Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en...

178
Scriptie neergelegd tot het behalen van de graad van licentiaat in de Pedagogische Wetenschappen, optie onderwijspedagogiek Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur - Een kwalitatieve situatieschets - Sofie Jacobs Promotor: Dr. Bruno Vanobbergen Academiejaar 2007 – 2008

Transcript of Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en...

Page 1: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

Scriptie neergelegd tot het behalen van de graad van licentiaat in de Pedagogische Wetenschappen, optie onderwijspedagogiek

Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur

- Een kwalitatieve situatieschets -

Sofie Jacobs Promotor: Dr. Bruno Vanobbergen Academiejaar 2007 – 2008

Page 2: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

Ouders en opvoedingson dersteuning: een verken ning van commer ciële l i teratuur Sof ie Ja cobs

2

VOORWOORD Voor u ligt mijn scriptie, het sluitstuk waarmee ik mijn studie afrond. Dit werkstuk

was nooit kunnen worden tot wat het nu is zonder de hulp van enkele personen die

me elk op hun eigen unieke manier gesteund en geholpen hebben. Eerst en vooral

zette dr. Bruno Vanobbergen me met zijn aanwijzingen op het juiste spoor. Hij

maakte me wegwijs in het onderzoeksproces en gaf me de nodige raad bij

onduidelijkheden.

Daarnaast ben ik een aantal organisaties bijzonder dankbaar voor hun hulp bij het

verspreiden van de vragenlijsten, namelijk de Gezinsbond, KAV Wuustwezel, lagere

school Klim Op en scouts Gooreind. Hierbij wil ik ook de ouders bedanken die

bereid waren mee te werken, ze vormden immers een onmisbare schakel voor dit

onderzoek. Ik bewonder hun openhartigheid omtrent de soms delicate onderwerpen

en de gastvrijheid waarmee ik ontvangen werd.

Tenslotte wil ik mijn familie en vrienden bedanken, ze hebben me altijd door dik en dun gesteund.

Page 3: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

Ouders en opvoedingson dersteuning: een verken ning van commer ciële l i teratuur Sof ie Ja cobs

3

INHOUDOPGAVE

1. PROBLEEMSTELLING 6

INLEIDING 6

MOTIVATIE 6

PROBLEEMSTELLING 8

2. THEORETISCHE OMKADERING 11

WAT IS OPVOEDINGSONDERSTEUNING? 11

Verschillende definities 12

� Kousemaker en Timmers-Huigens 12

� Hermanns 13

� Bakker et al. 14

� Vandemeulebroecke 15

� Hellinckx et al. 16

Belangrijke instanties inzake opvoedingsondersteuning 17

� Kind en Gezin 17

� Gezinsbond 18

� Vlaams Welzijnsverbond 18

Enkele spanningsvelden 19

� Opvoedingsondersteuning in enge zin versus opvoedingsondersteuning in

ruime zin 19

� Opvoedingsondersteuning versus pedagogische preventie 20

Eigen werkdefinitie 20

LEGITIMERING VAN OPVOEDINGSONDERSTEUNING 21

HEBBEN OUDERS BEHOEFTE AAN OPVOEDINGSONDERSTEUNING? 24

Welke vragen en behoeften hebben ouders? 25

Opvoedingsonzekerheid? 26

OPVOEDINGSONDERSTEUNING VANUIT HET PERSPECTIEF VAN DE OUDERS 29

Visie op opvoeding 29

Effectiviteit van de opvoedingsondersteuning 30

Empowerment 31

COMMERCIËLE OPVOEDINGSLITERATUUR 33

Visie 33

Waarom advies uit boeken of tijdschriften? 34

3. METHODOLOGIE 37

INLEIDING 37

KWALITATIEF ONDERZOEK 37

Page 4: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

Ouders en opvoedingson dersteuning: een verken ning van commer ciële l i teratuur Sof ie Ja cobs

4

ONDERZOEKSOPZET 39

Samenstelling onderzoeksgroep 39

Gegevensverzameling 40

� De vragenlijst 40

� Semi-gestructureerde interviews 41

Verwerking van de gegevens 42

� Vragenlijsten 42

� Interviews 42

METHODOLOGISCHE KWALITEITSCRITERIA 44

Betrouwbaarheid 44

Validiteit 45

Objectiviteit – subjectiviteit 45

ETHISCHE OVERWEGINGEN 47

4. RESULTATEN 48

RESULTATEN VRAGENLIJST 48

Algemene vragen 48

Opvoedingsvragen – en problemen 48

Informatiekanalen 50

� Meest gebruikt infokanaal? 50

� Meest geschikt infokanaal? 51

RESULTATEN SEMI-GESTRUCTUREERDE INTERVIEWS 53

Thema 1: verwachtingen 53

Thema 2: tips en adviezen 55

Thema 3: Inhoud 58

Thema 4: aanleidingen 62

Thema 5: algemeen gevoel 64

Verschillende categorieën? 68

5. AFSLUITENDE DISCUSSIE 70

BEVINDINGEN BIJ ONDERZOEKSVRAGEN 70

BESPREKING RESULTATEN 73

Vragenlijst 73

Semi-gestructureerde interviews 74

BEPERKINGEN ONDERZOEKSWERK 78

AANBEVELINGEN VERDER ONDERZOEK 78

BESLUIT 79

LITERATUURLIJST 81

BIJLAGEN 88

Page 5: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

Ouders en opvoedingson dersteuning: een verken ning van commer ciële l i teratuur Sof ie Ja cobs

5

1. PEDAGOGISCH FRAMEWORK KOUSEMAKER EN TIMMERS-HUIGENS 88

2. BALANSMODEL BAKKER ET AL. 89

3. VRAGENLIJST 90

4. SEMI-GESTRUCTUREERDE INTERVIEWS 93

5. MATRIX BESCHRIJVENDE ANALYSE 94

Page 6: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

1. Probleemstel l ing

Ouders en opvoedingson dersteuning: een verken ning van commer ciële l i teratuur Sof ie Ja cobs

6

1. PROBLEEMSTELLING

Inleiding

In dit eerste deel wordt de relevantie van deze scriptie beschreven. Ik geef zowel

een persoonlijke, een maatschappelijke en een pedagogische motivatie. Vervolgens

komen de probleemstelling en de onderzoeksvragen aan bod.

Na de probleemstelling wordt in het tweede deel de theoretische omkadering rond

het thema van dit onderzoek gegeven. In die uiteenzetting komen definities,

theoretische inzichten, de positionering van het begrip en een eigen werkdefinitie

aan bod. Beide onderdelen zijn complementair en met elkaar verbonden. Het belang

van de theoretische omkadering blijkt uit het inzicht dat het biedt in de complexiteit

van het begrip ‘opvoedingsondersteuning’.

Het derde deel stelt de aanpak van het onderzoek en het onderzoeksinstrument

voor.

De resultaten van dat onderzoek worden vervolgens neergeschreven in het vierde

deel van deze scriptie.

In het vijfde en laatste deel worden die resultaten aangevuld met kritische

bedenkingen en voorstellen voor verder onderzoek.

Het pedagogisch wetenschappelijk tijdschrift ‘Pedagogiek’ fungeert als voorbeeld

voor deze scriptie. Conform de richtlijnen van ‘Pedagogiek’ gebruik ik dan ook de

APA-normen (vijfde editie) als referentiesysteem.

Motivatie

Enerzijds kies ik vanuit een persoonlijke interesse voor het onderwerp van deze

scriptie. Opvoedingsondersteuning is de dag van vandaag immers niet meer weg te

denken uit onze samenleving. Overal word je ermee geconfronteerd. Telkens ik een

boekenhandel binnenwandel, valt m’n oog op de vele commerciële boeken rond

opvoeding. En als ik door een tijdschrift blader, kom ik vaak opvoedings-

ondersteunende artikels tegen. Hierbij vraag ik me dan af waarom die boeken en

tijdschriften zo’n grote oplagen halen. Helpen zij de ouders dan werkelijk bij de

opvoeding? Het schrijven van een scriptie leek me dan ook een uitgelezen moment

om dieper op deze vragen in te gaan.

Page 7: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

1. Probleemstel l ing

Ouders en opvoedingson dersteuning: een verken ning van commer ciële l i teratuur Sof ie Ja cobs

7

Naast mijn persoonlijke interesse, blijkt het onderwerp van deze scriptie tevens

pedagogisch en maatschappelijk relevant.

Binnen het werkveld van de opvoedingsondersteuning zijn er namelijk twee

belangrijke trends te onderscheiden. Ten eerste gaat men vaak uit van een

vermoeden dat er nood is aan een aanbod van opvoedingsondersteuning (Cook,

1989). Opvoedingsondersteuning is vandaag dan ook een zeer populair begrip, dat

een uitgebreid gamma aan uitgangspunten, methodieken en initiatieven omvat

(Poot, 1992; Nys & Vandemeulebroecke, 2000; Vandemeulebroecke & Nys, 2002).

Niet iedereen is er echter van overtuigd dat dit terecht is. Uit recente onderzoeken

blijkt dat alle ouders wel eens onzeker zijn zonder dat er specifieke hulpverlening

aan te pas moet komen (Snyers et al., 2001; Vermulst, 2002). Meer informele hulp-

verlening, in de vorm van opvoedingsvoorlichting in tijdschriften of boeken kan

hier een uitweg bieden.

Een tweede belangrijke trend is de alsmaar groter wordende opkomst van het

empowermentdenken. Bij opvoedingsondersteuning moet men in toenemende mate

vraaggericht werken en de relatie met de ouders op gelijkwaardig niveau

beschouwen (Nys & Vandemeulebroecke, 2002). Empowerment is dan ook het

uitgangspunt van dit onderzoek, dat in de eerste plaats peilt naar de bevindingen

van ouders zelf.

Naast deze trends zijn er een aantal pedagogische en maatschappelijke argumenten

dat opvoedingsondersteuning voor hedendaagse ouders een zinvol initiatief vormt.

Zo kan opvoedingsondersteuning een significante bijdrage leveren aan het

voorkomen van gedragsproblemen bij kinderen en jongeren. Verder kan op-

voedingsondersteuning een antwoord bieden op de opvoedingsvragen en de

behoeften aan steun daarbij van ouders (Colpin & Vandemeulebroecke, 2002).

Het gezin wordt gezien als hét opvoedingsmilieu bij uitstek, waardoor het een

belangrijke maatschappelijke en pedagogische betekenis krijgt. Op die manier wordt

de opvoedingsverantwoordelijkheid van ouders benadrukt. Deze verantwoor-

delijkheid wordt echter nog te vaak aangenomen zonder voldoende rekening te

houden met de maatschappelijke en pedagogische ondersteuning waarop ouders

beroep moeten kunnen doen (Bouverne-De Bie, 2005).

Volgens Colpin en Vandemeulebroecke (2002) lijkt men het er vandaag toch over

eens dat diegenen die verantwoordelijk zijn voor en zich bezighouden met de

opvoeding van kinderen recht hebben op een toegankelijk en samenhangend aanbod

aan opvoedingsondersteuning dat voor de opvoeders herkenbaar is, goed aansluit

bij de vragen die ze hebben en hun eigen mogelijkheden versterkt.

Page 8: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

1. Probleemstel l ing

Ouders en opvoedingson dersteuning: een verken ning van commer ciële l i teratuur Sof ie Ja cobs

8

Het is overigens niet toevallig dat er de laatste tijd zoveel aandacht is voor

opvoedingsondersteuning. Colpin en Vandemeulebroecke (2002) halen immers aan

dat we leven in een veranderende maatschappelijke en gezinscontext. Beslissingen

in verband met de opvoeding worden vandaag niet langer eenzijdig door de ouders

genomen, maar komen vaker tot stand in een proces van wederzijdse onder-

handeling.

Momenteel zien we dan ook dat de opvoedingsondersteuning in Vlaanderen meer

en meer een prioriteit begint te worden in het welzijnsbeleid (Colpin &

Vandemeulebroecke, 2002). Dit uit zich, bijvoorbeeld, in de uitwerking en

implementatie van een concept rond opvoedingsondersteuning door Kind en Gezin

(Verhegge, 1999), een toekenning van extra middelen aan Kind en Gezin voor het

implementeren van opvoedingsondersteunende activiteiten (Beleidsbrief Welzijn,

Gezondheid en Gelijke Kansen 2001) en de goedkeuring van het decreet “houdende

de inrichting van opvoedingsondersteunende activiteiten” in het Vlaams Parlement

op 10.01.2001 (Ceysens et al., 2000).

Bovendien heeft opvoeding momenteel een hoge nieuwswaarde en speelt ze zich

niet meer alleen af in de marge van het kinderbestaan, in de beslotenheid van het

gezin en de school, maar staat ze volop in de schijnwerpers (Vanneste, 2007).

In de literatuur komt overigens duidelijk naar voren dat er nood is aan meer

kwalitatief wetenschappelijk onderzoek rond opvoedingsondersteuning, dat zich

zowel focust op de behoeften als op de doelgroep van ondersteuning (Kaiser et al.,

1999).

Probleemstelling

Uit voorgaande motivatie blijkt duidelijk de relevantie van ‘opvoedingsonder-

steuning’ als onderwerp van deze scriptie.

Ik wil echter verdergaan en de bevindingen van ouders onderzoeken omtrent

commerciële opvoedingsliteratuur.

Colpin en Vandemeulebroecke (2002) halen aan dat ouders voornamelijk laag-

drempelige manieren van opvoedingsondersteuning verkiezen, zoals contact met

andere ouders. Ook schriftelijk voorlichtingsmateriaal hoort hierbij. Deze laatste

vorm is duidelijk aan een opmars bezig. In elke boekenhandel is er een resem aan

boeken over opvoeding terug te vinden, waarvan de bekendste in de media worden

besproken. Maar ouders hoeven er niet uitsluitend naar op zoek te gaan, ook vanuit

de school krijgen kinderen tijdschriften over opvoeding mee naar huis, bijvoorbeeld

Page 9: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

1. Probleemstel l ing

Ouders en opvoedingson dersteuning: een verken ning van commer ciële l i teratuur Sof ie Ja cobs

9

Klasse. En artikels in verband met de opvoeding zitten op dit ogenblik vaak

inbegrepen bij de dagelijkse krant, de weekendbijlage of het favoriete tijdschrift. In

de literatuur is er zeer weinig onderzoek terug te vinden over deze vorm van

opvoedingsondersteuning. Deze scriptie tracht dan ook die leemte voor een stuk op

te vullen.

Er bestaat tevens zo goed als geen literatuur over de bevindingen van ouders bij die

commerciële opvoedingsliteratuur. Nochtans geeft men aan dat opvoedings-

ondersteuning, wil ze effectief zijn, in eerste instantie moet aansluiten bij de vragen,

problemen en behoeften van ouders zelf (Hermanns, 1995). Commerciële

opvoedingsliteratuur is bovendien in de eerste plaats bedoeld voor ouders en niet

voor professionele ondersteuners, zodat hun bevindingen mij essentieel lijken.

Denzin en Lincoln (1998) halen aan dat gaten in de literatuur, gebrekkige en

bevooroordeelde literatuur goede indicatoren zijn voor het onderwerp en de

probleemstelling van een onderzoek.

Daarom zal in deze scriptie nagegaan worden welke bevindingen ouders hebben bij

het raadplegen van commerciële opvoedingsliteratuur.

Meer specifiek worden volgende onderzoeksvragen gesteld:

- Waarom lezen ouders commerciële opvoedingsliteratuur?

- Waarover lezen ouders in commerciële opvoedingsliteratuur?

- Hebben ouders bij aanvang van het lezen van commerciële opvoedings-

literatuur bepaalde verwachtingen?

- Worden die verwachtingen na het lezen van commerciële opvoedings-

literatuur ingelost?

- Wat vinden ouders van de tips en adviezen in commerciële opvoedings-

literatuur?

- Doen ouders in de praktijk iets met de tips en adviezen uit commerciële

opvoedingsliteratuur?

- Welk gevoel hebben ouders na het lezen van commerciële opvoedings-

literatuur?

Dit onderzoek wil niet exhaustief zijn, maar is eerder een verkennende

inventarisatie van de bevindingen van ouders omtrent commerciële opvoedings-

literatuur. Het is dan ook niet de bedoeling dat deze gegevens veralgemeend

worden.

Met dit onderzoek hoop ik de bestaande leemte te vullen in verband met de

bevindingen van ouders bij commerciële opvoedingsliteratuur via een actuele

Page 10: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

1. Probleemstel l ing

Ouders en opvoedingson dersteuning: een verken ning van commer ciële l i teratuur Sof ie Ja cobs

10

situatieschets. Hierbij maak ik gebruik van een kwalitatieve methode door de

verschillende onderzoeksvragen voor te leggen aan een aantal ouders via semi-

gestructureerde interviews.

Page 11: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

2. Theoretische omkadering

Ouders en opvoedingson dersteuning: een verken ning van commer ciële l i teratuur Sof ie Ja cobs

11

2. THEORETISCHE OMKADERING

Vooraleer de ouderlijke bevindingen bij commerciële opvoedingsliteratuur na te

gaan, geef ik eerst een ruimer theoretisch kader van het begrip opvoedings-

ondersteuning. Ik bespreek de verschillende definities rond opvoedingsonder-

steuning, de legitimering ervan, de behoefte van ouders aan opvoedingsonder-

steuning, het perspectief van de ouders en ten slotte licht ik kort even toe wat men

verstaat onder commerciële opvoedingsliteratuur.

Wat is opvoedingsondersteuning?

Het begrip ‘opvoedingsondersteuning’ is een relatief recent begrip waaraan in de

praktijk, in het beleid en in de theorievorming in toenemende mate aandacht

besteed wordt (Vandemeulebroecke & Nys, 2002). Het is echter geen sinecure om

een eenduidige definitie van het begrip in de literatuur terug te vinden, aangezien

het een veelzijdigheid aan interpretaties behelst en de inhoud ervan in de loop der

jaren evolueerde.

Uit de literatuur blijkt dat het merendeel van de omschrijvingen van opvoedings-

ondersteuning sterk bij elkaar aansluiten, dat er verschillende functies en

activiteiten binnen de opvoedingsondersteuning te onderscheiden zijn en dat er een

brede waaier aan aanverwante begrippen bestaat. Die aanverwante begrippen zijn

gezinsondersteuning, ontwikkelingsstimulering, omgevingsfactoren beïnvloeden,

sociale ondersteuning en opvoedingsvoorlichting (Vandemeulebroecke & Nys,

2002). Vaak maakt de term ‘opvoedingsondersteuning’ ook deel uit van een

begrippenpaar. Zo bijvoorbeeld bij Janssens (1998): ‘opvoedingsondersteuning en

gezinsondersteuning’. En ook bij Bakker et al. (1998): ‘opvoedingsondersteuning en

ontwikkelingsstimulering’.

Het vooropstellen van een welbepaald begrip, de invulling en de wijze waarop deze

begrippen zich tot elkaar verhouden, verschilt van bron tot bron en wordt veelal

bepaald door de kijk op opvoeden of de wijze waarop de opvoeding beschreven,

bestudeerd en ondersteund wordt en het perspectief van waaruit getracht wordt aan

die ondersteuning vorm te geven (Nys & Vandemeulebroecke, 2000).

Zoals Nys en Vandemeulebroecke (2000) aangeven, bepaalt de context van de auteur

grotendeels de invulling van het begrip ‘opvoedingsondersteuning’. Dat begrip kent

zelfs niet altijd een gepaste vertaling, bijvoorbeeld in de Angelsaksische literatuur.

Page 12: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

2. Theoretische omkadering

Ouders en opvoedingson dersteuning: een verken ning van commer ciële l i teratuur Sof ie Ja cobs

12

Men spreekt daar voornamelijk over ‘parent education’. Kaiser et al. (1999) formu-

leren het als volgt: “Parent education is the systematic provision of information to

parents for the purpose of supporting their efforts to enhance their child’s’ development”

(p.174).

Het lijkt me dan ook aangewezen eerst een aantal definities te bespreken waarbij we

ons beperken tot de meest voorkomende definities die relevant zijn voor deze

scriptie. In navolging van gerenommeerde auteurs inzake opvoedingsondersteuning

en omwille van de contextgebondenheid van het begrip komen deze definities

uitsluitend uit Nederlandstalige literatuur.

De bespreking van verschillende definities geeft me tevens de mogelijkheid een

eigen werkdefinitie af te bakenen.

Verschillende definities

� Kousemaker en Timmers-Huigens

Kousemaker en Timmers-Huigens (1985) vertrekken bij hun beschrijving van

opvoedingsondersteuning vanuit een breder kader van pedagogische hulpverlening.

Ze ontwikkelden een pedagogisch framework (bijlage 1) dat ertoe dient de inhoud

en de vorm van de pedagogische hulpverlening te verhelderen door begrips-

bepalingen en het aangeven van verbanden. Hiervoor onderscheiden ze vier

opvoedingssituaties waarbinnen we opvoedingsondersteuning kunnen situeren.

In de gewone opvoedingssituatie is er geen sprake van opvoedingsmoeilijkheden. Het

opvoedingshandelen wordt door de ouders als goed en effectief ervaren.

Opvoedingsondersteuning betekent hier dan ook een verrijking van de

opvoedingssituatie door het inwinnen van nieuwe informatie en ideeën omtrent

opvoeding.

In de problematische opvoedingssituatie daarentegen ervaren de ouders opvoedings-

moeilijkheden als zeer ernstig en zwaar. Zij zijn gebaat bij specialistische en

intensieve hulp.

Kousemaker en Timmers-Huigens plaatsen deze twee opvoedingssituaties op de

uiteinden van een continuüm. Daartussen bevinden zich nog twee zones.

In het geval van opvoedingsspanning lukt het niet om de opvoedingsvragen

voldoende bevredigend op te lossen. Het opvoedend handelen is minder effectief en

gaat niet soepel meer. Ouders hebben in deze situatie nood aan laagdrempelige

ondersteuning, informatie en eenvoudig advies.

Bij opvoedingscrisis heeft de omgang tussen ouders en kinderen een acute

verheviging van bezorgdheid, irritatie, onrust of ernst verkregen. Ouders voelen

zich niet meer bekwaam om het zelf op te lossen. Opvoedingsondersteuning vindt

Page 13: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

2. Theoretische omkadering

Ouders en opvoedingson dersteuning: een verken ning van commer ciële l i teratuur Sof ie Ja cobs

13

men hier op het terrein van de secundaire preventie, namelijk ervoor zorgen dat de

problemen die er zijn, niet erger worden.

Kousemaker en Timmers-Huigens benaderen zo de opvoedingsondersteuning op

een genuanceerde manier. Ze maken een opsplitsing naargelang de ernst van de

situatie. Deze indeling schept duidelijkheid, maar is uiteraard kunstmatig. In de

praktijk zal dit nooit zo duidelijk afgelijnd zijn.

� Hermanns

Hermanns (1992) ziet de ontwikkeling van het kind als een transactioneel proces.

Het kind geeft volgens hem actief mee vorm aan zijn opvoedingsomgeving. Hij ziet

opvoedingsondersteuning niet als een wetenschappelijke discipline, maar als een

maatschappelijke activiteit. Bij het uitvoeren van deze activiteit mogen

wetenschappelijke kennis en inzichten echter niet ontbreken.

Onder opvoedingsondersteuning verstaat Hermanns (1992, p. 21) “…al die

activiteiten die specifiek tot doel hebben de opvoedingssituatie van kinderen te

verbeteren. Deze activiteiten richten zich niet op het kind, zoals bijvoorbeeld het

onderwijs vooral doet, maar richten zich op de situatie waarin het kind wordt opgevoed.

In deze situatie zijn opvoedingsondersteunende activiteiten gericht op de opvoeders,

maar ook op de context waarin de opvoeding plaatsvindt: het gezin, de kinderopvang, de

buurt, de media, enzovoort. Kort samengevat heeft opvoedingsondersteuning tot doel de

opvoeders te helpen opvoeden”.

Hermanns formuleert daarbij een aantal activiteiten die de kern uitmaken van de

praktijk van opvoedingsondersteuning:

- Het stimuleren, organiseren en begeleiden van systemen van zelfhulp en

sociale ondersteuning rondom kinderen en opvoeding.

- Het realiseren van voorlichting over ontwikkeling en opvoeding, zowel ten

aanzien van de gezinsopvoeding, maar evenzeer ten aanzien van de opvoeding

in de kinderopvang of andere situaties buiten het gezin.

- Het geven van advies over de context waarin de opvoeding plaatsvindt.

- Het realiseren van een vraagbaak en adviesmogelijkheid voor opvoeders.

In een latere publicatie beklemtoont Hermanns dat opvoedingsondersteuning in

brede zin gericht is op de participatie van kinderen in het gezin, en dat als basis

voor de participatie van kinderen in andere sociale contexten (Hermanns et al.,

1998).

In tegenstelling tot voorgaande definities benadrukt Hermanns bij de opvoedings-

ondersteuning duidelijk het belang van de context. Hij maakt daarbij voor de

Page 14: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

2. Theoretische omkadering

Ouders en opvoedingson dersteuning: een verken ning van commer ciële l i teratuur Sof ie Ja cobs

14

praktijk tevens een onderscheid tussen sociale ondersteuning en opvoedings-

ondersteuning. Sociale ondersteuning ziet hij als “…een interactie tussen twee

mensen waarbij de steunende persoon iets duidelijk maakt aan de andere” (Hermanns,

1992, p.18). Het gaat met andere woorden om steun in de opvoeding die niet

specifiek gericht is op een probleem. Hermanns spreekt dus expliciet over

opvoedingsondersteuning indien er opvoedingsproblemen zijn.

� Bakker et al.

Bakker, Bakker, van Dijke en Terpstra (1998) gebruiken het begrippenpaar

‘opvoedingsondersteuning en ontwikkelingsstimulering’. Hierin onderscheiden ze

vier dimensies:

- Opvoedingsondersteuning: ondersteuning van het opvoedingsproces.

- Ontwikkelingsstimulering: ondersteunen van het ontwikkelingsproces van

kinderen en jongeren.

- Omgevingsfactoren beïnvloeden: interventies ten aanzien van de sociale en

pedagogische omstandigheden in de directe leefomgeving van ouders en

kinderen.

- Gezinsondersteuning: verminderen van draaglast en vergroten van draag-

kracht op alle terreinen van het gezinsfunctioneren.

Opvoedingsondersteuning omschrijven ze verder als een ondersteuning van het

opvoedingsproces waarbij het gaat om het verbeteren van de opvoedingssituatie van

de kinderen, waarbij ouders en opvoeders het aangrijpingspunt vormen.

Zoals Kousemaker en Timmers-Huigens ontwikkelden Bakker et al. een kader voor

beleid en interventies om ouders en kinderen met opvoedings- en ontwikkelings-

problemen te ondersteunen, namelijk het balansmodel (bijlage 2). Dit model is

gebaseerd op inzichten en uitgangspunten van het transactionele ontwikkelings-

model en het levensloopmodel. Het transactionele ontwikkelingsmodel beschrijft de

ontwikkeling van kinderen als een dynamisch proces tussen kind, ouder(s) en

omgeving. Er is sprake van een voortdurende wisselwerking. Het levensloopmodel

gaat ervan uit dat de ontwikkeling van baby tot volwassene getypeerd kan worden

als een proces van opeenvolgende taken of opgaven die volbracht moeten worden

(Riksen-Walraven, 1989).

Het balansmodel laat zien dat problemen niet altijd op te lossen zijn op het

microniveau van kinderen, ouders en gezin. Ook zijn het niet altijd de ouders die in

gebreke blijven, zowel bij het kind als bij de omgeving kunnen belangrijke oorzaken

liggen voor de problemen. Dit geldt ook voor de mogelijke oplossingen. Daarbij gaat

het erom de beschermende factoren te mobiliseren, dus de draagkracht te vergroten

Page 15: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

2. Theoretische omkadering

Ouders en opvoedingson dersteuning: een verken ning van commer ciële l i teratuur Sof ie Ja cobs

15

en de risicofactoren of de draaglast te verminderen. Er kan bijgedragen worden aan

het versterken van vaardigheden van ouders en kinderen en het optimaliseren van

condities en randvoorwaarden (Bakker et al., 1998).

Ook bij Bakker vinden we dus terug dat opvoedingsondersteuning nuttig kan zijn

wanneer alles goed verloopt in de opvoeding. Hierbij gaat het om het feit dat

opvoeders gesteund willen zijn in hun opvoedingstaak.

� Vandemeulebroecke

Vandemeulebroecke (2000, p.3) omschrijft opvoedingsondersteuning als “…een

geheel van maatregelen, voorzieningen en activiteiten, die erop gericht zijn de

mogelijkheden van de primaire opvoedingsmilieus aan te spreken, te verrijken of te

optimaliseren, ten einde aan kinderen en jongeren optimale opvoedings- en

ontwikkelings-kansen te bieden.”

Vandemeulebroecke (1995) heeft met andere woorden een zeer positieve visie op het

begrip opvoedingsondersteuning. Ze stelt dat er niet altijd een probleem dient te

zijn voor opvoedingsondersteuning. Sommige ouders en andere opvoeders wensen

immers, los van het ervaren van ook maar enig probleem, hun kennis en

vaardigheden inzake opvoeding te verruimen.

Vanuit die visie spreken Vandemeulebroecke en De Munter (2004) dan ook over

‘opvoedingsondersteuning’ en ‘opvoedingshulp’. Opvoedingsondersteuning zien ze

als een vorm die open staat voor alle ouders met vragen bij het dagelijks opvoeden

en wordt in algemene voorzieningen aangeboden. Opvoedingshulp daarentegen richt

zich tot ouders met vragen die een intensieve, specifieke aanpak vergen en wordt in

gespecialiseerde voorzieningen aangeboden. Ze erkennen eveneens dat er tussen

deze twee vormen een grijze zone ligt.

Samenhangend met een bepaalde doelgroep onderscheidt Vandemeulebroecke

(1995) drie specifieke functies ten aanzien van opvoedingsondersteuning:

- Verrijking van het opvoedingsmilieu.

Deze functie is gericht op de gewone opvoedingssituatie en dus op een brede

groep van gezinnen. Het opvoeden staat hier niet noemenswaardig onder druk.

Men tracht in te spelen op de opvoedingsvragen van ouders om hun

opvoedingscompetentie te vergroten. Deze functie komt ook overeen met de

‘gewone opvoedingssituatie’ die Kousemaker en Timmers-Huigens beschreven.

- Preventie van problematische opvoedingssituaties.

Hier zijn de activiteiten gericht op gezinnen waar opvoedingsperspectief en -

motivatie nog aanwezig zijn, maar waar de opvoeding echt onder druk komt te

Page 16: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

2. Theoretische omkadering

Ouders en opvoedingson dersteuning: een verken ning van commer ciële l i teratuur Sof ie Ja cobs

16

staan. Men kan de categorieën ‘opvoedingsspanning’ en ‘opvoedingscrisis’ van

Kousemaker en Timmers-Huigens hierin terug vinden.

- Intensieve hulp.

Dit is het domein van de pedagogische hulpverlening. Door het overheersen

van de zogenaamde draaglast op de draagkracht komen deze gezinnen terecht

in een opvoedingscrisis of problematische opvoedingssituatie. Kousemaker en

Timmers-Huigens benoemden deze situatie eveneens als een ‘problematische

opvoedingssituatie’.

Vandemeulebroecke en Nys (2002) plaatsen zelf een kanttekening bij deze

driedeling. Ze waarschuwen tegen een mogelijk verkeerd begrip van de invulling

van de onderscheiden functies. Deze zijn immers niet exclusief aan een vooraf

omschreven categorische doelgroep verbonden.

Voor het realiseren van deze verschillende functies van opvoedingsondersteuning

kunnen een aantal activiteiten en werkvormen aangewend worden, namelijk

voorlichting of informatieverstrekking, instrumentele steun, emotionele steun of

beoordelingssteun, geven van advies, training van vaardigheden, uitbouwen van

sociale contacten en het stimuleren van informele zelfhulp, vroegtijdige detectie van

zwaardere opvoedings- en ontwikkelingsproblemen en doorverwijzing en signa-

lering (Vandemeulebroecke & Nys, 2002). Kind en Gezin baseerde zich op deze

opsomming bij het opstellen van hun activiteiten ten aanzien van gezins-

ondersteuning (Vandenbroeck, 2006).

� Hellinckx et al.

Hellinckx, Grietens en Geeraert (2002) beschrijven opvoeden als een complex

fenomeen dat verweven is met alle andere aspecten van het gezinsleven. Ze gaan

ervan uit dat de kern van het opvoeden bestaat uit veelvuldige interacties tussen

kind en opvoeder. Opvoeden is een aspect uit het dagelijks leven: vanuit het

samenleven met zijn ouders wordt het kind opgevoed.

Hellinckx et al. zien opvoeden als een circulair proces. Het gedrag van het kind en

de aanpak van de ouders beïnvloeden elkaar wederzijds. Juist deze wederzijdse

beïnvloeding maakt het opvoeden zo complex.

Opvoeders moeten dus op verschillende wijzen ondersteund worden met de

bedoeling dat de kinderen optimale ontwikkelingskansen krijgen en dat de

opvoeders zichzelf ook goed voelen bij het samenleven met de kinderen. Het doel

van de opvoedingsondersteuning is voor Hellinckx et al. met andere woorden het

opvoeden te verrijken, het opvoedingsproces weer op gang te brengen en het

Page 17: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

2. Theoretische omkadering

Ouders en opvoedingson dersteuning: een verken ning van commer ciële l i teratuur Sof ie Ja cobs

17

ouderlijk handelen gemakkelijker te maken zodat de ouders weer zin in het

opvoeden krijgen.

Evenals Bakker et al. (1998) en Hermanns (1992) vertrekken Hellinckx et al. dus van

een transactionele visie op opvoeding en opvoedingsondersteuning.

Belangrijke instanties inzake opvoedingsondersteuning

Vlaanderen heeft een aantal belangrijke instanties die werkzaam zijn binnen de

opvoedingsondersteuning. Zij kunnen ons een beeld geven van de visie over

opvoedingsondersteuning in het werkveld. De belangrijkste drie instellingen

worden hier kort toegelicht, namelijk Kind en Gezin, de Gezinsbond en het Vlaams

Welzijnsverbond.

� Kind en Gezin

Kind en Gezin profileert zich de laatste jaren als één van de belangrijkste

instellingen van Vlaanderen inzake de preventieve zorg op het gebied van

opvoedingsondersteuning.

De missie van Kind en Gezin is om samen met haar partners, voor elk kind, waar en

hoe het ook geboren is of opgroeit, zoveel mogelijk kansen te creëren.

Kind en Gezin, met haar decretale opdracht inzake preventie, heeft sinds enkele

jaren specifieke aandacht voor het uitbouwen van opvoedingsondersteuning binnen

de organisatie. Men voelde de behoefte om een concept uit te werken waarbij

opvoedingsondersteuning bij verschillende indicatiestellingen zijn plaats zou

krijgen. Kind en Gezin zien opvoedingsondersteuning niet als een ultiem redmiddel

voor alle problemen, maar wel als een recht voor elke ouder en elk kind (Verhegge,

2002).

In hun definitie van opvoedingsondersteuning integreren Kind en Gezin de

definities van Hermanns en Vandemeulebroecke. Kind en Gezin zien opvoedings-

ondersteuning als een onderdeel van gezinsondersteuning, waarbij ze zich richten

op opvoeders, kinderen en omgeving.

Kind en Gezin gebruikt vier verschillende categorieën van opvoedingsonder-

steunende activiteiten in die eerste pijler, namelijk de opvoeders, waar ook deze

scriptie zich op richt:

- Het geven van informatie en voorlichting over ontwikkeling en opvoeding.

Hiervoor hoeven er niet noodzakelijk problemen te zijn, het gaat om een

Page 18: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

2. Theoretische omkadering

Ouders en opvoedingson dersteuning: een verken ning van commer ciële l i teratuur Sof ie Ja cobs

18

verrijking van de inzichten van ouders, zodat ze nog beter kunnen omgaan met

bepaalde opvoedingssituaties.

- Het geven van pedagogische adviezen en licht pedagogische hulp, wanneer ouders

een duidelijke vraag om advies of begeleiding hebben bij de aanpak van een

bepaald probleemgedrag.

- Opvangen van signalen en vroegtijdig onderkennen van problemen en het

zoeken naar goede doorverwijzing, wanneer meer gespecialiseerde hulp vereist

is voor een bepaald probleem of er een meer intensieve vorm van

ondersteuning nodig is.

- Mee helpen zoeken naar sociale ondersteuning rondom de kinderen en de

opvoeding, mee opbouwen van een sociaal netwerk rondom de gezinnen

waarop ze beroep kunnen doen wanneer ze zich onzeker voelen over de

opvoeding.

� Gezinsbond

Bij de Gezinsbond staat opvoedingsondersteuning voor alle tussenkomsten en

activiteiten die ouders helpen bij de opvoeding van hun kinderen. Ze gaan ervan uit

dat opvoeding voor alle ouders, uit alle sociale klassen en met kinderen van alle

leeftijden een leerproces is. Alle gezinnen maken vroeg of laat moeilijke periodes

door en alle ouders hebben deugd aan wat steun en begrip als het eens wat

moeilijker gaat. Het uitgangspunt voor opvoedingsondersteuning is respect voor de

verantwoordelijkheid van ouders en erkenning voor hun inzet (Van den Eynde,

2000b).

De Gezinsbond streeft tevens naar een democratische samenleving die ieder lid

kansen geeft op ontplooiing en volwaardige deelname aan het maatschappelijke

leven. Vandaar ook dat De Bond kiest voor een democratisch opvoedingsmodel

waarin er wederzijds respect is tussen ouders en kinderen en ouders de

verantwoordelijkheid opnemen voor de opvoeding van hun kinderen. Opvoeden is,

in de relatie tussen ouders en kind, een natuurlijk en vanzelfsprekend proces. Dit

proces bestaat uit een voortdurende interactie tussen ouders en kind. Ouder en kind

beïnvloeden elkaar wederzijds. Ze dienen beiden een even grote inbreng te hebben

in het opvoedingsproces (De Neve, 2002).

� Vlaams Welzijnsverbond

Het Vlaams Welzijnsverbond onderschrijft ook de definitie van Vandemeulebroecke,

namelijk dat opvoedingsondersteuning op intentionele wijze steun bieden is aan

ouders bij hun opdracht en taak als opvoeders, en vertrekt daarbij van volgende

uitgangspunten:

Page 19: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

2. Theoretische omkadering

Ouders en opvoedingson dersteuning: een verken ning van commer ciële l i teratuur Sof ie Ja cobs

19

- Opvoeden is een voortdurend wederkerig beïnvloedingsproces tussen ouders

en kinderen en deze wederkerige relatie is ingebed in een ruimere sociale

context.

- De opvoedingsrelatie en de contextfactoren nemen binnen het domein van

opvoedingsondersteuning een belangrijke positie in.

- De opvoedingsvragen van de ouders vormen het vertrekpunt en de sterke

kanten en mogelijkheden van ouders worden aangegrepen.

- Opvoedingsondersteuning richt zich tot alle ouders die een antwoord zoeken

op hun alledaagse opvoedingsvragen en/of tegemoet willen komen aan hun

interesse voor opvoedingsthema’s.

Het Vlaams Welzijnsverbond wil opvoedingsondersteuning dan ook uitbouwen via

een meersporenbeleid. Zo willen ze het sociale netwerk en de bestaande voorzie-

ningen versterken, regionale samenwerkingsverbanden uitbouwen en vernieuwende

initiatieven opstarten.

Enkele spanningsvelden

In de verschillende omschrijvingen zijn heel wat gemeenschappelijke elementen

terug te vinden, vooral wanneer we naar de uit te voeren interventies of activiteiten

kijken. Maar de omschrijvingen leggen ook een aantal spanningsvelden bloot. De

invulling van de gezins- en opvoedingsondersteuning staat immers niet los van de

wijze waarop de opvoedingsrealiteit begrepen wordt (Nys & Vandemeulebroecke,

2000).

� Opvoedingsondersteuning in enge zin versus opvoedingsondersteuning in ruime zin

Auteurs die zich bij de enge benadering van opvoedingsondersteuning aansluiten,

zien enkel het gezin als opvoedingscontext. Een voorbeeld is Hermanns (1992) die

opvoedingsondersteuning ziet als “…al de activiteiten die tot doel hebben de

opvoedingssituatie van kinderen te verbeteren, met andere woorden opvoeders helpen

opvoeden” (p.21).

Ook Voets (2000) vertrekt enkel vanuit het gezin. Hij stelt dat bij opvoedings-

problemen de oorzaak meestal ligt bij een dysfunctionele relatie tussen ouders en

kind. De taak van de opvoedingsondersteuner is voor hem het opnieuw op gang

brengen van de communicatie.

Zoals al eerder aangegeven, kent men in de Angelsaksische literatuur zelfs geen

vertaling voor het begrip opvoedingsondersteuning. Men spreekt daar voornamelijk

over ‘parent education’ (Kaiser et al., 1999).

Page 20: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

2. Theoretische omkadering

Ouders en opvoedingson dersteuning: een verken ning van commer ciële l i teratuur Sof ie Ja cobs

20

Bij opvoedingsondersteuning in ruime zin daarentegen erkent men de gedeelde

verantwoordelijkheid tussen ouders en andere maatschappelijke actoren (Bouverne-

De Bie, 2002). Zo ontwikkelden Bakker et al. (1998) het balansmodel dat laat zien dat

problemen niet altijd op te lossen zijn op het microniveau van kinderen, ouders en

gezin. Het zijn immers niet altijd de ouders die in gebreke blijven, zowel bij het kind

als bij de omgeving kunnen belangrijke oorzaken liggen voor problemen.

� Opvoedingsondersteuning versus pedagogische preventie

De term ‘opvoedingsondersteuning’ kwam vanaf 1992 in gebruik als alternatief voor

de term ‘pedagogische preventie’ (Hermanns, 1995). Dit weerspiegelde een

verandering in het denken over de verantwoordelijkheid voor de opvoeding.

Deskundigen grepen vanuit de leuze ‘beter voorkomen dan genezen’ preventief in

op mogelijke problemen van kinderen of opvoeders.

Ook in recente discussies wordt opvoedingsondersteuning vaak nog benoemd als

een belangrijk instrument voor de preventie van psychosociale en maatschappelijke

problemen (Janssens-Vanoppen, 2000). De overgang van pedagogische preventie

naar opvoedingsondersteuning wordt dus best gezien als een spanningsveld dat

langzaam verschuift in de richting van opvoedingsondersteuning.

Eigen werkdefinitie

Bij mijn onderzoek zal ik uitgaan van opvoedingsondersteuning in de ruime zin. Ik

ben ervan overtuigd, net zoals Bouverne-De Bie, dat opvoeden een gedeelde

verantwoordelijkheid is tussen ouders en de samenleving. Opvoeding enkel

bekijken binnen het gezin lijkt me een te enge visie, zeker in de huidige samen-

leving.

Ik zal bij mijn onderzoek tevens vertrekken van een positieve visie op

opvoedingsondersteuning, in navolging van Vandemeulebroecke. Opvoedings-

ondersteuning moet mijn inziens niet alleen geboden worden als er een probleem is.

Ook wanneer alles goed gaat, kunnen opvoeders vragen naar erkenning en

bevestiging.

In deze studie wordt opvoedingsondersteuning dus gezien als een geheel van

activiteiten, voorzieningen en maatregelen, zowel formeel als informeel, die erop gericht

zijn ALLE ouders te ondersteunen in de opvoeding van kinderen en jongeren, waarbij de

opvoeding wordt gezien als een gedeelde verantwoordelijkheid van ouders en

maatschappij.

Page 21: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

2. Theoretische omkadering

Ouders en opvoedingson dersteuning: een verken ning van commer ciële l i teratuur Sof ie Ja cobs

21

Legitimering van opvoedingsondersteuning

Gezins- en opvoedingsondersteuning lijken binnen de verschillende domeinen en

sectoren van onze samenleving ingeburgerd te zijn. Denk maar aan recente

beleidsnota’s, opvoedings- en/of gezinsondersteunende initiatieven en het

wetenschappelijk onderzoek (Nys & Vandemeulebroecke, 2000). Ook Miller en

Sambell (2003) wijzen erop dat opvoeding een publieke activiteit geworden is,

onderworpen aan kritisch onderzoek van ouders en professionals.

Colpin en Vandenmeulebroecke (2002) benadrukken dat het niet toevallig is dat er

de laatste tijd zoveel aandacht is voor opvoedingsondersteuning. De actuele

legitimering van opvoedingsondersteuning wordt vaak gesitueerd in een

veranderende maatschappelijke en gezinscontext. Daarbij wordt in de eerste plaats

verwezen naar het wegvallen van de klassieke, eenduidige opvoedingsmodellen.

Vandaag wordt het belangrijk geacht dat ieder mens autonoom zijn leven kan

bepalen en zijn eigen identiteit kan ontplooien. Dit heeft zijn weerslag op de

opvoeding. Ouders kunnen niet meer steunen op één vaste traditie van waarden en

normen. Ze worden geconfronteerd met een veelheid aan mogelijke waardepatronen

en levensstijlen. Uit dat aanbod moeten ze een keuze maken en zelf beslissen hoe zij

de opvoeding zin kunnen geven.

De toenemende nadruk op autonomie bracht ook een evolutie mee van een

‘bevelshuishouding’ (met de vader als gezinshoofd) naar een ‘onderhandelings-

huishouding’ (de Swaan, 1982; Du Bois-Raymond, 1994). Bij deze nieuwe vorm van

gezinsrelaties gaan de individuele belangen, wensen en verlangens van de

gezinsleden meer en meer het handelen bepalen. Beslissingen in verband met de

opvoeding worden niet langer eenzijdig door de ouders genomen, maar komen

vaker tot stand in een proces van wederzijdse onderhandeling.

Ook Walravens (2005) benadrukt dat veel hedendaagse ouders van mening zijn dat

de relaties tussen ouders en kinderen bij de aanvang weliswaar niet-symmetrisch

zijn, maar dat de opvoeding tot doel heeft die oorspronkelijke asymmetrie zo snel

mogelijk af te bouwen. Verder proberen veel opvoeders de stem van het kind te

horen en er rekening mee te houden. Opvoeding gebeurt nu veel meer in overleg

dan door opleggen. Dat betekent ondermeer dat kinderen vroeg meer keuzevrijheid

krijgen.

In het eindrapport van het behoeftenonderzoek van de Gezinsbond kwam tevens

naar voren dat er in onze huidige maatschappij een zware druk heerst op gezinnen.

Ouders krijgen steeds meer te kampen met grotere eisen en verwachtingen, met het

verdwijnen van vaste waarden en normvervaging. Dit leidt tot een grotere kans op

Page 22: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

2. Theoretische omkadering

Ouders en opvoedingson dersteuning: een verken ning van commer ciële l i teratuur Sof ie Ja cobs

22

het mislukken van de opvoeding. De invloed van de media, van het onderwijs, van

vrijetijdsorganisaties en van nog vele andere voorzieningen zorgt ervoor dat het

gezin in directe communicatie staat met de rest van de samenleving, waardoor het

veel vatbaarder is voor allerlei kritieken van buitenaf. Ouders kunnen ook steeds

minder terugvallen op traditionele opvoedingspatronen en ook vanzelfsprekend-

heden uit hun eigen opvoedingstijd zijn vandaag de dag verleden tijd.

Sidebotham et al. (2001) halen in dit verband aan dat de samenleving waarin

kinderen opgroeien zeer verschillend is van diegene waarin hun ouders opgroeiden.

Veel van die veranderingen zijn positief, zoals de verhoogde levensstandaard, de

gestegen mogelijkheden door de globalisatie, enzovoort. Maar die samenleving

veroorzaakt ook risico’s voor gezinnen. Zo moeten ouders aan steeds hogere

verwachtingen voldoen, ervaren ze stress op financieel gebied en lijden ze onder de

tijdsdruk.

Pels (2004) benadert opvoeding in het gezin vanuit de sociale integratie. Ze

definieert opvoeding als de bedoelde beïnvloeding vanuit de omgeving en dat

vormt een onderdeel van de socialisatie. Socialisatie omschrijft ze “als het geheel aan

bedoelde en onbedoelde vormingsinvloeden vanuit de instituties die de ingroeiende

jongeren in de samenleving bepalen” (p.2).

Ook Adriaenssens (1997) ziet een nieuwe socialiserende rol weggelegd voor de

opvoeding. Volgens hem heerst er daarentegen wel eensgezindheid over wat er met

opvoeding bereikt zou moeten worden. We verwachten, zo vindt hij, dat kinderen

en jongeren waarden en vaardigheden leren die hen in staat stellen vier grote

opdrachten in het leven te vervullen:

- Zich hechten aan andere mensen in de samenleving en blijvende relaties met

hen opbouwen.

- Sociaal gedrag ontwikkelen. Dat wil zeggen dat zij geen gedrag vertonen dat

schade berokkent aan anderen of aan zichzelf.

- In staat zijn deel te nemen aan het arbeidsproces. Dit kan studie inhouden, het

leren van een beroep, het uitoefenen ervan, of werken in functie van henzelf en

hun gezin.

- Waarden en vaardigheden kunnen doorgeven aan hun kinderen.

Opvoedingsondersteuning kan tevens gezien worden als een onderdeel van de

pedagogisering van onze samenleving. Pedagogisering is de steeds toegenomen en

toenemende invloed van het pedagogische op de kinderlijke leefwereld (Depaepe,

1998). Er vindt namelijk een steeds toenemende gebiedsuitbreiding van het

pedagogische veld plaats, waaronder een toegenomen professionele bemoeienis op

het gebied van de opvoeding. Zo wordt bijvoorbeeld het belang van een verant-

Page 23: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

2. Theoretische omkadering

Ouders en opvoedingson dersteuning: een verken ning van commer ciële l i teratuur Sof ie Ja cobs

23

woorde opvoeding steeds meer benadrukt omdat een goede opvoeding

maatschappelijke problemen op latere leeftijd zou kunnen voorkomen.

Ook Consoul et al. (2000) schuiven naar voren dat in onze samenleving opvoeden

steeds meer ‘gepedagogiseerd’ wordt: opvoeden wordt een met velen gedeelde en

professioneel uitgebouwde activiteit. Het waardendebat verschuift steeds sterker

naar de achtergrond en opvoeden wordt een zaak van ‘vaardigheden’ die veel

mensen onvoldoende blijken te bezitten en die vooral ook instrumenteel worden

ingevuld: methoden, technieken en beproefde impulsen die de gewenste respons

bezorgen.

Ruikes (1992) benadrukt tevens de toename van de professionele bemoeienis in de

opvoeding. Volgens hem is deze bemoeienis ontstaan door het principe van de

maakbaarheid. Dat houdt in dat er factoren zijn in het kind, in de opvoeders en in

de opvoedingssituatie of factoren die van buitenaf inwerken op deze situatie, die

beïnvloedbaar zijn. De kennis die wij hebben over ontwikkeling en opvoeding komt

met name voort uit gestoorde ontwikkelingen en opvoedingsprocessen waarin

problemen zijn ontstaan. Eigenlijk weten we heel weinig van de ‘normaal’

verlopende opvoeding. Vanuit de kennis van ‘wat mis gaat’, is ook de wetenschap

ontstaan om in te grijpen in opvoedingssituaties, namelijk problemen voorkomen,

verminderen en zo mogelijk helemaal op te heffen. En zo nam de professionalisering

van de opvoeding toe.

Naast de professionalisering van de ouders is er tevens een toegenomen

professionalisering vanuit de wetenschap en de praktijk van de hulpverlening. Door

onderzoek is steeds meer aan het licht gekomen wat er speelt in de opvoedings-

situatie, in de interactie tussen ouder en kind, en op welke wijze de ouders het

gedrag van het kind kunnen beïnvloeden.

Page 24: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

2. Theoretische omkadering

Ouders en opvoedingson dersteuning: een verken ning van commer ciële l i teratuur Sof ie Ja cobs

24

Hebben ouders behoefte aan opvoedingsondersteuning?

Na de uitvoerige bespreking van het begrip opvoedingsondersteuning en de

legitimering ervan is het belangrijk de vraag te stellen of ouders wel behoefte

hebben aan hulp in de opvoeding.

Verscheidene auteurs halen aan dat ouders zeker behoefte hebben aan steun bij de

opvoeding. Volgens Bloemen (1995) willen ouders dagelijks gezien en gehoord

worden in hun pogingen, in hun inzet om ‘goede’ ouders te zijn. Voor elk vraagstuk,

al dan niet aangebracht door hun kinderen, willen ze eenduidige en zinnige

antwoorden. In hun streven naar goed ouderschap mogen ouders antwoord krijgen

op al hun vragen. Uit het onderzoek van Bloemen bleek immers dat ouders het

vanzelfsprekende in de opvoeding niet altijd zo evident vinden.

Ook uit onderzoek van Snyers, Colpin en Coenen (2001) en Wouters (2000) blijkt dat

ouders een relatief grote nood hebben aan inzichtelijke of informatieve onder-

steuning. Ouders hebben nood om gehoord te worden, behoefte aan erkenning voor

hun inzet en zorg bij de opvoeding en nood om te weten hoe andere ouders

opvoeden. Sidebotham et al. (2001) halen tevens aan dat opvoeden hard werken is

en dat ouders bijgevolg behoefte hebben aan opvoedingsondersteuning.

Niet iedereen vindt het echter zo vanzelfsprekend dat ouders behoefte hebben aan

opvoedingsondersteuning. Bertrand, Hermanns en Leseman (1998) besluiten dat

opvoedingsvragen, ernstig of licht van aard, niet automatisch hoeven te leiden tot

een behoefte aan steun bij de opvoeding. Volgens hen ontstaat een behoefte aan

steun pas wanneer de vragen belastend zijn en de persoonlijke strategieën van

ouders om met de vragen of zorgen om te gaan naar hun eigen beleving te kort

schieten en er kans ontstaat om een beroep te doen op hulpbronnen uit de

omgeving.

Behoefte aan opvoedingsondersteuning kan ook niet los gezien worden van de

sociale context van het gezin. De aandacht is daarbij vooral gericht op de invloed

van stressoren in het gezin en in de omgeving rondom het gezin. Behalve stressoren

kunnen er ook beschermende factoren aanwezig zijn, met name in de vorm van een

steunend sociaal netwerk. Bertrand et al. veronderstellen dat de balans van

stressoren en beschermende factoren van invloed zijn op de behoefte aan

opvoedingsondersteuning. Naarmate er in de sociale context van de opvoeding

meer stressoren aanwezig zijn, zal de behoefte aan opvoedingsondersteuning groter

worden. Naarmate er meer steun ervaren wordt, zal de behoefte aan opvoedings-

ondersteuning geringen zijn.

Page 25: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

2. Theoretische omkadering

Ouders en opvoedingson dersteuning: een verken ning van commer ciële l i teratuur Sof ie Ja cobs

25

Ook Voets (2000) gaat er niet zomaar van uit dat ouders behoefte hebben aan op-

voedingsondersteuning. Hij vindt dat de meeste ouders het er zonder meer goed

vanaf brengen. Ondanks het feit dat opvoeding een complex proces, een

ingewikkeld samenspel is, blijken ouders zelf aan te voelen wat kinderen nodig

hebben. Ouders en kinderen hebben volgens hem de nodige loyaliteit om elkaar

opnieuw krediet te geven en de rit opnieuw aan te vatten. Ouders mogen fouten

maken, het gaat immers om good-enough-parenting, niet over perfect-parenting.

Uit het onderzoek van Vermeulen (1992) blijkt zelfs dat ouders de term

‘opvoedingsondersteuning’ niet gebruiken als er niet expliciet naar gevraagd wordt.

Het is dus duidelijk een term van hulpverleners en niet van ouders zelf.

Welke vragen en behoeften hebben ouders?

Het is niet eenvoudig de vraag te beantwoorden welke behoeften aan opvoedings-

ondersteuning hedendaagse ouders ervaren. Het meest voor de hand liggend zou

zijn dat de vraag om steun bij de opvoeding van de ouders zelf komt. Maar ouders

uiten niet vaak op directe wijze hun opvoedingsvragen. Meestal komen behoeften

pas aan de oppervlakte als er expliciet naar gepeild wordt (Colpin &

Vandemeulebroecke, 2002).

Volgens Vermulst (2002) bestaat de behoefte aan opvoedingsondersteuning reeds

lang, maar is de wijze waarop deze ondersteuning vorm heeft gekregen afhankelijk

van de tijd. Anderhalve eeuw geleden ging het vooral om het verbeteren van de

overlevingskansen van jonge kinderen, later ging het om een verbetering van de

(sociale) positie van het kind (Wilbrink-Griffioen, 1992).

Op dit moment bestaat de vraag vooral uit pedagogische ondersteuning, het

aanreiken van middelen waarmee de ouder de eigen vaardigheden verder kan

ontwikkelen voor een beter functioneren als ouder. Als verklaring voor deze

toename wordt vanuit sociologische optiek gewezen op de toenemende onzekerheid

van ouders die te maken zou hebben met het kleiner wordende gezin in een

veranderende pluriforme samenleving waar individualisering toeneemt en sociale

ondersteuning afneemt (Poot, 1992). Een andere verklaring komt meer vanuit

individuele motieven: meer ouders kiezen bewust voor kinderen en hebben een

hoger verwachtingspatroon over opvoeding dan vroeger. Ouders zoeken bewust

naar informatie over opvoedkundige aspecten (Hermanns, 1992).

Een aantal onderzoeken gaan meer specifiek in op de vragen die ouders hebben

omtrent de opvoeding. Uit het onderzoek van Vermulst (2002) kunnen we besluiten

dat ouders het meest behoefte aan steun blijken te hebben bij problemen in relatie

Page 26: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

2. Theoretische omkadering

Ouders en opvoedingson dersteuning: een verken ning van commer ciële l i teratuur Sof ie Ja cobs

26

tot school en sommige emotionele problemen. In een ander onderzoek worden

opvoedingsvragen geformuleerd als vragen van ouders over de gezondheid,

ontwikkeling, opvoeding van hun jonge kind of vragen over de context van de

opvoeding. Deze vragen komen in regel in iedere opvoedingssituatie voor, maar ze

kunnen verschillen in de mate waarin ze als belastend ervaren worden en in de mate

waarin ze verwijzen naar als ernstig ervaren problemen. Dezelfde opvoedingsvraag

kan daarbij door verschillende ouders verschillend worden waargenomen (Bertrand

et al., 1998).

Vermulst, van Aalst en Jansma (1994) besluiten dat als ouders problemen ervaren,

diverse kenmerken binnen de vier onderscheiden domeinen van het gezins-

functioneren (opvoeder, kind, opvoeder-kind relatie en context) onder druk komen

staan. Over het algemeen geldt dat deze ouder meer opvoedingsbelasting ervaren,

een minder hechte vertrouwensrelatie hebben met hun kind terwijl de kinderen

humeuriger, agressiever en ongeduriger gedrag vertonen.

Er werd tevens uitvoerig onderzoek verricht naar de manier waarop ouders

gesteund willen worden. In zijn onderzoek besluit Vermeulen (1992) dat opvoe-

dingsondersteuning voor ouders vooral overleg over het kind en de aanpak van het

kind betekent. Ze willen daarbij graag weten hoe de ander het doet. Ouders lijken

hiervoor de voorkeur te geven aan praktische ideeën en suggesties. Peeters en

Woldringh (1993) vonden in hun onderzoek dat meer dan 95% van de ouders van

kinderen onder de vier jaar vragen en problemen rond de opvoeding bespreken met

familie, vrienden of buren. Bij verdergaande zorgen over de ontwikkeling of gedrag

van het kind zou echter ongeveer 20% deskundig advies willen hebben. Meer dan de

helft van de ouders blijkt minstens een keer per maand in een tijdschrift over

opvoeding te lezen. Ook uit het onderzoek van Vermulst (2002) blijkt dat 44% van

de ondervraagde ouders foldermateriaal of boekjes als een gewenste vorm van

opvoedingsondersteuning ziet.

Opvoedingsonzekerheid?

Als ouders nood hebben aan ondersteuning bij de opvoeding, kunnen we ons tevens

afvragen of ouders vandaag onzeker zijn over de opvoeding.

In beleidsstukken en wetenschappelijke literatuur wordt vaak verondersteld dat de

moderne ouder geplaagd wordt door opvoedingsonzekerheid. Door het wegvallen

van grotere familieverbanden, door het toenemend aantal eenoudergezinnen en

gezinnen van migranten zouden ouders niet meer goed weten hoe op te voeden

(Hermanns, 1992).

Page 27: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

2. Theoretische omkadering

Ouders en opvoedingson dersteuning: een verken ning van commer ciële l i teratuur Sof ie Ja cobs

27

Ook Vanden Berge (1995) stelt dat ouders opvoedingsonzekerheid ervaren. Volgens

haar is iedereen het erover eens dat jonge ouders vandaag de dag ondersteuning

vragen in hun ouderrol. Het opvoeden is immers niet meer vanzelfsprekend. De

onzekerheid is groot bij jonge ouders vanwege onder andere de onbekendheid met

opvoeden en de nieuwe eisen die aan het opvoeden en aan zichzelf als ouders/

partners/ persoon worden gesteld.

Alledaagse opvoedingsproblemen komen met andere woorden in zeer veel gezinnen

voor en worden door een niet onaanzienlijk deel van de ouders als problematisch

beschouwd (Vermulst et al., 1994).

De vooronderstelling dat ouders vragen hebben, onzeker zijn en daardoor behoefte

hebben aan steun leidt tot veel discussie. Het hebben van opvoedingsvragen

betekent niet automatisch dat ouders ook behoefte hebben aan opvoedings-

ondersteuning. Bovendien komt deze behoefte niet vanzelfsprekend voort uit

opvoedingsonzekerheid. Opvoedingsonzekerheid is geen algemeen kenmerk van

ouders: dé onzekere ouder bestaat niet (Zwiep, Ligtermoet & de Ruyter, 1996).

Ook Snyerts et al. (2001) en Vermulst (2002) beamen dat opvoedingsproblemen

waarvan ouders aangeven dat ze vaak voorkomen niet altijd problemen hoeven te

zijn die ouders als zorgelijk ervaren.

Volgens Poot (1992) is de vooronderstelling dat ouders een toegenomen onzekerheid

over de opvoeding ervaren niet onderbouwd. We zouden eerder een onderscheid

moeten maken tussen toegenomen onzekerheden en toegenomen informatiebe-

hoeften.

