20141005 Docentenhandleiding Voedselzekerheid MBO Breed V. …
Nederlands Algemene docentenhandleiding
Transcript of Nederlands Algemene docentenhandleiding
NederlandsNederlandsNederlands
Algemene docentenhandleiding
Algemene docentenhandleiding
Nederlands
Algemene docentenhandleidingAlgemene docentenhandleiding
NederlandsNederlands
2
Omslag: SKON creative communications, Eindhoven; ReclamersOmslagfoto: Scala photography BV, ShutterstockOntwerp: Ferdie Westen grafisch ontwerpVormgeving: Reclamers
Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden
verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand,
of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch,
mechanisch, door fotokopieën, opnamen, of enige andere manier, zonder
voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. Voor zover het
maken van kopieën uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikel 16b
Auteurswet 1912 j° het Besluit van 20 juni 1974, St.b. 351, zoals gewijzigd bij
het Besluit van 23 augustus 1985, St.b. 471, en artikel 17 Auteurswet 1912,
dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoedingen te voldoen
aan de Stichting Reprorecht (Postbus 3051, 2130 KB Hoofddorp). Voor het
overnemen van gedeelte(n) uit deze uitgave in bloemlezingen, readers en
andere compilatiewerken (artikel 16 Auteurswet 1912) dient men zich tot de
uitgever te wenden. Ondanks vele inspanningen is het de uitgever misschien
niet gelukt alle rechthebbenden te achterhalen. Wie denkt rechthebbende te
zijn, kan zich wenden tot de uitgever.
© Malmberg ’s-Hertogenbosch
ISBN 978 94 020 0593 6
Eerste editie, eerste oplage
3
INHOUDSOPGAVE
Voorwoord 5
1 E-learning 61.1 Inleiding 61.2 Kenmerken van online leren 61.3 Leren en leerplatform 7
2 De methode Taalblokken Nederlands 82.1 Inleiding 82.2 De leermiddelen 82.3 Referentieniveaus 92.4 Beschrijving van de leermiddelen 9
2.4.1 De 0-meting 92.4.2 TB NE Online en de leerwerkboeken 2F en 3F 102.4.3 TB NE Online en Extra Lezen en Luisteren 2F en 3F 122.4.4 Examentraining: het centrale examen 132.4.5 Modules productieve vaardigheden 132.4.6 De bibliotheek 16
3 Didactische principes 173.1 Inleiding 173.2 Van receptief naar productief 173.3 Functionele taalvaardigheid 173.4 Van voorbeelden naar algemeen toepasbare kennis 173.5 Cyclische ordening 183.6 Woorden schat 18
3.6.1 Woorden schat in het Leerwerkboek 183.6.2 Woordbetekenis herleiden 193.6.3 Een woordenschrift maken 193.6.4 Woorden schat TB NE Online 19
4 Rollen en organisatie 204.1 Inleiding 204.2 Leertechnologie 204.3 De rol van de docent 21
4.3.1 Instructie 214.3.2 Klassikaal leren 214.3.3 Individueel leren 224.3.4 Klassikaal en individueel leren 224.3.5 Feedback 22
4.4 De rol van de student 234.4.1 Niveau 2-3-studenten 254.4.2 Niveau 4-studenten 25
4.5 Onderwijsvisie van de school 25
4 Taalblokken Nederlands | Algemene docentenhandleiding
5 Leerlijnen en leerroutes 275.1 Generieke leerlijn 275.2 Beroepsspecifieke leerlijn 275.3 Persoonlijke of klassikale leerroute 275.4 Leerlijn per vaardigheid 285.5 Leerlijn Grammatica en Spelling 28
6 Bijlagen: leerroutes 296.1 Generiek 2F: Leerwerkboek / online klassikale route 29
Bronnen 30
Eindnoten 31
Overzichten 32Leerlijnen in schema 32
Bijlagen: leerroutes 34Generiek 2F: Leerwerkboek / online klassikale route 34Generiek 3F: Leerwerkboek / online klassikale route 40Generiek 2F: Modules klassikale route 45Generiek 3F: Modules klassikale route 48Generiek Lezen 2F 51Generiek Luisteren 2F 53Generiek Schrijven 2F 55Generiek Spreken / Gesprekken voeren 2F 56Generiek Lezen 3F 58Generiek Luisteren 3F 60Generiek Schrijven 3F 62Generiek Spreken / Gesprekken 3F 64Generiek Spelling en Grammatica 1F, 2F klassikale route 66 Beroepsspecifiek, modules: samenwerkingsopdrachten en eindopdrachten 3F, per domein (selectie) 68
5Taalblokken Nederlands | Algemene docentenhandleiding
Voorwoord
Taalblokken Nederlands is een communicatieve multimediale methode Nederlands voor het talenonderwijs, die speciaal geschreven is voor studenten aan het middelbaar beroepsonderwijs. Deze algemene handleiding richt zich op de docenten / gebruikers van de nieuwe methode Taalblokken Nederlands (vanaf nu: TB NE), die werd geïntroduceerd in augustus 2014. Als we in deze handleiding spreken over Taalblokken, bedoelen we deze versie, en niet de oudere varianten Taalblokken 1 en Taalblokken 2.
Naast deze algemene handleiding bestaan er de volgende specifieke handleidingen:
• Knoppenhandleiding Taalblokken • Handleiding Leerwerkboek 2F • Handleiding Leerwerkboek 3F • Handleidingen Modules Productieve Vaardigheden
U vindt deze handleidingen in de e-learning onder Taalblokken / Ondersteuning. Hier vindt u ook de antwoordenboeken, lessen en lesbrieven, documenten over toetsen en beoordelen en planningstools.
6 Taalblokken Nederlands | Algemene docentenhandleiding
1 E-learning
1.1 Inleiding
Er worden veel namen gegeven aan het leren met behulp van de computer. E-learning, online leren, webbased leren. In deze handleiding gebruiken we de term online leren. Hieronder verstaan we alle leeractiviteiten waarbij de student interactief gebruikmaakt van de computer of tablet die verbonden is met een computernetwerk. Dit hoofdstuk behandelt de volgende onderwerpen:
• kenmerken van online leren • leren en leerplatform
1.2 Kenmerken van online leren
Er worden veel voordelen toegedicht aan online leren. Zo beschouwen we het als een middel om afstandsonderwijs mogelijk te maken en om onderwijs tijdsonafhankelijk te maken. Andere voordelen zijn:
• Consistentie. De aangeboden leerstof is voor alle gebruikers gelijk. • Didactische voordelen. Een belangrijke winst van online leren, is het feit dat het mogelijk is
om met ict een rijkere leeromgeving te maken. • Flexibel leren. Het leermateriaal is 24 / 7 beschikbaar. • Het leren vanuit huis maakt tussendoor leren makkelijker. • Kostenbesparing. • Realtime toetsing. • Sneller leren. Dankzij online leren is het mogelijk om meer medewerkers in kortere tijd te
trainen. Je kunt met één trainer meer cursisten bereiken dan voorheen, omdat je trainer en cursisten niet meer bij elkaar hoeft te brengen in één ruimte.
• Werken en leren integreren. Dankzij online leren kunnen studenten op verschillende locaties gemakkelijker werken aan een gezamenlijk nieuw project en ict gebruiken om informatie op te zoeken en om met elkaar te communiceren.
Inmiddels hebben veel scholen ervaringen opgedaan met online leren. Het speelt in op de huidige tijd waarin papier plaatsmaakt voor digitale informatie. Het bevordert maatwerk in leren en neemt werk uit handen door studentvolgsystemen en de toetsen in de online leren. Ervaringen met online leren zijn echter niet onverdeeld positief. Daarom is in Taalblokken rekening gehouden met de volgende aandachtspunten:
• Studenten leren niet bewust. Taalblokken Nederlands daagt ze uit om niet zo snel mogelijk het elektronische leermateriaal af te willen werken, maar ook het leerproces in werking te stellen.
• Het beeldscherm en het platform moeten gebruiksvriendelijk zijn om vermoeidheid bij het leren / lezen te voorkomen.
• Online leren doet een beroep op de leervaardigheden en werkdiscipline van de student. Het vraagt inzet, zelfdiscipline en een goede motivatie. Voor mbo-studenten is het belangrijk niet volledig afhankelijk te zijn van online leren. Er moeten ook andere leermiddelen zijn.
• Taalblokken Nederlands wil zo veel mogelijk leerdoelen bereiken met online leren. We zijn ons er echter van bewust dat je - zeker in het talenonderwijs - het daadwerkelijk spreken het beste leert door daadwerkelijk met anderen te communiceren. Online leren kan wel een aanzet geven, maar kan nooit in de plaats komen van werkelijke communicatie.
7Taalblokken Nederlands | Algemene docentenhandleiding
• Er is geen one-4-all-oplossing; niet elke leerstijl wordt gestimuleerd door een online leren-oplossing.
• De meeste mensen leren het liefst via persoonlijke contacten. De verwachting is echter dat dit aantal kleiner wordt naarmate er meer mensen die zijn opgegroeid met de computer en internet, de net generation, deelnemen aan opleidingen.
Uit onderzoek van onder andere John Hattie blijkt dat zelfsturende leerprocessen en individualiseren van onderwijs relatief geringe effecten hebben op het leren. Daarentegen scoren zaken als: concept mapping, woorden schatprogramma’s, feedback en hoge verwachtingen van de leerling hoog. Zoals Westhof en Corda schrijven: ‘Het belangrijkste uitgangspunt van leren is dat we niet leren van wat er op ons computerscherm gebeurt, maar van de activiteit die dat in onze hersenen veroorzaakt. Hoe meer de computer de activiteit overneemt, des te kleiner de kans dat we er veel van leren.’1
We hebben in Taalblokken geprobeerd om het beste van beide werelden te verenigen. Online leren in Taalblokken staat nooit op zichzelf. Het kan alleen werken als zowel de docent als de student voldoende toegerust zijn om ermee te werken. Meer hierover later in deze handleiding als we het hebben over de rol van de docent en de student in het werken met Taalblokken.
1.3 Leren en leerplatform
Een leerplatform is een digitale leeromgeving met een eigen look & feel, logo en een eigen manier waarop leeractiviteiten mogelijk zijn en voortgang wordt bijgehouden. Een leerplatform is ontworpen om educatieve inhoud en organisatie van leerprocessen aan te bieden. Het is een centrale plek voor digitaal lesmateriaal, studiewijzers, toetsen, portfolio’s enzovoort. Joke Droste2 gebruikt als definitie: ‘Een elektronische leeromgeving omvat de technische voorzieningen (hardware, software en telecommunicatie-infrastructuur) die de interactie faciliteert tussen:
• het leerproces • de communicatie die nodig is voor dat leren • de organisatie van het leren’
Malmberg ontwikkelt voor haar leersystemen eigen platformen. Voor de methode Taalblokken, waaronder ook Taalblokken Nederlands valt, is er een aantrekkelijk platform ontwikkeld dat studenten motiveert en hen helpt het gewenste niveau op een effectieve manier te bereiken en te onderhouden. Daarnaast hebben we gestreefd naar eenvoud. Het platform moet laagdrempelig en gebruiksvriendelijk zijn. Er is veel witruimte en zijn er infographics toegevoegd in druppelvorm. Voor de lopende teksten is gebruikgemaakt van Helvetica. Dit is een weblettertype en kan dus op alle computers worden gelezen. Daarnaast is deze letter ook goed te lezen voor studenten met dyslexie.
Wanneer een les wordt gestart komt de student in de lesomgeving. In de header staat de naam van de student met foto, de naam van de les, het lesnummer en het blok waarvan deze les onderdeel uitmaakt. Door op de knop ‘Sluit les’ te drukken gaat de student terug naar het scherm vanwaar de les is geopend. De schermen bestaan uit één of twee kolommen. In het scherm met één kolom staan content (teksten, video, audio) en activiteiten onder elkaar. In het scherm met twee kolommen staat de content altijd aan de linkerkant en de activiteiten aan de rechterkant. In beide kolommen kan onafhankelijk van elkaar gescrold worden, zodat bronnen en activiteiten altijd bij elkaar blijven.
Voor een uitgebreidere beschrijving verwijzen we hier naar de knoppenhandleiding die te vinden is in onder Taalblokken / Ondersteuning.
8 Taalblokken Nederlands | Algemene docentenhandleiding
2 De methode Taalblokken Nederlands
2.1 Inleiding
Dit hoofdstuk beschrijft de samenstelling van Taalblokken Nederlands:
• de leermiddelen • referentieniveaus • beschrijving van de leermiddelen
2.2 De leermiddelen
Taalblokken NE bestaat uit de volgende leermiddelen:
Leermiddel Omschrijving
0-meting (TB NE Online) bouwstenen
Voor de niveaus 2F en 3F. De 0-metingen geven een indicatie of de student op het betreffende niveau zit of niet. Bovendien genereert het een individuele leerroute (wat de student al weet hoeft hij niet te oefenen).
Leren (TB NE Online) bouwstenen
Voor de niveaus 2F en 3F. Leeractiviteiten waarin de bouwstenen centraal staan, gericht op zowel de receptieve als de productieve vaardigheden om te komen tot een goede beheersing van het Nederlands op 2F- respectievelijk 3F-niveau. Teksten en bronnen zijn gelijk aan de leerwerkboeken. Oefeningen zijn grotendeels gesloten.
Leerwerkboek (2F één deel, 319 pagina’s, 3F twee delen, 439 pagina’s)
Voor de niveaus 2F en 3F. Voorbeelden, theorie en oefeningen waarin de bouwstenen centraal staan, gericht op zowel de receptieve als de productieve vaardigheden om te komen tot een goede beheersing van het Nederlands 2F- respectievelijk 3F-niveau. Teksten en bronnen zijn gelijk aan TB NE Online. Oefeningen zijn gesloten en open.
Extra Lezen TB NE Online
Extra leesvaardigheidsteksten en oefeningen gericht op training voor het Centraal Examen (12 lessen plus 12 lessen bijbehorende woorden schat).
Extra Luisteren TB NE Ne Online
Extra luistervaardigheidteksten en oefeningen gericht op training voor het Centraal Examen (12 lessen plus 12 lessen bijbehorende woorden schat).
Eindtoetsen Lezen en LuisterenTB NE Ne Online
Voor de niveaus 2F en 3F. Eindtoetsen bepalen of en in welke mate het niveau beheerst wordt.Een eindtoets 2F kan ook ingezet worden om het beginniveau vast te stellen.
ExamentrainingTB NE Ne Online
Op basis van de eisen van de Syllabi 2F en 3F Nederlandse taal referentieniveau van het College voor Examens mbo is een examentraining ontwikkeld (Lezen en Luisteren, twee parallelle versies). Onderdeel van de training zijn uitgebreide handleidingen (pdf-formaat) voor de student en docent met tips en feedbacksuggesties.
Modules Productieve Vaardigheden voor verschillende domeinen
De modules bevatten een gevarieerde mix aan werkvormen en toetsen, gericht op productieve vaardigheden in het beroep, volgens het kwalificatiedossier. Daarnaast is er een algemeen domein (generiek) met voorbeelden uit school- en burgerschapsdomein. De algemene, generieke theorie is ook vindbaar in de bibliotheek.De eindopdracht kan desgewenst gebruikt worden als (onderdeel van) het instellingsexamen of als onderdeel van een portfolio.
Spelling en grammatica
Op drie niveaus (1F, 2F en 3F) zijn uitgebreide spelling- en grammaticalessen beschikbaar met veel oefeningen. Een instaptoets, de zogeheten 0-meting, bepaalt het kennisniveau van de student en zet een persoonlijke spelling- en grammaticaleerlijn klaar. Eindtoetsen (1F, 2F en 3F) bepalen in welke mate de student de spelling of de grammatica beheerst.
Bibliotheek Hier staan de kijk- en luisterbronnen. Bovendien staat hier achtergrondinformatie en theorie, in de vorm van tips, strategieën, voorbeelden en modellen. Deze informatie is ook gebruikt in de modules, waar deze specifiek is voor het beroep van het betreffende domein.
Overzichten TB NE Ne Online
Toetsen en cijfers, leerresultaten per klas (dashboard). Er zijn sorteer- en filtermogelijkheden en exportvoorzieningen naar Excel.
9Taalblokken Nederlands | Algemene docentenhandleiding
2.3 Referentieniveaus
TB NE voldoet aan de referentieniveaus van het Referentiekader taal en rekenen (‘Meijerink’). Vanaf de 2010-cohorten is onderwijs en examinering gebaseerd op de referentieniveaus verplicht. Vanaf oktober 2014 telt het examen Nederlands (3F-niveau) voor niveau 4 mbo-opleidingen mee voor het behalen van het diploma. Vanaf oktober 2015 telt het examenresultaat Nederlands (2F-niveau) mee voor de mbo-opleidingen op niveau 2 en 3.
Behalve deze generieke eisen gelden er ook beroepsspecifieke eisen, die in sommige beroepen de generieke eisen overstijgen.
TB NE is een voorbereiding op alle examenonderdelen. De bouwstenen, de extra lessen lezen, luisteren en de examentraining zijn gericht op het centraal examen Lezen en Luisteren. De modules productieve vaardigheden en spelling en grammatica, waarin ook gebruik wordt gemaakt van de bouwstenen, zijn gericht op het schoolexamen Spreken, Gesprekken voeren en Schrijven. De modules bereiden eveneens voor op beroepsspecifieke examinering.
In TB NE zijn de generieke eisen uit het Referentiekader gedekt. 100% dekking geldt niet voor het beroepsspecifieke gedeelte van het kwalificatiedossier, vanwege het grote aantal opleidingen. De meest voorkomende opleidingsdomeinen zijn voorzien, waarbij per domein een keuze is gemaakt door te kijken naar kwalificatie-eisen van de delen C. Ook is er gekeken naar de indicatieve taalniveaus voor de beroepsspecifieke delen D van de kwalificatiedossiers, die geldig zijn vanaf 2011 / 2012.
2.4 Beschrijving van de leermiddelen
2.4.1 De 0-meting
Voor de inrichting van het leertraject is het van belang te weten op welk niveau of welke niveaus de studenten instromen. Studenten die beginnen aan een mbo-opleiding op niveau 1, 2 en 3 zijn doorgaans gebaat met oefeningen die toewerken naar niveau 2F. Wie aan een niveau 4-opleiding begint werkt van 2F naar 3F. Hoewel met de intrede van de referentieniveaus in het vmbo sprake zal zijn van een niveauverhoging en meer homogene groepen, zijn er nog steeds veel niveauverschillen. Sommige studenten beheersen de regels op het gebied van spelling en grammatica, maar velen hebben er erg veel moeite mee. En er zijn studenten op niveau 2 en 3 die willen doorstromen naar niveau 4. Zij moeten op tijd beginnen met het toewerken naar 3F.
Rapportcijfers en een goede overdracht vanuit het vmbo helpen om een inschatting te maken van de beginniveaus. In TB NE geeft de online 0-meting bouwstenen voor de niveaus 2F en 3F een betrouwbare indicatie of de student op het betreffende niveau Lezen en Luisteren zit. Een andere optie om het beginniveau te bepalen is om een eindtoets Lezen of Luisteren te gebruiken. Een student die voldoende scoort op Lezen 2F en / of Luisteren 2F, maakt vervolgens de 0-meting bouwstenen 3F. Deze 0-meting genereert vervolgens een reeks lessen die afgestemd zijn op wat de student nog onvoldoende beheerst. Zo krijgt iedere student een individuele leerroute.
Het vaardigheidsniveau spelling en grammatica van de student kan verschillen van dat van lezen en luisteren. Vandaar dat er een afzonderlijke 0-meting is op niveau 1F, 2F en 3F. Ook deze 0-metingen leiden tot een aangepaste, individuele leerroute. Indien gewenst kan ook een klassikale leerroute worden ingesteld: de studenten volgen dan alle leerstof, ongeachte de scores van de 0-metingen.
10 Taalblokken Nederlands | Algemene docentenhandleiding
2.4.2 TB NE Online en de leerwerkboeken 2F en 3F
InleidingBij de 0-metingen hiervoor is het begrip bouwsteen genoemd. Bouwstenen zijn een essentieel onderdeel in Taalblokken Nederlands. Bouwstenen zijn direct afgeleid van de vaardigheidseisen uit het Referentiekader. Het Referentiekader beschrijft de taalniveaus in subvaardigheden Gesprekken, Luisteren, Spreken, Lezen, en Schrijven. Afzonderlijk beschrijft het Referentiekader de eisen Grammatica en Spelling in een Begrippenlijst en Taalverzorging.
De voor de hand liggende manier om te voldoen aan deze eisen is de subvaardigheden na elkaar aan te bieden. Veel onderwijsmethodes en ook de eerste twee versies van Taalblokken waren volgens dit principe ingedeeld. Feedback van zowel studenten als docenten heeft echter duidelijk gemaakt dat een geïntegreerde aanpak beter werkt. Dus leesoefeningen combineren met schrijfoefeningen. En luisteropdrachten verbinden met gesprekken of presentaties. Dit alles in een omgeving met een activerende didactiek.
Bij het ontwerp van TB NE is met deze wens tot integratie het Referentiekader nader geanalyseerd. Zo is er bij alle subvaardigheden een oriëntatie op tekstsoort, doel en publiek. Woorden schat is uiteraard van belang. (Zie voor een uitgebreide behandeling hoofdstuk 3.) Correctheid komt ook steeds terug. Daarnaast is er altijd sprake van samenhang en structuur. Bij de productieve vaardigheden Spreken, Gesprekken en Schrijven moet de student bijvoorbeeld zorgen voor cohesie in zijn uitingen. En bij de receptieve vaardigheden Lezen en Luisteren moet hij middels signaalwoorden samenhang herkennen in lees- en luisterteksten:
Het referentiekader stelt bij Lezen de eis dat de student informatie kan ordenen voor een beter begrip (bijvoorbeeld op basis van signaalwoorden). Deze eis komt ook terug bij Luisteren en in iets andere bewoording bij Schrijven (2F: Gebruikt veelvoorkomende verbindingswoorden (als, hoewel correct). Ook bij Spreken worden signaalwoorden genoemd (3F: Maakt gebruik van middelen voor tekstcohesie (bijvoorbeeld signaal- en verbindingswoorden) om uitingen te verbinden tot een heldere, samenhangende tekst.)
