Hoofdstuk 8. Beton

8. Naarmate de milieu klasse van beton een hoger cijfer heeft, ... a. zal de dichtheid toenemen. b. is er meer cement toegepast. c. zijn er geen hulpstoffen gebruikt.

9. Wat zijn conusgaten in een betonwand? a. Taps toelopende gaten die ontstaan door de afstandhouders tussen de tegenover elkaar

staande bekistingsvlakken. b. Taps toelopende gaten ten behoeve van ophangpunten voor de leidingen van de c.v.,

riolering e.d .. c. Taps toelopende gaten ten behoeve van de doorvoer van leidingen.

10. Bereken de noodzakelijke breedte van de voeg tussen twee in het werk te storten, vrij opgelegde betonbalken, indien het volgende is gegeven: materiaal: gewapend beton, onafgewerkt. lengte per balk: 40 m. temperatuur, waarbij de balken worden vervaardigd en uitgehard, is: 10° C. eventuele krimp en kruip na de uithardingsperiode wordt verwaarloosd. de temperatuur na realisatie van de balken kan oplopen tot 40° C. de minimale voegbreedte dient ook na de realisatie ten minste 5 mm te bedragen. uitzettingscoëfficiënt (a) beton: 0,01 mm (m.K). 11/ = 1 x a x 11 T

a. 7mm. b. 12 mmo c. 17 mmo

11. Wat wordt verstaan onder supporten? a. Hulpwapening. b. Hoofdwapening. c. Type wapeningsnet.

12. In welke tekening is de hoofdwapening in deze keldervloer op de juiste wijze aangegeven (grondwaterstand variërend van 400 mm - vloer tot 400 mm + vloer)?

a. [1 f~=E"_

b. 1..1 ~1 c. Jl f1

44 Werkboek 2006 Bouwkunde

Hoofdstuk 8. Beton

13. Bij een betonnen galerijvloer doen zich scheurtjes voor ten gevolge van thermische lengteveranderingen. Aan de onderzijde vormen zich stalactieten van calciumzouten. Op welke wijze kan dit afdoende worden verholpen? a. Door de scheurtjes te injecteren met snelhardende cement. b. Door de scheurtjes aan de onderzijde uit te hakken en aan te smeren met

epoxymortel. c. Door op de galerijvloer een slijtvaste poly - urethaanlaag aan te brengen.

14. De aannemer dient buigstaten ter controle in te dienen. Waarvoor dienen deze buigstaten? a. Ten behoeve van de constructeur. b. Uitsluitend ter verrekening van de hoeveelheid wapeningsstaal. c. Ten behoeve van de fabricage en verrekening van de hoeveelheid wapeningsstaal.

15. Conform het bestek heeft het toegepaste grindbeton consistentiegebied drie. De aannemer wil de kelderwanden storten in consistentiegebied vier. Wat moet volgens de betonvoorschriften worden gedaan om consistentiegebied drie te wijzigen in consistentiegebied vier? a. Een cementrijker mengsel toepassen. b. De watercementfactor verhogen. c. Een superplastificeerder gebruiken.

16. Een van de meest voorkomende betonschaden ontstaat door het roesten van de wapening in het beton en het hierdoor scheuren of het wegdrukken van de betondekking. Kan wapeningsstaal met een lichte roestvorming in het beton worden verwerkt? a. Wapening waarop het proces van roestvorming reeds in gang is gezet mag nimmer in

het beton worden opgenomen. b. Wapening met een lichte roestvorming mag alleen gebruikt worden indien deze voor

het storten wordt behandeld met een olie, welke het roestproces een halt toeroept. c. Lichte roestvorming zorgt voor een betere hechting. Wapening eenmaal voorzien van

voldoende betondekking, zal afgesloten zijn van invloeden van buitenaf en hierdoor niet verder roesten.

17. Wat is de benaming van beton met een volumieke massa van 1000 tot 2000 kg/m3? a. Licht beton. b. Normaal beton. c. Zwaar beton.

18. Aan welke verplichting moet door de aannemer worden voldaan voor met het betonstorten in het werk kan worden begonnen? a. Melden aan de directie. b. Waarschuwen van de directie en het gemeentelijk Bouw- en Woningtoezicht. c. Waarschuwen van en toestemming hebben van de directie en het gemeentelijk Bouwen

Woningtoezicht.

19. Op een betontekening staat aangegeven dat de betondekking aan de onderzijde van de funderingsbalken minimaal 40 mm dient te zijn. Wat wordt hiermee bedoeld? a. De betonwerkvloer is minimaal 40 mm dik. b. De afstand vanaf de buitenkant van de beugels tot de onderkant van de balk is

minimaal 40 mmo c. De afstand vanaf de buitenkant van de hoofdwapening tot de onderkant van de balk is

minimaal 40 mmo

Bouwkunde Werkboek 2006 45

Hoofdstuk 8. Beton

20. Met welk doel wordt de isokorfwapening toegepast in de afgebeelde doorsnede van een uitkragend balkon van een woning? a. Om vochtdoorslag naar de woonkamer te voorkomen. b. Om en constructief vereiste dilatatievoeg te kunnen realiseren. c. Om een doorlopende koudebrugonderbreking mogelijk te maken.

d.e.

lood

balkon

Wopening 016mm

~:

l:>okorl Wopen;n\l e10mm

1/ UlO 1/ 120 1/ .., .., .., 2H

woonkamer

21. Wat is het kenmerk van betonrot? a. Het poreus worden van beton door weer - en milieu-

invloeden. b. Het uiteenvallen van beton door een slechte

mengverhouding. c. Het stukdrukken van beton door het roesten van de

wapening.

22. De grootste dichtheid van beton wordt in theorie verkregen door: a. een lage Water Cement Factor. b. een hoge Water Cement Factor. c. een maximale verdichtingsmaat.

46 Werkboek 2006 Bouwkunde