Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

294
Jeugdbeleidsplan 2011-2013 “Vrije tijd is goud waard” Stad Antwerpen / Cultuur, Sport en Jeugd / Jeugddienst Antwerpen, kinder- en jongerenmetropool

description

Het stedelijke jeugdbeleidsplan voor de periode 2011 - 2013

Transcript of Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

Page 1: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

Jeugdbeleidsplan 2011-2013“Vrije tijd is goud waard”Stad Antwerpen / Cultuur, Sport en Jeugd / Jeugddienst Antwerpen, kinder- en jongerenmetropool

Page 2: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

2011-2013Jeugdbeleidsplan

2

Page 3: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

Inhoudstafel 1. Voorwoord 05

ALGEMEEN KADER 07

2. Missie van de jeugddienst 08

3. Antwerpen, een jonge stad: demografisch profiel en evoluties als basis van dit plan 10

4. Antwerpen Europese Jongerenhoofdstad in 2011, een hefboom voor het nieuwe jeugdbeleidsplan 14

5. Een plan, gedragen door jongeren en de partners van de jeugddienst: overzicht van het doorlopen participatietraject 18

6. Lokaal Sociaal Beleid als rode draad 26

7. Opbouw van het plan volgens de strategische doelstellingen van de meerjarenplanning 32

8. De nieuwe plaats van de jeugddienst in de stedelijke context 36

9. Een leeswijzer 42

STRATEGISCHE, NAGESTREEFDE EN OPERATIONELE DOELSTELLINGEN MET ACTIES 47

1. Antwerpen, kinder- en jongerenmetropool, voert een participatief en informatief jeugdbeleid voor alle kinderen en jongeren (CS10) 48

2. Antwerpen is een kinder- en jongerenmetropool. Meer kinderen , tieners en jongeren nemen deel aan vrijetijdsactiviteiten,

afgestemd op hun noden en behoeften (CS11) 120

3. Antwerpen is een kinder- en jongerenmetropool. Kinderen, tieners en jongeren hebben voldoende ruimte in de stad (CS12) 180

4. Kinderen en jongeren in Antwerpen zijn meer bezig met cultuur en sport (CS15) 222

FINANCIEEL OVERZICHT 245

BIJLAGEN 251

• Overzicht ondersteuning van het vrijwillig jeugdwerk 252• Advies stedelijke jeugdraad 262• Advies districtsraden 271• Goedkeuring gemeenteraad 278• Jeugdbeleidsplannen districten 291 3

Page 4: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

4

Page 5: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

11. Voorwoord

Antwerpen is een bruisende stad. Bijna 30% van de bevolking is jonger dan 25 jaar. Dat zijn meer dan 140.000 jonge Antwerpenaren. Dat aantal zal de komende jaren nog groeien. Het aandeel kinderen met een diverse etnisch-culturele achtergrond, stijgt bovendien.

Kortom, Antwerpen is uitgegroeid tot een echte kinder- en jongerenmetropool. Dat brengt verschillende uitdagingen met zich mee: op het vlak van kinderopvang, onderwijs en jobs voor jonge werkzoekenden, een aantrekkelijk openbaar domein en een veilige verkeersomgeving,… En natuurlijk een kwaliteitsvolle en aangename vrije tijd, of het nu om sport, cultuur of jeugdwerk gaat.

Met het Jeugdbeleidsplan 2011-2013 focussen we op het ontwikkelen van voldoende ruimte voor en door de Antwerpse jeugd. In eerste instantie zoeken we voldoende ruimte voor het jeugdwerk in de stad om verder te groeien. In tweede instantie prikkelen we andere beleidsdomeinen om hier ook, samen met jeugd, werk van te maken.

Het Antwerpse jeugdbeleid is sterk ontwikkeld en is een gedreven speler Dankzij een jeugddienst die tegelijk expert en regisseur is, dankzij een goede samenwerking met de districten én dankzij de vele actieve jeugdwerkpartners in Antwerpen. Onder impuls van Antwerpen Europese Jongerenhoofdstad 2011 versterken en innoveren we dat jeugdbeleid de komende jaren. Daarbij zijn er drie prioriteiten.

Ten eerste ondersteunen we de tweehonderd erkende jeugdverenigingen. Elke week opnieuw bezorgen meer dan 3.000 jonge vrijwilligers vele kinderen en tieners de tijd van hun leven. De stad waardeert dit enorm en ondersteunt hen bij het realiseren hiervan. Veilige en goede lokalen zijn daarbij de topprioriteit.

Ten tweede investeert de stad, samen met 30 jeugdwerkorganisaties (jeugdcentra, werkingen kansarme jeugd, speelpleinwerkingen, …), in een aanvullend vrije tijdsaanbod voor kinderen, tieners en jongeren. Meer dan ooit stemt dat professioneel jeugdwerk zijn innoverende activiteiten af op wat leeft in de Antwerpse jongerencultuur: van Urban tot Circus, van nieuwe media tot R&B, van repetitielokalen tot fuifzalen, van touwenparcours tot stand-upcomedy, van graffiti tot knutselatelier, …

Ten derde biedt de stad aan jongeren alle kansen om hun dromen waar te maken en talenten te ontwikkelen. Met Troef als speerpunt, ondersteunen we jongeren om zelf aan de slag te gaan. Om van Antwerpen te maken wat ze is: een schitterende stad voor kinderen, tieners en jongeren om er te leven, te spelen, te ontspannen, op te groeien, te leren, mee te bouwen aan de samenleving, … of om gewoon hun ding te doen.

Dit alles kunnen we enkel realiseren door kinderen, tieners en jongeren van bij de start te betrekken bij het jeugdbeleid. De opmaak van dit jeugdbeleidsplan zelf is een goed voorbeeld daarvan. Op dertien denkdagen hebben meer dan achthonderd jongeren en jeugdwerkers hun stem laten horen en dit plan gevoed. De komende jaren investeren we, samen met de jeugdraden, verder in nieuwe en moderne vormen van inspraak.

Leen VerbistSchepen voor jeugd 5

Page 6: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

6

Page 7: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

ALGEMEEN KADER

7

Page 8: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

22. Missie van de jeugddienst Antwerpen is een heuse kinder- en jongerenmetropool.

De jeugddienst zorgt er mee voor dat àlle kinderen en jongeren zichzelf kunnen zijn en zich kunnen ontplooien in hun vrije tijd. Ze ondersteunt kinderen, tieners en jongeren door:

• een vrijetijdsaanbod te voorzien • ruimte te creëren voor eigen initiatief en experimenten • een efficiënte communicatiestrategie te hanteren om dit aanbod aan een zo groot

mogelijke groep kenbaar te maken• oog te hebben voor de noden van kinderen en jongeren.• de maatschappij aan te sporen rekening te houden met de behoeften van kinderen en

jongeren

8

Page 9: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

Impliciete verwijzingen in de missie naar:

1. Diversiteit (àlle kinderen en jongeren): aandacht hebben voor de verschillende doelgroepen.

Specifieke aandacht gaat naar moeilijk bereikbare kinderen en jongeren.

2. Een vrijetijdsaanbod voorzien doen we zelf via onze eigen lokale diensten.

Samen met onze partners uit de jeugdsector, gekaderd binnen de regieopdracht van de jeugddienst.

De jeugddienst voorziet in een eigen aanbod daar waar het particuliere jeugdwerk geen aanbod heeft.

3. Het aanbod is innoverend; de stad en haar jeugdpartners spelen in op vernieuwingen en trends.

Ze geven jongeren ruimte tot experimenteren en hebben aandacht voor veranderende jeugdcultuur.

4. Jongeren hebben ook fysiek de ruimte tot ontplooiing nodig. We signaleren deze noden bij de bevoegde

diensten.

5. Kinderen en jongeren amuseren zich in hun vrije tijd. Ze herkennen en ontwikkelen competenties.

6. Kinderen en jongeren hebben de vrije keuze om al dan niet deel te nemen.

7. De jeugddienst is hét aanspreekpunt voor vragen van kinderen, jongeren, ouders en organisaties in verband

met vrije tijd.

8. De expertise rond het werken met kinderen en jongeren in de vrije tijd wordt gedeeld met andere

organisaties. De jeugddienst leert ook uit de expertise van de partners en erkent hen in deze expertenrol.

9. Duurzaamheid, kostenbewustzijn, weloverwogen, weldoordacht zijn begrippen die in de missie vervat

zitten. Het innoverende of experimentele karakter van deze projecten blijft prioritair.

10. De jeugddienst overtuigt volwassen inwoners, organisaties en maatschappelijke instellingen om

rekening te houden met het perspectief van kinderen en jongeren. De jeugddienst zorgt hiermee

voor een breed jeugdbeleid, dat verder gaat dan de vrije tijd. Ook sectoren zoals wonen, ecologie,

werk, onderwijs, cultuur,… worden aangespoord om acties voor kinderen en jongeren te ondernemen.

11. De jeugddienst heeft een visie en draagt dit uit naar het beleid.

12. Dit alles vanuit een betrokkenheid van kinderen, jongeren, ouders en medewerkers van de jeugddienst én

de partners, om mee na te denken over het jeugdbeleid.

13. Voorwaarde om onze missie waar te maken is dat alle medewerkers van de jeugddienst en onze partners

via een degelijk HR-beleid ondersteuning krijgen zodat ze kunnen groeien en competenties ontwikkelen

waardoor we een dynamische sector krijgen.

9

Page 10: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

33. Antwerpen, een jonge stad: demografisch profiel en evoluties als basis van dit plan De Studiedienst Stadsobservatie maakte in opdracht van de jeugddienst een rapport over de demografische situatie in Antwerpen. Hierin staat zowel een globaal demografisch overzicht van de stad, als van de verschillende districten. Het rapport focust voornamelijk op de situatie van kinderen en jongeren. Hieronder volgen de conclusies die in het kader van het jeugdbeleidsplan het meest relevant zijn.

Het volledige document kan geraadpleegd worden op www.antwerpen.be/jeugd.

10

Page 11: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

a) Groeiend aantal (jonge) inwoners

Antwerpen telt in januari 2010 484 850 inwoners, waarvan 29,1% jonger is dan 25 jaar. Dit zijn 140 000

jongeren waarvoor en waarmee de jeugddienst aan de slag gaat. 140 000 jongeren die hun plek in onze stad

verdienen. Bij de -25 jarigen valt het op dat de 0-4 jarigen en de 20-24 jarigen het best vertegenwoordigd zijn.

In Vlaanderen bedroeg in 2008 het percentage jongeren onder de 25 jaar 27,9%.

0-4 jarigen 33 625 6,9%

5-9 jarigen 27 258 5,6%

10-14 jarigen 24 802 5,1%

15-19 jarigen 25 822 5,3%

20-24 jarigen 30 188 6,2%

Ook tussen de verschillende districten, merken we belangrijke verschillen. Zo telt Borgerhout het grootste aandeel

jongeren (33,74%), gevolgd door Hoboken (30,54%) en district Antwerpen (30,19%). Een gedetailleerd profiel per

district staat in de jeugdbeleidsplannen van de districten (zie www.antwerpen.be/jeugd).

De Antwerpse bevolking kent bovendien een sterke verjonging. Sinds 2002 stijgt het jaarlijks aantal geboorten,

zowel bij de autochtone als bij de allochtone bevolking. In 2008 werden zelfs meer dan 7 000 kinderen geboren in

Antwerpen.

Als we rekening houden met de prognosecijfers, zien we dat tegen 2011 wordt verwacht dat er 147 000 jongeren

wonen, tegen 2026 zelfs 211 000. Dit betekent dat tegen dan, 31% tot 35% van de Antwerpenaren jonger dan 25 zal

zijn.

De Antwerpse bevolking wijzigt bovendien ook door de migratie. Jaarlijks zijn 100 000 mensen betrokken bij een

verhuisbeweging naar, binnen of uit Antwerpen. In 2008 vestigden 29 500 mensen zich in de stad. 24 800 mensen

verlieten echter de stad. Antwerpen kende daardoor een migratieoverschot van 5 000 mensen in 2008. De meeste

verhuisbewegingen gebeurden door twintigers. Deze verhuissaldi dragen ook bij tot een verjonging van de stad.

Er is een instroom van jonge mensen op actieve leeftijd. Deze jonge mensen zullen ook snel met gezinsuitbreiding

starten, waardoor de stad nog meer verjongt.

11

Page 12: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

b) Samenstelling van gezinnen

Ongeveer 30% van de gezinnen heeft kinderen. Dit zijn in hoofdzaak gehuwde koppels.

28% van deze gezinnen met kinderen heeft slechts één ouder.

Bij de gehuwde koppels zijn de gezinnen meestal groter, gevolgd door de ongehuwde koppels, die op hun

beurt meer kinderen hebben dan de monoparentale gezinnen.

Gezinsgrootte hangt ook samen met etniciteit. 9% van de autochtone gezinnen met kinderen hebben 4 of

meer kinderen. Bij gezinnen waarvan de referentiepersoon van Marokkaanse herkomst is, loopt dit op tot

29%. Verschillen in gezinsgrootte tussen districten hangen samen met het aandeel autochtonen in dat

district.

c) Herkomst

Antwerpen is niet alleen een jonge maar ook een echte diverse stad. Het is een smeltkroes van culturen.

De stad telt inwoners van 165 verschillende nationaliteiten. 14,38% van de Antwerpse bevolking heeft niet de

Belgische nationaliteit (=vreemdeling) en 30,7 % is van allochtone origine (nieuwe Belg + vreemdeling).

In heel Vlaanderen is dit 13,3 %. Van alle -25 jarigen is 1 op 3 van allochtone origine.

De stad heeft een lange traditie van inwijking uit Marokko en Turkije. De laatste jaren is het belang van de Europese

Unie zeer sterk toegenomen. Mensen uit lidstaten als Polen, Roemenië en Bulgarije, maar ook uit Nederland nemen

toe. Ook migratie uit andere delen van de wereld, zoals Azië (Indië, China,…) en Afrika (Ghana, Nigeria,…) is de laatste

jaren gegroeid.

12

Page 13: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

d) Jongeren en kansarmoede

Uit de cijfers van Kind en Gezin (die bij elke geboorte informatie verzamelt over de kansarme omstandigheden van

gezinnen) leren we dat in Antwerpen, in vergelijking met de andere Vlaamse centrumsteden, zeer veel kinderen in

kansarme gezinnen worden geboren (22,7%). Het gebrek aan werk, een laag inkomen en weinig geschoolde ouders zijn

de meest voorkomende problemen. Opvallende is dat kansarmoede ongelijk verdeeld is over Antwerpen.

Kansarmoede is in bijna alle wijken afgenomen tussen 2002 en 2008. Luchtbal, Amandus-Atheneum, Stuivenberg

en het centrale deel van Linkeroever zijn gebieden waar we een grote concentratie van kansarmoede opmerken.

In 2002 kenden Borgerhout intramuros en het Kiel een zeer hoge concentratie van kansarmoede. In 2008 zijn deze

concentraties licht verbeterd.

Verschillende indicatoren van kansarmoede worden samen gerekend om één index te vormen.

Deze indicatoren zijn onder andere werkloosheid, ontvangen van OCMW-steun en schoolse vertraging:

Werkloosheid kent geen gelijke spreiding over de stad. In Ekeren is 4% van de bevolking

werkloos tegenover 12% in Borgerhout. De jeugdwerkloosheid is hoger dan de werkloosheid bij de rest van

de bevolking. In alle deelgebieden zien we deze trend terugkomen. Er is een duidelijk verband tussen het

algemene werkloosheidspeil van een wijk en de werkloosheid bij jongeren. Wijken met een hoog percentage

algemene werkloosheid kennen ook een hoog percentage jongerenwerkloosheid.

In Antwerpen ontvangen 2% van de personen op actieve leeftijd steun van het OCMW. Het hoogste

percentage van personen die steun ontvangen zien we bij de jongeren tussen 18 en 24 jaar (2,3%).

De verdeling wat betreft het ontvangen van steun van het OCMW is gelijklopend met de verdeling van

werkloosheid.

Schoolse vertraging in het lager onderwijs is een eerder zeldzaam verschijnsel. Slechts 5,4% van de

leerlingen (zo’n 1500 leerlingen) gewoon onderwijs hebben meer dan één jaar vertraging. 8% van

al de leerlingen lager onderwijs zitten in het bijzonder onderwijs. In het secundair onderwijs komt

schoolse vertraging veel meer voor. In de stad heeft zo’n 17,5% van de leerlingen van het gewoon voltijds

onderwijs meer dan één jaar vertraging opgelopen. De percentages lopen op naargelang men ‘afdaalt’ in het

zogenaamde watervalsysteem. Net geen 20% van de Antwerpse leerlingen volgt ASO. Van deze groep is 6,7%

meer dan een jaar vertraagd. Bij de 21% leerlingen die het BSO volgt, is zowat een derde van al de leerlingen

schools vertraagd.13

Page 14: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

44. Antwerpen Europese Jongerenhoofdstad in 2011, een hefboom voor het nieuwe jeugdbeleidsplan

14

Page 15: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

a) Doelstellingen

In 2011 draagt de stad Antwerpen de titel Europese Jongerenhoofdstad (EJH). Met deze titel willen we laten zien dat

Antwerpen een jonge dynamische stad is die ruimte geeft aan jongeren.

De algemene doelstelling is:

Investeren in voldoende ruimte – zowel fysiek als mentaal – van, voor en door kinderen, tieners en jongeren.

Het jaar 2011 gebruiken als katalysator om aandacht voor jeugd in de stad blijvend te verankeren.

De doelstelling bestaat uit twee grote luiken. Het eerste luik legt de focus op 2011 zelf. Het tweede luik belicht het

duurzame karakter ervan.

We willen niet enkel investeren in één jaar, maar ook een blijvend effect genereren. De geleverde inspanningen voor

het Europese Jongerenjaar moeten blijvend verankerd worden. Het jaar wordt dan ook aangegrepen om het draagvlak

van het jeugdbeleid te versterken.

Het programma van Europese Jongerenhoofdstad schuift een aantal subdoelen naar voor:

Jongeren kansen geven en hen stimuleren om hun talenten te ontdekken

Innovatie en actualisering van het lokaal en breed jeugdbeleid

Alle jongeren enthousiasmeren/inspireren

Antwerpen profileren als stad voor jongeren

Werken aan positieve beeldvorming van jongeren

Antwerpen tot Europese stad maken en leernetwerken uitbouwen

Jeugdbeleid betrekken op minder evidente thema’s en sectoren zoals creatieve economie, toerisme,

huisvesting.

Op www.antwerpen.be/jeugd staat meer informatie over Europese Jongerenhoofdstad 2011, waaronder het dossier

waarmee Antwerpen kandideerde. Het programma (projecten en evenementen) kan men vinden op

www.aeyc2011.be

15

Page 16: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

b) Diversiteit

In het programma van het Jongerenjaar wordt de diversiteit op verschillende vlakken nagestreefd:

Op vlak van locatie streven naar een écht stadsproject en het jaar ook te laten leven in de verschillende

districten.

Er worden elf thema’s naar voor geschoven waarrond we werken met het project. Jeugdwerk, media, sport

en spel, cultuur, feesten en muziek, publieke ruimte, leren en werken, innovatieve economie en creatieve

economie, huisvesting, ecologie en toerisme.

De doelgroep zijn jongeren van 6 tot 24 jaar. We streven ernaar om in de programmering een aanbod te

hebben voor kinderen, tieners, jongeren en studenten. Daarnaast willen we jongeren van verschillende

etnische afkomst en met verschillend socio-economische achtergrond bereiken.

c) Stadsbrede projecten

Om de titel Europese Jongerenhoofdstad waar te maken en het draagvlak te vergroten, is er een samenwerking tussen

verschillende partners nodig. Er wordt een beroep gedaan op zowel private als publieke partners.

Onder de eerste categorie vallen bedrijven, organisaties, verenigingen en individuele jongeren.

Voor de tweede categorie worden er in de eerste plaats samenwerkingsovereenkomsten gesloten met de

verschillende stedelijke entiteiten. In de tweede plaats wordt er gekeken naar de hogere overheden en

verschillende overheidsinstanties.

In het projectdossier worden op dit moment vier stadsbrede projecten naar voor geschoven: Het Steen, Stadsklassen,

Jongerencompetentiecentra en Jeugdculturele zone.

16

Page 17: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

d) Participatie en inspraak van jongeren

Het uitgangspunt van het hele project is een programma gemaakt door jongeren. EJH 2011 zal vooral kinderen, tieners

en jongeren kansen geven om zélf het projectjaar vorm te geven. In plaats van op een centrale manier, vanuit de

overheid een programma samen te stellen en dat dan bekend te maken,.

Samen met de tien jeugdraden in Antwerpen gaat de stad in de schoot van EJH 2011 op zoek naar vernieuwende

methodieken om jeugd meer inspraak te geven in het Antwerpse beleid. We willen de mogelijkheden van nieuwe

media verkennen en bekijken hoe we e-participatie kunnen creëren.

Naast de structurele inspraakorganen zoals de jeugdraden, moet er ook ruimte zijn voor ad hoc inspraakmomenten.

Op die manier kunnen we jongeren betrekken bij projecten die in hun interessesfeer liggen. Zo vragen we een

kortlopend engagement aan hen. Voorbeelden hiervan zijn: MAS in jonge handen en de donderdagavonden van de

musea.

17

Page 18: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

55. Een plan, gedragen door jongeren en de partners van de jeugddienst: overzicht van het doorlopen participatietraject Dit plan is het resultaat van een planningsproces waarbij de stad kinderen, tieners, jongeren, de jeugdraad, het jeugdwerk, deskundigen, andere stedelijke diensten, ... heeft bevraagd en betrokken.

Inspraak en participatie gebeurden enerzijds in de districten, anderzijds op stedelijk niveau. De districten hebben eigen bevoegdheden sinds de decentralisatie. Ook de bevoegdheden op het gebied van lokaal jeugdbeleid. De districten maken een eigen jeugdbeleidsplan op. Dit plan wordt voorgelegd aan de lokale jeugdraad en goedgekeurd door de districtsraad. Hiervoor werden lokale inspraaktrajecten georganiseerd.

Voor dit jeugdbeleidsplan focussen we ons in dit hoofdstuk op de bovenlokale inspraak- en participatie-initiatieven.

18

Page 19: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

a) Inspraak jeugdraad

Op de bijeenkomsten van de Stedelijke Jeugdraad in september en oktober 2009 werd de open jeugdraad

van 2 december 2009 voorbereid. Deze stond in het teken van de opmaak van het nieuwe jeugdbeleidsplan en

Antwerpen Europese Jongerenhoofdstad in 2011. Hier kwamen meer dan honderd jongeren hun mening geven!

Tijdens deze avond konden de jongeren kiezen uit een aantal werkgroepen: Antwerpen Europese Jongerenhoofdstad,

brandveiligheid bij jeugdinfrastructuur, jeugd en cultuur, toeleiding van vrijwilligers, speelruimte, feestbeleid. Enkele

opmerkelijke vaststellingen uit deze werkgroepen zijn:

De verwachting van de jongeren naar een startweekend voor EJH (op verschillende locaties verspreid over

heel Antwerpen zijn er verschillende activiteiten). De jongeren verwachten van de stad dat zij ondersteunt op

vlak van communicatie, transport, logistiek en financiën. Hun eigen rol is om te zorgen voor vrijwilligers,

mee promotie te voeren, eigen locaties open te stellen en kinderen en jongeren te motiveren om aanwezig te

zijn.

Uit de bevraging rond brandveiligheid kwam naar voren dat de inspanningen m.b.t. de verbetertrajecten en

het 100% subsidiëren van veiligheidsmateriaal, onverminderd verder gezet moeten worden. De nieuwe acties

moeten zich richten op vorming en bewustwording.

In de werkgroep cultuur kwam het tekort aan experimenteerruimte en toonkansen naar boven, net zoals een

aantal drempels om aan cultuur te participeren.

Er kan in Antwerpen veel gefeest worden, maar er zijn nog wel veel drempels voor jongeren. Ook het tekort

aan voldoende en toegankelijke fuifruimte blijft een prangende vraag.

‘Vrije tijd is goud waard!’ Met deze oproep organiseerde de jeugddienst samen met de stedelijke jeugdraad op

17 mei 2010 een feedbackmoment op het stadhuis. Op deze avond konden jongeren hun zegje komen doen over

het jeugdbeleidsplan. De jeugdraad koos op voorhand vier thema’s, waarover jongeren hun mening konden geven:

(jeugd)cultuur, toegankelijkheid, fuifruimte en speelruimte. De avond was een succes. Meer dan 50 jongeren vonden

hun weg naar de workshops. Medewerkers van de jeugddienst lichtten de acties uit het plan (over deze thema’s) toe

aan de aanwezige jongeren, die konden reageren of suggesties doen. Op basis van deze avond werden nog acties uit

het voorontwerp verfijnd of bijgestuurd.

19

Page 20: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

Op 25 juni 2010 vroeg het college advies aan de stedelijke jeugdraad over het jeugdbeleidsplan 2011-2013.

Tot 13 september 2010 kregen zij tijd om hun advies in te dienen. Het volledige advies van de stedelijke jeugdraad

(en het antwoord hierop) vindt u in bijlage.

Daarnaast werd ook in de districten input gegeven vanuit de jeugdraden, voor de opmaak van de lokale plannen.

Als kers op de taart werden de Antwerpse jongeren ook nauw betrokken bij de opmaak van het dossier voor Europese

Jongerenhoofdstad (1630 vrienden op Netlog en Facebook, 38 jongeren op inspraakavond).

b) Inspraak jeugdwerkpartners

Aan de opmaak van het nieuwe subsidiereglement ging een breed inspraakproces vooraf. De opmerkingen op het

vorige reglement (onder andere veel administratieve rompslomp) waren het uitgangspunt voor een grondige

denkoefening.

De werkgroep ‘ondersteuning van het jeugdwerk’ (met jeugdconsulenten en stadswerkers) werkte intensief samen

aan een nieuw subsidiereglement. Na een positief advies van de stedelijke jeugdraad, kreeg het reglement ook groen

licht van het college en de gemeenteraad.

In het najaar van 2009 organiseerde de jeugddienst een aantal infoavonden om het goedgekeurde, nieuwe

subsidiereglement voor het vrijwillig jeugdwerk toe te lichten, Op deze avonden werd de aanwezigen ook gevraagd

wat de jeugddienst nog meer voor hen kon betekenen. Zo’n tweehonderd jongeren (leiding uit het jeugdwerk)

vulden deze swot-analyse in. In totaal werden vier informatieavonden georganiseerd op volgende data :

5 oktober 2009 : districten Ekeren en Berendrecht, Zandvliet en Lillo

8 oktober 2009 : districten Wilrijk en Hoboken

12 oktober 2009 : districten Deurne en Merksem

15 oktober 2009 : districten Antwerpen, Borgerhout en Berchem

Voor de jeugdhuizen werd op 7 oktober 2009 een aparte infoavond georganiseerd bij Formaat. Zes van de acht

jeugdhuizen waren die avond aanwezig.

20

Page 21: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

Op deze informatieavonden werd aan de aanwezige jeugdwerkers gevraagd om op onderstaande vragen een antwoord

te formuleren:

Waar(bij) kunnen we als stad een tandje bij steken?

Wat hebben we als stad uit het oog verloren?

Waar gaan we als stad de mist in?

Waar(mee) zijn we als stad op de goede weg?

We kregen antwoorden, aanbevelingen, kritieken en suggesties rond verschillende thema’s: Promotie

en herkenbaarheid, uitleendienst, eigen lokalen, communicatie, ruimte, ondersteuning jeugdwerk,

samenwerkingsverbanden /opzetten van activiteiten, subsidiereglement.

Met het uitwerken van de acties van dit nieuwe jeugdbeleidsplan hebben we zo veel mogelijk rekening gehouden met

de gekregen feedback.

Anderzijds organiseerde de jeugddienst een tiental thematische denkdagen waar professionelen uit het jeugdwerk

mee konden nadenken over het toekomstig jeugdbeleid van de stad. Deze waren een groot succes.

Inspraak opmaak dossier European Youth Capital (al onze jeugdwerkpartners)

24 september 2009 voormiddag: denkdag ‘toeleiding naar het jeugdwerk’ (30)

24 september 2009 namiddag: denkdag ‘vrijwilligers’ (50)

16 november 2009: denkdag ‘vrije tijd en jeugdcultuur’ (35)

19 november 2009: denkdag ‘avontuurlijk, natuurlijk spelen’ (8)

19 november 2009: denkdag ‘langzaam netwerk’ (8)

20 november 2009: congres van de jeugdcentra (120)

22 januari 2010: denkdag (jeugd)cultuur (met de culturele sector) (25)

Werkgroep cultuur (jeugddienst, districtsjeugddiensten en lokaal cultuurbeleid) (5)

De resultaten van al deze denkdagen werden teruggekoppeld op de gezamenlijke slotdenkdag op 26 november 2009.

Niet alleen onze professionele jeugdwerkpartners, maar ook collega’s van andere stadsdiensten (zoals de sportdienst,

cultuur,…) namen hieraan deel. Deze afsluitende denkdag lokte veel geïnteresseerden (85), ook door de voorstelling

21

Page 22: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

in primeur van de resultaten van het onderzoek “Vrije tijd door Antwerpse tienerogen” (uitgevoerd door de Artesis

Hogeschool, Universiteit Antwerpen en Plantijn Hogeschool in opdracht van de stad Antwerpen).

Tijdens deze slotdenkdag kregen de deelnemers de keuze om een workshop naar keuze te volgen:

Vrijetijdslabo voor tieners

Speelruimte en mobiliteit

Toeleiding naar het jeugdwerk

Jongeren en cultuur

Feestbeleid

Vrijwilligers in het jeugdwerk

Antwerpen Europese jongerenhoofdstad 2011

De denkdagen in september – november 2009 werden specifiek georganiseerd in functie van de opmaak van het

nieuwe jeugdbeleidsplan. Met als doel zoveel mogelijk geïnteresseerden uit verschillende werksferen samen te

brengen. Na de slotdag eind november werden verschillende tijdelijke werkgroepen opgericht om de uitgedachte

pistes verder uit te werken.

De gelinkt acties aan de jongerencompetentiecentra, kadervorming en EVC kwamen tot stand tijdens een overleg

van 9 maart 2010. Via schriftelijke feedback van de 3 JCC’s, stedelijke diensten Werk en Economie en Algemeen

Onderwijsbeleid Antwerpen, Levanto en Werkhaven werd dit uitgewerkt.

c) Onderzoek bij jeugd

De jeugddienst koos voor de opmaak van dit jeugdbeleidsplan opnieuw voor een grootschalig onderzoek.

In opdracht van de jeugddienst onderzocht Artesis Hogeschool, in samenwerking met Plantijn Hogeschool en

Universiteit Antwerpen, de Vrije tijd door Antwerpse tienerogen. De ondertitel van het rapport luidt Een

onderzoek naar de spanning tussen commercie, leefwereld en jeugdbeleid in Antwerpen. De respons op dit onderzoek

was groot: 961 bruikbare enquêteformulieren werden ingevuld (uit klassen verspreid over het Antwerpse grondgebied

en over verschillende onderwijstypes) aangevuld met 76 webenquêtes van ouders van tieners, 11 diepte-interviews

met ouders en 32 kwalitatieve interviews, vooral bij verschillende groepen maatschappelijk kwetsbare jongeren.

Het doel van dit vrijetijdsonderzoek was te weten te komen wat tieners (vanaf 10 jaar) in hun vrije tijd het

22

Page 23: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

meest en het liefst doen. Het in kaart brengen van vrijetijdspatronen, een aantal behoeften en verwachtingen,

randvoorwaarden, een aantal drempels,… leidde tot beleidsaanbevelingen, die mee de basis vormen voor de

doelstellingen omtrent het vrijetijdsaanbod van de jeugddienst (Zie CS11: strategische doelstelling over aanbod).

Op 26 november 2009 werden de onderzoeksresultaten en aanbevelingen voorgesteld aan de medewerkers van de

jeugdraad en de partners uit het jeugdwerk. En dit op een denkdag voor de opmaak van het Jeugdbeleidsplan 2011-

2013.

De jeugddienst besloot om ook creatie- en toonkansen in kaart te brengen. De respons was eerder beperkt: 25

van de 49 cultuurcentra en cultuurhuizen reageerden, slechts 31 jongeren namen deel aan de enquête. Daarom

werd hetzelfde thema ook op de open jeugdraad (december 2009) behandeld. De resultaten worden verwerkt in de

doelstellingen over de samenwerking van de jeugddienst met andere sectoren zoals cultuur (Zie CS15: strategische

doelstelling over cultuur en sport).

Eén van de speerpunten in dit plan is de ontwikkeling van een jeugdculturele zone in de stad. Hoe ziet een

culturele zone voor jongeren in Antwerpen eruit? Met die vraag trokken de trendwatchers van Trendwolves in het

najaar van 2008 de straat op. Ze sprokkelden ideeën, meningen, dromen en wensen via straatinterviews, enquêtes,

onlinenetwerken en een event. Er werden 250 jongeren van 16 tot en met 25 jaar bevraagd. De resultaten van dit

onderzoek en de verdere plannen werden voorgesteld aan de jongeren, die ter plekke ook op ontdekking konden gaan

in het binnenfort van Fort 8 in Hoboken. Deze plek wordt, samen met een groot gebouw op de Ankerrui in Antwerpen,

één van de twee locaties van de culturele zone in de stad. Naast het bevragen van jongeren en de sector, werd met het

onderzoek ook sterk ingezet op sociale netwerkpagina’s: www.myspace.com/antwerpenexclave en http://nl.netlog.

com/exclave. De resultaten geven mee richting aan doelstellingen van CS11 (strategische doelstelling over aanbod).

Ook de 150 aanbevelingen uit het KIES*-Rapport werden opnieuw gescreend. Dit rapport kwam er op vraag

van het Museum aan de Stroom (MAS), dat een plek binnen de leefwereld van jongeren (15-25 jaar) ambieert. De

sectoren onderwijs, jeugdwerk en cultuur formuleerden de aanbevelingen. Om ook met jongeren in dialoog te treden,

klopte het MAS vervolgens aan bij Ladda vzw (gespecialiseerd in onderzoek naar jeugdcultuur) voor een aanvullend

onderzoek. Om te weten te komen wat jongeren denken over musea en erfgoed, gingen de onderzoekers met hen

in gesprek.

23

Page 24: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

Met een kwalitatieve bevraging werden 24 jongeren tussen 18 en 25 jaar bereikt. Het resultaat werd neergeschreven

in het onderzoeksrapport ‘A la karte’. De volledige rapporten zijn te raadplegen op http://www.mas.be/mas_

injongehanden.html en http://www.alakarte.be

Om de gekendheid en appreciatie van de jeugddienst te peilen en te vernemen hoe haar dienstverlening en

communicatieproducten ervaren worden bij ouders van kinderen tussen 6 en 12 jaar, werden in 2009 1148 bruikbare

ingevulde vragenlijsten verwerkt van een enquête die eind 2008 werd verspreid. Eenzelfde bevraging werd ook gedaan

bij leerlingen uit het middelbaar onderwijs. Hierbij waren er 1 693 bruikbare ingevulde vragenlijsten. Een honderdtal

vrijwilligers uit het jeugdwerk reageerden op een enquête over hoe zij de ondersteuning vanuit de jeugddienst

ervaren. Deze volledige respons helpt de jeugddienst om, na haar verhuis in 2010 naar de centrale administratie in

‘Den Bell’, haar back-office functie op punt te stellen.

d) Participatie en inspraak verankeren

Via allerlei kanalen en op verschillende momenten konden jongeren hun ei kwijt in de aanloop naar dit plan.

Uiteraard blijft het hier niet bij. Niet alleen bij de planning maar ook bij de uitvoering (en bijsturing) willen we onze

doelgroep in de komende beleidsperiode actief hun zeg laten doen. Een aantal acties uit dit plan gaan hier expliciet

over (bijvoorbeeld e-inspraak). De jeugddienst streeft er verder naar om kinderen, tieners, jongeren, het jeugdwerk,

ouders,… ook bij de uitvoering van de geplande acties actief te betrekken. De manier waarop wordt per strategische

doelstelling beschreven.

Bovendien willen we als kinder- en jongerenmetropool en met de titel van Europese Jongerenhoofdstad op zak een

jeugdbeleid voeren van, voor én door de Antwerpse jeugd!

24

Page 25: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

25

Page 26: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

66. Lokaal sociaal beleid als rode draad

26

Page 27: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

a) Lokaal Sociaal Beleid

De stad Antwerpen en het OCMW willen de toegang tot de sociale grondrechten voor iedereen die in Antwerpen

woont garanderen. Ook voor sociaal kwetsbare Antwerpenaars. Daarvoor schreven ze een gezamenlijk Lokaal Sociaal

Beleidsplan (LSB) 2008-2013 waarin de krijtlijnen worden uitgezet.

Stad en OCMW vertrekken vanuit een inclusief beleid. Dit wil zeggen dat alle beleidsdomeinen oog hebben voor sociaal

kwetsbaren in de stad, met als doel de zelfredzaamheid van de Antwerpenaar te verhogen.

Het LSB ambieert het garanderen van de toegang voor iedere burger tot zijn economische, sociale en culturele

rechten, zodat iedereen een menswaardig bestaan kan leiden. Dit werd vertaald in een aantal levensdomeinen waarop

de overheid middelen inzet.

Elk domein wordt getoetst op twee zaken:

Diversiteit: investeren in een gelijke kansenbeleid zonder onderscheid van geslacht, leeftijd, geaardheid,

beperking, inkomen, levensbeschouwing of afkomst. Er wordt vertrokken vanuit brede diversiteit, maar er is

ook aandacht voor specifieke diversiteit.

Samenwerking en overleg: een gedragen beleid met actieve participatie van alle betrokkenen bij de sociale

dienstverlening.

‘Jeugd’ is een domein waarop de jeugddienst intekende. Volgende acties staan erin vermeld:

Interactief beleid: inspraak naar meerdere thema’s en nieuwe methodieken van inspraak zodat meer kinderen

en jongeren participeren.

Informeren en creatief gebruik maken van kanalen: de jeugddienst is aanspreekpunt voor jeugd en

jeugdwerkers. Om meer kinderen en jongeren uit kansengroepen te informeren wordt informatie ook

verspreid via intermediairen.

Ondersteuning van het jeugdwerk: jeugdwerk ondersteunen in het wegwerken van drempels om een bredere

diversiteit te krijgen in de deelnemers.

Veilige en toegankelijke ruimten creëren: binnen publieke ruimtes, stadsontwikkelingsprojecten, fuif- en

experimenteerruimten en jeugdcentra aandacht hebben voor kinderen en jongeren. Er wordt ook rekening

gehouden met kinderen en jongeren met een handicap.

27

Page 28: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

b) Stadsplan Diversiteit

Het Stadsplan Diversiteit vertaalt het stedelijk engagement rond brede diversiteit. Het bureau voor

diversiteitsmanagement van de stad Antwerpen coördineert dit. Het is een plan voor de stad, het OCMW en haar

dochters. Het biedt een kader voor concrete acties.

Uitgangspunt is dat diversiteit over verschillen én gelijkenissen gaat op allerhande vlakken: iedereen is man of vrouw,

jong of oud, rijk of arm, holebi of hetero, gelovig of niet, beperkt of niet en we hebben allemaal onze eigen culturele

achtergrond. We wonen allemaal in deze stad, alle ouders willen het beste voor hun kinderen en we maken allemaal

plannen voor de toekomst.

Het bureau voor diversiteitsmanagement heeft als opdracht om de stad, het OCMW en de dochters van de stad te

ondersteunen in acties die ze ondernemen rond brede diversiteit. Het bureau is dan ook het aanspreekpunt voor de

districten, het middenveld en de doelgroepen zelf.

Het Stadsplan Diversiteit vertrekt vanuit 6 uitdagingen:

Antwerpen is een stad waar mensen met verschillende achtergronden mekaar beter begrijpen.

Iedereen kent de democratische en maatschappelijke spelregels en gebruikt ze om in dialoog te gaan en

meningsverschillen bespreekbaar te maken.

In Antwerpen krijgt iedereen de ruimte om de eigen identiteit te ontwikkelen en beleven.

Alle Antwerpenaars kunnen hun sociale grondrechten realiseren.

Alle diensten van stad en OCMW geven het voorbeeld door diversiteit maximaal plaats te geven binnen hun

werking.

De stad moedigt andere actoren (partners, bedrijven, organisaties) aan om diversiteit ook binnen hun werking

vorm te geven.

28

Page 29: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

Vanuit de vragen en knelpunten van de verschillende bedrijven van de stad heeft het bureau vier

diversiteitsvraagstukken geformuleerd:

Bereik: een aanbod voorzien voor àlle Antwerpenaren.

Divers personeel: het personeelsbestand van de stad is een weerspiegeling van de beroepsactieve bevolking.

Toegankelijkheid: gebouwen en openbaar domein van de stad voldoen aan de eisen rond integrale

toegankelijkheid.

Omgaan met diversiteit: de stad beheerst de competentie ‘omgaan met diversiteit’.

De jeugddienst heeft meegewerkt aan dit plan en deelt de visie van het Stadsplan Diversiteit.

Het is de opdracht van elke medewerker van de stad en dus van de jeugddienst om het thema diversiteit op te nemen

in zijn/haar doelstellingen. Het bureau voor diversiteitsmanagement staat steeds klaar om de jeugddienst hierbij te

helpen.

c) Visie jeugddienst

Onze bijdrage aan het Lokaal Sociaal Beleid en het Stadsplan Diversiteit toont aan dat we ons inschrijven in het

algemene diversiteitsdenken van de stad en het OCMW.

De jeugddienst is hier al een hele tijd mee bezig en heeft een automatische reflex ontwikkeld om elke actie aan

diversiteit af te toetsen. Hiervoor gebruiken we een checklist om acties te screenen op drempels op het vlak van:

Financiën

Taal

Bereikbaarheid

Informatie

Imago

Aanbod

Referentiekader

29

Page 30: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

De doelgroep waarmee we rekening willen houden is ‘minder en minst kansrijke kinderen en jongeren’.

We onderscheiden volgende groepen:

allochtone kinderen en jongeren,

allochtone meisjes,

kinderen en jongeren die in armoede leven,

kinderen en jongeren met een handicap,

laaggeschoolde jongeren en jongeren die een beroepsopleiding volgen,

holebi-jongeren,

vluchtelingenkinderen en -jongeren,

kinderen en jongeren van woonwagenbewoners,

kinderen en jongeren in de Bijzondere Jeugdbijstand.

30

Page 31: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

31

Page 32: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

77. Opbouw van het plan volgens de strategische doelstellingen uit de meerjarenplanning

De stad Antwerpen heeft één stedelijk bestuursakkoord en daarnaast negen bestuursakkoorden van de districten. Om deze bestuursakkoorden om te zetten in realiseerbare plannen, koos de stad Antwerpen voor de methodiek van de strategische cyclus.

32

Page 33: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

Stap 1. Vertaling bestuursakkoord in duidelijke doelstellingen

De strategische cyclus start met een intens overleg tussen de verschillende diensten

en beleidssectoren. De eerste opdracht bestaat er in om de bestuursakkoorden van

de stad en de districten in duidelijke doelstellingen te vertalen. Dit gebeurt van heel

breed naar heel concreet, van strategische tot operationele doelstellingen.

De strategische doelstellingen vertellen op een wervende manier wat de stad

op een breed, maatschappelijk gebied wil bereiken bv. ‘Antwerpen is een kinder-

en jongerenmetropool. Kinderen, tieners en jongeren hebben voldoende ruimte

in de stad.’ Een trapje lager formuleert men nagestreefde doelstellingen. Deze

vertellen welke bijdrage de stad als organisatie levert bv. ‘Tegen eind 2012 zijn

de lokalen van de erkende jeugdverenigingen veilig.’ Tenslotte formuleert men

operationele doestellingen. Deze vertellen op een heel concreet, operationeel

niveau wat men wil bereiken. bv. ‘Tegen eind 2011 zijn alle jeugdwerklokalen

van de erkende jeugdverenigingen bezocht, zijn alle nodige onderhouds- en

herstellingswerken geïnventariseerd en verbetertrajecten uitgewerkt en de

subsidiëring wordt hierop afgestemd.’

Stap 2. Benoemen van projecten en processen per doelstelling (operationaliseren)In de tweede fase worden de doelstellingen verder uitgewerkt in concrete projecten

en processen.

Projecten zijn afgebakende, éénmalige activiteiten die men onderneemt

(bijvoorbeeld de bouw van een fuifzaal). Processen geven de reguliere werking weer

(bijvoorbeeld regie). Per doelstelling krijgt men een lijst van projecten en processen

die bijdragen aan de realisatie van deze doelstelling.

StategischeDoelstelling(SD)

Nagestreefde ND NDDoelstelling(ND)

Operationele OD OD ODDoelstelling(OD)

33

Page 34: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

Stap 3. Toewijzing van duidelijke verantwoordelijkhedenHet stadsbestuur formuleerde voor zes jaar meer dan zeventig strategische

doelstellingen. In deze stap duidt men voor iedere doelstelling aan welke

bedrijfseenheid (overkoepelende dienst) eindverantwoordelijk is en welke

bedrijfseenheden meewerken aan de uitvoering ervan.

Stap 4. Bepalen van mensen en middelenIn stap 4 berekent men hoeveel mensen en middelen (financieel, ict) er nodig zijn

om de doelstellingen uit te voeren.

Stap 5. Opmaak van operationele plannenPer bedrijfseenheid maakt men iedere twee jaar een operationeel plan op.

Hierin staan de doelstellingen voor deze twee jaar, samen met hun projecten en

processen.

Stap 6. Rapportering en bijsturing van de realisatie De uitvoering gaat van start. Via driemaandelijkse rapporteringen volgen de

colleges van stad en districten de uitvoering van de doelstellingen op. Zo komen

knelpunten snel aan de oppervlakte, kunnen de colleges het beleid bijsturen waar

nodig en blijft de werking overzichtelijk en bestuurbaar.

Het jeugdbeleid maakt integraal deel uit van het bestuursakkoord van de stad en de

districten. Daarom werd het ook vertaald in doelstellingen met daaronder projecten

en processen. Zo behouden we de band met de Antwerpse bestuursakkoorden.

Bovendien is dit een heldere manier om weer te geven wat de doelstellingen zijn én

hoe deze uitgevoerd zullen worden.

34

Page 35: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

De opmaak van het jeugdbeleidsplan 2008-2010 liep parallel met de start van

de strategische meerjarenplanning (2007-2013). Omdat de doelstellingen in de

meerjarenplanning zeer gedetailleerd werden uitgewerkt en onze ambitie voor zes

jaar vastleggen, kiezen we er voor dit beleidsplan uitdrukkelijk om deze ook als

vertrekpunt te nemen.

En de districtsplannen? Die zijn divers van opmaak. In het ene district kiest men bij

het plan voor een opdeling in jeugdwerkbeleid en jeugdbeleid. In het andere district

vertrekt men vanuit de lokale meerjarenplanning. Toch werd er opnieuw voor

gekozen om centraal de nodige ondersteuning te bieden: een gezamenlijke missie,

centrale analyse van de bevolkingsgegevens, inhoudelijke werkgroepen, bespreking

op het jeugdconsulentenoverleg, districten die kunnen intekenen op centrale acties,

samenwerking in het kader van Europese Jongerenhoofdstad,... en nog veel meer.

Ook dit wordt duidelijk bij de concrete acties.

De keuze om de indeling van de strategische meerjarenplanning te volgen, heeft

als gevolg dat een aantal beleidsthema’s hun weerslag vinden in acties onder

verschillende doelstellingen (en dus verspreid in het plan). De mate waarin het

jeugdwerk ondersteund wordt, kadert bijvoorbeeld zowel binnen de regie opdracht

van de jeugddienst als binnen de doelstelling rond ruimte. Om de communicatie

van het jeugdbeleidsplan aan bijvoorbeeld het jeugdwerk efficiënt te doen

verlopen, zullen we een apart overzicht maken met een bundeling van alle acties

rond de ondersteuning van het jeugdwerk.

35

Page 36: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

88. De nieuwe plaats van de jeugddienst in de stedelijke context

36

Page 37: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

Op vrijdag 19 december 2008 keurde het college het voorstel goed, over de organisatie van bedrijfseenheden

en de samenwerking tussen stad en OCMW.

Als gevolg daarvan werd beslist om de jeugddienst (die tot dan deel uitmaakte van het stedelijk bedrijf Lerende Stad)

te integreren in het bedrijf Cultuur, Sport en Recreatie. De overdracht gebeurde op 1 april 2009. Concreet betekende

dit de overdracht van zo’n 110 personeelsleden, drie processen, vier strategische doelstellingen, tientallen financiële

codes, een regie-vzw, enkele tientallen gebouwen en concessies. Om de integratie compleet te maken veranderde ook

de naam van ons bedrijf in ‘Cultuur, Sport en Jeugd’. De linken tussen de jeugddienst en cultuurcentra, bibliotheken,

musea en sportinstellingen of -initiatieven worden vanaf nu makkelijker zichtbaar.

Eveneens werd in 2009 de integratie van pleinontwikkeling (dat deel uitmaakte van het bedrijf Samen Leven) binnen de

jeugddienst gerealiseerd. Dit betekent dat de jeugddienst naast regisseur ook opnieuw uitvoerder is van een aanbod op

het terrein.

Door een stadsbrede besparing en de nakende verhuis naar den Bell, volgde er in 2009 een optimalisatie van de

personeelsinzet in alle stadsbedrijven. Deze oefening leidde tot een daling van het aantal personeelsleden actief bij de

(centrale) jeugddienst tot 23 medewerkers.

In februari 2010 verhuisde de jeugddienst mee naar het administratieve centrum van de stad (“den Bell”). Dit had een

aantal veranderingen tot gevolg. De medewerkers van de centrale jeugddienst kregen fysiek een nieuwe werkplek en

werden opgenomen in het grote administratieve geheel van de stad. Veel taken die apart of dubbel gedaan werden,

37

Page 38: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

konden geschrapt of gecentraliseerd worden. De nieuwe werkplek vraagt ook een nieuwe manier van werken. Vanaf

nu is de jeugddienst opgenomen in de ‘stafdienst sport, cultuur en jeugd’ en werkt zij back-office. De front-office taken

worden in de districten uitgevoerd.

Dit heeft enkele consequenties voor de dagdagelijkse werking. Alle communicatie verwijst nu naar de jeugddiensten

in de districten, jongeren worden aangespoord om bijvoorbeeld subsidiedossiers bij de jeugdconsulent van het district

binnen te brengen, de grabbelpas en swap werden drastisch gedecentraliseerd,...

Anderzijds vielen ook taken als onthaal, ICT ondersteuning,… weg.

Dit alles wordt verder toegelicht in het plan bij de concrete doelstellingen en acties.

De huidige structuur van de jeugddienst (het organogram) is volledig uitgewerkt volgens de processen en

programma’s waaraan de jeugddienst werkt binnen de meerjarenplanning van de stad. Cruciaal zijn de vier

strategische doelstellingen waarvan de jeugddienst trekker is (vier programma’s met elk hun programmaleider).

De programmaleiders zijn inhoudelijk verantwoordelijk voor de uitvoering van hun strategische doelstelling/

programma. Daarnaast zijn er ook nog processen met elk een procesverantwoordelijke (voor beleid, inspraak,

communicatie,…) die elk de kwaliteit van hun domein/proces moeten bewaken.

38

Page 39: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

Bedrijfsdirecteur cultuur, sport en jeugd

HR cel C port en recreatieRechterhand HR-verantwoordelijke/Interne communicatie

Rechterhand Patrimonium/Financiën

Lokaal cultuurbeleidRechterhand HR-verantwoordelijke/Interne communicatie

Rechterhand Patrimonium/Financiën

Jeugd

Musea en Erfgoed

Kunsten

Zakelijke cel CS

S S

Informatiebeheer

Personeelsadministratie

Financiën

ITSInformaticateam

Stadsbreed

Subsidiecel en fondsen CS

BAP(beleid & advies

projecten)

Infrastructuur/Confessie/Veiligheid

Accountplanning CSAccountvorming CS

Tucht/StapSocio-medische

problematiek

Projectbureuen kwaliteitszorg

secretariaatbedrijfsdirecteur

Secretariaats-medewerkersAgendabeheerNotulenBriefwisseling

KlantenbeheerAccountmanagercommunicatie/Strategische communicatie

Algemene diensten/secretariaat CS

Rechterhand HR verantwoordelijke

39

Page 40: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

Diensthoofd

CS10 REGIEprogrammaleider CS10 =proceseigenaar subsidies

trajectbegeleider

medewerker play

proceseigenaar beleid

co-writer

proceseigenaar regie

SWOV-opvolgers

administratie regie

proceseigenaar informatie& sensibilisatie=matrix functie communicatie

administratie, info communicatie en inspraak

proceseigenaar MKDwerkt vanuit MC

proceseigenaar advies

proceseigenaar HR

Coach districten

CS11 AANBODprogrammaleider CS11=proceseigenaar eigen projecten & aanbod

medewerker VT

medewerker creatie &toonkansen

Coach POK

CS12 RUIMTEprogrammaleider CS12

administratieveondersteuning

CS15 Jeugd,cultuur, sport & onderwijs

beleidsprioriteit cultuur

speelruimteambtenaar

medewerker verbetertraject jeugdinfra /

medewerker creatie &toonkansen

talentenbeurs

communicatie overaanbod & projecten

communicatie overinfrastructuur communicatie zicht-

baarheidsacties

website GRAS website dossieropvolgingsysteem website

tevredenheid&inspraakaanbod/projecten

inspraak ruimte&infrajeugdparagraaf

behoeftenanalyse

werving/selectie welzijn

werving/selectie welzijn

projecten talentenbeurs infrastructuur

beleidsprioriteit brand-veiligheid

40

Page 41: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

41

Page 42: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

99. Een leeswijzer

42

Page 43: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

In wat volgt worden acties voor de komende drie jaren geformuleerd. Het uitgangspunt zijn de strategische

doelstellingen (SD), nagestreefde doelstellingen (ND) en operationele doelstellingen (OD), zoals ze bij de aanvang

van de huidige Antwerpse bestuursperiode werden uitgewerkt. Om de operationalisering van het bestuursakkoord

en het jeugdbeleidsplan naast elkaar te kunnen leggen, kiezen we er bewust voor om de bestaande terminologie en

nummering van de doelstellingen te behouden. In concreto gaat het om vier strategische doelstellingen: CS10, CS11,

CS12 en CS15 waarbij CS staat voor ‘cultuur, sport en jeugd’.

Omdat de meerjarenplanning cyclisch en gefaseerd verloopt, worden regelmatig momenten voor bijsturing voorzien.

Op die manier kunnen doelstellingen worden geherformuleerd of geclusterd, indicatoren worden verfijnd,… Dit

verklaart waarom sommige OD’s zijn weg gevallen en de nummering elkaar niet altijd opvolgt. De oorspronkelijke

nummering werd steeds behouden, omwille van begrotingstechnische redenen.

Samen met de districten werden ook enkele afspraken gemaakt over de gebruikte terminologie.

In dit stedelijke jeugdbeleidsplan spreken we over de jeugddienst wanneer we de Stafdienst Cultuur, Sport en Jeugd

bedoelen.

In de districtsplannen wordt met jeugddienst verwezen naar de districtsjeugddienst. Wanneer zij spreken over de

Stafdienst Jeugd, wordt de vroegere ‘stedelijke jeugddienst’ of de huidige Stafdienst Cultuur, Sport en Jeugd bedoeld.

De acties voor de komende drie jaren worden steeds in tabelvorm weergeven, met telkens de uitvoerder, het jaar van

uitvoering en de link met het decreet toegevoegd.

Doelstellingen en acties in het kader van de Vlaamse prioriteiten worden in bestaande doelstellingen geïntegreerd en

aangeduid met een icoontje:

prioriteit cultuur: © prioriteit brandveiligheid :

43

Page 44: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

Ook acties in het kader van Lokaal Sociaal Beleid worden extra in de verf gezet:

Omdat 2011 een bijzonder jaar is, waarin Antwerpen zich Europese Jongerenhoofdstad mag noemen,

gebruiken we het icoontje om de acties in dit kader aan te duiden.

De acties ter ondersteuning van het jeugdwerk zijn verspreid in het plan terug te vinden, aangeduid met:

Omdat we deze acties voor het jeugdwerk zichtbaarder willen maken, hebben we deze acties in bijlage

gebundeld.

Tot slot: enkele afkortingen

(A)EJH (Antwerpen) Europese Jongerenhoofdstad 2011

AEYC Antwerp European Youth Capital 2011 (=AEJH)

AOB Algemeen Onderwijsbeleid

BZ/SSO Bestuurszaken/studiedienst stadsobservatie

CS/Jeugd Cultuur, sport en jeugd/jeugd

DL/SWO Districts- en Loketwerking/Stedelijk Wijkoverleg

EVC Eerder verworven competenties

EVS European Voluntary Service

JCC Jongerencompetentiecentrum

KIDS Kansen in de stad

MC Marketing en Communicatie

MP Marketing Planning

PO Patrimonium Onderhoud

SJR Stedelijke Jeugdraad

SL/STC/DIV Samen Leven/ Stragische cel/ Diversiteitsmanagement

VVJ Vereniging Vlaamse jeugddiensten en jeugdconsulenten

WKJ Werking Kansarme Jongeren

WNE Werk en Economie

 

44

Page 45: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

45

Page 46: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

46

Page 47: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

STRATEGISCHE, NAGESTREEFDE en OPERATIONELE DOELSTELLINGEN met ACTIES

47

Page 48: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

11. Antwerpen, kinder - en jongerenmetropool, voert een participatief en informatief jeugdbeleid voor alle kinderen en jongeren (CS10)

48

Page 49: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

49

Page 50: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

1.1. Proces en analyse

Antwerpen heeft een jonge bevolking. Sinds 2002 zien we een jaarlijkse stijging van het aantal

geboorten. Kinderen, tieners en jongeren vormen mee de toekomst van de Antwerpse metropool.

Het is daarom cruciaal dat we kinderen, tieners, jongeren, het jeugdwerk bereiken, laten

participeren en informeren, op een manier die aangepast is aan hun leefwereld.

ANALYSE REGIEFUNCTIE VAN DE JEUGDDIENST

De prioriteit voor de stad is een goed gespreid, divers en kwaliteitsvol vrije tijdsaanbod. Zeker ook tijdens de vakanties.

Daarvoor werkt de jeugddienst als regisseur vooral samen met het brede en rijke jeugdwerkveld van Antwerpen.

Enerzijds ondersteunt het actief het vrijwillig jeugdwerk. Zowel financieel, inhoudelijk, als praktisch. De basis

voor deze ondersteuning ligt vast in een pas vernieuwd subsidiereglement en wordt verder vorm gegeven via de

districtsjeugddiensten. Anderzijds investeert de stad in een aanvullend aanbod via het professioneel jeugdwerk. Dat

zijn vele jeugdwerkorganisaties die zowel met professionele jeugdwerkers als met vrijwilligers werken: jongeren die

binnen de organisatie een engagement opnemen. Hiervoor sluit de stad jaarlijks samenwerkingsovereenkomsten af

met externe vzw’s waarin wederzijdse afspraken rond resultaten en financiering worden gemaakt.

We onderscheiden drie categorieën van professioneel jeugdwerk:

De werkingen voor kansarme jongeren richten zich op verschillende doelgroepen die extra drempels

ervaren om deel te nemen aan het reguliere jeugdwerkaanbod. Ze bieden een kwaliteitsvol vrije tijdsaanbod

voor maatschappelijk kwetsbare kinderen, tieners en jongeren, vluchtelingen, mensen in armoede en mensen

met een handicap. Op verschillende plekken in de stad kunnen zo’n 6 000 jongeren bij deze werkingen terecht,

bij verschillende organisaties.

De tweede groep is het netwerk van negen stedelijke jeugdcentra die het hele jaar door de meest

uiteenlopende activiteiten organiseren voor tieners en jongeren: workshops, instuif, optredens,

repetitieruimtes, vorming, fuiven, … Zij krijgen jaarlijks zo’n 200 000 bezoekers over de vloer en liggen

verspreid over de stad.

De verschillende speelpleinwerkingen (de derde groep) bezorgen de Antwerpse jeugd de tijd van hun leven.

Met meer dan 182 000 speeldagen hebben zij een groot bereik bij de Antwerpse kinderen. 50

Page 51: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

De voorbije drie jaren heeft de jeugddienst veel geïnvesteerd in het verder ontwikkelen en professionaliseren

van zijn regiefunctie. De overeenkomsten werden “smarter” geformuleerd, de opvolging werd beter

gestructureerd, de financiële controle werd opgevoerd, er werd een manier van werken uitgedacht

om inhoudelijke bijsturingen mogelijk te maken,… We mogen gerust stellen dat de jeugddienst zijn rol als

regisseur vorm heeft gegeven.

ANALYSE PARTICIPATIEF JEUGDBELEID

De jeugddienst vindt de stem van kinderen, tieners, jongeren en het jeugdwerk cruciaal om een onderbouwd

jeugdbeleid te kunnen voeren. De nieuwe structuur van de jeugddienst zorgt ervoor dat inspraak en participatie een

aandachtspunt wordt van alle medewerkers. Ieder heeft de opdracht om voor zijn of haar beleidsthema de vinger aan

de pols te houden en voldoende inspraak te organiseren. Hiervoor wordt nauw samengewerkt met de dienst Stedelijk

Wijkoverleg, die instaat voor de communicatie en participatie tussen de stad en haar bewoners.

Daarnaast kan de jeugddienst beroep doen op de stedelijke jeugdraad en de jeugdraden in de verschillende districten.

De jeugdraad heeft in 2010 een traject doorlopen onder begeleiding van Karuur, een organisatie ter ondersteuning van

jeugdparticipatie. Het resultaat van dit traject was een overzicht van de bestaande knelpunten. Enkele problemen die

toen aan het licht kwamen zijn vandaag nog steeds van toepassing:

Communicatie (laattijdige start van de voorbereiding van projecten en geen voorbereiding of begeleiding van

vergaderingen vanuit de jeugdraad zelf);

Beperkte opkomst (hoofdzakelijk jongeren uit het jeugdwerk, onvoldoende bereik van vrijwilligers uit

districtsjeugdraden);

Weinig rechtstreeks contact met de verantwoordelijken van dossiers binnen de jeugddienst.

Sinds januari 2009 heeft de stedelijke jeugdraad geen (officieel) Dagelijks Bestuur meer. Met hun ontslag wilden de

leden aantonen dat het zo niet verder kon met de jeugdraad. Er werd al verscheidene malen een oproep gedaan naar

nieuwe kandidaten. Momenteel is niemand binnen de jeugdraad bereid het dagelijkse bestuur op zich te nemen en is

er dus geen aanspreekpunt meer.

51

Page 52: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

Daarom gaan we samen met hen op zoek naar nieuwe vormen van inspraak en methodieken om een diverse groep

jongeren te bereiken. Zeker in de aanloop naar Antwerpen Europese Jongerenhoofdstad is dit één van de absolute

aandachtspunten! Antwerpen wil ook van andere steden leren hoe zij jongereninspraak organiseren.

ANALYSE INFORMATIE EN COMMUNICATIE

1) Jeugdinformatie was een Vlaamse beleidsprioriteit voor het jeugdbeleidsplan 2008-2010. De Antwerpse

jeugddiensten tekenden in op deze beleidsprioriteit en hebben meer geïnvesteerd in infoverzameling,

informatieopmaak en gerichte informatieverspreiding. De jeugddienst deed onderzoek naar de gekendheid van

de jeugddienst (en zijn partners) in het najaar van 2008 en wil deze cijfers vergelijken met een nieuwe meting begin

2012, na afloop van Antwerpen Europese Jongerenhoofdstad.

Uit de onderzoekscijfers van 2008 blijkt dat 71,9 % van de ouders van kinderen tussen 6 en 12 jaar de jeugddienst

kennen. 49,9 % van hen kent de jeugddienst in het eigen district. Bij de jongeren van 12 tot 18 jaar liggen de cijfers

een stuk lager: 53 procent kent de jeugddienst, 40,2 % kent de jeugddienst in het eigen district. Verder blijkt uit

het onderzoek dat de communicatieproducten van de jeugddienst onvoldoende gekend zijn, zowel bij ouders als

bij jongeren en dat de communicatiestijl van de voorgelegde brochures en flyers onvoldoende aantrekkelijk is voor

jongeren.

Verder blijkt uit het onderzoek en uit een desk-research in samenwerking met de bedrijfseenheid Marketing en

Communicatie, dat gebruikers van het aanbod van jeugdwerkpartners van de stad dit aanbod heel weinig ‘attribueren’

aan de stad. Gebruikers weten vaak niet dat de stad dit aanbod ondersteunt en/of mogelijk maakt. De jeugddienst gaat

daarom in samenwerking met Marketing en Communicatie op zoek naar mogelijkheden om die attributie te verhogen.

De stad vindt het niet zozeer belangrijk dat de jeugddienst als ‘dienst’ gekend is; het is de ‘stad’ die gekend moet

zijn als aanbieder van vrijetijdsactiviteiten en als informatiedraaischijf. De lokale jeugddiensten moeten wel een

aanspreekpunt zijn voor kinderen, tieners, jongeren en hun intermediairs en het vrijwillig jeugdwerk voor vragen rond

jeugdgerelateerde thema’s, met een focus op vrije tijd. Daarnaast moet in heel de stad ruimte voor jongeren meer

zichtbaar gemaakt worden, zodat de stad en haar partners meer bekend raken als aanbieders van vrijetijdsactiviteiten.

Het zichtbaar maken van ruimte voor jongeren is ook een belangrijk uitgangspunt van Antwerpen Europese

Jongerenhoofdstad 2011.52

Page 53: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

2) Uit het onderzoek ‘Vrije tijd door Antwerpse tienerogen’ blijkt dat zowel ouders als tieners nood hebben

aan gebundelde informatie over het vrijetijdsaanbod. Vooral Antwerpen Europese Jongerenhoofdstad en de website

van de jeugddienst zullen hier de komende jaren aan werken.

3) Een goede mediamix is essentieel om communicatie te doen slagen. Voor elke communicatieactie moet worden

bepaald welke de meest geschikte kanalen zijn om de boodschap over te brengen. De kanalen moeten elkaar

versterken en de distributie van communicatiemateriaal moet zo efficiënt mogelijk gebeuren. In de beleidsperiode

2008-2010 experimenteerde de jeugddienst met verschillende media (onder andere sociale media).

Daarnaast voerde de jeugddienst gesprekken met deskundigen in jongerencommunicatie om tot een conceptnota

jeugdinformatie te komen. De informatie- en communicatieacties in dit jeugdbeleidsplan komen voort uit dit

voorbereidend werk.

We slaan in 2011 verder de weg van de digitale communicatie in, met een vernieuwde website en met verdere

inzet van sociale media. Daarnaast stellen we vast dat jeugd momenteel opmerkelijk afwezig is in een aantal grote

communicatiekanalen van de stad, zoals de stadskrant en de algemene website. Dit willen we opkrikken. De stadskrant

De Nieuwe Antwerpenaar wil bijvoorbeeld zelf graag inspanningen leveren om meer jongeren te bereiken en rekent

daarvoor op samenwerking met de jeugddienst, Europese jongerenhoofdstad en andere partners.

Daarnaast zal de jeugddienst zijn communicatieproducten en distributie consequent, tijdig en voldoende evalueren.

De mediamix staat altijd ten dienste van de boodschap. Belangrijke thema’s voor de jeugddienst zijn:

het jeugdwerk in de stad;

het cultuuraanbod voor kinderen, tieners, jongeren en het jeugdwerk in de stad;

ruimte voor kinderen, tieners en jongeren (ruimte om zichzelf te zijn, te spelen, te experimenteren, hun ding

te doen, te feesten, …);

vrijetijdsaanbod voor kinderen, tieners en jongeren in de stad;

ondersteuning van het vrijwillig en professioneel jeugdwerk;

ondersteuning van individuele jongeren die een project op poten zetten;

jeugdbeleid en -organisatie in de stad.

53

Page 54: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

ANALYSE ONDERSTEUNING VAN JONGEREN ALS ORGANISATOREN VAN PROJECTEN

Een aantal vaststellingen ivm de huidige projectsubsidies van de jeugddienst leren ons het volgende:

In 2009 ontving de jeugddienst 23 aanvragen voor projectsubsidies: 14 grote (tussen de 2500 euro en

5000 euro) en 9 kleine (< 2500 euro). Hiervan werden er 15 gesubsidieerd.

In 2010 (tot begin mei) waren er al 36 projectaanvragen: 22 kleine en 14 grote.

Hiervan werden er 23 gesubsidieerd: 17 kleine en 6 grote projecten.

Het aantal aanvragen stijgt, maar bij de grote projectsubsidies zijn er veel negatieve adviezen vanuit de jury.

Het blijkt dat steeds dezelfde jongeren ondersteuning vragen voor steeds dezelfde soort projecten die dikwijls

al bestaan of niet voldoen aan de vooropgestelde voorwaarden.

Ook blijkt dat de projectsubsidies te weinig bekend zijn bij de Antwerpse jeugd. We moeten dus de

bekendheid vergroten door meer toonkansen te bieden en dit via Troef (zie verder).

Vanuit deze vaststellingen werd besloten om een andere vorm van projectsubsidies in het leven te roepen, namelijk ‘Troef’:

Troef is gegroeid uit een project dat in 2010 werd opgericht. Sihame El Kaouakibi kreeg de kans om haar

droom, een kwalitatief all round hip hop dansproject, op te starten. Let’s go Urban is een jaar na de opstart,

een groot succes (zie CS15, p 119). Na evaluatie werd beslist om meer jongeren de kans te geven hun droom

waar te maken via het initiatief ‘Troef’.

Met Troef wil de stad Antwerpen haar talentvolle jongeren een kans geven om hun droom waar te maken.

Alle jongeren kunnen met een origineel idee voor een jong Antwerpen hun kans wagen. Een jury selecteert

de beste kandidaten, waarna de stad hen een jaar lang logistieke en financiële ondersteuning geeft om hun

project te realiseren.

Na een grootschalige promotiecampagne waren er 26 jongeren die een project voor ‘Troef’’ binnenbrachten.

Na een eerste selectieronde bleven er 8 jongeren over die hun project voorstelden op ATV. Een professionele

jury en een publieksjury kozen uiteindelijk de 4 laureaten. Deze jongeren kunnen vanaf september 2010 hun

project uitwerken: een studentenradio, een theaterproject, een basketbalplatform en een artistiek atelier.

De 23 jongeren die niet geselecteerd zijn, worden echter niet losgelaten. Zij worden op een actieve manier

doorverwezen naar de jeugddiensten in de districten, de jeugdcentra of andere relevante jeugdwerkpartners.

Ook krijgen ze uitgebreide info over de projectsubsidies en hoe ze hiervoor in aanmerking kunnen komen.

54

Page 55: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

ANALYSE BREED JEUGDBELEID, MET FOCUS OP 2011¬ - ANTWERPEN EUROPESE JONGERENHOOFDSTAD

Het dossier dat de jeugddienst indiende om Europese Jongerenhoofdstad 2011 te worden, werd opgebouwd rond

11 thema’s voor 2011. Antwerpen wil ruimte voor en door jongeren in jeugdwerk, media, sport en spel, cultuur,

feesten, openbare ruimte, leren en werken, innoverende economie, wonen, ecologie en toerisme. Dit jaar moet een

kans creëren om het breed jeugdbeleid te betrekken op minder evidente beleidsdomeinen: een strategisch

plan voor jongerentoerisme, een stedelijk popbeleidsplan, ecologie, werk,… We willen ook jongeren promoten als

doelgroep in grote evenementen, zoals de Boekenbeurs, de Zomer van Antwerpen en de Antwerp 10 miles.

Speerpunt binnen het breed jeugdbeleid is de prioriteit jeugdcultuur. Voor de komende beleidsperiode wil de

jeugddienst twee pijlers uitwerken:

1) Door een betere en nauwere samenwerking met de cultuurcentra en andere culturele partners, kan de

jeugddienst haar rol van regisseur waar maken. Doel is om binnen de culturele werkingen de aandacht voor

kinderen en jongeren te verscherpen.

2) Via gerichte promotie acties inspelen op jongerencultuur. In eerste instantie denken we hier aan creatie-,

toon- en podiumkansen binnen de jeugdculturele zone én het verder uitbouwen van de Antwerpse urban

culture scène binnen het jeugdbeleid.

55

Page 56: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

ANALYSE FEESTBELEID

Vanuit een inspraakmoment in oktober 2009, een open jeugdraad in december 2009 en mei 2010 en vanuit signalen

die we als jeugddienst tijdens ondersteuning van projecten van jongeren ontvingen, kregen we volgende signalen:

Fuiven – voor en door jongeren – verdienen een positieve benadering. Een stedelijk fuifbeleid dient dit als

uitgangspunt te hanteren. Het kan niet de bedoeling zijn dat een fuifbeleid leidt tot meer reglementen

of beperkingen. Een fuifbeleid dient kansen te creëren voor jonge fuiforganisatoren en moet hen zo goed

mogelijk ondersteunen.

Jongeren die feesten organiseren, ervaren dit als een leerproces. Ze experimenteren en testen hun eigen

concept waarin ze hun creativiteit en eigenheid kwijt kunnen. Ze nemen verantwoordelijkheid op, leren

samenwerken, communiceren en tal van vaardigheden die hen in hun verdere leven kunnen inspireren en op

weg helpen (competentieontwikkeling).

Jongeren organiseren nauwelijks nog fuiven op openbaar domein omdat er teveel administratieve

verplichtingen en vergunningen bij vereist zijn. De jeugddienst ziet het als haar taak om de jongeren hierin te

ondersteunen zodat ze hun weg vinden in de reglementering.

Sinds de sluiting van de stadsfeestzaal en de sluiting van meerdere kleinere privé-fuifzaaltjes ondervinden

organisatoren problemen met het vinden van locaties om te fuiven. Daarom gaan sommigen opzoek naar

andere locaties om hun fuiven te laten plaatsvinden of duiken fuiven in de illegaliteit. Deze tendens brengt

gevaren met zich mee op het gebied van veiligheid en zichtbaarheid van het fuiflandschap.

Er is nood aan een fuifruimte per district met bijzondere aandacht voor Ekeren, Deurne, Wilrijk en

Berendrecht-Zandvliet-Lillo. Op lokaal en bovenlokaal niveau is er ruimte nodig voor kleine en grote fuiven en

ruimte voor experiment. (zie ook CS12)

Hoewel er op fuiven van het jeugdwerk niemand formeel geweigerd wordt, zijn er wel verschillende drempels

die de toegankelijkheid van jeugdfuiven belemmeren. Het commerciële uitgaanscircuit wijst allochtone

jongeren vaak de deur. Ook hier moet het feestbeleid naar oplossingen zoeken.

56

Page 57: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

FEESTBELEID: ANALYSE VAN DE VOORBIJE PERIODE:

Op de website van de jeugddienst zijn de bestaande fuiflocaties geüpdatet en erkende veiligheidsfirma’s in

kaart gebracht. Het onderdeel feesten werd op de website geplaatst en er werden allerlei formulieren

aangeboden voor het organiseren van evenementen en feesten. De handleiding evenementen organiseren in

Antwerpen werd gedrukt.

Het stedelijk feestoverleg werd opgericht. In deze werkgroep zitten enkele belangrijke partners uit het

jeugdwerk samen om informatie uit te wisselen en mee te denken over een Antwerps feestbeleid. De

werkgroep erkent het belang van fuiven en feesten en wil erover waken dat de stad jongeren stimuleert om

feesten te organiseren in plaats van ze te ontmoedigen.

De jeugddienst bemiddelde tussen jongeren en stadsdiensten wat betreft de toepassing van het reglement

van het aanplakbeleid.

De methodiek van een ‘FBT’, een fuif- of festivalbegeleidingsteam, waarbij vrijwilligers een fuif of festival in

goede banen leiden door te werken rond preventie en communicatie werd verder uitgewerkt. Er werden op

stedelijk niveau afspraken gemaakt met de milieupolitie en er werd een fuif- en festivalbegeleidercharter

opgemaakt waarin de taakomschrijving en aanvraagprocedure werden verwerkt.

De jeugddienst organiseerde in 2008 een infoavond voor organisatoren van feesten en festivals waarbij

de betrokken veiligheidsdiensten info gaven over hoe evenementen binnen de stad moeten worden

georganiseerd. 105 jongeren waren hierbij aanwezig.

Zowel in 2008, 2009 als in 2010 werd Antwerp Open Air georganiseerd, een gratis openluchtfuif voor

jongeren aan het Noordkasteel. De stad sloot hiervoor een overeenkomst af met een aantal

jeugdwerkpartners. De openluchtfuiven waren steeds zeer succesvol, met telkens 2000 jonge feestvierders.

Eind 2009 werd beslist om een jongerencompetentiecentrum de taak te geven om expert te worden in het

ondersteunen van evenementen van jongeren.

57

Page 58: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

1.2 Visie op regie, inspraak en informatie

De jeugddienst is regisseur van het Antwerpse jeugdbeleid en besteedt het gros van de uitvoering van dit beleid uit aan haar partners. Cruciaal hierbij zijn kwaliteitsbewaking en ondersteuning en wel op twee niveaus:

1° lijns: inhoudelijke ondersteuning van het jeugdwerk, jongeren en partners;2° lijns: inhoudelijke ondersteuning van districtsjeugddiensten en stadswerkers.

Vanuit haar regieopdracht zorgt de jeugddienst ervoor dat het jeugdbeleid verankerd is in de districten en bij de (jeugdwerk)partners en dat ook andere beleidssectoren aandacht hebben voor de leefwereld van jongeren.

De evolutie naar een regieopdracht is een logisch gevolg van klantgericht denken en werken. De jeugdconsulenten in de districten en onze jeugdwerkpartners staan immers dichter bij de doelgroep en de buurt. Op deze manier worden behoeften sneller gedetecteerd en kan het beleid hier sneller aangepast worden (bijvoorbeeld aan de snel veranderende bevolkingssamenstelling). De jeugddienst streeft op deze manier naar een betere dienstverlening op maat van alle kinderen en jongeren.

De jeugddienst vindt het belangrijk om als regisseur een helikoptervisie op het jeugdbeleid van de stad uit te dragen. We streven ernaar om meer aan visie-ontwikkeling te doen en het overzicht te bewaren zodat we sterker staan.

De jeugddienst wordt hierdoor een expert op vlak van jeugd en vrije tijd, zodat jongeren, hun ouders en andere organisaties er terecht kunnen met hun vragen rond vrije tijd.

58

Page 59: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

1.3 Extra kansen AEJH

De titel Antwerpen Europese Jongerenhoofdstad 2011 biedt de kans om het draagvlak van het jeugdbeleid te

versterken en een Europese inslag mee te geven.

Het werken rond de verschillende thema’s maakt dat jeugdbeleid kan betrokken worden op minder evidente

domeinen. Voor de uitbouw van het programma gaan we op zoek naar verschillende nieuwe partners.

Zo ontstaan er nieuwe intensieve samenwerkingsverbanden, die kansen bieden om over het muurtje van de

beleidsdomeinen heen te kijken. Er ontstaan netwerken die de deur openen om duurzame samenwerking op te zetten.

Daarnaast biedt het ook de mogelijkheid om de externe focus te verruimen en op deze manier Antwerpen als

jongerenstad op de Europese kaart te plaatsen. Bij de opbouw van het programma is de Europese dimensie dan

ook van groot belang. Dit om op lange termijn kennisnetwerken op te zetten. Netwerken die kunnen bijdragen om

Antwerpse expertise te delen en op andere vlakken bij te leren van anderen.

Een belangrijk aandachtspunt bij het opzetten van alle projecten blijft de vraag om jongeren actief te betrekken bij de

uitwerking.

De inspanningen die geleverd worden voor Antwerpen Europese Jongerenhoofdstad krijgen een duurzaam karakter na

2011. Het jongerenjaar wordt aangegrepen om blijvende aandacht te hebben voor de doelgroep jongeren.

59

Page 60: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

1.4 Aandacht voor lokaal sociaal beleid

Zorgen voor regie, inspraak en informatie is onlosmakelijk verbonden met het Lokaal Sociaal Beleid en het denken rond

diversiteit:

Het regisseren van het jeugdbeleid over jeugdwerk en vrije tijd impliceert dat het beleid wordt afgestemd

op de noden en behoeften van verschillende doelgroepen van jongeren. Op basis van onderzoek en signalen

uit het werkveld wordt er een gevarieerd jeugdwerkaanbod voorzien door verschillende partners. Zo hebben

de JCC’s bijvoorbeeld de opdracht om prioriteit te geven aan de minder kansrijke jongeren.

We zorgen er ook voor dat andere sectoren rekening houden met de diversiteit van de doelgroep jongeren.

Tot slot streven we ook naar een toegankelijke dienstverlening op maat, rekening houdend met de grote

diversiteit binnen het jeugdwerk en jongeren.

Het verspreiden van informatie gebeurt met de grootste zorg voor het bereiken van verschillende

doelgroepen. Voor het bereik van kansengroepen wordt er voornamelijk met intermediairen gewerkt. Er is

aandacht voor het taalgebruik, het imago van de jeugddienst en het referentiekader van de jongeren.

Bij het organiseren van inspraak gaat speciale aandacht naar het betrekken van een diverse doelgroep.

De evolutie naar een regiefunctie en de overdracht van de dienstverlening naar de districtsjeugddiensten zorgt

voor een betere dienstverlening van jongeren en het jeugdwerk, op maat van de doelgroep.

60

Page 61: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

1.5 Doelstellingen en acties

ND5Tegen 2013 ontwikkelt de stedelijke jeugddienst een internationaal luik aan haar jeugdbeleid

ND1Tegen 2013 regisseert de jeugddienst het jeugdbeleid over jeugdwerk en vrije tijd

CS10Antwerpen, kinder-en jongerenmetropool, voert een participatief en informatief jeugdbeleidvoor alle kinderen en jongeren

ND2Kinderen, tieners, jongeren en het jeugdwerk zijn geïnformeerdover jeugdgerelateerde thema’s

ND3Vanaf 2008 krijgen meer kinderen, tieners en jongeren inspraak in het breed jeugdbeleid

ND4De jeugddienst is een servicecentrum voor kinderen, tieners,jongeren, het jeugdwerk en de lokale jeugddiensten waar kwalitatieve dienstverlening centraal staat

61

Page 62: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

ND1ND1 Tegen 2013 regisseert de jeugddienst het jeugdbeleid over jeugdwerk en vrije tijd

De jeugddienst sluit samenwerkingsovereenkomsten af met partners uit het jeugdwerk en biedt hen ondersteuning. Dit alles rekening houdend met de diversiteit van de doelgroep.

De jeugddienst houdt voeling met de evoluties van de Antwerpse jeugd en past dit toe op haar beleid. Ze stimuleert ook andere beleidsectoren om rekening te houden met jongeren. De volgende drie jaren zal bijzondere aandacht gaan naar de Vlaamse prioriteit jeugdcultuur. In Antwerpen is een zeer sterk cultuuraanbod aanwezig, rijk, gedifferentieerd en voor alle leeftijden. Toch blijken jongeren om verschillende redenen minder te participeren.

De jeugddienst ging hierover in overleg met cultuurhuizen, het projectteam van Antwerpen Europese Jongerenhoofdstad, lokaal cultuurbeleid en vele anderen. Het ontwikkelde een actieplan om een jeugdcultuurbeleid vorm te geven. Wanneer we kijken naar de noden, behoeften en ideeën over ‘cultuur’ die uit de verschillende gesprekken en denkdagen kwamen, kunnen we deze in 4 thema’s onderverdelen: 1. Kinderen en jongeren informeren over het cultuuraanbod + de cultuursector informeren over het jeugdaanbod2. Drempels cultuurparticipatie verlagen3. Jongerencultuur promoten4. Meer creatie- en toonkansen bieden aan kinderen en jongeren

De doelstellingen en acties worden in dit plan geïntegreerd in de bestaande structuur en aangeduid met een icoontje ©. Binnen de vierde strategische doelstelling worden acties geformuleerd met betrekking tot het bieden van creatieve toonkansen aan jongeren.

De komende jaren staan er honderden culturele activiteiten voor jongeren op het programma, die allen kaderen in de doelstelling om meer jongeren het aanbod te leren kennen en te laten gebruiken en meer jongeren te ondersteunen in de eigen culturele activiteiten. Antwerpen Europese Jongerenhoofdstad zal hierin een belangrijke motiverende rol spelen.

62

Page 63: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

ND163

Page 64: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

OD1

De stad tekent driejaarlijks haar jeugdbeleid uit op basis van continue monitoring van de Antwerpse

jeugdactualiteit. Dit doet ze door plaatsbezoeken, de signalen vanuit het werkveld,

de antennes in de districten, inspraak en onderzoek.

De jeugddienst vraagt jaarlijks de bevolkingsgegevens en jeugdgerelateerde gegevens op bij de Studiedienst Stadsobservatie.

Zelf houden we cijfergegevens bij van het jeugdwerk, het eigen aanbod, speelterreinen, …

We organiseren zelf inspraak en enquêtes, noteren signalen uit het werkveld, laten een onderzoek uitvoeren en verzamelen gegevens

uit recente Vlaamse onderzoeken. Waar het kan en nuttig is maken we kruisverbindingen en op basis van deze resultaten sturen we het

gevoerde jeugdbeleid bij.

Als jeugddienst vinden we het belangrijk om naast alle verzamelde cijfers, ook te “voelen, horen, ruiken, …” hoe het gesteld is met

het jeugdwerk. Wij willen het jeugdwerk kennen en we willen dat het jeugdwerk ons kent. Daarom zoeken we het jeugdwerk actief op

(plaatsbezoeken, telefonische contacten, begeleidingen,…).

1 Inspraak is een aandachtspunt voor alle werkdomeinen van het stedelijke jeugdbeleid. Alle medewerkers worden door de ‘proceseigenaar inspraak’ gestimuleerd om inspraak te organiseren over de diverse werkdomeinen.

2011 2012 2013

Wie jeugddienst x x x

Link decreet jeugdbeleid/inspraak

2 Om de Antwerpse jeugdactualiteit van dichtbij te kunnen opvolgen, ontwikkelt de jeugddienst een inventarisatie-instrument waar methodieken, bevraagde groepen, timing en resultaten in opgenomen worden. Vervolgens zullen uit deze data de tendensen gebundeld en geanalyseerd worden. Op deze manier zorgt de jeugddienst ervoor dat bepaalde groepen niet overbevraagd worden en kan er ook afgeleid worden rond welke thema’s er veel of weinig inspraak plaatsvindt.

2011 2012 2013

Wie jeugddienst x x x

Link decreet jeugdbeleid/inspraak

64

Page 65: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

3 Om deze inventarisatie levendig te houden en te laten gebruiken, zorgt de jeugddienst ervoor dat de districtsjeugddiensten uitgebreid betrokken worden bij de ontwikkeling en toepassing van deze inventarisatie.

2011 2012 2013

Wie jeugddienst x x x

Link decreet jeugdbeleid/inspraak

4 Groepen die geen beroep kunnen doen op de ondersteuning van een stadswerker, worden door de jeugddienst extra ondersteund. Zij krijgen extra aandacht bij alle acties die opgezet worden ter ondersteuning van het jeugdwerk. De jeugddienst gaat proactief aan de slag met deze groepen.

2011 2012 2013

Wie jeugddienst x x x

Link decreet jeugdwerkbeleid/inhoudelijke ondersteuning

5 De jeugddienst houdt voeling met het jeugdwerk door hen regelmatig te bezoeken. De jeugddienst verhoogt de contacten met de jeugdverenigingen (telefonische contacten, plaatsbezoeken, subsidiebegeleiding,…). Deze contacten gebeuren zowel centraal als in de districten. Centraal is dit naar aanleiding van infrastructuursubsidies, ondersteuningstrajecten, erkenningsdossiers,… In de districten zijn de jeugdconsulenten de meest aangewezen persoon om plaatsbezoeken uit te voeren.

2011 2012 2013

Wie jeugddienst, districtsjeugddiensten x x x

Link decreet jeugdwerkbeleid/inhoudelijke ondersteuning

6 Jaarlijks wordt overlegd met de verantwoordelijke vrijwilligers van het tweedelijnsjeugdwerk. Deze vrijwilligers hebben door hun contacten met de jeugdverenigingen een schat aan informatie over het Antwerpse jeugdwerk. Door de uitwisseling van informatie krijgen we een beter zicht op wat er leeft bij het Antwerps jeugdwerk.

2011 2012 2013

Wie jeugddienst x x x

Link decreet jeugdwerkbeleid/inhoudelijke ondersteuning

7 Via de werkgroep ‘ondersteuning van het jeugdwerk’, waar jeugdconsulenten en stadswerkers aan deelnemen, wordt het gevoerde jeugdwerkbeleid afgetoetst en bijgestuurd.

2011 2012 2013

Wie jeugddienst, districtsjeugddiensten x x x

Link decreet jeugdwerkbeleid/inhoudelijk ondersteuning

65

Page 66: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

OD2Omdat de meerjarenplanning cyclisch en gefaseerd verloopt, worden regelmatig momenten voor bijsturing

voorzien. Op die manier kunnen doelstellingen worden geherformuleerd of geclusterd, indicatoren worden

verfijnd,... Dit verklaart waarom sommige OD’s zijn weggevallen en de nummering elkaar niet altijd opvolgt.

De oorspronkelijke nummering werd behouden omwille van begrotingstechnische redenen.

OD3

De jeugddienst stimuleert dat andere beleidssectoren zoals cultuur, sport, onderwijs, hulpverlening,

stadsontwikkeling, werk en toerisme een beleid voeren voor kinderen, tieners en jongeren dat afgestemd is op

hun noden en behoeften.

Omdat de leefwereld van kinderen, tieners en jongeren zich in verschillende sferen afspeelt, wil de jeugddienst een integraal jeugdbeleid

voeren. Hiervoor spreekt ze andere beleidsdomeinen - stadsdiensten - aan op hun vakkennis en competenties en zet samen initiatieven

in gang.

Om een kind- en jongerenvriendelijk beleid te realiseren in de verschillende beleidsdomeinen van de stad, nemen verschillende

medewerkers van de jeugddienst deel aan een aantal strategische overlegfora:

De jeugddienst is trekker van het overleg tussen cultuur, sport, onderwijs en jeugd in verband met de

doelstelling CS15.

De jeugddienst neemt actief deel aan het overleg tussen cultuur, onderwijs, jeugd en sport in verband met de

doelstelling CS15.

De jeugddienst overlegt met toerisme, cultuur en sport in functie van het lopende beleid en projecten.

De jeugddienst neemt deel aan de speelcelvergadering en andere fora rond speelruimte.

Om het speelaanbod in de vakantieperiodes op elkaar af te stemmen neemt de jeugddienst deel aan het

speelplanoverleg.

Er is een overleg met de jongerencompetentiecentra die geïntegreerd werken rond vrije tijd, werk/opleiding

en competenties. Door de komst van de JCC’s werkt de stad reeds enkele jaren rond competentieontwikkeling

en EVC. EVC is ingebed geraakt in verschillende jeugdwerkingen en wordt ondertussen niet meer aanzien

als een aparte beleidssector. Competentieontwikkeling en EVC zijn integraal deel geworden van het

jeugdbeleid in Antwerpen.

66

Page 67: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

Naast deelname aan strategische overlegfora is de samenwerking met

sleutelfiguren uit de diverse beleidssectoren essentieel om een kinder- en

jongerenvriendelijk beleid te realiseren in de verschillende beleidsdomeinen

van de stad. Deze samenwerking wordt opgebouwd en onderhouden doordat

de jeugddienst haar expertise over de doelgroep ter beschikking stelt van de

sleutelfiguren en door via deze personen ook te bewaken dat er op de noden

van de doelgroep effectief wordt ingespeeld.

De jeugddienst is als expert én als regisseur actief bezig met de vrije tijd van

jongeren, maar de ambities reiken dus verder. Als Europese Jongerenhoofdstad

zet Antwerpen in op breed jeugdbeleid door zich in 2011 op 11 beleidsdomeinen

te richten. Hierdoor willen we andere beleidsdomeinen stimuleren om

verantwoordelijkheid op te nemen ten aanzien van jongeren. Het projectteam

van AEJH zal in 2011 tal van nieuwe acties ontwikkelen, met extra

engagementen van andere stadsdiensten en partners. Streefdoel is om deze na

2011 een duurzaam karakter te geven.

Er zullen veel acties opgezet worden, die we hier echter niet allemaal kunnen

vermelden. Ze zijn wel raadpleegbaar via de website van AEJH via de link van de

projectdatabase. (www.aeyc2011.be)

Hieronder wel een overzicht van acties binnen de beleidsdomeinen waarop de

jeugddienst reeds in het verleden actief was, met een bijzondere nadruk op

cultuur.

67

Page 68: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

8   In het teken van Antwerpen Europese Jongerenhoofdstad 2011, betrekken we het

jeugdbeleid op minder evidente domeinen zoals ecologie, wonen, leren en werken, innovatieve economie. Elke stadsdienst stelt minimum één project voor dat kan kaderen in het programma van AEJH.

2011 2012 2013

Wie AEJH + jeugddienst x

Link decreet Jeugdbeleid/regie

ACTIES

SAMENWERKING MET CULTUUR

9 © De jeugddienst organiseert structureel overleg met de cultuursector over het bereiken van kinderen, tieners en jongeren. Dit overleg is ook het platform waarop de jeugdsector (en in het bijzonder de jeugdcentra) structurele contacten heeft met de cultuursector.

2011 2012 2013

Wie jeugddienst x x x

Link decreet Breed jeugdbeleid /Prioriteit cultuur

10©   Rhizomen is een traject waar mensen op een praktijkgerichte en intensieve manier het culturele veld beter leren kennen. De jeugddienst onderzoekt of het project beter toegankelijk gemaakt kan worden voor jeugd.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst ism Rhizomen, AEJH x x x

Link decreet Breed jeugdbeleid /Prioriteit cultuur

11 © De jeugddienst stimuleert de cultuursector om zoveel mogelijk drempels voor kinderen en jongeren te verlagen om aan cultuur te participeren. Naar aanleiding van het onderzoek “cultuurparticipatie van doelgroepen” is er vanuit lokaal cultuurbeleid een stuurgroep opgericht om in eerste instantie de stedelijke cultuurpartners zoveel mogelijk te ondersteunen bij het vormgeven van mogelijk acties en projecten. De jeugddienst is een actief lid van deze stuurgroep.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst ism lokaal cultuurbeleid x x

Link decreet Breed jeugdbeleid /Prioriteit cultuur

68

Page 69: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

12 © Er wordt een studiedag georganiseerd waarop de resultaten van de verschillende drempelverlagende acties (in de cultuursector) worden voorgesteld. Op die manier worden zowel de jeugdsector als de cultuursector geïnspireerd om zelf nieuwe acties op te nemen in hun volgende beleidsplan.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst ism lokaal cultuurbeleid x

Link decreet Breed jeugdbeleid /Prioriteit cultuur

13©   De jeugddienst stimuleert de musea om op een actieve manier meer jongeren te betrekken bij hun werking. In het kader hiervan ondersteunt de jeugddienst, samen met het team van Jongerenhoofdstad in 2011 een experimenteel jeugdproject dat de musea zelf organiseren op verschillende donderdagavonden.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst / AEJH/ Musea x

Link decreet Breed jeugdbeleid /Prioriteit cultuur

14 © De jeugddienst maakt afspraken met de stedelijke cultuurcentra om groepen jongeren uit dezelfde klas of jeugdvereniging gratis naar een voorstelling in een cultuurcentrum te laten gaan.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst ism cultuurcentra x

Link decreet Breed jeugdbeleid /Prioriteit cultuur

15 © De jeugddienst onderzoekt in samenwerking met lokaal cultuurbeleid of de bestaande toeleidingstrajecten kunnen uitgebreid worden naar kinderen en jongeren, om de participatiegraad te verhogen dmv verschillende projecten.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst ism lokaal cultuurbeleid x

Link decreet Breed jeugdbeleid /Prioriteit cultuur

16©   Om het jeugdwerk meer te laten participeren aan het cultuuraanbod, wordt onderzocht of er naar analogie met de cultuurstraten (Opsinjoren) cultuurpleinen voor jeugdwerkingen georganiseerd kunnen worden.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst ism Opsinjoren x x

Link decreet Breed jeugdbeleid /Prioriteit cultuur

69

Page 70: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

17©   De bibliotheken stellen voorleespakketten en/of strippakketten samen, die het jeugdwerk mee op weekend of op kamp kan nemen.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst ism de bibliotheek x x

Link decreet Breed jeugdbeleid /Prioriteit cultuur

18 © Om de drempels voor de WKJ sector om naar een museum te gaan te verlagen, wordt er een traject opgezet waarin een museum een WKJ “adopteert” en gedurende een jaar samen met hen een traject aflegt (bezoek workshop, vormingstraject begeleiders, jeugdwerking organiseert iets ter plaatse, uitwisseling cultuurwerkers- jeugdwerkers,…). Na een jaar zal deze actie geëvalueerd worden en bekeken of uitbreiding naar de hele culturele sector en het brede jeugdwerk mogelijk is.

2011 2012 2013

Wie Intendant cultuur-onderwijs in samenwerking met de musea en de jeugddienst x x x

Link decreet Breed jeugdbeleid /Prioriteit cultuur

19©   Om het cultuuraanbod beter bekend te maken bij het jeugdwerk, houden jeugdcentra of cultuurcentra korte voorstellingen (smaakmakers) in het jeugdwerk. Het cultuurcentrum of jeugdcentrum gaat naar de jeugdwerking zelf met een kort programma en stelt zo haar werking voor.

2011 2012 2013

Wie Jeugdcentra, cultuurcentra, AEJH x x

Link decreet Breed jeugdbeleid /Prioriteit cultuur

20 © De jeugddienst informeert jeugdwerkers over het bestaande cultuuraanbod en laat hen proeven van cultuur.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst ism. intendant cultuur-onderwijs-jeugd x

Link decreet Breed jeugdbeleid/ Prioriteit cultuur

21 © De jeugddienst stimuleert samenwerking en uitwisseling tussen de cultuur- en jeugdsector. Hiervoor wordt tegen 2013 een uitwisseling opgestart tussen de cultuur- en jeugdsector. Als eerste experiment kan een onthaalmedewerker uit een cultuurcentrum een week op ‘stage’ gaan naar een jeugdcentrum. Omgekeerd kan een jeugdwerker een week op stap gaan met een publiekswerker van een museum.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst ism lokaal cultuurbeleid en intendant cultuur-onderwijs-jeugd x

Link decreet Breed jeugdbeleid/ Prioriteit cultuur

70

Page 71: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

22 De jeugddienst overlegt regelmatig met toerisme in functie van het lopende beleid en projecten.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst x x x

Link decreet Breed jeugdbeleid /toerisme

23   De dienst toerisme zet een aantal acties op om jeugdtoerisme in Antwerpen te

stimuleren.

2011 2012 2013

Wie dienst toerisme en congres, AEJH x x x

Link decreet Jeugdbeleid/regie

SAMENWERKING MET WERK EN ECONOMIE (WNE)24 De dienst Werk en Economie (WNE) sluit met de 3 jongerencompetentiecentra een

samenwerkingsovereenkomst af, met indicatoren over toeleiding van jongeren naar opleidingen en tewerkstelling via arbeidscompetentiebegeleiders

2011 2012 2013

Wie WNE x x x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/ vorming, waardering en erkenning van vrijwilligers

25 Jongeren die door de arbeidscompetentiebegeleider worden bereikt (via opdracht WNE), worden volgens hun interesse toegeleid naar het vrijetijdsaanbod van het JCC. Anderzijds kunnen jongeren die in een JCC komen om deel te nemen aan het vrijetijdsaanbod, worden doorverwezen naar de arbeidscompetentiebegeleider voor hulp bij hun zoektocht naar werk of een geschikte opleiding.

2011 2012 2013

Wie WNE en jeugddienst x x x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/vrijwilligers

SAMENWERKING MET HET ALGEMEEN ONDERWIJSBELEID (AOB)26 Dienst Algemeen Onderwijsbeleid (AOB) volgt mee het coördinatorenoverleg van de

jongerencompetentiecentra op om de link tussen de JCC’s en onderwijs concreet vorm te geven.

2011 2012 2013

Wie AOBA x x x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/ vorming, waardering en erkenning vrijwilligers

SAMENWERKING MET TOERISME

71

Page 72: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

27   De dienst Algemeen Onderwijsbeleid (AOB) start in diverse scholen het ‘passie-project’: Jongeren die schoolmoe zijn kunnen ontdekken wat hun passies/ talenten zijn en deze verder ontwikkelen

2011 2012 2013

Wie AOBA / AEJH x x x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/ vorming, waardering en erkenning vrijwilligers

28 Het opzetten van een sluitend coachingsnetwerk voor opvolging van jongeren met een problematische schoolloopbaan dringt schooluitval terug en optimaliseert de werking en doorstroming van de 70-tal startbaners in de Antwerpse secundaire scholen.

2011 2012 2013

Wie AOBA x x x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/ vorming, waardering en erkenning vrijwilligers

SAMENWERKING MET SPORT29 De jeugddienst overlegt regelmatig met sport in functie van het lopende beleid en

projecten.2011 2012 2013

Wie Jeugddienst x x x

Link decreet Breed jeugdbeleid/sport

30   De sportdienst organiseert in het teken van het Jongerenhoofdstadjaar een groot

voetbalevenement.

2011 2012 2013

Wie Antwerpen sportstad, AEJH x x x

Link decreet Jeugdbeleid/regie

72

Page 73: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

73

Page 74: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

OD4 De jeugddienst regisseert het professioneel jeugdwerk via samenwerkingsovereenkomsten om gerichter

haar jeugdbeleid te laten uitvoeren. De jeugddienst maakt gebruik van de expertise van de professionele

jeugdpartners bij de totstandkoming en uitvoering van het jeugdbeleid.

De jeugddienst laat het Antwerpse jeugdbeleid grotendeels uitvoeren door professionele jeugdwerkpartners. Om de uitvoering ervan te

sturen en te ondersteunen maakt de jeugddienst gebruik van samenwerkingsovereenkomsten die jaarlijks onderhandeld en vernieuwd

worden. De jeugddienst zal de volgende jaren verschillende acties opzetten om de realisatie van het jeugdbeleid beter te kunnen

aansturen, te monitoren en bij te sturen. Een belangrijk instrument is het ‘opvolgingsteam samenwerkingsovereenkomsten’.

ACTIES 31 De jeugddienst sluit jaarlijks samenwerkingsovereenkomsten af met

jeugdwerkpartners, om haar jeugdbeleid uit te voeren. 2011 2012 2013

Wie jeugddienst x x x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/regie

32 Het ‘opvolgingsteam samenwerkingsovereenkomsten’ bewaakt de vorm, procedure en de kwaliteit van de verschillende samenwerkingsovereenkomsten.

2011 2012 2013

Wie jeugddienst x x x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/regie

33 De jeugddienst betrekt de districtsjeugddiensten bij de opmaak en evaluatie van de samenwerkingsovereenkomsten.

2011 2012 2013

Wie jeugddienst x x x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/regie

34 Het opvolgen van de samenwerkingsovereenkomsten gebeurt niet enkel door het analyseren van de cijfergegevens, maar ook door plaatsbezoeken. Elke partner met een samenwerkingsovereenkomst wordt minstens 2 maal per jaar bezocht op een moment dat er activiteiten doorgaan.

2011 2012 2013

Wie jeugddienst x x x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/regie

74

Page 75: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

OD5 De stedelijke jeugddienst biedt in samenwerking met een netwerk van intermediairen het jeugdwerk een

kwaliteitsvolle eerste- en tweedelijnsondersteuning.

De jeugddienst biedt verschillende vormen van ondersteuning aan het jeugdwerk. De inhoudelijke ondersteuning gebeurt via

een samenspel van de jeugddienst, de stadswerkers en de jeugdconsulenten in de districten. We streven naar een toegankelijke

dienstverlening op maat, rekening houdend met de grote diversiteit binnen het jeugdwerk en jongeren.

De jeugddienst zal zich ook meer als dienstverlener en opvolger op twee niveaus profileren:

Eerstelijnsondersteuning: rechtstreekse dienstverlening voor het jeugdwerk en jongeren met oog voor

kwaliteitsverbetering

Tweedelijnsondersteuning: ondersteuning van de jeugdconsulenten, de stadswerkers en andere

jeugdwerkpartners in functie van hun ondersteunende rol naar het jeugdwerk en jongeren.

Ook de andere stedelijke partners waar de stad een samenwerkingsovereenkomst mee afsluit, staan in voor de ondersteuning van het

jeugdwerk, op basis van hun expertise en opdracht.

Essentieel hierin is een goede afstemming tussen de verschillende betrokken partijen in functie van een optimale inzet van personeel en

middelen en de kwaliteit en toegankelijkheid van de dienstverlening.

Aanvullend op het bestaand aantal stadswerkers - tewerkgesteld bij SGV, Chiro, Formaat en PAJ - trachten we een antwoord te zoeken

op de ondersteuningsnoden van het jeugdwerk die momenteel nog geen beroep kunnen doen op een stadswerker.

75

Page 76: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

76

Page 77: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

ACTIES 35 De jeugdverenigingen krijgen informatie en advies over de verschillende

subsidiemogelijkheden (onder meer via de organisatie van een jaarlijkse subsidieavond).

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst, districtsjeugddiensten x x x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/inhoudelijke ondersteuning

36 Elke kersverse groepsleid(st)er of -verantwoordelijke krijgt een informatiepakket en onze nieuwsbrief met daarin nuttige informatie over de stedelijke dienstverlening. De jeugdconsulenten worden jaarlijks op de hoogte gebracht van de nieuwe contactpersonen.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst, districtsjeugddiensten x x x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/inhoudelijke ondersteuning

37 Om jeugdverenigingen te helpen in hun zoektocht naar vrijwilligers : komt op de website bruikbare informatie over het werven van leiding en

vrijwilligers. wordt aan de deelnemers van kadervorming die een kadervormingssubsidie

aanvragen een oproep gelanceerd om zich te engageren bij een jeugdvereniging worden de beschikbare mediakanalen gebruikt om jongeren te stimuleren tot

vrijwilligerswerk

2011 2012 2013

Wie jeugddienst x x x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/inhoudelijke ondersteuning

38 De jeugddienst maakt een infobank aan met alle mogelijke subsidievormen (Vlaamse, provinciale, andere stadsdiensten…) en werkt deze geregeld bij. Deze informatie kan op de website per thema geraadpleegd worden.

2011 2012 2013

Wie jeugddienst x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/inhoudelijke ondersteuning

39 Alle jeugdverenigingen, met extra aandacht voor startende en zwakkere verenigingen, kunnen rekenen op een actieve ondersteuning bij het indienen van hun subsidiedossiers. Jaarlijks zal er met een vijftal verenigingen worden samen gezeten met het oog op de kwaliteitsverbetering van hun ingediende dossiers.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst, districtsjeugddiensten x x x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/inhoudelijke ondersteuning

77

Page 78: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

40 Er zijn stadswerkers actief binnen de eigen koepelorganisatie Zij hebben ondersteunende taken op eerste- , tweede- en derdelijnsniveau. Hiervoor sluit de jeugddienst samenwerkingsovereenkomsten af. De jeugddienst ondersteunt de stadswerkers inhoudelijk, onder meer via het stadswerkersoverleg.

2011 2012 2013

Wie jeugddienst x x x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/inhoudelijke ondersteuning

41 De jeugddienst informeert zich doorlopend over nieuwe beleidsontwikkelingen rond vrijwilligers (nieuwe decreten, provinciaal beleid…) en bijhorende werkinstrumenten en geeft deze info door aan de vrijwilligers via de website en de nieuwsbrief.

2011 2012 2013

Wie jeugddienst, districtsjeugddiensten, stadswerkers x x x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/inhoudelijke ondersteuning

42 De jeugddienst waakt erover dat het stedelijk steunpunt voor vrijwilligers ook aandacht heeft voor het bestaan van ‘jonge vrijwilligers’ en dat zij bij het uitwerken van hun acties ook aandacht hebben voor de eigenheid van het jeugdwerk.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst, steunpunt vrijwilligers x x x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/inhoudelijke ondersteuning

43 De 3 jongerencompetentiecentra delen hun expertise over het werken rond competenties met het jeugdwerk (tweedelijnsrol in het werken rond EVC).

2011 2012 2013

Wie JCC’s x x x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/inhoudelijke ondersteuning

78

Page 79: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

OD6 In Antwerpen is het jeugdbeleid verankerd in het lokaal sociaal beleid van stad en OCMW.

Binnen het Lokaal Sociaal Beleid tekende de jeugddienst in op het domein ‘Jeugd’ en wel op volgende vlakken:

Interactief beleid: inspraak naar meerdere thema’s en nieuwe methodieken van inspraak zodat meer kinderen

en jongeren participeren

Informeren en creatief gebruik maken van kanalen: de jeugddienst is aanspreekpunt voor jeugd en jeugdwerkers.

Om meer kinderen en jongeren uit kansengroepen te informeren wordt informatie ook verspreid via intermediairen.

Ondersteuning van het jeugdwerk: jeugdwerk ondersteunen in het wegwerken van drempels om een bredere diversiteit te

krijgen in de deelnemers.

Veilige en toegankelijke ruimten creëren: binnen publieke ruimten, stadsontwikkelingsprojecten, fuif- en experimenteerruimten

en jeugdcentra aandacht hebben voor kinderen en jongeren. Er wordt ook rekening gehouden met kinderen en jongeren met een

handicap.

Deze acties komen verspreid in het Jeugdbeleidsplan voor en worden aangeduid met het icoontje

44 zie acties met icoontje 2011 2012 2013

Wie

Link decreet

79

Page 80: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

ND2ND2 Kinderen, tieners, jongeren en het jeugdwerk zijn geïnformeerd over jeugdgerelateerde thema’s

De informatie over het beleid en de stedelijke dienstverlening moet correct en begrijpelijk zijn voor alle bevolkingsgroepen. Ook voor kinderen, tieners, jongeren en hun intermediairs. Zo creëert de overheid enthousiasme voor haar acties en stimuleert ze een actieve deelname aan haar beleid. Er is dan ook nood aan gepaste informatie voor en communicatie op maat van kinderen en jongeren en hun intermediairs zoals jeugdwerkers en ouders.

We leven in een informatie- en kennismaatschappij maar door de overvloed aan informatie is het niet makkelijk om als overheid de juiste wegen te vinden en de juiste mensen te bereiken. Om een optimaal jeugdinformatiebeleid te kunnen voeren is een voortdurende afstemming tussen verschillende beleidsdomeinen nodig. Het jeugdbeleid heeft een belangrijke opdracht in het hertalen en jeugdvriendelijk verpakken van informatie en deze actief te verspreiden naar de doelgroepen kinderen, tieners, jongeren en hun intermediairs.

De eigen communicatie van de jeugddienst wordt opgebouwd rond twee ankerpunten: de districtsjeugddiensten als informatieloket en de – voornamelijk digitale – rechtstreekse communicatie van de stafdienst jeugd. De jeugddiensten in de districten moeten een eerste aanspreekpunt zijn voor vragen omtrent jeugdgerelateerde thema’s, met een focus op vrije tijd. Om de jeugddiensten om te bouwen tot aanspreekpunt, kunnen ze werken rond een aantrekkelijke eigen locatie (gratis surfen, goede openingsuren, …), vaak ‘buiten’ komen (met info naar lokale partners, intermediairs en scholen stappen; evenementen organiseren, aanwezig zijn op evenementen van anderen), … De stafdienst jeugd communiceert in hoofdzaak digitaal, via de website www.antwerpen.be/jeugd en via haar nieuwsbrief. Ook sociale media zoals netlog en facebook worden actief gebruikt. Voor sommige acties wordt naast de digitale communicatie, ook nog gecommuniceerd via flyers, affiches, brieven,…

80

Page 81: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

ND281

Page 82: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

OD1 De jeugddienst is bij meer tieners, jongeren en ouders gekend, ten opzichte van de nulmeting in 2008

Jeugdinformatie was een Vlaamse beleidsprioriteit voor het jeugdbeleidsplan 2008-2010.

De Antwerpse jeugddiensten tekenden in op deze beleidsprioriteit en hebben meer geïnvesteerd in infoverzameling, informatieopmaak

en gerichte informatieverspreiding. De jeugddienst deed onderzoek naar de gekendheid van de jeugddienst (en zijn partners) in het najaar

van 2008 en wil deze cijfers vergelijken met een nieuwe meting eind 2011, na afloop van Antwerpen Europese Jongerenhoofdstad.

Uit de onderzoekscijfers van 2008 blijkt dat 71,9 procent van de ouders van kinderen tussen 6 en 12 jaar de jeugddienst kennen.

49,9 procent van hen kent de jeugddienst in het eigen district. Bij de jongeren van 12 tot 18 jaar liggen de cijfers een stuk lager:

53 procent kent de jeugddienst, 40,2 procent kent de jeugddienst in het eigen district. Verder blijkt uit het onderzoek dat de

communicatieproducten van de jeugddienst onvoldoende gekend zijn, zowel bij ouders als bij jongeren en dat de communicatiestijl van

de voorgelegde brochures en flyers onvoldoende aantrekkelijk is voor jongeren.

Verder blijkt uit het onderzoek en uit een desk-research in samenwerking met de bedrijfseenheid marketing en communicatie, dat

gebruikers van het aanbod van partners van de stad dit aanbod heel weinig ‘attribueren’ aan de stad. Gebruikers weten vaak niet dat de

stad dit aanbod ondersteunt en/of mogelijk maakt. De jeugddienst gaat in samenwerking met Marketing en Communicatie op zoek naar

mogelijkheden om die attributie te verhogen.

Tot slot vindt de stad het niet zozeer belangrijk dat de jeugddienst als ‘dienst’ gekend is; het is de ‘stad’ die gekend moet zijn als

aanbieder van vrijetijdsactiviteiten en als informatiedraaischijf. De lokale jeugddiensten moeten wel een aanspreekpunt zijn voor

kinderen, tieners, jongeren en hun intermediairs voor vragen rond jeugdgerelateerde thema’s, met een focus op vrije tijd. Daarnaast

moet in heel de stad ruimte voor jongeren meer zichtbaar gemaakt worden, zodat de stad en haar partners meer bekend raken als

aanbieders van vrijetijdsactiviteiten. Het zichtbaar maken van ruimte voor jongeren is ook een belangrijk uitgangspunt van Antwerpen

Europese Jongerenhoofdstad 2011.

82

Page 83: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

83

Page 84: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

ACTIES 45

  De stad werkt een strategie uit om binnen de krijtlijnen van de stedelijke huisstijl efficiënt en aantrekkelijk te communiceren met jongeren

2011 2012 2013

Wie jeugddienst, MC/MP, AEJH x

Link decreet Jeugdbeleid/jeugdinformatie

46 De stad werkt voor de samenwerkingsovereenkomsten 2011, 2012 en 2013 met haar partners een strategie uit om de stad prominent in beeld te brengen in de communicatie van haar professionele jeugdpartners, zodat gebruikers van het aanbod de stad zien als mede-aanbieder.

2011 2012 2013

Wie jeugddienst en MC/MP x x x

Link decreet Jeugdbeleid/jeugdinformatie

47   De jeugddienst start een overleg op met de dienst patrimoniumonderhoud en

MC om de professionele jeugdwerklocaties in de stad zichtbaarder te maken.

2011 2012 2013

Wie PO i.s.m. jeugddienst en gebouwverantwoordelijken partners x

Link decreet Jeugdbeleid/jeugdinformatie

48   De stad ondersteunt haar vrijwillige jeugdwerkpartners in hun streven naar

een betere gekendheid en zichtbaarheid. Ze doet dit door hen A-materiaal aan te bieden, door hen op te nemen in de algemene verenigingendatabank van Cultuur, sport en jeugd en in andere communicatiekanalen van de stad en door hen te ondersteunen in hun vragen naar zichtbaarheid.

2011 2012 2013

Wie jeugddienst en districtsjeugddiensten x x

Link decreet Jeugdbeleid/jeugdinformatie

49 © Aan het einde van Antwerpen Europese Jongerenhoofdstad 2011, onderzoekt de stad in welke mate de jeugddiensten en hun partners gekend zijn bij de doelgroepen ouders, jongeren en jeugdwerkers. De resultaten worden vergeleken met de nulmeting van 2008. Met het oog op de prioriteit cultuur, wordt ditmaal ook specifiek onderzocht of de doelgroepen zich voldoende geïnformeerd voelen over het cultuuraanbod.

2011 2012 2013

Wie jeugddienst, BZ/SSO, MC/MP + externe partner voor verzending en verwerking vragenlijsten x

Link decreet Jeugdbeleid/jeugdinformatie/prioriteit cultuur

84

Page 85: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

50 Op basis van de resultaten van het onderzoek, optimaliseert de jeugddienst de communicatieplannen 2012 en 2013.

2011 2012 2013

Wie jeugddienst i.s.m. MC x x

Link decreet Jeugdbeleid/jeugdinformatie

85

Page 86: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

OD2 De mediamix van de jeugddienst is geoptimaliseerd

Een goede mediamix is essentieel om communicatie te doen slagen. Voor elke communicatieactie moet worden bepaald welke

de meest geschikte kanalen zijn om de boodschap over te brengen. De kanalen moeten elkaar versterken en de distributie van

communicatiemateriaal moet zo efficiënt mogelijk gebeuren. In de beleidsperiode 2008-2010 experimenteerde de jeugddienst

met verschillende media (onder andere sociale media). Daarnaast voerde de jeugddienst gesprekken met deskundigen in

jongerencommunicatie om tot een conceptnota jeugdinformatie te komen. De acties hieronder komen voort uit dit voorbereidend werk.

We slaan in 2011 verder de weg van de digitale communicatie in, met een vernieuwde website en met verdere inzet van sociale

media. Daarnaast stellen we vast dat jeugd momenteel opmerkelijk afwezig is in een aantal grote communicatiekanalen van de

stad, zoals de stadskrant en de algemene website. Dit willen we opkrikken. De stadskrant De Nieuwe Antwerpenaar wil bijvoorbeeld

zelf graag inspanningen leveren om meer jongeren te bereiken en rekent daarvoor op samenwerking met de jeugddienst, Europese

jongerenhoofdstad en andere partners.

Daarnaast zal de jeugddienst zijn communicatieproducten en distributie consequent, tijdig en voldoende evalueren.

De mediamix staat altijd ten dienste van de boodschap. Belangrijke thema’s voor de jeugddienst zijn:

het jeugdwerk in de stad

het cultuuraanbod voor kinderen, tieners, jongeren en het jeugdwerk in de stad;

ruimte voor kinderen, tieners en jongeren (ruimte om zichzelf te zijn, te spelen, te experimenteren,

hun ding te doen, te feesten, …);

vrijetijdsaanbod voor kinderen, tieners en jongeren in de stad;

ondersteuning van het vrijwillig en professioneel jeugdwerk;

ondersteuning van individuele jongeren die een project op poten zetten;

jeugdbeleid en -organisatie in de stad.

86

Page 87: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

ACTIES

Communicatieplan 51 De jeugddienst stelt in samenwerking met de dienst marketing en communicatie jaarlijks

een communicatieplan op, met aandacht voor visie en strategie en met oog voor een goede mediamix op actieniveau. Dit plan wordt continu bijgestuurd waar nodig.

2011 2012 2013

Wie jeugddienst i.s.m. MC x x x

Link decreet Jeugdbeleid/jeugdinformatie

kanalen52 De website van de jeugddienst krijgt een nieuwe ‘look’ in 2010, met aparte toegangspoort

voor de doelgroepen ouders, jongeren en jeugdwerkers. Er wordt over gewaakt dat de website zo goed mogelijk scoort in zoekmachines op internet, dat hij mobiel gemakkelijk toegankelijk is en dat de stad zich aanpast aan veranderend internetgebruik.

2011 2012 2013

Wie MC i.s.m. Digipolis en jeugddienst x x x

Link decreet Jeugdbeleid/jeugdinformatie

53 © De stad houdt de jeugdwebsite voortdurend ‘up to date’ en bundelt er op een overzichtelijke manier de informatie over het stedelijk aanbod voor kinderen, tieners, jongeren en het jeugdwerk. Hierbij krijgt het cultuuraanbod een prominente plaats en wordt er gezocht naar manieren om het aanbod zo helder en overzichtelijk mogelijk voor te stellen (bv. met een culturele jongerenmap).

2011 2012 2013

Wie MC, jeugddienst en lokaal cultuurbeleid (i.s.m. alle beleidsdomeinen die een aanbod hebben voor kinderen en jongeren)

x x x

Link decreet Jeugdbeleid/jeugdinformatie/prioriteit cultuur

54 © In de bestaande nieuwsbrief zal maandelijks één item rond culturele activiteiten opgenomen worden. Deze info wordt aangeleverd door de stafdienst cultuur.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst ism stafdienst cultuur x x x

Link decreet Jeugdbeleid/jeugdinformatie/prioriteit cultuur

55©   De jeugddienst grijpt geschikte gelegenheden aan om de doelgroepen en hun intermediairs via verschillende kanalen te informeren over de nieuwsbrief en over de website.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst en AEJH ism lokaal cultuurbeleid en MC x

Link decreet Breed jeugdbeleid/ Prioriteit cultuur

87

Page 88: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

56 De jeugdwebsite en de algemene website van de stad Antwerpen vullen elkaar aan. Jeugd wordt ook zichtbaar gemaakt op www.antwerpen.be

2011 2012 2013

Wie MC i.s.m. jeugddienst x x x

Link decreet Jeugdbeleid/jeugdinformatie

57   De jeugddienst zet sociale media in om met jongeren te communiceren en staat open

voor interactie met de doelgroepen via deze fora. De jeugddienst denkt bewust na over de manier waarop de stad sociale media inzet en overlegt hierover met de dienst Marketing en Communicatie.

2011 2012 2013

Wie MC, jeugdddienst, AEJH x x x

Link decreet Jeugdbeleid/jeugdinformatie

58 De jeugddienst werkt nauw samen met de stadskrant De Nieuwe Antwerpenaar om via dit kanaal zoveel mogelijk ouders te informeren en te enthousiasmeren. Daarnaast denkt de jeugddienst samen met de redactie na over een manier om ook meer jongeren te bereiken met (een spin-off van) de stadskrant.

2011 2012 2013

Wie MC i.s.m. jeugddienst x x x

Link decreet Jeugdbeleid/jeugdinformatie

59 De jeugddienst brengt met persberichten en persmomenten kinderen, tieners, jongeren en het jeugdwerk positief onder de aandacht van externe media, zoals de algemene pers en vakbladen (bv. Klasse, Maks, Yeti, …).

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst/MC x x x

Link decreet Jeugdbeleid/jeugdinformatie

60 Telkens wanneer de jeugddienst een communicatieactie onderneemt, wordt bekeken hoe de efficiëntie van de actie gemeten kan worden. Er gaat bij de evaluatie zowel aandacht naar de distributie en het communicatiekanaal als naar de waardering van het product door de doelgroepen.

2011 2012 2013

Wie jeugddienst x x x

Link decreet Jeugdbeleid/jeugdinformatie

88

Page 89: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

61 De jeugddienst stelt zijn communicatieplan af op de hervorming van de werkingen voor kansarme kinderen en jongeren om de informatiedrempels zo veel mogelijk te verlagen. Vanaf 2012 werkt de jeugddienst samen met het bureau voor diversiteitsmanagement, een strategie uit om intermediairs die werken met moeilijker bereikbare doelgroepen, zoals kansarmen en nieuwkomers, te informeren over het vrijetijdsaanbod in Antwerpen.

2011 2012 2013

Wie jeugddienst i.s.m. SL/STC/DIV x x

Link decreet Jeugdbeleid/jeugdinformatie

Intermediairs

89

Page 90: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

OD3 De jeugddienst experimenteert met nieuwe media om informatie bij haar doelgroepen tieners en jongeren te

brengen. De jeugddienst ontwikkelt een concept om op een actieve manier jongereninformatie bij haar doelgroep

te brengen.

De jeugddienst heeft de voorbije jaren geëxperimenteerd met sociale media en er is een conceptnota jeugdinfo geschreven.

Wat we uit de experimenten en uit de conceptnota hebben geleerd, is verwerkt in acties onder CS10_ND2_OD2.

In 2011 staat er met Antwerpen Europese Jongerenhoofdstad heel wat te gebeuren in de stad voor en door jongeren. Van deze

evenementen willen we jongeren graag op de hoogte houden. Het team AEJH werkt hiervoor een strategisch communicatieplan uit met

de nodige aandacht voor nieuwe media. Speciaal voor het jongerenjaar wordt er een AEJH-website ontwikkeld die online gaat in 2011.

Deze site met Europese uitstraling biedt een schat aan informatie over de aankomende activiteiten en geeft een impressie van de voorbije

activiteiten aan de hand van beeldmateriaal en verslagen, al dan niet van de hand van jongeren. De website van AEJH moet nauw

aansluiten bij de site van de jeugddienst, zodat beide sites elkaar versterken.

Aanwezig zijn op sociale netwerken is een must. Naast de website is AEJH aanwezig op facebook, netlog en twitter. Deze kanalen worden

benut om events en activiteiten aan te kondigen maar ook om jeugdgerelateerde thema’s te posten en langs deze weg nieuwtjes te delen

met jongeren. De sharecultuur heerst enorm bij jongeren. We willen jongeren dan ook inzetten als ambassadeurs om weetjes te delen

met hun peers. Zo komen jongeren in contact met onderwerpen die ze zelf niet gevonden hebben maar die hun wel aanspreken.

Via facebook delen de jongerenambassadeurs AEJH-nieuwtjes met hun ‘virtuele’ vrienden.

Terwijl facebook vooral inspeelt op de jongeren tot 26 jaar, spreken we via een Netlog brandpage tieners aan.

Via dit kanaal komen de AEJH-nieuwtjes terecht bij online tieners.

Een jongerenjaar mag ook bekend zijn bij het social media niche publiek. Daarom koppelen we de facebookstatussen aan Twitter.

De Twitter-account kan gemakkelijk een internationaal publiek bereiken maar zal zich vooral op de +20 categorie toespitsen.

90

Page 91: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

91

Page 92: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

62 Zie CS10_ND2_OD2 2011 2012 2013

Wie jeugddienst x x x

Link decreet Jeugdbeleid/jeugdinformatie

63   Het team van AEJH werkt een strategisch communicatieplan uit met de nodige

aandacht voor nieuwe media

2011 2012 2013

Wie AEJH x

Link decreet Jeugdbeleid/jeugdinformatie

64   In 2011 is er een website online van AEJH met Europese uitstraling die een schat aan

informatie over aankomende en voorbije activiteiten bevat. De website werkt nauw samen met de website van de jeugddienst.

2011 2012 2013

Wie AEJH x

Link decreet Jeugdbeleid/jeugdinformatie

65   AEJH is aanwezig op sociale netwerksites zoals facebook, netlog en twitter om

activiteiten aan te kondigen en jeugdgerelateerde nieuwtjes te delen.

2011 2012 2013

Wie AEJH x

Link decreet Jeugdbeleid/jeugdinformatie

ACTIES

92

Page 93: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

OD4 Jongeren - als organisatoren van projecten - en het jeugdwerk worden beter en meer geïnformeerd over

jeugdwerkgerelateerde thema’s.

Zie ook ND1 OD4

Voor organiserende jongeren en het jeugdwerk is het niet altijd gemakkelijk om een weg te vinden in de vele regeltjes, wetten en

diensten waar ze mee te maken krijgen. We willen hen hierin ondersteunen door alle beschikbare informatie te bundelen en op een

toegankelijke manier ter beschikking te stellen. Er wordt een gebruiksvriendelijke database voor het bestaande Antwerpse jeugdwerk

ontwikkeld en up-to-date gehouden. Deze informatie is op de website van de jeugddienst te raadplegen. De jeugddienst stelt een

informatiepakket samen en stuurt dit automatisch op naar elke nieuwe groepsleider of verantwoordelijke van een vereniging.

De website en de nieuwsbrief worden intensief gebruikt als doorgeefluik van informatie. In de Nieuwe Antwerpenaar wordt het vrijwillige

jeugdwerk regelmatig gepromoot.

Naast het informeren van organiserende jongeren ondersteunt de stad deze jongeren ook financieel via de projectsubsidies.

Afhankelijk van het soort project (langdurend, éénmalig, wederkerend, groot, klein) kan de jongere de aangepaste ondersteuning krijgen.

De verschillende subsidievormen vullen elkaar aan zodat bijvoorbeeld jongeren die niet geselecteerd zijn voor Troef worden

doorverwezen naar andere projectsubsidies en omgekeerd. Tenslotte willen we al deze ondersteuningsmogelijkheden meer promoten via

een grootschalige promotiecampagne.

De concrete initiatieven van de jongeren brengen we meer en beter in beeld via bijvoorbeeld toonmomenten en info op de website en in

de nieuwsbrief.

Jongeren willen ook graag feesten. De jeugddienst wil deze jongeren, samen met een aantal partners, goed informeren zodat

ze geslaagde feesten kunnen organiseren. Hiervoor werd het feestbeleid in het leven geroepen. Het feestbeleid is integraal en

constructief, zowel op stedelijk als op districtsniveau. Het feestbeleid wordt gedragen door alle belanghebbenden en legt de juiste

verantwoordelijkheden bij de juiste actoren. Hierbij worden verschillende partners zoals organisatoren, politie, jeugddienst, zaaluitbaters

en brandweer samengebracht. Het feestbeleid werkt op maat en wil mee zorgen voor een veilig en aangenaam feestklimaat. Daarbij

wordt de organisatie van allerlei evenementen zoals bijvoorbeeld jeugdfuiven, party’s, feesten op openbaar domein, voor en door

jongeren gestimuleerd.

93

Page 94: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

94

Page 95: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

ACTIES

Ondersteuning66 Het jeugdwerk kan rekenen op de nodige ondersteuning bij het opzetten van

groepsoverstijgende projecten.

2011 2012 2013

Wie jeugddienst x x x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/inhoudelijke en financiële ondersteuning +ondersteuning projecten

67 Jongeren en het jeugdwerk kunnen voor informatie over het uitlenen van materiaal, nodig voor hun werking of voor het opzetten van projecten, terecht bij de uitleendienst.

2011 2012 2013

Wie JCC x x x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/materiële ondersteuning

Projectsubsidies68 De jeugddienst maakt een analyse van de gebruikers van de projectsubsidies van de

voorbije drie jaren. 2011 2012 2013

Wie jeugddienst x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/inhoudelijke ondersteuning

69 De jeugddienst start een brede promotie actie rond de projectsubsidies, met inbegrip van Troef, zodat ook een grotere, diverse groep jongeren gebruikt maakt van deze subsidies. Ook de toonmomenten van de projecten worden meer in beeld gebracht (bijvoorbeeld via de website, de nieuwsbrief, …)

2011 2012 2013

Wie jeugddienst x x x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/inhoudelijke ondersteuning

Troef70 © Jaarlijks worden er 3 nieuwe jongeren geselecteerd die onder de vleugels van Troef hun

projectidee voor een jong Antwerpen kunnen uitwerken.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst in samenwerking met externe partners x x x

Link decreet Jeugdbeleid/prioriteit cultuur

Code projectsubsidies

95

Page 96: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

71 © De niet geselecteerde Troef kandidaten worden verder ondersteund of doorverwezen. 2011 2012 2013

Wie Jeugddienst in samenwerking met externe partners x x x

Link decreet Jeugdbeleid/prioriteit cultuur

72 © De bestaande Troef projecten worden na één jaar geëvalueerd en indien positief, structureel ondersteund.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst in samenwerking met externe partners x x

Link decreet Jeugdbeleid/prioriteit cultuur

73 © Er wordt een blog opgericht waarop de jongeren info en tips kunnen vinden over het organiseren van een project en waar ze aan elkaar vragen kunnen stellen, ervaringen kunnen uitwisselen en elkaar kunnen helpen bij het uitwerken van hun project.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst x x x

Link decreet Jeugdbeleid/prioriteit cultuur

74 © Er wordt regelmatig een stand van zaken gegeven over de verschillende Troef projecten op de website, de Facebook- en de Netlogpagina van de jeugddienst.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst in samenwerking met externe partners x x x

Link decreet Jeugdbeleid/prioriteit cultuur

Code projectsubsidies

Feestbeleid75 De jeugddienst behoudt de regisserende rol in het feestbeleid. De jeugddienst overlegt

met en stimuleert communicatie en overleg tussen overheidsdiensten, beleidsmakers, organisatoren en zaaluitbaters.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst, een jeugdwerkpartner x x x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/Feestbeleid

96

Page 97: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

76 De jeugddienst brengt geleidelijk tegen 2012 een deel van het feestbeleid onder bij een jongerencompetentiecentrum. Deze partner wordt hét expertisecentrum rond het organiseren van feesten en evenementen in de stad.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst, een jeugdwerkpartner x x x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/Feestbeleid

77 Deze jeugdwerkpartner bouwt het evenementenloket verder uit vanaf 2012. Jongeren moeten hier terecht kunnen voor inhoudelijke ondersteuning en advies als ze niet-commerciële feesten of evenementen in de stad willen organiseren.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst, een jeugdwerkpartner x x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/Feestbeleid

78 Er wordt voldoende promotie gemaakt voor het feest- en evenementenloket bij jongeren. 2011 2012 2013

Wie Jeugddienst, een jeugdwerkpartner x x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/Feestbeleid

79 Dezelfde jeugdwerkpartner organiseert samen met de jeugddienst jaarlijks een infoavond/ontmoetingsmoment voor organisatoren van fuiven en feesten.

2011 2012 2013

Wie een jeugdwerkpartner, jeugddienst x x x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/Feestbeleid

80 Het fuifbegeleidingscharter, dat ontwikkeld werd in 2009 rond het werken met vrijwilligers als fuifbegeleiders, wordt verder gezet.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst, een jeugdwerkpartner x x x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/Feestbeleid

97

Page 98: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

ND3ND3 Meer kinderen, tieners en jongeren krijgen inspraak in het breed jeugdbeleid

Kinderen, tieners en jongeren leven, leren, wonen, spelen, sporten, verplaatsen zich, groeien op in Antwerpen. Ze hebben, zo lang ze geen 18 jaar zijn, echter geen directe inspraak via democratische verkiezingen. Daarom is het eens zo belangrijk om te weten wat kinderen, tieners en jongeren willen en denken, om voeling te houden met de leefwereld van kinderen, tieners en jongeren. Op die manier kunnen we het beleid afstemmen op wat kinderen en jongeren denken en doen.

Tot op heden is de georganiseerde inspraak beperkt tot een aantal thema’s of dossiers rechtstreeks verbonden met het jeugdbeleid. Ook het aantal kinderen, tieners en jongeren die gebruik maken van de inspraak is beperkt. Het jeugdbeleid wil de inspraak verbreden naar thema’s en methodieken om meer kinderen, tieners en jongeren te laten participeren.

98

Page 99: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

ND399

Page 100: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

OD1 De jeugddienst ontwikkelt verschillende methodieken om permanent en op een actieve manier inspraak

rond diverse thema’s uit het breed jeugdbeleid en het vrijetijdsbeleid te organiseren met specifieke

aandacht voor de diversiteit van de doelgroep.

De ontwikkeling van verschillende methodieken zal op volgende manieren gebeuren:

Het verzamelen van good practices binnen de stad en via internationale contacten

De huidige methodieken verder uitbreiden in functie van de diversiteit van de doelgroep

Het ontwikkelen van nieuwe methodieken in samenwerking met partners

Het begeleiden van de stedelijke jeugdraad bij inspraakprojecten door het aanreiken van methodieken zoals

bijvoorbeeld de Open Stedelijke Jeugdraad

Het gericht beroep doen op het sterk netwerk van 9 districtsjeugdraden

Cultuur, sport en jeugd en het Stedelijk Wijkoverleg bouwen de bestaande expertise rond kinderen en

jongereninspraak uit, dit aan de hand van een aantal gezamenlijke proefprojecten. Na de proefprojecten

wordt een procedure vastgelegd over de samenwerking tussen jeugddienst en DL/SWO.

Om het idee van jongeren over de heraanleg van openbare ruimte te weten te komen, bestaat er in Antwerpen de

Jeugdparagraaf. Praktisch gezien komt het er op neer dat de districtjeugdraden worden aangesproken om een kort advies

te geven over deze dossiers. Hierdoor is er steeds en verplicht inspraak bij de besluitvorming hierover. Maar deze manier

van inspraak is conceptueel en methodisch voor verbetering vatbaar. De jeugddienst wil vanaf 2011 deze jeugdparagraaf

herwerken/versterken tot een aantrekkelijke methodiek met een groter bereik. Daarnaast wil de jeugddienst niet

enkel adviezen vragen over openbare ruimte maar moet deze methodiek van toepassing kunnen zijn op verschillende

beleidsdomeinen die voor jongeren belangrijk kunnen zijn.

100

Page 101: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

81   De jeugddienst versterkt de jeugdparagraaf tot een aantrekkelijke

inspraakmethodiek (e-inspraak) met een groter en diverser bereik van jongeren over beleidsdomeinen die jongeren zelf belangrijk vinden. Er zal nauw worden samengewerkt met de jeugdraad.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst, AEJH x x x

Link decreet Jeugdbeleid/inspraak

ACTIES

101

Page 102: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

OD2 De jeugddienst versterkt de inspraak van kinderen, tieners en jongeren voor de advisering van het jeugd(werk)

beleid.

De stad wil meer jongeren betrekken bij inspraak van het jeugd(werk)beleid. De stad vindt het immers belangrijk om de mening van

jongeren te kennen en beslissingen te nemen die aansluiten bij hun leefwereld. We willen hen actief laten participeren door hun mening

te vragen over beleidsvoorstellen en daarenboven ruimte bieden voor creatieve ideeën.

De stad Antwerpen beschikt over een sterk uitgebouwd netwerk van jeugdraden, met één overkoepelende stedelijke jeugdraad en negen

districtsjeugdraden. Binnen alle jeugdraden is het jeugdwerk goed vertegenwoordigd.

Binnen de stedelijke jeugdraad is er ook een sterke vertegenwoordiging van het professioneel jeugdwerk.

Samen met de stedelijke jeugdraad is er in 2009-2010 een evaluatieproces geweest, dat in 2011 tot concrete acties moet leiden om

inspraak van jeugd in Antwerpen nog te versterken.

Uit het evaluatieproces komen een aantal voorstellen, die nog verder met de jeugdraad besproken en uitgewerkt zullen worden:

Districtsjeugdraden:

We willen de banden tussen de verschillende districtsjeugdraden versterken. Hierbij willen we de adviserende rol van

de districtsjeugdraden vergroten. Ook bij bovenlokale thema’s zal er bekeken worden in hoeverre deze relevant zijn voor advies

van de districtsjeugdraden. Thema’s die een directe impact hebben op het lokale jeugdwerk, zoals het subsidiereglement,

worden voorgelegd op de districtsjeugdraden.

Stedelijke jeugdraad:

De stedelijke jeugdraad wordt thematisch bijeen geroepen indien de nood bestaat in verschillende districten, bij een aantal

formele adviezen, op aangeven van de jeugdraad zelf of op initiatief van de jeugddienst.

Open jeugdraad

De stedelijke jeugdraad organiseert enkele grote inspraakmomenten per jaar. Er wordt bijvoorbeeld gedacht aan Open

Jeugdraden, ludieke acties rond een actueel thema (bv fietsactie Oosterweelverbinding), een debat in het kader van de

verkiezingen,…

Inspraakprojecten om meer jongeren te betrekken:

In samenwerking met AEJH wordt er een opfrisbeurt gegeven aan de jeugdparagraaf en er wordt nagedacht over een creatieve

vorm van e-inspraak (met eventuele samenwerking van de Vlaamse jeugdraad en eventueel gelinkt aan de opfrisbeurt van de

jeugdparagraaf)..

102

Page 103: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

ACTIES82

  De jeugddienst ondersteunt de stedelijke jeugdraad bij het verder concretiseren van het evaluatieproces in acties.

2011 2012 2013

Wie jeugddienst, AEJH, stedelijke jeugdraad, districtsjeugdraden x

Link decreet Jeugdbeleid/inspraak

83 Er wordt ook verder gewerkt met thematische werkgroepen. 2011 2012 2013

Wie SJR/jeugddienst x

Link decreet Jeugdbeleid/inspraak

84 De organisatie van een jaarlijkse Open Jeugdraad wordt als succesvol initiatief verder behouden door de stedelijke jeugdraad.

2011 2012 2013

Wie SJR/jeugddienst x x x

Link decreet Jeugdbeleid/inspraak

85 Om de jeugdraad van heel Antwerpen te versterken, worden bij deze denkoefening de districten betrokken. Er zal bekeken worden hoe de verschillende stedelijke- en districtsjeugdraden zich ten opzichte van elkaar verhouden en hoe deze link versterkt kan worden.

2011 2012 2013

Wie SJR, districtsjeugdraden, jeugddienst x

Link decreet Jeugdbeleid/inspraak

86   Een jongerenexpertenpanel werkt mee aan de uitbouw van het programma AEJH

2011.

2011 2012 2013

Wie AEJH x

Link decreet Jeugdbeleid/inspraak

87   AEJH 2011 zet andere stedelijke diensten en partners aan om jongeren co-creator te

maken van hun projecten.

2011 2012 2013

Wie AEJH x

Link decreet Jeugdbeleid/inspraak

103

Page 104: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

OD3

Omdat de meerjarenplanning cyclisch en gefaseerd verloopt, worden regelmatig momenten voor bijsturing

voorzien. Op die manier kunnen doelstellingen worden geherformuleerd of geclusterd, indicatoren worden

verfijnd,... Dit verklaart waarom sommige OD’s zijn weggevallen en de nummering elkaar niet altijd opvolgt.

De oorspronkelijke nummering werd behouden omwille van begrotingstechnische redenen.

104

Page 105: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

105

Page 106: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

ND4ND4 De jeugddienst is een servicecentrum voor kinderen, tieners, jongeren, het jeugdwerk en de lokale jeugddiensten waar kwalitatieve dienstverlening centraal staat.

In het kader van de verhuis naar Den Bell werden een aantal optimalisatieprocessen op gang gebracht. De front-office werd verlegd naar de jeugddiensten in de districten. Er werden twee projecten in samenwerking met Digipolis opgezet om tot een grote mate van digitalisering te komen in een aantal administratieve processen.

Hoofddoel is om de dienstverlening dicht bij de klant te brengen en te vereenvoudigen voor de klant en de administratie.

106

Page 107: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

ND4107

Page 108: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

OD1 De administratieve werking van de jeugddienst wordt vereenvoudigd en de interne werking en externe

dienstverlening wordt waar wenselijk gedigitaliseerd en geoptimaliseerd, rekening houdend met de diversiteit

van de doelgroep.

Er zijn 2 projecten lopende die nog verder op punt gesteld moeten worden:

Digitalisering van het reservatiesysteem van Grabbelpas en Swap.

In 2009 en 2010 werd samen met sport en cultuur, gewerkt aan een digitaal dossieropvolgingsysteem.

Via dit systeem kunnen verenigingen hun eigen gegevens beheren, informatie inwinnen over mogelijke subsidies, subsidies

aanvragen en lopende dossiers opvolgen.

ACTIES88 Het dossieropvolgingssysteem wordt door de jeugddienst (centraal en districten) en

de stadswerkers, gebruikt als instrument om het jeugdwerk intensief te ondersteunen en op te volgen.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst x x x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/inhoudelijke ondersteuning

89 Op het jaarlijks infomoment rond het subsidiereglement wordt de werking van het digitaal dossieropvolgingssysteem toegelicht.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst. x x x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/inhoudelijke ondersteuning

90 De werking van het digitaal dossieropvolgingssysteem wordt jaarlijks geëvalueerd en bijgestuurd.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst. x x x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/inhoudelijke ondersteuning

108

Page 109: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

OD2

Omdat de meerjarenplanning cyclisch en gefaseerd verloopt, worden regelmatig momenten voor bijsturing

voorzien. Op die manier kunnen doelstellingen worden geherformuleerd of geclusterd, indicatoren worden

verfijnd,... Dit verklaart waarom sommige OD’s zijn weggevallen en de nummering elkaar niet altijd opvolgt.

De oorspronkelijke nummering werd behouden omwille van begrotingstechnische redenen.

109

Page 110: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

OD3 Het jeugdbeleid is verankerd in de districten. De jeugddienst biedt voldoende ondersteuning om

gedecentraliseerde taken uit te voeren

De decentralisatie is al verscheidene jaren bezig en zorgt voor een jeugdbeleid dat dichter bij kinderen en jongeren staat. De

jeugddiensten vertalen stadsbrede thema’s naar de verschillende wijken in de districten. De ondersteuning bestaat vooral in de

afstemming tussen de jeugddiensten van de stadsbrede thema’s vrijetijdsaanbod, ruimte, jeugdwerkinfrastructuur en subsidies.

Binnen de jeugddienst ondersteunt een stafmedewerker de jeugddiensten inhoudelijk door het aanleveren van stadsbrede informatie

en formuleert beleidsnoden aan de programmaleiders en proceseigenaars. De ondersteuning verloopt op personeelsmatig vlak via

persoonlijke coaching van jeugdconsulenten, de intervisiegroep van jeugdconsulenten en het aanbieden van vorming op maat.

ACTIES91 Maandelijkse organisatie van jeugdconsulentenoverleg en intervisiegroep 2011 2012 2013

Wie Jeugddienst x x x

Link decreet Jeugdbeleid/regie

92 Een periodieke ‘nieuwsflash jeugd’ moet de interne communicatie bevorderen 2011 2012 2013

Wie Jeugddienst. x x x

Link decreet Jeugdbeleid/Jeugdinformatie

93   De districten zijn een bevoorrechte partner bij de realisatie en uitbouw van

Antwerpen Europese Jongerenhoofdstad. Dit om er een stadsbreed project van te maken voor alle jongeren en de diversiteit op vlak van thema, doelgroep en locatie in het programma waar te maken. De districten werken in samenwerking met hun districtspartners (van verschillende beleidsdomeinen) minimum één project uit voor en door jongeren uit hun buurt, in het kader van Antwerpen Europese Jongerenhoofdstad.

2011 2012 2013

Wie AEJH + jeugdconsulenten districten x

Link decreet Jeugdbeleid/regie

110

Page 111: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

OD4

Omdat de meerjarenplanning cyclisch en gefaseerd verloopt, worden regelmatig momenten voor bijsturing

voorzien. Op die manier kunnen doelstellingen worden geherformuleerd of geclusterd, indicatoren worden

verfijnd,... Dit verklaart waarom sommige OD’s zijn weggevallen en de nummering elkaar niet altijd opvolgt.

De oorspronkelijke nummering werd behouden omwille van begrotingstechnische redenen.

OD5

Omdat de meerjarenplanning cyclisch en gefaseerd verloopt, worden regelmatig momenten voor bijsturing

voorzien. Op die manier kunnen doelstellingen worden geherformuleerd of geclusterd, indicatoren worden

verfijnd,... Dit verklaart waarom sommige OD’s zijn weggevallen en de nummering elkaar niet altijd opvolgt.