Selectie uit het Referentiekader, betreffende herkennen en aanbrengen van samenhang
In elke bouwsteen wordt een hoeveelheid samenhangende theorie behandeld, die een eis uit het referentiekader dekt. De theorie over signaalwoorden ziet er in de bouwsteen Samenhang (signaalwoorden, niveau 2F) bijvoorbeeld zo uit:
11Taalblokken Nederlands | Algemene docentenhandleiding
In teksten staat niet alles kriskras door elkaar. Een tekst is geordend, om jou als lezer te helpen een tekst te begrijpen. Instructies bijvoorbeeld worden vaak in stappen verteld. Kijk maar naar tekst 1: het recept voor gefrituurde sprinkhanen. Als de bereiding in willekeurige volgorde zou staan, zou je het recept niet kunnen maken.Als je zelf een tekst schrijft of een verhaal vertelt, wil je graag dat mensen het begrijpen. Orde en samenhang helpen daarbij.
SignaalwoordenSignaalwoorden zijn woorden die een verband aangeven in een tekst. Ze kunnen een verband aangeven tussen zinnen, maar ook tussen alinea’s. Als je signaalwoorden gebruikt, zorgen die voor een beter begrip van de tekst. In de tabel hieronder zie je de belangrijkste signaalwoorden en het verband dat ze aangeven.
Verband SignaalwoordenTijd = volgorde in de tijd aangeven.In tekst 3 geeft de schrijver aan dat ze eerst op het terras gaan zitten ‘… en na de eerste slokken van je drankje, haal jij jouw sigaretten boven tafel.’
toen, daarna, als, eerst, later, vervolgens, daaropvolgend, na, nadat, sinds, nu, vroeger, tijdens, terwijl, totdat, uiteindelijk, zodra
Opsomming = meerdere zaken opnoemen.In tekst 4 somt de schrijver op wat gebruikers gevraagd wordt over hun gezondheid: ‘Gebruikers wordt ook gevraagd hoeveel ze bewegen per dag en wat hun gewicht is.’
en, ook, ten eerste, ten tweede, bovendien, ten slotte, daarnaast, verder, tevens, vervolgens
Argumentatie = een reden geven.Voorbeeld: je wilt naar een feest en je moet je ouders overtuigen. Je zegt bijvoorbeeld: ‘… omdat al mijn vrienden ook mogen.’ Of: ‘Ik ga met een groepje mee, dus ik hoef niet alleen te fi etsen.’
dus, want, omdat, daarom, namelijk, aangezien, dat blijkt uit
Algemene uitspraak en voorbeeld = voorbeeld of uitleg geven.In tekst 1 staat: ‘Nadat ze de kleur hebben gekregen zoals op de afbeelding te zien is, zijn ze klaar.’ ‘Zoals’ geeft aan dat de afbeelding het voorbeeld is.
zo, bijvoorbeeld, zoals, net als, onder andere
BeschrijvingIn TB NE zijn alle eisen uit het Referentiekader in categorieën weergegeven, per hoofdstuk één categorie, oftewel bouwsteen. Hierna volgen de hoofdstukken van de bouwstenen. Het boek en TB NE Online volgen dezelfde indeling:
2F 3F
1. Tekst soorten 1. Tekst soorten
2. Onderwerp en hoofd gedachte 2. Hoofd gedachte
3. Inleiding, kern, slot 3. Inleiding, kern, slot
4. Samenhang 4. Samenhang
5. Hoofd- en bijzaken 5. Hoofd- en bijzaken, feiten en meningen
6. Tekst doelen bepalen 6. Conclusies trekken
7. Informatie en meningen 7. Evalueren
8. Evalueren 8. Samenvatten
9. Samenvatten voor jezelf
De hoofdstukken kennen een vaste opbouw van receptief naar productief. De theorie, in de vorm van bouwstenen, komt steeds terug bij Lezen en Schrijven, Luisteren en Spreken / Gesprekken voeren:
• Lezen - Woorden schat Lezen • Schrijven • Luisteren - Woorden schat Luisteren
12 Taalblokken Nederlands | Algemene docentenhandleiding
• Spreken / Gesprekken voeren • Tussentoetsen (alleen TB NE Online)
TB NE Online en de leerwerkboeken gebruiken dezelfde bronnen, die allemaal aansluiten bij de leefwereld van de studenten. De kijk- en luisterfragmenten komen meestal van internet (vaak YouTube) of van televisieprogramma’s die mbo-studenten aanspreken. Soms gaat het om ‘serieuze’ programma’s, waaruit onderwerpen gekozen zijn die geschikt zijn voor mbo-studenten met het oog op de examinering.
Alle hoofdstukken met bouwstenen maken gebruik van lees- en luisterstrategieën. Naarmate de hoofdstukken vorderen, passen deze de eerder behandelde theorie toe. In de leerwerkboeken bestaan de laatste twee hoofdstukken uit een overzicht van de grammatica- en spellingsbegrippen met bijbehorende regels. De uitleg vindt plaats via het Taalblokken-principe: eerst de voorbeelden en dan de regels. In TB NE Online is dit beknopte overzicht vervangen door een uitgebreide reeks oefeningen met uitleg. Op deze manier vullen de leerwerkboeken en TB NE Online elkaar aan. De studenten oefenen bijvoorbeeld het herkennen van hoofdpunten op alinea- en tekstniveau, het begrijpen van feitelijke, maar ook minder feitelijke informatie zoals wensen en bedoelingen en het onderscheid maken tussen significante en minder significante punten uit een tekst. Verder is de student actief bezig met woordstrategieën om bijvoorbeeld de betekenis van minder frequente woorden af te leiden uit de tekst.
Bij de leerwerkboeken 2F en 3F hoort een aparte uitgebreide docentenhandleiding met informatie over het curriculum, de inhoud van lessen, de antwoorden op vragen en suggesties voor de behandeling in de klas.
Doelgroep, doel en niveauWerken met leerwerkboeken in klassikaal verband veronderstelt dat iedereen op hetzelfde niveau werkt. Voor niveau 1, 2 en 3 is daarvoor het leerwerkboek 2F bedoeld en voor niveau 4 het leerwerkboek 3F. Met deze boeken en de bouwstenen in TB NE Online wordt toegewerkt naar het examenniveau 2F respectievelijk 3F.
Aangezien we uit de praktijk weten dat de groepen niet homogeen zijn, vooral als het gaat om spelling en grammatica, zijn er in TB NE Online aparte leerlijnen ontwikkeld. Studenten kunnen hiermee op hun eigen niveau werken aan onderwerpen die ze nog niet goed genoeg beheersen. Ook voor de bouwstenen geldt dat er een adequaat niveau kan worden aangeboden. Dit stelt uiteraard wel eisen aan de wijze waarop de lessen georganiseerd zijn, waarover meer in paragraaf 4.3.
2.4.3 TB NE Online en Extra Lezen en Luisteren 2F en 3F
InleidingNaast de basislessen biedt TB NE ook extra oefenmateriaal online aan, dat niet als leerwerkboek beschikbaar is.
BeschrijvingLezen en luisteren leer je vooral door veel te lezen en te luisteren. Met deze extra lessen op 2F- en 3F-niveau kunnen uw studenten de nodige ‘meters maken’. De extra lessen werken aan tekstbegrip en toepassing van de bouwstenen. Daarnaast kunnen studenten na iedere les oefenen met dezelfde woorden in andere verwerkingsvormen. Ook hier is veel zorg besteed aan het selecteren van aansprekend bronmateriaal, dat eenvoudig begint en aan het eind op het vereiste complexiteitsniveau ligt.
Doelgroep, doel en niveauIn principe kunnen alle studenten die over het vereiste beginniveau beschikken en meer uitdaging moeten of willen hebben met deze extra lessen werken. Ook kan het materiaal
13Taalblokken Nederlands | Algemene docentenhandleiding
ingezet worden als examentraining. Een derde mogelijkheid is om het te gebruiken als extra oefenmateriaal voor studenten die kunnen volstaan met onderhoud, omdat ze al over het vereiste niveau beschikken.
2.4.4 Examentraining: het centrale examen
InleidingTB NE is in alle opzichten voorbereidend op zowel het centrale examen als het schoolexamen. Het centraal examen Nederlands (CE, voorheen COE, centraal ontwikkeld examen) telt mee voor 50% van het eindcijfer Nederlands, generiek. Het betreft hier het examen dat vanaf het studiejaar 2014-2015 gefaseerd wordt ingevoerd. Het centraal examen omvat de vaardigheden Lezen en Luisteren op de niveaus 2F en 3F. Het examen bevat per vaardigheid een reeks meerkeuzevragen, die de volgende onderdelen omvatten:
• Begrijpen • Interpreteren • Evalueren • Samenvatten • Opzoeken (alleen bij Lezen)
Deze onderdelen vormen eveneens de basis van de bouwstenen uit TB NE, waardoor de student ook bij het leren in TB NE ongemerkt al oefent voor het centrale examen. Voor het schoolexamen levert TB NE materiaal in de modules, zie de bijlagen voor een overzicht van de eindopdrachten per domein.
BeschrijvingDe eindtoetsen Lezen en Luisteren zijn een goede voorbereiding op het examen. Daarnaast heeft TB NE per niveau 2F en 3F twee oefenexamens opgenomen, die de studenten voorbereiden op het Centrale examen. De tekstkeuze, het aantal en het soort vragen zijn een afspiegeling van de centrale examens.
Met twee uitgebreide handleidingen voor student en docent kunt u de antwoorden bespreken. Bovendien staat daarin een verantwoording van de officiële bronnen. Zowel bij de Examentraining als bij de vervaardiging van de bouwstenen is de lijn van de indeling in de syllabi leidend en is er dus een volledige dekking van het examen in het leergedeelte (Handreiking Nederlandse taal 2F / 3F mbo (2014) en de Syllabi 2F en 3F: Nederlandse taal referentieniveau (2014)). Deze handleidingen vindt u online op Taalblokken / Ondersteuning.
2.4.5 Modules productieve vaardigheden
InleidingTaalblokken zorgt er niet alleen voor dat studenten het centraal examen Nederlands kunnen halen, maar de methode richt zich ook op het functioneren in het toekomstige beroep. Daarvoor zijn de modules productieve vaardigheden ontwikkeld. Het doel van deze modules is mbo-studenten voldoende oefenstof te bieden voor het spreken, schrijven en gesprekken voeren in de beroepspraktijk.
BeschrijvingDe modules sluiten enerzijds aan bij het Referentiekader, anderzijds bij de kwalificatiedossiers van de opleidingen in een bepaald domein. De keuze van de domeinen is gebaseerd op de domeinindeling mbo per 1 augustus 2012 van het Ministerie van OCW.
14 Taalblokken Nederlands | Algemene docentenhandleiding
De volgende domeinen zijn beschikbaar:
• Commercieel • Handel en Ondernemerschap • Horeca en Bakkerij • Media en Vormgeving • Sport en Veiligheid • Techniek en Procesindustrie • Welzijn • Zorg
Er zijn per domein zeven modules ontwikkeld; drie voor gespreksvaardigheid, drie voor schrijfvaardigheid en een voor spreekvaardigheid. Daarnaast zijn er generieke modules ontwikkeld. Alle modules zijn uitgewerkt op niveau 2F en 3F. Deze indeling is gestoeld op het Referentiekader, in schema:
Referentiekader (‘Meijerink’)
Vaardigheid Nederlands ModuleProducten die geoefend wor-den in de module
Gesprekken voeren Deelnemen aan discussie en overleg
Overleg voeren WerkoverlegVergadering
Informatie uitwisselen Informatie uitwisselen Adviesgesprek BaliegesprekIntakegesprekInterviewTelefoongesprek
(niet als categorie benoemd in het referentiekader)
Zaken regelen Klachtgesprek Conflictgesprek Slechtnieuwsgesprek
Spreken Een monoloog houden Monoloog houden Verhaal Presentatie
Schrijven Correspondentie Corresponderen AanmaningBetalingsherinneringE-mailEnveloppeFormele briefKlachtenbriefReactie op een terechte klachtReactie op een onterechte klachtUitnodigingVerkoopbriefVerzoek om informatieVerzoek om medewerking
Formulieren invullen, berichten, advertenties en aantekeningen
Formulieren, berichten en dergelijke
FormulierenE-mail met instructie(Personeels)advertentieAantekeningen bij een les of presentatie
Verslagen, werkstukken,samenvattingen, artikelen
Verslagen en dergelijke GespreksverslagActielijstNotulen
Aanvullend is er de module Generiek, die gebruikmaakt van voorbeelden uit een algemene burgerschapscontext. Deze module is bedoeld voor opleidingen die geen aansluiting hebben bij de bovengenoemde domeinen.
De twee modules Solliciteren en Functioneren brengen spreek- en schrijfopdrachten bij elkaar die logisch op elkaar volgen en vaak in samenhang worden onderwezen, bijvoorbeeld: zoeken van een vacature, schrijven van een sollicitatiebrief en voeren van een sollicitatiegesprek. Deze
15Taalblokken Nederlands | Algemene docentenhandleiding
modules komen in de loop van 2015-2016 beschikbaar:
Schrijven / gesprekken voeren
Solliciteren SollicitatiebriefSollicitatiegesprekCurriculum Vitae
Schrijven / Gesprekken voeren
Functioneren BeoordelingsgesprekConflictgesprekFunctioneringsgesprekReflectiegesprek(Stage)verslagVoortgangsgesprekGespreksvaardigheden
De modules zijn ontwikkeld en geschreven samen met auteurs die in het mbo werken of gewerkt hebben in het domein waarvoor zij schrijven. Dit levert opdrachten op die aansluiten bij de beroepspraktijk in een bepaald domein. De films die gebruikt worden als voorbeeldmateriaal zijn deels opgenomen met medewerking van studenten die gevorderd zijn in hun vak. Deze opnames zijn herkenbaar voor de studenten, maar niet perfect. In de vraagstelling worden de studenten gewezen op eventuele tekortkomingen.
De modules productieve vaardigheden zijn volgens hetzelfde didactische concept vormgegeven als TB NE. De opbouw van alle modules is hetzelfde. Elke module start met het activeren van voorkennis en het geven van praktijkvoorbeelden. De lessen van de modules werken naar de eindopdracht toe, in de volgende stappen:
• Voorkennis en voorbeelden. Dit onderdeel activeert de voorkennis van de student en maakt gebruik van voorbeelden van schrijfproducten en video’s uit het betreffende beroepsdomein.
• Theorie. In dit onderdeel is steeds een stappenplan opgenomen om aan te geven hoe de student de samenwerkingsopdracht kan voorbereiden, uitvoeren en evalueren. Dit stappenplan komt ook terug in elke samenwerkingsopdracht.
• Theorietoets. In dit onderdeel krijgen studenten de gelegenheid om te controleren of ze de theorie achter de producten beheersen. De toets is bedoeld als een reflectiemiddel en zeker niet als summatieve toets.
• Samenwerkingsopdrachten. Dit zijn de opdrachten die afgerond moet worden na de theorietoets. De docent krijgt de beschikking over checklists en observatieformulieren om uit te delen, zodat de studenten zelf hun feedback kunnen organiseren.
• Eindopdracht. De student past hier toe wat hij in de voorgaande lessen heeft geleerd. De eindopdracht kan worden ingezet als summatieve toets en / of als product in een taalportfolio. De eindopdracht kan ook worden ingezet als instellingsexamen. Bij de eindopdracht zit het beoordelingsmodel van Cito / CINOP voor schrijven, spreken of gesprekken voeren op 2F of 3F. Natuurlijk kan hiervoor ook het beoordelingsmodel gebruikt worden dat op het eigen ROC gehanteerd wordt. Zie voor meer informatie de site van Steunpunt taal en rekenen.
16 Taalblokken Nederlands | Algemene docentenhandleiding
Doelgroep, doel, niveauStudenten maken in principe gebruik van één module, namelijk die van het domein waarin zij de opleiding volgen. Daarbij is er de keuze uit 2F en 3F. Alleen als de aangeboden domeinen niet overeenkomen met wat de opleiding van een student vraagt, is er de generieke module. Deze is ook geschikt als de productieve vaardigheden geheel buiten de beroepscontext worden aangeboden, bijvoorbeeld als studenten uit verschillende opleidingen bij elkaar zitten.
Behalve om te leren kan materiaal uit de modules worden ingezet als examenmateriaal voor het schoolexamen. Het schoolexamen Nederlands (SE) telt mee voor 50% van het eindcijfer Nederlands, generiek. Bij de schoolexamens gaat het om de vaardigheden Spreken, Gesprekken voeren en Schrijven, op de niveaus 2F en 3F. De school bepaalt de inhoud en wijze waarop deze examens worden afgenomen, gegeven het toetsingskader van de inspectie.
De eindopdrachten van de modules in TB NE zijn geïnspireerd op het kwalificatiedossier van het betreffende domein. Deze eindopdrachten kan de docent aan studenten verstrekken. Voor de docent zijn beoordelingsformulieren beschikbaar als kopieerbladen. Het betreft hier de beoordelingsformulieren van Cito / Cinop, die zijn gepubliceerd door het Steunpunt Taal en Rekenen mbo. In TB NE zijn per eindopdracht de toetsspecifieke kenmerken ingevuld met relevante beoordelingsaspecten, zodat er weinig bewerking nodig is om deze opdrachten als examen te laten vaststellen. Ook kunnen de uitwerkingen in een taalportfolio als bewijsstuk worden geplaatst als basis voor een criteriumgericht interview. De opdrachten zijn geschreven op niveau 2F en 3F. Eindopdrachten en beoordelingsformulieren vindt u online op Taalblokken / Ondersteuning.
2.4.6 De bibliotheek
De bibliotheek is bedoeld voor alle studenten. In de bibliotheek kunnen studenten alle video- en audiofragmenten, tekstsoorten en gesprekssituaties terugvinden die ze in de lessen tegengekomen zijn. De aard van de theorie is enerzijds gericht op tekstkenmerken en het tonen van goede voorbeelden, anderzijds is de informatie gericht op de adequate aanpak van taaltaken, kortweg strategieën.
17Taalblokken Nederlands | Algemene docentenhandleiding
3 Didactische principes
3.1 Inleiding
Taalblokken Nederlands is een rijke taalmethode met veel onderdelen. De methode is gebaseerd op de volgende didactische principes:
• van receptief naar productief • functionele taalvaardigheid • van voorbeelden naar algemeen toepasbare kennis • cyclische ordening • woorden schat staat centraal
3.2 Van receptief naar productief
De meeste taalmethodes gaan uit van het principe van receptie vóór productie. Kijken, luisteren, leren en begrijpen vormen de basis voor het leren van een taal. De productieve toepassing van het geleerde door middel van schrijven en spreken volgt later. In Taalblokken Nederlands wordt dit principe ook toegepast.
3.3 Functionele taalvaardigheid
Taalblokken richt zich op functionele taalvaardigheid. Daaronder wordt verstaan: het kunnen uitvoeren van reële communicatieve taken in authentieke situaties. Een communicatieve taak is een opdracht die gericht is op het interpreteren en / of overbrengen van een boodschap. De begrippen reëel en authentiek geven aan dat zowel de taak als de situatie waarin de taak uitgevoerd moet worden, levensecht, herkenbaar en relevant moeten zijn voor de student. Het gaat er dus om dat de mbo-student kan functioneren in allerlei relevante situaties waarin Nederlands gesproken of geschreven wordt, bijvoorbeeld als hij in gesprek moet met collega’s of klanten.
Taalblokken Nederlands wil ook voldoende bouwstenen aanbieden om de student in staat te stellen stage te gaan lopen of in de maatschappij te gaan functioneren. Daarom bieden we theorie en oefeningen, waarbij we staan voor echt communicatieonderwijs. De focus ligt op taalverzorging, maar zeker ook op adequate, doel- en publieksgerichte communicatie. Het gaat dus enerzijds om strategische kennis (Hoe lees ik een tekst? Hoe werk ik aan een goede brief?) en anderzijds om correcte eindproducten. Ter ondersteuning hiervan bieden we goede voorbeelden en ideale tekst- en gespreksmodellen.
3.4 Van voorbeelden naar algemeen toepasbare
kennis
Mbo-studenten zijn praktisch ingesteld. Zij leren al doende. Daarom begint Taalblokken Nederlands ieder onderdeel, zowel bij de bouwstenen als bij de modules, met voorbeelden en ervaring die de studenten al hebben opgedaan bij eerdere stages / werkzaamheden. Daarna volgt een beschrijving van de theorie. Na oefening zijn er steeds korte controles in de vorm
18 Taalblokken Nederlands | Algemene docentenhandleiding
van korte toetsen. Bij de modules wordt via samenwerkingsopdrachten toegewerkt naar een eindopdracht op examenniveau, waarin de kennis moet zijn ingeslepen.
3.5 Cyclische ordening
Een ander kenmerk van Taalblokken Nederlands is de cyclische ordening. Regelmatig komen verschillende onderwerpen in steeds complexere vormen terug. In alle onderdelen is het Referentiekader de basis voor het ontwerp. Terugkerende onderwerpen zijn bijvoorbeeld: oriëntatie op tekstsoort, hoofd- en bijzaken en achterliggende bedoeling. Uiteraard in opklimmende moeilijkheidsgraad. Er is veel aandacht besteed aan de keuze van gevarieerde inhoudelijke thema’s, aansprekende bronnen en authentieke beroepssituaties.
3.6 Woorden schat
De woorden schat van studenten in het mbo op niveau 2F is beperkt. Dit geldt niet alleen voor allochtone, maar ook voor autochtone studenten. 24% van de leerlingen in vmbo basis / kader is niet in staat zelfstandig studieboeken te lezen. Bij doorstroming naar het mbo levert dit problemen op. Ruim 50% van de mbo-studenten heeft bij de start in het mbo een onvoldoende woorden schat als het gaat om alledaagse woorden en schooltaalwoorden. Dit is van invloed op lees- en luistervaardigheid en op gespreksvaardigheid. Denk daarbij aan het begrijpen van studieteksten en mondelinge instructies en aan het voeren van gesprekken met docenten op school of in de stage met collega’s en klanten. Ook het gemak bij het leren van nieuwe woorden hangt af van het aantal woorden dat de student al kent. In het Leerwerkboek 2F besteden we daarom veel aandacht aan het vergroten van de woorden schat van de student en aan het aanleren van strategieën om de betekenis van woorden te herleiden.
Hieronder geven we eerst aan op welke manier we aandacht besteden aan woorden schat in het Leerwerkboek. Daarna volgen enkele tips voor het oefenen met nieuwe woorden en strategieën. In de Handleiding Leerwerkboek 2F vindt u ook diverse tips voor het oefenen met nieuwe woorden.
