1

informatie groep 4 schooljaar 2021 - 2022

2

Voorwoord Dit informatieboekje is bestemd voor de ouders van groep 4. U vindt hierin informatie over alle belangrijke zaken die in dit schooljaar aan bod komen en is bedoeld om u een indruk te geven van de manier van werken in groep 4. Leerkracht groep 4

3

Algemeen

• Kinderen mogen in de pauze fruit en drinken (in een beker) mee naar school nemen, geen snoep en limonade. Woensdag en vrijdag zijn onze verplichte fruitdagen.

• Graag het eten voor de lunchpauze in een aparte tas, met drinken in een herbruikbare beker. (We willen zo weinig mogelijk afval, dus geen pakjes drinken!)

• Zijn er problemen thuis of op school, of heeft u een vraag, mail en we nemen zo spoedig mogelijk contact met u op.

• "Hulpjes" zijn twee kinderen die één week, na school de klas mee helpen opruimen. Dit duurt ongeveer 15 minuten.

4

Lezen Bij lezen hebben we drie verschillende aanpakken, waarbij de kinderen afgewisseld instructie krijgen of zelfstandig werken

• Aanpak 1: Kinderen voor wie lezen lastig is, krijgen intensieve begeleiding van de leerkracht gedurende de hele les.

• Aanpak 2: Kinderen die gemiddeld scoren bij leestoetsen krijgen een gedeelte van de les instructie van de leerkracht en werken een gedeelte van de les zelfstandig aan leesopdrachten.

• Aanpak 3: Kinderen die hoog scoren bij leestoetsen. Zij werken veelal zelfstandig aan leesopdrachten.

We gebruiken de methode “Estafette”. In oktober en maart/april wordt bij alle kinderen een methode gebonden leestoets afgenomen. Ook wordt bij kinderen die het niveau nog niet gehaald hadden, dan tussentijds AVI en DMT afgenomen. In januari en juni wordt bij alle kinderen de AVI en DMT leestoets afgenomen.De resultaten van deze leestoetsen zijn mede bepalend voor het plaatsen van leerlingen in de aanpakgroepen. In een groepshandelingsplan, dat voor ouders ter inzage in de klas ligt, worden de werkwijze en de doelen van de drie aanpakgroepen omschreven. Het doel van het groepsplan in de klas is: Het kind zet de volgende stap in zijn / haar leesontwikkeling naar correct en vlot lezen. Het doel voor midden groep 4 is het minimale niveau AVI-M4 behalen en voor eind groep 4 is minimale niveau AVI-E4. Begrijpend lezen: Estafette heeft begrijpend lezen geïntegreerd. Daarnaast maken we gebruik van "Nieuwsbegrip". Dit schooljaar werken we met een groepshandelingsplan voor begrijpend lezen. Op basis van behaalde scores m.b.v. observaties bij de lessen, worden de kinderen ingedeeld in aanpak 1 als begrijpend lezen problemen geeft. Deze kinderen volgen de hele les de instructie van de leerkracht. Kinderen die boven gemiddeld scoren worden ingedeeld in aanpak 2. Zij doen een deel van de instructie mee en werken daarna zelfstandig aan de verwerking. Leesbevordering: Lekker lezen voor je plezier, in een leuk boek van school, de bibliotheek of van thuis meegebracht. In groep vier willen we de kinderen zelf betrekken bij de keuze van de boeken voor de eigen klas. We vinden het van belang om het bibliotheekbezoek en het lezen van boeken te stimuleren. Bovendien is de ervaring dat “zelfgekozen boeken” beter aansluiten bij de onderwerpen waar de kinderen op dat moment interesse voor hebben. Daarom mogen een aantal kinderen uit de groep, onder begeleiding van een ouder, naar de bibliotheek om boeken uit te kiezen voor gebruik in de klas. Elke zes weken worden de boeken geruild en mogen weer andere kinderen boeken uit gaan kiezen.

Hebt u belangstelling om “bieb-ouder” te worden? Geeft u dat dan alstublieft door aan juf

Diny.

5

Thuis lezen In groep 4 maken we gebruik van de schoolbibliotheek. De kinderen mogen een boekje kiezen dat ze thuis mogen lezen. Voor 10 gelezen boeken, krijgen de kinderen een diploma. Verzoek aan de ouders is om te controleren of uw kind het boekje helemaal en goed gelezen heeft.

