Lijst Van Bestuur Begrippen

5
Crozier – Medewerkers willen de bureaucratie in stand houden ter bescherming van zichzelf. Hij ziet de oplossing voor de vicieuze cirkel in het stimuleren van leerprocessen. Wilson - bescherm bestuur tegen politiek: ‘Spoils’, corruptie, nepotisme, Ambtelijke professionaliteit noodzakelijk, Bedrijfsmatige organisatievormen Weber – Alles met regels, een ambtenaar heeft geen persoonlijkheid. Bescherm politiek tegen bestuur: ‘Beambtenherrschaft’, Bureaucratieën krachtiger dan politici, Ambtenaren zijn slechte politici en zorgen dus voor uitholling van het politieke bedrijf Politieke visie op besluitvorming – Essentie van beleid: object en resultaat van politieke strijd,verloop van beleidsprocessen: permanente strijd, agendavorming: slag om mobilisatie en allocatie van politiek- bestuurlijke aandacht, beleidsvorming: incrementeel proces van onderhandeling en coalitievorming, beleidsuitvoering: voortzetting van politieke strijd, beleidsevaluatie: politisering beleidsresultaten Analytische visie op besluitvorming – Essentie van beleid: rationele sociale probleemoplossing: doel en middelen, verloop van beleidsprocessen: opeenvolgende fasen, agendavorming: product van systematische vergelijking van bestaande en gewenste maatschappelijke omstandigheden, beleidsvorming: combinatie van voorbereiding(analyse) en bepaling(wilsvorming) , beleidsuitvoering: programmering: keuze en toepassing instrumenten, beleidsevaluatie: toegepast onderzoek: doelbereiking Stromenmodel – er zijn problemen, er zijn oplossingen, en er zijn participanten, ogenschijnlijk onafhankelijk van elkaar. Er ontstaat een besluit als ze bij elkaar komen (“policy window”) Fasemodel – een tevoren gepland proces met verschillende logisch opeenvolgende fasen in de beleidsvorming Rondemodel - diversiteit aan doelen en oplossingen, vele beleidsbepalers, vele beslissingen op veel plaatsen. Achteraf is te zien in welke ronden besluitvorming liep, en welke beslissingen op welke plaatsen essentieel bleken te zijn. Mobilization of bias – Het verwijst naar de manipulatie van een politieke agenda door invloedrijke groepen in een poging om het te

description

Uitleg vak van de TU Delft

Transcript of Lijst Van Bestuur Begrippen

Page 1: Lijst Van Bestuur Begrippen

Crozier – Medewerkers willen de bureaucratie in stand houden ter bescherming van zichzelf. Hij ziet de oplossing voor de vicieuze cirkel in het stimuleren van leerprocessen.

Wilson - bescherm bestuur tegen politiek: ‘Spoils’, corruptie, nepotisme, Ambtelijke professionaliteit noodzakelijk, Bedrijfsmatige organisatievormen

Weber – Alles met regels, een ambtenaar heeft geen persoonlijkheid. Bescherm politiek tegen bestuur: ‘Beambtenherrschaft’, Bureaucratieën krachtiger dan politici, Ambtenaren zijn slechte politici en zorgen dus voor uitholling van het politieke bedrijf

Politieke visie op besluitvorming – Essentie van beleid: object en resultaat van politieke strijd,verloop van beleidsprocessen: permanente strijd, agendavorming: slag om mobilisatie en allocatie van politiek-bestuurlijke aandacht, beleidsvorming: incrementeel proces van onderhandeling en coalitievorming, beleidsuitvoering: voortzetting van politieke strijd, beleidsevaluatie: politisering beleidsresultaten

Analytische visie op besluitvorming – Essentie van beleid: rationele sociale probleemoplossing: doel en middelen, verloop van beleidsprocessen: opeenvolgende fasen, agendavorming: product van systematische vergelijking van bestaande en gewenste maatschappelijke omstandigheden, beleidsvorming: combinatie van voorbereiding(analyse) en bepaling(wilsvorming) , beleidsuitvoering: programmering: keuze en toepassing instrumenten, beleidsevaluatie: toegepast onderzoek: doelbereiking

Stromenmodel – er zijn problemen, er zijn oplossingen, en er zijn participanten, ogenschijnlijk onafhankelijk van elkaar. Er ontstaat een besluit als ze bij elkaar komen (“policy window”)

Fasemodel – een tevoren gepland proces met verschillende logisch opeenvolgende fasen in de beleidsvorming

Rondemodel - diversiteit aan doelen en oplossingen, vele beleidsbepalers, vele beslissingen op veel plaatsen. Achteraf is te zien in welke ronden besluitvorming liep, en welke beslissingen op welke plaatsen essentieel bleken te zijn.

Mobilization of bias – Het verwijst naar de manipulatie van een politieke agenda door invloedrijke groepen in een poging om het te laten lijken dat de gemeenschap de macht in het spel is terwijl het in feite werd gegenereerd door een paar.

Scheiding politiek en bestuur – Politiek: Partijdig, uitdrukking van wil, gekozen, doelen en beleid. Bestuur: Uitvoering van wil, aangesteld, neutraal, middelen, uitvoering

Principal agent-theorie - informatie-assymetrie: moral hazard, door andere belangen gebeurt niet wat de werkgever wil, adverse selection, de meest geniepige agenten zullen de meest gebruikelijke zijn want tot een vicieuze cirkel leidt.

Street level bureaucrats – De ambtenaren die in contact staan met de burgers en daarbij ook een stukje beleid uitvoeren. De SLB’s worden gekarakteriseerd met een aantal gemeenschappelijke kenmerken zoals: Chronisch gebrek aan geldmiddelen en mankracht; Grote vraag naar de diensten die het aanbod overtreffen; Vaak ambigue en ambivalente doelstellingen van de beleidsopstellers; Moeilijk meetbare prestaties.

Page 2: Lijst Van Bestuur Begrippen

Discretionaire ruimte – Beoordelingsvrijheid en beleidsvrijheid. Waarom? Regels kunnen juist belemmering zijn voor controle van bovenaf, Effectieve taakuitoefening vereist juist dat regels regelmatig genegeerd worden, Situaties waarin taak wordt uitgeoefend zijn te complex om in uitputtende regels te vatten, Reflex van leiding of politiek verantwoordelijken om regels te verfijnen leidt tot ‘Wet van de afnemende beleidseffectiviteit’, Taak vereist vaak humane toepassing, met oog voor specifieke geval –geen rigide regelvolging. Te veel werk, ontwikkelen coping mechanismes door medewerkers.

Normatief-democraten (Dewey) – Democratie als een manier van leven, iedereen heeft wat bij te dragen, democratie voorwaarde voor optimale zelfontplooiing, volk stuurt politiek om haar wil uit te voeren

Elitisten (Schumpeter) – Geen gemeenschappelijke wil, kloof tussen volk en elite, burger heeft er geen verstand van, elite stuurt het volk om haar wil te ontdekken, stabiele machtsstructuur tussen verkiezingen

Pluralisten (Dahl) – Erkennen de basisprincipes van het elitism, niet sprake van 1 elite, strijd tussen de elites

Governance – Niet hierargisch maar horizontaal, de overheid kan zijn wil niet opleggen, alleen beinvloeden.

Sturingsinstrumenten – juridisch instrument, economisch instrument en communicatief instrument

- Juridisch instrument : wetten en regels, handhaving, overeenkomsten. Problemen: normatief, inflexibel, gebrekkige info, eenzijdig, moeilijk op complexe organisaties, handhaving noodzakelijk

- Economisch instrument: subsidies, heffingen, concurrentie. Problemen: Niet alles uit te drukken in geld, perverse effecten

- Communicatief instrument: voorlichting, overleg, toegankelijkheid, streefwaarden. Problemen: zacht, stroperig

Arrangementen – Hiërarchisch, netwerk, markt

- Hiërarchisch: Command and control. Problemen: uitholling van globalisering, toenemende complexiteit, tegenspelers, verzet

- Netwerk: Samen zoeken naar oplossingen. Problemen: kwetsbare belangen (armen), afwenteling van kosten en risico’s buiten het netwerk, ondoorzichtig, stroperig

- Markt: ‘Tucht van de markt’ door marktwerking komt het beste voor de burger. Problemen: marktfalen, a-moreel

Kernwaarden openbaar bestuur – Rechtmatigheid, legitimiteit, integriteit, democratie, doeltreffendheid

- Rechtmatigheid: overheidsoptreden op wettelijke grondslag- Legitimiteit: de geaccepteerde overheid, op alle vlakken goed, aanvaarding van bestuur- Democratie: macht en openheid voor publieke participatie- Integriteit: Onkreukbare overheid, ethische waarde, niet omkoopbaar

Page 3: Lijst Van Bestuur Begrippen

- Doeltreffendheid: effectiviteit, mate van doelbereiking

Managementbenaderingen – scientific management, science of administration, human relations-benadering, revisionism

- Scientific Management: Extreem rationalistisch, niet humaan, formulering van regelmatigheden en stelselmatige waarneming, overal hetzelfde concept

- Science of Administration: Gebruik van 7 functies die aan een manager aan kunnen worden geleerd, hierdoor zal goed management plaatsvinden

- Human Relations-benadering: Belang bij tevreden werknemer- Revisionisme: Zelfverwezenlijking en ontplooiing, herontdekken formele aspecten

Marktimperfecties –

- Tegengaan van kartel- of monopolievorming: voorbeeld: anti-kartelwegeving. Problemen: tweeslachtige houding: bescherming nationale economie versus vrije markt

- Tegengaan van negatieve externe effecten: Voorbeeld: milieubeleid. Problemen: beperking concurrerend vermogen bedrijfsleven

- De beheersing van bemoeigoederen: Voorbeeld: stimulering onderwijs, cultuur. Ontmoediging drugs, alcohol. Problemen: Selectiviteit, onvoorspelbaarheid, onbedoelde effecten

- Het compenseren van verdelingseffecten: Voorbeeld: sociale-zekerheidsbeleid. Problemen: bureaucratisering en nieuwe ongelijkheden

- Produceren collectieve goederen: Voorbeeld: defensie, infrastructuur. Problemen: inefficietie, overheidsmonopolies

Dualisme – scheiding tussen de wetgevende en uitvoerende macht in het bestuur

Normatief – Stelt een norm waaraan zou moeten worden voldaan; is ambitieus, idealistisch, verbeteringsgericht maar niet altijd realistisch

Empirisch – is niet normstellend, maar stelt vast: is realistisch, maar vaak systeembevestigend

None-decisions - Sommige issues worden de politieke arena ingedrukt, andere worden eruit gedrukt, Een beslissing die resulteert in onderdrukking of tegenwerking van een latente of manifeste uitdaging van de waarden of belangen van een besluitvormer”, “Een poging om te voorkomen dat een issue de besluitvormingsfase bereikt”

Barrieremodel: Wensen (opinies, belangen, ideologie), Eisen (gepolitiseerde wensen, overtuiging dat besluitvormers hier aandacht aan moeten geven), Strijdpunten/issues (wensen die op de besluitvormingsagenda zijn gezet), Besluit, Resultaat