Onderzoek naar het energie- en CO2- reductiepotentieel Onderzoek naa… · Duurzaam inkopen van...
Transcript of Onderzoek naar het energie- en CO2- reductiepotentieel Onderzoek naa… · Duurzaam inkopen van...
Onderzoek naar het energie- en CO2-reductiepotentieel
Duurzaam inkopen van gebouwen, de
Rijksgebouwendienst als voorbeeld
Opdrachtgever: Agentschap NL
september 2010
© DHV B.V. Niets uit dit bestek/drukwerk mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt d.m.v. drukwerk, fotokopie, microfilm of op welke andere wijze ook, zonder voorafgaande
schriftelijke toestemming van DHV B.V., noch mag het zonder een dergelijke toestemming worden gebruikt voor enig ander werk dan waarvoor het is vervaardigd.
Het kwaliteitssysteem van DHV B.V. is gecertificeerd volgens ISO 9001.
Onderzoek naar het energie- en CO2-reductiepotentieel
Duurzaam inkopen van gebouwen, de
Rijksgebouwendienst als voorbeeld
dossier : MD-AF20101558/SU
registratienummer : AD2032-01.001
versie : definitief
Opdrachtgever: Agentschap NL
september 2010
DHV B.V.
Agentschap NL/Onderzoek naar het energie- en CO2-reductiepotentieel september 2010, versie definitief
D2032-01.001 - 1 -
INHOUD BLAD
SAMENVATTING 3
1 INLEIDING 5
2 RESULTATEN 7 2.1 Huidige situatie Rijksgebouwendienst 7 2.2 Toepassen criteria voor Duurzaam Inkopen 8 2.3 De Nederlandse kantorenmarkt volgt de Rgd 10 2.4 Afstoot gebouwen 12 2.5 Aanscherping DI criteria 14
3 VERANTWOORDING 17 3.1 Aanpak 17 3.2 Stap 1: Combineren van bestanden 17 3.3 Stap 2: Toepassen criteria voor Duurzaam Inkopen; huur 19 3.4 Stap 3 Toepassen criteria voor Duurzaam Inkopen; eigendom 20 3.5 Stap 4. Scenario effect op Nederlandse kantorenmarkt 22 3.6 Stap 5. Scenario versneld afstoten 22 3.7 Stap 6. Effect aanscherping criteria voor Duurzaam Inkopen 23
4 CONCLUSIES 25
5 AANBEVELINGEN 27 5.1 Aanbevelingen met betrekking tot toepassing van de Duurzaam Inkopen criteria 27 5.2 Aanbevelingen gericht op het verbeteren van de gebruikte bestanden 28
6 COLOFON 29
BIJLAGE 1 Persberichten
DHV B.V.
Agentschap NL/Onderzoek naar het energie- en CO2-reductiepotentieel september 2010, versie definitief
D2032-01.001 - 2 -
DHV B.V.
Agentschap NL/Onderzoek naar het energie- en CO2-reductiepotentieel september 2010, versie definitief
D2032-01.001 - 3 -
SAMENVATTING
Sinds 1 januari 2010 koopt de overheid duurzaam in. Dit geldt voor alles, van koffie tot kantoren. Maar wat
levert dit nou precies op? Agentschap NL en de Rijksgebouwendienst (Rgd) hebben DHV opdracht
gegeven om het effect van Duurzaam Inkopen van kantoren op het energiegebruik en het CO2-
reductiepotentieel, uitgedrukt in energielabels, primaire energie en CO2.
Opzet
Voor het onderzoek heeft DHV een aantal gebouwgegevens, zoals onder andere de looptijd van
huurovereenkomsten, het oppervlak en de eigendomssituatie van de kantoorgebouwen die in gebruik zijn
door de Rijksoverheid, gekoppeld aan de Energielabeldatabase van Agentschap NL.
Het onderzoek is gebaseerd op de Duurzaam Inkopen-criteria voor kantoren:
• Aankoop en huur (minimaal label C of 2 labelstappen of, indien het gebouw label D heeft, verbetering
tot label C).
• Renovatie (minimale verbetering milieuprestatie met 2 punten, berekend met GPR-gebouw, tot
maximaal GPR 7, of minimale verbetering milieuprestatie met 60 Punten, berekent met GreenCalc+,
tot maximaal GreenCalc 200).
In het onderzoek is het effect van Duurzaam Inkopen berekend op de energiebesparing en de CO2-
reductie:
• Van de Rgd-voorraad kantoorgebouwen (huur en eigendom).
• Van de Nederlandse kantorenmarkt indien alle overheden en 20% van de markt het beleid voor
Duurzaam Inkopen volgen.
• Bij versneld afstootscenario van de Rgd.
• Bij mogelijke aanscherping van de criteria voor Duurzaam Inkopen-criteria in 2015.
Resultaten
Uit het onderzoek blijkt dat bij kantoren die in gebruik zijn van de Rijksoverheid, als gevolg van de criteria
voor Duurzaam Inkopen, in 2020 jaarlijks circa 16% CO2-reductie oftewel 31.000 ton CO2 mogelijk is ten
opzichte van 2010 (zie Figuur S.1 en Tabel S.1). Het aantal gebouwen met label C en A+ neemt toe. Uit
het onderzoek blijkt tevens dat de Rijksgebouwendienst in 2020 nauwelijks nog in gehuurde
kantoorgebouwen met een energielabel F of G gehuisvest zal zijn. Hierbij is ervan uitgegaan dat het totaal
vloeroppervlak dat bij de Rgd in gebruik is, gelijk blijft.
CO2-emissie Rgd kantoren
0
20.000
40.000
60.000
80.000
100.000
120.000
140.000
Huur Eigendom
ton
CO
2 p
er
jaar
2010
2020
Primaire energie Rgd kantoren
0
500
1.000
1.500
2.000
2.500
Huur Eigendom
TJ
pe
r ja
ar
2010
2020
Figuur S.1: Impact DI-criteria op CO2-emissie en primaire energie
DHV B.V.
Agentschap NL/Onderzoek naar het energie- en CO2-reductiepotentieel september 2010, versie definitief
D2032-01.001 - 4 -
In een tweede scenario is er rekening gehouden met een inkrimping van het kantooroppervlak dat door de
Rgd in gebruik is. Door inkrimping van de overheid en efficiënter gebruik van gebouwen is een inkrimping
van 29% aan vloeroppervlak mogelijk. In dit scenario is ervan uitgegaan dat daarbij de gebouwen met de
slechtste energielabels het eerst worden afgestoten. Het gecombineerde effect van inkrimping en afstoot
van de (energetisch) slechtste gebouwen levert een CO2-reductie op van 48% ten opzichte van de huidige
situatie.
Eventuele aanscherping van de criteria in 2015 (energielabel C wordt B) is in een derde scenario
onderzocht. Dit leidt tot een totale reductie in 2020 van 34.000 ton CO2 per jaar ten opzichte van 2010, zie
onderstaande tabel. De impact op de CO2-emissie van de aanscherping is beperkt. De grootste winst
wordt behaald door het verbeteren van de gebouwen met de slechtste energieprestatie; dit gebeurt al met
de huidige criteria.
Tabel: Resultaten verschillende scenario’s voor kantoorvoorraad Rgd
Scenario’s Huur + eigendom (kantoorvoorraad Rgd)
Label
(gemm.)
Energie-
Index
CO2-emissie
[ton/jaar]
Primair energiegebruik
[TJ/jaar]
Reductie CO2 en
primaire energie[%]
Huidige situatie Rgd D 1,31-1,45 198.000 3.369 -
Toepassen DI criteria B 1,16-1,30 167.000 2.839 16%
Afstoot gebouwen A 0,71-1,05 103.000 1.754 48%
Aanscherping DI-criteria B 1,06-1,15 163.000 2.771 18%
Indien naast de Rijksoverheid de overige overheden en 20% van de markt, samen in totaal 40% van de
eindgebruikers van kantoren, het Duurzaam Inkopenbeleid van de overheid hanteren, is in 2020 een CO2-
reductie voor de gehele kantorenmarkt van circa 6% oftewel 144.000 ton CO2 per jaar ten opzichte van
2010 mogelijk. Zie onderstaande tabel.
Tabel: Resultaten verschillende scenario’s voor kantoorvoorraad nationale markt
Scenario’s Huur + eigendom (nationale markt)
Label
(gemm.)