3.6.1 Woorden schat in het Leerwerkboek
In het Leerwerkboek staat in de hoofdstukken 1 tot en met 9 bij vrijwel elke lees- en luisterbron een selectie van woorden. Deze selectie is gebaseerd op de H&H-lijst van Hazenberg en Hulstijn. In deze lijst staan ruim 10.000 Nederlandse woorden, van hoge naar lage frequentie. De eerste 2000 woorden van deze lijst zijn hoogfrequent. De laatste 5000 woorden zijn laagfrequent. Bij de selectie per bron in het Leerwerkboek zijn we uitgegaan van de 3000 woorden uit de lijst waarvan de frequentie tussen deze twee uitersten zit. We hebben uit elke bron de woorden gehaald die deel uitmaken van die serie van 3000. Dat leidde tot een serie van gemiddeld 75 woorden per hoofdstuk en een totaal van 650, verspreid over de hoofdstukken.
De woordbetekenis wordt receptief geoefend in de opdrachten bij de lees- en luisterbronnen en productief bij de opdrachten schrijven, spreken en gesprekken voeren. Een deel van de woorden bij de lees- en luisterbronnen wordt ook geoefend in de bijbehorende digitale woorden schatlessen.
19Taalblokken Nederlands | Algemene docentenhandleiding
3.6.2 Woordbetekenis herleiden
Naast de selectie van woorden in elk hoofdstuk wordt er in de lees- en luisterparagrafen ook een aantal strategieën aangeboden om de betekenis van een woord te achterhalen. De volgende strategieën komen aan bod:
• betekenis afleiden uit de context (deze strategie wordt geïntroduceerd in hoofdstuk 1) • betekenis afleiden uit woordvorm (deze strategie wordt geïntroduceerd in hoofdstuk 2) • woordenboekgebruik (deze strategie wordt geïntroduceerd in hoofdstuk 3)
Deze strategieën worden gepresenteerd in opdrachten bij de lees- en luisterbronnen. De strategieën worden deels geoefend met woorden uit de selectie die boven elke lees- en luisterbron staat en deels aan de hand van laagfrequente woorden die verder in de bronnen voorkomen. Studenten moeten erop worden gewezen dat ze deze strategieën ook kunnen inzetten bij het lezen van vak- en studieteksten van de opleiding.
3.6.3 Een woordenschrift maken
De student kan de selectie van woorden die bij een bron in het Leerwerkboek worden aangeboden, overnemen in een woordenschrift met de volgende kolommen: woord, verbuiging / vervoeging, betekenis, synoniem, tegenstelling, voorbeeldzin. De student kan dan aan de hand van het woordenschrift blijven oefenen met de nieuwe woorden. De opdracht om het woordenschrift in te vullen kan als huiswerk worden meegegeven, maar het verdient aanbeveling om in het eerste hoofdstuk dit woordenschrift klassikaal in te vullen en te bespreken.
3.6.4 Woorden schat TB NE Online
Aan de lessen Extra Lezen en Extra Luisteren zijn woorden schatoefeningen toegevoegd. Deze oefeningen betreffen de woorden uit de bronnen van de les ervoor, geselecteerd volgens de hierboven genoemde H&H-lijst van meest frequente woorden.
20 Taalblokken Nederlands | Algemene docentenhandleiding
4 Rollen en organisatie
4.1 Inleiding
Onderwijs komt tot stand door de samenwerking en wisselwerking van een aantal onderdelen die invloed hebben op de kwaliteit van het onderwijs. Meestal worden de volgende onderdelen onderscheiden:
• curriculum en einddoelen • didactiek • leerinhouden • leertechnologie • docenten en studenten • leerlandschap
De onderdelen curriculum en einddoelen, didactiek (hoofdstuk 3) en leerinhouden (hoofdstuk 2) zijn in deze handleiding al uitvoerig aan bod gekomen. Anders is dat met de rol en organisatie van de leertechnologie en de rol van docent en student in het hele leerproces. Daarover gaat dit hoofdstuk.
4.2 Leertechnologie
Leertechnologie wordt door de Association for Educational Communications and Technology als volgt gedefinieerd: ‘Educational technology is the study and ethical practice of facilitating learning and improving performance by creating, using, and managing appropriate technological processes and resources.’3
Voor het gebruik van leertechnologie bestaan er veel keuzemogelijkheden. In deze paragraaf bekijken we in hoeverre u de technologische mogelijkheden van TB NE kunt gebruiken in uw lessen. De volgende kenmerken worden er aangegeven:
• gedistribueerd & contingu • gestuurd & zelfgestuurd • op school & elders • veel & minder ict • samenwerkend & individueel • synchroon & asynchroon4
Veel van deze kenmerken overlappen elkaar. Kenmerkend is echter wel dat TB NE nagenoeg alles hiervan mogelijk maakt. Zo is het mogelijk de methode op nagenoeg alle mogelijkheden in te zetten. Gedistribueerd, zelfgestuurd, elders, individueel en asynchroon door bijvoorbeeld een onlineles van TB NE door een student in zijn eigen tijd, zelfstandig en thuis te laten doorwerken. Hierdoor heeft u alle tijd om de daadwerkelijke onderwijstijd te gebruiken voor het werken aan de productieve vaardigheden van de studenten. Ook kunt u uw studenten zowel via de e-learning als met behulp van het boek de les thuis, in hun eigen tijd laten voorbereiden, zodat u vervolgens in uw klassikale les de tijd heeft om de lees- of luistervaardigheid na te bespreken.
U kunt ook peilingen houden om te zien welke bepaalde vaardigheden nogmaals aan bod moeten komen. Handige technologische hulpmiddelen daarbij zijn de gratis beschikbare tools.
21Taalblokken Nederlands | Algemene docentenhandleiding
Denk aan GoSoapBox, Mentimeter, Socrative, Poll Everywhere of Shakespeak. U kunt deze tools gebruiken om een overzicht te krijgen van de onderdelen waar uw studenten nog problemen mee hebben, maar ook om discussies op gang te brengen of meningen te peilen.
4.3 De rol van de docent
De al eerder geciteerde John Hattie heeft in zijn boek De impact van leren zichtbaar maken5
meta-analyses van meer dan 50.000 studies samengevat en er een succesbarometer uit samengesteld van wat het beste werkt in het onderwijs. Het is ondoenlijk om dit hier kort samen te vatten. Wie wil weten wat de belangrijkste invloeden zijn die het leren van studenten beïnvloeden en een verklaring hiervoor zoeken, verwijzen we naar het boek dat een absolute must is voor iedereen die op welke manier dan ook bij onderwijs betrokken is. Binnen een zestal domeinen (de leerling, het gezin, de school, de curricula, de leraar, het didactisch handelen van de leraar) geeft Hattie aan wat het effect is van de diverse beïnvloedende factoren. Het feit dat voor de leraar en zijn didactisch handelen drie hoofdstukken zijn uitgetrokken zegt al genoeg.
De allerbelangrijkste boodschap in dit boek is dat wat leraren doen nagenoeg het belangrijkste is, maar ook dat zij op belangrijke punten van elkaar kunnen verschillen waardoor je zou kunnen spreken van goede en slechte leraren met eenzelfde invloed op het leren. Kortom: alleen leraren die lesgeven ‘met voldoende uitdagende curricula, die leerlingen aanleren hoe ze moeten denken en strategisch omgaan met de curricula, maken het verschil.’
4.3.1 Instructie
Lesgeven vraagt weloverwogen tussenkomsten om cognitieve verandering bij leerlingen te realiseren. De belangrijkste ingrediënten van dit lesgeven zijn:
• De leerdoelen kennen. • Weten wanneer een leerling deze leerdoelen bereikt. • Inzicht hebben in de manier waarop een leerling taken uitvoert en begrijpt waarmee hij
bezig is. • Een gedegen kennis hebben van de leerinhouden om leerlingen op een zinvolle manier uit
te dagen en om deze inhouden geleidelijk verder uit te diepen.
De rol van de docent is om studenten doelgericht te laten werken, wat begint met hen te informeren en enthousiasmeren. De docent kan met de leerlijnen (zie het overzicht achterin) lesplanners ontwikkelen of hulpmaterialen inzetten, zoals de feedbackformulieren. De docent zorgt ook voor toepassing en interactie, onder meer door de bronnen tot leven te brengen, bijvoorbeeld door deze te laten voorlezen of te laten zien met een beamer. Studenten leren veel van elkaar, maar daartoe moet de docent ze wel aanzetten. Uiteraard is adequate feedback van belang.
4.3.2 Klassikaal leren
Om de bouwstenen te leren is een klassikale aanpak de meest krachtige vorm, zeker voor studenten van niveau 1, 2 en 3. Structuur is voor deze studenten immers essentieel, zonder afleidende zaken als Facebook en YouTube. In deze situatie is het boek praktisch. Samenwerkingsopdrachten in tweetallen of soms in kleine groepjes maken dat studenten van elkaar leren. De docent is aanwezig om de theorie toe te lichten en antwoorden te bespreken. Vervolgens kunnen studenten eindtoetsen afleggen om het bewijs te leveren van hun kunnen.
22 Taalblokken Nederlands | Algemene docentenhandleiding
Voor de productieve vaardigheden zijn de TB NE Online modules beschikbaar. Een klassikale setting ligt voor de hand, omdat samenwerkingsopdrachten een belangrijke rol spelen. De docent verschaft daarbij hand-outs in de vorm van kopieerbladen. Aan het einde van een module kan er een eindopdracht als summatieve toets worden afgenomen. Een andere optie is om de eindopdracht te gebruiken als schoolexamen. De docent beschikt ook hier over kopieerbladen en beoordelingsformulieren.
4.3.3 Individueel leren
Het boek heeft veel voordelen, maar het is ook mogelijk om alleen met TB NE Online te werken. Wanneer het gaat om individuele vrijstellingen, extra oefening of verschillende niveaus, dan biedt TB NE Online veel voordelen. TB NE Online ondersteunt zowel een klassikale als een persoonlijke leerroute. De keuze bepaalt de docent door te differentiëren via de persoonlijke leerroute.
De nulmetingen bouwstenen 2F of 3F hebben naast een niveaubepaling als doel de persoonlijke leerroute te faciliteren. Wat iemand blijkens de nulmeting al weet en kan, wordt standaard niet aangeboden. Voor een plaatsingsadvies voor de niveaukeuze 1F, 2F of 3F zijn ook andere instrumenten mogelijk, zoals een advies van de vorige opleiding, een TOA-toets of een eindtoets in Taalblokken Nederlands. En ook de eindtoets Lezen 2F en Luisteren 2F kan gebruikt worden om te bepalen of iemand klaar is voor 3F.
4.3.4 Klassikaal en individueel leren
Afwisseling van werkvormen en een activerende didactiek zorgen voor het beste leerrendement. Het volgende is namelijk allemaal waar. Studenten krijgen graag een korte instructie. Tegelijkertijd ervaren we dat studenten graag achter de computer gericht aan eigen oefeningen werken. Daarnaast vinden ze het prettig om te zien dat ze vrijstelling krijgen voor de kennis en vaardigheden die zij al beheersen. Bovendien leren studenten van elkaar. Dit blijkt ook uit onderzoek: ‘Klasgenoten hebben invloed op het leren met helpen, uitleggen, vrienden zijn, feedback geven en zorgen ervoor dat de klas of school een plek is waar leerlingen elke dag willen komen’ (John Hattie in Leren zichtbaar maken (2014), Nederlandse vertaling, p. 107 e.v.). De volgende werkwijze is dan ook effectief, voor alle niveaus:
• korte instructie door de docent (10 minuten) • individueel of in tweetallen werken aan opdrachten in het boek (10 minuten) • bespreking van opdrachten (10 minuten) • tussentoets of toets tb ne online (10-30 minuten) • zelfstandig werken aan oefeningen TB NE Online
Samenwerkend leren in projectvorm is geschikt voor de hogere niveaus of als studenten zelfstandig kunnen werken. De opdracht kan zijn: maak met je telefoon een filmpje van een vakgesprek en presenteer het resultaat voor de klas. Gebruik TB NE voor achtergrondinformatie en observatieformulieren. Of nog meer uitgewerkt:
• Bestudeer de theorie van adviesgesprekken in TB NE in de bibliotheek of de module. • Schrijf een script voor een adviesgesprek voor jouw vak. • Voer het adviesgesprek en neem dit op met je telefoon. • Bewerk de film en toon deze voor de klas. • Geef feedback met het observatieformulier Reflectie adviesgesprek uit de theorie van de
Module Informatie uitwisselen.
4.3.5 Feedback
Goede feedback dient de kloof te dichten tussen waar iemand is en waar hij moet komen. Feedback moet worden gevoed door fouten, die dus kansen op verbetering zijn (John Hattie
23Taalblokken Nederlands | Algemene docentenhandleiding
(2014)). In algemene zin kan feedback gericht zijn op de volgende aspecten:
• de taak: werk je op tijd, volgens de opdracht en zijn je antwoorden goed? • het proces: gebruik je de juiste strategie? • de zelfstandigheid : weet je je fouten te verbeteren?
Hier zijn de productieve opdrachten uit het boek en in het online leren bij de modules krachtige hulpmiddelen bij. Voor de modules zijn diverse feedbackformulieren beschikbaar, zodat ook studenten elkaar kunnen ondersteunen. Ook is de theorie die verwerkt is in alle leermiddelen van TB NE - en die ook deels terug te vinden is in de bibliotheek - van belang bij de ‘zelfregulatie’ (John Hattie (2014)). In deze onderdelen vindt de student modellen en voorbeelden van goede taaluitingen.
Concreet helpt TB NE de docent bij het geven van feedback op de volgende manieren:
• Online kan de docent de juiste antwoorden zien door deze ‘Aan’ te zetten. • In het antwoordenboek bij het Leerwerkboek staan de uitwerkingen en juiste antwoorden. • In de docentenhandleidingen 2F en 3F staan antwoorden op open opdrachten. • In de docentenhandleidingen 2F en 3F staan didactische tips. • Online onder Ondersteuning zitten kopieerbladen voor peerfeedback.
TB NE Online geeft de studenten automatisch feedback. Dit gebeurt op twee manieren:
• Bij een fout antwoord volgt een tweede en derde kans. • Overzichten tonen met sterren het kwaliteitsniveau van leren (drie sterren is ‘bijna alles
in één keer goed’; twee sterren betekent ‘soms hulp nodig’; één ster betekent ‘vaak hulp nodig’).
Studenten kunnen ook elkaar feedback geven met kopieerbladen die de docent verstrekt. De leerlijnen en opdrachten bepalen het tempo en de volgorde van het leren. De docent moet zowel bij feedback als bij de leerlijnen oog hebben voor de al dan niet gebruikte strategieën: leest de student de opdracht goed? Werkt de student efficiënt? Controleert de student zijn werk? Daarbij is de theorie over strategieën van belang. En tot slot: weet de student betrouwbare bronnen te vinden om zijn opdrachten te maken? Oriëntatie op de bibliotheek is daarbij van belang.
4.4 De rol van de student
Natuurlijk is het niet alleen de docent die bepaalt of er geleerd wordt of niet. Uiteindelijk is het de student die zal moeten leren en faciliteert al het andere alleen maar. De mbo-student brengt voorkennis mee naar school en op basis van zijn vmbo-opleiding verwachten we een bepaald kennis- en toepassingsniveau op het gebied van het Nederlands. De student komt zelf ook binnen met een bepaald verwachtingspatroon. Deze verwachtingen zullen in eerste instantie niet bij vakken als Nederlands, Engels of rekenen liggen. In veel gevallen heeft hij meer of minder bewust gekozen voor zijn of haar mogelijke beroep in de toekomst. Voor taaldocenten is het belangrijk om de samenhang van het toekomstige beroep en zijn taalvaardigheden meteen duidelijk te maken. Zonder uitdagende doelen en leerintenties is de kans op leersucces een stuk kleiner.
De grootste invloeden die een leerling volgens Hattie meebrengt naar school zijn zijn eerdere prestaties en - nog belangrijker - de eigen verwachtingen over zijn eigen prestaties. Kansen voor de school om het leerproces te beïnvloeden zijn:
• motivatie en betrokkenheid • imagowinst die een leerling kan halen uit het leren
24 Taalblokken Nederlands | Algemene docentenhandleiding
• succes verklaren door eigen inspanningen • een positieve houding ten opzichte van leren
Een goed handvat en nuttige tips om hieraan te werken zijn te vinden in het boek Motivatie binnenstebuiten.6 Hieronder vindt u de tien belangrijkste, praktische inzichten uit dit boek op een rijtje:
1 INTRINSIEKE MOTIVATIE KUN JE NIET BEÏNVLOEDEN
Staar je niet blind op intrinsieke motivatie. De drive die iemand vanuit zichzelf heeft om iets te doen, kun je niet van buitenaf opleggen. Wel kun je voorwaarden creëren, zoals ruimte bieden voor eigen interesses en initiatief waardoor intrinsieke motivatie niet verdwijnt.
2 REALISEER JE JE INVLOED
Docenten hebben een grote impact op de extrinsieke motivatie van jongeren, maar zijn zich hier niet altijd bewust van. Realiseer je dat de manier waarop je over een leerling denkt, doorwerkt in de wijze waarop je hem of haar benadert en dat dit bepalend is voor de motivatie van die leerling. Een positieve blik geeft positieve energie: wees verwachtingsvol!
3 HELP JONGEREN HUN MOTIVATIE TE ONTDEKKEN
Als docent heb je een brede vakkennis, maar ben je ook bereid te delen wat jou inspireert? Gebruik je enthousiasme voor je vak om leerlingen te laten ontdekken wat zij leuk vinden. Jongeren willen juist op een meer gelijkwaardig niveau over een vak praten. Denk dus bewust na over hoe je jouw passie voor je vak kunt overbrengen.
4 LAAT JONGEREN ERVAREN DAT ZE GROEIEN
Ergens beter in worden werkt motiverend. Laat jongeren ervaren dat ze vooruitgaan en leer ze analyseren hoe ze het snelst vooruitkomen. Laat ze vaker reflecteren op hun leerstrategie en zorg dat ze regelmatig succes kunnen ervaren.
5 GEEF KEUZES EN RUIMTE
Differentieer: daag jongeren uit op hun niveau. Bouw competitie-elementen in.
6 ZORG VOOR VERBINDING
Realiseer je het belang van een goede relatie met je leerlingen. Jongeren willen vooral gezien worden als individu, zodat ze zich gewaardeerd voelen. Investeer bewust in een goed contact: ken hun namen, weet wat ze bezighoudt.
7 STIMULEER EEN GROEIMINDSET
Benadruk steeds weer het belang van oefenen, in combinatie met bewuste leerstrategieën. Door gericht aan de slag te gaan word je beter en verhoog je je zelfeffectiviteit. Jongeren hebben hun eigen groei voor een groot deel zelf in de hand.
8 BIED PRAKTIJKERVARINGEN
Jongeren willen leren hoe de echte wereld in elkaar steekt en raken sneller gemotiveerd voor opdrachten uit de praktijk dan louter theorie.
9 KEN DE DROMEN EN INTERESSES VAN JE LEERLINGEN
Als je weet waar je leerlingen voor gáán en waar hun interesses en passies liggen, kun je ze veel beter begeleiden.
10 LEREN HOEFT NIET ALTIJD LEUK TE ZIJN
Sommige dingen moeten nu eenmaal. Benoem dit en stimuleer om door te zetten. Hoe beter iemand weet waarom hij iets doet, des te groter de taakwaarde wordt. Daar staat tegenover dat het voor jongeren leerzaam is om bepaalde dingen gewoon maar te doen.
25Taalblokken Nederlands | Algemene docentenhandleiding
Wat is nu voor de student het belangrijkst?
• openstaan voor ervaringen • bereid zijn om te investeren in leren • intellectuele betrokkenheid
4.4.1 Niveau 2-3-studenten
Niveau 2-3-studenten hebben meer nog dan andere studenten behoefte aan structuur en afwisseling. Zoeken naar de juiste opdracht, zelfstandig werken en werken in groepjes zijn voor hen vaak lastige zaken. De volgende werkwijze is effectief:
• docentinstructie (10 minuten) • individueel of in tweetallen werken aan opdrachten in het boek (10 minuten) • bespreking opdrachten (10 minuten) • tussentoets of onlinetoets (10-30 minuten) • zelfstandig werken aan de onlineoefeningen
4.4.2 Niveau 4-studenten
Voor niveau 4-studenten geldt dat zij redelijk zelfstandig kunnen werken. Huiswerk om te versnellen is bij gemotiveerde studenten een zinvolle optie. Ook de persoonlijke leerroute is aantrekkelijk voor deze groep, omdat deze studenten zien dat hun voorkennis ertoe doet. Samenwerkend leren wordt bevorderd door te werken met de groepsopdrachten en de modules, waarbij gedurende verschillende lessen aan hetzelfde product wordt gewerkt. Denk daarbij aan een filmpje maken met de eigen telefoon van bijvoorbeeld een adviesgesprek voor het eigen vak. Studenten schrijven bijvoorbeeld eerst een script, bestuderen daarbij onder meer de theorie van adviesgesprekken in en maken vervolgens opnames. Deze moeten worden bewerkt en uiteindelijk worden getoond voor de klas.
4.5 Onderwijsvisie van de school
Veel scholen werken in twee jaar naar de centrale examens en de schoolexamens toe. Uiteraard zijn er veel verschillen, mede bepaald door de onderwijsvisie van de school en de wijze waarop het onderwijs is georganiseerd. TB NE ondersteunt alle variaties:
• De school geeft studenten vrijheid. TB NE biedt persoonlijke leerroutes op basis van 0-metingen.
• De school laat studenten zelfstandig op hun eigen niveau werken. Er zijn twee niveaus: 2F en 3F, zowel in het Leerwerkboek als in TB NE Online.
• De school werkt klassikaal, gedifferentieerd. • De school werkt geclusterd op beginniveau. • De school hanteert leerlijnen per vaardigheid. Er is een Excel-tool Leerlijnen TB NE (Online
beschikbaar onder Ondersteuning - docentenmateriaal) om leerlijnen te maken van alleen lees-, luister-, schrijf- en spreekopdrachten. In de bijlage staan de volgende generieke leerlijnen: Lezen 2F en 3F, Luisteren 2F en 3F, Schrijven 2F en 3F, Spreken / Gesprekken 2F en 3F.
• De school werkt vanuit generieke contexten, bijvoorbeeld in combinatie met het vak Loopbaan en Burgerschap.
• De school werkt vanuit de beroepscontext, waarbij productieve vaardigheden centraal staan.
Er is ook een combinatie van bovengenoemde variaties denkbaar. Bijvoorbeeld ter ondersteuning van de veel voorkomende ‘drieslag taal’. Dit is een door Tibba Bolle ontwikkeld organisatiemodel, waarbij het hele onderwijsteam gezamenlijk verantwoordelijk is voor
26 Taalblokken Nederlands | Algemene docentenhandleiding
de inzet van taal(didactiek). Behalve lessen Nederlands wordt taal hier bevorderd in de beroepscontext, in de vaklessen en op stage. Voor studenten met specifieke taalproblemen zijn er remediërende lessen.
