Portfolio Pieter Witpas - HOME€¦ · Web viewPortfolio: Taak 2 – Werkbladen Algemene informatie...
Transcript of Portfolio Pieter Witpas - HOME€¦ · Web viewPortfolio: Taak 2 – Werkbladen Algemene informatie...
Portfolio: Taak 2 – Werkbladen
0. Algemene informatie
De lessen werden gegeven tijdens de oefenlessen van semester 1, 2014-2015. Het ging hier om een ASO klas van het derde jaar. Het thema van de les was socio-economische verscheidenheid. Het ging om 2 opeenvolgende lessen, en bij beide werden de werkbladen gebruikt. Deze omvatte het hele hoofdstuk van socio-economische verscheidenheid.
1. Analyse van de werkbladen
In deze analyse zal ik de werkbladen aftoetsen tegen 4 pijlers: de leerplandoelstellingen, de leerlingen, de informatiebronnen, en de leraar.
De leerplandoelstellingen voor deze lessen werden opgesplitst in 2 categorieën. Enerzijds waren de doelstellingen die moesten behaald worden zonder behulp van atlas en basisstatistiek, anderzijds waren er de doelstellingen waar deze hulpmiddelen wel mochten voor gebruikt worden. De grootste doelen van deze les draaiden rond: wereldblokken, bevolkings –dichtheid en – spreiding, en HDI.Op het eerste zicht spelen de werkbladen goed in op de doelstellingen. Zo worden de werkbladen opgedeeld in 3 hoofdstukken, en in elk hoofdstuk wordt er 1 doel behandeld. Wanneer we verder kijken naar de werkbladen zien we dat ze ook zo zijn afgesteld om net te voldoen aan de doelstellingen. Een mooi voorbeeld hiervan zijn de kenmerken die moeten worden gelinkt aan de wereldblokken. Hier wordt er steeds gewerkt rond drie vaste criteria: taal, godsdienst, en bevolkingskenmerken. Deze laatste was veelal een eufemisme voor huidskleur.In het algemeen kan ik besluiten dat de werkbladen voldoen aan de leerplandoelstellingen, en hier goed zijn op afgesteld.
Vervolgens is er de pijler leerlingen. Wat hier opvalt is dat de werkbladen zeer procesbewust werken. Ze starten steeds uit iets algemeen en werken dit dan verder uit. Het perfecte voorbeeld hiervan zijn de fotoreeksen bij de wereldblokken. Deze starten van iets algemeen en concretiseren dan naar begrippen zoals: taal, godsdienst, en huidskleur. En hier wordt dan op zijn beurt weer het begrip wereldblok uitgehaald. Ook is er aandacht voor het leerproces van de leerlingen zo zijn er enkele opzoekopdrachten met de atlas zoals die rond de indicatoren. Dit biedt de leerlingen de mogelijkheid om zelf opzoek te gaan naar mogelijke verklaringen.Dit brengt mij bij een grote hiaat, ondanks dat de individuele hoofdstukken rond de leerplandoelen goed zijn uitgewerkt, is er geen concluderende oefening die de verbanden tussen wereldblokken bevolkings –dichtheid en –spreiding, en HDI in beeld brengt. Deze zouden eerder via de overgangen van de hoofdstukken duidelijk moeten worden.Ten is er nog wel het sterke punt dat de oefeningen veelzijdig zijn. Zo kunnen ze op verschillende manieren door een leerkracht worden aangebracht en aan de hand van verschillende werkvormen worden opgelost. Een goed voorbeeld hiervan zijn de millenniumdoelstellingen, deze oefening werd heel open gelaten waardoor de leerkracht deze leerstof kon aanbrengen zoals hij zelf wilt. Desondanks moet er wel worden opgepast bij dit thema dat het werkbladen blijven, en geen handboek.
Op gebied van informatiebronnen kan ik kort zijn. Er is steeds vermelding naar de bronnen, de bronnen bieden zich aan tot onderzoek, de werkbladen worden in kleur aan de leerlingen gegeven, en er staan links in naar sites op het internet, en de oefeningen bieden de mogelijkheid tot actualisering.Kort samengevat op gebied van informatiebronnen zijn deze werkbladen vrij tot zeer sterk.
Ten slotte is er de rol van de werkbladen als hulpmiddel van de leerkracht. Hierop heb ik een dualistische visie. De werkbladen zijn vast en zeker een hulpmiddel voor de leerkracht. Zoals ik alreeds hier boven vermeldde bieden ze hulp om het leerproces van de leerlingen te begeleiden. Doch binden ze mogelijk de creativiteit van de leerkracht in door zo strikt de leerplandoelen te volgen.
Als algemene conclusie moet ik besluiten dat het hier om sterke werkbladen gaat. Wanneer ik ze aftoets tegen de vier belangrijke pijlers komen ze zeer goed uit de verf, en zijn er maar enkele kleine werkpuntjes die naar boven komen waarvan de algemene conclusie het belangrijkste is.
2. Integratie van de werkbladen in de lessenreeks
Zie bijlage A
3. Reflectie op gebruik van werkbladen
Algemeen gekeken ben ik redelijk tevreden over de lessenreeks waarin ik deze werkbladen heb gebruikt. Didactisch gezien waren er twee werkpunten en deze hadden geen betrekking op het gebruik van de werkbladen. Desondanks zijn er toch enkele punten die ik als belangrijk heb ervaren.
Zo was ik bij de start van de lessen zeer tevreden met de gekregen werkbladen. Deze boden mij als beginnende en licht onzekere leerkracht een leidraad voor het maken van de lessen. Dit stelde ik zeer op prijs want ik heb het vaak moeilijk om hoofd- en bij- zaak van elkaar te scheiden, en nu deden de werkbladen dit in mijn plaats.
