Inhoud - completecursusfotografie.nl · ging naar scholen en universiteiten in de buurt, waar hij...

36
10 © digifotocursus | robert van den eijk Licht 2 Snel aan de slag met Cursus Compleet ver 2.3

Transcript of Inhoud - completecursusfotografie.nl · ging naar scholen en universiteiten in de buurt, waar hij...

10

© digifotocursus | robert van den eijk

Licht 2Snel aan de slag met

Cursus Compleet ver 2.3

Inhoud

1 - Bekende fotografen - William Eggleston 3

2 - Hoe zien lichtmeters de wereld? 10

3 - Op zoek naar gemiddeld grijs 15

4 - Het histogram 19

5 - Dynamisch bereik 25

Oefeningen 29

Begrippenlijst 31

2

Fotografie is voor mij de kunst van het

observeren. Het gaat er om iets interes-

sants vinden in een gewone omgeving.

Ik heb ervaren dat de dingen die je ziet er

weinig toe doen maar dat alles draait om

de manier waarop je ze ziet.

Elliot Erwitt,Amerikaanse fotojournalist (1928)

1 - Bekende fotografen - William Eggleston (geb. 1939)

Eggleston werd geboren in

Memphis, Tennessee, vlakbij de

katoenplantage van zijn familie in

Tallahatchie County, Mississippi. Hij

ging naar scholen en universiteiten

in de buurt, waar hij niet al te veel

opstak, maar in zijn tijd aan de

Vanderbilt University raakte hij

geïnteresseerd in fotografie.

In 1962 zag hij foto ‘s van Cartier-Bresson die hem zeer bevielen, evenals het boek American Photographs van Walker Evans.

Aanvankelijk maakte hij zwart-witfoto’s, maar midden jaren 1960 stapte hij over op kleur. In 1966 begon hij aan een kleurenreeks met de titel ‘Los Alamos ‘, die bij voltooiing in 1974 ongeveer 2.200 beelden omvatte. De titel ontleende hij aan het ‘National Laboratory’ in Los Alamos / New Mexico.

1 - Bekende fotografen - William Eggleston (geb. 1939)

4

Blue Car on Suburban Street, Memphis TN

Een selectie uit deze onderneming werd in 2003 door Scala uitgegeven als ‘Los Alamos’. Rond die tijd was hij één van de helderste sterren aan het firmament van de fotografie, wat mede te danken was aan het verschijnen van William Eggleston ‘s Guide in 1976.

In 1967, toen Eggleston al een tijd actlef was als fotograaf, ging hij naar New York om in contact te komen met vakgenoten: Garry Winogrand, Lee Fried

William Eggleston

lander en Diane Arbus . Tevens liet hij zijn foto’s zien aan John Szarkowski, de scherpzinnige conservator fotografie van het Museum of Modern Art. Szarkowski was onder de indruk, maar toch kwam het succes voor Eggleston niet snel. In 1974 kreeg hij een Guggenheimbeurs die hem in staat stelde om de foto’s af te drukken die hij had gemaakt voor Los Alamos, zijn overzicht van de zuidelijke Verenigde Staten.

In 1969 begon hij materiaal te verzamelen voor een tentoonstelling in het Museum of Modern Art. ‘William Eggleston ‘s Guide’, in mei 1976. Eggleston maakte een eerste selectie van 400 kleurendia ‘s, bracht die terug tot 100 en daaruit kozen hij en Szarkowski er tenslotte 75. Daarvan werden er 46

1 - Bekende fotografen - William Eggleston (geb. 1939)

5

Near the River at Greenville, Mississippi

gepubliceerd in de catalogus die al gauw een plek verwierf op de lijst van beste fotografieboeken. De Guide is een echt hermetisch boek dat de lezer voor een werkelijke uitdaging stelt. Er staan ook een aantal portretfoto’s in (23), een voor Eggleston ongebruikelijk genre. De foto’s zijn gemaakt in Memphis en de vrij directe omgeving van die stad.

