NUMMER 9 | NAJAAR 2015 HET TORSEN VAN DE WERELD · blinden, ouderen en mensen met een beperking....

55
HET DEPOT Tentoonstellingen, evenementen en andere activiteiten GEORGE BELZER EN CARLA DE BEUS Een laatste groet KINDEREN in kinderatelier Villa Vleermuis De nieuwe thematentoonstelling in Het Depot VAN HET TORSEN DE WERELD DE GEFRAGMENTEERDE BEELDEN VAN GERTJAN EVENHUIS NUMMER 9 | NAJAAR 2015 Fragment

Transcript of NUMMER 9 | NAJAAR 2015 HET TORSEN VAN DE WERELD · blinden, ouderen en mensen met een beperking....

HET DEPOT Tentoonstellingen, evenementen en andere activiteiten

GEORGE BELZER EN CARLA DE BEUSEen laatste groet

KINDEREN in kinderatelier Villa Vleermuis

De nieuwe thematentoonstelling in Het Depot

VANHET TORSEN

DE WERELDDE GEFRAGMENTEERDE

BEELDEN VAN GERTJAN EVENHUIS

NUMMER 9 | NAJAAR 2015

Fragment

2

Fragment

3

Fragment

Welkom bij Het Depot, de bijzondere beeldengalerij in Wageningen.Welkom ook bij Fragment, het tijdschrift van Het Depot.

WELKOM bij Het Depot

Zondag 4 oktober openen we een overzichtstentoonstelling van het

werk van Gertjan Evenhuis. Het is echt toeval dat de opening samen-

valt met Werelddierendag. Eén beeld van Gertjan Evenhuis was

al te zien op de laatste tentoonstelling Dood en Leven. Op de boeg

van het schip van Charon dat de rivier de Styx tracht over te steken

staat een prachtige poes, een tijger bijna. Het is Wouter, de huisge-

noot van Gertjan, die in dit beeld de verbinding is tussen dood en

leven. U kunt er meer over lezen in dit nummer en in de monografie

over Gertjan Evenhuis. Deze tijger neemt zo’n belangrijke plaats

in zijn leven in dat er in dit nummer een apart artikel over Wouter

verschijnt. Dus toch een verbinding met Werelddierendag.

De monografie van Gertjan Evenhuis heeft de titel Het torsen

van de wereld - de gefragmenteerde beelden van Gertjan Evenhuis.

Zijn meestal loodzware beelden zijn opgebouwd uit fragmenten

van graniet en andere steensoorten. Het is tien jaar geleden dat

Gertjan Evenhuis een overzichtstentoonstelling had, in Zwolle.

U kunt veel nieuw werk bewonderen.

De tentoonstelling van André Vranken in Villa Hinkeloord loopt

nog tot en met zondag 31 januari volgend jaar. Op 7 februari ope-

nen we in de Villa de tentoonstelling van George Belzer en Carla de

Beus. George Belzer overleed in de zomer van 2014. Als hommage

aan deze bijzondere beeldhouwer, met al zijn drijfwerk vanuit

meestal aluminium of koperen pannen, stellen we het restant van

zijn atelier tentoon. De werken worden door zijn weduwe Corrie te

koop aangeboden zonder tussenkomst van Het Depot. Een buiten-

kansje dus.

Tegelijkertijd exposeert Carla de Beus haar nieuwe werk op deze

tentoonstelling. Carla kende George goed en haar werk vertoont

qua techniek overeenkomsten met het werk van Belzer.

De meeste bezoekers van Het Depot weten het intussen; u bent van

harte welkom op de openingen. Op zondag 4 oktober om 14.30 uur

op de Arboretumlaan 4 en op zondag 7 februari 2016 om 14.30 uur

in Villa Hinkeloord aan de Generaal Foulkesweg 64 in Wageningen.

In Villa Hinkeloord is ook de permanente expositie te zien van

onze collectie beelden van Eja Siepman van den Berg.

In dit nummer stel ik u ook voor aan Johan Luijmes. Hij is voor

de bezoekers van het Orgelpark in Amsterdam een bekende, maar

voor de meeste bezoekers van Beeldengalerij Het Depot een nieuw

gezicht. Al weer bijna een jaar geleden kreeg hij de leiding over

de artistieke activiteiten binnen het Utopa Weeshuis in Leiden en

Beeldengalerij Het Depot in Wageningen. In dit nummer kunt u er

meer over lezen.

Loek Dijkman, voorzitter Stichting Het Depot

Stichting Utopa

De moederstichting van Het Depot is Stichting Utopa. De doelstelling van deze stichting is het actualiseren en stimuleren van

creatieve talenten van mensen, daar waar de aanleg van enkelingen, om welke reden dan ook, geen kans krijgt.

Het Depot biedt beeldhouwers een opstap of een steuntje in de rug waar dat nodig of wenselijk is, zodat ze zich beter kunnen

ontplooien. Het Depot wil een podium voor beeldhouwers zijn. Juist omdat het om mensen gaat, heeft Het Depot gekozen voor

sculpturen van torsen en fragmenten als hoofdthema. De tors is een bij uitstek menselijke figuur en laat ruimte voor fantasie.

Het Depot richt zich niet alleen tot het museum- en galeriepubliek, maar ook tot andere publieksgroepen die we met de beelden

in Het Depot een plezier kunnen doen. Daarbij is het niet uitsluitend van belang of dat publiek koopkrachtig is. Juist ook men-

sen die niet zo gemakkelijk of niet zo dikwijls naar kunst kunnen of komen kijken, zijn van harte welkom. Kinderen, studenten,

blinden, ouderen en mensen met een beperking.

Het Depot is van mensen voor mensen. Het biedt binnen een museale omgeving, op meerdere locaties, wisselende tentoonstel-

lingen over hedendaagse beeldhouwkunst. Het geheel ligt binnen de arboreta De Dreijen en Hinkeloord. Volop natuur, volop

fascinerende architectuur en ons restaurant Linnaeus met volop groentenspecialiteiten. Voor schoolkinderen is er educatie op

het gebied van kunst en natuur in Villa Vleermuis. Meer informatie voor scholen is beschikbaar op onze website.ATELIER GEORGE BELZER

4

Fragment

5

Fragment

6 AGENDA SEPTEMBER 2015 T/M MAART 2016 Wat vindt er wanneer plaats in Het Depot?

8 EEN NIEUW GEZICHT, EEN OUDE BEKENDE Johan Luijmes, artistiek leider van Stichting Utopa

12 DE KRACHT VAN FRAGMENTEN

16 TENTOONSTELLING HET TORSEN VAN DE WERELD

De gefragmenteerde beelden van Gertjan Evenhuis

36 DE POES WOUTER een intermezzo op Werelddierendag

40 MUZIEKFRAGMENTEN

42 RITZEMA BOS KEERT ZICH OM Jan Ritzema Bos, 1850-1928, fytopatholoog en zoöloog

46 KARDINAALSMUTS Euonymus velutinus

48 GEORGE BELZER EN CARLA DE BEUS Zondag 7 februari tot en met zondag 28 maart 2016

58 TENTOONSTELLING ANDRÉ VRANKEN Tijdloze sensualiteit

60 FILMPORTRET ANDRÉ VRANKEN

62 KINDEREN IN KINDERATELIER VILLA VLEERMUIS

en in de beeldengalerij

66 VAN ROME NAAR WAGENINGEN EN WEER TERUG Frank Müller

70 VERGULD WAGENINGS EREZILVER EN LINTJESREGEN

in Het Depot

72 VOOR EEN LEKKERE APPEL IS DE BETUWE VLAKBIJ

Appelcrumble

74 OOGSTAPPELS

78 KORSETT FÜR STARKE DAMEN Nieuws van onze beeldhouwers

80 BRAINSTORM Nieuws van onze beeldhouwers

82 PIETRASANTA een oude liefde

88 BLUMENFELD AND MOORE: A NEW DIALOGUE Nieuws van onze beeldhouwers

90 EUROPEAN SCULPTURE NETWORK te gast in Het Depot

92 CONCERTEN EN PERFORMANCES

98 BOEKENTIPS VANUIT DE WINKEL van Beeldengalerij Het Depot

LezersserviceInformatie voor bezoekers

100 HET DEPOT Doelstelling en werkwijze, contact- en adresgegevens

Stichting Utopa

Colofon

INHOUD

16

6046

74

48

78

48

6

Fragment

7

Fragment

TENTOONSTELLING ARBORETA DE DREIJEN & HINKELOORD

Permanente tentoonstelling Het Depot

Vanaf de opening van Het Depot in de nieuwe gebouwen is er een vaste tentoonstelling over de arboreta De Dreijen en Hinkeloord te zien. Stichting Utopa, die al deze activi- teiten mogelijk maakt, heeft een grote affiniteit met mensen. Het leidende thema van de tentoonstelling over de arboreta is dan ook de relatie tussen bomen, planten en mensen. Een bijzonder aspect van de tentoonstelling is een speciaal gemaakte documentaire over de arboreta.

CONCERTEN, LEZINGENEN FILM

23 oktober 2015 en vrijdag 12 februari 2016 Michael Schumacher, dansperformance Bart Lelivelt, accordeon

De internationaal gelauwerde danser en choreograaf Michael Schumacher performt een opmerkelijke ‘pas de deux’ met de beelden van Gertjan Evenhuis. Hij danst tussen de imposante beelden van Evenhuis

en zal ze tot beweging proberen te verleiden. Schumacher danst op ‘Lamentate’ van Arvo Pärt. De choreografie van Schumacher wordt omlijst door twee bijzondere 20ste eeuwse composities voor accordeon van de componisten Toshio Hosokawa en Sofia Gubaidulina gespeeld door Bart Lelivelt.

Meer informatie over de artiesten en

inschrijving voor het concert vindt u

op pagina 92.

13 november DoelenKwartet

Het DoelenKwartet concerteert met een programma dat de toepasselijke naam ‘Ecce Homo’ draagt. De Grosse Fuge op 133 van Ludwig van Beethoven vormt de drager van de avond. Beeldhouwer Evenhuis liet zich door Beethovens imposante compositie inspireren bij het maken van zijn Fuga. Verder op het programma Torso V, een gespierd werk van de Hongaarse componist Márton Illes. De lijfelijkheid van dit pro- gramma wordt benadrukt door de ‘Seven Chakra’s’ van de Belgische componist Wim Hendrickx.

Meer informatie over de artiesten en

inschrijving voor het concert vindt u

op pagina 95.

DefilmMeneTekel

Mene Tekel is een film over het ontstaan van het beeld Menetekel van Gertjan Evenhuis. De opnames zijn gemaakt in de periode 2003-2006. Samenstelling en regie Margot Schotel, NL-Award 2009 voor de beste regionale TV productie categorie Cultuur. De film wordt continu vertoond. (duur 30 minuten)

Meer informatie over de film vindt u

op pagina 96.

DefilmDeGetekendeHuid Dagelijks om 16.00 uur

De Getekende Huid is een korte choreografie van Rudi van Dantzig, gemaakt op uitnodi-ging van theatergroep Diagonaal – een uniek Nederlands gezelschap waarin acteurs met een lichamelijke handicap samenwerken met niet-gehandicapte acteurs. In de documentaire die voorafgaat aan de choreografie wordt het repetitie­proces van De Getekende Huid gevolgd. De decors en kostuums zijn ontworpen door de gastdanser Gertjan Evenhuis. (duur 30 minuten)

Meer informatie over de documentaire

vindt u op pagina 96.

36 1692 80

HET TORSEN VAN DE WERELDDe gefragmenteerde beelden van Gertjan Evenhuis

4 oktober 2015 - 28 maart 2016

Thematentoonstelling Het Depot

De solotentoonstelling van Gertjan Evenhuis geeft een overzicht van zijn werk. Na zijn laatste solotentoonstelling in 2001 in Zwolle is zijn oeuvre bijna twee keer zo groot geworden; tijd voor een nieuwe presentatie en nieuwe aandacht voor deze bijzondere beeldhouwer. Opening door de voorzitter van Het Depot, Loek Dijkman in samenspraak met Gertjan Evenhuis.

GEORGE BELZER EN CARLA DE BEUS7 februari 2016 - 28 maart 2016

Solotentoonstelling Villa Hinkeloord benedenzaal

Als hommage aan George Belzer, die onlangs overleed, organiseren we een tentoonstelling van zijn werk dat nog in het atelier aanwezig was. We laten de werken zien zoals ze ook in het atelier te zien waren. Er is niets mooier dan dat de kunst van een

beeldhouwer een geliefde plaats krijgt. Zijn vrouw biedt de werken te koop aan. Op de tentoonstelling is een prijslijst voorhanden, maar betaling dient rechtstreeks te geschie- den aan mevrouw Belzer.Wij zien deze tentoonstelling als een laatste groet aan George Belzer, een icoon van een man met een heel bijzonder oeuvre.

Carla de BeusAl eerder was er in Villa Hinkeloord een solotentoonstelling van Carla de Beus te zien. Nu, vijf jaar later, presenteert zij nieuw werk. Ze heeft haar technieken nog meer verfijnd en dat levert spectaculaire werken op. Meestal vertrekt zij voor de vorm van een sculptuur vanuit de mode- en confectie-wereld. Daar zijn ook de namen van haar werkstukken mee verwant. Was het zo dat zij vroeger een beeld uit delen maakte en die aaneen soldeerde, nu maakt ze hele sculpturen uit één plaat messing.

ANDRÉ VRANKEN7 juni 2015 - 31 januari 2016

Solotentoonstelling Villa Hinkeloord benedenzaal

Een jaar geleden stelden wij André Vranken aan u voor als een (voor ons) nieuwe beeldhouwer. Zijn werk is zo inspirerend en valt zo in de smaak dat wij enthousiast

aan zijn solotentoonstelling zijn gaan werken. Naast nieuw werk kunt u dan ook tekeningen en etsen van hem bewonderen. Een brochure over het werk van André Vranken is sinds 7 juni beschikbaar.

EJA SIEPMAN VAN DEN BERG

Permanente tentoonstelling Villa Hinkeloord

Sinds enkele jaren is het prachtige gebouw van Villa Hinkeloord het onderkomen van een permanente tentoonstelling, geheel gewijd aan het werk van Eja Siepman van den Berg. Het werk van Siepman van den Berg is van alle tijden. De herkenbare beeldtaal en strakke lijnen vormen samen met de 19de-eeuwse villa een mooi contrast.

In de winkel van Het Depot zijn diverse

door Het Depot uitgegeven publicaties

over het werk van Eja Siepman van den

Berg verkrijgbaar.

5846 48

HET DEPOT: TENTOONSTELLINGEN, EVENEMENTEN EN ANDERE ACTIVITEITEN

AGENDA

48

8

Fragment

9

Fragment

Stichting Utopa, de moederstichting van Het Depot, bestaat dit

jaar 27 jaar. Beeldengalerij Het Depot opende haar deuren in 2004,

nu ook al weer elf jaar geleden. Ik ken Johan Luijmes al van voor

die tijd. Hij realiseerde het project ‘Orgel in de klas’. Organisten

bezochten lagere scholen met een speciaal gebouwd vervoerbaar

orgel om de kinderen kennis te laten maken met dat bijzondere

instrument. Hij is betrokken geweest bij de ontwikkeling van het

Orgelpark in Amsterdam kort nadat het bestuur van Stichting

Utopa besloot een majeur project voor de revitalisering van de

orgelmuziek in ons land te starten. De bedoeling was en is de

orgelmuziek een meer prominente plaats in de huidige kunst-

en muziekwereld te geven. Ik leerde Johan kennen via Rudi van

Straten, adviseur voor orgelmuziek bij de destijds Rijksdienst

voor de Monumentenzorg.

Johan Luijmes is vanaf het begin de artistiek leider van het

Orgelpark geweest, en is dat nog. Daar verandert niets aan. In-

middels staat het Orgelpark nationaal en internationaal op de

kaart als een vernieuwend podium voor orgelmuziek. Dit voorjaar

kwamen recensenten tijdens het Messiaen Festival zelfs uit

Engeland. We zijn inmiddels regelmatig op de NPO-radio te be-

luisteren met live-uitzendingen.

Maar het gaat nu even niet over het Orgelpark. Ik ben zelf dit jaar

73 geworden en als goed bestuurder zorg je dan, of je dat nu leuk

vindt of niet, voor continuïteit. Nu doe ik natuurlijk al heel veel

zaken niet meer alleen. Zo kwam de dagelijkse leiding in handen

van onze directeur Jacqueline Verstappen. Op artistiek gebied

zal op een gegeven moment een lacune ontstaan bij Het Depot en

andere activiteiten van Stichting Utopa. Zo gaat dat nu eenmaal in

het leven. Ik doe het werk in de stichting nog met veel plezier en

hoop dat nog een aantal jaren te mogen doen, maar toch. Ik geef

het stokje op artistiek gebied in de stichting geleidelijk aan Johan

Luijmes over. We kennen elkaar zo goed dat we denken dat het in

de komende jaren een vlekkeloze overgang zal worden.

Wie is Johan Luijmes nu eigenlijk en wat heeft hij zoal gedaan

voordat hij met Utopa in aanraking kwam? Johan is een dubbel-

JOHAN LUIJMES, ARTISTIEK LEIDER VAN DE STICHTING UTOPA

EEN NIEUW GEZICHT, EEN OUDE BEKENDE

10

Fragment

11

Fragment

houden. Door de nu al jaren aanhoudende recessie is ook de

bedrijvenmarkt goeddeels opgedroogd. Grote bedrijven met

kunstcollecties bouwen hun collecties af of doen die grotendeels

van de hand.

De inspanning om de benodigde middelen ter beschikking te

stellen is ook voor Stichting Utopa niet gemakkelijk, maar we

zijn gelukkig niet afhankelijk van overheidssubsidies. Johan heeft

me wel eens toevertrouwd dat het Orgelpark en Het Depot bijna

reservaten voor de betrokken kunstenaars aan het worden zijn.

Het belangrijkste wat ik van Johan Luijmes geleerd heb is het

beter begrijpen van kunstenaars. Ik voor mijzelf denk dat Het

Depot alleen nog maar succesvoller wordt dankzij de input van

Johan Luijmes. En dan denk ik niet, juist niet, aan het aantal

bezoekers. Daar hebben we bepaald niet over te klagen, maar

bezoekersaantallen zijn tegenwoordig onder druk van de overheid

commercieel belangrijker voor de diverse instellingen dan dat ze

iets zeggen over de kwaliteit van het gebodene. Dat is dan ook de

reden dat wij uit principe niet coquetteren met bezoekersaantal-

len. Bovendien zijn de toegang in Het Depot en de ontvangst van

ons blad Fragment gratis; dus hoe meer bezoekers, hoe hoger de

kosten. Ik zeg wel eens: de omgekeerde economie. Juist in het

aantal bezoekers zullen we ons moeten beperken.