Ook Hermanns (1992) concludeert dat de meeste ouders behoefte hebben aan

informatie en dat zoiets niet geïnterpreteerd mag worden als onzekerheid. Het lijkt

er veeleer op dat ouders bewust zoeken naar een goede informatiebasis voor hun

opvoedend handelen en daarbij gebruik maken van de mogelijkheden die de

samenleving biedt. Ouders zijn dus niet zozeer onzeker, maar eerder kritische en

bewuste opvoeders (Peeters & Hermanns, 1993). Gevoelens van onzekerheid kunnen

tevens vertrekken vanuit het verlangen om zich meer competent te voelen en te

worden in de opvoeding in overeenstemming met de verwachtingen en de druk van

de samenleving (Rullo & Musatti, 2005). Gevoelens van onzekerheid kunnen bijge-

volg gezien worden als een grondhouding voor goed-genoeg ouderschap

(Doornenbal, 1997).

Sommige auteurs gaan ervan uit dat het begrip ‘opvoedingsonzekerheid’ een

geconstrueerd begrip is. Zo zegt Bakker (1993) dat ouders onzeker worden door een

traditie van deskundige bemoeienis met de opvoeding. Opvoedingsonzekerheid is

Page 28: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

2. Theoretische omkadering

Ouders en opvoedingson dersteuning: een verken ning van commer ciële l i teratuur Sof ie Ja cobs

28

niet zozeer een reële ervaring van ouders, dan wel een constructie van deskundigen

die zij inroepen om hun bemoeienis met de opvoeding te verantwoorden.

Doornenbal (1997) heeft het over het feit dat in het publieke debat over de gezins-

opvoeding het beeld van de ‘onzekere ouder’ geconstrueerd wordt door een aantal

zaken aan elkaar te koppelen. Bredere processen van modernisering en indivi-

dualisering alsmede demografische ontwikkelingen moeten de opkomst van de

onzeker ouder die twijfelt over pedagogische wat- en hoe-vragen verklaren. Omdat

gevoelens van onzekerheid ‘goed-genoeg’ ouderschap in de weg staan, belemmeren

ouders de sociale inburgering van hun kinderen. Zo komt via het beeld van de

onzekere ouder het gezin in het vizier als de plek waar de oplossing voor de sociale

problemen vandaan zou moeten komen. Het legitimeert de maatschappelijke

interventie in de gezinsopvoeding. Op deze manier worden de sociale problemen

waar eigenlijk niemand een antwoord op weet, op het bordje van de ouders

geschoven. Met al hun onzekerheid zijn ze zowel de schuld van deze problemen als

verantwoordelijk voor de oplossing. Het zijn de ouders die worden gezien als de

eerst aangewezenen om, eventueel met steun van buiten, op een consistente manier

heldere waarden en normen over te dragen aan de toekomstige generatie, zodat

deze zich als burger leert gedragen. Falen ouders hierin, dan faalt het morele

gehalte van de natie en andersom.

Er lijkt met andere woorden in de recente literatuur een consensus te groeien over

het feit dat de vragen die door de ouders geformuleerd worden niet noodzakelijk

moeten worden gezien als een uiting van opvoedingsonzekerheid, dan wel van een

intentie om zo goed mogelijk op te voeden en daarbij gebruik te maken van de

meest recente inzichten. We moeten dan ook niet besluiten dat ouders geen

opvoedingsondersteuning wensen of nodig hebben, maar wel dat we hen in hun

verantwoordelijkheid van opvoeders in de ondersteuning als gelijkwaardige

partners moeten beschouwen (Colpin & Vandemeulebroecke, 2002).

Page 29: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

2. Theoretische omkadering

Ouders en opvoedingson dersteuning: een verken ning van commer ciële l i teratuur Sof ie Ja cobs

29

Opvoedingsondersteuning vanuit het perspectief van de ouders

Aangezien we vertrekken vanuit een positieve visie op opvoedingsondersteuning en

van het feit dat opvoeding een gedeelde verantwoordelijkheid is, mogen we zeker

niet voorbij gaan aan het perspectief van de ouders zelf.

Een aantal onderzoekers pleiten expliciet voor opvoedingsondersteuning vanuit het

perspectief van de ouders. Daarvoor vertrekken ze vanuit hun visie op opvoeding,

de effectiviteit van opvoedingsondersteuning of vanuit het principe van empower-

ment.

Visie op opvoeding

Adriaenssens (1997) vindt opvoeding een dynamisch gegeven. Hij beschouwt

ouderschap als een groeiproces. Het is steeds in ontwikkeling. Door opvoeding als

een groeiproces te zien, door te begrijpen dat ouders stapsgewijs leren opvoeden,

ontstaat er begrip voor hun vragen. Ouders en kinderen, en hun onmiddellijke

omgeving, zij vormen samen het ‘opvoedingsteam’. Zij vormen een menselijk

systeem, in plaats van een mechanisch productieproces. Ook Voets (2000) benadert

de opvoeding vanuit een groeiproces. Hij ziet het als het creëren van een optimale

omgeving om de zelfsturing tussen ouders en kinderen geolied te doen verlopen.

Opvoedingsondersteuning moet daarom volgens hem een activerende positie

innemen, namelijk het stimuleren van ouders zodat ze het roer zelf en effectief in

handen kunnen houden.

Vanuit zijn visie op opvoeding vindt Vermeulen (1992) dat aan ouders inzicht en

vertrouwen in hun eigen kennis en kunde moet gegeven worden opdat zo

voorkomen kan worden dat alledaagse opvoedingsproblemen uitgroeien tot

belemmeringen bij het opgroeien van de kinderen. Als men dan belandt in een

problematische opvoedingssituatie is dit een proces van ontbinding tussen ouders

en kinderen. Voets en Michielsen (2002) beschouwen ouders dan ook als ‘partners’.

Moran en Ghate (2005) vertrekken bij hun onderzoeken tevens vanuit de evidentie

dat ouders centraal staan in de opvoeding.

Nys en Van den Wijngaerde (2004) volgen de visie dat opvoeding een inter-

relationeel proces is dat plaatsvindt in de interactie tussen ouders en hun kinderen.

Ouders hebben volgens hen met andere woorden een pedagogische verant-

woordelijkheid. Deze vloeit rechtstreeks voort uit het ouderschap zelf. In de

Page 30: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

2. Theoretische omkadering

Ouders en opvoedingson dersteuning: een verken ning van commer ciële l i teratuur Sof ie Ja cobs

30

opvoedingsondersteuning moet deze verantwoordelijkheid van de ouders erkend en

gerespecteerd worden.

Ook Vandemeulebroecke et al. (2002) vinden het een belangrijk basisprincipe dat

men de principiële ouderlijke verantwoordelijkheid voor de opvoeding erkent. Dat

is immers een niet te miskennen gegeven dat ook in het Internationaal Verdrag

inzake de Rechten van het Kind vervat zit. Dit kan onder andere door het tot stand

brengen van een meer gelijkwaardige positie van ouders en ondersteuners en van

een dialoog over de opvoeding. We moeten ouders in hun verantwoordelijkheid van

opvoeder dus als gelijkwaardige partner beschouwen en een dialogale grond-

houding voorop stellen (Vandemeulebroecke, 2000).

Effectiviteit van de opvoedingsondersteuning

Opvoedingsondersteuning, wil ze effectief zijn, moet in eerste instantie aansluiten

bij de vragen, de problemen en de behoeften van ouders zelf. Het is dus het

effectiefst als ouders geholpen worden om hun eigen weg te vinden in het

opvoedingsproces, zodat het zelfregulerende proces een kans kan krijgen

(Hermanns, 1995). McCurdy en Daro (2001) zijn tevens van mening dat bepaalde

programma’s, zoals bijvoorbeeld gezinsondersteuningsprogramma’s, niet effectief

zijn als men geen rekening houdt met de ouders zelf.

In de literatuur komt vaak terug dat opvoedingsondersteuning ouders maar vooruit

helpt als ze nieuwe opvoedingssituaties zelfzekerder en met meer voldoening

kunnen aanpakken. Als het met andere woorden hun probleemoplossend vermogen

en zelfstandigheid doet toenemen. Daarom moet opvoedingsondersteuning ver-

trekken vanuit de vragen die ouders stellen en zoals zij die stellen en moet het hen

helpen hun eigen opvoedingsdoelstellingen te realiseren (Van Crombrugge &

Vandemeulebroecke, 1992; Van den Eynde, 2000a).

Het ultieme doel van goed opvoeden is ouders te leren hoe ze de effectiviteit van

hun opvoeding kunnen ontwikkelen. De manier waarop ouders hun kinderen zien,

beïnvloedt immers de manier waarop ze hun rol als opvoeder benaderen (Miller &

Sambell, 2003). Het is volgens de auteurs belangrijk dat in het achterhoofd te

houden bij het ontwikkelen van opvoedingsondersteuningsprogramma’s en dus

rekening te houden met de perspectieven van ouders.

Wilbrink-Griffioen (1992) haalt in dit verband ook aan dat ‘ouders van nu’ moeten

en willen zelf bepalen wat goed is voor hun kind. Opvoedingssteun ‘van nu’, wil ze

effectief zijn, moet inspelen op ouders die zelf willen kiezen, die hoge eisen stellen

aan de opvoeding van hun kinderen en anderzijds op ouders wier kinderen in de

Page 31: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

2. Theoretische omkadering

Ouders en opvoedingson dersteuning: een verken ning van commer ciële l i teratuur Sof ie Ja cobs

31

knel dreigen te raken door de hoge eisen die de huidige samenleving hen stelt.

Kortom, het gaat bij hem om opvoedingssteun op maat.

Als we, zoals in vorige paragraaf beschreven, uitgaan van een pedagogische verant-

woordelijkheid van ouders, dan reduceert opvoedingsondersteuning die de ouders

werkelijk ernstig wil nemen hun vragen niet tot objectief oplosbare problemen of

subjectieve keuzesituaties. Ze erkent de ouders in hun verantwoordelijkheid en wel

door hen in gesprek te brengen met derden, door hen de gelegenheid te bieden hun

opvoedingsaanpak te verantwoorden en samen te zoeken naar maatschappelijk

verantwoorde pedagogische modellen van handelen (Van Crombrugge &

Vandemeulebroecke, 2002).

Empowerment

Als we bij de opvoedingsondersteuning werkelijk vanuit het perspectief van de

ouders willen vertrekken, kunnen we niet voorbij aan het empowermentprincipe.

Empowerment is het besef dat iemand ondanks beperkingen een waardevol mens is

en er vervolgens voor zorgen dat deze waardevolle mens tot zijn recht komt. Dit

proces gebeurt zowel vanuit de persoon zelf, als vanuit de hulpverleners die hierbij

betrokken zijn (Friele, 1998).

Empowerment binnen de opvoedingsondersteuning is dan gericht op de op-

voedingsrelatie en haar contextfactoren, op het herstel van het fout gelopen op-

voedingsproces, op het minimaliseren van risico- en stressfactoren en het opti-

maliseren van beschermende en ondersteunende factoren. Dit hele proces vindt

plaats in een dialoog waarin ouders en ondersteuners een gelijkwaardige positie

hebben (Nys & Vandemeulebroecke, 2000). Opvoedingsondersteuning mag vanuit

deze visie in geen geval bevoogdend zijn (Nys & Wouters, 2001) en moet uitgaan

van mogelijkheden en sterke kanten van ouders.

De basisprincipes van empowerment kunnen als volgt gezien worden:

- Mensen beschikken over krachten en groeimogelijkheden die in de

hulpverleningssituatie gestimuleerd zouden moeten worden.

- Persoonlijke tekorten liggen niet aan de basis van problemen, maar eerder het

sociaal systeem, dat mogelijkheden tot ontplooiing van de krachten zou moeten

creëren, schiet tekort.

- Mensen kunnen uit eerdere opgedane ervaringen inzichten verwerven in hun

mogelijkheden en zo ‘krachtiger’ worden (Vandemeulebroecke & Nys, 2001).

Page 32: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

2. Theoretische omkadering

Ouders en opvoedingson dersteuning: een verken ning van commer ciële l i teratuur Sof ie Ja cobs

32

In de theorievorming rond opvoedingsondersteuning wordt de laatste jaren zeker

niet voorbij gegaan aan het belang van empowerment. Volgens Gerris, van As, Wels

en Janssens (1998) moet opvoedingsondersteuning immers aansluiten bij de sterke

kanten en de opvoedingscapaciteiten van de gezinnen. Dit kan onder meer door hen

de kans te bieden deze opvoedingscapaciteiten evenals de mogelijkheid om

veranderingen in hun opvoedingssituatie aan te brengen, te laten ervaren. Ook

andere auteurs vertrekken bij de ondersteuning vanuit de sterktes van de gezinnen.

Volgens Gilligan (2000) moeten deze sterktes gestimuleerd worden. Gys (2000) gaat

ervan uit dat ouders het zo goed mogelijk doen en bevestiging zoeken voor hun

opvattingen en manier van doen. Als iemand hun opvoedende mogelijkheden dan

erkend heeft, zijn ze beter in staat te zien wat ze zelf kunnen doen om de huidige

moeilijkheden aan te kunnen.

Page 33: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

2. Theoretische omkadering

Ouders en opvoedingson dersteuning: een verken ning van commer ciële l i teratuur Sof ie Ja cobs

33

Commerciële opvoedingsliteratuur

Visie

Commerciële opvoedingsliteratuur heeft voornamelijk een informatief karakter,

zodat het vaak aangeduid wordt met de term ‘opvoedingsvoorlichting’.

Sinds het einde van de jaren tachtig wordt opvoedingsvoorlichting onderscheiden in

‘opvoedingsvoorlichting’ en ‘opvoedingsondersteuning’. Het verschil is dat voor-

lichting voornamelijk informatieverstrekking inhoudt, terwijl alle andere, vaak meer

interactieve activiteiten onder opvoedingsondersteuning vallen. Opvoedings-

ondersteuning is als werkveld breder dan opvoedingsvoorlichting en kent

bovendien naast ouders ook professionele opvoeders als doelgroep (Wubs, 2004).

In deze scriptie zal commerciële opvoedingsliteratuur vanuit die informatie-

verstrekking vertrekken. Commerciële opvoedingsliteratuur omvat boeken en

tijdschriften waarin aan ouders informatie en advies over de opvoeding van

kinderen gegeven wordt, al dan niet via casussen of belevingsverhalen. Het gaat

daarbij om tijdschriften en boeken die aan elke ouder, dus niet alleen aan de

professional, worden gepresenteerd.

Recent heerst binnen het werkveld van de schriftelijke opvoedingsondersteuning de

opvatting dat de opvoedingsdeskundigheid van professionals niet in de eerste

plaats uit standaardkennis over gezonde ontwikkeling en daarbij passende

opvoeding moet bestaan, maar dat er vraaggericht gewerkt moet worden: het zijn

uiteindelijk de ouders die bepalen aan welke problematiek gewerkt gaat worden.

Vóór 1970 was dat wel anders. De auteurs legden toen de nadruk op het grote

belang van de deskundigen waardoor er duidelijk sprake was van een kloof tussen

de schrijvers en de lezers. De laatste decennia wil men die afstand en hiërarchie dus

opheffen door te laten weten dat men de overwegingen van ouders inzake

opvoeding belangrijk vindt. Men nam dan ook terughoudendheid in acht bij de

presentatie van adviezen. Ondanks dat is ten diepste de belangrijkste les die hun

boeken en tijdschriften ouders leren dezelfde gebleven: wie goed wil opvoeden moet

luisteren naar deskundigen (Wubs, 2004).

Het onderzoek van Wubs laat tevens een belangrijke continuïteit in dat advies zien:

liefde en leiding in de opvoeding vormen al eeuwen de kern van opvoedingsadvies.

Zowel vroeger als nu onderzochten deskundigen aangaande het leiding geven naar

de gulden middenweg tussen bevelen en onderhandelen.

Page 34: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

2. Theoretische omkadering

Ouders en opvoedingson dersteuning: een verken ning van commer ciële l i teratuur Sof ie Ja cobs

34

Andere auteurs zien de opkomst van commerciële opvoedingsliteratuur in de

professionaliseringsdrang van onze samenleving. Zo leidde het principe van de

maakbaarheid ertoe dat de professionele bemoeienis met opvoeden kon toenemen.

Tijdschriften of boeken die schrijven over opvoeding en kinderen of opvoedings-

programma’s op tv maken dankbaar gebruik van deze cultuur. De media en het

bedrijfsleven spelen ook in op de toenemende vraag om steeds meer over opvoeding

te weten te komen en passen zich aan aan wat er in de opvoeding gebeurt (Ruikes,

1992).

Ook Wubs (2004) verwijst hiernaar als ze stelt dat het op de markt brengen van

opvoedingsboeken niet alleen een onderdeel van de missie van betrokkenen bij het

werkveld van opvoedingsvoorlichting en -ondersteuning is, maar dat ook uitgevers

een invloed hebben op datgene wat als opvoedingsadvies wordt gedrukt en in de

handel wordt gebracht. Opvoedingsadvies in opvoedingsboeken wortelt dus zowel

in de professionele opvoedingsvoorlichting en -ondersteuning als in de commerciële

onderneming van de uitgeverij.

Poot (1992) verwijst naar het feit dat gepopulariseerde informatie over de ‘beste’

opvoedingswijzen overvloedig aangedragen wordt. Het probleem daarbij is dat die

informatie niet altijd eenduidig is. Het kan ook gebeuren dat ouders, door het lezen

van alle informatie die hen bereikt, hun vragen en problemen vertalen in de termen

van de adviesgevende deskundigen (proto-professionalisering). Dit kan tot gevolg

hebben dat zij iets als een probleem gaan zien wat het voorheen voor hen niet was

en zij zichzelf niet langer in staat achten het geschapen probleem op te lossen.

Waarom advies uit boeken of tijdschriften?

Ouders hebben recht op alle kennis die zou kunnen bevorderen dat ze ‘meer

houvast krijgen bij de manier waarop zij hun kinderen kunnen begeleiden’. Een

ideale opvoeding bestaat niet, iedere ouder sukkelt nu eenmaal met zijn eigen

tekortkomingen, maar ouders houden van hun kinderen en handelen daardoor vaak

intuïtief goed. Het is aan ouders te bepalen in hoeverre en op welke manier ze de

handreikingen willen en kunnen gebruiken. En niet alleen bij het kind, maar ook bij

de ouders moeten de gevolgde adviezen goed passen (Gordon, in Wubs, 2004).

Wat adviesboeken en tijdschriften daaraan kunnen toevoegen is een extra portie

inzicht en handigheid. Want op sommige momenten willen ouders wel tips. Hoewel

opvoedingsadviezen niet noodzakelijk zijn, kunnen ze in de omgang met het kind

wel veel betekenen (Wubs, 2004).

Page 35: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

2. Theoretische omkadering

Ouders en opvoedingson dersteuning: een verken ning van commer ciële l i teratuur Sof ie Ja cobs

35

Vandemeulebroecke en Nys (2002) stellen een aantal activiteiten en werkvormen

voor die binnen de verschillende opvoedingsondersteuningsvarianten aangewend

kunnen worden. Onder andere Kind en Gezin baseerde zich op deze activiteiten bij

de uitbouw van haar werking.

De eerste twee activiteiten, namelijk voorlichting of informatieverstrekking en

instrumentele steun kunnen volgens Vandemeulebroecke en Nys betrekking hebben

op opvoedingsadvies in boeken of tijdschriften.

Voorlichting of informatieverstrekking is een opvoedingsondersteuningsactiviteit die

een toename van kennis en inzicht bij de opvoeders beoogt, die kan bijdragen tot

een attitudeverandering, die op haar beurt kan bijdragen tot een gedragsver-

andering. Meer concreet kan het zowel gaan over het ‘persoonlijk’ verstrekken van

dergelijke informatie als het via massa- en audiovisuele media verspreiden van voor

de opvoeding relevante informatie.

Instrumentele steun blijft beperkt tot de ‘praktisch pedagogische hulp’, waarbij het

meer concreet kan gaan over het beschikbaar stellen van diensten, materiaal of

opvoedkundige documentatie.

Zowel Lim-Feijen (1992) als Buddelmeijer (1992) vinden in hun onderzoek naar

schriftelijke opvoedingsvoorlichting dat het wel degelijk voordelen heeft. Zo

ervaren ouders een gevoel van herkenning, vinden ze de tips nuttig en worden ze

door de tekst gerustgesteld.

Buddelmeijer haalt evenwel aan dat een brochure of boek over een bepaald

opvoedingsonderwerp waarschijnlijk steun en bevestiging biedt, maar voor een

ander deel levert het lezen van die informatie weinig op. Want het bereik van

massamedia kàn heel hoog zijn. Maar uit onderzoek is al vaak genoeg gebleken dat

de effectiviteit van massamedia beperkt is wanneer uitsluitend gebruik gemaakt

wordt van folders, brochures of commerciële boeken. Het lezerspubliek is namelijk

zo heterogeen dat de boodschap slechts gebrekkig kan worden afgestemd op de

vraag van de desbetreffende ouder. De verwachting dat ouders hun gedrag

uitsluitend door het lezen van een ouderbrochure zullen gaan veranderen, is wat te

hoog gespannen.

Uit tal van onderzoeken blijkt overigens wel dat opvoedingsboeken en/of -

tijdschriften vaak ter hand worden genomen door ouders. Peeters en Woldringh

(1993) vonden dat meer dan de helft van de door hen bevraagde ouders minsten een

keer per maand in een tijdschrift over opvoeding lezen.

Wouters (2000) stelde in zijn onderzoek van de Opvoedingstelefoon Vlaanderen vast

dat schriftelijk voorlichtingsmateriaal een belangrijk kanaal van steun is bij ouders.

Ook uit onderzoek van Vermulst (2002) komt dit naar voren. 44% van de

Page 36: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

2. Theoretische omkadering

Ouders en opvoedingson dersteuning: een verken ning van commer ciële l i teratuur Sof ie Ja cobs

36

ondervraagde ouders ziet foldermateriaal of boekjes als een gewenste vorm van

opvoedingsondersteuning, wat tevens het hoogste percentage in het onderzoek is.

De Gezinsbond hield een enquête bij ouders van tieners in verband met de

oprichting van het opvoedingstijdschrift ‘BOTsing’. Uit dat onderzoek bleek dat

ouders vooral tijdschriften en andere ouders de meest geschikte informatiekanalen

vinden (De Neve, 2002).

Het is dus zeker relevant deze vorm van opvoedingsondersteuning eens nader te

bekijken en na te gaan wat ouders ervan vinden. In deze studie wordt dan ook een

antwoord gezocht op de vraag welke bevindingen ouders hebben bij het raadplegen van

commerciële opvoedingsliteratuur.

Page 37: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

3. Methodologie

Ouders en opvoedingson dersteuning: een verken ning van commer ciële l i teratuur Sof ie Ja cobs

37

3. METHODOLOGIE

Inleiding

In het kader van de gekozen probleemstelling en onderzoeksvragen werd gekozen

voor een fenomenologische benadering van het onderzoek. Binnen deze benadering

tracht men de ervaringen en beleving van ouders beschrijvend weer te geven om ze

hierna van binnenuit te begrijpen en te interpreteren (Broekaert et al., 1997).

Voorafgaand aan dit onderzoek vond een klein kwantitatief vooronderzoek plaatst

met het oog op het samenstellen van de onderzoeksgroep.

In deze scriptie wordt echter vanwege het doel van de probleemstelling het grootste

accent gelegd op de kwalitatieve analyse.

Kwalitatief onderzoek

Volgens De Fever kan men de keuze tussen kwalitatief en kwantitatief onderzoek

niet baseren op de superioriteit van één van beide, maar veeleer op methodisch-

technische overwegingen (Broekaert et al., 1997). Wij kiezen dan ook voor een

kwalitatieve onderzoeksmethode omwille van pragmatische redenen: het object van

de studie, de probleemstelling, de onderzoekssituatie en persoonlijke voorkeur.

Maso en Smaling (1998) halen een aantal situaties aan die een goed vertrekpunt

vormen voor kwalitatief onderzoek. Deze situaties zijn tevens van toepassing op

deze studie:

- Situaties waar zo weinig onderzoek naar gedaan is en waarover zo weinig

mogelijk voorkennis bestaat, dat we de relevante variabelen of de relaties

daartussen niet kennen.

- Situaties waarin het praktisch of ethisch niet mogelijk of verstandig is om

kwantificerend te werk te gaan.

- Situaties waarin men wil exploreren welke betekeniswereld er ligt achter

sociale processen, interacties, sociale relaties, gedragingen, houdingen,

gevoelens en ervaringen.

Kwalitatief onderzoek is een vorm van empirisch onderzoek waarachter het idee

schuilgaat dat menselijk gedrag voor een niet onbelangrijk deel moet worden

verklaard op basis van de betekenisverleningen in het leven van alledag. Mensen

worden voornamelijk bestudeerd als wezens die hun wereld grotendeels constru-

Page 38: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

3. Methodologie

Ouders en opvoedingson dersteuning: een verken ning van commer ciële l i teratuur Sof ie Ja cobs

38

eren door hun eigen betekenisgeving, betekeniservaring en al dan niet verantwoor-

delijk gedrag. Als onderzoeker zet je je dan als persoon in om inzicht te krijgen in

het leven van anderen (Maso & Smaling, 1998).

Aangezien de doelstelling van dit onderzoek exploratief van aard is, werd er niet

gewerkt vanuit een expliciet theoretisch kader. Zoniet loopt men immers het risico

dat onderzoekers een te enge kijk aannemen en geen andere veronderstellingen of

hypothesen buiten het theoretische kader opmerken (Maso & Smaling, 1998), wat bij

exploratief onderzoek te allen tijde vermeden moet worden. Tijdens het onderzoek

werd vanuit een zo open mogelijk perspectief naar de ouders en hun bevindingen

gekeken.

Page 39: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

3. Methodologie

Ouders en opvoedingson dersteuning: een verken ning van commer ciële l i teratuur Sof ie Ja cobs

39

Onderzoeksopzet

Samenstelling onderzoeksgroep

De gewenste doelgroep voor het uitvoeren van het onderzoek zijn ouders die reeds

commerciële opvoedingsliteratuur raadpleegden. Het nagaan van bevindingen bij

ouders die nooit zulke literatuur lezen, zou ons te ver drijven van de beoogde

onderzoeksvragen en -doelstellingen. De onderzoeksgroep werd dan ook samen-

gesteld via het verspreiden van een vragenlijst (bijlage 3) om een gewenste selectie

te kunnen maken.

De bedoeling van deze vragenlijst is enerzijds ouders te selecteren die in aan-

merking komen voor het onderzoek, anderzijds een algemeen beeld te schetsen van

mogelijke opvoedingsproblemen en de plaats van commerciële opvoedingsliteratuur

binnen het aanbod van de opvoedingsondersteuning bij de ondervraagde

steekproef.

De vragenlijst werd in de periode maart-april 2007 verspreid via een gemeentelijke

lagere school in Wuustwezel, een lezing van de Gezinsbond te Antwerpen, de leden

van KAV Wuustwezel en via het infoblaadje van VVKSM 71ste St-Jozef Gooreind.

Er werden 181 vragenlijsten terugbezorgd waarin uiteindelijk 59 respondenten aan-

gaven dat ze verder wilden meewerken.

Van die 59 respondenten bleken er 34 geschikt voor het onderzoek naar de be-

vindingen van ouders omtrent commerciële opvoedingsliteratuur. Deze selectie is

voornamelijk gebaseerd op het feit of de respondenten deze vorm van opvoedings-

ondersteuning reeds raadpleegden.

De geschikte respondenten werden onderverdeeld in drie categorieën, namelijk

mannen, vrouwen met een laag opleidingsniveau en vrouwen met een hoog op-

leidingsniveau. Als laag opleidingsniveau worden in deze studie respondenten

beschouwd met maximaal een diploma van het beroepssecundair onderwijs.

Respondenten met minimaal een diploma hoger onderwijs korte type behoren in dit

onderzoek tot de categorie ‘hoog opleidingsniveau’. De driedeling werd gemaakt op

basis van het idee dat respondenten uit de verschillende categorieën mogelijk

andere bevindingen inzake commerciële opvoedingsliteratuur ervaren.

Hierdoor krijgt in dit onderzoek niet uitsluitend één ‘categorie’ in de maatschappij

het woord in verband met zijn/haar bevindingen omtrent commerciële opvoedings-

literatuur, wat alleen maar een voordeel kan zijn voor de kwaliteit van het

onderzoek.

Page 40: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

3. Methodologie

Ouders en opvoedingson dersteuning: een verken ning van commer ciële l i teratuur Sof ie Ja cobs

40

In november 2007 werden 19 respondenten uit de verschillende categorieën

telefonisch gecontacteerd. Hierbij werd kort het onderzoek gekaderd en als de res-

pondenten geïnteresseerd waren in verdere medewerking werd een afspraak

gemaakt. Uiteindelijk werden in november 2007, december 2007 en januari 2008 13

respondenten uit de verschillende categorieën mondeling bevraagd, namelijk 4

respondenten uit de categorie ‘mannen’, 5 respondenten uit de categorie ‘vrouwen

met een hoog opleidingsniveau’ en 4 respondenten uit de categorie ‘vrouwen met

een laag opleidingsniveau’. Met deze interviews konden de onderzoeksvragen

voldoende beantwoord worden om een goede indruk te krijgen van de bevindingen

van de ouders omtrent commerciële opvoedingsliteratuur. Daarom werd besloten

deze onderzoeksgroep niet verder uit te breiden.

Gegevensverzameling

� De vragenlijst

De vragenlijst (bijlage 3), die de aanzet vormt voor het kwalitatief onderzoek,

bestaat uit drie grote delen.

- Algemene vragen

Deze vragen gaan over de achtergrond van de respondent. De bedoeling

hiervan is dat opvoedingsbehoeften en opvoedingsproblemen gelinkt kunnen

worden aan, bijvoorbeeld, het aantal kinderen, leeftijd van de kinderen, maar

ook aan sociale klasse, als we ervan uitgaan dat het opleidingsniveau dit kan

voorspellen.

Voor het kwalitatief onderzoek is deze informatie zeker ook relevant. Via deze

vragen kan ik de respondenten onderverdelen in verschillende categorieën.

- Opvoedingsvragen en –problemen

De mogelijke opvoedingsproblemen die hier opgesomd zijn, komen uit het

eindrapport van de Gezinsbond over hun behoefteonderzoek “Heeft u ook een

tiener in huis” voor de oprichting van het tijdschrift ‘BOTsing’.

Via deze bevraging is het mogelijk een algemeen beeld te schetsen van wat de

respondenten als problematisch ervaren in de opvoeding. Dit hangt mogelijk

samen met de onderwerpen waarover ouders een boek of tijdschrift willen

raadplegen.

De open vraag geeft de respondenten de kans het lijstje zelf nog aan te vullen.

Een gesloten lijst van mogelijke opvoedingsproblemen zal immers nooit

volledig zijn.

Page 41: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

3. Methodologie

Ouders en opvoedingson dersteuning: een verken ning van commer ciële l i teratuur Sof ie Ja cobs

41

- Informatiekanalen

Hieruit kan afgeleid worden welke ouders reeds een boek en/of tijdschrift

gebruikten als informatiekanaal. Het zijn immers die personen die nodig zijn

voor het kwalitatief onderzoek.

Verder wordt zo ook de rol van het boek en tijdschrift als informatiekanaal

onderzocht. Vinden ouders boeken en tijdschriften over opvoeding eigenlijk

wel een geschikt informatiekanaal? En wat is de verhouding van het boek en

tijdschrift ten opzichte van andere informatiekanalen?

Op het einde van de vragenlijst wordt gevraagd of de respondent bereid is verder

mee te werken. Onder andere op basis hiervan was het mogelijk medewerkers te

selecteren voor de mondelinge bevraging.

Het invullen van de vragenlijst neemt ongeveer twintig minuten in beslag. Deze

werd eerst door twee familieleden ingevuld om na te gaan of alles begrijpbaar is.

Aan het begin van de vragenlijst wordt een anonieme werkwijze gegarandeerd en

via een bijgevoegde brief wordt het onderzoek gekaderd om vertrouwen te krijgen

opdat de bereidheid om mee te werken aan het onderzoek stijgt.

� Semi-gestructureerde interviews

Als instrument voor deze kwalitatieve studie werd voor het semi-gestructureerde

interview (bijlage 4) gekozen boven het open interview omwille van het feit dat we

toch, ondanks het exploratief karakter van dit onderzoek, concrete antwoorden

zoeken op een aantal vragen. Semi-gestructureerde interviews wekken bovendien bij

de respondenten de indruk dat je erop vertrouwt dat ze de waarheid vertellen,

waardoor ze sneller geneigd zullen zijn om vrijuit te spreken over hun werkelijke

gedragingen, ervaringen en opvattingen (Tilanus, 1997).

In kwalitatief onderzoek kan het interview echter op twee manieren worden

gebruikt: als dominante dataverzamelingsstrategie of in samenwerking met andere

technieken. In dit onderzoek wordt geopteerd voor het interview als dominante

strategie. Maso en Smaling (1998) stellen dat voor zover het niet gaat om gedra-

gingen, maar om opvattingen, houdingen, gevoelens en ervaringen, het voldoende is

om de respondenten hierover te interviewen.

Kvale (1996, p.124) beschrijft een semi-gestructureerd interview als: “It has a se-

quence of themes to be covered, as well as suggested questions. Yet at the

same time there is an openness to changes of sequence and forms of questions in order to

follow up the answers given and the stories told by the subjects”.

Page 42: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

3. Methodologie

Ouders en opvoedingson dersteuning: een verken ning van commer ciële l i teratuur Sof ie Ja cobs

42

In deze studie werden dan ook relevante thema’s die zeker aan bod moesten komen,

in functie van de onderzoeksvragen, in vraagvorm gegoten om te fungeren als

beginvraag. Deze thema’s zijn: ‘verwachtingen’, ‘tips en adviezen’, ‘aanleidingen’,

‘inhoud’ en ‘algemeen gevoel’. Vervolgens werd door de interviewer doorgevraagd

om de ouders ten volle te begrijpen. De volgorde van de beginvragen werd niet

strikt aangehouden, maar aangepast aan het tempo en het verhaal van de ouders.

Op die manier kon voldoende flexibel ingespeeld worden op wat ouders

aanbrachten en bleef er voldoende ruimte over voor nieuwe topics (Tilanus, 1997).

De volgorde en manier van vragenstellen lag dus in principe vast, maar kon

aangepast worden als dat beter in het gesprek paste. Als bijvoorbeeld een topic

reeds door de geïnterviewde aan de orde was gesteld, hoefde daar niet later op

teruggekomen te worden. Tijdens het interviewen bleek dat de bespreking van

verschillende topics inderdaad af en toe door elkaar liep. Aan het eind van elk

interview is aan de hand van de topiclijst nagegaan of alle topics aan bod waren

gekomen.

Voor de aanvang van het interview werd aan de ouders nog eens het doel van het

onderzoek uitgelegd, hun anonimiteit gegarandeerd en gesteld dat ze niet verplicht

waren om vragen te beantwoorden. Ook werd toestemming gevraagd om voor de

registratie gebruik te maken van een dictafoon. De meeste ouders ervoeren dit niet

als hinderlijk. De interviews duurden gemiddeld veertig minuten à één uur. Alle

interviews werden letterlijk uitgetypt. Hoewel dit een tijdrovende activiteit is,

kunnen op die manier geen relevante details verloren gaan en kunnen er zaken naar

voren komen die tijdens de informatieverzameling niet opgemerkt zijn (Maso &

Smaling, 1998).

Verwerking van de gegevens

� Vragenlijsten

De vragenlijst heeft tot doel de onderzoeksgroep samen te stellen en de context van

deze onderzoekgroep ruw te schetsen. Het vormt dus slechts een aanzet tot het

eigenlijke onderzoek. Daarom worden deze gegevens uitsluitend beschrijvend

verwerkt via SPSS. Voor de uitwerking werd dus gebruik gemaakt van

frequentietabellen, kruistabellen en centrum- en spreidingsmaten.

� Interviews

De kwalitatieve interviews zijn geanalyseerd volgens de methode die Maso en

Smaling (1998) ‘beschrijvende analyse’ noemen. Alle interviews werden door middel

van audio-opnames geregistreerd. Vervolgens zijn deze opnames uitgetypt. Deze

uitgetypte interviews worden ‘transcripts’ genoemd. Per interview is nagegaan wat

Page 43: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

3. Methodologie

Ouders en opvoedingson dersteuning: een verken ning van commer ciële l i teratuur Sof ie Ja cobs

43

de respondent over de verschillende topics, die overeen komen met de

onderzoeksvragen, gezegd heeft. Hierbij is steeds gekeken naar het gehele

interview, dus niet alleen naar de directe antwoorden op het bijbehorende topic. Per

interview is voor elke deelvraag vervolgens een samenvatting gemaakt. Met deze

samenvattingen kan een denkbeeldige matrix (bijlage 5) gemaakt worden waardoor

de antwoorden van de verschillende respondenten per deelvraag met elkaar

vergeleken konden worden op overeenkomsten en verschillen. Dat leidde tot een

samenvatting per deelvraag (rij). Deze samenvattingen dienden ten slotte als

belangrijkste basis voor de eindbeschouwing waarin de onderzoeksvragen genuan-

ceerd en gedifferentieerd konden worden beantwoord.

Tijdens de analyse werd de informatie per geïnterviewde steeds bij elkaar gehouden

zodat de betekenis van stukjes informatie telkens in het verband van het gehele

interview gezien kon worden.

Page 44: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

3. Methodologie

Ouders en opvoedingson dersteuning: een verken ning van commer ciële l i teratuur Sof ie Ja cobs

44

Methodologische kwaliteitscriteria

Dit onderzoek heeft niet tot doel te generaliseren, daarvoor is de steekproef niet

representatief genoeg. Zoals reeds eerder gezegd, is het doel van dit onderzoek

echter exploratief van aard. Het wil een eerste schets geven van de bevindingen die

ouders ervaren bij het lezen van commerciële opvoedingsliteratuur. Daarom werd er

naar een aantal kleine cases gekeken in plaats van oppervlakkig naar een groot

aantal.

Dit alles betekent echter niet dat de kwaliteit van het onderzoek niet zo hoog

mogelijk moet zijn. Een aantal onderzoekers is van mening dat aandacht voor

begrippen als betrouwbaarheid, validiteit en generaliseerbaarheid enkel aan de orde

is binnen de kwantitatieve onderzoekstraditie. Toch kan men stellen dat het niet

alleen mogelijk, maar tevens noodzakelijk is om deze kwaliteitscriteria als referen-

tiepunt te nemen voor degelijk en systematisch kwalitatief onderzoek (Silverman,

2000). In dit onderzoek werden dan ook enkele inspanningen gedaan om de

betrouwbaarheid, validiteit en objectiviteit te verhogen.

Betrouwbaarheid

Betrouwbaarheid is de afwezigheid van toevallige of onsystematische vertekeningen

van het object van studie. Betrouwbaarheid komt in die zin neer op herhaal-

baarheid. In kwalitatief onderzoek is de feitelijke herhaling van een onderzoek of

onderdelen ervan echter niet mogelijk doordat de onderzochte situatie verandert,

zodat slechts virtuele herhaalbaarheid kan worden verlangd. Dit moet mogelijk

worden gemaakt door uitgebreide rapportage van de oorspronkelijke uitvoering van

het onderzoek. Virtuele herhaalbaarheid houdt dus in ieder geval intersubjectieve

navolgbaarheid in, want men zal nooit weten of een feitelijke herhaling van een

onderzoek dezelfde resultaten zou opleveren (Maso & Smaling, 1998).

De interne betrouwbaarheid is de betrouwbaarheid binnen een onderzoeksproject.

Het is afhankelijk van de mate waarin verschillende onderzoekers binnen hetzelfde

onderzoeksgebied tot dezelfde resultaten zouden komen. Men streeft dus naar een

zekere consistentie van een onderzoeker of tussen verschillende methoden. In dit

onderzoek werden een aantal strategieën toegepast om de interne betrouwbaarheid

te verhogen (Maso & Smaling, 1998):

- De resultaten worden geïllustreerd met empirische voorbeelden, namelijk

citaten.

Page 45: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

3. Methodologie

Ouders en opvoedingson dersteuning: een verken ning van commer ciële l i teratuur Sof ie Ja cobs

45

- Door middel van audio-opnames werd het verzamelen van gegevens

gemechaniseerd en geautomatiseerd om vertekeningen te vermijden.

Externe betrouwbaarheid is herhaalbaarheid van het hele onderzoek. Zoals eerder

aangehaald, stelt men bij kwalitatief onderzoek de virtuele herhaalbaarheid als

norm (Maso & Smaling, 1998). In deze studie werd getracht virtuele herhaalbaarheid

te realiseren door een expliciete en uitvoerige beschrijving van de theoretische

inzichten, de selectie van informanten, de situaties en condities van de bevraging en

andere methodisch-technische informatie.

Validiteit

Validiteit vatten we op als de afwezigheid van systematische vertekeningen (Maso

& Smaling, 1998).

Interne validiteit gaat na of de resultaten overeenkomen met de werkelijkheid (Maso

& Smaling, 1998). In deze studie werd die ‘match’ zo groot mogelijk gemaakt door

gebruikt te maken van audio-opnames om vertekeningen door een selectief

geheugen en later optredende interpretaties te vermijden. Bovendien werden de

interviews letterlijk uitgetypt en aantekeningen bij het interview werden zo snel

mogelijk genoteerd.

Externe validiteit wordt meestal opgevat als de generaliseerbaarheid van onderzoek-

conclusies naar andere personen, fenomenen, situaties en tijdstippen dan die van

het onderzoek. Externe validiteit behoort evenwel niet per definitie tot het

objectiviteitsstreven, wanneer het niet het doel van het onderzoek is (Maso &

Smaling).

Gezien de exploratieve aard van dit onderzoek werd niet gestreefd naar algemene

generalisaties, maar eerder naar een typisch kwalitatieve versie van externe

validiteit, namelijk de overdraagbaarheid. Het is aan de lezer van dit

onderzoeksrapport om te bepalen of en welke gelijkenissen bestaan tussen twee

situaties om de conclusies tevens in de andere situatie te laten gelden.

Objectiviteit – subjectiviteit

Het streven naar objectiviteit in het onderzoek is het streven, in relatie tot het kader

van de vraagstelling van het onderzoek, recht te doen aan het object van studie: het

object van studie laten spreken en niet vertekenen. Het gaat er dus niet om het

Page 46: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

3. Methodologie

Ouders en opvoedingson dersteuning: een verken ning van commer ciële l i teratuur Sof ie Ja cobs

46

object van de studie op te vatten als iets statisch of als iets absoluut dat bestaat

buiten het bewustzijn van de onderzoeker of de samenleving, laat staan buiten het

menselijk bewustzijn. Methodologische objectiviteit houdt in dat men zich in

principe altijd de vraag kan stellen: is er wel voldoende recht gedaan aan het object

van onderzoek (Maso & Smaling, 1998)?

Ook dit onderzoek tracht zoveel mogelijk recht te doen aan de persoon zelf om de

objectiviteit te bevorderen. Daarom werden audio-opnames gemaakt van de

gesprekken en werden deze vervolgens letterlijk uitgetypt.

Het streven naar een niet-vertekend beeld betekent echter niet vanzelf dat men het

object van het onderzoek tot zijn recht moet laten komen. Om het object van de

studie te laten spreken, moet de kwalitatieve onderzoeker zich persoonlijk

betrokken voelen en zich ook inlaten met de te bestuderen werkelijkheid. Dit kan

onder andere bevorderd worden door dialogische verhoudingen tussen onderzoeker

en onderzochte (Maso & Smaling, 1998).

Wanneer we de subjectiviteit van de onderzoeker vervolgens niet eenzijdig opvatten

als mogelijke vertekening, dan kan de subjectieve inzet van de onderzoeker juist

bijdragen aan het objectiviteitsstreven. Het streven naar objectiviteit is dus met

andere woorden een intelligent gebruikmaken van de eigen subjectiviteit. In

kwalitatief onderzoek kan de onderzoeker meestal meer leren als hij of zij een

dialogische relatie met de onderzochten kan aangaan (Maso & Smaling, 1998).

Ook hieraan werd in dit onderzoek recht gedaan. De gesprekken verliepen op een

vrij informele manier waarbij er voldoende ruimte was tot dialoog en het uitwis-

selen van gedachten. Omdat de meeste ondervraagden in de buurt van de inter-

viewer wonen, was er een grote vertrouwensband zodat er vlot en meer vrijuit

gesproken werd.

Page 47: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

3. Methodologie

Ouders en opvoedingson dersteuning: een verken ning van commer ciële l i teratuur Sof ie Ja cobs

47

Ethische overwegingen

Vertrouwelijkheid, anonimiteit en privacy zijn belangrijke ethische beginselen die

gewaarborgd dienen te worden bij alle aspecten van het onderzoek.

Vertrouwelijkheid verwijst naar het akkoord met de ondervraagden over wat er met

de data zal gebeuren en wie er toegang toe heeft (Miles & Huberman, 1994). Zowel

in de vragenlijst, tijdens het telefoongesprek, als bij het begin van het interview

werd de onafhankelijkheid ten aanzien van derden benadrukt. Ouders kregen de

garantie dat andere lezers niet te weten zouden komen welke delen uit deze scriptie

door welke ouders vernoemd werden. Alles zou onherkenbaar gemaakt worden.

Ook werd de anonimiteit gegarandeerd zodat de privacy van de ondervraagden

beschermd werd. In dit onderzoeksrapport zijn geen namen te vinden, ook plaats-

namen en andere kenmerken werden bij het neerschrijven gewijzigd of zoveel

mogelijk vermeden. Ouders waren bovendien niet verplicht te antwoorden op

vragen waar ze dit liever niet deden. Tot slot werd de toestemming van de ouders

gevraagd om het gesprek op dictafoon op te nemen en kregen ze de garantie dat

niemand anders deze gesprekken zou beluisteren.

In een onderzoeker-ondervraagde-relatie lijkt niet steeds sprake te zijn van recipro-

citeit. De balans tussen geven en nemen, tussen baten en kosten lijkt niet altijd

evenredig verdeeld. Toch valt er voor de ondervraagde ook winst of voordeel te

halen uit een onderzoek, al ligt dit op een ander vlak dan bij de onderzoeker.

Sommige auteurs halen aan dat de ondervraagden voordeel halen uit de tijd en

aandacht die hen geboden wordt (Miles & Huberman, 1994). Vaak verschaft het

interview de respondenten één van de zeldzame gelegenheden waarin er echt naar

hen geluisterd wordt en ze over zichzelf kunnen praten (Tilanus, 1997).

Page 48: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

4. Resultaten

Ouders en opvoedingson dersteuning: een verken ning van commer ciële l i teratuur Sof ie Ja cobs

48

4. RESULTATEN

Eerst worden de resultaten van de korte vragenlijst gegeven, vervolgens de

resultaten van de semi-gestructureerde interviews.

Resultaten vragenlijst

Algemene vragen

In het onderzoek zijn 181 vragenlijsten opgenomen. Daarvan zijn 81,2% vrouwelijke

respondenten.

De gemiddelde leeftijd van de respondenten bedraagt 38, 9 jaar.

De gemiddelde respondent heeft twee kinderen waarvan het oudste kind 13,4 jaar

oud is.

De meeste respondenten, namelijk 89,5% wonen in de provincie Antwerpen. De

andere respondenten wonen hoofdzakelijk in Oost-Vlaanderen (9,9%).

De meeste respondenten behaalden een diploma van het technisch secundair

onderwijs (28,2%) of van het hoger onderwijs korte type (24,3%).

0

5

10

15

20

25

30

lagere school lager

secundair

BSO TSO ASO hoger

onderwijs -korte type

hoger

onderwijs -lange type

universiteit

behaald diploma

Opvoedingsvragen – en problemen

De meerderheid van de respondenten kruisten ‘geen probleem’ aan bij volgende

items:

- Steun van partner

- Zakgeld

- Praten met kind

- Gezinsbudget

Page 49: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

4. Resultaten

Ouders en opvoedingson dersteuning: een verken ning van commer ciële l i teratuur Sof ie Ja cobs

49

- Schoolloopbaan

- Verantwoordelijkheden ten opzichte van kind

- Vrijheid geven aan kind

- Afspraken met partner

- Drugs

- Keuzes in manier van opvoeden

- Respect van kind

- Pc, internet

- Begeleiden in relationele en seksuele ontwikkeling

De meerderheid van de respondenten kruisten ‘niet echt problematisch’ aan bij

volgende items:

- Regels en grenzen

- Tv, video

- Meningsverschillen

- Conflicten broer/zus

De antwoordmogelijkheid ‘is een probleem’ wordt het meest aangekruist bij volgende

items:

- Regels en grenzen bij 18,2% van de respondenten

- Tv en video bij 16,6% van de respondenten

- Pc en internet bij 18,8% van de respondenten

- Conflicten broer/zus bij 10,5% van de respondenten

- Houden aan afspraken bij 15,5% van de respondenten

0

5

10

15

20

regels en grenzen tv en video pc en internet conflicten broer/zus houden aan afspraken

is een probleem

Page 50: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

4. Resultaten

Ouders en opvoedingson dersteuning: een verken ning van commer ciële l i teratuur Sof ie Ja cobs

50

Informatiekanalen

� Meest gebruikt infokanaal?

De meeste respondenten geven aan dat ze ‘boeken’ (25,4%) gebruiken als

belangrijkste informatiekanaal bij de opvoeding. Op de tweede plaats gebruiken de

respondenten ‘andere ouders’ (22,1%) als belangrijkste informatiekanaal.

‘Tijdschriften’ wordt slechts door 7,2% van de respondenten als belangrijkste

informatiekanaal aangeduid.

Als minst gebruikt informatiekanaal wordt ‘radio en televisie’ (13,3%) aangegeven.

05

1015202530

andere ouders radio, tv boeken tijdschriften school, CLB

meest gebruikt informatiekanaal

Er is geen verband tussen de sekse van de respondent en de kans dat hij/zij vaker

aanduidt dat boeken of tijdschriften het meest gebruikte infokanaal zijn. Zowel

mannelijke als vrouwelijke respondenten duiden deze antwoordmogelijkheid

evenveel aan.

Respondenten met een diploma van het universitair onderwijs (41,7%) en hoger

onderwijs lange type (62,5%) gebruiken vaker ‘boeken’ als belangrijkste

informatiekanaal in vergelijking met andere respondenten.

Er is geen opmerkelijk verband tussen het opleidingsniveau en de keuze voor

‘tijdschrift’ als belangrijkste informatiekanaal bij opvoedingsondersteuning.

relatie opleidingsniveau - boek als meest gebruikt infokanaal

010203040506070

lagere school lager

secudair

BSO TSO ASO hoger

onderwijs -korte type

hoger

onderwijs -lange type

universiteit

boeken

Page 51: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

4. Resultaten

Ouders en opvoedingson dersteuning: een verken ning van commer ciële l i teratuur Sof ie Ja cobs

51

Respondenten met vier kinderen duiden de antwoordmogelijkheid ‘boeken’

beduidend meer aan (46,7%). Op de tweede en derde plaats komen respondenten

met vijf (42,9%) en drie (41,2%) kinderen.

Er is geen opmerkelijk verband tussen het aantal kinderen en de keuze voor

‘tijdschrift’ als belangrijkste informatiekanaal bij opvoedingsondersteuning.

� Meest geschikt infokanaal?

De respondenten vinden ‘andere ouders’ (60,8%) het meest geschikt als

informatiekanaal bij opvoedingsvragen. Op de tweede plaats verkiezen ze ‘boeken’

(49,7%). Daarna volgen de ‘school en het CLB’, ‘radio en televisie’. Tijdschriften

vindt men het minst geschikt informatiekanaal.

0

20

40

60

80

andere ouders radio, tv boeken tijdschriften school, CLB

meest geschikt informatiekanaal

Er is geen verband tussen de sekse van de respondent en de kans dat hij/zij vaker

aanduidt dat boeken of tijdschriften het meest geschikte infokanaal zijn. Zowel

mannelijke als vrouwelijke respondenten duiden deze antwoordmogelijkheid

evenveel aan.

Er is geen relatie tussen de antwoordmogelijkheid ‘boeken’ al meest geschikt

informatiekanaal en het opleidingsniveau van de respondent.

Bij ‘tijdschriften’ zien we wel dat respondenten met een diploma van secundair BSO

deze antwoordmogelijkheid vaker aanduiden (38,5%) als meest geschikt informatie-

kanaal.

In overeenkomst met het item ‘meest gebruikt informatiekanaal’, geven

respondenten met drie of vier kinderen vaker aan dat ze opvoedingsboeken het

meest geschikt informatiekanaal vinden (respectievelijk 70,3% en 62,5%).

Ook hier is er geen significant verband tussen de antwoordmogelijkheid ‘tijd-

schriften’ en het aantal kinderen.

Page 52: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

4. Resultaten

Ouders en opvoedingson dersteuning: een verken ning van commer ciële l i teratuur Sof ie Ja cobs

52

Wanneer respondenten aanduiden dat ze ‘boeken’ het meest gebruiken als

infokanaal, bestaat er een zeer grote kans, namelijk 87%, dat ze ‘boeken’ ook

aanduiden als meest geschikt informatiekanaal.

relatie meest gebruikt infokanaal - meest geschikt infokanaal

020406080

100

meest gebruikt

infokanaal

vaak gebruikt

infokanaal

soms gebruikt

infokanaal

weinig gebruikt

infokanaal

bijna nooit

gebruiktinfokanaal

minst gebruikt

infokanaal

boeken

Van de respondenten die het meest een tijdschrift lezen als informatiekanaal bij

opvoedingsondersteuning, vindt 38,5% een tijdschrift ook het meest geschikte

informatiekanaal. 61,5% van die respondenten vindt een tijdschrift daarentegen het

minst geschikt als informatie kanaal.

relatie meest gebruikt infokanaal - minst geschikt infokanaal

020406080

100

meest gebruikt

infokanaal

vaak gebruikt

infokanaal

soms gebruikt

infokanaal

weinig gebruikt

infokanaal

bijna nooit

gebruikt

infokanaal

minst gebruikt

infokanaal

tijdschriften

Page 53: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

4. Resultaten

Ouders en opvoedingson dersteuning: een verken ning van commer ciële l i teratuur Sof ie Ja cobs

53

Resultaten semi-gestructureerde interviews

Thema 1: verwachtingen

De meeste ondervraagden verwachten vooral een gevoel van herkenning te ervaren

bij het lezen van commerciële opvoedingsliteratuur. Ze willen verhaaltjes lezen,

voorbeelden en ervaringen van anderen. Hierbij hopen ze terugkoppeling te kunnen

maken naar de eigen opvoedingssituatie.

“Ik wil dat boek of dat artikel lezen en zien dat je jezelf er een beetje in herkent.”

“Er staan dikwijls voorbeelden in van kinderen hé, eigenlijk vooral over kinderen.

Gewoonlijk is dat zo, dus dan verwacht ik dat eigenlijk ook.”

Het verwachtte gevoel van herkenning wordt meestal ingelost. De ondervraagden

ervaren na het lezen begrip, ze voelen dat ze er niet alleen voor staan.

“Maar ja, als je die verhalen dan herkent, dat is ook al heel goed vind ik. Dat

gewone mama’s en papa’s iets schrijven en dat die het ook wel eens lastig hebben

als ze thuiskomen of dat er iemand anders ook wel eens roept.”

“Het is vooral dat je niet het gevoel hebt dat je er alleen voor staat. Dat vind ik

eigenlijk een heel belangrijk gevoel.”

Daarnaast verwachten veel ondervraagden dat de boeken of tijdschriften die ze

raadplegen informatief van aard zijn. Men wil te weten komen ‘hoe het nu allemaal

zit’. Hierbij verwachten ze dan vooral dat de auteur van het boek of het tijdschrift

over meer en betere informatie beschikt dan zijzelf.

“Het is gewoon, alléz, het enigste dat ge verwacht is dat ze erover schrijven, dus

dat ge weet ‘hoe zit het nu eigenlijk’ hé.”

“Een oplossing verwacht ik wel niet echt bij het lezen van zo’n dingen. Wel

gewoon altijd meer informatie.”

Deze verwachting wordt slechts gedeeltelijk ingelost. De ondervraagden geven aan

dat de meeste boeken en tijdschriften informatief van aard zijn, maar dat de auteur

het daarom niet beter weet.

Page 54: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

4. Resultaten

Ouders en opvoedingson dersteuning: een verken ning van commer ciële l i teratuur Sof ie Ja cobs

54

“Tja, je verwacht natuurlijk altijd dat daar iets in gaat staan, dat ze het beter

weten, maar dat is dikwijls niet zo.”

Een minderheid van de ondervraagden heeft een hulpvraag. Zij verwachten bij het

lezen van commerciële opvoedingsliteratuur vooral oplossingen voor specifieke

moeilijkheden in hun opvoedingssituatie.

“Ja, dus in verband met dyslexie dat ze mij oplossingen kunnen bieden. Dat

verwacht ik dan wel. Als ik dan echt op zoek ga, dan verwacht ik toch wel dat er

oplossingen geboden worden.”

Meestal vinden de ondervraagden ook daadwerkelijk oplossingen terug in de

boeken of tijdschriften in de vorm van tips. Op basis daarvan vormen ze zich ideeën

over opvoeding. Één ondervraagde ziet dit zelfs als een ware verrijking voor

haar/zijn opvoedingssituatie.

“En je ziet dan ook wat er niet goed gaat en hoe dat ze misschien hebben

geprobeerd om het wel anders te laten lopen en ik vind dat dan altijd wel goeie

ideeën.”

“Ik vind het altijd gewoon boeiend om eraan te beginnen en ja, iets positiefs eruit

te halen, al is het maar ene tip, om eens mee op pad te gaan of te experimenteren.

Ik vind eigenlijk elk ding dat je ziet of extra leest, dat dat een verrijking is.”

De ondervraagden geven hierbij ook aan dat deze tips of oplossingen algemeen zijn

en niet toepasbaar op elke situatie. Een pasklare oplossing voor een opvoedings-

probleem bestaat volgens de meeste niet. Hier en daar komt er tevens naar voren dat

deze oplossingen meestal op hetzelfde neer komen.

“Ik denk dat ik daar vroeger wel meer van verwachtte ze, het gaat allemaal in de

boeken staan van hoe dat je het moet doen, maar uiteindelijk moet je het zelf wel

een beetje doen hé.”

“Als ik dan echt op zoek ga, dan verwacht ik toch wel dat er oplossingen geboden

worden. Dat kan niet altijd waarschijnlijk, maar ja, ge wilt dat een probleem

opgelost wordt hé. En er zijn soms dan wel hulpmiddeltjes hé, dat wel, maar

oplossen kunnen we het niet dikwijls hé.”

Uiteindelijk zeggen ook vele ondervraagden niets op voorhand te verwachten.

Page 55: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

4. Resultaten

Ouders en opvoedingson dersteuning: een verken ning van commer ciële l i teratuur Sof ie Ja cobs

55

In het algemeen werd er tijdens de interviews aangehaald dat het op zich niet zo erg

is als de verwachtingen tegenvallen. Volgens een paar ondervraagden gaat het ten

slotte maar om het lezen van een tijdschrift of boek waar men niet veel

inspanningen voor moet leveren.

“Maar ik denk ook omdat ja, het lezen, dat kunt ge thuis, daar moet je je niet voor

verplaatsen, valt de verwachting tegen, tja, dan is het niet zo erg. Maar als ge u

moet verplaatsen en de verwachting valt tegen, en ja, ge hebt u moeten vrijmaken

de hele avond, tja, das toch anders hé. Dus, als het eens tegenvalt, dan til ik daar

niet zo zwaar aan.”

De verwachtingen blijken wel hoger als het gaat om een boek of tijdschrift dat

aangeraden werd of waar men zeer specifiek naar op zoek gaat. Ook een bekende

auteur kan de verwachtingen doen stijgen.

“Dus ik denk dat zo boeken en artikels die worden aangeraden, daar heb je nog

meer verwachtingen bij.”

“Tja, natuurlijk als er zo’n naam, gelijk Peter Adriaenssens, bijstaat, heb ik

hogere verwachtingen dan als er een naam bijstaat van iemand die ik eigenlijk

helemaal niet ken.”

Thema 2: tips en adviezen

De meerderheid van de ondervraagden vindt de tips en adviezen die meegegeven

worden in commerciële opvoedingsliteratuur goed en nuttig. De beste tips zijn

volgens de ondervraagden geen grote algemene tips, maar kleine dingetjes waar ze

zelf nog niet bij stil hebben gestaan. De nuttigste tips omvatten meestal praktische

zaken bij de opvoeding, zoals eten, slapen, huiswerk, orde, enz.

“En dan wordt ge gewaar dat het eigenlijk aan kleine, kleine tips ligt dat het ook

wel beter lukt. Tips waarvan dat ge zelf niet aan denkt hé, of niet bij stilstaat of

geen tijd voor maakt om aan te denken hé.”

Er werd wel een discrepantie gevonden in de ‘houdbaarheid’ van tips en adviezen.

Een aantal ondervraagden is van mening dat opvoeden door de jaren heen steeds

hetzelfde blijft en dat basistips bijgevolg niet wijzigen. Andere ondervraagden

daarentegen vinden dat de beste tips uit recente boeken of tijdschriften komen

omdat deze snel verouderen.

Page 56: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

4. Resultaten

Ouders en opvoedingson dersteuning: een verken ning van commer ciële l i teratuur Sof ie Ja cobs

56

“Ik denk ook wel dat de opvoeding van nu helemaal anders is dan de opvoeding

van toen. Hoe ouder den boek, ge merkt dat wel, het is enorm geëvalueerd.”

“Opvoeden is toch iets, ok, de maatschappij verandert wel, maar iets dat alléz,

altijd hetzelfde gaat blijven denk ik. Allézja, dat is mijn idee hé.”

“Maar ik denk dat er niks nieuws onder de zon is ze, er is wel een andere

mentaliteit, maar ik denk dat den basis toch hetzelfde is gelijk vroeger.”

Een aantal ondervraagden haalt tevens aan dat veel tips op hetzelfde neerkomen en

dus steeds in een nieuw kleedje worden gestoken.

