Nummer 13 / december 2013 Een voorspoedig 2014...als astronaut alsmede het schitterende uitzicht...

32
Nummer 13 / december 2013 NVGA-congres 26 september 2013 Een voorspoedig 2014 Thema: Opleidingen

Transcript of Nummer 13 / december 2013 Een voorspoedig 2014...als astronaut alsmede het schitterende uitzicht...

Page 1: Nummer 13 / december 2013 Een voorspoedig 2014...als astronaut alsmede het schitterende uitzicht vanuit de ruimte op onze planeet. Tot slot vatte cabaretier en entertainer Dirk Denoyelle

Nummer 13 / december 2013

NVGA-congres 26 september 2013

Een voorspoedig 2014

Thema: Opleidingen

Page 2: Nummer 13 / december 2013 Een voorspoedig 2014...als astronaut alsmede het schitterende uitzicht vanuit de ruimte op onze planeet. Tot slot vatte cabaretier en entertainer Dirk Denoyelle

Wilt u 70% van uw tijd bezig zijn met advies in plaats van uw polisadministratie? Kies dan voor Klik & Advies®. Voogd & Voogd ontwikkelt dit platform voor adviseurs die de klant centraal willen stellen en niet hun administratie.

Bezoekadres Boomgaardweg 5, 3241 LA Middelharnis Postbus 14, 3240 AA Middelharnis Telefoon 0187 48 85 55 E-mail [email protected] Website www.voogd.com

Naast ons huidige aanbod van producten en diensten, kunt u met Klik & Advies® automatisch adviezen genereren ten behoeve van uw klant. Zo kunt u efficiënt en effectief uw portefeuille onderhouden en uitbouwen. Klik & Advies® kunt u gebruiken voor uw volledige portefeuille, niet alleen voor polissen die u bij Voogd & Voogd heeft ondergebracht.

U communiceert daarbij op de wijze die bij u past: in een persoonlijk gesprek, per e-mail of via een smartphone. Als adviseur blijft u altijd de ‘regisseur’ richting uw klant.

Klik & Advies®

Voor de adviseur van de toekomst

Benieuwd wat dit voor u kan betekenen? Ga dan naar onze website www.voogd.com of neem contact

op met één van onze relatiebeheerders.

Page 3: Nummer 13 / december 2013 Een voorspoedig 2014...als astronaut alsmede het schitterende uitzicht vanuit de ruimte op onze planeet. Tot slot vatte cabaretier en entertainer Dirk Denoyelle

Nummer 13 / december 2013 www.nvga.nl3

InhoudsopgaveVan de voorzitter...

NVGA-congres 2013: Geslaagd

De volmacht in het vakbekwaamheidsbouwwerk

Eigen database NVGA biedt leden grote voordelen

De visie van diverse opleidingsinstituten

Het nut van compliance

Bijpraatlunches & Workshops Portefeuilleanalyse

a.s.r. gelooft in het volmachtkanaal

Volmacht zorgt voor concurrentiekracht

De passie van … Bart Uiterwijk Winkel

Netwerkactiviteiten NVGA

6

15

12

16

22

19

Van de redactie

5

20

In alle hectiek is het ons weer gelukt om een mooi gevuld magazine te realiseren.Eerlijk is eerlijk, alle lof voor de dames in ons team. Zij hebben het leeuwendeel van deze uitgave voor hun rekening genomen.

2825

28

31

12

22

Met trots kijken we terug op het congres in de Rijtuigenloods. Het drukst bezochte congres ooit in de geschiedenis van de NVGA. De evaluatie die we van deelnemers terug hebben gekregen was bijzonder positief. Dat is fi jn om te lezen. De schaarse kritische noot nemen we natuurlijk mee naar de organisatie voor 2015. Wat betreft de roep om meer inhoudelijke onderwerpen kan ik kort zijn: de Marktdag Volmachten, die in september 2014 door de NVGA en het Verbond van Verzekeraars gezamenlijk wordt georganiseerd, is een bijeenkomst waar de inhoud meer op de voorgrond hoort te staan en daar zullen we dan ook voor zorgen.

Als thema voor dit nummer hebben wij voor opleidingen gekozen. Actueel natuurlijk in het licht van het nieuwe vakbekwaamheidsbouwwerk.

De ledenlunches en Workshops Portefeuilleanalyse & Rapportage in november op diverse plaatsen in het land waren een succes, niet in de laatste plaats

vanwege de belangstelling.

Als ik naar onze eigen praktijk kijk, dan lijkt het wel of de CRvp het enige onderwerp is waar maatschappijen over kunnen

praten. Ik blijf op dit punt toch nog wel met een prangende vraag zitten. De toegestane hoogte van de CRvp is opgebouwd uit verschillende procentuele componenten. Een van die bepaalde componenten is kosten. Is het dan wel logisch dat het percentage CRvp voor elk volmachtbedrijf gelijk is?Ik kan me voorstellen dat er een vast deel in zit maar kost een volmacht portefeuille van vijf miljoen premie echt vijf keer zoveel voor een maatschappij als een van één miljoen of zit daar een verscholen winstcomponent in? Wellicht een mooi onderwerp voor ons volgend magazine.

Zoals gebruikelijk besteden wij ook aandacht aan de netwerkactiviteiten van de NVGA. Wij bekijken momenteel of er genoeg belangstelling is om in april 2014 met een groep NVGA-leden de (halve) marathon van Wenen te lopen en wij zijn ook gevraagd om mee te werken aan een fi etsevenement dat in juni zal plaatsvinden. U hoort daarover later meer.

We wensen u veel leesplezier, fi jne dagen en tot ziens in 2014!

Namens de redactie, Arie van den berg

Page 4: Nummer 13 / december 2013 Een voorspoedig 2014...als astronaut alsmede het schitterende uitzicht vanuit de ruimte op onze planeet. Tot slot vatte cabaretier en entertainer Dirk Denoyelle

De waardevan advies

Ondernemen is keuzes maken. Keuzes die u helpen om uw toegevoegde waarde te reali-

seren en klanten beter te adviseren. Zo besloot advies kantoor Berends & Slump

volledig provisievrij te werken. Een behoorlijke omslag. Avéro Achmea ondersteunt

adviseurs daar graag bij, bijvoorbeeld met het ondernemersprogramma Voorzie.

Voorzie helpt adviseurs keuzes te maken en een toekomstbestendig bedrijf neer

te zetten. Dat levert mooie verhalen en resultaten op. Bekijk het interview met

René Slump op dewaardevanadvies.nl

6088R_130220376_Adv ondernemenerschap.indd 1 14-11-13 08:38

“ Monuta past bij ons. Een grote naam binnen de uitvaartbranche, maar met de flexibiliteit van een kleine organisatie.”

Ramona TukVolmachtbeheerder Heinenoord Assuradeuren te Heinenoord

Een uitvaartverzekering is snel geslotenMonuta weet als geen ander wat er speelt, wat er kan en wat het kost.Wij bieden u dan ook een oplossing voor al uw vragen over uitvaart. Dat ishet voordeel van uitvaartzorg en -verzekeringen onder een dak.

Bel Intermediair Support voor een afspraak, 055 - 539 11 30 of mail naar [email protected]

Page 5: Nummer 13 / december 2013 Een voorspoedig 2014...als astronaut alsmede het schitterende uitzicht vanuit de ruimte op onze planeet. Tot slot vatte cabaretier en entertainer Dirk Denoyelle

Nummer 12 / september 2013 www.nvga.nl5

Eén van die onderwerpen is het door DNB uitge-

voerde onderzoek naar de risicobeheersing van de

volmachtportefeuille door verzekeraars. Hierbij is

gekeken naar governance, strategie en datakwa-

liteit. De belangrijkste bevinding van DNB is dat

de uitbesteding aan een Gevolmachtigd Agent

(GA) aanzienlijke risico’s met zich meebrengt

die niet altijd afdoende worden beheerst. Onder

andere is naar voren gekomen dat de commerci-

ele belangen van verzekeraars prevaleren boven

risicobeheersing. Ter illustratie geeft DNB aan dat

bij de meerderheid van de verzekeraars een keuze

voor het distributiekanaal ingegeven wordt door

marktomstandigheden, maar dat een evenwichtige

afweging (te) beperkt wordt gemaakt. Verder blijkt

dat slechts in het uiterste geval tot opzegging van

een volmachtovereenkomst wordt overgegaan, ook

ingeval de GA meerdere keren de overeenkomst

niet heeft nageleefd, aldus DNB.

DNB constateert dat de GA een stevige machtspo-

sitie over de jaren heen heeft opgebouwd en dat

de verwachting is dat door marktontwikkelingen

deze machtspositie in de komende jaren zal toene-

men. Volgens de toezichthouder is het daarom des

te belangrijker dat de verzekeraars de uitbestede

activiteiten (aantoonbaar) voldoende (gaan)

beheersen. Zij gaat daartoe in 2014 een éénmeting

uitvoeren onder alle verzekeraars die gebruikma-

ken van het volmachtkanaal.

De NVGA en met haar de leden onderkennen het

belang hiervan aangezien de Workshop ‘Portefeuil-

leanalyse en rapportage’ die vorige maand werd

gehouden, kon rekenen op een overgrote belang-

stelling. Alle zes de workshops waren volgeboekt.

Belangrijke aspecten die hierbij aan de orde kwa-

men waren een goed inzicht in de portefeuille en

het verstrekken van informatie aan de verzekeraar.

Een directe relatie dus met voornoemd onderwerp.

Belangrijk is dat DNB wel van mening is dat de

afspraken rond risicobeheer tussen verzekeraar en

GA goed zijn. De NVGA deelt deze opvatting gelet

ook op de NVGA-kwaliteitsnormering, de goede

afspraken die er zijn over data-uitwisseling en de

wijze waarop audits worden uitgevoerd.

De naleving van de afspraken is volgens DNB ech-

ter wel voor verbetering vatbaar. Door het nader

onderzoek dat DNB zal houden, zal zij de relatie

tussen GA en verzekeraar daarom nadrukkelijker

monitoren.

Zorg er daarom meer dan ooit voor dat het huis

op orde is. U heeft nu de kans te bewijzen dat uw

bedrijf goed is ingericht en risico’s goed worden

beheerst.

Een ander gegeven is dat naast DNB ook toezicht-

houder AFM onderzoek verricht naar onder meer

de werking van het volmachtkanaal maar daar niet

over publiceert.

Daarentegen verricht de Autoriteit Consument &

Markt (voormalige NMa) geen zelfstandig onder-

zoek, terwijl zij op z’n minst wel degelijk van de

partij zou moeten zijn.

Wij zijn van mening dat de toezichthouders in hun

activiteiten meer gecoördineerd zouden moeten

optreden en transparant zouden moeten zijn over

hun uitkomsten. Dat komt niet alleen de tijdsin-

spanning van partijen die gepaard gaat met de

onderzoeken ten goede, maar de werking van het

hele volmachtkanaal.

Wij zijn dan ook indringend met hen in overleg

waarbij wij hen eveneens wijzen op de toege-

voegde waarde van het volmachtkanaal, namelijk

een betere dienstverlening richting de (eind-)klant,

een breder aanbod en een scherpere prijs juist

doordat het volmachtkanaal de concurrentie aan

de aanbodzijde aanwakkert.

Het is aan ons allemaal de taak om duidelijk te

maken dat volmacht leidt tot genoemde voordelen

voor de klant en daarmee dus het klantbelang

dient. Terecht stelt econoom dr. Fred de Jong (zie

ook verderop in dit nummer) dat commerciële

overwegingen bij verzekeraars voor een machtiger

volmachtkanaal zouden kunnen zorgen en dat

dit weleens in het voordeel van de consument

(en zakelijke markt) zou kunnen zijn. Zonder

volmachtkanaal zouden verzekeraars veel minder

concurrentie ondervinden.

Mijn pleidooi richting u is dan ook om niet alleen

klantgedreven maar zeker ook concurrentiegedre-

ven te blijven opereren!

Vanaf deze plek wens ik u fijne feestdagen en veel

voorspoed in 2014 toe.

Michael de Nijs, voorzitter NVGA

ConcurrentiegedrevenVan de voorzitter...

We naderen het einde van het jaar. Een moment van terugblikken, vooruitkijken en wellicht een nieuwe start maken, is aangebroken. ‘Einde’ impliceert ook afronding van zaken. Nu hebben inmiddels veel gevolmachtigden met hun volmachtgevers op individueel niveau overeenstemming bereikt over de beloning 2013 en 2014 en is er inmiddels meer duidelijkheid over het vakbekwaamheidsbouwwerk. Echter, over de invulling van diverse zaken bestaat nog grote onduidelijkheid waardoor afronding wat mij betreft niet echt aan de orde is. En als hiervan al sprake is dan dient zich direct een nieuw onderwerp aan.

Page 6: Nummer 13 / december 2013 Een voorspoedig 2014...als astronaut alsmede het schitterende uitzicht vanuit de ruimte op onze planeet. Tot slot vatte cabaretier en entertainer Dirk Denoyelle

Nummer 13 / december 2013 www.nvga.nl6

NVGA-congres 2013:

Geslaagd!

Het congres werd voor de zesde maal georgani-

seerd. Ditmaal met als titiel: ‘GA Centraal: hét

station van de toekomst!’. In De Rijtuigenloods

in Amersfoort verzamelden zich maar liefst zo’n

vierhonderd branchegenoten om dit ‘event’ bij te

wonen. Nog niet eerder kon het NVGA-congres zich

verheugen op zo’n grote belangstelling.

De opkomst was inherent aan de positieve ontwik-

keling van het volmachtbedrijf, zo werd duidelijk

in de openingsrede van NVGA-voorzitter Michael

de Nijs. De Nijs, die zijn opwachting maakte na een

spetterende lasershow en openingsvideo, bena-

drukte dat ondanks alle onzekerheden de kansen

legio zijn. ‘Mits je ze herkent, je er klaar voor bent,

je blijft investeren in jezelf en je een duidelijke visie

ontwikkelt’, aldus de voorzitter.

Na zijn bespiegelingen op de toekomst van het

volmachtbedrijf daagde voormalig zakenvrouw van

het jaar, Yolanda Eijgenstein, de deelnemers uit tot

‘anders durven denken’. Zij adviseerde haar gehoor

goed voor zichzelf te zorgen, relaties persoonlijke

Op basis van de uitkomsten van het evaluatieformulier én op basis van vele lovende reacties kan het NVGA-congres 2013 met recht geslaagd genoemd worden. Tijdens het congres, dat op donderdag 26 september jongstleden plaatsvond, was er veel (interactieve) aandacht voor de toekomst van het volmachtbedrijf. Daarnaast zorgden inspirerende sprekers voor boeiende betogen en was er ook een officieel onderdeel in het programma ingeruimd, namelijk de eed/belofte die door zo’n tachtig branchegenoten werd afgelegd.

