Document

48
Foliolum JAARGANG XX EDITIE II DECEMBER 2006 UNIVERSITAIR CENTRUM VOOR FARMACIE G.F.S.V. PHARMACIAE SACRUM Persoonlijkheidsstoornissen Lustrum themaummer Ed2 bijna af.qxp 11-8-2007 12:52 Pagina 1

description

http://www.psgroningen.nl/foliolum/december2006.pdf

Transcript of Document

Page 1: Document

FoliolumJAARGANG XX EDITIE II DECEMBER 2006

UNIVERSITAIR CENTRUM VOOR FARMACIEG.F.S.V. PHARMACIAE SACRUM

Persoonlijkheidsstoornissen

Lust

rum

them

aum

mer

Ed2 bijna af.qxp 11-8-2007 12:52 Pagina 1

Page 2: Document

Ed2 bijna af.qxp 11-8-2007 12:52 Pagina 2

Page 3: Document

FoliolumJaargang

XXed

II|Inhoudsopgave03

RReeddaaccttiieeccoommmmiissssiieeGertruud Haitsma

Loes KistemakerWim Velema

Patrick DantumaFloor Lubberman

Sophie Brus

AAbb--aaccttiiaaaattLoes KistemakerSabangplein 14

9715 CX Groningen06-14042614

[email protected]

DDrruukkkkeerriijjWeissenbach BV

Sneek

OOppllaaggee1100 stuks

Copyright 2006: Niets van deze uitgave mag worden verveelvuldigd en/of openbaar gemaakt worden door middel van druk, microfilm of welke andere wijze dan ook zonder toestemming van de redactiecommissie der Foliolum

Inhoudsopgave

04 Redactioneel05 Praesespraat06 Voorwoord Reinier Smit07 Promoties11 Opleidingsinformatie13 Lastpakken, angsthazen en buitenbeentjes

Prof. dr. W. van der Does2o Fundamentele research naar persoonlijkheidsstoornissen

Prof. dr. B. Olivier23 Schizoïd, psychopatisch of borderline - over persoonlijk-

heidsstoornissen en de apothekerProf. dr. A.J.M. van Loonen

30 Onderzoek belicht32 Geneesmiddel belicht33 Apotheker bij de landmacht35 Student in het buitenland37 EIK kamp39 Suikerunie excursie40 Commissiepraat42 Party & Co 45 25e Lustrumlied46 Column

G. F. S. V. Pharmaciae Sacrum in samenwerking met het Universitair Centrum voor Farmacie

aan de Rijksuniversiteit Groningen.

FFoolliioolluummJaargang XX Editie II December 2006

Stoornissen in affect regulatie bij patiëntenmet een borderline persoonlijkheidsstoornisDrs. A. van Dijke

Casusbeschrijving meneer BeringDrs. A. Haitsma

Terugblik op het Eeuwfeest van PharmaciaeSacrumHerman Woerdenbag, e.t ab-actis Lustrumcommissie 1981

17

25

43

Ed2 bijna af.qxp 11-8-2007 12:54 Pagina 3

Page 4: Document

Folio

lum

jaar

gang

XXed

II|R

edac

tion

eel

To the point

Lectori Salutem,

De dagen worden korter, de bladeren liggen op straat en de eerste hagelstenen zijn gevallen. Voor de meeste mensenbetekent dit: de winter is begonnen. De leden van Pharmaciae Sacrum denken echter: het lustrum is in aantocht! Dit jaargeen Diesviering maar een groots Lustrumspektakel. Wij als redactiecommissie willen hier graag een steentje aan bijdra-gen en hebben in samenwerking met de lustrumcommissie dit lustrumnummer gemaakt.

Zoals reeds bekend is gemaakt, is het thema van het lustrum '100% één groot gekkenhuis!?!'. Het symposium over persoonlijkheidsstoornissen is de leerzame activiteit van de lustrumweek. Hoewel ik denk dat ik tijdens de buitendag,wanneer we samen gaan skiën, ook veel kan leren. Mijn skiprestaties zijn nou niet bepaald om over naar huis te schrijven(ervaring: 0,0).

Persoonlijkheidsstoornissen is een onderwerp dat binnen de farmacie weinig besproken wordt. Toch komen persoonlijk-heidsstoornissen vaker voor dan de meeste mensen denken. In films en series op televisie is het de normaalste zaak vande wereld dat jonge mensen antidepressiva slikken. U hoeft geen farmaceut te zijn om te weten waar Prozac voor wordtvoorgeschreven. Iedereen ziet het wel eens niet meer zitten, maar wat is nou het verschil tussen niet goed in uw vel zittenen depressief zijn?

Het woord persoonlijkheidsstoornissen omvat natuurlijk veel meer dan alleen maar depressie. Schizofrenie, borderlinersen suïcidale neigingen behoren hier ook toe. Apothekers krijgen ook met deze patiënten te maken achter de balie. Dit zijnzeker niet de makkelijkste patiënten om mee om te gaan en het is daarom van groot belang om als apotheker te weten water in deze patiënten omgaat. Ik wil daarom bij deze de lustrumcommissie complimenteren met het gekozen onderwerp.Het is een leuk en interessant onderwerp en ik denk dat kennis van zaken ons later bij het uitoefenen van ons beroep vanpas zal komen.

In dit nummer zullen vier sprekers van het lustrum hun verhaal op papier nogmaals vertellen. Prof. Dr. A.J.W. van der Does,werkzaam aan de universiteit Leiden afdeling psychologie en het LUMC, bijt het spits af met zijn artikel over hetpsychiatrische classificatiesysteem. Vervolgens zal Drs. A. van Dijke, o.a. klinisch psycholoog en gedragstherapeut, uitweiden over affect disregulatie bij borderliners. Hierna wordt door Prof. Dr. B. Olivier, hoogleraar farmacologie van hetcentrale zenuwstelsel aan de Universiteit Utrecht, in het diepe gesprongen met zijn manuscript over de fundamenteleresearch bij persoonlijkheidsstoornissen. Prof. Dr. A.J.M. Loonen, arts/klinisch farmacoloog en dagvoorzitter bij het sympo-sium, vertelt over persoonlijkheidsstoornissen en de apotheker. Ten slotte zal Drs. A. Haitsma, arts-assistent psychiatrieParnassia, aan de hand van een casus beschrijven hoe de behandeling van een psychiatrische patiënt in elkaar steekt.

Het P.S. gedeelte bevat zoals gewoonlijk weer leuke verslagen van de activiteiten van P.S. alsmede een nieuw onderwerp,namelijk medicijn belicht. Als toevoeging op het thema zalProf. Dr. J.R.B.J. Brouwers uitleggen hoe Sarcosine, een modelstofvoor een nieuwe generatie antipsychotica, werkt.

Tot slot wil ik Prof. Dr. A.J.M. Loonen speciaal bedanken voor deondersteuning bij het maken van dit lustrumnummer. Nu rest mijnog de leden van Pharmaciae Sacrum te feliciteren met het 25elustrum van hun vereniging en hen veel plezier te wensen tijdensde lustrumweek!

Met vriendelijke groet,

Namens de 20e redactiecommissie 'to the point',

Gertruud Haitsmah.t. praeses v.l.n.r.: Gertruud Haitsma, Loes Kistemaker, Wim Velema,

Patrick Dantuma, Floor Lubberman en Sophie Brus.

Ed2 bijna af.qxp 11-8-2007 12:54 Pagina 4

Page 5: Document

Geachte lezer,

Ik sta op het perron op Utrecht Centraal te wachten op de trein naar Groningen. Plotseling komt er een man van de roltrapnaar beneden en roept telkens: "De wereld is gek. De wereld is gek.". Schreeuwend loopt hij een rondje over het perron omvervolgens zijn weg te vervolgen naar de stationshal. Ik hoor mezelf in mijn hoofd zeggen: "Gast, je bent zelf gek."In de trein denk ik nog eens na over dit voorval. Je vraagt je af hoe die man in hemelsnaam in deze situatie terecht is geko-men. Dan herinner ik me de getallen die ik gelezen heb over persoonlijkheidsstoornissen in een brief van deLustrumcommissie. Ongeveer 15% van de mensen krijgt tenminste één maal een persoonlijkheidsstoornis in zijn of haarleven. Een persoonlijkheidsstoornis wordt gekenmerkt door emoties en gedragingen die duidelijk afwijken en een belem-mering geven in het persoonlijke, beroepsmatige of sociale functioneren. Een gemiddelde apotheek heeft een patiënten-bestand van 8.000 mensen. Dit houdt in dat gemiddeld per apotheek 1.200 mensen een persoonlijkheidsstoornis hebben,hebben gehad of krijgen. Dit is een aanzienlijk deel en het is goed als de farmaciestudent wat beter van deze lastige ziek-ten op de hoogte is. Een beetje gek zijn we allemaal, maar het is belangrijk dat ziektes als persoonlijkheidsstoornissensteeds meer aandacht krijgen en er serieus mee om wordt gegaan.

Ik ben daarom blij dat de Lustrumcommissie dit thema heeft gekozen voor het symposium en dat de Redactiecommissieook dit jaar het tweede nummer gebruikt als (Dies/)Lustrum themanummer. Het eerste nummer over Klinische Studies vande Redactiecommissie was zeer interessant en zag er goed uit. Ik ben dan ook zeer benieuwd op welke wijze de commissiedit nummer zal invullen.

De decembermaand zal voor alle Groningse farmaceuten "100%, één groot gekkenhuis !?!" worden. Naast Sinterklaas,Kerstmis en Oudjaar zullen we in deze feestmaand het 25e Lustrum van Pharmaciae Sacrum vieren. Op de oktoberborrel ishet programma onthuld en het ziet er veelbelovend uit. De inschrijvingen illustreren dit beeld. Alle activiteiten zitten vol,voor de sportdag moest geloot worden en voor het gala (400 plaatsen) is een reservelijst. Ook voor de Reünistendag is ditLustrum in tegenstelling tot vijf jaar geleden veel animo. Ongeveer honderd reünisten zullen naar Groningen afreizen omde oude banden weer aan te halen en het 25e Lustrum te vieren.

Op momenten als deze realiseer ik me dat Pharmaciae Sacrum leeft en veel leden enthousiast zijn voor de vereniging.Misschien kan ik zelfs wel stellen dat redelijk wat mensen ook wel gek zijn van Pharmaciae Sacrum.

Rest mij nu nog u veel plezier te wensen met het lezen van het tweede nummer van de Redactiecommissie "to the point"en u een feestelijke decembermaand toe te wensen.

Met vriendelijke groet,

Namens het 125e bestuur der G.F.S.V. "Pharmaciae Sacrum",

Alexander Hamiltonh.t. praeses

Foliolumjaargang

XXed

II|Praesespraat

05

Hamilton

v.l.n.r.: Piter Oosterhof, Jacomijn Dijksterhuis, AlexanderHamilton, Anne Lexmond en Kristian Pool.

Ed2 bijna af.qxp 11-8-2007 12:55 Pagina 5

Page 6: Document

Folio

lum

jaar

gang

XXed

II|V

oorw

oord

Rein

ierS

mit

Smit

Geachte lezer,

Voor u ligt de Lustrumeditie van het Foliolum. In dit speciale nummer wordt veel aandacht geschonken aan het heuglijkefeit dat Pharmaciae Sacrum alweer een jaartje ouder is geworden en de memorabele leeftijd van 125 jaar heeft bereikt.

Met deze leeftijd is onze studentenvereniging de oudste studiegerelateerde studentenvereniging die Nederland kent.Sinds 1881 bestaan wij al. Dan rijst de vraagt: Hoe overleeft een vereniging zulke vele jaren? Pharmaciae Sacrum is eenrelatief kleine vereniging, met een stabiel aantal van ongeveer 600 leden. Een dergelijke omvang van een verenigingmaakt het mogelijk om niet in het grote geheel te 'verdwijnen', maar om actief deel uit te maken van de vereniging. Hetzorgt voor de gezelligheid en de knusheid die een goed draaiende vereniging nodig heeft. Zoals ons erelid professor dr.Jonkman op de afgelopen ledenvergadering nog aanstipte: Pharmaciae is een uiterst gestructureerde, gedisciplineerde engoed georganiseerde vereniging. Ook hierin schuilt de kracht die voor overleven noodzakelijk is.

Zo ontsproot anderhalf jaar geleden uit deze geweldige basis, die Pharmaciae Sacrum in al haar 125 levensjaren verworvenheeft, de 25e Lustrumcommissie. Sindsdien wordt er vergaderd, overlegd, georganiseerd en uiteraard regelmatig gezelligeen biertje gedronken in de tap. Al die gezellige avonden en borrels hebben geleid tot een geweldig resultaat dat u alleninmiddels bekend is. Ten tijde van het verschijnen van deze editie viert u hoogstwaarschijnlijk feest om het 125e levensjaarvan de vereniging kracht bij te zetten.

In dit themanummer zal ook het onderwerp persoonlijkheidsstoornissen verder worden toegelicht. Zo hebben verschillen-de sprekers die ook op het symposium een voordracht houden, een bijdrage geleverd aan dit Foliolum. Een ongebruikelijkonderwerp als persoonlijkheidsstoornissen, verdient nu eenmaal een beetje extra aandacht. Want apothekers zijn tochgeen psychologen? Feit blijft echter dat persoonlijkheids problematiek een veelvuldig voorkomend verschijnsel is, watonvermijdelijk effect heeft op het geneesmiddelgebruik door de patiënt. Zeer belangrijk is ook het effect op de socialeomgeving van de patiënt. Wellicht is het in de toekomst mogelijk hier effectievere behandelmethodes voor te ontwikkelenen u als toekomstig apotheker kunt hier uw vakkennis laten gelden.

Wellicht leert u wat over uzelf, en vallen alle rare karaktertrekjes die uw vrienden allang aan u opgevallen waren ineens opzijn plaats. Maar misschien weet u na dit symposium ook ineens de eigenaardige gewoontes van uw huisgenoot te relati-veren. Kortom, het wordt een leerzame dag.

Rest mij nog het bestuur en alle leden van G.F.S.V. Pharmaciae Sacrum te feliciteren met het bereiken van het 125e levens-jaar van onze studievereniging. Ik wil u tevens allen uitnodigen het Lustrumlied gedurende het Lustrumjaar uit volle borstmee te zingen!

Al met al kan ik maar één ding concluderen. Het wordt "100%, één groot gekkenhuis!?!"

Met vriendelijke groet,

Namens de 25e Lustrumcommissie,

Reinier Smith.t. praeses

v.l.n.r: Reinier Smit, Francien Paalhaar, Marieke van derVegt, Bart Poolman, Judith Ris en Jelmer Faber.

Ed2 bijna af.qxp 11-8-2007 12:55 Pagina 6

Page 7: Document

Foliolumjaargang

XXed

II|Prom

oties07

Promovendi

FWNMMeeddiicciijjnnggeebbrruuiikk bbiijj AADDHHDD ttee wweeiinniigg ggeeccoonnttrroolleeeerrdd

Stimulantia als Ritalin worden vaak voorgeschreven als de diagnose ADHD is gesteld. Maar gebeurt dat niet veel te snel envooral ook onzorgvuldig en door de verkeerde personen? Nee, ontdekte farmaceut Adrianne Faber. Wel maakt ze zich naaraanleiding van haar onderzoek zorgen over het gebrek aan na-controle. In negentien procent van de gevallen wordt geenvervolgafspraak gemaakt om het gebruik van stimulantia te evalueren en waar nodig aan te passen. Faber promoveert op 2oktober 2006 aan de Rijksuniversiteit Groningen.

ADHD wordt steeds vaker gezien als een chronische aandoening. Het gebruik van stimulantia als Ritalin en Concerta is deafgelopen jaren dan ook sterk toegenomen. Niet alleen omdat vaker de diagnose ADHD wordt gesteld, maar vooral omdatkinderen de medicatie steeds langer gebruiken. 'Er is maar weinig bekend over de effecten van stimulantia op de lange ter-mijn. Juist daarom zou het verstandig zijn om het medicijngebruik regelmatig te evalueren', aldus Faber.

HerhaalreceptVeel ouders halen keer op keer een herhaalrecept. Dat is geen ideale situatie, volgens Faber. 'Bij een kind in de groei kanhet zijn dat de dosering tussentijds moet worden aangepast. En wie weet hebben de stimulantia wel helemaal niet hetgewenste effect en moet worden overgestapt op een andere behandelmethode. Daar kun je alleen achterkomen door eengoede en regelmatige evaluatie van het stimulantiagebruik.'Waarom zo'n vervolgafspraak in veel gevallen niet plaatsvindt, is niet onderzocht; maar kan liggen aan diverse factoren.Voor huisartsen die de herhaalrecepten voorschrijven is het mogelijk niet duidelijk wat er van hen verwacht wordt.Sommige ouders hebben er misschien geen behoefte aan, maar het kan ook komen door een ongunstige samenloop vanomstandigheden. Een afspraak die wordt afgezegd bijvoorbeeld, waarna het er niet meer van komt een nieuwe te maken.Ook opvallend is dat de mate en de kwaliteit van het monitoren sterk afhangt van het type arts.

Sluitend monitoring systeemVolgens Faber is het belangrijk dat de ontwikkeling van ADHD kinderen die stimulantia krijgen voorgeschreven, regelmatigen zorgvuldig wordt gevolgd. Daarom zou een helder en sluitend monitoring systeem moeten worden ontwikkeld voorgebruikers van stimulantia, zodat de behandeling met deze medicatie alleen voortgezet kan worden indien er regelmatigcontroles plaatsvinden.Aanleiding voor het promotieonderzoek van Faber is een rapport van de Gezondheidsraad uit 2000. Hieruit werd duidelijkdat er maar weinig bekend is over het gebruik van stimulantia bij kinderen met ADHD, terwijl het gebruik steeds meer toe-neemt (van 0,6% in 1998 tot 1,2% in 2002). Dit leidde tot bezorgdheid en discussie over de toepassing van deze middelenbij kinderen. Want, hoewel veel kinderen met ADHD baat hebben bij gebruik van stimulantia, is het belangrijk dat deze nietgemakzuchtig worden voorgeschreven.

VragenlijstonderzoekNaast een databaseonderzoek deed Faber voor haar promotieonderzoek ook een vragenlijstonderzoek. 924 ouders vanADHD kinderen die in de onderzoeksperiode behandeld werden met stimulantia vulden deze lijst in. Ook 556 voorschrij-vers van de medicatie vulden een vragenlijst in.

Op basis van dit onderzoek kan niet worden geconcludeerd of er sprake is van een over- of ondergebruik van stimulantiabij Nederlandse kinderen. Wel bleek dat de stimulantia bij ruim 80% van de kinderen wordt voorgeschreven door een spe-cialist. In ruim 90% van deze gevallen was de reden om stimulantia te gebruiken de diagnose ADHD. Zowel volgens oudersals geraadpleegde artsen. Algemene bezorgdheid over het onoordeelkundig starten van de behandeling met stimulantiabij Nederlandse kinderen lijkt dan ook onnodig.

Curriculum vitaeAdrianne Faber (Groningen, 1972) studeerde farmacie aan de RUG. Zij promoveert tot doctor in de Wiskunde enNatuurwetenschappen bij prof.dr. Lolkje de Jong-van den Berg en prof.dr. Ruud Minderaa, beiden verbonden aan de RUG.Faber voerde haar onderzoek uit bij de vakgroep GUIDE (Graduate School for Drug Exploration), afdeling Sociale Farmacie,Farmacoepidemiologie en Farmacotherapie. De titel van het proefschrift luidt: Stimulant treatment in children: A Dutchperspective. Faber werkt als apotheker/onderzoeker bij SIR Pharmacy Practice and Policy in Leiden.

Ed2 bijna af.qxp 11-8-2007 12:55 Pagina 7

Page 8: Document

Folio

lum

jaar

gang

XXed

II|P

rom

otie

s

Datum en tijd 2 oktober 2006, 14.45 uurPromovendus mw. A. FaberProefschrift Stimulant treatment in children: a Dutch perspective Promotor prof.dr. L.T.W. de Jong-van den BergFaculteit Wiskunde en natuurwetenschappenPlaats Aula Academiegebouw, Broerstraat 5, Groningen

DDrruugg ttaarrggeettiinngg iinn ddee nniieerr uuiittggeetteesstt

Nierfibrose is een vergevorderd stadium van nierbeschadiging, waarbij er een voortdurende verslechtering van de nierfunc-tie optreedt. De afgelopen decennia zijn veel experimentele antifibrotische geneesmiddelen ontwikkeld. Problemen daarbijzijn echter de bijwerkingen en de slechte distributie van het geneesmiddel naar het nierweefsel. Jai Prakash onderzochthoe drug targeting een bijdrage kan leveren aan betere therapieën voor nierfibrose.

Met een nieuwe methode koppelde hij verschillende bestaande geneesmiddelen aan het drager-eiwit lysozym. Vervolgenstestte hij de verkregen preparaten op gekweekte niercellen en in verschillende nierfibrose modellen. Aldus ontwikkelde hijnieuwe nierspecifieke preparaten, waarvan hij de werkzaamheid kon aantonen. De ontwikkelde preparaten zullen in ver-volgonderzoek nog verder bekeken worden. Daarnaast biedt het onderzoek van Prakash tal van aanknopingspunten voornieuw onderzoek.

Jai Prakash (Jhajjar, India, 1977) studeerde farmacologie aan het All India Institute of Medical Sciences. Hij voerde zijn pro-motieonderzoek uit bij de afdeling Pharmacokinetics and Drug delivery van het Universitair Centrum voor Farmacie van deRUG. Het werd gefinancierd door het Ubbo Emmius Fonds. Prakash gaat verder als drug targeting-onderzoeker bij BiOrionTechnologies in Groningen, een start-up bedrijf dat zich richt op klinische toepassingen van drug targeting preparaten.