“Ja, veel tips komen ook op hetzelfde neer, maar ge kunt ze wel gebruiken denk

ik.”

“Uiteindelijk als je regelmatig zo’n dingen leest, kom je dikwijls op hetzelfde

punt terug….Volgens mij gaat het dus heel dikwijls in essentie over hetzelfde.”

De ondervraagden vinden het positief dat tips een samenvatting zijn van de tekst of

het artikel en in een kadertje geplaatst worden. Dit verhoogt de duidelijkheid en zet

meer aan tot lezen.

“Dus als ze een artikel samenvatten in een paar tips, dan hebt ge dat meestal wel

gelezen. En daarmee hebt ge nog niet altijd het hele artikel gelezen hé.”

“Dus uw oog valt op dat kaderke en dan leest ge dat hé.”

De meeste ondervraagden doen daadwerkelijk iets met de tips en/of adviezen die ze

gelezen hebben. Maar de tips worden niet zomaar toegepast. Men geeft aan dat elk

kind en situatie verschillend zijn en ze de tips daaraan aanpassen.

“Als dat van toepassing is op uw eigen situatie of op uwen eigen leefwereld, dan

gebruikt ge dat hé.”

“Daarvoor werkt dat niet op uw kind, maar ge kunt die tips wel veranderen in

een richting die wel voor u kind werkt, denk ik.”

Verder vinden de ondervraagden het moeilijk om tips consequent toe te passen en

geven ze aan dat ze het gewoon proberen. Er wordt vaak hervallen in oude

gewoonten. Het toepassen van tips hangt volgens een ondervraagde dan ook af van

de houding en het gedrag van de ouder zelf.

Page 57: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

4. Resultaten

Ouders en opvoedingson dersteuning: een verken ning van commer ciële l i teratuur Sof ie Ja cobs

57

“En denken bij uw eigen van ‘dat ga ik nu ook eens proberen thuis’, maar na een

week doet ge dat toch niet meer hé.”

“Ik blijf erbij, meestal vervalt ge terug in oude gewoontes. En dan is er dus wel

meer nodig dan een artikel hé.”

“De tips zijn juist, maar dat wilt dan nog niet zeggen dat ze plots overgenomen

gaan worden hé. Dat heeft met houding te maken en met gedrag hé. Maar ze

waren juist in elk geval. Er zal meer voor nodig zijn om iets echt te veranderen

binnen de opvoeding hé.”

Een aantal ondervraagden geeft tevens aan dat ze de tips onbewust toepassen. Ze

zien het als een idee dat ze meenemen in de opvoeding.

“En ja, misschien doen we dan onbewust wel iets met die tips.”

“Nu niet direct om te zeggen van ‘ok, dat ga ik nu toepassen’, maar gewoon iets

dat in uw achterhoofd hangt en dat ge toch onbewust wel meepakt in uw manier

van doen denk ik.”

De mening dat je opvoedt vanuit je eigen gevoel wordt door een paar respondenten

gedeeld. Zij vinden de tips dan ook niet echt nodig.

Een enkele respondent geeft aan dat hij/zij de tips niet toepast, maar wel leest.

“Dikwijls handelt ge gewoon vanuit uw buikgevoel of vanuit uw gevoel op dat

moment zelf…”

“Maar veel dingen hé, eigenlijk de basis, dat start vanuit uw intuïtie. Ja, een

gevoel dat je al heel veel jaren rond opvoeden hebt opgebouwd, omdat je het zo

gekregen hebt en niet zo wilt doorgeven aan uw kinderen, of andersom.”

“Maar ja, ge slaagt dat wel op, maar ge doet het toch altijd vanuit uw eigen

gevoel vind ik. Het is niet omdat ze dan in dat boekske zeggen dat het zo moet,

dat ik dan ineens helemaal anders gaan doen.”

Men geeft ten slotte ook aan dat als ze de tips toepassen, ze daar weinig of niets van

zeggen tegen hun kinderen. Ze vinden het belangrijk hun autoriteit op dat vlak te

bewaren.

Page 58: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

4. Resultaten

Ouders en opvoedingson dersteuning: een verken ning van commer ciële l i teratuur Sof ie Ja cobs

58

“We proberen die tips die erin staan wel eens uit te voeren, maar we zeggen niet

dat we dat ergens gelezen hebben of ergens gehaald hebben.”

“Maar dan hebben we niet gezegd dat we ons oor ergens anders te luister hebben

gelegd of dat we dat ergens gelezen hebben, dat zeggen we er dan niet bij.”

Thema 3: Inhoud

De ondervraagden raadplegen voornamelijk volgende tijdschriften in verband met

opvoedingsondersteuning:

- Klasse

- BOTsing

- Blaadje van de Gezinsbond

- Flair

- Libelle

- Ouders van Nu

- Story

- Psychologie

- Brieven aan Jonge Ouders

Ook opvoedkundige artikels in kranten worden regelmatig gelezen. Bij boeken in

verband met opvoedingsondersteuning komt ‘Peter Adriaenssens’ regelmatig terug.

Daarnaast leest men vooral boeken over specifieke thema’s.

De meest voorkomende thema’s waarover men leest zijn:

- Schoolloopbaan

- Puberteit/ tieners

- Zwangerschap

- Dyslexie/ Autisme/ ADHD

- Zakgeld

- Pesten

- Nieuwssamengestelde gezinnen

De keuze voor een bepaald thema blijkt voornamelijk afhankelijk van de specifieke

opvoedingssituatie of ervaren opvoedingsproblemen. De ondervraagden geven aan

dat ze datgene lezen dat voor hen herkenbaar is en hun interesse wekt. Ook de

levensfase waarin de kinderen zich bevinden is een belangrijke factor.

Page 59: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

4. Resultaten

Ouders en opvoedingson dersteuning: een verken ning van commer ciële l i teratuur Sof ie Ja cobs

59

“Ja, nu zijn ze in de puberteit en dan interesseert dat ons hard en als ze klein

zijn, richt je u daar een beetje meer op hé. Dus een beetje afhankelijk van de

situatie waarin je u bevindt, waar dat uw interesse op valt.”

“Als we iets lezen, is het eigenlijk echt iets dat herkenbaar is, of dat herkenbaar

zou kunnen worden.”

“Maar wel als het nu iets rond tieners is of middelbaar of lagere school, ja dan

ben ik eens zo geïnteresseerd om dat te lezen. Omdat dat nu dicht bij mijn

leefwereld staat en die kleuters en baby’s is veraf hé.”

Een meerderheid van de ondervraagden geeft aan liever ervaringen te lezen dan

pure theorie. Men is ervan overtuigd dat zoiets sneller mensen aanspreekt en men

vindt dat ook boeiender.

“Een ervaring denk ik wel dat dat meer mensen aanspreekt hé. Toch meer

ervaringsgericht artikels interesseren me meer omdat theorie uiteindelijk maar

een benadering is.”

“Ik lees wel liever ervaringsverhalen, niet echt pure theorie.”

Het is niet echt duidelijk of de ondervraagden liever boeken of tijdschriften over

opvoeding lezen. Voorstanders van boeken geven aan dat deze dieper op bepaalde

thema’s kunnen ingaan en aangrijpender zijn. Zij die artikels uit tijdschriften

prefereren, geven aan dat zoiets vlotter leest en sneller ter hand wordt genomen.

“Ik geef de voorkeur aan een boek. Voor een artikel moet je tijd niet nemen, daar

moet je niet voor gaan zitten, gewoon eens rap diagonaal doorlezen als je tijd

hebt.”

“Ik lees ook liever tijdschriften dan boeken….Maar dat hangt er ook een beetje

vanaf in welke context dat het is en naar wat je juist op zoek bent hé. Ik denk dat

artikeltjes meestal ook beknopter zijn en dat dat meestal ook een alléz, een kop is

er ook altijd en dat zegt wel wat er gaat komen.”

Doorgaans vinden de ondervraagden dat het soort boek of artikel waarin men iets

leest over opvoeding niet uitmaakt. De inhoud wordt belangrijker gevonden dan het

boek of het tijdschrift waarin het verschijnt. De ondervraagden die wel een voorkeur

hebben, vinden voornamelijk dat men in een kwaliteitsvol boek of tijdschrift dieper

ingaat op de inhoud. Hierdoor vinden ze de informatie geloofwaardiger overkomen,

Page 60: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

4. Resultaten

Ouders en opvoedingson dersteuning: een verken ning van commer ciële l i teratuur Sof ie Ja cobs

60

meer gefundeerd en gestaafd door professionelen. Verder geeft een ondervraagde

aan dat de keuze voor een bepaald boek of tijdschrift samen hangt met toeval. Het is

volgens hem/haar afhankelijk van hetgeen je op dat moment in je handen hebt.

“Ik denk meer in inhoud dan, dat dat belangrijk is, niet zozeer waar dat het in

verschijnt. Nu van de Standaard verwacht je ook wel meer kwaliteit dan van het

Nieuwsblad. Een artikel in de Standaard komt mij, zonder dat ik het zelfs gelezen

heb, meer geloofwaardig over.”

“Goh, als het een goed artikel is, is het een goed artikel hé….Soms lees ik de

‘Libelle’ wel eens bij mijn mama en daar kunnen soms zeker even goede dingen in

staan.”

“Het is natuurlijk wel zo, het ene boekske zult ge eens rapper doorbladeren dan

een ander en als het dan toevallig staat in een boekske dat ge aan het doorbladeren

zijt ja, dan valt uw oog erop en dan leest ge dat wel.”

Ondanks het feit dat een bekende auteur de verwachtingen doet stijgen, is deze

volgens de meeste ondervraagden toch niet zo belangrijk voor de inhoud. Meestal is

de auteur immers niet gekend of wordt er vooraf niet echt naar gekeken. Ook de

keuze voor een ervaringsdeskundige of een academicus wordt meestal niet grondig

overwogen. De ondervraagden geven aan dat als die keuze toch bewust wordt

gemaakt, dat afhankelijk is van de situatie waarin ze zich bevinden. Als voordeel

van een ervaringsdeskundige wordt aangegeven dat deze dichter bij de situatie

staat. Een academicus heeft volgens de ondervraagden als voordeel meer weten-

schappelijk gefundeerd te schrijven.

“Oh, ik weet niet, dat maakt eigenlijk niet veel uit denk ik, nee. Daar laat ik

mezelf niet zo door beïnvloeden. Het hangt ook af van de situatie en hoe het in het

artikel staat en de manier waarop ze dat schrijven, en over welk onderwerp het

gaat. Het is niet omdat het van een professor is dat het voor mij heilig is. Maar

andersom ook niet.”

“Ik vind het wel belangrijk dat het zeer gegrond is, dus euhm, ik zou niet direct

zeggen dat het een uitgesproken verschil uitmaakt, maar ik vind wel, het geeft

voor mij meer diepte als er iemand voor gestudeerd heeft en met die materie heel

sterk gewerkt heeft en er inzichten over gekregen heeft hé, op één of andere

manier vanuit de praktijk. Dan vind ik dat veel gegronder dan iemand die het

alleen vanuit de praktijk heeft.”

Page 61: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

4. Resultaten

Ouders en opvoedingson dersteuning: een verken ning van commer ciële l i teratuur Sof ie Ja cobs

61

“Het maakt voor mij ook niet uit wie dat geschreven heeft, ik heb er meestal ook

geen idee van wie zoiets schrijft.”

De ondervraagden geven aan dat de teksten vlot moeten lezen en niet langdradig

mogen zijn. Commerciële opvoedingsliteratuur mag volgens hen geen enkele

doelgroep uitsluiten en dus verstaanbaar zijn voor iedereen. Vaktermen kunnen

hierbij een stoorzender zijn.

“Als ge echt twee zinnen hebt gelezen en er staan drie woorden in die je niet

begrijpt, ja dan, dan heeft het geen zin van verder te lezen hé.”

“…het moet wel plezant lezen blijven en verstaanbaar voor iedereen, want wie

krijgt dat allemaal in z’n handen, dat tijdschrift, ja, dat is wel zo hé. Alle

doelgroepen moeten het uiteindelijk verstaan hé. Het is niet voor de dokters alleen

ofzo hé. Gewoon verstaanbare taal, of als het echt niet anders kan, dat de woorden

verduidelijkt worden hé.”

Er wordt tevens aangegeven dat de lay-out bij een artikel van minder belang is dan

bij een boek. Een artikel is op zich kort zodat je je sneller een beeld vormt van de

inhoud. Bij een boek is het vooral de kaft die de mensen moet aanspreken. De

ondervraagden geven wel aan dat een artikel niet te lang mag zijn omdat het vaak

bedoeld is om tussendoor te lezen. Een samenvatting in puntjes of in een kader doet

vlotter lezen.

“Die korte artikelen vind ik het best hé. Ik lees niet graag hele lange stukken,

want ja, meestal heb je dan toch iets anders te doen of je wordt onderbroken door

iets en dan laat je dat liggen en dan ben je weg.”

“Ik denk dan dikwijls, en dat is zo ook bij andere boeken, dat de kaft al meer

aanspreekt. Als dat er uitziet gelijk nen professionele boek, dan denk ik dat ge al

heel veel mensen mist.… Bij artikels maakt die lay-out dan niet echt uit vind ik.”

Enkele ondervraagden geven aan dat de inhoud van een boek of tijdschrift kan

aanzetten tot het zien van problemen waar deze niet zijn. Ze vinden het dan ook

belangrijk om tijdens het lezen objectief te blijven.

“Literatuur kan veel doen, maar kan u ook totaal op het verkeerde spoor zetten….

Dat je dus problemen ziet omdat je er te veel over leest…. Uiteindelijk denk ik dat

ouderlijk verstand ook nog veel doet, een beetje objectief dan en dat je dan heel

veel dingen kunt uitsluiten, het juiste er uit halen.”

Page 62: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

4. Resultaten

Ouders en opvoedingson dersteuning: een verken ning van commer ciële l i teratuur Sof ie Ja cobs

62

“Als je als individu veel meer los kunt staan van de omgeving, dan ben je veel

minder beïnvloedbaar door hetgeen je leest.”

“Ik denk soms wel dat sommige dingen veel meer overroepen zijn. Ineens worden

er bijvoorbeeld veel meer kindjes met ADHD geboren.”

Thema 4: aanleidingen

De meeste ondervraagden lezen over opvoeding omdat ze zelf kinderen hebben en

er dus in geïnteresseerd zijn. Ze zijn van mening dat het hun kinderen en de

opvoedingssituatie alleen maar ten goede kan komen. Als je kinderen krijgt, zit er

geen handleiding bij. Volgens de ondervraagden kan het dan dus ook geen kwaad

om nieuwe dingen te lezen omtrent de opvoeding.

“Ah ja, dat is natuurlijk omdat je zelf kinderen hebt dat je daar dan meer voor

open staat hé, of ikke toch zeker.”

“Het komt die gasten toch ten goede denkt ge dan hé.”

“Omdat ik kinderen heb. Ik denk later, op mijnen ouwen dag, zal ik dat

waarschijnlijk niet meer lezen denk ik. Maar nu omdat ge daar midden in zit

eigenlijk hé. Ik vind, ge weet nooit te veel hé, ge kunt altijd nog iets opsteken, ja,

dat is toch zo.”

Een heleboel ondervraagden lezen commerciële opvoedingsliteratuur omdat ze

bevestiging, herkenning en begrip zoeken. Ze zijn nieuwsgierig naar andermans

ideeën en bevindingen, wat ook bleek in het thema ‘verwachtingen’. De aanleiding

om een boek of tijdschrift over opvoeding te lezen en de verwachting daarbij blijken

dus soms dezelfde.

Één ondervraagde geeft ook aan dat ze weinig andere mensen in dezelfde

opvoedingssituatie kent dat zichzelf en dat hij/zij er op die manier meer over te

weten wil komen.

“Omdat je altijd denkt of hoopt dat daar tips uitkomen. En als je dingen herkent,

vind je dat ook al goed en dan voel je je niet alleen.”

“Omdat ge ook heel weinig nog andere mensen hebt dat in die situatie zitten….

Alléz, zo die verhalen, omdat ge het zelf zo niet in uw leefwereld hebt eigenlijk.”

Page 63: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

4. Resultaten

Ouders en opvoedingson dersteuning: een verken ning van commer ciële l i teratuur Sof ie Ja cobs

63

Tijdens de interviews gaven sommige ondervraagden tevens aan dat ze door het

lezen van tijdschriften en/of boeken rond de opvoeding hopen aan meer objectieve

informatie te geraken.

“Maar een artikel kan dan praktisch zijn en u op dat moment wel helpen hé, iets

dat je bij mensen niet altijd hebt hé, want ofwel luisteren ze goed, ofwel gaan ze

emotioneel mee en dat is ook niet altijd goed hé om samen te snotteren of zo hé.

Maar euh, alléz, dat is veel objectiever hé, een artikel.”

De meeste ondervraagden hebben niet echt een specifieke aanleiding om over op-

voeding te lezen. Ze bekijken dan ook vooral die zaken die hen voorgeschoteld

worden, zoals Klasse, het tijdschriftje van de Gezinsbond of een artikel in hun

dagelijkse krant.

“Als ons nu iets opvalt en dat is interessant, dan lezen we dat wel, maar we gaan

het zeker niet zelf opzoeken om te lezen, dat zeker niet. Hetgeen dat

voorgeschoteld wordt of hetgeen dat opvalt.”

“Ik lees die dingen wel eens die ze meebrengen, zoals Klasse. Dus daar lezen we

wel eens door.”

“Automatisch lees je wel eens iets in de krant,…”

Een aantal ondervraagden hebben een zeer duidelijke aanleiding om commerciële

opvoedingsliteratuur te raadplegen. Zij lezen vooral over opvoeding omdat ze

daarbij problemen ondervinden. Zij geven aan zich onzeker te voelen bij de op-

voeding en soms gevoelens van onbegrip te ervaren. Ze gaan dan ook gerichter en

meer specifiek op zoek naar informatie.

“Dikwijls als het probleem zich stelt, dan begin je te zoeken hé, denk ik. Als je

een probleem hebt, ga je je daar meer in verdiepen. Dan ga je zoeken waarom je

verkeerd bezig bent en wat je daaraan kunt doen, meer die stijl zo.”

“Moest mijn kind dus nu echt een probleem hebben, dan zouden we daar wel meer

naar op zoek gaan.”

“Maar door het feit dat dat uw eerste kind is en het feit dat ge onzeker bent als

ouder, ben ik eigenlijk echt beginnen lezen.”

Page 64: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

4. Resultaten

Ouders en opvoedingson dersteuning: een verken ning van commer ciële l i teratuur Sof ie Ja cobs

64

De belangrijkste reden waarom ouders geen tijdschriften of boeken omtrent

opvoeding raadplegen, is omdat ze de inspanning te groot vinden of omdat ze

vinden dat opvoeding iets heel persoonlijks is.

“Dat is ook de reden waarom dat ge niet altijd alles leest, omdat het toch, gelijk

dat ik juist al zei, het is toch iets dat ge zelf een beetje aanvoelt hé, denk ik.”

“…terwijl lezen, alléz, zo voel ik dat toch aan, daar moet ge een inspanning voor

doen hé.”

Thema 5: algemeen gevoel

Zoals ook in de vorige stukken al aan bod kwam, ervaren de ondervraagden steun

en bevestiging bij het lezen van commerciële opvoedingsliteratuur.

“Het is wel een soort ondersteuning.”

“Een beetje bevestiging zoekt ge wel denk ik. Uiteindelijk wel, want ge koopt

kinderen, maar er is geen handleiding bij hé.”

De ondervraagden krijgen een goed gevoel bij de eigen opvoedingssituatie als ze

over de problemen van andere ouders lezen. Hierdoor krijgen ze meer zelf-

vertrouwen en kunnen ze de eigen opvoedingssituatie beter relativeren. Het

wegzakken in een negatieve spiraal kan zo worden voorkomen.

“En dan toch maar denken van ‘mm, wat zijn ons mannen eigenlijk toch wel

braaf’.”

“Het leuke is dat je je beter kan relativeren, dat je weet dat je niet de enigste bent

die dat op die manier doet, of niet goed doet, en dan geraak je niet in een

negatieve spiraal. Op zich is dat al heel goed vind ik. Ook meer zelfvertrouwen.

Als je denkt van ‘dit was niet zo goed, maar zo en zo kan het ook en dat gebeurt

ook eens bij een ander’. Dat je voelt dat je daarom geen slechte ouder bent.”

“…amai, ik mag toch gelukkig zijn als ik dat allemaal lees, die problematieken.”

Men vindt het aanbod aan commerciële opvoedingsliteratuur groot genoeg. De basis

wordt meegegeven zodat men zelf verder kan zoeken als men meer informatie

wenst.

Page 65: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

4. Resultaten

Ouders en opvoedingson dersteuning: een verken ning van commer ciële l i teratuur Sof ie Ja cobs

65

“Maar ik denk dat als je het echt nodig hebt, dat je er ook achter op zoek gaat, en

dan zult ge het denk ook wel vinden in boeken bijvoorbeeld.”

“Want, ik weet dat als ik niet genoeg zou vinden, ik naar de bibliotheek zou gaan

en verder zoeken hé of aan het school vraag of ze daar niks over hebben. De start

is er hé, de rest kan ik zelf euh, de start komt vanzelf binnen en dan. En ik zoek

zelf mijn weg wel hoe dat het verder moet.”

Een selectie maken uit dat grote aanbod blijkt niet gemakkelijk. Enkele onder-

vraagden geven aan dat ze een selectie maken op basis van het vlot kunnen lezen.

Meestal worden ook de recentste boeken of artikels eruit gekozen.

“Ge moet wel een selectie maken. Ook qua wat goed is en wat minder goed is. En

die selectie maken vind ik niet altijd zo gemakkelijk.”

“Ik pak meestal wel wat de recentste boeken eigenlijk. Want ge hebt er ook zo van

twintig jaar geleden en dan denk ik ja, die opvoedkundige tips, sorry ze, maar dat

komt niet meer overeen met wat het nu is.”

Hier en daar haalt men aan dat er nog te weinig aandacht wordt geschonken aan

literatuur omtrent opvoedingsondersteuning. In dit verband heeft één ondervraagde

het uitvoerig over de opvoeding van vroeger die volgens hem/haar beter was.

“Dat denk ik niet (of er genoeg aandacht aan wordt geschonken). Als je ziet

hoeveel kinderen er mislopen, hoeveel slechtlopende gezinnen, als je ziet hoeveel

echtscheidingen er zijn. Dat was vroeger toch wel veel minder dan nu, dus er

moet iets gaande zijn in de maatschappij dat niet klopt hé.”

“Als ge ziet wat die jong tegenwoordig allemaal mogen, tegenover wat dat wij

vroeger konden en mochten, dan verschiet ge er niet van dat de gazetten vol staan

van het één en het ander. Dus eigenlijk wordt daar toch weinig over geschreven

vind ik…maar wordt er over het ander te weinig geschreven, bijvoorbeeld dat ze

te lui en te laks zijn en heel de tijd voor de televisie hangen.”

De meerderheid van de ondervraagden vindt het zeer belangrijk dat er over

opvoeding geschreven wordt. Thema’s over opvoeding leven bij iedereen en men

geeft aan dat het niet hetzelfde is als er met andere mensen over praten. Een andere

ondervraagde geeft aan dat we in een stresserende tijd leven en alle informatie over

opvoeding dus welkom is.

Page 66: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

4. Resultaten

Ouders en opvoedingson dersteuning: een verken ning van commer ciële l i teratuur Sof ie Ja cobs

66

“Ja, ik vind dat wel nodig. Anders weet je eigenlijks niks. Alléz, je praat wel met

andere mama’s en papa’s, maar zo iets geschreven zien staan, is toch nog wel

anders hé…. Ik vind dat goed dat erover geschreven wordt. Het zal bij iedereen

wel leven hé.”

“Ik vind het heel goed dat er tegenwoordig zoveel over wordt geschreven en over

gedaan, dat vind ik, want den tijd waar wij nu in leven is heel stresserend.”

Men vindt het tevens belangrijk dat die informatie naar de mensen toe wordt

gebracht. Hierbij haalt men aan dat veel mensen denken dat ze goed bezig zijn in de

opvoeding, terwijl dat misschien niet zo is. Maar men schuift naar voren dat men

meestal niet de mensen bereikt die net wel bereikt zouden moeten worden.

“Velen denken toch altijd dat ze goed bezig zijn hé. Ge hebt dat zelf ook hé. Ja, het

karakter van een mens verandert ge daar niet mee hé.”

“Het is toch wel belangrijk dat ouders zo’n dingen lezen. Maar ik denk dat

diegenen die er juist over zouden moeten lezen, dat die juist het niet doen. Dat je

die gewoon niet bereikt, nooit, op geen enkele manier.... uiteindelijk als mensen er

niks mee willen doen, doen ze er uiteindelijk ook niks mee hé. Dan mag dat nog

honderd keer in de gazet staan. Ik denk dat als de mensen daarin geïnteresseerd

zijn, die dat daar open staan, dat die het dikwijls al wel goed doen, alléz doen

gelijk als verwacht wordt. Maar het blijft belangrijk dat dat in de media komt,

absoluut.”

Uit de interviews kwam naar voren dat de ondervraagden naast het lezen van

tijdschriften en/of boeken in verband met opvoeding er ook met andere mensen over

spreken.

Men gaf aan vooral met de partner te praten over de opvoeding wanneer er

problemen zijn. Sommigen zien dat als een basisfundament bij de opvoeding.

“Als er problemen zijn, dan babbelen we erover, maar anders als dat goed gaat….

Ik denk ook dat er ergere gevallen zijn dan wij.”

“Minder, maar dat is omdat hij heel veel weg is en ik ben thuis voor de kinderen,

dat scheelt ook wel ze…. Hij steunt mij uiteraard wel, want anders lukt het ook

wel niet, maar ik ben voltijds thuis en dat scheelt wel denk ik.”

Ook met anderen wordt wel eens over de opvoeding gepraat. Één ondervraagde

geeft aan dat zo’n onderwerp soms wel gevoelig kan liggen omdat iedereen z’n

Page 67: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

4. Resultaten

Ouders en opvoedingson dersteuning: een verken ning van commer ciële l i teratuur Sof ie Ja cobs

67

kinderen op zijn/haar eigen manier opvoedt. Langs de andere kant komt naar voren

dat een gesprek met anderen verhelderend kan zijn en voor meer steun kan zorgen.

Een ondervraagde geeft tevens aan dat gesprekken met anderen vaak oppervlakkig

zijn.

“Dat ligt zowiezo heel gevoelig, alléz, dat gaat dan over opvoeding hé. Ik merk

dat bijvoorbeeld over hoe dat ge uw kinderen opvoedt, tja, ge kunt u ook niet

moeien met iemand anders z’n opvoeding hé…. Jaja, opvoeding van kinderen ligt

wel gevoelig ze.”

“Ik voel me toch meer gesteund door er met mensen over te spreken, dan door bv

artikels. Omdat die dichter bij u staan hé, zo’n artikel is verder van u af hé….

Maar euh, alléz, dat is veel objectiever hé, een artikel.”

“Een gesprek vind ik toch nog verhelderend, alléz meer, dat dat meer inwerkt dan

een artikel nog. Als het echt over serieuze dingen gaat en ge weet dat die mensen

precies ook dat probleem hadden toen, dan ja, vind ik wel dat door gesprekken, dat

je daar meer steun aan vindt dan door te lezen.”

Tijdens de gesprekken kwam ook vaak een ander informatiekanaal aan bod,

namelijk de ‘informatieavond’.

De ondervraagden halen daar doorgaans meer uit dan uit een boek of artikel.

Tijdens zo’n moment is er immers interactie tussen de verschillende deelnemers en

kan men vragen stellen. Het wordt ook gezien als een aanvulling op hetgeen thuis

gelezen wordt. Tenslotte wordt aangehaald dat een informatieavond meer

inspanning vergt en dat daarom de stap ernaar toe moeilijker kan zijn. Eenmaal daar

beleven de meeste ondervraagden wel een intensere ervaring.

“…ja, de mensen moeten dan zelf een stap zetten en dat is altijd wat moeilijker

hé. Terwijl met de krant zal je wel meer mensen bereiken. Maar het rendement zal

wel lager zijn, zal ik zeggen, per stuk, terwijl als je dan naar een voordracht gaat,

heb je misschien minder mensen, maar het rendement is hoger. Wat is het beste?

Ik weet het niet, van allebei een beetje zeker hé. Persoonlijk vind ik een

voordracht wel plezanter. Natuurlijk, een krant kunt ge lezen wanneer je wilt

hé.”

“Het is wel gemakkelijk natuurlijk hé zo’n artikel, je leest dat wanneer je wilt.

Voor zo’n informatieavond moet je een hele avond uit je zetel komen en je

verplaatsen. Mensen doen dat niet graag denk ik.”

Page 68: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

4. Resultaten

Ouders en opvoedingson dersteuning: een verken ning van commer ciële l i teratuur Sof ie Ja cobs

68

“Daar is wel meer interactie hé, daar stellen ze vragen en er wordt geantwoord,

alléz, ge moet zelf niet antwoorden, maar ze doen dat wel, er wordt gereageerd en

dan wordt daar op ingespeeld door andere ouders. Die interactie vind ik wel

goed.”

Verschillende categorieën?

Zoals beschreven in de methodologie werden de ondervraagden ingedeeld in drie

categorieën, namelijk mannen, vrouwen met een hoog opleidingsniveau en vrouwen

met een laag opleidingsniveau met als doel verschillende bevindingen inzake

commerciële opvoedingsliteratuur waar te nemen. Uit de analyses ontdekte ik

slechts één opmerkelijk verschil. Zo lijken mannen minder interesse te tonen in

commerciële opvoedingsliteratuur en geven ze aan dat zoiets vooral een

‘vrouwenzaak’ is.

“Nee, niet speciaal [antwoord op de vraag of hij wel eens iets over opvoeding

leest]. Automatisch lees je wel eens iets in de krant, maar het is niet dat ik naar

de bibliotheek ga lopen om daar het één en het ander van op te zoeken.”

“Hier liggen ook den Bond en Klasse van Marijke, maar ikzelf zit daar niet in te

neuzen eigenlijk. Alléz, ik blader dat weleens door, maar nu niet voor te zeggen

dat ik dat echt helemaal doorneem ofzo.”

“Mijn echtgenote komt nogal veel met artikels af, en dan lees ik dat eens.”

Vrouwelijke ondervraagden geven tevens aan dat hun man minder tijd besteedt aan

de opvoeding, er verder vanaf staat en zich daar niet echt over informeert, wat ze

doorgaans als vanzelfsprekend beschouwen. De opvoeding blijft voor een stuk hun

terrein. In dat verband is het ook opmerkelijk dat wanneer ik een man ging

interviewen, in 2 van de 4 gevallen de vrouw erbij kwam zitten en mee de vragen

beantwoordde.

“Hij staat minder in voor de opvoeding van de kinderen. Hij steunt mij uiteraard

wel, want anders lukt het ook wel niet, maar ik ben voltijds thuis en dat scheelt

wel denk ik, dat dat meer zo mijn domein is. Ik denk ook dat dat heel normaal is

ze, alléz ja, bij ons is dat toch normaal, ik zal het zo zeggen, en ook, ik ervaar dat

niet als een probleem dat ik dat hier alleen doe, het wordt wel overlegd en het

wordt wel besproken, maar niet in die mate.”

Page 69: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

4. Resultaten

Ouders en opvoedingson dersteuning: een verken ning van commer ciële l i teratuur Sof ie Ja cobs

69

“Kris leest dat ook niet, die leest andere dingen…. Hij leest toch al die dingen niet,

omdat die zoveel andere dingen heeft hé. En ik ben daar misschien gevoeliger voor als

mama, ik weet het niet. Andere papa’s misschien wel, ik weet het niet.”

Page 70: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

5. Afslui tende discussie

Ouders en opvoedingson dersteuning: een verken ning van commer ciële l i teratuur Sof ie Ja cobs

70

5. AFSLUITENDE DISCUSSIE

In deze discussie geef ik kort de belangrijkste bevindingen per onderzoeksvraag

weer. Op die manier is het duidelijk dat alle onderzoeksvragen na de analyse beant-

woord werden.

Vervolgens bespreek ik kritisch de belangrijkste resultaten van het onderzoek.

Hiervoor maak ik onder andere gebruik van het theoretische kader aan het begin

van deze scriptie. Uitspraken in verband met de resultaten doe ik met grote

voorzichtigheid, aangezien deze scriptie niet tot doel heeft te veralgemenen.

Daarna komen de beperkingen in verband met het gevoerde onderzoek aan bod en

waag ik me aan enkele aanbevelingen voor verder onderzoek.

Bij wijze van besluit blik ik tenslotte terug op een aantal indrukken die het

onderzoek op mij heeft nagelaten.

Bevindingen bij onderzoeksvragen

� Waarom lezen ouders commerciële opvoedingsliteratuur?

Ouders lezen commerciële opvoedingsliteratuur in de eerste plaats omdat ze

kinderen hebben en er daarom in geïnteresseerd zijn. Ze willen meer objectieve

informatie over het opvoedingsproces. Daarnaast zoeken ze via die weg bevestiging,

herkenning en begrip.

Uit de resultaten blijkt dat niet iedereen een specifieke reden heeft om commerciële

opvoedingsliteratuur te raadplegen. Een aantal tijdschriften zoals Klasse en ook

artikels in de krant krijgen ze zonder moeite voorgeschoteld. Anderen hebben dan

weer een zeer specifieke reden om over opvoeding te lezen. Zij ondervinden

problemen bij het opvoeden en gaan zeer gericht op zoek naar informatie.

De belangrijkste reden waarom ouders geen tijdschriften of boeken over opvoeding

raadplegen, is omdat ze de inspanning te groot vinden of omdat ze vinden dat

opvoeding iets heel persoonlijks is, iets dat je van nature uit doet.

� Waarover lezen ouders in commerciële opvoedingsliteratuur?

De keuze voor een bepaald thema blijkt voornamelijk afhankelijk van de specifieke

opvoedingssituatie of ervaren opvoedingsproblemen. De ondervraagden geven aan

dat ze datgene lezen dat voor hen herkenbaar is en hun interesse wekt. Ook de

levensfase waarin de kinderen zich bevinden is een belangrijke factor.

Page 71: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

5. Afslui tende discussie

Ouders en opvoedingson dersteuning: een verken ning van commer ciële l i teratuur Sof ie Ja cobs

71

Uit de resultaten blijkt tevens dat men ervaringen boeiender vindt dan pure

theoretische informatie.

Doorgaans vindt men de inhoud belangrijker dan het boek of het tijdschrift waarin

iets over opvoeding verschijnt. Ook de auteur maakt voor velen geen verschil uit.

De tekst moet wel verstaanbaar zijn voor iedereen om niemand bij voorbaat uit te

sluiten.

Tenslotte kan de inhoud van een boek of tijdschrift soms aanzetten tot het zien van

problemen waar deze niet zijn.

� Hebben ouders bij aanvang van het lezen van commerciële opvoedings-

literatuur bepaalde verwachtingen? En worden die verwachtingen na het

lezen ingelost?

Meestal heeft men op voorhand geen verwachtingen bij het raadplegen van

commerciële opvoedingsliteratuur.

Zijn die verwachtingen er wel, dan hoopt men voornamelijk een gevoel van her-

kenning te ervaren bij het lezen. Deze verwachting wordt meestal ingelost.

Daarnaast verwachten veel ondervraagden dat de boeken of tijdschriften die ze

raadplegen informatief van aard zijn. Deze verwachting wordt slechts gedeeltelijk

ingelost.

Een minderheid, meestal zij met problemen in de opvoedingssituatie, heeft een

specifieke hulpvraag en verwacht dus oplossingen. Meestal vinden ze ook daad-

werkelijk oplossingen terug in de vorm van tips.

De verwachtingen blijken wel hoger als het gaat om een boek of tijdschrift dat

aangeraden werd of waar men zeer specifiek naar op zoek gaat. Ook een bekende

auteur kan de verwachtingen doen stijgen.

� Wat vinden ouders van de tips en adviezen in commerciële opvoedings-

literatuur? En doen ze er nadien in de praktijk iets mee? De meerderheid vindt de tips en adviezen die meegegeven worden goed en nuttig.

De beste tips omvatten meestal praktische zaken bij de opvoeding, zoals eten,

slapen, huiswerk, orde, enz. Er wordt hier en daar tevens aangehaald dat veel tips

op hetzelfde neerkomen.

De meeste ondervraagden doen daadwerkelijk iets met de tips en/of adviezen die ze

gelezen hebben. Maar men geeft wel aan dat elk kind en situatie verschillend zijn en

ze de tips daaraan aanpassen.

Verder probeert men meestal gewoon de tips uit, al vindt men het moeilijk deze

consequent te blijven toepassen omdat men vaak hervalt in oude gewoonten.

Een aantal ondervraagden geeft tevens aan dat ze de tips onbewust toepassen.

Page 72: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

5. Afslui tende discussie

Ouders en opvoedingson dersteuning: een verken ning van commer ciële l i teratuur Sof ie Ja cobs

72

Zij die de tips niet echt toepassen en ze ook niet noodzakelijk vinden, zijn van

mening dat je opvoedt vanuit je eigen gevoel en ideeën.

� Welk gevoel hebben ouders na het lezen van commerciële opvoedings-

literatuur? In het algemeen ervaren ouders een gevoel van steun en bevestiging bij het lezen

van commerciële opvoedingsliteratuur. Men krijgt een goed gevoel en zelfver-

trouwen als men leest over de opvoedingsproblemen van anderen zodat men de

eigen situatie beter kan relativeren.

De meerderheid vindt het zeer belangrijk dat er over opvoeding geschreven wordt.

Men vindt het tevens belangrijk dat die informatie naar de mensen toe wordt ge-

bracht. Hierbij haalt men aan dat veel mensen denken dat ze goed bezig zijn in de

opvoeding, terwijl dat misschien niet zo is. Maar men schuift naar voren dat men

meestal niet de mensen bereikt die net wel bereikt zouden moeten worden.

Naast het lezen van tijdschriften en/of boeken in verband met opvoeding spreekt

men er ook met andere mensen over. In de eerste plaats is dat de partner,

voornamelijk wanneer er problemen zijn in de opvoeding. Vrouwelijke

ondervraagden geven wel aan dat hun man minder tijd heeft voor de opvoeding en

er verder vanaf staat.

Page 73: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

5. Afslui tende discussie

Ouders en opvoedingson dersteuning: een verken ning van commer ciële l i teratuur Sof ie Ja cobs

73

Bespreking resultaten

Vragenlijst

De antwoordmogelijkheid ‘is een probleem’ wordt door de respondenten het meest

aangekruist bij ‘pc en internet’. Onze technologisch snel evoluerende maatschappij

biedt een mogelijke verklaring. De meeste ouders hebben vanuit hun jeugd immers

weinig of geen ervaring met de computer en het internet zodat ze geen voorbeelden

hebben om op terug te vallen.

Ook ‘regels en grenzen’ en ‘houden aan afspraken’ wordt regelmatiger aangeduid

als problematisch, mogelijk als gevolg van een veranderende maatschappelijke

context en gezinscontext. De evolutie van een bevelshuishouding naar een

onderhandelingshuishouding zorgde ervoor dat beslissingen in verband met de

opvoeding niet langer eenzijdig door de ouders genomen worden (Du Bois-

Raymond, 1994). De ijkpunten van de opvoeding, de algemeen geldende waarden en

normen zijn weggevallen of niet meer eenduidig. Het stellen van grenzen krijgt dus

een moeilijke invulling.

Snyers et al. (2001) vinden in hun onderzoek dat ouders van tieners zich relatief

weinig zorgen maken over drugs, terwijl dit traditioneel doorgaat als één van de

grootste zorgen van hedendaagse ouders. Ze geven als verklaring dat er in het

onderzoek relatief weinig ouders waren wiens kinderen effectief drugs gebruiken en

dat de bekommernis omtrent drugs eerder een vage, algemene zorg is waarmee zij

niet dagelijks geconfronteerd worden. Ook uit de vragenlijst van deze scriptie blijkt

dat de meeste respondenten ‘drugs’ aanduiden als ‘geen probleem’.

Uit het onderzoek van Snyers et al. (2001) blijkt tevens dat schriftelijk voorlichtings-

materiaal een belangrijk informatiekanaal is voor ouders. In de studie van Vermulst

(2002) ziet 44% van de door hem bevraagde ouders foldermateriaal of boekjes als

een gewenste vorm van opvoedingsondersteuning. Die bevinding vinden we ook

terug in deze studie, zeker wat ‘boeken’ betreft.

Op een aantal vlakken komen de bevindingen van mijn vragenlijst echter niet

overeen met reeds gevoerd onderzoek. Zo geven Snyers et al. (2001) aan dat ook

andere kanalen van opvoedingsondersteuning, namelijk radio en televisie, hoog

scoren. De door mij bevraagde respondenten gebruiken ‘radio en televisie’ daaren-

tegen het minst als informatiekanaal bij de opvoeding. Uit een studie voor de

Gezinsbond van De Neve (2002) blijkt dan weer dat ouders vooral tijdschriften en

andere ouders de meeste geschikte informatiekanalen vinden. Voor het item ‘andere

Page 74: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

5. Afslui tende discussie

Ouders en opvoedingson dersteuning: een verken ning van commer ciële l i teratuur Sof ie Ja cobs

74

ouders’ kom ik in mijn onderzoek tot dezelfde conclusie, maar het item ‘tijdschrift’

vinden de respondenten het minst geschikt informatiekanaal.

Semi-gestructureerde interviews

Zoals eerder aangegeven, ontdekte ik weinig verschil tussen de verschillende

categorieën die ik creëerde bij de interviews. Wat ik wel kan besluiten, is een

verschil in behoefte aan commerciële opvoedingsliteratuur. Ouders die problemen

ervaren in de dagelijkse opvoedingssituatie hebben hieraan meer nood en gaan

gerichter op zoek naar informatie. De literatuur die thuis aankomt, zoals

bijvoorbeeld Klasse en de krant, is voor hen onvoldoende. In dit verband halen

Bertrand et al. (1998) aan dat de behoefte aan opvoedingsondersteuning niet los

gezien kan worden van de sociale context van het gezin waarbij de aandacht gericht

is op de invloed van stressoren in het gezin en in de omgeving rondom het gezin.

Deze twee ‘types’, namelijk ouders die al dan niet problemen ervaren in de

opvoedingssituatie, zijn impliciet ook terug te vinden in de literatuur.

Opvoedingsondersteuning wordt enerzijds beschouwd als een belangrijk middel ter

versterking van de opvoedingscompetentie van ouders (Colpin & Vande-

meulebroecke, 2002). Volgens Vandemeulebroecke (1995) is een belangrijke functie

van opvoedingsvoorlichting dan ook het ‘verrijken van het opvoedingsmilieu’.

Vanuit de analyses van de interviews kan ik dat alleen maar beamen. De onder-

vraagden willen meer te weten komen over de opvoeding omdat ze het beste voor

hebben met hun kinderen, ook al zijn er geen problemen.

Anderzijds heeft opvoedingsondersteuning als functie het bewaren en opnieuw in

evenwicht brengen van de balans tussen risico- en protectieve factoren

(Vandemeulebroecke & Nys, 2002). Deze functie verwijst naar die ouders met

problemen in de opvoedingssituatie die op zoek gaan naar gerichte informatie.

Verder halen Vandemeulebroecke en Nys (2002) enkele activiteiten aan voor het

realiseren van de verschillende functies van opvoedingsondersteuning. Ze plaatsen

boeken en tijdschriften bij ‘voorlichting of informatieverstrekking’. Deels blijkt dat

ook uit de interviews. De ondervraagden geven aan op zoek te zijn naar meer

informatie. Maar nog meer willen ze een goed gevoel ervaren, weten dat ze er niet

alleen voor staan. Daarom vind ik dat men boeken en tijdschriften ook bij de

activiteit ‘emotionele en/of beoordelingssteun’ kan plaatsen. Deze behoefte aan emo-

tionele steun komt tevens in het onderzoek van Snyers et al. (2001) tot uiting: ouders

hebben nood om gehoord te worden, behoefte aan erkenning voor hun inzet en zorg

bij de opvoeding en nood om te weten hoe andere ouders opvoeden.

Page 75: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

5. Afslui tende discussie

Ouders en opvoedingson dersteuning: een verken ning van commer ciële l i teratuur Sof ie Ja cobs

75

Uit de interviews blijkt dat ouders ook daadwerkelijk een gevoel van herkenning en

begrip ervaren. Zowel Lim-Feijen (1992) als Buddelmeijer (1992) erkennen deze

voordelen van schriftelijke opvoedingsvoorlichting.

De meest voorkomende aanleiding tot het lezen van commerciële opvoedings-

literatuur is het feit dat ouders het beste voor hebben met hun kind en dus goed

willen functioneren als opvoeder omdat zoiets het kind alleen maar ten goed kan

komen. Hermanns (1992) deed dezelfde bevinding. Als verklaring gaf hij dat meer

ouders bewust kiezen voor kinderen en een hoger verwachtingspatroon over

opvoeding hebben dan vroeger. Ouders zoeken dus bewust naar informatie over

opvoedkundige aspecten.

Vandemeulebroecke en Colpin (2002) schrijven dan ook dat de vragen die ouders

hebben niet noodzakelijk een uiting van opvoedingsonzekerheid zijn, dan wel een

intentie om zo goed mogelijk op te voeden en daarbij gebruik te maken van de

meest recente inzichten. Deze positieve visie op opvoedingsondersteuning

impliceert dan ook dat alle ouders recht hebben op ondersteuning.

Uit de interviews bleek dat qua inhoud de grote meerderheid van de ondervraagden

ervaringen verkiest. Vermeulen (1992) en Colpin en Vandemeulebroecke (2002)

komen tot vergelijkbare bevindingen. Ouders zijn geïnteresseerd in hoe andere

ouders de opvoeding aanpakken. Ze willen graag weten hoe de ander het doet.

In deze studie kwam naar voren dat door het lezen van commerciële opvoedings-

literatuur ouders soms problemen zien waar ze niet zijn. Dit gegeven noemt men

ook wel proto-professionalisering. Poot (1992) schrijft hierover dat de overvloedig

aangedragen informatie niet altijd eenduidig is. Het kan dan gebeuren dat ouders,

door het lezen van alle informatie die hen bereikt, hun vragen en problemen

vertalen in de termen van de adviesgevende deskundigen. Dit kan tot gevolg

hebben dat zij iets als een probleem gaan zien wat het voorheen voor hen niet was

en zij zichzelf niet langer in staat achten het geschapen probleem op te lossen.

Het is met andere woorden zeer belangrijk dat men objectief blijft bij het raadplegen

van informatie omtrent de opvoeding!

Opmerkelijk is dat ondanks het grote aanbod aan tips en adviezen, ouders

uiteindelijk meestal hun eigen manier van opvoeden voortzetten. Een aantal onder-

vraagden geeft aan dat het moeilijk is om consequent te blijven en dat men snel in

oude gewoontes hervalt. Op zich hoeft dat geen probleem te zijn. Hermanns (1995)

benadrukt immers dat opvoeden een zichzelfsturend proces is, dat dankzij de

aanwezigheid van beschermende factoren onder zeer uiteenlopende omstandig-

heden blijft functioneren. Voets (2000) stelt dat ouders zelf aanvoelen wat kinderen

Page 76: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

5. Afslui tende discussie

Ouders en opvoedingson dersteuning: een verken ning van commer ciële l i teratuur Sof ie Ja cobs

76

nodig hebben. Ook in dit onderzoek halen een aantal ouders aan dat je vanzelf

groeit in het opvoedingsproces en ideeën en advies haalt uit de eigen opvoeding.

Blijkbaar lezen ze dus graag tips en adviezen omdat ze ‘goede’ ouders willen zijn,

maar wordt er uiteindelijk weinig mee gedaan. We kunnen ons dan toch enkele

vragen stellen bij het nut van deze adviezen.

Al vinden ouders tips in verband met de opvoeding niet zo nuttig voor zichzelf, ze

vinden dat in ieder geval wel voor anderen. Men vindt het belangrijk dat informatie

over opvoeding naar de mensen toe komt. Als reden geven de geïnterviewden dat

sommige ouders hun kinderen slecht opvoeden, zonder het te weten. Dus bij hen

zouden tips en adviezen de ogen openen. Langs de andere kant geeft men ook aan

dat zij die het echt nodig hebben, waarschijnlijk toch niet bereikt worden.

Vanneste (2007) haalt in zijn essay aan dat opvoeding allang niet meer het

privéterrein van opvoeders is. Ook Miller en Sambell (2003) wijzen erop dat

opvoeding een publieke activiteit geworden is, onderworpen aan kritisch onderzoek

van ouders en professionals. Dat blijkt dus duidelijk uit de bevindingen van deze

studie. De geïnterviewde ouders vinden het stuk voor stuk niet meer dan normaal

dat er via commerciële opvoedingsliteratuur tussengekomen kan worden in de

opvoeding. Hierbij gaan ze ervan uit dat de auteur ‘het beter weet’, al valt dat in de

praktijk blijkbaar vaak tegen. Wubs (2004) onderzocht verscheidene opvoedings-

boeken en -tijdschriften. De belangrijkste les die ouders daar, volgens haar, uit

kunnen trekken is dat wie goed wil opvoeden, moet luisteren naar deskundigen. Dit

alles hangt samen met de pedagogisering van de samenleving (Depaepe, 1998). Er is

duidelijk een toegenomen en algemeen aanvaarde professionele bemoeienis op het

gebied van opvoeding.

Het feit dat niet iedereen wordt bereikt, wordt tevens gestaafd door Buddelmeijer

(1992). Volgens hem is de effectiviteit van de massamedia beperkt wanneer

uitsluitend gebruik gemaakt wordt van folders, brochures of commerciële boeken.

Er zijn dus waarschijnlijk andere kanalen nodig om iedereen aan te spreken.

De term ‘opvoedingsondersteuning’ kwam in gebruik als alternatief voor de term

‘pedagogische preventie’ (Hermanns, 1995). Toch wordt in recente discussies

opvoedingsondersteuning nog vaak benoemd als belangrijk instrument voor de

preventie van psychosociale en maatschappelijk problemen (Janssens-Vanoppen,

2000). Uit de bevindingen van de door mij bevraagde ouders komt duidelijk naar

voren dat ook zij opvoedingsondersteuning nog vaak als pedagogische preventie

beschouwen. Men is er immers van overtuigd dat de ouders die ‘slecht’ opvoeden,

namelijk zij die ‘probleemkinderen’ hebben, beter meer over de opvoeding zouden

lezen.

Page 77: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

5. Afslui tende discussie

Ouders en opvoedingson dersteuning: een verken ning van commer ciële l i teratuur Sof ie Ja cobs

77

Opdat commerciële opvoedingsliteratuur iedereen zou bereiken, vinden de bevraag-

de ouders het essentieel dat het verstaanbaar is voor iedereen. Door middel van

simpel taalgebruik stijgt volgens hen de laagdrempeligheid. Colpin en Vande-

meulebroecke (2002) vonden tevens dat ouders laagdrempeligheid voorop stellen bij

hun keuze voor informatiekanalen.

Tijdens de interviews liet iemand ontvallen dat het gevoelig ligt om met anderen

over de opvoeding te praten. Nochtans geven de respondenten in de vragenlijst aan

dat ze ‘andere ouders’ een belangrijk informatiekanaal vinden. Mogelijks heeft het

iets te maken met de toenemende individualisering van de samenleving. Hierdoor

wordt de band van gezinnen met hun familie, vrienden en buren losser. Dit brengt

de ondersteuning van het sociale netwerk in het gedrang (Colpin &

Vandemeulebroecke, 2002).

Ik vind het verder zeer belangrijk om een kanttekening te plaatsen bij goed

opvoeden. Want wat is ‘goed opvoeden’? Welk soort opvoeding is goed of slecht?

Het feit dat er een onderscheid is tussen een goede en slechte opvoeding impliceert

volgens mij dat men ervan overtuigd is dat een ‘slechte’ opvoeding kan omgebogen

worden naar een ‘goede’ opvoeding, door middel van één of andere tussenkomst.

Volgens Ruikes (1992) is de bemoeienis in de opvoeding ontstaan door het algemeen

aanvaarden van het principe van de maakbaarheid. De kennis die wij hebben over

ontwikkeling en opvoeding komt met name voort uit gestoorde ontwikkelingen en

opvoedingsprocessen waarin problemen zijn ontstaan. Eigenlijk weten we heel

weinig van de ‘normaal’ verlopende opvoeding. Vanuit de kennis van ‘wat mis

gaat’, is ook de wetenschap ontstaan om in te grijpen in opvoedingssituaties,

namelijk problemen voorkomen, verminderen en zo mogelijk helemaal opheffen.

Tot slot wil ik tevens aanhalen dat het spreken over bevindingen van ouders het

gevaar meebrengt dat de verantwoordelijkheid voor de opvoeding voornamelijk op

de schouders van de ouders rust. Dat is niet de boodschap die ik met deze scriptie

wil uitdragen. Daarom benadruk ik nogmaals het principe van gedeelde verant-

woordelijkheid zoals ik dat ook gebruikt heb in m’n eigen werkdefinitie. Ik zie

opvoedingsondersteuning in de ruime zin van het woord, namelijk als een geelde

verantwoordelijkheid tussen ouders en andere maatschappelijke actoren.

Page 78: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

5. Afslui tende discussie

Ouders en opvoedingson dersteuning: een verken ning van commer ciële l i teratuur Sof ie Ja cobs

78

Beperkingen onderzoekswerk

Dit onderzoek is, zoals eerder aangegeven, niet exhaustief, maar eerder een

verkennende inventarisatie. Bovendien werd, omwille van het kwalitatieve karakter,

slechts een beperkt aantal ouders bevraagd.

Voor de analyse van de interviews werkte ik niet met een gestandaardiseerd

instrument, maar aan de hand van een beschrijvende matrix en door middel van zelf

gekozen thema’s. De analyse is waarschijnlijk gekleurd door mijn eigen interpretatie

van de gegevens. Als voordeel heeft deze werkwijze dat er genuanceerder met de

gegevens kon omgegaan worden.

Onvermijdelijk werd mijn interpretatie beïnvloed door het contact met de ouders

zelf. Daar ik de meeste ouders persoonlijk ken, ben ik mogelijks bevooroordeeld. Dit

heb ik zoveel mogelijk getracht te beperken door van alle interviews audio-opnames

te maken en alles letterlijk uit te typen.

Een risico van de rechtstreekse bevraging van ouders is het feit dat sociale

wenselijkheid kan optreden en dat ouders zich anders voordoen dan ze zijn. Dit kan

het realiteitsgehalte van de antwoorden beïnvloeden. Ik probeerde dit zoveel

mogelijk te vermijden door de anonimiteit van de ouders te garanderen. Maar ik

had als voordeel de meeste ouders persoonlijk te kennen waardoor het vertrouwen

en waarschijnlijk ook het realiteitsgehalte hoog was.

Uit de vragenlijst blijkt dat er over het algemeen niet echt problemen zijn binnen de

opvoeding. Dit resultaat is misschien vertekend door de vraagstelling. Er is immers

een kleine grens tussen ‘niet echt problematisch’ en ‘is een probleem’. Mogelijks zou

bij een mondelinge enquête een ander resultaat verkregen zijn.

Aanbevelingen verder onderzoek

Uit de resultaten bleek geen uitgesproken verschil tussen de door mij opgestelde

categorieën. Ik ontdekte wel een verschil in de behoefte aan commerciële

opvoedingsliteratuur waarbij ik twee types kon onderscheiden, namelijk zij met

problemen in de opvoeding en zij zonder problemen in de opvoeding. Het lijkt me

dan ook interessant om hier verder op in te gaan. Gaat hun voorkeur uit naar andere

kanalen van opvoedingsondersteuning? Worden ze echt geholpen door commerciële

opvoedingsliteratuur?

Page 79: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

5. Afslui tende discussie

Ouders en opvoedingson dersteuning: een verken ning van commer ciële l i teratuur Sof ie Ja cobs

79

In deze scriptie werden de bevindingen van ouders met betrekking tot één

specifieke vorm van ondersteuning besproken, namelijk commerciële literatuur. Om

een algemener beeld te krijgen, lijkt het me aangewezen ook andere vormen van

opvoedingsondersteuning op deze manier te onderzoeken, zoals de televisie, de

school, andere ouders, enzovoort.

Ook vanuit de methodologische beperkingen is verder onderzoek aanbevolen zodat

het niet enkel bij een inventarisatie blijft, maar waardoor men bijvoorbeeld ook

beleidsaanbevelingen kan maken.

Verder gaven verscheidene ouders tijdens de interviews aan dat zij die opvoedings-

ondersteuning het meest nodig hebben, gewoonlijk niet bereikt worden. De manier

waarop deze ouders wel bereikt kunnen worden, kan tevens een belangrijke piste

zijn voor verder onderzoek.

Besluit

Bij deze wil ik kort nog even een aantal indrukken aanhalen die deze studie bij mij

heeft nagelaten.

Vooraleerst probeerde ik de complexiteit van het begrip ‘opvoedingsondersteuning’

weer te geven. Voor een stuk bleef het wat complex, ook in de literatuur zijn er

tegenstrijdige ideeën. Via een eigen werkdefinitie van het begrip ‘opvoedingsonder-

steuning’ bracht ik voor mezelf duidelijkheid.

Tijdens de interviews ondervond ik dat commerciële opvoedingsliteratuur voor veel

ouders essentieel is bij de opvoeding. Het is een laagdrempelige vorm van onder-

steuning waar ze niet al te veel inspanningen voor moeten leveren. Het belangrijkste

is echter de steun en herkenning die ze ervaren bij het lezen ervan. Voor de ene

ouder is opvoedingsliteratuur uiteraard nuttiger dan voor de andere, denk maar aan

zij die problemen ervaren in de opvoedingssituatie. Toch merkte ik dat niemand

deze vorm van ondersteuning wil en kan missen. Het werd een vanzelfsprekendheid

en een soort zekerheid dat informatie over opvoeding ongevraagd in de brievenbus

ligt.

Ik ben overtuigd van het voordeel van deze manier van opvoedingsondersteuning.

Het lijkt me essentieel dat ouders zich goed voelen bij de opvoeding, in het belang

van zichzelf en hun kinderen. Het is dan ook aangewezen dat men hier van hoger-

hand aandacht voor heeft, dat men inspanningen levert om iedereen te bereiken.

Page 80: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

5. Afslui tende discussie

Ouders en opvoedingson dersteuning: een verken ning van commer ciële l i teratuur Sof ie Ja cobs

80

Gedurende het onderzoek bleef ik zelf niet onbewogen. Een aantal vooroordelen

over bepaalde opvoedingssituaties verdwenen door de gesprekken met de ouders.

Ik ondervond dat het een aantal mensen deugd deed vrijuit te praten over hun

opvoedingssituatie. Veel ouders weten wel degelijk waarover ze praten en bleken

ervaringsdeskundigen in de puurste zin van het woord zijn.

Page 81: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

LITERATUURLIJST

Adriaenssens, P. (1997). Opvoedingsondersteuning: verantwoordelijkheid van

samenleving, gezin, kind. In: Preventieve gezondheidszorg: Vlaams preventiecongres 1997 (pp.

383-391). Diegem: Kluwer editorial.

Bakker, I., Bakker, K., van Dijke, A., & Terpstra, L. (1998). O & O in perspectief. Utrecht:

NIZW.

Bakker, N. (1993). Onzekere ouders? Over de geschiedenis van

opvoedingsvoorlichting en opvoedingsonzekerheid. Pedagogisch Tijdschrift, 18, 153-171.

Bertrand, R.M., Hermanns, J.M.A., & Leseman, P.P.M. (1998). Behoefte aan

opvoedingsondersteuning in Nederlandse, Marokkaanse en Turkse gezinnen met kinderen

van 0-6 jaar. Nederlands Tijdschrift voor Opvoeding, Vorming en Onderwijs, 14 (1), 50-71.

Bloemen, R. (1995). Kansen tot opvoedingsondersteuning in de algemene

hulpverlening. In: H. Haerden, & D. Janssen (Eds.), Pedagogische preventie: een antwoord op

kansarmoede? (pp. 137-148). Leuven/Apeldoorn: Garant.

Bouverne – De Bie, M. (2002). Opvoedingsondersteuning: een vorm van

maatschappelijke dientsverlening. In: L. Vandemeulebroecke, H. Van Crombrugge, J.

Janssens, & H. Colpin (Eds.), Gezinspedagogiek – Deel II: Opvoedingsondersteuning (pp. 317-

340). Antwerpen/Apeldoorn: Garant.

Bouverne – De Bie, M. (2005). Over respect voor gezinnen en gezinsgericht werken. In:

H. Van Crombrugge, & E. Lombaert (Eds.), Gezin en opvoeding: weldadig en gewelddadig

(pp.61-76). Antwerpen/Apeldoorn: Garant.

Broekaert, E., De Fever, F., Schoorl, P., Van Hove, G., & Wuyts, B. (Eds.). (1997).

Orthopedagogiek en maatschappij. Leuven/Apeldoorn: Garant.

Buddelmeijer, L. (1992). Schriftelijke opvoedingsvoorlichting: een steun voor ouders.

In: A. Hol (Ed.), Opvoedingsondersteuning. Methoden, nieuwe opvattingen en praktische

toepassingen (pp. 174-177). Utrecht: SWP.

Canavan, J., Dolan, P., & Pinkerton, J. (Eds.). (2000). Family support. Direction from

diversity. Londen: Jessica Kingsley Publishers.

Ceysens, P. et al. (2000). Voorstel van decreet houdende de inrichting van activiteiten inzake

opvoedingsondersteuning. Vlaams Parlement, stuk 282 – nr. 1, 4 mei 2000.

Colpin, H., & Vandemeulebroecke, L. (2002). Legitimering van

opvoedingsondersteuning. In: L. Vandemeulebroecke, H. Van Crombrugge, J. Janssens, &

Page 82: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

Ouders en opvoedingson dersteuning: een verken ning van commer ciële l i teratuur Sof ie Ja cobs

82

H. Colpin (Eds.), Gezinspedagogiek – Deel II: Opvoedingsondersteuning (pp. 31-52).

Antwerpen/Apeldoorn: Garant.

