Inspectierapport - Peuterspeelzaal De Dolfijn ... · De inhoud van het pedagogisch werkplan is ......

15
Inspectierapport Peuterspeelzaal De Dolfijn (PSZ) Schoolpad 6 1111 CS DIEMEN Registratienummer: 198848353 Toezichthouder: GGD Amsterdam In opdracht van: Gemeente Diemen Datum inspectie: 25-10-2016 Type onderzoek: Jaarlijks onderzoek Status: definitief Datum vaststellen inspectierapport: 05-12-2016 Peuterspeelzaal De Dolfijn - Jaarlijks onderzoek 25-10-2016 1/15 Inhoudsopgave Het onderzoek Observaties en bevindingen Pedagogisch klimaat Personeel en groepen Veiligheid en gezondheid Ruimte en inrichting Ouderrecht Inspectie-items Gegevens voorziening Gegevens toezicht Peuterspeelzaal De Dolfijn - Jaarlijks onderzoek 25-10-2016 2/15 Het onderzoek Onderzoeksopzet Op dinsdagochtend 25 oktober 2016 is op grond van artikel 2.20, tweede lid van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen een onaangekondigd jaarlijks onderzoek uitgevoerd. De locatie is in exploitatie vanaf 26 november 2014. Omdat voor deze locatie nog geen risicoprofiel is opgesteld is een volledig onderzoek op alle domeinen uitgevoerd. Het onderzoek bestaat uit een locatiebezoek en een documentenonderzoek. De teammanager heeft documenten nagestuurd. Beschouwing Organisatie Binnen Stichting Welzijn Diemen (SWD) is de directeur verantwoordelijk voor het dagelijks bestuur met betrekking tot alle activiteiten van SWD op het gebied van Welzijn. De directeur valt weer onder verantwoordelijkheid van het algemeen bestuur. Het peuterspeelzaalwerk wordt gesubsidieerd door de gemeente Diemen. Naast peuterspeelzaalwerk verzorgt de stichting ook sociaal-cultureel werk voor ouderen, jongeren, tieners en kinderen. Daarnaast richt de stichting zich op informatie- en advieswerk en vrijwilligers. In de aanloop van de harmonisatie van de peuterspeelzalen van SWD met de kinderopvang zijn de betrokkenen in september 2015 geïnformeerd over het voorstel om het peuterspeelzaalwerk van Stichting Welzijn Diemen te

Transcript of Inspectierapport - Peuterspeelzaal De Dolfijn ... · De inhoud van het pedagogisch werkplan is ......

Inspectierapport

Peuterspeelzaal De Dolfijn (PSZ)

Schoolpad 6 1111 CS DIEMEN

Registratienummer: 198848353

Toezichthouder: GGD Amsterdam In opdracht van: Gemeente Diemen Datum inspectie: 25-10-2016 Type onderzoek: Jaarlijks onderzoek Status: definitief Datum vaststellen inspectierapport: 05-12-2016

Peuterspeelzaal De Dolfijn - Jaarlijks onderzoek 25-10-2016 1/15

Inhoudsopgave

Het onderzoek Observaties en bevindingen

Pedagogisch klimaat Personeel en groepen Veiligheid en gezondheid Ruimte en inrichting Ouderrecht

Inspectie-items Gegevens voorziening Gegevens toezicht

Peuterspeelzaal De Dolfijn - Jaarlijks onderzoek 25-10-2016 2/15

Het onderzoek

Onderzoeksopzet

Op dinsdagochtend 25 oktober 2016 is op grond van artikel 2.20, tweede lid van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen een onaangekondigd jaarlijks onderzoek uitgevoerd.

De locatie is in exploitatie vanaf 26 november 2014. Omdat voor deze locatie nog geen risicoprofiel is opgesteld is een volledig onderzoek op alle domeinen uitgevoerd.

Het onderzoek bestaat uit een locatiebezoek en een documentenonderzoek. De teammanager heeft documenten nagestuurd.

Beschouwing

Organisatie

Binnen Stichting Welzijn Diemen (SWD) is de directeur verantwoordelijk voor het dagelijks bestuur met betrekking tot alle activiteiten van SWD op het gebied van Welzijn. De directeur valt weer onder verantwoordelijkheid van het algemeen bestuur. Het peuterspeelzaalwerk wordt gesubsidieerd door de gemeente Diemen. Naast peuterspeelzaalwerk verzorgt de stichting ook sociaal-cultureel werk voor ouderen, jongeren, tieners en kinderen. Daarnaast richt de stichting zich op informatie- en advieswerk en vrijwilligers.

In de aanloop van de harmonisatie van de peuterspeelzalen van SWD met de kinderopvang zijn de betrokkenen in september 2015 geïnformeerd over het voorstel om het peuterspeelzaalwerk van Stichting Welzijn Diemen te

hervormen. De planning is dat de speelzalen per 2017 worden overgenomen door een andere partij. De gemeente is hierover in overleg. Tijdens de bezoeken blijkt dat de beroepskrachten hier veel vragen over hebben.

De leidinggevende van de peuterspeelzalen coördineert het peuterspeelzaalwerk. Zij is drie dagen per week werkzaam voor de stichting en vooral verantwoordelijk voor de algemene gang van zaken in de peuterspeelzalen, het personeelsbeleid en het opstellen en implementeren van het beleid, waaronder het veiligheids- en gezondheidsbeleid.

De leidinggevende wordt ook ondersteund door de planner die de inschrijving en plaatsing verzorgt. SWD heeft een personeelsraad waarin de medewerkers zijn vertegenwoordigd. In augustus 2014 zijn voor elke peuterspeelzaal locatie beleidswijzigingen met betrekking tot het beleid veiligheid en gezondheid doorgevoerd. In 2015 zijn deze door de teamleider en de planner geëvalueerd en herzien indien no dig.

Sinds augustus 2014 is er een onafhankelijke vertrouwenspersoon aangesteld voor het personeel. SWD heeft een interne klachtenregeling opgesteld en is aangesloten bij de geschillencommissie kinderopvang en peuterspeelzalen. De teamleider is als klachtencoördinator aangesteld.

