I/O magazine BASIS · redactieadres S ecr t a iI PN ,p/ WOC hm s&Ex nobu 93 46 0 2 5ALD H g 7 1 @ w...

24
KeNNiSageNda ONdeRWijS VERDER; NAAR EEN NIEUW NWO < 8 > LEGACY COALITION < 12 > ICT WITH INDUSTRY <15> SOFTWARE VOOR ASML-MACHINES < 20 > magazine ICT-ONDERZOEK PLATFORM NEDERLAND JAARGANG 13 • OKTOBER 2016 • NR. 3 Mensen in beweging zetten 4 Van gastles tot programmeer- vakantie 12

Transcript of I/O magazine BASIS · redactieadres S ecr t a iI PN ,p/ WOC hm s&Ex nobu 93 46 0 2 5ALD H g 7 1 @ w...

Kennisagenda onderwijs

VERDER; NAAR EEN NIEUW NWO < 8 > LEGACY COALITION < 12 > ICT WITH INDUSTRY <15>SOFTWARE VOOR ASML-MACHINES < 20 >

magazineICT-ONDERZOEK PLATFORM NEDERLAND

JAAR

GANG

13

• OKT

OBER

201

6 • N

R. 3

Mensen in beweging zetten

4 Van gastles tot programmeer-vakantie

12

I/O Magazine > Oktober 2016

coloFon

i/o Magazine is een uitgave van het ICT-Onderzoek Platform Nederland (IPN) en wordt viermaal per jaar gratis toegezonden aan ICT-onderzoekers enrelaties van IPN. IPN bestaat uit de ICT-onderzoeksscholen ASCI, IPA en SIKS; de ICT-gerelateerde thema’s van STW; de instituten van de TU’s, verenigd inhet NIRICT; de instituten van de algemene universiteiten; SURF en het eScience Centre; CWI en COMMIT.

iPn wordt ondersteund door NWO Exacte Wetenschappen en de Technologiestichting STW. IPN is een landelijk overlegorgaan met als doel de ICT inNederland als wetenschappelijke discipline een sterkere positie te geven. IPN wil de Nederlandse ICT-inspanningen coördineren en daarbij fungeren alshèt aanspreekpunt voor ICT-onderzoek richting beleidsmakers, politiek bedrijfsleven en andere maatschappelijke groeperingen.

redactie Ursula Bihari, Avital Lievendag, Wouter Segeth, Astrid Zuurbier BladManageMent Avital Lievendag eindredactie Sonja Knols aan dit nuMMer werKten Mee Leendert van der Ent, Edith van Gameren, Paul Klint, Sonja Knols, Daphne Riksen, Enith Vlooswijk ontwerP en oPMaaK WAT ontwerpers illustratie Petra Klerkx FotograFie Jos Jansen, Innosportlab (cover en hoofdartikel),p.6 Marc de Haan, p.9Alain Gil Gonzalez, p.10 Auke Planjer, CWI, ASML, Shutterstock.com druKwerK Zalsman Zwolle

redactieadres Secretariaat IPN, p/a NWO Chemische & Exacte Wetenschappen, Postbus 93460, 2509 AL Den Haag, 070 349 42 15, [email protected],www.ictonderzoek.net

4

Mensen in beweging

zettenDe Kennisagenda Sport en

Bewegen moet kennis opleverenen innovaties teweegbrengen die

de gezondheid en prestatiesbevorderen.

12

Van gastles tot program-

meer-vakantie

Er zijn steeds meer initiatieven om ICT en ICT-onderzoek onder

de aandacht te brengen van scholieren.

NWO vernieuwt organisatieHet nieuwe NWO wordtslagvaardiger en flexibeler. Ton van der Steen en ArjenDoelman over de redenen voorde organisatieverandering ende gevolgen ervan.

8

Gevorderde statistiek voor dummiesEric-Jan Wagenmakersontwikkelt nieuwgereedschap.

11

Het beste makenvan je erfenisLegacy software kan leiden tot veiligheids- of beheers -problemen. De LegacyCoalition pakt dit probleemgezamenlijk op.

12

ICT with Industry2016Kennisuitwisseling en netwerken

15

Column

Informatica en TaalBinnenkort vieren we de honderdste

geboortedag van aad van wijngaarden,

wat is zijn invloed op de nederlandse

informatica: aandacht voor taal!

Op 2 en 3 november wordt op het CWI de honderdste geboorte-dag van Aad van Wijngaarden gevierd. Even een opfrisser. VanWijngaarden gaf leiding aan de bouw van de eerste Nederlandsecomputers ARRA, FERTA en ARMAC die later de basis vormdenvoor het bedrijf Electrologica dat uiteindelijk onderdeel van Philipswerd en daar ten onder ging. Een vroeg, geslaagd, voorbeeld vankennistransfer waarvan de invloed vandaag de dag nauwelijksmerkbaar is.

Van Wijngaarden was ook een van de hoofdauteurs van de pro-grammeertalen Algol 60 en Algol 68. Hier is zijn invloed groot.Concepten als recursieve functies. blokstructuur en scope, poin-ters, statische typering, en parallellisme zijn tegenwoordig nietmeer weg te denken. Verder hebben de definities van Algol 60 en68 een impuls gegeven aan het ontwerpen, beschrijven en defi-niëren van programmeertalen, een onderwerp waar Nederlandnog steeds ijzersterk in is.

Programmeertalen en natuurlijke taal verschillen sterk, maar erzijn grotere overeenkomsten dan op het eerste gezicht lijkt. Menzegt dat de blokstructuur in Algol 60 nooit bedacht had kunnenworden in het Angelsaksische taalgebied. Blokstructuur is immersgebaseerd op geneste zinsconstructies zoals die primair in hetNederlands en Duits voorkomen.

Nu ik toch mijn historische pet op heb: er is nog een ander ver-band tussen taal en IT. In een puur Nederlandse traditie (hier is deinvloed van de administratieve automatisering van Abraham Frie-link waarneembaar) wordt natuurlijke taal gebruikt om informa-tiesystemen te ontwerpen. De pionier hiervan is Sjir Nijssen metzijn Natural Language Information Analysis Method (NIAM), eenbenadering waar vele varianten van bestaan. Buiten het Neder-landse taalgebied bestaan, van veel latere datum, RuleSpeak (metNederlandse versie RegelSpraak) en de OMG standaard SBVR.

Er gaapt nog steeds een groot gat tussen bedrijfsperspectief enwerkend IT systeem. Probleem is alweer: zakenman en informati-cus spreken niet dezelfde taal. Gezien onze historisch voorsprongligt hier een unieke kans voor samenwerking en innovatie.

Paul Klint

Competitie in de academischewereld is geen goed ideeVisie van.... Sonja Smets

24

Belang van software in lithografie neemt toe ASML is een groot software-ontwikkelingsbedrijf. Van devijfduizend R&D-medewerkersvan ASML wereldwijd werken erzo’n duizend aan software.

20

De snelheid van code-based cryptografieverhogenPas gepromoveerd: Tung Chou

22

I/O Magazine > Oktober 2016

4

Mensen in Beweging zettenDoor Enith VlooswijkFoto: Jos Jansen

Samenwerking

5

Sommigen streven naar een goudenmedaille, anderen zijn al blij als ze zichkunnen zetten tot een blokje omwandelen. De Kennisagenda Sport enBewegen moet kennis opleveren eninnovaties teweegbrengen die beidegroepen een duwtje in de rug geven.

Het was donker in Tokyo. Ze voeren rond in een bootop de Tokyo Bay en er was zo weinig te zien, dat ze netzo goed konden spreken over intensievere samen -werking. Joost Kok, hoogleraar Infor matica en Genees-kunde aan de Universiteit Leiden, vertelt het met eenknipoog. ‘We namen deel aan een handel- en weten-schapsmissie naar Japan, waar over vier jaar de Olympische Spelen plaatsvinden. Negenendertig sport-wetenschappers gingen mee. Het onderzoek naar sporten bewegen is in Nederland heel gefragmenteerd: erzijn regionaal wel samenwerkings verbanden, maar nietop landelijk niveau. Tijdens die reis besloten we die volgende stap te zetten.’

