JeDeWe Herleeft

12
speciale editie HOE HET OOIT WAS Historisch overzicht. “Er was eens een hele grote fabriek, waar heel veel mensen werkten, hard werkten, mannen én vrouwen en arbeiders van ver... Het was een andere tijd.” VERHALEN VAN JEDEWE Echte verhalen, van echte mensen. “In de tijd dat de tour-de-france bezig was liep ik – in de hoop dat ik niet gesnapt zou worden – rond finishtijd met mijn radio stiekem even naar de latexafdeling.” WAT ER WAS; WAT ER IS; WAT ER NOG MAG KOMEN Ode aan de coonbreier.

description

Community art project van MIK in de Wijk

Transcript of JeDeWe Herleeft

speciale editie

HOE HET OOIT WASHistorisch overzicht.

“Er was eens een hele grote fabriek, waar heel veel mensen werkten, hard werkten, mannen én vrouwen en arbeiders van ver... Het was een andere tijd.”

VERHALEN VAN JEDEWEEchte verhalen, van echte mensen.

“In de tijd dat de tour-de-france bezig was liep ik – in de hoop dat ik niet gesnapt zou worden – rond finishtijd met mijn radio stiekem even naar de latexafdeling.”

WAT ER WAS; WAT ER IS;WAT ER NOG MAG KOMENOde aan de cottonbreier.

“Hij breit de kous in het gelijk”

“Met twee benen in 1 kous stappen”

“Met de kous op de kop thuiskomen”

“Het naadje van de kous willen weten”

“Daarmee is de kous af”

“Held op sokken”

“Een sterk stuk in een oude sok”

“De sokken hangen hem op de hielen”

“Je uit de naad werken”

“Door het oog van de naald kruipen.”

“Waar de naald gaat volgt de draad.”

“Zij naait met een gloeiende naald.”

“Er een punt aan breien.”

“Hij breit de kous in het gelijk”

“Met twee benen in 1 kous stappen”

“Met de kous op de kop thuiskomen”

“Het naadje van de kous willen weten”

“Daarmee is de kous af”

OVER HET PROJECT

In 2015 zouden de Jansen de Wit fabrieken 100 jaar in Schijndel gevestigd zijn. Dat was een uitgelezen kans om de verhalen en herinneringen van toen in een nieuw daglicht te plaatsen. Om “de Sok” die zoveel voor Schijndel heeft betekend 30 jaar na zijn sluiting te laten herleven.

Wie had gedacht -toen we begonnen aan dit project- dat we zoveel reuring los zouden maken! We hebben vele mensen ontmoet, gesprekken gehad en bruggen geslagen.

We hebben samen met de Schijndelse gemeenschap “de Sok” laten herleven, in verhaal en beeld.

Op de volgende pagina’s geven we u een kijkje in onze project-resultaten, met historische overzichten, verhalen die u niet eerder voorbij zag komen en een blik naar de toekomst.

Dank voor wat er was; voor wat er is; en wat er nog mag komen.

Rick Hooijberg

Annet Nooijen

- Stichting MIK

LAURENS FELIX

Zoals bekend heeft de sluiting van Jansen de Wit in Schijndel een enorme impact gehad. Oorzaken van deze sluiting zijn op onderdelen zeker over-eenkomstig met de mogelijke sluiting van MIK. Ten tijde vanJansen de Wit werd als opvulling het project “anders werken“ opgestart. Dit was een samenwerking van

gemeente en Rijk. De behoefte aan muziek, dans, beeldende kunst en theater blijft zeker aanwezig. Evenals destijds de behoefte aan sokken zou blij-ven. Dat is ook de strohalm die men kan pakken.

Niet de inhoud staat ter discussie, maar de wijze waarop we deze vormgeven. Het huidige tijdperk vraagt die andere vorm, een tijdperk

van veranderingen en zelfs een verandering van tijdperk. Dus zowel oorzaken van het sluiten als het feit dat de behoefte blijft, zijn absoluut overeenkomsten tussen de situatie van Jansen de Wit en MIK.

Laurens FelixDirecteur-bestuurder

Stichting MIK

HOE HET OOIT WAS Historisch overzicht

Martinus Jansen, boerenzoon uit Weert, werd kousenmaker en trouwde later met Catharina de Wit. Zijn bedrijf (Jansen de Wit) produceerde priesterkousen. Zonen Martin Jr. en Harry trok-ken in 1915 vanuit Woensel naar een pand in de kluisstraat van Schijndel. In 1916 verhuisden deze naar de Hoofdstraat. Er werkten in 1917, 66 vrouwen en 4 mannen. Er werden nieuwe cotton-machines gekocht die geschikt waren voor het breien van kunstzijden-kousen. Er werden gro-tere fabriekshallen gebouwd en nylonkous werd in productie genomen. De fabriek groeide uit tot een internationale speler met vestigingen in Turnhout, Boxmeer, Uden, Veghel en Sint-Oedenrode. In 1939 werd de duizendste arbeider verwelkomd. Oorlogsjaren In de oorlogsjaren moesten 80 Schijndelse mannen naar Duitsland om te werken. Tijdens de granaatweken kreeg het fabrieksterrein het zwaar te verduren, maar gelukkig startte de wederopbouw direct na de bevrijding.

Warm bedrijf JeDeWe stond bekend om zijn secundaire arbeidsvoorwaarden. Er waren goede sociale voorzieningen van het bedrijf voor de gemeente, verenigingen en instellingen. Toen Mijnheer Harry 25 jaar directeur was, werd het pensioenfonds opgericht. De meisjes kregen onder werktijd op de Amabelisschool lessen in

koken, naaien, zingen, opvoedkunde, verpleegkunde, kinder-verzorging en godsdienst. Er was tevens een studiefonds voor arbeiders met een zoon die een priesteropleiding volgde.

Toen de toekomst er zo zonnig uitzag voor het bedrijf, stierf Harry Jansen plotseling in december 1950 op 54-jarige leeftijd. Er heerste grote verslagenheid in het bedrijf.

Door onder meer concurrentie uit lagelonenlanden en “verkeerde” inmenging van het rijk moest Jansen de Wit in 1985 zijn deuren sluiten. In 1986 werd het fabrieksterrein dat zoveel voor Schijndel betekend heeft met de grond gelijk gemaakt.

Theo JansenHistoricus

SOKPOPPERIJ “Wat is er hard gewerkt en veel gedeeld” Gewapend met een tas vol sokken, knopen, naalden, draad en scharen werd ik tel-kens weer hartelijk verwel-komd bij de Vink, het Gasthuis, het Spectrum, Mgr. Bekkershuis en St Bar-bara. De opdracht was om in een paar uur een sokknuffel te maken en -ondertussen- herinneringen op te halen over de tijd van Jansen de Wit.

Wat is er hard gewerkt en wat is er veel verteld. Ik blijf me erover verbazen dat wan-neer ik werk met een groep ouderen, ze verhalenderwijs weer jongelingen worden die vol vuur vertellen over hun jeugd in Schijndel. Ik ben blij en dankbaar voor alle gedeelde ervaringen. Ik kom niet uit Schijndel, maar ik ben blij dat ik het Schijndel

van toen en nu heb leren kennen. Hiernaast zijn een aantal passende verhalen te lezen van mensen die ik sprak tijdens de ‘sokpopperijen’

Annet NooijenBeeldend Kunstenaar

“Wij woonden vlak bij JeDeWe. Mijn zusje is om precies 7.00 uur geboren,

Hoe ik dat wist? Omdat de toeter van Jansen de Wit ging en toen had ik een zusje.”

“Mijn opa Martien ter Veer kwam vanuit Friesland om hier te werken als portier. Hij was een grote kerel met een

typisch loopje; hij slofte een beetje. Mij is verteld dat hij met de fiets de salarissen voor alle thuiswerkers wegbracht.