Datum en tijd 27 oktober 2006, 14.45 uurPromovendus J. PrakashProefschrift Renal-specific delivery of antifibrotic drugs using lysozyme: a novel approach for the treatment of renal

fibrosisPromotores prof. dr. K. Poelstra en prof.dr. D.K.F. MeijerFaculteit wiskunde en natuurwetenschappenPlaats Aula Academiegebouw, Broerstraat 5, GroningenInformatie J. Prakash, tel. (050)363 32 81, e-mail: [email protected] (werk), tel. (050)577 33 60 (privé)

TTeesstteenn mmeett lleevveerr-- eenn ddaarrmmppllaakkjjeess vveerrbbeetteerreenn ggeenneeeessmmiiddddeelleennoonnddeerrzzooeekk

Tijdens de ontwikkeling van nieuwe geneesmiddelen wordt in eerste instantie veel gebruik gemaakt van proefdieren (muis,rat, hond en aap) om te voorspellen hoe een potentieel geneesmiddel in het lichaam wordt gemetaboliseerd (omgezetnaar andere verbindingen) en of het schadelijk is. Voordat de nieuwe geneesmiddelen op de mens worden getest, zou menwillen kunnen voorspellen welke verschillen er zijn tussen mens en dier wat betreft de verwerking van de middelen en deregulatie. Marcella Martignoni gebruikte dunne plakjes van lever en darm, om dergelijke voorspellingen te verbeteren. Zijtoonde aan dat deze 'slices' hiertoe een nuttig in vitro model zijn. Leverplakjes van muis, rat, hond en aap en darmplakjesvan muis en rat bleken op relatief eenvoudige wijze te kunnen worden gemaakt en ingevroren. Hierdoor werd een vergelij-king tussen deze diersoorten en de mens tijdens de geneesmiddelontwikkeling mogelijk. Daarnaast bleek dat er eengoede overeenkomst is tussen de resultaten verkregen met deze in vitro methode en de gegevens uit in vivo experimenten.

Marcella Martignoni (Varese, Italië, 1967) studeerde Chemistry and Pharmaceutical Technologies aan de universiteit vanMilaan. Zij voerde haar promotieonderzoek uit bij Nerviano Medical Sciences, Preclinical Development (Nerviano, Milan,Italy) in samenwerking met de vakgroep Farmacokinetiek en Drug Delivery van de RUG.

Datum en tijd 30 oktober 2006, 13.15 uurPromovendus mw. M. MartignoniProefschrift Species and strain differences in drug metabolism in liver and intestine Promotor prof.dr. G.M.M. GroothuisFaculteit wiskunde en natuurwetenschappenPlaats Aula Academiegebouw, Broerstraat 5, GroningenInformatie mw. M. Martignoni, tel. 00 39 0331 581 228

Ed2 bijna af.qxp 11-8-2007 12:55 Pagina 8

Page 9: Document

Foliolumjaargang

XXed

II|Prom

oties09

NNiieeuuwwee mmeeeetttteecchhnniieekk nneeuurroottrraannssmmiitttteerr iinn ddee hheerrsseenneenn

Het aminozuur l-glutamaat is één van de belangrijkste neurotransmitters in het centrale zenuwstelsel. Het speelt dan ookeen belangrijke rol in de pathofysiologie van vele psychiatrische, neurologische en neurodegeneratieve aandoeningen. Bijwetenschappelijk onderzoek op dit gebied is het echter een probleem dat veel tot nu toe gebruikte analyse-technieken nietin staat zijn om onderscheid te maken tussen glutamaat afkomstig van neuronale oorsprong en van andere herkomst.Weite Oldenziel beschrijft in zijn proefschrift daarom de ontwikkeling, evaluatie en praktische toepassing van een specifiektype microsensor voor het meten van glutamaat in hersenweefsel die dit onderscheid wel kan maken.

Weite Oldenziel (Assen, 1976) studeerde Farmacie aan de RUG, waar hij zijn promotieonderzoek uitvoerde bij de vakgroepBiomonitoring and Sensoring, waar hij als postdoc voor een dag in de week werkzaam blijft. Daarnaast is hij sinds septem-ber voor vier dagen in de week als industrie apotheker werkzaam bij het farmaceutisch bedrijf Ofichem BV in ter Apel.

Datum en tijd 6 november 2006, 13.15 uurPromovendus W.H. OldenzielProefschrift Application of a glutamate microsensor to brain tissue construction, evaluation and application of a gluta

mate microsensor Promotor prof.dr. B.H.C. WesterinkFaculteit wiskunde en natuurwetenschappenPlaats Aula Academiegebouw, Broerstraat 5, GroningenInformatie Weite Oldenziel, tel. (050) 363 33 05, e-mail [email protected] (werk), tel. 06 41 31 05 08 (privé)

CCoommbbiinnaattiieetthheerraappiiee aannttiiddeepprreessssiivvaa

Depressie is een veel voorkomende psychiatrische aandoening, die bij ongeveer twintig procent van de mensheid ooit zaloptreden. Antidepressiva die tegenwoordig het meest worden gebruikt, vallen in de categorie selectieve serotonine herop-name remmers (SSHR). Kieran Rea onderzocht of en hoe de SSHR's te verbeteren zijn. Daarbij keek hij onder andere naarcombinaties van farmaca. De resultaten werden gerelateerd aan werkingsmechanismen op neuraal celniveau.

Kieran Rea (Galway, Ierland, 1978) studeerde neurofarmacologie aan de National University of Ireland (NUI) in Galway. Hetonderzoek werd uitgevoerd bij het Groningen Research Institute of Pharmacy van de RUG. Rea gaat als postdoc terug naarzijn oude universiteit voor een onderzoek naar de perceptie van pijn.

Datum en tijd 13 november 2006, 16.15 uurPromovendus K. Rea Proefschrift Augmentation of the neurochemical and behavioural effects of SSRI'sPromotor prof.dr. B.H.C. WesterinkFacult eit wiskunde en natuurwetenschappenPlaats Aula Academiegebouw, Broerstraat 5, GroningenInformatie Kieran Rea, tel. 00 358 871 274 138, e-mail: [email protected] (werk)

DDrruuggttaarrggeettiinngg bbiijj lleevveerrffiibbrroossee

Werner Hagens onderzocht de mogelijkheden voor drugtargeting-medicijnen om leverfibrose te lijf te gaan. Hij experimen-teerde met het afleveren van het medicijn in de specifieke levercellen die fibrose veroorzaken. In leverplakjes van dierenhad dit goede resultaten, maar het is nog veel te vroeg om de methode in de kliniek toe te passen. De resultaten kunnenwel als basis dienen voor vervolgonderzoek.

Werner Hagens (Apeldoorn, 1978) studeerde (moleculaire) biologie aan de Rijksuniversiteit Groningen. Zijn promotieonder-zoek deed hij bij de afdeling Farmocokinetiek en Drug Delivery van de RUG. Het werd gefinancierd door NWO. Inmiddels isHagens werkzaam als onderzoeker bij het RIVM in Bilthoven.

Datum en tijd 17 november 2006, 16.15 uurPromovendus W.I. HagensProefschrift Arming drug carriers to disable the hepatic stellate cell: the targeted delivery of apoptosis-inducing drugs

to the fibrotic liver Promotores prof.dr. K. Poelstra en prof.dr. D.K.F. MeijerFaculteit wiskunde en natuurwetenschappenPlaats Aula Academiegebouw, Broerstraat 5, GroningenInformatie W.I. Hagens, tel. (030)274 20 70, e-mail: [email protected] (werk)

Ed2 bijna af.qxp 11-8-2007 12:55 Pagina 9

Page 10: Document

Folio

lum

jaar

gang

XXed

II|P

rom

otie

s

GGeeaavvaanncceeeerrddee aannaallyysseemmeetthhooddee wwoorrddtt ggeebbrruuiikkssvvrriieennddeelliijjkk

Voor het bestuderen van complexe biochemische processen zijn zeer gevoelige en selectieve analysemethoden nodig.Vloeistofchromotografie (LC) gekoppeld aan massaspectroscopie (MS) is zo'n methode, die bovendien door miniaturisatienog gevoeliger wordt. Het is een techniek die veel ervaring vereist. Het proefschrift van Laurent Rieux beschrijft enkele stu-dies waarin verschillende aspecten en delen van een dergelijk nano-analysesysteem worden geoptimaliseerd. Doel is hetsysteem ook bruikbaar te maken voor onderzoekers die niet gespecialiseerd zijn op dit gebied.

Laurent Rieux studeerde farmaceutische analyse aan de universiteit van Strathclyde (Schotland). Het onderzoek werd uitge-voer bij het Groningen Research Institute for Pharmacy van de RUG.

Datum en tijd 20 november 2006, 16.15 uurPromovendus L. RieuxProefschrift A nanoLC-MS-based platform for peptide analysisPromotores prof.dr. R. Bischoff en prof.dr. S. VerpoorteFaculteit Wiskunde en natuurwetenschappenPlaats Aula Academiegebouw, Broerstraat 5, GroningenInformatie L. Rieux, tel. (050)363 24 82, e-mail: [email protected] (werk)

GGeeaauuttoommaattiisseeeerrdd ppllaattffoorrmm vvoooorr mmeetteenn MMMMPP''ss

Matrix metallo proteases (MMPs) zijn bij verschillende chronische ontstekingsziektes voor een groot deel verantwoordelijkvoor afbraak van weefsel. Robert Freije ontwikkelde een geautomatiseerd platform waarmee selectief actieve MMPs metgeïmmobiliseerde remmers in biologische monsters gemeten kunnen worden. Ook toonde hij aan dat de hydrolyse van tebestuderen eiwitten na chemische modificatie van geïmmobiliseerd trypsine efficiënter verloopt.

Robert Freije (Groningen, 1974) behaalde zijn master of science aan universiteit van Wageningen. Zijn promotieonderzoekdeed hij aan de RUG bij de vakgroep Analytische Biochemie van Farmacie, onderzoeksschool GUIDE. Inmiddels is hij werk-zaam bij KIAIDS B.V. als 'scientist lead discovery'.

Datum en tijd 1 december 2006, 14.45 uurPromovendus J.R. FreijeProefschrift Development of an integrated system for activity-based profiling of matrix-metalloproteasesPromotor prof.dr. R.H. BischoffFaculteit Wiskunde en natuurwetenschappenPlaats Aula Academiegebouw, Broerstraat 5, GroningenInformatie J.R. Freije, tel. (050)547 42 79, e-mail: [email protected] (werk)

LLiippoossoommeenn bbiieeddeenn bbaassiiss vvoooorr tthheerraappiiee tteeggeenn lleevveerrffiibbrroossee

Leverfibrose is een aandoening waarvoor nog geen effectieve therapie beschikbaar is. De aandoening zorgt ervoor dat delever zeer slecht functioneert en kan fataal zijn. Bekend is dat een bepaalde groep levercellen (stellaatcellen) een belangrij-ke rol in het ziekteproces speelt. Lever stellaatcellen zijn een aantrekkelijk doel voor medicijnen. Het is niet gemakkelijkom farmaceutica in hoge concentraties specifiek bij dit weefsel te krijgen. Via het zogenaamde targeten van de medicatie,tracht men de medicatie af te leveren waar zij het meest nodig is. Daarbij probeert men gebruik te maken van de specifieketransport- en opname systemen van het lichaam.

Joanna Adrian keek naar de mogelijkheid van het inpakken van medicijnen in kleine bolletjes, zogenaamde liposomen.Door bepaalde eiwitten aan te brengen op het oppervlak van deze liposomen, kan ervoor worden gezorgd dat zij herkendworden door de lever stellaatcellen. Daardoor kunnen de liposomen worden opgenomen uit het bloed. Dit is de eerstemaal dat liposomen met targeting naar de lever stellaatcellen werden gecombineerd. Uit het onderzoek van Adrian blijktdat het systeem in principe werkt. Dit biedt een reële basis voor een mogelijke therapie tegen leverfibrose.

Ed2 bijna af.qxp 11-8-2007 12:55 Pagina 10

Page 11: Document

Foliolumjaargang

XXed

II|O

pleidingsinformatie

11

Joanna Adrian (Wroclaw, Polen, 1977) studeerde biotechnologie aan de Universiteit van Wroclaw , Polen. Zij deed haaronderzoek met een Ubbo Emmius-beurs bij het Universitair Centrum Farmacie van de Rijksuniversiteit Groningen en deafdeling Medische Biologie van het Universitair Medisch Centrum Groningen.

Datum en tijd 6 december 2006, 13.15 uurPromovendus mw. J.E. AdrianProefschrift Addressing liver fibrosis with lipid-based drug carrier targeted to hepatic stellate cellsPromotores prof.dr. K. Poelstra, prof.dr. G.L. Scherphof en prof.dr. D.K.F. MeijerFaculteit Medische wetenschappenPlaats Aula Academiegebouw, Broerstraat 5, GroningenInformatie via Joost Wessels, Bureau Voorlichting UMCG, tel. (050) 361 4464 of (050) 361 2200,

e-mail [email protected]

Opleidingsinformatie

AAaannttaalllleenn eeeerrsstteejjaaaarrss ssttuuddeenntteenn

De grote verrassing van dit studiejaar is de enorme instroom van eerste jaars studenten voor zowel Farmacie/Farm.Wetenschappen als voor de Levenswetenschappen als geheel.Voor Farmacie zijn per 1 oktober 170 studenten ingeschreven en voor Farmaceutische Wetenschappen 18 studenten. Totaal: 188 studenten!!Ook voor de studierichtingen LS&T (111 studenten) en Biologie (121 studenten) is er sprake van een forse toename. In totaal dus 420 eerste jaars voor de Levenswetenschappen. Het totaal aantal eerste jaars dat zich heeft ingeschrevenvoor onze Universiteit is 6% hoger. Ook een record.Het is onduideljk wat de oorzaken zijn van deze toename. Voor Farmacie zou de numerus fixus van Farmacie Utrecht(225 studenten) een rol gespeeld kunnen hebben. Een hypothese zou ook kunnen zijn, dat er gewoon meer middelbare scholieren zijn geslaagd voor hun eindexamen. We weten het gewoon niet. De RUG Discovery bus heeft de eerstejaars duidelijk nog niet bereikt, want uit een enquete blijkt dat niemand de busheeft genoemd.

DDee VViissiittaattiiee CCoommmmiissssiiee

De Farmaceutische opleidingen in Nederland zijn door de visitatie commissie dit jaar beoordeeld. Alle opleidingen konden de toets der kritiek goed doorstaan. Uiteraard had de commissie hier en daar opmerkingen. De commissie heeft sterk benadrukt dat in de BaMa structuur, zoals die in de overeenkomst van Bologna is bezegeld, de Bachelor eenafgeronde studie behoort te zijn, waarmee je de arbeidsmarkt op moet kunnen gaan.Dit was voor alle opleidingen een verrassing.Het eindrapport van de commissie hebben we ontvangen en gelukkig zullen alle farmaceutische opleidingen worden geaccrediteerd.Inmiddels is er een "task force" van docenten gevormd, die gaat kijken naar de aanbevelingen van de visitatie commissie.Op 12 december wordt er een onderwijs retraite gehouden, waar het onderwijs van onze Afdeling Farmacie/FW zal wordenbesproken en lijnen naar de toekomst worden uitgezet.Het is onze ambitie de beste opleiding te zijn, zodat we onze eerste plaats in de ranglijstjes van de Keuzegids en die vanElseviers weekblad tenminste kunnen behouden en zo mogelijk kunnen verbeteren.

Herman Woerdenbag en Bert Schoonen.

Ed2 bijna af.qxp 11-8-2007 12:55 Pagina 11

Page 12: Document

Ed2 bijna af.qxp 11-8-2007 12:55 Pagina 12

Page 13: Document

Foliolumjaargang

XXed

II|Persoonlijkheidsstoornissen

13

WWAATT IISS AABBNNOORRMMAAAALL?? Is er een epidemie gaande van psychiatrische problemen? De voorpagina van de New York Timeskopte in juni 2005 dat uit een onderzoek was geblekendat meer dan de helft van de Amerikanen ooit in zijn ofhaar leven een psychiatrisch probleem zal krijgen. Dievoorpagina-aandacht was wat overdreven; deze getallen waren niet veel anders dan die uit eerdereonderzoeken. Niettemin, psychiatrische problemenkomen veel voor. Met sommige van die psychiatrischeproblemen valt, mits niet te ernstig, prima te leven(sommige fobieën bijvoorbeeld), en andere problemenzijn voorbijgaand of goed behandelbaar. Niettemin zijner ernstige veelvoorkomende problemen zoalsalcoholisme, persoonlijkheidsstoornissen en depressie.En dan zijn er nog problemen die formeel niet tot de psychiatrische diagnoses gerekend worden maar waarmensen wel veel last van kunnen hebben, zoalshuwelijksproblemen of rouw. Wanneer wordt een probleem eigenlijk een diagnose, welke criteria wordenhierbij gehanteerd? Die criteria zijn arbitriair - bij bijna elke probleem is ersprake van een geleidelijke overgang van gezond naarziek. In het algemeen hanteert men als criterium dat depersoon zelf of zijn of haar omgeving lijdt onder desymptomen, en dat het dagelijks functioneren er doorwordt belemmerd. Maar de grens tussen een normalereactie op langdurige vervelende omstandigheden eneen lichte depressie is arbitrair, net als de grens tusseneen lastig karakter en een persoonlijkheidsstoornis.

PPEERRSSOOOONNLLIIJJKKHHEEIIDDSSSSTTOOOORRNNIISSSSEENN

Sommige mensen raken door hun persoonlijkheidvoortdurend in de knoei, of bezorgen hun omgevingenorme overlast. Deze mensen hebben wellicht een vande tien persoonlijkheidsstoornissen die de klinischepsychologie en psychiatrie herkennen. Het gangbare psychiatrische classificatiesysteem DSM-IV kent tien verschillende persoonlijkheidsstoornissen, in drie categorieen verdeeld: de dramatische, hyperemotionele types, deangstige, teruggetrokken types, en de zonderlinge,excentrieke types - of, ietwat oneerbiedig lastpakken,angsthazen en buitenbeentjes.

Tot de categorie lastpakken behoort bijvoorbeeld de narcistische persoonlijkheidsstoornis. IJdelheid en zelfingenomenheid zijn de kernwoorden van de narcistische persoonlijkheid. Een klassiek voorbeeldvan een geslaagd exemplaar is een in maatpakgestoken man, die zich in een positie heeft weten temanoeuvreren waarin hij het voor het zeggen heeft, enwaarin hij voornamelijk door jaknikkers wordt omringd.In handboeken over moeilijke mensen in organisatieswordt de narcist vaak aangeduid als de 'tank', de 'bulldozer' of met een ander omineus epitheton.

“E“Een en zzekekerere me matate e vvan nan nararcciisme isme issggezezond, en bevond, en bevororderder tt ssucuccceess enenggeluk. Eeluk. Een flinken flinke doe dossiiss nnararcciismesme

kkan an zzelfelfss ttotot grgrootoot mmaatsaatscchhapappelijkpelijkssucuccceess lijden.”lijden.”

Narcisten proberen bijzonder te zijn en zich te onderscheiden met hun uitzonderlijke talenten -althans, zo worden deze talenten door henzelfbeoordeeld. Of ze proberen zich te onderscheiden metuiterlijkheden: alleen de duurste gadgets, auto's envakantiebestemmingen zijn goed genoeg. Ze hebbenveel, heel veel geld nodig, maar als hen dat lukt zijn zoook niet te beroerd om het flink te laten rollen en heteens breed te laten hangen. Liefst in het bijzijn vananderen of in elk geval op zo'n manier dat het anderenniet kan ontgaan. Een zekere mate van narcisme is gezond, en bevordertsucces en geluk. Een flinke dosis narcisme kan zelfs totgroot maatschappelijk succes lijden. Een overdosisnarcisme gaat echter ten koste van het geluksgevoel -succes is vergankelijk, en narcisten zijn extreem gevoelig voor tekenen daarvan, zoals kritiek en sarcasme. Gewone, opbouwende kritiek wordtpersoonlijk opgevat en gezien als gebrek aan loyaliteit.Narcisten in een stevige positie - bijvoorbeeld in de topvan een bedrijf - verwijderen critici en onafhankelijkedenkers uit hun omgeving, of zorgen ervoor dat dezezelf eieren voor hun geld kiezen.

Lastpakken, Angsthazen &BuitenbeentjesProf. Dr. W. van der DoesUniversiteit Leiden, department PsychologieLUMC, afdeling Psychiatrie

Ed2 bijna af.qxp 11-8-2007 12:55 Pagina 13

Page 14: Document

Folio

lum

jaar

gang

XXed

II|P

erso

onlij

khei

dsst

oorn

isse

n

Alles heeft zijn vaste plek, en indien mogelijk wordendingen symmetrisch neergezet en opgehangen. De centrale angst van dwangmatigen is dat ze hetallemaal niet meer in de hand zullen houden, en'overspoeld' zullen worden. Om dit te voorkomen en tecompenseren ontstaat een systeem van regeltjes. Als zeiets willen bereiken zullen ze proberen maximale controle te verkrijgen over hun eigen gedrag en dat vanalle andere betrokkenen. Ze zijn daarbij sterknormerend - anderen voelen zich onder druk gezet engedwongen. Vaak blijven dwangmatigen echter stekenin details, waardoor hun doel niet of slechts metenorme vertraging wordt bereikt. Het tragische aan hetonproductieve gedrag van de dwangmatige is het feitdat het gemotiveerd wordt door een sterke behoefte omhet goed te doen en mensen te helpen.

DDIIAAGGNNOOSSTTIIEEKK

Herkent u zich in een van deze twee beschrijvingen? Enals uw antwoord op deze vraag 'ja' is, moet u zich danzorgen maken? Waarschijnlijk niet, zo vaak komen persoonlijkheidsstoornissen niet voor. Er is een geredekans dat u bij het lezen van de beschrijvingen last hebtgekregen van "students' disease", dat wil zeggen deneiging om allerlei symptomen van ziektebeelden bijjezelf te herkennen. Herkent u iemand anders in éénvan de beschreven types? Pas ook dan op, en trek niette snel conclusies. Er is een aantal psychologischemechanismen die ervoor kunnen zorgen dat u te sneldenkt dat iemand anders een pathologisch karakterheeft.

Ten eerste is er het verschijnsel 'attribution bias'.Attribution bias wil zeggen dat mensen andere maatstaven hanteren voor zichzelf dan voor anderenwanneer er vervelende dingen gebeuren. Als je ietsvervelends overkomt, is voor de meeste mensen deeerste reactie te denken dat het ligt aan de omgeving.

Andere narcisten redden zich door vrij frequent te wisselen van baan, partner en vriendenkring. Hoewelsommige aspecten misschien benijdenswaardig lijken,gaat achter een dergelijk levenspatroon een onrustig enwantrouwig mens schuil. Dit te beseffen is uw troost alsu in uw omgeving te maken heeft met een extreme narcist. Een narcist is als een verslaafde immers opzoek naar adoratie. Hij gebruikt de ander als spiegel omzijn gevoel van eigenwaarde aan af te meten.Bewondert de ander hem dan is het goed, maar datgeeft slechts tijdelijk rust. Op het uitblijven van adoratie - of erger nog, op kritiek - wordt gereageerdmet woede, of met een plotseling verlies van zelfvertrouwen.

