Kinderopvang Versa Welzijn Baarn Baarnse basisscholen · Tussentijdse evaluatie Ontwikkelwerkplaats...
Transcript of Kinderopvang Versa Welzijn Baarn Baarnse basisscholen · Tussentijdse evaluatie Ontwikkelwerkplaats...
Ontwikkelwerkplaats Baarn
Tussentijdse evaluatie juli 2013
Kinderopvang Baarn
Baarnse basisscholen
Versa Welzijn
Tussentijdse evaluatie Ontwikkelwerkplaats Baarn – juli 2013
1. Inleiding: wat er aan vooraf ging
Vanaf 2009 draait er in Baarn een werkgroep, die zich bezig houdt met Passend Onderwijs binnen de Baarnse
basisscholen. De werkgroep is genaamd “Werkgroep Passend Onderwijs Baarn” en wordt gevormd door de
bestuurders van de verschillende scholen, enkele ib-ers, afgevaardigden van de gemeente en coördinatoren
van de voorschoolse opvang. In het vorige schooljaar (2012) zijn er werkgroepen gevormd, die zich allen
bezighouden met een deelaspect van Passend Onderwijs. Een van de werkgroepen hield zich bezig met de
doorgaande lijn van voorschool naar basisschool, waar het kinderen met specifieke onderwijsbehoeften
betreft. Als eerste stap heeft de werkgroep de beginsituatie in kaart gebracht en wensen geformuleerd voor
intensievere samenwerking. Vervolgens is hieruit een actielijst voortgekomen.In het najaar van 2012 heeft de
Werkgroep Passend Onderwijs Baarn besloten om subsidie aan te vragen bij het RNPOE om mogelijkheden te
creëren voor een grondige uitwerking van dit onderwerp. Begin 2013 is deze subsidie toegekend en vanaf 1
maart 2013 is Ontwikkelwerkplaats Baarn van start gegaan. De projectgroep die de pilot mag coördineren
bestaat uit:
- Eunice Bom (pedagogisch beleidsmedewerkster Kinderopvang Baarn)
- Karin van Rijn (coördinator Baarnse peuterspeelzalen Versa Welzijn)
- Karin Majoor (voorzitter ib-kring Baarn)
Dit verslag wil een beeld schetsen van de stappen die sinds 1 maart zijn ondernomen en de ervaringen die zijn
opgedaan.
2. Van actielijst tot protocol: studiemiddag ib-ers
Op 15 april 2013 vond er een studiemiddag plaats voor de intern begeleiders van alle Baarnse scholen. De
actielijst, waarover reeds verschillende keren tijdens ib-vergaderingen was gesproken, kreeg tijdens deze
middag een concretere invulling door het aanscherpen van het protocol “doorgaande lijn voorschool-
basisschool”, dat door de projectleiding was opgesteld (zie bijlage 1). Tijdens de bijeenkomst werd de wens
geformuleerd om te beschikken over een stappenplan, dat het protocol voor alle betrokkenen overzichtelijker
maakt. Dit stappenplan is opgesteld en toegevoegd in bijlage 2.
De volgende personen namen deel aan deze bijeenkomst:
Els Bours Guido de Bres
Iris de Koning Amalia Astro
Annemarie Laseur KWS
Desiree van Nieuwland NBS
Frederique Cleveringa NBS
Marieke Huijten Aloysiusschool
Marina Kluiter De Uitkijck
Nettie de Jong Montini
Karin Majoor Gaspard de Coligny
Eunice Bom Kinderopvang Baarn
Karin van Rijn Baarnse Peuterspeelzalen
3. Bespreking protocol in de Werkgroep Passend Onderwijs Baarn en benoemen opvoedondersteuner
Het protocol zoals dat is ontstaan naar aanleiding van de studiemiddag met alle ib-ers is besproken binnen de
Werkgroep Passend Onderwijs Baarn. Er is gesproken over de te benoemen onderwijsondersteuner. Samen zijn
er criteria geformuleerd die opgenomen zouden kunnen worden in de profielschets. Dit resulteerde in een brief
zoals in bijlage 3, die is verstuurd naar de directies van de diverse samenwerkingsverbanden of diensten voor
AB. De sollicitatieprocedure is gestart en uit de kandidaten heeft de projectcommissie gekozen voor Hilda
Visser als onderwijsondersteuner voor de pilot in Baarn. Zij heeft ervaring als trajectbegeleider binnen ons
samenwerkingsverband en heeft veel kennis van de ontwikkeling van het jonge kind.
Daarnaast werd in de werkgroep de wens uitgesproken om ook de gemeente Baarn door inzet van het CJG te
betrekken bij Ontwikkelwerkplaats Baarn, zodat waar nodig begeleiding thuis en op school direct kan worden
afgestemd. Daarom vond een gesprek plaats tussen Bea van Burgsteden (directie NIS/PCE), Josje Schoenmakers
(gemeente Baarn), Paulina Mol Mous (coördinator CJG Baarn) en Karin Majoor.Uit dit overleg kwam voort dat
Nicole Simons en Tessel Lindelauf vanuit CJG Baarn bij toerbeurt en op afroep aanwezig zullen zijn bij
besprekingen van leerlingen in de voorschoolse periode. Omdat de huidige benoeming van beide medewerkers
een beperkte omvang kent is wel afgesproken om goed te monitoren hoeveel tijd gemiddeld voor een
dergelijke bespreking nodig zal zijn. Bij de eindevaluatie kan worden besproken of uitbreiding nodig en
financieel haalbaar is.Omdat financiële ondersteuning vanuit Gemeente Baarn maar beperkt mogelijk is kan het
nodig zijn, zo is besproken, om Baarnse structuren te herzien. Het betrekken van het CJG bij voorschoolse
samenwerking stond in eerste instantie in het activiteitenplan opgenomen bij de vervolgactiviteiten van 2014,
maar is nu al in een vroeger stadium opgepakt.
4. Bijeenkomst voor alle medewerkers op 16 mei
Op 16 mei vond er een bijeenkomst plaats in basisschool de Uitkijck in Baarn. Tijdens deze avond waren
aanwezig:
- Josje Schoenmakers (gemeente Baarn)
- Paulina Mol Mous (CJG Baarn)
- Bart Sonneberg (bestuur PCBO Baarn-Soest)
- Kees Timmers (bestuur Het Sticht)
- Bea van Burgsteden (NIS/PCE)
- Hilda Visser (onderwijsondersteuner)
- 14 leerkrachten van de groepen 1 en 2 van de Baarnse basisscholen
- 2 intern begeleiders
- 8 medewerksters van de Baanse peuterspeelzalen
- 23 medewerkers van Kinderopvang Baarn
- de projectleiding
Tijdens de avond zijn alle betrokkenen door middel van een powerpointpresentatie op de hoogte gebracht van
de plannen op het gebied van intensievere samenwerking tussen voorschool en basisschool en van het traject
dat er aan vooraf is gegaan. Ook werd het geheel in verband gebracht met de ontwikkeling van Passend
Onderwijs.
Na dit centrale gedeelte is iedereen in groepen van rond de 7 personen uiteengegaan en is er gesproken over
kansen en aandachtspunten. De sfeer tijdens de avond was zeer positief en de betrokkenheid groot. Met name
vanuit de voorschool werd het aspect van de terugkoppeling na start op de basisschool met enthousiasme
ontvangen. Reacties zijn door alle aanwezigen op grote vellen genoteerd.
Aan het einde van de avond is iedereen in de gelegenheid gesteld om vragen te stellen. De avond is afgesloten
met de belofte dat de avond een vervolg zal krijgen in het najaar en dat alle reacties en vragen die op 16 mei
naar voren zijn gekomen zullen worden samengevat. Enkele weken na 16 mei ontving elke deelnemer een VVV-
bon als dank voor de deelname en een verslag van de avond (zie bijlage 4). Medewerkers die op 16 mei
verhinderd waren ontvingen tevens een verslag.
5. Directeurenoverleg Baarn
Het is belangrijk, dat de directeuren van de Baarnse scholen goed op de hoogte zijn van wat er speelt binnen
Ontwikkelwerkplaats Baarn. Om deze reden heeft Karin in mei een presentatie gegeven tijdens het
Directieoverleg Baarn (DOB). De plannen werden positief ontvangen. Wel waren er de volgende vragen en
kanttekeningen:
- Is er voldoende kennis bij de voorschoolse partners om de juiste dingen te signaleren?
- Er wordt gesproken over “zorg in de voorschoolse periode”. Sluit dit wel aan bij het gedachtengoed
van HGW en het denken in onderwijsbehoeften?
- Minder kinderen gaan naar de kinderopvang of naar een peuterspeelzaal vanwege de financiële
situatie. Welke kinderen “mis” je om deze reden?
- Wat te doen met ouders die geen toestemming geven voor overleg tussen voorschool en basisschool
over hun kind?
Bovenstaande punten zijn aandachtspunten bij de vervolgactiviteiten binnen ontwikkelwerkplaats Baarn, zoals
omschreven in hoofdstuk 6.
6. Aandachtspunten voor het vervolg
Binnen de werkgroep, maar ook in overleg met Hilda Visser is teruggeblikt op de stappen die we reeds hebben
ondernomen. Hierbij zijn de volgende aandachtspunten geformuleerd voor het vervolgtraject:
- Overwegen om de voorschoolse partners mee te nemen in het gedachtengoed van HGW
- Vanaf 2014 om tafel gaan met het consultatiebureau/GGD om te bespreken hoe we kunnen
ondervangen, dat we kinderen “missen” die geen gebruik maken van de voorschool. Kunnen we in de
voorschoolse periode ook om tafel met de jeugdarts, ouders en school indien hiertoe aanleiding is?
- Het is heel belangrijk, dat breed bekend is op welke wijze voorschool en basisschool samenwerken.
Met dit punt zal een andere werkgroep binnen POB, de Werkgroep Communicatie, zich bezig gaan
houden. Hierbij kan worden gedacht aan:
a) het ontwerpen van een flyer, die aanwezig is op consultatiebureaus, voorschool en basisschool
b) het plaatsen van een artikelen in de krant
c) het ontwerpen van een Website Passend Onderwijs Baarn. Op de websites van de scholen en de
voorschool kan een link worden opgenomen naar deze site
d) informatie geven over de ontwikkelwerkplaats tijdens de studiedag passend onderwijs die op 25
september 2013 wordt georganiseerd voor alle leerkrachten van de Baarnse scholen
Op deze manier willen we duidelijk maken, dat samenwerking tussen voorschool en basisschool in het
belang is van het kind, dat ouders hierin een belangrijke partner zijn en dat samenwerking tussen alle
partijen dus een vanzelfsprekendheid is.
- De voorschool vindt het soms lastig om met ouders het gesprek aan te gaan over hetgeen wordt
gesignaleerd. Dit onderwerp zal terugkomen tijdens de tweede avond die we in het najaar willen
organiseren voor alle betrokkenen. Deze avond zal een vervolg zijn op die van 16 mei. Tijdens deze
avond willen we ook ruimte geven om in gesprek te gaan over de wijze van invullen van het
overdrachtsformulier. Verder lijkt het ons goed, wanneer voorschool en kleuterleerkrachten samen
bespreken wat gemiddeld gezien van een kind verwacht mag worden, wanneer het start op de
basisschool. Op welk moment is extra begeleiding nodig om een kind een goede start te geven?
Wanneer zoekt de voorschool contact met de basisschool? De laatste vragen willen we behandelen
n.a.v. een aantal casussen.
- De reacties op de avond van 16 mei waren erg positief. Als gevolg van wat we toen samen hebben
gedaan, beginnen er nu langzaam namen naar voren te komen, van kinderen die binnen de pilot
besproken zouden kunnen worden. Om de ruimte te hebben om te experimenteren lijkt de einddatum
van december 2013 vooralsnog te kort. Karin heeft daarom contact gehad met het RNPOE om te
bespreken of er mogelijkheden zijn tot verlenging van de pilot. Hier liggen inderdaad mogelijkheden
en daarom zal de projectgroep in het najaar overwegen om verlenging aan te vragen van 4 tot 6
maanden.