Locatie

Peuterspeelzaal De Dolfijn heeft twee vaste beroepskrachten die al vele jaren bij SWD peuterspeelzalen werkzaam zijn. Bij De Dolfijn zijn twee groepen van maximaal zestien kinderen van 2 tot 4 jaar, die wekelijks twee dagdelen aanwezig zijn. Daarnaast wordt twee (extra) dagdelen opvang geboden aan doelgroepkinderen. Op één van deze dagdelen zijn ook kinderen zonder VVE-indicatie welkom, op de andere dag zijn de beide groepen met kinderen met een indicatie samengevoegd. De groepen zijn samengevoegd op woensdag en v r ij d a g o c h t e n d . Bij de peuterspeelzaal is een vrijwilliger werkzaam en zijn regelmatig twee stagiairs aanwezig. De beroepskrachten bieden de kinderen VVE aan en zijn beiden geschoold in de methode Uk & Puk.

Advies aan college van B&W

De toezichthouder heeft in dit onderzoek geen overtredingen geconstateerd en adviseert om dit rapport ter kennisname in ontvangst te nemen.

Peuterspeelzaal De Dolfijn - Jaarlijks onderzoek 25-10-2016 3/15

Observaties en bevindingen

Pedagogisch klimaat

Pedagogisch beleidsplan

Stichting Welzijn Diemen (hierna: SWD) heeft in juni 2015 (een nieuwe versie van) het algemene pedagogisch beleidsplan vastgesteld voor de peuterspeelzalen. Dit kan van de website gedownload worden. Daarnaast is in mei 2016 een (nieuwe versie van het) pedagogisch werkplan met vestigingsspecifieke informatie van peuterspeelzaal de Dolfijn opgesteld.

De inhoud van het pedagogisch werkplan is observeerbaar en duidelijk beschreven. Over het waarborgen van de emotionele veiligheid is onder andere beschreven dat gevoelens van de kinderen worden herkend en erkend, dat beroepskrachten geduldig en consequent zijn en dat beroepskrachten positief gedrag benoemen en complimenten geven.

Het pedagogisch werkplan voldoet aan alle voorwaarden. Er staat beschreven hoe en door wie de beroepskrachten worden ondersteund in hun werkzaamheden en hoe de achterwacht geregeld is mocht een beroepskracht niet tijdig aanwezig zijn en er gebeurt iets waardoor een tweede volwassenen opgeroepen moet worden. In het pedagogisch werkplan is ook beschreven hoe de beroepskrachten in de peuterspeelzaal toegerust

worden voor de taak van het signaleren en doorverwijzen en op welke wijze zij daarbij ondersteund worden. Zo is beschreven dat de beroepskrachten minimaal eenmaal per half jaar de kinderen observeren. Voor kinderen die extra aandacht behoeven wordt een passende doorverwijzing gezocht. Het is bijvoorbeeld mogelijk dat de leidinggevende contact legt met het Brede Hoed Netwerk (een netwerk van professionals op het gebied van onder andere welzijn, zorg en (jeugd)gezondheidszorg in Diemen). Ook worden de beroepskrachten op de groep ondersteund door Alert4you en door Okido. In het algemeen pedagogisch beleidsplan staat vermeld dat de beroepskrachten een training en cursussen gehad hebben in het signaleren van zorgelijke situaties en in het voeren van oudergesprekken. In het werkplan is de werkwijze, maximale omvang en de leeftijdsopbouw van de peuterspeelzaalgroep beschreven. Eveneens is in het werkplan opgenomen op welke wijze de groepen op de verschillende dagen zijn samengesteld, dat de kinderen twee dagdelen komen en, indien gewenst, een derde dagdeel in de samengestelde groep kunnen afnemen. Doelgroepkinderen komen vier dagdelen indien daar voor plaats is in de planning en plaatsing. De wijze waarop het vierogenprincipe wordt gewaarborgd staat eveneens beschreven in het werkplan.

Pedagogische praktijk

De beroepskrachten kennen de inhoud van het pedagogisch beleidsplan en handelen conform dit plan.

Het pedagogisch handelen van de beroepskrachten is beoordeeld op basis van observaties tijdens het vrij spelen, het kringmoment en het eten. Uit deze observatie blijkt dat zeer goed invulling wordt gegeven aan de pedagogische basisdoelen, te weten het waarborgen van de emotionele veiligheid, de mogelijkheid tot het ontwikkelen van persoonlijke en sociale competenties en de overdracht van normen en waarden. Hieronder worden enkele voorbeelden beschreven waaruit dit blijkt.

Emotionele veiligheid

Tijdens het inspectiebezoek komt de sfeer in de groep zeer aangenaam over. De kinderen voelen zich op hun gemak en spelen zelfstandig en betrokken. De beroepskrachten hebben aandacht voor de kinderen en laten merken dat ze de kinderen accepteren zoals ze zijn. Een kind dat vandaag wat stil is, puzzelt graag aan tafel en de beroepskracht zit tijdens het vrijspelen bij het kind omdat het dat aan haar vraagt. Onder het speelhuis ligt een klein matras met een schoon hoeslaken eromheen, en de kinderen spelen daar huisje. Wanneer de kinderen om de beurt gebruikmaken van de glijbaan, zit de beroepskracht onder aan de glijbaan. Ze zorgt ervoor dat de kinderen goed om de beurt en veilig naar beneden glijden zonder daarbij het spel van de andere kinderen te verstoren of dwingend te zijn. Een van de kinderen heeft een politiekostuum aangedaan en gebruikt een plastic stuk speelgoedgereedschap als pistool dat in de zak van het kostuum bewaard wordt. Als het kind in het speelhuis klimt om van de glijbaan te gaan geeft hij het speelgoed eerst aan de beroepskracht. De beroepskracht complimenteert het kind, de afspraak is dat kinderen niet met speelgoed van de glijbaan mogen. Het kind laat zien dat hij op de hoogte is van de regel en leeft hem na.

De persoonlijke en sociale competenties

De beroepskrachten ondersteunen de kinderen bij het ontwikkelen van de persoonlijke en sociale competenties door kinderen uit te dagen en de gelegenheid te geven zich vaardigheden eigen te maken. De beroepskrachten ruimen na het vrij spelen samen met de kinderen het speelgoed op. Zij zijn daarin secuur en een voorbeeld voor de kinderen. Het speelgoed wordt goed gesorteerd en op vaste plekken opgeruimd en overzichtelijk en bereikbaar voor de kinderen opgeborgen. Samen met de kinderen zet een beroepskracht de stoelen in een kring. De beroepskracht vertelt een verhaal, aan de hand van grote tekeningen, over een kabouter en een reus. De meeste kinderen kennen het verhaal en als de beroepskracht vraagt wat zij zien op de tekening dan antwoorden de kinderen enthousiast. De beroepskrachten weten precies welke kinderen meer en minder taal beheersen en zij stemmen hun aandacht en vragen daarop af zodat ieder kind op zijn niveau wordt uitgedaagd. De beroepskracht vertelt ook een verhaal over twee spinnen. Eerst vertelt zij het verhaal met twee handpoppen die spinnen

Peuterspeelzaal De Dolfijn - Jaarlijks onderzoek 25-10-2016 4/15

voorstellen, dan vertelt zij het verhaal nogmaals door met haar handen en vingers de spinnen uit te beelden. Vervolgens geeft ze de kinderen de gelegenheid om zelf met hun handen spinnen uit te beelden terwijl ze nog eens laat zien hoe het gaat. De meeste kinderen nemen deel aan het spel. Hiermee wordt de fijne motoriek, luisteren en navolgen door de kinderen geoefend.

De beroepskrachten vindt een van de kinderen nog te jong om op een stoel in de kring naar het verhaal over de kabouter en de reus te luisteren. Dit kind mag, samen met de stagiair in de bouwgroep spelen. Wanneer de kinderen in de kring liedjes gaan zingen waarbij ook bewegingen en gebaren gemaakt worden, komt het kind, op schoot bij de stagiair, erbij zitten en doet even mee met de gebaren. De beroepskrachten zorgen dat het kind ook deelneemt aan de groepsactiviteit maar honoreren eveneens de behoefte van het kind om veel te bewegen en zelfstandig te spelen.

Voorschoolse educatie

Op de peuterspeelzaal wordt gebruikgemaakt van het VVE-programma Puk & Ko. De beroepskrachten zijn bezig met scholing voor Uk & Puk. Beide vaste beroepskrachten zijn VVE geschoold. Er zijn twee groepen die ieder twee dagdelen per week VVE krijgen aangeboden. Daarnaast is het mogelijk voor ouders, voor hun kind een derde dagdeel afnemen of biedt de peuterspeelzaal twee (aanvullende) dagdelen voor doelgroepkinderen. De doelgroepkinderen zijn hierdoor per week vier dagdelen in de peuterspeelzaal aanwezig en ontvangen tien uur voorschoolse educatie. Hiermee wordt wekelijks voldoende VVE aangeboden.

In elke groep worden maximaal zestien kinderen opgevangen door twee beroepskrachten. De beroepskrachten beschikken over een passende beroepskwalificatie en het juiste VVE-certificaat. Uit het scholingsplan dat is opgesteld voor het schooljaar 2016/2017 blijkt op welke wijze de beroepskrachten bij- en nascholing ontvangen.

Gebruikte bronnen:

- Gesprekken met de beroepskracht - Gesprek met de teammanager op 8 november 2016 - Website SWD, gezien op 9 november 2016 - Pedagogisch beleidsplan, versie juni 2015, gezien op de website - Pedagogisch werkplan peuterspeelzaal De Dolfijn, versie mei 2016, gezien op de website - Observatie op de groep op dinsdagochtend - Overzicht openingstijden De Dolfijn, ontvangen op 11 oktober 2016 - Scholingsplan 2016/2017 peuterspeelzaalwerk SWD, ontvangen op 8 november 2016 - Observatie - Inspectieonderzoek

Peuterspeelzaal De Dolfijn - Jaarlijks onderzoek 25-10-2016 5/15

Verklaring omtrent het gedrag

De personen die werkzaam zijn bij het kindercentrum beschikken over een geldige verklaring omtrent het gedrag die voor aanvang van de werkzaamheden is overgelegd. De verklaring omtrent het gedrag van de stagiairs en de vrijwilliger zijn niet ouder dan twee jaar.

Passende beroepskwalificatie

De twee vaste beroepskrachten die werkzaam zijn bij de peuterspeelzaal beschikken over een passende beroepskwalificatie conform de cao Welzijn en Maatschappelijke Dienstverlening.

Vrijwilligersbeleid

De houder heeft vrijwilligersbeleid opgesteld dat voldoet aan de gestelde eisen. In het beleid zijn bijvoorbeeld de minimumeisen waaraan de vrijwilliger moet voldoen, beschreven. Ook bevat het beleid een taakomschrijving van de vrijwilliger en de wijze waarop de verzekering geregeld is voor de vrijwilliger.

Opvang in groepen

De peuterspeelzaal heeft twee groepen die beide bestaan uit maximaal zestien kinderen. De voorschool is zes dagdelen per week geopend. De kinderen van deze groepen komen twee of drie dagdelen naar de voorschool. Doelgroepkinderen komen een vierde dagdeel naar de voorschool. Het derde en het vierde dagdeel betreft

dagdelen in of samen met de andere groep. De doelgroepkinderen behoren tot beide groepen waardoor zij vier dagdelen per week gebruik kunnen maken van de voorschool. In het pedagogisch werkplan staat dat de kinderen altijd in dezelfde groepssamenstelling komen. In de praktijk is dat niet het geval. Wel is de samenstelling van de groep per dagdeel in de week gelijk.

Uit het 'overzicht plaatsing' blijkt dat er nooit meer dan vijftien kinderen in de groep aanwezig zijn.

Aan De Dolfijn zijn twee vaste beroepskrachten verbonden, deze zijn beiden zes dagdelen aanwezig. Bij ziekte en verlof wordt een vaste invalkracht ingezet of er wordt een vaste beroepskracht van een andere peuterspeelzaal van Stichting Welzijn Diemen ingezet. De ouders zijn geïnformeerd over welke beroepskrachten bij de groep horen doordat er volgens een vast rooster gewerkt wordt. De vrijwilliger en stagiairs zijn op vaste dagdelen werkzaam. Per groep is één van de beroepskrachten als mentor van de kinderen aangesteld.

Beroepskracht/vrijwilliger-kindratio

Op beide groepen worden maximaal zestien kinderen opgevangen door twee beroepskrachten. Er zijn voldoende vaste beroepskrachten voor het aantal kinderen dat maximaal wordt opgevangen; er zijn geen vacatures. Het komt niet voor dat een beroepskracht alleen in de peuterspeelzaal aanwezig is, omdat te allen tijde twee beroepskrachten worden ingezet. De peuterspeelzaal is gevestigd in Openbare basisschool De Octopus waar ook altijd een volwassene (de conciërge) als achterwacht aanwezig is. Naast de groepsruimte van De Dolfijn is bovendien kinderdagverblijf De Zeesterren gevestigd (KMN Kind & Co).

Gebruik van de voorgeschreven voertaal

Gedurende de hele opvang wordt door alle beroepskrachten Nederlands gesproken.

Gebruikte bronnen:

- Gesprekken met de beroepskrachten - Afschriften verklaringen omtrent het gedrag, ingezien op de vestiging en ontvangen op 8 november 2016 - Afschriften beroepskwalificaties, ingezien op de vestiging en ontvangen op 8 november 2016 - Aanwezigheidsregistratie oktober 2016, ingezien op de vestiging - Overzicht plaatsing De Dolfijn, oktober 2016, ontvangen op 11 november 2016 - Overzicht openingstijden De Dolfijn, ontvangen op 11 oktober 2016 - Website SWD, gezien op 9 november 2016 - Pedagogisch beleidsplan, versie juni 2015, gezien op de website - Pedagogisch Werkplan peuterspeelzaal De Dolfijn, versie mei 2016, gezien op de website - Document; werken met vrijwilligers in het peuterwerk SWD, ontvangen op 11 november 2016 - Vrijwilligersovereenkomst, ontvangen op 9 november 2016 - Inspectieonderzoek

Personeel en groepen

Peuterspeelzaal De Dolfijn - Jaarlijks onderzoek 25-10-2016 6/15

De risico's die peuteropvang op het gebied van veiligheid en gezondheid met zich meebrengt zijn aan de hand van de risicomonitor in kaart gebracht. Voor elke locatie is een handleiding voor de veiligheid en een handleiding voor de gezondheid opgesteld waarin de afspraken zijn opgenomen die ervoor zorgen dat de kans dat een risico zich voordoet in de praktijk wordt gereduceerd.

Tijdens het werkoverleg met de beroepskrachten worden ten minste jaarlijks verschillende protocollen op het gebied van veiligheid en gezondheid besproken.

Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid

Jaarlijks worden in november de risico-inventarisaties en de daarbij behorende handleiding veiligheid en gezondheid opnieuw gemaakt en geëvalueerd. Dit is ook het moment waarop met de beroepskrachten het veiligheids- en gezondheidsbeleid wordt besproken. Voor het maken van de inventarisaties wordt de digitale risico-monitor gebruikt. Hiervoor wordt sedert drie jaar een externe deskundige ingeschakeld.

In november 2015 is met behulp van de digitale Risicomonitor een risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid uitgevoerd en deze is vastgelegd in een Toetsingsrapportage. Naar aanleiding van de risico-inventarisaties is tevens een handleiding gezondheid en een handleiding veiligheid opgesteld, waarin de (gedrags)maatregelen zijn beschreven die de beroepskrachten dienen uit te voeren voor het reduceren van veiligheids- en gezondheidsrisico's. In de groepsruimte is een informatiemap voor de beroepskrachten aanwezig. Daarin zitten documenten met betrekking tot verschillende onderwerpen, bijvoorbeeld de Rapportages, Meldcode kindermishandeling, het pedagogisch beleid, roosters en formulieren.

Tijdens het inspectiebezoek blijkt dat de beroepskrachten voldoende op de hoogte zijn van de maatregelen die zij dienen te nemen met betrekking tot de onderzochte items aangaande veiligheid en gezondheid.

Veiligheid

De veiligheidsrisico’s in de leefruimte met keukenblok, binnenbergruimte, gangen basisschool, gymzaal, buitenbergruimte en buitenruimte en entree/gang zijn geïnventariseerd. De veiligheidsrisico's zijn op alle verplichte thema's geïnventariseerd. In de Toetsingsrapportage Veiligheid wordt verwezen naar de maatregelen die opgenomen zijn in de handleiding Veiligheid Peuterspeelzalen de Dolfijn, versie november 2015.

De veiligheidsrisico’s en de bijbehorende maatregelen ten aanzien van vallen, botsen en stoten in de groepsruimte zijn in dit onderzoek beoordeeld. Hierin is met betrekking tot de entree/gang het volgende opgenomen: 'Kinderen rennen niet bij het naar binnen komen, kinderen worden hiertoe geïnstrueerd door de beroepskrachten en ook de ouders worden daarop gewezen. Wanneer de vloer in de entree/gang nat is wordt hij onmiddellijk gedroogd. Wanneer er afval ligt wordt dat onmiddellijk opgeruimd. Beroepskrachten zien hierop toe.'

In de entree/gang wordt ervoor gezorgd dat de vloeren droog blijven door een goede droogloopmat. Er wordt gezorgd voor voldoende loopruimte in de entree en de gang. Ouders kunnen geen buggy’s of kinderwagens in de gang of entree stallen. Beroepskrachten zien hier op toe. Hierin is met betrekking tot de groepsruimte opgenomen: 'Er wordt gebruik gemaakt van hoge (triptrap) stoelen. De kinderen zitten hier altijd onder begeleiding van een beroepskracht in. Een natte vloer wordt direct droog gemaakt. Een vloermat ligt vast met een antislip kleed. Kinderen mogen niet rennen in de ruimte. Er wordt zorg voor gedragen dat kinderen veilig kunnen spelen door het meubilair zo te plaatsen dat er ruimte is om rustig te spelen en zodat er genoeg ruimte is voor het opruimen van speelgoed. Er wordt gezorgd voor voldoende speelruimte en ruimte om zich te bewegen. Er wordt gezorgd voor voldoende loopruimte in de speelzaal. De hoeken zijn zodanig ingericht dat er voldoende vrije ruimte is. Kinderen kijken uit en spelen rustig in de omgeving van de ramen.'

Op de dag van het inspectiebezoek blijkt dat de maatregelen in de praktijk worden uitgevoerd en dat vallen, botsen en stoten daardoor wordt voorkomen. Zo zorgt de beroepskracht er bijvoorbeeld voor dat er onderaan de glijbaan geen kind zit als een ander kind naar beneden wil glijden.

Op de peuterspeelzaal is het afgelopen jaar een klein, niet ernstig, ongeluk gebeurd waarvoor een ongevallenformulier met de juiste criteria ingevuld is. De teamleider maakt een overzicht van de ongevallen die zich voordoen op de peuterspeelzalen en indien nodig en mogelijk worden maatregelen om herhaling te voorkomen genomen.

Gezondheid

De gezondheidsrisico's zijn geïnventariseerd voor de thema’s: ziektekiemen, binnenmilieu, buitenmilieu en medisch handelen. De maatregelen ten aanzien de overdracht van ziektekiemen zijn in dit onderzoek beoordeeld. Tijdens de ouderinloop attendeert de beroepskracht een ouder op de juiste nies- en hoesthygiëne. Bij voorkeur gebeurt dit in de elleboogholte, zo laat de beroepskracht zien. Hiermee wordt voorkomen dat er bacillen aan de handen komen en vervolgens via de handen aan het meubilair en het speelgoed. Ook op andere momenten

gedurende de ochtend zijn de beroepskrachten alert op 'vieze' neuzen. Deze worden door de beroepskracht of door het kind zelf afgeveegd. De beroepskracht wast haar handen na deze handeling. De beroepskrachten dragen zorg voor een juiste handhygiëne. Voor het klaarmaken van eten, voor het eten en na wc-bezoek wassen de kinderen hun handen met stromend water en zeep. De beroepskracht helpt de kinderen bij het handen wassen aan de kraan naast de commode in de groepsruimte. Zeep en een schone handdoek zijn aanwezig. De beroepskrachten verklaren dat zij speelgoed dat in de mond genomen wordt door de kinderen dagelijks schoonmaken. In de handleiding gezondheid is opgenomen dat de beroepskrachten aan de hand van een schema zorgen voor

Veiligheid en gezondheid

Peuterspeelzaal De Dolfijn - Jaarlijks onderzoek 25-10-2016 7/15

het schoonmaken van het speelgoed, de verkleedkleren en knuffels.

Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling

Door SWD is een meldcode kindermishandeling en huiselijk geweld vastgesteld die qua inhoud overeenkomt met de meldcode van de Brancheorganisatie Kinderopvang. De meldcode voldoet aan de gestelde eisen en is voorzien van een ingevulde sociale kaart met organisaties en instanties in de regio Diemen.

De meldcode wordt twee keer per jaar besproken in het werkoverleg. De beroepskrachten zijn voldoende op de hoogte van de inhoud ervan. Zij kunnen tijdens het inspectieonderzoek diverse mogelijke signalen benoemen. Bij zorgen over kinderen worden observaties gedaan. De beroepskrachten zijn ervan op de hoogte wie zij dienen te benaderen indien er sprake is van een vermoeden. Twee beroepskrachten die werkzaam zijn op andere vestigingen van SWD zijn aangesteld als aandachtsfunctionaris en hebben bijscholing gevolgd op het gebied van het signaleren en handelen bij zorgen om kinderen.

Vierogenprincipe

Op de groep staan altijd twee beroepskrachten. Daarnaast is vrijwel dagelijks een vrijwilliger, stagiair of meedraai- ouder aanwezig.

Gebruikte bronnen:

- Gesprekken met de beroepskrachten - Toetsingsrapportage Gezondheidsmanagement voor GGD inspectie versie november 2015, ontvangen op 8 november 2016 - Toetsingsrapportage Veiligheidsmanagement voor GGD inspectie versie november 2015, ontvangen op 8 november 2016 - Handleiding Veiligheid Peuterspeelzalen de Dolfijn versie november 2018, ontvangen op 8 november 2016 - Handleiding Gezondheid Peuterspeelzalen de Dolfijn versie november 2018, ontvangen op 8 november 2016 - Meldcode kindermishandeling en huiselijk geweld SWD, versie juni 2014; ingezien op de vestiging - Pedagogisch beleidsplan, versie juni 2015, gezien op de website - Pedagogisch Werkplan peuterspeelzaal De Peuterboot, versie mei 2016, gezien op de website - Www.welzijndiemen.nl, geraadpleegd op 8 november 2016 - Inspectieonderzoek

Peuterspeelzaal De Dolfijn - Jaarlijks onderzoek 25-10-2016 8/15

Binnenruimte

De peuterspeelzaal heeft in de school de beschikking over één lokaal. De groepsruimte is 67 m2 en is daarmee geschikt voor de opvang van zestien kinderen. De beroepskrachten hebben in de groepsruimte de beschikking over een keuken en over een commode met een waterpunt.

De speelzaal is passend en in overeenstemming met het aantal en met de leeftijd van de op te vangen kinderen ingericht. De ruimte is ingericht met verschillende speelhoeken, zoals een bouwhoek en een hoek met een keukentje. In de zaal is voldoende gevarieerd speelmateriaal en er staat een speeltoestel met een glijbaan. Tevens is er voldoende vrije ruimte voor het vormen van een kring. Aan de hoge tafel zijn voldoende zitplaatsen voor de kinderen.

Buitenspeelruimte

De peuterspeelzaal maakt gebruik van het aangrenzende schoolplein waar ook de kleuterklassen gebruik van maken. Uit de aangeleverde plattegrond is niet exact op te maken hoeveel vierkante meter het schoolplein is, maar tijdens het inspectiebezoek is geconstateerd dat er ruim voldoende oppervlakte beschikbaar is voor de opvang van zestien kinderen.

Om de buitenspeelruimte te bereiken lopen de beroepskrachten met de kinderen door de gang langs de klaslokalen van de school. Zij maken dan gebruik van een evacuatiekoord. De buitenspeelruimte is op deze manier veilig bereikbaar.

Het schoolplein is ingericht met een glooiend blauw-wit landschap. De beroepskrachten halen voldoende buitenspeelmateriaal, zoals fietsen en ballen, uit de bergruimte voor de kinderen om mee te spelen.

Gebruikte bronnen:

- Gesprekken met de beroepskrachten - Inspectieonderzoek - Plattegronden, ontvangen op 21 september 2014

Ruimte en inrichting

Peuterspeelzaal De Dolfijn - Jaarlijks onderzoek 25-10-2016 9/15

Informatie

De houder informeert de ouders onder andere door middel van het informatiebord in de hal van de locatie en door middel van de website www.stichtingwelzijndiemen.nl. Op deze website kunnen de ouders het Pedagogisch Werkplan peuterspeelzaal de Dolfijn downloaden waarin voldoende geïnformeerd wordt over bijvoorbeeld het VVE-programma en de samenstelling van de groepen. Ook kunnen ouders op de website het algemene pedagogisch beleidsplan van SWD waarin onder meer informatie is opgenomen over de pedagogische doelen en het veiligheids- en gezondheidsbeleid van de stichting downloaden.

Het inspectierapport van 21 mei 2015 is op de website gepubliceerd door middel van een link naar het Landelijk Register kinderopvang en Peuterspeelzalen.

Stichting Welzijn Diemen heeft op 21 november 2016 de interne klachtenregeling herzien. Uit het implementatieplan dat is opgesteld blijkt dat de ouders door middel van een nieuwsbrief worden geïnformeerd over de nieuw vastgestelde interne klachtenregeling en dat deze op de website zal worden gepubliceerd. Op de speelzaal is een folder van het Klachtenloket Kinderopvang beschikbaar met daarin contactgegevens van het Klachtenloket. Op de website is vermeld dat SWD is aangesloten bij de geschillencommissie kinderopvang.

Klachten en geschillen 2016

De interne klachtenregeling voldeed niet volledig aan de gesteld voorwaarden. Gedurende het inspectieproces is een herziene interne klachtenregeling, gebaseerd op het modelreglement van Boink, door de organisatie vastgesteld. Deze voldoet aan alle gestelde voorwaarden. De teamleider is aangesteld als klachtenfunctionaris.

SWD is aangesloten bij een door de minister van Veiligheid en Justitie erkende geschillencommissie.

Gebruikte bronnen:

- Informatie brochure Peuterspeelzaalwerk Stichting Welzijn Diemen – mei 2016, gezien op de website - Www.klachtenloket-kinderopvang.nl, geraadpleegd op 8 november 2016 - Www.welzijndiemen.nl, geraadpleegd op 22 november 2016 - Pedagogisch Werkplan peuterspeelzaal de Dolfijn versie mei 2016, gezien op de website

- Folder Klachtenloket Kinderopvang, ontvangen op 8 november 2016 - Intern klachtenreglement SWD 2016, ontvangen op 22 november 2016 - Implementatie Klachtenregeling Stichting Welzijn Diemen, ontvangen op 22 november 2016

Ouderrecht

Peuterspeelzaal De Dolfijn - Jaarlijks onderzoek 25-10-2016 10/15

Inspectie-items

Pedagogisch klimaat Pedagogisch beleidsplan

De houder heeft een pedagogisch beleidsplan waarin de voor die peuterspeelzaal kenmerkende visie op de omgang met kinderen is beschreven.

In het pedagogisch beleidsplan staat in duidelijke en observeerbare termen het volgende beschreven: de wijze waarop de emotionele veiligheid van kinderen wordt gewaarborgd, de mogelijkheden voor kinderen tot de ontwikkeling van hun persoonlijke- en sociale competentie, en de wijze waarop de overdracht van normen en waarden aan kinderen plaatsvindt.

Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen de werkwijze, de maximale omvang en de leeftijdsopbouw van de peuterspeelzaalgroep.

Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen de (spel)activiteiten waarbij kinderen hun peuterspeelzaalgroep danwel de peuterspeelzaalgroepsruimte verlaten.

Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen de wijze waarop beroepskrachten bij hun werkzaamheden met kinderen worden ondersteund door andere niet structureel ingezette personen.

Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen de wijze waarop kinderen kunnen wennen aan de peuterspeelzaalgroep waarin zij zullen worden opgevangen.

Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen hoe de achterwacht is geregeld indien slechts één beroepskracht in de peuterspeelzaal aanwezig is.

Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen hoe beroepskrachten in een peuterspeelzaal bijzonderheden in de ontwikkeling van kinderen of andere problemen signaleren en ouders doorverwijzen naar passende instanties die hierbij verdere ondersteuning kunnen bieden.

Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen hoe beroepskrachten in een peuterspeelzaal toegerust worden voor de taak van signaleren en doorverwijzen en op welke wijze zij daarbij ondersteund worden.

Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen de wijze waarop het vierogenprincipe is vormgegeven.

Pedagogische praktijk

De houder draagt zorg voor uitvoering van het pedagogisch beleidsplan. De houder draagt zorg voor het waarborgen van emotionele veiligheid.

