Huisstijlsjablonen VVKSOond.vvkso-ict.com/leerplannen/doc/word/Modevormgevi…  · Web...

76
MODEVORMGEVING VIERDE GRAAD BSO LEERPLAN SECUNDAIR ONDERWIJS September 2003 LICAP – BRUSSEL D/2003/0279/023

Transcript of Huisstijlsjablonen VVKSOond.vvkso-ict.com/leerplannen/doc/word/Modevormgevi…  · Web...

Page 1: Huisstijlsjablonen VVKSOond.vvkso-ict.com/leerplannen/doc/word/Modevormgevi…  · Web viewInhoud3. 4de graad BSO25. Modevormgeving – ModetekenenD/2003/0279/023. 544de graad BSO.

MODEVORMGEVINGVIERDE GRAAD BSO

LEERPLAN SECUNDAIR ONDERWIJS

September 2003LICAP – BRUSSEL D/2003/0279/023

Page 2: Huisstijlsjablonen VVKSOond.vvkso-ict.com/leerplannen/doc/word/Modevormgevi…  · Web viewInhoud3. 4de graad BSO25. Modevormgeving – ModetekenenD/2003/0279/023. 544de graad BSO.

MODEVORMGEVINGVIERDE GRAAD BSO

LEERPLAN SECUNDAIR ONDERWIJS

LICAP – BRUSSEL D/2003/0279/023September 2003

(Vervangt D/1996/0279/032)

Vlaams Verbond van het Katholiek Secundair OnderwijsGuimardstraat 1, 1040 Brussel

Page 3: Huisstijlsjablonen VVKSOond.vvkso-ict.com/leerplannen/doc/word/Modevormgevi…  · Web viewInhoud3. 4de graad BSO25. Modevormgeving – ModetekenenD/2003/0279/023. 544de graad BSO.

Algemene inhoud

LESSENTABEL..................................................................................................................................................... 5

ALGEMEEN DEEL................................................................................................................................................ 7

MODETEKENEN....................................................................................................................19

MODEVORMGEVING......................................................................................................................................... 29

STAGES........................................................................................................................................................ 55

4de graad BSO 3Modevormgeving D/2003/0279/023

Page 4: Huisstijlsjablonen VVKSOond.vvkso-ict.com/leerplannen/doc/word/Modevormgevi…  · Web viewInhoud3. 4de graad BSO25. Modevormgeving – ModetekenenD/2003/0279/023. 544de graad BSO.

LESSENTABEL

MODEVORMGEVING

Leerplan- Pedagogische uren/week Administratievenummer vakbenaming vakbenaming

Basisvorming en fundamenteel gedeelteTotaal 28 28

2000/034 Godsdienst 1 1 AV Godsdienst1996/071 Frans 1 1 AV Frans1996/071 Nederlands 2 2 AV Nederlands2003/023 Modetekenen 2 2 AV Plastische opvoeding

KV Beeldende vormingModevormgeving 20 20 12 12 PV Praktijk Kleding

8 8 TV KledingStages 2 2 PV Stages Kleding

Complementair gedeelteMaximum 8 8

1996/071 Engels 2 2 AV EngelsFrans 1 1 AV Frans

1996/067 Bedrijfsbeheer 2 2 TV Toegepaste economie2003/023 Modevormgeving 4 4 PV Praktijk Kleding

Voor deze vakken werd het leerplan in de brochure opgenomen.

4de graad BSO 5Modevormgeving D/2003/0279/023

Page 5: Huisstijlsjablonen VVKSOond.vvkso-ict.com/leerplannen/doc/word/Modevormgevi…  · Web viewInhoud3. 4de graad BSO25. Modevormgeving – ModetekenenD/2003/0279/023. 544de graad BSO.

6 4de graad BSOD/2003/0279/023 Modevormgeving – Algemeen deel

Page 6: Huisstijlsjablonen VVKSOond.vvkso-ict.com/leerplannen/doc/word/Modevormgevi…  · Web viewInhoud3. 4de graad BSO25. Modevormgeving – ModetekenenD/2003/0279/023. 544de graad BSO.

4de graad BSO 7Modevormgeving – Algemeen deel D/2003/0279/023

Page 7: Huisstijlsjablonen VVKSOond.vvkso-ict.com/leerplannen/doc/word/Modevormgevi…  · Web viewInhoud3. 4de graad BSO25. Modevormgeving – ModetekenenD/2003/0279/023. 544de graad BSO.

Inhoud

1 TOELATINGS- EN OVERGANGSVOORWAARDEN..................................................9

2 DOELGROEP..............................................................................................................92.1 Leerlingen met een vooropleiding Mode................................................................................................92.2 Leerlingen zonder vooropleiding Mode..................................................................................................9

3 STUDIEBEKRACHTIGING..........................................................................................9

4 LEERLINGPROFIEL..................................................................................................10

5 STUDIEPROFIEL......................................................................................................10

6 BEROEPSPROFIEL..................................................................................................10

7 TEWERKSTELLING..................................................................................................11

8 VERDERE STUDIES.................................................................................................12

9..........

HET LEERPLAN EN HET OPVOEDINGSPROJECT................................................12

10 EVALUATIE...............................................................................................................1210.1 Situering en belang van de evaluatie...................................................................................................1310.2 Product- en procesevaluatie.................................................................................................................1510.3 Eisen ten aanzien van toetsen (productevaluatie)................................................................................1510.4 Evaluatie van attitudes.........................................................................................................................16

8 4de graad BSOD/2003/0279/023 Modevormgeving – Algemeen deel

MODEVORMGEVINGVIERDE GRAAD BSO

ALGEMEEN DEEL

Page 8: Huisstijlsjablonen VVKSOond.vvkso-ict.com/leerplannen/doc/word/Modevormgevi…  · Web viewInhoud3. 4de graad BSO25. Modevormgeving – ModetekenenD/2003/0279/023. 544de graad BSO.

11 GEÏNTEGREERDE PROEF......................................................................................1611.1 Relatie tussen stage en geïntegreerde proef.......................................................................................1611.2 Richtlijnen voor de organisatie van de geïntegreerde proef.................................................................17

12 NUTTIGE ADRESSEN..............................................................................................17

4de graad BSO 9Modevormgeving – Algemeen deel D/2003/0279/023

Page 9: Huisstijlsjablonen VVKSOond.vvkso-ict.com/leerplannen/doc/word/Modevormgevi…  · Web viewInhoud3. 4de graad BSO25. Modevormgeving – ModetekenenD/2003/0279/023. 544de graad BSO.

1 TOELATINGS- EN OVERGANGSVOORWAARDEN

– Besluit van de Vlaamse regering van 19 juli 2002 betreffende de organisatie van het voltijds secundair onderwijs, artikel 27 1

– Ministeriële omzendbrief SO 64 van 25 juni 1999 betreffende “Structuur en organisatie van het voltijds secundair onderwijs”, punt 7.2.21.1 en 7.2.21.2. 2

2 DOELGROEP

2.1 Leerlingen met een vooropleiding Mode

In eerste instantie zijn het leerlingen die het:

– 2de leerjaar van de derde graad “Moderealisatie en- verkoop BSO” met vrucht hebben beëindigd.

– 2de leerjaar van de derde graad Creatie en mode TSO met vrucht hebben beëindigd.

Daarnaast wil men afgestudeerden van het hoger onderwijs aantrekken die één van de volgende basisopleidingen hebben gevolgd: confectie, kleding-technisch-technologische opvoeding, technisch-technologische opvoeding-optie kleding.

2.2 Leerlingen zonder vooropleiding Mode

Naast bovenstaande groep is er ook grote belangstelling van afgestudeerden uit ASO-, KSO- en andere TSO-studierichtingen.

3 STUDIEBEKRACHTIGING

Wat de studiebekrachtiging betreft, verwijzen we hier ook naar de ministeriële omzendbrief SO64 van 25 juni 1999 betreffende “Structuur en organisatie van het voltijds secundair onderwijs”, punt 8.2.1.17 en punt 8.2.1.18. 3

1 U surft naar http://edulex.Vlaanderen.be. U vindt het besluit door achtereenvolgens te klikken op “via delen en rubrieken in de wetgeving”, “Secundair Onderwijs” en “Organisatie en Structuren”.

2 2 Idem.3 3 Idem.

10 4de graad BSOD/2003/0279/023 Modevormgeving – Algemeen deel

Page 10: Huisstijlsjablonen VVKSOond.vvkso-ict.com/leerplannen/doc/word/Modevormgevi…  · Web viewInhoud3. 4de graad BSO25. Modevormgeving – ModetekenenD/2003/0279/023. 544de graad BSO.

4 LEERLINGPROFIEL

De leerling die kiest voor “Modevormgeving” vindt mode boeiend en is modebewust.

Hij heeft:– gevoel voor vormen en verhoudingen;

– zin om zijn creativiteit te visualiseren;

– feeling voor kleurencombinaties;

– interesse om met een kritische ingesteldheid een kwaliteitsvol product te vervaardigen;

– basisvaardigheden van ICT (informatie en communicatie technologie).

De sterke motivatie en inzet van de leerlingen zonder vooropleiding biedt hen kansen om te slagen. Deze leerlingen hebben meestal een voorsprong wat cognitieve vaardigheden betreft. De specifieke manuele vaardigheden die ze bij aanvang nog niet bezitten, moeten ze zo snel mogelijk verwerven.

5 STUDIEPROFIEL

De opleiding in de 4de graad BSO “Modevormgeving” heeft tot doel het vormgeven en realiseren van kleding en accessoires in zijn ruimste betekenis. De creativiteit van de leerling wordt optimaal ontwikkeld in de weg van idee tot product.

Zeer uiteenlopende situaties worden behandeld:– kleding voor verschillende leeftijden, conformatie en geslachten,

– kleding gesitueerd in de couture, de confectie en de distributie,

– kleding in alle genres.

De inhouden worden door samenwerking met het arbeidsveld via de stages regelmatig bijgestuurd. Door het bevragen van ‘afnemers’ kan men de opleiding voortdurend actualiseren en aanpassen aan de regionale tewerkstelling.

De toenemende vraag naar samenwerking vanuit de vermaarde Antwerpse Modeacademie illustreert duidelijk de behoefte aan het opleidingsprofiel dat de 4de graad BSO “Modevormgeving” biedt. Een modelliste moet immers beschikken over veel creatietalent, vaktechnisch inzicht en vaardigheid om een ontwerptekening behoorlijk te kunnen vertalen naar een driedimensionale vorm.

6 BEROEPSPROFIEL

De sector waarin afgestudeerden van het Modeonderwijs tewerkgesteld worden, heeft een grote diversiteit. Actief zijn in de modesector vraagt steeds meer vakkundigheid op diverse niveaus.

De vakbekwaamheid die afgestudeerden uit de 4de graad BSO “Modevormgeving” hebben, komt tegemoet aan de vraag van confectiebedrijven en de maatkledingsector.

Door de evolutie in de confectienijverheid (delocalisatie) is de vraag naar goed opgeleide, polyvalente werknemers toegenomen. De tijd van minder- of niet-geschoolde werknemers in een confectiebedrijf is voorbij. Het antwoord van de Belgische confectie op de ontwikkelingen van de laatste jaren is immers betrachten van hoge kwaliteit, vlug wisselende collecties, snelle leveringen. Het spreekt voor zich dat

4de graad BSO 11Modevormgeving – Algemeen deel D/2003/0279/023

Page 11: Huisstijlsjablonen VVKSOond.vvkso-ict.com/leerplannen/doc/word/Modevormgevi…  · Web viewInhoud3. 4de graad BSO25. Modevormgeving – ModetekenenD/2003/0279/023. 544de graad BSO.

bedrijven voor het realiseren van deze doelstellingen een beroep willen doen op vakmensen die op diverse plaatsen inzetbaar zijn. De meest gevraagde beroepen zijn de patroonmaakster en de modellenmaakster.

Patroonmaakster:4

Het maken en intekenen van patronen, zowel manueel als met een CAD-systeem, maakt deel uit van de ontwerpfase en gebeurt in nauwe samenwerking en wisselwerking met de stilist en de modellenmaakster. De stilist bezorgt het ontwerp. In een volgende fase zal hiervan een patroon gemaakt worden. Op basis van dit patroon wordt vervolgens een prototype gerealiseerd door de modellenmaakster. Na eventuele wijzigingen aangebracht aan het patroon, op verzoek van de stilist en de modellenmaakster, kan het patroon worden gegradeerd naar andere maten. Al de patroondelen worden geschikt op een zo efficiënt mogelijke manier en dit resulteert in een snijplan.

Modellenmaakster5

De functie van modellenmaakster lijkt qua takenpakket sterk op een combinatie van drie beroepen. Ze is in eerste instantie een ‘superstikster’. Het is belangrijk dat de modellenmaakster kwalitatief hoogstaand kan strijken. Tenslotte moet ze ook vaak zelf snijden. Maar dit doet ze doorgaans manueel. De modellenmaakster maakt het model of het eerste exemplaar van een confectiestuk. Ze werkt op basis van een foto of tekening en opdrachtfiche van de ontwerper en met een patroon van de patroonmaakster. Tijdens haar werk controleert ze de technische aspecten van het patroon – en eventueel het ontwerp – en zoekt ze naar de beste werkvolgorde en afwerkingstechnieken. Ze bespreekt dit model met de patroonmaakster en vervolgens met de atelierleidster. Ze streeft in haar werk naar modellen die enerzijds getrouw zijn aan het ontwerp en anderzijds zo kwalitatief en economisch mogelijk kunnen worden geproduceerd.

Door deze ruime opleiding kan een afgestudeerde van de 4de graad BSO “Modevormgeving” ook aan de slag als zelfstandig kleermaker, assistent bij een modeontwerper, retoucheuse in een bruidskledingzaak, in een kostuumafdeling van theatergezelschappen, stylingstudio’s of productiehuizen, of als medewerker in alle sectoren waar textielverwerking aan bod komt. Dit zijn bijna allemaal functies waarbij men steunt op hoger vermelde beroepen namelijk de patroonmaakster en de modellenmaakster.

7 TEWERKSTELLING

Opleiding voor functies:

– technisch medewerker van stilist en modeontwerper:

• omzetten van een tekening tot patroon manueel of met computer

• model (prototype) uitvoeren en aanpassen aan de visie van de ontwerper

• realiseren van bijbehorende accessoires zoals ceintuurs, hoofddeksels, handtassen, juwelen …

– medewerker in een modebedrijf:

• patroonmaakster

• modellenmaakster

• productieverantwoordelijke

4 4 Beroepsprofiel Patroonmaakster/-intekenaarster (m/v), IVOC-SERV, december 2000, D/2000/4665/46.5 5 Beroepsprofiel Modellenmaakster, SERV, september 2002, D/2002/4665/46.

12 4de graad BSOD/2003/0279/023 Modevormgeving – Algemeen deel

Page 12: Huisstijlsjablonen VVKSOond.vvkso-ict.com/leerplannen/doc/word/Modevormgevi…  · Web viewInhoud3. 4de graad BSO25. Modevormgeving – ModetekenenD/2003/0279/023. 544de graad BSO.

– medewerker in een modezaak

• retoucheren

• realiseren van modellen voor klanten met maatproblemen en/of exclusieve wensen

– creatief medewerker in de kostuumafdeling van theatergroepen, stylingstudio’s of productiehuizen:

• retoucheren

• maken van accessoires

• maatwerk: patronen en creatieve modellen uitvoeren

– flexibele medewerker in sectoren verwant aan (of ten behoeve van) de modesector in ruimere zin:

• weefselmanipulatie

• binnenhuisdecoratie

• modist

• leder- en bontbewerker

Verscheidene functies kunnen op zelfstandige basis worden opgenomen.

8 VERDERE STUDIES

De afgestudeerden van de vierde graad Modevormgeving BSO hebben een degelijke vakkennis opgedaan. De nodige nuttige ervaring en het behalen van een ‘Getuigschrift van Pedagogische Bekwaamheid’ kan hen een startbekwaamheid geven als praktijkleraar in het onderwijs.

Zij kunnen zich nog verder specialiseren in bepaalde aspecten van hun opleiding zoals ontwerpen, patronen tekenen met diverse CAD-systemen enzovoort.

Hoger onderwijs van het korte type zoals een graduaat confectie en textiel behoort tot de mogelijkheden.