De oorspronkelijke nummering werd behouden omwille van begrotingstechnische redenen.

111

Page 112: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

ND5ND5 Tegen 2013 ontwikkelt de stedelijke jeugddienst een internationaal luik aan haar jeugdbeleid

Eén van de troeven van het Antwerpse jeugdbeleid is haar sterk ontwikkeld lokaal jeugd(werk)beleid. Een internationaal luik is echter nauwelijks ontwikkeld. In samenwerking met bestaande partners zoals Jint, VVJ,… zal de jeugddienst ervoor zorgen dat ook internationale uitwisselingsprogramma’s en dergelijke beter gekend zijn bij de Antwerpse jeugd.

112

Page 113: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

ND5113

Page 114: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

OD1 De jeugddienst verzamelt de nodige kennis met betrekking tot internationale samenwerkingen en uitwisselingen,

internationaal vrijwilligerswerk,… en bouwt expertise op. Via een goede mediamix wordt deze informatie en

kennis verspreid naar de Antwerpse jongeren en het jeugdwerk.

Enerzijds wil de jeugddienst er mee voor zorgen dat meer jongeren en jeugdwerkers buiten de stads- en landgrenzen gaan kijken.

Om dit te bereiken, zorgen we er mee voor dat de informatie van partners zoals Jint mee via de stedelijke kanalen verspreid wordt.

Anderzijds wil de stad voor haar jeugdbeleid ook leren van andere grote steden én wil ze haar kennis en expertise delen.

114

Page 115: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

ACTIES94

  Er wordt een kennisnetwerk uitgebouwd met andere Europese steden om expertise te delen.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst/AEJH x x x

Link decreet Jeugdbeleid

95   De jeugddienst begeleidt jongeren bij het indienen van subsidiedossiers met

betrekking tot internationale uitwisselingen en projecten

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst/AEJH x x x

Link decreet Jeugdbeleid

96   De jeugddienst ondersteunt en faciliteert de internationale uitwisseling van

jeugdwerkers en jongeren.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst/AEJH x x x

Link decreet Jeugdbeleid

97   De jeugddienst leidt EVS’ers (European Voluntary Service) toe naar jeugdwerkpartners.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst/AEJH x x x

Link decreet Jeugdbeleid

98   De jeugddienst organiseert jaarlijks een infoavond rond het thema ‘internationaal’.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst/AEJH x x x

Link decreet Jeugdbeleid

99   De beste internationale projecten uit Antwerpen Europese Jongerenhoofdstad 2011

worden verdergezet in samenwerking met de jeugdwerkpartners. De jeugddienst blijft deze ondersteunen en opvolgen.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst/AEJH x x

Link decreet Jeugdbeleid

115

Page 116: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

OD2 Antwerpen is in 2011 Europese Jongerenhoofdstad (European Youth Capital).

Om tot het dossier te komen is een participatietraject met jongeren en het professionele jeugdwerk afgelegd.

De jeugddienst diende het dossier ‘Room tot bloom’ in bij het European Youth Forum en sleepte zo de titel van EYC binnen.

Hiervoor werd een participatietraject met jongeren uitgewerkt, met als slotmoment een inspraakavond.

Ook de professionele partners kregen uitgebreid de kans om hun inbreng te geven.

Deze actie werd uitgevoerd.

116

Page 117: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

1.6 Financieel overzicht

Hieronder is een financiële prognose opgenomen die gebaseerd is op de huidige meerjarenplanning 2010-2014 van de stad Antwerpen.Deze prognose wordt elk jaar aangepast bij de begrotingsopmaak van het volgende werkingsjaar. De bedragen die in de tabel zijn opgenomen zijn dus indicatief.

Gewone begroting - Uitgaven

Begrotingscode Nummer doelstelling Doel Begroting 2011 Begroting 2012 Begroting 2013

76101/121/01/0076101/123/16/00

CS10_01_01 Monitoring Antwerpse jeugdactualiteit

20 200 20 200 20 200

84929/332/03/00 CS10_01_03 Integraal jeugdbeleid 1 000 1 000 1 000

76119/332/02/00 CS10_01_04 Jeugddienst: samenwerkingsovereenkom-sten + regiefunctie

47 800 47 800 47 800

76104/332/02/55 CS10_01_05 Ondersteuning jeugdwerk 241 300 350 000 354 300

13500/123/02/0476119/332/02/0013500/123/02/0476104/332/02/5513500/123/02/0476101/123/10/00

CS10_02_01

CS10_02_02

CS10_02_03CS10_02_04

Communicatie en informatie

Optimalisatie mediamix

Nieuwe mediaInformatie op maat van jongeren en het jeugdwerk

6 000

19 100145 20017 5005 000

6 00015 00019 100150 30017 5005 000

6 00015 00019 100155 60017 5005 000

76119/332/02/00 CS10_03_01 Inspraak en ondersteuning jeugdraad

23 300 23 300 23 300

13500/123(4)/0276101/124/02/76101/125/0613702/125/12(3)(5)/00

CS10_04_01 Administratieve vereenvoudiging + energiekosten en onderhoud jeugddienstgebouwen

14 30020 500 139 800131 100

14 30020 500142 500138 400

14 30020 500145 300146 100

76119/332/02/00 CS10_05_02 Europese Jongerenhoofdstad 782 200 263 000 229 600

Gewone begroting - Ontvangsten

Begrotingscode Nummer doelstelling Doel Begroting 2011 Begroting 2012 Begroting 2013

2200/466/08/00 CS10_01_03 Integraal jeugdbeleid 1000 1000 1000

76100/465/01/00 CS10_02_02 Optimalisatie mediamix 13 300 13 300 13 300

117

Page 118: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

118

Page 119: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

1.7 Interactief bestuur

De jeugddienst voert de regie over het Antwerpse jeugdbeleid.

Hiervoor sluit ze samenwerkingsovereenkomsten af met haar jeugdwerkpartners. Hierin wordt expliciet

gevraagd om jongeren bij de werking te betrekken en voor de nodige terugkoppeling te zorgen.

In het kader van een breed jeugdbeleid, gaat de jeugddienst gestructureerd en op regelmatige basis

in overleg met het werkveld en jongeren. Er worden verschillende werkgroepen opgestart en de jeugddienst

zorgt ervoor dat er structureel overleg tussen deze werkgroepen wordt ingebouwd. Hierin kunnen

overschrijdende thema’s aan bod komen (bijvoorbeeld werkgroep stadswerkers en jeugdconsulentenoverleg).

Jaarlijks wordt overlegd met de verantwoordelijke vrijwilligers van het tweedelijnsjeugdwerk.

Deze vrijwilligers hebben door hun contacten met de jeugdverenigingen een schat aan informatie over het

Antwerpse jeugdwerk. Door de uitwisseling van informatie krijgen we een beter zicht op wat er leeft bij het

Antwerps jeugdwerk.

Een jaarlijks feestforum geeft jongeren de kans om hun mening te geven en informatie uit te wisselen maar

is ook voor de jeugddienst een uitgelezen kans om contact met de doelgroep te behouden.

Ook de website wordt interactiever en er zullen meer sociale netwerksites gebruikt worden.

De jeugddienst slaat de handen in elkaar met het projectteam van Europese Jongerenhoofdstad om een extra

focus op e-inspraak te leggen. Zo hopen we meer jongeren van diverse pluimage te bereiken.

De jeugdparagraaf wordt opgefrist zodat deze niet louter een administratief karakter heeft, maar

daadwerkelijk gestoeld is op de mening van kinderen, tieners, jongeren en het jeugdwerk.

We willen meer jongeren betrekken in de jury voor de beoordeling van projecten.

Met drie ‘troeven’ per jaar, heeft de jeugddienst ook een instrument in handen om van jongeren te weten

te komen hoe zij van de stad een leukere plek willen maken.

119

Page 120: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

22. Antwerpen is een kinder- en jongerenmetropool.

Meer kinderen, tieners en jongeren nemen deel aan vrijetijdsactiviteiten, afgestemd op hun noden en behoeften (CS11)

120

Page 121: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

121

Page 122: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

Om van Antwerpen een echte kinder- en jongerenmetropool te maken, wil de stad zowel voor de Antwerpse kinderen

en jongeren, als voor haar jonge bezoekers, een vrijetijdsaanbod op maat ondersteunen en ontwikkelen. Een

belangrijke rol daarin is weggelegd voor het vrijwillige en het professionele jeugdwerk.

Daarnaast zorgt de stad ook zelf voor een aanvullend aanbod.

2.1 Proces en analyse

De jeugddienst wilde haar doelstelling over het vrijetijdsaanbod verder uit te werken. Daarom investeerde men in

het vrijetijdsonderzoek bij tieners, de denkdagen rond vrije tijd, toeleiding, avontuurlijk spelen, vrijwilligerswerk en

creatie- en toonkansen én de evaluatie van het vorige jeugdbeleidsplan.

Rond het aanbod werden twee grote doelstellingen geformuleerd:

De stad Antwerpen wil dat kinderen, tieners en jongeren toegang hebben tot een verbeterd aanbod.

De stad wil dat alle kinderen kunnen deelnemen aan het aanbod. Daarom moet dit aanbod toegankelijk

zijn voor iedereen.

Analyses die hebben geleid tot de concrete acties voor de periode 2011- 2013:

Uit de bevolkingsgegevens blijkt dat het aandeel jongeren groeit in Antwerpen, dat een groot deel van hen

allochtoon is en dat er veel kinderen in kansarme omstandigheden geboren worden.

Dit motiveert:

aandacht voor een uitgebreid en kwalitatief vrijetijdsaanbod naar kinderen, tieners en jongeren

extra aandacht voor diversiteit en integratie binnen het aanbod

extra aandacht naar zwakkere doelgroepen

aandacht voor effecten van verjonging op het gebied van vrijwilligersbeleid, monitoren, speelpleinen,…

122

Page 123: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

ANALYSE AANBOD VRIJWILLIGERSJEUGDWERK

De vele jeugdverenigingen zijn de belangrijkste motor van het jeugdwerkaanbod. In 2009 waren er wekelijks meer dan

3000 jonge vrijwilligers in de stad actief. Ze stonden week in week uit klaar om meer dan 20 000 Antwerpse kinderen

en tieners een leuke vrije tijd te bezorgen. In 2009 waren er 209 erkende jeugdverenigingen. Samen realiseren ze

een gevarieerd aanbod met voor elk wat wils: er zijn zowel jeugdbewegingen zoals Scouts, Chiro,.., als allochtone

verenigingen, jeugdhuizen, speelpleinwerkingen en meer experimentele werkingen zoals bv. circuswerking.

Heel wat acties werden in het vorige jeugdbeleidsplan opgenomen rond de ondersteuning van het

vrijwilligersjeugdwerk. Eén van deze acties werd het organiseren van een bedankmoment voor de vrijwilligers uit het

jeugdwerk. De jeugddienst ging ter plekke op bezoek bij de jeugdwerkingen en bracht een muziekband en speciaal

ontworpen” marcellekes” mee.

Naast deze extraatjes ondersteunt de stad het jeugdwerk inhoudelijk en financieel. De belangrijkste ondersteuning

van het vrijwilligersjeugdwerk gebeurt via het subsidiereglement. Jongeren kunnen bij de stad terecht voor vorming,

om materiaal uit te lenen. Ze kunnen er ook voor hun werking, het onderhouden van de lokalen, het aankopen van

groot materiaal,… subsidies krijgen. Tenslotte zijn er nog de stadswerkers voor de koepels van Chiro, Scouts en Gidsen

Vlaanderen, Formaat en PAJ. Zij ondersteunen rechtstreeks groepen uit de stad die het vaak moeilijk hebben om te

overleven.

Een actie uit het vorige Jeugdbeleidsplan was om het subsidiereglement te hervormen in het kader van

administratieve vereenvoudiging. Na uitgebreide info- en inspraakmomenten kwam er een vernieuwd reglement. Dit is

eind 2009 van start gegaan. Aan dit subsidiereglement is een Dossier Opvolging Systeem (DOS) gekoppeld, zodat alles

digitaal gebeurt en het jeugdwerk hun dossier digitaal kunnen indienen en opvolgen.

Verenigingen die niet aan alle voorwaarden voor erkenning voldoen, kunnen extra ondersteuning krijgen dankzij het

systeem van ondersteuningstrajecten. Dit traject werd geïntroduceerd bij het nieuwe subsidiereglement. Deze

trajecten zijn het resultaat van een samenwerking tussen de verschillende partners die het jeugdwerk ondersteunen

(stadswerkers, jeugdconsulenten, jeugddienst).

De laatste jaren komen er veel signalen uit het werkveld, dat het steeds moeilijker wordt om vrijwilligers te

vinden. Daarom wil de jeugddienst vanaf 2011 een traject afleggen met de districtsjeugddiensten, jeugdwerkpartners

en andere stadsdiensten. Samen hopen ze een gedragen visie te ontwikkelen over een vrijwilligersbeleid binnen

een veranderende stedelijke context (concurrentie, verschillende tarieven, tekort aan voldoende goed opgeleide

monitoren, effect van jobstudenten,...).

123

Page 124: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

ANALYSE AANBOD VAN PROFESSIONELE JEUGDWERKPARTNERS

Aanvullend op het vrijwillig jeugdwerk werkt de stad, in samenwerking met de omvangrijke Antwerpse jeugdsector,

een jeugdwerkaanbod uit. Dit aanbod wordt ondersteund door professionele krachten. Maar het steunt evengoed op

de vrijwillige inzet van vele Antwerpse jongeren. Samen met de jeugdverenigingen, zorgen ze voor een gevarieerd en

gewaardeerd vrijetijdsaanbod. Jaarlijks sluit de jeugddienst samenwerkingsovereenkomsten met hen af.

De vier grote groepen zijn :

Speelpleinwerkingen (in de vakantieperiodes):

Spelen in de wijk, voorziet opvangmogelijkheden voor kinderen in hun eigen omgeving. Als uitvalsbasis

wordt er grotendeels voor scholen geopteerd. Het zijn de 2 grote Antwerpse speelpleininitiatieven die dit

aanbod aanbieden: Koraal op 9 locaties en Kindervreugd op 5 locaties. Spelen in de wijk is een alternatief

voor de nog steeds populaire, 4 grote speelpleinen die gelegen zijn buiten Antwerpen. Het biedt speelkansen

in een toegankelijke infrastructuur voor alle kinderen tussen 6 en 14 jaar.

Jeugdcentra:

Momenteel zijn er in Antwerpen 10 jeugdcentra: Trix, Bouckenborgh, Kavka, Vizit, Den Eglantier, De Branderij,

Scheld’apen, Academie, Zappa en het mobiel jeugdcentrum Magiq. De jeugdcentra zijn belangrijke partners

van de jeugddienst.

In 2009 doorliepen de jeugdcentra een traject onder begeleiding van Steunpunt Jeugd, Formaat en de

stedelijke jeugddienst. Samen werkten ze rond hun gemeenschappelijke identiteit als Antwerpse jeugdcentra.

Uit dit proces kwam een gemeenschappelijke missie, gedeelde waarden, kerntaken en werkmethoden

naar voor. Uitgangspunt is dat de jeugdcentra elk hun eigen identiteit hebben maar dat er veel

gemeenschappelijke factoren zijn die hen verbinden als Antwerpse jeugdcentra.

Jongerencompetentiecentra

In de periode van het vorige jeugdbeleidsplan werden 3 jongerencompetentiecentra opgericht: JCC

De Branderij, JCC Zappa en JCC Deurne. Dit zijn buurten waar een grote concentratie is van kansarmoede

en jongerenwerkloosheid. De jongerenwerkloosheid in Antwerpen bedraagt 29% . Van de jongeren in

Antwerpen heeft 39% een schoolachterstand. Dit belemmert hun maatschappelijke kansen op

hun verdere loopbaan, en hun zoektocht naar werk. In de JCC’s kunnen jongeren terecht om

deel te nemen aan een vrijetijdsluik (jeugdcentrum, evenementenwerking, WKJ-werking).

Ze kunnen hun competenties leren kennen, benoemen en ontwikkelen. Ze krijgen

ondersteuning in het vinden van een gepaste opleiding of job.

Twee van de drie JCC’s maken deel uit van het netwerk van 10 jeugdcentra.

124

Page 125: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

WKJ sector inclusief jongerenpersagentschap

De voorbije JBP periode zijn er enkele nieuwe jeugdwerkingen bijgekomen. Naast KIDS, Weja en Vereniging Voor

Solidariteit kwamen Habbekrats, Kauwenberg en Recht-op erbij. De Waag hield op te bestaan. De werking van De

Schroef veranderde zodanig waardoor ze niet meer door de jeugddienst erkend werd. Met Habbekrats is er een grote

partner bijgekomen in de binnenstad. Kauwenberg en Recht-op richten zich specifiek op kinderen en jongeren in

armoede. Door deze uitbreiding van de sector, is het goed om de organisatie ervan stadsbreed te evalueren en te

optimaliseren. In 2011 zal deze evaluatie moeten leiden tot een reorganisatie van de ganse WKJ sector in Antwerpen.

Deze reorganisatie zal afgestemd worden op de huidige en toekomstige realiteit in de stad (zowel demografisch,

kansarmoede index, als vrijetijdsaanbod).

Het grootste deel van de middelen gaat naar KIDS vzw. Zij hebben 69 medewerkers en ze hebben een aanbod in de

districten Antwerpen, Borgerhout, Berchem, Merksem, Deurne en Hoboken. KIDS vzw situeert zich ook op diverse

locaties en op verschillende vindplaatsen in de steunpuntomgevingen.

In alle KIDS-steunpunten wordt naast een permanent weekaanbod ook een vakantieaanbod gerealiseerd. Er is ook

aandacht voor projectwerk en occasionele activiteiten.

Het vrijetijdsaanbod heeft plaats gedurende 45 weken per jaar.

Met dit aanbod bereikt KIDS vzw een totaal van 1660 kinderen (6 tot 11 jaar), 984 tieners (12 tot 15 jaar) en 807

jongeren (vanaf 16 jaar). Dit zijn geregistreerde leden die regelmatig en meermaals per week deelnemen. Daarnaast

bereikt KIDS vzw nog een 3500-tal onbekend geregistreerde deelnemers via vindplaatsgericht werken, occasioneel

aanbod,….

Jongerenpersagentschap:

Op vraag van de stad heeft CHIPS vzw een jongerenpersagentschap opgericht. Jongeren gaan binnen dit

project zelf op stap om reportages te maken. Als reporter zijn ze wel verplicht meningen te aanhoren

die misschien verschillen met die van henzelf. Zo participeren ze aan het maatschappelijk debat en leren ze

kritisch omgaan met meningen en de algemene pers.

De reportages van de jongeren zorgen ook voor een tegengewicht in de vaak negatieve berichtgeving over

jeugd in de reguliere media.

Bovendien leren de jongeren ook de nodige mediavaardigheden aan en maken ze kennis met de

verschillende mediavormen. Ook minder kansrijke jongeren krijgen binnen het StampMedia project

de kans aan hun mediavaardigheden te werken. Dit is een innovatieve vorm van jeugdwerk, zowel naar bereik,

als naar aanbod.

125

Page 126: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

ANALYSE EIGEN AANBOD

1) In het vorige jeugdbeleidsplan is er uitdrukkelijk voor gekozen om het centrale jeugdaanbod verder af te bouwen

en uit te besteden aan de districten (Grabbel en SWAP) of aan externe partners (vb. Kwibus). Deze beleidslijn wordt

nu verder uitgevoerd en verfijnd. Uit de analyse van het vorige JBP en uit de evaluatiegesprekken met districten en

partners komen er 3 grote prioriteiten naar voor:

Het is belangrijk dat de centrale jeugddienst de vinger aan de pols houdt van het jeugdwerk. Zo is er nood aan

een sterke inhoudelijke opvolging van het jeugdaanbod, onderzoek, ruimte tot experiment (innovatief

aanbod).

Een verdere duidelijke afstemming is noodzakelijk. Wat gebeurt er nog centraal? En op welke manier gebeurt

de opvolging?

Het is belangrijk om het bestaande aanbod te evalueren én te kijken of dit nog voldoende is afgestemd op

de behoeften van de klanten. Hoe gebeurt deze analyse? Welke rol neemt de centrale jeugddienst hier in op?

Deze beleidsperiode wordt gebruik om deze grondige analyse en kwaliteitscontrole uit te voeren. (vb. van het

Grabbel- en SWAPaanbod)

Deze conclusies hebben geleid tot een verdere heroriëntering van het eigen aanbod.

2) Uit het onderzoek “vrije tijd door Antwerpse tienerogen” komen volgende zaken sterk naar voor:

Meisjes en jongens hebben andere vrijetijdsbehoeften.

Meisjes beleven hun vrije tijd liefst in vertrouwd gezelschap.

Er is een vraag naar gestructureerde activiteiten maar ook naar erg losse en vrijblijvende activiteiten.

Hoe ouder de jongeren zijn hoe meer de behoefte naar losse activiteiten en hoe meer vrienden een rol spelen.

Er is een grote vraag naar recreatieve buitenruimte over alle leeftijden heen.

Jongens verkiezen sport en spel.

Meisjes zijn erg geïnteresseerd in dans.

Tieners en jongeren houden van een grappige en speels-creatieve begeleiding.

Uit de denkdagen vrije tijd blijkt sterk de behoefte om op maat te werken van kinderen, tieners en jongeren. Niet

iedereen heeft dezelfde behoeftes. Het jeugdwerk vindt het belangrijk dat een aanbod sociaal-educatief kan zijn,

waardoor het samen leven en spelen bevorderd wordt.

126

Page 127: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

Tijdens de denkdag creatie en toonkansen met jeugd- en cultuurwerkers wordt duidelijk dat er behoefte is aan

(tijdelijke) ruimte voor tieners en jongeren waar het mogelijk is creatief te zijn, te tonen en te experimenteren.

Deze conclusies hebben geleid tot de ontwikkeling van een nieuw innovatief aanbod.

3) Het aanbod van Pleinontwikkeling is tijdens de vorige JBP periode geïntegreerd in de werking van de jeugddienst.

Pleinontwikkeling biedt een dagelijks aanbod van activiteiten op 17 pleinen verspreid over de stad, voornamelijk in

wijken met een hoge kansarmoedegraad. Uit analyse van de registratiecijfers van de pleinanimatoren en uit onderzoek

op het plein blijkt dat pleinontwikkeling een erg laagdrempelig aanbod is. De werking is bekend bij een grote groep

buurtbewoners en pleingebruikers. Het bereikt verschillende doelgroepen (ook veel meisjes) op het plein in de buurt.

Door de aanwezigheid van de animatoren op het plein wordt het plein ook toegankelijker voor andere gebruikers.

(Kinderen, tieners en jongeren maar ook voor volwassenen). Door zijn laagdrempeligheid bereikt pleinontwikkeling

een deel van een doelgroep die anderen niet bereiken. Omdat de activiteiten geen vaste structuur (bijvoorbeeld

vaste dagen en uren) hebben, maar volledig vrijblijvend zijn (geen inschrijvingen, komen en gaan). Bovendien zijn

alle activiteiten gratis. In het onderzoek ‘vrije tijd door Antwerpse tienerogen’ blijkt dat dit door een grote groep als

belangrijk wordt ervaren. Cijferanalyse en contacten met verschillende jeugd- en wijkpartners geven aan dat ook

andere pleinen voordeel zouden hebben aan een werking van pleinontwikkeling. Tijdens de denkdagen toeleiding werd

geconcludeerd dat pleinontwikkeling een nog meer actieve rol kan spelen in het toeleiden van kinderen en jongeren

naar bestaande vrijetijdsinitiatieven.

Deze conclusies hebben geleid tot enkele nieuwe accenten in het aanbod en de manier van werken van Pleinontwikkeling.

4) Tot slot is de jeugddienst trekker van een aanvullend aanbod. De jeugddienst start projecten op en zoekt nadien een

externe uitbater/partner om het aanbod uit te voeren of vice versa. Volgende projecten zijn hiervan een voorbeeld:

Stadsspel

La Mosca ontwikkelde in opdracht van de stad een GPS-spel voor tieners. Tieners van over heel Vlaanderen

kunnen op een speelse, interactieve manier kennismaken met het oude stadscentrum van Antwerpen.

Gamecenter Outpost zorgt voor de ontleningen en de speluitleg.

In mei 2009 werd het GPS spel gelanceerd. In het totaal speelden 69 groepen het spel (ongeveer 990 tieners).

In mei 2010 speelden al 19 groepen (ongeveer 280 tieners) het spel. Van bij de start een groot succes, ondanks

127

Page 128: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

enkele kinderziektes is het spel. In 2010 werden enkele aanpassingen gedaan zodat het spel makkelijker is en

technisch vlotter verloopt.

Stadsklassen

In oktober 2008 kreeg JES vzw de opdracht van de stad om stadsklassen te ontwikkelen. Doelgroep is de

tweede graad van het middelbaar onderwijs. Een stuurgroep volgde de ontwikkeling nauwgezet op

en bewaakte de vooropgestelde doelstellingen. In 2010 werd er voor de eerste keer een driedaagse

test-stadsklassen georganiseerd. Na de evaluatie hiervan was de ontwikkelingsopdracht van JES afgerond en

werden de stadsklassen ingebed binnen de structuur van de jeugddienst. Vanaf het schooljaar 2010-2011

worden er jaarlijks minimaal 10 stadsklassen georganiseerd.

Het Steen

Eind 2007 sloot het Nationaal Scheepvaartmuseum in Het Steen haar deuren. De collectie verhuisde naar

het toekomstige MAS. Het Steen krijgt een nieuwe kindvriendelijke invulling. In 2008 werden de krijtlijnen

vastgelegd voor het uitbouwen van een gepaste structuur. De jeugddienst werd betrokken partij en een

bouwhistorisch onderzoek opgestart. Aan de hand van deze resultaten werd er in 2010 een marktbevraging

opgestart. Om Het Steen als kindvriendelijke plek te promoten organiseerde de jeugddienst een aantal

zichtbaarheidsacties.

Let’s go Urban

In 2009 kreeg een jongere de kans om een dansproject op te starten. Doel was om op een laagdrempelige

manier minder kansrijke jongeren toe te leiden naar dit project. Hieruit ontstond het idee van Troef als manier

om jongeren te stimuleren om vernieuwende projecten op te starten.

128

Page 129: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

ANALYSE TOEGANKELIJKHEID VAN HET AANBOD

De laatste 4 jaar werd er intensief rond visievorming en uitwisseling van ervaringen en methodieken met betrekking

tot de toegankelijkheid van het aanbod overlegd in de werkgroep diversiteit. In de toekomst wordt het thema

verder opgenomen in de werkgroep ondersteuning van het jeugdwerk en in de nog op te richten werkgroep voor de

WKJ sector. Het is belangrijk dat het vrijwillig jeugdwerk en het professionele jeugdwerk - gericht op kansengroepen -

geregeld met elkaar uitwisselen. Daarom zal de werkgroep ondersteuning van het jeugdwerk en de werkgroep van de

WKJ sector één keer per jaar samenkomen.

Via de werkgroepen worden zowel het professionele als het vrijwilligersjeugdwerk ondersteund. De stadswerkers

nemen deel aan de werkgroep ondersteuning van het jeugdwerk en brengen de uitgewisselde methodieken en info

naar de jeugdverenigingen.

Tijdens het vorig Jeugdbeleidsplan is er een projectenfonds opgericht om het aanbod van het vrijwilligersjeugdwerk

meer toegankelijk te maken. Naast financiële steun, krijgen groepen inhoudelijke steun om hun werking

toegankelijker te maken voor verschillende doelgroepen. Dit kende echter weinig succes en zal daarom geëvalueerd

worden. Er zal bekeken worden hoe we groepen beter kunnen aanzetten tot het nemen van acties rond

toegankelijkheid.

Een opvallende trend is de stijgende aandacht voor toeleiding van kinderen en jongeren van het professionele naar

het reguliere aanbod. De WKJ’s voorzien een zinvol en gestructureerd basisaanbod, maar heeft aandacht voor de

verruiming van de leefwereld van de doelgroep.

Op de denkdag over toeleiding op 24 september 2009 waarop de meeste partners van de jeugddienst aanwezig waren,

kwamen we tot volgende definitie:

Toeleiding is een proces waarbij:

verschillende stappen dienen ondernomen te worden

door de organisatie die de doelgroep bereikt én door de ontvangende organisatie

om de doelgroep op maat te begeleiden

naar een aanbod waar ze zelf de weg niet naar vinden

129

Page 130: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

2.2 Visie op ‘aanbod’

Met het vrijetijdsaanbod van de jeugddienst(en), pleinontwikkeling, jeugdwerkpartners, andere sectoren (sport, cultuur,…) en het commerciële aanbod, streven we ernaar dat alle kinderen, tieners en jongeren hun ‘ding’ kunnen vinden in de stad.Kenmerken van dit aanbod zijn:

een kwalitatief aanbod voor àlle kinderen en jongeren vanuit een kansenbeleid met aandacht voor vernieuwende experimentele dingen waarbij jongeren kunnen deelnemen aan een aanbod én de kans krijgen en

gestimuleerd worden om zelf dingen te organiseren

Jongeren die de weg niet goed vinden naar het aanbod, worden op maat toegeleid. De ambitie op lange termijn is om jongeren zodanig te begeleiden dat ze zelf de weg leren kennen naar het aanbod. Of zin krijgen om zelf iets kunnen organiseren (emancipatorisch werken met de doelgroep).

Aanbod dat niet (langer) voldoet aan de noden van jongeren wordt vernieuwd, met de nodige ruimte voor experiment. Zo houdt de jeugddienst de vinger aan de pols en speelt voortdurend flexibel in op nieuwe behoeften.

De jeugddienst biedt het vrijwilligersjeugdwerk en jongeren inhoudelijke, financiële en materiële ondersteuning aan. Ook de jeugdwerkers uit de districten en de pleinanimatoren worden inhoudelijk ondersteund. Hierdoor worden competenties bij jongeren, partners en medewerkers aangewakkerd zodat ze een kwaliteitsvol vrijetijdsaanbod kunnen voorzien.

We stellen vast dat partners het dikwijls moeilijk hebben om vrijwilligers te vinden. Dit komt onder andere door de evolutie van een grotere inzet van betaalde monitoren in de stad. We willen de komende periode een traject afleggen om een gedragen visie te ontwikkelen over ‘monitorenbeleid’.

130

Page 131: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

2.3 Extra kansen AEJH

Antwerpen wil een volledig jaar laten zien dat de stad investeert in voldoende ruimte om kinderen te laten bloeien

en opgroeien in een stedelijke omgeving. Dit door een aantal bestaande initiatieven extra in de kijker te zetten.

Daarnaast worden ook vier stadsbrede projecten, waar de jeugddienst trekker van is, naar voor geschoven: Het Steen,

stadsklassen, jongerencompetentiecentra en de jeugdculturele zone. Het eeuwenoude kasteel aan de Schelde,

Het Steen, krijgt tegen 2011 een nieuwe, kindvriendelijke invulling. Uiteraard met respect voor het cultuurhistorisch

karakter. Alle kinderen van 6 tot 12 jaar, die kort of lang in Antwerpen verblijven, kunnen er terecht voor leuke, (ont)

spannende en leerrijke activiteiten. Allemaal opgebouwd rond de rijke geschiedenis van de stad en van Het Steen.

Voor veel tieners is de stad onbekend terrein. Met het project stadsklassen kunnen tieners in schoolverband,

Antwerpen op een aantrekkelijke manier ontdekken. In de drie Jongerencompetentiecentra kunnen jongeren

terecht voor een leuk vrijetijdsaanbod. Ook voor hulp en begeleiding in de zoektocht naar werk zijn ze er welkom.

Twee plekken in Antwerpen worden verbouwd tot jeugdculturele zones, waar jongeren cultuur kunnen beleven,

zelf kunnen experimenteren en hun talenten kunnen tonen.

Naast de bestaande initiatieven schept de titel jongerenhoofdstad ook mogelijkheden om nieuwe

samenwerkingsverbanden aan te gaan. Nieuwsgierig op zoek naar nieuwe projecten en evenementen.

Het jaar biedt een experimenteerplatform om nieuwe zaken uit te testen.

Na een grondige evaluatie kunnen de good practices verankerd worden in de reguliere werking.

Centraal hierbij zijn de talenten van jongeren. Het jaar moet aan alle jongeren voldoende ruimte bieden om hun

talenten te ontdekken. Het biedt de mogelijkheid om deze talenten te tonen aan een groter publiek.

131

Page 132: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

2.4 Aandacht voor lokaal sociaal beleid

Bij het creëren en aanbieden van een vrijetijdsaanbod zorgen we voor een gevarieerd aanbod, waar ieder zijn ding

kan vinden. Enerzijds stimuleren we het reguliere aanbod om zijn drempels te verlagen, zodat alle doelgroepen

zich er welkom voelen. Anderzijds steunen we het categoriale, doelgroepgerichte jeugdwerk. In sommige gevallen

is een apart aanbod zinvol. Maar ook hier is er steeds aandacht voor toeleiding van jongeren naar het reguliere

vrijetijdsaanbod, zodat de jongeren geïntegreerd geraken in de maatschappij.

Voorbeelden van acties die met Lokaal Sociaal Beleid te maken hebben zijn:

Het jeugdwerk wordt zowel inhoudelijk als financieel gesteund om hun werking toegankelijk te maken voor

verschillende doelgroepen.

De jeugddienst verleent zoveel mogelijk jongeren in hun vrije tijd toegang tot het gebruik van nieuwe media.

De jeugddienst stimuleert en bewaakt het EVC beleid en wil hiermee kansengroepen bereiken.

Het aanbod van spelen in de wijk wil alle kinderen bereiken in een toegankelijke infrastructuur.

Pleinontwikkeling zorgt voor een toegankelijk en zinvol vrijetijdsaanbod voor alle kinderen, tieners en

jongeren die een plein gebruiken. Ze hebben eveneens aandacht voor toeleiding naar andere

vrijetijdsmogelijkheden.

132

Page 133: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

2.5 Doelstellingen en acties

CS11Antwerpen is een kinder- en jongerenmetropool. Meer kinderen, tieners en jongeren nemen deel aanvrijetijdsactiviteiten, afgestemd op hun noden en behoeften

ND1Kinderen, tieners en jongeren hebben een grotere keuze in een verbeterd vrijetijdsaanbod en worden er op verschillendemanieren naar toegeleid. Er is specifieke aandacht voor de diversiteit van de doelgroep.

ND2Tegen 2011 is er een toegankelijker vrijetijdsaanbod voor alle kinderen, tieners en jongeren

133

Page 134: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

ND1Antwerpen heeft een ruim aanbod van vrijwilligersjeugdwerk en professioneel jeugdwerk die door de jeugddienst ondersteund worden. Samen zorgen zij voor een gevarieerd aanbod.

Er gaat extra aandacht naar jongeren die de weg niet gemakkelijk vinden naar het aanbod.

ND1 Kinderen, tieners en jongeren hebben een grotere keuze in een verbeterd vrijetijdsaanbod en worden er op verschillende manieren naar toegeleid. Er is specifieke aandacht voor de diversiteit van de doelgroep.

134

Page 135: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

ND1135

Page 136: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

OD1 De jeugddienst subsidieert het vrijwilligersjeugdwerk via een reglement om op basis van objectieve criteria de

kwaliteit van het private jeugdwerkaanbod te bewaken en te verbeteren.

Eind 2009 is er een goedgekeurd nieuw subsidiereglement gekomen. Dit kwam er na uitgebreide info- en inspraakmomenten met

collega’s, partners en jongeren. Dit reglement zorgt enerzijds voor een vereenvoudiging door bijvoorbeeld subsidievormen te clusteren.

Anderzijds wil dit reglement alleen deze verenigingen subsidiëren die effectief jeugdwerk organiseren, zoals gedefinieerd in het

reglement.

ACTIES100 Het subsidiereglement, de manier van aanvragen, de afhandeling en controle

wordt jaarlijks geëvalueerd en waar nodig bijgestuurd. De jeugddienst zorgt ervoor dat haar subsidiereglement in overeenstemming is met de reglementen van andere subsidiegevers (subsidies van districten, andere stedelijke subsidies en andere overheden).

2011 2012 2013

Wie jeugddienst x x x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/administratieve ondersteuning

101 Wanneer een jeugdvereniging niet voldoet aan bepaalde voorwaarden uit het subsidiereglement kan zij toch in aanmerking komen voor erkenning als ze bereid is om actief mee te werken aan een ondersteuningstraject. Het initiatief om een ondersteuningstraject op te starten ligt altijd bij de jeugddienst. Een ondersteuningstraject is afgebakend in de tijd, op maat van de vereniging en bestaat uit verschillende fasen (probleemstelling, analyse, inventarisering mogelijke oplossingen,…). Het einddoel van het ondersteuningstraject blijft het behalen van de voorwaarden zoals omschreven in het reglement. Bij het opstarten en uitvoeren van een ondersteuningstraject worden alle relevante partners betrokken: de jeugdvereniging, de districtsjeugddienst, de jeugddienst, de stadswerker (indien van toepassing),…

2011 2012 2013

Wie jeugddienst, districtsjeugddiensten, stadswerkers,….. x x x

Link decreet Jeugdwerkbeleid /inhoudelijke ondersteuning

136

Page 137: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

OD2

Omdat de meerjarenplanning cyclisch en gefaseerd verloopt, worden regelmatig momenten voor bijsturing

voorzien. Op die manier kunnen doelstellingen worden geherformuleerd of geclusterd, indicatoren worden

verfijnd,... Dit verklaart waarom sommige OD’s zijn weggevallen en de nummering elkaar niet altijd opvolgt.

De oorspronkelijke nummering werd behouden omwille van begrotingstechnische redenen.

137

Page 138: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

OD3 De jeugddienst werkt aan de heroriëntatie van het eigen aanbod richting districtsjeugddiensten

of privaat jeugdwerk.

De Kwibus werd sinds 2009 uitbesteed aan vzw Kindervreugd.

Het Grabbelpas- en SWAPaanbod wordt georganiseerd door de districtsjeugddiensten. De centrale jeugddienst behoudt een algemeen

overzicht, ontwikkelt visie en doet inhoudelijke en structurele aanbevelingen aan de districten.

Dit allemaal in functie van de optimalisering van het aanbod. De centrale jeugddienst richt zich in plaats daarvan op het experimenteren

met nieuwe vrijetijdsvormen en neemt een labo-functie op.

ACTIES102 De jeugddienst doet een grondige analyse van het Grabbelpas- en SWAPaanbod per

district. Daarnaast komt er een analyse van het plaatselijk jeugd(werk)aanbod dat moet leiden tot de ontwikkeling van een lokaal actieplan voor Grabbelpas en SWAP (bepalen specifieke doelgroepen, doelstellingen, …).

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst + jeugdconsulenten x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/Grabbelpas en Swap

103 Op basis van de actieplannen doet de jeugddienst aanbevelingen om het lokale aanbod te optimaliseren, bepaalt zij mee indicatoren en biedt ondersteuning bij de ontwikkeling van een aanbod op maat van de doelgroep.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst + districtsjeugddiensten x x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/Grabbelpas en Swap

104 De resultaten uit deze lokale actieplannen worden geëvalueerd en zorgen voor bijsturingen aan het Grabbelpas- en Swapconcept.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst + jeugdconsulenten x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/Grabbelpas en Swap

138

Page 139: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

OD4 De jeugddienst ontwikkelt en start een innovatief aanbod op om op bestaande of nieuw

gedetecteerde behoeften in te spelen. Met een innovatief aanbod wil de jeugddienst zich de volgende jaren op een zeer specifieke doelgroep richten: tieners van 14 tot 17 jaar.

Uit onder andere het vrijetijdsonderzoek (uitgevoerd in 2009) blijkt dat tieners op zoek zijn naar leuke en vernieuwende vrijetijdsideeën,.

Ook al kunnen ze niet altijd aangeven wat ze juist zoeken. In het courante aanbod vallen de tieners er soms een beetje tussenuit,

of is het aanbod niet altijd gekend, of spreekt het hen niet aan.

Daarom ontwikkelt de jeugddienst een vernieuwend vrijetijdsaanbod dat inspeelt op bestaande noden en vragen van tieners.

ACTIES105

  © Er komt een centraal gelegen ‘werf’ waar tieners iets kunnen (op)bouwen en waar ruimte is voor creatie- en toonkansen. De bouwwerf is open tijdens de zomermaanden, onder begeleiding van een jeugdwerker die vooral faciliteert en het groepsproces mee begeleidt. De tieners staan zelf in voor de promotie. Verschillende doelgroepen moeten een plek kunnen innemen op de werf. Er is ook aandacht voor het bereik van minder kansrijke jongeren. Tijdens de zomer worden er toonmomenten georganiseerd voor het grote publiek. De jeugddienst zoekt een externe partner om deze ‘werf’ uit te bouwen.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst + AEJH + externe partner x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/eigen aanbod/prioriteit cultuur

106 Na een grondige evaluatie van het bouw- en toonkansenproject, wordt bepaald of en in welke vorm het project kan blijven verder bestaan

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst + deelnemers innovatief aanbod x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/eigen aanbod

107   AEJH 2011 geeft jongeren kansen om nieuwe en experimentele projecten op te

zetten. Na evaluatie kunnen de succesvolle projecten verder gezet worden.

2011 2012 2013

Wie AEJH x

Link decreet Breed jeugdbeleid/ Prioriteit cultuur

139

Page 140: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

108 Uit de projectsubsidies worden goede voorbeelden gehaald en trends opgepikt om een innovatief aanbod vorm te geven.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst x x x

Link decreet Breed jeugdbeleid/ Prioriteit cultuur

109   Door samen te werken met partners van grote evenementen, kan er plaats

gecreëerd worden om jongeren toonkansen te bieden

2011 2012 2013

Wie AEJH x

Link decreet Breed jeugdbeleid/ Prioriteit cultuur

140

Page 141: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

OD5 De jeugddienst zorgt voor een kwalitatief speelaanbod in de vakantieperiodes. Hiervoor maakt zij

afspraken met erkende verenigingen die speelpleinen organiseren. Het aanbod van Spelen in de

Wijk wordt uitgebreid en er worden speelstraten georganiseerd.

Speelpleininitiatieven voorzien in schoolvakantieperiodes opvangmogelijkheden, met speelkansen voor kinderen op

speelpleinen buiten Antwerpen. Daarbij streeft de jeugddienst naar een gelijkwaardige manier van ondersteuning.

Het aanbod van Spelen in de wijk biedt speelkansen in een toegankelijke infrastructuur voor alle kinderen tussen 6 en 14

jaar, ongeacht geloof, afkomst, financieel vermogen van het gezin of mogelijkheden van het kind.

ACTIES110 Opvangmogelijkheden met speelkansen voor kinderen voorzien op speelpleinen

buiten Antwerpen in de krokus-, paas-, zomer- en herfstvakantie. Er is speciale aandacht voor initiatieven voor tieners.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst, een jeugdwerkpartner x x x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/speelaanbod

111 Spelen in de wijk voorziet in de krokus-, paas-, zomer- en herfstvakantie opvangmogelijkheden met speelkansen voor kinderen in hun eigen omgeving. Er is minimaal een aanbod in alle districten. Het bestaande aanbod wordt gecontinueerd, het accent ligt op kwaliteit.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst, jeugdwerkpartner x x x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/speelaanbod

112 Een uitbreiding naar nieuwe locaties voor spelen in de wijk is mogelijk wanneer er zich opportuniteiten voordoen.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst, jeugdwerkpartner x x x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/speelaanbod

113 Ondersteuning van de locaties waar onzekerheid van lokalengebruik is en zoeken van alternatieve locaties

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst, jeugdwerkpartner x x x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/speelaanbod

114 Het speelplanoverleg zorgt voor afstemming tussen de uitvoerende initiatieven. 2011 2012 2013

Wie Jeugddienst, jeugdwerkpartners, andere stadsdiensten x x x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/speelaanbod 141

Page 142: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

115 Vrijwilligers vormen zodat ze hun activiteiten zo goed mogelijk kunnen afstemmen op de mogelijkheden van kinderen met een handicap.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst, jeugdwerkpartner x x x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/speelaanbod

116 Er is een sociaal tarief voor de speelpleinwerkingen door samenwerking met het OCMW 2011 2012 2013

Wie Jeugddienst, jeugdwerkpartner x x x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/speelaanbod

117 Er is professionele opvolging van kinderen met een handicap, kinderen uit kansarme milieus, kinderen van allochtone afkomst en voor vorming van vrijwilligers rond diversiteitsthema’s.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst, jeugdwerkpartner x x x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/speelaanbod

118 Er wordt actief promotie gemaakt bij begeleiders van allochtone origine om zich kandidaat te stellen als monitor.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst, jeugdwerkpartners x x x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/speelaanbod

119 Vanaf 2011 wordt een traject afgelegd met de districtsjeugddiensten, jeugdwerkpartners en andere stadsdiensten om een gedragen visie te ontwikkelen over een ‘vrijwilligersbeleid’ (concurrentie, verschillende tarieven, tekort aan voldoende goed opgeleide monitoren, effect van jobstudenten, gevolgen van de demografische evoluties in Antwerpen, ...)

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst, districtsjeugddiensten, partners, stadsdiensten x x x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/speelaanbod

120 Tijdens de paas- en zomervakantie kunnen kinderen naar hartenlust buiten spelen in de speelstraten.

2011 2012 2013

Wie Opsinjoren x x x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/speelaanbod

121 De verschillende vakanties/vakantiekampen zijn kwaliteitsvol en toegankelijk voor alle kinderen en jongeren.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst, jeugdwerkpartner x x x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/speelaanbod 142

Page 143: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

Missie:Een Antwerps jeugdcentrum is een open en autonoom huis in een grootstedelijke context met faciliteiten voor alle jeugd. Vanuit het geloof in hun potentieel geeft een jeugdcen-trum hen kansen om zichzelf te zijn, zich te ontwikkelen en zich te tonen. Het is een plek waar ze elkaar kunnen ontmoeten, waar ze kunnen participeren en waar ze verantwoor-delijkheid kunnen opnemen.

Vetrekkende vanuit gedeelde waarden willen de Antwerpse jeugdcentra hun beleid en han-delen vorm geven. Deze waarden zijn:

Geloof in het potentieel van jeugd Openheid Authenticiteit Verantwoordelijkheid Laagdrempeligheid

De Antwerpse jeugdcentra hebben zeven kerntaken waaraan ze werken in functie van de missie. Elk jeugdcentrum werkt aan alle kerntaken, maar elk jeugdcentrum doet dat op een eigen manier en op een eigen niveau.

De zeven kerntaken zijn: Ontmoeting Activiteitenaanbod Competentieversterking Ondersteuning Partner in een geïntegreerd en integraal jeugdbeleid Logistieke dienstverlening Interne uitbouw van de organisatie

OD7De jeugdcentra worden gestimuleerd tot functieverruiming

Tijdens de vorige JBP periode lag het accent vooral op de groei van de jeugdcentra. Niet alleen in aantal (er

kwamen er bij: Academie, Scheld’Apen, Zappa, Magiq), maar ook in het jongeren-bereik. In de komende

beleidsperiode is de groei van het bezoekersaantal en het aanspreken van nieuwe doelgroepen belangrijk.

Maar er wordt ook de nadruk gelegd op het verder versterken van de kwaliteit van het aanbod (verdieping,

jeugdcultuur, professionalisering en verbreding van het aanbod en de doelgroep).

Daarnaast zal het netwerk van jeugdcentra verspreid over de stad verder uitgebouwd worden met vier lokale

jeugdcentra : Park Spoor Noord, Ekeren, Berendrecht en Hoboken. Elk centrum heeft een eigen timing,

afgestemd op het bouwdossier. Eind 2010 start de werking in het Park Spoor Noord en wordt uitgebouwd

door één van de stedelijke jeugdcentra. Voor de drie andere werkingen gaat het om een constructie

waarbij de districtsjeugddienst zelf het beheer van het lokale jeugdcentrum op zich neemt. Er zal een

jeugdwerker aangesteld worden om te programmeren en het jeugdcentrum te beheren. Ze zullen worden

betrokken worden bij het bestaande netwerk van de jeugdcentra rond relevante inhoudelijke thema’s (bv.

programmatie, ontmoeting, vrijwilligerswerking,…).

De bestaande jeugdcentra kunnen zo hun expertise delen. Ze kunnen deel uitmaken van het jeugdcentra-

overleg als er relevante thema’s op de agenda staan. In Ekeren start deze werking al midden 2011. In de

twee andere districten zal deze pas later gerealiseerd worden, afhankelijk van de vooruitgang van het (ver)

bouwdossier.

143

Page 144: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

ACTIES122 De stad erkent de jeugdcentra als volwaardige partners. Dit partnership betreft zowel

de werking als de infrastructuur. 2011 2012 2013

Wie Stad, jeugdcentra x x x

Link decreet Jeugdbeleid/stedelijke jeugdcentra

123 De stad erkent en versterkt de huidige identiteit van de jeugdcentra en betrekt hen bij het jeugdcentrabeleid.

2011 2012 2013

Wie Stad, jeugdcentra x x x

Link decreet Jeugdbeleid/stedelijke jeugdcentra

124 Elk jeugdcentrum werkt verder aan de kwantitatieve en kwalitatieve uitbouw van zijn werking: financieel, personeel, communicatie, infrastructuur, logistiek, vrijwilligers, aanspreken nieuwe doelgroepen,…

2011 2012 2013

Wie Jeugdcentra x x x

Link decreet Jeugdbeleid/stedelijke jeugdcentra

125 © De jeugdcentra verbreden hun werking door samenwerking met andere beleidsdomeinen zoals bv. cultuur, sport, tewerkstelling. Er moet een wisselwerking zijn tussen de jeugdcentra en de verschillende beleidsdomeinen.