Page 7: Nummer 13 / december 2013 Een voorspoedig 2014...als astronaut alsmede het schitterende uitzicht vanuit de ruimte op onze planeet. Tot slot vatte cabaretier en entertainer Dirk Denoyelle

Op de NVGA-site kunt u onder activiteiten/congres de openingsfilm en de foto’s bekijken.

Nummer 13 / december 2013 www.nvga.nl7

aandacht te geven en creatief te zijn. Astronaut

André Kuipers nam het publiek mee de ruimte in

aan de hand van veel en spectaculair beeldmate-

riaal. Hij ging daarbij vooral in op zijn belevingen

als astronaut alsmede het schitterende uitzicht

vanuit de ruimte op onze planeet.

Tot slot vatte cabaretier en entertainer Dirk

Denoyelle alle betogen op ludieke, ironische en

muzikale wijze samen.

Het aansluitende aperitief en ‘walking’ diner

vonden plaats tijdens een ‘rondje Veluwe’ met een

bijzondere trein. Niet alleen de GA maar ook het

netwerken stond daarbij centraal!

Toekomst: kansen en bedreigingenDagvoorzitters Arie van den Berg en Marcel van

Loon (beiden eveneens NVGA-bestuurslid) nodigden

de congresgangers uit hun kansen en bedreigingen

over de toekomst van het volmachtbedrijf kenbaar

te maken en hierover openlijk met elkaar te discus-

siëren. Zo werd ondermeer stilgestaan bij ‘dub-

bele agenda’s’ en ‘de gevolgen van verdergaande

digitalisering’.

Page 8: Nummer 13 / december 2013 Een voorspoedig 2014...als astronaut alsmede het schitterende uitzicht vanuit de ruimte op onze planeet. Tot slot vatte cabaretier en entertainer Dirk Denoyelle

“Dames en heren,

Alleen al vanwege het feit dat er zoveel bezoekers

zijn (rond de 400), blijkt dat volmacht leeft!

Voordat we naar de toekomst gaan kijken, wil ik

eerst stilstaan bij het heden. Nooit eerder hebben

we ons bedrijf op zo’n transformatie-speelveld

moeten uitoefenen. Er zijn heel veel onzekerhe-

den. Maar zoals iedere rasondernemer weet, biedt

iedere onzekerheid ook enorme kansen. Ik ben

ontzettend blij dat het volmachtbedrijf deson-

danks floreert. Het totaal geboekte premievolume

is drie miljard euro in volmacht waarmee we een

substantiële positie in de markt innemen. Met een

marktaandeel van zes-, zeventien procent ben je

een speler van betekenis.

We zien ook dat dat premievolume nog steeds

stijgt. Over het afgelopen jaar met zes procent.

Daarnaast zie je dat de schadequote over de

hele linie binnen alle typologieën volmachten

daalt met 2,7%. Dan denk ik dat je goed bezig

bent om namens je opdrachtgever, de verze-

keraar, dat werk goed uit te voeren. Naast het

genoemde marktaandeel is het belangrijk dat de

concentratiegraad van gevolmachtigden (de mate

waarin gevolmachtigden zich aansluiten bij de

branchevereniging) ook alleen maar toeneemt.

Afgelopen jaar noteerden we een ledengroei van

zes procent. Wij zijn daar enorm blij mee. Dat

betekent in ieder geval dat u zich herkent in onze

vereniging en dat de vereniging van toege-

voegde waarde is. Die toegevoegde waarde is het

centrale thema voor onze toekomst. Voor ons

als gevolmachtigde. Als je het hebt over ‘de GA

van de toekomst’ dan moet je het vooral hebben

over de toegevoegde waarde. Waar het om gaat

is ‘kijk naar jezelf’. Waartoe ben ik op aarde, wie

doe ik een plezier met wat ik doe en wat is mijn

toegevoegde waarde in de keten? Daarin zit de

sleutel van toekomstig succes.

Openingstoespraak NVGA-voorzitter Michael de NijsNVGA-congres 26 september 2013, De Rijtuigenloods Amersfoort

’Ondanks de vele onzekerheden zijn de

kansen legio!’

Nummer 13 / december 2013 www.nvga.nl8

Page 9: Nummer 13 / december 2013 Een voorspoedig 2014...als astronaut alsmede het schitterende uitzicht vanuit de ruimte op onze planeet. Tot slot vatte cabaretier en entertainer Dirk Denoyelle

Wat doet de NVGA? De drie belangrijkste zijn de volgende.

1) Een succesje wat we kunnen melden, is de lobby

die wij samen met andere brancheorganisa-

ties hebben gevoerd rondom het wetsvoorstel

permanente educatie wat in de kamer voorlag ter

accordering. De minister moet voor december met

een alternatief komen en wij zullen input blijven

leveren om het bestaande systeem van perma-

nente educatie overeind te houden en verder in te

richten.

2) Wij gaan voor de oprichting van een onafhanke-

lijk auditinstituut volmachten. Het proces kan in

onze ogen efficiënter en onafhankelijker.

3) We worstelen met de transitie naar nieuwe

modellen. Er zal een toets op passendheid moeten

plaatsvinden.

Het is lastig. We zijn natuurlijk decennia lang gewend

geweest om op een bepaalde manier beloond te wor-

den. We vonden dat dat prima was. Als wij naar ons

eigen functioneren in de markt keken, dan zagen wij

niet enorme excessen. In ieder geval niet die excessen

die in andere delen van de sector de afgelopen jaren

pijnlijk zichtbaar zijn geworden. Wij zijn bedrijven

die zich in opdracht van verzekeraars bezighouden

met het afwikkelen van schadegerelateerde proces-

sen. Dat zijn transparante producten waar geen

waardeopbouw in zit, geen verborgen kosten en waar

geen enorme marges op zitten. Dus de noodzaak om

dat oude systeem los te laten, werd niet direct door

iedereen gevoeld. Maar er staat wel duidelijk in de

wet (vrij vertaald) dat de beloning die je uitkeert als

verzekeraar en die je ontvangt als gevolmachtigde

niet hoger mag zijn dan dat noodzakelijk is voor het

verlenen van een dienst. Ook al voelen wij zelf niet

die noodzaak om die switch te maken, we zullen

het met elkaar wel moeten doormaken. Dus laat dat

duidelijk zijn. Wij zitten in dat transformatiepro-

ces. U heeft allemaal kennis genomen van het feit

dat de winstcommissie eraf is. Die hebben we niet

meer. Ik weet ook dat het in de afgelopen jaren een

belangrijk onderdeel is geworden van de dekking van

de operatie van een gemiddeld volmachtkantoor,

dus het zomaar wegsnijden van die winstcommissie

zonder compensatie kan voor de meeste volmacht-

kantoren ook niet. Dus wat je op dit moment in de

markt ziet, is dat er compensatie wordt gezocht in

de tekencommissie om het bedrijf levensvatbaar te

houden. Dat is een verdedigbaar streven want we

zijn er niet op uit om onszelf te liquideren. We willen

als volmachtbedrijf, richting klanten op een gezonde

manier opgesteld staan en daar hoort ook een

gezonde en toereikende beloning bij. Dat proces gaat

niet makkelijk.

Waar staan we nu? Wat we zien is dat ongeveer de

helft van de volmachtgevers en volmachtnemers op

dit moment concrete afspraken over beloning heb-

ben gemaakt. Dat er een akkoord is. De andere helft

heeft dat niet en dat baart mij zorgen. Ik wil leden

en volmachtgevers dan ook oproepen om het beste

beentje voort te zetten en voor het einde van het jaar

die beloningsonderhandelingen af te wikkelen, want

het is niet alleen het passend maken van die beloning

maar het is een dubbel proces. Het is ook een normale

onderhandeling tussen twee businesspartners. Ik

roep marktpartijen op om in de komende weken

voortvarend en slagvaardig definitieve afspraken te

maken zodat we in ieder geval dit jaar aan de wet- en

regelgeving voldoen.

Hoe ziet die toekomst er dan uit?Volgens de visie van de NVGA ziet die toekomst eruit

dat wij van modellen gaan veranderen. Dat de manier

waarop we in het verleden zijn beloond niet meer

terugkomt. Dat hoeft echter niet te betekenen dat wij

te weinig of minder dekking krijgen voor onze inves-

teringen. Sterker nog, dat is ook weer dat onderhan-

delingsspel waar ik het over had. Niet de vorm zou

leidend moeten zijn, maar je eigen kostprijs, met een

faire beloning en met een faire winstmarge waarbij je

je bedrijf ook op een hele goede manier kunt ‘runnen’.

Dat is het uitgangspunt en ik heb er een vast vertrou-

wen in dat we daar met elkaar uitkomen.

De discussie over de vorm is wat ons betreft te vaak

te dominant. Er wordt wel gesproken over de invoe-

ring van een verrichtingentarief. Wij als bestuur van

de NVGA vinden dat zeker een goede variant, maar

wij vinden ook dat waardegerelateerde beloning een

goede variant is en zeker passend is te maken. Dat

past ook binnen het karakter van de wet, de open

norm in Nederland, dat beide systemen mogelijk zijn.

Wij stellen ons op het standpunt dat wij het aan de

markt overlaten. Wij laten het graag aan u over welke

koers u vaart en wij gaan in ieder geval die partijen

die kiezen voor een bepaalde koers maximaal onder-

steunen om dat op een goede manier te implemen-

teren. De NVGA zal er de komende tijd alles aan doen

om processen maar ook (administratieve) systemen

zo goed mogelijk voor te bereiden op het goed in- en

uitvoeren van zo’n vorm van beloning. De discussie

en het onderhandelingsspel over de hoogte van je

beloning dat zal blijven. Dat zal blijven, ongeacht

welk systeem.

Belangrijk is te melden dat de AFM ook in de laatste

bespreking met ons nogmaals haar voorkeur heeft

uitgesproken voor een vorm van nominale vergoe-

ding.

En dan de toekomst. Als ik een parallel trek met het huidige treinstation

dat te maken heeft met een complexe reizigersbe-

hoefte dan is het de taak van het volmachtbedrijf

om als moderne verkeersleiding te beschikken over

de juiste en efficiënte processen en daar de juiste

tools bij te hebben. En dan heb ik het niet alleen

over geautomatiseerde systemen maar vooral ook

over geautomatiseerde tools die klanten en hun ad-

viseurs meenemen naar een adequaat advies. Wij als

gevolmachtigden kunnen daarmee in de toekomst

excelleren. Wij hebben namelijk een totaalbeeld op

die klant en een totaalbeeld van die markt. In die

zin zou je ook kunnen zeggen dat wij als gevol-

machtigden allemaal iets van een serviceprovider

gaan worden. De ene in het groot: landelijk wer-

kend en alleen maar serviceprovider, en de andere in

de rol van huisvolmacht: als serviceprovider van zijn

eigen adviespraktijk. Dat zal steeds meer onze rol

worden. De gevolmachtigde laat vraag en aanbod

goed en efficiënt op elkaar aansluiten. Wij zijn in de

kern van zeer veel toegevoegde waarde in de keten.

Wij zijn een noodzakelijke schakel om de klant niet

alleen op een vlotte en goede manier te bedienen,

maar vooral ook op een kostenefficiënte manier.

Hoe houden we het bedrijf gezond? Als je zo naar dat volmachtbedrijf durft te kijken

dan gaat het om een aantal dingen.

Dat is kostenefficiënt blijven produceren. In ieder

geval kostenefficiënter dan onze aanbieders. Dat is

bestaansrecht nummer één.

Op de tweede plaats: in het belang van de klant

de adequate producten blijven leveren. Dat is

bestaansrecht nummer twee.

Hiertoe moeten wij investeren in vakkennis en

managementvaardigheden. De NVGA zal daar de

komende tijd ook beleid voor ontwikkelen en uit-

voeren om die kennis en managementvaardigheden

specifiek voor de gevolmachtigde aan te bieden.

Je zult moeten innoveren. Stilstand is achter-

uitgang, zeker bij ons. Laten we die voorsprong

met elkaar vasthouden. Je zult wendbaar moeten

blijven. De kracht van onze bedrijven is dat we ‘lean’

en ‘mean’ zijn. Houd dat zo.

We moeten creatief zijn, dicht bij de klant geor-

ganiseerd zijn en maatwerk leveren. Dat zijn de

ingrediënten van het toekomstige succes van onze

bedrijfstak. Als we onszelf zo organiseren, met

die toegevoegde waarde en die plaats in de keten

innemen dan dienen de kansen zichzelf vanzelf aan

en de kansen zijn legio!”

Nummer 13 / december 2013 www.nvga.nl9

Page 10: Nummer 13 / december 2013 Een voorspoedig 2014...als astronaut alsmede het schitterende uitzicht vanuit de ruimte op onze planeet. Tot slot vatte cabaretier en entertainer Dirk Denoyelle

Kritisch op het juiste moment

doelgericht terug naar werk

Het NVGA-congres 2013 was mede een succes dankzij:

Het volgende congres vindt plaats in 2015.

Nummer 13 / december 2013 www.nvga.nl10

Page 11: Nummer 13 / december 2013 Een voorspoedig 2014...als astronaut alsmede het schitterende uitzicht vanuit de ruimte op onze planeet. Tot slot vatte cabaretier en entertainer Dirk Denoyelle

‘De toekomst bepalen we samen’Over de toekomst van het volmachtbedrijf zei Michael

de Nijs in zijn openingsrede het volgende: ‘De richting

en koers bepalen we samen. Het meest waardevol van

dit volmachtcongres is de informatie die we onderling

met elkaar uitwisselen. Ik moedig iedereen dan ook aan

kennis en ervaring met elkaar te delen en elkaar tot

grotere hoogte te brengen. Versterk elkaar in ideeën en

het verder versterken van het volmachtbedrijf!’

Nummer 13 / december 2013 www.nvga.nl11

Page 12: Nummer 13 / december 2013 Een voorspoedig 2014...als astronaut alsmede het schitterende uitzicht vanuit de ruimte op onze planeet. Tot slot vatte cabaretier en entertainer Dirk Denoyelle

Rien Goes en Richard van Gelder: “De grootste

pijnpunten in de Permanente Educatie zijn de

inhaalexamens en het gebrek aan actualiteit.”