9 HET LEERPLAN EN HET OPVOEDINGSPROJECT

Een school wil haar leerlingen mèèr meegeven dan louter vakkennis. Haar intentieverklaring in dit verband is te vinden in het opvoedingsproject, waarin ook waardeopvoeding en christelijke duiding zijn opgenomen. Een leraar in een katholieke school heeft de taak om, waar de kans zich voordoet, naar het opvoedingsproject of een aspect daarvan te refereren. Als (mede)drager van het christelijk opvoedingsproject is hij alert voor elke kans die de school- en klasgebeuren biedt op de diepere dimensie aan te reiken. Hoe meer de leraar de leerlingen persoonlijk kent, hoe meer hij zal aanvoelen wanneer er openheid is om met de leerlingen door te stoten naar zins- en zijnsvragen.

10 EVALUATIE

Vooraf: in deze leerplannen is verschillende keren sprake van evaluatie, maar de context kan verschillend zijn. Zo is er sprake van de evaluatie van het afgewerkte product als laatste fase van het realisatieproces zelf (technologisch stappenplan). Deze vorm van evaluatie valt te onderscheiden van de evaluatie van de leerling enerzijds en van de leraar anderzijds.

4de graad BSO 13Modevormgeving – Algemeen deel D/2003/0279/023

Page 13: Huisstijlsjablonen VVKSOond.vvkso-ict.com/leerplannen/doc/word/Modevormgevi…  · Web viewInhoud3. 4de graad BSO25. Modevormgeving – ModetekenenD/2003/0279/023. 544de graad BSO.

10.1 Situering en belang van de evaluatie

Evaluatie is het aspect van het didactisch proces waarbij gepoogd wordt zich een oordeel te vormen over de efficiëntie – van het leerproces dat de leerling heeft doorgemaakt, rekening houdend met de beginsituatie en de

vooropgestelde doelstellingen;

– van de verschillende componenten die daartoe hebben bijgedragen.

Een goede evaluatie verstrekt dus zowel informatie omtrent de leerresultaten en het leerproces van de leerling, als over de didactische aanpak door de leraar. Hier beperken we ons tot de evaluatie van de leerling.

14 4de graad BSOD/2003/0279/023 Modevormgeving – Algemeen deel

Page 14: Huisstijlsjablonen VVKSOond.vvkso-ict.com/leerplannen/doc/word/Modevormgevi…  · Web viewInhoud3. 4de graad BSO25. Modevormgeving – ModetekenenD/2003/0279/023. 544de graad BSO.

Leerinhouden

doelstellingen

evaluatie

beginsituatie

onderwijsleersituatie

onderwijsleersituatie

Leer- processen

Onderwijsstijlen en didactische werkvormen

media

groeperingsvormen

Didactisch model naar E. De Corte e.a.

Evaluatie van de leerling is een proces waarbij men aan gedragingen en onderwijsresultaten, op systematische wijze verzameld, een waarde toekent en op basis van die waarde beslissingen neemt voor de toekomst. Men onderkent in dit proces drie stappen:1 meten: gebruik maken van een meeteenheid,2 beoordelen: vergelijken met een norm,3 beslissen over de studievoortgang van de leerling.

Evaluatie veronderstelt ook rapportering: de informatie die de leraar haalt uit de evaluatie, zal aan de leerling en zijn ouders moeten meegedeeld worden. Beslissen over de studievoortgang betekent niet louter het toekennen van een A-, B-, of C-attest, maar heeft vooral te maken met remediëring in de loop van het leerproces. Die remediëring helpt de leerling zijn leerproces en -resultaten te optimaliseren.

4de graad BSO 15Modevormgeving – Algemeen deel D/2003/0279/023

Page 15: Huisstijlsjablonen VVKSOond.vvkso-ict.com/leerplannen/doc/word/Modevormgevi…  · Web viewInhoud3. 4de graad BSO25. Modevormgeving – ModetekenenD/2003/0279/023. 544de graad BSO.

10.2 Product- en procesevaluatie

Zoals bij de evaluatie binnen het technologisch proces, kan men hier ook spreken van product- en procesevaluatie. Het product is in dit geval: de toets, het examen, het gerealiseerde werkstuk ... Men zou kunnen stellen dat dit het enige is dat wordt gemeten en beoordeeld. De beslissingen over de studievoortgang hangen in dit geval samen met de beoordeling van het (eind)resultaat dat de leerling behaalt, los van bv. zijn beginsituatie, zijn inzet, enz.

Vanuit de ervaring dat slaagkansen, zowel in verdere studies als in het beroepsleven, niet alleen voortvloeien uit de eindbeoordeling, en vanuit een meer leerlinggericht denken, is men de afgelopen jaren meer aandacht gaan besteden aan procesevaluatie. Niet alleen het product van het leren wordt gemeten en beoordeeld, maar de hele weg die de (individuele) lerende heeft afgelegd. Op die manier kan men andere elementen in rekening brengen, bv. de weg die de leerling heeft afgelegd om het bekomen resultaat te behalen, de geleverde inspanning, de attitudevorming, enz.

Het spreekt voor zichzelf dat procesevaluatie slechts kan wanneer men het proces op de voet volgt en dus permanent evalueert. Dit hoeft een evaluatie over een groter geheel niet uit te sluiten. Permanente evaluatie laat toe tijdig bij te sturen en zal de efficiëntie van het didactisch proces vergroten, zeker wanneer de leraar niet alleen de leerling bijstuurt, maar ook bereid is zijn eigen didactisch handelen in vraag te stellen en aan te passen.

10.3 Eisen ten aanzien van toetsen (productevaluatie)

10.3.1 Validiteit: meten wat men wil weten

Een leraar wil met een evaluatie-instrument informatie inwinnen over het al dan niet bereiken van de vooropgezette doelen (productevaluatie) of over de facetten van het leerproces (procesevaluatie).

Bij productevaluatie moet een goede proef een representatief staal toetsen uit de reeks doelstellingen die de leraar wenst te realiseren. De proef representeert dus niet noodzakelijk alle doelen die nagestreefd werden.Bv. bij een les: “inzicht in een modelpatroon” worden doelen nagestreefd in verband met benamingen van delen en omtreklijnen en aantal maten in een reeks. Indien de toets slechts opgaven bevat over benamingen van omtreklijnen dan worden meerdere doelen over het hoofd gezien.

10.3.2 Betrouwbaarheid: nauwkeurig en objectief het bereikte leerresultaat weergeven

Als er gesproken wordt over de betrouwbaarheid van een proef, dan heeft men het over de nauwkeurigheid en objectiviteit waarmee een score de prestatie van de leerling weergeeft. Betrouwbaar is een proef die het leergedrag (kwantitatief of kwalitatief) of leerresultaat beschrijft. Een leraar moet zich realiseren dat een toets nooit perfect betrouwbaar is, maar hij dient wel te streven naar een zo hoog mogelijke graad van betrouwbaarheid.Leraren en leerlingen wensen dat de uitslag van een toets een eerlijk, waarheidsgetrouw beeld geeft van de geleverde prestatie. Bij een proef die objectief afgenomen, gecorrigeerd en gequoteerd wordt, is bij eenzelfde prestatie van twee verschillende leerlingen het resultaat noodzakelijk gelijk.Bij een objectieve proef moet het resultaat bij gelijke prestaties dus hetzelfde zijn, ongeacht wie de toets afneemt, corrigeert of quoteert.

16 4de graad BSOD/2003/0279/023 Modevormgeving – Algemeen deel

Page 16: Huisstijlsjablonen VVKSOond.vvkso-ict.com/leerplannen/doc/word/Modevormgevi…  · Web viewInhoud3. 4de graad BSO25. Modevormgeving – ModetekenenD/2003/0279/023. 544de graad BSO.

10.4 Evaluatie van attitudes

Naast kennis en vaardigheden worden attitudes steeds belangrijker, ook in het bedrijfsleven. Via diverse kanalen krijgt het onderwijs signalen om aan attitudevorming meer aandacht te besteden. Vanuit het bedrijfsleven werd een “Schaal voor AttitudeMeting” (SAM) aangereikt door het VKW (Verbond van Kristelijke Werkgevers en kaderleden) die in het bedrijfsleven hanteerbaar is en die voor het onderwijs een inspiratiebron kan zijn. Vanuit het lerarenteam/de vakwerkgroep kunnen per graad attitudes vooropgesteld worden waaraan binnen alle vakken gewerkt wordt. Daarnaast wordt door de leraar Mode gewerkt aan de vorming van de attitudes die het leerplan vooropstelt. De verschillende niveaus worden leerlinggericht uitgeschreven.Om tot een besluit te komen zijn talrijke observaties nodig. Men kan niet altijd alle attitudes evalueren, men zal volgens de lessoort een keuze moeten maken.

11 GEÏNTEGREERDE PROEF

– De wettelijke en reglementaire basis voor de geïntegreerde proef is te vinden in:

• het besluit van de Vlaamse regering van 19 juli 2002 betreffende de organisatie van het voltijds secundair onderwijs, i.c. artikel 56,§1;

• de ministeriële omzendbrief SO64 van 25 juni 1999 betreffende “Structuur en organisatie van het voltijds secundair onderwijs”, i.c. punt 8.1.1.

– Het VVKSO, Guimardstraat 1, 1040 Brussel, publiceerde in verband met de geïntegreerde proef de volgende uitgave:

• het document “De geïntegreerde proef”;6

Verder verwijzen wij naar de Algemene Pedagogische Reglementering voor het voltijds secundair onderwijs nr. 3 van 30 maart 2000 betreffende “De deliberatie op het einde van het schooljaar” (Kl. 62.03).

11.1 Relatie tussen stage en geïntegreerde proef

De term geïntegreerde proef verwijst naar de absolute noodzaak geïntegreerd te werken. Vanuit de klassenraden kunnen afspraken gemaakt worden betreffende de planning, het proces en productevaluatie die men in de opleiding wenst te verwezenlijken. Geïntegreerd werken verondersteld vakoverschrijdend werken met zowel cognitieve, affectieve en psychomotorische doelstellingen en komen tot het niveau van toepassen en integreren.

De mogelijkheid bij uitstek om dit te verwezenlijken is stage. Vandaar dat stage en opdrachten op stage een onmisbaar onderdeel van de geïntegreerde proef dienen te vormen. Opdrachten worden best geformuleerd in gezamenlijk overleg tussen vakleraren en stagebegeleiders en dienen leerlingen te helpen om de linken tussen theorie en praktijk en vice versa te leggen. Deze opdrachten kunnen opgevolgd worden in de lessen doch dienen ook begeleid te worden door stagebegeleider en stagementor.

Toch is de geïntegreerde proef meer dan stage alleen. Opdrachten uit bepaalde vakken kunnen gerelateerd worden aan stage, maar er zullen ook opdrachten zijn die op de stage geen betrekking hebben.

Leerlingen dienen goed geïnformeerd te worden over de inhoud en de doelstellingen van de geïntegreerde proef. Een belangrijk aspect is het proces dat de leerling mag doorlopen en waarbij planning, regelmatige zelfevaluatie en heldere bijsturing onontbeerlijk zijn.

6 6 Dit document kan men raadplegen op de website van het Verbond (U surft naar http://www.vsko.be/vvkso. Vervolgens klikt u in de rubriek “Nieuws” op “Nieuws op de website” en op “2002-05-28 De geïntegreerde proef”).

4de graad BSO 17Modevormgeving – Algemeen deel D/2003/0279/023

Page 17: Huisstijlsjablonen VVKSOond.vvkso-ict.com/leerplannen/doc/word/Modevormgevi…  · Web viewInhoud3. 4de graad BSO25. Modevormgeving – ModetekenenD/2003/0279/023. 544de graad BSO.

Leerlingen kunnen dus het leerproces zelf mee bepalen en weten steeds duidelijk waar ze aan toe zijn. Een vorm van schriftelijk bijhouden van dit proces is noodzakelijk. De schriftelijke neerslag van deze opdrachten of de map met stageopdrachten (met inbegrip van bijsturingen) kan toegelicht worden door de leerling voor een jury doch daar mag het hoofdaccent niet op liggen. Het is evenmin een noodzaak dat leerlingen een ‘eindwerk’ maken.Een goede opvolging en begeleiding bij de geïntegreerde proef is noodzakelijk: vakleraren, stagebegeleiders en stagementoren hebben daar een rol in.

De evaluatie van de geïntegreerde proef zal bestaan uit een proces- en productevaluatie volgens vooraf concreet geformuleerde doelstellingen en criteria die voor alle partijen duidelijk zijn. Deze evaluatie kan bijvoorbeeld plaats vinden na elke stageperiode waarbij de stagementor als extern jurylid fungeert of op het einde van de graad. Op het einde van de graad dient er een totaalbeslissing genomen te worden door de klassenraad.

11.2 Richtlijnen voor de organisatie van de geïntegreerde proef

– De geïntegreerde proef die in de loop van het tweede leerjaar van de vierde graad moet georganiseerd worden, wil het geheel van kennis, vaardigheden en attitudes gericht op beroepsactiviteit evalueren.

– Al de vakken van het fundamenteel gedeelte sluiten aan. De vakken van de basisvorming en het complementair gedeelte werken best mee. De geïntegreerde proef heeft een vakoverschrijdend, een beroeps-- en realiteitsgebonden karakter.

– De te realiseren opdrachten worden in overleg met de leraren gekozen.

– De leraren stellen het tijdschema op, er wordt bepaald op welke momenten de deelopdrachten moeten uitgevoerd zijn. Een aantal opdrachten situeren zich op het einde van het schooljaar.

– In de beoordelingsjury zitten in ieder geval ook deskundigen uit de sector (zaakvoerder van modewinkel, kleermaakster, retoucheuse ...), die ook vanaf het begin moeten worden betrokken bij het gebeuren.

– De leraar volgt de specifieke organisatorische maatregelen, gevraagd voor de geïntegreerde proef. Voor elke leerling wordt de afzonderlijke bijdrage duidelijk geïdentificeerd en geëvalueerd, nietttegenstaande er voor bepaalde opdrachten in groep wordt gewerkt.

12 NUTTIGE ADRESSEN

ALGEMEEN BELGISCH VLASVERBOND, Oude Vestingstraat 15, 8500 Kortrijk, tel. 056 22 02 61.

COBOT (Opleidingscentrum voor Textiel en Breigoed), Poortakkerstraat 92, 9051 Sint-Denijs-Westrem, tel. 09 222 26 14 – http://www.cobot.skynet.be.

DE BRUG, Phoenixstraat 1, 9000 Gent, tel. 09 226 38 69.

DEPARTEMENT ONDERWIJS, Afdeling Informatie en Documentatie, Cel Publicaties, Hendrik Consciencegebouw, Emile Jacqmainlaan 165, 1210 Brussel, tel. 02 553 66 53, fax 02 553 66 54.

DETEX - TMO, Driebergsestraatweg 11, Postbus 183, 3940 AD Doorn NL, tel. 00 31 343 41 24 10.

DIENST EUROPESE PROJECTEN, Koningstraat 93, 1000 Brussel, tel. 02 227 14 11.

18 4de graad BSOD/2003/0279/023 Modevormgeving – Algemeen deel

Page 18: Huisstijlsjablonen VVKSOond.vvkso-ict.com/leerplannen/doc/word/Modevormgevi…  · Web viewInhoud3. 4de graad BSO25. Modevormgeving – ModetekenenD/2003/0279/023. 544de graad BSO.

Edu'ACTIEF, uitgeverij Meppel, Zomerdijk 9-e, 7942 JR Meppel, NL, Postbus 1056, 7940 KB Meppel, NL, tel. 00 31 522 23 52 35, fax 00 31 522 23 52 22, http://www.edu-actief.nl.

ETITEX, Europees Huis van Textiel en Kleding, Montoyerstraat 24, 1000 Brussel, tel. 02 238 10 11,fax 02 230 47 00.

FEDIS (Belgische Federatie van de distributieondernemingen), Sint-Bernardusstraat 60, 1060 Brussel, tel. 02 537 30 60, fax 02 539 40 26, http://www.fedis.be.

IPB (Instituut voor Praktische Bibliografie), Jezusstraat 16, 2000 Antwerpen, tel. 03 232 88 55.

IVOC (Instituut voor Vorming en Onderzoek in de Confectie), Montoyerstraat 31, 1000 Brussel, tel. 02 511 53 50, fax 02 511 71 91, http://www.ivoc.be.

LICAP (VVKSO), Guimardstraat 1, 1040 Brussel, tel. 02 509 96 70-72, fax 02 509 97 04.

MODE ... INFORMATION BELGIUM, Hubert Frère Orbanlaan 644/649, 9000 Gent, tel. 09 224 43 87, fax 09 224 43 95.

MODE UNIE (voor de Zelfstandige Modedetailhandel vzw), Tweekerkenstraat 29/5, 1000 Brussel, tel. 02 238 06 51, fax 02 230 64 44, - http://www.unizo.be.