6

Nederlandse taal

Op de Kinderboom werken we met de methode Taal Actief. De verwerking van de opdrachten doen we op de tablet. Taal Actief is een praktische methode met een duidelijk instructiemodel. De methode bestaat uit een leerlijn taal en spelling, die volledig op elkaar zijn afgestemd. Binnen de leerlijn taal komen de volgende taalaspecten aan de orde:

- luisteren, spreken, - stellen - taalbeschouwing - woordenschat - informatiemiddelen

Bij de leerlijn spelling wordt er iedere week een nieuwe spellingcategorie aangeboden en worden er steeds categorieën herhaald. Taalactief besteedt veel aandacht aan de leerlijn woordenschat. Een thema duurt 4 weken. Na de derde week volgt er een toets. De vierde week krijgen de kinderen herhalings- of verrijkingsstof. Taalactief maakt onderscheid in 3 type leerlingen: - de leerling die weinig instructie nodig heeft. - de leerling die basisinstructie behoeft. - de leerling die verlengde instructie nodig heeft.

7

Schrijven We gebruiken de methode Pennenstreken. De doelstellingen van groep 4 zijn o.a:

- schrijven met een goede schrijfhouding - inoefenen verbonden schrift - aanleren en inoefenen van de hoofdletters - cijfers schrijven - leestekens schrijven - leren schrijven tussen liniatuur - bevorderen van de arm-, hand- en vingermotoriek.

Ook leren de kinderen te schrijven met een vulpen.

8

Rekenen

De digitale methode Snappet Rekenleerdoelen gaan we gebruiken voor zowel

instructie als verwerking. Dat betekent dat de instructie door de leerkracht via

Snappet gegeven wordt en dat de leerlingen de verwerking via Snappet op hun eigen

tablet/chromebook maken.

Snappet Rekenleerdoelen is beschikbaar voor groep 4 t/m groep 8. Bij iedere les zijn

leerdoelkaarten beschikbaar. Dit om de leerlingen bewuster te maken aan welke

doelen er gewerkt gaat worden en om bij de leerlingen eigenaarschap te

ontwikkelen: het besef laten krijgen aan welke doelen ze zelf nog moet werken om

ze te beheersen.

Snappet rekenleerlijnen zijn opgebouwd volgens het ijsbergmodel van Boswinkel &

Moerlands. De zichtbare top van de ijsberg refereert aan formele bewerkingen. Alles

onder water is het drijfvermogen: de basis die moet worden gelegd om te komen tot

formele bewerkingen. Zo wordt een stevige basis gelegd en kun je gemakkelijk een

stapje terug doen, als een leerling bijvoorbeeld vastloopt.

Niveau 1: verkenning

De onderste laag is het meest basale niveau waarin de leerlingen kennismaken met

het subdomein. Ze gaan bijvoorbeeld op zoek naar getallen en worden zich bewust

van getallen en bewerkingen om zich heen of verdelen een taart in twee gelijke

stukken en benoemen beide stukken als ‘een half’.

Niveau 2: (on)gestructureerde materialen

Op het middelste niveau maken leerlingen kennis met materialen die de concrete

werkelijkheid representeren. Denk aan vingers, een rekenrek en bijvoorbeeld

breukstokken. Materialen worden vaak gebruikt om structuur aan te brengen in een

ongestructureerde situatie (bijvoorbeeld fiches) of hebben zelf structuur (rekenrek).

Op dit niveau zijn de hoeveelheden nog wel één voor één telbaar, ook al heeft het

materiaal zelf wel een structuur, zoals bijvoorbeeld bij het rekenrek.

9

Niveau 3: getalrelaties

Op dit niveau moeten de leerlingen met grotere aantallen rekenen, omdat de

hoeveelheden niet meer één voor één telbaar zijn. Denk hier aan het werken met

geld of met maten en gewichten. Leerlingen zien op dit niveau een getal als een

samenstelling van andere getallen. Zo is 8 op 2 na 10, twee groepjes van 4, vier

groepjes van 2, of een groepje van 5 en een groepje van 3

Snappet Rekenleerdoelen werkt met weken en heeft lesstof voor 36 weken in een

schooljaar. Per week worden 1 of 2 rekendoelen aangeboden passend bij het

leerjaar en per les wordt 1 rekendoel aangeboden door leerkracht en verwerkt door

de leerling. Dat betekent dat er in 1 week 2 instructielessen gegeven worden en 2

zelfstandig werken lessen. Tijdens de 5e les werken de leerlingen aan het

werkpakket binnen Snappet. In dit werkpakket worden de rekendoelen van die week

geplaatst zodat de leerlingen er extra aan kunnen werken. Zo kan de leerkracht

differentiëren, dus kan er goed aangesloten worden aan de leerbehoeften van elke

leerling.

Binnen Snappet Rekenleerdoelen zijn drie leerroutes beschikbaar die aansluiten aan

het niveau van elke leerling. Dat zorgt ervoor dat Snappet Rekenleerdoelen niet

werkt met toetsen. Per leerling wordt na elke les geanalyseerd hoe de vorderingen

van de leerling zijn en hoe de vaardigheid van deze leerling is. Zo hebben we elke

leerling perfect en duidelijk in beeld.

