MNM Lokaal – Giving teachers and students the tools to succeed

7
© Nibud 2012-2013 www.nibud.nl Het Grote Geldonderzoek: hoe ga je met je geld om? Nationaal Instituut voor Budgetvoorlichting (Nibud) Tijdsduur: één les Werkvorm: individueel met een discussie in de klas Niveau: bedoeld voor alle leerlingen van klas 1 t/m 6, van vmbo tot vwo Introductie Sinds 1984 doet het Nibud elke 2 jaar onderzoek naar de inkomsten, uitgaven, het spaar-en leengedrag van middelbare scholieren. In 2010-2011 heeft een recordaantal van 10.000 scholieren mee gedaan. Dat is heel mooi, omdat dit een goed beeld geeft hoe de Nederlandse scholier met zijn geld omgaat: hoeveel inkomsten hebben ze? Waar besteden ze hun geld aan? Zijn ze impulsief? Vinden ze geld belangrijk? Sparen ze of komen ze juist vaak geld tekort? Dit zijn allemaal vragen die aan bod komen. De uitkomsten van het onderzoek worden gebruikt om inzicht te krijgen in het bestedingsgedrag, het spaar-en leengedrag, de houding en de financiële vaardigheden van middelbare scholieren. We gebruiken de uitkomsten om de voorlichting over geldzaken aan en over jongeren, actueel en aangepast aan deze tijd te houden. De uitkomsten worden gebruikt als input voor lesmateriaal, websites, brochures en online tools. Allemaal om de financiële zelfredzaamheid van de jongeren te verhogen. Daarnaast gebruiken veel scholieren de uitkomsten voor werkstukken en om te zien hoeveel anderen aan zakgeld en kleedgeld krijgen. U kunt met uw leerlingen meedoen aan het onderzoek, door uw leerlingen de vragenlijst in te laten vullen. Zo draagt u er aan bij dat het Nibud een gedegen onderzoek naar het geldgedrag van scholieren kan uitvoeren. Daarmee helpt u de kennis over het bestedingsgedrag van middelbare scholieren in Nederland te vergroten. Maar veel belangrijker: door uw leerlingen de vragenlijst in te laten vullen, maakt u uw leerlingen bewust van hun eigen geldgedrag. Op deze manier staan ze stil bij de manier waarop ze met geld om gaan. En… ze kunnen € 100, - winnen. De resultaten van het onderzoek worden in het voorjaar van 2013 openbaar gemaakt. Opdracht Geef de leerlingen als huiswerkopdracht mee om de vragenlijst van het scholierenonderzoek digitaal in te vullen (dit duurt 15 minuten) of laat de leerlingen de vragenlijst in de klas invullen. De link naar de vragenlijst is: service.nibud.nl/nso_link Bespreek onderwerpen uit de vragenlijst in de klas. Discussieer met de leerlingen over deze onderwerpen Verderop staan -voor verschillende niveaus- welke vragen je met de leerlingen kunt bespreken. Heeft u weinig tijd om het onderwerp in de klas te bespreken? Roep uw leerlingen dan wel -al dan niet als huiswerk- op de vragenlijst in te vullen op: service.nibud.nl/nso_link

Transcript of MNM Lokaal – Giving teachers and students the tools to succeed

Page 1: MNM Lokaal – Giving teachers and students the tools to succeed

© Nibud 2012-2013 www.nibud.nl

Het Grote Geldonderzoek:

hoe ga je met je geld om? Nationaal Instituut voor Budgetvoorlichting (Nibud)

Tijdsduur: één les

Werkvorm: individueel met een discussie in de klas

Niveau: bedoeld voor alle leerlingen van klas 1 t/m 6, van vmbo tot vwo

Introductie Sinds 1984 doet het Nibud elke 2 jaar onderzoek naar de inkomsten, uitgaven, het spaar -en

leengedrag van middelbare scholieren. In 2010-2011 heeft een recordaantal van 10.000

scholieren mee gedaan. Dat is heel mooi, omdat dit een goed beeld geeft hoe de Nederlandse

scholier met zijn geld omgaat: hoeveel inkomsten hebben ze? Waar besteden ze hun geld aan?

Zijn ze impulsief? Vinden ze geld belangrijk? Sparen ze of komen ze juist vaak geld tekort? Dit

zijn allemaal vragen die aan bod komen.

