Lesdeel 5 7
-
Upload
cristina-schmidt -
Category
Documents
-
view
122 -
download
0
Transcript of Lesdeel 5 7
A
Land A
BBP = 200
Export= 50
Import= 40
Quote
Exportquote = 25 %
Importquote = 20 %
Exportquote: 50 200
X 100 % = 25 %
Importquote:40
200X 100 % = 20 %
ImportBbp
X 100 % =
ExportBbp
X 100 % =
B
Land B
BBP = 700
Export= 210
Import= 280
Exportquote:210 700
X 100 % = 30 %
Importquote:280 700 X 100 %= 40 %
Quote
Exportquote = 30 %
Importquote = 40 %
ExportBbp
X 100 % =
ImportBbp
X 100 % =
C
Land C
BBP = 450
Export= 102
Import= 69
Exportquote:102 450
X 100 %= 22,7 %
Importquote:69 450 X 100 % = 15,3 %
Quote
Exportquote = 22,7%
Importquote = 15,3 %
ImportBbp
X 100 % =
ExportBbp
X 100 % =
D
Land D
BBP = 1220
Export= 450
Import= 430
Exportquote:450
1220X 100 %= 36,9 %
Importquote:430
1220X 100 %= 35,2 %
Quote
Exportquote = 36,9 %
Importquote = 35, 2 %
ExportBbp
X 100 % =
ImportBbp
X 100 % =
Land Land A Land B Land C Land D
Exportquote 25 % 30 % 22,7 % 36,9 %
Importquote 20 % 40 % 15,3 % 35,2 %
Open Economie
Vraag 8. Juiste antwoord : Land D, want hoogste exportquote en hoogste importquote.
Open Economie = wanneer een land veel handel drijft met het
buitenland. Hoge Importquote en hoge Exportquote.
Voorbeelden landen met een open economie:-Nederland-Verenigde Staten-Japan -Duitsland
Prijs suiker op de wereld = € 1,20
+ € 0,80 invoerrechten =
Belasting op ingevoerde goederen en diensten
Importeren
Verkoopprijs suiker vanuit de rest van de wereld in Europa= € 2,00
Verkoopprijs Europese suiker in de rest van de wereld = € 1,20
Vraag 10 a)
Buitenlandse suiker is goedkoper bedreiging voor Europese suikerproducten.
-€ 0,80 exportsubsidie =
Financiële steun van de overheid
Exporteren
Invoerrechten zijn oneerlijk!
Argument:
Europese boeren worden door de EU geholpen met invoerrechten en
subsidies. Boeren in ontwikkelingslanden niet. Dat is oneerlijke concurrentie!!!
Vraag 10b)
Aldith Hunkar
Vraag 10
c) Binnen de EU is dit juist. Er is vrij verkeer van goederen en diensten op de interne markt .
d) Juist: In de handel met de rest van de wereld heft de EU invoerrechten en geeft exportsubsidies. Dat is tegen de vrijhandel.
Interne markt = Gezamenlijke markt van alle landen van de Europese Unie
waarbinnen vrijhandel is.
Internationale handel zonder handelsbelemmeringen. Bijvoorbeeld GEENInvoerrechten.
Vraag 11.
a) Deze landen waren vroeger communistisch. Het communisme vond (vindt) onderwijs belangrijk.
b) 1. De ICT is verbeterd, waardoor een telefoonverbinding met Boedapest veel goedkoper en beter is geworden.2. Hongarije was vroeger als communistisch land gesloten, maar nu als EU lidstaat heel open.
c) 1. De boekhouding van bedrijven2. Onderhouden van ICT-netwerken van bedrijven. Alles wat met op afstand met telefoon, e-mail of internet gedaan kan worden.
d) 1. Lijfelijk bezoek aan de huisarts2.Popconcert
e) De multinationals hebben personeel nodig. De vraag naar werknemers stijgt ,dus ten opzichte van het aanbod. Hierdoor stijgt de prijs (het loon) van een werknemer.
‘Sportwagens horen bij de welvaart van Europa’
Wendelin Wiedeking
We willen de CO2-uitstoot
van auto’s verlagen
Externe Effecten
Negatieve externe effecten
Positieve externe effecten