Johan krijgt in Het Depot een harmonieuze start, daar verheug

ik me op. Zonder salto mortale, daar ben ik van overtuigd. Voor

hem is de wereld van het beeldhouwen nog nieuw, voor mij is

het samenwerken met Johan een oude vreugd.

Loek Dijkman voorzitter Stichting Het Depot

talent: beroepsmusicus en kunstenaar. Hij heeft het conservato-

riumdiploma voor uitvoerend organist op zak en is tot de dag van

vandaag organist van de Eusebiuskerk in Arnhem. Hij is ook afge-

studeerd aan de Kunstacademie in Arnhem, afdeling vrije kunst.

Bij de aanvang van zijn werkzaamheden in het Orgelpark was hij

directeur/artistiek leider van de stichting In Situ in Maastricht.

Een functie die hij gedurende de beginjaren van zijn werk in

het Orgelpark combineerde. In Situ was een organisatie voor

nieuwe muziek die producties op locatie realiseerde in allerlei

gecombineerde kunstvormen. In 2011 fungeerde hij een jaar als

wissel-lector op de Hogeschool Zuyd in Maastricht. Johan Luijmes

is een multitalent en dan speelt hij nog orgel, schildert en is zelfs

nog bouwvakker bij het verbouwen van zijn eigen huis.

Johan Luijmes staat vierkant achter de missie van Stichting

Utopa: het ontwikkelen van talenten van individuën. Alhoewel

Stichting Utopa geen kunststichting is (haar doelstelling is

breder) zijn het in het Orgelpark wel de musici waarvoor die

accommodatie is gerealiseerd – en in Wageningen zijn dat de

beeldhouwers. Die ondersteuning is des te meer noodzakelijk

nu de recente bezuinigingen voor deze kunstenaars wel heel

slecht uitpakken. Speciaal voor nieuwe muziek, composities,

koren en ensembles is de situatie niet bevredigend. Ook beeld-

houwers hebben het moeilijk.

De markt voor kunst heeft zich verplaatst naar een ‘eiland’ van

grootgeldbezitters, die eerder kopen uit belegging dan uit liefde

voor de kunst. Het geld is in onze wereld onevenredig verdeeld.

Nieuw talent is in de verdrukking gekomen, maar ook ervaren,

gerijpte kunstenaars kunnen het hoofd nauwelijks boven water

De afgelopen 30 jaar woonde ik steeds dichtbij een rivier: eerst in Arnhem bij de Rijn en tegenwoordig bij de IJssel in Brummen.

Als ik maar even de kans krijg om me door de veerpont over het water te laten vervoeren, grijp ik die met beide handen aan. Prachtig om het landschap steeds vanuit een wisselend perspectief te zien.

Als musicus en beeldend kunstenaar waagde ik me zo vaak naar de ondersteunende kant van de kunst, dat werkzaamheden aan die zijde uiteindelijk tot mijn hoofdbezigheid zijn gaan behoren. Na de jaren dat ik mee heb mogen helpen bouwen aan het Orgelpark, zal ik ook in Het Depot aan het werk gaan. Daar is geen haast bij en gelukkig zit er geen druk op. Kunst maken en die in de wereld proberen te zetten, zijn voor mij beide oevers van dezelfde rivier. Kunstenaars maken hun werk en komen met ideeën, Het Depot faciliteert en ondersteunt. De stortvloed aan kunstuitingen die zich – als in een rivier – een weg zoekt, kan niet zonder beide oevers. Soms zoekt die rivier zelf zijn weg en soms wordt ze bewust een stukje omgeleid.

Kunstenaars laten zich soms met de stroom meevoeren en soms gaan ze er tegenin. Heerlijk om me in dit landschap te begeven en de missie van Utopa te helpen verwezen-lijken. Vol energie stap ik mee in de stroom.

Met veel plezier neem ik overigens nog steeds de veerpont naar de overkant.Johan Luijmes

12

Fragment

13

Fragment

Het woord ‘fragment’ komt van het Latijnse woord fragmentum,

dat ‘afgebroken stuk, brokstuk, overgebleven stuk’ betekent. Het

betekent ook een ‘uit een geheel gelicht stuk, bijvoorbeeld van een

letterkundig werk of een muziekstuk’.

Wat vinden wij eigenlijk zo bijzonder aan fragmenten? Voor mij

persoonlijk is een fragment in de kunst zo fascinerend, omdat het

niet ‘af’ is, niet voltooid. Het fragment schrijft geen eenstemmige

duiding voor; het geeft juist ruimte aan de fantasie, aan een eigen,

persoonlijke invulling van datgene wat we lezen, horen of zien.

Dit geldt niet alleen voor fragmenten in de literatuur en de mu-

ziek, maar uiteraard ook voor fragmenten in de beeldende kunst.

Daarom nodigen juist de in Het Depot tentoongestelde beelden, de

torsen en de fragmenten, ons als beschouwers uit tot een uitge-

breid en langer kijken, tot een dromen en fantaseren, tot een eigen

interpretatie.

In de literatuur bestaan talloze teksten die slechts als fragment

zijn overgeleverd en tot op heden zo bewaard zijn gebleven. Een

zeer oud en bekend tekstfragment is de volgende tekst:

hebban alla vogala

nestas hagunnan

hinase hic enda thu

wat unbidan we nu

hebben alle vogels

nestjes begonnen

behalve ik en jij

wat wachten we nu

(anoniem 12de eeuw)

In de Middeleeuwen, toen men nog met pennen uit vogelveren

schreef, was het gebruikelijk dat de schrijvers hun nieuwe pennen

uitprobeerden op een bladzijde van het manuscript waaraan ze

zaten te werken. In 1932 werd door een Engelse geleerde in een

bibliotheek in Oxford een los stuk perkament ontdekt dat gebruikt

was om een boekband te verstevigen. Hierop is naast een Latijns

handschrift ook een vers in het Oudnederlands als zogenaamde

‘probatio pennae’ vereeuwigd. Deze korte tekst is omstreeks

1100 geschreven door een West-Vlaamse monnik in de abdij van

Rochester, graafschap Kent in Engeland. Waarschijnlijk wilde hij

iets korts schrijven dat zo maar in hem opkwam, om zijn nieuwe

pen in gebruik te nemen. Boven deze Oudnederlandse tekst vinden

we dezelfde versregels in het Latijn:

quid expectamus nunc

abent omnes volucres nidos inceptos

nisi ego et tu

Er bestaan verschillende interpretaties van deze overgeleverde

regels. Zo zouden ze over de menselijke liefde gaan, over het

stichten van een gezin, zoals de vogels die hun nest bouwen. Maar

het zou ook een religieuze beeldspraak kunnen zijn; onze monnik

beschrijft dan het verlangen om in het huis van God opgenomen

te worden. Het onvoltooide vers, het tekstfragment, geeft gelegen-

heid tot verschillende interpretaties. Deze regels werden overi-

gens, als vers over de liefde, door de dichter Gerrit Komrij gezien

als de eerste Nederlandse poëzie. In de winkel van Het Depot is

een kaart met deze tekst verkrijgbaar. Ook in de uitleg op de

achterkant van de kaart wordt aangegeven dat het een van de

eerst geschreven zinnen in de Nederlandse taal zou zijn.

Een ander, nog ouder tekstfragment (ook over de liefde) is in

Het Depot te zien, verwerkt in het grote houten beeld ‘Sappho’

van Gerhard Lentink (2011): een gedicht van de Griekse dichteres

Sappho. Zij is waarschijnlijk geboren in 630 v. Chr. op het eiland

Lesbos, en gestorven rond 580 of 570 v. Chr. De gedichten van

Sappho zijn nagenoeg allemaal als fragment overgeleverd (er

is slechts één compleet gedicht bewaard gebleven!). Ze leiden

daardoor nog steeds tot verschillende interpretaties. Juist omdat

het om een fragment gaat, is het mogelijk een eigen invulling aan

de betekenis van het gedicht te geven. Het onvoltooide prikkelt de

fantasie en roept op tot verder denken dan alleen de overgeleverde

tekst. Gerhard Lentink heeft zelf een toelichting gegeven op zijn

‘Sappho’ en zijn keuze voor juist dát Griekse gedicht, dat fragment.

Deze uitleg is terug te vinden in de bij Het Depot verschenen cata-

logus van zijn werk voor de tentoonstelling in 2013, verkrijgbaar

in de winkel van Het Depot.

In de Duitse literatuur vinden we ook voorbeelden van teksten die

bij toeval overgeleverd zijn omdat ze door een monnik in de eigen

taal bij een Latijns manuscript opgeschreven zijn. Zo ontdekte de

Duitse historicus Georg Waitz in 1841 in de bibliotheek van het

Domkapittel in Merseburg twee spreuken in het Oudhoogduits op

een blad van een Latijns theologisch handschrift uit de 9de of

10de eeuw, waarschijnlijk geschreven in Fulda: de ‘Merseburger

Zaubersprüche’, genoemd naar de plaats waar ze gevonden zijn.

Waitz publiceerde zijn vondst niet zelf, maar liet de publicatie van

de twee spreuken over aan de gebroeders Grimm. Jakob Grimm

koos de Merseburger Zaubersprüche tot thema van zijn weten-

schappelijke voordracht op 3 februari 1842 ter gelegenheid van het

aanvaarden van zijn aanstelling aan de Berlijnse Academie der

Wetenschappen. In 1842 werden de spreuken door de gebroeders

Grimm uitgegeven en becommentarieerd in hun Über zwei entdeck-

te Gedichte aus der Zeit des deutschen Heidenthums. Ze beschreven

de vondst van de spreuken als volgt:

Gelegen tussen Leipzig, Halle, Jena is de welvoorziene bibliotheek

van het Domkapittel te Merseburg vaak door geleerden bezocht en

benut. Allen zijn aan een codex voorbijgegaan, die hun, wanneer

ze hem nader ter hand namen, slechts bekende kerkelijke stukken

scheen op te leveren, nu echter, om zijn hele inhoud gewaardeerd,

een kleinood zal vormen, waar de meest beroemde bibliotheken niets

naast kunnen zetten...

Thematentoonstelling Het Torsen van de Wereld is gewijd aan het werk van beeldhouwer Gertjan Evenhuis. Zijn beelden zijn opgebouwd uit losse delen, uit (brok)stukken, uit fragmenten.

En sommige beelden zijn uiteindelijk, na voltooiing, zelf ook fragment gebleven. Zo past zijn werk heel goed in onze beeldengalerij, die torsen en fragmenten aankoopt en tentoonstelt.

De kracht van fragmenten

Gelukkig als de goden lijkt

mij de man te zijn die vlak

tegenover jou zit en luistert

naar je mooie stem

en lieve lach, zodat plots

mijn hart in mijn borst bonst.

Zodra ik naar je kijk

stokt mijn stem,

mijn tong is gebroken,

een licht vuur loopt door

mijn huid, ik zie niets meer,

mijn oren suizen,

zweet stroomt van mij af,

een beven bevangt me,

ik voel me klammer dan gras,

het lijkt of ik doodga,

maar alles is te dragen

als…

ΦAINETAI∙MOI∙KHNOΣ∙IΣOΣ∙ΘEOIΣINEMMEN’ΩNHP∙OTTIΣ∙ENANTIOΣ∙TOIIΣΔANEI∙KAI∙ΠΛAΣION∙AΔY∙ΦΩNEI- ΣAΣ∙ΥΠAKOYEI

KAI∙ΓEΛAIΣAΣ∙IMEPOEN∙TO∙M’H∙MANKAPΔIAN∙EN∙ΣTHΘEΣIN∙EΠTOAIΣENΩΣ∙ΓAP∙EΣ∙Σ’IΔΩ∙BPOXE’ΩΣ∙ME∙ΦΩNH- Σ’OYΔEN∙ET’EIKEI

AΛΛA∙KAM∙MEN∙ΓΛΩΣΣA∙M’EAΓE∙ΛEΠTONΔ’AYTIKA∙XPΩ∙ΠYP∙YΠAΔEΔPOMAKENOΠΠATEΣΣI∙Δ’OYΔEN∙OPHMM’EΠIPPOM- BEIΣI∙Δ’AKOYAI

KAΔ∙ΔE∙M’IΔPΩΣ∙KAKXEETAI∙TPOMOΣ∙ΔEΠAIΣAN∙AΓPEI∙XΛΩPOTEPA∙ΔE∙ΠOIAΣEMMI∙TEΘNAKHN∙Δ’OΛIΓΩ’ΠIΔEYHΣ ΦAINOM’EM’AYTA

AΛΛA∙ΠAN∙TOΛMATON∙EΠEI∙KAI∙ΠENHTA

Gerhard Lentink • Opus 37: Sappho

2011-2012, hout, multiplex, staal, lakwerk, 69 x 88 x 301 cm

14

Fragment

15

Fragment

slagveld bevrijden de Idisen de geketende strijders. De Idisen wor-

den wel gezien als Walkure-achtige vrouwen en zijn waarschijnlijk

identiek aan de Disen, godinnen uit de Noorse mythologie. Na de

inleiding volgt de eigenlijke magische spreuk in de laatste regel:

Eiris sazun idisi, sazun hera duoder.

suma hapt heptidun, suma heri lezidun,

suma clubodun umbi cuoniouuidi:

insprinc haptbandun, inuar uigandun.

(Oudhoogduits)

In een documentaire uit 2009 over het werken aan Menetekel

noemt Gertjan zelf het beeld “een opstapeling van brokken, die

een huid krijgen die bestaat uit letters. Elk stuk krijgt zijn eigen

identiteit met een eigen grafische kwaliteit. Een stapeling van

verschillende talen.” Hij is van mening dat de 21ste eeuw met een

valse start is begonnen en vraagt zich af wat al die eeuwen kennis

en cultuur ons eigenlijk hebben opgeleverd. Uit woede daarover

wilde hij een beeld maken “door alle kennis en cultuur samen te

ballen tot één beeld: een gebarsten poging tot een geheel.”

De gefragmenteerde beelden van Gertjan Evenhuis zullen zeker

ook uw fantasie prikkelen wanneer u naar zijn werk kijkt, en zul-

len u aanzetten tot verder denken dan alleen datgene wat u ziet en

leest. U kunt in Het Depot in alle rust ronddwalen en fantaseren.

Neemt u daar gerust de tijd voor!

Sylvia de Munck

Einst saßen Idisi, saßen auf den Kriegerscharen.

Einige fesselten einen Gefangenen, einige hemmten die Heere,

Einige zertrennten scharfe Fesseln.

Entspringe den Fesseln, entfahre den Feinden!

(Nieuwhoogduits; het huidige Duits)

De Zweite Merseburger Zauberspruch is een spreuk om het gebro-

ken of verstuikte been van een paard te genezen: Heilungszauber.

Op weg naar het woud (zi holza) raakt de voet van een paard ge-

wond. Verscheidene personen, waarschijnlijk goden, zingen daarop

magische woorden om de wond te genezen. Ook hier volgt de

helende spreuk aan het einde (alleen de klank is al bezwerend!), in

de twee laatste regels:

Phol ende uuodan uuorun zi holza.

du uuart demo balderes uolon sin uuoz birenkit.

thu biguol en sinthgunt, sunna era suister,

thu biguol en friia, uolla era suister,

thu biguol en uuodan, so he uuola conda:

sose benrenki, sose bluotrenki,

sose lidirenki:

ben zi bena, bluot zi bluoda,

lid zi geliden, sose gelimida sin.

(Oudhoogduits)

Phol und Wodan begaben sich in den Wald.

Dort wurde dem Fohlen Balders der Fuß gerenkt.

Da besangen ihn Sinhtgunt und Sunna, ihre Schwester.

Da besangen ihn Frija und Volla, ihre Schwester.

Da besang ihn Wodan, so wie er es gut verstand:

Wenn Knochenrenkung, wenn Blutrenkung, wenn Gelenkrenkung:

Knochen zu Knochen, Blut zu Blut, Glied zu Glied!

So seien sie zusammengefügt!

(Nieuwhoogduits; het huidige Duits)

Dankzij ‘monnikenwerk’ uit oude tijden beschikken we nu over

boeiende literaire fragmenten!

Het kan haast geen toeval zijn, zou je zeggen, dat op de tentoon-

stelling van Gertjan Evenhuis het beeld Caput staat. Het beeld

geeft namelijk de klassieke houding weer van een schrijvende

Middeleeuwse monnik, zittend aan zijn hoge tafel. Het zou zomaar

de Vlaamse of Duitse monnik hebben kunnen zijn, die even zijn

pen heeft uitgeprobeerd. Ware het niet dat deze ‘monnik’ zijn niet

aanwezige hoofd in zijn handen steunt. Zo maakt het beeld zelf de

weg vrij voor een interpretatie die voor iedereen anders kan zijn.

Op de tentoonstelling vinden we nog een beeld met tekstfragmen-

ten: het beeld Menetekel. Een monumentaal beeld in roze graniet

en staal uit 2006. Het bestaat uit brokstukken met een huid van

taal: 13 verschillende alfabetten uit de hele wereld. Elk van deze

brokken heeft zijn eigen alfabet, zijn eigen huid.

EMIL DOEPLER, IDISE, 1905

EMIL DOEPLER, WODAN HEALS BALDER'S HORSE, 1905

De twee toverspreuken zijn zo speciaal omdat ze in het Oudhoog-

duits geschreven zijn en betrekking hebben op thema’s en figuren

uit de voorchristelijke, heidense Germaanse mythologie. Ze zijn

de enige overgeleverde taalfragmenten in het Oudhoogduits,

waarin Germaanse goden voorkomen (Wodan, Balder, Freia, Volla,

Sunna, Phol, Sinhtgunt). Over de ontstaanstijd van de twee spreu-

ken zijn de meningen verdeeld, maar algemeen wordt aangenomen

dat ze zijn te dateren vóór de tijd van Bonifatius (750 na Chr).

De Erste Merseburger Zauberspruch is een spreuk om de ketenen

van een gevangen krijger los te maken, een Lösezauber. Op het

MERSEBURGER ZAUBERSPRUCH

16

Fragment

17

Fragment

SOLOTENTOONSTELLING

HET TORSEN VAN DE WERELDDe gefragmenteerde beelden van Gertjan EvenhuisZONDAG 4 OKTOBER 2015 T/M MAANDAG 28 MAART 2016OPENING OM 14.30 UUR

18

Fragment

19

Fragment

werk in Het Depot te organiseren. Ik voelde me een beetje overval-

len, alhoewel het natuurlijk niet de eerste keer is dat zoiets aan

me gevraagd wordt. Zijn portfolio, inclusief de publicatie van

de tentoonstelling in Zwolle, lag nog op de stapel ‘te bezoeken’.