Eggleston interesseerde zich voor kleurentechniek en gebruikte soms negatieffilm en soms dia’s. In 1973 ontdekte hij de ‘dye transfer’ -afdruktechniek, een kostbaar procedé dat gebruikt werd in de reclamefotografie en een hoge kleurverzadiging opleverde. Zijn eerste portfolio met ‘dye-transferafdrukken ‘, 14 Pictures, verscheen in 1974 bij Julien Hohenberg.

Na de Guide was zijn volgende boek The Democratic Forest, een bloemlezing uit 1989 die begint met een lange reeks landschappen uit Mississippi, Kentucky, Tennessee en Arkansas. In 1980 deed hij opdrachtwerk in de staten Georgia en Louisiana. Hij fotografeerde ook in het buitenland, in Afrika en Europa, en delen van dat werk werden gepubliceerd in Ancient and Modern, een overzicht uit 1992 bij een tentoonstelling in de Londense galerie Barbican Art. In 1984 fotografeerde hij Graceland, het huis van Elvis Presley in de buurt van Memphis in Tennessee.

In Faulkner’s ‘Mississippi’ (1990) van Willie Morris staan 78 foto’s van Eggleston. Die begeleiden zijn tekst, niet te opdringerig want het verhaal van Faulkner was al zo rijk en gevarieerd.

1 - Bekende fotografen - William Eggleston (geb. 1939)

2 - Hoe zien lichtmeters de wereld?

Bij de voorbereidingen voor

het meten van het licht van een

onderwerp/scene is het belangrijk

om het enorme verschil te

onderkennen tussen de manier

waarop u de wereld ziet en waarop

de lichtmeter hem ziet.

Terwijl u geniet van het zien en fotograferen van de wereld in al zijn stralende kleuren, ziet - en registreert - de meter een visueel verhaal dat in allerlei grijstinten wordt verteld. Of eigenlijk, een wereld in slechts een grijstint een toon die in de fotografie gemiddeld grijs of ‘I8 procent grijs’ wordt genoemd. De ingebouwde lichtmeter van uw camera, maar ook een losse lichtmeter is geprogrammeerd om de wereld rondom te registreren in die ene tint gemiddeld grijs. In de wereld van de fotografische

2 - Hoe zien lichtmeters de wereld?

Als u elke kleur en zelfs partijen met verschillende kleuren als grijstinten leert zien, zult u de camera beter begrijpen en beter kunnen gebruiken.

tonale waarden ligt dat grijs exact midden tussen pikzwart en spierwit (dat het I8 procent grijs is en geen 50 procent, komt doordat de gebruikte schaal logaritmisch is, niet lineair). Hoewel dit een beperkt gezichtspunt lijkt, vormt het feitelijk de basis voor alle belichtingsmetingen.

Het lichtmeetsysteem werkt met een indrukwekkende nauwkeurigheid en betrouwbaarheid. Wanneer u de camera bijvoorbeeld op een rode appel richt, ziet de meter een grijze appel. Wanneer u de blauwe lucht meet,

11

ziet de meter een grijze lucht. En van een zomers landschap in gele, groene, blauwe en rode tinten middelt uw meter alle verschillende tonen uit tot een van gemiddeld grijs.

Dit systeem werkt zo goed omdat alles waarop u uw lichtmeter richt, vastgelegd zal worden als gemiddeld grijs!

Als u zorgvuldig een onderwerp meet dat gemiddeld grijs is, zal dat onderwerp perfect worden belicht en alle andere tonen komen precies op de goede plaats. De tonen die lichter zijn dan gemiddeld grijs worden lichter vastgelegd en donkerdere tonen donkerder.

Dus, belangrijk om even te onthouden: wat u meet wordt omgezet naar gemiddeld grijs en als u dus een onderwerp meet dat gemiddeld grijs van toon is, zal het hele tafereel correct worden belicht. Niet alle tonen kunnen worden vastgelegd, omdat sommige buiten het bereik van de sensor vallen. De sleutel tot een perfecte belichting is het meten van een element dat de ideale middentoon heeft (liefst zelfs met een hulpmiddel, de grijskaart).

2 - Hoe zien lichtmeters de wereld?

Voor een goede belichting een grijskaart inzetten.