Nummer 13 / december 2013 www.nvga.nl12

De volmacht in het vakbekwaamheidsbouwwerk

Page 13: Nummer 13 / december 2013 Een voorspoedig 2014...als astronaut alsmede het schitterende uitzicht vanuit de ruimte op onze planeet. Tot slot vatte cabaretier en entertainer Dirk Denoyelle

Nummer 13 / december 2013 www.nvga.nl13

De deadline nadert met rasse schreden, maar nie-

mand weet eigenlijk waar hij aan toe is en wat hij

moet doen. Het is medio november als Rien Goes

en Richard van Gelder om tafel gaan om te praten

over de stand van zaken rond het vakbekwaam-

heidsbouwwerk en de positie van de gevolmach-

tigde hierin. Grootste pijnpunten in de Permanente

Educatie zijn volgens hen de inhaalexamens en het

gebrek aan actualiteit. “Hoe kun je het zo reguleren

dat iedereen het begrijpt en dat de vakbekwaam-

heid geborgd blijft?

LobbyGoes en Van Gelder zijn nauw betrokken bij alle

ontwikkelingen. Goes, verantwoordelijk voor

Operations en Finance binnen het volmachtbe-

drijf van Meeùs, zit in het NVGA-bestuur en heeft

opleidingen in zijn portefeuille. Namens de NVGA

zit hij in de intermediaire werkgroep van het CDFD,

waarin brancheorganisaties vertegenwoordigd zijn.

Van Gelder, feitelijk leider van het volmachtbedrijf

Thoma Assuradeuren en lid van de NVGA-commis-

sie Ledenzaken, heeft veel affiniteit met educatie.

Hij is voorzitter van de examencommissie van het

EBFS (Exameninstituut Beroepsonderwijs Financiële

Sector) en neemt sinds maart jl. plaats in de com-

missie toets- en eindtermen van het CDFD, met als

aandachtsgebied volmacht. Hierover heerst soms

verwarring, geeft hij aan. “De bijdrage aan deze

commissie lever ik op persoonlijke titel. Ik bekijk

wat de nieuwigheden zijn in de branche en in een

vakinhoudelijke discussie geef ik mijn mening,

verder gaat het niet. Ik vertegenwoordig daarin

niet de NVGA.”

Brancheorganisaties Adfiz, CFD, OvFD, NVF en

NVGA pleiten voor een PE-puntensysteem om het

vakbekwaamheidsbouwwerk te versoepelen en te

verbeteren. Dit voorstel hebben ze toegelicht aan

het ministerie van Financiën. Aanleiding voor dit

overleg was motie 118, waarin Kamerleden het

ministerie vragen om in overleg met marktpartijen

te komen met voorstellen voor de versoepeling

van het huidige systeem met behoud van kwaliteit.

“Hiervoor waren naast brancheorganisaties en

keurmerken, de AFM en het CDFD uitgenodigd,

geen marktpartijen. Dit kaartten we aan, waarop

het ministerie ons uitnodigde om eerder langs

te komen. In dit gesprek gaven we aan hoe wij

aankijken tegen PE en met name het inhaalexamen,

waarover nu de grootste discussie is, en dat een

puntensysteem een betere optie is”, vertelt Goes.

“Wat me opviel, was dat het ministerie totaal niet

in de gaten had wat wij moeten doen om een

PE-examen te halen en dacht dat het niet zoveel

uitmaakt, omdat je toch alles weet als professional.

Maar in de praktijk doe je ook PE op vakgebieden,

waarmee je niet dagelijks bezig bent. Je moet heel

veel kennis tot je nemen en dat is niet erg, maar

het moet wel bijdragen aan de kwaliteit.”

“Vlak na dit overleg volgde een vergadering met

alle branchepartijen, waarin verzekeraars, banken

en de toezichthouder aangaven het examen

wel een prima middel te vinden, mits op niveau.

Het examenstelsel strookt niet met de Europese

denklijn. Daarin wordt een stelsel genoemd met het

halen van een bepaald aantal punten in twee jaar

door het volgen van PE. Dat ligt in lijn met onze

voorstellen. Als je nu iets gaat invoeren, loop je

de kans dat je het weer kan intrekken vanwege de

Europese regelgeving.”

Vorm voor inhoudTerwijl het ministerie achter gesloten deuren verder

praat over een mogelijke oplossing, gaat het CDFD

onverdroten door met het bespreken van de toets-

en eindtermen van het PE-examen, zegt Goes.

“Het CDFD nodigde ons uit voor een sessie over de

toets- en eindtermen. Wij zagen op dat moment

geen heil in een dergelijk overleg en hebben dit dus

afgezegd. We moeten eerst over de vorm praten,

voor we aan de inhoud beginnen. Tot dit moment

wachten we nog steeds op een nieuw voorstel van

de minister. De Kamerleden seinden we in dat dit

niet voldoet aan de uitvoering van de motie. Er is

nog geen enkel fatsoenlijk overleg geweest over

de vorm.”

“Waarop we ons met name richten, zijn het

inhaalexamen en de actualiteit. Je mag je beroep

niet meer uitoefenen als je het inhaalexamen

niet haalt.” Ook de actualiteit blijft een heikel

punt, volgens Goes. “Als je kijkt naar de toets- en

eindtermen, daarin staan heel vaak zaken die in

het basisdiploma thuishoren en niet bij vragen over

de actualiteit. Er komt een centrale bank met alle

examenvragen: de itembank. Het CDFD garandeert

dat er voldoende actuele vragen in zitten. Dus als

je over twee maanden examen doet, krijg je andere

vragen dan wanneer ik het nu doe. Hoe gaan de

opleidingsinstituten de lesstof daarop zo snel aan-

passen? Je kunt die vragen er wel inpompen, maar

de mensen moeten het ook nog leren. Daarover

hebben ze nog niet nagedacht of in elk geval nog

geen oplossing voor gevonden. Al die punten bij

elkaar maken het ondoorzichtig.”

Diplomaplicht volmachtBij de rol van het CDFD als adviesorgaan van het

ministerie gaat het vaker mis, vindt Goes. “In het

bouwwerk zien we een nieuw Schade-onderdeel

staan: Schade Extra. Bij de consultatie adviseerden

we om de verzekeringstechniek op één plek te

concentreren. Het CDFD vertaalt dat naar het mi-

nisterie dat de NVGA wil dat de volmachtdiploma’s

worden samengevoegd. Dat hebben we helemaal

niet gevraagd. We willen juist een volmachtdiploma

houden wat alleen volmachtzaken bevat. Het CDFD

heeft nu een voorstel bij het ministerie neergelegd

om de diplomaplicht voor Volmacht uit het Besluit

gedragstoezicht financiële ondernemingen te

halen. Vervolgens willen ze een denktank oprichten

met het ministerie, het CDFD, onderwijsdeskun-

digen en de NVGA om te kijken naar de gevolgen

van dit voorstel. Deze denktank is nu uitgesteld,

vanwege de andere discussie, maar het kan dus ge-

beuren dat de volmacht straks geen diplomaplicht

meer heeft. Het gevaar daarin is dat iedereen zich

volmacht kan noemen. Dit kan je eventueel oplos-

sen door afspraken te maken met verzekeraars, al

lopen we daarmee op de zaken vooruit. Aan de

andere kant: nu loop je mee in alle verplichtingen

van de adviseur. De verzekeraar die het werk aan

ons uitbesteedt, heeft geen diplomaplicht. Waarom

leg je het dan wel neer bij degene die zijn werk

overneemt?”

Volgens Van Gelder zitten er wat haken en ogen

aan. “De denktank moet alle voor- en nadelen te

zijner tijd op een rij zetten. Het is nog wel span-

nend.”

Hoewel er nog veel onduidelijk is en er een

voorstel ligt om Schade Extra te laten vervallen

als plicht voor gevolmachtigden, raden Goes en

Van Gelder iedereen aan om alles voor 1 januari

2014 op orde te hebben. “Je moet zorgen dat de

diploma’s en deelcertificaten die je nodig hebt,

kloppen en actueel zijn, dan heb je zekerheid op

het moment dat de diploma’s omgezet worden in

de nieuwe Wft-diploma’s. Je weet nooit wat je in

Er is veel ophef en onduidelijkheid over het opleidingsbouwwerk in de verzekeringsbranche. Er ligt een voorstel van het ministerie om volmacht uit het Bgfo te halen, waardoor de diplomaplicht vervalt. En blijft het PE-stelsel met de examens bestaan of komt er toch nog het door de brancheorganisaties gewenste puntensysteem? De brancheverenigingen trekken samen op om ervoor te zorgen dat de vakbekwaamheid weer de boventoon gaat voeren. De klant is immers gebaat bij een vakbekwame adviseur.

Door Froukje Meerman, Mermaid Media | Foto’s: Raphaël Drent

Page 14: Nummer 13 / december 2013 Een voorspoedig 2014...als astronaut alsmede het schitterende uitzicht vanuit de ruimte op onze planeet. Tot slot vatte cabaretier en entertainer Dirk Denoyelle

Nummer 13 / december 2013 www.nvga.nl14

de toekomst gaat doen en wie weet kom je nog aan

de adviseurkant terecht. Bij ons haalt iedereen nu

zijn deelcertificaten die hij nog niet heeft, terwijl

men ze misschien niet eens nodig heeft.” Over de

geldigheid van diploma’s heerst veel onzekerheid,

vertelt Goes. “Niemand weet hoe het echt in elkaar

steekt. Uit angst gaan veel mensen het maar doen,

ook al weten ze niet waar het goed voor is.”

Van Gelder: “Mijn collega heeft een Volmachtdi-

ploma, maar doet er verder niets mee en dat wil

ze ook niet. Voor de continuïteit van het bedrijf

is het handig, omdat ik anders de enige ben met

dit diploma. Als ik dan een PE mis, dan mag ik

het volmachtbedrijf niet leiden. Nu blijkt dat ze

Beleggen A niet heeft gedaan, waarmee ze het

risico loopt dat haar GA-diploma in zijn geheel

vervalt. Ik vind dat de minister nu zo snel mogelijk

diploma’s moet laten omzetten in Wft-diploma’s en

bij twijfel niet star moet vasthouden aan regeltjes

die ontstaan zijn zonder dat er is nagedacht over

de consequenties. Ik vind het raar dat als je er op 2

januari achter komt dat er ergens iets is misgegaan,

omdat het vaag was, je niet meer de kans krijgt om

dat te herstellen. Er moet een mogelijkheid komen

om mensen die al jaren in het vak zitten en altijd

goed hun werk hebben gedaan, de kans te geven

een foutje te herstellen. Ik ga zelf ook wel eens

twijfelen; heb ik het wel gedaan en in de juiste

periode? Het is belangrijk dat de onduidelijkheden

nu worden weggenomen.”

Actualiteit van belangEen van de grote bezwaren tegen het PE-stelsel

is het gebrek aan actualiteit, vertelt Goes. “In

september is het Prinsjesdag. Als daaruit maat-

regelen voortkomen die op 1 januari 2014 ingaan,

dan komen die pas aan bod in een examen in juli

2015. En als het een driejaarstermijn wordt nog

later. Dan zit je stof te leren van een paar jaar oud,

die soms alweer achterhaald is. Wat voegt een

inhaalexamen dan toe aan Permanente Educatie?

Je creëert in feite schijnzekerheid. Stel dat het

op 1 januari 2014 doorgaat en je gaat bij wijzen

van spreken na drie maanden examen doen,

dan krijg je een brevet van vermogen en ben je

vakbekwaam volgens je diploma, ook al wijzigt er

iets in de wet een maand later. Je kunt de nieuwe

kennis alleen tot je nemen door middel van een

PE-traject via je werkgever. Dit is overigens al

een eis vanuit de Wet op het financieel toezicht.

Een PE-puntensysteem sluit dan beter aan op de

praktijk.”

“Mensen die inhaalexamens doen, kunnen drie

jaar lang niets doen, desnoods niet eens in de

branche werken, maar zo wel hun diploma intact

houden”, vult Van Gelder aan. “Je loopt achter met

je kennis. Neem bijvoorbeeld de afschaffing van de

brandregresregeling. Het is natuurlijk heel raar als

je dat een paar jaar later behandelt in de PE. Dat

moet nu. Voor 1 januari moeten we advies geven

aan klanten. Als goede adviseur ben je nu aan de

gang met die brandregresregeling.”

Goes: “De brancheorganisaties hebben een voor-

stel neergelegd voor een puntensysteem, waarin je

binnen een bepaalde periode punten moet halen.

Koppel de basisdiploma’s los van het PE-stelsel en

laat mensen op hun vakgebied PE volgen. Dan zijn

ze ook veel gemotiveerder.”

Voordeel daarvan is dat je veel flexibeler bent,

vindt Van Gelder, in de manieren waarop je

bijblijft in je vak. “Bijvoorbeeld door een congres

of workshop bij te wonen georganiseerd door een

brancheorganisatie. Dat kan kosten drukken voor

individuele deelnemers. Het CDFD geeft net als nu

per periode aan wat er tenminste behandeld moet

worden en de opleidingsinstituten blijven verant-

woordelijk voor de inhoud van het programma. Zij

moeten borgen dat de kwaliteit van de workshop

voldoende is. Een voordeel van het puntensysteem

is dat mensen continu en gedisciplineerd met PE

bezig moeten zijn. Dit kun je niet op het laatste

moment doen, zoals bij een examen.”

Goes geeft als voorbeeld een workshop rond de

nieuwe beloningsvoorstellen. “Met Jan van de

Veen organiseren we vanuit de NVGA workshops

over portefeuillemanagement. Als die workshop

aan bepaalde normen voldoet, dan moet dat PE-

punten gaan opleveren.”

InstroomDoor alle ontwikkelingen ontstaat nog een ander

gevaar, meent Goes. “Er is nog nauwelijks instroom

van nieuwe leerlingen in de opleiding Bank &

Verzekeringswezen. Daarover maken we ons zorgen.

Opleidingsinstituten geven aan dat leerlingen zich

afvragen of er nog wel toekomst in zit. Ze zien

dat na het behalen van het diploma al die PE er

nog achteraan komt. We zijn in gesprek met Ecabo

en ik heb ze gevraagd naar hun visie. Het viel me

op dat ze mensen opleiden voor functies die wij

schrappen, vanwege bijvoorbeeld automatisering.

Nu vragen ze welke mensen wij in de toekomst

nodig hebben en aan welke opleidingseisen ze

moeten voldoen. Het is dus belangrijk om te weten

welke functies er in de toekomst overblijven. Met

de automatiseringsslag die we maken, verschuiven

de functies en daarmee de opleidingseisen. Ga

je van een backoffice waar je polissen opmaakte

naar een callcenter, dan moet je voldoen aan de

diplomaplicht, omdat je nu klantcontact hebt.”

