Lucide lucien engelen maart 2014

8
‘De weerstand zit vooral bij de toezichthou- ders van zorg- instellingen’

description

Interview (Dutch) in Lucide, blad voor bestuurders en toezichthouders in de zorg.

Transcript of Lucide lucien engelen maart 2014

Page 1: Lucide lucien engelen maart 2014

‘De weerstand zit vooral bij de

toezichthou­ders van zorg­instellingen’

Page 2: Lucide lucien engelen maart 2014

01 2014 Lucide | 23

lucien engelen

‘Soms denk ik: we moeten een generatie

overslaan’Bij het Radboudumc jaagt Lucien Engelen met

toegepaste innovaties en social media vernieuwing aan,

en daarmee kostenbesparingen in de zorg.

Maar de weerstanden blijven.

tekst Jeroen Siebelink | beeld Vincent Boon

interview

Page 3: Lucide lucien engelen maart 2014

24 | Lucide 01 2014

Elk optreden weer waarschuwen de sheets van Lucien Engelen zijn pu-bliek. ‘I am not a doctor...’, waarna de zinsbegoochelende, ‘disruptive’ tech-nologieën die de zorgsector gaan ver-anderen volgen. ‘… but I am extremely imPatient.’ Ook noemt hij zich gek-scherend ‘a ‘bit’ of a rebel’. Inderdaad doet hij niet meer aan e-mail en op zijn website is geen telefoonnummer te vinden. De enige manier om hem te spreken te krijgen, is een volger van hem te worden op Twitter, en hem een tweet te sturen. We interviewen Engelen via Skype. Dat leek ons wel zo gepast.Eén op één is van zijn ongeduld niets te merken. De eigenschap is hem vaak verweten, als directeur-oprichter van het REshape & Innovation Center van het Radboudumc, maar in de rol van aanjager van gebruik van technologie in de zorg heeft hij geleerd zijn onge-duld om te draaien en mensen en-thousiast te maken. Zijn TEDxMaas-tricht-optredens leverden hem wereldwijde bekendheid op. Maar

lucien engelen

2014Chief Imagineer,

Nationaal ICT Instituut voor de Zorg, Den Haag

2011Core Faculty, Singularity

University FutureMed, Silicon Valley

2010initiatiefnemer The

Future of Health TEDxMaastricht

2010directeur-oprichter

REshape & Innovation Center, Radboudumc

Nijmegen

2010Raad van Advies Mayo

Clinic, Social Media Center for Social Media,

Minnesota

2007Hoofd Acute Zorgregio

Oost, Adviseur RvB Radboudumc, Nijmegen

2003-2007Bestuurder RAV Limburg Noord

(ambulancediensten)

1984-2003Mede-eigenaar en

directeur familiebedrijf Engelengroep

interview

Evoordat de autodidact (twee jaar mbo, ‘I followed the Academy of Life’) zich de wereld in vocht, leidde hij met zijn neef hun Limburgse familiebedrijf. De uitvaartonderneming die hun groot-vader ooit startte, was tegen de tijd dat zijn kleinzoon eruit stapte, uitge-groeid tot een conglomeraat met am-bulancediensten en meldkamers. ‘Technologie op zich sprak mij niet eens zo aan. Ik kreeg energie van het verbinden van mensen. Zo wilden ambulancemedewerkers weten of hun patiënt allergieën had, maar kregen ze geen gehoor bij de huisarts. Ik kreeg het voor elkaar de dossiers van huisartsen te koppelen aan die van de meldkamer. Technologie is niet het doel, maar een tool. Het doel is veran-dering.’

En de tijd dringt. Door de vergrijzing komen we straks 400.000 verpleegkundigen tekort. Gaat technologie dat werk doen? “Eerst moeten we beseffen dat de tij-den zijn veranderd. Technologie was ooit groot en duur. Om die enorme apparaten toegankelijk te maken voor zoveel mogelijk mensen, waren er zie-kenhuizen. Maar nu de zorgkosten onbetaalbaar zijn geworden en in de tussentijd technologie klein en goed-koop, laten we nog steeds mensen naar ziekenhuizen komen om te wor-den gewogen of hun bloeddruk te me-ten – in plaats van dat we ze helpen dat thuis te doen. Neem deze pleister aan mijn borst. (Tilt zijn trui omhoog, en verandert het Skype-scherm in een dashboard met al zijn medische gege-vens, plus ECG.) De sensor meet hart-slag, ademhaling, gewicht, stress, of ik lig of sta. Met één muisklik ziet

Page 4: Lucide lucien engelen maart 2014

01 2014 Lucide | 25

mijn arts hoe de vlag erbij hangt. Dit soort apparaatjes van slechts driehon-derd euro doen straks het routinema-tige deel van het werk van – wie weet – 400.000 verpleegkundigen.”