TB NE volgt deze drieslag door inzet van:
• Lessen Nederlands: bouwstenen, Grammatica, Spelling en extra lessen Lezen en Luisteren (basistaalvaardigheden, niet-beroepsspecifiek);
• Taal in beroepscontext: modules productieve vaardigheden (beroepspecifiek); • Remediëring: extra woorden schatlessen. Voor studenten met dyslexie is het mogelijk om de
teksten te laten voorlezen met de optie ‘Lees voor’ bij iedere leesbron. Voor studenten die hiernaast gebaat zijn met extra oefeningen woorden schat op 1F / 2F-niveau is er de TB NE Online methode Springstof, waarvoor een aparte licentie kan worden aangeschaft.
27Taalblokken Nederlands | Algemene docentenhandleiding
5 Leerlijnen en leerroutes
5.1 Generieke leerlijn
Veel scholen kiezen voor nadruk op een generieke leerlijn. Om organisatorische redenen wordt deze vaak los van het beroep aangeboden. Zo wordt stevig gekoerst op het centrale examen met de receptieve vaardigheden lezen en luisteren. Ook de productieve vaardigheden kunnen deel uitmaken van de generieke leerlijn. TB NE heeft bij de modules een generiek domein bij alle subvaardigheden.
In TB NE zijn generiek:
• Bouwstenen gericht op Lezen en Luisteren • Extra lessen Lezen en Luisteren • Eindtoetsen en examentraining • Spelling en Grammatica
Generiek zonder modulesHet is mogelijk om te volstaan met de bouwstenen. Het Leerwerkboek en TB NE Online bevatten bij de behandeling van de bouwstenen óók schrijf- en spreekopdrachten. Er is dan nog wel aandacht nodig voor de beroepsspecifieke vaardigheden.
5.2 Beroepsspecifieke leerlijn
Veel scholen kiezen ervoor om de productieve vaardigheden schrijven, spreken en gesprekken voeren aan te bieden in de beroepscontext. In de ideale situatie maken lees- en luisteropdrachten ook deel uit van de lessen. Om optimaal voorbereid te zijn op het centraal examen Lezen en Luisteren, verdient het de voorkeur te beginnen met de bouwstenen. Met kennis van de bouwstenen worden de modules met productieve vaardigheden effectiever verwerkt. Om tijd te winnen kan gekozen worden voor de persoonlijke leerroute op basis van de nulmeting bouwstenen. Nog meer tijd kan worden gewonnen door de productieve opdrachten in het bouwstenengedeelte over te slaan. Vervolgens wordt overgeschakeld op de modules.
Beroepsspecifieke modulesHet is mogelijk een programma in te richten vanuit de beroepscontext. Dat kan door aan te sluiten op wat in kerntaken van het vak wordt gevraagd. Stel, er vindt een klantgesprek plaats, dan is het zinvol om de module Informatie uitwisselen aan te bieden. Of het is van belang dat studenten leren overleggen: geef de module Overleg voeren een centrale plaats. De theorie bij iedere module is beschikbaar in het onderdeel ‘Theorie’ of via de bibliotheek.
5.3 Persoonlijke of klassikale leerroute
Bij gebruik van het Leerwerkboek ligt de klassikale leerroute voor de hand. TB NE Online biedt zowel een klassikale als een persoonlijke leerroute. De keuze bepaalt de docent bij Differentiëren in het menu Instellingen. Wanneer gekozen wordt voor een leerarrangement volgens klassieke vaardigheden (lezen, luisteren, spreken, gesprekken voeren en schrijven), dan is een document vereist met een studiewijzer, waarin staat welke opdrachten in welke volgorde moeten worden gemaakt.
28 Taalblokken Nederlands | Algemene docentenhandleiding
5.4 Leerlijn per vaardigheid
De leerlijn kan opgezet worden door achtereenvolgens lessen aan te bieden per subvaardigheid. Zo zijn veel lesmethodes modulair opgezet: eerst lezen, dan luisteren, vervolgens achtereenvolgens gesprekken, spreken, taalverzorging en schrijven. Taalblokken-1 en -2 waren opgezet volgen dit stramien, waarbij de volgorde wel kon worden gewijzigd. Gebruikers van deze modulaire werkwijze kunnen met TB NE ook uit de voeten, mits er een goede studiewijzer is om studenten te vertellen welke opdrachten ze moeten maken. Via het Excel-tool Leerlijnen TB NE, kunnen dergelijke leerlijnen worden gemaakt.
5.5 Leerlijn Grammatica en Spelling
TB NE biedt TB NE Online afzonderlijke leerlijnen Grammatica en Spelling op 3 niveaus (1F, 2F en 3F). Een praktische werkwijze is:
• TB NE Online instellen op Persoonlijke leerroute. • 0-meting Spelling & Grammatica (bijvoorbeeld 2F) laten maken. • Zelfstandig laten oefenen aan Spelling & Grammatica. • Lastige onderwerpen klassikaal bespreken. • Slothoofdstukken Spelling en Grammatica uit de boeken laten bestuderen. • Eindtoets Grammatica laten maken. • Eindtoets Spelling laten maken.
29Taalblokken Nederlands | Algemene docentenhandleiding
6 Bijlagen: leerroutes
De volgende overzichten staan ook als Excel-file in het docentenbeheer van Taalblokken Nederlands. U kunt ze gebruiken naar eigen inzicht om uw onderwijs te organiseren.
6.1 Generiek 2F: Leerwerkboek / online klassikale route
Dit overzicht bevat alle lesstof van de leerlijn Generiek 2F.
Kolom Aanduiding Omschrijving
1 LM Leermiddel:
ONL BS = Online BouwstenenONL MOD = Online ModulesONL e-LE = Online Extra LezenONL e-LU = Online Extra LuisterenONL ET = Online EindtoetsLWB = leerwerkboek
2 Ref Hierin staat het niveau Referentiekader.
3 VH Hierin staat de vaardigheid:LE =LezenLU = LuisterenSC =SchrijvenSG = Spreken en gesprekken voerenSP =SprekenGV = Gesprekken voerenTT = TussentoetsMV = Meer vaardigheden
4 Hst Hierin staat om welk hoofdstuk (online of in het leerwerkboek) het gaat.
5 Titel Hierin staat de titel van het hoofdstuk.
6 Taak Taakuitvoering volgens het Referentiekader.
7 Kenmerk Kenmerk taakuitvoering volgens het Referentiekader.
LM Ref VH Hst Titel Taak Kenmerk Tekstsoort
LWB 2F LE 1 Tekst soorten Interpreteren Kan de bedoeling van de schrijver verwoorden.
advertentie, artikel, verhaal, verkoopbrief, weerbericht, spoorboekje.
2F LE 1 Tekst soorten Woord gebruik en woorden schat
LWB 2F SC 1 Tekst soorten Afstemming op publiek
Past het Woord gebruik en toon aan het publiek aan.
aantekeningen, artikel, brief
LWB 2F LU 1 Tekst soorten Interpreteren Kan de bedoeling van de spreker(s) of het doel van de makers van een programma verwoorden.
Instructief filmpje, consumenten programma, discussie programma
30 Taalblokken Nederlands | Algemene docentenhandleiding
Bronnen
Bolle, T .(2009) Drieslag taal. Ede: Procesmanagement MBO, 2009.
Bolle, T. en I. van Meelis (2014) Taalbewust beroepsonderwijs. Vijf vuistregels voor effectieve didactiek. Bussum, Coutinho, 2014.
Handreiking Nederlandse taal 2F 3F MBO. Ten behoeve van onderwijs ter voorbereiding op centrale examens, uitgave College voor Examens mbo, Utrecht, december 2014.
Syllabi 2F en 3F: Nederlandse taal referentieniveau. Uitgave College voor Examens mbo, Utrecht, april 2014.
Nelis, H. en Y van Sark (2014) Motivatie binnenstebuiten. Het geheim achter gemotiveerde pubers, enthousiaste leerlingen en gedreven studenten, Kosmos uitgevers, 2014.
Referentiekader Taal en rekenen. De referentieniveaus. Uitgave van het ministerie van OCW, oktober 2009. Ook bekend onder de naam: ‘Meijerink’
PDF-bestanden, beschikbaar als downloads in Taalblokken Nederlands onder Ondersteuning:
Knoppenhandleiding Taalblokken. Voor docenten. Versie 1.0.32.
Boendemaker, H. e.a. Taalblokken. Leerwerkboek Nederlands 2F. Docentenhandleiding. Versie 1.0.
Baalman, M. e.a. Taalblokken. Leerwerkboek Nederlands 3F. Docentenhandleiding. Versie 2.0.
Diverse handleidingen Modules productieve vaardigheden 2F en 3F.
Boendemaker, H. e.a Taalblokken. Antwoordenboek Leerwerkboek 2F.
Baalman, M. e.a Taalblokken. Antwoordenboek Leerwerkboek 3F deel A.
Baalman, M. e.a Taalblokken. Antwoordenboek Leerwerkboek 3F deel B.
Boendemaker, H. & l. Meuldijk Examenhandleiding. 2F Lezen en Luisteren. Handleiding docent.
Van Huijstee, M. & J. van den Hurk Examenhandleiding. 2F Lezen en Luisteren. Handleiding docent.
31Taalblokken Nederlands | Algemene docentenhandleiding
Eindnoten
1 Gerard Westhoff en Alessandra Corda, Wat weten we over ict en het leren van moderne vreemde talen. Zie: http://www.kennisnet.nl/uploads/tx_kncontentelements/ Nr._22_Leren_van_moderne_vreemde_talen.pdf. © Kennisnet, Zoetermeer.
2 Droste, J. Het kiezen van een elektronische leeromgeving: Advies 2003, Cinop, ‘s Hertogenbosch, 2003.
3 Association for Educational Communications and Technology (z.j.) What is educational technology?
Zie: http://etec.hawaii.edu/aboutbackground.html.
4 Rubens, W. (z.j.) Technology enhanced learning: leren versterken mbv ict. Zie: http://www.slideshare.net/wrubens.
5 John Hattie, De impact van Leren zichtbaar maken. Nederlandse vertaling van Visible Learning. Bazalt, 2014.
6 Nelis, Huub en Yvonne van Sark, Motivatie binnenstebuiten. Het geheim achter gemotiveerde pubers, enthousiaste
leerlingen en gedreven studenten. Kosmos Uitgevers, Utrecht/Antwerpen, 2014.
32 Taalblokken Nederlands | Algemene docentenhandleiding
Overzichten
Leerlijnen in schema
Hierna volgt een schematisch overzicht van alle leerlijnen. De in vet weergegeven leerlijnen zijn in detail uitgewerkt in de volgende bijlagen.
Naam leerlijn Route Leermiddel Eindtoets
Generiek 2F: a. Leerwerkboek b. Modules
Klassikale leerroute Leerwerkboek 2F en Modules 2F (generiek)
Lezen, Luisteren, Eindopdrachten Modules 2F
Generiek 3F: a. Leerwerkboek b. Modules
Klassikale leerroute Leerwerkboek 3F en Modules 3F (generiek)
Lezen, Luisteren, Eindopdrachten Modules 3F
Generiek en beroepsgericht 2F
Persoonlijke leerroute op basis van 0-meting Bouw stenen 2F
Modules 2F (domein) en bouwstenen 2F
Lezen, Luisteren, Eindopdrachten Modules 2F
Generiek en beroepsgericht 3F
Persoonlijke leerroute op basis van 0-meting Bouwstenen 3F
Modules 3F (domein) en bouwstenen 3F
Lezen, Luisteren, Eindopdrachten Modules 3F
Generiek Lezen 2F Docent selecteert en beschrijft in eigen studiewijzer
Keuze uit: Leerwerkboek of TB NE Online 2F
Eindtoets Lezen 2F
Generiek Lezen 3F Docent selecteert en beschrijft in eigen studiewijzer
Keuze uit: Leerwerkboek of TB NE Online 3F
Eindtoets Lezen 3F
Generiek Luisteren 2F Docent selecteert en beschrijft in eigen studiewijzer
Keuze uit: Leerwerkboek of TB NE Online 2F
Eindtoets Luisteren 2F
Generiek Luisteren 3F Docent selecteert en beschrijft in eigen studiewijzer
Keuze uit: Leerwerkboek of TB NE Online 3F
Eindtoets Luisteren 3F
Generiek Schrijven 2F Docent selecteert en beschrijft in eigen studiewijzer
Keuze uit: Leerwerkboek of TB NE Online 2F Modules 2F, generiek:1. Corresponderen2. Formulieren etc. 3. Samenvattingen etc.
Eindopdrachten Modules 2F, generiek: 1. Corresponderen2. Formulieren etc. 3. Samenvattingen etc.Eindtoets Schrijven 2F (zie TB NE NE Ondersteuning > Toetsen en beoordelen)
Generiek Schrijven 3F Docent selecteert en beschrijft in eigen studiewijzer
Keuze uit: Leerwerkboek of TB NE Online 3F Modules 3F, generiek:1. Corresponderen2. Formulieren etc. 3. Samenvattingen etc.
Eindopdrachten Modules 3F, generiek: 1. Corresponderen2. Formulieren etc. 3. Samenvattingen etc.Eindtoets Schrijven 3F (zie TB NE NE Ondersteuning > Toetsen en beoordelen)
Generiek Spreken 2F Docent selecteert en beschrijft in eigen studiewijzer
Keuze uit: Leerwerkboek of TB NE Online 2F Modules 2F, generiek: Monoloog houden
Eindopdrachten Modules 2F, generiek: Monoloog houdenEindtoets Spreken 2F (zie TB NE NE Ondersteuning > Toetsen en beoordelen)
Generiek Spreken 3F Docent selecteert en beschrijft in eigen studiewijzer
Keuze uit: Leerwerkboek of TB NE Online 3F Modules 3F, generiek:Monoloog houden
Eindopdrachten Modules 3F, generiek: Monoloog houdenEindtoets Spreken 3F (zie TB NE NE Ondersteuning > Toetsen en beoordelen)
Generiek Gesprekken voeren 2F
Docent selecteert en beschrijft in eigen studiewijzer
Keuze uit: Leerwerkboek of TB NE Online 2F Modules 2F, generiek:1. Overleg voeren2. Informatie uitwisselen3. Zaken regelen
Eindopdrachten Modules 2F, generiek: 1. Overleg voeren2. Informatie uitwisselen3. Zaken regelenEindtoets Gesprekken 2F (zie TB NE NE Ondersteuning > Toetsen en beoordelen)
33Taalblokken Nederlands | Algemene docentenhandleiding
Naam leerlijn Route Leermiddel Eindtoets
Generiek Gesprekken voeren 3F
Docent selecteert en beschrijft in eigen studiewijzer
Keuze uit: Leerwerkboek of TB NE Online 3F Modules 3F, generiek:1. Overleg voeren2. Informatie uitwisselen3. Zaken regelen
Eindopdrachten Modules 3F, generiek: 1. Overleg voeren2. Informatie uitwisselen3. Zaken regelenEindtoets Gesprekken 3F (zie TB NE NE Ondersteuning > Toetsen en beoordelen)
Beroepsspecifiek Schrijven 2F
Klassikale leerroute Modules 2F, domein:1. Corresponderen2. Formulieren etc. 3. Samenvattingen etc.
Eindopdrachten Modules 2F, domein: 1. Corresponderen2. Formulieren etc. 3. Samenvattingen etc.
Beroepsspecifiek Schrijven 3F
Klassikale leerroute Modules 3F, domein:1. Corresponderen2. Formulieren etc. 3. Samenvattingen etc.
Eindopdrachten Modules 3F, domein: 1. Corresponderen2. Formulieren etc. 3. Samenvattingen etc.
Beroepsspecifiek Spreken 2F
Klassikale leerroute Modules 2F, domein:Monoloog houden
Eindopdrachten Modules 2F, domein: Monoloog houden
Beroepsspecifiek Spreken 3F
Klassikale leerroute Modules 3F, domein:Monoloog houden
Eindopdrachten Modules 3F, domein: Monoloog houden
Beroepsspecifiek Gesprekken voeren 2F
Klassikale leerroute Modules 2F, domein:1. Overleg voeren2. Informatie uitwisselen3. Zaken regelen
Eindopdrachten Modules 2F, domein: 1. Overleg voeren2. Informatie uitwisselen3. Zaken regelen
Beroepsspecifiek Gesprekken voeren 3F
Klassikale leerroute Modules 3F, domein:1. Overleg voeren2. Informatie uitwisselen3. Zaken regelen
Eindopdrachten Modules 3F, domein: 1. Overleg voeren2. Informatie uitwisselen3. Zaken regelen
Spelling 1F Klassikale leerroute of persoonlijke op basis van 0-meting Spelling en Grammatica 1F
Spelling 1F Spelling 1F
Spelling 2F Klassikale leerroute of persoonlijke op basis van 0-meting Spelling en Grammatica 2F
Spelling 2F Spelling 2F
Spelling 3F Klassikale leerroute of persoonlijke op basis van 0-meting Spelling en Grammatica 3F
Spelling 3F Spelling 3F
Grammatica 1F Klassikale leerroute of persoonlijke op basis van 0-meting Spelling en Grammatica 1F
Grammatica 1F Grammatica 1F
Grammatica 2F Klassikale leerroute of persoonlijke op basis van 0-meting Spelling en Grammatica 2F
Grammatica 2F Grammatica 2F
Grammatica 3F Klassikale leerroute of persoonlijke op basis van 0-meting Spelling en Grammatica 3F
Grammatica 3F Grammatica 3F
Extra Lezen 2F + woorden-schat
Docent selecteert en beschrijft in eigen studiewijzer
Eindtoets Lezen 2F
Extra Luisteren 2F + woorden schat
Docent selecteert en beschrijft in eigen studiewijzer
Eindtoets Luisteren 2F
Extra Lezen 3F + woorden-schat
Docent selecteert en beschrijft in eigen studiewijzer
Eindtoets Lezen 3F
Extra Luisteren 3F + woorden schat
Docent selecteert en beschrijft in eigen studiewijzer
Eindtoets Luisteren 3F
34 Taalblokken Nederlands | Algemene docentenhandleiding
Bijlagen: leerroutes
Generiek 2F: Leerwerkboek / online klassikale route
Kolom 1: Leermiddel: ONL BS = Online Bouwstenen,
ONL MOD = Online Modules, ONL e-LE =
Online Extra Lezen, ONL e-LU = Online
Extra Luisteren, ONL ET = Online Eindtoets
Kolom 2: Leermiddel: LWB = Leerwerkboek
Kolom 3: Niveau Referentiekader
Kolom 4: Vaardigheid: LE =Lezen, LU = Luisteren,
SC = Schrijven, SG = Spreken en
gesprekken voeren, SP =Spreken,
GV = Gesprekken voeren, TT = Tussentoets,
MV = Meer vaardigheden
Kolom 5: Hoofdstuk LWB en Online
Kolom 6: Titel hoofdstuk
Kolom 7: Taakuitvoering volgens het
Referentiekader
Kolom 8: Leerdoel volgens het Referentiekader
Kolom 9: Tekstvormen
On-line
Leer-werk-boek
Ref.kader
Vaard Hoofd -stuk nr
Titel hoofdstuk
Taak Leerdoel Tekstvormen
ONL BS
LWB 2F LE 1 Tekst-soorten
Interpreteren Kan de bedoeling van de schrijver verwoorden.
advertentie, artikel, verhaal, verkoopbrief, weerbericht, spoorboekje
ONL BS
2F LE 1 Tekst-soorten
Woord gebruik en woorden-schat
ONL BS
LWB 2F SC 1 Tekst-soorten
Afstemming op publiek
Past het Woord gebruik en toon aan het publiek aan.
aantekeningen, artikel, brief
ONL BS
LWB 2F LU 1 Tekst-soorten
Interpreteren Kan de bedoeling van de spreker(s) of het doel van de makers van een programma verwoorden.
instructief filmpje, consumenten-programma, discussie-programma
ONL BS
2F LU 1 Tekst-soorten
Woord gebruik en woorden-schat
ONL BS
LWB 2F SP 1 Tekst-soorten
Afstemmen op doel
Kan het eigen gespreksdoel tot uitdrukking brengen. Kan doelgericht doorvragen om de gewenste informatie te verwerven.
interview, presentatie, instructie, ontvangst
35Taalblokken Nederlands | Algemene docentenhandleiding
On-line
Leer-werk-boek
Ref.kader
Vaard Hoofd-stuknr
Titel hoofd-stuk
Taak Kenmerk taakuitvoering Tekstvormen
ONL BS
2F TT 1 Tekst soorten
ONL BS
LWB 2F LE 2 Onderwerp en hoofd-gedachte
Begrijpen Kan de hoofd gedachte van de tekst weergeven.
e-mail, column, FAQ-website, nieuwsbericht, oproep, instructie (schoolboek)
ONL BS
2F LE 2 Onderwerp en hoofd-gedachte
Woord gebruik en woorden schat
ONL BS
LWB 2F SC 2 Onderwerp en hoofd-gedachte
Afstemming op doel
Kan in teksten met een eenvoudige lineaire structuur trouw blijven aan het doel van het schrijfproduct.
whatsapp, advertentie, e-mail
ONL BS
LWB 2F LU 2 Onderwerp en hoofd-gedachte
Begrijpen Kan de hoofd gedachte van de tekst weergeven.
consumenten-programma, tv-uitzending, consumenten programma
ONL BS
2F LU 2 Onderwerp en hoofd-gedachte
Woord gebruik en woorden schat
ONL BS
LWB 2F SP 2 Onderwerp en hoofd-gedachte
Afstemmen op doel
Kan het eigen gespreksdoel tot uitdrukking brengen. Kan doelgericht doorvragen om de gewenste informatie te verwerven.
mededeling (mondeling), discussie, verhalen, instructie-gesprekken, telefoneren
ONL BS
2F TT 2 Onderwerp en hoofd-gedachte
ONL BS
LWB 2F LE 3 Inleiding, kern en slot
Begrijpen Kan relaties tussen tekstdelen (inleiding, kern, slot) en teksten leggen.
whatsapp / sms, nieuwsbericht, artikel, column, instructie
ONL BS
2F LE 3 Inleiding, kern en slot
Woord gebruik en woorden schat
On-line
Leer-werk-boek
Ref.kader
Vaard Hoofd-stuknr
Titel hoofd-stuk
Taak Kenmerk taakuitvoering Tekstvormen
ONL BS
LWB 2F SC 3 Inleiding, kern en slot
Samenhang Gebruikt veelvoorkomende verbindingswoorden (als, hoewel) correct. Kan alinea’s maken en inhoudelijke verbanden expliciet aangeven. Maakt soms nog onduidelijke verwijzingen en fouten in de structuur van de tekst.