- In het najaar (november 2013) zal de eerste terugkoppeling plaatsvinden vanuit de groepen 1 naar
voorschool over de kinderen die dan 3 maanden onderwijs hebben gevolgd. Het is belangrijk om
intern begeleiders te vragen om dit in de beginfase nog aan te sturen.
- Op dit moment zijn er nog geen besprekingen geweest met de onderwijsondersteuner. In november
2013 hopen we meer cijfermatige informatie te hebben over besproken kinderen, tijdsinvestering,
afgegeven arrangementen, de aard van de casuïstiek enz. Hierin zullen de evaluatiecriteria worden
gehanteerd zoals opgenomen bijlage 5.
- Een punt dat na de zomervakantie zal moeten worden opgepakt is het samenvatten en uitwisselen
van de onderwijsondersteuningsprofielen, zodat helderder wordt waar verschillen liggen tussen
verschillende scholen. Mogelijk kan dit punt worden opgepakt binnen de ib-kring.
Op het moment van schrijven staat er een eerste casusbespreking ingepland, die nog voor de zomervakantie
zal gaan plaatsvinden. Overige besprekingen zullen in de maanden na de zomervakantie plaatsvinden. Het gaat
hierbij om 4 kinderen die in de afgelopen maanden de leeftijd van 3 jaar hebben bereikt en om 1 kind, dat in
oktober 3 jaar wordt. Al deze kinderen bezoeken momenteel een peuterspeelzaal in Baarn.
Bijlage 1 Protocol voorschool-basisschool
1. Inleiding
Baarn kent sinds 2009 een Werkgroep Passend Onderwijs. In deze werkgroep participeren onder
andere bovenschools directeuren en intern begeleiders vanuit het basisonderwijs, maar ook de
coördinator van de Baarnse peuterspeelzalen en de pedagogisch beleidsmedewerkster van
Kinderopvang Baarn. Vanaf het voorjaar van 2012 is er een deelwerkgroep zich gaan richten op de
doorgaande lijn van de voorschoolse periode naar de start op de basisschool. Deze deelwerkgroep
wordt gevormd door:
Karin van Rijn (Versa Welzijn Baarn)
Eunice Bom (Kinderopvang Baarn)
Karin Majoor (intern begeleider Gaspard de Coligny, voorzitter IB-kring Baarn)
1.1 Wettelijk kader
Schoolbesturen krijgen vanaf 1 augustus 2014 zorgplicht. Scholen moeten er dan voor zorgen dat ze
een geschikte onderwijsplek binnen het samenwerkingsverband vinden voor elke leerling die zich
aanmeldt. Om te bepalen wat de onderwijsbehoeften zijn van een aangemelde leerling is informatie
vanuit de voorschoolse periode van groot belang. Op basis van deze informatie kan worden bepaald
of de school van aanmelding genoeg kan bieden voor een leerling, of dat het beter is om gezamenlijk
met ouders te zoeken naar een school die beter aansluit. Scholen zijn dan zelf verplicht om deze
alternatieve onderwijsplek te zoeken.
De wet “kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen” schrijft voor dat een organisatie voor
kinderopvang of peuterspeelzaal informatie levert aan basisscholen ter bevordering van een zo goed
mogelijke doorstroom naar het basisonderwijs. Ook schrijft de wet voor dat er minimaal jaarlijks
overleg plaatsvindt tussen burgemeester en wethouders en de bevoegde gezagsorganen van de
scholen en de kinderopvang gericht op het bestrijden van onderwijsachterstanden en afstemming
van toelatingsprocedures. Voor kinderen die een VVE-traject volgen kennen zowel de
peuterspeelzaal als de basisschool de verplichting om zich in te zetten voor een zo goed mogelijke
doorstroming van de voorschoolse naar de vroegschoolse educatie. Peuterspeelzalen dienen zich
naar de onderwijsinspectie te verantwoorden over de effecten van voorschoolse educatie.
Terugkoppeling vanuit de basisscholen naar de peuterspeelzalen met betrekking tot de ontwikkeling
van deze kinderen tijdens de kleuterperiode is een goede wijze om deze effecten vast te stellen.
De werkgroep, zoals beschreven in de inleiding, zet zich in voor verbetering van de samenwerking
tussen de voorschoolse partners en de basisschool, met als doel
“Elk kind start vanuit de voorschoolse periode kansrijk op de juiste plek.”
Met de ouders als partner willen we op zoek gaan naar een zo passend mogelijk onderwijsaanbod
voor jonge kinderen met een specifieke onderwijsbehoefte. Zo krijgt handelingsgericht werken al
vorm in de voorschoolse periode. Een goede samenwerking met onder andere peuterspeelzalen en
kinderdagverblijven is van groot belang om vroegtijdig te signaleren en de juiste informatie te
hebben voor de start op de basisschool. Voor voorschoolse partners is terugkoppeling na de start op
de basisschool nodig om te kunnen bepalen of ingezette interventies in de voorschoolse periode
effectief zijn geweest en als stimulans voor een zo goed mogelijk aanbod aan kinderen tot 4 jaar.
Vanaf 1 juli 2013 zijn beroepskrachten verplicht om bij signalen van geweld gebruik te maken van de
“meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling”. Daarnaast zijn instanties voor kinderopvang en
de basisscholen in onze regio al een aantal jaar aangesloten bij de verwijsindex. Bij stappen die
worden ondernomen in de voorschoolse periode wordt bij zorg registratie in de verwijsindex
overwogen en waar nodig de meldcode gevolgd.
1.2 Voorschools arrangeren
Binnen ontwikkelwerkplaats Baarn willen we experimenteren met “voorschools arrangeren”.
Hiervan is sprake, indien er in de voorschoolse periode zorg is en een leerling direct bij de start op de
basisschool ondersteuning krijgt vanuit een arrangement. Een dergelijke arrangement kan
bijvoorbeeld ook worden ingevuld door de inzet van een Ambulant Begeleider. Voor dit voorschools
arrangeren is op projectbasis een onderwijsondersteuner aangesteld.
2. Werkwijze in de praktijk
In overleg met de intern begeleiders van de Baarnse basisscholen, de leerkrachten van de groepen 1,
leidsters van de Baarnse peuterspeelzalen en leiding van Kinderopvang Baarn is gekomen tot
onderstaande stappenplannen. In paragraaf 2.1 staat omschreven, hoe in de voorschoolse periode
wordt gekomen tot een zo gunstige mogelijke start van elk kind op de basisschool. Paragraaf 2.2 laat
zien op welke wijze terugkoppeling plaatsvindt vanuit de basisschool naar de voorschoolse partners,
nadat een kind is gestart op de basisschool. Het doel van de terugkoppeling vanuit de basisschool is:
A) Peuterspeelzalen volgen hoe het op de basisschool gaat met kinderen die een VVE-traject hebben gevolgd
B) Voorschoolse partners zijn ervan op de hoogte hoe het gaat met kinderen waarover zorg is/was en krijgen feedback op hun handelen in de voorschoolse periode
C) Basisscholen en voorschoolse partners delen kennis en ervaring
2.1 Stappenplan doorgaande lijn bij zorg in de voorschoolse periode
Stappenplan doorgaande lijn voorschool-basisschool Stap 1 De groepsleidster van eenBaarnse peuterspeelzaal of Kinderopvang Baarn maakt
zich zorgen over de ontwikkeling van een kind. De leidster registreert deze zorg en maakt hiervoor gebruik van het observatieformulier, dat tevens wordt ingezet bij overdracht van alle kinderen naar de basisschool
Stap 2 De groepsleidster bespreekt de zorgpunten met ouders en overhandigt hierbij tevens een exemplaar van het ingevulde observatieformulier. Bij Kinderopvang Baarn is bij elk gesprek de pedagogisch beleidsmedewerkster of de orthopedagoog aanwezig. Aan ouders wordt gevraagd bij welke basisschool zij hun kind hebben aangemeld. Indien een kind nog niet is aangemeld, dan sturen voorschoolse partners aan op een snelle aanmelding bij een Baarnse basisschool en bewaken, dat dit ook gebeurt. Indien een kind is aangemeld wordt ouders voorgesteld om een vervolggesprek aan te gaan waarbij ook de intern begeleider van de gekozen basisschool aanwezig is. Indien er externe instanties betrokken zijn, kan worden overwogen om deze ook voor het vervolggesprek uit te nodigen.
Ouders ontvangen een vereenvoudigde versie van dit stappenplan.
Stap 3 De voorschoolse partner neemt contact op met de intern begeleider van de basisschool en nodigt deze uit voor een gesprek. De intern begeleider ontvangt voorafgaand aan het gesprek het ingevulde observatieformulier. Namen, telefoonnummers en e-mailadressen van alle (intern) begeleiders staan vermeld op de contactlijst, die met regelmaat wordt bijgewerkt.
Stap 4 Er vindt een gesprek plaats tussen ouders, de intern begeleider van de basisschool en de voorschoolse partners. De in het observatieformulier beschreven zorgpunten worden besproken. Samen wordt vastgesteld - wat begeleidingsbehoeften van het kind zijn van dat moment - hoe hierop kan worden ingezet binnen de peuterspeelzaal / kinderopvang - welke externe hulp eventueel nodig is - wat de verwachte onderwijsbehoeften zijn bij de start op de basisschool en of de school denkt hieraan te kunnen voldoen Vervolg: kies voor stap 5A, 5B of 5C
Stap 5A De school denkt aan de onderwijsbehoeften te kunnen voldoen en stelt een handelingsplan op samen met voorschoolse partners. Hierin wordt omschreven waarop wordt ingezet in de voorschoolse periode die resteert en hoe de begeleiding is vanaf de start op de basisschool. In de periode tot de start op de basisschool houden peuterspeelzaal/kinderopvang en de intern begeleider telefonisch of via de mail contact over de voortgang van de ontwikkeling van het kind. Kort voor de start vindt een oudergesprek plaats met voorschoolse partners en de leerkracht van groep 1, waarbij het eerste deel van het handelingsplan wordt geëvalueerd.
Stap 5B De school denkt ten dele aan de onderwijsbehoeften te kunnen voldoen en bespreekt met de ouders demogelijkheid van het aanvragen van een arrangement bij het samenwerkingsverband. Dit arrangement zou dan ingaan bij de start op de basisschool. De intern begeleider vult, in overleg met voorschoolse partners en ouders, een aanvraag in voor het OLBZ (Onderwijsloket Bovenschoolse Zorg), waarin wordt aangegeven, dat wordt gedacht aan het aanvragen van een arrangement in het kader van Ontwikkelwerkplaats Baarn). De voorzitter van de ib-kring ontvangt tijdens de pilotfase een kopie van dit formulier. Vervolg: kies voor stap 6A
Stap 5C De school geeft aan, niet aan de onderwijsbehoeften te kunnen voldoen. Vervolg: kies voor stap 6B Indien ouders kiezen voor plaatsing op een andere basisschool in Baarn of voor plaatsing SBO, SO of MKD: kies voor stap 9
Stap 6A Het OLBZ stuurt de aanvraag na ontvangst direct door naar de benoemde onderwijsondersteuner. Deze neemt contact op met de intern begeleider. Samen wordt gekeken, of het wenselijk is om ook een opvoedondersteuner vanuit het CJG uit te nodigen. De intern begeleider nodigt ouders en alle betrokken partijen uit voor dit gesprek en geeft aan wie er bij het gesprek aanwezig zullen zijn. Tijdens de
pilotfase is in het kader van monitoring ook de voorzitter van de ib-kring aanwezig. Tijdens het gesprek wordt verkend, wat precies nodig is bij de start op de basisschool. Samen worden heldere onderwijsbehoeften geformuleerd en ook datgene wat er nodig is om aan de onderwijsbehoeften te voldoen (de middelen). De onderwijsondersteuner maakt van dit gesprek een verslag ten behoeve van de arrangementsaanvraag. Vervolg: kies voor stap 7A (ook 5A of 5C zijn mogelijk als vervolg, wanneer van de aanvraag van een arrangement wordt afgezien)
Stap 6B De intern begeleider neemt contact op met de voorzitter van de ib-kring. Deze roept de ib-kring bij elkaar. Samen wordt nagegaan of plaatsing mogelijk is op een andere basisschool in Baarn. De namen van de basisscholen die open staan voor een gesprek worden aan de ouders doorgegeven, zodat zij een keuze kunnen maken voor de school met wie zij verder in gesprek willen gaan. De intern begeleider van de basisschool, waar het kind eigenlijk ingeschreven staat, zorgt voor een goede overdracht van alle informatie aan deze school. Vervolg: kies voor stap 7B
Stap 7A De intern begeleider vult het formulier in voor het aanvragen van een arrangement. Voor dit formulier (genaamd “gemeenschappelijk rapport) en informatie over het invullen hiervan, zie: www.passendonderwijseemland.nl en stuurt dit op naar het OLBZ. Het verslag van de onderwijsondersteuner wordt toegevoegd aan de arrangementsaanvraag. Vervolg: Kies voor stap 8A of 8B
Stap 7B Er vindt een gesprek plaats tussen de ouders en de basisschool die aanname overweegt. Vervolg : Stap 5A, stap 5B of stap 5C
Stap 8A Het arrangement wordt toegekend en de leerling start met een arrangement op de basisschool. Na 6 weken vindt er een gesprek plaats tussen ouders, de leerkracht van groep 1 en de intern begeleider, waarbij de evaluatie van het handelingsplan wordt besproken. De leerkracht van groep 1 koppelt terug naar de peuterspeelzaal/kinderopvang hoe de eerste periode op de basisschool is verlopen en bespreekt eventuele punten van blijvende zorg.
Stap 8B Het arrangement wordt niet toegekend en de onderwijsondersteuner draagt het traject over aan een trajectbegeleider of de school overweegt stap 6B.
Stap 9 De intern begeleider van de school van aanmelding begeleidt ouders in hun keuze voor SBO, SO of MKD. Eventueel vraagt zij hierbij steun via het OLBZ
NB Wanneer een kind zowel peuterspeelzaal als kinderopvang bezoekt, dat wordt er in geval van zorg contact opgenomen met de andere voorschoolse partner. Bij overstap van peuterspeelzaal naar kinderopvang of omgekeerd zal het observatieformulier worden overgedragen.
2.2 Stappenplan terugkoppeling Stappenplan terugkoppeling basisschool-voorschool Stap 1 Voor kinderen met specifieke onderwijsbehoeften geldt: Uiterlijk 3 maanden voor
de start van elk kind op de basisschool ontvangt de school het observatieformulier, dat is ingevuld door de voorschoolse partners. In elk ander geval vindt er 1 maand voor de vierjarige leeftijd overleg plaats met ouders en wordt het formulier opgestuurd.
Stap 2 Op 3 vaste momenten in het jaar (november, maart en juni) neemt de leerkracht van groep 1 contact op met de voorschoolse partners, indien:
Optie A - een leerling met zorg is overgedragen door peuterspeelzaal/kinderdagverblijf (er heeft afstemming plaatsgevonden in de voorschoolse periode, met eventuele inzet van een arrangement) en de start in groep 1 is goed verlopen.
Optie B - een leerling met zorg is overgedragen door peuterspeelzaal/kinderdagverblijf ( er
heeft afstemming plaatsgevonden in de voorschoolse periode) en er is blijvende
zorg in groep 1.
Optie C - een leerling niet met zorg is overgedragen, maar kleuterleidsters geven aan wel
zorg te hebben over ontwikkelingsaspecten van het kind
Optie D - een leerling in de voorschoolse periode een VVE-traject heeft gevolgd.
Op elk observatieformulier staat vermeld, welke peuterspeelzaalleidster / medewerkster van de kinderopvang contactpersoon is van het kind. De leerkracht van groep 1 neemt op de vastgestelde momenten het initiatief om deze contactpersoon te benaderen. In de volgende paragraaf is de contactlijst opgenomen.
2.3 Terugkoppeling VVE-leerlingen
Scholen houden goed bij, welke binnenkomende kleuters in de voorschoolse periode een VVE-traject
hebben gevolgd. Aan het einde van groep 2 vindt terugkoppeling plaats naar de gemeente Baarn
over het verloop van de taalontwikkeling van deze kinderen. Dit gebeurt door gebruik te maken van
de uitslagen van Cito Taal of de Taaltoets voor Alle Kinderen (TAK). De gemeente Baarn koppelt deze
resultaten weer terug aan de peuterspeelzalen.