Van Gelder denkt dat de instroom ook minder is

door de krimp in de bedrijfstak. “Studentenadvi-

seurs adviseren je sneller een andere richting op te

gaan, omdat de kans op een baan minder groot is.”

Saamhorigheid“Er is een algemene maatregel van bestuur uitge-

vaardigd dat de start per 1 januari wel eens kan

vertragen, doordat de itembank wellicht nog niet

gereed is”, vertelt Goes. “Daarnaast kan het nog

wijzigen door de inbreng van brancheverenigin-

gen.”

Van Gelder vindt dat brancheorganisaties dit dos-

sier goed oppakken. Goes beaamt dat er volledige

focus op is. “De saamhorigheid is groot op dit dos-

sier. De brancheverenigingen trekken gezamenlijk

op en delen de kennis. Een van de opmerkingen in

motie 118 is dat de opleidingseisen niet zwaarder

mogen zijn dan vergelijkbare branches. Dit hebben

bijvoorbeeld beleidsmedewerkers van Adfiz allemaal

keurig in kaart gebracht. Er is geen enkele verge-

lijkbare branche, die dit soort PE-verplichtingen

heeft.”

“De tijd begint te dringen”, vertelt Goes. “Dit

houdt veel mensen bezig. Er zijn er maar weinig

die precies weten wat ieder personeelslid in welke

periode moet doen, willen ze aan de minimale eisen

voldoen. Veel medewerkers zijn meer bezig met het

veiligstellen van eerder behaalde diploma’s, dan

met de focus te leggen op het verkrijgen van meer

vakkennis. Dat is niet in het belang van de klant.”

De NVGA houdt u op de hoogte van de actuele ontwikkelingen in dit dossier via de nieuwsbrief.

Rien Goes en Richard van Gelder: “Koppel de basis-

diploma’s los van het PE-stelsel en laat mensen op

hun vakgebied PE volgen.”

Page 15: Nummer 13 / december 2013 Een voorspoedig 2014...als astronaut alsmede het schitterende uitzicht vanuit de ruimte op onze planeet. Tot slot vatte cabaretier en entertainer Dirk Denoyelle

Nummer 13 / december 2013 www.nvga.nl15

Eigen database NVGA biedt leden grote voordelen

Serviceproviders hebben een groter dan gemiddeld aandeel Motorrijtuigen in portefeuille:

NVGA-kantoren hebben bij acceptatie van de lidmaatschapsvoorwaarden ook toestemming gegeven om volmachtresultaten geanonimiseerd ter beschikking te stellen. Met de totaalresultaten heeft het bestuur van de NVGA o.a. inzicht in hoe de groei van de leden zich verhoudt ten opzichte van de gehele schademarkt. Market Scan is de opvolger van het marktaandelenonderzoek dat de NVGA jaren door SEO heeft laten uitvoeren. Zij heeft voor de NVGA een database gebouwd waardoor de NVGA trends sneller kan signaleren en meer analyses op een gedetailleerder niveau kan uitvoeren. Met uitzondering van de grote zorgvolmachten (die rapporteren op een andere wijze) beschikt de NVGA nu over alle aangeleverde cijfers van haar leden.

C

M

Y

CM

MY

CY

CMY

K

Marktaandeel motorrijtuigen.pdf 1 19-11-2013 15:08:27

Met uitzondering van brand zijn de resultaten op alle branches verbeterd.

Combined ratio Motorrijtuigen in 2012 gedaald van 96% naar 91%Combined ratio Brand gestegen van 90% naar 93%Combined ratio medische varia gedaald van 84% naar 73%Combined ratio totaal gedaald van 88% naar 85%

Het premievolume is met 6% gestegen hetgeen positief is aangezien de totale markt nauwelijks groeit.

Groei 2012 Service providers Huisvolmacht groot Huisvolmacht middel Huisvolmacht klein TotaalMotorrijtuigen 8% 2% 1% 4% 4%Brand 10% 4% 6% 7% 6%Aansprakelijkheid 9% 5% 3% 9% 6%Medische varia 13% 16% 12% -1% 15%

De verhouding in premievolume per soort volmachtkantooris nagenoeg onveranderd.Serviceproviders 32% (+0.7%)Huisvolmachten groot 56% (-0.6%)Huisvolmachten middel 8% (-0.1%)Huisvolmachten klein 4% (gelijk)

NB:Huisvolmacht groot: premie > € 5.000.000Huisvolmacht middel: premie > € 2.500.000 < € 5.000.000Huisvolmacht klein: premie < € 2.500.000

ToTAle preMie GeboekTe ScHADe Service provider Huisvolmacht groot Huisvolmacht Middel Huisvolmacht klein TotaalSchaderatio 2011 59,52% 59,40% 53,60% 49,40% 58,54%Schaderatio 2012 58,29% 54,79% 55,41% 52,19% 55,86%

Volgens Ron Krisman (voorzitter Commissie Economische Zaken) heeft dit

als voordeel dat de NVGA beter en sneller met informatie kan komen. Ook

zullen de leden in de loop van 2014 individueel voorzien gaan worden van

een standaardrapportage waarmee zij hun eigen bedrijf met die van de

benchmarkcijfers van de NVGA kunnen gaan vergelijken. De bedoeling is dat

deze rapportage met de VRA meegeleverd zal gaan worden. Bovendien is er

geen aparte aanlevering van informatie door de leden zelf meer nodig dan

wel een aparte machtiging aan Market Scan. Voor de leden is het er daarom

eenvoudiger op geworden.

Over de periode 2011 ten opzichte van 2012 worden hieronder de belangrijkste

gegevens vanuit Market Scan van de NVGA-leden weergegeven.

Uitkomsten op extranetOp het Extranet onder Leden / Documenten staat het volledige document ‘resultaten NVGA-leden 2012’.

C

M

Y

CM

MY

CY

CMY

K

Marktaandeel totaal.pdf 1 19-11-2013 15:11:41

Page 16: Nummer 13 / december 2013 Een voorspoedig 2014...als astronaut alsmede het schitterende uitzicht vanuit de ruimte op onze planeet. Tot slot vatte cabaretier en entertainer Dirk Denoyelle

Nummer 13 / december 2013 www.nvga.nl16

In het kader van het Thema Opleidingen vroegen wij opleidingsinstituten hun visie op de actualiteit te geven en relevante zaken voor u als GA te beschrijven. De bijdragen treft u hier aan.

De wereld van de volmacht is uniek. In het buiten-

land kent men deze bedrijfsvorm niet. Maar ook in

Nederland is de volmacht nog steeds relatief onbe-

kend voor buitenstaanders. Dat leidt tot onbegrip.

En tot wetgeving zoals de Wft waarbij duidelijk is

dat de opstellers onvoldoende inzicht hadden in de

wereld van de volmacht. Met als resultaat wetge-

ving die voor deze specifieke doelgroep niet past.

En wanneer gekeken wordt naar het opleidingsdos-

sier kunnen we constateren dat tot op de dag van

vandaag de volmacht voor velen ‘een vreemde eend

in de bijt’ blijft.

Maatschappelijke meerwaarde profilerenAls insiders kunnen we zelf overtuigd zijn van de

maatschappelijke meerwaarde van de volmacht.

Maar wanneer de grote boze buitenwereld die

meerwaarde niet herkent dan geeft dit een risico.

Het risico dat men eisen gaat stellen aan het

volmachtbedrijf die juist de kracht en de meer-

waarde voor de samenleving ondergraven. Daarom

denken wij dat het meer dan ooit zaak is voor

het volmachtbedrijf om de communicatie met de

samenleving aan te gaan en duidelijk te maken wat

de meerwaarde voor die samenleving is van het

volmachtbedrijf.

Kennis en vaardigheid is onder-deel van die meerwaardeDe samenleving wordt complexer. Er ontstaan

behoeftes bij klanten die niet of niet snel genoeg

door aanbieders worden herkend. Aanbieders die

zelf zuchten onder regeldruk en waar de IT-afdelin-

gen voor de komende jaren eigenlijk zijn ‘volge-

boekt’. De volmacht die vaak dicht bij de klant staat

herkent de veranderende behoeftes vaak sneller en

kan wel snel oplossingen ontwikkelen. Dat is één

van de belangrijke voordelen van het volmachtbe-

drijf. Maar dat vereist een voortdurende ontwikke-

ling in kennis en vaardigheid.

Scherp op de actualiteit Je kunt opleidingen volgen omdat dit van de

wetgever moet. Of je kunt dit doen omdat je zelf

het beste voor je klant wilt. Die laatste groep

bedrijfsgenoten vinden wij het meest plezierig om

mee te werken. “We zitten scherp op de actualiteit.

We bedrijven geen politiek. Dat laten we graag

over aan de organisaties die daarvoor zijn, zoals

de NVGA. Wat wij doen is om zo vroeg mogelijk

ontwikkelingen te signaleren en aan te geven wat

de consequenties voor de sector zijn. Opleiden om

de sector samen sterker te maken. Ook het waarde-

volle volmachtbedrijf.

Bureau D&O

Be good and tell it!

Financieel College

Vakbekwaamheid op de schop

Links Annette van de Wetering (directeur) en

Natascha van Drumpt (consultant opleidingen)

Als er een onderwerp is waarover - op het moment

van schrijven - nog veel onduidelijkheid is, dan

is het wel vakbekwaamheid. Maar ondanks alle

onzekerheden, een ding is zeker: vakbekwaamheid

gaat op de schop.

Wat betekent dat voor de volmacht?Het nieuwe vakbekwaamheidsbouwwerk dat 1 ja-

nuari 2014 in gaat telt negen beroepskwalificaties.

Alle gericht op de adviesfunctie.

Er komen vier of vijf Volmachtlijnen: Schade, Ver-

mogen (nu Leven), Pensioen, Inkomen en wellicht

Zorg.

Daarbij wordt gedacht aan een constructie, waarbij

de beroepskwalificatie (adviesgericht dus) de basis

is, aangevuld met Wft Volmacht Algemeen en Wft

Volmacht Overig. Echter niet voor Schade.

Daar heeft het College (CDFD) Wft Schade Plus

voor bedacht: een samenvoeging van Wft Volmacht

Brand, Varia en Transport. U weet dat studiema-

teriaal en examens van deze drie Volmachtonder-

delen gelijk zijn aan de A-modules Brand, Varia en

Transport.

Veranderingen die inhouden dat examens helemaal

anders worden. Examens worden samengesteld

vanuit een Centrale Examenvragenbank en ‘verrijkt’

met toetstermen over vaardigheden, integriteit,

beroepshouding etc.. Dus meer dan kennis alleen.

Ervaren adviseurs (in bezit van een diploma) doen

een PE-examen met een PLUS, die PLUS houdt in

dat je getoetst wordt op de ‘nieuwe’ competenties.

En dan nu de VolmachtHet CDFD berichtte op 22 oktober dat in het

gepubliceerde document voorlopige vaststelling

van toetstermen Volmacht Algemeen, Schade Extra

en Overig ontbreken. Voor Volmacht Algemeen is

het aantal toetstermen te gering. Het advies ten

aanzien van de beide andere onderdelen stelt het

CDFD uit. Er vindt nu een herafweging plaats in

dialoog met relevante marktpartijen.

Het zou mij niet verbazen als de Volmachtopleiding

uit het Wft vakbekwaamheidsgebouw getild wordt.

U kent Financieel College (voorheen Huibers Insti-

tuut) als instituut dat dicht bij de klant staat en dat

alles in het werk stelt om de opleiding - ook voor

een klein aantal deelnemers- te starten.

Financieel College is dan ook een van de weinige

opleiders die Wft Volmacht/ A-cursussen (inclusief

Wft Volmacht Overig) begeleidt.

“Onze cursussen, dagonderwijs met een kleine

interval maken het de deelnemers mogelijk om in

korte tijd zeer intensief voor te bereiden op het

examen.”

Page 17: Nummer 13 / december 2013 Een voorspoedig 2014...als astronaut alsmede het schitterende uitzicht vanuit de ruimte op onze planeet. Tot slot vatte cabaretier en entertainer Dirk Denoyelle

Nummer 13 / december 2013 www.nvga.nl17

Voor het Wft PE onderwijs dat wij vanaf de start

geboden hebben, vonden GA’s massaal de weg

naar het Financieel College.

Laat de Minister en het CDFD toch het plan

varen om Wft PE te examineren en gaan zij over

tot een Wft PE-puntensysteem, waarvan de

NVGA voorstander is, dan zal Financieel College

in samenspraak met docenten een programma

opzetten dat relevant is voor de GA, anno 2014.

Opleidings- en exameninstituut Lindenhaeghe

biedt diverse Wft-opleidingen, bovenwettelijke

opleidingen en examens aan. Lindenhaeghe hecht

grote waarde aan het informeren van hun klanten

over actuele zaken die spelen in de branche.

Lindenhaeghe heeft daarom ook het abonnement

Permanent actueel ontwikkeld waarmee zij inspeelt

op de meest recente ontwikkelingen in de markt

op het gebied van de Wft. Permanent actueel is

een platform met een Kennis Update, Kennis Quiz

en Kennis Plein. Zeer actuele situaties komen aan

bod en de abonnees worden direct getoetst. Ook

omvat het abonnement tevens een Kennis- en

Praktijkbijeenkomst die online wordt gegeven via

webcasting.

Voor de GA zijn een tweetal recente ontwikkelingen

van invloed. De belangrijkste is dat de modules Vol-

macht hoogstwaarschijnlijk worden opgeschort. Het

Hans Ruiter, directeur

Lindenhaeghe

Actualiteit voorop

Velen van u kennen bovenstaande titel uit een heel

andere context.

Kinderen voor Kinderen uit 1984 over het Journaal

en u begrijpt, dit heb ik opgezocht. Maar, ik ben

niet de baas van een GA, ik ben gewoon opleider

in de fi nanciële dienstverlening. Nou ja gewoon,

NIBE-SVV gaat al ruim meer dan een halve eeuw

terug in opleidingen voor de fi nanciële wereld en

dus de GA. En eigenlijk zijn we ook wel zo’n beetje

de enige aanbieder van de opleiding GA. De enige

opleider die nog de moeite neemt om daar serieus

aandacht aan te besteden. Maar, eerlijk is eerlijk,

het wordt bedrijfseconomisch voor ons wel steeds

moeilijker door de teruglopende aantallen cursis-

ten. Dat moet dus anders.

De cursus Gevolmachtigd Agent bestaat trouwens

ook al heel lang. Nog niet zo lang als de Gevol-

machtigd Agent zelf, maar wel zo’n 50 jaar. “Het

lijkt en klinkt wel een beetje stoffi g” dacht de wet-

gever waarschijnlijk in 2006, want bij de Wfd/Wft

werd de naam gewijzigd in Wft Volmacht Overig.