Wanneer de tijd daar was had ik het plan hem te ontmoeten.

Ik was ook wel benieuwd naar zijn nieuwe werk sinds 2010.

Uit de teksten in de monografie van Gertjan blijken mijn bewonde-

ring en mijn verbazing. Bewondering voor en verbazing over het

werk en de persoon van Gertjan Evenhuis.

Deze tentoonstelling is het resultaat van het onverwachte bezoek

om Het Immernimmer te komen bekijken. Het schip van Charon

dat niet aankwam in het dodenrijk omdat het schipbreuk leed. Nu,

een jaar later, stapt Charon zonder schipbreuk Het Depot binnen.

Het bezoek aan het atelier van Gertjan Evenhuis heeft geresulteerd

in een bijzonder avontuur in 2015.

Want een bijzonder avontuur is deze tentoonstelling geworden.

begrippen, maar ook mijn begrip van de dimensie van de tijd.

De grens tussen tijd en tijdloosheid vervaagt.

Dat is het thema voor mijn compositie ‘Lamentate’ (klaagt!). En

zo heb ik een klaaglied gecomponeerd, een lamento, niet voor de

doden, maar voor ons, de levenden. Die deze vragen ieder voor zich

moeten oplossen – voor ons die niet gemakkelijk met het leed en

de vertwijfeling van de wereld om kunnen gaan.”

De beelden van Gertjan Evenhuis riepen bij mij spontaan dezelfde

gevoelens op die Arvo Pärt destijds in Londen ervoer.

Ik voor mij, voelde het torsen van de wereld.

EEN BIJZONDER AVONTUURIeder jaar stuurt Gertjan Evenhuis aan zijn vrienden een nieuw-

jaarskaart. Dit jaar was dat een atelierfoto van het nog onvoltooide

beeld Het Immernimmer. Hij voorzag die kaart met de tekst: “Een

bijzonder avontuur, 2015”.

Na onze eerste gesprekken eind vorig jaar vroeg Gertjan Evenhuis

mij of het mogelijk zou zijn een overzichtstentoonstelling van zijn

Kort voor de tentoonstelling Dood en Leven ontving ik een brief

met foto van een beeld in wording: Het Immernimmer van Gertjan

Evenhuis. Van een vriend, ook beeldhouwer, had hij gehoord van

die tentoonstelling.

Kort daarna reisde ik af naar Hoogwoud, en bij mijn ontmoeting

met de kunstenaar Gertjan Evenhuis ontmoette ik Charon. Een

roerganger die zijn verdriet van het verlies van een geliefde een

plaats trachtte te geven. De tijd had de wond maar gedeeltelijk

geheeld en toch had hij de moed opgevat zijn gevoel in een beeld

samen te vatten. Het beeld heeft een dominante plaats gekregen

op de tentoonstelling Dood en Leven in april van dit jaar en is ook

onderdeel van deze tentoontelling.

Het beeld van Charon, de veerman die in de oudheid de doden over

de rivier de Styx naar het dodenrijk voer, maakt een verpletterende

indruk. Niet alleen door de afmeting van het beeld maar ook door

Charon zelf. Doden overzetten over een onstuimige rivier is al

geen sinecure, maar de uitdrukking en de houding van de veerman

was er een van zelfverzekerdheid enerzijds en wanhoop en onver-

mogen anderzijds. Het schip was op de rotsen gelopen en ging zijn

ondergang tegemoet. En dat ondanks de heldhaftige pogingen van

de roerganger om schip en lading naar de veilige onderwereld te

navigeren. Charon, ondanks zijn afmeting een wanhopige gestalte.

Charon torst de wanhoop van de wereld.

Gertjan Evenhuis kon zijn verdriet eindelijk van zich af hakken.

Tegelijkertijd wist hij dat de levensloop zonder ommekeer was.

Het was een Immernimmer, nooit meer als voorheen.

Zo verging het ook mij. We namen de beslissing een solotentoon-

stelling voor Gertjan Evenhuis te organiseren die tegelijkertijd

een overzicht van zijn werk zou geven. Bij leven en welzijn viert

hij dit jaar zijn zestigste verjaardag. Na zijn laatste solotentoon-

stelling in 2001 in Zwolle was zijn oeuvre bijna twee keer zo groot

geworden; tijd voor een nieuwe presentatie en nieuwe aandacht

voor deze bijzondere beeldhouwer.

Na mijn ontmoeting met Gertjan Evenhuis was mijn kijk op de

beeldhouwkunst veranderd. Ik had het gevoel een kompaan te

hebben gevonden in mijn kijk op de wereld. Het was ook voor mij

niet meer als voorheen.

LAMENTATE VAN ARVO PÄRTOp de tentoonstelling kunt u luisteren naar de compositie

‘Lamentate’ van Arvo Pärt (2002). Alexei Lubimov, piano. SWR

Stuttgart Radio Symphony Orchestra. Andrey Boreyko, dirigent.

Arvo Pärt maakte zijn compositie naar aanleiding van zijn bezoek

aan de openingstentoonstelling van het beeld ‘Marsyas’ van Anish

Kapoor, in oktober 2002 in het Tate Modern in Londen. Hij schreef

hierover zelf het volgende:

“Mijn eerste gedachte was: ik als levende sta voor mijn eigen

lichaam en ben dood – zoals in een verschuiving van de tijd de

toekomst en het tegenwoordige gelijktijdig plaatsvinden. Plotse-

ling zag ik mij in een positie verplaatst, van waaruit mijn leven

op een andere manier belicht werd. Op dat moment had ik een

sterk bewustzijn nog niet gereed te zijn om te sterven. En de

vraag dook op, wat ik in de mij toegemeten tijd nog tot stand zou

kunnen brengen.

Dood en lijden zijn de vragen, die elk op deze aarde geboren mens

bezighouden. De wijze waarop hij die vragen oplost (of niet oplost)

hangt bewust of onbewust van zijn kijk op het leven af. Het beeld

van Anish Kapoor vernietigt door zijn afmeting niet alleen ruimte

Dag Loek Dijkman,

Gisteravond tijdens één van de regelmatige telefoongesprekken die ik

sinds mensenheugenis heb met Gerhard Lentink, kwam mij ter ore dat

jullie bezig zijn met het thema ‘dood’. Ik kan het niet laten om hierop

per direct te reageren met dit schrijven, omdat ik de afgelopen drie jaar

verweven ben met dit thema sinds het verzorgen en de dood van mijn

partner Rudi van Dantzig.

Sinds september 2013 ben ik bezig met een grote sculptuur vanuit die

ervaring. De sculptuur is op één element na voltooid en draagt de titel

‘Het Immernimmer’, vrij uit een vertaalde tekst van de Uruguayaanse

schrijver Eduardo Galeano.

Dit beeld is ontstaan uit de ervaring van het precieze moment van het

intreden van de dood. Die in en in zwarte ervaring heeft geleid tot de ver-

vorming van de mythologische figuur Charon. Bij mij lijdt hij schipbreuk

en komt nooit aan; de figuur zelf als uitgebrande kachel. In de afgelopen

2 ½ jaar werkte ik ook bij tijd en wijle aan teksten onder dezelfde titel, om

die periode in literaire zin te verwoorden. Dit is voorlopig een project met

een open einde. De teksten ontstaan als fragmenten en zullen ooit een

geheel kunnen gaan vormen; misschien ook nooit.

Ik laat jullie het bestaan van dit project weten. Misschien past het in

jullie ideeën, misschien helemaal niet.

Ik hoor het wel.

Hartelijkst,

Gertjan Evenhuis

Hoogwoud 27 november 2014

De door Het Depot uitgegeven monografie

van Gertjan Evenhui is verkrijgbaar in

de winkel van Beeldengalerij Het Depot.

(Nederlands en Engels)

ISBN 978 94 6262 047 6

Prijs € 19,95 (softcover)

20

Fragment

21

Fragment

Gertjan Evenhuis • Atlas

1990-1992, graniet, betonijzer en

roestvrijstaal, 2 x 2 x 2,5 m

Collectie H.M. Evenhuis, Rotterdam

ATLASEen Atlas die zichzelf niet staande kan houden, dat is het tegen-

strijdige in het beeld Atlas van Gertjan Evenhuis. Het beeld heeft

een stalen corset nodig om zichzelf te kunnen torsen en toch torst

ook deze Atlas de wereld.

Atlas is een gefragmenteerd beeld en bestaat uit zeven soorten

graniet. Gertjan Evenhuis bouwt zijn beelden in het algemeen

op uit delen. Daarvoor was toen hij begon met beeldhouwen een

aantal redenen: hij werkte zonder inkomen en ook zonder budget

(hij ging daar niet onder gebukt en nam de situatie zoals die was),

en gebruikte materiaal dat hij kon vinden. Er waren ook heel prak-

tische oorzaken: zulke grote en zware beelden waren nauwelijks

te vervoeren naar mogelijke presentaties. Ook kampte hij met

ruimtegebrek; hij had geen ruim te om de beelden in zijn geheel

op te slaan. In de loop der jaren ontwikkelde die fragmentatie zich

tot een essentiële beeldtaal.

22

Fragment

23

Fragment

Gertjan Evenhuis • Tegenvoeters, 1993-1994, graniet, roestvrij staal, glas, 0,75 x 0,75 x 4,5 m

TEGENVOETERSHet beeld Tegenvoeters is door een samenloop van omstandig-

heden ontstaan. De vroegere vissershaven in het centrum van

Vlissingen moest een nieuwe jachthaven worden en tijdens het

werk kwamen zes enorme stukken graniet vrij van ruim twee

meter lang. Die stukken steen hadden een aantal maanden voor

zijn atelier gelegen en gedurende die tijd is het idee voor het beeld

ontstaan. De maat van de stenen dicteerde een liggende vorm.

Daar kwam bij dat de partner van Gertjan in die tijd in Nieuw-

Zeeland werkte. De briefwisseling tussen Nieuw-Zeeland en het

oude Zeeland riep een antipode op. Het idee van de tegenvoeters

was geboren. Een antipode die haar naam ook nog eens ontleende

aan de Antipodeneilanden in Nieuw-Zeeland. Al met al toevallig-

heden die later geen toevalligheden bleken te zijn, maar met

diepe emotionele gevoelens te maken hadden. Tegenvoeters is

nog steeds Gertjans lievelingsbeeld. Hij herinnert zich het hele

proces als een feest en voelde zich voor het eerst een beetje een

echte beeldhouwer.

24

Fragment

25

Fragment

FRIES Het idee en de uitvoering van de Fries is zeer bijzonder. De kun-

stenaar als model voor een modern fronton van een tempel uit

de oudheid. De toevoeging van de steen, als verbindend element

tussen de figuren, is een vondst die tegelijkertijd het kunstwerk

een eventueel overdreven thea traliteit ontneemt en het daardoor

in de hedendaagse tijd plaatst. Gertjan Evenhuis zelf beschrijft

de ontstaansgeschiedenis van de Fries als zeefdruk als een nooit

voltooid megaproject.

Gertjan Evenhuis • Fries, 1995-1997, fotomontage, 0,86 x 6,65 m

26

Fragment

27

Fragment

KRUIS De specifieke houding van dit beeld heeft een Franse achtergrond.

In Bretagne zijn veel ‘Enclos Paroissial’. Dit zijn middeleeuwse,

ommuurde kerken met veel beeldhouwwerk zoals de Calvaires,

granieten beeldhouwwerken van de gekruisigde Christus, veelal

voorzien van Maria die als in een piëta Jezus van het kruis tilt.

Gertjan Evenhuis • Kruis, 1999-2001, graniet, staalconstructie, 3 x 1.5 x 2,3 m

28

Fragment

29

Fragment

Gertjan Evenhuis • Menetekel

2002-2006, graniet, staalconstructie, 3,5 m

MENETEKELHet schetsontwerp bestond uit een beeld, opgebouwd uit ongeveer

zestien brokstukken. Het geheel wordt door een staalconstructie

staande gehouden. Elk gestapeld fragment van het beeld heeft

zijn eigen alfabet als textuurhuid. Dertien verschillende talen die

wereldwijd zijn ontstaan. Dit beeld gaat dus over taal, de taal van

de beeldhouwer en de taal als fenomeen op zichzelf.

In 2009 zag een prachtige en ontroerende productie van omroep

Zeeland het licht waarbij het wordingsproces van dit beeld gevolgd

werd. De titel Menetekel werd geassocieerd met het verhaal van

Nescio, “Mene tekel”.

Tijdens de tentoonstelling zal de film Mene Tekel continu worden

vertoond. Winnaar van de NL-Awards Regionale omroepen 2009

in de categorie TV Cultuur.

Gemaakt door: Margot Schotel, John Fokke, Olaf Gideonse,

Marcel Heling, Jan van Lennep, Mark Rijk, Friedo Vermeulen,

Petra Luteijn, Tom Remijn, Henk Feij, Toer van Schayk en Kees

van de Ven. Een documentaire over de gepassioneerde Vlissingse

beeldhouwer Gertjan Evenhuis. Hij wordt gedurende drie jaar

gevolgd tijdens de totstandkoming van zijn beeld Menetekel.

Een productie van Omroep Zeeland. (zie pagina 97)

30

Fragment

31

FragmentIMPERFECTUM Het beeld Imperfectum, ook weer opgebouwd uit delen, heeft

zijn naam meegekregen uit een begrip in de taalwetenschap: de

onvoltooid verleden tijd. Het beeld verwijst dus duidelijk naar de

geschiedenis en ook in dit geval die van Gertjan zelf. Het hout,

azobé, was een restant van de inventaris van een scheepswerf in

Vlissingen. Een plek waar menig beeld van Evenhuis even in de

geweldige ruimte mocht ‘bijkomen’, mocht ‘ademen’ na het geboor-

teproces in het kleine atelier in de Paardenstraat in Vlissingen.

Gertjan Evenhuis • Het Imperfectum, 2006-2007,

verbrand azobé, zeefdruk op plexiglas, 2,3 m

32

Fragment

33

Fragment

CAPUT Het materiaal voor het beeld Caput, diabas, is een brossere

steensoort, ditmaal uit de omgeving van Dillenburg in Duitsland.

Het was niet zozeer een steengroeve maar een afgegraven berg

in die streek, en het was niet zo eenvoudig om de goede brokken

diabas, zonder scheuren, te vinden. Er werd 5.000 kg materiaal

naar Nederland gebracht; uiteindelijk is er ongeveer 4.000 kg

afgezaagd en afgehakt.

In het beeld Caput ontbreekt het hoofd. Ik zie hoe de figuur zijn

hoofd op zijn handen wil laten rusten. Hij laat een leegte in zijn

handen achter.

Een leegte die geen leegte is, integendeel: het zijn gedachten,

overdenkingen. In ons hoofd komen alle waarnemingen en waar-

den samen. In ons hoofd zetelt het ‘zijn’.

Gertjan Evenhuis • Caput, 2008-2011, Hessischer Olivin Diabas, staalconstructie, 3,17 m

34

Fragment

35

Fragment

Het beeld Het Immernimmer was in zijn laatste fase. Charon

kreeg nog wat zwarte accenten. Aan de boeg werd nog gewerkt.

Een paar weken later prijkte op de boeg van het dodenschip meer

dan levensgroot de poes Wouter, als een boegbeeld, aaibaarheid in

optima forma. Ondanks de schipbreuk was Wouter de verbindende

factor tussen de verzender en de ontvanger, die nooit zijn lading

zou ontvangen.

Het Immernimmer werd daarna opgesteld in het natte landschap

van Hoogwoud. Met Charon als roerganger en Wouter als boeg-

beeld, varend in de mist naar waar, naar waar?

Loek Dijkman

Gertjan Evenhuis • Het Immernimmer, 2013-2015, populierenhout

uit eigen tuin in Hoogwoud, lengte 5 m x hoogte 4,57 m

IMMERNIMMERDe nieuwe woonomgeving van Gertjan Evenhuis is de tegenover-

gestelde van zijn eerdere woning in de Paardenstraat in Vlissingen.

Ruimte, een en al ruimte. Helder blauwig licht zoals dat alleen

in Noord-Holland te zien is. Vlak achter de West-Friese zeedijk

ligt Hoogwoud, in een land van vee, boerenpaarden, Opperdoezer

aardappelen, zuurkool en boerenkool. Smalle rechte wegen,

smalle rechte sloten en dan opeens aan de linkerkant van de

Gouwe een perceel met wat bomen en een boerenwoning met

schuur, annex atelier.

Bij het oprijden van het erf schiet een poes ijlings weg. De poes

die, zoals later blijkt, in het beeld Het Immernimmer een domi-

nante plaats zal innemen.

36

Fragment

37

Fragment

Veel mensen houden van poezen en daar is Gertjan Evenhuis er één van. Over de poes is in de literatuur, nationaal en internationaal, veel gedacht en geschreven. Ik noem slechts Midas Dekkers, Annie M.G. Schmidt en natuurlijk het verhaal van Ollie B. Bommel. Over de poes

van Gertjan, Wouter, is bij mijn weten nog nooit iets gepubliceerd. In een uitgave van Fragment met veel aandacht voor Gertjan Evenhuis

kan een klein stukje over Wouter niet ontbreken. En dat is niet alleen omdat de opening van de tentoonstelling van Gertjan op

Werelddierendag plaatsvindt.

DE POES WOUTEREEN INTERMEZZO

OP WERELDDIERENDAG

38

Fragment

39

Fragment

Wouter werd op 12 april 2003 geboren. Dat was tijdens het wor-

dingsproces van het beeld Menetekel. Zijn geboorte werd aan-

gekondigd met een werkelijk statieportret. We zien de sterke

hand van de beeldhouwer die de pasgeborene liefdevol beschermt.

Wouter kijkt als een echte kleine jongen nog wat beduusd voor

zich uit. Je kunt al direct zien dat we met een fotogenieke kat te

maken hebben. Daarin gaan Gertjan en Wouter gelijk op. Het pose-

ren gaat Wouter gemakkelijk af. Drie maanden later is hij al heel

vertrouwd met beelden. Het lijkt wel of het beeld Menetekel al een

onderdeel van zijn leefwereld is geworden. Maar ja, hij kreeg het

beeldhouwen dan ook met de paplepel ingegoten. Het atelier lijkt

wel zijn plek. Waar andere poezen hun tijd grotendeels doorbren-

gen met luieren en spinnen is Wouter een onafscheidelijke toe-

schouwer tijdens het hakken, punteren en monteren van het beeld.

Ook later blijkt hij telkens aanwezig tijdens het wordingsproces

van het beeld Caput. Hij deelt het atelier met zijn baas.

Jan Wolkers schrijft in zijn roman Turks Fruit dat poezen het

midden houden tussen een snolletje en een tijger. Wouter is een

kater, maar ook bij mannen komen snolletjes voor, heb ik me laten

vertellen. Rudy Kousbroek schrijft in zijn in 1969 verschenen boek

De Aaibaarheidsfactor: “Er is maar één dier dat tegelijk beantwoordt

aan alle voorwaarden van vrijheid, gelijkheid, bezit van intelligen-

tie en van een gladde vacht, afwezigheid van hap-impuls etc. die

samen het criterium van aaibaarheid uitmaken, en dat is de apo-

theose in de evolutie van de aaibaarheid (la loi de la caressabilité

croissante), de kat.” Dat lieflijke, dat onvoorwaardelijke, spreekt

uit de foto’s van het eerste jaar. Zo heeft hij zich een plek met

uit- en toezicht toebedeeld op het azobéhout dat bestemd was voor

het beeld Imperfectum.

Het tegenovergestelde, de tijger, spreekt duidelijk vier jaar later.

Wouter is daar onderdeel van het beeld Imperfectum geworden.

Hij krabt agressief de benen van zijn baas open, zijn poten hebben

hier geen nagels maar spijkers. Hier is hij kompaan van zijn baas

die ronddwaalt in zwartgalligheid. Bijna een echte tijger is hij

geworden op de boeg van Het Immernimmer. Hij is dan 12 jaar,

voor een poes al een respectabele leeftijd. Op de modelfoto voor dat

beeld zien we een heel andere Wouter. Voornaam, begrijpend en

ogen vol levenservaring. Alsof hij de rol beseft die hem is toebe-

deeld in dit drama. Het afscheid van een periode in beider leven,

een afscheid van een geliefde die ze beiden goed kenden.

Wouter is een heel eigenzinnige poes. Hij heeft zijn eigen etens-

tijd. Hij heeft zijn eigen strikte rituelen. Maar hij is ook duidelijk

aanwezig en is zeker geen allemansvriend. Kom je wat regelmati-

ger over de vloer en praat je niet te hard, dan schaart hij zich bij

het bezoek. Wouter is het echte maatje, de huisgenoot van Gertjan.

Katten worden zo’n 15 tot 16 jaar oud, alhoewel er ook katten meer

dan 25 jaar oud zijn geworden. Ik wens Wouter nog een lang leven

toe en mocht het heengaan dan toch gekomen zijn, dan wens ik

hem een eeuwig toeven toe in de kattenhemel. Een hemel waar vol-

gens Jan Wolkers eindeloos blikjes tonijn in gelei worden geopend.

Loek Dijkman

40

Fragment

41

Fragment

In de nalatenschappen van componisten worden vaak talloze

schetsen en ideeën voor composities gevonden. Soms levert dat

nieuwe ontdekkingen op van stukken, die bijvoorbeeld op een

instrumentatie na af zijn, maar vaak blijft het bij enkele maten

waarvan we een vervolg alleen maar kunnen dromen. Carl Philipp

Emanuel Bach, zoon van de grote Bach, liet in een door hem

verzorgde uitgave van ‘Die Kunst der Fuge’ een deel van een fuga

opnemen die zijn vader niet af heeft kunnen maken. In dit verband

is vermeldenswaardig dat zo’n fragment in de muziekwetenschap

‘tors’ genoemd wordt.

Componisten bemoeien zich ook met het werk van collega’s

door onvoltooide stukken alsnog af te maken. U kent misschien

het verhaal over het Requiem van Mozart, dat door vrienden en

collega’s is voltooid; tot op de dag van vandaag zijn wetenschap-

pers het er niet over eens welke noten (in een aantal delen) door

Mozart of door zijn collega’s geschreven zijn. In ieder geval kreeg

de verarmde weduwe Constanze de opdrachtcompositie betaald.

De opdrachtgever zelf, graaf Franz von Walsseg, had het overigens

oorspronkelijk willen doen voorkomen alsof het Requiem van zijn

hand was.

Uit het symfonisch repertoire kennen we de zogenaamde

‘Unvollendete’ van Schubert, een symfonie die niet uit de toen-

tertijd gebruikelijke vier, maar uit twee delen bestaat.

Met enige fantasie kunnen we Schuberts ‘Achtste’ dus als een

fragment van een symfonie beschouwen.

Fascinerend hoe muziek die je gehoord hebt, zich ergens in je

nestelt om als een koekoek uit de klok op gezette tijden tevoor-

schijn te schieten. Je hoort een flard van een stuk en maakt het in

je hoofd af. Wanneer je op een perron staat te wachten, stel je een

eigen symfonie samen uit de ringtones die van alle kanten klin-

ken. Afhankelijk van je muzikale bagage hoor je op het station in

de bijgeluiden van een vertrekkende intercity het ‘Tweede koraal’

voor orgel van Cesar Franck. Thuis kun je in het signaal dat de

wasdroger geeft als de was droog is het begin van ‘The Entertainer’

van Scott Joplin herkennen.

In het dagelijks leven lijken we soms meer met muziekfragmenten

dan met hele muziekstukken vertrouwd. Mijn mooiste ervaringen

met het horen van muzikale fragmenten zijn die wanneer je op

straat langs een huis loopt waar gestudeerd wordt. Door het ge-

opende raam hoor je ineens een flard Brahms. Ik herinner me dat

vrienden van mij boven het appartement woonden waar Maksim

Vengerov verbleef als hij in Amsterdam was; stilletjes zaten we in

het trappenhuis te luisteren als hij viool studeerde. Het zijn vooral

die onverwachte gebeurtenissen, waarbij muziek mij ineens op

een heel bijzondere manier kan raken.

Wat een heerlijke begripsverwarring levert het op als we de mu-

ziek in dit verband met de beeldhouwkunst vergelijken. Niemand

zal het namelijk in zijn hoofd halen om een torso van Rodin te

willen ‘voltooien’.

Nog even terug naar de muziek. Het gebruik van al bestaande

muziekfragmenten in nieuwe composities is niet ongebruikelijk.

Componisten recyclen op deze manier hun eigen werk. En ook

het leentjebuur spelen bij collega’s uit voorbije eeuwen is van alle

tijden. Het hergebruik van muzikale frases kan een ode aan de

oorspronkelijke componist zijn of een licht werpen op de vorm of

het idee van een nieuwe compositie.

De componist John Cage (1912-1992) was een radicale vernieuwer

in de muziek. Hij introduceerde het toevalselement in zijn com-

posities. In zijn ‘4.33’ blijft het zelfs volledig stil – de muziek die

hoorbaar is wordt gemaakt door de omgevingsgeluiden. Van Cage

is de uitspraak dat als hij naar muziek wilde luisteren hij gewoon

het raam openzette.

En om bij het dagelijks leven te blijven: kunt u het ritme van een

muziekfragment destilleren uit de opeenvolging van bliepjes bij de

kassa wanneer u uw boodschappen afrekent?

Johan Luijmes

MUZIEK-FRAGMENTENOm luisteraars bij radioprogramma’s te betrekken zijn er allerlei ver zoek-programma’s waarbij familie en vrienden muziek voor elkaar aanvragen, of BN’ers hun herinnering bij een uitgekozen stuk ophalen. Om het spannend te maken is er voor spelletjesliefhebbers ook nog de muziekquiz. In één radioprogramma heet dit onderdeel 'nootschieten'; er wordt gedurende één seconde een fragment van een muziekstuk gedraaid. Direct rinkelt de telefoon in de Hilversumse studio om mensen aan het woord te laten die zeker menen te weten welk stuk er te horen is, in welke toonsoort en met welk opusnummer, en welke dirigent er bij de betreffende opname op de bok stond. Om het spannend te maken herhaalt de presentator van dienst de hele opsomming (nog net niet met tromgeroffel) om dan meestal te concluderen dat de luisteraar verkeerd heeft gegokt.

CESAR FRANCK

WOLFGANG AMADEUS MOZART FRANZ SCHUBERT JOHN CAGE

42

Fragment

43

Fragment

AUGUSTE FALISEAuguste Falise was niet zomaar een beeldhouwer. Hij werd in 1875

geboren en overleed plotseling in Wageningen op 8 januari 1936,

60 jaar oud. Hij woonde toen in zijn villa Antonia aan het Delpad.

In 1941 werd de naam omgedoopt in August Faliseweg, een weg

uitlopend op de Arboretumlaan waaraan Het Depot ligt. Falise was

leraar aan de MTS in ’s Hertogenbosch. Hij heeft veel gewerkt als

modelleur voor de plateelbakkerij Haga.

Maar ook als zelfstandig beeldhouwer is hij bekend geworden.

In zijn tijd was hij eigenlijk een beroemdheid. Een groot aantal

beelden staat in heel Nederland. Hij is befaamd om zijn Heilig

Hart beelden maar ook beroemdheden uit zijn tijd zijn door hem

vereeuwigd, zoals Schaepman (in Tubbergen), Bosboom Toussaint,

Pierre Cuypers, en Thomas van Aquino.

In 2010 organiseerde het Wageningse museum De Casteelse Poort

een overzichtstentoonstelling over Auguste Falise. Het was toen

100 jaar geleden dat zijn eerste beeld in Domburg werd onthuld.

Maar ook vandaag nog staat hij in de belangstelling. Vorig jaar

werden replica’s van zijn werk onthuld in Den Haag (Lodewijk

Thomson, Eerste en Tweede Kamer) en ‘Als het moet’ op de

Grebbeberg in Rhenen.

Een vaste gast in zijn huis was de schilder George Sturm, die

schilderingen voor het nieuwe Rijksmuseum maakte. Van zijn

hand is zijn portret uit 1917 in jachtkostuum.

Ritzema Bos keert zich omJAN RITZEMA BOS, 1850-1928,FYTOPATHOLOOG EN ZOÖLOOGIn 1924 werd een bronzen borstbeeld van Ritzema Bos geplaatst in Arboretum De Dreijen, gemaakt door de Wageningse beeldhouwer Auguste Falise. Bij ‘het gebouw met de klok’ had het beeld een prominente plaats. Bij het naar binnengaan blikte Ritzema Bos je achterna en bij het naar buiten gaan werd je herinnerd aan de rijke historie van het landbouwonderwijs. Door de ontwikkelingen op De Dreijen van de laatste jaren en door de overdracht van het arboretum stond het beeld van Ritzema Bos eigenlijk met zijn rug naar de bezoekers van De Dreijen.We hebben het beeld en dus ook de nagedachtenis van Jan Ritzema Bos eer aan gedaan en het beeld 180 graden gedraaid. Het kijkt de bezoekers weer aan en herinnert aan de pionierstijd van de WUR.Wie waren Auguste Falise en Jan Ritzema Bos eigenlijk?

AUGUSTE FALISE

JAN RITZEMA BOS

44

Fragment

45

Fragment

rijkste boek is het tweedelige Landbouwdierkunde (Groningen

1879-1882), waarvan het eerste deel handelde over gewervelde

dieren en het tweede over geleedpotigen. Het is in het Engels en

het Duits vertaald. Samen met zijn broer (en tevens collega in

Wageningen) Hemmo schreef hij het succesvolle Leerboek der

Dierkunde (Groningen 1884). Jan Ritzema Bos was een internati-

onaal georiënteerde geleerde, gewaardeerd docent en man van de

praktijk. Daarmee was hij goed op zijn plaats bij de Landbouw-

hogeschool in Wageningen, haar voorgangers en de Plantenziek-

tenkundige Dienst. Op zijn 25e promotiedag (19 december 1899),

iets meer dan twee maanden na zijn 30-jarig jubileum bij het

landbouwonderwijs en -onderzoek, kwam de directeur-generaal

van Landbouw hem de Orde van de Nederlandse Leeuw uitreiken.

Na die heugelijke dag zou hij nog 21 jaar verbonden zijn aan het

landbouwonderwijs, in totaal doceerde hij dus 51 jaar.

Ook naar Jan Ritzema Bos werd in Wageningen een weg genoemd.

Een bewijs dat Wageningen oog heeft voor haar geschiedenis

en cultuur.

Met dank aan Johan Thissen. Uit: Biografisch Woordenboek

Gelderland, deel 3, Bekende en onbekende mannen en vrouwen

uit de Gelderse geschiedenis. Redactie: drs. C.A.M. Gietman

(eindredactie), drs. R.M. Kemperink, dr. J.A.E. Kuys, E. Pelzers en

drs. P van Wissing W. Verloren Hilversum, 2002, pagina’s 118-121.

Loek Dijkman

De Stichting Phytopathologisch Laboratorium Willie Commelin

Scholten was in 1894 opgericht door de heer W.C.R. Scholten

junior en mevrouw H.H. Scholten-Commelin, ter nagedachtenis

aan hun overleden zoon Willie. Deze student biologie van prof.

Hugo de Vries had een bijzondere belangstelling voor planten-

ziekten. De stichting kreeg als taak het bevorderen van fytopa-

thologisch onderzoek, het stimuleren van onderwijs op dit gebied

en het geven van praktische adviezen aan kwekers aangaande

plantenziekten. Verder startte de stichting in 1895 de uitgave van

het Tijdschrift over Plantenziekten. Later werd dit blad overge-

nomen door de Nederlandsche Phytopathologische Vereeniging.

Ritzema Bos was redacteur tot aan zijn dood in 1928.

De uitvoer van planten naar de VS was de reden om in 1899 de

Plantenziektenkundige Dienst op te richten. Boskoopse boom-

kwekers hoorden dat sommige Amerikaanse staten eisen gingen

stellen bij de invoer van planten vanwege de San José-schildluis,

die een verwoestend effect had op de citrusplantages in Californië.

Een jaar eerder was Jan Ritzema Bos op verzoek van de overheid

al twee maanden lang op studiereis naar de Verenigde Staten ge-

weest om zich te oriënteren op de maatregelen die daar getroffen

werden tegen de verspreiding van deze schildluis. Uit voorzorg

vroegen de Boskoopse boomkwekers vervolgens Ritzema Bos om

een bewijs dat hun planten vrij waren van schildluis.

Hij adviseerde een onafhankelijk agentschap op te richten, de

Phytopathologische Dienst. Dit gebeurde en hij werd er zelf

directeur van. In de zomer ging hij een week naar de kwekerijen

van Boskoop, stelde vast dat die schildluis hier niet voorkwam,

en zo kon hij de hele winter gezondheidscertificaten afgeven.

Wageningen bleef toch trekken. In 1906 werd Ritzema Bos hoofd

van het nieuwe Instituut voor Phytopathologie van de Rijks

Hoogere Land-, Tuin- en Bosbouwschool, de hogere opleiding die

zich in 1904 had afgesplitst van de Rijkslandbouwschool. Hij nam

de Nederlandsche Phytopathologische Vereeniging, het Tijdschrift

over Plantenziekten en de Phytopathologische Dienst (PD) mee

terug naar Wageningen. Zijn personeel bij de PD bestond uit een

assistent, een amanuensis-conciërge, een arbeider en een werk-

vrouw. Niettemin werden in het eerste jaar in Wageningen maar

liefst 1540 schriftelijke adviezen uitgebracht.

Een grote verandering trad op in 1918, toen de Rijks Hoogere

Land-, Tuin- en Bosbouwschool werd omgevormd tot de Landbouw-

hogeschool Wageningen. Ritzema Bos werd daar benoemd tot

hoogleraar en trad terug als directeur van de PD. Naast hem werd

zijn assistent dr. H.M. Quanjer benoemd tot hoogleraar planten-

ziektenkunde (met uitzondering van het dierkundige deel).

Na het aftreden van Ritzema Bos als hoogleraar in 1920 werd

dr. W.K.J. Roepke benoemd als hoogleraar voor het dierkundig

deel der plantenziektenkunde, met name de entomologie.

Prof. dr. Jan Ritzema Bos was een bescheiden man met grote

werkkracht. Ook individuele landbouwers met acute problemen

door ziekte of vraat in hun gewas konden steeds een beroep op

hem doen voor advies. Hij heeft veel gepubliceerd; zijn invloed-

naar Arnhem, liep in een week over de Veluwe naar Harderwijk

en keerde met trein en tram terug naar Wageningen. In die week

overnachtte hij bij boeren, vroeg onderweg links en rechts naar

hun teeltproblemen en gaf hen advies.

Jan Ritzema Bos hechtte groot belang aan het nut van insecten-

etende vogels en zoogdieren bij het voorkomen van schade door

insecten aan gewassen. Daarom was hij een groot voorstander

van de Nuttige Dierenwet 1880, waarbij 46 vogelsoorten, de egel,

de bosspitsmuis en alle vleermuizen beschermd werden vanwege

hun nut voor de land- en tuinbouw en de houtteelt. In 1895 werd

Ritzema Bos door de Nederlandse regering afgevaardigd naar de

Internationale conferentie ter bescherming van nuttige vogels in

Parijs. Deze conferentie heeft tot een conventie geleid. Ook bij de

Vogelwet 1912, de Nuttige Dierenwet 1914 en de Mollen-, egels en

kikvorschenwet 1917 was Ritzema Bos adviseur van de regering.

Ritzema Bos vertrok in 1895 naar Amsterdam omdat hij daar

directeur werd van het nieuwe fytopathologische laboratorium

Willie Commelin Scholten. Op 29 november van dat jaar werd hij

bovendien aan de Universiteit van Amsterdam benoemd tot buiten-

gewoon hoogleraar in de ziekteleer van planten. Hij was daarmee

de eerste hoogleraar fytopathologie in Nederland. Daarnaast bleef

hij in Wageningen onderwijs geven in de kennis van nuttige en

schadelijke dieren.

JAN RITZEMA BOSOp aanbeveling van professor Salverda aan de burgemeester van

Wageningen werd Jan Ritzema Bos in 1873 benoemd als docent

in de planten-dierkunde aan de nieuwe Landbouwschool in

Wageningen. Dat was toen nog een instelling bij de gemeentelijke

HBS, die in 1876 de ‘derde trap’ Rijkslandbouwschool werd. Het

was de voorloper van de tegenwoordige WUR. Jan Ritzema Bos

ging in 1873 in Wageningen wonen en werken. De basis voor de

grote insectencollectie van de toenmalige Wageningse universiteit,

het Entomologie Museum, werd door hem in 1882 gelegd. Jan

Ritzema Bos gaf de plaagbestrijding in Nederland rond 1890, door

onderzoek en onderwijs op het gebied van de gewasbescherming,

een eigen Nederlands en Wagenings gezicht.

De Koninklijke Nederlandse Planteziektenkundige Vereniging

werd als Nederlandsche Fytopathologische Vereeniging in 1891

opgericht door Ritzema Bos en Hugo de Vries, hoogleraar in

Amsterdam. Eén van de doelstellingen van de vereniging was

het zo veel mogelijk kosteloos verstrekken van inlichtingen over

plantenziekten aan Nederlandse plantentelers. In de periode

1891-1894 verstrekte Ritzema Bos vanuit Wageningen gemiddeld

275 inlichtingen per jaar.