2.3 Contactlijst
Naam instantie Naam
Functie Telefoon- nummer
e-mail werkdagen
Gaspard de Colginy
Karin Majoor Intern begeleider 035 5426470 karin@ gasparddc.nl
Ma, di, do
Montini Nettie de Jong Intern begeleider onderbouw
035 5426212 Nettie@ montinischool.nl
Ma, di, woe, do
Guido de Bres
Els Bours Intern begeleider onderbouw
035 5415497 elsbours@ guidodebres.nl
Ma, di, wo, do
KWS Annemarie Laseur
Intern begeleider 035 5429698 annemarie.laseur@ kws-baarn.nl
Ma-ochtend, di, do
Amalia Astro
Iris de Koning
Intern begeleider 035 5429038 ib@ amalia-astro.nl
Ma, di, do
NBS Frederike Cleveringa
Intern begeleider onderbouw
035 5422315 fcleveringa@ nbsbaarn.nl
Ma, di, wo
Aloysius Marieke Huijten
Intern begeleider onderbouw
035 5412641 marieke.huijten@ aloysius-school.nl
Wo, do
De Uitkijck Ellie Rikkert
Intern begeleider 035 5414413 e.rikkert@ deuitkijck.nl
Ma, do
Kinderopvang Baarn
Meta Oukes Orthopedagoog KDV
035 5488487 m.oukes@ kinderopvangbaarn.nl
Ma, di, wo
Eunice Bom
Pedagoog BSO 035 5488487 e.bom@ kinderopvangbaarn.nl
Ma, di
KDV de Kleine Stad
Vestigingsmanager Joke Bijsterbosch
035 5289303 dekleinestad@ kinderopvangbaarn.nl
Ma-vr
KDV de Lage Weide
Vestigingsmanager Lisette v. Rheenen
035 6668707 delageweide@ kinderopvangbaarn.nl
Ma-vr
KDV het Boshuis
Vestigingsmanager Luella Brouwer
035 3030942 boshuis@ kinderopvangbaarn.nl
Ma-vr
Peuter- speelzalen Versa Welzijn
Karin van Rijn Leidinggevende PSZen
06 12560938 krijn@ versawelzijn.nl
Di, do
PSZ Dribbel
Greetje v Haalen Heidi den Hartog Mary Molthoff
035 5429699 dribbel@ versawelzijn.nl
Ma, di, do Wo en vrij ochtend
PSZ De Uitkijck
Patricia vdHesseweg Ina Prins Karin Renckens
035 5413841 deuitkijck@ versawelzijn.nl
Ma, di, do Wo en vrij ochtend
PSZ Hummelhonk
Esther Haring Gerda Scherpenzeel Hennie Troost SeherCetinkaya
035 5426200 hummelhonk@ versawelzijn.nl
Ma, di, do Wo en vrij ochtend
Bijlage 2 Stappenplan
Stap 1: zorg voorschool. Invullen
observatieformulier
Stap 2: gesprek voorschool + ouders
Stap 3: contact voorschool-basisschool
Stap 4: overleg voorschool +
basisschool + ouders
Stap 5A: school kan voldoen aan
onderwijsbehoeften.
Handelingsplan voorschool-
basisschool
Stap 5B: school overweegt
aanvragen arrangement en
vult aanvraag OLBZ in
Stap 6A: overleg
onderwijsondersteuner + ib-er +
ouders (+ overige partners, bijv.
opvoedondersteuner). Bepalen
onderwijsbehoeften en benodigde
middelen of terug naar 5A of 5C
Stap 5C: School kan niet aan
onderwijsbehoeften voldoen
Stap 5C: School kan niet aan
onderwijsbehoeften voldoen
Stap 9: ib-er begeleidt
ouders bij keuze
SO/SBO/MKD
Kort voor de basisschool gesprek
leerkracht groep 1, ouders en
voorschool: evalueren
handelingsplan
Stap 7A: ib-er vraagt
arrangement aan en stuurt de
papieren, samen met het
verslag van de
onderwijsondersteuner naar
het OLBZ
Stap 6B: Overleg in
IB-kring: Bij welke
scholen is plaatsing
eventueel mogelijk?
Stap 7B: Gesprek tussen ouders en
ib-er van school van hun keuze.
Vervolg: 5A, 5B of 5C
Stap 7A: ib-er vraagt
arrangement aan en stuurt de
papieren, samen met het
verslag van de
onderwijsondersteuner naar
het OLBZ
Stap 8A: Het arrangement
wordt toegekend:
6 weken na start een gesprek
met ouders, leerkracht groep
1 en ib-er
Na 3 maanden terugkoppeling
leerkracht groep
Stap 8B: Het arrangement wordt
niet toegekend: de begeleiding
wordt door de
onderwijsondersteuner
overgedragen aan een
trajectbegeleider (in de
toekomst blijft
onderwijsondersteuner
betrokken). Ook kan verder
worden gegaan vanaf stap 5C
Bijlage 3 brief werving onderwijsondersteuners
Baarn, 19 maart 2013 Onderwerp: onderwijsondersteuner gezocht voor de ontwikkelwerkplaats Baarn Geachte mijnheer/mevrouw, Na Leusden, Soest en het Soesterkwartier zal Baarn ook starten met een ontwikkelwerkplaats, financieel gesteund door het RNPOE. De Ontwikkelwerkplaats Baarn richt zich op een nauwe samenwerking tussen voorschoolse partners (peuterspeelzalen en kinderopvang) en de Baarnse basisscholen met als een doel een zo optimaal mogelijke start op de basisschool bij vierjarige leeftijd. In geval van zorg zal een leerling al in de voorschoolse periode worden besproken in een ondersteuningsteam. Hierbij bestaat de mogelijkheid om “voorschoolse te arrangeren”. Dit houdt in, dat hulp vanuit het arrangement ingaat direct bij de start op de basisschool. Een ondersteuningsteam wordt gevormd door een nog te benoemen onderwijsondersteuner, de intern begeleider van de school, de ouders en de projectleider van de Ontwikkelwerkplaats Baarn. Op afroep is ook een opvoedondersteuner vanuit CJG Baarn aanwezig. In bijgevoegd activiteitenplan vindt u meer informatie. Op dit moment zijn wij voor Baarn op zoek naar een onderwijsondersteuner. Het gaat daarbij om een projectaanstelling van hooguit 9 maanden voor maximaal 40 uur bij een van de betrokken schoolbesturen. De exacte vorm die de aanstelling krijgt, is afhankelijk van de specifieke situatie van de beoogde ondersteuner onderwijs. Op dit moment benaderen we de volgende organisaties met de vraag of zij in hun eigen organisatie willen kijken naar belangstellenden voor de functie:
OLBZ – ZAT van het RNPOE Eemland
Zorgfederatie Kompas
Ambulante diensten van REC cluster 3 en 4 Wij zoeken iemand die beschikt over de volgende competenties: De onderwijsondersteuner