2011 2012 2013

Wie Stad, jeugdcentra x x x

Link decreet Jeugdbeleid/stedelijke jeugdcentra

126 De stedelijke jeugdcentra steken hun voelsprieten uit om hun werking te verbreden. Ze doen inspiratie op bij andere beleidsdomeinen, andere jeugdcentra in binnen- en buitenland, zetten vormingstrajecten op,…

2011 2012 2013

Wie Jeugdcentra x x x

Link decreet Jeugdbeleid/stedelijke jeugdcentra

127 Elk jeugdcentrum ontwikkelt een competentiegericht vrijwilligersbeleid. Dit krijgt vorm d.m.v. uitwisseling en interne denkmomenten vorm gegeven.

2011 2012 2013

Wie Jeugdcentra x x x

Link decreet Jeugdbeleid/stedelijke jeugdcentra

144

Page 145: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

128 In 2012 doen de jeugdcentra een gemeenschappelijke oefening rond toegankelijkheid en doelgroepenbeleid. Hiervoor doen ze beroep op externe expertise.

2011 2012 2013

Wie Stad, Jeugdcentra x

Link decreet Jeugdbeleid/stedelijke jeugdcentra

129 De jeugdcentra ondernemen tweejaarlijks een gemeenschappelijke promotie-actie, die ondersteund wordt door de jeugddienst.

2011 2012 2013

Wie Stad, jeugdcentra x x

Link decreet Jeugdbeleid/stedelijke jeugdcentra

145

Page 146: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

146

Page 147: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

OD8 Er is in drie jongerencompetentiecentra een kwalitatief jeugdwerkaanbod -

met competentietrajecten - dat tegemoet komt aan de noden van jongeren.

Een jongerencompetentiecentrum is een laagdrempelig centrum voor jongeren. Het biedt een geïntegreerde

werking rond vrije tijd, competenties (herkenning, benoeming en ontwikkeling) en werk. Deze drie pijlers

worden elk sterk uitgebouwd en de wisselwerking tussen de drie is het fundament van het JCC.

Onder een competentietraject wordt verstaan: een traject waar jongeren aan de hand van activiteiten, die

aansluiten bij hun interesse en leefwereld, bewust gestimuleerd worden om te experimenteren en hun

grenzen te verleggen.

Met dit ervaringsleren krijgen ze een beter zicht op hun competenties (bewustwording – competentie(h)

erkenning) en kunnen deze ontwikkelen. Dit traject kan zowel individueel als in groep gevolgd worden.

Een competentietraject is een leerproces dat jongeren ervaren tijdens activiteiten in hun vrije tijd (informeel

en niet formeel leren). Ze leren hun passies, talenten, competenties duidelijk benoemen en herkennen.

Op deze manier kunnen zij op die geleerde competenties, beroep doen tijdens hun loopbaan,

maatschappelijke participatie of opleidingskeuze.

147

Page 148: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

ACTIES130 De jeugddienst sluit samenwerkingsovereenkomsten af met de JCC’s en verdeelt de

financiële middelen over de verschillende JCC’s, afhankelijk van hun opdracht en functies.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst x x x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/vorming, waardering en erkenning van vrijwilligers

131 In de 3 jongerencompetentiecentra is een vrijetijdsaanbod dat zich richt naar minder kansrijke jongeren, tussen 15 en 25 jaar. Dit aanbod is divers in de 3 JCC’s: jeugdcentrumwerking (Borgerhout), evenementenwerking (Kiel) en WKJ-werking (Deurne). De 3 JCC’s zijn gelokaliseerd in 3 buurten met een hoge concentratie van minder kansrijke jongeren. Via hun aanbod wordt de prioritaire doelgroep aangetrokken.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst, JCC’s x x x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/vorming, waardering en erkenning van vrijwilligers

132 Door deel te nemen aan een divers vrije tijdsaanbod in de JCC’s leren jongeren hun competenties te herkennen, benoemen en te ontwikkelen. Zij kunnen deelnemen aan competentietrajecten waarbij methodieken worden gebruikt om te werken aan competentieherkenning, benoeming of ontwikkeling. Deze zijn op maat van de jongeren.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst, JCC’s x x x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/vorming, waardering en erkenning van vrijwilligers

133 De JCC’s dragen hun expertise rond EVC in het jeugdwerk uit naar andere jeugdorganisaties. Op deze manier vervullen ze een tweedelijnsrol wat betreft EVC in het jeugdwerk. Professionele jeugdwerkers kunnen intekenen op vorming rond competentiemethodieken en deze toepassen in hun eigen jeugdvereniging, zodat meer jongeren zich bewust worden van de competenties die ze leren in het jeugdwerk.

2011 2012 2013

Wie Stad, jeugdcentra x x x

Link decreet Jeugdbeleid/stedelijke jeugdcentra

134 Er is regelmatig overleg tussen de JCC’s en de stedelijke partners om de werking op te volgen, op elkaar af te stemmen, in uitwisseling te voorzien en om het Antwerpse EVC-beleid verder vorm te geven. (competentieteam en coördinatorenoverleg)

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst, JCC’s, WNE, AOBA x x x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/vorming, waardering en erkenning van vrijwilligers

148

Page 149: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

135 De jeugddienst en de JCC’s volgen de ontwikkelingen op Vlaams niveau rond EVC/HVC en kadervorming op. Indien nodig wordt het EVC-beleid van de stad hierop afgestemd.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst, JCC’s x x x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/vorming, waardering en erkenning van vrijwilligers

136 Het professioneel jeugdwerk voor maatschappelijk kwetsbare kinderen en jongeren is een actieve partner in de stedelijke initiatieven rond competenties: de jongerencompetentiecentra, kadervormingsaanbod, EVC-methodes…De JCC’s maken deel uit van de werkgroep WKJ

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst, WKJ’s x x x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/vorming, waardering en erkenning van vrijwilligers

137 Indien in een JCC meerdere partners betrokken zijn, organiseert het JCC intern overleg om de werkingen uit de 3 luiken constructief op elkaar af te stemmen en zo te werken aan een vlotte, geïntegreerde werking.

2011 2012 2013

Wie JCC’s, Jeugddienst x x x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/vorming, waardering en erkenning van vrijwilligers

149

Page 150: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

OD9 Meer kinderen, tieners en jongeren hebben kennis van en toegang tot nieuwe mediavormen.

In eerste instantie worden de jeugdwerkpartners hiervoor aangesproken.

Nieuwe media maken deel uit van het dagdagelijks leven van kinderen, tieners en jongeren.

Ze gebruiken verschillende toepassingen en experimenteren er mee. Ze leren van elkaar hoe ze nieuwe dingen moeten gebruiken.

De jeugddienst zorgen er voor dat zo veel mogelijk kinderen, tieners en jongeren in hun vrije tijd toegang hebben tot het gebruik van

nieuwe media. Ze wil hen begeleiden bij het gebruik van nieuwe media.

Het idee van een jongeren community werd uitgewerkt in een jongerenpersagentschap. Door de community als ‘peers’ te gebruiken

kan informatie beter en natuurlijker doorstromen naar onze doelgroep. Jongeren gaan binnen dit project zelf op stap om reportages te

maken. Als reporter zijn ze wel verplicht meningen te aanhoren die misschien verschillen met die van henzelf. Zo participeren ze aan het

maatschappelijk debat en leren ze kritisch om te gaan met meningen en de algemene pers.

De reportages van de jongeren zorgen ook voor een tegengewicht in de vaak negatieve berichtgeving over jeugd in de reguliere media.

Bovendien leren de jongeren ook de nodige mediavaardigheden aan en maken ze kennis met de verschillende mediavormen. Ook minder

kansrijke jongeren krijgen binnen het jongerenpersagentschap de kans aan hun mediavaardigheden te werken.

150

Page 151: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

151

Page 152: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

ACTIES138 De stad sluit een samenwerkingsovereenkomst af met een partner voor het runnen

van een jongerenpersagentschap. Deze partner werkt rond het ontwikkelen van mediavaardigheden en kritische reflectie rond media bij jongeren.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst ism partner x x x

Link decreet Jeugdbeleid/jeugdinformatie

139 De stad sluit een samenwerkingsovereenkomst af met een partner die werkt aan een videoproductiehuis voor jongeren, waarin alle ideeën mogelijk zijn (TV-formats, videoclips, animatiefilms, multi-camera, fictie,…). Er wordt gewerkt aan competentie- en portfoliowerking, waarbij jongeren van 16 tot 26 jaar zich kunnen concentreren op de uitbouw van hun audiovisuele competenties.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst ism partner x x x

Link decreet Jeugdbeleid/jeugdinformatie

140 © Tijdens de paasvakantie wordt er gedurende een week een creatief multimediaproject georganiseerd voor en door jongeren. Hiervoor sluit de stad een samenwerkingsovereenkomst af met een organisatie die werkt rond multimedia.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst x x x

Link decreet Jeugdbeleid/jeugdinformatie/Prioriteit cultuur

141 De jeugddienst onderzoekt in samenwerking met Digipolis welke jeugdwerklocaties, verspreid over de stad, in aanmerking komen voor de inrichting van een hotspot.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst ism Digipolis x

Link decreet Jeugdbeleid / jeugdinformatie

142 De jeugddienst zet de jeugdwerkpartners ertoe aan om jongeren te bereiken via nieuwe media en om jongeren de mogelijkheid te bieden om te experimenteren met nieuwe media.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst ism jeugdwerkpartners x x x

Link decreet Jeugdbeleid / jeugdinformatie

143 In AEJH 2011 worden nieuwe experimenten rond jeugdwerk en media opgezet (gaming, radio, community, …)

2011 2012 2013

Wie AEJH x

Link decreet Jeugbeleid/eigen aanbod

152

Page 153: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

OD11 Er zijn 2 nieuwe en uitdagende plaatsen in de stad voor dagrecreatie – met bovenlokale uitstraling: het Steen,

voor < 12 jarigen en de site van de oude jeugdherberg voor >12 jarigen

Het Steen krijgt vanaf 2011 een nieuwe gezins- en kindvriendelijke invulling met een kwalitatief aanbod voor kinderen (6 tot 12 jaar).

Dit kwalitatief aanbod moet de bovenlokale en zelfs internationale uitstraling van het Steen bevorderen. De waarde van het Steen als

historisch stedelijk icoon blijft gewaarborgd. Het Steen moet naast dagrecreatie voor kinderen rond de geschiedenis van de stad en het

gebouw, ook toegankelijk blijven voor het brede publiek. Er zal een externe uitbater gezocht worden.

Met de opening van de nieuwe jeugdherberg, komt de oude jeugdherberg vrij te staan. Het college besliste ondertussen om de oude

jeugdherberg te herbestemmen tot een initiatief voor buitenschoolse kinderopvang. Op de site (park Mastvest) komt een nieuw

avontuurlijk speelterrein, voor jongeren vanaf 12 jaar.

153

Page 154: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

ACTIES144 Het Steen krijgt een nieuwe, gezins- en kindvriendelijke invulling, opgebouwd rond de

geschiedenis van de stad en het gebouw. Het kwalitatief aanbod moet de bovenlokale en zelfs internationale uitstraling van het Steen bevorderen en de waarde van het Steen als historisch stedelijk icoon waarborgen. Het Steen blijft toegankelijk voor het brede publiek.

2011 2012 2013

Wie AG Vespa x

Link decreet Jeugdbeleid

145 Er wordt een overeenkomst afgesloten met een externe uitbater. In samenspraak met de externe uitbater worden de noodzakelijke infrastructuurwerken uitgevoerd.

2011 2012 2013

Wie AG Vespa x x

Link decreet Jeugdbeleid

146   In het kader van Antwerpen Europese Jongerenhoofdstad worden er kind- en

gezinsvriendelijke evenement en georganiseerd in Het Steen.

2011 2012 2013

Wie Externe uitbater, AEJH x

Link decreet Jeugdbeleid

147 Het vernieuwde Steen opent feestelijk haar deuren 2011 2012 2013

Wie Externe uitbater in samenwerking met de jeugddienst x

Link decreet Jeugdbeleid

148 In het kader van de ‘meerjarenplanning bovenlokale speelterreinen’ komt er een avontuurlijk en uitdagend speelterrein in het park Mastvest. Dit terrein is in de eerste plaats bedoeld voor +12jarigen en jeugdverenigingen. Bij de opmaak van het ontwerp zal een intensief traject met het jeugdwerk worden doorlopen.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst en stadsontwikkeling. x

Link decreet Jeugdbeleid/ruimte

154

Page 155: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

GPS-stadsspel Om tieners op een speelse, uitdagende manier het stadscentrum van Antwerpen te leren kennen, werd een gps-stadsspel ontwikkeld.

Dit spel is gericht op groepen jongeren (minimum 4) die individueel of onder begeleiding het spel zowel op week- als weekenddagen kunnen spelen.

Het spel wordt ter beschikking gesteld aan de spelers via Outpost bvba. Zij zorgen voor de reservaties, ontvangen de groepen en maken de toestellen speelklaar.

OD12 Kinderen, jongeren en het jeugdwerk kunnen op een speelse en uitdagende manier

de stad ontdekken. Ter ondersteuning van de stadsklassen wordt een aantrekkelijk

vrijetijdsinitiatief - stadsspel - ontwikkeld.

Omdat voor veel tieners de stad onbekend terrein is, werden Antwerpse stadsklassen ontwikkeld. Vanaf het

schooljaar 2010 -2011 kunnen leerlingen van de tweede graad van het secundair onderwijs op stadsklassen

komen naar Antwerpen. Drie dagen lang proeven ze van het bruisende stadsleven. Het Antwerpse

programma is uniek, want het zijn de enige stadsklassen die zich richten op veertien- tot zestienjarigen, een

doelgroep waarvoor het aanbod schaars is. Bovendien komt het programma tegemoet aan de noden en de

wensen van de jongeren.

155

Page 156: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

ACTIES149 Per schooljaar worden er minstens 10 driedaagse stadsklassen georganiseerd voor

de tweede graad van het middelbaar onderwijs. Na 1 jaar worden de kwaliteit en de kwantiteit van de stadsklassen geëvalueerd en indien nodig aangepast.

2011 2012 2013

Wie jeugddienst x x x

Link decreet Jeugdbeleid

150   Er wordt een nieuw thema voor het stadsspel ontwikkeld.

2011 2012 2013

Wie Externe partner x

Link decreet Jeugdbeleid

151 Na evaluatie worden de noodzakelijke technische aanpassingen uitgevoerd. 2011 2012 2013

Wie Externe partner x x x

Link decreet Jeugdbeleid

152   Het stadsspel wordt vertaald naar het Engels zodat ook toeristen het spel kunnen

spelen.

2011 2012 2013

Wie Stad + Externe partner x

Link decreet Jeugdbeleid

153 © Jongeren die het stadsspel spelen krijgen via hun gps informatie over de cultuurhuizen in de buurt en er wordt hen gratis inkom, korting,… aangeboden. Afspraken hierover worden in de samenwerkingsovereenkomst opgenomen.

2011 2012 2013

Wie Externe partner x

Link decreet Breed jeugdbeleid/Prioriteit cultuur

156

Page 157: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

ACTIES154 De uitleendienst is uitbesteed aan een partner. De adviesgroep van de uitleendienst

wordt zorgvuldig samengesteld zodat er een evenwichtige afvaardiging is van de verschillende gebruikers. Het aanbod van de uitleendienst zal hierdoor beter afgestemd worden op de verschillende noden die er leven bij het jeugdwerk enerzijds en de individuele jongeren anderzijds. De adviesgroep geeft advies over het aankoopbeleid en de algemene werking van de uitleendienst.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst, een jeugdwerkpartner, Werkhaven x x x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/materiële ondersteuning

OD17 De jeugddienst werkt aan de heroriëntatie van de uitleendienst zodat jongeren en het jeugdwerk terecht kunnen

bij jeugdwerkpartners voor de ontlening van een materiaalaanbod dat kwantitatief en kwalitatief uitgebreid

wordt.

In functie van meer efficiëntie en klantgerichtheid werd de centrale uitleendienst geheroriënteerd.

Er zijn nu 2 uitleenposten: 1 voor zone Noord (huidige locatie) en 1 in zone Zuid (Ter Lo in Borgerhout).

In zone Zuid is de uitleendienst onderdeel van een jeugdwerkpartner die werkt rond competenties.

Dit past binnen de ondersteuning van evenementen.

Om de werking van de uitleendienst op maat van de prioritaire doelgroep af te stemmen, wordt gewerkt met een adviesgroep met

vertegenwoordigers van de jeugdwerksector. Werkhaven neemt de uitbating van de uitleendienst op zich en koppelt daar een

tewerkstellingsproject voor jongeren aan vast. Het materiaal van de uitleendienst wordt uitgebreid met meer en beter materiaal om

tegemoet te komen aan de stijgende vraag.

157

Page 158: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

OD18 Vanaf 2008 wordt in het brede jeugdwerk gewerkt met instrumenten in functie van de herkenning, ontwikkeling

en erkenning van competenties

In het jeugdwerk stimuleert en bewaakt de jeugddienst het competentiebeleid. Door het benoemen en herkennen van de competenties

die jongeren in het jeugdwerk leren, creëert de stad meer kansen op vlak van maatschappelijke participatie, juiste opleidingskeuze en

tewerkstelling. Voor minder kansrijke jongeren kan dit een verschil maken in hun verdere levensloopbaan. Het benoemen, herkennen en

ontwikkelen van competenties waardeert de inzet van vrijwilligers in het jeugdwerk op een niet-materiële wijze.

Pleinontwikkeling en jeugdwerkpartners ervaren op diverse pleinen een behoefte bij minder kansrijke jongeren om zelf activiteiten

te organiseren. Ze willen zich te engageren in de buurt en zo te werken aan hun competenties. Andere jongeren kunnen hiervoor een

duwtje in de rug gebruiken. Dit kan een start zijn voor verder maatschappelijke participatie en voor het werken aan hun zelfontplooiing.

Essentieel voor een kwaliteitsvol jeugdwerkaanbod zijn voldoende competente en gemotiveerde vrijwilligers. Kadervorming brengt de

vrijwilligers in het jeugdwerk de nodige kennis en vaardigheden bij. Zo kunnen ze speels, creatief en verantwoord leiding te geven. Op

die manier bezorgen ze kinderen en jongeren een aangename vrijetijdsbesteding. Het voortbestaan van de vereniging is zo verzekeren

gegarandeerd. We kiezen voor een kwalitatief sterk kadervormingsaanbod dat zoveel mogelijk jongeren aanspreekt en inspeelt op de

specifieke noden van het jeugdwerk in de stad en districten.

De stad erkent dat het jeugdwerk een waardevolle leeromgeving is en onderneemt acties om dit leren expliciet te maken. Verdere

competentieontwikkeling binnen het jeugdwerk wordt gestimuleerd. De stad wil het competentiedenken tegen 2013 inbedden in het

brede jeugdwerk. Daarom investeert het in aankopen, ontwikkelen en implementeren van methodieken om competenties te herkennen,

ontwikkelen en erkennen. De stad zal competentieontwikkeling stimuleren onder andere door een uitgebreid aanbod aan kadervorming.

Met steun van AEJH 2011 zullen de JCC’s zich, naast de eigen werking, richten op het uitwisselen van hun expertise. Zowel in het

Antwerpse jeugdwerk, als op het Europees vlak. Door mee te stappen in het project Urbact II: My Generation, wisselt Antwerpen actief

expertise uit rond EVC en het concept JCC’s met elf andere Europese steden.

158

Page 159: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

159

Page 160: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

ACTIES155 Er is een samenwerkingsovereenkomst tussen de stad Antwerpen en een organisatie

die als opdracht heeft te voorzien in een kadervormingsaanbod voor jongeren die vorming willen volgen in een grootstedelijke context. Dit kadervormingsaanbod integreert competentiemethodieken.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst x x x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/vorming, waardering en erkenning van vrijwilligers

156 Om het EVC-beleid te stimuleren en te bewaken, organiseert de jeugddienst overleg tussen de 3 JCC’s en stedelijke partners (jeugddienst, WNE, AOBA). (zie ook OD8, actie 4)

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst x x x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/vorming, waardering en erkenning van vrijwilligers

157 De JCC’s dragen hun EVC-expertise uit naar het brede jeugdwerk in Antwerpen, zodat meer (professionele) jeugdwerkingen aan de slag gaan met EVC in hun eigen jeugdvereniging. De JCC’s ontwikkelden methodieken om in het jeugdwerk met jongeren te werken rond competenties. De JCC’s organiseren vorming (op vraag van het jeugdwerk) om deze methodieken aan jeugdwerkers aan te leren. (zie ook OD 8 actie 3).

2011 2012 2013

Wie JCC’s x x x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/vorming, waardering en erkenning van vrijwilligers

158 Er is voldoende aanbod aan specifieke kadervorming voor vrijwilligers uit kansengroepen en er zijn instrumenten om vormingen aantrekkelijker en toegankelijker te maken voor alle doelgroepen

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst x x x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/vorming, waardering en erkenning van vrijwilligers

159 De jeugddienst informeert het Antwerpse jeugdwerk over de nieuwe tendensen en ontwikkelingen ondermeer op Vlaams niveau rond vorming, leren en competentieontwikkeling en stimuleert hen om hun eigen beleid hierop af te stemmen.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst x x x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/vorming, waardering en erkenning van vrijwilligers

160

Page 161: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

160 De jeugddienst moedigt de deelname aan (kader)vorming aan via kadervormingsubsidies, zowel voor individuele jongeren als voor leidingsploegen.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst x x x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/vorming, waardering en erkenning van vrijwilligers

161 De jeugddienst erkent EVC-attesten voor jeugdwerkvrijwilligers bij aanwerving van eigen monitoren. Op deze attesten staan de competenties vermeld en kunnen jongeren hun ervaringen aantonen.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst x x x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/vorming, waardering en erkenning van vrijwilligers

162 De jeugddienst heeft in haar EVC-beleid specifiek aandacht voor minder kansrijke vrijwilligers. Er is extra aandacht in het aantrekken, motiveren en waarderen van deze doelgroep in het vrijwilligers- en het categoriale jeugdwerk.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst x x x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/vorming, waardering en erkenning van vrijwilligers

163 Pleinontwikkeling en een jeugdwerkpartner starten in 2010 een project, om jongeren op pleinen te begeleiden en toe te leiden naar vorming of naar een competentietraject. Vanaf 2011 wordt dit project geëvalueerd en geoptimaliseerd. In samenwerking met de JCC’s zal onderzocht worden op welke manier jongeren op pleinen waar pleinontwikkeling niet actief is, toch kunnen toegeleid worden naar vorming of een competentietraject.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst x x x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/vorming, waardering en erkenning van vrijwilligers

164 De jeugddienst onderzoekt hoe EVC-attesten kunnen gebruikt worden bij de erkenning van jeugdverenigingen. Zo worden jongeren die 3 jaar ervaring in het jeugdwerk kunnen aantonen via een portfoliodocument (bijvoorbeeld een C-stick of een Oscar-attest), erkend als gekwalificeerde begeleider.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst x x x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/vorming, waardering en erkenning van vrijwilligers

161

Page 162: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

ND2ND2 Tegen 2013 is er een toegankelijker vrijetijdsaanbod voor alle kinderen, tieners en jongeren.

Als jeugddienst willen we zowel het inclusieve als categoriale jeugdwerk ondersteunen. Enerzijds willen we dat het reguliere jeugdwerk inspanningen doet om minder kansrijke doelgroepen te bereiken. Anderzijds willen we het categoriale jeugdwerk voor bepaalde doelgroepen erkennen in zijn rol.

Voor sommige jongeren is een doelgroepgerichte werking meer aangewezen, omdat dit aanbod meer op maat van de jongere is.

162

Page 163: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

ND2163

Page 164: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

OD1 Het jeugdwerk wordt gestimuleerd om drempels weg te werken om de toegankelijkheid

van hun eigen werking te verhogen.

Het jeugdwerk wordt inhoudelijk ondersteund in het werken rond diversiteit. De nog op te richten werkgroep voor de WKJ sector

(Werkingen Kansarme Jongeren) en de werkgroep ondersteuning van het jeugdwerk, zijn belangrijke instrumenten om het jeugdwerk

te steunen en te inspireren. De stadswerkers zijn vaste deelnemers aan de werkgroep ondersteuning van het jeugdwerk. Ook de andere

koepels van jeugdverenigingen worden regelmatig betrokken.

Het professionele jeugdwerk dat met een minder kansrijke doelgroep werkt neemt deel aan het WKJ sectoroverleg.

De jeugddienst ondersteunt grote overkoepelende projecten die bijdragen tot betere toegankelijkheid van de werkingen.

Het subsidiereglement van de jeugddienst ondersteunt werkingen die werken aan toegankelijkheid.

Zo wordt vorming rond dit thema terugbetaalbaar.

164

Page 165: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

ACTIES165 De werkgroep ondersteuning van het jeugdwerk heeft aandacht voor het thema

diversiteit.

2011 2012 2013

Wie jeugddienst x x x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/inhoudelijke ondersteuning

166 De werkgroep van de WKJ sector wisselt informatie uit, werkt aan een visie en krijgt regelmatig vorming over het thema diversiteit.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst x x x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/inhoudelijke ondersteuning

167 Minstens één keer per jaar is er een gezamenlijk overleg tussen de werkgroep ondersteuning van het jeugdwerk en de werkgroep van de WKJ sector om elkaar te inspireren rond het werken aan diversiteit.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst x x x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/inhoudelijke ondersteuning

168 Via de vormingssubsidies krijgt het vrijwillige jeugdwerk vorming rond toegankelijkheid terugbetaald.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst x x x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/financiële ondersteuning

165

Page 166: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

OD2 Het projectenfonds ‘drempels in het jeugdwerk’ ondersteunt vanaf 2008 minimum vijf projecten per jaar

Met het projectenfonds willen we verenigingen financieel ondersteunen die extra werk maken van doorstroming en integratie van

jongeren in het jeugdwerk. Doel is het inclusief werken in jeugdwerkingen te stimuleren:

we willen dat jeugdwerkingen moeite doen om mensen van allerlei pluimage op te nemen.

ACTIES169 Het projectenfonds “drempels in het jeugdwerk” wordt geëvalueerd samen met

de werkgroep WKJ en de werkgroep ondersteuning van het jeugdwerk en indien nodig wordt de werking ervan bijgestuurd.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst x

Link decreet Jeugwerkbeleid/financiële ondersteuning

166

Page 167: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

OD3 Het categoriaal en professioneel jeugdwerk wordt erkend als specifiek antwoord op de noden en behoeften van

de minst kansrijke kinderen en jongeren en wordt gestimuleerd om meer emancipatorisch te werken met de

doelgroep De werkingen voor maatschappelijk kwetsbare kinderen en jongeren moeten een kwaliteitsvol activiteitenaanbod hebben op maat van de

verschillende doelgroepen.

Belangrijke uitgangspunten zijn:

Een regelmatig aanbod voor alle doelgroepen

Emancipatorisch werken

Competentiewerking opstarten voor kinderen en in belang laten toenemen naargelang de leeftijd

Opnemen van engagementen binnen de werking

Duurzaamheid van de vooropgestelde resultaten

Doorstroming (intern en extern)

Samenwerking met partners in functie van complementariteit om zo tot een sterk netwerk te komen

Mede-eigenaarschap: betrokkenheid op en respect voor de werking vergroten

Divers bereik van kinderen, tieners en jongeren: de doelgroep vormt een afspiegeling van de noden van de buurt

Vindplaatsgericht werken op het openbaar domein

Aandacht hebben voor een brede invulling van vrije tijd

Externe communicatie in functie van zichtbaarheid vergroten

Expertenfunctie uitbouwen: signalen detecteren en doorgeven, visieontwikkeling over de sector om zo sterke

beleidsadviezen te kunnen geven

De grote uitdaging is, om binnen het jongerenluik (+16 jaar) van de werkingen kansarme jeugd, een doorbraak te realiseren in het soort

aanbod dat wordt ontwikkeld. In de plaats van eerder consumptieve en makkelijke activiteiten, moet een aanbod komen dat kan gericht

zijn op ontspanning. Als dat maar zeker inzet op competentieontwikkeling en op het stimuleren van het opnemen van engagement in de

eigen jeugdwerking of daarbuiten (sportclubs, vrijwilligersjeugdwerk, stedelijke jeugdcentra, jongerencompetentiecentra,…).

167

Page 168: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

ACTIES170 De denkoefening rond de reorganisatie van de WKJ sector van 2010 wordt in 2011

verder omgezet in de praktijk.2011 2012 2013

Wie Jeugddienst x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/jeugdwerk voor maatschappelijk kwetsbare kinderen en jongeren

171 De jeugddienst sluit samenwerkingsovereenkomsten af met de belangrijkste professionele jeugdwerkpartners voor maatschappelijk kwetsbare kinderen en jongeren. Hun werking wordt erkend als een specifiek antwoord op de noden en behoeften van de doelgroep. De stad zal hen expliciet stimuleren om meer emanciperend te werken met de doelgroep.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst x x x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/jeugdwerk voor maatschappelijk kwetsbare kinderen en jongeren

172 Het professioneel jeugdwerk met maatschappelijk kwetsbare kinderen en jongeren besteedt gericht aandacht aan thema’s van het integraal jeugdbeleid (cultuur, sport, leren, hulpverlening, tewerkstelling, gezondheidszorg, justitie…) om in te spelen op de specifieke noden en behoeften van de doelgroep.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst x x x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/jeugdwerk voor maatschappelijk kwetsbare kinderen en jongeren

173 Het professioneel jeugdwerk voor maatschappelijk kwetsbare kinderen en jongeren is een actieve partner in de stedelijke initiatieven rond competenties: de jongerencompetentiecentra, kadervormingsaanbod, EVC-methodes…

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst x x x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/jeugdwerk voor maatschappelijk kwetsbare kinderen en jongeren

174 De jeugddienst volgt, in samenwerking met het professioneel jeugdwerk voor maatschappelijk kwetsbare kinderen en jongeren, de stedelijke en Vlaamse ontwikkelingen op in verband met de doelgroep (aantal maatschappelijk kwetsbare kinderen en jongeren, samenstelling doelgroep per district, het ruime vrijetijdsaanbod, de noden en behoeften van de doelgroep…). Deze gegevens worden gebruikt in functie van een efficiëntere inzet van middelen en beter bereik van de doelgroep.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst x x x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/jeugdwerk voor maatschappelijk kwetsbare kinderen en jongeren

168

Page 169: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

175 De jeugddienst organiseert een WKJ-sector overleg met de verschillende bestaande en nieuwe werkingen voor maatschappelijk kwetsbare kinderen en jongeren in functie van informatie-uitwisseling en eventuele onderlinge afstemming.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst x x x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/jeugdwerk voor maatschappelijk kwetsbare kinderen en jongeren

176 De jeugddienst overlegt regelmatig met andere stedelijke diensten die een opdracht hebben naar de maatschappelijk kwetsbare kinderen en jongeren zoals bijvoorbeeld sport, cultuur, integrale veiligheid.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst x x x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/jeugdwerk voor maatschappelijk kwetsbare kinderen en jongeren

169

Page 170: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

OD4 Pleinontwikkeling wordt verder geïntegreerd in de jeugddienst

Het personeel en de middelen van pleinontwikkeling zijn overgeheveld naar de jeugddienst. De jeugddienst ondersteunt

pleinontwikkeling op inhoudelijk en logistiek vlak. De centrale dienst van pleinontwikkeling is mee verhuisd naar den Bell, samen met de

jeugddienst.

Door de methodiek van pleinontwikkeling te verfijnen, stemmen we de doelstellingen af op de jeugddienst en het jeugdbeleidsplan.

Pleinontwikkeling is hierdoor een onderdeel van het stedelijk aanbod van jeugd.

ACTIES177 Deze actie is uitgevoerd 2011 2012 2013

Wie jeugddienst

Link decreet Jeugdwerkbeleid/pleinontwikkeling

170

Page 171: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

171

Page 172: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

OD5 Pleinontwikkeling is een toegankelijk en zinvol vrijetijdsaanbod voor alle kinderen, tieners en jongeren die een

plein gebruiken. Pleinontwikkeling leidt gebruikers van hun aanbod toe tot het regulier jeugdwerk en andere

vrijetijdsmogelijkheden zoals bijvoorbeeld sportclubs.

Pleinontwikkeling is een laagdrempelig vrijetijdsaanbod. Het richt zich naar kinderen en jongeren op verschillende Antwerpse pleinen.

Na de schooluren organiseren pleinanimatoren activiteiten op de pleintjes (+/- 20u per week)

Het project richt zich tot volgende doelgroep:

Pleinontwikkeling focust zeer specifiek op kinderen en jongeren met minder vrijetijdskansen.

De keuze van projectpleinen en –buurten is hierbij van essentieel belang.

Zowel kinderen als jongeren zijn welkom. De grootste gebruikersgroep is tussen 8 en 15 jaar oud.

Er is oog voor culturele diversiteit én voor het bereiken van meisjes.

In functie van het stedelijk aanbod zijn pleinanimatoren een aanspreekpunt voor alle pleingebruikers.

De nagestreefde doelen zijn divers:

Kinderen en jongeren kunnen deelnemen aan een zinvol vrijetijdsaanbod.

Kinderen en jongeren ontwikkelen competenties en vaardigheden met betrekking tot samen leven, spelen en ontmoeten op het

plein.

Acties leiden tot een verbeterd pleinklimaat.

De gehanteerde methodiek kunnen we als volgt omschrijven:

Animatoren organiseren (bijna) dagelijks een aanbod op de pleinen en zijn aanwezig op het openbaar domein.

Het aanbod is laagdrempelig, het is letterlijk voor de deur. Iedereen kan meedoen en hoeft zich hiervoor niet in te

schrijven.

Interessante initiatieven worden naar het plein gehaald (vaak door samen te werken met anderen).

Af en toe worden er ook uitstappen gepland (meestal in vakantieperiodes).

Animatoren leiden kinderen en jongeren (actief) toe naar andere vrijetijdsinitiatieven.

Projectwerk in functie van het realiseren van specifieke doelen.

Om de blinde vlekken te detecteren wordt het aanbod van pleinontwikkeling mee in kaart gebracht. Deze oefening kadert in de hervorming van de WKJ sector.

172

Page 173: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

173

Page 174: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

ACTIES178 Pleinontwikkeling garandeert een dagelijks vrijetijdsaanbod op 17 pleinen in de

stad. Het aanbod is laagdrempelig en moet toegankelijk zijn voor iedereen. Zowel kinderen als jongeren, meisjes en jongens, moeten er hun gading vinden. Tijdens de pleinactiviteiten zijn de pleinanimatoren een aanspreekpunt voor alle buurtbewoners.

2011 2012 2013

Wie Pleinontwikkeling Luchtbal (Colombiastraat en Witplein)Pleinontwikkeling Deurne (Bisthoveplein en Van Deynseplein)Pleinontwikkeling Antwerpen-Noord (Stuivenbergplein, Jos Verelstyplein en Park Spoor Noord in de vakanties)Pleinontwikkeling Borgerhout (Terloplein, Krugerpark en Luitenant Nayaertplein)Pleinontwikkeling Berchem (Villegaspark en Potvlietlaan)Pleinontwikkeling Kiel – Valaar (Alfons De Cockplein, GBA-parking en Michel Willemsplein)Pleinontwikkeling Hoboken (Kleine Heide en Majoor Maelfaitplein)

x x x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/pleinontwikkeling

179 Pleinontwikkeling garandeert een specifiek vakantie-aanbod. Af en toe worden er uitstappen gepland. Er is hiervoor afstemming met de andere lokale jeugdpartners.

2011 2012 2013

Wie 7 lokale werkingen + jeugdconsulenten + jeugdwerkpartners (KIDS, …) x x x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/pleinontwikkeling

180 In 2010 is een prioriteitenlijst opgemaakt van pleinen in de stad waar pleinontwikkeling tot 2013 zeker aanwezig moet zijn. Van de huidige pleinen waarop Pleinontwikkeling werkzaam is, behoren de 14 pleinen aangeduid in het vet (zie actie 178) opnieuw tot deze prioriteitenlijst. Op de overige pleinen wordt er onderzocht of en op welke manier de werking kan worden afgebouwd. Er wordt ook onderzocht of in de wijken/buurten Rozemaai, Deurne (luchthaven), Antwerpen Zuid en Linkeroever een nieuwe werking kan worden opgestart.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst + lokale partners x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/pleinontwikkeling

181 Jongeren kunnen deelnemen aan competentieprojecten. Jongeren (14-18jaar) die mee verantwoordelijkheid willen opnemen in hun wijk worden aangemoedigd om deel te nemen aan speciaal op maat georganiseerde competentietrajecten. Deze trajecten worden ontwikkeld in samenwerking met de jongerencompetentiecentra.

2011 2012 2013

Wie 7 lokale werkingen + JCC (JES …) x x x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/pleinontwikkeling

174

Page 175: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

OD6De stad Antwerpen introduceert de A-kaart als instrument voor het verhogen van de vrijetijdsparticipatie van

kinderen, tieners en jongeren

ACTIES182 © Via de promotiekanalen van de jeugddienst wordt er promotie gevoerd voor de

vrijetijdskaart.

2011 2012 2013

Wie jeugddienst

Link decreet Jeugdbeleid/jeugdinformatie x x x

183 © Er wordt onderzocht op welke manier we de participatie van kinderen en jongeren aan deze vrijetijdskaart kunnen vergroten.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst x

Link decreet Jeugdbeleid/jeugdinformatie

184 © Op basis van dit onderzoek worden er concrete acties uitgewerkt. 2011 2012 2013

Wie Jeugddienst x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/financiële ondersteuning

185 © Om jeugdwerkers meer te informeren over het cultuuraanbod in de stad, onderzoekt de jeugddienst de mogelijkheid om een “leerkrachtenkaart voor jeugdwerkers” te ontwikkelen.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst ism lokaal cultuurbeleid x

Link decreet Breed jeugdbeleid/Prioriteit cultuur

175

Page 176: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

2.6 Financieel overzicht

Hieronder is een financiële prognose opgenomen die gebaseerd is op de huidige meerjarenplanning 2010-2014 van de stad Antwerpen.Deze prognose wordt elk jaar aangepast bij de begrotingsopmaak van het volgende werkingsjaar.

De bedragen die in de tabel zijn opgenomen zijn dus indicatief.

Gewone begroting - Uitgaven

Begrotingscode Nummer doelstelling Doel Begroting 2011 Begroting 2012 Begroting 2013

76113/332/03/00 CS11_01_01 Subsidie aan vrijwilligersjeugd-werk volgens reglement

780 000 800 000 825 000

76105/332/02/0076109/124/02/0076119/332/02/0076104/332/02/5776104/332/02/5576105/332/02/0076110/332/03/0084929/332/03/0076110/332/02/0084929/332/03/0076119/332/02/0076119/332/02/0076119/332/02/00

CS11_01_03CS11_01_04CS11_01_05

CS11_01_07

CS11_01_08

CS11_01_12CS11_01_17CS11_01_18

Heroriëntering eigen aanbod Innovatief aanbod Speelaanbod in de vakanties

Functieverruiming jeugdcentra

Jongerencompetentiecentra

Stadsspel Heroriëntatie uitleendienst Kadervorming

185 00040 00070 000220 000664 800197 500254 700937 500 300 000124 600208 1002 500120 000 96 500

185 00040 00070 000220 000688 100202 400343 4001 012 500300 000129 400554 0002 500120 000146 500

185 00040 00070 000220 000712 200207 800355 4001 087 500300 000134 300507 3002 500120 000146 500

76101/126/01/00 CS11_02_01 Huurgelden 5 700 1 000 1 000

76105/332/02/0076113/332/03/0093003/332/02/2676114/332/03/0084929/332/03/0093003/332/02/26

CS11_02_02

CS11_02_03

CS11_02_05

Projectenfonds doorstroming

Werkingen kwetsbare jongeren

Pleinontwikkeling

75 000

215 7001 214 1001 750 000711 400

75 000

215 7001 514 1001 900 000711 400

75 000

215 7001 514 1002 050 000711 400

176

Page 177: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

Gewone begroting - Ontvangsten

Begrotingscode Nummer doelstelling Doel Begroting 2011 Begroting 2012 Begroting 2013

2200/466/08/00 (inkomsten Stedenfonds Vlaanderen)

CS11_01_07CS11_01_08CS11_02_03

Stedelijke Jeugdcentra Jongerencompetentiecentra Werkingen kwetsbare jongeren

937 500124 6001 750 000

1 012 500129 4001 900 000

1 087 500134 3002 050 000

76100/465/01/00(inkomsten jeugdbeleidsplan)

CS11_01_01CS11_02_03

Subsidies jeugdwerk Werkingen kwetsbare jongeren

784 5001 214 100

784 5001 214 100

784 5001 214 100

93003/465/48/26(inkomsten federaal grootstedenbeleid)

CS11_02_03

CS11_02_05

Werkingen kwetsbare jongerenPleinontwikkeling

215 700

722 100

215 700

722 100

215 700

722 100

Buitengewone begroting - Uitgaven

Begrotingscode Nummer doelstelling Doel Begroting 2011 Begroting 2012 Begroting 2013

76144/522/52/00 CS11_01_01 Subsidies groot materiaal (reglement)

52 500 52 500 52 500

177

Page 178: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

2.7 Interactief bestuur

De stad zorgt, samen met haar partners, voor een vrijetijdsaanbod dat tegemoet komt aan de wensen en behoeften

van kinderen, tieners en jongeren. Bij de ontwikkeling, uitvoering en bijsturing worden kinderen, tieners, jongeren,

districtsjeugddiensten en jeugdwerkpartners betrokken.

Bij de evaluatie van het subsidiereglement wordt het jeugdwerk sterk betrokken. De districtsjeugdraden,

het tweedelijns vrijwilligersjeugdwerk, de stadswerkers en de werkgroep ondersteuning van het jeugdwerk

zijn de bevoorrechte partners.

De jeugddienst is al enige tijd bezig met de heroriëntatie van haar eigen aanbod richting districtsjeugddienst

of privaat jeugdwerk. Dit baseert zich op basis van een analyse van de grabbelpas en swap. Het is

een proces waarbij de districtsjeugddiensten onze belangrijkste partner zijn. Hun netwerk, hun kennis en

deskundigheid bepalen mee de ingeslagen weg. Daarnaast worden waar mogelijk jongeren bevraagd om het

lokale aanbod te optimaliseren.

Nieuw in dit jeugdbeleidsplan is de ontwikkeling van een innovatief aanbod voor tieners.

Het idee van een ‘avontuurlijke werf waar kinderen en tieners speels kunnen bouwen’ is voortgekomen uit de

resultaten van het vrijetijdsonderzoek bij Antwerpse tieners. De jeugddienst schept het kader, bepaalt de

spelregels en faciliteert. Het zijn uiteindelijk de tieners die zorgen voor de communicatie, bepalen hoe de

werf er gaat uitzien, wat erin gebouwd wordt, welke partners betrokken worden,.. De jeugddienst

ondersteunt het proces met een jeugdwerker.

Het speelaanbod in vakanties wordt zeswekelijks bijgestuurd en geëvalueerd met volgende partners:

Koraal, Kindervreugd, regie kinderopvang en cel buitenschoolse kinderopvang.

Een belangrijke uitdaging voor de jeugddienst is de visie-ontwikkeling over “vrijwilligersbeleid”.

Ook hier komt de doelgroep als volwaardige partner in de discussie aan het woord.

De tien stedelijke jeugdcentra waren nauw betrokken bij de opmaak van dit plan. Zij schreven in overleg

met de jeugddienst hun eigen acties, waardoor hun betrokkenheid bij de uitvoering ervan gegarandeerd is.

De jeugdcentra steunen dan ook weer op een kern van actieve vrijwilligers. Ze zijn actief in het betreffend

jeugdcentrum, bepalen mee de programmatie, enz…

Voortdurende interactie met jongeren is een vanzelfsprekendheid in de jongerencompetentiecentra.

178

Page 179: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

Trajecten worden afgelegd op basis van inhoud die jongeren zelf aanleveren.

Jongeren zijn de kern van de werking van het project Stampmedia: ze bepalen over wat er bericht wordt.

Ze zijn echte jeugdambassadeurs.

Bij de evaluatie van de stadsklassen zullen jongeren hun deelname hieraan mogen evalueren.

De uitleendienst werd uitbesteed aan een externe partner. Een belangrijke voorwaarde is een adviesgroep

voor het aankoopbeleid. Deze adviesgroep is samengesteld uit de verschillende gebruikers.

Het categoriale, professionele jeugdwerk betrekt haar doelgroep bij de programmatie van het aanbod.

Dit gebeurt via kerngroepen en andere inspraakmethodieken.

Het aanbod van pleinontwikkeling is gebaseerd op een voortdurend proces van inspraak.

De jongeren op de pleinen krijgen inspraak bij de programmatie van activiteiten.

Bij het kiezen van een nieuwe locatie worden de pleingebruikers vooraf bevraagd. Voor specifieke

doelgroepen, zoals meisjes en nieuwkomers, is er extra aandacht voor hun noden via gesprek en overleg.

Leidersfiguren op een plein worden ingeschakeld bij de communicatie van activiteiten.

179

Page 180: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

33. Antwerpen is een kinder- en jongerenmetropool. Kinderen, tieners en jongeren hebben voldoende ruimte in de stad (CS12)

180

Page 181: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

181

Page 182: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

3.1 Proces en analyse

In Antwerpen wonen nu 140 000 jongeren en dat aantal zal de komende jaren nog groeien. Tegen 2011 verwachten

we al een stijging naar 147 000 jongeren. Rond 2026 zouden dat er wel eens 211 000 kunnen zijn. Het is dus evident

dat de stad de komende jaren extra zal investeren in kinderopvang, scholen, woningen,… De stad zal ook zorgen voor

voldoende ruimte van, voor en door jongeren.

In 2011 is Antwerpen de Europese Jongerenhoofdstad. De stad zal zich sterk profileren als kinder- en

jongerenmetropool. De stad geeft Antwerpse jongeren ruimte om te groeien met voldoende eigen, fysieke plekken.

Maar ook voldoende ruimte om zichzelf te zijn, om te experimenteren, om hun dromen waar te maken en om

gewoon hun eigen ding te doen. Met de titel Europese Jongerenhoofdstad 2011 wil de stad aan Europa laten zien hoe

belangrijk ruimte voor en door jongeren is. De stad kan en wil dit niet alleen realiseren. Ze werkt daarvoor samen met

de Antwerpse jeugdwerkpartners, zoals jeugdcentra, koepelorganisaties (zoals de Scouts en Formaat), werkingen

voor kansarme jongeren, speelpleinwerkingen, enzovoorts.

Voor de analyse maken we een onderscheid tussen enerzijds de infrastructuur (veilige, voldoende en aangepaste

gebouwen) voor het professioneel en het vrijwilligers jeugdwerk en anderzijds de speelruimte in de stad.

ANALYSE INFRASTRUCTUUR VRIJWILLIG JEUGDWERK

Een goed onderhouden en veilig lokaal is cruciaal voor de goede werking van een jeugdvereniging. Zo kan ze bloeien

en groeien. De stad opteerde om in de vorige beleidsperiode in te schrijven op de prioriteit jeugdwerkinfrastructuur.

Veel van de acties die hiervoor werden opgezet, hadden als doel de veiligheid van de lokalen te verbeteren. De

stad gaf hiervoor een opdracht aan een onafhankelijk keuringsorganisme om de gas- en elektriciteitsinstallatie van

de jeugdlokalen te screenen. Dit onderzoek bracht een aantal gebreken aan het licht die onmiddellijk verholpen

moesten worden (zoals gaslekken, loshangende elektriciteitsdraden,…). Het was tevens het startschot voor het

intensiever ondersteunen van het vrijwilligersjeugdwerk op vlak van veiligheid van hun infrastructuur.

182

Page 183: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

Bovenop deze keuring werd een technische medewerker bij de jeugddienst aangeworven. Om ook de andere

technische aspecten van alle jeugdlokalen in kaart te brengen. Samen met de verenigingen starten ze

verbetertrajecten op en voeren ze samen uit. Voor bijna de helft van de lokalen werd reeds zo’n traject opgesteld.

De volgende drie jaren focust de jeugddienst zich vooral op de opvolging en continuering van zowel de keuringen

als de verbetertrajecten. Met als doel de vastgestelde inbreuken te verhelpen. Specifieke nieuwe acties, die

eveneens kaderen binnen de prioriteit brandveiligheid, zijn de sensibiliseringsacties en gezamenlijke aankopen van

veiligheidsmateriaal (brandblussers, pictogrammen, noodverlichting,…).