Dat zijn kostbare fietstochten geweest.”

“Op een dag waren er metselaars bij JeDeWe, Meneer Wim ging op ze af en vroeg waarom ze een touwtje

hadden gespannen. Om te zorgen dat we recht blijven metselen, antwoordden de metselaars. Meneer Wim vond dit maar onzin:

“Dan kan ik het zelf ook,” zei hij met norse stem. Hij droeg de metselaars op het touwtje te verwijderen en verder te werken.

En zo geschiedde... Totdat Meneer Wim uit het veld was verdwenen; toen werd het touwtje weer gespannen.”

“Wanneer het pauze was liepen de dames ook langs mijn machine naar de kantine. Een keer kwam de rok van een van de

dames tussen de machine. Haar kleren waren zo weg; daar stond ze dan zonder rok… Toen hebben we de machine

toch maar even stilgelegd”

DE VERHALEN VAN JEDEWE

Tonny van Alebeek vd Greef die werkte als vormster: “Ik heb wel eens een boete kreeg voor mijn werk. Het was zo dat ik eens oude handschoenen aan had gehad, tijdens het vormen schoof je de sokken over de voetvorm die dan geperst werden in een stoomcabine. Ik dus met die slechte handschoenen. Ik moest mee naar de sorteerafdeling om daar te zien wat er mis was gegaan, daar wachtte Mien van Schijndel (Chef van de afdeling) mij op: “Zie nou eens Tonnie wat je ervan gemaakt hebt…” Alle kousen die ik gevormd had zaten vol met piepkleine gaatjes.”

“Ik heb wel eens een boete gekregen voor mijn werk.”

Adri Bolwerk die werkte als controleur: “Ik heb - als enige man - op een afdeling gestaan waar alleen maar meisjes werkten. Dat was altijd bijzonder leuk. “Kom jij maar eens hier zitten, dat zou ik gezellig vinden.” Wij overlegden met de mannen welk ‘durske’ we deze week voor de gek zouden houden. Vrijersbriefjes schrijven en telefoontjes plegen met af-en-toe een knipoog, dat deden we om de haverklap. Gewoon een gekkigheidje, om die meiden op stang te jagen. Zo ging dat bij Jansen de Wit.”

“Kom jij maar eens hier zitten, dat zou ik gezellig vinden”

Nelly van Esch die werkte als administratrice: “In mijn tijd was muziek nog verboden in de fabrieken. In de tijd dat de tour-de-france bezig was liep ik - in de hoop dat ik niet gesnapt zou worden - rond finishtijd met mijn radio stiekem even naar de latexafdeling. Die lag helemaal achter in de fabriek. De uitslag van die dag gaven we dan tijdens het werk stiekem

aan elkaar door. Het was altijd gokken wanneer de etappe eindigde, want wanneer de race uitliep en de finish later was dan verwacht dan wisten we niet wie er gewonnen had die dag.”

“In de tijd dat de tour-de-france bezig was liep ik – in de hoop dat ik niet gesnapt zou worden – rond finishtijd met mijn

radio stiekem even naar de latexafdeling.”

Jan de Weijer die werkte als breier: “Het bedrijf was ook van mij. Ik voelde me zo betrokken en wilde vooruit. Ik heb geen enkel diploma en toch heb ik bijna alle afdelingen gehad. De baas die zag wel iets in mij. Ik heb daarom ook met veel plezier gewerkt.

Ik kon alles, en mocht alles. Ik pakte ook alles aan. Jaren gingen voorbij en de productie liep terug, dat was voor iedereen merkbaar. Ik kan me nog een moment herinneren dat Meneer Wim op de afdeling kwam en een groot aantal dikwandige koperen buizen mee naar huis nam. Hij liep gewoon zelf te sleutelen en te sjouwen. Toen bleek dat we failliet waren snapte ik het pas. De koperprijs stond torenhoog in die tijd. Hoe wij op de vloer te horen kregen dat de productie definitief stopte, weet ik niet meer. Opeens was het gewoon zo. Toen het faillissement daar was heb ik de hele afdeling mee afgebroken, stukje voor stukje. Met hart en ziel. Uiteindelijk voelde het als een bevrijding. Ik kan me het moment nog herinneren: Ik zat op de rand van mijn bed en dacht: “Jan, het is mooi zo… klaar ermee”.”

“Jan, het is mooi zo… klaar ermee”

Maria Kastelijn die werkte achter de drukpers: “Omdat ik pas 15 was mocht ik op zaterdag nog niet werken. JeDeWe organi-seerde dan de jongerencursus. Dat was een kleinschalig opge-zette huishoudschool voor meisjes die in de fabrieken werkten. Juffrouw van de Burgt was onze juf, een hele lieve vrouw waar je als meisje altijd naar toe kon. We kregen les in Nederlandse taal, rekenen, en diverse andere vakken, allerlei gewone dingen als vervolg op de huishoudschool. Ooit had een van de meisjes een condoom meegebracht. Dat rubbertje ging vol verbazing heel de afdeling langs, met veel rooie oortjes als gevolg. We wisten van toeten nog blazen, zo bleu waren we indertijd.”

“We wisten van toeten nog blazen, zo bleu waren we indertijd”

Piet van der Hofstad die werkte als breier: “Ik kan me mijn werkdagen nog goed herinneren. Als eerste haalde ik mijn ponskaart bij de portier, je ponste (tikte) je kaart en die nam je mee naar de afdeling. De administrateur nam de kaarten in de loop van de dag mee naar kantoor om je uren te controleren. Ik heb tijdens de carnaval weleens mijn ponskaart stiekem mee naar huis genomen, dan hoefde je hem niet eerst bij de portier op te halen. Dan kon ik mooi een half uurtje later beginnen en niemand die het merkte.”

“Ik kon mooi een half uurtje later beginnen en niemand die het merkte”

HOGAR ESPAÑOL

In Schijndel woont sinds de jaren ’60 een hechte Spaanse gemeenschap. In 2011

vertelden ze openhartig hun verhaal in het boek Hogar español. Over het ver-

trek uit Spanje, de houten huisjes op Plein en het werk bij Jansen de Wit. De

Spanjaarden hadden de moed hun geliefde Spanje te verruilen voor Nederland.

Nijpende Situatie bij Jansen de Wit

In een tijd van groeiende economie en welvaart ontstond halverwege de jaren zestig een tekort aan personeel. De ervaringen in de textielbranche met Spanjaarden waren goed en Jansen de Wit besloot ook arbeiders uit Spanje te halen.

Meneer Stultiëns: tolk, steun en toeverlaat

Het was 1964 toen Piet Kemps (personeelschef Jansen de Wit) de hulp inriep van collega Stul-tiëns van het laboratorium. De eerste groep Spanjaarden was onderweg naar Schijndel en Piet wist dat zijn collega een beetje Spaans sprak. Stultiëns: “Ik maakte kennis met de eerste gastar-beiders in Schijndel. Acht mannen uit Córdoba, één uit Galicië en één uit La Linea in Andalusië. De jaren daarna werd de groep steeds groter.

Brood op de plank

Piet Heessels werkte bij de weverij van Jansen de Wit. Hij haalt herinneringen op: “De Spanjaar-den waren fijne collega’s, correct en bijzonder beleefd. Ze kwamen op tijd, waren plichtsgetrouw en werkten hard. Als ze terugkwamen van vakantie in Spanje, namen ze cadeautjes mee, een flamenco-danseresje of anijsdrank. “

Vermaak

Peter Mertens, door de Spanjaarden El Calentito genoemd, was afdelingschef van de vormerij. “De Spanjaarden deden zwaar werk, het was er altijd warm en ze verdienden weinig. Toch was er een prima harmonie tussen de Spaanse en Nederlandse collega’s. Ik kan me goed herinneren dat ik vaak naar de Mini-bar ging om na werktijd ‘even’ een pilsje te drinken met de Spanjaar-den. Dat eindigde steevast in de late uurtjes. Ook heb ik nog gevoetbald met de Spaanse voet-balploeg, onder aanvoering van oud-profvoetballer Luis Diaz. Dat zijn herinneringen om nooit te vergeten.”

Faillissement

De textielindustrie kreeg steeds meer concurrentie uit het buitenland en de werving van arbeids-krachten uit Spanje viel stil. In 1974 kwam de grote ommekeer, het ging niet goed met Jansen de Wit en veel mensen verloren hun baan. Sommige Spanjaarden gingen terug naar Spanje, maar de meesten probeerden toch nog ergens anders werk te krijgen. In 1985 sloot Jansen de Wit defi-nitief de deur, een nieuwe periode begon. Veel Spanjaarden keerden terug naar hun vaderland, sommigen wonen nog steeds in Schijndel met kinderen en kleinkinderen.

Hogar español- ISBN 9789071716171, Vicente Gil Torresano - Gerda van den Boogaard

“Op een dag vroeg Piet Kemps me of ik niet

‘even’ met de auto naar Parijs wilde rijden.

Daar waren twee Spanjaarden gestrand

op het station, zonder geld en

zonder papieren. Ik ben samen met

een collega diezelfde middag nog vertrokken. Wat waren die mannen blij toen ze ons zagen!”

“BOUWEN MET BENEN”

Beeldende Kunst op locatie Naast de vele verhalen kregen we ook veel materiaal, van ori-ginele kousen (“die gebruik ik om verf mee te ziften”), verpak-kingsmateriaal en zelfs sokvormen. En foto’s, héél véél foto’s. Een van de foto’s deed mijn kunstenaarshart sneller kloppen, eindeloze benen waar kousen over werden getrokken om ze vervolgens te stomen (vormen). Welzijn de Meierij heeft dankzij Project Anders Werken (opgezet om de ontslagen medewerkers van JeDeWe aan het werk te helpen) een geweldige houtwerk-plaats; samen met de vrijwilligers heb ik een meccano gemaakt van de benen zodat we met zijn allen “nieuwe beelden” kunnen maken op basis van de oude fabriek. Tijdens het 1anderfestival hebben de bezoekers geweldige beelden gerealiseerd.

Annet NooijenBeeldend Kunstenaar

“NEI BLOED” Een theatrale zoektocht voor jong en oud

“Mijn moeder pakte thuis panty’s in. Ze vouwde op de strijkplank: de naad van de kous zat -al-tijd- netjes in het midden, als er een ladder in zat mocht ik ze hebben om er shows mee te lopen.”

Mijn ambitie lag bij het theater, in mijn vorm-selboek schreef ik al: toneelspeelster. Zo verliet ik op 18 jarige leeftijd het dorpje van de kousen, kaarsen en klompen. Sinds 3 jaar ben ik terug uit de grote stad en vind het heerlijk om met de mensen uit Schijndel producties te maken en verhalen te vertellen.

JeDeWe vormde voor de ouderen en hun kinderen een belangrijke tijd vol met verhalen over het leven. Hele generaties ontleenden hun identiteit eraan. In “Nei Bloed” kwam ik de naad van de kous te weten. Ik sprak met oud werknemers en hun (klein)kinderen over ambities, dromen en hun ideeën over “de Sok”, over wat ouderwets was of juist cool is. “Nei Bloed“ resulteerde in een aantal performan-ces waar jong en oud in gecombineerd werden. De reacties waren herkenbaar en vooral hartverwarmend.

Wilma van der HeijdenTheatermaker

JeDeWe Herleeft heeft niet alleen maar herinneringen opgehaald.

Er zijn ook diverse nieuwe initiatieven ontstaan die de projectorganisatie ondersteund heeft.

Sommige van hen kort-lopend, andere als een mogelijk vervolg op het project.

