Jaargang 4 – 2010 In dit nummer o.a. · af hoe dat alles in z’n werk is gegaan. Graag willen...

12
In dit nummer o.a.: l De zoektocht naar zendingsgebied l Nieuw werkterrein in Suriname l Land met aarde zo hard als cement l Noodzaak van goed onderwijs in Malawi l Zaligheid voor Rachab l Veel etniciteiten in bosrijk land l Kennismaking met Jacco Oomen Jaargang 4 – 2010 Nummer 1 Zending Hersteld Hervormde Kerk

Transcript of Jaargang 4 – 2010 In dit nummer o.a. · af hoe dat alles in z’n werk is gegaan. Graag willen...

Page 1: Jaargang 4 – 2010 In dit nummer o.a. · af hoe dat alles in z’n werk is gegaan. Graag willen wij hier wat dieper op ingaan. Bij het zoeken naar een nieuw zendingsterrein vroegen

In dit nummer o.a.:

l De zoektocht naar zendingsgebied

l Nieuw werkterrein in Suriname

l Land met aarde zo hard als cement

l Noodzaak van goed onderwijs in Malawi

l Zaligheid voor Rachab

l Veel etniciteiten in bosrijk land

l Kennismaking met Jacco Oomen

Jaargang 4 – 2010Nummer 1

ZendingHersteldHervormdeKerk

Page 2: Jaargang 4 – 2010 In dit nummer o.a. · af hoe dat alles in z’n werk is gegaan. Graag willen wij hier wat dieper op ingaan. Bij het zoeken naar een nieuw zendingsterrein vroegen

IN

ZI

CH

T

2 Z I C H T O P Z E N D I N G

CO

LO

FO

N

Zicht Op Zending is een (gratis) uitgave van de Zending Hersteld Hervormde Kerk

Overname van artikelen, foto’s en informatie alleen na overleg met de eindredacteur.

Aanvragen voor gratis toezending (indien u dit blad niet via de eigengemeente ontvangt):Zending Hersteld Hervormde KerkVendelier 51-D3905 PC VeenendaalT: (0318) 55 42 12E: [email protected]

RedactieL.W. BothK. LievenseE. van VlastuinP. Vogelaar

EindredactieDs. J.C. den OudenT: (0488) 44 14 16E: [email protected]

MedewerkersN. Boonzaaijer-van Herk (coördinatie)A.J. van Laar-Dullemeijer (jeugdrubriek)L.H. de Kluijver (opmaak)

Bestuur ZendingDs. K. Klopstra (voorz.)A.W. Saly (secr.)E. Ebbers (penn.)Ds. D. HeemskerkDs. J.C. den OudenA. van Nieuw AmerongenP. Vogelaar

BankgegevensRekening 11.32.18.230 t.n.v. Zending Herst. Herv. Kerkte Veenendaal(s.v.p. met duidelijke omschrijving)

De afgelopen tijd zochten wij als CommissieZending naar een nieuw zendingsterrein.Daarover vertelden wij als commissie op dezendingsdag en ook in ZoZ is daarover al eerder geschreven. Wellicht vraagt u zich nuaf hoe dat alles in z’n werk is gegaan. Graagwillen wij hier wat dieper op ingaan.

Bij het zoeken naar een nieuw zendingsterrein vroegen wij ons allereerst af binnen welk tijdsbestekwe het één en ander zouden willen realiseren.Belangrijk daarbij is niet te impulsief en te voorbarigte handelen. Tegelijk mag er ook wel sprake zijn vanijver en enige voortvarendheid. Het gaat immers omde voortgang van de verkondiging van Gods Woordin de wereld en de Bijbel houdt ons voortdurendvoor dat onze tijd kort is. De volgende vraag is dan: In welk gebied in dewereld zouden wij onze plaats kunnen innemen? Zoudat opnieuw in Afrika zijn of wellicht op een andercontinent? Wij wisten het niet, maar de Heere wisthet wel. En dan komen alle dingen goed! Zo hebbenwij het ook deze keer mogen ervaren.

Hoe is het dan concreet gegaan? We kennen de uit-drukking: “Een mens wikt, maar God beschikt.” Ditbetekent voor de Commissie Zending allereerst datwe graag dáár werkzaam willen zijn, waar er enigeopenheid lijkt te zijn voor het Evangelie van vrijegenade. Zo is het destijds ook gegaan in Malawi. Wezagen hoe daar een weg geopend werd, die wemochten bewandelen. En nu mag er onderwijs aan

de Bijbelschool en in de Reformed PresbyterianChurch worden gegeven naar Schrift en belijdenis.Nu er een nieuw gebied werd gezocht, ging heteigenlijk net zo. Via een commissielid kwamen wij in contact metdominee G. Mynders, die namens een Amerikaansekerk (Orthodox Presbyterian Church) zendingswerkmocht verrichten in Suriname. Over dit werk wordtdoor de heer A.W. Saly in ditzelfde nummer meergeschreven. Deze kerk gaf aan de activiteiten te willen beëindigen. Onder andere vanwege de taalbarrière. De hoofdtaal in Suriname is immersNederlands en in Amerika zijn niet zoveel Nederlands -sprekende Amerikanen met betrokkenheid op zending te vinden. Om het werk daar niet stil telaten vallen, werd met name in Nederland naar eenkerk gezocht die dit werk zou kunnen overnemen.

Het was de Heere die beschikte. Zo mochten wij hetervaren. Wij hebben ónze gedachten en de Heereheeft Zíjn gedachten. Een nieuw zendingsgebied werdgezocht én gevonden! Door enkele commissieledenwerd visitatie afgelegd. Dominee B.M. Meulemanmocht er in de zomerperiode, toen dominee Myndersmet verlof was, arbeiden. Het moderamen van desynode en de synode van de HHK konden van harteinstemmen met onze voornemens. Nu mag aan deplannen verdere invulling worden gegeven in biddendopzicht tot God, Die niet laat varen wat Zijn handbegon. ■

D s . K . K l o p s t r a , E l s t

Foto voorzijde: Vissers bij Lake Chilwa.

De zoektocht naar zendingsgebied

Page 3: Jaargang 4 – 2010 In dit nummer o.a. · af hoe dat alles in z’n werk is gegaan. Graag willen wij hier wat dieper op ingaan. Bij het zoeken naar een nieuw zendingsterrein vroegen

Z I C H T O P Z E N D I N G 3

Behoefte aan toerusting van gemeentes

Nieuw werkterrein in Suriname

Voortzetting OPC-projectHet werk in Suriname betreft in eersteinstantie de voortzetting van het werkdat de Noord-Amerikaanse OrthodoxPresbyterian Church (OPC) heeftopgezet. Met name dominee G. Mynders heeft het huidige werkvormgegeven. Zoals elders in ditnummer door dominee K. Klopstra isaangegeven, heeft de Heere het zogeleid dat wij dit werk mogen conti-nueren, nu de OPC zich genoodzaaktziet haar werkzaamheden te stoppen. De OPC had in Suriname twee werk-terreinen. Allereerst in Paramaribo, dehoofdstad, waar ongeveer de helft vande Surinaamse bevolking woont. Tentweede in Klein Powakka, een india-nendorpje op anderhalf uur afstandvan Paramaribo. Op beide plekkenwil de zending van de HHK graagverder werken.

Werk onder de indianen inPowakkaIn Klein Powakka staat een kerkge-bouw waarin elke zondag tien tot vijf-tien volwassenen bij elkaar komen enwaar voor de kinderen zondagsschoolis. Het betreft een gemeente in wor-ding. Deze gemeente dient de nodigepastorale zorg te krijgen en onderwe-zen te worden vanuit de Bijbel.Tijdens de visitatie viel op wat vooringrijpende en praktische vragen ertijdens de wekelijkse Bijbelstudiegesteld werden. We merkten dat dezeindianen worstelen met vragen metbetrekking tot een christelijke levens-

invulling. Het is de hoop en verwach-ting dat door voorleven en regelmatigbezoek meer indianen getrokken worden naar deze gemeente. In denabije omgeving is men wel eniger -mate bekend met het christendom.Dit betreft echter vaak een verwaterdrestant van rooms-katholieke paro-chies.

ParamariboOok in Paramaribo –waar het refor-matorisch geluid schaars is– komenzo’n tien volwassenen wekelijks bij-een, samen met verscheidene kinde-ren. We willen deze diensten voort-zetten, soms in combinatie met dediensten in Powakka. Verder is ermaandelijks de gelegenheid om eendienst te houden in een tehuis voorleprapatiënten, waarvoor de belang-stelling groot is. Wanneer er geschiktemogelijkheden gevonden worden omaan evangelisatie te doen en zo degemeente in Paramaribo uit te brei-

den, dient hiervoor een extra zende-ling of evangelist te worden gezocht.

Plannen voor komende twee jaarDe komende twee jaar is het debedoeling de werkzaamheden inParamaribo zo goed mogelijk te conti-nueren en de mensen in Powakka enomgeving steeds beter te bereikendoor een zendeling te zoeken dietemidden van deze mensen gaatwonen. Verder krijgt het kinderwerkin beide plaatsen extra aandacht doorhet aanstellen van een kinderwerker.Mede door de gebroken gezinnen ende beperkte onderwijsvoorzieningen iser veel behoefte aan christelijke toerus-ting voor kinderen. Het is onze harte-lijke wens dat dit werk de komendetijd gezegend zal worden en dat we naeen grondige evaluatie voldoende aan-knopingspunten zien om de werk-zaamheden verder uit te breiden methet aanstellen van een zendeling/evangelist voor Paramaribo. ■

De Hersteld Hervormde Kerk heeft besloten zending te gaanbedrijven in Suriname. Wat is het karakter van dit werk? Wat zijnde plannen voor de nabije toekomst? Vragen die bij de belang-stellende volger van het zendingswerk van onze kerk vast zijnopgekomen en waarop dit artikel enkele antwoorden biedt.

A . W . S a l y ,s e c r e t a r i s

HE

LD

ER

Page 4: Jaargang 4 – 2010 In dit nummer o.a. · af hoe dat alles in z’n werk is gegaan. Graag willen wij hier wat dieper op ingaan. Bij het zoeken naar een nieuw zendingsterrein vroegen

4 Z I C H T O P Z E N D I N G

FO

CU

SFamilie Van Bragt verblijft sinds oktober 2009 in Zomba

Land met aarde zo hard alscement

Op vrijdag 16 oktober stegen werond 16.00 uur op vanaf Schiphol.Wij reisden via Londen enJohannesburg en landden op zater-dagmiddag in Malawi, maar liefst7.500 kilometer van Nederland ver-wijderd. Na nog ongeveer anderhalfuur rijden, kwamen we aan in onzenieuwe woonplaats Zomba.

Niet gezelligDe uitzenddienst hadden we nogvers in ons geheugen. Vanuit eenvolle kerk in Opheusden waren wedrie dagen voor ons vertrek uitge-zonden met de bemoedigendewoorden uit Jozua 1: “Wees sterken heb goede moed!” Die eerste

avond in een vreemd land, in eenvreemd huis en met een incompleetgezin was niet gezellig. Alles was zooneigenlijk. Zou Abraham zo’ngevoel ook gehad hebben, nadat hijzijn land had verlaten? De dagendie volgden, waren dagen vanoriënteren en observeren.

Het land doorDe uitzending van een coördinator-veldwerker was volgens deCommissie Zending dringend nodigvanwege het vele werk. Dat kan ikna deze maanden bevestigen. Alspoedig ging ik met DouglasDizoni, mijn tolk-assistent, op wegom, samen met ouderlingen en

classisleden, bijvoorbeeld materia-len te kopen voor het vernieuwenvan kerkdaken. Of we maaktenlange tochten om eerder geslagenwaterputten te controleren. Behalvehet werk in de gemeenten is er tenaanzien van de projecten ook veelte administreren. Rond half novem-ber startten namelijk de voorberei-dingen voor de uitvoering van eenfors diaconaal project. Het gaat omhet uitdelen van zaad om te zaaienop de akkers. In januari is dat af -gerond; de verslaggeving volgt binnenkort. Met Douglas bezocht ikin december alle twaalf classes. Wedoorkruisten het land van het uiterste zuiden tot ver in het noorden. Een mooie gelegenheid omhet land en de mensen te leren ken-nen. Op de kalender was het regen-seizoen toen al begonnen. Regenwas echter in enkele streken uitge-bleven. We kwamen door gebiedendie ontzettend heet en droog waren,waar de aarde op cement leek enmaïs dus niet gezaaid kon worden.Aan een misoogst en aan hongervalt dan bijna niet te ontkomen.

MikpuntDe stad Zomba ligt aan de voet vaneen bergrug. Onze woning ligtenkele honderden meters boven destad, tegen de berghelling aan. Dat

Een Nederlands gezin in Malawi. Twee kinderen die zijn

achtergebleven in Nederland. Een inboedel die ergens op zeedobbert. Nieuwe ervaringen in een vreemde omgeving. Maarin dit alles de vaste wetenschap: “Gij evenwel, Gij blijftDezelfde, o HEERE! Gij zijt vanouds mijn Toeverlaat, mijnKoning.” Daarmee kun je overal zijn.

A . W . v a n B r a g t

Een samenkomst van de gemeente in Mgunda, half december 2009.

Page 5: Jaargang 4 – 2010 In dit nummer o.a. · af hoe dat alles in z’n werk is gegaan. Graag willen wij hier wat dieper op ingaan. Bij het zoeken naar een nieuw zendingsterrein vroegen

heeft het voordeel dat het er watfrisser is dan beneden in de stad.Rond Kerst en Nieuwjaar schom-melde de temperatuur tussen 27 en35 graden. Om onze tuin staat eenhoge muur, afgesloten met een ijzeren poort. ’s Nachts wordt erwacht gelopen en ons huis is voor-zien van tralies. Als vreemdelingenmoet je er rekening mee houden,dat je het mikpunt kan zijn vanmensen, die het om jouw bezittingen te doen zijn.

ThuisonderwijsOnze kinderen in Malawi, vierdochters en een zoontje, volgenthuisonderwijs. Het voortgezetonderwijs wordt verzorgd door deJacobus Fruytier Scholengemeen -schap, het basisschoolonderwijsvindt plaats door middel van pak-ketten van de Wereldschool. Mijnvrouw Alie is er druk mee, maar zijdoet het graag.

MierenTijdens het schrijven van het artikelword ik door de kinderen naar bui-ten geroepen. Een geweldige colon-ne mieren trekt langs de veranda.Met de tuinslang en gloeiende kool-tjes proberen we de duizendendiertjes bij het huis vandaan tehouden. Na ongeveer een uur lijkenwij succes te hebben.

MatewaleOndertussen hebben wij als gezinons plekje gevonden in de

Reformed Presbyterian Church vanMatewale. Dat is een dorp aan debuitenrand van de stad Zomba.Iedere zondag komen we daar alsgemeente samen met ongeveer 35mensen. In oktober heb ik, opvoorstel van Commissie Zending,het moderamen van de R.P.C.gevraagd om als lerend ouderlingbevestigd te mogen worden. Datgeeft langs kerkordelijke weg moge-lijkheden om op zeer bescheidenwijze te helpen voorzien in geeste-lijk voedsel.

BevestigingOp zondag 13 december werd ikbevestigd tot lerend ouderling, metde tekst uit 2 Timotheus 4: “Doehet werk van een evangelist.” Hetwas een bijzondere ervaring om ineen Afrikaans land, in het middenvan een gemeente, geknield te lig-gen, de handen opgelegd te krijgen

en de zegen te ontvangen. Het bete-kent dat ik in kerkdiensten enevangelisatiebijeenkomsten magvoorgaan. Het zal niet eenvoudigzijn om in het Engels te preken.Preken is al niet eenvoudig, laatstaan in een andere taal. Vanuit hetEngels worden de preken vertaaldin het Chichewa. We hebben detaalstudie hier weer opgepakt.Misschien komt het nog eens zover,dat ik in het Chichewa kan voor-gaan. In de bevestigingsdienstwaren delegaties uit de classis aan-wezig. Zij spraken mij na de beves-tiging kort toe. Twee vrouwen richt-ten zich tot Alie en heetten haarhartelijk welkom. De collecte, tij-dens de dienst, was voor onsbestemd. De mensen legden hungift in een schaal of overhandigdendie direct aan ons. Een van de man-nen kwam naar mij toe en overhan-digde mij zijn pen. Wellicht was hethet ‘pennetje van de weduwe’.

Spijze die blijftWat is het belangrijk dat wij, zowelin Nederland als in Malawi, etenvan de spijze die niet vergaat, maardie blijft tot in het eeuwige leven,van het Brood Dat uit de hemel isneergedaald, de Heere Jezus. Bid uook, dat de HEERE zaad geve aande zaaier en brood aan de eter? Totglorie van Zijn Naam! ■

Z I C H T O P Z E N D I N G 5

FO

CU

S

Douglas Dizoni (r.) laat documenten ondertekenen.

Het kerkje van de RPC in Mtambo Een hartelijk welkom in Namgomeka

Page 6: Jaargang 4 – 2010 In dit nummer o.a. · af hoe dat alles in z’n werk is gegaan. Graag willen wij hier wat dieper op ingaan. Bij het zoeken naar een nieuw zendingsterrein vroegen

In Malawi is er een voortdurende behoefte aan goedezorg voor kwetsbare groepen. Te denken valt aan dezorg voor weduwen, wezen, armen en kinderen diegeen toegang hebben tot voortgezet onderwijs engoed vakonderwijs. Veelal zoeken zij hun hulp bij westerse organisaties. Samen werken zij aan de vervulling van de eerste levensbehoeften (kleding,onderdak) en aan scholing. Ook deze organisaties hebben daarin een beperking, doordat zij geen middelen of kennis hebben op het gebied van vervolgonderwijs. Dit betekent dat er voor veelMalawiaanse jongeren na hun vijftiende jaar geen uitzicht is op noodzakelijk onderwijs. Uitzicht op gedegen christelijk onderwijs is al helemaal beperkt.De ‘betere’ leerlingen worden na het verlaten van deschool gedwongen om voor hun verdere opleidingnaar een staatsschool of Evangelische middelbareschool te gaan. Vandaar dat vanuit de ReformedPresbyterian Church (RPC) de vraag is gekomen of hetniet mogelijk is om een eigen middelbare school op terichten. Een andere mogelijkheid zou zijn om op anderemanieren invulling te geven aan aanvullend onderwijsof aan kwaliteitsverbetering van bestaand onderwijs.

Voorbereidend werk voor een middelbare schoolEen schoollokaal kan op korte termijn letterlijk uit degrond gestampt worden. Maar het stichten van eenschool vergt een lange tijd van voorbereiding.Belangrijk is om te weten hoe op het bestaand onderwijs aangehaakt kan worden en hoe optimaalgebruik gemaakt kan worden van elkaars diensten.Allereerst moet nagegaan worden welke regels gelden.In de tweede plaats moet de behoefte aan een middelbare school en aanvullend onderwijs gepeildworden. Vervolgens moet onderzocht worden of erbekwame Malawiaanse docenten zijn. Dit zal waar-schijnlijk slechts op geringe schaal mogelijk zijn.

Vandaar dat ook gekeken moet worden of er voldoendegastdocenten beschikbaar zijn. Een zeer belangrijk document is de begroting. Watzijn de jaarlijkse kosten voor een school en is een middelbare school vanuit Nederland te bekostigen?Het gaat hier uiteraard om een meerjarenplanning. Entenslotte moet overwogen worden op welke locatieeen school gebouwd kan worden. Is dit in de buurtvan een grote stad, Blantyre, of is Zomba, waar deBijbelschool gevestigd is, een betere locatie? Daarnaast is het van groot belang om samenwerkings-verbanden aan te gaan om gezamenlijk zo’n groot project te dragen. Het is bekend dat er ook bij anderein Malawi werkzame organisaties vergelijkbare plannenleven. Samenwerking en overleg zijn daarom nodig. Ookzal onderzocht moeten worden in hoeverre met anderestichtingen, die veel ervaring met ontwikkelingshulphebben (denk bijvoorbeeld aan Woord en Daad),samengewerkt kan worden. Eveneens zullen sponsorsmoeten worden aangezocht om financieel bij te dragen.

Stand van zakenUit bovenstaande zal duidelijk zijn dat het oprichtenvan een middelbare school een complexe zaak is.Niettemin is de vraag naar een reformatorische mid-delbare school in Malawi duidelijk gesteld. Daaromheeft de ZHHK twee jaar geleden een onderwijscom-missie ingesteld die bezig is met de voorbereidendewerkzaamheden. Drijvende kracht hierachter was deonlangs overleden en zeer gewaardeerde Otto deLeeuw. Door zijn jarenlange buitenlandervaring missenwij in hem een zeer kundig medewerker. Hoewel devoorbereidingen doorgaan, zal het nog wel enige tijdin beslag nemen, voordat daadwerkelijk overgegaankan worden tot de oprichting van een reformatorischemiddelbare school in Malawi. ■

D r . A . v a n N i e u w A m e r o n g e n

6 Z I C H T O P Z E N D I N G

VI

SI

E

Noodzaak van goed onderwijs in Malawi

Page 7: Jaargang 4 – 2010 In dit nummer o.a. · af hoe dat alles in z’n werk is gegaan. Graag willen wij hier wat dieper op ingaan. Bij het zoeken naar een nieuw zendingsterrein vroegen

Z I C H T O P Z E N D I N G 7

Zaligheid voor Rachab

In Jozua 2 vraagt een troostrijkegeschiedenis onze aandacht. Weleren dat de Heere wil werken opplaatsen, waarvan wij weinig ofniets verwachten.

De Israëlieten zijn gekomen aan degrens van het beloofde land. Zij zijndoor God uitverkoren om in eenland te wonen waar overvloed is enwaar de Zaligmaker geboren zalworden. Gods hand leidde hen opwonderlijke wijze uit Egypte. Ookbij de intocht in Kanaän toondeGod zich Koning. Verschillendewonderen getuigen daarvan.We lezen over Rachab. Zij is vanhuis uit niet bekend met de Godvan Abraham. De Heere gaat indeze geschiedenis wonderlijk wer-ken, voordat het volk het beloofdeland binnentrekt. Het land waarZijn heerlijke belofte, die geklonkenheeft in het paradijs na de zonde-val, vervuld zal worden: Zaligheidbereid voor een ontelbare schare,vergaderd uit Jood en heiden. Datmag hier reeds worden opgemerkt.De Heere toont door deze vrouw

dat Hij ook uit de heidenen zondaren zalig maakt. Deze eerst zozondige vrouw krijgt zelfs een ere-plaats onder Gods volk: de stam-moeder van de Messias. Wonderlijkzijn de wegen van de Heere!

Duidelijk komt bij Rachab de liefdetot de Heere openbaar. Zij zetnamelijk haar leven op het spel omde verspieders in het leven te hou-den. Zo wordt zij, met haar gelief-den, bij het volk van Israël gere-kend. Dit blijkt onder meer uit hetrode koord. Het heeft een symboli-sche waarde. Ieder die verlost wilworden, heeft het nodig besprengdte worden met het bloed der ver-zoening. De kleur rood komen weook al eerder tegen: Het volk Israëlwas in Egypte veilig achter rodedeurposten, toen de verderfengeldoor het land ging. Nooit kanteveel de noodzakelijkheid van hetbloed van de Heere Jezus Christusworden aangewezen!

We kunnen nooit teveel van onzeontfermende God verwachten. Zelfs

geruchten over Zijn grote dadenbrachten deze vrouw tot ware wijs-heid. Dit is beschamend voor veelkerkmensen; maar bemoedigendvoor het zendingswerk. Om in alleeenvoudigheid te spreken over degrote daden Gods. Dat was immersde reden dat op de EerstePinksterdag in Jeruzalem driedui-zend mensen gingen vragen naarGod. Zo wil en zal de Heere nogwerken. ■

“Zie, wanneer wij in het land komen, zo zult gij dit snoer vanscharlaken draad aan het venster binden.” (Jozua 2:18a)

VE

RG

EZ

ICH

T

Ter overdenking

Vraag 1.Lees bij deze geschiedenis uitJozua 2 ook Mattheüs 15: 21-28.Welke bemoedigende lessenzijn hieruit te trekken voor hetzendingswerk?

Vraag 2.Denk na over de relatie tussenhet gebed en het zendings-werk. Probeer hierbijBijbelteksten te zoeken.

d s . L . G r o e n e n b e r g ,S c h o o n r e w o e r d

Z E N D I N G S D A GD . V . Z A T E R D A G 2 5 S E P T E M B E R 2 0 1 0

Voor de vierde maal wordt de jaarlijkse zendingsdag gehouden in het Van Lodensteincollege te Amersfoort.

Het thema van de zendingsdag is: “Gods Woord in de wereld”

Naast het hoofdprogramma zijn er twee kinderprogramma’s, een jongerenprogramma, verschillende workshops en lezingen. Voor de kleinste kinderen is er kinderoppas.

Houd de website in de gaten: www.zhhk.nl

Page 8: Jaargang 4 – 2010 In dit nummer o.a. · af hoe dat alles in z’n werk is gegaan. Graag willen wij hier wat dieper op ingaan. Bij het zoeken naar een nieuw zendingsterrein vroegen

Mijn ouders verlieten rond 1980 het landMalawi. Zij gingen naar Zimbabwe, om ‘graziger weiden’ te vinden gedurende hetregime van wijlen Kamuzu Banda. Vanwegede moeilijke omstandigheden in Zimbabwemoest ik echter eind 2007 teruggaan naar hetland van mijn ouders.

Ik ben nu 22 jaar. Ik ben de jongste in een gezin vanvijf kinderen (één meisje en vier jongens). Ik werdgeboren in Harare in Zimbabwe. Ik ging van 1995 tot2001 naar de Hatcliffe-basisschool. Daarna bezocht ikvan 2002 tot 2005 de Mufakose High School. Aan deProfessional Skills Academy behaalde ik mijn computercertificaten en het diploma Bedrijfskunde.Sinds juni 2009 werk ik voor de zending van de HHKin Malawi als assistent-projectcoördinator. Ook ben ikouderling in de gemeente van Matawale van deReformed Presbyterian Church (RPC) van Malawi.Ik ben assistent van projectcoördinator A.W. vanBragt. Mijn taken bestaan uit het ontwikkelen en uit-

voeren van activiteiten die verband houden met deRPC van Malawi en met diaconale projecten. Die pro-jecten zijn bedoeld als steun voor de leden van deRPC. Dit houdt in dat ik een bijdrage lever aan veld-activiteiten, die gelden als pogingen om de armoedete verlichten. De afgelopen tijd hebben we alle dis-tricten in Malawi bezocht en materialen gedistribu-eerd, onder meer voor het bouwen van daken voorkerkgebouwen. We hebben controles uitgevoerd bijhet boren van waterputten. Verder verzorg ik rapportages en verricht ik onder-zoek. Alles in het kader van feedback aan de mee-werkende partijen en het assisteren van de project-coördinator in het bewaken van de budgetten.

Voor de komende jaren geloof ik in een krachtigegroei van de RPC, zodat het hele land zal wordenbereikt door de verkondiging van het Woord vanGod. ■

D o u g l a s D i z o n i

8 Z I C H T O P Z E N D I N G

FL

IT

SIN

MEM

OR

IAM

Terug in Malawi

Een helpende hand voor Van Bragt

Op woensdag 30 december overleed op 63-jarigeleeftijd, na een ziekteperiode van ongeveer ander-half jaar, de heer Otto de Leeuw. Sinds 2006 was hijlid van de Commissie Zending. Als Commissie Zending hebben we hem enige jarenmogen meemaken. Een groot deel van die tijd washij coördinator van de zending in Malawi en contact-persoon voor dominee R.J. Oomen. Met grotebekwaamheid heeft hij de verschillende werkzaam-heden binnen onze commissie op zich genomen enwist hij als geen ander zijn verschillende contactente gebruiken. Ook toen er door de commissie werdnagedacht over een tweede zendingsterrein zijn doorhem de eerste stappen in de richting van Surinamegelegd. We mogen weten dat de visie die Otto deLeeuw had en in de praktijk van het zendingswerknastreefde, van blijvende invloed zal zijn op hetbeleid van de Commissie Zending. Tegelijkertijd openbaarde de gevreesde ziekte zichook in deze periode. Vanaf begin 2009 werd steedsduidelijker dat deze ziekte tot zijn sterven zou leiden.

Ondanks het ziekteverloop is hij nog een groot deelvan deze tijd heel direct en hartelijk op het zen-dingswerk betrokken geweest. We wensen zijn vrouw en de kinderen sterkte en denabijheid van de Heere toe om dit verlies te dragenen over de dood heen te mogen zien in geloof in deopstanding der doden, gefundeerd in de opstandingvan Christus als Eersteling. Zo mocht ook bij dedienst, die volgde op zijn begrafenis, worden gezon-gen uit Psalm 71:16 (berijmd):

Gij zult met luister mij omringen,Mij troosten in mijn smart;Dan zal ik, blij van hart,Met luit en harp Uw goedheid zingen,O heilig Opperwezen,Door Israël geprezen!

Namens de Commissie Zending,

D s . K . K l o p s t r a

In Memoriam de heer O. de Leeuw

Page 9: Jaargang 4 – 2010 In dit nummer o.a. · af hoe dat alles in z’n werk is gegaan. Graag willen wij hier wat dieper op ingaan. Bij het zoeken naar een nieuw zendingsterrein vroegen

Z I C H T O P Z E N D I N G 9

Reizen op z'n Malawiaans

Het hoofddoel van mijn bezoek ishet geven van Bijbelles op deBijbelschool in Zomba. Een nieuweklas studenten wordt daar opgeleidtot evangelist. Zij kregen twee maaltwee weken les; na de eerste tweeweken had ik een week vrij. Datheb ik wel geweten! DomineeOomen had voor die week eenstrakke planning. Een aantal stu-denten, dat vorig jaar was afgestu-deerd, werd in die week door declasses van de ReformedPresbyterian Church bevraagd overhun leer en leven. Daarna wordenzij dan beroepen door één gemeen-te of meerdere gemeenten. Ik gingdus mee. Nu weet je in Malawialtijd wel wanneer een reis aan-vangt, maar nooit wanneer die ein-digt en ook nooit wat er onderwegallemaal gaat gebeuren.

Op de vroege morgen van maandag31 augustus 2009 vertrekken domi-nee Oomen, pastor Ben en ik naarde gemeente van Chigamula, eenlange reis naar het noorden vanMalawi. Wij hopen daar in het beginvan de middag aan te komen, maarhet loopt anders. Onderweg gaat detelefoon. Een nieuwe student uitZomba belt en vraagt: “Dominee, ikwil vragen of u, omdat u langs mijngemeente in Zunga komt, bij onswilt preken? Ik heb de mensen aluitgenodigd.” In Nederland zeg jedan: “Ik heb geen tijd, we makenwel een andere afspraak.” Maar in

Malawi gaat dat anders. Na de preek trekken we verdernaar Chigamula. Hier is de heleclassis bijeen en worden de studenten Martin en Chinaimabevraagd. Martin wordt daarnaberoepen als ‘teaching-elder’, wijzouden zeggen evangelist. Maar numoeten Martin, zijn vrouw en kinderen ook nog onderdak krijgenen voorzien worden van eten. Nabijde kerk is een stuk land te koop.De hele mannengemeenschap gaatmet ons mee. Het land wordt beke-ken. Het is bijna drie hectare grooten kan worden gekocht voor100.000 kwacha. Dat is wel ietsanders dan in Nederland: ongeveer500 euro voor drie hectare. Ik denkdan: Nu komt de notaris eniemand van het kadaster om depalen te slaan. Maar nee, als menelkaar de grenzen van het landheeft gewezen, gaan wij terug naarde kerk. De dominee neemt zijnaktetas en diept daar 100.000 kwa-cha aan contanten uit. De eigenaarvan de grond komt aan tafel zitten,telt het geld, tekent een kwitantieen de deal is gesloten. Op de grondzal een huis voor de evangelist wor-den gebouwd en een waterputgeslagen. De reis gaat verder naar anderedelen van Malawi, maar evangelistMartin heeft dankzij de actie van deHHJO straks een dak boven zijnhoofd en als de Heere het geeft etenvan zijn land. ■

Van 21 augustus tot 19 september 2009 bracht de heer P. Vogelaar een bezoek aan Malawi. Hij reisde onder meermet dominee Oomen mee naar Chigamula. Daar ontmoettehij evangelist Martin, die door een actie van de HersteldHervormde Jongerenorganisatie in zijn levensonderhoudwordt voorzien. In dit artikel leest u hoe deze reis verliep.

TRA

NSP

AR

AN

T

P. V o g e l a a r

Page 10: Jaargang 4 – 2010 In dit nummer o.a. · af hoe dat alles in z’n werk is gegaan. Graag willen wij hier wat dieper op ingaan. Bij het zoeken naar een nieuw zendingsterrein vroegen

Veel etniciteiten in bosrijk land

Het land en de inwonersSuriname is een republiek aan denoordoostkust van Zuid-Amerika.Het land grenst in het oosten aanFrans-Guyana, in het westen aanGuyana (voormalig Brits Guyana),in het zuiden aan Brazilië en in hetnoorden aan de AtlantischeOceaan. Het land is bijna 164.000vierkante kilometer groot en heefteen kustlijn van 386 kilometer.Door het midden en oosten van hetland stroomt de Surinamerivier.Suriname wordt als één van de ver-wantschapslanden van Nederlandbeschouwd.

De meeste van de 481.267 inwo-ners wonen in het noorden van hetland, in de districten Paramaribo,Wanica en Nickerie.

De Surinaamse bevolking bestaatuit een mengeling van etnischegroepen:

Hidoenstanen (27%)Creolen (18%)Javanen (15%)Bosnegers/Marrons (15%)De overige bewoners bestaan uit

Indianen, Chinezen, blanken,Joden, Libanezen en Brazilianen.Aanvankelijk was Guyana (zo heet-te Suriname toen) in bezit van deBritten. Tijdens de Tweede EngelseOorlog werd Guyana in 1667 doorNederland ingenomen. Met deVrede van Westminster, die eeneinde maakte aan de oorlog, werdGuyana geruild voor deNederlandse Kolonie NieuwAmsterdam (de huidige staat NewYork). In 1863 werd GuyanaSuriname genoemd. Vanaf halver-wege de achttiende eeuw heeftSuriname zich meer en meer ver-zelfstandigd. Enkele voorbeeldendaarvan zijn de afschaffing van deslavernij in 1863 en het verkrijgenvan een autonome status in 1954.Sinds 1975 is Suriname onafhanke-lijk en draagt de naam RepubliekSuriname.Suriname is een bosrijk land metheuvelachtige gebieden en bergen.Het heeft een tropisch regenwoud-klimaat en een zeer rijke natuur.

Taal en godsdienstIn Suriname worden maar liefsttwintig talen gesproken. De meesteSurinamers zijn meertalig; zijbeheersen naast meerdere nationaletalen ook heel goed het Engels.Qua aantallen sprekers zijn debelangrijkste talen in Surinameachtereenvolgens het Nederlands,het Surinaams (Sranantongo), het

Surinaams Hindoestaans, hetJavaans, de verschillendeMarrontalen en het Chinees(Hakka, Mandarijn, Kantonnees).Om in de maatschappij inSuriname te functioneren, kan mengoed overweg met Nederlands. Deofficiële schrijftaal is hetNederlands. De verhouding tussen de religies isals volgt: Christendom, bestaanduit rooms-katholiek en protestants(41%); Hindoe (20%); Islam(14%); Traditionele en andere reli-gies (4%) en overigen (21%). Het isopvallend dat, ondanks de religieu-ze diversiteit, men in betrekkelijkevrede met elkaar leeft. Het straat-beeld in Paramaribo laat dit ookduidelijk zien: kerken, moskeeënen tempels ‘staan’ vredig naastelkaar.

Eerste indrukken van tijdelijkewerkersIn de zomer en herfst van 2009mochten dominee Meuleman metzijn gezin en Windy de Wit tijde-lijks in Suriname werkzaam zijn.Wat hen opviel, was het grote ver-schil tussen armen en rijken en derust en de vriendelijkheid van demensen. Het zendingswerk isbedoeld om de jonge, beginnendeplantjes niet te vertrappen, maardeze liefdevol en geduldig door deHeere te laten wortelen in de aardevan Gods Woord. ■

U heeft in deze ZoZ kunnen lezen over het nieuwe zendings-project in Suriname. Wat weten wij eigenlijk over Suriname?Veelal is onze kennis beperkt tot de constatering datSuriname ver weg is, de tongval van de Surinamer erg on-Hollands aandoet en hun huiskleur overwegend donker is?Genoeg reden om wat meer informatie met u te delen overSuriname.

D . H . B o o n z a a i j e r

SP

EC

TR

UM

10 Z I C H T O P Z E N D I N G

Page 11: Jaargang 4 – 2010 In dit nummer o.a. · af hoe dat alles in z’n werk is gegaan. Graag willen wij hier wat dieper op ingaan. Bij het zoeken naar een nieuw zendingsterrein vroegen

Op 5 december konden belangstellenden zichin Woudenberg uitgebreid laten informerenover de zending. Thema’s van deze informatie-bijeenkomst van de ZHHK waren ‘Zending inwereldperspectief’ en ‘Zending in de praktijk’.Een bezoeker beschrijft hoe ze deze dag heeftervaren.

“Rosemarie, zaterdag 5 december is er inWoudenberg een dag voor mensen met meer dangewone belangstelling voor zending.” Ik besluit omme aan te melden voor de toerustingsdag, wantzending en roeping houden me al een tijd bezig.Die zaterdag ben ik precies om tien uur inWoudenberg. Als ik binnenkom, zie ik meteen deheer Boonzaaijer staan, in gesprek met de oudersvan Windy de Wit. Zij zit op dit moment in Surinameom dominee Meuleman en later dominee Mynderste ondersteunen bij het zendingswerk. De heer Saly opent de zendingsdag door te lezen uitRomeinen 1: 13-25. Hierin lezen we de motivatie omhet Evangelie over de hele wereld uit te dragen.Duidelijk blijkt de noodzaak van de verlossing. Er zijngeen alternatieven om zalig te worden, alleen hetEvangelie is een kracht Gods tot zaligheid. Het thema van de eerste leerzame lezing door domi-nee Koppelaar is ‘Roeping en volharding’. Hoe wordje nu geroepen? Duidelijk is dat de Heere roept. Een