De uitkomsten van het onderzoek worden gebruikt om inzicht te krijgen in het bestedingsgedrag,

het spaar-en leengedrag, de houding en de financiële vaardigheden van middelbare scholieren.

We gebruiken de uitkomsten om de voorlichting over geldzaken aan en over jongeren, actueel en

aangepast aan deze tijd te houden. De uitkomsten worden gebruikt als input voor lesmateriaal,

websites, brochures en online tools. Allemaal om de financiële zelfredzaamheid van de jongeren

te verhogen. Daarnaast gebruiken veel scholieren de uitkomsten voor werkstukken en om te zien

hoeveel anderen aan zakgeld en kleedgeld krijgen.

U kunt met uw leerlingen meedoen aan het onderzoek, door uw leerlingen de vragenlijst in te

laten vullen. Zo draagt u er aan bij dat het Nibud een gedegen onderzoek naar het geldgedrag

van scholieren kan uitvoeren. Daarmee helpt u de kennis over het bestedingsgedrag van

middelbare scholieren in Nederland te vergroten. Maar veel belangrijker: door uw leerlingen de

vragenlijst in te laten vullen, maakt u uw leerlingen bewust van hun eigen geldgedrag. Op deze

manier staan ze stil bij de manier waarop ze met geld om gaan. En… ze kunnen € 100,- winnen.

De resultaten van het onderzoek worden in het voorjaar van 2013 openbaar gemaakt.

Opdracht Geef de leerlingen als huiswerkopdracht mee om de vragenlijst van het

scholierenonderzoek digitaal in te vullen (dit duurt 15 minuten) of laat de leerlingen de

vragenlijst in de klas invullen. De link naar de vragenlijst is: service.nibud.nl/nso_link

Bespreek onderwerpen uit de vragenlijst in de klas. Discussieer met de leerlingen over

deze onderwerpen

Verderop staan -voor verschillende niveaus- welke vragen je met de leerlingen kunt

bespreken.

Heeft u weinig tijd om het onderwerp in de klas te bespreken? Roep uw leerlingen dan wel -al

dan niet als huiswerk- op de vragenlijst in te vullen op: service.nibud.nl/nso_link

Page 2: MNM Lokaal – Giving teachers and students the tools to succeed

© Nibud 2012-2013 www.nibud.nl

U kunt dit plaatsen op de Elektronische Leeromgeving met een eventuele

oproeptekst:

Het Nibud wil graag weten hoe jij met geld omgaat. Doe daarom mee aan het grote

Scholieren Geldonderzoek! Vul de vragenlijst helemaal in en maak kans op een fashioncheque

ter waarde van € 100,-!

De volgende onderwerpen komen in de vragenlijst aan bod:

Inkomsten

Baantjes

Uitgaven

Bestedingsgedrag

Sparen

Geld tekort en lenen

Houding ten aanzien van geld

Scholieren die de vragenlijst volledig invullen maken kans op een fashioncheque van 100 euro.

Doel Door de vragenlijst in te vullen, staat de leerling bewust stil bij zijn geldgedrag. Hij reflecteert zijn

eigen financiële situatie en zijn houding en gedrag ten aanzien van geld. Dit geeft hem inzicht in

de manier waarop hij met geld om gaat.

Door in de klas het onderwerp aan bod te laten komen en de leerlingen onderling er over te laten

praten en discussiëren, wordt het onderwerp geld en hoe hier mee wordt omgegaan ook

bespreekbaar gemaakt. Men leert van elkaar door ieders kijk op geld te bespreken.

Werkwijze Leerlingen vullen de vragenlijst van het Nibud Scholieren Geldonderzoek. Dit kan óf in de klas

(maar moet wel individueel) óf als huiswerkopdracht. De vragenlijst staat hier:

http://service.nibud.nl/nso_link

Dit kost de leerling ongeveer 15 minuten; ze vullen dit volledig anoniem in.

Nadat de leerlingen de vragenlijst hebben ingevuld, kunt u met de klas een aantal onderwerpen

uit het onderzoek bespreken. Hierdoor leren jongeren van elkaar hoe ze met geld om gaan én

waarom ze op die manier met geld omgaan.

Hieronder staan een aantal mogelijke vragen per thema benoemd; u hoeft ze niet allemaal te

behandelen. U kunt er voor kiezen om één of meerdere onderwerpen in de klas te bespreken.