OIVO, Ridderstraat 18, 1050 Brussel, tel. 02 547 06 11

OVD Uitgeverij bv., Postbus 331, 6710 BH Ede, Nederland, tel 00 31 318 64 99 99, fax 0031 318 64 06 46.

PROVINCIAAL INSTITUUT VOOR MILIEU-EDUCATIE, Mechelsesteenweg 365, 2500 Lier, tel. 015 31 95 11.

PROVINCIAAL VEILIGHEIDSINSTITUUT, Jezusstraat 28, 2000 Antwerpen, tel. 03 203 42 00.

SERV (Sociaal-Economisch Raad van Vlaanderen) ook SVT-Innovatie en Arbeid (Stichting Technologie Vlaanderen), Wetstraat 34 - 36, 1040 Brussel, Tel. 02 209 01 11- http://www.serv.be.

WOOLS OF NEW ZEALAND, R. Vandendriesschelaan 18, 1150 Brussel, tel. 02 772 79 00.

4de graad BSO 19Modevormgeving – Algemeen deel D/2003/0279/023

Page 19: Huisstijlsjablonen VVKSOond.vvkso-ict.com/leerplannen/doc/word/Modevormgevi…  · Web viewInhoud3. 4de graad BSO25. Modevormgeving – ModetekenenD/2003/0279/023. 544de graad BSO.

MODEVORMGEVINGVIERDE GRAAD BSO

AV PLASTISCHE OPVOEDING/KV BEELDENDE VORMING

MODETEKENEN

Eerste leerjaar: 2 uur/weekTweede leerjaar: 2 uur/week

20 4de graad BSOD/2003/0279/023 Modevormgeving – Algemeen deel

Page 20: Huisstijlsjablonen VVKSOond.vvkso-ict.com/leerplannen/doc/word/Modevormgevi…  · Web viewInhoud3. 4de graad BSO25. Modevormgeving – ModetekenenD/2003/0279/023. 544de graad BSO.

INHOUD

1 BEGINSITUATIE.......................................................................................................21

2 ALGEMENE DOELSTELLINGEN..............................................................................21

3 ALGEMENE PEDAGOGISCH-DIDACTISCHE WENKEN.........................................21

4 LEERPLANDOELSTELLINGEN, LEERINHOUDEN EN PEDAGOGISCH-DIDACTISCHE WENKEN..............................................................21

5 EVALUATIE...............................................................................................................25

6 MINIMALE MATERIËLE VEREISTEN.......................................................................25

7 BIBLIOGRAFIE..........................................................................................................267.1 Kunstbeschouwing als inspiratiebron...................................................................................................267.2 Bijzondere didactiek en methodiek.......................................................................................................27

4de graad BSO 21Modevormgeving – Modetekenen D/2003/0279/023

Page 21: Huisstijlsjablonen VVKSOond.vvkso-ict.com/leerplannen/doc/word/Modevormgevi…  · Web viewInhoud3. 4de graad BSO25. Modevormgeving – ModetekenenD/2003/0279/023. 544de graad BSO.

1 BEGINSITUATIE

De meeste leerlingen hebben een vooropleiding binnen het studiegebied Mode genoten.Er is ook belangstelling van afgestudeerden uit ASO- KSO- en andere TSO-studierichtingen.

Van leerlingen zonder vooropleiding wordt een extra inspanning gevraagd om via een oefenpakket op een vrij korte termijn de basisvaardigheden te verwerven.

2 ALGEMENE DOELSTELLINGEN

– Het esthetisch gevoel verder ontwikkelen.

– De techniek verwerven om ontwerpen visueel en aantrekkelijk voor te stellen.

– Analyseren van kleuren en originele kleurencombinaties toepassen in eigen ontwerpen en tekeningen.

– Diverse beeldende technieken zoals tekenen, schilderen, collages… gebruiken om elementen uit de

– mode weer te geven.

– Creatief omgaan met weefsels en andere materialen.

– Creatieve ondersteuning bieden aan het vak Modevormgeving.

3 ALGEMENE PEDAGOGISCH-DIDACTISCHE WENKEN

– Zo veel mogelijk werken in functie van opdrachten en projecten uit Modevormgeving.

– Een documentatiemap samenstellen met schraagfiguren, kleurencombinaties… die een ondersteuning kan zijn bij de uit te werken opdrachten.

– Zich op de hoogte stellen van modetrends door het raadplegen van tijdschriften, bezoeken van tentoonstellingen en beurzen.

– Het werk van hedendaagse ontwerpers volgen en eventueel mogelijke contacten leggen tot samenwerking met pers.

– Veel laten oefenen om technieken onder de knie te krijgen en de opdrachten in stijgende moeilijkheidsgraad aanbieden.

4 LEERPLANDOELSTELLINGEN, LEERINHOUDEN EN PEDAGOGISCH-DIDACTISCHE WENKEN

LEERPLANDOELSTELLINGEN LEERINHOUDEN

1 De relatie zien tussen lichaamsbouw, houding en kleding.

• Relatie tussen

– lichaamsbouw

– houding

– kleding

2 De grote bewegingslijnen van de houding weergeven.

• Bewegingslijnen houding

3 Construeren van een modefiguur. • Opbouw van een modefiguur

22 4de graad BSOD/2003/0279/023 Modevormgeving – Modetekenen

Page 22: Huisstijlsjablonen VVKSOond.vvkso-ict.com/leerplannen/doc/word/Modevormgevi…  · Web viewInhoud3. 4de graad BSO25. Modevormgeving – ModetekenenD/2003/0279/023. 544de graad BSO.

– verhoudingen

– richtingen

– vormen

4 De vervorming van verhoudingen van het menselijk lichaam waarnemen en vergelijken met verhoudingen van een modefiguur.

• Verhoudingen

– menselijk lichaam

– ontwerpen van stilisten

– reclamefoto’s

5 Effecten van vervormingen op de weergave van kledingstukken ontleden.

• Modeschetsen en foto’s

• Uitgewerkte kledingstukken

6 Analyseren van kleuren. • Hoofdkleuren

• Mengkleuren

• Tinten

7 Verschillende teken- en schildertechnieken toepassen.

• Potlood

• Waterverf

• Plakkaatverf

• Collage

• …

8 Verschillende teken- en schildertechnieken combineren. (U)

• Potlood

• Waterverf

• Plakkaatverf

• Collage

• …

9 Modieuze details en onderdelen van kledingstukken weergeven.

• Tekenen

• Andere beeldende middelen

10 Modeschetsen maken op voorgedrukte schraagfiguren.

• Modeschetsen van verschillende kledingstukken

11 Op een schets modelvariaties weergeven binnen een modische belijning.

• Schetsen

• Variaties op schetsen

12 Schaduw weergeven in de tekening van kledingstukken.

• Schaduwtechnieken

13 Een drapage weergeven. • Diverse draperingen

14 Diverse materialen weergeven. • Transparant

• Glanzend - wollig

• Soepel - stug

• Behaard

4de graad BSO 23Modevormgeving – Modetekenen D/2003/0279/023

Page 23: Huisstijlsjablonen VVKSOond.vvkso-ict.com/leerplannen/doc/word/Modevormgevi…  · Web viewInhoud3. 4de graad BSO25. Modevormgeving – ModetekenenD/2003/0279/023. 544de graad BSO.

• …

15 Creatief omgaan met stof en andere materialen.

• Technieken:

– blauwdruk

– reservering

– perleren

– rafeleni

– insnijdingen

– …

• Materialen:

– wol

– papier

– parels

– borduurwerk

– …

16 Verven en bedrukken van diverse stoffen. (U)

• Technieken:

– verven

– bedrukken

17 Maken van modeltekeningen en detailstudies om het model te verduidelijken. (U)

• Modeltekeningen

• Detailstudies

18 Ontwerptekeningen maken als basis voor een patroonontwerp.

• Volgens de stijl van een ontwerper

• Losse trendtekeningen

• Illustratief, realistische modetekening

• Volgens een bepaalde sfeer

• …

19 Motieven ontwerpen voor kledingstukken of accessoires. (U)

• Verschillende motieven

20 Accessoires ontwerpen. (U) • Sjaal

• Hoed

• Tasje

• Juweel

• …

21 Decoratieve presentaties maken in diverse materialen. (U)

• Presentaties

PEDAGOGISCH-DIDACTISCHE WENKEN

1 De leerlingen op weg zetten via de confrontatie met een levend model.

24 4de graad BSOD/2003/0279/023 Modevormgeving – Modetekenen

Page 24: Huisstijlsjablonen VVKSOond.vvkso-ict.com/leerplannen/doc/word/Modevormgevi…  · Web viewInhoud3. 4de graad BSO25. Modevormgeving – ModetekenenD/2003/0279/023. 544de graad BSO.

2 Via de confrontatie met een levend model.

3 Gebruik maken van verduidelijkende nota’s.

4 Gebruik maken van schetsen van stilisten, tekeningen in modebladen, modefoto’s… De leerling goed het verschil doen inzien tussen verhoudingen bij een modefiguur en natuurlijke verhoudingen.

5 De vervormingen bij modeschetsen en foto’s geven vaak een vertekend beeld van het werkelijk kledingstuk. Door vergelijking van een schets met een werkelijk kledingstuk vaststellen hoe men daar in de praktijk

rekening mee moet houden.

6 Inzicht verwerven in kleuren. Welke kleuren moet men mengen om een bepaalde mengkleur te bekomen? Hoe kan men wit en zwart gebruiken om bepaalde tinten te verkrijgen? Steunen op gekende leerstof.

7 Diverse teken- en schildertechnieken oefenen in functie van het weergeven van stoffen en kledingstukken.

Zie ook doelstelling 14.

8 Door combinaties van verschillende technieken komen tot het realiseren van speciale effecten.

9 Voorgetekende schraagfiguren van lichaamsdelen gebruiken als basis voor het tekenen van details en onderdelen van kledingstukken. In samenwerking met Modevormgeving.

10 Op een snelle, doeltreffende manier verschillende kledingstukken weergeven. Vertrekken van een kopie van een schraagfiguur. Tijdschriften en zelfgemaakte kledingstukken gebruiken. Onder andere

als ondersteuning van Modevormgeving. De leerling zeer regelmatig deze opdracht geven.

11 Vertrekken van bestaande tekeningen en daar modelvariaties van tekenen.

12 Reeds bestaande tekening meer diepte geven door het aanduiden van schaduwen.

13 Raadplegen van catalogi van tentoonstellingen, reproducties van schilderijen en tekeningen. Gebruik maken van modefoto’s of kledingstukken met draperingen.

14 Technieken aanleren om het uitzicht van verschillende materialen weer te geven. Gebruik maken vanvoorbeelden van stoffen via foto’s en staaltjes.

15 Zoeken naar diverse materialen en technieken om mee te werken: blauwdruk – reserveringstechnie-ken - opnaaien van stofjes, draadjes , pareltjes – rafelen – scheuren – knippen … Gebruik maken van documentatie uit tijdschriften. Kledingstukken in winkels en etalages gaan bekijken.Zo veel mogelijk in aansluiting met Modevormgeving. Bepaalde opdrachten worden uitgevoerd in de praktijk. Creatieve materialen worden gebruikt als detail of worden verwerkt tot een kledingstuk/accessoire.

16 De technieken toepassen bij het ontwerpen van sjaals, kussens, T- shirts… Eventueel verven en bedrukken van weefsels (katoen, zijde…) die gebruikt worden om een ontwerp in te maken of om te verwerken als creatief detail in Modevormgeving.

4de graad BSO 25Modevormgeving – Modetekenen D/2003/0279/023

Page 25: Huisstijlsjablonen VVKSOond.vvkso-ict.com/leerplannen/doc/word/Modevormgevi…  · Web viewInhoud3. 4de graad BSO25. Modevormgeving – ModetekenenD/2003/0279/023. 544de graad BSO.

17 In samenwerking met Modevormgeving het fabricagedossier aanvullen met tekeningen, die het model

verduidelijken.

18 Realisaties van actuele ontwerpers bestuderen. Aansluiten met modestudies en werkstukken uitModevormgeving.

19 Aan de hand van publicaties in verband met kunst, cultuur, natuur, modetendensen, …

20 Accessoires ontwerpen die de kledingstukken uit Modevormgeving een ‘total look’ geven.

21 Directe creaties maken met diverse materialen. Op die manier leert men materialen en hun moge-lijkheden ontdekken. Gebruik maken van eigen ontwerpen of schetsen uit modetijdschriften.

5 EVALUATIE

Zie Algemeen deel, punt 10.

6 MINIMALE MATERIËLE VEREISTEN

Om de diverse doelen te kunnen realiseren moet er voldoende aandacht besteed worden aan het vaklokaal en de accommodatie. Een apart lokaal is dan ook een noodzaak. Door een efficiënt gebruik van het lokaal kunnen tijd en moeite gespaard worden. Het beheer van en de zorg voor dit lokaal maakt deel uit van de onderwijsopdracht van de leraar. Hij of zij kan er een eigen sfeer creëren door het werk van leerlingen, reproducties, documentatie en inspiratiebronnen op te hangen. Dit zorgt dan weer voor een creatieve werksfeer die de leerlingen zal beïnvloeden en inspireren. Het werkt bevorderlijk dat de leerlingen met eigen en andermans werk geconfronteerd worden.

Het lokaal dient vooral ruim te zijn, met grote werktafels. Deze zijn liefst voorzien van een afwasbaar en krasvrij werkblad. Onmisbaar is tenminste één spoelbak met stromend water.

Een goede verlichting is onontbeerlijk. Daarnaast zijn enkele losse spots handig bij waarnemingstekenen. Het lokaal moet kunnen verduisterd worden voor het tonen van dia's en videofilms.

Om de leraar toe te laten zelf optimaal gebruik te maken van de beeldtaal tijdens de les is een ruim bord een must. Een bijbehorend witvlak geeft niet alleen de mogelijkheid te projecteren maar men kan er ook duidelijker illustratiemateriaal tegen presenteren.Andere presentatiewanden zijn noodzakelijk om het tweedimensionale beeldend werk van de leerlingen en allerhande inspiratiemateriaal tegen te bevestigen. Er kan verder beroep worden gedaan op de vele mogelijkheden die een school biedt om het leerlingenwerk te presenteren.

Open rekken zijn handig om ruimtelijk werk op te plaatsen.Daar de leerlingen werken met veel verschillende materialen en gereedschappen is het noodzakelijk om over voldoende opbergruimte te beschikken, liefst met een afsluitbaar gedeelte voor het materiaal van de leraar en de school. Hierbij is het belangrijk dat de leraar voldoende aandacht besteedt aan de organisatie en zorg voor het materiaal.

Het klassieke individuele materiaal van de leerlingen voor beeldende opdrachten zoals potloden en kleurpotloden, verf en penselen, pen en stiften kan als gemeenschappelijk schoolmateriaal aangevuld worden met onder andere houtskool, zachte en oliepastels, aquarelverf, tekenpapier van allerhande formaten en kleuren.

26 4de graad BSOD/2003/0279/023 Modevormgeving – Modetekenen

Page 26: Huisstijlsjablonen VVKSOond.vvkso-ict.com/leerplannen/doc/word/Modevormgevi…  · Web viewInhoud3. 4de graad BSO25. Modevormgeving – ModetekenenD/2003/0279/023. 544de graad BSO.

Een klasbibliotheek met vakliteratuur, tijdschriften, boeken en documentatiemappen werkt ondersteunend en moet voor de leerlingen gemakkelijk toegankelijk zijn.Een diaprojector, tv en video zijn eveneens wenselijk in het lokaal of in de directe omgeving.

7 BIBLIOGRAFIE

7.1 Kunstbeschouwing als inspiratiebron

ADRIAENS, F., e.a., Kunst van Altamira tot Heden, De Nederlandsche boekhandel, Antwerpen,14de druk, 1992.

ADRIAENSSEN, A., De grote mode-encyclopedie, Lannoo, Tielt, 1990.

BLOSSFELD, K., Art forms in the plant world, 120 full-page photographs, Dover publications New York, ISBN: 0- 486-24990-5.

BLOSSFELD, K., Photographs, Taschen, ISBN: 3- 8228-9319-6.

BOUCHER, F., Histoire du costume en occident de l’Antiquité à nos jours, Hamarion, 1965.

BOWMAN, S., MOLINARE, M., A fashion for extravagance, E.P. Dutton, NewYork, 1985,ISBN: 0-525-24358-5.

CONRADS, M., Elseviers kostuumgids: westerse kledingstijlen van de vroege middeleeuwen tot heden, Elsevier, Amsterdam/Brussel, 1986, ISBN 90-10-05540-X.

CRISPOLTI, E., Il Futurismo e la moda, Balla e gli altri, Marsilio Editori, 1986, ISBN: 88-317-4938-2.

DAMASE, J., Ballets Suédois, Denoël Paris, ISBN: 2-207-23627-7.

DELAUNAY, S., Art into Fashion, George Braziller New York 1986 ISBN: 0-8076-11-66-2.

HANSEN, H.H., Geschiedenis van het kostuum, Baarn, 1977, ISBN: 90 226 11418.

KEUNET, F., Geheimen van de Couturiers, Cantecleer-Westland, Schoten, 1985.

LAVER, J., Kostuumgeschiedenis, Cantecleer-Westland, Schoten, 1989.

LAVRENTIER, A., Varvara Stepanova, John E. Bowlt, Idea Books Edizioni, Milaan, 1988,ISBN: 0-500-09197-8.

LOUIS, M., Akarova, spectacle et avant-gardes, Archives d’ architecture moderne, Bruxelles,ISBN 2- 87/143-056-X.

MORRIS, W., William Morris by himself, Designs and writings, Gillian Naylor, Macdonald & Co, 1988, ISBN: 0- 356-15320-7.

SHEAD, R., Ballets Russes, Apple Press, 1989, ISBN:1-85076-134-5.

STRIZHENOVA, T., Soviet Costume and textiles 1917-1945, Flammarion Paris 1991,

4de graad BSO 27Modevormgeving – Modetekenen D/2003/0279/023

Page 27: Huisstijlsjablonen VVKSOond.vvkso-ict.com/leerplannen/doc/word/Modevormgevi…  · Web viewInhoud3. 4de graad BSO25. Modevormgeving – ModetekenenD/2003/0279/023. 544de graad BSO.

ISBN: 2-08013-515-5.

VAN BEURDEN, L., Mode in de 20ste eeuw, Sun, Nijmegen, 1988.

WASMUTH, Russische Textil Drucke der 20 er jahre, Verlag Ernst Wasmuth Tübingen 1983,ISBN: 3-8030-5043 X.

7.2 Bijzondere didactiek en methodiek

AAFLINK, B., Mode en kleding - Ontwerptekenen , Wolters-Noordhoff, Groningen.

ADRIAENSSEN, A., De grote Mode-encyclopedie, Cantecleer, ISBN: 90 213 0544 5.

BARGSAY, J., Anatomie voor de kunstenaar, Cantecleer, De Bilt-Schoten, 1978.

BARTLETT, J., In the garden (allerhande teken- en schildertechnieken), ISBN: 0-8109-0709-7.

BOREST, A.C.C. e.a., Modevorming deel 1-2-3, EduActief, Meppel, 1996-1997, ISBN: 90 5117 2990.

DRAKE, N., Hedendaagse Mode-illustraties, Cantecleer, ISBN: 90 213 0426 0

EDELKOORT, L., View on colour, mode en informatie , trendsetters, België (jaarlijks tijdschrift).

FAITH, S., Veelzijdig papier verwerken en decoreren, Gaade.

FLUIT, S., Mode: tekenen en styling, Cantecleer-Westland, De Bilt-Schoten, ISBN 90 213 0224 1.

GERRITSE, A., Het fenomeen kleur, Cantecleer, De Bilt, 1978, ISBN:90 213 0055 9.

HAYES, C., Tekenen en schilderen, handboek voor technieken en materialen, Helmond, 1991.

IRELAND J.P. De illusie van de modetekening.

ITTEN, J., Kunst en kleur, Cantecleer, De Bilt, 1973.

ITTEN, J., Beeldende vormleer, Cantecleer, De Bilt, 1988.

LOEFF, C., Ontwerpen en presenteren, Cantecleer, 1988.

La mode en peinture, rue de la Faisanderie, 14, 7511 Paris (maandelijks tijdschrift).

PETRA II, Mode en milieu, Dienst Europese projecten, Brussel, 1995.

PEVERILL, S., Kleurrijk Textiel in het interieur, stoffen verven, beschilderen en bedrukken, Van Dishoeck, Houtem,1989, ISBN 90 269 44446/NUGI 422.

RADICE, J., Shopping Bag Design 2, Creative Promotional Graphics, PBC International New York 1986, ISBN: 0- 86636-143-X.

RISLEY, Ch., Modetekenen, Cantecleer, De Bilt.

SEELING, Ch., Mode, de eeuw van de ontwerpers 1900-1999, Könemann.

28 4de graad BSOD/2003/0279/023 Modevormgeving – Modetekenen

Page 28: Huisstijlsjablonen VVKSOond.vvkso-ict.com/leerplannen/doc/word/Modevormgevi…  · Web viewInhoud3. 4de graad BSO25. Modevormgeving – ModetekenenD/2003/0279/023. 544de graad BSO.

The fashion collections, Paris-Londen, Milaan-Madrid, Gap Japan (jaarlijks tijdschrift).

VAN BEURDEN, L., Mode in de 20ste eeuw, Sun, Nijmegen.

VAN DER HELM, Hoeden, Cantecleer, 1991.

VAN DE MEY B., Ontwerptekenen, Wolters, Leuven, 1990.

VAN DE MEY M., Mens en mode getekend, Cantecleer, De Bilt Schoten.

YANAGISAWA, M., Fashion Look, a design & illustration collection, Graphic-sha.

YAJIMA, I., Modedrawing, Atorie.

Tijdsband geschiedenis, Altiora, postbus 54, 3271 Averbode.

4de graad BSO 29Modevormgeving – Modetekenen D/2003/0279/023

Page 29: Huisstijlsjablonen VVKSOond.vvkso-ict.com/leerplannen/doc/word/Modevormgevi…  · Web viewInhoud3. 4de graad BSO25. Modevormgeving – ModetekenenD/2003/0279/023. 544de graad BSO.

MODEVORMGEVINGVIERDE GRAAD BSO

PV PRAKTIJK KLEDINGMODEVORMGEVING

Eerste leerjaar: 12 (+ 4) uur/weekTweede leerjaar: 12 (+ 4) uur/week

TV KLEDINGMODEVORMGEVING

Eerste leerjaar: 8 uur/weekTweede leerjaar: 8 uur/week

30 4de graad BSOD/2003/0279/023 Modevormgeving – Modetekenen

Page 30: Huisstijlsjablonen VVKSOond.vvkso-ict.com/leerplannen/doc/word/Modevormgevi…  · Web viewInhoud3. 4de graad BSO25. Modevormgeving – ModetekenenD/2003/0279/023. 544de graad BSO.

INHOUD

1 BEGINSITUATIE.......................................................................................................31

2 ALGEMENE DOELSTELLINGEN..............................................................................31

3 ALGEMENE PEDAGOGISCH-DIDACTISCHE WENKEN.........................................32

4 LEERPLANDOELSTELLINGEN, LEERINHOUDEN EN PEDAGOGISCH-DIDACTISCHE WENKEN..............................................................32

4.1 Modestudie........................................................................................................................................... 324.2 Vormgeving - basisstudie..................................................................................................................... 344.3 Vormgeving – lijn- en modelstudie.......................................................................................................364.4 Vormgeving - draperen......................................................................................................................... 374.5 Vormgeving - graderen......................................................................................................................... 384.6 Vormgeving – aanpas.......................................................................................................................... 404.7 Intekenen – opleggen – snijden - markeren.........................................................................................414.8 Realiseren............................................................................................................................................ 414.9 Computertechnieken............................................................................................................................ 434.10 Organisatie........................................................................................................................................... 454.11 Rechten en plichten van de werknemer...............................................................................................47

5 EVALUATIE...............................................................................................................49

6 MINIMALE MATERIËLE VEREISTEN.......................................................................496.1 Inrichting van het vaklokaal..................................................................................................................496.2 Specifieke uitrusting............................................................................................................................. 49

7 BIBLIOGRAFIE..........................................................................................................517.1 Modevormgeving.................................................................................................................................. 517.2 Computertechnieken............................................................................................................................ 527.3 Organisatie........................................................................................................................................... 527.4 Technisch tekenen............................................................................................................................... 537.5 Vaktijdschriften..................................................................................................................................... 53

4de graad BSO 31Modevormgeving – Modevormgeving D/2003/0279/023

Page 31: Huisstijlsjablonen VVKSOond.vvkso-ict.com/leerplannen/doc/word/Modevormgevi…  · Web viewInhoud3. 4de graad BSO25. Modevormgeving – ModetekenenD/2003/0279/023. 544de graad BSO.

Om administratieve redenen is in de lessentabel het onderscheid gemaakt tussen PV en TV Kleding. Om pedagogisch-didactische redenen is er voor het vak Modevormgeving één leerplan voorzien van 20 uur per week met de integratie van PV en TV Kleding. Deze 12 en 8 uur worden bij voorkeur door één leraar gegeven.Voor het extra opnemen van complementaire uren PV Praktijk Kleding is er in dit leerplan reeds een verwijzing gemaakt met een U als uitbreiding. Ook wordt er dan verwacht dat het aantal werkstukken wordt opgedreven en de complexiteit van de werkstukken kan toenemen.

1 BEGINSITUATIE

De meeste leerlingen hebben een vooropleiding binnen het studiegebied Mode genoten.Er is ook belangstelling van afgestudeerden uit ASO-, KSO- en andere TSO-studierichtingen.

Voor leerlingen die eerder de 3e graad BSO 'Moderealisatie en -verkoop' volgden, lag het accent vooral op de realisatie van kledingstukken in functie van eenvoudige retouches. Zij werden voorbereid op het beroep van winkelbediende in de modeverkoop. Voor wat de vormgeving betreft leerden ze lijnvormen wijzigen naar model en legden zich extra toe op het tekenen van patronen voor details. Door de keuze die de scholen hebben om voor 8 lesuren zelf een reeks vakken te kiezen binnen het fundamenteel gedeelte 1, zullen de kennis, vaardigheden en attitudes van deze leerlingen heterogeen zijn. De leerlingen die Confectie volgden zullen meer praktijkervaring hebben. Voor hen die TSO 'Creatie en Mode’ volgden lag het accent vooral op de volledige studie van het observeren, bedenken-creëren en ontwikkelen van een eigen creatie.Leerlingen zonder vooropleiding Mode kunnen via een aangepast inhaalprogramma hun beginsituatie voor de realisatie bijwerken.

2 ALGEMENE DOELSTELLINGEN

– Mode creatief benaderen met een kritische ingesteldheid. Deze kennis en vaardigheden kunnen vertalen en een advies uitbrengen bij de klant.

– Kledingstukken realiseren voor dames, heren en/of kinderen

• in zeer diverse materialen,

• voor bijzondere gelegenheden,

• via speciale opdrachten,

• als stukwerk of in functie van een seriewerk.

– De volledige ontwikkeling maken van een patroon, zowel manueel als met een CAD-systeem.

– Een fabricagedossier samenstellen.

– Materiaal en materieel verantwoord kiezen en op een veilige manier gebruiken.

– Beroepsvaardigheden inoefenen:

• handigheid,

• nauwkeurigheid,

• ergonomisch handelen,

1 Zie pedagogische lessentabel in leerplan “Moderealisatie en –verkoop” derde graad BSO D/2001/0279/044 van september 2001.

32 4de graad BSOD/2003/0279/023 Modevormgeving – Modevormgeving

Page 32: Huisstijlsjablonen VVKSOond.vvkso-ict.com/leerplannen/doc/word/Modevormgevi…  · Web viewInhoud3. 4de graad BSO25. Modevormgeving – ModetekenenD/2003/0279/023. 544de graad BSO.

• zelfstandigheid,

• creativiteit,

• communiceren,

• organiseren.

– Beroepsgerichte attitudes verder ontwikkelen zoals:

• beslissingen nemen,

• economisch ingesteld zijn,

• kwaliteitsbewust werken,

• efficiënt werken.

3 ALGEMENE PEDAGOGISCH-DIDACTISCHE WENKEN

– De volgorde van de leerinhouden is niet bepalend en kan zo optimaal mogelijk over de twee leerjaren worden verdeeld.

– Het probleemoplossend werken vanuit de 2de en 3de graad BSO verder zetten.

– De leerling in belangrijke mate via experimenten tot oplossingen laten komen. De leerling voor uitdagingen plaatsen en voldoende oefeningen aanreiken.

– De leerling zelf hun bevindingen en kennis, opgedaan door persoonlijk werk, laten uiteenzetten aan de medeleerlingen. Zo oefenen ze communicatievaardigheden.

– Leerlingen vlot leren omgaan met een computertekenprogramma. Via de stages kunnen ze kennis maken met andere systemen.

– De leerling stimuleren om ICT (Informatie- en Communictietechnologie) te integreren in hun werkzaamheden.

4 LEERPLANDOELSTELLINGEN, LEERINHOUDEN EN PEDAGOGISCH-DIDACTISCHE WENKEN

(U) = Doelstellingen die gerealiseerd moeten worden als men kiest voor extra lesuren PV Praktijk Kleding Modevormgeving uit het complementair gedeelte. Het pakket is goed voor 4 lesuren PV Praktijk Kleding uit het complementair gedeelte.

4.1 Modestudie

LEERPLANDOELSTELLINGEN LEERINHOUDEN

1 Achtergronden ontdekken die bepalend zijn bij het ontstaan van mode.

• Wordingsproces van nieuwe collecties

2 De opeenvolgende stadia bij het ontstaan van nieuwe collecties opsommen.

3 Interesse voor belangrijke modeontwerpers • Modeontwerpers

4de graad BSO 33Modevormgeving – Modevormgeving D/2003/0279/023

Page 33: Huisstijlsjablonen VVKSOond.vvkso-ict.com/leerplannen/doc/word/Modevormgevi…  · Web viewInhoud3. 4de graad BSO25. Modevormgeving – ModetekenenD/2003/0279/023. 544de graad BSO.

stimuleren.

4 Feeling voor kleuren en kleurencombinaties, kledingstijlen en modetendensen, op een creatieve manier ontwikkelen.

• Kleur

• Stijl

5 Trends in het modebeeld van het seizoen herkennen en opnoemen.

• Seizoenmode

kleuren

stoffen

materialen

lijnen

modeldetails

accessoires

6 Informatie in verband met de seizoenmode op een creatieve en verantwoorde manier verwerken bij de modelkeuze, voor een bepaalde doelgroep.

• Samenstelling van

silhouet

model

collectie

PEDAGOGISCH-DIDACTISCHE WENKEN

1-2 Gebruik maken van gepaste informatiebronnen: – vaktijdschriften– naslagwerken– video opnamenBezoeken van:– vakbeurzen– bedrijvenGastsprekers uitnodigen:– modeontwerper– mode journalist– bedrijfsleven

3 Zoveel mogelijk trachten samen te werken met modeontwerpers?Informatie halen uit:– modebladen,– tv-uitzendingen,– video-opnamen.– vakbladen.

4 Afspraken maken met modetekenen. Een kleur- en stylingconsulente uitnodigen.

5 Vertrekken van het– straatbeeld,– etalages,– reclame,– tentoonstellingen.Zien + motivatie = herkennen wat de leerlingen al geleerd hebben.

6 Gebruik maken van foto’s, modeboeken en modetijdschriften.

34 4de graad BSOD/2003/0279/023 Modevormgeving – Modevormgeving

Page 34: Huisstijlsjablonen VVKSOond.vvkso-ict.com/leerplannen/doc/word/Modevormgevi…  · Web viewInhoud3. 4de graad BSO25. Modevormgeving – ModetekenenD/2003/0279/023. 544de graad BSO.

4.2 Vormgeving - basisstudie

LEERPLANDOELSTELLINGEN LEERINHOUDEN

7 Patronen tekenen manueel en met CAD. • Patroon:

manueel

CAD

8 De opbouw van de verschillende basispatronen van dames (38-46) ontleden.

• Basispatronen:

rok

pantalon

corsage met:

° volledige neep

° gedeeltelijk verwerkte neep

° verwerkte neep

corsage met:

° ingezette mouw

° aangeknipte mouw

• Maten:

dames 38-46

9 De opbouw van de verschillende basispatronen voor volslanken (> 46) ontleden.

• Basispatronen:

volslanken (> 46)

10 De opbouw van de verschillende basispatronen kinderkleding. (B/U) ontleden.

• Basispatronen:

kinderen

11 De opbouw van de verschillende basispatronen voor herenkleding. (B/U) ontleden.

• Basispatronen:

heren

12 Basiscorsage omvormen tot basismantel. • Basispatroon:

mantel

13 De verschillende basispatronen zelfstandig opbouwen. (U)

• Basispatronen:

rok

corsage

mouw

14 De nodige maten nemen. • Maatnemen

15 Tactvol omgaan met de klant bij het maatnemen.

• Sociale vaardigheden

16 Maatgegevens op klantenfiches registreren, raadplegen en wijzigen.

• Klantenfiche

17 Bij diverse personen de overeenkomsten en de • Maatnemen voor de verschillende conformaties

4de graad BSO 35Modevormgeving – Modevormgeving D/2003/0279/023

Page 35: Huisstijlsjablonen VVKSOond.vvkso-ict.com/leerplannen/doc/word/Modevormgevi…  · Web viewInhoud3. 4de graad BSO25. Modevormgeving – ModetekenenD/2003/0279/023. 544de graad BSO.

verschillen in conformatie omschrijven en hieruit de maten afleiden die extra moeten worden opgenomen.

