Nierstichting-interview Tom Oostrom 10-2013

5
DE TELEGRAAF -Zaterdag 26 oktober 2013- Interview FONDSWERVERSBAAS WIL OPENSTAAN VOOR COMMENTAAR UIT SAMENLEVING TOM OOSTROM: ‘Hoogste tijd voor tekst en uitleg’ door OLOF VAN JOOLEN en ARIANNE MANTEL Graaiers, zakkenvullers en geld dat aan de strijkstok blijft hangen. Het imago van de goede doelen in ons land heeft de afgelopen tijd een flinke deuk opgelopen. Deze week werd bekend dat het fietsspektakel Alpe d’HuZes dit jaar ruim drie miljoen minder dan vorig jaar heeft opgeleverd voor KWF Kankerbestrijding. Initiatiefnemer Coen van Veenendaal van de stichting Alpe d’HuZes bleek twee ton aan managementfee te hebben opgestreken. Ook KWF Kankerbestrijding zelf kwam in opspraak vanwege de onduidelijke besteding van ingezameld geld. Voorzitter Tom Oostrom van de Samenwerkende Gezondheidsfondsen vindt het de hoogste tijd voor tekst en uitleg aan de vrijwilligers, donateurs en kritische burgers. “We moeten niet langer voor deze kritiek bukken. We moeten gewoon erkennen dat er fouten zijn gemaakt in de communicatie, beter verantwoorden wat er gebeurt met het geld en trots onze resultaten uitdragen. Hoe kan dat duidelijker? Via het Centraal Bureau Fondsenwerving (CBF) dat nu de branche in de gaten houdt, krijgt de burger toch voldoende inzicht? “De verantwoording aan het CBF levert niets meer dan getallen op. Maar er wordt niets gezegd over de resultaten die de goede doelen behalen. En dat zet mensen op het verkeerde been. Goede doelen hebben last van die eenzijdige benadering. De nadruk op alleen kosten wekt ten onrechte wantrouwen en verwarring. Bij de Nierstichting, waar ik directeur ben *1), werd in de media bijvoorbeeld gemeld dat de gemiddelde medewerker 78.000 euro per jaar verdient.Maar dat is inclusief de werkgeverslasten van 35 procent. In werkelijkheid ligt het dus veel lager, op 58.000 euro.” U wilt dus dat toezicht en verantwoording niet alleen op cijfers moet zijn, maar ook op resultaten. Hoe ziet u dat voor u? 1

description

Het gaat om een oorspronkelijk in dagblad 'de Telegraaf' gepubliceerd interview met de heer Tom Oostrom, directeur van de Nierstichting. Door het nierpatienten collectief Nieuwe Nier NU werd het van kritische noten voorzien.Goed tussen de regels lezend wordt het duidelijk dat de heer Tom Oostrom niet primair de nierpatiënt centraal stelt, doch de Nierstichting als geldmachine. Hij weigert de strijd met de wetgever aan te gaan over het wettelijk faciliteren van nierdonatie NU voor de nierpatiënt van NU. Desnoods met betaalde nieren. Zodat er niet langer 200 patienten per jaar van de wachtlijst voor donornieren hoeven te sterven. Hij vlucht liever in technische oplossingen voor de verre toekomst. zoals de mechanische en de biologische kunstnier.Zijn werkelijke belang bij de nierpatiënt is dat van melkkoe, ondergeschikt aan zijn geldmachine. In zijn ogen is de nierpatiënt een middel en geen doel.En hij laat de nierpatiënt van NU over aan palliatieve zorg in diens stervensproces. Ofwel verzachting van het sterven. Want dat is het. Alle andere middelen dan een echte donornier kunnen defecte nieren niet zo goed vervangen als een NU getransplanteerde donornier van vlees en bloed voor een nierpatiënt van NU.