- heeft kennis van de ontwikkeling van het jonge kind in de volledige breedte - werkt handelingsgericht - heeft kennis van de mogelijkheden voor ondersteuning binnen de regio Eemland - beschikt over goede communicatieve vaardigheden - is daadkrachtig - heeft ervaring met / kennis van arrangeren - heeft inzicht in de voorschoolse periode
Belangstellenden worden verzocht zich vóór 29 maart te melden via een mail + cv bij [email protected] Een sollicitatiecommissie bestaande uit de projectleiding van de betreffende ontwikkelwerkplaats is vervolgens verantwoordelijk voor de selectieprocedure. Gesprekken met kandidaten zullen plaatsvinden op donderdagavond 4 april 2013. Wij hopen vanaf 8 april met het ondersteuningsteam aan de slag te kunnen. Kunt u in uw organisatie vragen of er belangstellenden zijn voor deze functie? Bij voorbaat dank! Voor meer informatie kunt u vanzelfsprekend contact met mij opnemen. Met vriendelijke groet, Karin Majoor [email protected] 035 5426470 (ma, di en do)
Bijlage 4 samenvatting bijeenkomst 16 mei
1. Suggesties:
Soms bezoekt een kind zowel de kinderopvang als de peuterspeelzaal, terwijl beide instanties dit niet
van elkaar weten. Is het idee om een vraag hieromtrent op te nemen op het
intakeformulier/aanmeldingsformulier van kdv/psz, zodat contact tussen beide instanties mogelijk is
(met toestemming van ouders)? (3x)
Reactie: Het is goed om het protocol dat er ligt aan te passen en dit punt te verwerken. Opgenomen zal
worden: wanneer een kind zowel peuterspeelzaal als kinderopvang bezoekt, dat wordt er in geval van zorg
contact opgenomen. Bij overstap van peuterspeelzaal naar kinderopvang of omgekeerd zal het
observatieformulier worden overgedragen.
Wat is er nodig:
Aanpassing stamkaart peuterspeelzaal: ouders geven aan, of ze ook gebruik maken van kinderopvang
Aanpassing observatieformulier
Aanpassing inschrijfformulieren
Aanpassing protocol doorgaande lijn
Het protocol geeft aan, dat de basisschool het observatieformulier ontvangt uiterlijk 3 maanden van
voorafgaand aan de start op de basisschool. Nu is dit niet het geval bij de Kinderopvang. In 3 maanden
kan een kind zich nog ontwikkelen en is het formulier niet meer up to date. Misschien dit alleen
aanhouden bij zorg in de voorschoolse periode? (4x genoemd)
Reactie: Voor school is (ivm plaatsing in een specifieke kleutergroep) belangrijk om te weten of er zorg is
om een leerling. Daarom besluiten we: bij zorg ontvangt de basisschool het observatieformulier 3
maanden van tevoren. In elk ander geval vindt er 1 maand voor de vierjarige leeftijd overleg plaats met
ouders en wordt het formulier opgestuurd.
Wat is er nodig:
Aanpassing interne procedure kinderopvang en terugkoppeling medewerkers
Aanpassing protocol
Het zou fijn zijn, wanneer terugkoppeling per mail plaatsvindt
Reactie: Terugkoppeling vindt bij voorkeur via de mail plaats. Indien er behoefte is aan een persoonlijke
toelichting, dat gebeurt dit telefonisch
Opmerkingen:
Er zijn momenteel 3 VVE-leerlingen, die naast het VVE-traject bij de peuterspeelzaal ook naar
kinderopvang gaan
Werken met de observatieformulieren is prettig voor de basisschool. Wel is het belangrijk, dat
duidelijk wordt vermeld wie het kind heeft begeleid
Kinderdagverblijven en peuterspeelzalen vinden het erg prettig, dat ze vanaf nu teruggekoppeld
krijgen hoe kinderen het doen op de basisschool (2x)
Er is behoefte aan meer VVE-plekken
Reactie: monitoring van het effect van VVE is belangrijk om te onderbouwen waarom het wenselijk is dat
er meer geld vrijkomt voor uitbreiding VVE-plekken. Nu staan er 8 kinderen op de wachtlijst. Nu zijn er 18
plekken beschikbaar. Wenselijk zou zijn 25 plekken.
Sommige kinderen komen om financiële redenen maar weinig op de pzs/kinderopvang (1 dagdeel)
Reactie: De plaatsen gesubsidieerd door de gemeente zijn komen te vervallen. Tijdens laatste meting van
najaar 2012 kwam naar voren, dat er Baarnbreed 11 leerlingen geen gebruik maken van de voorschool.
Hiervan zijn er 3 leerlingen waarover zorg bestaat. Het consultatiebureau promoot bij ouders deelname
aan de voorschool.
Vragen:
Hoe om te gaan met ouders die geen toestemming geven voor overleg met de basisschool, terwijl er
wel zorgen zijn om een kind? (3x genoemd)
Antwoord: Dit blijft een probleem, dat je nooit helemaal kunt voorkomen. Wel is het belangrijk, dat er
veel bekendheid wordt gegeven aan de wijze waarop voorschool en basisschool en ouders samenwerken
in het belang van de doorgaande lijn. Aan de deelwerkgroep die zich vanuit de Werkgroep Passend
Onderwijs Baarn bezig houdt met het onderwerp “communicatie” zal worden gevraagd om na te denken
over dit punt. Voor iedereen moet helder zijn: “Dit is de manier waarop er in Baarn wordt samengewerkt.”
Komt er informatie bij de basisscholen over kinderen die niet op een voorschool zijn geweest? Antwoord: Kinderen die geen voorschool volgen zijn wel bekend bij het consultatiebureau. In het vervolg op deze pilot zal aandacht worden besteed aan intensivering van de samenwerking tussen consultatiebureau-voorschool-basisschool
Is het observatieformulier voldoende om een zorgkind te duiden? Antwoord: Het is goed om met elkaar te bespreken hoe het observatieformulier bij zorg wordt ingevuld. In dit kader willen we tijdens een volgende ontmoeting tussen leerkrachten groep 1 en medewerkers van de voorschool een aantal casussen bespreken. Dit ontmoetingsmoment zal plaatsvinden in het najaar van 2013. Ook zal er intern binnen de Kinderopvang worden gesproken over de wijze van invullen.