De Kennisagenda Sport en Bewegen die daarna is opge-steld, behelst een samenwerkingsverband tussen velepartijen: universiteiten, hogescholen, sport, (lokale)overheid en bedrijfsleven. Samen willen zij kennis vergaren en innovaties teweegbrengen die het aantalNederlandse medailles bij de Spelen opkrikken, maarook de gezondheid van de gehele samenleving tengoede komen.

Gezondere samenleving‘Bewegen is te vaak een sluitpost, terwijl het heelbelangrijk is voor onze gezondheid, voor jong en oud,’zegt Cees Vervoorn, lector Topsport aan de HogeschoolAmsterdam en een van de initiatief nemers van de Kennisagenda. ‘Meer bewegen leidt tot minder zorgkos-ten, minder obesitas en minder aandoeningen als hart-en vaatziekten. Ouderen kunnen aftakeling uitstellenals ze genoeg bewegen. Gymnastiek op basisscholenkomt ook cognitieve functies ten goede. Als bewegenonderdeel wordt van beleidskeuzes, krijgen we eengezondere samenleving.’

Data scienceOnderzoek met dat doel voor ogen raakt aan eenveelheid van disciplines. Bij alle projecten zal data science echter een centrale rol innemen. ‘Er wordtheel veel gemeten in de sport,’ zegt Kok. ‘Schaats -coaches verzamelen de tijden van de schaatsers, bijvoetbalwedstrijden nemen de clubs met camera’s dewedstrijden op voor analyse achteraf. Met behulpvan die data zijn in de topsport de grootste stappente maken tegen de minste kosten. De 22 stipjes opeen voetbalveld kun je bijvoorbeeld zien als een wis-kundig patroon, waarmee je kunt uitrekenen hoe eennieuwe speler tussen die stipjes past. Die analysedraait om data.’

Ook negatieve aspecten van topsport willen de part-ners aan de orde laten komen. ‘Problemen als dopingen match fixing zijn te traceren door te zoeken naarafwijkende patronen in wedstrijddata,’ zegt Kok. ‘Wekunnen daarbij gebruikmaken van methoden die zijnontwikkeld voor bijvoorbeeld zorgfraude en creditcardfraude.’ De ‘slimme’ hockeystick geeft een top-hockeyspeler feedback over de manier van slaan,gebaseerd op data afkomstig van camera’s en senso-ren. Maar de algoritmes die hiervoor zijn ontwikkeld,zijn ook bruikbaar in de breedtesport en elders. ‘Jekunt persoonlijke sportdata gebruiken om mensen,via een app of een kaart, te binden aan een sport-club,’ zegt Kok. ‘En advies op maat kan ook helpenom mensen te motiveren meer te bewegen. Alsbewegingsadvies persoonlijk is, zijn mensen waar-schijnlijk meer geneigd om te luisteren.’

Heeft plaatselijke luchtvervuiling invloed op de pres-taties van marathonlopers? En zijn mensen meergemotiveerd om te fietsen in een groene omgeving?Hoe meer data aan elkaar zijn te koppelen, des temeer mogelijkheden dat creëert voor data science.Wat dat betreft is Nederland een uitstekende locatievoor dit soort onderzoek, stelt Kok. ‘Nederland is eenland van boekhouders. Er worden allerlei databasesbijgehouden die voor veel onderzoek heel interes-sant zijn. De Universiteit Leiden verzamelt al veertigjaar lang data voor cohortstudies op het gebied vangezondheid, consultatiebureaus houden allerleigroeicurves bij. Door data in de sport te combinerenmet allerlei data die we al hebben, kunnen we grotestappen maken.’

Dat klinkt overigens eenvoudiger dan het is: dat veelgegevens worden opgeslagen, wil nog niet zeggen datze ook makkelijk toegankelijk zijn. Binnen de Kennis-agenda komt daarom bijzondere aandacht voor DataStewardship. ‘Data moeten op een consequentemanier gelabeld en opgeslagen worden, zodat com-puters van andere onderzoekers er ook nog mee aande slag kunnen,’ legt Kok het concept uit. ‘Excelsheets met data voldoen niet aan die eis. De stan-daarden daarvoor bestaan al, maar je moet er bud-get aan besteden.’

I/O Magazine > Oktober 2016

6

aMsterdaMMers laten Bewegen

‘Gefeliciteerd, u heeft uw persoonlijk record verbroken!’ Wie wel eens rent meteen app, kent de obligate complimentjes, bedoeld om de sportievesmartphonebezitter gemotiveerd te houden. Hoewel er al talloze van dergelijkeapps bestaan, besloten de Hogeschool van Amsterdam, Hogeschool Inholland ende Gemeente Amsterdam in samenwerking met de bedrijven Info.nl enGlimworm er nog een aan toe te voegen. De ontwikkelde app maakt deel uit vanhet onderzoek BAMBEA (Bewegen in Amsterdam met Beacons), dat valt binnen deKennisagenda Sport en Bewegen. Het doel is te onderzoeken of mensen die juistnauwelijks of onregelmatig sporten, zijn aan te sporen om een halfuur per daglicht intensief te bewegen. De app werkt niet, zoals de meeste renapps, op basis van gps. Beacons, kleinezenders opgehangen in het Amsterdamse Oosterpark, zorgen voor een veelnauwkeurigere locatiebepaling. Via de beacons krijgt de smartphonebezitter nietalleen bericht wanneer een bepaalde beweegnorm is bereikt, maar ook wanneereen locatie zich leent voor een strekoefening, of wanneer het de moeite waard isnog even door te lopen naar een bezienswaardigheid. De gebruiker krijgtinformatie over de gezondheidswinst die beweging oplevert en wordtgestimuleerd om beweegmomenten te plannen in een online agenda. De apponderscheidt zich van andere apps doordat deze is opgezet rond wetenschappelijkonderbouwde fases die beginnende sporters doorlopen.

‘Als bewegenonderdeel wordtvan beleidskeuzes,

krijgen we eengezondere

samenleving’

Cees Vervoorn

‘Sporters willenalles doen om

beter te presteren,dus ze stellengraag hun datater beschikking’

Joost Kok

Olympische SpelenDat het idee voor de Kennisagenda zich ontvouwde inhet land dat de komende Olympische Spelen organi-seert, is tekenend. De Spelen zullen een belangrijke spilzijn voor de samenwerkende partners, legt Kok uit. ‘Bijde Olympische Spelen komen allerlei topsporten samendie veel interesse hebben om resultaten te boeken. Deorganiserende landen staan meestal open voor geza-menlijk onderzoek en willen investeren in nieuwe facili-teiten. Verder duurt de Olympische cyclus vier jaar,precies de tijd die een promotietraject beslaat.’

Met andere woorden: door ‘mee te liften’ met de Spe-len, komen allerlei investeerders en samenwerkings-verbanden binnen bereik. Die financiële kant van dezaak is trouwens ook een van de motieven om samente werken. ‘Als iedere partij voor zich werkt, is hetsteeds moeilijker om subsidies vanuit Europa tebemachtigen,’ zegt Vervoorn. ‘Het is beter samen keu-zes te maken over de richting die we in willen, waarbijiedere partner een eigen profiel behoudt.’

Hoewel samenwerking op zo’n grote schaal niet eerderis vertoond, leent het Nederlandse onderzoek op hetgebied van sport en gezondheid zich er bij uitstek voor,vindt hij. ‘De band tussen het sportonderwijs en hettoegepaste onderzoek is in Nederland heel sterk.Nederland heeft al bijna een eeuw lang eerstegraadssportdocenten op hbo-niveau. Ze hebben in het bege-leiden van leerlingen meer kennis in huis dan inandere landen, onder meer dankzij een sterke onder-zoeksgeschiedenis in combinatie met de universitei-ten.’Los van het maatschappelijk nut van de Kennisagendavormt de sportwereld voor data scientists ook eenzeer toegankelijk laboratorium om algoritmes uit teproberen, vertelt Kok enthousiast. ‘Sport heeft ietspositiefs. Sporters willen alles doen om beter te pres-teren, dus ze stellen graag hun data ter beschikking.Privacy is minder een issue dan in bijvoorbeeld dezorgwereld, mensen vinden het gewoon leuk. Voor mijis het heel belangrijk dat dit onderzoek niet alleen toe-passingsgericht is, maar tegelijkertijd heel inspirerendis voor fundamenteel onderzoek.’

Samenwerking

7

nationale KennisagendasPort en Bewegen

de nationale Kennisagenda sport enBewegen behelst een langdurig partner-schap tussen universiteiten, hogescho-len, sport, (lokale) overheid enbedrijfsleven. de multidisciplinairesamenwerking moet leiden tot inzichtenen innovaties die zowel ten goede komenaan de prestaties van (top)sporters, alsaan de gezondheid van de samenleving.Big data en data science spelen bij deonderzoeksprojecten een cruciale, verbindende rol. Het samenwerkings -verband krijgt een impulsfinan cieringvanuit Vws, financiering van nwo,zonMw, stw en nrPo sia, evenalsonderzoeksfinanciering vanuit de universiteiten.

national Knowledgeagenda sPort andexercise

the national Knowledge agenda sportand exercise involves a long-termpartnership between universities,colleges, sports, (local) government andbusiness. the multidisciplinarycooperation should lead to insights andinnovations that can be used for bothimproving the performance of (top)athletes, as well as the general health ofsociety. Big data and data science play ina crucial role in all the research projects.

I/O Magazine > Oktober 2016

8

Per 1 januari 2017 worden de huidige wetenschapsgebieden,instituten en stichtingen die onder NWO vallen tot vierdomeinen geclusterd: exacte en Natuurweten schappen,Toegepaste en Technische Wetenschappen, Sociale enGeesteswetenschappen, en Zorgonderzoek en MedischeWetenschappen. De vier wetenschappers die dezedomeinen zullen voorzitten, zitten tevens in de raad vanBestuur van NWO. Het nieuwe NWO wordt slagvaardiger enmeer op samenwerking gericht, gaat middelen flexibelerinzetten en inspelen op ontwikkelingen in de wetenschap.

Door Daphne Riksen

NWO VerNIeuWTOrGaNISaTIe

In dit artikel vertellen Ton van der Steen, huidigevoorzitter van het gebiedsbestuur Technische Weten-schappen en Technologiestichting STW, en ArjenDoelman, thans voorzitter van het gebiedsbestuurExacte Wetenschappen, over de redenen voor deorganisatieverandering en de gevolgen ervan. Beidebesturen zijn al twee jaar bezig met de voorbereidin-gen. De voorzitters zijn eensgezind in hun overtuigingdat ICT-onderzoekers vooral profijt zullen hebben van de op stapel staande veranderingen: 'ICT is eenoverkoepelend onderzoeksgebied. Voor dat soortgebieden komen er in de nieuwe organisatie alleenmaar meer mogelijkheden.'

I/O Magazine > Oktober 2016

9

Ton van der Steen

enthousiasme en consensusbij gebiedsvoorzitters

Hoe is de organisatievernieuwing totstand gekomen? ‘De gebiedsvoorzitters waren het eens metde regering dat er iets moest veranderen,maar we waren minder enthousiast overhoe de regering zich dat voorstelde in deWetenschapsvisie 2025. Daarom zijn we innovember 2014 meteen bij elkaar gekomenom een nieuwe domeinstructuur te creëren.Onder leiding van Douwe Breimer, voorma-lig rector en voorzitter van de UniversiteitLeiden, is deze structuur verankerd met deRaad van Bestuur van het nieuwe NWO.Toen de staatssecretaris dit plan in het voor-jaar van 2015 goedkeurde, ging er een dras-tische veranderingsoperatie van start. Erkwam een programmabureau Transitieonder leiding van FOM-directeur Wim vanSaarloos en een stuurgroep waarin onderandere het Algemeen Bestuur van NWO envier van de gebiedsvoorzitters zaten. Ik waser daar één van.

In anderhalf jaar tijd hebben we de nieuwestructuur neergezet. Het was heel prettig dater bij alle voorzitters groot enthousiasme enconsensus was over de aanpak, hoewel hetvoor ons allemaal een verbouwing bete-kende. Nu werken we hard aan de imple-mentatie en de gevolgen van de nieuwestructuur voor het personeel. Er zullen in elkgeval geen ontslagen vallen, maar de transi-tie zal toch de nodige impact hebben.’

Wat verandert er voor StW?‘De huidige werkwijze van STW wordt in alleevaluatierapporten als een best practicegezien. Ons onderzoek is altijd gericht oputilisatie: de resultaten moeten ten goedekomen aan de maatschappij, wat meestalvia het bedrijfsleven verloopt. Bedrijvenmoeten dus in het onderzoek geïnteres-seerd zijn, zij nemen deel aan gebruikersver-gaderingen en dragen in het geval van groteprojecten ook bij in de vorm van mensurenof materialen. Zij adopteren de resultaten enontwikkelen deze door tot een product,waarbij ze eventuele octrooiaanvragen inlicentie nemen of kopen. Aan deze werkwijze houden we vast in hetnieuwe domein Toegepaste en Technische

Wetenschappen. Ook zorgen we ervoor datdit domein de huidige activiteiten van STWeven goed kan uitvoeren als nu. Wat wel ver-andert, is dat de financieringsinstrumentenbinnen NWO zullen worden geharmoniseerden dat we veel meer dan nu zullen samenwer-ken met de andere domeinen. Ook zullen wegaan kijken naar bepaalde ingenieursweten-schappen die niet gericht zijn op utilisatie.Hoe ga je die financieren als ze bij hun onder-zoek geen bedrijven betrekken? Dat proceszal in 2017 plaatsvinden.’

Wat is uw advies aan iCt-onderzoekers? ‘ICT is een overkoepelend onderzoeksgebieddat in de nieuwe organisatie waarschijnlijkbeter aan zijn trekken komt dan nu. Financie-ring zal voornamelijk plaatsvinden in hetkader van het Topsectorenbeleid of via deNationale Wetenschapsagenda. Ik raad ICT-onderzoekers dus aan om de Wetenschaps-agenda te bestuderen en na te denken aanwelke routes – deelverzamelingen vansamenhangende vragen rond een complexthema ‒ zij een bijdrage kunnen leveren.’

Prof.dr.ir. Ton van der Steenis Hoofd BiomedischeTechnologie van het

Thoraxcentrum van hetErasmus MC en voorzitter

van het huidigegebiedsbestuur Technische

Wetenschappen van NWO envan het bestuur van

Technologiestichting STW

‘Ik raad ICT-onderzoekers

aan om deWetenschaps -

agenda tebestuderen’

in gesprek met > I/O Magazine > Oktober 2016

10

Wat verwacht u van het nieuwe nWO?‘Van het nieuwe NWO verwacht ik, en dat isook de bedoeling van de transitie, dat hetsamenwerking tussen disciplines toejuicht enstimuleert, en drempels wegneemt. Hetoude NWO was niet gemaakt voor samen-werking tussen disciplines. Daardoor was heterg moeilijk om over de grenzen van discipli-nes heen te stappen. Het initiëren van multi-disciplinaire samenwerking ging dan ookuiterst moeizaam. Dat gaat in de nieuweorganisatie echt flink verbeteren.’

Raakt een relatief klein vakgebied als iCtniet ondergesneeuwd in het‘multidisciplinaire geweld’? ‘De grote problemen waar we als mensheidtegenaan lopen, gaan over alle vakgebiedenheen. Daar speelt ICT, en met name big data,een enorm belangrijke rol in. Het is dus cru-ciaal dat er een goede wisselwerking is tus-sen ICT en alle domeinen in de nieuweorganisatie. Omdat de vier domeinen opdezelfde manier gaan werken, denk ik dat denieuwe organisatie juist veel kansen biedtvoor ICT. Maar dan moeten er wel stevige bruggenkomen naar andere disciplines. Ik denk danmet name aan de domeinen Sociale enGeesteswetenschappen en Toegepaste enTechnische Wetenschappen. Onder die laat-ste valt zeker de helft van het huidige ICT-onderzoek.’

Wat betekent de nadruk opmultidisciplinaire samenwerking voormonodisciplines als theoretischeinformatica en algoritmiek?‘Daarover bestaan inderdaad zorgen, nietalleen bij ICT-onderzoekers maar ook daar-buiten. Veel mensen vragen zich af of ál hetonderzoek nu multidisciplinair moet worden.Ze zijn bang dat er geen ruimte blijft voor vrijonderzoek en de persoonsgebonden beur-zen Veni, Vidi en Vici. Het vrije, fundamenteleonderzoek heeft de afgelopen jaren inder-daad heel veel moeten inleveren. Alle betrok-kenen zijn het erover eens dat dit typeonderzoek cruciaal is voor de wetenschap en

beschermd moet worden. Dat geldt dus ookvoor ICT-onderzoek.’

Waar is het EW-bestuur nu mee bezig?‘We willen er alles aan doen om de continuï-teit te garanderen, samen met de mensendie het werk per 1 januari van ons gaanovernemen. Ook willen we het nieuwebestuur helpen bij het afronden van doorons geïnitieerde activiteiten. Het is de bedoeling dat 2017 een soepel ver-lopend transitiejaar wordt. Eén van debelangrijkste taken die we graag op onsnemen is ervoor zorgen dat de aanpassin-gen van de organisatiestructuur van NWOvoor onze achterban, de onderzoekers, zoprettig mogelijk verloopt.’

Wat is uw boodschap voor (iCt-)onderzoekers?‘Laat het vooral weten aan NWO als je je zor-gen maakt. We willen heel graag horen hoeonderzoekers de transitie ervaren en wat erspeelt. In het nieuwe NWO komen er, vooralvoor ICT-onderzoek, meer mogelijkheden.Houd je ogen en oren dus open en aarzelniet contact te leggen als iets onduidelijk is.Zorg dat de communicatiekanalen wijd openstaan.

arjen Doelman

Zorg dat de communicatiekanalen wijd open staan

Prof.dr. Arjen Doelman ishoogleraar Toegepaste

analyse aan de UniversiteitLeiden, directeur van hetLorentz Center en huidigegebiedsvoorzitter Exacte

Wetenschappen van NWO.

‘Ik denk dat denieuwe organisatieveel kansen biedtvoor ICT’

Gevorderde statistiek voor dummiesWegens gebrek aan gebruiksvriendelijke statistische gereedschappen voor sociale wetenschappersontwikkelde onderzoeker Eric-Jan Wagenmakers er zelf maar een: JaSP. inmiddels gebruikenwetenschappers over de hele wereld zijn gratis software. Met financiering van StW gaat hij nu ook de commercie opzoeken.

Door Enith Vlooswijk

Als bedrijfsleider wil je nieuw beleidbeoordelen op de resultaten ervan,maar hoe? Een statistische analyse vanverschillende gegevens zegt wel iets,maar geeft slechts een momentop-name. Hoe verwerk je nieuwe data diein de loop van de tijd binnenkomen? Enwelk statistisch gereedschap geeft hetmeeste inzicht?

Bayesiaanse schoolStatistisch onderzoeker Eric-JanWagenmakers van de Universiteit vanAmsterdam ontwikkelde met zijn teamsoftware die voor dit soort toepassin-gen heel geschikt kan zijn. ‘Het idee hiervoor ontstond een jaar ofvier geleden,’ legt Wagenmakers uit. ‘Inde statistiek zijn er twee scholen: deklassieke en de Bayesiaanse school. Ikben fan van de Bayesiaanse school,maar de procedures van deze metho-des zijn vrij ontoegankelijk. Je moet ereigenlijk voor kunnen programmeren.Ik wilde een tool maken die gemakke-lijk te gebruiken is, zodat wetenschap-pers hun data eens op een anderemanier kunnen analyseren.’De software die Wagenmakers samenmet zijn team ontwikkelde, maakt hetmogelijk om dezelfde gegevens opzowel de klassieke, als op de Bayesi-aanse manier te analyseren. De inter-face is gebruiksvriendelijk enbovendien is de open source softwaregratis. Dat is een belangrijk voordeelboven bijvoorbeeld SPSS, een veelge-bruikt programma in de sociale weten-schappen. ‘We hebben uitgerekend dat weten-schappers wereldwijd jaarlijks onge-

veer honderd tot honderdvijftig mil-joen euro uitgeven aan licenties voorhet programma SPSS,’ vertelt Wagen-makers. ‘Dat geld kunnen we beter opeen andere manier besteden.’

Breed verspreidHet idee bleek tegemoet te komen aaneen breed gevoelde academischebehoefte. Met Europese steun ontwik-kelde het team de huidige versie vanJASP, die nu al in gebruik is voor statis-tisch onderwijs en onderzoek op eengroeiend aantal universiteiten. ‘Wehebben al meer vooruitgang geboektdan ik ooit had durven dromen,’ zegtWagenmakers. ‘Nu willen we kijken ofwe ook iets kunnen betekenen voorhet bedrijfsleven.’Technologiestichting STW stelt hiervoor40.000 euro beschikbaar in de vormvan een Take-off-subsidie. Dit pro-gramma is bedoeld om wetenschappe-lijke kennis commercieel toe te passen.Wagenmakers wil uitzoeken welke spe-cifieke modules voor het bedrijfsleveninteressant kunnen zijn. ‘Consultancy-bedrijven zoals Deloitte en PWC heb-ben bijvoorbeeld procedures die zeherhaaldelijk toepassen. Die zou jekunnen automatiseren en gebruiks-vriendelijker kunnen maken. Vanuit hetbedrijfsleven is daar wel interessevoor.’

VerdienmodelDe basisversie van JASP voor toepas-singen in onderwijs en onderzoek blijftgratis, terwijl het bedrijfsleven zou kun-nen betalen voor instructiemateriaal,technische ondersteuning of voor bij-

zondere modules. ‘Op deze manier wil-len we geld verdienen waarmee wemeer programmeurs kunnen aanne-men,’ zegt Wagenmakers. ‘Zo kunnenwe de hele onderneming naar eenhoger plan tillen.’Wagenmakers benadrukt dat JASP nietis ontwikkeld door hem alleen, maardoor een team van enthousiaste men-sen. Juist die samenwerking stemt hempositief over de toekomst. ‘Je moet bijzo’n project de juiste mensen bij elkaarkrijgen: programmeurs, statistici enmensen die iets van bedrijven snappen.Als dat lukt, kun je iets maken watuniek is, zoals in ons geval.’

jasp-stats.org

I/O Magazine > Oktober 2016 > Valorisatie

11

I/O Magazine > Oktober 2016

12

Een erfenis waarNederland trots op is,is de ontwikkeling vande eerste Nederlandseprogrammeerbarecomputers, beginnendmet de ARRA op hetMathematischCentrum. Foto: CWI

Naar de omvang van de legacy-problematiek inNederland blijft het voorlopig gissen, maar zekeris dat veel grote organisaties te maken hebbenmet verouderde software. Het Instituut voorSupervisie op Enterprise IT en Innovatie (INSEIT)en NWO organiseerden op 12 januari van dit jaareen bijeenkomst over dit onderwerp om debelangstelling voor gezamenlijke acties te peilen. Coördinator vanuit NWO Mascha Dedert: ‘Die eer-ste bijeenkomst was vooral een inventarisatie:Wat speelt er, bij welke belanghebbenden? Welke

vraag naar oplossingen is er en welk antwoordkan wetenschappelijk onderzoek daar op bieden?Onderzoeker Jurriaan Hage van de UniversiteitUtrecht: ‘Legacy-problematiek is breed. Dat vraagtom afstemming. Achtentwintig onderzoekers,waaronder ikzelf, gaven een presentatie vanenkele minuten over verschillende aspecten vanlegacy software. De aanwezigen gaven vervolgensaan welke onderwerpen voor hen het meest rele-vant waren.’

De bijeenkomst leidde tot het opzetten van deLegacy Coalition en tot kleine samenwerkings -projecten van verschillende aanwezigen. ‘Probleem-eigenaren gaan nu, geholpen door wetenschap-pelijke oplossingen, actief bijdragen aan het wegwerken van de problemen rond legacy soft-ware,’ concludeert Dedert. Een nadere verkenningna de bijeenkomst leverde de thema’s op waaropnu wordt ingezet: portfoliomanagement, soft-ware-kwaliteit, ketenbeheersing, agile business enkwaliteit van IT-ecosystemen.