Transcript of Nierstichting-interview Tom Oostrom 10-2013

Page 1: Nierstichting-interview Tom  Oostrom 10-2013

DE TELEGRAAF -Zaterdag 26 oktober 2013- Interview

FONDSWERVERSBAAS WIL OPENSTAAN VOOR COMMENTAAR UIT SAMENLEVING

TOM OOSTROM:

‘Hoogste tijd voor tekst en uitleg’door OLOF VAN JOOLEN en ARIANNE MANTEL

Graaiers, zakkenvullers en geld dat aan de strijkstok blijft hangen. Het imago van de goede doelen in ons land heeft de afgelopen tijd een flinke deuk opgelopen. Deze week werd bekend dat het fietsspektakel Alpe d’HuZes dit jaar ruim drie miljoen minder dan vorig jaar heeft opgeleverd voor KWF Kankerbestrijding. Initiatiefnemer Coen van Veenendaal van de stichting Alpe d’HuZes bleek twee ton aan managementfee te hebben opgestreken. Ook KWF Kankerbestrijding zelf kwam in opspraak vanwege de onduidelijke besteding van ingezameld geld.

Voorzitter Tom Oostrom van de Samenwerkende Gezondheidsfondsen vindt het de hoogste tijd voor tekst en uitleg aan de vrijwilligers, donateurs en kritische burgers. “We moeten niet langer voor deze kritiek bukken. We moeten gewoon erkennen dat er fouten zijn gemaakt in de communicatie, beter verantwoorden wat er gebeurt met het geld en trots onze resultaten uitdragen.

Hoe kan dat duidelijker? Via het Centraal Bureau Fondsenwerving (CBF) dat nu de branche in de gaten houdt, krijgt de burger toch voldoende inzicht? “De verantwoording aan het CBF levert niets meer dan getallen op. Maar er wordt niets gezegd over de resultaten die de goede doelen behalen. En dat zet mensen op het verkeerde been. Goede doelen hebben last van die eenzijdige benadering. De nadruk op alleen kosten wekt ten onrechte wantrouwen en verwarring. Bij de Nierstichting, waar ik directeur ben *1), werd in de media bijvoorbeeld gemeld dat de gemiddelde medewerker 78.000 euro per jaar verdient.Maar dat is inclusief de werkgeverslasten van 35 procent. In werkelijkheid ligt het dus veel lager, op 58.000 euro.”

U wilt dus dat toezicht en verantwoording niet alleen op cijfers moet zijn, maar ook op resultaten. Hoe ziet u dat voor u? “Ik wil er zeker naar toe dat naast die getallenbrij ook een lijst met mooie behaalde doelen wordt gezet. Zo ontwikkelt de Nierstichting een draagbare kunstnier*2) en heeft Alzheimer Nederland de Alzheimercafés geïntroduceerd. Daar hebben patiënten en betrokkenen veel aan.We moeten beter worden in het vertellen van wat we doen en waarom we dat doen. En de donateur laten meedenken aan welk doel zijn geld besteed wordt.”

Dus volgend jaar staan in het CBF-verslag alle behaalde resultaten en ook de niet succesvolle investeringen opgenoemd? “Dat is uit te leggen. Het geld dat universiteiten krijgen voor onderzoek naar een bepaalde ziekte. Maar dat geven we niet in één keer, dat wordt in voorschotten overgemaakt. We kunnen wel meteen alles aan zo’n universiteit geven, maar die gaat het dan ook beleggen. Het staat dus wel op de Bank van de Fondsen, maar is al toegezegd geld. Het zijn nadrukkelijk geen reserves. In de tijd dat het bij ons staat proberen we het vaak te laten renderen op een duurzame manier.”

Is overigens ergens vastgelegd hoeveel procent aan onderzoek moet worden besteed?1

Page 2: Nierstichting-interview Tom  Oostrom 10-2013

“Nee! Dat stellen de goede doelen zelf vast. Maar ik wil wel kwijt dat gezondheidsfondsen geen onderzoeksfondsen zijn. Nu lijkt de rare gedachte te heersen dat een fonds geen goed werk doet als slechts een deel van het geld aan onderzoek wordt besteed. Maar om de patiënt van nu te helpen is echt meer nodig dan onderzoek*3)”

Wat nog meer dan? “Preventie van ziekten is ongelooflijk belangrijk. Daarnaast innovaties stimuleren, voorlichting geven, patiënten en de verenigingen ondersteunen. En uiteraard lobbyen, bijvoorbeeld als het gaat om orgaandonatie of gezonde voeding. Niet alleen de patiënt van de toekomst maar ook de patiënt van nu*3) moet worden geholpen. Zo ben ik bijvoorbeeld mee geweest met nierpatiënten die een boottocht maakten. Normaal zouden ze nooit op vakantie kunnen, omdat ze moeten dialyseren. De patiënten betalen zelf de reis en wij organiseren van het ingezamelde geld de dialysefaciliteiten in het buitenland.

Mensen ergeren zich in toenemende mate ook aan de glossy spotjes, reclame en inzamelacties waarbij the sky the limit wel lijkt te zijn. En ook dat ze vaak te positief zijn. “Ik denk dat het wel goed is om als goed doel ambitieus te zijn en dat positief uit te dragen. Je wilt toch een stip op de horizon zetten en doorbraken forceren voor patiënten*4). Zoals de stelling dat kanker over twintig jaar een chronische ziekte kan zijn. Maar tegelijkertijd moet je wel realistisch zijn over wat je roept. Inzamelacties zijn nodig, want zonder die acties bereiken wij onze doelen niet. Wij zijn overigens goede onderhandelaars en wat mensen vaak niet weten, is dat omroepen en artiesten vaak belangeloos meewerken*5) of niet alles in rekening brengen. Misschien moeten we de kosten van een reclame of gala er wel bij zetten, maar dan leggen we toch weer nadruk op de cijfers.

Coen van Veenendaal heeft zichzelf geld toebedeeld, terwijl volgens hem niets aan de strijkstok mocht blijven hangen. “Ik vind Coen nog steeds een held*6).”

Wat zegt u nou? Veenendaal, die voor zoveel imagoschade heeft gezorgd, een held? “Hij heeft zoveel geld bij elkaar gebracht en zoveel mensen zich belangeloos laten inzetten voor de kankerbestrijding. Maar hij heeft zich niet gerealiseerd dat je dit werk niet gratis kunt doen. Het is een mythe dat het werk van fondsenwervende instellingen gedaan kan worden zonder dat het geld kost. We zijn een sector waar keihard gewerkt wordt voor een beter leven voor de patiënten *7). Dat moet professioneel gebeuren en kost dus geld. Ieder jaar beginnen wij weer met nul euro; wij worden niet door de overheid gesubsidieerd. Het kost geld om geld binnen te halen. Het begrip strijkstok moet weg. Het gaat om salarissen van medewerkers van de goede doelen die zich professioneel inzetten.”

Een goed doel mag van het CBF maximaal 25 procent van het ingezamelde geld besteden aan de kosten voor fondsenwerving. Als ze er gemiddeld drie jaar overheen gaan, verliezen ze het keurmerk. “Die norm is ooit vastgesteld. Er is geen onderbouwing bij die 25 procent*8). Het zou meer een streefnorm moeten zijn die niet keihard is. Ik vind dat de norm een ongelijk speelveld creëert. De kleine fondsen krijgen bijvoorbeeld bijna geen grote nalatenschappen. Die hebben dus hogere kosten voor werving en kunnen moeilijk voldoen aan die 25 procentnorm. Dat lijkt mij niet eerlijk.”

En dus? “”Dus komen ze daardoor vaak onterecht in een kwaad daglicht te staan omdat ze moeite hebben om onder die 25 procent te blijven. Ik pleit voor een nadrukkelijker rol van de goede doelen bij het bepalen van de normen waaraan ze moeten voldoen.”

2

Page 3: Nierstichting-interview Tom  Oostrom 10-2013

Is dat niet een vorm van de slager die zijn eigen biefstukje keurt? “Nee, het is een vorm van zelfregulering die we wel aan moeten kunnen. Maar een andere onafhankelijke instantie moet dan bekijken of die zelf vastgestelde normen worden gehaald.”