Hieronder staan de vragen onder elkaar, met begeleidende tekst er tussen. Achter aan staan de

vragen en stellingen per onderwerp op een rij, zodat deze handzaam bij elkaar staan en

eventueel op het digibord kunnen worden geprojecteerd.

*-vragen: zijn meer geschikt voor onderbouw

**-vragen: zijn meer geschikt voor klas 4,5,6

Meer achtergrondinformatie:

Vorige Geldonderzoek: Nibud Scholierenonderzoek 2010-2011

De scholierenwebsite van het Nibud: www.nibud.nl/scholieren

Page 3: MNM Lokaal – Giving teachers and students the tools to succeed

© Nibud 2012-2013 www.nibud.nl

Geld van je ouders Laat de leerlingen op het bord schrijven hoeveel geld ze elke maand van

hun ouders krijgen.

De bedragen zullen heel verschillend zijn. De één krijgt zakgeld, de ander ook kleedgeld en/of

een bedrag voor zijn mobiele telefoon.

Bespreek met de klas:

Hoe kunnen de bedragen zo uiteen lopen?**

Laat de leerlingen hierover nadenken. Hierbij gaat het er om dat ze bedenken dat het heel

verschillend is wat ouders nog betalen en wat een kind zelf betaalt.

En het ene gezin heeft natuurlijk meer geld te besteden dan het andere.

Er is niet een richtlijn voor te geven; het hangt er van af wat je er van moet betalen. Dus je kunt

niet direct zeggen: wat krijg jij veel, wat krijg je weinig.

Wat moet je van het geld betalen?

U kunt hier een hele lijst van mogelijkheden bij langs lopen:

Cadeautjes voor vrienden

Cadeautjes voor ouders of voor Sinterklaas

Telefoonkosten

Bioscoopkaartje

Eten & drinken op school

Make up

Games

Shampoo

Contributie voor sportclub

Tijdschrift abonnement

Kleding en dan is nog de vraag: welke kleding: schoenen en winterjas ook? Of alleen

broeken?

Moet ook een deel van het geld gespaard worden?

Sommige ouders vinden het belangrijk dat een deel van het geld wordt gespaard.

Krijg je nog wel eens naast dit vaste bedrag extra geld van je ouders? Zo ja, wanneer?

Het blijkt dat veel ouders nog regelmatig ‘extra geld’ geven. Bijvoorbeeld als het kind naar

zwembad wil met vrienden. Of als ze even geld te kort komen. Het Nibud adviseert ouders dit

niet te doen, omdat doel van zakgeld juist is om te leren omgaan met een vast budget. Alleen

dan leert een kind dat op ook op is en dat het moet plannen met geld.

Waarom zou het goed zijn als je ouders je niet zomaar extra geld geven?**

Het is bedoeling dat een kind leert dat hij een beperkt budget heeft. Dat is vergelijkbaar met

salaris later. Je hebt je salaris en daar moet je van rondkomen. Er is niet een geldschieter die

altijd extra geeft als je meer wilt kopen.

En door niet steeds extra geld te krijgen, leer je plannen. Je weet dat op het moment dat je geld

krijgt, je niet alles direct kunt uitgeven, omdat je later in de maand ook nog geld moet uitgeven.

Als je altijd extra geld krijgt, dan hoef je niet te plannen, want je krijgt toch wel extra geld.

Page 4: MNM Lokaal – Giving teachers and students the tools to succeed

© Nibud 2012-2013 www.nibud.nl

Zijn er ook leerlingen die niks krijgen van hun ouders? Waarom krijg je niks?

Daar kunnen allerlei redenen voor zijn:

Hebben ze er geen geld voor?

Vinden ze dat je niet met geld om kunt gaan en dat je alles direct uitgeeft?

Betalen je ouders alles voor jou?

Omdat je een baantje hebt?

Aankopen doen Je wilt iets kopen. Hoe pak je dat aan?*

Laat leerlingen het ideale aankoopproces beschrijven.

Hier onder staan punten die in ieder geval die belangrijk zijn dat leerlingen op letten. Daar kunt u

op sturen.