14

3 - Op zoek naar gemiddeld grijs

Hoewel het een moeilijke taak

kan lijken om in een tafereel een

betrouwbare middentoon te vinden,

is het eigenlijk eenvoudiger dan u

denkt. De meeste buitentaferelen,

zowel natuurlijke als door de mens

gecreëerde, bevatten een aantal

vrijwel perfecte middengrijzen voor

de lichtmeting. We zullen er enkele

van bekijken.

Diepblauwe luchtEen donkerblauwe lucht op een zonnige dag maakt het instellen van de belichting voor landschappen gemakkelijk. Blauwe luchten zijn vooral nuttig wanneer het tafereel zelf grote lichte of donkere partijen bevat die de lichtmeter kunnen verwarren. Het meten van de lucht is ook zinvol wanneer u een landschap met sterk contrasterende tinten fotografeert, of bij fel tegenlicht. Het moet echter

3 - Op zoek naar gemiddeld grijs

wel een heldere dag zijn met een volle, diepblauwe lucht, zonder waas of wolk die uw lichtmeting onbetrouwbaar zou kunnen maken.

lichtgroen gebladerteOok groen gras of lichtgroen gebladerte is heel geschikt om de lichtmeting op af te stemmen. Ook nu geldt dat dit vooral zinvol is bij een landschap

16

In dit soort omstandigheden is het eenvoudig om de belichting in te stellen.

dat uw lichtmeting in de war zou kunnen sturen. Als u een donkere rotslaag met groene bomen fotografeert, meet u het groen en de rest van de tonen zal kloppen. Stel de belichtingscompensatie in op -2/3e stop als u de op deze manier gemeten taferelen te licht vindt. Grijs- of roodstenen gebouwenOude ongeverfde schuren zijn ideale, natuurlijk grijze ‘lichtmeetonderwerpen’, evenals de planken van een oude houten boerenkar of een stapel verweerd hout. Een oud schoolgebouw of een muur van rode baksteen is eveneens geschikt. Het is wel belangrijk dat ze de algemene lichtomstandigheden reflecteren en niet in schaduw zijn gehuld .

HuidtintenDe verschillende huidtinten zijn opvallend gelijk voor een meetsysteem. Een donkerdere huid kan vaak rechtstreeks worden gemeten, waardoor het maken van portretten heel gemakkelijk wordt.Voor lichtere huidtypes moet u 1-1,5 stop overbelichten om gemiddeld grijs te krijgen. Als u eenmaal de neutrale grijswaarde van uw eigen huid kent, kunt u die als mobiel meetonderwerp beschouwen dat u altijd bij u hebt.

GrijskaartHet gebruik van een grijskaart is een betrouwbare methode, maar vergt wel wat extra voorbereiding. Grijskaarten zijn te koop bij goede fotowinkels, zijn niet duur, en zijn zo gemaakt dat ze het gemiddeld grijs van de camera precies weergeven. De grijskaart reflecteert 18 procent van het licht dat erop valt en de reden voor dit getal is de niet-lineaire reactie van het menselijk oog .

Selectieve lichtmetingen vastzettenOm deze natuurlijk voorkomende middentonen te kunnen gebruiken voor uw foto moet u ze uiteraard isoleren van de rest van het tafereel. Dat kan door een lichtmeting op een beperkt gebied te doen en in te zoomen op dat gebied tot het schermvullend is, of door er dichter naartoe te lopen.

Bij het selectief meten is het echter belangrijk dat u de lichtmeting vastzet voor u een nieuwe compositie kiest, anders zal de lichtmeter al uw werk tenietdoen en zijn eigen lichtmeting gebruiken.