Energie-
Index
CO2-emissie
[ton/jaar]
Primair energiegebruik
[TJ/jaar]
Reductie CO2 en
primaire energie[%]
Huidige situatie NL E 1,46-1,60 2.580.000 43.900 -
40% Nederlandse markt
volgt DI-criteria
D 1,31-1,45 2.436.000 41.400 6%
Conclusies
• Het Duurzaam Inkopen van kantoren en het Energielabel Gebouwen blijken effectieve instrumenten
om energiebesparing en CO2-reductie bij kantoorgebouwen te realiseren.
• Inkrimping van het gebruikte vloeroppervlak, in combinatie met afstoot van gebouwen met de
slechtste energieprestatie leidt tot bijna een halvering van de gebouwgebonden CO2-emissie van de
kantoorvoorraad van de Rgd; het aantal gebouwen met F en G label vermindert sterk, en het aantal
gebouwen met label C en A+ neemt sterk toe.
• Aanscherpen van de criteria voor Duurzaam Inkopen in 2015 heeft beperkt effect. Uit de eerste
ervaringen van de Rgd met de toepassing van deze criteria blijkt dat marktpartijen in de meeste
gevallen verbeteringen doorvoeren die verder gaan dan de huidige inkoopcriteria, mogelijk om
toekomstige aanscherpingen vóór te blijven. Een reden om de mogelijkheid van verdere aanscherping
zeker open te houden.
• Een veel groter effect is te bereiken als ook andere marktpartijen (eindgebruikers, gebouweigenaren,
beleggers) de criteria gaan toepassen.
DHV B.V.
Agentschap NL/Onderzoek naar het energie- en CO2-reductiepotentieel september 2010, versie definitief
D2032-01.001 - 5 -
1 INLEIDING
De Rijksoverheid is de grootste inkoper/aanbesteder van Nederland. Zij heeft zichzelf als doel gesteld om
100% duurzaam in te kopen. Hieronder vallen alle producten en diensten die worden ingekocht. Van
papier en paperclips tot wegen en gebouwen.
De Rijksgebouwendienst (Rgd) ontwikkelt, koopt en huurt voor de Nederlandse overheid kantoorruimte. Zij
koopt gebouwen zelf aan of huurt deze van beleggers, doet het beheer van deze gebouwen en verhuurt
ze door aan ministeries en andere overheidsorganen. De Rgd wil ‘de kampioen van de voorraad’ op
duurzaamheidsgebied zijn. Hiermee bedoelt de Rgd dat de totale vastgoedportefeuille van de Rgd het
vergelijk met andere (commerciële) vastgoedportefeuilles glansrijk moet kunnen doorstaan. Een maat voor
dit vergelijk kan de gemiddelde energie-index zijn.
Voor aankoop en aanhuur evenals voor renovatie van kantoorgebouwen zijn door Agentschap NL criteria
voor Duurzaam Inkopen opgesteld.
Deze criteria zijn als volgt1:
• Bij huur en aankoop is de eis het aangeboden gebouw minimaal een energielabel C heeft. Indien het
energielabel een D of lager is, dan zijn aanvullende maatregelen verplicht conform het EPA-
maatwerkadvies. Hierbij gaat het om een verbetering met twee labelstappen of tot energielabel C.
• Bij volledige renovatie is de eis een verbetering van de GreenCalc+ score met minimaal 60 punten (is
vergelijkbaar met 2 labelstappen) of een totaalscore van minimaal 200 (vergelijkbaar met energielabel
A+) moet worden behaald. Als de beoordeling met GPR-gebouw wordt uitgevoerd moet een
verbetering van minimaal 2 punten of een totaalscore van minimaal 7 worden behaald.
De Rijksgebouwendienst wil graag weten wat de potentiële bijdrage is van de toepassing van de criteria
voor renovatie en voor huur en aankoop op de realisatie van de energiebesparingsdoelstellingen van de
Rgd. Agentschap NL wil graag inzicht in de mogelijke bijdrage van de criteria aan energiebesparing in de
gebouwde omgeving van Nederland. Gezamenlijk hebben zij DHV opdracht gegeven om het effect van de
toepassing van de criteria voor Duurzaam Inkopen te berekenen, zowel voor de Rgd als voor de
Nederlandse kantorenmarkt. Hierbij is uitgegaan van de energielabels van de Rgd-kantoren, zoals die eind
2009 bekend waren. Met als uitgangspunt dat de tot eind 2009 gelabelde gebouwen representatief zijn
voor het gehele gebouwenbestand van de Rgd, met deze gegevens is een inschatting gemaakt van de
energielabels van dit gebouwenbestand in 2020, bij toepassing van de criteria voor Duurzaam Inkopen.
Voor Agentschap NL is een inschatting gemaakt van het effect als 20% van de markt de overheid zou
volgen in het toepassen van de criteria voor Duurzaam Inkopen.
Voor de Rgd zijn daarnaast nog twee aanvullende scenario’s onderzocht:
• Een scenario waarin de totale kantoorvoorraad krimpt en gebouwen uit de eigen kantoorvoorraad met
een slechte energielabel versneld worden afgestoten.
• Een scenario met een aanscherping van het DI-beleid vanaf 2015.
Resultaten zijn zowel in energielabels (en energie-index), in primair energiegebruik (in TJ per jaar) als in
CO2 (in ton per jaar) weergegeven.
1 Bron www.agentschapNL.nl:
Criteria voor Duurzaam Inkopen van Renovatie Kantoorgebouwen, Versie: 1.4, Datum: 15 februari 2010.
Criteria voor Duurzaam Inkopen van Huur en aankoop van Kantoorgebouwen, Versie: 1.3, datum: 15 februari 2010.
DHV B.V.
Agentschap NL/Onderzoek naar het energie- en CO2-reductiepotentieel september 2010, versie definitief
D2032-01.001 - 6 -
DHV B.V.
Agentschap NL/Onderzoek naar het energie- en CO2-reductiepotentieel september 2010, versie definitief
D2032-01.001 - 7 -
2 RESULTATEN
2.1 Huidige situatie Rijksgebouwendienst
Verdeling energielabels kantorenvoorraad Rgd
In Figuur 2.1 staat de huidige verdeling van energielabels voor de kantoorvoorraad van de Rgd exclusief
de monumenten weergegeven. Hierin zijn zowel de gehuurde gebouwen als de gebouwen in eigendom
meegenomen. De weergegeven percentages hebben betrekking op het totale vloeroppervlak.
Energielabels 2010 (huur + eigendom)
0%
5%
10%
15%
20%
25%
A++ A+ A B C D E F G
Figuur 2.1: Verdeling energielabels kantoorvoorraad Rijksgebouwendienst
Zoals in Figuur 2.2 te zien is, verschilt de verdeling in energielabels tussen de gehuurde gebouwen en de
kantoren in eigendom. De extremen zijn groter bij de panden in eigendom. Bij deze panden zijn er meer G-
labels en meer A-labels. Dit komt voort uit de periodes waarin de kantoorvoorraad van de Rgd uitgebreid
is. De piek in de aanschaf van kantoorpanden in de jaren zeventig verklaart het grote aandeel G-labels, de
aankoop van panden in de afgelopen jaren verklaart het aandeel A-labels.
Ondanks de verschillen bedraagt de gemiddelde energie-index zowel voor de gehuurde kantoren als de
kantoren in eigendom beide 1,45 en hebben in beide gevallen daarmee gemiddeld een D-label.
Energielabels 2010 Rgd (huur)
0%
5%
10%
15%
20%
25%
A++ A+ A B C D E F G
Energielabels 2010 Rgd (eigendom)
0%
5%
10%
15%
20%
25%
A++ A+ A B C D E F G
Figuur 2.2: Verdeling energielabels voor gehuurde kantoorpanden (links) en kantoorpanden in eigendom
(rechts)
DHV B.V.
Agentschap NL/Onderzoek naar het energie- en CO2-reductiepotentieel september 2010, versie definitief
D2032-01.001 - 8 -
De totale gebouwgebonden2 CO2-emissie per jaar van de kantoorpanden van de Rijksgebouwendienst
bedraagt circa 198.000 ton. Hiervan wordt circa 82.000 ton veroorzaakt door de gehuurde panden (circa
1.625.900 m2 BVO) en circa 116.000 ton door de panden in eigendom (circa 2.252.200 m
2 BVO). Het
jaarlijkse energiegebruik bedraagt 3.369 TJ; 1.401 TJ in de gehuurde kantoren en 1.968 TJ in de
eigendomspanden.