Om echt warm van te worden!

NIBE-SVV heeft toen, samen met SVC, de boeken

uitgebreid geactualiseerd en aangepast qua bege-

leiding en structuur, maar natuurlijk wel binnen de

wettelijke exameneisen. Daarmee kun je het Wft-

diploma halen. Maar wil je echt iets als volmacht

dan zeggen wij: “Doe er mondelinge begeleiding

bij”. Die mondelinge cursus van NIBE-SVV wordt

gegeven door SVC (Richard Meinders en Wim van

de Weg). Daarbij is alle ruimte voor discussie en

verdieping, voor uitwisseling van ervaringen en ge-

dachten over hoe het beter of anders kan. Kortom,

niet alleen kennis stampen, maar ook vaardigheden,

houding en gedrag krijgen daar een plaats.

Op dit moment denkt de minister na over de

toekomst van de Volmachtopleiding binnen de Wft.

Ik ben bang dat die er niet is. Maar is dat dan het

einde van de GA-opleiding? Nee, absoluut niet.

Ook zonder wettelijke diplomaplicht is een goede

volmachtopleiding nodig. Misschien is dat zelfs wel

beter om echt te kunnen aansluiten bij de toekomst

van de GA . Nu is het tijd voor een eigen stempel

van de NVGA op zowel opleiding als beroepsgroep.

Misschien wel een eigen register waarin juist die

vakbekwaamheid van de GA bevestigd wordt.

NIBE-SVV

“Als ik de baas zou zijn van een GA, dan werd het nieuws meteen een heel stuk positiever ...”

CDFD wil in overleg met de sector kijken hoe deze

modules in de toekomst ingericht kunnen worden.

De tweede ontwikkeling is dat de overgangsperiode

wordt verlengd van anderhalf naar twee jaar zodat

de markt meer tijd heeft om aan de nieuwe vakbe-

kwaamheidseisen te voldoen.

Eind november heeft de Tweede Kamer de minister

van Financiën defi nitief geïnformeerd over de geko-

zen lijn. Ook in deze overgangsperiode zal Linden-

haeghe voor kantoren een (sturende) rol vervullen.

Guus de Jonge, productmanager Schade en

Schade-expertise NIBE-SVV

Page 18: Nummer 13 / december 2013 Een voorspoedig 2014...als astronaut alsmede het schitterende uitzicht vanuit de ruimte op onze planeet. Tot slot vatte cabaretier en entertainer Dirk Denoyelle

ALS HETTOCHMOET dOE

HET dAn gOEdHet is nu aan jou. Ben je er klaar voor? Kijk op nibesvv.nl/wft

of bel 020-520 85 34 voor meer informatie en ontdek hoe je het

Wft-diploma haalt bij hèt kennisinstituut van de financiële wereld.

S U C C E S D O E N W E S A M E N

022 Adv WFT 190x135.indd 1 05-12-13 15:24

Nummer 13 / december 2013 www.nvga.nl18

Op 1 januari 2014 treedt het nieuwe Wft-Vak-

bekwaamheidsbouwwerk in werking. Dit nieuwe

stelsel vervangt de huidige Wft wetgeving. Vanaf

2014 zal met betrekking tot de Wft vooral de

focus liggen op vakbekwaamheid en krijgt deze

een andere modulaire opbouw.

Directe aanleiding voor de herziening van de

huidige Wft-opbouw is de uitkomst van verschil-

lende onderzoeken van de AFM. Hieruit bleek dat

- door het ontbreken van de juiste vaardigheden

van de adviseur - in veel gevallen het advies

niet compleet of niet correct is. De uitkomsten

van deze onderzoeken zijn meegenomen in het

ontwikkelen van het nieuwe Wft- Vakbekwaam-

heidsbouwwerk. Zoals de naam al doet vermoe-

den is het nieuwe bouwwerk meer gericht op

de vakbekwaamheid van de adviseur. Naast de

hernieuwde Wft-modules wijzigt ook de huidige

Permanente Educatie. In de toekomst dient de

adviseur aantoonbaar permanent actueel te zijn.

Dit betekent dat hij of zij altijd op de hoogte

moet zijn van actualiteiten die voor zijn of haar

functie van belang zijn.

VakmanschapDe invoering van het nieuwe Vakbekwaamheids-

stelsel is wat ons betreft een stap in de goede

richting. Vanuit onze Visie op Leren streven wij naar

bestendig vakmanschap. Een bestendige vakman is

volgens ons een financieel adviseur die in lastige

situaties en ongeacht omstandigheden hoog

kwalitatieve oplossingen weet te creëren voor het

bereiken van de doelen van de klant. Met de invoe-

ring van het nieuwe stelsel komt er meer focus te

liggen op de vaardigheden en competenties van de

financieel adviseur. Hiermee wordt de eerste stap

naar bestendig vakmanschap gezet.

Vakmanschap voor Gevolmachtigd AgentHet nieuwe Wft stelsel gaat ook voor u als Gevol-

machtigd Agent impact hebben. Hoe dit er precies

uit gaat zien, is nog niet duidelijk. In een brief

heeft het Ministerie van Financiën laten weten

de volmachten voorlopig uit het nieuwe stelsel te

halen. Er zal overleg plaatsvinden tussen het CDFD

en de markt om hiervoor een nieuwe invulling te

vinden.

Welten

Vakbekwaamheid 2014 en betekenis GA

Page 19: Nummer 13 / december 2013 Een voorspoedig 2014...als astronaut alsmede het schitterende uitzicht vanuit de ruimte op onze planeet. Tot slot vatte cabaretier en entertainer Dirk Denoyelle

Nummer 13 / december 2013 www.nvga.nl19

Het nut van complianceDe afgelopen tien jaar is een stortvloed van wet- en regelgeving over de financiële dienstverlening heen gekomen. Het einde van de wet- en regelgeving - nu weer met de resultaten van het DNB-onderzoek naar de beheersing van volmachten door verzekeraars - lijkt nog niet in zicht. Van de andere kant ontstaat de roep om minder regels, omdat de regelzucht het werken onmogelijk maakt. Is compliance uitsluitend voldoen aan de regeltjes of levert het uw bedrijf echt wat op? In dit artikel laat ik zien op welke wijze compliance kan worden gebruikt om uw onderneming te versterken.

Foto: Richard Meinders, SVC

Wat is compliance?Misschien is het goed om eerst eens vast te stellen

wat ‘compliance’ nu eigenlijk is. Als ik de ‘Dikke van

Dale’ erop nasla, tref ik het woord niet aan. Het

dichtst in de buurt komt het woord ‘compliantie’,

hetgeen ‘volgzaamheid’ betekent, een vertaling voor

het Engelse woord ‘compliancy’. Dan maar eens in de

moderne encyclopedie ‘Wikipedia’ kijken. Hier komt

behoorlijk wat meer verklarende tekst naar boven en

blijkt dat het woord te zijn ontstaan in de financiële

sector, het is in Nederland geïntroduceerd door DNB.

Door DNB wordt het gedefinieerd als ‘de naleving

van wet- en regelgeving, alsmede het werken

volgens de normen en regels die een instelling zelf

heeft opgesteld.’

Waarom wet- en regelgeving?Veel wet- en regelgeving

ontstaat incident

gerelateerd. Denk

aan bepalingen

ten aanzien van de

brandveiligheid van

kerstverlichting in

horecagelegenhe-

den (Volendam) en

opslagvereisten

voor vuurwerk

(Enschede).

De pers meldt misstanden, het publiek is verontwaar-

digd en de politiek bedenkt nieuwe wetten en regels.

Zo levert de financiële crisis ons ook nog bijna dage-

lijks nieuwe regels op. Ook binnen uw bedrijf heeft u

ongetwijfeld regels opgesteld omdat er iets mis ging.

De kracht van compliance is echter om niet incident

gestuurd te reageren, maar proactief te acteren.

Risico’s analyserenLeg een stevig fundament onder uw compliance

door een gedegen risicoanalyse op te stellen. Ga

na waar de risico’s zitten die de continuïteit of de

goede naam van uw onderneming in gevaar kunnen

brengen. Probeer deze risico’s te kwalificeren op basis

van de kans dat dit zich voordoet en de mogelijke

impact hiervan. Hiermee krijgt u een goed inzicht

in de risico’s die u moet vermijden of verminderen

(mitigeren).

De volgende stap is om deze risico’s om te zetten

naar beleid. Op welke wijze wilt u omgaan met bij-

voorbeeld de gesignaleerde risico’s op het gebied van

integriteit, vakbekwaamheid, ICT, fraude, acceptatie

en schadebehandeling. Denk hierbij aan ‘wij hechten

grote waarde aan de kwaliteit en snelheid van onze

administratieve processen’, of ‘wij tolereren geen en-

kele vorm van fraude’. Als dit beleid is geformuleerd,

dan is de volgende stap om dit –middels concrete

doelstellingen (key performance indicatoren) - te

verankeren in processen.

VoorbeeldHet beleid ten aanzien van de kwaliteit en snelheid

van de administratieve processen kan worden ver-

taald naar de SMART gedefinieerde doelstelling ‘80%

van de polissen moet binnen 2 werkdagen na het

definitief accepteren van een verzekering, foutloos

zijn opgemaakt en verzonden’. Vervolgens wordt

deze doelstelling vertaald naar procedures die ertoe

leiden dat aan de doelstelling wordt voldaan. Niet

alleen de procedure die zorgt dat de polis foutloos

en op tijd wordt afgegeven, maar ook een procedure

waarin het controlemechanisme is opgenomen om

te beoordelen of dit wordt gerealiseerd (manage-

mentinformatie).

Plan-Do-Check-ActEen goede beheersing van een administratieve

organisatie bestaat altijd uit de vier stappen van de

Deming-cirkel:

• Plan: normen stellen;

• Do: consequent werken volgens normen en de

informatie gebruiken om te verbeteren en te

innoveren;

• Check: elkaar aanspreken op positieve en nega-

tieve prestaties;

• Act: normen regelmatig evalueren en bijstellen.

Waar zit uw winst?Veel ondernemers kennen, of zo u wilt, onderken-

nen de risico’s in hun onderneming onvoldoende. De

ondernemer die de risico’s in zijn onderneming kent,

hierop stuurt en deze beheerst heeft een betere con-

trole over zijn onderneming. Hij zal minder worden

verrast door incidenten en loopt minder risico’s ten

aanzien van de continuïteit van zijn onderneming.

Met een goede risicobeheersing kan ook het ver-

trouwen van toezichthouders (volmachtgevers, DNB

en AFM) worden afgedwongen, waarop over het

algemeen een lichter toezichtregime van toepassing

is. Hiervoor is het wel noodzakelijk dat u inzichtelijk

maakt welke maatregelen u hebt genomen.

Kortom: De zekerheid dat de grootste risico’s

onder controle zijn geeft u rust en continuïteit

en vertrouwen bij uw stakeholders.

Page 20: Nummer 13 / december 2013 Een voorspoedig 2014...als astronaut alsmede het schitterende uitzicht vanuit de ruimte op onze planeet. Tot slot vatte cabaretier en entertainer Dirk Denoyelle

Nummer 13 / december 2013 www.nvga.nl20

Grip op de volmachtportefeuille

Vanuit het model ‘The Golden Circle’ stond het

NVGA-model “Portefeuillebeheer en Rapportage”

centraal. Het NVGA-model is inmiddels door de

meeste verzekeraars min of meer omarmd.

Er zijn tal van redenen om actief met portefeuille-

beheer bezig te zijn. Vanzelfsprekend is porte-

feuillebeheer een primaire verantwoordelijkheid

van de gevolmachtigde agent. Dat vinden ook de

verzekeraars. Niet voor niets is in vrijwel alle belo-

ningsmodellen portefeuillebeheer het belangrijkste

onderdeel. En degelijk portefeuillebeheer zorgt

voor continuïteit in de samenwerking tussen de

gevolmachtigde en de verzekeraar.

‘Een opsteker en nog leuk ook’ was een veel gehoorde reactie na afl oop van de workshops ‘Portefeuilleanalyse & Rapportage’. Dat het thema actueel is, bleek wel uit de grote deelname; alle workshops waren volgeboekt. In een paar uur tijd loodste Jan van de Veen van JV Impuls BV de deelnemers door de meest elementaire onderdelen: cijfers – analyse – bevindingen – maatregelen.

volmachtportefeuille

Het NVGA-model heeft voor uniformiteit gezorgd.

Het verrichten van een portefeuilleanalyse en het

opstellen van een rapportage per verzekeraar kost

nu eenmaal tijd en door een uniform model kan de

gevolmachtigde veel effi ciënter aan de slag. Tijdens

de workshops is het NVGA-model concreet ingevuld

met een cijfermatig format en een rapportagefor-

mat waarmee de gevolmachtigden nu direct aan de

slag kunnen.

Jan van de Veen loodste de deelnemers door de materie.

Page 21: Nummer 13 / december 2013 Een voorspoedig 2014...als astronaut alsmede het schitterende uitzicht vanuit de ruimte op onze planeet. Tot slot vatte cabaretier en entertainer Dirk Denoyelle

Nummer 13 / december 2013 www.nvga.nl21

In het kader van het beloningsdossier gaf Ron Kris-

man aan dat de NVGA er vanwege de open norm

voor heeft gekozen de markt haar werk te laten

doen en niet te kiezen voor één model. De NVGA

zal andere initiatieven wel ondersteunen. Verder

drong Krisman er bij de leden op aan vóór het

einde van het jaar overeenstemming te hebben met

verzekeraars over de beloning 2013 en 2014, alsook

volmachten uitsluitend naar verzekeraars over te

sluiten als dat in het belang van de klant is.

Voor oprichting van een onafhankelijk auditin-

stituut is de NVGA om zodoende te komen tot

vereenvoudiging, meer objectiviteit en efficiency

van de audits en de daarmee gepaard gaande tijd

en inspanning van het volmachtbedrijf te vermin-

deren. Het instituut zal zich in ieder geval richten

op het non-concurrentiële gedeelte van de audits,

op de inhoud van de SAGA/AO-IC, op de controle

van ‘passendheid’ en op de kwaliteitscriteria in

de beloningsmodellen. De intentie is het instituut

medio 2014 van start te laten gaan.”