whatsapp / sms, nieuwsbericht, sollicitatiebrief, e-mail (uitnodiging)
ONL BS
LWB 2F LU 3 Inleiding, kern en slot
Begrijpen Kan relaties tussen tekstdelen (inleiding, kern, slot) en teksten leggen.
promotiefilmpje, instructiefilmpje, nieuwsprogramma, jongeren programma
ONL BS
2F LU 3 Inleiding, kern en slot
Woord gebruik en woorden schat
36 Taalblokken Nederlands | Algemene docentenhandleiding
On-line
Leer-werk-boek
Ref.kader
Vaard Hoofd-stuknr
Titel hoofd-stuk
Taak Kenmerk taakuitvoering Tekstvormen
ONL BS
LWB 2F SP 3 Inleiding, kern en slot
Afstemming op publiek
Kan het verschil tussen formele en informele situaties hanteren. Maakt de juiste keuze voor het register en het al dan niet hanteren van taalvariatie (dialect, jongerentaal). Kan de luisteraar(s) boeien door middel van concrete voorbeelden en ervaringen
instructie, nieuws item, diverse presentaties, telefoongesprek
ONL BS
2F TT 3 Inleiding, kern en slot
ONL BS
LWB 2F LE 4 Samenhang Begrijpen Kan informatie ordenen (bijvoorbeeld op basis van signaalwoorden) voor een beter begrip.
instructies, artikel, nieuwsbericht, brief, voorlichtingstekst
On-line
Leer-werk-boek
Ref.kader
Vaard Hoofd-stuknr
Titel hoofd-stuk
Taak Kenmerk taakuitvoering Tekstvormen
ONL BS
2F LE 4 Samenhang Woord gebruik en woorden-schat
ONL BS
LWB 2F SC 4 Samenhang Samenhang Gebruikt veelvoorkomende verbindingswoorden (als, hoewel) correct.De tekst bevat een volgorde; inleiding, kern en slot.Kan alinea’s maken en inhoudelijke verbanden explicietaangeven.Maakt soms nog onduidelijke verwijzingen en fouten in de structuur van de tekst.
e-mail, instructie, nieuwsbericht, artikel
ONL BS
LWB 2F LU 4 Samenhang Begrijpen Kan informatie ordenen (bijvoorbeeld op basis van signaalwoorden) voor een beter begrip.
instructie, informatief programma, informatief programma
ONL BS
2F LU 4 Samenhang Woord gebruik en woorden-schat
ONL BS
LWB 2F SP 4 Samenhang Samenhang Kan een duidelijk verhaal houden met een samenhangendeopsomming van punten en kan daarbij het belangrijkste punt duidelijk maken.Gebruikt korte eenvoudige zinnen en verbindt deze door de juiste, eenvoudige voegwoorden en verbindingswoorden.
instructie (diverse), promotiefilmpje
ONL BS
2F TT 4 Samenhang
37Taalblokken Nederlands | Algemene docentenhandleiding
On-line
Leer-werk-boek
Ref.kader
Vaard Hoofd-stuknr
Titel hoofd-stuk
Taak Kenmerk taakuitvoering Tekstvormen
ONL BS
LWB 2F LE 5 Hoofd- en bijzaken
Begrijpen Kan onderscheid tussen hoofd- en bijzaken maken.
instructie, nieuwsbericht, voorlichtingstekst, artikel, mindmap, column
ONL BS
2F LE 5 Hoofd- en bijzaken
Woord gebruik en woorden-schat
ONL BS
LWB 2F SC 5 Hoofd- en bijzaken
Afstemming op doel
Kan in teksten met een eenvoudige lineaire structuur trouw blijven aan het doel van het schrijfproduct.
nieuwsbericht, reactie (forum), reclametekst, mindmap, beschouwing
ONL BS
LWB 2F LU 5 Hoofd- en bijzaken
Begrijpen Kan onderscheid tussen hoofd- en bijzaken maken.
informatief programma, nieuwsbericht, discussie-programma
ONL BS
2F LU 5 Hoofd- en bijzaken
Woord gebruik en woorden-schat
ONL BS
LWB 2F SP 5 Hoofd- en bijzaken
Samenhang Kan een duidelijk verhaal houden met een samenhangendeopsomming van punten en kan daarbij het belangrijkste puntduidelijk maken.Gebruikt korte eenvoudige zinnen en verbindt deze door de juiste, eenvoudige voegwoorden en verbindingswoorden.
presentatie, instructie, instructiefilmpje, verhaal
ONL BS
2F TT 5 Hoofd- en bijzaken
ONL BS
LWB 2F LE 6 Tekst doelen bepalen
Interpreteren Kan de bedoeling van de schrijver verwoorden.
verhaal, nieuwsbericht (4x), instructie (zorgtoeslag), column, recensie, instructie
On-line
Leer-werk-boek
Ref.kader
Vaard Hoofd-stuknr
Titel hoofd-stuk
Taak Kenmerk taakuitvoering Tekstvormen
ONL BS
2F LE 6 Tekst doelen bepalen
Woord gebruik en woorden-schat
ONL BS
LWB 2F SC 6 Tekst doelen bepalen
Afstemming op doel
Kan in teksten met een eenvoudige lineaire structuur trouw blijven aan het doel van het schrijfproduct.
whatsapp, bericht (Facebook), instructie, e-mail, aantekeningen
ONL BS
LWB 2F LU 6 Tekst doelen bepalen
Interpreteren Kan de bedoeling van de spreker(s) of het doel van de makers van een programma verwoorden.
tv-serie, reclame, consumenten-programma, nieuwsbericht (radio)
ONL BS
2F LU 6 Tekst doelen bepalen
Woord gebruik en woorden-schat
ONL BS
LWB 2F SP 6 Tekst doelen bepalen
Beurten nemen en bijdragen aan samenhang
Kan de juiste frase gebruiken om aan het woord te komen.Kan een reactie uitstellen totdat hij de bijdrage van de andergeïnterpreteerd en beoordeeld heeft.
nieuwsbericht, pitch, instructie, telefoongesprek, gesprek
ONL BS
2F TT 6 Tekst doelen bepalen
38 Taalblokken Nederlands | Algemene docentenhandleiding
On-line
Leer-werk-boek
Ref.kader
Vaard Hoofd-stuknr
Titel hoofd-stuk
Taak Kenmerk taakuitvoering Tekstvormen
ONL BS
LWB 2F LE 7 Informatie en meningen
Interpreteren Kan informatie en meningen interpreteren.
artikel, infographic, recensie, affiche, instructie, brief, column
ONL BS
2F LE 7 Informatie en meningen
Woord gebruik en woorden-schat
ONL BS
LWB 2F SC 7 Informatie en meningen
Afstemming op doel
Kan in teksten met een eenvoudige lineaire structuur trouw blijven aan het doel van het schrijfproduct.
instructie, e-mail, advertentie
On-line
Leer-werk-boek
Ref.kader
Vaard Hoofd-stuknr
Titel hoofd-stuk
Taak Kenmerk taakuitvoering Tekstvormen
ONL BS
LWB 2F LU 7 Informatie en meningen
Interpreteren Kan informatie en meningen interpreteren.
weerbericht (journaal), instructiefilmpje, discussie-programma, consumenten-programma
ONL BS
2F LU 7 Informatie en meningen
ONL BS
LWB 2F SP 7 Informatie en meningen
Afstemming op de gespreks-partner(s)
Kan het verschil tussen formele en informele situaties hanteren.Maakt de juiste keuze voor het register en het al dan niet hanteren van taalvariatie (dialect, jongerentaal). Kan de luisteraar(s) boeien door middel van concrete voorbeelden en ervaringen
presentatie, telefoongesprek
ONL BS
2F TT 7 Informatie en meningen
ONL BS
LWB 2F LE 8 Evalueren Evalueren Kan relaties tussen en binnen teksten evalueren en beoordelen.
tweet, artikel, artikel, e-mail (enquête), recensie, instructie
ONL BS
2F LE 8 Evalueren Woord gebruik en woorden-schat
ONL BS
LWB 2F SC 8 Evalueren Afstemming op doel
Kan in teksten met een eenvoudige lineaire structuur trouw blijven aan het doel van het schrijfproduct.
reactie op tekst, promotietekst, nieuwsbericht, instructie
On-line
Leer-werk-boek
Ref.kader
Vaard Hoofd-stuknr
Titel hoofdstuk
Taak Kenmerk taakuitvoering Tekstvormen
ONL BS
LWB 2F LU 8 Evalueren Evalueren Kan een oordeel over de waarde van een tekst(deel) of televisie- of radioprogramma (of fragment ervan) verwoorden voor zichzelf en kan dit oordeel toelichten.
nieuwsprogramma (radio), discussie programma, promotiefilmpje, interviewprogramma
ONL BS
2F LU 8 Evalueren Woord gebruik en woorden-schat
39Taalblokken Nederlands | Algemene docentenhandleiding
On-line
Leer-werk-boek
Ref.kader
Vaard Hoofd-stuknr
Titel hoofdstuk
Taak Kenmerk taakuitvoering Tekstvormen
ONL BS
LWB 2F SP 8 Evalueren Beurten nemen en bijdragen aan samenhang
Kan de juiste frase gebruiken om aan het woord te komen.Kan een reactie uitstellen totdat hij de bijdrage van de ander geïnterpreteerd en beoordeeld heeft.
telefoongesprek, verkoopgesprek, discussie
ONL BS
2F TT 8 Evalueren
ONL BS
LWB 2F LE 9 Samen-vattten voor jezelf
Samenvatten Kan een eenvoudige tekst beknopt samenvatten.
nieuwsbericht, e-mail, artikel, advertentie, instructie, voorlichting
ONL BS
2F LE 9 Samen-vattten voor jezelf
Woord gebruik en woorden-schat
ONL BS
LWB 2F SC 9 Samen-vattten voor jezelf
Afstemming op doel
Kan in teksten met een eenvoudige lineaire structuur trouw blijven aan het doel van het schrijfproduct.
instructie, mindmap, artikel
ONL BS
LWB 2F LU 9 Samen-vattten voor jezelf
Samenvatten Kan een eenvoudige tekst beknopt samenvatten.
nieuws (journaal), promotiefilmpje, werkoverleg, instructiefilmpje, aantekeningen van les
On-line
Leer-werk-boek
Ref.kader
Vaard Hoofd-stuknr
Titel hoofdstuk
Taak Kenmerk taakuitvoering Tekstvormen
ONL BS
2F LU 9 Samen-vattten voor jezelf
Woord gebruik en woorden-schat
ONL BS
LWB 2F SP 9 Samen-vattten voor jezelf
Samenhang Kan een duidelijk verhaal houden met een samenhangende opsomming van punten en kan daarbij het belangrijkste punt duidelijk maken. Gebruikt korte eenvoudige zinnen en verbindt deze door de juiste, eenvoudige voegwoorden en verbindingswoorden.
discussie, aantekeningen van presentatie, instructie
ONL BS
2F TT 9 Samen-vattten voor jezelf
ONL e-LE
2F LE 12 lessen Lezen 12 lessen Woorden-schat
Verschillende taken
Meer kenmerken
ONL e-LU
2F LU 12 lessen Luisteren 12 lessen Woorden-schat
Verschillende taken
Meer kenmerken
ONL T
2F LE Eindtoets Lezen 2F (4 versies)
Meer kenmerken
ONL T
2F LU Eindtoets Luisteren 2F (4 versies)
Meer kenmerken
40 Taalblokken Nederlands | Algemene docentenhandleiding
Generiek 3F: Leerwerkboek / online klassikale route
Kolom 1: Leermiddel: ONL BS = Online Bouwstenen,
ONL MOD = Online Modules, ONL e-LE
= Online Extra Lezen, ONL e-LU = Online
Extra Luisteren, ONL ET = Online Eindtoets
Kolom 2: Leermiddel: LWB = Leerwerkboek
Kolom 3: Niveau Referentiekader
Kolom 4: Vaardigheid: LE =Lezen, LU = Luisteren,
SC =Schrijven, SG = Spreken en
gesprekken voeren, SP =Spreken,
GV = Gesprekken voeren, TT = Tussentoets,
MV = Meer vaardigheden
Kolom 5: Hoofdstuk LWB en Online
Kolom 6: Titel hoofdstuk
Kolom 7: Taakuitvoering volgens het
Referentiekader
Kolom 8: Kenmerk taakuitvoering volgens het
Referentiekader
Kolom 9: Tekstvormen
On-line
Leer-werk-boek
Ref.kader
Vaard Hoofd-stuknr
Titel hoofdstuk
Taak Kenmerk taakuitvoering Tekstvormen
ONL BS
LWB 3F LE 1 Tekstsoort Begrijpen Kan Tekst soorten benoemen. column, advertentie, reclamefilmpje, e-mail, instructie, filmpje nieuwsitem, gedicht, advertentie, weerbericht, artikel
ONL BS
LWB 3F LE 1 Tekstsoort Opzoeken Kan snel informatie vinden in langere rapporten of ingewikkelde schema’s.
advertentie, artikel
ONL BS
LWB 3F LE 1 Tekstsoort Evalueren Kan het doel van de schrijver aangeven als ook de talige middelen die gebruikt zijn om dit doel te bereiken.
nieuwsbericht, reactie op nieuwsbericht, tweet, e-mail, promotiefilmpje
ONL BS
LWB 3F LU 1 Tekstsoort Begrijpen Kan (verhalende, informatieve, instructieve en betogende) Tekst-soorten onderscheiden en benoemen.
consumenten programma, discussie programma amusements programma, pitch
ONL BS
LWB 3F LU 1 Tekstsoort Evalueren Kan een oordeel geven over de waarde en de Betrouw baarheid van de gegeven informatie voor zichzelf en voor anderen.
mindmap, recensie (film en tekst)
On-line
Leer-werk-boek
Ref.kader
Vaard Hoofd-stuknr
Titel hoofdstuk
Taak Kenmerk taakuitvoering Tekstvormen
ONL BS
LWB 3F SC 1 Tekstsoort Afstemming op doel
Kan verschillende schrijfdoelen hanteren en in een tekst combineren.
Instructieve tekst, mindmap
ONL BS
LWB 3F SC 1 Tekstsoort Afstemming op publiek
Kan schrijven voor zowel publiek uit de eigen omgeving als voor een algemeen lezerspubliek.
CV, sollicitatiebrief, mail, recensie, telefoonmemo, sms / whatsapp
ONL BS
LWB 3F LE 2 Hoofd-gedachte
Begrijpen Kan de hoofd gedachte in eigen woorden weergeven.
nieuwsitem, artikel, e-mail, artikel
ONL BS
LWB 3F LE 2 Hoofd-gedachte
Begrijpen Kan de hoofd gedachte in eigen woorden weergeven.
advertentie, artikel, e-mail, column, recensie
ONL BS
LWB 3F LU 2 Hoofd-gedachte
Begrijpen Kan de hoofd gedachte in eigen woorden weergeven.
trailer film, consumenten-programma, voorlichtings-programma
ONL BS
LWB 3F LU 2 Hoofd-gedachte
Begrijpen Kan de hoofd gedachte in eigen woorden weergeven.
reclamefilm
41Taalblokken Nederlands | Algemene docentenhandleiding
On-line
Leer-werk-boek
Ref.kader
Vaard Hoofd-stuknr
Titel hoofdstuk
Taak Kenmerk taakuitvoering Tekstvormen
ONL BS
LWB 3F SC 2 Hoofd-gedachte
Afstemming op doel
Kan verschillende schrijfdoelen hanteren en in een tekst combineren: informatie vragen en geven, mening geven, overtuigen, tot handelen aanzetten.
e-mail, artikel
On-line
Leer-werk-boek
Ref.kader
Vaard Hoofd-stuknr
Titel hoofd-stuk
Taak Kenmerk taakuitvoering Tekstvormen
ONL BS
LWB 3F SC 2 Hoofd-gedachte
Samenhang De gedachtelijn is in grote lijnen logisch en consequent met hier en daar een niet hinderlijk zijspoor. Relaties als oorzaak en gevolg, voor- en nadelen, overeenkomst en vergelijking, zijn duidelijk aangegeven.
advertentie, mindmap, tweet
ONL BS
LWB 3F LE 3 Inleiding, kern en slot
Begrijpen Legt relaties tussen tekstdelen (inleiding, kern, slot) en teksten. (2F)
artikel, nieuwsbericht, advertentie
ONL BS
LWB 3F LU 3 Inleiding, kern en slot
Begrijpen Legt relaties tussen tekstdelen (inleiding, kern, slot) en teksten. (2F)
reclamefilmpje, discussie programma, informatief programma
ONL BS
LWB 3F SC 3 Inleiding, kern en slot
Leesbaar heid Geeft een heldere structuur aan. advertentie, advertorial, nieuwsbericht, artikel
ONL BS
LWB 3F LE 4 Samenhang Begrijpen Begrijpt en herkent relaties als oorzaak-gevolg, middel-doel, opsomming e.d.
advertentie, artikel, column, verslag, column, rapport
ONL BS
LWB 3F LE 4 Samenhang Opzoeken Kan snel informatie vinden in langere rapporten of ingewikkelde schema’s.
ONL BS
LWB 3F LU 4 Samenhang Begrijpen Begrijpt en herkent relaties als oorzaak-gevolg, middel-doel, opsomming e.d.
informatief programma o, toespraak, instructiefilmpje, consumenten-programma, toespraak, instructiefilmpje, reality tv-programma
On-line
Leer-werk-boek
Ref.kader
Vaard Hoofd-stuknr
Titel hoofd-stuk
Taak Kenmerk taakuitvoering Tekstvormen
ONL BS
LWB 3F SC 4 Samenhang Samenhang Begrijpt en herkent relaties als oorzaak-gevolg, middel-doel, opsomming e.d.
artikel, gebruiksaanwijzing, e-mail, flyer, nieuwsbericht
ONL BS
LWB 3F LE 5 Hoofd- en bijzaken, feiten en meningen
Begrijpen Maakt onderscheid tussen hoofd- en bijzaken
artikel, ingezonden brief
ONL BS
LWB 3F LE 5 Hoofd- en bijzaken, feiten en meningen
Begrijpen Kan onderscheid maken tussen mening en feit.
artikel, advertentie, recensie, ingezonden brief, column
ONL BS
LWB 3F LE 5 Hoofd- en bijzaken, feiten en meningen
Begrijpen Maakt onderscheid tussen drogreden en argument.
forumdiscussie, advertenties
ONL BS
LWB 3F LU 5 Hoofd- en bijzaken, feiten en meningen
Begrijpen Maakt onderscheid tussen hoofd- en bijzaken
informatief programma, betogend filmpje, reisprogramma
42 Taalblokken Nederlands | Algemene docentenhandleiding
On-line
Leer-werk-boek
Ref.kader
Vaard Hoofd-stuknr
Titel hoofd-stuk
Taak Kenmerk taakuitvoering Tekstvormen
ONL BS
LWB 3F LU 5 Hoofd- en bijzaken, feiten en meningen
Begrijpen Kan onderscheid maken tussen standpunt en argument.
informatief filmpje, discussie programma, promotiefilm consumenten programma
ONL BS
LWB 3F LU 5 Hoofd- en bijzaken, feiten en meningen
Interpreteren Kan onderscheid maken tussen drogreden en argument.
reclamefilmpjes, debat (Lagerhuis)
ONL BS
LWB 3F SC 5 Hoofd- en bijzaken, feiten en meningen
Afstemming op doel
Kan verschillende schrijfdoelen hanteren en in een tekst combineren.
mindmap, e-mail
ONL BS
LWB 3F SC 5 Hoofd- en bijzaken, feiten en meningen
Afstemming op doel
Kan verschillende schrijfdoelen hanteren en in een tekst combineren: informatie vragen en geven, mening geven, overtuigen, tot handelen aanzetten.
recensie, ingezonden brief, column
On-line
Leer-werk-boek
Ref.kader
Vaard Hoofd-stuknr
Titel hoofdstuk
Taak Kenmerk taakuitvoering Tekstvormen
ONL BS
LWB 3F SC 5 Hoofd- en bijzaken, feiten en meningen
Afstemming op doel
Kan verschillende schrijfdoelen hanteren en in een tekst combineren: informatie vragen en geven, mening geven, overtuigen, tot handelen aanzetten.
advertentie
ONL BS
LWB 3F LE 6 Conclusies trekken
Interpreteren Kan conclusies trekken over intenties, opvattingen, gevoelens, stemming en toon van de spreker(s).
tweet, advertentie, artikel, infographic.
ONL BS
LWB 3F LE 6 Conclusies trekken
Interpreteren Kan conclusies trekken over intenties, opvattingen, gevoelens, stemming en toon van de spreker(s).
uitzending (populair- wetenschap), spam, advertentie, artikel.
ONL BS
LWB 3F LE 6 Conclusies trekken
Interpreteren Kan de tekst vergelijken met inhouden uit andere teksten en kan tekstdelen met elkaar vergelijken.
grafiek, artikel, infographic
ONL BS
LWB 3F LU 6 Conclusies trekken
Interpreteren kan tekstdelen met elkaar vergelijken. discussie programma (radio), discussie-programma (tv)
ONL BS
LWB 3F LU 6 Conclusies trekken
Interpreteren Kan conclusies trekken over intenties, opvattingen, gevoelens, stemming en toon van de spreker(s).
tv-interview
ONL BS
LWB 3F LU 6 Conclusies trekken
Interpreteren Kan de tekst vergelijken met inhouden uit andere teksten en kan tekstdelen met elkaar vergelijken.
voorbeelden van sollicitatiegesprekken (filmpje)
On-line
Leer-werk-boek
Ref.kader
Vaard Hoofd-stuknr
Titel hoofdstuk
Taak Kenmerk taakuitvoering Tekstvormen
ONL BS
LWB 3F SC 6 Conclusies trekken
Afstemming op publiek
Kan schrijven voor zowel publiek uit de eigen omgeving als voor een algemeen lezerspubliek.
brief (klacht)
ONL BS
LWB 3F SC 6 Conclusies trekken
Samenhang Kan opbouw van de tekst aan het doel van de tekst aanpassen.
artikel, verkoopbrief
ONL BS
LWB 3F SC 6 Conclusies trekken
Samenhang Alinea’s zijn verbonden tot een coherent betoog.
reflectieverslag
ONL BS
LWB 3F LE 7 Evalueren Evalueren Kan de informatie in een tekst beoordelen op waarde voor zichzelf en anderen.
artikel, e-mail
43Taalblokken Nederlands | Algemene docentenhandleiding
On-line
Leer-werk-boek
Ref.kader
Vaard Hoofd-stuknr
Titel hoofdstuk
Taak Kenmerk taakuitvoering Tekstvormen
ONL BS
LWB 3F LE 7 Evalueren Evalueren Kan de tekst opdelen in betekenisvolle eenheden en kan de functie van deze eenheden benoemen.
e-mail, artikel
ONL BS
LWB 3F LE 7 Evalueren Evalueren Kan de argumentatie in een betogende tekst op aanvaardbaarheid beoordelen.
ingezonden brief, artikel
ONL BS
LWB 3F LU 7 Evalueren Evalueren Kan de argumentatie in een betogende tekst op aanvaardbaarheid beoordelen.
toespraak, vraaggesprek (radio), consumenten-programma
ONL BS
LWB 3F LU 7 Evalueren Interpreteren Kan de tekst vergelijken met inhouden uit andere teksten en kan tekstdelen met elkaar vergelijken.