Alle acties in het kader van de prioriteit brandveiligheid van jeugdwerkinfrastructuur zijn besproken met de

preventiedienst van de Antwerpse brandweer

ANALYSE INFRASTRUCTUUR PROFESSIONEEL JEUGDWERK

Met jeugdwerkingen in stedelijke gebouwen sluit de stad een concessieovereenkomst af.

Het college en de gemeenteraad keurde eerder het jeugdconcessiereglement goed. Er moeten nog heel wat

zaken uitgeklaard worden om alle overeenkomsten ook effectief af te sluiten, zoals verzekering, taksen, EGW-

kosten,…

In het najaar van 2009 onderzocht de jeugddienst creatie- en toonkansen bij het culturele werkveld én

jongeren. Een aantal van de vragen gingen over ruimte: het al dan niet ter beschikking stellen/hebben van

ruimte voor creatieve processen (repetities, ateliers, podia,…). Jongeren vragen naar toegankelijke en

multifunctionele ruimtes en vooral naar meer ruimte om bijvoorbeeld te kunnen exposeren. Jongeren willen

ook graag gebruik maken van leegstaande panden en openbare ruimte om hun creatief ei te leggen of te tonen.

Verder vragen ze een overzicht van ruimtes waar ze terecht kunnen. Tijdens de sessie over jeugdcultuur op de

open jeugdraad in december 2009, kwamen dezelfde vragen naar boven.

Jongeren kunnen terecht in 6 fuifzalen in de stedelijke infrastructuur: bij de jeugdcentra Bouckenborgh

(Merksem), Kavka (Antwerpen-centrum), Zappa (Antwerpen-Kiel), Den Eglantier (Berchem), Trix (Borgerhout),

en bij het Kids-steunpunt in De Schietgang (Hoboken). In 2009 werd bij Den Eglantier geïnvesteerd om de zaal

meer geluidsdicht te maken. Er werd ook een nieuwe geluidsinstallatie aangekocht met een virtuele bas en

speciaal ophangsysteem om de trillingen tegen te gaan. Bij Kavka werd geïnvesteerd in de gang (zie verder).

183

Page 184: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

Op een inspraakmoment rond feestbeleid in oktober 2009, waar 25 jongeren aanwezig waren, kwamen ook

een aantal vragen rond fuifruimte naar boven:

Het is moeilijk om een locatie in het centrum van de stad te vinden. De grote zalen liggen allemaal

buiten het centrum. Zalen in de stadskern zijn schaars geworden.

Er moeten terug kleinere zalen bij komen met een capaciteit van 100-150 personen.

Kleine feestjes houden bepaalde scenes en genres in leven.

Er is vraag naar een vast festivalterrein/openlucht feestterrein.

Er is vraag naar feesten op speciale locaties: cultuurcentra, musea, leegstaande gebouwen,

pleinen,…

De stad investeerde de voorbije jaren in een aantal gebouwen:

vanaf 2009 kreeg Jeugdcentrum Trix de grote zaal van Hof ter Lo ter beschikking. Gekoppeld aan een budget

om een aantal verfraaiingswerken uit te voeren. Vanaf 2009 volgden al een hele reeks concerten en

activiteiten in de zaal. Er startte een verbouwingsdossier, om een aantal structurele problemen aan te pakken.

Deze werken werden uitgevoerd in 2010.

In Park Spoor Noord komt een lokaal jeugdcentrum. Dit ligt dan naast een vestiging van het

deeltijds kunstonderwijs en een initiatief voor buitenschoolse opvang. De stad sloot hiervoor in 2010 een

samenwerkingsovereenkomst af met jeugdcentrum Bouckenborgh. Zij namen in 2010 een jeugdwerker aan

die de buurt analyseerde. Hij zal het jeugdcentrum ook zichtbaar maken bij de jongeren.

De opening van het gebouw is gepland voor 2011.

Jeugddienst Ekeren wordt verbouwd tot lokaal jeugdcentrum. In een eerste fase, die uitgevoerd werd

in 2009 en 2010, werd de voormalige conciërgewoning verbouwd. Bij de tweede fase, die start in 2011,

wordt het hoofdgebouw verbouwd en de omgeving en speelplaats heraangelegd.

De jeugddienst van Berchem in de Lange Pastoorstraat werd in 2009 verbouwd. Het is de bedoeling dat de

jeugddienst daar samen met Pleinontwikkeling en een WKJpartner het gebouw gebruikt.

Deze partner zal er een jongerenwerking opstarten. Tijdens de verbouwingen is de jeugddienst van Berchem

gehuisvest in het cultuurcentrum.

In jeugdcentrum Kavka is een nieuwe gang gebouwd. Bezoekers van avondactiviteiten moeten nu door

de gang naar de fuifzaal of het kaffee. Deze maatregel kwam er na herhaalde klachten van buurtbewoners

over geluidsoverlast ’s nachts op de binnenkoer.

184

Page 185: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

In 2009 werd de oude stadsfeestzaal op het Kiel verbouwd tot een nieuw jongerencompetentiecentrum.

In Deurne opende in 2009 een nieuw jongerencompetentiecentrum de deuren. Dit keer een nieuwbouw.

De vestiging van Habbekrats in Antwerpen ging in 2009 open. Hiervoor werd een gebouw in de Prekersstraat

in district Antwerpen gerenoveerd. De stad investeerde mee in deze publiek-private samenwerking.

Verder werden er al een aantal dossiers opgestart die terugkomen in de acties in dit hoofdstuk.

Specifieke aandacht gaat naar de jeugdculturele zone. Op 6 februari 2009 keurde het college ontwikkeling van

de terreinen en lokalen van het binnenfort van Fort 8 (Hoboken) en een oud stadsmagazijn op de Ankerrui (Antwerpen)

goed. Ze zullen worden gekneed tot jeugdculturele zone. Een jeugdwerkpartner zal tegen 2011 Fort 8 beginnen

gebruiken voor een deel van hun werking. In Fort 8 zal ruimte komen voor jonge kunstenaars zodat zij er kunnen

werken aan creaties, repeteren, samenwerken,… Verder kunnen er projecten, expo’s, toonmomenten en festivals

plaats vinden. Tijdens de zomer kan de volxkeuken hier doorgaan. De volxkeuken is een keuken, uitgebaat door

vrijwilligers. Ze serveren vegetarische maaltijden aan een lage prijs. Het gebouw aan de Ankerrui wordt verbouwd

tot jeugdcentrum. Daar zullen voornamelijk concerten, theatervoorstellingen, workshops plaats vinden. Verder zal de

volxkeuken daar onderdak vinden en tal van andere activiteiten.

ANALYSE SPEELRUIMTE:

Speelruimtebeleid is bij uitstek een integraal beleid, waarbij verschillende diensten samenwerken. De jeugddienst

richtte een Werkgroep Langzaam Netwerk en een Werkgroep Avontuurlijk Natuurlijk Spelen op. Samen ontwikkelen ze

een gedragen visie op deze thema’s en volgende de acties van het jeugdbeleidsplan op.

Werkgroep Langzaam Netwerk kwam 4 keer bij elkaar met volgende diensten: jeugddienst, groendienst,

mobiliteit, ruimtelijke ordening, AG Stadsplanning, verkeerspolitie, onderwijsbeleid en milieu.

Werkgroep Avontuurlijk Natuurlijk Spelen kwam 4 keer bij elkaar met volgende diensten: jeugddienst,

groendienst, ruimtelijke ordening, AG Stadsplanning, openbaar domein (ontwerp en uitvoering), en milieu.

Andere momenten waarbij betrokken partners hun inbreng hadden: de open stedelijke jeugdraad, de jeugdraad

district Antwerpen en de denkdagen voor de opmaak van dit plan. De inspraakmomenten bevestigen wat duidelijk

uit onderzoeken komt: kinderen en jongeren zijn bezig met de publieke ruimte. Ze wensen zich aangenaam en vooral

veilig te kunnen verplaatsen. Dit is in hun beleving momenteel niet het geval. Verder ervaren ze vooral een gebrek aan

185

Page 186: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

ruimte voor jeugd om aan spel en sport te kunnen doen, om elkaar te kunnen ontmoeten, te hangen, om hun ding

te kunnen doen. De reacties zijn dan ook positief op het concept van speelruimteweefsel/langzaam netwerk, omdat

hierbij werk wordt gemaakt van deze twee aandachtspunten. Afhankelijk van hun achtergrond vragen de jongeren

naar een skateweefsel, tienerweefsel, speelbossen,…

Het speelruimtebeleid evolueerde sterk de laatste jaren:

In 2004 waren er in de stad, verspreid over de negen districten, 150 speelterreinen waaronder

4 skateterreinen. Na volgehouden inspanningen van alle betrokken partners tellen we begin 2010,

183 speelterreinen waaronder 12 skateterreinen.

Via een speelterreinengids kregen kinderen en hun ouders hiervan een overzicht. In 2004 verscheen de eerste

editie met een oplage van 500 exemplaren, in 2006 verscheen een tweede editie in 1 000 exemplaren.

Bij de laatste editie in 2009, zijn er 3 500 exemplaren gedrukt. De jeugddienst bezocht alle speelterreinen en

inventariseerde de toestand. Nadien stelde ze de speelterreinengids op.

Sinds 2006 werkt de jeugddienst met een Geografisch Informatie Systeem (GIS) om de speelterreinen in kaart

te brengen samen met de wandelafstanden van kinderen (300 m).

De stijging van het aantal skateterreinen geeft aan dat de jeugddienst een echt skatebeleid voert. Doel is in

elk district een skateterrein te hebben voor beginnende (jongere) skaters. In het centrum komen er enkele

grotere projecten voor meer ervaren skaters. In zeven van de negen districten zijn er nu al skatevoorzieningen.

Met name een betonnen skatepark in het Stadspark en in Park Spoor Noord met duidelijk een bovenlokale

uitstraling.

De jeugddienst neemt de belangenbehartiging van jeugd op zich. Projecten zoals Spoor-Noord (BMX-

park en speelruimte), Militair Hospitaal (park en speelterrein), Regatta (voorzien van speelruimte),

Scheldekaaien (jeugdvriendelijke inrichting) en Nieuw Zurenborg (3 % speelruimte en park), leveren

het bewijs. De jeugddienst geeft advies bij (her)aanleg in het openbaar domein. Daarnaast is er de toepassing

van de jeugdparagraaf op openbaar domein.

186

Page 187: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

Overzicht bovenlokale projecten 2008-2010: de volgende bovenlokale speelterreinen zijn heraangelegd in de

periode van het Jeugdbeleidsplan 2008-2010. Of het proces van de (her)aanleg is gestart in de voorbije JBP

periode en worden nog gerealiseerd de komende jaren:

Park Sorghvliedt

Rode Kruislaan

Bremweide

Kielpark

Boekenbergpark

Vlaamse Kaai

Konijnewei

Stadspark (deel 2)

187

Page 188: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

3.2 Visie op ruimte

Uit de bevolkingscijfers blijkt, dat de Antwerpse bevolking en het aandeel jongeren hierin stijgt. Er is dus meer ruimte voor kinderen en jongeren in de stad nodig. Jongeren hebben recht op een zichtbare plek in de stad. Ze hebben recht om ruimte te gebruiken in de stad.

De ogen van kinderen, tieners en jongeren bekijken de invulling van ruimte op een heel andere manier. Daar wil de stad rekening mee houden. Zij willen zich kunnen uitleven op speelterreinen, maar even goed een nestgevoel hebben bij het jeugdhuis waar ze naar toe gaan.

Naast fysieke ruimte is ook psychische ruimte heel belangrijk. Kinderen, tieners en jongeren willen zich thuis kunnen voelen in hun stad. Zij gebruiken veel informele ontmoetingsplekken om te kletsen, gewoon wat rond te hangen. Het is belangrijk dat erkend wordt dat kinderen en jongeren op informele plekken rondhangen.

Met fysieke ruimte bedoelen we parken, pleinen, jeugdcentra, jeugdwerklokalen. Het gaat dus zowel om binnen- als buitenruimte.

Kenmerken van de fysieke ruimte zijn:

beschikbaarheid toegankelijkheid bespeelbaarheid zichtbaarheid

188

Page 189: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

Kinderen spelen altijd en overal. Het is hun manier om zich te uiten, om te kunnen ontdekken en ervaren. Naast formele speelruimte zoals speelterreinen, moet ook voor hen de openbare ruimte toegankelijk en bespeelbaar zijn. De stad wordt zo ingericht dat kinderen en jongeren er creatief mee om kunnen gaan. Zo kunnen ze zich zelfstandig en veilig van de ene plek naar de andere bewegen. Voor het kindvriendelijk inrichten is het noodzakelijk om rekening te houden met de inzichten en de mening van kinderen en jongeren. Spelende kinderen verbeteren de sociale samenhang in een wijk. Speelruimte overstijgt het belang van kinderen. Daarom wil de jeugddienst werken aan een synergie rond het concept van ‘het langzame netwerk’: een weefsel van aangename en veilige routes voor de zachte weggebruikers. Routes tussen de verschillende publieke functies. Dit langzaam netwerk kan een bundeling zijn van het speelruimteweefsel met een fietsroutenetwerk, looproutenetwerk, blauw-groennetwerk (waterlopen – natuur), schoolroutes,…

Jeugdwerkinfrastructuur in orde brengen is een topprioriteit. De stad moet hierin het goede voorbeeld geven en werk maken van het volledig in orde maken van de eigen infrastructuur. Daarnaast zullen er maatregelen uitgewerkt moeten worden om andere eigenaars te stimuleren om hun jeugdwerkinfrastructuur bij te werken. Er zal in dit jeugdbeleidsplan extra aandacht gaan naar acties rond brandveiligheid. Het is belangrijk om de veiligheid van de lokalen te verhogen. Verder zal er ook aandacht gaan naar de gebruikszekerheid van lokalen. Sommige jeugdwerkinitiatieven dreigen uit hun lokaal gezet te worden. Hiervoor moet een oplossing komen.

De stad heeft een actief feestbeleid dat impulsen geeft aan jongeren om zelf als organisator aan de slag te gaan. Ruimte om te feesten is in Antwerpen een heet hangijzer. Het bij creëren van feestruimte is een aandachtspunt. De stad erkent dit en wil hier de komende jaren dan ook voor ijveren.

189

Page 190: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

3.3 Extra kansen AEJH

De investering in ruimte voor en door jongeren staat centraal in het projectjaar. Antwerpen is de stad waar iedereen

met plezier mentale en fysieke ruimte geeft aan kinderen en jongeren. Het is vanzelfsprekend voor hun opgroei. Zo

wordt de stad ook voor kinderen en jongeren , de meest interessante samenleving.

De stad Antwerpen investeert al jaren in een speelruimtebeleid. In het verlengde hiervan willen we als Europese

Jongerenhoofdstad voortrekker zijn om een speelruimtenorm te ontwikkelen. Daarnaast willen we als Europese

Jongerenhoofdstad de blijvende aandacht vestigen op ruimte voor jongeren. Dit door een aantal guerrilla-acties uit te

werken, die de aandacht vestigen op het ‘heroveren’ van openbare ruimte door jongeren.

3.4 Aandacht voor lokaal sociaal beleid

Aandacht hebben voor fysieke en psychische ruimte voor jongeren betekent dat we belangstelling tonen voor enerzijds

de toegankelijkheid, veiligheid, bereikbaarheid en imago’s van ruimtes. Anderzijds erkennen we dat kinderen en

jongeren zich thuis kunnen voelen in hun stad.

We denken hierbij aan:

Verspreiding van de jeugdcentra over de verschillende districten zodat het aanbod dichtbij is

Toegankelijkheid en veiligheid van fuif- en experimenteerruimtes

Veiligheid van jeugdwerklokalen

Toegankelijkheid van speelterreinen voor kinderen met een handicap.

Bij de ontwikkeling van ruimte vragen we ons ook telkens af de ruimte vlot bereikbaar is (openbaar vervoer,

gevaarlijke weg,..), welk imago de ruimte uitstraalt en of iedereen er welkom is.

Bij de invulling van publieke ruimtes, zullen we rekening houden met de wijze waarop kinderen en jongeren

een openbare ruimte percipiëren en gebruiken. We gaan verschillende modellen van speelruimteweefsel

uittesten.

Het jeugdbeleid is partner bij de ontwikkeling van grote stadsontwikkelingsprojecten zoals het Eilandje.

Leuke en aangename woonwijken zijn immers wijken waar ook kinderen en jongeren zich thuis voelen.

190

Page 191: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

3.5 Doelstellingen en acties

ND1

Tegen 2013 is er voldoende veilige en toegankelijke fuif- en experimenteerruimte

voor jongeren en het jeugdwerk

ND2

Tegen eind 2012 zijn de lokalen van de erkende jeugdverenigingen veilig

ND3

Tegen 2013 wordt het model van speelruimteweefsel toegepast in verschillende projecten,

opdat kinderen, tieners en jongeren zich aangenaam kunnen verplaatsen in de stad en

de speelterreinen die (her)aangelegd worden, hebben een hogere speelwaarde

CS12

Antwerpen is een kinder- en jongerenmetropool. Kinderen, tieners en jongeren hebben

voldoende ruimte in de stad

191

Page 192: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

ND1ND1 Tegen 2013 is er voldoende veilige en toegankelijke fuif- en experimenteerruimte voor jongeren en het jeugdwerk

Het is de bedoeling om zowel de bestaande infrastructuur van het Antwerpse jeugdwerk (zowel lokalen van jeugdverenigingen, de gebouwen van de professionele jeugdwerkpartners, fuifzalen en dergelijke) volledig in orde te brengen, alsook te zorgen voor bijkomende infrastructuur voor jeugd.

ACTIES

186   De jeugddienst wil meer openbare infrastructuur

toegankelijk maken voor activiteiten van jongeren, waaronder culturele evenementen, feesten,… Tijdens AEJH 2011 zullen er een aantal concrete zichtbaarheidsacties zijn om blijvend aandacht te vestigen op de vraag naar investering in ruimte voor jongeren. Deze acties trekken de dialoog open om de bijkomende investeringen mogelijk te maken.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst, AEJH x x x

Link decreet Jeugdbeleid/jeugdcultuurbeleid en feestbeleid

192

Page 193: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

ND1193

Page 194: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

OD1 Tegen 2013 is er in elk district minstens 1 lokaal jeugdcentrum

In bepaalde districten is er een duidelijke nood aan een lokaal jeugdcentrum. Omdat er te weinig infrastructuur is, of omdat er weinig

partners zijn om mee samen te werken. De jeugddienst hanteert een duidelijk onderscheid tussen lokale en bovenlokale jeugdcentra. Het

verschil zit in de uitstraling van het jeugdcentrum - bovenlokaal of lokaal - , de financiële ondersteuning, de professionele omkadering

en de link met de districten. In sommige districten zullen nieuwe vestigingen komen die zich meer zullen situeren in de WKJ (Werking

Kansarme Jongeren)-sector. Zij zullen uitgebaat worden door een partner uit de jeugdwerksector en zullen ook voor deze specifieke

doelgroep werken.

ACTIES187 In Ekeren wordt de districtsjeugddienst in de Veltwijcklaan verbouwd tot lokaal

jeugdcentrum (inclusief de jeugddienst). De opening is gepland in 2011.2011 2012 2013

Wie Jeugddienst, PO, Jeugddienst Ekeren x

Link decreet Jeugdbeleid/jeugdruimte

188 In Zandvliet wordt de districtsjeugddienst verbouwd tot lokaal jeugdcentrum. De opening is gepland in 2013.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst, PO, Jeugddienst Berendrecht-Zandvliet-Lillo x

Link decreet Jeugdbeleid/jeugdruimte

189 In Merksem zal de Parkvilla in het park aan de Speelpleinstraat verbouwd worden tot jeugddienst.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst, PO, Jeugddienst Merksem x x

Link decreet Jeugdbeleid/jeugdruimte

190 In Hoboken zal in de Louisalei het kasteel Gravenhof verbouwd worden tot cultureel ontmoetingscentrum en lokaal jeugdcentrum (inclusief de jeugddienst).

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst, PO, Jeugddienst Hoboken x

Link decreet Jeugdbeleid/jeugdruimte

191 In Antwerpen-Noord komt een lokaal jeugdcentrum bij. Hiervoor sluit de stad een samenwerkingsovereenkomst af met een jeugdwerkpartner. De officiële opening is gepland in 2011.

2011 2012 2013

194

Page 195: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

Wie Jeugddienst, AG Vespa, een jeugdwerkpartner x

Link decreet Jeugdbeleid/jeugdruimte

192 In Antwerpen, in de wijk Rozemaai in de Leo Baeckelandstraat, wordt een nieuwbouw gerealiseerd voor een werking kansarme jeugd. Deze nieuwbouw komt in de plaats van de garage, die zal afgebroken worden. Tot de nieuwbouw klaar is zullen op de site een aantal containers voorzien worden om een werking op te starten.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst, PO, Pleinontwikkeling, jeugdwerkpartner x

Link decreet Jeugdbeleid/jeugdruimte

193 In Antwerpen in de wijk Luchtbal in de Generaal Simondslaan komt een werking kansarme jeugd.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst, PO x x x

Link decreet Jeugdbeleid/jeugdruimte

194 In Antwerpen-Linkeroever aan de Gloriantlaan, wordt aan het bestaande Lyceum Linkeroever een nieuw project ontwikkeld. Dit project is een samenwerking tussen onderwijs, sport en jeugd. Naast de verbouwing van de bestaande school zal er een nieuwe buurtsporthal gebouwd worden en een nieuwe locatie voor een werking kansarme jeugd (6-18j) en een jeugdhuis (16+).

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst, PO x x x

Link decreet Jeugdbeleid/jeugdruimte

195

Page 196: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

OD2 De infrastructuur en het beheer van de jeugdcentra worden geoptimaliseerd.

Alle jeugdcentra die in stedelijke gebouwen zitten hebben een jeugdconcessie met AG Vespa.

De infrastructuur en het beheer van de jeugdcentra worden geoptimaliseerd. Tegen 2010 hebben alle jeugdcentra, die in stedelijke

gebouwen zitten, een concessieovereenkomst met AG Vespa. Er is een jaarlijks budget voor onderhoudskosten van de jeugdcentra.

De jeugdcentra zitten tegen 2013 in een geoptimaliseerde infrastructuur.

ACTIES195 Elk jeugdcentrum in een stedelijk gebouw heeft een jeugdconcessie met AG Vespa. 2011 2012 2013

Wie AG Vespa, jeugddienst, jeugdcentra x x x

Link decreet Jeugdbeleid/jeugdruimte

196 De jeugdcentra krijgen van de stad middelen ter beschikking voor schoonmaak, onderhoud en kleine herstellingen van hun gebouwen.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst, jeugdcentra, vzw jeugdinfra x x x

Link decreet Jeugdbeleid/jeugdruimte

197 De jeugdcentra in stedelijke gebouwen krijgen via een dotatie van de stad middelen ter beschikking voor gas, elektriciteit en water. De stad berekent hiervoor het gemiddelde verbruik van de voorbije jaren en corrigeert dit bedrag. Indien de jeugdcentra boven het gemiddeld verbruik zitten, moeten ze zelf voor de kosten instaan.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst, jeugdcentra, PO x x x

Link decreet Jeugdbeleid/jeugdruimte

198 De jeugdcentra in stedelijke gebouwen krijgen via een dotatie van de stad middelen ter beschikking voor herstellingen aan de niet-constructieve delen van hun gebouwen.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst, jeugdcentra, PO x x x

Link decreet Jeugdbeleid/jeugdruimte

199 De jeugdcentra kunnen beroep doen op de stad voor investeringen in de gebouwen. De jeugddienst bepaalt ieder jaar de prioritaire dossiers.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst, jeugdcentra, PO x x xLink decreet Jeugdbeleid/jeugdruimte

196

Page 197: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

ACTIES200 De stad heeft jaarlijks een budget om de infrastructuur van stedelijke fuifruimtes te

verbeteren. De infrastructuurtekorten worden in overleg met de uitbaters in kaart gebracht en opgelost.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst, PO x x x

Link decreet Jeugdbeleid/feestbeleid

201 Omdat jongeren de vraag stellen naar meer fuifruimtes in de stad, doet de jeugddienst onderzoek naar mogelijke nieuwe locaties of de mogelijkheden om bestaande zaaltjes in orde te brengen met de wetgeving. De database rond fuifzalen op www.antwerpen.be/jeugd wordt geüpdatet.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst, AG Vespa, PO, zaaluitbaters x x

Link decreet Jeugdbeleid/feestbeleid

202 De jeugddienst ijvert voor voldoende, openlucht festival- en evenementenruimte voor jongeren in de stad.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst x x x

Link decreet Jeugdbeleid/feestbeleid

203   Voor de organisatie van feesten en evenementen in de stad, wil de jeugddienst

het gebruik van tijdelijke restruimtes (vb. Nieuw-Zuid) stimuleren en mee mogelijk helpen maken. De jeugddienst ondersteunt groepen jongeren die deze ruimtes (zowel indoor als outdoor) willen gebruiken voor niet-commerciële feesten en evenementen.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst x x x

Link decreet Jeugdbeleid/feestbeleid

OD3 Tegen 2012 voldoet de bestaande stedelijke fuifinfrastructuur aan de wettelijke voorschriften zodat het

gewenste aantal fuiven kan gerealiseerd/georganiseerd worden.

Tegen 2012 wordt de stedelijke fuifinfrastructuur afgewerkt zodat er op een veilige en wettelijke manier gefeest kan worden.

Met de stedelijke fuifinfrastructuur bedoelen we Trix, Kavka, Eglantier, Bouckenborgh, Schietgang en Zappa.

197

Page 198: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

OD4 Tegen 2012 is de Casco-ruimte in de Kievitwijk fuifwaardig

Er is nood aan extra ruimtes waar jongeren en jeugdverenigingen, buiten het commerciële circuit, feesten en fuiven kunnen organiseren.

Op korte tijd verdwenen een aantal privé-fuifzalen in de stad. Ze werden niet vervangen door nieuwe. De stad werd ook steeds dichter

bebouwd, waardoor de ruimte om veilig te kunnen feesten, zonder de buurt daarbij te overbelasten, steeds beperkter wordt. Om

tegemoet te komen aan de nood en rekening houdende met de voorwaarden, investeerde de stad in een nieuwe fuifzaal op het Kiel.

De zaal voor maximaal 1000 bezoekers, werd officieel geopend in mei 2009. Daarnaast plant de jeugddienst nog een nieuwe fuifzaal

onder de spoorweg vlakbij het Centraal Station, in het centrum van de stad: de Casco. Net als de nieuwe zaal op het Kiel is ook de

capaciteit van de Casco maximaal 1 000 bezoekers. Beide zalen kunnen bovendien flexibel worden ingericht, afhankelijk van het thema,

de te verwachten bezoekers, …

ACTIES204 De Casco-ruimte wordt afgewerkt tot een volwaardige fuifruimte voor alle jongeren,

jeugdverenigingen en privé-initiatieven. AG Vespa zal de zaal afwerken tot een volwaardige ruimte waarin gefuifd kan worden.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst/ AG Vespa x

Link decreet Jeugdbeleid/feestbeleid

205 Voor de uitbating en ontwikkeling van de fuifruimte gaat de jeugddienst i.s.m. AG Vespa op zoek naar een private uitbater/investeerder die verantwoordelijk wordt gesteld voor het meubilair en de inkleding van de zaal.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst, AG Vespa x

Link decreet Jeugdbeleid/feestbeleid

206 De jeugddienst maakt via een contract afspraken met de zaaluitbater over het percentage weekends dat voorzien wordt om jongeren, jeugdverenigingen en studenten tegen een voordelig tarief de fuifruimte laten huren.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst x

Link decreet Jeugdbeleid/feestbeleid

198

Page 199: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

OD5 Tegen 2012 is er in Fort 8 en aan de Ankerrui een jeugdculturele zone, waar jongeren met alle vormen van cultuur

kunnen experimenteren

Jongeren hebben ruimte nodig om te experimenteren, cultuur te beleven, kunst te creëren, zich te ontplooien en hun talent te tonen.

Jongeren kunnen hiervoor terecht in culturele centra, musea, jeugdcentra,… maar hebben ook nood aan een eigen, specifieke plek.

De jeugddienst ijvert ervoor dat er een artistiek-culturele vrijplaats is in Antwerpen. Dit is een plek waar jongeren met alle vormen van

cultuur kunnen bezig zijn. Daarom tekent de jeugddienst in samenwerking met Scheld’Apen een jeugdculturele zone uit op de Ankerrui

in Antwerpen en Fort 8 in Hoboken. Uitgebreid onderzoek toont aan dat jongeren zes principes naar voren schuiven voor de invulling van

een jeugdculturele zone.

Een jeugdculturele zone is duurzaam; is er voor allen; bevat open ruimte; valt op in de stad; is een labo; is mobiel.

Functies die de jeugdculturele zone moet hebben:

Creatie: jongeren experimenteren er met cultuur in een atelier-setting

Toonkansen: de zone biedt toon- en podiumkansen aan jongeren;

Recreatie: de zone combineert groene ruimte met gebouwen (publiek toegankelijk);

Consumptie: jongeren kunnen er culturele activiteiten organiseren en ervan genieten (+ horeca).

ACTIES207 © In Antwerpen aan de Ankerrui wordt een voormalig stadsmagazijn omgebouwd tot

jeugdcentrum, waar een deel van de jeugdculturele zone zal gevestigd worden. De stad sluit hiervoor een samenwerkingsovereenkomst af met jeugdcentrum Scheld’apen. De opening is gepland in 2012.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst, PO, Scheld’Apen x x x

Link decreet Breed jeugdbeleid/Prioriteit cultuur

208 © In Hoboken in Fort 8 komt vanaf 2011 een stuk van de jeugdculturele zone. De stad sluit hiervoor een samenwerkingsovereenkomst af met jeugdcentrum Scheld’apen. AG Vespa zorgt dat er een concessieovereenkomst is tegen 2011.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst, PO, Scheld’Apen x x x

Link decreet Breed jeugdbeleid/Prioriteit cultuur

199

Page 200: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

200

Page 201: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

OD6 De grote zaal van Trix is verbouwd en draait op maximumcapaciteit

Door het verbouwen van de concertzaal wordt de site ter Lo verder uitgebouwd als jeugd- en muziekcentrum.

De concertzaal Hof ter Lo, gelegen naast Trix, wordt nu mee uitgebaat door Trix. In 2010 werden er verbouwingswerken uitgevoerd in de

zaal. In 2009 en 2010 vonden er al 30 activiteiten plaats in de zaal.

ACTIES209 © Jeugd- en muziekcentrum Trix heeft naast een clubzaal nu ook een concertzaal, met

een capaciteit van 1531 personen.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst, Trix x x x

Link decreet Jeugdbeleid / jeugdruimte

201

Page 202: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

ND2ND2 Tegen eind 2012 zijn de lokalen van de erkende jeugdverenigingen veilig

Een goed onderhouden en veilig lokaal is cruciaal voor een jeugdvereniging. Tegen eind 2011 screent de stad alle lokalen van alle erkende jeugdverenigingen op het vlak van veiligheid en duurzaamheid. De stad maakt ook extra budget vrij om te investeren in verbetering van de lokalen. Er komen extra impulsen om de lokalen van de jeugdverenigingen veilig en duurzaam te maken, bijvoorbeeld rond energiesnoeiers en rond brandveiligheid.

202

Page 203: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

ND2203

Page 204: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

OD1 Tegen eind 2011 zijn alle jeugdwerklokalen van de erkende jeugdverenigingen bezocht, zijn alle nodige

onderhouds- en herstellingswerken geïnventariseerd en verbetertrajecten uitgewerkt en de subsidiëring wordt

hierop afgestemd

Een team, bestaande uit de infrastructuurverantwoordelijke van de jeugddienst en een bouwtechnisch deskundige, zetten het onderzoek

verder. Ze nemen ruim 150 jeugdlokalen in het onderzoek op. Er wordt per lokaal een verslag met alle positieve eigenschappen,

mankementen en voorstellen tot verbetering opgesteld. Dit verslag bevat een tabel waarin de werken gerangschikt staan volgens

prioriteit.

ACTIES210 In het kader van de opmaak voor verbetertrajecten worden per jaar minimum 40

lokalen van erkende jeugdverenigingen bezocht. De vereniging wordt ingelicht over de bedoeling van dit bezoek.

2011 2012 2013

Wie AG Vespa, jeugddienst, jeugdcentra x x x

Link decreet Jeugdbeleid/jeugdruimte

211 Er wordt een verslag opgesteld van ieder bezocht jeugdlokaal. Uit dit verslag blijkt duidelijk wat er in orde is en op welke punten het lokaal mankementen vertoont. Brandveiligheid is hierbij de topprioriteit. De dringendheid van het verhelpen van de mankementen wordt aangegeven met een kleurcode. Op die manier is dit verslag een leidraad om de toestand van het lokaal te verbeteren.

2011 2012 2013

Wie jeugddienst; Jeugdinfra vzw x x x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/jeugdwerkinfrastructuur

212 Het verslag met begeleidende uitleg wordt digitaal doorgestuurd naar de vereniging. In dit verslag worden ook de bevindingen van het controleorganisme opnieuw vermeld. Indien nog niet alle vastgestelde inbreuken werden verholpen, dient dit als herinnering.

2011 2012 2013

Wie jeugddienst; Jeugdinfra vzw x x x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/jeugdwerkinfrastructuur

213 Wanneer een jeugdvereniging problemen ondervindt bij opslag- en activiteitsruimte, ondersteunt de stad hen bij het zoeken naar oplossingen.

2011 2012 2013

Wie jeugddienst x x x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/jeugdwerkinfrastructuur204

Page 205: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

OD2 Zodra een verbetertraject is afgesproken krijgt elke jeugdvereniging waarvan het lokaal geen eigendom is van de

stad de nodige ondersteuning en opvolging om het verbetertraject te realiseren binnen de afgesproken termijn

De ondersteuning en opvolging bestaat uit: financiële ondersteuning volgens het subsidiereglement (infrastructuursubsidies), hulp bij

de zoektocht naar geschikte aannemers, ter beschikking stellen van bouwmateriaal, opvolging van de werf, advies over duurzaam (ver-)

bouwen.

ACTIES214 Het ontwerp verbetertraject wordt met de verantwoordelijken van de

jeugdvereniging besproken. Per gebrek wordt bekeken binnen welke termijn dit kan verholpen worden.

2011 2012 2013

Wie jeugddienst x x x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/jeugdwerkinfrastructuur

215 De jeugdvereniging wordt door de jeugddienst opgevolgd en gestimuleerd om de werken, rekening houdend met de vermelde prioriteiten en termijnen, uit te voeren. Dit gebeurt door regelmatig telefonisch contact of via e-mail.

2011 2012 2013

Wie jeugddienst x x x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/jeugdwerkinfrastructuur

216 Er wordt onderzocht of voor grotere infrastructuurprojecten (nieuwbouw of ingrijpende renovatie) meer zekerheid kan geboden worden over de financiering van heel het project.

2011 2012 2013

Wie jeugddienst x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/jeugdwerkinfrastructuur

217 De jeugddienst monitort bij infrastructuursubsidies, het verschil tussen de ingediende offertes en de reële kost. Hiermee worden prijsstijgingen tussen de datum van de offertes en de voltooiing van de werken in beeld gebracht. Op basis van deze monitoring wordt advies gegeven aan de vzw jeugdinfra.

2011 2012 2013

205

Page 206: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

Wie jeugddienst x x x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/jeugdwerkinfrastructuur

218 Sensibiliseringsactie 1: De jeugdverenigingen worden gestimuleerd om jaarlijks de brandveiligheid van hun lokalen te onderzoeken aan de hand van een verkorte checklist. Bij ieder lokaalbezoek wordt deze lijst overlopen met de begeleider van de vereniging.

2011 2012 2013

Wie jeugddienst x x x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/jeugdwerkinfrastructuur

219 Sensibiliseringsactie 2: De jeugdverenigingen worden geïnformeerd over de manier waarop evacuatieoefeningen worden gehouden en gestimuleerd om dit jaarlijks te organiseren. De jeugddienst onderzoekt of en hoeveel jeugdverenigingen deze oefeningen organiseren.

2011 2012 2013

Wie jeugddienst x x x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/jeugdwerkinfrastructuur

220 Om de drie jaar krijgen 2 begeleiders per vereniging de gelegenheid om een training mee te maken in het hanteren van brandbestrijdingsmiddelen en het organiseren van evacuatieoefeningen.

2011 2012 2013

Wie jeugddienst x x x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/jeugdwerkinfrastructuur

221 Informatie over brandveiligheid wordt op een gestructureerde en duidelijke manier ter beschikking gesteld van de verenigingen.

2011 2012 2013

Wie jeugddienst x x x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/jeugdwerkinfrastructuur

222 Om de aankoopprijs te drukken, wordt één gezamenlijke aankoop van veiligheidsverlichting, rook-CO-melders en pictogrammen georganiseerd.

2011 2012 2013

Wie jeugddienst x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/jeugdwerkinfrastructuur

206

Page 207: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

223 Om de aankoopprijs te drukken, wordt één gezamenlijk contract afgesloten voor brandblusapparaten, in verhouding tot de oppervlakte en de indeling van de lokalen (met een minimum van 2). Jeugdverenigingen die al brandblussers in eigendom hebben, kunnen een tegemoetkoming krijgen in de kosten van het jaarlijks onderhoud.

2011 2012 2013

Wie jeugddienst x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/jeugdwerkinfrastructuur

224 Om de aankoopprijs te drukken, wordt één gezamenlijke aankoop voor opslagkasten voor gasflessen georganiseerd.

2011 2012 2013

Wie jeugddienst x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/jeugdwerkinfrastructuur

225 Het jeugdwerk wordt regelmatig geïnformeerd over brandveiligheid van jeugdwerkinfrastructuur. In elke nieuwsbrief verschijnt een “tip”, met linken naar bestaande, begrijpbare informatie rond brandveiligheid.Hiervoor wordt o.a.gebruik gemaakt van de publicaties van de Antwerpse brandweer Steunpunt Jeugd,…

2011 2012 2013

Wie jeugddienst

Link decreet Jeugdwerkbeleid/jeugdwerkinfrastructuur

207

Page 208: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

OD3 Tegen eind 2013 heeft de Stad alle nodige werken uitgevoerd aan de lokalen van erkende jeugdverenigingen die

eigendom zijn van de stad.

Slechts elf jeugdverenigingen kunnen een beroep doen op lokalen die eigendom zijn van de stad. Om verenigingen op een gelijke manier

te behandelen, wordt er voor hen geen apart circuit opgezet. Dit staat los van het feit of ze gebruik maken van een gebouw van de stad,

Iedereen wordt volop ondersteund om hun lokalen in orde te krijgen. De ondersteuning en opvolging bestaat uit:

financiële ondersteuning volgens het subsidiereglement (infrastructuursubsidies), hulp bij de zoektocht naar geschikte aannemers, ter

beschikking stellen van bouwmateriaal, opvolging van de werf, advies over duurzaam (ver-)bouwen.

208

Page 209: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

ACTIES226 In de afgesloten concessieovereenkomsten met jeugdverenigingen wordt

onder meer bepaald binnen welke termijn de lokalen de gewenste conditiestaat moeten bereikt hebben. De financiering van de werken gebeurt met de gewone infrastructuursubsidies, volgens de voorwaarden bepaald in het reglement.

2011 2012 2013

Wie jeugddienst; Jeugdinfra vzw x x x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/jeugdwerkinfrastructuur

227 Op het subsidiebudget van CS/Jeugd wordt voldoende geld voorzien om de gewenste conditiestaat te bereiken.

2011 2012 2013

Wie jeugddienst x x x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/Jeugdwerkinfrastructuur

228 De stedelijke bedrijfseenheid Stadsontwikkeling wil tegen 2012 een oplossing uitwerken of uitgevoerd hebben voor de zonevreemdheid van de recreatieve, sportieve en jeugdvoorzieningen in vijf parken. De jeugddienst volgt dit op.

2011 2012 2013

Wie jeugddienst x x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/jeugdwerkinfrastructuur

229 Als kostenbesparende maatregel en omwille van de meerwaarde voor de betrokken jongeren werkt de jeugddienst samen met de tewerkstellingssector en het deeltijds onderwijs (leerprojecten) voor het uitvoeren van de infrastructuurwerken.

2011 2012 2013

Wie jeugddienst x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/jeugdwerkinfrastructuur

230 De jeugddienst stimuleert de deelname aan vormingsactiviteiten over (brand)veiligheid, zonevreemdheid, milieuregelgeving, hygiëne, duurzaamheid, geluidshinder, inbraak- en vandalismepreventie door bekendmaking van het aanbod en uitbreiding van het aantal erkende vormingsorganisaties in het subsidiereglement voor kadervorming.

2011 2012 2013

Wie jeugddienst x x x

Link decreet Jeugdwerkbeleid/jeugdwerkinfrastructuur

209

Page 210: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

ND3ND3 Tegen 2013 wordt het model van speelruimteweefsel toegepast in verschillende projecten, opdat kinderen, tieners en jongeren zich aangenaam kunnen verplaatsen in de stad en de speelterreinen die - her – aangelegd worden, hebben een hogere speelwaarde

Vanuit een grootschalig onderzoek over het concept “speelruimteweefsel” werden er bruikbare modellen ontwikkeld om veilige school- en speelroutes te ontwikkelen. Doel is om de autonome mobiliteit van kinderen, tieners en jongeren te verhogen en zo af te geraken van de “achterbankgeneratie”.

210

Page 211: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

ND3211

Page 212: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

OD1 Er zijn pilootprojecten gerealiseerd rond het speelruimteweefsel in bestaande Antwerpse wijken.

ACTIES231

  De jeugddienst en stadsontwikkeling stellen samen een toetsingsinstrument ‘speelruimte’ op. Een handig instrument om te gebruiken bij stadsontwikkelingsprojecten. Dit instrument houdt o.a. rekening met loopafstanden, oppervlakte en de bevolkingsdichtheid. Het kan helpen bij een consequent en onderbouwd speelruimtebeleid met als doel de versterking van het speelruimteweefsel.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst, AEJH en stadsontwikkeling. x

Link decreet Jeugdbeleid/ruimte

232 De jeugddienst geeft advies (op basis van inspraak) over speelruimte bij stadsontwikkelingsprojecten en verkavelingen. Speelruimte in de ruimste zin van het woord: rekening houden met formele ontmoetingsplekken voor jeugd en daartussen routes volgens het STOP-principe die veilig en belevenisvol zijn. (STOP-principe: Prioriteit geven aan Stappers, dan Trappers, dan Openbaar vervoer, en dan Privévervoer)

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst en stadsontwikkeling. x x x

Link decreet Jeugdbeleid/ruimte

233 Er kan alleen een (kind- en jeugdvriendelijk) Langzaam Netwerk komen door een intense samenwerking tussen diensten en vanuit een gedragen visie. De samenwerking is een voortdurend proces van overleg, vorming en uitvoering. Er zijn concrete pilootprojecten nodig om de nodige ervaring op te bouwen. Er worden in overleg met de dienst Ruimtelijke Ordening en AG Stadsplanning geschikte projecten gekozen om dit op toe te passen.In projecten zoals bijvoorbeeld Neerland en Regatta kan het ontwerpteam de opdracht krijgen om het Langzame Netwerk in kaart te brengen.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst en andere stadsdiensten zoals bijvoorbeeld: milieu, sport, stadsontwikkeling, onderwijs, groen, …

x x x

Link decreet

234 De jeugddienst communiceert het Antwerps speelruimtebeleid doorlopend naar de burger, de politiek en binnen de stadsdiensten.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst.. x x x

Link decreet Jeugdbeleid/ruimte

212

Page 213: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

235 De jeugddienst organiseert jaarlijks een vorming of een studiereis rond speelruimte voor ambtenaren van de stad Antwerpen.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst en stadsontwikkeling. x x x

Link decreet Jeugdbeleid/ruimte

236 De jeugddienst stelt in samenwerking met de groendienst een vormingstraject op, om op termijn groene spelprikkels te kunnen realiseren in parken en op het openbaar domein. Dit traject vertrekt vanuit de visie op speelruimte en kan bijvoorbeeld een studiereis inhouden naar goede praktijkvoorbeelden in een andere stad.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst, stads- en buurtonderhoud en de milieudienst. x

Link decreet Jeugdbeleid/ruimte

213

Page 214: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

OD2 Nieuwe stadsontwikkelingsprojecten worden getoetst aan het speelruimteweefsel

Er zijn heel wat plaatsen in de stad voor de jeugd. Belangrijk is dat de weg naar deze plaatsen op maat van kinderen en jongeren is.

Zo kunnen ze er zelfstandig naartoe gaan. Daarnaast moet de verplaatsing zo ‘speels’ en veilig mogelijk zijn. De zelfstandige mobiliteit

van kinderen en jongeren gaat dan ook hand in hand met verkeersveiligheid.

ACTIES237 De jeugddienst adviseert de stadsontwikkelingsprojecten die de stad opzet, zowel over

de binnenruimte als over de buitenruimte. Dit advies vertrekt vanuit de inspraak met kinderen/jongeren en toetst het project aan het concept van het Langzame Netwerk/Speelruimteweefsel. Elk stadsontwikkelingsproject zou moeten bijdragen aan het kindvriendelijk maken van de stad.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst en stadsontwikkeling / AG stadsplanning x x x

Link decreet Jeugdbeleid/ruimte

238 De jeugddienst biedt service aan de districten op vlak van visie, beleid, inspraak en vorming. Hiervoor volgt zij beleidsontwikkelingen, wetgeving, onderzoeken en beeldvorming rond (speel)ruimte op.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst. x x x

Link decreet Jeugdbeleid/ruimte

239 In 2011 organiseert de jeugddienst opnieuw een studiedag rond het rond het toetsinginstrument speelruimte en langzaam netwerk voor ambtenaren, studenten en deskundigen.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst en andere stadsdiensten zoals bijvoorbeeld: milieu, sport, stadsontwikkeling, onderwijs, groen, …

x

Link decreet Jeugdbeleid/ruimte

214

Page 215: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

OD3 De stad en de districten werken via onderhoud en - her- aanleg aan kwaliteitsvolle speelterreinen met een

meerjarenplanning vanuit een samengedragen visie. Er wordt een waterspeeltuin voor kleuters (in Park Spoor

Noord) aangelegd. In bijna alle districten werd in de loop van 2008 een meerjarenplanning (tot 2013) rond de buitengewone begroting van speelterreinen

goedgekeurd. Dit is een handig instrument om meerdere projecten tegelijk te plannen. Het denkt mee op lange termijn.

ACTIES240 De jeugddienst zorgt voor de belangenbehartiging van jeugd bij dossiers rond openbaar

domein.2011 2012 2013

Wie Jeugddienst. x x x

Link decreet Jeugdbeleid/ruimte

241 De jeugddienst bewaakt het belang van informele speel- en ontmoetingsplekken bij (her)aanleg van openbaar domein.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst x x x

Link decreet Jeugdbeleid/ruimte

242 De jeugddienst werkt samen met het Stedelijk Wijkoverleg (SWO) rond participatie en het ontwikkelen van inspraakmethodieken voor kinderen en jongeren.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst en Stedelijk Wijkoverleg (SWO) x x x

Link decreet Jeugdbeleid/ruimte

243 De jeugddienst ondersteunt de stedelijke jeugdraad en de districtsjeugdraden op vlak van visie en vorming over speelruimte.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst x x x

Link decreet Jeugdbeleid/ruimte

215

Page 216: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

244 In 2011 maakt de jeugddienst een volgende meerjarenplanning ’speelterreinen’ op voor de stad en de districten, voor het onderhoud van bestaande en aanleg van nieuwe speelterreinen. Hiervoor worden de nodige gegevens verzameld (zoals leeftijd en prijs per toestel). Daarna dient een lijst met de oudste speelterreinen gemaakt te worden om in de volgende meerjarenplanning de nodige projecten te kunnen bepalen.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst en stadsontwikkeling. x

Link decreet Jeugdbeleid/ruimte

245 De jeugddienst actualiseert de database ‘speelterreinen’ en de uitgave van een nieuwe speelterreinengids in 2011. De jeugddienst doet hiervoor de nodige plaatsbezoeken om de speelwaarde te meten en om de (rand)infrastructuur te inventariseren. Er wordt in overleg met MC nagegaan hoe de speelterreinengids als communicatiemiddel kan gebruikt worden.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst x

Link decreet Jeugdbeleid/ruimte

216

Page 217: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

OD4 Afspraken maken met ontwerpers om de toegankelijkheid van de speelterreinen te verhogen voor

kinderen en jongeren met een handicap

Bij de (her)aanleg van een speelterrein wordt bekeken, hoe de toegankelijkheid verhoogd kan worden.

Dit gebeurt in overleg met verschillende diensten.

ACTIES246 Bij alle ontwerpen voor speelterreinen worden de principes van integrale

toegankelijkheid toegepast: personen met een beperking moeten er ook gebruik van kunnen maken.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst en stadsontwikkeling. x x x

Link decreet Jeugdbeleid/ruimte

217

Page 218: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

3.6 Financieel overzicht

Hieronder is een financiële prognose opgenomen die gebaseerd is op de huidige meerjarenplanning 2010-2014 van de stad Antwerpen. Deze prognose wordt elk jaar aangepast bij de begrotingsopmaak van het volgende werkingsjaar. De bedragen die in de tabel zijn opgenomen zijn dus indicatief.

