20 november 2013 Fasenmap Fase 1.4

Piramide van Maslow

Zelf-

ontplooiing

Behoefte aan

waardering en erkenning

Behoefte aan

sociaal contact

Behoefte aan

veiligheid en zekerheid

Lichamelijke

behoeften

Ga bij jezelf na hoe het met je behoeftebevrediging is gesteld. Beantwoord voor de onderste laag de volgende vragen:

Eet en drink je gezond? ( wat kan beter/ moet meer of minder?)

Hoe is je slaappatroon? ( slaap je genoeg/ te veel/ hoe kun je uitrusten?)

Noem 1 hoogtepunt en 1 dieptepunt uit jouw leven in de bevrediging van deze basisbehoefte.

Geef je situatie een cijfer tussen 1 en 10. (1 : als er nog erg veel moet veranderen; 10: alles perfect)

Beantwoord voor de tweede laag de volgende vragen:

Hoe woon je? (is dit een goede plek voor jou?; Voel je je veilig daar?)

Wat zijn je inkomsten (Kun je rondkomen of geeft dit zorgen?)

Noem 1 hoogtepunt en 1 dieptepunt uit jouw leven in de bevrediging van deze behoefte.

Geef je situatie een cijfer tussen 1 en 10. (1 : als er nog erg veel moet veranderen; 10: alles perfect)

Beantwoord voor de derde laag de volgende vragen :( Zie ook de opdracht: Ik en de anderen + rode opdrachten).

Hoeveel mensen spreek je per dag en wat voor relatie heb je met deze mensen?

Wat voor contact heb jij met je ouders / familie/ vrienden/liefde? ( Wat voel jij bij deze mensen?)

Noem 1 hoogtepunt en 1 dieptepunt uit jouw leven in de bevrediging van deze behoefte.

Geef je situatie een cijfer tussen 1 en 10. (1 : als er nog erg veel moet veranderen; 10: alles perfect)

20 november 2013 Fasenmap Fase 1.4

Beantwoord voor de vierde laag de volgende vragen:

Van wie krijg jij complimenten en waarvoor ?( Denk aan : thuis; werk ;school; sport; hobby;…)

Van wie mag jij zijn wie je echt bent? ( van wie krijg je respect; waar hoor jij bij)?

Noem 1 hoogtepunt en 1 dieptepunt uit jouw leven in de bevrediging van deze behoefte.

Geef je situatie een cijfer tussen 1 en 10. (1 : als er nog erg veel moet veranderen; 10: alles perfect).

Beantwoord voor de bovenste laag de volgende vragen:

Wat gaat goed / wat gaat minder in je ontwikkeling ( Hoe leer jij het best/ slechts)

Welke situatie(s) uit de onderliggende lagen zorgen ervoor dat het niet goed loopt met je loopbaan?

Noem 1 hoogtepunt en 1 dieptepunt uit jouw leven in de bevrediging van deze behoefte.

Geef je situatie een cijfer tussen 1 en 10. (1 : als er nog erg veel moet veranderen; 10: alles perfect).

Welke conclusies kun jij trekken uit jouw Piramide? Wat ga je het eerst aanpakken? Maak een plan van aanpak en bespreek deze met je pitstopcoach.