Colsoul, D., et al. (2000). Gezins- en opvoedingsondersteuning: een stap verder…in

het leven van een gepedagogiseerde samenleving. Tijdschrift voor Welzijnswerk, 24 (232), 3-4.

Cook, D.W. (1989). Systematic Need Assessment: A Primer. Journal of Counseling and

Development, 67, 462-464.

De Neve, F. (2002). Brieven aan Ouders met Tieners. In: L. Vandemeulebroecke, H.

Van Crombrugge, J. Janssens, & H. Colpin (Eds.), Gezinspedagogiek – Deel II:

Opvoedingsondersteuning (pp. 203-223). Antwerpen/Apeldoorn: Garant.

Denzin, N.K., & Lincoln, Y.S. (1998). Strategies of Qualitative Inquiry. Thousand Oaks:

Sage.

Depaepe, M. (1998). De pedagogisering achterna. Aanzet tot een genealogie van de

pedagogische mentaliteit in de voorbije 250 jaar. Leuven: Acco.

De Swaan, A. (1982). Uitgaansbeperking en uitgaansangst; over de verschuiving van

bevelshuishouding naar onderhandelingshuishouding. In: A. de Swaan (Ed.), De mens is de

mens een zorg: opstellen 1971-1981 (pp. 81-115). Amsterdam: Meulenhoff.

Doornenbal, J. (1997). De ervaren opvoedingsonzekerheid van moeders en vaders.

Comenius, 17, 281-292.

Du Bois-Raymond, M. (1994). Jongeren en ouders – hedendaagse gezinsculturen. Jeugd

en Samenleving, 12, 676-688.

Eindrapport behoeftenonderzoek “Heeft u ook een tiener in huis?” (s.d.). Brussel:

Gezinsbond.

Friele, R. (1998). Voorwoord. In: T. Royers, L. de Ree, & G. Verbeeck (Eds.),

Empowerment: eigenmachtig worden in de hulpverlening (pp. 7-10). Utrecht: NIZW.

Gerris, J.R.M. (Ed.). (1994). Pedagogische ondersteuning van gezinnen en hulpverleners.

Assen: Van Gorcum.

Gerris, J.R.M., van As, N.M.C., Wels, P.M.A., & Janssens, J.M.A.M. (1998). From parent

education tot familiy empowerment programs. In: L. L’Abate (Ed.), Family psychopathology

(pp. 401-426). New York: Guilford.

Gilligan, R. (2000). Family support. Issues and prospects [Elektronische versie]. In: J.

Canavan, P. Dolan, & J. Pinkerton (Eds.), Family support. Direction from diversity (pp. 13-34).

Londen: Jessica Kingsley Publishers.

Page 83: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

Ouders en opvoedingson dersteuning: een verken ning van commer ciële l i teratuur Sof ie Ja cobs

83

Gys, M. (2000). Empowerment. Gezinsbeleid in Vlaanderen (Themanummer ‘in de kijker:

opvoedingsondersteuning’, 29 (2), 12-15.

Haerden, H., & Janssens, D. (Eds). (1995). Pedagogische preventie: een antwoord op

kansarmoede? Leuven/Apeldoorn: Garant.

Hellinckx, W., Grietens, H., & Geeraert, L. (2002). Hulp bij opvoedingsvragen.

Opvoedingsondersteuning tussen 0 en 3 jaar. Leuven: Acco.

Hermanns, J.M.A. (1992). Het sociale kapitaal van jonge kinderen. Utrecht: SWP.

Hermanns, J.M.A. (1995). Opvoedingsondersteuning: een poging tot

wetenschappelijke en maatschappelijke legitimering. In: H. Haerden, & D. Janssen (Eds.),

Pedagogische preventie: een antwoord op kansarmoede? (pp. 17-33). Leuven/Apeldoorn: Garant.

Hermanns, J.M.A., & Leseman, P.P.M. (1998). Opvoedingsondersteuning: steun aan

kinderen in ontwikkeling. In: P.P.M. Leseman, M. Fahrenfort, J.M.A. Hermanns, & A.W.

Klaver (Eds.), Opvoedingsondersteuning. De experimenten opvoedingsondersteuning:

leermomenten en toekomstperspectieven. Samenvatting van de onderzoeksresultaten en

aanbevelingen (pp. 5-9). Amsterdam/Den Haag: SCO-Kohnstamm Instituut/B&A Groep

Beleidsonderzoek en –Advies.

Hol, A. (Ed.). (1992). Opvoedingsondersteuning. Methoden, nieuwe opvattingen en

praktische toepassingen. Utrecht: SWP.

Janssens, J.M.A.M. (1998). Opvoedingshulp: doel, methoden en effecten. Tijdschrift

voor Orthopedagogiek, 37, 131-147.

Janssens-Vanoppen, S. (Ed.). (2000). Hoorzitting over de parlementaire initiatieven

betreffende opvoedingsondersteuning. Niet-gepubliceerd verslag. Brussel: Commissie voor

Welzijn, Volksgezondsheid en Gelijke Kansen.

Kaiser, A., et al. (1999). Rejoinder: Toward a contemporary vision of parent education.

Topics in Early Childhood Special Education, 19 (3), 173-176.

Kousemaker, N.P.J., & Timmers-Huigens, D. (1985). Pedagogische hulpverlening in de

eerste lijn. Tijdschrift voor Orthopedagogiek, 24, 549-565.

Kvale, S. (1996). Interviews: An introduction to qualitative research interviewing. Londen:

Sage Publications.

Lim-Feijen, J.F. (1992). De peuterbrief. In: A. Hol (Ed.), Opvoedingsondersteuning.

Methoden, nieuwe opvattingen en praktische toepassingen (pp. 218-220). Utrecht: SWP.

Page 84: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

Ouders en opvoedingson dersteuning: een verken ning van commer ciële l i teratuur Sof ie Ja cobs

84

Maso, I., & Smaling, A. (1998). Kwalitatief onderzoek: praktijk en theorie. Amsterdam:

Boom.

McCurdy, K., & Daro, D. (2001). Parent involvement in family support programs: An

integrated theory. Family Relations, 50, 113-121.

Memelink, R. (2007). SPSS voor marktonderzoek. Praktisch gebruik van SPSS bij

kwantitatief marktonderzoek. Groningen/Houten: Wolters-Noordhoff.

Miles, M.B., & Huberman, A.M. (1994). Qualitative data analyses. An expanded

sourcebook. Londen: Sage Publications.

Miller, S., & Sambell, K. (2003). What do parents feel they need? Implications of

parents’ perspectives for the facilitation of parenting programmes [Elektronische versie].

Children & Society, 17, 32-44.

Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap (2001). Beleidsbrief Welzijn, Gezondheid en

Gelijke Kansen 2001. Brussel.

Moran, P., & Ghate, D. (2005). The effectiveness of parenting support [Elektronische

versie]. Children & Society, 19, 329-336.

Nys, K., & Vandemeulebroecke, L. (2000). Gezins- en opvoedingsondersteuning.

Tijdschrift voor Welzijnswerk, 24 (232), 5-10.

Nys, K., & Van den Wijngaerde, L. (2004). Het belang van empowerment in

opvoedingsondersteuning. Tijdschrift voor Welzijnswerk, 28 (263), 23-28.

Nys, K., & Wouters, A. (2001). De betekenis van empowerment voor het

opvoedingsondersteunend werken met kansarme gezinnen. Pedagogisch Tijdschrift, 26 (1),

19-43.

Peeters, J., & Woldringh, C. (1993). Leefsituatie van kinderen tot 12 jaar in Nederland.

Nijmegen: ITS.

Peeters, M., & Hermanns, J.M.A. (1993). Opvoedingsvoorlichting in de

jeugdgezondheidszorg: het perspectief van de ouders. Utrecht: SWP.

Pels, T. (Ed.). (2004). Opvoeding en integratie [Elektronische versie]. Assen: Koninklijke

Van Gorcum.

Poot, W.I. (1992). De populariteit van opvoedingsondersteuning. Aandacht voor

opvoeding en ondersteuning in onderzoek. In: A. Hol (Ed.), Opvoedingsondersteuning.

Methoden, nieuwe opvattingen en praktische toepassingen (pp. 38-50). Utrecht: SWP.

Page 85: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

Ouders en opvoedingson dersteuning: een verken ning van commer ciële l i teratuur Sof ie Ja cobs

85

Riksen-Walraven, J.M.A. (1989). Meten in perspectief, een levensloopmodel als

achtergrond bij het meten en beïnvloeden van gedrag en interacties. Tijdschrift voor

orthopedagogiek, 28, 16-33.

Ruikes, T.J.M. (1992). De professionalisering van opvoeding en

opvoedingsondersteuning. In: A. Hol (Ed.), Opvoedingsondersteuning. Methoden, nieuwe

opvattingen en praktische toepassingen (pp. 91-99). Utrecht: SWP.

Rullo, G., & Musatti, T. (2005). Mothering young children: Child care, stress and social

life. European Journal of Psychology of Education, 20 (2), 107-119.

Sidebotham, P., et al. (2001). Culture, stress and the parent-child relationship: a

qualitative study of parents’ perceptions of parenting [Elektronische versie]. Child: Care,

Health and Development, 27 (6), 469-485.

Silverman, D. (2000). Doing Qualitative Research – A Practical Handbook. Londen: Sage

Publications.

Smaling, A. (1992). De pragmatische ruimte: Paradigmatische en pragmatische

elementen van de methodenkeus. In: A. Smaling, & F. Van Zuren (Eds.), De praktijk van

kwalitatief onderzoek – voorbeelden en reflecties (pp. 164-181). Amsterdam: Boom/Meppel.

Snyers, K., Colpin, H., & Coenen, M. (2001). Behoefte aan opvoedingsondersteuning. Een

onderzoek bij ouders in Maasmechelen. Leuven: Garant.

Standpunt van het Vlaams Welzijnsverbond over opvoedingsondersteuning. (2005).

Tijdschrift voor Welzijnswerk, 29 (272), 5-9.

Tilanus, C.P.G. (1997). Onderzoeksmethoden bij agogisch handelen. Utrecht: SWP.

Van Crombrugge, H., & Vandemeulebroecke, L. (1992). Naar een concept van vorming

van ouders. In: J.R.M. Gerris (Ed.), Opvoedings- en gezinsondersteuning (pp. 27-46). Lisse:

Swets & Zeitlinger.

Van Crombrugge, H., & Vandemeulebroecke, L. (2002). Oudervorming door gesprek.

Invalshoeken voor opvoedingsondersteuning in sociale netwerken. In: L.

Vandemeulebroecke, H. Van Crombrugge, J. Janssens, & H. Colpin (Eds.), Gezinspedagogiek –

Deel II: Opvoedingsondersteuning (pp. 71-94). Antwerpen/Apeldoorn: Garant.

Van Crombrugge, H., & Lombaert, E. (Eds.). (2005). Gezin en opvoeding: weldadig en

gewelddadig. Antwerpen/Apeldoorn: Garant.

Vandemeulebroecke, L. (1995). Opvoedingsondersteuning en pedagogische preventie

als beleidsterrein. In: H. Haerden, & D. Janssen (Eds.), Pedagogische preventie: een antwoord op

kansarmoede? (pp. 63-72). Leuven/Apeldoorn: Garant.

Page 86: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

Ouders en opvoedingson dersteuning: een verken ning van commer ciële l i teratuur Sof ie Ja cobs

86

Vandemeulebroecke, L. (2000). Opvoedingsondersteuning vandaag. Gezinsbeleid in

Vlaanderen (Themanummer ‘in de kijker: opvoedingsondersteuning’), 29 (2), 3-11.

Vandemeulebroecke, L., & Nys, K. (2001). Het concept empowerment op het domein

van de gezins- en opvoedingsondersteuning en de pedagogische hulpverlening. Pedagogisch

Tijdschrift, 26 (1), 3-17.

Vandemeulebroecke, L., & Nys, K. (2002). Het concept opvoedingsondersteuning. In:

L. Vandemeulebroecke, H. Van Crombrugge, J. Janssens, & H. Colpin (Eds.),

Gezinspedagogiek – Deel II: Opvoedingsondersteuning (pp. 11-30). Antwerpen/Apeldoorn:

Garant.

Vandemeulebroecke, L., Van Crombrugge, H., Janssens, J., & Colpin, H. (Eds.). (2002).

Gezinspedagogiek - Deel II: Opvoedingsondersteuning. Antwerpen/Apeldoorn: Garant.

Vandemeulebroecke, L., & De Munter, A. (2004). Opvoedingsondersteuning. Visie en

kwaliteit. Leuven: Universitaite pers Leuven.

Vanden Berge, A. (1995). Opvoedingsondersteuning als belangrijke pijler binnen de

preventieve kinderzorg van Kind en Gezin. In: H. Haerden, & D. Janssen (Eds.),

Pedagogische preventie: een antwoord op kansarmoede? (pp. 73-81). Leuven/Apeldoorn: Garant.

Vandenbroeck, M. (2006). Cursus gezinspedagogiek. Gent: Vakgroep Sociale Agogiek.

Van den Eynde, M. (2000a). Gepaste opvoedingssteun voor alle ouders – Visie van de

Bond. Gezinsbeleid in Vlaanderen (Themanummer ‘in de kijker: opvoedingsondersteuning’), 29 (2),

26-33.

Van den Eynde, M. (2000b). In de kijker: opvoedingsondersteuning. Gezinsbeleid in

Vlaanderen (Themanummer ‘in de kijker: opvoedingsondersteuning’), 29 (2), 1-2.

Vanneste, W. (2007). Het Kind, zijn Opvoeding en de Samenleving. Retrieved May 5, 2008,

from http://hbo-kennisbank.uvt.nl/cgi/fontys/show.cgi?fid=2912

Verhegge, K. (1999). Opvoedings- en gezinsondersteuning (visietekst). Brussel: Kind en

Gezin.

Verhegge, K. (2002). Het uitbouwen van een netwerk opvoedingsondersteuning door

Kind en Gezin. In: L. Vandemeulebroecke, H. Van Crombrugge, J. Janssens, & H. Colpin

(Eds.), Gezinspedagogiek – Deel II: Opvoedingsondersteuning (pp. 151-163).

Antwerpen/Apeldoorn: Garant.

Page 87: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

Ouders en opvoedingson dersteuning: een verken ning van commer ciële l i teratuur Sof ie Ja cobs

87

Vermeulen, A. (1992). Kinderopvang en opvoedingsondersteuning. In: A. Hol (Ed.),

Opvoedingsondersteuning. Methoden, nieuwe opvattingen en praktische toepassingen (pp. 83-90).

Utrecht: SWP.

Vermulst, A., van Aalst, T., & Jansma, H. (1994). Opvoedingsondersteuning. Een

inventariserend onderzoek naar opvoedingsproblemen en gezinsfunctioneren in Ede. In:

J.R.M. Gerris (Ed.), Pedagogische ondersteuning van gezinnen en hulpverleners (pp. 123-138).

Assen: Van Gorcum.

Vermulst, A. (2002). Opvoedingsproblemen van tieners en de behoefte aan

opvoedingsondersteuning. In: L. Vandemeulebroecke, H. Van Crombrugge, J. Janssens, &

H. Colpin (Eds.), Gezinspedagogiek – Deel II: Opvoedingsondersteuning (pp. 182-201).

Antwerpen/Apeldoorn: Garant.

Voets, J. (2000). Het kind van de rekening: over opvoedingsondersteuning en

pedagogische preventie. Tijdschrift voor Welzijnswerk, 24 (232), 62-71.

Voets, J., & Michielsen, L. (2002). En wat vinden ouders ervan? Over de effecten van

oudertraining en andere ouderbegeleidende methodieken tijdens een residentiële

behandeling. Tijdschrift voor Orthopedagogiek, Kinderpsychiatrie en Klinische Kinderpsychologie,

27, 16-37.

Walravens, E. (2005). Gezinsopvoeding in een postmodern tijdperk. In: H. Van

Crombrugge, & E. Lombaert (Eds.), Gezin en opvoeding: weldadig en gewelddadig (pp. 13-28).

Antwerpen/Apeldoorn: Garant.

Wilbrink-Griffioen, D. (1992). Opvoeding Ondersteund. In: A. Hol (Ed.),

Opvoedingsondersteuning. Methoden, nieuwe opvattingen en praktische toepassingen (pp. 19-26).

Utrecht: SWP.

Wouters, A. (2000). De opvoedingstelefoon Vlaanderen. In: W. Demey, E. Moens, K.

Van Leeuwen, & L. Verhofstadt-Denève (Eds.), Preventie van antisociaal gedrag: starten bij de

(pre-)conceptie? (pp. 265-271). Gent: Universiteit Gent, Vakgroep Ontwikkelings- en

persoonlijkheidspsychologie – Vormingscentrum voor de Begeleiding van het Jonge Kind.

Wubs, J. (2004). Luisteren naar deskundigen. Opvoedingsadvies aan Nederlandse ouders

1945-1999. Assen: Koninklijke Van Gorcum.

Zwiep, C., Ligtermoet I., & de Ruyter, B. (1996). Vragen hebben is nog geen

opvoedingsonzekerheid. Onderzoek naar de behoefte aan opvoedingsonzekerheid in

Hardewijk. Jeugd en Samenleving, 14, 81-86.

Page 88: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

Ouders en opvoedingson dersteuning: een verken ning van commer ciële l i teratuur Sof ie Ja cobs

88

BIJLAGEN

1. Pedagogisch framework Kousemaker en Timmers-Huigens

Kousemaker, N.P.J., & Timmers-Huigens, D. (1985). Pedagogische hulpverlening in de eerste lijn. Tijdschrift voor Orthopedagogiek, 24, 549-565.

Page 89: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

Ouders en opvoedingson dersteuning: een verken ning van commer ciële l i teratuur Sof ie Ja cobs

89

2. Balansmodel Bakker et al.

Kousemaker, N.P.J., & Timmers-Huigens, D. (1985). Pedagogische hulpverlening in de eerste lijn. Tijdschrift voor Orthopedagogiek, 24, 549-565.

Page 90: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

Ouders en opvoedingson dersteuning: een verken ning van commer ciële l i teratuur Sof ie Ja cobs

90

3. Vragenlijst

Sofie Jacobs – 2de licentie onderwijspedagogiek

Inventaris rond opvoedingsondersteuning

A) Algemene vragen

- Wat is je leeftijd?

…………………………………………………

- Wat is je geslacht? Omcirkel.

vrouw – man

- Waar woon je? Geef de postcode.

…………………………………………………

- Hoeveel kinderen heb je?

……………………………………………….

- Welke leeftijd hebben je kinderen?

………………………………………………….

- Wat is het hoogste diploma dat je behaalde? Omcirkel één

keuzemogelijkheid.

1. lagere school

2. lager secundair

3. secundair BSO

4. secundair TSO

5. onderwijs ASO

De data van deze vragenlijst worden op een anonieme manier verwerkt. De informatie wordt, zoals voorgeschreven in de ‘wet ter bescherming

van de privacy’, niet verder verspreid en enkel in het kader van het

voorziene onderzoek gebruikt.

Page 91: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

Ouders en opvoedingson dersteuning: een verken ning van commer ciële l i teratuur Sof ie Ja cobs

91

6. hoger onderwijs korte type

7. hoger onderwijs lange type

8. universitair onderwijs

B) opvoedingsvragen en –problemen

Ervaar je onderstaande zaken als problematisch binnen de opvoeding van je kinderen? Zet een kruisje in het passende vakje.

geen

probleem niet echt

problematisch is een

probleem niet van

toepassing

regels en grenzen

steun van partner

zakgeld

praten met kind

gezinsbudget

schoolloopbaan

verantwoordelijkheid tov kind

vrijheid geven aan kind

afspraken met partner

drugs

keuzes in manier van opvoeden

respect van kind

tv,video

pc,internet

meningsverschillen

conflicten broer/zus

begeleiden relationele/ seksuele ontw

houden aan afspraken

Zijn er nog andere zaken in de opvoeding die u heel moeilijk vindt?

…………………………………………………………………………………………………………………………

…………………………………………………………………………………………………………………………

…………………………………………………………………………………………………………………………

………………………………………………………………………………………………………………………..

Page 92: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

Ouders en opvoedingson dersteuning: een verken ning van commer ciële l i teratuur Sof ie Ja cobs

92

C) Informatiekanalen

Waar haal jij informatie over opvoeden? Omcirkel het cijfer van je keuze. 1 = meest gebruikte informatiekanaal 6 = minst gebruikte informatiekanaal. Let op, elk cijfer kan dus maar 1x voorkomen.

• Andere ouders: 1 2 3 4 5 6

• Radio, televisie: 1 2 3 4 5 6

• Boeken: 1 2 3 4 5 6

• Tijdschriften: 1 2 3 4 5 6

• School, CLB: 1 2 3 4 5 6

• Andere: 1 2 3 4 5 6

Welk vind jij het meest geschikte informatiekanaal? Zet een kruisje naast alle informatiekanalen die jij het meest geschikt vindt. Je mag dus meerdere kruisjes zetten.

andere ouders

radio, televisie

boeken

tijdschriften

school, CLB

andere

Controleer je nog eens of alle vragen ingevuld zijn? Hartelijk bedankt voor het invullen van deze vragenlijst!

Mag ik jou, indien nodig, contacteren voor verder onderzoek? Zo ja, noteer dan aub hieronder je telefoonnummer en naam

……………………………………………………..

……………………………………………………..

Page 93: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

Ouders en opvoedingson dersteuning: een verken ning van commer ciële l i teratuur Sof ie Ja cobs

93

4. Semi-gestructureerde interviews

Wegens de grote omvang van de uitgetypte interviews liggen deze ter inzage op het

bureau van mijn promotor, Bruno Vanobbergen, vakgroep Pedagogiek.

Page 94: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

Ouders en opvoedingson dersteuning: een verken ning van commer ciële l i teratuur Sof ie Ja cobs

94

5. Matrix beschrijvende analyse

Maso, I., & Smaling, A. (1998). Kwalitatief onderzoek: praktijk en theorie. Amsterdam: Boom.

Page 95: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

Sofie Jacobs

Pedagogische Wetenschappen, optie onderwijspedagogiek

Academiejaar 2007 – 2008

Promotor: Dr. Bruno Vanobbergen

Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur

Abstract

In deze licentiaatverhandeling worden de bevindingen van ouders bij commerciële

opvoedingsliteratuur beschreven door middel van kwalitatieve semi-gestruc-

tureerde interviews.

In het eerste deel komt de relevantie van deze scriptie aan bod en worden de

probleemstelling en de onderzoeksvragen weergegeven.

Vervolgens geeft het tweede deel een ruimer theoretisch kader. In die uiteenzetting

worden definities, theoretische inzichten, de positionering van het begrip

‘opvoedingsondersteuning’ en een eigen werkdefinitie geschetst. Het belang van de

theoretische omkadering blijkt uit het inzicht dat het biedt in de complexiteit van

het begrip ‘opvoedingsondersteuning’. Het is immers geen sinecure om een

eenduidige definitie van het begrip in de literatuur terug te vinden, aangezien het

een veelzijdigheid aan interpretaties behelst en de inhoud ervan in de loop der jaren

evolueerde. Via een eigen werkdefinitie wordt het begrip enigszins afgebakend voor

wat deze scriptie betreft.

Na een methodologische uitdieping komen vervolgens de resultaten aan bod. Deze

resultaten worden uiteindelijk bediscussieerd aan de hand van eerder gevonden

literatuur en eigen reflecties. De conclusie is dat commerciële opvoedingsliteratuur

voor veel ouders essentieel is bij de opvoeding. Het is een belangrijke laag-

drempelige vorm van steun en herkenning die meestal als vanzelfsprekend gezien

wordt.

Page 96: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

Bijlagen: semi-gestructureerde interviews

Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur

- Een kwalitatieve situatieschets -

Sofie Jacobs Promotor: Dr. Bruno Vanobbergen

Academiejaar 2007 – 2008

Page 97: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

Categorie ‘mannen’

MAN 1

Ik moet zeggen, ik lees zelf niet zoveel, ik ben van opleiding opvoeder. Euh, ik heb op latere

leeftijd nog een graduaat orthopedagogie gedaan en euhm, ik heb zelf drie kinderen, een

dochter van 22, een zoon van 13 en één van 10 en ja, ik zou dus zogezegd moeten weten hoe

dat het moet hé, opvoeden. Maar ik lees daar niet zo heel veel over, die boekskes die ze dan

thuis meebrengen, gelijk Klasse enzo. Mijn echtgenote die volgt dat op de voet. En wij

hebben alletwee zo wat onze ideeën over opvoeding en euh, hetgeen algemeen wordt

gezegd zo van dezelfde lijn volgen enzo, alhoewel inconsequent opvoeden ook opvoeden is,

en als ik bijvoorbeeld niet akkoord ga met een manier van opvoeden of van denken van mij

echtgenote dan zeg ik dat ook en ik maak daar ook wel een onderscheid in. We hebben

bijvoorbeeld wat problemen met die jongste van 10 jaar, alléz, ik zo niet, maar mijn

echtgenote heeft er heel veel problemen mee gehad en misschien nu nog en daarvoor zijn we

dus naar digizone gegaan, via verwijzing van school en clb, een jaar later konden we daar

pas terecht. En daar kwamen heel interessante zaken uit eigenlijk.

Lees je er zelf nog aanvullend iets over?

Ik ben eigenlijk zelf zo een beetje bezig rond verslaving enzo en daar lees ik eigenlijk meer

over.

Maar dat is dan in functie van uw werk eigenlijk?

Ja, van hetgeen ik wil gaan doen ja.

En die tijdschriften gelijk Klasse enzo, lees je dat dan soms?

Af en toe pak ik dat eens vast. Maar ik moet wel toegeven dat ik daar niet zo bezeten van

ben. Alléz, dat is allemaal wel goed en wel, daar staan heel veel praktische dingen in en ja,

ideeën over opvoeding veranderen ook wel heel veel enzo hé. Alléz, in mijn opleiding, ik ben

afgestudeerd in juni 2004, daar hebben we het de hele tijd over opvoeding gehad hé. Een

opvoeder moet ook wel flexibel zijn en zijn ideeën kunnen aanpassen, veranderen enzo,

zichzelf in vraag durven stellen, dat doe ik allemaal wel hé.

Wat vind je dan eigenlijk van hetgeen bijvoorbeeld in die Klasse staat?

Ik vind dat wel nuttig, heel concreet, praktische zaken meestal, ja, dat is niet slecht. Of dat ik

daar iets aan heb, dat is iets anders hé. Bijvoorbeeld die jongste is dan gediagnosticeerd als

iemand met aandachtsstoornissen en ADHD en daar staat dan wel regelmatig iets van in.

Maar alléz, ik euh, hetgeen dat ik dan van ADHD weet dat is dan van mijn opleiding enzo,

die stages, ok, dat is aanvullend, maar ik doe daar dan niet genoeg moeite voor misschien.

Moest je die opleiding niet gehad hebben, zou je dan meer zoiets vastnemen?

Pff, dat hangt er een beetje vanaf hé, van de interactie met mijn echtgenote, de mede-

opvoeder en mezelf in verband met die kinderen. Want euh, we komen bijvoorbeeld uit

totaal verschillende contexten. Ik kom uit een gezin van 8 kinderen en zij uit een gezin van 2

Page 98: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

kinderen, dus die vaardigheden die wij moesten hebben om in het gezin te hanteren die zijn

helemaal anders dan die van haar hé. Ieder heeft natuurlijk zijn ding, en alles hangt ook af

van de mate waarin dat iemand zich daaraan wilt aanpassen. Mijn echtgenote leest

ongelooflijk veel van die zaken, maar in welke mate dat zij zichzelf aanpast aan hetgeen zij

leest, dat is een andere zaak.

Praat zij met u over hetgeen ze gelezen heeft?

Weinig eigenlijk. Dus ik denk ook niet dat er dan zo’n spectaculaire zaken of veranderingen

uit de bus komen. Maar we hebben wel al vanalles gedaan, we zijn zo eens naar informatie-

avonden geweest in het school. Ik ben dan zo een maniak in het noteren van alles zo. In die

opleiding ook, ik kan die opleiding aan de hand van mijn notities helemaal terug samen

stellen. Ik was den oudste van heel dat spel daar, dus dat waren allemaal jongere maskes

gelijk als gij, in het volwassenenonderwijs dan, via de VDAB. Ik kom eigenlijk uit de

privésector en dat bedrijf is gesloten of overgekocht en ik heb me laten ontslaan en ik wou

iets helemaal anders doen. En dan heb ik via de VDAB graduaat orthopedagogie gedaan. Ik

noteer heel veel, en ik ben daar heel snel in en dat heb ik eigenlijk altijd als ik zo informatie-

opdrachten enzo volg, ok ik doen dat wel, maar meer doe ik er niet mee, dat zit allemaal

geklasseerd. Ik heb zo nog al sterke ideeën eigenlijk op gebied van opvoeding en ik welke

mate dat dat dan beïnvloedbaar is als ge 52 jaar zijt, das niet simpel. En pas op, mijn

kinderen die doen het niet slecht hé. Ik denk dat euh, dat is dus bij digizone uitgekomen, dat

er ongelooflijke verschillen zijn tussen ons, opvoedingsideeën en opvoedingsstijlen, tussen

mijn echtgenote en mij, maar dat gaat ook, we zijn al 25 jaar getrouwd dus euh…

Wat vind je dan van die informatie-avonden? Haal je daar meer uit dan uit de literatuur?

Dat is rechtstreekser natuurlijk hé, dan kan je vragen stellen enzo. Ja, ik zie dat natuurlijk

altijd wel een beetje met die opleidingachtergrond hé. Ik hang daar nu wel niet de

orthopedagoog uit, ik laat dat gewoon over mij komen, maar ik heb daar ook wel mijn

vragen bij ze, bij hetgeen ze daar allemaal durven zeggen. Die moeders dan allemaal, die

bezorgde moeders, als het dan over vanalles gaat, drugspreventie bijvoorbeeld, ik ben

eigenlijk zelf een beetje gespecialiseerd in verslaving. En daar zitten ook zeker

opvoedingsaspecten achter. Want euh, alléz ja, dat is eigenlijk het eerste dat je als opvoeder

doet na zo’n opleiding, euh, de tegenstelling tussen nurture en nature, wat is van uzelf en

wat is er via opvoedingscontexten meegegeven en die discussie is er één zonder einde. Maar

in contacten die ik leg rond verslaving heeft dat wel zijn invloed, dat zouden we moeten

meepakken vanuit de jeugd enzo, maar het gaat eigenlijk over het nu en de toekomst en hoe

ze daar mee omgaan. En daar heb ik ook heel expliciete ideeën in en euh, ik heb stages

gedaan enzo in die wereld en tegen veel zaken zet ik mij wel wat af, ik heb zo meer een

individuele aanpak, en euh…

Werk je dan in een instelling ofzo?

Neenee, ik ben, ik moet, ik ga eigenlijk een zelfstandige praktijk opstarten binnen x-aantal

tijd. Maar ik ben eerst zo nog wat aan het oefenen en dat gaat heel goed.

Page 99: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

Praten jullie dan soms met elkaar over jullie ideeën over opvoeding en hetgeen je gelezen

hebt?

Ja, we praten erover, ge kunt niet anders hé. Als er iets op uw lever ligt, moet ge dat direct

zeggen. Als het gaat over toegeven in opvoeden, kinderen hun grenzen leren kennen en

bevestiging en kunnen onderhandelen enzo. Ik ben volgens mijn echtgenote de ‘te

begrijpende’, ik onderhandel lang, en dat contrast komt bij die psycholoog van digizone

geweldig tot uiting. Dat ze soms het idee heeft dat die kleine van 10 jaar den baas is omdat

dat iemand is die heel ongeduldig is en die heeft een concentratiestoornis en zijn wil wilt hij

wel opleggen natuurlijk. Maar ik leg me bij die jongen neer, zijn argumentatie is ook

fantastisch, hoogbegaafd en ik hou er rekening mee met wat er allemaal gebeurt hé. Ik pak

het misschien te veel op voor dat manneke, omdat die nogal wat tegenstand ondervindt zo,

die is heel actief en mijn vrouw en dochter die moeten zo wat traag wakker worden en dan

begint het al hé. Die kerel zit vol leven enzo en ik vind dat dan ook heel erg dat dat gefnuikt

wordt hé die levendigheid. Ik heb hiernaast een drumstel voor hem gezet, dat hij zich daar

toch kan uitleven. Maar hij blijft heel actief, maar er is verder niks mis ze.

Heb je op voorhand verwachtingen als je iets begint te lezen?

Nee.

Is er voor u verschil in welk magazine of boek de tekst over opvoeding verschijnt?

Ik denk dat wel. Klasse is wel een bekend boekske en dat zou dan toch wel een beetje meer

gefundeerd moeten zijn. Dat denk ik. Maar alléz, soms komt mijn echtgenote wel eens met

Flair-verhalen af en dan is dat wel eens grappig enzo. Pas op, ik heb zo wel m’n ideeën en

ook over de stromingen in de psychologie. Ik neem zo uit alles wat op wat ik het

belangrijkste vind en ik probeer dat toe te passen op het individu dat ik voor mij heb hé. En

dan is hetzelfde gelijk met zo’n boekskes hé. Er staan zinnige dingen in ook, of dat dat nu

wetenschappelijk onderbouwd is of niet. Statistisch is dat wel eens interessant natuurlijk

enzo, maar nee, ik neem dat gewoon in mij op, ik verwerk dat en als dat van toepassing kan

zijn op bepaalde momenten of voor bepaalde mensen, dan gebruik ik dat.

Kijk je daar dan achteraf nog eens terug naar?

Dat is zo ook iets. Ik leg dat vast zoiets, ik vind dat zo idioot dat als ik naar een voordracht of

zoiets ga, en ik zit er dan zo maar, en ik weet ook dat al hetgeen daar verteld wordt, daar

blijven dinges van hangen, maar ge vergeet ook, en nu wil ik dat gewoon vastleggen zodanig

dat ik er terug naar kan grijpen wanneer ik het nodig heb. Maar eigenlijk kijk ik wel niet

vaak naar terug. Dat hangt er ook van af, in mijn opvoeding, of ik thuis problemen heb ofzo,

of hetgeen ik van plan ben te doen rond verslaving, dat is ook helemaal iets anders hé. Het

komt wel van pas, maar het gaat meestal over kinderen, waar dat mijn echtgenote dan mee

afkomt. En zo de invloed op latere leeftijd, de angst bevangt haar soms zo, vooral omdat ze

zo weinig controle over die jongste krijgt, zo van ‘wat gaat dat later worden’ enzo, over

kinderpraktijken hé. En we hebben een dochter van 22, maar daar is niks mis mee, die is

afgestudeerd als licentiate biomedische wetenschappen, dus euh, die andere twee kinderen

Page 100: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

zijn ook veel gemakkelijker. Die jongste is ne moeilijke en dan begint het hé, dan zou je meer

gaan grijpen naar zo’n boekskes natuurlijk hé.

Denk je dat als er niks ‘mis’ is met je kinderen, dat je dan geen nood hebt aan die

opvoedingsliteratuur?

Nee, maar ondanks het feit dat mijn echtgenote zeer veel leest, belezen is, veel leest gewoon,

want die gaat ’s avonds…die kan heel snel lezen, die leest heel veel boeken op korte tijd enzo

en toch hoor ik daar weinig ideeën over of weinig weerwerk ten opzichte van wat ik erover

denk. Ik heb meer expliciete ideeën dan zij waarschijnlijk hé.

Denk je dat het nuttig is om veel te lezen over opvoeding?

Dat zal wel hé. Maar ja, lezen is ook wel allemaal goed en wel, ge moet daar al den tijd voor

hebben. Ik lees bijvoorbeeld ook geen kranten, want als ik een krant vastpak, dan wil ik die

van het begin tot het einde lezen en dat is niet te doen. Ik heb wel zo van die vrienden en

kennissen die echt zo van die krantenpraat verkopen, die echt zo alles weten van de details

in kranten en als ik eens iets wil weten, gewoon een praktisch iets gelijk een uitslag ofzo, dan

vraag ik dat gewoon aan die mensen. Ik laat dat gewoon zo rusten, ik ga dat niet opzoeken.

Maar voor de rest heb ik het druk met m’n eigen interesses en met m’n kinderen enzo.

En lees je eigenlijk over het algemeen veel?

Eigenlijk lees ik veel, maar dan eerder wetenschappelijke zaken, dat vind ik veel boeiender.

Maar binnen de opvoeding zijn er ook wetenschappelijk zaken hé. Maar als ik dan in die

materie iets lees, is het meestal vakliteratuur rond verslaving enzo. Of op het internet, hoe

dat ze in Nederland denken over verslaving enzo. Dat komt voort uit die persoonlijke

interesse rond verslaving enzo, dat heeft een hele achtergrond. Dat is eigenlijk bij mij

prioritair op het gebied van het opzoeken van literatuur hé. En dat vind ik niet gemakkelijk

terug in die dingskes of… Want alléz, rond verslaving zal er ook wel het één en het ander

instaan hé.

Wat vind je van het verschil tussen een kort artikel en een boek?

Ja, dat is voor mij wel meer aangewezen hé. Mijn echtgenote komt nogal veel met artikels af,

en dan lees ik dat eens. Maar uit wat dat nu komt? Dat kan uit vanalles zijn ze. Mijn

echtgenote is een vroedvrouw hé en die heeft ook heel veel contacten in die sociale wereld en

van het één komt het ander zo hé.

Maar lees je liever ervaringen dan puur theoretische dingen?

Een tijd geleden heb ik als opvoeder alles geklasseerd zo van stoornissen, want er is bij onze

doelgroep een brede waaier aan hé, autisme, ADHD, noem maar op en ik heb dat dan

allemaal geklasseerd, ik verzamel ook zo al die dingen. En dan had ik zo nog eens iets

vastgepakt, maar daar was ik toch niet zo zot van, van die voorbijgestreefde dingen…, alles

verandert zo snel. Bijvoorbeeld astronomie, dat is een exacte wetenschap en dat vind ik

boeiend en dan ben ik zo eens in een club geweest en daar zeiden ze zo van de ene op de

andere dag dat het allemaal anders was dan dat ze altijd zeiden, en dat is dan een exacte

wetenschap en zo is dat met deze materie ook. Ik stel alles zo wat in vraag, ik weeg alles zo

Page 101: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

wat af. Eclectisch zo, van alles een beetje in mij opnemen. En ja, als er zo iets nieuws afkomt,

dat is altijd wel eens boeiend en plezant enzo, maar dat wilt niet zeggen dat ik zo heel mijn

denkwereld ga veranderen.

Kan hetgeen je leest een steun voor je betekenen?

Als je nu verschillende meningen hebt bijvoorbeeld, tussen mijn echtgenote en ik. Ja, zij komt

met die boekskes af van ‘zie eens wat daar in staat’, maar zo kunt ge bezig blijven. Nee, ik

ben er zeker geen specialist in, in al die knipsels.

Toevallig zit je nu ook tegenover een man die thuis is en veel bezig is met de opvoeding van

z’n kinderen, meer dan mijn echtgenote. Ik ben meer met de kinderen bezig. Mijn vrouw

geeft les en ze heeft een zelfstandige praktijk en dat is de keuze die wij gemaakt hebben hé.

En dat is toch wat wennen voor haar als ze zo de dagdagelijkse zaken aan mij moet

overgeven. We hebben ook ongelooflijk verschillende interesses.

Let je op de auteur van een artikel?

Dat zijn dan zo van die mannen gelijk nen Adriaenssens enzo. Ik vind eigenlijk, navenant dat

dat allemaal gerenommeerde mannen zijn, dat die simpele dingen schrijven. Dat is natuurlijk

ook wel een beetje een hautaine houding die ik aanneem, maar ik denk dikwijls toch dat ik

zoiets ook wel zou kunnen bedenken. Mijn echtgenote zegt dan dikwijls dat ik ook eens zo’n

boek moet schrijven, maar dat vind ik dan misschien wat zinloos. Ik neem liever de dingen

zo wat in mij op. Ik heb mijn ideeën en dat komt dikwijls wel overeen met die mannen, maar

dat zijn dan gerenommeerde mensen in die vakliteratuur en dan vind ik dat eigenlijk toch

maar simpele zaken. Maar mijn echtgenote laat zich wel meer vangen door al die namen

eigenlijk. Dat vind ik wel.

Maakt het dan voor u verschil uit of de auteur een ervaringsdeskundige is of een

academicus?

Ja, misschien wel hé. Ge laat uzelf automatisch meer beïnvloeden door mensen die het

zouden moeten weten, al weet iemand anders het misschien even goed hé. Maar zo ja, die

zullen waarschijnlijk wel wat meer wetenschappelijke achtergrond hebben, alléz, dat

veronderstel ik toch. Ervaring vind ik eigenlijk even belangrijk. Bijvoorbeeld rond die

verslaving is dat ook zo iets hé, als je dat zelf wat mee hebt ondervonden dan kunt ge veel

meer op die mensen hun golflengte komen zo. Dat is zeker zo belangrijk. Als ge tegen een

verslaafde theoretisch begint te zwammen, dan geraakt ge ook niet ver ze.

Spreek je soms met andere mensen, buiten je echtgenote dan, over hetgeen je las?

Ja, maar niet echt zo overdreven, oppervlakkig zo eens. Dikwijls zo opvoedingsstijlen, de

voor- en nadelen van verschillende opvoedingsstijlen, tja, dat zal ook wel meer vanuit mijn

opleiding komen ze. Ik lees ook te weinig in die dingen, ik zou mezelf misschien eens

moeten opleggen om dat meer te doen.

Vind je het belangrijk dat mensen, ouders lezen over opvoeding?

Ja, maar als ik dat zo hoor, mijn echtgenote bijvoorbeeld als ze mensen op de wereld zet,

kinderen, als ik dat zo hoor in welke gezinnen dat dat is, als ik zo die verhalen hoor dan

Page 102: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

denk ik soms toch ook wel dat die ouders eens meer daarover moeten lezen eigenlijk. Want

die denken natuurlijk ook allemaal dat hun soort opvoeding de juiste is hé. Maar als dan het

vierde kind geboren wordt enzo en als ge dan ziet hoe dat ze doen tegenover die andere

kinderen, dan vraagt ge u wel af ‘dat vierde kind, amai’. Mensen moeten soms zelf

heropgevoed worden, als ouders, en gewoon, ik heb dat ook geleerd hé, alle soorten zaken

die bij de opvoeding komen kijken, als opvoeder, maar dat zou voor iedereen goed zijn.

Uzelf in vraag stellen als opvoeder. En dan is het wel goed dat ze bijvoorbeeld in het school

die voordrachten geven hé, dat die ouders eens nadenken over die dingen enzo. Want ge

hoort ook aan de vragen die ze dan stellen, dat ze het echt soms niet weten.

Heeft een spreker dan meer effect?

Jaja, ik denk dat wel. Ze geven boekskes mee enzo ook allemaal hé. Maar in welke mate dat

ze dat lezen, dat weet ik niet.

Vind je het belangrijk dat die informatie bij de mensen thuis toekomt?

Ja, algemeen artikels over opvoeding, dat is boeiend hé. Maar ge kunt, dat staat overal in,

gelijk in de krant enzo. Natuurlijk is dat belangrijk hé, maar of dat mensen daar echt

daadwerkelijk iets mee doen, dat is iets anders hé. Weten is allemaal goed, maar het kunnen

toepassen, concreet toepassen, hetgeen ze allemaal lezen. En dan op een geordende manier,

want die kinderen zullen denken ‘amai, wat hebben ze nu gelezen die ouders? Dat is ineens

zo’. Ge moet proberen daar consequent mee om te gaan. Ik ben iemand die heel begrijpend

is, maar toch vooral zal onderhandelen en heel consequent zijn, alhoewel dat ik die naam

niet heb. Maar ja, ik onderhandel tot op een bepaald punt en dan is het gedaan. Die kinderen

komen dan ook veel meer tegen mij vertellen. Dat is ook één van de belangrijkste punten in

de drugspreventie, namelijk een goed contact met uw kinderen. Dat is dan hetgeen ik

nastreef hé, en dat lukt goed. Eigenlijk heb ik geen problemen met opvoedingsaspecten.

Denk je dat je door veel te lezen over iets er soms sneller een probleem van maakt?

Ja, dat hangt van de sterkte van iemand af. Als je als individu veel meer los kunt staan van

de omgeving, dan ben je veel minder beïnvloedbaar door hetgeen je leest. En dat zal ik dan

waarschijnlijk wel hebben. Ik laat me niet zo snel beïnvloeden door iets dat ik gelezen heb

hé. Dat heeft mijn echtgenote veel meer.

Ok, ik denk dat ik hier wel mee verder kan.

Mm, het heeft vooral te maken met hoeveel tijd mensen willen steken in al die informatie die

afkomt hé. Dat is zoveel, ook op internet, en of dat nu wetenschappelijk onderbouwd is of

niet, want iedereen kan er vanalles opzetten. Het is te veel eigenlijk om allemaal op te

nemen, het is eigenlijk meer toevallig wat bij mij allemaal aankomt. Meer via via dan dat ik

het rechtstreeks opzoek.

Page 103: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

MAN 2

Wat lees je zo wel eens rond opvoeding?

Ik lees die dingen wel eens die ze meebrengen, zoals Klasse. Dus daar lezen we wel eens

door. Ook omdat we met de opvoeding, we hebben een dochtertje van 8 en een zoontje van

6, en euh met ons dochtertje hebben we eigenlijk toch wel redelijk wat problemen gehad in

het begin. Alléz, problemen, in het tweede kleuterklasje hebben ze die een jaar willen laten

overslagen, naar het derde dan en daar zijn we niet mee akkoord gegaan. En dan is die naar

het eerste gegaan en die haalde daar altijd uitstekende resultaten en, nu nog trouwens, en

dan hebben we toch wel redelijk wat problemen gehad. Niet in de kleuterschool, want dan

was die enorm gretig, maar vanaf dat die in het eerste studiejaar zat, die was… Die had te

hoge verwachtingen en de punten waren nooit niet goed genoeg enzo eigenlijk. Één foutje maken

was niet goed en euh… Dat is nu nog hé. En die aanpassing, dat was wel wat moeilijk

eigenlijk. Ja, die heeft het in het begin heel moeilijk gehad. En die ligt dikwijls te piekeren over iets

dat de gemiddelde klasgenoot zou zeggen van ‘foert, morgen is het een andere dag’, maar

euh. Dus daarover lezen we wel eens iets in Klasse bijvoorbeeld.

En zijn er zo nog andere dingen die je wel eens leest?

Eigenlijk lezen we weinig van die dingen. Juist specifiek hetgeen dat de kinderen mee naar

huis brengen.

En dagbladen of de krant?

Dat gebeurt. Als ons nu iets opvalt en dat is interessant, dan lezen we dat wel, maar we gaan

het zeker niet zelf opzoeken om te lezen, dat zeker niet. Hetgeen dat voorgeschoteld wordt

of hetgeen dat opvalt. Ook niks van boeken, ik ben helemaal geen boekenlezer. Ik ook niet.

Lees je Klasse altijd als dat hier aankomt?

Ja, lezen… Nu niet direct. Eens doorbladeren hé. Ja. Als er zo iets in staat dan les ik dat wel eens.

Wat zijn zo de thema’s die u het meest aanspreken?

Eigenlijk van hoogebegaafde kinderen. Ik zeg niet dat onze kleine hoogbegaafd is, maar ze

hebben die getest en dat was toch wel… In de kleuterklas hebben ze die getest en dan kwam die als

meerbegaafd daar uit. En in de lagere school hebben ze die terug willen testen, maar dat hoefde

voor ons eigenlijk niet. Die krijgt nu wel extra ja, bijles, zal ik zeggen. Vrijdags gaat die naar de

bolleboosklas. Elke vrijdag wordt die uit de klas genomen. Daar zitten ook andere klasgenoten

in, alléz van andere klassen. Ik denk dat ze met een stuk of 5 zijn. 6 of 7 denk ik. En dan zitten

die allemaal samen zo. Dus het is eigenlijk dat specifiek dat ons aanspreekt en dan lezen we

dat, maar anders…

Zo alledaagse dingen rond opvoeding dat lees je dan eigenlijk niet?

Eigenlijk weinig. Eigenlijk lezen we niet zoveel ervan.

Wat vind je van het formaat van artikels?

Soms wordt er wel veel over geschreven, over hetgeen wij eigenlijk willen lezen. In die

dingeskes van Klasse nu niet echt hé. Nee, maar gelijk in de gazet als wij vorig jaar op verlof

Page 104: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

waren, daar stond toen een groot artikel van in. Ja, is dat langdradig? Ik vind dat eigenlijk

niet, want op dat moment is dat een beetje boeiend hé.

Vind je dat het in het algemeen voldoende in de kijker wordt gezet?

Toch meer gelijk vroeger. En dat vind ik wel goed. Ik vind dat ook goed ja, en ik vind het ook goed

dat ze daar nu op school mee bezig zijn, want voor zo’n kind, als ge niet kunt volgen is het niet

plezant, maar zo is het ook niet plezant voor zo’n kind. Want vroeger was het enkel voor diegenen die

niet goed konden leren hé. En dit vindt ze echt wel plezant dat ze dat kan doen. Ja, nu omdat het een

spreekbeurt is, dat ziet ze niet zitten. Ik heb er gisteren nog nen tijd bijgezeten… Dat ziet ze niet

zitten, ze moet een spreekbeurt doen en dat ziet ze wel zitten, in haar eigen klas, maar ze moet dat in

een andere klas doen en daar heeft ze zo wat schrik voor. Dat is bij juf Tine denk ik. Ze heeft altijd

zo wat faalangst gehad. Den eerste dag dat die naar het eerste studiejaar moest hé, dus dat

was op 1 september, dan was die al aan het opschrijven van 1 tot 9 en bij de 5 wist ze niet

meer zo goed hoe ze dat buikske moest schrijven en ze moest dat echt al weten nog vooraleer

ze daar naar de klas ging hé. Ja, en lezen kon ze eigenlijk al. Maar die dacht dat als ze thuis ging

komen, dat ze kon schrijven, maar ja, die leerden 1 letter en dat was het dan hé. Die kon al lezen in

het tweede kleuterklasje, dan mocht die al voor de klas voorlezen. En wij wisten dat niet dat

die dat kon eigenlijk. Ze vroeg geregeld achter de letters, maar wij hebben die nooit niet leren lezen. Ja,

die moest eigenlijk alles weten hé. Onze zoon is totaal anders hé. Pas op, hij kan goed genoeg mee,

maar onze Kian is altijd content. En ons Xena is nooit content van zichzelf. Dat is hé? Die gaat ook

veel dieper op iets in hé. Ze legt voor zichzelf de lat veel te hoog. Ik weet zeker dat die dikwijls in

haar bed ligt te peinzen en te kniezen.

Om even terug te komen op die artikels. Heb je op voorhand bepaalde verwachtingen als

je iets gaat lezen?

Er staan dikwijls voorbeelden in van kinderen hé, eigenlijk vooral over kinderen. Gewoonlijk

is dat zo, dus dan verwacht ik dat eigenlijk ook. Want voor de rest staat daar niet veel anders

in vind ik. Het zijn allemaal korte verhaaltjes hé. en als je dat dan leest dan denk je wel eens van ‘aja,

dat is bij haar ook’, dat heb je wel dikwijls.

Vind je dat goed?

Ja, dat is eigenlijk wel hetgeen wat er boeiend aan is. Dat je zo eens van anderen hun

ervaring kunt lezen. Dat je weet dat het niet alleen hier is. Nee, er zijn ergere verhalen, dat wij

denken van ‘wij hebben dan toch geen probleem’.

Staan er soms tips in ofzo?

Ja, maar euh, ik denk dat dat eigenlijk voor elke kleine verschillend is ook.

Doe je daar iets mee met die tips?

Ge probeert die gerust te stellen die klein, maar euh… Maar we proberen die tips niet echt hé.

Eigenlijk niet echt nee. Ik weet eigenlijk niet ofdat er tips in staan die ons interesseren. Ik

denk dat zo wat iedereen wel op zijn eigen manier probeert op te voeden en bij elke kleine

zal dat verschillend zijn, ge probeert dat zelf zo wat… Als die nu negen op tien heeft, dan

Page 105: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

zeggen we dat die heel flink gewerkt heeft enzo, en dat wij dat vroeger niet konden, maar

scheelt dat dan iets? Dan zal ze wel iets geruster zijn zeker… Maar nu tips eigenlijk niet echt.

Heb je dat nodig die verhalen van andere mensen?

In het begin vond ik dat wel. Omdat als ik die dan van school haalde in het eerste, het was precies

altijd iets, die maakte van alles een drama. En als je dat dan zo een paar keer leest, dan denk je van ‘ja,

dat is niet alleen hier’. Want echt die kon van een mug nen olifant maken. Nodig hebben, allézja,

het is toch plezant, interessant zal ik zeggen dat ge een ander zijn verhaal eens kunt horen

hé. Hierover in’ straat, die hebben ook zo een paar gasten, en daar hebben wij eigenlijk veel

aan. Ja, daar kunt ge goe mee klappen. Die is daar eigenlijk echt in verdiept. Daar kunt ge zo eens

iets aan vragen hé. Maar ja, die heeft ook wel problemen gehad die wij niet hebben of toch ook

niet zullen hebben denk ik. Want die gasten zijn echt wel hoogbegaafd. Die zijn ook een jaar

overgeslagen hé. Met haar kunnen we er echt over klappen. Maar er zijn ook mensen, als ge daartegen

er iets van zegt, dan denken ze misschien dat we het hoog in onze bol hebben over ons kind, ja dat is zo

hé. Ge zegt daar niks van tegen iemand die er niks van kent.

Maar dat helpt u wel als ge met haar kunt praten?

Dat is wel plezant vind ik dat ge daar met u vragen terecht kunt. En soms zegt ze dan wat

we kunnen doen. Ja, en ze weet het ook wel ze.

Praat je er voor de rest soms nog met andere mensen over?

Eigenlijk weinig. Alleen ook nog met een collega van mij, die heeft twee hoogbegaafde

dochters. Die zijn 24 en 22 ofzoiets en die zijn ook overgeslagen in het school en daar heb ik

het wel dikwijls met hem over. Die vraagt er waarschijnlijk zelf ook achter. Ja, die is er zelf ook

veel over bezig. Maar tegen iemand anders zeg ik er eigenlijk niet veel van. Anders lijkt het

zo of je je eigen kinderen aan het bestoefen zijt. Want die komt met rapporten naar huis, ja

gewoon het maximum, 99,5% enzo. Dus ja… En als ze dan met een toets naar huis komt met een

fout, dan zijn dat van die stomme fouten van onoplettendheid. Maar als iemand dat echt wilt

weten, ja, dan zeggen we dat wel, of tegen de grootouders ofzo, die zijn fier hé.

Let je er op wie dat bijvoorbeeld de artikeltjes in Klasse schrijft?

Nee. Daar heb ik nog nooit niet naar gekeken wie dat dat schrijft. Eigenlijk niet nee. Als dat

interviews zijn, is dat van ouders, maar…

Maakt het dan uit of bijvoorbeeld een mama dat schrijft of een prof?

Nee, alléz bij mij niet. Ik lees dat eigenlijk ook nooit niet wie dat dat geschreven heeft. Als dat nu een

artikel is dat je boeit, dan ga je dat zowiezo lezen. Maar wij lezen nu wel niet zoveel. De

ervaring van mensen is wel altijd boeiender vind ik. Ge leest eigenlijk zuiver een verhaal van

iemand anders hé. Ja, als ge zo een verhaal aan het lezen zijt, dat gaat altijd veel vlotter hé.

Zo van die vaktermen, ja, als dat niet te langdradig is, maakt dat voor mij niet uit. Maar ik

zeg het, die boekskes die wij hier krijgen, ik zal daar niet mee in de zetel kruipen om dat eens

deftig te lezen. Ik neem de post door en als ik dan iets heb dat het interessant is, dan zal ik er

misschien eens bij gaan zitten. Maar euh, anders niet.

Zou je misschien ooit de intentie hebben om bijvoorbeeld naar een info-avond te gaan?

Page 106: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

Moesten we nu echt problemen hebben… Dan doet ge dat wel. Dan kunt ge niet anders hé. Als

je niet meer weet hoe je die anders moet helpen. Als je weet dat het nodig is hé.

Heb je het gevoel dat je nog meer informatie nodig hebt?

Ik denk wel dat ze het in ’t school genoeg in het oog houden. Daar zijn ze wel echt goed mee

bezig eigenlijk. Als het nodig is, worden we daar ook over gecontacteerd. Vorige keer hebben

ze me ook opgeroepen toen ze begonnen met die bolleboosklas. Dus dan is die dat toch ook komen

zeggen. Ik denk dat we daar misschien wel een beetje op rekenen, dat ze iets komen zeggen

als er iets is. Ok, als ze niks tegen ons zeggen, dan zal het allemaal wel goed zijn.

Spreek je er soms met je kinderen zelf over? Bijvoorbeeld met Xena over die

bolleboosklas?

Ja, over de bolleboosklas wel, maar niet over het feit dat ze slimmer is dan een ander kind ofzo. Ze

weet dat zelf ook wel. Daar gaat het zowiezo eens over. Ja, ze zaagt er wel eens op ook. Maar we

gaan ze niet bestoefen, helemaal niet.

En spreken jullie er onder elkaar vaak over?

Ja, als er problemen zijn. Als er problemen zijn, dan babbelen we erover, maar anders als dat goed

gaat… Ik denk ook dat er ergere gevallen zijn dan wij.

Maakt het soort tijdschrift of boek iets voor jullie uit?

Nee, ik denk dat niet. Voor mij ook niet. Bij Klasse gaan ze er misschien wel dieper op in, dat

komt misschien wel geloofwaardiger over. Maar op zich maakt dat voor mij niet uit.

Wordt er voldoende geschreven over opvoeding?

Tja, hoe bedoelt ge? Op school of algemeen?

Algemeen.

Wij lezen nu niet zoveel boeken ofzo, maar eigenlijk staat daar niet zoveel in vind ik. Soms

zou dat toch ook wel eens nuttig zijn? Als ge ziet wat die jong tegenwoordig allemaal

mogen, tegenover wat dat wij vroeger konden en mochten, dan verschiet ge er niet van dat

de gazetten vol staan van het één en het ander. Dus eigenlijk wordt daar toch weinig over

geschreven vind ik.

Opvoeden in het algemeen dan?

Ja, in het algemeen. Wa, tijden zijn veranderd ook. Op de ene manier wordt er te veel

aandacht besteed aan het ene, maar wordt er over het ander te weinig geschreven,

bijvoorbeeld dat ze te lui en te laks zijn en heel de tijd voor de televisie hangen.

Komt er genoeg informatie bij jullie thuis aan?

Niet veel. Nee, niet veel, dat vind ik ook. Het is nu ook niet dat we er achter zoeken of er achter

vragen. Nee, maar moest het in een blaadje staan, dan zouden we het wel lezen. Alléz ja.

En vind je het belangrijk dat die info naar andere mensen toe wordt gebracht?

Ik vind dat wel ja. Het zijn dan wel altijd verhalen hé. Ge moet zelf toch ook een beetje een

vast standpunt hebben hoe dat je je kinderen opvoedt. Ge doet waarschijnlijk altijd wel iets

dat verkeerd is, maar ge moet toch geen puur theoretische… Maar er staan toch wel zo eens tips

in, die dat goed lijken en die ge dan toch eens wilt proberen ofzo. Gelijk die Nanny op tv. Ja, maar

Page 107: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

daar haalt ge toch goeie basistypkes uit, ik vind dat altijd wel goed ingeleid. Gelijk uw klein

mannen belonen als ze iets goed doen. Ja, das waar, dat kunt ge daar wel uithalen. Ik denk dat

dat wel heel belangrijk is en dat wordt daar wel heel duidelijk…Alléz, voor hetgeen dat ik er

naar zien, want. ’t Is eigenlijk soms meer om er mee te lachen. Leedvermaak. Ja, dat wel. Das

lachen met een ander zijn zorgen. Bwa, als ge het dikwijls ziet, zijn het vaak de ouders die het zo

wijd gebracht hebben hé. Seg. Maar daar vind ik eigenlijk wel dat er in grote lijnen goeie tips

naar voren komen.

En doe je daar iets mee, met die tips?

Ik vind van wel. Gelijk onze Kian nu gaat lezen, of hij heeft zijn huiswerk gedaan en ge zit

erbij en ge ziet dat alles juist is, dat ge dan hem zo eens een schouderklopke geeft.

Heb je dat dan echt van dat programma, of was dat iets dat al onbewust in je zat?

Nee, eigenlijk met te zien, ik vind toch dat je daar iets van overhoudt.

Moest nu zo iets in een boekske staan, zou je dat er dan ook aan overhouden, of is dat

anders?

Ja, als ge het ziet in het echt, komt dat natuurlijk rapper… Ja, als ge dat nu leest…Ik denk

niet dat er veel ouders zijn die er achter gaan zoeken. Alleen als ge iets voor hebt hé, denk ik.

Als je echt de tijd hebt voor iets te lezen, gelijk op verlof, dan lees ik heel de gazet uit, maar

dan heb ik er de tijd voor. En den tv kan gewoon op staan. Maar een artikel pak je ook gemakkelijker

vast dan een boek. Als je er echt den tijd voor pakt om iets te lezen, dan denk ik wel dat dat

doordringt. Het komt die gasten toch ten goede denkt ge dan hé.

Op zich denk ik dat er over het algemeen niet echt veel gelezen wordt over opvoeding. Als

ge nu echt gemiddelde kinderen hebt, kan ik mij niet inbeelden dat ge daar dan een boek

over gaat halen.

Ook niet over alledaagse problemen?

Ik zou dat lezen. Maar ik denk toch dat ge vooral leest als ge een probleem hebt.

Page 108: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

MAN 3

Heb je ooit al eens iets gelezen over opvoeding van kinderen?

Nee, niet speciaal. Automatisch lees je wel eens iets in de krant, maar het is niet dat ik naar

de bibliotheek ga lopen om daar het één en het ander van op te zoeken.

En ik welke krant lees je dan die dingen?

