Thema 3 – OLC les 3 - Goden en mythen bij de Grieken en Romeinen

Stap 1: Sla dit document op in het mapje M&M en daarbinnen in het sub-mapje Thema 3. Noem het document: Thema 3 - OLC les 3 – Goden en mythen

Bekijk de volgende aflevering en maak de eerste drie vragenhttp://www.schooltv.nl/beeldbank/clip/20070125_deoudegrieken01

1. Noem een overeenkomst en een verschil tussen mensen en de goden

2. Waarom bouwden de oude Grieken tempels?

3. Beschrijf hoe een tempels eruit zag. Gebruik de volgende woorden: beelden en zuilen

Maak de volgende opdrachten met behulp van de volgende sitehttp://www.wikikids.nl/Griekse_mythologie

4. Hoe kan het dat er verschillende versies van een mythe bestaan?

5. Hoe heet de oppergod van de Grieken?

6. Vul het schema hieronder verder in.

Griekse Goden Romeinse Goden1. Héra 1. Juno Godin van het huwelijk2. Athéna

Godin van de landbouwGodin van de jacht

5. Mars6. Poseidon

7. PlutoGod van de handel

9. Aphrodite10.Vulcanus

7. Les de mythe over de dochter van Dementer, Persephone. Hoe verklaart deze mythe de winter?

Maak de volgende opdrachten met behulp van de onderstaande sitehttp://www.outoftheblue.nl/goden/goden.html#Op de site kun je op verschillende goden van zowel de Grieken als de Romeinen klikken. Wanneer je een god aanklikt kun je meer over hem of haar lezen en de vragen beantwoorden.

8. Waar kun je de god Pan aan herkennen?

9. Noem twee taken die Hermes van de goden moet verrichten:

10.Hoe wordt de zoon van Aphrodite bij de Romeinen genoemd?

11.Veel goden en halfgoden zijn kinderen van Zeus. Leg uit wat een halfgod is.

12.Waarom word Athena met een uil afgebeeld?

13.Leg uit waarom de godin Hera de Trojanen haatte. (Tip: Klik op de tweede ballon in de tekst)

14.Waarom vonden de Romeinen de god Mars extra belangrijk? Noem twee redenen.

15.Extra opdracht: Noem vier planeten die naar Griekse of Romeinse goden zijn vernoemd: