JEANNEAU SUN ODYSSEY 44I

Scheeps en toch trendy

Wie dacht dat "bootjes testen" alleen gebeurde in

zononvergoten, zomerse oorden, moet deze test van de

Jeanneau Sun Odyssey 44i lezen. Als uw dienaar in het Franse mekka van de racerij - Les Sables d'Olonne - aankomt, wijst het

kwik een povere 10 graden aan en is er geen straaltje zon te bespeuren. Grijs alom, en over de Atlantische Oceaan blaast een

frisse zuidwester van 6 Beaufort, met uitschieters naar 7.

Ideaal weer om een nieuwe "grote" van Jeanneau het sop in te jagen en te zien hoe soepel hij door putten van net geen 3

meter zal hossen.

Ingepakt als eskimo's is onze rondgang buiten net wat korter dan anders, het noteren moet gewoon wat rapper vóór de kou de vingers verkrampt. We beginnen als gewoonlijk in de kuip. Die heeft - de voor dit formaat van boot gebruikelijke - twee grote stuurwielen en wat direct opvalt is de compleet vlakke vloer: nergens opstapjes of verhoogjes. Ideaal dus voor de passage. In het midden staat een grote, vaste tafel op een even grote en dus niet zo elegante polyester sokkel. Maar die sokkel is van essentieel belang voor het onderdekse, want er zitten ramen in die de beide achterkajuiten van licht en lucht voorzien. Ook in de opstaande zijwanden van de kuip zien we nog ramen, o.a. voor de badkamer. Achteraan in de kuip zijn er twee stuurmanszitjes, één voor ieder stuurwiel. Het "hoofdstuur" is hier aan stuurboord, want daar zitten ook de gashendel en de motorinstrumenten. Allemaal aan de lage kant, net als de plaats voor instrumenten zoals plotter en radarscherm. Bij alle merken vergeten ze

tegenwoordig blijkbaar dat grote boten ook al eens door wat oudere eigenaars worden gekocht, die niet meer over de soepele knoken à la Houdini beschikken. En die dubbelzichtbrillen dragen. Het toerental of de koers aflezen vergt in die gevallen dubbele acrobatie.

Schurken

De handige houvasten die vroeger op die consoles stonden, zijn er nu nog, alleen staan ze nu vóór de stuurwielen en op de kuiptafel. Zeer stevig en ruimbemeten uitgevoerd, zoals we dat van Jeanneau gewoon zijn. Daar staan ook twee kompassen, aan iedere kant één. De banken in de kuip bieden ruim plaats aan zes tot acht opvarenden, en de kuipwand aan de kajuitkant is afgerond. Dat is een trend, maar zeilers die in een haven graag wat liggen te lezen, zullen liever een rechte wand hebben om zich tegen te schurken. Onder de banken de gebruikelijke grote kisten, net als helemaal achteraan. Onder dat luik tussen de twee zitjes schuilt een bijna peilloze bergruimte, waar bv. een generator ruim plaats kan vinden. De ruimte is waterdicht, dus perfect bruikbaar voor dergelijke apparatuur. Voor een reddingsvlot is die plaats niet geschikt, wegens te moeilijk bereikbaar. Er achter zit nog het obligate zwemplatform mét trap. Het platform is toegankelijk via een deurtje en een klein tussenopstapje, en de ladder is niet zo'n accordeongeval, maar een stevige constructie uit één stuk. De kuipvloer van onze testboot is in teak uitgevoerd, net als de bekleding van de banken. Die teakvloer is een optie, maar wel één die door 70 % van de eigenaars wordt besteld. De overige 30 % zijn overwegend boten die voor de chartermarkt worden gekocht, en daar wordt aan zulke luxeopties geen geld gespendeerd. Ook onder de zitjes van de stuurman zelf is er nog flink wat bergruimte voorzien. In totaal zijn er dus maar liefst vier bakskisten. Ook aan lieren geen gebrek: er zijn er twee achteraan, één bij iedere stuurpositie, en nog eens twee vooraan in de kuip. Allemaal van Harken, en optioneel is een elektrische uitvoering voor de bakboordexemplaren verkrijgbaar. Van hetzelfde merk is de zeer brede overloop voor de grootschoot, die zich op het dak van de kajuit bevindt, voor de buiskap. De lijnen ernaartoe lopen dus onder de kap door, in een stevige polyester tunnel. De lijnen naar de mast vooraan lopen daar ook door, en zo blijven ze zeer nauw tegen het dek, wat ook weer de veiligheid bevordert. De kans dat je er over struikelt of blijft inhaken, wordt zo tot een minimum gereduceerd.