1. Stel vast van je wilt kopen

2. Stel vast aan welke vereisten het minimaal moet voldoen

3. Kijk op internet of in winkels welke mogelijkheden er zijn voor product

4. Vergelijk de prijzen en de voorwaarden

5. Bekijk hoeveel geld je kunt uitgeven, houd daar bij rekening met andere uitgaven die je

deze maand hebt

6. Kijk welke kosten je nog meer hebt, om product te kunnen gebruiken (dus: houd rekening

met bijkomende kosten)

7. Kies een product die aansluit bij je wensen en die je kunt betalen

8. Bewaar het bonnetje als garantie en om te kunnen ruilen als nodig

Soms koop je iets, maar voordat je het product echt kunt gebruiken, moet je nog meer

spullen kopen. Geef daar voorbeelden van.**

Te denken valt aan:

- Extra controller voor Xbox, Playstation et cetera. En ook andere benodigdheden voor

spelcomputer.

- Spelletjes voor spelcomputer

- Kabels voor fototoestel, laptop

- Hoesje om telefoon in te bewaren

- Batterijen in elektrische apparaten

Ben je zelf wel eens meer kwijt geweest dan je had verwacht, omdat je niet aan de

bijkomende kosten had gedacht?**

Leg de leerlingen de volgende 2 stellingen voor:*

o Als ik iets koop, houd ik er rekening mee dat ik meer kwijt ben, door de

bijkomende

accessoires

o Als ik iets ga kopen, houd ik rekening met wat ik binnenkort nog meer wil kopen.

Om goed met geld om te gaan, is belangrijk dat je leert bewust uit te geven. De één koopt direct

iets wat hij ziet, de ander wikt en weegt voordat hij een aankoop doet . Of je nu een snelle

beslisser bent of dat je lang doet over het nemen van een beslissing, het is belangrijk dat je weet

dat:

- Het een redelijke prijs is voor een product. Daarvoor is het belangrijk dat prijzen zijn

vergeleken.

Page 5: MNM Lokaal – Giving teachers and students the tools to succeed

© Nibud 2012-2013 www.nibud.nl

- Je het kunt betalen. Daarvoor is belangrijk dat je weet wat je aan geld kunt

besteden en welke uitgaven je nog meer hebt. En wat je in totaal kwijt zal

zijn als je een aankoop doet, waarbij je rekening houdt met bijkomende

kosten.

Schrijf de stelling op het bord:

o klasgenoten/vrienden kopen vaak spullen die ze niet nodig hebben.

Laat leerlingen aangeven of ze daar mee eens of oneens zijn.

Waarom daar mee eens? Noem voorbeelden.

Waarom niet mee eens?

Vind je dat anderen dat meer doen dan jijzelf?

Het gaat hier om impulsaankopen. Voor veel leerlingen is het moeilijk om hun eigen bestedingen

te reflecteren en zien niet of ze zelf impulsaankopen doen. Wel hebben ze een duidelijk beeld

van het geldgedrag van anderen, hun klasgenoten en vrienden. Deze stelling laat hen meer

nadenken over impulsaankopen en laat de bestedingen van anderen vergelijken met hun eigen

bestedingen.

Omgaan met geld Begin met een introductievraag aan de leerlingen:

Vind je dat je goed met geld om gaat?

Waarom vind je dat wel? Waarom is dat niet het geval? Geef voorbeelden van situaties

waaruit dat duidelijk wordt.

Schrijf de volgende stellingen op het bord:

o Ik vind het lastig om niet te veel te kopen als het goedkoper is (in de aanbieding)

o Ik vind het moeilijk om mijn eigen geld uit te geven

Uit het Nibud Scholierenonderzoek blijkt dat ruim een kwart van de jongeren het moeilijk vindt

om niet te veel uit te geven door aanbiedingen. En overal staan aantrekkelijke aanbiedingen:

‘tijdelijk goedkoper’, ‘van….voor…’, ‘3 halen, 2 betalen’. Niet alle scholieren vinden het even

gemakkelijk om dergelijke verleidingen de baas te blijven.

Daarnaast vindt een kwart van de scholieren het juist lastig om hun geld uit te geven. Ze sparen

het merendeel van hun geld. Later zullen zij ook allerlei uitgaven hebben waar ze niet om heen

kunnen. Daarom is het ook belangrijk dat je leert je geld uit te geven zonder dat je je daarover

direct schuldig voelt en denkt dat je dan helemaal geen geld overhoudt.

De leerlingen kunnen veel van elkaar leren.

Verdeel de klas in groepjes. Zorg voor groepjes zijn die het niet lastig vinden om geld uit

te geven en sneller door aanbiedingen laten verleiden en groepjes die juist moeite

hebben hun geld uit te geven.