“D“De ce centrentralale ane anggsstt vvan an dwdwanangmgmatigatigen ien iss ddatat zze hete het

alalllememaalaal nietniet meer in de hmeer in de hand and zzuull llen houden, en 'oen houden, en 'ovverersspoelpoeld' d'

zzuull llen wen wororden.”den.”

Tot de categorie angsthazen behoort de dwangmatigepersoonlijkheid. Controle en perfectie zijn de kernwoorden van dit type. Deze mensen houden vannetheid, overzichtelijkheid en voorspelbaarheid, en zijnrigide. Een klassiek exemplaar is te herkennen aan zijnverzorgde uiterlijk en leefomgeving. In tegenstelling totde narcist, die er ook zeer verzorgd uit kan zien, is dedwangmatige echter kleurloos. Niets is ondoordachtaan de inrichting van het huis. Stoelen en banken staanop de centimeter nauwkeurig opgesteld, en het is nietde bedoeling daar iets aan te veranderen. Boeken enCd’s staan strak in het gelid.

HHeett wwoooorrdd NNaarrcciissmmee iiss aaffggeelleeiidd vvaann hheett mmyyttoollooggiisscchhee vveerrhhaaaall oovveerr EEcchhoo eenn NNaarrcciissssuuss,, oonnddeerrddeeeell vvaann ddee mmeettaammoorrpphhoosseenn vvaann OOvviiddiiuuss..

Ed2 bijna af.qxp 11-8-2007 12:56 Pagina 14

Page 15: Document

Foliolumjaargang

XXed

II|Persoonlijkheidsstoornissen

15

De ander gedraagt zich onredelijk of er is gewoon sprake van pech. Als je ziet dat een ander iets vervelends overkomt, zijnveel mensen geneigd een ander perspectief te kiezen:het ligt aan die ander, niet aan de omstandigheden.Bijvoorbeeld, de aandelen die u met uw zuur verdiendespaargeld hebt aangeschaft, zijn na enkele maandendertig procent minder waard. De meeste mensen zullendan vinden dat ze gewoon extreme pech hebben dooreen onvoorziene stagnering van de economie, of gevende schuld aan hun in competente adviseurs bij debank. Als de aandelen van iemand anders ineens veelminder waard zijn, ben je sneller geneigd te vinden dathij dan ook maar niet zo dom had moeten zijn.Een tweede mechanisme dat tot verkeerde conclusieskan leiden is 'confirmation bias'. Daarmee wordt hetverschijnsel bedoeld dat als je beperkte informatie hebtover iemands karakter, je op basis van die informatiemin of meer automatisch gevolgtrekkingen maakt overandere aspecten van die persoon. Je hebt wat wordtgenoemd allerlei 'impliciete persoonlijkheidstheorieën',die soms kloppen, maar er soms ook helemaal naastzitten. Bijvoorbeeld, als iemand goedlachs is, zal zij ookwel aardig zijn, of gelukkig. En iemand die hoog intelligent is zal ook wel arrogant zijn. Daarbij komt datje je ook nog kan gaan gedragen naar die implicietepersoonlijkheidstheorie, en dus zonder het te beseffenallerlei gedrag bij de ander uitlokt dat je beeld bevestigt.

OOOORRZZAAKKEENN

Over de oorzaken van persoonlijkheidsstoornissen zijnbibliotheken volgeschreven, maar niettemin zijn er weinig vaststaande feiten. Er zijn drie soorten factorendie je karakter bepalen: erfelijkheid, gedeelde omgevingsinvloeden - de aspecten van de omgeving dieje deelt met broers en zussen, zoals bijvoorbeeldopvoedingsstijl van ouders - en unieke omgevingsinvloeden.

“Onder“Onderzzoekoek nnaar ooraar oorzzakaken ien iss ererggmoeimoeilijklijk uituitvvoerboerbaaraar. Op gr. Op grond ond vvanan

de lde levevenensgsgeesscchiedenihiedeniss vvan an indivindividuen iiduen iss hethet vrijwvrijwelel onmogonmogelijkelijk

vveeleel tte e zzeeggggen oen ovver oorer oorzzakaken.en. ’’

Theorieën over persoonlijkheidsstoornissen zijn langetijd beperkt gebleven tot de omgevingsfactoren, maarde laatste jaren wordt het belang van erfelijkheidsteeds duidelijker. Van normale karaktertrekken - bijvoorbeeld, of je meer introvert of extravert bent - isde erfelijkheid op grond van tweelingonderzoekberekend op ongeveer 50%. De overige 50% zoudenvrijwel geheel voor rekening van de unieke omgevingsfactoren komen. De gedeelde omgevingsinvloeden blijken dus veel minder belangrijkte zijn. Bij intelligentie ligt de erfelijkheid zelfs nog ietshoger dan 50%.

Het is niet aannemelijk dat de erfelijkheid van persoon-lijkheidsstoornissen veel lager zal liggen dan 50%, hoewel dat ook niet is uit te sluiten.

Onderzoek naar oorzaken is erg moeilijk uitvoerbaar.Op grond van de levensgeschiedenis van individuen ishet vrijwel onmogelijk veel te zeggen over oorzaken.Bijvoorbeeld, het lijkt aannemelijk dat emotionele verwaarlozing in de jeugd een rol speelt bij sommigepersoonlijkheden, zoals bij de antisociale persoonlijkheid. Echter, ouders die hun kinderen ver-waarlozen zijn waarschijnlijk zelf ook niet vrij vanpathologische trekjes in hun persoonlijkheid. De kinderen van zo iemand staan dus niet alleen bloot aanverwaarlozing maar hebben misschien ook bepaaldgenetisch materiaal geërfd.

“Bij de an“Bij de anggssththazazen-cen-catateeggorie ligorie lig tthethet vvoor de hoor de hand tand te denke denken den datat eeneenttekekoror tt aan liefaan liefde en een ode en een ovvermermaataat

aan kaan kritiekritiek ofof ccontrontroolle een e een belbelanangrijkgrijke re rooll sspeeltpeelt .”.”

Verder is het zo dat er op jonge leeftijd al duidelijketemperamentsverschillen tussen kinderen bestaan. Hetis dus ook mogelijk dat verschillende kinderen binnenéén gezin verschillende opvoedingsstijlen bij hunouders 'uitlokken'. In dat geval lijkt het verschil inopvoeding de oorzaak van een verschil in persoonlijkheid, maar in werkelijkheid is het een combinatie van erfelijkheid en opvoeding. Soms doen ouders zulke verschrikkelijke dingen of zijnze zo onhandig en horkerig dat het moeilijkvoorstelbaar is dat de kinderen er later geen last vanzullen hebben. Ergens last van hebben is echter niethetzelfde als een psychiatrische aandoening of eengestoorde persoonlijkheid hebben. Voor sommige persoonlijkheidsstoornissen hebbenbehandelaars op grond van uitgebreide klinische ervaring theorieën opgesteld over de oorzaak. Alsiemand veel moeite moet doen om werkelijk gezien teworden door de ouders, bijvoorbeeld als dat alleen luktdoor heftige emoties te vertonen, kan het hebben vanheftige emoties een doel op zich worden, of zelfs eenrechtvaardiging van het bestaan. Een dergelijke verwaarlozing zou dus een rol kunnen spelen bij hysterie, of wellicht bij de hele lastpakken-categorie. Bij de angsthazen-categorie ligt het voor de hand tedenken dat een tekort aan liefde en een overmaat aankritiek of controle een belangrijke rol speelt. Verder ishet niet uitgesloten dat een voorbeeldfunctie van deouders ook een rol speelt, dat kinderen het gedrag vanhun ouders als het ware kopiëren.

Maar zoals gezegd, het onderzoek naar oorzaken isingewikkelder. Men kan bij hysterici die zich voor therapie melden weliswaar de levensgeschiedenisuitvragen, maar het is moeilijk om te bepalen of de subjectieve ervaring van de jeugd niet ernstig gekleurdis door de huidige pathologie.

Ed2 bijna af.qxp 11-8-2007 12:56 Pagina 15

Page 16: Document

Folio

lum

jaar

gang

XXed

II|P

erso

onlij

khei

dsst

oorn

isse

n

Als iemand zegt dat zij vroeger weinig echte aandachtvan de ouders kreeg, is dat lang niet altijd objectief nate gaan. Daarnaast is er dus het gegeven dat kinderenmet verschillende temperamenten ook verschillendeopvoedingsstijlen kunnen 'uitlokken'. Tenslotte is het belangrijk om te bedenken datbehandelaars hun theorie baseren op de mensen diezich in hun praktijk melden. Doordat zij mensen metvergelijkbare jeugdervaringen maar zonder persoonlijkheidsproblemen niet zien, kan hun zicht ophet belang van opvoeding vertekend raken.

Mensen met een persoonlijkheidsstoornis, of bij wieeen persoonlijkheidsstoornis werd vermoed, zijn langetijd niet populair geweest bij de meerderheid van psychotherapeuten. Met de beschikbare therapieënwas er weinig eer aan te behalen, en ze zorgen relatiefvaak voor crises. Maar tot een paar decennia geledenwas er sowieso weinig eer te behalen metpsychotherapie.

“Bij sommig“Bij sommige pere persoonsoonlijklijkhedenhedenduurduur tt alallleen aleen al hethet opbouopbouwwen en vvanan

een een vverer trtrououwwenenssbband land lanang.”g.”

Mensen met persoonlijkheidsproblematiek die relatiefstevig in elkaar zaten, kwamen in aanmerking voor psychoanalyse - jarenlang dagelijks een uur op de sofa,alles vertellen wat in je opkomt. Al je persoonlijkheidsproblemen ga je dan uitleven in derelatie met de therapeut, en dat was ook de bedoeling,want dat was het vehikel tot verandering. De klassiekepsychoanalyse is definitief op zijn retour: de achterliggende theorie is achterhaald, de resultaten zijnronduit teleurstellend, en het vergt een enorme investering van tijd, geld en energie.

Sindsdien is er echter veel veranderd. Er zijn veeleffectievere behandelmethoden ontwikkeld voor bijvoorbeeld depressies en angststoornissen, en daarhebben mensen met persoonlijkheidsproblematiek ookvaak last van.

“In het“In het alalggemeen kemeen kan hetan het doeldoel vvanande behde behandelinandeling omsg omscchrhreveven en

wwororden alden alss hethet vvereranderanderen en vvan een an een perpersoonsoonlijklijkheidheidssssttoornioorniss in eenin een

perpersoonsoonlijklijkheidheidsssstijltijl .”.”

Het gaat hier zowel om psychotherapeutische alsmedicamenteuze behandelingen. In principe kunnen zijvan dergelijke behandelingen ook profiteren, hoewel debehandelingen vaak wel langer duren. Bij sommige persoonlijkheden duurt alleen al het opbouwen van eenvertrouwensband lang.

De laatste jaren worden echter ook steeds meer behandelingen ontwikkeld en getest die specifiekgericht zijn op persoonlijkheidsproblematiek. Het doelvan deze behandelingen is wel aangepast.

“Z“Zittinittinggen en zzijn ijn vveeleelggeesstructtructurureereerderder, en soms, en soms wworordtdt erer

ggewewerkterkt metmet oefoefenineninggen, en, rrooll llenensspelpelen, huien, huiswswerkerkopdropdracachthten.”en.”

Was vroeger - als al behandeling aangeboden werd -het doel van die behandeling soms "het geheelopnieuw opbouwen van de persoonlijkheid", tegen-woordig zijn de doelen realistischer. In het algemeenkan het doel omschreven worden als het veranderenvan een persoonlijkheidsstoornis in een persoonlijkheidsstijl.Dit is niet hetzelfde als 'u moet er maar mee lerenleven'. Afhankelijk van de aard en de ernst van de problematiek en van de fase van de behandeling kunnen doelen gesteld worden als het leren beheersenen voorkomen van crises, het verbeteren van socialevaardigheden, het leren reguleren van emoties, en hetveranderen van de basale denkpatronen. De aard vande therapie is geheel anders dan de psychoanalyse. Inplaats van het doelbewust creëren en doorwerken vaneen afhankelijkheidsrelatie, wordt nu zoveel mogelijkgewerkt vanuit een samenwerkingsmodel. Zittingen zijnveel gestructureerder, en soms wordt er gewerkt metoefeningen, rollenspelen, huiswerkopdrachten.Niettemin kan ook in deze meer gestructureerde behandelingen de relatie tussen de patiënt en debehandelaar van tijd tot tijd onder druk komen testaan, en de emoties soms hoog oplopen. Uiteraard isdit alles sterk afhankelijk van de aard en de ernst vande problematiek.

NNOOOOTT:: Dit artikel is een bewerking van een hoofdstuk uit hetboek: Zo Ben Ik Nu Eenmaal! Lastpakken, Angsthazen &Buitenbeentjes (Scriptum Publishers, Schiedam, 2004),door Willem van der Does, geillustreerd door Peter vanStraaten.

Ed2 bijna af.qxp 11-8-2007 12:56 Pagina 16

Page 17: Document

Foliolumjaargang

XXed

II|Persoonlijkheidsstoornissen

17

In de DSM-IV (Diagnostic and Statistical Manual ofmental disorders) wordt de BPS beschreven als iemandmet een voortdurend aanwezig patroon van instabiliteitin de tussenmenselijke relaties, zelfbeeld, affecten encontrole over impulsen. Dit begint in de vroege volwassenheid en komt tot uiting in diverse situatieszoals blijkt uit ten minste vijf van de onderstaande criteria:1. Krampachtige pogingen om feitelijke of imaginaireverlating te voorkomen (reken hiertoe niet het suïcidaalof automutilatief gedrag onder 5);2. Een patroon van instabiele en intense relaties geken-merkt door wisselingen tussen de extremen van idealisatie en devaluatie;3. Identiteitsstoornissen: een aanhoudend en opvallend gestoord, vervormd of instabiel zelfbeeld ofzelfgevoel;4. Impulsiviteit op ten minste twee gebieden die potentieel schadelijk zijn voor de persoon zelf.Voorbeelden zijn geld verkwisten, onveilige seks, misbruik van middelen, roekeloos autorijden, vraatzucht (reken hiertoe niet het suïcidaal ofautomutilatief gedrag onder 5);5. Terugkerende suïcidale gedragingen, gebaren, dreigingen of automutilatief gedrag;6 Affectlabiliteit als gevolg van een opvallende reactiviteit van de stemming. Bij voorbeeld zijn intenseepisodische dysforie, geïrriteerdheid of angst diemeestal enkele uren duurt en zeldene langer dan eenpaar dagen;7. Chronische gevoelens van leegte;8. Onaangepaste, intense woede of gebrek aan beheersing van woede. Voorbeelden zijn frequentedriftbuien, constante woede of herhaaldelijke vechtpartijen;9. Voorbijgaande, aan stress gerelateerde paranoïdeideatie of ernstig dissociatieve symptomen.

Omdat BPS patiënten van de negen kenmerken aan eencombinatie van slechts vijf kenmerken moeten voldoen,zijn dus vele verschillende verschijningsvormen van deBPS bij patiënten te onderscheiden.

In de literatuur worden grofweg drie subtypen beschreven: A) een wat meer geïnternaliseerd, angstige en gedisreguleerd subtype; B) een wat meer externaliserend, bozig en gedisreguleerd subtype en C) een wat meer theatraal, impulsief gedisreguleerdsubtype. Ad A) patiënten worden overweldigd door intense enpijnlijke emoties en om deze emoties en zichzelf tereguleren ondernemen ze desperate pogingen hiermeeom te gaan, echter op een disfunctionele manier bijvoorbeeld door zichzelf te beschadigen, ofondernemen pogingen zichzelf te doden, of reagerenpassief/hulpeloos/depressief/ somber, etc;Ad B) patiënten worden door dezelfde emotionele ervaringen overweldigd maar om deze emoties en zichzelf te reguleren neigen ze, in tegenstelling tot depatiënten onder A, tot het uitageren van woede en frustraties op de omgeving door bijvoorbeeld de anderde schuld te geven van het ervaren van deze emoties ofde ander fysiek of mentaal aan te vallen;Ad C) deze patiënten worden door zowel positieve alsnegatieve emoties overweldigd en door impulsief ensensatiezoekend gedrag proberen ze deze emoties enzichzelf te reguleren bijvoorbeeld door vluchtige enonveilige seksuele contacten, roekeloos gedrag in hetverkeer, etc.

Een stoornis in de affect regulatie wordt beschouwd alshet kernprobleem van de borderline persoonlijkheids-stoornis (BPS). In de literatuur worden emotie en affectook wel als synoniemen gebruikt. Veel van de in deDSM-IV beschreven criteria voor BPS reflecteren affectdisregulatie of beschrijven de gevolgen van affect ofemotie disregulatie.

Het doel van de voordracht op 13 december 2006 is deaard en de ernst van affect disregulatie meer te karakte-riseren en deze in een (inter)persoonlijke context teplaatsen.

Stoornissen in affect regulatiebij patiënten met een borderlinepersoonlijkheidsstoornisDrs. A. van DijkeKlinisch psycholoog BIG/NIPPsychotherapeut BIG/ GZ- psycholoog BIGGedragstherapeut & supervisor

Ed2 bijna af.qxp 11-8-2007 12:56 Pagina 17

Page 18: Document

Folio

lum

jaar

gang

XXed

II|P

erso

onlij

khei

dsst

oorn

isse

n

WWAATT IISS AAFFFFEECCTT DDIISSRREEGGUULLAATTIIEE??Hoewel affect disregulatie een kern kenmerk van deBPS is, is er erg weinig bekend over de prevalentie, deaard en de ernst van affect disregulatie. Empirischekennis over de aard en de ernst van affect disregulatiebij BPS is zelfs schaars.

“Aff“Affectect modumodullatie katie kuun jn je e bebesscchouhouwwen alen alss hethet ininssttaataat zzijnijn

alallle e vverersscchihi ll llende emotieende emotiess tte e kkuunnen ernnen er vvararen in ben in bijbehorijbehorende ofende of

ppaasssende ssende sitituatieuaties.”s.”

Affect disregulatie refereert aan impliciete en explicietepogingen om positieve gevoelens te maximaliseren ennegatieve gevoelens te minimaliseren om zo een gevoelvan controle over eigen functioneren te ervaren en dekwaliteit van leven te optimaliseren. Affect disregulatiebij BPS patiënten betreft meer in het bijzonder eentekort in het reguleren en moduleren van affect zodatpatiënten overspoeld raken door emoties en vervolgensof disfunctioneel gedrag vertonen, of de emotiesonderdrukken. Het reguleren van emoties zou je kunnen beschouwenals een thermostaat die verkeerd is ingesteld. In devroege kindertijd worden in de periode na de geboortebelangrijke delen van het brein verder uitgerijpt. Zomoet bijvoorbeeld ook het parasympathisch en hetsympathisch systeem nog op elkaar worden afgestemd. Affect modulatie kun je beschouwen als het instaat zijnalle verschillende emoties te kunnen ervaren in bijbehorende of passende situaties; dus blij zijn als eriets leuks gebeurt, dit genereert namelijk energie voorhet plannen van een feestje (!) en boos worden als jeonrecht aangedaan wordt, dit genereert namelijkenergie om te mobiliseren en je te verweren.

WWAATT IISS HHEETT BBEELLAANNGG VVAANN HHEECCHHTTIINNGG VVOOOORR AAFFFFEECCTT

((DDIISS))RREEGGUULLAATTIIEE??De mens ontwikkelt zich in een interpersoonlijke context. Individuele en genetische kenmerken (genotype) ontwikkelt zich (fenotype) in interactie metde omgeving. Ook worden in de eerste kinderjaren neuronale netwerken aangelegd. Uit onderzoek blijktdat bij BPS patiënten die vroege traumatische gebeurtenissen hebben meegemaakt, de afstemmingvan regulatie systemen en aanleg van neuronale banen"anders" ligt dan voor niet getraumatiseerde BPSpatiënten. Als een periode met negatieve gebeurtenissen of trauma's lang aanhoudt en/ ofplaatsvindt in kritieke levensperioden voor de socialeontwikkeling van het brein, dan hebben ze een negatieve invloed op de cognitieve- emotie informatieverwerkingspatronen en daaruit voortvloeiendegedragspatronen. Voorbeelden hiervan zijn dat bij neutrale gebeurtenissen in heden, negatieve herinneringen aan vroeger worden geactiveerd. Er vindtdus een vertekening in de waarneming en informatieverwerking plaats op basis van de eigenleergeschiedenis.

De snelle, meer onbewuste en impliciete informatie verwerking kan volgens psychologen het beste verklaard worden aan de hand van de hechtingstheorieën. Hechting is een aangeborenbehoefte ter overleving. De mens is als baby immersniet in staat zelfstandig te overleven. De baby zal allesdoen om een volwassene aan zich te binden. Zelfs alsdeze volwassene niet goed (genoeg) voor hem zorgt. Inde interactie met de volwassene krijgt de babyfeedback op zijn gedrag. Bijvoorbeeld als een baby getroost wordt bij ongenoegen, krijgt het een gevoel van binding ensaamhorigheid. Als de baby structureel niet getroostwordt ervaart het niet die binding en zal de baby meerin zichzelf keren. Dit is niet altijd succesvol. Door troosten gevoel van binding leert de baby het affect en zichzelf te reguleren en het affect te moduleren.Namelijk; stress neemt af, angst neemt af, en geruststelling en vrede/rust komt ervoor in de plaatsgepaard met het comfort van de warmte van de belangrijke ander (vb moeder). Op basis van deze vroege interpersoonlijke ervaringenontwikkelt de baby representatie of werkmodellen metbetrekking tot zichzelf (ik ben succesvol of ik ben eensukkel), de ander (anderen zijn betrouwbaar of anderenzijn gevaarlijk), en de relatie tussen zichzelf en deanderen (anderen zijn fijn om mee om te gaan of ikonzichtbaar voor anderen).