Interview (tv)
On-line
Leer-werk-boek
Ref.kader
Vaard Hoofd-stuknr
Titel hoofd-stuk
Taak Kenmerk taakuitvoering Tekstvormen
ONL BS
LWB 3F LU 7 Evalueren Evalueren Kan de tekst vergelijken met inhouden uit andere teksten en kan tekstdelen met elkaar vergelijken.
vraaggesprek (radio)
ONL BS
LWB 3F SC 7 Evalueren Afstemming op publiek
Past register consequent toe: het taalgebruik past binnen de gegeven situatie en is consistent in toon, doel, genre.
artikel, mindmap, advertentie
ONL BS
LWB 3F SC 7 Evalueren Afstemming op doel
Kan verschillende schrijfdoelen hanteren en in een tekst combineren: informatie vragen en geven, mening geven, overtuigen, tot handelen aanzetten. Kan opbouw van de tekst aan het doel van de tekst aanpassen.
mindmap, brief
ONL BS
LWB 3F SC 7 Evalueren Afstemming op doel
Kan verschillende schrijfdoelen hanteren en in een tekst combineren: informatie vragen en geven, mening geven, overtuigen, tot handelen aanzetten.
ingezonden brief, online reactie op standpunt.
ONL BS
LWB 3F LE 8 Samenvatten Samenvatten Kan een tekst beknopt samenvatten. e-mail, artikel, mindmap
ONL BS
LWB 3F LE 8 Samenvatten Samenvatten Kan een tekst beknopt samenvatten voor anderen.
artikel, ingezonden brief
On-line
Leer-werk-boek
Ref.kader
Vaard Hoofd-stuknr
Titel hoofd-stuk
Taak Kenmerk taakuitvoering Tekstvormen
ONL BS
LWB 3F LU 8 Samenvatten Samenvatten Kan een tekst samenvatten voor zichzelf en ook voor anderen.
film, vraaggesprek (radio), nieuwsbericht (journaal), consumenten programma
ONL BS
LWB 3F LU 8 Samenvatten Samenvatten Kan een tekst samenvatten voor zichzelf en ook voor anderen.
reportage, werkoverleg
ONL BS
LWB 3F SC 8 Samenvatten Afstemming op doel
Kan opbouw van de tekst aan het doel van de tekst aanpassen.
mindmap, artikel
ONL BS
LWB 3F SC 8 Samenvatten Afstemming op doel
Kan opbouw van de tekst aan het doel van de tekst aanpassen.
artikel, pitch
ONL e-LE
3F LE 12 lessen Lezen 12 lessen Woorden schat
Meer kenmerken
44 Taalblokken Nederlands | Algemene docentenhandleiding
On-line
Leer-werk-boek
Ref.kader
Vaard Hoofd-stuknr
Titel hoofd-stuk
Taak Kenmerk taakuitvoering Tekstvormen
ONL e-LU
3F LU 12 lessen Luisteren 12 lessen Woorden schat
Meer kenmerken
ONL T
3F LE Eindtoets Lezen 3F (4 versies)
ONL T
3F LU Eindtoets Luisteren 3F (4 versies)
45Taalblokken Nederlands | Algemene docentenhandleiding
Generiek 2F: Modules klassikale route
Kolom 1: Leermiddel: ONL MOD = Online Modules,
Kolom 2: Niveau Referentiekader
Kolom 3: Vaardigheid: SC =Schrijven, SP =Spreken,
GV = Gesprekken voeren
Kolom 4: Hoofdstuk OV = Overleg voeren, IU: =
Informatie uitwisselen, MH = Monoloog
houden CO = Corresponderen, FB =
Formulieren, berichten, VA = Verslagen,
artikelen, ZR =Zaken regelen, SO =
Solliciteren, FU = Functioneren
Kolom 5: Titel hoofdstuk
Kolom 6: Taken volgens het Referentiekader
Kolom 7: Tekstvormen
On-line
Rfk Vaard Hfst Titel hoofdstuk Taken Tekstvormen
ONL MOD
2F GV OV Voorbeelden en opdrachten Theorie TheorietoetsSamenwerkings-opdrachten
Kan deelnemen aan een overleg of een vergadering in zijn eigen domein. Kan tijdens het overleg / de vergadering bespreken wat er gedaan moet worden en bijdragen aan de planning. Kan tijdens een discussie of overleg / vergadering (op beleefde wijze) een probleem verhelderen, zijn mening geven, instemming of afkeuring uitdrukken en commentaar geven op de visie van anderen.
werkoverleg / vergadering
ONL MOD
2F GV OV Eindopdracht Kan deelnemen aan een overleg of een vergadering in zijn eigen domein. Kan tijdens het overleg / de vergadering bespreken wat er gedaan moet worden en bijdragen aan de planning. Kan tijdens een discussie of overleg / vergadering (op beleefde wijze) een probleem verhelderen, zijn mening geven, instemming of afkeuring uitdrukken en commentaar geven op de visie van anderen.
werkoverleg
On-line
Rfk Vaard Hfst Titel hoofdstuk Taken Tekstvormen
ONL MOD
GV IU Voorbeelden en opdrachten TheorieTheorietoetsSamenwerkings-opdrachten
Kan actief deelnemen aan gesprekken. Kan informatie vragen en geven. Kan informatie verzamelen en verwerken via het houden van een vraaggesprek.
telefoongesprek adviesgesprek
ONL MOD
GV IU Eindopdracht Kan actief deelnemen aan gesprekken. Kan informatie vragen en geven. Kan informatie verzamelen en verwerken via het houden van een vraaggesprek.
adviesgesprek
On-line
Rfk Vaard Hfst Titel hoofdstuk Kenmerk taakuitvoering Tekstvormen
ONL MOD
2F SP MH Voorbeelden en opdrachten TheorieTheorietoetsSamenwerkings-opdrachten
Kan een kort verhaal vertellen waarin je in grote lijnen redenen en verklaringen geeft voor je eigen mening, plannen en handelen. Kan een presentatie geven waarvoor je informatie hebt verzameld. Kan vragen beantwoorden naar aanleiding van het verhaal of de presentatie.
monoloog presentatie
ONL MOD
2F SP MH Eindopdracht Kan een kort verhaal vertellen waarin je in grote lijnen redenen en verklaringen geeft voor je eigen mening, plannen en handelen. Kan een presentatie geven waarvoor je informatie hebt verzameld. Kan vragen beantwoorden naar aanleiding van het verhaal of de presentatie.
presentatie
46 Taalblokken Nederlands | Algemene docentenhandleiding
On-line
Rfk Vaard Hfst Titel hoofdstuk Kenmerk taakuitvoering Tekstvormen
ONL MOD
2F SC CO Voorbeelden en opdrachtenTheorieTheorietoetsSamenwerkings-opdrachten
Kan e-mails of informele brieven schrijven en daarbij meningen en gevoelens uitdrukken. Kan met behulp van standaardformuleringen eenvoudige zakelijke brieven produceren en schriftelijke verzoeken opstellen.
informatieve e-mail, e-mail met een uitnodiging, e-mail met een verzoek om informatie, e-mail met een klacht
ONL MOD
2F SC CO Eindopdracht Kan e-mails of informele brieven schrijven en daarbij meningen en gevoelens uitdrukken. Kan met behulp van standaardformuleringen eenvoudige zakelijke brieven produceren en schriftelijke verzoeken opstellen.
e-mail met een uitnodiging collega´s
On-line
Rfk Vaard Hfst Titel hoofdstuk Kenmerk taakuitvoering Tekstvormen
ONL MOD
2F SC FB Voorbeelden en opdrachtenTheorie TheorietoetsSamenwerkings-opdrachten
Kan notities, berichten en instructies schrijven waarin eenvoudige informatie van onmiddellijke relevantie voor vrienden, docenten en anderen wordt overgebracht. Kan een advertentie opstellen om bijvoorbeeld spullen te verkopen. Kan aantekeningen maken tijdens een uitleg of les.
formulier, bericht met een instructie, advertentie, aantekeningen van een uitleg
ONL MOD
2F SC FB Eindopdracht Kan notities, berichten en instructies schrijven waarin eenvoudige informatie van onmiddellijke relevantie voor vrienden, docenten en anderen wordt overgebracht. Kan een advertentie opstellen om bijvoorbeeld spullen te verkopen. Kan aantekeningen maken tijdens een uitleg of les.
bericht met een instructie
On-line
Rfk Vaard Hfst Titel hoofdstuk Kenmerk taakuitvoering Tekstvormen
ONL MOD
2F SC VA Voorbeelden en opdrachtenTheorieTheorietoetsSamenwerkings-opdrachten
Kan verslagen en werkstukken schrijven met behulp van een stramien en daarbij informatie uit verscheidene bronnen samenvoegen. Kan onderhoudende teksten schrijven en overtuigen met argumenten. Kan een collage, een krant of muurkrant maken.
In ontwikkeling
ONL MOD
2F SC VA Eindopdracht Kan verslagen en werkstukken schrijven met behulp van een stramien en daarbij informatie uit verscheidene bronnen samenvoegen. Kan onderhoudende teksten schrijven en overtuigen met argumenten. Kan een collage, een krant of muurkrant maken.
In ontwikkeling
On-line
Rfk Vaard Hfst Titel hoofdstuk Taken Tekstvormen
ONL MOD
2F GV ZR Voorbeelden en opdrachtenTheorieTheorietoetsSamenwerkings-opdrachten
Kan bespreken wat er gedaan moet worden en bijdragen aan de planning. Kan tijdens een discussie of overleg (op beleefde wijze) een probleem verhelderen, een overtuiging of mening, instemming of afkeuring uitdrukken en commentaar geven op de visie van anderen.
klachtgesprek, conflictgesprek, slechtnieuwsgesprek
ONL MOD
2F GV ZR Eindopdracht Kan bespreken wat er gedaan moet worden en bijdragen aan de planning. Kan tijdens een discussie of overleg (op beleefde wijze) een probleem verhelderen, een overtuiging of mening, instemming of afkeuring uitdrukken en commentaar geven op de visie van anderen.
conflictgesprek
47Taalblokken Nederlands | Algemene docentenhandleiding
On-line
Rfk Vaard Hfst Titel hoofdstuk Taken Tekstvormen
ONL MOD
2F MV SO Voorbeelden en opdrachtenTheorieTheorietoetsSamenwerkings-opdrachten
In ontwikkeling In ontwikkeling
ONL MOD
2F MV SO Eindopdracht In ontwikkeling In ontwikkeling
ONL MOD
2F MV FU Voorbeelden en opdrachtenTheorieTheorietoetsSamenwerkings-opdrachten
In ontwikkeling In ontwikkeling
ONL MOD
2F MV FU Eindopdracht In ontwikkeling In ontwikkeling
48 Taalblokken Nederlands | Algemene docentenhandleiding
Generiek 3F: Modules klassikale route
Kolom 1: Leermiddel: ONL MOD = Online Modules,
Kolom 2: Niveau Referentiekader
Kolom 3: Vaardigheid: SC =Schrijven, SP =Spreken,
GV = Gesprekken voeren
Kolom 4: Hoofdstuk OV = Overleg voeren, IU: =
Informatie uitwisselen, MH = Monoloog
houden
CO = Corresponderen, FB = Formulieren,
berichten, VA = Verslagen, artikelen,
ZR = Zaken regelen, SO = Solliciteren,
FU = Functioneren
Kolom 5: Titel hoofdstuk
Kolom 6: Taken volgens het Referentiekader
Kolom 7: Tekstvormen
On-line
Rfk Vaard Hfst Titel hoofdstuk Taken Tekstvorm
ONL MOD
GV OV Voorbeelden en opdrachtenTheorieTheorietoetsSamenwerkings-opdrachten
Kan deelnemen aan een overleg of een vergadering in zijn eigen domein. Kan tijdens het overleg / de vergadering bespreken wat er gedaan moet worden en bijdragen aan de planning. Kan tijdens een discussie of overleg / vergadering (op beleefde wijze) een probleem verhelderen, zijn mening geven, instemming of afkeuring uitdrukken en commentaar geven op de visie van anderen.
werkoverleg / vergadering
ONL MOD
GV OV Eindopdracht Kan deelnemen aan een overleg of een vergadering in zijn eigen domein. Kan tijdens het overleg / de vergadering bespreken wat er gedaan moet worden en bijdragen aan de planning. Kan tijdens een discussie of overleg / vergadering (op beleefde wijze) een probleem verhelderen, zijn mening geven, instemming of afkeuring uitdrukken en commentaar geven op de visie van anderen.
werkoverleg
On-line
Rfk Vaard Hfst Titel hoofdstuk Taken Tekstvorm
ONL MOD
GV IU Voorbeelden en opdrachtenTheorieTheorietoetsSamenwerkings-opdrachten
Kan deelnemen aan een overleg of een vergadering in zijn eigen domein. Kan tijdens het overleg / de vergadering bespreken wat er gedaan moet worden en bijdragen aan de planning. Kan tijdens een discussie of overleg / vergadering (op beleefde wijze) een probleem verhelderen, zijn mening geven, instemming of afkeuring uitdrukken en commentaar geven op de visie van anderen.
telefoongesprek, adviesgesprek
ONL MOD
GV IU Eindopdracht Kan deelnemen aan een overleg of een vergadering in zijn eigen domein. Kan tijdens het overleg / de vergadering bespreken wat er gedaan moet worden en bijdragen aan de planning. Kan tijdens een discussie of overleg / vergadering (op beleefde wijze) een probleem verhelderen, zijn mening geven, instemming of afkeuring uitdrukken en commentaar geven op de visie van anderen.
adviesgesprek
On-line
Rfk Vaard Hfst Titel hoofdstuk Taken Tekstvorm
ONL MOD
SP MH Voorbeelden en opdrachtenTheorieTheorietoetsSamenwerkings-opdrachten
Kan een verhaal vertellen met een inleiding, een kern en een slot. Kan informatie verzamelen en een presentatie geven met argumenten voor of tegen een bepaald standpunt, of voor- en nadelen van diverse opties. Kan vragen naar aanleiding van verhaal of presentatie vloeiend en spontaan beantwoorden.
monoloog, presentatie
49Taalblokken Nederlands | Algemene docentenhandleiding
On-line
Rfk Vaard Hfst Titel hoofdstuk Taken Tekstvorm
ONL MOD
SP MH Eindopdracht Kan een verhaal vertellen met een inleiding, een kern en een slot. Kan informatie verzamelen en een presentatie geven met argumenten voor of tegen een bepaald standpunt, of voor- en nadelen van diverse opties. Kan vragen naar aanleiding van verhaal of presentatie vloeiend en spontaan beantwoorden.
presentatie
On-line
Rfk Vaard Hfst Titel hoofdstuk Taken Tekstvorm
ONL MOD
SC CO Voorbeelden en opdrachtenTheorieTheorietoetsSamenwerkings-opdrachten
Kan adequate brieven en e-mails schrijven, gevoelens genuanceerd uitdrukken en een standpunt beargumenteren.
e-mail met een uitnodiging, klachtenbrief, offertebrief
ONL MOD
SC CO Eindopdracht Kan adequate brieven en e-mails schrijven, gevoelens genuanceerd uitdrukken en een standpunt beargumenteren.
klachtenbrief
On-line
Rfk Vaard Hfst Titel hoofdstuk Taken Tekstvorm
ONL MOD
SC FB Voorbeelden en opdrachtenTheorieTheorietoetsSamenwerkings-opdrachten
Kan over allerlei onderwerpen belangrijke informatie noteren en doorgeven. Kan aantekeningen maken van een helder gestructureerd verhaal.
formulier, bericht met een instructie, advertentie, aantekeningen van een uitleg
ONL MOD
SC FB Eindopdracht Kan over allerlei onderwerpen belangrijke informatie noteren en doorgeven. Kan aantekeningen maken van een helder gestructureerd verhaal.
bericht met een instructie
On-line
Rfk Vaard Hfst Titel hoofdstuk Taken Tekstvorm
ONL MOD
SC VA Voorbeelden en opdrachtenTheorieTheorietoetsSamenwerkings-opdrachten
Kan uiteenzettende, beschouwende en betogende teksten schrijven. Kan vanuit een vraagstelling een verslag, werkstuk of artikel schrijven waarbij een argument wordt uitgewerkt en daarbij redenen aangeven voor of tegen een bepaalde mening en de voor- en nadelen van verschillende keuzes uitleggen. Kan informatie uit verschillende bronnen in één tekst synthetiseren.
In ontwikkeling
ONL MOD
SC VA Eindopdracht Kan uiteenzettende, beschouwende en betogende teksten schrijven. Kan vanuit een vraagstelling een verslag, werkstuk of artikel schrijven waarbij een argument wordt uitgewerkt en daarbij redenen aangeven voor of tegen een bepaalde mening en de voor- en nadelen van verschillende keuzes uitleggen. Kan informatie uit verschillende bronnen in één tekst synthetiseren.
In ontwikkeling
50 Taalblokken Nederlands | Algemene docentenhandleiding
On-line
Rfk Vaard Hfst Titel hoofdstuk Taken Tekstvorm
ONL MOD
GV ZR Voorbeelden en opdrachtenTheorieTheorietoetsSamenwerkings-opdrachten
Kan actief deelnemen aan gesprekken in het kader van werk / beroepsvoorbereiding, een project of (maatschappelijke) stage en de evaluatie daarvan.
klachtgesprek, conflictgesprek, slechtnieuwsgesprek
ONL MOD
GV ZR Eindopdracht Kan actief deelnemen aan gesprekken in het kader van werk / beroepsvoorbereiding, een project of (maatschappelijke) stage en de evaluatie daarvan.
conflictgesprek
On-line
Rfk Vaard Hfst Titel hoofdstuk Taken Tekstvorm
ONL MOD
MV SO Voorbeelden en opdrachtenTheorieTheorietoetsSamenwerkings-opdrachten
Meer taken In ontwikkeling
ONL MOD
MV SO Eindopdracht Meer taken In ontwikkeling
ONL MOD
MV FU Voorbeelden en opdrachtenTheorieTheorietoetsSamenwerkings-opdrachten
Meer taken In ontwikkeling
ONL MOD
MV FU Eindopdracht Meer taken In ontwikkeling
51Taalblokken Nederlands | Algemene docentenhandleiding
Generiek Lezen 2F
Kolom 1: Leermiddel: ONL BS = Online Bouwstenen,
ONL MOD = Online Modules, ONL e-LE
= Online Extra Lezen, ONL e-LU = Online
Extra Luisteren, ONL ET = Online Eindtoets
Kolom 2: Leermiddel: LWB = Leerwerkboek
Kolom 3: Niveau Referentiekader
Kolom 4: Vaardigheid: LE =Lezen, LU = Luisteren,
SC =Schrijven, SG = Spreken en
gesprekken voeren, SP =Spreken,
GV = Gesprekken voeren, TT = Tussentoets,
MV = Meer vaardigheden
Kolom 5: Hoofdstuk LWB en Online
Kolom 6: Titel hoofdstuk
Kolom 7: Taakuitvoering volgens het
Referentiekader
Kolom 8: Kenmerk taakuitvoering volgens het
Referentiekader
Kolom 9: Tekstvormen
On-line
Leer-werk-boek
Ref.kader
Vaard Hoofd-stuknr
Titel hoofd-stuk
Taak Kenmerk taakuitvoering Tekstvorm
ONL BS
LWB 2F LE 1 Tekst soorten Interpreteren Kan de bedoeling van de schrijver verwoorden.
advertentie, artikel, verhaal, verkoopbrief, weerbericht, spoorboekje
ONL BS
2F LE 1 Tekst soorten Woord gebruik en woorden-schat
ONL BS
LWB 2F LE 2 Onderwerp en hoofd-gedachte
Begrijpen Kan de hoofd gedachte van de tekst weergeven.
e-mail, column, FAQ-website, nieuwsbericht, oproep, instructie (schoolboek)
ONL BS
2F LE 2 Onderwerp en hoofd-gedachte
Woord gebruik en woorden-schat
ONL BS
LWB 2F LE 3 Inleiding, kern en slot
Begrijpen Kan relaties tussen tekstdelen (inleiding, kern, slot) en teksten leggen.
whatsapp / sms, nieuwsbericht, artikel, column, instructie
ONL BS
2F LE 3 Inleiding, kern en slot
Woord gebruik en woorden-schat
ONL BS
LWB 2F LE 4 Samenhang Begrijpen Kan informatie ordenen (bijvoorbeeld op basis van signaalwoorden) voor een beter begrip.
instructies, artikel, nieuwsbericht, brief, voorlichtingstekst
ONL BS
2F LE 4 Samenhang Woord gebruik en woorden-schat
On-line
Leer-werk-boek
Ref.kader
Vaard Hoofd-stuknr
Titel hoofd-stuk
Taak Kenmerk taakuitvoering Tekstvorm
ONL BS
LWB 2F LE 5 Hoofd- en bijzaken
Begrijpen Kan onderscheid tussen hoofd- en bijzaken maken.
instructie, nieuwsbericht, voorlichtingstekst, artikel, mindmap, column
ONL BS
2F LE 5 Hoofd- en bijzaken
Woord gebruik en woorden-schat
ONL BS
LWB 2F LE 6 Tekst doelen bepalen
Interpreteren Kan de bedoeling van de schrijver verwoorden.
verhaal, nieuwsbericht (4x), instructie (zorgtoeslag), column, recensie, instructie
ONL BS
2F LE 6 Tekst doelen bepalen
Woord gebruik en woorden-schat
52 Taalblokken Nederlands | Algemene docentenhandleiding
On-line
Leer-werk-boek
Ref.kader
Vaard Hoofd-stuknr
Titel hoofd-stuk
Taak Kenmerk taakuitvoering Tekstvorm
ONL BS
LWB 2F LE 7 Informatie en meningen
Interpreteren Kan informatie en meningen interpreteren.
artikel, infographic, recensie, affiche, instructie, brief, column
ONL BS
2F LE 7 Informatie en meningen
Woord gebruik en woorden-schat
ONL BS
LWB 2F LE 8 Evalueren Evalueren Kan relaties tussen en binnen teksten evalueren en beoordelen.
tweet, artikel, artikel, e-mail (enquête), recensie, instructie
ONL BS
2F LE 8 Evalueren Woord gebruik en woorden-schat
ONL BS
LWB 2F LE 9 Samen vattten voor jezelf
Samenvatten Kan een eenvoudige tekst beknopt samenvatten.
nieuwsbericht, e-mail, artikel, advertentie, instructie, voorlichting
ONL BS
2F LE 9 Samen vattten voor jezelf
Woord gebruik en woorden-schat
On-line
Leer-werk-boek
Ref.kader
Vaard Hoofd-stuknr
Titel hoofd-stuk
Taak Kenmerk taakuitvoering Tekstvorm
ONL e-LE
2F LE 12 lessen Lezen 12 lessen Woorden schat
Verschillende taken
Meer kenmerken
ONL T
2F LE Eindtoets Lezen 2F (4 versies)
Meer kenmerken
53Taalblokken Nederlands | Algemene docentenhandleiding
Generiek Luisteren 2F
Kolom 1: Leermiddel: ONL BS = Online Bouwstenen,
ONL MOD = Online Modules, ONL e-LE
= Online Extra Lezen, ONL e-LU = Online
Extra Luisteren, ONL ET = Online Eindtoets
Kolom 2: Leermiddel: LWB = Leerwerkboek
Kolom 3: Niveau referentiekader
Kolom 4: Vaardigheid: LE =Lezen, LU = Luisteren,
SC =Schrijven, SG = Spreken en
gesprekken voeren, SP =Spreken,
GV = Gesprekken voeren, TT =
Tussentoets, MV = Meer vaardigheden
Kolom 5: Hoofdstuk LWB en Online
Kolom 6: Titel hoofdstuk
Kolom 7: Taakuitvoering volgens het
Referentiekader
Kolom 8: xKenmerk taakuitvoering volgens het
Referentiekader
Kolom 9: Tekstvormen
On-line
Leer-werk-boek
Ref.kader
Vaard Hoofd-stuknr
Titel hoofd-stuk
Taak Kenmerk taakuit-voering
Tekstvorm
ONL BS
LWB 2F LU 1 Tekst soorten Kan de bedoeling van de spreker(s) of het doel van de makers van een programma verwoorden.