Laat de groepjes die zich makkelijk laten verleiden door aanbiedingen, drie geldtips

bedenken hoe degenen die het lastig vinden om geld uit te geven, dit kunnen leren.

Laat de groepjes die moeite hebben met geld uit te geven, drie geldtips bedenken hoe

degenen die zich snel laten verleiden dit minder kunnen doen.

Door deze opdracht kunnen de leerlingen van elkaar leren hoe je met geld om kan gaan.

Bovendien leren ze in elkaar te verplaatsen. Een leerling die moeite heeft met geld uit te geven,

heeft geen zin om te zeggen ‘gewoon kopen’, er zit meer achter waarom diegene moeilijk vindt.

Een tip waarbij aangegeven wordt dat iemand elke week een deel van zijn zakgeld apart zet om

uit te geven, in een ‘uitgeefpotje’, is beter. Of dat hij verplicht de cadeautjes voor verjaardagen

Page 6: MNM Lokaal – Giving teachers and students the tools to succeed

© Nibud 2012-2013 www.nibud.nl

zelf koopt in plaats van zijn ouders, want dan moet hij zijn geld uitgeven.

Sparen Schrijf de volgende stellingen op het bord:

o Iedereen zou verplicht moeten sparen

o Sparen is moeilijk

Laat leerlingen aangeven of ze daar mee eens of oneens zijn.

Waarom daar mee eens? Noem voorbeelden.

Waarom niet mee eens?

Veel leerlingen sparen zelf (88%). Maar er is een deel dat wel spaart, maar weer snel zijn geld

weer nodig heeft (12%).

De redenen om te sparen zijn verschillend, de één houdt gewoon geld over, de ander spaart

voor een specifiek doel.

Met deze stellingen komt naar voren komen wat het belang van en de voordelen van sparen.

Maar ook wat sommigen weerhoudt om te sparen. Er zijn scholieren namelijk die niet sparen. De

vraag is of ze het niet belangrijk vinden?

Bij het bespreken van deze stellingen kan aanbod komen hoe de scholieren zelf sparen: sparen

ze een vast bedrag of wat ze overhouden? Gebruiken ze hun spaargeld ook vaak of komen ze

daar niet aan? Spaar je wel eens bewust voor een specifiek doel?

Geld van je ouders Hoeveel geld krijgen jullie elke maand van je ouders?

Hoe kunnen de bedragen zo uiteen lopen?**

Wat moet je van het geld betalen?

Moet een deel van het geld gespaard worden?

Krijg je nog wel eens naast dit vaste bedrag extra geld van je ouders? Zo ja, wanneer?

Waarom zou het goed zijn als je ouders je niet zomaar extra geld geven?**

Wie krijgt er geen geld van zijn ouders?

Aankopen doen Je wilt iets kopen. Hoe pak je dat aan?*

Soms koop je iets, maar voordat je het product echt kunt gebruiken, moet je nog meer spullen

kopen. Geef daar voorbeelden van.**

Ben je zelf wel eens meer kwijt geweest dan je had verwacht, omdat je niet aan de bijkomende

kosten had gedacht?**

Eens of oneens?

o Als ik iets koop, houd ik er rekening mee dat ik meer kwijt ben, door de bijkomende

accessoires.

o Als ik iets ga kopen, houd ik rekening met wat ik binnenkort nog meer wil kopen.

Eens of oneens?

Page 7: MNM Lokaal – Giving teachers and students the tools to succeed

© Nibud 2012-2013 www.nibud.nl

o Klasgenoten/vrienden kopen vaak spullen die ze niet nodig hebben.

Waarom wel? Waarom niet? Noem voorbeelden.

Vind je dat klasgenoten meer spullen kopen die niet nodig zijn dan jijzelf?

Omgaan met geld Vind je dat je goed met geld om gaat?

Waarom vind je dat wel?

Waarom is dat niet het geval? Geef voorbeelden van situaties waaruit dat duidelijk wordt.

Eens of oneens?

o Ik vind het lastig om niet te veel te kopen als het goedkoper is (in de aanbieding).

o Ik vind het moeilijk om mijn eigen geld uit te geven

Bedenk 3 geldtips voor de andere groep (waar jij niet mee oneens/eens bent).

Sparen Eens of oneens?

Iedereen zou verplicht moeten sparen

Sparen is moeilijk

Waarom vind je dat wel?

Waarom vind je dat niet?