Gewone begroting - Uitgaven

Begrotingscode Nummer doelstelling Doel Begroting 2011 Begroting 2012 Begroting 2013

76119/332/02/00

13702/125/12/0013702/125/13/0013702/125/15/0076100/332/02/02

CS12_01_02

CS12_01_06

Onderhoud en beheer jeugdcentra

Energiekosten stadsgebouwen

220 000

13 400 (Electr.)6 500 (Gas) 2 400 (Water)54 300

220 000

13 400 (Electr.)6 500 (Gas)2 400 (Water)54 300

220 000

13 400 (Electr.)6 500 (Gas)2 400 (Water)54 300

76113/332/03/00

76113/332/03/00

76102/124/02/00

CS12_02_01

CS12_02_02

CS12_02_03

Jeugdwerklokalen infrastructuursubsidies

Verbetertrajecten lokaleninfrastructuursubsidiesOnderhoud speelterreinen

175 000

361 000

49 30

200 000

361 000

49 300

200 000

361 000

49 300

Gewone begroting - Ontvangsten

Begrotingscode Nummer doelstelling Doel Begroting 2011 Begroting 2012 Begroting 2013

76100/465/01/00 CS12_02_02 Jeugdwerklokalen infrastructuursubsidies 270 200 270 200 270 200

218

Page 219: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

Buitengewone begroting - Uitgaven

Begrotingscode Nummer doelstelling Doel Begroting 2011 Begroting 2012 Begroting 2013

76170/723/60/00 CS12_01_01 In elk district is minstens 1 lokaal jeugdcen-trum

1 300 000 1 300 000 1 000 000

76146/723/00/00 CS12_01_02 Jeugdcentra aanpassingswerken gebou-wen

150 000 150 000 150 000

76145/723/60/00 CS12_01_03 Fuifinfrastructuur 150 000 150 000 150 000

76136/744/51/00 CS12_03_03 Heraanleg speelterreinen 500 000 500 000 500 000

219

Page 220: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

3.7 Interactief bestuur

infrastructuur vrijwillig jeugdwerk

Vzw Jeugdinfra betrekt het vrijwilligersjeugdwerk erg nauw bij het opzetten van acties in het kader van

jeugdwerkinfrastructuur. Binnen deze vzw is het vrijwilligersjeugdwerk een bevoorrechte partner. De helft van de leden

van de Raad van Bestuur en de Algemene Vergadering, zijn immers voor vertegenwoordigers vanuit het jeugdwerk.

Zij beslissen op deze manier mee over de toekenning van infrastructuursubsidies en de uitvoering van de acties in het

kader van de prioriteit brandveiligheid.

infrastructuur professioneel jeugdwerk

De doelgroep wordt van in het begin betrokken bij de ontwikkeling van nieuwe ruimtes voor jeugd (zoals een jeugdhuis

in een nieuw te ontwikkelen gebied, een jeugdlokaal in een nieuwe wijk,…). De inspraak kan op verschillende

manieren gebeuren, gaande van programmatie-eisen tot de invulling ervan. Jongeren krijgen door de jeugddienst ook

een actieve rol. In de volgende periode mogen ze bijvoorbeeld zelf een openingsfeest organiseren, zelf de naam voor

een nieuwe locatie te laten bedenken, enz.

speelruimte

Bij de (her)aanleg van een speelterrein worden kinderen standaard betrokken. Hiervoor werken ze samen met

het stedelijk wijkoverleg. Belangrijk aandachtspunt is bovendien de terugkoppeling van deze resultaten. Ook

buurtbewoners laten vaak hun stem horen, meestal bij de opening van een nieuw speelterrein in hun buurt. Klachten

en vragen (vaak over toestellen, veiligheid,…) worden zo snel mogelijk beantwoord en de jeugddienst stelt alles in het

werk om een goede oplossing te vinden.

fuif- en experimenteerruimte

De jeugddienst organiseert jaarlijks een feestoverleg, waarop jongeren signalen naar het beleid kunnen doorgeven.

Jonge organisatoren geven ook zelf hun nood aan informatie aan.

In de jeugdculturele zone kunnen jongeren binnenkort experimenteren. Hiervoor werkt de jeugddienst samen met een

jeugdwerkpartner, die via zijn werking, met de jongeren vorm zal geven aan de programmatie.

De jeugddienst en DL/SWO stellen bij de inplanting van nieuwe fuif- en experimenteerruimtes een gezamenlijk

communicatieplan op naar kinderen, tieners, het jeugdwerk en de gehele buurt.

220

Page 221: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

221

Page 222: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

44. Kinderen en jongeren in Antwerpen zijn meer bezig met cultuur en sport (CS 15)

222

Page 223: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

223

Page 224: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

4.1 Proces en analyse

De bedrijfseenheden Actieve Stad en Cultuur, Sport en Jeugd werken sinds 2008 , vanuit een structureel overleg aan de

concretisering van deze doelstelling. Binnen deze doelstelling zijn de verschillende acties steeds optimaal afgesteld op

reeds bestaande initiatieven van Cultuur, Sport en Jeugd en het Algemeen Onderwijsbeleid. De jeugddienst is trekker

van deze doelstelling.

De voorbije 2 jaar bouwde de jeugddienst veel contacten binnen de Antwerpse cultuursector. Het ontwikkelde een

cultureel netwerk. De overstap van de jeugddienst van de bedrijfseenheid Actieve Stad naar de bedrijfseenheid

Cultuur, Sport én Jeugd, heeft er alleen maar voor gezorgd dat de contacten nog veelvuldiger en evidenter zijn

geworden.

Uit het (literatuur)onderzoek “Op weg naar een meer diverse cultuurparticipatie in Antwerpen”, uitgevoerd door

cultuur/stad Antwerpen in samenwerking met de studiedienst stadsobservatie; blijkt dat Antwerpse jongeren iets

meer participeren aan cultuur dan gemiddeld. Drie op vier jongeren participeert minstens een maal per jaar tegenover

twee op drie in Vlaanderen en Antwerpen algemeen. Als we dan kijken naar de verschillende kunstdisciplines blijkt dat

ze vooral naar de bioscoop en de bibliotheek gaan. Concerten scoren iets minder. Ongeveer de helft van de culturele

partners doet projectmatig of structureel extra inspanningen om jongeren te bereiken. Zo merken we een wildgroei

aan kortingscategorieën en een uitgebreide programmatie voor jongeren. Jammergenoeg worden jongeren hier te

weinig bij betrokken. Met andere woorden jongeren worden te weinig bevraagd. Vorig jaar voerde de jeugddienst

een onderzoek uit naar creatie- en toonkansen bij jongeren. Hieruit blijkt echter dat jongeren willen dat organisaties

zélf naar hen toestappen om samen projecten uit te voeren. Jongeren blijken onvoldoende geïnformeerd zijn over

hoe je aan creaties kan werken in Antwerpen. Ook wat betreft informatie over het tonen van hun creaties, vinden we

dezelfde tendens. De jongeren uit deze bevraging tikken hun informatie op de kop vooral via vrienden, affiches en

flyers. Ze vragen vooral meer ruimte en meer kansen voor jonge creatievelingen.

224

Page 225: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

De jeugddienst organiseerde een denkdag rond de prioriteit (jeugd)cultuur. Zowel cultuurpartners als

jeugdwerkpartners waren hier uitgenodigd. Hieruit bleek dat er enorm veel bereidwilligheid is vanuit de sector, maar

dat er soms een gebrek is aan tijd en/of middelen. Ook zij schoven de behoefte naar informatie naar voren.Eerder dan

het organiseren van éénmalige projecten of evenementen. Uit deze denkdag bleek dat er binnen de culturele sector

een grote nood is aan expertise en informatie over het bereiken van jongeren en het Antwerpse jeugdwerk.

De jeugddienst zet stevig in op jongerencultuur en dit op drie verschillende manieren:

De jeugddienst neemt haar regierol op. Het brengt het aanbod rond jongerencultuur in kaart, stemt de

verschillende initiatieven op elkaar af en spoort de blinde vlekken op.

De jeugdculturele zone is dé plek waar jongerencultuur getoond en gecreëerd wordt (zie CS12)

Urban Culture (Urban is de verzamelnaam voor de hedendaagse kunstvormen die leven onder de jongeren

in een stedelijke context. Bijvoorbeeld rap, breakdance, graffiti, slam poetry,…) neemt een alsmaar grotere

plaats in de vrijetijdsbeleving van jongeren. Er worden alsmaar meer initiatieven opgestart. Het Urban

landschap in Antwerpen heeft dan ook nood aan erkenning binnen het vrijetijdsbeleid van de stad zodat er

ook een doorstroom is naar de cultuur- en jeugdwerksector.

225

Page 226: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

226

Page 227: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

Sinds 2009 ondersteunt de stad een allround hiphop dansproject voor jongeren van 12 tot 25 jaar (een

Troefproject avant la lettre). Dit project spreekt een brede doelgroep aan wat betreft nationaliteit, leeftijd,

etnische achtergrond, sociale klasse en geslacht. Ze wil voornamelijk die doelgroep aantrekken die het

jeugdwerk tot nu toe nog niet of moeilijk kan bereiken. Doel is deze jongeren een zinvolle vrijetijdsbesteding te bieden

Ze worden voorzien van de juiste infrastructuur, faciliteiten. Docenten geven hen de kansen om hun danscompetenties

verder te kunnen ontwikkelen. Er worden per week 8 workshops gegeven in zowel Kavka, Vizit als Trix. Daarnaast is

er een crew bestaande uit de sterkste dansers die op een hoger dansniveau werken. Zij trainen naast het bestaande

aanbod nog apart in Trix en geven regelmatig shows. Op die manier promoten ze de werking en motiveren ze andere

jongeren om mee te doen. Tenslotte komt de jongerenraad maandelijks bijeen. Hier komt informatie vrij over de

stappen die reeds gezet werden en de stappen die genomen zullen worden. De leden van de raad denken mee na

over bepaalde organisatie-aspecten én organiseren zelf activiteiten. Een echt project voor, maar ook door jongeren!

In 2009 werden er in het totaal 4 774 jongeren bereikt. Per week werden er acht workshops gegeven en tweemaal

per week kwam de crew bijeen. Daarnaast wordt er nog één maal per maand een extra activiteit georganiseerd voor

de jongeren. In 2009 traden de dansers verschillende keren op tijdens de Night of the Proms in zowel Antwerpen als

Rotterdam.

Dit succesvolle dansproject heeft nog enorm veel groeipotentieel. De mogelijkheid om te groeien van een dansproject

naar een multidisciplinair project (naast dans bijvoorbeeld ook workshops rond DJ, skaten,…) is realistisch.

Er kunnen nog meer workshops georganiseerd worden, nog meer samenwerkingsverbanden aangegaan worden

(zoals bijvoorbeeld een hiphop opera in samenwerking met de Vlaamse Opera) en nog meer jongeren aangetrokken

worden. Om dit alles in goede banen te leiden, bekijkt men de mogelijkheid of het project een vzw structuur kan

krijgen. Daarnaast wordt onderzocht of het zinvol is een eigen jeugdcentrum te hebben waar urban culture in al zijn

aspecten aan bod komt. Het blijkt immers dat urban een zeer grote groep Antwerpse jongeren aanspreekt.

227

Page 228: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

4.2 Visie

Het bestuursakkoord vermeldt duidelijk dat cultuur van en voor iedereen is. De stad wil deelnemen én deelname stimuleren. Ze wil haar bewoners en dus ook jongeren aanzetten tot deelname aan dit cultuuraanbod. Een actieve participatie binnen de culturele instellingen en organisaties moet mogelijk zijn. Via cultuur vinden jongeren elkaar en kunnen ze zich op hun eigen persoonlijke manier uitdrukken. Ze verwoorden en tonen hun normen, waarden en visie op de veranderende maatschappij. Ze leren een heleboel waardevolle competenties en nemen een heel eigen plek in. Antwerpen moet ook een echte sportstad zijn. De stad wil kinderen en jongeren aanzetten tot meer en beter bewegen. De toegankelijkheid van sport op school moet omhoog. De doorstroom naar sportclubs moet extra worden gestimuleerd. Bovendien moeten zoveel mogelijk drempels om aan sport te participeren in de vrije tijd worden weggewerkt. Sport heeft immers een positief gezondheidseffect en brengt jongeren van diverse achtergronden samen.

Om er voor te zorgen dat kinderen en jongeren meer participeren (zowel op school als in de vrije tijd) is er een gecoördineerde, gedragen visie tussen de beleidsdomeinen cultuur, sport, jeugd en onderwijs.

Het is belangrijk dat er naast een structurele verankering van de verschillende initiatieven ruimte is voor experiment en evolutie. Er wordt gewerkt vanuit en in samenwerking met jongeren. Steeds rekening houdend met de veranderende demografische situatie van deze groep binnen een grootstedelijke context.

Initiatieven in de vrije tijd en op school worden zoveel mogelijk aan elkaar gekoppeld. Zo is er een sectoroverschrijdend, gedragen stadsbreed antwoord op de vele noden en vragen van kinderen en jongeren enerzijds en de culturele instellingen en organisaties anderzijds.

228

Page 229: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

4.3 Aandacht voor lokaal sociaal beleid

Door meer overleg tussen jeugd, sport, cultuur en onderwijs, is er een betere afstemming. Binnen de verschillende

domeinen komt er meer aandacht vrij voor de doelgroep jeugd binnen verschillende domeinen.

Aandacht hebben voor een gelijk kansenbeleid zonder onderscheid van leeftijd is een actiepunt van Lokaal Sociaal

Beleid. Binnen deze doelstelling is de grotere aandacht voor het bereiken van de doelgroep jeugd binnen sport en

cultuur cruciaal. Voorbeelden hiervan zijn:

Betere bekendmaking van het aanbod van sport en cultuur bij jongeren.

Openstellen schoolinfrastructuur voor sportieve activiteiten van jongeren.

Openstellen culturele aanbod voor jongeren.

Binnen deze actie is er extra aandacht voor het bereiken van een minder kansrijke doelgroep van jongeren.

Voorbeelden hiervan zijn:

Verhogen van de toegankelijkheid van het sportaanbod en de infrastructuur voor kinderen en jongeren door

het wegwerken van financiële en andere drempels

Toegankelijke creatie- en toonkansen, op maat van jongeren

Aandacht voor ‘Urban culture’, zoals bijvoorbeeld het hiphop dansproject waarbij een brede doelgroep wordt

aangesproken wat betreft nationaliteit, leeftijd, etnische achtergrond, sociale klasse en geslacht.

229

Page 230: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

4.4 Doelstellingen en acties

Hieronder staan zowel doelstellingen die uitgevoerd worden door de intendant ‘sport - onderwijs’ (ND1 tot ND3), de jeugddienst (ND4) als de intendant ‘cultuur - onderwijs’ (ND5-ND7). Omdat de verschillende doelstellingen invloed hebben op elkaar, staan ze hier voor de volledigheid vermeld.

De jeugddienst is verantwoordelijk voor de acties uitgevoerd onder ND4.

De intendant ‘sport - onderwijs’ en ‘cultuur - onderwijs’ maakten voor de uitvoering van de andere doelstellingen actieplannen op. De jeugddienst is nauw betrokken bij de opmaak en uitvoering van deze actieplannen.

CS 15Kinderen en jongeren in Antwerpen zijn meer bezig met cultuur en sport

ND1, ND2, ND3Intendant cultuur/onderwijs

ND4Jongeren worden meer ondersteund in het vormgeven van hun eigen activi-teiten in hun vrije tijd en op school

ND5, ND6, ND7Intendant sport/onderwijs

230

Page 231: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

231

Page 232: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

ND1ND2ND1 Er is een permanente, gecoördineerde beleidsvisie tussen de beleidsdomeinen sport, jeugd en onderwijs voor alle samenwerkingsprojecten sport.

OD1 Vanaf 2009 is er een structurele samenwerking binnen de stad tussen ten minste de beleidsdomeinen sport, jeugd en onderwijs die organiseert, coördineert en ondersteunt

OD2 Tegen december 2009 zijn er verschillende overlegplatformen tussen de verschillende actoren op het veld.

OD3 De beleidsdomeinen onderwijs, jeugd en sport haken in op bestaande projecten in de eigen werking of interessante nieuwe projecten van buiten of binnen de stad welke vanaf 2009 worden uitgevoerd.

OD4 Vanaf 1 juni 2009 is er een structureel overleg tussen sport en cultuur.

232

Page 233: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

ND2ND2 Kinderen, jongeren en hun begeleiders leren omgaan met het sportieve aanbod.

OD1 Tegen 2013 kennen scholen en leerkrachten in Antwerpen het sportieve aanbod in de stad Antwerpen en weten hoe ermee om te gaan

OD2 Kinderen leren van jongs af aan bewegen

OD3 Sport en gezondheid: de stad faciliteert leerkrachten om kinderen en jongeren te leren sporten

OD4 Jeugdorganisaties worden gestimuleerd om het werken met en/of over sport te integreren in hun beleidsvisie

233

Page 234: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

ND3ND3 Kinderen en jongeren maken meer gebruik van het sportieve aanbod

OD1 De toegankelijkheid van het sportaanbod en de sportinfrastructuur ten behoeve van kinderen en jongeren verhoogt door het wegwerken van financiële en andere drempels

OD2 Kinderen en jongeren nemen actief en passief deel aan de sportevenementen in de stad

OD3 Openstellen schoolinfrastructuur voor sport ND4234

Page 235: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

ND4ND4 Jongeren worden meer ondersteund in het vormgeven van hun eigen activiteiten in hun vrije tijd en op school

Jongeren hebben het moeilijk om hun weg te vinden in het uitgebreide Antwerpse vrijetijdsaanbod. Zo willen ze de ruimte krijgen om eigen initiatieven te ontwikkelen. De jeugddienst zorgt ervoor dat jongeren kwalitatieve ondersteuning krijgen in het ontwikkelen van hun eigen initiatieven en activiteiten.

235

Page 236: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

OD1 Vanaf 2010 krijgen jonge creatievelingen voldoende creatie- en toonkansen.

Er zijn heel wat creatieve jongeren in Antwerpen die nood hebben aan specifieke creatie- en toonkansen. Dit hoeven

niet altijd exclusieve plekken voor jongeren te zijn, ook het toegankelijker maken van het bestaande aanbod is

een belangrijke vraag. De jeugddienst speelt in op nieuwe tendensen en erkent Urban Culture als een specifieke

cultuurbeleving van jongeren in een stedelijke context.

236

Page 237: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

ACTIES247

©   Er wordt in samenwerking met Liefhebber een “Plug & Play” georganiseerd. Gedurende een week krijgen jongeren de mogelijkheid om hun talent te tonen aan het grote publiek op onverwachte, laagdrempelige plekken (in de metro, op de bus, in een shoppingcenter, de cinema …) in de stad. Tijdens Antwerpen Europese Jongerenhoofdstad wordt met dit concept geëxperimenteerd. Op basis van de evaluatie van de acties in 2011 wordt bekeken of een verderzetting en duurzame verankering mogelijk is.

2011 2012 2013

Wie Externe partner in samenwerking met de jeugddienst, Liefhebber en AEJH x

Link decreet Jeugdbeleid/prioriteit cultuur

248 © Binnen de jeugdculturele zone is er permanente aandacht voor het bieden van creatie- en toonkansen aan jongeren.

2011 2012 2013

Wie Externe partner x x x

Link decreet Jeugdbeleid/prioriteit cultuur

249 © Binnen het innovatief aanbod is er permanente aandacht voor het bieden van creatie- en toonkansen aan jongeren.

2011 2012 2013

Wie Externe partner x x x

Link decreet Jeugdbeleid/prioriteit cultuur

250 © De jeugddienst houdt de vinger aan de pols wat jongerencultuur betreft. Jongeren worden gestimuleerd om zelf filmpjes te maken over wat hen bezig houdt en zo jongerencultuur te promoten bij andere jongeren (bijvoorbeeld door op onze website een link naar you tube te zetten). De jeugddienst promoot het brede spectrum van jongerencultuur ook bij de inwoners van Antwerpen en bij andere sectoren.

2011 2012 2013

Wie Externe partner x

Link decreet Breed jeugdbeleid/ Prioriteit cultuur

251 © Naar aanleiding van de opening van het MAS (Museum aan de Stroom) zijn er extra creatie- en toonkansen voor jonge creatievelingen.

2011 2012 2013

Wie Musea in Jonge Handen in samenwerking met de jeugddienst x

Link decreet Jeugdbeleid/prioriteit cultuur

237

Page 238: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

252 © De jeugddienst wordt nauw betrokken bij de jongerentrajecten die ontwikkeld worden in het kader van Musea in Jonge Handen. Met dit experiment krijgen jongeren de kans om op een actieve manier mee te werken aan zoveel mogelijk aspecten van de museumwerking.

2011 2012 2013

Wie Musea in Jonge Handen x

Link decreet Jeugdbeleid/prioriteit cultuur

253 © De jeugddienst zoekt, samen met de cultuurpartners, permanent naar toegankelijke en uitdagende creatie- en toonplekken voor jongeren en gaat het gesprek aan met het Havenbedrijf van Antwerpen.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst in samenwerking met de cultuurpartners x x x

Link decreet Jeugdbeleid/prioriteit cultuur

254 © Het allround hiphop dansproject wordt verder ondersteund en indien mogelijk uitgebreid naar een multidisciplinair urban project (met mc, dj, skate, stand up comedy,…). Om er voor te zorgen dat het project kan groeien (meer workshops, meer jongeren) onderzoekt de stad de mogelijkheid om een eigen ruimte te voorzien voor dit project.

2011 2012 2013

Wie jeugddienst x x x

Link decreet Jeugdbeleid/prioriteit cultuur

255 © De stad erkent Urban Culture als een laagdrempelige vrijetijdsbeleving van jongeren in een grootstedelijke context. De stad promoot dit naar andere sectoren, brengt nieuwe evoluties in kaart en zorgt ervoor dat het gevoerde vrijetijdsbeleid hierop is afgestemd.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst in samenwerking met de cultuurpartners x x x

Link decreet

256©   Aan de Urban scene wordt een kwaliteitsvol programma aangeboden met lokale en internationale gezelschappen. Bijzondere aandacht zal gaan naar de producties van de jongeren zelf. In 2011 wordt in samenwerking met diverse partners en Antwerpen Europese Jongerenhoofdstad een Urban festival georganiseerd, met aandacht voor lokaal en internationaal jong talent.

2011 2012 2013

Wie Externe partner in samenwerking met de AEJH x

Link decreet Jeugdbeleid/prioriteit cultuur

238

Page 239: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

OD2 Er is een vernieuwde aanpak voor de financiële ondersteuning van jongeren die projecten willen organiseren met linken naar cultuur, sport en/of onderwijs.

Het vernieuwde projectsubsidiereglement wordt extra gepromoot zodat er meer projecten met linken naar cultuur,

sport en/of onderwijs georganiseerd worden. Jaarlijks wordt er een nieuwe oproep voor de talentenbeurs Troef

gelanceerd. De stad geeft hiermee jaarlijks aan drie jongeren de kans om met hun talent een project uit te werken voor

Antwerpse kinderen en/of jongeren.

(Zie ook CS10_ND2_OD4)

ACTIES257 © Het projectsubsidiereglement wordt extra gepromoot bij nieuwe groepen jongeren

die projecten willen organiseren met linken naar cultuur, sport en/of onderwijs. De gesubsidieerde projecten worden extra gepromoot en zichtbaar gemaakt. Er worden extra toonkansen gecreëerd.

2011 2012 2013

Wie Jeugddienst x

Link decreet Jeugdbeleid/prioriteit cultuur

239

Page 240: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

ND5ND6ND5 Er is een permanente, gecoördineerde beleidsvisie tussen de beleidsdomeinen cultuur, jeugd en onderwijs, voor alle samenwerkingsprojecten cultuur.

OD1 Vanaf 2009 is er een samenwerking binnen de stad tussen ten minste de beleidsdomeinen jeugd, cultuur en onderwijs, die organiseert, coördineert en ondersteunt - en daartoe middelen beheert.

OD2 Vanaf 1 juni 2009 zijn er verschillende structurele overlegplatforms die werken vanuit een gedragen visie over het verhogen van de culturele competentie en participatie.

OD3 Vanaf 1 september 2009 moeten lopende en nieuwe acties voldoen aan duidelijke criteria over het verhogen van de culturele competentie en participatie

OD4 Vanaf 1 juni 2009 is er een structureel overleg tussen cultuur en sport.

240

Page 241: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

ND6ND6 Kinderen, jongeren en hun begeleiders kennen het culturele aanbod en weten ermee om te gaan.

OD1 De stad Antwerpen communiceert vanaf 1 september 2009 het culturele aanbod op maat van scholen, leerkrachten en jeugdwerkers zodat zij keuzes kunnen maken.

OD2 Scholen voor deeltijds kunstonderwijs worden begeleid in het verbreden en verdiepen van hun werking en hun publiek.

OD3 Scholen en jeugdorganisaties worden gestimuleerd om het werken met, over of aan cultuur/ culturen te integreren in hun beleid.

241

Page 242: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

ND7ND7 Meer kinderen, jongeren en hun begeleiders participeren aan het culturele aanbod.

OD1 De stad Antwerpen inventariseert tegen 2010 bestaande drempels die de participatie belemmert en onderneemt stappen om deze weg te werken.

OD2 Scholen en leerkrachten hebben verschillende mogelijkheden om, zelf of met de leerlingen, aan kunst en cultuur te participeren

OD3 De stad Antwerpen ondersteunt het openstellen van school- en jeugdinfrastructuur voor cultuur en culturele infrastructuur voor onderwijs en jeugd.

242

Page 243: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

4.5 Financieel overzicht

Hieronder is een financiële prognose opgenomen die gebaseerd is op de huidige meerjarenplanning 2010-2014 van de

stad Antwerpen. Deze prognose wordt elk jaar aangepast bij de begrotingsopmaak van het volgende werkingsjaar.

De bedragen die in de tabel zijn opgenomen zijn dus indicatief.

4.6 Interactief bestuur

De jeugddienst communiceert regelmatig met jonge creatievelingen. Ze toetst af of het gevoerde beleid nog meer op

maat gemaakt kan worden. Ze volgt tendensen op en polst bij jongeren op welke manier we hen hier beter in kunnen

ondersteunen. Jongeren nauw betrokken in de uitbouw van het netwerk rond Urban Culture. Ze worden als experten

rond dit thema geconsulteerd.

Gewone begroting - Uitgaven

Begrotingscode Nummer doelstelling Doel Begroting 2011 Begroting 2012 Begroting 2013

76113/332/03/00

76119/332/02/00

CS15_04_03

CS15_05_03

Projecten cultuur-sport-onderwijs-jeugdStadsklassen + zichtbaarheidsacties

200 000

90 000

200 000

90 000

200 000

90 000

243

Page 244: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

244

Page 245: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

FINANCIEEL OVERzICHT

245

Page 246: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

Gewone begroting - Uitgaven

Begrotingscode Nummer doelstelling

Doel Begroting 2011 Begroting 2012 Begroting 2013

76101/121/01/0076101/123/16/00

CS10_01_01 Monitoring Antwerpse jeugdactualiteit

20 200 20 200 20 200

84929/332/03/00 CS10_01_03 Integraal jeugdbeleid 1 000 1 000 1 000

76119/332/02/00 CS10_01_04 Jeugddienst: samenwerkingsovereenkomsten + regiefunctie

47 800 47 800 47 800

76104/332/02/55 CS10_01_05 Ondersteuning jeugdwerk 241 300 350 000 354 300

13500/123/02/0476119/332/02/0013500/123/02/0476104/332/02/5513500/123/02/0476101/123/10/00

CS10_02_01

CS10_02_02

CS10_02_03CS10_02_04

Communicatie en informatie

Optimalisatie mediamix

Nieuwe mediaInformatie op maat van jongeren en het jeugdwerk

6 000

19 100145 20017 5005 000

6 00015 00019 100150 30017 5005 000

6 00015 00019 100155 60017 5005 000

76119/332/02/00 CS10_03_01 Inspraak en ondersteuning jeugdraad 23 300 23 300 23 300

13500/123(4)/0276101/124/02/76101/125/0613702/125/12(3)(5)/00

CS10_04_01 Administratieve vereenvoudiging + energiekosten en onderhoud jeugddienstgebouwen

14 30020 500 139 800131 100

14 30020 500142 500138 400

14 30020 500145 300146 100

76119/332/02/00 CS10_05_02 Europese Jongerenhoofdstad 782 200 263 000 229 600

Hieronder is een financiële prognose opgenomen die gebaseerd is op de huidige meerjarenplanning 2010-2014 van de stad Antwerpen.

Deze prognose wordt elk jaar aangepast bij de begrotingsopmaak van het volgende werkingsjaar. De bedragen die in de tabel zijn opgenomen zijn dus indicatief.

246

Page 247: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

Gewone begroting - Uitgaven

Begrotingscode Nummer doelstelling Doel Begroting 2011 Begroting 2012 Begroting 2013

76113/332/03/00 CS11_01_01 Subsidie aan vrijwilligersjeugdwerk volgens reglement

780 000 800 000 825 000

76105/332/02/0076109/124/02/0076119/332/02/0076104/332/02/5776104/332/02/5576105/332/02/0076110/332/03/0084929/332/03/0076110/332/02/0084929/332/03/0076119/332/02/0076119/332/02/0076119/332/02/00

CS11_01_03CS11_01_04CS11_01_05

CS11_01_07

CS11_01_08

CS11_01_12CS11_01_17CS11_01_18

Heroriëntering eigen aanbod Innovatief aanbod Speelaanbod in de vakanties

Functieverruiming jeugdcentra

Jongerencompetentiecentra

Stadsspel Heroriëntatie uitleendienst Kadervorming

185 00040 00070 000220 000664 800197 500254 700937 500 300 000124 600208 1002 500120 000 96 500

185 00040 00070 000220 000688 100202 400343 4001 012 500300 000129 400554 0002 500120 000146 500

185 00040 00070 000220 000712 200207 800355 4001 087 500300 000134 300507 3002 500120 000146 500

76101/126/01/00 CS11_02_01 Huurgelden 5 700 1 000 1 000

76105/332/02/0076113/332/03/0093003/332/02/2676114/332/03/0084929/332/03/0093003/332/02/26

CS11_02_02

CS11_02_03

CS11_02_05

Projectenfonds doorstroming

Werkingen kwetsbare jongeren

Pleinontwikkeling

75 000

215 7001 214 1001 750 000711 400

75 000

215 7001 514 1001 900 000711 400

75 000

215 7001 514 1002 050 000711 400

Gewone begroting - Ontvangsten

Begrotingscode Nummer doelstelling Doel Begroting 2011 Begroting 2012 Begroting 2013

2200/466/08/0076100/465/01/00

CS10_01_03CS10_02_02

Integraal jeugdbeleidOptimalisatie mediamix

100013 300

100013 300

100013 300

247

Page 248: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

Buitengewone begroting - Uitgaven

Begrotingscode Nummer doelstelling Doel Begroting 2011 Begroting 2012 Begroting 2013

76144/522/52/00 CS11_01_01 Subsidies groot materiaal (reglement)

52 500 52 500 52 500

Gewone begroting - Ontvangsten

Begrotingscode Nummer doelstelling Doel Begroting 2011 Begroting 2012 Begroting 2013

2200/466/08/00 (inkomsten Stedenfonds Vlaanderen)

CS11_01_07CS11_01_08CS11_02_03

Stedelijke Jeugdcentra Jongerencompetentiecentra Werkingen kwetsbare jongeren

937 500124 6001 750 000

1 012 500129 4001 900 000

1 087 500134 3002 050 000

76100/465/01/00(inkomsten jeugdbeleidsplan)

CS11_01_01CS11_02_03

Subsidies jeugdwerk Werkingen kwetsbare jongeren

784 5001 214 100

784 5001 214 100

784 5001 214 100

93003/465/48/26(inkomsten federaal grootstedenbeleid)

CS11_02_03

CS11_02_05

Werkingen kwetsbare jongeren

Pleinontwikkeling

215 700

722 100

215 700

722 100

215 700

722 100

Gewone begroting - Uitgaven

Begrotingscode Nummer doelstelling Doel Begroting 2011 Begroting 2012 Begroting 2013

76119/332/02/00

13702/125/12/0013702/125/13/0013702/125/15/0076100/332/02/02

CS12_01_02

CS12_01_06

Onderhoud en beheer jeugdcentra

Energiekosten stadsgebouwen

220 000

13 400 (Electr.)6 500 (Gas) 2 400 (Water)54 300

220 000

13 400 (Electr.)6 500 (Gas)2 400 (Water)54 300

220 000

13 400 (Electr.)6 500 (Gas)2 400 (Water)54 300

76113/332/03/00

76113/332/03/00

76102/124/02/00

CS12_02_01

CS12_02_02

CS12_02_03

Jeugdwerklokalen infrastructuursubsidiesVerbetertrajecten lokalen – infrastructuursubsidiesOnderhoud speelterreinen

175 000

361 000

49 300

200 000

361 000

49 300

200 000

361 000

49 300

248

Page 249: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

Gewone begroting - Ontvangsten

Begrotingscode Nummer doelstelling Doel Begroting 2011 Begroting 2012 Begroting 2013

76100/465/01/00 CS12_02_02 Jeugdwerklokalen infrastructuursubsidies

270 200 270 200 270 200

Gewone begroting - Uitgaven

Begrotingscode Nummer doelstelling Doel Begroting 2011 Begroting 2012 Begroting 2013

76113/332/03/00

76119/332/02/00

CS15_04_03

CS15_05_03

Projecten cultuur-sport-onderwijs-jeugdStadsklassen + zichtbaarheidsacties

200 000

90 000

200 000

90 000

200 000

90 000

Buitengewone begroting - Uitgaven

Begrotingscode Nummer doelstelling Doel Begroting 2011 Begroting 2012 Begroting 2013

76170/723/60/00 CS12_01_01 In elk district is minstens 1 lokaal jeugdcentrum

1 300 000 1 300 000 1 000 000

76146/723/00/00 CS12_01_02 Jeugdcentra aanpassingswerken gebouwen

150 000 150 000 150 000

76145/723/60/00 CS12_01_03 Fuifinfrastructuur 150 000 150 000 150 000

76136/744/51/00 CS12_03_03 Heraanleg speelterreinen 500 000 500 000 500 000

249

Page 250: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

250

Page 251: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

BIJLAGEN

251

Page 252: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

bijlagen

Overzicht ondersteuning van het vrijwillig jeugdwerk

De belangrijkste motor van het jeugdwerkaanbod zijn de vele jeugdverenigingen. In 2009 waren er wekelijks meer dan 3 000 jonge vrijwilligers actief in de stad. De vrijwilligers bezorgden aan meer dan 20 000 Antwerpse kinderen en tieners een leuke vrije tijd. In 2009 waren er 209 erkende jeugdverenigingen. Samen realiseerden ze een gevarieerd aanbod met voor elk wat wils: er zijn zowel jeugdbewegingen zoals Scouts, Chiro,… als allochtone verenigingen, jeugdhuizen, speelpleinwerkingen en meer experimentele werkingen zoals bv een circuswerking.

In het Jeugdbeleidsplan 2011-2013 zijn de acties rond de ondersteuning van het jeugdwerk aangeduid met het icoontje . Omdat alle acties gespreid zijn over het plan, geven we met dit document een overzicht van de belangrijkste acties voor jeugdwerkers. In het plan staan uiteraard nog meer acties die belangrijk kunnen zijn voor het jeugdwerk.

De acties hebben allemaal een nummer. Voor meer info over een actie, volstaat een opzoeking in het plan aan de hand van hun nummer.

252

Page 253: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

1. Inhoudelijke ondersteuning van het jeugdwerk

De jeugddienst, de stadswerkers, sommige jeugdwerkkoepels en de jeugdconsulenten in de districten ondersteunen

inhoudelijk het jeugdwerk via een samenspel. We streven naar een toegankelijke dienstverlening op maat, rekening

houdend met de grote diversiteit binnen het jeugdwerk.

De stadswerkers voor de koepels van Chiro, Scouts en Gidsen Vlaanderen, Formaat en PAJ ondersteunen rechtstreeks

groepen uit de stad die het vaak moeilijk hebben om te overleven.

De meest essentiële acties die betrekking hebben op dit thema zijn :

4. Groepen die geen beroep kunnen doen op de ondersteuning van een stadswerker, worden door de jeugddienst

aanvullend ondersteund. Ter ondersteuning van het jeugdwerk krijgen zij extra aandacht bij alle opgezette

acties. De jeugddienst gaat pro-actief aan de slag met deze groepen.

5. De jeugddienst houdt voeling met het jeugdwerk door hen regelmatig te bezoeken.

De jeugddienst verhoogt de contacten met de jeugdverenigingen (telefonische contacten, plaatsbezoeken,

subsidiebegeleiding,…). Deze contacten gebeuren zowel centraal als in de districten.

Centraal is dit naar aanleiding van infrastructuursubsidies, ondersteuningstrajecten, erkenningsdossiers,…

In de districten zijn de jeugdconsulenten de meest aangewezen persoon voor de plaatsbezoeken.

6. Jaarlijks is er een overleg met de verantwoordelijke vrijwilligers van het tweedelijnsjeugdwerk.

Deze vrijwilligers hebben door hun contacten met de jeugdverenigingen een schat aan informatie over het

Antwerpse jeugdwerk. Door de uitwisseling van informatie krijgen we een beter zicht op wat er leeft bij het

Antwerps jeugdwerk.

253

Page 254: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

17. De bibliotheken stellen voorleespakketten en/of strippakketten samen. Het jeugdwerk kan die mee op

weekend of op kamp meenemen.

19. Om het cultuuraanbod beter bekend te maken bij het jeugdwerk, houden jeugdcentra of cultuurcentra

korte voorstellingen (smaakmakers) in het jeugdwerk. Het cultuurcentrum of jeugdcentrum gaat zelf met een

kort programma naar de jeugdwerking en stelt zo haar werking voor.

37. Om jeugdverenigingen te helpen in hun zoektocht naar vrijwilligers :

- komt op de website bruikbare informatie over het werven van leiding en vrijwilligers

- wordt aan de deelnemers van kadervorming een kadervormingssubsidie aangevraagd en een oproep

gelanceerd om zich te engageren bij een jeugdvereniging

-worden de beschikbare mediakanalen gebruikt om jongeren te stimuleren tot vrijwilligerswerk

35. De jeugddienst maakt een infobank aan met alle mogelijke subsidievormen (Vlaamse, provinciale, andere

stadsdiensten…) en werkt deze geregeld bij. Deze informatie kan op de website per thema geraadpleegd

worden.

36, 38, 41, 52, 53 en 55.

Er wordt een gebruiksvriendelijke database voor het bestaande Antwerpse jeugdwerk ontwikkeld en up-

to-date gehouden. Deze informatie is beschikbaar op de website van de jeugddienst. De jeugddienst stelt een

informatiepakket samen en stuurt dit automatisch op naar elke nieuwe groepsleider of verantwoordelijke van

een vereniging. De website en de nieuwsbrief worden intensief gebruikt als doorgeefluik van informatie.

In de Nieuwe Antwerpenaar wordt het vrijwillige jeugdwerk regelmatig gepromoot.

39. Alle jeugdverenigingen, met extra aandacht voor startende en zwakkere verenigingen, kunnen rekenen op een

actieve ondersteuning bij het indienen van hun subsidiedossiers. Jaarlijks zal er met een vijftal verenigingen

worden samen gezeten met het oog op de kwaliteitsverbetering van hun ingediende dossiers.

254

Page 255: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

2. Administratieve en financiële ondersteuning van het jeugdwerk

Eind 2009 is er een goedgekeurd nieuw subsidiereglement gekomen. Dit kwam er na uitgebreide info- en

inspraakmomenten van collega’s, partners en jongeren.

Dit reglement zorgt voor:

een vereenvoudiging door bijvoorbeeld subsidievormen te clusteren

subsidiëring van verenigingen die effectief jeugdwerk organiseren, zoals gedefinieerd in het reglement.

De belangrijkste ondersteuning van het vrijwilligersjeugdwerk gebeurt via dit subsidiereglement.

Jeugdverenigingen kunnen subsidies krijgen voor :

startende vereniging

werking

kadervorming

infrastructuur

aankopen groot materiaal

projecten

De jeugddienst ondersteunt grote overkoepelende projecten die bijdragen tot betere toegankelijkheid van de

werkingen. Het betaalt vorming rond dit thema terug.

In 2009 en 2010 werd samen met sport en cultuur, gewerkt aan een digitaal Dossier Opvolging Systeem (DOS)

255

Page 256: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

De meest essentiële acties uit het plan die betrekking hebben op dit thema zijn :

48. De stad ondersteunt haar vrijwillige jeugdwerkpartners in hun streven naar een betere gekendheid

en zichtbaarheid. Ze doet dit door hen A-materiaal aan te bieden, door hen op te nemen in de algemene

verenigingendatabank van Cultuur, sport en jeugd. Ook staan ze in de andere communicatiekanalen van de

stad. De stad ondersteunt hen in hun vragen naar zichtbaarheid.

88, 89 en 90.

Via DOS kunnen verenigingen hun eigen gegevens beheren, informatie inwinnen over mogelijke subsidies,

subsidies aanvragen en lopende dossiers opvolgen. DOS wordt door de jeugddienst (centraal en districten) en

de stadswerkers, gebruikt als instrument om het jeugdwerk intensief te ondersteunen en op te volgen.

101. Wanneer een jeugdvereniging niet voldoet aan bepaalde voorwaarden uit het subsidiereglement kan

zij toch in aanmerking komen voor erkenning. Welteverstaan als ze bereid is om actief mee te werken aan

een ondersteuningstraject. Het initiatief om een ondersteuningstraject op te starten ligt

altijd bij de jeugddienst. Een ondersteuningstraject is afgebakend in de tijd, op maat van de vereniging en

bestaat uit verschillende fasen (probleemstelling, analyse, inventarisering mogelijke oplossingen,…).

Het einddoel van het ondersteuningstraject is steeds het behalen van de voorwaarden zoals omschreven

in het reglement. Bij het opstarten en uitvoeren van een ondersteuningstraject worden alle relevante partners

betrokken: de jeugdvereniging, de districtsjeugddienst, de jeugddienst, de stadswerker (indien van

toepassing),…

169. Het projectenfonds “drempels in het jeugdwerk” wordt geëvalueerd samen met de werkgroep WKJ (Werkingen

Kansarme Jongeren). De werkgroep krijgt ondersteuning van het jeugdwerk en indien nodig wordt de werking

ervan bijgestuurd.

256

Page 257: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

3. Jeugdwerkinfrastructuur

Een goed onderhouden en veilig lokaal is cruciaal voor een jeugdvereniging. Jeugdwerkinfrastructuur in orde brengen

is een topprioriteit.

De volgende drie jaren focust de jeugddienst zich vooral op de opvolging en continuering van zowel de elektriciteit- en

gaskeuringen als de verbetertrajecten. Met als doel de vastgestelde inbreuken te verhelpen. Specifieke nieuwe acties,

die eveneens kaderen binnen de prioriteit brandveiligheid, zijn de sensibiliseringsacties en gezamenlijke aankopen van

veiligheidsmateriaal (brandblussers, pictogrammen, noodverlichting,…).

De stad moet het goede voorbeeld geven en werk maken van het volledig in orde maken van de eigen infrastructuur.

Daarnaast zullen er maatregelen uitgewerkt moeten worden om ook andere eigenaars te stimuleren om hun

jeugdwerkinfrastructuur in orde te brengen.

Verder zal er ook aandacht gaan naar de gebruikszekerheid van lokalen. Sommige jeugdwerkinitiatieven dreigen uit

hun lokaal gezet te worden. Hiervoor moet een oplossing komen.

De meest essentiële acties uit het plan die betrekking hebben op dit thema zijn :

210. Jaarlijks worden minimum 40 lokalen van erkende jeugdverenigingen bezocht in het kader van het opmaken

van verbetertrajecten. De vereniging wordt ingelicht over de bedoeling van dit bezoek.

211. Er wordt een verslag opgesteld van ieder bezocht jeugdlokaal. Uit dit verslag blijkt duidelijk wat er in orde is

en op welke punten het lokaal mankementen vertoont. Brandveiligheid is hierbij de topprioriteit.

De dringendheid van het verhelpen van de mankementen wordt aangegeven met een kleurcode.

Op die manier is dit verslag een leidraad om de toestand van het lokaal te verbeteren.

213. Wanneer een jeugdvereniging problemen ondervindt bij opslag- en activiteitsruimte, ondersteunt de stad hen

bij het zoeken naar oplossingen.

216. Er wordt onderzocht of voor grotere infrastructuurprojecten (nieuwbouw of ingrijpende renovatie) meer

257

Page 258: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

zekerheid kan geboden worden over de financiering van heel het project.

217. De jeugddienst monitort bij infrastructuursubsidies, het verschil tussen de ingediende offertes en de reële

kost. Hiermee worden prijsstijgingen tussen de datum van de offertes en de voltooiing van de werken in beeld

gebracht. Op basis van deze monitoring wordt advies gegeven aan de VZW jeugdinfra.

220. Om de drie jaar krijgen twee begeleiders per vereniging de gelegenheid om een training te volgen in het

hanteren van brandbestrijdingsmiddelen en het organiseren van evacuatieoefeningen.

De jeugddienst stimuleert de deelname aan vormingsactiviteiten. Die gaan over (brand)veiligheid,

zonevreemdheid, milieuregelgeving, hygiëne, duurzaamheid, geluidshinder, inbraak- en

vandalismepreventie. Door bekendmaking van het aanbod en uitbreiding van het aantal erkende

vormingsorganisaties in het subsidiereglement voor kadervorming.

225. Het jeugdwerk wordt regelmatig geïnformeerd over brandveiligheid van jeugdwerkinfrastructuur. In elke

nieuwsbrief verschijnt een “tip”, met linken naar bestaande, begrijpbare informatie rond brandveiligheid.

Hiervoor gebruikt men de publicaties van de brandweer van Antwerpen, steunpunt jeugd, …

258

Page 259: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

4. Materiële ondersteuning van het jeugdwerk en jongeren

In functie van meer efficiëntie en klantgerichtheid werd de centrale uitleendienst geheroriënteerd. Er zijn nu twee

uitleenposten: een voor zone Noord (huidige locatie) en een in zone Zuid. De uitleendienst in zone Zuid is onderdeel

van een jeugdwerkpartner die werkt rond competenties en past binnen de ondersteuning van evenementen.

154. Werkhaven neemt de uitbating van de uitleendienst op zich en koppelt daar een tewerkstellingsproject voor

jongeren aan vast. Het materiaal van de uitleendienst wordt uitgebreid met meer en beter materiaal om

tegemoet te komen aan de stijgende vraag.

Om de werking van de uitleendienst zeker op maat van de prioritaire doelgroep af te stemmen, wordt gewerkt met een

adviesgroep met vertegenwoordigers van de jeugdwerksector.

154. De adviesgroep van de uitleendienst wordt zorgvuldig samengesteld zodat er een evenwichtige afvaardiging

is van de verschillende gebruikers. Het aanbod van de uitleendienst zal hierdoor beter afgestemd worden op

de verschillende noden die er leven bij het jeugdwerk enerzijds en de individuele jongeren anderzijds.

De adviesgroep geeft advies over het aankoopbeleid en de algemene werking van de uitleendienst.

259

Page 260: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

5. Vorming, waardering en erkenning van vrijwilligers in het jeugdwerk

De jeugddienst stimuleert en bewaakt het competentiebeleid in het jeugdwerk. Door het benoemen en herkennen

van de competenties die jongeren in het jeugdwerk leren, creëert de stad meer kansen op vlak van maatschappelijke

participatie, juiste opleidingskeuze en tewerkstelling. Voor minder kansrijke jongeren kan dit een verschil maken in

hun verdere levensloopbaan. Het benoemen, herkennen en ontwikkelen van competenties waardeert de inzet van

vrijwilligers in het jeugdwerk op een niet-materiële wijze.

De stad erkent dat het jeugdwerk een waardevolle leeromgeving is . Het onderneemt acties om dit leren expliciet te

maken en om verdere competentieontwikkeling binnen het jeugdwerk te stimuleren.

De meest essentiële acties uit het plan die betrekking hebben op dit thema zijn :

157. De drie jongerencompetentiecentra delen hun expertise over het werken rond competenties met het

jeugdwerk.

158. Er is voldoende aanbod aan specifieke kadervorming voor vrijwilligers uit kansengroepen. Er zijn instrumenten

om vormingen aantrekkelijker en toegankelijker te maken voor alle doelgroepen.

160. De jeugddienst moedigt de deelname aan (kader)vorming aan. Via kadervormingsubsidies, zowel voor

individuele jongeren als voor leidingsploegen.

161. De jeugddienst erkent EVC-attesten voor jeugdwerkvrijwilligers bij aanwerving van eigen monitoren.

Op deze attesten staan de competenties vermeld en kunnen jongeren hun ervaringen aantonen.

164. De jeugddienst onderzoekt hoe EVC-attesten kunnen gebruikt worden bij de erkenning van jeugdverenigingen.

Zo worden jongeren die drie jaar ervaring in het jeugdwerk kunnen aantonen via een portfoliodocument

(bijvoorbeeld een C-stick of een Oscar-attest), erkend als gekwalificeerde begeleider.