2.2 Toepassen criteria voor Duurzaam Inkopen
De Rijksgebouwendienst is sinds 1 januari 2010 verplicht bij de huur en aankoop, renovatie en nieuwbouw
te kiezen voor energiezuinige gebouwen of het verbeteren van de energieprestatie van de gebouwen die
onvoldoende energiezuinig zijn. De Rgd geeft invulling aan deze eisen door toepassing van de Duurzaam
Inkopen-criteria in alle gevallen (100%) waar deze criteria betrekking op hebben. Monumentengebouwen
vallen bijvoorbeeld buiten deze criteria. In Figuur 2.3 is het effect van de toepassing van de DI-criteria voor
de gehuurde kantoorpanden weergegeven in 2020, vergeleken met de huidige situatie.
Energielabels 2010 Rgd (huur)
0%
10%
20%
30%
40%
50%
60%
A++ A+ A B C D E F G
Energielabels 2020 Rgd (huur)
0%
10%
20%
30%
40%
50%
60%
A++ A+ A B C D E F G
Figuur 2.3: Impact DI-criteria op verdeling energielabels van gehuurde kantoorpanden
Conform de criteria moet de energieprestatie minimaal label C zijn, of verbeterd worden met 2
labelstappen. Bij de berekeningen is uitgegaan van 2 labelstappen verbetering tot een label score C wordt
gerealiseerd. Dit is het minimale niveau dat door de gebouwen bereikt moeten worden.
Dit is duidelijk in Figuur 2.3 terug te zien door het hoge percentage aan C-labels in 2020.
2 Rekening is gehouden met de CO2-emissie ten gevolg van het energiegebruik benodigd voor verwarming,
gebouwkoeling, de productie van warm tapwater, ventilatie en verlichting. Er is geen rekening is gehouden met
apparatuur die geen deel uitmaakt van de klimaat- en verlichtingsinstallaties.
DHV B.V.
Agentschap NL/Onderzoek naar het energie- en CO2-reductiepotentieel september 2010, versie definitief
D2032-01.001 - 9 -
Energielabels 2010 Rgd (eigendom)
0%
5%
10%
15%
20%
25%
30%
A++ A+ A B C D E F G
Energielabels 2020 Rgd (eigendom)
0%
5%
10%
15%
20%
25%
30%
A++ A+ A B C D E F G
Figuur 2.4: Impact DI-criteria op verdeling energielabels van kantoorpanden in eigendom
Bij eigendomspanden leiden de duurzaam inkopen criteria tot betere energielabels dan het C-label bij
huur. Voor een toelichting van de berekeningsmethodiek, zie paragraaf 3.4. Het percentage A+ labels
neemt sterk toe. Aangezien slechts de helft van de gebouwen een grote renovatie ondergaat in de periode
tot 2020, wordt ook slechts de helft van de gebouwen beïnvloed door de criteria. Daarmee blijft een deel
van de lagere labels de komende 10 jaar buiten de invloed van de Duurzaam Inkopen-criteria.
CO2-emissie Rgd kantoren
0
20.000
40.000
60.000
80.000
100.000
120.000
140.000
Huur Eigendom
ton
CO
2 p
er
jaar
2010
2020
Primaire energie Rgd kantoren
0
500
1.000
1.500
2.000
2.500
Huur Eigendom
TJ
pe
r ja
ar
2010
2020
Figuur 2.5: Impact DI-criteria op CO2-emissie en primaire energie
Het toepassen van de duurzaam inkopen criteria leidt bij de Rgd-kantorenvoorraad tot een besparing op
de uitstoot van CO2 en het primaire energiegebruik van circa 15% voor de gehuurde kantoren en circa
16% bij de kantoren in eigendom. Dit betekent dat de CO2-emissie vermindert met circa 31.000 ton CO2
en het primaire energiegebruik met circa 530 TJ primaire energie ten opzichte van de huidige situatie
(2010). De gemiddelde energielabel is label B. Eind 2009 was de gemiddelde energielabel nog label D, zie
tabel 2.1.
Tabel 2.1: Gemiddeld energielabel in 2020 voor de Rgd-kantorenvoorraad
Gemiddelde energielabel
Huur Eigendom Totaal
Huidige situatie (eind 2009) D D D
DI-criteria (2020) C B B
DHV B.V.
Agentschap NL/Onderzoek naar het energie- en CO2-reductiepotentieel september 2010, versie definitief
D2032-01.001 - 10 -
2.3 De Nederlandse kantorenmarkt volgt de Rgd
De voorgaande berekeningen gingen er van uit dat alleen de Rgd de Duurzaam Inkopen-criteria hanteert.
De gebouwenvoorraad van de Rgd beslaat circa 10% van de Nederlandse kantorenmarkt. Deze paragraaf
geeft inzicht in het effect van aansluiting van de overige overheden (ook circa 10% van de kantorenmarkt)
en 20% van de vrije markt bij het volgen van de DI-criteria. In totaal hanteert dan 40% van de Nederlandse
kantorenmarkt de criteria voor Duurzaam Inkopen.
Huidige gemiddelde kantorenmarkt van Nederland
De Nederlandse kantorenmarkt omvat circa 46,5 miljoen m2 BVO (bron: DTZ Zadelhoff, maart 2010). In
Figuur 2.6 is de gemiddelde verdeling in energielabels voor de Nederlandse kantorenmarkt weergegeven
op basis van het vloeroppervlak. De verdeling in energielabels is opgesteld op basis van alle bij
Agentschap NL tot 2010 afgemelde labels voor kantoorgebouwen. Dit geeft waarschijnlijk een iets
vertekend beeld. In totaal is er van circa 10% van de gebouwen een energielabel bekend en zijn
eigenaren van gebouwen met een goede energielabel eerder geneigd een label te laten opstellen. De
gemiddelde energie-index is 1,49.
Energielabels 2010 NL(huur + eigendom)
0%
5%
10%
15%
20%
25%
A++ A+ A B C D E F G
Figuur 2.6: Gemiddelde verdeling energielabels Nederlandse kantorenmarkt
40% kantorenmarkt volgt duurzaam inkopen criteria
Naar een schatting van Agentschap NL is 75% van de nationale kantoormarkt te huur. Dit betekent een
oppervlak van ongeveer 35 miljoen m2 BVO. In Figuur 2.7 staat de impact op de verdeling in energielabels
weergegeven voor het huurdeel van de nationale markt als 40% van de gebouwen de Duurzaam Inkopen
criteria toepast.
DHV B.V.
Agentschap NL/Onderzoek naar het energie- en CO2-reductiepotentieel september 2010, versie definitief
D2032-01.001 - 11 -
Energielabels 2010 NL (huur)
0%
5%
10%
15%
20%
25%
30%
35%
40%
45%
A++ A+ A B C D E F G
Energielabels 2020 NL(huur), 40% mee
0,0%
5,0%
10,0%
15,0%
20,0%
25,0%
30,0%
35,0%
40,0%
45,0%
A++ A+ A B C D E F G
Figuur 2.7: Impact DI-criteria op verdeling energielabels van nationale huurmarkt
In Figuur 2.7 is duidelijk de vermindering van de lage energielabels terug te zien en de stijging van de C-
labels. Eigenlijk zijn de resultaten een soort gedempte vorm van de resultaten voor alleen de Rgd. Dit is te
verklaren doordat 60% van de kantoorvoorraad niet mee doet en we bij dit scenario ervan uitgaan dat de
energielabels van deze gebouwen niet veranderen.
Van de nationale kantoormarkt is circa 25% in eigendom. Dit komt overeen met circa 12 miljoen m2 BVO.
In Figuur 2.8 staat de impact op de label verdeling weergegeven.
Energielabels 2010 NL (eigendom)
0,0%
5,0%
10,0%
15,0%
20,0%
25,0%
30,0%
35,0%
40,0%
45,0%
A++ A+ A B C D E F G
E-labels 2020 NL(eigendom), 40% mee
0,0%
5,0%
10,0%
15,0%
20,0%
25,0%
30,0%
35,0%
40,0%
45,0%
A++ A+ A B C D E F G
Figuur 2.8: Impact DI-criteria op verdeling energielabels van kantoren in NL in eigendom
Net als bij huur, wordt slechts 40% beïnvloed door de Duurzaam Inkopen-criteria. De lage labels nemen af
en met name A+ stijgt.
DHV B.V.