In zijn eerste Wageningse jaren trad Ritzema Bos op als ‘wandel-

leraar’, een soort ambulante landbouwinstructeur, zoals die in die

tijd vooral in Duitsland actief waren. Hij ging met de stoomtram

STANDBEELD VAN DR SCHAEPMAN (DOOR AUGUST FALISE) IN TUBBERGEN

HUGO DE VRIES

WILLIE COMMELIN SCHOLTEN

46

Fragment

47

Fragment

Het geslacht Euonymus is uitermate divers. Allereerst zijn er bladhoudende soorten en bladver-

liezende. Daarnaast zijn er soorten die tot kleine bomen uitgroeien, soorten die niet verder komen

dan het stadium van een halfhoge, maar brede struik, en soorten die bodembedekkend zijn. Die

bodembedekkende soorten kunnen overigens ook zelf hechtend klimmen. Ze hebben gemeen dat

ze prachtige vruchten vormen, die op kardinaalsmutsen lijken: vandaar de Nederlandse naam.

In De Dreijen zijn diverse soorten aanwezig. Onder andere staan er vlakbij de hoofdingang bij

Het Depot twee exemplaren van de soort Euonymus velutinus. Die zijn sinds hun aanplant in 1981

uitgegroeid tot kleine bomen. De vrij onaanzienlijke bloemen aan het einde van de zomer geven

aanleiding tot het afrijpen van de prachtig gevormde roze/rode vruchten, die lang aan de boom

blijven. De vruchten geven de bomen in herfst en winter een fantastische aanblik met hun bijna

overdadige aanwezigheid. Overigens zijn alle delen van de plant giftig voor de mens. Zo niet voor

een aantal rupsen.

De verwante Wilde kardinaalsmuts, Euonymus europaeus, komt veel voor in duinstruweel tussen

andere bomen en struiken met een voorkeur voor kalkhoudende bodem. Deze wilde soort bevat

dulcitol, een chemische verbinding die een grote aantrekkingskracht heeft op een aantal rupsen-

soorten, waaronder Ligdia adustata (aangebrande spanner), Yponomeuta cagnagella (kardinaals-

muts-stippelmot), Yponomeuta irrorella (waasjes-stippelmot) en Yponomeuta plumbellus (groot -

vleks-stippelmot). De rupsen zijn voor hun dieet volledig afhankelijk van de bladeren van de wilde

kardinaalsmuts. De rupsen kunnen een struik in korte tijd volledig kaalvreten. De overlevings-

kracht van de planten is echter dermate groot, dat in korte tijd vanuit de grond weer nieuwe

scheuten komen. De verspreiding van de soort geschiedt door vogels als spreeuw, lijster en rood-

borstje. Daardoor komt de soort dus overal voor. In vroeger tijden werd het harde hout gebruikt

voor het maken van breinaalden, spoelen voor weefgetouwen, etc.

Euonymus fortunei soorten zijn wintergroene, vaak bodembedekkende heesters. Doordat hun twijgen

de neiging hebben te wortelen kunnen ze breed uitgroeien in de tuin. Van deze soort is een groot

aantal verschillende (ook bonte) variëteiten ontwikkeld. Euonymus japonicus wordt eveneens niet

zo hoog, maar heeft niet de capaciteit van de Euonymus fortunei om via twijgworteling te ‘wandelen’

door de tuin. Euonymus alatus valt binnen de Euonymus soorten op door de grijze kurklijsten op de

groene takken en de fraaie verkleuring van het blad in de herfst. De kurklijsten groeien op den duur

tegen elkaar aan waardoor de gehele tak grijs wordt van kleur.

Marianne Huisman

KardinaalsmutsEUONYMUS VELUTINUS

PARELS VAN HET ARBORETUM

KARDINAALSMUTS EUONYMUS VELUTINUS IN ARBORETUM DE DREIJEN

DE STIPPELMOTSCHADE VAN DE STIPPELMOT

48

Fragment

49

Fragment

Zondag 7 februari tot en met zondag 28 maart 2016

George Belzer en Carla de Beus

Carla de Beus • Bilpatroon, 2012, koper, 25 x 30 x 35 cmGeorge Belzer • atelier

50

Fragment

51

Fragment

George BelzerHet was zomer 2014 dat George Belzer overleed. Een plotselinge

ongeneeslijke tumor maakte binnen een half jaar een eind aan zijn

leven. Toen hij te gast was bij een van de bijeenkomsten met de

beeldhouwers, vertelde hij me dat dit waarschijnlijk een van zijn

laatste bezoeken aan Het Depot zou zijn. Spoedig daarna zochten

wij hem op. Of hij nog een wens had, was onze vraag. Hij was

eigenlijk overrompeld, hij was blij dat een deel van zijn werk,

waaronder de ‘Vruchtbare keuken’, in Het Depot bewaard zou

worden. Na wat overdenken werd hij enthousiast over het idee een

filmportret van hem te maken. Het zou gaan over zijn werk, zijn

atelier, zijn visie en wat hij als indruk achter wilde laten. Die film

is er gekomen en zowel hijzelf, zijn vrouw Corrie als zijn kinderen

waren er blij mee. De film staat op de site van Het Depot en is te

vinden wanneer u bij de beeldhouwers George Belzer selecteert.

Als hommage aan George organiseren we nu een tentoonstelling

van zijn werk dat nog in het atelier aanwezig is, gecombineerd

met enkele werken die in de collectie van Beeldengalerij Het

Depot zijn opgenomen. We laten de werken zien zoals ze ook in

het atelier waren opgeslagen. Er is niets mooier dan dat de kunst

van een beeldhouwer een geliefde plaats krijgt. Dat geldt ook voor

de beelden van George Belzer. Zijn vrouw biedt de werken te koop

aan. Op de tentoonstelling is een prijslijst voorhanden, maar

betaling dient rechtstreeks te geschieden aan mevrouw Belzer.

Wij zien deze tentoonstelling als een laatste groet aan George

Belzer, een icoon van een man met een heel bijzonder oeuvre.

George Belzer • atelier

52

Fragment

53

Fragment

Carla de Beus • Bovenwijdte, 2013, messing, 35 x 30 cmCarla de Beus • Queue, 2015, messing, 38 x 30 x 20 cm

54

Fragment

55

Fragment

namen van haar werkstukken mee verwant. Was het zo dat

zij vroeger een beeld uit delen maakte en die aaneen soldeerde,

nu maakt ze hele sculpturen uit één plaat messing.

Het werk van Carla de Beus straalt sterkte uit. Soms lijken de

sculpturen maliënkolders of harnassen voor vrouwen, zoals die

ook vroeger door ridders werden gedragen. Niet als onderdruk-

king maar als emancipatie. Tegelijkertijd hebben de werken een

natuurlijke warmte door de kleur en door het weerkaatsende licht.

En natuurlijk hebben haar beelden een wonderlijke sensualiteit.

In de winkel van Het Depot is een brochure van de tentoonstelling

uit 2009 nog te koop.

Carla de BeusDat we aan Carla de Beus gevraagd hebben een eigen toevoeging

aan deze tentoonstelling te geven heeft een reden. Carla en George

leerden elkaar kennen via Het Depot. Ze hadden regelmatig

contact met elkaar over de fijne kneepjes van het vak. George

genoot ervan dat een nieuwe generatie zich weer specialiseerde in

het drijf- en klopwerk van metaal. Weliswaar heeft Carla een heel

eigen idioom, maar de basis van de techniek was dezelfde. Toen

George zag dat zijn productieve fase een einde zou nemen gaf hij

Carla een deel van zijn gereedschap.

Al eerder was er in Villa Hinkeloord een solotentoonstelling van

Carla de Beus te zien. Nu, vijf jaar later, presenteert zij nieuw

werk. Ze heeft haar technieken nog meer verfijnd en dat levert

spectaculaire werken op. Meestal vertrekt zij voor de vorm van een

sculptuur vanuit de mode- en confectiewereld. Daar zijn ook de

Carla de Beus • Armsgat, 2014, messing, 30 x 30 cm

George Belzer • atelier

56

Fragment

57

Fragment

Carla de Beus • Voet, 2010, messing, 28cm Carla de Beus • Buste, 2010, messing, 30 x 30 cm

58

Fragment

59

Fragment

André Vranken ontmoette door zijn bijbaan in een bronsgieterij

beeldhouwers als Arthur Spronken, David Vandekop en Henk

Visch, die elk op hun eigen wijze een lans braken voor de figuratie.

De figuratieve kunst lijkt nu heel gewoon, maar in de zeventiger

jaren was er een taboe op figuratie. De kunst was misbruikt voor

zowel nazistische als communistische propaganda en daardoor

was de mensfiguur besmet geraakt. Daarnaast was de zoektocht

in de twintigste eeuw naar de essentie uitgemond in de abstracte,

minimale en conceptuele kunst, die als hoogtepunten van het

modernisme werden beschouwd. Eindelijk was kunst ‘autonoom’,

bevrijd van de ballast van het verhaal. In de formeel abstracte kunst

werd een schilderij gedefinieerd als een plat vlak met kleuren erop.

Een sculptuur was een ding, een materiële vorm in de ruimte, die

zich verhoudt tot het lichaam van kijker. In plaats van klassieke

materialen als brons en marmer koos men voor ‘arme’ materialen

als roestig Cortén-staal, textiel, aarde en gerecyclede materialen.

Juist toen André Vranken zijn entree maakte in de kunstwereld

vond er een omslag plaats, en brak er een andere, postmoderne

tijd aan. In de jaren tachtig veranderde de wereld ingrijpend:

de communistische heilstaat ontaardde in een nachtmerrie en

in 1979 brak in Iran de Islamitische Revolutie uit. De kunst,

uitdrukking gevend aan de wereld, veranderde mee. Het geloof in

de vooruitgang, zowel in de maatschappij als in de kunst, heeft

een enorme deuk opgelopen. De wereld blijkt niet maakbaar en de

geschiedenis blijkt zich niet lineair te ontwikkelen, maar cyclisch.

Het optimistische vooruitgangsgeloof van het modernisme

maakte plaats voor het postmodernisme, waarin de continuïteit

met het verleden wordt erkend en historische kunst weer onder

het stof vandaan wordt gehaald. De bronzen figuren van André

Vranken passen in deze ontwikkeling. Met zijn keuze voor het

veelal vrouwelijke naakt en het klassieke brons sluit hij aan bij

de traditie, maar zoekt daarbij zijn eigen weg.

Anne Berk

Tot en met zondag 31 januari 2016 is op de locatie Villa Hinkeloord, Generaal Foulkesweg 64 Wageningen, deze tentoonstelling te zien. In Fragment nummer 8

besteedden we al uitgebreid aandacht aan deze gedreven kunstenaar.

SOLOTENTOONSTELLING

ANDRÉ VRANKENTijdloze sensualiteit – Torsen van André Vranken

Terugkeer naar de figuratie in de beeldhouwkunst: postmodernisme

André Vranken • Him 2, 2014, brons, 72 cm

De door Het Depot uitgegeven brochure

van André Vranken is verkrijgbaar in de

winkel van de Beeldengalerij Het Depot.

ISBN 978-90-822551-2-6

Prijs € 7,50 (softcover)

Zondag 7 juni 2015tot en met zondag 31 januari 2016 A

nd

ré V

ran

ken

60

Fragment

61

Fragment

Op de site van Het Depot kunt u bij het overzicht van de beeldhouwers onder de drukknop André Vranken zijn filmportret bekijken dat Beeldengalerij

Het Depot liet maken door Vidya Films.In deze film van ruim 30 minuten vertelt Vranken openhartig zijn ervaringen

vanaf de kunstacademie tot aan de crisis in de kunstwereld na 2008. Zijn passie voor de driedimensionale kunst, zijn voorliefde voor beelden van vrouwen,

zijn ervaringen, zijn dromen.

Een portret dat een duidelijk beeld geeft van niet alleen de positie van André Vranken, maar ook de situatie waarmee hedendaagse beeldhouwers

geconfronteerd worden en hoe zij op die veranderingen anticiperen.

De film is gedurende de tentoonstelling van André Vranken doorlopend te zien.Locatie Villa Hinkeloord.

FILMPORTRET

ANDRÉ VRANKEN

62

Fragment

63

Fragment

Het Depot heeft een eigen kinderatelier. In Villa Vleermuis worden leerlingen

op een speelse manier uitgedaagd om in de huid van een kunstenaar én van

een beeld te kruipen.

Gedurende een twee uur durend programma voor leerlingen uit groep 6, 7 en 8

krijgen kinderen speciaal voor dit doel bijeengebrachte beelden te zien, van

de oudheid tot de dag van vandaag.

Ze ontdekken de bedoelingen van de beeldhouwer en worden uitgedaagd met

die beelden zelf ook iets te doen. Zo maken ze een levende beeldengroep en

gaan met potlood en papier aan de slag. Ze beelden emoties uit en gaan als

beeldengroep op de foto.

Ook in de beeldengalerij zijn kinderen onder leiding van hun ouders welkom.

De beelden in Het Depot zijn om te zoenen, dat is wel duidelijk nietwaar?

Wat kunnen Eppe de Haan en Dominique Rayou zich mooier wensen.

Kinderen inkinderatelierVilla Vleermuis

Eppe de haan • pensatore, 2002, wit onyx, 45 cm

64

Fragment

65

Fragment

Dominique Rayou • Amuse Gueule, 2012, Spaans marmer, 75 cm

66

Fragment

67

Fragment

Van Rome naar Wageningen en weer terug

Müller werd opgeleid door de vermaarde

archeoloog en neerlandicus Frédéric

Bastet, die faam verwierf met het ontraad-

selen van voorstellingen uit de oudheid.

Müller ging op zijn beurt verder in die

lijn van Bastet. Als 26-jarige stond Müller

voor een fresco in de Vaticaanse Musea

en kreeg een ingeving die beslissend is

geweest voor zijn wetenschappelijke carri-

ère. Hij had zich net in het mythologische

liefdesverhaal van Phaedra en Hippolytus

verdiept toen hij oog in oog stond met het

fresco dat bekend staat als de Aldobran-

dijnse bruiloft. “Dit is helemaal niet een

schildering over een bruiloft, dit is het

verhaal van Phaedra!” Müller besefte in-

eens dat dit wereldberoemde fresco vanaf

de ontdekking ervan rond 1600 altijd

verkeerd geïnterpreteerd was. “De inge-

ving dat ik iets op het spoor was dat nog

niemand had ontdekt gaf me een gevoel

dat ik alleen maar kan omschrijven als dat

wanneer je verliefd bent.” Veertig jaar na

die bijzondere ontdekking kan Müller er

nog steeds dolenthousiast over raken.

Het is maar goed dat we bij hem thuis

hebben afgesproken, want het ene na het

andere boek wordt uit zijn bibliotheek ge-

haald om verhalen en fascinaties letterlijk

te illustreren. Na het ontdekken van deze,

in zijn ogen, grote blunder in de interpre-

tatie van de Aldobrandijn-

se bruiloft, promoveerde

Frank Müller eerst op een

soortgelijk onderwerp.

FRANK MÜLLER, vaste en enthousiaste bezoeker

Frank Müller is een vaste en enthousiaste bezoeker van Het Depot. Wanneer ik hem bezoek om hem over zijn ervaringen in Wageningen te laten vertellen, krijg ik een fantastische geschiedenisles. Ik had Frank al eens ontmoet in het Orgelpark toen hij bij een serie concer-ten een lezing gaf over het verhaal van Prometheus. Van een interview is nauwelijks sprake. Frank, die me bij hem thuis op Java-eiland in Amsterdam ontvangt, verloochent zijn verleden als leraar klassieke talen niet en vertelt geanimeerd. Een verhaal over wetenschap en misverstanden, kunst en onderwijs.

BIJZONDERE BEZOEKERS VAN HET DEPOT

Daarna schreef hij een verhandeling over

de Aldobrandijnse bruiloft, waarvan de

uitgave met hulp van de toen nog net op-

gerichte Stichting Utopa, moederstichting

van Het Depot, gefinancierd werd.

Het toepassen van de methodiek door

iconografische parallellen te onderzoeken

zorgde ervoor dat Müller zijn revolutio-

naire stelling kon bewijzen. De Aldobran-

dijnse bruiloft is niet zomaar een werk.

Schilders als Rubens, Van Dijck en Poussin,

maar ook Goethe en Marquis de Sade

hebben zich met dit fresco beziggehouden.

Op een beroemde afbeelding van de Juno

Zimmer van Goethes woonhuis in Weimar

is een kopie te zien van het fresco dat door

Goethe als een van de grootste kunstwer-

ken werd beschouwd.

DE ACHILLESSARCOFAAG IN DE VILLA ALBANIDE ALDOBRANDIJNSE BRUILOFT

69

Fragment

68

Fragment

genover u mag zitten’,” citeert hij Sappho.

“Prachtig hoe Lentink zijn beelden be-

denkt en wat een enorme moeite moet het

zijn om ze dan ook nog uit te voeren.” Een

tweede favoriet is het beeld van Rebecca

Soethoudt ‘Zonder titel’. “Het lijkt op een

uitgeblazen cocon van zijde en was en het

intrigeert me bijzonder. Het heeft iets

nachtmerrieachtigs. Van vrienden die ik

naar Het Depot meeneem weet ik ook dat

dit beeld hen fascineert, wat het precies is

weet ik niet.”

“Het beeld ‘Tors van een meisje’ in Bardi-

glio van Eja Siepman van den Berg vind

ik ook van een uitmuntende schoonheid.

Het ontluiken van de vrouwelijkheid.” Maar

als hij dan toch een nummer één moet

aan wijzen kiest hij voor ‘Aware and no

fundamental grip’ van Gerrit Offringa.

leren van een taal kan taai zijn en daarom

moet je kinderen af en toe ook laten zien

wat ze al bereikt hebben. Latijn en Grieks

studeren is als het beklimmen van een

toren met op elke verdieping een raam,

steeds krijg je meer uitzicht.” Frank heeft

tot aan zijn pensioendatum lesgegeven.

Hij was zo enthousiast over Het Depot

dat hij met een aantal intimi en collega’s

zijn afscheid van de school waar hij lesgaf

vierde met een bezoek met aansluitende

lunch in Het Depot.

Frank heeft moeite om zijn favoriete beeld

aan te wijzen in Het Depot. “Ik vind het

werk van Gerhard Lentink bijvoorbeeld

fantastisch. Neem het beeld van Sappho,

waarin ik als classicus natuurlijk geïnte-

resseerd ben. De dichteres wordt zelf een

gedicht. ‘Godgelijk lijkt mij de man die te-

“Het is eigenlijk een werk dat ook roem

heeft gekregen door de vorsers ervan.