Over de discussie van het vakbekwaamheidsbouw-

werk, doet Krisman uitgebreid verslag. Daarbij

benadrukt hij dat de NVGA absoluut van mening

is dat het volmachtdiploma in het vakbekwaam-

heidsbouwwerk zou moeten blijven. “Dan heb je

een volledige objectieve en neutrale toetsing.” Ten

aanzien van de discussie over permanente educatie

(PE) zegt hij: “Er is geen enkele beroepsgroep in

Europa waar de eisen voor PE zo streng zijn als in

het voorstel dat nu voorligt.”

Tot slot vroeg Krisman aandacht voor het recent

gehouden DNB-onderzoek naar risicobeheersing

door volmachtverzekeraars en voor de regels van

Solvency.

“De verwachting is dat het DNB-onderzoek gevol-

gen zal hebben voor de informatieverzoeken van

verzekeraars richting het volmachtbedrijf. De NVGA

zal er daarom bij verzekeraars op aandringen dit

proces goed te kanaliseren en dit waar mogelijk

te vereenvoudigen.” Met betrekking tot Solvency

II meldt Krisman dat de formele invoerdatum is

uitgesteld – volgens de inschatting van DNB –

naar 2016-2017, maar DNB is zich wel alvast aan

het voorbereiden en zij zal vooruitlopend daarop

toetsen uitvoeren. Ook zal er een vragenlijst op

Volmachtbeheer komen die jaarlijks door de GA

beantwoord moet gaan worden. Dankzij inspan-

ningen van de NVGA is het aantal vragen echter

substantieel teruggebracht.”

Bijpraatlunches NVGARondom de Workshops Portefeuilleanalyse hield het NVGA-bestuur zogenoemde Bijpraatlunches. Hierin stond de actualiteit centraal van het beloningsdossier, de oprichting van een onafhankelijk auditinstituut, het vakbekwaamheidsbouwwerk en het DNB-onderzoek. De lunches werden op drie verschillende plaatsen gehouden. In Amersfoort was het Ron Krisman die namens het bestuur de actualiteiten toelichtte.

Namens het bestuur besprak Ron Krisman bij

VVS Assuradeuren in Amersfoort de actualiteiten.

Page 22: Nummer 13 / december 2013 Een voorspoedig 2014...als astronaut alsmede het schitterende uitzicht vanuit de ruimte op onze planeet. Tot slot vatte cabaretier en entertainer Dirk Denoyelle

Nummer 13 / december 2013 www.nvga.nl22

a.s.r. gelooft in het volmachtkanaal

Tom van der Geer: “Ondanks alle veranderingen die

we met elkaar moeten invoeren, blijft a.s.r. absoluut

geloven in de kracht van het volmachtkanaal.”

Page 23: Nummer 13 / december 2013 Een voorspoedig 2014...als astronaut alsmede het schitterende uitzicht vanuit de ruimte op onze planeet. Tot slot vatte cabaretier en entertainer Dirk Denoyelle

Nummer 13 / december 2013 www.nvga.nl23

a.s.r. heeft een helder beleid geformuleerd waar ze de partijen ook aan houdt. “In het begin merk je dat dit voor iedereen nog wat onwennig is, maar nu wordt het geaccepteerd doordat iedereen ziet dat a.s.r. ook daadwerkelijk doet wat ze zegt. Andersoortige afspraken zijn niet meer te maken wat ook geldt voor het beloningsmodel dat we hanteren. Dus we zitten zuiver in de wedstrijd wat niet wegneemt dat we onverminderd in het volmachtkanaal geloven en er de toegevoegde waarde van inzien.” Aan het woord is Tom van der Geer (43), directeur Intermediaire Distributie Particuliere Markt van a.s.r.

Door Irene Okkerman, Irenergy | Foto’s: Raphaël Drent

“De markt verandert, de toezichthouder kijkt naar

andere zaken, dus we zitten echt in een nieuwe si-

tuatie en volgens mij moeten we daar allemaal nog

een beetje aan wennen”, meent Tom van der Geer.

Van der Geer, die als directeur Intermediaire

Distributie Particuliere Markt bij a.s.r. eveneens

verantwoordelijk is voor het volmachtbedrijf, deed

na zijn aantreden op 2 juni jongstleden een ‘rondje

langs de velden’. “De gevolmachtigden die ik sprak,

waren erg zoekende naar hoe verzekeraars tegen

het volmachtbedrijf aankijken. Ik denk dat dit

voortkomt uit het feit dat we de afgelopen periode

met elkaar vooral over de bedreigingen in de markt

hebben gesproken en veel minder over de kansen

die er zijn. Er wordt niet zozeer gezegd dat we niet

in het volmachtkanaal geloven, maar ook niet dat

we er wel in geloven. Dat geloof in het volmacht-

kanaal is er bij a.s.r. absoluut wel, ondanks het feit

wat er allemaal moet gebeuren. Al die veranderin-

gen die we met elkaar moeten invoeren, is een hele

uitdaging. Je ziet partijen die daarin zondermeer

slagen, maar er zijn er ook een aantal die echt nog

in beweging moeten komen.”

AmbitiesVan der Geer bracht het grootste deel van zijn

loopbaan (dertien jaar) door bij AXA waar hij de

laatste zes jaar als directeur verkoop verantwoor-

delijk was voor zo’n beetje alle branches (zorg,

schade, leven en beleggingen). In 2006 ontwikkelde

hij vanuit zijn eigen opgerichte bedrijf een digitaal

concept voor de makelaar o.g. maar daarvoor bleek

op dat moment onvoldoende animo te zijn. “Wat

ik leuk vond toen ik in 2010 weer in de verzeke-

ringsbranche aan de slag ging, was dat ik merkte

dat - dankzij het Bgfo 1 - de bedrijfstak echt in

beweging was gekomen”, aldus Van der Geer. “Het

uitblijven hiervan was destijds (in 2006) voor mij

één van de redenen waarom ik toe was aan iets

anders. Dus toen ik in 2010 weer begon en midden

in die hectiek terecht kwam heb ik wel echt die

uitdaging weer gevonden.”

Wat Van der Geer erg aansprak bij a.s.r. was het

gedifferentieerde productenaanbod en de omvang

(één op de acht Nederlanders heeft één of meerdere

verzekeringen van a.s.r.). Van der Geer is nu bijna

een half jaar bezig en hij is van mening dat a.s.r.

de weg omhoog weer te pakken heeft. “De markt

zat in een negatieve spiraal, en dat raakte a.s.r.

ook, maar in de afgelopen jaren zijn er vele slagen

gemaakt. Zo heeft de bank zich goed ontwik-

keld qua hypotheek- en spaarproducten en zijn er

kostenefficiënte ontwikkelingen in gang gezet. Het

is leuk om daar een rol in te hebben. Ik denk dat

ik ook iemand ben die floreert in een organisatie

die vooruit moet, die de boel moet aanjagen.” Over

zijn ambities zegt Van der Geer: “Natuurlijk heb ik

bepaalde doelstellingen ten aanzien van volmach-

ten en particuliere producten. Dus natuurlijk wil ik

die doelstellingen realiseren, maar mijn ambities

zijn ook dat ik het naar m’n zin moet hebben in

wat ik doe. Dat betekent voor mij dat het niet te

makkelijk moet gaan. Ik hou van duwen, trekken en

sleuren, maar ik wil daar wel echt de resultaten van

terugzien. En dan is het belangrijk te werken met

een groep mensen die datzelfde najaagt en waar je

je energie uithaalt.”

‘Speed daten’Om veel mensen binnen de organisatie te leren

kennen, is Van der Geer vrij kort na zijn aantreden

begonnen met ‘speed daten’. Hij heeft dat bewust

gedaan om te kijken of de uitkomsten daarvan,

strookten met wat de managers hem verteld had-

den. De eerste weken voerde hij gesprekken van

tien minuten per medewerker met vijf minuten

uitloop waarbij hij begon met medewerkers, daarna

teamleiders en als laatste de managers. Zo leerde hij

in korte tijd zo’n honderd mensen kennen. Opval-

lend vond hij de positiviteit over en de verbonden-

heid met a.s.r. die iedereen uitsprak. De operatie

om alle labels te centraliseren in Utrecht heeft er

volgens Van der Geer toe geleid dat er een nieuwe,

gezamenlijke cultuur wordt gecreëerd. Als manager

selecteert Van der Geer mensen vooral op product-

en marktkennis. “In de afgelopen periode is veel

kennis op veel plekken verloren gegaan. Dus ik vind

het belangrijk dat de mensen daarover beschikken.

Zelf ben ik operationeel, heel energiek en heb ik

veel ideeën dus als manager zoek ik mensen die

deze ideeën kunnen realiseren en oog hebben voor

detail.”

Page 24: Nummer 13 / december 2013 Een voorspoedig 2014...als astronaut alsmede het schitterende uitzicht vanuit de ruimte op onze planeet. Tot slot vatte cabaretier en entertainer Dirk Denoyelle

Nummer 13 / december 2013 www.nvga.nl24

Helder beleidVan der Geer: “a.s.r. heeft een helder beleid uitgezet

en dat dragen we uit. Dit geldt o.a. voor portefeuil-

lemanagement, de acceptatierichtlijnen en het

aanstellingsbeleid. In het begin merk je dat dit voor

iedereen nog wat onwennig is, maar nu wordt het

geaccepteerd doordat iedereen ziet dat a.s.r. ook

daadwerkelijk doet wat ze zegt. Andersoortige af-

spraken zijn niet meer te maken wat ook geldt voor

het beloningsmodel dat we hanteren. Aangezien de

passendheidstoets uit de Bgfo duidelijke regels stelt

voor de hoogte voor de beloning hebben we voor

deze koers gekozen.”

a.s.r. kwam begin dit jaar als één van de eersten met

een waardegerelateerd beloningsmodel. Door vele

gesprekken met de markt, de analyse van andere

modellen en de voorstellen waarmee partijen

zelf kwamen, heeft a.s.r. nu een model evenals de

hoogte van de beloning geïntroduceerd dat draag-

vlak heeft in de markt. Volgens Van der Geer is het

een voor de markt zeer acceptabel beloningsmodel

waarin iedereen zich eigenlijk kan vinden. Inmiddels

is met zo’n driekwart van de gevolmachtigden over-

eenstemming bereikt, dus dat gaat heel goed.”

VerrichtingentariefVerzekeraars moeten onder druk van de toezicht-

houders zaken steeds explicieter maken. Van der

Geer is van mening dat mede hierdoor de invoering

van een verrichtingentarief voor particuliere

producten onontkoombaar is. “Een dergelijk tarief

geeft nog meer inzicht in de activiteiten en het

wordt daardoor beter controleerbaar. Ik denk dat

straks een verrichtingentarief als enig passend

model naar voren gaat komen. Er ligt nu een

blauwdruk van een groep van gevolmachtigden

en verzekeraars - waaronder a.s.r. – van wat een

verrichtingentarief zou kunnen inhouden, maar

uiteindelijk moeten we dat nog wel invullen met

elkaar. We verwachten daarover binnenkort meer

duidelijkheid en vanuit die richting zullen wij met

onze gevolmachtigden in gesprek gaan. Een waar-

degerelateerd beloningsmodel was ook een optie,

maar dat is inmiddels een ver gepasseerd station.”

Duurzaam kanaal“Mede gezien het recent gehouden DNB-onderzoek

‘Risicobeheersing volmachtportefeuille’ zullen we

het volmachtbedrijf strak moeten blijven managen”,

benadrukt Van der Geer. “Wat ik hoop is dat als

er aanscherpingen zijn we die met draagvlak van

de partijen waarmee we samenwerken, zullen

realiseren. Het moeilijke nu is dat ik denk dat heel

veel volmachten er helemaal niets of heel weinig

van zullen merken. Het is een algemene uitspraak

die gaat over het volmachtkanaal en de verschei-

denheid in dat kanaal is groot. Ook is er niet één

manier die past op alles, maar ook hieruit blijkt

weer dat we de komende tijd aan de bak moe-

ten. ‘Control’, management, risicobeheersing en

beloningsmodel, allemaal belangrijke zaken die op

de rol staan om de duurzaamheid van het kanaal

te waarborgen. De komende periode zullen wij ons

volmachtpanel weer in ere herstellen. Dat is hard

nodig want door alle veranderingen zullen we met

elkaar in gesprek moeten blijven, onder meer over

hoe we dat verrichtingentarief met elkaar gaan

invoeren. Er is een hele klus te doen en vanachter

het bureau gaan we het niet bedenken. ‘Partner-

ship’ en in gesprek blijven met elkaar, dat is zeer

belangrijk. Ik geloof in het volmachtkanaal en met

deze maatregelen zorgen we er samen voor dat het

volmachtbedrijf zijn snelheid en effectiviteit blijft

behouden!“

“Vanachter het bureau gaan we het niet bedenken.”

Tom van der Geer: “Het gaat om ‘partnership’

en het met elkaar in gesprek blijven.”

Page 25: Nummer 13 / december 2013 Een voorspoedig 2014...als astronaut alsmede het schitterende uitzicht vanuit de ruimte op onze planeet. Tot slot vatte cabaretier en entertainer Dirk Denoyelle

Nummer 13 / december 2013 www.nvga.nl25

Volmacht zorgt voor concurrentiekracht

In de maand november organiseerde Monuta een aantal lunches voor volmachtkantoren waarbij econoom dr. Fred de Jong een tafelrede hield over de actuele ontwikkelingen in de volmachtmarkt. Hieronder een verslag van de laatste sessie die plaatsvond in Kasteel Heeze.

Door Irene Okkerman, Irenergy | Foto’s: Medea Huisman

Page 26: Nummer 13 / december 2013 Een voorspoedig 2014...als astronaut alsmede het schitterende uitzicht vanuit de ruimte op onze planeet. Tot slot vatte cabaretier en entertainer Dirk Denoyelle

Nummer 13 / december 2013 www.nvga.nl26

Na een introductie door Ruud van der Wal, manager

intermediaire distributie Monuta, haalde dr. Fred de

Jong diverse onderwerpen aan waarbij hij allereerst

opmerkte dat de koek voor het intermediair de

komende jaren niet kleiner zal worden. Wel vindt er

volgens hem een grote verschuiving plaats van de

taartpunten waarin de koek verdeeld gaat worden.

Het intermediaire distributiekanaal blijft daarbij

onder druk staan. “Het marktaandeel van het

intermediair bij particuliere schadeverzekeringen is

gedaald naar minder dan 40%. Banken en verzeke-

raars zijn nu leidend in deze markt. Als reactie op

deze trend is te zien dat het aandeel schadeverze-

keringen dat in volmacht wordt gesloten, de laatste

jaren toeneemt. Circa 19% van alle schadever-

zekeringen loopt via een volmachtkantoor, dat

gaat dus jaarlijks om 2,5 miljard euro! Blijkbaar

zien veel intermediairs in het volmachtkanaal een

belangrijk middel om hun positie in de particuliere

schademarkt te behouden of zelfs te versterken.