18 De relatie opzoeken tussen de conformatie, de maten en de patroonopbouw.

• Conformatie → maten → patroonopbouw

19 Door vergelijking ontdekken dat in diverse landen verschillende matentabellen worden gebruikt. De gemiddelde conformatie van de bewoners speelt daarin een grote rol.

• Europese matentabellen

20 Ontdekken dat in diverse bedrijven specifiek gekozen of eventuele intern opgebouwde matentabellen worden gebruikt, rekening houdend met de beoogde doelgroep.

• Matentabellen → doelgroep

21 Tabellen met standaardmaten lezen en gebruiken.

• Tabellen met standaardmaten

22 Een logische denkweg ontdekken voor het tekenen van patronen, van onderdelen en details.

• Opbouw van:

mouwen

kragen

zakken

kappen

23 Patronen van onderdelen en details zelfstandig opbouwen.

24 Varianten op deze patronen afleiden. (BU)

PEDAGOGISCH-DIDACTISCHE WENKEN

7 Gebruik maken van bestaand cursusmateriaal.

8-9 Verhoudingen waarnemen van het patroon in functie van de persoon. Steunend op voorkennis.Eventueel vooraf een moulage laten maken. Voldoende aandacht besteden aan deze doelstel-lingen. Ze zijn de basis voor verdere opbouwen en verwerkingen.

10-11-12Er zal waarschijnlijk niet voldoende tijd zijn om zowel de basispatronen voor de kinderen als de

herente bestuderen. De keuze kan worden gemaakt in functie van de omliggende bedrijven, de stageplaatsen of de concrete interesse van de groep.

14-15-17 Demonstreren op persoon.Bij de start gebruik maken van uitgewerkte basiskledingstukken. De leerling doen inzien dat hetnemen van maten afhankelijk is van de klant en het model.

16 Voorbeelden van klantenfiches bekijken.

19 Binnenlandse en buitenlandse matentabellen raadplegen en vergelijken.

36 4de graad BSOD/2003/0279/023 Modevormgeving – Modevormgeving

Page 36: Huisstijlsjablonen VVKSOond.vvkso-ict.com/leerplannen/doc/word/Modevormgevi…  · Web viewInhoud3. 4de graad BSO25. Modevormgeving – ModetekenenD/2003/0279/023. 544de graad BSO.

20 Inspelen op ervaringen met matentabellen op de stageplaatsen.

21 Gebruik maken van verschillende matentabellen.

22-23 Werken volgens het schema van het probleemoplossend denken en handelen.Individuele taken en groepswerk helpen bij het opzoeken en het inoefenen.

24 Eenvoudige varianten zijn basis, moeilijke varianten worden uitbreiding.

4.3 Vormgeving – lijn- en modelstudie

LEERPLANDOELSTELLINGEN LEERINHOUDEN

25 Een model grondig analyseren voor wat betreft buiten- en binnenbelijning.

• Modelontleding:

lijn

details

26 Een juist patroon kiezen en verantwoorden. • Keuze van basispatroon in functie van:

het model

de matenreeks

de conformatie

27 Individuele maten toepassen in het basis- of lijnpatroon.

• Wijzigingen

patroon naar maat

28 Het lijnpatroon en de details tekenen. • Wijziging en aanvullen:

basis- of lijnpatronen volgens model

29 De opbouw van patronen voor kragen, kappen, mouwen, zakken, integreren in het geheel van de modelstudie. (B/U)

• Kragen

• Kappen

• Mouwen

• Zakken

• …

30 Volledig modelpatroon zelfstandig ontwikkelen.

31 Modelinterpretatie beoordelen en verbeteren. (U)

32 Exclusieve modellen tekenen. (U).

33 Naadbreedten bepalen in functie van afwerkingen, materiaal en machinepark.

• Informatie in verband met:

naadbreedten

materiaalkennis

afwerkingen

machinepark

4de graad BSO 37Modevormgeving – Modevormgeving D/2003/0279/023

Page 37: Huisstijlsjablonen VVKSOond.vvkso-ict.com/leerplannen/doc/word/Modevormgevi…  · Web viewInhoud3. 4de graad BSO25. Modevormgeving – ModetekenenD/2003/0279/023. 544de graad BSO.

34 Snijpatronen tekenen. • Snijpatronen:

bovenstof

voering

versteviging

35 Patronen productieklaar maken. • Controle

• Aanduidingen:

benamingen

draadrichting

steunpunten

PEDAGOGISCH-DIDACTISCHE WENKEN

25 Duidelijke tekeningen en foto’s van modellen gebruiken. Modelbeschrijvingen noteren.Leren verhoudingen zien en/of opzoeken in een model.

26 Gebruik maken van archiefpatronen.

28 De leerlingen voeren bij voorkeur het studiewerk zelfstandig uit.De resultaten kunnen in groep worden besproken. Nieuwe bruikbare gegevens worden vastgelegd

en gekopieerd voor de medeleerlingen.

29 Moeilijke modellen zijn uitbreiding.

30-31-32Door het vervaardigen van modeltoiles in baalkatoen kan men het model beoordelen en de pasvorm controleren.Aan de leerlingen de kans geven om hiaten in hun kennis en vaardigheden vast te stellen en de

oor-zaken van problemen te achterhalen en op te lossen.

33 Extra-informatie verzamelen via stageplaatsen. Afgewerkte kledingstukken observeren in de winkels.Zie ook afwerkingstechnieken doelstelling 67-68-69.

35 De leerling bewustmaken van de belangrijkheid van de eindcontrole. Link leggen met de gevolgen voor

de productie.

4.4 Vormgeving - draperen

LEERPLANDOELSTELLINGEN LEERINHOUDEN

36 De verschillende soorten draperingen herken-nen en benoemen.

• Soorten:

details: sjaal, strikken en knopen, stroken op vorm (cirkelkronen, bef, jabot …)

38 4de graad BSOD/2003/0279/023 Modevormgeving – Modevormgeving

Page 38: Huisstijlsjablonen VVKSOond.vvkso-ict.com/leerplannen/doc/word/Modevormgevi…  · Web viewInhoud3. 4de graad BSO25. Modevormgeving – ModetekenenD/2003/0279/023. 544de graad BSO.

coquille

benitier

evenwijdige draperingen

straaldraperingen

37 Geschikte weefsels kiezen in functie van de soort drapering.

• Weefsels

38 Invloed van de stofsoort en draadrichting vaststellen.

• Draadrichtingen

39 Eenvoudige drapering volgens foto weergeven op paspop.

• Toepassing van draperingen

40 Handigheid verwerven in het manipuleren van weefsels. (U)

• Moeilijke draperingen

41 Patroonvormen van draperingen afleiden. (B/U)

• Patroon

42 Patroonvormen voor draperingen opstellen. (B/U)

43 Drapering toepassen op kledingstukken. (U)

PEDAGOGISCH-DIDACTISCHE WENKEN

36 Foto’s met gedrapeerde kledingstukken laten ordenen volgens soort drapering.

37-38 Documentatiemap aanleggen.Laten experimenteren met weefsels, complementair groepswerk.Informatie uitwisselen met elkaar.

39 Eventueel verschillende modellen. Informatie en ervaringen meedelen aan elkaar.

40 Handigheid verwerven door diverse oefeningen te maken.

41-42 Steunen op voorkennis en vaststellingen in verband met het voorzien van bepaalde lengten en breedten om extra-volume te creëren.Moeilijke modellen zijn uitbreiding.

43 Rekening houden met het modebeeld.

4.5 Vormgeving - graderen

LEERPLANDOELSTELLINGEN LEERINHOUDEN

44 Het begrip en het nut van graderen omschrijven.

• Graderen

begrip

4de graad BSO 39Modevormgeving – Modevormgeving D/2003/0279/023

Page 39: Huisstijlsjablonen VVKSOond.vvkso-ict.com/leerplannen/doc/word/Modevormgevi…  · Web viewInhoud3. 4de graad BSO25. Modevormgeving – ModetekenenD/2003/0279/023. 544de graad BSO.

functie

45 Graderen vertrekkende van twee patronen met verschillende maat.

• Gradatie op basis van twee verschillende maten

46 De betekenis van een rechthoekige assenkruis en de x- en y-coördinaten aantonen in functie van het gebruik van gradatiecijfers.

• Assenkruis

• X- en y-coördinaten

47 Vertrekkend van de matentabel van het basispatroon sprongbedragen of gradatiecijfers afleiden in horizontale en verticale richting.

• Afleiding van gradatiecijfers uit de matentabel

48 Steunlijnen kiezen in functie van het model in een zo eenvoudig mogelijke gradatie.

• Plaats steunlijnen

49 Gradatietabel aanpassen volgens gekozen steunlijn.

• Invloed steunlijnen op gradatie

50 Gradatietabel voor basispatronen gebruiken.

• Gradatie van basispatronen

51 Manueel en met CAD graderen van basispatroon.

• Technieken voor graderen

52 Bestaande gradatietabellen kunnen interpreteren volgens het model.

• Modelpatronen

53 Een modelpatroon graderen. (U) • Ontbrekende gradatiecijfers opzoeken bij:

verwerking van nepen

verticale siernaden

horizontale siernaden

54 Een gegradeerd patroon controleren en eventueel bijsturen.

• Technieken om gradatie bij te sturen

PEDAGOGISCH-DIDACTISCHE WENKEN

44 Een aantal lessen in verband met het graderen worden best gegroepeerd om snel tot zoveel mogelijk

concrete toepassingen over te kunnen gaan.

45 De leerlingen laten experimenteren.Verschillende begrippen kunnen hieruit afgeleid worden. Enkel concreet bruikbaar bij een ontbre-kende maat in een nest (bv. raderpatronen).

46 Resultaten van experimenten omzetten in gradatiecijfers. Verwijzen naar de lessen CAD.

40 4de graad BSOD/2003/0279/023 Modevormgeving – Modevormgeving

Page 40: Huisstijlsjablonen VVKSOond.vvkso-ict.com/leerplannen/doc/word/Modevormgevi…  · Web viewInhoud3. 4de graad BSO25. Modevormgeving – ModetekenenD/2003/0279/023. 544de graad BSO.

47 Met behulp van matentabel, logisch denken en redeneren.

48-49 Via voorbeelden inzien dat het veranderen van steunlijnen invloed heeft op de gradatiecijfers.

50 Een voldoende aantal oefeningen in het manueel graderen op ware grootte zijn nodig om voldoen-de inzicht in het gradatieproces te verwerven.

51 Ook met de computer. In samenwerking met de les computertechnieken. Zie ook doelstelling 80.

52 Gebruik maken van controletabellen en deze aan het gradatiedossier van het model toevoegen.Manueel en/of met de computer.

4.6 Vormgeving – aanpas

LEERPLANDOELSTELLINGEN LEERINHOUDEN

55 De kenmerken van een goed passend kledingstuk opnoemen.

• Kenmerken van een goed passend kledingstuk

56 Beoordelen of een kledingstuk goed passend is.

• Evenwichtsfouten

• Breedtefouten

• Lengtefouten

57 Pasfouten ontdekken en benoemen.

58 Het verband aantonen tussen bepaalde lengte- en breedtefouten.

59 Pasfouten verbeteren bij een kledingstuk op persoon.

• Verbeteringen op persoon

60 Fouten op gepaste wijze registreren of fiche.

• Registratie van fouten

61 De geregistreerde pasfouten omzetten in overeenkomstige verbeteringen van het patroon.

• Verbeteringen op patroon

PEDAGOGISCH-DIDACTISCHE WENKEN

55 Onderscheid maken tussen het aanpassen van een prototype bestemd voor de confectie en het maatwerk.

56-57-58-59-60-61Aansluiten bij de realisatie.Voldoende tijd besteden aan paslessen. Het is belangrijk om de leerlingen op een kritische, maar positieve manier hun eigen kledingstukken en die van de medeleerlingen te leren beoordelen voor wat betreft de goede pasvorm. Daardoor leert men nauwkeurig te letten op de verschillende aspecten van een goed passend kledingstuk. Bij het zoeken naar oplossingen overleggen in groep.

4de graad BSO 41Modevormgeving – Modevormgeving D/2003/0279/023

Page 41: Huisstijlsjablonen VVKSOond.vvkso-ict.com/leerplannen/doc/word/Modevormgevi…  · Web viewInhoud3. 4de graad BSO25. Modevormgeving – ModetekenenD/2003/0279/023. 544de graad BSO.

Bij maatwerk is het belangrijk om een aantal conformatie-eigenschappen en kritieke punten in ver-band met de aanpas op de fiche te registreren. Informatie in verband met aanpas verzamelen op stageplaatsen.

4.7 Intekenen – opleggen – snijden - markeren

LEERPLANDOELSTELLINGEN LEERINHOUDEN

62 Verschillende intekentechnieken onderscheiden.

• Intekenen:

technieken

materialen

opdracht

63 Intekeningen maken rekening houdend met materiaal, aantal stuks en maten.

64 Verschillende oplegmethodes onderschei-den. (B/U)

• Oplegmethodes

65 Een functionele keuze maken uit verschillende snijapparaten en snijden. Veiligheid in acht nemen. (B/U)

• Snijden:

snijapparatuur

toepassingen

66 Een functionele keuze maken uit markeringsapparaten en de verschillende soorten merktekens plaatsen. (B/U)

• Markeren:

merkapparatuur

toepassingen

• Veiligheidsnormen

PEDAGOGISCH-DIDACTISCHE WENKEN

62-63 Vastleggen met schets voor éénheidsstuk. Eventueel ook schetsen voor meerdere stukken enverschillende maten maken.

64-65-66Deze kennis kan bijgebracht worden via de stages, bedrijfsbezoek of video.

4.8 Realiseren

LEERPLANDOELSTELLINGEN LEERINHOUDEN

67 Variaties op diverse afwerkingstechnieken opzoeken en uitvoeren. (B/U)

• Afwerkingstechnieken:

naden

zomen

incrustaties

42 4de graad BSOD/2003/0279/023 Modevormgeving – Modevormgeving

Page 42: Huisstijlsjablonen VVKSOond.vvkso-ict.com/leerplannen/doc/word/Modevormgevi…  · Web viewInhoud3. 4de graad BSO25. Modevormgeving – ModetekenenD/2003/0279/023. 544de graad BSO.

ruimteverwerkingen

sluitingen

68 Een verantwoorde keuze maken uit afwerkingstechnieken. (B/U)

• Rekening houden met:

materiaal

doelgroep

prijsklasse

functie van het kledingsstuk

productiesysteem

69 Afwerkingstechnieken aanpassen aan speciale materialen.

• Speciale materialen

70 Weet hebben van de gebruiksmogelijkheden van speciale machines en hulpapparaten om een verantwoorde keuze te maken voor de uitvoering.

• Machines:

overlock

blindzoom

automaten

• Hulpapparaten

• Transportsystemen

71 Strijkapparatuur volgens de instructiefiche instellen. De gepaste strijk- en perstechnieken toepassen.

• Parameters

• Hulpstukken

• Strijktechnieken

• Strijkresultaten

72 Verantwoorde keuze maken uit verschillende tussenvoeringen en volgens de juiste methode inbrengen.

• Tussenvoering:

soorten

hechtingstechnieken

73 Speciale technieken aanleren om materialen te bewerken. (U)

• Technieken:

structuurveranderingen bij materialen

ambachtelijke technieken

stiktechnieken

74 Realiseren van kledingsstuk

4de graad BSO 43Modevormgeving – Modevormgeving D/2003/0279/023

Page 43: Huisstijlsjablonen VVKSOond.vvkso-ict.com/leerplannen/doc/word/Modevormgevi…  · Web viewInhoud3. 4de graad BSO25. Modevormgeving – ModetekenenD/2003/0279/023. 544de graad BSO.