Op de volgende pagina’s een overzicht, van wat er is of nog mag komen…

“ODE AAN DE COTTONBREIER”

Een opera in wording

Mijn vader werkte bij JeDeWe als cottonbreier. Omdat het leven voor een groot gedeelte beheerst werd door het -niet geheel tot zijn genoegen- werken in de fabriek, heeft dit ook veel invloed op mijn

leven gehad. Het was de tijd waarin de vakbonden voet aan de grond probeerden te krijgen. Mijn vader was daar buitengewoon actief in: er werd thuis volop gediscussi-eerd over arbeidersrechten.

Het plan om een opera te ma-ken met dit thema is bedoelt als een ode aan mijn vader, die naast een harde werker ook een groot liefhebber van

klassieke muziek was. Het idee zat in m’n hoofd tot-dat “JeDeWe Herleeft” zich aandiende. Misschien was dit het moment om ermee aan de slag te gaan.

Hopelijk is dit het begin van iets moois rond JeDeWe.

Anitra MathijsenMuzikant

VAN WAT ER WAS, IS, ZAL IK ZIJN

Een droom van een beeldend kunstenaar

Als beeldend kunstenaar maak ik gebruik van verschillende kunstvormen. Als “verse” inwoner van Schijndel kijk ik met mijn visie vanuit de grote stad. Als kunstgeschiedenisstudent neem ik de geschiedenis mee. Als moeder en vrouw onderzoek

ik het rolpatroon van de opkomende werkende vrouw en plaats het in de tijd.

“Er was eens een hele grote fabriek ,waar heel veel mensen

werkte, hard werkte, mannen én vrouwen en arbeiders van

ver..” Het was een andere tijd.

Als bezield mens sluit ik aan bij de gevonden liefde en trots van het Skônste Plekske. Ik kijk met mijn bril, naar Jansen de Wit en hoop in de toekomst op een beeld in het Jansenpark.Een beeld in het park, gedragen door de” Schijndelnaren” waar je met kinderen en kleinkinderen langs kunt lopen om het JeDeWe-verhaal te blijven vertellen

Doorgeven van wat er was, geeft inzicht in waarom we zo zijn.

In vertrouwen, samen, op naar de toekomst.

Ab Imo Pectore, (uit het diepst van het hart)

Pauline de L’OrBeeldend kunstenaar

“Er was eens een hele grote fabriek, waar heel veel mensen werkten,

hard werkten, mannen én vrouwen en arbeiders van ver...

Het was een andere tijd.”

COLOFON

JeDeWe Herleeft is een uitgave

van Stichting MIK

Oplage

13.000

Verspreiding

Schijndel en omgeving Juni 2015

Hoofdredactie

Rick Hooijberg / Annet Nooijen

Verder werkten mee aan deze uitgave

Theo Jansen, Wilma van der Heijden,

Pauline de L’or, Anitra Mathijsen,

Laurens Felix, Gerda van den Boogaard

Art Direction/Vormgeving

Kelly Verhallen

Projectbegeleiding JeDeWe Herleeft:

Susanne Dumoulin, Cultuuraanjager

DISCLAIMER

Ondanks de zorg en aandacht die de

organisatie van “JeDeWe Herleeft

“besteedt aan de samenstelling van

dit magazine is het mogelijk dat de

informatie die gepubliceerd is onvol-

ledig c.q. onjuist is.

Beweringen en meningen, geuit in

de artikelen en mededelingen op de

pagina’s van dit magazine zijn die

van de auteur(s) en niet noodzakelij-

kerwijs die van de organisatie van

“JeDeWe Herleeft.”

En dan is het einde nabij, de laatste pagina van dit overzicht. Wat kijken we mooi terug op

het verzamelen van verhalen. Wij hebben “de Sok” opnieuw tot leven gebracht, samen met de

Schijdelse gemeenschap. We geven de verhalen nu terug aan diegenen die ze aan ons uitleenden,

in de hoop en veronderstelling dat Schijndel nu zelf verder kan (en mag).