Naarmate mijn lessen meer vorm begonnen te krijgen begon ik me toch te storen aan enkele kleine factoren. Zo werd er in de werkbladen nog gebruik gemaakt van de term ras. Persoonlijk vind ik dat in de loop van de geschiedenis een negatieve connotatie heeft gekregen en perfect kan worden vervangen door een term zoals huidskleur. Een volgende storende factor was het wereldblok: voormalige Sovjet-Unie. Dit is een enorm zware term voor studenten van vijftien jaar, die zeer moeilijk snel en kort kan worden uitgelegd. En aangezien dit toch moest gebeuren kon dit in mijn ogen ook worden geïntegreerd in de oefening rond kenmerken van de wereldblokken. Mocht men hier de kolom bevolkingskenmerken; die toch alleen maar een stereotype vormt; vervangen door politiek/ideologie leg je actuele linken met een ander vak zoals geschiedenis.Ook was er het feit dat sommige oefeningen niet meer moesten gemaakt worden omdat ze gedateerd zijn, maar toch nog in de werkbladen werden opgenomen. Al zijn er hier wel verzachtende omstandigheden aangezien de stagelector zelf nog maar pas aan de slag was, en geen tijd had gehad om de werkbladen te vernieuwen.
Ten slotte moet ik nog zeggen dat ik tot nu toe steeds werkbladen heb gekregen om rond te werken. Dit zorgt voor een zekere angst bij mij aangezien ik in de nabije toekomst zelf werkbladen zal moeten maken, maar hier in mijn ogen niet genoeg heb op kunnen oefenen.
4. Bijlagen
Bijlage A – Lesvoorbereidingen
Campus HeverleeHertogstraat 1783001 Heverlee
Tel. 016 375600www.khleuven.be
LESONTWERPALGEMENE VAKKEN / VOEDING-VERZORGING
Naam: Pieter Witpas
Vakkencombinatie: Aardrijkskunde - Geschiedenis
Stagebegeleider DLO: Mevr. Schellemans
School: Heilig Hart HeverleeOnderwijsvorm: ASORichting: /Klas: /Lokaal: K 2.23Aantal leerlingen: /
Les gegeven door: Pieter WitpasVak: AardrijkskundeOnderwerp: Socio – economische verscheidenheidVakmentor: M. VinckeDatum/Data: 4/11/2014Lesuur/-uren: 5de uur (12u55 -13u45)
BEGINSITUATIE
Situering in de lessenreeks
/
Relevante voorkennis (en/of kennis die nog niet aanwezig is)
De leerlingen hebben al eerder met bevolkingsgegevens gewerkt.De leerlingen kunnen werken met een atlas.De leerlingen hebben al reeds gehoord van de bevolkingsproblematiek.
Belevings- en ervaringswereld & Actualiteit
De leerlingen spreken allemaal eenzelfde taal.De leerlingen zijn alreeds in contact gekomen met godsdienst, en/of godsdienstbeleving.De leerlingen zijn alreeds in contact gekomen met mensen van een andere huidskleur.De leerlingen weten dat we met 7 miljard op de aarde zijn.
Leerniveau van de klasgroep, klassfeer, …
/
DIDACTISCHE VERANTWOORDING
EINDTERMEN & LEERPLANDOELENSituering in de eindtermen:
1. op kaarten aanduiden en benoemen: natuurlijke en menselijke aardrijkskundige entiteiten
3. aan de hand van voorbeelden horizontale en verticale ruimtelijke relaties herkennen.
8. op basis van demografische kenmerken en hun evoluties enkele demografische situaties in de wereld
beschrijven en enkele verklarende factoren aangeven.
12. verbanden leggen tussen levenswijze, cultuur en leefmilieu.
Situering in het leerplan:
1 Telkens de te bestuderen regio’s op de wereldreferentiekaart en op eenvoudige thematische wereldkaarten
situeren.
2 Op een eenvoudige manier aardrijkskundige gegevens cartografisch voorstellen.
ALGEMEEN LESDOEL
De leerlingen kunnen de wereld opdelen in verschillende wereldblokken, en van deze wereldblokken de voornaamste culturele kenmerken opsommen. Ook kunnen de leerlingen de bevolkingsdichtheid berekenen, en de bijhorende bevolkingsspreiding analyseren.
SCHOOLAGENDA Hoofdstuk 3: Socio – economische verscheidenheid. De verschillen in culturen en de bevolkingsspreiding in de wereld.
BRONNEN
Geschreven bronnen:
Werkbladen HHH
Digitale bronnen:
http://www.youtube.com/watch?v=zlfKdbWwruYhttp://www.schooltv.nl/no_cache/video/crid/20110425_globalisering01/http://www.worldometers.info/nl/http://nl.wikipedia.org/wiki/Lijst_van_landen_naar_bevolkingsdichtheidhttp://www.youtube.com/watch?v=rvTFKpIaQhM
LEERMIDDELEN & MEDIA AgendaPPTSmartboardWerkbladen HHHAtlasYouTube School TVExterne data gegevens
Didactisch lesontwerp
Leerdoelen
KRACHTIGE LEEROMGEVING
Lesfasen
& timingOnderwijs- en leeractiviteiten Media Leerinhoud
Instapfase
7 min
Lkr vraagt lln om agenda, werkbladen en schrijfgerei klaar te nemen.
Lkr toont een filmpje i.v.m. socio – economische verscheidenheid, en stelt hier enkele vragen over:
- Wie zien we hier?- Wat doet hij?- Welke factoren veranderen er in het
filmpje?
Lkr introduceert de probleemstelling aan de klas.
PPTWerkbladenagenda
Filmpje: http://www.youtube.com/watch?v=zlfKdbWwruY
PPTProbleemstelling
Wat zijn de grootste socio – culturele verschillen in de wereldbevolking, en hoe kunnen we ze meten en vergelijken?