Op vrijwel alle digitale camera’s kunt u de lichtmeting vastzetten door de ontspanknop half in te drukken. Zolang de knop half ingedrukt blijft, zal de meting blijven gelden. Omdat op deze

3 - Op zoek naar gemiddeld grijs

manier niet alleen de lichtmeting maar ook de scherpstelling wordt vastgezet, is deze methode alleen bruikbaar als het onderwerp waarvan u het licht meet en het onderwerp waarop u scherpstelt zich op dezelfde afstand van de lens bevinden. Dat zal zelden het geval zijn; daarom moet u misschien overstappen op handmatige belichting. Sommige camera’s hebben een belichtingsvergrendeling waardoor u onafhankelijk van het scherptelsysteem de belichting kunt vastzetten (kijk in de handleiding van uw camera). Een andere methode die goed is te gebruiken is het lichtmeten, te onthouden (diafragma, sluitertijd en eventueel iso) en deze handmatig in de m stand vast te zetten!

18

4 - Het Histogram

Om met behulp van de lichtmeter

van de camera de beste resultaten

te verkrijgen is het belangrijk dat

u precies begrijpt wat daarvan de

voornaamste taak is en dat u zowel

de sterke als de zwakke punten

daarvan kent. Wanneer u weet

hoe de lichtmeter het licht meet

en de beperkingen kent, kunt u de

resultaten beter interpreteren en

aanpassen en bepalen wanneer u

moet ingrijpen.

Het is enorm belangrijk om de beperkingen van de sensor in de omgang met bestaand licht te kennen. Bij het interpreteren van de meetresultaten moet u zich altijd realiseren dat de beeldsensor een veel beperkter dynamisch bereik heeft dan uw ogen.

Het histogram lezenHet helderheidhistogram is misschien wel het waardevolste gereedschap dat u als digitaal fotograaf tot uw beschikking hebt. In dit diagram zijn op de horizontale as de verschillende toonwaarden van een tafereel uitgezet. Ze lopen van zuiver zwart aan de linkerkant naar zuiver wit aan de rechterkant - op een schaal van 0 tot 255.

Op de verticale as ziet u het aantal pixels van elke toon. Een beeldsensor van een digitale camera kan slechts een beperkte reeks tonale waarden vastleggen. Deze tonen kunnen heel helder zijn (voornamelijk hooglichten) of heel donker (vooral schaduwen).

De middenweg vindenDe rechter foto is overbelicht: er is nauwelijks doortekening in lucht en achtergrond. Het histogram toont dit als grote hoeveelheden pixels aan de rechterkant. Evenzo is de linker foto onderbelicht en de meeste pixels zitten duidelijk uiterst links in het histogram. De middelste foto is correct belicht, in

4 - Het Histogram

Aan het histogram, dat gebaseerd is op grijstinten , zijn niet direct te herleiden waar de kleiuren zich bevinden.

die zin dat de hoeveelheid pixels geleidelijk afneemt voordat de hooglichten overbelicht raken; die paar afgesneden zwarte pixels vormen geen probleem. De meeste data vallen veilig tussen beide uitersten van het diagram. maar ze kunnen niet ver uiteen liggen.

20

Op camera’s met Live View kunt u het histogram op het lcd-schermpje of in de elektronische zoeker bekijken terwijl de belichting van het tafereel in realtime berekend wordt. Maar zelfs zonder deze functie kunt u het histogram oproepen bij het ‘afspelen’ van een eerder gemaakte opname. Als er tijd voor is, kunt u beoordelen of de tonale waarden gelijkmatig zijn verdeeld, de belichting bijstellen en eventueel een nieuwe opname maken.

Wat is nu het optimale histogram? Het belangrijkste doel is te voorkomen dat het histogram te massief wordt aan de uiteinden, want dat houdt in dat er doortekening verloren is gegaan in zuiver wit of zwart. Idealiter begint het histogram in de hoek linksonder, rijst geleidelijk tot een heuvel waarvan de top in het midden van het histogram ligt (de middentonen) en daalt vloeiend naar de hoek rechtsonder. Natuurlijk lenen niet alle taferelen zich voor een optimaal histogram, ongeacht de nauwkeurigheid waarmee u alles instelt. Maar het histogram is een belangrijk middel om u te helpen bij het omgaan met opnames met een groot dynamisch bereik en dus een hoog contrast.