260

Page 261: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

261

Page 262: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

bijlagen

ADVIES STEDELIJKE JEUGDRAAD

Advies van de stedelijke jeugdraad over het ontwerp van jeugdbeleidsplan 2011-2013 en (in italic) het antwoord van het college van burgemeester en schepenen

262

Page 263: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

Beste, Antwerpen, 9 september 2010

Nauwgezet en met veel interesse hebben wij het jeugdbeleidsplan voor de volgende drie jaar gelezen.

Na een laatste bespreking op de jeugdraad van 8 september hebben wij volgende opmerkingen geformuleerd

waar wij een grondig antwoord op verwachten .

We hebben het advies van de jeugdraad met veel belangstelling gelezen. De jeugdraad heeft duidelijk werk gemaakt

van het formuleren van een goed onderbouwd en uitgebreid advies. Jullie advies is een eindpunt is een lang traject

van inspraak en participatie. Vele jongeren, jeugdwerkers, stadsdiensten en jeugdraden (van de districten en van

de stad) werden immers betrokken bij de opmaak van dit jeugdbeleidsplan. De jeugddienst is tevreden dat de

jeugdraad een positief advies geeft en dat de jeugdraad zich engageert om actief te waken over de uitvoering van het

jeugdbeleidsplan.

Hieronder vinden jullie concrete antwoorden op jullie vragen en voorstellen.

Het stuk over fuifruimte is heel vaag, we willen hier verwijzen naar ons advies van juni 2010.

Graag formuleren we hierover nog een antwoord. Zie hiervoor naar de bijlage: advies fuifruimte bis.

Het stadsbestuur is zich bewust van het belang van fuifruimte en is daarom blij dat de jeugdraad mee creatief nadenkt

en naar oplossingen zoekt. De jeugdraad geeft heel wat waardevolle tips over mogelijke locaties. De mogelijkheden

om te kunnen fuiven op deze locaties zullen door de jeugddienst onderzocht worden. De jeugddienst zal de jeugdraad

sowieso op de hoogte houden over de vorderingen.

Het stadsbestuur vindt het belangrijk om met de jeugdraad samen na te denken over fuifruimte in de stad.

Een mogelijke manier van werken is het oplijsten van een aantal werkpunten waar we concreet mee aan de slag

kunnen gaan. Gezien de eigenheid van de verschillende districten, is een plan van aanpak op districtsniveau

noodzakelijk. De moeilijkheden en kansen zijn immers zeer divers. Hierbij streven we naar korte termijn, middellang en

lange termijn perspectief.

De jeugddienst beschikt reeds over een databank van zalen waar gefeest kan worden. In eerste instantie zal onderzocht

worden of die lijst nog up to date is, of de zalen die er op staan altijd volgeboekt zijn, wie de gebruikers zijn, wat de

kostprijs is,…

263

Page 264: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

De jeugddienst zal hiervoor samenwerken met het “netwerk ontmoetingsruimte”. Dit is een stadsdienst die ook

beschikt over een databank van beschikbare zalen.

“We hebben het antwoord op het advies van 14 juni 2010 goed ontvangen. De jeugdraad erkent en moedigt de

huidige inspanningen van het stadsbestuur zeker aan.

De projecten in Merksem , Rozemaai, Ekeren, Luchtbal en (Hoboken?) zijn zeker waardevol maar bieden geen

antwoord op de vraag naar grotere fuifruimte.

Naast investeringen in nieuwe jeugdcentra, investeert de stad ook in nieuwe fuifruimte. Onlangs opende op het Kiel

een nieuw jongerencompetentiecentrum, ZAPPA, met een fuifzaal voor 1000 personen (te verkleinen naar 500).

Aan de kievitkant van het Centraal Station plannen we in 2011 de bouw van nog een nieuwe fuifzaal, de CASCO, met

dezelfde capaciteit. Het stadsbestuur wil de jeugdraad graag verder betrekken in een denkoefening over fuifruimte.

Het mobiele jeugdcentrum is een leuke en welgekomen aanvulling op het reeds bestaande aanbod. Wel stelt

de jeugdraad zich vragen bij de continuïteit en de verderzetting van dit project. Het creëren van tijdelijke

projectruimte is een goede impuls en verdient zeker een vervolg, maar biedt geen oplossing voor het gebrek aan

fuifruimte in verschillende gebieden.

Het idee van een mobiel jeugdcentrum wordt zeker niet verlaten. Meer nog, in 201 (Antwerpen, Europese

Jongerenhoofdstad) zal het concept van een mobiele tent verder gebruikt worden om alle districten aan te doen,

gedurende een korte periode. Op dit moment wordt het programma nog verder ingevuld, maar leuke feestjes moeten

terug kunnen in de tent.

Zeker in Ekeren en Rozemaai ,waar de komende jaren heel wat investeringen in infrastructuur worden gedaan,

zijn (hopen wij) er nog kansen. De jeugdraad denkt hierbij aan het nieuwe sportcomplex aan de Oude Landen, de

nieuwe turnhal aan het Hagelkruispark en het nieuwe cultuurcentrum te Ekeren. Het project op Rozemaai, dicht

gelegen bij het centrum van Ekeren, biedt eventueel ook een kans.

De nieuwbouw op de Rozemaai zal geen oplossing bieden voor het gebrek aan fuifruimte. Er komt een nieuwe

werking voor kwetsbare kinderen, tieners en jongeren. In 2011 komt er een tijdelijk gebouw van waaruit de werking

264

Page 265: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

al kan starten, om in 2013 een nieuw gebouw te kunnen openen. Zoals al gezegd is een aanpak op districtsniveau

noodzakelijk.

Het creëren van verschillende polyvalente zalen te Ekeren met een grotere capaciteit biedt ook de kans om de

eventuele overlast te verspreiden over de verschillende buurten.

De jeugdraad ziet ook een mogelijkheid in de lokalen van jeugdverenigingen die beschikken over een

accommodatie en ligging die fuiven mogelijk maakt. De nodige aanpassingen voor het geven van fuiven kan

bijvoorbeeld opgenomen worden in het subsidiereglement. Een overeenkomst met de jeugddienst die als

coördinerende rol kan optreden tussen een jeugdvereniging en een derde partner, bijvoorbeeld het lokaal

jeugdhuis.

De concessies met met jeugdverenigingen die hun lokalen meer willen openstellen voor andere verenigingen

moeten dan ook ruimer worden ingevuld. Op deze moment mogen verenigingen met een concessie hun locatie

maar 6 keer per jaar verhuren. Door dit uit te breiden kan deze maatregel voor meer ruimte kunnen creëren in de

stad.

Het is wel mogelijk voor jeugdverenigingen met een concessie om hun lokaal onder te verhuren. In het

concessiereglement voor jeugdverenigingen staat het volgende opgenomen rond onderverhuren: “De

jeugdverenigingen mogen het pand of delen ervan niet permanent onderverhuren aan derden. Zij mogen het pand

echter wel (al of niet kosteloos) ter beschikking stellen aan andere al of niet Antwerpse verenigingen binnen hetzelfde

beleidsdomein (jeugd). Deze terbeschikkingstelling is echter slechts toegelaten gedurende maximum 31 opeenvolgende

dagen en gedurende maximum 52 dagen per kalenderjaar. Afwijkingen zijn mogelijk mits voorafgaande schriftelijke

toestemming van de stad.”

Daarnaast ziet de jeugdraad ook een mogelijkheid om bestaande organisaties te vragen om hun lokalen open

te stellen voor jeugdfuiven. We denken hierbij aan de cultuurcentra, scholen,… Ook staan er in de stad veel

grote panden leeg en zou het goed zijn moesten deze ook tijdelijk als fuifruimte gebruikt kunnen worden. De

jeugdraad vraagt dan ook aan de stad om bovengenoemde voorstellen te onderzoeken op hun wenselijkheid en

haalbaarheid.”

265

Page 266: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

Het idee om bestaande ruimtes een dubbele invulling te geven of dubbel te gebruiken speelt al langer, ook bij de

jeugddienst. Jullie doen zeer waardevolle suggesties, die door de jeugddienst verder zullen onderzocht worden.

Jeugdbeleid: integraal jeugdbeleid: hierin wordt gesproken om jeugd binnen alle beleidsdomeinen te

betrekken. Er wordt bijvoorbeeld al jaren lang over de link tussen jeugd, sport en cultuur gesproken, maar de

jeugdraad vraagt zich af welke acties er concreet gepland zijn om deze doelstelling te realiseren.

De jeugddienst verhuisde meer dan een jaar geleden naar de bedrijfseenheid CS (die ondertussen Cultuur, Sport én

Jeugd werd gedoopt). In deze structuur zit samenwerking tussen de verschillende domeinen structureel verankerd.

Dit wordt bijvoorbeeld zeer zichtbaar in een aantal recent opgestarte bouwdossiers zoals in Hoboken en Berendrecht-

Zandvliet-Lillo, waar jeugd echt meetelt. In Zandvliet wordt De Keysershoeve verbouwd tot cultuurcentrum en

jeugddienst, en in Hoboken zal het Gravenhof verbouwd worden tot cultuurcentrum en jeugddienst. Beide diensten

zullen erg dicht bij elkaar zitten, wat alleen maar voordelen en nieuwe samenwerkingsverbanden kan opleveren.

Ondertussen werden ook twee intendanten aangeworven: een intendant sport-onderwijs en een intendant cultuur-

onderwijs, met als opdracht bruggen te slaan en verbindingen te maken tussen verschillende beleidsdomeinen, om

meer kinderen en jongeren in contact te brengen met sport en cultuur. Logischerwijs werkt de jeugddienst nauw met

hen samen.

Sowieso worden er veel acties opgezet waar jongeren bij betrokken worden. Denk maar aan alle evenementen en

activiteiten die in de jeugdcentra voor en door jongeren georganiseerd worden. Veel jeugdcentra werken hiervoor

samen met cultuurpartners.

Er is op dit moment al een nauwe samenwerking met collega’s van lokaal cultuurbeleid .Zo is de jeugddienst nauw

betrokken bij de realisatie van de aanbevelingen van het cultuurparticipatieonderzoek (waarvan kinderen en jongeren

een doelgroep zijn).

Daarnaast is er een maandelijks overleg waarin de musea, de cultuurcentra, de bibliotheek, algemeen

onderwijsbeleid, deeltijds kunstonderwijs en de intendant cultuur – onderwijs participeren. Hierin worden

verschillende acties uitgewerkt zoals bijvoorbeeld de actie nr. 18 uit het jeugdbeleidsplan waarin 6 musea een nauw

266

Page 267: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

samenwerkingsverband opstarten met 6 jeugdwerkorganisaties uit de WKJ-sector. Daarnaast worden zoveel mogelijk

acties aan elkaar gelinkt en wordt er informatie uitgewisseld.

Ook met de intendant sport – onderwijs is er regelmatig overleg om een aantal acties rond sport gezamenlijk uit te

werken. Zo zal er een sportpagina op de website www.antwerpen.be/jeugd komen waar een overzicht gegeven wordt

van het sportieve aanbod voor kinderen en jongeren in Antwerpen. De intendant sport levert hiervoor de nodige

informatie.

Ook pleinontwikkeling werkt nauw samen met buurtsport, bijvoorbeeld in de wijk Luchtbal (voetbalproject). Ook

nemen zij intensief deel aan ‘t Stad Sport in de paasvakantie, en de spektakels (donderdagnamiddagen op Spoor

Noord, ism buurtsport).

Samenwerking tussen stadsdiensten is één ding. Concrete projecten en acties realiseren is iets anders. Ook daarin zien

we steeds positievere tendens. Troef! is hiervan een concreet voorbeeld van. Jongeren krijgen de kans om vanuit hun

interesse een project uit te werken dat raakvlakken heeft met verschillende beleidsthema’s. De jeugddienst werkt hier

vooral ondersteunend en zorgt er mee voor dat de jongeren een netwerk rond hun project kunnen uitbouwen.

In een operationele doelstelling (OD5, p. 90) werd opgenomen dat pleinontwikkeling kinderen en jongeren

toeleidt naar het regulier jeugdwerk. Hierover is geen actie opgenomen. Een mogelijke actie is dat de mensen

van pleinontwikkeling één keer per jaar naar de districtjeugdraden komen. Ook zouden ze contact kunnen

opnemen met de lokale verenigingen.

In het plan staat onder de doelstelling dat pleinontwikkeling gebruikers van hun aanbod toeleidt tot het regulier

jeugdwerk en andere vrijetijdsmogelijkheden zoals bijvoorbeeld sportclubs. Het is dus een en/en verhaal. Er wordt

zowel doorverwezen naar jeugdverenigingen als naar sportclubs, culturele verenigingen etc. Omdat pleinontwikkeling

deze actie al in zijn huidige werking heeft opgenomen, werd dit niet meer expliciet als nieuwe actie opgenomen. Het

toeleiden van kinderen op maat en naargelang hun interesses, wordt zeker verdergezet. De suggestie om één keer per

jaar naar de districtsjeugdraden te komen zal intern bekeken worden.

Ruimte voor jongeren: Het is leuk om te lezen dat er aandacht is voor speelruimte in de stad. Wij kunnen ons

ook vinden in het verhaal van speelruimteweefsel waar in het JBP veel aandacht aan besteed wordt.

267

Page 268: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

Wij willen hier echter aan toevoegen dat het verhaal van de grote pleinen minstens even belangrijk is.

Wij zouden dus graag weten of en hoe hier aandacht aan besteed gaat worden.

Pleinen zijn een belangrijk deel van het openbaar domein voor alle leeftijdsgroepen, zo ook jeugd. Ze zijn dus (bijna)

steeds een onderdeel van het speelruimteweefsel van kinderen en jongeren in een wijk of district. Bij de heraanleg

van pleinen wordt steeds de jeugdparagraaf toegepast door advies aan de jeugdraad te vragen. In bepaalde

gevallen gebeurt er zelfs een apart inspraaktraject, zoals bijvoorbeeld nu aan de gang is bij de heraanleg van het

Stuivenbergplein. De heraanleg van dit plein is gepland in 2012.

De jeugdraad vraagt zich af hoe de link tussen professionals en vrijwilligers uit het jeugdwerk verder

uitgewerkt zal worden. Een versterking van het netwerk van professioneel en vrijwillig jeugdwerk kan enkel

positieve resultaten met zich meebrengen.

Het stadsbestuur begrijpt deze bekommernis. Een ontmoeting van professionals en vrijwilligers zorgt immers voor een

optimalisering van de kwaliteit van het bestaande Antwerpse jeugdwerklandschap. Enkele voorbeelden hieronder

illustreren reeds een aantal linken, ontmoetingsfora, kruisbestuivingen en samenwerkingen. Dit is uiteraard geen

limitatieve lijst. Meer suggesties zijn uiteraard steeds welkom.

Op volgende plekken/ activiteiten ontmoeten het vrijwillige jeugdwerk en het professionele jeugdwerk elkaar alvast:

de stedelijke jeugdraad en districtsjeugdraden, open jeugdraden,…

denkdagen in kader van Jeugdbeleidsplan

de lokale overlegmomenten tussen verschillende jeugdactoren in de districten zoals BOJAN, JOKI,.. worden

door de stadswerkers afhankelijk van het thema mee opgevolgd

concrete activiteiten / dossiers zoals het jeugdhuis op Linkeroever: de jeugddienst zorgt er voor dat alle

betrokken partijen rond de tafel worden gebracht

In het Jeugdbeleidsplan kan je volgende zaken lezen :

Omdat we het belangrijk vinden dat het vrijwillig jeugdwerk en het professionele jeugdwerk gericht op kansengroepen

geregeld met elkaar uitwisselen, zal de werkgroep ondersteuning van het jeugdwerk en de werkgroep van de WKJ

sector minstens één keer per jaar samenkomen.

268

Page 269: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

Een opvallende trend is de stijgende aandacht voor toeleiding van kinderen en jongeren van het professionele naar

het reguliere aanbod. De WKJ’s voorzien een zinvol en gestructureerd basisaanbod, maar heeft aandacht voor de

verruiming van de leefwereld van de doelgroep.

Op de denkdag over toeleiding op 24/09/09, waarop de meeste partners van de jeugddienst aanwezig waren, kwamen

we tot volgende definitie:

Toeleiding is een proces waarbij

verschillende stappen dienen ondernomen te worden

door de organisatie die de doelgroep bereikt én door de ontvangende organisatie

om de doelgroep op maat te begeleiden

naar een aanbod waar ze zelf de weg niet naar vinden

In de samenwerkingsovereenkomsten vind je:

toeleidingen van werkingen die werken met mensen in armoede naar het reguliere jeugdwerk

jeugdcentra die hun zalen moeten openstellen voor het vrijwilligersjeugdwerk

bij Formaat stond er in dat de expertise die Jongerencompetentiecentra hadden moest doorstromen naar de

vrijwilligersjeugdhuizen

Magic places had in zijn overeenkomst expliciet de samenwerking met het vrijwilligersjeugdwerk staan

Cultuur: in het plan staan veel nieuwe acties over cultuur, maar wat met de bestaande initiatieven?

De link tussen de bestaande cultuurinitiatieven en bestaand jeugdwerk kan verder uitgebouwd worden.

Voor de nieuwe beleidsperiode koos de Vlaamse Overheid voor twee nieuwe prioriteiten, waaronder ‘jeugdcultuur’.

Dit is meteen ook de reden van het belang ervan in dit jeugdbeleidsplan. Uiteraard worden niet alleen nieuwe acties

met nieuwe partners uitgewerkt. Bestaande samenwerkingen worden in eerste instantie verder gezet. Bestaande

cultuurinitiatieven zullen zeker betrokken worden in het opzetten en uitwerken van geplande nieuwe acties. Zo zal er

onderzocht worden of de cultuurstraten (van Opsinjoren)ook georganiseerd kunnen worden door jeugdverenigingen en

wordt er bekeken of de cultuurcheques voor studententen ook beschikbaar kunnen gesteld worden voor jeugdwerkers.

De jeugddienst zal in samenwerking met de collega’s van lokaal cultuurbeleid zoveel mogelijk bestaande

269

Page 270: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

cultuurinitiatieven voor jongeren in kaart brengen en op een overzichtelijke manier op de website plaatsen.

Op die manier is het voor jeugdwerkorganisaties gemakkelijker om samenwerkingsverbanden aan te gaan.

Het kader van dit jeugdbeleidsplan is degelijk en geeft een reflectie van de reële noden van jongeren in de stad.

Wij moeten echter wel vaststellen dat het formuleren van acties niet altijd even goed is gebeurd. Wij missen scherpte

en duidelijkheid in wat er op papier staat. Wij hopen dan ook, dat in de toekomst deze acties op een betere manier

geformuleerd kunnen worden en het jeugdbeleidsplan zo een concreter werkinstrument wordt dat jeugdbeleid in de

stad vorm geeft.

Dit jeugdbeleidsplan wensen wij gunstig te adviseren, de jeugdraad zal er echter met veel aandacht op toekijken dat

de geformuleerde acties uitgevoerd worden en dat de geest van het plan behouden blijft binnen het jeugdbeleid.

Met vriendelijke groeten,

De stedelijke jeugdraad

270

Page 271: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

bijlagen

ADVIES DISTRICTSRADEN

Advies van districtsraden over het ontwerp van jeugdbeleidsplan 2011-2013 en (in italic) het antwoord van het college van burgemeester en schepenen.

271

Page 272: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

Districtsraad Datum zitting Jaarnummer

Antwerpen 21 september 995

Berchem 23 september 3660

Berendrecht-Zandvliet-Lillo 13 september 945

Borgerhout 27 september 1093

Deurne 23 september 1245

Ekeren 27 september 1237

Hoboken 27 september afgevoerd

Merksem 23 september 1184

Wilrijk 23 september 1123

Advies districtsraad Antwerpen

De districtsraad verleent gunstig advies aan het jeugdbeleidsplan 2011-2013 van de stedelijke jeugddienst (zitting van

21 september, jaarnummer 995) onder beding dat :

bij alle lopende of op te starten projecten binnen de districstgrenzen van Antwerpen advies wordt

gevraagd aan de lokale jeugddienst, zo ondermeer voor:

jeugdcentrum Antwerpen-Noord, Rozemaai en Antwerpen-Linkeroever (Iglo)

jeugdculturele zone Ankerrui

voor het culturele luik vooral aandacht wordt besteed aan de

informatieverstrekking over het bestaande aanbod

realisatie van de drempelverlaging

toebedeling van een actievere rol aan de districtsjeugddienst inzake communicatie en promotie voor culturele

evenementen

versteviging in het algemeen van de link tussen de culturele sector en de jongeren.

272

Page 273: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

Antwoord op het advies:

Er is een goede samenwerking over de aangehaalde dossiers:

Er is samen met het stedelijke wijkoverleg een inspraaktraject uitgetekend voor de jeugdcentra op Luchtbal,

Rozemaai en Linkeroever met een duidelijke taakverdeling en een regelmatige informatie-uitwisseling

Maandelijks wordt er op het jeugdconsulentenoverleg een uur vrijgehouden op de agenda om de laatste

stand van zaken te geven over de grote infrastructuurdossiers

Ook bij andere dossiers zullen we op een gelijkaardige manier werken.

Antwoord op het advies over het culturele luik:

Tijdens het participatietraject van het jeugdbeleidsplan is duidelijk geworden dat er een groot cultureel aanbod is dat

niet voldoende gekend is bij jongeren. Er zal dus zeker ingezet worden op het beter stroomlijnen van de bekendmaking

van het aanbod. Dit zal o.a. gebeuren door (digitale) linken te leggen tussen de UIT-databank en de nieuwe website

van jeugd. Hierin kan de lokale jeugddienst ook een belangrijke rol spelen.

De A-kaart is een kaart die het participeren aan het cultureel aanbod moet verhogen en de link tussen de culturele

sector en jongeren moet kunnen verstevigen.

Vanuit de jeugddienst zal er vanaf 2011 meegewerkt worden aan de uitbouw van het concept van de A-kaart.

Advies districtsraad Berchem

De districtsraad adviseert gunstig over stedelijk jeugdbeleidsplan 2011-2013 dat voorligt (zitting van 23 september,

jaarnummer 3660) en adviseert bijkomend om:

voldoende personeel en werkingsmiddelen te voorzien voor het jongerenontmoetingscentrum Lange

Pastoorstraat;

verdere investeringen te doen voor de isolatie van het gebouw van het jeugdcentrum Den Eglantier en dit het

kader van het nastreven van de Vlarem II norm;

acties te ondernemen voor de algemene verbetering van de brandveiligheid van de jeugdlokalen.

273

Page 274: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

Antwoord op het advies:

Het jongerenontmoetingscentrum in Berchem huisvest verschillende diensten: zowel de jeugddienst van Berchem,

pleinontwikkeling Berchem als het jongerenluik van het steunpunt Berchem van Kras Jeugdwerk.De samenwerking in

goede verstandhouding zal er voor zorgen dat er een mooi resultaat kan bereikt worden en dat iedere partner vanuit

zijn opdracht in de buurt en in het centrum zijn werking kan uitbouwen. Er zal voldoende personeel voorzien worden

om een kwalitatieve werking voor kinderen, tieners en jongeren te kunnen uitbouwen.

Voor het jeugdcentrum Den Eglantier zijn er al heel wat investeringen gedaan in het gebouw om de geluidsisolatie

en akoestiek te verbeteren. In het najaar 2010 zal een nieuwe akoestische studie moeten aantonen of er nog verdere

ingrepen noodzakelijk zijn.

Brandveiligheid van jeugdwerklokalen is een beleidsprioriteit vanuit Vlaanderen, maar zeker ook voor de stad

Antwerpen. Onder het hoofdstuk jeugdwerkinfrastructuur binnen de strategische doelstelling CS12 is er een heel lijst

aan acties opgenomen die specifiek inzet op het verhogen van brandveiligheid van deze lokalen.

Advies districtsraad Berendrecht-Zandvliet-Lillo

De districtsraad van Berendrecht-Zandvliet-Lillo keurt het ontwerp jeugdbeleidsplan goed (zitting van 6 september,

jaarnummer 3669), mits enkele opmerkingen.

De districtsraad adviseert het college van burgemeester en schepenen de nodige aandacht te besteden aan kinderen,

tieners en jongeren bij de uitbouw van een jeugdcentrum in het district Berendrecht Zandvliet Lillo (cfr. actie 188 in het

jeugdbeleidsplan).

Antwoord op het advies:

Er is in het voorontwerp van het nieuw cultuur- en jeugdcentrum rekening gehouden met een concept waarbij

verenigingen (dus ook jeugdverenigingen en jongeren) actief gebruik kunnen maken van de infrastructuur (foyer,

multimediaruimte, theaterzaal, vergaderzalen,…). Daarnaast is er specifiek voor jeugd een knutselruimte waar een

atelierwerking voor kinderen zal uitgebouwd worden. In de buitenaanleg zal er ook nog speelruimte voorzien worden.

Advies districtsraad Borgerhout

De districtsraad van Borgerhout (zitting van 27 september, jaarnummer 1093) keurt het ontwerp jeugdbeleidsplan

goed, zonder opmerkingen.274

Page 275: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

Advies districtsraad Deurne

De districtsraad van Deurne (zitting van 23 september, jaarnummer 1245) keurt het ontwerp jeugdbeleidsplan goed,

zonder opmerkingen.

Advies districtsraad Ekeren

De districtsraad van Ekeren (zitting van 27 september, jaarnummer 1237) geeft gunstig advies aan het

jeugdbeleidsplan 2011-2013 van de stedelijke jeugddienst, mits opmerkingen.

De nodige aandacht te besteden aan het gebrek aan fuifruimte in Ekeren en ondersteuning te bieden naar

mogelijke alternatieve oplossingen.

De ondersteuning van de jeugddienst aan de districten te herformuleren, en zich in eerste instantie op te

stellen ten dienste van de districten, met respect voor de lokale bevoegdheden.

De Ekerse jeugddienst en de schepen bevoegd voor jeugd, steeds te betrekken bij alle projecten die in Ekeren

worden gerealiseerd voor de jeugd.

Snel werk maken van pleinontwikkeling op Rozemaai

Antwoord op het advies:

Er is met de stedelijke jeugdraad afgesproken, naar aanleiding van de bespreking over hun advies, dat er grondige

analyse komt van het bestaande aanbod van fuiflocaties en de intensiteit van gebruik van de locaties. Daarnaast zal

er een tijdelijke werkgroep, in de schoot van de stedelijke jeugdraad, worden opgericht die alle vragen en noden rond

fuifruimte zal oplijsten, want de vragen verschillen er van district tot district. Tenslotte zal er actief gevraagd worden

aan de jeugdraden om zelf locaties te suggereren waar er volgens hen kan gefuifd worden.

Er is een nieuwe dienstverleningsovereenkomst in opmaak. De definitieve versie van de overeenkomst tussen Cultuur,

Sport en Jeugd en District- en loketwerking zal in november op het managementteam worden geagendeerd. In deze

overeenkomst staan de wederzijdse rechten en plichten opgesomd, staat er een duidelijke taakafbakening in voor de

verschillende betrokkenen (bestuurscoördinator district, jeugdconsulent en coach + bestuurscoördinator stedelijke

jeugddienst), op basis van de decentralisatie en de daarbij horende bevoegdheden.

Het betrekken van de lokale jeugddienst gebeurt op twee vlakken: Maandelijks wordt er op hetjeugdconsulenten-

overleg een uur vrijgehouden op de agenda om de laatste stand van zaken te geven over de grote infra-

structuurdossiers.

275

Page 276: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

Daarnaast zijn er minstens maandelijks coachingsgesprekken waar de verschillende lopende dossiers worden

overlopen.

Pleinontwikkeling is gestart op Rozemaai op 1 augustus 2010. Zij zijn begonnen met vindplaatsgericht te werken. Dit

betekent dat ze eerst een buurtverkenning hebben gedaan, en met verschillende kinderen en jongeren hebben gepraat

en zichzelf en de werking hebben voorgesteld. Vanaf september zijn er twee keer per week activiteiten voorzien.

Advies districtsraad Hoboken

Afgevoerd op districtscollege van 14 september

Advies districtsraad Merksem

De districtsraad van Merksem (zitting van 23 september, jaarnummer 1184) geeft gunstig advies aan het

jeugdbeleidsplan 2011-2013 van de stedelijke jeugddienst, zonder opmerkingen.

Advies districtsraad Wilrijk

De districtsraad van Wilrijk (zitting van 23 september, jaarnummer 1123) geeft gunstig advies aan het jeugdbeleidsplan

2011-2013 van de stedelijke jeugddienst, mits opmerkingen.

Blz 10 : Een mooie actie om op zoek te gaan naar vernieuwende methodieken om jeugd meer inspraak te

geven. Gebruik maken van nieuwe media en e-participatie zullen het proces van inspraak hopelijk

vereenvoudigen zodat we meer jongeren bereiken. We hopen dat ook de districten hier gebruik van kunnen

maken.

Blz 26 : Communicatieproducten van de jeugddienst zijn onvoldoende gekend en aantrekkelijk voor jongeren.

We merken op dat promotie wordt gemaakt in de huisstijl en dat jongeren niet kunnen filteren wat voor hen

van belang is. Het districtscollege suggereert een overleg tussen de jeugddienst en de bedrijfseenheid MC om

samen te zoeken naar een aantrekkelijke communicatiestijl binnen de stedelijke filosofie, die er nog sterker in

slaagt om jongeren te bereiken.

In het stedelijk jeugdbeleidsplan wordt gemeld dat Wilrijk nood heeft aan nieuwe fuifruimte. De lokale

jeugddienst, de lokale jeugdraad en het lokaal jeugdcentrum herkennen de dringendheid van deze

nood niet meer. Sinds de start van jeugdcentrum Zappa trekken vele jongeren naar daar en ook de Wilrijkse

jeugdhuizen zijn terug in. Dit betekent evenwel niet dat de huidige inspanningen om fuifgelegenheid te

creëren op campus drie eiken/Fort 6 worden stopgezet. Alle extra fuifruimte is welkom, de nood is echter niet

zo hoog meer. Het districtscollege suggereert met betrekking tot dit thema en voor andere grote

jeugddossiers meer overleg tussen de lokale en stedelijke coördinatoren.276

Page 277: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

Antwoord op het advies

De districten zullen zeker ook gebruik kunnen maken van vernieuwende methodieken rond inspraak. Het is echt de

ambitie om de handen in elkaar te slaan en samen veel meer jongeren te bereiken.

Er wordt nu reeds zeer nauw overlegd tussen de jeugddienst en marketing en communicatie:

er werkt bij MC iemand (bijna) voltijds rond jongerencommunicatie. Deze persoon heeft actief meegewerkt

aan het ontwikkelen van een vernieuwde en veel aantrekkelijkere website voor jongeren en jeugdwerk.

Deze website wordt in het najaar 2010 gelanceerd. Daarnaast onderhoudt deze persoon de verschillende

sociale mediakanalen van de jeugddienst en komt er binnenkort een vorming voor de medewerkers van de

lokale jeugddiensten over het efficiënt gebruiken van bvb. Facebook.

De jeugddienst zal het advies van de districtsraad mee opnemen in zijn analyse van de noden omtrent

fuifruimte.

277

Page 278: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

bijlagen

GOEDKEURING GEMEENTERAAD

Samenstelling: de heer Patrick Janssens, burgemeester-voorzitter;

de heren Robert Voorhamme, Philip Heylen, Ludo Van Campenhout, mevrouw Leen Verbist, de heren Marc Van Peel,

Luc Bungeneers, Guy Lauwers, mevrouw Monica De Coninck, schepenen;

de heer Staf Neel, mevrouw Hilda Vienne, de heren Johan Van Brusselen, Bob Hulstaert, Filip Dewinter, mevrouw

Nahima Lanjri, de heer Jan Penris, mevrouwen Tanja Smit, Ann Coolsaet, de heren Hugo Verhelst, Erwin Pairon,

Claude Marinower, Gerolf Annemans, mevrouwen Kathleen Van Brempt, Freya Piryns, Caroline Drieghe, de heren

Youssef Slassi, Wim Wienen, mevrouw Suzette Verhoeven, de heren George Ver Eecke, Ergün Top, Staf Wouters,

mevrouw Chris Calluy, de heer Hugo Coveliers, mevrouwen Anke Van dermeersch, Fauzaya Talhaoui, Maya Detiège, de

heren Karim Bachar, Bart De Wever, mevrouw Güler Turan, de heer Jurgen Verstrepen, mevrouw Annick De Ridder, de

heren Bruno Valkeniers, Sener Ugurlu, mevrouwen Fatma Akbas, Greet van Gool, de heer Bart Martens, mevrouw

Eva Mangelschots, de heer Frank Hosteaux, mevrouw Suzy Lismont-Cools, de heer Toon Wassenberg, mevrouw

Peggy Pooters, de heer Jo Vermeulen, mevrouw Eva Wuyts, de heren Seppe De Blust, Wim Van Osselaer, raadsleden;

de heer Roel Verhaert, stadssecretaris.

Openbare zitting van 25 oktober 2010Iedereen aanwezig behalve mevrouw Freya Piryns, de heer Ergün Top, mevrouw Maya Detège, de heer Bart De Wever,

raadsleden.

278

Page 279: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

Cultuur Sport & Jeugd A-Punt

14 Jeugd. Ontwerp jeugdbeleidsplan 2011-2013. Goedkeuring. Concretisering beleidsrichtlijn (Jaarnummer 1444)

Agendapunt, college, gewone zitting, 25/06/2010,

jaarnummer 8010; Externe factor, vraag van (andere) overheid,

20/05/2010

Auteur: Debbie Degeeter

279

Page 280: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

Motivering

Voorgeschiedenis

Het decreet van 14 februari 2003, gewijzigd bij de decreten van 23 december 2005 en 15 december 2006, regelt de

subsidiëring van de gemeentebesturen voor het voeren van een jeugdbeleid. Voorwaarde voor subsidiëring is onder

andere het opmaken van een driejarenplan.

Het gemeenteraadsbesluit van 20 maart 2000 (jaarnummer 619) regelt de overdracht van bevoegdheden van de

gemeenteraad naar de districtsraad en geeft de districtsraad adviesrecht over het jeugdbeleidsplan.

In zitting van 25 juni 2010 (jaarnummer 8010) nam het college kennis van het ontwerp jeugdbeleidsplan 2011-2013 en

keurde goed om dit plan voor advies voor te leggen aan de stedelijke jeugdraad. In het betreffende collegebesluit was

opgenomen dat de districtscolleges advies moeten uitbrengen op het stedelijk jeugdbeleidsplan. Dit advies moet

echter door de districtsraden gegeven worden. Dit gebeurde alsnog in september 2010.

Ingevolge de overdracht van de bevoegdheden van de gemeenteraad naar de districtsraden zijn deze laatste bevoegd

om een districtsjeugdbeleidsplan op te maken. Deze districtsjeugdbeleidsplannen worden gebundeld met het stedelijk

jeugdbeleidsplan verzonden naar de Vlaamse administratie, afdeling jeugd.

Feiten en context

Om toelagen van de Vlaamse gemeenschap te krijgen voor de ondersteuning van het lokaal jeugdbeleid, moet de

jeugddienst een driejarenplan opmaken. Het jeugdbeleidsplan 2011-2013 schetst de krachtlijnen voor het jeugd(werk)

beleid van de stad.

Aan de opmaak van het jeugdbeleidsplan ging een inspraakprocedure vooraf, waarbij de jeugdraad, jongeren, het

jeugdwerk, professionele partners en andere stadsdiensten werden bevraagd via denkdagen, een open jeugdraad en

een grootschalig onderzoek.

Het jeugdbeleidsplan bevat de missie en de visie van de jeugddienst, en alle doelstellingen voor het voeren van een

stedelijk jeugdbeleid, gebaseerd op de strategische cyclus van de stad Antwerpen voor de huidige legislatuur.

280

Page 281: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

Omdat de doelstellingen in de meerjarenplanning zeer gedetailleerd werden uitgewerkt en de ambitie voor zes jaar

vastleggen, worden deze in dit beleidsplan uitdrukkelijk ook als vertrekpunt genomen.

De strategische doelstellingen van het beleidsdomein jeugd worden vertaald in concrete acties. De nadruk ligt op de

ondersteuning van het vrijwilligersjeugdwerk en het professioneel jeugdwerk, een kwalitatief en toegankelijk

vrijetijdsaanbod, voldoende (speel)ruimte en een nauwe samenwerking met het projectteam van Antwerpen Europese

Jongerenhoofdstad 2011.

Vanuit de Vlaamse overheid worden bovendien twee prioriteiten naar voor geschoven, waar elk lokaal bestuur op kan

intekenen. Steden en gemeenten die binnen hun jeugdbeleid intekenen op deze prioriteiten, ontvangen hiervoor ook

een extra financiële ondersteuning. Voor deze planperiode zijn de prioriteiten: brandveiligheid in jeugdlokalen en extra

aandacht voor jeugdcultuur. In het plan worden de acties die bijdragen aan deze prioriteiten aangeduid met icoontjes.

Na toestemming van het college werd dit jeugdbeleidsplan ter advies voorgelegd aan de stedelijke jeugdraad en de

districtsraden.

Na de adviesronde wordt het plan ter goedkeuring voorgelegd aan het college en de gemeenteraad en bezorgd aan de

Afdeling Jeugd van de Vlaamse overheid.

Gelijktijdig met het stedelijk jeugdbeleidsplan worden ook in de districten jeugdbeleidsplannen opgemaakt,

overeenkomstig de gedecentraliseerde bevoegdheden inzake jeugdbeleid.

281

Page 282: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

Datum districtscollege en -raad District Jaarnummer

6 september 2010 (DC)

21 september 2010 (DR)

Antwerpen 3571

1000

24 juni 2010 (DR) Berchem 853

31 mei 2010 (DC)

14 juni 2010 (DR)

Berendrecht Zandvliet Lillo 2363

803

29 juni 2010 (DC) Borgerhout 2807

17 mei 2010 (DC) Deurne 2457

14 september 2010 (DC - verdaagd) Ekeren 3757

31 augustus 2010 (DC – verdaagd) Hoboken 3275

18 juni 2010 (DC) Merksem 2655

27 mei 2010 (DR) Wilrijk 746

De jeugdbeleidsplannen die reeds door de respectievelijke districtsraden werden goedgekeurd zijn te raadplegen op de

website http://www.antwerpen.be/jeugd

FaseringOnderwerp Timing

Goedkeuring door het college van het definitief ontwerp

van het stedelijk jeugdbeleidsplan

1 oktober 2010

Goedkeuring door de gemeenteraad van het stedelijk

jeugdbeleidsplan en akkoord voor verzending van het

stedelijk jeugdbeleidsplan en de

districtsjeugdbeleidsplannen naar de Vlaamse overheid

25 oktober 2010

Goedkeuring door de Vlaamse overheid Uiterlijk 20 dagen na goedkeuring door de gemeenteraad

282

Page 283: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

Juridische grond

Het decreet van 14 februari 2003, gewijzigd bij de decreten van 23 december 2005 en 15 december 2006, regelt de

subsidiëring van de gemeentebesturen voor het voeren van een jeugdwerkbeleid. Voorwaarde voor de subsidiëring is

onder andere het opmaken van een driejarenplan.

Het besluit van de Vlaamse regering van 23 april 2010 tot bepaling van de voorwaarden voor de toekenning van

subsidies aan gemeentebesturen die een brandveiligheidsbeleid voeren als onderdeel van hun jeugdwerkbeleid.

Het besluit van de Vlaamse regering van 23 april 2010 tot bepaling van de voorwaarden voor

de toekenning van subsidies aan gemeentebesturen die een beleid voeren ter verhoging van de aandacht voor

jeugdcultuur als onderdeel van hun jeugdbeleid.

Advies

Advies stedelijke jeugdraad

De stedelijke jeugdraad schrijft tot besluit van haar advies van 9 september 2010: “Dit jeugdbeleidsplan wensen wij

gunstig te adviseren, de jeugdraad zal er met veel aandacht op toekijken dat de geformuleerde acties uitgevoerd

worden en dat de geest van het plan behouden blijft binnen het jeugdbeleid.

Het advies is integraal als bijlage opgenomen in het stedelijk jeugdbeleidsplan, met in italic-tekst na elke vraag en

suggestie het ontwerp van antwoord van het college.

Adviezen districtsraden

De districtsraad van Antwerpen (zitting van 21 september, jaarnummer 995) keurt het ontwerp jeugdbeleidsplan goed,

mits enkele opmerkingen.

De districtsraad van Berendrecht-Zandvliet-Lillo keurt het ontwerp jeugdbeleidsplan goed (zitting van 13 september,

jaarnummer 945), mits enkele opmerkingen.

De districtsraad van Deurne (zitting van 23 september, jaarnummer 1245) keurt het ontwerp jeugdbeleidsplan goed,

zonder opmerkingen.

283

Page 284: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

■ De districtsraad van Berchem (zitting van 23 september, jaarnummer 3660) keurt het ontwerp jeugdbeleidsplan

goed, zonder opmerkingen.

■ De districtsraad van Borgerhout (zitting van 27 september, jaarnummer 1093) keurt het ontwerp

jeugdbeleidsplan goed, zonder opmerkingen.

■ De districtsraad van Ekeren (zitting van 27 september, jaarnummer 1237) keurt het jeugdbeleidsplan 2011-2013

goed, mits opmerkingen.

■ De adviesvraag op het stedelijk jeugdbeleidsplan werd afgevoerd op het districtscollege van Hoboken (zitting

van 14 september).

■ De districtsraad van Merksem (zitting van 23 september, jaarnummer 1184) keurt het ontwerp jeugdbeleidsplan

2011-2013 van de stedelijke jeugddienst goed, zonder opmerkingen.

■ De districtsraad van Wilrijk (zitting van 23 september, jaarnummer 1123) keurt het jeugdbeleidsplan 2011-2013

goed, mits opmerkingen.

De adviezen en het antwoord hierop zijn integraal als bijlage opgenomen in het stedelijk jeugdbeleidsplan, met in

italic-tekst na elke vraag en suggestie het ontwerp van antwoord van het college.

Argumentatie

De opmaak van het jeugdbeleidsplan past binnen de strategische doelstelling CS10 “Antwerpen, kinder- en

jongerenmetropool, voert een participatief en informatief jeugdbeleid voor alle kinderen en jongeren” en meer

bepaald binnen de nagestreefde doelstelling ND01 “Tegen 2013 regisseert de jeugddienst het jeugdbeleid over

jeugdwerk en vrije tijd” waaronder de operationele doelstelling OD01 “De stad tekent driejaarlijks haar jeugdbeleid uit

op basis van continue monitoring van de Antwerpse jeugdactualiteit. Dit doet ze door plaatsbezoeken, de signalen

vanuit het werkveld, de antennes in de districten, inspraak en onderzoek”valt. (CS10_ND01_OD01).

Het jeugdbeleidsplan is opgemaakt volgens de structuur van de meerjarenplanning van de stad, meerbepaald volgens

de doelstellingen CS10, CS11, CS12 en CS15.

In doelstelling CS10 worden acties weergegeven die voortvloeien vanuit de regiefunctie van de jeugddienst. Zowel het

vrijwilligersjeugdwerk (187 erkende verenigingen) als het professionele jeugdwerk (32 organisaties gaande van

284

Page 285: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

jeugdcentra tot speelpleinwerkingen) kunnen blijven rekenen op ondersteuning. Veel aandacht gaat hierbij naar de

ondersteuning van vrijwilligers en de veiligheid van de infrastructuur.

Nieuw voor de komende beleidsperiode is de reorganisatie van de ‘werkingen kwetsbare jongeren’. Deze reorganisatie

heeft als doel het beter afstemmen van het aanbod van deze werkingen op de noden van kinderen, tieners en jongeren

in die wijken waar de behoefte het grootst is.

Niet alleen de opmaak maar ook de uitvoering van het jeugdbeleidsplan 2011-2013 is gebaseerd op inspraak van

kinderen, tieners, jongeren en het jeugdwerk. Door meer te differentiëren in inspraakmethodieken (bijvoorbeeld door

de mogelijkheden van digitale inspraak uit te testen) en zo drempels te verlagen, wil de stad meer jongeren inspraak

geven in haar jeugd(werk)beleid.

In doelstelling CS11 wordt een overzicht gegeven van acties die bijdragen aan een beter vrijetijdsaanbod, dat

bovendien meer afgestemd is op de noden en behoeften van kinderen, tieners en jongeren. De focus ligt hier op een

verdere decentralisering van het eigen aanbod, een optimalisatie van de kwaliteit van de jeugdcentra, het verder

uitwerken van de jongerencompetentiecentra. Opvallende nieuwigheid is ‘De Werf’, een bouwwerf voor tieners, waar

ruimte is voor creatie- en toonkansen. Ook de stadsklassen zullen volop gepromoot en in de praktijk gebracht worden.

De acties uit CS 12 hebben allen als doel meer ruimte in de stad te creëren voor kinderen en jongeren. Enerzijds gaat

het hierbij over een betere en veiligere infrastructuur voor het vrijwilligersjeugdwerk en het professioneel jeugdwerk,

anderzijds over speelruimte. Bijzondere projecten zijn de ontwikkeling van een jeugdculturele zone (Fort 8 en het

magazijn aan de Ankerrui) en de implementatie van het speelruimteweefsel in de stad.

Doelstelling CS15 focust op de samenwerking tussen verschillende beleidsdomeinen: jeugd, cultuur, onderwijs en

sport.

Het stadsbestuur sluit zich ook aan bij de Vlaamse prioriteiten inzake jeugdbeleid: betere jeugdwerkinfrastructuur

(nadruk op brandveiligheid) en jeugdcultuur.

285

Page 286: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

Tenslotte is ook de titel van Europese Jongerenhoofdstad (2011) een belangrijke motor van het jeugdbeleid. De

jeugddienst zet de krijtlijnen van dit jongerenjaar uit en bewaakt de duurzaamheid van projecten en samenwerkingen

met andere diensten. Een belangrijke uitdaging is het koppelen van een Europees luik aan het Antwerps jeugdbeleid.

Het financiële luik van het jeugdbeleidsplan is opgemaakt conform het bestuursakkoord en de daaraan gekoppelde

meerjarenplanning 2008 – 2013 van de stad Antwerpen.

Financiële gevolgen

Na goedkeuring van het jeugdbeleidsplan door de Vlaamse overheid voorziet Vlaanderen jaarlijks een subsidie aan de

stad Antwerpen van ongeveer 2 282 100,00 EUR, wat een verhoging is met ongeveer 82 100,00 EUR, ten opzichte van

de huidige subsidiëring voor het Antwerps jeugdbeleid.

286

Page 287: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

Besluit

De gemeenteraad keurt bij monde van de fractievoorzitter volgend besluit goed.

Stemden ja: sp.a, CD&V/N-VA, Open Vld en Groen!

Hebben zich onthouden: Vlaams Belang-Vlott

Artikel 1

De gemeenteraad keurt het jeugdbeleidsplan 2011 - 2013 goed.

Artikel 2

De stadsontvanger regelt de financiële aspecten als volgt:

Omschrijving Bedrag Begrotingscode Beschikbaar krediet Vnr

Subsidie Vlaamse

overheid voor het

jeugdbeleidsplan

2011-2013

2 282 100,00 EUR 2011/76201/465/01/00/1100 2 282 100,00 EUR NVT

Subsidie Vlaamse

overheid voor het

jeugdbeleidsplan

2011-2013

2 282 100,00 EUR 2012/76201/465/01/00/1200 2 282 100,00 EUR NVT

Subsidie Vlaamse

overheid voor het

jeugdbeleidsplan

2011-2013

2 282 100,00 EUR 2013/76201/465/

01/00/1300

2 282 100,00 EUR NVT

287

Page 288: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

Artikel 3

De gemeenteraad geeft opdracht aan:

Dienst Taak

CS/JEU Het jeugdbeleidsplan uiterlijk twintig dagen na

goedkeuring door de gemeenteraad voor goedkeuring

door te sturen naar de afdeling jeugd van de Vlaamse

overheid.

Afschrift: 6 exemplaren

Aan: Aantal: Actie:

KJ 1 voor kennisneming

CS/JEU Maarten Caestecker 1 voor dossier

CS/JEU Sofie Dierickx-Visschers 1 voor dossier

CS/JEU Debbie Degeeter 1 voor dossier

CS/JEU Birgit Soetewey 1 voor dossier

FI/OBM/SUB 1 voor gevolg

288

Page 289: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

Nota’s

289

Page 290: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

290290

Page 291: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

bijlagen

JEUGDBELEIDSPLANNEN DISTRICTEN

Bijgevoegd bij dit stedelijk jeugdbeleidsplan een CD-ROM, waarop de jeugdbeleidsplannen van de Antwerpse districten staan:

Antwerpen Berchem Berendrecht-Zandvliet-Lillo Borgerhout Deurne Ekeren Hoboken Merksem Wilrijk

Ook op de website http://www.antwerpen.be/jeugd staan de verschillende jeugdbeleidsplannen.

291

Page 292: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

292

Page 293: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

2011-2013Jeugdbeleidsplan

293

Page 294: Jeugdbeleidsplan 2011 - 2013

www.antwerpen.be/jeugd

03 338 65 69