Agentschap NL/Onderzoek naar het energie- en CO2-reductiepotentieel september 2010, versie definitief
D2032-01.001 - 12 -
CO2-emissie NL kantoren
0
500
1.000
1.500
2.000
2.500
3.000
Huur Eigendom Totaal
kto
n C
O2 p
er
jaar
2010
2020
Primaire energie NL kantoren
0
10.000
20.000
30.000
40.000
50.000
Huur Eigendom Totaal
TJ
pe
r ja
ar 2010
2020
Figuur 2.9: Impact DI-criteria op CO2-emissie en primaire energie nationale markt
In het overzicht lijkt de besparing slechts beperkt. Dit komt doordat 60% van de kantorenmarkt niet
meedoet en hier geen besparing wordt gerealiseerd. Toch is de verminderde CO2-emissie ruim 4 keer zo
hoog als alleen bij de Rijksgebouwendienst.
Indien 40% van de kantorenmarkt de duurzaam inkopen criteria toepast, zal de reductie van de CO2-
emissie en de het primaire energiegebruik bij huur 5% bedragen ten opzichte van 2010. Bij eigendom
wordt 7% reductie behaald ten opzichte van 2010. De totale CO2-emissie van de gehele Nederlandse
kantorenmarkt wordt met circa 144.000 ton CO2 per jaar verminderd ten opzichte van de huidige situatie
(2010). De reductie van primaire energie bedraagt circa 2.460 TJ per jaar ten opzichte van de huidige
situatie. De gemiddelde labelkwaliteit is label D, eind 2009 was de gemiddelde energielabel nog label E,
zie figuur 2.2.
Tabel 2.2: Gemiddeld energielabel in 2020 voor de nationale kantorenvoorraad
Gemiddelde energielabel
Huur Eigendom Totaal
Huidige situatie (eind 2009) E E E
40% markt voor DI-criteria (2020) D C D
2.4 Afstoot gebouwen
De Rijksgebouwendienst zal de komende jaren minder vloeroppervlak nodig hebben en daarom een deel
van de gebouwenvoorraad afstoten. Voor dit onderzoek heeft de Rgd een inschatting gemaakt van de
afname van het benodigde vloeroppervlak aan kantoorruimte. Bij de gehuurde panden zal het
vloeroppervlak met 550.000 m2 BVO afnemen. Het vloeroppervlak in eigendom neemt met 770.000 m
2 af.
Aangezien niet al deze afgestoten panden relevant zijn voor het onderzoek, ook bijvoorbeeld
monumentale panden zijn hierin meegenomen en panden die slechts voor een deel door de Rgd gehuurd
worden, is in dit onderzoek rekening gehouden met het afstoten van 640.000 m2 kantoorruimte in
eigendom en 485.000 m2 gehuurde kantoorruimte. Inschatting is dat tot 2020 circa 29% van het
vloeroppervlak wordt afgestoten.
In deze paragraaf staan de resultaten weergegeven na het afstoten van de gebouwen met de laagste
energieprestatie. Bij de afloop van het huurcontract wordt het contract van de panden met de laagste
energetische prestatie niet verlengd. Bij de panden in eigendom kunnen direct de slechtst presterende
DHV B.V.
Agentschap NL/Onderzoek naar het energie- en CO2-reductiepotentieel september 2010, versie definitief
D2032-01.001 - 13 -
gebouwen worden afgestoten. Voor de overige panden is rekening gehouden met toepassing van de
criteria voor Duurzaam Inkopen.
Energielabels 2010 Rgd (huur)
0%
10%
20%
30%
40%
50%
60%
A++ A+ A B C D E F G
Energielabels 2020 na afstoot (huur)
0,0%
10,0%
20,0%
30,0%
40,0%
50,0%
60,0%
A++ A+ A B C D E F G
Figuur 2.10: Impact DI-criteria op verdeling energielabels van gehuurde panden na afstoot
De afstoot van gebouwen met een lage energieprestatie in combinatie met de duurzaam inkopen criteria
leidt tot het vrijwel volledig verdwijnen van de E, F en G labels uit de kantorenvoorraad van de Rgd, zowel
voor huur als voor eigendom (zie Figuur 2.10 en 2.11). Bij huur blijft nog een klein deel van deze lage
labels over omdat van deze panden het huidige huurcontract tot of na 2020 doorloopt.
Energielabels 2010 Rgd (eigendom)
0%
5%
10%
15%
20%
25%
30%
A++ A+ A B C D E F G
Energielabels 2020 na afstoot (eigendom)
0%
5%
10%
15%
20%
25%
30%
A++ A+ A B C D E F G
Figuur 2.11: Impact DI-criteria op verdeling energielabels van panden in eigendom na afstoot
Het afstoten van de gebouwen met de laagste energieprestatie heeft een versterkend effect op de reductie
van de CO2-emissie van de gebouwenvoorraad. Allereerst neemt de gebouwenvoorraad af, waarmee de
CO2-emissie ook afneemt. Ten tweede verbetert de gemiddelde energieprestatie van de resterende
gebouwvoorraad.
DHV B.V.
Agentschap NL/Onderzoek naar het energie- en CO2-reductiepotentieel september 2010, versie definitief
D2032-01.001 - 14 -
CO2-emissie Rgd kantoren (afstoot)
0
50.000
100.000
150.000
200.000
250.000
Huur Eigendom Totaal
ton
CO
2 p
er
jaar
2010
2020
2020 Afs
Primaire energie Rgd kantoren (afstoot)
0
1.000
2.000
3.000
4.000
Huur Eigendom Totaal
TJ p
er
jaar 2010
2020
2020 Afs
Figuur 2.12: Impact DI-criteria en afstoot slechte gebouwen op CO2-emissie en primaire energie
Het afstoten van de minst energiezuinige gebouwen in combinatie met het hanteren van de Duurzaam
Inkopen-criteria leidt bij de Rgd-kantorenvoorraad tot een besparing op de uitstoot van CO2 en het primaire
energiegebruik van circa 43 % voor de gehuurde kantoren en circa 51% bij de kantoren in eigendom,
samen gemiddeld 48%. Dit betekent dat de CO2-emissie vermindert met circa 95.000 ton CO2 en het
primaire energiegebruik met circa 1.615 TJ primaire energie ten opzichte van de huidige situatie (2010).
De gemiddelde energielabel is label A, zie figuur 2.3.
Tabel 2.3: Gemiddeld energielabel in 2020 voor de Rgd kantorenvoorraad
Gemiddelde energielabel
Huur Eigendom Totaal
Huidige situatie (eind 2009) D D D
Afstoot kantoren (2020) B A A
2.5 Aanscherping DI criteria
In deze paragraaf wordt de invloed van een mogelijke aanscherping van de Duurzaam Inkopen-criteria
vanaf 2015 weergegeven voor de verdeling van energielabels en de CO2-emissie voor de kantoorvoorraad
van de Rgd. Voor deze berekening is gekozen voor de volgende aanscherpingsvariant:
• Huur en aankoop: het aangeboden gebouw heeft minimaal een energielabel B. Indien het
energielabel een C of lager is, dan zijn aanvullende maatregelen verplicht conform het EPA-
maatwerkadvies. Hierbij gaat het om een verbetering met drie labelstappen of tot energielabel B.
• Renovatie: minimale verbetering milieuprestatie met 90 Punten, berekend met GreenCalc+, tot
maximaal GreenCalc 200 of of minimale verbetering milieuprestatie met 3 punten, berekent met GPR-
gebouw, tot maximaal GPR 7.
Het effect van deze aanscherping is in Figuur 2.13 weergegeven.
DHV B.V.
Agentschap NL/Onderzoek naar het energie- en CO2-reductiepotentieel september 2010, versie definitief
D2032-01.001 - 15 -
Energielabels 2010 Rgd (huur)
0%
10%
20%
30%
40%
50%
60%
A++ A+ A B C D E F G
Energielabels 2020 (huur) aangescherpt
0%
10%
20%
30%
40%
50%
60%
A++ A+ A B C D E F G
Figuur 2.13: Impact aanscherping DI-criteria op verdeling energielabels van gehuurde kantoorpanden
In Figuur 2.13 is duidelijk het effect van de aanscherping tot energielabel B terug te zien. In plaats van tot
label C zal men nu verbeteringen doorvoeren tot label B of in plaats van 2 worden er 3 labelstappen
verbetering verplicht. In 2020 zal het B-label de meest voorkomende energielabel zijn binnen de gehuurde
panden van de Rgd.