“In p“In pllaatsaats vvan emotiean emotiess tte ke kuunnennnenvvererdrdragagen en ben en bijbehorijbehorend en end en ppaasssend gsend gedredrag tag te e vverer ttonen, onen,

ontwontwikkikkelelen BPen BPSS ppatiëntatiënten eenen eenaffaffectect intintoollererantie en lantie en lereren en zze e

didisfsfuunctionelnctionele ce copinoping g ggedredragagssppatratronen aan.”onen aan.”

Hechtingsrepresentaties kunnen veilig georiënteerd zijn(gunstige interpersoonlijke ontwikkelingsgeschiedenis)of onveilig (ongunstige of getraumatiseerde interpersoonlijke ontwikkelingsgeschiedenis). Dezehechtingsrepresentaties sturen de cognitieve-emotionele en impliciete informatie verwerking aan. Zo worden in het heden, razendsnelinschattingen van situaties gemaakt: "pluis of nietpluis", en worden verwachtingen van de ander geactiveerd: namelijk of "help of harm" kan worden verwacht.Door de vertekeningen in de waarneming en informatieverwerking op basis van de onveilige hechtingsrepresentaties, kun je verwachten dat vroeggetraumatiseerde mensen en BPS patiënten zich snelleraangevallen voelen. Ze beoordelen situaties en gezichten van mensen eerder als "onpluis", de verwachting van de ander is in eerste instantie "harm". Echter, ze zijn vaak vroeger niet instaat geweest zich opeen succesvolle manier te verweren.

Ed2 bijna af.qxp 11-8-2007 12:56 Pagina 18

Page 19: Document

Foliolumjaargang

XXed

II|Persoonlijkheidsstoornissen

19

gebaseerd op vroege traumagerelateerde & onveiligehechtingsrepresentaties, die cognitief-emotionele informatie verwerking in het hier en nu aansturen, dievervolgens disfunctionele reactie- en gedragspatronenactiveren) bekrachtigd en in stand gehouden en lukthet de patiënt nimmer om positieve gevoelens te maximaliseren en negatieve gevoelens te minimaliseren. Erger nog, het gevoel enige controleover eigen functioneren te ervaren blijft uit en de kwaliteit van leven beperkt, sommigen beschouwenhun leven als een rit in een "rollercoaster" of achtbaan;terwijl anderen leven onder een bedompte deken.Reeds ontstane psychiatrische stoornissen kunnen zoook in stand gehouden worden.

VVAALLTT EERR NNOOGG WWAATT TTEE RREEDDDDEENN??Het doel van behandeling is enerzijds het verstrekkenvan medicatie die de ernst van de gevolgen van affectdisregulatie dempt. Anderzijds is het evenzo belangrijkdat patiënten vaardigheden aanleren opdat ze in hetvervolg op een andere manier met emoties omgaan.Het is een "hechtingsgerelateerde zelf- en affectregulatie" methode waarbij de patiënten volgens eentwee-sporen-beleid worden behandeld: patiënten lerenenerzijds emoties te verdragen en te onderscheiden; enanderzijds leren ze tegelijkertijd actief een onbevoordeelde cognitief-emotionele informatie verwerkingsstrategie (in plaats van onveilige ) te hanteren en toe te passen in alledaagse situaties. Doorlangdurige stimulatie van dit nieuwe "emotie-beleid"hopen we dat de patiënt langzamerhand het gevoelenige controle over eigen functioneren kan ervaren endat de kwaliteit van leven zo enigszins verbeterd wordt.

Daarop volgend hebben de mensen een "aangeleerdehulpeloosheid" of inhibitoir reactie- en gedragspatroonontwikkeld of een "overprikkeld" of exitatoir reactie- en gedragspatroon ontwikkeld. De eerste ervaart dus"relatief te weinig" emoties en de ander ervaart dus"relatief teveel" emoties. Door het bijbehorende disfunctionele en onveilig gehechte gedragspatroon inhet heden, wordt de onveilige hechtingsrepresentatieof werkmodel bevestigd en bekrachtigd. Zo ontstaateen vicieuze cirkel en zo kunnen psychiatrische stoornissen als persoonlijkheidsstoornissen (van genotype naar fenotype) ontwikkelen.

LLAANNGGEE TTEERRMMIIJJNN GGEEVVOOLLGGEENN VVAANN AAFFFFEECCTT

DDIISSRREEGGUULLAATTIIEE.. In plaats van emoties te kunnen verdragen en bijbehorend en passend gedrag te vertonen, ontwikkelen BPS patiënten een affect intolerantie enleren ze disfunctionele coping gedragspatronen aan. Voor het inhibitoire reactie patroon kunnen negatievedissocciatie, emotionele numbness, vermijden vananderen, alcohol of drugsmisbruik, verliezen in compu-tergames etc dienen als aanwijzingen voor disfunctio-nele coping van affect disregulatie.Voor het exitatoire reactie patroon kunnen positievedissociatie, paniekgedrag, klampen aan anderen, automutileren, onveilige seks met relatieve vreemden,etc. dienen als aanwijzingen voor disfunctionele copingvan affect disregulatie.Dit disfunctionele gedrag wekt weer reacties op uit deomgeving die de reeds bestaande overtuigingen en verwachting van anderen bevestigen. Zo worden de vicieuze cirkels (inhiberende of exciterende affectdisregulatie als gevolg van affect intolerantie,

Ed2 bijna af.qxp 11-8-2007 12:56 Pagina 19

Page 20: Document

Folio

lum

jaar

gang

XXed

II|P

erso

onlij

khei

dsst

oorn

isse

n

Persoonlijkheidsstoornissen (en mentale retardatie)vallen onder de zogenaamde As-II stoornissen in deDSM-IV classificatie (Diagnostic and Statistical Manualof Mental Disorders, vierde editie, 2000). In deze classificatie staan een tiental specifieke persoonlijkheidsstoornissen genoemd (bijv. borderline,antisocial, narcissistic en diverse andere). Een persoonlijkheidsstoornis (PD) is een complexe aandoening gekarakteriseerd door een aanhoudendinstabiel patroon in de regulatie van emotioneelgedrag, interpersoonlijke relaties, zelf-imago, enimpuls-contrôle stoornissen die meestal beginnenrondom de puberteit.

“Er “Er zzijn sijn stterkerke aane aanwwijzijzininggen den datateen leen lagage active activititeiteit vvan hetan het

5-HT sy5-HT sysstteem geem gececorrorreleleereerd id iss metmetssuïcuïcide, impide, impuullssivivititeiteit en agren agreessssie.”ie.”

Borderline PD komt bij circa 1-2% van de bevolking vooren heeft een hoge mortaliteit door een hoge suïcidali-teit en impulsiviteit. De oorzaken van PD zijn complex en interacties tussenerfelijke factoren en negatieve vroege jeugdervaringenspelen een vermoedelijk sterke rol in het fenotype. Erzijn sterke aanwijzingen dat het serotonerge (5-HT) systeem in de hersenen betrokken is bij persoonlijkheidsstoornissen (naast diverse andere psychiatrische stoornissen) met name omdat er eenstevige rol van serotonine in impulsiviteit en suïcide isaangetoond. Er zijn sterke aanwijzingen dat een lageactiviteit van het 5-HT systeem gecorreleerd is metsuïcide, impulsiviteit en agressie. Hiermee in overeenstemming blijkt dat patienten met ernstige PDvan het antisociale type (hoge agressie en impulsiviteit)verlaagde spiegels van 5-hydroxy-indol-aziijnzuur (5-HIAA), de metaboliet van serotonine, hebben.

De hoeveelheid afgegeven serotonine wordtgereguleerd door een aantal feedback mechanismen inde serotonerge cel, met name de serotonine transporter(de heropname carrier of pomp) die 5-HT terugpompt inde cel na afgegeven te zijn door het vurende neuron.Blokkade van deze transporter door SSRIs (SelectieveSerotonine Reuptake Inhibitors=selektieve serotonineheropname remmers) leidt tot antidepressieve en anxiolytische werking en diverse psychofarmaca zijn viadit principe ontwikkeld en op de markt gebracht (deSSRIs zoals paroxetine, fluoxetine en fluvoxamine). Het5-HT transporter gen (5-HTT) speelt een belangrijke rolbij suïcide, impulsief gedrag en emotionele stabiliteiten lijkt een kandidaat gen betrokken bij borderline PD.Er bestaan tenminste drie polymorfismen in het 5-HTTgen die alle drie kunnen leiden tot verschillende activiteit van de serotonine transporter en dus tot een verschillend serotonine metabolisme in de hersenen.Het humane 5-HTT gen ligt op chromosoom 17q11 enbestaat uit 14-15 exonen. De transcriptie van het 5-HTTgen, de aantallen transporters en uiteindelijk de 5-HTheropname in de cel worden gemoduleerd door eenpolymorf herhalingselement in de promoter van het5-HTT gen, 5-HTT gene-linked polymorphic region(5HTTLPR). Dit polymorfisme komt alleen bij de mensen sommige primaten voor. Er zijn twee typen 5HTTLPRbekend, een lange en een korte vorm die verschillen inhet aantal herhalingselementen in de promoter enwaarbij de korte vorm (s) tot minder transporter moleculen en een lagere serotonerge activiteit leidt dande langere vorm (l). 32% van de bevolking heeft hetll-, 49% het ls- en 19% het ss-genotype. Met name dekorte vorm van de promotor regio van de 5-HTT blijktopvallend vaak geassocieerd met een breed scala aanafwijkingen, inclusief depressie, impulsiviteit, en suïcidaliteit. Een aantal studies (zie Reif en Lesch 2003)in mensen vond een associatie tussen het voorkomenvan het s-allel en een aantal maten voor persoonlijkheidskenmerken (neuroticisme). Individuenmet één of twee s-allelen van de 5HTTLPR variant warenmeer neurotisch en minder conformistisch (agreeable)dan individuen met de ll-variant.

Fundamentele research naarpersoonlijkheidsstoornissenProf. Dr. B. OlivierHoogleraar Farmacologie van het Centrale Zenuwstelsel, Utrecht Instituut voor Farmaceutische Wetenschappen en Rudolf magnus Instituut voorNeurowetenschapppen, Universiteit UtrechtAdjunct Professor of Psychiatry, Dept of Psychiatry, Yale University, School of Medicine, NewHaven, USA

Ed2 bijna af.qxp 11-8-2007 12:56 Pagina 20

Page 21: Document

Foliolumjaargang

XXed

II|Persoonlijkheidsstoornissen

21

Hierbij moet bedacht worden dat het om kleine invloeden van enige procenten gaat en dat de invloedvan een enkel polymorfisme op gedragskenmerkenwaarschijnlijk klein is in de mens. De betrokkenheidvan het serotonerge systeem in PD bij de mens kangebruikt worden om onderzoek bij experimentelemodellen in dieren te verrichten en mogelijkerwijsnieuwe behandelwijzen en inzichten in dit type aandoeningen te verwerven. Helaas komt hetpolymorfisme in de promoter van de 5-HT transporterniet bij knaagdieren voor zodat geen rechtstreekseexperimenten kunnen worden verricht. Echter, genetische modificatie van genen in het serotonergesysteem is een uitgelezen mogelijkheid om zo'n polymorfisme (gedeeltelijk) na te bootsen. Eén van deinteressantste modificaties is de 'targeted disruption'van het 5-HTT gen dat leidt tot een functionele uitschakeling (knockout) van het corresponderendeeiwit (het serotonine transporter molecuul).

5-HTT Knockout muizen zijn gemaakt in muizen en ratten en zowel homozygote knockouts (beide allelengemuteerd: 5-HTT-/-), als heterozygote knockouts (éénfunctioneel (wildtype) allel en één gemuteerd allel: 5-HTT+/-) zijn beschikbaar voor onderzoek (Murphy etal. 2003). Vooral het heterozygote 5-HTT+/- genotypezou een interessant fenotype kunnen opleveren omdathet aantal transporters 50% is van het wildtype (5-HTT+/+) en dus het humane ss-5HTTPRL fenotype zou nabootsen. 5-HTT+/- en 5-HTT-/- muizen hebben eengen-dosis afhankelijke stijging van extracellulaire serotonine, een verminderde intracellulaire 5-HT concentraties en allerlei veranderingen in serotonergepre- en postsynaptische receptoren en laten een scalavan gedragsveranderingen zien (Kalueff et al. 2006).

“Omd“Omdatat PPerersonsonalityality DiDisorsorderderss vvaakaakggepepaaraard gd gaan metaan met impimpuullssivivititeiteit enenagragreessssie wie wororden diermodelden diermodelllen dieen dieditdit wweereersspiepieggelelen gen geebruiktbruikt om deom deeffeffectecten en vvan pan psysycchofhofarmarmacaca diea die

mogmogelijkelijkererwwijijss bbij PD kij PD kuunnen nnen wwerkerken ten te te teesstten.”en.”

Kunnen we iets van persoonlijkheidsstoornissen terugvinden in het fenotype van knaagdieren metmutaties in de 5-HTT (ook wel SERT genoemd)? In hetalgemeen zijn muizen die een of beide SERT-genen missen minder aktief, angstiger, minder sociaal en minder agressief. Er zijn duidelijke verschillen tussenheterozygote en homozygote SERT KOs, met duidelijkeaanwijzingen dat de heterozygote SERT-KO (5-HTT+/-)een model zou kunnen zijn van het ss-genotype van de5HTTPRL in de mens. Recentelijk is er via ENU-mutagenese ook een 5-HTT knockout ratgeproduceerd (Smits et al. 2006) en preliminair onderzoek suggereert dat de homozygote SERT-KO rateen potentieel model voor depressie is (Olivier et al.2006) hoewel de basaal sterk verhoogde serotonineturnover hiermee in tegenspraak lijkt (bij depressieswordt nog steeds verondersteld dat er een 5-HT tekortis). Tegelijkertijd is er een sterke downregulatie van 5-HT1A receptoren wat mogelijkerwijs het 'depressieve'endofenotype veroorzaakt. Verder onderzoek aan dezeSERT KO-rat kan een verdere relatie tussen impulsiviteiten serotonerge activiteit bevestigen.Omdat Personality Disorders vaak gepaard gaan metimpulsiviteit en agressie worden diermodellen die ditweerspiegelen gebruikt om de effecten van psychofarmaca die mogelijkerwijs bij PD kunnen werken te testen. Een aantal van die diermodellenmaakt gebruik van het idee dat impulsiviteitveroorzaakt wordt door een storing in het vermogen omtijdig een rem in te zetten bij de uitvoer van bepaaldgedrag. Deze rem zou sterk onder invloed van een serotonerge tonus staan en een lage 5-HT activiteit zoutot vermindering van deze remming en dus tot meerimpulsiviteit leiden (van den Bergh 2006). BBoovveenn:: HHeett nnoorrmmaallee pprroocceess vvaann 55--HHTT nneeuurroottrraannssmmiissssiiee

OOnnddeerr:: HHeett wweerrkkiinnggssmmeecchhaanniissmmee vvaann eeeenn SSSSRRII

Ed2 bijna af.qxp 11-8-2007 12:57 Pagina 21

Page 22: Document

Folio

lum

jaar

gang

XXed

II|P

erso

onlij

khei

dsst

oorn

isse

n

Verschillende diermodellen en testen worden gebruiktom aspecten van impulsiviteit te meten. Een veelgebruikte test is de zgn. Five-choice-serial reaction timetest (5-CCSRTT) waarin ratten moeten wachten (waarbijattentie een grote rol speelt) op een beloning in eenvan vijf vensters (lekker voer). Impulsiviteit wordt nietbeloond en verbetering van de serotonerge neurotransmissie (m.b.v. SSRIs) kan de impulsiviteitverminderen en dus tot meer beloningen leiden Eenveel gebruikte test is de Delay Aversion. Als je een individu (rat of mens) laat kiezen tussen een kleine,onmiddellijke of een grote, uitgestelde beloning danzullen impulsieve individuen voor de kleine en minderimpulsieve individuen voor de grote beloning kiezen.Ook hier blijkt serotonine remmend op de impulsiviteit. Ook agressief gedrag wordt geremd door verhoging vande serotonerge neurotransmissie.

“Ook“Ook de neurde neurotrotranansmittsmitter er dopdopamine samine speeltpeelt een beleen belanangrijkgrijkee

rrooll in de rin de reegugullatie atie vvan die fan die factactororenendie bepdie bepalalen wen waaraarom iemom iemandand

bepbepaalaalde (impde (impuullssievieve/agre/agreessssievieve)e)ggedredragagskskenmerkenmerken heefen heeftt .. ””

Muizen waarbij een bepaalde serotonine receptor (5-HT1B receptor) is uitgeschakeld (5-HT1BKO) zijn impulsief en agressief (Bouwknecht et al. 2001). 5-HT1B receptor agonisten werken anti-impulsief en antiagressief (Olivier en van Oorschot 2005). Dit ondersteunt de hypothese dat verlaging van serotonerge neurotransmissie gepaard gaat metverhoogde inpulsiviteit en agressie en omgekeerd verhoging tot het tegenovergestelde. Omdat hetserotonerge systeem voor een goed functioneren afhankelijk is van het aminozuur l-tryptofaan dat via hetdieet moet worden opgenomen kan de activiteit van datsysteem dus op een relatief gemakkelijke manier viahet dieet worden beïnvloed. Experimenten in zowelmensen als dieren bevestigen de al eerder geschetseinverse relatie tussen serotonerge aktiviteit in het CNSen de mate van impulsiviteit. Hoewel het serotonerge systeem dus belangrijk is bijallerlei aspecten van PD is het absoluut niet de enigespeler. Ook de neurotransmitter dopamine speelt eenbelangrijke rol in de regulatie van die factoren diebepalen waarom iemand bepaalde (impulsieve/agressieve) gedragskenmerken heeft.Hoogstwaarschijnlijk is 5-HT (en DA) slechts een kleinonderdeel van een ingewikkeld netwerk in ons breinwaarin allerlei andere systemen ook een belangrijke rolspelen. De vraag is hoe we deze netwerken kunnen ontrafelen en mogelijkerwijs goede therapieën voor PDsymptomen kunnen ontwikkelen.

WWeerrkkiinnggssmmeecchhaanniissmmee vvaann eeeenn 55--HHTT rree--uuppttaakkee ttrraannssppoorrtteerr

RREEFFEERREENNTTIIEESS::Bouwknecht JA et al. Absence of 5-HT1B receptors isassociated with impaired motor impulse control in male5-HT1B knockout mice. Biological Psychiatry 49: 557-568, 2001Kalueff AV et al. Hypolocomotion, anxiety and serotoninsyndrome-like behavior contribute to the complexphenotype of serotonin transporter knockout mice.Genes, Brain and Behavior (in press)Murphy DL et al. Experimental gene interaction studieswith SERT mutant mice as models for human polygenicand epistatic traits and disorders. Genes, Brain andbehavior 2: 350-364, 2003.Olivier B, van Oorschot R. 5-HT1B receptors and aggression: a review. Eur J Pharmacol 526: 207-217,2005Olivier JDA et al. Serotonin transporter knockout rat as anew model for depression. Soc Neuroscience Abstracts,Atlanta, 2006Reif A, Lesch K-P. Towards a molecular architecture ofpersonality. Behav Brain Res 139: 1-20, 2003.Smits BMG et al. Generation of gene knockouts andmutant models in the laboratory rat by ENU-driven tar-get-selected mutagenesis. Pharmacogenetics andGenomics 16: 159-169, 2006Van de Bergh FS. Targeting Impulsivity. PhD-thesis,Utrecht, 2006

Ed2 bijna af.qxp 11-8-2007 12:57 Pagina 22

Page 23: Document

Foliolumjaargang

XXed

II|Persoonlijkheidsstoornissen

23

IINNLLEEIIDDIINNGG

Mensen met persoonlijkheidsstoornissen zijn 'moeilijke' mensen. Zij zijn moeilijk voor hun directeomgeving, moeilijk voor hun dokter, moeilijk voor hunapotheker en vaak nog het moeilijkst voor zichzelf. Het'moeilijke' van deze mensen zit in hun problemen omop een goede manier om te gaan met anderen en in hetverknipte beeld dat zij van zichzelf hebben. Hierdoor issprake van een chronisch disfunctioneren. Bij sommigesoorten persoonlijkheidsstoornissen komen de lijdersvaak in aanraking met politie en justitie. Hun disfunctioneren in de maatschappij uit zich in hetplegen van delicten. Indien hierbij sprake is van eenantisociale persoonlijkheid - vroeger noemden wij datpsychopathie - en mensen een ernstig delict hebbengepleegd, krijgen zij bij de veroordeling door de rechtervaak ook tbs. Door het bestaan van dit soortpersoonlijkheidsgestoorden (vroeger psychopatengenoemd) kan een verkeerd beeld ontstaan over wathet hebben van een persoonlijkheidsstoornis eigenlijkinhoudt.

“P“Perersoonsoonlijklijkheidheidssssttoornioornisssen sen zzijnijnddan ookan ook bepbepaalaald nietd niet zzeleldzdzaam.aam.GeGesscchhatat wworordtdt ddatat ononggeveveer 10%eer 10%vvan de an de vvoolwlwaasssen bevsen bevoolklkining lijdtg lijdt

aan een peraan een persoonsoonlijklijkheidheidssssttoornioornis. “s. “

Wij onderscheiden verschillende soorten persoonlijkheidsstoornissen. Sommige persoonlijkheidsstoornissen gaan gepaard metzonderling gedrag en mensenschuwheid

(kluizenaarsgedrag), bij andere stoornissen kunnenmensen zich slecht in de gevoelens van anderen

verplaatsen en hebben zij uitzonderlijk veel behoefteaan aandacht (theatrale persoonlijkheid) en bij weerandere wordt de patiënt ernstig geremd door twijfelsaan zichzelf en uitzonderlijke gevoeligheid voor kritiek(vermijdende persoonlijkheid).Persoonlijkheidsstoornissen zijn dan ook bepaald nietzeldzaam. Geschat wordt dat ongeveer 10% van de volwassen bevolking lijdt aan een persoonlijkheidsstoornis. Hierbij is dan sprake vanmensen die duurzaam disfunctioneren in hun socialerelaties of duurzaam in klinisch relevante mate lijdenonder hun stoornis. Een nog veel hoger percentageheeft trekken van een persoonlijkheidsstoornis zonder dat echt aan de eerdergenoemde criteria wordtvoldaan. Wij kunnen er dus vanuit gaan, dat veelmensen die wij in de apotheek zien (ook) lijden aaneen persoonlijkheidsstoornis of in ieder geval lasthebben van persoonlijkheidstrekken.