Het is dan ook mijn verwachting dat in 2020

particuliere schadeverzekeringen via het interme-

diair alleen met behulp van een volmacht kunnen

worden gesloten. Ook de serviceproviders bereiden

zich daarop voor. Het aandeel serviceproviders met

een volmacht neemt langzaam toe ten koste van de

huisvolmachten. Consolidatie en schaalvergroting is

de trend. En dat is ook nodig om te kunnen innove-

ren en de concurrentie op het gebied van vooral de

digitalisering met verzekeraars aan te kunnen.“

De Jong voorspelt daarbij dat het aantal interme-

diaire spelers de komende jaren daalt van 8000

naar rond de 5000 kantoren waarbinnen het aantal

volmachtkantoren nog wel licht zou stijgen.

MarktmachtNu de taartpunten anders worden verdeeld, worden

de tegenstellingen tussen de partijen ook groter

en vooral duidelijker zichtbaar. De Jong: “Het

volmachtkantoor moet zich net als het intermediair

positioneren als belangenbehartiger van de klant.

En bij die rol van belangenbehartiger hoort nadruk-

kelijk dat je in staat bent om scherp (qua premie

en voorwaarden) in te kopen en optimale service te

bieden. Met name voor volmachtkantoren wordt dit

nadrukkelijker de positie in de keten.”

De recente groei van de volmachtmarkt toont

aan dat verzekeraars in uitbesteding blijkbaar nog

steeds voordelen zien, aldus De Jong. “Of vol-

machtkantoren werken efficiënter dan verzekeraars

zelf, of de marktmacht van volmachtkantoren is

dusdanig dat het een niet te passeren kanaal is voor

verzekeraars. Hoe dan ook, het volmachtmodel is

voorlopig een blijvertje.”

VerrichtingentariefDe discussie in de markt over de beloning van

volmachtkantoren wordt wat De Jong betreft in een

verkeerde volgorde gevoerd. “Het ‘oude’ model met

tekencommissie en winstcommissie is door de wet-

gever afgeschoten. Winstcommissie mag niet meer,

een conclusie die ik persoonlijk nog steeds een

onbegrijpelijke vindt. Een partij die werkzaamheden

in een keten uitbesteedt, heeft recht om daarbij

prikkels in te bouwen om de kwaliteit en winst-

gevendheid van die activiteiten te waarborgen.

Uiteraard moet de klant daarmee ook gediend zijn.

Nu constateer ik dat in de schadeverzekeringsmarkt

de concurrentie groot is, prijzen onder druk staan

en er geen aantoonbare schade is voor de klant als

gevolg van het oude beloningsmodel. Een rendabele

portefeuille bij verzekeraars is immers ook in het

belang van de klant.”

Maar goed, de wetgever (of eigenlijk de toezicht-

houder) heeft beslist, zo gaat De Jong verder. “De

discussie gaat nu over het omkatten van de winst-

commissie naar een hogere tekencommissie en de

stip aan de horizon is een nominaal beloningsmodel.

De AFM en het Verbond van Verzekeraars zien een

verrichtingentarief als beste beloningsvorm voor de

toekomst. Ik ben bang dat in dat model een groter

risico schuilt op misbruik, waar uiteindelijk de klant

de rekening voor betaalt. Maar goed, de discussie

gaat nu te veel over de hoogte en de manier van

belonen. Terwijl de nadruk in eerste instantie zou

moeten liggen op de toegevoegde waarde van het

volmachtbedrijf.”

Dr. Fred de Jong: “Ik ben bang dat bij een verrichtingentarief een groter risico schuilt op misbruik, waar uiteindelijk de klant de rekening voor betaalt.”

Page 27: Nummer 13 / december 2013 Een voorspoedig 2014...als astronaut alsmede het schitterende uitzicht vanuit de ruimte op onze planeet. Tot slot vatte cabaretier en entertainer Dirk Denoyelle

Nummer 13 / december 2013 www.nvga.nl27

Aanbesteding of uitbesteding?De Jong vraagt zich af of het niet logisch zou zijn

als het volmachtkantoor in de toekomst beloond

wordt door zowel de verzekeraar als het provin-

ciale intermediair. “De vraag is überhaupt of er in

de toekomst nog een beloning van verzekeraars is

toegestaan. Ik merk dat veel volmachtkantoren niet

schromen om na te denken over een nettopremie-

model, waarbij het volmachtkantoor namens een

groep intermediairs en hun klanten dekking inkoopt

bij een verzekeraar. De inkooppremie wordt dan

met een opslag voor kosten en marge doorberekend

aan het intermediair, dat intermediair zal daar ook

weer een opslag bij doen, waarna de consument

uiteindelijk een transparante prijs krijgt. Of die

prijs, in combinatie met de voorwaarden, dan nog

concurrerend is ten opzichte van de directe kanalen

is de vraag. Maar dat is een marktvraagstuk en geen

wetgevingsvraagstuk. In deze visie wordt volmacht

meer aanbesteding in plaats van uitbesteding.

Waarbij de vraag op tafel komt of er dan nog sprake

is van een volmachtsituatie. In hoeverre handelen

deze inkopers straks nog uit naam en voor rekening

van een verzekeraar?”

KlantbelangDe Jong: “Er is door DNB en AFM onderzoek gedaan

naar de volmachtmarkt over de volle breedte.

Daaruit zijn twijfels gerezen over de mate van risi-

cobeheersing bij verzekeraars ten aanzien van het

volmachtkanaal. Verzekeraars wegen commerciële

motieven soms (te) zwaar mee bij het kiezen voor

uitbesteding via volmachten. DNB stelt echter niet

de vraag in hoeverre dat erg is. Volmachten die door

verzekeraars worden aangehouden vanuit com-

mercieel belang, kunnen wellicht niet het meeste

effi ciënt zijn voor de verzekeraar, maar kunnen wel

degelijk in het belang van de klant zijn. Dit vanwege

de concurrentiedruk die van het volmachtkanaal

uitgaat. Voor (uitvaart-)verzekeraars en volmacht-

kantoren is het zaak om duidelijk te maken dat

een (uitvaart-)volmacht wel degelijk tot effi ciency

leidt in de keten. Het is aan de sector om aan te

tonen dat een (uitvaart-)volmacht van toegevoegde

waarde is, en dan niet alleen voor verzekeraars en

gevolmachtigden, maar vooral dat daarmee ook het

klantbelang is gediend.”

ConcurrentiekrachtDe kracht van de volmacht is volgens De Jong het

concurrerende vermogen. “Juist bij schadeverze-

keringen zorgt het volmachtmodel de komende

jaren voor marktmacht vanuit het intermediaire

kanaal, waarmee de concurrentie met verzekeraars

kan worden volgehouden. Dat is belangrijk, omdat

concurrentie zorgt voor prijsdruk en een prikkel

om innoverend en onderscheidend te opereren in

de markt. Het is ongewenst als verzekeraars een

monopoliepositie zouden verwerven bij particuliere

schadeverzekeringen. De kracht van de volmacht

is ook dat deze kantoren in staat zijn om het pro-

vinciale intermediair te ondersteunen met scherpe

marktproposities en praktische ondersteuning. Dus

ook voor het provinciale intermediair is een krachtig

volmachtkanaal van belang.” In dat licht spoort De

Jong alle direct belanghebbenden aan om ten aan-

zien van de volmachtmarkt een meer economische

discussie te gaan voeren. “Positioneer de volmacht-

markt als een belangrijk economisch tegenwicht

namens klanten en intermediairs ten opzichte van

verzekeraars. Toon vervolgens overtuigend aan

dat het volmachtkanaal ook nog eens effi ciënter

kan werken dan verzekeraars en breng dan pas het

beloningsvraagstuk ter tafel. Voor het volmachtka-

naal is het van belang om uit te gaan van de eigen

kracht. Als mocht blijken dat het volmachtkanaal

niet effi ciënter werkt en geen toegevoegde waarde

heeft voor de consument en het intermediair, heb ik

er als econoom geen moeite mee als het volmacht-

model verdwijnt. Maar ik ben ervan overtuigd dat

de volmacht toekomst heeft.”

DebatNa deze rede debatteren de tafelgenoten over de

aangehaalde onderwerpen. Zij zijn eveneens van

mening dat volmacht toekomst heeft en daarbij dat

verzekeraars geloof hebben in het volmachtkanaal.

“Wel zijn ze zoekende naar hoe hiermee om te gaan

en naar hoe ze controle en sturing kunnen blijven

houden. Als volmachtbedrijf moet je daarom goed

weten wat je wilt. Een eigen mening en beleid

vormen en daar een standpunt in kiezen. Ook moet

je opstelling tegenover verzekeraars onafhankelijk

zijn, dus je moet zorgen voor alternatieven dan wel

voor meerdere volmachten.”

Het maatwerk dat het volmachtbedrijf – in belang-

rijke mate aan de zakelijke klant – levert, wordt als

een belangrijke meerwaarde gezien. Verder wordt

van het volmachtbedrijf vooral het administratieve

gemak voor de tussenpersoon, de effi ciency, de

kostenbesparing, de distributiekracht en de toegang

tot de hele markt geprezen. “Het concurrerende

vermogen van de volmacht is belangrijk. Als een

tussenpersoon beter kan functioneren door het vol-

machtkanaal dan is dat in het belang van de klant.”

Over de toekomst van huisvolmachten zijn de de-

batterende deelnemers het eens: “Huisvolmachten

worden meer onder druk gezet door verzekeraars

dan service providers. Die laatsten hebben een

grotere markt en meer inkoopkracht. Wel zitten de

bedrijven met een huisvolmacht vaak korter op de

klant en is de focus gericht op verschillende inkom-

stenbronnen. Het gemiddelde beeld is echter wel

dat hun inkomsten door de huidige ontwikkelingen

dalen en dat dit nauwelijks op te vangen is.”

BeloningsmodellenUitvoerig wordt vervolgens met elkaar stilgestaan

bij de voor- en nadelen van verschillende belo-

ningsmodellen voor het intermediair, zoals ‘netto

pricing’ en abonnementen, en de eventuele komst

van een provisieverbod op schade. Men zegt daarbij

veel waarde te hechten aan factoren als ‘een eerlijk

speelveld’ en ‘voldoende overgangstijd’. Het door De

Jong genoemde ‘model van aanbesteding’ voor het

volmachtkanaal sluit men voor de toekomst niet uit.

Een uitgesproken mening heeft men daar nu echter

nog niet over. Wel vraagt men zich af of verzeke-

raars in dat geval daadwerkelijk in staat zullen zijn

een nettopremie af te geven en of zij in dat geval

in tarief onderscheid zullen gaan maken tussen het

provinciale en het volmachtkanaal. De voorspelling

is dat er een enorme diversiteit in tarieven zal gaan

ontstaan. Voor partijen die beter presteren, zou het

reëel zijn als in dat geval de winstcommissie weer

terugkomt, zo wordt gesteld.

Zekere toekomstEr volgen nog diverse bespiegelingen over onder-

meer de opmars van investeringsmaatschappijen in

het volmachtkanaal, intermediaire samenwerkings-

verbanden, de stroomlijning van processen (‘control’

en ‘audit’), het belang van vakkennis en investerin-

gen in technologie in relatie tot volume. Over één

ding zijn de volmachtbedrijven het eens. “Als we

ons werk goed blijven doen, dan kan de verzeke-

raar ons nooit inhalen. Wel zullen we ons bedrijf

anders moeten inrichten door meer specialiteit toe

te voegen, meer aan klantenbinding te doen en te

anticiperen op waar de jeugd later behoefte aan zal

hebben. Kortom, het is zeker dat de markt er anders

uit zal gaan zien, maar zeker is dat het volmachtka-

naal zal blijven bestaan.”

Monuta zal de tafelrede van dr. Fred de

Jong binnenkort in de vorm van een boekje

uitbrengen.

Indien u dit wenst te ontvangen, kunt u een

mail sturen naar [email protected].

“Onbegrijpelijk dat de winst-commissie is afgeschaft.”

Page 28: Nummer 13 / december 2013 Een voorspoedig 2014...als astronaut alsmede het schitterende uitzicht vanuit de ruimte op onze planeet. Tot slot vatte cabaretier en entertainer Dirk Denoyelle

Nummer 13 / december 2013 www.nvga.nl28

De passie van … Bart Uiterwijk Winkel

“Bij jagen gaat het om één zijn met de natuur, al je zintuigen gebruiken, nergens aan denken, je verbinden met de aarde ofwel ‘modder aan de poten’.” Volgens de nuchtere maar sympathieke Bart Uiterwijk Winkel (48) is jagen dan ook geen hobby maar een passie.

Door Irene Okkerman, Irenergy | Foto’s: Raphaël Drent

“Modder aan de poten”

‘Modder aan de poten’ is volgens Bart Uiterwijk

Winkel ook zeker van toepassing op de verze-

keringsbranche. “We moeten ophouden met het

kukelekugedrag.” Een uitspraak die meteen aan-

geeft hoe de Drentse Aboriginal – zoals hij zichzelf

noemt – in het leven staat.

Hoewel hij vanwege zijn opleiding enige tijd in

Scheveningen heeft gewoond, is hij verknocht aan

Drenthe. Het is misschien ook wel te danken aan

zijn Drentse nuchterheid dat de zaken goed blijven

gaan. “Eigenlijk hebben we nog nooit zo goed

gedraaid als de afgelopen vijf jaar”, vertelt Bart.

“Ik geef toe dat ik mezelf in de hoogtijjaren van de

branche weleens afvroeg of wij niet dom bezig wa-

ren als wij branchegenoten hoorden vertellen over

hoe fantastisch het hen ging, maar kennelijk ligt

hierin nu de verklaring voor ons succes. Wij hebben

ons niet gek laten maken en aangetoond een zeer

solide en degelijk bedrijf te zijn voor onze zakelijke,

agrarische en particuliere relaties. Wij richten ons

uitsluitend op schade en –inkomensverzekeringen.

Daarnaast zijn wij mede-aandeelhouder in StraX

pensioen.”

Het kantoor Uiterwijk Winkel/UW Assuradeuren,

waarvan Bart en neef Jaap de derde generatie

vormen, is op dit moment 26 fte groot en sinds

1929 gevestigd in Hoogeveen. Als mede-directeur

houdt Bart zich vooral bezig met het bezoeken van

klanten, want daar ligt zijn hart.