Ja, wij lezen de Gazet van Antwerpen of het Laatste Nieuws, euh, soms de Standaard, wat

afwisselend. Als het aan mij ligt, lezen we altijd de Standaard, maar ja. En ja, tijdschriften, de

Knack heb ik en hier liggen ook den Bond en Klasse van Marijke, maar ikzelf zit daar niet in

te neuzen eigenlijk. Alléz, ik blader dat weleens door, maar nu niet voor te zeggen dat ik dat

echt helemaal doorneem ofzo.

Waarover lees je dan wel eens iets?

Dat is heel wisselvallig hé, opvoeding in het algemeen, ik kan nu niet echt zeggen dat of dat.

Ja, nu zijn ze in de puberteit en dan interesseert dat ons hard en als ze klein zijn, richt je u

daar een beetje meer op hé. Dus een beetje afhankelijk van de situatie waarin je u bevindt,

waar dat uw interesse op valt. Maar nu niet specifiek… Het meest halen wij eigenlijk uit

onze vriendenkring denk ik meer. Omdat de meeste van onze vrienden iets ouder zijn dan

ons, dus die hun kinderen zijn allemaal iets ouder en daar komen wij dan wat meer over te

weten. En dan spitsen wij onze oren hé als die erover vertellen.

Heb je op voorhand bepaalde verwachtingen als je iets leest over opvoeding?

Nee, niet echt, dat is gewoon informatief hé. Ik denk dat als je echt er nood aan hebt, lastige

kinderen ofzo, maar dat hebben wij eigenlijk niet, tot hier toe mogen we niet klagen. Het

probleem stelt zich niet echt. We spreken er onderling uiteraard wel over, van ‘wat denk jij

ervan?’, maar nu echt iets uit de literatuur gaan halen, niet echt nee. Maar van uw eigen

opvoeding krijg je ook zowiezo verwachtingen mee hé. Dus ge krijgt een bepaalde

opvoeding mee en ge hebt daar een bepaald beeld van en ge verwacht eigenlijk ook van uw

kinderen dat ze een beetje in dezelfde trent lopen en automatisch gaat ge u daar naar

gedragen denk ik en gaat ge dat ook zo aangeven.

Maar het is niet dat je van het artikel zelf iets verwacht?

Van de moment dat ik dat lees? Bwa, ge hebt een titel en ja, ge stelt er u wel iets bij voor,

maar dat is eerder uit interesse. Nu niet echt dat ik zeg van ‘dat wil ik er uithalen’, zo echt

informatie opzoeken, ik denk dat je dat eerder doet als je echt problemen hebt. Nu met de

puberteit denk je wel eens van ‘hoe moet ik dat nu aanpakken?’ omdat je er zoveel over

hoort, dan heb je wel de verwachting dat ze je een oplossing kunnen bieden, zoiets wel

uiteraard, anders zou ik het ook niet lezen. Als het je niet interesseert dan lees je het niet hé,

ik toch niet.

Ben je er achteraf iets mee, met hetgeen je las?

Goh, zo concreet, ge houdt er altijd wel iets van over, maar ik kan nu niet zo direct iets

zeggen zo van dat dat mij ten goede is gekomen ofzo. Ik kan mij niet direct iets voor de geest

Page 109: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

halen. We zijn wel eens naar een uiteenzetting geweest over puberteit, in Kalmthout, dat

hebben we al wel eens gevolgd en dat was wel interessant. De interactie tussen kind en

ouder eigenlijk.

Haal je daar meer uit dan uit een artikel?

Dat denk ik wel. Ah ja, omdat dat beter over komt, er wordt over gesproken en ge kunt er

samen over praten hé.

Heb je al eens iets gelezen waar echt tips in staan?

Ja, dat van den Bond, ik weet niet of ge dat kent, zo een kaartje met een spreuk. Dat zetten

wij altijd bewust weg in de keuken. En dat lezen we. Dat is nu niet specifiek opvoeding van

de kinderen hé, alléz, soms komt dat er wel in voor. Zo van die kleine dingen doen we

bewust wel.

Zou je iets doen met tips die echt concreet bij een artikel over opvoeding staan?

Moest dat op de moment van toepassing zijn, uiteraard wel hé.

Zou je er eerst met je partner over praten dan?

Ja, dat gebeurt wel hé. Als ze zoiets leest in de krant en dan aan mij vraagt wat ik ervan vind.

Zo.

En met je kinderen?

Dat hangt van de situatie af en van het onderwerp. Want niet alles… Ge voedt u kinderen op

met bepaalde ideeën, omdat je vindt dat dat zo is, maar ge gaat dat niet naar u kind toe echt

specifiek zeggen. Ge gaat dat via bepaalde, ge gaat dat een beetje inkleden hé. Nu zou dat

misschien kunnen, nu ze wat ouder zijn, maar als ze klein zijn, heeft dat toch geen zin.

Is het voor u een verschil of het artikel bijvoorbeeld in het Nieuwsblad verschijnt of in de

Standaard?

Ik denk meer in inhoud dan, dat dat belangrijk is, niet zozeer waar dat het in verschijnt. Nu

van de Standaard verwacht je ook wel meer kwaliteit dan van het Nieuwsblad. Een artikel in

de Standaard komt mij, zonder dat ik het zelfs gelezen heb, meer geloofwaardig over. Alléz

ja, professioneler zal ik dan zeggen.

En de auteur, maakt dat iets uit voor jou?

Nee, ik ken ze niet. Ik bedoel, niet echt. Als ik ze moest kennen misschien wel. Ik ben niet zo

thuis in die literatuur moet ik zeggen.

Maar dan op vlak van een ervaren auteur of een academicus?

Oh, ik weet niet, dat maakt eigenlijk niet veel uit denk ik, nee. Daar laat ik mezelf niet zo

door beïnvloeden. Het hangt ook af van de situatie en hoe het in het artikel staat en de

manier waarop ze dat schrijven, en over welk onderwerp het gaat. Het is niet omdat het van

een professor is dat het voor mij heilig is. Maar andersom ook niet.

Waar gaat je voorkeur eerder naar uit?

Een ervaring denk ik wel dat dat meer mensen aanspreekt hé. Toch meer ervaringsgericht

artikels interesseren me meer omdat theorie uiteindelijk maar een benadering is, een

afvlakking van een bepaald aantal dingen. Ervaring geeft echt…specifiek voor een aantal

Page 110: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

gevallen geeft u dat wel een beeld hé. Als dat dan bij u voorkomt, zult ge dat misschien

kunnen herkennen. Maar een oplossing is nog iets anders hé.

Vind je eigenlijk dat artikels echt een oplossing moeten bieden?

Nee, maar wel een riching of een mogelijke oplossing, maar niet de oplossing, een mogelijke

oplossing die misschien goed is, ik weet het niet. Uiteraard mag dat hé. Maar ge moet ook

beseffen dat dat bij u anders kan zijn hé. Een artikel dat niets van oplossing geeft ofzo, enkel

een beschrijving, dat vind ik dan ook weer niet interessant, daar ben je niks mee hé. Ik heb

toch liever artikels die een meerwaarde geven hé.

En wat vind je van opvoedingsliteratuur in vergelijking met andere

ondersteuningsmethoden zoals info-avonden of tv-programma’s?

Goh, van Supernanny heb ik al wel eens een stukje gezien, maar dat is nu niet direct mijn

ding moet ik zeggen. Ja, ik kan mij zelfs niet voorstellen dat het echt is wat ik daar zie. Het

lijkt me zo fake, ik weet niet. Ik kan mij niet voorstellen dat mijn kind zo doet, dat zijn echt

extremen die ze daar laten zien hé.

En vind je de informatie die daar gegeven wordt dan relevant?

Ik heb dat maar efkens gezien, ik weet niet. Ik kan daar niet op antwoorden, dat zou kunnen.

Ik zou er wel niet naar kijken om een probleem ofzo op te lossen. Het is echt op de massa

gericht en ja, meer spectaculair hé, extremen. Mensen kijken ernaar denk ik om nog eens te

weten dat het bij henzelf toch goed is. Denk ik. Ik denk dat weinig mensen zich daarin

herkennen.

Denk je dat ouders artikels en boeken lezen over opvoeding net omdat ze dan daarin

gesteund worden?

Dat zal wel hé. Dat denk ik wel. Maar dat voel ik zelf zo niet echt. Ik heb geen problemen

met mijn kinderen. Het is wel een soort ondersteuning, maar ik heb dat nog niet nodig

gehad. Het is niet dat wij al grote problemen hebben gehad. Moest dat nu zijn kan ik me wel

voorstellen dat de mensen daar naar grijpen. Dikwijls als het probleem zich stelt, dan begin

je te zoeken hé, denk ik. Als je een probleem hebt, ga je je daar meer in verdiepen. Dan ga je

zoeken waarom je verkeerd bezig bent en wat je daaraan kunt doen, meer die stijl zo. Maar

echt op voorhand, bewust, dat is niet het geval, alléz bij mij toch niet.

Heb je het gevoel dat je die ondersteuning nodig hebt?

Tot hiertoe nog niet, nee. Ik zeg het, ik denk dat je dat voor een stuk van je ouders mee krijgt.

Ik kan aannemen dat als je het niet weet dat je gaat zoeken, maar ik heb daar eigenlijk nog

niet echt problemen mee gehad.

En wat vind je van het aanbod?

Ik denk wel dat er genoeg is. Als je er nu echt gaat achter zoeken, dat denk ik wel. En ook als

je niet gaat zoeken, er staat wel eens iets in de krant hé. Als je daar dan genoeg mee hebt… ik

wel.

Page 111: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

Wordt er dan eigenlijk volgens jou voldoende aandacht geschonken aan

opvoedingsondersteuning?

Dat denk ik niet. Als je ziet hoeveel kinderen er mislopen, hoeveel slechtlopende gezinnen,

als je ziet hoeveel echtscheidingen er zijn. Dat was vroeger toch wel veel minder dan nu, dus

er moet iets gaande zijn in de maatschappij dat niet klopt hé. Vroeger had je ook nog de kerk

die eigenlijk een beetje de normen en de waarden oplegde aan de mensen en dat is er nu niet

meer en dan moet je dat ergens anders gaan halen. Allézja, ik denk dat dat ergens een niche

is die niet echt opgevuld is. En dan ook de werkdruk die verhoogd, je moet met twee gaan

werken om nog rond te komen, dus ge hebt minder tijd voor uw kinderen, ge houdt er u

minder mee bezig. En van het één komt het ander natuurlijk hé, dikwijls.

Denk je dat artikels in boeken, kranten, dagbladen, via de school daar iets aan kunnen

veranderen?

Via de school enzo, gelijk Klasse, dat denk ik zeker. Die normen en waarden komen eigenlijk

wel te weinig aan bod in alles wat er rond opvoeding wordt geschreven. Terwijl dat ze dan

de nadruk leggen op het feit dat alles perfect moet zijn en de massa. Ja, de reclame is

eigenlijk den boosdoender hé. Ze leggen de mensen heel veel op en de mensen denken dat

als ze dat ergens gezien hebben dat dat dan juist is en dat ze dat ook zo moeten doen. Daar

zijn ze serieus verkeerd mee denk ik. Die waarden zoals familieband enzo dat gaat voor een

stuk zo verloren hé.

Vind je het een verkeerde inmenging in het gezinsleven als men in artikels schrijft over

opvoeding?

Zoals privacy enzo? Bwa, ik veronderstel dat als ze zo een artikel schrijven dat ze de

goedkeuring van die mensen moeten hebben. Dus…

Ik bedoel eigenlijk dat je kan stellen dat die informatie niet bij je thuis hoeft te komen,

want dat mensen zelf in alle vrijheid moeten kunnen beslissen hoe ze hun kinderen

opvoeden.

Bwa, dat hangt een beetje van het onderwerp af denk ik. Bij bepaalde dingen kan dat wel, bij

andere dan weer niet. Maar ik vind dat het zeker wel moet kunnen dat iedereen

geconfronteerd wordt met literatuur over opvoeding, daar is niks verkeerd mee hé. Voor mij

is dat eigenlijk heel logisch dat er informatie komt vanuit bepaalde instanties.

Vind je dat nuttig?

Dat zal wel hé, want anders zou het er niet meer zijn zeker. Waar gaan de mensen het anders

halen hé?

Lees je zowiezo veel en graag?

Ik lees veel, toch regelmatig, nu niet specifiek over opvoeding. Maar dan eerder over politiek

en techniek enzo. De krant, tijdschriften,…

Wat vind je van bijvoorbeeld een info-avond omtrent opvoeding?

Ik ga liever naar een info-avond eigenlijk. Ik ben gisteren nog naar ene geweest trouwens,

van Bo Coolsaet, in het schoolhuis. Dat ging over liefde en intimiteit in de actuele

Page 112: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

samenleving. Dat was wel interessant. Er was weinig volk, ik denk nog geen twintig man!

Ook weer de normen en de waarden kwamen aan bod, dus dat de gezinnen eigenlijk uiteen

groeien, de ouders gaan werken, de kinderen naar de crèche, en de grootouders moeten

maar naar een verzorgingstehuis. Terwijl vroeger letten de grootouders op de kleinkinderen

en was er meer een gemeenschap. Ze groeien allemaal uiteen nu. Er zal een sensibilisering

komen vanuit de overheid om dat terug te laten doordringen, zoals met bijvoorbeeld die

kangeroe-woningen enzo. En dat was wel interssant. En ik vind dat ook veel interessanter

dat je dat hoort dan dat je een droge tekst in de krant moet lezen en je kon ook vragen

stellen.

Dringt dat dan beter door?

Toch wel ja. Dat is dan met beelden en intonatie…

Maar daar is dan wel weinig volk…

Ja, de mensen hebben daar blijkbaar echt geen tijd voor over, ik snap dat ook niet. Een

vrijdagavond is ook nogal een moeilijke moment denk ik, ja, de mensen moeten dan zelf een

stap zetten en dat is altijd wat moeilijker hé. Terwijl met de krant zal je wel meer mensen

bereiken. Maar het rendement zal wel lager zijn, zal ik zeggen, per stuk, terwijl als je dan

naar een voordracht gaat, heb je misschien minder mensen, maar het rendement is hoger.

Wat is het beste? Ik weet het niet, van allebei een beetje zeker hé. Persoonlijk vind ik een

voordracht wel plezanter. Natuurlijk, een krant kunt ge lezen wanneer je wilt hé. En als je

toch geïnteresseerd bent, zal je ook rapper naar bijvoorbeeld tv-programma’s gaan zoeken

hé. Beetje behoefte of niet…

Moest je nu een probleem hebben met één van je kinderen, denk je dan dat je genoeg

informatie zou kunnen vinden?

Ik denk dat wel ja. Als je dat zoekt, vind je dat wel, daar ben ik van overtuigd. Ook via het

school krijg je ook wel eens het één en het ander.

Goed. Ik denk dat ik voldoende heb. Merci.

Graag gedaan.

Page 113: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

MAN 4

Lees je wel eens tijdschriften of boeken over opvoedingsondersteuning en welke?

Ja, lezen, in verband met opvoeding. Klasse lees ik wel eens, dat is een boekske dat ze van ’t school

meekrijgen. Daar staat geregeld zo wel eens wat in, maar verder denk ik dat wij het puur op het gevoel

doen. Den Bond zat vandaag ook bij de post, maar echt lezen, doen wij dat ook niet hé. Af en

toe gebeurt dat wel eens dat we dat doorbladeren… Maar nu echt zeggen van ‘mm, nu gaan we

dat eens lezen, over hoe dat je je kind moet opvoeden’, nee. Alleen met de zwangerschap hebben wij wel

een boek gelezen hé. Het enigste boekske dat wij gelezen hebben, dat is ‘het leven van een

ettertje’. Ja, dat hebben we niet gelezen hé, dat hebben we ooit gekregen of zelf gekocht of zo. Daar

stond eigenlijk in beschreven hoe dat euh, min of meer, hoe manipulatief dat kinderen

kunnen zijn. En hoe snel dat ge u daardoor laat beïnvloeden. En dat was dus echt

voorbeelden van ja, het etterig gedrag van een kind hé. Als ouder bedek je dat met de mantel

der liefde hé. Daar hebben we wel stukskes in gelezen, niet helemaal, het was een soort

dagboek, ‘dagboek van een ettertje’, zo heette dat denk ik hé? Dat kan wel, dat weet ik nu niet

meer. Zoekt dat is? En daar stond dan zo in beschreven, situaties van hoe dat een baby zich

gedraagt en hoe dat euh, alléz, wat voor een invloed dat dat eigenlijk heeft op de omgeving

hé.

En wat vond je ervan?

Bwa, dat klopte eigenlijk wel, maar ge staat daar zo niet bij stil. Maar het was vooral een

grappig boekske hé. (Jill heeft boek gevonden en laat het zien) Ik vond wel dat ik daar dingen in

herkende. Ja, ik heb dat niet zo gelezen. Het is denk ik vooral de bedoeling van grappig te zijn,

maar het is waarschijnlijk wel door iemand geschreven die dat er ervaring mee heeft. En als

ge daar dan over nadenkt, dan zijn er wel dingen die je daar dan in terug vindt. Waarvan je

van zegt van ‘aja, das eigenlijk, dat gebeurt hier ook’.

En Klasse bijvoorbeeld, lees je dat altijd?

Nee, niet altijd nee, ik niet. Doorbladeren altijd wel, maar eigenlijk artikels lezen, niet

gemakkelijk ze.

Welke thema’s spreken je aan?

Wat ik bijvoorbeeld ooit eens gelezen heb, dat was hoe ouders zich gedragen op een

voetbalterrein. Dus de kinderen huppelen over het veld en de ouders beginnen meestal te

roepen. En dan staan er daar een beetje richtlijnen bij van hoe dat je het beter doet. Dus,

zoiets heb ik dan wel gelezen, maar… Het onderwerp pesten dat heeft er ook ooit ingestaan, en dat

heb ik ook wel eens doorlezen. Maar ja, zolang dat dat uw eigen ook niet aanbelangt… Dat doet wel

lelijk, gelijk ook op de computer met msn enzo, hoe dat ze elkaar kunnen pesten en dat ge er eigenlijk

zelf niet van op de hoogte zijt, dat wel. Maar verder eigenlijk helemaal uitpluizen en doen, dat zeker

niet. Als we iets lezen, is het eigenlijk echt iets dat herkenbaar is, of dat herkenbaar zou

kunnen worden. Wat wij bijvoorbeeld ook wel eens lezen, niet in boeken, maar als ge dat

tegenkomt in de krant of in tijdschriften, als je dat dan hoort van drugs met kinderen. Ja, die

Page 114: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

van ons zijn nog te jong om daar mee in aanraking te komen, maar als je daar dan iets van

leest, dan denkt ge soms wel van ‘alléz, daar staan we ook nog allemaal voor’. En dan leest

ge dat soms wel eens. Maar alleen ge staat daar wel bij stil van ‘wat gaat dat geven die puberteit’.

Daar denkt ge al wel eens aan.

Heb je op voorhand bepaalde verwachtingen als je iets gaat lezen?

Nee, eigenlijk verwacht ge daar niet echt iets van. Het is gewoon, alléz, het enigste dat ge

verwacht is dat ze erover schrijven, dus dat ge weet ‘hoe zit het nu eigenlijk’ hé. Als ik nu

terugdenk aan die problematiek van die drugs bij jongeren, dan wil ik wel weten wat ze

erover schrijven. Maar, het is niet dat ge dan weet hoe dat ge het moet gaan aanpakken. Ik

verwacht niet echt oplossingen. Dat is ook de reden waarom dat ge niet altijd alles leest, omdat het

toch, gelijk dat ik juist al zei, het is toch iets dat ge zelf een beetje aanvoelt hé, denk ik. Ik denk niet dat

wij de juiste personen zijn om iets uit een boekske te halen. Nee, wij zijn zo niet, we doen het op

ons eigen manier. Ja, ieder kind heeft een eigen handleiding uiteindelijk. Alléz, ja, het is natuurlijk

niet simpel om er achter te komen wat de juiste handleiding is, maar, voor dan te zeggen ‘haalt dat uit

de boekskes’, dat vind ik ook weer wat moeilijk. Ja, het is ook zo, iedereen gaat er anders mee om

hé. Dat merken wij onderling zelfs hé. Dat ge soms zegt van ‘dat is zo erg niet’ en de andere

tilt daar dan wel zwaarder aan en soms is dat andersom ook hé. Dat hangt dikwijls van uw

gemoed af ook hé, hoe dat ge reageert op een bepaalde situatie. En dat is hetzelfde met zo’n

artikel lezen ook, dat zal ook wel van uw gemoed afhangen hé. Alléz ja. Ik denk wel dat er sommige

mensen zijn die dat wel nodig hebben, alléz zo van die artikels hé. Die dat daar echt nood aan hebben,

zo van ‘anders kom ik hier zelf niet meer uit’. Dat kan aan dat kind liggen, als ge dat bij ons

dropt, kan dat misschien even erg zijn, maar dat kan net zo goed aan de ouders ook liggen

hé. En dat vind ik dus dat dat bij ‘Supernanny’ bijvoorbeeld opvalt, dat eigenlijk de ouders eerst eens

bij hun eigen moeten gaan zien, vooraleer ze eigenlijk naar dat kind kijken. Maar dat zal bij ons ook

wel zijn hé. Jaja, maar het gaat erom, die mensen roepen hulp in voor hun kind van ‘kijk, mijn kind’,

maar uiteindelijk, alléz, zijn ze het soms zelf hé. Naar zo’n programma’s kijken wij soms wel

eens. Ja. Maar dat is verstand op nul. En dan toch maar denken van ‘mm, wat zijn ons mannen

eigenlijk toch wel braaf’. Maar dat is echt passief hé, tv kijken dat is passief. Dat kunt ge tot u

laten komen, terwijl lezen, alléz, zo voel ik dat toch aan, daar moet ge een inspanning voor

doen hé. En dat is niet zo direct aan ons besteed. Ik zit al heel den dag in de letteren, dus…

Ooit al eens iets anders gedaan dan een artikel gelezen, bijvoorbeeld een info-avond?

Ja, ik heb dat ooit wel eens gedaan over leerstoornissen, bij kinderen. Maar dat was gewoon over

huiswerk maken. Maar ja, dan denk ik ook ‘wie gaat zeggen, alléz, veralgemenen’, want dat hangt toch

van het kind zelf af? Ik heb er twee en met de één moet ge bezig zijn en bij de ander gaat dat zo. Dat

doen we ook niet zo hé, info-avonden. Nee, hé, ik zeg het, juist van die leerstoornissen. Wat wij

wel doen, is, naar een oudercontact gaan enzo, dat wel, maar als het effectief info-avonden

zijn over, noem maar ADHD of weet ik wa, dat wordt regelmatig wel eens georganiseerd,

maar daar gaan wij niet naartoe. Natuurlijk moest het zo zijn dat je zelf met een kind zit in

die situatie, doe je dat misschien wel hé, maar wij doen dat niet. Moest mijn kind dus nu echt

Page 115: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

een probleem hebben, dan zouden we daar wel meer naar op zoek gaan. Ja, dat denk ik ook

wel. Ja, daar ben ik van overtuigd. En dat is ook zo, die info-avond bijvoorbeeld over die

leerstoornissen, ik wou daar absoluut naartoe, omdat ons Julie (haar zus) daar mee te maken heeft

gehad in den tijd, en dat is erfelijk, dus de kans zit er hier toch in en dan wou ik wel weten van wat de

typische kenmerken ervan zijn en wat ik daaraan kan doen. Alléz, om u kind te helpen eigenlijk in dat

geval, want dat is dan wel belangrijk, dus uiteindelijk is het niet, bij geeneen van de twee, maar als dat

zich voor zou doen, wat moet ik dan doen hé. En als dat dan echt zo is, ja, dan gaat ge daar verder in

en gaat ge daar waarschijnlijk wel over lezen en alléz, ik denk dat toch, of in het geval ADHD enzo,

dat ge daar wel verder naar op zoek gaat en dat ge dan wel bij wijze van spreken verder gaat zoeken

van wat er mis in. Meer gericht hé. Meer gerichter. Want wij lezen niet, alléz, als ge nu zo eens

iets gaat doen specifiek, kan dat wel eens zijn dat ik er een boek voor zou lezen, maar

eigenlijk niet echt voor de rest… Ik lees ook liever tijdschriften dan boeken. Boeken lees ik

zowiezo niet, of hoogst uitzonderlijk lees ik eens een boek. Maar tijdschriften lees ik wel, dus

ik zou eerder grijpen naar een tijdschrift dan naar een boek. Maar dat hangt er ook een beetje

vanaf in welke context dat het is en naar wat je juist op zoek bent hé. Ik denk dat artikeltjes

meestal ook beknopter zijn en dat dat meestal ook een alléz, een kop is er ook altijd en dat zegt wel wat

er gaat komen.

Vind je het belangrijk dat er ervaringen bijstaan?

Ik vind dat interessant. Mm. Interessant vooral hé. Dat maakt het ook wel, alléz, ik denk dat

dat de mensen, ons dan toch, rapper over de streep trekt om dat te lezen. Dan dat dat puur

theoretisch blijft. Dan kunt ge uw eigen daar ook iets bij voorstellen hé, als dat theoretisch is,

dan is dat allemaal zo wat abstract en dan is dat niet zo interessant hé, dan leest dat niet zo

vlot.

Zijn vaktermen bijvoorbeeld dan ook een stoorzender?

Ja, dat… Dat zou kunnen. Dat hangt er een beetje vanaf. Maar ja, dat is ook persoonlijk hé.

Als ge echt twee zinnen hebt gelezen en er staan drie woorden in die je niet begrijpt, ja dan,

dan heeft het geen zin van verder te lezen hé. Dus, dat hangt er een beetje vanaf. Dus dat kan

zeker een stoorzender zijn ja.

Wat denk je over de vorm, lay-out van zo’n artikel?

Goh ja, iets gestructureerder leest toch gemakkelijker vind ik. Dat vind ik ook ja. Tips in zo’n kaderke

vind ik ook altijd wel goed. En ja, misschien doen we dan onbewust wel iets met die tips. Maar

eigenlijk heeft dat zich nog niet voorgedaan weet ge. Onbewust misschien… Het is wel zo, die

dinges en dan zo de lay-out van zo’n artikel, die dinges die in een kaderke staan, of die in het

vet staan, of de titels ofzo, die leest ge altijd sneller dan het volledige artikel natuurlijk hé.

Dus als ze een artikel samenvatten in een paar tips, dan hebt ge dat meestal wel gelezen. En

daarmee hebt ge nog niet altijd het hele artikel gelezen hé. Zo lees ik meestal tijdschriften, de

titels en de kaderkes, en de rest… Dat is zo met Klasse ook hé, wat ze aan de ouders willen

meegeven dat staat altijd in een kaderke. Dus uw oog valt op dat kaderke en dan leest ge dat hé.

Eigenlijk in die context was er ook zo iets van de tien geboden voor een supportende ouder

Page 116: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

of zoiets. En ja, die vallen op hé. Die vallen op en dan hebben we ook gelezen wat er bijstond en dat

was dan iets dat serieus van toepassing was, in ons geval dan over de voetbal, hij had daar dan mee te

maken gehad als trainer, dat ge zegt van ‘ja, dat is toch wel de nagel op de kop’, en dat is dan ook

gebruikt in een infobrochureke zeker hé? Dat staat nu in de infobrochure van de voetbal ja. Dus

dat, als dat van toepassing is op uw eigen situatie of op uwen eigen leefwereld, dan gebruikt

ge dat hé. Het is daarmee, dan zijn het toch wel die tips denk ik, alléz, hetgeen dat ge in dat geval toch

wel meeneemt. Het artikel ging eigenlijk over het feit dat ouders te veel verwachten van hun

kind hé, dat is één, ze gaan zelf dus coachen, terwijl dat dat eigenlijk hun taak niet is als

supporter hé, dus ze overrulen de trainer. Ze trekken elke beslissing van de scheidsrechter in

twijfel, zo’n dinges allemaal. Euhm, eigenlijk volledig de verkeerde signalen geven. Ook te

prestatiegericht hé. Onbewust zijn die ouders den boel gewoon aan’t boycotten hé. En dat is

daarom nog niet hun bedoeling, maar ze staan niet op de juiste plaats om richtlijnen te

geven. Ja. Maar het is dan wel zo, dat staat dan inderdaad in een kaderke en dat is dan het eerste dat

u opvalt.

Maakt het voor jullie een verschil uit in welk tijdschrift zo’n artikel over opvoeding

verschijnt?

Nee, het komt er gewoon op neer, als ze… Het is natuurlijk wel zo, het ene boekske zult ge

eens rapper doorbladeren dan een ander en als het dan toevallig staat in een boekske dat ge

aan het doorbladeren zijt ja, dan valt uw oog erop en dan leest ge dat wel. Terwijl dat het in

een boekske staat dat ge niet opendoet of niet in huis haalt, tja, dan ziet ge het ook niet staan

hé. Dus in die context wel natuurlijk. Maar het is niet omdat het in de krant staat… Het is niet

omdat het in de krant staat, dat ik het wel lees, of dat het in de Flair staat, dat ik het niet lees

of andersom. Of dat je er een mindere waarde aan zou hechten, zo van ‘dat staat hier maar in de

Flair, dat is allemaal niet zo belangrijk’, dat is niet zo denk ik.

En maakt het dan uit wie het geschreven heeft?

Totaal niet. Daar letten wij eigenlijk niet zo op. Nee. Voor sommige mensen is dat waarschijnlijk heel

belangrijk, alléz, ik kan mij voorstellen dat die naam daaronder heel belangrijk is, maar uiteindelijk,

wij letten daar niet op, alléz, ik zie dat niet. Gij? Mm, nee. Ik denk dat wij het wel redelijk goed

kunnen relativeren of het nu van iemand met ervaring komt of van een academicus, zowel

het één als het ander, dus euh, als een academicus zoiets schrijft vanuit een theoretische

benadering, dan zegt ge van ‘ja, theoretisch klopt dat allemaal, maar in de praktijk is het

dikwijls anders’. En dan ja, misschien, gaat ge u dan wel gemakkelijker herkennen in die

ervaringsdeskundige eigenlijk hé. Dus euh, dat is zo. Theorie moet altijd aan de praktijk

getoetst worden en ja, het is daarmee dat ik alles dat ik lees wel met een korreltje zout pak.

Ja. Tja, alletwee leest ge, maar hoeveel belang je daar dan aan hecht? Dat is weer hetzelfde hé, als dat u

niet toebehoort, dan denk ik dat… Ja, maar belang aan hechten eigenlijk zowiezo niet, want ge

doet, alléz, er zal altijd wel iets blijven hangen van alles dat ge leest, maar euh, ik denk dat ge

het toch altijd op uw eigen manier blijft doen ze. Alléz, niet dat we ons daar echt door laten

beïnvloeden. Maar, alléz, ja, we hebben ook niet echt problemen hé. Tot hier toe niet nee. Ja,

Page 117: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

maar ik kan mij voorstellen dat als je een theoretische uiteenzetting krijgt over iets en ge hebt

daar zelf al wat praktijkervaring mee, dan kunt ge zeggen, soms kunt ge van een artikel

zeggen van ‘ja, dat is de nagel op de kop’, ook al is dat een theoretische benadering, maar

soms vind ge het ook quatsch hé, dus dat is gewoon ook hoe dat je dat zelf ervaart denk ik.

Of dat ge dat dan geloofwaardig vindt of niet of welk belang dat ge daar aan hecht, dus daar

kunt ge eigenlijk geen lijn in trekken.

Als je iets leest, praat je er dan over met elkaar?

Ja, dat gebeurt wel hé. Als we er den tijd voor hebben wel. Ja. Als we mekaar zien hé. Neenee,

dat gebeurt wel eens zo van ‘hebt ge dat gelezen? En hebt ge dat gelezen?’ en dat ge er dan

eens over babbelt hé.

En met andere mensen?

Nee, gemakkelijk, maar als dat past wel. Maar, normaal niet. Dat ligt zowiezo heel gevoelig,

alléz, dat gaat dan over opvoeding hé. Ik merk dat bijvoorbeeld over hoe dat ge uw kinderen opvoedt,

tja, ge kunt u ook niet moeien met iemand anders z’n opvoeding hé. En soms als ge dan zo met andere

gezinnen op vakantie gaat en ge ziet die dan bezig met hun kinderen, dan denkt ge soms van ‘mm ja,

dat zou ik nu toch zo niet doen’, maar ja, die hebben dat waarschijnlijk bij ons ook. Dus ik denk dat ge

zo probleemdinges ook heel moeilijk kunt bespreken met andere mensen. Het is ook ons ambitie of

intentie niet om ons te moeien met een ander zijn opvoeding, maar euh, ge maakt u eigen

daar soms wel, alléz, ge stelt u daar soms wel vragen bij hé van ‘dat zou bij ons niet pakken’.

Plus dat iedereen heel hard op zich is, om nu te zeggen van ik heb een artikel gelezen over iets dat ons

zou aanbelangen van bijvoorbeeld ADHD en wij hebben dat hier nu voor, of wij hebben kameraden,

die kinderen hebben totaal geen problemen, ik denk dat die mensen dan ook niet echt geïnteresseerd

zijn over wat dat wij, alléz ja, of niet theoretisch of niet in de praktijk, of als dat ons ervaringen nu

zijn, of dat wij daar een artikel van hebben gelezen, ik denk dat die mensen een beetje koud laat, ook al

zijn het dan misschien kameraden, ik weet het niet ze. Het hangt er een beetje vanaf. Als je tegen

sommige mensen nog maar alleen zou zeggen van ‘dat zou bij mij niet pakken’, dan zouden

die dat al zien als kritiek hé. En daarom zeggen wij ook zoiets niet gemakkelijk. Ieder zijn

eigen ding hé. Overlaatst waren we zo met drie koppels, waarvan bij één een zoontje alleen is en daar

ging het dan over dat dat kind graag van die beenhouwer dat stuk vlees heeft en dat van dan, dus die

eten dan dat, maar gaan voor hem bij die beenhouwer een stuk vlees halen, en dan zegt dat ander

koppel van ‘ja, bij ons is het gewoon eten wat de pot schaft’. Dat is een heel andere benadering.

Maar dat is heel moeilijk, want als ge daar op verder gaat, ja, dan hebt ge ruzie hé. Dus, want den ene

voelt zijn eigen… Ja, want den ene is ook lichter geraakt dan den andere hé. Ja, en dan hebben

wij zoiets van zwijgen, laat die maar doen, als die ene z’n vlees in den beenhouwer in Brasschaat wilt

gaan halen en ja seg, dat die dat dan doet hé. En als den andere dat niet doet, ja, dat die dat dan niet

doet hé, maar dat maakt ons niet uit. Maar dat wordt ge wel gewaar, dat dat soms heel gevoelig ligt bij

mensen. Jaja, opvoeding van kinderen ligt wel gevoelig ze. Dat is euh, daar moet ge uw eigen

niet in mengen. Nee.

Page 118: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

Vind je het nuttig dat sommige artikels naar de mensen toe komen, zoals bijvoorbeeld

Klasse?

Goh, ik weet dat niet. Als de mensen dat effectief lezen en ze snappen dat dat hun toebelangt, dan

misschien wel, maar ik weet niet ofdat… Velen denken toch altijd dat ze goed bezig zijn hé. Ge hebt dat

zelf ook hé. Ja, het karakter van een mens verandert ge daar niet mee hé. Dat is ook zo met dat

voorbeeld van die ouders langs de kant, wij hebben daar ouders zelfs over aangesproken van

‘doet dat nu anders’ en die doen dat dan een week anders, maar dan vervallen die terug in

hun oude gewoonten. Dus, ik denk dat dat met alle opvoedkundige dinges is. Ge kunt wel

misschien eens over iets gediscussieerd hebben en denken bij uw eigen van ‘dat ga ik nu ook

eens proberen thuis’, maar na een week doet ge dat toch niet meer hé. Dat is ook zo met dat

van de nanny, ze zeggen zo bijvoorbeeld tegen de vader van ‘roept zo niet, ge moet zo uw stem niet

verheffen’ en ja, die gaat dat dan misschien een week niet doen, maar na die week gaat dat dan

waarschijnlijk weer wel zo zijn. Ge vervalt nogal gemakkelijk in oude gewoonten hé. Dan laten

ze dat zo efkens op tv zien en dan valt dat mee, maar misschien doet die dat nadien niet meer hé. Ik

denk dat dat heel moeilijk is om mensen zo uit hun vast patroon te halen. Op korte termijn

misschien wel. Dat er zo eens efkens een belleke gaat rinkelen van ‘ik ben misschien toch verkeerd

bezig’, maar… Ge vervalt snel in oude gewoonten hé. Ik denk het ook. Ja, dat is… Wij zeggen

dat soms ook tegen elkaar van ‘we gaan wat consequenter zijn’ en dan doet ge dat efkens,

maar dat is rap gedaan hé. Ja.

Praat je er soms met je kinderen over, over hetgeen je las?

Nee, dat zou misschien wel kunnen. Ik denk wel dat wij er iets van zouden zeggen. Niet heel

uitgebreid, maar ik denk wel… Proberen hé, proberen zowiezo. Ja, sommige dingen in de

opvoeding gebeuren natuurlijk automatisch, zonder dat je errover nadenkt. En voor een stuk

probeer je natuurlijk ook autoritair te zijn omdat dat, omdat je merkt dat dat dikwijls wel het

meeste succes heeft hé. Als ge ze een beetje teveel inspraak geeft, dan gaat ge niet veel

stappen vooruit hé. Maar euh, ja, er wordt wel eens over gebabbeld hé.

Vind je het belangrijk dat er veel informatie over opvoeding beschikbaar is?

Ik denk dat ik dat zou missen, moest dat er nu niet zijn. Neenee, maar ja, als ge problemen hebt

misschien wel hé Dries, dat je dan wel gaat zoeken van… Maar dat is dan gericht hé. Ja. Maar ik

denk dat als je het echt nodig hebt, dat je er ook achter op zoek gaat, en dan zult ge het denk

ook wel vinden in boeken bijvoorbeeld. Misschien als uw kind gaat puberen, en bij bepaalde

dingen denkt ge zo van ‘wat heeft die nu toch?’ Ge gaat daar in dat geval misschien nen boek voor

kopen of huren of wat dan ook, dan moet dat daar wel zijn, dan vind ik wel dat daar iets moet zijn. En

een artikel ook, ik denk als ge dat leest, dat ge dat dan ook efkens opslaagt. Ik denk ook wel dat gij

rapper achter zoiets zou gaan zoeken, ik zou dat niet zo gemakkelijk doen denk ik. Ja, rapper

zoeken, dan is het natuurlijk nog maar de vraag of dat dan toepasselijk is op dat kind en of dat dan wel

klopt en uiteindelijk gaat ge daar geen oplossing mee vinden hé, maar uiteindelijk gaat ge wel een

herkenning krijgen van ‘aja, het is goed’. Ik heb daar nog een ander voorbeeld, wij hebben hier

zo een medische encyclopedie staan, daar kijk ik nooit in en met ons mannen in het begin,

Page 119: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

dan doet gij dat ook, in het begin hadden die een ditje of een datje en dan gaat gij daar in

opzoeken wat zou dat kunnen zijn. Dus. Maar dat is dan eigenlijk ook alleen maat voor dat te

bevestigen van dat is dat, maar dat dat dan een oplossing kan bieden, dat weet ik ook niet. Gewoon

omdat elk kind ook weer anders is hé. Steun voor uzelf hé. Bevestiging zoeken. Eigenlijk wel ja. En

dus het moet er wel zijn, maar het is niet dat ge dat nu allemaal gaat lezen. Ge doet dat pas als het

zich voordoet hé. Ik denk dat wel.

En vind je het aanbod te groot?

Dat heeft mij nog niet gestoord. Het aanbod te groot? Ja misschien, maar ik let daar zo niet op.

Het valt mij niet op in elk geval. Voor mij hoeft dat niet meer in de kijker te staan, omdat ik

daar niet direct een behoefte aan voel, maar, nee, misschien voor andere mensen wel hé.

Maar ik denk dat als het er morgen niet meer moest zijn, ik het vandaag niet zou missen.

Misschien als er zich ooit een probleem voordoet wel hé, dus euh. Voor mij, het stoort niet

dat het er is, maar het is ook niet, alléz, ik zou het ook niet missen, vandaag niet. Ik ook niet.

Wat vind je eigenlijk van de tips die meegegeven worden in de artikels?

Meestal toch wel goed hé, zoals dat toen over de voetbal. Als ge het nu toch specifiek over dat pakt,

dat was de nagel op de kop hé. Ja. De tips waren wel goed. Natuurlijk, dat is ook weer zoiets,

hoe gaat ge daar mee om hé. Want euh, die tips, voor mij zijn die ook van toepassing, maar

die zijn eerder nog van toepassing op die lawaaimakers en of dat die daar dan iets mee doen,

dat blijkt dan niet hé. De tips zijn juist, maar dat wilt dan nog niet zeggen dat ze plots

overgenomen gaan worden hé. Dat heeft met houding te maken en met gedrag hé. Maar ze

waren juist in elk geval. Er zal meer voor nodig zijn om iets echt te veranderen binnen de

opvoeding hé, maar, het kan wel een aanzet geven. Ja, daarmee, dat is hetgeen ik juist zeg, dat

doet een belleke rinkelen, maar dan is het weer van ‘gaat ge dat blijven doen?’, dan is het weer

hetzelfde hé. Ja, het kan een aanzet geven dat wel, het kan u eens efkens een andere kijk geven

op een probleem, bijvoorbeeld in een situatie waarvan ge zegt ‘aja, dat kan ik nu eens zo

proberen, of zo en zo had ik het nog niet bekeken’ en dat dat dus een aanzet geeft, maar of

dat echt, ja, daar kan ik niet op antwoorden, of dat dat echt iets wezenlijk gaat veranderen

dan. Ik blijf erbij, meestal vervalt ge terug in oude gewoontes. En dan is er dus wel meer

nodig dan een artikel hé. Ja, dat denk ik ook.

Goed

Page 120: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

Categorie ‘vrouwen met een hoog opleidingsniveau’

VROUW 1

Al ooit zo eens iets gelezen in verband met opvoedingsondersteuning?

Ja, wij hebben een krant elke dag en daar lees ik wel eens in, artikels dan hé.

Welke krant?

De Standaard. Ik heb eigenlijk geen tijdschriften, tenzij ik er van de bibliotheek meeneem en

daar lees ik dat dan ook wel eens in. En euh, wat hebt ge allemaal? Alléz, wat neem ik nu

soms mee? (denkt na) In de bibliotheek kunt ge tijdschriften meenemen. Ge hebt er zo

specifiek voor ouders van nu. Ah, Den Bond van Grote en Jonge Gezinnen lees ik ook, dat

vind ik ook altijd wel goed. En euh, kent ge het blaadje ‘Botsing’? Ja. Dat is ook heel goed

vind ik. ‘Klasse’ krijg ik ook en dat vind ik ook heel goed, dat is kort. Euhm, ik denk dat het

dat zo’n beetje is hé.

En boeken of zo?

Boeken specifiek, ik heb die Peter Adriaenssens eens gelezen, maar dat is echt niks voor mij,

ik kan dat niet zo goed lezen. Ik vind dat vervelend voor te lezen. Ja, daar heb ik niks aan

eigenlijk, nee.

Is er een reden ofzo waarom je dat leest?

Ah ja, dat is natuurlijk omdat je zelf kinderen hebt dat je daar dan meer voor open staat hé,

of ikke toch zeker. Ik ben ook wel maatschappelijk werkster van opleiding en zo ben ik

misschien meer gevoelig voor sociale thema’s enzo. En als het kinderen aangaat, dan lees ik

dat zeker omdat je uiteindelijk zelf kinderen hebt hé, alléz, ikke toch. Omdat je altijd denkt of

hoopt dat daar tips uitkomen. En als je dingen herkent, vind je dat ook al goed en dan voel je

je niet alleen. Maar soms ook wel tips hé, of hoe dat mensen dat anders doen of dat je dat ook

eens anders kunt bekijken, zo die dingen eigenlijk hé.

En is er dan zo’n specifiek thema dat u aanspreekt, of eerder algemeen?

Algemeen ja. Het is eigenlijk afhankelijk van in welke levensfase uw kinderen zijn hé. Ik ben

niet meer zo gevoelig aan dingen die kleuters, peuters enzo aangaan. Ik kan dat misschien

nog wel lezen, maar dat zal mij niet meer zo boeien hé. Maar wel als het nu iets rond tieners

is of middelbaar of lagere school, ja dan ben ik eens zo geïnteresseerd om dat te lezen.

Omdat dat nu dicht bij mijn leefwereld staat en die kleuters en baby’s is veraf hé.

Heb je op voorhand eigenlijk verwachtingen als je zoiets leest?

Tja, je verwacht natuurlijk altijd dat daar iets in gaat staan, dat ze het beter weten, maar dat

is dikwijls niet zo. Niet dat ik het altijd het beste weet, maar eigenlijk weet niemand het hé.

Het is dikwijls maar iedereen die het probeert gelijk hij het heeft gehoord of geleerd thuis, of

dat je denkt dat het zou kunnen. Maar ja, als je die verhalen dan herkent, dat is ook al heel

goed vind ik. Dat gewone mama’s en papa’s iets schrijven en dat die het ook wel eens lastig

hebben als ze thuiskomen of dat er iemand anders ook wel eens roept. Want ja, ik roep

Page 121: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

gemakkelijk uit onmacht. Ik vind dat helemaal niet goed, maar ja, ik zeg dat dan ook altijd.

Ik wil dat eigenlijk niet, maar toch ben ik dat zo boos… Maar als je dan leest dat iemand

anders dat ook doen, niet dat dan goed is hé, maar dan denkt ge ‘ok’, ik ben niet alleen die

dat doet. Ik denk dat het dat vooral is ze, dat je niet alleen staat met die dingen. Vroeger

verwachte ik, zoals die Peter Adriaansen nu bijvoorbeeld hé, die wordt toch wel geprezen en

die doet avonden enzo, dan had ik er toch wel wat verwachtingen naartoe. Maar nu… (pff)

Is er een specifieke reden waarom je Peter Adriaenssens wou lezen?

Ja, omdat die zo in de pers wordt aangehaald als ‘de man die alles weet van kinderen

opvoeden’. Er zijn toch altijd situaties die mislopen, dus dan denkt je van ‘ja, daar ga ik het

nu eens uit halen’. Maar het is allemaal zo afhankelijk van de situatie en van het moment en

soms ben je moe en soms is de andere direct kwaad en dan heb je nog niks gezegd en dan zit

het er al tegen enzo.

Als je dan een artikel of boek leest, wordt die verwachting dan ingelost?

Ja, het geeft wel een goed gevoel hé, als je zo’n artikel leest en je leest dat het goed gaat of

niet goed gaat. En je ziet dan ook wat er niet goed gaat en hoe dat ze misschien hebben

geprobeerd om het wel anders te laten lopen en ik vind dat dan altijd wel goeie ideeën. Maar

ons kinderen die vinden dat dan maar niks hé, maar ja. (lachen) Die zeggen dan van ‘wat gaat

ge nu doen hé?’. Maar zo iets doorbreken is toch wel moeilijk ze vind ik. Die korte artikelen

vind ik het best hé. Ik lees niet graag hele lange stukken, want ja, meestal heb je dan toch iets

anders te doen of je wordt onderbroken door iets en dan laat je dat liggen en dan ben je weg.

Dus in den Bond is dat dan zo’n heel blad, of twee, of in den Botsing is dat een klein stukje of

een interview van iemand. Ik vind dat eigenlijk heel goed zo op die manier gebracht. Ik denk

dat ik daar vroeger wel meer van verwachtte ze, het gaat allemaal in de boeken staan van

hoe dat je het moet doen, maar uiteindelijk moet je het zelf wel een beetje doen hé. En je bent

ook wie dat je bent. Ik ben opgevoed, jij bent ook opgevoed door iemand en Kris (haar man)

ook. En dat draag je allemaal wel met je mee hé. En dat voel je hoe langer hoe meer vind ik,

terwijl je dat vroeger zo niet had. Ik betrap me erop dat ik nu soms net hetzelfde doe als

vroeger thuis.

Doe je iets met hetgeen je gelezen hebt?

Dat is nu wel al even geleden, ik kan me zo niet direct iets voor de geest halen. In ‘Klasse’

staan er bijvoorbeeld, je kent ‘Klasse’ hé, zo van die tips over hoe dat je bijvoorbeeld orde

aanpakt. En dan zeggen ze dit en dat, maar heel kort hé. En dat vind ik toch nuttige info. En

dan denk ik: soms doe ik het zo, soms doe ik het anders, misschien kan ik dat nog anders

doen. Alléz, ik probeer wel dingen, maar dat lukt niet altijd hé. (lacht) Soms vind ik maar wat

uit, of ik hoor ergens iets. Ja, je probeert hé.

Wat vind je dan eigenlijk van die tips die worden meegegeven?

Ik vind heel veel tips wel goed hé, maar ja… ’t Is soms zo moeilijk hé, alléz, nu werk ik niet,

maar als ik werk en ik kom thuis en ben moe en ik kom thuis in een chaos en dan denk ik: o

die koeken liggen hier en dat drinken, en dan moet je nog rustig eten maken, rustig zijn voor

Page 122: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

hun huiswerk, alléz, dat vind ik wel allemaal moeilijk ze. Dan ben ik dikwijls kwaad van

‘ziet dat hier allemaal liggen’ enzo en dan kan ik niet meer stoppen omdat ik zo moe ben. En

in de boeken staat er dan bijvoorbeeld ‘wees rustig’, maar dat is dikwijls gemakkelijk gezegd,

maar niet zo gemakkelijk gedaan. Je weet dat wel meestal hé, maar dikwijls loopt dat

gewoon anders. En dan zou ik dat wel anders willen, maar is dat op dat moment wel weer

anders gelopen. Ik kan dan achteraf wel zeggen dat iets mij spijt ze, maar ja, dan is het wel

gebeurd hé.

Heb je het soms met Kris over iets dat er in de artikels of boeken voorkomt die je hebt

gelezen?

Bijna niet, nee. Kris leest dat ook niet, die leest andere dingen. ’t Is niet dat je zegt van ‘ik heb

dat gelezen daar en dat gaan we nu zo doen’, maar je hebt het er wel denk ik zo tussendoor

over. Maar specifiek over die artikels gaan praten, nee. Hij leest toch al die dingen niet,

omdat die zoveel andere dingen heeft hé. En ik ben daar misschien gevoeliger voor als

mama, ik weet het niet. Andere papa’s misschien wel, ik weet het niet.

Ben je eigenlijk ervan op de hoogte wie die artikels of boeken schrijft? Is dat belangrijk

voor je?

Tja, natuurlijk als er zo’n naam, gelijk Peter Adriaenssens, bijstaat, heb ik hogere

verwachtingen dan als er een naam bijstaat van iemand die ik eigenlijk helemaal niet ken.

Wat stom is natuurlijk hé.

En doet de opleiding van die persoon er iets toe?

Als die zelf ouder zijn, dan denk ik ‘ja, die hebben er al ervaring mee’ en die staan er dichter

bij hé. Voor mij moet dat er nu niet direct bijstaan ze, ik vind dat niet zó belangrijk. Maar qua

opleiding… Amai, nu kom ik wel op uw terrein hé. (lacht) Tja, daar heb ik nu eigenlijk nog

niet over nagedacht. Ik denk dat je allebei wel wat te vertellen hebt, denk ik. Want jij hebt nu

bijvoorbeeld geen kinderen, dus dan zou je kunnen zeggen dat je daar niets over kan

schrijven. Maar dat denk ik ook niet, want ik ben ook beginnen werken als maatschappelijk

werkster zonder ervaring en ik had toch ook wel het gevoel dat ik iets te vertellen had, dus

dat is niet waar hé. Dus, je hebt wel wat geleerd waar je wat mee kan doen, dingen die ik niet

weet en die wel goed kunnen zijn. Dingen die ik waarschijnlijk niet ken en dan vind ik dat

ook wel goed om te weten. Maar daarom ben je niet meer of minder voor mij ze.

Hecht je dan meer belang aan iemand die wel ervaring heeft?

Je weet dat niet hé. Alléz, als ze dat nu echt zo specifiek zeggen, dan weet je dat, maar

meestal weet je dat niet hé. En dat speelt niet zo’n rol.

Maakt het soort tijdschrift een verschil uit?

Goh, als het een goed artikel is, is het een goed artikel hé. Ja, je moet je er in herkennen hé en

als je je er niet in herkent, vind ik het geen goed artikel. Voor mij is dat toch zo. Soms lees ik

de ‘Libelle’ wel eens bij mijn mama en daar kunnen soms zeker even goede dingen in staan.

Page 123: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

Vind je het nodig dat er over opvoeding geschreven wordt?

Ja, ik vind dat wel nodig. Anders weet je eigenlijks niks. Alléz, je praat wel met andere

mama’s en papa’s, maar zo iets geschreven zien staan, is toch nog wel anders hé. Of als dat

zo in puntjes staat, is dat ook helemaal anders dan dat je erover spreekt. Ja…. Ik vind dat

goed dat erover geschreven wordt. Het zal bij iedereen wel leven hé.

Waar plaats je die geschreven dingen eigenlijk in verhouding met andere kanalen zoals

tv, info-avonden, enz?

Tja, ik heb geen tv dus….Maar zo’n ‘Supernanny’, ik zou daar wel naar kijken uit

nieuwsgierigheid. Maar ik kan me dat niet inbeelden dat je dat op tv laat zien. Ik zou het

helemaal niet tof vinden dat er iemand in mijn huis zou komen en dat heel Vlaanderen zou

kunnen zien waarin ik luk of misluk. Dus ik vind dat ook niet zo tof om dat van anderen te

zien, dat vind ik er eigenlijk wel over.

Vind je die tips van op tv bijvoorbeeld op een ander niveau staan dan die uit een artikel?

Wat ik van die Supernanny heb gehoord, maar ik weet het niet hé, want ik heb dat nog nooit

gezien, alléz, voor mij is dat ook niet reëel hé, iemand die in een gezin stapt, die stapt daar

op x aantal tijd in om iets te bereiken en allemaal terug in z’n plooi te krijgen, maar ik geloof

daar niet in. Want verandering heeft toch heel veel tijd nodig hé. Dus ik geloof niet dat dat

ook blijft.

En tips van andere ouders, of via school?

Ja, dan is het ook te zien wie het vertelt natuurlijk. Er zijn mensen die overdrijven, er zijn

mensen die niet overdrijven en er zijn er bij je je beter voelt en die beter aansluiten bij uw

leefwereld. Daar hecht ik wel belang aan. Zo’n informatieavond die georganiseerd wordt,

vind ik ook altijd goed. Maar daar komen niet veel mensen naartoe hé. Want ik heb nu

vanavond een informatieavond op school, dat gaat over huiswerkbeleid. Nu hebben we heel

veel inschrijvingen, vind ik, 54. Maar anders komt er zo naar informatieavonden 25 man

naartoe ofzo. Op Silke haar school ben ik eens naar iets over computers geweest, over

privacy en wat er allemaal verkeerd kan lopen. En ik dacht direct dat dat iets tof was, maar

wij zaten daar met 15 ouders van heel die middelbare school! Dus blijkbaar willen de

mensen daar geen tijd voor maken. Ik dacht toch echt dat wij daar met een hele hoop gingen

zijn. Het is wel gemakkelijk natuurlijk hé zo’n artikel, je leest dat wanneer je wilt. Voor zo’n

informatieavond moet je een hele avond uit je zetel komen en je verplaatsen. Mensen doen

dat niet graag denk ik.

Hoe sta je ten opzichte van meer formele manieren van opvoedingsondersteuning?

Maar zo’n informatieavond vind ik toch wel vrij formeel. Tja, en Kind & Gezin die zijn hier

vroeger geweest toen de kinderen klein waren.

Heb je het gevoel dat je eigenlijk nog meer wil weten buiten de artikels die je in

tijdschriften of boeken leest?

Ja, als er zich zo’n informatieavond voordoet, ga ik er wel naar toe. Dat wordt soms wel

georganiseerd hé. Den Bond heeft ook eens zo’n avond georganiseerd van ‘grenzen

Page 124: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

stellen’… Dan ga ik er wel naartoe, dat interesseert mij altijd wel. Maar dat wordt niet veel

gedaan. Dat moet nu niet elke maand voor mij zijn, maar zo een paar keer op het jaar, dat

mag wel. Daar zitten ook altijd andere ouders en dan hoort ge andere dingen. Het gaat dan

altijd over iets heel praktisch en dan zegt de ene bv van ‘aja, dat heb ik zo eens geprobeerd

en dat lukte wel’ en de andere zegt dan iets anders. En dat is een interactie die je dan hebt, en

dat vind ik wel heel boeiend, dan hoor je hoe het bij anderen zit en hoe dat de grens zo bij

anderen ligt hé. Ik vind dat heel boeiend, maar er zijn er veel die dat misschien wel heel

boeiend vinden, maar die dat dan toch niet de moeite vinden om te komen.

Heb je de indruk dat sommige artikels in tijdschriften u ooit al geholpen hebben?

Het leuke is dat je je beter kan relativeren, dat je weet dat je niet de enigste bent die dat op

die manier doet, of niet goed doet, en dan geraak je niet in een negatieve spiraal. Op zich is

dat al heel goed vind ik. Ook meer zelfvertrouwen. Als je denkt van ‘dit was niet zo goed,

maar zo en zo kan het ook en dat gebeurt ook eens bij een ander’. Dat je voelt dat je daarom

geen slechte ouder bent.

Wat is in het algemeen je gevoel eigenlijk tijdens het lezen van zo’n artikel of boek?

Ik ben altijd wel geboeid hé, ik ben altijd nieuwsgierig. Nieuwsgierig wat andere mensen

erover schrijven of wat die ervan vinden. En dan denkt ge de ene keer van ‘amai, das knap’

en de andere keer denkt ge van ‘mm, dat zou ik nu toch niet zo doen of gedaan hebben of ‘.

Maar ik ben altijd wel nieuwsgierig om dat te lezen.

Ja, als je dat dan leest. Is er een verschil. Lees je liever puur een verhaal over een gezin dat

iets heeft meegemaakt bv of lees je liever iets meer theoretischer? Zoiets van dat kàn

eventueel voorkomen?

Van mij mag dat iets theoretischer zijn, maar dat mag niet te lang duren, of ik verlies daar

mijn aandacht in. Als dat zo te veel vakjargon is, dan denk ik van ‘aargh, wat wilt dat nu

zeggen of wat bedoelen ze hier ‘ en dan raak je de draad kwijt hé in dat geheel en dan haak je

af hé. Dus als dat niet lang is vind ik dat niet erg, maar als dat wel lang is, dan haak ik af. Dat

is hetzelfde als ik iets van Kris lees (haar man, een bouwondernemer), dan denk ik na een tijd

van ‘pff, wat zit ik hier nu te lezen, en dat woord ken ik niet en wat wilt dat zeggen…’ en

dan heb je het geheel niet meer hé. Een beetje mag dat wel, maar liever niet te veel. Een

verhaal mag, maar dat moet niet altijd een verhaal zijn, gewoon iets vertellen, en dat moet

ook niet altijd iets zijn van mijn leven, iets gewoon vertellen hé, maar niet te veel vakjargon.

Want daar vluchten ze soms te veel in, alléz, dat heeft iedereen hé, dokters hebben dat ook

vind ik, en dan begrijpt ge niet wat iemand wilt zeggen, en dat is vervelend.

En zijn er zo dingen die je absoluut nooit zou lezen?

Ik lees dus heel graag, maar ik lees niet graag vakliteratuur. Daarom niet alleen een roman,

voor mij mag dat ook non-fictie zijn, maar om nu te zeggen zo gelijk die Peter Adriaenssens

of een ander boek rond opvoeding, awel, ik kan dat niet. Ik vind dat te veel dan. Dan

beginnen die daar, maar eigenlijk wil ik alleen dat stuk lezen, maar dan gaat dan niet goed,

want eigenlijk moest ik dan dat eerste ook wel wat weten en dan vind ik dat te veel, dan heb

Page 125: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

ik daar geen zin. Ik vind dat dus te veel. Ik heb dan geen zin om daar een hele boek over te

lezen. Ik vind het niet erg om dikke boeken te lezen, maar over zoietske… Nee, dat ga mij nu

niet ze. Misschien omdat het te sec is allemaal, alléz, ik weet het niet goed. En soms vind ik

ook dat dat dan allemaal wat geïdealiseerd wordt en dan denk ik van ‘jaja, ik weet dat dat zo

moet, maar het gaat nu zo ni allemaal’. En dat is ni leuk en dan denk ik van ‘jaja, ’t is goed’

en dan hup, doe ik den boek toe. Misschien zijn de dingen die erin staan, niet zo herkenbaar

voor mij dan. Misschien omdat er minder een verhaal in zit, dat je daar rapper op afhaakt. In

ieder geval, ik heb het al een paar keer geprobeerd en dan denk ik van ‘ik ga nu eens een

boek meenemen’, ook over relaties of zo hé, en dan kijkt Kris al eens zo (draait met haar ogen),

en na een tijdje ben ik dat zo beu hé. En dan heb ik echt geen zin om zo’n dingen te lezen,

over hoe het allemaal moet.

Wat is voor u dan zo’n beetje het ideale artikel?

Ah ja, ik vind die korte artikels, in den Bond bijvoorbeeld, wel heel goed. Dat beslaat meestal

nooit meer dan een bladzijde. Euh, in de krant ook, die zijn ook nooit niet erg lang, die

bladzijden zijn groter, maar meestal niet erg lang. En dan bv Klasse, die zijn heel goed in kort

krachtige dingen geven, die vind ik ook wel heel goed. Maar die zijn dan heel direct hé, met

van die puntjes. Dat vind ik ook heel goed. En qua taalgebruik, tja, ge moogt iets op een

bepaalde manier zeggen hé, maar ja, dat ge toch meekunt hé.

Wat zijn op dit moment zo de thema’s die u het meeste aanspreken?