De verkeerde interpretatie van dit werk

is te wijten aan de manier waarop er in

de zeventiende eeuw archeologie werd

bedreven.”

Müller maakte jarenlang Romereizen met

de klassen waaraan hij oude talen doceerde.

De Griekse en Latijnse letterkunde heeft

zo’n rijkdom in zich, er zijn in de oudheid

al zulke diepzinnige gedachten geformu-

leerd, dat het niet moeilijk is om kinderen

daarvoor te interesseren. Het is prachtig

om kinderen in hun eigen belevingswereld

aan te spreken met dit gedachtegoed.

“Leerlingen zijn nieuwsgierig en stellen

vragen, daar moet je op in gaan. Naar aan-

leiding van de verhalen spraken we over

geluk, het leven, de dood en de liefde. Het

de sleutels van het antwoord op de vele

onderzoeksvragen van zijn gewaagde

theorie over de Aldobrandijnse bruiloft.

En daarmee zijn we dan, via Het Depot,

toch weer terug in Rome.

Johan Luijmes

sociaties. “Ik zie een aantrekkelijk figuur

die een beetje dik begint te worden rond de

buik. Het doet me denken aan ouder wor-

den en vergankelijkheid en dat ontroert

me. Het beeld dat uit het vergruisde glas

is opgebouwd lijkt ieder moment ook weer

uit elkaar te kunnen vallen. Het aangrij-

pende vind ik dat het om een figuur gaat

die voor een overgang staat. Het tegenover-

gestelde van het beeld van Eja Siepman

van den Berg.”

Aan het slot van mijn bezoek hebben we

het over zijn toekomstplannen. Een vol-

gende reis in het kader van zijn project is

weer een bezoek aan het Vaticaan. Daar

in dat beroemde museum ligt één van

“Je komt de zaal binnen, kijkt door je

oogharen en wordt aangetrokken door

dat mooie mannenlijf. Ik kreeg associa-

ties met de oudheid door de huid van het

beeld, het deed me denken aan het beeld

van Marcus Aurelius op het Capitool. Daar

zie je onder het afbladderende goud het

oxiderende koper op de huid. Het is het

beeld waarvan wel eens gezegd is dat als

alle goud afgebladderd is, Rome ook zou

zijn vergaan. Het beeld van Offringa blijkt

helemaal niet van metaal, maar van glas.

Prachtig hoe het opgebouwd is uit al die

kleine stukjes.” Offringa zegt zelf over het

beeld dat het een figuur is die zich gewaar

is van iets waar deze fysiek geen grip op

heeft. Frank Müller heeft hele andere as-

Eja Siepman van den Berg • Lopend meisje, 93, 2007,

Bardiglio marmer, 90 cm

Gerrit Offringa • Aware and no fundamental grip, 2003, glas, 90 cm

Rebecca Soethoudt • Zonder titel, 2004, zijde en was, 25 cm

70

Fragment

71

Fragment

Loek Dijkman, de initiatiefnemer van Beeldengalerij Het Depot,

heeft eind vorig jaar uit handen van burgemeester Geert van

Rumund het verguld Wagenings Erezilver ontvangen.

Dijkman ontving deze hoge gemeentelijke onderscheiding van-

wege zijn bijzondere inspanningen en betekenis voor Wageningen.

De uitreiking vond plaats tijdens de opening van de tentoonstel-

ling Dromen en Verlangen in Het Depot.

Van Rumund memoreerde dat Dijkman zelf zijn dromen altijd

waarmaakt. Zijn liefde voor de beeldhouwkunst, gecombineerd

met de ontdekking van de prachtige plek van Villa Hinkeloord,

leidde in 2004 tot de opening van de beeldengalerij. In de jaren

daarna droomde Dijkman verder en realiseerde hij aan de

Arboretumlaan Het Depot. Beide gebouwen worden verbonden

door de prachtige botanische tuinen.

BIJZONDERE BETEKENIS VOOR WAGENINGENHet Depot, Villa Hinkeloord en de botanische tuinen worden

beheerd door de Stichting Utopa, waar Dijkman de bevlogen

voorzitter van is. Met de Stichting Utopa laat Dijkman de winsten

uit zijn bedrijven terugvloeien naar de samenleving. Naast Het

Depot maakt Utopa bijvoorbeeld het Orgelpark in Amsterdam en

het Weeshuis in Leiden mogelijk. Voor die filosofie heeft hij al

twee Koninklijke Onderscheidingen en een Zilveren Anjer mogen

ontvangen.

Van Rumund sprak zijn grote waardering uit voor de wijze waarop

Utopa in Wageningen de gebouwen en de tuinen heeft gerenoveerd

en een fantastische nieuwe bestemming heeft gegeven. “Dit is een

belangrijke aanwinst voor de gemeente Wageningen en niet alleen

voor onze inwoners. Het Depot heeft zich ontwikkeld tot een hoog-

staand cultureel centrum voor beeldhouwkunst dat vele bezoekers

uit binnen- en buitenland naar Wageningen brengt.” Vervolgens

verraste de burgemeester Dijkman met de mededeling dat hij voor

al zijn inspanningen het verguld Wagenings Erezilver verdiende.

VERGULD WAGENINGS EREZILVERHet verguld Wagenings Erezilver wordt bij hoge uitzondering

uitgereikt aan mensen die een exceptioneel bijzondere betekenis

voor Wageningen hebben. Normaal wordt deze onderscheiding

alleen uitgereikt als de betreffende persoon al eerder een zilveren

uitvoering heeft gekregen.

Vorig jaar was dit de eerste uitreiking van het (verguld) erezilver. LINTJESREGENin Het Depot

In Het Depot zijn we wat drukte wel gewend, maar vrijdag 24 april stonden al voor elf uur

honderden mensen voor de deuren te wachten. Burgemeester Geert van Rumund

moest door de verbouwing van het Gemeentehuis uitwijken naar een plek elders in de stad

om de onderscheidingen uit te kunnen reiken. Het Depot bood ruimte en accommodatie aan,

zowel binnen in de beeldengalerij als buiten in het arboretum. Het werd voor alle gedecoreerden

een onvergetelijke dag waarbij de zon ook nog een extra vrolijk accent gaf.

voor Loek Dijkman

VERGULDWAGENINGS EREZILVER

72

Fragment

73

Fragment

Appelcrumble

Voor een lekkere appel is de Betuwe vlakbij

Voor dit recept is nodig:rabarber 400 gramzoetzure appels 400 gramrietsuiker 75 gr. (eventueel rozijnen)citroenrasp van 1 citroenkardemom halve theelepelbloem 150 gramrietsuiker 75 gramroomboter (koud) 90 gram

BereidingswijzeWas de rabarber en snij die in stukjes van 2 à 3 centimeter.Schil de appel, haal het klokhuis eruit en snij in kleine blokjes.Meng dit met de suiker en eventueel wat rozijnen.Doe dit mengsel in een ingevette ovenschaal.

Meng een tweede portie suiker met de bloem in een kom en voeg in kleine stukjes gesneden koude boter toe, wrijf het met de vingers tot een kruimelig deeg en verdeel het losjes over de rabarber. Bak in 40 minuten in een voorverwarmde oven op 170 graden, tot de bovenkant mooi goudbruin en de crumble gaar is. Varieer met vanille, kardemon en combineer met ander fruit.Serveren met slagroom, kwark of crème fraiche (crème de Normande).

In restaurant Linnaeus gebruiken we appels op diverse manieren; rauw in salades, maar ook in een stoofpot kan een zoetzure appel erg lekker zijn.We leggen ook wel eens appelschijven op de grill of drogen appelpartjes in de oven voor een saladegarnering. En als er echt veel appels te krijgen zijn in het seizoen dan maken we bijzondere appelstroop met bijvoorbeeld bieten of uien. Of met kruiden als kruidnagel en laurier. Maar voor nu is de appelcrumble een goed recept.

ANDETTE HILVERING

74

Fragment

75

Fragment

“September is dé oogstmaand voor appels”, aldus Otto. Dan trekt

hij gewapend met zijn lange ladder de boomgaarden in van

particulieren en het Gelders Landschap in de regio Wageningen,

Waardenburg, Echteld en Herveld. Daar plukt en verzamelt hij

appels en peren van bomen die soms wel 80 jaar oud zijn. Eén

van zijn favoriete appels is de jasappel: een zeer oude zoete appel.

Otto: “Hèt ideale appeltje voor de bereiding van hete bliksem, maar

ook lekker om te drogen. Er zijn misschien nog een paar honderd

bomen in Midden-Nederland.”

Jasappels of andere oude rassen zijn tegenwoordig commercieel

oninteressant, omdat appels lang houdbaar moeten zijn en ’t

liefst zoet en knapperig met een mooie blos. “De appel valt niet ver

van de boom,” zegt men, maar de meeste appels die in Nederland

worden geteeld, vallen helemaal niet. Ze worden binnen een

tijdsbestek van enkele weken door duizenden handen geplukt, op-

geslagen, vervoerd en meestal mijlenver van de betreffende boom

opgegeten. Soms weet de appeleter de naam van de appelsoort te

noemen, maar zelden weet hij iets over de teler of de manier van

telen. Vloedgraven zet zich in voor het behoud van hoogstamboom-

gaarden omdat het bijzondere elementen zijn in het Nederlandse

landschap. Ze vertellen over de geschiedenis van het landschap.

En er zijn veel oude fruitrassen te vinden, met elk een eigen verhaal.

Neem de appel Jan Steen, een Nederlandse kruising van Cox’s

Orange Pippins met Sterappel. Het is een aromatische zoetzure

appel. Zo’n appel die je nooit zult aantreffen in de supermarkt.

“De Jan Steen groeit nog in een boomgaard in Wageningen die is

aangelegd in de jaren 30 door professor Sprenger (1881-1958).”

Sprenger, appelschilderend hoogleraar Tuinbouw, heeft veel

betekend voor de Nederlandse fruitteelt. Hij ontwikkelde diverse

appelrassen, maar liever was hij schilder geworden. Onder het

mom van het vastleggen van de diverse rassen, leverde dat een

liefdevol oeuvre op aan geschilderde stillevens met appels in de

hoofdrol. Deze schilderijen en nog meer aquarellen van appels

en peren zijn te bewonderen, tot en met 18 september 2015, in de

tentoonstelling Fascinating plants, Dutch botanical art van de

Speciale Collecties van Wageningen UR.

Een andere plek, tot slot, waar vele afbeeldingen van fruitrassen

te zien zijn maar waar ook anderhalve hectare beplant is met

oude fruitrassen is de museumtuin ’t Olde Ras in Doesburg. Hier

groeien ruim achthonderd verschillende appelbomen. Beheerder

Tessa Brouwer nodigt eenieder uit voor de jaarlijkse fruitshow

het tweede weekend van november waar onder andere honderden

diverse appels geproefd en aangeschaft kunnen worden.

Gaan we doen. Appeltje-eitje.

Judith Smedes

‘IK DRINK VEEL KOFFIE’, IS DE BINNENKOMER VAN HOOGSTAMSNOEIER OTTO VLOEDGRAVEN. ZIJN ONDERARM ZIET ER GEHAVEND UIT. ‘EEN SNOEIARM’, LACHT OTTO, DIE ZIJN LIEFDE VOOR OUDE FRUITRASSEN VERWERKT IN DIVERSE VRUCH-TENSAPPEN EN APPEL-PERENSTROOP. ALLEMAAL VAN ONBESPOTEN FRUIT DAT PUUR EN ONGEZOET WORDT VERWERKT. NATUURLIJK DRINKT OTTO OOK ZIJN EIGENGEMAAKTE SAPPEN, DIE OPVALLEND FRUITIG, VOL EN RIJK VAN SMAAK ZIJN. JE PROEFT DE MIX VAN DE DIVERSE OUDE RASSEN ZOALS DE NOTARISAPPEL, PRINSES NOBLE, DIJKMANSZOET, JASAPPEL, ZOETE ERMGAARD EN GOUDREINET.

Oogstappels

76

Fragment

77

Fragment

Restaurant Linnaeus in Het Depot serveert appel-perensap en peer-rode bessensap van Otto Vloedgraven. Voor informatie over

verkoopadressen mail naar: [email protected].

’t Olde Ras; museumtuin van de ‘Stichting Behoud en Bevordering Fruitcultuur’ verzamelt oude, bijzondere en nieuwe fruitrassen.

www.tolderas.nl

Leeszaal Speciale Collecties: Fascinating plants, Dutch Botanical Art @ Wageningen UR Library.

Open: maandag t/m vrijdag, 09:00-13:00.’s middags op afspraak.

www.wageningenur.nl/library/special-collections

APPELSCHILDEREND HOOGLERAAR TUINBOUW SPRENGER (1881-1958)

79

Fragment

78

Fragment

Zweig merkt het volgende op over de

‘uitdossing’ van de vrouw (en hier citeer

ik Zweig uit de vertaling van Willem

van Toorn):

“Halverwege haar lichaam als een wesp

ingesnoerd door een korset met baleinen,

het onderlichaam daarentegen breed

uitgedijd tot een reusachtige klok, de hals

helemaal bedekt tot aan de kin, de voeten

tot op de tenen, het haar met ontelbare

krulletjes en vlechtwerken optorenend on-

der een majestueus wiegend monster van

een hoed, de handen zelfs in het heetst van

de zomer in handschoenen geperst, maakt

dit nu allang historisch geworden wezen

‘dame’ ondanks haar parfum dat er in

wolken om heen hing, ondanks de sieraden

waarmee het beladen was, de roesjes en

de gewaden de indruk van een ongelukkig

betreurenswaardig hulpeloos wezen.

Je begrijpt met één blik dat een vrouw,

als ze eenmaal in haar toilet gepantserd

zat als een ridder in zijn harnas, zich niet

meer vrij, spontaan en gracieus kon bewe-

gen, dat elke beweging, elk gebaar en als

gevolg daarvan haar hele gedrag in zo’n

kostuum kunstmatig en tegennatuurlijk

moesten worden. Alleen al de uitmonste-

ring tot ‘dame’ – om maar niet te spreken

over de opvoeding die eraan vooraf ging

– het aantrekken en uittrekken van japon-

nen betekende een omstandige procedure,

die zonder hulp van buitenaf helemaal niet

mogelijk was. Eerst moesten van achteren

van de taille tot aan de hals ontelbare

haken en ogen dichtgemaakt worden,

het korset door de helpende dienstbode

uit alle macht worden dichtgesnoerd, […]

voordat de uienrokken van onderrokken,

kamizooltjes, blouses en jakjes zo lang om

haar heen gebouwd en gedrapeerd werden

dat de laatste resten van haar vrouwelijke

vormen en persoonlijke vormen volledig

verdwenen waren. Maar deze onzin had

zijn geheime zin […] Hoe meer de vrouw

de indruk van een ‘dame’ moest maken,

hoe minder herkenbaar haar natuurlijke

vormen mochten zijn; in wezen diende de

mode met deze bewuste neiging tot bedek-

ken alleen maar gehoorzaam de algemene

tendens in de moraal van die tijd, waarvan

de belangrijkste zorg verheimelijken en

verstoppen was. Maar deze wijze moraal

vergat volledig dat, als je de deur voor

de duivel verspert, hij meestal toch

binnenkomt door de schoorsteen of een

achterdeur.”

Misschien kunt u zich voorstellen dat ik

aan dit citaat dacht toen ik een afbeelding

van het beeld ‘Korsett für starke Damen’

van Andreas Hetfeld zag. Maar dat is

maar één aspect van dit beeld. Andreas

Hetfeld wil juist de complexiteit van het

hedendaagse vrouwbeeld benadrukken.

Enerzijds het sensueel verleidelijke vrouw-

beeld, soms verheimelijkt als in de tijd van

Stefan Zweig, soms duidelijk uitdagend

in de hedendaagse tijd. Een uitdagende

seksualiteit die door vrouwen zelf wordt

gezocht of hen wordt opgelegd. Het andere

aspect van het beeld is de mannelijke rol

die vrouwen vervullen. Dat is het bronzen

deel van het beeld. Als is het een harnas.

Dat is de aanduiding van ‘starke’ Damen.

Tegenstellingen dus, die duiden op de

bijna onmogelijke rol die vrouwen door

de eeuwen heen op onnavolgbare wijze

hebben vervuld.

Vrouwen zijn echter zo sterk dat ze die ver-

schillende aspecten van hun ‘zijn’ vroeger

en vandaag tentoonspreiden.

Beeldengalerij Het Depot heeft het beeld al

weer enige tijd geleden aangekocht. De be-

doeling was het als boegbeeld te gebruiken

voor een toekomstige tentoonstelling over

‘het vrouwbeeld’. Door allerlei oorzaken,

en niet in het minst omdat dat vrouwbeeld

een mer à boire is, is het er tot op heden

nog niet van gekomen. Misschien later…..

Ik stel me voor dat ‘Korsett für starke

Damen’ dualiteit verbeeldt. Is het lijf

bekneld door dit korset, is het korset een

dwangbuis die het lijf belet om vrij te ade-

men, of zou deze sterke dame zich liever

naakt en wulps aan mij vertonen en me

willen verleiden? Of ben ik nu zelf in het

Oostenrijk van de late 19de eeuw beland en

lig ik op de sofa bij die andere beroemde

Wener, Sigmund Freud?

Johan Luijmes

Andreas Hetfeld • Korsett für starke Damen

2012, koper, stof en leer, 145 cm

In zijn autobiografie Die Welt von gestern schetst de Oostenrijkse schrijver en journalist Stefan Zweig (1881-1942) een fantastisch beeld van zijn tijd. Hij groeide

op in het Wenen van het eind van de negentiende eeuw als zoon van een rijke textielondernemer. Misschien is het vanwege zijn afkomst dat hij zo beeldend over het korset en de vrouwelijke kleding schrijft, die volgens Zweig niet alleen een letterlijke

uiterlijke spanning maar ook een veel heimelijker innerlijke spanning oproept.

Korsett für starke DamenIN BEELDENGALERIJ HET DEPOT

NIEUWS VAN ONZE BEELDHOUWERS

80

Fragment

81

Fragment

ten bekijkt en haast gedachteloos in allerlei vormen manipuleert.

Vormen die weer om een nieuwe beweging vragen. Bewegingen,

waarbij gedachten verschuiven en over elkaar schuren.

Even stel ik me voor dat deze puzzel honderd keer groter is… dat

ik me beweeg door dit brein… gedachtesprongen maak van de

ene plaats naar de andere…. aarzel bij de rand van een kloof als ik

naar beneden kijk en mijn diepste gedachtes zie… energiek een

nieuwe ruimte betreed… spontaan als een kind over mijn eigen

gedachtes buitel… me niet eens verbaas over mijn lenigheid als ik

me in alle windrichtingen vrij kan bewegen… een moment stokstijf

blijf staan bij een koude wind die me tegemoet komt… en mij met

nieuwsgierige aandacht laaf aan een warme bries die me zomaar

aan komt waaien.