Laag gewicht

Het dek zelf is, zoals al enige tijd gebruikelijk bij Jeanneau, vervaardigd met de injectietechniek. Die zorgt voor een lagere hoeveelheid polyester bij gelijke sterkte. Groot voordeel: het gewicht van het dek wordt wezenlijk lager, wat de stabiliteit van de boot ten goede komt. Het dek is namelijk - na de mast - het hoogste deel van de boot en "hoe minder gewicht bovenaan, hoe stabieler", zo luidt een basiswet van de fysica. Op deze boot scheelt dat, volgens de fabrieksgegevens, maar liefst 300 kg! De mast van Z-Spars staat vrij ver naar voren, het gevolg van een overlappende genua, die standaard wordt meegeleverd. Die mast is fractioneel getuigd, licht verjongd en verstevigd met twee pijlvormige zalings. Er bestaat ook een "Performance"-uitvoering van deze 44i, die dan een hogere mast heeft, aangevuld met o.a. triradiaal gesneden zeilen in Mylar-Taffeta uit de Prestige-reeks, lopend want in Dyneema, een regelbaar achterstag, een rolreefsysteem

met verwijderbare trommel, staand want van Dyform en een klapschroef. Tel daarbij de snelle rompvorm die uit de pen - of de computer tegenwoordig - van Philippe Briand komt gevloeid, en het is duidelijk dat er ook enig raceplezier uit deze boot kan worden gepuurd. Het is trouwens dezelfde rompvorm als die van de Jeanneau 45 DS (Deck Saloon). In realiteit is de romplengte van beide schepen 44,5 voet, ook al heet deze boot dan 44i en de deck saloon 45… Een kwestie van marketing, allicht. Er zijn maar liefst drie kielversies voor deze 44i: 2,05 m voor de "gewone" uitvoering en 2,30 m voor de "Performance"-reeks, en dan is er is ook nog een heel ondiepe versie met een korte kiel van 1,65 m. Het voordek is bijna helemaal vrij van hinderlijke obstakels, en de elektrische ankerlier staat ook uit de weg in zijn in het dek uitgespaard vak. Het ankerbeslag, waarop het voorstag met de rolgenua aangrijpt, is zeer stevig uitgevoerd en steekt zo'n 30 cm voor de boeg uit.

Garonni Design

Genoeg gekoeld, tijd om binnen op te warmen. Bij het afdalen van de brede, veilige trap naar de salon valt meteen op hoe ruim deze 44-voeter oogt. Het lijkt of je een veel grotere boot binnenstapt. Eric Stromberg, productmanager zeilboten bij Jeanneau, legt uit hoe dat komt: "Er is een extra lengte-effect gecreëerd door gebruik te maken van lange, vrij smalle stroken houten en witte bekleding die mekaar afwisselen." Die optische truc doet zijn werk duidelijk goed. Ook de vloeiende, ronde overgang tussen dak en zijwanden zorgt voor extra elegantie en een ruimtelijk effect. Het Jeanneau-interieurontwerpteam o.l.v. Vittorio Garonni heeft nog maar eens een sterk staaltje tekenwerk afgeleverd. De salon is zeer uitnodigend, met een immense U-vormige bank aan stuurboord en - op onze testboot - een extra bank daar recht tegenover. Standaard staat daar niets, en dat vergemakkelijkt de passage naar voren allicht, maar het geeft ook minder steun bij het rondlopen in de salon tijdens zwaar weer. Er kan ook nog worden gekozen voor twee aparte zetels op die plaats. Wat op het eerste gezicht een "gewone" U-vormige salon lijkt, blijkt toch nog een verrassing op te leveren: het deel dicht bij de uitgang is niet alleen een echte "chaise longue" waar je languit kan op soezen, maar het is tegelijk een zitplaats waar je ook met het zicht op de uitgang kunt plaatsnemen. Handig om contact te houden met de stuurman in de kuip, indien nodig. Een ander mooi zitje is dat aan stuurboord, aan de kaartentafel. Nog een échte kaartentafel op deze Jeanneau, met ruim voldoende plaats om zelfs zo'n joekel van een Imray-kaart op open te vouwen. Dat is te danken aan het ontwerp, dat de kaartentafel laat doorlopen tot in de salon, met aan die salonzijde ook nog een openklappende bovenkant waaronder… de bar blijkt te zitten. Als de navigator het noorden kwijt is, kan hij dus nog altijd naar de fles grijpen. Niet dat dat veel zal helpen om het noorden terug te vinden, maar hij zal het zich dan allicht minder aantrekken. Het blad van de kaartentafel zelf verdwijnt elegant in een bergruimte tussen de tafel en het barmeubel. De tafel is meteen voorzien om er met een laptop te navigeren, aansluitingen voor stroom en parallelle poort incluis.