Wat zijn de gevolgen van de imagoschade voor de gezondheidsfondsen en hoe kan dat weer hersteld worden? “Herstel kan door alle activiteiten goed toe te lichten en in gesprek te gaan met de kritische donateur. We moeten openstaan voor commentaar vanuit de samenleving. Mensen kunnen me gewoon mailen of bij mij langskomen als ze vragen hebben over mijn salaris of over een project. En we moeten de burgen beter informeren. Zo weet bijna niemand dat we als fondsen steeds vaker samenwerken en het ons lukt de euro van de donateur te vermenigvuldigen door de overheid, de EU of bedrijven te laten meebetalen. De grote verliezer van de negatieve aandacht is nu de patiënt*9) Want de rol van de gezondheidsfondsen wordt bij de zich steeds meer terugtrekkende zorgstaat belangrijker. De steun van het Nederlandse publiek is dus juist nú hard nodig om meer te kunnen doen voor patiënten. En ook de steun van de overheid. De zou meer fiscale voordelen voor donateurs kunnen geven.”

Tom Oostrom (1964) studeerde hbo-verpleegkunde aan de Hogeschool Leiden en beleid en management gezondheidszorg aan de Erasmus Universiteit te Rotterdam. Sinds 2005 werkt hij bij de Nierstichting, waarvan hij sinds 2010 directeur is.Daarvoor werkte hij onder andere als verpleegkundige, wijkverpleegkundige en adviseur bij zorginstellingen.Sinds 2012 is hij voorzitter van de Samenwerkende Gezondheidsfondsen. Hieronder vallen twintig grote fondsen zoals het Aids Fonds, Alzheimer Nederland, Long Fonds, Diabetes Fonds, KWF Kankerbestrijding, Maag en Lever Darm Stichting, de Nierstichting, Nederlandse Hartstichting en de Nederlandse Brandwondenstichting.

De volgende voetnoten zijn toegevoegd door http://nieuweniernu.blogspot.nl/ :

*1) Voor € 13.000 per maand salaris (onderweg naar de € 15.000 per jaar van zijn voorganger)

*2) Dit is een long-term doel. De nierpatiënt op de wachtlijst voor een nieuwe nier heeft hier niets aan. Door te kiezen voor nierpatiënten van de toekomst laat de Nierstichting de nierpatiënt van NU vallen. Mede hierdoor sterven er al tientallen jaren lang zo’n 200 wachtlijstpatienten per jaar.

*3) De heer Oostrom lijkt hier de nood van wachtlijstpatienten voor donornieren te begrijpen, echter hij neemt geen enkele actie om de 200 wachtlijstdoden van NU tegen te gaan. Bijvoorbeeld als een actieplan om de regering openbaar onder druk te zetten om donatie na de dood verplicht te stellen. Of donatie bij leven financieel te doen faciliteren. Of door gecontroleerde koop en verkoop van donornieren en transplantatie in het buitenland mogelijk te maken. Zulke strijden durft hij niet aan.Hij besteedt de 20 miljoen van de Nierstichting als geldmachine ter bekostiging van de ca. 9 miljoen euro ( jaarrekening 2008) aan reclames en investeerder in dialyse-apparatuur voor de verre toekomst (met de bijbehorende snoepreisjes voor bestuurders).

*4) Dit zijn slechts mooie woorden, de nierpatiënt van NU zal zonder donornier palliatief sterven.

*5) Al deze instellingen, inclusief de 80.000 jaarlijkse collectanten (4,5 miljoen euro volgens jaarrekening 2008) hebben geen flauw idee wat er met al de door hen opgehaalde middelen ECHT gebeurt.

*6) Tekenend voor ’s mans voorkeur voor fondsenwerving boven het centraal stellen van de nierpatient

*7) “een beter leven” staat voor een variant ‘palliatieve euthanasie’ vergeleken met leven met een nieuwe nier.

*8) De Nierstichting zèlf komt volgens jaarrekening 2008 uit op bijna 50% voor reclameactiviteiten voor alleen al preventie, communicatie, voorlichting, werving en marketing

*9) De context wijst hier niet op de patient, maar op de fondsenwerver zelf

3