Al dwalend betreed ik onvermoede ruimtes en krijg ik nieuwe

inzichten.

Verwonderd klauter ik weer uit deze gedachtenwereld en kijk met

andere ogen naar dit brein. Een brein als een puzzel, die voor een

moment in elkaar lijkt te passen. Als in het oog van de storm.

Johan Luijmes

Meijs zegt over het waarnemen dat we vooral kijken met de voor-

onderstelling van wat we weten. Hij doelt daar vooral op het weten-

schappelijk denken. Als we kijken zien we niet alleen een fysieke

vorm, maar kijken we ook met de wetenschap dat er onderliggende

verbanden, (chemische) samenstellingen, onderliggende functies

en relaties zijn. Dit mechanisme van wetend waarnemen probeert

Meijs te doorbreken door de vooringenomenheid van het kijken op

zijn kop te zetten. Want met die vooringenomenheid ontzeggen

we onszelf een doorkijkje naar een onbekende, wonderbaarlijke

wereld. Meijs legt in zijn werk daarbij de nadruk op de voor kin-

deren sterke zintuiglijke waarneming. Kinderen raken volgens

Meijs vanwege die sterke zintuiglijke waarneming makkelijker in

vervoering, en staan daardoor open om die wonderbaarlijke wereld

te betreden. Een wereld die de fantasie prikkelt en waarin beelden

letterlijke verbeeldingskracht uitstralen.

Niet voor niets zijn kinderen zélf vaak het onderwerp in het werk

van Jeroen Meijs. Misschien hebt u uit onze collectie in de voorbije

jaren zijn Torso gezien, een aluminium beeld van zich ineenstren-

gelde kinderlichamen. Of een ander aluminium werk, Extelligence,

waar uit een klomp hersens ledematen ontspruiten. Daarnaast

maakte Meijs een aantal werken waarin een wezen zich nog in

een embryonaal stadium lijkt te bevinden. In Saturn, een marme-

ren embryo, en Gaja, een enorm amorf gezicht van aluminium,

lijkt elke vorm van weten, van kunnen denken, nog aangelegd te

moeten worden.

Maar Meijs is geen naïeve dromer die het denken aan anderen over

laat. Zijn beelden spreken een heldere vormtaal en hebben altijd

een spanning in zich. Een spanning die je verleidt om een beeld

echt te willen ervaren. Spanning die zit in contrasterend materi-

aalgebruik, in het uitvergroten van menselijke fragmenten of in de

verschillende behandeling van materiaal binnen één beeld. Meijs

beperkt zich overigens niet in de materiaalkeuze voor zijn beel-

den, waarbij aluminium, hout, marmer, rubber en keramiek zich

als vanzelfsprekend aandienen. Op een overzichtsfoto van zijn

werk in de brochure die we maakten, staat een viertal sculpturen

afgebeeld. Bij het bekijken van deze foto wordt juist de consisten-

tie van het oeuvre van Jeroen Meijs zichtbaar, hoe divers materiaal

en schaal ook zijn.

Brainstorm past, zonder dat het een herhaling van zetten is,

prachtig in de serie werken van Jeroen Meijs die Het Depot al

in bezit heeft. In de onderwerpkeuze, de spanning tussen het

verschillend gebruik van eenzelfde materiaal en de schaal van

het beeld, komen elementen van het werk van Jeroen Meijs op

een organische wijze samen.

Het uitvergrote brein van Brainstorm heeft een huid als zacht gol-

vend, gepolijst marmer. De inhoud van het brein, waarop ons het

zicht wordt gegund, bestaat uit een opeenstapeling van blokken

en rechthoekige vormen die op een puzzel lijken. Een puzzel die je,

was hij wat kleiner, eindeloos probeert te verdraaien, van alle kan-

Onlangs kocht Het Depot het beeld Brainstorm van Jeroen Meijs.Deze beeldhouwer is allang geen onbekende meer voor Het Depot. In 2006 wijdde Het Depot

al eens een tentoonstelling aan het werk van Meijs, en met regelmaat kochten we een van zijn

beelden aan. In onze collectie hebben we inmiddels een twaalftal beelden, waaraan nu het

hiernaast afgebeelde Brainstorm is toegevoegd.

Brainstorm

NIEUWS VAN ONZE BEELDHOUWERS

Jeroen Meijs • Brainstorm, 2014, vurenhout, 100 cm

82

Fragment

83

FragmentMeer dan vijftien jaar geleden kwam Het Depot in Pietrasanta en

Carrara in Noord-Italië. In mei van dit jaar bezochten we opnieuw

deze stad. Natuurlijk deden we Studio Sem aan, maar het doel was

een bezoek aan Novello Finotti. Hij is één van onze beeldhouwers

en was met zijn beelden present bij de opening van de uitbreiding

van de beeldengalerij op 25 maart 2012. Hij wisselde ervaringen

uit over zijn lopende tentoonstelling in het Seoul Museum in Zuid-

Korea. Zijn tentoonstelling bestaat uit meer dan veertig werken die

allemaal vanuit Noord-Italië waren verscheept. De tentoonstelling

is een groot succes en bewijst het vakmanschap en de artistieke

kwaliteit van deze meester. We voegden ook een marmeren beeld

van hem aan onze collectie toe: Dentro il panneggio.

Op de piazza in Pietrasanta was een tentoonstelling gewijd aan

het werk van Igor Mitoraj.

Deze beeldhouwer, waarvan werk te zien is in museum Beelden

aan Zee, overleed op 6 oktober vorig jaar in Parijs. Mitoraj had zijn

atelier in Pietrasanta. De tentoonstelling was een hommage aan

één van Pietrasanta’s grootste meesters.

En natuurlijk bezochten we ook Eppe de Haan, om na te praten

over zijn tentoonstelling Dromen en Verlangen in Het Depot.

Hij was al weer volop aan het werk: nieuwe beelden.

Op de piazza is het altijd een komen en gaan van kunstenaars,

toeristen en bewonderaars van de beeldhouwers. En jawel, ook

Jan Pater kwam nog voorbij. De volgende dag zou hij op de motor

naar zijn dochter in Rome afreizen.

PIETRASANTA EEN OUDE LIEFDE

NIEUWS VAN ONZE BEELDHOUWERS

IGOR MITORAJ

IGOR MITORAJ

84

Fragment

85

Fragment

Novello Finotti • Dentro il panneggio

2012, wit marmer, 37 cm

LOPENDE TENTOONSTELLING VAN NOVELLO FINOTTI IN HET SEOUL MUSEUM IN ZUID-KOREA

86

Fragment

87

Fragment

BEELDEN EPPE DE HAAN

LOPENDE TENTOONSTELLING VAN NOVELLO FINOTTI IN HET SEOUL MUSEUM IN ZUID-KOREA

89

Fragment

88

Fragment

NIEUWS VAN ONZE BEELDHOUWERS

Blumenfeld and Moore:A New Dialogue

WALL STREET INTERNATIONAL

HENRY MOORE-HELAINE BLUMENFELD EXHIBITION ALEX ROSENBERG GALLERY NEW YORK, 1985

90

Fragment

91

Fragment

Sculpture Network is een Europees netwerk voor makers, bemid-

delaars, verzamelaars en liefhebbers van sculptuur. Het werd in

2004 opgericht, en telt nu meer dan 1.000 leden in 40 landen,

waarvan 84 in Nederland.

GeschiedenisInspirerend voorbeeld was het Amerikaanse International

Sculpture Centre (ISC). De Duitse beeldhouwer Hartmut Stielow

zat in het bestuur van ISC, maar hij vond het jammer dat de

activiteiten zich vooral in de VS afspeelden. Zo’n organisatie

moest er ook in Europa komen!

Stielow vond gehoor bij Ralf Kirberg. Deze kunstliefhebber en

vastgoedmanager was kort daarvoor met pensioen gegaan en

zag hier een schone taak voor zich weggelegd. Kirberg heeft de

Europese organisatie van de grond getild en draagt bovendien

ook financieel bij.

Tegenwoordig is hij voorzitter van Sculpture Network in München,

de stad waar het hoofdkantoor is gevestigd.

DigitaalZoals de naam al zegt, is Sculpture Network een Europees net-

werk voor iedereen die de hedendaagse sculptuur een warm hart

toe draagt.

In dit digitale tijdperk vormt de website een belangrijke schakel

in het netwerk. Hier vindt u de internationale tentoonstellings-

agenda en de portfolio’s van de leden. Onder het kopje met

Opportunities worden prijsvragen en werksymposia vermeld.

Onder Sculpture by Country vindt u tentoonstellings-locaties

per land. Daarnaast is er de maandelijkse Newsletter, die 15.000

professionele contacten bereikt.

OntmoetingenMaar het allerleukste zijn de persoonlijke ontmoetingen met

gelijkgestemden. Sculpture Network organiseert activiteiten

waar mensen elkaar kunnen ontmoeten, netwerken en hun kennis

kunnen vergroten. Warm aanbevolen!

Zo is er het belangrijke International Forum, met lezingen door

internationale experts en excursieprogramma, dat wordt bezocht

door zo’n 80-150 mensen. Het eerstvolgende Forum is 1-3 oktober

in Ars Electronica in Linz, Oostenrijk, en gaat over grensverleg-

gende elektronische kunst.

Dan zijn er gespecialiseerde kunstreizen (Experience Programs)

naar ateliers, beeldentuinen en musea. De eerste Experience is een

kunstreis naar de Biënnale van Venetië van 20 t/m 22 augustus.

Een bezoek aan de oudste Biënnale ter wereld is altijd de moeite

waard. Dan zijn er de Dialogues, landelijke activiteiten met ate-

lier- en tentoonstellingsbezoeken, waar plaatselijke leden elkaar

kunnen ontmoeten. In dit kader werd Beeldengalerij Het Depot

bezocht. En tenslotte is er de New Year’s Brunch. Dan wordt in heel

Europa tegelijkertijd het nieuwe jaar ingeluid. Van Noorwegen

tot Italië, van Spanje tot Polen en Estland worden de Europese

sculpturofielen digitaal met elkaar verbonden.

LidmaatschapLidmaatschap geeft korting op de activiteiten, en bedraagt

€ 220 voor instellingen, € 150 voor vrienden en € 120 voor kunste-

naars, met een eenmalig inschrijfgeld van € 30. Meer informatie

over lidmaatschap en deelname aan events kunt u vinden op

www.sculpture-network.org

Anne Berk, recensent, curator en coördinator Sculpture Network

Nederland

TE GAST IN HET DEPOT

EUROPEANSCULPTURE NETWORK

Op 18 april bezochten leden van Sculpture Network Beeldengalerij Het Depot. Ze werden persoonlijk ontvangen door Loek Dijkman. Hij vertelde waarom hij het belangrijk vindt om beeldhouwers te ondersteunen. Zijn verhaal klonk de aanwezige beeldhouwers als muziek in de oren, en ze waren onder de indruk van de tentoon- stelling en de locatie.

92

Fragment

93

Fragment

MICHAEL SCHUMACHER, DANSPERFOMANCE BART LELIVELT, ACCORDEON Concerten en perfomances tijdens de

tentoonstelling van Gertjan Evenhuis.

De internationaal gelauwerde danser en

choreograaf Michael Schumacher performt

in een tweetal concerten een opmerkelijke

‘pas de deux’ met de beelden van Gertjan

Evenhuis. De lichtvoetige Amerikaan

danst tussen de imposante beelden van

Evenhuis en zal ze tot beweging proberen

te verleiden. Schumacher danst op het

elders in dit nummer genoemde ‘Lamentate’

van Arvo Pärt. De choreografie van

Schumacher wordt omlijst door twee

bijzondere 20ste eeuwse composities voor

accordeon van de componisten Toshio

Hosokawa en Sofia Gubaidulina gespeeld

door Bart Lelivelt.

Schumacher groeide op in de Verenigde

Staten en volgde daar zijn dansopleiding

aan de Juilliard School. Halverwege de

jaren 80 kwam Schumacher naar Europa

en maakte deel uit van talloze dansgezel-

schappen. Zo werkte hij vijf jaar voor het

Ballett Frankfurt bij choreograaf William

Forsythe. Na een aantal jaren in grote

gezelschappen begon Schumacher voor

zichzelf als solodanser. Hij trad o.a. op

in producties van de Amerikaanse opera-

en theaterregisseur, Peter Sellars.

Schumacher werkt al geruime tijd binnen

het Holland Dance Festival. In 2008 ont-

ving Michael Schumacher tijdens de

Nederlandse Dansdagen de Gouden Zwaan.

Daarnaast kreeg hij de Jirí Kylián Ring.

Bart Lelivelt studeerde accordeon bij Miny

Dekkers aan de Hogeschool voor de Kun-

sten in Arnhem. Hij speelt volksmuziek,

geïmproviseerde en hedendaagse muziek,

trad op met het Charivari trio, Baraná, de

Kijkshock, zangeres Shura Lipovsky,

cellist René Berman, het Rotterdams

Philharmonisch Orkest, het Gelders

Orkest, de Radio Kamer Filharmonie, het

Radio Filharmonisch Orkest, het Nieuw

Ensemble, het Ives Ensemble, het Doelen

Ensemble, het Nederlands Blazers Ensem-

ble en de Luchtmachtkapel en was te horen

op festivals in binnen- en buitenland.

CONCERTEN EN PERFORMANCES

MUZIEK, FILMS EN LEZINGEN IN HET DEPOT

MICHAEL SCHUMACHERBART LELIVELT

Datum: Vrijdag 23 oktober 2015 en

vrijdag 12 februari 2016

Aanvang: 20.15 uur

Vooraf: Vóór het concert is

Restaurant Linnaeus

geopend voor diner.

Reserveren noodzakelijk

Tel. 0317 467 736

Toegangsprijs: € 20,- inclusief koffie

of thee

Locatie: Beeldengalerij Het Depot

Arboretumlaan 4

Wageningen

VRIJDAG 23 OKTOBER 2015 & VRIJDAG 12 FEBRUARI 2016

94

Fragment

95

Fragment

In het kader van de tentoonsteling van

Gertjan Evenhuis concerteert het

DoelenKwartet met een programma dat de

toepasselijke naam ‘Ecce Homo’ draagt.

De Grosse Fuge op 133 van Ludwig van

Beethoven vormt de drager van de avond.

Beeldhouwer Evenhuis liet zich door

Beethovens imposante compositie inspire-

ren bij het maken van zijn Fuga. Verder op

het programma Torso V, een gespierd werk

van de Hongaarse componist Márton Illes.

De lijfelijkheid van dit programma wordt

benadrukt door de ‘Seven Chakra’s’ van de

Belgische componist Wim Hendrickx.

Het DoelenKwartet is een van de belang-

rijkste strijkkwartetten in Nederland op

het gebied van de hedendaagse klassieke

muziek. Het repertoire omvat ruim 200

voornamelijk eigentijdse werken en

composities uit de vroeg-twintigste eeuw.

Om deze nieuwe muziek in een historisch

perspectief te kunnen plaatsen, laat het

kwartet incidenteel ook de klassieken

herleven. De vele ontmoetingen die het

DoelenKwartet met vooraanstaande

componisten mocht hebben, zijn voor

het kwartet een leidraad geweest bij het

vormen van een onmiskenbaar eigen

signatuur: Steve Reich, Henri Dutilleux,

Kevin Volans, John Adams, Wolfgang

Rihm, Hans Abrahamsen, Willem Jeths,

Peter-Jan Wagemans. Het DoelenKwartet

is het huiskwartet van Concertgebouw de

Doelen. Behalve op de belangrijke Neder-

landse podia en festivals trad het kwartet

op in Frankrijk, Duitsland, Polen, Tsjechië,

Zwitserland, Denemarken en Costa Rica.

Verder profileert het DoelenKwartet zich

met bijzondere cd-opnamen van componis-

ten als Hans Erich Apostel, Karl Amadeus

Hartmann, Wolfgang Rihm en Willem Jeths.

De bij Cybele uitgebrachte cd’s werden

alle onderscheiden met diverse prijzen,

waaronder tweemaal de Echo Klassik

Preis, de Leopold Preis, de Editors Choice

van The Grammophone en nominaties

voor de Deutsche Schallplattenpreis 2009

en 2010.

Datum: Vrijdag 13 november 2015

Aanvang: 20.15 uur

Vooraf: Vóór het concert is

Restaurant Linnaeus

geopend voor diner.

Reserveren noodzakelijk

Tel. 0317 467 736

Toegangsprijs: € 20,- inclusief koffie

of thee

Locatie: Beeldengalerij Het Depot

Arboretumlaan 4

Wageningen

DOELENKWARTET

Frank de Groot viool Maartje Kraan viool Karin Dolman altviool Hans Woudenberg cello

MUZIEK, FILMS EN LEZINGEN IN HET DEPOT

VRIJDAG 13 NOVEMBER 2015

96

Fragment

97

Fragment

Mene Tekel is een film over het ontstaan

van het beeld Menetekel van beeldhouwer

Gertjan Evenhuis.

Tijdens de tentoonstelling zal de film

Mene Tekel continu worden vertoond.

Winnaar van de NL-Awards Regionale om-

roepen 2009 in de categorie TV Cultuur.

Gemaakt door: Margot Schotel, John

Fokke, Olaf Gideonse, Marcel Heling, Jan

van Lennep, Mark Rijk, Friedo Vermeulen,

Petra Luteijn, Tom Remijn, Henk Feij,

Toer van Schayk en Kees van de Ven. Een

documentaire over de gepassioneerde

Vlissingse beeldhouwer Gertjan Evenhuis.

Hij wordt gedurende drie jaar gevolgd

tijdens de totstandkoming van zijn beeld

Menetekel. Een productie van Omroep

Zeeland.

De opnames zijn gemaakt in de periode

2003-2006. Samenstelling en montage

2008.

De Getekende Huid is een korte choreo-

grafie van Rudi van Dantzig, gemaakt op

uitnodiging van theatergroep Diagonaal

– een uniek Nederlands gezelschap waarin

acteurs met een lichamelijke handicap

samenwerken met niet-gehandicapte

acteurs. Eén van de grote verdiensten

van de theatergroep is haar eigenzinnige

werkwijze met bewegingstheater. In de

documentaire die voorafgaat aan de

choreografie wordt het repetitieproces

van De Getekende Huid gevolgd.

De choreografie van Rudi van Dantzig is

gemaakt voor drie dansers/acteurs van

Diagonaal en een gastdanser en bestaat

uit twee delen. In het eerste deel lijken de

dansers elkaar te ondersteunen om een

heldere, evenwichtige situatie te creeren.