roeping ontvang je dan ook alleen als God het wil(Markus 3: 13). In Zijn oproep wil de Heere ons in deeerste plaats dicht bij Hem brengen, wat ook goldvoor de discipelen. Daaruit blijkt dat we pas dan ietsvoor anderen kunnen gaan betekenen. God zorgtervoor dat ik Zijn roep ook inwillig en volhard.Duidelijk moet zijn dat roeping nooit een vlucht uitproblemen mag zijn. Roeping is een vuur dat vanbinnen brandt en niet te blussen is. De Wind van deGeest blaast dit vuur namelijk aan. Dominee Rentier sprak daarna over ‘Islam, wereld-godsdienst; wat nu?’ Eerst liet hij ons zien wat deislam in grote lijnen gelooft. Ook gaf hij ons eenaantal praktische punten mee voor gesprekken metniet-gelovigen. Zo vond ik het volgende heel leer-zaam. “Als je met een niet-gelovige in gesprek bent,zeg je al gauw: “Ik geloof dat…” Maar wat heb jeveel meer te zeggen als je de Bijbel naspreekt: “Godzegt dat… ” of “In de Bijbel staat…” Dat is dan nietgebaseerd op je eigen opvattingen, maar staat zwartop wit in de Gods Woord.Tijdens de maaltijd heb ik nog met Marianne deLeeuw gesproken. Zij heeft samen met haar man inMalawi gewerkt bij dominee Oomen. Al met al vondik het een leerzame dag vol ontmoetingen rond hetroepende Woord. ■

R o s e m a r i e v a n T r i e r u m

Roeping als onblusbaar vuur

Z I C H T O P Z E N D I N G 11

DI

FF

UU

SR

EF

LE

CT

IE

Gebedspunten In deze rubriek willen wij enkele elementen uit een artikel extra onder deaandacht brengen met het oog op uwmeeleven en gebed. Het gaat om de volgende rubrieken:

l Danken voor een goede aankomst vande familie Van Bragt en bidden om eengezegende tijd voor hen in Malawi.(Focus)

l Bidden voor de voortgang van het zendingswerk in Suriname. (Helder)

l Bidden om Gods zegen over de plannenvan de werkgroep Onderwijs. (Visie)

ZendingsdagWanneer: D.V. zaterdag 25 september 2010Waar: Van Lodensteincollege teAmersfoortIedereen hartelijk welkom!Zie de aankondiging elders in deze ZoZ.

Verjaardagen20 februari: Pauline van Bragt (17 jaar):

Berkenstraat 15, 4043 PD

te Opheusden.

13 maart: Mark van Bragt (6 jaar)

12 april: Truus van Bragt (16 jaar)

21 april: De heer A.W. van Bragt

Zendingsteam in Malawi:

PO Box 626, Zomba, Malawi

13 mei: Ds. R.J. Oomen

Page 12: Jaargang 4 – 2010 In dit nummer o.a. · af hoe dat alles in z’n werk is gegaan. Graag willen wij hier wat dieper op ingaan. Bij het zoeken naar een nieuw zendingsterrein vroegen

EYE-OPENER

Met ingang van dit nummer vragen we verschillendejongeren, van wie de ouders voor de zending in hetbuitenland werkzaam zijn, naar hun ervaringen indat land. Wat viel hen op, wat raakte hen en watvonden ze moeilijk?

Jacco bijt de spits af, de volgende keer hoopt Truusvan Bragt aan het woord te komen. Jacco is vijftienjaar en de jongste zoon van dominee Oomen. Hijwoont bij zijn ouders in Malawi, zijn andere broersen zussen wonen in Nederland en Canada.

1. Sinds wanneer woon je in Malawi?Sinds 3 oktober 2002.

2. Wat viel je het meest op toen je voor heteerst voet op Malawiaanse bodem zette?Ik kan me niet heel veel meer herinneren. Devele zwarte mensen denk ik.

3. Wat mis je het meest uit Nederland?Het contact met andere Nederlandse jongens enmeiden en een normale school.

4. Kun je een positieve eigenschap van deMalawianen noemen die je niet zo vaak inNederland tegenkomt?Bijna alle Malawianen zijn vriendelijk en hartelijk als je ze tegenkomt; in Nederland is datniet altijd zo.

5. Kun je een positieve eigenschap van deNederlanders noemen die je niet zo vaak inMalawi tegenkomt?Nederlanders denken vooruit. Malawianen denken meer van: “Vandaag hebben we geld,dus uitgeven.”

6. Kun je iets vertellen over jouw ’home-scholing’.Ik krijg de werkboeken uit Amerika. Twaalfwerkboeken per vak, per jaar. Na ieder werk-boek heb ik een soort tentamen. Als ik dat haal,

dan kan ik aan het volgende boek beginnen. Enzo niet, dan moet ik het boek overdoen.

7. Vermoed je dat er een moment komt dat jemisschien voor een vervolgopleiding weerterug zou moeten naar Nederland?Ja, na dit jaar moet ik nog twee schooljaren. Alsik klaar ben met mijn home-school, dan ga iknaar Nederland terug om verder te studeren.

8. Heb je contact met de Malawiaanse jongerenvan jouw leeftijd?Nu we in de stad wonen niet. Toen wij nog inhet weeshuis woonden meer.

9. Red je je al een beetje in het Chichewa (de taal van Malawi)?Ik kan de taal een klein beetje verstaan.

10. Zijn er dingen die je moeilijk of lastig vindtin Malawi?Ja, dat je hier best alleen zit. In Nederland kunje zo naar een vriend toe gaan, hier gaat datniet omdat er geen blanke jongens van je eigenleeftijd zijn.

E e n g r o e t v a n J e a n e t v a n L a a r

Tien vragen aan Jacco OomenWe ‘ontmoeten’ deze keer Jacco Oomen. Zijn broer Henkjan is inmiddels alweer maanden terugin Nederland. Hij heeft ons in vorige ZoZ-nummers een kijkje gegeven in het dagelijkse leven inMalawi. Vanaf deze plaats willen we hem nog heel hartelijk bedanken voor zijn bijdragen aande Jongerenpagina en hem de zegen van de Heere toewensen voor zijn verdere leven.

12 Z I C H T O P Z E N D I N G