Wat houdt een arrangement precies in? Hoeveel invloed heeft een leerkracht/school hier op? Wat is
het verschil tussen een rugzak en een arrangement?
Antwoord: Per 1 augustus 2014 verdwijnt het rugzakje. Hiervoor komt de mogelijkheid in de plaats om een
arrangement aan te vragen. Een arrangement is veel meer op maat gemaakt, dan een rugzakje. Voor elke
rugzakleerling met dezelfde diagnose krijgt de school even veel geld om in te zetten voor materialen en
begeleiding. Soms is dat teveel, soms komt de school tekort, zo blijkt in de praktijk. Bij een arrangement
wordt door betrokkenen gekeken, wat er exact nodig is om een kind verder te helpen. Dat kan zijn
begeleiding van de leerkracht, maar ook begeleiding van de leerling of benodigde materialen. De
leerkracht kan hierbij dus zelf aangeven, wat hij of zij denkt nodig te hebben.
Wat te doen bij zorgen over de thuissituatie/vermoeden kindermishandeling verwaarlozing?
Antwoord: We wisten niet goed wat er met deze vraag werd bedoeld. Voor omgaan met signalen van
kindermishandeling bestaan er binnen de verschillende organisaties interne procedures, waaronder de
overweging om te registreren in de verwijsindex om te melden bij het AMK. Of wordt hierbij bedoeld: hoe
draag je dit vermoeden over? Op deze vraag zullen we in het volgende ontmoetingsmoment terugkomen.
Extra overleg kost extra tijd? Hoe worden deze kosten gedekt? (2x)
Antwoord: Zoveel mogelijk zal moeten worden geprobeerd om de overlegmomenten te plannen tijdens
de reguliere werktijden. Soms zal dat niet helemaal lukken. Indien er teveel overuren moeten worden
gemaakt, dan is het belangrijk hierover met de leidinggevende te overleggen. Op basisscholen kan overleg
met de voorschool worden opgenomen in het taakurenoverzicht.
Kan een leerling naar het SO, zonder eerst naar de basisschool te zijn gegaan?
Antwoord: ja, dit blijft ongewijzigd
Hoe zit het met de keuzevrijheid van ouders voor een basisschool, rekening houdend met de
geloofsovertuiging? (2x)
Antwoord: Ouders zijn altijd vrij om voor hun kind een school te kiezen die past bij hun
overtuiging/voorkeur. Een school heeft echter het recht om (op basis van het schoolondersteuningsprofiel
en een goede onderbouwing) een leerling te weigeren, wanneer het denkt niet te kunnen voldoen aan de
onderwijsbehoeften. Het schoolbestuur van betreffende school is dan wel verplicht om ouders te
begeleiden in de zoektocht naar een andere school voor het kind. Als ouders erg gebonden zijn op een
school met een bepaalde indentiteit, dan kan het in het extreme geval nodig zijn om over de grenzen van
de plaats heen te kijken.
Krijgen rugzakleerlingen automatisch een arrangement?
Antwoord: Nee. Op dit moment vindt overleg plaats over het nieuw te vormen samenwerkingsverband.
Hoe de structuur hiervan eruit gaat zien, is nog niet compleet helder. Ontwikkelwerkplaatsen zoals die in
Baarn helpen mee om te verkennen wat mogelijk en wenselijk is voor de toekomst.
Wat mag je wel en wat mag je niet bespreken met de basisschool?
Antwoord: In principe mag alles worden besproken, mits ouders hiervoor toestemming hebben gegeven.
Bijlage 5 evaluatiecriteria voor evaluatiemoment “november 2013” Te evalueren aspecten:
Kengetallen o Hoeveel scholen namen er deel? o Hebben de scholen hun SOP’s geactualiseerd en is de relatie gelegd met het
formulier “Eindsituatie HGW”? o Hoeveel bijeenkomsten vonden er plaats? o Welke onderwijsondersteuner en welke opvoedondersteuners zijn benoemd en
vanuit welke organisatie? o Hoeveel kinderen zijn er besproken? o Welke getallen zijn bekend over de verwijzingspercentages naar so, sbo en mkd? o Wat was de duur van de bijeenkomsten? o Wat was de aard van de problematiek? o Op welke leeftijd in de voorschoolse periode werd de zorg gesignaleerd? o Welke arrangementen zijn er afgegeven en hoeveel? o Wat waren de kosten van de afgegeven arrangementen? o Zijn de verschillende kostenposten binnen de begroting gebleven? o Wat was de ureninzet van onderwijsondersteuners, opvoedondersteuners,
voorschoolse partners, leerkrachten en intern begeleiders?
Het werkproces o Wat kan worden gezegd over de tijdigheid van de signalering in de voorschoolse
periode? o Hoe verliep het werken met 2 verschillende opvoedondersteuner? Hoe vaak zijn zij
ingezet en welke ervaringen zijn er? o Welke moeite kostte het om het OT bij elkaar te roepen? o Hoe was de samenstelling van het overleg? o Wat was de rol van de gemeente Baarn in het gehele proces? o Welke formulieren werden er gebruikt? o Hoe verliep de gespreksvoering (inhoud en efficiëntie) o Voldeden de ondersteuners aan de vereiste competenties o Hoe was de rol van de projectleiding?
Tevredenheid over de werkwijze bij: o Kinderen : Wat was het resultaat na start van leerlingen met een arrangement? o Ouders o Leerkrachten o Intern begeleiders o Onderwijsondersteuners o Opvoedondersteuners o Gemeente Baarn
Vervolgacties: o Hoe is het vervolg van Ontwikkelwerkplaats Baarn in 2014? o Hoe worden vervolgactiviteiten gefinancierd, wat is de rol van de gemeente Baarn,
wat is de rol van het RNPOE en wat is de rol van de besturen?