Engelen speurt de wereld af naar in-novaties die breed toepasbaar zijn. In Silicon Valley blijft hij vaak wat lan-ger hangen. Hij treft er wearables als incontinentieluiers met sensor die tweets versturen, preventieve apps en serious games waarmee obesitaspa-tiënten en kinderen met ADHD zich-zelf kunnen monitoren en het eigen gedrag kunnen verbeteren, handza-me testen om te zien of je drager bent van ziektes of risicogenen, door professionals voor te schrijven insida-bles als pillen met nanorobotjes die je darmen doorlopen op zoek naar kan-kercellen en robotica die het werk in de operatiekamer overnemen. Zo kij-ken in het Radboud studenten live mee door de Google Glass op het hoofd van de professor in de opera-tiekamer en kunnen ze hem vragen stellen. Ook gaat het ding mee de traumahelikopter in zodat de OK zich alvast kan voorbereiden en kijkt de dermatoloog met de huisarts mee naar een vlekje. “Het is een lawine, en er zit veel troep tussen hoor. Negen-tig procent van de e-health bereikt nooit de zorgsector. Heeft iemand twee ton aan een apparaatje besteed, maar niemand wil het hebben. Waar-om maak je het dan, vraag ik. Tja, mijn zwager is cardioloog, en die vond het een goed plan. En de eind-gebruiker? Oeps, vergeten. Zelfs Google Glass gaat het niet worden, in deze vorm. Gewoon een hamer, die wil de timmerman ook niet de hele dag in zijn hand houden. De bril is

nog maar nauwelijks op de markt, of de opvolger is er al. Een contactlens voor diabetici.”

Waarom is er zoveel troep? “Bij al die op zich technologisch hoog-waardige snufjes is niet goed nage-

dacht of de patiënt er echt iets mee opschiet. Is het makkelijk en aange-naam in gebruik? De klant centraal – je zou zeggen dat Amerikanen daar toch keien in zijn. Maar patiënten zijn

geen klanten en juist daar gaat het vaak fout. Klanten hebben de vrije keuze uit een aanbod, patiënten zijn afhankelijk van professionals en ver-zekeraars. Toch komt er uit Silicon Valley ook veel goeds, omdat de in-stelling anders is. Goed idee? Bedrijfje oprichten en de garage in. Niet pra-ten, maar doen! Probleem is echter dat je er moeilijk patiënten benadert; aan elke stap hangen liabilities. Hier komt bijvoorbeeld onze rol als Neder-landse REshape kijken. Bij overheden regelen wij dingen makkelijker. Bo-vendien hebben we in het Radboud echte patiënten, echte dokters en ver-pleegkundigen en faciliteiten genoeg. Voor interessante zaken die de oceaan overwaaien, fungeren wij vaker als testmarkt. Vervolgens wordt over zo’n pleister op de borst door collega’s eerst nog lacherig gedaan – ik upload-de mijn gewicht en kreeg tweets dat ik de lunch moest laten staan vandaag – totdat ze hem zelf uitproberen en de mogelijkheden inzien. Het zijn die mogelijkheden die het’m doen. De peer pressure en veiligheid in online-communities met lotgenoten. De da-ta-uitwisseling tussen patiënt en dok-ter en mantelzorger.”

Accepteert men een innovatie zo makkelijk? Of is het ook voor jou hard werken?“In het begin ergerde ik me kapot aan de Nederlandse makke: goede ideeën worden kapot gepraat. Dokters zien bezwaren, de raad van toezicht heeft geen flauw benul, de patiëntenvereni-ging moppert. Moeten we, terwijl wij praten, kinderen met kanker een in-ternet-hangplek als Mijn Radboud Thuis op de iPad onthouden? Omdat wij dat niet aan alle kanten krijgen

❝Toen de mensen

massaal mo-bielTjes gingen aanschaffen, zeTTen ze de Telefax Toch ook bij heT grofvuil?

interview

Page 5: Lucide lucien engelen maart 2014

26 | Lucide 01 2014

dichtgespijkerd? Ik zei: we doen het in dertig dagen, anders trekken we de stekker eruit. Nu sluit een team zich op in een hok en komt er niet uit voordat het product af is. Dan blijkt er ineens een heel andere dynamiek te ontstaan. Er is van alles mogelijk, er is wél geld en de wettelijke belemmerin-gen vallen ook wel mee. Kinderen die chemotherapie ondergaan, delen nu met professionals én met andere er-varingsdeskundigen al hun vragen en antwoorden over hun ziekte. Op Twitter kan dat niet. Dit jaar volgt de roll-out in zes andere ziekenhuizen in Nederland.”

Door zich niet blind te staren op de reparatiefunctie van nieuwe zorgtech-nologie, maar vooral de mogelijkhe-den tot participatie van patiënten te onderzoeken en samen te werken met andere instellingen, bracht het Rad-boudumc REshape & Innovation Cen-ter al meerdere bijzondere innovaties tot stand. Met vaak simpele social media als technologie en patiënten zelf als de bron. Via de app AED4EU meldden vanuit heel Europa al 19.000 instellingen met een defibrillator (AED) in huis zich aan, zodat je overal met een druk op de knop ziet waar je er een kunt vinden om iemand met een hartprobleem zo snel mogelijk te helpen. En via Facetalk, een dataver-binding, delen artsen dossiers met de patiënt, voeren ze checks uit en halen ze er een andere expert bij. Zo hande-len ze zestig procent van de medische consulten veilig en zorgvuldig af, zon-der een duur video-conferencingsy-steem te moeten aanschaffen. “Ou-ders moesten een dag vrij nemen van hun werk en hun kinderen met een hazenlip ter controle vanuit een uit-

hoek naar Nijmegen of Rotterdam rij-den. Maar via Facetalk opent een kind nu even de mond, drie experts kijken mee, en na drie minuten is het con-sult voorbij. Kun je nagaan welke

maatschappelijke kosten dat be-spaart.”

Kun je die kostenbesparingen hard aantonen?“Van dat soort argwaan word ik soms wel moe. Iedereen kan uitrekenen dat

een opname in een verpleeghuis drie-duizend euro per maand kost en een online-surveillancesysteem eenmalig tweeduizend. Maar toen Wouter Bos net was aangetreden als zorgexpert bij KPMG, in 2010, beweerde hij nota bene op mijn eigen TEDxMaastricht dat nieuwe technologie de zorg “al-leen maar duurder” maakt. De be-staande structuren zouden er niet klaar voor zijn, zodat de ene technolo-gie op de andere wordt gestapeld. Dat is de kruiskopschroevendraaier er de schuld van geven dat eerst alles met een platte kop is vastgezet. Keuzes maken! Toen de mensen massaal mo-bieltjes gingen aanschaffen, zetten ze de telefax toch ook bij het grofvuil? Neem de besparingen van een plat-form als HeresmydataTM, een door ons-zelf ontwikkeld elektronisch patiën-tendossier. Om te beginnen hoeven er geen parkeergarages te worden ge-bouwd voor al die bezoekers, maar be-langrijker is dat de dokter nu meer tijd heeft om te luisteren en patiënten meer betrokken raken bij de besluit-vorming. Taken verschuiven van de eerste naar de tweede lijn. We hebben het allemaal meegemaakt bij telebank-ing. Inmiddels doen wíj het werk dat de bank vroeger voor ons deed, en wíj betalen de bank er nota bene voor. Zo’n businessmodel zoek ik ook nog voor de zorg, ha ha.”