De lln kunnen het gemeenschappelijke socio – economische
Lesfase 1:
20 min OLG PPT
1. De verschillen in culturen en de bevolkingsspreiding in de wereld
1.1 Wereldblokken
pieter witpas 5
verschil afleiden uit een reeks foto’s.
De lln kunnen de verschillende wereldblokken benoemen, en aanduiden op een kaart.
De lln kunnen met behulp van de atlas de dominante taal/ godsdienst/ huidskleur bij de wereldblokken plaatsen
Lkr toont 3 fotoreeksen waarin telkens een vorm van socio – economische verscheidenheid naar voren komt.
Doceren
Lkr vertelt dat deze verscheidenheid de wereld verdeelt in wereldblokken.
Individueel werk
De lln plaatsen met behulp van de atlas de correcte namen van de wereldblokken op figuur 1 in de werkbladen, en duiden de grenzen van deze blokken aan met een rode lijn.
Duowerk
De lln gaan per 2 opzoek naar de correcte taal, huidskleur en godsdienst die bij de
WerkbladenWB hfst. 3 p. 1
PPTWerkbladenWB hfst. 3 p. 2
PPTAtlasWB – figuur 1
=> Op basis van cultuur of leefwijze, taal, godsdienst, politiek- economisch systeem, geschiedenis, huidskleur (ras) of klimaat kunnen we een nieuwe indeling van de wereld maken, we noemen dit de wereldblokken.
A) vaststelling – waarnemingen
We kunnen de aarde onderverdelen in wereldblokken, en deze verschillen van elkaar op vele vlakken.
B) analyse
- Talen
In Azië zien we talen zoals het Chinees terugkomen, maar ook het Hindi en Indonesisch zijn er vaak voorkomende talen. In de voormalige Sovjet Unie is er 1 taal die primeert, en dat is het Russisch. Ditzelfde zien we ook met het Arabisch in Noord-Afrika en het midden oosten. Ook is er Zuid-Amerika dit is hoofdzakelijk Spaans, behalve Brazilië daar is
pieter witpas 6
verschillende wereldblokken horen.
OLG
Lkr overloopt samen met de lln de gevonden gegevens.
PPTAtlasWB p. 3
PPTAtlasWB p. 3
Portugees de dominante taal. Bij ons in Europa zijn er vele talen die naar voren komen (Engels, Frans, Nederlands). En ten slotte zijn er nog de andere wereldblokken waar we voornamelijk Engels terug vinden.
- Godsdienst
In Europa, Oceanië, Noord- en Zuid Amerika en zuidelijke delen van Afrika zien we dat het Christendom de grootste godsdienst is. In Noord Afrika en het midden oosten is dit de Islam, behalve in Israël, daar is het jodendom de grootste godsdienst. Azië wordt op zijn beurt verdeeld in het Boeddhisme en het Hindoeïsme.
- Huidskleur
De huidskleur is vaak gebonden aan het continent waar het wereldblok zich op bevindt. Zo zijn er in de Europese machtsblokken voornamelijk blanken. In Azië zijn dit Aziaten. En in Afrika zwarten. In Noord- en Zuid Amerika vinden we dan weer een mix van blanken, zwarten en indianen.
pieter witpas 7
C) verklaringen – besluit
- Talen
Er is globaal genomen zeer veel taalverscheidenheid over de wereld. Toch zijn er enkele dominante talen die vaak naar voren komen, zoals het Engels en het Spaans. Maar ook talen zoals het Russisch, Arabisch en het Chinees komen vaak voor.
- Godsdienst
We kunnen zeggen dat er 5 grote godsdiensten zijn die vaak naar voren komen: Christendom, Islam, Jodendom, Boeddhisme en het Hindoeïsme. Deze worden nog aangevuld met lokale natuurgodsdiensten.
- Huidskleur
Er zijn 3 grote groepen die naar voren komen: blanken, Aziaten en
pieter witpas 8
zwarten. Deze komen verspreid voor over de hele wereld, maar in Amerika worden deze nog aangevuld met indianen.
pieter witpas 9
De lln kunnen enkele factoren opnoemen die er voor zorgen dat er vermenging komt op gebied van taal/ huidskleur/ godsdienst in de wereldblokken.
De lln worden zich bewust dat er sterke vermenging is tussen de wereldblokken.
Lesfase 2:
7 min
OLG
Lkr stelt vragen i.v.m. de oefening rond de wereldblokken.
- Zijn er in Europa alleen nog maar blanken?
- Wanneer begon dit te veranderen?
Lkr verteld kort over globalisering en laat hier een film fragment over zien.
PPTAtlasWB p. 3Filmpje: http://www.schooltv.nl/no_cache/video/crid/20110425_globalisering01/
A) vaststelling – waarnemingen
De wereldblokken hebben allemaal een godsdienst/ taal/ huidskleur die vaak voorkomt. Toch is er nog steeds verscheidenheid.
B) analyse
Als we kijken naar België, wat deel uitmaakt van het Europese wereldblok. Zien we dat er niet alleen Nederlands of Frans wordt gesproken, dat niet iedereen blank is en dat niet iedereen Christen is.
C) verklaringen – besluit
Door technologische vooruitgang gaan de sterke kenmerken van de wereldblokken vervagen.
Lesfase 3:
18 min
We weten nu dat de wereldbevolking verscheiden is, maar hoe groot is deze bevolking nu eigenlijk? En waar leven deze mensen overal?
OLG PPT
1.2 Bevolkingsdichtheid – en spreiding
1.2.1 Bevolkingsdichtheid
pieter witpas 10
De lln kunnen de bevolkings-dichtheid berekenen.
Lkr stelt enkele vragen aan de lln:- Hoeveel mensen zijn er momenteel
op aarde?- Waar leven deze mensen vooral?
Doceren
Lkr verteld dat we momenteel met ca. 7 miljard mensen op aarde zijn en dat we allemaal leven op 149 000 000 km². Dan verklaart hij het begrip bevolkingsdichtheid, en berekent deze voor de aarde met 7 miljard inwoners.