Aanvullend: TTL-metersAlle ingebouwde lichtmeters behoren tot een gebruikelijke, brede categorie: TTL-meters. TTL staat voor ‘through the lens’ (‘door de lens’). Dat wil zeggen dat het licht nadat het door de lens

4 - Het Histogram

21

Het histogram, links onderbelicht, rechts overbelicht en in het midden een histogram zoals we hem (vaak) graag willen zien.’

is gevallen, wordt gemeten (door een aparte lichtmeetsensor) op de beeldsensor, of daar vlakbij. Hierdoor ontstaat er een zeer betrouwbare lichtmeting, omdat het licht pas gemeten wordt nadat het de lens en eventuele filters is gepasseerd. Wat de meter ziet met betrekking tot de belichting, is precies wat er door de sensor wordt vastgelegd.

In het pre-TTL-tijdperk was het noodzakelijk om bij het bepalen van de belichting te compenseren voor eventuele filters. Deze compensatie, ook wel de ‘filterfactor’ genoemd, is overbodig geworden door de TTL-meettechniek. Het berekenen van de filterfactor was weliswaar niet moeilijk, maar de meting van het door de lens vallende licht is stukken nauwkeuriger. Sinds het licht intern wordt gemeten, hoeft er niet gecorrigeerd te worden voor andere soorten lensaccessoires, zoals tussenringen of telelens extenders. Zelfs het licht van een elektronenflitser wordt gemeten - en de flitssterkte berekend - nadat het licht door uw onderwerp is weerkaatst en de lens heeft gepasseerd.

De echte schoonheid van TTL ligt in het feit dat de meetsensor op geen enkele manier hoeft te compenseren (of bij compensatie te assisteren) ongeacht de gebruikte lenzen, filters of accessoires. Zowel voor u als voor de camera verloopt dit proces snel, eenvoudig en elegant.

4 - Het Histogram

24

5 - Dynamisch bereik

Je oog kan midden op de dag in

zowel de lichte als donkere delen

van een scène nog genoeg details

ontwaren. De zwarte fiets in de

schaduw en de witte vlag in het

belichte deel zijn prima te zien. De

camerasensor heeft hier door een

beperkt ‘dynamisch bereik’ echter

meer moeite mee.

Het dynamische bereik is het verschil tussen de lichtste delen en de schaduwen in een foto. Een digitale camera kan over het algemeen 7 F-stops (stappen naar links of rechts op de lichtmeter, elke stap wordt een ‘stop’ genoemd) contrastverschil aan, waar het menselijk oog makkelijk tot 10-14 F-stops contrastverschil kan zien.

5 - Dynamisch bereik

Door middel van HDR opname’s, meerdere belcihtingsopnamen over elkaar heen, realiseren we een groter dynamisch bereik.

Elke F-stop betekent een halvering of verdubbeling van de hoeveelheid licht die op de lens valt. Je kunt dit ook op je camera zien, de lichtmeter heeft vijf stappen van -2 (erg donker), -1 (donker) naar 0 (midden), +1 (licht) en +2 (erg licht). Door te fotograferen in RAW formaat kun je tot -3 en +3 detail terughalen in nabewerking.

26

In de ‘echte’ wereld is het verschil tussen de lichtste en donkerste delen vrijwel altijd maximaal 10 F-stops, je camera mist dus nogal wat detail als je op pad gaat.

Door het beperkte dynamische bereik worden schaduwen sneller zwart weergeven op de foto, lichte delen worden sneller wit weergegeven. Helemaal wit betekent dat nog lichtere delen van de scène niet meer zichtbaar zijn, hetzelfde geldt voor de donkere delen. Die zwarte fiets zal op de foto niet te zien zijn in het schaduwdeel, je verliest detail in de foto.

Fotografeer je een contrastrijke situatie met een dynamisch bereik dat groter is dan dat je camerasensor aan kan, dan zullen de donkere partijen onderbelicht zijn (dus geheel zwart; ‘dichtgelopen’ noemen we dat) terwijl de rest van de foto goed belicht is. Of je schaduwen zijn wel goed doortekend, maar dan zijn de witte partijen helemaal wit (‘uitgebeten’).