Licht en knus

Schuin boven de kaartentafel zit het elektrapaneel in de wand. Dat is heel sober gehouden met slechts 8 schakelaars, maar omdat die diverse functies hebben,

heeft het paneel toch zeer uitgebreide mogelijkheden, onder andere dankzij de digitale uitlezing. Links zit nog een apart paneeltje voor de 220 V-walaansluiting, met o.a. de schakelaars voor de warmwaterboiler. Als we het paneel openklappen, komt de bedrading tevoorschijn die zeer ordelijk is gelabeld en vastgelegd. Het 220 V-deel zit bovendien nog eens veilig afgeschermd in een aparte metalen behuizing. Het is opvallend hoe licht en knus het zitten is in deze salon, zelfs met dit duister weer. Zo stroomt het daglicht door vijf (!) ramen aan iedere kant - en ook nog eens door drie luiken - en er is ook knus sfeerlicht dat indirect van onder de houten rand onder de ramen komt. In totaal telt deze boot maar liefst vijftien ramen en luiken! De luiken uiteraard stuk voor stuk voorzien van insectenhorren en zonneblinden. Op een modellenreeks als deze Sun Odyssey, met zijn vlakke dekken, is het in principe mogelijk om overal luiken te voorzien. Bij een deck saloon-ontwerp met veel rondingen in het dek is dat al veel lastiger. Op de Sun Odyssey's zijn de zijramen bovendien extra groot en op die manier geplaatst dat de opvarenden zowel staand als zittend nog naar buiten kunnen zien. Om zulke grote ramen te kunnen plaatsen, moesten er op verschillende plaatsen verstevigingsbalken in de romp worden voorzien om de stijfheid van het geheel te blijven garanderen. Ramen geven nu eenmaal geen structurele steun…

Warme boot

De zeer complete keuken die deze Sun Odyssey 44i meevoert staat aan bakboord en vult bijna de hele lengte van de salon. Om die lange vorm wat te breken, is er ongeveer halverwege een uitsprong voorzien. Het driepitsvuur heeft natuurlijk ook een oven, en de koelte bewaren kan zowel in een ijskast van 175 l, met vriesvak, als in een vrieskist van 85 l (in optie). Ook in de keuken wordt het lijnenspel tussen houten en witte panelen doorgetrokken en wel op de volgende manier: onderaan keukenkasten met houten front, dan een wit werkblad, daarboven houten deurtjes voor de kasten, en tot slot witte bekleding helemaal bovenaan. Dé manier om een grote keuken toch luchtig en elegant te houden. Ook elegant: de mast, die vooraan in de salon uitkomt, is fraai met een houten bekleding gecamoufleerd. Dat ze bij Jeanneau op elk detail letten om het de klant gemakkelijk te maken, blijkt bv. ook uit de waterkraan boven de dubbele gootsteen: die scharniert niet alleen naar links en rechts, zoals gebruikelijk, maar klapt ook naar beneden in de afwasbak. Zo kan het deurtje van de kast erachter helemaal open. Nog zoiets: naast de dubbele spoelbak is nog een "isolatiebakje" met een afloop waarin de afwas kan drogen. Details, maar wel van betekenis. En die doordachte details blijven niet beperkt tot de zichtbare gedeelten van de boot. Als we één van de gelamineerde vloerplaten opheffen, zien we de gegalvaniseerde kielplaten, die afgeronde zijkanten hebben om zeker niet in de bodem te snijden bij de honderdduizenden ruwe bewegingen die een romp in zwaar weer te verduren krijgt. Bovendien zijn ze vlak bij een zeer brede dwarsbalk geplaatst, zodat torsie op deze plaats in ieder geval geen kans krijgt. De vloerplaten passen ook perfect, wat niet bij alle werven het geval is. Een echte "bilge" heeft deze boot niet, vermits de romp onderaan zeer vlak is, maar op het diepste punt zorgt een automatische pomp ervoor dat eventueel lekwater snel en efficiënt terug buiten geraakt.