Individueel werk
De lln berekenen nu individueel de bevolkingsdichtheid met de meest recente bevolkingsgegevens gegevens.
WB p. 4PPT
PPTRekenmachineWb p. 4Gegeven: http://www.worldometers.info/nl/
Bevolkingsdichtheid: aantal inwoners / km²
1.2.2 bevolkingsspreiding
A) vaststelling – waarnemingen
We merken dat de wereldbevolking onregelmatig is verdeeld over de aarde.
B) analyse
- Er zijn dunbevolkte gebieden: ( < 20 inw./ km²). Dit zijn gebieden waar we geen werkgelegenheid terugvinden (waar het nooit goed geweest is om aan landbouw te doen) en waarvan de toegankelijkheid moeilijk is vanwege de vegetatie of het reliëf, worden gekenmerkt door een lage bevolkingsdichtheid.
- er zijn dichtbevolkte gebieden: ( > 50 inw./ km²). Dit zijn gebieden waar mensen kunnen werken, mensen leven immers waar ze kunnen werken. Dit zijn gebieden die goed
pieter witpas 11
De lln kunnen de atlaskaart i.v.m. bevolkingsdichtheid analyseren.
De lln leren de factoren kennen die bepalen of een gebied dicht- of dun- bevolkt is.
OLG
Lkr toont atlas kaart i.v.m. de bevolkingsdichtheid op de PPT en stelt hier enkele vragen over.
- Waar leven de meeste mensen?- Welk onderscheid kunnen we
maken?
Duowerk
De lln lossen per 2 met behulp van de atlas de oefening i.v.m. dichtbevolkte gebieden op in de werkbladen.
Klassikale verbetering van de opdracht
Duowerk
De lln lossen per 2 met behulp van de atlas
Atlas kaart 152PPTWB p. 4
Atlas kaart 152WB p.4 PPT
Atlas kaart 152
zijn om aan landbouw te doen (de eerste tewerkstelling) en nu eventueel ook goed zijn om in de industrie en diensten te werken.
C) verklaringen – besluit
De bevolking is onregelmatig verdeeld over de aarde. Daarom maken we onderscheid tussen 2 soorten gebieden. dunbevolkte gebieden: ( < 20 inw./ km²) en dichtbevolkte gebieden: ( > 50 inw./ km²).
pieter witpas 12
de oefening i.v.m. dunbevolkte gebieden op in de werkbladen.
Klassikale verbetering van de opdracht
OLG
Lkr lost samen met lln oefening i.v.m. bevolkingsdichtheid op in de werkbladen.
WB p.5 PPT
Atlas kaart 152WB p.6 PPTData: http://nl.wikipedia.org/wiki/Lijst_van_landen_naar_bevolkingsdichtheid
Lesfase 4: OLG
Lkr toont een filmpje en zegt dat we daar verder rond werken tijdens de volgende les.
PPTFilmpje: http://www.youtube.com/watch?v=rvTFKpIaQhM
Plan B
pieter witpas 13
Lkr brengt eigen laptop mee.Lkr brengt extra usb mee met reservekopie van PPT.Lkr brengt extra kopie mee van de werkbladen.
pieter witpas 14
BORDSCHEMA
Agenda:
Hoofdstuk 3: Socio – economische verscheidenheid. De verschillen in culturen en de bevolkingsspreiding in de wereld.
1. De verschillen in culturen en de bevolkingsspreiding in de wereld
1.1. Wereldblokken 1.2. Bevolkingsdichtheid – en spreiding
WereldblokkenBevolkingsdichtheidBevolkingsspreiding (globalisering)
pieter witpas 15
Campus HeverleeHertogstraat 1783001 Heverlee
Tel. 016 375600www.khleuven.be
LESONTWERPALGEMENE VAKKEN
Naam: Pieter Witpas
Vakkencombinatie: Aardrijkskunde - Geschiedenis
Stagebegeleider DLO: Mevr. Schellemans
School: Heilig Hart Heverlee
Onderwijsvorm: ASO
Richting: moderne wetenschappen
Klas: 323
Lokaal: 3.23
Aantal leerlingen: 24
Les gegeven door: Pieter Witpas
Vak: Aardrijkskunde
Onderwerp: socio – economische verscheidenheid deel II
Vakmentor: Maarten Vincke
Datum/Data: 18/11/2014
Lesuur/-uren: 5de uur ( 12.55- 13.45)
BEGINSITUATIE
Situering in de lessenreeks
- Vergelijking van wereldfacetkaarten ◦ Relaties tussen bevolking spreiding◦ Relaties tussen de ontwikkelingsgraad en de bestudeerde facetkaarten
▪ Socio – economische verscheidenheid
Relevante voorkennis
De leerlingen hebben al eerder met bevolkingsgegevens gewerkt.De leerlingen kunnen werken met een atlas.De leerlingen hebben al reeds gehoord van de bevolkingsproblematiek.De leerlingen hebben reeds voorkennis van het onderwijs niveau in derde wereld landenDe leerlingen hebben een basiskennis van de economie, en weten wie de huidige economische grootmachten zijn.De leerlingen kennen de onderverdeling in wereldklokken.
Belevings- en ervaringswereld & Actualiteit
De leerlingen spreken allemaal eenzelfde taal.De leerlingen zijn alreeds in contact gekomen met godsdienst, en/of godsdienstbeleving.De leerlingen zijn alreeds in contact gekomen met mensen van een andere huidskleur.De leerlingen weten dat we met 7 miljard op de aarde zijn.De leerlingen weten dat groeperingen zoals Boko Haram zich verzetten tegen onderwijs voor vrouwen.De leerlingen zijn al reeds in contact gekomen met organisaties zoals 11.11.11 en amnasty international.
Leerniveau van de klasgroep, klassfeer, …
Sterke ASO klas, heel leergierig, grote achtergrondkennis.
DIDACTISCHE VERANTWOORDING
De leerlingen gaan deze les leren over de ontwikkelingsgraad in de wereld, wat de indicatoren hiervan zijn, wat de HDI is en de Milleniumdoelstellingen. We beginnen met een beeld te vormen over het begrip ‘ontwikkelingsgraad’, dit gebeurt doormiddel van enkele statistieken gevolgd door een onderwijsleergesprek. Aan de hand van dit onderwijsleergesprek vormt de leerkracht samen met de leerlingen een definitie voor het begrip. Vervolgens gaan de studenten per 2 met de atlas opzoek naar de indicatoren doe de ontwikkelingsgraad beïnvloeden. Daarna doceert de leerkracht dat deze indicatoren het begrip HDI en lossen de bijhorende oefeningen in de werkbladen met behulp van de atlas op. We gebruiken dezelfde methode om ook de HDI te bespreken. Tenslotte doceert de leerkracht over de Milleniumdoelstellingen, en
pieter witpas 16
gaan de leerlingen per 2 opzoek naar concrete oplossingen. EINDTERMEN & LEERPLANDOELEN
Situering in de eindtermen: 1. De leerlingen kunnen op kaarten aanduiden en benoemen: continenten en oceanen, de belangrijkste
reliëfeenheden en rivieren, de belangrijkste staten, natuurlijke en menselijke aardrijkskundige entiteiten. 2. bestudeerde regio's en thema's op eenvoudige thematische wereldkaarten situeren 3. Aan de hand van voorbeelden horizontale en verticale ruimtelijke relaties herkennen. 8. Op basis van demografische kenmerken en hun evoluties enkele demografische situaties in de wereld
beschrijven en enkele verklarende factoren aangeven. 12. Verbanden leggen tussen levenswijze, cultuur en leefmilieu. 16. aardrijkskundige entiteiten afbakenen op basis van verschillen en gelijkenissen van enkele natuurlijke of
menselijke aardrijkskundige kenmerken. 17. op een eenvoudige manier aardrijkskundige gegevens cartografisch voorstellen.
Situering in het leerplan:
1 Telkens de te bestuderen regio’s op de wereldreferentiekaart en op eenvoudige thematische wereldkaarten
situeren.
2 Op een eenvoudige manier aardrijkskundige gegevens cartografisch voorstellen.
ALGEMEEN LESDOEL
De leerlingen kunnen een definitie geven van het woord ontwikkelingsgraad, verder kunnen ze enkele indicatoren opsommen die de ontwikkelingsgraad beïnvloed, en met behulp van de atlas de HDI berekenen voor de verschillende wereldblokken. Ook kunnen ze in eigen woorden zeggen wat de VN en de Milleniumdoelstellingen zijn.
SCHOOLAGENDA
Hoofdstuk 3: Socio – economische verscheidenheid. Ontwikkelingsgraad in de wereld.
BRONNEN
Geschreven bronnen:
Werkbladen HHH Goyvaerts E. Verspagen F. Raes S., Meridiaan 4, (Mechelen) Plantyn. De Pauw C. Mertens L. Verbist C., Globaal 3 handleiding, Eerste druk 2001, (Wommelgem), Van In De Pauw C. Van Genechten J. Verbist C., Globaal 4 handleiding, Eerste druk 2002, (Wommelgem), Van In Neyt R. Van Broeck C. Van Cleemput A. Verstappen H., Geogenie 4 handleiding, 1ste druk 2011,(Berchem)
De Boeck NV
Digitale bronnen:
LEERMIDDELEN & MEDIA
AgendaPPTSmartboardWerkbladen HHHAtlasYouTube Externe data gegevens
pieter witpas 17
Didactisch lesontwerp
Leerdoelen
KRACHTIGE LEEROMGEVING
Lesfasen
& timingOnderwijs- en leeractiviteiten Media Leerinhoud
Leerlingen kunnen in eigen woorden de begrippen die in de vorige les gezien werden uitleggen.
Herhalings-fase:
5 min
Lkr heet de lln welkom en vraagt hen om hun schrijfgerei, werkblaadjes, naamkaartje en atlas op de bank te nemen.
Lkr toont enkele afbeeldingen uit de vorige les, en stelt hier enkele vragen over:
- Welk begrip kunnen we hier aan koppelen?- In wat deelden we de wereld op?- Wat weet je nog over de bevolking?- ….
WerkblaadjesAgendaPPTAtlas
Herhaling vorige les:
Socio – economische diversiteit: de verschillen op sociaal, cultureel en economisch vlak tussen de verschillende wereldblokken.
Wereldblokken: indeling op basis van taal, leefwijze, godsdienst, huidskleur,…. van de wereld.
Bevolkingsdichtheid: Het aantal inwoners per vierkante kilometer, van een bepaald gebied.
Bevolkingsspreiding: - dichtbevolkte gebieden- dunbevolkte gebieden
Instapfase:
5 minOLG
pieter witpas 18
Lkr toont een filmpje met daarin enkele statistieken rond de onderlinge verschillen in de wereldbevolking, en stelt hier enkele vragen over.
- Wat werd er verteld in het filmpje?- Verandert dit filmpje jullie beeld over de wereld?- Kennen jullie al een term uit andere lessen die we hier kunnen opplakken?
Doceren
Lkr verklaart aan de hand van het filmpje en de schema’s in de werkbladen het begrip ontwikkelingsgraad.
Lkr introduceert de probleemstelling.
PPT Filmpje YouTube
PPT Werkbladen
2. Ontwikkelingsgraad in de wereld
Definitie ontwikkelingsgraad:
De ontwikkelingsgraad of de welvaart in de wereld wordt berekend op basis van verschillende ontwikkelingsfactoren: de inkomstenverdeling, de gezondheidszorg, en het analfabetisme.