De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van persoonlijke competentie te komen.

De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van sociale competentie te komen.

De houder draagt zorg voor de overdracht van normen en waarden.

Voorschoolse educatie

Voorschoolse educatie omvat per week ten minste vier dagdelen van ten minste 2,5 uur of per week ten minste 10 uur aan activiteiten gericht op het stimuleren van de ontwikkelingsdomeinen taal, rekenen, motoriek en de sociaal-emotionele ontwikkeling.

De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het feitelijk aantal aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste één beroepskracht per acht kinderen.

De groep bestaat uit ten hoogste 16 feitelijk aanwezige kinderen.

De beroepskrachten voorschoolse educatie zijn in het bezit van een getuigschrift van met gunstig gevolg afgelegd examen van één van de bij ministeriële regeling vastgelegde diploma’s. OF Een erkenning van beroepskwalificaties als bedoeld in artikel 5 van de Algemene wet erkenning EG-

b e r o e p s k w a lif ic a t ie s .

A. Onderdeel van de beroepsopleiding waarvoor het getuigschrift is behaald, vormt ten minste één module over het verzorgen van voorschoolse educatie. Of B. De beroepskracht bezit een bewijs dat met gunstig gevolg scholing is afgerond specifiek gericht op het vroegtijdig bestrijden van achterstanden bij jonge kinderen of het werken met voor- en vroegschoolse educatieprogramma’s.

De houder stelt jaarlijks een opleidingsplan op.

Voor de voorschoolse educatie wordt een programma gebruikt waarin op gestructureerde en samenhangende wijze de ontwikkeling wordt gestimuleerd op het gebied van taal, rekenen, motoriek en sociaal-emotionele o n t w ik k e lin g .

Personeel en groepen Verklaring omtrent het gedrag

Peuterspeelzaal De Dolfijn - Jaarlijks onderzoek 25-10-2016 11/15

De houder en personen werkzaam bij de onderneming waarmee de houder de peuterspeelzaal exploiteert zijn in het bezit van een verklaring omtrent het gedrag die is afgegeven na 1 maart 2013.

Een verklaring omtrent het gedrag van een stagiaire, uitzendkracht of vrijwilliger is niet ouder dan twee jaar.

Passende beroepskwalificatie

Alle beroepskrachten beschikken over een voor de werkzaamheden passende beroepskwalificatie overeenkomstig de cao Welzijn en Maatschappelijke Dienstverlening.

Vrijwilligersbeleid

De houder heeft een vrijwilligersbeleid, dat tot uitdrukking komt in een beleidsplan.

In het vrijwilligersbeleid staan minimumeisen waar een in de peuterspeelzaal werkzame vrijwilliger aan dient te voldoen.

In het vrijwilligersbeleid staan afspraken die de houder met vrijwilligers maakt.

In het vrijwilligersbeleid staan de taakomschrijvingen waarin wordt omschreven welke bijdrage aan het werk in de peuterspeelzaal van de vrijwilligers wordt verwacht en op welke wijze dit samenhangt met het pedagogisch beleid.

De houder draagt er zorg voor dat alle vrijwilligers werkzaam bij de peuterspeelzaal tegen wettelijke aansprakelijkheid verzekerd zijn.

Opvang in groepen

De opvang vindt plaats in peuterspeelzaalgroepen. De peuterspeelzaalgroep bestaat uit maximaal 16 kinderen.

Ieder kind heeft maximaal drie vaste beroepskrachten waarvan er dagelijks minimaal één werkzaam is op de groep van het kind.

De houder informeert de ouders en de kinderen tot welke peuterspeelzaalgroep het kind behoort en welke beroepskrachten op welke dag voor welke groep verantwoordelijk zijn en welke vrijwilligers op deze dag aanwezig zijn.

Beroepskracht/vrijwilliger-kindratio

Het aantal beroepskrachten en vrijwilligers per groep bedraagt: - in een groep met maximaal 8 kinderen ten minste 1 beroepskracht; - in een groep met 9 t/m 16 kinderen ten minste 1 beroepskracht, en een vrijwilliger of tweede beroepskracht.

De houder heeft geregeld dat een andere volwassene telefonisch bereikbaar is en binnen 15 minuten aanwezig kan zijn in geval van een calamiteit, indien conform de beroepskracht/vrijwilliger-kindratio slechts één beroepskracht in de peuterspeelzaal aanwezig is.

Gebruik van de voorgeschreven voertaal

A. De voorgeschreven voertaal wordt gebruikt. Of B. Er wordt een andere taal als voertaal gebezigd, omdat de herkomst van de kinderen in deze specifieke omstandigheid daartoe noodzaakt, overeenkomstig een door de houder vastgestelde gedragscode.

Veiligheid en gezondheid Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid

De houder stelt jaarlijks een risico-inventarisatie veiligheid op voor alle voor kinderen toegankelijke ruimtes in een peuterspeelzaal, waaronder de buitenspeelruimte.

De houder heeft een risico-inventarisatie veiligheid betreffende de actuele situatie.

De houder beschrijft de veiligheidsrisico’s op de thema’s: verbranding, vergiftiging, verdrinking, valongevallen, verwondingen, beknelling, botsen, stoten, steken en snijden.

In het plan van aanpak geeft de houder aan welke maatregelen op welk moment zijn respectievelijk worden genomen in verband met de veiligheidsrisico’s, alsmede de samenhang tussen de veiligheidsrisico’s en de maatregelen.

De registratie van ongevallen bevat per ongeval de aard en plaats van het ongeval, het jaar waarin het ongeval zich heeft voorgedaan en een overzicht van getroffen maatregelen.

De houder zorgt ervoor dat personen werkzaam bij de peuterspeelzaal kennis kunnen nemen van de vastgestelde risico-inventarisatie veiligheid.

De houder stelt jaarlijks een risico-inventarisatie gezondheid op. De houder heeft een risico-inventarisatie gezondheid betreffende de actuele situatie.