Hun asymmetrische lichamen, hun hulp-

stukken en de stem van een klein jongetje

dat boven zijn macht een aria zingt,

zorgen voor een contrast, een vertekening

van het beeld. In het tweede deel verandert

de muziek de atmosfeer. De formele orde

maakt plaats voor instabiliteit. Er wordt

ruimte geschapen voor een dramatische

vertelling over onderlinge strijd.

De documentaire is destijds uitgezonden

op maandag 20 januari 1997, 21.00 uur,

Nederland 3.

MUZIEK, FILMS EN LEZINGEN IN HET DEPOT

Documentaire Mene Tekel (wordt continu vertoond) Film De Getekende Huid (dagelijks om 16.00 uur)

FRAGMENTEN UIT DE FILM MENE TEKEL

FILM EN DOCUMENTAIRE

98

Fragment

99

Fragment

GRIEKSE MYTHEN Imme Dros met prenten van Harrie Geelen, uitgeverij Querido, € 17,50Imme Dros brengt met haar sprankelende hervertellingen de Griekse mythen voor kinderen tot leven. "Toen de eerste mensen verhalen begonnen te maken om aan elkaar te vertellen, kwam er een einde aan de Chaos. Taal legde vast wat een enkeling ooit bij toeval ontdekte: dat een stam bleef drijven, dat stenen vuur konden maken. Taal ontwierp de wapens tegen verscheurende dieren. Taal onderscheidde donker van licht en aarde van water. Taal creëerde eenheid en tweestrijd, meesters en slaven. Taal leerde tellen, meten, wegen. Taal vond het wiel uit. Mensen bedachten woorden voor al wat ze konden beheersen en de machten die hun te hoog gingen noemden ze goden."

GODEN, MONSTERS EN HELDEN Josho Brouwers, uitgeverij Athenaeum, € 19,99Het complex van Oedipus, de kwelling van Tantalus, de hiel van Achilles en de ogen van Argus. Dit zijn uitdrukkingen die vrijwel dagelijks worden gebruikt. De betekenis is meestal wel duidelijk, maar de oorsprong mogelijk niet. In dit boek gaat Josho Brouwers verder dan in de meeste boeken over de oudheid gebeurt. Brouwers, die archeologie aan de VU in Amsterdam studeerde en daar promoveerde op een proefschrift over oorlogsvoering in het vroege Griekenland, verduidelijkt zijn verhalen door bronnen en invloeden te noemen en een overzicht van de godsdienst en geschiedenis van het oude Griekenland toe te voegen.

DE AAIBAARHEIDSFACTOR Rudy Kousbroek, uitgeverij Augustus, € 10,- De Aaibaarheidsfactor, ook genoemd in het stuk van Loek Dijkman over poes Wouter, is een nooit overtroffen hoogtepunt in de Nederlandse poezenliteratuur. In het boekje, dat met zijn fluwelen omslag heel aaibaar is, zijn de prachtig verwoorde observaties van de auteur over poezen, maar ook zijn speculaties over de verschillen of de overeenkomsten tussen mens en dier opgenomen. Het werd geïllustreerd met de kinder-tekeningen van zijn dochter Hepzibah Kousbroek. De Aaibaarheidsfactor bevat o.a. de klassiek geworden ‘Test Huiskatten’ waarbij getest wordt op miauwvolume, spinvermogen, aanhaligheid, vleesverbruik, melkcon-sumptie, afwerking en fabricagefouten.

POES Midas Dekkers, uitgeverij Atlas Contact, € 15,-Midas Dekkers heeft er nooit een geheim van gemaakt dat de poes een speciale plaats bij hem inneemt. En het favoriete dier van de leukste bioloog van Nederland wordt door hem in tal van variaties beschreven, zoals daar zijn: de krolse kater, de badpoes, de kroegtijger, de knijpkat, de slokop, de troetel, de jaguar en de huistiran. ‘Zonder poes komt het nooit helemaal goed’ beweert Midas Dekkers.

Assia Vermeulen

De tentoonstelling van Gertjan Evenhuis kreeg als titel mee

Het Torsen van de Wereld. En hoewel je dit begrip natuur-

lijk op meerdere manieren kunt interpreteren, zullen velen

daarbij toch denken aan het beeld van Atlas, zoals we dat

kennen van het Koninklijk Paleis op de Dam in Amsterdam.

Gertjan Evenhuis is niet de enige kunstenaar die zich laat

inspireren bij zijn onderwerpen door de Griekse mythen,

zoals zijn beelden van Charon en Atlas laten zien.

Deze verhalen boeien en ontroeren ons nog steeds.

Om er hernieuwd of voor het eerst mee kennis te maken,

zijn er in de winkel van de beeldengalerij diverse boeken

over deze mythen te vinden. Want het is geen schande om

niet precies te weten hoe het nu zit met veerman Charon

en de rivier de Styx en of Atlas nu wel of niet de wereld op

zijn schouders draagt. En ter ere van poes Wouter zijn er

twee bijzondere poezenboeken verkrijgbaar.

BOEKENTIPS VANUIT DE WINKEL van Beeldengalerij Het Depot

DE GRIEKSE MYTHEN Ilja Leonard Pfeijffer, uitgeverij Prometheus, € 15,-Ilja leonard Pfeijffer is bekend als romanschrijver en dichter. Maar hij is ook classicus, gevormd aan de Leidse universiteit en daar gepromoveerd op een commentaar op drie gezangen van Pindarus. In De Griekse mythen beschrijft Pfeijffer in zijn meesterlijke stijl de grootste verhalen van het oude Griekenland voor de lezer van nu. Zoals hij zelf in zijn voorwoord schrijft: ‘In dit boek ben ik volledig dienstbaar aan de eeuwenoude ver-halen, maar zonder mijzelf van de plicht te ontslaan te blijven nadenken en betere oplossingen te vinden voor details die in de verschillende oude versies niet bevredigend worden uitgelegd. Daarom is dit een oud boek en een nieuw boek tegelijk. De verhalen kennen we al eeuwen. Maar sta mij toe te vertellen hoe het volgens mij echt is gegaan’.

DE GROTE MYTHOLOGIE ENCYCLOPEDIE Arthur Cotterell en Rachel Storm, Veltman uitgevers, € 12,50In De grote mythologie encyclopedie beschrijven Arthur Cotterell en Rachel Storm de klassieke mythologie van het oude Griekenland en Rome. Daarnaast worden de sprookjesachtige mythen van de Kelten en de imposante, vaak grimmige mythen van de Germaanse volken uit Noord-Europa behandeld. Ook de mythen en legenden uit het Midden-Oosten en Verre Oosten zijn opgenomen en worden toegelicht. Aan de hand van ruim 1.000 alfabetisch gerangschikte namen en trefwoorden komen de belangrijkste mythologische figuren uit deze verschillende culturen aan de orde. Het boek bevat meer dan 1.000 schitterende illustraties van bij de onderwerpen behorende schilderijen, tekeningen en beeldhouwwerken.

100

Fragment

101

Fragment

Niet toegestaan:• Honden of andere huisdieren, met uitzondering van

blindengeleidehonden, in de vestigingen van Het Depot

en in de arboreta.

• Roken in alle vestigingen van Het Depot.

• Gebruik van mobiele telefoon.

• Het nuttigen van zelf meegebrachte consumpties.

• Fotograferen voor commercieel gebruik.

FRAGMENTFragment is een uitgave van Het Depot voor haar bezoekers.

Wanneer u bij uw bezoek aan Het Depot uw contactgegevens

opgeeft en ons meest recente nummer van Fragment koopt, krijgt

u toekomstige nummers van Fragment gratis toegezonden.

Losse nummers € 7,50.

WINKEL & UITGAVEN VAN HET DEPOTBij verschillende artikelen in Fragment ziet u een afbeelding

van een catalogus, een monografie of een andere uitgave van

Beeldengalerij Het Depot. U kunt deze uitgaven in de winkel

van Het Depot verkrijgen. Wanneer u een boek via een bank -

over schrijving bestelt, dient u het vaste bedrag van € 3,- voor

de verzendkosten bij uw bestelling op te tellen. Nadat het

totaalbedrag is ontvangen wordt het boek naar het adres van

de overschrijving toegestuurd. Op onze website vindt u bij alle ti-

tels de nodige gegevens, zoals ISBN en prijs. Zie www.hetdepot.nl.

Het rekeningnummer is NL24INGB0653347065 (ten name van

Het Depot, Wageningen). Vergeet u niet bij de betaling de titel of

het artikelnummer en uw adresgegevens te vermelden!

RESTAURANT LINNAEUSRestaurant Linnaeus, het restaurant van Beeldengalerij Het Depot,

is een eerlijke keuken in een heerlijke omgeving.

Kunst, natuur en gastronomie zijn op één plek binnen handbereik.

Alle verdere informatie over openingstijden en reserveringen

voor Restaurant Linnaeus vindt u op onze website onder de

knop ‘Restaurant’.

OPENINGSTIJDEN BEELDENGALERIJ HET DEPOTBeeldengalerij Het Depot is geopend van donderdag tot en met

zondag, van 11.00 tot 17.00 uur. Tevens is Beeldengalerij Het

Depot geopend op eerste en tweede Paasdag, op Hemelvaartsdag

en op eerste en tweede Pinksterdag. Gesloten op Koningsdag en

op 5 mei. Rond kerst is Beeldengalerij Het Depot een aantal dagen

gesloten. Raadpleeg onze website.

OPENINGSTIJDEN ARBORETAArboretum De Dreijen (ingangen aan de Arboretumlaan 4 en

tegenover Villa Hinkeloord) en Arboretum Hinkeloord (ingang bij

Villa Hinkeloord) zijn dagelijks geopend van 10.00 tot 17.00 uur.

RONDLEIDINGEN EN GROEPSBEZOEKENRondleidingen worden gegeven op donderdag en vrijdag om

11.30 uur en duren circa 60 minuten. De maximale groepsgrootte

voor rondleidingen is 20 personen voor Beeldengalerij Het Depot

en 15 personen voor Villa Hinkeloord.

Individueel aanmelden voor een rondleiding is ook mogelijk.

De kosten voor een rondleiding bedragen € 5,- per persoon.

Reserveren voor een rondleiding of groepsbezoek per telefoon

of e-mail is noodzakelijk. Dit geldt voor Beeldengalerij Het Depot,

Villa Hinkeloord en Restaurant Linnaeus.

Rondleidingen voor blinden, slechtzienden, en/of rolstoel-

gebruikers zijn zowel individueel als in groepjes van maximaal

4 personen mogelijk. Per persoon is één begeleider en/of blinden-

geleidehond toegestaan. De kosten bedragen € 5,- per persoon.

HUISREGELSJassen en tassen dient u op te bergen in onze garderobe of in

een kluisje.

Gen Foulkesweg

Arboretumlaan

RhenenLawickse Allee Ritzema Bosweg

A12 Ede / Utrecht

N781 Diedenweg

N225Arnhem A50

N225

1

4

2

3

BEELDENGALERIJ HET DEPOT

LOCATIESBeeldengalerij Het Depot is gevestigd op drie locaties, met

elkaar verbonden door Arboretum De Dreijen en Arboretum

Hinkeloord. Ook deze arboreta horen bij Het Depot.

Beeldengalerij Het DepotArboretumlaan 4, 6703 BD Wageningen

• Wisselende tentoonstellingen

• Tentoonstellingen over de arboreta

• Lezingen en symposia

• Winkel

• Restaurant Linnaeus

Villa HinkeloordGeneraal Foulkesweg 64, 6703 BV Wageningen

• Permanente tentoonstelling van het werk van Eja Siepman

van den Berg

• Wisselende solotentoonstellingen

Kinderatelier Villa VleermuisArboretumlaan 4, 6703 BD Wageningen

• Educatiecentrum voor beeldhouwkunst en natuur

• Alleen geopend voor scholen, na overleg

CONTACTT 0031 (0)317 467 720

F 0031 (0)317 467 738

E [email protected]

I www.hetdepot.nl

1 Beeldengalerij Het Depot

Arboretumlaan 42 Het Depot locatie Kinderatelier Villa Vleermuis

Arboretumlaan 43 Het Depot locatie Villa Hinkeloord

Generaal Foulkesweg 644 Arboretum De Dreijen

Ingangen Arboretumlaan 4 en tegenover Villa Hinkeloord

De activiteiten van Stichting Het Depot worden mogelijk gemaakt

door Stichting Utopa. De doelstelling van Stichting Utopa is het

actualiseren en stimuleren van creatieve talenten van mensen,

daar waar de aanleg van enkelingen, om welke reden dan ook,

geen kans krijgt. Zie ook www.utopa-academie.nl.

STICHTING HET DEPOTStichting Het Depot ondersteunt beeldhouwers van torsen en

fragmenten, waarbij de ontplooiingskans van de kunstenaar

centraal staat. Beeldengalerij Het Depot is een particulier

initiatief van Stichting Het Depot, op een particulier terrein.

De toegang is gratis. Het gebouw is geheel rolstoeltoegankelijk.

Zie ook www.hetdepot.nl.

ACTIVITEITENStichting Het Depot ontwikkelt onder meer de volgende

activiteiten:

• Tentoonstellingen van hedendaagse beeldhouwkunst van torsen

en fragmenten

• Permanente tentoonstelling van het werk van Eja Siepman van

den Berg, Villa Hinkeloord

• Educatieve rondleidingen

• Lezingen en symposia

• Het aankopen van werk van hedendaagse beeldhouwers

• Het geven van opdrachten aan beeldhouwers

• Het uitgeven van monografieën van beeldhouwers

• Het verstrekken van beurzen aan beeldhouwers

• Het uitgeven van het tijdschrift Fragment

• Kinderatelier Villa Vleermuis: educatieve programma’s over

beeldhouwkunst en natuur

• Restaurant Linnaeus, gevestigd in Beeldengalerij Het Depot

• Tentoonstellingen over Arboretum De Dreijen en Arboretum

Hinkeloord

1 2

3 4

102

Fragment

103

Fragment

STICHTING UTOPA

maar plaatst daardoor andere in de schaduw. De stichting stelt

zich ten doel een bijdrage te leveren aan het compenseren van

deze onevenwichtigheden. Omdat de waarden die de samenleving

benadrukt aan periodieke veranderingen onderhevig zijn, actuali-

seert de stichting haar aandachtsgebieden voortdurend.

De geschiedenis leert dat bij het nemen van beslissingen econo-

mische argumenten vaak de doorslag geven. Achteraf blijkt dat

die argumenten soms eenzijdig, discutabel of zelfs onjuist zijn.

De stichting wil met de haar ter beschikking staande middelen

deze een-zijdige waardebeoordeling enigszins compenseren

en als katalysator fungeren in een beoogd veranderingsproces.

Tegelijkertijd wil de stichting de betrekkelijkheid van ons tegen-

woordige bestel benadrukken zonder direct een beter (utopisch)

alternatief voorhanden te hebben.

Een utopieDe naam van de Stichting Utopa past wonderwel binnen de

Topa-Groep. Deze naam roept natuurlijk ook associaties op met

Utopia, het in 1516 door Thomas More gepubliceerde boek waarin

hij een volmaakt gelukkige staat beschreef. Een utopie......

Na Thomas More volgden er nog vele utopisten, ook in Nederland.

Ondanks de verschillen van inhoud hadden alle utopieën door de

eeuwen heen betrekking op de relatie van de mens tot zijn omge-

ving, op de verhouding van mens tot mens, van de mens tot de

natuur en van de mens tot zijn werk. In het perspectief van deze

verhoudingen is de Stichting Utopa werkzaam waarbij het histo-

risch besef steeds een terugkerend element is.

AandachtsgebiedenBinnen verschillende aandachtsgebieden wordt door de stichting

voortdurend een segment gekozen dat extra aandacht en onder-

steuning behoeft. Waar mogelijk ondersteunt de stichting edu-

catieve activiteiten die een verband hebben met de geselecteerde

aandachtsgebieden.

Stichting Utopa, Leiden

www.stichtingutopa.nl

Beeldengalerij Het Depot, Wageningen

www.hetdepot.nl

Het Orgelpark, Amsterdam

www.orgelpark.nl

Het Weeshuis - Kinderrechtenhuis, Leiden

www.utopa-weeshuis.nl

Het ontstaanDe Stichting Utopa ontleent haar naam aan de Topa-Groep.

Een groep ondernemingen die werkzaam is op het gebied van

transportverpakken, met accenten op handel, productie,

technologie, onderzoek en nascholing.

De stichting werd in 1988 opgericht en bezit vanaf dat jaar alle

aandelen van de Topa-Groep. De inkomsten van de stichting

bestaan onder andere uit de dividenden die de stichting op dit aan-

delenbezit ontvangt. Hoezeer de Stichting Utopa en de Topa-Groep

door de eigendomsverhouding ook met elkaar zijn verbonden, de

commerciële zeggenschap over de Topa-Groep berust niet bij de

stichting. De samenhang tussen de Stichting Utopa en de Topa-

Groep is als bij een munt: twee zijden die elkaar niet zien maar

toch bij elkaar horen. Twee verschillende gezichten die samen

een eenheid vormen.

Een visieDe belangrijkste beweegreden van de toenmalige eigenaar van

de Topa-Groep, Loek Dijkman, om zijn bezit in de Stichting Utopa

onder te brengen was zijn visie dat de onderneming een rol in haar

omgeving vervult die verder gaat dan het verschaffen van werk en

het maken van winst. De gedachte hierbij is dat de onderneming

haar “overwinst” niet aan aandeelhouders uitkeert maar aan haar

omgeving waaraan zij haar bestaansrecht ontleent. De winst wordt

aangewend voor het algemeen nut.

De geschiedenis herhaalt zichDe constructie om het vermogen van een onderneming in een

stichting onder te brengen, alsmede het idee dat er aan ten grond-

slag ligt, is niet nieuw. Al in 1889 richtte Ernst Abbe in Duitsland

in Jena de Carl Zeiss Stiftung op. Voor Abbe gold zijn persoonlijke

overtuiging dat “ondernemingseigendom aan strengere ethische

maatstaven dient te voldoen en als openbaar goed wordt behan-

deld, voor zover dat uitgaat boven de maatstaf van een passend

loon voor werk”. In ons eigen land bestonden rond 1900 utopi-

sche bewegingen rond Frederik van Eeden en Nescio. Bij de Van

Leer-Groep, eveneens een ver-pakkings bedrijf, werd in 1972 het

onder nemingsvermogen ten behoeve van ideële doeleinden in een

stichting ondergebracht.

Statutaire doelstellingDe statutaire doelstelling van de Stichting Utopa is: Het actualise-

ren en stimuleren van creatieve talenten van mensen, daar waar de

aanleg van enkelingen, om welke reden dan ook, geen kans krijgt.

Onze samen leving legt zwaar de nadruk op bepaalde waarden,

ARBORETUM DE DREIJEN