -1,43

    -0,99

    -0,96

    -0,43

    -0,19

    0,12

    -2,44

    -2,00

    -2,00

    -2,75

    -2,31

    -2,27

    -2,89

    -2,40

    RL121301 KenmerkB&O-BP-0S0005607\R94033AlBPA - concept- Versie 0.1 -18februari2008

    Movares

    11/13

  • Uit de berekeningen blijkt dat er vrijwel overal sprake is van een afname van de geluidsbelastingen. De afname varieert van 0 tot 2 dB, en voor de ver afgelegen punten zelfs tot 3 dB. Er zijn maar een beperkt aantal punten met een hogere geluidsbelasting dan de voorkeurswaarde van de Wgh, 55 dB. Er is geen overschrijding van 63 dB.

    3.3 Conclusies

    De ten behoeve van RSS aan te leggen keersporen bij Woerden Molenvliet zijn onderzocht op de geluidsconsequenties daarvan. Er zijn geen saneringssituaties in het betrokken gebied (geen hogere belastingen dan 65 dB(A) in 1987). Voor de meeste punten is de geluidsbelasting in 1987 de referentie, in een enkel geval die van 2005. De geluidsbelastingen van de woningen binnen de zone van het spoor en binnen het invloedsgebied van de spooraanpassingen nemen af. Er is geen overschrijding van 63 dB en er zijn geen toenames groter dan 2.5 dB. Er is dus geen sprake van de eerder beschreven "wijziging van een spoorweg" zoals bedoeld in de Wet geluidhinder. Er zijn voor het project geen geluidsmaatregelen of geluidsprocedures noodzakelijk.

    RLI2130I Kenmerk B&O-BP-080005607\R94033AlBPA - concept- Versie 0.1 -18februari 2008

    M6vares

    12/13

  • Colofon

    Opdrachtgever ProRai l

    Joop de Zwaan

    Uitgave Movares Nederland B.V.

    Postbus 2855 3500 GW Utrecht

    Telefoon 0 3 0 - 2 6 5 45 34

    e-maii [email protected]

    Auteur Bert Paanakker Adviseur Geluid

    Projectnummer RL121301

    RL121301 Kenmerk B&O-BP-080005607\R94033AlBPA - concept - Versie 0.1 -18 februari 2008

    Móvares

    13/13

    mailto:[email protected]

  • Bijlage I Ligging waarneempunten

    a ÏASHT Wis ; ft .

    ft» ï w%0 %

    1.7

    : l

    IR

    K ï

    1.6/ ^ 1.4

    RL121301 KenmerkB&O-BP-080005607\R94033AlBPA - concept - Versie 0.1 - 18 februari 2008

    Movares