Modulair

De motor, een Yanmar van 54 pk - 75 pk is verkrijgbaar als optie - zit op zijn gewone plaats onder de trap, toegankelijk langs de voorzijde, maar ook vanuit de twee achterkajuiten. Die zijn spiegelbeelden van mekaar, met telkens plaats voor een flink tweepersoonsbed van 2,02 op 1,5 m, en kasten in de wand aan één zijde. In beide kajuiten is ook een hangkast voor kledij voorzien. Op onze testboot is er één badkamer, aan bakboord, voor de twee achterste slaapkamers maar als optie is ook een uitvoering met een tweede badkamer achteraan, aan stuurboord, te verkrijgen. De kaartentafel moet daarvoor dan wel flink wat ruimte inleveren. Het licht in de achterste slaapkamers komt telkens van twee patrijspoorten, een luik en gezellige leeslampjes. De slaapkamer vooraan - één in ons geval - is nog ruimer dan de achterste gastenkamers: het bed meet maar liefst 2,02 bij 1,6 m en er is stahoogte tot 1,9 m. Er is ook de mogelijkheid om te kiezen voor twee kamers vooraan. Dat gaat dan ten koste van de voorste badkamer en het is een oplossing die we allicht meer in de chartermarkt zullen tegenkomen. De wand tussen de twee voorste kajuiten kan in dat geval zelfs worden weggenomen en onder het bed worden weggestouwd. De punt van de boot kan dan desgewenst helemaal anders worden ingericht met opklapbare stapelbedden, om een maximum aan slaapruimte te creëren voor de chartermarkt. Modulariteit, heet dat. Als we voor één kamer vooraan kiezen, zoals bij onze testboot, dan is die "kapiteinshut" uiteraard heel ruim met een breed bed en kasten in de wanden aan twee kanten. Onder het bed is er een bergruimte die via een openklappend luik toegankelijk is en 1,5 op 1 m meet. Zeer ruim dus. Aan bakboord bevinden zich een grote hangkast en een kaptafel, compleet met bijhorend zitje. Vreemd genoeg kunnen beide niet samen worden gebruikt: als de tafel wordt uitgeklapt, kan je namelijk niet meer op het stoeltje ervoor zitten… Schminken of kappen van op dit zitje moet dus op de tast gebeuren. Knus is ook dat de zoldering is bekleed, zodat je in bed niet op blote gelcoat ligt te staren. In de zoldering zitten niet minder dan 4 luiken, alle met hor en zonnewering. Aan stuurboord bevindt zich de badkamer, die deze naam echt verdient. Voorzien van een aparte douchecel, veel bergruimte en een mooie ronde lavabo. Enkel de op de wand gekleefde spiegels hebben een wat vreemde vorm. De goede Italiaanse smaak van Garonni en zijn team vind ik hier met de beste wil van de wereld niet terug.