Probleemstelling:
Welke criteria kunnen we gebruiken om de ontwikkelingsgraad te meten in de verschillende wereldblokken, en hoe kunnen we deze verschillen in ontwikkeling wegwerken?
Lesfase 2:
10 min
We weten nu dat er zo iets is als een ontwikkelingsgraad, maar welke factoren beïnvloeden deze, en hoe ziet dit er concreet uit voor de verschillende wereldblokken? 2.1 De indicatoren
pieter witpas 19
De leerlingen kunnen met behulp van de atlas de verschillende indicatoren van HDI in kaart brengen voor de verschillende wereldblokken.
Doceren
Lkr verklaart kort de indicatoren die de ontwikkelingsgraad beïnvloeden.
Duowerk
Lln lossen per 2 de bijbehorende oefening rond indicatoren van de ontwikkelingsgraad op in de werkblaadjes met behulp van de atlas.
OLG
Lkr verbeterd klassikaal met de lln de gemaakte oefening, en stelt hier daarna enkele vragen over.
- Waarom is het belangrijk dat de lonen in een land hoog zijn?
PPT Werkblaadjes
WerkblaadjesAtlas
Werkblaadjes
Inkomen: Het Bruto Nationaal Product per inwoner uitgedrukt in euro.
Inkomen = BNP / aantal inwoners
Analfabetisme: Het percentage van jongeren onder de 15 jaar die niet kunnen lezen en/of schrijven.
Gezondheidszorg: Het aantal inwoners per land voor een bepaald gebied per land.
Gezondheidszorg= aantal inwoners/ aantal artsen
pieter witpas 20
De leerlingen kunnen met behulp van de leerkracht een link leggen tussen de indicatoren van ontwikkeling en economische groei.
- Waarom is het belangrijk dat het analfabetisme in een land laag is?- Waarom is het belangrijk dat de gezondheidszorg in je land hoog is?- Wat is de gemeenschappelijke factor in deze 3 indicatoren?
Lkr vormt op basis van de gegeven antwoorden een besluit.
PPTAtlas
Besluit:
Bovenstaande ontwikkelingsindicatoren zijn erg belangrijk omdat ze de basis zijn voor het welzijn en de welvaart van de bevolking. Verder vormen ze ook de basis voor de economische ontwikkeling.
De leerlingen kunnen met
Lesfase 3:
15 min
We weten nu wat de indicatoren zijn, maar hoe kunnen we deze vergelijken met dezelfde indicatoren in andere landen?
Doceren
Lkr introduceert het begrip HDI – of VN index in de les, en verklaart dit.
Duowerk
WerkblaadjesPPT
2.2 De human development index
Human development index: (= VN-index), dit is een cijfer van 0-1 dat de graad van ontwikkeling van een land/regio aangeeft. Om deze te berekenen verwerkt men de gegevens van de inkomsten, het analfabetisme en de gezondheid.
Rangschikking wereldblokken volgens HDI:
pieter witpas 21
behulp van de atlas de verschillende indicatoren van HDI in kaart brengen voor de verschillende wereldblokken.
De leerlingen kunnen een vereenvoudigde versie van de HDI kaart tekenen voor de wereldblokken.
Lln lossen per 2 de bijbehorende oefening rond HDI op in de werkblaadjes met behulp van de atlas.
OLG
Lkr verbeterd klassikaal met de lln de gemaakte oefening.
Lkr zoekt samen met studenten de huidige rangschikking volgens HDI op, en vullen dit aan in de werkblaadjes.
AtlasPPTWerkblaadjes
WerkblaadjesPPTAtlas
Zeer hoge HDI: - Noord-Amerika
- Europa
- Australië en Oceanië
Hoge HDI: - Noord-Afrika
- Voormalige Sovjetunie
- Zuidwest-Azië
- Latijns-Amerika
Matige HDI: - Oost - Azië
- Zuidoost-Azië
- Zuid - Azië
Lage HDI: - Subsahara-Afrika
Lesfase 4:OLG
Lkr stelt enkele vragen over de geziene leerstof:- Vinden jullie die een eerlijk systeem?- Kennen jullie initiatieven die zich hier voor
PPT
2.3 Milleniumdoelstellingen
In 2000 bij de start van het nieuwe millennium kwamen allen leden van de VN samen om de grootste problemen proberen samen op te lossen. Ze kwamen uit op 8
pieter witpas 22
De leerlingen kunnen de geziene leerstof over HDI en Millenium-doelstellingen uitwerken tot concrete oplossingen.
inzetten?
Doceren
Lkr verteld over de Milleniumdoelstellingen, en over de 11.11.11 actie van dit jaar.
Duowerk
Lln zoeken per 2 bij elke actie een concreet voorstel bij elke Milleniumdoelstelling.
PPTWerkbladen
Bord
problemen.
Plan B
Online back-up PPT Externe USB met PPT Extra werkbladen Extra atlas
pieter witpas 23
BORDSCHEMA
Agenda:
Hoofdstuk 3: Socio – economische verscheidenheid. Ontwikkelingsgraad in de wereld.
1. De verschillen in culturen en de bevolkingsspreiding in de wereld
1.1 De wereldblokken1.2 Bevolkingsdichtheid – en spreiding
1.2.1 Bevolkingsdichtheid1.2.1 Bevolkingsspreiding
2. Ontwikkelingsgraad in de wereld
2.1 De indicatoren2.2 De Human Development Index2.3 Milleniumdoelstellingen
Begrippenlijst:
Inkomen AnalfabetismeGezondheidszorgHDI / VN-indexmilleniumdoelstelling
pieter witpas 24
Bijlage B – Werkbladen
Hoofdstuk 3
Socio- economische verscheidenheid
1. De verschillen in culturen en de bevolkingsspreiding in de wereld
1.1 De wereldblokken Http://www.youtube.com/watch?v=zlfKdbWwruY
Noteer per reeks welk gemeenschappelijk thema je kan herkennen.