RespectvolVolgens Bart zijn er van oudsher twee typen man-

nen. “Of je was visser/jager of je was boer. Hoewel

mijn vader zelf geen jager was, ging hij wel altijd

mee op jacht dus in die zin heb ik het wel meege-

kregen.”

Eén heel belangrijke regel binnen de jacht is die

van de weidelijkheid wat wil zeggen dat een jager

er alles aan moet doen om een dier niet onnodig

te laten lijden. Ook dient een jager veilig om te

gaan met zijn geweer en zicht respectvol op te stel-

len tegenover plant, mens en dier. Bart: “Een dier

moet bovendien een faire kans hebben tegenover

de jager. Je schiet daarom niet op een dier dat

zwemt of stil zit.” Een mooi voorbeeld vindt Bart de

situatie waarbij hij eens met vijf anderen aan het

jagen was en er een haas min of meer volledig door

hen in het nauw gedreven werd. Doordat het dier

geen schijn van kans had te ontsnappen, schoot

niemand.”

RegelsJe kunt niet zomaar gaan jagen. Om te kunnen

en mogen jagen moet je met goed gevolg een

theorie- en praktijkexamen afleggen, eventueel in

de toekomst aangevuld met een psychologische

test vanwege het ‘Alphen aan den Rijn’-incident.

Moet je (in eigendom of via pacht) de beschik-

king hebben over een jachtgebied van ten minste

40 hectare wat gelijk staat aan 80 voetbalvelden.

Moet je jaarlijks een jachtakte aanvragen. Beschik-

ken over een aparte WA-verzekering en zijn er

vele veiligheidsvoorschriften voor het gebruik en

het bezit van een geweer. Zo moet het geweer in

een deugdelijk verankerde wapenkluis apart van

de munitie worden opgeborgen. Pas als je aan al

deze voorwaarden voldoet, kan je het veld in. Dit

gebeurt vooral in zogenaamde combinaties. Jagers

hebben zich verenigd in lokale samenwerkingsver-

banden, de zogeheten wildbeheereenheden (WBE’s).

Aangezien niet zomaar in andermans gebied mag

worden gejaagd, is het gebruikelijk dat deze ‘com-

binaties’ elkaar over en weer uitnodigen.

Ondanks het feit dat Bart al vijftien jaar jaagt,

bekent hij dat het voor hem nog steeds als een

schoolreisje voelt als hij wordt uitgenodigd.

Passie voor het jagenVolgens Bart is de passie voor het jagen verge-

lijkbaar met de liefde die een boer heeft voor zijn

dieren. “Het is een misvatting te veronderstellen

dat het vooral om het schieten dan wel doden van

dieren gaat. Een goede jager beheerst vooral de

kunst om niet te schieten. Het heeft veel meer te

maken met kennis van de natuur en respect voor

de dieren. Zo rij ik twee keer in de week – zonder

mijn geweer - naar mijn veld om te ‘voelen’, ruiken

en zien of alles goed gaat. Elke ree ken ik bij wijze

van persoonlijk. Het valt me gelijk op als er iets mis

is, bijvoorbeeld als er dieren ziek zijn. Wildbeheer is

de belangrijkste taak van een jager. Overigens is er

voor elk wildsoort een periode bepaald waarbinnen

de jacht kan plaatsvinden. Zogeheten draagvlak-

regels bepalen hoeveel dieren van welk geslacht of

leeftijd er per jaar en per WBE geschoten mogen

worden. De aantallen dieren in een bepaald gebied

worden door ‘teldagen’ in kaart gebracht. En

natuurlijk mag er niet op beschermde diersoorten

worden gejaagd.”

“Een goede jager”, zo gaat Bart verder “is vakkun-

dig waardoor hij een dier met één schot kan doden,

dus zo pijnloos mogelijk. Maar ook als ik een hele

dag niets geschoten heb of zoals dat in jagerster-

men heet ‘niets uit de natuur heb geoogst’ kan ik

evengoed een voldaan gevoel hebben. Ik geniet

van de grote biodiversiteit aan flora en fauna en

het één zijn met de natuur. Binnen de jacht gaat

het naast vakkundigheid vooral om moraliteit.

Aangezien ook een jager een dwarsdoorsnee van

de maatschappij is, zullen er altijd jagers zijn die de

regels minder serieus nemen. Naar mijn idee zijn dit

echter de absolute uitzonderingen.”

De meest indrukkende ervaring die Bart binnen het

jagen heeft, is het schieten van reebokken en –gei-

ten. Aangezien reeën behoren tot de beschermde

diersoorten is daarvoor aparte toestemming vereist.

Ook mag dit alleen in bepaalde periodes van het

jaar. Bart: “Het schieten van een ree doe je alleen

dus de eenwording met de natuur is dan maximaal.

Er gebeurt dan echt wat met je. Het wachten, de

opperste concentratie, de adrenaline, het schot

móét goed zijn en na het schot de verlossing, de

geur, de aanblik. Dat beeld vergeet je nooit, en elke

keer is het weer anders. Ik weet elk schot bij elke

ree nog!”

Page 29: Nummer 13 / december 2013 Een voorspoedig 2014...als astronaut alsmede het schitterende uitzicht vanuit de ruimte op onze planeet. Tot slot vatte cabaretier en entertainer Dirk Denoyelle

Nummer 13 / december 2013 www.nvga.nl29

“Een goede jager beheerst vooral de

kunst om niet te schieten.”

Bart Uiterwijk Winkel: “Net als bij verzekeren is er bij jagen sprake van vele (gedrags)regels en gaat het vooral om moraliteit en vakkundigheid.”

Page 30: Nummer 13 / december 2013 Een voorspoedig 2014...als astronaut alsmede het schitterende uitzicht vanuit de ruimte op onze planeet. Tot slot vatte cabaretier en entertainer Dirk Denoyelle

Nummer 13 / december 2013 www.nvga.nl30

Kijkje in de keukenBart laat zien hoe een dag er voor een jager

uitziet. Het is een zaterdag in november. De zon

is net op en het prachtige Drentse coulisseland-

schap is nog in mist gehuld. De mist maakt dat

de jager daardoor minder goed zichtbaar is, maar

andersom geldt dat natuurlijk ook voor de dieren.

Van belang is ook de windrichting waarin de jager

loopt in verband met geur en geluid. Bart wijst op

sporen van dieren die hij direct herkent. Lawaaierig

vliegen verschillende koppels ganzen over. Vanuit

een gebouwde riet-schuilplaats schiet Bart twee

kolganzen recht in de borst. De één jaar oude

Vizsla-jachthond Brutus doet de rest. Hij pakt de

ganzen zoals het hoort, dus zonder in het vlees te

bijten en brengt ze bij de baas. Bart: “Dit is zoals

het moet gaan, alles klopt.” Tussentijds heeft hij

via zijn mobiel (met vogel-ringtoon) contact met

collega-jager Derk-jan. Op de vraag of de ganzen

na een paar schoten massaal wegblijven, antwoordt

Bart ontkennend waarbij hij wijst op het begrip

‘domme gans’. Hierop voortbordurend zegt hij:

“Mooi vind ik dat. De enorme hoeveelheid spreek-

woorden die betrekking hebben op de jacht, maar

eigenlijk kan dat ook niet anders. De jacht is zo oud

als de mensheid.”

Gelet op de vele overvliegende ganzen is ‘de buit’

beperkt. “Wat we hier doen is vooral ganzen verja-

gen”, verklaart Bart “aangezien ganzenpoep zorgt

voor verzuring van het land en daarmee schadelijk

is voor de landbouw. Door de ganzen minstens

tweemaal per week te (laten) verjagen, heeft de

grondeigenaar recht om schadevergoeding aan te

vragen.”

Na een korte tussenstop op de vaste ontmoe-

tingsplek in Restaurant De Huiskamer – naast

het Dwinglederveld - wordt de jacht in groter

gezelschap voortgezet. In steeds weer een ander

stukje schitterend en kleurrijk landschap (bos, open

veld, graanveld, hei en veen) wordt er gejaagd op

voornamelijk haas, konijn, fazant, eend, duif en vos,

waarbij er telkens in linie wordt gelopen. Hierbij

voelen de jagers zich niet gehinderd door welk

obstakel dan ook. Prikkeldraad wordt behendig met

de kolf van het geweer naar beneden gedrukt, er

wordt over sloten gesprongen en er wordt dwars

door struiken gebanjerd daarbij luidkeels kreten

slakend als ‘brrr’ en ‘ariejop’ om zo de beesten op te

jagen dan wel uit hun leger (schuilplaats) te lokken.

Dankzij de mist laten vooral reeën zich daarbij

zien, maar niet de gewenste andere diersoorten.

Ondertussen wordt er veel verteld over het nut en

de noodzaak van de jacht en de relevante balans

tussen mens, dier en natuur. Over het fenomeen

schaalgrootte, het effect van de ruilverkaveling en

de rol van de voedingsindustrie. Ook het hoofdstuk

‘mens’ komt aan bod. Hoewel jagen nog weleens

in een negatief daglicht wordt geplaatst, zijn de

jagers van mening dat vooral de auto een bruut

moordwapen is. Veel dieren sterven door aanrijding

(het zogeheten valwild) een pijnlijke dood of lopen

zware verwondingen op. Ook wordt de verstoring

van de natuur door de mens steeds groter. Door

de schaalgrootte neemt ook de recreatie en het

sporten in de natuur toe. Daarnaast worden er veel

dieren verjaagd door niet aangelijnde honden.

Volgens goed gebruik wordt de jacht (eenmaal)

onderbroken door het nuttigen van een zelf ge-

brouwen mix van graanjenever en vlierbessen.

De echte afdronk vindt na afloop plaats in ‘De

Huiskamer’ waar de dag met een glas rode wijn bij

de open haard wordt geëvalueerd. Hoewel de oogst

van die dag beperkt bleef tot drie ganzen en een

haas, had iedereen een voldaan gevoel, behalve

hond Brutus. Die bleek namelijk op dat moment

zijn toevlucht tot de keuken van het restaurant te

hebben genomen!

Regels voor jagersDe Nederlandse wetgeving beoogt een goede

aandacht voor het evenwichtige beheer van

natuur en milieu. In dat kader heeft de jacht

z’n eigen plaats. Jacht heeft immers naast

het beheer van de fauna, ook de zorg voor

natuurwaarden in het algemeen tot doel.

De wet waarborgt dat de jacht verantwoord

plaatsvindt uit het oogpunt van duurzame

instandhouding van de soort of populatie.

Verantwoorde jacht houdt rekening met de

intrinsieke waarde van het dier en eerbiedigt

het internationale begrip van ‘wise-use’.

Bart Uiterwijk Winkel: “Dat de jacht zo oud is als de mensheid blijkt wel uit de vele spreekwoorden die met de jacht te maken hebben.”

Page 31: Nummer 13 / december 2013 Een voorspoedig 2014...als astronaut alsmede het schitterende uitzicht vanuit de ruimte op onze planeet. Tot slot vatte cabaretier en entertainer Dirk Denoyelle

colofoNJaargang 5, uitgave 13, december 2013

GA Magazine is een uitgave van NVGA en verschijnt 3 maal per jaar.

reDAcTieSecretariaat [email protected]

MeT MeDewerkiNG VAN:Froukje Meerman - www.mermaidmedia.nlIrene Okkerman - [email protected]

foToGrAfieRaphael Drent - www.fotodrent.nl

UiTGeVer

ZPReSS SportPostbus 1015, 3300 BA DordrechtT. 078 639 70 70

VorMGeViNGZPReSS Studio

DrUkDrukkerij Van der Weij BV, Hilversum

copyriGHTOvername van artikelen, foto’s en beeld-matriaal of gedeelten daarvan is toegestaan, mits vergezeld van bronvermelding. Toezending van de betreffende publicaties wordt op prijs gesteld.

Netwerkactiviteiten NVGA

De NVGA organiseert regelmatig voor haar leden en andere partijen in de volmachtmarkt netwerkbijeenkomsten om in een hele andere setting met elkaar te praten over de actuele ontwikkelingen of over aangelegenheden waar men als ondernemer mee van doen heeft.

- De netwerkreis in de Sneeuw vindt dit jaar plaats van maandagavond 17 maart tot donderdagavond 20 maart in Saalbach Hinterglemm, oostenrijk.

De zeer geslaagde ski-events van de afgelopen jaren zorgen ervoor dat deze reis inmiddels met meer dan 60 inschrijvingen is volgeboekt.

- De jaarlijkse Algemene ledenvergadering NVGA wordt gehouden op woensdag 23 april 2014 vanaf de middag.

De locatie is nog niet definitief vast-gesteld.

- Het golfevent vindt in 2014 plaats op woensdag 21 mei 2014 in golfbaan De Scherpenbergh te Apeldoorn. Hou deze datum vrij. er zal weer gekozen

worden voor dezelfde opzet: een 18-holes wedstrijd voor de geoefende spelers en een Golfclinic met een 9-holes wedstrijd voor de onervaren golfers

onder ons. Deze formule blijkt een succes gezien de grote belangstelling elk jaar.

- De Marktdag Volmachten wordt georganiseerd op woensdag 24 september 2014 vanaf de middag in Hart van Holland te Nijkerk. De NVGA organiseert

deze bijeenkomst elke 2 jaar samen met het Verbond van verzekeraars. Uiteraard komen daar de actualiteiten binnen de volmachtmarkt aan de orde.

Hardlopen met nVGa-leden:

Halve marathon in Wenen Het is ons bekend dat hardlopen een populair

tijdverdrijf is onder leden van de NVGA. Om die

reden is het idee ontstaan om met een groep van

NVGA-leden mee te doen aan een hardloopactiviteit.

Enkele leden hebben zich - zelfs met hun partner -

aangemeld voor de (halve) marathon in Wenen op

zondag 13 april 2014. In overleg met het bestuur is

besloten dit initiatief vanuit de NVGA op te pakken

en te coördineren. Heeft u interesse om met een

NVGA-groep deel te nemen laat u dit dan – het liefst

uiterlijk 30 december - weten aan Irene Okkerman

([email protected]). Heeft u vragen dan

kunt u met haar bellen op 06-21436184.

Vlucht en verblijf zal nader bekend gemaakt

worden. Wel dient u zich zelf aan te melden voor de

marathon. Dit kan via www.vienna-marathon.com.

Om verzekerd te zijn van een startbewijs, is het

verstandig hier niet te lang mee te wachten.

Nummer 13 / december 2013 www.nvga.nl31

Page 32: Nummer 13 / december 2013 Een voorspoedig 2014...als astronaut alsmede het schitterende uitzicht vanuit de ruimte op onze planeet. Tot slot vatte cabaretier en entertainer Dirk Denoyelle