In de regel oogt een foto beter met dichtgelopen zwarten dan met uitgebeten lichten. Net zoals een zwart stofje of een ‘dode’ pixel veel minder opvalt dan een wit stofje of een ‘actieve’ pixel. In

5 - Dynamisch bereik

vroeger jaren, toen er nog op film gewerkt werd, zorgden diafotografen er daarom altijd voor wat krap te belichten, overbelichting was fataal! Wie op negatieffilm werkte belichtte juist altijd wat over - om dezelfde reden.

De foto links, is vooral in de bek, teveel ‘doorgelopen’. Rechts is de foto nabewerkt!

Oefeningen

We zijn halverwege de cursus!

Vanaf de volgende les gaat het pas

echt leuk te worden! We beginnen

dan met de ‘vakdeelgebieden’.

Het is dan ook goed om nu even te

evalueren wat we geleerd hebben!!!

Loop nog eens rustig alle oefeningen/lessen voor jezelf door. Beheers je alles of zijn er nog zaken die je graag wilt oefenen?

Als je ergens nog problemen mee hebt, neem dan even contact op met je cursusbegeleider!

Stuur hierbij in elk geval even de foto’s en een korte beschrijving wat er volgens jou niet goed gaat!

Oefeningen

30

Begrippenlijst

Begrippenlijst

Accu Stroomvoorziening camera / flitsers / etc.

Acculader Lader om accu's op te laden

AdobeRGB Kleurruimte met een groter bereik dan sRGB.

AF AutoFocus (Automatisch scherpstellen van de lens).

Algoritme Een wiskundige routine om een probleem of vergelijking op te lossen. In de beeldvorming, wordt de term meestal gebruikt om de set routines te beschrijven die zorgen voor een com-pressie- of die van het kleur management programma.

Autofocus (AF) Automatisch scherpstellen van de lens.

Batterijgrip Een batterijgrip is een camera-accessoire met extra accu's of batterijen. Bovendien wordt de grip op de camera steviger.

Beeldsensor Het onderdeel in de digitale camera dat het licht dat door de lens naar binnenvalt, registreert het beeld via miljoenen lichtgevoelige elementen. De meest gebruikte beeldsensoren zijn de CCD en de CMOS. Een minder gebruikte is de Foveon-sensor.

Beeld-stabilistie (IS)

Bewegingscorrectie tot maximaal 4 stops. Meestal door de lens, maar ook sommige camera body's hebben een dergelijke optie.

Beeldstijlen Voorgeprogrammeerde aanpassingen/correcties die in de camerabody worden toegepast bij het fotograferen in JPEG

Belichtings-meter

Lichtmeter. Kan zowel extern zijn als intern plaatsvinden in de body.

Belichtings-programma

Bij digitale camera's kun je fotograferen in de automatische stand en bij meer geavanceerde camera's ook volledig hand-matig. Daartussenin hebben fabrikanten de mogelijkheid gecreëerd om zonder fotografische kennis zelf instellingen te doen die passen bij de situatie waarin gefotografeerd wordt.

Body Behuizing van de spiegelreflexcamera.

Bokeh Drukt de kwaliteit van de onscherpte in een foto uit. Het gaat om de onscherpte die ontstaat doordat het voorwerp buiten het scherptevlak ligt.

Bracketing Is een methode om automatisch meerdere foto's achter elkaar nemen met verschillende belichtingswaarden.

Brandpunt-afstand

De brandpuntsafstand van een objectief is de afstand in mil-limeters tussen het midden van de lens en de plaats waar de invallende lichtstralen samenkomen.

CCD Type beeldsensor. In een CCD wordt de hoeveelheid licht geregistreerd om het vervolgens om te zettten in een digitaal signaal (apart onderdeel).

Centrum meting

Bij centrum meting wordt alleen licht gemeten in het cen-trale punt. In de meeste camera's kent de lichtmeter drie voorkeursstanden namelijk integraal meting, centrum meting en spot meting.

Chromatische aberratie

Chromatische aberratie/afwijking is een optische lensfout waarbij scherpe (kleur) overgangen een purperen franje gaan vertonen.