PEDAGOGISCH-DIDACTISCHE WENKEN

67 t.e.m.74De verschillende mogelijkheden van realiseren wordt met de leerlingen besproken. Zij krijgen extra training in functie van technieken, methoden die de leerlingen kunnen toepassen op hun stageplaatsen en die hen voorbereiden op mogelijke tewerkstellingen in hun regio. De leerling traint zijn manuele vaardigheden door diverse realisaties te maken (zie doelstelling 68). Vele variaties op modellen geven de klasgroep meer mogelijkheden om ervaringen uit te wisselen en te leren van elkaar. Maar een groot deel van de aandacht moet gaan naar het probleemoplossend denken en handelen. Technieken, materialen en technische fiches zijn ter beschikking van de leerling.

70-71 In verband met het leren gebruiken en de mogelijkheden die er zijn bij stik- en strijkapparatuur wordt best verwezen naar de stageplaatsen. Men kan ook beurzen bezoeken om kennis te maken met de laatste nieuwe mogelijkheden in verband met deze apparatuur.

4.9 Computertechnieken

LEERPLANDOELSTELLINGEN LEERINHOUDEN

75 Mogelijkheden van het CAD-systeem omschrijven.

• Digitaliseren

• Tekenen

• Plotten – printen

• Databank

76 De typische hardware componenten benoemen en het verband er tussen uitleggen.

• Digitaliseertafel

• Plotter

77 De interface van een CAD-systeem op een efficiënte manier beheersen.

• Elementaire vaardigheden verwerven

• Correct werken

• Systematisch werken

• Juiste oplossingsmethode kiezen

78 De techniek van het digitaliseren verwerven.

• Digitaliseren

79 Gedigitaliseerde patronen productieklaar maken.

• Controles:

lengte naden

toegiften

steunpunten

80 Een databank raadplegen en gegevens opvragen.

• Databank

81 Manueel uitgevoerde vormgevingsoefenin- • Patronen tekenen

44 4de graad BSOD/2003/0279/023 Modevormgeving – Modevormgeving

Page 44: Huisstijlsjablonen VVKSOond.vvkso-ict.com/leerplannen/doc/word/Modevormgevi…  · Web viewInhoud3. 4de graad BSO25. Modevormgeving – ModetekenenD/2003/0279/023. 544de graad BSO.

gen ook via een CAD-systeem ontwikkelen, wijzigen, … • Patronen wijzigen

• Snijpatronen maken

• Graderen:

lijnpatronen

modelpatronen

snijpatronen

• Technische tekeningen maken

• Snijplannen maken

82 Volgens opgedragen procedures tekeningen registreren en archiveren.

• Principes van:

registreren

archiveren

83 Tekeningen kunnen uitplotten of printen. • Plotten

• Printen

84 Toelichten hoe een computergestuurd snijapparaat werkt.

• Computergestuurd snijden

PEDAGOGISCH-DIDACTISCHE WENKEN

77 De leerlingen laten dialogeren over mogelijke oplossingsmethoden en voor- en nadelen van de gebruikte methode afwegen. Goed in het oog houden dat de leerlingen systematisch tewerk gaan en dat omslachtige, onlogische methoden worden vermeden.

78 Indien er geen digitaliseertafel voorhanden is waarop patronen op ware grootte kunnen worden gedigitaliseerd, kan men digitaliseren in delen of op schaal werken. Men kan eventueel gebruik maken van de apparatuur van bepaalde firma’s, VDAB of scholen.

79 Vlot kunnen werken met tekencommando’s.

80 Patronen, technische fiches, … opzoeken in een databank.

81 Zie ook lessen Vormgeving.De verwerking met een CAD-systeem volgt op de manuele uitvoering en opzoeking.

82 Leerlingen het belang doen inzien om alles volgens vooraf gestelde afspraken uit te voeren.

83 Deze technieken kunnen eventueel bij een bedrijfsbezoek of op de stages worden bestudeerd.

84 De nodige documentatie verzamelen. Diareeksen of films gebruiken. Kennismaken met systemen via stagebedrijven en/of beurzen.

4de graad BSO 45Modevormgeving – Modevormgeving D/2003/0279/023

Page 45: Huisstijlsjablonen VVKSOond.vvkso-ict.com/leerplannen/doc/word/Modevormgevi…  · Web viewInhoud3. 4de graad BSO25. Modevormgeving – ModetekenenD/2003/0279/023. 544de graad BSO.

4.10 Organisatie

LEERPLANDOELSTELLINGEN LEERINHOUDEN

85 Een totaalplanning opmaken en bewust zijn van de noodzaak hiervan.

• Planning

86 De nodige documenten van het fabricagedossier samenstellen volgens de normalisatievoorschriften van technisch tekenen. (B/U)

• Fabricagedossier:

voorstelling van het model

technische schets van het product

referentiekaart

snijpatroon

productanalyse

werkinstructieformulier

snijplan

87 Doel van de methodestudie formuleren en er ook naar handelen.

• Methodestudie:

tijdstudie

planning

bewegingsleer

werkpostinrichting

88 Bewust een goede werkhouding aannemen.

• Ergonomie

89 Een werkpost op een efficiënte en veilige manier inrichten.

• Werkpost:

werkplek

schikking

werkruimte

verlichting

verluchting

schikking

veiligheid

90 Kennismaken met verschillende aspecten van tijdsmeting. (U)

• Chronometrage

• Temposchatting

• Rusttoelagen

• Standaardtijden

• Multimomentopname

91 Het begrip IKZ – integrale kwaliteitszorg – omschrijven.

• Begrip

46 4de graad BSOD/2003/0279/023 Modevormgeving – Modevormgeving

Page 46: Huisstijlsjablonen VVKSOond.vvkso-ict.com/leerplannen/doc/word/Modevormgevi…  · Web viewInhoud3. 4de graad BSO25. Modevormgeving – ModetekenenD/2003/0279/023. 544de graad BSO.

92 Met voorbeelden verduidelijken dat productkwaliteit en proceskwaliteit belangrijk zijn voor IKZ.

• Productkwaliteit

• Proceskwaliteit

93 De voorwaarden die belangrijk zijn om te werken volgens IKZ verduidelijken.

• Erkenning van de klant

• Betrokkenheid

• Communicatie

• Verantwoordelijkheid

94 De elementen die de kostprijs van een kledingstuk beïnvloeden opnoemen.

• Kostprijsberekening

95 De materiaalkost van een kledingstuk berekenen.

• Materiaalkost

PEDAGOGISCH-DIDACTISCHE WENKEN

86 Fabricagedossier Kl-6001-01.In de loop van de graad moeten de verschillende documenten eens aanbod komen.Het is aan te raden om de gemaakte documenten op te slaan in de bibliotheek zo heeft men op termijn een archief dat men kan raadplegen en gebruiken. De verschillende documenten worden getekend in nauw overleg met modetekenen, vormgeving, praktijk en rekening houdend met de computersoftware. Ook aandacht schenken aan de manier van werken op de stageplaatsen.

87-88Altijd ijveren voor de beste kwaliteit, de kortste tijd, de goedkoopste (kostenbesparend), veiligste en ergonomisch beste oplossing.

89 Analyseren. Fouten doen inzien. Permanente aandacht voor eigen veiligheid en die van de anderen.Ergonomisch werken.

90 Navragen en onderzoeken op de stageplaats.

91-92 Voorbeelden uit de sector zoeken, eventueel via de stagebedrijven.Tekstmateriaal gebruiken om te verduidelijken.

93 Voorbeelden uit de eigen leefwereld aanhalen om te komen tot de inhoud. Eventueel een bedrijf dat een ISO-certificaat heeft, contacteren, voor meer info.

94 Dit kan in overleg met bedrijfsbeheer worden gegeven.De leerlingen moeten er zich van bewust zijn dat buiten de materiaalkost er nog vele elementen zijndie de kostprijs bepalen en waarmee ze moeten rekening houden. Zo leren ze tijdsbewust werken.

95 Prijsbewust leren aankopen.

4de graad BSO 47Modevormgeving – Modevormgeving D/2003/0279/023

Page 47: Huisstijlsjablonen VVKSOond.vvkso-ict.com/leerplannen/doc/word/Modevormgevi…  · Web viewInhoud3. 4de graad BSO25. Modevormgeving – ModetekenenD/2003/0279/023. 544de graad BSO.

4.11 Rechten en plichten van de werknemer

LEERPLANDOELSTELLINGEN LEERINHOUDEN

96 Het doel en de kleur van de veiligheids- en gezondheidssignalisaties verduidelijken.

• Pictogrammen

97 De gevaarlijke situaties op de werkplek aanduiden.

• Patroonafdeling

• Snijzaal

• Stikafdeling

• Strijkafdeling

98 Op een juiste manier kunnen reageren bij brandalarm.

• Brandpreventieplan

99 De functie van het comité voor preventie en bescherming op het werk (CPBw) omschrijven.

• Taken CPBw

100 Zich informeren over de bescherming van de werknemer buiten het werk.

• Sociale zekerheid

algemeenheden

organisatie

• Arbeidsongevallen

• Beroepsziekten

101 Weet hebben van de basiselementen van het sociaal recht in de kledingsector. De locaties kennen waar men zich kan informeren.

• Vakorganisaties voor werkgevers en werknemers

• Instellingen voor sociaal overleg

in de onderneming

in de bedrijfstak (paritair comité)

• Collectieve arbeidsovereenkomst (CAO)

arbeidsovereenkomst

arbeidsreglement

preventie en bescherming van de werknemer

102 De verschillende loonbarema’s voor de modellenmaakster, patroonmaakster en naaister opzoeken.

• Paritair comité nr. 107

• Minimumloonschalen

• Functieclassificatie

• Jongerenbarema’s

• Uurloon/maandloon/inkomen uit arbeid

103 Weten tot welke organisaties men zich moet richten om zich als zelfstandige te

• Zich zelfstandig vestigen

48 4de graad BSOD/2003/0279/023 Modevormgeving – Modevormgeving

Page 48: Huisstijlsjablonen VVKSOond.vvkso-ict.com/leerplannen/doc/word/Modevormgevi…  · Web viewInhoud3. 4de graad BSO25. Modevormgeving – ModetekenenD/2003/0279/023. 544de graad BSO.

vestigen.

104 Belang leren inschatten van een correct taalgebruik.

• Taalgebruik

• Spreken: stemgebruik

105 Bewust zijn van de signalen die je geeft bij non-verbale communicatie..

• Lichaamstaal:

gelaatsuitdrukking

gebaren

houding

oogcontact

nabijheidsdrang

uiterlijke verschijningsvorm

106 In praktische situaties aanvoelen dat de context mee bepaalt hoe de communicatie verloopt..

• Context: omgangsdomeinen en –situaties zoals:

thuis- en schoolsituatie

school- en stagesituatie

werknemers onder elkaar

werknemer en werkgever

omgaan met klanten

107 Oefenen in een positief assertief gedrag. • Opkomen voor jezelf

• Reageren volgens gangbare normen

PEDAGOGISCH-DIDACTISCHE WENKEN

96 Zie leermiddel “Veilig confectioneren met IVOC” en instructies van eigen school. Preventieadviseur om uitleg vragen.

97 De aandacht van de leerlingen trekken op de veiligheid van iedere werkplek, zeker vóór ze op stage vertrekken..

98 Dit zeker met de leerlingen oefenen op school zodat hun reacties spontaan worden.De leerlingen aansporen om zich ook op de stageplaats op de hoogte te stellen van de plaatselijke veiligheidsinstructies.

99 Maak dit concreet door een preventieadviseur uit te nodigen die zijn taak komt toelichten.Een bezoek aan een bedrijf of aan het veiligheidsinstituut is hier zinvol.

100-101-102Deze leerstof is voor het tweede jaar van de vierde graad. De school organiseert mogelijk ook een dag voor schoolverlaters. Voor info kan men steeds terecht bij sociale bureaus en vakorganisaties. Ook mensen uit het stagebedrijf kunnen hier informatie over geven. Rekening houden met inhouden die reeds in de derde graad gegeven zijn.

103 UNIZO – Modeunie. In afspraak met Bedrijfsbeheer

4de graad BSO 49Modevormgeving – Modevormgeving D/2003/0279/023

Page 49: Huisstijlsjablonen VVKSOond.vvkso-ict.com/leerplannen/doc/word/Modevormgevi…  · Web viewInhoud3. 4de graad BSO25. Modevormgeving – ModetekenenD/2003/0279/023. 544de graad BSO.

104 t/e/m 107Dit zijn geïntegreerde lesdoelstellingen waar je steeds mee bezig bent.Leerlingen uit het BSO hebben reeds veel geoefend op het verkoopgesprek.Leerlingen uit het TSO kregen het vak Sociale en communicatieve vaardigheden.Praktische oefeningen doen in voorbereiding op de stage en in samenwerking met Nederlands.

107 Concrete oefeningen doen in verband met positief assertief gedrag.

Leerplannen van het VVKSO zijn het werk van leerplancommissies, waarin begeleiders, leraren en eventueel externe deskundigen samenwerken.

Op het voorliggende leerplan kan u als leraar ook reageren en uw opmerkingen, zowel positief als negatief, aan de leerplancommissie meedelen via e-mail ([email protected]) of per brief (Dienst Leerplannen VVKSO, Guimardstraat 1, 1040 Brussel).

Vergeet niet te vermelden over welk leerplan u schrijft: vak, studierichting, graad, licapnummer.

Langs dezelfde weg kan u zich ook aanmelden om lid te worden van een leerplancommissie.

In beide gevallen zal de Dienst Leerplannen zo snel mogelijk op uw schrijven reageren.

5 EVALUATIE

Zie Algemeen deel, punt 10.

6 MINIMALE MATERIËLE VEREISTEN

6.1 Inrichting van het vaklokaal

6.1.1 Nutsvoorzieningen

– Voorzieningen voor koud water

– Elektriciteitsvoorzieningen voor:

• verlichting

• aansluiting toestellen

• aansluiting apparatuur

6.1.2 Infrastructurele voorzieningen

– Zone voor praktijk

– Zone voor theorie: ruim genoeg om aan te passen aan verschillende didactische werkvormen

50 4de graad BSOD/2003/0279/023 Modevormgeving – Modevormgeving

Page 50: Huisstijlsjablonen VVKSOond.vvkso-ict.com/leerplannen/doc/word/Modevormgevi…  · Web viewInhoud3. 4de graad BSO25. Modevormgeving – ModetekenenD/2003/0279/023. 544de graad BSO.

– Voldoende bergruimte

6.2 Specifieke uitrusting

Het aantal keren dat bepaalde voorzieningen moeten aanwezig zijn, is afhankelijk van het aantal leerlingen. Er dient voldoende te zijn voor elke werkende leerling.

6.2.1 Minimale uitrusting voor de zone praktijk

– Industriële éénnaalds-stiksteekmachine (klasse 300)

– Industriële overlockmachine (klasse 500)

– Machine voor het automatisch maken van knoopsgaten (huishoudtype)

– Strijktafel met universele strijkvorm met krachtige afzuig- en blaasinstallatie

– Stroomstrijkijzer

– Individuele stoomketel

– Strijkplank

– Instelbare plakpers – persoppervlakte 65 cm/130 cm

6.2.2 Minimale uitrusting voor de zone theorie

– Grote verplaatsbare werktafels me een glad werkblad: minimum 80 cm/120 cm

– Deze werktafels moeten kunnen samengevoegd tot een snijtafel van 1,60 m/3 m

– Verplaatsbare prikborden

– Grote verplaatsbare spiegel: 80 cm/150 cm

– Paspop

– Klein werkmaterieel, o.a. nietpistool, perforator, T-lat van 75 cm, lat 50 cm, …

– Vast projectievlak

– Bord

6.2.3 Specifieke uitrusting in verband met veiligheid

– Brandveiligheid

– Eerste hulp bij ongevallen

6.2.4 Informatiebronnen, aanwezig in het vaklokaal

– Modebladen aangepast aan de leeftijd van de leerling

– Recente reclamefolders

– Boeken en tijdschriften in verband met textielverwerking

4de graad BSO 51Modevormgeving – Modevormgeving D/2003/0279/023

Page 51: Huisstijlsjablonen VVKSOond.vvkso-ict.com/leerplannen/doc/word/Modevormgevi…  · Web viewInhoud3. 4de graad BSO25. Modevormgeving – ModetekenenD/2003/0279/023. 544de graad BSO.

– Vezeltabel

– Video’s bijvoorbeeld:

• Confectie is méér dan…

• Video-opnamen van recente tv-programma’s in verband met mode

– Stalen van verschillende materialen

– Handleidingen van machines en apparaten

6.2.5 Uitrusting, beschikbaar in de school

– Personal computer en printer, met aangepaste CAD-software voor een eenvoudig teken- en tekstverwerkingsprogramma

– Overheadprojector

– Video

– Tv-toestel

7 BIBLIOGRAFIE

7.1 Modevormgeving

ADRIAENSSEN, A., De grote Mode-en cy clopedie , Lannoo, Tielt, 1990.