Euh, tieners ja, puberteit, zakgeld, euh, ik denk dat het dat zo’n beetje is. Alles wat met

pubers te maken heeft. Een kamer die één chaos is, dat niet belangrijk is. Ja, ik vind ook zo,

de ene keer gaat alles goed en de andere keer kunt ge totaal niet communiceren, dan denkt

ge van ‘wat is er nu weer allemaal mis?’ Alléz, het gaat allemaal goed en dan moet ge ook

niks lezen hé. Alléz, ik lees niet alleen iets als het wat moeilijker loopt, want gelijk den Bond

en de Standaard, dat komt binnen hé. Natuurlijk als op dat moment juist iets voor doet, als

ze bijvoorbeeld ambetant is tegen mij en er staat dan juist iets van puberteit in die boekskes,

zal ik dat eens zo aandachtig lezen natuurlijk hé. Enfin, ik heb nu dat probleem, dan ga ik er

ook wel niet voor naar de bib gaan ofzo. Wat je dan wel doet, als dat heel hoog zit en als ge

dan vrienden tegenkomt ofzo, dan is dat iets dat direct naar boven komt hé. En soms word je

dan gesteund, of niet gesteund, en er wordt dan geluisterd en soms hoor je dan dat het

ergens anders ook zo is en dat geeft u dan wel steun. Dat je er niet alleen voor staat. Ik voel

me toch meer gesteund door er met mensen over te spreken, dan door bv artikels. Omdat die

dichter bij u staan hé, zo’n artikel is verder van u af hé. Maar een artikel kan dan praktisch

zijn en u op dat moment wel helpen hé, iets dat je bij mensen niet altijd hebt hé, want ofwel

luisteren ze goed, ofwel gaan ze emotioneel mee en dat is ook niet altijd goed hé om samen

te snotteren of zo hé. Maar euh, alléz, dat is veel objectiever hé, een artikel.

Pak je soms nog eens een artikel terug vast, of denk je er achteraf nog eens aan?

Ja, ik heb dat hier zo met artikels gedaan hé, maar eigenlijk doen ik dat niet meer. Ook zo

met Klasse, die hebben zo een eerstelijn-boekje, dat heb ik dan, maar pff, ik kijk daar niet

Page 126: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

meer in terug eigenlijk. Ik heb dat overlaatst nog eens vastgepakt, maar ja, toeval eigenlijk, ik

ben dat niet gaan zoeken, maar ik was gewoon alles aan het ordenen omdat we hier dan

gingen verbouwen hé. En zo had ik het vast en heb ik het nog eens gelezen, maar anders… Ik

lees dat op dat moment en als ik dat dan wil bijhouden, doen ik daar eigenlijk niks niet meer

mee. Ik weet ook niet of ik iets doe met de dingen die ik gelezen heb, uiteindelijk weet je niet

waarom je zoiets doet achteraf, dat vind ik wel moeilijk ze. Ge weet niet hoe ge daardoor

beïnvloed zijt, of ik dat nu van u weet, of daar gelezen heb, of een combinatie van gedaan,

dat weet ik niet altijd hé. Alléz, ge praat erover met Kris, als ge een probleem ofzo hebt, en

die zegt dan iets anders, maar misschien omdat ik dat artikel heb gelezen, ben ik daardoor

beïnvloed en kom ik op een idee, alléz, ge weet dat niet eigenlijk hé. Nee, dat kan ik niet

zeggen.

Al puntjes ooit echt toegepast?

Ja, in Klasse heb ik al, met die kleine stukjes en tips over opruimen bijvoorbeeld, maar zo

deed ik het eigenlijk al. Het moeilijkste altijd is eigenlijk dat vasthouden. Ge kunt wel zeggen

van ‘zo en zo gaan we dat hier doen voor opruimen, iedereen heeft hier zijn taak’, maar dat

altijd vasthouden en consequent zijn, vind ik toch moeilijk. Soms zijn ze dan te consequent.

Jelle doet de soepborden weg en Silke de platte borden, maar als er dan geen soepborden zijn

hé, dan zijn die vier platte borden er te veel aan en dat is ook vervelend op dat moment hé.

Dan denk ik ‘aah, met mijne regel…’(lacht) Dus euhm, ja, naar de praktische dingen toe, vind

ik dat wel goed.

Doet het u er meer over nadenken in het algemeen?

Ja, ge probeert altijd te zoeken hé. Ik had dan, ze leggen alles overal, en nu met de

verbouwingen leven we kleiner, dus iedereen moet altijd wel moeite doen om alles in orde te

hebben, ja, dan had ik overlaatst een heel blad getypt met bijvoorbeeld ‘licht uit’ en dat tegen

haar bord geplakt en dat gaat dan efkens goed. Maar nu is het efkens geleden en dat wordt

dan weer wat losgelaten en dan weet ik niet of ik het opnieuw moet zeggen. Tot dat het mij

te hoog zit waarschijnlijk hé. Alléz, ons Jelle is wel consequenter, maar ons Silke niet echt.

Maar dat vasthouden van die regels vind ik toch wel vermoeiend.

Denk je dat je door veel van die artikels te lezen soms problemen gaat zien waar die er

niet zijn ofzo?

Pff, ik heb dat nog niet voorgehad denk ik. Je hebt dat wel met die leerstoornissen vind ik.

Het is altijd overal iets. Maar bij mij niet echt nee.

Wat is dan uiteindelijk zo een beetje u overheersend gevoel bij opvoedingsartikels of –

boeken?

Voor mij is zo’n artikel eigenlijk genoeg hé. Dat neemt niet veel tijd in, dat is kort en krachtig.

Als je er echt iets meer over wilt weten, wordt er wel verwezen, maar ik heb het al een paar

keer geprobeerd en ik kom er gewoon niet toe. Het is niet omdat ik niet graag lees, maar ik

kan dat nu niet? Ik vind dat meestal te droog, ik ben meer een praktische. Bij mij doet er zich

iets voor en dan lees ik errond en dan koppel ik die aan elkaar, maar dat andersom dat kan

Page 127: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

ik niet zo goed. Voor mij is dat soms te ver van mijn bed. En de echt goeie boeken komen

waarschijnlijk toch niet aan bod in de media hé. Ik denk wel niet dat er te veel aandacht

wordt aan gevestigd. Alleen die leerstoornissen, ik vind dat alles zo individueel wordt

bekeken op den duur, ik vind dat dat helemaal niet gaat. Hoe kan je nu nog functioneren in

een klas waar je met iedereen op een andere manier rekening moet houden? Dat vind ik zo

complex en dat is gewoon niet meer te doen als juf, vind ik. Dat komt nu zoveel aan bod.

Alles heeft een naam en dat is misschien ook goed, dat je er iets mee kan doen, maar je kan er

toch niet altijd rekening mee houden hé. Maar mensen willen dat wel hé. Er zijn nog andere

mensen in de wereld als wij, en dat komt misschien nog te weinig aan bod. Er zijn zoveel

andere mensen die niet alles hebben of wel hebben of andere problemen hebben en dat vind

ik ook heel belangrijk. Alléz, er wordt wel over de derde wereld gesproken, maar dat is toch

nog heel ver van hun bed vind ik. Ja, ik vind dat dat nog meer aan bod mag komen, de

wereld op zich hé. Dat je meer bent dan alleen uw gezin, uw dorp of uw land. Dat ze meer

weten wat ze hebben en wat anderen niet hebben. Die wereld mag toch meer in de school

gebracht worden.

Bedankt

Das nikske, als ge nog iets wilt weten, komt ge maar langs hé.

Page 128: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

VROUW 2

We gaan naar Ekeren wonen. De kinderen zijn daar drie jaar naar school geweest, een

ervaringsgerichte school en ze vonden dat echt super. Roxanne (de oudste dochter) vond dat

daar echt fantastisch, Mila (jongste dochter) iets minder, het duurde wat langer vooraleer zij

zich had aangepast, maar voor Roxanne was dat echt fantastisch, dat contractwerk enzo. Die

vond dat super hé. Ik ben zelfstandige en mijn man is zelfstandig en we hadden zo wat

logistieke problemen, zo ze ophalen en wegbrengen enzo en ook, die school verwachtte wel

wat van de ouders, vijf keer per jaar gaan poetsen, enzo. En alleen al om naar Ekeren te

rijden was dat vreselijk, dus voor een oudercontact waren wij soms anderhalf uur onderweg.

We hebben dan besloten ze hier naar school te laten gaan, maar het is toch anders. Het is een

heel goede school, ik ben er heel tevreden over en ook toffe leerkrachten enzo, maar ge kunt

dat niet vergelijken met een ervaringsgerichte school. De prestatiedruk, huiswerk, ja, dat is

gewoon anders. Dus wij gaan nu verhuizen naar Ekeren en dan kunnen ze terug naar de

Waterval. (de ervaringsgerichte school)

Lees je vooral artikels of boeken of beide?

Ik zal misschien eerst zeggen waarom. Ok. Wel, Roxanne, is nu 9, die was een heel moeilijke

baby, dat was ook ons eerste kind en als ouder ben je natuurlijk heel onzeker, want ge denkt

‘aja, dat ligt aan mij’, dat is uw eerste gedacht zo. En euhm, elke keer als die haar regelmaat

werd verstoord, dan werd die moeilijk. Dus als ik daar ’s zondags mee naar een barbeque

ging, als baby, dan moest ik dat al tot ’s woensdags uitzweten. Die wou dan niet meer eten,

die huilde veel, dus elke keer als die uit haar regelmaat kwam, door gewoon eens mee naar

een feestje te gaan bijvoorbeeld, dan merkte ge dat wel altijd. Die sliep ook heel moeilijk, dus

ik moest daar uren van die cassettekes afspelen met muziek voor die in ’t slaap te krijgen. Ze

was heel intelligent, sprak vloeiend op haar 11 maanden, echt erg, echt verstaanbaar, ik

werkte toen ook en ze moest dan naar de peutertuin, ze wou dat niet, ze hadden dat daar

ook nog nooit meegemaakt. Dus daarom ben ik eigenlijk tussen haar twee en drie jaar enorm

veel beginnen lezen en vooral boeken, boeken over opvoeding. Nu, dat is al wel even

geleden ondertussen, want ze is al 9 jaar, maar ik ben eigenlijk wel door die boeken euh, tot

bij dat ervaringsgericht onderwijs gekomen zo. Omdat Roxanne zeer zelfstandig was, je kon

die ook zeer moeilijk straffen, niet dat dat ertoe deed ofzo, maar toch, als ze iets gedaan had

dat echt niet kon, kon je ook niet zeggen dat ze in den hoek moest gaan staan, want die deed

dat gewoon niet. Ze stelde zich eigenlijk altijd vragen bij gezag. En als ouder begin je dan te

twijfelen hé. Dan is ze dus naar school beginnen gaan, hier in de meisjesschool en dan ben ik

dus een aantal keer bij de juffrouw moeten komen, en die zei ook dat ze niet normaal was.

Roxanne zat toen in de zomerklas en die kwam binnen en nog vooraleer hun jasjes uit waren,

was zei al tegen de juf gaan zeggen wie dat er die dag niet was. Zij pakte eigenlijk gewoon

die taken van de volwassenen over, plus dat ze euh, wanneer het er echt op aankwam,

bijvoorbeeld bij oversteken ofzo, gewoon niet luisterde, die deed haar eigen goesting, terwijl

Page 129: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

dat heel gevaarlijk is, weet ge wel. Dus ik heb daar echt mijn peren mee gezien, gelukkig dat

mijn tweede dochter helemaal anders was, heel rustig, die sliep goed, een heel ander

karakter. Maar door het feit dat dat uw eerste kind is en het feit dat ge onzeker bent als

ouder, ben ik eigenlijk echt beginnen lezen. En ik denk dat ik alle boeken in de bibliotheek

heb gelezen over opvoeding. Alles wat er te vinden viel. Ik heb mij ook door die boeken

gewerkt over het beloningssysteem, ik heb daar zeker vijf jaar elke week een nieuw bord

voor gemaakt, met echt zo dingen als aan tafel blijven staan, op bezoek gaan, in de auto

zitten,… Zo echt allemaal dingen die voor haar een automatisme moesten worden, terwijl

dat dat kind juist gesteld was op die regelmaat, maar dat toch niet kon doen. Dus ik ben dan

ook hulp gaan zoeken, alléz wij zijn hulp gaan zoeken en dan bleek dat zij ook hoogbegaafd

is, maar wel enkel verbaal. Er is een kloof tussen haar verbaal IQ en haar performaal IQ, dat

was het. Performaal scoorde ze zo gelijk een normaal IQ, maar verbaal zat ze er een pak

boven. Dus eigenlijk wist ze allemaal heel goed hoe dat ze het moest doen, maar als ze het

dan moest doen, dan kon ze het niet, dus dat was eigenlijk haar grote probleem en dat is nog

haar probleem. Ik heb ook een periode gedacht dat ze autistisch was of in een

fantasiewereldje leefde, dat is heel moeilijk geweest. Op haar vierde had ze ook tics, maar

blijkt dat dat daar dus niks mee te maken heeft, den dokter zegt, waar dat ze dus nu bij is en

hij is echt fantastisch, hij is de enige die haar tot nu heeft kunnen helpen, ze is ook van haar

tics af, met homeopthie, nu krijgt ze homeopathie, omdat ze eigenlijk in een droomwereld

leeft, niet de realiteit, want de wereld om haar heen vindt ze eigenlijk maar angstaanjagend.

Daarom is dat ervaringsgericht onderwijs ook zo goed voor haar, daar leren ze echt uit

ervaring, terwijl in een gewone school moet ze een hele dag naar een schoolbord staren en is

ze eigenlijk een stoorzender voor de hele klas. Dus die dokter heeft ons echt uitgelegd waar

dat die tics vandaan komen en hij zei ook dat als Roxanne ziek zou worden, zou dat beter

zijn dan die tics, want die zitten in haar hoofd, dus dat is veel gevaarlijk. Dus nu heeft ze

homeopathie gekregen voor die tics en voilà, die tics zijn weg. Het enige wat ze nu eigenlijk

nog heeft, is dat ze van school komt en enorm hard begint te huilen, niet weten waarom, en

ook gaan slapen bij iemand anders doet ze niet. Dus die zeeklassen die er nu aankomen, dat

is voor haar gewoon een ramp. En daar moeten we nu volgende week voor terug. Maar dat

is wel de enigste dokter die ons heeft kunnen zeggen hoe dat ze zich emotioneel voelt.

Dankzij die boeken ben ik dan weer wel geïnformeerd geweest naar verschillende

onderwijsvormen, en voor mij was die ervaringsgerichte school wel het beste dat ik kon

doen. En ook met die beloningsschema’s, ik heb ook heel veel gelezen over

hoogbegaafdheid, over autisme, over Gilles de la Tourette, over ADHD, enz. Ja, ge weet het

gewoon niet. En ik vind ook dat ge als ouder met zo’n kind echt alleen staat. Een kind dat

minder presteert gaan ze vaker opmerken. In die ervaringsgerichte school hebben ze daar

wel meer aandacht voor. Ze kon haar creativiteit ook kwijt. Hier gaat ze nu naar de

tekenschool om haar fantasie wat te kanaliseren, want op school kan dat hier niet. Want ze

hebben hun leerplan, lessenrooster enzo. In het ervaringsgerichte onderwijs namen ze ook de

Page 130: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

dag gelijk dat hij kwam. Toen was ze echt een blij kind, nu is die niet blij vind ik. Ze zegt ook

zelf dat ze zich verveelt op school, dat haar juf saai is en altijd lelijk kijkt. De klas waar ze in

zit, is ook echt megagroot. Ze gaat dus niet graag naar school. Het PMS is ook geweest en die

hebben haar testen van een jaar hoger laten doen. Voor taal was dat heel goed, daarom zit ze

daarvoor ook in de bolleboosklas, maar wiskunde niet. Met uitleg kon ze dan wel, maar niet

zonder. Maar ik heb daar dan wel mijn bedenkingen bij, want in de klas zal ze toch zowiezo

wel uitleg krijgen hé. Met die PMS-centra heb ik echt heel slechte ervaringen, en dat meen ik.

Ja, sorry. (even uitweiding over het CLB, niet relevant hier)…

Dus ik heb daar heel slechte ervaringen mee en ik heb echt heel lang het gevoel gehad dat ik

er alleen voor stond. Mijn man werkt ook heel hard, die is heel veel van huis, dus ja. Elk vrij

uurtje dat ik had, was ik aan het lezen, aan het uitzoeken wat er met mijn kind mis was.

Waren die boeken dan een soort steun voor u?

Toch wel ja. Want ik lees ook verhalen van moeders die met dezelfde gevoelens zitten van

onbegrip, bij scholen en leerkrachten, want die moesten Roxanne niet hé en ik begrijp ook

wel dat de leerkrachten alles onder controle willen houden, maar bij Roxanne was het al snel

duidelijk dat ze niet tussen de meute paste, ze ging daar aan dood. En in de Waterval mag

iedereen bijvoorbeeld drinken wanneer hij wil en dorst heeft. De leerkrachten staan daar ook

tussen de leerlingen. Het is daar helemaal anders, echt vrij, maar wel binnen een bepaalde

lijn natuurlijk. Dat zijn kinderen van de zon hé. Als die buiten willen spelen, zelfs in putje

winter, mogen die dat hé, maar Roxanne was bijvoorbeeld nooit ziek.

Weet je nog van wie je boeken hebt gelezen, bijvoorbeeld Peter Adriaenssens?

Ja, die zat er zeker ook tussen. Want ik zeg het, ik heb ze allemaal bijna uitgeleend, ik heb er

een aantal wel zelf gekocht rond hoogsensitiviteit, indigo kinderen heb ik zelf gekocht,

euhm, nieuwe tijdskinderen ook, die boeken over het ervaringsgericht onderwijs. Niet dat ik

zo iets heb van ‘mijn kind is speciaal’, maar ge hoort het wel nu heel vaak vind ik, te vaak.

Hoogbegaafdheid heb ik wel pas in tweede instantie beginnen lezen. Ik ben eigenlijk

begonnen bij opvoeden in het algemeen en dan gaandeweg ga je natuurlijk meer

differentiëren na gesprekken met de psycholoog en met school enzo. Dus dan ga je echt meer

zien wat het eigenlijk is.

En tijdschriften?

Minder, ik minder. Klasse krijgen we. Af en toe lees ik dat wel eens. Dagbladen of

weekbladen of maandbladen. Dat heb ik dan vooral gelezen tijdens mijn zwangerschap.

Zoals Ouders van nu en vooral over wat er tijdens die 9 maanden gebeurt. Die

opvoedingsschema’s dat doe ik nu op een heel andere manier. Ze krijgen een beloning als ze

kleine taakjes doen in huis. De ene keer is dat eens 20 of 50 cent, de andere keer is dat een

cadeaubon, en bij 10 cadeaubonnen krijgen ze een cadeautje ofzo.

(Roxanne en Mila hebben ruzie gemaakt, Gwen moet het even oplossen)

Als er zo eens een artikel in de krant staat dat mij interesseert, ja, dan lees ik dat natuurlijk

wel. Zeker een aantal jaren geleden, dan scheurde ik dat uit en bewaarde ik dat in een map.

Page 131: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

Roxanne heeft ook een tijdje bij Kina geweest, en daar kregen we ook tijdschriftjes van enzo.

Maar toen ze naar de Waterval ging, had ik geen problemen meer met haar, maar nu, ja, nu

is dat terug moeilijk. En daarom verhuizen we dus, zodat ze terug naar de Waterval kan.

Maar nu is ze terug heel agressief, en boos en dwars. Vanaf september mogen ze dus terug

naar de Waterval. Ze moeten hier wel hun schooljaar uitdoen, ook uit respect voor de school

hier. En Roxanne zal ik waarschijnlijk ook in het voortgezet onderwijs naar een

ervaringsgerichte school sturen.

Heb je op voorhand dan verwachtingen als je een boek of artikel leest?

Euhm, ik denk dat wel, want anders zou ik dat denk ik niet lezen. Ik denk dat dat vooral een

zoektoch is, alléz voor mij was dat toch zo, en ik moet zeggen dat die onderwijsboeken,

vooral die algemene eigenlijk allemaal hetzelfde zijn. Eigenlijk komt dat allemaal een beetje

op hetzelfde neer. En meestal liggen de ouders aan de basis van de problemen, de

Supernanny is daar een mooi voorbeeld van. En bij ons zal dat waarschijnlijk ook wel zo zijn,

alléz, voor een stuk toch, zeker in het begin als ze zich niet begrepen voelde. Maar ik heb

twee kinderen die ik op dezelfde manier opvoed en met haar, Mila, is dat niet. Dus het ligt

ook wel een stuk aan de persoonlijkheid, aan het karakter van uw kind. Het feit dat je op

zoek gaat en dat je op uw eentje die zoektoch doet, wilt zeggen dat je begaan met je kind, dat

je er het beste voor wilt.

Wat voor gevoel heb je achteraf, na het lezen?

Zo van ‘ik ga dat proberen, ik ga dat toepassen’ en vooral met die beloningssystemen, dat

werkt echt wel. En mijn zus die belt mij dan bijvoorbeeld om te zeggen dat haar kind niet

zindelijk wordt en ik raad haar dan aan om met beloningen te werken. En nu is die proper,

dus het werkt wel, zo een positieve kijk.

Vind je de tips die meegegeven worden altijd bruikbaar?

Ja, nee, ik denk ook wel dat de opvoeding van nu helemaal anders is dan de opvoeding van

toen. Hoe ouder den boek, ge merkt dat wel, het is enorm geëvalueerd. Maar ik moet nu wel

toegeven dat ik het de laatste 2 jaar heel druk heb op professioneel vlak, dus dat ik veel

minder tijd heb om dingen te lezen en om echt daarmee bezig te zijn. Ik ben dan ook wel

rapper geneigd om een tijdschrift te nemen als ik zo minder tijd heb. En ik heb ook wel zoiets

van, ik heb ze nu allemaal gelezen die boeken en ik weet ook als ze zo is dat dat een reden

heeft en ge kunt dat niet veranderen, alléz, door ze nu terug naar Ekeren te sturen dat zal

wel schelen, dat zal al een pak stress minder zijn. En dat zal de situatie thuis ook wel

veranderen, omdat ze toch het grootste deel van de dag op school zijn hé. Ik zie het school

niet als het opvoedkundig instituut, totaal niet, maar ze moeten zich daar wel goed voelen.

En ze is nu al heel veel ziek geweest, en thuis geweest en dat heeft er natuurlijk mee te

maken. (Gwen is even bezig met Mila, die op haar schoot zit)

Als je iets gelezen hebt, praat je er dan over met uw partner?

Ja, maar hij staat er wel veel verder vanaf. Hij was er wel mee akkoord, na veel vijven en

zessen, want pas op hé, voor een man is dat nog altijd heel moeilijk, hij heeft een begaafd

Page 132: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

kind en voor hem was het heel moeilijk om binnen te komen in een school die niet was zoals

hij dacht dat een school was, dus dat was voor hem shock. Mijn man was er een beetje bang

van. Over het beloningssysteem hebben we natuurlijk ook gepraat en hij doet dat dan wel

mee, maar ik ben wel altijd diegene geweest die het heeft aangebracht. (Mila laat mij het

beloningssysteem zien en legt het helemaal uit, niet zo relevant voor mijn scriptie)

Dankzij die boeken, ja, ge steekt daar toch wel wat van op. Maar ik denk dat dat ook heel

persoonlijk is, den ene mens gaat er dat uit halen en ik haal daar misschien iets anders uit.

Wat mij wel verbaasde, is dat op die ervaringsgerichte school, 40% kinderen van

leerkrachten zijn die daar naartoe gaan. (Mila haalt nog wat waardebonnen naar boven)

Wat vind je eigenlijk van artikels en boeken in vergelijking met andere

informatiekanalen?

Goh, ik heb er een aantal gedaan, ik vond die info-avonden ook wel heel interessant ze, ok,

de boeken dat is theorie, en ik denk dat iedereen er dan achteraf mee doet wat hij wilt. Zo’n

info-avond is echt praktijkgericht en dan ga je uw eigen ook beter leren kennen, dat is heel

raar, dus ik vind dat op zich wel een aanrader om dat af en toe eens te doen. Er was hier

gisteren trouwens een info-avond van Bo Coolsaet, maar ik ben er niet geraakt. Die info-

avond ik vind dat zeker… In de Waterval waren er ook om de twee maanden thema’s en ge

kont u daar dan op inschrijven. Het is ook een soort aanvulling op hetgeen je leest. Daar

gaan ze dan op één onderwerp dieper in, daar blijven ze niet algemeen.

Geef je de voorkeur aan boeken waar bijvoorbeeld een thema zeer uitgebreid wordt

toegelicht?

Ik geef de voorkeur aan een boek. Voor een artikel moet je tijd niet nemen, daar moet je niet

voor gaan zitten, gewoon eens rap diagonaal doorlezen als je tijd hebt. Maar ja, nee, ik

verkies dan toch een boek.

En ben je zowiezo een lezer?

Ja, zeker, als kind ook. Ik zat uren te lezen ’s avonds. Nu professioneel dan, gaat dat spijtig

genoeg niet meer. Ik ben zelfstandige en als ik dan ’s avonds thuiskom moet ik eerst voor de

kinderen zorgen en daarna moet ik dan de rest van de administratie doen, verslagen maken,

ik heb gewoon heel weinig tijd over. (man komt even binnen om Mila te halen om in haar bed te

steken)

Dus, voilà. Ik lees graag informatieve boeken, dat zowiezo, ik heb nooit veel romans gelezen.

Ik lees ook heel snel. In een boek komt toch ook meer informatie aan bod, daar heb je toch

een geheel.

Maakt het voor u uit in wat voor soort tijdschrift een artikel verschijnt?

Ja, toch wel. Ik als ik een artikel lees in de Story of in de Flair over opvoeding denk ik toch

dat dat vanuit een ander oogpunt, of vanuit een iets commerciëler gegeven is dan in een

pedagogisch tijdschrift of een tijdschrift zoals Psychologie. Ik zal ook gemakkelijker daarin

een artikel lezen dan in de Flair, ik zou dat iets meer au serieus nemen dan.

Page 133: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

Maakt de auteur iets uit?

Nee, absoluut niet. Ik lees wel liever ervaringsverhalen, niet echt pure theorie.

En wat met vaktermen?

Daar ben ik ondertussen nogal goed in thuis. Ik moet eerlijk zeggen dat ik daar niet zo een

problemen mee heb. Ik heb zelf een beetje een geneeskundige opleiding gehad, ik heb een

vrij breed kader.

Zijn er bepaalde thema’s die u vooral aanspreken, buiten dan diegenen die met Roxanne

te maken hebben?

Euhm ja, vooral over presteren. En ook zo, wat mij altijd aanspreekt zijn verhalen over

mensen die nu volwassen zijn of zo in reportages op tv en die nooit niet geweten hebben dat

ze een probleem hadden en daar nu toch mee om kunnen gaan, over autisme enzo. (de

hondjes doen lastig en Gwen steekt ze in hun kotje) …

Ik heb nu daarstraks iets over die Supernanny gezegd hé, maar in verband zo met u

interview over boeken en artikels, ik denk dat als die mensen eens wat meer over opvoeding

enzo zouden lezen, dat ze het ook wel zouden weten en dat dan niet heel Vlaanderen dat

moet zien. Uiteindelijk heb ik de meeste dingen die in dat programma voorkomen toch al

wel vaak gelezen en het is ook meestal hetzelfde. Maar ze kiezen er natuurlijk wel de mensen

uit met het grootste shockeffect, zo is dat met tv hé. Ik heb zelf ooit nog meegewerkt aan een

stylingprogramma, ik heb een stylingbureau, op vijftv en daar zag je dat ook. De mensen die

het hardst en het drastisch konden veranderd worden of zich zo wilden laten veranderen,

kozen ze eruit.

(even een uitweiding over haar ervaring met werken bij de tv) …

Uw kind is uw kind en ge hebt die niet zelf gekozen hé. En zeker bij uw eerste is de twijfel en

onzekerheid soms groot. Euh… En ge leert ook van u kinderen hé, ik heb daar heel veel van

geleerd van Roxanne, ja echt wel. Ik ben er een rijker mens van geworden, belezen en rijker.

Maar dat is gewoon zo. (lacht) Moest Mila bijvoorbeeld mijn eerste kind geweest zijn, dan

had ik het moederschap waarschijnlijk helemaal anders ervaren, want voor mij was het geen

rozengeur en maneschijn. Dat was vrij confronterend. Maar ik heb dus echt heel veel gehad

aan die literatuur, ik ben echt dankbaar dat het er is.

Vind je het goed dat dat nu zo voor iedereen beschikbaar is?

Ja, absoluut. Ik vind dat wel. Ook naar voeding toe, die fruitdagen die ze inlassen, die

campagnes die er ondersteunend bijkomen. Ik vind het eigenlijk heel spijtig dat de scholen

tegenwoordig instaan voor de opvoeding. Maar het is eigenlijk dankzij die literatuur dat

ouders daar eens efkens op gewezen worden. Dat vind ik toch wel tof en ja, belangrijk. Hebt

ge genoeg? Ja, ik denk het wel. Moest ge nog een vraag hebben, dan belt ge maar hé. Merci.

Page 134: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

VROUW 3

Ja, ik ben dus Marijke Cuypers en ik ben dus leerkracht en ik geef les in het lager onderwijs

en omdat ik leerkracht ben, komt het tijdschrift Klasse automatisch hier toe, voor

leerkrachten. Maar dat voor kinderen komt ook via mijn kinderen, want ik heb twee

kinderen en die brengen dat mee via het school. Euh, Klasse wordt door mij gelezen, maar zo

eigenlijk… Die voor leerkrachten wordt gelezen, die lees ik zeker, maar die voor kinderen,

die lees ik ook, maar ik sta daar niet zo hard bij stil. Die Klasse voor leerkrachten daar duid

ik wel dingen in aan van ‘aah, dat wil ik eens zien op de website…’, want dan geven ze

dikwijls zo een www om verder te lezen en als ik dan thuiskom dan doe ik dat ook wel

effectief omdat ik vind dat er wel boeiende dingen in staan. Wij zijn ook nog geabonneerd op

den Bond, die lees ik ook wel door, maar sinds dit jaar hebben we dat abonnement niet meer,

in 2008 hebben we dat opgezegd omdat ik dat vooral vind naar veel jongere kinderen. Ik

bedoel dan het krantje van den Bond, maar ook Botsing die toekomt, dat gaat dus vanaf 2008

niet meer zijn. Omdat ik vind, ja, mijn kinderen zijn 17 en 15, die passen zo niet meer in de

kraam waar den Bond over schrijft, want dat zijn toch meestal wel jongere kinderen, vind ik

persoonlijk. Dan hebben wij, zijn wij ook KWB, juist sinds vorig jaar omdat er een cursus

werd gegeven over informatie over rijlessen en onze Christophe was toen geïnteresseerd

omdat ook eens te horen. Maar eigenlijk heb ik er nog niet veel mee gedaan. Dat komt nog

wel. En dan krijg je zo een KWB-boekje, ja, eigenlijk heb ik dat nog niet uitgelezen omdat ik

vind, mijn leeftijd is eigenlijk nog te vroeg voor KWB, vind ik persoonlijk hé. (lacht) Maar

dan naar aanleiding van die rijlessen dacht ik van ‘ja, we zullen dat maar doen’. Euh, welke

tijdschriften heb ik nog? Elke dag de krant komt er bij ons binnen, het Nieuwsblad, maar dat

was een abonnement, telefonisch vastgelegd, maar ik ga dat zeker niet verlengen omdat dat

vooral de streken Merksplas en dus niet eigenlijk onze streek zijn die er in voorkomen. Euh,

ik denk dat dat zowat alles is van tijdschriften ze. Dat ik echt wel doorneem hé.

En heb je misschien iets van weekbladen ofzo?

De Knack daar zijn we ook op geabonneerd, maar die lees ik niet meer, mijn man leest die

wel, maar ik niet meer. Ik vind dat zo nogal vrij pessimistisch, vrij zware lectuur om te lezen,

voor mij dan toch. En, dat zal het zijn denk ik.

Iets van boeken dat je ooit al eens hebt vastgepakt?

Ivm met opvoeding van kinderen? (ik knik) Ik ben nu op het moment GOK-leerkracht, sinds

het tweede jaar en het eerste jaar dat ik die job had, dan werden er naar mij kinderen

gestuurd, maar dat is dan wel niet in de rol van ouder, maar in de rol van leerkracht hé,

maar sommige problemen, dat ik dacht van ‘mm, er is iets met dat kind, er klopt hier precies

iets niet’, maar wij hebben wel een zorgleerkracht en als ik dan zei ‘dit kind heeft dit en dit

en kan je mij daarbij helpen’, dan gaf die mij lectuur, maar die gaf mij dan wel fotokopies uit

boeken, zo van ‘ja, ik heb iets gelezen en dat vind ik wel interessant’ en die volgt nu ook nog

Page 135: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

lessen daarvoor, dus via haar kreeg ik wel informatie, maar niet echte boeken, dat waren zo

echt kopies elke keer hé. Dyslexie en andere toestanden, maar geen volledige boeken.

Als de kinderen heel jong waren, heb ik ook niet bepaald boeken gelezen, omdat ik

waarschijnlijk de problemen die mijn kinderen hadden, er zijn altijd problemen, maar niet zo

erg vond dat ik er echt meer over wou weten. Nee, dat ik mij op het eerste herinner niet nee,

ook niet over alledaagse problemen.

In welke opvoedingsthema’s ben je vooral geïnteresseerd?

Op de moment dyslexie, omdat dat veel voorkomt, dat boeit mij wel en dan euhm, als er een

kind met dyslexie is, welke maatregelen er dan kunnen genomen worden in de school. Das

eigenlijk hetgeen mij het meeste boeit omdat ook het meeste tot hiertoe voorkomt, denk ik.

De andere problemen, als ik nu zie dat een kind problemen heeft, maar voor ons is dat vaak

moeilijk om te plaatsen van welk probleem is dat nu juist. Ik lees eigenlijk vooral voor het

onderwijs en niet echt voor mijn kinderen. Maar niet speciaal voor mijn eigen kinderen.

Soms durf ik wel eens denken, maar ik lees dus niet zoveel speciaal voor mijn eigen

kinderen, zo van ‘go ja, zo kunnen ze wel van iedereen iets schrijven’, dat ik denk van ‘seg’,

alléz, dat ik niet altijd zo akkoord ga met hetgeen dat er staat. En zolang dat dat min of meer

vlot verloopt met de kinderen denk ik niet dat ik echt iets speciaal gaan lezen.

Heb je op voorhand bepaalde verwachtingen?

Ja, dus in verband met dyslexie dat ze mij oplossingen kunnen bieden. Dat verwacht ik dan

wel. Als ik dan echt op zoek ga, dan verwacht ik toch wel dat er oplossingen geboden

worden. Dat kan niet altijd waarschijnlijk, maar ja, ge wilt dat een probleem opgelost wordt

hé. En er zijn soms dan wel hulpmiddeltjes hé, dat wel, maar oplossen kunnen we het niet

dikwijls hé. Maar zo wel hulpmiddeltjes die aangereikt worden en als je het dan niet gelezen

hebt, alléz ja, dan zou ik er spijt van hebben dus, jawel, het verrijkt wel, als ik het gelezen

heb, verrijkt het meestal wel. Vanuit het lezen ben ik meestal niet teleurgesteld, ik had er dan

niet meer van verwacht ofzo, maar wel vanuit voordrachten, maar vanuit het lezen eigenlijk

niet. Maar ik denk ook omdat ja, het lezen, dat kunt ge thuis, daar moet je je niet voor

verplaatsen, valt de verwachting tegen, tja, dan is het niet zo erg. Maar als ge u moet

verplaatsen en de verwachting valt tegen, en ja, ge hebt u moeten vrijmaken de hele avond,

tja, das toch anders hé. Dus, als het eens tegenvalt, dan til ik daar niet zo zwaar aan.

Doe je iets met de tips die er staan beschreven?

Ja, dat wel. Dan gaan ik dat wel uitproberen met de kinderen weer van ’t school hé, maar dat

wel, zeker en vast, dat ge dat zo eens probeert van ze zeggen ‘ge doet dat zo en zo en dan

lukt dat wel’ en dan wordt ge gewaar dat het eigenlijk aan kleine, kleine tips ligt dat het ook

wel beter lukt. Tips waarvan dat ge zelf niet aan denkt hé, of niet bij stilstaat of geen tijd voor

maakt om aan te denken hé.

Praat je daar dan over met andere mensen?

Ja, met collega’s wel, maar dat is ook vanuit mijn beroep hé. Dus, niet vanuit mijn positie als

ouder, maar wel vanuit mijn beroep als leerkracht vooral. Zo van ‘seg ja, als de kinderen niet

Page 136: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

willen lezen, doe gewoon een strikske rond dat boek en maakt er een pakske van’ en ja,

inderdaad dat lukt en ‘laat ze eerst eens naar de tekeningen zien’ en allézja, ge merkt van

‘amai, die reageren nu wel helemaal anders dan ervoor’ tegenover dat je gewoon zegt van

‘hier, een boek’. Ja, met Kris ook wel al eens gesproken over iets dat ik gelezen heb, en ook

als er dan voordrachten zijn, dat is nu wel niet lezen, maar dat je dan achteraf thuis komt en

ge spreekt daar dan verder over, dat wel. En als ge dan iets gelezen hebt, er wordt wel over

gesproken. Ook wel met de kinderen, maar dat dat uit een artikel komt, dat zeggen we er

niet bij hé. We proberen die tips die erin staan wel eens uit te voeren, maar we zeggen niet

dat we dat ergens gelezen hebben of ergens gehaald hebben. Bijvoorbeeld in verband met

gebruik van de computer, wij dachten van, een paar jaar geleden, ‘dat gaat hier te ver’, en

dan eerst met mijn man erover gesproken over hoe dat we dat gingen aanpakken, misschien

eens een schema ofzo opstellen, en dan hebben we gezegd ‘mannen, we zullen een schema

maken’ en dan is dat van ‘wie maandag, wie dinsdag…’, ze worden er wel bij betrokken,

maar er kwam dan een schema zo tegen de ijskast, maar dan hebben we niet gezegd dat we

ons oor ergens anders te luister hebben gelegd of dat we dat ergens gelezen hebben, dat

zeggen we er dan niet bij, van ‘ge kunt dat zo of zo aanpakken om dat toch wat in de hand te

houden’. De kinderen reageren daar wel niet altijd positief op, zeker niet, van ‘wa, seg hé, en

op een ander mag dat wel…’, ja op een ander, tja, het gras is altijd groener hé. (lacht) Nee, dat

is ook de puberteit hé, nee, zeker niet altijd positief.

Wat vind je eigenlijk van de tips of adviezen die worden meegegeven?

Dat varieert vind ik. Daar kunt ge zo echt geen lijn in trekken, dat is eigenlijk… Ik denk dat

dat varieert van tijdschrift tot tijdschrift. Bijvoorbeeld den Bond, ik vond dat boeiend als ze

kleiner waren voor te lezen, ja, die staan dicht bij de kinderen en dicht bij de gezinnen, vind

ik. Heel dicht zelfs. En dat boekske van Botsing, als je dat las van ‘ah ja, dat past perfect in

wat er hier ook gebeurt’ en ook als er dan zo een voordracht werd georganiseerd van den

Bond, alléz, dat vind ik wel nauw betrokken zijn bij de huidige leefwereld zo. En Klasse ook.

Dat vind ik ook wel. Een artikel mag niet te lang zijn voor mij, dat dat gewoon, ik gebruik

bijvoorbeeld het openbaar vervoer, dat je dat ’s morgens gelezen krijgt op een half uur toch

minstens en dan hup, het volgende. Korter mag ook natuurlijk.

Denk je er soms achteraf nog eens over na?

Ja, ja. Zo bijvoorbeeld als er dan in Klasse een artikeltje stond over euh oudercontacten, wat

moet je nu eigenlijk bespreken met die leerkrachten, dan knipt ge dat uit en dan euhm, als ik

dan in die schuif aan het rommelen ben, bekijk ik toch nog eens van ‘hup, aja, dat was zo’n

oudercontact in die vorm’, daar blijft wel wat van hangen ja.

Wat vind eigenlijk van lectuur in relatie tot andere informatiekanalen? Bijvoorbeeld

voordrachten, vakliteratuur enzo.

De voordrachten zijn zeker belangrijk, maar euh, een artikel dat kunt ge rapper vastnemen

op de moment dat ge het zelf wilt, een voordracht dat moet gepland zijn, die dag, dat uur,

maar dan kom je wel andere mensen tegen waar dat je dan ook eens uw gedachten mee kunt

Page 137: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

uitwisselen, terwijl dat je met een artikel zit, dan is dat alleen met uw echtgenoot, of

eventueel uw kinderen en dan stopt het toch meestal hé. Mensen waarvan de kinderen

ongeveer dezelfde leeftijd hebben, dat vind ik wel belangrijk, want aan de schoolpoorten

gebeurt dat niet meer op die leeftijd, de puberteit dan hé. Als ze kleintjes zijn dan hebt ge

nog contact aan de schoolpoort, maar zo voordrachten vind ik toch ook wel belangrijk. Ja,

soms schrikt ge, alléz schrikken is een groot woord, maar dat je verstelt staat van ‘oei,

gebeurt dat ook in gezinnen’, dat ge denkt van ‘ja, ik kan mij niet voorstellen dat dat hier, tot

hiertoe zou gebeuren’, ik zou het ook niet graag hebben, maar dat was zo, ja, alléz, en dan

denkt ge toch van ‘die mensen handelen toch helemaal anders dan dat ik zou handelen’,

maar wie het beste handelt, daar ga ik mee niet over uitspreken, dat weet ik niet, maar totaal

andere manier van reageren, ge probeert u dan eerst in die mensen in te leven, die zitten in

zo’n situatie, dat kind dat ze beschrijven is zo, en ze reageren soms zo, terwijl ik dan soms bij

mezelf denk van ‘ja, ik zou dat precies niet zo reageren’, maar ofdat dat dan goed is mijn

reactie dat weet ik niet hé. Want ik zit niet in zo’n situatie hé. Dat is allemaal wat

oppervlakkig, als ge erin zit, is het helemaal anders hé.

Wat voel of denk je eigenlijk bij het lezen van een boek of artikel in verband met

opvoeding?

Toch wel steun ja, zeker en vast. Maar de grootste steun vind ik toch nog altijd de mensen

zelf horen spreken. Wij hebben het grote voordeel dat onze vriendenkring 5 jaar vroeger

kinderen heeft gekocht dan wij en als je die dan hoort vertellen dan denk je nu terug van ‘aja,

daar was dat toen ook zo en dat is allemaal in orde gekomen’ dus… Een gesprek vind ik toch

nog verhelderend, alléz meer, dat dat meer inwerkt dan een artikel nog. Als het echt over

serieuze dingen gaat en ge weet dat die mensen precies ook dat probleem hadden toen, dan

ja, vind ik wel dat door gesprekken, dat je daar meer steun aan vindt dan door te lezen.

Omdat je ook kunt reageren en kunt..., bij een artikel kan je niet inspelen op elkaar hé.

Hecht je belang aan de auteur van het artikel of boek?

Nee, vooral de titel spreekt mij altijd aan, nee. Ik vind ervaring belangrijk, maar eigenlijk let

ik daar nooit op. Ervaring is ja… Het heeft eigenlijk weinig belang voor mij. Verhalen over

iemand of die iemand uit ervaring schrijft, lezen wel aangenamer dan puur theorie. Dat leest

aangenamer hé. Dat vind ik wel.

Wat gaat er vooral door je heen bij het lezen van een artikel of boek?

Zo van ‘aja? Nee?’ Alléz ja, ge reageert wel met een ja en een nee als je iets aan het lezen bent,

maar welk gevoel dat ik heb als ik een artikel lees, dat… Ge denkt automatisch mee met

diegene die het geschreven heeft, dat wel. Als het te geleerde woorden zijn en ge moet er de

woordenboek bijnemen bij wijze van spreken omdat je niet echt in die branche zit, dan vind

ik, dan stop ik er gewoon mee met het te lezen, maar als dat in dagelijkse taal geschreven is

die dat voor iedereen begrijpbaar is, dan lees ik het wel uit. Het zou me denk ik ook wel

meer aanspreken als een artikel in een verhaal gegoten is. Dat je je meer kunt inleven in

diegene die iets meegemaakt heeft, dat wel, dat spreekt meer aan.

Page 138: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

Vind je het nuttig dat die dingen bestaan?

Jaja, zeker en vast. Dat mag blijven bestaan, jaja, dat wel. Ik vind het ook belangrijk dat die

informatie beschikbaar is voor iedereen, dus dat je het thuis aankrijgt.

Is het aanbod groot genoeg denk je?

Ja. Want, ik weet dat als ik niet genoeg zou vinden, ik naar de bibliotheek zou gaan en verder

zoeken hé of aan het school vraag of ze daar niks over hebben. De start is er hé, de rest kan ik

zelf euh, de start komt vanzelf binnen en dan. En ik zoek zelf mijn weg wel hoe dat het

verder moet.

Is de selectie uit dat aanbod dan moeilijk?

Nee, eigenlijk niet. Want zoveel aanbod is het dan niet hé. Ik denk dat ik mijn selectie maak

op het vlot kunnen lezen eigenlijk denk ik. Ik sta er eigenlijk echt zo niet bij stil. Het ligt er en

ik neem het vast en ik begin het te lezen hé. Er zal waarschijnlijk ook wel verschil in niveau

zijn, maar zoveel lees ik dat niet om te kunnen zeggen van ‘euh, dat geloof ik en dat geloof ik

niet’. Eigenlijk.

Wil je zelf nog iets vertellen?

Ik vind, het gaat vooral hier over het lezen hé. Maar ik denk nu die film over Ben X ben ik

woensdag gaan zien en ik denk dat zo’n dingen dat blijft zeker zo goed hangen dan het

lezen. Maar ja, iets schrijven zal vlugger en is praktisch gezien meer haalbaar dan films hé.

Maar die mochten er voor mij ook nog meer zijn. Maar die supernanny, mm, ik heb nog niks

echt uitgekeken omdat ik het zo vind van ‘mm’. Ik heb bijvoorbeeld met mijn kinderen ook

die problemen niet en ja, om dan in mijn vrije tijd nog naar zoiets te kijken, vind ik

persoonlijk, dat boeit mij niet. Maar misschien dat er andere mensen daar wel steun aan

hebben, maar voor mij hoeft dat programma er niet te zijn, maar ik ben zowiezo geen tv-

kijker, ik val meestal in slaap, dus, dat heeft er waarschijnlijk ook mee te maken, den tv staat

ook apart bij ons. Dat zal ook wel. Ik heb liever zo echt bewust een film kiezen, er echt

naartoe gaan, dan gewoon daar voor die tv te gaan zitten en… Alléz. Dus, van die sociaal

gevoelige films vind ik zeker en vast ook heel belangrijk. Zowel voor mijzelf als voor mijn

kinderen. Nu Ben X heb ik wel gezegd ‘ge moet dat niet gaan zien na een examen, maar

eigenlijk zou ik toch wel eens graag hebben als ge de kans hebt en ge hebt zin, want ge moet

van mij niet hé, maar dat ze die zouden zien’, alléz, ik zou het wel leuk vinden moesten ze

thuis komen en zeggen van ‘ja, ik ben die film gaan zien’ en dat ge er dan eens samen over

kunt spreken hé. Maar ik dwing ze niet ofzo hé, ik laat die zelf, ik heb gewoon kort verteld

waarover dat dat gaat en dat dat wel heel zwaar is, alléz, ik vond dat wel heel zwaar. Ik vind

dat nen echte zware film, maar ik denk door zoiets te zien en er door met de kinderen over te

spreken, dat dat hun ook wel verrijkt. Terwijl over lectuur, voor daarover te babbelen, alléz,

voor hun is dat moeilijker, ik ben veel ouder als hun en dat komt dan uit de boekskes en

alléz, dat is nog anders. Over opvoeding in het algemeen, zonder dat ik dat dan ergens

gehaald heb, spreek ik daar soms wel over met hen, want ze zeggen altijd, alléz, ik vind dus

heel belangrijk sociale vaardigheden en planning en als ge dus sewwens aan mijn kinderen

Page 139: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

vraagt van ‘wat vindt uw mama het belangrijkste voor jullie?’ dan zullen die direct zeggen,

op nen andere toon dan mij hé, ‘sociale vaardigheden en planning’. (lacht) Maar ik begrijp

dat die zo reageren, maar er wordt wel over gesproken van ‘mannekes, denkt eraan, het is

niet alleen dat ge moet leren voor school, maar ge hebt ook de scouts enzo en ge moet met de

mensen kunnen omgaan’ en dat vind ik ook wel belangrijk en daar wijzen we hen ook wel

op. Alléz, ik denk dat toch, ik hoop dat toch, dat ze dat goed doen, alléz, we proberen dat

toch. En dat is ook naar aanleiding, want nu denk ik eraan, van het eerste oudercontact in de

kleuterschool. Dat was dus heel negatief voor onze Christophe. En dat was zo van ‘uw kind

is heel onbeleefd’ en dat was dus echt van dat wij dachten ‘o, wat is hier aan de hand’ hé. En

ja dan toen hebben we wel gezegd van ‘we moeten dat hier precies anders gaan aanpakken’,

maar nu niet direct in de boekskes gezocht, maar echt wel bewuster van ‘wat is hier eigenlijk

aan de hand, waar loopt dat hier fout’, want ze maakten ons precies wakker van ‘er is hier

iets aan de hand’. En dan denk ik dat dat wel stilletjesaan alléz ja… Maar ik heb nooit

gedacht om dan iets uit de boeken te gaan halen en er echt iets over gaan lezen, dat niet.

Gewoon er zelf eens meer aandacht aan besteden. Daarna was dat wel over. (ik ken haar zoon

en beaam dat) Aja, ik zie trouwens bij mijn ouders thuis dat boekske van den Bond nog liggen,

dus dat is ne link zo van…

Goed, ik denk dat ik dan zowat alles heb. Wil jij nog iets vertellen.

Alléz ja, ik vond het eigenlijk wel leuk dat ik het zo eens mocht doen. Zeker omdat je zo voor

de scouts altijd er zijt en vanalles doet en dan kan ik nu eens iets terug doen hé.

Page 140: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

VROUW 4

Wat heb je allemaal al gelezen omtrent opvoedingsondersteuning?

Awel, de bijlage elke woensdag in de Gazet van Antwerpen en dat is een bijlage en den ene

keer gaat dat over eten bij kleuters, dan weer over televisie kijken en computeren bij lagere

school kinderen en dat is eigenlijk wel altijd interessant. Ja weet ge, dat is eigenlijk ook een

beetje beroepsmisvorming hé. Alles wat ik tegen kom, lees ik wel, maar daarom doe ik het

nog niet. Alléz, dat vind ik wel. Ik lees dat allemaal graag en ik weet dat wel allemaal graag,

maar ik heb daar wel mijn eigen goesting in uiteindelijk. En ik vind dat allemaal wel heel

interessant, maar er zijn veel dinges die mekaar ook gewoon tegenspreken hé. De ene die

zegt van dat kinderprogramma, ja, dat is pas leerrijk en den andere zegt dan ‘neenee, gene

tv’ en nog nen andere zegt dan van ‘een beetje tv kan toch gene kwaad’ en zo met alles. Dat

van den Bond krijgen wij ook aan en nu met haar (Finne, dochtertje van 9 maanden) krijgen we

van den Bond zo elke maand ‘Brieven aan jonge ouders’ of zoiets en dat vind ik echt wel heel

interessant. Dan kan ik zo echt wel zien per maand van welke stappen ze gaan doen en met

welke problemen andere ouders zitten en dat vind ik toch wel goe. En ja, in de Libelle, daar

staat ook wel geregeld zo vanalles hé. Ik heb ook al wel een paar boeken gelezen over zo

nieuw samengestelde gezinnen hé, omdat ge dan tenslotte ook in die situatie zit en die

kwamen van de bib. En die heb ik zelf opgezocht. Van Kaat Schoubroeck, of zoiets, die heeft

twee boeken geschreven daarover en die waren wel heel interessant.

Hoe kom je daar dan bij?

Ja, omdat, ik had er ook eens wat over gelezen in de Libelle, een artikel, en daar stond dan

dat je in die boeken meer kont lezen, en die had ik dan gezien in de bibliotheek. En ja, er

staan dan zo verhalen in over stiefmoeders en hé, hoe dat het is in een nieuw samengesteld

gezin en zo van die toestanden. Ja, dat was wel interessant eigenlijk.

Heb je dan op voorhand daar verwachtingen bij?

Euh, ja, ge koppelt altijd terug aan uw eigen hé. Ge denkt van ja, ik doe zo, is dat wel goed

hé en dan wilt ge even checken of dat wel goe is of niet hé. En daar staat dan dikwijls in dat

het eigenlijk niet juist is wat dat ge aan het doen zijt en dan (lacht) ah ja, ok dan. Maar er

staan daar wel handige tips in en ook heel veel gewoon verhalen hé. Dat ge kunt lezen hoe

het er bij andere mensen aan toe gaat. Want uiteindelijk moet iedereen zijn eigen ding doen,

ge hebt allemaal kinderen met allemaal andere persoonlijkheden en en alléz ja, andere

situaties dus…

Ja, de klein mannen krijgen ook Klasse en ook die Klasse voor ouders zeker. Maar ja, die

verzeilt hier maar heel weinig, want dat gebeurt dat die dan bij de mama blijft hangen en

dan… Maar als die dan in den boekentas zit, ja, ik lees die dan wel, maar euhm, ik vind dat

nu op zich niet zo, alléz, dat er niet veel nieuws in staat, ik zal het zo zeggen. Zo, niet veel

wat dat ge al niet weet. Maar die Klasse voor de kinderen vind ik ook wel heel goed. Klasse

voor ouders, daar zitten wel heel goeie dingen bij, zoals pesten was het overlaatst, maar dat

Page 141: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

is wel interessant om te lezen, maar ja, ik weet niet, zo bij haar (Finne) is dat nog allemaal

heel nieuw hé elke maand. En bij die andere twee, tja, ik weet niet, daar zijt ge meer mee

vertrouwd denk ik, die lagere school leeftijd en die dingen. (praat even tegen Finne die roept)

Dus daar zijt ge dan gewoon meer mee vertrouwd, of dat kent ge meer, ook vanuit stages en

toestanden.

Een oplossing verwacht ik wel niet echt bij het lezen van zo’n dingen. Wel gewoon altijd

meer informatie. Het is wel, gelijk in de Gazet van Antwerpen, daar stond ne keer zo’n

situatie in van veel computeren en hoe da ge dat dan kont aanbrengen met een klokske enzo,

ge zet gewoon drie uur per dag en ge regelt uw uren zelf, en zijn uw uren op, dan is’t ook

gedaan. Dat is dan al eens van ‘ah ja, dat kunnen we hier misschien ook wel eens inlassen’,

want anders dan staat die computer hier nen helen dag op. Maar nu echt, nee, voor de rest zo

oplossingen, niet nee. Meer informatie eigenlijk.

Doe je daar dan achteraf iets mee?

Dat zit erin hé. Ik lees dat dan en dan denk je van ‘aja, ik kan dat misschien zo eens doen’.

Maar ja, ge slaagt dat wel op, maar ge doet het toch altijd vanuit uw eigen gevoel vind ik.

Het is niet omdat ze dan in dat boekske zeggen dat het zo moet, dat ik dan ineens helemaal

anders gaan doen. Dus… Maar nu meestal komt dat gelukkig nogal redelijk overeen. Dus

dan denk ik dat ik toch wel redelijk goed bezig ben. (lacht) Je staat er zo nog eens extra bij stil

hé. Zo van ‘aja, das juist, misschien kan ik de volgende keer toch beter wel zo reageren’.

Zijn er bepaalde thema’s die u meer aanspreken dan andere?

Ja, nu concreet over haar opvoeding hé. Hoe dat je daar mee omgaat hé, ze is nu 9 maanden

en ze weent vanaf dat ik hier nog maar den hoek omga en dan staat er dat zolang je er tegen

blijft communiceren dat dat dan wel lukt, dus dat probeert ge dan toch wel te doen. Euhm,

en ja, over die nieuw samengestelde gezinnen vind ik dan ook wel heel interessant. Hoe dat

dat bij andere mensen is. Omdat ge ook heel weinig nog andere mensen hebt dat in die

situatie zitten. Van de vriendenkring dan hé. Dat ge eigenlijk zo niemand anders hebt. Bij

ons is het allemaal hé, kindjes van hare leeftijd (Finne, 9 maanden) en dan hebt ge het daar al

eens rapper over als dat ge zegt van ‘aargh, die ex van de Sven die had weer da gedaan en

wat moet ik daar nu mee’ en dan zeggen die zo van ‘ja, mm, weet ik niet wat dat gij daar mee

moet doen’. Dus dan haalt ge dat toch meer uit nen boek vind ik. Alléz, zo die verhalen,

omdat ge het zelf zo niet in uw leefwereld hebt eigenlijk.

Wat vind je van de tips die meegegeven worden?

Ik vind die wel nuttig, ja, anders zou je die boeken ook niet lezen hé. Dat is ook wel een

beetje beroepsmisvorming hé, dat is ook wel een beetje uw interesse hé. Hoe dat allemaal

gaat en hoe dat je dat beter kunt doen en ik vind dat allemaal wel nuttig, ik lees dat wel

graag. En liever dat dan de roddelblaadjes. Ik vind ook dat het niveau in al die dingen wel

wat hetzelfde is. Nu, die boeken, dat waren eigenlijk ook vooral verhalen van andere ouders,

dus niet echt zo nen echte boek om iets uit te leren en dan die artikels uit de Libelle of in de

gazet, dat is allemaal zowat hetzelfde manier van schrijven vind ik, ja vlot hé, dat iedereen

Page 142: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

het kan lezen. Maar vaktermen enzo, dat hoeft ook niet voor mij, want meestal als ik dat lees,

is dat als den tv opsta of boven in bad ofzo vlak voor dat je gaat slapen en dan heb ik echt de

behoefte niet meer aan zo van die zware lectuur ofzo. Dus dat mag van mij redelijk simpel

uitgelegd worden. Ik denk dat ik ook niet zo snel naar echt van die zwaardere boeken zal

grijpen, tenzij dat er nu echt een probleem is hé. Want bijvoorbeeld de Quinten (zoontje van

haar man) had deze zomer erg last van tics en dan hebben wij wat aan het opzoeken geweest

over Tourette en wat dat dan juist was en wat niet en dan wilt ge wel wat meer naar de

professionele boeken, ook gewoon omdat daar weinig lichtere boeken over bestaan en dan

ga je meer zoeken naar de stukjes die jij handig vind of nodig vind omdat dat dan toch

vlotter leest, vind ik. Als het een boek is dat interessant is, gelijk over die nieuw

samengestelde gezinnen, dan heb ik die ook, het waren er twee of drie denk ik, helemaal

uitgelezen. Als dat vlot leest, is dat voor mij in orde.

En dan zijn het eigenlijk vooral verhalen die u aanspreken?

Ja, in dat geval weer wel ja. Toch wel.

Vind je het belangrijk dat er een connectie wordt gemaakt met de theorie ofzo?

Euhm, dat van die nieuw samengestelde gezinnen hoeft voor mij niet. Ik zeg het dat is

gewoon omdat je dat in uw omgeving niet hebt dat je dan echt die ervaringen gaat zoeken bij

een ander. Euhm, dat mag wel, maar voor mij hoeft dat niet. Nee, als ik dat voor mijn werk

moet lezen (Natasja is opvoedster in een instelling bij zwaar verstandelijk gehandicapten), ja, dan is

dat wel interessant, en we krijgen daar ook wel een aantal zwaardere boeken die je moet

lezen, maar, en dan is dat wel interessant en dan kunt ge daar ook wel wat uit halen en dan

leg je ook zelf die link, maar nu zo maar voor gewoon thuis vind ik dat nu eigenlijk niet

belangrijk, hoeft dat voor mij niet. Het maakt voor mij ook niet uit wie dat geschreven heeft,

ik heb er meestal ook geen idee van wie zoiets schrijft. Ge hebt zowel, gelijk dat je zei, die

Peter Adriaenssens en ja, dat is dan zo weer een bekende kwibus en dan denkt ge van ‘ah,

alléz, heeft die weer nen nieuwe boek uit’, maar nee, ik denk dan dikwijls, en dat is zo ook bij

andere boeken, dat de kaft al meer aanspreekt. Als dat er uitziet gelijk nen professionele

boek, dan denk ik dat ge al heel veel mensen mist. Terwijl, als ge zo wat meer, gelijk die ‘zit

stil’ boeken, daar staat dan zo een kind op de voorgrond en dat is nen flashy blauwen boek

en dat spreekt helemaal anders aan vind ik als zo nen cursus, hé, zo simpel is’t hé. Ik heb

cursussen genoeg moeten leren. Die lezen we niet meer zegt. Bij artikels maakt die lay-out

dan niet echt uit vind ik. Dat is meestal zo nen titel, omdat ge dat rapper gelezen hebt. En

dan hebt ge zo al direct dat inleidingske, en dan denkt ge van ‘aja, ik wil wel verder lezen of

ik wil niet verder lezen’. Maar daar heeft de lay-out zo niet direct mee te maken, want ik

vind die boekskes zo van den Bond nu niet echt het modernste van het modernste qua lay-

out. Heb je die al eens gezien? Alléz ja, ik vind die nu niet direct modern. Er staan wel

interessante dingen in, maar het ziet er niet echt interessant uit.

Page 143: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

Praat je soms met andere mensen over de dingen die je las?

Ja, als je vriendinnen en collega’s hebt die allemaal in die sector zitten, ja, dan gaat het er wel

eens over. Van ‘hebt gij dat gelezen in de Libelle? En wat vond ge ervan?’ en dan vooral met

Kathleen, dat is een lerares lager onderwijs, ja, dan gaat het al heel snel over ‘ah, en ik heb

een kind in de klas zitten dat …’ hé en ‘ik heb vorige keer gelezen dat en lalala…’ dus dan

hebt ge het er zo wel eens over ze. Met ons moeder ook wel bijvoorbeeld, maar ja, net zo

goed als over al de rest, kakelen zeker. Maar met Sven (haar man) niet zo (lacht), die is daar

niet direct zo geïnteresseerd in. Nee, die boekskes van die jonge ouders wel hé, die zal hij

ook wel eens doorbladeren en dat ziet hij bijvoorbeeld dat ze moet leren kruipen en dan zegt

hij wel van ‘alléz, dan zullen we daar eens werk van maken hé’. Maar nu voor de rest, hoeft

dat voor hem zo allemaal niet. Hij ziet wel, die doet zijn eigen ding en ’t is ne man zeker hé.