REEKS 1 Thema: ……………………………………..
REEKS 2 Thema: ……………………………………..
REEKS 3 Thema: ……………………………………..
Hfst. 3 - Socio- economische verscheidenheid- 25 -
Hfst. 3 - Socio- economische verscheidenheid- 26 -
AW 2008:
151A,B,C,F
AW 2012:
159A,B,C,F
Definitie
Op basis van cultuur of leefwijze, taal, godsdienst, politiek- economisch systeem, geschiedenis, huidskleur (ras) of klimaat kunnen we een nieuwe indeling van de wereld maken, we noemen dit de wereldblokken
Gebruik je Atlas en voer onderstaande opdrachten uit.
Vul de kenmerken voor het juiste wereldblok aan. (Zie volgende bladzijde.) Plaats de overeenkomstige nummers van de wereldblokken op de juiste
plaats op onderstaande kaart (figuur 1). Overtrek de grenzen met rood.
Hfst. 3 - Socio- economische verscheidenheid- 27 -
Figuur 1: De wereldblokken - Bron: Plantyn Algemen Wereldatlas editie 2012
nr. wereldbloktypische kenmerken
meest voorkomende talen (AW 159 B)
meest voorkomende godsdiensten (AW 159C)
bevolkings-kenmerken
andere kenmerken
1 Europa westerse cultuur, vrije markteconomie,democratie
2 Voormalige Sovjetunie geschiedenis van een staatsgeleide economie en 1 partij = communisme
3 Noord- Afrika
Arabische wereld4 Zuidwest- Azië
(Midden- Oosten)
Veel aardolie
5 Subsahara Afrika Arme regio
6Zuid- Azië oosterse levenswijze,
moessonregens = veel neerslag in juli, arme regio
Moesson - Azië7 Oost- Azië Chinese levenswijze,
communisme
8 Zuidoost- Azië moessonregens
9 Australië en Oceanië westerse cultuur, droog, Aboriginals
10 Noord- Amerika westerse cultuur, vrije markteconomie en democratie, indianen
Hfst. 3 - Socio- economische verscheidenheid - 28 -
11 Latijns- Amerika Indiaanse- Spaanse cultuur
Hfst. 3 - Socio- economische verscheidenheid - 29 -
Taak
Naam:……………………………………………….…………………………….
Klas:……….
1.2 Bevolkingsdichtheid – en spreiding
1.2.1 Bevolkingsdichtheid
Definitie:
Bevolkingsdichtheid = aantal inwoners / km²
Bereken de gemiddelde bevolkingsdichtheid in de wereld:
(Maak gebruik van volgende website: http://www.worldometers.info/nl/
Totale bevolking van de wereld: = __________________ = ______ inw/km²
Totale landoppervlakte van de wereld: 149 000 000 km²
1.2.2 Bevolkingsspreiding
Bekijk de atlaskaart (AW 152) en vergelijk deze kaart met gemiddeld bevolkings-dichtheidscijfer van de wereld dat je net berekend hebt bij 1.2.1.
Wat stel je vast?
Besluit:
De bevolking is regelmatig / onregelmatig verspreid overheen de wereld.
a) Dichtbevolkte gebieden: ( > 50 inw./ km²) De bevolkingsdichtheid is afhankelijk van de bestaansmogelijkheden in een bepaald gebied. De dichtbevolkte gebieden zijn plaatsen waar mensen kunnen werken, mensen leven immers waar ze kunnen werken. Dit zijn gebieden die goed zijn om aan landbouw te doen (de eerste tewerkstelling) en nu eventueel ook goed zijn om in de industrie en diensten te werken.
Opdracht: Plaats het nummer van de dichtbevolkte gebieden in het ROOD op de kaart (figuur 2):
Hfst. 3 - Socio- economische verscheidenheid- 30 -
AW2008:
150,
152A
AW2012:
158, 160A
1) Noord – Amerika 2) Zuid – Azië, Zuid – Oost – Azië, Oost Azië
3) Europa: vnl. West – Europa 4) Zuid – Amerika
5) Afrika: Ivoorkust 6) Afrika: Nijlvallei
b) Dunbevolkte gebieden: ( < 20 inw./ km²) Gebieden waar we geen werkgelegenheid terugvinden (waar het nooit goed geweest is om aan landbouw te doen) en waarvan de toegankelijkheid moeilijk is vanwege de vegetatie of het reliëf, worden gekenmerkt door een lage bevolkingsdichtheid.
Opdracht: Plaats het nummer van de dunbevolkte gebieden uit onderstaande tabel in het GROEN op de kaart (figuur 2) en vul in onderstaande tabel de opvallendste fysische kenmerken voor deze gebieden aan die de reden zijn dat men er zelfs nooit aan akkerbouw heeft kunnen doen of dat ze moeilijk toegankelijk zijn. Maak hiervoor gebruik van je atlas en je kennis uit hoofdstuk 1 en 2.
gebied Fysische kenmerken verklaring
7. Noord – Afrika / Australië
Deze factoren zijn niet gunstig om aan akkerbouw te doen!
8. NW – N – Amerika / NW – Azië / Antarctica
9. Himalaya en hoogland van Tibet
10. Centrum Zuid – Amerika
Centraal AfrikaDit maakt het gebied erg ontoegankelijk!