32

Begrippenlijst

Compact flash geheugen (CF)

Opslag, type geheugenkaartje

Compactflitser Een compactflitser type flitser dat bovenop uw camera wordt bevestigd en bevat vaak een zwenkkop om onder een ander hoek te kunnen flitsen.

Crop-factor De crop-factor is de verhouding tussen de diagonalen van twee opnameformaten, namelijk die van de digitale sensor en die van kleinbeeld (meestal het referentie formaat). De crop-factor duidt aan in welke mate de beeldsensor van een fototoestel groter of kleiner is dan bijvoorbeeld een 35mm negatief.

Diafragma Het diafragma, iris, is het onderdeel van de objectief dat be-paalt hoeveel licht de film of digitale sensor bereikt. De hoeveelheid licht die op de sensor valt bepaalt hoeveel scherptediepte er in de foto zit.

Diffusiefilter Een diffusiefilter is een transparant lichtdoorlatend optisch filter. Het wordt gebruikt in de verlichtingstechniek om het licht van lichtbronnen over een groot oppervlak te verspreiden, zodat een egaal licht ontstaat.

DNG Digitaal negatief. Een open archiveringsindeling voor Raw-bestanden die door digitale camera's worden gegenereerd.

F Met f wordt het diafragmagetal of -waarde bedoelt. Hoe groter de waarde hoe kleiner het diafragma is en de scherptediepte groter wordt.

Fisheye-objectief

Objectief met extreem grote beeldhoek.

Fps Frames Per Second. Aantal opnames per seconde.

Frames per second (fps)

Aantal opnames per seconde.

Full Frame Full frame sensoren zijn 36 x 24 mm (kleinbeeldformaat) en worden gebruikt in de duurdere spiegelreflexcamera’s. De beelddiagonaal is ongeveer 43 mm. Ter vergelijking: Sensoren in compact camera’s hebben een diagonaal van ongeveer 6 tot 11 mm. Bij instapmodellen voor spiegelreflexcamera’s is dat ongeveertot 28 mm.

Gordijn Bij fotografie wordt hier de belichtingslamellen in de camera bedoelt.

GPS Het global positioning system (gps) is de commerciële naam voor een wereldwijd satellietplaatsbepalingssysteem.

Groothoek-objectief

Een lens met een (zoom)bereik van 24 tot 35 mm, waarbij er meer op de foto komt dan bij een standaard lens (50 mm).

High key Verlichtingstechniek, waarbij de foto's hoofdzakelijk in tedere en lichte tinten zijn gehouden.

Hoekzoeker Wordt bevestigd op het oculair waardoor men onder een hoek door het objectief kan kijken.

33

Begrippenlijst

34

Hyperfocale afstand

De hyperfocale afstand is de afstand vanaf waar alle onderw-erpen aanvaardbaar scherp zijn wanneer de lens op oneindig is ingesteld.

Image Stabili-sator (IS)

Zie beeldstabilisatie!

ISO Norm voor lichtgevoeligheid van de film analoog) en de sensor (digitaal). Hoe hoger hoe lichtgevoeliger.

JPEG Een bestandsindeling aangeduid voor het opslaan van raster-afbeeldingen in digitale vorm (gecomprimeerd).

Kitlens Is een 'starterszoomlens' die vaak standaard bij een body wordt meegeleverd (vaak 18 - 55 mm)

Kleinbeeld-formaat

Kleinbeeldformaat - 36 x 24 mm. De afmetingen van een kleinbeeldnegatief (analoge fotografie). Zie ook Full frame sensor!

Kleurruimte De hoeveelheid kleuren binnen een bepaald bereik.

Lcd scherm Het 'beeldschermpje' dat op de meeste camera's tegen-woordig aanwezig is. Zit op de achterkant en is soms ook beweegbaar. Behalve dat er via dit schermpje instellingen en foto's kunnen worden bekeken/aangepast heeft het vaak ook een live view functie voor het maken van de foto's.

Lensopening Diameter van het gaatje achter de lens van een camera waar-mee de hoeveelheid invallend licht wordt bepaald fotografie (diafragma).

Lichtsterkte De lichtsterkte van een lens, objectief of optisch instrument is een maat voor de hoeveelheid licht die het opvangt en nuttig gebruikt om een beeld te vormen.