FFAARRMMAACCOOTTHHEERRAAPPIIEE VVAANN PPEERRSSOOOONNLLIIJJKKHHEEIIDDSSSSTTOOOORRNNIISSSSEENN

Indien wij in het farmacotherapeutisch kompas kijkennaar de officiële indicaties van psychofarmaca wordt debehandeling van persoonlijkheidsstoornissen nergensaangetroffen. Toch zijn mensen met een persoonlijkheidsstoornis vaak grootverbruikers van psychofarmaca. De reden hiervoor is dat mensen meteen persoonlijkheidsstoornis vaak ook andere psychische symptomen hebben, soms in het kader vanhun persoonlijkheidsstoornis, soms in het kader vaneen andere stoornis. Zo zijn bijvoorbeeld mensen meteen afhankelijke of vermijdende persoonlijkheid vaakook chronisch depressief. Mensen met een schizoïde ofparanoïde persoonlijkheid kunnen psychotisch worden,wanneer zij op latere leeftijd in een verzorgingshuisworden opgenomen. Zij krijgen dan medicatie voor debijkomende psychische stoornis en die werkt vaak heelbehoorlijk.

Schizoïd, psychopathisch ofborderline: over persoonlijkheidsstoornissenen de apothekerProf. Dr. A.J.M. LoonenFarmacotherapie bij psychiatrische patiënten, basiseenheid farmacotherapie en farmaceutische patiëntenzorg, Rijksuniversiteit Groningen en Delta Psychiatrisch Centrum,Poortugaal

Ed2 bijna af.qxp 11-8-2007 12:57 Pagina 23

Page 24: Document

Folio

lum

jaar

gang

XXed

II|P

erso

onlij

khei

dsst

oorn

isse

n

Echter, de persoonlijkheid verandert niet door hetgebruik van deze medicatie en zij vertonen daaromvaak een (schijnbaar) onvolledige respons.Een tweede reden om psychofarmaca bij bepaalde persoonlijkheidsstoornissen te gebruiken is om ongewenste uitingsvormen te remmen. Indien iemandmet een antisociale persoonlijkheid de neiging heeftom seksuele delicten te plegen, kan hij worden geholpen door de seksuele prikkelbaarheid te remmen.De gedachte is daarbij dat de medicatie wordt gebruiktom de motivatie tot het ongewenste gedrag weg tenemen. Dit kan worden gedaan door het laten gebruiken van antipsychotica (en/of van antiandrogenen). Bij andere persoonlijkheidsstoornissen staan impulsiviteit en prikkelbaarheid als uitingsvormen opde voorgrond. Deze fenomenen zijn te verminderendoor het gebruik van lithiumzouten en/of het gebruikvan selectieve serotonineheropnameremmers (SSRIs).Dit zijn echter geen officiële indicaties voor het gebruikvan psychofarmaca en het is regelmatig ook helemaalniet zeker of zij wel zo goed werken.

PPEERRSSOOOONNLLIIJJKKHHEEIIDDSSSSTTOOOORRNNIISSSSEENN EENN FFAARRMMAACCOOTTHHEERRAAPPIIEE

Persoonlijkheidsstoornissen spelen niet alleen een rolbij de echte psychiatrische patiënten. Ook de behandeling van lichamelijke problematiek wordtregelmatig gecompliceerd door het bestaan van eenpersoonlijkheidsstoornis. De klachtenpresentatie vanmensen met een persoonlijkheidsstoornis kan afwijkend zijn. Hierdoor wordt soms een onjuistebehandeling ingezet. Een mooi voorbeeld hiervan wordtgevonden bij de somatisatiestoornis. Deze mensenhebben lichamelijke klachten waarvoor geen lichamelijke oorzaak bestaat. Veel van deze mensenhebben ook een persoonlijkheidsstoornis.

“M“Menensen metsen met een boreen borderline derline perpersoonsoonlijklijkheidheidssssttoornioorniss vverer ttonenonen

vvaakaak zzelfbeelfbesscchhaadigdigend gend gedredrag.”ag.”

Ook bij de evaluatie van het resultaat van de behandeling kunnen patiënt en behandelaar om detuin geleid worden door uitingsvormen van de persoonlijkheidsstoornis. De lichamelijke klachten zijnalleen maar erger geworden en daarom wordt er bij debehandeling nog maar een schepje bovenop gedaan.Soms doen mensen zichzelf de aandoening aan ofbootsen zij de klachten van een lichamelijke stoornisna. Het kan heel lastig zijn om tot een gerichte aanpakvan de problematiek te komen. Mensen met een persoonlijkheidsstoornis doen zich in onsgezondheidszorgsysteem vaak tekort. Hiervan kansprake zijn bij de mensenschuwe schizoïde persoonlijkheid, die niets van dokters en ziekenhuizenmoet hebben. Maar ook bij andere persoonlijkheidsstoornissen kunnen problemen optreden. Net als iedereen hebben dokters en apothekers namelijk de neiging om moeilijke mensente weren.

Mensen met een borderline persoonlijkheidsstoornisvertonen vaak zelfbeschadigend gedrag. Zij slikken regelmatig grote hoeveelheden pillen, drinken gevaarlijk veel alcohol, slikken glasscherven inof maken met een scherp voorwerp kerven in hun huid.Zij belanden zo op de spoedeisende hulp van hetziekenhuis en zijn daar vaak een niet-graag gezienevaste klant. Het kost moeite om deze mensen neutraal,niet-veroordelend en voldoende steunend te blijvenbejegenen. In de apotheek krijgen wij vaak te makenmet mensen, die verslaafd lijken te zijn aan pillen. Zijgebruiken veel medicijnen, vaak combinaties vandezelfde soort middelen en het saneren van de medicatie is niet bespreekbaar. Ook zijn er mensen diehet ene middel na het andere gebruiken, vaakgedurende korte tijd en waarbij de therapietrouw ernstig te wensen over laat. Bij dit type patiënten kangemakkelijk ook sprake zijn van persoonlijkheidsproblematiek. Ook de apotheker zal deneiging hebben om deze mensen te laten vallen. Deauteur zijn geen projecten bekend die zich richten ophet verlenen van goede farmaceutische patiëntenzorgbij personen met ook een persoonlijkheidsstoornis.

EEEENN SSYYMMPPOOSSIIUUMM OOVVEERR PPEERRSSOOOONNLLIIJJKKHHEEIIDDSSSSTTOOOORRNNIISSSSEENN

Naar verwachting krijgen wij dus in de apotheek vaakmet mensen met persoonlijkheidsstoornis te maken,maar wat kun je er dan mee? Op deze vraag is voorhandgeen duidelijk antwoord te geven.Persoonlijkheidsstoornissen behoren typisch tot hetdomein van de psycholoog en de psychotherapeutischgeoriënteerde psychiater. Meestal is niet sprake vanintensief contact tussen apothekers en psychologen.Toch hebben psychologen en psychotherapeuten op ditterrein heel wat te bieden aan apothekers. Het is danook verstandig om tijdens FTO en FTTO ook voor eeninbreng vanuit deze disciplines een plaatsje in te ruimen, zeker wanneer de behandeling van chronischeziekten wordt besproken.Om dit overleg productief te maken moet de apotheker(in opleiding) iets van de achtergronden begrijpen.Hopelijk wordt hiertoe door middel van dit symposiumeen aanzet gegeven.

Ed2 bijna af.qxp 11-8-2007 12:57 Pagina 24

Page 25: Document

Foliolumjaargang

XXed

II|Persoonlijkheidsstoornissen

25

DDEE JJOONNGGEE JJAARREENN

Meneer Bering werd 60 jaar geleden geboren in eengrote stad. Zijn ouders hadden samen een goed lopende boekhandel naast hun huis. Zij hadden al een zoontje van 3 toen meneer Bering geboren werd. Samenvormden zij een gelukkig jong gezin.Toen meneer Bering 4 jaar oud was ging hij met zijnvader en moeder en zijn broertje een dagje uit met deauto. Op de terugweg naar huis kregen ze een ernstigauto-ongeluk waarbij beide benen en het bekken vanmeneer Bering op meerdere plaatsen gebroken waren.Hij heeft hiervoor lange tijd in het ziekenhuis en later ineen revalidatie kliniek gelegen. Na een jaar mocht hijnaar huis, met behulp van krukken en beugels kon hijlopen. De eerste tijd thuis kon meneer Bering nog nietveel. Zijn moeder hielp hem met alles.Op 6 jarige leeftijd ging meneer Bering voor het eerstnaar de lagere school. Het leren ging hem goed af, hijhaalde de hoogste cijfers van de klas. Toch vond hijschool niet leuk. Hij werd erg gepest om zijn beugels enkrukken door zijn klasgenoten. De enige die voor hemopkwam was zijn grote broer, die regelmatig vocht metde pestkoppen. Meneer Bering had geen vriendjes opde lagere school. Hij was het liefste thuis bij zijn moeder die altijd aardig voor hem was en van wie hijnooit straf kreeg. Zijn broer had daarentegen heel veelvrienden en was erg populair op school.Na de lagere school ging meneer Bering, op advies vanzijn vader, naar het Lyceum. Dit ging hem ook vrijgemakkelijk af. Het pesten hield hier aan. Zijn broerkon hem ditmaal niet helpen aangezien hij naar eenandere school was gegaan. In zijn vrije tijd las meneerBering de vele boeken van de boekhandel of hielp hijzijn vader achter in de winkel met administratieve klusjes.

HHEETT OONNTTSSTTAAAANN VVAANN DDEE PPRROOBBLLEEMMEENN

Het lag voor de hand dat meneer Bering na het Lyceumbij zijn ouders in de boekhandel kwam werken. Dit gingeen aantal jaar erg goed. Meneer Bering deed de administratie. Soms stond hij ook wel eens in de winkelmaar het contact met klanten ging hem niet altijd goedaf. Vooral met ontevreden klanten kon meneer Beringniet goed omgaan. Meestal gaf hij ze hun geld terug terwijl ze ook het gekochte product mochten houden.Dit tot onvrede van zijn vader.

“Hij “Hij vvond hetond het ererg moeig moeilijklijk omombelbelanangrijkgrijke bee besslilissssininggen ten te nemene nemenen hij en hij vrvroeoeg g zzijn brijn broer en moederoer en moeder

vveelveelvuulldig om rdig om raaaad.”d.”

Bij andere problemen die op zijn pad kwamen probeerde meneer Bering de oplossing altijd zo ver mogelijk voor zich uit te schuiven. Uiteindelijk werdendeze dan door anderen opgelost.Meneer Bering is altijd bij zijn ouders blijven wonen. Hijheeft nooit iemand ontmoet waarmee hij samen zouwillen wonen en hij had het goed naar zijn zin bij zijnouders. In de loop van de jaren was hij steeds slechtergaan lopen. Hierdoor kwam meneer Bering nauwelijksmeer op straat. Zijn moeder deed alle boodschappenen kocht zijn kleding. Buiten zijn ouders en zijn broer,en het personeel in de boekhandel, had meneer Beringnauwelijks sociale contacten. Toen meneer Bering 40 jaar was overleed zijn vaderplotseling aan een hartinfarct. De leiding van de boekhandel kwam op de schouders van meneer Beringterecht. Dit leverde veel spanningen op bij meneerBering. Hij vond het erg moeilijk om belangrijke beslissingen te nemen en hij vroeg zijn broer en moeder veelvuldig om raad. Doordat een aantalbeslissingen te laat genomen werden, begon de boekhandel verlies te draaien en moest er personeelontslagen worden. Het lukte meneer Bering niet om ditte vertellen waardoor duur personeel nog lang in dienstbleef. Uiteindelijk besloot de broer van meneer Beringdat het zo niet langer kon en werd de boekhandelverkocht.

Casusbeschrijving meneerBeringDrs. A. HaitsmaArts-assistente psychiatrie Parnassia

Ed2 bijna af.qxp 11-8-2007 12:58 Pagina 25

Page 26: Document

Folio

lum

jaar

gang

XXed

II|P

erso

onlij

khei

dsst

oorn

isse

n

VVEERREERRGGEERRIINNGG VVAANN DDEE KKLLAACCHHTTEENN

Meneer Bering kwam werkloos thuis te zitten bij zijnmoeder. Hij werd somber, had geen trek meer in etenen kwam zijn bed nauwelijks meer uit. Via de huisartswerd hij behandeld voor een depressie waarvan hijredelijk opknapte. De huisarts adviseerde hem nietmeer te stoppen met deze medicijnen omdat het risicoop een recidief groot was.

“M“Meneer Beneer Berinering g vvoeltoelt zzicich erh erg g eeneenzzaam in hetaam in het lleegge huie huis. Hij ws. Hij worordtdtsstteedeedss sombersomberder en der en zzietiet hethet llevevenen

nietniet meer meer zzittitten. Op een aven. Op een avondondneemtneemt hij een grhij een grotote hoeve hoeveelheideelheid

pipi ll llen in sen in samen metamen met alcalcohooholl .”.”

Na enige jaren brak de moeder van meneer Bering haarbeen bij een val van de fiets. Gelukkig niets ernstigsmaar meneer Bering moest een tijdje zijn moeder helpen in het huishouden. Hij kon erg opzien tegen eenbezoek aan de supermarkt. Op straat had hij het ideedat iedereen naar zijn benen met beugels en krukkenkeek. Ook kon hij het plotseling heel erg benauwd krijgen. Een keer belden omstanders zelfs de ambulance omdat meneer Bering dacht dat hij, net alszijn vader, een hartinfarct kreeg. In het ziekenhuisbleek er niets aan de hand te zijn. De huisarts schreefkalmerende middelen voor om een dergelijke aanval inhet vervolg te kunnen voorkomen. Deze hielpen wel,maar kort waardoor meneer Bering er steeds meer opeen dag ging innemen.Na een tijdje knapte de moeder van meneer Beringweer op van haar gebroken been en kon ze de huishoudelijke taken weer overnemen. Meneer Beringstopte echter niet met het gebruiken van de kalmerende middelen omdat hij zonder deze pillen depaniek weer voelde opkomen.De laatste jaren gaat de moeder van meneer Beringsteeds verder achteruit. Haar mobiliteit wordt minderen ze begint ook te dementeren. Doordat meneerBering zelf ook geen goede lichamelijke conditie meerheeft kan hij de zorg voor zijn moeder eigenlijk nietgoed aan. Zijn broer heeft al een aantal keer aangeraden om een verzorgingshuis voor hun moederte zoeken maar meneer Bering wil graag zelf voor haarblijven zorgen. Dit gaat nog enige tijd zo door totdatmoeder met een delirant beeld in het ziekenhuis wordtopgenomen en vanuit daar naar een verpleeghuis gaat.Meneer Bering voelt zich erg eenzaam in het lege huis.Hij wordt steeds somberder en ziet het leven niet meerzitten. Op een avond neemt hij een grote hoeveelheidpillen in samen met alcohol. Als hij gevonden wordtdoor zijn broer is hij al bewusteloos. In het ziekenhuiskomt hij op de intensive care terecht. Als hij bij komtwordt de psychiater in consult gevraagd. Deze stelt eenernstige depressie vast. Hierop wordt meneer Beringopgenomen in een psychiatrisch ziekenhuis.

BBEEHHAANNDDEELLIINNGG VVAANN DDEE DDEEPPRREESSSSIIEE

Meneer Bering slikte al langere tijd via de huisarts eenantidepressivum uit de groep van de SSRI's. Aangeziendit niet heeft voorkomen dat hij weer depressief werd,werd dit omgezet in een TCA (tricyclisch antidepressiva). De eerste weken bleef meneer Beringerg somber. Hij was er moe en lag het liefste op bed.Hij kon zich er niet toe zetten om zich te wassen en aante kleden. Vanwege zijn slechte lichamelijke conditiehad hij hulp van de verpleging nodig bij de persoonlijkeverzorging. Meneer Bering vond het erg lastig om hulpte vragen. Hij wilde de verpleging niet tot last zijn.Hiernaast had meneer Bering regelmatig last vanpaniekaanvallen waarvoor hij in toenemende mate ombenzodiazepines vroeg. Ook kreeg hij last van obstipatie die zeer moeilijk te behandelen was. MeneerBering was hier erg mee bezig en vroeg dagelijks naarde arts om dit te bespreken. Hij liet zich nietgeruststellen door de mededeling dat dit weer zou verdwijnen als de depressie zou opknappen.In eerste instantie knapte meneer Bering wel op van demedicatie. Zijn stemming verbeterde wat en hij kwammeer uit bed. De verbetering zette echter niet door.Meneer Bering bleef last houden van de angst enpaniekklachten en de obstipatie. Ook bleef hij veelmoeite houden met hulp vragen aan de verpleging.Tevens had meneer Bering veel bijwerkingen van demedicatie. Hij had last van een droge mond en duizeligheid bij het opstaan. Omdat meneer Bering niet met de medicijnen wildedoorgaan werd een niet-medicamenteuze behandelingvan de depressie voorgesteld: ECT (electro-convulsietherapie). Dit is een therapie waarbij patiënten, onderkorte narcose, worden behandeld met elektriciteit dievia elektroden op het hoofd wordt toegediend. MeneerBering zag echter tegen deze behandeling op en kon debeslissing niet goed nemen om hiermee te starten. Hijhad meerdere gesprekken met zijn arts en zijn broerhierover.

“D“De die diagnoagnose wse wererd metd met meneermeneerBBerinering beg bessprprokoken en hij herken en hij herkendeende

vveeleel vvan de ban de bijbehorijbehorende ende perpersoonsoonlijklijkheidheidskskenmerkenmerken ben bijij

hemzhemzelfelf.”.”

Aangezien meneer Bering ondertussen wel was gestoptmet de medicijnen ging het steeds slechter met hem.Hij werd zo somber dat hij bijna niet meer uit bedkwam en ook niet meer wilde eten. Er dreigde eenlevensbedreigende situatie te ontstaan. Om deze redenbesloot de arts in overleg met de broer van meneerBering om toch te starten met de ECT.Na een aantal behandelingen knapte meneer Bering op.De somberheid en het verlies van interesse verdwenennaar de achtergrond. De angst en paniekklachten werden ook een stuk minder.

Ed2 bijna af.qxp 11-8-2007 12:58 Pagina 26

Page 27: Document

Foliolumjaargang

XXed

II|Persoonlijkheidsstoornissen

27

Met meneer Bering werd de mogelijkheid besprokenom de behandeling in deeltijd, dus poliklinisch, voortde zetten. Het idee om naar een leeg huis te gaan, zijnmoeder woonde nu immers in een verpleeghuis, deedde paniek weer erg toeslaan bij meneer Bering. Hetvoorstel om dan naar een verzorgingshuis te gaan waarhij niet alleen zou zijn zag hij ook niet zitten.

“Eén “Eén vvan de kan de kllacachthten en vvan meneeran meneerBBerinering wg waass hethet ffeiteit ddatat hij erhij erg g

ananggsstig wtig wererd d vvan een bezan een bezoekoek aanaande sde supermupermarktarkt . Dit. Dit wwererd sd sttap ap vvooroor

ssttap gap geoefeoefend.”end.”

AAFFHHAANNKKEELLIIJJKKEE PPEERRSSOOOONNLLIIJJKKHHEEIIDDSSSSTTOOOORRNNIISS

Tijdens de behandeling voor de depressie viel het opdat meneer Bering veel moeite had met het nemen vanbeslissingen. Deze stelde hij steeds voor zich uit netzolang tot anderen wel een besluit voor hem moestennemen. Ook vroeg hij zijn broer en zijn arts uitgebreidom raad. Verder raakte meneer Bering op het momentdat het ontslag naderde in paniek omdat hij hetabsoluut niet zag zitten om alleen in huis te wonen. Vermoed werd dat meneer Bering, naast zijn depressie,ook last had van persoonlijkheidsproblematiek.

Door de psycholoog werd een persoonlijkheidsonder-zoek gedaan waarna de diagnose afhankelijke persoonlijkheidsstoornis gesteld werd.De diagnose werd met meneer Bering besproken en hijherkende veel van de bijbehorende persoonlijkheidskenmerken bij hemzelf. Hij wasgemotiveerd om hiervoor therapie te krijgen zodat hij inhet vervolg beter met moeilijkheden en problemen zoukunnen omgaan. Er werd een behandelplan opgesteldwaarbij meneer Bering de klachten en problemen waarhij tegen aanloopt op een rij zette. Uit deze lijst werdende behandelbare klachten gerangschikt van makkelijknaar moeilijk. De makkelijke klachten werden het eerstaangepakt. Eén van de klachten van meneer Bering was het feit dathij erg angstig werd van een bezoek aan de supermarkt.Dit werd stap voor stap geoefend. Er werd begonnenmet een bezoek aan de buurtwinkel op rustige tijden.Langzaam werd dit uitgebreid naar een bezoek aan desupermarkt. In de loop van de behandeling kreegmeneer Bering steeds meer zelfvertrouwen en verminderden zijn angst en paniekklachten aanzienlijk.Hij zag het nu wel zitten om alleen naar huis te gaan.

Ed2 bijna af.qxp 11-8-2007 12:58 Pagina 27

Page 28: Document

Folio

lum

jaar

gang

XXed

II|P

erso

onlij

khei

dsst

oorn

isse

n

BBEESSPPRREEKKIINNGG

Patiënten als meneer Bering kunnen een groot beroepdoen op hun omgeving of hun hulpverleners. Hetonvermogen van meneer Bering om een beslissing tekunnen nemen of de angstklachten die hij ervaart bij,voor "normale" mensen, simpele dingen kunnen irritatie of onbegrip oproepen. Het feit dat hij matigopknapte van zijn depressie ondanks alle medicatie enop het moment dat hij bijna naar huis kan een terugvalkrijgt kan leiden tot frustratie bij behandelaren en eenslechte behandelrelatie. Tijdige herkenning van persoonlijkheids-pathologie isbelangrijk om een juiste behandeling te kunnen starten.Persoonlijkheidsproblematiek kan makkelijkgemist worden, zeker indien het contact met de persoon in kwestie niet frequent of slechtsoppervlakkig is. Patiënten met persoonlijkheidsstoornishebben een grote kans om op een of meerdere levens-gebieden, zoals in relaties, het beroeps- of het socialeleven vast te lopen. Ze lijden onder de sociale beper-kingen die hiermee samengaan. Toch zullen ze hier niet snel hulp voor zoeken. Naast en/of als gevolg van bovengenoemde problemenhebben patiënten met een persoonlijkheidsstoornisvaker last van ziektebeelden als depressies, angststoornissen of verslavingen en niet begrepenlichamelijke klachten. Alleen behandeling deze ziektebeelden zonder behandeling van de onderliggende persoonlijkheidsproblematiek lijdt vaaktot veelvuldig medicijngebruik terwijl de klachten niethelemaal verdwijnen aangezien de onderliggende oorzaak niet wordt aangepakt.