Energielabels 2010 (eigendom)
0%
5%
10%
15%
20%
25%
30%
A++ A+ A B C D E F G
Energielabels 2020 (eigendom) aangescherpt
0%
5%
10%
15%
20%
25%
30%
A++ A+ A B C D E F G
Figuur 2.14: Impact aanscherping DI-criteria op verdeling energielabels van kantoren in eigendom
De grotere minimale verbeterstap, hetzij 3 punten bij GPR of 90 punten bij GreenCalc+, die na de
aanscherping vereist wordt, heeft tot gevolg dat meer gebouwen in de categorie A+ zullen vallen. Dit is
terug te zien in Figuur 2.14. Daarbij valt op dat een groot deel van de lagere labels blijven bestaan. Dit
komt doordat tot 2020 niet alle gebouwen gerenoveerd zullen worden.
DHV B.V.
Agentschap NL/Onderzoek naar het energie- en CO2-reductiepotentieel september 2010, versie definitief
D2032-01.001 - 16 -
CO2-emissie Rgd kantoren (aanscherping)
0
50 .0 0 0
10 0 .0 0 0
150 .0 0 0
2 0 0 .0 0 0
2 50 .0 0 0
Huur Eigendom Totaal
ton
CO
2 p
er
jaar
2010
2020
2020 DI+
Primaire energie Rgd kantoren (aanscherping)
0
1.000
2.000
3.000
4.000
Huur Eigendom Totaal
TJ p
er
jaar
2010
2020
2020 DI+
Figuur 2.15: Impact aanscherping DI-criteria op CO2-emissie en primaire energie
De aanscherping van de duurzaam inkopen criteria in 2015 leidt bij de Rgd-kantorenvoorraad tot een
besparing op de uitstoot van CO2 van circa 18 % voor de gehuurde kantoren en circa 17% bij de kantoren
in eigendom. Dit betekent dat de CO2-emissie vermindert met circa 35.100 ton/jaar en het primaire
energiegebruik met circa 598 TJ/jaar ten opzichte van de huidige situatie (eind 2009). De gemiddelde
energielabel is label B, zie figuur 2.4.
Tabel 2.4: Gemiddeld energielabel in 2020 voor de Rgd kantorenvoorraad
Gemiddelde energielabel
Huur Eigendom Totaal
Huidige situatie (eind 2009) D D D
DI-criteria (2020) C B B
Aanscherping DI-criteria (2020) B B B
De impact op de CO2-emissie van de aanscherping is slechts beperkt ten opzichte van het effect van de
huidige criteria. Deze conclusie is gebaseerd op de Rgd cijfers maar geldt ook voor eventuele
aanscherping van de Duurzaam Inkopen-criteria voor de Nederlandse kantoorvoorraad De grootste winst
wordt behaald door het verbeteren van de gebouwen met de slechtste energieprestatie. Dit gebeurt al met
de huidige Duurzaam Inkopen-criteria.
DHV B.V.
Agentschap NL/Onderzoek naar het energie- en CO2-reductiepotentieel september 2010, versie definitief
D2032-01.001 - 17 -
3 VERANTWOORDING
3.1 Aanpak
Om tot een inschatting van het effect van de criteria voor Duurzaam Inkopen voor kantoren te komen
hebben we in dit project de volgende stappen doorlopen:
• Stap 1: Combineren van Rgd gebouwenbestand en Agentschap NL Energielabeldatabase. Van welke
Rgd kantoren is de energielabel bekend?
• Stap 2: Toepassen criteria voor Duurzaam Inkopen voor huur van kantoren.
• Stap 3: Toepassen criteria voor Duurzaam Inkopen voor kantoren in eigendom.
• Stap 4: Wat als 20% van de Nederlandse kantorenmarkt de Rgd en andere overheden volgt in het
toepassen van de criteria voor Duurzaam Inkopen.
• Stap 5: Scenario versneld afstoten.
• Stap 6: Effect aanscherping criteria voor Duurzaam Inkopen.
3.2 Stap 1: Combineren van bestanden
In deze stap zijn het Gebouwbestand Rijksgebouwendienst (december 2009) en de energielabeldatabase
van Agentschap NL (december 2009) aan elkaar gekoppeld.
Gebouwbestand Rgd
Dit bestand bevat alle (circa 2000) objecten die door de Rgd worden beheerd. Hiervan pasten 715 binnen
de selectiecriteria en zijn 582 gebouwen meegenomen in de berekening. De 715 gebouwen beslaan een
oppervlak van 4.566.175 m2, hiervan zijn door het toepassen van de selectiecriteria voor Duurzaam
Inkopen 582 gebouwen meegenomen (3.878.080 m2 - 85%).
De inkoopcriteria zijn alleen van toepassing op kantoorgebouwen (in Tabel 3.1 staan de functies die als
kantoorfunctie zijn aangenomen) en niet op monumentale kantoren. Het bestand is eerst gefilterd op deze
criteria. Daarnaast bleken enkele gebouwen niet relevant, omdat ze bijvoorbeeld buiten Nederland liggen,
bij navraag toch al afgestoten bleken te zijn of dat er te weinig gegevens beschikbaar waren. Bovendien
zijn gebouwen met ontbrekende of onvolledige gegevens gecombineerd met een oppervlak van minder
dan 1.000 m2 buiten de beoordeling gelaten. Het oppervlak en de impact op het totaal werd geacht te klein
te zijn om nader onderzoek te rechtvaardigen.
DHV B.V.
Agentschap NL/Onderzoek naar het energie- en CO2-reductiepotentieel september 2010, versie definitief
D2032-01.001 - 18 -
Tabel 3.1: Overzicht verschillende objecttypen in Rgd database
OBJECT_FUNCTIE
onbebouwd terrein Nee
archiefgebouw Nee
bedrijfsruimte Nee
bibliotheek Nee
civieltechnisch werk Nee
gerechtsgebouw Ja
Jeugdinrichting Nee
kantoorgebouw Ja
laboratorium Nee
ministerie kern Ja
museum Nee
onderwijsgebouw Nee
opslagplaats Nee
overige ruimtes Nee
parkeerterrein Nee
penitentiaire inrichting Nee
politie en douane Ja
sportgebouw Nee
stallingsruimte Nee
tbs-inrichting Nee
woning Nee
In de Rgd-database is over deze objecten onder meer de volgende informatie beschikbaar: huur of
eigendom, adresgegevens, vierkante meters (BVO), einddatum huurcontract, gebruiker.
Energielabeldatabase.
De energielabeldatabase bevat alle informatie van afgemelde energielabels in Nederland. Van
Agentschap NL hebben wij het overzicht ontvangen (eind 2009) van alle energielabels van
utiliteitsgebouwen. Deze database bevat per pand onder andere adresgegevens, theoretisch
gebouwgebonden energiegebruik, vloeroppervlak, energie-index en het verstrekte energielabel.
Koppeling
Via de adresgegevens zijn de twee bestanden aan elkaar gekoppeld. Bij een groot aantal panden was niet
direct een koppeling te maken, bijvoorbeeld omdat er meerdere labels op één adres bekend zijn, of omdat
de Rgd meerdere panden op één adres in haar beheer heeft. Bij sommige adressen was wel een
koppeling te maken maar ontstonden er om andere redenen vragen, bijvoorbeeld omdat het
vloeroppervlak in de twee databases niet overeenkwam. De adressen waarover onduidelijkheid bestond,
zijn voorgelegd aan de Rgd. Om het uitzoek werk te beperken is alleen gekeken naar panden met een
vloeroppervlak van meer dan 1.000 m2. Op deze manier is voor 170 kantoorpanden (in totaal circa
1.850.000 m2 vloeroppervlak), in beheer bij de Rgd, een energielabel gevonden.
Beide bestanden bevatten gegevens over het vloeroppervlak. Omdat dit gegeven bij het labelbestand van
Agentschap NL in enkele gevallen ontbrak is gebruik gemaakt van het vloeroppervlak zoals weergegeven
in het Rgd bestand.
DHV B.V.
Agentschap NL/Onderzoek naar het energie- en CO2-reductiepotentieel september 2010, versie definitief
D2032-01.001 - 19 -
Omrekening naar CO2
Van elk gebouw met een energielabel is een theoretisch gebouwgebonden energiegebruik bekend. Dit
betreft het primaire gebouwgebonden energiegebruik (zie kader). Met het theoretische energiegebruik is
een inschatting te maken van de bijbehorende CO2-uitstoot. Hierbij zijn de volgende aannames gemaakt:
• De verhouding in het energiegebruik tussen gas/elektra bij kantoren is 60%/40% (SenterNovem
Kompas 2005).