Lithium-Ion Zijn accu's die vaak in consumentenelektronica worden gebruikt, vooral vanwege hun hoge energiedichtheid.

Low key Verlichtingstechniek, waarbij slechts de voor het beeld belangrijke elementen helder worden verlicht en de rest donker wordt gehouden.

Macrofiltser Type flitser dat voorop het objectief wordt bevestigd en veel gerbuikt wordt voor macro- en portretfotografie.

Macro-fotografie

Officieel betekent ‘macro’ dat het onderwerp van de foto op ware grootte of groter op het oppervlak van de sensor terecht komt.

Matrixmeeting Bij matrix meting wordt licht gemeten in het grootste gedeelte. Zie ook centrum meeting.

Monopod Een monopod is een 'één-been-statief'!

ND Grijsverloopfilter wat het gebruik van langere belichtings-tijden mogelijk maakt.

Oculair Bij een spiegelreflexcamera kijk je door een opening, het oculair of zoeker, aan de achterkant door de lens heen.

Begrippenlijst

35

Polarisatiefilter Een filter dat licht (of andere elektromagnetische straling) alleen doorlaat als het in een bepaalde richtinggepolariseerd is. Geeft bij fotograferen een soort van zonnenbrileffect.

RAW RAW duidt op een methode om afbeeldingen, gemaakt met een digitale camera, op te slaan. Een RAW-bestand bevat de oorspronkelijke ruwe en onbewerkte gegevens zoals die van de beeldsensor zijn uitgelezen.

Reflectie-scherm

Een reflector is in de basis niet meer of minder dan een object wat gebruikt wordt om licht te weerkaatsen

Ruis Korrelstructuur die in het beeld onstaat bij te hoge ISO-waarden.

Scherptediepte Scherptediepte is de afstand waarbinnen het onderwerp op de foto scherp wordt weergegeven.

Sensor Zie Beeldsensor.

Sky filter Zelfde werking als een UV Filter. Bovendien filtert dit type filter overmatig blauw uit het kleurbereik.

Slaveflitser Losse flitser ter ondersteuning.

Sluitertijd Een foto heeft een bepaalde hoeveelheid licht nodig voor een goed resultaat. De sluitertijd bepaalt hoe lang het licht door de beeldsensor wordt vastgelegd.

sRGB Kleurruimte met een kleiner bereik dan AdobeRGB

Staafflitser Externe flitser die naast de camera is bevestigd.

Statief Is een standaard met drie poten die u onder een (video)cam-era bevestigd, zodat u een basis heeft om stabiele opnamen te kunnen maken. Vooral wanneer de camera foto's moet maken met langere sluitertijden, is een statief onontbeerlijk. Zonder een statief krijgt u bij dergelijke foto's snel bewegingsonscherpte.

Stop De sprong/stap van een sluitertijd naar een hogere of lagere tijd wordt een 'stop' genoemd. Dat geld ook voor het diafragma. De sprong van de ene diafragma-opening naar de volgende of de vorige is ook een stop. Een stop betekent altijd een verdubbeling of halvering.

UV - Filter Voorkomt hinderlijke kleurzweem en wordt veel gebruikt ter bescherming van het onbjectief.

Vignettering Vignettering of lichtafval is het afnemen van de helderheid in de hoeken van een afbeelding of foto, ten opzichte van het midden.

Wifi Draadloze verbinding met een netwerk.

Witbalans-insteling

Met de witbalans zorg u ervoor dat de invloed van de li-chtbronkleur op de kleurweergave van de foto wordt geneutraliseerd. Als u dit niet doet kunnen de foto's in min of meerdere mate een kleurafwijking vertonen (bijvoorbeeld te rood of te blauw).

Colofon

TekstRobert van den EijkLianne van den EijkNico Richie

VormgevingPetra MeerdinkWouter Steller

FotografieRobert van den Eijk E.a.

Copyright 2015 DigiFotoCursus

Internet www.dfcursus.nlTwitter @digifotocursusFacebook digifotocursusE-mail [email protected]

36