“V“Veeleel ppatiëntatiënten die in de en die in de zzororg g alalss moeimoeilijklijk ofof vverer vvelelend end

wwororden erden er vvararen heen hebben in bben in wwerkerkelijkelijkheid lheid laasstt vvan an

perpersoonsoonlijklijkheidheidssprproobbllemematiek.”atiek.”

DDSSMM CCLLAASSSSIIFFIICCAATTIIEE

Aangezien diagnoses in de psychiatrie tot nu toe nogniet aangetoond kunnen worden door bloedonderzoekof scans en dergelijke was het in het verleden vaak eenBabylonische spraak verwarring. Sombere patiëntenwerden door sommige artsen depressief genoemd,door anderen weer dysthiem of melancholisch. Omzeker te weten dat psychiaters het bij de zelfde termover het zelfde ziektebeeld hebben of bij bepaaldesymptomen tot de zelfde diagnose zouden komen,werd een classificatie systeem bedacht. Hierin staanvoor elk ziektebeeld de symptomen beschreven waareen patiënt aan moet voldoen om de diagnose te krijgen: de diagnostic en statistical manual oftewelDSM. Ondertussen zitten we aan de vierde revisie.Verschil met bijvoorbeeld oudere DSM's is dathomofilie niet meer als psychiatrische ziekte wordtgezien. In de DSM worden verschillende ziektebeeldenof problemen op verschillende assen gecodeerd. Op as I staan de psychiatrische ziekten die we kennen

bijvoorbeeld depressie, schizofrenie, verslaving, angstetc. Op as II staan de persoonlijkheidsstoornissen, op as IIIde lichamelijke ziekten bijv. hoge bloeddruk, diabetes etc, op as IV de sociale problemen die iemandheeft bijv. relatie problemen, werk, justitie etc, op as Vstaat de GAF score, daarin geef je iemand een cijfer tussen de 0 en de 100 voor zijn algeheel functioneren.Bij helemaal geen problemen, klachten en dergelijkedus score 100, als iemand heel suïcidaal is score 20. Zo kan je heel snel een goed beeld van een patiëntkrijgen als je weet welke ziekten en symptomen er zijnen hoe ernstig als alle assen zijn ingevuld.

OONNDDEERRSSCCHHEEIIDD

Het onderscheid tussen een ongecompliceerde as Istoornis en een as I stoornis die samenhangt met eenas II stoornis is niet in 1 dag te maken. Veel kenmerkenvan een persoonlijkheidsstoornis zijn tevenssymptomen van een as I stoornis, denk bijvoorbeeldaan angst. Op het moment dat een patiënt behandeldwordt voor een ernstige depressie kan de diagnose persoonlijkheidsstoornis ook niet gesteld wordenomdat op dat moment niet bepaald kan worden waardoor de symptomen veroorzaakt worden. Het verschil is dat bij een as I stoornis de symptomenvan tijdelijke of periodieke aard zijn terwijl voor een as II stoornis sprake moet zijn van een duurzaampatroon van gedragingen en emoties dat langer dan 5jaar bestaat. Meneer Bering moest eerst voldoende vanzijn depressie opknappen voordat een persoonlijkheidsonderzoek betrouwbaar kon wordenuitgevoerd.

VVAALLKKUUIILLEENN

Er zijn een aantal valkuilen in de omgang met patiëntenmet een persoonlijkheidsstoornis. Uit irritatie, vervelingof machteloosheid kan de situatie ontstaan waarbij debehandelaren of de omgeving niet meer goed luisterennaar de klachten van de patiënt of deze niet meer serieus nemen. Dit kan leiden tot het voorschrijven vanveel medicijnen tegelijkertijd zonder duidelijke redenom maar van de patiënt af te zijn of juist tot het nietmeer behandelen van een klacht die wel behandelingnodig heeft.Een probleem waar bij patiënten als meneer Beringvaak tegenaan wordt gelopen is als de behandelaren ofomgeving te meegaand zijn, waarmee te nemen beslissingen en verantwoordelijkheden voor de patiëntworden overgenomen. Dit leidt uiteindelijk totteleurstelling bij de patiënt vanwege verwachtingen dieniet waargemaakt kunnen worden en steeds grotereafhankelijkheid bij de patiënt.

Veel patiënten die in de zorg als moeilijk of vervelendworden ervaren hebben in werkelijkheid last van persoonlijkheidsproblematiek. Het onderkennen vaneen persoonlijkheidsstoornis bij dit soort 'moeilijkemensen' leidt tot meer begrip voor hen. Het isbelangrijk om hun gedrag als symptoom te zien van eenstoornis. De patiënt zit hier zelf ook niet op zit te wachten en kan hier ook niets aan doen. De juistebenadering en behandeling zorgt voor minder frustraties voor de patiënt en zijn omgeving.

Ed2 bijna af.qxp 11-8-2007 12:58 Pagina 28

Page 29: Document

Foliolumjaargang

XXed

II|Persoonlijkheidsstoornissen

01

Ed2 bijna af.qxp 11-8-2007 12:59 Pagina 29

Page 30: Document

Folio

lum

jaar

gang

XXed

II|O

nder

zoek

Bel

icht

Onderzoek BelichtDrs. Ramses F.J. Kemperman

DDee wweerreellddggeezzoonnddhheeiiddssoorrggaanniissaattiiee sscchhaattttee iinn 11999900 ddaattppssyycchhiiaattrriisscchhee zziieekktteenn vvoooorr 1155..44%% bbiijjddrraaggeenn aaaann ddeettoottaallee zziieekktteellaasstt oopp aaaarrddee eenn ddaatt ddiitt aaaannddeeeell ddee kkoommeenn--ddee ddeecceennnniiaa aalllleeeenn mmaaaarr zzaall ttooeenneemmeenn.. TTeeggeelliijjkkeerrttiijjddwweerrdd iinn NNeeddeerrllaanndd iinn 22000033 oonnggeevveeeerr 33..99 mmiilljjaarrdd €€((66..88%% vvaann ddee ttoottaallee kkoosstteenn vvaann ddee ggeezzoonnddhheeiiddsszzoorrgg))ggeessppeennddeeeerrdd aaaann ggeeeesstteelliijjkkee ggeezzoonnddhheeiiddsszzoorrgg..SScchhiizzooffrreenniiee ((448855..33 mmiilljjooeenn €€)) eenn bblliijjvveennddee oonnttwwiikkkkee--lliinnggssssttoooorrnniisssseenn ((553344 mmiilljjooeenn €€)),, zzooaallss aauuttiissmmee,, ddrraaggeennvvaannwweeggee ddee cchhrroonniisscchhee aaaarrdd vvaann ddee aaaannddooeenniinnggeenn hhuunnsstteeeennttjjee bbiijj aaaann ddeezzee kkoosstteenn..

Autisme (0.2-0.6 gevallen per 1000) is een blijvendeontwikkelingsstoornis waarvan de eerste symptomenzich voordoen voor het derde levensjaar. De aandoe-ning kenmerkt zich door beperkingen in de omgang metanderen, beperkingen in de communicatie, steedsterugkerend stereotiep gedrag of bewegingen, en weer-stand tegen veranderingen. Anders dan bij autisme,openbaart schizofrenie (1.5 gevallen per 1000) zichmeestal tussen het 15de en 35ste levensjaar. De voorschizofrenie kenmerkende verstoring van het denken enhet voelen, waarbij het contact met de alledaagse reali-teit is verloren, wordt gekarakteriseerd door de positie-ve (wanen, hallucinaties, ontregeld gedrag etc.) ennegatieve (terugtrekgedrag, apathie, vervlakking vanhet gevoelsleven etc.) symptomen van een psychose.Vroegtijdige diagnose en een vroegtijdig begin met debehandeling van deze aandoeningen is wenselijk in ver-band met een gunstigere prognose. Biochemisch onder-zoek kan bijdragen aan een verbeterde diagnostiek enhet vinden van nieuwe behandelingen van autisme enschizofrenie. In ons onderzoek wordt vooral gekekennaar de biochemische aspecten van voeding en maag-darmstoornissen in schizofrenie en autisme.Voor het identificeren en interpreteren van biochemi-sche afwijkingen in autisme en schizofrenie wordt,naast de bestaande laboratoriumtesten in het UMCG,gebruik gemaakt van door onszelf ontwikkelde analyse-methoden. Zo wordt bij de vakgroep AnalytischeBiochemie gewerkt aan een methode voor het ontdek-ken en identificeren van biomarkers in urine. Verderwordt ook gekeken naar mogelijkheden om autisme enschizofrenie in gunstige zin te beïnvloeden met voedingen/of voedingsupplementen. De verschillende onder-zoeken worden uitgevoerd in samenwerking met deafdeling Psychiatrie van het UMCG, het algemeen psy-chiatrisch ziekenhuis Klinika Capriles (Curaçao) en deautismevereniging op Curaçao.

VVIISSOOLLIIEE VVEETTZZUURREENN EENN BB--VVIITTAAMMIINNEENN VVOOOORR AAUUTTIISSMMEE EENN

SSCCHHIIZZOOFFRREENNIIEE??

Afwijkingen in het vetzuur- en B-vitamine metabolismein autisme en schizofrenie worden in de literatuur vaakbeschreven. Zowel in een subgroep van kinderen metautisme als in een subgroep van volwassenen metschizofrenie vonden we een (te) lage status van demeervoudig onverzadigde vetzuren (LCPs) docosahexa-eenzuur (DHA) en arachidonzuur (AA). DHA (uit vis) enAA (uit vlees en eieren) zijn belangrijke bouwstenen inhet lichaam en met name van de hersenen. Ze wordeningebouwd in celmembranen en zorgen hiermee voorde vloeibaarheid. LCPs spelen ook een rol in de signaaltransductie en ze zijn betrokken bij gen expressie. De oorzaak van de tekorten kan enerzijdsgezocht worden in een slechte voeding en anderzijds ineen afwijkend vetzuurmetabolisme. Ondanks dat we deoorzaak van de tekorten niet konden vaststellen, zagenwe dat het toedienen van voedingsupplementen (vis- ensojaolie) de LCP status verbetert en normaliseert.

Momenteel wordt er bij ons onderzoek gedaan naar hetverband tussen de LCP status en de ernst van psychotische symptomen. Verder vonden we een functioneel B-vitamine tekort in een deel van de patiënten met schizofrenie, maar niet autisme. Eenfunctioneel B-vitamine tekort wordt geassocieerd metmeer negatieve symptomen in schizofrenie en met eenverhoogd risico op hart- en vaatziekten in het

Het metabolisme van vetzuren in het menselijk lichaam

Ed2 bijna af.qxp 11-8-2007 12:59 Pagina 30

Page 31: Document

Foliolumjaargang

XXed

II|O

nderzoekB

elicht31

algemeen. Behandelaars zouden dus beter moeten letten op de voedingsgewoonten van hun patiënten eneventueel biochemisch onderzoek hiernaar kunneninstellen, zodat tekorten van deze belangrijke nutriënten tijdig opgespoord en behandeld worden.In eerder onderzoek in kinderen met autisme werdgevonden dat 40% een verhoogde darmdoorlaatbaar-heid heeft en dat 40% een verhoogd bloedplaatjesserotonine (5-HT) heeft. De bloedplaatjes 5-HT concen-tratie wordt grotendeels bepaald door lekkage van 5-HTin de bloedsomloop tijdens de darmperistaltiek(darmmotiliteit). Daarnaast wordt een verhoogde darmdoorlaatbaarheid veelal in verband gebracht meteen verhoogde darmperistaltiek. Op basis van dezegegevens hypothetiseerden we dat er een verbandbestaat tussen de darmdoorlaatbaarheid en hettrombocyten 5-HT in autisme. In ons onderzoek inCuraçao vonden we echter geen verhoogde darmdoor-laatbaarheid, maar wel een verhoogd trombocyten 5-HTin een subgroep. Ook konden we geen verband aantonen tussen de darmdoorlaatbaarheid en hetbloedplaatjes 5-HT. Wel vonden we in vervolgonderzoekin pasgeborenen dat beïnvloeding van de darmmotili-teit via de voedingsroute (enteraal of parenteraal) vaninvloed is op het verloop van de 5-HT concentratie inbloedplaatjes.

EEEENN HHEELLEE DDUURREE ZZWWAANNGGEERRSSCCHHAAPPSSTTEESSTT

Voor ons biomarkeronderzoek in urine wordt gebruikgemaakt van HPLC gekoppeld aan massaspectrometrie(MS). Hiermee wordt de samenstelling van de urinegeanalyseerd. De chromatogrammen worden daarnaverwerkt met in-huis ontwikkelde software, zodat wealleen 'echte' pieken overhouden. Vervolgens wordtmultivariate statistiek gebruikt om te zoeken naar pieken, van bijvoorbeeld peptiden, die in verschillendeconcentraties aanwezig zijn in de urine van zieke engezonde mensen. De gevonden pieken worden geïdentificeerd door ze te fragmenteren met MS (LC-MS/MS) en de fragmentpieken in te voeren in een zoekmachine op het internet.Op dit moment hebben we de ontwikkelde methodemet succes toegepast bij proteïnurie (te veel eiwit inurine) en zwangerschap. Het was mogelijk om gezondecontroles te onderscheiden van patiënten metbeginnende proteïnurie. Ook bleek de methodegeschikt om aan de hand van de samenstelling van deurine te bepalen of een vrouw zwanger was of niet (eenhele dure en ingewikkelde zwangerschapstest dus). Ditlaatste resultaat, hoe triviaal ook, toont desondanksaan dat de methode geschikt is om urinemonsters vaneen verschillende samenstelling te onderscheiden. Hetwerk richt zich momenteel op het identificeren vanmogelijke biomarkers.

Ed2 bijna af.qxp 11-8-2007 13:00 Pagina 31

Page 32: Document

Folio

lum

jaar

gang

XXed

II|G

enee

smid

delB

elic

ht

Geneesmiddel BelichtProf. dr. J.R.B.J. Brouwers, hoogleraar farmacotherapie en klinische farmacie Drs. Asmar F.Y. Al Hadithy, AIO farmacogenetica

CCiirrccaa 11%% vvaann ddee vvoollwwaasssseenneenn lliijjddtt aaaann sscchhiizzooffrreenniiee.. HHeettooppttrreeddeenn vvaann ddee eeeerrssttee zziieekktteevveerrsscchhiijjnnsseelleenn-- eeeenn eeeerrsstteeppssyycchhoossee-- ttrreeeeddtt mmeeeessttaall oopp ttuusssseenn hheett 2200sstt eenn 3300ssttlleevveennssjjaaaarr..

De symptomen van schizofrenie worden onderscheidenin positieve en negatieve symptomen. Voorbeelden vanpositieve symptomen zijn, paranoïde gedachten, hethoren van stemmen in het hoofd, visuele hallucinatiesen irrationele gedachten. De negatieve symptomen dieoptreden zijn: sociale isolatie en verminderde emotio-nele respons (afvlakking). Het optreden van schizofre-nie is deels erfelijk bepaald, maar ook omgevingsfacto-ren spelen een belangrijke rol. Ook "drugs" gebruik kanzo'n uitlokkende factor zijn. Zo is onlangs in een grootin Amsterdam uitgevoerd onderzoek vastgesteld dat hetgebruik van cannabisproducten een belangrijke uitlok-kende factor kan zijn voor het ontstaan van een eerstepsychose. Er zijn ook "drugs" zoals phencyclidine (PCP,"angel dust") die de symptomen van schizofrenie kun-nen nabootsen. Dit laatste heeft geleid tot nieuwehypothesen en inzichten in het ontstaan van schizofre-nie. PCP is namelijk een niet-competitieve antagonistvan de N-methyl D-aspartaat receptor (NMDA), een eensubtype van de receptor voor de neurotransmitter gluta-minezuur.Een rol voor glutamine/glutamaat bij het ontstaan vanschizofrenie is vervolgens aannemelijk gemaakt.De huidige antipsychotica worden onderverdeeld inklassieke ("typische") en niet-klassieke ("atypische")antipsychotica. Omdat alle huidige antipsychotica opeen of andere wijze dopamine-2 antagonistische activi-teit bezitten, is een gangbare hypothese dat schizofre-nie ontstaat door een verhoogde activiteit van de

figuur: model van de NMDA receptor met daarin aangegevende glycine 'site'.

dopaminerge neurotransmissie. De hypothese wordttevens ondersteund door het feit dat amfetamine- datde dopamine activiteit stimuleert- bepaalde sympto-men van schizofrenie kan nabootsen.Er zijn steeds meer aanwijzingen dat zowel de dopami-ne hypothese alsmede de NMDA receptor hypofunctieeen rol speelt bij schizofrenie. Dit wordt verklaard door-dat de neurotransmitters glutamaat en dopamine indezelfde hersengebieden per saldo een tegenoverge-stelde invloed hebben. Zo is onlangs vastgesteld dathet toevoegen van sarcosine- een zogenaamde glycinetransporter I remmer (GTR)- in hoge doses een antipsy-chotisch effect geeft en dat dit effect wordt versterktdoor combinatie met het atypische antipsychoticum clo-zapine. Onderzoek naar de bijdrage van dopamine resp.glutamaat bij het effect van antipsychotica is een moei-lijke materie. In proefdieren (meestal de rat) kan menmet microdialyse technieken of specifieke sensorenvoor glutamaat inzicht krijgen in de extracellulaire con-centraties van dopamine en/of glutamaat maar daar-mee is de receptor interactie niet voldoende gekarakte-riseerd. Binnen Farmacie wordt op de afdeling van Prof.Westerink onderzoek gedaan naar deze processen, zo isonlangs Weite Oldenziel gepromoveerd op de biosenso-ring van glutamaat in de hersenen.De mogelijkheden om agonisten op het glycine deel vande NMDA receptor te krijgen zijn beperkt. Toedienenvan glycine is mogelijk en ook effectief, maar hetbezwaar is dat grammen per dag moeten worden toege-diend met als gevolg dat er maag-darmklachten en tole-rantie(smaak) problemen zijn. Andere glycine agonistenzoals d-serine en d-alanine zijn beperkt effectief geble-ken. Een nieuwe benadering richt zich om die reden opmiddelen die een toename van de synaptische glycinespiegels geven door het glycine transport te remmen.Deze benadering lijkt veelbelovend. De GTR type I blijktvooral de negatieve symptomen van schizofrenie weg tenemen. Zoals al eerder aangegeven behoort sarcosine(N-methylglycine) tot de GTR's maar de stof heeft onvol-doende potentie omdat ook hiervan grammen per dagmoeten worden toegediend. Op dit moment worden selectieve-hoog affiniteit GTR'sontwikkeld: zoals NFPS, Org 24598, SSR 504734 envele andere. In een knaagdierproefmodel voor schizo-frenie zijn deze stoffen in lage dosis effectief gebleken.Op dit moment zijn een aantal middelen in de race(fase 1 en 2 studies). De eerste die fase 3 onderzoeksuccesvol afrondt mag het middel op de markt brengen.Mocht een middel de markt halen, dan is er binnen eenpaar jaar nieuwe hoop voor therapieresistente schizo-frenie patiënten.

Ed2 bijna af.qxp 11-8-2007 13:00 Pagina 32

Page 33: Document

Foliolumjaargang

XXed

II|A

pothekerbijde

Landmacht

33

Apotheker bij de landmachtErik Meinen, Majoor-apotheker, 11 Luchtmobiele Brigade Air Assault

DDee KKoonniinnkklliijjkkee LLaannddmmaacchhtt kkeenntt eeeenn llaannggee ttrraaddiittiiee vvaannaappootthheekkeerrss oonnddeerr hhaaaarr wwaappeenneenn.. DDee aaffggeellooppeenn ddeecceenn--nniiaa,, ttoott hhaallvveerrwweeggee jjaarreenn nneeggeennttiigg vvaann aaffggeellooppeenn eeeeuuww,,wwaarreenn ddaatt ggrrootteennddeeeellss ddiieennssttpplliicchhttiiggee aappootthheekkeerrss..

Na omvorming van de taakstellingen ten tijde van deKoude oorlog, alsmede modernisering en de afschaffingvan de opkomstplicht in 1996, is de Landmacht eenprofessionele expeditionaire organisatie geworden waartegenwoordig 7 apothekers fulltime werkzaam zijn.Vanaf 1991, vlak na de eerste Golfoorlog, zijn er onafge-broken militair apothekers werkzaam geweest tijdensverschillende vredesmissies in voormalig Joegoslavië,

Irak en Afghanistan. Op dit moment is er één collegawerkzaam bij de ISAF missie in het Afghaanse Uruzgan.De taken van een militair apotheker zijn divers. In deNederlandse situatie bestaat deze uit farmaceutischeadvies en assistentie verlening voor de apotheekhou-dende gezondheidscentra op de kazernes van deLandmacht. Waarbij wordt toegezien op handhaving enverbetering van de kwaliteit van farmaceutische zorgdoor het uitvoeren van advies en assistentie bezoeken,nascholing voor personeel, assortimentsoverleg en FTO.

Inhoudelijk is dit vergelijkbaar met een deel van hettakenpakket van een openbaar apotheker. Naast deze'witte' taken heeft de apotheker een verantwoordelijk-heid over de kwaliteit van alle militaire uitrustingen,welke geneeskundige artikelen bevatten, binnen zijneenheid. Deze uitrustingen zijn zeer uiteenlopend vansamenstelling. Van de tas voor de gewondenverzorgerdie hoofdzakelijk bestaat uit verbandmiddelen voor hetverlenen van eerste hulp tot complexe uitrustingen vooreen veldhospitaal welke zowel geneesmiddelen, medi-sche hulpmiddelen en ziekenhuisspecifieke attributenbevatten. Een brede medische productkennis wordt vande apotheker verwacht.