• 100% van het gasgebruik en 50% van het elektriciteitsverbruik is gebouwgebonden. Alleen het
gebouwgebonden energiegebruik is meegenomen.
Op basis hiervan is een omrekening gemaakt naar kWh en m3, waaruit vervolgens de CO2-emissie kan
worden berekend [conform: "bepaling milieueffecten duurzaam inkopen"].
E-gebruik energielabel
Bij de energielabel wordt een standaard energiegebruik van het gelabelde gebouw berekend. Hierbij wordt
uitgegaan van het gemiddelde Nederlandse klimaat, een gemiddelde bezettingsgraad van het gebouw en
een gemiddeld gebruikersgedrag. Het standaard energiegebruik van dit gebouw is de hoeveelheid energie
die jaarlijks nodig is voor verwarming, gebouwkoeling, de productie van warm tapwater, ventilatie en
verlichting (exclusief apparatuur die geen deel uitmaakt van de klimaat- en verlichtingsinstallaties).
3.3 Stap 2: Toepassen criteria voor Duurzaam Inkopen; huur
Voor alle gebouwen die de Rgd huurt van derden is het effect van de criteria voor Duurzaam Inkopen
doorgerekend. Voor huur schrijven de Duurzaam Inkopen-criteria voor dat indien het te huren of aan te
kopen gebouw minimaal een label C heeft. Indien het energielabel een D of lager is, dan zijn aanvullende
maatregelen verplicht conform het EPA- maatwerkadvies. Hierbij gaat het om een verbetering met twee
labelstappen of tot energielabel C.
Een andere mogelijkheid is het uitvoeren van alle maatregelen met een terugverdientijd van 10 jaar, op
basis van het EPA maatwerkadvies.
Als contractvoorwaarde dient te worden opgenomen dat de benodigde maatregelen binnen 24 maanden
dienen uitgevoerd te worden.
Naast bovenstaande maatregelen zijn er ook enkele maatregelen benoemd waarvan het effect niet
afzonderlijk meegenomen is, omdat de energetische consequenties grotendeels al in de labelstappen
zitten:
• Bij huur + inbouwpakket: flexibel inbouwpakket.
• Bij vervanging van lampen: energiezuinige lampen met minimaal rendement van 50 lumen/Watt.
• Bij vervanging van de verlichtingsarmaturen: toepassen van daglichtschakeling en aanwezigheids-
detectie.
Op basis van de huurpanden met een bekende energielabel is een inschatting gemaakt voor de verdeling
van energielabels voor alle gehuurde kantoren van de Rgd. Hierbij zijn de volgende aannames gedaan.
• De gevonden gebouwen met energielabels zijn representatief voor het gehele kantoorbestand. (De
gebouwen met een volledige energielabel beslaan een oppervlak van circa 1.851.000 m2. Dit komt
overeen met circa 50% van het totale doorgerekende oppervlak.)
• Op basis van de gebouwen met een bekende energielabel is per energielabelniveau voor de Rgd de
hoeveelheid vierkante meters en een gemiddeld (theoretisch) energiegebruik per vierkante meter
berekend. Met deze gegevens is een inschatting gemaakt van de verdeling van de energielabels, de
gemiddelde energie-index en gemiddeld energiegebruik voor alle huurpanden.
DHV B.V.
Agentschap NL/Onderzoek naar het energie- en CO2-reductiepotentieel september 2010, versie definitief
D2032-01.001 - 20 -
Voor elk individueel pand is het effect in 2020 van de Duurzaam Inkopen-criteria doorgerekend op basis
van de volgende aannames:
• Van elk pand is de afloop van het huurcontract bekend. We zijn ervan uitgegaan dat huurcontracten
steeds met 5 jaar verlengd worden.
Overweging 5 jaar
In de praktijk bestaat de kans dat partijen de grenzen en manieren zullen opzoeken om onder het beleid
voor Duurzaam Inkopen uit te komen. Bijvoorbeeld door de huurperiode te verkorten tot 4 jaar, zodat geen
verbeterslag nodig is. Dat zou betekenen dat de aanname voor 5 jaar het effect van Duurzaam Inkopen te
positief in schat. Aan de andere kant zijn er ook gevallen waar de criteria niet verplicht zijn, bijvoorbeeld
monumenten of huurperiodes korter dan 5 jaar waar de criteria toch worden toegepast om de gebouwen
duurzamer en comfortabeler te maken. Een andere mogelijkheid is dat de huurder of belegger zelf
voorstelt om te verbeteren. Dit maakt dat we verwachten dat de berekeningen alsnog realistisch zijn.
• Eén jaar na verlenging van een huurcontract wordt de vereiste labelverbetering geëffectueerd.
• Er is geen onderscheid gemaakt binnen een label in energiegebruik of CO2-emissie. Een gebouw
haalt daarmee na aanpassing Duurzaam Inkopen -criteria een gemiddelde label.
• Het gemiddelde energiegebruik per label is gebaseerd op de gemiddelde waarden van de database
van de Rgd.
Tabel 3.2: Omrekening labelstap naar CO2-reductie
Besparing per m2
Labelstap
Afname primaire
energie [MJ]
Warmte
[MJ]
Electra
[MJ]
Warmte
[m3]
Electra
[kWh]
CO2-reductie
[kg /m2/jaar]
G --> E 275,3 206,5 68,8 5,9 7,5 14,7
F --> D 313,2 234,9 78,3 6,7 8,5 16,7
E --> C 153,3 115,0 38,3 3,3 4,2 8,2
D --> C 67,2 50,4 16,8 1,4 1,8 3,6
D --> B 129,0 96,8 32,3 2,8 3,5 6,9
C --> B 75,0 56,3 18,8 1,6 2,0 4,0
3.4 Stap 3 Toepassen criteria voor Duurzaam Inkopen; eigendom
Voor alle panden die de Rgd zelf in eigendom heeft is ook het effect van de duur Duurzaam Inkopen-
criteria doorgerekend. Voor eigendom schrijven de criteria het volgende voor:
Bij volledige renovatie:
• Renovatie op dusdanige wijze dat de milieu-index gebouw (MIG), berekend met GreenCalc+, met ten
minste 60 punten wordt verbeterd of minimaal gelijk wordt aan 200 of renovatie op dusdanige wijze
dat de score per module (energie, milieu, gezondheid, gebruikskwaliteit, toekomstwaarde), berekend
met GPR Gebouw versie 4.0, met ten minste 2 punten wordt verbeterd of minimaal gelijk wordt aan 7.
Bij gedeeltelijke renovatie:
• Inschrijver past bij de renovatie van het gebouw alle economisch haalbare maatregelen toe uit het
bijgevoegde Energie Prestatie Advies (EPA maatwerkadvies). Onder economisch haalbaar wordt
verstaan: alle bouwkundige en installatietechnische maatregelen met een terugverdientijd van 10 jaar
of minder.
DHV B.V.
Agentschap NL/Onderzoek naar het energie- en CO2-reductiepotentieel september 2010, versie definitief
D2032-01.001 - 21 -
Te leveren hout of hout verwerkt in te leveren (hout)producten, voor zover die dienen ten behoeve van de
realisatie van het werk en deze in het werk achterblijven, dient aantoonbaar duurzaam geproduceerd te
zijn.
In dit onderzoek is uitgegaan van volledige renovatie. Het effect van hout met een boskeurmerk is niet in
energetische consequenties vertaald.
De berekening van de energetische consequenties van de Duurzaam Inkopen-criteria voor de renovatie
van kantoorgebouwen is als volgt uitgevoerd.
Het effect van de Duurzaam Inkopen-criteria voor panden in eigendom is berekend per labelgroep (groep
panden met hetzelfde energielabel). Hierbij zijn de volgende aannames gedaan:
• Frequentie renovatie van panden in eigendom: eens in 20 jaar (eens in 15 jaar + 5 jaar
voorbereidingstijd en uitvoering. Dit wordt meegenomen alsof 5% van totale voorraad per jaar
gerenoveerd wordt.
• Bij het vaststellen van de invloed van de duurzaamheidscore op het energiegebruik is gerekend met
de eis van GPR-gebouw. Hiervoor is gekozen omdat bij GPR de score ook los voor energie van
toepassing is. Hierdoor is het effect op het energiegebruik eenduidig vast te stellen. Bij GreenCalc+
wordt de score ook bepaald door het materiaalgebruik en in beperkte mate door het watergebruik.
• MJ/m2 primaire energie wordt omgerekend naar Dubo-score (GPR-rapportcijfer) via relatie uit de
grafiek van Figuur 3.1 (deze relatie is verstrekt door W/E-adviseurs, die het programma GPR-gebouw
uitbrengen en onderhouden).