Basispatronen en bijbehorende bundels, Rogovok.

Basisprincipes van het graderen - deel 1 - Graderen van de rok, KL-7001-01, VVKSO.

Basisprincipes van het graderen - deel 2 - Graderen van corsage en toepassingen, KL-7002-01, VVKSO.

Basisprincipes van het graderen - deel 3 - Tabellen en bijlagen, KL-7001-01, VVKSO.

BEKAERT-STANWYCK, Integrale Kwaliteitszorg, IVOC, Montoyerstraat 31, 1000 Brussel.

DE CRAECKER, Textieltechnologie, Plantyn, Deurne, 1990.

FLUIT, S., Mode: tekenen en styling, Cantecleer-Westland, De Bilt-Schoten, 1985.

ISO, ISO-Textiles-Types de points - Classifi cation et terminologie , Ref. ISO 4915 - E/F, IPB, Antwerpen.

ISO, ISO-Textiles-Types de coutures - Classi fication et terminologie , Ref. ISO 4916 - E/F, IPB, Antwerpen.

IVOCDocumentatiemappenInformatie over de Modetendensen, Montoyerstraat 31, 1000 Brussel.

Kwaliteit van A tot Z (handboek en video film) , BRTN, Instructieve Omroep, 1043 Brussel.

KENNETH, F., Geheimen van de couturiers, Schoten, Westland, 1985.

52 4de graad BSOD/2003/0279/023 Modevormgeving – Modevormgeving

Page 52: Huisstijlsjablonen VVKSOond.vvkso-ict.com/leerplannen/doc/word/Modevormgevi…  · Web viewInhoud3. 4de graad BSO25. Modevormgeving – ModetekenenD/2003/0279/023. 544de graad BSO.

LOEFF, C., Ontwerpen en presenteren, Cantecleer, 1988.

Mode en milieu - Petra II, Dienst Europese Projecten, Koningsstraat 93 1000 Brussel (tel. 02 227 14 11).Pfaff Information pour l'Industrie de la Couture, Pfaff-België, Blokhuisstraat, 23, 2800 Mechelen-Noord.

Rapport betreffende profielen en opleidingen, in de sector Kleding-confectie, Hoge Raad Technisch en Beroepsonderwijs, te verkrijgen bij de Pedagogische Dienst VVKSO, Guimardstraat 1, 1040 Brussel.

SCHRIJNMAKERS, J.P.G.M., Textielwarenkennis, Wolters, Leuven, 1983.

VAN RIJN, E., Mouleren en draperen, Schoten, Westland, 1988.

VAN OSS, F., Textiel, Kleding, Mode, Wolters, Leuven, 1985.

VROOM, F., Mode en Kleding, Wolters, Leuven, 1986.

7.2 Computertechnieken

Digiteren en wijzigen van patronen - handleiding, KL-2001-01, VVKSO.

Digiteren en wijzigen van patronen - oefeningen, KL-2002-01, VVKSO.

CAD - Graderen van patronen - Handleiding, KL-2004-01, VVKSO.

CAD - Snijplannen Beknopte handleiding en voorbeelden, KL-2006-01, VVKSO.

Kennismaking met MS-DOS - Beknopte handleiding, KL-1002-01, VVKSO.

VVKSO CAD-TECHTEK Technische handleiding, KL-1001-01, VVKSO.

Windows - basiscursus, HA-7002-01, VVKSO.

Technologie - deel automaten, KL-5005-01, VVKSO.

7.3 Organisatie

BEKAERT-STANWYCK, Integrale Kwali teitszorg , IVOC, Montoyerstraat 31, 1000 Brussel.

Beroepseconomie - deel 1 tot 11, KL-4000-01, KL-4001-01, KL-4002-01, KL-4003-01, KL-4004-01, KL-4005-01, KL-4006-01, KL-4007-01, KL-4008-01, KL-4009-01, KL-4011-01, VVKSO.

DE WAELE, C.O.P., Arbeidsorganisatie, IVOC, Montoyerstraat 31, 1000 Brussel.

Ergonomie en Arbeidsklimaat, CBGA, Commissariaat-Generaal voor de bevordering van de arbeid, Belliardstraat 53, 1040 Brussel.

Ergonomie: Mens en Werk. BRTN, Instructieve Omroep, 1043 Brussel.

4de graad BSO 53Modevormgeving – Modevormgeving D/2003/0279/023

Page 53: Huisstijlsjablonen VVKSOond.vvkso-ict.com/leerplannen/doc/word/Modevormgevi…  · Web viewInhoud3. 4de graad BSO25. Modevormgeving – ModetekenenD/2003/0279/023. 544de graad BSO.

Fabricagedossier - Documenten ..., KL-6001-01, VVKSO.

Kwaliteit van A tot Z (handboek en videofilm), BRTN, Instructieve Omroep, 1043 Brussel.

Leidinggeven en communicatie op de werkvloer, IVOC.

Mode en milieu - Petra II, Dienst Europese Projecten, Koningsstraat 93 1000 Brussel Tel. 02 227 14 11

Nomenclatuur Arbeidsstudie, NEN, IPB, Antwerpen.

Rapport betreffende profielen en opleidingen, in de sector Kleding-confectie, Hoge Raad Technisch en Beroepsonderwijs, te verkrijgen bij de Pedagogische Dienst VVKSO, Guimardstraat 1, 1040 Brussel.

ROS, R., Beroepseconomie, Bedrijfsplanning en Organisatie, Standaard.

7.4 Technisch tekenen

DESSIN HFI - Habillement Fabrications Industrielles, Editions André Casteilla, Paris

ISO, ISO-Textiles-Types de points - Classifi cation et terminologie , Ref. ISO 4915 - E/F, IPB, Antwerpen.

ISO, ISO-Textiles-Types de coutures - Classi fication et terminologie , Ref. ISO 4916 - E/F, IPB, Antwerpen.

Selectie van Belgische normen, BIN boekdeeltje 2, Lakenweversstraat 21, 1050 Brussel.

CAD-Technisch tekenen - handleiding, KL-2005, VVKSO.

Fabricagedossier - Documenten ..., KL-6001-01, VVKSO.

Technisch tekenen - voorbereidende oefeningen, KL-6002-01, VVKSO.

Technisch tekenen - voorbeeldoefeningen CAD, KL-6003-01, VVKSO.

7.5 Vaktijdschriften

MODE-FLASH, F. Van Den Bergelaan 126, 2630 Berchem.

TEXBEL international,

WEEKEND-KNACK, Moderubiek en seizoenuitgave: Dit is Belgisch.

MODEBLADEN (RUNDSCHAU - FASHION GUIDE - COLLEZIONI - BAZAAR - BOOKS).

54 4de graad BSOD/2003/0279/023 Modevormgeving – Modevormgeving

Page 54: Huisstijlsjablonen VVKSOond.vvkso-ict.com/leerplannen/doc/word/Modevormgevi…  · Web viewInhoud3. 4de graad BSO25. Modevormgeving – ModetekenenD/2003/0279/023. 544de graad BSO.

4de graad BSO 55Modevormgeving – Modevormgeving D/2003/0279/023

Page 55: Huisstijlsjablonen VVKSOond.vvkso-ict.com/leerplannen/doc/word/Modevormgevi…  · Web viewInhoud3. 4de graad BSO25. Modevormgeving – ModetekenenD/2003/0279/023. 544de graad BSO.

MODEVORMGEVINGVIERDE GRAAD BSO

PV STAGES KLEDINGEerste leerjaar: 2 uur/week

Tweede leerjaar: 2 uur/week

56 4de graad BSOD/2003/0279/023 Modevormgeving – Modevormgeving

Page 56: Huisstijlsjablonen VVKSOond.vvkso-ict.com/leerplannen/doc/word/Modevormgevi…  · Web viewInhoud3. 4de graad BSO25. Modevormgeving – ModetekenenD/2003/0279/023. 544de graad BSO.

INHOUD

1 BEGINSITUATIE.......................................................................................................57

2 ALGEMENE DOELSTELLINGEN..............................................................................57

3 ALGEMENE PEDAGOGISCH-DIDACTISCHE WENKEN.........................................57

4 LEERPLANDOELSTELLINGEN, LEERINHOUDEN EN PEDAGOGISCH-DIDACTISCHE WENKEN..............................................................58

4.1 Bedrijfsgegevens.................................................................................................................................. 584.2 Activiteiten............................................................................................................................................ 584.3 Attitudes............................................................................................................................................... 60

5 ORGANISATORISCHE ASPECTEN VAN DE STAGES...........................................625.1 Organisatorische aspecten...................................................................................................................625.2 Stagedossier........................................................................................................................................ 625.3 Stageplaatsen en stageplanning..........................................................................................................635.4 Taakomschrijvingen............................................................................................................................. 635.5 Pedagogisch – didactische wenken in verband met stages.................................................................64

6 EVALUATIE...............................................................................................................66

7 MINIMALE MATERIËLE VEREISTEN.......................................................................66

8 BIBLIOGRAFIE..........................................................................................................66

4de graad BSO 57Modevormgeving – Stages Kleding D/2003/0279/023

Page 57: Huisstijlsjablonen VVKSOond.vvkso-ict.com/leerplannen/doc/word/Modevormgevi…  · Web viewInhoud3. 4de graad BSO25. Modevormgeving – ModetekenenD/2003/0279/023. 544de graad BSO.

1 BEGINSITUATIE

De meeste leerlingen hebben een vooropleiding binnen het studiegebied Mode genoten.Er is ook belangstelling van afgestudeerden uit ASO– KSO– en andere TSO–studierichtingen.

Leerlingen die eerder de 3e graad BSO 'Moderealisatie en -verkoop' volgden, hebben allen stages gedaan in de verkoop met een eventuele mogelijkheid tot retouches. Enkelen onder hen hebben ook stages gedaan in een confectiebedrijf. Zij hebben reeds aan de lijve ondervonden hoe het is om in het werkveld mee te draaien.De leerlingen uit TSO ‘Creatie en mode’ hebben mogelijk reeds contact gehad met een confectiebedrijf of een ontwerpafdeling.Voor hen die geen mode voorkennis hebben is deze stage een eerste contact met het werkveld.

2 ALGEMENE DOELSTELLINGEN

– De theoretisch-praktische opleiding toetsen aan de realiteit van het modebedrijf.

– Kennismaken met de organisatie en de werking van het modebedrijf.

– Constante aandacht voor IKZ (Integrale KwaliteitsZorg).

– Een realistisch beeld vormen van een toekomstige werksituatie.

– De noodzaak inzien van permanente scholing en zelfontplooiing.

– Werken aan beroepsgerichte attitudes

3 ALGEMENE PEDAGOGISCH-DIDACTISCHE WENKEN

De leraar Modevormgeving is logischerwijze de aangewezen persoon om de stage te begeleiden.De activiteiten worden aangepast aan de mogelijkheden die de stageplaats biedt.In het eerste en tweede leerjaar wordt er een ander type van stage gekozen. Ook wat de activiteiten betreft zoekt men naar variaties die een meerwaarde bieden, bijvoorbeeld éénmaal bedrijfsstage en éénmaal bij een ontwerper.

De leerling leert zelfstandig functioneren in het toekomstige werkmidden.Bij voorkeur worden verschillende types van stageplaatsen aangeboden: – technisch medewerker van stilist en modeontwerper:

• omzetten van een tekening tot patroon manueel of met computer,

• model (prototype) uitvoeren en aanpassen aan de visie van de ontwerper,

• realiseren van bijbehorende accessoires zoals ceintuurs, hoofddeksels, handtassen, juwelen;

– medewerker in een modebedrijf:

• patroonmaakster,

• modellenmaakster;

– medewerker in een modezaak

• retoucheren,

• realiseren van modellen voor klanten met maatproblemen en/of exclusieve wensen;

– creatief medewerker in de kostuumafdeling van theater, stylingstudio’s …:

58 4de graad BSOD/2003/0279/023 Modevormgeving – Stages Kleding

Page 58: Huisstijlsjablonen VVKSOond.vvkso-ict.com/leerplannen/doc/word/Modevormgevi…  · Web viewInhoud3. 4de graad BSO25. Modevormgeving – ModetekenenD/2003/0279/023. 544de graad BSO.

• retoucheren,

• maken van accessoires,

• maatwerk: patronen en creatieve modellen uitvoeren.

4 LEERPLANDOELSTELLINGEN, LEERINHOUDEN EN PEDAGOGISCH-DIDACTISCHE WENKEN

LEERPLANDOELSTELLINGEN LEERINHOUDEN

4.1 Bedrijfsgegevens

1 Kennismaken met de eigenheid. • Benaming: ontstaan → evolutie

• Historisch overzicht::

motivatie bij de oprichting

geëvolueerde doelstellingen en eigenheid van het bedrijf

vroeger → nu

de markt waarin het bedrijf actief is

positionering binnen de markt

2 Onderzoek naar de tewerkstellingsmogelijkheden.

• Organigram + aantal personeelsleden:

algemeen

functies in verschillende afdelingen

3 Studie van het productieartikel • Soort

• Merknaam

• Modegebondenheid

duurzaamheid van her artikel (1 of 2 jaar)

aantal en grootte van collecties

mode – pasvorm - draagcomfort

PEDAGOGISCH-DIDACTISCHE WENKEN

Gegevens worden verwerkt in een stageverslag. Vooraf kan men opzoekwerk doen bijvoorbeeld via Internet.Deontologie respecteren.

4.2 Activiteiten

4 Mondelinge en schriftelijke opdrachten juist • Werkvoorbereiding

4de graad BSO 59Modevormgeving – Stages Kleding D/2003/0279/023

Page 59: Huisstijlsjablonen VVKSOond.vvkso-ict.com/leerplannen/doc/word/Modevormgevi…  · Web viewInhoud3. 4de graad BSO25. Modevormgeving – ModetekenenD/2003/0279/023. 544de graad BSO.

interpreteren.

4.2.1 Ontwerpafdeling

5 De manier waarop het contact met de klant verloopt bevragen.

• Klantcontact

6 Informeren naar de manier waarop de model- en materiaalkeuze gebeurt.

• Modelkeuze

• Materiaalkeuze

7 Observeren bij het maatnemen en het registreren van deze gegevens.

• Klantenregistratie

• Matenregistratie

4.2.2 Patroonafdeling

8 Observeren bij het tekenen, graderen en inleggen van patronen.

• Patronen tekenen

• Graderen van patronen

• Snijplannen maken

9 Modelpatroon tekenen. • Modelpatroon

10 Snijpatroon tekenen. • Snijpatroon

4.2.3 Modelafdeling

11 Knippen van het model. • Knippen

12 Subassembleren, assembleren en afwerken van het model.

• Subassembleren

• Assembleren

• Afwerken

13 Passessie van de ontwerpen mee opvolgen. • Pasbeurten

4.2.4 Productieafdeling

14 Helpen bij het opleggen. • Oplegsystemen

• Oplegtechnieken

15 Observeren en/of gebruiken van verschillende snijapparaten.

• Snijapparatuur

• Snijtechnieken

16 Observeren bij het gebruik van geautomatiseerde machines.

• Geautomatiseerde stikapparatuur

• Geautomatiseerde strijk- en persapparaten

60 4de graad BSOD/2003/0279/023 Modevormgeving – Stages Kleding

Page 60: Huisstijlsjablonen VVKSOond.vvkso-ict.com/leerplannen/doc/word/Modevormgevi…  · Web viewInhoud3. 4de graad BSO25. Modevormgeving – ModetekenenD/2003/0279/023. 544de graad BSO.

17 Zelfstandig realiseren van modellen. • Assembleren

18 Strijken en persen van kledingstukken. • Strijken

• Persen

19 Bij de (eind)controle observeren van de werkwijze en helpen bij de uitvoering ervan.

• Eindcontrole

20 De producten inpakken en verzenden volgens de normen van het bedrijf of de vraag van de klant.

• Inpakken

• Verzenden

4.2.5 Retoucheafdeling

21 Retouches aanduiden op kledingstuk en pompkaart invullen.

• Retouches aanduiden

• Pompkaart invullen

22 Pompkaart kunnen lezen. • Pompkaart

23 Eenvoudige retouches zelfstandig uitvoeren. • Eenvoudige retouches

24 Complexe retouches onder leiding uitvoeren. • Complexe retouches

PEDAGOGISCH-DIDACTISCHE WENKEN

Leerlingen voorbereiden tot een open communicatie met de stagegever.De leerling wijzen op een discrete houding.