Op ieder niveau wordt er onderwijs gegeven over hetgebruik van de middelen, alsmede instructies over dejuiste opslag- en transportcondities. Door het houdenvan advies en assistentie bezoeken en inspecties aande verschillende eenheden wordt de kwaliteit bewaakt.Deze bezoeken vinden hoofdzakelijk plaats aan de ver-schillende kazernes maar kunnen ook militaire oefenin-gen betreffen in binnen- en buitenland. Voor het bijhouden van de vakinhoudelijke bevoegd-heid en bekwaamheid wordt er op dit moment gewerkt

Ed2 bijna af.qxp 11-8-2007 13:01 Pagina 33

Page 34: Document

Folio

lum

jaar

gang

XXed

II|A

poth

eker

bijd

eLa

ndm

acht

aan een mogelijkheid om militaire apothekers één dag per week in een ziekenhuisapotheek te detacheren.Uiteraard hoort naast de farmaceutische werkzaamheden ook het bijhouden van de militairevaardigheden. De militair apotheker zal dus ook te vinden zijn op bijvoorbeeld schiet- en hindernisbaan ofsportveld. Hij zal aan dezelfde fysieke en militaire eisenmoeten voldoen als ieder ander militair.Tijdens een uitzending is de apotheker werkzaam ineen veldhospitaal waarbij het takenpakket ook weerdivers is. Naast de werkzaamheden in de apotheek, ishij kwaliteitsverantwoordelijk voor en werkzaam in debloedbank, welke specifieke diepgevroren bloedproducten bevat tbv bloedtransfusie, kwaliteits-deskundige voor het klinisch-chemisch laboratorium ensterilisatieafdeling en verantwoordelijk voor de productie van medicinaal zuurstof. Buiten het hospitaalhoudt hij toezicht op de kwaliteit van de geneeskundigeverbruiksartikelen in het missiegebied en de bestellingen opvoer van nieuw materiaal vanuit Nederland. Zowelmedische- als militaire logistieke expertise wordt vanhem verwacht. Een uitzendperiode is dus vaak eendrukke periode. Tegenwoordig gaan de militaire apothekers ongeveer eens per twee jaar vier maandenop uitzending. In de praktijk ben je aan een uitzendperiode veel meer tijd kwijt. Vooraf aan een uitzending word je net als iedere anderemilitair getraind voor de missie. Alle militaire basisvaardigheden zoals o.a. schieten en veiligheids-drills worden getraind, tevens worden er nog een specifiek aanvullende medisch opwerkprogrammagevolgd. Na de missie is er een periode van verlof. Een uitzending is een ervaring op zich. Gedurende eenaantal maanden verblijf je op een base in vaak een oorlogsgebied. Hierbij kunnen de leef-, woon- en werk-omstandigheden basaal zijn en bestaat er dreiging vanbuitenaf. Flexibiliteit, creativiteit, teamgeest en stevig inje schoenen staan worden dan van je gevraagd. Hoewelje in een hospitaal altijd de minder leuke kanten vaneen uitzending ziet zijn er ook genoeg leuke ervaringen.Veelal werken we tegenwoordig internationaal samenmet andere landen en is er de mogelijkheid om eens teervaren hoe andere landen hun medische zorg uitvoeren. Vaak bestaat er ook wel de mogelijkheid omwat van het land zelf te zien. Hoewel, dit is natuurlijkerg situatie afhankelijk. Door de kleine schaal van hethospitaal is het heel goed mogelijk om eens mee te kijken bij de verschillende expertises die binnen eenhospitaal werkzaam zijn en ervaringen metverschillende specialismen uit te wisselen. Een apotheker die op de spoedeisende eerste hulp,verpleeg of intensive care te vinden is, is meer regeldan uitzondering.

Hoe word je militair apotheker? De Landmacht kentvoor alle sollicitanten voor aanstelling een fysieke- eneen psychologische keuring. Als deze met goed gevolgworden doorstaan volgt er een sollicitatiegesprek metde kandidaten. Na aanname, tegenwoordig een contract voor 4,5 jaar, wordt er een opleidingprogram-ma doorlopen. In de eerste 10 weken wordt er een curriculum op de Koninklijke Militaire DefensieAcademie doorlopen. Hier krijg je een 'spoed'-opleidingtot militair en officier. Dit wordt door de meeste ervaren

als een leuke periode. Militaire vorming voor academiciis een uitdaging op zich. En als men daar ook nog watsport- en grensverleggende activiteiten doorheenmengt, dan krijg je een ervaring die weinig mensen zul-len vergeten….. Na deze periode wordt samen met demilitair artsen uit de klas drie maanden een opleidinggevolgd om kennis te maken met de militaire gezond-heidszorg en de protocollen en doctrines die defensieop dit gebied kent. Afsluitend volgt de apotheker aanvullende cursussen op het gebied van: Bloedbank;tropische geneeskunde; nucleair-, biologisch- en chemische strijdmiddelen; preventieve geneeskunde enmilitaire logistiek. Een brede opleiding voor een dynamische veelzijdigebaan.

Ed2 bijna af.qxp 11-8-2007 13:01 Pagina 34

Page 35: Document

Foliolumjaargang

XXed

II|S

tudentinhetB

uitenland35

Student in het BuitenlandJudith Bosman

OOnnggeevveeeerr eeeenn jjaaaarr ggeelleeddeenn bbeeggoonn hheett bbiijj mmiijj ttee kkrriieebbee--lleenn oomm ooookk eeeennss vviiaa ddee ssttuuddiiee iinn eeeenn aannddeerr llaanndd rroonndd tteeggaaaann kkiijjkkeenn..

Ik las een stukje over het SEP in de Folia en dacht…datis het!! Dus heb ik contact gezocht met de CommissarisBuitenland. Ja… en dan een land uitzoeken…ik wildegraag naar een land waar goed Engels gesproken zouworden, waar in de zomermaanden het zonnetje lekkerschijnt.:) en wat niet te duur is….. Ook wilde ik graag in een ziekenhuisapotheekmeedraaien. Het is ook mogelijk om in een openbareapotheek, de industrie of het onderzoek mee te kijken,maar de mogelijkheden zijn wel per land verschillend,hou met het kiezen van het land daar dus rekeningmee. Vrij snel dacht ik aan Portugal, daar was ik nog nooitgeweest en leek het me des te leuker om dat land eensin je eentje te gaan ontdekken.De Commissaris Buitenland heeft vervolgens contactgezocht met de betreffende local van SEP in Portugal.Daarna was het aan mij om verder contact te leggen envragen te stellen. Na het regelen van een vliegticket en verzekeringen konik eindelijk 6 augustus 2006 naar Porto vliegen! Superspannend om dat eens in je eentje te ondernemen. Naeen 2 uur durende treinreis langs de kust van Portugal,arriveerde ik met nog twee Kroatische meisjes inCoimbra, de studentenstad van Portugal. We konden demaand augustus gratis! in een Residence verblijven. Ditgeldt overigens niet voor alle landen. Helaas bleek datCoimbra in de vakantieperiode vrijwel uitgestorven ismet studenten. In het Residence verbleven nog enkelestudenten die tentamens aan het leren waren of een bijbaantje in Coimbra hadden. Toch heb ik er een paarleuke mensen ontmoet, waarmee ik 's avonds gezelligPortugese soaps heb gekeken en ervaringen over studies heb uitgewisseld! Ik heb nu nog steeds contactmet 2 hele leuke en lieve Portugese vriendinnen van hetResidence. En dan nu natuurlijk de ervaring in het ziekenhuis…jawat kan ik daar nu over zeggen, van de 4 weken dat iker mee zou draaien, ben ik in totaal maar 6 dagen aan-wezig geweest, waarvan ongeveer 2-3 uur per dag. Hetwas me vrij snel duidelijk dat ze door de vakantieperiode het met minder personeel moestenrooien en ze dus niet echt op mij zaten te wachten.Waar ik erg van stond te kijken waren de slechteEngelse communicatieve vaardigheden. Dit had ikoverigens niet van ziekenhuisapothekers verwacht, aangezien zij net als wij veel engelse boeken voorFarmacie moeten door ploeteren.

Al snel bleek dat de Kroatische meisjes in de openbareapotheek ook niet veel konden en mochten doen. Na deze conclusie hebben we besloten het mooie, oudePortugal maar eens intensief te gaan verkennen enzodoende het nuttige met het aangename te combine-ren. We hebben 3 dagen Porto, inclusief dePortproeverijen, verkend en 4 dagen het mooie en oudeLissabon. Verder hebben we natuurlijk een aantal kerenhet strand van dichtbij gezien;).Al met al is mijn Student Exchange Programm naarPortugal voor mijzelf een absoluut geslaagde ervaringgeweest. Het heeft me, wat betreft de apotheek, nietgebracht wat ik had verwacht. Maar de ervaring op zichis zo leuk en geweldig dat ik het absoluut zo weer overzou doen! De SEP biedt je niet alleen een ervaring ineen buitenlandse apotheek maar ook het wonen tussen buitenlandse studenten, het verkennen van een nieuwland, het ontmoeten van nieuwe studenten/vrienden enhet uitwisselen van ervaringen. Dus conclusie voor demensen die nog twijfelen……..DOEN…het is een ervaringdie je niet snel zal vergeten!!!

Ed2 bijna af.qxp 11-8-2007 13:02 Pagina 35

Page 36: Document

Folio

lum

jaar

gang

XXed

II|P

erso

onlij

khei

dsst

oorn

isse

n

Ed2 bijna af.qxp 11-8-2007 13:02 Pagina 36

Page 37: Document

Foliolumjaargang

XXed

II|EIK

kamp

37

EIK kampFieke Prins

VVrriijjddaagg 1155 sseepptteemmbbeerr wwaass vvoooorr ddee 11ee--jjaaaarrss ffaarrmmaacceeuutteennhheett wweeeekkeenndd aaaannggeebbrrookkeenn wwaaaarr wwee vvaannaaff hheett bbeeggiinn vvaannddee ssttuuddiiee oopp ggeewwaacchhtt hhaaddddeenn:: HHeett IInnttrroodduuccttiiee wweeeekk--eenndd..

Na 's ochtends eerst nog een college gevolgd te hebben, werden we om 5 uur op het station verwachtom met bussen richting Bakkeveen te gaan, waar wijhet weekend zouden doorbrengen. Bepakt en bezaktwas bijna de hele club al om kwart voor 5 compleet. Debussen lieten iets langer op zich wachten dan gepland,maar dat gaf niets, want we zaten lekker in hetzonnetje. De bussen verschenen uiteindelijk en hetweekend kon beginnen!In bakkeveen aangekomen werd de kampeerboerderij(wat ook een échte boerderij bleek te zijn,compleet metkoeien) verkend en de slaapzalen opgezocht. Na eniggeharrewar had iedereen uiteindelijk zijn plekje gevon-den. Tegen 7 uur verzamelde iedereen zich in de eetzaalen we kregen van de KOOK een heerlijke maaltijd voor-geschoteld! Namelijk stamppot andijvie en stamppotboerenkool. Door menigeen werd dus ook meer dan éénkeer opgeschept. Als echte piraten waren we aan heteten geslagen! Na de maaltijd had iedereen een warme trui en sport-schoenen aangetrokken, we gingen het bos in waar deEJC een bosspel voor ons in gedachten had. Of eigenlijktwee spelen. Een douanespel en kettingtikkertje. Omdathet donker was zorgde, vooral kettingtikkertje, somsvoor pijnlijke, maar toch zeer lachwekkende taferelen.Uitgeput en wel kwamen we weer in de kampeerboerde-rij aan. Inmiddels was de eetzaal omgebouwd tot feest-zaal en iedereen snelde naar boven om zich even op tefrissen en de warme trui in te ruilen voor een stijlvollecreatie. De tap ging open en het feest kon beginnen.Het feest barstte niet meteen los, maar aan het eindvan het feest, wat tot in de late uurtjes duurde, stondde boerderij te trillen op zijn grondvesten. De volgende dag kroop iedereen zijn bed uit. De nacht-rust had niet al te lang geduurd en er stond al weer eenvrolijke EIK-commissie ons op te wachten met ochtend-gymnastiek. Niet alle eerstejaars waren hiervoor in destemming, maar toch waren er zo'n 50 fanatiekelingenaan het bewegen! (en enkelen deden een moedigepoging) Na deze lichamelijk inspanning stond er eenbrunch voor ons klaar. Dit krachtvoer bleek hard nodigvoor ons volgende programma onderdeel: een 8-kamp.We werden hiervoor in 8 groepen verdeeld. Omdat opzo'n introweekend eigenlijk niets normaal mag zijn, wasdat ook bij dit 8-kamp niet het geval. De volgende sporten kwamen namelijk aan bod: Trefbal met eennatte spons, touwtrekken, spijkerbroek hangen, tunnelvoetbal, een opblaasbare stormbaan bestormen,'familiebroek-rennen', blindvollybal en natuurlijkhet ranja-rustpunt.

Omdat niet al deze 8-kamp onderdelen voor zich spre-ken, zal ik er 2 uitlichten:Tunnelvoetbal werkte als volgt: De groep werd intweeën gedeeld en we gingen voetballen, tenminstedaar leek het op. Alleen bij dit voetbalpartijtje kregenwe een extra handicap. Namelijk twee bekertjes oponze ogen, met gaten aan de onderkant, wat zorgdevoor een tunnelvisie. Hierdoor kon de bal niet meergoed gezien worden en bleken vrouwen ineens goed tezijn in voetbal! Ook 'familiebroek-rennen' bleek een zeer bijzonderspel. Hierbij werd de groep in tweeën gesplitst en volgde er een estafetterace. Deze race deed je 4 tegen4. Deze vier mensen waren verbonden door 8 broekspij-pen die aan elkaar vastzaten. Wat tot hilarische valpar-tijen leidde wanneer 1 persoon een misstap maakte.

Na het 8-kamp was het tijd voor de welbekende commissie rondjes. Hierbij had elke commissie eendrankspelletje bedacht, om zichzelf voor te stellen.Aangezien sommige mensen het ontbijt hadden overgeslagen, zorgde dit voor een paar mooie taferelen,met name bij het KNPSV-spel, waarbij meerdere rondjesgedraaid moesten worden. Maar dat mocht de pretzeker niet drukken. Ook werd ons het PS-lied geleerd.Na deze commissie rondjes volgde een rustpauze, watde KOOK de gelegenheid gaf, de puntjes op de i te zetten voor het diner dat daarna voor ons klaarstond.We hebben ook deze avond heerlijk gegeten, daar wil ikde KOOK nog een compliment voor geven! Deze maal-tijd verliep, na een enkel incident (een tafel die in de fikstond), perfect. Het duurde ook veel langer dangepland, waardoor er geen tijd meer overbleef. Dit gafechter niets, want iedereen was zich al aan hetvoorbereiden voor het feest dat om 11 uur van start zougaan. Om 11 uur was iedereen dan ook aanwezig in defeestzaal, uitgedost in zijn mooiste piraten-outfit.Binnen was iedereen flink aan het dansen, terwijl erbuiten een stuk of 20 mensen verwoedde pogingen

Ed2 bijna af.qxp 11-8-2007 13:03 Pagina 37

Page 38: Document

Folio

lum

jaar

gang

XXed

II|E

IKka

mp

deden om kapitein Boeuff te worden. Ook dit feest gingdoor tot in de late uurtjes. Om 6 uur werd besloten dathet genoeg was geweest en dat de oogjes geslotenmoesten worden. Het P.S. lied werd ingezet en daarnazocht iedereen zijn bed op. Hoewel sommige mensennog in stilte hebben doorgefeest.

De volgende dag was iedereen toch wel bijzonder vermoeid. Ogen stonden half open, haren niet gekamd,maar toch waren de meeste mensen aanwezig bij hetontbijt. Na het ontbijt volgde de EJC commissie. Er hadden zich 4 commissies beschikbaar gesteld.

Deze stelden zich één voor één voor en probeerden onsover te halen met de plannen die ze hadden voor hetkomende jaar. Uiteindelijk kwam er met een overtuigen-de meerderheid één EJC naar voren. Hierna was het tijdvoor de groepsfoto. Na verscheidene foto's gemaakt tehebben, moest de boerderij schoongemaakt worden endat bleek nog best een aardige klus. Maar onder hetmotto: 'met zn allen is het zo gebeurd' gingen we vanstart. Niet iedereen bleek echter op de hoogte van ditmotto, maar de boerderij was toch redelijk snel weerschoon.Daarna was het wachten op de bussen aangebroken dieons weer terug zouden brengen naar Groningen. De busliet wederom enige tijd op zich wachten maar dat gafniet, want de zon scheen nog steeds. Vele mensenzochten deze dan ook op om nog even bij te komen vanhet weekend.Toen de bussen waren gearriveerd kregen we nog eentasje met allemaal leuke dingetjes en keerden we uitgeput weer terug naar Groningen. Iedereen heeft heel erg genoten van het weekend enveel nieuwe mensen leren kennen. Dit was natuurlijkhet idee achter het weekend, wat de EIK tot een goedeuitvoer heeft gebracht. Ik wil de EIK dan ook bedankenvoor een geweldig geslaagd weekend!

Ed2 bijna af.qxp 11-8-2007 13:04 Pagina 38

Page 39: Document

Foliolumjaargang

XXed

II|Suikerunie

Excursie39

Suikerunie ExcursieJochem Berk

WWooeennssddaagg 1188 ookkttoobbeerr wwaass hheett zzoovveerr,, ddee llaannggvveerrwwaacchhtteeeexxccuurrssiiee nnaaaarr ddee SSuuiikkeerruunniiee ssttoonndd oopp hheett pprrooggrraammmmaa..

Het was vroeg, ik denk dat het 12.30uur was toen m'nwekker afging. Tijdens een snelle douche probeerde ikme voor de geest te halen wat er de vorige avond alle-maal was gebeurd, maar tevergeefs. Snel fietste iklangs de AH, om een ontbijtje te scoren, om me vervol-gens te melden aan de Antonius Deusinglaan. HetBrabants kwartiertje was nog niet voorbij of ik arriveer-de al op de faculteit. Hier stonden al wat medestuden-ten te wachten en na het 'Gronings half uurtje' kondenwe dan eindelijk vertrekken naar de Suikerunie.Onderweg was er nog een buschauffeur zo grappig omdoor onze defilé te rijden, waarna Mark het nodig vondeen woordje met hem te wisselen. Na de avontuurlijk ritkwamen we eindelijk aan bij de Suikerunie. Gelukkigmochten we eerst even op adem komen in de ont-vangstruimte van de Suikerunie, waar we koffie en theekregen. Natuurlijk nam ik een bakje koffie, want dat konik wel gebruiken. Nadat we op krachten waren gekomen, ging de wareoverlevingstocht door de fabriek pas echt beginnen. Wekregen allemaal een koptelefoon op waar we de gidsbeter mee konden horen en gingen daarna naar buitenvoor het begin van de rondleiding. Buiten kwamen weerachter dat we een echte suikerbietliefhebber in degroep hadden die zelfs de suikerbieten van de grondafschraapt en opeet (zie foto).

De rondleiding ging binnen verder en hier werden wegeconfronteerd met hoge temperaturen en de allesdoor-dringende stank van de dampen binnen de fabriek. Al met al heb ik geweldig genoten en wil ik deSuikerunie graag bedanken voor de mooie suikerpot diewe kregen na afloop.

P.S.-agendaDecember

04. STOF-vergadering05. Sinterklaasborrel11-17. Lustrumweek14. Almanakonthulling

Januari08. STOF-vergadering 09. P.S.-borrel23. ALV25. Real Life Game

Februari01. LSK lezing - Utrecht05. STOF-vergadering 06. P.S.-borrel

Ed2 bijna af.qxp 11-8-2007 13:05 Pagina 39

Page 40: Document

Folio

lum

jaar

gang

XXed

II|C

omm

issi

es

EJC Fotocommissie

Het is alweer november, en het eerste EJC feest wat wijmeemaken in ons leven, is al geweest. We hebben evenkunnen zien hoe het moet, zijn nu zelf losgelaten en inhet diepe gegooid. Al vanaf het introductiekamp is dit het moment waar weop wachtten, nu kunnen we eindelijk echt wat doen!Maar het eerste feest komt pas in februari…Desalniettemin is er al wel heel wat gebeurd sinds hetintroductiekamp; we zijn al eventjes abactisloosgeweest, hebben dus al een feestje meegemaakt, hebben elkaar al wat beter leren kennen met wat eten-tjes en hebben een officiële vergadering meegemaakt.Gelukkig hebben wij na de abactisloze periode al sneleen goede, 'hotte' vervanging gevonden: Sander vanRijn, de man van de rode krullen uit Zuid-Holland.Hierbij is onze abactis dan ook voorgesteld. Vervolgensde geboren leidster van ons clubje: Hana Softic uitBrabant. Zij zal dit jaar haar best moeten doen om onseen beetje in goede banen te leiden, wat haar vast enzeker zal gaan lukken!En dan de volgende man met functie: onze quaestorJochem Berk eveneens afkomstig uit de regio van dezachte 'g'. Hij zal vast en zeker zorgen dat deNederlandse zuinigheid goed met de Brabantse gezelligheid gecombineerd gaat worden!De creatieve breinen van deze commissie zijn RianneKofman en Arjan Boekweg. De nu nog in Frieslandwonende Rianne zal de functie van assessor I vervullen,of zoals sommigen het ook wel noemen: de functie vanaccessoire. Zij zal samen met de Groningse Arjan deandere mensen helpen als ze omkomen in het werk envooral zorgen voor de gezelligheid op de feesten doorde goede thema's te bedenken. Arjan heeft het afgelo-pen feest ook al even mogen ruiken aan het gratis-fust-aankondigingritueel en zal dit op onze feesten zo goed(en, natuurlijk, zo vaak) mogelijk proberen door te zetten!Met zijn vijven zullen wij in ieder geval ons best gaandoen om er 4 geslaagde feesten van te maken! Wijhopen dat jullie in ieder geval naar al onze feestenkomen!Hierbij willen wij de oud EJC "Voluptas" nog evenbedanken voor het `meelopen´ bij hun laatste feest! Hetwas erg gezellig en leerzaam natuurlijk! ;)

Groetjes EJC 2006-2007 "Ethanolus"

Praeses - Hana SofticAb-actis - Sander van RijnQuaestor - Jochem BerkAssessor I - Rianne Kofman Assessor II - Arjan Boekweg

Student zijn is mooi, Student zijn is prachtig! Als we hetstudent zijn omschrijven in een aantal woorden dankomt er één woord zeker op de eerste plaats. Dat is zon-der enige twijfel PARTY! Feesten, een magisch woord datgepaard gaat met woorden als Gezellig, SUPER MOOI enBier! Toch kan al dat gefeest en bier soms slechteinvloeden hebben. Want wees nou eens eerlijk wie is ernou nog nooit de ochtend na een vet feest wakkergeworden onder een brug, in een bosje, in een politiecel of (met een beetje geluk) in een wildvreemd bed?Om de onvergetelijke momenten van alle PS feesten enevenementen vast te leggen en te vereeuwigen op degevoelige plaat is er een fotocommissie. En ach is eenintroductie nou werkelijk nodig? Jullie hebben natuurlijkal vele malen voor ons geposeerd op de borrel en heb-ben de resultaten al lang gezien op de website. Maareven uit formaliteit: De fotocommissie '06-'07 bestaatuit Eline Stoutjesdijk, Yves-Sean Mamahit, JannekeKlein Gunnewiek, Pieter Oomen en Simone Koenraads.Zoals je ziet bestaan we uit een explosieve mix aantalenten. Dat maakt natuurlijk een geweldige commis-sie. Dit bleek ook wel uit het kamp waarbij er een over-vloed aan aanmeldingen was voor de commissie. Maarhelaas er waren slechts twee plaatsen vrij dus voor deonfortuinlijke mensen die het niet zijn geworden: "sorrylads, better luck next time". Om dit stukje tekst tebesluiten wil ik erop wijzen dat wij nog steeds geennaam hebben. Dit heeft als reden dat we zeer spoedigvan plan zijn ons helemaal klem te drinken met cock-tails waaruit zeker een geniale naam zal komen. Maarhierover horen jullie nog van ons!