En hij denkt dat ik dat allemaal wel weet.

Wat is eigenlijk zo een beetje uw gevoel bij het lezen van een boek of artikel?

Je leest dat uit interesse en dan denkt ge van ‘ah ja, misschien ben ik toch wel goed bezig’,

dus dan is dat wel leuk. Maar moesten er nu andere dingen instaan die volledig tegen mijn

principes ingaan, zou ik daar nog wel eens extra ne keer over nadenken, maar ik zou mijn

manier er daarom niet door veranderen denk ik, nee. (Brengt Finne even naar de living) Het is

toch wel herkenning vooral hé. Ge leest dat dan omdat dat u het gevoel geeft dat ge goed

bezig zijt hé. Zo van als die dat zo zeggen zal dat wel zo zijn zeker. Dus vooral herkenning

en interesse. Moesten er nu tien artikels achter elkaar hetzelfde zeggen en ik doe dat echt

helemaal anders dan zou ik wel iets hebben van ‘misschien klopt er hier toch wel iets niet’.

Maar het is niet omdat er ene iets zegt en negen anderen iets anders dat ik direct zou met de

wind gaan draaien. Zolang het goed gaat… Dan toen met die tics ben ik echt wel gericht en

eerst op internet enzo gaan opzoeken en van wat is dat en wat kunt ge daar aan doen en is

daar medicatie voor of therapie en ja, het school kwam dichterbij en dat bleef nen hele tijd en

nen hele dag door en dan moest daar echt wel een oplossing voor gezocht worden en dan

zijn we ook naar de dokter geweest, dus dan zijt ge daar wel mee bezig ze en dan gaat ge ook

echt gericht zoeken hé. En als ik zo ne keer niet weet wat lezen, dan pak ik al wel eens zo’n

boek en dan gaan ik al wel zo eens in die categorie van boeken zien, maar nu niet elke keer,

dat komt er zo gewoon eens ne keer mee tussen.

Vind je dat er voldoende aanbod is?

Tja, de bib van Gooreind stelt natuurlijk niet veel voor. Daar hebben ze er een paar, maar nu

niet om te zeggen… Maar om daar nu speciaal voor naar Wuustwezel of Brasschaat of

Antwerpen te rijden, dat doen ik dan ook weer niet. Alléz, als er zo niet direct een probleem

is hé, alléz, dat doen ik dan ook weer niet. We moeten niet overdrijven hé. Ja, hetgeen dat we

thuiskrijgen is wel voldoende en dat vind ik ook heel interessant, dat is wel goed. Het is ook

heel belangrijk dat mensen zoiets thuis aankrijgen. Want hé, ik heb dan zelf orthopedagogie

als assistent in de psychologie gedaan, waar dat ge dan twee keer ontwikkelingspsychologie

krijgt, en dat ik dus eigenlijk al wel een klein beetje zou moeten weten wanneer dat wat

Page 144: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

komt, maar voila, ge zijt dat echt vergeten. En dan denk ik ‘ah ja’. Ge weet dan nog wel

ongeveer van op 9 maanden angst en 12 maanden lopen en en hé zo ongeveer, maar dat is

toch nog wel interessant om dat zo efkens nog eens per maand ook te zien. Want ik denk dat

het anders moest zijn om dat bijvoorbeeld in één boek te krijgen bij de geboorte, ik denk niet,

nu is dat, dat volgt elke keer schoon op en dat vind ik wel interessant. En van Kind & Gezin

krijgt ge eigenlijk wel veel, een map over borstvoeding, eten, opvang. En daar haalt ge

hetgeen uit dat ge nodig hebt hé. Bijvoorbeeld van opvang had ik dat niet nodig, want ons

moeder doet dat dan en dan gaan ik dat ook niet lezen. Want op die moment hebt ge wel wat

anders te doen, maar daar zitten wel heel interessante dingen bij ja. Bijvoorbeeld zo boeken

over het eten per periode, zo van wanneer ze patatjes mogen eten of fruitpap of brokskes

enzo. Dat krijg je dan als het zover is. Er was ook een zwangerschapskalender en ge krijgt

wel wat ze. Ge krijgt heel veel uiteindelijk bijeen. Ge kunt u ook zo inschrijven bij Pampers

bijvoorbeeld of bij Olvarit, Nutricia en dan krijgt ge elke maand zo een brief aan en dan staan

daar tips bij en kortingsbonnen natuurlijk. Maar er staan ook zo altijd van die

opvoedkundige tips in, maar daar is heel veel van overgeschreven uit Kind & Gezin denk ik.

Want veel nieuws staat daar niet in en het is tenslotte ook maar een brief. (even uitwijding over

Petit Gervais, niet relevant hier)

Heb je al eens een keer een lezing meegedaan of informatie opgezocht op internet ofzo?

Euh ja, websites wel hé, zo wat surfen op internet, gelijk bij die Pampers enzo. En die zappy

baby, ik weet niet of ge dat kent. Maar lezingen niet echt. Ik vind dat op internet wel

interessant en dat is rap gelezen, maar op die zappy baby zit ik vooral op die forums en ik

vind dat dan weer interessanter als gewoon nen droge tekst bijvoorbeeld. Als je dan verhalen

en ervaringen hebt van andere mensen, daar leer je veel meer uit vind ik. En lezingen, ja,

zoveel zijn er niet hier in de buurt denk ik dan. Het school geeft er zo wel eens, maar ja, de

laatste keer was dat Bo Coolsaet over intimiteit, en alléz ja, het moet me natuurlijk wel iets of

wat aanspreken, want anders dan hoeft het voor mij niet.

(gaat Finne even halen die onder de zetel gekropen is)

En wat is dan zo een beetje uw allesoverheersend gevoel bij het lezen van dat alles?

Oh, dat dat interessant is en dat dat gemakkelijk lezen is. En dat dat voor mij net zo vlot leest

gelijk een gewoon boekske. Anders lees ik ook wel boeken. Dat is dan zo twee keer ne roman

en dan weer zo ne boek ertussen, dat wisselt wat af, dat is zo wat verschillend, maar ik vind

dat dat even vlot leest. En leerrijk. Men leert er nog wat van, alléz, dat is toch de bedoeling

hé.

Is er een overaanbod aan een bepaald thema?

Euhm, nee, dat vind ik niet. Ja, te weinig over de nieuw samengestelde gezinnen vind ik. Ik

vind, ge hoort tegenwoordig niks anders niet meer en als ge dan gaat zoeken, ook op internet

bijvoorbeeld, waren het dan die twee boeken en voor de rest hebt ge eigenlijk weinig. Alléz,

dat is wel nieuw, maar ondertussen zijn er toch al wel heel veel mensen die er mee te maken

hebben en dat vind ik toch wel net iets te weinig erover. En die twee boeken dat is dan met

Page 145: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

ervaringen van. Dus dat zijn dan eigenlijk ook maar gewoon interviews neergeschreven in

een boek en klaar. Ja, er is natuurlijk ook geen pasklare oplossing voor natuurlijk over hoe

dat ge moet omgaan met uw stiefkinderen of met een ex of, ja, maar, toch. Alléz, ik denk dan

ook vooral een boek op kinderniveau daarover, dat hebt ge volgens mij ook niet. Want er zijn

toch veel kinderen met hier en daar een halfbroer of –zus. Want soms zijn ze ook al drie keer

gescheiden enzo. En ja, er zijn toch genoeg kinderen die daar mee te maken hebben en

volgens mij wordt daar op kinderniveau nog veel te weinig over gepraat. Want in die Klasse

gewoon niks, nooit, noppes, nul. Terwijl dat ze in de Quinten zijn klas met vijf zijn waarvan

de ouders gescheiden zijn, van de zeventien hé, dus dat is dan toch de moeite waard om

aandacht aan te besteden. Maar blijkbaar is dat nog redelijk niet aan de orde.

Kan je gemakkelijk een selectie maken in het aanbod?

Ja, want ge hebt in de bib van Gooreind zo maar één schap. (lacht) En dat gaat van daar tot

daar en de opvoedkundige boeken staan dan schoon op een rijke. Dus dat is nu niet, dat hebt

ge direct gevonden. Als er niet veel zijn, is dat gemakkelijk hé. Ik pak meestal wel wat de

recentste boeken eigenlijk. Want ge hebt er ook zo van twintig jaar geleden en dan denk ik ja,

die opvoedkundige tips, sorry ze, maar dat komt niet meer overeen met wat het nu is. Maar

meestal wel de recentere boeken. Of zo in een artikel in de Libelle of de gazet als daar

vanonder verwijzingen staan, dan ga ik daar wel eens naar kijken. Is die er dan, dan pak ik

die mee, is die er niet, dan is die er niet. (is even met Finne bezig) Ik denk soms wel dat

sommige dingen veel meer overroepen zijn. Ineens worden er bijvoorbeeld veel meer kindjes

met ADHD geboren. Ik denk dat mensen ook wel, het feit dat ze er dan over gaan lezen, is

ook wel belangrijk. Daar halen ze dan ook wel tips uit. Dus die boeken moeten er volgens mij

ook wel zijn. Maar niet iedereen die een beetje druk is, heeft ADHD natuurlijk hé. Maar

gelijk da pesten en ja, het aantal uren achter de computer bijvoorbeeld, voor zo’n dingen is

dat belangrijk en dat er genoeg praktische tips zijn en dat mag echt wel onder de aandacht

gebracht worden. Want gelijk bij pesten, dat is iets dat ge echt onder ogen moet zien, want

als ze het u niet komen vertellen, weet ge het dikwijls niet hé. Maar door zo’n artikel kunt ge

misschien wel zoiets hebben van ‘mm, die doet toch ook al wel een tijdje raar, er is toch ook

niks meer aan de hand’ en dan denk ik dat dat wel interessant is. Het is toch wel belangrijk

dat ouders zo’n dingen lezen. Maar ik denk dat diegenen die er juist over zouden moeten

lezen, dat die juist het niet doen. Dat je die gewoon niet bereikt, nooit, op geen enkele

manier. Alléz, dat is denk ik ook weer met zo Kind & Gezin, die mensen komen daar naartoe

en dat is van 5 minuten en dat is dan 5 minuten nen babbel, maar die doen uiteindelijk toch

gewoon hun eigen goesting. Ge kunt die er wel wat op wijzen, dat is wat zo’n krant en de

Libelle ook proberen te doen, maar uiteindelijk als mensen er niks mee willen doen, doen ze

er uiteindelijk ook niks mee hé. Dan mag dat nog honderd keer in de gazet staan. Ik denk dat

als de mensen daarin geïnteresseerd zijn, die dat daar open staan, dat die het dikwijls al wel

goed doen, alléz doen gelijk als verwacht wordt. Maar het blijft belangrijk dat dat in de

Page 146: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

media komt, absoluut. Dat mag van mij elke week in de boekskes staan, jot, mij stoort dat

niet. Maar er zullen altijd wel mensen zijn die dat ge niet bereikt hé.

Page 147: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

VROUW 5

Lees je soms wel eens artikels of boeken over opvoedingsondersteuning?

Ik pak wel veel zo’n dingen vast. Als ik bekijk wat ik allemaal lees, zijn het vooral zaken die

opvoedingsgericht zijn. En, boeken lees ik niet zoveel in z’n geheel, maar meer stukken eruit

zo. Ik kan niet zeggen dat ik ooit een boek van Peter Adriaenssens heb doorgelezen, mja,

misschien wel eens één. Euh, maar ik vind het veel plezanter om ergens een artikel te lezen.

Waar ik heel leuke artikels vind, en die heb ik pas ook uitgescheurd om aan ’t school te

geven, dat is in het bladje van den Bond. En daar staan heel gevatte artikels in vind ik, het

thema, en dan op een bladzijde, een halve bladzijde komen ze tot een conclusie en dat is ook

dikwijls aan de hand van een lezing die ergens gebeurd of een boek dat uitgegeven is, dus in

de richting van opvoedkundige dingen. Er daar staan wel echt heel boeiende artikels in en

die lees ik dan ook volledig door. Klasse lees ik ook, maar ik heb nu omdat ik intussen terug

in het onderwijs sta, Klasse voor leerkrachten. Maar ik ben niet iemand die een blaadje van

voor naar achter uit leest, dus ik lees eerder heel gericht. Botsing heb ik ook sinds een twee à

drie jaar. Dat is eigenlijk de problematiek zo van tieners. Over zakgeld en seks enzo. Dat

vind ik wel een heel boeiend blaadje, maar dat komt eigenlijk ook van den Bond hé.

Ja, das waar. Dat hebben wij thuis ook.

Wat lees ik nog? Tijdschriften niet, want in die richting heb ik gewoon niks liggen thuis,

alléz, zo van tv-blaadjes of maandbladen ofzo. Dat heb ik niet. Libelle, Flair, dat is zo niet

mijn interesse. Ik zoek liever in de bib. In de bib van Wuustwezel heb je echt al wel over veel

thema’s een boek. Ik koop niet zoveel, ik leen eerder uit.

En welke thema’s spreken u dan vooral aan?

Goh, het is eigenlijk gegroeid vanuit de problematiek die hier thuis is ontstaan, vandaaruit is

alles gaan groeien en dat was toen rond hoogbegaafdheid en dan ook het opvoedkundige

daarnaartoe, rond pesten heb ik nooit iets gelezen. Waar ik ook heel sterk mee begaan ben, is

de emotionaliteit van kinderen zo. Dat kwam eigenlijk nog voor hoogbegaafdheid. Alléz,

toen ik op zoek moest gaan, had ik een lezing over emoties bij kinderen en dat is nogal heel

dikwijls teruggekomen dat thema omdat ik zelf ook nogal heel emotioneel ben en hier lopen

ze allemaal een beetje zo rond aan een serieuze gevoeligheid, dus over dat thema lees ik ook

heel veel. Euh, god wat nog, dat vind ik ook altijd wel boeiend, hoe kinderen veranderd zijn

in deze decennia en daar zie je in den Bond ook regelmatig artikels van zo en hoe zij dat dan

plaatsen in het nieuwe tijdsbeeld enzo hé. Dus dat vind ik ook wel heel boeiend en daar ben

ik ook al een tijdje mee bezig geweest, met nieuwe tijdskinderen hé. Ik heb u dat ooit mee

doorgeven hé. En daar heb ik ook wel heel wat rond gelezen. Daar heb ik wel wat boeken

van staan en heel wat cursussen over gevolgd enzo.

Heb je op voorhand bepaalde verwachtingen als je zo een boek vastneemt?

Nee, want ik merk elke keer zo, dat als ik zoiets doe, als ik zo iets wil lezen, ik pik hetgene

mee dat ik boeiend vind, ik haal er wel iets uit en de dingen die ik iets te zweverig vind, of

Page 148: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

iets te vergezocht, die laat ik vallen. Dus ik heb eigenlijk geen verwachtingen, ik vind het

altijd gewoon boeiend om eraan te beginnen en ja, iets positiefs eruit te halen, al is het maar

ene tip, om eens mee op pad te gaan of te experimenteren. Ik vind eigenlijk elk ding dat je

ziet of extra leest, dat dat een verrijking is. En het leuke is ook altijd wel dat je een erkenning

krijgt. Als je iets in je opvoeding op die manier doet, bijvoorbeeld consequent zijn, een

eenvoudig iets, en je ziet dat nog bij pedagogen in hun visie of je ziet dat hier of daar, dat je

dan denkt van ‘ok, zij vinden dat ook als basis heel belangrijk’, dan vind ik dat een

erkenning en dat vind ik dan wel heel leuk. Dat je daar weer mee op weg kunt hé. Het is

vooral dat je niet het gevoel hebt dat je er alleen voor staat. Dat vind ik eigenlijk een heel

belangrijk gevoel, want ik bedoel, als je aan kinderen begint, weet je eigenlijk niet waaraan je

begint, je krijgt er absoluut geen handleiding bij, iedereen moet er eigenlijk zijn eigen weg

mee maken en we zitten allemaal uiteindelijk wel met gelijkaardige thema’s en

problematieken hé. Ik bedoel, dan is dat leuk dat je daarover kan lezen, praten,… En

tegenwoordig is er wel veel literatuur over hé. Er zal, zoals bij alles, wel heel wat rommel

tussenzitten hé. (lacht hard) Maar ik selecteer daar wel in hé, in die dingen die ik juist

opgenoemd heb die ik lees. Ik selecteer daar duidelijk in.

En wat is voor u dan rommel?

Ja, de dingen die ik niet lees. (lacht) De blaadjes hé. Tijdschriften. Dat zal wel een artikel zijn,

of iemand dat daar mee bezig is, dat begrijp ik ook wel, waar zag ik dat onlangs staan, over

supernanny een artikeltje… Maar dan is dat dikwijls één klein stukje, een kolommetje en dan

denk ik tja, dan kan je eigenlijk weinig tot de essentie gaan. Dus ik vind dat niet uitgediept

genoeg, als thema, die dingen. Er zal daar wel waarheid inzitten en dat zal wel van mensen

komen die daar in de praktijk ook mee bezig zijn, maar ik vind dat dan, tja, daar kunt ge dan

helemaal diagonaal overlezen.

Ik ben nog aan het denken aan de krant, De Morgen, die hebben wij, daar staan soms ook

wel wat dingen in. Dirk wijst mij er soms ook wel eens op, maar ik weet het niet. Dan is dat

vaak wat meer opengetrokken, over autisme ofzo, opengetrokken naar een school die ergens

opstart of zoietske hé. Of een onderzoek dat geweest is en dat dan meer belicht wordt. Dat

lees ik dan wel eens in de krant.

Lees je dingen waar ook echt concrete tips in staan?

Ik lees eigenlijk liever meer algemeen zo, wat filosofischer denk ik. Omdat ik daar dan zelf

wat meer in kan gaan filteren. Want ge krijgt zoals in Botsing of in Klasse wel heel wat

puntjes, tips, nu, ik overloop dat wel eens, maar daar hecht ik toch niet het grote belang aan.

Ik vind zo achtergrondinformatie en een inkadering van een problematiek veel interessanter.

En wat ik ook wel interessant vind, dat vind ik zo in boeken, zo een beetje theorie en dan

krijg je zo een klein levensverhaaltje van iemand. Dat vind ik ook wel eens interessant zo.

Meestal herken je daar wel niet helemaal je eigen situatie in, maar toch wel wat gelijkaardige

dingen zo.

Page 149: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

En doe je er achteraf iets mee?

Euhm, jawel toch. Ik ben iemand die daar vooral in haar hoofd heel sterk mee bezig is. Ja.

Euhm, ik vind altijd wel dat als je zo dingen leest, dat je dat in een ruimer kader probeert te

zetten zo. Dat vind ik daar het leuke aan, dat je dat niet als één dingske, als één feitje ziet,

maar dat echt probeert open te trekken. En dat wordt dan eigenlijk een beetje uw filosofie

van waaruit je gaat handelen hé. Ik zal u één voorbeeldje geven, ik heb dus lang geleden een

boek gelezen, toen Jasper depressief was over ‘mijn kind is depressief’, dat was een titel die

ik toen van iemand heb gekregen en daar stond een methode in hoe dat je best iemand kunt

aanspreken vanuit de ik-persoon. Bijvoorbeeld niet rechtstreeks zeggen ‘jij doet dat niet

goed’. Dus dat is aanvallend, maar met een omweg zeggen ‘ik vind het niet leuk dat jij dat op

die manier doet’. En dat is een tip die ik eruit heb gehaald en daarom gebruik ik dat niet

altijd, maar wel in situaties wanneer de communicatie wat moeilijk gaat, wanneer er

spanning is, wanneer je niet rechtdoor kan gaan omdat dat dan toch verkeerd uitdraait. Dan

doe je dat bijvoorbeeld langs die weg. En dat vind ik eigenlijk het leuke eraan, dat je een

verruiming krijgt. Op school kwam er zo iemand iets voorstellen over geweldloze

communicatie en dat was eigenlijk een beetje een aanvulling erop en dat gebruikt ge dan als

geheel om met uw kinderen om te gaan hé.

En kijk je soms achteraf nog eens terug naar die dingen?

Goh, dat weet ik eigenlijk niet. Ik zal daar niet op terugkijken zo van ‘ok, dit is geslaagd of

dit is niet geslaagd’, want dat vind ik eigenlijk dikwijls naast de kwestie. Dikwijls handelt ge

gewoon vanuit uw buikgevoel of vanuit uw gevoel op dat moment zelf en dat kunnen

verkeerde reacties zijn of verkeerde handelingen, maar ik ga dat niet naar mezelf toe

beoordelen. Ik ga daar niet op terug kijken. Ik ga daar niet stil bij blijven staan. Tja, dan was

het zo, ik was kwaad, ik had misschien niet zo moeten uitvliegen.

Er zijn boeken die ik wel eens terug vastpak, maar ik zal dat niet in zijn geheel lezen. Maar

euhm, ik lees wel eens stukken terug. Eigenlijk is het meer voor mezelf om dat nog eens

terug op te frissen zo. Soms vraag ik me wel eens af of het nog klopt wat ik in m’n hoofd heb

en dat overbreng naar andere mensen, soms twijfel ik daar wel eens over. Uiteindelijk als je

regelmatig zo’n dingen leest, kom je dikwijls op hetzelfde punt terug. Langs een andere

benadering kom je dikwijls zelf op hetzelfde punt terug. Dat denk ik wel.

Volgens mij gaat het dus heel dikwijls in essentie over hetzelfde. Ik kom heel dikwijls op

hetzelfde uit als basis zo hé van opvoeden. Misschien heeft dat voor een stuk ook wel te

maken met hetgeen ik opzoek in m’n leven, dat vraag ik me soms wel eens af. Ik zoek dingen

op die meer naar het spirituele gericht zijn en de nieuwe trends die binnenkomen om daar

mee te werken. Ja, dan komt ge ook dikwijls van het ene naar het andere, bwa, het heeft

allemaal een beetje dezelfde omkadering, maar de input is dikwijls verschillend hé. Dus euh,

en ja, ik denk dat ik zo in al die jaren heel erg veranderd ben van de eigen klassieke

opvoeding die ik zelf gekregen heb, naar een heel open visie naar de dingen. Maar dat

betekent niet dat ik geen klassieke opvoeding geef. Ik hou nog heel sterk vast, ik ga dat tegen

Page 150: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

u wel zeggen Sofie, ik denk dat jij dat wel gaat snappen, aan mijn Spijkerse waarden. (de

school waar zij leerling was, en ik ook, het instituut Spijker te Hoogstraten) Maar in mijn tijd was

dat nog wel veel strikter natuurlijk. Maar, als ik dat na 6 jaar daar te zitten en nog 7 jaar daar

les te geven, naast mij heb laten liggen, op een rustige manier. Dan denk ik achteraf, daar

naar terugkijkend en nog veel stof eraf gehaald te hebben, dat het eigenlijk wel klopt wat ze

daar proberen te brengen, dat dat ook een stukske de essentie is van opvoeden. De essentie

waarop daar omgegaan werd met leerkracht-kinderen is eigenlijk een zeer goede basis vind

ik. Want, iemand aanspreken, dat is bijvoorbeeld een heel belangrijk iets om contact te

zoeken. Als ik les begin te geven, zeg ik ook eerst ‘goede morgen’ en ‘hoe is het ermee’. (korte

uitwijding over het Spijker, niet belangrijk hier)

Praat je soms met andere mensen over hetgeen je gelezen hebt?

Jawel, ik breng dat af en toe wel eens aan bij mijn kinderen en mijn man. Bijvoorbeeld ook zo

als je artikeltjes leest over Internet bijvoorbeeld, dan bespreek ik dat met mijn kinderen, dan

heb ik daar een gesprek over. Met Dirk ook wel, maar veel minder, omdat we elkaar niet

zoveel zien door zijn job hé, maar hij vertrouwt er nog altijd wel heel sterk op dat ik het

goeie doe en ik vetrouw er ook op dat hij zijn ding doet. Maar hij leest daar niet echt over.

Maar veel dingen hé, eigenlijk de basis, dat start vanuit uw intuïtie. Ja, een gevoel dat je al

heel veel jaren rond opvoeden hebt opgebouwd, omdat je het zo gekregen hebt en niet zo

wilt doorgeven aan uw kinderen, of andersom. En dat is iets dat groeit. En als ge éénmaal

aan kinderen begint, dan komt dat wel. Je springt toch niet in één keer van 0 jaar op 20 jaar,

dus dat gaat allemaal zeer geleidelijk hé.

De fase van de schoolpoort is bij ons wel voor een stuk voorbij, maar vroeger werd daar dan

ook over de opvoeding gepraat. Ik heb daar ook geen problemen mee dat als je daar met

iemand over spreekt, dat de ander daar een andere visie over heeft, want dat is juist het

leerrijke. Ik vind dat ook altijd boeiend dat als ik zelf nog niet met mijn kinderen in die fase

zit en ik hoor mensen over bepaalde thema’s praten, dan vraag ik ‘en hoe zit dat en dat en

dat’. Ik ben altijd heel nieuwsgierig eigenlijk. En dan denk ik zo ‘ok, dan weet ik het al op

voorhand’. Ik herinner mij ook dat ik zo schoolkeuze van kinderen helemaal niet tot op de

laatste moment heb laten wachten. Dan was ik al 2 jaar op voorhand daar in mijn gedachten

mee bezig en in stukskes scholen bezoeken, dat ik daar mijn tijd voor kon nemen en op tijd

alles aftasten. Dan kan dat rustig gebeuren hé.

Zijn er inhouden van artikels waar je je aan stoort?

Ja, ik, alléz, ik stoor mij aan het té commercieel opentrekken van bepaalde thema’s zo. Dat

het weer te veel in de media moet, of opgeklopt wordt. Ik heb hier nu een boek liggen, over

een interessant thema, over hooggevoeligheid, maar daarin wordt alles honderd keer

herhaald en verdomme, echt waar, die heeft heel veel zinvolle dingen, maar elke keer komt

die terug op hetzelfde en dan heb ik dat al zoveel keer gelezen.

Qua lay-out vind ik die Botsingboekjes wel heel speels en leuk uitgewerkt. Euhm, dat vind ik

eigenlijk wel heel plezant om te lezen. Weet ge, die artikels zijn eigenlijk wel niet heel lang,

Page 151: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

en dat vind ik daar geen probleem. En die zijn ook wel heel leuk gebracht vanuit

verschillende hoeken, vanuit de hoek van de jeugd, de ouders,… En dat vind ik eigenlijk wel

een heel schoon concept.

Met vakjargon heb ik eigenlijk ook geen probleem mee. Nu, ik moet ook wel zeggen, die

spirituele boeken vind ik dikwijls wel veel zwaarder en daar kan ik niet in blijven lezen.

Maar euhm, opvoedkundige boeken, nee, daar heb ik meestal geen problemen mee.

Vaktermen zijn niet lastig of storend.

Bepaalt het moment naar welk artikel of boek je grijpt?

Ja, dat is echt zo van als ge dat aanvoelt, alléz, soms is het ook toeval hé, als ik dan in de bib

kom en ik kijk rond en begin wat te lezen en ik stap naar dat rek en dan denk ik van ‘ah ja’.

Ik zoek dan ook naar nieuwe boeken en ik pak die dan mee. Het is zelden dat ik gericht zoek

naar iets. Ik laat mij liever verrassen zo. Als ik nu echt met een grote problematiek zit, maar

die is hopelijk nu al wel weg, dan zoekt ge natuurlijk wel gericht naar iets, vind ik. Maar als

u kinderen goed functioneren, niet echt eigenlijk. Dan vind ik het leuker om mij te laten

verrassen. Zo van, nieuwe stromingen of nieuwe invalshoeken te vinden.

Hoe sta je tegenover andere dingen, bv tv-programma’s en info-avonden enzo?

Ik vind dat wel een aanvulling. Ik heb al heel veel leuke dingen gelezen en gedaan enzo,

alléz, aanvullende dingen. Ik heb vooral al veel informatie-avonden gedaan en ik vind dat

toch echt wel heel aanvullend gewoon op de literatuur. Ik vind het wel plezant om het eens

te horen, plus daar kan je dan ook vragen stellen hé. Ik probeer eigenlijk regelmatig zo’n

dingen mee te pakken. Hier in de lagere school heb ik dat wel gedaan, als daarbuiten, als ik

daarbuiten ook cursussen zie. Het staat niet echt op een ander niveau dan boeken vind ik.

Maakt het iets uit wie het boek of het artikel geschreven heeft?

Nee, ik vind dat niet belangrijk. Ik wil echt wel alles lezen. Want het allereerste, over emoties

bij kinderen, toen zat Jasper in het tweede, en dat was een dame en dat vond ik echt een heel

capabele, dat was een psychologe volgens mij, die had daarna ook een centrum en die bracht

dat heel goed en ik kende haar toen niet. Maar ik ben haar nergens meer tegen gekomen. Ik

ga ook niet zo gemakkelijk terug naar iemand. Ik heb dat wel een tijd gedaan met hetgeen

dat ik jou ook heb doorgegeven, maar daar ben ik nu ook mee gestopt. Dan wil ik zo weer

eens een andere invalshoek hebben. Iemand anders die iets anders brengt. Wat je toch wel

merkt, als je regelmatig iets van één persoon leest of er naar lezingen van gaat, dat je terug

komt op hetzelfde. Zij proberen het altijd vanuit een andere invalshoek te brengen,

bijvoorbeeld vanuit de voeding, of vanuit meditatie, maar uiteindelijk kwamen ze dikwijls

op hetzelfde terug vond ik. Ik vind het wel belangrijk kennis te maken met iemand anders

die er dan ook een andere blik op heeft. Nu, ik heb ook wel even het gevoel Sofie dat ik er

wel efkens genoeg van heb, dat ik verzadigd ben. Ik ben nu een beetje meer aan mezelf aan

het werken. (lacht) Ik heb op korte tijd nogal veel gedaan. En er liggen hier nog wel wat

boeken die ik nog eens kan vastpakken. Misschien vind ik daar wel een nieuwe input in. Nee

ja, gewoon te veel. Weet je na een tijd, en als het goed loopt in uw gezin, het gaat goed en je

Page 152: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

hebt geen andere verwachtingen, ja, dan ga je op dat spoor verder hé. Komt er dan weer iets

op uw weg, dan kan dat zijn dat je weer ergens iets moet gaan zoeken en dat je moet gaan

klaren bij uw eigen van ‘waaraan ligt dat’ enzo. En dan kan dat zijn dat je weer iets nodig

hebt hé en dan moet je wel gericht gaan zoeken vind ik naar informatie. Bijvoorbeeld, ik ben

nu maar aan het denken, als één van uw kinderen gepest wordt, wat is de grond daar dan

van en hoe ga je dat oplossen enzo. Dan ga je dat thuis ook ondersteunen en dan moet je echt

wel gaan zoeken hé. Maar ik vind van het moment dat het goed gaat dan… Maar ge blijft

ook wel wat lezen hé. Nu heb ik weer wat artikels uit den Bond gescheurd.

Ik ben er dus eigenlijk heel veel mee bezig. Het is niet zo van dat als ik er geen nood aan heb,

ik ook niks lees. Ik denk dat dat iets is vanuit mijn natuur. Ik heb daar ook altijd veel tijd

voor gepakt voor die dingen. Maar dat is ook iets dat mij interesseert, vanuit die basis is dat

voor mij evident, ik lees ook weinig romans. Ik lees liever een artikel of een stukske uit een

boek, maar ik lees weinig romans, ik ben geen echte lezer. Dat opvoedkundige interesseert

mij wel enorm en het is waarschijnlijk ook daarom dat ik terug de stap heb durven zetten

naar het onderwijs, want dat is na zoveel jaren toch niet evident. Om zo terug met kinderen

te werken hé. Die literatuur helpt dus ook wel in de opvoeding. Uw kinderen zijn er en dat

gaat allemaal goed en die groeien en groeien en dan hadden wij ook echt geen ondersteuning

nodig, daarbij bij sommige mensen kan dat vanaf de basis zijn dat dat heel moeilijk ligt hé, ik

denk dan aan die nanny toestanden op tv. Maar ja, dat had ik eigenlijk niet nodig. En dan

ergens komt dat dan toch op uw weg, want het loopt niet zo als dat ge dat in uw hoofd had

en dus, moet ge eigenlijk vind ik, als ge uw kinderen wilt verstaan op den dag van vandaag,

dan moet ge er echt mee bezig zijn. Dat is ook hetgeen dat er veranderd is hé, ik kan dat niet

zo opvoeden op dezelfde manier als mijn ouders zoveel jaren geleden. Ik wil dat ook niet zo

overdragen aan mijn kinderen. Ik vind dat die veel meer in de wereld moeten staan en veel

meer ermee begaan moeten zijn en daar dan ook over spreken met ons over alles en nog wat

hé. Dat is heel sterk veranderd. Ik hoop dat ik dat dan al heel goed heb meegegeven met mijn

kinderen, maar dat zullen we later wel horen hé.

Moet de auteur bijvoorbeeld iemand zijn die gestudeerd heeft?

Ik vind het wel belangrijk dat het zeer gegrond is, dus euhm, ik zou niet direct zeggen dat

het een uitgesproken verschil uitmaakt, maar ik vind wel, het geeft voor mij meer diepte als

er iemand voor gestudeerd heeft en met die materie heel sterk gewerkt heeft en er inzichten

over gekregen heeft hé, op één of andere manier vanuit de praktijk. Dan vind ik dat veel

gegronder dan iemand die het alleen vanuit de praktijk heeft. Nu, die heeft absoluut haar

waarheid ook in petto ze, ik geloof daar ook wel in dat zo iemand degelijk wel wat kan

brengen vanuit de ervaring, maar ik vind het toch wel interessanter als ik nog ietske meer

weet. Wat ik altijd zo moeilijk vind, wij als ouders kennen eigenlijk veel te weinig de stappen

van de ontwikkeling van een kind tot volwassene hé. Wat gebeurt er op welk moment,

bijvoorbeeld de verandering van het abstractievermogen enzo. In ons regentaat hebben wij

daar niks van gehad en dus veel ouders weten daar ook niks van. Ik vind het wel belangrijk

Page 153: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

om de groei te koppelen aan de eigen ontwikkeling. Ik zou niet direct zo uitgesproken

zeggen van ‘ja, ik vind dat je moet gestudeerd hebben of een bepaalde achtergrond of een

diploma om mij de superwaarheid te brengen’. Want ja, als dat ook mensen zijn die helemaal

niet in het vak staan hé, en die niks hebben vanuit de praktijk, dan zit ge ook boven uw petje

te praten hé. En dan heeft dat ook niks voeling met wat er in het dagelijks leven gebeurt hé.

Het is echt een beetje wikken en wegen. Als ik nu naar Dirk kijk, die zit een hele dag op een

bureau en die komt thuis, die heeft eigenlijk, om het cru te zeggen, geen voeling met andere

mensen hé. Dat is eigenlijk geen relatie opbouwen hé. In een huis, met verschillende partijen,

is dat een hele andere band hé.

Heb je een soort van algemeen gevoel bij literatuur over opvoeding?

Ik heb wel het gevoel dat ik de juiste kanalen vind. Ik bedoel, anders zou ik al wel gewisseld

zijn. Het is niet zo dat ik nu gericht iets zoek. Alléz, er is nu heel veel op de markt hé. Dat is

wel heel duidelijk. Ge moet wel een selectie maken. Ook qua wat goed is en wat minder

goed is. En die selectie maken vind ik niet altijd zo gemakkelijk. Daarmee heb ik ook eens

graag tips vanuit den Bond hé. Zo heb ik inderdaad ooit eens een boek gekocht voor Dirk, nu

denk ik eraan. Van een man die heel verschillend is van een vrouw. En dat staat daar nog

altijd. (lacht) Ik heb dat nog nooit doorgelezen. Maar ik heb ooit zo eens boek van de bib

geleend over het verschil tussen jongens en meisjes en hoe dat zij met relaties omgaan enzo.

In de puberteit blijkt dat jongens graag een vertrouwenspersoon zoeken en meisjes die

hebben meer aan mekaar. Uit den Bond haal ik wel eens meer tips zo over boeken. En dan

ook via mensen, maar niet zo super veel. En dan soms vanuit een cursus. Maar amai, er is

zeker voldoende beschikbaar. Die jaren vooraleer ik kinderen had, heb ik daar ook eerlijk

gezegd wel niks rond gelezen, want dan ben je daar echt niet mee bezig, tenzij naar je vak

toe. Dus euh, ik ben daar toen eigenlijk absoluut niet mee bezig geweest. Nu, van het

moment dat ik aan kinderen begon, ben ik daar echt ingevlogen. Maar euh, ik vind dat

aanbod enorm groot. Ook al hetgeen dat vanuit de tv gebracht wordt hé. Dat vind ik wel een

beetje overroepen allemaal ze. Dat is echt de media hé. Dat blaadje van den Bond vind ik

eigenlijk ook absoluut niet commercieel. Daar wordt echt heel vrijblijvend dat gebracht. Een

tijdschrift ja, dat ligt hier niet, dus dat lees ik alleen zo eens bij de kapper ofzo. Maar dat vind

ik dan zo, tja, daar heb ik niet genoeg aan. Dan lees ik zo’n artikeltje en meestal heb ik daar

dan ergens anders al over gelezen. Dat is dikwijls ook te kort enzo. Maar dat vind ik dus bij

dat van den Bond niet hé, ik vind dat absoluut niet commercieel. Botsing is iets speelser

opgevat, dat ander is echt wel met een serieuze diepgang. Dikwijls heel knappe artikels die u

aanzetten tot iets anders. Ik ken eigenlijk niks anders zo om te vergelijken. Zo’n artikeltjes

kan je trouwens tegenwoordig ook overal vinden hé. Dat is ook het voordeel eraan. Mensen

die iets minder in de diepte willen gaan, kunnen dat altijd snel eens lezen. En mensen die er

meer over willen weten, ja, die zoeken het gewoon zelf hé.

Page 154: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

Categorie ‘vrouwen met een laag opleidingsniveau’

VROUW 1

Zijn er zo dingen rond opvoeding die je al eens gelezen hebt?

Euh, al hetgeen ik aankrijg zoals de boekskes van den Bond en euhm, Klasse en Yeti. Dat

lezen we altijd wel eens en af en toe ook een tip eruit. En als ik naar de bibliotheek gaan, dan

is het zo specifieke problemen hé. Gelijk als in den tijd dan dachten we dat onze Niels NLD

had, dat ga je daar achter op zoek en dan blijkt dat hij dat dus niet heeft. (lacht) Maar alléz, ge

gaat daar dus achter op zoek om uit te sluiten en alléz, ge kunt dat uitproberen, maar om nu

echt te zeggen dat ik hier zware literatuur ga lezen, moedergevoel doet meer hé, alléz, dat

denk ik dan toch. Ja, voor de rest hebben wij niks. Botsing wel nog. In den tijd, een jaar of

twee, hebben we ook zo’n boekske gekregen, we zijn daar wel nooit niet op ingeschreven,

maar we kregen dat gewoon, dat was om de drie maand, een blaadje over ‘wat met pubers’

en de fasen van een kleuter enzo, dat heb ik ook wel gelezen, maar… En die boekskes

‘ouders van nu’ had ik met de geboorte van ons Nele en Lotte, ik had daar een abonnement

op gekregen en dan heb ik dat wel gelezen, maar nu niet voor te zeggen dat ik er ik weet niet

wat heb uitgehaald.

Maar je leest het wel.

Af en toe denk je van ‘aja, dat zou misschien wel of ik kan dat eens proberen’, maar

uitproberen hé. En dat lukt dan of dat lukt niet. Meestal lukt het niet, maar ja, gewoon doen.

Ge kunt er ergens een stukske uithalen, gelijk bij onze Niels was dat dan een

beloningssysteem, van ‘hoe kunnen we hem belonen’ en dus altijd wel z’n positieve kanten

naar boven halen in plaats van zijn negatieve kanten en op dat punt kunt ge wel eens iets

ophalen, maar… Potjes plassen, dat was ook zo iets dat ik ergens had gelezen, dat je er met

een leesboekje bij moet blijven zitten, maar dan blijven die nog niet zitten ze. Maar als je dan

zei dat als ze pipi hadden gedaan ze een snoepje mochten kiezen, dan lukte dat wel. Of dat

dat nu uit een boekje kwam, dat weet ik niet ze. Die specifieke problemen ga ik opzoeken in

de bib, maar voor de rest niks.

Lees je dat dan omdat je je daarin interesseert?

Ge leest dat dan wel van ‘misschien is er iets nieuws onder de zon waarvan ik helemaal nog

niet van op de hoogte ben’, maar ik zal zeggen gelijk als in Klasse, daar haal je dikwijls wel

een tip uit voor in de klas, alléz dat ge die leerkracht kunt vertellen, daar kunt aanbrengen.

Gelijk bij onze Niels in de tijd dat ze zeggen van ‘amai Niels, dat heb je goed gedaan , 6 juiste

oefeningen’ in plaats van ‘ah Niels, dat zijn er hier 14 fout hé’, alléz, kwestie van faalangst

vind ik wel dat je iets uit Klasse kunt halen. Tegenwoordig is dat toch heel hard bekend,

terwijl dat er waarschijnlijk wel meer kinderen aan lijden dan dat je beseft hé. En daar heb ik

toch wel wat aan. In den tijd als ik bij onze Niels inclusie deed, kreeg ik de Klasse voor

Page 155: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

leerkrachten en dan zie je dat dat verschil van artikels toch heel groot is ze. In die Klasse van

leerkrachten stonden ook tips in, maar dan had ik zo iets van dat er eigenlijk zo overal de

noot onder stond van ‘ge zijt goed bezig en het zijn wij die het recht in handen hebben’ en

dan moest ik toch wel eens lachen. Die van ouders die was opener vind ik, zo voor meer volk

slikbaar. En ik denk ook zo, kwestie van autochtonen (Bie bedoelt wel allochtonen denk ik) enzo,

dat is niet moeilijk geschreven, dat is volgbaar, dus die kunnen daar ook wel iets aan hebben.

Die Klasse van leerkrachten vond ik eigenlijk geen juist blaadje. Ja, ik zeg, ge haalt er altijd

wel een tip uit die je dan eens probeert, en den ene lukt en den andere lukt niet hé.

En wanneer lees je dat?

Euhm, ’s avonds. Of als ik zo de nacht heb gehad en ik word ’s morgens of ’s middags

wakker in het weekend, dan durf ik dat wel bij mijn bokes te lezen. Maar dan moet je daar

eigenlijk echt wel je tijd voor pakken, want als je dat niet doet, dan verdwijnt dat bij het oud

papier hé. Dus ik liet dat echt wel opzij leggen. Want ik denk dat als je dat niet direct uit die

boekentas haalt, hier dan toch, dan verdwijnt dat. Eigenlijk vind ik het ook wel belachelijk

dat ieder kind een Klasse krijgt, want zo hadden wij in den tijd hier vijf Klasses op tafel

liggen, alléz, kwestie van milieu toch. Ik moet hem altijd wel opzij leggen om hem te kunnen

lezen en het kan dikwijls zijn dat die hier dan wel al eerst twee weken ligt ze.

Zijn er bepaalde thema’s die u meer aanspreken dan andere?

Euhm, verkeer natuurlijk hé. En dan zo de problematiek van bepaalde kinderen, ik zal nu

maar zeggen dyslexie. Blijkbaar is hij (Niels) al overal getest en mankeert hij niks, maar

blijkbaar vinden ze dan wel in ’t school dat hij niet meekan. En in Klasse lees je dan de

reactie van ouders en ook die van leerkrachten en dat maakt het wel boeiend. Ik lees dat

eigenlijk helemaal, maar het ene met meer interesse dan het andere hé. Of in den tijd met

onze Niels ging ik ook wel eens kijken op het internet. Maar ik zal nu niet zeggen dat alles

heb gelezen. Maar ja, hetgeen dat u interesseert, maar dat hebt ge met alles hé, als ge de Flair

leest ook hé.

Lees je soms ook zaken over opvoeding in gewone weekbladen ofzo?

Ja, als ik dat tegenkom, lees ik dat meestal. Alléz, als ik nu toevallig de Flair in mijn handen

heb, of ik zit bij de dokter in de wachtzaal in een boekske te bladeren, dat is dan wel het

eerste dat ik lees. Of als ik nu bijvoorbeeld hoor of zie dat er bijvoorbeeld in de Libelle van

volgende week ik weet niet wat komt te staan over faalangst of over, dan kan dat wel zijn dat

ik die daar speciaal voor koop.

En in de krant?

Wij hebben alleen maar de weekendkrant. Dus, en als daar iets instaat, dan lees ik dat wel.

Maar nu om te zeggen van… Als er nu bijvoorbeeld een speciale bijlage is, zo is dat eens

geweest in het Laatste Nieuws over dyscalculie enzo, toen heb ik wel een hele week het

Laatste Nieuws gekocht, maar anders niet. Als het mij echt aanbelangt of interesseert of ik

kan het gebruiken, dan haal ik dat.

Page 156: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

Vind je dat er een verschil is tussen het soort tijdschrift, bijvoorbeeld Klasse en Libelle?

Euhm, ja, er is wel een verschil hé. Dat boekje van den Bond, rond bepaalde leeftijden, dat is

altijd wel een beetje vanuit het standpunt van ouders geschreven, terwijl, ik zeg het, die

Klasse voor leerkrachten puur uit het standpunt van leerkrachten is geschreven. En in de

Libelle, daar krijg je gewoonlijk een situatie en dan krijg je de uitleg van een pedagogisch

verantwoorde persoon zo en dat verschil is wel groot vind ik. Als je dan zo in den Bond las,

was dat zo de bevindingen van die ouders en de psycholoog of de huisarts zegt daar nog een

woordje over, terwijl in de Libelle krijg je een situatie en dan gaat daar een psycholoog heel

zijn visie over geven wat er dan is, dus daar zit wel een verschil in. En in de krant is dat ook

zo wel meer specialistenwerk dan.

En wat vind jij persoonlijk het aangenaamste om te lezen?

De situatie die de ouders of zelfs kinderen zelf schrijven en waar dan den uitleg van een

verantwoord persoon bijstaat over de voorgeschiedenis en erna enzo. Daar heb je toch meer

aan vind ik.

Vind je eigenlijk dat als je zoiets leest dat dat u ondersteunt?

Ja, als dat ja. Bij den ene ondersteunt u dat wel en bij den andere niet hé. Allézja, dat hebt ge

met een dokter ook hé. Den ene dokter zegt bijvoorbeeld ‘het is maar een wrat’ en den

andere zegt ‘mm, dat is toch geen wrat ze’, bij den tweede gaat ge uw eigen beter voelen dan

bij den eerste omdat die wrat niet weg wilt gaan hé. Zo is dat zo hé. Als ze een beetje

meegaan in uw gedachtegang of ze willen uw gedachtegang verstaan, dan haal je daar ook

meer uit en dan staat ge daar ook veel opener voor, denk ik dan. Mijn mening hé, maar dat

kan ook verkeerd zijn, alhoewel ik toch al vijf kinderen heb grootgebracht hé. (lacht)

Heb je op voorhand verwachtingen als je iets vastpakt voor te lezen?

Euhm, als ik dat zelf ben gaan opzoeken, in de bib ofzo of gelijk in den tijd dat ons Lotte een

spreekbeurt deed over kanker en dan zijn we naar het kankerfonds gegaan en dan verwacht

ge daar wel de juiste en een duidelijke uitleg van die iedereen verstaat. En als dat dan over

bepaalde onderwerpen is die je zelf gaat opzoeken dan heb je daar wel een aantal

verwachtingen naartoe, als je dat gaat halen, dan hoop je dat die verwachtingen worden

ingelost, maar euhm. Maar gewoon in Klasse niet echt, ge eet dat op hé. Ik heb zoiets van dat

je datgene dat je interessant vindt eruit haalt, maar zo naar Klasse toe, als daarvoor iets

speciaals moet gaan opzoeken of kopen, dan heb ik daar verwachtingen bij, maar voor de

rest niet.

En heb je daar dan goede ervaringen mee?

Euhm, dat slaagt soms tegen, maar ik heb zoiets van… Op het werk in den tijd deed ik

stervensbegeleiding en ik heb daar dan een paar boeken over gaan halen en dan leest ge die

en dan heb ik zoiets van ‘ja, dat is het niet’. En dan heb ik eens iemand gehoord die dat dat

echt wel deed, zo stervensbegeleiding, en die raadde dan een bepaalde boek aan, en dan heb

je waarschijnlijk nog meer verwachtingen, maar die willigde dat dan ook wel in. Dus ik denk

dat zo boeken en artikels die worden aangeraden, daar heb je nog meer verwachtingen bij,

Page 157: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

maar dat wordt dan wel rapper ingewilligd dan dat je zo een boek in de bib gaat halen en ge

verwacht er dan wat van, maar eigenlijk kan je je keuze dikwijls ook niet juist genoeg maken

om te weten welk boek je moet meepakken. Dat is moeilijk hé.

Is er dan misschien te veel aanbod?

Over bepaalde onderwerpen is er veel te veel. Euhm, de bekende hé, den laatste tijd, ADHD,

is er heel veel te zien, maar iedereen heeft dat nu hé. Terwijl dat eigenlijk gaat over het feit

dat uw hersenen de juiste stoffen niet aanmaken en dan neem je rilatine opdat dat wel

gebeurt. Maar als uw hersenen die stoffen wel aanmaken en je pakt rilatine, dan doet dat nul

de ballen. Er is dus heel veel over en ook niet juist vind ik. Als uw kind niet kan stilzitten aan

tafel, dan kunt ge al denken aan ADHD, alstublieft! Als gij als ouder niet zegt dat die stil

moeten zitten als ze nog heel klein zijn, dan gaan ze dat zeker niet doen als ze al 10 jaar zijn.

Daar heb ik het heel moeilijk mee, dat is hetzelfde als autisme, daar heb ik het tegenwoordig

ook heel moeilijk mee. Iedereen heeft autisme hé. Terwijl, alléz, ik zeg niet, het probleem is

bekender en je hebt daar heel veel vormen in, maar ik zeg nog altijd en ik blijf daarbij, als ne

Younes (een meervoudig gehandicapt kindje dat in de plaatselijke scouts zit) hier een maand moet

meedraaien, in ons gezin, dan kan die veel meer. Allézja, ik wil zeggen, thuis gaat die niet

alleen slapen bijvoorbeeld. (uitweiding over Younes, niet relevant voor mijn scriptie) En ik vrees

en ik denk dat daar bij heel veel ouders de fout zit. Ge komt ’s avonds thuis om 6u, want ge

zijt alletwee gaan werken, uiteindelijk moeten die al om half 8 naar bed en dan moet ge

ondertussen nog eten maken, helpen met huiswerk, naar hot en her. En dan heb je geen tijd

meer voor u kinderen hé. Ik denk dat daar heel veel fout zit van al die kinderen die autisme

hebben en ADHD en daar heb ik het wel moeilijk mee. Onze Niels mankeert officieel niks en

voor hem mocht er op school niks aangepast worden en bij Younes was het zogezegd alleen

maar autisme en Younes mocht alles aangepast hebben, terwijl dat onze Niels veel meer

moeite deed. Ik zeg niet dat hij geen autisme heeft, zeker niet, maar het is bij Younes niet

alleen autisme, het is ook zijn mentale achterstand en alles wordt daar op dat autisme

gestoken. Vroeger heb ik ook nog vrijwilligerswerk gedaan met een zware autist en dat was

toch wel wat anders. Toen vond ge alleen maar literatuur over de therapie van Kaufman. Dat

was al wat ge vond over autisme, voor de rest was er niks en tegenwoordig in de bibliotheek

bij de letter ‘a’ heb je dus twee rekken vol hé. Het is wel goed dat er meer over bestaat, maar

dan denk ik dat als ge te horen hebt dat uw kind autisme heeft en ge weet daar niks van,

gaat dan maar eens in die twee rijen boeken zoeken hé. Dat is verschrikkelijk moeilijk hé. Er

zijn veel soorten autisme hé. Op zo’n punt is er een veel te groot aanbod en dat heb je ook bij

dyslexie, maar dan ga je zien achter dysorthografie, ons Lotte heeft dat en vrij zwaar, en daar

vind je niks over. Die dingen die echt bekend zijn en waar tegenwoordig precies iedereen

aan lijd, daar vind je veel over, maar als, hé met onze Niels NLD bijvoorbeeld, daar hebben

we dan twee boeken over gevonden en dat was het dan hé. Er is een overaanbod gelijk dat

de gemeenschap het wilt maken hé.

Page 158: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

En heeft dat met de media te maken?

Ik denk het wel. Iedereen verstaat die woorden tegenwoordig hé, zoals ADHD. Vroeger was

dat de minderheid. Maar als een juffrouw in ’t school 5 doosjes rilatine op haar bureau heeft

staan, is dat geen uitzondering hé. Een kind mag ook geen kind meer zijn hé. Dat is mijn

probleem zo van, iedereen denkt dat ze hier veel mogen, maar nee, ze mogen hier niet

zoveel, maar datgene dat hier kan, blijft wel onder controle. Voor heel veel mensen is een

kind een uitpakobject geworden hé. Tegenwoordig aan al die kinderen mankeert wel iets,

ook al is het door anderen niet te zien. Ik weet dat als ik op school ben als leesmoeder, dat de

juffrouw zei van ‘met die jongen is geen land te bezeilen’ en ik gaan daar mee lezen en bij mij

volgt die, ik merk daar niet zoveel van, maar ze moeten van mij wel opletten en volgen, ze

hebben dan ook geen beurt om te lezen, ik pik die er willekeurig uit. En ocharme, dat kind

staat altijd in het straf. Ik versta dat dat niet gemakkelijk is in groep, maar laat dan toch ook

die z’n goeie kanten naar boven komen. Hij spreekt Frans, laat die dan bijvoorbeeld elke dag

de andere kinderen een woordje Frans leren, want voor de rest moet hij altijd onder doen.

Dan denk ik van, daar zit het dan fout hé.

Zijn dat dan tips die je terug vindt in boeken of artikels?

Euhm, ja, awel, euhm, dat zijn wel tips, dat haal je wel ergens vandaan, misschien niet

specifiek die tip, maar wel iets waar je dan op voort bouwt. Daarvoor werkt dat niet op uw

kind, maar ge kunt die tips wel veranderen in een richting die wel voor u kind werkt, denk

ik. Maar ik kan helemaal fout zijn hé Sofie. Dan staat dat fout in uw thesis. (we lachen allebei)

Literatuur kan veel doen, maar kan u ook totaal op het verkeerde spoor zetten. In de zin van,

iemand leest een boek over autisme en observeert z’n kind dan en denkt dan misschien

onterecht dat z’n kind autistisch is, net omdat hij er zich zo op fixeert. Dat je dus problemen

ziet omdat je er te veel over leest. Ge kunt dat wel denken, maar daarom ben je het nog niet

hé. Uiteindelijk denk ik dat ouderlijk verstand ook nog veel doet, een beetje objectief dan en

dat je dan heel veel dingen kunt uitsluiten, het juiste er uit halen. Ik denk dat je dat als ouder

nog altijd veel beter doet dan als gespecialiseerde dokters enzo, want je kent uw kind wel

gelijk dat dat altijd is en niet gelijk dat dat reageert dat half uurtje. En ik denk dat als je dan

objectief blijft, dat je ook veel meer uit die literatuur kunt halen.

En is het dan voor u belangrijk wie dat het artikel schrijft?

Nee, dat niet. Want dat kan evengoed een ouder zijn als dat dat een neuropsychiater of een

psychiater is. Dat maakt eigenlijk niet uit. En het is dikwijls uit de ouders hun bevindingen

dat je meer haalt dan dat er zo één of andere psychiater u zegt wat dat er met uw kind aan de

hand is. Maar ge hebt daar dikwijls wel bevestiging van nodig.

Vind je zo vaktermen en al storend?

Mm, voor mij zijn die niet echt storend, maar ik denk voor laaggeschoolderen of

buitenlandse ouders dat dat heel moeilijk is. Ik zeg tegen den dokter bijvoorbeeld ook

dikwijls van ‘en nu in het Nederlands’, ik vind van, ze mogen van mij gerust vaktermen

gebruiken en ik vind dat niet echt storend, maar een klein beetje uitleg tussen haakjes

Page 159: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

erachter kan geen kwaad hé. Ge moogt u artikel bijvoorbeeld ook niet opsluiten hé voor drie

vierde van de bevolking. Dat kan niet de bedoeling zijn van een artikel hé. Dus als het

leesbaar moet zijn voor iedereen, mag uwe vakterm daar wel in staan, maar moet ge dat

zeker ook verklaren.

Vind je het goed dat dat bestaat die blaadjes van den Bond enzo?

Ja, dat vind ik wel. Want ik denk als ge als niet zo zekere ouder, dat ge daar inderdaad wel

veel uit kunt halen. Ik weet een collega van mij die had een zware postnatale depressie en

euh die verslond al die boekskes om toch maar de bevestiging te vinden. Dus ik denk dat die

artikels en boekskes wel nodig zijn voor mensen die niet echt standvastig zijn. Alléz, ons

Lotte was altijd een blèter, die zweeg geen uur achtereen en gelukkig ben ik standvastig,

maar als ge dat niet zijt, dan beland ge in een depressie hé. Maar nu is ze een heel brave ze.

(lacht) Maar ik denk dus echt wel dat zo’n artikels nodig zijn. Dat je op sommige punten echt

bevestiging krijgt.

Denk je dat dat de belangrijkste boodschap is van die blaadjes, dus bevestiging en steun

geven aan de ouders?

Ik denk dat wel. Ik denk zo van die gewone tijdschriften daarbij zeker wel. En diegene die ze

u dan toesturen gelijk zo Klasse dat ze daar misschien iets meer opvoedkundig in gaan. Maar

dat is er zeker om te bevestigen en ook iedere ouder voelt z’n eigen kind het beste aan. Bij

een ander kind is dat toch anders, die kunnen toch anders reageren dan ge zou denken. Dat

merkt ge ook bij het geven van verjaardagsfeestjes bijvoorbeeld, dat is echt moeilijk

tegenwoordig. Zeker als ik zo dat verschil bekijk tussen ons Nele vroeger en ons Stien nu.

(even praten over verjaardagsfeestjes, over vroeger en nu, ik vertel ook mijn ervaringen, maar niet

relevant voor mijn scriptie)

Spreek je soms met andere mensen over hetgeen je gelezen hebt?

Ja. In den tijd dan vooral aan de schoolpoort en dan ook zeker met mensen waarvan dat ge

wist dat het niet zo goed ging, zo met de moeder van Lien van Colen bijvoorbeeld. Die Anke

zegt ook altijd tegen mij van ‘oh, ik heb al zo dikwijls aan de Niels gedacht’, want die Lien is

ook wat trager. En dan toch ook wel zo van als ge een artikel hebt gelezen en ik denk dat dat

dan interessant is voor ik weet niet wie en dat ik dat dan bijvoorbeeld daarnaar doormail.

Dat wel.

En hier thuis?

Euhm, met Bob gebeurt ook wel eens of ook wel eens met de kinderen. Ons Lotte heeft zich

zo wel eens een paar keer gesneden en ze wist goed dat ze daar fout mee was en we zaten

dan eens samen aan tafel en dan hebben we samen een boekske gelezen dat daar betrekking

op had en achteraf heeft ze me ook een mail gestuurd en ik heb dan terug gestuurd en nu is

dat allemaal opgelost. Maar Bob heeft zo iets van ‘ik moet het niet weten’. Alléz, als het nu

echt fout zit, dan is hij echt wel van z’n melk en is hij er ook mee bezig. Maar Bob heeft zo

iets van al hetgeen dat niet goed is, moeten we maar ver wegduwen. Hij heeft het er ook zo

kwaad mee als iemand anders een oordeel velt over zijn kinderen…

Page 160: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

VROUW 2

Wat is je gezinssamenstelling?

Mijn oudste dochter is 19, studeert tweede jaar rechten, ze is een heel perfectionistische, maar

ze heeft de neiging om na haar eten naar het toilet te gaan en over te geven. Omdat die zo

perfectionistisch is en dat is niet simpel. Den tweede zoon is 15 en heeft een autistische

spectrum stoornis, hij gaat wel naar het gewoon onderwijs, maar dat geeft wel heel veel

problemen. Den derde is ook een zoon, die is er 13 en die heeft ook een autistische spectrum

stoornis, dat geeft ook problemen, maar motorisch is hij beter tegenover die van 15. En dan

de jongste heeft dyspraxie, die wordt nu in januari 12 en ja, dat is ook uitkijken hé, want die

hare dyspraxie zit in het verwisselen van begrippen, de klinkers omdraaien, in taalgebruik

komt dat eigenlijk heel veel voor. Of wanneer er stress opstaat, zie je die fouten veel meer.

Daarover lees je dan vooral?

Ja, dat zijn eigenlijk de dingen die ik lees en hoe moet ik daarmee omgaan. Dus uiteindelijk

het programma de Nanny hé, dus euh, daar kan ik wel punten in herkennen. Wij hebben

vroeger ook wel thuisbegeleiding gekregen, maar dat is ook maar voor een aantal jaren. Dus

dat is nu drie jaar hier geweest en dan krijgt ge bij wijze van spreken de basispunten, hoe dat

ge op de kinderen moet reageren, hé want, ik zal nu maar zeggen het slaapritueel, ieder kind

protesteert, zowel een kind dat niks mankeert als een kind dat wel iets mankeert. Maar met

die ene van 13 is dat elke avond hetzelfde, dus die moet dat altijd kunnen verlengen en

dergelijke hé. En hoe moet ge daar dan tegen optreden? Ja, gaat ge daar heel brutaal tegenin,

dan klapt die dicht. Ze kunnen het bloed onder uw nagels uithalen dat het haar op uw hoofd

recht komt te staan ze. En dat vind ik dan wel heel goed, heel veel artikels van kinderen met

ADHD, met dyslexie, dyspraxie, noem maar op en die artikelen, ik vind dat heel goed dat

die meer en meer eigenlijk aan bod komen zo in tijdschriften over dat er ook boeken van zijn,

ik heb daar boeken van, dat is ook de opvoeding hé, hoe ga je daarmee om, hoe voed je die

op hé.

Welke boeken zijn dat dan?