Leerlingen kijken goed hoe de opdrachten worden uitgevoerd zowel manueel als met CAD. Zij vergelijken met de werkwijze van de school. Belangrijk is om goede contacten met de stageplaatsen op te bouwen. Dit kan de kansen voor de stagiaire, tot deelnemen aan activiteiten, alleen maar bevorderen. Indien mogelijk worden ze mee ingeschakeld. Al naargelang de opdracht voeren ze die zelfstandig, onder verwijderd toezicht of onder leiding uit.

4.3 Attitudes

– Vlot contact leggen met de stageplaats.

– Initiatief durven en kunnen nemen.

– Sociaal vaardig zijn, met de medewerkers kunnen dialogeren en overleggen.

– Zich strikt houden aan afspraken binnen het bedrijf.

– Informeren naar en rekening houden met de gangbare veiligheidsvoorschriften van het bedrijf.

4de graad BSO 61Modevormgeving – Stages Kleding D/2003/0279/023

Page 61: Huisstijlsjablonen VVKSOond.vvkso-ict.com/leerplannen/doc/word/Modevormgevi…  · Web viewInhoud3. 4de graad BSO25. Modevormgeving – ModetekenenD/2003/0279/023. 544de graad BSO.

– Belangstelling tonen voor het werk.

– Op een leergierige wijze opdrachten uitvoeren.

– Nieuwe werkmethodes met veel aandacht observeren en nauwkeurig uitvoeren.

– Efficiënt werken.

– Elementaire vaardigheden verwerven bij het uitvoeren van de taken.

– Zelfstandig functioneren.

– Voldoende doorzettingsvermogen en verantwoordelijkheidszin ontwikkelen om een opdracht tot een goed einde te brengen.

– Openstaan voor nieuwe ideeën.

62 4de graad BSOD/2003/0279/023 Modevormgeving – Stages Kleding

Page 62: Huisstijlsjablonen VVKSOond.vvkso-ict.com/leerplannen/doc/word/Modevormgevi…  · Web viewInhoud3. 4de graad BSO25. Modevormgeving – ModetekenenD/2003/0279/023. 544de graad BSO.

5 ORGANISATORISCHE ASPECTEN VAN DE STAGES

5.1 Organisatorische aspecten

Wat de voorwaarden tot organisatie van stages betreft, het bijhouden van het stageregister, het opmaken van het algemeen stagedossier en de kostenvergoeding verwijzen we naar:

– de reglementering, m.n.

– de ministeriële omzendbrief SO/2002/09 van 16 september betreffende “Leerlingenstages in het voltijds secundair onderwijs” 1

– de VVKSO-Mededeling van 3 oktober 1996 betreffende “Stages van leerlingen in het voltijds secundair onderwijs”;

– ARAB, art. 28 en consequenties;

– de map ‘Leerlingenstages in het Technisch en Beroepssecundair onderwijs’ van de VLOR.

Het is evident dat de actuele reglementering tijdig bij de stagecoördinator en/of stagebegeleider terecht komt.

5.2 Stagedossier

Bij de aanvang van een nieuw schooljaar wordt het algemeen stagedossier samengesteld met gegevens betreffende:de stageovereenkomst– de formaliteiten betreffende de verzekering

– het stagereglement – deontologie t.o.z van stageplaats en school

– de stagekalender

– de stage-activiteitenlijst

– de namen van de stagairs

– de namen van de stagebegeleiders

– de stageplaatsen

– lijst met contacttelefoonnummers: stageplaats, stagebegeleider, school

– de toepassing van de wet Welzijn op het Werk - ARAB en/of veiligheidsreglementering

Er dient ook een individueel leerlingendossier opgemaakt te worden met alle gegevens betreffende stageplaatsen, stagementoren, stagebegeleiders, stageovereenkomsten, gepresteerde uren, observatie en evaluatiegegevens.

1 1 U surft naar http://edulex.vlaanderen.be. U vindt de omzendbrief door achtereenvolgens te klikken op “via delen en rubrieken in de omzendbrieven”, “Secundair onderwijs” en Stages”).

4de graad BSO 63Modevormgeving – Stages Kleding D/2003/0279/023

Page 63: Huisstijlsjablonen VVKSOond.vvkso-ict.com/leerplannen/doc/word/Modevormgevi…  · Web viewInhoud3. 4de graad BSO25. Modevormgeving – ModetekenenD/2003/0279/023. 544de graad BSO.

Daar het beroepsgeheim belangrijk is, worden stagemappen ofwel op school bewaard, ofwel met de leerling meegegeven nadat er een schriftelijke verklaring opgemaakt werd waarbij de leerling de verantwoordelijkheid omtrent de bewaring van de inhoud opneemt. Het is sowieso belangrijk dat er geen vertrouwelijke gegevens van de stageplaats terug te vinden zijn in stagedocumenten.

5.3 Stageplaatsen en stageplanning

5.3.1 Keuze van stageplaatsen

De directeur en/of stagecoördinator/begeleider moeten zich vergewissen van de kwaliteit van de stages:– de werking op de stageplaatsen moet voldoende leerlinggericht zijn,

– de specifieke stagedoelstellingen moeten bereikt kunnen worden,

– er moeten verschillende activiteiten plaatsvinden die een toepassing zijn op de doelstellingen van het leerplannen.

5.3.2 Stageplanning

De stages worden bij voorkeur in blokperiodes ingericht. Dit is een reële simulatie van het toekomstig werk en waarborgt ook continuïteit. Er ontwikkelt zich een grotere betrokkenheid naar de opdrachten. Ook de stagebegeleider en stagementor kunnen efficiënter en optimaler begeleiden. Dit alles verhoogt de groei- en leerkansen voor de stagiair. De stagebegeleiding van de leerling wordt omwille van de integratie best waargenomen door de leraar Modevormgeving van de 4de graad BSO. Zij leidt de leerling op voor deze stage en is het best geplaatst om de leerling te volgen en bij te sturen.

5.4 Taakomschrijvingen

5.4.1 Stagementor

De stagementor is een belangrijke schakel in het leerproces van de leerling. De stagementor heeft een aanvullende taak in de opleiding. De stagementor draagt nooit de eindverantwoordelijkheid in de evaluatie.

De stagementor– is een personeelslid van de stageplaats (met een begeleidingsopdracht vanwege de stagegever); bij

afwezigheid zorgt hij voor een vervanger;

– is sociaal vaardig om leerlingen te begeleiden (heeft inzicht, is objectief, kan structuur aanbrengen, heeft verbale mogelijkheden, kan bevestigen en ondersteunen, is een identificatiefiguur …);

– is deskundig en heeft praktijkervaring op de stageplaats;

– is de contactpersoon voor de stageplaats naar de leerling-stagiair en de stagebegeleider;

– is op de hoogte van de stagedoelstellingen, kijkt opdrachten na en neemt deel aan de evaluatiemomenten;

64 4de graad BSOD/2003/0279/023 Modevormgeving – Stages Kleding

Page 64: Huisstijlsjablonen VVKSOond.vvkso-ict.com/leerplannen/doc/word/Modevormgevi…  · Web viewInhoud3. 4de graad BSO25. Modevormgeving – ModetekenenD/2003/0279/023. 544de graad BSO.

– introduceert de leerling op de stageplaats en geeft zowel praktische als inhoudelijke informatie;

– is tactvol en respecteert het beroepsgeheim ten opzichte van de leerling stagiair(e)s;

– houdt zich op de hoogte van het functioneren van de leerling of werkt concreet samen met de leerling, geeft feedback en meldt tijdig grote tekorten in het functioneren van de leerling aan de stagebegeleider;

5.4.2 Stagebegeleider

De stagebegeleider is een leraar met een duidelijke begeleidingsopdracht op de stageplaats.

De stagebegeleider– is aangesteld door de school;

– bezit sociale vaardigheden om leerlingen te begeleiden (heeft inzicht, is objectief, kan structuur aanbrengen, kan bevestigen en ondersteunen, is een identificatiefiguur …);

– kan een gesprek aangaan met leerlingen over leersituatie (leergesprek), gevoelens in de dagelijkse stagesituatie …;

– heeft zicht op de beginsituatie of het stageleerproces van de leerling;

– kan onderhandelen tussen alle betrokken partijen;

– bezit vaardigheden en deskundigheid om vorderingen van leerlingen op te volgen, bij te sturen en te evalueren:

– beoordeelt op het einde van het stageproces, na advies van de stagementor;

– heeft ervaring in het stageleergebied en/of doet alsnog ervaring op, houdt actuele ontwikkelingen bij;

– neemt deel aan stagevergaderingen en delibererende klassenraden;

– bespreekt stage-ervaringen die kunnen worden veralgemeend op gestructureerde wijze in de klasgroep.

5.4.3 Stagecoördinator

De school kan een stagecoördinator aanstellen die instaat voor de inhoudelijke, administratieve en praktische coördinatie en organisatie van de stages en het stagegebeuren.De stagecoördinator begeleidt ook de stagevergaderingen, overlegt met vakleraren, volgt actuele ontwikkelingen op en onderhoudt contacten met het werkveld. Het is bij voorkeur iemand met ervaring in stagebegeleiding.

5.5 Pedagogisch – didactische wenken in verband met stages

Fasen in het begeleidingsproces en stage-evaluatie

Leren van praktijkervaring veronderstelt opdoen van ervaringen in de dagelijkse realiteit van het werkveld: gekenmerkt door geleidelijkheid, gebaseerd op concrete vooraf gekende doelstellingen en gekoppeld aan begeleiding en reflectie.

4de graad BSO 65Modevormgeving – Stages Kleding D/2003/0279/023

Page 65: Huisstijlsjablonen VVKSOond.vvkso-ict.com/leerplannen/doc/word/Modevormgevi…  · Web viewInhoud3. 4de graad BSO25. Modevormgeving – ModetekenenD/2003/0279/023. 544de graad BSO.

5.5.1 Algemene introductie

Vooraleer de stage start in de 4de graad BSO is een voorbereiding op deze, voor sommige nieuwe, leervorm noodzakelijk. De leerling kiest uit de reeks vooropgestelde een aantal stageplaatsen waar zijn voorkeur naar uitgaat of doet voorstellen naar zelf aangebrachte stageplaatsen. Via het intake-gesprek geeft de leerling een duidelijk omschreven verantwoording. De stagebegeleider polst naar interesse, sociale achtergrond, persoonlijkheid, kennis en vaardigheid en de verwachtingen over de stage. De stagebegeleider doet de uiteindelijke toewijzing.Een goede voorbereiding werkt motiverend, prikkelt op een gezonde manier de nieuwsgierigheid naar het werkveld en verlaagt de drempel om op stage te gaan.

Tijdens de algemene introductie komen volgende inhouden best aan bod;– Visie geven op de job;

– Administratie voorbereiden zoals stageovereenkomst, stageplaatsen, stageverslagen, stageplanning, stagevademecum, afspraken en regels …;

– Zicht krijgen op de stagedoelstellingen, stageactiviteiten en stageopdrachten;

– Kennismaken met de wijze van stagebegeleiding, mentorschap en evaluatie …

Er zijn verschillende bruikbare werkvormen zoals:– kennismakingsbezoeken in het werkveld,

– getuigenissen vanuit de werksituaties (oud leerlingen, stagebegeleiders, stagementoren, …)

– inleefsituaties, simulaties, rollenspel, …

5.5.2 Specifieke introductie voor de stage

De specifieke introductie gebeurt vooraleer de leerling naar de stageplaats gaat. Bepaalde aspecten kunnen in samenwerking met het vak Nederlands uitgewerkt worden, zoals telefoneren, hoe zich presenteren, … Men grijpt terug naar bestaande informatiegegevens. Dit is een bundel per stageplaats met als informatie: de ligging, de bereikbaarheid, de productiemethode, de collectie, enz.Vooraf dient de stagebegeleider met de stagementor duidelijke afspraken te maken zowel op inhoudelijk als praktisch gebied.De stagebegeleider formuleert duidelijke afspraken.Tijdens de specifieke introductie komen volgende inhouden best aan bod:– Informatie over de stageplaats zoals ligging, bereikbaarheid, infrastructuur, veiligheidsplan, uurregeling,

dagindeling, verwachtingen, gewoonten, kledij, maaltijden …

– Afspraken rond mogelijke afwezigheden en bereikbaarheid, contact telefoonnummers van stageplaats, school en stagebegeleider;

– Leermogelijkheden op basis van stage-activiteitenlijst: stagedoelstellingen, individueel leertraject, stageopdrachten …

– Eerste stagedag en onthaal, stagebezoeken, stagementor, momenten van tussentijdse en eindevaluatie …

66 4de graad BSOD/2003/0279/023 Modevormgeving – Stages Kleding

Page 66: Huisstijlsjablonen VVKSOond.vvkso-ict.com/leerplannen/doc/word/Modevormgevi…  · Web viewInhoud3. 4de graad BSO25. Modevormgeving – ModetekenenD/2003/0279/023. 544de graad BSO.

5.5.3 Tijdens de stage

Stage veronderstelt voor een leerling het doormaken van een leerproces via het opdoen van steeds complexer wordende praktijkervaringen en bijbehorende reflectie.Leerlingen worden in dit proces begeleid door de stagebegeleider en de stagementor:• Activiteiten en vaardigheden worden samen of onder begeleiding voorbereid, uitgevoerd en besproken;

• Bijsturen van opdrachten opent nieuwe leerkansen;

• Regelmatige feedback geeft samen met zelfreflectie kansen tot leren aan de leerling;

• Tussentijds evalueren met de leerling, de stagementor en de stagebegeleider van zowel positieve punten als werk- of aandachtspunten;

• Eindevaluatie voorzien met duidelijke proces- en productevaluatie en remediëringsafspraken.

De begeleiding dient te gebeuren in een sfeer van veiligheid, geborgenheid en bevestiging, in een stijl van dialoog en met professionele deskundigheid. Het geven van groeikansen aan leerlingen is noodzakelijk.

Werken met een stageteam op school is ondersteunend en richtinggevend en verhoogt de kwaliteit van begeleiden. Op de stagevergaderingen kunnen ervaringen uitgewisseld worden en kan men zoeken naar begeleidingstips.

5.5.4 Na de stage

Er dient een stagevergadering plaats te vinden waarop beoordelingen worden getoetst en remediëringen afgesproken. Quoteringen worden gegeven door de stagebegeleider, eventueel in ruggespraak met het stageteam, de klasleraar kan als waarnemer aanwezig zijn. De besluiten van de stagevergadering dienen later voorgelegd en besproken te worden op de klassenraad.De leerling heeft samen met de stagebegeleider een individuele nabespreking van de stage en de stageopdrachten. Het is noodzakelijk dat de leerling op dat moment een duidelijk beeld krijgt van zijn leerproces aan de hand van de stagedoelstellingen, zowel van wat goed loopt als minder goed en op welke wijze verder kan gewerkt worden. Bijsturing of remediëringsafspraken zijn best in concrete gedragstermen geformuleerd (schriftelijk en mondeling) en kunnen zowel naar de volgende stage als naar het lesgebeuren gericht zijn. Er moet ook helderheid zijn over wie deze afspraken samen met de leerling opvolgt en hoe. Eventueel kan er een schriftelijke overeenkomst opgemaakt worden.Stage-evaluaties proces als product worden in een globaal geschreven beoordeling weergegeven. In moeilijke situaties is het zeer zinvol een gesprek met de ouders, leerling, stagebegeleider en eventueel stagecoördinator te organiseren zodat alle partijen goed weten wat er aan de hand is en welk de remediëringsafspraken zijn.

Tenslotte dient de hele stagewerking regelmatig bevraagd en bijgestuurd te worden zowel vanuit ervaringen met de leerlingen, contacten met het werkveld, visie- en sectorontwikkelingen als ervaringen van vakleraren en stagebegeleiders.

6 EVALUATIE

Zie Algemeen deel, punt 10.

7 MINIMALE MATERIËLE VEREISTEN

Geen enkel leslokaal voor de voorbereiding.

4de graad BSO 67Modevormgeving – Stages Kleding D/2003/0279/023

Page 67: Huisstijlsjablonen VVKSOond.vvkso-ict.com/leerplannen/doc/word/Modevormgevi…  · Web viewInhoud3. 4de graad BSO25. Modevormgeving – ModetekenenD/2003/0279/023. 544de graad BSO.

8 BIBLIOGRAFIE

Zie Modevormgeving, p. 51

68 4de graad BSOD/2003/0279/023 Modevormgeving – Stages Kleding