10

Snappet Tabletonderwijs: We werken in groep 4 t/m 8 met tablets. Met Snappet heeft ieder kind op een eigen tablet toegang tot les- en oefenmateriaal op het niveau dat bij hem/haar past. Het sluit prima aan op onze lesmethodes en het ondersteunt de leerkracht. In de tijd dat we met Snappet werken, hebben we al veel voordelen ontdekt voor kinderen en leerkrachten: Voor de kinderen:

- verhoogde motivatie en concentratie. - kinderen maken meer opgaven. - de kinderen weten meteen of ze een opgave goed of fout hebben gemaakt

(directe feedback) - ze krijgen meer (individuele) instructie. - de kinderen kunnen op hun eigen niveau werken. - ze zien hun voortgang en leren met eigen leerdoelen te werken. - de ondersteunende filmpjes zijn erg leerzaam.

Voor de leerkracht:

- de voortgang van het leerproces is van ieder kind op ieder moment zichtbaar. Je kunt direct hulp bieden.

- de leerkracht heeft meer tijd voor instructie en lesvoorbereiding doordat het computerprogramma alles corrigeert.

- je hebt een beter overzicht over de prestaties van de kinderen en je hebt een beter inzicht in de soort fouten die het kind maakt.

We gaan in het nieuwe schooljaar weer met groot enthousiasme aan de slag met onze tablets. Wilt u er meer over lezen, kijk op: http://nl.snappet.org

11

Catechese

We werken met een bijbelrooster. Dat zijn verschillende bijbelverhalen die in de klas voorgelezen worden. Er zijn vieringen met Kerstmis en Pasen en er wordt aandacht besteed aan andere kerkelijke feesten. In groep 4 kunnen de kinderen hun Eerste Communie doen. Zíj werken dan o.l.v. ouders aan een communieproject. Een uitnodiging hiervoor komt vanuit de parochie.

Sociaal−emotionele ontwikkeling. 1 keer per week werken we met de kinderen, m.b.v. de methode LEEFSTIJL, aan de volgende thema's:

− Ik en mijn klas

− Hoe gaan we met elkaar om

− Dit ben ik

− Wat ik voel

− Mensen die belangrijk voor me zijn

− Samen spelen

− Zorgen voor mezelf

− Ik kan kiezen. Centraal staat natuurlijk onze gouden regel:

Ik zorg goed voor mezelf, de ander en mijn omgeving

Expressie Tekenen − handvaardigheid − muziek We proberen zoveel mogelijk technieken aanbod te laten komen. Vaak zijn deze lessen een vervolg op andere lessen. (b.v. tekenopdracht n.a.v. taalles). Daarnaast gebruiken we muzieklessen uit de methode Muziek moet je doen. Lichamelijke oefening Groep 4 heeft op woensdagochtend gym in de gymzaal van de Werft. We gaan hier te voet naar toe. Wilt u er voor zorgen dat uw kind op die dag gepaste gymkleding bij zich heeft in een afgesloten tas en sieraden thuis laat. Probeert u er a.u.b. ook aan te denken om op die dag de kinderen kleding aan te laten doen, die ze zelf gemakkelijk aan en uit kunnen doen. We vertrekken meteen om half negen. Het fruit eten we als we weer terug op school zijn. Daarom dit graag in een aparte tas meegeven, we laten die tas op school.

12

Computer We gebruiken regelmatig een laptop voor het verwerken van lesstof. We oefenen dan o.a. de woorden van spelling, maar ook de tafels die in het tweede deel van groep 4 aan de orde komen. We maken veel gebruik van het programma Ambrasoft.

Kennisgebieden

Wereldorientatie: We gebruiken de methode Faqta. Er wordt gewerkt met thema’s waarbij zowel natuurkunde,aardrijkskunde, geschiedenis en techniek aan bod komen. Verkeer

Aan de hand van een lesboek en een werkboek van de methode Wijzer door het verkeer praten we over veilige en onveilige situaties m.b.t. het verkeer.

Thema’s zijn o.a.: - de fiets - veilig spelen en oversteken. De methode is vooral praktijkgericht.

13

Werken met het planbord Drie keer per week werken de kinderen zelfstandig. Ze plannen zelf hun moet-taak en als deze taak klaar is, mogen zij een opdracht kiezen uit de keuze-taken. Aan het einde van de week moeten alle moet-taken klaar zijn. Tijdens het zelfstandig werken heeft de leerkracht aandacht voor extra begeleiding. De leerkracht kan dan werken met individuele kinderen of met een klein groepje. Daarnaast is er tijd voor extra werk (keuzetaken), voor een gesprekje of voor hulp aan kinderen die ziek zijn geweest.

14

15