Hfst. 3 - Socio- economische verscheidenheid- 31 -
Vul de onderstaande tabel aan met behulp van volgende link,
http://nl.wikipedia.org/wiki/Lijst_van_landen_naar_bevolkingsdichtheid
rangnummer land Bevolkingsdichtheid inw/km²
1
België
237
Hfst. 3 - Socio- economische verscheidenheid- 32 -
Figuur 2: De bevolkingsdichtheid in de wereld
2. Ontwikkelingsgraad in de wereld
Bekijk volgend filmpje op YouTube: http://www.youtube.com/watch?v=rvTFKpIaQhM
Hfst. 3 - Socio- economische verscheidenheid- 33 -
Definitie: De ontwikkelingsgraad of de welvaart in de wereld wordt berekend op basis van verschillende ontwikkelingsindicatoren: de inkomstenverdeling, de gezondheids-zorg en het analfabetisme
2.1 De indicatoren
Bestudeer aandachtig de atlaskaarten en beoordeel telkens de indicator voor het opgegeven wereldblok door met de betreffende kleur een kruisje te zetten bij laag, matig of hoog. (opm: hoe lager het percentage analfabeten, hoe hoger de scholing. Hoe minder inw/arts hoe beter de gezondheidszorg)
wereldblok
inkomen / BNP
AW 2012 169 A(AW 2008 161A)
BNP per inw. in euro
analfabetisme
AW 2012 167 A(AW 2008 159 A)
% analfabeten > 15jaar
gezondheidszorg
AW 2012 173 C(AW 20108 159C)
aantal inw. / arts:
laag
= ro
od
mat
ig =
gee
l
hoog
= g
roen
laag
= g
roen
(< 5
%)
mat
ig =
gee
l
(tss.
5 e
n 20
%)
hoog
= ro
od
(> 2
0 %
)la
ag =
gro
en
(< 5
00)
mat
ig =
gee
l
( tss
. 50
0 - 2
500)
hoog
= ro
od
( > 2
500)
Europa
Voormalige
Sovjetunie
Noord- Afrika
Hfst. 3 - Socio- economische verscheidenheid- 34 -
Zuid-West Azië
Subsahara Afrika
Zuid- Azië
Oost- Azië
Zuidoost- Azië
Oceanië
Noord- Amerika
Latijns- Amerika
Besluit:
Bovenstaande ontwikkelingsindicatoren (inkomen, analfabetisme en gezondheids-zorg) zijn erg belangrijk omdat ze de basis zijn voor het welzijn en de welvaart van de bevolking. Verder vormen ze ook de basis voor de economische ontwikkeling.
2.2 De Human Development Index
Besluit :
Om een zicht te krijgen op het ontwikkelingsniveau van een land, berekenen de Verenigde Naties: de "Human Development Index" (HDI) of VN index. Dit is een getal tussen 0 en 1 die de graad van ontwikkeling aangeeft. Om de HDI te berekenen, verwerkt men de gegevens van de inkomsten, het analfabetisme en de gezondheid.
Opdracht: Vul onderstaande tabel aan met behulp van je atlas (AW159D) en de website: http://nl.wikipedia.org/wiki/Index_van_de_menselijke_ontwikkeling.
Zeer hoge HDI =
(0,785-1,00)
hoge HDI =
(0,675– 0,785)
matige HDI =(0,475 - 0,675)
lage HDI =
(0 - 0,475)
wereldblokken = wereldblokken = wereldblokken = wereldblokken =
Hfst. 3 - Socio- economische verscheidenheid- 35 -
AW2008:
159D
AW2012:
167D
= 20 % van de wereldbevolking
= 80 % van de wereldbevolking
Opdracht: Kleur op figuur 3 op p. 9 de wereldblokken met een zeer hoge HDI donker blauw, hoge HDI groen, met een matige HDI geel en een lage HDI rood.
Opdracht: Zoek volgende gegevens op in je basisstatistiek en op internet.
Maak hierbij gebruik van volgende website: http://nl.wikipedia.org/wiki/Index_van_de_menselijke_ontwikkeling
HDI-index /VN-index
(zie basisstatistiek)
Rangschikking in de wereld (HDI)
(zie Wikipedia)
Bevolkingsaantal
(zie basisstatistiek)
VSA
België
China
India
Hfst. 3 - Socio- economische verscheidenheid- 36 -
Hfst. 3 - Socio- economische verscheidenheid- 37 -
Hfst. 3 - Socio- economische verscheidenheid - 38 -
Figuur 3: De ontwikkelingsgraad (HDI) in de wereld
zeer hoog
hoog
matig
laag
Hfst. 3 - Socio- economische verscheidenheid - 39 -
Figuur 3: Oefenkaart de ontwikkelingsgraad (HDI) in de wereld
Hfst. 3 - Socio- economische verscheidenheid - 40 -
2.3 Milleniumdoelstellingen
In september 2000 verzamelden alle staatshoofden en regeringsleiders van de VN-lidstaten* in het hoofdkwartier in New York voor de eerste Algemene Vergadering van het nieuwe millennium. Aan het einde van de driedaagse ondertekenden de leden unaniem** de Millenniumverklaring. Deze verklaring bevatte een reeks becijferde en in
de tijd geplande doelen:
de Millenniumdoelstellingen.
11.11.11 voert elk jaar campagne rond één van de doelstellingen.
Welke doelstelling staat dit jaar centraal? ………………………………………….
----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
*De Verenigde Naties (afkorting: VN) is een internationale organisatie, opgericht in 1945 door 51 landen. Het is een intergouvernementele organisatie die samenwerkt op het gebied van het internationale recht, mondiale veiligheid, behoud van mensenrechten, ontwikkeling van de wereldeconomie en het onderzoek naar maatschappelijke en culturele ontwikkelingen.
Hfst. 3 - Socio- economische verscheidenheid - 41 -
De organisatie telt sinds 14 juli 2011 193 lidstaten. Vrijwel elk internationaal erkend, onafhankelijk land is lid van de organisatie. Vanuit het hoofdkantoor in New York en de deelhoofdkantoren in Genève, Wenen en Nairobi beslissen de lidstaten en de gespecialiseerde organisaties van de Verenigde Naties tijdens ontmoetingen over essentiële wereldzaken en wereldomvattende gebeurtenissen.
** Wanneer iedereen het met elkaar eens is.
Bijlage C – Leerplandoelen
Hfst. 3 - Socio- economische verscheidenheid - 42 -