• Op de Dubo-score worden de Duurzaam Inkopen-criteria toegepast.
• De nieuwe Dubo-score wordt teruggerekend naar MJ op basis van onderstaande grafiek. Op basis
van het primaire energiegebruik wordt ook het energielabel en de CO2-emissie vastgesteld.
Rapportcijfer Utiliteit GPR-gebouw 4.0
0,0
2,0
4,0
6,0
8,0
10,0
12,0
0 1000 2000 3000
primair energiegebruik (MJ/jaar*m2 GBO)
GP
R-s
co
re
Kantoren
Figuur 3.1: Relatie tussen GPR-score en primaire energiegebruik
3
3 Bron: W/E adviseurs.
DHV B.V.
Agentschap NL/Onderzoek naar het energie- en CO2-reductiepotentieel september 2010, versie definitief
D2032-01.001 - 22 -
3.5 Stap 4. Scenario effect op Nederlandse kantorenmarkt
De Rgd beheert ongeveer 10% van de Nederlandse kantorenmarkt. Nog eens 10% is in gebruik bij andere
overheden (provincies, gemeenten, waterschappen)4. Voor deze partijen gelden ook de criteria voor
Duurzaam Inkopen.
In dit scenario zijn we ervan uitgegaan dat naast de Rgd en andere overheden (samen 20% van de
kantorenmarkt) nog eens 20% van de markt de overheid volgt en ook de criteria voor Duurzaam Inkopen
voor kantoren gaat volgen.
Aannames die hierbij gemaakt zijn:
• Verdeling huur, eigendom: 75% huur, 25% eigendom.
• Looptijd huurcontracten. Aangenomen is dat gemiddeld 2 keer in de looptijd van 10 jaar een
huurcontract afloopt en er 2 labelstappen gemaakt moeten worden. Dit is gebaseerd op basis van de
Rgd cijfers en verwachting dat de markt kortere huurlooptijden aanhoudt.
• De kantorenmarkt blijft in de periode tot 2020 in omvang gelijk aan 2010. Leegstandsvraagstukken en
de structurele overcapaciteit in de kantorenmarkt zijn in dit scenario buiten beschouwing gelaten.
3.6 Stap 5. Scenario versneld afstoten
In bovenstaande berekeningen is ervan uitgegaan dat het vloeroppervlak dat de Rgd in beheer heeft,
gelijk zal blijven. De komende jaren zal naar verwachting de Rijksoverheid echter inkrimpen, efficiënter van
de gebouwen gebruik gaan maken en zal de Rgd als gevolg hiervan minder vloeroppervlak in beheer
hebben. Er zal dus vloeroppervlak afgestoten worden. De energielabel van een gebouw kan een rol
spelen in de afweging welke gebouwen afgestoten zullen worden.
De Rgd heeft voor dit onderzoek een inschatting gemaakt hoeveel vloeroppervlak (huur, eigendom) zij in
2020 mogelijk zullen hebben afgestoten, ten opzichte van eind 2009 (zie Tabel 3.3 en 3.4). Voor het
scenario versneld afstoten is ervan uitgegaan dat, bovenop de toepassing van de duurzaam inkopen
criteria voor kantoren, gebouwen met de slechtste energielabels het eerste zullen worden afgestoten.
Het CO2-effect hiervan is vergeleken met de huidige situatie (eind 20095) en toepassen van de Duurzaam
Inkopen-criteria, zonder versneld afstoten.
Aannames:
• Bij het laten aflopen van huurcontracten vanwege een lage energielabel is uitgegaan van
huurcontracten met de slechtste energieprestatie in de huidige situatie in plaats van 2020.
Tabel 3.3: Cijfers ultimo 2009 (bron: jaarverslag Rgd)
Som van BVO object Type Eigendom
Functie Eigendom Huur Eindtotaal
Overige gebouwen 2.440.000 150.000 2.590.000
Kantoorgebouw 2.720.000 1.850.000 4.570.000
Eindtotaal 5.160.000 2.000.000 7.160.000
4 Percentages inschattingen Agentschap NL
5 In de tabellen staat dit weergegeven als situatie 2010.
DHV B.V.
Agentschap NL/Onderzoek naar het energie- en CO2-reductiepotentieel september 2010, versie definitief
D2032-01.001 - 23 -
Tabel 3.4: Cijfers 2020 (bron: impact ontwikkelingen op de voorraad)
Som van BVO object Type Eigendom
Functie Eigendom Huur Eindtotaal
overige gebouwen 2.150.000 100.000 2.250.000
kantoorgebouw 1.950.000 1.300.000 3.250.000
Eindtotaal 4.100.000 1.400.000 5.500.000
3.7 Stap 6. Effect aanscherping criteria voor Duurzaam Inkopen
Voorgaande berekeningen zijn gemaakt op basis van de huidige criteria voor Duurzaam Inkopen.
Onderzocht is wat het potentiële effect is als deze Duurzaam Inkopen-criteria verder worden
aangescherpt:
• Aankoop en huur: minimaal label B of 3 labelstappen verbeteren (bij een D-label 2 labelstappen en bij
een C-label 1 labelstap verbetering verplicht).
• Renovatie: minimale verbetering milieuprestatie met 3 punten, berekend met GPR-gebouw, tot
maximaal GPR 7, of minimale verbetering milieuprestatie met 90 Punten, berekent met GreenCalc+,
tot maximaal GreenCalc 200.
Voor de aanscherping van de Duurzaam Inkopen-criteria is 1 januari 2015 aangehouden als
ingangsdatum. Vóór die datum is rekening gehouden met de huidige Duurzaam Inkopen-criteria.
DHV B.V.
Agentschap NL/Onderzoek naar het energie- en CO2-reductiepotentieel september 2010, versie definitief
D2032-01.001 - 24 -
DHV B.V.
Agentschap NL/Onderzoek naar het energie- en CO2-reductiepotentieel september 2010, versie definitief
D2032-01.001 - 25 -
4 CONCLUSIES
In onderstaande tabel staan de resultaten weergegeven van de verschillende scenario’s.
Tabel 4.1: Resultaten verschillende scenario’s voor kantoorvoorraad Rgd
Scenario’s Huur + eigendom (kantoorvoorraad Rgd)
Label
(gemm.)
Energie-
Index
CO2-emissie
[ton/jaar]
Primair energiegebruik
[TJ/jaar]
Reductie primaire
energie[%]
Huidige situatie Rgd D 1,31-1,45 198.000 3.369 -
Toepassen DI criteria B 1,16-1,30 167.000 2.839 16%
Afstoot gebouwen A 0,71-1,05 103.000 1.754 48%
Aanscherping DI-criteria B 1,06-1,15 163.000 2.771 18%
• Het toepassen van de Duurzaam Inkopen-criteria leidt, bij een gelijkblijvend vloeroppervlak aan
kantoorruimte, voor de Rgd tot een jaarlijkse reductie van primaire energie en CO2-uitstoot van 16%
ten opzichte van 2010.
• Het aantal gebouwen met een F of G label neemt door het toepassen van de Duurzaam Inkopen-
criteria sterk af, alleen bij de gebouwen in eigendom blijft nog een deel in 2020 op deze laagste
labels.
• Het gemiddelde energielabel kan bij ongewijzigd beleid in het huurdeel van de kantorenportefeuille
van D in 2010 naar C in 2020 verbeteren. Het eigendomsdeel kan van een gemiddelde energie-index
van D in 2010 naar B in 2020 verbeteren. De gemiddelde energie-index van de totale portefeuille kan
op basis van het huidige beleid verbeteren van D naar B in 2020.
• De RGD verwacht tot 2020 het kantooroppervlak sterk in te krimpen. Inschatting is dat 29% van het
huidige kantooroppervlak van de Rgd wordt afgestoten. Door deze krimp te realiseren door de
gebouwen met de laagste energieprestatie af te stoten, gecombineerd met het toepassen van de
Duurzaam Inkopen-criteria voor de overige kantoorvoorraad van de Rgd, kan in totaal 48%
energiebesparing en CO2 reductie gerealiseerd in 2020 ten opzichte van 2010. Daarbij zijn vrijwel alle
F en G-labels uit de Rgd-voorraad verdwenen.