De houder beschrijft de gezondheidsrisico’s op de thema’s: ziektekiemen, binnenmilieu, buitenmilieu en medisch handelen.

In het plan van aanpak geeft de houder aan welke maatregelen op welk moment zijn respectievelijk worden genomen in verband met de gezondheidsrisico’s, alsmede de samenhang tussen de gezondheidsrisico’s en de maatregelen.

Peuterspeelzaal De Dolfijn - Jaarlijks onderzoek 25-10-2016 12/15

De houder zorgt ervoor dat personen werkzaam bij de peuterspeelzaal kennis kunnen nemen van de vastgestelde risico-inventarisatie gezondheid.

Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling

De houder heeft een meldcode kindermishandeling vastgesteld welke voldoet aan de beschreven eisen. De houder bevordert de kennis en het gebruik van de meldcode.

Vierogenprincipe

De houder van een peuterspeelzaal organiseert de opvang op zodanige wijze, dat de beroepskracht, de beroepskracht in opleiding of de werkzame vrijwilliger, de werkzaamheden uitsluitend kan verrichten terwijl hij gezien of gehoord kan worden door een andere volwassene.

Ruimte en inrichting Binnenruimte

Er is ten minste 3,5 m2 oppervlakte speelruimte beschikbaar per kind. De binnenspeelruimte is ingericht in overeenstemming met het aantal op te vangen kinderen.

De binnenspeelruimte is passend ingericht in overeenstemming met de leeftijd van de op te vangen kinderen en het pedagogisch beleid.

Buitenspeelruimte

Er is ten minste 3 m2 bruto buitenspeelruimte beschikbaar per aanwezig kind.

De buitenspeelruimte is voor kinderen toegankelijk en veilig bereikbaar.

De buitenspeelruimte is aangrenzend aan het kindercentrum.

De buitenspeelruimte is passend ingericht in overeenstemming met de leeftijd van de op te vangen kinderen en het pedagogisch beleid.

Ouderrecht Informatie

De houder informeert ouders en een ieder die daarom verzoekt over het te voeren beleid.

De houder informeert ouders en personeel over het inspectierapport door het zo spoedig mogelijk na ontvangst op de eigen website te plaatsen. Indien geen website aanwezig is legt de houder een afschrift van het inspectierapport op een voor ouders en personeel toegankelijke plaats.

De houder brengt de klachtenregeling, alsmede wijzigingen daarvan, op passende wijze onder de aandacht van de ouders.

De houder brengt de mogelijkheid om geschillen aan de geschillencommissie voor te leggen op passende wijze onder de aandacht van de ouders.

Klachten en geschillen 2016

De houder treft een regeling voor de afhandeling van klachten over: - een gedraging van de houder of een bij de houder werkzame persoon jegens een ouder of kind; - de overeenkomst tussen de houder en de ouder.

De regeling is schriftelijk vastgelegd, voorziet er in dat de ouder de klacht schriftelijk bij de houder indient en dat de houder: - de klacht zorgvuldig onderzoekt; - de ouder zoveel mogelijk op de hoogte houdt van de voortgang van de behandeling;

- de klacht, rekening houdende met de aard ervan, zo spoedig mogelijk afhandelt; - de klacht, uiterlijk zes weken na indiening bij de houder, afhandelt; - de ouder een schriftelijk en met redenen omkleed oordeel op de klacht verstrekt; - in het oordeel een concrete termijn stelt waarbinnen eventuele maatregelen zullen zijn gerealiseerd.

De houder van een kindercentrum is aangesloten bij een door de minister van Veiligheid en Justitie erkende geschillencommissie voor het behandelen van: a) geschillen tussen houder en ouder over: - een gedraging van de houder of een bij de houder werkzame persoon jegens ouder of kind;

- de overeenkomst tussen de houder en de ouder; b) geschillen tussen houder en oudercommissie over de toepassing en uitvoering van het wettelijk adviesrecht.

Peuterspeelzaal De Dolfijn - Jaarlijks onderzoek 25-10-2016 13/15

Gegevens voorziening

Opvanggegevens

Naam voorziening KvK-vestigingsnummer Website Aantal kindplaatsen Gesubsidieerde voorschoolse educatie

Gegevens houder

Naam houder Adres houder Postcde en plaats KvK-nummer Website

Gegevens toezicht

Gegevens toezichthouder (GGD)

Naam GGD Postadres Postcode en plaats Telefoonnummer Onderzoek uitgevoerd door

Gegevens opdrachtgever (gemeente)

Naam Postadres Postcode en plaats

Planning

Datum inspectiebezoek

Opstellen concept inspectierapport

Zienswijze houder

Vaststellen inspectierapport

Verzenden inspectierapport naar houder en oudercommissie

Verzenden inspectierapport naar gemeente

• : Peuterspeelzaal De Dolfijn • : 000030608619 • : http://www.stichtingwelzijndiemen.nl • : 16 • : Ja • : Stichting Welzijn Diemen • : Ouddiemerlaan 104 • : 1111 HL DIEMEN • : 41210862 • : www.stichtingwelzijndiemen.nl • : GGD Amsterdam Inspectie kinderopvang • : Postbus 2200 • : 1000 CE AMSTERDAM • : 020 555 55 75 • : Mw. A. Bouman • : Gemeente Diemen • : D J den Hartoglaan 1 • : 1111 ZB DIEMEN • : 25-10-2016 • : 24-11-2016 • : 05-12-2016 • : 05-12-2016 • : 08-12-2016

: 08-12-2016 Openbaar maken inspectierapport :

Peuterspeelzaal De Dolfijn - Jaarlijks onderzoek 25-10-2016 14/15

Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum

De zienswijze betreft een reactie van de houder op de inhoud van het inspectierapport.

De vertegenwoordiger van de houder heeft verklaard geen gebruik te maken van de mogelijkheid om een zienswijze in te dienen.

Peuterspeelzaal De Dolfijn - Jaarlijks onderzoek 25-10-2016 15/15