Hindernissenbaan

Genoeg rondgestruind in de behaaglijke warmte hier binnen. Buiten trekt de hemel allengs nog meer dicht en dus willen we zo snel mogelijk de oceaan op, voor Neptunus ook nog zijn bovenste waterkraan openzet. De wind blaast een strakke 6, dus dat belooft. Bij het uitvaren van de lange havengeul van de jachthaven van Les Sables d'Olonne hebben we de tijd om wat geluidsmetingen te doen. In vrijloop (1.000 tpm) zoemt de motor rustig tegen 74,7 dB in de salon. Vooraan in de slaapkamer valt dat terug tot een zeer gunstige 56 dB en in de achterste slaapkamers, waar de motor zit, meten we 71 dB. Bij meer gas, tot 2.000 toeren, worden dat respectievelijk 78, 65 en 82 dB. Mooie waarden, behalve in de achterste slaapkamers. Dat ligt echter ook aan het feit dat de motor een "blower" heeft die mee speelt in het decibelorkest. De windmeter geeft gemiddeld zo'n 24 knopen aan, met uitschieters tot 28. De rolfok wordt dus alvast wat gereefd als we buitengaats komen en ook in het grootzeil gaat één reef. We zijn in goed gezelschap: de schipper van Jeanneau die met ons mee is, is niet alleen productmanager voor deze botenlijn, hij heet bovendien Hervé Piveteau. Een naam als een klok in de racerij, want hij heeft de Transat 6.50 -

een solo-oversteek van de grote plas in een productiebootje van 6,5 m - gewonnen. We willen deze topsporter dus niet teleurstellen en zetten ook ons beste beentje voor: scherp aan de wind halen we tussen de 7,4 en 7,8 knopen, bij een ware wind van 24 knopen. Ik stuur, Hervé trimt en dat is een goede taakverdeling want hij kent de boot en zijn tuigage als geen ander. Onze fotografe probeert intussen foto's te maken. Geen sinecure, bij golven van gemiddeld 2,5 m. Onze 44i neemt deze hindernissenbaan wonderlijk soepel. Stompen op de golven is er niet bij en de besturing blijft altijd soepel. Dank u, Hervé, voor de prima trim. Bij een windvlaag loeft de boot voorspelbaar op, zonder onbestuurbaar te worden. Gelukkig is er de hoge buiskap, want er komt nogal wat water over, en dan regent het nog niet. Een ruimere koers dan: we gaan halve wind en dat levert direct snelheidswinst op: 8,1 knopen. Bij deze koers vraag ik de bemanning om de genua even helemaal uit te rollen en ook dat mist zijn effect niet: de log wijst direct 8,8 knopen aan en als de wind nog even wat aantrekt, klokken we af op een maximumsnelheid van 9,6 knopen. Grijs weer of niet; de kou is vergeten, dit is pure fun! Even het materiaal op de proef stellen, met het fiat van onze schipper uiteraard: we maken een geplande, maar daarom niet minder wilde gijp. De 44i geeft geen krimp, er kreunt of kraakt niets. "We weten al dat deze boot tegen een stoot kan", zegt Hervé. Hij heeft 'm namelijk getest bij 9 Beaufort.

Hart voor de zee

Met ruime wind worden we terug naar de haven geblazen. Af en toe surft de 44i op de golven en vibreert het roer een beetje, maar dat is dan ook de enige vibratie die we hebben kunnen optekenen. Zelfs binnen blijft het opvallend rustig bij dit nochtans ruwe weer op een woelige oceaan. Het zijn en blijven bij Jeanneau dan ook echte botenmakers met een hart voor de zee, geen bouwers van drijvende caravans. Philippe Briand staat erop dat zijn ontwerpen bij ieder soort weer goed en betrouwbaar zeilen. Deze Sun Odussey 44i kan daarom ook tegen een stoot, en de hoogstaande afwerking en de eigentijdse look met de warme Jeanneau-toets krijg je er als het ware gratis bij. Of toch bijna…

Tekst: Frank Maes

Foto's: Concertpix

Technische gegevens

- LOA: 13,75 m - Breedte: 4,37 m - Diepgang: 1,65/2,05/2,30 m - Waterverplaatsing: 9.930 kg - Ballast: 3.160/2.954/2.865 kg - Inhoud dieseltank: 240 l - Inhoud watertank: 615 l - Motor: Yanmar 54 of 75 pk - Zeiloppervlak: 100,6/104,2 m² - CE-categorie: A - Prijs: 199.000 EUR incl. btw

Info: Marina Yachting Center, Dokter E. Moreauxlaan 3, 8400 Oostende, tel. 059/32.00.28, fax 059/32.55.33, www.marinayachtingcenter.be , www.jeanneau.fr .

Verschenen in Varen februari 2009