Van prototype totprobleemoplossingIn een vervolgbijeenkomst op 24 juni gingenwerkgroepen onder leiding van trekkers dieper opde thema’s in. Hage was vanuit de wetenschapsamen met trekker Saco Bekius van de Belasting-dienst en Joost Visser van zowel de Radboud Universiteit als de Software Improvement Groupbetrokken bij het thema software-kwaliteit.Probleemeigenaren bleken best bereid informatiete delen, aldus Hage: ‘In één op één-gesprekkenvertellen betrokkenen vrij open over waar ze meezitten. Openheid geven hoeft trouwens niet perse: wij kunnen oplossingen op basis van demon-stratie software ontwikkelen, waarna eigen mede-werkers de oplossing op hun oorspronkelijkebedrijfssoftware doorvoeren.’

interview

13

HeT BeSTe MakeNVaN je erfeNISLeGaCy COaLITIONEen rijk verleden kan reden voor trots zijn, maar heeft ooklastige kanten. Datzelfde geldt voor legacy software, ouderesoftware die in combinatie met nieuwere toevoegingen tot bijvoorbeeld veiligheids- of beheersproblemen kanleiden. Bedrijven, maatschappelijke organisaties en weten -schappers pakken deze problematiek binnen het verbandvan de Legacy Coalition gezamenlijk op.

Door leendert van der Ent

PraKtijKVragen

uit de verschillende bijeenkomsten bleekdat probleemeigenaren veelal metgelijksoortige vragen zitten:- Hoe verwerk je domeinspecifieke eisen in

software, zodat je kunt blijven volgenwaar ze in de software terechtkomen?

- Veel omzettingstechnieken kunnen nietmet de heterogeniteit van grote legacy-systemen omgaan. wat te doen?

- een tool werkt op vijfduizend regels code,maar werkt die ook voor miljoenenregels?

interview > I/O Magazine > Oktober 2016

14

Een gemeenschappelijk vocabulaire ontbreektechter nog. ‘Te beginnen met de vraag: Wat islegacy software? Het onderwerp is breed en geva-rieerd en er is nog geen gedeelde kennis over,’weet Hage. Dit aspect benadrukt het nut van deLegacy Coalition, die in een ketenbenaderingwetenschappelijke prototypes tot praktijktoepas-sing kan brengen. Hage: ‘Wij zoeken overdrachts-punten voor onze kennis naar intermediairs ennaar de concrete problematiek binnen bedrijven.Kennisuitwisseling is de basis.’

Vervolg‘Bij software-kwaliteit hadden wij op 24 juni bijnadertig aanwezigen,’ zegt Hage. ‘Door de groeps-grootte bleven de discussies wat algemeen. Om wat concretere vragen boven tafel te krijgen, plannen we nu een vervolgafspraak over een specifieke probleemstelling bij de Belastingdienst.Bij sommige andere thema's hoorde ik dat eenkleine, gespecialiseerde groep al wel meteen meteen probleemstelling kon starten. Die hebben een eigen vervolg afgesproken.’

Hage is benieuwd naar de toekomst van deLegacy Coalition. ‘Dit artikel is goed, want ik wilook anderen interesseren om aan te haken.’Dedert: ‘We zijn momenteel bezig de thema's opbasis van de resultaten uit te werken. Later ditjaar komen we met een werkprogramma metconcrete actielijnen.’

iets teruggeVen aan de MaatscHaPPij

Hage legt uit hoe hij als wetenschapper op het spoor van legacysoftware kwam: ‘Mijn specialisatie is statische code-analyse incompilers. dat is geen legacy-onderwerp. Via-via raakte ik betrokkenbij de transformatie van monolythische systemen naar service orientedarchitectures. Binnen het kader van een jacquard-project werkte iksamen met de rabobank en met cgi aan legacy-projecten. de grootteen heterogeniteit van hun vragen bleken interessant. op dewetenschappelijke vraagstukken die we daar gedefinieerd hebben,konden twee aio’s een informatiekundig en een technisch proefschriftbaseren. zo’n wetenschappelijk vraagstuk verdient wat ons onderzoekbetreft de voorkeur, maar vind ik persoonlijk niet strikt noodzakelijkom ergens tijd in te steken. naast onderzoek en onderwijs zie ikvalorisatie als derde pijler onder de wetenschap. we kunnenprobleemeigenaren uitleg geven of naar literatuur verwijzen. demaatschappij financiert ons onderzoek, dan kun je wat mij betreft ookbest iets aan de maatschappij teruggeven.’

Dineke Botterweg aan hetbedieningspaneel van deARRA. Op het tafeltje in hetmidden de ponsbandlezer. De krachtstroomvoeding staatin het kamertje achter de deur.De ongeveer 1200 relais zittenaan de achterkant van demachine. Foto: CWI

ICT with Industry 2016Hoe vinden veredelingsbedrijven in grote databestanden de meest veelbelovende combinaties van genen? Op welke manier kun je it-structuren van banken flexibeler maken, zonder hunstabiliteit en betrouwbaarheid in gevaar te brengen? Hoe kunnen bedrijven digitaal samenwerkenom hun productie-processen op elkaar af te stemmen? En met welke methode kun je de kwaliteitvan nieuwe software automatisch en accuraat analyseren? Die vragen staan centraal tijdens iCt with industry 2016.

Door Sonja Knols

NWO Exacte Wetenschappen en Technologie-stichting STW organiseren samen met hetLorentz Center in Leiden voor de vierde keerde workshop ICT with Industry, die plaatsvindtvan 7 tot en met 11 november 2016. Onge-veer vijftig onderzoekers van Nederlandseuniversiteiten zullen zich samen gedurendeeen week intensief buigen over relevantewetenschappelijke uitdagingen, die aangedra-gen zijn door de deelnemende industriëlepartners ING, KLM, SNS, Thales en Virtual LabPlant Breeding.

kennisuitwisseling en netwerkenIn verschillende teams gaan de onderzoekerswerken aan de door de bedrijven geformu-leerde ICT-uitdagingen. Eerdere edities van deworkshop hebben geleid tot een aantalnieuwe publicaties en onderzoeksinitiatievenen tot nieuwe samenwerkingsverbanden tus-sen de informatica en de industrie. Onderzoe-kers krijgen de kans direct in interactie tegaan met de deelnemende partners. Tegelij-kertijd biedt de workshop ruimte voor kenni-suitwisseling met collega-onderzoekers vanuitandere vakgebieden, wat kan leiden totnieuwe wetenschappelijke inzichten. De deel-nemende partners kunnen de denkkracht enexpertise van de onderzoekers ten vollebenutten, ontdekken daarbij nieuw talent endoen contacten op in de academische wereld.

Deelname is gratis. Aanmelden via www.nwo.nl/ictwithindustry

I/O Magazine > Oktober 2016 > Community

15

I/O Magazine > Oktober 2016

16

Van gastles tot PrograMMeer-VaKantie

uitgelicht

17

digiVita-

VHTO, Landelijk expertisebureau meisjes/vrouwen enbèta/techniek, heeft onder de noemer DigiVita een heelpalet aan activiteiten binnen en buiten de school ont-wikkeld om meisjes kennis te laten maken met program-meren en met het werken in ICT.Zo organiseren zij jaarlijks een zomerkamp. Gedurendeeen week leren de tientallen meisjes van 10 tot 15 jaarprogrammeren met onder andere LEGO Mindstorms,Arduino’s en robots. Ook nemen zij deel aan excursiesnaar bedrijven en universiteiten.Daarnaast zijn er ‘DigiVita Code Events’ in verschillendesteden in Nederland, waar vrouwelijke ICT-studenten enICT-professionals meisjes tussen de 8 en 18 jaar lerenprogrammeren. De meisjes maken kennis met de velemogelijkheden van programmeren in verschillendeworkshops, zoals het maken van een eigen website, appof game.Tot slot werken ICT-bedrijven mee aan filmpjes met hunvrouwelijke werknemers. Er zijn al beroepenfilmpjes vanCisco, Oracle, Universiteit Twente en Microsoft. Ook ICT-onderzoeksters van CWI, TU Delft, VU Amsterdam enUniversiteit Twente komen aan het woord.

www.digivita.nlwww.vhto.nl

geef it door-

De organisaties ECP | Platform voor de informatie -samenleving, CIO Platform Nederland, Nederland ICT en DHPA roepen scholen en ICT-professionals op mee tedoen aan hun project ‘Beleef IT’. Door ICT-professionalsgastlessen te laten geven op scholen en scholieren vanVMBO, HAVO en VWO een dagje mee te laten lopen inhun dagelijks werk, willen zij laten zien wat werken in deICT betekent in de praktijk. Beleef IT laat leerlingen zien dat ICT overal te vinden is,ook daar waar zij het misschien niet zouden verwachten.Of zij nou al interesse hebben in een toekomst in de ICTof er nog nooit over nagedacht hebben, de arbeids-markt voor ICT’ers biedt kansen aan iedereen. Daarnaast richt het project zich op docenten en andereprofessionals werkzaam in het onderwijs. Docenten spe-len een belangrijke rol in de arbeidsmarktoriëntatie vande leerlingen. Tijdens een inspiratiebijeenkomst deelteen ICT’er met een groep docenten informatie over dearbeidsmarkt als input voor beroepsoriëntatieactivitei-ten van de school.

www.geefitdoor.nl

tientallen meisjes die tijdens hun zomervakantie vijf volle dagen programmeren.ouders en kinderen die samen zes weken lang aan hun laptop gekluisterd zittenvoor een Massive online open course scratch programmeren voor kinderen.ict’ers die gastlessen komen geven op scholen: er komen steeds meer initiatievenom ict en ict-onderzoek onder de aandacht te brengen van scholieren. een greepuit het aanbod.

