Longfibrose na bleomycine

1
Rubriek Volgende patiënt, 19 november 2010 Door een chemokuur in 1992 met onder andere bleomycine heb ik nu longfibrose. Daarom mag ik niet met zuurstof beademd worden. Als ik (88) het nu onverhoopt benauwd zou krijgen, waarmee mag ik dan wel geholpen worden? Mijn longarts weet het niet. Longfibrose en andere longafwijkingen zijn bekende complicaties van behandeling met bleomycine, die afhankelijk van de dosering in 5 procent van de gevallen optreden. Een factor bij het ontstaan van de afwijkingen is de gelijktijdig toegediende zuurstof. Er zijn aanwijzingen dat er ook daarna een verhoogde gevoeligheid voor zuurstof blijft bestaan. Maar hoe lang, is niet bekend. Het is daarom raadzaam eventueel benodigde zuurstof afgepast te doseren, dat wil zeggen op geleide van het zuurstofgehalte in het bloed. Het meten van het zuurstofgehalte kan met een eenvoudig apparaatje, een zogeheten oximeter op de vingertop. Zo’n apparaat is tegenwoordig heel betaalbaar, en ook geschikt voor gebruik door huisarts of ambulance. De praktische voordelen van zuurstof moeten ook in deze situatie afgewogen worden tegen de mogelijke nadelen. In uw geval is er waarschijnlijk geen sprake meer van enig risico zo vele jaren na gebruik van bleomycine. Paul Lieverse, anesthesioloog-pijnspecialist

description

Antwoord in de rubriek "Volgende patiënt" van de vraag: Door een chemokuur in 1992 met onder andere bleomycine heb ik nu longfibrose. Daarom mag ik niet met zuurstof beademd worden. Als ik (88) het nu onverhoopt benauwd zou krijgen, waarmee mag ik dan wel geholpen worden? Mijn longarts weet het niet.

Transcript of Longfibrose na bleomycine

Page 1: Longfibrose na bleomycine

Rubriek Volgende patiënt, 19 november 2010 Door een chemokuur in 1992 met onder andere bleomycine heb ik nu longfibrose. Daarom mag ik niet met zuurstof beademd worden. Als ik (88) het nu onverhoopt benauwd zou krijgen, waarmee mag ik dan wel geholpen worden? Mijn longarts weet het niet.

Longfibrose en andere longafwijkingen zijn bekende complicaties van behandeling met bleomycine, die afhankelijk van de dosering in 5 procent van de gevallen optreden. Een factor bij het ontstaan van de afwijkingen is de gelijktijdig toegediende zuurstof.

Er zijn aanwijzingen dat er ook daarna een verhoogde gevoeligheid voor zuurstof blijft bestaan. Maar hoe lang, is niet bekend. Het is daarom raadzaam eventueel benodigde zuurstof afgepast te doseren, dat wil zeggen op geleide van het zuurstofgehalte in het bloed. Het meten van het zuurstofgehalte kan met een eenvoudig apparaatje, een zogeheten oximeter op de vingertop. Zo’n apparaat is tegenwoordig heel betaalbaar, en ook geschikt voor gebruik door huisarts of ambulance.

De praktische voordelen van zuurstof moeten ook in deze situatie afgewogen worden tegen de mogelijke nadelen. In uw geval is er waarschijnlijk geen sprake meer van enig risico zo vele jaren na gebruik van bleomycine.

Paul Lieverse, anesthesioloog-pijnspecialist