Instructieve tekst Informatieve tekst Betogende tekst
Instructief filmpje, consumenten programma, discussie programma
ONL BS
2F LU 1 Tekst soorten Woorden schat
ONL BS
LWB 2F LU 2 Onderwerp en hoofd-gedachte
Kan de hoofd-gedachte van de tekst weergeven.
Informerende tekst
consumenten programma, tv-uitzending, consumenten-programma
ONL BS
2F LU 2 Onderwerp en hoofd-gedachte
Woorden schat
ONL BS
LWB 2F LU 3 Inleiding, kern en slot
Kan relaties tussen tekstdelen (inleiding, kern, slot) en teksten leggen.
Instructieve tekst Informatieve tekst betogende tekst
promotiefilmpje, instructiefilmpje, nieuwsprogramma, jongerenprogramma
ONL BS
2F LU 3 Inleiding, kern en slot
Woorden schat
On-line
Leer-werk-boek
Ref.kader
Vaard Hoofd-stuknr
Titel hoofd-stuk
Taak Kenmerk taakuit-voering
Tekstvorm
ONL BS
LWB 2F LU 4 Samenhang Kan informatie ordenen (bijvoorbeeld op basis van signaalwoorden) voor een beter begrip.
Instructieve tekst Informatieve tekst
instructie, informatief programma
ONL BS
2F LU 4 Samenhang Woorden schat
ONL BS
LWB 2F LU 5 Hoofd- en bijzaken
Kan onderscheid tussen hoofd- en bijzaken maken.
Informatieve tekst informatief programma, nieuwsbericht, discussie-programma
ONL BS
2F LU 5 Hoofd- en bijzaken
Woorden schat
54 Taalblokken Nederlands | Algemene docentenhandleiding
On-line
Leer-werk-boek
Ref.kader
Vaard Hoofd-stuknr
Titel hoofd-stuk
Taak Kenmerk taakuit-voering
Tekstvorm
ONL BS
LWB 2F LU 6 Tekst doelen bepalen
Kan de bedoeling van de spreker(s) of het doel van de makers van een programma verwoorden.
Informatieve tekst Betogende tekst
tv-serie, reclame, consumenten programma, nieuwsbericht (radio)
ONL BS
2F LU 6 Tekst doelen bepalen
Woorden schat
ONL BS
LWB 2F LU 7 Informatie en meningen
Kan informatie en meningen interpreteren.
Instructieve tekst Informatieve tekst Betogende tekst
weerbericht (journaal), instructiefilmpje, discussie-programma, consumenten-programma
On-line
Leer-werk-boek
Ref.kader
Vaard Hoofd-stuknr
Titel hoofd-stuk
Taak Kenmerk taakuitvoering
Tekstvorm
ONL BS
2F LU 7 Informatie en meningen
ONL BS
LWB 2F LU 8 Evalueren Kan een oordeel over de waarde van een tekst(deel) of televisie- of radioprogramma (of fragment ervan) verwoorden voor zichzelf en kan dit oordeel toelichten.
Informatieve tekst Betogende tekst
nieuwsprogramma (radio), discussie programma, promotiefilmpje, interviewprogramma
ONL BS
2F LU 8 Evalueren Woorden schat
ONL BS
LWB 2F LU 9 Samen vattten voor jezelf
Kan een eenvoudige tekst beknopt samenvatten.
Instructieve tekstInformatieve tekst Betogende tekst
nieuws (journaal), promotiefilmpje, werkoverleg, instructiefilmpje, aantekeningen van les
ONL BS
2F LU 9 Samen vattten voor jezelf
Woorden schat
ONL e-LU
2F LU 12 lessen Luisteren12 lessen Woorden schat
Meer kenmerken
ONL T 2F LU Eindtoets Luisteren 2F (4 versies)
Meer kenmerken
55Taalblokken Nederlands | Algemene docentenhandleiding
Generiek Schrijven 2F
Kolom 1: Leermiddel: ONL BS = Online Bouwstenen,
ONL MOD = Online Modules, ONL e-LE
= Online Extra Lezen, ONL e-LU = Online
Extra Luisteren, ONL ET = Online Eindtoets
Kolom 2: Leermiddel: LWB = Leerwerkboek
Kolom 3: Niveau Referentiekader
Kolom 4: Vaardigheid: LE =Lezen, LU = Luisteren,
SC =Schrijven, SG = Spreken en
gesprekken voeren, SP =Spreken,
GV = Gesprekken voeren, TT = Tussentoets,
MV = Meer vaardigheden
Kolom 5: Hoofdstuk LWB en Online
Kolom 6: Titel hoofdstuk
Kolom 7: Taakuitvoering volgens het
Referentiekader
Kolom 8: Kenmerk taakuitvoering volgens het
Referentiekader
Kolom 9: Tekstvormen
On-line
Leer-werk-boek
Ref.ka-der
Vaard Hoofd-stuknr
Titel hoofd-stuk
Taak Kenmerk taakuitvoering Tekstvorm
ONL BS
LWB 2F SC 1 Tekst-soorten
Afstemming op publiek
Past het Woord gebruik en toon aan het publiek aan.
aantekeningen, artikel, brief
ONL BS
LWB 2F SC 2 Onderwerp en hoofd-gedachte
Afstemming op doel
Kan in teksten met een eenvoudige lineaire structuur trouw blijven aan het doel van het schrijfproduct.
whatsapp, advertentie, e-mail
ONL BS
LWB 2F SC 3 Inleiding, kern en slot
Samenhang Gebruikt veelvoorkomende verbindingswoorden (als, hoewel) correct.Kan alinea’s maken en inhoudelijke verbanden expliciet aangeven. Maakt soms nog onduidelijke verwijzingen en fouten in de structuur van de tekst.
whatsapp / sms, nieuwsbericht sollicitatiebrief, e-mail (uitnodiging)
ONL BS
LWB 2F SC 4 Samenhang Samenhang Gebruikt veelvoorkomende verbindingswoorden (als, hoewel) correct.De tekst bevat een volgorde; inleiding, kern en slot. Kan alinea’s maken en inhoudelijke verbanden expliciet aangeven. Maakt soms nog onduidelijke verwijzingen en fouten in de structuur van de tekst.
e-mail, instructie, nieuwsbericht, artikel
On-line
Leer-werk-boek
Ref.kader
Vaard Hoofd-stuknr
Titel hoofd-stuk
Taak Kenmerk taakuitvoering Tekstvorm
ONL BS
LWB 2F SC 5 Hoofd- en bijzaken
Afstemming op doel
Kan in teksten met een eenvoudige lineaire structuur trouw blijven aan het doel van het schrijfproduct.
nieuwsbericht, reactie (forum), reclametekst, mindmap, beschouwing
ONL BS
LWB 2F SC 6 Tekst doelen bepalen
Afstemming op doel
Kan in teksten met een eenvoudige lineaire structuur trouw blijven aan het doel van het schrijfproduct.
whatsapp, bericht (Facebook), instructie, e-mail, aantekeningen
ONL BS
LWB 2F SC 7 Informatie en meningen
Afstemming op doel
Kan in teksten met een eenvoudige lineaire structuur trouw blijven aan het doel van het schrijfproduct.
instructie, e-mail, advertentie
ONL BS
LWB 2F SC 8 Evalueren Afstemming op doel
Kan in teksten met een eenvoudige lineaire structuur trouw blijven aan het doel van het schrijfproduct.
reactie op tekst, promotietekst, nieuwsbericht, instructie
ONL BS
LWB 2F SC 9 Samen-vattten voor jezelf
Afstemming op doel
Kan in teksten met een eenvoudige lineaire structuur trouw blijven aan het doel van het schrijfproduct.
instructie, mindmap, artikel
Na de bouwstenen Schrijven eventueel verdergaan met de Modules Schrijven (Corresponderen, Formulieren, Verslagen).
56 Taalblokken Nederlands | Algemene docentenhandleiding
Generiek Spreken / Gesprekken voeren 2F
Kolom 1: Leermiddel: ONL BS = Online Bouwstenen,
ONL MOD = Online Modules, ONL e-LE
= Online Extra Lezen, ONL e-LU = Online
Extra Luisteren, ONL ET = Online Eindtoets
Kolom 2: Leermiddel: LWB = Leerwerkboek
Kolom 3: Niveau Referentiekader
Kolom 4: Vaardigheid: LE =Lezen, LU = Luisteren,
SC =Schrijven, SG = Spreken en
gesprekken voeren, SP =Spreken,
GV = Gesprekken voeren, TT = Tussentoets,
MV = Meer vaardigheden
Kolom 5: Hoofdstuk LWB en Online
Kolom 6: Titel hoofdstuk
Kolom 7: Taakuitvoering volgens het
Referentiekader
Kolom 8: Kenmerk taakuitvoering volgens het
Referentiekader
Kolom 9: Tekstvormen
On-line
Leer-werk-boek
Ref.kader
Vaard Hoofd-stuknr
Titel hoofd-stuk
Taak Kenmerk taakuitvoering Tekstvorm
ONL BS
LWB 2F SP 1 Tekst-soorten
Afstemmen op doel
Kan het eigen gespreksdoel tot uitdrukking brengen. Kan doelgericht doorvragen om de gewenste informatie te verwerven.
interview, presentatie, instructie, ontvangst
ONL BS
LWB 2F SP 2 Onderwerp en hoofd-gedachte
Afstemmen op doel
Kan het eigen gespreksdoel tot uitdrukking brengen. Kan doelgericht doorvragen om de gewenste informatie te verwerven.
mededeling (mondeling), discussie, verhalen, instructie-gesprekken, telefoneren
ONL BS
LWB 2F SP 3 Inleiding, kern en slot
Afstemming op publiek
Kan het verschil tussen formele en informele situaties hanteren.Maakt de juiste keuze voor het register en het al dan niet hanteren van taalvariatie (dialect, jongerentaal). Kan de luisteraar(s) boeien door middel van concrete voorbeelden en ervaringen
instructie, nieuwsitem, diverse presentaties, telefoongesprek
ONL BS
LWB 2F SP 4 Samenhang Samenhang Kan een duidelijk verhaal houden met een samenhangende opsomming van punten en kan daarbij het belangrijkste punt duidelijk maken. Gebruikt korte eenvoudige zinnen en verbindt deze door de juiste, eenvoudige voegwoorden en verbindingswoorden.
instructie (diverse), promotiefilmpje
57Taalblokken Nederlands | Algemene docentenhandleiding
On-line
Leer-werk-boek
Ref.kader
Vaard Hoofd-stuknr
Titel hoofd-stuk
Taak Kenmerk taakuitvoering Tekstvorm
ONL BS
LWB 2F SP 5 Hoofd- en bijzaken
Samenhang Kan een duidelijk verhaal houden met een samenhangende opsomming van punten en kan daarbij het belangrijkste punt duidelijk maken. Gebruikt korte eenvoudige zinnen en verbindt deze door de juiste, eenvoudige voegwoorden en verbindingswoorden.
presentatie, instructie, instructiefilmpje, verhaal
ONL BS
LWB 2F SP 6 Tekst doelen bepalen
Beurten nemen en bijdragen aan samenhang
Kan de juiste frase gebruiken om aan het woord te komen. Kan een reactie uitstellen totdat hij de bijdrage van de ander geïnterpreteerd en beoordeeld heeft.
nieuwsbericht, pitch, instructie, telefoongesprek, gesprek
ONL BS
LWB 2F SP 7 Informatie en meningen
Afstemming op de gespreks-partner(s)
Kan het spreekdoel van anderen herkennen en reacties schatten. Kan het verschil tussen formele en informele situaties hanteren.Maakt de juiste keuze voor het register en het al dan niet hanteren van taalvariatie (dialect, jongerentaal).
presentatie, telefoongesprek
ONL BS
LWB 2F SP 8 Evalueren Beurten nemen en bijdragen aan samenhang
Kan de juiste frase gebruiken om aan het woord te komen. Kan een reactie uitstellen totdat hij de bijdrage van de ander geïnterpreteerd en beoordeeld heeft.
telefoongesprek, verkoopgesprek, discussie
ONL BS
LWB 2F SP 9 Samen-vattten voor jezelf
Samenhang Kan een duidelijk verhaal houden met een samenhangende opsomming van punten en kan daarbij het belangrijkste punt duidelijk maken.Gebruikt korte eenvoudige zinnen en verbindt deze door de juiste, eenvoudige voegwoorden en verbindingswoorden.
discussie, aantekeningen van presentatie, instructie
Na de bouwstenen Spreken / Gesprekken eventueel verdergaan met de Modules Spreken (Monoloog houden) of Gesprekken (Informatie uitwisselen, Overleg voeren, Zaken regelen).
58 Taalblokken Nederlands | Algemene docentenhandleiding
Generiek Lezen 3F
Kolom 1: Leermiddel: ONL BS = Online Bouwstenen,
ONL MOD = Online Modules, ONL e-LE
= Online Extra Lezen, ONL e-LU = Online
Extra Luisteren, ONL ET = Online Eindtoets
Kolom 2: Leermiddel: LWB = Leerwerkboek
Kolom 3: Niveau Referentiekader
Kolom 4: Vaardigheid: LE =Lezen, LU = Luisteren,
SC =Schrijven, SG = Spreken en
gesprekken voeren, SP =Spreken, GV =
Gesprekken voeren, TT = Tussentoets,
MV = Meer vaardigheden
Kolom 5: Hoofdstuk LWB en Online
Kolom 6: paragraafnummer
Kolom 7: Titel hoofdstuk
Kolom 8: Taakuitvoering volgens het
Referentiekader
Kolom 9: Kenmerk taakuitvoering volgens het
Referentiekader
Kolom 10: Tekstvormen
On-line
Leer-werk-boek
Ref.kader
Vaard Hfdst Pa Titel hoofd-stuk
Taak Kenmerk taakuitvoering Tekstvorm
ONL BS
LWB 3F LE 1 1 Tekst soorten Begrijpen Kan Tekst soorten benoemen. column, advertentie, reclamefilmpje, e-mail, instructie, filmpje nieuwsitem, gedicht, advertentie, weerbericht, artikel
ONL BS
LWB 3F LE 1 2 Strategieën Opzoeken Kan snel informatie vinden in langere rapporten of ingewikkelde schema’s.
advertentie, artikel
ONL BS
LWB 3F LE 1 3 Betrouw-baarheid
Evalueren Kan het doel van de schrijver aangeven als ook de talige middelen die gebruikt zijn om dit doel te bereiken.
nieuwsbericht, reactie op nieuwsbericht, tweet, e-mail, promotiefilmpje
ONL BS
LWB 3F LE 2 1 De hoofd-gedachte in een informatieve tekst
Begrijpen Kan de hoofd gedachte in eigen woorden weergeven.
nieuwsitem, artikel, e-mail, artikel
ONL BS
LWB 3F LE 2 2 De hoofd-gedachte in een betogende tekst
Begrijpen Kan de hoofd gedachte in eigen woorden weergeven.
advertentie, artikel, e-mail, column, recensie
ONL BS
LWB 3F LE 3 1 Inleiding, kern en slot
Begrijpen Legt relaties tussen tekstdelen (inleiding, kern, slot) en teksten.
artikel, nieuwsbericht, advertentie
ONL BS
LWB 3F LE 4 1 Tekststructuren en signaalwoorden
Begrijpen Begrijpt en herkent relaties als oorzaak-gevolg, middel-doel, opsomming e.d.
advertentie, artikel, column, verslag, column, rapport
ONL BS
LWB 3F LE 4 1 Tekststructuren en signaalwoorden
Opzoeken Kan snel informatie vinden in langere rapporten of ingewikkelde schema’s.
ONL BS
LWB 3F LE 5 1 Hoofd- en bijzaken
Begrijpen Maakt onderscheid tussen hoofd- en bijzaken
artikel, ingezonden brief
ONL BS
LWB 3F LE 5 2 Feiten, meningen, standpunten en argumenten
Begrijpen Kan onderscheid maken tussen mening en feit.
artikel, advertentie, recensie, ingezonden brief, column
ONL BS
LWB 3F LE 5 3 Drogredenen Begrijpen Maakt onderscheid tussen drogreden en argument.
forumdiscussie, advertenties
ONL BS
LWB 3F LE 6 1 Achterliggende bedoelingen
Interpreteren Kan conclusies trekken over intenties, opvattingen, gevoelens, stemming en toon van de spreker(s).
tweet, advertentie, artikel, infographic
59Taalblokken Nederlands | Algemene docentenhandleiding
On-line
Leer-werk-boek
Ref.kader
Vaard Hfdst Pa Titel hoofd-stuk
Taak Kenmerk taakuitvoering Tekstvorm
ONL BS
LWB 3F LE 6 2 Doelen en behoeften
Interpreteren Kan conclusies trekken over intenties, opvattingen, gevoelens, stemming en toon van de spreker(s).
uitzending (populair-wetenschap), spam, advertentie, artikel.
ONL BS
LWB 3F LE 6 3 Conclusies trekken
Interpreteren Kan de tekst vergelijken met inhouden uit andere teksten en kan tekstdelen met elkaar vergelijken.
grafiek, artikel, infographic
ONL BS
LWB 3F LE 7 1 Verschillen in waardering
Evalueren Kan de informatie in een tekst beoordelen op waarde voor zichzelf en anderen.
artikel, e-mail
ONL BS
LWB 3F LE 7 2 De functie van tekstdelen
Evalueren Kan de tekst opdelen in betekenisvolle eenheden en kan de functie van deze eenheden benoemen.
e-mail, artikel
ONL BS
LWB 3F LE 7 3 Oordelen over argumentatie
Evalueren Kan de argumentatie in een betogende tekst op aanvaardbaarheid beoordelen.
Ingezonden brief, artikel
ONL BS
LWB 3F LE 8 1 Samenvatten voor jezelf
Samenvatten Kan een tekst beknopt samenvatten.
e-mail, artikel, mindmap
ONL BS
LWB 3F LE 8 2 Samenvatten voor anderen
Samenvatten Kan een tekst beknopt samenvatten voor anderen.
artikel, ingezonden brief
ONL SG
3F ET
ONL SG
3F ET
ONL e-LE
3F LE Verschillende taken
Meer kenmerken
ONL T
3F LE
60 Taalblokken Nederlands | Algemene docentenhandleiding
Generiek Luisteren 3F
Kolom 1: Leermiddel: ONL BS = Online Bouwstenen,
ONL MOD = Online Modules, ONL e-LE
= Online Extra Lezen, ONL e-LU = Online
Extra Luisteren, ONL ET = Online Eindtoets
Kolom 2: Leermiddel: LWB = Leerwerkboek
Kolom 3: Niveau Referentiekader
Kolom 4: Vaardigheid: LE =Lezen, LU = Luisteren,
SC =Schrijven, SG = Spreken en
gesprekken voeren, SP =Spreken, GV =
Gesprekken voeren, TT = Tussentoets,
MV = Meer vaardigheden
Kolom 5: Hoofdstuk LWB en Online
Kolom 6: paragraafnummer
Kolom 7: Titel hoofdstuk
Kolom 8: Taakuitvoering volgens het
Referentiekader
Kolom 9: Kenmerk taakuitvoering volgens het
Referentiekader
Kolom 10: Tekstvormen
On-line
Leer-werk-boek
Ref.kader
Vaard Hfdst Pa Titel hoofd-stuk
Taak Kenmerk taakuitvoering Tekstvorm
ONL BS
LWB 3F LU 1 1 Tekst soorten Begrijpen Kan (verhalende, informatieve, instructieve en betogende) Tekst-soorten onderscheiden en benoemen.
consumenten-programma, discussie programma amusements-programma, pitch
ONL BS
LWB 3F LU 1 3 Betrouw-baarheid
Evalueren Kan een oordeel geven over de waarde en de Betrouw-baarheid van de gegeven informatie voor zichzelf en voor anderen.
mindmap, recensie (film en tekst)
ONL BS
LWB 3F LU 2 1 De hoofd-gedachte in een informatieve tekst
Begrijpen Kan de hoofd gedachte in eigen woorden weergeven.
trailer film, consumenten-programma, voorlichtings-programma
ONL BS
LWB 3F LU 2 2 De hoofd-gedachte in een betogende tekst
Begrijpen Kan de hoofd gedachte in eigen woorden weergeven.
reclamefilm
ONL BS
LWB 3F LU 3 1 Inleiding, kern en slot
Begrijpen Legt relaties tussen tekstdelen (inleiding, kern, slot) en teksten. (2F)
reclamefilmpje, discussie programma, informatief programma
ONL BS
LWB 3F LU 4 1 Tekststructuren en signaalwoorden
Begrijpen Begrijpt en herkent relaties als oorzaak-gevolg, middel-doel, opsomming e.d.
informatief programma o, toespraak, instructiefilmpje, consumenten-programma, toespraak, instructiefilmpje, reality tv-programma
ONL BS
LWB 3F LU 5 1 Hoofd- en bijzaken
Begrijpen Maakt onderscheid tussen hoofd- en bijzaken
informatief programma, betogend filmpje, reisprogramma
ONL BS
LWB 3F LU 5 2 Feiten, meningen, standpunten en argumenten
Begrijpen Kan onderscheid maken tussen standpunt en argument.
informatief filmpje, discussie programma, promotiefilm consumenten-programma
ONL BS
LWB 3F LU 5 3 Drogredenen Interpreteren Kan onderscheid maken tussen drogreden en argument.
reclamefilmpjes, debat (Lagerhuis)
61Taalblokken Nederlands | Algemene docentenhandleiding
On-line
Leer-werk-boek
Ref.kader
Vaard Hfdst Pa Titel hoofd-stuk
Taak Kenmerk taakuitvoering Tekstvorm
ONL BS
LWB 3F LU 6 1 Achterliggende bedoelingen
Interpreteren kan tekstdelen met elkaar vergelijken.
discussie programma (radio), discussie-programma (tv)
ONL BS
LWB 3F LU 6 2 Doelen en behoeften
Interpreteren Kan conclusies trekken over intenties, opvattingen, gevoelens, stemming en toon van de spreker(s).
tv-interview
ONL BS
LWB 3F LU 6 3 Conclusies trekken
Interpreteren Kan de tekst vergelijken met inhouden uit andere teksten en kan tekstdelen met elkaar vergelijken.
voorbeelden van sollicitatiegesprekken (filmpje)
ONL BS
LWB 3F LU 7 1 Verschillen in waardering
Evalueren Kan de argumentatie in een betogende tekst op aanvaardbaarheid beoordelen.
toespraak, vraaggesprek (radio), consumenten-programma
ONL BS
LWB 3F LU 7 2 De functie van tekstdelen
Interpreteren Kan de tekst vergelijken met inhouden uit andere teksten en kan tekstdelen met elkaar vergelijken.