Door Sonja Knols

uitgelicht > I/O Magazine > Oktober 2016

18

ict in de wolken-

‘ICT in de wolken’ is een plek voor jong ICT-talent inde Metropool Regio Amsterdam. Op elke schoolen op elk niveau van het middelbaar onder-wijs lopen potentiele whizzkids rond die alvroeg verslingerd zijn aan alles wat metcomputers te maken heeft. Doel van ditproject is om dit talent vroegtijdig op te sporen en verder te ontwikkelen. Er wordt een uit-dagend onderwijsaanbod gecreëerd, met open ver-bindingen naar vervolgopleidingen en ICT-bedrijven.‘ICT in de wolken’ is niet alleen een broedplaats voorjong talent, maar is ook een laboratorium voornieuwe vormen van digitaal onderwijs.

Het project is een initiatief van de Montessori Scho-lengemeenschap Amsterdam (MSA), een scholenge-meenschap met 3500 leerlingen verdeeld over vijfscholen. De MSA werkt hierin samen met degemeente Amsterdam, met partners uit het onderwijs,zoals het ROC, de Hogeschool van Amsterdam, deVrije Universiteit Amsterdam en de Universiteit vanAmsterdam, en met een keur aan (grote) bedrijven.

De geselecteerde leerlingengaan in een ontwerplab met de aller-nieuwste apparatuur aan de slag met het ontwer-pen van games, programmeren van robots,ontwikkelen van apps en het vormgeven en bouwenvan websites. Daarnaast staan er excursies naarbedrijven en landelijke en internationale wedstrij-den voor robotica op het programma.

www.ictindewolken.nl

online cursus programmeren voor kinderen-

Scholieren vanaf 8 jaar kunnen sinds 15 juni jongstleden online lerenom een game te maken. De gratis MOOC (Massive Open Online Course)van de TU Delft maakt gebruik van Scratch, een eenvoudige program-meertaal voor kinderen ontwikkeld door het MIT. Door de cursus lerenze Scratch beter te begrijpen en te gebruiken, waardoor kinderen zelfgames kunnen maken of verder kunnen bouwen aan een game diedoor een ander is gemaakt. De cursus is een succes: in de eerste wekenwaren er meteen meer dan 2500 deelnemers mee bezig. De MOOC bevat filmpjes en opdrachten waarmee kinderen zelf kunnenleren programmeren. Iedere week maken ze een game: een doolhof,een aquarium, een Flappy Bird spel en een soort Super Mario. Daarbijleren ze steeds weer nieuwe programmeerblokken en denken na overhoe ze hun programma’s het mooiste kunt maken. In de cursus zijnveel testjes verwerkt, zodat scholieren en hun docenten meteen mer-ken of ze het echt goed begrepen hebben.De cursus is gemaakt door universitair docent Felienne Hermans, dieelke zaterdag programmeerles geeft aan kinderen. ‘Het zou mooi zijnals de online cursus meer basisscholen over de drempel helpt om pro-grammeerles te gaan geven. Programmeren is een belangrijke vaardig-heid voor de toekomst. Er is nu al een groot tekort aan programmeursen de verwachting is dat dat zal oplopen. We moeten kinderen dusvroeg interesseren voor programmeren. Voor basisschooljuffen enmeesters is dat misschien niet altijd even makkelijk. Met deze MOOCwillen wij ze helpen. Leerlingen kunnen zelf aan de gang en er is eendocentenhandleiding.’

online-learning.tudelft.nl/courses/scratch-programmeren-voor-kinderen/

I/O Magazine > Oktober 2016

19

korte berichten

ducas en schwabe winnenInternet Defense PrizeCryptografen Léo Ducas van het CWI en Peter Schwabe vande RU hebben de Internet Defense Prize 2016 gewonnen.Zij kregen de prijs samen met hun co-auteurs Erdem Alkim(Turkije) en Thomas Pöppelmann (Duitsland) voor hunpaper 'Post-Quantum Key Exchange - A New Hope'. De prijsbedraagt 100.000 dollar. Het winnende team stelde een verbeterd cryptosysteemvoor, 'NewHope', dat is ontworpen om aanvallen van toe-komstige kwantumcomputers te weerstaan. NewHope kan bijvoorbeeld worden geïntegreerd in TLS en HTTPS. Dit werd onlangs gedaan door Google, als een experimentvoor post-quantum beveiliging. Het onderzoek is mede gefinancierd door een NWO Vrije Competitie subsidie endoor een publiek-privaat partnerschap tussen CWI en NXP Semiconductors.

cwi lanceert spin-off stokhos emergencyMathematicsHet CWI maakt de oprichting bekend van spin-offbedrijfStokhos Emergency Mathematics. Stokhos levert sofware-oplossingen voor het proactief herplaatsen van noodhulp-diensten op basis van toekomstverwachtingen. Het bedrijfkomt voort uit wetenschappelijk onderzoek van het CWI enin samenwerking met de TUD. In september lanceerde Stokhos zijn eerste commerciële product voor de ambulan-ceregio Flevoland. Het stelt ambulancediensten in staat hetaantal te late aankomsten substantieel terug te brengen.Flevoland is de eerste regio waarin Stokhos' software volle-dig toegepast zal worden. De startup tekende na een suc-cesvol pilotproject een contract met de GGD Flevoland.Stokhos ontwikkelt algoritmes die de dekking van beschik-bare ambulances binnen een regio optimaliseert. De soft-ware kan patronen herkennen in de vraag en vertaalt dit ineen optimale verdeling van ambulances over de regio.Meldkamercentralisten krijgen suggesties om het proces te verbeteren, zodat aanrijtijden korter worden, mogelijkmeer levens gered kunnen worden en de zorgkosten

kunnen dalen. Stokhos is opgericht met hulp van een STWTake-Off Grant.www.stokhos.nl

tijs van der stormbenoemd aan RUGTijs van der Storm is benoemd als hoogleraar Software Engi-neering aan de Rijksuniversiteit Groningen (RUG). Het is eendeeltijdaanstelling per 1 september 2016 die Van der Stormzal combineren met zijn positie als onderzoeker in de Soft-ware Analysis and Transformation (SWAT) groep bij het CWI.Van der Storm onderzoekt de evolueerbaarheid van software.Huidige softwaresystemen worden steeds groter, waardoorze lastig te onderhouden zijn. Domeinspecifieke program-meertalen (DSLs) maken het mogelijk om softwareontwikke-ling abstracter te maken waardoor deze makkelijker tebegrijpen en aan te passen is. Van der Storm onderzoekt hetbouwen, combineren en evolueren van DSLs.

sponsoring ICT.OPEN2017 Na het succes van eerdere edities van ICT.OPEN in TheaterDe Flint Amersfoort organiseren NWO Exacte Wetenschap-pen en STW opnieuw ICT.OPEN. Voor geïnteresseerde par-tijen bieden NWO en STW ruimte om:• Eigen netwerk voor ICT-onderzoek uit te breiden;• Een overzicht te krijgen van de state-of-the-art in het

Nederlandse ICT-onderzoek;• Gerenommeerde ICT specialisten te ontmoeten uit zowel

Nederland als het buitenland;• Potentiële werknemers en/of samenwerkingspartners te

ontmoeten.

In de editie van 2017 is er wederom plaats voor bijdragenuit het bedrijfsleven aan de conferentie. Wilt u deel uitma-ken van ICT.OPEN2017 en tegelijkertijd meer naamsbekend-heid genereren, neem dan vrijblijvend contact op met mw.Rosemarie van der Veen-Oei via [email protected] omde mogelijkheden te bespreken.