Salute!

De fotocommissie

Ed2 bijna af.qxp 11-8-2007 13:05 Pagina 40

Page 41: Document

Foliolumjaargang

XXed

II|Com

missies

41

RWPTC SSS

Beste P.S.-ers!

Afgelopen oktober zijn wij, Sylvia, Gert, Cynthia enChris, geïnstalleerd als Rijwiel PrestatieTocht Commissie2006-2007. Vier sportieve mensen die zin hebben omeen supersportieve zaterdag te organiseren! Sylvia, praeses, gaat al 7 jaar dansend door het levenen is een groot deel van de tijd in de dansschool te vinden. Gert, ab-actis, is de al 12 jaar hockeyende creatieveling.Zijn team staat eerste in de competitie!Cynthia, quaestor, is de echte atleet, zit al 8 jaar opatletiek en loopt ook nog eens elke week hard.

Chris, assessor, loopt hard en reist elke dag heen enweer naar Appelscha. Tevens is hij gek op dansen tijdens het uitgaan dat hij geregeld doet.

In de afgelopen tijd hebben er al een aantal gezelligevergaderingen plaatsgevonden en is het oud-RWPTCdiner al geweest (voor herhaling vatbaar!). Al tijdens deeerste vergadering met z'n vieren werd de naambedacht. Gert dacht aan hét nummer van Rooie Rinusen Pedaalemmer, "framenummer", waarin een aantalmogelijkheden voor een naam gezongen worden. OokSylvia kende dit nummer en met z'n allen vonden we "InHet Zadel" de beste naam. De fietsroute op de dag zelf zal langs vele leukebezienswaardigheden leiden en de bijbehorende vragen zullen niet ontbreken. Over de activiteit zijn wehet nog niet helemaal eens, ideeën zijn er wel genoeg.We kunnen in ieder geval beloven dat het een dagwordt om niet te vergeten. Eén tip: spring in mei In HetZadel en doe mee met de 34ste RWPT!!

Groetjes RWPTC 2006-2007 "In Het Zadel"

Sylvia, Gert, Cynthia, Chris

Beste medefarmaceuten,

Hierbij willen wij graag aan u voorstellen de nieuwecommissie farmaceutische wetenschappen: SSS 2006-2007 "Glashelder". Tijdens de ALV van 24 oktoberjongstleden zijn wij, Jasper, Marlous, Linda, Maaike enSven, geïnstalleerd als commissie.

Onze taak dit jaar is om de studenten meer inzicht tegeven in de wereld van farmaceutische wetenschappen.Hieraan zullen wij bijdragen door twee symposia teorganiseren. Eén hiervan zal alleen voor eerstejaars enéén alleen voor ouderejaars zijn. Uiteraard staat ook dejaarlijkse BBB oftewel het binnenlandse bedrijvenbezoek op het programma; of zal deze naam dit jaartoch iets aangepast moeten worden…

De data voor deze activiteiten zijn helaas nog nietbekend. Wanneer deze wel bekend zijn stellen wij julliehiervan natuurlijk zo snel mogelijk op de hoogte. Verder kunnen we jullie nog niet veel nieuws vertellen,maar zorg er voor dat, wanneer de data bekend zijn, jullie deze natuurlijk wel vrij houden. We zien julliegraag terug op onze activiteiten.

Met vriendelijke groet SSS 2006-2007 "Glashelder"

Praeses- Jasper LodderAb-actis- Marlous WielemaQuaestor- Linda LabbertonAssessor I- Maaike van KranenburgAssessor II- Sven de Krou

Ed2 bijna af.qxp 11-8-2007 13:06 Pagina 41

Page 42: Document

Folio

lum

jaar

gang

XXed

II|P

arty

&Co

met

hetL

ustr

um

Party & Co met het LustrumFloor Lubberman

DDee aavvoonndd bbeeggoonn ggooeedd,, wwiimm hhaadd zziijjnn hhuuiiss aaffggeessttaaaann eennggeezzeelllliigg ggeeddeeccoorreeeerrdd eenn aalllleenn kkwwaammeenn nneettjjeess oopp ttiijjdd..BBeehhaallvvee FFrraanncciieenn,, wwaatt hhaaaarr eeeenn ssttrreeeeppjjee oopplleevveerrddee.. DDeeLLuussttrruumm ccoommmmiissssiiee hheeeefftt nnaammeelliijjkk aaaann ssttrreeeeppjjeessssyyss--tteeeemm vveerrggeelliijjkkbbaaaarr mmeett hheett AACC11 pprraaccttiiccuumm,, zzoo nniieett ssttrreennggeerr.. EEnn eellkkee ssttrreeeeppjjee iiss eeeenn aaddjjee ttiijjddeennss hheett ccoommmmiissssiiee wweeeekkeenndd,, wwaaaarr JJeellmmeerr aall ssppeecciiaaaall DDuuiittss ffiieettsssshhiirrttjjee vvoooorr hheeeefftt ggeekkoocchhtt..

Tijdens het wachten op het eten, en Francien, verteldeBart over een toch wel hele slechte wedstrijd tussenTwente en Utrecht waar bij zelfs zijn vriendin hem nietwarm kon houden. Ook vertelde Reinier over zijn tijd bijhet tankstation. Wanbetalers worden door hem hard

gestraft, hij zet het op een sprinten en schopt een deukin de auto hoewel hij het liefst een baksteen wil gooienvind ie dat zelf toch nog wel iets te gevaarlijk.Het eten kwam. Patat. En om een bizarre reden zat erkroepoek bij.

Na het eten kon het spel beginnen.Er werden 4 teams gemaakt het assessoraat van hetfoliolum, de functies van het foliolum en een ongeveergelijke indeling aan de kant van het lustrum.Hoewel de vragen waren soms wat vreemd waren, hetspel beweerde bijvoorbeeld dat het voetbalveld van deAmsterdam arena 18 bij35 meter is, was het een warecompetietie waarbij het lustrum zeker niet onder deedvoor het zo goed getrainde foliolum. Ook waren sommi-ge vragen wel heel makkelijk, hoeveel jaar zit er in eenlustrum?

Het verboden woord van Marieke was ook snel geraden'ik ben het wel eens vaak' waarop Francien gelijk'dronken' schreeuwde.Het assessoraat van het foliolum begon erg voorspoe-dig en hadden als snel een voorsprong. Helaas kondenanderen daar niet zo goed tegen en werden wij al snelvan vals spelen beschuldigd.Wij hadden als commissie bedacht dat het ook wel leukzou zijn om in plaats van cakejes te versieren deze keervoor de chocolade letters LUSTREM te gaan (helaas waser een klein foutje in de spelling geslopen).

Na een hele avond gespeeld te hebben eindigde destand foliolum - lustrum in 5-5.

Toen werd het tijd voor wat serieuze vragen zoals watde mooiste activiteit van het lustrum zal worden. Hetantwoord was volmondig het gala diner, want daar ishet meeste geld aan uitgegeven.

Ook op de vraag aan Reinier wie zijn favoriete commis-sie genootje is, was hij snel met zijn antwoord.'Marieke, want die heeft een kort rokje aan'.

Al met al was het een geslaagde avond en kijken we erguit naar het lustrum.

Ed2 bijna af.qxp 11-8-2007 13:06 Pagina 42

Page 43: Document

Foliolumjaargang

XXed

II|Eeuw

feestPharmaciae

Sacrum

43

Terugblik op het Eeuwfeestvan Pharmaciae SacrumHerman Woerdenbag, e.t. abactis Lustrumcommissie 1981

OOpp 1122 ddeecceemmbbeerr 11998811 vviieerrddee PPhhaarrmmaacciiaaee SSaaccrruumm hhaaaarrhhoonnddeerrddssttee ddiieess nnaattaalliiss.. RRuuiimm eeeenn jjaaaarr ddaaaarrvvoooorr wweerrddddee LLuussttrruummccoommmmiissssiiee 11998811 ggeeïïnnssttaalllleeeerrdd,, mmeett ddeeooppddrraacchhtt eeeenn eeeeuuwwffeeeesstt ttee oorrggaanniisseerreenn vvoooorr zzoowweell ssttuu--ddeenntteenn aallss rreeüünniisstteenn.. MMiijjnn rrooll iinn ddee vviijjffkkooppppiiggee ccoommmmiiss--ssiiee wwaass ddiiee vvaann aabbaaccttiiss.. EEeenn tteerruuggbblliikk nnaaaarr pprreecciieess eeeennkkwwaarrtt eeeeuuww ggeelleeddeenn..

Het programma rondom het 20e lustrum liep van 9 toten met 12 december 1981 en bood, naast datgene wattoen gebruikelijk was bij een dies natalis (zoals een bui-tengewone ledenvergadering, receptie, toneelstuk,bonte avond, wetenschappelijke dag (thema 'brand-wonden') en sportdag) een historische dag en als hoog-tepunt de reünistendag met een slotfeest. In die tijdwaren autorally's en galafeesten taboe. PharmaciaeSacrum had een aantal roerige jaren achter de rug.Steevast kondigde zich vlak voor de bestuursoverdrachteen tegenbestuur aan dat moest concurreren met hetbestuur dat door het oude werd voorgedragen.Sponsoring door de industrie en groothandels van ver-enigingsactiviteiten werd door een aanzienlijk deel vande leden als ongewenst gezien, en daarin zat de polari-satie. De programmaboekjes van een aantal dies in dietijd bevatten dan ook geen advertenties, zijn sober uit-gevoerd en werden gedrukt op kringlooppapier. Eenautorally paste zeker niet in dit tijdsgewricht en vooreen milieuvriendelijke rijwielprestatietocht was het tekoud in december. Binnen deze toen geldende kadersorganiseerden wij de lustrumactiviteiten. In deze bijdra-ge ga ik vooral in op de reünistendag op 12 december1981 en alles wat daarmee verband hield.

De voorbereidingen voor de reünistendag werden reedsin een vroeg stadium gestart. We hadden als doelgesteld om zo veel mogelijk reünisten op te sporen enuit te nodigen voor 12 december. Iedereen die het apo-thekersdiploma in Groningen haalt, zet na het afleggenvan de eed of belofte een handtekening in lijst in eengroot boek. Op basis van deze lijsten werden door desecretaresse van prof. Faber jaarlijsten opgesteld. Prof.Faber liep deze na en wees uit ieder jaar een of meerpersonen aan die destijds binnen de vereniging actiefwaren geweest en daardoor veel mensen kenden. Zijwerden benaderd als we jaargenoten zochten, hoewelde KNMP ledenlijst ons al een heel eind in de goederichting bracht. Alle ons bekende reünisten, waarvan deoudsten in de jaren '20 hadden gestudeerd, werdenaangeschreven om hun interesse voor een reünistendagte peilen.

Op deze manier bouwden we een kaartenbak op vanhonderden reünisten die door de jaren heen inGroningen waren afgestudeerd. De respons was grooten de reacties positief.

We hadden het plan opgevat om op de reünistendageen fototentoonstelling te houden, die een eeuwPharmaciae Sacrum zou reflecteren. Aan alle reünistenuit ons bestand werd verzocht foto's op te sturen uithun studententijd (met de belofte dat we de originelenzouden retourneren), met zo veel mogelijk namen vanpersonen als die erop stonden. We kregen heel veelmateriaal toegestuurd. Van alle foto's werden negatie-ven gemaakt en later grote zwart-wit afdrukken. Dezewerden van jaartal, onderschrift en zoveel mogelijknamen voorzien. Prof. Faber heeft ook hierbij eenonmisbare inbreng gehad. We hebben middagen bijhem op de kamer doorgebracht om alle foto's langs telopen en mensen te identificeren. Uiteindelijk haddenwe een uitgebreid foto-overzicht, in chronologischevolgorde van 22 mei 1903 (de oudste foto, de oprichtingder ANPSV) tot in 1981. Een selectie van de foto's isopgenomen in het lustrumboek dat we later uitbrach-ten.

Ed2 bijna af.qxp 11-8-2007 13:06 Pagina 43

Page 44: Document

Folio

lum

jaar

gang

XXed

II|E

euw

fees

tPha

rmac

iae

Sac

rum

Eén van de hoogtepunten tijdens de festiviteiten was debenoeming van prof. Faber tot erevoorzitter vanPharmaciae Sacrum, tijdens de bijzondere ledenverga-dering op 9 december. Hij was toen al erelid van de ver-eniging. Kijk maar eens naar de tekst op de sokkel vande buste van hem in de Faberzaal.

Uiteindelijk bezochten zo'n 200 reünisten de reünisten-dag. De opening vond plaats in de Aula van hetAcademiegebouw. Het had de nacht ervoor flinkgesneeuwd, waardoor veel mensen van ver(der) niet optijd konden zijn. Prof. Faber sprak zijn lustrumrede uit(waarvan de tekst te vinden is in het lustrumboek) eneindigde met te stellen dat voor ons allen geldt: "Maakcontacten en streef als individu en in de samenlevingmet anderen naar het hoogst bereikbare door te woeke-ren met uw talenten." Hij maakte vervolgens de woor-den van James B. Conant tot zijne: "Behoud je idealen,'with your eyes on the stars but with your feet to the

ground'".Na deze officiële plechtigheid was er een lunch in HetTehuis, waarbij veel ruimte was gelaten voor onderlingecontacten. Later 's middags werd het lab bezocht. Toenpasten we nog met z'n allen in Antonius Deusinglaan 2.Rondleidingen en presentaties van het onderzoek doorvakgroepen, de fototentoonstelling en elkaar weer ont-moeten vormden de hoofdmoot van dit programma-onderdeel. Natuurlijk ontbrak "een glaasje en wat garni-tuur" niet.

's Avonds vond het diner (een warm buffet) plaats in deMartinihal, gevolgd door het slotfeest. Het kledingad-vies luidde "feestelijk". Het diner werd muzikaal omlijstdoor het Trio Roelof Stalknecht, dat ook tijdens hetfeest speelde. Daarnaast speelde de band HetFluitekruidt jazzy muziek uit de jaren twintig. VAP's

Sound Systems zorgde voor "moderne grammofoonmu-ziek". Aan de roulette kon een gokje worden gewaagd.Een zeer geslaagde happening die tot ver in de kleineuurtjes voortduurde; de discotheek ging door zolang erbelangstelling was.

De activiteiten rond het eeuwfeest van PharmaciaeSacrum waren ten einde. Iedereen was tevreden,bestuur en lustrumcommissie waren moe. In de loopvan de daarop volgende zondag werd ik gebeld doorJohn Bolt, voorzitter van onze lustrumcommissie. Hetbleek dat deelnemers aan het diner ziek waren gewor-den en die trend zette de dag daarop nog veel verderdoor. Diarree, braken en algehele malaise waren desymptomen. Gezien de massaliteit moest er meer aande hand zijn dan teveel alcohol. De GG & GD vanGroningen werd ingeschakeld, aangezien werd gevreesdvoor een voedselvergiftiging. Er werd een onderzoekingesteld onder de deelnemers aan het diner, inclusiefhet verzamelen van faecesmonsters . Uit het onderzoekbleek dat ruim 50% van de ongeveer 420 deelnemersziek was geworden. Het vermoeden werd uitgesprokendat een cocktail met fruits de mer (mosselen en garna-len) de veroorzaker was geweest. Gezien de relatieflange incubatietijd suggereerde men dat de infectie vanvirale aard was. In de keuken van de Martinihal warenechter alle sporen gewist. Het sluitende bewijs is nooitgevonden. Wel hebben we hiermee de voorpagina vanhet Nieuwsblad van het Noorden van 16 december 1981gehaald. In 1982 werd het lustrumboek "PharmaciaeSacrum 1881-1981" uitgegeven.

Ik ken Pharmaciae Sacrum nu 30 jaar, vanaf 1976 toenik met mijn studie farmacie begon. Al die tijd is de ver-eniging van groot belang geweest voor de studenten envoor de contacten met docenten en staf.Traditiegetrouw is bijna iedere farmaciestudent lid vanPS. De vereniging heeft, in elk geval over de periode dieik heb meegemaakt, bewezen onmisbaar en vol levens-kracht te zijn. Ik heb er daarom alle vertrouwen in datover 25 jaar, in 2031, het 150-jarig bestaan wordtgevierd!

Ed2 bijna af.qxp 11-8-2007 13:07 Pagina 44

Page 45: Document

Foliolumjaargang

XXed

II|25e

Lustrumlied

45

25e Lustrumlied

Melodie: Aufstehen, Aufeinander, Zugehen;Sven Schumacher

Tekst: Jelmer Faber

We zullen vieren met elkaarHonderdvijfentwintig jarenLustrum van P.S. is daarVieren met elkaarHonderdvijfentwintig jarenLustrum van P.S. is daar

In het noorden is het niet pluisHet wordt één groot gekkenhuisEr wordt gebeest en geracedHonderd procent één groot feest

We zullen vieren met elkaarHonderdvijfentwintig jarenLustrum van P.S. is daarVieren met elkaareen groot zilveren jubileumLustrum van P.S. is daar

Zilveren kleuren is nog geen goudHet lustrum is voor jong en oudGroningen vol met P.S. pretZeven dagen ‘Grun’ ontzet

We zullen vieren met elkaarHonderdvijfentwintig jarenLustrum van P.S. is daarVieren met elkaareen groot zilveren jubileumLustrum van P.S. is daar

Vijf vijf vijf vijf en twintig, Vijf vijf vijf vijf en twintigVijf vijf vijf vijf en twintig, Vijf vijf vijf vijf en twintig

We zullen vieren met elkaarHonderdvijfentwintig jarenLustrum van P.S. is daarVieren met elkaareen groot zilveren jubileumLustrum van P.S. is daar

Samen zullen we er zijnGroen en wit zal nooit vergaanSamen zullen we er zijnGeel en blauw zal altijd bestaan

We zullen vieren met elkaarHonderdvijfentwintig jarenLustrum van P.S. is daarVieren met elkaareen groot zilveren jubileumLustrum van P.S. is daar

Ed2 bijna af.qxp 11-8-2007 13:08 Pagina 45

Page 46: Document

Folio

lum

jaar

gang

XXed

II|W

atde

nkje

zelf

Wat denk je zelf

De trein staat op het punt te vertrekken als ik een hardeklap hoor van brekend glas. Een man rent tierend detrein uit, draait tweemaal om zijn as en gooit een druipende zak in de prullenbak. Hierna stormt hij detrein weer in, de deuren sluiten achter hem. Een versleten spijkerbroek, rode capuchontrui en eengescheurde grijze jas kleden een ongeschoren man. In zijn ene hand een ketting met zwaar hangslot, in deandere een groen visnetje.

Die man spoort niet, denk ik bijdehand als altijd. Detrein zet zich in beweging om schokkend weer totstilstand te komen. De man is ondertussen verwoedbezig de gelekte vloeistof (wodka?, benzine?) op tevegen. Ik draai me om en grap tegen een stelletje achterme dat de conducteur vast de handrem vergeten was.Ze knikken me verdwaasd toe.

Tijdens de reis blijft de man mijn aandacht vasthouden.Dat is niet moeilijk, het ene moment ratelt hij met zijnketting langs de stoelen en het andere momentschreeuwt hij "Nee! Plan B, Plan B!". Het doet me denken aan een scène in een slechte horrorfilm. Ikbedenk me dat stukjesschrijvers er in slechte horrorfilms vaak niet goed vanaf komen.

Even ontmoeten onze ogen elkaar. Ik glimlach, maar hijis te druk bezig zijn visnetje in een juiste vorm te vouwen. Tevreden over het eindresultaat zet hij het opzijn hoofd.

De trein stopt weer. "We wachten op de trein uitGroningen, die een paar minuten vertraging heeft".Geweldig. Ik kijk weer om, het stelletje achter me doetalsof de man even onzichtbaar is als de mensen tegenwie hij mompelt en schreeuwt. Eigenlijk let niemand ophem, laat staan op elkaar. Wat een gekke wereld.

We rijden weer, de man is naar een andere coupe gerateld. Alleen als de conducteur door de trein loopten de tussendeur opent hoor ik hem even zingen.Aangekomen in Groningen - stad van de mooie gekken -loopt iedereen snel naar buiten. Ik moet weer denkenaan de man. Juist voor mensen als hem is goede zorg zobelangrijk. De trein heeft hij bijna gemist, maar wie misthem? In gedachten wandel ik verkeerd, ik draai me om.Dan lopen we langs elkaar. We kijken elkaar weer in deogen, hij groet me met een korte knik. Ik knik terug. Wiezijn er nu eigenlijk gek?

Wat denk je zelf…

D i g i t a l i s

Ed2 bijna af.qxp 11-8-2007 13:09 Pagina 46

Page 47: Document

Foliolumjaargang

XXed

II|Persoonlijkheidsstoornissen

01

Ed2 bijna af.qxp 11-8-2007 13:10 Pagina 47

Page 48: Document

Folio

lum

jaar

gang

XXed

II|P

erso

onlij

khei

dsst

oorn

isse

n

Ed2 bijna af.qxp 11-8-2007 13:10 Pagina 48