• De aanscherping van de Duurzaam Inkopen-criteria heeft voor de kantorenvoorraad van de Rgd een
beperkte extra reductie tot gevolg. (2% extra reductie ten opzichte van de situatie zonder
aanscherping). Uit de eerste ervaringen van de Rgd met de toepassing van deze criteria blijkt dat
marktpartijen in de meeste gevallen verbeteringen doorvoeren die verder gaan dan de huidige
inkoopcriteria, mogelijk om toekomstige aanscherpingen vóór te blijven. Een reden om de
mogelijkheid van verdere aanscherping zeker open te houden.
Tabel 4.2: Resultaten verschillende scenario’s voor kantoorvoorraad nationale markt
Scenario’s Huur + eigendom (nationale markt)
Label
(gemm.)
Energie-
Index
CO2-emissie
[ton/jaar]
Primair energiegebruik
[TJ/jaar]
Reductie primaire
energie[%]
Huidige situatie NL E 1,46-1,60 2.580.000 43.900 -
40% Nederlandse markt
volgt DI-criteria
D 1,31-1,45 2.436.000 41.400 6%
• Als 40% van de Nederlandse kantorenmarkt de criteria voor Duurzaam Inkopen aanhoudt, vermindert
het totale energiegebruik en de CO2 uitstoot van de Nederlandse kantoren met 6%.
DHV B.V.
Agentschap NL/Onderzoek naar het energie- en CO2-reductiepotentieel september 2010, versie definitief
D2032-01.001 - 26 -
DHV B.V.
Agentschap NL/Onderzoek naar het energie- en CO2-reductiepotentieel september 2010, versie definitief
D2032-01.001 - 27 -
5 AANBEVELINGEN
5.1 Aanbevelingen met betrekking tot toepassing van de Duurzaam Inkopen criteria
Duurzaam Inkopen van kantoren en Energielabel Gebouwen effectieve instrumenten
De ingezette lijn met de criteria voor Duurzaam Inkopen van kantoorgebouwen is succesvol en biedt
perspectief voor de langere termijn. Het beleid voor Duurzaam Inkopen en het Energielabel Gebouwen
blijken effectieve instrumenten om energiebesparing en CO2-reductie bij kantoorgebouwen te realiseren.
Om deze energie- en CO2-besparing ook daadwerkelijk te behalen, is continuïteit van de ingezette aanpak
een voorwaarde.
Huur: aanscherpen criteria voor Duurzaam Inkopen of verbreden toepassing criteria?
Uit de cijfers blijkt dat het grootste effect van toepassing van de criteria voor Duurzaam Inkopen zit in het
afstoten van de gebouwen met de slechtste energielabels6. Zeker bij de criteria voor huur is dit duidelijk
zichtbaar.
Aanscherpen van het minimale niveau dat met labelsprongen gehaald moet worden (tot label B of 3
labelstappen), heeft een beperkt effect, Aanscherping tot label A is in deze studie niet doorgerekend. Uit
de eerste ervaringen van de Rgd met de toepassing van deze criteria blijkt dat marktpartijen in de meeste
gevallen verbeteringen doorvoeren die verder gaan dan de huidige inkoopcriteria, mogelijk om een
kwaliteit vergelijkbaar met het huidig nieuwbouwniveau te kunnen bieden, of om toekomstige
aanscherpingen vóór te blijven. Een reden om de mogelijkheid van verdere aanscherping zeker open te
houden. .
Beleidsmatig is het meeste effect te realiseren als toepassing van Duurzaam Inkopen-criteria voor
kantoren zo breed mogelijk wordt ingezet. Niet alleen bij de Rgd en alle andere overheden, maar liefst ook
bij andere marktpartijen (huurders, gebouweigenaren, beleggers). Het zou bijvoorbeeld een grote
energiebesparing en CO2-reductie opleveren indien ook de financiële sector (banken en verzekeraars, nu
de grootste groep huurders van kantoorpanden in Nederland), de criteria zou gaan hanteren.
Verder is te overwegen het aantal uitzonderingen op de criteria voor Duurzaam Inkopen te verkleinen: de
criteria gelden nu alleen voor kantoren, alleen voor hele gebouwen, alleen voor huurperiodes vanaf 5 jaar,
en niet voor monumenten. In de praktijk gaat het vaak om gebouwdelen en een kortere huurperiode.
Eigendom: aanscherpen criteria voor Duurzaam Inkopen of verbreden toepassing criteria?
Ook voor de panden in eigendom geldt dat het aanscherpen van het minimale energieniveau dat gehaald
moet worden weinig extra energiebesparing en CO2 reductie oplevert. In vergelijking met de huurmarkt
blijven bij de panden in eigendom deels nog in de lage labels F en G. Bij aansluiting op ‘natuurlijke’
renovatiemomenten zit in 2020 de helft van de G-label gebouwen nog steeds op energielabel G. De
reductie in primaire energie is echter vergelijkbaar als bij de panden in huur.
Ook voor panden in eigendom zal verbreding naar andere marktpartijen de grootste winst opleveren.,
Bijvoorbeeld de IVBN heeft haar leden (beleggers) opgeroepen om ook hun voorraad te verbeteren
conform de criteria voor Duurzaam Inkopen (of zelfs ambitieuzer).
6 Punt van aandacht daarbij is het landelijke leegstandsvraagstuk en eventueel optredende afwentelingseffecten.
Afstoten van overtollig vastgoed leidt als zodanig niet tot CO2-reductie.
DHV B.V.
Agentschap NL/Onderzoek naar het energie- en CO2-reductiepotentieel september 2010, versie definitief
D2032-01.001 - 28 -
5.2 Aanbevelingen gericht op het verbeteren van de gebruikte bestanden
Verbeteren Rgd-bestand en koppeling met energielabel bestand
De koppeling van het Rgd-bestand met het energielabelbestand was niet eenvoudig. Dit heeft te maken
met de opbouw van het Rgd-bestand (o.a. adres en huisnummer in één cel) en met de praktijk dat
verschillende verdiepingen van een gebouw soms verschillende huurders kennen, of dat op één adres
meerdere panden aanwezig zijn. Indien de Rgd deze koppeling vaker wil uitvoeren, is het wenselijk om tot
een meer eenduidige gebouwaanduiding te komen.
Verbeteren energielabel bestand
De gegevens per afgemeld energielabel blijken niet altijd compleet te zijn. In een aantal gevallen ontbreekt
het vloeroppervlak en daarmee het aantal MJ/m2. De indruk bestaat dat er geen adequate controle is of
alle noodzakelijke gegevens ook daadwerkelijk ingevuld worden.
DHV B.V.
Laan 1914 nr. 35
3818 EX Amersfoort
Postbus 1132
3800 BC Amersfoort
T (033) 468 20 00
F (033) 468 28 01
www.dhv.nl
DHV B.V.
Agentschap NL/Onderzoek naar het energie- en CO2-reductiepotentieel bijlage 1
D2032-01.001 - 1 -
BIJLAGE 1 Persberichten
Online
Medium Document
FacilityWereld FacilityVakwereld_online_DHV-onderzoek_15062010
PIANOO Pianoo_online_DHV-onderzoek_10062010
InkoopTalent Inkooptalent_online_DHV-onderzoek_11062010
Nieuwsbank Nieuwsbank_online_DHV-onderzoek
PropertyNL PropertyNL_online_DHV-onderzoek_09062010
Duurzaam Vastgoed Duurzaamvastgoed_online_DHV-onderzoek_09062010
Duurzaam Vastgoed DuurzaamGebouwd_online_DHV-onderzoek_15062010
EnergieOverheid EnergieOverheid_online_DHV-onderzoek_10062010
Groene Lus GRoeneLus_online_DHV-onderzoek_10062010
MVO Site MVOSite_online_DHV-onderzoek_10062010
Facility Vakwereld FacilityVakwereld_online_DHV-onderzoek_15062010
Duurzaam Gebouwd DuurzaamGebouwd_online_DHV-onderzoek_15062010
ICKRO CO2 reductie bij duurzaam inkopen kantoren
Nieuwsbank Nieuwsbank online - DHV-onderzoek 09062010
EnergieVastgoed EnergieVastgoed_online_DHV-onderzoek_10062010
EnergieOverheid EnergieOverheid_online_DHV-onderzoek_10062010
Medium Document
Cobouw Sloop kantoren niet meer uit den boze
Cobouw Renovatie kantoor beter dan nieuwbouw bij leegstand
Weekblad Facilitair &
Gebouwbeheer
CO2-reductie van 15% haalbaar in 2020 (15 juni 2010)
PropertyNL Magazine Groen wint van grijs (8 juni 2010)