‘de lithografie-machines van asMl,

gebruikt om computerchips te maken,

bevatten enorme hoeveelheden software.

Van de vijfduizend r&d-medewerkers van

asMl wereldwijd werken er zo’n duizend

aan software. ‘daarmee zijn we een

groot software-ontwikkelings bedrijf,’

concludeert directeur john Koster van

asMl software. om aan de steeds hogere

precisie-eisen te kunnen voldoen, neemt

het belang van software voor asMl-

machines bovendien toe.

‘Zonder chips geen software en zonder software geen chips,’ steltKoster. ‘Wij hebben software hard nodig voor de ontwikkeling vanonze chipmachines.’ Machines is een bescheiden aanduiding:waferscanners zijn feitelijke volledig geautomatiseerde fabriekendie wafers met chips voor de klant maken. Koster: ‘Vanwege detoenemende complexiteit van dat productieproces neemt devraag naar software die de complexiteit van dat proces moetbeheersen ook toe.’

Moore's Law – iedere twee jaar verdubbelen de chipprestaties –dicteert nog altijd de innovatiesnelheid in dit vakgebied. ‘Dat geldtniet alleen voor de ontwikkeling van nieuwe machines, maar ookvoor het upgraden van bestaande machines bij klanten,’ verteltKoster. ‘We zetten voortdurend hardware- en software-updatesuit in het veld om de machineresultaten te verbeteren. Bij dieupgrades gaat het dus niet alleen om het herstellen van bugs.Vernieuwde software maakt nieuwe functionaliteit mogelijk, dieleidt tot hogere output en verbeterde precisie en kwaliteit van delijnen die we op de chips schrijven. Hoe meer de miniaturiseringdoorzet, des te harder zijn software en nieuwe wiskundige algorit-mes nodig om de hardware optimaal te laten functioneren. Daar-door zie je dat een steeds groter deel van de functionaliteit leuntop software.’

I/O Magazine > oktober 2016

20

asMl: BeLaNG VaN SOfTWare IN LITHOGrafIeNeeMT TOe Door leendert van der Ent

Foto’s ASML

45 miljoen regels code

Met de complexiteit van de machines neemt de complexiteitvan de software navenant toe, schetst Koster. ‘De softwareneemt meer en meer aspecten mee in elke volgende contro-lestap. Die complexiteit vraagt om integrale regeling. Datveronderstelt een hiërarchie in de software: systemen vansystemen. Een functie bestaat allang niet meer uit op zich-zelf staande software, maar combineert meerdere functiesom de juiste machineprestatie te bereiken.’

Dat gegeven, gecombineerd met de korte responstijd voorhet introduceren van vernieuwingen, betekent dat er eenhoge mate van hergebruik plaatsvindt en dus ook dat legacyeen onderwerp is dat voortdurend in de aandacht staat omnieuwe technologieën probleemloos te kunnen integreren.‘Het softwarearchief voor de waferscanners bevat meer dan45 miljoen regels code,’ geeft Koster aan. ‘Alle software-onderdelen moeten goed kunnen samenwerken. Tegelijkmoeten nieuwe technologieën, onafhankelijk van wat je alhebt, optimaal kunnen functioneren naast de reedsbestaande oplossingen. Eén van de grote opgaven voor onzesoftware engineers is om dat door modularisatie beheers-baar te houden.’

Uit de totale software-ontwikkelingstaak bij ASML komendrie onderzoeksstromen naar voren: software als groot sys-teem, software als service en software als big data provider.Koster: ‘Bij software als groot systeem komen vragen aan deorde als: Wat is de ontwerpstrategie die leidt tot kleineremodules? En hoe pas je formele verificatie toe? Software alsservice draait om het configureren van het softwareplatform,de hardware en basisbouwstenen zodat het geheel optimaalis afgestemd op de applicatie. En bij big data gaat het onderandere om het analyseren en inzetten van grote hoeveelhe-den machinedata uit alle processtadia ten dienste van dekwaliteit, betrouwbaarheid en beschikbaarheid van demachine.’

Kruisbestuiving

Waar mogelijk werkt ASML in al die softwarespecialisatiesgraag samen met anderen, onder andere met universiteitenen kennisinstellingen binnen en buiten Nederland. ‘We zijnprima aangehaakt bij het Nederlandse ICT-onderzoek, dateen goed niveau heeft,’ vindt Koster, die bestuurslid van hetCWI is. ‘We leveren bijdragen aan symposia en conferentiesen zijn betrokken bij ICT Open, de ICT Roadmap van de Top-sector Hightech Systemen en bij 3TU Embedded Systemen.’Bijeenkomsten leiden regelmatig tot follow-up. ‘Bij onder-zoek gaat het vaak om bilaterale samenwerking met onder-zoekers die je kent, op een concreet probleem dat je voor detoekomst ziet en waarover je elkaar gesproken hebt,’ geeftKoster aan. ‘Bij de inzet van nieuwe technologieën hebbenwe goede ervaring met de inzet van jonge academici die zo'ntechnologie vanuit de universiteit binnen onze organisatieverspreiden. Razendsnelle veranderingen noodzaken totlevenslang leren. Wij zijn voortdurend op zoek naar multidis-ciplinaire, makkelijk communicerende alumni. Zij zijn onder-

deel van de noodzakelijke kruisbestuiving tussen kennis -instellingen en bedrijfsleven.’

Koster vindt wel dat de samenwerking nog beter kan doormeer structuur, duidelijke communicatie en het maken vanafspraken. ‘Aan universiteiten zie ik teveel zelfstandig opere-ren en te weinig krachtenbundeling – terwijl dat in anderesectoren juist zo goed werkt. Het ICT Platform Nederlandkan bijvoorbeeld duidelijker formuleren wat het nu preciesvoor de BV Nederland beoogt.’

doe mee

Koster heeft dan ook een glashelder advies aan hoogleraren:‘Wacht als je met ons wilt samenwerken niet tot de deadlinevoor een subsidie speelt. Kom en doe mee vanuit de content,voel en ervaar wat onze uitdagingen voor de lange termijnzijn. Als je eenmaal in contact bent, komen de voorstellenvanuit de inhoud vanzelf naar voren. En deze voorstellen zul-len vaak over vakgebieden heen gaan. Samen kunnen weambitieuze doelen stellen die we willen bereiken. Een voor-beeld: over tien jaar schrijven we geen software meer metde hand, maar genereren ontwikkeltalen de code. Wat is ervoor nodig om dat in een multidisciplinaire omgeving tebereiken?’

iCt in bedrijf

21

Pas gepromoveerd > I/O Magazine > Oktober 2016

22

Waar ging je onderzoek over?‘In essentie heb ik geprobeerd om cryptogra-fie sneller te maken. Voor cryptografie isrekenwerk nodig. Dat mag niet lang duren,bijvoorbeeld bij het versleutelen van eenWhatsapp-berichtje. Daarnaast ging mijnproject over nieuwe soorten cryptografie, diewe nodig gaan hebben als de quantumcom-puter een feit is. We moeten ons daar nu alin verdiepen. Er wordt misschien al data ver-zameld voor het moment dat die quantum-computer er is. Het is zinvol onzecommunicatie daarom al op een zogeheten‘post quantum’ manier te versleutelen die zo volwassen mogelijk is. Deze specifiekesoort cryptografie is nog niet zo efficiënt alsde gewone cryptografie. Ik heb onderzochthoe we dit sneller kunnen maken. Aan heteinde van dit jaar hopen Dan Bernstein en ikefficiënte en bruikbare software te publice-ren voor deze code-based cryptografie.’

Waarom dit onderwerp?‘Cryptografie combineert abstracte wiskundemet praktische toepassingen. Het is eenzoektocht. Je hebt een aantal aanwijzingendie je op het pad zetten van verschillendemanieren om een probleem op te lossen. De ervaring en vaardigheden die je als inge-nieur opdoet, helpen daarbij.’

Waar ben je trots op?‘Een artikel dat ik in het eerste jaar van mijnpromotieonderzoek heb gepubliceerd,

omdat ik bijzondere technieken heb gebruikten met behoorlijk nieuwe ideeën ben geko-men. Daarnaast is het me gelukt het snel-heidsrecord te breken in de elliptic curvecryptografie, de meest efficiënte vorm vangewone cryptografie. En mijn proefschrift isbeloond met een cum laude. Dat een aantalzo competente mensen mijn werk die beoor-deling geven… ik moet in ieder geval ietsgoed hebben gedaan.’