Voornamelijk zo ‘alleen op een eiland’ noemt dat dan, want kinderen met autisme die sluiten

zich voor een groot gedeelte ook af van de maatschappij eigenlijk hé, die leven eigenlijk

alleen in hun eigen wereldje. En dan lees je daar, want dat is door een vader geschreven en

die doet dan zijn ervaringen, dat is dus één boek, over het algemeen is dat door mensen die

met zo’n kinderen te maken hebben die dat daar tips over geven en ook heel veel ouders die

dat zeggen ‘ik ga mijn ervaring eens neerpennen’ en dat in een boek publiceren en

uiteindelijk is dat dan wel heel handig voor ons hé. Ge hebt ook de zolder en daar heb je zo

om de twee of drie maanden eens een gesprek met andere ouders en hun ervaringen

daarmee. Want ik heb, als je zoiets hoort, dan eigenlijk, dat is een klap in uw gezicht, ik ga

dat eerlijk zeggen, ik zat ’s nachts naast die zijn bed te schreeuwen hé, waarom waarom,

maar dan moet je uw eigen zelf de vraag stellen ‘wat moet ik nu gaan doen’, ja, je zit ermee,

Page 161: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

je moet ermee voort, aanvaardt het en als je het zelf aanvaardt dan kan je ook helpen. En er

zijn heel veel ouders die dat nog niet kunnen, het aanvaarden van het probleem met hun

kind. Dus euh, een kind opvoeden is nooit niet gemakkelijk, draait of keert het gelijk ge wilt,

ge moet dat in goede banen leiden en uiteindelijk maken de kinderen de ouders en dat is

werkelijk zo, dat vind ik toch wel.

Welke tijdschriften rond opvoeding lees je wel eens?

Als er nu in de Flair iets staat over moeilijk opvoedbare kinderen zal ik nu maar zeggen,

ieder kind heeft z’n eigen karakter, dan lees ik dat. En als er iets in een tijdschrift staat dan

koop ik dat en dan lees ik dat. Dat maakt niet uit welk tijdschrift voor mij, het gaat er dan

gewoon over dat ik dat wil lezen. Meestal belangt dat wel de problematiek van mijn

kinderen aan. Dat slaapritueel bijvoorbeeld dat gaat bij andere kinderen ook wel gebeuren,

maar bij ons gebeurt dat meermaals, bij den andere zegt ge als eens van ‘ik geef hem een

klets op zijn poep en dat is gedaan’, maar bij ons kinderen is dat eigenlijk minder hé. Die

slagen tilt en die weten niet meer wat ze verkeerd gedaan hebben, dus ge moet die uitleg wel

geven. Bij de kleinste is dat nu wel anders hé, want die heeft maar gewoon dyspraxie, maar

daar heb ik vorige week, en ja, die is ook aan het puberen hé, die zit in de puberteit, en die

had ook iets gedaan, die had eigenlijk nogal een brutaal antwoord gegeven tegen mij, ik had

ze van school gaan halen en toen heb ik gezegd van ‘nu is het genoeg geweest en ik wil u

niet meer horen, want zo antwoordt ge niet tegen de mama, ga maar efkens naar boven naar

u kamer’. En dan na tien minuten is die naar beneden komen en ze zette haar eigen in de

living gewoon op de tafel en ze begon te wenen en ze zei ‘mama, mama, sorry van wat ik

daarjuist heb gedaan’, en ik zeg ‘ja meisje, ge moet eens leren nadenken wat dat ge doet, ge

flapt er ook alles uit’ en dan zei ze dat ze zich niet goed voelde omdat wij altijd maar bezig

zijn dat ze naar de tekenacademie moet, maar dat ze dat niet wilt. En dan heb ik ook gezegd

dat als ze dat echt niet wilt, dat ze dat niet moet, maar dat ze wel goed kan tekenen en dat ze

daar dan later misschien haar beroep van kan maken. Dat is mijn ervaring van vroeger, ik

moest nog leren wat mijn ouders zeiden en dat is ook niet goed gekomen. Het luisteren naar

uw eigen kinderen, dat vind ik ook heel belangrijk.

Is dat dan iets dat je leert uit die artikels?

Ja, dat is wel met zo uit een artikel te lezen en dan veel via die thuisbegeleiding. Ge moet ook

weten wat er in een kind omgaat. Mijn jongste kan bijvoorbeeld heel goed tekenen en ze had

overlaatst een slapende baby getekend, zo helemaal uit haar hoofd en wij zeiden van ‘amai,

dat is knap gedaan, ge moet naar de tekenschool’ en dan hebben wij bezoek of zo en die

zeggen ook dat dat goed is. En die voelt dat precies als een last dat wij haar echt zo willen

opdringen van naar de tekenschool te gaan en dan ja, dan zit ze daar wel een beetje mee in

de knoop en dan zeg ik wel ‘als er iets is, moet je het zeggen en dan kunnen we helpen, maar

als jij niks zegt weten wij ook niks’ en zo is die oudste latijnse eerst gaan doen, die zit heel

graag in de boeken. Zij vond dat toch wel goed dat we haar daar wat in gestimuleerd

Page 162: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

hebben. Want soms moet je als ouder beslissingen nemen, maar je moet ook voor een stuk

luisteren naar je kind en zien dat je je kind kent.

Heb je op voorhand verwachtingen als je iets begint te lezen?

Mm, nee, eigenlijk zo niet, want uiteindelijk is elk kind anders en ook elk huishouden. Zo zal

ik het zeggen. Ik heb hier zes honden rondlopen dus… Ge weet ook niet, vandaag komt u

kind goedgezind naar huis van ’t school, morgen is die slechtgezind. Ja, dus, het gaat er ook

over welke ervaringen, welke tips ik heel belangrijk vind. Daar ben ik ook realistisch in, ik

wil die boek of dat artikel lezen en zien dat je jezelf er een beetje in herkent. Uiteindelijk als

uw kinderen problemen hebben, is het vechten, dat ga ik u eerlijk zeggen, ze komen u niet

zeggen waar ge recht op hebt, ge gaat van hier naar ginder. Ge moet er toch zelf voor gaan.

En dan lees je eens sommige artikels. Ik ga u nu eens een klein voorbeeld geven: alle mensen

die dat hebben, die zeggen identiek hetzelfde, als je een probleemkind hebt en je wilt die

laten testen, moet je naar bepaalde instanties of specialisten of centra’s, dus dat is eigenlijk

een hele dag dat die getest worden, maar dat wordt verdeeld over twee halve, want anders is

dat te zwaar. Dan moet ge nog eens teruggaan voor een gesprek. Dus ge moet daar eigenlijk

drie halve dagen gaan zitten vooraleer dat ge weet wat er is. Dus dan leggen die dat u uit en

dan, die raden dan ook de thuisbegeleiding aan en ge kunt vragen stellen en die geven ook

wel wat tips mee, maar zo een kind met autisme of dyspraxie of het maakt niet uit, die

hebben ook rechten op verhoogde kinderbijslag, maar dat moet ge wel op controle gaan bij

de gewonen huisarts. Dat is dan een gewone huisarts dat uw kind efkens onderzoekt en dan

stel ik mezelf de vraag, wij moeten naar professors en specialisten lopen voor een bepaalde

diagnose te hebben, als ik naar mijn huisarts ga, dan zegt die dat die daar niet in

gespecialiseerd is, begrijpt ge wat ik bedoel? Wij moeten naar instanties lopen en voor het

ministerie moet dat maar een gewone huisarts zijn en die is daar niet voor gespecialiseerd.

Dat is een muur waar je tegen aan het vechten bent. Het is toch logisch dat je je de vraag stelt

of je autisme bijvoorbeeld kan genezen, maar nee, dat heeft met de hersenen te maken. En

dan maak je je eigen zo kwaad en zeker zo’n artikels dat interesseert mij heel hard.

Uiteindelijk ge zijt ergens op zoek naar hulp en begrip eigenlijk ergens.

Wat heb je persoonlijk dan aan die artikels?

Dat je er niet alleen voor staat, steun, dat je beseft dat je niet alleen bent. In sommige situaties

herken je jezelf echt. En dat is dan wel plezant dat je er eens met een vriendin over kunt

vertellen. Ook met gewoon simpel dingen, over wat een normaal kind eigenlijk doet hé. En

ik heb er nu vier, maar het zijn vier verschillende ze. Elk kind heeft zijn eigen karakter en ge

moet zo ook anders aanpakken en ge kunt ze ook niet alle vier echt gelijk bedelen. Gelijk

gisterenavond ben ik eerst gaan sporten en dan ben ik thuis gekomen en dan eerst Janice, de

jongste, haar uitleg gedaan, de oudste, die kwam dan ook iets vertellen en dan kwam den

andere en dan komen ze zo allemaal om de beurt eens efkens hun verhaaltje doen. Dus ge

moet ze wel stimuleren en dergelijke en ik zie die graag, want anders zou ik er geen vier

hebben hé. En uiteindelijk als ik het over moest doen, zou ik terug hetzelfde doen. Ik zeg ook

Page 163: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

wel eens dat als ze het uithangen of ze zijn slechtgezind en ambetant, alles is ook niet altijd

even leuk, maar dat moeten ze ook leren hé, en als ze het dan zo uithangen denk ik soms wel

eens ‘diegene die dat er geen hebben, kunnen hun eigen toch ook gelukkig prijzen’, maar

dan, dat is een moment eigenlijk hé, als het efkens te veel is hé.

Lees je graag dingen waar concrete tips in staan of eerder zo wat algemeen theoretisch?

Euhm, ja, allebei eigenlijk zo wat. Ik zou eerst eigenlijk zo wat bekijken, nadenken, het eens

uit proberen, want bij het ene kind helpt die straf wel en bij het andere kind niet. Ik doe er

wel echt iets mee. Dus het opvoeden van kinderen. Hetgeen ik lees, gebruik ik wel. Sommige

dingen werken, sommige dingen niet, maar alles is ook niet van toepassing op uw kinderen

hé. Dus, ik zal nu zeggen, ik heb er ene die dat heel heftig reageert en wanneer het teveel

wordt begint die scheldwoorden te gebruiken die dat niet meer schoon zijn, en dan zie je

wel, als dat nu ergens gebeurt in een winkel bijvoorbeeld, en dan zie je al die mensen naar u

kijken en dan zie je aan die hun gezichten van ‘dat moest er eens ene van mij zijn, die kreeg

een lap tegen z’n oren’. Maar ik moet het weten hé, het zijn de mijnen. En dan zijn ook tips,

dat ze zeggen van laat hem efkens afkoelen, zet hem efkens in afzondering. Hé, want dan

lees je een verhaal en dat je dan wel zegt van ‘ik ga dat eigenlijk ook eens proberen’.

En overleg je dat dan met je partner?

Ja, ik zeg dat dan wel eens. Maar merendeels ben ik bij de kinderen, nu ja, sebiet komt hij uit

z’n bed en dan kan het zijn dat hij ze gaat halen, of ik ga ze halen, en hij gaat er nogal heel los

en vrij mee om. Maar ik denk dat dat in de meeste gezinnen zo is dat het meer de mama als

pilaar is en de papa zo wat om mee te fikfakken en te spelen, want als er een probleem is,

alléz ja, hier komen ze dan toch eerst naar mij. Ik stuur ze dan wel eens door. En eigenlijk

vind ik dat wel goed, want ge zijt met twee om uw kinderen op te voeden. En er zijn

natuurlijk ook dingen waar ze mee naar mij komen waarmee ik de papa niet lastig ga vallen,

maar nu echt zo van die dingen van school, vooral ons jongens, die stuur ik door naar mijn

partner. En ik ben misschien wat te zacht, dat zegt mijn man toch en ik vind van hem dat hij

te hard is, je moet altijd een middenweg zoeken.

Overleg je soms met je kinderen over bijvoorbeeld interessante tips die je las?

Met de oudste wel, want die had nu van de week een artikel moeten schrijven over

hoederecht en die ouders hadden de grootouders verboden van de kinderen nog te zien en

dan komt ze daarmee bij mij en dan zitten we daar samen over te praten of te discussiëren of

dergelijke. Dus euh, dat is wel euh, maar niet echt met de jongere kinderen. Maar dat is dan

echt eigenlijk haar studie hé, en ja, die oudste die is 19 en die jongste, ja, die schillen 8 jaar,

dus euh. Die kleine is nog zo echt een sloddervos en die twee meisjes slapen per twee op de

kamer en dan roept ze daar tegen en ja, dan neem ik die oudste apart en dan roep ik ze bij

mij en dan zeg ik ‘Jennifer, ge moet dat zo niet doen, want ge maakt uzelf ook druk’ en dat

zijn ook dingen die je leest en leert, zo van dat uitvliegen. Vraag nooit aan een ander wat ge

zelf niet wilt doen en met te roepen haal je daarom niet meer. Dat overleggen we wel en we

spreken dat wel af. Die discussies van kinderen onder elkaar, dat is ook wel iets dat je in

Page 164: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

bepaalde artikels leest en ik ben ook al naar besprekingen geweest van professor De Vugcht,

die dan met zo probleemkinderen werkt en zo en dan het pesten op school enzo. Als er dan

zo thema’s komen en die worden aangebracht op school en het is interessant dan ga ik daar

wel naartoe en eens kijken wat ik daar allemaal kan opsteken. Dus dat vind ik dan dus wel

belangrijk.

Wat vind je zo gewoonlijk van de tips die worden meegegeven?

Op zo’n besprekingen wordt het eigenlijk nog vrij duidelijk uitgelegd en worden er ook

meerdere tips gezegd. Ofdat ge het nu leest of ge gaat naar een toespraak, ge hebt altijd van

‘amai seg, zal ik dat eens gaan doen’, dat je gewoonweg zoiets hebt van dat je dat niet met je

kinderen kan. Als ouder kent ge uw kind hé. Maar ja, voor andere ouders helpt het

misschien wel hé. Ge moet altijd uw eigen situatie een beetje bekijken. Ik vind het heel goed

dat er tegenwoordig zoveel over wordt geschreven en over gedaan, dat vind ik, want den

tijd waar wij nu in leven is heel stresserend. Wij hebben ook heel veel luxe en dan moet ik

ook zeggen van ‘hola, dat gaat niet’ en dan lig je ook in discussie met je kind. En dan moet je

nadenken hoe je dat gaat oplossen. Ik praat daar dan wel eens met mijn vriendin over en dan

zegt die van ‘ik zou het zo oplossen’ of ge leest er eens iets over. Want ik heb per tang boven

een boek liggen, alléz een tijdschrift, Fancy of zoiets, en mijn dochter, vroeger moest die dat

altijd hebben en daar stond dan iets in van een meisje en die vertelde dat haar broer

autistisch was en dat die samen eens weggingen en ze begonnen eigenlijk haar broer

belachelijk te maken en zij is daar voor op gekomen. En zo’n artikels dat interesseert mij heel

veel en ik heb ook tegen mijn dochter gezegd van ‘houdt dat bij’ en als zij het eens moeilijk

heeft met de broers of met de zus, dan zeg ik ‘lees uw Fancy’ nog eens, omdat dat zo’n

aangrijpend kort verhaal was. Ik zeg het niemand is perfect, gij ook niet en dat vind ik dan

wel, dat is het hetgeen dat mij eigenlijk echt boeit, waargebeurde verhalen en levensverhalen

van mensen. Dat is hetgeen wat ik het liefste eigenlijk lees en ik vind dat heel goed dat dat

meer en meer eigenlijk aan bod komt. Meestal dingen met een verhaal rond. Het mag ook

niet te uitgebreid zijn, of het moet echt zijn van een boek ofzo. Maar dan is het echt een

levenservaring. Je neemt daar echt uw tijd voor en welke tips ze geven enzo. Tegenover in

den Dag Allemaal, daar heb je zo ‘tussen de mensen’ en daar staat soms ook iets in, of in de

Libelle of de Flair. Maar dat zijn meestal 2 pagina’s en dat leest vlot en dan ga je dat ook

gemakkelijker lezen, omdat dat maar 2 pagina’s zijn. Maar eigenlijk zo echt die boeken, daar

neem ik echt meer tijd voor, zo ’s avond nog lezen in bed ofzo en dan is het ook moeilijk om

op te houden met lezen, dat zeg ik er wel bij, omdat het zo fascinerend is en ja, het komt

meer levensecht naar boven. Het is dus zeker geen afknapper.

Zijn er verschillende momenten waarop je grijpt naar een boek of artikel?

Ja, met een artikel gaat ge sneller, ge ziet dat staan in de Libelle of de Flair of dergelijke en

het is beperkter en dan kan je jezelf als eens neerzetten, zo tussendoor, en bij wijze van

spreken, op een half uurtje heb je het al gelezen. Tegenover bij een boek, daar moet ge echt

Page 165: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

meer tijd voor nemen, op de rustige momenten en die zijn hier ’s avonds in bed bij wijze van

spreken. En ge leest dat ook wel veel aandachtiger tegenover zo’n artikel.

Hecht je meer belang aan de inhoud van een boek dan aan de inhoud van een artikel?

Dat hangt eigenlijk van het onderwerp af. Zo gelijk een artikel kan ook inhoudelijk heel

duidelijk zijn, maar dat kan ook een artikel zijn dat eerder alledaags is ofzo. Want

uiteindelijk zetten ze er allemaal wel een heel schone titel op, maar…

Zijn er thema’s of inhouden die voor u dan op een hoger niveau staan dan andere?

Dat hangt ook allemaal af. Ja, het is meestal met de problemen hé. Omdat ge zelf te maken

hebt met probleemkinderen en het alledaagse, ja, ge leest dat dan wel en ge denkt er verder

over na, maar bij ons is toch alles anders. Dus uiteindelijk is er een thema, een boek is veel

uitgebreider ook tegenover een artikel, er wordt dieper op ingegaan. Een boek komt ook veel

aangrijpender over vind ik, een boek.

Maakt de auteur een verschil uit?

Nee, nee. Voor mij maakt dat totaal geen verschil uit. Ik hecht wel heel veel belang aan

diegene die er ervaring mee heeft, die dat niet opgeleid is, maar die er ervaring mee heeft. Ik

zal eerder naar een persoon gaan, dat wilt niet zeggen dat ik de ander buitensluit, maar als

ge vraagt ‘naar wie ga je eerst?’ dan zeg ik ‘ik ga eerst naar die persoon die er ervaring mee

heeft’. En dan ga ik naar de andere. Het is ook plezieriger om te lezen, die verwoordingen

daarvan vind ik ook aangenamer om te lezen. Vaktermen zijn wel wat lastig, ik heb liever de

gewoon ervaring, gewoon woorden schrijven, ik heb ook niet gestudeerd. Tegenover iemand

die gestudeerd heeft, die gaat veel meer moeilijke woorden en vaktermen gebruiken. Dan

moet ge er al iedere keer uitleg bij gaan vragen en dat vind ik dan al ongemakkelijk, het is

ook niet gemakkelijk dan om te lezen. Dat leest ook vloeiender en meer ontspannen. Anders

geef je het ook gemakkelijker op om te lezen.

Wat is meestal zo uw gevoel als je iets leest?

Euh ja, dus, (hond blaft, de andere vijf honden beginnen ook, even onderbreking) als iemand een

boek schrijft over eigen ervaringen, dat leest meer ontspannen en dat geeft ook een warmer

gevoel, een vertrouwensgevoel. Dan lig je in bed en dan zit je uw eigen daar wat in te

nestelen, en het geeft een zalig gevoel om te lezen, het ander komt koud over. Het ene is

warm, het ander koud. Ik haal dan ook meer uit die boeken met ervaringen, dat blijft ook

langer hangen die verhalen.

Grijp je soms achteraf nog eens terug naar iets dat je ooit las?

Ja, dat durf ik doen. Om het uiterst warm gevoel dat je er bij krijgt en dan zeg je ‘ik ga dat

toch nog eens lezen, want uiteindelijk was dat interessant en spannend’ en elke zin en elk

thema, ge vergeet een deel. Het kan gebeuren dat dat naar aanleiding is van iets dat hier

gebeurt is, dat ik zeg van, zeker die boeken die we toen gekocht hebben via het Raster, de

thuisbegeleiding. Maar dat zijn er ook heel veel met levenservaringen en die hechten er ook

belang aan… (telefoon gaat over) Die zeggen dat eigenlijk zelf ook van ‘bij ons is het heel veel

theorie en in de praktijk is het heel wat anders’ en daarmee dat die eigenlijk ook zo

Page 166: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

spreekavonden organiseren voor ervaringen met kinderen uit te wisselen. Bij het één is het

probleem erger dan bij het ander. Of dat ge nu arm zijt of stinkend rijk, er kan je allemaal

hetzelfde overkomen. Daar zit dan ook arm en rijk bij elkaar, die omgang met elkaar is dan

ook anders. Aan de schoolpoort wordt er bijvoorbeeld meer geroddeld, maar dat gaat dan

meestal niet over mij problemen. Ja, ik zit in een ander situatie hé. (Vera weidt uit, niet relevant

voor mijn scriptie)

Vind je een verschil tussen hetgeen er bij de thuisbegeleiding is gezegd en hetgeen er in

boeken of artikels geschreven wordt?

(Zucht diep) Dat kan gelijklopend zijn, meestal zijn de mensen die een artikel schrijven daar al

mee in aanmerking geweest of staan ze toch op de wachtlijst. Dus, maar,… Thuisbegeleiding

is aanvragen, dat is een grote wachtlijst, een wachtlijst van anderhalf jaar, dat vind ik dan

wel erg daarvoor. En een artikel, dat neem je vast, dat is een hulpmiddel ook, maar een

artikel antwoordt niet terug. Tegenover bij thuisbegeleiding heb je dat wel hé. En ge kunt

ook op de site van allerlei dingen enzo.

Zou je zonder de problemen van je kinderen ook iets gelezen hebben over opvoeding?

Ja, zeker weten. Want over het algemeen, ik heb elke week den Dag Allema al en elke

week staat daar ‘tussen de mensen’ in en dat is altijd verschillend, mensen met problemen of

een kindje dat ziek is of dergelijke, dat lees ik altijd en dat gaat ook altijd niet over mijn

problematiek. Het is ook een beetje zo van ‘wat heerst er allemaal tussen de mensen’ hé,

ieder huisje heeft zijn kruisje zeggen ze. Als ik sommige artikels lees, dan denk ik van ‘amai,

ik mag toch gelukkig zijn’ als ik dat allemaal lees, die problematieken. Maar ik heb ook al

horen vertellen, en dat is nog niet zo lang geleden, vorige week nog, en die kinderen hebben

dan geen problematiek en dan was eigenlijk, ik ging naar de winkel, en die euh, die kind

iemand en die helpt u altijd zo eens en we waren er eigenlijk toevallig over aan het praten en

die dochter heeft ook met mijn dochter in de klas gezeten en ze vroegen dan van ‘hoe is het

daarmee?’ enzo, maar ze zei ook van ‘amai, dat is toch allemaal wat’, zo zegt die tegen mij,

die hebben dan ook hogere studies gedaan, maar die hebben er ook problemen mee, want ze

zijn twee dagen naar ’t school gegaan en ze geven het op, want ze hebben de juiste richting

niet. En die zei dus dat ze dan nog geluk had met haar twee lomperiken, want die hebben

ook maar gewoon beroeps gedaan. (uitweiding over studierichtingen, dat je niet neerbuigend moet

zijn tov mensen in het beroepsonderwijs niet relevant hier) …

En dat lees ik dan ook in artikels en dat vind ik dan wel heel interessant voor te lezen over

het verschil tussen, bij wijze van spreke, hooggeleerden, want daar zijn ook artikels over, en

dat vind ik dan ook heel interessant om te lezen.

Is er voor u een verschil in welk tijdschrift een artikel verschijnt?

Neen. Het is nu wel zo, ik heb altijd den Dag Allemaal en die lees ik dan zowiezo. Zie ik de

Flair staan, de Libelle en het staat eigenlijk zo niet op de cover gedrukt… We krijgen hier ook

het krantje van de mutualiteit en daar staan ook altijd wel zo’n artikels in en dan lees ik dat

Page 167: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

ook. Het is eigenlijk hetgeen dat je in uw handen krijgt en hetgeen dat direct opvalt. Want in

den Dag Allemaal staan ook veel aan te raden boeken en daar neus ik ook wel in ze.

Vind je de selectie in het grote aanbod moeilijk?

Ja. Ik heb daar eigenlijk weinig geduld voor. Het moet echt zo opvallen. Of gelijk die

thuisbegeleiding die hebben heel veel ervaring met boeken enzo en die spreken dan met u en

die zeggen u ook welke boeken dat goed zijn voor u en zo komt ook heel veel te voorschijn

hé. Als ik de Standaard boekhandel eens voorbijloop en ik ga daar binnen, dan gaat mijn

aandacht wel naar die problematiek en dan ga ik wel naar die afdeling van die problematiek,

kinderen opvoeden. Maar het moet wel wat in het oog springen. Ik kijk ook naar de korte

inleiding. Dan ga ik er zo eens over nadenken en misschien kopen dan hé. Moest ik niks van

informatie krijgen, zou ik wel zelf gaan opzoeken, ik zou zeker die moeite doen. Toch zeker

voor de problematiek, voor de rest wel niet echt denk ik. Dat doe ik op internet ook wel eens.

Vind je het goed dat je het overal aangeboden krijgt?

Ja, ja. Ik vind dat daar een beetje meer over mag gesproken worden zodat de normale mens

tussen haakjes daar ook een beter begrip en een betere kijk op krijgt. Dat vind ik heel

belangrijk, want mijn jongens die gaan alletwee naar het Gitok (een middelbare school in de

buurt) en die hebben een GON-begeleidster en die heeft euh bij den oudste al wel gaan

vertellen in de klas wat dat autisme is, zodat het voor de andere kinderen duidelijk is hoe dat

hij op bepaalde dingen anders reageert. En dat vind ik dus heel goed. Er blijft toch iets

hangen. Ik wil dat er meer over wordt gesproken. Want uiteindelijk bekijken ze zo’n

kinderen ook anders hé. (geeft veel voorbeeldjes, niet relevant hier)…

Daarmee vind ik het heel belangrijk dat er meer artikeltjes verschijnen over zoiets. Dat de

maatschappij er ook meer rekening mee kan houden. Want ge wordt toch altijd wel een

beetje scheef bekeken. Belangrijk is dat die informatie naar de mensen toe wordt gebracht. Er

zullen er altijd zijn die dat het niet lezen. Nu wordt er ook veel aandacht besteed aan

overgewicht bijvoorbeeld en ik vind dat goed. Dat daar meer mensen van op de hoogte zijn.

(uitweiding over kinderen met overgewicht, niet relevant hier)…

Het is ook goed dat de media daar zo ook dingen van laat zien, op televisie bijvoorbeeld. Dat

vind ik ook wel belangrijk. Ook naar de kinderen toe vind ik dat er ook wel dingen mogen

geschreven worden. Dat er ook wat meer aandacht mag besteed worden aan de luxe die

iedereen zo vanzelfsprekend vindt, want kinderen weten meestal niet wat daar allemaal

voor moet gedaan worden. (uitweiding over playstations, computers,…)

Ook het mentaliteitsverschil tussen vroeger en nu mag ook wel meer aan bod komen in

artikels. Want ouders sussen tegenwoordig ook vaak hun kinderen door iets te geven. En ik

vind dat daar nu nog maar heel weinig over wordt verteld. Dat mag voor mij meer aan bod

komen. Er wordt al wel over gesproken, dat de leescultuur hard achteruit gaat, maar hoe

komt het eigenlijk? Ge moet uzelf ook eens in vraag stellen hé. Gelijk een gsm, dat hadden

wij vroeger niet en we konden ook zonder hé. De mensen hebben ook steeds minder respect

eigenlijk. En hetgeen de ouders doen, gaat over op de kinderen hé. En dat komt wel in de

Page 168: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

Nanny aan bod. Als gij bijvoorbeeld tegen uw kinderen roept en vaak scheldwoorden

gebruikt, is het normaal dat uw kinderen dat overnemen hé. En dat vind ik met momenten

wel heel interessant en ik vind dat ook zo. En ik zie dat hier ook. En dan herken je dingen die

ook in de Nanny zijn geweest. En in artikels wordt dat eigenlijk ook beschreven, het is

hetgeen je je kinderen allemaal meegeeft hé, respect en beleefdheid enzo. Beleefdheid vind ik

nog altijd heel belangrijk. Tegen mijn kinderen zeg ik ook: ‘ge kunt veel zeggen, maar ge

moet het altijd op een beleefde manier doen’. En dat wordt ook heel veel beschreven, het

luisteren naar uw kinderen, dat dat heel belangrijk is.

(honden blaffen weer, even onderbreking)

(Vera weidt verder nog uit over haar manier van opvoeden en wat zij belangrijk vindt om aan haar

kinderen door te geven, zeer uitgebreid en niet relevant voor mijn scriptie)

Page 169: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

VROUW 3

Lees je artikels of boeken over opvoeding? Welke?

Klasse krijgen we altijd mee via het school, daar lees ik wel in, dat vind ik heel interessant.

En dat zijn ook zo echte punten die dat je merkt, alléz, die dat je zelf ondervindt zo vind. Ja,

dat van den Bond lees ik ook wel, maar dat is eerder zo van vluchtig en alleen de artikelen

die mij interesseren. Voor de rest euhm, weet ge wat wel is, dat is nu heel onnozel, maar

gelijk in de Libelle staan soms ook wel eens tips of zo moeders onder elkaar zal ik zeggen en

dat is soms ook wel interessant. Maar of dat ik dat nu echt zo direct ga toepassen, dat is iets

anders, maar ge leest dat wel hé. En voor de rest heb ik geen andere tijdschriften, de krant ja.

De Gazet van Antwerpen heb ik, daar staat ook wel eens iets in, vooral in de weekend krant

komt zo wel eens iets extra over bijvoorbeeld de eetgewoonten ofzo. Ik lees ook wel veel

boeken, maar nu niet echt over opvoeding. Niet direct nee. Misschien is dat ook wel zo, ik

kan me voorstellen dat als ge een kind hebt met problemen in het onderwijs ofzo, dat je dan

gerichter gaat zoeken en voorlopig is dat bij ons nog een beetje normaal. Het zijn geen

primussen, uiteraard niet, maar goed gemiddeld. En dan ga je zo niet echt op zoek. Ik kan

me voorstellen dat als ge een kind hebt met autisme of ADHD bijvoorbeeld dat ge echt gaat

zoeken hé en boeken lezen, maar dat doe ik eigenlijk niet omdat wij hier niet direct, nog niet

met problemen geconfronteerd zijn, wat wel nog kan komen hé uiteraard.

Heb je op voorhand bepaalde verwachtingen als je zo’n artikel leest?

Goh, tja, ik kan nu niet direct zeggen verwachtingen, maar in Klasse daar herkent ge wel heel

veel, maar echt verwachtingen? Ge verwacht wel een antwoord hé, als ge die titel zo leest, of

het echt herkenbaar is, maar nu echt verwachtingen… Voor bepaalde dingen verwacht ik

wel een oplossing, gelijk nu bijvoorbeeld pesten, ik zeg zomaar iets, dan vind ik dat wel

interessant om te lezen hoe dat zij aanraden om daar mee om te gaan. Voorlopig heb ik dat

nog niet nodig, maar dat kan nog wel komen hé. Onze Seppe zit nu in het vierde en het is nu

dat het bijvoorbeeld gaat beginnen denk ik. Ik denk dat ze in het vierde zoal meer…en dan

vind ik het wel interessant om daar een oplossing voor te krijgen, hoe dat ge daar op moet

reageren, hoe dat ge daar mee naar de leerkrachten moet gaan, alléz, dat zijn nu heel

specifieke dingen, maar ja.

Doe je eigenlijk effectief iets met de tips die worden meegegeven?

Ja, we hebben bij ons nu wel een beetje een probleem met eten, onze Seppe eet heel slecht,

die twee anderen zo niet. En dan lees ik wel eens in die boekskes van ‘hoe moet ik dat nu

aanpakken?’ en dan zeggen ze zoiets van elke dag iets proeven ofzo en dan doe ik dat wel en

zien of dat dat werkt, maar dat zijn zo dingen die ik wel uitprobeer ja. Ik vind Klasse

eigenlijk wel een heel goei boekske ze, ze leggen dingen uit op een gewone manier, niet te

zwaar, of niet te moeilijk, echt duidelijk.

Page 170: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

Waarom lees je den Bond eigenlijk minder?

Goh, ik weet het niet, dat leest precies niet zo vlot. Weet ge wat ik wel lees, dat is dat voorste

blad, daar staat zo altijd, of het laatste blad, daar staat zo altijd een weekoverzicht op en dat

vind ik zo wel eens leuk om te zien hoe dat andere mensen het rond krijgen in hun

huishouden, maar voor de rest, ja, minder, dat zal minder vlot lezen of mij minder

aanspreken, dat weet ik nu ook niet goed. Ik blader dat zo wel eens door en als er een artikel

in staat dat mij interesseert, ja, dan lees ik dat wel eens. Die Klasse lees ik eigenlijk, maar ja,

hoe is dat, die gasten zijn hier allemaal hun huiswerk aan het maken en ik zit hier met dat

boekske en dan lees ik dat boekske terwijl ze hun huiswerk maken. En dat is ook op een

aangename manier geschreven vind ik. Alléz ja, ik denk meer gericht op de leeftijd van onze

kinderen, en dat spreekt dan meer aan omdat ge daar in zit denk ik. En ook andere ouders

die dat daar inschrijven en dat is wel eens plezant.

En welk gevoel komt er bij je op als je aan het lezen bent?

Zo ene keer van ‘mm, dan doe ik het toch nog niet zo slecht’ of ‘oeps, ik moet het toch een

beetje anders gaan doen’. Een beetje bevestiging zoekt ge wel denk ik. Uiteindelijk wel, want

ge koopt kinderen, maar er is geen handleiding bij hé. Dat moet je zelf wat vinden hé en dat

vind ik in die Klasse zo’n beetje herkenning, van ‘aja, die heeft ook problemen, het is niet

alleen bij ons zo’, allézja. Het is niet dat hier bijzonder grote problemen zijn, maar er zijn

altijd toch conflictjes of kleine dingen. En dan gaat ge zien van ‘ah, dat is daar ook zo’, dat is

goed. Ook dikwijls als je met andere mensen aan het praten bent over weet ik veel wat, aan

de schoolpoort, dat ge denkt van ‘mm, het is toch niet alleen bij ons’, dat is soms wel eens

leuk. Ik praat er wel met andere mensen over, ja, dat zijn toch meestal dingen waar je wel

wat mee zit. En ik neem niet altijd direct dat boekske erbij, absoluut niet hé, maar ja.

En praat je er met je partner over?

Minder, maar dat is omdat hij heel veel weg is en ik ben thuis voor de kinderen, dat scheelt

ook wel ze. Als er iets gebeurt ofzo, we overleggen ’s avonds wel, maar hij staat minder in

voor de opvoeding van de kinderen. Hij steunt mij uiteraard wel, want anders lukt het ook

wel niet, maar ik ben voltijds thuis en dat scheelt wel denk ik, dat dat meer zo mijn domein

is. Ik denk ook dat dat heel normaal is ze, allézja, bij ons is dat toch normaal, ik zal het zo

zeggen, en ook, ik ervaar dat niet als een probleem dat ik dat hier alleen doe, het wordt wel

overlegd en het wordt wel besproken, maar niet in die mate.

En met de kindjes? Zeg je soms op voorhand iets over de tips die je gaat toepassen?

Ajaja, over dat eten bijvoorbeeld, ik heb dat gelezen en dan zeg ik wel eens dat er in staat dat

het belangrijk is voor zijn gezondheid enzo, dat wel hé, maar dat helpt ook niet altijd, maar

dat weten ze wel hé. Alléz, ik vind het belangrijk dat hij weet waarom hij moet eten en

waarom fruit eten belangrijk is en allézja. En ook voor andere dingen, waarom ze moeten

opletten en waarom ze moeten luisteren, ik vind dat wel belangrijk, ge merkt dat ook, ik

merk toch dat als ze onbeleefd zijn geweest, dat ze nu het verschil wel merken. En dat vind

ik wel positief, zo van ‘ze hebben het toch door’. Dus ja, want dat is dan ook nog, ge kunt gij

Page 171: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

thuis heel veel aanbrengen of heel veel verbeteren of weet ik wat, maar ge weet ook niet hoe

dat ze, hopelijk doen ze het op een ander even goed.

Is er voor u een verschil tussen het soort tijdschrift?

Ja, ik denk dat het in Klasse nog meer gestaafd wordt door professionelen, terwijl in de

Libelle is dat meestal gewoon iemand, daar schrijft ook wel iemand een reactie op, maar dat

is meestal een ervaring. Ik denk dat die Klasse toch wel begeleid is door de nodige

professionelen, pedagogen, en dat is wel een verschil vind ik. Die zijn daar toch voor

opgeleid, die hebben daar toch meer een oog voor hé, die hebben wel de ervaring hé.

Uiteindelijk voor ons is ook alles nieuw, nu met die derde begint dat al anders te zijn, maar

bij nummerke 1 is toch alles efkens uitzoeken en doen.

En weegt dat dan op tegenover iemand die gewoon veel ervaring heeft?

Ah nee, want er zijn ook weer andere dingen, alléz das goed, ge zijt wel pedagoog, maar heb

je ook zelf kinderen? Alléz ja, dikwijls door iemand die ervaring heeft door zelf kinderen te

hebben dat dat ook interessanter kan zijn. Maar dat denk ik wel, ge kunt gij daar inderdaad

over gestudeerd hebben, daar ben ik volledig mee akkoord, maar door zelf kinderen te

hebben denk ik dat ge pas merkt hoe dat het eigenlijk in mekaar zit, dat denk ik toch. Ge

kunt wel een kind van een ander beoordelen, maar uw eigen kind is ook nog altijd een totaal

ander iets hé. Dat denk ik toch. Dat is mijn gevoel hé. Ik denk dat als ge uw eigen kind moet

opvoeden of ge moet een kind van een ander opvoeden dat dat toch nog wel anders is denk

ik, allézja.

Ooit al eens andere dingen gedaan, zoals bijvoorbeeld een info-avond?

Ja, op school, maar dat is dan meer methode en huiswerk en leren enzo. Dat is misschien niet

echt opvoeden, maar ja, dat hoort erbij. Dat doe ik wel, dat organiseert het school zo wel

eens. Ik vind dat wel interessant ja. Nu niet direct om te zeggen van ‘ok, dat ga ik nu

toepassen’, maar gewoon iets dat in uw achterhoofd hangt en dat ge toch onbewust wel

meepakt in uw manier van doen denk ik. Daar is wel meer interactie hé, daar stellen ze

vragen en er wordt geantwoord, alléz, ge moet zelf niet antwoorden, maar ze doen dat wel,

er wordt gereageerd en dan wordt daar op ingespeeld door andere ouders. Die interactie

vind ik wel goed. Supernanny kijk ik ook wel eens, maar dat is dan om eens goed mee te

lachen. Maar, en ook om te zien van ‘mm, hier is toch precies alles in orde’, maar de meeste

mensen denk ik ze, want ge hoort dat zo bij iedereen van ‘amai, die Supernanny, bij ons gaat

het dan toch nog goed’. Maar effectief er zijn wel situaties waar dat het op den duur

onmogelijk is, dat het zo de spuigaten uitloopt hé. Maar dat zien ik wel eens ja, maar nu niet

om te zeggen om daar iets van mee te pikken.

Vind je het belangrijk om die informatie te krijgen?

Ja, ik vind dat toch wel, dat is goed, ik denk misschien als moeder meer dan als vader, dat je

daar toch, allézja, ge probeert het wel zo goed mogelijk te doen, dat is toch de bedoeling,

maar ik denk ja, ik vind dat toch plezant om zo uw licht eens op te steken. Nodig echt heb ik

dat nu niet, want ge doet het uiteindelijk wel op uw eigen manier en ge probeert het toch zo

Page 172: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

goed mogelijk te doen, maar het is wel aangenaam vind ik, dat ge zo eens van iedereen kunt

horen. In Klasse staan toch ook altijd wel actuele dingen waar ze in ’t school ook over

hebben, pesten ofzo, alléz, ik vind dat toch wel goed dat ge dat krijgt. Alléz, wij hebben dat

nog niet nodig gehad, maar het kan toch eens komen hé.

Is er een reden waarom je zo’n artikels leest?

Nee, in het algemeen, maar nu niet dat ik specifiek naar iets op zoek ben. Automatisch pak je

er de thema’s makkelijker uit die u meer bezig houden, maar nee, niet zo specifiek iets waar

ik naar op zoek ben of nee. Ik denk dat als ge echt zo met iets zit, dat als ge het echt wilt

weten dat ge dan toch begint op te zoeken, dat ge zelf echt gerichter zoekt, op het internet, in

boeken,… En euh, dat doen ik eigenlijk niet echt. Want ik weet, een paar jaar geleden, toen

onze Seppe echt zo slecht at, had ik wel zoiets van ‘ik moet hier gaan zoeken of dat geen

kwaad kan’, ik was echt ongerust aan het worden, ik had zoiets van ‘die eet bijna niet, wat

gaat die tekort komen, binnenkort moet die iets gaan bijkrijgen’ en dan ging ik wel op

internet opzoeken van ‘wat kan er gebeuren’, want euh, maar ja, nu is het zo van zolang hij

fruit en groenten eet, de rest zien we wel hé… Maar ik vind dat toch wel aangenaam, dat ge

zo toch die informatie krijgt.

Lees je soms iets over wat er misschien nog kan komen?

Ge leest dat wel, maar daar zijt ge nog niet echt aan toe, alléz, ik ben daar nog niet echt aan

toe. Zoiets van ‘dat komt wel, we zullen wel zien’. Uiteindelijk zijn ze bijvoorbeeld nog niet

aan het puberen en dat kan goed meevallen, maar dat kan ook tegenslagen natuurlijk. Ik lig

daar nog niet van wakker, nee. We zullen wel zien en euh, ze zijn nu gelijk dat ze nu zijn en

alléz ja, ge weet niet wat de toekomst brengt hé.

Nog andere ideeën over artikels?

Mm, nee niet direct. Alléz, soms denkt ge wel eens van ‘amai, dat is nu nogal cru

geschreven’, maar ja, dat is altijd hé, dat hebt ge als ge de krant leest ook hé. Maar er is wel

genoeg hé, uiteindelijk als ge baby’tjes hebt, is er enorm veel informatie en dat heb ik toen

wel echt gedaan, dat gelezen. Nu, alleen die Klasse en dan de informatie die ge van alle

kanten krijgt, maar echt gaan opzoeken, niet nee. Maar ik vind wel dat er euh, er is wel heel

wat hé.

Thema’s waar te weinig over wordt geschreven dan?

Voor mij niet denk ik, maar dat is misschien ook omdat wij niet zo echt specifieke problemen

hebben. Maar over autisme bijvoorbeeld, daar werd op den duur heel veel over geschreven

hé. Maar, ik denk voor ons niet direct. Alles verloopt eigenlijk z’n normale gangetje, niet

altijd even vlot, maar dat kan ook niet. En die informatie ergert mij ook niet, ik ben er wel in

geïnteresseerd. Want gelijk die autisme, uiteindelijk hebben wel heel veel kinderen dat. En

dan vind ik dat wel plezant om dat te lezen. Toch interessant om te weten hoe en wat. Maar

dat is mijn interesse waarschijnlijk, allézja, ik ben graag met kinderen bezig en ik heb ook

altijd in de scouts gestaan met jeugd en ja, dat is interesse hé. Maar nu echt naar de

bibliotheek gaan rijden of dat gaan opzoeken op het internet, dat nu niet, moesten dat nu ons

Page 173: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

eigen kinderen zijn, dan wel hé, dan zoekt ge dat op tot dat ge dat helemaal door hebt

waarschijnlijk hé. Maar ik vind dat wel interessant, eender welk thema dat over jeugd of

kinderen gaat.

Wat vind je van de tv-programma’s die erover worden gemaakt? Vind je dat dan nodig?

Dat vind ik er soms wel een beetje over, maar langs den andere kant haalt ge daar soms ook

wel dingen uit ze. Zo een beloningsysteem enzo, daar ben ik eigenlijk niet mee akkoord,

maar als ge dat daar dan zo ziet, denk ik wel van ‘goh, misschien op één of andere manier

wel’. Euh ja, ik kan nu niet direct een voorbeeld geven, maar er zijn toch wel dingen die je

daar van opsteekt, soms is het er een beetje over, maar ja, de kinderen zijn er soms een beetje

over. Als je dat op tv ziet, is dat wel grappig, alhoewel die mensen dat gewoon niet meer

aankunnen. Maar, ja, je steekt er onbewust toch wel iets van op denk ik.

Is er een reden waarom je geen opvoedingsboeken leest?

Ik lees anders heel veel, maar niet over opvoeden hé. Ik denk dat het te lang is. Ik denk dat ik

dat op de moment ook niet nodig vind, dat ik zoiets heb van ‘een boek erover gaan lezen is

er misschien een beetje over’, maar een artikel is iets anders hé, maar een helen boek

aanschaffen voor euh, nee, ik zou dat precies niet, het zegt me niet zoveel. En die Peter

Adriaenssens bijvoorbeeld, ja, ik vind wel dat die gast nuttige dingen zegt, met veel dingen

ben ik wel akkoord, maar om daar nu een boek van te gaan halen, nee.

Vind je de tips die ze meegeven vernieuwend?

Ik weet dat zo niet, opvoeden is toch iets, ok, de maatschappij verandert wel, maar iets dat

alléz, altijd hetzelfde gaat blijven denk ik. Allézja, dat is mijn idee hé. Echt vernieuwend, ik

weet dat niet, maar voor ons misschien wel, omdat ge dat bij den eerste allemaal moet

ontdekken, dat wel, maar ik denk dat er niks nieuws onder de zon is ze, er is wel een andere

mentaliteit, maar ik denk dat den basis toch hetzelfde is gelijk vroeger. Want het is dikwijls

dat ik merk, als ik met ons kinderen op één of andere manier bezig ben, dat ik merk van

‘mm, dat deden ze bij mij vroeger ook wel’ en dan doe ik juist hetzelfde hé. Dus, ik denk niet

echt dat het zo vernieuwend is. Ja, veel tips komen ook op hetzelfde neer, maar ge kunt ze

wel gebruiken denk ik. Dat ge zegt van ‘mm, dat zou ik precies toch ook eens zo proberen of

eens langs den andere kant bekijken of’. Ja, goe, moeilijke vragen ze dat gij stelt. (lacht) (we

praten gewoon wat, niet relevant voor mijn scriptie)

Ik heb wel zoiets van, hij bijvoorbeeld zit nu in het derde kleuterklasje en hij is de jongste

van de klas, van 26 november, en ze hebben dan, ja twee weken geleden was het

oudercontact en ik moest komen, er waren vijf kindjes van wie de ouders moesten komen,

dus ik wist al, en ze hadden een test gedaan en dan zeiden ze effectief dat hij voor die test

voor alles gezakt is. En ik had zoiets van ja, hij is een volledig jaar jonger en ze gaan nu al

stempels beginnen plakken hé, allézja, dan denk ik van ‘ok, er zal wel iets van aan zijn,

Page 174: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

zowiezo’, maar is dat wel nodig, laat dat kind nog een beetje kind zijn, hij is nog maar vijf hé.

Hij is gewoon nog heel kinds hé. Maar al die dingen die ze nu benoemen, die waren er tocg

vroeger ook? Dyslexie enzo, die staken ze vroeger dan in het beroepsonderwijs ofzo. Maar

als ge echt een kind met problemen hebt, is het op een gewone school toch niet gemakkelijk

ze. Dikwijls is het probleem dat ge dan gaat opzoeken en het helemaal niet meer weet, zo is

dat probleem ook met internet hé. Maar dat heb ik voorlopig nog niet gedaan met ons

mannen.

Page 175: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

VROUW 4

Hoeveel kinderen heb je?

Twee kinderen, van zeven en negen jaar, een jongen en een meisje.

Wat heb je al eens gelezen over opvoeding?

Euh, een tijdje geleden stond er een artikel in een reclameblad van Brasschaatse Film geloof

ik over kinderen en internet. Daar gingen ze een info-avond over geven in Brasschaat en

daar ben ik toen naartoe geweest. Maar echt om te zeggen dat ik ik-weet-niet-wat in het oog

houd, neen, eigenlijk niet. Klasse krijgen ze met school mee en dat lees ik altijd, want ik denk

dat de laatste hier nog bij de stapel ligt, ja, dat lees ik altijd, mijne man trouwens ook. Bij den

Bond zijn we niet aangesloten, wel bij KVLV, maar daar komt, vind ik, van kinderen toch

niet zo veel. Ik heb ook wel zo’n tv-blad, dat is zo’n heel klein boekske, maar daar staat juist

alleen iets in van tv-programma’s. Want zo gelijk de Story enzo dat lees ik wel eens bij de

kapper, maar daar blijft het bij. De krant hebben we eigenlijk ook niet.

Lees je dan gewoonlijk alles wat er bijvoorbeeld in Klasse staat?

In Klasse wel, want dat is niet dik hé, daar lees ik wel alles van. Maar euh, nu echt om te

zeggen, pakt nu een tijdschrift, dan zou ik eerst den titel lezen, en als mij dat dan iets zegt, ja,

dan wel, maar als mij dat dan al iet interesseert, ja, dan leest ge niet verder.

Welke thema’s interesseren u vooral?

Ja, altijd wel een beetje naargelang de leeftijd van uw eigen kinderen denk ik. Ge gaat nog

niks lezen van kinderen in de puberteit als ge daar nog niet mee te maken hebt. Nu ja, ons

Karen die doet haar communie den 1ste mei en die wilt dan een computer hebben en dan heb

ik zoiets van ‘ja, dat is nu echt den ideale moment om naar die info-avond van kinderen en

internet te gaan, hoe dat ge dat kunt beveiligen enzo’, dat was eigenlijk heel interessant vond

ik wel.

Heb je op voorhand bepaalde verwachtingen als je iets gaat lezen?

Nee, maar er staat altijd wel een goed artikel in over een gezin zelf in een bepaalde situatie of

zoiets. (Karen komt even tussen) Nee, maar ge kijkt er eerst zo eens in of ge kijkt van voor wat

er allemaal in staat en dan hebt ge zoiets van ja. Of dikwijls ook enquêtes ofzo die dat ze

doen, zoveel procent dit en zoveel procent dat, dat vind ik altijd ook wel heel interessant.

Maar echt een verwachting op voorhand heb ik niet echt.

Als je die artikels leest, welk gevoel roept dat dan eigenlijk bij u op?

Ja, ge vormt er ook wel een beetje een eigen mening rond, want nu was er een artikel over

euhm, de vrouw, de mama eigenlijk, die zat in een psychiatrische instelling, die was

opgenomen en de man was dus nog thuis en hij had het dus helemaal niet breed, want hij

had ook nog geen werk ofzo en de kinderen die waren geplaatst, ze hadden drie kinderen,

die waren geplaatst in een instelling en nu de twee zoontjes die waren terug naar hem

gekomen. En daar ging het dan allemaal over dat hij die nu ineens terug moest leren kennen

en eigenlijk voort opvoeden en naar ’t school en eigenlijk heel weinig middelen, en ja, dan

Page 176: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

leest ge dat en dat vind ik dan toch allemaal wel interessant en dan denkt ge ‘ja’, want dan

stond er in dat hij dan toch wel een computer had, maar dan denk ik ‘ja, hé’ of het eerste dat

hij dan kocht wanneer die jongens terug naar hem kwamen, want ze moesten fatsoenlijk hun

huiswerk kunnen maken was zijn mening, want ze moeten een diploma hebben, ‘niet zoals

ik vroeger’, het eerste wat hij kocht was een bureau, en nu heb ik zoiets van ja, geef ze een

goeie tafel en ze kunnen ook hun huiswerk maken, alléz ja, ge denkt daar toch wel over na,

ge hebt daar dan uw eigen mening over.

Kijk je ook naar de tips die worden meegegeven?

Ja, die lees ik ook altijd. Ja, soms zijn het wel goede tips, ik heb nu zo direct geen

voorbeelden meer. Ja, dikwijls van in ’t school van pesten en allézja, zo van die dingen, dat

vind ik wel nuttig. Dat lees ik toch wel. En ge onthoud dat toch wel, ja, dat vind ik wel. En

ook zo op tv, dikwijls zo bij Supernanny, daar ja, daar onthoud ge veel van en ge probeert zo

wel eens dingen uit en dat klopt ook wel echt, dat lukt wel. Positief stimuleren zo hé, ja, ik

vind dat heel nuttig. En mijn man kijkt ook altijd in dat boekske van Klasse en hij vindt dat

ook heel interessant en naar Supernanny kijkt hij ook mee hé en soms zegt ge wel een van

‘hoe is dat mogelijk dat ze dat zover laten komen’, want het is eigenlijk uw eigen schuld een

beetje, allézja, toch van kleinsaf grenzen stellen hé. De kinderen kijken dat programma

natuurlijk nog niet, want dat komt dikwijls te laat op den tv.

Maar praat je dan soms met de kinderen over tips uit een artikel bijvoorbeeld?

Ja, dat zou ik misschien wel eens doen. Zo van ‘zou je dat zo eens niet proberen, dan is dat

misschien gemakkelijker’, ja, bij ons wordt hier altijd beneden in de speelkamer gespeeld,

boven wordt er eigenlijk niet gespeeld, alleen beneden in de speelkamer en ze weten elke

donderdag na ’t school moeten ze opruimen, want vrijdags poets ik en ik moet kunnen

poetsen hé, en dat doen ze altijd wel heel goed. Wij zeggen altijd wel eens ‘we zijn blij dat ze

hier buiten kunnen’ (ze wonen op een boerderij), want ik denk met kinderen op een

appartement, we hebben dat al dikwijls gezegd, als ge met kinderen op een appartement

woont, dat dat soms echt wel vreselijk moet zijn. Nu, als den ene of den andere zo eens een

lastige dag heeft, dan kunnen ze zo eens efkens mee buiten lopen en dan is dat voorbij hé,

dan komen die terug binnen en dan is dat allemaal goed hé. Dat denken wij wel eens maar…

Maakt het soort magazine iets uit voor u?

Nee, want als ik nu…, het blijft gelijk, als ik in een tijdschrift aan het bladeren ben, dan kijk ik

niet eerst naar de titel van dat tijschrift, nee. Gewoon wat dat er in staat is belangrijk, dat

blijft gelijk welk tijdschrift het is. Ook de auteur maakt dan niet uit, daar kijk ik eigenlijk

nooit naar. Das ook, in het begin als ge dat begint te lezen, dan weet ge al gauw of het u

aanstaat of niet. Ik zou wel meer de neiging hebben voor bijvoorbeeld de mama met de drie

kindjes, omdat ik ook ja, ik weet niet, dat spreekt meer aan denk ik. Want bijvoorbeeld in de

bib pak ik ook altijd boeken van waar gebeurde verhalen. Ik zal nooit iets fictie, of iets dat

niet kan, over ver van mij bed, ik ga altijd zo naar dat echt. Op tv ook, films, waargebeurde

verhalen spreken mij heel hard aan, dus dat zal zo wel wat hetzelfde zijn waarschijnlijk hé.

Page 177: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

Maar in het algemeen lees ik wel niet zo heel veel. Ik probeer dat wel, maar ja, ik heb niet

altijd genoeg tijd. Maar ik doe dat wel heel graag.

Ooit al eens een boek gelezen over opvoeding?

Nee, eigenlijk niet.

Maakt de lay-out van artikels iets uit voor jou?

Mja, dat is wel leuk dat er prentjes of foto’s ofzo bij zijn, maar dat hoeft niet. Ik vind het wel

goed dat die tips zo in puntjes staan, nadien dikwijls. Dat vind ik wel goed. En ook niet te

lang, twee bladzijden is genoeg, alléz ja, het moet ook niet te langdradig worden hé.

Zouden vaktermen storen?

Mm, storen, het moet wel plezant lezen blijven en verstaanbaar voor iedereen, want wie

krijgt dat allemaal in z’n handen, dat tijdschrift, ja, dat is wel zo hé. Alle doelgroepen moeten

het uiteindelijk verstaan hé. Het is niet voor de dokters alleen ofzo hé. Gewoon verstaanbare

taal, of als het echt niet anders kan, dat de woorden verduidelijkt worden hé. Ik lees ook

liever iets meer in de praktijk, met voorbeelden enzo. Dan ziet ge zo van ‘die doen dat zo en

die doen dat zo’, ja. Ge voelt u zo wat begrepen hé, of hoe moet ik dat anders zeggen?

Denk je dan soms na over uw eigen manier van opvoeden?

Ja, dat doe je dan toch wel. Ik vind dat toch wel heel belangrijk dat je daar zo eens bij stil

staat, want er zijn nog altijd dingen waarvan je denkt dat je die anders had moeten doen

ofzo. Ja, maar ja, dat is hé. Maar ik spreek daar niet echt met andere mensen over, ze zeggen

ook altijd dat wij heel brave kinderen hebben, dus, dan denkt ge van ‘we zitten goed’ hé.

Nee, eigenlijk niet. Er zijn eigenlijk ook niet zo heel veel problemen. Misschien komt dat nog

wel, ge weet dat niet. Maar daarom is het niet zo dat ik eens geen boekske vastpak, want ge

kunt altijd nog wel bijschaven hé. In het slapen gaan, of bij gelijk wat. Ge krijgt ook genoeg

informatie thuis hé.

Teveel?

Nee. Ik vind dat goed zo. En ge kunt dat zelf nog een beetje aanvullen, als ge zegt van ‘ik kijk

daar op tv niet naar’, ja, dan zult ge ofwel genoeg informatie hebben ofwel interesseert het u

gewoon minder en anders kijkt ge op tv wat meer hé. Tegenwoordig zijn er zoveel

programma’s op tv met kinderen.

Zijn er bepaalde thema’s die meer aan bod mogen komen?

Het zijn dikwijls altijd zo wat dezelfde thema’s waar dat de problemen ook rond zijn hé.

Rond het eten of rond het slapengaan, zo van die typische dingen. Nee, ja, ik heb zo wel iets,

onze Sven die heeft tegenwoordig last van als die van ’t school komt, dan moet er hier direct

huiswerk gemaakt worden, want daarna gaan wij eten en dan gaan wij naar de stal melken

en dan is er daarna geen tijd niet meer, want als wij terug komen van het melken is het al

bijna bedtijd hé. En dan heeft die soms wel wat last zo van direct daaraan te beginnen, dat

die zo precies zichzelf efkens op iets anders moet kunnen, en dan denk ik ‘ja, daar heb ik

eigenlijk zo nog niks van op tv gezien of gelezen’ en dan denkt ge dat het wel goed zal zijn

gelijk dat ge het doet hé. Dat moet gewoon zo, want anders kan het niet bij ons, dus. Ons

Page 178: Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van … · 2015. 6. 29. · Ouders en opvoedingsondersteuning: een verkenning van commerciële literatuur Sofie Jacobs 9 Klasse.

Karen die heeft daar geen problemen mee, die komt van ’t school en die pakt haar boeken en

die begint, maar Sven moet altijd zo wat kunnen prutsen, of treuzelen of soms wel eens boos

worden zelfs, ja, dat hoort erbij zekers. (Karen komt er even tussen)

Had je het gevoel dat je meer uit die info-avond kon halen dan uit een artikel?

Ja, ik vond dat wel goed. Dat was ene van Child Focus die dat dat bracht en dat was goed.

Hoe dat kinderen en tieners, hoe dat die eigenlijk achter de computer zitten, hoe dat die

verdwalen in dat internet enzo en alléz, ja, er waren ook voorbeelden uit zijn ervaringen en

al en hij gaf ook een hele lijst met websites waar dat ge maar eens op moest gaan kijken en ge

kreegt dan zo een boekske, ja, ik vond dat heel goed. En ik vond dat dan eigenlijk beter dan

een artikel, ja, omdat dat, daar zit meer afwisseling in hé. En ge zat dan in een groep mensen,

nadien kon je vragen stellen, alléz ja, heel het geheel zo. Niet zo individueel, ik ben daar dan

samen met een vriendin naartoe gegaan, dat is dan ook wel plezant en ja, gewoon. Ja, ge

kreegt er dan toch wel wat tips mee die dat je niet uit een artikel kunt halen denk ik.

Misschien dat een spreker toch beter doordringt dan dat je dat zelf leest. Een artikel lees je

rapper, je moet er minder moeite voor doen.

En dan in vergelijking met tv-programma’s bijvoorbeeld?

Mm, moeilijke vraag, dat vind ik zo wat ongeveer hetzelfde denk ik. Ja. Dan kunt ge ook

wegzappen hé. Den tv is natuurlijk wel gemakkelijker dan efkens lezen. Wij halen

gewoonlijk ’s namiddags de post uit de brievenbus en terwijl dat wij zitten te eten hier, dan

zijn de kinderen toch op school, dan kijken we meestal in de post en als er dan iets moet

gelezen worden, is het dan meestal. Dus, tussendoor. Maar dan hoeft ge niet echt te zeggen

van ‘nu gaan ik eens gauw den tv opzetten’, nee, dan eet ge en lezen wij in onze post, dus

dan is er wel tijd voor. Want ’s avonds, als wij dan binnenkomen na het melken, dan denk ik

niet dat we nog een boekske gaan pakken, dan staat den tv gewoonlijk op. Maar overdag doe

je dat dan wel.

Vind je het goed dat de informatie naar je toekomt, zoals bijvoorbeeld via Klasse?

Ja, ik vind dat heel goed. Echt waar. Moest het er niet zijn, zou ik dat wel missen. Ge weet

dat dat elke maand komt en ja, ik zou dat missen. Maar dan leg ik me daar bij neer, dan zou

ik wel niet op een andere manier daarnaar op zoek gaan. Dan is dat zo. Want ik weet niet of

ze dat in het middelbaar ook nog meekrijgen eigenlijk. (even gesprek over het middelbaar, niet

relevant hier)

Misschien om af te sluiten, waarom lees je een artikel doorgaans?

Omdat het mij interesseert. Omdat ik kinderen heb. Ik denk later, op mijnen ouwen dag, zal

ik dat waarschijnlijk niet meer lezen denk ik. Maar nu omdat ge daar midden in zit eigenlijk

hé. Ik vind, ge weet nooit te veel hé, ge kunt altijd nog iets opsteken, ja, dat is toch zo. Ge

moet er wel voor open staan natuurlijk hé. Het goede antwoord?

Ja, maar alles is goed hé, het gaat over uw bevindingen hé, dus… In ieder geval bedankt.

Graag gedaan.