Zijn dokters bang om de controle over hun werk te verliezen?“We moeten eerst eens in de spiegel kijken. Voor internet haalden we lang onze neus op, er kwam alleen troep vandaan. We communiceerden met een folder en negeerden de digitale mogelijkheden. Onze bloeddruk moest en zou worden gemeten met

❝inmiddels doen

wíj heT werk daT de bank

vroeger voor ons deed, en wíj beTalen de bank

er noTa bene voor

interview

Page 6: Lucide lucien engelen maart 2014

09_bijschrift 09_bijschrift

Page 7: Lucide lucien engelen maart 2014

samenwerken en governance

organiseren en bekostiging

werving en search

interim-management

organisatiepsychologie en assessments

ontwikkelen en training

functioneren en beloning

arbeids- en ambtenarenrecht

Voor meer informatie bel Douwe Wijbenga op 06 21 58 07 24 www.leeuwendaal.nl

Page 8: Lucide lucien engelen maart 2014

01 2014 Lucide | 29

een apparaat van 1200 euro, zo’n zelf-dokter-ding van de Kijkshop voor een paar tientjes kon niks zijn. Toch kijkt 66 procent van de patiënten die naar een specialist stappen eerst op Dr. Google – en na afloop weer, om op te zoeken wat hij eigenlijk heeft gezegd. Thuiszorginstelling Sensire verspreid-de 1.500 iPads onder tachtigplussers in de Achterhoek. Er kwam niet één vraag over de werking ervan. De meeste hadden er al een, ze deden er spelletjes op met hun kleinkind.“De weerstand zit vooral bij de toe-zichthouders van zorginstellingen. In de jaarrekening zien ze dat de onlangs aangeschafte technologie wel erg snel afschrijft en binnenkort alweer moet worden vervangen. Zeggen ze tegen het bestuur: verkeerde keuze ge-maakt? Nee natuurlijk, de technologie gaat steeds sneller. Niemand wil toch op een pc van vijf jaar oud werken? Ik merk het in de bestuurskamers waar ik kom; de gevestigde orde is niet op de hoogte. Hoewel ik soms denk dat we die generatie moeten overslaan, geven we ze masterclasses en spijkeren we hun kennis bij. Maar liever richt ik me op de nieuwe generatie, de artsen in opleiding. Al duurt het nog even voordat zij aan de knoppen zitten.”

Moeten we patiënten niet in bescherming nemen tegen de gevaren van al die openheid over hun medische gegevens?“Met die vraag schoffeer je veel pa-tiënten. Zíj zijn expert in het omgaan met hun ziekte. Natuurlijk moeten we ze begeleiden op hun pad, maar een man met prostaatkanker hoef je echt niet te vertellen wat een PSA van 4 is. Dat weet hij als geen ander. Stel je voor dat je naar de bank moet om te

interview

vragen of je naar je rekening mag kij-ken. Nee hoor, dat houden wij wel voor u in de gaten! Als eerste in Euro-pa hebben we bij het Radboud de dos-siers toegankelijk gemaakt. Toch is dat halfweg. De patiënt kan het nu in-kijken, maar hij moet het ook bezit-ten en kunnen delen. Wanneer en met wie het hem uitkomt. Dat probe-ren we nu met HeresmydataTM. Ik voorspel dat de zorg binnen vijf jaar standaard een abonnement neemt op data van patiënten, in plaats van dat zij nu bij ons hun eigen data moeten opvragen.’

Wanneer is je missie volbracht?“Als mij niet meer door een journalist wordt gevraagd of we patiënten tegen zichzelf moeten beschermen, ha ha. Ik hoop dat we de patiënt echt als partner gaan zien, als collega. Ik zeg niet dat we hem centraal moeten stel-len, want dat vind ik paternalistisch. Ik zie hem als onderdeel van het team, daadwerkelijk betrokken bij zijn eigen ziekteproces. Het moment daarvoor is rijp, zowel economisch, maatschappelijk als technologisch. Zal ik je iets verklappen? Mijn beide ouders kregen op het einde van hun leven te maken met kanker en met cardiologie. Door zelfmonitoring en DNA-tests weet ik inmiddels dat ik ook een grote kans maak. Ik heb er een zekere haast door gekregen. Om-dat ik nu teveel van mezelf weet? Nee, omdat ik bij wijze van spreken nog ze-ven jaar de tijd heb om er wat aan te doen. Dat geeft juist rust.”

lucien engelen

Engelen (1962) is getrouwd en heeft vier kinderen, waarvan er

één tot zijn verrassing geneeskunde is gaan studeren. Hij fotogra-feert, is geen gezond-

heidsfreak. Wel staat zijn gezin hem toe een deel

van zijn vrije tijd te besteden aan zijn passie: e-health.