Hoe heb je het academisch klimaat in Nederland ervaren?‘Ik vind de werkomgeving en de onderzoeks-wereld in Nederland heel prettig. Je kunt jeeigen tijd indelen, dat is belangrijk vooronderzoekswerk. Bovendien zijn er veelonderzoekers op het gebied van cryptografie,er zijn veel conferenties hier en elders inEuropa. Er gebeurt veel in Europa op hetgebied van cryptografie en vooral met eenpraktische invalshoek. Die vind ik het meestinteressant.’

Wat ga je nu doen?‘Ik heb de laatste weken gereisd met mijnouders. Nu moet ik gaan bedenken wat ikgraag wil doen. Voorlopig blijf ik nog even inEindhoven als postdoc. Ondertussen pro-beer ik elders een aanstelling te krijgen.’

TUNG CHOUDE SNELHEID VAN CODE-BASED CRYPTOGRAFIEVERHOGEN Door Edith van Gameren

Tung Chou studeerde ComputerScience and InformationEngineering aan de NationalUniversity of Taiwan en haalde zijnmaster aan de faculteit ElectricalEngineering van dezelfdeuniversiteit. Na een aanstelling alsonderzoeksassistent aan deAcademia Sinica in Taiwan, kwamhij als promovendus in dienst aande TU Eindhoven. Ondersupervisie van Daniel Bernstein enTanja Lange promoveerde hij injuni 2016 op zijn proefschriftgetiteld ‘Accelerating Pre- andPost-Quantum Cryptography’.

De quantumcomputer wordt over 15 tot 20 jaar wellicht op groteschaal gebruikt, en dan moeten we ons ook kunnen wapenen tegenaanvallen ermee. Dat is een van de onderwerpen van Tung Chou’sonderzoek, dat zich concentreerde op het verhogen van de snelheid van cryptografie.

coMMit

Svetlana Kordumova(UvA, 2 november 2016)Learning to Search for Images withoutAnnotationsPromotor: prof.dr.ir. A.W.M. SmeuldersCo-promotor: dr. C.G.M. Snoek

cwi

teresa Piovesan(CWI, 27 oktober 2016) Quantum entanglement: insights via graphparameters and conic optimizationPromotor: prof.dr. H.M. Buhrman (CWI enUvA), prof.dr. M. Laurent (CWI en UvT)

thibault Sellam (CWI, 3 november 2016)Automatic Assistants for DatabaseExplorationPromotor: prof.dr. M.L. Kersten (CWI enUvA)

iPa

aminah Zawedde (TU/e, 24 october 2016) Modeling the Dynamics of RequirementsProcess ImprovementPromotor: prof.dr. M.G.J. van den Brand Co-promotor: prof. D.W. Williams(KCAU),dr.ir. B. Walrave

universiteit twente/ ctit

B.l.a. van der laar (UT, 12 oktober 2016)Experiencing Brain-Computer InterfaceControlPromotor: prof.dr. A. Nijholt

M.P. Feiri(UT, 13 oktober 2016)Scalable Broadcast Authentication for V2VCommunicationPromotor: prof.dr. F.E. Kargl

J.G. Pérez(UT, 20 oktober 2016)Robots to make you happyPromotor: prof.dr. V. Evers

H.a. toersche(UT, 21 oktober 2016)Effective and efficient coordination offlexibility in smart gridsPromotor: prof.dr.ir. G.J.M. Smit, JohannHurink

M. Caselli(UT, 4 november 2016)Intrusion Detection in Networked ControlSystems: from System Knowledge to NetworkSecurityPromotor: prof.dr. F.E. Kargl

D. Dresscher (UT, 9 november 2016)Controlled Passive Actuation: concepts forenergy efficient actuation using mechanicalstorage elements and continuously variabletransmissionsPromotor: prof.dr.ir. S. Stramigioli

G.S. van de Beek (UT, 17 november 2016)Robustness of the Wireless Infrastructuresagainst Intentional ElectromagneticInterferencePromotor: prof.dr.ir. F.B.J. Leferink

t.D. ter Braak(UT, 7 december 2016)Run-time mapping: Dynamic resourceallocation in embedded systemsPromotor: prof.dr.ir. G.J.M. Smit Co-promotor: dr.ir. A.B.J. Kokkeler

save the date

1 november 2016Ctit symposium Citizenship in a digitalsocietyUniversiteit Twente

2 november 2016 CWi soiree & Van Wijngaarden awardCeremonyNemo, Amsterdam

3 november 2016CWi lectures in honour of adriaan vanWijngaardenAmsterdam Science Park Congress Centre

23 t/m 25 november 2016SiKS course Research Methods andMethodology for iKSVught

6 en 7 december 2016SiKS / CBS Data Camp & advancedCourse on Managing Big DataEnschede

I/O Magazine > Oktober 2016

23

Promoties en kalender

Visie van > I/O Magazine > Oktober 2016

COMPETITIE IS contraProductieFDoor Daphne RiksenFoto Jelle Zuidema

‘Bij het Institute for Logic, Language and Computation(ILLC) van de Universiteit van Amsterdam bouwen welogische formele modellen voor de analyse en structuurvan informatieoverdracht in verschillende domeinen. Bijvoorbeeld op het gebied van muziekcognitie en taal:Waarom zijn sommige liedjes meer catchy dan anderenen wat maakt een liedje dan zo memorabel? Wat is bete-kenis, hoe kun je een taal leren? En waar komt ons taal-vermogen vandaan?’

Wisselwerking‘Zelf houd ik me bezig met quantumlogica. Bij quantum-computers werkt de klassieke logica, zoals we die gebrui-ken in de huidige computerprogrammatuur, niet meer. Er is een ander model nodig om zo’n computer te kunnenprogrammeren. Ons onderzoek is altijd een wisselwer-king tussen humane en exacte wetenschappen. Ik plaatsmensen niet in een hokje, ik denk er niet eens over na.’

internationaal netwerk‘Als directeur van het ILLC wil ik aanknopingspunten voornieuwe toepassingen beter in kaart brengen. Daarnaastvind ik het belangrijk om het internationale netwerkwaarin medewerkers actief zijn zichtbaarder te maken,omdat dat kan leiden tot nieuwe, meer structurelesamenwerkingsverbanden. Zo is onze huidige samen -werking met de Tsinghua University in China ontstaan viaeen Chinese promovenda. Samen met haar onderzoeks-groep hebben we een Joint Research Center for Logicopgezet.In China gelden andere regels, politiek en cultureel. Hetonderwijssysteem daar is heel competitief. In de acade-mische wereld wordt voortdurend gekwantificeerd wat enhoeveel iemand van een onderwerp weet. Ik vind databsurd. Voor mij is belangrijk dat studenten gedreven zijnen goed samenwerken met andere onderzoekers. Ik bengeen voorstander van concurrentie en competitie.’

andere manier van financieren‘Een hoge mate van competitie werkt ook niet als het gaatom onderzoeksfinanciering. Ik vind de bestaande compe-titiedrang voor individuele projecten helemaal niet zogoed. Het kost veel tijd om onderzoeksaanvragen teschrijven en het leidt soms tot enorme teleurstellingenals een aanvraag niet gehonoreerd wordt. Het probleemis ook dat je moet voorspellen wat je onderzoek over vijfjaar gaat opleveren. Zo werkt het niet in de praktijk: jekunt voor bepaalde onderzoekslijnen hooguit een rich-ting aangeven.Ik zou liever zien dat we investeren in net gestarte onder-werpen. Laat onderzoekers dan eerst aantonen dat zemet iets interessants bezig zijn. Op basis van de kwaliteitvan hun publicaties kun je vervolgens bepalen welkonderwerp aandacht en verdere financiering verdient.’

sonja smetsdr. sonja smets is sinds 1 juni 2016 directeur vanhet institute for logic,language andcomputation (illc).in 2009 kreeg ze een Vidi-beurs en in 2011ontving ze een ercstarting grant. sinds 2014 is smets lid van het scientific oversightcommittee van het jointresearch center forlogic van tsinghuauniversity en de uva.www.illc.uva.nl