Interview (tv)
ONL BS
LWB 3F LU 7 3 Oordelen over argumentatie
Evalueren Kan de tekst vergelijken met inhouden uit andere teksten en kan tekstdelen met elkaar vergelijken.
vraaggesprek (radio)
ONL BS
LWB 3F LU 8 1 Samenvatten voor jezelf
Samenvatten Kan een tekst samenvatten voor zichzelf en ook voor anderen.
film, vraaggesprek (radio), nieuwsbericht (journaal), consumenten-programma
ONL BS
LWB 3F LU 8 2 Samenvatten voor anderen
Samenvatten Kan een tekst samenvatten voor zichzelf en ook voor anderen.
reportage, werkoverleg
62 Taalblokken Nederlands | Algemene docentenhandleiding
Generiek Schrijven 3F
Kolom 1: Leermiddel: ONL BS = Online Bouwstenen,
ONL MOD = Online Modules, ONL e-LE
= Online Extra Lezen, ONL e-LU = Online
Extra Luisteren, ONL ET = Online Eindtoets
Kolom 2: Leermiddel: LWB = Leerwerkboek
Kolom 3: Niveau Referentiekader
Kolom 4: Vaardigheid: LE =Lezen, LU = Luisteren,
SC =Schrijven, SG = Spreken en
gesprekken voeren, SP =Spreken, GV =
Gesprekken voeren, TT = Tussentoets,
MV = Meer vaardigheden
Kolom 5: Hoofdstuk LWB en Online
Kolom 6: Paragraafnummer
Kolom 7: Titel hoofdstuk
Kolom 8: Taakuitvoering volgens het
Referentiekader
Kolom 9: Kenmerk taakuitvoering volgens het
Referentiekader
Kolom 10: Tekstvormen
On-line
Leer-werk-boek
Ref.kader
Vaard Hfdst Pa Titel hoofd-stuk
Taak Kenmerk taakuitvoering Tekstvorm
ONL BS
LWB 3F SC 1 1 Tekstsoort Afstemming op doel
Kan verschillende schrijfdoelen hanteren en in een tekst combineren.
Instructieve tekst, mindmap
ONL BS
LWB 3F SC 1 2 Tekstsoort Afstemming op publiek
Kan schrijven voor zowel publiek uit de eigen omgeving als voor een algemeen lezerspubliek.
CV, sollicitatiebrief, mail, recensie, telefoonmemo, sms / whatsapp
ONL BS
LWB 3F SC 2 1 Hoofd-gedachte
Afstemming op doel
Kan verschillende schrijfdoelen hanteren en in een tekstcombineren: informatie vragen en geven, mening geven, overtuigen, tot handelen aanzetten.
e-mail, artikel
ONL BS
LWB 3F SC 2 2 Hoofd-gedachte
Samenhang De gedachtelijn is in grote lijnen logisch en consequent met hier en daar een niet hinderlijk zijspoor. Relaties als oorzaak en gevolg, voor- en nadelen, overeenkomst en vergelijking, zijn duidelijk aangegeven.
advertentie, mindmap, tweet
ONL BS
LWB 3F SC 3 1 Inleiding, kern en slot
Leesbaar-heid
Geeft een heldere structuur aan.
advertentie, advertorial, nieuwsbericht, artikel
ONL BS
LWB 3F SC 4 2 Samenhang Samenhang Begrijpt en herkent relaties als oorzaak-gevolg, middel-doel, opsomming e.d.
artikel, gebruiksaanwijzing, e-mail, flyer, nieuwsbericht
ONL BS
LWB 3F SC 5 1 Hoofd- en bijzaken, feiten en meningen
Afstemming op doel
Kan verschillende schrijfdoelen hanteren en in een tekst combineren.
mindmap, e-mail
ONL BS
LWB 3F SC 5 2 Hoofd- en bijzaken, feiten en meningen
Afstemming op doel
Kan verschillende schrijfdoelen hanteren en in een tekst combineren: informatie vragen en geven, mening geven, overtuigen, tot handelen aanzetten.
recensie, ingezonden brief, column
ONL BS
LWB 3F SC 5 3 Hoofd- en bijzaken, feiten en meningen
Afstemming op doel
Kan verschillende schrijfdoelen hanteren en in een tekst combineren: informatie vragen en geven, mening geven, overtuigen, tot handelen aanzetten.
advertentie
63Taalblokken Nederlands | Algemene docentenhandleiding
On-line
Leer-werk-boek
Ref.kader
Vaard Hfdst Pa Titel hoofd-stuk
Taak Kenmerk taakuitvoering Tekstvorm
ONL BS
LWB 3F SC 6 1 Conclusies trekken
Afstemming op publiek
Kan schrijven voor zowel publiek uit de eigen omgeving als voor een algemeen lezerspubliek.
brief (klacht)
ONL BS
LWB 3F SC 6 2 Conclusies trekken
Samenhang Kan opbouw van de tekst aan het doel van de tekst aanpassen.
artikel, verkoopbrief
ONL BS
LWB 3F SC 6 3 Conclusies trekken
Samenhang Alinea’s zijn verbonden tot een coherent betoog.
reflectieverslag
ONL BS
LWB 3F SC 7 1 Evalueren Afstemming op publiek
Past register consequent toe: het taalgebruik past binnen de gegeven situatie en is consistent in toon, doel, genre.
artikel, mindmap, advertentie
ONL BS
LWB 3F SC 7 2 Evalueren Afstemming op doel
Kan verschillende schrijfdoelen hanteren en in een tekst combineren: informatie vragen en geven, mening geven, overtuigen, tot handelen aanzetten. Kan opbouw van de tekst aan het doel van de tekst aanpassen.
mindmap, brief
ONL BS
LWB 3F SC 7 3 Evalueren Afstemming op doel
Kan verschillende schrijfdoelen hanteren en in een tekst combineren: informatie vragen en geven, mening geven, overtuigen, tot handelen aanzetten.
ingezonden brief, online reactie op standpunt.
ONL BS
LWB 3F SC 8 1 Samenvatten Afstemming op doel
Kan opbouw van de tekst aan het doel van de tekst aanpassen.
mindmap, artikel
ONL BS
LWB 3F SC 8 2 Samenvatten Afstemming op doel
Kan opbouw van de tekst aan het doel van de tekst aanpassen.
artikel, pitch
Na de bouwstenen Schrijven eventueel verdergaan met de Modules Schrijven (Corresponderen, Formulieren, Verslagen).
64 Taalblokken Nederlands | Algemene docentenhandleiding
Generiek Spreken / Gesprekken 3F
Kolom 1: Leermiddel: ONL BS = Online Bouwstenen,
ONL MOD = Online Modules, ONL e-LE
= Online Extra Lezen, ONL e-LU = Online
Extra Luisteren, ONL ET = Online Eindtoets
Kolom 2: Leermiddel: LWB = Leerwerkboek
Kolom 3: Niveau Referentiekader
Kolom 4: Vaardigheid: LE =Lezen, LU = Luisteren,
SC =Schrijven, SG = Spreken en
gesprekken voeren, SP =Spreken, GV =
Gesprekken voeren, TT = Tussentoets,
MV = Meer vaardigheden
Kolom 5: Hoofdstuk LWB en Online
Kolom 6: Paragraafnummer
Kolom 7: Titel hoofdstuk
Kolom 8: Taakuitvoering volgens het
Referentiekader
Kolom 9: Kenmerk taakuitvoering volgens het
Referentiekader
Kolom 10: Tekstvormen
On-line
Leer-werk-boek
Ref.kader
Vaard Hfdst Pa Titel hoofd-stuk
Taak Kenmerk taakuitvoering Tekstvorm
ONL BS
LWB 3F SP 1 1 Tekst soorten Beurten nemen en bijdragen aan samenhang
Kan op doeltreffende wijze de beurt nemen. Kan standaardzinnen gebruiken.
Informatief programma
ONL BS
LWB 3F SP 1 2 Strategieën Afstemming op publiek
Kiest in formele en informele situaties zonder moeite de juiste taalvariant.
presentatie
ONL BS
LWB 3F SP 2 1 De hoofd-gedachte in een informatieve tekst
Afstemming op doel
Kan opbouw van de tekst aan het doel van de tekst aanpassen.
tv-nieuws (journaal), nieuwsitem
ONL BS
LWB 3F SP 2 2 De hoofd-gedachte in een betogende tekst
Afstemming op gespreks-partner
Reageert adequaat op de uitingen van de gespreks-partners en vraagt indien nodig naar meer informatie of naar de bedoeling.
collage, reclame
ONL BS
LWB 3F SP 3 1 Inleiding, kern en slot
Samenhang Kan, indien nodig, het publiek de opbouw en structuur duidelijk maken en volgt deze ook.
brochure, informatief programma, actualiteitenrubriek, reclamefilm
ONL BS
LWB 3F SP 4 1 Tekststructuren en signaalwoorden
Samenhang Maakt gebruik van middelen voor tekstcohesie om uitingen te verbinden tot een heldere, samenhangende tekst.
gebruiksaanwijzing, gesprek, nieuwsuitzending, presentatie plan
ONL BS
LWB 3F SP 5 1 Hoofd- en bijzaken
Afstemming op doel
Kan tijdens een spreektaak verschillende doelen met elkaar verbinden (bijvoorbeeld informeren en overtuigen) en is zich bewust van wisseling van spreekdoel.
gesprek (klacht), gesprek (advies), gesprek (sollicitatie), monoloog (tijdens vergadering)
ONL BS
LWB 3F SP 5 2 Feiten, meningen, standpunten en argumenten
Afstemming op publiek
Kan spontaan afwijken van een voorbereide tekst en ingaan op belangwekkende punten die vanuit het publiek worden aangedragen.
presentatie, debat
ONL BS
LWB 3F SP 5 3 Drogredenen Afstemming op doel
Kan tijdens een spreektaak verschillende doelen met elkaar verbinden (bijvoorbeeld informeren en overtuigen) en is zich bewust van wisseling van spreekdoel.
gesprek (discussie)
65Taalblokken Nederlands | Algemene docentenhandleiding
On-line
Leer-werk-boek
Ref.kader
Vaard Hfdst Pa Titel hoofd-stuk
Taak Kenmerk taakuitvoering Tekstvorm
ONL BS
LWB 3F SP 6 1 Achterliggende bedoelingen
Afstemming op gespreks-partner
Reageert adequaat op de uitingen van de gespreks-partners en vraagt indien nodig naar meer informatie of naar de bedoeling. Reageert adequaat op non-verbale signalen.
Interview (tv)
ONL BS
LWB 3F SP 6 2 Doelen en behoeften
Afstemming op doel
Kan zonder moeite gesprekken voeren met meerdere doelen.
probleemoplossend gesprek
ONL BS
LWB 3F SP 6 3 Conclusies trekken
Afstemming op doel
Kan zonder moeite gesprekken voeren met meerdere doelen. Kan afwijkingen van het doel inbrengen en accepteren zonder de draad kwijt te raken.
monoloog, klachtengesprek
ONL BS
LWB 3F SP 7 1 Verschillen in waardering
Afstemming op doel
Kan zonder moeite gesprekken voeren met meerdere doelen. Kan afwijkingen van het doel inbrengen en accepteren zonder de draad kwijt te raken.
beoordelings-gesprek, functionerings-gesprek, onderhandelings-gesprek
ONL BS
LWB 3F SP 7 2 De functie van tekstdelen
Afstemming op doel
Kan zonder moeite gesprekken voeren met meerdere doelen.
werkoverleg, slechtnieuwsgesprek
ONL BS
LWB 3F SP 7 3 Oordelen over argumentatie
Afstemming op doel
Kan zonder moeite gesprekken voeren met meerdere doelen. Kan afwijkingen van het doel inbrengen en accepteren zonder de draad kwijt te raken.
debat
ONL BS
LWB 3F SP 8 1 Samenvatten voor jezelf
Afstemming op gespreks-partner
Reageert adequaat op de uitingen van de gespreks-partners en vraagt indien nodig naar meer informatie of naar de bedoeling.
artikel, klachtengesprek
ONL BS
LWB 3F SP 8 2 Samenvatten voor anderen
Afstemming op doel
Kan tijdens een spreektaak verschillende doelen met elkaar verbinden (bijvoorbeeld informeren en overtuigen) en is zich bewust van wisseling van spreekdoel.
mindmap, artikel, monoloog
Na de bouwstenen Spreken / Gesprekken eventueel verdergaan met de Modules Spreken (Monoloog houden) of Gesprekken (Informatie uitwisselen, Overleg voeren, Zaken regelen).
66 Taalblokken Nederlands | Algemene docentenhandleiding
Generiek Spelling en Grammatica 1F, 2F klassikale route
Kolom 1: Leermiddel: ONL SG = Spelling en
Grammatica
Kolom 2: Leermiddel: LWB = Leerwerkboek
Kolom 3: Niveau Referentiekader
Kolom 4: Vaardigheid: GR = Grammatica,
SP = Spelling, ET =Eindtoets
Kolom 5: Hoofdstuk LWB en Online
Kolom 6: Titel hoofdstuk
Kolom 7: Taakuitvoering volgens het
Referentiekader
Kolom 8: Kenmerk taakuitvoering volgens het
Referentiekader
Kolom 9: Begrippen
On-line
Leer-werk-boek
Ref.kader
Vaard Hoofd-stuknr
Titel hoofd-stuk
Taak Kenmerk taakuitvoe-ring
Begrippen
LWB 2F GR 10.1 Grammatica Spelling, interpunctie en grammatica
Beheerst begrippenlijst.
Woorden: werkwoorden, zelfstandig naamwoorden, lidwoorden, bijvoeglijk naamwoorden, voorzetsels, voornaamwoorden
LWB 2F GR 10.2 Grammatica Spelling, interpunctie en grammatica
Beheerst begrippenlijst.
Zinnen: persoonsvorm en onderwerp, het werkwoordelijk gezegde, het lijdend voorwerp, de woordvolgorde van de zin, hoofd- en bijzinnen, lijdende en bedrijvende vorm, bevelende zinnen, directe en indirecte rede
LWB 2F SP 11.1 Spelling Spelling, interpunctie en grammatica
Beheerst regels taalverzorging.
Woorden: klinkers en medeklinkers, tweeklanken, lettergrepen, het afbreekteken, het zelfstandig naamwoord, het bijvoeglijk naamwoord, het werkwoord: persoonsvorm tegenwoordige tijd, het werkwoord: persoonsvorm vt (regelmatig), het werkwoord: verleden tijd (onregelmatig), het werkwoord: voltooid deelwoord, Engelse werkwoorden, alle / allen, beide / beiden
LWB 2F SP 11.2 Spelling Spelling, interpunctie en grammatica
Beheerst regels taalverzorging.
Leestekens: hoofdletters, vraagteken en uitroepteken, de komma, de dubbele punt, aanhalingstekens, ‘s nachts en ‘s morgens
67Taalblokken Nederlands | Algemene docentenhandleiding
On-line
Leer-werk-boek
Ref.kader
Vaard Hoofd-stuknr
Titel hoofd-stuk
Taak Kenmerk taakuitvoe-ring
Begrippen
ONL SG
1F SG Spelling en Grammatica
Spelling, interpunctie en grammatica
Beheerst begrippenlijst en regels taalverzorging.
Klinkers en medeklinkers, tweeklanken, verdubbeling, bijzondere klanken, woorden die je anders schrijft dan zegt, zelfstandig naamwoord, spelling van zelfstandige naamwoorden, het bijvoeglijk naamwoord, achtervoegsel, het werkwoord, werkwoordspelling, lees-tekens, lettergrepen, verwijswoorden en voegwoorden, dit, dat, deze, die, hoofdzin en bijzin, woordvolgorde, woorden voor personen, voorzetsels
ONL SG
2F SG Spelling en Grammatica
Spelling, interpunctie en grammatica
Beheerst begrippenlijst en regels taalverzorging.
zelfstandig naamwoord, bijvoeglijk naamwoord, werkwoordspelling (5 delen), dezelfde letter, andere klank, leestekens, verwijswoorden en voegwoorden, zinnen, voorzetsels, onbepaalde woorden
ONL SG
1F ET Spelling
ONL SG
1F ET Grammatica
ONL SG
2F ET Spelling
ONL SG
2F ET Grammatica
68 Taalblokken Nederlands | Algemene docentenhandleiding
Beroepsspecifiek, modules: samenwerkingsopdrachten en eindopdrachten 3F, per domein (selectie)
Kolom 1: Niveau Referentiekader
Kolom 2: Vaardigheid: SC =Schrijven, SP = Spreken,
GV = Gesprekken voeren,
Kolom 3: Module OV = Overleg voeren,
IU: = Informatie uitwisselen,
MH = Monoloog houden, CO =
Corresponderen, FB = Formulieren,
berichten, VA = Verslagen, artikelen,
ZR =Zaken regelen
Kolom 4: Domein
Kolom 5: Hoofdstuk
Kolom 6: Opdracht
N V H Domein Hoofdstuk Opdracht
3F GV IU GENERIEK Eindopdracht Adviesgesprek namens gemeente om keuze te maken uit bestemmingsmogelijkheden van speelplekken in buurt.
3F SC CO GENERIEK Eindopdracht Behandeling van een (onterechte) klacht over terugbetaling van een borg (huur appartement) (slecht nieuws).
3F GV IU COMMERCIEEL Eindopdracht Telefonisch adviesgesprek om omzet te verhogen, middels promotieacties, binnen een gegeven budget.
3F SC CO COMMERCIEEL Eindopdracht Behandeling van een (onterechte) klacht over een mislukte excursie (slecht nieuws).
3F SC CO HORECA BAKKERIJ Eindopdracht Uiten van een klacht over slecht verpakkingsmateriaal en verzoek om informatie (2 brieven).
3F GV OV HORECA BAKKERIJ Eindopdracht Binnen een familiehotel overleggen over o.a. het vakantierooster, nieuwe arrangementen en een klachtenmanagementsysteem.
3F GV IU HORECA BAKKERIJ Eindopdracht Adviesgesprek waarin een klant een drietal mogelijkheden voor een gezellige avond krijgt aangeboden, met een voorkeur.
3F GV IU MEDIA VORMGEVING Eindopdracht Adviesgesprek met ambtenaar van de gemeente over het beter benutten van de website op basis van brainstorm.
3F SC CO MEDIA VORMGEVING Eindopdracht Uiten van een klacht gericht aan een leverancier van drukwerk.
3F GV OV SPORT VEILIGHEID Samenwerkings-opdrachten
1. Projectleider belt collega om informatie over Sport-55+ bij andere gemeente. 2. Buurtsportcoach beantwoordt telefonisch vragen sportschool over plan Sportsenior. 3. Buurtsportcoach voert een intakegesprek met 55-plusser die moet bewegen.
3F GV OV SPORT VEILIGHEID Eindopdracht Binnen een kinderopvangorganisatie overleggen over de deelname aan een buitensportactiviteit.
3F SC CO SPORT VEILIGHEID Eindopdracht Klachtenbrief gericht aan leverancier van voetbalnetten over factuur met afwijkingen van wat er is toegezegd.
3F SC CO TECHNIEK PROCESINDUSTRIE
Eindopdracht Offertebrief met voorwaarden en argumenten bij opties.
3F GV IU WELZIJN Eindopdracht Sociaal-cultureel medewerker bij wijkcentrum voert intakegesprek met ouder over zoontje met overgewicht.
3F SC CO WELZIJN Eindopdracht Brief met afhandeling van een terechte klacht van een ouder over een negatieve beoordeling van het kind.
3F GV OV WELZIJN Eindopdracht Werkoverleg over plannen en (mede)organiseren van een aantal vaste buitenschoolse activiteiten voor de onder- en middenbouw, waaronder verdeling van taken, verzamelen van lesmateriaal en de bespreking van een artikel over beelddenken.
3F GV IU ZORG Eindopdracht Adviesgesprek waarin patiënt wordt geadviseerd te stoppen met roken.
3F GV OV ZORG Eindopdracht Binnen een verpleeghuis werkoverleg houden met als agendapunten o.a. vervanging, patiëntenkaart en afspraken bloeddruk meten.
3F SC CO ZORG Eindopdracht E-mail met een verzoek aan leidinggevende om een training te mogen bijwonen over ‘Omgaan met agressie in de zorg’.
ISBN 978 94 020 0593 6
563312