Wij bedanken in ieder geval onze deelnemers: Marietje vd Broek, Roelie vd Donk, Corry Martens, Mien en Piet vd Hofstad, Fien van Boxtel-vd Greef, Jan

van Wegen, Jeannie van Alebeek, Willy en Helma van Heeswijk, Jo Kerkhof, Nelly van Esch, Hanny vd Boogaard, Gerda vd Boogard, Tonnie van Alebeek

vd Greef, Piet van Hal, Riek vd Steen-v Geffen, Hanny Sterks, Maria Kastelijn vd Heijden, Tini Kemps, Mw. Verkampen van Schijndel, Julio Victor, Nelia

Schakenraad-Vorstenbosch, Anton Gabriels, Mies Gabriels.

Mw. Schragenraad, Mw. vd Meijden, Toon de Graaf, Dhr. Snelders, Dhr vd Schoot, Mw. Gevers, Mw. Roovers, Mw. Brus, Mw. Bloks, Mw Peijnenburg,

Mw. V Aarle, Mw. Vd Steen, Dineke Viets, Mw. Alebeek, Mw. Blommaert, Mw vd Berselaars, Mw. Mutsaarts, Sjan Memel, Dhr. V Boxtel, Dhr. Kivits, Jeanny

Kerkhof, Bets van Lijsse, Jeanny Leening, Sjan Schellekens, Wilma Voets, Netty Groenendaal, Ine Kools, Sylva Verhagen, Mariet vd Schoot,

Jacquline Buijs, Hermien vd Aa, Sjaan vd Oetelaar, Harry Hellings, Zuster Julia, Mw. Kanders, Dhr. De Kort, Mw. Beckhoven, Mw. Kerkof, Dhr. V Herpen, Dhr.

Vd Heijden. Mw. Sanders, Caroline ter Veer, Bep van Deursen, Hans Buurma, Tonny Tegenbosch, George Tegenbosch Elly v Dooremalen,

Jose van Doorn, Mw. Kooijmans, Corry Helling, Corry v Geenen, Thea v Hommel, Annie Smits, Mw. Schel, Mw. Santegoed, Mien Vermeer, Mw. V Erp, Maria v

Vught, Tony Eisold, Mw. V Ekstel, Mw. Leijdekker, Mw. Steenbakkers, Hanny Timen, Vincent Gil-Toresano Cuevas.

En verder alle mensen die ons project op welke manier dan ook ondersteund hebben, waaronder: Jan, Wil, Albert & Lot (Houtwerkplaats), Martien v Abeelen,

Inge Schouwink, Elly Vissers, Jose Swinkels (Welzijn de Meierij), Ineke Blummel, Fieke v Doremalen, Henk v Abeelen (de Mooi SchijndelKrant) Hens van

Schie, Wim Bosmans, Mientje Kamphorst, Gerard Eickmans (Heemkunde), Theo v Eeuwijk, Maarten Zoomers (Lokale omroep Schijndel), Hans Fassbender,

Berry Franssen (Spectrum Schijndel), Mirjam Vermeulen, Nik v Rozendaal (LEF Producties), Theo Jansen (Historicus), Leo v Schijndel (Schijndel Toen en Nu),

Jos v Heesch, Yma Garay, Kelly Verhallen, Marlijn Hoefnagel, Nienke Meulenbroeks, Laurens Felix, Susanne Dumoulin (Stichting MIK) .

Dit project werd mede mogelijk gemaakt door:

Een luchtfoto van het Jansen de Wit terrein, gemaakt in de 60-er jaren.

Hierop is de hoofdstraat te zien waaraan het fabrieksterrein grensde.

Aan de achterzijde van de fabrieken loopt de Heikantstraat met

(rechtsboven) de arbeidershuizen van JeDeWe. Tegenover de hoofd-

ingang is het wandelpark te vinden (later Jansenpark).